Woord en Daad Jaarverslag 2015

127

Transcript of Woord en Daad Jaarverslag 2015

Page 1: Woord en Daad Jaarverslag 2015

VA

KM

AN

SCH

AP Jaarverslag 2

01

5W

OO

RD

EN

DA

AD

Woord en Daad is een Algemeen Nut

Beogende Instelling. Voor testamentaire

beschikkingen luidt ons adres: Stichting

Reformatorische Hulpaktie Woord

en Daad, gevestigd te Gorinchem.

Onze stichting is ingeschreven onder

nummer 41118168, bij de Kamer van

Koophandel te Utrecht en staat onder

controle van een registeraccountant.

Woord en Daad

Postbus 560, 4200 AN Gorinchem

tel 0183-611800 | fax 0183-611808

[email protected]

www.woordendaad.nl/jaarverslag

Rabobank NL64 RABO 0385 4870 88

t.n.v. Woord en Daad, Gorinchem

Vormgeving

Reprovinci reclamebureau

Productie

Media Center Rotterdam

Fotografi e

Woord en Daad

Bekijk het jaarverslag online!

Page 2: Woord en Daad Jaarverslag 2015

In een gebroken wereld, getekend door armoede en onrecht,

streeft Woord en Daad naar zichtbare tekenen van Gods

komend Koninkrijk. Het Bijbels perspectief op gerechtigheid

en barmhartigheid drijft ons om dagelijks bij te dragen aan

een duurzame verandering van mensen hier en daar.

Page 3: Woord en Daad Jaarverslag 2015

1 Strategie, visie en beleid1.1 Inleiding .................................................................................................... 15

1.2 Missie, visie en kernwaarden ........................................................ 15

1.3 Strategie ................................................................................................... 15

1.4 Beleid ......................................................................................................... 16

2 Werk in het Zuiden2.1 Inleiding .................................................................................................... 19

2.2 Onderwijs ............................................................................................... 20

2.3 Beroepsonderwijs, - Training en Arbeidsbemiddeling

(TVET-JBS) ............................................................................................. 22

2.4 Landbouwtraining en voedsel zekerheid (AVET-FNS) ....... 23

2.5 Gezondheidszorg en Water, Sanitatie en Hygiëne (WASH) 26

2.6 Agribusiness en Bedrijfsontwikkeling (AED) ......................... 28

2.7 Huizenbouw .......................................................................................... 29

2.8 Beleidsbeïnvloeding .......................................................................... 31

2.9 Noodhulp ................................................................................................ 33

3 Ontwikkelingen in de regio’s3.1 Inleiding ................................................................................................... 36

3.2 Caraïben en Latijns-Amerika (CLARA) ..................................... 36

3.3 West-Afrika (WARA) ......................................................................... 37

3.4 Azië (ARA) ................................................................................................ 37

3.5 Hoorn van Afrika (GHARA) ............................................................. 37

3.6 Midden-Afrika (KUSSRA)................................................................. 37

3.7 Zuid-Afrika (SARA) .............................................................................. 38

3.8 India (INRA) ........................................................................................... 38

3.9 Versterking Partnernetwerk ......................................................... 38

4 Leren en innoveren 4.1 Inleiding .................................................................................................... 40

4.2 Planning, Monitoring, Evaluatie en Leren (PMEL) ............... 40

4.3 Leerpunten en uitdagingen ............................................................ 41

5 Het werk in het Noorden5.1 Inleiding ................................................................................................... 43

5.2 Beleidsbeïnvloeding Nederland en Europa ............................ 43

5.3 Bewustwording .................................................................................... 44

5.4 Communicatie en Fondsenwerving ........................................... 46

5.5 Communicatie via media ................................................................. 49

Kort en bondig ...................................................................................................... 4

De wereld van Woord en Daad .................................................................... 8

Voorwoord ........................................................................................................... 11

Samenvatting ...................................................................................................... 12

2 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 4: Woord en Daad Jaarverslag 2015

STRATEGIE, VISIE EN BELEID

6 Interne organisatie6.1 Ontwikkelingen in de organisatie................................................. 53

6.2 Effectiviteit risicomanagement in 2015 ................................... 56

6.3 Kwaliteitsmanagement ..................................................................... 56

6.4 Planning, monitoring en auditing (PMA) ................................... 57

6.5 Codes/certificering ............................................................................. 57

7 Besturen en toezicht houden7.1 Inleiding .................................................................................................... 59

7.2 Bestuurlijke verantwoording ......................................................... 59

7.3 Beloning en salaris raad van bestuur .......................................... 60

7.4 Bestuurlijk functioneren .................................................................. 60

7.5 Verantwoordingsverklaring raad van toezicht ...................... 63

8 Toekomstvisie8.1 Inleiding .................................................................................................... 65

8.2 Algemeen ................................................................................................. 65

8.3 Werk in het Zuiden ............................................................................. 65

8.4 Werk in het Noorden ......................................................................... 66

8.5 Projectmatig werken .......................................................................... 66

8.6 Sterkte – Zwakte analyse ................................................................. 67

9 Financiële verantwoording9.1 Jaarrekening toelichting ................................................................... 69

9.2 Jaarrekening 2015 .............................................................................. 71

9.3 Begroting 2016 ................................................................................. 102

Bijlagen1. Raad van bestuur en raad van toezicht .................................. 106

2. Nevenfuncties .................................................................................... 107

3. Functies ................................................................................................. 108

4. Organogram ........................................................................................ 110

5. Procesbeheersing, risicobeheersing en verantwoording ...112

6. Onderzoeksrapport ......................................................................... 119

7. Stakeholders en netwerken ......................................................... 120

8. Theory of Change ............................................................................. 122

9. CertificaatClimateNeutralGroup .......................................... 124

Lijst van gebruikte afkortingen ........................................................................

Colofon ........................................................................................................................

3Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 5: Woord en Daad Jaarverslag 2015

KORT en BONDIG

» Wie In een gebroken wereld, getekend door armoede en onrecht,

streeft Woord en Daad naar zichtbare tekenen van Gods

komend Koninkrijk. Het Bijbels perspectief op gerechtigheid

en barmhartigheid drijft ons om dagelijks bij te dragen aan een

duurzame verandering van mensen hier en daar.

» WatWoord en Daad werkt aan de thema’s: onderwijs, beroeps-

onderwijs, -training en arbeidsbemiddeling , agribusiness en

bedrijfsontwikkeling, basisvoorzieningen (gezondheidszorg;

water, sanitatie en hygiëne en voedselzekerheid) en noodhulp.

In Nederland wil Woord en Daad mensen, bedrijven en over-

heid bewustmaken van hun verantwoordelijkheid ten aanzien

van armoede wereldwijd.

» Waar Woord en Daad is werkzaam in:

• Europa: Griekenland

• Afrika: Benin, Burkina Faso, Ethiopië, Sierra Leone, Tsjaad,

Oeganda, Zambia, Zuid-Afrika en Zuid-Sudan

• Azie: Bangladesh, de Filipijnen, India, Irak, Jordanië, Nepal,

Sri Lanka en Thailand

• Caraïben en Latijns-Amerika: Colombia, Guatemala, Haïti

en Nicaragua

» WerkwijzeHet werk van Woord en Daad betreft vier aspecten:

Armoedebestrijding

In de continenten Afrika, Azië en Caraïben en Latijns-Amerika

samen met de partnerorganisaties armoede op stevige

wijze aanpakken. Woord en Daad kent in dat kader vier

programma’s: Onderwijs; Beroepsonderwijs en -training,

agrarisch beroepsonderwijs en arbeidsbemiddeling; (Agri-)

Bedrijfsontwikkeling; Basisvoorzieningen (gezondheidszorg;

water, sanitatie en hygiëne en voedselzekerheid). Daarnaast is

Woord en Daad actief in noodhulp.

BewustwordingIn Nederland samen met de achterban nadenken over vragen

rond armoede en rijkdom.

Maatschappijopbouw in het ZuidenWoord en Daad werkt samen met haar partners aan een ste-

vige maatschappelijke inbedding van het werk. Dat maakt dat

het werk een brede uitstraling en uitgebreid effect krijgt.

BeleidsbeïnvloedingIn Nederland en Europa samen met anderen opkomen voor

de belangen van de allerarmsten. Zo nodig wordt aandacht

gevraagd voor de positie van de allerarmsten bij politiek, pers

en bedrijfsleven.

Woord en Daad is een ANBI, bezit het CBF-keurmerk en is

ISO-gecertificeerd.

4 Woord en Daad JAARVERSLAG 20154 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 6: Woord en Daad Jaarverslag 2015

5Woord en Daad JAARVERSLAG 2015 5Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 7: Woord en Daad Jaarverslag 2015

29.247.833Inkomsten 2015

29.788Sponsorkinderen

1.077Betrokken ondernemers

52.000Donateurs

15.306Betrokken jongeren

61,31Aantal fte’s op 31-12-2015

6.827Vrijwilligers*

Inkomsten 2015

€ 29.247.833Bestedingen 2015

€ 30.577.194

€ 5.000.000

€ 10.000.000

€ 20.000.000

€ 15.000.000

€ 25.000.000

Par

ticu

liere

n€

15

.42

5.6

03

Ver

mo

gen

sfo

nd

sen

€ 1

.48

4.2

55

Sub

sid

ies

€ 7

.47

3.8

76

Bed

rijv

en€

2.4

82

.74

4

Aan

dee

l act

ies

der

den

€ 2

.09

3.6

41

Inte

rest

/In

kom

sten

le

vera

nci

ersr

ol/

bew

ust

wo

rdin

g €

28

7.7

14

Do

elst

ellin

g st

ruct

ure

le

pro

gram

ma’

s (i

ncl

. no

od

hu

lp)

€ 2

5.6

89

.51

8

Do

elst

ellin

g P

ME

L/P

MA

€ 1

.07

9.8

08

Do

elst

ellin

g lo

bby

15

9.7

64

Do

elst

ellin

g b

ewu

stw

ord

ing

€ 9

25

.34

4

Wer

vin

g b

aten

€ 1

.70

4.5

13

Ko

sten

leve

ran

cier

sro

l€

10

1.2

11

Ko

sten

beh

eer

en

adm

inis

trat

ie€

91

7.0

37

WERK in het NOORDEN

*Dit betreft vrijwilligers op kantoor, winkelvrijwilligers, comitévrijwilligers en vrijwilligers om de comitégroepen heen.

6 Woord en Daad JAARVERSLAG 20156 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 8: Woord en Daad Jaarverslag 2015

22Landen

4.484Jongeren met een baan

15.646(Boeren)ondernemers

getraind

41Partnerorganisaties

38.589Kinderen op school

8,96% 3,14%

Kostennormen 2015

7,14% 88,07% 92,07%

3,14%

Kosten eigen fondsenwerving ten opzichte van baten eigen fond-senwerving (CBF-norm 25%)

Woord en Daad norm beheer en administratie (3,1% norm)

Doelbestedingsratio (besteding aan doelstellingen ten opzichte

van de totale bestedingen)

Woord en Daad overheadnorm (7,5% norm)

Woord en Daad norm kosten fondsenwerving niet eigen fondsenwerving ten opzichte van

baten niet eigen fondsenwerving (2,5 % norm)

Doelbestedingsratio (besteding aan doelstellingen ten opzichte

van de totale inkomsten)

WERK in het ZUIDEN

7Woord en Daad JAARVERSLAG 2015 7Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 9: Woord en Daad Jaarverslag 2015

C L A R A

WA

RA

Kinderen op school:

Jongeren met een baan:

(Boeren)ondernemers getraind:

Afrika »

6.94016.951 3.176

4611.355 176

11.2263.038 0

CLARA€ 5.894.454

Alliantie:Besteed:

WARA€ 3.634.578

GHARA€ 1.390.305

AT L A N T I S C H E O C E A A N

S A RA

Caraïben en Latijns-Amerika

Comité Jongerencomité Lezer Grenzeloos Lid Business Platform RegioOndernemers Vermogensfonds

HET WERK in NEDERLAND

DE WERELD van

WOORD en DAAD

8 Woord en Daad JAARVERSLAG 20158 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 10: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WA

RA

» »

S A RA

I ND I A

A R A

G H

AR

A

KU S S R A

Azië »

3.843214 7.4650

1.002215 1.151124

2841.098 00

Programma’s Onderwijs

Beroepsonderwijs, -Training en Arbeidsbemiddeling

Landbouwtraining en Voedselzekerheid

Gezondheidszorg en Water, Sanitatie en Hygiëne

Agri-Bedrijfsontwikkeling en huizenbouw

Beleidsbeïnvloeding

Noodhulp

ARA€ 2.213.873

INRA€ 2.213.873

SARA€ 433.361

KUSSRA€ 591.940

I N D I S C H E O C E A A N

9Woord en Daad JAARVERSLAG 2015 9Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 11: Woord en Daad Jaarverslag 2015

VOORWOORD

10 Woord en Daad JAARVERSLAG 201510 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 12: Woord en Daad Jaarverslag 2015

VOORWOORD

Een kind op het strand. Overleden. Slachtoffer van drijf-

veer van de ouders om over de zee hun heil te zoeken,

daar een nieuwe toekomst op te bouwen. Weg van de

ellende thuis. Op zee moet de horizon gewenkt hebben. En als

ik me in mijn eigen kleinkinderen verplaats, zal het jongetje in

de boot ook kippenvel gekregen hebben van sensatie. In de

boot. Naar de einder. Die nooit werkelijkheid werd.

Het overleden jongetje werd intussen de doorbraak als het

gaat in het scherp krijgen van de massa’s mensen in beweging.

Uit het Midden-Oosten. Uit Afrika.

Veel, ontzettend veel harten en portemonnees zijn er in 2015

opengegaan voor de mensen op drift. Woord en Daad merkte

het intussen aan haar inkomsten. Miljoenen die anders bij

Woord en Daad op de rekening kwamen, kwamen nu bij de

migranten terecht. Dat stemt ons vooral dankbaar. Het leverde

ons uiteraard een probleem op, maar daar zoeken we met het

oog op de vluchteling graag een oplossing voor. We zijn vooral

dankbaar omdat, dwars tegen de stroom aan berichten in de

afgelopen jaren, mensen een hart hebben voor hun naaste in

nood. En dat telt voor ons!

Het heeft ons ook uitgedaagd om na te denken wat wíj kunnen

doen. Nee, wij gaan niet in de plek staan van organisaties die

uitstekend toegerust zijn om hier in Nederland hun werk te

doen en met de vluchtelingen hier te kijken naar hun nieuwe

toekomst. We doen iets aan de opvang van vluchtelingen in de

regio. Maar we kunnen meer. Niet hier, maar daar!

Voor veel jongeren in Oost-, West- en Noord-Afrika trekt

een nieuw bestaan over de Middellandse Zee. Soms trekt

dat zo, dat alles over de zee mooier en beter is dan in je eigen

omgeving. Het toch al wankele gebouw van je bestaan wordt

nog wankeler door de prachtige beelden op je netvlies van

het leven overzee. Dan zuigt Europa en is er niets meer wat je

op je eigen plek vast kan houden. Dat zuigende beeld van een

prachtig op te bouwen toekomst in Europa willen we eerlijker

maken. Maar er zijn, samen met onze partners en lokale over-

heden, ook legio aan mogelijkheden om het bestaan in de eigen

omgeving een veel steviger fundament te geven. Dus we willen

de zuigkracht verzwakken, maar ook het bestaan in de eigen

omgeving beter, mooier en toekomstbestendiger maken.

Zodat de eigen omgeving niet langer de jongeren uitspuugt,

maar vasthoudt en hen mee laat bouwen aan hun eigen

bestaan, het bestaan van hun familie en toekomstig gezin, de

toekomst van hun gemeenschap en land.

Het valt op dat onze achterban, comités en bedrijven dat ook

zien en met ons delen. Het is nieuwe inspiratie, een nieuw

perspectief voor ons werk en betekenis voor het aanpakken

van de problemen bij de bron.

Het jongetje op het strand. Hij liet ook ons opnieuw naar ons

werk kijken. Beschamend, omdat we het niet eerder zagen.

Verrassend ook, omdat we meer kunnen doen dan we ooit

vermoedden. In die zin is er nieuw elan, juist om nooit meer dat

soort beelden te hoeven zien.

Jan LockDirecteur-bestuurder

Bouwen aaneen toekomst

11Woord en Daad JAARVERSLAG 2015 11Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 13: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Het jaar 2015 stond voor een groot deel in het teken van de

vluchtelingencrisis. De stroom vluchtelingen kwam steeds

dichter bij huis. Dat schudde mensen wakker voor de proble-

men die elders in de wereld spelen. Door middel van opinië-

rende artikelen en door een vluchtelingenavond voor onze

achterban, maakten we de oorzaken inzichtelijk en lieten iets

zien van onze missie.

Samen met het Christelijk Noodhulpcluster richtten we ons

door middel van een noodhulpactie op vluchtelingen die in

Europa strandden, maar vooral ook op de vele miljoenen

vluchtelingen die in de regio opgevangen worden. We steunen

daarvoor een opvangprogramma in Jordanië en Irak. Ook de

projecten rond vaktraining en arbeidsbemiddeling in Afrika

namen we daarin mee, omdat door jongeren in het eigen land

perspectief te geven een vlucht kan worden voorkomen.

Armoedebestrijding kent veel facetten. Donateurs kennen

Woord en Daad vooral vanwege de onderwijsprojecten die

we mede door de vele sponsorkinderen steunen. Maar er

zijn meer bouwstenen nodig om armoede aan te pakken.

Beleidsbeïnvloeding bijvoorbeeld, in onder meer Den Haag

en Brussel, vormde een belangrijk onderdeel van ons werk.

Omdat een coherent beleid van overheden, waarin het beleid

van de verschillende departementen elkaar versterkt in plaats

van tegenwerkt, bijdraagt aan de ontwikkeling van mensen in

armoede.

Op het gebied van onderwijs zetten we ons in om duurzame

verbeteringen in de kwaliteit aan te brengen, bijvoorbeeld

door onderwijzers te trainen op basisvaardigheden als taal en

rekenen. Uit evaluatie bleken de een-op-een trainingen met

leraren niet effectief. Daarom ontwikkelt Woord en Daad,

samen met Driestar Educatief, een Global Education Network

waarin lerarenopleidingen over heel de wereld aan elkaar

worden verbonden.

Monitoring van kinderen die uitvallen of die de school verlaten

is belangrijk om voldoende inzicht te krijgen in hun door-

stroom. Woord en Daad ontwikkelde hiervoor een monitoring-

instrument voor partners.

Verder was er aandacht voor projecten rond vaktraining,

stagebegeleiding en arbeidsbemiddeling, om jongeren na

school ook echt aan een baan te helpen. In verschillende

landen worden ondernemers uitgedaagd zich hiervoor mede

verantwoordelijk te voelen.

Om de gevolgen van klimaatverandering, droogte en over-

stromingen aan te pakken heeft Woord en Daad via haar

partnerorganisaties hard gewerkt aan verbetering van de

voedselzekerheid, bijvoorbeeld via voorlichting rond voeding

en door trainingen aan boeren. De in 2015 nieuw opgerichte

unit AVET is bezig landbouwkundige waardenketens te ver-

sterken, die winstgevend zijn én werkgelegenheid en inkomen

SAMENVATTING

Vakmanschap inzetten om armoede aan te pakken

Bij het bouwen van een huis komt heel wat kijken: een goed plan, goed gereedschap,

mensen met de juiste kennis. Vakwerk dus. Deze ‘bouwstenen’ kwamen in 2015 ook in

ons werk naar voren. In dit jaarverslag ontdekt u ze. Woord en Daad blikt hierin dankbaar

terug op het vele dat ze in afhankelijkheid, met dank aan de trouwe achterban en samen

met partners voor de allerarmsten mocht betekenen.

12 Woord en Daad JAARVERSLAG 201512 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 14: Woord en Daad Jaarverslag 2015

creëren. Concrete waardeketens zijn bijvoorbeeld: melkvee in

Ethiopië, groenteverbouw in Burkina Faso en honingproductie

in Oeganda.

In 2015 zijn veel presentaties gegeven om onze achterban

bewust te maken dat niet alleen het geefgedrag maar ook het

leefgedrag en de keuzes die mensen hier maken van invloed

zijn op het leven van mensen in armoede. In 2015 zijn de voor-

bereidingen getroffen voor een eenmalig vrouwenmagazine,

Fier, dat in 2016 over dit thema verschijnt.

