Download - ABAB info, editie maart 2014

Transcript
Page 1: ABAB info, editie maart 2014

ABAB infoDoe er uw voordeel mee

1070106_ABAB_Info_A4_kaal.indd 1 14-04-11 08:45

ABAB Accountants en Adviseurs - Postbus 10085, 5000 JB Tilburg - abab.nl

1070106_ABAB_Info_A4_kaal.indd 4 14-04-11 08:45

ABAB info maart 2014» Vouchers voor internationaal ondernemen» Nieuwe pensioenaanscherpingen per 2015 » Van zonnepaneeleigenaar naar btw-ondernemer

Kijk voor het laatste nieuws op onze website!

Page 2: ABAB info, editie maart 2014

abab.nl abab.nl 2 7

Hoewel bij de samenstelling van deze nieuwsbrief de uiterste zorg is nagestreefd, wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor onvolledigheden of onjuistheden.Vanwege het brede en algemene kader van deze nieuwsbrief, is deze niet bedoeld als enige vorm van professioneel advies en derhalve niet zonder meer geschikt voor het nemen van financiële beslissingen. Voor toepassing in individuele gevallen raden wij u aan contact met ons op te nemen.

Vouchers voor internationaal ondernemenHeeft u een mkb-bedrijf en bent u geïnteresseerd in internationaal ondernemen? Dan kunt u mogelijk aanspraak maken op één of meerdere vouchers. Het doel van de internationaliseringsvoucher is het vergroten van het aantal ondernemingen dat duurzaam internationaal onderneemt. Met de internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen-voucher wordt verantwoord ondernemen in een ontwikkelingsland of opkomende markt gestimuleerd.

InternationaliseringsvoucherIedere mkb-ondernemer kan een internationaliseringsvoucher aanvragen. De maximale waarde van een internationaliseringsvoucher is € 2.400. De voucher kan worden ingeleverd bij een ondernemersorganisatie (bijvoorbeeld de Kamer van Koophandel of Syntens) in ruil voor de uitvoering van een bewustwordings- en adviseringstraject.

In dit traject wordt nader ingegaan op: ■ het identificeren van kansrijke markten; ■ het uitvoeren van een marktonderzoek/

vergelijking; ■ het bepalen van de benodigde

activiteiten om succesvol en duurzaam internationaal actief te kunnen zijn.

Voucher voor Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO)Mkb-ondernemers (tussen de 10 en 500 fte) die partner zijn of worden van MVO Nederland komen in aanmerking voor een

AanvragenOm gebruik te kunnen maken van MIA en Vamil moet er binnen drie maanden na het aangaan van de investeringsverplichting een aanvraag zijn ingediend.

Food Future regelingHeeft u een mkb-bedrijf in het Duits- Nederlandse grensgebied en bent u werkzaam in de voedingsmiddelen-industrie? Bekijk dan de mogelijkheden via de subsidieregeling Food Future. Het doel van de regeling is het stimuleren van de ontwikkeling van nieuwe producten en processen in de voedingsmiddelenbranche.

Er is subsidie beschikbaar voor verschillende typen projecten, namelijk innovatieadvies, haalbaarheidsstudies, transferprojecten (waarin een bestaande technologie wordt vertaald naar een specifieke bedrijfsomgeving) en innovatie-projecten.

De projecten worden getoetst op basis van de volgende criteria:

■ beoogde innovatie en het doel ervan; ■ grensoverschrijdend karakter; ■ echnische en economische

haalbaarheid; ■ vaardigheden en kennis van de

aanvragende onderneming.

AanvragenAanvragen kunnen tot en met 30 juni 2014 worden ingediend. Het subsidiepercentage en het maximum subsidiebedrag is afhankelijk van het type aanvraag. Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst zolang er budget beschikbaar is. Projecten moeten vóór 30 september 2014 zijn afgerond.

Provinciale Impuls Wonen ZeelandOok in 2014 kan weer subsidie worden aangevraagd in het kader van de Provinciale Impuls Wonen (PIW) in Zeeland. De subsidieregeling heeft als doel het geschikt maken van de particuliere woningvoorraad voor toekomstige behoeften. Krimp, vergrijzing en het klimaat spelen hierbij een grote rol.

Met name het verkleinen van het aantal ongewenste particuliere woningen door bijvoorbeeld sloop of samenvoegen van woningen heeft prioriteit. Zeeland onderkent deze problematiek als de grootste opgave voor de toekomstige regionale woningmarkt.

IMVO-voucher. Met de voucher kan 50% van de kosten van een externe advies-organisatie worden vergoed, tot een maximum van € 10.000.Met de voucher kunnen adviesvragen over MVO-gerelateerde onderwerpen zoals mensenrechten, arbeidsomstandigheden en/of milieu worden beantwoord. De voucher kan worden ingezet voor de kosten van een externe adviesorganisatie, zoals een MVO-adviseur of NGO (non-gouvernementele organisatie).

De volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

■ onderzoek; ■ certificering; ■ geven van training aan lokaal personeel.

AanvragenAanvragen kunnen het gehele jaar door worden ingediend totdat het budget is uitgeput. De vouchers worden toegekend op volgorde van binnenkomst van de aanvragen.

Technieken en software voor duurzame product-ontwikkelingInvesteert u in een nieuwe milieu-vriendelijke techniek of in software voor duurzame productontwikkeling? Dan kunt u mogelijk een fiscaal voordeel genieten via de MIA\Vamil-regeling (Milieu-investeringsaftrek\Willekeurige afschrijving milieu-investeringen).

Nieuwe milieuvriendelijke techniekU komt in aanmerking voor de MIA\Vamil-regeling wanneer u investeert in apparatuur die noodzakelijk is voor het behalen van milieuvoordelen. Het moet dan gaan om een voor Nederland nieuw werkingsprincipe, de toepassing van nieuwe materialen of nieuwe combinaties van bestaande technieken.

Software voor duurzame product-ontwikkeling Ook als u investeert in het verduurzamen van producten op basis van ontwerp- software komt u in aanmerking voor de MIA\Vamil-regeling. De ontwerpsoftware moet tenminste vier van de volgende milieuparameters inzichtelijk maken:

■ fosfaatemissie; ■ SOx-emissie; ■ NOx-emissie; ■ CO2-emissie; ■ watergebruik; ■ energiegebruik; ■ hergebruik van materialen en

componenten.

Het is de vraag of dit zinvol is. De uitkomst is onzeker. Het is daarom verstandig om niet zonder meer aan te haken bij deze collectieve procedure, maar eerst advies in te winnen bij uw ABAB-adviseur.

TipsHoger gebruikelijk loon in 2014 Dit jaar is het gebruikelijk loon voor onder andere de directeur-grootaandeelhouder (DGA) vastgesteld op € 44.000 (2013: € 43.000). Het gebruikelijk loon is het loon dat u volgens de wet minimaal moet verdienen indien uw werkzaamheden verricht in uw eigen bv en wat gangbaar is voor het niveau en de duur van uw werk. Overigens gaat het om het loon voordat er loonbelasting/premie volksverzekeringen wordt ingehouden, dus inclusief de eventuele bijtelling van uw auto van de zaak.

Afhankelijk van uw situatie kan het gebruikelijk loon lager uitvallen. De bewijslast ligt bij u. Het gebruikelijk loon kan ook hoger zijn. Van een hoger loon is in ieder geval sprake als bij soortgelijke dienstbetrekkingen waarbij een aanmerkelijk belang geen rol speelt, een hoger loon gebruikelijk is. Uw loon moet dan worden gesteld op 70% van dit hogere gebruikelijke loon, maar minimaal € 44.000. Is het loon van de meest-verdienende medewerker binnen uw bedrijf meer dan dit bedrag, dan moet uw eigen loon minimaal gelijk zijn aan het loon van de meestverdienende medewerker.

Tijdelijk minder belasting over dividenduitkering Dit jaar betaalt u minder belasting over een dividenduitkering die u vanuit uw bv ontvangt. Het tarief in box 2 is alleen voor 2014 verlaagd van 25% naar 22%, voor zover het inkomen uit aanmerkelijk belang niet hoger is dan € 250.000. Over het meerdere is het normale 25%-tarief van toepassing. Een dividenduitkering in 2014 kan u dus een belastingbesparing van maximaal € 7.500 opleveren. Indien u een fiscale partner heeft, kunt u zelfs tot € 500.000 aan dividend tegen het 22%-tarief uitkeren. In dat geval kan de belastingbesparing oplopen tot maximaal € 15.000.

Keer niet zomaar dividend uit! Neem hiervoor altijd eerst contact op met uw adviseur. Voordat uw bv namelijk dividend

mag uitkeren, zal er altijd eerst een uitkeringstoets moeten worden uitgevoerd. Deze uitkeringstoets dient om te bepalen of uw bv ook na de dividenduitkeringen aan haar verplichtingen kan voldoen. Bouwt u in de bv ook pensioen in eigen beheer op, dan is een extra waarschuwing op zijn plaats. Een dividenduitkering is pas mogelijk als er voldoende vermogen is en blijft voor de dekking van het pensioen. Daarbij moet worden uitgegaan van de commerciële waarde van de pensioen-verplichting en niet van de fiscale waarde.

