Immersive Space- Werkboek -

Koen van de BeekC1A

Inhoudsopgave

- Opdracht 1-

Drie immersive ruimtesZoek (tenminste) drie voorbeelden van ruimtes die je ‘immersive’ vindt. De gevonden beelden moeten heel verschillende van vormgeving, stijl en sfeer zijn.

Beschrijf per afbeelding waarom je vindt dat hier sprake is van ‘immersiveness’ (welke kenmerken van dit begrip zie je er in) en probeer ook (kort) de vormgeving te beschrijven en de sfeer die dat tot gevolg heeft.

Image 1

Deze afbeelding roept bij mij meteen een treurig gevoel op. De sfeer is grauw en dubieus. Het is een verwoeste stad met als hoofdpersoon een jong meisje. Ze springt eruit door haar kleurige kleding, naast de donkere soldaten en gebouwen. Het lijkt meteen een apart scenario maar zodra je ziet dat het meisje zichzelf gaat opblazen word je gelijk meegezogen in de eventuele wereld, bijvoorbeeld een wereld waarin een dictatuur heerst en het verzet harde maatregelen neemt om die dictatuur om te werpen. Het contrast tussen deze twee factoren (grauwe wereld en mooi meisje) versterkt de onderdompeling in deze wereld.

Image 2

Een droevige sfeer heeft deze afbeelding. Er is blijkbaar iets gebeurdwaardooor er vervuiling is, kijkend naar het gasmasker van de persoonin de afbeelding. Er is nog leven want vogels vliegen nog en er zijn nog

mensen. De vraag is alleen of iedereen voor zichzelf leeft of dat er nog werkelijk bewoonbare steden zijn. Met deze afbeelding wordt je in ieder

geval een wereld in gezogen waar je voor jezelf moet strijden, waar over-leven het belangrijkste is. De grauwe , donkere kleuren, het slechte weer

en de ‘dode’ natuur versterken deze indruk.

Image 3

Deze afbeelding lijkt een toekomstbeeld te zijn. Een wereld waarin industrie een belangrijk onderdeel is van het dagelijks leven. Door de mix van traditionele bouwstijlen (aziatische daken, torens) en de industri-ele invloeden (pijpen, lichten) wordt een wereld weergegeven waarbij je voelt dat het een harde wereld is, maar waar toch nog waarde wordt gehecht aan geschiedenis en traditie.

- Opdracht 2-

Objecten in een ruimte‘Google (afbeeldingen) op ‘empty space’, ‘espace vide’, ‘leeren Raum’, (hoe meer talen, hoe meer mogeli-jkheden) enz. en zoek een geschikte afbeelding van een lege ruimte. Zoek vervolgens een aantal objecten (of fotografeer die), ‘knip’ die uit in Photoshop en plaats deze zó in de ruimte dat het beeld een bepaalde sfeer krijgt. Probeer het zo te doen dat de ontstane stemming ook op de toeschouwer over komt. Breng de bedoelde sfeer onder woorden in een bijschrift. Voorzie de objecten van schaduw en pas eventueel kleur en belichting aan om de indruk in de ruimte aanwezig te zijn aannemelijk te maken.’

Voor deze opdracht zocht ik naar een verlaten ruimte, met het doel die te transformeren in een kamer waar de boel nog meer vervallen is. Het moest lijken alsof er al jaren geen mensen meer waren geweest.

De ruimte over laten nemen door de natuur was dan ook één van de belangrijkste onderdelen om dit te benadrukken. Verder zijn er nog een stoel, fiets en bank in de ruimte geplaats. Daarnaast nog wat breuklijnen in de muren zodat de indruk van verval nog wat meer wordt versterkt. Verder heb ik de ruimte zwart-wit gemaakt zodat het een wat grimmigere sfeer krijgt.