Het WASH programma (Water Sanitatie en Hygiëne) is in

2015 verder uitgebouwd. Belangrijk daarin was het zoeken

naar mogelijkheden om water en sanitatie als dienstverlening

op te zetten waardoor de duurzaamheid wordt vergroot.

De partnerorganisaties werkten ook in 2015 samen in allian-

ties. In de aanloop naar het nieuwe beleidstraject 2016-2020

hebben zij hard gewerkt aan hun strategische programmaplan-

nen. En is veel nadruk gelegd op versterking van de netwerken.

De meeste partners staan nu sterker in samenwerkingsver-

banden en multi-stakeholderprocessen.

Woord en Daad en haar partners hechten eraan dat hun

programma’s kwetsbare mensen daadwerkelijk helpen en

geven daarom veel aandacht aan het monitoren en evalueren

van de programma’s. In 2015 was een belangrijk speerpunt het

verder versterken van deze capaciteit bij partners.

Het afgelopen jaar zijn er zichtbaar minder fondsen bin-

nen gekomen dan vorig jaar. Dit heeft diverse oorzaken:

afnemende subsidiestromen vanuit het Ministerie van

Buitenlandse Zaken, minder inkomsten van het sponsor-

programma en een donor bij Vermogenfondsen die later

wilde beslissen over een grote bijdrage. De inkomsten bij

Particulieren rond overige projecten zijn wat lager, vooral

door tegenvallende inkomsten in december. Mogelijk speelt

de vluchtelingenproblematiek en de positionering van andere

organisaties hierin een rol.

Intern werd gekeken welke organisatievorm het beste past

bij de ontwikkelingen binnen ons werkveld. Er is door de

organisatie zelf gekozen voor projectmatig werken. Het leidde

tot een bestuursmodel dat geen hiërarchie meer kent en een

werkwijze die dat mogelijk maakt.

13Woord en Daad JAARVERSLAG 2015 13Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 15: Woord en Daad Jaarverslag 2015

HET FUNDAMENT

STRATEGIE, VISIE EN BELEID

14 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 16: Woord en Daad Jaarverslag 2015

STRATEGIE, VISIE EN BELEID

1.1 INLEIDING

Jan Lock, directeur-bestuurder Woord en Daad: ‘Het

jaar 2015 begon lastig. In één week besloten de raden

van toezicht van Woord en Daad en Red een Kind om

de stekker uit de samenwerking te trekken, hoorden we

dat de vervolgsubsidie van het ministerie niet doorging en

kondigde Edwin Visser als de zeer gewaardeerde manager

van de afdeling Projecten en Programma’s zijn vertrek aan.

Er was veel werk en energie gestopt in de samenwerking, we

waren trots op onze subsidieaanvraag en voor mijn gevoel was

Edwin onmisbaar. Op zo’n moment schudt een organisatie als

Woord en Daad op z’n fundamenten, maar ook mijn werk als

directeur-bestuurder. De schokken, want zo beleefden we

de drie gebeurtenissen, waren niet leuk. Je wacht er niet op,

je wil het ook niet. Maar in de maanden daarna bleek wel de

enorme veerkracht van de organisatie. Want een week later

liet het personeel organisatiebreed zien van de veranderingen

te willen leren en een volledig nieuwe manier van werken op

te willen pakken. Dat tekende 2015: een fundamentele veran-

dering in onze werkwijze met een energierijk en veerkrachtig

team. Die energie en veerkracht werkte aantrekkelijk. Voor

onze achterban, de vrijwilligers, voor onze partners overzee,

voor de mensen die met ons meewerken. Omdat we ons in ons

werk ook diep geïnspireerd weten. Juist dat. Omdat uit het hart de uitgangen van het leven zijn. Dit jaarverslag laat er het nodige

van meebeleven. Over de veranderingen in het fundament,

over ons nieuwe beleid. Waarin we onze missie en visie nog

scherper formuleerden.’

1.2 MISSIE, VISIE EN KERNWAARDEN

Historie

Woord en Daad is in 1973 door Ivo ’t Lam opgericht samen

met dominee H.J. Hegger en christenen uit de brede gerefor-

meerde gezindte. Zij wilden op betrokken wijze hun verbon-

denheid met de allerarmsten wereldwijd concreet vormgeven.

Na meer dan veertig jaar blijft de verbondenheid. Met en voor

de achterban met wie Woord en Daad samen de verbinding

legt met armen in het Zuiden, en andersom. Die verbinding

wordt verstevigd door de gedeelde Bijbelse missie en visie.

Missie

In een gebroken wereld, getekend door armoede en onrecht,

streeft Woord en Daad naar zichtbare tekenen van Gods

komend Koninkrijk. Het Bijbels perspectief op gerechtigheid

en barmhartigheid drijft ons om dagelijks bij te dragen aan een

duurzame verandering van mensen hier en daar.

Visie

Als bijbelgetrouwe Nederlandse stichting verbindt Woord en

Daad mensen wereldwijd om verantwoordelijkheid te nemen

voor het scheppen van kansen om armoede te overstijgen. Dit

doen we samen met lokale partners en actoren uit relevante

sectoren.

Kernwaarden

• Medeverantwoordelijkheid

Verantwoordelijk voor jezelf, je naaste en de schepping.

• Medeschepsel

Schepsel van God, gelijkwaardig én uniek.

• Mede-lijden

Dicht bij en naast mensen die lijden.

• Rentmeesterschap

Zorgvuldig omgaan met mensen, middelen en milieu.

• Wederzijdse afhankelijkheid

Onafhankelijk in keuzes, afhankelijk in samenwerking.

1.3 STRATEGIE

Het werk van Woord en Daad betreft vier aspecten:

• Armoedebestrijding: In Afrika, Azië en Midden- en Zuid-

Amerika samen met onze partnerorganisaties armoede aan-

pakken. Woord en Daad heeft vier programma’s: Onderwijs;

Beroepsonderwijs en -training, agrarisch beroepsonder-

wijs en arbeidsbemiddeling; (agri-)Bedrijfsontwikkeling;

en Basisvoorzieningen (gezondheidszorg; sinds 2013 in

afbouw; water, sanitatie en hygiëne en voedselzekerheid).

Daarnaast is Woord en Daad actief in noodhulp.

• Bewustwording: In Nederland samen met onze achterban

en partners overzee nadenken over vragen rond armoede

en rijkdom en onze verantwoordelijkheid daarin.

• Maatschappijopbouw in het Zuiden: Woord en Daad werkt

samen met haar partners aan een stevige maatschappelijke

inbedding van het werk. Dat maakt dat het werk een brede

uitstraling en duurzaam effect krijgt.

• Beleidsbeïnvloeding: In Nederland en Europa en met onze

partners overzee, samen met anderen, opkomen voor de

belangen van de allerarmsten. Zo nodig vragen we aandacht

voor de positie van de allerarmsten bij politiek, pers en

bedrijfsleven.

15Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 17: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Woord en Daad vindt het belangrijk dat de programma’s niet

op zichzelf staan, maar elkaar versterken in de context waarin

ze gestalte krijgen. Onderwijs leidt niet automatisch tot een

betere positie voor mensen. Dat gebeurt alleen als ze ook

daadwerkelijk werk en inkomen hebben. Daarom investeert

Woord en Daad in de programma’s Vakonderwijs en –training,

agrarisch beroepsonderwijs en Arbeidsbemiddeling. Vanuit

Bedrijfsontwikkeling wordt gezocht naar mogelijkheden

om lokale bedrijvigheid te stimuleren en te verbinden met

regionale of (inter)nationale markten. En waar gaten vallen in

basisbehoeften als water, sanitatie, hygiëne en voedselzeker-

heid werkt Woord en Daad met haar partners aan het vullen

van die gaten. Uitwisseling van kennis neemt in alle program-

ma’s een belangrijke plaats in.

Partnerorganisaties van Woord en Daad hebben soms een

beperkt bereik naar andere netwerken. Daarom investeert

Woord en Daad met haar partnerorganisaties in netwerken

die samen met anderen het werk van armoedebestrijding

krachtiger maken.

Onze levensstijl hier kan het leven van mensen overzee maken

of breken. Daarom denken we met onze achterban en ons

netwerk in het Zuiden na over de vraag hoe we door keuzes

die we hier maken armoede in het Zuiden helpen aanpakken.

Woord en Daad biedt hiervoor concrete mogelijkheden aan

om in de Nederlandse context ‘ambassadeur van verandering’

te zijn.

Soms hinderen (lokale) wet- en regelgeving de mogelijkheden

en kansen voor armen. In die gevallen werkt Woord en Daad

samen met haar partnerorganisaties aan het verbeteren of

aanpassen van overheidsbeleid, zowel in Nederland en Europa

als in het Zuiden.

Zonder fondsenwerving zijn er geen middelen om pro-

gramma’s uit te voeren. Woord en Daad hecht vanuit haar

kernwaarde wederzijdse afhankelijkheid, waarbij we onaf-

hankelijk in keuzes zijn, maar afhankelijk in samenwerking, in

keuzes aan eigen fondsenwerving als teken van eigenaarschap

vanuit haar achterban. In dat verband beperkt Woord en Daad

haar inkomsten vanuit overheidssubsidies tot maximaal 30%.

Woord en Daad hanteert het concept van lokale ambas-

sadeurs die het gezicht zijn van de organisaties en zo veel

naamsbekendheid geven. Daarnaast wil Woord en Daad vanuit

rentmeesterschapscherpsturenopefficiëntieenhanteertze

scherpe normen als het gaat om kosten eigen fondsenwerving

en beheer en administratie (zie kort en bondig pagina 7).

1.4 BELEID

Het beleidsplan 2011 – 2015 is samen met zowel het

Zuidelijke partnernetwerk als vertegenwoordigers vanuit de

comités, de bedrijven, de vermogensfondsen en de jongeren

ontwikkeld. Een aantal keren per jaar betrekt Woord en Daad

hen ook bij de uitvoering van het beleid. Voor het partnernet-

werk van Woord en Daad gebeurt dat tijdens de regionale

partnerbijeenkomsten. In Nederland door contact en gesprek

met groepen uit de verschillende achterbangeledingen via

stakeholdergroepen en regionale bijeenkomsten met onderne-

mers en vrijwilligers. In 2015 is het nieuwe beleid vastgelegd

en goedgekeurd. De nieuwe beleidsperiode gaat in 2016

in. De evaluatie, de inbreng van de achterbangroepen en de

partnerconferentie hielden Woord en Daad een spiegel voor.

Die is samengevat in een grondige sterkte-zwakte analyse (de

SWOT). Die analyse is op hoofdlijnen te vinden in paragraaf

8.6, op pagina 67 en vormt de basis voor de nieuwe beleids-

keuzes van Woord en Daad.

Daarnaast vindt Woord en Daad het belangrijk om helder te

hebben waar in de uitvoering van het beleid de risico’s liggen

en hoe ze de risico’s in de hand kan houden. Daar wordt uitge-

breid op ingegaan in paragraaf 6.2 op pagina 56.

16 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 18: Woord en Daad Jaarverslag 2015

STRATEGIE, VISIE EN BELEID

» Waardecreatiemodel Woord en Daad

BRONNEN

AANPAK

DOEL

Financiën• 52.000 donoren• € 29,2 mln. inkomsten

MissieIn een gebroken wereld, getekend door armoede en onrecht, streeft Woord en Daad naar zichtbare teke-nen van Gods komend Koninkrijk. Het Bijbels perspectief op gerechtigheid en barmhartigheid drijft ons om dage-lijks bij te dragen aan een duurzame verandering van mensen hier en daar. Lange termijn

doelstellingIntegratie en duurzame transformatie van arme en gemarginaliseerde mensen

door:• focus op context:

betere stimulerende omgeving

• focus op mens: mensen versterkt op verschil-lende niveaus

• focus op mentaliteit: bijdragen aan de mentaliteit en hogere aspiraties op verschil-lende niveaus in de samenleving

ten einde:• het levensonderhoud

te verbeteren • een fatsoenlijk en

waardig leven op te bouwen

• deel te nemen aan de samenleving

• verantwoordelijkheid te nemen en te dragen

• herstelde relaties te ervaren

Kernwaarden• Medeschepsel• Medeverantwoordelijkheid• Mede-lijden• Rentmeesterschap• Wederzijdse afhankelijkheid

Ontwikkelingsprincipes• Eigenaarschap• Geintegreerde benadering• Duurzaamheid• Partnerschap• Innovatie

Strategie• Gezamenlijke bewustwording• Beleidsbeïnvloeding• Gebruik van relevante kennis en

competenties• Gezamenlijke fondsenwerving

Kernactiviteiten• Kennis verdiepen over lokale

context, ontwikkelingen en kansen, enbiedenvanspecifiekekennisenexpertise (partnerrol)

• Mobiliserenenbiedenvanfinanci-ele steun aan contextgerelateerde programma’s van hoge kwaliteit (donorrol)

• Bieden van betaalde diensten aan professionele organisaties (leveranciersrol)

Mensen• 41 partners• 61,31 fte Woord en

Daad• 1.077 ondernemers• 6.827 vrijwilligers• 15.306 jongeren

KennisKennis en capaciteits ontwikkeling

RESULTATEN

Onderwijs

38.589kinderen op school

Vakonderwijs

4.484jongeren met een baan

Voedselzekerheid-AVET

2.644boeren getraind

Gezondheid

133.800consultaties van patienten

Water en sanitatie

110waterpompen

Agri-bedrijfsontwikkeling

15.646(Boeren)ondernemers getraind

Huizenbouw

700gebouwde huizen

Noodhulp

10landen

Beleidsbeïnvloeding Zuiden

46beïnvloedingstrajecten

Beleidsbeïnvloeding Noorden

7campagnes

Bewustwording

25events

17Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 19: Woord en Daad Jaarverslag 2015

18 Woord en Daad JAARVERSLAG 2014

VAKMENSENAAN HET WERK

WERK IN HET ZUIDEN

18 Woord en Daad JAARVERSLAG 201518

Page 20: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET ZUIDEN

2.1 INLEIDING

Een goede vakman of -vrouw heeft een heldere strategie

voor de toekomst. 2015 was een jaar van strategie-

ontwikkeling met partners. Woord en Daad heeft voor

bijna alle partners bijeenkomsten gefaciliteerd die hen hielpen

programmastrategie te ontwikkelen. Dit heeft voor veel

programma’s nieuwe focus ingebracht, waarbij zoveel mogelijk

gebouwd is op de kracht van de organisatie. Tegelijk werd dui-

delijk dat er voor vakwerk veel capaciteit nodig is en je die niet

allemaal zelf in huis hoeft te hebben, maar juist ook strategisch

kunt samenwerken met anderen. Focus en samenwerking dus,

twee woorden die er uitspringen.

Meer focus kwam door de duidelijke keuze te werken met

bijzonderewaardeketensinspecifiekelanden.Doorhet

doelbewusttrainenopfinanciëleduurzaamheidbijeengroep

partners die vakscholen runt. Door WASH pilotprojecten op te

zettendieeenintegraleleeragendahebbenopfinancieelduur-

zame dienstverlening voor armsten op het platteland. Door

specifiekeaandachtvoordoorstroominonderwijssystemen,

en wat daarvoor nodig is vanuit de bredere onderwijssector in

landen. Meer focus dus, om diepgang en kwaliteit te bereiken,

en ons vak goed te doen.

Er is ook meer aandacht gekomen voor nieuwe vormen van

samenwerking en een stuk innovativiteit daarin, om beter ons

doel te bereiken. Binnen de verschillende thema’s zien we

een trend waarbij ontwikkelingsinspanningen zich meer naar

sectorniveau bewegen. We moeten ons niet alleen inspannen

voor de lokale school, de watervoorziening in het dorp, de boe-

rencoöperatie in een gebied, maar breder kijken naar andere

partijen en factoren die een bloei op lokaal niveau mogelijk

maken. Het gaat dan om samenwerken met overheden (van

lokaaltotnationaal),financiëledienstverleners,kennisorgani-

saties, bedrijven zowel in de lokale context als in Nederland.

Meer handen in elkaar slaan en vanuit een gedeelde visie

een omgeving creëren waarbij kansen geboden en benut

worden en ontwikkelingen hun gang gaan. Voor het zoeken

van dergelijke samenwerkingsverbanden (consortia) is dan

juist de heldere strategie van belang. Daar hebben we dan ook

stevig in geïnvesteerd, en op die basis zoeken onze partners en

wijzelf samenwerking.

Vakwerk doe je uiteindelijk beter sámen. Het zoeken van ver-

binding wereldwijd blijft onverminderd van belang.

Een gewoon gezinsleven? Voor Addisalem

is dat vroeg opstaan, ontbijt maken en

haar gehandicapte moeder helpen.

Daarna naar de school van Hope

Enterprises, voor een lesdag vol nieuwe

uitdagingen. Na school geen tijd om te nik-

sen. Ze bakt injera’s, een soort Ethiopisch

brood, en verdient zo nog wat om de

volgende dag opnieuw te kunnen eten.

Addisalem, eigenlijk nog maar een kind.

Maar ze runt haar leven als een door het

leven getekende volwassene. Ondanks

alles verliest ze de moed niet. Nauwelijks

in te denken.

Het Ethiopische meisje weet ook wel

dat ze de toekomst niet in eigen handen

heeft. Maar ze weet wel wat ze wil. ‘Ik wil

graag dokter worden. Net als de arts uit

Gambella. Hij ontdekte een middel tegen

slangengif. Zo’n belangrijke ontdekking

wil ik ook graag doen. Zo kan ik andere

mensen helpen.’

In september stond de Nederlandse familie

Van Breda oog in oog met hun sponsor-

kind: Addisalem uit Gambella. ‘Heel bijzon-

der om haar nu in het echt te ontmoeten.

Je handen jeuken om meer voor haar te

doen. Voor ons is de impact van sponsoring

in elk geval overduidelijk geworden.’

Addisalem: ‘Ik wil graag dokter worden’

Addisalem (16) woont in Gambella. Daar gaat ze naar school. Maar niet alleen dat. Ze zorgt ook voor haar moeder. Kortgeleden kreeg zij een hersenbloeding en raakte half verlamd. Acht jaar geleden overleed de vader van Addisalem al. Moed benemend. Addisalem

Meer impact stories

19Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 21: Woord en Daad Jaarverslag 2015

2.2 ONDERWIJS

2.2.1 Resultaten programma Onderwijs

2.2.3 Bestedingen op hoofdlijnen

InterventieBegroting

2015Realisatie

2015

1.1 Pre-primary education € 868.726 € 990.495

1.2 Primary education € 5.330.077 € 3.806.898

1.3 Secondary education € 2.170.547 € 2.601.505

1.4 Higher education € 719.347 € 580.056

1.5 Non-formal education € 111.083 € 312.836

1.6 Functional Literacy € 255.019 € 155.289

1.7 Infrastructure / investments € 160.108 € 314.517

1.8 Training € 1.072.905 € 584.617

1.9 Other capacity building + networking € 22.817 € 360.007

1.10 Curriculum development - € 98.365

1.11 Advocacy € 374.652 € 289.351

€ 11.085.279 € 10.093.935

2.2.3 Analyse programma Onderwijs

Vakmanschap is ook binnen onderwijs belangrijk, zowel voor

de kinderen die worden opgeleid als voor de docenten die het

onderwijs verzorgen. Dit vakmanschap moet strategisch en

duurzaam zijn, daarnaast moet het onderhouden worden en

voor de kinderen zijn de basisvaardigheden van groot belang.

Thema’s die in 2015 expliciet aandacht kregen.

Duurzaam vakmanschapVoor een duurzame ontwikkeling van onderwijs is het belang-

rijk dat alle aspecten die het onderwijs beïnvloeden worden

meegenomen. Uit de onderwijsevaluatie van 2014 bleek dat

dit voor onze partners met hun huidige projecten vaak lastig

is. Daarom hebben Woord en Daad en Driestar Educatief het

plan opgevat een Global Education Network te ontwikkelen

waarin lerarenopleidingen over heel de wereld aan elkaar

verbonden worden. Ook per land zullen netwerken opgezet

worden van lerarenopleidingen, scholen, onderwijsadvies-

diensten, overheden en de private sector. In 2015 is een begin

gemaakt met de uitwerking van deze plannen.

Voor de duurzame ontwikkeling van een kind is het van belang

dat het kind na de basisschool doorstroomt naar het volgende

onderwijsniveau en vervolgens naar een baan. Monitoring van

kinderen die uitvallen of die de school verlaten, is belangrijk in

het bepalen van wat daar tegen gedaan kan worden. Omdat

dit voor onze partners lastig bleek, heeft Woord en Daad een

monitoringinstrument ontwikkeld.

