Download - Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Transcript
Page 1: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

erlands auschwitz comit

Page 2: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

bel (020) 9144 00 voor een abonnement of proefabonnement

Page 3: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

nederlands auschwitz c o m i t é

HERDENKINGSNUMMER

Oplaag: 25.000 exemplaren

23ste jaargang nr. 1, januari 1979

Secr.: E. Furth, Diemerkade 43, Diemen, tel. 020-905310 Bankrel.: AMRO Bank, bijk. Van Baerlestr., Amsterdam-Z. Gemeente Giro N 5500 N.A.C. - Postgiro nr. 293087 Redactie: E. Tas, Amsteldijk 23, Amsterdam-Z., tel. 795716 Administratie: telefoon 020 — 1841 59

WERELD ZONDER FASCISME 'Voor een Europa zonder fascisme' staat boven de verklaring van Luxemburg in dit blad. 'Waarom alleen Europa?', vroeg men in het Nederlands Auschwitz Comité. 'We zijn voor een wereld zonder fascisme. Zonder nieuw, oud of voortsudderend fascisme is Europa niet. De wereld evenmin. Zuid-Amerika b.v. herbergt een menigte gepatenteerde nazi's. In andere werelddelen is geweld, allereerst binnens­lands gericht, om dan naar buiten toe te slaan, aan de orde van de dag. Hoezeer het fascisme, het nazisme, dicht bij ons aanwezig is, konden wij de laatste maanden weer eens zien. De jeugd leert de letters SS uit de krant, niet uit het geschiedenisboek. Het meest frappant zijn nog niet eens de vrij onverveerd rondstappende moor­denaars. Zelfs niet de periodiek om zich heen slaande barmhartigheid, bij ons b.v. prof Diepenhorst, die de Drie van Breda weer zo nodig vrij wil hebben. Italië beleeft een hernieuwde campagne voor vrijlating van Reder, terwijl het door hem geteisterde dorp Marzabotto al tien jaar en nu opnieuw uitvoering van zijn levenslang vonnis eist. Het meest stuitende in de (hoeveelste?) zaak-Menten blijft het falende recht. Daaronder lijden de nazi-slachtoffers uiteraard in de eerste plaats, maar zij niet alleen. De overlevenden leven met hun leed; zij herdenken, letterlijk her-denken steeds. Zij slaan bij een rechterlijke uitspraak die onrecht bezegelt alarm,

omdat zij iets herkennen, een gevaar voor allen. Zij slaan alarm, omdat zij iedereen, maar dan ook iedereen wil waarschuwen. De veroordeelde Nederlandse Hitlerklan-ten, die vrijelijk rondlopen tot in Nederland toe, moesten door journalisten, d-.w.z. door particulieren, worden gesnapt. Op eigen houtje moet nog altijd ook de nu 70 jarige Simon Wiesenthal werken. Een grijsaard wordt na een even uitvoerig als nauwgezet proces veroordeeld als deel­hebber aan de zwaarste nazi-misdaad. Maar hij herkrijgt op formele en ook nog wankele gronden een ruim dertig jaar misbruikte vrijheid. Hij misbruikte die weer met de hondse brutaliteit die hem en al zijn medebeulen nog vandaag met één slag tekent. Zagen de rechters niet juist in deze verachting voor het leven een cynische bekentenis achteraf of zochten zij achteraf een alibi voor het nazidom? De moordenaars zien wij nog steeds onder ons.Tegelijk doet de leugen van de Auschwitz-leugen de ronde. Een neo-nazi en dito advocaat eerst. Auschwitz was volgens hen een lustoord. In het gerechts­hof te Düsseldorf looft dit soort heren tijdens het Majdanek-proces nog prijzen uit voor wie bewijst dat op Duitse bodem één mens vergast is. Een Franse hoog­leraar ontkende in zijn collegezaal en toen in het Parijse dagblad 'Le Monde' het bestaan van gaskamers. Hieronder leest u het weerwoord dat de Italiaanse auteur Primo Levi, oud-Auschwitzer, publiceerde in de Corriere della Sera van 3 januari

1979. De botte ontkenning is een vorm van het anti-semitisme dat in deze zeventigere jaren inplaats van begraven weer 'opge­bloeid' is. Zolang een van ons nog leeft zijn wij bloedgetuigen van de gevolgen van anti-semitisme. Ongeacht of het bij ons speelt, waar ook ons comité een smerige brochure van de rassist Glimmer­veen met zijn Nederlandse Volksunie mocht ontvangen. Of in Frankrijk, waar een synagoge in brand is gestoken n b. in Drancy, het Franse Westerbork. Alle gedeporteerden uit Frankrijk zijn via het kamp Drancy de dood ingestuurd. Of in het Oekrajiense Zjitomir, waar massa­graven van 20.000 Joodse nazi-slacht­offers zijn geschonden. Of wanneer in diezelfde republiek een schrijver, die Michaïl Dawidowitsj-Gaisinowitsj tekent, zionisten tot medewerkers van de nazi's uitroept. Waar en hoe ook anti-semitische streken uitgehaald of kreten uitgebraakt worden, luidt de bel. Het is goed dat b.v. in Osnabrück het jaar 1978 besloten is met een week uitstekende en bijzonder succesvolle voorlichting voor alle scholen. Want er zijn gelukkig zowel in de bakermat van het nationaal-socia-lisme als overal elders ter wereld jonge mensen te over die begrepen hebben of willen weten wat fascisme is. Juist omdat zij 'het niet hebben meegemaakt'. Het is nodig, want zonder een alzijdige en voortgezette inspanning komt er geen wereld zonder fascisme.

Maar wij waren er De operatie is dus geslaagd: de loze praatjes van Darquier de Pellepoix in de Express van november j . l . waren niet genoeg, het was niet genoeg de moorde­naars van toen plaats en stem in fatsoenlijke tijdschriften te geven opdat ze ongestraft hun waarheid konden prediken: dat de miljoenen doden in de Lagers nooit zijn gestorven, dat de Grote Slachting een fabeltje is, dat in Auschwitz alleen luizen zijn vergast. Dat was allemaal niet genoeg. Blijkbaar is de tijd gunstig en vanaf zijn universiteits­katheder komt prof. Faurisson de wereld geruststellen: het fascisme en nazisme zijn gesmaad, bezoedeld en belasterd. Men moet niet meer van Auschwitz spreken, dat was helemaal geënsceneerd: men moet van de Auschwitz-leugen spreken.

De Joden zijn sluw, zijn altijd sluw geweest, zo sluw dat zij (om de onschuldige nazi's te belasteren) zelf een bloedbad hebben bedacht dat er nooit is geweest, dat zijzelf achteraf de gaskamers en crematoria van de Lager hebben gebouwd. Ik weet niet wie prof. Faurisson is. Het kan wel zijn dat hij alleen maar een zot is, die staan er ook op katheders. Maar waarschijnlijker is een andere veronder­stelling. Misschien is hij een van de verantwoordelijken van toen, zoals Darquier. Misschien is hij een zoon of vriend of voorvechter van verantwoorde­lijke lieden. Misschien wil hij de boze geesten uitdrijven van een verleden dat ondanks de laksheid van het heden nog steeds op hem drukt.

Wij kennen al te goed bepaalde geestelijke mechanismen: schuld is lastig of althans ongemakkelijk en nu lang geleden in Italië en Frankrijk zelfs gevaarlijk. Men begint die schuld voor de rechtbank te ont­kennen. Men ontkent tientallen jaren in het openbaar, dan ook privé, vervolgens ook tegenover zichzelf. Kijk, het tover-werk is gelukt, zwart is wit geworden, onrecht recht, de doden zijn niet dood, niemand is een moordenaar, er is geen schuld meer of liever, er is nooit schuld geweest. Niet alleen heb ik de daad niet begaan, maar de daad zelf bestaat niet echt. Neen, professor, dit is de weg niet. De doden zijn er geweest, ook vrouwen, ook kinderen, tienduizenden in Italië en

vervolg op pag. 5.

Op het omslag Auschwitz, beeld van Wessel Couzijn 1962

Page 4: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

leaders in non-wovens

FIRET bv POSTBUS 45

VEENENDAAL TEL 08385-1 91 48"

STARHOUSE Damesmode uit voorraad

CONFECTIECENTUM 3.05.10 - R. Lobatto

KON. WlLHELMINAPLEIN 29 TEL. 020-179858

HERGO

Beethovenstraat 49 Maasstraat 53

Buitenveldertselaan 40 Pretoriusstraat 53

Uw adres voor 1e klas VLEES EN VLEESWAREN

Speciaal aanbevolen: OSSE ROOKWORST

Tel. 71 3098

KONINKLIJKE EMBALLAGE

INDUSTRIE

LEER B,V,

AMSTERDAMSEWEG 206 1182 HL AM.STELVEEN TELEFOON 020-5402911

PISA loopt voor op de schoenenmode van morgen

Kalverstraat 14 Tel. 24 59 10

AMSTERDAM

Boetiek Tric mode voor jonge mensen

Kinkerstraat 111 Amsterdam

Telefoon 18 62 03

voor een lekker kopje koffie in een aangename sfeer naar

e ópreóóo

Kalverstraat 142 Amsterdam

Page 5: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

HERDENKING EN REÜNIE 1979 Faber (f luit), de heren Hans Berkhout (klarinet) en Aziël Wagenvoor t (piano) brengen u terug in de jaren 1920-1930 met muziek uit die t i jd. Aanvang reünie 14.00 uur. Toegang vri j . In verband met de juiste opgave, voor het aantal deel­nemers aan de lunch, kunnen wi j niemand toelaten zonder kaarten. U kunt deze, voorzo­ver nog mogelijk is, aanvragen op het secretariaat: Mevr. Eva Furth, Diemerkade 43,1111 AC Diemen. Tel. 020-905310.

PS. Parkeergelegenheid bij het RAI-gebouw. Openbaar ver­voer; Nieuwe Oosterbegraaf­plaats; t ram 9 - bus 8, vandaar naar de RAI met bus 8. Voor de RAI ; t ram 4 - bussen 8 en 15. Ook de bussen uit Amste l ­veen brengen u naar het Europaplein.

Auschwitz-Birkenau werd be­vrijd op 27 januari 1945. Voor mil joenen kwam deze bevrij­d ing, door de Sowjet-legers, te laat. Duizenden anderen trokken in lange colonnes door sneeuw en kou, opgejaagd door de verliezende nazi-legers naar andere kampen, steeds opnieuw van de éne plaats naar de andere. Maar toch , de bevrijding was in ' t zicht, al zou deze nog vele maanden op zich laten wach­ten, elke dag, elk uur nieuwe slachtoffers eisend. W i j , die deze oorlog over­leefden wil len deze historische dag, de bevri jding van Ausch­wi tz , altijd blijven gedenken.

Wij doen dat op zondag 28 januari 1979.

Bij het gedenkteken 'Nooi t meer Auschwi tz ' (ontworpen door Jan Wolkers) op de Nieuwe Oosterbegraafplaats te Amsterdam, vertrekken wi j van de ingang van de begraaf­plaats Kruislaan om 12.30 uur, voor de stille tocht . Ter nagedachtenis aan alle slacht­offers van de nazi-concen­trat iekampen, leggen wi j bloemen neer. Wi j rekenen

erop dat ieder, die het kan volbrengen, hierbij aanwezig zal zi jn. Na deze plechtigheid zal een reünie van oud-kampgenoten, nagelaten betrekkingen en vrienden uit het verzet, plaats vinden in het restaurant van de RAI , Europaplein 8. Een unieke gelegenheid voor iedereen om iedereen te ont­moeten. Het is ons gebleken dat er een grote behoefte bestaat om oude en nieuwe vrienden te begroeten. Het gemeentebestuur van de stad Amsterdam zal ons allen een eenvoudige lunch aan­bieden: een waarli jk royaal gebaar dat op hoge prijs word t gesteld. Toegangskaarten kun­nen op het secretariaat aange­vraagd worden. Dr. Maurice Goldstein (Brussel) voorzitter van het Internationale Ausch­witz Comité zal voor ons het woord voeren. Het dameskoor 'Vivace' o.l.v. Celine v.d. Hoek - de Vries heeft voor deze gelegenheid Joodse liederen op het repor-toire genomen. 'Het Salon ' o.l.v. Geert van Tijn (cello), de dames Rita Dalvano en Liesbeth Hischer (beiden viool) en Adelheid

Vervolg van pag. 3

Frankrijk, miljoenen in Polen en de Sowjet-Unie. Het is niet zo gemakkelijk ze af te schudden. Het valt niet moeilijk u te documenteren, als u dat werkelijk van plan bent. Vraagt u de overlevenden, die zijn er ook in Frankrijk. Luister naar wat het betekende om je heen je kameraden één voor één te zien sterven, één, twee jaar lang, om zonder hoop te hebben geleefd in de schaduw van de crema­torium-ovens, om terug te komen (wie nog terugkwam) en het gezin vernietigd te vinden. Dit is niet de weg om zich van de schuld schoon te wassen, professor. De feiten blijven taaie tegenstanders, ook voor wie van een katheder spreekt. Als u de misdaad die is begaan door uw toenmalige vrienden ontkent, dan moet u ons uitleggen waarom de 17 miljoen Joden van 1939 in 1945 tot 11 miljoen waren gedaald. U moet honderdduizenden we­duwen en wezen loochenen. U moet ieder van ons, overlevenen, loochenen. Kom met elk van ons discussiëren, professor. Dan zult u het moeilijker vinden lariekoek te prediken tot uw niet voor­bereide leerlingen. Allemaal zo onvoorbe­reid dat ze u accepteren 7 Heeft geen van hen in protest de hand geheven? En wat hebben de autoriteiten van onderwijs en justitie in Frankrijk gedaan? Hebben zij toegelaten dat u de doden loochent en ze zo voor de tweede maal vermoordt?

PRIMO LEVI 5

Page 6: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Ontdek zelf eens watdeHema voor u betekent.