- Opdracht 3-

Objecten in een ruimteBeantwoord de volgende vragen:

Wat is de eerste ruimte die je je kunt herinneren?Woonkamer van mijn ouderlijk huis

Kun je nog objecten noemen en beschrijven die daar waren?Zwarte leren bank, kasten

Wat is de grootste ruimte waar je ooit in geweest bent?Atmosfeer, en anders de Sint-Pietersbasiliek

Wat is de kleinste ruimte waar je ooit in geweest bent?Een kast.

Waarom voel jij je in sommige ruimtes prettig?Als er in ieder geval genoeg licht is om te zien (hoeft niet persè fel te zijn), een rustige sfeer.

Waarom voel jij je in sommige ruimtes onprettig?Als de ruimte onoverzichtelijk is, wellicht donker.

Waar wordt dat gevoel door veroorzaakt?Waarschijnlijk door onze primitieve instincten dat je altijd gevaar wilt zien aankomen.

Van welke ruimtes of omgevingen waar je nog nooit bent geweest kun je je toch wel een voor-stelling van maken? New York, een ruimteschip, regenwoud.

Van welke ruimtes of omgevingen kun je je helemaal geen voorstelling maken?De ‘letterlijke’ ruimte, hoe het voelt en wat je allemaal ziet.

Kun je je nog een ruimte herinneren van een enge film? Beschrijf die.In The Blair Witch Project is er een verlaten woning midden in het bos. Het verhaal om de film heen draagt wel bij aan de enge sfeer maar er staan ook tektsen op de muur, strepen bloed etc.,

Kun je je nog een ruimte herinneren van een feel-good-movie? Beschrijf die .Alle films met een vakantielocatie.

Bedenk zelf 5 ruimtevragen en beantwoord die.

In welke ruimte zou je nog wel eens willen staan?Ik zou nog wel eens graag op het hoogste gebouw van de wereld, of de Mount Everest willen staan, zodat ik over de wereld uit kan kijken.

Welke immersive spaces kun je je nog goed herinneren?Er zijn heel veel games die me hebben weten onder te dompelen zoals Dragon Age en Mass Effect, maar ook film/boekseries zoals Lord of the Rings en Avatar weten me er helemaal in te trekken.

Wat is je favoriete ruimte?Mijn favoriete ruimte is mijn eigen kamer. Puur omdat ik dat naar mijn eigen smaak heb kunnen inrichten en daardoor ook op mijn gemakt ben.

Wat is een belangrijk criterium voor een ruimte om ‘prettig’ te zijn?Ramen. Een kamer zonder ramen is benauwend, geen weg naar buiten, bijna claustrofobisch.

Moet een ruimte vierkant zijn? Of mag het ook rond zijn?Persoonlijk zou ik niet van een ronde kamer houden. Ik wil dat alles past en netjes staat en dat kan niet in een ronde ruimte, omdat meubels ook niet rond zijn. Des te meer rechte lijnen des te beter.

Maak van alledrie de ideeën die je hebt voor mogelijke werelden (immersive spaces) een mindmap.Zie volgende pagina.

Bedenk voor elke letter van het alfabet iets wat met je (gekozen) wereld te maken heeft.

A - AvontuurB - BoomC - ContrastD - DierenE - EngF - FabeltjeG - GroeiH - HoogteI - InstinctJ - JagenK - KlimmenL - LimboM - MensN - NauwO - OppassenP - PrachtQ - QuadrafonieR - RustS - StrakT - TouwU - UilV - VreesW - WonderlijkX - XenofobischY - IJzigZ - Zingen (van vogels)

- Opdracht 4-

Research‘Verzamel materiaal over je wereld/onderwerp.’

Mijn idee voor de ruimtes is:

1. In het bos, met blik op de boom. Een grimmige, donkere, onprettige plek.2. In de boom. Al stukken beter, er is licht, je ziet al dat het beter wordt, er zijn kleuren.3. Bovenin de boom, met uitzicht op de wereld. De wereld ziet er weer normaal uit, heldere blik zodat je de vrijheid voelt.

