Zwartboek Flexwerk - November 2007

11
Is flex wel zo super? Amsterdam, november 2007 ZWARTBOEK Flexwerk

description

Is flex wel zo super?

Transcript of Zwartboek Flexwerk - November 2007

Page 1: Zwartboek Flexwerk - November 2007

Is flex wel zo super?Amsterdam, november 2007

Zwartboek Flexwerk

main nav 01

top nav 01 top nav 02

sub nav 01

sub nav 02

sub nav 03

main nav 02 main nav 03

Page 2: Zwartboek Flexwerk - November 2007

Inhoudsopgave

1. Voorwoord 4 2. Inleiding 6

3. De stand van zaken 8

4. Bevindingen Flexinspectie 12

5. Conclusies en aanbevelingen 16

Colofon

Zwartboek Flexwerk is een publicatie van FNV Jong, ROOD Jong in de SP en de GroenLinkse jongerenorganisatie DWARS.

Uitgave : Stichting FNV PersTekst: FNV Jong, ROOD Jong in de SP en de GroenLinkse jongerenorganisatie DWARS Productie en eindredactie: FNV Marketing & CommunicatieVormgeving: www.the-fresh-connection.comFotografie: FNV Jong, ROOD Jong en DWARSDrukwerk: Grafimedia De Bruijn

November 2007

main nav 01

top nav 01 top nav 02

sub nav 01

sub nav 02

sub nav 03

main nav 02 main nav 03

Page 3: Zwartboek Flexwerk - November 2007

4 �

1 . Voorwoord

De arbeidsmarkt is al decennia volop in beweging en jongeren hebben veel met die veranderingen te maken. Een van die veranderingen is dat een baan voor het leven niet meer bestaat. Er is een duidelijke toename in ‘jobhoppen’ en jongeren lijken minder de behoefte te hebben hun leven lang bij één baas te blijven. Over het algemeen kun je zeggen dat de arbeidsmarkt en de arbeids-marktpositie van jonge werknemers sterk is geflexibiliseerd. Met gevolgen voor de arbeidsovereenkomst natuurlijk. Steeds minder jongeren werken op basis van een vast contract. De meeste jongeren werken tegenwoordig op oproepbasis, als zelfstandige of freelancer of met een tijdelijk contract. Zij zijn, zoals we dat noemen, flexwerker geworden. Deels is dat vrijwillig, maar vaak ook niet. Flexibiliteit is geen begrip om bang voor te zijn. Flexibilisering van het werk biedt meer keuzevrijheid; kansen om je eigen tijd beter in te delen en moge-lijkheden om bewuster met je carrière om te gaan. Maar er zijn ook nadelen. Flexwerkers bouwen geen of weinig pensioen op en zij hebben nauwelijks toe-gang tot voorzieningen van de sociale zekerheid (zoals WW). Ook het kopen van een huis kan lastig zijn omdat de bank liever geld leent aan mensen die een vast contract hebben. Ondanks deze nadelen gaat het veel flexwerkers voor de wind. Zij zijn prima in staat met deze risico’s te leven. Maar er is een groep jonge werknemers voor wie die flexibilisering niet goed uitpakt. Voor onvrijwil-lige flexwerkers blijkt flexibilisering maar al te vaak een valkuil te zijn waar je maar moeilijk uit klimt.

Regelingen met betrekking tot flexwerk zijn in Nederland geregeld in de Flexwet (voluit: de Wet flexibiliteit en zekerheid). Op dit moment evalueert de politiek de effecten van die wet. Omdat wij, als jongerenorganisaties, veel

signalen krijgen dat er van alles mis is met (de uitwerking van) die wet, besloten wij op zoek te gaan naar de gevolgen van de Flexwet in de praktijk. Veel van de klachten en signalen die we binnenkrijgen, gaan over de supermarktsector. In deze branche werken veel jongeren en is flexibilisering eerder regel dan uitzon-dering. Voor ons was dit reden de Flexinspectie in het leven te roepen. Samen zijn we in augustus in supermarkten met jonge personeelsleden gaan praten. De uitkomsten van het onderzoek van de Flexinspectie liggen hier voor u in de vorm van dit zwartboek.