HEMA

VERKRIJGBAAR BIJ BOEKHANDEL

PEGASUS Sforirn, Mendele Mojcher: Fischke der Lahme Met 26 lithografieën van Anatoli Kaplan. Mendele de boekverkoper (1836-1917) eigenlijk Scholem Jankew Brojde, de grondlegger van de moderne Jiddische literatuur in het tsaristische Rusland. Hij brengt met dit boek een indrukwekkend beeld van het leven der armen uit de ghetto's van het toenmalige Rusland. 174 blz., gebonden f32,85

Marx, Karl: Over Godsdienst, Staat en het Joodse Vraagstuk, 114 blz. paperback, f 6 , —

Morriën, Joop: Natie en nationale onafhankelijkheid 136 blz., paperback f 10,75

Uitgeverij en boekhandel PEGASUS Leidsestraat 25, Amsterdam, tel. 231138 Hoogstraat 143, Rotterdam, tel. 125322

ess ISARWEG 6

Amsterdam - Sloterdijk Tel. 11 12 32

T E I D E M B . V .

Import beenbekleding voor dames-heren

en kinderen PRODUCTIEWEG 52

TEL. 071 -899245 ZOETERWOUDE - RIJNDIJK

BONEWIT IS EN BLJFT DÉ HORLOGER-JUWELIER V A N A M S T E R D A M AL BIJNA 50 JAAR!

DOOR EIGEN IMPORT V A N UURWERKEN EN JUWELEN V A A K

60% GOEDKOPER ALBERT CUYPSTRAAT 166 TEL. 79 09 78

Meubel- en Tapijthuis

VAN DER BIJL

VanWoustraat 4 en 6 Telefoon 737165

Amsterdam

Page 7: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

EEN VUIST TEGEN DE VIJAND Wij zijn verbijsterd, verontwaardigd én beledigd, over de vrijlating van Menten, zo begon het communiqué van het COVVS op 4 dec. Elke rechtgeaarde Nederlander onder­schrijft dat heden, en zo waren de gevoelens ook in februari van het oorlogs­jaar 1 9 4 1 . In de Joodse buurt van Amsterdam werden op een zaterdag 4 0 0 jonge, gezonde Joodse mannen aangehouden, geslagen naar Mauthuisen weggevoerd, waar ze allen, op twee na, in enkele maanden jammerlijk omkwamen 2 5 februari 1941 was een vroege zonnige lentedag... Destijds woonde ik dichtbij de tramremise in Amsterdam-Zuid, waar we al vroeg in de ochtend pamfletten hadden verspreid. De actie had succes. Amsterdam staakte' Enkele trams, die tóch uitreden, gingen ondersteboven, winkeliers sloten hun zaken, fabrieken en ateliers werden bezocht, de machines stilgelegd, de arbeiders gingen de straat op. Amsterdam staakte1

Zelden had een stakmgsoproep zulk 'n vlug resultaat. Na enkele uren lagen de bedrijven in Amsterdam en omgeving, vooral in de Zaanstreek, stil. Ik kan moeilijk onder woorden brengen, de vreugde en ontroering van de geplaagde, vertwijfelde joodse bevolking, over de staking. Er werd iets gedaan! Zij werden niet in de steek gelaten! 's Middags trokken de stakers in optocht naar de Noordermarkt, honderden sloten zich onderweg aan, het werd een massale manifestatie. Op de Noordermarkt werden de stakers opgewacht door de politie, het geweer in de aanslag, klaar om te schieten, wat dan ook gebeurde. Zij kregen versterking van de Grüne Polizei, die met motorfietsen met aanhang door de nauwe straten van de Jordaan raasden. De demonstranten vluchtten in portieken en bij bewoners binnen. Aan het eind van deze gedenkwaardige dag had ik het voldane gevoel dat ik iets gedaan had, dat ik een vuist had gemaakt tegen de gehate vijand. In februari 1943 belandde ik in het concentratiekamp Vught, later in Ausch-witz-Birkenau en andere kampen. Bij mijn terugkeer bleek mijn hele familie uitge­moord. Dit ter informatie voor diegenen die beweren dat Auschwitz een leugen is. Ik troostte mijzelf met de gedachte, dat ik

mij tenminste verzet had en niet als een willoos slachtoffer had laten wegvoeren. Dergelijke gevoelens bestormen mij ook heden, nu wij hier gezamenlijk iets ondernemen tegen onrecht en onmense­lijkheid. Dat zijn wij verplicht tegenover al onze joodse en niet-joodse vrienden, die niet terugkeerden uit de kampen. Dat zijn wij verplicht aan de verzetshelden, die hun leven lieten, of door hun geknakte gezondheid niet in staat zijn om hier aan­wezig te zijn. Dat zij wij verplicht aan de miljoenen joodse mannen, vrouwen en kinderen die

in gaskamers van Treblinka, Sobibor en Auschwitz de marteldood vonden. En wij zijn het ook verplicht aan de slacht­offers van Menten, die in Podhorodze en Uryzc aan de open kuilen, die hun graven werden, genadeloos werden neergescho­ten. Wij voelen mee met de enkele over­levenden van deze gruwelijke misdaad, die de ongelofelijke moed opbrachten in het proces tegen Menten te getuigen. De arrogantie en de brutaliteit van Menten en zijn advocaat tegenover hen kent zijn weerga niet. Ondanks het begrip en de fijngevoeligheid van de Amsterdamse rechter moeten zij, de getuigen, door een hel zijn gegaan. Pieter Nicolaas Menten, die in zijn haat tegenover de Joden zover ging om ze te vermoorden, snauwde bij zijn arrestatie in Zwitserland de journalist Hans Knoop, 'vuile rot-jood' toe. Deze anti-semiet heeft deze week verklaard naar Israël te willen gaan om de zaken recht te zetten en de publieke te beïnvloeden Denkt hij, met de bluf van de pokeraar, hem eigen, daar zijn vunzige zaken plat te krijgen? Wat belet hem te gaan 7

Wij denken dat hem in Israël een warm onthaal wacht. De procureur-generaal heeft hem zelfs dringend uitgenodigd om te komen.

Schoon schip in eigen land

Wij zijn echter van mening dat wij het aan geen ander land horen over te dragen om Menten te veroordelen. Als Nederlandsers zijn wij verplicht onze eigen zaken op te

knappen, schoon schip te maken in eigen land' Of deze oorlogsmisdadigers nu M , L , B. of S genoemd worden, of ze steenrijk of straatarm zijn, recht moet geschieden. Er is iets mis in Nederland, als een jour­nalist wel en justitie niet de verblijfplaats van veroordeelde, voortvluchtige oorlogs­misdadigers kan opsporen. Nederlanders eisen niet alleen in eigen land, maar ook in het buitenland berechting van oorlogsmisdadigers; in minder dan twee maanden tijd zijn er al 6 0 0 0 0 kaarten van het Wiesenthalfonds tegen de dreigende verjaring van mis­daden tegen de menselijkheid van uit ons land verzonden naar bondskanselier Schmidt in de Bondsrepubliek. Niet alleen het voormalig verzet en de joodse bevolking in ons land zijn veront­waardigd, maar het overgrote deel van de bevolking, getuige de stroom van publika-ties in de pers en andere media.

Spontane reacties op 6 dec. j . l op het Binnenhof, door de patiënten van Cen­trum ' 4 5 , grote demonstraties in ijzige avondkou in Amsterdam en Groningen, waren de eerste uitlaatkleppen van woede. Menten bluft, liegt en bedriegt, elke dag noemt hij andere namen */an vooraan­staande politicie die hem geholpen zouden hebben. Het is wel heel toevallig dat ZIJ allen overleden zijn. Het duizelt ons van verhalen over commissie Schoffer, rapport Versteeg en de Velser-affaire. Waar het op aankomt is, nu er eindelijk, na bijna 3 0 jaar, bewijzen op tafel liggen, dat Menten heeft deelgenomen aan massa-executies en daarvoor door de Amsterdamse rechtbank tot 1 5 jaar is veroordeeld, hij deze straf moet onder­gaan. HIJ IS al te lang en ten onrechte een vrij man geweest Als hij dan verkiest om onder te duiken, omdat 'een of andere idioot hem iets wil aandoen', zoals hij beweert, dan zoekt hij daarvoor bij voorkeur 'Joodse vrienden' uit.

Namens de vrouwen van het verzet

Er is mij gevraagd om hier het woord te voeren namens de vrouwen van het verzet. Wie zijn zij dan deze vrouwen van het verzet 7

Zijn het de gewone huisvrouwen uit steden en dorpen, die uit warme menselijke en religieuze gevoelens hun huis en hun hart open stelden voor onder­duikers, piloten, Joden en vooral voor Joodse kinderen 7 Velen begrepen niets van politiek, maar zagen wel de onmense­lijke maatregelen van de bezetter. Was de nu 81-jarige invalide huishoudster van een Brabantse dorpspastoor, die 8 0 onderduikers van eten, drinken en onderdak voorzag, een heldin 7 Zijzelf vindt van niet, ze deed slechts haar plicht. Waren de vrouwen die achterbleven met de zorg voor hun gezin, toen hun echt­genoten in gevangenissen en concentra­tiekampen verdwenen heldinnen 7

De koeriersters met gevaarlijke opdrach­ten, meisjes en vrouwen, die niet schroomden met de wapens landverraders te liquideren 7

En vooral zij, die vrouwen die zelf jaren in de kampen verbleven en waarvan vele, vele duizenden omkwamen van honger en ellende. Zij allen zijn de stille heldinnen van het verzet, een voorbeeld voor de jonge generatie' Zij vormen het leger van de naamlozen waar Nederland trots op kan zijn' Ja, enkelen kregen een standbeeld zoals tante Riek uit Winterswijk, tante Truus Wijsmuller. Of een eregraf, zoals de jonge studente uit Haarlem: Hannie Schaft. Het heeft 3 0 lange jaren moeten duren voor er, op initiatief van de oud­gevangenen van het vrouwenkamp Ra-vensbrück, een monument werd opgericht

Page 8: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

HELEN ARUBINSTEIN Schoonheid als wetenschap

KELTUM PLEET

GOUD & ZILVER

UURWERKEN

OPTIEK

Vaal Sr T)nikker MAASSTRAAT 33 - AMSTERDAM - TELEFOON 793388

^ J L ^ D R U K K E R I J > \ D E N O O R D S T E R B . V .

Dir. H. Van Heuvelen

Voor al uw drukwerk Handels Kantoor Reklame Familie

"Sinds 1905

Amsterdam-O. Schollenbrugstraat 22 Telefoon 020-35 52 01

Atheneum Boekhandel een tu in in de wi ldernis

NIEUWSCENTRUM

Atheneum boekhandel

Spui 14-16, Amsterdam, telefoon 020-233933/226248

MODALET voor Europese mode

1. de Vries B.V. Enorme kollektie in Kalverstraat 3-5 dames en heren lammy jacks bij de Dam, en vachtjassen. tel. 266258-237634. Altijd aanbiedingen in

bont, dames mantels. japonnen, e t c , etc.

cDeklantbhjfi ""Kalief

bij Con&Verdonck Con & Verdonck heeft een uitstekende naam hoog te houden in de Perzische tapijtenwereld. Daarom, wat er ook gebeurt, de klant blijft kalief En natuurlijk doen WIJ er alle moeite voor om u goed te adviseren. Hoeveel perzen wilt u z i e n 9

Tien, twintig, v i j f t i g 9

Con & Verdonck ziet u graag komen.

Gcn^Undt Amsterdam-Den Haag-

Rotterdam- Arnhem-Eindhoven

Page 9: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

ENKELE OPMERKINGEN door A. J . van der Leeuw

De lezer zal begrijpen, dat ik, die als door de Amsterdamse rechtbank benoemd des­kundige maandenlang bezig was met historisch onderzoek t.b.v. de strafzaak-Menten, niet onberoerd ben gelaten door de uitspraak van de Haagse rechtbank. De lezer zal echter evenzeer begrijpen, dat ik mij — zolang het proces-Menten nog geen definitief einde heeft gevonden — grote beperkingen moet opleggen bij het uitspreken van meningen en commenta­ren. De volgende kanttekeningen meen ik echter nu reeds te kunnen plaatsen. Mijn eerste opmerking is, dat de Haagse uitspraak — als zij in stand blijft — een bijzonder onbevredigende toestand heeft geschapen. Onbevredigend vooral doordat geen berechting meer mogelijk blijkt van de ernstige misdrijven, die aan Menten ten laste waren gelegd. Dat lijkt mij niet alleen een haast niet te dragen last voor de na­bestaanden van hen, die bij de massa­moorden te Podhorodce en Urycz het leven lieten en voor allen, die zich bij deze gebeurtenissen betrokken voelen. Het komt mij voor, dat ook Pieter Menten door de Haagse uitspraak in een weinig benijdenswaardige positie is gebracht. Hij is wel vrij, maar niet vrijgesproken. De uit­spraak betekent niet, dat hij onschuldig is, maar alleen dat hij niet meer berecht mag worden. De in het Amsterdamse vonnis vastgestelde feiten blijven als een brand­merk op zijn voorhoofd zichtbaar, ook al zijn ze formeel uitgewist. Mijn tweede opmerking is, dat de Haagse uitspraak de verantwoordelijkheid voor de onbevredigende gang van zaken bij Mentens berechting weer daar heeft ge­legd, waar zij in de eerste plaats behoort, namelijk bij hen, die omstreeks 1952 be­sloten geen nader onderzoek in te stellen naar Mentens mogelijke deelname aan massa-executies in Galicië. Sinds ik in 1963 voor het eerst kennis nam van de ruim tien jaar tevoren uit Polen en Israël ontvangen getuigenissen daarover, heb ik mij afgevraagd waarom het ministerie van Justitie dat nadere onderzoek niet heeft doen plaatsvinden. Zeker, de getuigen­verklaringen die men had ontvangen waren nog niet voldoende om tot een ver­oordeling te komen. Maar zij waren be­paald ernstig genoeg om een verder onderzoek noodzakelijk te achten. Dat was ook de mening van het Parket te Amsterdam. En al maakte de koude oorlog de betrekkingen met Polen en de Sowjet-Unie moeilijk, men had althans in Israël met zekerheid meer en gedetailleerder ge­tuigenissen kunnen verkrijgen en ten­minste kunnen proberen wat er in Polen te bereiken viel. De enige verklaring, die ik destijds en ook nu nog voor deze passieve