Verplichte melding van hypotheekgegevensVanaf 2013 gelden er nieuwe regels voor de hypotheekrenteaftrek. Voor een nieuwe hypotheek is alleen nog renteaftrek mogelijk als deze in dertig jaar en ten minste volgens een annuïtair schema volledig wordt afgelost. Heeft u het afgelopen jaar een hypothecaire lening voor uw eigen woning afgesloten bij uw eigen bv of heeft u hiervoor geld geleend bij bijvoorbeeld een familielid, dan moet u de Belastingdienst informeren over deze hypothecaire lening. Geeft u namelijk niet op tijd de gegevens hierover door, dan heeft u geen recht op hypotheekrenteaftrek.

De Belastingdienst heeft hiervoor een formulier ter beschikking gesteld: ‘Opgaaf lening eigen woning’. Dit formulier moet worden ingestuurd uiterlijk bij het indienen van de aangifte inkomstenbelasting over 2013. Dient u uw aangifte niet in vóór 31 december 2014, dan moet het formulier uiterlijk op 31 december 2014 bij de Belastingdienst binnen zijn. Vindt er nadien een wijziging plaats in de lening, dan moet u dit ook doorgeven binnen één maand na het einde van het jaar waarin de wijziging plaatsvond.

Let op!Hoeft u niet verplicht af te lossen om hypotheekrente in aftrek te brengen, bijvoorbeeld omdat u de lening al vóór 1 januari 2013 heeft afgesloten bij uw bv of een familielid, dan hoeft u geen gegevens aan de Belastingdienst door te geven. Heeft u in 2013 een nieuwe hypotheek afgesloten bij een bank of een verzekeraar, dan hoeft u ook geen extra gegevens door te geven. De bank of verzekeraar geeft dit namelijk zelf door aan de Belastingdienst.

Notariële akte bij periodieke gift niet langer verplicht De eis van een notariële akte voor de aftrekbaarheid van een periodieke gift is met ingang van dit jaar komen te vervallen. Voortaan is een periodieke gift aan een ANBI (algemeen nut beogende instelling) of een vereniging met minimaal 25 leden ook volledig aftrekbaar als deze gift wordt vastgelegd in een onderhandse akte van schenking. Dat levert u als ‘gulle gever’ een besparing op van notariskosten. De eis dat de periodieke gift alleen aftrekbaar is als deze is vastgelegd voor een looptijd van minimaal vijf jaar (of eindigt bij eerder overlijden) blijft bestaan.

Inmiddels zijn de voorwaarden bekend waaraan de onderhandse akte van schenking moet voldoen. Naast een aantal standaardgegevens over de schenker en de instelling of vereniging, moet in de onderhandse schenkingsakte ook het volgende worden aangegeven:

■ het startjaar; ■ de looptijd in jaren van de uitkeringen

of verstrekkingen (minimaal vijf en eindigend uiterlijk bij overlijden); en

■ de jaarlijkse hoogte van de uitkeringen of een omschrijving van de verstrekkingen.

Tot slot moet in de onderhandse schenkingsakte een door de begiftigde instelling of vereniging aan de gift toe te kennen transactienummer van ten hoogste vijftien cijfers – dat voor de begiftigde instelling of vereniging uniek is – worden vermeld.

TipDe Belastingdienst heeft sinds kort een eenvoudige model-schenkingsovereenkomst ter beschikking gesteld op www.belastingdienst.nl (zoekterm: overeenkomst periodieke giften).

Page 3: ABAB info, editie maart 2014

de dienstbetrekking, maar geldt maximaal twee jaar en bedraagt per aangenomen jonge medewerker € 3.500 per jaar. Verder geldt als voorwaarde dat het moet gaan om een dienstbetrekking van ten minste 32 uur per week op basis van minimaal een halfjaarcontract.

Administratieve verplichtingenOm in aanmerking te komen voor de premiekorting, moet u voldoen aan een aantal administratieve verplichtingen. Zo moet u bij uw loonadministratie een doelgroepverklaring van UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemers-verzekeringen) of de gemeente bewaren waaruit blijkt dat de jongere voor aanvang van de dienstbetrekking recht had op een WW- of bijstandsuitkering. Daarnaast bewaart u bij uw loonadministratie de arbeidsovereenkomst met de jongere medewerker, waaruit moet blijken dat sprake is van ten minste een halfjaar-contract voor minimaal 32 uur per week.

Maximale korting in 2014Officieel treedt de kortingsregeling pas in werking per 1 juli 2014. Neemt u echter nu al een jongere in dienst en voldoet u aan alle voorwaarden, dan telt dit al wel mee voor de premiekorting vanaf juli 2014. Van 1 juli 2014 tot 1 januari 2015 bedraagt de premiekorting de helft van het jaarbedrag, oftewel € 1.750.

abab.nl abab.nl 6 3

Ook andere projecten komen eventueel in aanmerking voor subsidie. Hierbij kan gedacht worden aan:

■ het toekomstbestendig omvormen van de particuliere woningvoorraad;

■ de sloop van corporatiebezit; ■ het hergebruik van leegstaande panden; ■ de verbetering van de openbare ruimte; ■ het opknappen van particulier woning-

bezit.

Bij de toetsing van de projecten wordt gekeken naar de soort fysieke ingreep, de locatie, innovatie, cultuurhistorie, duurzaamheid en gezondheid. Een project moet binnen één jaar starten en binnen drie jaar afgerond zijn.

AanvragenAlle rechtspersonen (burgers, gemeenten, bouwbedrijven, ontwikkelaars, corporaties en verenigingen) kunnen een aanvraag indienen. Subsidie aanvragen is mogelijk vanaf 1 februari tot en met 1 april 2014. Jaarlijks is er € 3,5 miljoen subsidie beschikbaar (6 jaar lang). De subsidie voorziet in een bijdrage van het exploitatie-tekort van een project. Hierbij wordt als aanvullende voorwaarde gesteld dat de minimale subsidie € 10.000 bedraagt.

Meer weten?Heeft u vragen over één van de subsidie-regelingen of over de mogelijkheden voor uw organisatie? Neem dan contact op met de adviseurs van Subsidiefocus via telefoonnummer 073-6465475 of stuur een e-mail naar [email protected].

Ruim baan voor de jongere medewerkerVanaf begin dit jaar is kunt u als werkgever in aanmerking komen voor de premiekorting bij het in dienst neemen van een jongere medewerker. Het gaat om een tijdelijke kortingsregeling waar u van profiteert als u in de komende twee jaar een jongere vanuit een WW- of bijstandspositie in dienst neemt. Zoals gebruikelijk geldt ook voor deze regeling een aantal voorwaarden.

De regeling in het kortDe regeling is in het leven geroepen om de jeugdwerkloosheid aan te pakken. U komt voor de premiekorting in aanmerking als u tussen 1 januari 2014 en 31 december 2015 één of meerdere jongeren in dienst neemt die bij aanvang van de dienstbetrekking een leeftijd hebben tussen de 18 en 27 jaar. De jongere moet voorafgaand aan de dienstbetrekking recht hebben gehad op een WW- of bijstandsuitkering. De premie-korting wordt verleend voor de duur van

Let op!Wordt na de indiensttreding de contractsduur van een halfjaar of de arbeidsduur van 32 uur gekort, dan heeft u geen recht meer op de premiekorting.

Let op!Neemt u nu een jongere in dienst, maar is deze op 1 juli 2014 niet meer bij u in dienst, dan heeft u geen recht op de premiekorting.

Korting op premie werknemers-verzekeringenDe premiekorting bij het in dienst nemen van een jongere medewerker komt in mindering op het totaal van de door u te betalen premies werknemersverzekeringen (dus ook op de premies werknemers-verzekeringen van medewerkers voor wie u geen recht heeft op premiekorting). De korting kan echter niet leiden tot een negatieve premie voor de werknemers-verzekeringen.

Tot slot kan de premiekorting niet cumuleren met de premiekorting voor arbeidsgehandicapte medewerkers.

Uw auto in 2014: zuinig is het deviesAutorijden wordt in 2014 voor veel automobilisten weer een stukje duurder, met dank aan de aanscherpingen in de diverse autobelastingen. Nog altijd luidt het devies: hoe zuiniger de auto, hoe minder belasting u betaalt. Minder zuinige auto’s worden ook in 2014 zwaarder belast.

Einde vrijstelling motorrijtuigen-belastingDe vrijstelling in de motorrijtuigen-belasting (MRB) die gold voor zéér zuinige personenauto’s (benzine maximaal 110 gr/km, diesel maximaal 95 gr/km) is met ingang van 1 januari 2014 komen te vervallen voor zowel nieuwe als bestaande personenauto’s. Er wordt nog één uitzondering gemaakt voor auto’s met een CO2-uitstoot van niet meer dan 50 gr/km. Voor deze voornamelijk (semi)elektrische auto’s loopt de vrijstelling nog door tot en met 2015. Daarna zijn ook deze zéér zuinige auto’s niet meer vrijgesteld.

Oldtimervrijstelling aan bandenDe oldtimervrijstelling in de MRB is aan banden gelegd. Alleen voor auto’s van 40 jaar en ouder geldt nog een vrijstelling. Voor een jongere klassieke benzineauto vanaf 26 jaar en niet ouder dan 40 jaar valt u nog deels in de vrijstelling. U betaalt voor een dergelijke auto het kwarttarief in de MRB (maximaal € 120 per kalender-jaar), mits u met de auto in de maanden januari, februari en december geen gebruikmaakt van de openbare weg.