De uitkomsten zijn schokkend maar verrassen ons niet. De signalen die wij krij-gen, blijken niet overdreven. Het zwartboek bevestigt het algemene beeld. Als FNV Jong, ROOD en DWARS vinden wij dit onacceptabel. Wij eisen dat de over-heid ervoor zorgt dat:• de Flexwet beter wordt nageleefd,• de positie van de (onvrijwillige) flexwerker wordt verbeterd,• de voorlichting aan jonge medewerkers over hun rechten en plichten toe-

neemt.

Wij gaan in elk geval door met ons in te zetten voor de belangen van de flex-werkers. De positie van deze jonge werkers moet worden verbeterd. Dat is de taak waar de politiek en de sociale partners voor staan. Ik hoop dat u na lezing van dit zwartboek onze mening deelt en dat u zich hard maakt voor onze ideeën. Voor verbetering van de positie van de flexwerker!

Judith Ploegman Gijsbert Houtbeckers Joeri van der HoffVoorzitter FNV Jong Voorzitter ROOD Politiek voorzitter DWARS

Page 4: Zwartboek Flexwerk - November 2007

6 7

2. Inleiding

In de supermarktsector krijgt het personeel steeds vaker te maken met tijdelijke flexcontracten, bijvoorbeeld op oproepbasis of nulurencontracten. Die flexibi-liteit kan handig zijn voor studenten en scholieren met een bijbaantje die het prima vinden om op onregelmatige tijden te werken. Maar ook zij willen tijdig weten wanneer ze moeten werken. En doorbetaald krijgen als ze ziek zijn. Flexibilisering pakt niet altijd positief uit. Veel flexwerkers hebben een onzekere positie en krijgen daar weinig voor terug. Geen doorbetaling bij ziekte, geen vaste inkomsten en als ze te oud worden (en dus te duur!), kunnen ze zomaar op straat komen te staan.

FNV Jong, ROOD Jong in de SP en de GroenLinkse jongerenorganisatie DWARS willen opkomen voor de belangen van flexwerkers. Besloten is om de toene-mende flexibilisering in de supermarktsector en de gevolgen daarvan voor de jonge medewerkers te onderzoeken. Tussen 6 en 9 augustus 2007 stuurden wij de zogenoemde Flexinspectie het land in om supermarkten te bezoeken met de vraag: Is flex wel zo super? De ontvangst in de supermarkten was wisselend. Bij de ene supermarkt werd het inspectieteam rustig ontvangen met een kopje koffie en bij andere werden ze geweerd bij de voordeur. Jongeren werkten over het algemeen graag mee aan het onderzoek. In aanvang vaak wel aarzelend, maar nadat bekend werd dat de baas ook werd ondervraagd, kwamen de verhalen los. De Flexinspectie ontdekte dat de verhalen van medewerkers en managers vaak niet met elkaar strookten.

Naast argwanende managers kreeg het inspectieteam te maken met veel posi-tieve reacties. Medewerkers die vertelden dat ze veel plezier hebben in hun werk en dat de sfeer op de werkvloer erg goed is. Ook was er in Maastricht een leidinggevende die FNV Jong uitnodigde om een middagje langs te komen om zijn medewerkers meer te vertellen over hun rechten. Klanten bleken vaak met eigen verhalen uit hun omgeving te komen. Ze noemden ook andere branches ‘waar eens naar gekeken zou moeten worden’.

Dit Zwartboek is de weerslag van de gesprekken die de Flexinspectie met mede-werkers en managers heeft gevoerd. Ook zijn de reacties uit de internetenquête verwerkt, die in augustus onder jongeren over hetzelfde thema is gehouden. We beginnen met de stand van zaken in flexland, en dan in het bijzonder in de supermarktsector. Vervolgens worden de bevindingen van de Flexinspectie weer-gegeven. In het laatste hoofdstuk presenteren wij onze aanbevelingen.Doel van dit zwartboek is misstanden aan de kaak te stellen en te pleiten voor verbetering van de positie van flexwerkers. De lijst met knelpunten is lang. Wij willen met alle verzamelde gegevens een bijdrage leveren aan de evaluatie van de Flexwet en aantonen dat de voorgestelde ontslagplannen van minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een ramp zouden betekenen voor de huidige flexwerkers. Werknemers zijn niet gebaat bij makkelijker ontslag. Voor jonge flexwerkers is meer zekerheid van groot belang voor het opbouwen van een evenwichtig bestaan.