houding van het ministerie heb kunnen vinden, is dat men genoeg had van de Bij­zondere Rechtspleging en ook genoeg had van de processen rond Pieter Menten, wiens doordrammen zelfs zijn advocaten — inclusief mr. Kortenhorst — teveel werd. Want ik kan niet geloven in de sinistere verhalen over een 'handeltje' tussen minister Donker en Menten, waarbij Menten zou zwijgen over de Velser Affaire als hij niet verder werd vervolgd. Dat brengt mij tot een derde opmerking, namelijk dat ik er van overtuigd ben, dat de Haagse rechtbank tot haar uitspraak is gekomen omdat zij meende op grond van de wet en van de door haar vastgestelde feiten niet anders te kunnen dan deze be­slissing te geven. Wanneer men ook achter die uitspraak allerlei duistere invloeden gaat zoeken, komt men eigenlijk in het straatje van Menten, die met zijn wisselende verklaringen voortdurend rook­gordijnen heeft trachten te leggen. Als die verklaringen van de kennelijk ook door haar weinig geloofwaardig geachte ver­dachte heeft de Haagse rechtbank in haar uitspraak vrijwel geen aandacht geschon­ken. En dan een vierde opmerking, waarmee veel lezers misschien moeite zullen heb­ben, maar die ik toch niet achterwege kan laten. Ik meen nl. dat juist wij, die hebben ondervonden wat het betekent als het recht wordt vervangen door het 'gesunde Volksempfinden' weten, dat een onaf­hankelijke rechtspraak een van de grootste goederen van onze democratie is. Dat be­tekent echter, dat wij uiteindelijk — al is het knarsetandend — ons hebben neer te leggen bij de uitspraak van de onafhanke­lijke rechter, als die ook in hoogste instantie wordt bevestigd. Ondanks al onze bezwaren en ondanks onze overtui­ging, dat zware oorlogsmisdrijven ook nu nog bestraft dienen te worden. Doen wij dat niet, dan zouden wij ons zelf schuldig maken aan datgene wat wij de nazi's zo terecht hebben verweten. Dat betekent echter niet, dat wij onze kritiek maar voor ons moeten houden. Wij zijn vrij om onze mening te geven ook over een rechtelijke uitspraak. De vaak zo hartverwarmende demonstratie in Den Haag mocht zeker plaatsvinden als uiting van diep gekrenkte gevoelens. Wat is het trouwens, dat ons allen — ook mensen, die zich uit hoofde van hun vak dagelijks met de verschrikkelijkste oorlogs­misdrijven moeten bezighouden — zo in opwinding brengt in de zaak-Menten? Het kan niet liggen aan de ernst van de feiten, er zijn erger zaken. Nadenkend over deze vraag ben ik tot de conclusie gekomen,

dat het vooral moet liggen aan de persoon van de verdachte, aan Pieter Menten. Daarover zou heel veel te zeggen zijn, maar ik wil mij hier tot één opmerking beperken. Menten onderscheidt zich van vrijwel alle leden van de Duitse Einsatz-gruppen (de moordcommando's, die na de inval in de Sowjet-Unie begonnen met de uitroeiing van Joden) daardoor dat hij geen politie-ambtenaar of dienstplichtig soldaat was. Hij was een amateur. In zijn eigen woorden: 'Als erster Hollander habe ich mich . . . dem Einsatzkommando z.b.V. zur Verfügung gestellt'. Hij stelde zich beschikbaar, zonder twijfel in de hoop zo zijn door de Russen genationaliseerde grondbezit in Oost-Galicië terug te krijgen. Dat streven bracht hem er toe een bontjas en tapijten te organiseren voor zijn chefs Schöngarth en Jeckeln 1) en een schilderij te schenken aan SS-Hauptscharführer Wallenburger, de bloedbespatte schutter bij de door Schöngarth bevolen model­executie in Lemberg, die volgens een ge­tuige ook (eind augustus 1941) in Podho­rodce heeft geschoten. De rechtbank in " Amsterdam schreef in haar uitspraak 'de persoon van verdachte, zoals die ter terechtzitting en uit de processtukken naar voren is gekomen: een man, voor wie geld en goed in zijn leven een allesoverheersen­de rol hebben gespeeld en voor wie daarom het herkrijgen van . . . zijn be­zittingen in Sopot van zeer groot belang moet zijn geweest'. Ik meen, dat hier een van de voornaamste redenen is aangeduid,'waarom juist de zaak-Menten ons zo emotioneert. En juist in deze zaak is nu een uitspraak gevallen, die velen als onverteerbaar moet treffen. Het leek in Nederland zo goed te gaan: twee strafzaken, waarin het om ernstige nazi-misdrijven ging, waren binnen ander­half jaar zorgvuldig onderzocht en be­recht. Uit het buitenland bereikten ons complimenten: die snelle en toch grondige afwikkeling kon bv. aan de Bondsrepu­bliek Duitsland ten voorbeeld worden gesteld. Nu staan we weer met beide benen op de grond: ook voor onze rechtsstaat blijkt de berechting van deze zaken na 35 jaar een moeilijke opgave, waarbij het tot voor velen onbegrijpelijke beslissingen kan komen. De niet-verjaring van oorlogs­misdrijven is minder waterdicht geregeld dan men meende. Ook het werk van wet­gever en rechter blijft mensenwerk. Eigen­lijk behoorden wij dat natuurlijk te weten, maar het is een schrale troost. Wij hebben het er moeilijk mee.

1)SS-Brigadefürer Eberhard Schöngarth, Befehlshaber der Sicherheitspolizei und des SD in Krakau, later in Den Haag. Begin 1946 opgehangen in Hameln na een vonnis van een Britse krijgsraad wegens de executie van één (') Amerikaanse piloot. SS-Obergruppenführer Friedrich Jeckeln, Höherer SS- und Polizeiführer Russland-Süd, later dezelfde functie in Riga. Organisator van massa-executies in de Oekraïne zomer en herfst 1941. Twee van zijn Kommandos namen o.m. deel aan de executie van 33.000 Joden in het ravijn van Babi Jar bij Kiëw op 29 en 30 september 1941. Eveneens begin 1946 op­gehangen, in Riga na een vonnis van een Russische Rechtbank.

Page 10: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Schiller

Am ster Cent re

Wereld's grootste speciaalzaak voor

Nappa en suède kleding

Exclusieve modellen en kleuren

NIEUWENDIJK 133-743

HET DUMPPALEIS Nieuwendijk 153 - Nieuwendijk 71

AMSTERDAM • • • • • • • • • • • • • •

De grootste en best

gesorteerde speciaalzaak voor

vrijetijdskleding

H.H. Emigranten 10% korting

V E R K O O P VAN: B R A N D K A S T E N M U U R K L U I Z E N G E L D K I S T E N S L O T E N E T C .

GEDIPLOMEERDE

OPTICIENS TELEFOON 020-166927

HANDELSOPLEIDING D i n k g r e v e

Boekhouden M.O. S.P.D. M.B.A. Marketing Computerkunde

Praktijkdiploma's Boekhouden Talen Typen, Steno Middenstandsdiploma Erkende opleiding

KANT.: WILLEMSPARKWEG 31, AMSTERDAM-Z. 761176

LES-ADRESSEN IN * ZUID * WEST * SLOTERMEER > NOORD * AMSTELVEEN

Lid van de V.P.0. Vraagt prospectus

Page 11: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

VOOR EEN EUROPA ZONDER FASCISME VERKLARING 40 JAAR NA DE 'KRIS-TALLNACHT'

Veertig jaar geleden, op 9 november 1938, stonden in Duitsland de synagoges in brand, jaagden SS en SA Joodse mensen door de nachtelijke straten en vernielden hun winkels en woningen. De volgende dagen dreef de SS meer dan 20.000 Joodse mannen de concentratiekampen in; duizenden gezinnen moesten naar het buitenland vluchten Deze pogroms waren het vervolg op de sinds 1933 toegepaste terreur tegen alle anti-fascisten en democraten, van wie duizenden in de concentratiekampen gegooid, gemarteld en vermoord werden. Onder de leus van de 'redding van het avondland van een Joods-bolsjewistische samenzwering' be­reidden de nazi's de oorlog voor. De pogroms van november 1938 waren het voorspel van de 'Endlösung der Judenfrage' en van de poging hele volken tot slaven te maken en uit te roeien. Auschwitz met zijn miljoenen vermoorde mensen is het meest wezenlijke geworden van deze misdaden en derhalve zijn de SS en andere nazi-terreurorganisaties door het Internationale Militaire Tribunaal te Neurenberg misdadig verklaard om voor altijd een herhaling onmogelijk te maken. Deze misdaden tegen de menselijkheid zijn onverjaarbaar. Wij verwachten dat de regering van de Bondsrepubliek Duitsland toetreedt tot de VN-conventie over de onverjaarbaarheid van de oorlogsmis­daden en de misdaden tegen de menselijkheid, de SS-bonden ontbindt en alle nazi-activiteit en -propaganda over­eenkomstig de wetsbepalingen verbiedt. Wij, de vertegenwoordigers van de voor­malige verzetsstrijders, gevangenen, ge­deporteerden en nabestaanden uit 21 landen eisen ter herinnering aan de ongetelde slachtoffers van de nazi-terreur:

— ontbinding van de SS-bonden; — verbod van elke nazi-activiteit en

-propaganda; — onverjaarbaarheid van oorlogsmisda­

den en misdaden tegen de menselijk­heid.

Luxemburg 4 november 1978

UIT LUXEMBURG

Op 4 november 1978 werd te Luxemburg een internationale conferentie gehouden van vertegenwoordigers van nationale en internationale organisaties van voormalig verzet tegen en slachtoffers van het fascisme, gedeporteerden en nabestaan­den. Edouard Barbel, de voorzitter van de Luxemburgse verzetsorganisatie LPPD, opende de zitting. De luxemburgse

minister van Justitie, Cultuur en Onder­wijs hield een begroetingstoespraak, waarin hij o.a. wees op de noodzaak van strijd tegen alle fascistische en neo-nazi-activiteiten en de nadruk legde op het niet mogen verjaren van nazi-oorlogs­misdaden en misdaden tegen de mense­lijkheid. René Prey (FNDIRP, Frankrijk) gaf een beschouwing over de internationale mani­festatie te Keulen tegen de SS-bonden. Hans Jennes van het presidium van de VVN-Bond van anti-fascisten (BRD) gaf een overzicht van de neonazi-activiteiten in de Bondsrepubliek Duitsland en onderstreepte vooral de internationale verbindingen van de SS-bonden in de BRD. De voorzitter van het Internationaal Auschwitz Comité, dr. Maurice Goldstein, herinnerde in zijn uiteenzetting over het vraagstuk van de onverjaarbaarheid van nazi-oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid aan de reeds bestaande internationale verdragen. Hij onderstreepte dat zowel de VN-conventie van 1968, zowel als het volkenrecht de Bonds­republiek verplichten deze misdaden niet te laten verjaren. Hij wees erop dat tot nu toe slechts 1200 nazi-oorlogsmisdadigers tot deels zeer lichte straffen zijn veroor­deeld. Er werd ook een solidariteitsverklaring aangenomen met de Franse verzets­strijders en slachtoffers van het fascisme, die uitlevering eisen van de in Spanje levende ex-commissaris voor het Joodse vraagstuk onder het Pétain-regime van Vichy, die in Frankrijk bij verstek ter dood is veroordeeld en die toen een schandalig interview in het Parijse blad "l'Express" liet plaatsen, waarin hij ontkende dat in Auschwitz en andere vernietigingskampen mensen werden vermoord De vergadering kwam overeen ter voort­zetting van het werk een 'Internationaal initiatief van het verzet tegen en slacht­offers van het fascisme en nazisme' in het leven te roepen.

Werk gaat door

In het Internationale Initiatief, waar in ook het Nederlands Auschwitz Comité is ver­tegenwoordigd door drs. Eva Tas, de redactrice van dit blad, is de al bestaande werkgroep, nu uitgebreid. Uit Nederland heeft daarin ook zitting Joop van Baaren namens de Vereniging van Ex-politieke Gevangenen en de internationale organi­satie FILDIR. Dit initiatief heeft intussen zijn zetel gevestigd te Luxemburg. Er wordt gewerkt aan een internationale manifestatie op 21 april te Straatsburg tegen verjaring van nazi-misdaden in de BRD. Deze manifestatie zal worden gehouden vóór de verkiezingen voor het Europese parlement

Een gast over Centrum '45 (uit Maandblad Geestelijke Volksgezond­heid, door Kees Gast.)

Centrum '45 was voor mij een openbaring Ik begreep in het begin niets van wat men eigenlijk wilde. Er waren verzetsmannen en vrouwen. Joodse mannen en vrouwen en mensen uit de Jappenkampen, vaste weekgasten, therapeuten, enzovoorts en dat alles moest je geestelijk op een rijtje zetten. In het begin kwam ik alleen op maandag. De dagindeling was als volgt: 9.30 tot 11.00 uur sociotherapie, dat wil zeggen dat je deze tijd gebruikt om met andere gasten te praten, ook om ze beter te leren kennen. Zo mogelijk kon je door deze gesprekken je eigen problemen herken­nen. Alle gasten, ook ik, werden in een groepje van 8 personen ingedeeld. Zo gingen wij als groep van 11.00 tot 12.30 naar de expressieve therapie. Daar kon je schrijven, tekenen, schilderen of kleien. Van 12.30 tot 13.30 uur lunch en van 13.30 tot 15.00 uur groepstherapie Daarna wachtte ik tot het tijd was voor mijn psychotherapeut. Zo'n dag was dan wel gevuld. Ik was nooit een spreker geweest, wel een harde werker, die hard voor zichzelf was en ook voor anderen. In het Centrum leerde ik mensen kennen, die niet alleen hetzelfde hadden mee­gemaakt als ik, maar ook fijne vrienden bleken te zijn. Vrienden die je buiten het Centrum niet had, of durfde te hebben. Ze waren daar wel, dat wil zeggen het was niet zo dat je elkaar aftastte of hij of zij meer of minder slaag had gehad. Nee, je praatte met elkaar omdat je samen hetzelfde had ondervonden en omdat je elkaar wilde helpen.

