Download - Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

Transcript
Page 1: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen

RIVM Briefrapport 2016-0201M.P. Hoogendoorn | E.L. de Hollander

Page 2: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.
Page 3: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen

RIVM Briefrapport 2016-0201 M.P. Hoogendoorn | E.L. de Hollander

Page 4: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 2 van 79

Colofon

© RIVM 2016 Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen op voorwaarde van bronvermelding: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), de titel van de publicatie en het jaar van uitgave.

M.P. Hoogendoorn (auteur), RIVM E.L. de Hollander (auteur), RIVM Contact: Ellen de Hollander Preventie en Voeding [email protected] Dit onderzoek werd verricht in opdracht van Ministerie van VWS, in het kader van Kennisvraag 3.4: Sportonderzoek

Dit is een uitgave van: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu Postbus 1 | 3720 BA Bilthoven Nederland www.rivm.nl

Page 5: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 3 van 79

Publiekssamenvatting

Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij onder-vertegenwoordigde groepen Bepaalde groepen mensen in Nederland bewegen en sporten minder vaak. Dit zijn vooral mensen met een lage opleiding en/of laag inkomen, met een migratieachtergrond, ouderen, chronisch zieken, en mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking. Stimulansen om meer in beweging te komen zijn onder meer aanmoediging en ondersteuning vanuit de directe omgeving (naasten en begeleiders), een goede trainer, en een op maat gemaakt aanbod waar de doelgroep van op de hoogte is. Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM. Belemmeringen voor deze doelgroepen zijn onder andere een laag in-komen, culturele opvattingen over sport en bewegen, een gebrek aan ervaring met sporten, en gezondheidsklachten of beperkingen. Vooral mensen met lichamelijke of verstandelijke beperkingen zijn vaak afhan-kelijk van anderen om te kunnen bewegen of naar de activiteit te kun-nen gaan. Ook bleken de doelgroepen vaak niet op de hoogte te zijn van het beschikbare aanbod. Toegankelijke faciliteiten en goede trainers, die met (kleine) aanpassin-gen ervoor kunnen zorgen dat het aanbod aansluit bij de doelgroep, zijn belangrijk om het aanbod op maat te maken. Zo kan bewegen voor ou-deren aantrekkelijker worden gemaakt door het sociale aspect ervan te benadrukken in plaats van het sportieve. Ook is het belangrijk dat er een verbindende partij is, bijvoorbeeld een buurtsportcoach, om de sa-menwerking tussen partijen rondom de doelgroep zoals de gezondheids-zorg, school, sociale wijkteams en sportaanbieders te versterken en het aanbod bij hen kenbaar te maken. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Volksge-zondheid, Welzijn en Sport (VWS). Om te stimuleren dat mensen meer bewegen wilde de Directie Sport weten welke belemmeringen en drijfve-ren mensen hierbij ervaren. Hiervoor is literatuuronderzoek gedaan en zijn experts geraadpleegd. Kernwoorden: belemmeringen, drijfveren, sport, bewegen, beweegsti-mulering

Page 6: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 4 van 79

Page 7: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 5 van 79

Synopsis

Barriers and drivers affecting people with a low level of partici-pation in sport and exercise Certain groups of people in the Netherlands do not often exercise or play sport. These are mainly people who have a low level of education and/or a low income or a migrant background, the elderly, the chronically ill, or those who are physically or mentally disabled. These people can be stimulated to exercise more through encouragement and support from their direct social surroundings (friends, family and carers), a good trainer, by offering tailor-made physical activities, and awareness of these activities among the target group. These are the findings of a study by the National Institute for Public Health and the Environment. These target groups often experience barriers like, a low income, differ-ent cultural perceptions of sport and exercise, a lack of experience with sports, health issues or disabilities. In particular, people who are physi-cally or mentally disabled are often dependent on others for exercise or for transportation to an activity. It also transpired that the target groups are often unaware of the activities on offer. Accessible facilities and good trainers who are able to make (minor) ad-justments to ensure that the activities offered are appropriate for the target group are important for a tailor-made approach. For example, exercise for the elderly can be made more appealing by emphasising the social aspect rather than the sport aspect. It is also important that there is a network supporting party, for example a community sports coach, to strengthen the cooperation between the parties who are in contact with the target group, such as health care organisations, schools, local social care teams, and the sports organisations, and to make sure the target group is aware of the activities being offered. The study was commissioned by the Ministry of Health, Welfare and Sport. To stimulate people to exercise more, the Sports Directorate [Di-rectie Sport] requested research on the barriers and drivers people ex-perience. Therefore, a literature review was carried out and experts were consulted. Keywords: barriers, drivers, sport, exercise, physical activity enhance-ment

Page 8: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 6 van 79

Page 9: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 7 van 79

Inhoudsopgave

Samenvatting—9

1 Inleiding—13

2 Methoden—15 2.1 Beschrijving beweeg- en sportgedrag—15 2.2 Literatuurinventarisatie over belemmeringen en drijfveren voor sport en

bewegen—16 2.3 Praktijkbijeenkomsten over belemmeringen en drijfveren—18

3 Beschrijving beweeg- en sportdeelname ondervertegenwoordigde groepen—21

4 Belemmeringen en drijfveren om te bewegen en sporten—23 4.1 Mensen met een lage SES en een migratieachtergrond—23 4.2 Ouderen en mensen met een chronische aandoening—32 4.3 Mensen met een lichamelijke beperking—38 4.4 Mensen met een verstandelijke beperking—51

5 Conclusies en aanbevelingen—61 5.1 Conclusies en aanbevelingen voor beleid en praktijk—61 5.2 Methodologische beschouwing en aanbevelingen voor

vervolgonderzoek—63

6 Referenties—67

7 Bijlage 1. Zoektermen literatuurinventarisatie—71

8 Bijlage 2. Overzicht van belemmeringen en drijfveren per ondervertegenwoordigde doelgroep in sport en bewegen—72

Page 10: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 8 van 79

Page 11: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 9 van 79

Samenvatting

Achtergrond Regelmatig bewegen draagt bij aan kwaliteit van leven en gezondheid. Mensen met een lage sociaal economische status (SES), mensen met een migratieachtergrond, ouderen, chronisch zieken, mensen met een lichamelijke beperking, en mensen met een verstandelijke beperking hebben vaak een gezondheidsachterstand en zijn tevens gemiddeld ge-nomen ondervertegenwoordigd bij sport- en beweegdeelname. Bij deze groepen is dus door beweegstimulering gezondheidswinst te behalen. In opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wor-den daarom in dit rapport de belemmeringen en drijfveren om te spor-ten en bewegen voor deze doelgroepen in kaart gebracht. Hiervoor is gebruik gemaakt van (inter)nationale literatuur en praktijkervaringen van experts uit het werkveld sport en bewegen. Sport- en beweegdeelname Van de algemene Nederlandse bevolking voldoet 57% aan de combi-norm (voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen en/of de Fitnorm). Mensen met een migratieachtergrond, mensen met een licha-melijke beperking en chronisch zieken, voldoen minder vaak aan de combinorm (34-55%) dan de rest van de Nederlandse bevolking. Van de algemene Nederlandse bevolking doet 53% wekelijks aan sport en is 31% lid van een sportclub. Mensen met een lage SES, mensen met een migratieachtergrond, ouderen, chronisch zieken en mensen met een lichamelijke beperking doen minder vaak wekelijks aan sport (20-43%) en zijn minder vaak lid van een sportvereniging (15-24%) ten opzichten dan de rest van de bevolking. Onder mensen met een verstandelijke beperking in instellingen wordt relatief weinig aan sport- en beweegactiviteiten gedaan. Door 29% van de instellingen is gerapporteerd dat 75% van de bewoners beweegacti-viteiten doet in de vrije tijd. Belemmeringen en drijfveren Voor iedere doelgroep bleek dat sociale steun, een vaardige trainer, aanbod op maat en kennis hebben van dat aanbod drijfveren zijn voor sport en bewegen. Echter, deze drijfveren hebben per doelgroep een andere invulling, doordat de ervaren belemmeringen verschillen tussen doelgroepen. Deze worden hieronder samengevat. Mensen met een lage SES en mensen met een migratieachtergrond Bij mensen met een lage SES kan door laaggeletterdheid, mindere ge-zondheidsvaardigheden, en het niet fijn vinden van het aangaan van lange-termijn verbintenissen sport- en beweegdeelname worden be-lemmerd. Ook kan voorkomen dat een opeenstapeling van samenhan-gende belemmeringen die ten grondslag liggen aan hun sociaaleconomi-sche positie, zoals een ongunstige financiële positie en weinig onder-steuning uit de directe sociale omgeving sport- en beweegdeelname belemmeren. Bij mensen met een migratieachtergrond spelen culturele normen en waarden vaak een rol bij het sport- en beweeggedrag. Bij-voorbeeld voor vrouwen die graag in een veilige omgeving met privacy willen sporten en bewegen. Een gebrek aan beweegervaring kan een

Page 12: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 10 van 79

belemmerende factor voor beide doelgroepen zijn. Dit kan komen door-dat sport en bewegen geen onderdeel was van de opvoeding of er geen voorbeelden of rolmodellen in de sociale omgeving aanwezig waren, terwijl de voorbeeldfunctie van ouders of een rolmodel juist een drijfveer kan zijn. Ouderen en chronisch zieken Een gebrek aan beweegervaring vanwege het opgroeien in een tijd waarin sporten en bewegen in de vrije tijd minder gewoon was dan te-genwoordig kan impact op het beweeggedrag van ouderen hebben. Ook zijn gezondheids- en mobiliteitsproblemen een belemmering voor oude-ren. Echter, deze factoren kunnen ook een drijfveer zijn om te gaan be-wegen, zodat deze problemen verbeteren. Dit geldt ook voor mensen met een chronische aandoening. Voor beide groepen kunnen angst voor vallen, letsel, of het verergeren van gezondheidsproblemen belemme-rend zijn voor het sport- en beweeggedrag. Advies en steun vanuit de gezondheidszorg en van trainers om veilig en verantwoord te bewegen tijdens (laagdrempelige) beweegactiviteiten kunnen voor deze doelgroe-pen een drijfveer zijn. Mensen met een lichamelijke beperking Voor mensen met een motorische beperking kunnen gezondheidsaspec-ten, zoals het motorisch functioneren, fitheid, vermoeidheid en pijn be-lemmerend zijn voor sport- en beweegdeelname. Voor deze groep geldt dat inzicht in hun persoonlijke fysieke mogelijkheden en het verbeteren van die mogelijkheden drijfveren kunnen zijn. Coping, het omgaan met de beperking, kan zowel een drijfveer als een belemmering zijn. Zo lijkt een mindere mate van acceptatie van de beperking samen te gaan met minder sport en bewegen, maar kunnen sport- en beweegactiviteiten ook bijdragen aan de acceptatie van de beperking, zelfwaardering, -vertrouwen en -effectiviteit. Voor mensen met een visuele beperking lijkt het beperkt oriëntatievermogen een belangrijke factor die van in-vloed is op het sport- en beweeggedrag. Voor mensen met een auditieve beperking kunnen communicatieproblemen bij het sporten een rol spe-len. Mensen met een verstandelijke beperking Voor mensen met een verstandelijke beperking is een sterke afhanke-lijkheid van begeleiding een belemmering voor sport- en beweegdeel-name. Dit maakt dat de belemmeringen zich vaak in de directe sociale omgeving bevinden, waarbij de mogelijkheden om te assisteren en ken-nis van de doelgroep en (passende) sport- en beweegactiviteiten van de sociale omgeving een grote rol spelen in het bevorderen van bewegen. Het hebben van plezier en sociale contacten en het krijgen van zelfver-trouwen is voor de doelgroep een drijfveer om te sporten en bewegen. Bij deze doelgroep, afhankelijk van de mate van beperking, kan het bij het bevorderen van bewegen al om kleine (dagelijkse) activiteiten gaan, zoals een ballon wegtikken, een kopje pakken of tafel dekken. Conclusies en aanbevelingen Sociale steun De directe sociale omgeving van de doelgroep speelt een belangrijke rol bij het steunen van sport- en beweegdeelname. Daarom zou de betrok-kenheid, bewustwording en kennis van de positieve effecten van bewe-

Page 13: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 11 van 79

gen maar ook bewustzijn van de persoonlijke fysieke mogelijkheden van de doelgroepen niet alleen gestimuleerd mogen worden bij de persoon zelf, maar ook bij de directe sociale omgeving. Bij de doelgroepen waar-bij de zorg een grote rol speelt, is beweegstimulering vanuit de zorg aan te bevelen. Aanbod op maat Op maat gemaakt aanbod, afgestemd naar de behoeften van de doel-groep is aan te bevelen om sport- en beweegdeelname te stimuleren. Hieronder volgen een aantal aspecten die daarbij van belang zijn:

• niveau en intensiteit van de activiteit, rekening houdend met per-soonlijke fysieke mogelijkheden;

• activiteit in groepsverband of individueel; • samenstelling van de groep; • type en insteek van de activiteit (bijvoorbeeld sport/prestatie vs.

gezellig samen bewegen); • (aangepaste) voorzieningen/hulpmiddelen en faciliteiten.

Vaardige trainers Om de begeleiding aan te passen naar de behoefte van de doelgroep is het uitbreiden van kennis van en specifieke aandacht voor de doelgroe-pen bij trainers, coaches of begeleiders van beweegactiviteiten van be-lang. Een manier om dat te bereiken is door doelgroep-specifieke kennis te integreren in opleidingen van trainers. Kennis van aanbod Om kennis van het aanbod te bevorderen bij de doelgroep zou volgens experts de inzet van bijvoorbeeld een buurtsportcoach die het aanbod kent en dat matcht met de behoeften van de doelgroep kunnen onder-steunen. Het verbinden van partijen, zoals de gezondheidszorg, school, sociale wijkteams en sportaanbieders zou hieraan kunnen bijdragen, zodat vanuit verschillende invalshoeken (kennis van) bewegen gestimu-leerd wordt.

Page 14: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 12 van 79

Page 15: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 13 van 79

1 Inleiding

Regelmatig bewegen bevordert de kwaliteit van leven en draagt bij aan een goede gezondheid (1). Mensen die minder actief zijn dan aanbevo-len in de beweegnormen lopen een groter risico op chronische ziekten, zoals coronaire hartziekten, een beroerte en diabetes type 2 (1, 2). Van de totale ziektelast in Nederland kan 3,5% worden toegeschreven aan te weinig lichamelijke activiteit (3). Naast gezondheidseffecten heeft bewe-gen ook een positieve uitwerking op sociaal gebied, participatie en wel-zijn (4). Onderzoekers hebben laten zien dat de positieve uitwerking van bewegen op iedereen in de maatschappij van toepassing is. Zowel voor gezonde mensen, voor jong en oud, als voor mensen met een chronisch ziekte of lichamelijke beperking (1, 5). Onderzoek naar beweeg- en sportgedrag van specifieke groepen in de bevolking wijst op ondervertegenwoordiging, oftewel een lagere deel-name bij kwetsbare groepen (6-8). Zo blijven ouderen, mensen met een chronische aandoening en mensen met een lichamelijke beperking al jaren achter in beweegniveau (6-8). Naar verwachting zullen door de vergrijzing zowel ouderen als mensen met een chronische aandoening of beperking een steeds groter deel van de Nederlandse samenleving uit-maken (3). Het stimuleren van bewegen bij deze groepen wordt daar-mee van steeds groter belang. Vanwege de gunstige invloed op het be-loop van een aantal chronische aandoeningen en het ontwikkelen van multimorbiditeit (2), maar ook door functiebehoud wat ten goede komt aan de maatschappelijke participatie en zelfredzaamheid (9). Niet-westerse allochtonen en laagopgeleiden hebben vaker gezond-heidsklachten en een lager beweegniveau dan hoogopgeleiden (10, 11). Ondanks de positieve verwachtingen van de tweede-generatie etnische groepen die zijn opgegroeid met Nederlandse beweeg- en sportgewoon-ten (7, 12), sport en beweegt deze groep minder dan de gemiddelde Nederlander (7, 13). Er zijn beleidsdoelen gesteld om gezondheidsver-schillen tussen laag- en hoogopgeleiden te stabiliseren of terug te bren-gen (9) en daarom is het ook bij deze groepen van belang om bewegen te stimuleren. Mensen met een verstandelijke beperking behoren tot een kwetsbare groep die vaker gezondheidsproblemen zoals obesitas en diabetes heb-ben dan mensen zonder een verstandelijke beperking (14-16). Ook van deze groep is bekend dat de sport- en beweegdeelname aanzienlijk la-ger is dan gemiddeld (14, 17). Kortom, voor deze zes groepen, mensen met een lage SES, mensen met een migratieachtergrond, ouderen, chronisch zieken, mensen met een lichamelijke beperking en mensen met een verstandelijke beperking lijkt door middel van beweegstimulering gezondheidswinst te behalen. Om beweeg- en sportdeelname te verhogen is het belangrijk aansluiting te vinden bij de doelgroepen. Zo staat vraaggerichtheid bijvoorbeeld aan de basis van de programma’s Sport en Bewegen in de Buurt (18) en Grenzeloos actief (19). Kennis van doelgroepen en hun belemmeringen

Page 16: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 14 van 79

en drijfveren om te sporten en bewegen vormen de basis van aanslui-ting bij de doelgroep, want met die kennis kunnen aanbieders inspelen op de juiste factoren om bewegen bij de doelgroep te faciliteren en sti-muleren. Er is nationale en internationale literatuur bekend die zich hierop richt, maar deze kennis is versnipperd. Het Ministerie van Volks-gezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft het Rijksinstituut voor Volks-gezondheid en Milieu (RIVM) daarom gevraagd om op basis van be-schikbare kennis uit literatuur belemmeringen en drijfveren in kaart te brengen en een vertaling naar de praktijk te maken. In dit rapport zullen met behulp van literatuur en bijeenkomsten met experts uit het werkveld sport en bewegen de belemmeringen en drijf-veren op een gestructureerde manier in kaart worden gebracht. Daar-mee wordt inzichtelijk gemaakt welke belemmeringen en drijfveren de verschillende doelgroepen hebben en wat een belemmering of drijfveer inhoudt voor de doelgroep. Ook wordt er ingegaan op hoe sommige be-lemmeringen overkomen kunnen worden. Leeswijzer Om inzicht te creëren in het beweeg- en sportgedrag van de doelgroe-pen en de bijhorende belemmeringen en drijfveren zal in Hoofdstuk 3 het beweeg- en sportgedrag van de doelgroepen worden beschreven. In Hoofdstuk 4 worden de belemmeringen en drijfveren voor sport en be-wegen en enkele manieren om belemmeringen te overkomen uiteenge-zet per doelgroep. In Hoofdstuk 5 worden de resultaten van dit rapport bediscussieerd en conclusies en aanbevelingen geformuleerd.