Ook meer aandacht voor voortgezet onderwijs is hierin

belangrijk. Het bleek dat partners hier verhoudingsgewijs min-

der aandacht aan geven, alhoewel ze wel degelijk het belang

hiervan inzien. De hogere kosten en de beperktere fondskan-

sen zijn hierin een belemmering. Woord en Daad heeft part-

ners uitgedaagd boven de belemmeringen uit te stijgen. Ook

de nog steeds beperkte toegang voor kinderen tot kwalitatief

goed basisonderwijs speelt een rol in deze keuze.

Ontwikkeling van vakmensenVakmanschap moet onderhouden worden. Daarom was er in

het afgelopen jaar weer veel aandacht voor capaciteitsopbouw

van onze partners. Het ontwikkelproces van Edu4Change is

afgerond met als resultaat vier trainingen over actief lesgeven,

begeleiding van (zorg)kinderen, betrekken van ouders en goed

leiderschap. In Ethiopië en Sierra Leone zijn lokale trainers

getraind om deze trainingen zelf te geven.

Om de kwaliteit van een school te verbeteren spelen ook de

aspecten infrastructuur, materiaal en leiderschap een rol.

Woord en Daad ontwikkelde een handleiding voor samen-

hangende capaciteitsontwikkeling voor partners om op een

doelgerichte en samenhangende manier te werken aan kwali-

teitsverbetering op school.

Ook onze partners hebben methodes ontwikkeld om de kwa-

liteit te verbeteren op de scholen waar zij mee werken. Parole

et Action, onze partner in Haïti werkt bijvoorbeeld met 29

scholen die voorheen allemaal dezelfde begeleiding ontvingen.

In 2015 zijn de scholen ingedeeld in kwaliteitscategorieën en

werd er per school een kwaliteitsverbeteringsplan gemaakt

Onderwijs

Leerlingen in opleiding (×1.000)

Leerlingen die hun opleidinghebben afgerond en zijndoorgestroomd naar vervolg-onderwijs of werk (×1.000)

Leerlingen die hun opleidinghebben afgerond maar niet zijndoorgestroomd of de doorstroomis onbekend (×1.000)

Doelstelling

Geheel gehaald (90% of meer)

Gedeeltelijk gehaald (50-89%)

4.500

500

Kleuteronderwijs3.596 LEERLINGEN

1.862 1.734 (100%) 0

Basisonderwijs22.122 LEERLINGEN 23.500

Voortgezet onderwijs10.326 LEERLINGEN 8.500

Hoger onderwijs2.545 LEERLINGEN 2.400

18.269 3.358 (87%) 495

8.278 1.855 (91%) 193

2.016 433 (82%) 96

ToelichtingEr zijn minder kinderen gesteund dan gepland voor kleuter- en basisonderwijs. Dit komt voornamelijk doordat 4000 kinderen van partnerorganisatie P&A in Haiti niet meer opgenomen zijn in dit overzicht omdat ze sinds 2015 een minder uitgebreide vorm van ondersteuning ontvangen (wel onderwijs, maar geen kleding, voedsel en medische zorg).

500 Doelstelling

Doelstelling geheel gehaald

(90% of meer)

Doelstelling gedeeltelijk

gehaald (50-89%)

20 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 22: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET ZUIDEN

waar de lokale gemeenschap nauw bij betrokken werd.

Hierdoor kregen zij meer verantwoordelijkheid voor de school

en kan Parole et Action gerichter begeleiden.

Basisvaardigheden voor een vakmanGoede basisvaardigheden als taal en rekenen zijn vereist voor

goed vakmanschap. Het blijkt dat het hier nogal eens aan ont-

breekt. In 2015 hebben wij ons daarom meer verdiept in het

thema ‘Taal’. Een achtergrondstudie en een scan zijn ontwik-

keld om scholen te helpen deze problematiek helder in kaart te

brengen en een gericht plan van aanpak te ontwikkelen.

In Sierra Leone is een analyse gedaan van het gebruik van de

lokale taal Mende op scholen en de mogelijkheden om in de

lagere klassen te starten met onderwijs in de moedertaal met

een geleidelijke overgang naar het Engels. Dit kan een posi-

tieve invloed hebben op de leerresultaten van een kind, maar

de invoering hiervan moet zorgvuldig gebeuren om negatieve

effecten te voorkomen.

2.2.4 Leerpunten 2015 en uitdagingen 2016

Leerpunten uit 2015:• Woord en Daad biedt kinderen graag een doorgaande lijn

van relevant onderwijs naar de arbeidsmarkt. In veel landen

heeft voortgezet onderwijs een plaats in die lijn. Het blijkt

dat de hogere kosten en lagere fondskansen resulteren in

lagere aantallen kinderen die werden gesteund in het volgen

van voortgezet onderwijs. In 2016 zullen we ons bezinnen

op deze problematiek.

• Monitoring van redenen van drop out en gebrek aan

doorstroom bleek niet voldoende te worden gedaan door

onze partners. Daarom is in 2015 een gedetailleerdere

monitoringtool ontwikkeld die in 2016 uitgerold zal worden.

• Partners zijn vaak alleen gericht op het eigen onderwijspro-

gramma en dragen nog nauwelijks bij aan de ontwikkeling van

de onderwijssector in hun land. Daarom is een plan ontwikkeld

voor een Global Education Netwerk, waarin de verschillende

actoren met elkaar zullen worden verbonden. Uit vooron-

derzoek blijkt dat er in verschillende landen al wel goede

aanknopingspunten zijn, maar dat dit nog veel aandacht zal

moeten krijgen in 2016.

Uitdagingen voor 2016:• Op een duurzame manier investeren in de kwaliteit van

onderwijs is een aandachtspunt voor het onderwijspro-

gramma. Hiervoor is het van belang te investeren in de

onderwijssector en losse onderwijsinterventies aan elkaar

te verbinden.

• Doorstroom van kinderen naar het vervolgonderwijs

en drop-out in het onderwijs blijft een uitdaging in

ontwikkelingslanden.

• Capaciteitsopbouw wordt vaak gedaan door allerlei losse

interventies. We willen dit op een samenhangende manier

aan te pakken.

• Ondanks de aandacht voor onderwijs zijn in veel landen

de basisvaardigheden niet voldoende aan het einde van de

basisschool. Hier meer aandacht aan besteden binnen de

bestaande programma’s is een focus voor veel scholen.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

Leren voor een vak en daarna werken aan de gemeenschap, het dorp of land. Veel mensen willen wel, maar hebben geen geld voor een opleiding. Juist voor hen bieden onze partnerorganisaties praktische vaktrainingen en ondersteuning bij het vinden van een baan. In de praktijk ontvangen leerlingen echter vaak meer dan dat. ‘God heeft me gezegend!’

Alena (35) uit Colombia volgde in 2010 een opleiding tot kleermaker

bij partnerorganisatie CDA en begon een eigen naaiatelier. ‘Tijdens de

cursus hoorde ik over God, bij weekopeningen en in gesprekken met

docenten. Dat zette me aan het denken. Ik ging bidden, en er kwam rust

in mijn leven. God heeft me gezegend; ik kreeg een startkrediet en zo

kon ik voor mezelf beginnen! In totaal ontving ik drie kredieten tussen

2011 en 2013. Inmiddels ben ik zelfstandig, dat is veel beter. Bij alles wat

ik doe wil ik andere mensen laten delen, ook in mijn succes. Ik zeg altijd

tegen mijn werknemers: ‘We werken niet zozeer aan de vooruitgang van

mijn zaak, maar aan de ontwikkeling van ons allemaal.’

Alena: ‘Er kwam rust in mijn leven’

Alena

Meer impact stories

21Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 23: Woord en Daad Jaarverslag 2015

500 Doelstelling

Doelstelling geheel gehaald (90% of meer)

Doelstelling gedeeltelijk gehaald (50-89%)

... een baan vinden (3.001)

... een eigen bedrijf starten (1.483)

nog in (meerjarige) opleiding (1.187)

gediplomeerd (5.767)

... doorstromen naar vervolgonderwijs (624)

... onbekend (659)

Eigen projectinkomen partnerorganisatie

Inkomen via Woord en Daad

6.954GETRAINDE STUDENTEN

VAKONDERWIJS ARBEIDSBEMIDDELING

5.767GEDIPLOMEERDE STUDENTEN DIE...

Beroepsonderwijs, -training en arbeidsbemiddeling (TVET-JBS)

Eigen inkomsten

1.700

2.000

350

22% 23%

21% 27%

52%

26%

11%

11%

500 Doelstelling

Doelstelling geheel gehaald (90% of meer)

Doelstelling gedeeltelijk gehaald (50-89%)

... een baan vinden (3.001)

... een eigen bedrijf starten (1.483)

nog in (meerjarige) opleiding (1.187)

gediplomeerd (5.767)

... doorstromen naar vervolgonderwijs (624)

... onbekend (659)

Eigen projectinkomen partnerorganisatie

Inkomen via Woord en Daad

6.954GETRAINDE STUDENTEN

VAKONDERWIJS ARBEIDSBEMIDDELING

5.767GEDIPLOMEERDE STUDENTEN DIE...

Beroepsonderwijs, -training en arbeidsbemiddeling (TVET-JBS)

Eigen inkomsten

1.700

2.000

350

22% 23%

21% 27%

52%

26%

11%

11%

500 Doelstelling Doelstelling geheel gehaald (90% of meer) Doelstelling gedeeltelijk gehaald (50-89%) Eigen projectinkomen partnerorganisatie

Inkomen via Woord en Daad

» TVET-JBS » Eigen inkomsten

2.3 BEROEPSONDERWIJS, - TRAINING EN ARBEIDSBEMIDDELING (TVET-JBS)

2.3.1 Resultaten programma TVET-JBS

2.3.2 Bestedingen op hoofdlijnen

InterventieBegroting

2015Realisatie

2015

2.1 TVET € 1.698.937 € 1.519.143

2.2 JBS € 402.524 € 350.595

2.3 Infrastructure € 154.700 € 335.863

2.4 Training € 308.392 € 162.134

2.5 Other capacity building + networking - € 129.373

2.6 Advocacy € 161.942 € 99.597

€ 2.726.495 € 2.596.705

2.3.3 Analyse programma TVET-JBS

In 2015 werkten partners in 14 landen met ons programma

TVET (vakonderwijs) en JBS (Job & Business Services). 6.954

personen ontvingen een vakopleiding en 4.484 personen wer-

den aan werk geholpen. Vakmanschap is meer dan technische

vaardigheden! Daarom besteden onze partners veel aandacht

aan zaken als werkhouding, geldbesteding en omgaan met

klanten. Juist vanwege deze vaardigheden zijn ‘onze’ jongeren

populair bij werkgevers. Vakmanschap bevorderen bij kwets-

bare jongeren, dat is het doel. Eén zo’n jongere is Charmaine,

een meisje uit de Filipijnen. Ze groeide op bij de Smokey Mountains, de vuilnishopen van Manila. Met een spraakgebrek

en een groeiachterstand stond dit meisje écht op achterstand.

Maar door een jaar training op onze vakschool ontwikkelde

ze zelfbewustzijn! Na het volgen van een stage zal er voor

Charmaine een baan worden gezocht, zodat ze voor zichzelf

kan zorgen.

Graag willen we vakmanschap bij onze partners bevorderen

door samen expertise op te bouwen en toe te passen. Het

JBS-model is nu uitgebreid beschreven en wordt elk jaar in een

aantal landen versterkt; in 2015 werd een training verzorgd

in Zuid-Afrika, Ethiopië, Sri Lanka en de Filipijnen. Bij partners

waar deze training eerder plaatsvond, zien we de relevantie

van het programma stijgen. Een vernieuwd Student Tracking System is eind 2015 ontwikkeld en zal er vanaf 2016 voor

zorgen dat de impact van de programma’s beter gemeten kan

worden.

Financiële duurzaamheid staat bij alle partners op de agenda.

Een training hierover werd gegeven in India, de Filipijnen en

Ethiopië. Opvallend is dat partners waar ingezet wordt op

financiëleduurzaamheid,automatischgaanwerkenaankwa-

liteit. Dr. Lemma, directeur van Hope Ethiopië, na de training:

‘Voor ons komt alles in een ander perspectief te staan. Vanaf

vandaag schrijven we onze eigen geschiedenis, en jullie zullen

die lezen!’

Eenveelbelovendconceptvoorfinanciëlezelfstandigheidis

het Young Africa model. In dit model worden ondernemers

uitgenodigd om hun bedrijf binnen de school te runnen en

ToelichtingHet percentage eigen inkomen voor vakonderwijs en arbeidsbe-middeling is gebaseerd op de gegevens van ongeveer 60% van de partnerorganisaties.

Toelichting• Er zijn meer jongeren die hun opleiding hebben afgerond dan de aanvankelijke prognose. • Bij sommige partners is er een verschuiving van jongeren die een baan vinden in plaats

van een eigen bedrijf starten (TML in India, DEDRAS in Benin, CSS in Bangladesh).

22 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 24: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET ZUIDEN

tegelijk te fungeren als docenten. In 2015 werd met Young

Africa en partner DEDRAS uit Benin een pilot uitgewerkt die

in 2016 zal gaan starten.

Het programma ASHTEC in de Filipijnen is in meerdere

opzichten een voorbeeldprogramma. Het heeft doelen gesteld

voorfinanciëleduurzaamheidenheefteengoedontwikkeld

JBS waardoor elk jaar meer dan 80% van de afgestudeerden

aan werk wordt geholpen. Wel zijn er uitdagingen in het

traject naar verzelfstandiging, op gebied van fondswerving en

management van de transitie. ASHTEC bestond in november

20 jaar. Dit werd gemarkeerd met een feestelijk seminar waar

Woord en Daad-bestuurder Jan Lock de keynote speaker was.

In Colombia werd een positieve ontwikkeling doorgemaakt. De

afgelopen jaren is partner CDA uitgedaagd om de relevantie

van het programma te verbeteren. Er was veel uitval en de

plaatsing van afgestudeerden was te laag. De relevantie was

in 2012 lager dan 25%. CDA zette in op een betere selectie

van studenten, wijzigde vakken op basis van marktonderzoek

en gaf meer aandacht aan het plaatsen van leerlingen. Vanuit

Nederland reisden enkele ondernemers naar Colombia om

vanuit hun vakmanschap de organisatie te adviseren. In 2015

noteerde CDA een relevantie van 68%!

Bij partner CREDO in Burkina Faso werd training op het

gebied van zonne-energie verder ontwikkeld. Training werd

verzorgd voor leerlingen en eigenaars van bedrijfjes. Daarin

werd vooral gefocust op kleine energiesystemen voor een

huishouden. Dit jaar werd het plan opgevat om het wat groter

op te zetten en zelfs leverantie aan het net mogelijk te maken.

Een nieuw curriculum wordt ontwikkeld samen met bedrijven

in de sector. Op deze manier bevorderen we groene energie en

technische innovatie in ontwikkelingslanden.

2015 was een jaar waarin wereldwijd extreem veel men-

sen migreerden. Eén van de redenen voor migratie is het

ontbreken van arbeid en inkomen. Woord en Daad startte een

bezinning over de relatie tussen migratie en (het ontbreken

van) vakonderwijs. Overwogen wordt om nieuwe programma’s

te starten in regio’s waar vakonderwijs kwetsbare mensen

kan helpen om in hun eigen omgeving te ontwikkelen zodat er

minder risico is op radicalisering of vlucht uit eigen land.

2.3.4 Leerpunten 2015 en uitdagingen 2016

Leerpunten uit 2015:• Om impact te bereiken dient een programma relevant te

zijn voor de doelgroep in hun context. In Colombia bleek

door een aanpassing van de strategie de relevantie sterk

verhoogd te kunnen worden. Een concreet middel daarbij

was een grondige analyse van de kostenstructuur van het

programma en van de resultaten. Zo werd meer impact

bereikt voor hetzelfde geld.

• Het ontwikkelen van een project op zonne-energie in een

consortium van private actoren en een trainingsinstituut

was een goede mogelijkheid om in Burkina Faso iets te doen

aan het energieprobleem. Het was een leerervaring om dit

project gezamenlijk te ontwikkelen als een business model,

waarbij de toegevoegde waarde van alle partijen werd inge-

zet.Inmiddelsiserfinancieringaanhetprojecttoegekenden

is het van start gegaan.

• Leerlingen volgen via een Student Tracking System biedt

veel mogelijkheden om de impact van een programma te

meten. Vanaf 2016 zal dit structureel gebeuren.

Uitdagingen voor 2016:• Dit jaar werden stappen gezet om de kijken hoe we het inno-

vatieve Young Africa model mogelijk kunnen toepassen op

ons bestaande programma in Benin. Dit is soms moeilijk. Het

toepassen van een nieuw model op een bestaand programma

vraagt veel overleg, omdat het voor de organisatie in Benin

een omslag in denken inhoudt: meer ondernemerschap

betekent grotere verantwoordelijkheid voor afwegingen en

risico’s.

• Partnerszijnsomsgoedopwegnaarfinanciëlezelfstandig-

heid, maar vallen na enkele jaren terug door een samenloop

van omstandigheden. Het is dan een uitdaging om de juiste

benaderingtevinden.Definanciëlebijdragetijdelijkverho-

gen? Of de partner even in het diepe laten zodat hij beter

leert zwemmen?

• In regio’s met een hoge migratie kunnen verbeterde

omstandigheden rond arbeid en inkomen een positieve

impact hebben. Onze ervaringen in andere landen kunnen in

deze regio’s ingezet worden. Dit is niet eenvoudig, omdat de

politieke en maatschappelijke situatie veelal instabiel is.

• Het blijft een uitdaging om bij alle programma’s die partners

uitvoeren vanuit de lokale markt een programma in te vullen

voor vakonderwijs. Daarom zal in 2016 gekeken worden

naar een nauwere en strategischere samenwerking met

ROC’s en vakscholen in Nederland.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

2.4 LANDBOUWTRAINING EN VOEDSEL-ZEKERHEID (AVET-FNS)

2.4.1 Resultaten programma AVET en voedselzekerheid

2.4.2 Bestedingen op hoofdlijnen

InterventieBegroting

2015Realisatie

2015

14.1 AVET - directe armoedebestrijding € 447.211 € 219.319

14.2 AVET - maatschappijopbouw € 114.518 € 124.593

14.3 AVET - beleidsbeïnvloeding € 28.571 € 28.577

€ 590.300 € 372.489

6.3.1 Food security - directe armoedebestrijding € 358.894 € 253.261

6.3.2 Food security - maatschappijopbouw € 193.211 € 136.271

6.3.3 Food security - beleidsbeïnvloeding € 160.411 € 181.886

€ 712.516 € 571.417

23Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 25: Woord en Daad Jaarverslag 2015

2.4.3 Analyse programma AVET en voedselzekerheid

In 2015 zijn de bestaande voedselzekerheidsprogramma’s in

Burkina Faso, Benin, Sierra Leone en Oeganda afgerond. In

Burkina Faso en Oeganda werkten de afgelopen vijf jaar de

partnerorganisaties van Woord en Daad samen met andere

partners van de ICCO Alliantie om het bereik en de impact van

het voedselzekerheidsprogramma te vergroten. De betrokken

partnerorganisaties zetten hun landbouwkundige activiteiten

voort onder AVET. AVET is agrarische beroepstraining die

zich richt op technische en economische kennis als onderne-

mersvaardigheden. Er is veel aandacht besteed aan speci-

fiekewaardeketens:melkveeinEthiopië,groenteverbouw

in Burkina Faso en honingproductie in Oeganda. Binnen een

waardeketen is het belangrijk dat de boeren zich professioneel

organiseren om voldoende volumes te produceren, te voldoen

aan kwaliteitseisen, gezamenlijk te onderhandelen voor de

verkoop van producten en om toegang te krijgen tot krediet.

Daartoe zijn ook boerengroepen en hun overkoepelde organi-

saties versterkt.

Als illustratie, is in Ethiopië het melkveehouderijproject

‘Milking the potential’ van start gegaan om de werkgelegen-

heid voor jongeren te vergroten. De doelstelling voor dit pro-

ject is om de kwaliteit van de melkveehouderij en de geleverde

melk te kunnen vergroten. In dit project wordt nauw samenge-

werkt met de zuivelindustrie, waarbij een melk- en vleesfa-

briek de afname garandeert. Het AVET-programma zet in op

de ontwikkeling van benodigde diensten op kwaliteitscontrole,

hygiëne en voeding. Dit biedt werkgelegenheid voor jongeren

en is randvoorwaarde voor betere productie en vermarkting.