Veelal als ik om 17.00 uur naar huis ging, had ik een dikke kop van alles wat zo'n dag op mij afgekomen was. Dat moest je verwerken en dat duurde vele dagen. Na de kaping in Beilen ging het helemaal mis. Ik schrok in bed wakker, was erg in paniek. Ik probeerde dan in mijn stoel mijn gedachten te ordenen of ik probeerde op de grond in de huiskamer verder te slapen. Dit alles tot groot verdriet van mijn vrouw die altijd weer zei, 'kom nou in bed, dan lig je achter'. Maar zij kon niets begrijpen van wat er in mij omging, ik vertelde haar namelijk niets. Van de drie mensen die in het begin tijdens de kaping werden doodgeschoten, zag ik in die soldaat één als mijn mede­gevangene. Iedere keer hoorde ik het schot in de wagon waar vele mede­gevangenen werden doodgeschoten. December '76 viel voor mijzelf het gordijn. Ik kon niets meer doen en zat totaal in de vernieling. Mij werd gevraagd of ik in de weekgroep wilde komen. Daar heb ik mee ingestemd omdat ik dacht dat je dan, snel beter zou zijn. De eerste twee avonden vond ik het echt goed, er waren goeie gesprekken en ik zei tegen mijn medegasten, 'als dat zo door­gaat zal ik wel snel beter zijn'. Zij lachten schamper, en zij hadden gelijk. De derde avond tijdens een groepsgesprek

Page 12: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Dé specialist ARCHIEFVERNIETIGING

JO BLIK OUD-PAPIERHANDEL

Vliegtuigstraat 8 Telefoon 155358-157592 b.g.g. 822268

Geopend: maandag t/m vrijdag van 8.00 tot 16.00 uur

Exclusief Vlees en Vleeswaren bij:

Hergo, Beethovenstraat 49, tel 71.30.98 Nieuw-Zuid, Buitenveldertselaan 40, tel. 42.39.70 Nieuw-Zuid, Maastraat 53, tel 64.10.10 Beer, Pretoriusstraat 55, tel. 94.51.79

Speciaal aanbevolen: RUNDER ROOKWORST

Dagelijks vers vlees uit eigen slagerij

Dagelijks verse zuivelprodukten

Dagelijks vers fruit en groente

Rond Munt & Station

Boekhandel

Robert Premsela

V a n Baer les t raat 78

T e l e f o o n 72 42 66

galerie Mignon Supermarkten Reguliersbreestraat 19, tel. 242994 - Nieuwendijk 175, tel. 244078

Page 13: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

ZIGEUNERMOMUNENT ONTHULD Tekst van de rede van dr. B. A. Sijes bij de onthulling van het Zigeunermonument op 25 november 1978.

Aanwezigen,

U bent van heinde en verre gekomen, op deze dag, naar deze plaats, om getuige te zijn van een unieke gebeurtenis' het ont­hullen van een monument, dat de vervolging verbeeldt van mensen die in huijJsolement hun geluk vinden en vrede in u beslotenheid van hun gezin, hun groep, hun wagen. Ik bedoel de mensen die zichzelf — in het Nederlands — zigeuners noemen. Het werd dringend tijd, dat zulk een beeld verrees, midden in de stad, geplaatst in een omgeving waar kunsten elkaar treffen. De rust die kunst ons brengt, wordt nu verbroken door een kunstzinnig teken, dat juist de onrust en angst laat

voelen van mensen, die gedreven en verdreven worden van plaats naar plaats — of onmenselijke behuizing wordt toe­gewezen. Dit alles was geen tijdelijk verschijnsel. Reeds sedert eeuwen waren zigeuners het voorwerp van vervolging. Bij duizenden zijn zij vermoord, verdreven naar dichte wouden waar zij als dieren moesten leven. Ook in ons land, in Nederland, waren in de eerste helft van de 18de eeuw geen zigeuners meer te vinden; zij waren utge-roeid. Wij zijn hier niet bijeengekomen om naar de geschiedenis van het volk der zigeuners te luisteren. Maar wijzende naar het monument dat hier staat en sprekende over de maatschappelijke en sociale positie waarin de zigeuners-van-nu-leven, gaan onze gedachten, onherroepelijk terug naar de tijden die vlak achter ons liggen. En dan denken WIJ aan de Hitier-tijd, waarvan menigeen onder u de tekens

op de arm en het litteken in het hart draagt. Honderdduizenden, meer dan een kwart miljoen zijn omgebracht, hadden dezelfde pijnen die ook zovele andere honderdduizenden leden. En na de oorlog de grote ontgoocheling: rassenhaat, discriminatie, verdachtmakin­gen — zij zijn niet verdwenen Opnieuw wordt men opgejaagd van plaats naar plaats en kampen toegewezen en de vrijheid van beweging aan banden gelegd. Over zigeuners spreekt men met dubbele tong. Zij zijn muzikaal en kunstzinnig, zegt men. Maar tegelijkertijd wakkert men de achterdocht aan door hun karaktereigen­schappen toe te kennen, uiteraard slechte, die dan bovendien nog erfelijk zouden zijn Zo constateert men dat zigeuners onver­beterlijk, crimineel van aard zouden zijn, door de politie in de gaten gehouden moeten worden. Deze verdachtmakingen zullen WIJ be­strijden — op alle manieren. Ook door het werk van de kunstenaar. De man en vrouw die met hun kinderen langs dit beeld zullen lopen zeggen: Dit is een mens die eindelijk eens rust wil hebben en op eigen wijze in vrijheid naast anderen wil leven. HIJ heet zigeuner.

Ellen van Beenen 'Namens onze ouders' is een frlm van Hans Fels en Monique. Wolf over kinderen van ouders die allen in het verzet en soms in kampen hebben gezeten. Uitgangspunt was een foto uit 1954. Daarop o.a. Ellen van Beenen, een zus van Hans Fels. Hun moeder is de voorzitster van het NAC. De film werd in november j . l . door de Ikon op tv uitgezonden. De tekst van de inter­views verscheen in Vrij Nederland van 25-11-'78. Hier antwoordt Ellen op een vraag van Hans.

'Kan je iets vertellen over de invloed die wat Annetje heeft meegemaakt op jou heeft gehad?

Ellen: 'Ik denk dat het als een rode draad door mijn leven loopt. Ik ben pas weer drie dagen in Duitsland geweest, op door­reis gelukkig, en dan merk ik in ieder hotel dat ik zit uit te rekenen hou oud de ober in de oorlog was. En soms denk ik: aardige man, zou die er ook aan meegedaan hebben? Vlak bij de grens moesten we van de Autobahn af, we keken op de kaart welk weggetje we zouden nemen, en toen zei Frank: we kunnen het beste naar rechts, dan rijden we zo langs Dachau Oostenrijk in. Toen heb ik drie uur zitten janken. Ik had me nooit gerealiseerd dat Dachau daar lag, want ik heb me gewoon niet willen realiseren waar het lag. En dan ben je er ineens vijfentwintig kilometer vandaan, en die Duitsers suizen erlangs in hun Mercedessen en er staan bloemetjes in de wei, en ik moet langs Dachau gezellig naar de wintersport. Ik was niet meer stil te krijgen.Je denkt dat je zelf geen verleden hebt, en dan merk je plotseling dat het er toch moet zitten. Want het is niet normaal, natuurlijk.'

'Waarom wil je dan zo graag dat jouw kinderen het ook weer weten?

Ellen: 'Omdat ik het zo stom vind als mensen het niet weten.'

'Maar het is toch veel handiger als je kinderen langs Dachau rijden zonder dat ze gaan huilen?'

Ellen: 'Nou, misschien huilen ze er niet meer om, maar het zijn toch ook hun opa's, oma's», tantes, ooms', familie. Ik zou het echt heel naar vinden als ze straks zeventien zijn en ze vragen: Dachau, wat is dat, een speelplaats of zo?' Op een vraag of Ellen trots is dat haar ouders in het verzet zijn gegaan, antwoordt ze dat ze het 'erg dapper' vindt, maar dat ze het zich ook niet anders had kunnen voorstellen: haar vader was niet een figuur die zich bij onrecht zomaar neerlegde. Maar: 'We kwamen natuurlijk wel uit een omgeving waar de mensen zo'n beetje allemaal in het verzet waren geweest. Pas later merk je dat er heel veel mensen waren die helemaal niet bij dat verzet zaten. Dat is een heel erge tegen­valler; maar dan denk je gewoon: nou, zo waren de Hollanders dus.' Op uitnodiging van de interviewer vertelt ze dan een 'rare' droom, die ze als kind had.

'Ik droomde vaak van een kermis, en daar was een heel grote draaimolen, met allemaal van die leuke dingen erop, een bus en een paard, en dan wilde ik altijd in die draaimolen. Maar die was altijd bezet door Duitse kindertjes, ik mocht er niet in, en daar weik ik altijd heel angstig van. Dat ding kwam iedere keer weer terug — het was ook steeds dezelfde draaimolen, nooit een wip of zo, en ik mocht er nooit in, want ik was een joods kind. En joden mochten niet in draaimolens, denk ik.'

'Vooral niet als er Duitsers op zitten?' Ellen: 'Precies, dat kan niet tegelijk.'

Vervolg van pag. 7. 'Voor hen die tot het uiterste neen bleven zeggen tegen het fascisme' Wij vrouwen staan niet alleen in de strijd voor een rechtvaardige wereld, zonder oorlog, zonder fascisme. Wij staan naast onze mannen als het gaat om recht en vrijheid. Maar geen vrijheid voor oorlogsmisdadigers' 'Dat nooit weer' is geen ijdele leuze' Wij zullen niet rusten voor dat Menten, deze oorlogsmisdadiger van het ergste soort, terugkeert waar hij hoort: in de gevangenis. Onze generatie wordt oud, de krachten nemen af, de gelederen dunnen. Daarom begroeten wij met enthousiasme de jonge mensen, die onze taak gaan overnemen De werkgroep 'Recht en Openheid in de zaak Menten' is er een goed voorbeeld V 3 n EVA FURTH

Vervolg van pag. 11.

ging het mis met mij. Totaal in de vernieling liep ik snel naar mijn kamer om de koffers te pakken, van deze gasten wilde ik weg. Verschillende therapeuten spraken met mij en mijn rust en evenwicht kwamen terug. Ik bleef, ik leerde luisteren naar ge­sprekken. Het was alles keihard, ik zag mijzelf weer in het concentratiekamp terug met dat verschil, dat ik nu wel mocht huilen en verdriet hebben. Nu mocht ik schreeuwen en kom ik mijn agressie kwijt Voor mij was het Centrum mijn wereld. Ik ging steeds meer praten, mijn starheid verdween, ik leed veel aan hoofd- en maagpijn, maar dr. Hers die mij onder behandeling had was geweldig. Met hem kon ik over mijn ziekte praten. Hij was de eerste dokter waar ik geen nummer bij was, die voor 100% belangstelling toonde en die het met mij zeker niet makkelijk heeft gehad.

Page 14: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Bij een tentoonstelling 2000 jaar anti-semitisme

bij de vitr ine volgepropt met levensgroot ontkennen moet ik gejaagd door Haman, Heil! door Hitier, Heil! de stille zaal uitrennen nog éénmaal zie ik tussen kromme klauwen koele kijkers om en in mijn borst mijn buik mijn benen woedt onverminderd voort : tweeduizend jaar pogrom.

Ida Vos Uit: Schierei land (verschijnt in 1979 bij Nijgh en Van Ditmar)

Voor Lena Cohen

Zij gingen over de heuvels en hun heim werd een andere hoeve Hun heengaan liet schimmen achter en het droeve van de lege stoel aan tafel en bij etensti jd blijft hun bord in de kast er krast een geluid van remmen stemmen klinken achter het gesloten raam lena, luister niet het zijn ze niet blijf daar niet staan Steek de lampen aan wi j gaan koff ie drinken en koekjes eten en naar de radio luisteren en fluisteren

over wa t wi j hoorden en zagen...

Leontine de Lange

Chaya Polak Vrede

Vrede, we zullen je gri jpen, waar je ook zit. Ook al ben je nu nog een d room, we zullen je gr i jpen, vrede. Met bloemen zullen wi j de kanonslopen afdekken en de hoofden van de jonge sol­daten bedekken we met kransen. En ook als het lang duurt , zullen wi j de moed niet verlie­zen. W e zullen onze handen warm houden voor jou en er zullen geen oorlogen meer zijn. Wi j zullen alle vi janden over­w innen met vredesliederen en de wereld zal rustig worden . Alsjeblieft, loop r\u niet weg , wacht . . . En laat er geen oorlogen meer zijn.

Sjalom Rufeisen (14), kiboets-Resjafiem

Uit het N IW van 22-12-78.

Page 15: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Herinnering Natzweiler: juni Vrij zijn

hoge goudgordi jnen z i lver /wi t gedekte tafei vr i jdagavond in de veil igheid van moeders kind zijn geur van liefde, van linzensoep opgelost in de stank van de ster niet teruggekomen

Ida Vos Uit: Schiereiland (verschijnt in 1979 bij Nijgh en Van Ditmar)

omhoog gehevenen omsloten door een vlam verrijst de magere gevangene gedragen op de golf van de vlam een zegevierend vaandel nu een vlag omhoog

tot op het bot verbleekt ligt daar de herinnering wat rest van Nacht und Nebel Natzweiler een skelet van gisteren

nu nestelen weer ooievaars in de Elzas

vrij zijn is 's morgens wakker worden geslapen in een bed met lakens dekens kussens het huis verwarmd op tafel eten weer veilig zijn en kunnen zeggen wat je denkt

1940-1945

zij zijn zo ver verleden wat namen op een steen toch zijn zij nog heden zichtbaar om ons heen

Allure

Luxemburg land gelegen tussen Vlaand'ren en die Schweiz een kruispunt voor hun wegen zo ook voor die van Keulen naar Parijs gij zijt, de t i jden door, uzelf gebleven

Amsterdam

er is geen stad zo schoon als Amsterdam geen caril lon dat speelde of in gedachten hoorde ik boven de bomen langs de grachten de Wester toren slaan en steeds hernam mij ' t verlangen om te zwerven gaan langs Beurs Damrak Rokin of Keizersgracht heel de oude stad en bij ' t vallen van de nacht nog peinzend op ' t Rembrandt-plein te staan.

Nico Wi jnen Uit: Variëren, Nijgh & Van Ditmar, Den Haag, 1977

Chaya Polak

Page 16: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

I v a n d e : h H O R S T

1 EXCLUSIEVE HERENMODE

LEIDSESTRAAT 44 AMSTERDAM TEL. 232301

ADMINISTRATIEKANTOOR

J. HAAN

* Accountancy * Administraties * Belastingzaken

Botenmakersstraat 78, Zaandam Tel. 075 -168551 Postbus 283

Ook voor uw aangiften inkomstenbelasting en vermogensbelasting.

PEPER JEWELS P.V.B.A.