Page 5: Zwartboek Flexwerk - November 2007

8 9

3. De stand van zaken

Uit bureauonderzoek van de FNV Vakcentrale naar flexwerk blijkt dat de flexibi-liteit in de supermarkten flink is toegenomen. Supermarkten hebben een hoog percentage flexwerkers in dienst. Beduidend hoger dan de rest van de detail-handel. In het flexwerk zitten vooral veel vrouwen en jongeren. Het aandeel ervaren krachten is sterk teruggelopen. De lonen liggen laag en de werkdruk is hoog. Ook wordt de regelgeving in de supermarkt ontdoken.Ondanks dat de omzet en winst de afgelopen jaren sterk zijn toegenomen, wordt er alles aan gedaan de kosten te drukken. De flexibiliseringsstrategie van werkgevers is om meer flexwerkers aan stellen, waardoor de arbeidsvoorwaar-den en arbeidsovereenkomsten van werknemers verslechteren. Het feit dat er een tekort aan personeel verwacht wordt, is kennelijk voor werkgevers (nog) geen reden het werk en de voorwaarden aantrekkelijker te maken.Voor dit onderzoek zijn vele bronnen geraadpleegd. We noemen er enkele: Detailhandelmonitor maart 2007, CBS, Het Financieele Dagblad, Tweede evaluatie Wet flexibiliteit en zekerheid en het Jaarverslag Arbeidsinspectie 2006. Ook zijn de vele vragen die zijn binnengekomen bij FNV Publieksservice erbij betrokken.

Cijfers en feitenIn de detailhandel werkten in 200� totaal �89 duizend werknemers (���.400 fte), waarvan �� procent (206 duizend werknemers) in de supermarkten. Tussen 2002 en 200� is het aantal werknemers in de detailhandel met 9,� procent gedaald. In de totale detailhandel werkt 28 procent in voltijd, 41 procent in deeltijd en �1 procent flexibel. De supermarkten spannen de kroon als het gaat om het aantal flexibele werk-nemers. Ruim �7 procent van de werknemers werkt op een flexibel contract,

tegenover 2� procent deeltijd en 18 procent voltijd. De laatste jaren heeft een opmerkelijke verschuiving plaatsgevonden in de supermarktbranche van part-time naar flexibele contracten. De verhouding waarbij twee van de drie werkne-mers een flexibel contract heeft, komt dichterbij.

“Een zorg is dat het voor jonge mensen onmogelijk is om een bestaan op te bouwen. Er is een groep jongeren die in de detailhandel/food een toekomst wil opbouwen, maar dat kan steeds minder. Fulltime werken bestaat bijna niet. De werkgever heeft liever drie mensen voor 25 uur dan twee mensen voor veertig uur. Bouw maar eens een bestaan op met 25 uur. Dat is onmogelijk.”(Nicole Boonstra, bestuurder Supermarkten FNV Bondgenoten)

KnelpuntenUit het bureauonderzoek van de FNV Vakcentrale blijken zeven essentiële knel-punten voor de flexwerkers. Ten eerste blijkt de flexibiliteit te zijn doorgescho-ten. �0 Procent van de werktijd is nu op vaste tijden afgesproken en �0 procent wordt pas kort tevoren ingeroosterd. Contracten hebben maximaal een omvang van �2 uur om te voorkomen dat het vaste deel te groot wordt en de vrije inroosterruimte te beperkt. Ook komen gebroken diensten steeds vaker voor (bijvoorbeeld van negen tot twaalf en van vijf tot acht uur). Werknemers voelen zich vaak ‘een stuiterbal’.

Page 6: Zwartboek Flexwerk - November 2007

10 11

Het aandeel ervaren krachten is teruggelopen. In 2006 werd �7 procent van alle vacatures in de detailhandel vervuld door scholieren. In 2004 ging het nog om 24 procent. De ervaren vaste werknemers - over het algemeen vrouwen - krijgen de laatste tijd geen mogelijkheid om hun contract uit te breiden. Ze krijgen in toenemende mate te maken met jonge collega's, vaak scholieren of studenten, die zeker in aanvang weinig kennis en ervaring hebben. Ook is de doorstroom onder deze groep groot.