In Benin is gewerkt aan de opstart van een tienjarig geïnte-

greerd gebiedsontwikkelingsproject, waarbij agribusiness

en ondernemerschap centraal staan, voor ondernemers,

werkzoekende jongeren en kinderen in het basisonderwijs.

Daarbij is veel aandacht besteed aan het eigenaarschap van

de geplande ontwikkeling bij de doelgroep zelf, met nadruk op

een gezamenlijke analyse welke mogelijkheden het gebied zelf

biedt voor sociaaleconomische ontwikkeling, agribusiness en

bestrijding van werkloosheid en armoede.

In Burkina Faso is er een gezamenlijk project ontwikkeld met

diversepartnerorganisaties,financiëleinstellingenendienstver-

leners op geïrrigeerde groenteteelt. Er is sprake van duurzame

ontwikkeling van de watervoorziening, produceren van speci-

fiekegroenten(vooraluien)enhetontwikkelenvangeschikte

financiëleproductenvoordezeproductie.Desamenwerking

tussen deze partijen en productontwikkeling is innovatief.

Economische onderbouwing bijgedragen aan een professio-

naliseringsslag, zowel bij de doelgroep als bij de partnerorga-

nisaties. Er wordt een beroep gedaan op goede beheersing

van de productie, de organisatie en van benodigde diensten.

De professionaliteit van de leiders van boerengroepen wordt

versterkt door hen leiderschapstraining te geven en hun blik

te verruimen op het krachtenveld van waardeketens. Hiertoe

behoortookhetverkrijgenvanlokalefinancieringvoordepro-

ductieactiviteiten door boerengroepen zelf. Op deze manier

hebben we middels onze projecten 2.644 boeren getraind.

2.4.4 Leerpunten 2015 en uitdagingen 2016

Leerpunten uit 2015:• De ontwikkeling van waardeketens in de landbouw biedt veel

kansen voor jongeren. Deze waardeketens hebben diensten

nodig van goede kwaliteit. De ontwikkeling van deze diensten

door jongeren vormt voor hen een kans om inkomen te

1.320

Voedselzekerheid

Personen ontvangentraining over voeding

4.472Boeren ontvangen trainingover landbouwmethoden

2.644Boeren ontvangenlandbouwproductiemiddelen

957

167boerengroepenhebben huncapaciteit versterkt

0 1.000 2.000 3.000 4.000

4.510

100

1.980

Toelichting• Er zijn meer boeren getraind door de start van nieuwe AVET-programma’s.• Er zijn minder landbouwproductiemiddelen ontvangen omdat dit minder is gestimuleerd.

In het nieuwe beleid worden landbouwproductiemiddelen op basis van kredieten verstrekt.

• In Burkina Faso zijn meer boerengroepen versterkt door de grote interesse hiervoor.

500 Doelstelling Doelstelling geheel gehaald (90% of meer) Doelstelling gedeeltelijk gehaald (50-89%)

» Voedselzekerheid

24 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 26: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET ZUIDEN

generen en het ondersteunt de ontwikkeling van de teelt en

verwerking van landbouwproducten. Om jongeren deze kan-

sen ook daadwerkelijk te kunnen bieden zal in kaart worden

gebracht welke competenties nodig zijn voor de verschillende

landbouwkundige beroepen in de partnerlanden.

• Trainers die de boerengroepen lesgeven zijn technisch

gezien goed opgeleid (akkerbouw, veehouderij e.d.). Maar

weinigen onder hen hebben enige training gehad op

onderwijskundig gebied (lesmethodes, opzetten van een

lessenplan met doelstellingen e.d.), terwijl het juist van het

allergrootste belang is om training op een zodanige manier

te verzorgen, dat het de boeren aanspreekt en het effect

van de training maximaal is. Dit aspect van de professionali-

teit zal de komende periode meer aandacht krijgen.

• Het is belangrijk om in processen van visievorming met part-

nerorganisaties en (vertegenwoordigers van) doelgroepen te

borgen dat deze groepen voldoende eigenaarschap ontwikke-

len. De ervaring leert dat het een risico is als zaken vanuit ana-

lyses worden aangereikt die door de actoren zelf onvoldoende

worden toegeëigend. Dit vraagt voortdurend gesprek en

nagaan hoe dingen over en weer begrepen worden.

Uitdagingen voor 2016:• Het opereren binnen waardeketens vergt een andere

professionaliteit van partnerorganisaties dan voorheen.

Nu wordt er van hen verwacht dat ze in staat zijn te denken

in economische termen en om samenwerkingsverbanden

aan te gaan met een heel scala van actoren binnen een

bepaalde waardeketen. Dit zijn onder andere leveranciers

van productiemiddelen, afnemers en transporteurs; het

omvatfinancieringsinstitutiesendeoverheiddievoorlich-

ting geeft of grond beschikbaar stelt. De partnerorganisatie

moet verbanden leren leggen, hiaten in de waardeketen

aanduiden en met oplossingen komen middels het initiëren

van projectinterventies, samenwerkingsverbanden of

beleidsbeïnvloeding. Er is veel gewerkt aan visie-ontwikke-

ling van waardeketens, waarbinnen partnerorganisaties nog

sterker hun eigen rol zullen innemen, vooral in samenwer-

king met andere partijen. Dit betreft met name de relatie

metafnemersenfinanciers.

• De jongere generatie in rurale gebieden ziet over het alge-

meen weinig perspectief voor de toekomst. En dat terwijl

juist deze groep het vakmanschap en ondernemerschap kan

bieden die nodig zijn voor sociaaleconomische ontwikke-

ling. Enerzijds is er zicht op de potentie van landbouw en

economische ontwikkeling en aanverwante diensten nodig.

Anderzijds is het hard nodig dat jongeren bewust zijn dat

deze mogelijkheden voor hen te bereiken zijn als ze de juiste

competenties en kennis hebben. Vanzelf komen deze twee

dingen niet bij elkaar. Als gevolg migreren jongeren op hoop

dat er elders betere kansen zijn. De mogelijkheden moeten

voor jongeren concreet worden en binnen handbereik. Hier

is vakmanschap en compassie voor nodig vanuit begelei-

dende organisaties. Dat geeft uitdaging en hoop.

• Gemarginaliseerden hebben weinig houvast voor een

zekere toekomst. Binnen de landbouw is de beschikbaarheid

van land en/of vee de basis voor economische ontwikkeling.

Het is een uitdaging om gemarginaliseerden te betrekken

in (self-help) groepen, zodat er een weg wordt gecreëerd

voor verbeterde toegang tot productiemiddelen. In veel

Afrikaanse landen kan de overheid aan groepen land

beschikbaar stellen; deze mogelijkheid moet dan ook ten

volle worden benut.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

Elizabeth: ‘Ik voel me enorm gesteund en aangemoedigd’

In veel landen zijn mensen voor hun dagelijkse levensbehoeften afhankelijk van lokale land-bouw en veeteelt. Juist zij ervaren de gevolgen van klimaatverandering, droogte en overstro-mingen. Onze partnerorganisaties werken aan verbetering van de voedselzekerheid, bijvoor-beeld via voorlichting rond voeding en door boeren te trainen.

Elizabeth (55) uit Tsjaad is getrouwd, moeder

van acht kinderen en heeft al twintig jaar een

klein boerenbedrijf. Gedurende die periode

heeft ze veel gehad aan de ondersteuning van

onze partnerorganisatie PCAR. ‘Ik had zelf

al het een en ander opgezet voordat ik een

microkrediet ontving. Het ging voorspoedig

en nadat ik de lening had afbetaald, nam ik een

tweede, grotere lening. Dankzij deze steun

kwam er meer stabiliteit in mijn bedrijf. Van

de winst kan ik bijdragen in de huishoudelijke

uitgaven. Tijdens het droge seizoen houd ik me

voornamelijk bezig met kleinschalige handel.

Afgelopen jaar heb ik een training gevolgd over

hoe ik deze activiteiten nog beter kan beheren

en mijn winst kan verhogen. Ik voel me enorm

gesteund en aangemoedigd in mijn werk, dat ik

doe om voor mijn gezin te kunnen zorgen.’

Elizabeth

Meer impact stories

25Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 27: Woord en Daad Jaarverslag 2015

2.5 GEZONDHEIDSZORG EN WATER, SANITATIE EN HYGIËNE (WASH)

2.5.1 Resultaten programma Gezondheidszorg en WASH

CONSULTATIES VAN PATIËNTEN

133.800 PERSONEN BEREIKT MET PREVENTIEVOORLICHTING

636.000× 20.000 × 20.000

WATERPOMPEN GEPLAATST

110× 20

LATRINES GEBOUWD

301× 30

PERSONEN BEREIKT MET HYGIËNEVOORLICHTING

142.000× 20.000

Gezondheidszorg

188.900

212 300

661.000 150.000

Toelichting• Er zijn minder consultaties van patiënten en minder

personen bereikt met preventievoorlichting o.a. omdatWoordenDaaddefinancieringvoorgezond-heidszorg afbouwt.

• Er zijn minder waterpompen geplaatst, maar wel zijn in Ethiopië 280 watercomités getraind die zorgen dat 280 bestaande pompen goed functioneren.

500 Doelstelling Doelstelling geheel gehaald (90% of meer) Doelstelling gedeeltelijk gehaald (50-89%)

2.5.2 Bestedingen op hoofdlijnen

InterventieBegroting

2015Realisatie

2015

6.1.1 Health - directe armoedbestrijding € 843.935 € 1.009.717

6.1.2 Health - maatschappijopbouw € 373.389 € 374.194

6.1.3 Health - beleidsbeïnvloeding € 221.152 € 295.987

€ 1.438.476 € 1.679.898

16.1 WASH - directe armoedebestrijding € 551.735 € 232.107

16.2 WASH - maatschappijopbouw € 202.044 € 235.501

16.3 WASH - beleidsbeïnvloeding € 23.313 € 44.539

€ 777.092 € 512.147

2.5.3 Analyse programma Gezondheidszorg en WASH

Met name in landen in Afrika en Haïti is het WASH-programma

(Water, Sanitatie en Hygiëne) verder uitgebouwd. Belangrijk

daarin was het samen met de partnerorganisaties zoeken naar

mogelijkheden om water en sanitatie als dienstverlening in de

verschillende landen op te zetten. Diensten die professioneel

geleverd worden en waarvoor ook daadwerkelijk betaald wordt

door eindgebruikers. Dat is in veel gebieden een benadering die

nieuw is, want er is nog veel ‘hulpverlening op oude voet’, waarbij

waterpompen en latrines grotendeels gedoneerd worden. Het

probleem daarmee is dat er geen capaciteit en bereidheid is om

opkomende (technische) problemen te verhelpen. Alleen dienst-

verlening die lokaal is ingebed en daadwerkelijk gemaakte kos-

tenkanterugverdienenisfinancieelduurzaam.Daaromhebben

wij in onze programma’s een focus op capaciteitsopbouw door

middel van training, op bewustwording bij eindgebruikers en op

financieelduurzamedienstverlening.

In een pilot project in Bangladesh is de focus meer op de kleine

ondernemers komen te liggen. Onze partner traint hen in

goede bedrijfsvoering, het verbeteren van de kwaliteit van hun

(sanitatie)producten, maar ook een stuk marketing. Ook wor-

den er op kleine schaal drinkwatersystemen uitgeprobeerd,

door middel van regenwateropvang, omdat het grondwater

vaak vervuild is met arseen.

In Ethiopië is dit jaar naast een lopend programma een nieuw

project gestart uitsluitend gericht op reparatie en onder-

houd van bestaande watervoorzieningen. Tweederde van

de voorzieningen in het projectgebied zijn in onbruik, soms

door eenvoudige technische mankementen. Daarnaast is ook

vaakfinancieelbeheernietinorderondwatervoorzieningen,

waardoor eindgebruikers niet willen betalen. Door middel van

intensieve training en coaching van jonge ondernemers wor-

den bedrijfjes opgezet die tegen lage kosten watervoorzienin-

gen in het gebied kunnen onderhouden. Daarnaast worden de

watercomités getraind in het beheer van waterpunten. In dit

project is een unieke samenwerking opgezet tussen de lokale

en regionale overheid, watercomités, bedrijven en experts van

technische vakscholen die training verzorgen.

Steun aan lopende gezondheidsprogramma’s is in 2015

helemaal afgebouwd. Met alle partners zijn uitfaserings-

plannen uitgevoerd die in 2013 waren opgesteld. Niet altijd

26 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 28: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET ZUIDEN

betekende dit dat het hele gezondheidsprogramma stopte, wel dat

bijvoorbeeld preventieve gezondheidscomponenten werden afge-

bouwd. Verschillende strategieën zijn ingezet, afhankelijk van de

context:financiëleverzelfstandigingvanruraleklinieken,vervangende

steun van nationale ministeries of steun/overname door andere

ontwikkelingspartners.

2.5.4 Leerpunten 2015 en uitdagingen 2016

Leerpunten gezondheidzorg uit 2015:• Uitfaseren van steun aan (gezondheids)projecten moet een focus

zijn vanaf het begin van de samenwerking. Een leerpunt daarbij is dat

de inhoudelijke experts betrokken bij uitvoering en kwaliteitsbor-

ging van het programma niet de juiste personen zijn om een goede

uitfasering te managen.

• Onze partners hebben de locatie van klinieken en gezondheids-

diensten niet altijd strategisch bepaald (vaak zijn er bijv. historische

redenen). Dit kan betekenen dat er dichtbij ‘concurrenten’ zitten of

dat de kliniek juist te geïsoleerd is van andere actoren die relevant

zijnvoorhetgoedfunctioneren;ditzijnzakendiede(financiële)

duurzaamheid van het project kunnen bedreigen. Dit moet vanaf

toezegging van de steun scherper overwogen worden.

Leerpunt WASH uit 2015:• Duurzaamheid van WASH-diensten in rurale gebieden zonder

financiëlesteunisvaakonrealistisch,zekerineeneerstefase.Hoewel

financiëleduurzaamheididealitergeborgdmoetzijndoorbetalende

eindgebruikers, is creatieve samenwerking van overheden, bedrijven

en maatschappelijke organisaties van belang om diensten in afgelegen

gebieden (waar vaak ook onze doelgroep zich bevindt) op te zetten.

Uitdagingen voor 2016:• De WASH programma’s hebben allemaal een belangrijk onderdeel

training van lokale technische capaciteit om water en sanitatiesyste-

men te onderhouden en repareren. Hoewel er niet genoeg voorzienin-

gen zijn voor vooral bevolking op het platteland in de landen waar we

werken, is dat niet de enige prioriteit. Minstens van even groot belang

is om bestaande voorzieningen (en nieuwe!) duurzaam te laten func-

tioneren. Onderhoud en reparatie van infrastructuur is erg belangrijk,

en hier leveren programma’s die wij steunen allemaal een bijdrage aan.

• Door ons meer te richten op gedragsverandering door middel van

bewustwordingscampagnes, voorlichting en ‘social marketing’

(vermarkten van producten die tegelijk ander gedrag vereisen) is

er minder uitval op scholen, hogere productiviteit en zijn er minder

medische uitgaven.

• We willen de eindgebruikers gaan benaderen als klanten van dienst-

verlening waarvoor betaald wordt.

• In 2015 hebben we studie gedaan naar integraal waterbeheer. De

noodzaak voor integraal waterbeheer komen we tegen in water-

schaarse gebieden waar behoefte aan drinkwater en water voor het

vee of de landbouw met elkaar strijden. We willen capaciteitsopbouw

voor integraal waterbeheer een plek geven in programma’s waar zowel

drink- en productiewater componenten een plek hebben en in gebie-

den waar water schaars is, zoals in het noorden van Burkina Faso.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

Met vakmanschap kan het project goed draaien

In Ethiopië heeft Woord en Daad twee programma’s rond water, die nauw verbonden zijn. In het eerste project worden nieuwe putten geboord met behulp van een innovatieve methode waarbij twee boortechnieken tegelijk worden gebruikt Op deze manier kunnen op veel meer plaatsen putten worden geboord. In het tweede project trainen we teams die juist het onderhoud van de putten en pompen op zich nemen. Veel al geboorde putten zijn in onbruik geraakt door slecht onderhoud, en als ze wel gerepareerd worden, duurt dat veel te lang.

Yosef, Yared, Barhanu, Masho en Tsegay vormen een

onderhoudsteam van het project. Ze wonen rond het

plaatsje Hintalo-Wajerat. Allemaal begin 20 en afgestu-

deerd van een vakopleiding. Inmiddels hebben zij samen

hetspecifieketrainingsprogrammavanhetproject

doorlopen, waardoor ze nu alles weten van waterpom-

pen. En dat is hard nodig, want alleen met vakmanschap

kan het project goed draaien. Binnenkort hopen ze met

het werk van hun bedrijfje te starten. En vooral: met hun

gemeenschap als klant. Hun droom? ‘We willen graag een

eigen kantoortje hier in de stad hebben, waaruit we dan

ons bedrijf kunnen draaien. Het liefst willen we ons bedrijf

uitbreiden met een onderdelenwinkeltje, en het openen

van een afdeling in een andere woreda (vergelijkbaar met

gemeenten in Nederland). Op deze manier hebben we

zelf een baan en kunnen we banen creëren voor heel veel

andere jongeren in deze omgeving!’

Yosef

Masho

Tsegay

Yared

Berhanu

Meer impact stories

27Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 29: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Bedrijfsontwikkeling

Verstrekte leningen

4.468 

× 1.000 × 1.000 × 1.000 × 1.000

Boeren/ondernemersontvangen training

 15.646

Nieuwe banen

1.075Gerealiseerdeketenverbindingen

 16.21814.180

3505.83014.250

500 Doelstelling Doelstelling geheel gehaald (90% of meer) Doelstelling gedeeltelijk gehaald (50-89%) Doelstelling niet gehaald

Toelichting• De planning van de

verstrekte leningen aan boeren/ondernemers is niet gehaald, met name vanwege minder leningen-dat kon worden verstrekt in West-Afrika.

• Tegelijk is het ook in deze regio dat het aantal gerea-liseerde ketenverbindingen ruim hoger is dan gepland, waardoor het totaal boven de planning komt.

• De ruime overschrijding van nieuwe banen komt met name door het huizenbouw programma in Bangladesh, wat leidt tot nieuwe werkgelegenheid (560 banen).

2.6 AGRIBUSINESS EN BEDRIJFSONTWIKKELING (AED)

2.6.1 Resultaten programma Agribusiness & bedrijfsontwikkeling

2.6.2 Bestedingen op hoofdlijnen

Interventie Begroting 2015 Realisatie 2015

4.1 Exploitation support for partners € 235.879 € 25.656

4.2 Capital / loans € 486.086 € 6.406

4.4 Business Development Support € 224.433 € 72.279

4.5 Chain organisation € 635.719 € 231.675

4.6 Training, capacity building € 235.749 € 41.031

4.7 Advocacy € 32.083 € 90.104

€ 1.849.947 € 467.152

In het AED-programma is in 2015 minder besteed dan

begroot, maar de resultaten zijn in lijn met voorgaande jaren.

De reden hiervoor is dat een deel van de bestedingen in voor-

gaande jaren is gedaan in de vorm van leningen. Zolang deze

lening uitstaat leidt dit tot impactresultaten, zonder dat er een

nieuwe besteding nodig is.

In Zambia is een bedrag van € 152.005 besteed aan het

Chongwe project en € 157.000 aan ZambiaWorks. Deze

bedragen waren reeds in voorgaande jaren gecommitteerd en

leidden daardoor niet tot een besteding in 2015.

2.6.3 Analyse programma AED

Het jaar 2015 was het laatste jaar van een beleidsperi-

ode. In de laatste paar jaar is het Agribusiness Enterprise

Development (AED) programma meer en meer dynamisch

geworden. In de praktijk betekent dit dat er met veel meer

partijen wordt samengewerkt om een project uit te voeren,

waarbij elk van de deelnemers iets inbrengt en waarbij iedere

deelnemer baat heeft. We denken bijvoorbeeld aan het

Chongwe project in Zambia, waar niet alleen wordt samenge-

werkt met een boerencoöperatie, maar ook met een voedsel-

verwerker in de stad die het voedsel verwerkt en verkoopt in

de supermarkt. Hierdoor krijgen deze boeren toegang tot een

markt die eerder voor hen onbereikbaar was.