PIETER CALLANDLAAN 365 AMSTERDAM 1018

PELIKAANSTRAAT 86 2000 ANTWERPEN TELEFOON (031) 31 94 85 - 86 TELEX 33786 PEP GEM.

• BEGIN CLEAVAGE TO — END : BRILUANCE

JUWELEN MET BRILLANT

RINGEN

HORLOGES

BROCHES

HANGERS

ARMBANDEN

cv. drukkerij heiermann co. Elandsstraat 147, 169-173

Amsterdam Telefoon 020- 22 72 67

BOEKDRUK OFFSET

Al le i l lustrat ie, boek- en handels­drukwerk

Prima kwaliteit en service, snelle levering

'T H O N K Interieurverzorging

Kunstni jverheid

Middenweg 105-107-107a Telefoon (020) 35 12 22

A m s t e r d a m (Oost)

FOTO- EN FILMSTUDIO'S

HENK

B ^ M S

Utrechtsestraat 20, tel. 243210

Van Woustraat 242, tel. 720666

Meer dan 100% service

Theeboom B.V. Maasstraat 16, tel . 724827

Kosher levensmiddelenbedrijf Zondags open

MAASSTRAAT 27

AMSTERDAM - TELEFOON 641072

U w a d r e s ! Wilt u meer exemplaren van dit herden­kingsnummer ontvangen? Wilt u het blad van het Nederlands Auschwitz Comité geregeld ontvangen? Hebt u adressen van belangstellenden in binnen- of buitenland? Geeft u dit op aan de administratie

D. van Geens Orteliusstraat 178hs. Amsterdam W. tel. 020- 184159

Page 17: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

VERJAARDAG Nog een groene slinger hier, boven het schilderij en nog een rode boven de deur. Dan zijn ze klaar. Morgen is moeder jarig en zoals ieder jaar wil len ze ook nu versieren. Oorlog of niet. Dagen lang hebben ze erover gepiekerd wa t ze moeder zullen geven. De twee kleine meisjes hebben hun spaarpot van de laatste cent beroofd en vanmiddag zijn ze op pad gegaan om iets te kopen. Liever waren ze 's morgens naar de winkel gestapt, maar dat mag niet. Joden mogen pas om drie uur boodschappen doen en niet eens zo lang als ze wi l len. Klaar o f N n ie t , om vijf uur moeten ze weer op straat staan. Zo gaat dat als je Joods bent. Om vijf voor drie hebben ze heel hard geroepen: 'Nou mam, we gaan hoor! ' Moeder was naar ze toegekomen om te kijken of de ster wel op hun jas zat: 'Als je dat één keer vergeet, kunnen de Duitsers je oppakken en wie weet hoe ver van huis sturen. ' Dat wil len ze niet. Het kleinste meisje is eigenlijk wel een beetje trots op haar ster. Ze is vorige maand zes jaar geworden en vanaf die dag draagt ze die grote gele bloem. Het grotere kind is er al aan gewend, v indt het de ene dag erger dan de andere. Het moet nu eenmaal, ledereen moet zien dat je een Joods kind bent.

Klokslag drie uur waren ze de winkel binnengestapt, waar van alles te koop is. Haast teveel om te kunnen kiezen, maar na lang aarzelen is de keus op een koffie­kopje gevallen. Mooie bloemen staan erop en letters: 'Voor mijn lieve Mamma. ' De ju f f rouw van de winkel heeft er een mooi papiertje om gedaan. Het is een duur kopje, maar de ju f f rouw had even naar de gele

ster gekeken en gezegd: 'Zo is het goed, laat maar verder. ' Er lag toen nog maar één gulden dertig op de toonbank. Dat het om de ster was weten ze heel zeker. Ze voelen het. Ze zijn nu klaar met versieren. Het oudste kind pakt een stuk zeep en schrijft op de spiegel: 'Hoera, Mamma is jar ig. ' Tevreden zijn ze met het resultaat. De kamer is heel erg mooi geworden. W a t een feest zal het morgen zijn, al zal het anders zijn dan alle andere jaren. Tante Esther en Oom Louis zullen er niet zijn en Mirjam en Sally niet. Die zijn zomaar verdwenen. ' W e g ' zeggen vader en moeder en weg is iets heel ergs. Weg is niet bijvoorbeeld met vakantie zijn. W e g is weg ! Opa en Oma van vader komen ook niet. Die zouden dan met de trein moeten reizen en dat mag ook al niet. Joden moeten dat aan de Duitsers vragen en alleen maar voor een verjaardag zeggen die heus geen ja. Opa en Oma van mamma komen we l . Die wonen gelukkig niet zo ver weg . Pappa gaat ze halen. Opa loopt niet zo erg goed. Hij is al heel oud . Mamma heeft cake gebakken. Daar houdt Oma zo van, want cake is lekker zacht en Oma kan niet meer zo goed kauwen. De volgende morgen zijn ze vroeg wakker. Ze gaan naar de slaap­kamer van pappa en mamma en feliciteren ze alle twee. Samen dragen ze het pakje en samen geven ze het. Mamma pakt het uit en is heel blij om alles. 'Wat mooi ' , zegt ze. 'Zoiets zou ik graag aan mijn moeder wil len geven' . Het oudste kind stelt voor om 's middags, als het drie uur zal zijn, naar de winkel te gaan om nog

zo'n kopje te kopen. 'Het is wel duur ' , f luistert ze een beetje verlegen. Moeder vindt het een goed idee. Als het bijna drie uur is, gaan de kinderen naar de winkel om het kopje voor Oma te kopen. Daar lopen ze, hand in hand, twee kinderen met een grote gele ster op hun jas. Als ze terug zijn, straks, zullen Opa en Oma er zijn. Vader is al weg om ze te halen. Mamma zal het cadeautje aan Oma geven. W a t zal die Oma blij zijn. Het lukt. Er is nog zo'n kopje in de winkel . Het is wel iets duurder vandaag, maar de juf­f rouw kan niet iedere dag zeggen: 'Zo is het goed, laat maar verder'. Als ze thuis komen zetten ze het ingepakte kopje voor Oma naast het uitgepakte van Mamma. Ge­zellig, die twee zo naast elkaar op tafel.

Ze hebben bijna geen geduld te wachten to t pappa met Opa en Oma zal komen. W a t duurt dat toch lang! Vader kan heel hard lopen. Opa en Oma natuurlijk niet. Dat zal het zijn. Als deft ige dametjes zitten ze samen wat te praten. Ze hebben moeite om niet heel stilletjes een stukje van de cake af te peuteren en dat op te eten. Ze zullen het niet doen. Die cake is voor Oma, straks als het echte feest begint. Kwart ieren zijn voorbi j gegaan als ze de sleutel in het slot van de deur horen. Ze rennen naar de trap om Opa en Oma te begroeten. Ze wil len gillen: 'Ha . . .

Vader is alleen. Heel, heel lang­zaam loopt hij naar boven. Een spierwit gezicht met diep zwarte ogen kijkt de kinderen aan. 'Ze zijn w e g ' , zegt hij. Op de tafel staan twee kopjes naast een goudgele cake.. .

Page 18: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Keesings Historisch Archief brengt elke week 16 pagina's wereldnieuws bij U thuis!

Op de hoogte blijven van het wereldgebeuren is voor veel mensen een "must". Informatiebronnen zijn et genoeg. Maar om stapels kranten en tijdschriften uit binnen- en buitenland door te werken is veel tijd nodig. En tijd is schaars voor de moderne, hardwerkende mens... Keesings Historisch Archief "zeeft" het belangrijkste nieuws uit binnen- en buitenland en ptesenteert dat in een 16 pagina's tellende wekelijkse aflevering. Daarin wordt beknopt, feitelijk en overzichtelijk weergegeven wat er zich vooral op politiek en economisch gebied voordoet. In Nederland en ver daarbuiten. Keesings Historisch Archief streeft naar een zo groot mogelijke objectiviteit. Waar mogelijk worden de letterlijke teksten van verklaringen, redes, rapporten, vetdragen e.d. weergegeven. De 52 wekelijkse afleveringen worden opgeborgen in een praktische, fraaie opbergband. Al die geïllustreerde afleveringen samen vormen een

waardevol en levend overzicht van deze tijd. De periodiek verschijnende, steeds bijgewerkte index vormt de sleutel tot deze unieke informatie-schatkamer. Voor iedereen die op de hoogte wil zijn van de hedendaagse wereld is Keesings Historisch Archief onontbeerlijk. Ook voor bibliotheken, leeszalen en documentatieafdelingen is dit archief een dankbare en veelomvattende informatiebron. Door zijn zakelijke beknoptheid, objectiviteit en gemakkelijke toegankelijkheid.

Indien u zich nü abonneert voor de jaargang 1979 dan kunt u gebruik maken van ons introductie-abonnement, omvattende de complete jaargang 1978, incl. fraaie opbergband, voor slechts ƒ 45,-.

Onderstaande bon in enveloppe zonder postzegel, opzenden naar:

Systemen KeesingB.V. , Antwoordnummer 4, 1000 TL Amsterdam (Telefoon: 020-719444) . .

Blokletters s.v.p.

ondergetekende wenst adres • een abonnement 1979 op Keesings Historisch Archief Postcode woonplaats ad ƒ 142,50 per jaar, incl. opbergband en BTW. beroep/onderwijsinstelling • een "onderwijs"-abonnement (docenten, studenten,

scholieren) ad ƒ 121,- per jaar, incl. opbergband en BTW.

datum • en maakt bovendien gebruik van het introductie-abonnement jaargang 1978 voor de speciale

handtekening prijs van ƒ 45,- .

Systemen Keesing Groot in Kennis

Page 19: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

BRIEF VAN PETSJORSKI Een held van onze tijd

'Een held van onze ti jd', zo noemde wij al eens Alexander Petsjorski, de man die de opstand in de doodsfabriek Sobibor op 14 oktober 1943 leidde. Sobibor was een gehucht 80 km ten oosten van Lublin, waar o.a. meer dan 33.000 Nederlanders direct na aankomst op een schijnstation werden vergast. Er zijn slechts enige tien­tallen overlevenden. Wij hebben al eerder herinneringen gepubliceerd van Petsjorski, die in Rostow aan de Don woont en in februari 70 jaar wordt. Hij stuurde ons deze brief:

Aan alle oud-gevangenen van het fascis­tische dodenkamp Sobibor

Beste vrienden,

Een hartelijke felicitatie zend ik jullie nu de opstand in het doodskamp Sobibor 35 jaar geleden is met mijn beste wensen op de dag van onze tweede geboorte, 14 oktober 1943. Er groeit weer gras op de aarde. De wind verwaait de as van de lijken. De lente­beekjes voeren sporen van het vergoten bloed mee. Maar de sporen van de bloedige misdaden worden door jaren noch eeuwen uitgewist. Ons herdenken van de opstand van

Sobibor voor de 35ste maal is niet alleen gewijd aan het verleden, maar is tegelijk een waarschuwing voor de hele wereld dat wij de nachtmerrie van de wandaden van het fascisme niet zijn vergeten. De voormalige Oberscharführer Gomers-ki, de beul van Sobibor, werd in 1950 tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld. In 1972 werd hij in de Bondsrepubliek vrijgelaten. De rechtbank van Frankfort a /M stelde opnieuw een vervolging in de zaak Hubert Gomerski in en dit duurde meer dan vier jaar. De rechtbank verhoorde oud-gevangenen van Sobibor. Driemaal reisden zij naar de Sowjet-Unie, o.a. naar Moskou, waar zij mij vijf dagen ondervroegen. Een half jaar later kwamen zij in Rostow, waar zij mij en Alexej Waitsen verhoorden en enige tijd daarop in Donetsk Arkadi Waispapir, Jefim Litwi-nowski, Naoem Plotnitski en vele oud­gevangenen in andere landen van de wereld. In 1977 velden de rechters uit de Bonds­republiek hun 'rechtvaardig' vonnis. Hubert Gomerski, de gewezen beul van Sobibor, werd veroordeeld tot 15 jaar gevangenis. Maar aangezien hij al 22 jaar had uitgezeten, waarvan hij er zeven 'teveel' gezeten had, betaalden zij hem een aanzienlijke som geld uit.

Werkelijk een 'wijs' besluit van het Bondsgerechtshof. In Brazilië werd de vroegere plaats­vervangende commandant van het do­denkamp Sobibor, Gustav Franz Wagner, gearresteerd. Wie van ons, oud-gevange­nen van Sobibor, herinnert zich niet dé beestentronie van deze misdadiger, die meer dan 30 jaar na de oorlog rustig in Brazilië kon leven, zelfs onder zijn eigen naam. Wagner verzocht de Braziliaanse regering om hem aan de autoriteiten van de BRD over te dragen, daar hij de welwillendheid van sommige Westduitse rechtbanken jegens oorlogsmisdadigers zeer wel inzag. Maar WIJ gevangenen van Sobibor moeten onze stem in protest verheffen en uit­levering eisen van de misdadiger Wagner aan de Poolse regering op welker grond­gebied hij zijn misdaden heeft begaan. De volken van de wereld hebben het fascisme vervloekt en alle duistere krachten die het hebben voortgebracht. Dat kan men niet vergeten. Daaraan moet men allen en iedereen herinneren, opdat nooit iets dergelijks zich zal kunnen herhalen. Omdat ieder mens tot geluk en vrede is geschapen. En voor de vreugde van de vrede is het waard te vechten. Beste vrienden, ik wens jullie een goede gezondheid en veel geluk voor jezelf en je gezin.

Alexander Petsjorski leider van de opstand in het fascistische dodenkamp Sobibor

Oktober 1978

De getuigen van Majdanek De getuigen van Majdanek Uit: Hier en nu, NCRV. Reportage over het Majdanek-proces, oktober 1978.