Let op!Voor een jonge klassieke auto tussen de 26 en 40 jaar oud die op diesel of gas rijdt, betaalt u vanaf dit jaar het volle MRB-tarief.

wordt u door de Belastingdienst zéér waarschijnlijk aangemerkt als btw-ondernemer. Dat heeft voordelen, maar ook nadelen.

Btw-ondernemerschapVolgens uitspraak van het Europees Hof van Justitie hebben ook particulieren recht op teruggaaf van btw op de aanschaf en plaatsing van zonnepanelen. Particulieren die de door hun zonnepanelen opgewekte energie tegen een vergoeding aan het openbare net leveren, worden volgens de Europese regels namelijk gezien als btw- ondernemers. Dat betekent dat u de Belastingdienst kunt verzoeken om een teruggaaf van de btw die u betaalt bij aanschaf en installatie van de zonne-panelen. Daar staat tegenover dat u btw verschuldigd bent over de stroom die u zélf verbruikt en die u tegen vergoeding levert aan uw energiebedrijf. Om het u gemakkelijker te maken, mag u voor deze verschuldigde btw uitgaan van een forfaitair bedrag dat afhangt van het opwekvermogen van uw zonnepanelen.

Opwekvermogen in Wattpiek per jaar

Forfait per jaar

0-1000 € 20

1001-2000 € 40

2001-3000 € 60

3001-4000 € 80

4001-5000 € 100

Maakt u gebruik van het forfait, dan mag u geen btw in rekening brengen aan uw energiebedrijf. Heeft u geïntegreerde zonnepanelen – speciale dakpannen met een zonnepaneelfunctie –, dan gelden andere forfaitaire bedragen.

Enkele aandachtspuntenAan het btw-ondernemerschap kleven wel wat nadelen. Zo moet u een administratie bijhouden en periodiek btw-aangifte doen. Wilt u al deze rompslomp niet, dan hoeft u niets te doen. U bent namelijk als particulier zonnepaneeleigenaar niet verplicht om u aan te melden als ondernemer zolang het saldo btw-bedrag (de verschuldigde btw minus de in aftrek te brengen btw) over een kalenderjaar niet meer is dan € 1.345. Wilt u echter de btw op de aanschaf en installatie van de zonne-panelen terugvragen, dan zult u zich bij de Belastingdienst moeten aanmelden als ondernemer.

In 2013 aangeschafte zonnepanelenHeeft u op of na 20 juni 2013 zonne-panelen laten aanbrengen en u nog niet aangemeld bij de Belastingdienst, dan kunt u zich – indien gewenst – alsnog aanmelden en de btw op de aanschaf en installatie van de zonnepanelen terugkrijgen. Zijn er vóór die tijd zonne-panelen aangebracht, dan kan dit volgens de Belastingdienst niet. In de praktijk bestaan twijfels of dit standpunt wel terecht is. Wilt u meer weten, neem dan contact op met uw ABAB-adviseur.

Bedrijfsopvolgings-faciliteit onder de loepOm het voortbestaan van een onderneming niet in gevaar te brengen, kent de Successiewet de bedrijfsopvolgings-faciliteit. Deze lag even onder vuur en dat vuurtje is – ondanks een uitspraak van de Hoge Raad – nog niet helemaal gedoofd. Discussie of niet, de vrijstelling bij verkrijging van ondernemingsvermogen is dit jaar zelfs verder omhooggegaan.

Kort gezegd komt de faciliteit erop neer dat degene die ondernemingsvermogen erft of geschonken krijgt – onder voorwaarden

TipAls particulier zonnepaneeleigenaar blijft u op jaarbasis vrijwel altijd onder het saldo btw-bedrag van € 1.345. Heeft u zich aangemeld als btw-ondernemer voor de teruggave van de btw op aanschaf en installatie, dien dan zo snel mogelijk een verzoek in voor ontheffing van de administratieve verplichtingen. U hoeft dan in het jaar daarop geen btw-aangifte meer te doen. Daar staat tegenover dat u vanaf dat jaar ook geen recht meer heeft op btw-aftrek.

– (nagenoeg) geen schenk- en erfbelasting hoeft te betalen. Er geldt namelijk een forse vrijstelling. De verkrijging van ondernemingsvermogen of aandelen in een bv is voorwaardelijk vrijgesteld voor zover de waarde van de objectieve onderneming niet groter is dan € 1.045.611 (2013: € 1.028.132). Is de waarde meer, dan geldt een voorwaardelijke vrijstelling van 83% over het meerdere. Bent u, ondanks de hoge vrijstelling, toch schenk- en erf-belasting verschuldigd, dan kunt u hiervoor tien jaar (rentedragend) betalingsuitstel aanvragen.

Zoals gezegd, kent de bedrijfsopvolgings-faciliteit een aantal voorwaarden. Een van die voorwaarden is dat u als verkrijger de onderneming nog minimaal vijf jaar moet voortzetten. Voldoet u niet aan het voortzettingsvereiste van vijf jaar, dan vervalt de voorwaardelijke vrijstelling en moet er alsnog belasting worden betaald.

Geoorloofde vrijstellingDe bedrijfsopvolgingsfaciliteit lag enige tijd onder vuur. De faciliteit zou door de zeer hoge vrijstelling zorgen voor een ongeoorloofd onderscheid tussen de verkrijging van privé- en ondernemings-vermogen. Wie immers particulier vermogen erft, kan geen gebruikmaken van deze vrijstelling. In november vorig jaar besliste de Hoge Raad echter dat de bedrijfsopvolgingsfaciliteit niet in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. Heeft u destijds bezwaar gemaakt tegen een aanslag schenk- en erfbelasting, dan heeft de Belastingdienst inmiddels uw bezwaar collectief afgewezen.

Aanhoudende onrustWellicht heeft u in de pers iets gelezen over de Stichting Meldpunt Collectief Onrecht. Deze stichting wil een procedure starten bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. De stichting is van mening dat de bedrijfsopvolgingsfaciliteit wel in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. Zij roepen dan ook mensen op om via een collectieve procedure mee te procederen.

Let op!Bij de verkrijging van aandelen geldt deze vrijstelling alleen voor dat deel van de waarde dat toereken- baar is aan echt ondernemings-vermogen. Daarnaast kan het beleggingsvermogen tot maximaal 5% van het echte ondernemings-vermogen worden aangemerkt als ondernemingsvermogen. Voor aandelen in een pure beleggings-bv geldt de vrijstelling niet.

Page 4: ABAB info, editie maart 2014

abab.nl abab.nl 4 5

Accijnzen omhoogDat autorijden alsmaar duurder wordt, blijkt ook uit de verhoging van de accijnzen. Brandstoffen zijn dit jaar opnieuw in prijs gestegen. Het accijnstarief op een liter benzine bedraagt in 2014 € 0,76 (2013: € 0,75) en op een liter diesel € 0,48 (2013: € 0,44). De accijns van LPG is verhoogd met € 0,08 per liter.

BPM aangescherptDe overheid gebruikt ook de BPM (belasting personenauto’s en motor-rijwielen) om u te stimuleren een zuinige en schone auto aan te schaffen. Dit jaar is het laatste jaar dat er nog onderscheid wordt gemaakt in de CO2-grenzen voor benzine en diesel. Vanaf 2015 gelden in de BPM voor benzine- en dieselauto’s dezelfde CO2-grenzen. In 2014 zijn benzineauto’s met een CO2-uitstoot van maximaal 88 gram per kilometer vrijgesteld van BPM (dieselauto maximaal 85 gram/km). Verder is de korting van € 500 op de BPM voor een Euro-6-diesel-personenauto met ingang van dit jaar komen te vervallen. Bijtelling auto van de zaakOverweegt u de aanschaf van een nieuwe (lease)auto van de zaak, dan moet u voor het bijtellingspercentage tot slot ook rekening houden met een aanscherping van de CO2-grenzen. De 0%-bijtelling is met ingang van dit jaar komen te vervallen. Schaft u dit jaar of in 2015 een zakelijke auto aan met een CO2-uitstoot minder dan 51 gr/km en rijdt u hiermee op jaarbasis meer dan 500 kilometer privé, dan moet u rekening houden met 7% bijtelling gedurende 60 maanden. Voor een nieuwe, volledig elektrische auto (CO2-uitstoot 0 gr/km) bedraagt de bijtelling 4%.

Goedkoper tankenWoont u in de grensstreek dan kan het gezien de hoogte van de accijnzen voordelig zijn om aan de andere kant van de grens te tanken. Kunt u als ondernemer de btw terugvragen, dan moet u er rekening mee houden dat u de buitenlandse btw afzonderlijk moet terugvragen.

Innovatie blijft ook dit jaar lonendOok in 2014 kunnen innoverende ondernemers profiteren van een flinke tegemoetkoming vanuit de overheid. Wel zijn er wat aanpassingen in de regelingen voor speur- en ontwikkelingswerk (S&O). Welke deze zijn, leest u hieronder.

