Download - Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Transcript
Page 1: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari
Page 2: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

tRZ£T5 MUSEUM k v v r t c - ^

Verzetsmuseum Amsterdam, Lekstraat 63, 1079 EM Amsterdam, tel. 020 - 44 97 97.

Het Verzetsmuseum is gevestigd in een voormalige syna­goge in Amsterdam-Zuid. In de permanente tentoonstelling wordt door middel van een groot aantal authentieke docu­menten, voorwerpen, foto's, video- en geluidsmateriaal een overzicht gegeven van het verzet in Nederland tijdens de Duitse bezetting. Van april tot en met september 1990 is er bovendien een grote tentoonstelling te zien over 'Onderduikhulp in Nederland, 1933 - 1945'. Onderduikhulp was de meest omvangrijke vorm van verzet, waarbij vooral veel vrouwen betrokken waren. Tegen het einde van de oorlog waren er zo'n 300.000 onderduikers: joden, verzetsmensen, jonge mannen die weigerden in Duitsland te werken, neergeschoten ge­allieerde piloten en deelnemers aan de Spoorwegstaking. Er was veel nodig om die uitdijende groep verborgen te houden: het organiseren van gastgezinnen, het buitmaken van distributiebonnen, het ontwikkelen van ingenieuze waarschuwingssystemen, het vervalsen van papieren etc. In de tentoonstelling geven authentieke documenten, nagebouwde schuilplaatsen, dagboekfragmenten, foto's, dia's en filmopnamen er een helder beeld van.

Het museum is geopend van dinsdag tot en met vrijdag van 10.00 - 17.00 uur en op zaterdag en zondag 13.00 - 17.00 uur.

ISRAËL Verzamelt U al de postzegels van

'Het land van de Bijbel'?

Op 17 november 1989 verscheen een serie van 3 postzegels, zonder waarde-aanduiding voor binnen­lands-gebruik, waarop 'wensen' zijn afgebeeld; zoals 'Veel liefs', 'Tot ziens' en 'Veel geluk'. De waarde per zegel is momenteel NIS. -,50.

Ter gelegenheid van de Wereld Postzegel Expo te Washington, verscheen ook op deze datum een zgn. soevenierblok, waarop de in juli 1989 verschenen 4 postzegels 'Eenden in Het Heilig Land' in ver­kleind formaat zijn opgenomen. De verkoopprijs van dit soevenierblok is NIS. 5,-.

De 'wens' postzegels zijn ook ver­krijgbaar op smaakvolle eerste dag enveloppen.

Vraag Uw postzegelhandelaar naar deze en andere uitgiften van Israël

Voor inlichtingen: Israël Filatelistisch

— Agentschap voor de Benelux, . Postbus 11

4255 ZG Nieuwendijk NB. Tel. 01834-2254.

* * • * WW» »I > 3 ) ï « . 1

»1 * <

> a j_ 4 » Ü 4 .'. •

- ' \ - i - ' \ - i f «

t *

Dé specialist ARCHIEFVERNIETIGING

J O BL IK OUD-PAPIERHANDEL

Vliegtuigstraat 8 Telefoon 020-155358 Amsterdam

Een nieuwe Pegasus uitgave

Dick Walda en Wi l l Boezeman

Mazzel en sores Uit het leven van Jossy en Jacques Halland en hun Jiddische cabaret LiLaLo

De geschiedenis van een heel bijzonder cabaret­echtpaar, dat velen óók kennen van hun optreden op bijeenkomsten van pro­gressieve mensen. Het is ook het verhaal van een Poolse artieste, afkom­stig van het Joods Theater in Warschau. En het verhaal van het echtpaar in Frankrijk, waar Jacques gedurende de Tweede Wereldoorlog deelnam aan het gewapende verzet tegen de Duitse bezetters. Het fraai ogende boek (formaat 20 bij 24,5 cm) bevat veel prachtige foto's. Een echt cadeau!

Paperback, 80 blz., ƒ 2 1 -

Verkrijgbaar in iedere goede boekhandel.

Uitgeverij Pegasus, Leidsestraat 25, Amsterdam.

Page 3: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

nederlands auschwitz c o m i t é

HERDENKINGSNUMMER Oplaag: 25.000 exemplaren

34e jaargang nr. 1, januari 1990 verschijnt 6x per jaar

Secr.: Ab Caransa, Langs de Baan 56, 1422 KZ Uithoorn, tel. 02975-62962. Bankrek.: AMRO BANK, bijk. van Baerlestr. 58, 1071 BA Amsterdam, spaarrek.: 40.01.75.088. Postgiro: 293087 en 4875500 t.n.v. NAC. Redaktie: Drs. Eva Tas, Amsteldijk 23, tel. 020-795716, 1074 HS Amsterdam. Administratie krant: D. v. Geens, Renkumhof 50, 1106 JB Amsterdam, tel.: 020-972869.

Voor open poorten

Voor onze ogen is het Brandenburger Tor opengegaan. Al eerder waren brokjes Ber-lijnse muur verkocht op de straathoeken van Manhattan, N e w York. Een symbool van het naoorlogse Europa verdween, kort voor het moordregiem aan de IJzeren Poort , in Roemenië, bezweek met zijn leiders en helaas enige duizenden slachtoffers. Overi­gens smolten de systemen in de landen van Oost-Europa in het laatste kwartaal van 1989 geweldloos weg. De geschiedenis heeft een ijltempo genomen. Onder de druk van nimmer eindigende menigten. Iedereen is min of meer beduusd. De tweedeling van Europa, de herstructure­ring van het Oosten van ons werelddeel, is voortgevloeid uit de afloop van de oorlog, de ondergang en opdeling van het Derde Rijk en zijn veroveringen. Voor ons, die door die oorlog zo zwaar getroffen zijn, springt één ding eruit. Wij zijn gewoon op te treden naast en met onze verzetsvrienden in eigen land en ook daarbuiten. Zij waren en zijn voor ons oude vrienden, die het nazi­dom bestreden, vaak door zich zelf voor ons in te zetten. Met alle gevolgen vandien. De Duitse overlevende verzetsstrijders in het bijzonder hebben hun actie meestal met een kamptijd van soms 10, 12 jaar moeten bekopen. He t stemt ons diep droevig, als iemand zich na tien jaar Hit lerkamp tegen­over zijn landgenoten veertig jaar lang zo misdraagt dat hij met reden berecht dient te worden.

Van dat Duitse verzet hebben wij een karak­teristiek facet kunnen zien, en wel de ten­toonstell ing over de Kreisauer Kreis, nu in het Vredespaleis. Deze kring van Kreisau was een zeer deftig Duits gezelschap; Krei­sau was het landgoed van één hunner, Von Moltke, in Silezië. He t waren vrijwel alleni adellijke en gestudeerde lieden, merendeels;

'christen-sociaal', zowel protestants als ka­tholiek, maar ook socialistisch, terwijl contact met het communistische verzet niet ont­brak. De Kreisauers vertegenwoordigden een deel van het andere Duitsland, dat we dit jaar meer dan ooit nodig zullen hebben. Menigeen vreest immers hereniging. Een telg uit die Kreisauer Kr ing on tmoet u iets verderop in dit blad. Het is de zoon van een der leden, O t t o von der Gablentz, de huidige ambassadeur van de Bondsrepu­bliek in Nederland. Hij citeert de Nobe l ­prijswinnaar Elie Wiesel, van wie wij de rede in het Anne Frank-huis publiceren. In datzelfde Anne Frank-huis is een hoogte­pun t gevierd in het bestaan van het Neder ­landse Auschwitz Comité. O p 11 oktober 1989 is daar aan de voorzitster van ons comité de Anne Frank-penning uitgereikt. De motivering, tevens een overzicht van onze activiteiten, vindt u in de tekst van de rede van Hans Westra, tegelijk geschiedenis van en kennismaking met het N A C .

Na het hoogtepunt

Misschien rijst bij deze of gene de vraag: moeten wij na dit hoogtepunt doorgaan? Een antwoord vindt u bij onze steungroep, die aan dit blad meewerkt en de voorstelling op 21 januari heeft georganiseerd. Een ander antwoord komt uit enige pas vrij geworden landen zelf. Men behoeft daar-voot maar eens een tv aan te zetten. In het jeugdjournaal vertelt een van oost naar west gevluchte Duitser, dat hij op de Republika-ner zal stemmen, omdat hij tegen alle soor-ten socialisme is. De Westduitse W R D brengt op haar beurt beelden van Joden in Riga, Moskou en Leningrad, waar een begaafde Joodse conservatoriumstudent

emigreert wegens de overlast die hij onder­vindt van de directeur en van stadgenoten. In Polen - zegt een Solidarnosc-regeringslid - treft men een 'dierlijk antisemitisme' aan,

al doet hij daarmee de dieren waarschijnlijk oneer aan. Meer democratie houdt dus niet meer tolerantie en begrip in. O f moet men de toneelschrijver Heiner Muller toegeven dat Auschwitz een gevolg van vrije verkiezin­gen was? Hitier had immers verkiezingen gewonnen!

Voor ons vormen al deze feiten signalen, evenals de forse Republikanerfracties in zoveel Westduitse gemeenteraden en de terugkeer van Le Pen's Front National in de Franse Kamer. O m maar niet te spreken van neo-nazi's in de vernieuwde D D R en hun Nederlandse rotgenóten in de Ardennen. Toch zijn er lichtpuntjes.

In Wilna, de hoofdstad van Litauen, dat een eigen weg wil gaan en vrijwel dagelijks in het nieuws is, zijn in het voorjaar grote aantallen Joodse archiefstukken en geschriften, waar­onder 70 Torarollen, gevonden. Een Joodse Cul tuurbond heeft zich met steun van het Amerikaanse Insti tuut voor Joods Onder­zoek aan de studie van de vondsten gezet. N o g een gunstig bericht: In Praag gaat de Pinchas-synagoge weer open. De namen van omgekomen Tsjechoslowaakse J o d e n op de wanden waren door water onleesbaar ge­worden. Zij worden nu op glas aange­bracht. Enige hoop in het Midden-Oosten geeft een gemengde vredesdemonstratie in Jeruzalem.

Er zijn poor ten geopend. Maar zolang er nog poor ten te openen zijn om slachtoffers vrij te laten, zetten wij ons werk voort met de mensen van goeden wille.

Page 4: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

BLOEMSIERKUNST

Diemen - Kruidenhof 121, tel. 020 - 99 89 75

Bloemist van het Auschwitz Comité Vertolkt ook uw gevoelens van waardering en medeleven.

Voyou Style by

John Rettich b.v. Showroom

Confectie Centrum, 3e toren, beg grond Kon Wilhelminaplein 29, Amsterdam-W

Telefoon 020 - 17 43 64

Con«S^erdonck oosterse tapijten

DRUKKERIJ DE NOORDSTER B.V.

Dir. H. Van Heuvelen

Voor al uw drukwerk Handels Kantoor Reklame Familie

*Sinds 1905

Amsterdam-O. Schollenbrugstraat 22

Telefoon 020-66 55 201 Amsterdam - Den Haag - Rotterdam - Arnhem - Eindhoven

KELTUM PLEET

GOUD 3 ZILVER

UURWERKEN

OPTIEK

Drukker &Vual MAASSTRAAT 33 - AMSTERDAM - TELEFOON 793388

Wij danken onze adverteerders voor hun steun en wij wensen hun en al onze lezers een goed,

gezond en gelukkig 1990. NAC

J. MEERSCHWAM B.V.

AMSTERDAM-ROTTERDAM-BRUSSEL

Met de complimenten van

AMSTEL DIAMONDS

Amstel208 1017 A H Amsterdam

Page 5: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

21 januari: Auschwitz-herdenking 1990 Op 2 1 januari, vroeger dan andere jaren, vindr de 45ste Auschwitz-herdenking plaats. Ook nu weer op de Nieuwe Oosterbegraaf­plaats, maar wel vroeger dan anders.

11.30 uur: om half twaalf verzamelen wij ons bij de ingang Kruislaan van de Nieuwe Oosterbegraafplaats te Amsterdam en gaan in stilte naar het spiegelmonument. Rabbijn A.S. Herman van de Liberaal Joodse Gemeente zal het Kaddisj-gebed zeggen. Amster­dams burgemeester drs. Ed van Thijn houdt een korte toespraak, waarna bloemen worden gelegd. Er zullen bussen klaarstaan voor de rit naar de RAI. 12.30 uur: het RAI-resraurant gaat open voor kaarthouders. 13.00 uur: Lunch in het RAI-restaurant, Europaplein, aangeboden door het gemeentebestuur van Amsterdam. 14.30 uur: De toneelzaal van de RAI gaat open. 15.00 uur: Middagvoorstelling. Herdenkingsrede door Jan Kassies. In het programma, gepresenteert door Anita Löwenhardt, treden op: de Cabaretgroep Galle met Jiddisje liedjes en muziek, Rob van Reyn, mimekunstenaar en Marjol Flore met liedjes uit het repertoire van Sophie Tucker.

De toegang tot lunch en/of voorstelling is gratis, maar uitsluitend op reeds verzonden kaarten.

2 Januari 1945 - 27 januari 1985

'Zullen we 'ze' allemaal een bon geven voor fout parkeren?' D e reaktie van een Amsterdamse ongeveer 25 jarige politie-agent voor de ingang van de Oosterbegraafplaats aan de Kruislaan in Amsterdam, waar de jaarlijkse Auschwitz-herdenking wordt gehouden.

Voor het eerst na 4 0 jaar ben ik erbij, maar toch voel ik me een vreemde. Ik vind het heel goed dat het Nederlands Auschwitz-Comité dit ieder jaar organiseert, zeker een uitlaatklep voor veel van de ongeveer 5 0 0 mensen, die in een dikke drom naar het monument lopen.

Ik ga naar de kant, voel me niet O.K. middenin. Toch een syndroom? Waarom ik niet? Burgemeester Van Thijn praat, heel goed, heel persoonlijk, heel inlevend en her gebed voor de overledenen wordt gezon­gen. Waarom is er eigenlijk geen gebed voor de overlevenden of is dat (er) dagelijks in ons hart?

Twee journalisten van plusminus 30 jaar wis­selen gegevens uir. 'Heb jij dat voor mij, dan krijg jij dat van mij, dan hoeven we niet ver­der met ze mee en kunnen we naar huis.' Een man van een jaar of 60 schuifelt naar voren met een bos bloemen in z'n hand. Hij is helemaal alleen in de menigte. Twee tra-nenstroompjes druppen traag Langs zijn wangen naar beneden. Hij weet het niet.

Ik kom bij het monument. De gebroken spie­gels van Jan Wolkers zijn bedolven onder bloemen. Ik zal terug gaan als de bloemen er niet meer zijn, als ik kan zien hoe gebroken de lucht is en zal blijven na toen.

Ik rij terug. Ik heb een ontzettende behoefte aan 'iets'. Ik stop: Joods zuur op zondag­morgen in Amsterdam; komkommers, uien en olijven. Hoe heette dat zuurmannetje ook weer, dar altijd bij ons kwam? Aalsvel, zo heette hij.

Frieda Menco.

Op de omslag: uitreiking van de Anne Frank-penning aan de voorzitster van het Nederlands Auschwitz Comité', Annie Fels-Kupferschmidt. Naast haar Hans Westra, directeur van de Anne Frank Stichting en burgemeester Ed van Thijn van Amsterdam. Foto: De Telegraaf.

Zo lang ik leef zal water een groot wonder zijn. Diep in de nacht, ik hoef mijn hand maar uit te strekken staat het tot drinken naast mij klaar. Steeds is er - keer op keer - het 'toen'. Water, slechts vocht, waaruit de ziekten ziek bacterie na bacterie in me stapten. Nu is het er, altijd, maar met het koele, schone vocht, drink ik steeds weer opnieuw de pijn.

Frieda Menco ± 1984.

ICODO is het Informatie- en Coördinatieorgaan Dienstverlening Oorlogsgetroffenen. U kunt u tot ICODO richten met uw vragen over mogelijke hulpverlening bij moeilijkheden van lichamelijke, psy­chische of sociale aard. Spreekuren van ICODO zijn op maan­dag, dinsdag en donderdag van 10 tot 12 uur of na telefonische afspraak. ICODO, Willem Barentszstraat 31c, 3572 PB Utrecht. Tel. 030-73 08 1 1 .

Page 6: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

VRIJ NEDERLAND OP PROEF Tien weken op proef — om de weg te

vinden in de veelheid van Vrij Nederland, een weekblad dat zeven dagen meegaat. Eerst Jaap Vegter of eerst Terzijde? Eerst de kinderkrant of het kind eerst de krant?

Tien weken proeflezen — in het gevarieerde VN-magazine. Journalistiek van groot formaat.

Tien weken op proef — dat is tien weken achter de Tweede kamerschermen.

Dat is tien weken een besparing van 45% op de losnummerprijs.