Ook in 2015 hebben kleinschalige (boeren)ondernemers baat

gehadbijdefinanciëleentechnischeondersteuningdievia

Woord en Daad beschikbaar is gesteld. In totaal bereikten we

op die manier 15.646 (boeren)ondernemers en hun gezinnen

en werden 1.075 banen gecreëerd en/of in stand gehouden.

Een zelfstandig inkomen betekent een mate van keuzevrijheid,

maar doet vooral recht aan de zelfstandigheid van mensen en

voorkomt een ongewenste afhankelijkheid van donoren.

In 2015 werd er ook intensief samengewerkt met andere

partijen in Nederland. Met Incluvest wordt intensief samenge-

werktbijhetfinancierenvanbedrijveninontwikkelingslanden.

Ditvarieertvanmicrofinancieringofeenleningvoornieuwe

machines. Samen met een aantal andere partijen werd de

iMPACT Booster opgezet. De iMPACT Booster is een samen-

werking van Woord en Daad met ICCO, New World Campus,

Universiteit Nyenrode, Wilde Ganzen en de 1%Club. Het doel

van de iMPACT Booster is om tien startende ondernemers

te helpen hun bedrijf op te bouwen in een ontwikkelingsland.

Deze ondernemers zijn allemaal gericht op innovaties gerela-

teerd aan landbouw.

OokwerddefinancieringvanhetAEDprogrammameeren

meer divers. Leningen, investeringen en garanties zijn een

veel grotere rol gaan spelen in de projecten. De trend binnen

het AED programma is dat de projecten en activiteiten jaar op

jaar toenemen, bij een gelijkblijvend of soms zelfs teruglopend

budget vanuitNederland,doordateendeelvanhetgelddat

ooit ingezet is steeds opnieuw uitgezet wordt. Bijvoorbeeld

in Burkina Faso, waar door partnerorganisatie ACFIME al

jarenlangmicrofinancieringwordtverstrektaanstartende

ondernemers. Dit geld wordt keer op keer uitgeleend, zodat

steeds nieuwe ondernemers hun bedrijf kunnen opbouwen.

28 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 30: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET ZUIDEN

2.6.4 Leerpunten 2015 en uitdagingen 2016

Leerpunten uit 2015:• Voor een succesvolle toegang tot fondsen voor landbouwke-

tenontwikkeling is het nodig om eerst ervaring en kennis van

specifiekeketensendebijbehorendecontextoptebouwen.

• In 2015 is soms gezien dat marktvraag wordt verondersteld

aanwezig te zijn, terwijl dat niet het geval blijkt te zijn. Dan

kan de productiviteit wel toenemen, maar leidt het onvol-

doende tot toegenomen inkomen. Wanneer een marktpartij

(koper/verwerker) geen deel van het project uitmaakt

moet er contractueel een sterke samenhang zijn tussen de

financieringvaneenprojectendetebehalenresultatenop

het gebied van de marketing.

• Projecten op het gebied van duurzame economische ontwik-

keling/landbouwontwikkeling moeten gebaseerd zijn op een

solide business case voor de betrokken bedrijven maar tege-

lijkertijd zoeken we ook projecten die direct en aantoonbaar

inclusief zijn. In de praktijk blijkt dat een lastige combinatie

te zijn. In 2016 zal voor nieuwe Inclusive Agri Development

(IAD)-projecten duidelijke criteria worden vastgelegd om

deze afweging vooraf beter te kunnen maken.

Uitdagingen voor 2016:• In 2016 zal er gericht worden gekeken naar de opbouw van

relevante kennis en hoe netwerken van kansrijke landbouw-

ketens kan worden verankerd in de organisatie.

• Een uitdaging voor 2016 is het ontwikkelen van relevante en

robuuste samenwerkingen in agri-ketens. Om blijvend aan-

spraak te maken op subsidies en fondsen zijn bewezen con-

sortia nodig om duurzaam verschil te maken. Samenwerken

met betrouwbare en capabele partnerorganisaties enerzijds

en het bedrijfsleven anderzijds. De in 2015 toegekende

FDOV-subsidies voor Guatemala en West-Afrika laten zien

dat investeren in samenwerking binnen ketens zich terug-

betaalt. Deze twee omvangrijke projecten kunnen worden

uitgevoerd vanwege de bestaande partnerschappen met

cashewfabrieken in Burkina Faso en Benin, met een groen-

teverwerker in Guatemala en de aan deze ketens verbonden

internationalehandelsorganisaties,financiëledienstverleners

en lokale ngo’s die de toegang tot kleinschalige boeren heb-

ben en weten hoe ze die kunnen trainen en begeleiden.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

2.7 HUIZENBOUW

2.7.1 Resultaten huizenbouw

2.7.2 Bestedingen op hoofdlijnen

Interventie Begroting 2015 Realisatie 2015

13.1 Credit program housing € 550.000 € 343.263

Ejem: ‘kleine dingen hebben grote impact’

ADP (Aridland Development Program), partnerorganisatie van Woord en Daad, zet zich in Oeganda in voor het uitbreiden van de honingsector. Het doel van dit programma is het versterken van de leef-gemeenschappen door het verbeteren van de economische kansen. Door middel van honingproductie verduurzamen de boeren (een deel van) hun inkomsten.

Ejem is 35 jaar oud, is getrouwd, en heeft zes kinderen in de leeftijd van 4 tot 18 jaar. In januari sloot hij zich

bij ADP aan als cursist voor de honingtraining. Hij was al actief als imker, maar wilde graag meer leren en ook

meer verdienen. Ejem vertelt: ‘Ik had een traditionele, ouderwetse bijenkorf., maar kon via een lening een

modernere bijenkorf krijgen. Dat levert meer op. Ik weet nu veel beter wat ik moet doen om de oogst te ver-

groten. Zo is het bijvoorbeeld goed als je bij warm weer een emmer water in de buurt van de bijenkorf plaatst,

zodat de bijen vocht in de buurt hebben. Verder hebben we geleerd dat de cassavebloem goed is voor de bijen.

Dus planten we cassave in de buurt van de bijenkorven. Het lijken kleine dingen, maar het heeft grote impact.’

En het resultaat blijkt! Vroeger verdiende de groep van

Ejem ongeveer 300.000 shilling (€ 80) per oogst. Nu

verdient de groep 800.000 shilling (€ 220)!

Ejem

Meer impact stories

700Huizen gebouwd

× 50

29Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 31: Woord en Daad Jaarverslag 2015

2.7.3 Analyse huizenbouwprogramma

Met enkele jaren ervaring achter de rug, draait het hui-

zenbouwprogramma inmiddels goed en redelijk soepel.

Vakmanschap ontwikkelt zich binnen Inclusive Home Solutions

ltd dankzij de geweldige inzet van Willem Gees, general

manager in Bangladesh. Samen met zijn lokale mensen wordt

er nauwlettend toegezien op de bouw van de huizen. Drie

Bengaalse ingenieurs uitgerust met gps en camera bezoeken

meerdere keren alle families in de periode van selectie als

kandidaat tot en met het oplevermoment van het afgebouwde

huis. De verschillen tussen de vroegere en huidige woonom-

standigheden zijn op die manier snel zichtbaar te maken. Een

vakman ziet graag waar hij voor werkt!

Economisch gezien begint het programma ook serieus mee te

doen doordat het revolverend fonds in Bangladesh gestaag

groeit. Een lening van 150.000 taka beschikbaar stellen voor

700 huizen betekent een investering van ongeveer 1,3 miljoen

euro in constructie in rurale gebieden. Een deel van dat geld

gaat uiteraard naar de inkoop van materialen, maar is ook goed

voor 560 jaarsalarissen die de bouw van deze huizen oplevert.

Dat betreft een directe investering in de dorpseconomieën

waar deze vakmensen wonen en werken. Zie ook de resultaten

in 2.6.1.

2.7.4 Leerpunten 2015 en uitdagingen 2016

Leerpunten uit 2015:• Huizenbouw in Bangladesh gaat goed. Om een verschil op

grotere schaal te maken is een verandering van het systeem

nodig naar duurzaam bouwen. De ingezette pilot met

Compressed Stabilized Earth Blocks (CSEB) is daarvoor

een goede stap geweest. Met nauwe betrokkenheid van

enkele Nederlandse ondernemers uit de ‘bouwgroep’ zijn

de eerste stappen in de productie van CSEB in Bangladesh

gezet. Verbetering van het leefcomfort in huis en enorme

vermindering van de ecologische impact van de huidige

steenovens zijn twee belangrijke doelen om deze innovatie

verder te ontwikkelen.

Uitdagingen voor 2016:• Kennis vanuit India en vanuit het Nederlandse bedrijf

Oskam VOF heeft bijgedragen om deze innovatie in

Bangladesh te bewerkstelligen. Rond de jaarwisseling

2015/16 waren de eerste resultaten binnen en in 2016 zal

Rahimia: ‘Wat een luxe om een eigen toilet te hebben’

In Nederland heeft ieder huis vaak meer dan één toilet. Dat is op het platteland van Bangladesh heel anders. Je zult je toilet maar moeten delen met nog 15 andere families. Toch niet voor te stellen! Daarom is Rahima Begum (50) zo blij met haar eigen toilet. En Rahima heeft niet alleen een nieuwe toilet, maar een heel nieuw huis! Mogelijk gemaakt door het unieke hypotheeksysteem van Woord en Daad-partner Inclusive Home Solution.

Rahimia woont in Kowarpur, een klein

gehuchtje in het zuiden van Bangladesh.

Stil zitten is niks voor haar. Sinds 2008 is

ze lid van een microkredietgroep. Met het

krediet kocht ze stoffen in. Nu maakt ze

kleurrijke kleding voor de lokale markt. Voor

de foto heeft ze speciaal haar mooiste sari

aan gedaan. Rahimia is getrouwd en trotse

moeder van vijf zonen. Haar man werkt als

schipper op de rivier. Die stroomt vlak langs

hun huis. De rivier bezorgt hen ieder jaar

weer grote problemen. In het regenseizoen

stroomt de rivier buiten haar oevers. Dijken

zijn er niet om Rahimia en haar gezin te

beschermen. Gevolg is dat het rivierwater

ieder jaar weer het huis binnenstroomt. ‘Het

water komt wel vijf centimeter hoog. Alles

wordt nat. Ook onze rijstvoorraad. De lemen

vloer spoelt weg en als het water weer zakt

moeten we ons hele huis opnieuw opknap-

pen.’ Rahimia valt even stil.

Gelukkig is veel veranderd voor Rahimia en

haar gezin. Dankzij een huizenkrediet van

€ 1.500 bouwde Rahimia een nieuw huis.

Rahimia bepaalde samen met haar gezin

wat voor soort huis ze wilden bouwen.

Hun nieuwe onderkomen moest aan drie

voorwaarden voldoen: een stevige betonnen

fundering van minimaal 70 cm hoog, zodat

bij overstromingen het rivierwater niet meer

naar binnen spoelt, een schone watervoor-

ziening èn een eigen toilet. ‘Kijk, daar staat

onze nieuwe latrine, kijk eens hoe mooi het is

afgewerkt! Zie je het verschil? Deze verande-

ringen maken mij een gelukkig en dankbaar

mens!’

Rahimia

Meer impact stories

30 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 32: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET ZUIDEN

hier een vervolg aan worden gegeven. De uitdaging is om

daar subsidie voor te krijgen.

• De eerste resultaten laten zien dat het mogelijk is om goede

kwaliteit bouwblokken te produceren met de in Bangladesh

beschikbare grondsoorten. Experts geven wel aan dat

Bangladesh evenals Nederland geologisch gezien een van

de complexere landen is, we staan dus voor de uitdaging te

bewijzen dat we dit aan kunnen.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

2.8 BELEIDSBEÏNVLOEDING

2.8.1 Resultaten beleidsbeïnvloeding

2.8.2 Analyse beleidsbeïnvloeding

Tientallen partnerorganisaties hebben hun invloed aangewend

om overheidsinstanties en andere partijen te stimuleren beleid

uit te voeren dat bijdraagt aan armoedebestrijding. Woord en

Daad heeft in totaal 46 beïnvloedingstrajecten gesteund, op

gemeentelijk niveau, maar soms op het niveau van de nationale

politiek.

Partner CSS in Bangladesh heeft een prijs gekregen voor ‘de

beste hulporganisatie’ in de gemeente Betaga. Sinds 2014

loopt hier het beleidsbeïnvloedingsprogramma voor veilig

moederschap. Bij dit programma brengt een speciaal team van

CSS vrouwen uit de dorpen bij elkaar en traint hen om bij te

houden of de overheid de nodige verloskundige zorg levert.

Ook traint CSS de vrouwen om gesprekken aan te gaan met

leiders uit hun gemeente voor de verbetering van die zorg.

Hiervoor heeft CSS eerst de traditionele leiders kunnen over-

tuigen dat het belangrijk is de vrouwen er zelf bij te betrekken.

De prijs is een teken dat CSS in de gemeente Betaga heeft

kunnen bijdragen aan sociale verandering.

De lobby gericht op het bevorderen van kindveiligheid in

Latijns-Amerika is succesvol verlopen. Partner CDA uit

Colombia heeft de gemeenteraadsverkiezingen van oktober

aangegrepen om kindveiligheid hoger op de politieke agenda

te krijgen in de gemeente Cartagena. Diverse gekozen

raadsleden hebben beleidsvoorstellen positief ontvangen en

aangegeven graag verder te willen samenwerken met CDA.

INDEF uit Nicaragua heeft bereikt dat een aantal kerken een

kinderbeschermingscomité heeft opgericht. Deze comités

kunnen kindermisbruik sneller signaleren en het bewustzijn

over rechten van kinderen onder kerkgangers vergroten.

Partner AMG uit Guatemala heeft zich ingezet voor betere

pleegzorg voor wezen en kwetsbare kinderen.

Éven stond Burkina Faso overal in de wereld in de spotlights.

In september 2015, een maand voor de geplande verkiezingen,

pleegde generaal Diendéré een coup op de transitieregering

van interim-president Michael Kafando. Na een bewogen

week kon Kafando weer op het pluche plaatsnemen en konden

de verkiezingen eind november alsnog doorgaan. De verkiezin-

gen zijn daarna goed verlopen, en inmiddels heeft het land

met Roch Marc Kaboré een nieuwe, democratisch gekozen

president. Diverse partnerorganisaties werken aan beleidsbe-

invloeding in Burkina Faso. Door de politieke ontwikkelingen

was het voor hen moeizaam om in 2015 beleid te beïnvloeden.

Wel heeft Woord en Daad deze partners kunnen trainen in

betere resultaatmeting voor beleidsbeïnvloeding. Op deze

manier verwachten de partners in de komende jaren meer te

kunnen betekenen voor, onder andere, arme boeren en jon-

geren in hun land. De situatie in landen als Burkina Faso, maar

ook Haïti lieten eens te meer zien dat politieke beïnvloeding

flexibiliteitvergtvanzoweldepartnerorganisatiesalsWoord

en Daad. Juist in die situatie is het belangrijk om vanuit een

heldere visie en strategie te werken en deze continu te toetsen

aan de realiteit.

In Zuid Afrika lobbyde partner Mfesane richting diverse

gemeentelijke instanties om overheidsdiensten dichter bij de

arme bevolking te brengen. Focus lag daarbij op toegang tot

het rechtssysteem en gezondheidszorg, en op het tegengaan

van misbruik en mishandeling. De beïnvloeding richtte zich

daarom met name op de politie, maatschappelijk werkers en de

departementen van Justitie en Gezondheidszorg.

Het From Field to Market-programma waarbij beleidsbeïnvloe-

ding wordt gebruikt om boeren en verwerkers in verschillende

waardeketens te ondersteunen, is in 2015 langzaam verder

ontwikkeld. Het feit dat de Nederlandse overheid hier geen

subsidie voor wilde verstrekken, heeft als gevolg dat Woord en

Daad zich in 2015 in eerste instantie enkel op de cashewketen

in Benin en Burkina Faso heeft gericht. De nodige kennis is

» Partnerorganisaties actief in beleidsbeïnvloeding

Beleidsbeïnvloeding

Partnerorganisaties actief in beleidsbeïnvloeding

Onderwijs TVET/JBS Gezondheid Voedsel-zekerheid

Agri-bedrijfs-ontwikkeling

Algemeen

5

0

10

15

31Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 33: Woord en Daad Jaarverslag 2015

verzameld en de eerste contacten met relevante organisaties

zijn gelegd. In 2016 wordt op deze voorbereiding voortge-

bouwd en worden de eerste concrete stappen gezet.

2.8.3 Leerpunten 2015 en uitdagingen 2016

Leerpunten uit 2015:• Voor continuïteit van programma’s is het belangrijk dat

partners diverse inkomstenbronnen hebben, waarmee

beleidsbeïnvloedinggefinancierdwordt.Bijhetopstarten

van nieuwe programma’s wordt daarom vanaf het begin

toegewerktnaarfinanciëlezelfstandigheid.

• We blijven werken aan geïntegreerde programma’s, waarbij

beleidsbeïnvloeding op natuurlijke wijze wordt meegeno-

men in alle projecten waar de beleidsomgeving invloed heeft

op de resultaten.

Uitdagingen voor 2016:• Voor een aantal programma’s was 2015 het laatste jaar van

uitvoering. Het is mooi om te zien dat een aantal partners

ervoor koos om door te blijven gaan met beleidsbeïnvloe-

ding als onderdeel van hun werk, ook al houdt het beïn-

vloedingstraject als losstaand programma op te bestaan.

Wij juichen het toe dat partners mogelijkheden zoeken om

verder te gaan met hun politieke programma’s. Het blijft een

uitdaging om te werken aan geïntegreerde programma’s,

waarbij beleidsbeïnvloeding op natuurlijke wijze wordt

meegenomen in alle projecten waarop het beleid van de

overheid ter plaatse van invloed is.

• Het team Beleidsbeïnvloeding heeft zich in 2015 ingezet

voor de ontwikkeling van meerjarige strategieën voor

beleidsbeïnvloeding bij partnerorganisaties in het Zuiden.

Daarnaast heeft het team partners ondersteund in het

verder ontwikkelen van hun vermogen voor het volgen en

evalueren van resultaten. De inzet is dat dit de komende

jaren daadwerkelijk leidt tot effectievere en meer resultaat-

gerichte beleidsbeïnvloeding.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

Jonel: ‘Echte ontwikkeling moet van de mensen zelf komen’

Om te werken aan blijvende verandering is het van belang dat burgers zelf, maar ook overheden, kerken en maatschappelijke organisaties hun verantwoordelijkheid nemen en samenwer-ken. Daarom ondersteunt Woord en Daad partnerorganisaties in het uitvoeren van zogenaamde beleidsbeïnvloedingspro-gramma’s. In Haïti coördineert Jonel Jonathas (44) het beïn-vloedingsprogramma van partnerorganisatie Parole et Action. Dit programma bestaat uit lobby-activiteiten en bewustwor-dingscampagnes gericht op burgers.

‘Veel ouders op het platteland kunnen zich geen onderwijs veroor-

loven voor hun kinderen. Gebrek aan onderwijs maakt kwetsbaar

en toegang tot onderwijs is een aandachtspunt. Onverantwoorde

keuzes op het gebied van seksualiteit en gezinsvorming zijn dan snel

gemaakt. Door samen te werken met scholen en kerken, hoop ik

eraan bij te dragen dat mensen weerbaarder worden en hun verant-

woordelijkheid nemen voor hun naaste en zichzelf. Wanneer mensen

handelen vanuit een christelijke visie op seksualiteit en voortplan-

ting, zal dat ook leiden tot meer welzijn in de dorpsgemeenschappen.

Daarbij blijft beïnvloeding van overheidsinstanties om overheidspro-

gramma’s dichter bij burgers te brengen, onverminderd belangrijk.

Wat mij motiveert is de overtuiging dat echte ontwikkeling uiteinde-

lijk van de mensen zelf moet komen. In het verleden werd Haïti ‘Parel

van de Antillen’ genoemd. Graag draag ik er met mijn kennis aan bij

dat dit ook in de toekomst weer zal gelden, voor alle inwoners!’

Jonel

Meer impact stories

32 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 34: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET ZUIDEN

2.9 NOODHULP

2.9.1 Resultaten noodhulp

Zie infographic Landen waar noodhulp is gegeven.