Het drukken van loonkosten krijgt steeds meer prioriteit. Naast het ontslaan van ‘dure’ medewerkers tijdens de supermarktoorlog blijken ook jongeren in de supermarkten snel te oud – lees: te duur. Een zestienjarige krijgt bij aan-vang een brutouurloon van € �,19 en na een jaar ervaring € �,80; een ervaren negentienjarige krijgt € �,40. Na drie tijdelijke contracten krijgen zij niet, zoals de Flexwet beoogt, een vast contract, maar wordt het contract niet verlengd. In feite worden deze jongeren van negentien/twintig jaar ‘ingeruild’ voor nog jongere en goedkopere krachten. Ook liggen de lonen laag. Jongeren verdienden in 200�, volgens een onderzoek van de Loonwijzer, in supermarkten ongeveer 20 procent minder dan wat ze elders zouden kunnen verdienen. Ook de lonen voor volwassenen zijn geen vetpot. Een ervaren verkoopmedewerker of kassamedewerker verdient € 10,11 bruto per uur.Veel personeelsleden ervaren een te hoge werkdruk. Het werk in de winkels en distributiecentra moet met steeds minder mensen gedaan worden. De werkdruk is erg hoog. Veel onervaren en jong personeel in de winkels verergert deze situ-atie. In toenemende mate is ook sprake van lege schappen als gevolg van pro-blemen met de aanvoer van producten. Er zijn te weinig chauffeurs, maar ook is er te weinig personeel beschikbaar om snel uit te laden. De branche heeft kennelijk te veel bezuinigd op het logistieke apparaat.

“Een probleem is dat een groep flexwerkers geen idee heeft wat wel of niet mag en wat je eventueel zou kun-nen doen. Een bekend verschijnsel is dat de werkgever bijvoorbeeld om 22.00 uur zegt: ‘Jongens, we maken het nog even af.’ Dat kwartiertje wordt dan niet uitbetaald, terwijl men daar wel recht op heeft.” (Nicole Boonstra, bestuurder Supermarkten FNV Bondgenoten)

Verder komt het ontduiken van regelgeving nog steeds voor. In de praktijk blijken nulurencontracten – ondanks de Flexwet – nog steeds voor te komen. Werknemers die niet bevallen, worden niet ontslagen maar eenvoudig niet meer ingeroosterd. Kaderleden van FNV Bondgenoten weten voldoende voorbeelden te noemen. Ook op andere punten wordt de cao regelmatig niet nageleefd. Uit het jaarverslag van de Arbeidsinspectie 2006 blijkt dat de detailhandel één van die branches is waar illegale arbeid veel voorkomt. Supermarkten blijken ook op andere terreinen vaak in overtreding. Niet alleen bij het vakantiewerk, maar ook bij het reguliere werk schort het aan goede werkomstandigheden. En ten slotte lijdt de supermarktsector onder een tekort aan personeel. De ver-wachting is dat de arbeidsmarkt in de detailhandel de komende jaren zal door-groeien naar 800 duizend personen. Eind vorig jaar stonden er zo’n zestiendui-zend vacatures open. Vooral in de Randstad is een tekort aan winkelpersoneel. De tekorten zitten vooral op het niveau van mbo en mbo-plus. De vraag is in hoe verre de sector aantrekkelijk is en blijft voor medewerkers. Zo is in 2006 het aantal spontane sollicitaties van 28 procent gedaald naar 2� procent.

Page 7: Zwartboek Flexwerk - November 2007

12 1�

4. Bevindingen Flexinspectie De jongerenorganisaties FNV Jong, ROOD en DWARS onderzochten van 6 tot en met 9 augustus 2007 flexwerk in de supermarkt. Tijdens deze vier dagen stuur-den zij de zogenoemde Flexinspectie het land in om supermarkten te bezoeken met de vraag: Is flex wel zo super? Ze bezochten verschillende supermarkten in Maastricht, Nijmegen, Delft en Leeuwarden.