TIEN WEKEN VOOR ƒ 2 5 -

Ik n e e m een p r o e f a b o n n e m e n t op Vrij Nede r l and Ik betaal ƒ 25,— voor t ien n u m m e r s (na on tvangs t van de acceptg i ro)

S T R A A T

P O S T C O D t / r i t A T S

r B O O H R C O O

S t u u r de b o n in o p e n , onge f rankee rde enve lop naar Vrij N e d e r l a n d , A n t w o o r d n u m m e r 3 0 4 3 , 1000 PA A m s t e r d a m

* Of bel gratis (tijdens kantooruren) 06-0220660 voor een proefabonnement

Page 7: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Waarom antisemitisme?

Toespraak Elie Wiesel, 25 mei 1989 ter gelegenheid van de opening van de antisemitisme-tentoonstelling in het Anne Vrank Museum.

Deze eeuw, vooral tijdens haar tweede helft, is het gelukt belangrijke ziektes te genezen. De ziekte die niet genezen is, is antisemi­tisme. Het is nog altijd een belangrijke fak-tor in sociale en politieke kringen. Het achtervolgt nog altijd vele groepen op elk kontinent en laat nog steeds zijn lelijke, monstrueuze of intelligente gezicht zien, zelfs op plaatsen waar de slachtoffers niet eens bestaan.

Met andere woorden: antisemitisme, het oudste groepsvooroordeel in de geschiede­nis, leeft nog steeds. En voor mij is dit een bron, niet alleen van angst, maar ook van desillusie, want al met al in het jaar 1945, in het pas bevrijde Europa, op de ruïnes van cultuur en beschaving, werd een unieke zeer speciale maat van hoop opgeroepen door degenen die geen hoop meer over had­den, voor niemand, niet eens voor zichzelf. We waren ervan overtuigd in 1945 dat er nooit meer een antisemiet zou zijn. We waren ervan overtuigd dat antisemitisme vergaan was met zijn slachtoffers in Ausch­witz. N u zien we dat de slachtoffers vergaan zijn en antisemitisme levend is. Hoe kan iemand dat verklaren? Tegenover mij, u, of iedereen die vragen stelt over de toestand van mensen en de Joodse toestand in de laat­ste jaren van een eeuw, gevuld met terreur en angst. Hoe kan men dat verklaren, zelfs na wat we gezien hebben, namelijk het einde van de weg die de antisemiet voor zijn of haar slachtoffer uitgestippeld heeft. We hebben de waarheid gezien achter het mas­ker dat de antisemiet draagt. En vooralsnog bestaan antisemieten. Waarom? Zoals u snel zult zien, wanneer u de tentoonstellingszaal binnenkomt, is deze vraag al eerder aan de orde geweest. Waarom waren er anti­semieten? Waarom haat? En waarom gold die Joden? Waarom altijd Joden?

Jodenhaat als band

De afgelopen 2000 jaar is er geen eeuw geweest zonder vervolging van Joden, ergens om een bepaalde reden, met een bepaalde methode. Waarom? Waarom wa­ren grote schrijvers en filosofen, Cicero, Seneca in het Romeinse Rijk antisemieten? Waarom haatten zij Joden? Waarom bundel­den mensen die niets gemeen hadden hun krachten, als het op Jodenhaat aankwam? Het is een mysterie. Karl Marx had een vij­and, zijn grootste tegenstander Proudhon, en zij waren zo sterk gekant tegen elkaar, dat toen de één een boek schreef getiteld 'De filosofie van de ellende', de ander ant­

woordde met een pamflet getiteld: 'De ellende van de filosofie'. Dus er was geen gedachte gemeenschappelijk, behalve Joden­haat. Waarom? Wat is het in de gemeenschap, of wat is het in de Jood, dat een band maakt, zo'n ver­schrikkelijke band, die antisemitisme heet? Komt het omdat op een of ander manier mensen geloven, dat wij alle macht in de wereld hebben? Antisemieten geloven dat, zij zijn jaloers, zij zijn ervan overtuigd dat wij de wereld in onze macht hebben, zij zijn er­van overtuigd dat wij het Witte Huis in onze macht hebben, Wall Street, de pers is natuurlijk Joods, en geld, natuurlijk is het Joods, schilders, overal Joden. Zij geloven dat wij de wereld in ons bezit hebben, niet alleen beheersen. En zij zeggen dat het mys­terieus is. En het is zo warm in deze ruimte, dat ik u een grappige anekdote kan vertellen om het voorafgaande te illustreren. In een restaurant zijn twee klanten die elkaar niet kennen. Zij zitten aan twee ver­schillende tafels. Op een gegeven moment roept een van de klanten de ober en zegt: 'Ober, het is hier zo warm, kunt u de aircon­ditioning aanzetten?' De ober zegt: 'Na­tuurlijk.' Vijf minuten later zegt dezelfde man: 'Ober, nu is het te koud, kunt u hem afzetten?' Hij zegt: 'Natuurlijk meneer.' Na vijf minuten: 'Ober, nu is het te warm, zet hem weer aan.' 'Natuurlijk.' En zo gaat het door, een uur lang. Dan roept de andere klant, die alles rustig heeft aangezien, de ober, geeft hem een goede fooi en zegt: 'Die man moet u gek maken, niet?' En de ober zegt: 'Mij gek maken? Ik maak hém gek, er is helemaal geen airconditioning!'

Wie maakt wie gek?

Dus wie maakt wie gek? Maken wij de anti­semiet gek, omdat hij ervan overtuigd is, dat zij overtuigd zijn, dat wij alle macht hebben, de verborgen macht in de wereld? Of maken zij ons op een andere manier gek, de des-truktieve gekte, de gekte die grenst aan de dood? Ik weet het antwoord niet, ik weet het eerlijk niet. In mijn traditie die de Joodse traditie is, leren we in de Talmoed: 'Haat werd gegeven aan het mensdom in Sinaï.' Het is een jeu de mots, een woordspeling, het betekent dat vanaf het moment dat het Joodse volk de wetten accepteerde, dat moment het begin was van de haat die wij voelden komen van andere mensen. Niet, dat zij jaloers waren op de wet. Zij hadden die ook kunnen accepteren, maar op een andere manier stond hun het feit dat wij bij

deze wet leefden, tegen. En ik geloof dat de wet een menselijke wet moet zijn. Een men­selijke wet die ons aanspoort, inspireert tot meer humaniteit. Hoe menselijker de per­soon, hoe goddelijker de wet. Hoe toleran­ter de persoon, hoe dieper de persoon, en dieper zijn overtuiging, die menselijkheid heeft een reden om door te leven en maakt het waard om te leven.

Wij gaven het niet op

Is het daarom dat zij ons haatten? Omdat wij bleven geloven dat het leven waard is om geleefd te worden? Hoe vaak heeft de geschiedenis geprobeerd ons te verbannen, ons in marginalen te veranderen, in dwergen van het menselijk ras, in mindere mensen, in criminelen, in monsters. En toch besloten wij, we kozen ervoor, in de geschiedenis te blijven. We gaven het niet op. Niet alleen onszelf, wij gaven de geschiedenis niet op. Haatten zij ons daarom? Zij haatten ons, omdat wij bleven geloven dat, ondanks alles, wij iets moeten doen, niet alleen voor onszelf, maar ook voor anderen. Ik weet het niet, er kunnen andere antwoor­den zijn, religieuze antwoorden. Natuurlijk, hoe kun je antisemitisme scheiden van zijn religieuze wortels, het vooroordeel. Eeu­wen lang zijn wij Godmoordenaars ge­noemd. En vanwege een Jood, een Jood die stierf. Hoeveel Joden zijn in zijn naam ver­moord? Of in ieder geval uit liefde voor deze Jood? Ik moet u vertellen, als ik aan Jezus denk, Jezus van Nazareth, dan heb ik zo'n medelijden met hem. Wat hebben ze in zijn naam gedaan? Hoeveel misdaden in zijn naam gepleegd? De misdaden werden gepleegd en mensen stierven. Er waren andere redenen, economische, politieke, ideologische redenen. Waarom haatte Hitier Joden? Waarom werd Stalin een verdorven antisemiet aan het eind van zijn leven? Het laatste bevel dat hij zou gaan ondertekenen voordat hij stierf, was een besluit alle Joden naar Siberië te deporteren, de barakken waren klaar, de kampen waren klaar. Waarom? Had de Communistische Revolu­tie plaats kunnen vinden zonder de Joden? De meeste kameraden van Lenin waren Joods..

Er is een andere beroemde anekdote, dat op een dag, toen Lenin eerste minister was, in 1917-18, hij een bijeenkomst van het kabi­net had. Op een gegeven moment moest hij de kamer verlaten. Toen hij de kamer verliet

Vervolg op pagina 9

Page 8: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari
Page 9: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Vervolg van pagina 7

hoorden zij een stem zeggen: 'De niet-Jood is weg, laten wij onze gebeden zeggen.' Er waren daar zoveel Joden; iedereen was Joods .

Mensheid helpen

Natuurlijk, want de Jood is namelijk daar aanwezig, waar alles ondernomen wordt om menselijkheid te helpen. Als de J o o d een Jood helpt, geloof ik dat hij of zij het mens­dom helpt. En aan de andere kant, in de Sovjet-Unie, die Joden die probeerden het mensdom te helpen, ik ben ervan overtuigd, dat ze diep van binnen het Joodse volk wil­den helpen, maar dat ze tot de conclusie kwamen dat antisemitisme niet uitgeroeid kan worden, tenzij het mensdom zal veran­deren, dus wilden ze het mensdom veran­deren.

Natuurlijk kwam de climax, met de laatste tragedie, waarvan Anne Frank en miljoenen kinderen met haar, slachtoffer zijn geweest. Waarvan? Slachtoffers van haat? En slacht­offers van afwezigheid van haat? Een van de verbazingwekkendste ontdekkingen die we deden na de oorlog, was, dat de vijand ons niet eens haatte. Degene die doodden, doodden zonder haat. Waarom? Omdat de Joden niet eens mensen waren, en je haat alleen een mens, zij haatten niet eens de Joden. Eichmann zei het tijdens zijn proces: 'Ik heb Joden nooit gehaat.' Psychiaters, die SS-moordenaars na de oorlog ondervroe­gen, kwamen tot dezelfde konklusie, velen van hen, velen haatten, maar ook velen niet, velen haatten niet. Maar zij waren antise­mieten; antisemieten zonder echte haat. Wat wil de antisemiet? Een wereld zonder Joden. En Anne Frank verliet deze wereld, omdat in haar tijd en de mijne de vijand triomfeerde. We moeten het toegeven. In die tijden had het kwade de macht. In die tij­den was het kwade sterker dan het goede. Oh, ik weet hier in Nederland, dat een spe­ciale natie is, een speciaal land en wij zijn u veel dank verschuldigd voor veel van uw gebaren en wij zijn een volk van herinnerin­gen en daarom een volk van dankbaar­heid.

En ik denk aan Miep en aan zo vele andere Nederlandse mannen en vrouwen die hun leven riskeerden, om Anne Frank te redden. Maar we moeten ook eraan herinneren dat Anne Frank werd aangebracht en verraden door andere Nederlanders. Dus we kunnen niet zeggen dat mensen immuun waren, nie­mand was immuun. Maar we kunnen ook zeggen dat mensen een keuze konden maken, uiteindelijk was de keuze een mense­lijke keuze. Iedereen had de keuze om Anne Frank aan te geven of Anne Frank te redden.

En als wij nu herinneren en als wij de

geschiedenis van antisemitisme vandaag beginnen, dan is het niet alleen vanwege het verleden, dat we moeten gedenken, het is ook omdat we de uiterst belangrijke les wil­len leren, dat mensen oppermachtig zijn en wij de keuze maken. Omdat zoveel mensen toen de verkeerde keuze maakten moesten zoveel andere men­sen lijden.

Parallel-schepping

Eerst het Joodse volk. De tragedie van het Joodse volk blijft uniek. Zijn alleenstaan biedt beelden, die niet vergeleken kunnen worden met welke tragedie dan ook. He t betekent niet dat er geen andere tradities waren, er waren anderen die ook leden en anderen die ook wegkwijnden. Dit betekent simpelweg, iedereen te leren dat wanneer iemand sterft, die persoon uniek is, dat wan­neer iemand verdoemd is, die persoon uniek is, dat wanneer een groep verdoemd is, die groep uniek is. Dat betekent dat er vele groepen uniek waren in hun geloften en lij­den. Neem de zigeuners. Neem de homo-sexuelen. N e e m de Jehovagetuigen. De partizanen. Wat de vijand wilde, is een nieuwe wereld creëren. Hij wilde een nieuw universum oprichten. De vijand wilde G o d worden en daarom had een Jood het recht niet een SS-er in de ogen te kijken, een J o o d die in zijn of haar ogen keek, stierf. Omdat je niet in de ogen van God kunt kijken en blijven leven.

Dus de vijand wilde een schepping maken, parallel aan de onze, een schepping mer zijn eigen wetten, eigen regels, gewoontes, eigen taal, eigen religie, eigen vorsten, eigen bede­laars, eigen filosofen. En té velen accepteer­den het zich te onderwerpen aan die religie, die cultus. O p deze manier veroordeelden zij zichzelf.

Toeschouwers

Antisemitisme is slecht, niet alleen voor het slachtoffer, maar ook voor de toeschouwer. Er waren drie rollen in de tragedie: de moordenaar, het slachtoffer en de toeschou­wer. En zonder de toeschouwer zou de moordenaar nooit zoveel slachtoffers heb­ben vermoord. Heel mijn leven heb ik geprobeerd de onverschilligheid van de toeschouwer te bevechten. En ik zou u graag vertellen, mijn vrienden, dat wij nu hebben geleden van­wege die onverschilligheid. Hoeveel talen­ten zijn er verloren gegaan onder de miljoenen kinderen die vermoord zijn. Anne Frank liet ons een dagboek na, een levensfi­losofie die verbazend is voor een meisje van haar leeftijd. Hoeveel mensen zijn veran­derd dank zij haar dagboek. Stel u voor hoe­veel anderen dagboeken hadden kunnen

schrijven, hoeveel levens waren er veran­derd. En vertelt u mij, hoeveel Nobelprijs­winnaars er zijn vermoord toen ze één, twee, drie jaar oud waren. Eén van hen zou een geneesmiddel voor kanker hebben kunnen ontdekken, één een geneesmiddel voor Aids, één van hen een gebed en dat gebed had ons gevoelig kunnen maken, of weini­gen, of één van ons, voor de tragedie van iemand anders. En omdat wij hen hebben laten sterven, dragen we de consequenties. Dus wanneer u de tentoonstelling betreedt , hoop ik dat u wilt kijken naar de gezichten van de slachtoffers. Ik hoop dat u kijkt naar de verwrongen, gefolterde, ver t rokken gezichten van mannen, vrouwen en kinde­ren, gekarakteriseerd door de vijand. En de vijand was soms begaafd als maker van een spotprent , als schrijver, als schilder en met zijn of haar kunst bereidden zij de weg voor de moordenaar om te moorden.

Wettig

Ik hoop dat u de woorden van de werten leest, omdat, moge God ons helpen, in die tijden, de wet wetteloos was, het was wett ig om Joden te vermoorden, het was wett ig te moorden, punt. Het was wett ig kinderen te vernederen, oude mannen te onteren, het was wett ig mensen te verlagen tot objekten en niets. Lees de regels van de wer, lees de woorden van de propaganda, woorden van haat en vooroordeel. Lees, en u zult zien wat er mer raai kan gebeuren. Lees, en u zult zien wat er met talent kan gebeuren. Lees, wat er gebeurt mer menselijkheid als machr tegen de menselijkheid wordt gebruikt . Lees, wat er met kinderen gedaan wordt als macht wordt gebruikt om kinderen te veranderen in oude mannen en vrouwen alvorens ze vermoord worden. Lees. En als u leest zult u onthouden nooit een toeschouwer te zijn, wat de prijs of het risico moge zijn, accep­teer nooit de rol van de toeschouwer.

Het kan zijn dat ik iets zeg wat u al weet, speciaal, zeker van mijn vriend rabbijn Abra­ham Soetendorp. Ik heb altijd geloofd dat het tegengestelde van liefde niet haat is, maar onverschilligheid. En dat betekent dat het tegengestelde van kennis niet ontwe-tendheid is, maar onverschilligheid. He t tegengestelde van hoop is niet zonder hoop zijn, maar onverschilligheid. He t tegenge­stelde van leven is niet dood, maar onver­schilligheid voor leven en dood. En daarom geloof ik dat literatuur of kunst of schrij­ven, of onderwijzen of werken voor de menslievendheid, maar één doel heeft; vechten tegen onverschilligheid.

Page 10: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

\^bor al uw t a n k - en assurantiezjak

21 vestigingen.

en.

F van Lanschot Bankiers

Waar vind je nog een bank als\an Lanschot.