In Majdanek, onder de rook van de Poolse stad Lublin, werden tussen 1942 en 1944 minstens 250.000 mensen — voor een belangrijk deel joden uit het ghetto van Warschau — vermoord. Pas eind 1975 had de Duitse justitie voldoende bewijs­materiaal verzameld om de nazi-beulen, die de moordfabriek Majdanek draaiend hielden, aan te klagen wegens massa­moord. En zo staan nu al bijna drie jaar in zaal L III van het statige Düsseldorfer gerechtsgebouw veertien vergrijsde Duit­sers terecht: negen mannen en vijf vrouwen. Onder hen kampleider Hermann Hackmann en vrouwelijke SS-ers als Hildegart Lachert en Hermine Braun-steiner, die volgens de aanklacht onder meer levende baby's in het vuur van het crematorium wierp. Vooral in het buitenland gaan steeds meer stemmen op tegen de schandalige omstan­digheden waaronder proces wordt ge­houden. Door toedoen van sommige advocaten — onder wie neo-nazi's — is het proces tot r>u toe vaak een aanfluiting. Getuigen worden op schaamteloze wijze aangevallen en met sluwe strikvragen in

de war gebracht. Daarnaast weten de advocaten de rechtsgang zo te vertragen, dat er voor 1980 geen uitspraak wordt verwacht. Niet alleen het gedrag van sommige advocaten maakt het proces tot een verbijsterende vertoning. Zo mogelijk nog stuitender is het optreden van neo-nazi's in de wandelgangen van het proces­gebouw. In gesprekken met de vaak jeugdige bezoekers, proberen ze de wan­daden van het Hitler-regime goed te praten. Ze delen pamfletten uit waarin de moord op zes miljoen joden, de leugen van de eeuw wordt genoemd. Het ontbreken van scherpe kritiek in Duitsland zelf op de gang van zaken bij het Majdanek-proces baart grote zorgen. Die lauwe reactie tekent schril af tegen de heftige manier waarop het Duitse publiek — op zich niet onbegrijpelijk — reageert op de procesgang tegen linkse extremis­ten en hun advocaten.

Onlangs werd opgericht Comité ter ondersteuning van de getuigen in het Majdanekproces, ex-gevangenen van het gelijknamige concentratiekamp. Uiteraard ondersteunt het Nederlands Auschwitz Comité dit streven ten volle.

Bovengenoemd comité stelt zich ten doel, door middel van het verzamelen van handtekeningen de Nederlandse bevolking in staat te stellen hun dankbaarheid, sympathie en medeleven kenbaar te maken aan bovengenoemde getuigen die in uiterst moeilijke omstandigheden voor hun ex-beulen staan. De recente berichten in de nieuwsmedia vormden de aanleiding tot het voeren van deze actie. Terwijl het moeten getuigen in dit proces al meer is dan men van nazi-slachtoffers mag verlangen, is gebleken dat deze mensen bovendien tot in het Gerechts­gebouw worden blootgesteld aan neo-nazistische propaganda, beledigingen en verdachtmakingen. Organisaties en personen die het streven van het comité ondersteunen worden verzocht zo spoedig mogelijk, gezien het actuele karakter van de zaak, dit aan de secretaris van het comité te laten weten Uw adhesie-betuigingen kunnen voor onze actie van groot belang zijn. Mocht u toesturing van handtekeningen­lijsten op prijs stellen, laat u dit dan weten aan onze secretaris. Gaarne zullen we u desgewenst van nadere informatie om­trent het proces voorzien, indien u in uw verenigingsblad hierover wilt schrijven Wij zullen u in ieder geval van het verloop van onze actie op de hoogte houden. Adhesiebetuigingen naar: mw. I. Toetenel, Anthonie Heinsiusstraat 37, 's-Gravenhage, tel: 070-503240.

Page 20: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Cees Tak

Dames-, heren- en kinderspeciaalschoenen

Bilderdijkstraat 69, Amsterdam Tel. 129465 - 124193

mini Bekouw Mendes makelaars in assurantiën

Wij willen u helpen

nu en later, bij uw financiering en het treffen van de juiste voorzieningen voor de toekomst.

wettelijke aansprakelijkheid

hypotheek, brand, inboedel, diefstal, ongeval, auto.

o n z e s e r v i c e

houdt niet op na het sluiten van de polis.

È Bekouw Mendes Stadhouderskade 2

Amsterdam 0 2 0 - 21 26 26

IMPORT-EXPORT SPECIAAL UIT HET VERRE OOSTEN HUISHOUDELIJKE EN- LUXE ARTIKELEN SPORT- EN VRIJETIJDSKLEDING SCHOEISEL WONINGTEXTIEL

VAN PERLSTEIN & ROEPER BOSCH BV. POSTBUS 481 AMSTERDAM, TEL. 861151

See u

m o r r i s bef ore you buy

y o u r reed sheepskin

c o a t .

Uitgebreide sortering dames- heren-en

kinder suede-nappa-en

lamsvacht jassen.

Haarlem: Barteljorisstraat, Tel. (023) 3126 55 Amsterdam: Leidsestraat, (bij Koningsplein), Tel. (020) 22 35 96

Groothandel in heren- en jongensconfectie

Keizersgracht 806-808, telefoon 235337 en Confect iecentrum, toren II, 5e etage, telefoon 153542

H A N D S C H O E N E N G R O O T H A N D E L

SCHIPHOLWEG 1011 BOESINGHELIEDE

TEL. 02505-673

Page 21: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

EEN ZWEMBAD IN AUSCHWITZ Inderdaad, er was een zwembad in het concentratiekamp Auschwitz-1. Ik geloof dat het bassin als een van de propaganda-objecten gediend heeft, om aan te tonen dat de gevangenen er lang niet zo beroerd aan toe waren geweest als zij beweren. Als kampbewoner destijds en als be­zoeker enige malen in de loop der jaren nadien wil ik verslag doen, als gevangene in de strepenklamotten (spullen), als vrij man en naar eigen wil er nu ronddolend in burgerkleding naar de mode. Echter ook een terug naar een van de plaatsen van menigvuldige misdaden. Een mijner Poolse vrienden, die nu al jaren in Israël woont, heeft vele verschrikkingen in Auschwitz moeten doorstaan. O.a. heeft hij in het strafcommando op de dag extra zware arbeid gedaan en voor nacht­rust moest hij in de Steh-Bunker proberen te slapen. Ik hoorde hem eens enige vers­regels neurieën; 'Buchenwald ich kann dich nicht vergessen, Weil Du mein Schicksal bist'. Ik geloof dat deze poëzie voor mijn gevoel op Auschwitz ook van toepassing kan zijn. De bestorming van herinneringen zal ik het hoofd moeten bieden en mij drastisch beperken. In januari '51 gaven wij gehoor aan de uit­nodiging om deel te nemen aan een conferentie van het internationale Ausch-witz-comité in Warschau. We logeerden in het Bristol Hotel en werden er met ons tienen heerlijk verwend. De stad was daarmee in schrille tegenstelling. Naar ons toen verteld werd stond er na de door­stane bombardementen nog ongeveer 15% overeind. Het verwoeste ghetto leek een hobbelige zwarte maanlandvlakte. Aan de rand van de vlakte, waar geen baksteen meer lag, stond hoog en fors het zwarte hardstenen monument door Rap-paport. Aan de kant van het veld zijn krachtige verzetshelden er op uitgebeeld, verslagen en verdreven figuren aan de andere zijde. Het geheel ook een graf­tombe voor de gevallenen. In de verte onderbrak een gespaard gebleven kerkje de woestenij. Enige bull­dozers, die in de grauwe verlatenheid als stukjes kinderspeelgoed vereffeningswerk verrichtten, doorploegden de aarde. Een tweede bezoek gold het leggen van de eerste steen voor het inmiddels ont­worpen monument, dat in Birkenau (Auschwitz II) zou verrijzen. Aan het eind van 'Die Rampe', de spooorbaan, het begin van het einde, was de aangewezen plaats. Bij deze gelegenheid werd tevens een koker, bevattende op perkament gezette documentatie, ingemetseld.

Weerzien

In Auschwitz I vond een officiële bijeen­komst plaats. De minister-president Cyriankiewicz — voor.hem was Auschwitz eveneens een verleden van vele jaren — hield een lange rede. Daarvoor was een tribune vóór de keuken in de hoofdlagerstraat in het centrum opgericht.

Omdat hij zich van zijn landstaal, het Pools, bediende, raakten wij, die er als haringen in de ton dicht opeen gedrongen stonden, aanvankelijk niet erg onder de indruk. Toch werd het een ontroerende bijeenkomst. Velen van ons die in diezelfde straat uren en uren samen appèl gestaan hadden lieten hier in het gedrang zich geen kik ontvallen. Een man, of het een Tsjech of Italiaan was weet ik niet, herkende blijkbaar iemand die naast hem stond en begon deze te om­helzen. Ze zoenden elkaar en namen nog enige omstanders mee de weg uit. Hij verhief zich boven de compact-golvende menigte, ontblootte zijn arm en toonde ons zijn nummer als een bewijs van deelname. Hij wilde ons deelgenoot maken van zijn geluk, bij elkaar te zijn met meerdere overlevenden, maar zijn ge­stamel was onverstaanbaar. Ik riep nog 'We hebben hier toch onze Lagersprache geleerd'1 Toen werd het een sentimenteel samenzijn, want we moesten er allemaal een deuntje om janken. Onze tranen stroomden internationaal en door ons allemaal verstaan.

Derde Auschwitz-bezoek

De derde maal dat ik naar Polen kwam, maakte ik deel uit van een gezelschap Nederlanders, een groepje van alle gezindten. Wij zaten voor en bij het enorme, intussen afgemaakte, monument. Grote steenblokken die koppelingen, bumpers en haken aan delen van wagons uitbeelden, symboliseren de laatste stop. Als een soort opgang, zeer breed met lichte treden spreidt zich het terras er voor uit. Vóór en links en rechts van het monument zijn marmeren plaquettes in lange rij voor ieder getroffen land een als grafstenen ingemetseld. De getallen der vermoorden zijn er van af te lezen. Op enige afstand flankeren de ruines de brokstukken van de door de SS opge­blazen crematoria en gaskamers. De Himmler-knechten hadden bij hun afgang geprobeerd hun moordtoneel-requisieten te vernietigen, maar kwamen slechts tot het verdoezelen van hun beulswerk. Een verslaggever, toen nog een jong Klaasje van Holland met ons mee­gekomen, nam enigen van ons apart. O.a deed Eef haar verslag. Zij vertelde dat wij comitéleden met hart en ziel er aan mee­gewerkt hadden om letterlijk stenen aan en bij te dragen om dit indrukwekkende monument te doen verrijzen. De ont­roering van haar eigen geschiedenis (als enige van haar familie van hier terug­gekomen) maakte haar verder onbruikbaar en van streek, maar onze man verzekerde haar dat het interview uitstekend en zeer wel geschikt voor hem was geweest. Ik kan niet zeggen dat ik meegeholpen heb zijn grote klasse te maken want mijn aandeel werd een flop. Hij hield mij zijn micorofoon voor. De draad liep naar zijn heup waar het

opnameapparaat als een vaatje van een marketentster bengelde. Ik stond er met een mond vol tanden. Ik kon niets over­brengen al stond iemand naast mij iets van vrede en vrijheid in mijn oor te blazen Kan steen vertellen? Ik keek naar het monument maar mijn gedachten waaiden naar Gleiwitz, het werkkamp waar ik na quarantaine-zuivering een maand in Polen moest helpen ons achter muren en stroomdraad te vestigen. In alle openheid overigens, want enigen van ons konden een briefkaartje naar huis schrijven. Al was er niemand meer thuis, berichtte ik: 'Wij zijn gezond (met enorme eetlust) en het gaat ons goed (De eerste selectie doorgekomen) Ik weet niet hoe kort dat 'wi j ' van kracht is geweest, maar de uniforme kaart is goed aangekomen.

Joods museum

Bij gelegenheid van de installatie van Blok 27 in Auschwitz als Joods museum, ontworpen en uitgevoerd door de mensen van Yad Wasjem in Israël, gingen WIJ deze plechtigheid bijwonen. Wij, oud-Auschwitzers, Joods maatschap­pelijk werksters en een jonge rabbijn trokken in een kleine groep er dan ook heen. Dit gebeuren houdt in dat betrekkingen tussen Israël en Polen als verbeterd beschouwd kunnen worden. Wij hopen dat, wat wij vaker mochten vernemen, 'het klimaat' (naast landelijk grillig en ruw) aan het veranderen is. De dag vóór de inwijding en openstelling van het blok zwierven wij door het kamp Auschwitz 1. Het weer was aangepast. Miezerige regen, hagel en sneeuw. Wij rilden in onze gedegen warme kleren en maakten in die paar uren een stuk winter door. Ik trad een weinig als gids op maar liet de levende cijfers der miljoenen doden aan de computer. Door de poort (Arbeid macht frei) rechts een hele grote fotografie van het orkest dat op dat gedeelte iedere werkdag gespeeld had, links voor de zijkant van de Puff, het bordeel dat alleen toegankelijk was voor de 'Edelgermanen'. Daar heeft geen van ons om gerouwd. Wij gaan langs een stuk niemandsland dat als afscheiding diende tussen de wacht­torens en het kamp, omsloten met raster­werk, waar doorheen destijds de draden voerden die onder stroom stonden. Het

Page 22: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Dit indrukwekkende boek krijgt u kado als u zich abonneert

op Vrij Nederland.

r

L

Ik abonneer mij nu op Vrij Nederland Ik betaal per • kwartaal (ƒ 28,50) • halfjaar (ƒ 57,-) • jaar (ƒ 114,-) (hokje naar keuze dichtmaken a.u.b.) • als welkomgeschenk ontvang ik het boek: "De samenzwering tegen Simon Wiesenthal" (winkelwaarde ƒ 17,50)*

1

Naam: Adres: Plaats: - - — Bon opsturen in open envelop zonder postzegel aan: Vrij Nederland, Antwoordnummer 3043, 1000-PA Amsterdam. Betalen na ontvangst van de acceptgirokaart. Of bel even: 020-262375

J De opbrengst van dit hoek komt ten goede aan het W'iesenthalfonds

Speciale koopjes in de oudste stoffenzaak van

AMSTERDAM Eigenaar — Leo Horn

KALVERSTRAAT 146-150, hoek Spui Amsterdam - Telefoon 23 22 64

Oldenburg-De Beethoven

B E V E I L I G I N G t VER NACHTVEILIGHEIDSDIENSTEN B V A ° 1 9 0 2

# HOOFDKANTOOR TE AMSTERDAM AT ^ TF-l i- f OON

Bewaking • Geüniformeerde

portieisdiensten

• Bedn/fsbew.-ikinq • Mobiele

•,'eili<-jheidsp<itrQuilles

• Dra'ul|Jn-ventie tont io iu

• l 'er i jd ieke bi dndvfiliqhcids-msppcueb

Alarmering • Brand • Inbraak • Overval • Cornputerbeveiliging • Technisch alaim • Aansluiting op eigen

stil-alarrncentrale voor qeheel Nederland

• Eigen gesloten mobilofoonnet

Vestigingen Amsterdam* - Rotterdam - 's Hertogenbosch • Tilburg - Alkmaar - Nijmegen - Hengelo - Enschede

E X C L U S I E V E H E R E N K L E D I N G E N - M O D E

K a l v e r s t r a a t 141-145, Ams te rdam

Dames,

alleen bij ons koopt u het voordel igst Voor al u w stof fen

STOFFENHUIS Linnaeusstr. 34 Amsterdam Tel. 3531 16 MARCUS

Page 23: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

Vervolg van pag. 21.

gebeulde niet zelden dat mensen die niet meer tegen verder leven opkonden, zich in de stroomdraden wierpen. Deze stroken werden, wanneer het daglfóht verdween, met schijnwerpers beschenen. De felle verlichting spotte met de verduisterings­voorschriften, maar hadden de vluchten der escadrilles mooi kunnen bijlichten. Op in de grond gepinde kleine ruwhouten borden waren waarschuwingen geschil­derd, Stoy en de vertaling, Halt! Met een doodskop en twee gekruiste knoken er op geteerd waren het lugubere grafzerkjes.