Page 17: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 15 van 79

2 Methoden

Het hoofddoel van deze rapportage is het bijeenbrengen van kennis over belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegen-woordigde groepen en de vertaling van deze kennis naar de praktijk te maken. In dit rapport zijn zes ondervertegenwoordigde groepen geselecteerd die bekend staan als kwetsbare groepen in de samenleving.

1. mensen met een lage sociaal economische status1, 2. mensen met een migratieachtergrond, 3. ouderen, 4. mensen met een chronische aandoening, 5. mensen met een lichamelijke beperking,

a. motorische beperking b. visuele beperking c. auditieve beperking

6. mensen met een verstandelijke beperking. Het rapport is gebaseerd op drie onderdelen. Een cijfermatige beschrij-ving van het beweeg- en sportgedrag van de doelgroepen, een beschrij-ving van belemmeringen en drijfveren van de doelgroepen op basis van literatuur en een kwalitatieve beschrijving van de belemmeringen en drijfveren gebaseerd op praktijkbijeenkomsten. De volgende paragrafen lichten per onderdeel de gebruikte onderzoeksmethoden toe.

2.1 Beschrijving beweeg- en sportgedrag Om het beweeg- en sportgedrag te beschrijven zijn drie kernindicatoren berekend. Dit zijn de combinorm, wekelijkse sportdeelname en clublid-maatschap (www.kernindicatorensportenbewegen.nl). Tabel 1 geeft een overzicht van de indicatoren en laat zien op basis van welke bronnen deze zijn berekend. Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor Een van deze bronnen is de Leefstijlmonitor (www.leefstijlmonitor.nl). Dit is een samenwerkingsverband tussen verschillende thema-instituten gericht op leefstijl die wordt gecoördineerd door het RIVM. De Leefstijl-monitor bevat verschillende gegevensverzamelingen, waaronder de Ge-zondheidsenquête (GE). De GE is een vragenlijstonderzoek onder de Nederlandse bevolking dat het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) jaarlijks uitvoert. Voor de GE 2015 werden 15.000 personen benaderd om deel te nemen en de respons was 65%. Dit resulteerde in een netto steekproef van ongeveer 9.500 respondenten (20). In de GE is het be-weeg- en sportgedrag van mensen van 12 jaar en ouder uitgevraagd. Op basis van deze vragen zijn de combinorm en wekelijks sporten bere- 1Bij mensen met een lage sociaal economische status (SES) wordt in de literatuur en tijdens de praktijkbijeen-komsten naar mensen met een lage opleiding en/of een laag (huishoudens)inkomen gerefereerd. In sommige literatuurstudies zijn ook mensen ingedeeld naar SES op basis van arbeidspositie en buurtkenmerken, zoals inkomen van de buurt, aantal koophuizen.

Page 18: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 16 van 79

kend. De combinorm is een optelsom van de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB) en de fitnorm. Om aan de NNGB te voldoen moeten kinderen van 4-17 jaar tenminste een uur per dag matig intensief bewe-gen (5.0 tot 8.0 MET). Volwassenen moeten tenminste een half uur op 5 dagen per week matig intensief bewegen (18-54 jaar: 4.0 tot 6.5 MET; 55+ jaar: 3.0 tot 5.0 MET). Men voldoet aan de fitnorm wanneer hij/zij tenminste drie keer per week, 20 minuten zwaar intensief beweegt (kin-deren: ≥8.0 MET; 18-54 jaar: ≥6.5 MET ; 55+ jaar: ≥5.0 MET). Vrijetijdsomnibus De Vrijetijdsomnibus (VTO) is een vragenlijstonderzoek naar sport- en cultuurparticipatie in Nederland dat iedere twee jaar door het SCP in samenwerking met het CBS wordt uitgevoerd. Het doel van dit onder-zoek is het volgen van ontwikkelingen in kernindicatoren voor sport- en cultuurbeleid. De respons van het VTO-onderzoek van 2014 was 54% en dit resulteerde in 3040 ingevulde vragenlijsten (21). Op basis van de VTO is de kernindicator clublidmaatschap bepaald. Tabel 1. Kernindicatoren en preferente databronnen*

Kernindicator Definitie Bron Leeftijd steekproef

Meest recente data

Beweeggedrag Aandeel van de bevolking dat vol-doende beweegt op basis van de combinorm

GE/LSM CBS i.s.m. RIVM

12 jaar en ouder

2015

Wekelijkse sportdeelname

Aandeel van de bevolking dat we-kelijks aan sport doet

GE/LSM CBS i.s.m. RIVM

12 jaar en ouder

2015

Clublidmaatschap Aandeel van de bevolking/sporters dat lid is van een sportvereniging

VTO SCP

6 jaar en ouder

2014

*Meer informatie over de bronnen en de kernindicatoren is te vinden op www.kernindicatorensportenbewegen.nl Monitor Onbeperkt Sportief voor verstandelijke beperkingen Aangezien met de Leefstijlmonitor en de Vrijetijdsomnibus het beweeg-gedrag van mensen met een verstandelijke beperking niet kan worden vastgesteld, wordt het beweeggedrag van deze groep geïllustreerd met cijfers uit de Monitor Onbeperkt Sportief (17). Deze monitor uit 2013 baseert de uitkomsten op het Panel Samen Leven, waar vertegenwoor-digers van mensen met een verstandelijke beperking vragen over sport en bewegen beantwoordden, en op vragen aan personeel van zorginstel-lingen uit de monitor Zo kan het ook!.

2.2 Literatuurinventarisatie over belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen Literatuurinventarisatie Het startpunt van de literatuurinventarisatie was een bijeenkomst met het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP), Mulier Instituut, NOC*NSF en

Page 19: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 17 van 79

Kenniscentrum Sport. Zij werden gevraagd om op basis van bekende literatuur per doelgroep input te leveren op wat belemmeringen en drijf-veren zijn voor de doelgroep en om belangrijke literatuur aan te dragen. Op de literatuur verkregen tijdens deze bijeenkomst is de sneeuwbalme-thode toegepast om meer relevante literatuur te verzamelen. Dit bete-kent dat de literatuurlijsten van relevante literatuur is nagelopen om nieuwe artikelen te vinden. Vervolgens is verder gezocht naar met name nationale literatuur om de vertaalslag naar de Nederlandse situatie en cultuur zo goed mogelijk te maken. Ook is gezocht naar internationale overzichtsstudies, omdat bij verschillende doelgroepen niet voldoende informatie beschikbaar was op basis van Nederlandse literatuur. Bij een gebrek aan internationale overzichtsstudies is verder gezocht naar in-ternationale studies die gebruik maakten van kwalitatief onderzoek. De literatuur is met behulp van de volgende zoekmachines gezocht: Scopus, Pubmed en Google Scholar en Nederlandse publicaties uit grijze literatuur (Google). Zoektermen verwezen naar lichamelijke activiteit, bewegen en sport en naar belemmeringen en drijfveren. Daarnaast zijn zoektermen gebruikt gericht op de specifieke doelgroep. In Bijlage 1 is een overzicht van de gebruikte zoektermen weergegeven. Voor lichame-lijke beperkingen betekent dit dat specifiek gezocht is op motorische beperkingen, visuele beperkingen en auditieve beperkingen. Voor chro-nische aandoeningen is gezocht naar literatuur over chronische aandoe-ningen in het algemeen, maar ook naar literatuur over de volgende spe-cifieke aandoeningen: diabetes, hart- en vaatziekten, depressie, ast-ma/COPD, spieraandoeningen, reuma en Parkinson. Van deze aandoe-ningen is bekend dat patiënten minder bewegen (22) of dat de aandoe-ning een directe invloed heeft op bewegen. Daarnaast wordt voor een aantal van deze aandoeningen vanuit de richtlijnen van het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) geadviseerd meer te bewegen (23). De groep neurologische aandoeningen overlapt met motorische beperkin-gen. Daarom worden de belemmeringen en drijfveren voor deze aan-doening bij motorische beperkingen beschreven. Ecologisch model De belemmeringen en drijfveren verkregen uit de literatuur zijn inge-deeld naar het ecologisch model: Adapted ecologisch model of the de-terminants of physical activity van Bauman en collega’s (24) (zie Figuur 1). Dit model deelt factoren in op individueel, interpersoonlijk, omge-ving, regionaal en nationaal beleid en wereldwijd niveau. Binnen deze niveaus wordt vervolgens onderscheid gemaakt naar een aantal catego-rieën. Op individueel niveau zijn dat biologische factoren en psycholo-gische factoren en op interpersoonlijk niveau zijn dit sociale steun en culturele normen en praktijken. Voor de omgeving wordt onderscheid gemaakt in de sociale omgeving, gebouwde omgeving en natuurlijke omgeving. Onder de sociale omgeving valt bijvoorbeeld ‘anderen zien bewegen’ maar ook criminaliteit of verkeersgedrag van anderen. Bij de gebouwde omgeving gaat het bijvoorbeeld om de aan- of afwezigheid van faciliteiten of het (openbaar)vervoer. Vegetatie, het weer en na-tuurgebieden behoren tot de natuurlijke omgeving. Het laatste niveau bestaat uit regionale en nationale beleidsmaatregelen. Deze kunnen in-gezet worden op verschillende sectoren, zoals de sportsector, educatie

Page 20: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 18 van 79

en gezondheidszorg. Het wereldwijd niveau is niet van toepassing op dit onderzoek. Synthese van de literatuur De eerste auteur (MH) las de geselecteerde artikelen en zette alle be-lemmeringen en drijfveren uit de artikelen in een Excel bestand naar de indeling van het ecologisch model. De ordening van de teksten volgens het model werd gecontroleerd door de tweede auteur (EdH) en bij ver-schil van inzicht werd overlegd tot consensus werd bereikt tussen beide auteurs. Aan de hand van het Excel bestand werd een overzicht gecre-eerd van belemmeringen en drijfveren voor iedere doelgroep. De origi-nele teksten uit de artikelen zijn gebruikt om de belemmeringen en drijfveren te beschrijven.

Figuur 1. Versimpelde weergave van het Adapted ecological model of the deter-minants of physical activity (24)

2.3 Praktijkbijeenkomsten over belemmeringen en drijfveren Om meer betekenis te geven aan de in de literatuur beschreven belem-meringen en drijfveren werden deze bevindingen getoetst aan een aan-tal experts uit de praktijk. Hiervoor werden vier bijeenkomsten georga-niseerd waarbij experts uit het werkveld van de doelgroepen en van sport en bewegen zoals mensen uit patiënt- en zorgorganisaties, uit be-leid, kennisinstituten en buurtsportcoaches werden uitgenodigd. In die vier bijeenkomsten werden een aantal doelgroepen gezamenlijk bespro-ken. Hieronder een overzicht welke doelgroepen in één bijeenkomst aan bod kwamen:

1. mensen met een lage SES en mensen met een migratieachter-grond;

2. ouderen en mensen met een chronische aandoening ; 3. mensen met een motorische, visuele of auditieve beperking; 4. mensen met een verstandelijke beperking2.

2 Eén van de genodigden kon niet aanwezig zijn en heeft de bevindingen uit de literatuur en bijeenkomst over mensen met een verstandelijke beperking telefonisch aangevuld.

Individueel

Interpersoonlijk

Omgeving

Regionaal en nationaal beleid

Page 21: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 19 van 79

Voorafgaand aan de praktijkbijeenkomsten werden de bevindingen over belemmeringen en drijfveren uit de literatuur aan de deelnemers ge-stuurd. In het eerste deel van de praktijkbijeenkomst werd deze tekst uitvoerig besproken. De deelnemers werd gevraagd in hoeverre het beeld uit de literatuur herkenbaar was en er werden voorbeelden van praktijksitua-ties besproken om inzichtelijker te maken wat een belemmering precies betekent voor de doelgroep. De experts werd ook gevraagd of het over-zicht een compleet beeld gaf of dat er nog belemmeringen of drijfveren ontbraken. In het tweede deel werd aan de hand van een aantal belangrijke be-lemmeringen en drijfveren het wegnemen van deze belemmeringen in de praktijk besproken.

Page 22: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 20 van 79

Page 23: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 21 van 79

3 Beschrijving beweeg- en sportdeelname ondervertegen-woordigde groepen

Dit hoofdstuk beschrijft de meest recente cijfers van de kernindicatoren combinorm, wekelijkse sporter en clublidmaatschap per doelgroep (Ta-bel 2). Het sport- en beweeggedrag van mensen met een verstandelijke beperking wordt apart beschreven. Van de algemene Nederlandse bevolking voldoet 57% aan de combi-norm en doet 53% wekelijks aan sport. Eén op de drie Nederlanders is lid van een sportclub. Het percentage dat voldoet aan de combinorm ligt, op ouderen (72%) en mensen met een lage SES (58%) na, lager bij de ondervertegen-woordigde groepen (34-55%) dan de rest van de Nederlandse bevol-king. Het hogere percentage bij ouderen kan wellicht verklaard worden door minder strenge beweegnormen die gelden voor volwassenen van 55 jaar en ouder ten opzichte van de normen voor volwassenen onder de 55 jaar. Wanneer de groepen ouderen en mensen met een lage op-leiding verder worden uitgesplitst dan ligt het percentage wel lager bij ouderen van 80 jaar en ouder (49%) en mensen met alleen basisonder-wijs (55%) dan de rest van de Nederlandse bevolking. Het percentage mensen dat wekelijks aan sport doet ligt voor alle groe-pen lager (20-43%) ten opzichte van de rest van de Nederlandse bevol-king, waarbij het percentage wekelijks sporten het laagst is bij mensen met een motorische beperking. Ook zijn de groepen minder vaak lid van een sportclub (15-24%), waarbij mensen met een lage opleiding het minst vaak lid zijn. Volgens vertegenwoordigers van mensen met een lichte of matige ver-standelijke beperking doet de meerderheid (92%) aan beweegactivitei-ten. Onder 29% van de woonlocaties (waar ook mensen met een ernsti-ge verstandelijke handicap verblijven) wordt gerapporteerd dat drie kwart van hun bewoners deelneemt aan sport of bewegen in de vrije tijd. Daarnaast geeft weer 29% van de woonlocaties aan dat 50 tot 75% van de bewoners deelneemt aan sport- en beweegactiviteiten en neemt bij de overige 42% minder dan 50% van de bewoners deel aan sport- en beweegactiviteiten in de vrije tijd (17)

Page 24: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 22 van 79

Tabel 2. Beschrijving beweeg- en sportgedrag per doelgroep Bevolkingsgroep* Combinorm

(%) Wekelijkse sporter (%)

Clublidmaat-schap (%)

Algemene Nederlandse be-volking

57 53 31

Ouderen 65 jaar en ouder 80 jaar en ouder

72 49

35 17

19 -

Chronische aandoening 55 41 17 Motorische beperking 38** 20** 18 Visuele beperking 54** 34** - Auditieve beperking 42** 25** - Lage SES (o.b.v. oplei-dingsniveau)

Laag opgeleid*** Alleen basisonderwijs

58 55

31 25

15 -

Niet-westerse migratieach-tergrond

37 43 24

* Cijfers van de combinorm en wekelijkse sporter zijn gebaseerd op Nederlanders van 12 jaar en ouder. Bij clublidmaatschap gaat het om Nederlanders van 6 jaar en ouder. ** Cijfers op basis van de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor CBS i.s.m. RIVM, 2014, omdat in 2015 gegevens over lichamelijk beperkingen onvolledig zijn.