KANTOOR: 'S-HERTOGENBOSCH, HOOGE STEENWEG 29, 073-15 39 11

HET MEEST COMPLETE ISRAËL

PROGRAMMA VAN NEDERLAND

• Rondreizen e Autohuur • Hotels e Sinai-Sofari's e Goedkope vluchten e Zwerftochten e Kibboets e Reizen op maat e Moshav e Huurretzen Kastelenstraat 268,1082 EJ Amsterdam e Vrije rondreizen e Sfrandvakanties Telefoon 020-463331 Fax 020-464655 Telex 10380

K

WIST UW dat er een nieuwe Amerikaanse siliconen borst-prothcse is die aanmerkelijk lichter is in gewicht

WIST UW dat we vele andere goede merken borstprotheses hebben

WIST UW dat we een mooie sortering prothese badkleding hebben

WIST UW dat wij ruim de tijd voor u nemen als u belt voor een afspraak.

Mevr. Buys Hoofddorpweg 20 -22 (bij het Hoofddorpplein)

Tel. 020 - 15 81 92

Page 11: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Auschwitz blijft uniek

Met een zekere schroom heb ik gevolg gegeven aan uw uitnodiging om als Duitser een bijdrage te leveren aan her herdenkings­nummer 1990 van het Nederlands Ausch­witz Comité. Menselijke ontmoet ingen en bewogen gesprekken gedurende de afgelo­pen maanden hebben mij geholpen deze schroom te overwinnen. Ook de beelden van de vreedzame revolutie aan de Berlijnse muur op 9 november 1989 hebben mij moed gegeven. Mondige bur­gers van de D D R - Duitsers zonder eigen ervaring met onze democratie - namen hun lot als verantwoordelijke democraten in eigen hand.

Ik weet dat er achter deze 9de november 1989 een andere 9 november staat: die waarop in 1938 de groots te pogrom van de geschiedenis begon, die 45 jaar geleden met de bevrijding van Auschwitz eindigde. Auschwitz blijft synoniem met een tegen de

J o d e n en tegen de mensheid gerichte mis­daad, die ook in onze wrede menselijke geschiedenis zijns gelijke niet kent.

'Auschwitz bleibt singular' zei Bondspresi-denr von Weizsacker een jaar geleden. 'Es geschah im Deutschen Namen durch Deut­sche. Diese Wahrheit ist unumstöftlich und sie wird nicht vergessen.'

Waarom schrijf ik als Duitser ter herinne­ring aan de bevrijding van Auschwitz 45 jaar geleden? Ik kan het lijden van degenen die Auschwitz overleefd hebben en ook van degenen die familieleden en vrienden in Auschwitz hebben verloren niet verzachten. Ik kan hun ook niet om vergeving en zeker niet om verzoening vragen. Maar ik kan eraan meehelpen, de herinnering aan Ausch­witz levend te houden. Ik kan ook tegen de overlevenden zeggen, dat ik hun als Duitser dankbaar ben, wanneer zij getuigenis afleg­gen van datgene wat hun is overkomen -ook wanneer hun dit zwaar valt. Want voor ons allen geldt wat Rabbijn Abraham Soe-tendorp kor t geleden in het N I W schreef: 'De Joodse ervaring leert dat lessen uit de geschiedenis alleen dan geleerd kunnen worden, wanneer de gebeurtenissen uit het verleden deel worden van je eigen existen­tiële bewustzijn'.

Wij Duitsers weten, wat Auschwitz was. Wij hebben ons intensief met onze geschiedenis

bezig gehouden. In de loop van 40 jaar is in Duitsland een vergaande consensus ont­staan over de visie op het Duitse verleden, die de Bondspresident heden ten dage zeer duidelijk tot ui tdrukking brengt. Deze visie op onze eigen geschiedenis hebben wij niet alleen aan ons eigen inzicht en aan onze eigen inspanningen te danken. Wij zijn ook dank verschuldigd aan onze Europese en Atlantische partners, die ons in de familie van vrije volkeren hebben opgenomen en een hernieuwde isolatie van Duitsland heb­ben belet. Want isolatie leidt, zoals men kan leren uit de historische ervaring, tot een vals beeld van het verleden, tot nationale levens­leugens en tenslotte tot vreemdelingenhaat en geweld. Wij weten dat onze buren ons tegenwoordig ook daarom vertrouwen, omdat wij de verantwoordelijkheid voor onze eigen geschiedenis op ons nemen. Eer­lijkheid tegenover het eigen verleden, waar­toe ook Auschwitz behoort , is voor ons Duitsers een essentiële voorwaarde voor de van vitaal belang zijnde samenwerking met onze partners in Europa en in de wereld.

Toekomst van het verleden

Maar waakzaamheid blijft geboden. Wij zijn niet van nature tegen nieuwe aanvallen van nationalisme, kollektieve waan en onmense­lijkheid bestand. Wij weten sinds Auschwitz waartoe mensen in staat zijn.

Wij hebben daarom in iedere maatschappij die menselijk moet blijven, ook solide waar­borgen tegen machtsconcentratie en machts­misbruik nodig. Hiertoe dient de be­scherming van de mensenrechten in onze staten, in Europa en over de hele wereld. Deze is in de grondwet van de Bondsrepu­bliek Duitsland, die zich al 40 jaar bij de opbouw van een berrouwbare democratie heeft bewezen, bijzonder strikt ontwikkeld. Hier toe dient ook de persvrijheid, die ervoor zorgt, dat gevaarlijke ontwikkelin­gen vroegtijdig worden onderkend en dat een democratisch zelfreinigingsproces mo­gelijk is. Hier toe dienen ook onze moderne politieke structuren die elke machrsconcen-tratie en elk machtsmisbruik beletten.

Tot dit systeem van 'checks and balances' behoort ook de Europese Gemeenschap, die het ontstaan van onverantwoordelijke na­

tionale machtsconcentraties verhindert . Wij hebben in Europa de historische kans om nieuwe politieke structuren op re bouwen, die onze democrarieën behoeden voor een terugval tot nationalistische machtswaan of collectieve surrogaatreligies.

De democratische revolutie in Oost -Europa dwingt ons opnieuw over de politieke en economische ordening van ons gehele conti­nent na te denken. Daarbij moeten wij ook over de ' toekomst van het verleden' naden­ken, over de lering die wij gemeenschappe­lijk uit een geschiedenis t rekken die wij to t nu toe meestal als nationale geschiedenis be­schouwden. Want geen enkel volk en geen enkel mens leeft zonder geschiedenis. O o k Auschwitz behoort tot deze geschiedenis.

De enorme vreugde van de Duirsers bij het openstellen van de muur in Berlijn leidde to t een grote golf van sympathie over de hele wereld. Dit gaf echter ook aanleiding tot bezorgdheid, die haar wortels heeft in de historische ervaring. Elie Wiesel, die toch herhaaldelijk zijn ver t rouwen in de jonge generatie Duitsers heeft geuit, is bezorgd (International) Herald Tribune van 18 november 1989): 'The intense joy of the present has overshadowed the past'.

Ik begrijp de zorg, ofschoon ik deze nier deel. De Duitsers uit Oost en West kennen de geschiedenis en weten welk leed de Duit ­sers in hun nationale grootheidswaan andere mensen hebben aangedaan. Zij leven nu al in een Europa, waarvan de s tructuur een fatale 'Alleingang' uitsluit. Zij zoeken ook hun toekomst in een dergelijk Europa.

Er zijn twee antwoorden op de bezorgdheid van Elie Wiesel. Het ene luidt: N o g sneller en nadrukkelijker Europa opbouwen, waarin wij immers onze vrijheid en democratie veilig stellen - ook tegen de waan van nationale 'Alleingange'. Het andere luidt: Wij mogen Auschwitz niet vergeten. Alleen wanneer de herinnering aan Auschwitz levend blijft, zal er geen Auschwitz meer komen.

Otto von der Gablentz Ambassadeur van de Bondsrepubliek

Duitsland.

Page 12: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

I S R A Ë L Vakantie- en zakenreis naar Israël. Combineer Eilat met de rest van Israël. Elke dinsdag per EL AL ISRAËL AIRLINES non-stop naar Eilat Centrum. Een week heerlijk luieren in Eilat en weer terug op dinsdag via Tel Aviv met El Al Israël Airlines.

Prijs vliegticket HFL. 775,-- retour. Arrangementen, vliegticket plus hotelaccomodatie, al mogelijk vanaf HFL. 1112,--.

Andere mogelijkheden: Op dinsdag per EL AL non-stop naar Eilat Centrum. Een aantal dagen luieren in Eilat en dan per eigen gelegenheid naar het noorden van Israël, Jeru­salem, Tel Aviv of Haifa. Terugvlucht van Tel Aviv naar Amsterdam per EL AL ISRAËL AIRLINES op dinsdag, donderdag of zondag. Prijs vliegticket HFL. 775,-- retour. Elke combinatie met hotels en autohuur mogelijk. Prijs op aanvraag.

Bel ons eens voor een offerte. ISRAËL boeken bij Near East Tours Rokin 9 - 1 5 - 1 0 1 2 KK Amsterdam - Telefoon 020-243350

near east tours, amsterdam

HERLEVEND BEWAARD Aren lezen in joods Amsterdam

door dr. Henriëtte Boas

Een bundel artikelen over vele aspecten van vooral het vooroorlogse joodse Amsterdam. Dr. Henriëtte Boas, autoriteit op dit gebied, behandelt in deze bundel een grote verscheidenheid van onderwerpen. Amsterdams-joodse gebruiken, Amsterdams-joodse buur­ten en synagogen, en onvergetelijke joodse persoonlijkhe­den in het vooroorlogse Amsterdam worden deskundig en boeiend beschreven.

Het boek telt 248 blz., is geïllustreerd en kost ƒ 27,50. Het is verkrijgbaar bij de boekhandel of bij Keesing Uitgeversmaat­schappij B.V., Hogehilweg 13, 1101 CA Amsterdam. Telefoon: 020-5641177/5641176.

Page 13: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Op eigen kracht

Toespraak bij de uitreiking van de Anne Frank Penning 1989 aan het Nederlands Auschwitz Comité op 11 oktober 1989 in de bene­denzaal van het Anne Frank Huis.

Het was niet de bedoeling dat ook maar iemand Auschwitz en al die andere kampen zou overleven. Dat ook maar een mens zou kunnen getuigen over wat daar plaats vond. Ik zal het in deze toespraak verder nier over Auschwitz en de geschiedenis van de grote vernietiging hebben. Ik zal het hebben over de kleine groep men­sen die het overleefd heeft; velen van hen chronisch ziek, invalide, vroeg verouderd, in psychische nood. En veroordeeld tot levenslang herinneren en levenslang ver­driet. En mijn verhaal gaat over de Nederlandse samenleving die meer dan 100.000 mensen liet wegvoeren. Onder applaus van een klein deel; met wanhoop en machteloze woede bij een ander deel; met onverschilligheid nage­keken door een veel te groot deel van de bevolking. Diezelfde samenleving moest de kleine groep van overlevenden opvangen. Pas de laatste jaren begint door re dringen dat de ontvangst vaak niet erg warm was. Huizen waren door anderen betrokken, spullen waren weg; men was vaak helemaal nier geïnteresseerd in wat er was gebeurd daar ver weg in het Oosten, in de concentra­tiekampen. Extra voorzieningen, extra zorg was toen in '45 niet mogelijk; men wilde Joden, nu Nederland bevrijd was, niet bijzonder, maar op dezelfde wijze behandelen als andere Nederlanders. Maar al re gretig werd, waarschijnlijk geïnspireerd door eigen schuldgevoelens, vaak gewezen op de eigen schuld van de ver­volgden: 'Kijk eens naar het gedrag van jul­lie eigen Joodse Raad, en waarom hebben jullie je toch als makke schapen laten weg­voeren' . Ik zal het niet hebben over de vervolging van oorlogsmisdadigers en over de koude oorlog die al heel snel na 1945 de wereld en ook Nederland in z'n greep kreeg. Of toch wel? Hoe moet je b.v. jongeren van nu uitleggen dat beruchte oorlogsmisdadi­gers in dienst werden genomen door de Amerikaanse bevrijders? Dat in Nederland met grof geweld een Hanny Schaft-her-denking werd tegengehouden? Dat je maar beter niet kon zeggen dat je dc Russen dank­baar was dat ze je uit het K Z bevrijd hadden?

De overlevenden moesten op eigen kracht weer een nieuw leven opbouwen in een koude wereld.

Ed Hoornik

Hoe koud? In 1968, 23 jaar na de bevrijding, eindigt Ed Hoornik zijn toespraak bij de Auschwitzherdenking met de woorden: 'Geen pensioen, geen compensatie, geen enkel gebaar ooit van enige Nederlandse regering. Dat is een schandaal, waartegen iedere volksvertegenwoordiger zou moeten protesteren. Ik weet niet wat voor bedrag ermee gemoeid zou zijn, ik wil het ook niet weten. He t gaat om een ereschuld. En wie die niet inlost heeft geen geweten' . De Auschwitz-herdenking die in die periode werd bijgewoond door kleine aantallen mensen, is uitgegroeid tot een gebeurtenis van nationale betekenis, waarvoor TV-ploegen zich staan te verdringen. Gehouden bij het indrukwekkendste gedenkteken dat ik ken.

De maker, Jan Wolkers, over zijn ontwerp: 'Tot barstens toe kan je je hersens afpijnigen of er een beeld wil opdoemen dat die schande en dat leed bij benadering zou kun­nen weergeven. Je kijkt naar de hemel en je begrijpt niet dat dat blauwe uitspansel boven die ontzet t ing heeft gestaan, even vredig als boven een wei met bloemen. En in een visioen van rechtvaardigheid zie je de blauwe hemel boven je vol barsten trekken, alsof de verschrikking die daar op aarde onder haar heeft plaatsgehad voorgoed de

eeuwigheid geschonden heeft. Z o ben ik op het idee gekomen o m gebroken spiegels op dat kleine stukje aarde boven die urn met as neer te leggen. Voorgoed kan op die plaats de hemel niet meer ongeschonden weerspie­geld worden. ' Het gedenkteken op de Oosterbegraaf­plaats is er niet vanzelf gekomen. He t was een van de resultaten van het werk van het Nederlands Auschwitz Comité . Opgericht in 1956. Ik citeer Annetje Fels in een interview: 'Welk doel wij hadden? Zolang wij er waren met het nummer o p onze arm moesten wij getuigen tegen de volkerenmoord. N o o i t meer Auschwitz. We voelen ons verplicht duidelijk te maken wat Auschwitz was. Ze dachten immers dat we een telefoonnummer op onze arm hadden'. In de jaren na 1956 heeft het N A C een enorme hoeveelheid activiteiten ontplooid: men heeft elkaar ondersteund op moeilijke momenten, geknokt voor de materiële omstandigheden van de vervolgden. Bijge­dragen aan de tots tandkoming van het Cen­t rum 40-45, de tots tandkoming van een Nederlands paviljoen in Auschwitz. Er zijn reizen georganiseerd naar Auschwitz, waar­bij de laatste jaren ook jongeren meegaan die berrokken zijn bij de jeugdvoorlichting.

Vervolg op pagina 15

Na vrijlating van Lages, een van de 4 van Breda, in ;um 1966, demonstreerde men bij de Dokwerker.

Page 14: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Anne Frank HET ACHTERHUIS

paperback f24,90 gebonden f34,90

80 ste druk

Miep Gies

HERINNERINGEN AAN ANNE FRANK

paperback f24,90 gebonden f34,90

11e druk

M I E P G I E S

A N N E F R A N K i i

Anne Frank VERHAALTJES EN GEBEURTENISSEN

UIT HET ACHTERHUIS

paperback f 19,90 3e druk

Mies Bouhuys ANNE FRANK IS NIET VAN GISTEREN

paperback f 17,90 4e druk

DE DAGBOEKEN VAN ANNE FRANK (WETENSCHAPPELIJKE EDITIE)

gebonden f69,50 3e druk

UITGEVERIJ BERT BAKKER

== polak roodhart uylings makelaars in assurantiën

financieringen hypotheken pensioenen

Bijdorp 2 -1181 MZ Amstelveen Postbus 608-1180 AP Amstelveen

Tel (020) 437 111' Telex 15715 pruas

OPPENHEIM SPEZIAL II INTERNATIONAL INVEST0RS INC0RP0RATED ENZ.

Persoonlijke Adviezen aan Beleggers, ook voor bescheiden bedragen.

A. van de Rhoer

Hortensiastraat 12, 4818 GM Breda, Tel. 21 57 49

J a c o b S t a d ORTHOPEDISCHE SCHOENTECHNIEK

Luxe pasvorm.... De oplossing voor moeilijke voeten die jong willen blijven is de moccasm van VAN DER HAMMEN U merkt wel waarom Verkrijgbaar in 4 wijdtes

OVERTOOM 542, 1054 LM AMSTERDAM, TEL. 020-16 42 16 WAYE 4, 6086 NP NEER, TEL. 04762 - 2409.