De laatste 2 ruimtes spreken eigenlijk voor zich. Er wordt vooral gespeeld met licht, want zoals ik in opdracht 3 al uitleg, licht geeft een prettig gevoel. Het belangrijkste is dus om de eerste, grimmige ruimte een passende sfeer te geven. Het eerste wat in mij opkomt bij die gedachte was het spel ‘Limbo’. Dit spel heeft al een grimmig thema, maar het is ook volledig zwart wit en het bevat precies de sfeer die ik ook wil creëeren:

Ik haal veel inspiratie uit dit spel voor mijn eerste ruimte. Zo heb ik al mist op de voorgrond gemaakt, en natuurlijk alles zwart-wit. Hier zie je dus terug wat de belangrijkste concepten zijn voor een ‘prettige’ ruimte; licht, oftewel duidelijk zicht op de zaken.

Mensen vinden het onprettig als ze dingen niet kunnen zien aankomen, want dat betekent dat ze gevaar niet kunnen zien aankomen. Het is dus belangrijk dat die onderdelen worden verminderd. De ruimte is dus donker, en de mist draagt er nog eens aan bij dat alles grimmiger wordt doordat dat ook je zicht ont-neemt. Verder is er nog sombere muziek nodig die het effect versterkt dat de ‘speler’ alleen is, dat ie daar weg wil. Wat enge dieren of iets dergelijks zal ook nog wel bijdragen aan dit gevoel.

Ruimte 2 zal moeten laten zien dat het beter wordt, oftewel meer licht. De ruimte zal tussen de bladeren zijn om toch nog een soort van ‘beperking’ van de vrijheid te creëren, zodat de speler doorheeft dat hij of zij er net nog niet is. Hier kan ik verder geen inspiratie voor vinden (of maken) want ik weet al hoe een boom eruit ziet.

Ruimte 3 is in de top, met uitzicht over de wereld. Uitzicht = vrijheid, het doel waar de speler naar streef-de. De open lucht, oftewel veel licht, geeft je een prettig gevoel. Sterker nog, doordat de speler geen ‘muren’ meer om zich heen heeft (in de vorm van dus bijvoorbeeld bladeren of bomen) moet hij of zij aanvoelen dat het goed is. Vogels zullen ook veel toevoegen, om te zien dat er geen beperkingen zijn (want zij kunnen overal heen vliegen in de open lucht). Nogmaals, ook hier geen duidelijke inspiratie nodig, een open wereld met blik op het bos.

- Opdracht 5-

Synopsis- Korte beschrijving van je wereld in het algemeen- Je visie hierop: wat wil je overbrengen- Beeknopte beschrijving drie ruimtes- Beschrijving sfeer- Beschrijving vormgeving- Voorbeelden van mogelijke acties die in die ruimtes zouden kunnen

Mijn immersive space

Mijn immersive space draait om een grote boom (groot als in; Empire State Building naast een vuurtoren) in een donker bos. Het gaat erom dat de ‘speler’ zich naar de top van de boom verplaatst, want het bos is grauw, donker, morbide. Vanuit de top van de boom kan de ‘speler’ de wereld beter bekijken en misschien een mooiere wereld waarnemen.

Het begint onderaan de boom, de speler bevindt zich op een pad in het bos dat richting de boom loopt. De boom rijst op tussen de bomen, een imponerend beeld. De 2e ruimte bevindt zich in de boom, tussen de takken. De ruimte zal dus een tak weergeven, de bast, etc. De 3e ruimte is bovenop de boom, waardoor de speler uitzicht heeft over de wereld.

Onderaan de boom is het dus erg donker, grauw. Bovenin de top is alles kleurrijk en ziet de speler hoe de wereld ook mooi en vrolijk kan zijn. De 2e ruimte (tussen de takken) is een soort van mix, een transitie die weergeeft dat het ‘beter’ wordt. De vormgeving zal vrij realistisch zijn zodat het niet ‘grappig’ cartoonesk wordt, maar ook weer niet fotografisch echt.