Naast gesprekken met medewerkers, die zijn opgenomen in de enquête, heb-ben de Flexinspectieteams ook gesprekken gevoerd met managers van de super-markten. In Leeuwarden legde een manager van een Super de Boer uit dat als jongeren goed voldoen, ze na het derde jaar drie maanden uit dienst gaan en dan weer terug mogen komen onder dezelfde constructie. Een manager van een AH XL vertelde dat de focus in zijn vestiging op groeien ligt. Medewerkers zonder groeipotentie mogen er na drie jaarcontracten voorgoed uit. In een Jumbo-vestiging in Maastricht wordt het personeelsbeleid bepaald door het loonkostenbudget. Binnen die kaders is de manager vrij om personeel aan te nemen. De goedkopere krachten zijn de vulploegers. In dat team iemand van achttien-plus aannemen, kan niet zonder overleg met het hoofdkantoor. Ook het aannamebeleid van de COOP in Nijmegen wordt bepaald door het budget van de loonkosten. Door de prijzenoorlog ziet de manager de tendens van ‘drie jaar erin, dan eruit, want te oud’.

Resultaten enquêteIn totaal zijn 16� jonge medewerkers tot 26 jaar in de supermarkten onder-vraagd. Het merendeel daarvan is tussen de zestien en twintig jaar. Ruim 2� pro-cent werkt tussen de negen en twaalf uur per week. Zo’n 1� procent werkt vijf à acht uur en eenzelfde percentage is tussen de zeventien en twintig uur per week bezig in de supermarkt. Slechts 6,7 procent werkt �7 uur of meer.

Op de vraag wat voor soort contract iemand heeft, antwoordt 18 procent ‘voor onbepaalde tijd’. Ruim 41 procent geeft aan een contract voor bepaalde tijd te hebben, bijna 4 procent een flexcontract op oproepbasis en ruim 7 procent een nulurencontract. Bijna 16 procent geeft aan een flexcontract met urengarantie te hebben (min-maxcontract).

‘Ik heb met mijn 21 jaar nog nooit een contract gehad, terwijl ik mij heel verdienstelijk opstel omwille het bedrijf. Het zou een mooi gebaar zijn als mijn werkge-ver mij een jaarcontract zou aanbieden, want het is een supermarkt naar mijn hart.’ (Reactie uit internet-enquête)

Page 8: Zwartboek Flexwerk - November 2007

14 1�

Ruim de helft zegt doorbetaald te krijgen bij ziekte. Bijna 12 procent moet één à twee dagen wachten voordat ze krijgen uitbetaald. Bijna 19 procent ontvangt geen geld bij ziekte. Ruim 4� procent geeft aan wel eens naar zijn werk te gaan als hij ziek is.

In de enquête zijn zeven situaties voorgelegd waar een flexwerker in de super-markt wel eens mee te maken zou kunnen krijgen. Ruim 26 procent geeft aan niet altijd overwerk te krijgen uitbetaald. Bijna 44 procent stelt dat als hij of een collega te oud wordt, de werkgever iemand anders aanneemt.

‘Als collega's achttien jaar zijn, krijgen ze geen contract-verlenging. Er worden het liefst nog dezelfde dag twee nieuwe kinderen van vijftien jaar voor aangenomen. Heb je deze kinderen ingewerkt, dan moeten ze weer weg. Of je gaat zelf weg omdat het hard werken is voor relatief weinig geld.’ (Reactie uit internet-enquête)

Op de stelling ‘Van mijn baas moet ik flexibel zijn in de uren die ik werk’ ant-woordt ruim �6 procent bevestigend. Bijna 19 procent zegt nooit vrij te krijgen als hij of zij dat wil. Bijna �4 procent werkt vaak meer uren dan hun contrac-turen. Dat staat in schril contrast met de constatering dat bijna 19 procent zijn loon vaak niet op tijd krijgt uitbetaald.

‘Na je 23e ben je gewoon te oud voor een supermarkt. Als je dan ook nog ongelukkig even ziek wordt, word je net zolang getreiterd, dat je uit jezelf vertrekt!’(Reactie uit internet-enquête)

‘Rechteloosheid, willekeur en onzekerheid kenmerken het werken bij mijn supermarkt. En vooral een volledig gebrek aan respect voor het personeel, een degradatie tot wegwerpwerknemer. En met je tijdelijke flutcontract heb je geen poot om op te staan als je dit soort dingen wil aankaarten.’(Reactie uit internet-enquête)