S. EMMERING ANTIQUAAR en PRENTENVERKOPER

Nieuwezijdsvoorburgwal 304 1012 RV Amsterdam

Tel. 020-231476

sïrJ JUDAICA: BOEKEN EN PRENTEN

KRUKZIENERS REISBUREAU bent u voordeliger uit in Israei

s p e c i a l e a a n b i e d i n g

CARLT0N HOTEL ***** TEL AVIV

, , 104,- per nacht

KRUKZIENERS REISBUREAU Amsteldi|k 166 (Gebouw Rivierstaete) - 1079 LH Amsterdam

Telefoon 020-426133 Telex 10847

Page 15: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Vervolg van pagina 13

Hoe ongelofelijk moeilijk en zwaar dat is voor overlevenden heb ik in maart meege­maakt, toen een groep van de AFS met twee kampoverlevenden een reis heeft gemaakt naar Buchenwald en Bergen-Belsen. De uirkeringen voor de vervolgden zijn er niet in de laatste plaats door de overtui­gingskracht van het N A C gekomen. He t Comité is op eigen kracht een organisa­tie geworden in de loop des tijds waarnaar geluisterd wordt , bijna niet weg te denken uit de Nederlandse samenleving. N o o i t meer Auschwitz, nooit meer fas­cisme, nooit meer oorlog. Vechten voor een samenleving zonder racisme en antisemi­tisme. Een samenleving waarin iedereen ongeacht zijn achtergrond gelijkwaardig is aan anderen.

Niet voorbij

Hoe staat het nou daarmee? Ik grijp opnieuw terug naar de toespraak van Ed Hoornik bij de Auschwitzherdenking van 1968: 'Leven in een concentratiekamp betekende, in een paar woorden gezegd, opgesloten zit­ten omwille van' levensovertuiging of ras, geslagen worden en werken tot je erbij neer­viel, honger lijden, uitdoven, sterven. En dat zijn nou precies de dingen waarvan we 23 jaar geleden dachten dat ze voorgoed voor­bij zouden zijn, maar die je zeker in twee­derde van de wereld vandaag opnieuw ziet gebeuren. Ziet gebeuren, zeg ik, want nie­mand kan beweren dat ze zo verschrikkelijk ongekend en onvoorstelbaar zijn, ze gebeu­ren immers in uw huiskamer op het tv-scherm.'

Die woorden hebben de laatste 20 jaar niets aan waarheid verloren. Overal ter wereld treffen we nog dictatoriale regimes aan en de lijst met landen die mensenrechten op grove wijze schenden, is lang. Dicht bij huis worden we geconfronteerd met nieuwe extreem-nationalistische partijen, die drij­ven op vreemdelingenhaat en antisemi­tisme. Partijen die je de angst om het hart doen slaan. We leven in een wereld vol dreiging, waarin duidelijk is dat de lessen die getrokken moe­ren worden uit de periode dat het nationaal -socialisme Europa in zijn macht had, door een gro te g roep mensen eenvoudigweg ver­worpen en ontkend worden. Onder die omstandigheden wordt van kampoverle­venden een zakelijke en nuchtere opstelling gevraagd. Bij voorbeeld over het pensioen van de weduwe Rost van Tonningen, het werk van de Commissie-Van Dijke, de Fassbinder-affaire, het optreden van de familie Goeree, de vrijlating van de Twee van Breda. Zelfs zonder kampervaring kun

je je daar al vreselijk over opwinden. Het paradoxale is dat op het moment dat kampoverlevenden door dit soort zaken volledig van de kaart raken, weer iets meer duidelijk wordt van de wonden die het nationaal-socialisme heeft achtergelaten.

Technicolor

Heel concreet: pas op het moment dat kampoverlevenden kapot gingen aan de dreigende vrijlating van de drie van Breda in 1973 drong in bredere lagen van de bevol­king door wat er in 40-45 was gebeurd. En, nog cynischer: het werd pas echt concreet voor de meeste mensen toen de Holocaust in technicolor op het TV-scherm gebracht werd. De echte werkelijkheid van de kampen en het besef waartoe mensen in staat zijn, scherper nog, waartoe bijna elk mens onder bepaalde omstandigheden in staat is, is te gruwelijk. Tegen dat besef, tegen dat inzicht zal steeds weersrand ontstaan en vanuit die weerstand de ontkenning. Daarom zal voorlichting over Auschwitz tot in lengte van jaren nodig blijven. Voorlich­ting over de vernietigingskampen, over de andere Lager en plekken waar gemoord en gemarreld werd. Voorlichting over het sys­teem dat daarvoor verantwoordelijk was, het gedachtengoed dat dat systeem aan de macht bracht, voorlichting over de omstan­digheden waardoor het fascisme aan de macht kon komen. Elke nieuwe generatie zal daarmee geconfronteerd moeten wor­den.

Dat is geen prett ige conclusie. Tegelijkertijd moeten we ons ervan bewust zijn dat in de 44 jaar sinds de bevrijding enorm veel to t stand is gebracht. Er is ook reden om trots te zijn. Ik heb hopelijk wel duidelijk kunnen maken dat voor elke verworvenheid gevochten moest worden. Door mensen die door de hel waren gegaan. Die door bizar toeval die hel overleefd hebben. Ik denk dat de mentaliteit die dat to t stand gebracht heeft, de mentaliteit is die ik tegenkom in het Dagboek van Anne Frank. Ik denk dat zij, als ze de gruwelijke tocht langs de Euterpestraat, Westerstraat, Ausch­witz en Bergen-Belsen had overleefd, een van de leden van het Auschwitz Comité was geweest. Wat ik hier zeg over het N A C geldt niet alleen voor die organisatie, maar voor alle organisaties van kampoverlevenden. De Anne Frank Penning 1989 is in die zin ook voor hen bedoeld.

Hans Westra

Vervolg van pagina 9

Moe zijn we wel, maar...

Een aardige journalist die ik vanmiddag sprak vroeg mij: 'Bent u er niet moe van, dat rondtrekken, altijd maar weer, steeds meer?' Ja, we zijn moe. Mijn vriend, wij Joden zijn moe. Heel vaak staan wij op het punt o m op te geven. Hoelang kun je doorgaan? Maar ondanks onze vermoeidheid kunnen we niet opgeven; we moeten doorgaan. En ik zal u vertellen waarom, to t slot, met een van mijn favoriete parabels. Deze parabel is op een bepaalde manier mijn geloofsbelijdenis. Een rechtvaardig man besloot op een dag een militant te worden, een politieke, geestelijke militant en aan het werk te gaan. Hij wist wat hij moest doen, hij was student aan een goede universiteit en hij besloot dat hij wist hoe de mensen te treffen. Dus waar besloot hij naar toe te gaan? Naar de meest zondige van alle zondige steden, Sodom, de plaats waar geen enkel goed mens is. Hij kwam daar, hij was jong, energiek en hij kwam met aanplakbiljetten en daarmee ging hij van srraat tot straat, van markt tot markt zeggende: 'Mannen en vrouwen, vergeet het niet, wees niet onverschillig tegenover andere mensen, bedrieg niet, dood niet, haat niet.' Hij bleef en bleef roepen. In het begin gingen de mensen om hem heenstaan omdat hij hen amuseerde. Zij amuseerden zich en luisterden daarom. Later, na vele jaren, waren ze het zat en nie­mand stopte nog om naar hem te luisteren. En toch ging hij door met zijn aanplakbiljet­ten, roepend, dag na dag, uur na uur: 'Man­nen en vrouwen, srop racisme, stop haat.' O p een dag werd hij benaderd door een kind dat zei: 'Arme vreemdeling, arme leraar, je roept en roept, jaar na jaar, zie je niet dat het zinloos is?' En omdat het een kind was, zei de leraar: 'Ja, ik moet je de waarheid vertel­len, het is nutteloos. ' 'Waarom ga je dan door?' zei het kind. En de man zei: 'Ik zal je vertellen mijn kind, toen ik jong was, was ik ervan overtuigd dat als ik hard genoeg zou roepen, ik ze zou kunnen veranderen, alle­maal. N u weet ik dat ik ze nooit zal verande­ren, maar als ik harder en harder roep, doe ik dat omdat ik niet wil dat zij mij veran­deren.' Ik dank u.

Elie Wiesel

Page 16: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

SEMPER FIDELIS

Hij verlangt naar tante Stien en oom Hen­drik. Twee jaar heeft hij bij ze in huis gewoond en hij heeft ze nu al drie maanden niet gezien. Hij is weer bij zijn moeder, net als voor hij ging onderduiken. 'We redden het samen wel weer,' heeft ze tegen hem gezegd. 'Je bent zo groot ineens. Tien jaar al. Jij bent nu de man in huis.' Ze heeft hem een kus gegeven, op zijn voor­hoofd en hij heeft met de rug van zijn hand het natte plekje weggeveegd. Tante Stien kuste anders.

Mamma heeft in een kamp gezeten en ze vertelt er niets over. 'Toen we van Ausch­witz naar Nederland terug gingen, kwamen we in een dorp waar we in een school te eten kregen en de jongens die het eten op onze borden schepten, hadden allemaal een rode bloem in hun mond. ' Dat is het enige wat ze al een paar keer heeft verteld en het klinkt als een zelf verzonnen verhaaltje. Over de erge dingen van dat kamp zegt ze niets en hij durft niets te vra­gen. Hij heeft het geprobeerd, maar toen keek ze zo bang dat hij maar gauw zijn mond heeft gehouden. Hij heeft haar een m o p ver­teld over een olifant en een muis en toen heeft ze heel hard gelachen. Hij ook.

Hij kon niet meer ophouden.

Hij is weer op vioolles, net als vroeger. Lie­ver was hij doorgegaan met zijn t rompet , net als toen hij nog in Limburg woonde. Hij had les van oom Gilbert en hij was lid van de harmonie, die iedere week door het dorp marcheerde. Hij mocht meemarcheren met SEMPER FIDELIS, omdat hij het neefje was van tante Stien en oom Hendrik. Ze hebben een zielig verhaal over hem verteld. Dat zijn huis en zijn ouders waren wegge­bombardeerd in Rot terdam. Dat hij hele­maal alleen over was en nu bij zijn oom en tante mocht wonen, voor altijd. 'Wat een geluk, Jantje, dat je zo blond bent, ' heeft tante Stien hem gezegd. 'Andere Joodse kinderen, ik bedoel donkere Joodse kinderen die zijn ondergedoken, moeten altijd binnen blijven. Dag en nacht.'

Jantje heette hij toen en nu heet hij weer David, net als vroeger. 'Dag David Roosendaal, ' zegt hij vaak tegen zichzelf. Mamma wil zo graag dat hij nooi t meer ver­geet dat hij David Roosendaal heet. En daarom oefent hij vaak.

Vanmiddag mag hij optreden voor pu­bliek.

Meneer Elswout, zijn nieuwe vioolleraar, heeft een leerlingenmiddag georganiseerd. Een stukje van Mozart gaat hij spelen. 'Doe je best, David,' heeft meneer Elswout na de vorige les tegen hem gezegd, 'laat jij de mensen maar eens horen dat Joods talent nooit verloren gaat.' Hij heeft niet begrepen wat meneer Elswout bedoelde en aan zijn moeder vraagt hij zoiets niet. Zou tante Stien het begrijpen? 'Over een half uur gaan we, David,' zegt mamma. 'Ben jij al zenuwachtig?' Hij knikt. Tk ook. Het is spannend hoor, als je kind gaat optreden. Met Mozart nog wel. Dat had pappa moeten beleven. En opa en oma en... ' Hij staat op, t rekt aan haar mouw.'Laten we weggaan, mamma. Straks komen we te laat. Ik wil nu weg.' 'Even wachten. Ik moet me nog omkleden. Jij ziet er al zo chic uit in je nieuwe kleren. N u ik nog.' Ze gaat naar haar slaapkamer. Hij pakt zijn viool. Neur ie t het melodietje dat hij over drie kwartier moet spelen. Als hij het nog maar weet. Was de viool maar een t rompet . Lopen wil hij. Lopen door het dorp met Semper Fidelis. Eén, twee, drie, vier. Hij marcheert om de tafel. Eén, twee, drie, vier. Eén... 'Wat doe jij nou? Speel je optochtje?' Mamma staat in de kamer. Ze aait over een groene jurk, die haar schou­ders bloot laat. 'Mooi hé? Dat doe ik voor jou, die mooie jurk. Omda t je gaat optreden. Ik had hem aan toen pappa en ik ons gingen verloven, dertien jaar geleden.' Hij knikt. 'Kom, mamma. We gaan,' zegt hij. 'We doen wel een jas aan, hè?' Ze lopen hand in hand. Hij wil zelf de viool dragen. Dan kunnen alle mensen zien dat hij de musicus is. Mamma's hoge hakjes klikken tegen de straatstenen. Onder haar jas zie je nog een stukje van haar jurk. 'Voorzichtig, mamma. Kijk uit, stenen. De straat is helemaal opgebroken. ' Z e staat stil.

Hij t rekt aan de mouw van haar jas. 'Kom nou.' Ze beweegt niet, kijkt strak naar een stapel stenen. Ze fluistert iets. Hij kan niet verstaan wat ze zegt. Heel langzaam laat ze de jas van haar schou­ders in het zand glijden. Ze loopt naar de stenen. Tilt er één op, legt hem neer.

Tilt nog een steen op, legt hem neer. N o g één. 'Mamma!' roept hij. 'Dat deed ik in Auschwitz,' fluistert ze. 'Als het regende, als het vroor, als ik ziek was... Stenen sjouwde ik. Duizenden stenen. En ik was...' Hij rent weg. Ze pakt haar jas. Trekt hem aan, terwijl ze achter hem aanrent. 'Neem me niet kwalijk. Ik kan er niets aan doen, ' hijgt ze als ze hem eindelijk heeft ingehaald. 'Stien!' roept hij. 'Tante Stien!'

Ida Vos December 1989

De aarde weende niet amper hoorbaar was de echo toen een volk zijn wanhoop riep

Schuimende kreten vervliegend in rook en as

Nog steeds staat de klok stil voor hen die overleefden

0 verteken met ons lot in de kakelende kleuren van ongeloof en hoon

Pen der valse waarheid en perkament geweld je pijn is scherper dan het lemmet van een mes

Luister toch naar het woord dat binnen ons verkrampt en zie

Want een nieuwer net vangt al een jonger volk

Margot H. de Hartog

Page 17: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Onderduikouders

Gouache, Marianna van Raamsdonk

Een grote schaal, net uit de oven, met spruitjes en, let wel, evenveel balletjes gehakt, begeleid door opgewekte woor­den... Wacht even, wat zei ze ook alweer pre­cies, Harry's moeder? Ze zette de schaal neer, midden op het fleu­rig geborduurde kleed en deed haar schort af. Ik zat daar, aan tafel, naast mijn vriendje Harry met wie ik op joodse les was. Harry met de onverschillig kortgeknipte haren en zijn eeuwig kapotte knieën. Hij was niet geïnteresseerd in de dampende schaal, maar de kleine halfbroertjes stonden op hun tenen op de stoel om te zien wat hun moe­der had gemaakt. Naast Harry's pleegvader, net zo rossig als zijn twee kleine zoontjes, zat, de ogen neer­geslagen, onbeweeglijk, gehuld in een cocon van onwaarschijnlijkheid, het zusje van Harry. H u n beider vader, wiens por t te t in de eetka­mer hing, keek weemoedig en met een raad­selachtige glimlach uit de brede wit te lijst neer op het rumoerige gezelschap om de tafel. Het leek me dat hij vooral naar zijn eigen twee kinderen keek. Tijdens de maaltijd praatte Harry's moeder alleen maar tegen haar dochter. Met zonnige woorden en een hopeloze vrolijkheid pro­beerde zij haar te bereiken. Haar stem tastte, aarzelde. Streelde, vleiend en smekend. Ket­ste af op de afwezige blik. O p het onaange­roerde eten.

Doorzichtig haast, zat Harry's zusje tussen haar pleegvader en haar moeder, de ogen neergeslagen. Ik keek naar haar en ik keek naar Harry. Ik weet niet meer of hij mij vóór het eren of daarna, boven in zijn kamer, ver­telde dat zijn zusje t e tug wilde, naar haar onderduikouders, waar ze de hele oorlog

had gewoond, waar ze zich thuis voelde. Het moet niet lang daarna zijn geweest dat ik met mijn moeder boodschappen deed en wij, bij het pleintje met de witte huizen, Harry's moeder tegenkwamen. Waarschijn­lijk heeft mijn moeder gevraagd hoe het was thuis met de kinderen. Ze zal het zeker gevraagd hebben, want de moeder van Harry bleef staan en vertelde, daar op straat, dat haar dochter niet meer bij hen woonde, dat zij haar terug hadden moeten laten gaan, naar haar onderduikouders. Haar ogen waren wijd open, ze keek naar mijn moeder en ze keek ook weer niet. Uit haar ogen sprongen dikke druppels. Ze s t roomden over beide wangen. Toonloos s t roomden ze en ononderbroken.