Het Apparaat

Bij de voormalige keuken, net een vervallen verlaten boerderij met rond­zwervend oudroest, hadden wij niets te zoeken, ware het niet dat ik mijn gezelschap op een soort stellage voor de ingang attendeerde. Het apparaat, twee uit het lood staande steunen met een dwarslegger, een ijzeren T-balk, had het model en de afmeting van een voetbal-doel. Aan die dwarslegger zaten nog enige stukjes half vergaan touw. Eindjes van een daar eens gelande vlieger — van een spelend kind? Deze stellage had echter niet zo'n onschuldig verleden. Vóór het front van de voor het avondappèl volledig aangetreden kampbevolking werden er zes Poolse mannen aan opgehangen (najaar '44). Hun intelligente vluchtpoging was mislukt. Er waren schandpaal (Hurra, Wir sinds wieder da), zware kastijding en dood door de strop voor hen op gevolgd. Van het blok, waarvoor wij opgesteld stonden, hoorden wij meer van de executie dan wij er van zagen Toen de arrestanten geboeid tot onder de galg gevoerd werden, begonnen zij luid te schreeuwen. Het waren vrijheidsleuzen werd er gezegd. Misschien scholden zij de Rapportführer uit. Woest viel deze Oswald Kaduk, waarschijnlijk wel de slechtste SS-er waarmede wij meerdere malen te maken hebben gehad, een der mannen aan. Het leek er op of hij steekbewegingen naar het geknevelde, weerloze slachtoffer maakte. Er klonk een bevel, SS-ers deden het beulswerk en de kreten verstomden. Het was huiveringwekkend stil nu. Voor ons een opluchting dat de executie vlug voltrokken was en het défilé ons deze keer bespaard bleef.

Eerdere kennismaking

Al eerder hadden wij het optreden van die meest beruchte Kriegsverbrecher mee­gemaakt. Uit enige Nebenlager waren wij na + een half jaar naar Auschwitz 1 teruggebracht. We waren er dolgelukkig mee, wij waren immers Facharbeiter. In Vught aanvankelijk als zodanig gespaard, werden wij tenslotte als onbruikbaar naar Polen afgevoerd, waar wij aan wel erg grof werk hadden gesappeld Toen kwam plotseling een oproep. Degenen die het gold moesten zich gereedhouden en op nadere orders wachten. Intussen zouden wij met dubbele rantsoenen beter gevoed en verzorgd worden. Zelf heb ik er exact éénmaal van geprofiteerd. De volgende

dag vroeg ik er om De Stubendienst, een van ons transport, sprak Pools, Duits en omdat hij in Nederland als vluchteling geleefd had, ook onze taal. Dat had mij de moed gegeven om onze extra portie te vragen, maar hij had mij weggeschopt en zich met onze porties bevoordeeld HIJ is zoals dat heette 'durchgekommen'. Zo kwamen wij 35 specialisten, eigenlijk lukraak uitgekozen, in het z.g. transport-blok weer bij elkaar

Klein behuisd

We werden in een kleine kamer geborgen en met minstens twee mannen in 1 krib (80 cm breed) hadden wij het er niet bepaald gezellig Verveling en wachten op de dingen die met ons gebeuren moesten maakte ons ongedurig Wij zochten naar eten (als er niet gewerkt werd waren de rantsoenen minder) en ruzieden er stevig op los. Er werd een ons eigen slijperij-sfeer geschapen, maar lang niet in de goede zin. Regelmatig vertrokken er transporten van niet-Joodse Polen en Russen. Zij werden meer van de frontlijn terugge­trokken naar kampen dieper in Duitsland gelegen, om contact met de vijand te voorkomen.

Een rampzalige avond

Kaduk, een SS-er die wegens ziekte naar Auschwitz overgeplaatst werd, kon met zijn eigenschappen duizenden mensen kwellen en mishandelen, maar het concentratiekamp zelf als een sanatorium beleven. Misschien dat hij nog meer doorstroming wilde of vond hij dat er te

veel Joden in het kamp waren achter gebleven, want eigenmachtig organiseer­de hij een selectie. Op een willekeurige avond werd het kamp afgesloten. Alle uit- en ingangen van de blokken kregen bewaking van SS-ers en Duitse kapo's. In groepen, bloksgewijs werden de Joodse mannen naar een ander blok geleid. Ook de mensen van het transportblok, waaronder wij, de diamant­bewerkers. Wij liepen naar het andere blok en begrepen dat het een 'Miese Geschich-te' ging worden. Daar gekomen moesten wij buiten alle kleren uittrekken en op hoopjes leggen, zodat we ze weer terug zouden vinden, werd ons gezegd. Ik dacht nog even aan ontluizing maar toen wij naar binnen gingen was het ons wel duidelijk geworden; selectie voor de gas­kamer. Wij werden in een vrij grote 'ongemeubileerde' zaal gedreven en moesten er achter elkaar naar het einde lopen. Geflankeerd door twee Kapo's stond Kaduk ons daar op te wachten, ginnegappend ondertussen met zijn knechten. Hij hield een wandelstok in de hand, een bergstok met een half ronde greep. Van andere wapens zou hij geen gebruik hoeven te maken, wij waren als lammeren, zonder verweer. Voor hem moesten wij één voor één front maken en dan werden we voor en achter en van top tot teen bekeken. Wanneer er een letterlijk te licht bevonden werd of zweren, schurft of ontstekingen vertoonde (tot Muzel­manstadium vervallen was) haalde hij, alsof het een kinderspel betrof, de ongelukkige, met de greep om de nek geslagen naar zich toe. Een van de trawanten noteerde het armnummer Toen onze groep gekeurd en wie het

Vervolg op pag. 25.

Siqueiros — A z t e e k s e vri jheidsstri jder

Page 24: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

AL. I S R A Ë L A I R L I N E S In samenwerking met _

g a a n wij zeker iedere w e e k n o a r l $ f t A < L Als u plannen hebt in die richting,kies dan ook voor één van onze vrije groeps­reizen. U kunt ons bellen of de bon invullen. DAGELIJKS INDIVIDUELE ITE-REIZEN U kunt zelf uw reisdata bepalen met een minimum verblijf van één week en maxi­maal één kalendermaand, terwijl u één­maal mag onderbreken in Europa op de heenreis en éénmaal op de terugreis.

* Transferkosten per privé auto of sherut op aanvraag.

* Vele mogelijkheden voor één- of meer­daagse tours door Israël.

STUDENTEN- EN SCHOLIERENRETOURS (vraag onze speciale tarieven)

( KAN ONGEFRANKEERD IN OPEN ENVELOPPE WORDEN TOEGEZONDEN)

Folders en inlichtingen bij:

NET WORLD TOURIST ORGANIZATION Rokin 9-15 Amsterdam Telefoon 020-243350* Wij verzorgen al uw reizen over de gehele wereld.

Page 25: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

cvj ongeluk getroffen had, geregistreerd was, ^ keerden wij terug naar onze kamer.

Vanzelfsprekend maakten wij een af-^ schuwelijke tijd door. § Er werd gejammerd en druk gediscus-,g> sieerd. Het bleek dat er 20 van onze § mannen genoteerd waren. Wat moest er

tegen gedaan worden? Ik opperde naar de Schreibstube te gaan om te proberen onze verschrikkelijk toestand ongedaan te laten maken. Maar wij konden bij niemand en nergens terecht. De volgende ochtend vroeg werd nog­maals een poging ondernomen. Ik moet bekennen dat de 'vrijgeloten' waarbij ook ik, het niet aandurfden mee te gaan, uit angst alsnog ingerekend te worden voor straf omdat wij ons er mee durfden te bemoeien. De volgende morgen werden de ge­noteerde mensen afgehaald en naar een met prikkeldraadversperringen afgerasterd gedeelte bijeen gedreven. Een uurtje later mochten enige van de gelukkigen en ook ik hun kampsoep brengen en uitdelen. Het was een verschrikkelijke ervaring. Mannen als wij gelukkiger lotelingen. Vrienden waarmee wij lief, leed en ont­beringen gedeeld hadden, goede en kwade woorden gewisseld en waarvan wij, voor het moment gespaarden, misschien net dat pondje mensenvlees verschilden. Omdat zij net als wij hongerig waren, aten zij jammerend het met tranen gekruide galgenmaal. Met de lege ga­mellen keerden wij terug naar de kamer Verlaten en verslagen zaten ook wij, een zielig hoopje, bij elkaar. Op eens stapte er een grote jonge breedgeschouderde, met recht een mannetjesputter bij ons binnen en stond met twee passen in het midden van de kamer. In blauw lakens pak, dat het aan het lijf gegoten zat en een baret (zelfde laken) op zijn van kosmetiek glimmende Germaanse kop, leek hij wel een zeeofficier. Alleen brede rode biezen langs broekspijpen en mouwen merkten hem als een Haftling, ondanks de hoogste rang die hij bekleedde, die van Arbeits-einsatz. 'Wo sind mein Diamantarbeiter?', schreeuwde hij terwijl hij verontwaardigd rondkeek. Opnieuw als een echo herhaal­de hij: 'Wo sind mijn Diamantarbeiter?' Wij sprongen op en met woorden, armen en handen probeerden wij hem duidelijk te maken dat zij achter het prikkeldraad in het transport verdwenen waren. Op hoge poten stapte hij weg en... 10 minuten later stormden onze 20 jongens de kamer weer binnen. Overbodig te vertellen dat het een gespring, gedans en gehuil werd, een viering van hun bevrijding. Echter, geen van hen kon het slechts een half jaar later, bij de echte bevrijding, navertellen Zij bleven opgeschreven, al had voor even de Rijksduitse kapo meer te vertellen gehad dan de Rapportführer. Reeds de volgende dag haalde de Blok-alteste ons weg. Hij leidde ons langs achterkanten van enige bloks. Plotseling stonden wij voor een prikkeldraadver­sperring. Dat bleek bij het schema te behoren, want hij tilde de draden op en daar lag een vierkante meter gat voor ons open. Wij moesten er door kruipen en gingen het onderduikadres binnen, Blok elf, het beruchte strafblok werd nu voor ons een onderduikadres — maar wel voor korte tijd.

Alsnog het zwembad

Het is niet dat ik als een kleumend jongetje of meer nog als een kouwelijke oude man niet in het water durfde te plonzen. Er waren eerst vele, vele dingen te behandelen. (Ik heb veel meer wegge­laten.) U kunt relaxen want water kalmeert. Door het achterraam, ik geloof van het blok met de grijs geworden haren en, de vele koffers met de namen en data van ... zag ik het plotseling. Het was nu een grote lege betonnen bak met wat doorwierd regenwater op de bodem. Voor mijn gezelschap was het weinig sprekend.

Terug naar het verleden

In het blok konden we een weinig op verhaal komen. De appèls werden op de binnenplaats afgenomen. (Binnenplaats, tevens fusillade plaats, tussen het bunker-blok en blok 10, het experimentenblok. We konden er niet naar binnen kijken, de ramen waren met houten luiken geblin­deerd.) Toch kwam er weer een kink in de kabel Op een ochtend stapte onze 'Zeeofficier' binnen. Niet uit belangstelling maar in functie bleek het deze keer. We werden weer naar buiten gebonjourd en moesten ons op de plaats buiten opstellen. Daar wachtte, een snot-jong, een SS-sergeantje ons op. Een filmtoestel hing voor zijn borst. Hij stond er in een wolk van frisse lucht leek het, de onbedorven atmosfeer van ergens buiten, ver weg Ik probeerde mij weg te draaien, maar kreeg zo een harde kaakslag, dat ik als uit een katapult geschoten naar de stenen vloer vloog. De kapo trok mij weer op en plantte mij opnieuw in de rij. 'Een kampioen bokser moet je niet uitdagen!', grijnsde hij. We werden naar een gedeelte achter de barakken gedreven. Daar was ik niet eerder geweest. Ik hield mij liefst tussen de blokken op uit het gezichtsveld van de wachtposten op de torens. Er bleken nog vele mannen in werktijd zich in het kamp te kunnen ophouden,want er stonden al een paar honderd langs de betonnen rand rond het zwembad. (Circa 10 bij 20.) 'Werd het een nieuwe manier van baden?', dachten wij onwillekeurig. Het werd ons allemaal duidelijk, toen een jonge, grote Rijks Duitse bruingebrande kapo op de veerplank klom. Hij ging staan voor een duik en zeilde stijlvol, mooi gestrekt het water in. Weer boven water zwom hij met een paar slagen naar de kant. In zwart zwempak en als de enige in het bassin leek het een vogel in een vijver. Ondertussen filmde de Scharführer er lustig op los en om de pret te verhogen moesten wij vrolijk daég wuiven of we bij een feestje, een dagje uit, waren. Daarmee was onze taak volbracht. In Berlijn konden ze te zien krijgen, hoe gelukkig en zorgeloos 'Die Juden' leefden, 's Middags, terug in het blok, keek ik uit één van de ramen. Tegen de muur van het tegenover gelegen blok zat de zwemmer in een sportbroekje (het was allemaal te 'organiseren') en voor de rest in zijn naakte vlezige lijf te zonnen. Naast hem lag het zwempak te drogen. .

