Onmisbaar deel van de keten,onmisbaar, jij, in de kring.Welkom wil ik je heten,menslief voor wie ik zing.Een cirkel vormen wij samen,een ring van licht in de nacht.Welkom heet ik je tranen,welkom heet ik je lach.
Onmisbaar deel van de keten,onmisbaar, jij, in de kring.Welkom wil ik je heten,menslief voor wie ik zing.Een cirkel vormen wij samen,een ring van licht in de nacht.Welkom heet ik je tranen,welkom heet ik je lach.
L a u d a t e D o m i n u m
L a u d a t e D o m i n u m
o m n e s g e n t e s . A l l e l u i a !
(Tai
zé)
Ubi caritas et amorUbi caritas, deus ibi est.
Daar waar vriendschap is en liefde,daar is God
(Tizé)
Ubi caritas et amorUbi caritas, deus ibi est.
Daar waar vriendschap is en liefde,daar is God
(Tizé)
Ubi caritas et amorUbi caritas, deus ibi est.
Daar waar vriendschap is en liefde,daar is God
(Tizé)
Hij gaf ons zwijgende een teken en kwam ons voet voor voet nabij,Hij deed het water van zich spreken, het stort zich uit en reinigt mij.Heer van mijn hart, Jij bent gekomen, de nacht door naar Jouw grote dag,ik heb in eenvoud aangenomen dat ik Jou daarin volgen mag.
(T: ?
/ M
: Tje
erd
Oos
terh
uis
‘met
nie
ts v
an n
iets
’)
[Voorganger]
Het was zijn tijd. Hij ging aan tafel en zei:Ik heb er vurig naar uitgezien dit paasmaal met jullie te eten;
want Ik ga sterven.Hij nam brood, dankte en zei: Dit ben Ik en Ik beloof u vast
dat ge zult eten en drinken aan mijn tafel in Gods Rijk.Hij nam ook de beker en zei:
Neem deze beker van Mij over en geef hem elkaar door.Want Ik zal hem pas weer drinken,
wanneer alles zijn voltooiing heeft gevonden in God.Maar jullie die hier blijven,
jullie moeten Gods belofte aan de wereld verder dragen.
238
[Voorganger]
Het was geen ritueel.Het waren alledaagse gebaren en doodgewoon brood en beker,
waarvan Hij tot op goddelijke diepte, de ware zin en betekenis openbaarde:
238
[Al]
het brood is het innerlijke, échte leven dat we met Hem delen;
de beker, alles wat ons hart beroert en heilig is,
alles wat ons door God gegeven is te doen, al het zoet dat we mogen smaken al het zuur dat we moeten proeven,
238
[Vg]
Gods belofte en Gods wil waar te maken in je leven.
Brood en beker een testament:
doe wat Ik heb gedaan.
238
[Vg] Het was geen bloedeloos ritueel,
zijn woorden geen gemeenplaatsen.
[Al]Het was een afscheid in vertrouwen,
een vaarwel met grote toekomst:alles zal in God worden voltooid,
allen in Hem vereeuwigd.
238
[Vg]
Dit afscheid van Jezus.In de loop der tijden
onder leerstellige dogma's bedolven,soms overwoekerd door vrome devoties,
struikelblok geworden tussen de christenen,vaak en nu weer
de inzet van een machtsstrijd.
238
[Al]
Dit afscheid van Jezus is vanaf het begin
simpel maar intens herdachten door de christenen gevierd.
'Zij kwamen samen in een of ander huis;ze braken het brood, dankten God
en deelden alles samen.
238
[Vg]
Zo had het moeten blijven; zo zou het weer moeten worden:
weten en vieren dat wij met Hem, delen in het Ene goddelijke Leven;
weten en vieren dat we geroepen zijn te doen wat Hij heeft gedaan;
weten en vieren dat wij en alle levenooit hoe dan ook zullen worden voltooid.
238
(Tai
zé)
(Tai
zé)
Top Related