Welkom
Voorganger ds van Rheenen
Organist Joh de Vries
Thema: “Beleggen zonder
risico”
Viering Heilig Avondmaal
Op die heuvel daarginds, stond een ruwhouten kruis,het symbool van vervloeking en schuld.Maar dat kruis is voor ons, toch het kostbaarst kleinood,daar Gods wet aan dat hout werd vervuld.
Refrein'k Klem mij daarom aan Golgotha'skruis,tot de Heer' komt en met Hem het loon,als die grote dag aanbreekt en Hij ons dat Kruisdan verwisselt voor d' eeuwigheidskroon.
O, dat ruwhouten kruis, door de wereld gesmaad,heeft een wond're bekoring en macht.Want Gods Zoon liet Zijn troon, Hij droeg smaadheid en hoon,om de vreugd' die dat kruis voor ons bracht.
Refrein'k Klem mij daarom aan Golgotha'skruis,tot de Heer' komt en met Hem het loon,als die grote dag aanbreekt en Hij ons dat Kruisdan verwisselt voor d' eeuwigheidskroon.
Van dat ruwhouten kruis, met het bloed van Gods Zoon,straalt een licht dat door niets wordt gedoofd.Vol van schoonheid en pracht, vol van reddende kracht,voor een ieder die in Hem gelooft.
Refrein'k Klem mij daarom aan Golgotha'skruis,tot de Heer' komt en met Hem het loon,als die grote dag aanbreekt en Hij ons dat Kruisdan verwisselt voor d' eeuwigheidskroon.
Help mij Heer', aan dat kruis, trouw te zijn tot de dood,ook als hier smaad en spot is mijn loon.Want dat kruis droeg de straf, nam de schuld van mij af,'t werd de toegang voor mij tot Gods troon.
Refrein'k Klem mij daarom aan Golgotha'skruis,tot de Heer' komt en met Hem het loon,als die grote dag aanbreekt en Hij ons dat Kruisdan verwisselt voor d' eeuwigheidskroon.
Welkom
Voorganger ds van Rheenen
Organist Joh de Vries
Thema: “Beleggen zonder
risico”
Viering Heilig Avondmaal
1
Juicht Gode toe, bazuint en zingt.
Treedt nader tot gij Hem omringt,
gij aard' alom, zijn rijksdomein,
zult voor den HEER dienstvaardig
zijn.
2
Roept uit met blijdschap: "God is
Hij.
Hij schiep ons, Hem behoren wij,
zijn volk, de schapen die Hij hoedt
en als beminden weidt en voedt."
Stil gebed
Votum en groet
Treedt statig binnen door de poort.
Hier staat zijn troon, hier woont zijn
Woord.
Heft hier voor God uw lofzang aan:
Gebenedijd zijn grote naam.
4
Want God is overstelpend goed,
die ons in vrede wonen doet.
Zijn goedheid is als morgendauw:
elk nieuw geslacht ervaart zijn
trouw.
Het gaat niet zomaar één-twee-drie
tsjingelingeling boem tsji tsji.
We moeten doen wat Jezus zei
want dat zet zoden aan de dijk.
Het gaat niet zomaar één-twee-drie
tsjingelingeling tsjeng boem tsji, tsji,
dus bidden wij en werken wij
voor Jezus' Koninkrijk.
17 Dit zegt de HEER, je bevrijder, de Heilige van Israël: Ik ben de HEER, jullie God, die jullie onderricht in je eigen belang, die jullie leidt op de weg die je gaat. 18 Luisterde je maar naar mijn geboden, dan zou jouw vrede zijn als een rivier, en je gerechtigheid als de golven van de zee.
19 Je nageslacht zou zijn als het zand,
je nazaten ontelbaar als zandkorrels.
Je naam zou nooit worden uitgewist,
maar voor altijd bij mij voortleven.
20 Trek weg uit Babel, ontvlucht de Chaldeeën!
Verkondig dit met luid gejuich, laat het horen,
laat weten tot aan de einden der aarde:
‘De HEER koopt zijn dienaar Jakob vrij!’
21 Hij voert zijn volk door de woestijn,
ze zullen geen dorst lijden;
hij laat water voor hen stromen uit de rots,
hij klieft een rots en het water gutst eruit.
14 Of het zal zijn als met een man die op reis ging, zijn dienaren bij zich riep en het geld dat hij bezat aan hen in beheer gaf. 15 Aan de een gaf hij vijf talent, aan een ander twee, en aan nog een ander één, ieder naar wat hij aankon. Toen vertrok hij. Meteen 16 ging de man die vijf talent ontvangen had op weg om er handel mee te drijven, en zo verdiende hij er vijf talent bij.
17 Op dezelfde wijze verdiende de man die er twee had gekregen er twee bij. 18 Degene die één talent ontvangen had, besloot het geld van zijn heer te verstoppen: hij begroef het.