2.9.2 Bestedingen op hoofdlijnen

Interventie Begroting 2015 Realisatie 2015

6.4 Water & sanitation - € 231.202

6.5 Housing / shelter - € -74.183

7.0 Emergency assistance € 1.500.000 € 2.519.235

€ 1.500.000 € 2.676.255

2.9.3 Analyse

In 2015 liep een aantal noodhulptrajecten door die in eerdere

jaren waren begonnen. Dit gold voor ons werk via partners

in Filipijnen, Sierra Leone en Haïti. Het karakter was gedeel-

telijk het verder versterken van de veerkracht van mensen

die waren getroffen, maar ook voortzetting van het bouwen

van nieuwe huizen en andere voorzieningen. Een nieuw land

was Nepal, waar een zware aardbeving plaatsvond in april

2015. Via een sterke lokale organisatie en samenwerking

binnen het Christelijk Noodhulp Cluster is belangrijk werk

gedaan om getroffenen te ondersteunen met wederopbouw

van huizen en scholen, en ook het verbeteren van water- en

sanitatie- voorzieningen.

We hebben dit jaar ook een antwoord geboden aan de

vluchtelingenstroom die op gang kwam naar Europa, door een

project in Griekenland, waar veel vluchtelingen aankomen in

Europa. Hier gaat het om acute in-transit hulp aan mensen die

een onzekere reis voor zich hebben verder Europa in. Andere

projecten zijn gestart in Jordanië en Irak, waarbij we mensen

helpen die ontheemd zijn in de regio en mogelijk verder willen

vluchten naar Europa. Doelstelling is om deze kwetsbare

groepen een menswaardig verblijf te geven in de regio en hoop

voor de toekomst levend te houden. Voor een actie in Irak wer-

ken we samen met de organisatie ZOA Vluchtelingenzorg. In

december is verder een actie voor de intensiverende droogte

in Oost-Afrika gelanceerd, die naar verwachting groter wordt

in 2016. Effecten van natuurverschijnsel El Nino betekenen

te weinig regen voor goede oogsten of juist hevige en grillige

neerslagpatronen, die tot overstromingen kunnen leiden,

met gevaar voor opgeslagen oogsten en schade aan fragiele

woningen.

2.9.4 Leerpunten 2015 en uitdagingen 2016

Leerpunten uit 2015:• De noodhulpactie in Nepal kreeg te kampen met vertragin-

gen door wisselende regels van de Nepalese overheid. Dit

» Landen waar noodhulp is gegeven

NEPAL

€ 1.059.569FILIPIJNEN

€ 668.743IRAK

€ 450.957

HAÏTI

€ 181.841SIERRA LEONE

€ 178.406 VLUCHTELINGENMIDDEN-OOSTEN

€ 100.000

OVERIGE LANDEN

€ 36.738

33Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 35: Woord en Daad Jaarverslag 2015

bemoeilijkte snelle selectie van groepen en wederopbouw

van huizen. Het benadrukt eens te meer het belang van

pleiten en beïnvloeden van (lokale) overheden in doellanden

om de positie van de allerarmsten en crisisgetroffenen te

verbeteren, en beleid te maken dat hen echt helpt.

• Met name vanuit de crisis in het Midden-Oosten ontdek-

ken we dat naast hulpgoederen ondersteuning nodig is

die mensen helpt om mentaal om te kunnen gaan met alle

leed dat hen treft en waarvan ze zelf soms middelpunt zijn.

Psycho-sociale zorg en counseling is belangrijk in noodhulp-

programma’s en kan geïntegreerd worden in noodhulp.

Uitdagingen voor 2016:• Onze noodhulpactiviteiten voeren we vaak uit als zelf-

standige projecten. Dat levert goede resultaten op zoals

concrete bouw- en herstelwerkzaamheden. Wel willen we

een betere inbedding en aansluiting bij andere projecten en

programma´s gaan realiseren zodat de mensen die we op

het oog hebben in ons werk, sterker uit de crisis tevoor-

schijn kunnen komen en een eventuele volgende noodsitua-

tie beter aan kunnen. Begin 2016 zullen we ons programma

Noodhulp analyseren en nauwere inbedding zoeken in de

strategie die we voor de komende vijf jaar hebben uitgestip-

peld voor de meer structurele programma’s.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

‘De huizen gingen dansen en stortten toen in...’

Dit is Lalit. We spreken hem vlak na de aardbeving op 24 april 2015. Hij vervoert hout uit het bos om zijn huis te repareren dat tijdens de aardverschuivingen ernstig beschadigd raakte.

Samen met zijn vrouw Masali heeft hij naast zijn ingestorte

huis een tijdelijk onderkomen gemaakt. Hij vertelt over de

ramp: ‘Ik was buiten bezig mijn bijl vast te zetten. Alles begon

te schudden, mijn huis begon te dansen en ik bevroor gewoon,

ik kon niets doen. De grond om me heen begon te kraken, dus

ik sprong naar een andere plaats, bang als ik was in de scheur

te vallen. Nadat de eerste aardbeving voorbij was, volgden

nog veel naschokken. Drie dagen hadden we geen eten, nog

geen enkele rijstkorrel. We overleefden alleen op water. Ik

sliep niet al deze drie dagen. Ik dankte God steeds opnieuw

dat de aardbeving overdag was. ’s Nachts zouden we allemaal

gestorven zijn.’

Het was in Nepal de ergste aardbeving sinds 80 jaar. Een

aardbeving die een spoor van verdriet achterliet, ruim 8500

overleefden de ramp niet. Honderdduizenden mensen verlo-

ren hun huis. Het is dus niet zonder reden dat Woord en Daad

focust op wederopbouw van huizen, onder andere met part-

nerorganisaties UMN en Medair. Samen met deze organisaties

werken we aan Vakmanschap! Vakmanschap bij de bevolking

zèlf. In de vorm van een training in aardbevingsbestendig bou-

wen, zodat op de lange termijn mensen echt geholpen zijn. En

in de vorm van vouchers waarmee bouwmateriaal kan worden

aangeschaft bij lokale handelaren. Dat stimuleert meteen de

lokale markt. Vakmanschap over de gehele linie dus!

Lalit

Meer impact stories

34 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 36: Woord en Daad Jaarverslag 2015

ONTWIKKELINGEN IN DE REGIO’S

ARCHITECTEN VAN SAMENWERKING

ONTWIKKELINGEN IN DE REGIO’S

35Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 37: Woord en Daad Jaarverslag 2015

3.1 INLEIDING

De allianties zijn hun kinderschoenen ontgroeid.

Stonden de eerste paar jaar in het teken van zoeken

naar richting en identiteit, van versterking van de

eigen organisatie en capaciteit, steeds meer ontwikkelen de

allianties zich nu ‘naar buiten’ toe. Ze slaan hun vleugels uit en

daarmee verzilveren we in toenemende mate de meerwaarde

van de allianties.

Regiocoördinatoren Cees Oosterhuis, Sander Verduijn,

Jacob Jan Vreugdenhil en Samuel Nirmal hebben elk vanuit

Woord en Daad één of meerdere allianties/regio’s onder hun

hoede. Ze vertellen over de ontwikkelingen in het afgelo-

pen jaar. In het algemeen benoemen ze drie ontwikkelingen

die alliantiebreed speelden: de ontwikkeling van strategi-

scheplannen,deaandachtvoorwaardenprofielenende

multistakeholderprocessen.

In de aanloop naar het nieuwe beleidstraject 2016-2020

hebben de partnerorganisaties in 2015 gewerkt aan hun

strategische programmaplannen, voorafgegaan door ‘Theory

of change’-workshops in bijna alle landen. Cees Oosterhuis

licht toe: ‘Eerder al stelden de allianties hun eigen regiobeleid

vast en op basis van dat beleid en deze workshops maakten de

partnerorganisaties de vertaalslag naar strategische plannen

voor hun programma’s. In de laatste maanden van 2015

werden deze plannen verder uitgewerkt tot jaarplannen voor

2016.’ De landen Zuid-Afrika, Zambia, Thailand en India vielen

buiten deze cyclus omdat we met deze partners werken aan

een afbouwtraject.

De drie regiocoördinatoren volgden in 2015 een training

‘changemanagement’,gebaseerdopwaardenprofielenvan

mensen. Hoe kun je bij grote veranderingen zoveel mogelijk

rekening houden met de persoonlijke motivatie van mensen

die bij een organisatie werken? Waar krijgen ze energie van,

wat vinden ze leuk? Hoe is hun stijl van werken en leidingge-

ven? Cees: ‘In Haïti is geëxperimenteerd met deze aanpak en

dat smaakte naar meer. Daarom willen we als regiocoördinato-

ren onszelf daarin graag verder specialiseren.’ Sander Verduijn,

aanvullend: ‘In Haïti zagen we een groot verschil in benadering

tussen enerzijds het bestuur van onze partner en anderzijds

de interim-leiding. De laatste was veel ondernemender, meer

zakelijk georiënteerd. Het bestuur worstelde met de zakelijke,

ondernemende leider, terwijl de interim-leiding op zijn beurt

onvoldoende ruimte ervoer om snelle veranderingen door te

voeren in onder andere de structuur van de organisatie. Door

inzichtelijk te maken vanuit welke waarden mensen gedreven

werden in de discussies, konden we constructief werken aan

oplossingen. Daarna hebben we gezegd: ‘dit kunnen we heel

goed in ons werk, ook bij andere partners, toepassen.’

Cees: ‘Waarom is dit juist nu belangrijk? Ontwikkelings-

samenwerking verandert, met steeds meer nadruk op onder-

nemerschap en samenwerking. Andere capaciteiten zijn nodig

om fondsen te werven en projecten succesvol uit te voeren. De

rol van partners en Woord en Daad zelf gaat hierin verande-

ren. We willen voorsorteren op deze veranderingen en elkaar

hierin meenemen.’

Dat sluit mooi aan bij de derde algemene ontwikkeling,

namelijk de grotere focus op multi-stakeholderprocessen

in 2015. Partnerorganisaties krijgen steeds meer te maken

met andere partijen, zoals overheden, ondernemers, lokale

gemeenschappen en veeleisende donoren. Ze kunnen het niet

meer maken om afzonderlijke eilandjes te zijn. Samenwerking

is noodzakelijk geworden. Sander volgde daarom samen

met de Latijns-Amerikaanse partners een training via het

Wageningse CDI (Centre for Development Innovation). Met

die kennis kunnen we ook partners ondersteunen om de ver-

nieuwing een plek te geven in hun organisatie.

3.2 CARAÏBEN EN LATIJNS-AMERIKA (CLARA)

Binnen CLARA is die focus op multi-stakeholderprocessen

vertaald naar extra aandacht voor nationale netwerken. Sander:

‘Vanuit dat perspectief heeft CDI voor ons in Nicaragua een

speciale training verzorgd die ging over de vragen: hoe facili-

teer je op de beste manier contacten met andere stakeholders,

wie ben ik daar zelf in? Als je een helder doel hebt, zoek je daar

bepaalde actoren bij. Je gaat niet lukraak met iedereen in zee.’

De partners in Haïti hebben nog niet meegedaan aan deze

training; zij volgen in februari 2016. ‘Haïti’ worstelt momen-

teel met een aantal zaken. ‘Bij onze partners daar zien we dat

de organisatiecapaciteit toch een heel stukje zwakker is, ook

de fondsenwervende capaciteit en de PMEL-voorzieningen

(Planning, Monitoring, Evaluation, Learning) zijn minder sterk

dan bij de Spaanssprekende organisaties binnen CLARA. Met

partner CRECH pakten we dit al gedeeltelijk op en de eerste

stappen naar verbetering zijn gezet door samenwerking met

een externe organisatie. Zo willen we bijvoorbeeld meer gaan

werken met shared services. Mogelijk gaan we bij de partners in

Haïtieengezamenlijkefinanciëlemanofvrouwinzetten.’

De regionale fondsenwerver (Regional Fundraising Officer, RFO)

» Partnerorganisaties die werken aan organisatieontwikkeling

36 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 38: Woord en Daad Jaarverslag 2015

ONTWIKKELINGEN IN DE REGIO’S

heeft binnen CLARA veel gedaan aan capaciteitsopbouw.

INDEF kreeg bijvoorbeeld een nieuwe afdeling fondsenwer-

ving. ‘In het algemeen zagen we toch dat we in Latijns-Amerika

op institutioneel niveau geen fondsen binnenhaalden. Wel

schreef de regiofondsenwerver diverse subsidieaanvragen,

maar daar is uiteindelijk niks uitgekomen. Donoren in Europa

richten zich bijna uitsluitend op projecten in Afrika. Latijns-

Amerika is helemaal in beeld, wat dat betreft. Toen de regionale

fondsenwerver in september 2015 zijn ontslag indiende,

hebben we als alliantie verder nagedacht: wat willen we nu met

deze functie. In de toekomst zal de nadruk toch sterker liggen

op lokale en private fondsenwerving in de afzonderlijke landen.

We gaan meer werken met een pool van fondsenwervingsex-

perts die ingezet kan worden indien nodig.’

3.3 WEST-AFRIKA (WARA)

Binnen WARA werpt de inzet van de regiofondsenwervers

voor het tweede jaar veel vruchten af wat betreft inkomsten. In

2015 schreven ze 16 aanvragen, waarvan er vier goedgekeurd

werden. Het leverde een bedrag op van € 5,8 miljoen. De regio-

fondsenwervers vergrootten ook het netwerk van donoren en

contacten. Niet alleen fundraising, ook friendraising. Ze gingen

ook bij de diverse partnerorganisaties binnen de alliantie langs

om workshops over fondsenwerving te geven, toegespitst op

de doelstellingen en capaciteiten van de organisatie. Cees: ‘Ook

binnen WARA willen we ons inzetten voor lokale, private fond-

senwerving. In Benin heeft onze partnerorganisatie DEDRAS

met een kerkgenootschap de afspraak weten te maken dat ze

eens per jaar een ‘DEDRAS-zondag’ organiseert. De collectes

van die dag zijn dan bestemd voor het werk van DEDRAS.

Eigenlijk precies wat wij als Woord en Daad in Nederland ook

doen.’ Een tweede, belangrijke ontwikkeling binnen WARA is de

aandacht voor de economische kant van landbouwproductie

en de link met de markt. ‘De nadruk ligt in de nieuwe projecten

sterker op inkomen vanuit de markt. In de oude voedselzeker-

heidsprojecten produceerde men alleen voor de behoeften

van het eigen gezin, in de agribusinessprojecten produceren

boeren veel meer marktgericht. Uiteraard wordt het gezin daar

zelf ook beter van. Ze bouwen hun eigen kapitaaltje op.’

3.4 AZIË (ARA)

De Aziatische partners hebben geen regionale fondsenwerver,

maar zijn vanwege een groeiende nadruk op ‘uitfasering’ van

financiëlesteunwelopzoeknaarnieuwe,eigenfondsenom

hun werk voort te zetten. In de Filipijnen is het de bedoeling

dat de vakschool van AMG per 2018 functioneert zonder

financiëlesteunvanWoordenDaad.Inditprocesmoeten

de programmaresultaten natuurlijk wél minstens behouden

blijven. Cees: ‘De leiding heeft in 2013 een plan opgesteld.

De laatste jaren werkte ze hard aan de uitvoering hiervan.

Fondsenwerving blijkt echter nog niet zo makkelijk te zijn,

evenals het behalen van de gestelde doelen wat betreft de

instroom van studenten, waardoor de inkomsten in 2015

verder achterbleven. Eind 2015 zijn we daarom opnieuw met

hen om de tekentafel gegaan. In 2016 gaan we de overgang

naar zelfstandigheid per 2018 nadrukkelijker een plek geven. In

Bangladesh gingen we aan de slag met een nieuwe interventie,

de ontwikkeling van een agrarische waardeketen. Het is een

noviteit voor Woord en Daad om bij een interventie eerst een

privatepartijteidentificerenendaarnaopzoektegaannaar

een geschikte lokale partnerorganisatie. ‘Vorig jaar hebben

we een Bengaalse vleesverwerker als private partij gevonden

en daarna met CCBD als lokale partnerorganisatie, een plan

gemaakt om kalver- en schapenvlees op de markt te brengen.

De organisatie CCDB organiseert periodiek een ronde

tafel-overleg met haar grote (inter)nationale partners die actief

zijn in Bangladesh. Woord en Daad is daarbij uitgenodigd.

CCBD bespreekt haar strategisch plan met deze donoren en

bouwt zo aan effectieve samenwerking voor haar werk. Dat is

een heel nieuwe, verfrissende manier van werken.’

3.5 HOORN VAN AFRIKA (GHARA)

De alliantie in de Hoorn van Afrika, met partners in uitsluitend

Ethiopië, draaide in het achterliggende jaar op een lager pitje,

vertelt Jacob-Jan. ‘Een paar leden hebben afscheid genomen

van de alliantie, ook omdat we als Woord en Daad de samen-

werking met deze partners beëindigen. Mede vanwege deze

ontwikkelingen speelde het gezamenlijke regiobeleid in deze

alliantie een minder grote rol. Partners varen hier meer een

eigenkoers.’OokbinnenGHARAzijndewaardenprofielen

ingezet, namelijk bij Hope Enterprises. In 2016 krijgt dit een

vervolg en zal de directeur in Nederland een training volgen om

zich hierin verder te specialiseren. ‘Bij het bestuur van Hope

heeft dit echt wat losgemaakt. De organisatie ging door een

crisisendewaardenprofielengavenmeerinzichtindesituatie.

Met behulp van een interim-directeur is Hope nu weer op de

goede weg.’ Samen met leden van de ICCO-coöperatie hebben

we binnen GHARA als het ware een ‘thematische alliantie’

opgezet, gericht op de ontwikkeling van nieuwe programma’s

op het gebied van agrarische ketenontwikkeling, vaktraining

van jongeren en livelihoods. ‘We hebben als samenwerkende

organisaties een Memorandum of Cooperation opgesteld en

getekend; in december heeft de alliantie een coördinator

aangenomen.’ Ook verkennen we momenteel nieuwe part-

nerschappen in Ethiopië om zo de uitvoerende capaciteit te

vergroten.

3.6 MIDDEN-AFRIKA (KUSSRA)

Woord en Daad heeft in 2015 het lidmaatschap van KUSSRA

opgezegd. Jacob-Jan Vreugdenhil: ‘We kregen binnen deze

alliantie te weinig terug. Bovendien was een belangrijke reden

van ons vertrek dat de samenwerking met Red een Kind niet

doorging. De focus binnen KUSSRA lag sterk op de projecten

die door Red een Kind gesteund werden. Wij houden wel onze

programma’s en partners in Oeganda, maar we hebben verder

geen reguliere activiteiten in Zuid-Soedan, alleen noodhulp.’

37Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 39: Woord en Daad Jaarverslag 2015

3.7 ZUID-AFRIKA (SARA)

Voor SARA geldt hetzelfde als voor KUSSRA, namelijk dat

we geen lid meer zijn. ‘De alliantie functioneert zeker nog

wel, maar onze partner Mfesane is zelf ook uit SARA gestapt’,

aldus Jacob-Jan. Momenteel werken we aan afbouw van de

financiëlesteunaanMfesane.‘Juistindatopzichthebben

we een mooi traject achter de rug, waarbij we de organisatie

sterker zagen worden. We beëindigen daarom de reguliere

programmafinancieringoptermijnenverkenneneennieuwe

samenwerkingsrelatie met Mfesane als kennispartner. Zij

kunnen een dergelijke functie ook vervullen voor andere allian-

tieleden of partijen in Zuid-Afrika.’

3.8 INDIA (INRA)

De partners in India vormen in feite geen alliantie zoals de

andere allianties. Per 2020 zullen we vanuit Woord en Daad

definanciëlesteunbeëindigenaandeIndiasepartners.

Hoewelwefinancieelafbouwenkijkenwewelhoewevanuit

kennis en netwerken een relatie kunnen houden. Veel activi-

teiten in het achterliggende jaar en de komende periode staan

dus in dit teken. Samuel Nirmal is de regiocoördinator van

deze partnerorganisaties. Hij geeft aan dat de organisaties in

India gevraagd hebben om de ‘Theory of change’-workshops.

‘In 2016 kunnen we daarmee onze partners helpen strate-

gischer te werken, gericht op sterkere betrokkenheid naar

andere partijen in het werkveld. Zeker voor een verandering

van mindset op het gebied van onderwijs is die bredere gericht-

heid belangrijk.’ Daarnaast werken we met hen aan ontwikke-

ling van de onderwijsprogramma’s, het sponsorprogramma en

lokale fondsenwerving.