In de boom is er mooi ruimte voor acties met dieren (vogels, misschien een kat in de boom), takken, plant-en, en bovenin naast die opties ook met de wereld/lucht (wolken). In het donkere bos zullen er enge dieren zijn voor interactie.

- Opdracht 6-

Standpunt en belichting

‘Neem een object (iets wat in je wereld gaat voorkomen) en maak een aantal foto’s van dat object vanuit verschillende standpunten en met verschillende belichtingen en kadreringen, waardoor de verschillende sferen en indrukken krijgt. Probeer ook ruimte-aspecten hierbij te betrekken, door met andere objecten de ruimte te suggereren die je wilt gaan maken. Benoem of beschrijf de ver-schillende effecten.’

Het was lastig om een boom te vinden met hetzelfde formaat als de boom in mijn wereld, dus ik moest het hiet maar mee doen. Maar ik probeerde in ieder geval standpunten die ik wilde toepassen in mijn wereld. Ik probeerde de boom van onderen te fotograferen, want ik bedacht mij dat dat de impres-sie van een omhoog rijzende boom zou versterken.Dit standpunt wilde ik aanhouden maar enkele weken later bij de realisatie kwam ik erachter dat ditmoeilijk was te realiseren met de nabije omgeving (bomen etc.) omdat het ‘kader’ niet hoog genoeg wasom de boom echt realistisch kleiner te laten wor-den naarmate hij verder de lucht in ging. Jammer,maar de boom is in de Flash nog dermate groter dat het nog steeds imponerend is.

Daarnaast wilde ik nog wat foto’s maken in de boom, maar ik ben helaas niet meer zo lenig als vroeger (ik word ook een dagje ouder) om in een hoge boom te kimmen. Ik probeerde het standpunt vast te leggen waarop ik de tweede ruimte wil baseren.

Het idee was om een deel van de stronk in beeld te krijgen met daarnaast een uitwijkende tak waarop symbolen geplaatst kunnen worden. Ten tijde van het maken van de foto’s was het winter dus veel blad-eren waren er niet, maar ik heb het standpunt uiteindelijk goed weten over te nemen in mijn

- Opdracht 7-

Vormgevingsoefening‘neem een object uit je wereld en probeer (tenminste 5) verschillende vormgevingen uit om het juiste effect te bereiken. Varieer in techniek, kleur, bewerking, enz. Gebruik verschillende software en methodes, bijv. fotobewerking, tekening, scan, bitmap, vector, enz.’

- Opdracht 5-

Synopsis- Korte beschrijving van je wereld in het algemeen- Je visie hierop: wat wil je overbrengen- Beeknopte beschrijving drie ruimtes- Beschrijving sfeer- Beschrijving vormgeving- Voorbeelden van mogelijke acties die in die ruimtes zouden kunnen

Mijn immersive space

Mijn immersive space draait om een grote boom (groot als in; Empire State Building naast een vuurtoren) in een donker bos. Het gaat erom dat de ‘speler’ zich naar de top van de boom verplaatst, want het bos is grauw, donker, morbide. Vanuit de top van de boom kan de ‘speler’ de wereld beter bekijken en misschien een mooiere wereld waarnemen.

Het begint onderaan de boom, de speler bevindt zich op een pad in het bos dat richting de boom loopt. De boom rijst op tussen de bomen, een imponerend beeld. De 2e ruimte bevindt zich in de boom, tussen de takken. De ruimte zal dus een tak weergeven, de bast, etc. De 3e ruimte is bovenop de boom, waardoor de speler uitzicht heeft over de wereld.