19 Na lange tijd keerde de heer van die dienaren terug en vroeg hun rekenschap.
20 Degene die vijf talent ontvangen had, kwam naar hem toe en overhandigde hem nog vijf talent erbij met de woorden: “Heer, u hebt mij vijf talent in beheer gegeven, alstublieft, ik heb er vijf talent bij verdiend.” 21 Zijn heer zei tegen hem: “Voortreffelijk, je bent een goede en betrouwbare dienaar. Omdat je betrouwbaar bent gebleken in het beheer van een klein bedrag,
zal ik je over veel meer aanstellen. Wees welkom bij het feestmaal van je heer.” 22 Ook degene die twee talent ontvangen had, kwam naar hem toe en zei: “Heer, u hebt mij twee talent in beheer gegeven, alstublieft, ik heb er twee talent bij verdiend.” 23 Zijn heer zei tegen hem: “Voortreffelijk, je bent een goede en betrouwbare dienaar. Omdat je betrouwbaar was in het beheer van een klein bedrag,
zal ik je over veel meer aanstellen. Wees welkom bij het feestmaal van je heer.” 24 Nu kwam ook degene die één talent ontvangen had naar hem toe, hij zei: “Heer, ik wist van u dat u streng bent, dat u maait waar u niet hebt gezaaid en oogst waar u niet hebt geplant, 25 en uit angst besloot ik uw talent te begraven; alstublieft, hier hebt u het terug.”
26 Zijn heer antwoordde hem: “Je bent een slechte, laffe dienaar. Je wist dus dat ik maai waar ik niet heb gezaaid en oogst waar ik niet heb geplant? 27 Had mijn geld dan bij de bank in bewaring gegeven, dan zou ik bij terugkomst mijn kapitaal met rente hebben terugontvangen.
28 Pak hem dat talent maar af en geef het aan degene die er tien heeft. 29 Want wie heeft zal nog meer krijgen, en wel in overvloed, maar wie niets heeft, hem zal zelfs wat hij heeft nog worden ontnomen. 30 En die nutteloze dienaar, gooi die eruit, in de uiterste duisternis, waar men jammert en knarsetandt.”
1
Wij blijven geloven, dat onder
miljoenen
de Heer van de schepping een plan
met ons heeft,
waarin zich zijn heil
en mijn twijfels verzoenen
en dat aan elk leven betekenis
geeft.
2
En ook dat zijn boodschap de
mens kan bevrijden,
hoe vast ook verstrikt in het web
van de tijd,
nog steeds kan vertroosten,
verlichten, bevrijden,
wanneer hier de levensbaan
uitzichtloos lijkt.
3
En dat Hij ons telkens de durf wil
geven,
ook nu in een wereld van steen en
metaal,
om buiten onszelf
voor de ander te leven;
ons kleine begin van zijn groot
ideaal,
4
dat werkelijkheid wordt als het oog
van de volken
zich niet meer vergeefs naar de
horizon richt
en 't morgenrood rijst
dat zijn komst met de wolken
verkondigt in duizenden kleuren
van licht.
1
Ik geloof in God de Vader
die een bron van vreugde is,
louter goedheid en genade,
licht in onze duisternis.
Hij, de Koning van de kosmos,
het gesternte zingt zijn eer
heeft uit liefde mij geschapen
en tot liefde keer ik weer.
2
Ik geloof in Jezus Christus
die voor ons ter wereld kwam.
Zoon van God en Zoon des Mensen
goede Herder, Offerlam.
Door te lijden en te sterven
groot is het geheimenis
schenkt Hij mij het eeuwig leven,
dat uit God en tot God is.
3
Ik geloof dat mijn Verlosser
door de dood is heengegaan
en op Pasen, God zij glorie,
uit het graf is opgestaan.
Door het brood, dit is mijn lichaam
door de wijn, dit is mijn bloed
geeft de Vredevorst mij vrede,
maakt Hij alle dingen goed.
1
Ere zij aan God, de Vader,
ere zij aan God, de Zoon,
eer de Heilge Geest, de Trooster,
de Drieeenge in zijn troon.
Halleluja, halleluja,
de Drieeenge in zijn troon!
2
Ere zij aan Hem, wiens liefde
ons van alle smet bevrijdt,
eer zij Hem die ons gekroond heeft,
koningen in heerlijkheid.
Halleluja, halleluja,
ere zij het Lam gewijd.
1 Heer, wat een voorrecht om in
liefde te gaan,
schouder aan schouder in uw
wijngaard te staan;
samen te dienen, te zien wie U
bent,
want uw woord maakt uw wegen
bekend.
Samen op weg gaan, dat is ons
gebed,
als een volk dat juist daarvoor
door U apart is gezet.
Vol van uw liefde, genade en
kracht,
als een lamp die nog schijnt in de
nacht.
2 Samen te strijden in woord en in
werk.
Een zijn in U,
dat alleen maakt ons sterk,
delen in vreugde, in zorgen, in pijn,
als uw kerk, die waarachtig wil zijn.
Samen op weg gaan, dat is ons
gebed,
als een volk dat juist daarvoor
door U apart is gezet.
Vol van uw liefde, genade en
kracht,
als een lamp die nog schijnt in de
nacht.
Top Related