*** Lo, vmbo, avo, mavo bij mensen van 25 jaar en ouder. Bij clublidmaatschap o.b.v. de VTO zijn studenten en scholieren geëxcludeerd, maar zijn mensen zonder een opleiding meegenomen. - Het aantal mensen binnen deze doelgroep was te klein om betrouwbare uitkomsten te vermelden over clublidmaatschap. Bron: Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor (CBS i.s.m. RIVM, 2015) en VTO (SCP, 2014)

Page 25: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 23 van 79

4 Belemmeringen en drijfveren om te bewegen en sporten

Op basis van de bevindingen uit de literatuur is een schematisch over-zicht van belemmeringen en drijfveren gemaakt (Bijlage 2). Uit dit over-zicht bleek een aantal belemmeringen en drijfveren voor vrijwel iedere doelgroep van toepassing. De meeste belemmeringen en drijfveren ko-men echter voor iedere doelgroep op een andere manier tot uitdrukking. Dit bleek uit de literatuur en de praktijkbijeenkomsten. Een uitgebreid verslag van de gemeenschappelijke en specifieke belemmeringen waarin onder andere voorbeelden worden geschetst door de praktijk is te vin-den in het Supplement (http://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/2016-0201_supplement.pdf). In dit supplement zijn ook de referenties van het literatuuronderzoek te vinden. In dit hoofdstuk (Tabel 3-6) wordt op basis van de literatuur en de prak-tijkbijeenkomsten samengevat wat de belemmeringen en drijfveren be-tekenen voor de doelgroepen. Daarnaast wordt op basis van de prak-tijkbijeenkomsten samengevat hoe de belemmeringen mogelijk wegge-nomen kunnen worden. De bevindingen zijn geordend naar het ecolo-gische model. De belemmeringen en drijfveren worden gepresenteerd per doelgroep-combinatie zoals besproken tijdens de praktijkbijeenkomsten, namelijk:

1. mensen met een lage SES en een migratieachtergrond 2. ouderen en mensen met een chronische aandoening 3. mensen met een motorische, visuele of auditieve beperking 4. mensen met een verstandelijke beperking

4.1 Mensen met een lage SES en een migratieachtergrond De diversiteit in de groep mensen met een lage SES en/of migratieach-tergrond is groot en verschilt bijvoorbeeld naar culturele achtergrond. Niet iedere belemmering of drijfveer of manier om belemmeringen weg te nemen (Tabel 3) zal daarom voor iedereen uit deze doelgroep van toepassing zijn. Hieronder volgt een beknopte opsomming van mogelijke belemmeringen en drijfveren om te sporten en bewegen:

- Bij mensen met een lage SES kan door mindere gezondheids-vaardigheden, laaggeletterdheid en het niet fijn vinden van het aangaan van lange-termijn verbintenissen sport- en beweegdeel-name worden belemmerd.

- Een opeenstapeling van samenhangende belemmeringen die ten grondslag ligt aan hun sociaaleconomische positie, zoals een on-gunstige financiële positie en weinig ondersteuning uit de directe sociale omgeving kan sport- en beweegdeelname belemmeren.

- Het nut niet inzien en andere prioriteiten hebben kunnen sport- en beweegdeelname belemmeren.

- Ontspanning en het opdoen van sociale contacten kunnen drijfve-ren zijn om te sport en bewegen.

- Bij mensen met een migratieachtergrond spelen culturele normen en waarden vaak een rol bij het sport- en beweeggedrag.

Page 26: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 24 van 79

- Een gebrek aan beweegervaring vanuit de opvoeding, en/of door weinig voorbeelden uit de sociale omgeving kan zorgen voor la-gere sport- en beweegdeelname, terwijl het hebben van rolmo-dellen bewegen stimuleren.

In het kort blijken op basis van dit onderzoek de volgende punten van belang bij het wegnemen van belemmeringen:

- Het achterhalen van de motivatie of onderwerpen die de doel-groep belangrijk vindt om beweegdoelen aan te laten sluiten op die onderwerpen. Dit kan bijvoorbeeld door middel van argumen-tenkaartjes of latente beweegvragen.

- Een wijkgerichte aanpak waarbinnen een krachtig netwerk van partijen dat in contact staat met de doelgroep de boodschap van een gezonde leefstijl en het belang van bewegen uitdraagt.

- Een laagdrempelig bereikbare partij, zoals een buurtsportcoach die beschikbaar is voor wijkbewoners en andere partijen uit het sociaal netwerk ten behoeve van beweegstimulering.

- Beweegaanbod met laagdrempelige activiteiten en aanbod waar mensen met een migratieachtergrond gezamenlijk kunnen spor-ten in een veilige omgeving.

Page 27: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 25 van 79

Tabel 3. Belemmeringen en drijfveren van mensen met een lage SES en een migratieachtergrond Niveau Cluster

belemmeringen en drijfveren

Litera-tuur

Prak-tijk

Betekenis* Manier om belemmeringen weg te nemen**

Individueel SES Ja Ja - Gebrek aan financiële middelen voor beweegactiviteiten en bijkomende kosten zoals een drankje na afloop.

- Schaamte om financiële ondersteuning aan te vragen voor beweegactivitei-ten.

- Soms laaggeletterdheid, mindere ge-zondheidsvaardigheden en het niet fijn vinden van het aangaan van lange termijn verbintenis, bijvoorbeeld bij het lid worden van een sportclub.

- Opeenstapeling problemen die ten grondslag liggen aan de lage SES.

- (Bestaand) goedkoop beweegaan-bod.

- Ontsluiting van informatie over (financiële ondersteuning voor) beweegactiviteiten beter aanpas-sen op de doelgroep door bijvoor-beeld rekening te houden met laaggeletterdheid.

- Beweegactiviteiten aanbieden zon-der lange termijnverbinding.

- Voorafgaand aan beweegstimule-ring ondersteuning bieden bij het aanpakken van andere problemen zoals schulden en sociaal isole-ment.

Migratieachtergrond Ja Ja - De jongere generatie migranten die is

opgegroeid met de Nederlandse sport- en beweeggewoonten beweegt meer dan de oudere generatie die dit niet heeft meegekregen.

- Taalvaardigheid.

- Ontsluiting van informatie over (financiële ondersteuning voor) beweegactiviteiten beter aanpas-sen op de doelgroep door er reke-ning mee te houden dat mensen met een migratieachtergrond de Nederlandse taal minder goed kunnen beheersen.

Overige demografi-sche factoren

Ja

Ja

- Vrouwen of meisjes bewegen vaak minder dan jongens en mannen, met name onder Turken en Marokkanen.

Gezondheid Ja

Ja - Vaak meer gezondheidsproblemen hebben en het idee hebben dit te ver-

- Inzetten van multidisciplinair net-werk die betrokken zijn bij de

Page 28: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 26 van 79

ergeren door bewegen. - Bewegen om de gezondheid te verbe-

teren is meestal geen drijfveer, alleen wanneer ziekte heel dichtbij komt.

doelgroep om het profijt van be-wegen vanuit verschillende invals-hoeken over te brengen.

Motivatie, attitude Ja Ja - Mensen met lage SES hebben vaker zwaar werk en geven om die reden aan dat zij al genoeg bewegen.

- Prioriteit geven aan andere problemen en taken uit het dagelijks leven. Deze problemen en taken vergen al genoeg aandacht waardoor bewegen wordt achtergesteld.

- Nut van bewegen niet inzien; ‘Zo lang ik geen gezondheidsklachten heb is bewegen niet noodzakelijk’.

- Bij promotie van activiteiten na-druk op ontspanning in plaats van inspanning.

- Voorafgaand aan beweegstimule-ring ondersteuning bieden bij het aanpakken van andere problemen.

- Beweegactiviteiten laten aansluiten of combineren met andere priori-teiten zoals school en het verzor-gen van kinderopvang.

- Achterhalen hoe men gemotiveerd kan worden voor beweegactivitei-ten, bijvoorbeeld met argumenten-kaartjes of latente beweegvragen.

- Inzetten van multidisciplinair net-werk van partijen die betrokken zijn bij de doelgroep om het belang van bewegen vanuit verschillende invalshoeken over te brengen.

Gewoonte, ervarin-gen en opvoeding

Ja Ja - Niet zijn opgegroeid of opgevoed met sport en bewegen en daardoor minder bekend zijn met het uitvoeren van sport en de positieve effecten van be-weegactiviteiten (beweegervaring).

- Laagdrempige activiteiten die wei-nig vaardigheden vereisen zodat ook personen die niet van kleins af aan recreatief bewogen hebben hier eenvoudig aan mee kunnen doen.

- Inzetten van multidisciplinair net-werk van partijen die betrokken zijn bij de lage SES groep om de boodschap over het nut van bewe-

Page 29: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 27 van 79

gen vanuit verschillende invals-hoeken aan de doelgroep te com-municeren.

Angst en mentaal welzijn

Ja Ja - Angst voor nieuwe omgeving bij nieuwkomers.

- Sport en bewegen voor het bevorde-ren van mentale gezondheid, ont-spannen en het vergeten van proble-men.

- Bij promotie van activiteiten na-druk op ontspanning in plaats van inspanning.

- Maatjesprojecten.

(Zelf)vertrouwen en zelfbeeld

Ja N.T. - Een gebrek aan zelfvertrouwen en zelfeffectiviteit hebben voor beweeg-activiteiten.

- Ongemakkelijk en zelfbewust gevoel bij het sporten.

- Zelfvertrouwen en een positief zelf-beeld hebben.

Interpersoon-lijk

Sociale steun - Isolement, gebrek aan sociaal net-werk, weinig sociale cohesie, niet thuis voelen in de wijk, of de wijk waar de activiteit plaatsvindt.

- Sport- en beweegactiviteiten als mid-del om uit isolement te komen.

- Sociale steun. - Samen sporten. - Respect hebben voor elkaar.

- Inzetten van multidisciplinair net-werk om personen in isolement te bereiken, onder andere via sociale wijkteams.

- Aangepast aanbod waar mensen met een migratieachtergrond ge-zamenlijk kunnen sporten.

- Maatjesprojecten.

Cultuur Ja Ja - Onbekendheid met of interesse in na-tionale sportcultuur.

- Gevoelens van discriminatie en ste-reotypering.

- Cultureel perspectief op de rol van vrouwen waarbij sporten door vrou-wen ongepast is.

- Aangepast aanbod aan culturele normen waar mensen met een mi-gratieachtergrond gezamenlijk kunnen sporten in een veilige om-geving, onder andere door privacy te bieden voor vrouwen.

- Opleiden van trainers voor meer inlevingsvermogen in verschillende

Page 30: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 28 van 79

culturele normen en waarden.

Omgeving Sociale omgeving Ja Ja - Voor mensen met een migratieachter-grond kunnen rolmodellen, zoals een trainer, waar deze doelgroep tegenop kijkt of een topsporter met dezelfde culturele achtergrond motiverend werken.

- Beweeggedrag van mensen uit directe omgeving, bijvoorbeeld ouders of klasgenoten.

Veilige en aantrek-kelijke omgeving

Ja Ja - Onveilige buurt criminaliteit en/of overlast. Bijvoorbeeld strijd tussen buurtbewoners om een sportveldje.

- Onaantrekkelijke uitstraling van de buurt.

- Er wordt veel gecreëerd om de omge-ving aantrekkelijker te maken met groengebieden, maar het effect daar-van op beweeggedrag is bij de praktijk niet duidelijk.

- Ontdekken van de buurt onder begeleiding voor meer waardering voor de buurt en daarmee meer neiging tot beweegactiviteiten in de buurt.

Transport Ja Ja - Moeten reizen voor beweegactiviteiten lijkt voor mensen met een lage SES een grotere belemmering dan voor degene met een hogere SES. Maar, soms lijkt er voor mensen met een migratieachtergrond juist een hogere bereidheid tot reizen voor aanbod in eigen kring dat voldoet aan culturele

- Aanbod in de eigen wijk.

Page 31: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 29 van 79

en religieuze voorwaarden. - Aanbod buiten de wijk lijkt soms be-

lemmerend doordat er verschillen zijn in sociale klassen tussen wijken en zij zich er niet prettig voelen.

Faciliteiten Ja Ja - Beperkte beschikbaarheid van facilitei-ten. Deze zijn veelal in gebruik door verenigingen of scholen, of regelge-ving gemeente en/of hoge kosten be-lemmeren het gebruik hiervan.

Natuurlijke omge-ving

Ja N.T. - Weersomstandigheden. - Groengebieden in de buurt.

Regionale en nationale beleids-factoren

Aanbod Ja Ja - Aanbod moet passen bij de culturele normen en waarden.

- Verenigingen hebben soms moeite om met mensen met een migratieachter-grond in contact te komen.

- Aanbod op maat waarbij aangeslo-ten wordt bij wat mensen met een lage SES belangrijk vinden en dat direct aansluit op de taken en ver-antwoordelijkheden van de doel-groep, zoals school en kinderop-vang.

- Aangepast aanbod aan culturele normen waar mensen met een mi-gratieachtergrond gezamenlijk kunnen sporten in een veilige om-geving, onder andere door privacy te bieden voor vrouwen.

- Sportverenigingen aanpassen aan cultuur door elementen toe te voe-gen waardoor men zich ‘thuis voelt’.

- Sleutelfiguren met een migratie-

Page 32: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 30 van 79

achtergrond in sportverenigingen die connecties hebben met de doelgroep met een migratieachter-grond en zo anderen kunnen en-thousiasmeren ook naar hun ver-eniging te komen.

Trainers*** Ja Ja - Moeizame communicatie met trainers door taal of cultuurbarrière.

- Aandacht in trainersopleidingen voor cultuurverschillen en manie-ren om daarmee om te gaan om inlevingsvermogen te bevorderen.

- Meer individuele aandacht van de trainer waarbij de persoon ‘gezien wordt’ voor binding aan de activi-teit.

Kennis Ja Ja - Onbekend zijn met het beschikbare aanbod.

- Onbekend zijn met mogelijkheden om financiële vergoedingen aan te vragen voor het aanbod.

- Onwetendheid over wat lidmaatschap inhoudt en welke verplichtingen daar-bij horen.

- Ontsluiting van informatie over (financiële ondersteuning voor) beweegactiviteiten beter aanpas-sen op de doelgroep door bijvoor-beeld rekening te houden met laaggeletterdheid of een minder goede beheersing van de Neder-landse taal.

- Extra aandacht voor uitleg van de gang van zaken bij een sportvere-niging aan potentiele leden die voor het eerst meedoen om even-tuele onzekerheden weg te nemen en vertrouwen te winnen.

Advies gezondheids-zorg

Nee Ja - Bij mensen met een migratieachter-grond kan advisering om te bewegen door artsen stimulerend werken, om-dat artsen vanuit een andere culturele achtergrond vaak gezien worden als

- Meer aandacht voor bewegen van-uit de gezondheidszorg.

Page 33: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 31 van 79

een persoon met gezag. Beleid, samenwer-king en regelgeving

Ja Ja - Relatief weinig interventies en subsi-dies zijn gericht op volwassenen die geen gezondheidsproblemen of beper-kingen hebben, terwijl deze groep risi-co loopt op het ontwikkelen van ge-zondheidsproblemen en een rolmodel zou moeten zijn voor hun kinderen.

- Regelgeving en kosten belemmeren mogelijkheden om faciliteiten in te zetten voor laagdrempelig aanbod.

- Onvoldoende verbinding tussen zorg, sociale wijkteams en sportaanbieders voor succesvolle beweegstimulering.

- Initiatieven en vergoedingen voor volwassenen met een lage SES.

- Vanuit het netwerk van betrokken partijen werken aan vergroten van de bewustwording van het belang van bewegen bij de doelgroep en ouders van kinderen binnen de doelgroep.