JACQUES I. FURTH

PENNINGMEESTER KRABBEL Het is voor mij een prettige taak deze krabbel te beginnen met al onze lezers voorspoed en gezondheid te wensen in 1979. Dit geldt in 't bijzonder allen die ons financieel steunen, want zonder hen zijn wij tot niets in staat. Wanneer je zo aan het gelukwensen slaat dan denk je onwillekeurig terug of je wilt of niet. Dat is maar goed ook, want zo ontdek ik niet te mogen vergeten een woord van warme hulde en dank te richten tot allen uit de grote en kleine kunst, de journalistiek, de literatuur, de poëzie en de muziek, die uit sympathie met ons comité hun mede­werking gaven en geven. Hierbij wil ik extra aandacht wijden aan overheid. Kamerleden, gemeenteraad en de vele ambtenaren, die in verleden en heden op allerlei wijzen van hun medeleven met ons comité hebben getuigden. Wij zijn daar héél dankbaar voor. En met die 'wi j ' bedoel ik het kleine groepje werkers, dat zich inzet om doel en streven van ons comité vorm en inhoud te geven. Hartverwarmend is het te merken hoe ons geheel' onbekenden, waar we toevallig mee in contact komen en die de naam van ons comité horen, ons hun diensten spontaan aanbieden. Een treffend voorbeeld hiervan wil ik u vertellen. Wij waren op 21 december j . l . , door omstandigheden met een klein groep werkers, bijeen om de krant gereed te maken voor verzending. Dit werk bestaat uit het plakken van de adresstroken om de kranten en het bundelen in wijken en gemeenten. David van Geens en ik waren de enige mannen en wij mogen niet zwaar tillen. Het betrof hier 6 zware postzakken, elk gevuld met 1000 kranten. De kranten zouden 's avonds om half acht klaar zijn voor verzending naar het postkantoor aan de Oosterdokkade. En krijg om die tijd maar eens een vervoerder, die dit karwei wil klaren! Ik belde toch zo maar een expediteur en kreeg aan de telefoon de bedrijfsleider van het filiaal van een groot internationaal Rotterdams expeditiebedrijf. Hij zei dat ik voor zo iets een kleine vervoerder nodig had, maar dat ik die voor dit tijdstip niet meer zou krijgen. Omdat het voor het comité was en zijn vader en ook hij altijd tussen Joodse mensen gewoond en geleefd hadden, bood hij mij aan het persoonlijk met zijn eigen wagen te doen en daar wenste hij geen enkele vergoeding voor. Om precies half acht was hij inderdaad, vergezeld van zijn vrouw aanwezig. In een wip had hij alle zakken in de wagen en achter hem aanrijdend met de formulieren is alles prima in orde gekomen. Bijzonder fijne mensen zijn er gelukkig nog. Dit heeft eigenlijk veel weg van een traditioneel kerstverhaal, maar het was beslist geen sprookje. Nu ik zo zit te mijmeren aan de wieg van het nieuwe jaar ga ik nog maar even verder. Ik vraag mij af hoe het mogelijk is dat ons comité met zo weinig mensen en middelen zo veel heeft bereikt en zo een goede naam heeft. Ik geloof het is de stille kracht, die uit gaat van een klein groepje overlevende mannen en vrouwen uit de hel van Auschwitz, die, nadat zij hun won-

Vervolg op pag. 27. 25

Page 26: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

DE REIS D

Gordon Thomas

Max Morgan-Witts

DE REIS DER VERDOEMDEN

Het luxueuze S S St Louis van de H a m b u r g -A m e r i k a Linie, w a s een van de laatste schepen dat u i t H a m b u r g ver t rok vóór het u i tb reken van de t w e e d e w e r e l d o o r l o g A a n b o o r d 937 Dui tse j o d e n , die op 13 mei 1939 afscheid namen van hun vader land ZIJ h o o p t e n via Cuba een n ieuw land, een n i e u w leven te v inden Maar Cuba s loot zijn havens voor de v luch te l i ngen , evenals zoveel andere landen Een a fschuwe l i j ke t r e k t o c h t over de oceaan b e g o n

In de REIS DER V E R D O E M D E N laten de journa l i s ten G o r d o n T h o m a s en Max M o r g a n W i t t s een aantal van deze mensen aan het w o o r d , via d a g b o e k e n , voora l via zeer recente in te rv iews

Een nog al t i jd actueel d o c u m e n t

paperback, 294 blz , f 29,59

i b r u n a

SCHNABEL

De AGO is een groot verzekeringsconcern.

Met onbeperkte verzekeringsmogelijkheden.

Tegen goede voorwaarden en gunstige premies.

met te hoog. Niet te laag. Maar aangepast aan uw speciale situatie.

Informeer eens.

verzekeringen

official service MORRIS

AUSTIN

Uitdeuken - spuiten - moffelen Autoreparaties - revisie - doorsmeren

Tevens, financieringen, alle verzekeringen

LAAT ONS UW Y AUTO VERZORGEN

Schnabel - 2e Boerhavestr. 17 - A d a m • Tel . 020-35 31 26

Antiekzaak Bettina en Carola Wolf

Nes 89 - Amsterdam-C. Telefoon 020 - 248339

Bij M. VERDOONER

Uw taarten en bolusleverancier

nu ook GODIVA BONBONS

C H O C O L \ T Ü K

M. VERDOONER Gelderlandplein 55 TEL. 44 10 56 (ook zondag tot uw dienst)

Page 27: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari

WAAR KAN IK TERECHT In gesprek met de heer Teutscher

'Het zal u aan niets ontbreken'. Dat zijn de woorden van de man die met vele anderen uitziet over het Rhijnspoorplein in Amster­dam. De heer F. J . Teutscher is hoofd van de financiële rapportage van de Stichting 40-45. De woorden hierboven sprak hij tot enkelen van de vele WUV-gerechtigden die hier komen ingevolge de Wet op de Uitkeringen voor Vervolgingsslachtoffers. 'Wij voeren uit. Wij treden dus pas op, als de mensen een beschikking van de Uitkeringsraad in Den Haag hebben gekregen. In principe staat de Stichting open voor vragen en moeilijkheden met uitkeringen en beschikkingen. Wij zijn zowat de hele dag bereikbaar. Even een telefoontje of een briefje. Ook als men vragen heeft over vakantiegeld dat eerst voor twee personen was en nu voor één. Of mensen die in kampen hebben gezeten voorrang krijgen? Daar gaan wij niet over. Bij ons is er geen achterstand. In de Uitkeringsraad ligt dat anders. Aan elke beschikking gaat een sociaal rapport vooraf, er zijn ook criteria. In feite moet alles met spoed. Wij adviseren de UR wat betreft de grondslag voor een uitkering, dan is er reeds dat sociale en een medisch rapport geweest. Als de gegevens over een aanvrager eenmaal binnen zijn, loopt de zaak binnen de mogelijkheden vlot. De statistiek van de 'grondslagen'? Wij kunnen dat voor de Europese slachtoffers er niet uithalen. Meer dan de helft van de mensen heeft een grondslag die om en bij de middeninkomens ligt. Gelukkig zijn er veel minder met de minimum-grondslag. En de uitkeringen volgens de WUV lopen van 50 tot 80 procent van de grondslag, dat hangt af van leeftijd en samenstelling van het gezin. Wij zijn hier bij de Stichting een begeleidende instelling. Dat willen wij ook goed doen.'

Er is ontzaglijk veel werk aan de winkel voor de Stichting 40-45, ook voor de afdelingen aan het Rhijnspoorplein. En er is een open oor.

E.T.

NIEUWS VOOR DE GETROFFENEN

Niet bij brood alleen. . Ook naast pen­sioenen, uitkeringen, vergoedingen en tegemoetkomingen bijven er vaak schrij­nende behoeften bestaan bij de ver­volgden en andere door de oorlog ge­troffenen. Daarom heeft het Ministerie van CRM in 1975 een Werk- en Advies­commissie ( W A O ingesteld die moet nagaan welke 'immateriéle hulpverlening' o.m. voor verzetsdeelnemers en vervolg­den nodig en gewenst was.

Aan de jonge lezers Hoe vindt u dit blad? Schrijft ons uw mening, stuur die naar de redactie of het secretariaat.

NAC

ICODO

Binnenkort kunnen wij rekenen op de voor­naamste WAC-vrucht: een orgaan voor Informatie en Coördinatie van Dienst­verlening aan Oorlogsgetroffenen, wel­luidend afgekort tot ICODO. Mensen die al aan verschillende bellen hebben getrokken en vaste lezers van dit blad weten hoe ontzaglijk veel instanties, adressen en telefoonnummers bereikt moeten worden voor men weet waar men met zijn vragen, maar ook zijn zorgen en klachten terecht kan. Door toedoen van het Centraal Orgaan Verzets- en Ver-volgings-Slachtoffers (COVVS), niet het minst door voorzitter Hans Teengs Gerritsen, is sinds kort te Utrecht een Informatie-Centrum gevestigd, waar oor­logsgetroffenen direct gehoor vinden. Dit is geen kliniek of clubgebouw, maar wel krijgt u er precies te horen waar u wezen moet. Het Informatiecentrum heeft voorlopig alleen een telefoonnummer: 030-521226. De aanbeveling van de Werk­en Adviescommissie om de met-materiele hulp te coördineren en informatie te geven werd door de regering overge­nomen. In december deelde staatssecre­taris Wallis de Vries mee dat het huidige Informatie-centrum voor door de oorlog getroffenen te Utecht zal worden op­genomen in het binnenkort op te richten ICODO. En verder zei hij: Binnen dit geïntegreerd geheel zullen de taken van het Informatie-centrum op duidelijke wijze behouden blijven.

De steunpilaren van het Informatie­centrum gaan tot dit nieuwe ICODO behoren. Dit was eigenlijk waar de gezamenlijke organisaties van door de oorlog getroffenen, dus ook wij, naar hebben gestreefd. Na veel haarkloverijen komt het er dan eindelijk van. Dat stemt ons tot voldoening. Wij hopen alleen dat het nu gauw vlot Ons gaat het immers niet om nog meer commissies, rapporten enz., maar om een uitgestoken hand voor praktische zaken voor onze mensen. Die worden ook een dagje ouder en kunnen het van het kastje naar de muur sturen steeds minder verdragen. Vlugge, praktische hulp komt ons toe Eindelijk. g j

W U V en gehuwde vrouw Heel veel vervolgingsslachtoffers zijn getrouwde vrouwen. Maar deze slacht­offers vallen al deze jaren tussen wal en schip. Ook al heeft een nu getrouwde vrouw in een kamp gezeten, zij krijgt geen eigen uitkering. Wel dieetkostenvergoe­ding e.d. En dan is er een toekenning voor 'onmeetbare invaliditeit'. Dit bedrag(je) is 10% van de minimumgrondslag, f 212, — per maand. Na f 23,50 belastingaftref f 188, — . Wij achten deze behandeling van de vervolgde gehuwde vrouw een grove onrechtvaardigheid. Wij blijven ons af­vragen: waarom geen volledig minimum salaris ook voor deze groep? Onze mening is bekend bij de vaste Tweede Kamer­commissie van CRM, waar o.m. de WUV aan de orde is. Wij verwachten dat er aan deze onrechtvaardigheid een einde komt.

NAC

Vervolg van pag. 25.

den gelikt hadden, de energie en de moed konden opbrengen om een urn met as van enkele naamlozen uit Auschwitz op te halen die te begraven op de Nieuwe Oosterbegraafplaats te Amsterdam en daarna het Nederlands Auschwitz Comité oprichtten, om te strijden voor een betere samenleving onder het motte 'Nooit meer Auschwit. Dit motto staat nu in letters gebrand op de glazen plaat achter het prachtige spiegelmonument, dat is ge­plaatst op deze plek als waarschuwing voor heden en toekomst. Zoals reeds bekend is dit monument door ons comité tot stand gebracht in samenwerking met de kunstenaar Jan Wolkers en de glas­industrie Tetterode. Het comité heeft ook pal gestaan voor immateriële en materiele begeleiding van de overlevenden en hun nabestaanden en mede dankzij ons niet zonder succes, zoals heden wordt ondervonden. Waar nodig werken wij samen, los van elke politieke partij, met de nationale en internationale organisaties van oud-verzets strijders en met het Internationale Ausch­witz Comité. Een daverende internationale protestmeeting op 22 april j . l . in Keulen van + 25.000 mensen tegen weer opkomend fascisme in de Duitse Bonds­republiek was daar het resultaat van. Ook vond er een nationale manifestatie plaats in het Haagse Congresgebouw op 16 december j . l . tegen de vrijlating van de oorlogsmisdadiger Pieter Menten. Deze manifestatie was georganiseerd door een aantal jonge juristen onder de naam 'Werkgroep Zaak-Menten', de Verzets­organisaties en met medewerking van ons comité. Dit alles vergt grote inspanning en ook veel van onze kas. U ziet het goed dat wij er zijn en zo lang wij kunnen zullen wij doorgaan. Ons groepje is echter niet groot en vergrijst en varieert in de leeftijd van ± 50 tot en met 80 jaar. Desondanks voelen wij ons nog jong en zijn nog vol goede moed. Op 28 januari houden wij weer onze Herdenking op de begraafplaats en daarna onze Reünie 'nieuwe stijl', zoals elders in dit blad nader omschreven. Tot slot nog enkele zakelijke opmerkingen. Ik ben dit keer redelijk tevreden over de wijze waarop onze begunstigers gerea­geerd hebben op mijn oproep om de acceptgiro's snel en royaal in te vullen. In het oude jaar zijn al vele kaarten ingevuld teruggekomen en over de bedragen mag ik ook niet ontevreden zijn. Echter er ontbreken nog zeer vele. Dus lieve mensen, maak voor het nieuwe jaar een goed begin en vul snel en royaal uw acceptgiro in. Nogmaals wil ik u dringend verzoeken bij verhuizing ons direct in kennis te stellen van uw nieuw adres en dit vooral duidelijk geschreven op te sturen aan D. van Geens, Orteliusstraat 178 hs, 1057 BK Amsterdam. Bij overlijden verzoek ik nabestaanden zo spoedig mogelijk hiervan opgave te doen aan hetzelfde adres. Dit bespaart leed voor betrokkenen en voor ons onnodig werk en kosten.

F. DEGEN P.S. Begunstig onze adverteerders, zij zijn het waard!

Page 28: Auschwitz Bulletin, 1979, nr. 01 Januari