Ik heb nog één keer zo zien huilen. Veel later. Een jonge vrouw. Het was in de t ram in de stad, een volle tram. Ik zat, zij stond, ze was groot , met een mooi, breed, opgeheven gezicht en golvend, zandkleurig haar. De grijsblauwe ogen heel licht, opengesperd, onbewust van mensen om zich heen. Zij stond, hoog en onbereikbaar. Uir haar ogen s t roomden tranen, de hele weg, onophoude­lijk s t roomden ze. Ze keek naar de ramen van de tram, ik weet niet wat zij zag. Maar haar kende ik niet. Vanwaar haar t ranen kwamen, wist ik niet.

Chaja Polak uit 'Zomaar een vrijdagmiddag'

Een kwade droom

Oosterbegraafplaats van destijds Auschwitz-défilé van die velen eind januari voor zes en dertig jaar een regenmorgen door plassen druilerig licht en grauwheid mensen mensen mensen van nu gestalten gestalten worden mensen van toen schuifelende voeten zonder gezicht voor mij achter mij gestalten vervagend naast mij en rondom tot haftlinge mensen levenden in streepmotief goed gekleed het blauw-wit goed gevoed van de ellende de blik ingekeerd de lange lange rij gaan ergens heen terug van kommando en lopend daar straks klinkt weer zie ik weer herr scharführer hoor ik weer melde gehorsamst die schuifelende tred zo en zoveel einsdsse

niemand ontbreekt een eindeloze een appel van robots schuifelende rij het klopt het getal van marionetten en het klopt nog het hart sukkelt terug maar ach zo zwak naar de barak zo zwak nog maar en naast hen daar gaat Jankef in uniform wat van hem over is zijn kans afwachtend gesteund door twee de dood die meeloopt die zelf nauwelijks en dan opeens kunnen gaan staat men stil zo sleept de stoet in een andere wereld zich voort mensen van nu wie weet naar een nieuwe die gedenken onbekende hel ik ontwaak doffe gelatenheid een sombere dag in uitgebluste blikken Oosterbegraafplaats. het kommando der elf honderd Simon de Haas.

Page 18: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

L A N T O R BV, Postbus 45, 3900 A A Veenendaal-Holland,

Telefoon: (08385) 371 I I.

Boetiek Tric mode voor jonge mensen

Kinkerstraat 245

Amsterdam

Telefoon 18 62 03

EEN SLAGER MET 'N KOKSMUTS.

• BEETHOVENSTRAAT 49 - 713098 • • MAASSTRAAT 53 • 641010 •

• BUITENVELDERTSELAAN 40 • 423970 • • BUITENVELDERTSELAAN 166 - 420973 •

• OLYMPIAPLEIN 154 - 731690 • • BINNENHOF 54, AMSTELVEEN - 455622 •

> PARTYSERVICE - CANTER TRAITEUR - 02977-40390 •

R I S SALAMANDER

v o o r u w m o d i s c h e e n

t o c h g e m a k k e l i j k e s c h o e n e n

Middenweg 77 Tel. 020 - 938447

1098 AE Amsterdam

R u i m e p a r k e e r g e l e g e n h e i d

TOFF OPTIEK opent uw ogen

Hoofddorpplein 12-14, Amsterdam. Telefoon 170431.

Aangeboden door

G.A. K. O. Mister Groep

Page 19: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Reactie op reacties

Moeten wij vijf en veertig jaar na de bevrij­ding nog blijven vertellen over de oorlog? Houdr het dan nooit op? Nee, het houdt nooit op. Want in ieder land van de wereld staan weer mannetjes klaar, hun kansen afwachtend om weer dodelijk toe te slaan. Die hun laarzen al aan het poetsen zijn. Die bijlen aan het scherpen zijn. Er kan niet en nooit genoeg over verteld worden. Want als deze generatie van ex-concentratiekampbewoners er binnenkort niet meer zal zijn, zullen en onze jeugd en onze komende generaties nooit te weten komen wat er precies is gebeurd, indien er verzuimd zou worden onze ervaringen uit te dragen.

J e hoor t wel eens zeggen: we kennen die verhalen nou wel, we weten nu wel hetgeen zich daar afgespeeld heeft. Ik geloof daar weinig van. Ja, onze eigen mensen natuurlijk wel, die hebben zulke verhalen niet nodig, want een ieder van ons kan z'n eigen 'Ausch­witz' vertellen. Maar het gaat om dat grote publiek. De grote lijnen, de globale feiten kennen ze nu wel. Z e weten dat er een oorlog geweest is en dat er miljoenen mensen zijn omgeko­men. Maar kunnen zij zich werkelijk voor­stellen en indenken wat de slachtoffers in Auschwitz en andere beruchte concentra­tiekampen meegemaakt en gevoeld heb­ben? Wat er door ze heen is gegaan toen ze uit hun woningen werden gehaald en zo maar al hun ver t rouwde spulletjes moesten achter­laten? Mensen die een half uur voor hun onvoor­spelbare dood nog in de trein vanuit Wes­terbork zaten en nog enige hoop en illusies hadden: dat het misschien allemaal nog mee zou vallen. Tot het moment dat de wagon­deuren opengetrokken werden en ze eruit geranseld werden. De maskers afvielen, de SSers eindelijk hun ware gezicht lieten zien. De hel die toen begon. Voorbij een z.g. dok­ter te moeten paraderen die met een enkel handgebaar van links of rechts over leven en dood beschikte. Z o één enkel mannetje! Begrijpt men de mentaliteit van de lager-führer Franz Hössler, wiens dagelijks werk het was de mensen die voor de gaskamers s tonden toe te spreken, zo van: 'Mensen, er kan direct een douche genomen worden, want jullie hebben een vermoeiende reis gehad. Kleed je uit, maak een bundeltje van de kleren en bind vooral de veters van de schoenen aan elkaar, zodat straks bij terug­komst alles weer gemakkelijk terug re vin­den is.'

Bei mir bist Du schön

Kan men zich indenken wat er door de men­sen is heengegaan, toen zij onder de douches stonden en er inplaars van water gas uit­stroomde? En dat diezelfde Hössler na zijn werk bij ons het muzieklokaal binnenstapte en vroeg om Bei mir bist du schón te spelen? Zich dan als een normaal mens gedroeg, zich kostelijk amuseerde en heel amicaal mer ons converseerde. En dit soort mannetjes kun je, jammer genoeg, niet herkennen. Ze lopen gewoon op straat. Zi t ten in de bus, tram of trein. Zijn lief tegen hun vrouw en kinde­ren. Geven een aai aan hun hond of poes. Verzorgen keurig hun tuintjes. Je kunt ze tegenkomen bij je buren of kennissen. Ze zien er niet uit als criminelen. Hebben geen afgrijselijke gezichten of maskers op. Doen zich gewoon voor. Maar diezelfde mannen hebben wel, vijf en veertig jaar geleden, de groots te misdaad aller tijden op hun gewe­ten. Die later een beroep deden op Befehl ist Befehl, maar die bevelen wel met satani­sche vreugde uitvoerden. Met voorbedach­ten rade, weloverwogen tot in de kleinste bijzonderheden intelligent en geraffineerd uitgedacht en uitgevoerd, miljoenen men­sen te vermoorden, honderdduizenden babies en kinderen de gaskamers in te jagen en diegenen, die het z.g. geluk hadden nog even te mogen blijven leven, dat leven to t een ware hel te maken, hen te vernederen, te martelen, maar vooral te ontmenselijken en te verdierlijken.

Van mensen insekten maken die verdelgd moesten worden. Met de ongelofelijkste, vaak verfijnd sadistische maatregelen, die met wellust en het groorsre plezier wer­den uitgevoerd.

Eén vogeltje

Het getal van miljoenen spreekt de mensen niet aan, zegt hun niets. Dat is het geheim van die Amerikanen, die de - in onze ogen -slechte film Holocaust gemaakt hebben. Door slechts twee families te volgen met een verhaal daar omheen, kon men zich daarmee identificeren. Daarom heeft de halve wereld naar die film gekeken. J e kunt het vergelijken als je hoor t dat er in een olieramp IV2 miljoen vogeltjes zijn omgekomen. Men neemt dat voor kennis­geving aan, zegt: erg hè, en gaar over tot de orde van de dag. Maar nu komt er één vogel­tje met een verlamd vleugeltje of gewond pootje je tuin in of het balkon op. Dan wordt men geraakt, weet niet wat alles te doen en is er kapot van. Onze boodschap is ook niet makkelijk. Zijn wij niet vaak te nonchalant met onze vrij­heid door die vrijheid als iets vanzelfspre­kends te beschouwen? Tot het moment dat het weer te laat is. He t kan iedereen overko­men. Er is altijd wel weer een of andere min­derheidsgroep te vinden die het slachtoffer kan gaan worden.

Daarom ook blijf ik praten, vertellen, heb ermee leren leven dat sommigen zeggen: daar heb je hem weer, hij moe t weer zo nodig, hij wil weer zo graag in de krant komen. Daarnaast anonieme telefoontjes van: hebben jullie het nou nog niet geleerd dat dit de straf is, omdat jullie Christus ver­moord hebben? Of: dacht je dat wij het in Holland niet erg hebben gehad, terwijl jij in Auschwitz lekker t rompet zat te spelen? O f de telefoontjes van onze eigen mensen, die onlogische verwijten maken. En het gaat

Vervolg op pagina 21

Page 20: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Een uitzonderlijke collectie sieraden in goud, met of zonder diamant, in elke prijsklasse, maar ook

wereldmerken als Rolex, Cartier, Ebel, Baume & Mercier en Gucci vindt u bij:

AMSTERDAM DIAMOND CENTER Rokin 1-5, 1012 KK Amsterdam. Tel. 020-245787.

OPPENHEIM IfHWm IN ISRAËL U heeft besloten naar Israël op

vakantie te gaan? Dan is de rest eenvoudig. Want of U nu uitsluitend een vliegticket wilt, een hotelarrange­ment, een rondreis of een auto huren wilt, wij regelen alles voor U.

En ondanks onze lage hotelprijzen (onze speciale Israel-aanbiedingen) bent U bij ons ver­zekerd van de best denkbare service.

O Over lage prijzen gesproken, wij verkopen El Al, KLM en Air France tickets tegen het minimum verkoop-tarief en natuurlijk ook charters naar Eilat.

~ REISBURO OPPENHEIM Minervalaan 26 28, 1077 NZ Amsterdam Telefoon 020 762067

TELEFOON (023) 312005 I b o u t ï q u e

HUIS VOOR EXCLUSIEVE DAMESKLEDING

HAARLEM • WAGENWEG 7-9

Wu STELLEN U VOOR A A N D E EERSTE AUTO D I E BEGRIJPT H O E U RIJDT.

Nu in onze showroom, de Citroen XM. Startklaar voor een onvergelijkbare proefrit.

CITROEN X M . DE OVERWINNING OP DE WEG.

J.J. MOLENAAR B.V. Nijverheidsweg Noord 61, 3812 PK Amersfoort - Tel. 033 - 634377

Page 21: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Herfstmuziek in Berlijn

Paula Lindberg-Salomon, beroemde altzan­geres en, 91 jaar oud, nog steeds actief als zangpedagoge, bezocht in oktober 1989 opnieuw Berlijn, waar zij haar grootste triomfen vierde. Zij zat er de jury voor van het te harer ere ingestelde Paula Lindberg-Salomon liederzangconcours. De kunstenares, verzetsvrouw van het eerste uur en trouwe vriendin van ons comité, vertelde ons iets over deze gebeurtenis.

'Nu verschijnen er in Leipzig massa's men­sen op straat. Ik was de laatste die een Bach-cantate in Leipzig zong in 1933. O p een maandag mochten Joodse artiesten niet meer optreden. De zondag tevoren zong ik er die cantate. En die heet te nog wel 'Seht, wir gehn hinauf nach Jerusalem.'

In het toenmalige Berlijn werd to tdantoe nooit gevraagd: ben je Jood of katholiek of Mohammedaan. Wij hebben toen de Kul-rurbund opgerichr, waar allen konden optreden die ontslagen of bedreigd waren, om zg. ras of politieke redenen. Er zaten ervaren zangers in ons koor, maar ook men­sen die geen noot kenden, maar zo wel een plek kregen, vaak voordat zij konden emigreren.

Tegenwoordig komen er heel vaak mensen bij mij om iets over die tijd te horen. Meestal zijn dat jongere mensen, die weten dat ik zoveel kunstenaars goed heb gekend. Maar deze herfst was er iets bijzonders. In West-Berlijn is een zangconcours ingesteld dat mijn naam draagt, een prachtig cadeau voor mijn 90ste verjaardag. Z o blijft mijn naam, als wij cr niet meer zijn, in het liedercon­cours Paula Lindberg-Salomon.

Het concours, de prijs, het geldt alleen de liederenzang en werd nu voor het eerst gehouden. Ik was voorzitster van de jury. Er werd schitterend gezongen door jonge zan­gers en zangeressen uit oost en west. He t concours werd gehouden in de Musikhoch-schule, waar ik zo'n zeventig jaar geleden heb gestudeerd en waar ik nu terugkwam. Zij hadden tientallen foto's weten te vinden waar ik op stond als muziekstudente, vaak met andere musici en docenten. Ik was natuurlijk diep getroffen. De muur was half oktober nog niet open. Je zag wel oudere vrouwen uit Oost-Berlijn, die handwerkspulletjes verkochten. Er wa­ren heel wat deelnemers aan het concours uit de D D R . Zij zongen uitstekend, maar moesten iedere avond naar Oost-Berlijn terug, heel vermoeiend. Ik kijk met vreugde op dit zangconcours terug. Dit is werkelijk Wiedergutmachung.'

Vervolg van pagina 19

uiteindelijk niet om mijn verhaal, het is ons verhaal dat verteld moet blijven worden. En dat daar persoonlijke dingen bijkomen, moet men maar op de koop toe nemen. En of Lex van Weren dat nou doet of Pietje Puck, als het maar de wereld ingaat. En in wezen wordt het toch niet voor onze eigen mensen verteld.

Een Duitser

Waarom ik de Duitse ambassadeur, de heer O t t o von der Gablentz, gevraagd heb een voorwoord te willen schrijven voor mijn boek? O p 16 mei 1989 tijdens de overhandi­ging van 'Trompettist in Auschwitz' aan het Herinnermgscentrum Kamp Westerbork sprak de Ambassadeur o.a. de volgende woorden: 'Wij Duitsers hebben schuld, wij moe­ten die schuld niet verdoezelen. Wij moeten daar­mee leren leven. Wij kunnen alleen maar op vergiffenis hopen en pogingen tot verzoening doen.' Dit was de eerste keer dat ik een hoogge­plaatste Duitser in het openbaar zo heb horen spreken. Dat t rof en raakte me. Ik geloofde hem en m een opwelling vroeg ik hem om een voorwoord. Zonder na te den­ken zei hij onmiddellijk ja.

1 1 0

Ik heb na de televisieuitzendingen en het

verschijnen van de vernieuwde herdruk van het boek tot dusver 110 telefoontjes en brieven gehad. Brieven soms van wildvreemde mensen: blijft u daarmee alsjeblieft doorgaan, want deze wereld heeft dat nodig. Dan een aantal: 'wat heeft het nou voor zin, er verandert toch niets.' Maar wat moet je dan? Het dan maar helemaal opgeven?

Mensen die er tot dusver nog weinig over wisten, worden steeds opnieuw getroffen door het feit dat ik in een vernietigings­kamp t rompet heb kunnen spelen. Dat treft ze, het spreekt ze aan. Daar zijn ze nieuws­gierig naar. Daarover willen ze publiceren. Waar ik fel op reageer is dar sommige men­sen het wagen, terwijl ze er niet geweest zijn, kritiek op ons te hebben vanwege bepaalde gedragingen in de kampen. Zij zullen je nu eens gaan vertellen hoe wij ons toen hadden moeten gedragen. Wat we wel of niet hadden moeten doen. Wij , die in bijna alle gevallen maar twee gedachten kenden, namelijk hoe overleef ik het en hoe krijg ik iets extra's te eten. En daarvoor deed je dingen, waar je in normale omsrandigheden niet over zou prakkizeren.

Vertel!

Na 1980, toen het boek in korte tijd uitver-kocht raakte, wilde ik niet meer blijven ver­tellen. Ik vond het toen welletjes.