Fiscale innovatieregelingenVoor innovatieve ondernemers is er een

aantal fiscale innovatieregelingen. Zo is er de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO) om de loonkosten voor deze werkzaamheden binnen uw bedrijf te verlagen. Ook een zelfstandig ondernemer kan gebruikmaken van de WBSO. Voor hem of haar is er de S&O-aftrek in de inkomstenbelasting. De Research en Development Aftrek (RDA) verlaagt de overige kosten en uitgaven van speur- en ontwikkelingswerk. Tot slot kent de vennootschapsbelasting nog de Innovatiebox.

WBSO in 2014Dit jaar is er een aantal aanpassingen in de WBSO. De bovengrens van de eerste schijf is verhoogd, terwijl het percentage omlaag is gegaan. De cijfers en percentages voor 2014 zien er als volgt uit:

■ Loongrens eerste schijf: € 250.000 (2013: € 200.000).

■ Percentage eerste schijf: 35% (2013: 38%).

■ Percentage eerste schijf voor starters blijft 50%.

■ Percentage tweede schijf blijft 14%. ■ Plafond blijft € 14 miljoen.

Daarnaast is in de WBSO het volgende gewijzigd:

■ Vanaf dit jaar mag iedere ondernemer een jaaraanvraag indienen. Er is geen beperking meer van maximaal zes maanden.

■ Een verrekening van een S&O- verklaring die een deel van het jaar betreft, kan voortaan met de loonheffing in het hele jaar worden verrekend.

De aftrek voor speur- en ontwikkelings-werk voor zelfstandigen is ongewijzigd gebleven. Deze bedraagt in 2014, net als in 2013, € 12.310. U moet wel voldoen aan

het urencriterium en minimaal 500 uur per jaar besteden aan speur- en ontwikkelings-werk. Startende zelfstandigen krijgen een extra S&O-aftrek van € 6.157.

RDA in 2014Daar waar de WBSO de arbeidskosten verlaagt, verlaagt de RDA de overige kosten en uitgaven van speur- en ontwikkelingswerk. Denk bijvoorbeeld aan investeringen in materialen en apparatuur. De RDA is een extra aftrek-post op de winst in de inkomsten- en vennootschapsbelasting en bedraagt dit jaar 60% (2013: 54%) van de kosten en uitgaven die direct toerekenbaar zijn aan S&O-werk. Deze kosten en uitgaven moeten wel zijn erkend in een S&O-verklaring.

Innovatiebox ongewijzigdNaast de WBSO en de RDA is er voor ondernemers die hun onderneming in een bv of nv-vorm exploiteren nog één belangrijk fiscaal instrument voor innovatie: de Innovatiebox. Heeft de bv een octrooi of een S&O-verklaring gekregen voor een eigen innovatie, dan kunt u de winsten die u behaalt met uw innovatieve activiteiten onderbrengen in de Innovatiebox. In deze box geldt op verzoek een effectieve heffing van 5%. Vanaf 2013 kunt u ook kiezen voor een forfaitaire regeling. Deze houdt in dat u 25% van uw

TipMaakt u nog geen gebruik van de WBSO en de RDA, maar bent u wel innovatief bezig, kijk dan eens op de site van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (www.rvo.nl).

totale winst mag aanmerken als voordeel voor de Innovatiebox. De forfaitaire regeling kent een maximum van € 25.000.

Belastingdienst blijft controleren op afdrachtvermindering onderwijsMet ingang van 1 januari 2014 is de afdrachtvermindering onderwijs afgeschaft. Deze is vervangen door de subsidieregeling Praktijkleren. Ondanks afschaffing blijft de Belastingdienst voorlopig controleren of werkgevers de afdrachtvermindering onderwijs in het verleden goed hebben toegepast. Wie niet aan alle voorwaarden heeft voldaan, riskeert bij controle niet alleen een naheffing, maar ook een boete.

Check daarom uw aangifte loonheffingen en uw administratie, zodat u zeker weet dat u de regels voor de afdrachtvermindering onderwijs wel goed heeft toegepast.

Controle op afdrachtverminderingDe Belastingdienst heeft in november vorig jaar al laten weten voorlopig te blijven controleren op een juiste toepassing van de afdrachtvermindering onderwijs. Uit een onderzoek is namelijk gebleken dat deze lang niet altijd juist wordt toegepast. Inmiddels is in de praktijk ook een intensivering van de controle op de afdrachtvermindering onderwijs door de Belastingdienst waargenomen.

Een check kan geen kwaadMet een goede check van uw administratie en de door u ingediende aangifte loon-heffingen kunt u een naheffingsaanslag met een verzuim- of vergrijpboete wellicht voorkomen. Waar moet u zoal op letten?

■ Controleer of u de afdracht- vermindering onderwijs voor de juiste categorieën medewerkers en leerlingen heeft toegepast. In totaal kende de afdrachtvermindering acht categorieën.

■ Controleer of u voor elke medewerker heeft voldaan aan de voorwaarden. Denk daarbij aan de administratieve

Let op!Indien blijkt dat de afdracht-vermindering niet goed is toegepast, kan de Belastingdienst bij controle tot vijf jaar teruggaan. In 2014 kan de Belastingdienst dan ook met terugwerkende kracht naheffings-aanslagen opleggen tot en met 2009.

verplichtingen, zoals het bij uw administratie bewaren van een onder-tekende leer-werkovereenkomst of een onderwijsarbeidsovereenkomst.

■ Controleer per aangifte loonheffingen hoeveel afdrachtvermindering u voor elke medewerker heeft toegepast. Klopt de hoogte van de afdrachtvermindering? U kunt dit controleren aan de hand van de start- en einddatum van de opleiding, de duur van de afdrachtvermindering en het toetsloon voor de berekening van de afdrachtvermindering. Zorg er ook voor dat u al deze gegevens goed bij uw loonadministratie bewaart.

■ Controleer of is voldaan aan de onderwijs- en kwaliteitsvereisten. Is de gevolgde opleiding een volledige en erkende crebo- (BBL) of croho- (hbo-)opleiding? Had uw medewerker destijds de intentie om een volledige opleiding te volgen en is deze opleiding ook daad-werkelijk volledig gevolgd? Controleer of de in de leer-werkovereenkomst of de onderwijsarbeidsovereenkomst opgenomen resultaten ook daadwerkelijk door uw medewerker zijn bereikt. Er geldt overigens geen diploma-eis. Ook als uw medewerker er niet in geslaagd is om zijn opleiding met succes af te ronden, is de afdracht-vermindering onderwijs van toepassing.

Twijfelt u of u aan alle voorwaarden heeft voldaan en de afdrachtvermindering onderwijs goed heeft toegepast, neem dan contact op met uw adviseur. Mocht blijken dat dit niet het geval is, dan moeten de aangiften loonheffingen namelijk zo snel mogelijk worden gecorrigeerd.

Nieuwe pensioen-aanscherpingen per 2015Nieuw wetsvoorstel na pensioenakkoord. Hoe gaat u hiermee om?Op 20 januari 2014 is een gewijzigd wets-voorstel naar de Tweede Kamer gestuurd in navolging van het pensioenakkoord van 18 december 2013.

In dit wetsvoorstel wordt onder andere de nieuwe fiscaal maximaal toegestane pensioenopbouw vastgelegd. Het is de bedoeling dat de nieuwe wetgeving per 1 januari 2015 van kracht gaat.

De belangrijkste punten zijn: ■ Het maximale salaris waarover

pensioen wordt opgebouwd, bedraagt € 100.000.

■ Het maximum opbouwpercentage per dienstjaar wordt 1,875% op basis van middelloon en 1,657% voor eindloon. Voor beschikbare premieregelingen

wordt dit vergelijkbaar aangepast. De maximum opbouw voor het partner-pensioen en het wezenpensioen wordt ook naar rato gewijzigd.

■ De fiscale oudedagsreserve en maximale fiscale lijfrenteaftrek worden aangepast in lijn met de aanpassingen in de tweede pijler.

■ Over het deel van het inkomen boven genoemde € 100.000 wordt een nieuwe spaarfaciliteit geïntroduceerd. Via een netto lijfrente kan een oudedags- voorziening worden opgebouwd, die aanvulling moet opleveren van 1,875% van het gemiddelde inkomen. Dit vermogen wordt vrijgesteld in box 3 (inkomen uit sparen en beleggen) en de uitkering wordt niet belast.

Wat betekent dit voor u?Bestaande pensioentoezeggingen zullen aangepast moeten worden aan het nieuwe kader vóór 1 januari 2015 als het wets-voorstel wordt aangenomen. De onderdelen maximale pensioengrondslag, maximale jaarlijkse opbouw ouderdomspensioen en toezeggingen met betrekking tot partner-pensioen en wezenpensioen vereisen aanpassingen.

Wat betekenen de nieuwe voorwaarden voor de hoogte van de premie voor de werkgever en voor de op te bouwen pensioenaanspraken bij de medewerker? En, als de nieuwe pensioentoezegging leidt tot een verlaging van de pensioenpremies, hoe wordt dit budget dan aangewend? ABAB Pensioenadvies adviseert u over wat er kan en wat er mag.