Onderaan de boom is het dus erg donker, grauw. Bovenin de top is alles kleurrijk en ziet de speler hoe de wereld ook mooi en vrolijk kan zijn. De 2e ruimte (tussen de takken) is een soort van mix, een transitie die weergeeft dat het ‘beter’ wordt. De vormgeving zal vrij realistisch zijn zodat het niet ‘grappig’ cartoonesk wordt, maar ook weer niet fotografisch echt.

In de boom is er mooi ruimte voor acties met dieren (vogels, misschien een kat in de boom), takken, plant-en, en bovenin naast die opties ook met de wereld/lucht (wolken). In het donkere bos zullen er enge dieren zijn voor interactie.

- Opdracht 8-

Storyboard

‘Geef in een storyboard de drie ruimtes zo weer, dat duidelijk zichtbaar is wat er allemaal op de schermen aanwezig is, welke objecten en achtergrond. Alleen de zingen die voor de acties en nav-igatie nodig zijn of als aanduiding van de plaatsing. Geef duidelijk mogelijke navigatie- en ac-tie-objecten aan. Maak voor animaties aparte sub-storyboards waarin de actie duidelijk wordt. Het is een werktekening, die ook door derden ‘gelezen’ en beoordeeld moet kunnen worden, dus zorg voor een nette, duidelijk en overzichtlijke uitvoering.’

Zie volgende pagina voor spread met het storyboard.

1. Vleermuis klapt vleugels uit waarna hij in de achtergrond verdwijnt.

2. Tweede vleermuis volgt de zelfde beginani-matie maar vliegt juist op de speler af (+ander geluid)

3. Uil knippert met de ogen na interactie + geluid

4. Op de achtergrond zweven er donkere wazige wolken voorbij

5. De grote boom is de interactie om naar de volgende ruimte te gaan. Geen animatie, pure switch

6. Op de voorgrond zweeft er mist langs om het de ruimte wat meer sfeer te geven. Geen inter-actie.

1. Trap naar beneden om terug te keren naar ruimte 1.

2. Appel met interactie. Appel valt naar ben-eden +geluid en takje beweegt even na.

3. Wolken bewegen op de achtergrond (zicht op in het gat tussen de bladeren)

4. Kat in de boom die miauwt/sist na interac-tie (gezichtsanimatie+ geluid)

5. Rups die een beweging maakt na interactie.

6. Trap naar de derde ruimte.

1. Vogels die na interactie in de achtergrond weg vliegen (+ geluid)

2. Zeearend die ‘kraait’ (gezichtsanimatie + geluid)

3. Toren in het bos met interactie (lichtflits)

4. Wolken bewegen over het beeld heen

5. Touw naar beneden voor switch naar voor-gaande ruimte.

1. Vleermuis klapt vleugels uit waarna hij in de achtergrond verdwijnt.

2. Tweede vleermuis volgt de zelfde beginani-matie maar vliegt juist op de speler af (+ander geluid)

3. Uil knippert met de ogen na interactie + geluid

4. Op de achtergrond zweven er donkere wazige wolken voorbij

5. De grote boom is de interactie om naar de volgende ruimte te gaan. Geen animatie, pure switch

6. Op de voorgrond zweeft er mist langs om het de ruimte wat meer sfeer te geven. Geen inter-actie.

1. Trap naar beneden om terug te keren naar ruimte 1.

2. Appel met interactie. Appel valt naar ben-eden +geluid en takje beweegt even na.

3. Wolken bewegen op de achtergrond (zicht op in het gat tussen de bladeren)

4. Kat in de boom die miauwt/sist na interac-tie (gezichtsanimatie+ geluid)

5. Rups die een beweging maakt na interactie.

6. Trap naar de derde ruimte.

1. Vogels die na interactie in de achtergrond weg vliegen (+ geluid)

2. Zeearend die ‘kraait’ (gezichtsanimatie + geluid)

3. Toren in het bos met interactie (lichtflits)

4. Wolken bewegen over het beeld heen

5. Touw naar beneden voor switch naar voor-gaande ruimte.