Totdat ik vetleden jaar in Westerbork de jeugdige enthousiaste niet-Joodse leiders van dat Cent rum ontmoet te . Zij vonden het een ernstig verzuim indien ik nier meer wilde vertellen. Met één zin 'als u niet meer wilt praten, wat moeten wij dan?' werd ik weer overtuigd. Daarom ga ik nu door en zeker in de eerste plaats ter nagedachtenis en als eerbetoon aan die miljoenen omgeko­menen, aan de meer dan honderdduizend Joodse Nederlanders, waar onze familiele­den, vrienden en kennisen onder zaten. Wier laatste woorden meestal waren - als ze daar nog in staat toe waren - 'Vergeet ons niet , blijf aan o n s denken e n ver te l de were ld wa t h ier gebeurd is!' Ik heb hun dat beloofd. Ik ben dat aan hen verplicht. Zijn wij overlevenden dat niet allemaal verplicht? Ik weer ook wel dat som­migen onder ons er moeilijk over kunnen praten, er van streek van raken, er niet van kunnen slapen. Natuurlijk moeten wij daar begrip voor hebben. Is het soms niet wat te gemakkelijk o m te zeggen: ik wil daar niets meer over horen? Hebben de omgekome­nen daar geen recht op? Hadden zij dat niet van ons verwacht?

Hebben zij geen ergere dingen meege­maakt? En kan men dat niet opbrengen, maak dan geen verwijten aan diegenen, die nog wel de kracht cn moed hebben, en die de noodzaak ervan inzien ons verhaal dc wereld in te sturen.

Lex van Weren

Page 22: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Succes door

energie

HANDELSOPLEIDING Dinkgreve Praktijkdiploma's Boekhouden Talen Typen, Steno Middenstandsdiploma Ondernemersdiploma's (Erkende I.M.O.-opleiding)

NIEUW: Secretaresse notuleren

KANT.: WILLEMSPARKWEG 31,1071 GP AMSTERDAM

Boekhouden M.O. S.P.D. M.B.A. Marketing Informatica

761176 LES-ADRESSEN IN

* AMSTERDAM ZUID * AMSTERDAM WEST * AMSTERDAM NOORD * AMSTELVEEN * PURMEREND * HOORN * ZAANSTAD

Lid van de V.B.M.O. - vraag prospectus - lid van V.P.O.

Kil/*

Were ld ' s grootste speciaalzaak voor

Nappa en suède k led ing

Exclusieve modellen en kleuren

NIEUWENDIJK 133-143

++•++++•+•>•+4 •

HET DUMPPALEIS Nieuwendijk 153 - Nieuwendijk 71

AMSTERDAM ++++++++++++++

De grootste en best

gesorteerde speciaalzaak voor

vrijetijdskleding

H.H. Emigranten 1 0 % korting

A U T O V E R H U U R B.V. Personen-, vracht- en bestelwagenverhuur

Jacob Obrechtplein 13-15, 1071 KS Amsterdam Telefoon 020 - 662 42 14

SIMON SPEYER

N.Y.

Alphen aan de Rijn IMPORT - EXPORT

Page 23: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Herinneringen aan

Art Spiegelman heeft een nieuw hoofdstuk getekend (het achtste) van zijn strip-epos 'Maus', waarin hij probeer t de herinnerin­gen van zijn vader aan Auschwitz vast tc leg­gen en ook de moeilijke relatie van hemzelf met zijn koppige, gierige Joodse vader te tekenen. In deze strip worden de Joden door muizen, de Duitsers door katten, de Polen door varkens voorgesteld en vreemd ge­noeg lukt het Spiegelman op die manier de angst, de ellende en de waanzin van de ver­nietigingskampen zichtbaar te maken. En zijn eigen problemen om daarmee om te gaan, ook nu zijn stripverhaal een wereld­succes is geworden. Journalisten staan om hem heen en vuren vragen op hem af, totdat hij zich heel klem en hulpeloos voelt. Hij ziet zichzelf alsof hij zit te tekenen bovenop een stapel lijken. Hij wordr er wanhopig van, maar gelukkig zet hij zijn verhaal toch voort. In dit hoofdstuk vertelt hij hoe zijn vader en moeder op een wonderlijke wijze via omkoping en hulp van een aardige medegevangene enigszins conract weten te houden dwars over de prikkeldraadversper­ringen heen. Hij laat ook twee verschillende plaatjes zien waarop de gevangenen naar hun werk gaan. O p het ene plaatje zien we een orkest dat speelt. Art Spiegelman had daar in een boek over gelezen. Maar zijn vader zegt, dat hij nooit een otkest heeft gehoord als ze de poor t uitmarcheerden, hij hoorde alleen maar hoe de bewakers tegen hen schreeuwden. Art Spiegelman tekent het plaatje daarom nog eens over. N u zon­der orkest.

Toch was het orkest er wel. Lex van Weren heeft er als trompett is t in gespeeld en hij vertelt zijn verhaal in het boekje 'Trompet­tist in Auschwitz', waarvan bij De Bataaf-sche Leeuw zojuist een nieuwe druk is verschenen. Dick Walda heeft de herinne­ringen van Van Weren opgetekend. Zoals van iedereen die uit de vernietigingskampen is teruggekomen is ook dit een ongelofelijk verhaal. Lex van Weren vraagt zich in het boek meermalen af, waarom hij wel en zoveel anderen het niet hebben overleefd.

Daarbij speelde vaak het toeval een rol, mis­schien ook dat hij wist dat zijn (niet-Joodse) vriendin Tilly in Amsterdam op hem wachtte, maar vooral zijn muzikaal talent. De Duitsers wilden in ieder groot kamp een kamporkest hebben. Tot de herfst van 1944 bestond het orkest van Auschwitz uit Poolse musici, maar toen de Russische bevrijdings-

het ondenkbare

legers in de buur t van het kamp kwamen, werden de Polen naar andere, meer westelijk gelegen kampen overgebracht en werd er naar Joodse musici gezocht om het muzikale peil te kunnen handhaven. Lex van Weren had al eerder t rompet mogen spelen. Hij werkte toen in de kolenmijn Janina, twintig kilometer van Auschwitz, waar het werk bij­zonder zwaar was. Maar op Weihnachten 1943 mocht hij op een antieke cornet Stille Nacht, Heilige Nacht spelen, nadat eerst de doden van die dag bij de kers tboom waren neergelegd. Toch heeft hij mede daaraan zijn leven te danken. Hij werd tien dagen later naar Auschwitz gestuurd, bleef daar eerst een aantal maanden in de ziekenbarak, werkte in verschillende Kommando ' s en kreeg tenslotte een relatief bevoorrechte positie als t rompett is t in het orkest. Lex van Weren heeft na de oorlog met veel succes muziek gemaakt, velen kennen hem als dirigent van het orkest van het City­theater in Amsterdam uit de tijd, dat grote bioscopen er nog variété en een theateror­kest op nahielden. Maar de herinneringen gingen ook bij hem opspelen, in angstdro­men en agressieve buien, ook in een obses­sionele behoefte de concentratiekampen te bezoeken en Duitsers te observeren: wat voor mensen zijn het die dit hebben kunnen aanrichten? Een bezoek aan Auschwitz maakte hem wat rustiger. Hij ging zelfs terug naar Janina en sprak daar een Poolse vrouw die vertelde dat zij met Kerstmis uit het kamp trompetspel had horen klinken: Stille Nacht Heilige Nacht . He t was zo mooi, ze had gehuild van ontroering, het hele dorp had er doodstil naar geluisterd....

Sobibor

Hebben slechts weinige Nederlandse Joden Auschwitz overleefd, in het vernietigings­kamp Sobibor was van overleven al helemaal geen sprake. Jules Schelvis kwam er op 4 juni 1943 aan met een transport van 3000 mensen, die bijna allemaal in slechts een paar uren door vergassing werden gedood, daar­onder zijn vrouw Rachel en haar familie. Eigenlijk zonder zelf goed te weten wat hij deed en waarom, vroeg Jules of hij bij een groep jonge mannen kon worden gevoegd, die elders te werk zou worden gesteld. Even later bevond hij zich in een trein, en begon een zwerftocht van twee jaar langs diverse werk- en concentratiekampen. Jules Schel­vis beschrijft wat hij meemaakte heel gede­

tailleerd en persoonlijk. De herinnering die hij oproept aan zijn vrouw en zijn schoonfa­milie is hartverscheurend. Aan het eind van zijn boek staat hij, eindelijk na heel veel ellende in Amsterdam teruggekeerd, voor hun huis en vraagt zich af of alles niet alleen een nare d room is geweest en of ze straks niet de trap af zullen komen om hem te omhelzen. Maar helaas, de meest boze d room blijkt de realiteit dat allen die hij lief had zijn vermoord. Met zijn boek wil Jules daarvan getuigen.

Max Arian

Art Spiegelman, Maus, chapter eight, 'Mausch-witz (Time flies)". Opgenomen in het tijdschrift 'Raw', volume 2, number 1, 1989, f 44.95- Het blad is o.m. te koop bij stripantikwariaat Lam­biek, Kerkstraat 78, Amsterdam, tel. 020-267543. Het lijkt duur, maar is het eigenlijk niet want Raw bevat verder nog een schat aan heel ver­schillende moderne stripverhalen, die vaak de jongste geschiedenis van Amerika tot onderwerp hebben. De eerste zes hoofdstukken van Maus zijn reeds gebundeld als Maus, a survivor's tale.' Dit boek is uitgekomen bij Pantheon Books en kost f 32,75. In het Nederlands vertaald als Maus, vertelling van een overlevende' (Bruna, 1987) kost het ƒ 24,50. Ook het zevende hoofdstuk is reeds in Raw verschenen.

Dick Walda, 'Trompettist in Auschwitz; herinne­ringen van Lex van Weren'. Ui tg. de Bataafsche Leeuw, f 22,90. Jules Schelvis, 'Binnen de poorten; twee jaar Duitse concentratiekampen 1943-1945'. Uitg. De Bataafsche Leeuw, f 22,90.

Zwart is de nacht De gifplant bloeit weer voor mijn bed

Zwart is de nacht de wond wijd open en het zwaard bereid onmogelijk de vlucht

De hond wordt wolf de vriend is ijsspelonk

Als toen de zweep - het schot en het schavot

Blinkend grijnst het ijzeren hek rond het huis zonder licht

Margot H. de Hartog

Page 24: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

T BV

Import van dames- heren­

en kinderkleding

Touwbaan 38 P.O.Box 180 2350 AD Leiderdorp Holland

tel 071-899245 telefax 071-896353 telex 39265 teidw nl

Bekouw Mendes.

Assurantie­makelaars voor Nederland en de wereld. Bekouw Mendes Gebouw Amstel Poort, Mr. Treublaan 7, 1097 DP Amsterdam, Postbus 3863, 1001 AR Amsterdam. Tel.: 020-5607777 Telex: 11699 bemg nl. Telefax: 020-6681940.

Al onze gerookte vis is

rabbinaal toegestaan

MAASSTRAAT 27

AMSTERDAM - TELEFOON 641072

IMPEL-FIX van 't hoff laan 53 - tel. 92 48 73 amsterdam -oost

advies & i ns ta l l a t i e bu reau

zelfbouw centrale verwarming

ook voor het vervangen van uw oude gas- of olieketel. Met en zonder warmwater voorziening.

SEDERT 19(7

Heiermann (Reclame) kranten op

weekend- en dagbladformaat

Rotatiemagazines

EEN GREEP UIT ONZE UNÜERE MOGELIJKHEDEN

f a m i l i e d r u k w e r k b r o c h u r e s tot / e e r grote o r m a n g

l ea l l e t s p o s i e r s b o e k e n 1 2.3.4 en mee t M e u r e n d i u k

KM drukkerij Heiermann san Hallstraat 6Ss 1051 HCi Amslc tdam

Tel 020-840505 / S ) e fcsS

Page 25: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Groep 1990 door middel van gezamenlijk ontplooide aktiviteit bereikt kan worden.

In het najaar van 1988 on tmoet ten een aan­tal jongere vrijwilligers elkaar op een Mit-landconfercnde, die door het I C O D O was georganiseerd voor dc jongere generatie deelnemers aan kamporganisaties en andere organisaties van oorlogsgetroffenen. Tij­dens die conferentie, en het vervolg daarop in november 1988, werd een aantal persoon­lijke verhalen verteld, die bij velen van ons grote emoties hebben losgemaakt. Het bleek dat, ondanks de verschillen in levens­geschiedenis en achtergrond, de beleving cn gevoelens sterk met elkaar overeen kwa­men. Er onts tonden uit deze bijeenkomsten en de gesprekken die daar uit voor tkwamen waardevolle persoonlijke contacten. In de loop van 1989 kwamen we elkaar bij verschillende herdenkingen tegen en kwa­men we tot de ontdekking dat er een vast circuit van mensen is ontstaan, die vanuit hun eigen achtergrond en organisatie met gelijksoortige activiteiten hetzelfde doel nastreven. Maar van enige samenwerking is geen sprake. Z o werd, in het voorjaar van 1989, mede door de aanzet van Bert Kuiten­brouwer van het I C O D O , de gedachte geboren iets te organiseren dat boven al die aparte bijeenkomsten uit zou kunnen stijgen en dat mensen van verschillende achter­grond aan zou spreken. Daarvoor leek 1990, het jaar van de 45-ste herdenking van de bevrijding een ideaal tijdstip.

Nooit meer vervolging

De bedoeling is niet dat wat de ouderen al zo lang en goed hebben gedaan op een gro­tere schaal te copiëren, maar te proberen een nieuwe vorm te vinden, die op den duur meer mensen zou kunnen aanspreken. Ons gemeenschappelijk doel, 'Nooi t meer ver­volging omwille van geloof, politieke over­tuiging, huidskleur of individuele geaard­heid' zou naar onze mening krachtiger naar buiten worden gebracht naarmate het door meer mensen gedragen zou worden. Wat we nu zien gebeuren is, dat heel lang­zaam maar geleidelijk toch de ouderen in de bestaande organisaties die zich bezig houden met de gevolgen van dc Tweede Wereldoor­log in Europa, plaats gaan maken voor jon­geren, die soms andere ideeën hebben en daardoor eerder bereid zijn naar nieuwe vormen tc zoeken. Een nieuwe generatie gaat het werk overnemen van de mensen die zelf direct bij vervolging en verzet betrok­ken zijn geweest. Die nieuwe generatie zal alleen met sukses kunnen werken wanneer de krachten gebundeld worden en versnip­pering van energie wordt voorkomen. 1990 zal een voorbeeld moeten worden van wat

Een manifestatie

Hierna zijn leden van de verschillende comité's op persoonlijke titel geregeld bij elkaar gekomen. De bedoeling was samen een vorm te vinden die, weliswaar ontwik­keld en gedragen door een nieuwe genera­tie, toch de nodige steun van de ouderen zou krijgen. Als eerste gedachte werd overwo­gen in 1990 een grote landelijke manifesta­tie te organiseren. Die manifestatie zou moeten plaats vinden in het midden van het land en zou gericht moeten zijn op jongeren die nog tot geen enkele organisatie behoren maar die zich wel bij dc Tweede Wereldoor­log en al zijn aspekten betrokken voelen. Er werd contact opgenomen met het I C O D O . Deze organisatie was het met ons eens dat het tijd werd niet altijd weer terug te vallen op de verhalen en de terminologie van de ouderen, maar dat het beter was onze eigen ervaringen voor onze doelstelling te gebrui­ken. Dat is niet alleen gemakkelijker over te brengen, het is ook eerlijker tegenover anderen en vooral tegenover onszelf. Dat bleek nog eens extra toen wij in onze groep onze eigen ervaringen m.b.t. de oorlog en de periode erna aan elkaar vertelden.

Meer wat ons bindt

Hoe de organisatie van zo'n manifestatie er ook uit gaat zien, vast staat in ieder geval en dat is misschien wel het allerbelangrijkste: er is meer wat ons bindt dan wat ons scheidt! Kampkinderen uit Europa en uit Indonesië, kinderen van verzetsmensen en kinderen van om geloof vervolgden hebben heel essentiële zaken gemeen. Door iets gemeen­schappelijks met een duidelijk mot to te orga­niseren geloven we dat we voor velen die nu nog niet in een bestaande groep georgani­seerd zijn de drempel kunnen verlagen. Daarbij is het goed en noodzakelijk om NAAST het werk in de verschillende comité's een plek te hebben waar wc met leeftijdsgenoten vanuit onze eigen beleving van de oorlog leren samenwerken. Ons streven is erop gericht een traditie in het leven te roepen en in stand te houden die latere generaties zal helpen gedenken wat er zich tussen 1933 en 1945 - en voor wat betreft zuid-oost Azië tot 1949 - heeft afgespeeld. He t zal er misschien ook toe kunnen bijdragen dat een herhaling - in welke vorm dan ook - voorkomen zal worden.

Verdere informatie volgt in de loop van dit jaar.