- Krachtig multidisciplinair netwerk in de wijk van een persoon met la-ge SES met samenwerking tussen de zorg, sociale wijkteams en sportaanbieders. En, een partij die dit netwerk en de doelgroep goed kent, verbindt en laagdrempelig bereikbaar is voor de doelgroep.

*Onder beweegactiviteiten wordt zowel sport als bewegen verstaan en belemmeringen staan met rood beschreven en drijfveren met groen. **Met beweegaanbod worden ook sportactiviteiten bedoeld. ***Onder trainers worden ook instructeurs of andersoortige begeleiders van een beweegactiviteit verstaan. N.T. Niet toegelicht tijdens de praktijkbijeenkomst.

Page 34: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 32 van 79

4.2 Ouderen en mensen met een chronische aandoening Ondanks overlap tussen de doelgroep ouderen en mensen met chroni-sche aandoening moet bij interpretatie van het overzicht in Tabel 4 re-kening gehouden worden met verschillen binnen de doelgroepen bij-voorbeeld in leeftijd, vitaliteit en type aandoening dat men heeft. Hieronder volgt een beknopte opsomming van mogelijke belemmeringen en drijfveren om te sporten en bewegen:

- Een gebrek aan beweegervaring en het nut van bewegen niet in-zien onder andere vanwege het opgroeien in een tijd waarin sporten en bewegen in de vrije tijd minder gewoon was dan te-genwoordig kan impact hebben op het beweeggedrag van oude-ren.

- Aan de ene kant kunnen gezondheids- en mobiliteitsproblemen en de angst voor vallen, letsel, of het verergeren van gezond-heidsproblemen sport- en beweegdeelname belemmeren. Aan de andere kant wil deze doelgroep vaak sporten en bewegen om de-ze problemen te verbeteren.

- Het sociale aspect van beweeggroepen of andersoortige initiatie-ven is bij ouderen vaak een drijfveer.

- Advies en steun vanuit de gezondheidszorg en van trainers om veilig en verantwoord te bewegen tijdens (laagdrempelige) be-weegactiviteiten kunnen voor deze doelgroepen een drijfveer zijn.

In het kort blijken op basis van dit onderzoek de volgende punten van belang bij het wegnemen van belemmeringen:

- Advies, ondersteuning en doorverwijzing vanuit de gezondheids-zorg om bewegen te stimuleren.

- Vaardige trainers die, afhankelijk van de fysieke mogelijkheden van de persoon, activiteiten aanpassen en het vertrouwen geven dat verantwoord bewegen mogelijk is. Door sterke betrokkenheid met de deelnemers binden ze de doelgroep aan de activiteit.

- Laagdrempelige, ofwel eenvoudige, gezellige, goedkope activitei-ten dichtbij huis waaraan mensen met weinig beweegervaring kunnen deelnemen en waarbij niet sport voorop staat, maar het sociale element.

- Het versterken van de connectie tussen zorg en sportaanbieders door een verbindende partij, zoals een buurtsportcoach die con-tact heeft met de zorgverlener en het aanbod goed kent. Deze partij is bekend als vertrouwd doorverwijspunt bij zorgverleners en kan maatwerk bieden aan de doelgroep.

Page 35: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 33 van 79

Tabel 4. Belemmeringen en drijfveren van ouderen en mensen met een chronische aandoening Niveau Cluster

belemmeringen en drijfveren

Litera-tuur

Praktijk

Betekenis* Manier om belemmeringen weg te nemen**

Individueel SES Ja Ja - Bovenop de belemmeringen die deze doelgroep ervaart kunnen ook be-lemmeringen voorkomen die te ma-ken hebben met SES (zie H4.1 en S2).

- Aanreiken gratis of goedkope mogelijkheden om te bewegen, al dan niet met gemeente-lijke subsidies.

- Vergoeden van preventief aanbod door zorgverzekeraars.

- Ondersteuning bij financiële situatie. - Adviseren in leefstijlveranderingen die geen

geld kosten om zo aan de NNGB te voldoen. Migratie-achtergrond

Nee Ja - Bovenop de belemmeringen die deze doelgroep ervaart kunnen ook be-lemmeringen voorkomen die te ma-ken hebben met migratieachtergrond (zie H4.1 en S2).

Overige demografi-sche factoren

Ja N.T. - Major life events. - Met pensioen gaan.

Gezondheid Ja Ja - Pijn, vermoeidheid, ziekte, (motori-sche) beperkingen.

- Verergeren van gezondheidsklach-ten.

- Verbeteren en/of behouden van ge-zondheid, fitheid en functiebehoud, verminderen van zorgbehoefte en zo lang mogelijk onafhankelijk functio-neren.

- Advies en steun vanuit de gezondheidszorg om bewegen te stimuleren en het vertrou-wen te geven dat men dit verantwoord en veilig kan.

- Doorverwijzen naar beweegaanbod vanuit de gezondheidszorg.

- Trainer met inzicht in fysieke mogelijkheden individu die activiteiten daarop aanpast.

Cognitieve vaardig-heden

Ja N.T. - Goed cognitief functioneren heeft een verband met een hogere sport-deelname.

Page 36: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 34 van 79

Motivatie, attitude Ja Ja - Sporten en bewegen niet leuk en belangrijk vinden.

- Nut van (meer) bewegen niet inzien en veronderstelling al genoeg te be-wegen.

- Rolmodel zijn/worden.

- Erkenning dat niet iedereen bewegen leuk vindt.

- Geen nadruk op de termen sport en bewe-gen, maar op gezellige activiteiten en socia-le contacten voor ouderen.

- Boodschap van positieve effecten herhalen via verschillende kanalen die zich richten op de doelgroep.

- Verleiden tot bewegen door laagdrempelige en goedkope activiteiten aan te bieden voor een kennismaking met de positieve effecten van bewegen.

Gewoonte, erva-ringen en opvoed-ing

Ja Ja - Gebrek aan gewoonte om te bewe-gen bij ouderen, al dan niet door op-voeding.

- Positieve ervaringen uit het verleden en sport van huis uit meekrijgen.

- Verleiden tot bewegen door laagdrempelige en goedkope activiteiten aan te bieden voor een kennismaking met de positieve effecten van bewegen.

Coping Ja N.T. - Bewegen kan bijdragen aan het (le-ren) omgaan met de aandoening.

Angst en mentaal welzijn

Ja Ja - Vermoeidheid en energiegebrek ten gevolge van een aandoening.

- Angst voor letsel, vallen en vererge-ren van gezondheidsklachten.

- Ontspanning, sociale aspect en be-vordering van mentale gezondheid.

- Advies en steun vanuit de gezondheidszorg en trainers om bewegen te stimuleren en het vertrouwen te geven dat men dit ver-antwoord en veilig kan.

- Geen nadruk op de termen sport en bewe-gen, maar op gezellige activiteiten en socia-le contacten voor ouderen.

- Verleiden tot bewegen door laagdrempelige en goedkope activiteiten aan te bieden voor een kennismaking met de positieve effecten van bewegen.

Page 37: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 35 van 79

(Zelf)vertrouwen en zelfbeeld

Ja

Ja - Het idee niet mee te kunnen komen, of te oud te zijn om nog te gaan be-wegen of sporten.

- Trainer die activiteiten aanpast aan indivi-duele mogelijkheden.

- Trainer die vertrouwen geeft.

Interper-soonlijk

Sociale steun en samen sporten

Ja Ja - Bezorgdheid van ouders van kin-deren met een chronische aandoe-ning.

- Veilige sfeer in een beweeggroep al dan niet met lotgenoten.

- Sociale steun.

- Trainer of deelnemer van een beweeggroep die zorgt voor een warme band met de doelgroep.

- Nadruk op gezelligheid en sociale contacten voor ouderen.

- Verbinden van jongere/vitale ouderen aan kwetsbare ouderen om samen te bewegen bijvoorbeeld op een duofiets, of via een maatjesproject.

Omgeving Veilige en aantrek-kelijke omgeving

Ja Ja - Onveilige buurt, criminaliteit, verlich-ting, autoriteiten, verkeersgedrag, voetgangersveiligheid en infrastruc-tuur.

- Aantrekkelijke en bewandelbare buurt.

- Veilig gevoel in omgeving verzorgen, o.a. met straatverlichting en faciliteiten voor voetgangers waar men veilig en op eigen tempo over kan steken.

- Een buurt met voldoende rustplaatsen en die schoon en opgeruimd is.

Transport Ja Ja - Vervoersproblemen, zoals overstap-pen, lange afstanden moeten afleg-gen of lange wachttijden overbrug-gen.

- Hoge kosten van (speciaal) vervoer. - Onvoldoende parkeermogelijkheden

voor minder validen kunnen de te lopen afstand te lang maken voor de doelgroep.

- Aanbod in de buurt. - Toegankelijk OV voor ouderen met comfor-

tabele bushaltes, seniorenvriendelijke bus-diensten en de mogelijkheid om langere af-standen in één keer af te leggen.

Faciliteiten Ja Ja - Gebrek aan toegankelijke accommo-daties waarbij rekening wordt ge-

- Accommodaties die geschikt zijn voor men-sen met lichamelijke beperkingen zijn ook

Page 38: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 36 van 79

houden met eventuele beperkingen zoals het beschikbaar zijn van een lift.

geschikt voor ouderen en mensen met chronische aandoeningen.

- Veilige accommodaties die o.a. beschikken over een AED.

Natuurlijke omge-ving

Ja N.T. - Weersomstandigheden. - Luchtkwaliteit voor mensen met

COPD. - Groengebieden in de buurt.

Regionaal en na-tionaal beleid

Aanbod Ja Ja - Activiteiten die zijn aangepast aan fysieke mogelijkheden, leeftijd en ni-veau.

- Veilig sporten en bewegen met aan-gepaste (hulp)middelen en instruc-ties.

- Aanbod op maat: gepast niveau (intensiteit, complexiteit, moeilijkheidsgraad), samen sporten met leeftijd- en of lotgenoten en in-dividuele instructie door trainers.

- Geen nadruk op de termen sport en bewe-gen, maar op gezellige activiteiten en socia-le contacten voor ouderen.

Trainers*** Ja Ja - Gebrek aan vaardige trainers. - Trainer die activiteiten aanpast aan de (fy-sieke) mogelijkheden van het individu.

- Trainer die zorgt voor een warme band (so-ciaal/betrokkenheid) met de doelgroep.

Kennis Ja Ja - Gemis kennis van de positieve effec-ten van bewegen (ouderen).

- Gebrek kennis van het beschikbare aanbod.

- Gebrek kennis hoe verantwoord te bewegen.

- Advies en ondersteuning vanuit de gezond-heidszorg om bewegen te stimuleren en te leren hoe dit verantwoord kan.

- Informatie over het aanbod centraliseren bij één vindbare partij die overzicht heeft van het aanbod, dit matcht bij de behoeften en mogelijkheden van de persoon en doorver-wijst naar dat aanbod.

Page 39: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 37 van 79

Advies gezond-heidszorg

Ja Ja - Partijen uit de zorg missen soms dat (kwetsbare) ouderen te weinig be-wegen.

- (Onder)steunen en advies door ge-zondheidsexpert/medici om (meer) te gaan bewegen.

- Doorverwijzing naar beweegaanbie-ders vanuit de gezondheidszorg.

- Integreren kleine beweegactiviteiten in het dagelijks leven bij kwetsbare ouderen door partijen uit de zorg.

- Versterken nadruk op bewegen bij risicosig-nalering ouderen in de zorg.

- Advies en ondersteuning vanuit de gezond-heidszorg om bewegen te stimuleren en aan te leren hoe dit verantwoord kan. Verster-ken connectie zorg en sportaanbieders.

- Artsen moeten hun patiënt kunnen verwij-zen naar één vindbare partij die overzicht heeft van het aanbod, dit matcht bij de be-hoeften en mogelijkheden van de persoon en doorverwijst naar dat aanbod.

Bewegen op school ja N.T. - Sommige leraren van kinderen met astma gaan niet goed met de ziekte om bij de gymles.

Beleid, samenwer-king en regelgeving

Ja N.T. - Krachtig multidisciplinair netwerk rondom de oudere of chronisch zieke, met samen-werking tussen (thuis)zorgorganisaties, wijkteams, artsen, revalidatiecentra. fysio-therapeute en sportaanbieders. En een par-tij die dit netwerk goed kent, verbindt en toeziet op regie en continuïteit.

- Partij die overzicht heeft van het aanbod en dit matcht bij de behoeften en mogelijkhe-den van de persoon.

*Onder beweegactiviteiten wordt zowel sport als bewegen verstaan en belemmeringen staan met rood beschreven en drijfveren met groen. **Met beweegaanbod worden ook sportactiviteiten bedoeld. ***Onder trainers worden ook instructeurs of andersoortige begeleiders van een beweegactiviteit verstaan. N.T. Niet toegelicht tijdens de praktijkbijeenkomst.

Page 40: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 38 van 79

4.3 Mensen met een lichamelijke beperking Bij de interpretatie van de belemmeringen en drijfveren zoals beschre-ven in Tabel 5 moet rekening worden gehouden met verschillen binnen deze doelgroep door de aard van de beperking, maar ook doordat de beperking aangeboren is of juist op latere leeftijd (plotseling) is ont-staan. Bij de praktijkbijeenkomst lag de focus op mensen met een moto-rische beperking en bleek vooral minder expertise op het gebied van mensen met een gehoorbeperking. Daarom is er minder informatie over deze doelgroep beschikbaar. Hieronder volgt een beknopte opsomming van mogelijke belemmeringen en drijfveren om te sporten en bewegen:

- Voor mensen met een motorische beperking kunnen gezond-heidsaspecten, zoals het motorisch functioneren, fitheid, ver-moeidheid en pijn belemmerend zijn voor sport- en beweegdeel-name.

- Coping, het omgaan met de beperking, kan zowel een drijfveer als een belemmering zijn. Zo lijkt een mindere mate van accep-tatie van de beperking samen te gaan met minder sport en be-wegen, maar kunnen sport- en beweegactiviteiten ook bijdragen aan de acceptatie van de beperking, zelfvertrouwen en zelfbeeld.

- Voor mensen met een visuele beperking is vaak het beperkt ori-entatievermogen een beperkende factor voor het sport- en be-weeggedrag.

- Voor mensen met een auditieve beperking kunnen communica-tieproblemen bij het sporten een rol spelen.

- Sport en bewegen is vaak een manier om te ontspannen en kan bijdragen aan verbetering of behoud van functionaliteit en daar-mee de onafhankelijkheid.

In het kort blijken op basis van dit onderzoek de volgende punten van belang bij het wegnemen van belemmeringen:

- Het inzichtelijk maken van de persoonlijke mogelijkheden die men (nog) heeft voor beweegactiviteiten. Zorgverleners kunnen een waardevolle rol vervullen als coach door advies en onder-steuning te geven en te werken aan een positieve beeldvorming van de fysieke mogelijkheden en het ondernemen van beweegac-tiviteiten. Ook is daarbij het gebruik van latente vragen om de motivatie om te bewegen te achterhalen een handig hulpmiddel, zodat het advies daarop aangepast kan worden.

- Trainers zullen bekend moeten zijn met de beweegmogelijkheden van de doelgroep en hun activiteiten daarop moeten kunnen aanpassen, zodat men met een vertrouwd gevoel kan gaan spor-ten.

- Beschikbaarheid van aangepaste, toegankelijke accommodaties om sport en bewegen te faciliteren.

- Werken aan kennis bij de doelgroep en sportaanbieder dat de doelgroep vaak (met kleine aanpassingen) aan het reguliere aan-bod deel kan nemen.

- Krachtig multidisciplinair netwerk rondom persoon met een be-perking met samenwerking tussen de eerste en tweede lijnszorg, wijkteams, scholen en sportaanbieders. Ook is er een centrale organisatie nodig waar het netwerk terecht kan met vragen en

Page 41: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 39 van 79

die regie voert op verschillende initiatieven en continuïteit be-waart.

Page 42: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 40 van 79

Tabel 5. Belemmeringen en drijfveren van mensen met een lichamelijke beperking

Niveau Cluster belemmerin-gen en drijfveren

Litera-tuur

Prak-tijk

Betekenis* Manier om belemmeringen weg te nemen**

Individueel Karakter Nee ja - Karakter; optimisme en groter durven den-ken.

SES Ja Ja Motorische beperking - Inkomsten kunnen lager zijn door de beper-

king omdat men niet meer kan werken of minder verdient. Dit kan uitgaven aan be-weegactiviteiten belemmeren.

- Adviseren in leefstijlveranderingen die geen geld kosten om zo aan de NNGB te voldoen.

- Fondsen, zoals U-pas, Gelrepas.