Van zonnepaneel-eigenaar naar btw-ondernemerDe laatste jaren heeft het plaatsen van zonnepanelen op huizen een grote vlucht genomen. Niet verwonderlijk, want uw energierekening gaat omlaag en u draagt met zonnepanelen bij aan een beter milieu. Op termijn bespaart u geld, maar wanneer u als particulier zonnepanelen aanschaft,

Page 5: ABAB info, editie maart 2014

abab.nl abab.nl 4 5

Accijnzen omhoogDat autorijden alsmaar duurder wordt, blijkt ook uit de verhoging van de accijnzen. Brandstoffen zijn dit jaar opnieuw in prijs gestegen. Het accijnstarief op een liter benzine bedraagt in 2014 € 0,76 (2013: € 0,75) en op een liter diesel € 0,48 (2013: € 0,44). De accijns van LPG is verhoogd met € 0,08 per liter.

BPM aangescherptDe overheid gebruikt ook de BPM (belasting personenauto’s en motor-rijwielen) om u te stimuleren een zuinige en schone auto aan te schaffen. Dit jaar is het laatste jaar dat er nog onderscheid wordt gemaakt in de CO2-grenzen voor benzine en diesel. Vanaf 2015 gelden in de BPM voor benzine- en dieselauto’s dezelfde CO2-grenzen. In 2014 zijn benzineauto’s met een CO2-uitstoot van maximaal 88 gram per kilometer vrijgesteld van BPM (dieselauto maximaal 85 gram/km). Verder is de korting van € 500 op de BPM voor een Euro-6-diesel-personenauto met ingang van dit jaar komen te vervallen. Bijtelling auto van de zaakOverweegt u de aanschaf van een nieuwe (lease)auto van de zaak, dan moet u voor het bijtellingspercentage tot slot ook rekening houden met een aanscherping van de CO2-grenzen. De 0%-bijtelling is met ingang van dit jaar komen te vervallen. Schaft u dit jaar of in 2015 een zakelijke auto aan met een CO2-uitstoot minder dan 51 gr/km en rijdt u hiermee op jaarbasis meer dan 500 kilometer privé, dan moet u rekening houden met 7% bijtelling gedurende 60 maanden. Voor een nieuwe, volledig elektrische auto (CO2-uitstoot 0 gr/km) bedraagt de bijtelling 4%.

Goedkoper tankenWoont u in de grensstreek dan kan het gezien de hoogte van de accijnzen voordelig zijn om aan de andere kant van de grens te tanken. Kunt u als ondernemer de btw terugvragen, dan moet u er rekening mee houden dat u de buitenlandse btw afzonderlijk moet terugvragen.

Innovatie blijft ook dit jaar lonendOok in 2014 kunnen innoverende ondernemers profiteren van een flinke tegemoetkoming vanuit de overheid. Wel zijn er wat aanpassingen in de regelingen voor speur- en ontwikkelingswerk (S&O). Welke deze zijn, leest u hieronder.

Fiscale innovatieregelingenVoor innovatieve ondernemers is er een

aantal fiscale innovatieregelingen. Zo is er de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO) om de loonkosten voor deze werkzaamheden binnen uw bedrijf te verlagen. Ook een zelfstandig ondernemer kan gebruikmaken van de WBSO. Voor hem of haar is er de S&O-aftrek in de inkomstenbelasting. De Research en Development Aftrek (RDA) verlaagt de overige kosten en uitgaven van speur- en ontwikkelingswerk. Tot slot kent de vennootschapsbelasting nog de Innovatiebox.

WBSO in 2014Dit jaar is er een aantal aanpassingen in de WBSO. De bovengrens van de eerste schijf is verhoogd, terwijl het percentage omlaag is gegaan. De cijfers en percentages voor 2014 zien er als volgt uit:

■ Loongrens eerste schijf: € 250.000 (2013: € 200.000).

■ Percentage eerste schijf: 35% (2013: 38%).

■ Percentage eerste schijf voor starters blijft 50%.

■ Percentage tweede schijf blijft 14%. ■ Plafond blijft € 14 miljoen.

Daarnaast is in de WBSO het volgende gewijzigd:

■ Vanaf dit jaar mag iedere ondernemer een jaaraanvraag indienen. Er is geen beperking meer van maximaal zes maanden.

■ Een verrekening van een S&O- verklaring die een deel van het jaar betreft, kan voortaan met de loonheffing in het hele jaar worden verrekend.

De aftrek voor speur- en ontwikkelings-werk voor zelfstandigen is ongewijzigd gebleven. Deze bedraagt in 2014, net als in 2013, € 12.310. U moet wel voldoen aan

het urencriterium en minimaal 500 uur per jaar besteden aan speur- en ontwikkelings-werk. Startende zelfstandigen krijgen een extra S&O-aftrek van € 6.157.

RDA in 2014Daar waar de WBSO de arbeidskosten verlaagt, verlaagt de RDA de overige kosten en uitgaven van speur- en ontwikkelingswerk. Denk bijvoorbeeld aan investeringen in materialen en apparatuur. De RDA is een extra aftrek-post op de winst in de inkomsten- en vennootschapsbelasting en bedraagt dit jaar 60% (2013: 54%) van de kosten en uitgaven die direct toerekenbaar zijn aan S&O-werk. Deze kosten en uitgaven moeten wel zijn erkend in een S&O-verklaring.

Innovatiebox ongewijzigdNaast de WBSO en de RDA is er voor ondernemers die hun onderneming in een bv of nv-vorm exploiteren nog één belangrijk fiscaal instrument voor innovatie: de Innovatiebox. Heeft de bv een octrooi of een S&O-verklaring gekregen voor een eigen innovatie, dan kunt u de winsten die u behaalt met uw innovatieve activiteiten onderbrengen in de Innovatiebox. In deze box geldt op verzoek een effectieve heffing van 5%. Vanaf 2013 kunt u ook kiezen voor een forfaitaire regeling. Deze houdt in dat u 25% van uw

TipMaakt u nog geen gebruik van de WBSO en de RDA, maar bent u wel innovatief bezig, kijk dan eens op de site van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (www.rvo.nl).

totale winst mag aanmerken als voordeel voor de Innovatiebox. De forfaitaire regeling kent een maximum van € 25.000.

Belastingdienst blijft controleren op afdrachtvermindering onderwijsMet ingang van 1 januari 2014 is de afdrachtvermindering onderwijs afgeschaft. Deze is vervangen door de subsidieregeling Praktijkleren. Ondanks afschaffing blijft de Belastingdienst voorlopig controleren of werkgevers de afdrachtvermindering onderwijs in het verleden goed hebben toegepast. Wie niet aan alle voorwaarden heeft voldaan, riskeert bij controle niet alleen een naheffing, maar ook een boete.

Check daarom uw aangifte loonheffingen en uw administratie, zodat u zeker weet dat u de regels voor de afdrachtvermindering onderwijs wel goed heeft toegepast.

Controle op afdrachtverminderingDe Belastingdienst heeft in november vorig jaar al laten weten voorlopig te blijven controleren op een juiste toepassing van de afdrachtvermindering onderwijs. Uit een onderzoek is namelijk gebleken dat deze lang niet altijd juist wordt toegepast. Inmiddels is in de praktijk ook een intensivering van de controle op de afdrachtvermindering onderwijs door de Belastingdienst waargenomen.

Een check kan geen kwaadMet een goede check van uw administratie en de door u ingediende aangifte loon-heffingen kunt u een naheffingsaanslag met een verzuim- of vergrijpboete wellicht voorkomen. Waar moet u zoal op letten?

■ Controleer of u de afdracht- vermindering onderwijs voor de juiste categorieën medewerkers en leerlingen heeft toegepast. In totaal kende de afdrachtvermindering acht categorieën.

■ Controleer of u voor elke medewerker heeft voldaan aan de voorwaarden. Denk daarbij aan de administratieve

Let op!Indien blijkt dat de afdracht-vermindering niet goed is toegepast, kan de Belastingdienst bij controle tot vijf jaar teruggaan. In 2014 kan de Belastingdienst dan ook met terugwerkende kracht naheffings-aanslagen opleggen tot en met 2009.

verplichtingen, zoals het bij uw administratie bewaren van een onder-tekende leer-werkovereenkomst of een onderwijsarbeidsovereenkomst.

■ Controleer per aangifte loonheffingen hoeveel afdrachtvermindering u voor elke medewerker heeft toegepast. Klopt de hoogte van de afdrachtvermindering? U kunt dit controleren aan de hand van de start- en einddatum van de opleiding, de duur van de afdrachtvermindering en het toetsloon voor de berekening van de afdrachtvermindering. Zorg er ook voor dat u al deze gegevens goed bij uw loonadministratie bewaart.

■ Controleer of is voldaan aan de onderwijs- en kwaliteitsvereisten. Is de gevolgde opleiding een volledige en erkende crebo- (BBL) of croho- (hbo-)opleiding? Had uw medewerker destijds de intentie om een volledige opleiding te volgen en is deze opleiding ook daad-werkelijk volledig gevolgd? Controleer of de in de leer-werkovereenkomst of de onderwijsarbeidsovereenkomst opgenomen resultaten ook daadwerkelijk door uw medewerker zijn bereikt. Er geldt overigens geen diploma-eis. Ook als uw medewerker er niet in geslaagd is om zijn opleiding met succes af te ronden, is de afdracht-vermindering onderwijs van toepassing.

Twijfelt u of u aan alle voorwaarden heeft voldaan en de afdrachtvermindering onderwijs goed heeft toegepast, neem dan contact op met uw adviseur. Mocht blijken dat dit niet het geval is, dan moeten de aangiften loonheffingen namelijk zo snel mogelijk worden gecorrigeerd.