Page 9: Zwartboek Flexwerk - November 2007

16 17

5. Conclusies en aanbevelingen

Conclusies

RechtenZowel de Flexwet als de cao worden regelmatig niet nageleefd. Door de wet verboden contractvormen (nulurencontract) bestaan nog steeds. Andere voor-beelden zijn dat �0 procent van de jongeren aangeeft niet of pas na één of twee wachtdagen betaald krijgt als ze ziek zijn. Het is dan ook niet gek dat ruim 4� procent van de jongeren gaat werken als ze ziek zijn, bang om niet betaald te krijgen. Als je ziek bent, hoor je in bed en niet op je werk.De Flexwet regelt onder andere het recht op een vast aantal uitbetaalde uren. Dat jongeren aangeven structureel meer uren dan hun contracturen te werken, laat zien dat ze veelal recht hebben op een hoger aantal (betaalde!) contractu-ren.Jongeren zijn slecht op de hoogte van hun rechten en plichten. Het is belangrijk dat ze weten wat hun rechten zijn, zodat ze ook eerder zelf aan de bel kunnen trekken als de werkgever zich niet aan de regels houdt.

LeeftijdsdiscriminatieHet feit dat jongeren, vaak na drie tijdelijke contracten, op hun negentiende worden ingeruild voor jongeren van zestien jaar, domweg omdat ze te duur zijn, is pure leeftijdsdiscriminatie. Het functioneren van de jongere speelt geen enkele rol. Des te schrijnender is het feit, dat supermarktmanagers aangeven dat dit staand beleid is en als heel normaal wordt ervaren.

Page 10: Zwartboek Flexwerk - November 2007

18 19

Aanbevelingen

Het onderzoek van de Flexinspectie bevestigt de uitkomsten van het bureauon-derzoek dat de flexibiliteit is doorgeschoten. Werkgevers zoeken de randen van de Flexwet op en maken handig gebruik van de onwetendheid bij jonge super-marktmedewerkers.

FNV Jong, ROOD en Dwars komen tot de volgende aanbevelingen.

Naleving van de wetWetten zijn er om nageleefd te worden. De overheid speelt daar een belangrij-ke rol in. Zo ook in de naleving van de Flexwet. FNV Jong, ROOD en Dwars pleiten voor scherpere controles door de arbeidsinspectie als het gaat om nale-ving van de Flexwet in supermarkten. En betere sancties bij overtreding van de wet.Leeftijdsdiscriminatie mag en kan niet. De overheid zal hard in moeten grijpen om dit aan te pakken. Ook moet de arbeidsinspectie hier streng op toezien.

Bekendheid bestaande rechten vergrotenJongeren blijken slecht op de hoogte van hun rechten. FNV Jong, ROOD en Dwars schuwen hun verantwoordelijkheid niet. Aan het informeren van jonge (supermarkt)medewerkers zullen zij hun steentje bijdragen. Dit neemt niet weg dat ook de werkgevers zich niet aan de verantwoordelijkheid mogen onttrekken. Zij dienen hun medewerkers juist en volledig te informeren over hun rechten.

Zo zou op een loonstrookje duidelijk af te lezen moeten zijn hoeveel uren een werknemer de afgelopen drie maanden heeft gewerkt, zodat duidelijk is of hij recht heeft op een hoger aantal contracturen. Ook is, zoals een aantal super-markten al doet, het geven van een voorlichtingsavond over rechten en arbeids-voorwaarden een goed middel om medewerkers te informeren. Ook moet er in het onderwijs meer aandacht komen voor de arbeidsrechten van jongeren (bij-voorbeeld in het vak maatschappijleer). Maar ook de overheid zou meer - op jongeren gerichte - informatie moeten geven.

Tegengaan onnodige flexibiliteitDe vraag is in hoeverre een hoge mate van flexibiliteit noodzakelijk is in de supermarkten. Qua bedrijfsvoering is er heel veel bekend over de patronen van pieken en dalen. Vanwege deze voorspelbaarheid moet het mogelijk zijn om tijdig een goed werkrooster te ontwikkelen en andere vormen van interne flexi-biliteit in te zetten die niet direct ten koste gaan van de zekerheid van werk-nemers. Ook zou een afspraak over een maximaal percentage flexibele arbeids-krachten in een organisatie helpen om creatiever met flexibiliteit om te gaan. De werkgever moet voldoende mogelijkheden bieden om door te stromen naar een vast contract, zodat jongeren die in de sector willen blijven werken, ook de mogelijkheid krijgen om een bestaan op te bouwen.

Page 11: Zwartboek Flexwerk - November 2007