Migratieachter-grond

Ja Ja Algemeen - De doelgroep met een Marokkaanse of Turkse

achtergrond lijkt minder in de openbaarheid te komen en minder gebruik te maken van be-weegaanbod.

Motorische beperking - Per migratieachtergrond lijken pijnbeleving en

het ervaren van schaamte en angst te ver-schillen. Deze belemmeringen lijken dan ook afhankelijk van de migratieachtergrond ver-schillend door te werken op het beweegge-drag.

- Bij de doelgroep met een Marokkaanse of Turkse achtergrond kunnen familieleden zich in grotere mate bekommeren waardoor af-hankelijkheid bij hen groter lijkt en minder aan beweegactiviteiten wordt gedaan.

Page 43: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 41 van 79

Gezondheid en beperking

ja ja Motorische beperking - Minder goed kunnen bewegen door een ver-

stoorde balans, coördinatie, of motorische vaardigheden.

- Vermoeidheid, energiegebrek en beperkte fitheid door beperking.

- Pijn en ongemakken veroorzaakt door aan-doening of hulpmiddelen die niet altijd te voorkomen/ver-helpen zijn zoals schouder-klachten bij wheelers.

- Verbeteren en behouden van fitheid, kracht, houding en mobiliteit.

- Sommige sporters ervaren een verlichting van (fantoom)pijn door het sporten.

- Kennis van persoonlijke fysieke mogelijkheden om beweegactiviteiten te doen ondanks de beperking.

Visuele beperking - Beperkt oriëntatievermogen kan de bewe-

gingsvrijheid verminderen en vermoeidheid veroorzaken waardoor het moeilijker kan zijn beweegactiviteiten te ondernemen.

Auditieve beperking - Evenwichtsstoornissen kunnen zorgen dat

beweegactiviteiten onprettig en/of beangsti-gend zijn.

- Advies en steun vanuit de ge-zondheidszorg voor betere beeld-vorming van de persoonlijke fy-sieke mogelijkheden en manieren om verantwoord te bewegen en sporten.

- Beweegactiviteiten die per per-soon zijn aangepast op de fysieke mogelijkheden.

- Een sportmaatje die mee gaat naar activiteiten voor mensen met een visuele beperking.

Motivatie, atti-tude

Motorische beperking - Waarom de doelgroep in sommige gevallen

geen motivatie heeft om te bewegen is niet al-tijd direct duidelijk.

- Door goed te zijn in sport een rolmodel zijn/worden voor andere mensen met een be-perking.

- Ontwikkeling van een a4 met la-tente beweegvragen om de (soms minder directe) motivatie van een persoon om te bewegen te ach-terhalen. Professionals zouden dit kunnen gebruiken om de juiste motivatie in te zetten bij beweeg-

Page 44: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 42 van 79

stimulering.

Gewoonte en ervaringen

Ja Ja Motorische beperking - Weinig ervaring hebben met het doen van

beweegactiviteiten met een beperking en voor het het optreden van de beperking niet de gewoonte hebben regelmatig te bewe-gen/sporten.

- Mensen die een aangeboren beperking hebben lijken anders met beweegactiviteiten om te gaan dan mensen die op latere leeftijd een beperking krijgen. Dit kan ermee te maken hebben dat zij spelenderwijs kennis maken met hun fysieke mogelijkheden voor beweeg-activiteiten.

- Sport- en beweegaanbod profile-ren door proeflessen en open da-gen zodat men kennis kan maken met het sportaanbod, de positieve effecten van bewegen en de per-soonlijke fysieke mogelijkheden om sport te beoefenen.

(On)afhankelijk-heid

Ja Ja Motorische/visuele beperking - Hulp moeten vragen en accepteren afhankelijk

te zijn van anderen om deel te nemen aan beweegactiviteiten, afhankelijk van het ka-rakter van de persoon en hoe lang men al een beperking heeft.

Motorische beperking - De wens om zoveel mogelijk onafhankelijk

van anderen te kunnen functioneren.

Coping Ja Ja Motorische beperking - De beperking en veranderde identiteit die

daarbij hoort (nog) niet accepteren, vooral bij mensen die plotseling een beperking krijgen.

- Tijdens beweegactiviteiten geconfronteerd worden met de beperking en teleurgesteld ra-ken over eigen fysieke mogelijkheden.

- Sport en bewegen om nieuwe mogelijkheden

- Advies en steun vanuit de ge-zondheidszorg voor een positieve beeldvorming van de persoonlijke fysieke mogelijkheden voor be-weegactiviteiten.

- Coaching voor het ontwikkelen van vertrouwen in het eigen li-chaam bij sporten en bewegen.

Page 45: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 43 van 79

van het lichaam te verkennen en een nieuwe relatie tussen het veranderde zelfbeeld en het lichaam op te bouwen.

- Sporten voor het gevoel ‘normaal te zijn’. Angst en men-taal welzijn

Ja Ja Motorische beperking - Emotionele druk veroorzaakt door beperking

en de zorgen die deze teweegbrengt. - Angst om bij sport en bewegen (nog meer)

schade aan het lichaam toe te brengen (let-sel).

- Sport en bewegen ter ontspanning of als uit-laatklep en vanwege het sociale aspect.

Visuele beperking - Angst om de controle te verliezen. - Angst voor letsel. - Sport en bewegen ter ontspanning of als uit-

laatklep en vanwege het sociale aspect. Auditieve beperking - Angst door mogelijke evenwichtsproblemen,

of gevaarlijke/agressieve elementen van sport of het raken van het gehoorapparaat door een bal.

- Sport en bewegen ter ontspanning of als uit-laatklep en vanwege het sociale aspect.

- Advies en steun vanuit de ge-zondheidszorg voor een positieve beeldvorming van de persoonlijke fysieke mogelijkheden voor be-weegactiviteiten en het krijgen van vertrouwen in het eigen li-chaam.

- Een sportmaatje voor mensen met een visuele beperking.

(Zelf)vertrouwen en zelfbeeld

Ja Ja Algemeen - Een gebrek aan zelfvertrouwen voor beweeg-

activiteiten. - Meer zelfvertrouwen krijgen door beweegacti-

viteiten. Motorische/visuele beperking - Een negatief zelfbeeld hebben, schaamte en

zelfbewustzijn bij het sporten.

- Coaching voor het ontwikkelen van vertrouwen in het eigen li-chaam bij sporten en bewegen.

Page 46: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 44 van 79

Motorische beperking - Sporten kan het gevoel anders te zijn dan

anderen versterken. Interper-soonlijk

Sociale steun en samen sporten

Ja Ja Algemeen - Sociale steun. - Gebrek aan familie, vrienden of peers om sa-

men mee te sporten. Motorische beperking - Voor beweegactiviteiten afhankelijk zijn van

anderen die niet altijd bereikbaar of beschik-baar zijn.

- Bezorgdheid van familieleden over veiligheid of zelfredzaamheid.

Visuele beperking - Voor beweegactiviteiten afhankelijk zijn van

anderen die niet altijd bereikbaar of beschik-baar zijn.

- Bezorgdheid van familieleden over veiligheid of zelfredzaamheid.

Auditieve beperking - Gebrek aan familie, vrienden of peers om sa-

men mee te sporten. - Moeizame communicatie met horende spor-

ters en trainers waardoor zowel de sport als sociale activiteiten gelinkt aan sport moeiza-mer verlopen.

- Een sportmaatje die mee gaat naar activiteiten.

Houding van anderen ten opzichte van de doelgroep

Ja Ja Algemeen - Het gevoel hebben minder goed geaccepteerd

te worden in de sport, bijvoorbeeld door stig-ma of doordat verenigingen eerst moeten ver-gaderen over lidmaatschap. Er lijkt onwetend-heid van verenigingen aan ten grondslag te liggen.

- Versterken kennis van mogelijk-heden van mensen in de doel-groep bij trainers.

- Ondersteuning van verenigingen om personen uit de doelgroep met (soms maar kleine) aanpassingen in het aanbod in hun vereniging

Page 47: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 45 van 79

- Onderschatting van capaciteiten door sport-verenigingen of trainers.

- Pestgedrag of verminderde acceptatie door anderen bij het sporten.

op te nemen.

Cultuur Ja Ja Auditieve beperking - Er lijkt een gezamenlijke cultuur onder men-

sen met een auditieve beperking te bestaan die met zich mee brengt dat mensen met een gehoorbeperking graag samen sporten.

Omgeving Sociale omge-ving

Ja Nee Motorische beperking - Een gebrek aan rolmodellen bij kinderen staat

in verband staat een lager beweegniveau.

Transport Motorische beperking - Gebrek aan toegankelijk vervoer voor mensen

met een rolstoel. - (Speciaal) vervoer is duur en kost veel tijd,

o.a. door grote marges van taxivervoer. - Onvoldoende invalide parkeermogelijkheden,

of OV dat relatief ver van een accommodatie stopt waardoor loopafstand te lang wordt.

Visuele beperking - Blindengeleidehonden worden soms geweigerd

door vervoerder. - Extra reiskosten voor een begeleider die mee

gaat naar beweegactiviteiten.

- Toezien op naleving wetgeving rondom blindengeleidehonden zo-dat deze altijd worden toestaan door vervoerders.

Page 48: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 46 van 79

Faciliteiten Ja Ja Motorische beperking - Onvoldoende faciliteiten (in de buurt) be-

schikbaar die toegankelijk zijn gemaakt voor mensen met een motorische beperking.

- Onvoldoende kennis bij personeel van ac-commodaties over welke aangepaste voorzie-ningen of hulpmiddelen een accommodatie beschikt.

- Onveilige accommodaties in noodsituaties doordat nooduitgangen ongeschikt zijn voor mensen met motorische beperkingen.

- Ontoegankelijke speelpleinen en speeltuinen voor kinderen met een motorische beperking, bijvoorbeeld door een ongeschikte ondergrond

Visuele beperking - Blindengeleidehonden worden soms geweigerd

in accommodaties. - Accommodaties met goede verlichting, voels-

trips en reliëf voor betere toegankelijkheid. Auditieve beperkingen - Een galmende ruimte kan onprettig zijn bij

gehoorproblemen. - Onveilige accommodaties in noodsituaties

doordat nooduitgangen ongeschikt zijn voor mensen met auditieve beperkingen.

- Toegankelijke accommodaties (in de buurt), door inrichting en voor-zieningen zoals bewegingsruimte voor een rolstoel, extra grote kleedruimte, en voeltrips en reliëf.

- Personeel dat goed bekend is met de aangepaste voorzieningen waarover een accommodatie wél en niet beschikt.

- Noodsignalen en vluchtroutes voor noodsituaties toegankelijk maken bijvoorbeeld door geen drempels bij nooduitgang te plaatsen en lichtsignalen voor auditief beperk-ten bij een brandalarm te installe-ren.

- Toezien op naleving wetgeving rondom blindengeleidehonden zo-dat deze altijd worden toestaan bij accommodaties.

Natuurlijke om-geving

Ja Nee - Weersomstandigheden.

Regionaal en nationaal beleid

Aanbod Ja ja Algemeen - Gebrek aan aanbod dat is aangepast naar de

fysieke mogelijkheden van mensen met een lichamelijke beperking.

- Afhankelijk van de persoon onvoldoende men-sen van gelijk geslacht, of niveau, of handicap

- Aanbod op maat door een consu-lent die op de hoogte is van alle sportmogelijkheden.

- Sporters zonder beperkingen toe-laten tot aangepast sportaanbod om teams aan te vullen.

Page 49: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 47 van 79

om samen mee te sporten. Of, onvoldoende mogelijkheden voor ‘inclusief sporten’ waar mensen mét en zonder beperking samen spor-ten.

- Ontevreden of teleurgesteld zijn over het spe-ciaal sportaanbod, bijvoorbeeld doordat het onvoldoende lijkt op de originele sport of door een gebrek aan een damesteam.

- Gebrek aan keuzemogelijkheden. - Te grote teams (met allerlei niveaus) of juist

te kleine teams belemmeren het speelplezier. - Onhandige planning van speciaal aanbod

doordat het vaak buiten reguliere tijdstippen plaatsvindt, deze belemmering kan in combi-natie met andere belemmeringen zoals ver-moeidheid of transportproblemen versterken.

Motorische beperking - Regelmatige absentie (van teamleden) door

slechtere gezondheid belemmert continuïteit in een team en daarmee speelplezier in team-sporten.

Visuele beperking - Lange afstanden moeten afleggen voor blin-

densport. - Samen spelen met mensen die ook een visue-

le beperking hebben vanwege veiligheidsrede-nen en om op gelijk niveau te kunnen spelen.

Auditieve beperking - Te weinig variatie in aanbod dovensport/ te

weinig deelnemers. - Samen spelen met mensen die ook een ge-

hoorbeperking hebben.

- Mensen met een beperking be-wust maken dat zij vaak (met kleine aanpassingen) gewoon aan het reguliere aanbod deel kunnen nemen.

- Verenigingen ondersteunen om mensen met een beperking in het reguliere aanbod op te nemen.

- Door scholing vergroten van ken-nis en vaardigheden van trainers zodat zij hun programma aan kunnen passen aan de mogelijk-heden van de persoon.

- ‘Inclusief sporten’ waarbij sporters met een beperking deelnemen aan het regulier aanbod, indien nodig met (kleine) aanpassingen. Bij-voorbeeld door het gebruik van vi-suele signalen zoals vlag i.p.v. startschot of het gebruik van handgebaren tijdens teamsporten zodat mensen met een auditieve beperking kunnen deelnemen aan reguliere sport.

Page 50: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 48 van 79

Trainers*** Ja Ja Motorische beperking - Onveilig gevoel door trainer die onvoldoende

aanpassingen doorvoert i.v.m. beperking. - Trainers die capaciteiten onderschatten door-

dat zij de fysieke mogelijkheden van de spor-ters niet goed kennen.

Auditieve beperking - Communicatieproblemen met (onervaren)

trainers.

- Door scholing vergroten van ken-nis en vaardigheden van trainers zodat zij hun programma aan kunnen passen aan de mogelijk-heden van de persoon.

Tolken Auditieve beperking - Beperkte beschikbaarheid van tolken voor

sport- en beweegaanbod.

Aangepaste hulpmiddelen

Ja Ja Motorische beperking - Te weinig hulpmiddelen beschikbaar, bijvoor-

beeld het ontbreken van een badrolstoel in het zwembad.

- (Angst voor) gevaarlijke situaties doordat er door trainers/begeleiders verkeerd wordt om-gegaan met hulpmaterialen, bijvoorbeeld in het zwembad.

- De kostbaarheid van hulpmiddelen zoals een sportrolstoel.

- Hulpmiddelen die veilig zijn in ge-bruik.

- Trainers/personeel die goed weten hoe hulpmiddelen ingezet moeten worden.

- Vergoeden van een sporthulpmid-delen vanuit WMO-budget.

Kennis Ja Ja Algemeen - Onbekendheid van het aanbod bij de doel-

groep. - Gebrek aan kennis over hoe beweegactivitei-

ten verantwoord uit te oefenen. Motorische beperking - Gebrekkige informatievoorziening over aange-

paste faciliteiten. Visuele beperking - Er lijkt onvoldoende gebruik te worden ge-

maakt van geschikte communicatiemiddelen

- Benutten van kansen om beweeg-aanbod bekend te maken via structuren van gemeenten zoals Centrum Jeugd en Gezin, de WMO en het sturen op kernindicatoren door gemeenten

- Sport- en beweegaanbod profile-ren door proeflessen en open da-gen te organiseren om het aanbod onder de aandacht te brengen en de persoon te laten ervaren wat

Page 51: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 49 van 79

voor deze doelgroep om informatie over het sportaanbod te vinden.

past bij hem of haar. - Partij die overzicht heeft van het

aanbod en dit matcht bij de be-hoeften en mogelijkheden van het individu.

- Communicatiemiddelen aanpassen op visuele beperking, bijvoorbeeld door lettergrootte en auditieve middelen op websites.

Advies gezond-heidszorg

ja ja Motorische beperking - Soms ontmoediging van beweegactiviteiten

door artsen.

- Advies en steun vanuit de ge-zondheidszorg voor betere beeld-vorming van de persoonlijke fy-sieke mogelijkheden voor (ver-antwoorde) beweegactiviteiten.

- Coaching vanuit de zorg voor het ontwikkelen van vertrouwen in het eigen lichaam bij sporten en be-wegen.

Bewegen op school

Ja Nee

Algemeen - Het organiseren van beweegactiviteiten buiten

de reguliere gymlessen om kan stimulerend werken.

Motorische beperkingen - Onvoldoende getrainde gymleraren en ge-

schikte faciliteiten op school voor kinderen met een motorische beperking.