Nieuwe pensioen-aanscherpingen per 2015Nieuw wetsvoorstel na pensioenakkoord. Hoe gaat u hiermee om?Op 20 januari 2014 is een gewijzigd wets-voorstel naar de Tweede Kamer gestuurd in navolging van het pensioenakkoord van 18 december 2013.

In dit wetsvoorstel wordt onder andere de nieuwe fiscaal maximaal toegestane pensioenopbouw vastgelegd. Het is de bedoeling dat de nieuwe wetgeving per 1 januari 2015 van kracht gaat.

De belangrijkste punten zijn: ■ Het maximale salaris waarover

pensioen wordt opgebouwd, bedraagt € 100.000.

■ Het maximum opbouwpercentage per dienstjaar wordt 1,875% op basis van middelloon en 1,657% voor eindloon. Voor beschikbare premieregelingen

wordt dit vergelijkbaar aangepast. De maximum opbouw voor het partner-pensioen en het wezenpensioen wordt ook naar rato gewijzigd.

■ De fiscale oudedagsreserve en maximale fiscale lijfrenteaftrek worden aangepast in lijn met de aanpassingen in de tweede pijler.

■ Over het deel van het inkomen boven genoemde € 100.000 wordt een nieuwe spaarfaciliteit geïntroduceerd. Via een netto lijfrente kan een oudedags- voorziening worden opgebouwd, die aanvulling moet opleveren van 1,875% van het gemiddelde inkomen. Dit vermogen wordt vrijgesteld in box 3 (inkomen uit sparen en beleggen) en de uitkering wordt niet belast.

Wat betekent dit voor u?Bestaande pensioentoezeggingen zullen aangepast moeten worden aan het nieuwe kader vóór 1 januari 2015 als het wets-voorstel wordt aangenomen. De onderdelen maximale pensioengrondslag, maximale jaarlijkse opbouw ouderdomspensioen en toezeggingen met betrekking tot partner-pensioen en wezenpensioen vereisen aanpassingen.

Wat betekenen de nieuwe voorwaarden voor de hoogte van de premie voor de werkgever en voor de op te bouwen pensioenaanspraken bij de medewerker? En, als de nieuwe pensioentoezegging leidt tot een verlaging van de pensioenpremies, hoe wordt dit budget dan aangewend? ABAB Pensioenadvies adviseert u over wat er kan en wat er mag.

Van zonnepaneel-eigenaar naar btw-ondernemerDe laatste jaren heeft het plaatsen van zonnepanelen op huizen een grote vlucht genomen. Niet verwonderlijk, want uw energierekening gaat omlaag en u draagt met zonnepanelen bij aan een beter milieu. Op termijn bespaart u geld, maar wanneer u als particulier zonnepanelen aanschaft,

Page 6: ABAB info, editie maart 2014

de dienstbetrekking, maar geldt maximaal twee jaar en bedraagt per aangenomen jonge medewerker € 3.500 per jaar. Verder geldt als voorwaarde dat het moet gaan om een dienstbetrekking van ten minste 32 uur per week op basis van minimaal een halfjaarcontract.

Administratieve verplichtingenOm in aanmerking te komen voor de premiekorting, moet u voldoen aan een aantal administratieve verplichtingen. Zo moet u bij uw loonadministratie een doelgroepverklaring van UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemers-verzekeringen) of de gemeente bewaren waaruit blijkt dat de jongere voor aanvang van de dienstbetrekking recht had op een WW- of bijstandsuitkering. Daarnaast bewaart u bij uw loonadministratie de arbeidsovereenkomst met de jongere medewerker, waaruit moet blijken dat sprake is van ten minste een halfjaar-contract voor minimaal 32 uur per week.

Maximale korting in 2014Officieel treedt de kortingsregeling pas in werking per 1 juli 2014. Neemt u echter nu al een jongere in dienst en voldoet u aan alle voorwaarden, dan telt dit al wel mee voor de premiekorting vanaf juli 2014. Van 1 juli 2014 tot 1 januari 2015 bedraagt de premiekorting de helft van het jaarbedrag, oftewel € 1.750.

abab.nl abab.nl 6 3

Ook andere projecten komen eventueel in aanmerking voor subsidie. Hierbij kan gedacht worden aan:

■ het toekomstbestendig omvormen van de particuliere woningvoorraad;

■ de sloop van corporatiebezit; ■ het hergebruik van leegstaande panden; ■ de verbetering van de openbare ruimte; ■ het opknappen van particulier woning-

bezit.

Bij de toetsing van de projecten wordt gekeken naar de soort fysieke ingreep, de locatie, innovatie, cultuurhistorie, duurzaamheid en gezondheid. Een project moet binnen één jaar starten en binnen drie jaar afgerond zijn.

AanvragenAlle rechtspersonen (burgers, gemeenten, bouwbedrijven, ontwikkelaars, corporaties en verenigingen) kunnen een aanvraag indienen. Subsidie aanvragen is mogelijk vanaf 1 februari tot en met 1 april 2014. Jaarlijks is er € 3,5 miljoen subsidie beschikbaar (6 jaar lang). De subsidie voorziet in een bijdrage van het exploitatie-tekort van een project. Hierbij wordt als aanvullende voorwaarde gesteld dat de minimale subsidie € 10.000 bedraagt.

Meer weten?Heeft u vragen over één van de subsidie-regelingen of over de mogelijkheden voor uw organisatie? Neem dan contact op met de adviseurs van Subsidiefocus via telefoonnummer 073-6465475 of stuur een e-mail naar [email protected].

Ruim baan voor de jongere medewerkerVanaf begin dit jaar is kunt u als werkgever in aanmerking komen voor de premiekorting bij het in dienst neemen van een jongere medewerker. Het gaat om een tijdelijke kortingsregeling waar u van profiteert als u in de komende twee jaar een jongere vanuit een WW- of bijstandspositie in dienst neemt. Zoals gebruikelijk geldt ook voor deze regeling een aantal voorwaarden.

De regeling in het kortDe regeling is in het leven geroepen om de jeugdwerkloosheid aan te pakken. U komt voor de premiekorting in aanmerking als u tussen 1 januari 2014 en 31 december 2015 één of meerdere jongeren in dienst neemt die bij aanvang van de dienstbetrekking een leeftijd hebben tussen de 18 en 27 jaar. De jongere moet voorafgaand aan de dienstbetrekking recht hebben gehad op een WW- of bijstandsuitkering. De premie-korting wordt verleend voor de duur van

Let op!Wordt na de indiensttreding de contractsduur van een halfjaar of de arbeidsduur van 32 uur gekort, dan heeft u geen recht meer op de premiekorting.

Let op!Neemt u nu een jongere in dienst, maar is deze op 1 juli 2014 niet meer bij u in dienst, dan heeft u geen recht op de premiekorting.

Korting op premie werknemers-verzekeringenDe premiekorting bij het in dienst nemen van een jongere medewerker komt in mindering op het totaal van de door u te betalen premies werknemersverzekeringen (dus ook op de premies werknemers-verzekeringen van medewerkers voor wie u geen recht heeft op premiekorting). De korting kan echter niet leiden tot een negatieve premie voor de werknemers-verzekeringen.

Tot slot kan de premiekorting niet cumuleren met de premiekorting voor arbeidsgehandicapte medewerkers.

Uw auto in 2014: zuinig is het deviesAutorijden wordt in 2014 voor veel automobilisten weer een stukje duurder, met dank aan de aanscherpingen in de diverse autobelastingen. Nog altijd luidt het devies: hoe zuiniger de auto, hoe minder belasting u betaalt. Minder zuinige auto’s worden ook in 2014 zwaarder belast.

Einde vrijstelling motorrijtuigen-belastingDe vrijstelling in de motorrijtuigen-belasting (MRB) die gold voor zéér zuinige personenauto’s (benzine maximaal 110 gr/km, diesel maximaal 95 gr/km) is met ingang van 1 januari 2014 komen te vervallen voor zowel nieuwe als bestaande personenauto’s. Er wordt nog één uitzondering gemaakt voor auto’s met een CO2-uitstoot van niet meer dan 50 gr/km. Voor deze voornamelijk (semi)elektrische auto’s loopt de vrijstelling nog door tot en met 2015. Daarna zijn ook deze zéér zuinige auto’s niet meer vrijgesteld.

Oldtimervrijstelling aan bandenDe oldtimervrijstelling in de MRB is aan banden gelegd. Alleen voor auto’s van 40 jaar en ouder geldt nog een vrijstelling. Voor een jongere klassieke benzineauto vanaf 26 jaar en niet ouder dan 40 jaar valt u nog deels in de vrijstelling. U betaalt voor een dergelijke auto het kwarttarief in de MRB (maximaal € 120 per kalender-jaar), mits u met de auto in de maanden januari, februari en december geen gebruikmaakt van de openbare weg.

Let op!Voor een jonge klassieke auto tussen de 26 en 40 jaar oud die op diesel of gas rijdt, betaalt u vanaf dit jaar het volle MRB-tarief.

wordt u door de Belastingdienst zéér waarschijnlijk aangemerkt als btw-ondernemer. Dat heeft voordelen, maar ook nadelen.