Lies den H a r t o g (Namens G r o e p 1990)

Weer over W U V

De W U V (Wet Uitkeringen Vervolgings­slachtoffers) is een van de wet ten voor oor­logsgetroffenen die op een nieuwe basis komen. 'Er zijn drie problemen' , zei de heer P.J.M. Weerts, directeur van I C O D O (Informatie, coördinatie, dienstverlening voor oorlogsgetroffenen) op 18 december 1989 in een radio-interview met de VARA. 'De wachttijden zijn veel te lang, wel twee tot vier jaar. Rechthebbenden klagen over de behandeling: men wordt van het kastje naar de muur gestuurd, voelt zich een num­mer. Verder stijgen de kosten van de proce­dure vaak boven de begroting uit.' De toepassing van de wet berust bij een raad, voor de W U V de Uitkeringsraad, die bepaalt wie in aanmerking komt en die de berekeningen maakt. De uitvoering, d.w.z. onderzoek, beoordeling etc. van elke aan­vraag gebeurt door het Algemeen Burger­lijk Pensioenfonds (ABP). Men wil nu drie afzonderlijke wetskamers in-stellen voor de toepassing van dc wetten, terwijl één bestuur verantwoordelijk zal zijn voor de uitvoering.

De raden zoals de Uitkeringsraad, die zorg­vuldig gevormd, deskundig en ervaren zijn, vrezen dat hun positie wordt aangetast. Het aantal aanvragen zal iets toenemen - dat is gebeurd, toen meer vrouwen zich meldden, toen gelijkstelling aan de orde kwam. Later lopen de aantallen terug. De heer Weerts acht de kern van de voorge­stelde nieuwe opzet positief. Maar de rol van de begeleidende instellingen, zoals J M W , die nu klaarstaan voor advies en over­leg, zou worden beperkt tot het maken van een rapport over iemands oorlogsverleden. Ook bij ons comité komen vaak vragen bin­nen over de W U V . N u er een nieuwe rege­ring is en een nieuwe minister van W V C , Hedy d'Ancona, hopen wij binnenkort onze opwachting in Rijswijk te maken om de lopende problemen te bespreken en nader te vernemen wat er voor plannen zijn. Onze lezers krijgen daarvan uiteraard ver­slag in ons blad. Voorlopig is het nog even wachten.

In een interview met de Groene vertelde minister d'Ancona van haar voornemen veel aandacht te schenken aan de 5de mei en gedenkdagen.

Page 26: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Nieuwe kollektie verjongd en vernieuwd

forniaNatura Speciaalschoenen D a a r l o o p t u m e e w e g

met onze geklede Bandschoenen en Pumps in modieuze uitvoering: zacht leer in moderne kleuren.

De schoen die past als maatwerk Die uw levensvreugde verhoogt

Ook in Sportieve schoenen zijn W I J ruim gesorteerd Bij uitstek geschikt voor die

beroepen waarbij u zonder - v » » voetklachten veel moet lopen

of staan. Voorkomen is beter dan genezen Forma Natura heeft voor

iedere voet de juiste leest Dat geldt voorde moeili jke

voet maar ook voor goede voeten

die gemakkeli jk wil len lopen en in

goedecondit ie wil len blijven.

m o d i e b a n d s c h o e n t | e n

leuke g a r n e r i n g to s hagedis k o m b i n a t i e leder z o o l

s M a a n d a g s gesloi t o rma

Amsterdam, Weteringschans209, tel. 23 30 12 DenHaag, Noordeinde 18, tel.4641 81 Groningen, St. Walburgstraat 8, tel 12 18 97 Rotterdam, W.deWithstraat9, tel 13 57 37 Hilversum, 's-Gravelandseweg33B, tel. 4 90 09 Utrecht, NobelstraatIA, tel.31 10 51

Onder Rabbinaal Toezicht onn ^ u w k o s j e r ^ U U OVERTROUWEN

Sty JAAR Mjf

W MARCUS *

WAARD

vlees & vleeswaren kipspecialiteiten salades

ook voor uw kosjere

PARTYSERVICE

& CATERING

Ferdinand Bolstraat 44

Tel. 020-719881

Gijrath Trips b.v. Ferdinand Bolstraat 111 - 1072 LE AMSTERDAM

Telefoon 020 - 66 47 011

AB

Athenaeum Boekhandel een tuin in de wildernis

NIEUWSCENTRUM Athenaeum Boekhandel

Spui 14-1 6, Amsterdam telefoon 0 2 0 - 2 3 3 9 3 3 / 2 2 6 2 4 8

M O D E H U I S

B 1 # K Dames-, heren- en kindermode UITHOORN Boerlagelaan 5-1 Tel. 02975 -61353 Vrijdag koopavond

Dames- en herenmode AMSTERDAM-BUITENVELDERT Gelderlandplein 15 Tel 020-462656. Donderdag koopavond

Page 27: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Uitgeweken

Enige tijd geleden ontving ik ter bespreking voor ons blad 'De voorgeschiedenis van het kamp Westerbork' . Dan praat je over de periode die aan de tweede wereldoorlog vooraf ging; dan praat je over de vlucht van Duitse Joden naar Nederland. Duitsers. Vluchten.

O p het ogenblik dat ik dit schrijf staan alle nieuwsmedia bol van de nieuwe, revolutio­naire ontwikkelingen in Oost-Europa en in het bijzonder in Oost-Duitsland. Blijde her­eniging. De Muur is open. Tegelijkertijd lees ik dat een Dui ts politicus zegt: 'Wordt het nu niet ook tijd dat we weer over de Poolse westgrens gaan praten?' We zijn weer terug bij af. Als ik aan Duitsland denk zijn daar in de eer­ste plaats de beelden van de Reichskristall-nacht en wat daarop volgde.

Vluchtelingen

Het boekje - het bevat maar 116 bladzijden - is in acht hoofdstukken ingedeeld; elk hoofdstuk behandelt een ander onderwerp en is door een andere auteur geschreven. Tesamen behandelen zij onderwerpen als: 'God, geld en geweten' , over de opvang van vluchtelingen in Nederland vanaf de l6e eeuw tot het begin van deze eeuw. 'Vluchtelingen voor Hitier, ongewenst in Nederland' , over het beleid van de vooroor­logse Nederlandse regeringen. 'Tot de verkeerde plek gedwongen' , over het ontstaan van het kamp Westerbork. Tenslotte bevat de publikatie een goede lite­ratuurlijst en informatie over de auteurs. Het liefst zou ik niet alleen alle onderwer­pen in deze bespreking vermelden, maar u ook een kopie van dit boek toesturen. U moet het namelijk lezen. (Voor het geld hoeft u het niet te laten). Wanneer wij willen beoordelen wat er in 1989 in Europa gebeurt , is 'kennis van het voorafgaande' een noodzaak. Een zo dramatische gebeurtenis als de oprichting van het kamp Westerbork moet daarbij zeer zeker bestudeerd te worden. Nederland heeft traditioneel altijd een gedifferentieerd vluchtelingenbeleid ge­voerd.

en vluchtelingen

Vluchtelingen uit de Zuidelijke Nederlan­den in de 17e eeuw zijn altijd zeer welkom geweest; zij hadden hun geloof mee. Boven­dien waren velen van hen zeer kapitaal­krachtig.

Datzelfde gold voor de Engelse protes­tantse vluchtelingen, de Quakers. Bij de vluchtelingenstroom van Joden uit Spanje, Duitsland en Polen in de 17e eeuw lag dat al een beetje anders: grote groepen arme oost­europese Joden werden bij voorkeur naar andere landen afgeschoven, terwijl de rijke Sefardische Joden gastvrij welkom ge­heten werden. In de 18e, 19e en 20e eeuw werden in feite dezelfde kriteria gehanteerd. 'De sporen van pragmatisme en eigenbelang waren reeds eeuwen voordat het treurige rege­ringsbeleid ten aanzien van de Duitse Joodse vluchtelingen kon plaatsvinden, in de opportune politiek ten aanzien van vluchte­lingen aanwezig' schrijft drs. M. Leenders in het hoofdstuk 'God, geld en geweten'. Na de Kristallnacht laaide de discussie over de opvang van Joodse vluchtelingen uit Duitsland hoog op. Minister van Justitie Goseling gaat akkoord met de plannen voor de bouw van een centraal vluchtelingen­kamp. Ook prof. dr. D. Cohen, voorzitter van het Comité voor Joodsche Vluchtelin­gen, juicht het plan toe. Goseling wil echter wel dat het voorlopig uit de krant gehouden wordt. Waar moet dat kamp komen? Op de Veluwe. Geweldig idee. Helaas, de koningin vindt dat het niet te dicht in de buurt van het paleis Het Loo mag komen. Alleen al de discussie over de plaats van het kamp is minderwaardig. 'De centrale vraag in dit artikel of het historisch verantwoord is om van een traditioneel gastvrij Neder­land te spreken, moet helaas ontkend wor­den' zegt de historica drs. Corrie K. Berghuis. Drs. Harry Velema, schrijft een boeiend hoofdstuk over de artistieke inte­griteit, dat over de gevluchte Duitse arties­ten en kunstenaars in Nederland gaat. Een aantal uitgevers, auteurs en toneel- en caba­retgezelschappen komt aan de orde, maar ook uitvoerenden zoals, b.v. Kurt Gerron. 'Onder het mom van neutraliteit, maar vrees voor de machtige oostbuur Is belang­rijkste drijfveer, trad de Nederlandse over­heid verschillende keren censurerend op tegen de gevluchte kunstenaars', aldus Velema. Ben Prinsen, een van de redakteuren/ samenstellers van dit boek, heeft de in de zomer van 1989 in het herinneringscentrum Westerbork gehouden tentoonstelling over de uitgeweken Duitse vluchtelingen samen­gesteld. Hij schrijft in het hoofdstuk 'Rood en Jood' over Werner Stertzenbach, een vluchteling in Nederland. Het hoofdstuk begint bij het kamerdebat van 27 januari 1989 over de vrijlating van de Twee van Breda. Het verhaal van Stertzen­bach is in vele opzichten kenmerkend voor het lot dat zovele vluchtelingen in ons land getroffen heeft.

De verleiding is groot om nog veel meer uit

dit boekje te citeren, maar ik beheers me. U moet het lezen. Negen mensen, in leeftijd variënd van 53 to t 25 jaar schrijven bevlogen over een uiterst dramatische periode van onze geschiedenis. Een 'must ' voor iedereen die in de moderne geschiedenis en in de problematiek van vluchtelingen geïnteresseerd is. Als Nederlanders dwingt het ons wederom to t grote bescheidenheid.

N o v . 1989 , Ab Caransa.

De voorgeschiedenis van het kamp Westerbork. Verschenen in de 'Historische Reeks' als no. 1 bij het Herinneringscentrum K amp Wes­terbork, Hooghalen 1989. Redactie: Dirk Mulder en Ben Prinsen. Prijs: / 12,50

Zwaarmoedige

vlinders

Ragfijn als haar tekeningen en aquarellen zijn de woordschetsen van Chaja Polak. Ook de onderwerpen zijn dezelfde. Steeds weer de oorlog, die doorklinkt in het heden, nog slachtoffers maakt, nog laat lijden, alle dagen. N u is dat gefixeerd-zijn weinig uitzonder­lijk. Geen krant kan men opslaan, geen tv-nieuws aanzetten, of er blijken graven of documenten gevonden, nazi-misdadigers opgedoken of aangeklaagd. He t is dan ook geen nieuws wat de schilderes/auteur op papier zet. Veeleer brengt zij een eigen, zachte grondtoon aan. 'Zomaar een vrijdagmiddag' is evenals alle andere in dit boekje opgeroepen dagen een oorlogsherinnering, eigenlijk weer een her­innering daaraan. O f liever: een reflex van beleving bij iemand van de tweede genera­tie, die de soms nauwelijks gekende voorge­schiedenis niet kwijtraakt. Zelfs ervan losraken is niet gelukt. In al deze fluisteringen en vluchtige blikken voltrekt zich een zoektocht naar het verle­den, verloren ouders, vriendjes, verwanten. Een foto van een omgekomen ouder is een houvast, een schat. A lken teruggekomen zijn is een hoofdmotief in de beknopte ver­telsels. 'Hij wist dat ik niet vragen zou: waarvandaan?'

Ergens spreekt Chaja Polak over 'zwaar­moedige vlinders'. He t slaat op het hele bundeltje.

E.T.

Chaja Polak; Zomaar een vrijdagmiddag. Uitge­verij Amber Amsterdam, 1989. Prijs f 22,90.

Page 28: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Slimme wandkasten

vindt U bij

\ieerkan\p INTERIEURVERZORGING I MEUBELSHOWROOM

Grootwinkelcentrum Binnenhof 55-56 Ind Centrum "Legmeer" Amstelveen Tel 020-419497/410966 Bouwerij 54, Amstelveen

r.ii<'\«'l»>|M'<li»'\ainlf

JOODSE (,f:s(;nii-:()HMs

Prijs ƒ99, -

Encyclopedie van de Joodse Geschiedenis Van d e aa r t svade r s tot de ui t tocht ; van de h o o g t e p u n ­ten van d e J o o d s e beschaving in Spanje tol he t myste­rie van de K a b b a l a h ; van Israels onafhanke l i jkhe ids ­oo r log tot het lot van de J o d e n in d e Sovjet U n i e en de t o e k o m s t van het A m e r i k a a n s e J o d e n d o m -deze E n ­cyclopedie van de J o o d s e G e s c h i e d e n i s is d o o r opze t en u i tvoer ing geschikt voor zowel b e r o e p s m a t i g geïn­t e r e s s e e r d e n a l sook voo r d e g e n e n die in m e e r alge­m e n e zin be langs te l l ing h e b b e n v o p t de J o o d s e ge­schiedenis . D e z e Encyc loped ie is een h a n d b o e k van fo rmaa t ! (Ui tgever i j : Kok - K a m p e n )

U kunt een boek bestellen door overboeking van de prijs van het boek + f 8,50 verzend­kosten, na 1-1-1990 ƒ 125,- T ƒ 8,50 verzendkosten op giro 194364 t.n.v.

BOEKHANDEL VAN ROSSUM B e e t h o v e n s t r a a t 31-33, 1077 H M A m s t e r d a m Telefoon 020-662 50 52

Mens, durf te lezen...! zegt onze trouwe abonnee M van A te A Daarom zweert hij bij De Groene Amster­dammer, de Dichter en Denker onder de weekbladen Treed toe tot de gestaag groeiende lezersschare Dan ontvangt u als welkomstcadeau Umberto Eco's ro­man 'De Slinger van Foucault', een 'waar­dige opvolger van De Naam van de Roos' (schreef De Groene, dus dat moet waar zijn) Het is een kapitaal geschenk, met een winkelwaarde van (bijna) de prijs van een halfjaarabonnement Dus abonnee in spe, waar wacht u nu nog op'

GOED Ik neem een abonnement Naam

Postcode/woonplaats

Ik betaal per O halfjaar (ƒ 77,50) O jaar (ƒ 148,50) Als welkomstgeschenk ontvang ik O Umberto Eco, 'De slinger van Foucault' (winkelwaarde ƒ 49,50*

Stuur deze bon (zonder postzegel? naar De Groene Amsterdammer, Antwoordnummer 26, 1000 PA Amsterdam

SLAGER9 'BEER'

H O 0 F D D 0 R P W E G 27 T E L E F O O N « 8 1 7 6

Page 29: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

Rosa droomt meneer Goldstein terug

Rosa dc Jong is 10 jaar oud. Ze oefent op haar viool het 'Concertino in Ungarischer Weise opus 2 1 ' van Rieding. Het is 1 9 4 1 , en Rosa is bang. Bang dat ze het Concert ino nooit op de leerlingenmiddag ten gehore zal kunnen brengen, omdat dat óók verboden zal worden. Bang dat ze voor die tijd per ongeluk één van de door de Duitsers gestelde 'Joden-verboden' zal schenden, bang dat ze een fout zal maken en gepakt zal worden. Boven haar bed heeft ze een lijst gehangen. 'Voor Joden verboden' staat erboven. Samen met Silvie, haar zusje, oefent ze regelmatig, zodat ze alle regels uit hun hoofd kennen: niet meer naar het zwembad, de bibliotheek, de school, niet meer door het park, niet meer naar de win­kels, de lijst wordt steeds langer. Rosa's werkelijkheid is er een van steeds minder mogen, steeds meer mensen die weggehaald worden, steeds meer angst en buikpijn. 'Wat we allemaal wel mogen' voegt op een dag oom Sander aan de lijst toe. Die toevoe­ging geeft hoop voor heel even. Dromen, dat kan en mag nog. En duimzuigen ook, zelfs als je al tien bent. Rosa probeer t zich, met haar ogen open, gelukkig te dromen. Soms in haar eentje, soms samen met haar zusje. Z e dagdroomt zo veel dat haar ouders zich er zorgen over maken. Ze droomt haar vioolleraar terug

van weggehaald; hij speelt viool op het dak, terwijl een vrouw in een blauwe jurk boven hem zweeft. Fiddler on the roof. De familie De J o n g duikt niet onder. 'Dan breng je anderen in gevaar'. En gevaar is er. In de vorm van verraad voor ƒ 7,50 per per­soon. 'Dert ig gulden voor ons gezin', zegt vader De Jong . De kinderen willen het niet horen, ze weten het. Silvie en Rosa zijn gewone kinderen die wil­len dat het leven weer 'gewoon' wordt . Z e willen blond haar hebben, en worden met behulp van het flesje waterstof-peroxyde van hun tante knalrood. Ze vragen zich af of honden van NSB-ers ook NSB-honden zijn, en of die honden daar wat aan kunnen doen. Ze stellen vast dat je beter altijd gele kleren kan dragen, zodat de verplichte ster minder opvalt, en ze ervaren dat bijna niets in hun leven nog 'gewoon als vroeger' is, zelfs niet wanneer je het naspeelt.