3.9 VERSTERKING PARTNERNETWERK

InterventieBegroting

2015Realisatie

2015

5.1 Strengthening Partner Network € 624.539 € 674.349

5.2Generalpolicyinfluencing € 142.853 € 15.245

€ 767.392 € 689.594

Zoals in de introductie al genoemd, lag de nadruk de achterlig-

gende jaren vooral op versterking van de partnerorganisaties

(Organizational Development). In 2015 is die focus verlegd. Nog

steeds werken we aan versterking van organisatiecapaciteit,

maar vooral ook benadrukken we versterking van netwerken

(Institutional Development). De meeste partners staan nu ster-

ker in samenwerkingsverbanden en multi-stakeholderproces-

sen. Een mooi voorbeeld van organisatieversterking betreft de

nieuwe sponsorafdeling van CREDO in Burkina Faso. ‘CREDO

heeft jarenlang een probleem gehad met de administratie van

sponsorkinderen. Daarmee kwam de fondsenwervende kracht

van de organisatie in gevaar en dus óók die van Woord en

Daad. Dankzij budget voor SPN (Strengthening Partner Network)

konden we een algehele reorganisatie doorvoeren, geleid door

een externe adviseur uit Burkina Faso. Per eind 2015 stond

daar een nieuwe afdeling met een nieuwe strategie. In het

nieuwe jaar is zij met volle energie aan de slag gegaan!’

38 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 40: Woord en Daad Jaarverslag 2015

LEREN EN INNOVEREN

39 Woord en Daad JAARVERSLAG 2014

VAKMANSCHAP IS MEESTERSCHAP

LEREN EN INNOVEREN

39Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 41: Woord en Daad Jaarverslag 2015

4.1 INLEIDING

Woord en Daad en haar partners hechten eraan dat

hun programma’s kwetsbare mensen daadwerke-

lijk helpen en daarom gaat veel aandacht naar het

monitoren en evalueren van de programma’s, gebruiken we

geleerde lessen om de aanpak te verbeteren en te innoveren.

Hiervoor hanteert Woord en Daad een beleid voor Planning,

Monitoring, Evaluatie en Leren (PMEL). In 2015 was een

belangrijk speerpunt het verder versterken van de PMEL-

capaciteit van partners door middel van een serie workshops

waarin samen werd gewerkt aan het schrijven van PMEL-

plannen. Dit bleek een belangrijke investering in de kwaliteit

van de programma’s voor de periode 2016-2020 die door

partners is ervaren als het sluitstuk van de capaciteitsopbouw

in de periode 2011-2015.

4.2 PLANNING, MONITORING, EVALUATIE EN LEREN (PMEL)

Outcome studies

In 2015 zijn gegevens verzameld over de effecten van de pro-

jecten over de periode 2013-2015 in de zogenaamde outcome

studies. De uitkomsten van deze studies (eindmeting) gaan we

in 2016 vergelijken met die van studies uitgevoerd in 2011

(nulmeting) en 2013.

Capaciteitsopbouw partners

In 2015 hebben partners strategische projectplannen voor

de periode 2016-2020 ontwikkeld. Kern van deze plannen is

een theorie van verandering (‘Theory of Change’). Partners

zijn tijdens een meerdaagse workshop ondersteund in het

maken van deze theorie van verandering. Na goedkeuring van

hun strategisch projectplan hebben partners een workshop

bijgewoond waarin gezamenlijk werd gewerkt aan een PMEL-

plan per project. Deze PMEL-plannen bouwen voort op de

kennisbasis die in voorgaande jaren werd opgebouwd middels

trainingen en stellen de informatiebehoefte van de partner

centraal.

Tevredenheid partners over Woord en Daad

In 2015 nam Woord en Daad deel aan een onderzoek van

de Engelse organisatie Keystone onder de partners van tien

Nederlandse ontwikkelingsorganisaties. Centrale vraag was

de tevredenheid van partnerorganisaties over hun relatie

met de Nederlandse organisatie. De resultaten voor Woord

en Daad werden vergeleken met de totaaluitkomsten van de

Nederlandse groep en die van een groep van 70 internatio-

nale ontwikkelingsorganisaties die eerder deelnam aan dit

onderzoek. Gemiddeld genomen bleken partners erg tevreden

over hun relatie met Woord en Daad; met onze tevredenheids-

score eindigden we als derde van de Nederlandse groep en als

zevende van de internationale groep (van 70!). Daar zijn we

erg blij mee. Het onderzoek leverde ook een aantal bruikbare

aandachtspunten op.

Ontwikkeling en toetsing van nieuwe manieren van monitoring

Woord en Daad en haar partners voeren heel diverse projec-

ten uit die ook verschillende typen effecten geven. Om al die

verschillende effecten goed in beeld te krijgen is een breed

scala van monitoringinstrumenten nodig. In 2015 werden

pilots uitgevoerd met drie nieuwe methoden.

Pilot met de Most Significant Change methode Deze methode is gericht op het systematisch verzamelen en

selecteren van verhalen over de belangrijkste veranderingen

die mensen in hun leven hebben ervaren in een bepaalde

periode. Deze informatie is een welkome aanvulling op de

meest kwantitatieve informatie die we normaliter verzamelen.

Een aantal partnerorganisaties heeft de methode intussen

geïntegreerd in hun programma’s.

Pilot met de Outcome Mapping methodeDe methode werd ingezet voor een beleidsbeïnvloedingstra-

ject op het gebied van kinderbescherming in samenwerking

met twee partners in Latijns-Amerika. Karakteristiek voor

deze methode is dat er vooral gekeken wordt naar het optre-

den van gedragsveranderingen in plaats van naar veranderin-

gen in de situatie van mensen, wat het geval is in veel andere

monitoringsmethoden.

Pilot met mobiele gegevensverzamelingDoor verzameling van gegevens via mobiele telefoons worden

automatisch gegevens gegenereerd naar een database en dat

leverteengroteefficiëntiewinstopvergelekenmetgege-

vensverzameling via formulieren. Ook is het zo mogelijk om

aanvullende gegevens te verzamelen, zoals de locatie van de

huishoudens door middel van gps-coördinaten.

Innovatieve aanpak voor onderwijs in plattelandsgebieden

We hebben in 2015 een vervolg gegeven aan het traject

One2Count. In dit innovatietraject zetten we in op het gebruik

van zelfsturende, educatieve software die met een ‘slimme’

technologie kinderen spelenderwijs en zelfstandig leert

rekenen. Eind 2015 is een nieuwe fase gestart die gericht is op

het vormen van een consortium en het beschikbaar maken van

de educatieve software voor de kinderen op het platteland in

Burkina Faso.

De ontwikkeling van PMEL-plannen voor beleidsbeïnvloeding

De partners die afgelopen jaar een apart strategisch beleids-

plan indienden voor hun beleidsbeïnvloedingsprogramma wer-

den ondersteund in het opstellen van een PMEL-plan hiervoor.

Uitgangspunt was de Outcome Mapping-methode waarbij een

40 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 42: Woord en Daad Jaarverslag 2015

LEREN EN INNOVEREN

apart format ontwikkeld werd voor deze plannen. Een deel van

de partnerorganisaties kreeg een workshop in het kader van

de ontwikkeling van de PMEL-plannen.

Onderzoek Christelijk leraarschap

Woord en Daad heeft opnieuw geparticipeerd in het Lectoraat

Christelijk Leraarschap van Driestar Educatief. Er is een artikel

geschreven over een generiek model dat inzicht geeft in de

context en kenmerken van christelijk onderwijs wereldwijd.

In de praktijk zijn hiernaar studies uitgevoerd bij christelijke

scholen in Burkina Faso en Benin.

Promotieonderzoek interventie-ethiek

Het promotieonderzoek van Corné Rademaker naar een

normatieve ethiek voor ontwikkelingssamenwerking heeft

zich verder uitgerold in 2015. Het heeft geresulteerd in een

eerste wetenschappelijke publicatie over de rol van religie

in landbouw (in Sub-Sahara Afrika). De inhoud van dit artikel

wordt in februari 2016 gepresenteerd op een conferentie aan

het Institute for Development Studies, Brighton, UK, en gepu-

bliceerd in de congresbundel. Op deze wijze hopen we een

bijdrage te leveren aan het debat over (steun aan) ontwikke-

ling. Verder draagt dit onderzoek ook bij aan de kennisagenda

van het IAD-programma in de komende jaren.

Evaluaties - vakmanschap geëvalueerd

Inzicht in de effecten van projecten en programma’s is cruciaal

om te leren over succesvolle aanpakken en doelen en strate-

gieën van programma’s bij te sturen. In 2015 lag het zwaar-

tepunt hiervoor bij het uitvoeren van de outcome studies.

Naast deze outcome studies, die door alle partners en voor alle

programma’s zijn uitgevoerd, zijn in 2015 twee projecten geë-

valueerd. Dit waren het TVET-JBS-project van partner ADP in

Uganda en het Hope College in Ethiopië. Het eindrapport over

het TVET-JBS-project laat zien dat het programma bijdraagt aan

het vakmanschap van de studenten en daarmee de positie op de

arbeidsmarkt.Aanbevelingenwarenerook,namelijkcertifica-

tie van de trainingen en een modulaire opzet. Door erkenning

encertificeringzullenafgestudeerdestudentenookdoorde

overheid en bedrijven als vakbekwame werknemers worden

gekozen. Met een modulaire opzet kan op maat en aangepast op

de doelgroep de duur, het niveau en de toelatingscriteria gezien

worden. Meer informatie hierover, en over de evaluatie van

Hope College is te vinden op www.woordendaad.nl/resultaten.

IATI – transparantie over ontwikkelingsprojecten

In 2015 is gestart met het IATI-project. IATI (International Aid

Transparancy Initiative) is een beweging waarbij organisaties

hun data openlijk publiceren via een in het leven geroepen

wereldwijd IATI-register. Mede om aan te sluiten op de richt-

lijnen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken is de eerste

publicatie van IATI-gegevens door Woord en Daad uitgesteld

naar 1 april 2016.

4.3 LEERPUNTEN EN UITDAGINGEN

Leerpunten in 2015:

• Trainingen voor PMEL zijn het meest effectief als de

deelnemers de theorie tijdens de training meteen kunnen

toepassen in een concreet product dat ze ook meteen kun-

nen gebruiken (zoals een PMEL-plan). In toekomstige capa-

citeitsopbouwactiviteiten zullen we dan ook zoeken naar

mogelijkheden om te werken aan een relevant eindproduct. • Datacollectie met behulp van smartphones is relatief snel,

goedkoop en met een goed draagvlak te introduceren bij

partners. Vanwege de toenemende informatiebehoefte in

projectenendeefficiëntiewinstvanmobieledatacollectie

willen we deze methode breed gaan inzetten.

• We zien een toenemend belang van goede communicatie

over en verantwoording van het werk van Woord en Daad

en de partnerorganisaties. Door helder te communiceren

over (met name langetermijn)effecten van programma’s

met zowel de doelgroepen als de donoren bouwen we aan

eigenaarschap, draagvlak en lerend vermogen. Hier willen

we toenemend aandacht aan besteden in publicaties en in

advisering aan de partnerorganisaties.

Uitdagingen voor 2016:

• Projectmatig werken in combinatie met een grotere diver-

siteit aan donoren vraagt een PMEL-beleid dat kan omgaan

met een diversiteit aan verantwoordingseisen door het

leverenvanprojectspecifiekerapportages.Tegelijkertijd

moeten we uniforme informatie verzamelen om resultaten

op organisatieniveau te aggregeren.

• Voor kennismanagement: het bepalen van de juiste focus

inonderwerpkeuzeenhetafleverenvanbruikbareenrele-

vante kennisproducten.

41Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 43: Woord en Daad Jaarverslag 2015

GEREEDSCHAPVOOR VAKWERK

HET WERK IN HET NOORDEN

42 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 44: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET NOORDEN

5.1 INLEIDING

Armoedebestrijding kent veel facetten. Dat hebben we ook in

2015 weer ondervonden. De vluchtelingenstroom naar Europa

bracht iets wat ver weg leek dichtbij. Door de vluchtelingen

werd men bewust van wat er in de wereld speelt en hoe kritiek

de situatie in een land kan zijn. Ook binnen de achterban kwam

de discussie op gang. Woord en Daad organiseerde om die

reden een avond over vluchtelingen. In 2015 zijn er talloze

momenten geweest met de donateurs rond geefgedrag en

leefgedrag. Om de strijd tegen armoede aan te gaan zijn beide

gereedschappen nodig om echt vakwerk te kunnen leveren in

de landen waar Woord en Daad via haar partners werkt. Woord

en Daad werkt niet alleen met haar partners via onderwijs-

programma’s, maar heeft ook veel kennis op het gebied van

economische ontwikkeling en beleidsbeïnvloeding. Met de

goedkeuring van de Nederlandse overheid van een programma

rond de cashewketen kreeg Woord en Daad volop de gelegen-

heid om dit programma voor het voetlicht te brengen en zo de

breedte van het werk te presenteren. Een mooi voorbeeld van

een combinatie van leef- en geefgedrag is het concept van de

kringloopwinkels. Op diverse plaatsen zijn kringloopwinkels

gestart. Vrijwilligers voelen zich aangesproken tot dit concept.

Duurzaamheid leeft ook onder het publiek en dat is een van de

redenen voor het succes van dit concept. Het thema duur-

zaamheid en eerlijk consumeren kreeg ook aandacht onder de

doelgroep vrouwen. Met de campagne ‘De Eerlijke Vrouw’ werd

een start gemaakt en vrouwen werden uitgedaagd na te denken

over eigen leefgedrag rond bijvoorbeeld consumeren.

5.2 BELEIDSBEÏNVLOEDING NEDERLAND EN EUROPA

Lobby is samenwerking

Ook in 2015 waren we actief in Den Haag en Brussel. Woord

en Daad vindt het belangrijk dat Nederland bij alles wat het op

het wereldtoneel doet, kijkt of het bijdraagt aan de ontwik-

keling van mensen in armoede. Of het hen extra kansen biedt

om zich te ontplooien. Wat we niet willen is dat Nederland

met de ene hand neemt wat het met de andere gegeven heeft.

Een voorbeeld: vakkundige ontwikkelingswerkers hebben

met steun van Minister voor Ontwikkelingssamenwerking

Ploumen West-Afrikaanse boeren geholpen betere land-

bouwproducten te leveren op de markt. Vervolgens sluit

diezelfde Minister een handelsakkoord met West Afrika dat

die boeren blootstelt aan concurrentie met Europese boeren,

die betere kwaliteit leveren voor een gunstiger prijs. Dat is niet

hoe het zou moeten. Het ene beleid moet het andere beleid

juist versterken. We noemen dat beleidscoherentie. Zowel

in Den Haag als in Brussel heeft Woord en Daad dit soort

tegenstrijdigheden aangekaart. We deden dat in contact met

ambtenaren en politici. Daarvoor haalden we verschillende

gereedschappen uit onze kist: lobbygesprekken, inspraak in

hoorzittingen, brieven en rapporten publiceren, deskundigen

naar voren schuiven. Helaas is genoemde tegenstrijdigheid

nog niet opgelost. Nederland en de EU maken zich sterk

voor snelle inwerkingtreding van vrijhandelsverdragen met

ontwikkelingslanden. Wel is er meer aandacht gekomen voor

kwetsbare economische sectoren in die landen. Mochten de

zogeheten Economic Partnership Agreements in werking

treden, dan zal Woord en Daad scherp in de gaten houden hoe

ze uitpakken voor boeren en kleine ondernemers.

In Nederland werkt Woord en Daad samen met branchever-

eniging Partos en Foundation Max van der Stoel (FMS) om

beleidscoherentie te bevorderen. Niet alleen op het gebied

van handelsverdragen, maar ook ten aanzien van bijvoorbeeld

klimaat, belastingen en migratie. In de EU speelt Woord en

MP Watch: studenten gaan de politiek te lijf

Wat is nu precies het effect van de Nederlandse ontwikkelingshulp

op het leven van mensen in Afrika? Versterkt de Nederlandse

handel met Afrikaanse landen de positieve effecten van hulp, of

verzwakt het die juist? Neemt ons land Afrika met de linkerhand

af wat het eerst met de rechterhand gegeven heeft? Belangrijke

vragen. Vier studenten gingen voorjaar 2015 met Woord en Daad

op zoek naar het antwoord: Alette Paul (23), Nelline Boers (23),

Arco Vuik (24) en Kees Knulst (25). Ze kregen van Woord en Daad

een training in het analyseren van het Nederlandse overheidsbe-

leid en in het schrijven van scherpe politieke adviezen en columns.

Tijdens een leerzame reis naar Oeganda konden ze met eigen

ogen zien wat er klopte van al die mooie politieke documenten.

Of woorden wel omgezet worden in daden. In contacten met

de SGP en de ChristenUnie brachten ze hun bevindingen naar

voren. In het Nederlandse beleid zitten wel degelijk spanningen.

Ontwikkelingssamenwerking en internationale handel versterken

elkaar niet automatisch. SGP en ChristenUnie stonden open voor

de inzichten en aanbevelingen, De komende tijd zullen we in de

gaten houden wat ze ermee gaan doen!

Meer impact stories

43Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 45: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Daad een leidende rol in CONCORD, een platform van meer

dan 2400 ontwikkelingsorganisaties die pleiten voor een

samenhangend effectief EU beleid in de wereld.

In 2015 werden door de Verenigde Naties de Duurzame

Ontwikkelingsdoelen aangenomen. Deze doelen moeten vanaf

2016 uitgevoerd worden. Woord en Daad spoort vanaf eind

2015, samen met Partos en FMS, Nederland en de EU aan

om deze doelen op een samenhangende manier uit te voeren:

economische, sociale en ecologische ontwikkeling moeten

hand in hand gaan. Het Nederlands voorzitterschap van de

EU in de eerste helft van 2016 biedt daarvoor mooie kansen.

Zowel in Nederland als in Europa wordt onze rol gezien en

erkend. Zo zijn we in Europa vaste gesprekspartner van de

Europese Commissie als het gaat om het toetsen van nieuw

Europees beleid dat effecten heeft op ontwikkelingslanden.

We stemmen dat overigens nauw af met EU CORD, het

Europese netwerk van christelijke organisaties voor noodhulp

en ontwikkeling waar wij lid van zijn. In Nederland hebben

we een initiatiefrol gespeeld bij de publicatie van de eerste

Coherentiemonitor in maart 2015. In dat rapport wordt het

beleid van de Nederlandse regering op een aantal terreinen,

waaronder internationale handel, belastingen, wapenexport en

maatschappelijk verantwoord ondernemen, kritisch onder de

loep genomen. Uiteraard met aanbevelingen voor verbetering.

Kansen bieden

Een constante in het lobbywerk van Woord en Daad is de aan-

dacht voor boerenondernemerschap en duurzame waardeke-

tens in de landbouwsector. Als actief lid van het AgriProFocus

netwerk pleitten we ook in 2015 voor Nederlandse steun aan

goede vakopleidingen voor jongeren in de landbouwsector, en

goedetoegangtotfinancieringvoorboerenondernemers.

Na de zomer namen we het initiatief om, met een vijftal andere

ontwikkelingsorganisaties, de Tweede Kamer te voorzien van

kritische informatie over het Dutch Good Growth Fund. Komt

dit nieuwe fonds van Minister Ploumen echt ten goede aan de

meest kwetsbare bedrijven in de landbouwsector? En is het haal-

baar om 100% van het geïnvesteerde geld terug te verwachten

als de risico’s in die sector soms zo groot zijn? Diverse fracties

hebben hierover scherpe Kamervragen gesteld. De Minister

heeft die niet afdoende weten te beantwoorden. Reden voor ons

om de uitvoering van dit fonds scherp te blijven volgen. Verder

droegen we bij aan het organiseren van meer uitwisseling tussen

de Ministeries van Buitenlandse Zaken en Economische Zaken

over hun inzet voor wereldwijde voedselzekerheid.

De actuele vluchtelingencrisis dwong Nederland in 2015

om bij te dragen aan een adequate oplossing. Menswaardige

opvang van vluchtelingen in Nederland is essentieel.