Visuele beperking - Niet mee kunnen doen aan de gymles vanwe-

ge de gezichtsbeperking. - Onvoldoende getrainde gymleraren voor kin-

deren met een visuele beperking.

Page 52: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 50 van 79

*Onder beweegactiviteiten wordt zowel sport als bewegen verstaan en belemmeringen staan met rood beschreven en drijfveren met groen. **Met beweegaanbod worden ook sportactiviteiten bedoeld. ***Onder trainers worden ook instructeurs of andersoortige begeleiders van een beweegactiviteit verstaan. N.T. Niet toegelicht tijdens de praktijkbijeenkomst.

Beleid, samen-werking en re-gelgeving

Ja Ja Algemeen - Gebrek aan continuïteit van regelgeving, ver-

antwoordelijke partij en organisatiestructuur belemmert de vindbaarheid en juiste inzet van partijen en contactpersonen om bewegen te stimuleren en aanbod vindbaar te maken.

Motorische beperking - Kosten van sporten vallen vaak hoger uit

doordat extra begeleiding, hulpmiddelen of speciaal vervoer nodig zijn.

- Geschikte/aangepaste faciliteiten kunnen niet altijd door de hele doelgroep gebruikt worden vanwege regelgeving.

- Krachtig multidisciplinair netwerk rondom persoon met een beper-king met samenwerking tussen de eerste en tweede lijnszorg, de wijkteams, scholen en sportaan-bieders. En een partij die dit net-werk goed kent, verbindt en toe-ziet op regie en continuïteit.

- Centrale partij die overzicht heeft van het aanbod en dit matcht bij de behoeften en mogelijkheden van het individu. Hiervoor zijn geen nieuwe structuren nodig, maar is kan aangehaakt worden bij bestaande initiatieven.

- Vergoedingen sporthulpmiddelen vanuit WMO-budget.

Page 53: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 51 van 79

4.4 Mensen met een verstandelijke beperking Voor deze doelgroep hangen veel belemmeringen en drijfveren samen met het type en de ernst van de verstandelijke beperking. Bij de inter-pretatie van de bevindingen in tabel 6 moet hier rekening mee worden gehouden. Vanwege de afhankelijkheid van de sociale omgeving bij deze doelgroep zijn zowel belemmeringen van de doelgroep zelf, als van hun begeleiders of ouders van invloed op het beweeggedrag. Hieronder volgt een beknopte opsomming van mogelijke belemmeringen en drijfveren om te sporten en bewegen.

- Een sterke afhankelijkheid van begeleiding is vaak een belemme-ring voor sport- en beweegdeelname. Daardoor spelen een ge-brek aan assistentie en kennis van de doelgroep en (passende) sport- en beweegactiviteiten van de sociale omgeving vaak een grote rol spelen bij sport- en beweegdeelname.

- Sport en bewegen kunnen bijdragen aan het zelfvertrouwen en kunnen worden gezien als leuke, sociale activiteiten.

In het kort blijken op basis van dit onderzoek de volgende punten van belang bij het wegnemen van belemmeringen:

- Het vergroten van de bewustwording van het belang van bewe-gen bij ouders, de doelgroep en zorginstellingen. Dit kan onder andere door het integreren van bewegen in het beleid van instel-lingen en werk van het personeel, door kennis van het uitvoeren van laagdrempelige activiteiten te vergroten en de uitvoering er-van te bevorderen. Dit is soms al te realiseren door kleine be-weegactiviteiten aan te moedigen of met dagelijkse handelingen zoals de tafel dekken.

- Aangepast aanbod met beweegactiviteiten en uitleg die passen bij de doelgroep. Een mogelijk oplossing die hieraan bij kan dra-gen is het opnemen van een standaardmodule over de doelgroep in sportopleidingen, zodat trainers dergelijke activiteiten aan kunnen bieden en goed om kunnen gaan met de doelgroep.

- Een partij die overzicht heeft van het aanbod en dit matcht bij de behoeften en mogelijkheden van de persoon.

- Een netwerk dat vrijwilligers of reguliere sporters en de doel-groep bij elkaar brengt om te bewegen of de doelgroep naar de beweegactiviteit brengt.

Page 54: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 52 van 79

Tabel 6. Belemmeringen en drijfveren van mensen met een verstandelijke beperking Niveau Cluster

belemmeringen en drijfveren

Litera-tuur

Prak-tijk

Betekenis* Manier om belemmeringen weg te nemen**

Individueel SES Ja Ja - Een lager inkomen kan uitgaven voor beweegactiviteiten belemme-ren, maar lijkt soms ook samen te hangen met prioriteiten geven aan ongezondere keuzes.

- Bovenop de belemmeringen die deze doelgroep ervaart kunnen ook belemmeringen voorkomen die te maken hebben met SES (van de ouders) (zie H 4.1).

- (Bestaand) goedkoop beweeg-aanbod.

- Vergoeden van hulpmiddelen door gemeenten.

Migratieachter-grond

Nee Ja - Bovenop de belemmeringen die deze doelgroep ervaart kunnen ook belemmeringen voorkomen die te maken hebben met migra-tieachtergrond (zie H4.1 en H4.3).

Page 55: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 53 van 79

Gezondheid en be-perking

Ja Ja - Gezondheidsproblemen, zoals epi-lepsie, kunnen beweegactiviteiten belemmeren en vergen deskundi-ge begeleiding.

- Minder goede motorische vaardig-heden bemoeilijken beweegactivi-teiten.

- Bij gebondenheid aan rolstoel (soms als hulpmiddel uit prakti-sche overwegingen van personeel) kan ontwikkeling van- en het in-zicht in motorische vaardigheden achter blijven.

- Soms een gebrek aan inzicht in de motorische vaardigheden en de fysieke mogelijkheden om te be-wegen bij begeleiders en de per-soon zelf. Er wordt soms gedacht dat zij minder kunnen dan dat zij daadwerkelijk kunnen.

- Mindere cognitieve en sociale vaardigheden, zoals concentratie-problemen en de omgang met an-deren hoeven geen belemmerin-gen te zijn wanneer beweegactivi-teiten en de uitleg daarvan goed zijn aangepast.

- Kennis van het belang van be-wegen en van de fysieke moge-lijkheden van de doelgroep bij ouders, begeleiders en de doel-groep (vanuit een breed sociaal netwerk).

- Beweegactiviteiten die zijn aan-gepast aan de vaardigheden van de doelgroep door de trai-ner of stimulering van dagelijk-se handelingen door begeleiders van een instelling om de moto-rische vaardigheden te verbete-ren, zoals een kopje pakken.

- Een trainer die over vaardighe-den beschikt om dergelijke ac-tiviteiten aan te bieden en goed uit te leggen aan de doelgroep en goed om kan gaan met de doelgroep. Sportopleidingen zouden hierover een module moeten bevatten.

Page 56: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 54 van 79

Motivatie, attitude Ja Ja - Prioriteiten geven aan ongezonde-re keuzes en beperkte inkomsten daar aan besteden in plaats van aan beweegactiviteiten.

- Bewegen als leuke activiteit voor plezier en ontspanning.

- Sociale aspecten van beweegacti-viteiten, onder de mensen komen.

- Kennis van het belang van be-wegen en van de fysieke moge-lijkheden van de doelgroep bij ouders, begeleiders en de doel-groep (vanuit betrokken net-werk).

Gewoonte en erva-ringen

Ja Ja - Gebrek aan beweegervaring door-dat deze groep vaak van jongs af aan minder kans heeft gehad om spelenderwijs kennis te maken met bewegen, met als mogelijke gevolgen angst, een gebrek aan zelfeffectiviteit en kennis van be-wegen.

- Kennis van het belang van be-wegen en van de fysieke moge-lijkheden van de doelgroep bij ouders, begeleiders, school en instellingen om van jongs af aan bewegen te stimuleren.

Angst en mentaal welzijn

Ja Ja - Angst voor het onbekende zoals een nieuwe omgeving of aspecten van sport die men niet kent en daardoor als negatief ervaart zoals zweten, een verhoogde hartslag of plotseling in aanraking komen met een bal.

- Sport en bewegen voor ontspan-ning.

- Het bevorderen van beweeger-varing en kennis van wat bewe-gen teweeg kan brengen door meer structurele aandacht en initiatieven voor bewegen bij ouders, begeleiders en instellin-gen.

- Goed opgeleide trainers die ver-trouwen geven.

Page 57: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 55 van 79

(Zelf)vertrouwen en zelfbeeld

Ja Ja - Weinig zelfeffectiviteit, bang zijn om niet mee te kunnen komen met andere deelnemers of niet goed genoeg te zijn.

- Door te laten zien goed te zijn in sport wordt het zelfvertrouwen vergroot.

- Sport en nuttige beweegactivitei-ten kunnen bijdragen aan ontwik-keling van identiteit (atleet zijn of een taak hebben).

- Goed opgeleide trainers die ver-trouwen geven.

- Competitieve elementen van de sport kunnen bijdragen aan zelfvertrouwen, maar dit zal af-hangen van de groep.

- Stimuleer bewegen door men-sen een nuttige taak/rol te ge-ven, zoals post bezorgen.

Interpersoon-lijk

Afhankelijkheid Ja Ja - De doelgroep is vaak afhankelijk van ouders en begeleiders voor het initiëren van beweegactivitei-ten en de begeleiding naar en tij-dens de beweegactiviteit. Wan-neer er een tekort aan (vrijwillige) begeleiding of een gebrek aan tijd, middelen of energie van familiele-den is om te voorzien in beweeg-activiteiten kan dit beweegdeel-name belemmeren.

- Bewustwording van het belang van bewegen bij ouders en be-geleiders (vanuit betrokken netwerk).

- Beweegstimulering integreren in beleid van zorginstellingen.

- Netwerk dat vrijwilligers zoals sportmaatjes en de doelgroep bij elkaar brengt om te bewe-gen of de doelgroep naar de beweegactiviteit brengt.

Sociale steun en samen sporten

Ja Ja - Bezorgdheid, een beschermende houding en een onderschatting van de fysieke mogelijkheden door ouders en begeleiders kan sport-deelname belemmeren.

- Onvoldoende mensen om samen mee te sporten kan mogelijkheden en speelplezier belemmeren.

- Sociale steun, o.a. door aanmoe-digen, initiatief nemen, creëren van mogelijkheden voor beweeg-

- Kennis van het belang van be-wegen en van de fysieke moge-lijkheden van de doelgroep bij ouders en begeleiders voor be-krachtiging sociale steun en verminderen van bezorgdheid.

- Vergroten van de betrokkenheid van ouders bij beweegactivitei-ten door hen een rol als vrijwil-liger te geven of om sportgele-genheid te bieden op dezelfde

Page 58: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 56 van 79

activiteiten vanuit de nabije om-geving.

- Ouders en begeleiders die opge-voed zijn met bewegen en sporten en die meer waarde aan bewegen hechten geven vaak ook meer pri-oriteit aan bewegen voor de per-soon met de beperking.

plaats en tijd.

Houding van ande-ren ten opzichte van de doelgroep

- Een gesloten houding van sport-clubs om de doelgroep op te ne-men of van anderen om samen mee te sporten kan voortkomen uit onwetendheid over de doel-groep, maar wordt soms wel als een afwijzing ervaren door de doelgroep of hun ouders/begelei-ders.

- Ondersteuning van verenigin-gen om beter bekend te raken met de doelgroep en tegemoet te komen in de mogelijkheden en wensen van de doelgroep.

Omgeving

Sociale omgeving Ja N.T. - Zie sociale steun. Faciliteiten Ja Ja - Uit de literatuur bleek dat er een

aangepaste faciliteit nodig zou zijn voor de doelgroep, maar dit is volgens de praktijk niet nodig. Echter, bij meervoudige beperkin-gen zal dit wel nodig zijn en kan er sprake zijn van een gebrek aan toegankelijke faciliteiten in de buurt (zie ook H4.3).

- N.v.t.

Transport Ja Ja - Grote tijdsmarges van taxivervoer kunnen een belemmering zijn doordat veel tijd verloren gaat aan reizen.

- Mensen met een beperking em-poweren om meer zelfstandig te reizen naar beweegaanbod.

- Netwerk dat vrijwilligers zoals sportmaatjes en de doelgroep bij elkaar brengt om te bewe-

Page 59: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 57 van 79

gen of de doelgroep naar de beweegactiviteit brengt.

- Koppelen van reguliere sporter aan sporter met een beperking die diegene op kan halen.

- ‘Omgekeerde integratie’ waarbij sporters gebruik mogen maken van sportfaciliteiten in de instel-ling in ruil voor ondersteuning aan de doelgroep.

Natuurlijke omge-ving

Ja Nee - Weersomstandigheden.

Regionaal en nationaal beleid

Aanbod - Doordat de doelgroep divers is, maar wel vaak gebruik maakt van hetzelfde aanbod kunnen (te) gro-te niveauverschillen bij activiteiten ontstaan.

- Gebrekkige kwaliteit sportkader; vrijwilligers missen soms sport-specifieke kennis, trainers missen soms kennis om om te gaan met de doelgroep en de activiteit vol-doende aan te passen.

- Aangepaste activiteiten naar leef-tijd en niveau en waarbij nadruk ligt op het sociale element.

- Aanbod op maat afhankelijk van aard beperking. Bijvoorbeeld structuur, spelelementen, varia-tie, aanpassing naar niveau en leeftijd, individueel of in kleine groepjes.

- Standaard module in sportop-leidingen m.b.t. doelgroep.

- Scholing van vrijwilligers om sportspecifieke kennis te verg-roten.

- Professionele ondersteuning bij het kiezen van een geschikte sport die bij de persoon past.

- Ondersteuning voor verenigin-gen zodat zij de doelgroep goed kunnen bedienen met aanpas-singen in hun activiteiten.

Trainers*** Ja Ja - Moeizame communicatie tussen trainers en de doelgroep door ge-brek aan kennis van de doelgroep

- Trainers die beschikken over flexibiliteit, inlevingsvermogen en kennis van mogelijkheden.

Page 60: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 58 van 79

bij de trainer.

- Standaard module in sportop-leidingen m.b.t. doelgroep.

Begeleiding Ja Ja - Er lijkt een gebrek te zijn aan (vrijwillige) begeleiding, binnen en buiten instellingen.

- Er mist een verbindende partij die beweegactiviteiten realiseert door voldoende begeleiding tijdens het vervoer naar de activiteit en tij-dens de activiteit te faciliteren.

- Samenwerking zorginstellingen en ROC’s waardoor studenten ingezet kunnen worden voor het ondersteunen van mensen met een beperking bij beweeg-activiteiten.

- Netwerk dat vrijwilligers zoals sportmaatjes en de doelgroep bij elkaar brengt om te bewe-gen of de doelgroep naar de beweegactiviteit brengt.

- Stimuleren van projecten ge-richt op het vergroten van maatschappelijke bereidheid om vrijwillig te helpen bij activitei-ten voor mensen met een be-perking.

Kennis Ja Ja - Informatie over beschikbaar aan-bod is moeilijk vindbaar of niet duidelijk voor ouders, begeleiders en doelgroep zelf.

- In overzichten van aanbod ont-breekt informatie over de classifi-catie van de beperking.

- Ouders of begeleiders hebben niet altijd de kennis om de juiste acti-viteit voor de persoon met beper-king te kiezen.

- Verbeteren informatievoorzie-ning, bijvoorbeeld door betere vindbaarheid van en ander taalgebruik op websites.

- Centrale partij die overzicht heeft van het aanbod en dit matcht bij de behoeften en mo-gelijkheden van het individu.

Beleid in instelling Ja Ja - Bewegen is niet altijd onderdeel van het beleid in instellingen.

- Handelingsverlegenheid bij perso-

- Beweegstimulering integreren in beleid van zorginstellingen door middel van (extra) budget

Page 61: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 59 van 79

neel instellingen, doordat zij zijn aangesteld zorgtaken uit te voe-ren.

- Gebrek aan financiering bestemd voor beweegactiviteiten in instel-lingen.

bestemd voor dit doel. - Vergroten bewustwording van

de fysieke mogelijkheden en het belang van bewegen bij personeel in instellingen.

- Kennis van het uitvoeren van laagdrempelige activiteiten in instellingen vergroten en uit-voering ervan bevorderen.

- Eenvoudig maken voor perso-neel om aanbod te vinden zodat de drempel ernaartoe laag is.

- Inzet van activiteiten die ook leuk zijn voor begeleiders.

- Belonen van medewerkers die zich inzetten voor beweegactivi-teiten.

- Kleine activiteiten ofwel dage-lijkse handelingen, zoals een kopje pakken kunnen bewegen voor sommige mensen in instel-lingen al bevorderen.