Btw-ondernemerschapVolgens uitspraak van het Europees Hof van Justitie hebben ook particulieren recht op teruggaaf van btw op de aanschaf en plaatsing van zonnepanelen. Particulieren die de door hun zonnepanelen opgewekte energie tegen een vergoeding aan het openbare net leveren, worden volgens de Europese regels namelijk gezien als btw- ondernemers. Dat betekent dat u de Belastingdienst kunt verzoeken om een teruggaaf van de btw die u betaalt bij aanschaf en installatie van de zonne-panelen. Daar staat tegenover dat u btw verschuldigd bent over de stroom die u zélf verbruikt en die u tegen vergoeding levert aan uw energiebedrijf. Om het u gemakkelijker te maken, mag u voor deze verschuldigde btw uitgaan van een forfaitair bedrag dat afhangt van het opwekvermogen van uw zonnepanelen.

Opwekvermogen in Wattpiek per jaar

Forfait per jaar

0-1000 € 20

1001-2000 € 40

2001-3000 € 60

3001-4000 € 80

4001-5000 € 100

Maakt u gebruik van het forfait, dan mag u geen btw in rekening brengen aan uw energiebedrijf. Heeft u geïntegreerde zonnepanelen – speciale dakpannen met een zonnepaneelfunctie –, dan gelden andere forfaitaire bedragen.

Enkele aandachtspuntenAan het btw-ondernemerschap kleven wel wat nadelen. Zo moet u een administratie bijhouden en periodiek btw-aangifte doen. Wilt u al deze rompslomp niet, dan hoeft u niets te doen. U bent namelijk als particulier zonnepaneeleigenaar niet verplicht om u aan te melden als ondernemer zolang het saldo btw-bedrag (de verschuldigde btw minus de in aftrek te brengen btw) over een kalenderjaar niet meer is dan € 1.345. Wilt u echter de btw op de aanschaf en installatie van de zonne-panelen terugvragen, dan zult u zich bij de Belastingdienst moeten aanmelden als ondernemer.

In 2013 aangeschafte zonnepanelenHeeft u op of na 20 juni 2013 zonne-panelen laten aanbrengen en u nog niet aangemeld bij de Belastingdienst, dan kunt u zich – indien gewenst – alsnog aanmelden en de btw op de aanschaf en installatie van de zonnepanelen terugkrijgen. Zijn er vóór die tijd zonne-panelen aangebracht, dan kan dit volgens de Belastingdienst niet. In de praktijk bestaan twijfels of dit standpunt wel terecht is. Wilt u meer weten, neem dan contact op met uw ABAB-adviseur.

Bedrijfsopvolgings-faciliteit onder de loepOm het voortbestaan van een onderneming niet in gevaar te brengen, kent de Successiewet de bedrijfsopvolgings-faciliteit. Deze lag even onder vuur en dat vuurtje is – ondanks een uitspraak van de Hoge Raad – nog niet helemaal gedoofd. Discussie of niet, de vrijstelling bij verkrijging van ondernemingsvermogen is dit jaar zelfs verder omhooggegaan.

Kort gezegd komt de faciliteit erop neer dat degene die ondernemingsvermogen erft of geschonken krijgt – onder voorwaarden

TipAls particulier zonnepaneeleigenaar blijft u op jaarbasis vrijwel altijd onder het saldo btw-bedrag van € 1.345. Heeft u zich aangemeld als btw-ondernemer voor de teruggave van de btw op aanschaf en installatie, dien dan zo snel mogelijk een verzoek in voor ontheffing van de administratieve verplichtingen. U hoeft dan in het jaar daarop geen btw-aangifte meer te doen. Daar staat tegenover dat u vanaf dat jaar ook geen recht meer heeft op btw-aftrek.

– (nagenoeg) geen schenk- en erfbelasting hoeft te betalen. Er geldt namelijk een forse vrijstelling. De verkrijging van ondernemingsvermogen of aandelen in een bv is voorwaardelijk vrijgesteld voor zover de waarde van de objectieve onderneming niet groter is dan € 1.045.611 (2013: € 1.028.132). Is de waarde meer, dan geldt een voorwaardelijke vrijstelling van 83% over het meerdere. Bent u, ondanks de hoge vrijstelling, toch schenk- en erf-belasting verschuldigd, dan kunt u hiervoor tien jaar (rentedragend) betalingsuitstel aanvragen.

Zoals gezegd, kent de bedrijfsopvolgings-faciliteit een aantal voorwaarden. Een van die voorwaarden is dat u als verkrijger de onderneming nog minimaal vijf jaar moet voortzetten. Voldoet u niet aan het voortzettingsvereiste van vijf jaar, dan vervalt de voorwaardelijke vrijstelling en moet er alsnog belasting worden betaald.

Geoorloofde vrijstellingDe bedrijfsopvolgingsfaciliteit lag enige tijd onder vuur. De faciliteit zou door de zeer hoge vrijstelling zorgen voor een ongeoorloofd onderscheid tussen de verkrijging van privé- en ondernemings-vermogen. Wie immers particulier vermogen erft, kan geen gebruikmaken van deze vrijstelling. In november vorig jaar besliste de Hoge Raad echter dat de bedrijfsopvolgingsfaciliteit niet in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. Heeft u destijds bezwaar gemaakt tegen een aanslag schenk- en erfbelasting, dan heeft de Belastingdienst inmiddels uw bezwaar collectief afgewezen.

Aanhoudende onrustWellicht heeft u in de pers iets gelezen over de Stichting Meldpunt Collectief Onrecht. Deze stichting wil een procedure starten bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. De stichting is van mening dat de bedrijfsopvolgingsfaciliteit wel in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. Zij roepen dan ook mensen op om via een collectieve procedure mee te procederen.

Let op!Bij de verkrijging van aandelen geldt deze vrijstelling alleen voor dat deel van de waarde dat toereken- baar is aan echt ondernemings-vermogen. Daarnaast kan het beleggingsvermogen tot maximaal 5% van het echte ondernemings-vermogen worden aangemerkt als ondernemingsvermogen. Voor aandelen in een pure beleggings-bv geldt de vrijstelling niet.

Page 7: ABAB info, editie maart 2014

abab.nl abab.nl 2 7

Hoewel bij de samenstelling van deze nieuwsbrief de uiterste zorg is nagestreefd, wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor onvolledigheden of onjuistheden.Vanwege het brede en algemene kader van deze nieuwsbrief, is deze niet bedoeld als enige vorm van professioneel advies en derhalve niet zonder meer geschikt voor het nemen van financiële beslissingen. Voor toepassing in individuele gevallen raden wij u aan contact met ons op te nemen.

Vouchers voor internationaal ondernemenHeeft u een mkb-bedrijf en bent u geïnteresseerd in internationaal ondernemen? Dan kunt u mogelijk aanspraak maken op één of meerdere vouchers. Het doel van de internationaliseringsvoucher is het vergroten van het aantal ondernemingen dat duurzaam internationaal onderneemt. Met de internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen-voucher wordt verantwoord ondernemen in een ontwikkelingsland of opkomende markt gestimuleerd.

InternationaliseringsvoucherIedere mkb-ondernemer kan een internationaliseringsvoucher aanvragen. De maximale waarde van een internationaliseringsvoucher is € 2.400. De voucher kan worden ingeleverd bij een ondernemersorganisatie (bijvoorbeeld de Kamer van Koophandel of Syntens) in ruil voor de uitvoering van een bewustwordings- en adviseringstraject.

In dit traject wordt nader ingegaan op: ■ het identificeren van kansrijke markten; ■ het uitvoeren van een marktonderzoek/

vergelijking; ■ het bepalen van de benodigde

activiteiten om succesvol en duurzaam internationaal actief te kunnen zijn.

Voucher voor Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO)Mkb-ondernemers (tussen de 10 en 500 fte) die partner zijn of worden van MVO Nederland komen in aanmerking voor een

AanvragenOm gebruik te kunnen maken van MIA en Vamil moet er binnen drie maanden na het aangaan van de investeringsverplichting een aanvraag zijn ingediend.

Food Future regelingHeeft u een mkb-bedrijf in het Duits- Nederlandse grensgebied en bent u werkzaam in de voedingsmiddelen-industrie? Bekijk dan de mogelijkheden via de subsidieregeling Food Future. Het doel van de regeling is het stimuleren van de ontwikkeling van nieuwe producten en processen in de voedingsmiddelenbranche.

Er is subsidie beschikbaar voor verschillende typen projecten, namelijk innovatieadvies, haalbaarheidsstudies, transferprojecten (waarin een bestaande technologie wordt vertaald naar een specifieke bedrijfsomgeving) en innovatie-projecten.

De projecten worden getoetst op basis van de volgende criteria:

■ beoogde innovatie en het doel ervan; ■ grensoverschrijdend karakter; ■ echnische en economische

haalbaarheid; ■ vaardigheden en kennis van de

aanvragende onderneming.

AanvragenAanvragen kunnen tot en met 30 juni 2014 worden ingediend. Het subsidiepercentage en het maximum subsidiebedrag is afhankelijk van het type aanvraag. Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst zolang er budget beschikbaar is. Projecten moeten vóór 30 september 2014 zijn afgerond.