'Dansen op de brug van Avignon' is het ver­haal van mensen, kinderen die de gevolgen van antisemitisme, racisme en apartheidssys­teem in de dagelijkse praktijk beleven, met op de achtergrond het vermoeden, de waar­schijnlijkheid, het bijna zeker weten: de dreiging van de afloop. Ida Vos schrijft een boek dat voor kinderen is, maar nergens kinderachtig. De dialogen zijn zonder (veel)

wijzigingen te plaatsen in 1990, en daardoor heel toegankelijk voor jonge lezers van nu. Wat s tudenten en leerlingen vaak willen waten, zo is mijn ervaring, is 'hoe het nou echt was in de oorlog' . Het boek van Ida Vos geeft daar een beeld van. Een beeld vol gevoelens, zonder vals sentiment, en identi­ficeerbaar óók voor jongeren met weinig historische kennis of zonder historisch per­spectief. De meeste li teratuur in dit genre vereist enige voorkennis van de geschiede­nis. Dit boek brengt, ook zonder deze voor­kennis, de dagelijkse gebeurtenissen, de hoop en de wanhoop van de Joodse geschie­denis in de jaren veertig dichtbij. Naast Geschiedenis, Maatschappijleer en andere vakken, vormen boeken als 'Dansen op de brug van Avignon' een belangrijke bijdrage tot de schooleducatie en intercultureel onderwijs in Nederland. In 1 9 6 1 was ik zelf 10 jaar. Ook ik oefende het vioolconcertino van Rieding. Wanneer ik dat in de komende week weer eens zal spelen, dan voor Rosa en de anderen.

J u d i t h de Beer

Ida Vos; Dansen op de burg van Avignon. Uitge­verij Leopold Amsterdam, 1989-

D e stille strijd

Dit is een ontroerend boek, maar ondanks het onderwerp - 'een van de eerste authen­tieke getuigenissen van de Jodenvervolging in Nederland in de Tweede Wereldoorlog' -zoals de achterflap aangeeft, een beetje gedateerd. 'Een eerlijk verslag in romanvorm' staat ook op de achterkant, en dat klopt. Cout inho beschrijft in eenvoudige, ongecompliceerde taal de geschiedenis van een Joods gezin gedurende de Shoah. Teneinde het kader aan te geven waarin de familie leeft, wordt ook de geschiedenis van de ouders in grote trekken verhaald. Van doodarm tot middenstand in twee genera­ties. 'Met meubelen die eigenlijk net iets te duur zijn.' Di t boek is waarschijnlijk - tenminste gedeeltelijk - autobiografisch. Dat is echter eerder een plus- dan een minpunt . Alles komt aan bod, ook de niet-Joodse wereld. Het typisch Joodse diaspora-denken blijkt uit zinnen als: 'hij verdient goed, maar hij leeft er ook goed van, die typisch Joodse

trek verworven door eeuwenlange onder­drukking' . Einde citaat. De zelf opgelegde dwang om 'goed te ver­dienen zodat je aan anderen gelijk kunt zijn' maakt ook deel uit van die denkwereld. Het is gevaarlijk en niet helemaal eerlijk om in 1989 een in het laatste oorlogsjaar geschreven boek te beoordelen. Toen was alles nieuw, nu zijn we soms overvoerd door deelstudies, persoonlijke getuigenissen en oorlogsromans. Cout inho schreef het boek in zijn laatste onderduikjaar: samen met zijn vrouw is hij ondergedoken toen ze hun oproep to t deportatie hadden ontvangen. Toch een paar opmerkingen. De oprichtingsvergadering van de Joodse Raad in februari 1941 wordt onduidelijk en onvolledig beschreven. De 'vooraanstaande Joodse koopman' waarvan in het boek sprake is was Abraham Asscher. Typische uitlatingen van Joden in die tijd zijn voortreffelijk weergegeven, het fata­lisme spreekt uit elke bladzijde. N a de eerste anti-Joodse maatregelen: 'Als dat het ergste is...'. Hoevelen hebben dat niet gezegd. Waarom? Nie t uit lafheid. Ze hadden geen alternatief. Waar moesten ze heen?

In sommige dialogen wordt oorzaak en gevolg (bewust?) geweld aangedaan. De niet-Joodse vriend van de dochter over de ondervertegenwoordiging van Joden in vele bedrijfstakken en over het 'zichzelf apart zetten' van sommige Joodse groeperingen: 'Vooral het Joodse proletariaat, - traditio­neel in de verkeerde zin - is sektarisch'. Een zeer belangrijk deel van dat Joodse pro­letariaat was allesbehalve sektarisch. Over de hoofdpersoon van het boek: 'Goudsmit behoort to t hen die alles geloven wat goed en verzachtend klinkt ' . 'Weggaan (gedeporteerd worden) is beter dan vluchten' zegt de dochter. Uit de context blijkt dat ze dat niet uit fata­lisme zegt, maar uit solidariteit. Ook de onderduik-problematiek wordt duidelijk - zij het misschien wat simplistisch - weergegeven.

He t einde van het boek is misschien het meest dramatisch. Maar hoe zou dat an­ders kunnen? Eenvoudig. Een eerlijk, menselijk verslag van een onmenselijke tijd. Een heel goede sfeertekening.

Ab Caranda

M. Coutinho; De stille strijd. Roman. Uitgeverij Conserve, Schoorl. Prijs: f 29,90.

Page 30: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

GEUZENVERZET De Stichting Geuzenverzet is van mening dat Richard von Weizsacker, president van de Bondsrepubliek Duitsland, door zijn stellingname en uitspraken met name over het nazi-verleden in zeer belangrijke mate heeft bijgedragen aan voorwaarden voor het ontstaan van een betere wereld.

In 1990 is het 50 jaar geleden dat Bernhard IJzerdraat de eerste Geuzenbrief schreef en daarmede de aanzet gaf to t het verzet van 'de Geuzen' . De Geuzengroep werd door verraad eind 1940 door de Duitsers groten­deels opgerold; na een proces werden 18 van hen op 4 maart 1941 ter dood veroordeeld en op 13 maart 1941 werden 15 Geuzen samen met 3 Februaristakers op de Waals-dorpervlakte gefusilleerd. He t lied 'De Achttien Doden ' van Jan Campert herinnert daaraan.

Na de oprichting van het Geuzenmonu-ment bij de Grore Kerk in Vlaardingen heb­ben een aantal oud-Geuzen en anderen die zich met hen verbonden voelden, de Geu­zenpenning ingesteld. Zij deden dat in de overtuiging dat de strijd uit 1940-1945 voor een menselijker wereld nog steeds voortge­zet diende te worden. De Geuzenpenning

K. Zetnik 135633

Een boek over de Shoah beoordelen dat eigen ervaringen van de auteur weergeeft, is moeilijk. De schrijver heeft per definitie gelijk, want het was zijn/haar Shoah en het zijn zijn/haar ervaringen. Als de verschijning van dat boek in Neder­land dan nog wordt voorafgegaan door enorme kritieken van Prof. Bastiaans, Ds. Simon Schoon en Elie Wiesel past de recensent helemaal bescheidenheid.

Toch probeer ik het : 'Bestendig voor ogen, De Paddestoelwolk van Auschwitz' door K. Zetnik 135633, pseudoniem voor Yiegiel De -Nur . De naam K. Zetn ik zal iedereen duidelijk zijn.

De schrijver, die twee jaren in Auschwitz heeft doorgebracht, wordt door zijn vrouw overtuigd van de noodzaak zich bij prof. Bastiaans in Oegsrgeest te laten behandelen voor zijn kamp-syndtoom. He t wordt een LSD-behandeling. Eén van zijn oorspronkelijke bezwaren tegen zo'n behandeling staat in het woord vooraf: 'Zou het geen ontheiliging zijn van dat stille staren als ik het zou uitleveren aan prof. Bastiaans?'. Dat stille staren heeft betrekking op de blik van selectieslachtoffers op weg naar de gaskamer.

Het Geuzenmonument in Vlaardingen

Het systeem

Een blik in de ogen, die Mengele er van af doet zien een doodvonnis tijdens een selec­tie (vervloekt woord) uir te spreken, wekt bij mij twijfels. Z o werkte het systeem vol­gens mij niet. Is dit ook niet een zelfverho­ging? He t systeem Mengele werkte in ieder geval niet zo gedurende de periode die ik in Auschwitz/Birkenau heb doorgebracht. He t verhaal is een uitvoerig - misschien wel woordelijk - verslag van de LSD-behan­deling die D e - N u r heeft moeten ondergaan. Dat op te schrijven en je daardoor voor de hele wereld bloot te geven is enorm moedig. De stem van de behandelende therapeut klinkt overal in het boek door. Zonder twij­fel heeft deze patiënt, zoals zoveel anderen, veel aan prof. Bastiaans te danken. Wanneer dit boek oorlogs- of gewelds­slachtoffers die nog steeds met 'een prop ' zitten zoals Bastiaans het in 1972 ui tdrukte, er toe brengt eindelijk hulp te zoeken en alles eruit te gooien, dan is dat alleen al vol­doende reden het te lezen. Alle hoofdstukken zijn zo exact, en over het algemeen daardoor zo gruwelijk, dat het lezen ervan een katharsis is. O f een huilbui veroorzaakt. Maar dat is hetzelfde. He t

Tederlands is voortreffelijk. He t boek laat

werd een onderscheiding voor hen die zich in die zin daadwerkelijk ingezet hadden. In 1987 was dat Amnesty International Neder ­land, in 1988 werd de penning pos tuum toe­gekend aan H.M. Koningin Wilhelmina en in 1989 aan de Stichting Februari 1941. In 1990 is het 50 jaar geleden dat ons land direct bij de oorlog bet rokken werd en 45 jaar geleden dat Nederland werd bevrijd. He t besruur van de Stichting Geuzenverzet 1940-1945 heeft zich indringend beraden aan wie in dit kroonjaar de Geuzenpenning kon worden uitgereikt. He t bestuur heeft daarbij overwogen dat in 1990 de doden moeten worden herdacht; de nog levende slachtoffers t roost moet worden geboden; de bevrijding kan worden gevierd en aan naoorlogse generaties de geschiedenis uit die verschrikkelijke tijd moet worden ver­teld, maar dat de uitreiking van de Geuzen­penning 1990 een toekomstgericht gebaar moet zijn, waarbij met nadruk tot uitdruk­king komt , dat de strijd voor een rechtvaar­diger, menselijker wereld dient te worden voortgezet. Die boodschap van toen en nu: ' instandhouden en bevorderen van de democratie en waakzaam blijven regen alle vormen van dictatuur, discriminatie en racisme' kan alleen inhoud krijgen als men de geschiedenis van de Tweede Wereldoor­log terdege kent.

zich lezen alsof het in onze taal ge­schreven is. De -Nur ' s behandeling slaagt. Zo 'n succes is waarschijnlijk alleen maar mogelijk wanneer zowel de behandelaar als de behandelde erin geloven. Duidelijk word t - nog duidelijker dan in Wennekes, 'Allemaal rott igheid alle­maal ellende', dat in dezelfde kliniek speelt -hoe vreselijk ingrijpend zo'n behandeüng is. Daarom wil ik uit respect voor beiden een stukje uit het nawoord van prof. Bastiaans citeren. 'Ik heb dan ook voor Yehiel en zijn vrouw de groots te bewondering omdat zij, in innige samenwerking, erin geslaagd zijn op een zo indrukkende wijze de essentie van een therapeutisch proces te beschrijven en wel zo, dat vrijwel iedere lezer, zeker ook de oorlogsgetroffene, daar steun aan zal kun­nen ontlenen bij pogingen om zich bewust te worden van de dimensies en de essentie van de eigen existentie. ' Einde citaat.

'Bestendig voor Ogen ' - let op de goede klemtoon - is een boek voor mensen die ste­vig in hun schoenen staan.

A b Caransa .

K. Zetnik 135633 'Bestendig voor ogen'. De Paddestoel -wolk van Auschwitz. Vertaling: Liesbeth Mok. Uitgeversmaatschappij J .H . Kok - Kampen. Prijs ƒ 22,50.

Bestendig voor ogen

Page 31: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

De schilder Garf

Het laatste werk, uit 1942, van de in 1879 geboren Amsterdamse Joodse schilder Salo­mon Garf. Tot 1940 waren schilderijen en grafiek van hem op tal van tentoonstellin­gen te zien: veel ervan ging naar het buiten­land. Zowel het Stedelijk als het Amster­dams Historisch Museum bezitten werken van Garf, die in 1943 in Auschwitz is vermoord.

Van de penningmeester

Toegevoegde waarde....

Sinds G E L D in het verkeer tussen de men­sen bestaat, hebben filosofen, economen, psychologen en andere diepdenkers zich verdiept in de funktie ervan. Afhankelijk van hun uiteenlopende maatschappij- en mensbeschouwing kwamen ze tot soms negatieve, soms positieve betekenissen van geld. De gemeenschappelijke conclusie was en is dat geld meer is dan onnozele stukjes fraai geslagen metaal en idem bedrukt papier ten dienste van het ruilverkeer. Daar doet uiter­aard niets aan af het feit dat in onze tijd het gebruik van echt geld een curiositeit aan het worden is sedert de invoering van accept­giro- en bankkaarten en gecodeerde be-taalpasjes... Eén van de verklaringen over de betekenis van geld die me erg aanspreekt is, dat men­sen die het schenken daarmee ui tdrukking

willen geven aan hun sympathie met en steun aan anderen die het uitgeven aan goede doelen. Welnu: het Nederlands Auschwitz Comité rekent zich te behoren tot die laatstgenoemden... Het nu begonnen jaar is een speciaal Her­denkingsjaar. We denken dan terug aan het feit dat vijf en veertig jaar geleden een eind kwam aan de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog; het nazi-beest werd verslagen, de kampen hielden op als oorden van dood en verderf te bestaan en de overle­venden begonnen aan de opbouw van hun geschonden levens. Dat ging niet onge­stoord en zonder pijn, want het kleine en grote kwaad bleef onder ons. Ons Comité probeer t door de jaren heen t rouw te blijven aan zijn doelstelling alles te doen om een nieuw 'Auschwitz' te voorkomen door te blijven getuigen, te herdenken en vooral

ook door te vechten tegen tendensen van onrecht en onrechtvaardigheid in onze samenleving.

Verleden jaar mochten wij melding maken van de gelukkige ontwikkeling dat wij-ouderen het werk niet meer alleen hoeven te doen. De Steungroep wordt steeds duidelij­ker een aktief onderdeel van ons Comité. Z o wordt onze arbeid in al zijn onderdelen voor de toekomst gewaarborgd. Wij ouderen zijn daar heel bijzonder blij mee.... Deze situatie en die ontwikkelingen geven mij de zekerheid, t rouwe lezers van deze krant en vrienden van ons Comité, dat u weer zult willen geven in baar geld of via uw acceptgiro- en bankkaarten. U maakt het ons dan mogelijk met uw giften alles te doen wat mogelijk is om door te gaan met het ver­vullen van onze doelstelling ' N O O I T

MEER A U S C H W I T Z ' Een gezond en vreedzaam 1990 toegewenst door Nico Boeken.

Van het werk van Truus Menger, die o.m. het monument voor de vrouw in het verzet in haar geboortestad Haarlem maakte, zal in maart van dit jaar een fotoboek verschijnen. De foto's zijn van Roelof Kauffman, de tekst is van Mies Bouhuys en collega Peter de Rijcke. Dick Houwaart schreef de inleiding. De beeldhouwster en schilderes heeft ook een boek 'Toen niet, nu niet, nooit ' op haar naam staan. Wie intekent op het boek kan één van zes plastiekjes uitkiezen, samen met het boek kost dit ƒ 150,-. N a de intekening zal het boek zonder beeldje voor dezelfde prijs in de boekhandel verkrijgbaar zijn. Men kan intekenen bij Stichting Truus Menger Fonds v.d. Beeldende Kunst , p / a Speelwagen 59, 1625 H H Hoorn .

Kunstboek

Foto M. Koopman

Page 32: Auschwitz Bulletin, 1990, nr. 01 Januari

J E K O M T V O O R D I E É N E C D ,

J E N E E M T O O K N O G D E

N I E U W S T E K I J K O P W O N E N

M E E . E L K E D A G E E N A N D E R E B I J E N K O R F . de Bijenkorf