Bewegen op school Ja N.T. - Scholen die ouders informeren over bewegen door de doelgroep.

Beleid, samenwer-king en regelgeving

Ja Ja - Instellingen en sportaanbieders weten elkaar niet te vinden.

- Er lijkt een partij te ontbreken die verantwoordelijkheid neemt voor beweegstimulering bij deze doel-groep.

- Er lijkt een partij te ontbreken die regie voert op bestaand aanbod.

- (Extra) budget voor beweeg-stimulering integreren in beleid van zorginstellingen.

- Krachtig multidisciplinair net-werk rondom de persoon met verstandelijke beperking met samenwerking tussen woon/zorginstellingen en ande-re betrokkenen zoals speciaal

Page 62: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 60 van 79

onderwijsscholen en sportaan-bieders. En een partij die dit netwerk goed kent, verbindt en toeziet op regie en continuïteit.

- Centrale partij die overzicht heeft van het aanbod en dit matcht bij de behoeften en mo-gelijkheden van het individu. Hiervoor zijn geen nieuwe structuren nodig, maar is kan aangehaakt worden bij be-staande initiatieven.

- Vanuit betrokken netwerk de bewustwording van het belang van bewegen en kennis van de fysieke mogelijkheden van de doelgroep bij ouders, begelei-ders en de doelgroep .

*Onder beweegactiviteiten wordt zowel sport als bewegen verstaan en belemmeringen staan met rood beschreven en drijfveren met groen. **Met beweegaanbod worden ook sportactiviteiten bedoeld. ***Onder trainers worden ook instructeurs of andersoortige begeleiders van een beweegactiviteit verstaan. N.T. Niet toegelicht tijdens de praktijkbijeenkomst.

Page 63: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 61 van 79

5 Conclusies en aanbevelingen

In dit rapport is voor een aantal doelgroepen uit de Nederlandse bevol-king onderzocht wat voor hen belemmeringen en drijfveren zijn om te sporten of bewegen, omdat zij vaak een beweegachterstand hebben en bij hen gezondheidswinst te behalen is. Deze doelgroepen zijn: mensen met een lage SES, mensen met een migratieachtergrond, ouderen, chronisch zieken, mensen met een lichamelijke beperking en mensen met een verstandelijke beperking. In dit hoofdstuk volgen een aantal algemene conclusies en aanbevelin-gen op basis van de bevindingen van dit onderzoek. Meer specifieke in-formatie per doelgroep is te vinden in Hoofdstuk 4. Ook wordt er een methodologische beschouwing beschreven en worden er aanbevelingen voor vervolgonderzoek gedaan.

5.1 Conclusies en aanbevelingen voor beleid en praktijk Sociale steun uit de omgeving van belang bij beweegstimulering De directe sociale omgeving is voor iedere doelgroep van invloed op het sport- en beweeggedrag. Daarbij kan het bijvoorbeeld gaan om de op-voeding en cultuur waar sport en bewegen in mindere of meerdere mate onderdeel van is, en waarbij de ouder of iemand anders uit de directe omgeving een voorbeeldfunctie heeft. Een ander aspect waarbij de soci-ale omgeving een belangrijke rol vervult, is de mate waarin een persoon voor sport- of beweegdeelname afhankelijk is van hulp van anderen, zoals bij mensen met een verstandelijke beperking. Omdat het ervaren van sociale steun op praktisch en/of mentaal vlak belangrijk is voor het beweeggedrag van de doelgroepen, is het van belang de sociale omge-ving van de doelgroep te betrekken bij maatregelen om het beweegge-drag te bevorderen. Het bijbrengen van kennis over het belang van en de mogelijkheden om te bewegen aan ouders en begeleiders van de doelgroepen is aan te bevelen. Aanbod op maat in de buurt Voor alle doelgroepen geldt dat zij een voorkeur hebben voor aanbod in de buurt, onder andere omdat zij de afstanden te groot vinden of omdat het gebruik van (speciaal) vervoer ongemakkelijk en inefficiënt kan zijn. Aspecten die bij aanbod op maat horen zijn het niveau van de activiteit, individueel of in groepsverband, samenstelling van de groep, insteek van de activiteit (sport/prestatie vs. gezellig samen bewegen), en in sommige gevallen aangepaste voorzieningen/hulpmiddelen en facilitei-ten. Om maatwerk voor de doelgroepen te ontwikkelen is het van be-lang rekening te houden met de behoeften van de doelgroep bij de in-vulling van deze aspecten. Echter, het is niet mogelijk om overal aanbod op maat te verzorgen. Daarom zal ook gekeken moeten worden naar de minimale voorwaarden waaraan regulier aanbod zou moeten voldoen om ook andere doelgroepen dan de gezonde gemiddelde Nederlander te kunnen bedienen.

Page 64: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 62 van 79

Vaardige trainers en begeleiders Voor iedere doelgroep is een goede trainer/coach of begeleider van de beweegactiviteit een drijfveer voor sport en bewegen. Vaardige trainers (en vrijwilligers) en begeleiders hebben kennis nodig om activiteiten indien nodig aan te kunnen passen aan de mogelijkheden en achter-grond van de persoon. Het vergroten van kennis bij trainers en begelei-ders over andere culturen in relatie tot sport en bewegen, manieren van communiceren bij mensen met een auditieve beperking en inlevings-vermogen bij mensen met een verstandelijke beperking, kennis van de fysieke mogelijkheden van ouderen, mensen met een chronische aan-doening, lichamelijke beperking of verstandelijke beperking kan bijdra-gen aan het stimuleren van bewegen. Dit kan bijvoorbeeld door stan-daard modules over verschillende doelgroepen op te nemen in sportop-leidingen of andersoortige educatie aan te bieden aan deze partijen. Sport- en beweegaanbod bekend maken via een multidisciplinair net-werk met één verbindende partij Een gebrek aan kennis van het beschikbare aanbod bleek iedere doel-groep te belemmeren in deelname. Ondanks dat er al initiatieven zijn om aanbod vindbaar te maken zou er meer aandacht besteed kunnen worden aan bundeling van het aanbod en communicatie daarover naar de doelgroep. Dit kan bijvoorbeeld door het aanwijzen van een partij zoals de buurtsportcoach die overzicht van het aanbod heeft en perso-nen op basis van hun behoeften en mogelijkheden kan matchen met het aanbod. Om deze informatie bij de doelgroep te krijgen en hen te stimu-leren om te bewegen is een integrale aanpak gewenst waarin een rol is weggelegd voor deze partij die verbindingen legt in het netwerk van onder andere sport- en beweegaanbieders, sociale wijkteams, zorg, school, familie en de doelgroep. Ook is het van belang om regie en con-tinuïteit van sport- en beweegactiviteiten -of initiatieven te bewaren om de vindbaarheid van het aanbod te behouden. Voor ouderen, chronisch zieken en mensen met een lichamelijke beper-king heeft de zorg een belangrijke ondersteunende en adviserende rol in dit multidisciplinaire netwerk, omdat veel belemmeringen te maken hebben met de ziekte of lichamelijk beperking. Voor de zorg is het nodig om handvatten te hebben om eenvoudig door te kunnen verwijzen naar kwalitatief goed sport- en beweegaanbod. Dit zou ook via een buurt-sportcoach kunnen. Het versterken van de verbinding tussen zorg en sport- en beweegaanbod kan bijdragen aan succesvolle beweegstimule-ring. Handvatten om dit te bewerkstelligen, zoals NHG zorgmodules, gecombineerde leefstijlinterventies, samenwerkingen met zorgverzeke-raars en manieren om mensen van zorg naar regulier aanbod te bege-leiden staan beschreven op LoketGezondleven (25, 26). Handvatten om een multidisciplinaire aanpak ofwel integraal beleid op te zetten waarbij aandacht wordt besteed aan regie en continuïteit worden gegeven op LoketGezondleven (27). De 'World Health Organization' (WHO) doet hiervoor aanbevelingen in het Health-enhancing physical activity (HEPA) policy audit tool (PAT) (28). Ook zijn er voorbeelden be-schikbaar waarbij gebruik wordt gemaakt van een integrale aanpak, zoals Hartslag Limburg, Gezonde Wijk Overvecht, Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG), en Sport en Bewegen in de Buurt (SBB), waarbij een enthousiaste trekker die het netwerk verbindt en coördineert een be-langrijke rol speelt (29-31). Binnen het programma SBB wordt er een

Page 65: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 63 van 79

Buurtsportcoach aangewezen om deze rol te vervullen (32-34). Echter, uit de praktijk blijkt dat de functie van Buurtsportcoach verschillend wordt ingevuld per gemeente en niet altijd een rol speelt in het verbin-den van verschillende partijen. Uit onderzoek van het Mulier Instituut blijkt dat de sportsector vaker samenwerkt met andere sportaanbieders (74%), gemeenten (74%) sportbonden (53%) en sportserviceorganisa-ties (57%) dan met instellingen voor de gezondheidszorg (13%), voor ouderen (6%), gehandicaptenzorg (14%) en welzijnsinstellingen (21%) (35). Dit suggereert dat er nog winst te behalen is in de samenwerking tussen deze belangrijke partijen uit het veld. Dit blijkt ook uit een on-derzoek van het ZonMw programma Sport naar het effect van de inzet van Buurtsportcoaches bij zeven gemeenten (36). Tot dusver vinden de professionals uit de eerste lijnszorg, het sociale domein en de sportsec-tor de rol van de Buurtsportcoach als verbindende partij veelbelovend. Echter, er zijn nog wel barrières die een samenwerking in de weg staan zoals gebrek aan tijd, geld en de manier waarop de zorg en de sportsec-tor zijn georganiseerd (37). De Buurtsportcoach lijkt dus de aangewezen partij om de spil in het multidisciplinaire netwerk te zijn, maar onder-zoek laat zien dat deze rol nog beter ingevuld kan worden.

5.2 Methodologische beschouwing en aanbevelingen voor vervolgonderzoek Een brede overzichtsstudie Dit onderzoek had een brede insteek waarin gegevens over de belem-meringen voor sport en bewegen van zes verschillende doelgroepen werden verzameld door een literatuurstudie en praktijkbijeenkomsten met experts. Deze literatuurstudie was afgebakend tot internationale overzichtsstudies en nationale literatuur en daarvoor is niet de uitge-breide systematische aanpak gevolgd zoals aanbevolen door Cochrane (38). Hierdoor zijn wel toepasbare studies voor de Nederlandse situatie meegenomen, maar zijn mogelijk relevante internationale studies buiten beschouwing gebleven. Het overzicht zoals beschreven in Bijlage 2 is daarom mogelijk niet volledig en zijn de omschrijvingen van de belem-meringen en drijfveren in sommige gevallen algemeen gebleven. Echter, de experts uit het werkveld sport en bewegen gaven aan dat de bevin-dingen uit de literatuur herkenbaar waren. Het houden van interviews met de experts was een goede aanvulling op de literatuurstudie waarin diepgaandere informatie werd verkregen omdat zij nuancering en dui-ding door middel van voorbeelden gaven. Door de bevindingen van het hele onderzoek te structureren naar een ecologisch model (24) is voor beleidsmakers inzichtelijk gemaakt welke factoren via beleid zijn te be-invloeden. In dit onderzoek zijn tijdens de praktijkbijeenkomsten zes doelgroepen besproken zonder rekening te houden met variaties binnen de doelgroe-pen. Enerzijds zorgde deze aanpak er voor dat combinaties van doel-groepen tegelijkertijd besproken konden worden door de overlap tussen doelgroepen zoals bij ouderen en chronisch zieken. Anderzijds zorgde deze aanpak er voor dat kinderen met een chronische aandoening, of kwetsbare ouderen in een zorginstelling onderbelicht raakten tijdens de praktijkbijeenkomsten. Ook werden andere combinaties zoals ouderen met een migratieachtergrond of lage SES, of kinderen met een verstan-delijke beperking en een lichamelijke beperking minder uitvoerig be-

Page 66: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 64 van 79

sproken. Vanwege de variatie binnen deze zes brede doelgroepen is het van belang in eventueel vervolgonderzoek af te bakenen naar een speci-fieke ‘subdoelgroep’ om scherper te krijgen welke belemmeringen en drijfveren een rol spelen in het sport- en beweeggedrag. Kwalitatief onderzoek met aandacht voor subdoelgroepen Dit onderzoek geeft een brede inventarisatie van de belemmeringen en drijfveren van zes doelgroepen, waarbij een diepgaandere stap in het ontrafelen van algemene belemmeringen, zoals geen zin en tijdgebrek, is gemaakt door het raadplegen van experts. Echter, zij konden niet altijd duidelijk aangeven welke ‘diepere’ overwegingen er achter zouden kunnen zitten. Om gerichter de overwegingen te achterhalen is het van belang reke-ning te houden met de variatie binnen een doelgroep. De ervaren be-lemmeringen tussen mensen met een lichte motorische beperking en mensen met een zware motorische beperking die verbonden zijn aan een rolstoel zullen namelijk van elkaar verschillen. Daarnaast bleek tij-dens het onderzoek dat er regelmatig sprake is van een interactie tus-sen verschillende niveaus van het ecologisch model. Zo kan bijvoorbeeld iemand met een lichamelijke beperking die veel zelfvertrouwen heeft (individuele factoren) beter omgaan met zijn beperking en actie onder-nemen om zo veel mogelijk onafhankelijk te kunnen handelen (interper-soonlijke factoren) en ervaart daarmee minder drempels om bij het sportaanbod te komen (omgevingsfactoren) en mee te doen met regu-lier sportaanbod (regionaal sportbeleid). Iemand met eenzelfde beper-king die weinig zelfvertrouwen heeft en meer afhankelijk is zal meer drempels ervaren. Ook speelt bij sommige groepen zoals kinderen met een verstandelijke beperking de sociale omgeving een dusdanig grote rol dat deze veel invloed heeft op het gedrag van de persoon. Voor het ontwikkelen van een juiste aanpak om bewegen te stimuleren is het van belang die diepere overwegingen te achterhalen door middel van kwali-tatief onderzoek met subdoelgroepen en rekening te houden met derge-lijk interacties. Aanvullend onderzoek werkzame elementen van interventies Om sport- en beweeggedrag te stimuleren is het van belang te weten wat effectieve interventies zijn en welke elementen van deze interven-ties vooral bijdragen aan het tot stand komen van het effect. In dit rap-port zijn een aantal aanknopingspunten voor een goede aanpak voor de zes doelgroepen beschreven. Echter, onderzoek naar de effectiviteit van deze aanknopingspunten, ofwel ‘werkzame’ elementen van interventies ter stimulering van sport- en beweeggedrag, is niet beschreven in dit rapport. Hiervoor zijn twee type onderzoeken aan te bevelen. Ten eerste literatuuronderzoek om te bekijken wat bekend is over effec-tieve (werkzame) elementen van interventies voor deze zes onderverte-genwoordigde doelgroepen. In aanvulling hierop kan gekeken worden naar de mate waarin de erkende interventies in de interventiedatabase Gezond en Actief leven deze werkzame elementen bevatten en welke elementen nog missen in het bestaande aanbod. Deze informatie geeft input voor (door)ontwikkeling van de bestaande interventies (40). Ten tweede zou het onderzoeken van het effect van een aantal elemen-ten in gemeenten, zoals benoemd in dit rapport, kunnen bijdragen aan het ontwikkelen van effectieve strategieën voor beweegstimulering. Een

Page 67: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 65 van 79

voorbeeld hiervan is het opzetten van proeftuinen (39) waarbij de sa-menwerking tussen gemeenten, school, zorg, sportaanbieders en de (ouders) van de doelgroep wordt verbeterd en duurzame beweegstimu-lering wordt nagestreefd. In deze proeftuin zou dan een centrale rol kunnen worden vervuld door een buurtsportcoach om sportaanbod ken-baar te maken en aanbod te matchen bij de doelgroep. Ook zouden case studies in gemeenten waarbij gefocust wordt op één element inzicht kunnen geven of een dergelijk maatregel effectief is. Bijvoorbeeld, het aanbieden van fondsen en subsidies voor mensen met een lage SES, waarbij aandacht wordt besteed aan het bekend maken van dergelijke subsidies en het wegnemen van het taboe om dit aan te vragen. De informatie over werkzame elementen biedt professionals en beleids-makers de mogelijkheid om na te gaan in hoeverre het aanbod in de eigen gemeente voldoet of dat er aanvullende interventies of maatrege-len nodig zijn. Om te beoordelen of eventuele nieuwe of doorontwikkel-de interventies effectiever zijn is het monitoren van het sport- en be-weeggedrag van belang.