Provinciale Impuls Wonen ZeelandOok in 2014 kan weer subsidie worden aangevraagd in het kader van de Provinciale Impuls Wonen (PIW) in Zeeland. De subsidieregeling heeft als doel het geschikt maken van de particuliere woningvoorraad voor toekomstige behoeften. Krimp, vergrijzing en het klimaat spelen hierbij een grote rol.

Met name het verkleinen van het aantal ongewenste particuliere woningen door bijvoorbeeld sloop of samenvoegen van woningen heeft prioriteit. Zeeland onderkent deze problematiek als de grootste opgave voor de toekomstige regionale woningmarkt.

IMVO-voucher. Met de voucher kan 50% van de kosten van een externe advies-organisatie worden vergoed, tot een maximum van € 10.000.Met de voucher kunnen adviesvragen over MVO-gerelateerde onderwerpen zoals mensenrechten, arbeidsomstandigheden en/of milieu worden beantwoord. De voucher kan worden ingezet voor de kosten van een externe adviesorganisatie, zoals een MVO-adviseur of NGO (non-gouvernementele organisatie).

De volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

■ onderzoek; ■ certificering; ■ geven van training aan lokaal personeel.

AanvragenAanvragen kunnen het gehele jaar door worden ingediend totdat het budget is uitgeput. De vouchers worden toegekend op volgorde van binnenkomst van de aanvragen.

Technieken en software voor duurzame product-ontwikkelingInvesteert u in een nieuwe milieu-vriendelijke techniek of in software voor duurzame productontwikkeling? Dan kunt u mogelijk een fiscaal voordeel genieten via de MIA\Vamil-regeling (Milieu-investeringsaftrek\Willekeurige afschrijving milieu-investeringen).

Nieuwe milieuvriendelijke techniekU komt in aanmerking voor de MIA\Vamil-regeling wanneer u investeert in apparatuur die noodzakelijk is voor het behalen van milieuvoordelen. Het moet dan gaan om een voor Nederland nieuw werkingsprincipe, de toepassing van nieuwe materialen of nieuwe combinaties van bestaande technieken.

Software voor duurzame product-ontwikkeling Ook als u investeert in het verduurzamen van producten op basis van ontwerp- software komt u in aanmerking voor de MIA\Vamil-regeling. De ontwerpsoftware moet tenminste vier van de volgende milieuparameters inzichtelijk maken:

■ fosfaatemissie; ■ SOx-emissie; ■ NOx-emissie; ■ CO2-emissie; ■ watergebruik; ■ energiegebruik; ■ hergebruik van materialen en

componenten.

Het is de vraag of dit zinvol is. De uitkomst is onzeker. Het is daarom verstandig om niet zonder meer aan te haken bij deze collectieve procedure, maar eerst advies in te winnen bij uw ABAB-adviseur.

TipsHoger gebruikelijk loon in 2014 Dit jaar is het gebruikelijk loon voor onder andere de directeur-grootaandeelhouder (DGA) vastgesteld op € 44.000 (2013: € 43.000). Het gebruikelijk loon is het loon dat u volgens de wet minimaal moet verdienen indien uw werkzaamheden verricht in uw eigen bv en wat gangbaar is voor het niveau en de duur van uw werk. Overigens gaat het om het loon voordat er loonbelasting/premie volksverzekeringen wordt ingehouden, dus inclusief de eventuele bijtelling van uw auto van de zaak.

Afhankelijk van uw situatie kan het gebruikelijk loon lager uitvallen. De bewijslast ligt bij u. Het gebruikelijk loon kan ook hoger zijn. Van een hoger loon is in ieder geval sprake als bij soortgelijke dienstbetrekkingen waarbij een aanmerkelijk belang geen rol speelt, een hoger loon gebruikelijk is. Uw loon moet dan worden gesteld op 70% van dit hogere gebruikelijke loon, maar minimaal € 44.000. Is het loon van de meest-verdienende medewerker binnen uw bedrijf meer dan dit bedrag, dan moet uw eigen loon minimaal gelijk zijn aan het loon van de meestverdienende medewerker.

Tijdelijk minder belasting over dividenduitkering Dit jaar betaalt u minder belasting over een dividenduitkering die u vanuit uw bv ontvangt. Het tarief in box 2 is alleen voor 2014 verlaagd van 25% naar 22%, voor zover het inkomen uit aanmerkelijk belang niet hoger is dan € 250.000. Over het meerdere is het normale 25%-tarief van toepassing. Een dividenduitkering in 2014 kan u dus een belastingbesparing van maximaal € 7.500 opleveren. Indien u een fiscale partner heeft, kunt u zelfs tot € 500.000 aan dividend tegen het 22%-tarief uitkeren. In dat geval kan de belastingbesparing oplopen tot maximaal € 15.000.

Keer niet zomaar dividend uit! Neem hiervoor altijd eerst contact op met uw adviseur. Voordat uw bv namelijk dividend

mag uitkeren, zal er altijd eerst een uitkeringstoets moeten worden uitgevoerd. Deze uitkeringstoets dient om te bepalen of uw bv ook na de dividenduitkeringen aan haar verplichtingen kan voldoen. Bouwt u in de bv ook pensioen in eigen beheer op, dan is een extra waarschuwing op zijn plaats. Een dividenduitkering is pas mogelijk als er voldoende vermogen is en blijft voor de dekking van het pensioen. Daarbij moet worden uitgegaan van de commerciële waarde van de pensioen-verplichting en niet van de fiscale waarde.

Verplichte melding van hypotheekgegevensVanaf 2013 gelden er nieuwe regels voor de hypotheekrenteaftrek. Voor een nieuwe hypotheek is alleen nog renteaftrek mogelijk als deze in dertig jaar en ten minste volgens een annuïtair schema volledig wordt afgelost. Heeft u het afgelopen jaar een hypothecaire lening voor uw eigen woning afgesloten bij uw eigen bv of heeft u hiervoor geld geleend bij bijvoorbeeld een familielid, dan moet u de Belastingdienst informeren over deze hypothecaire lening. Geeft u namelijk niet op tijd de gegevens hierover door, dan heeft u geen recht op hypotheekrenteaftrek.

De Belastingdienst heeft hiervoor een formulier ter beschikking gesteld: ‘Opgaaf lening eigen woning’. Dit formulier moet worden ingestuurd uiterlijk bij het indienen van de aangifte inkomstenbelasting over 2013. Dient u uw aangifte niet in vóór 31 december 2014, dan moet het formulier uiterlijk op 31 december 2014 bij de Belastingdienst binnen zijn. Vindt er nadien een wijziging plaats in de lening, dan moet u dit ook doorgeven binnen één maand na het einde van het jaar waarin de wijziging plaatsvond.

Let op!Hoeft u niet verplicht af te lossen om hypotheekrente in aftrek te brengen, bijvoorbeeld omdat u de lening al vóór 1 januari 2013 heeft afgesloten bij uw bv of een familielid, dan hoeft u geen gegevens aan de Belastingdienst door te geven. Heeft u in 2013 een nieuwe hypotheek afgesloten bij een bank of een verzekeraar, dan hoeft u ook geen extra gegevens door te geven. De bank of verzekeraar geeft dit namelijk zelf door aan de Belastingdienst.

Notariële akte bij periodieke gift niet langer verplicht De eis van een notariële akte voor de aftrekbaarheid van een periodieke gift is met ingang van dit jaar komen te vervallen. Voortaan is een periodieke gift aan een ANBI (algemeen nut beogende instelling) of een vereniging met minimaal 25 leden ook volledig aftrekbaar als deze gift wordt vastgelegd in een onderhandse akte van schenking. Dat levert u als ‘gulle gever’ een besparing op van notariskosten. De eis dat de periodieke gift alleen aftrekbaar is als deze is vastgelegd voor een looptijd van minimaal vijf jaar (of eindigt bij eerder overlijden) blijft bestaan.

Inmiddels zijn de voorwaarden bekend waaraan de onderhandse akte van schenking moet voldoen. Naast een aantal standaardgegevens over de schenker en de instelling of vereniging, moet in de onderhandse schenkingsakte ook het volgende worden aangegeven:

■ het startjaar; ■ de looptijd in jaren van de uitkeringen

of verstrekkingen (minimaal vijf en eindigend uiterlijk bij overlijden); en

■ de jaarlijkse hoogte van de uitkeringen of een omschrijving van de verstrekkingen.

Tot slot moet in de onderhandse schenkingsakte een door de begiftigde instelling of vereniging aan de gift toe te kennen transactienummer van ten hoogste vijftien cijfers – dat voor de begiftigde instelling of vereniging uniek is – worden vermeld.

TipDe Belastingdienst heeft sinds kort een eenvoudige model-schenkingsovereenkomst ter beschikking gesteld op www.belastingdienst.nl (zoekterm: overeenkomst periodieke giften).

Page 8: ABAB info, editie maart 2014

ABAB infoDoe er uw voordeel mee

1070106_ABAB_Info_A4_kaal.indd 1 14-04-11 08:45

ABAB Accountants en Adviseurs - Postbus 10085, 5000 JB Tilburg - abab.nl

1070106_ABAB_Info_A4_kaal.indd 4 14-04-11 08:45

ABAB info maart 2014» Vouchers voor internationaal ondernemen» Nieuwe pensioenaanscherpingen per 2015 » Van zonnepaneeleigenaar naar btw-ondernemer

Kijk voor het laatste nieuws op onze website!