Page 68: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 66 van 79

Page 69: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 67 van 79

6 Referenties

1. WHO. Global Recommendations on Physical Activity for Health. Geneve: World Health Organization; 2010.

2. RIVM . Sport en bewegen. Positieve gezondheidseffecten van bewegen [geciteerd 18-5-2016]. Beschikbaar op: https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/sport-en-bewegen/cijfers-context/oorzaken-en-gevolgen#node-positieve-gezondheidseffecten-van-bewegen.

3. Hoeymans N, Van Loon AJM, Van den Berg M, Harbers MM, Hilderink HBM, Van Oers H, et al. Een gezonder Nederland. Kernboodschappen van de Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014. Bilthoven: RIVM; 2014.

4. Physical Activity Guidelines Advisory Committee. Physical Activity Guidelines Advisory Committee Report. Washington DC; 2008.

5. Leemrijse CJ, Schoenmakers TM. Kennissynthese sport en bewegen voor mensen met een lichamelijke handicap: zinvol en effectief. Utrecht: NIVEL; 2016.

6. Hildebrandt VH, Bernaards C, Hofstetter H. Trendrapport bewegen en gezondheid 2000/2014. Leiden: TNO; 2015.

7. Tiessen-Raaphorst A. Rapportage Sport 2014. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau; 2015.

8. Tiessen-Raaphorst A, van den Dool R, Vogels R. Uitstappers en doorzetters. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau; 2014.

9. Ministerie van VWS. Landelijke nota gezondheidsbeleid 2016-2019 [Kamerbrief 4 december 2015] [geciteerd 17-5-2016]. Beschikbaar op: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/gezondheid-en-preventie/documenten/kamerstukken/2015/12/04/kamerbrief-over-landelijke-nota-gezondheidsbeleid-2016-2019.

10. RIVM. VTV 2014. Een gezonder Nederland. Heden en verleden [geciteerd 27-4-2016]. Beschikbaar op: http://www.eengezondernederland.nl/Heden_en_verleden.

11. Portegijs W, Van den Brakel M. Emancipatiemonitor 2016. Den Haag: Sociaal Cultureel Planbureau en Centraal Bureau voor de Statistiek; 2016.

12. Hildebrandt VH, Bernaards CM, Stubbe JH. Trendrapport Bewegen en Gezondheid 2010/2011. Leiden: TNO; 2013.

13. Breedveld K. Sportparticipatie: uitdagingen voor wetenschap en beleid (oratie). Nijmegen: Radboud Universiteit Nijmegen; 2014.

14. Dowling S, Hassan D, McConkey R, Breslin G. Examining the relationship between physical activity and the health and wellbeing of people with intellectual disabilities: a literature review. Ulster: Special Olympics Ireland; 2012.

15. MacRae S, Brown M, Karatzias T, Taggart L, Truesdale-Kennedy M, Walley R, et al. Diabetes in people with intellectual disabilities: A systematic review of the literature. Research in Developmental Disabilities. 2015;47:352-74.

16. McVilly K, McGillivray J, Curtis A, Lehmann J, Morrish L, Speight J. Diabetes in people with an intellectual disability: A systematic review of prevalence, incidence and impact. Diabetic Medicine. 2014;31(8):897-904.

Page 70: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 68 van 79

17. Von Heijden A, van den Dool R, van Lindert C, Breedveld K. (On)beperkt sportief 2013 Monitor sport- en beweegdeelname van mensen met een handicap. Nieuwegein: Mulier Instituut; 2013.

18. Ministerie van VWS. Beleidsbrief Sport: 'Sport en Bewegen in Olympisch perspectief' [Kamerbrief 19 mei 2011] [geciteerd 17-5-2016]. Beschikbaar op: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2011/05/19/beleidsbrief-sport-sport-en-bewegen-in-olympisch-perspectief.

19. Ministerie van VWS. Kamerbrief Programma Grenzeloos Actief [Kamerbrief 23 april 2015] [geciteerd 17-5-2016]. Beschikbaar op: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/sport-en-bewegen/documenten/kamerstukken/2015/04/23/kamerbrief-over-gehandicaptensportbeleid.

20. Centraal Bureau voor de Statistiek. Gezondheidsenquête vanaf 2014 [geciteerd 28-6-2016]. Beschikbaar op: https://www.cbs.nl/nl-nl/onze-diensten/methoden/onderzoeksomschrijvingen/korte-onderzoeksbeschrijvingen/gezondheidsenquete-vanaf-2014.

21. Sociaal Cultureel Planbureau. Vrijetijdsomnibus (VTO) [geciteerd 28-6-2016]. Beschikbaar op: https://www.scp.nl/Onderzoek/Bronnen/Beknopte_onderzoeksbeschrijvingen/Vrijetijdsomnibus_VTO.

22. De Hollander EL, Mohnen SM, Proper KI. The distinct impact of various chronic diseases on Dutch adult physical activity. Sports Medicine. In press 2017.

23. Nederlands Huisartsen Genootschap. Richtlijnen en Praktijk 2016 [geciteerd 21-11-2016]. Beschikbaar op: https://www.nhg.org/richtlijnen-praktijk

24. Bauman AE, Reis RS, Sallis JF, Wells JC, Loos RJF, Martin BW. Correlates of physical activity: Why are some people physically active and others not? The Lancet. 2012;380(9838):258-71.

25. RIVM Centrum Gezond Leven. Sport en bewegen: Preventie en zorg verbinden [29-12-2016]. Beschikbaar op: https://www.loketgezondleven.nl/gezonde-gemeente/sport-en-bewegen/samenwerken-sport-en-bewegen/verbinden-preventie-en-zorg.

26. Kenniscentrum Sport. Wat werkt? Doorstroom van zorg naar regulier sport-en beweegaanbod verbeteren 2016 [geciteerd 29-12-2016]. Beschikbaar op: http://www.kennisbanksportenbewegen.nl/?file=3647&m=1453806562&action=file.download.

27. RIVM Centrum Gezond Leven. Intersectorale samenwerking sport en bewegen 2016 [geciteerd 29-12-2016]. Beschikbaar op: https://www.loketgezondleven.nl/gezonde-gemeente/sport-en-bewegen/samenwerken-sport-en-bewegen/intersectorale-samenwerking.

28. Bull F, Milton K, Kahlmeier S. Health-enhancing physical activity (HEPA) policy audit tool (PAT) version 2. Kopenhagen: World Health Organization; 2015.

29. Baldewsing SS. Bevorderende en belemmerende factoren van twee best practices Hartslag Limburg en Gezonde Wijk Overvecht. Den Haag: Raad voor de Volksgezondheid en Zorg; 2011.

30. RIVM Centrum Gezond Leven. Gezonde wijk Overvecht in Utrecht: een aanpak die werkt! Bilthoven: RIVM; 2013.

Page 71: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 69 van 79

31. Jongeren op Gezond Gewicht. JOGG-aanpak [geciteerd 29-12-2016]. Beschikbaar op: https://jongerenopgezondgewicht.nl/wat-we-doen/jogg-aanpak.

32. Sport en Bewegen in de Buurt. Intersectorale samenwerking [geciteerd 29-12-2016]. Beschikbaar op: https://www.sportindebuurt.nl/themas/intersectorale-samenwerking/.

33. Aalbers M. Stappenplan (hernieuwde) inzet buurtsportcoach [geciteerd 29-12-2016]. Beschikbaar op: https://www.allesoversport.nl/artikel/stappenplan-hernieuwde-inzet-buurtsportcoach/.

34. Butselaar L. Ondernemende buurtsportcoaches over hun aanpak [geciteerd 29-12-2016]. Beschikbaar op: https://www.allesoversport.nl/artikel/ondernemende-buurtsportcoaches-over-hun-aanpak/.

35. Van Ginneken Z, Van Lindert C, Van der Poel H. Verdiepingsonderzoek buurtsportcoaches 2016: tabellenrapportage. Utrecht: Mulier Instituut; 2016.

36. ZonMw. Verbinding zorg, sport & bewegen. Onderzoek naar samenwerking van buursportcoaches, lokale zorg en sportaanbieders en participatie van buurtbewoners [geciteerd 29-12-2016]. Beschikbaar op: https://www.zonmw.nl/nl/onderzoek-resultaten/sport-en-bewegen/sportparticipatie/programmas/project-detail/sport/verbinding-zorg-sport-bewegen-onderzoek-naar-samenwerking-van-buursportcoaches-lokale-zorg-en-s/.

37. Leenaars KE, Florisson AM, Smit E, Wagemakers A, Molleman GR, Koelen MA. The connection between the primary care and the physical activity sector: professionals' perceptions. BMC Public Health. 2016;16(1):1001.

38. Higgins JP, Green S. Cochrane handbook for systematic reviews of interventions: Wiley Online Library; 2008.

39. Drewes HW, Heijink R, Struijs JN, Baan CA. Samen werken aan duurzame zorg: Landelijke monitor proeftuinen. Bilthoven: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu; 2015.

40. RIVM Centrum Gezond Leven. Werkzame elementen 2016 Beschikbaar op: https://www.loketgezondleven.nl/leefstijlinterventies/erkenningstraject/werkzame-elementen.

Page 72: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 70 van 79

Page 73: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 71 van 79

7 Bijlage 1. Zoektermen literatuurinventarisatie

De literatuur verkregen uit de eerste expertbijeenkomst vormde de ba-sis van dit onderzoek. Daarnaast is naar recente literatuur (vanaf 2004) gezocht in de literatuurdatabases PubMed, SCOPUS, The Cochrane Li-brary, Google Scholar en is gezocht naar grijze literatuur met behulp van Google. Er werden zowel Engelse als Nederlandse termen gebruikt. Figuur 1 toont een overzicht van de Nederlandse zoektermen, die ver-taald zijn naar het Engels voor de international databases. Iedere doel-groep had een eigen reeks zoektermen, die bijvoorbeeld naar een speci-fieke aandoening verwezen. Deze zijn hier niet verder gespecificeerd.

Figuur S1. Zoekstrategie

Page 74: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 72 van 79

8 Bijlage 2. Overzicht van belemmeringen en drijfveren per ondervertegenwoordigde doelgroep in sport en bewegen

Niveau I Niveau II Niveau III Belemmeringen en drijfveren

Lage SES

M

igratieachtergrond O

uderen Chronische aandoeningen

Motorische beperking

Auditieve beperking

Visuele beperking

Verstandelijke beperking

Individueel Demogra-fisch

Afkomst x

Arbeidsstatus x x x

Burgerlijke Staat x

Huishoudsamenstelling x x

Financiële positie x x x x

Life events x

Page 75: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 73 van 79

Staatsburgerschap x

SES x x

Verblijfsduur land x

Biologisch (On)afhankelijkheid x x

Etniciteit x x x

Gewicht/BMI x x x x

Gezondheid algemeen x

Gezondheidsstatus x x x x x x x

Gezondheidsuitkomst x x x

Leeftijd x x x

Motorische vaardigheden x x

Genetische fac-tor

Geslacht x x x

Geslacht en etniciteit x

Psycholo-gisch

(On)afhankelijkheid x x x x x

Angst x x x x x x x x

Attitude x x x

Coping/omgaan met ziekte of beperking x x x x

Energie x x x x

Ervaringen x x x x x

Page 76: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 74 van 79

Gevoel discriminatie door te hoge kosten x

Gewoonte x x x x x

Gezondheidsstatus x

Gezondheidsuitkomst x x x x

Intentie x x

Mentale gezondheid x x x x x x x x

Prioriteiten x x x x x x x x

Cognitie Cognitieve vaardigheden x x x x

Structuur x

Taalvaardigheid ouders x

Motivatie (geen) motivatie/interesse x x x x x x

Apathie x

Beweging x x x

Bezig zijn x x

Buiten zijn x x

Discipline x x x x

Doelen van LA x x x x x x

LA (niet) leuk vinden x x x x x x x x

Luiheid x x x x

Sociale aspect x x x x x x x x

Page 77: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 75 van 79

Overtuigingen Nut x x x

Uitkomstverwachtingen x x

Zelfbewust x x x x x x

Zelfeffectiviteit/ zelfvertrouwen x x x x x x x x

Zelfwaardering/ zelfbeeld x x x

Psycholo-gisch/ biologisch

Gezondheid algemeen x x x x x

Gezondheidsstatus x x x

Gezondheidsuitkomst x x x x x x x x

Vermoeidheid/ gebrek aan energie x x x x x x x

Interper-soonlijk

Sociale steun (On)afhankelijkheid x x x x

Contacten met andere sporters/ sportver-eniging bemoeilijkt door communicatie-problemen

x

Isolement x x

Respect hebben voor elkaar x

Samen sporten x x x x x x x x

Sociale steun x x x x x x x x

Verwachtingen x x

Veerkracht familie x

Bezorgdheid naasten x x x x

Page 78: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 76 van 79

Culturele normen en praktijken

Cultuur x

Houding t.o.v. deze groep x x x x x

Opvoeding x

Verplichtingen x x x x x

Religie x

Omgeving

Sociale omgeving

Anderen zie bewegen

Beweeggedrag mensen uit directe omge-ving x

Beweeggedrag/interesse familie/ vrien-den/ school/ ouders/peers x x x

Rolmodel zijn/ worden x x

Rolmodellen x x

Criminali-teit/verkeer/ overlast

Criminaliteit x x

Onveilig gevoel x

Veilige omgeving x x

Veiligheid van de buurt x x

Verkeersveiligheid x x

Gebouwde omgeving

(openbaar) vervoer

Vervoer x x x x x x

Toegankelijkheid vervoer x x x x

Voetgangers-veiligheid

Voetgangersinfrastructuur x x

Buurt beloop- Rustpunten x

Page 79: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 77 van 79

baarheid

Esthetische waarde

Aantrekkelijkheid buurt x x x

Esthetische waarde x

Gemeens-schapsdesign

Makkelijk maken LA en sporten in de buurt x x

Beschikbaarheid buurthuis x

Parken en recre-atiefaciliteiten

(On)voldoende parkeermogelijkheden x x

Aangepaste faciliteit x x x x x x x

Beschikbaarheid faciliteiten x x x x x x x x

Luchtkwaliteit faciliteit x

Toegankelijkheid faciliteiten x x x x x x

Natuurlijke omgeving

Nationale par-ken, looproutes

Groengebieden in de buurt x x

Vegetatie, topografie, weer

Luchtkwaliteit buiten x

Het weer x x x x x x x

Regionaal en natio-naal beleid

Georgani-seerde sport-sector

Aantal mensen voor team x x

Wachtlijsten x

Nationale LA plannen

Fondsen/beurzen x x x

Kosten x

Page 80: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 78 van 79

Georgani-seerde sport-sec-tor/nationale LA plannen

(On)geschikte trainers x x x x x x x

(On)voldoende/ (on)geschikte begeleiding x x x x x x x

Aanbod (on)geschikte sportclubs x x

Aangepast aanbod x x x x x x x x

Niveau aanbod x x x x x x

Planning aanbod x x x x x x x x

Type aanbod x

Aanbod wedstrijden x

Aangepaste hulpmiddelen/ materialen x x x

Integrale samenwerking x x x

Kosten x x x x x x x x

Regelgeving belemmert sportdeelname x

Veilige sportomgeving x

Nationale LA advocacy

Kennis aanbod of andere mogelijkheden om LA te beoefenen x x x x x

x x

Kennis hoe LA goed/ verantwoord uit te voeren x x x

Kennis positieve effecten LA x x x x x

Educatie en schoolsector

(On)geschikte gymleraren x x

Activiteiten op school x

Page 81: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVM Briefrapport 2016-0201

Pagina 79 van 79

Kennis delen over LA met ouders x

LA beleid school niet aangepast op aan-doeningen x

Gezond-heidszorg

(Onder)steunen door gezondheidsex-perts/medici x

Advies m.b.t. LA door gezondheidszorg x x x x

Begeleiding en assistentie revalidatie x

Gezondheidsexperts (on)bekendheid x

Kennis patiënt over managen ziekte/ be-perking x

LA beleid instelling x

Gezond-heidszorg (instelling)

(On)voldoende begeleiding/ assistentie x

(On)voldoende ruimte voor LA x

(Onder)steunen door personeel x

Transport systemen

Vervoer kosten x x

De bevindingen in deze tabel zijn ingedeeld volgens het adapted ecological model of the determinants of physical activity (24)

Page 82: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij … · 2017-02-16 · Title: Belemmeringen en drijfveren voor sport en bewegen bij ondervertegenwoordigde groepen Author: M.P.

RIVMDe zorg voor morgen begint vandaag

Contra-expertise op bepalingen van radioactiviteit van afvalwater en ventilatielucht van de kernenergie- centrale BorsselePeriode 2013

RIVM Briefrapport 2015-0010P.J.M. Kwakman | R.M.W. Overwater