Tegelijkertijdmagfinancieringhiervanniettenkostegaanvan

de inzet voor ontwikkelingssamenwerking. Ook moet blijvend

geïnvesteerd worden in het bieden van kansen op werk en

inkomen in de landen waar migranten vandaan komen. Onder

andere de fracties van de SGP en de ChristenUnie hebben,

mede op ons verzoek, op deze punten in beide Kamers een

krachtig signaal afgegeven richting het Kabinet.

In Brussel waren we in 2015 voor het vijfde jaar op rij voorzitter

van de Coordination Europe-Haïti. Waar we in andere jaren veel

aandacht vroegen voor landbouw en voedselzekerheid, werd

het jaar nu gedomineerd door de verkiezingen voor president,

parlement en lokaal bestuur. In de contacten met de EU waarne-

mersmissie en de Europese diplomatieke dienst brachten we de

aanbevelingen van Haïtiaanse organisaties over. Verder troffen

we voorbereidingen voor het helpen organiseren van een

bezoek van Europarlementariërs aan Haïti in 2016.

Leerpunten uit 2015:

• In de evaluatie van het programma beleidsbeïnvloeding

2008-2012 is krachtig aanbevolen om met Theory of Change-

modellen te werken en via outcome journals de resultaten

van het lobbywerk bij te houden. Voor een deel is dat in 2015

gebeurd. Het heeft ons inzicht in de resultaten vergroot.

• Het is belangrijk dat Woord en Daad voorafgaand aan het

indienen van grote subsidieaanvragen scenario’s uitwerkt

voor het geval dat het programmavoorstel niet voor de

beoogdefinancieringinaanmerkingkomt.

Uitdagingen voor 2016:

• In 2016 willen we resultaten van lobbywerk bijhouden via

outcome journals en door te werken met Theory of Change

modellen. Het is een uitdaging om dit op alle lobbyprojecten

toe te passen.

• We zullen in 2016 bezig zijn met de zoektocht hoe we het

nieuw ontwikkelde lobbyprogramma ‘From Field to Market’

alsnog kunnen uitvoeren.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

5.3 BEWUSTWORDING

Nieuw model voorlichtingen

Er werd in 2015 nagedacht over een nieuw concept om vol-

wassenen meer bij de ontwikkelingen binnen het werkveld van

Woord en Daad te betrekken. Een nieuw model hiervoor zal in

2016 worden uitgerold.

Verandering in leefgedrag

In de impactstory staat het verhaal van de vrouwenreis naar

Burkina Faso. Heeft zo’n reis met vrouwen ook echt zin? Dat

» Beleidsbeïnvloeding in Nederland

7Campagnes

en trajecten

44 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 46: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET NOORDEN

onderzochtenwein2015viadeMostSignificantChange

methode. Deelnemers aan de reis werden op vier momenten

gevraagd input te leveren. Voor de reis, net na de reis en op

twee momenten wat langer na de reis. Duidelijk was dat de

impact van de reis groot was. Bijna alle deelnemers gaven aan

zich meer bewust te zijn van hun rijkdom en bevoorrechte

positie als Nederlandse burger. Ruim drie kwart van de vrou-

wenbeslootnaafloopvandereismeereerlijkeproductente

kopen. Ruim 90 procent van de vrouwen roept mensen in de

omgeving op hun leven te verduurzamen.

Uit het onderzoek komt minder duidelijk naar voren of de deel-

nemers ook de dieperliggende oorzaken van armoede hebben

opgemerkt. Slechts twee vrouwen laten dit in hun verslag dui-

delijk zien. Goed om bij een eventuele volgende reis nog meer

aandacht te geven. Voor wie het hele onderzoek wil lezen, zie

www.woordendaad.nl/eerlijke-vrouw.

Magazine

Om de boodschap van de campagne De Eerlijke Vrouw breder te

verspreiden, is in 2015 gewerkt aan de opzet van een eenmalig

magazine voor vrouwen. Daarvoor is samenwerking gezocht met

uitgeverij Jongbloed. Het magazine zal Fier gaan heten en wordt

op de Gezinsbeurs Wegwijs gelanceerd. Het zal voor € 6,95 euro

verkocht gaan worden in boekhandels en via de comités.

Onlusten

Onrust in de wereld raakt ook ons werk. Een vakreis die begin

van het jaar zou plaatsvinden met vijftien leerlingen van het

Calvijn College in Krabbendijke kon helaas niet doorgaan. Dat

was vanwege een negatief reisadvies en onlusten die gemeld

werden door de partner CSS in Bangladesh. Ook later in het

jaar meldde de partnerorganisatie dat het beter was nog niet te

komen. De school blijft wel betrokken bij het werk van Woord

en Daad. Er is nu besloten volgend jaar naar Colombia te reizen.

Japanse delegatie

In maart 2015 kreeg de in 2014 afgesloten Wees Eerlijk

Campagne een kort vervolg. Professor Ishikawa, professor

Tsuchiya en mevrouw Ishikawa van de universiteit van Kyoto,

Japan kwamen bij Woord en Daad op gesprek. Ze hadden

belangstelling voor de manier waarop de Wees Eerlijk

Campagne een thema als duurzaamheid onder de aandacht

hadgebrachtopmiddelbarescholen.Naafloopvandeont-

moeting gaf professor Ishiwaka aan de opgedane ideeën zeker

mee te nemen en toe te gaan passen in het Japanse onderwijs.

Op reis naar Guatemala

Zes jongeren van de Wartburglocatie Revius hebben in oktober

2015 een indrukwekkende reis naar Guatemala gemaakt. In

de stad ontmoetten ze leeftijdsgenoten die dagelijks te maken

hebben met armoede, maar vooral ook met gevaar en geweld.

Op het platteland zagen ze een leven in eenvoud. Mensen

hadden daar bijvoorbeeld geen water en elektriciteit in huis.

Werken naast school is hier vanzelfsprekend en noodzakelijk.

De gedrevenheid waarmee partnerorganisatie AMG in dit land

hulp biedt, maakte een diepe en vooral blijvende indruk.

Leerpunten uit 2015:

• Een reis naar het buitenland brengt altijd onzekerheden

met zich mee, waardoor een programma voor of tijdens de

reis kan wijzigen of zelfs niet door kan gaan. Goed om dit

duidelijk aan scholen en deelnemers mee te geven tijdens de

voorbereidingen.

Eerlijk consumeren

Vijftien vrouwen namen in februari 2015 deel aan een reis vanuit ‘De Eerlijke Vrouw’

naar Burkina Faso. Woord en Daad wilde hen laten nadenken over eerlijk consume-

ren. Deelneemster Sjanet Schipper: ‘Ik heb genoten van het landschap, de vriendelijke

mensen en de andere manier van leven. Maar ik heb mij vooral verbaasd tijdens onze

‘cashewnotendag.’ We hebben de cashewnoot van begin tot eind gevolgd: vanaf dat hij

als vrucht aan de boom hangt, totdat hij verpakt wordt voor de export. Wat een vakwerk

vereist dat zeg! Voordat wij een nootje in onze mond stoppen, zijn ten minste tien

mensen met de verwerking van dat nootje bezig geweest. Zoveel werk voor een product

dat wij hier in Nederland ‘duur’ noemen. Dit verhaal vertel ik nu ook aan anderen. Want

als we beseffen hoeveel mensen betrokken zijn bij één nootje, eten we dan nog steeds

gedachteloos een bakje cashewno-

ten leeg of denken we eerst na voor

we nog een handje pakken?”

Meer impact stories

45Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 47: Woord en Daad Jaarverslag 2015

• Uit de evaluatie van de reis van De Eerlijke Vrouw komt

minder duidelijk naar voren of de deelnemers ook de

dieperliggende oorzaken van armoede hebben opgemerkt.

Slechts twee vrouwen laten dit kort na de reis in hun verslag

duidelijk zien. Goed om bij een eventuele volgende reis nog

meer aandacht voor te hebben.

• De Wees Eerlijk campagne, die we samen met ZOA hielden,

is eind 2014 succesvol afgesloten. Nog steeds blijft er vraag

van scholen naar voorlichtingen en materiaal rond Eerlijk

consumeren. Zeker voor vmbo-leerlingen. We bieden nu

aparte lessen aan, maar in 2016 oriënteren we ons op

nieuwe campagnemogelijkheden voor vmbo’ers.

Uitdagingen voor 2016:

• Uit onderzoeken en gesprekken met donateurs blijkt

dat Woord en Daad vooral bekend staat vanwege het

onderwijsprogramma. Donateurs hebben daarmee een te

eenzijdig beeld van het werk van Woord en Daad. Uitdaging

voor 2016 is om donateurs mee te nemen in de ontwikkelin-

gen binnen het werkveld van ontwikkelingssamenwerking.

Concreet betekent dit dat we in 2016 de economische

programma’s en het lobbywerk meer aandacht willen geven

in communicatie-uitingen.

• Er is met diverse scholen en organisaties gekeken of het

ontwikkelen van een digitaal, leerzaam spel haalbaar was.

De kosten bleken te hoog. Het blijft een uitdaging om

jongeren in hun leefwereld te bereiken. Het is dan ook goed

om alert te blijven op ontwikkelingen op onder meer digitaal

gebied.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

5.4 COMMUNICATIE EN FONDSENWERVING

Het afgelopen jaar zijn er zichtbaar minder fondsen binnen

gekomen dan vorig jaar. Dit heeft diverse oorzaken: afnemende

subsidiestromen vanuit het Ministerie van Buitenlandse Zaken,

minder inkomsten van het sponsorprogramma en latere beslis-

sing van een vermogensfonds over een grote bijdrage.

Bij sponsoring is er meer persoonlijk contact met de donateurs

van het sponsorprogramma geweest. Toch blijft het een uitda-

ging om sponsors vast te houden. Deze persoonlijke contacten

worden gewaardeerd, zo bleek ook weer uit het TNS NIPO-

onderzoek dat onder donateurs van het sponsorprogramma

is gehouden. Ook de comités van vrijwilligers en bedrijven en

vermogensfondsen spraken die waardering uit. Ten opzichte

van 2014 zagen we een lichte verbetering en besloten iets meer

mensen hun sponsoring stop te zetten, wat gecompenseerd

werd door groeiende aanmeldingen. Bij Vermogensfondsen

duurt het komen tot een overeenkomst soms langer. Er zijn veel

contacten die mogelijk volgend jaar iets opleveren.

Onder Bedrijven is sinds eind 2014 een nieuwe dynamiek die

veel betrokkenheid oplevert wat zich uit in stijgende inkom-

sten. Er is geïnvesteerd in grotere contacten die in 2016

mogelijk grotere partnerschappen opleveren.

De inkomsten bij Particulieren is rond overige projecten

lager uitgekomen, onder meer door lagere nalatenschappen

en inkomsten van comités. Tevens leek de aandacht voor de

vluchtelingenproblematiek waarbij andere organisaties zich

duidelijkprofilerenteconcurrerenmetdeeindejaarsgiften

aan Woord en Daad. Comités hebben behoefte aan concrete

handreikingen om fondsen te kunnen werven.

Kortom: alle gereedschap is uit de kist gehaald en het resultaat

hiervan is deels gehaald.

5.4.1 Communicatie en fondsenwerving Particulieren

‘Een arbeider werkt met zijn handen, een vakman met hoofd

én handen.’ Het is dus niet voor niets dat we graag op scholen

langsgaan om het werk van Woord en Daad te delen. Met

hoofd en handen nadenken over armoede en rijkdom én jonge-

ren motiveren aan de slag te gaan voor hun naaste wereldwijd.

Dat was de rode draad in 2015!

ScholenDe keuze om verder te investeren in (basis- en middelbare)

scholen, werkten we verder uit in 2015. Het resulteerde in

552 scholen die acties organiseerden voor Woord en Daad.

11 Schoolevenementen

(780 leerlingen bereikt) 6 Jongeren op reis

10 Vrouwenevenementen (324 vrouwen bereikt)

Bewustwording

171 Lespakketten gedownload

4 Studentenbijeenkomsten (344 studenten bereikt)

× 10

» Bewustwording

46 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 48: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET NOORDEN

VoorlichtingWe vertellen graag over ons werk, niet alleen op scholen, maar

ook bij verenigingsavonden, ouderenbijeenkomsten en tijdens

concerten of andere activiteiten. Onze professionele voorlich-

ters gaven in totaal 216 voorlichtingen.

VrijwilligersComitéleden zijn onze vaklieden in het land. Ze vertegenwoor-

digen Woord en Daad en halen daarmee veel geld binnen. Er

worden regelmatig zang- en muziekavonden georganiseerd

waarbij Woord en Daad via de appélwoorden een toelichting

over het betreffende project kan geven. In 2015 bedroegen de

inkomsten van comités € 952.801. We hebben 77 comités met

582 comitéleden en nog 5948 vrijwilligers om de comités heen.

Daarnaast hebben we 229 winkelvrijwilligers en 45 vrijwilliges

en vertalers voor onze sponsoringafdeling. Ook op kantoor

worden we ondersteund door 23 professionele vrijwilligers,

die een handje helpen bij het vele werk dat verzet wordt om de

doelstellingen van Woord en Daad te behalen. Het totale aantal

vrijwilligers komt hiermee op 6.827. Hier is Woord en Daad erg

dankbaar voor.

EvenementenIn mei organiseerden we de tweede editie van het Posbank

Event, dit keer als afsluiting van de RD-actie voor Bangladesh.

Een maand later organiseerden we de eerste Steprun op de

Johannes Fruytier-school in Apeldoorn. Met de derde editie

vanFietsofLoopvooreenHuis,inaugustus,fietstenofliepen

374 deelnemers naar de top van de Galibier in Frankrijk.

Daarmee brachten ze € 578.237 bij elkaar voor huizenbouw in

Bangladesh; bijna een verdubbeling ten opzichte van vorig jaar.

Ook organiseerden we voor de tweede keer de Woord en Daad-

dag. Een evenement dat duidelijk in de behoefte voorziet!

SponsorprogrammaHet sponsorprogramma verbond 27.882 mensen met kinderen

in het Zuiden. Zij sponsorden in totaal 29.788 kinderen. Ten

opzichte van 2014 zagen we helaas een lichte stijging in het

aantal sponsors dat besloot hun sponsoring stop te zetten,

waardoor er een daling is in het aantal gesponsorde kinderen. In

2015 werden er totaal 29.788 sponsorkinderen ondersteund.

Daarnaast werd in juni een sponsorconferentie georganiseerd

waar we samen met onze partners het sponsorprogramma

hebben geëvalueerd. In oktober bezocht een groep sponsors

hun sponsorkind in Ethiopië.

GiftenNaast de steun via het sponsorprogramma en PartnerPlan,

mogen we altijd op vele donateurs rekenen die eenmalige of

periodieke donaties doen. In 2015 met een totaalbedrag van

€ 6.243.029. Online fondsenwerving neemt daarbij een steeds

grotere plaats in. In het bijzonder noemen we de inkomsten uit

nalatenschappen. Het stemt ons dankbaar dat zoveel mensen

het werk van Woord en Daad op deze manier willen steunen.

We sloten het jaar af met de kerstactie ‘Ik wens jou…’ Het

leverde € 17.242 op.

NoodhulpIn 2015 startte Woord en Daad drie noodhulpacties. Werk dat

met hoofd en handen gedaan wordt, maar zeker ook vanuit het

hart. In Nepal gaven we steun aan slachtoffers van de aardbe-

ving (opbrengst: € 1.408.788), met de actie Help Vluchtelingen

Nu boden we vluchtelingen hulp in Noord-Irak, Jordanië en

Griekenland (opbrengst: € 997.760) en in Oost Afrika onder-

steunden we voedselhulp aan slachtoffers van de droogte

(opbrengst: € 40.618). Er werd een avond georganiseerd rond

vluchtelingen die door circa 50 mensen bezocht werd. De

betrokkenheid bij deze acties was enorm!

Samenwerken kerkenDe kerkelijke deputaatschappen toonden zich opvallend betrok-

kenbijdenoodhulp.Nietalleenfinancieel,maarookinhoude-

lijk. Zo is er een gezamenlijke reis naar de Filipijnen gemaakt

waar de voortgang en uitdagingen van de projecten zichtbaar

werden. Met aan aantal jeugdorganen van de kerken werd een

dankdagkalender ontwikkeld. Ruim 24.000 gezinnen maakten

gebruik van deze kalender.

5.4.2 Communicatie en fondsenwerving Bedrijven

In 2015 zijn bestaande contacten in de regio’s verder uitge-

bouwd, nieuwe contacten aangeboord en ondernemers geor-

ganiseerd rondom een project of thema. Dit bleek succesvol,

want met het totaalbedrag van € 2.482.744 is er een inkomsten-

stijging 22,93% gerealiseerd ten opzichte van 2014. Het totale

aantal betrokken ondernemers groeide in 2015 naar 1.077.

Op maat: regio’s, groepen, teams en partners10 van de 14 RegioOndernemersgroepen zagen hun leden-

aantal groeien. Het totaal aantal RegioOndernemers-leden

stijgt van 418 in 2014 naar 452 in 2015. De lokale onderne-

mers organiseerden 32 activiteiten, van tocht met botters

tot bedrijfsbezoek en van een workshop leiderschap tot een

grootse veiling. Dit laatste betekende voor RegioOndernemers

Zeelandeenflinkepiekinhunfondsen.Inéénregioisactief

ingezet op een nieuwe groep, maar dat is helaas nog niet gelukt.

Voor de sectoren makelaars, veehouders en bouwondernemers

is gewerkt aan het verder uitbouwen en opstarten van een

groep rondom een project dat aansluit bij hun core business.

In 2015 waren er 67 Business Platformleden verbonden aan

Woord en Daad. De inkomsten vanuit het Business Platform

groeidenmetnamedoorteamsrondeenspecifiekproject,

bijvoorbeeld de vier ondernemers rond een onderwijsproject in

Sierra Leone. Twee Business Platform-leden reisden naar Haïti

voor een pilot business mentoring aan startende ondernemers

(meer informatie is te lezen in de blogs www.woordendaad.

nl/mentoring). Het aantal business partners is met zes gelijk

gebleven aan vorig jaar.

CompanyKids, Boer-en-bedrijf en kerstpakketRuim 164 bedrijven (2014: 149) zorgen met elkaar dat 201

groepjes van vijf kinderen (2014: 185) kunnen werken aan hun

toekomst. Dit is een groei van 80 kinderen. Tijdens de onder-

nemersmeeting werd Boer-en-bedrijf gelanceerd. Eind 2015

47Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 49: Woord en Daad Jaarverslag 2015

werden acht boeren gesteund met een bedrag van € 1.000.

Het Puur natuur! Kerstpakket werd 1010 keer besteld; een

daling van 780 pakketten ten opzichte van 2014. Met name

veroorzaakt doordat het Hoornbeeck College besloot om de

kerstpakketten dit jaar elders af te nemen.

Ondernemersreizen en –evenementEen afvaardiging van Business Club Het Groene Hart reisde in

het voorjaar naar Colombia. Deze reis zorgde voor veel enthou-

siasme en nieuw commitment van de groep voor hun project. De

Adviesgroep Ondernemers reisde in november met Jan Lock

naar de Filipijnen. Daar kregen zij inzicht in het werk en gaven

ter plekke advies. (meer informatie is te lezen in de blogs:

www.woordendaad.nl/ondernemersreis). De jaarlijkse onder-

nemersmeeting van 3 juni op de replica van de Ark van Noach

was een succes. Dat blijkt ook uit de positieve uitkomst van de

enquête onder de deelnemers. Zo’n 140 ondernemers kregen

een rondleiding, ontmoetten elkaar en luisterden naar een

lezing over ontwikkelingssamenwerking en defensie.

Verantwoording Ruim 90% van de bedrijvendonoren is tevreden of zeer

tevreden over de rapportage. Via relatiebezoeken, bijeenkom-

sten, projectrapportages en -voorstellen en nieuwsmail weten

ondernemers de stand van zaken rond projecten. Bij 3.598

ondernemers en belangstellenden viel in april, september en

december het ondernemersmagazine Daadkracht op de mat.

Thema’s waren: Waarden en resultaat in ondernemen, Goed

voorbeeld en Groeiende markten in Afrika. Daadkracht-lezers

kregen de kans hun mening te geven over het blad: de resultaten

waren positief. Het aantal personen dat Daadkracht Nieuwsmail

ontving, steeg naar 987 met een ‘open rate’ van 34,8%. De

Adviesgroep Ondernemers (bestaande uit vijf betrokken onder-

nemers werkzaam in diverse sectoren) vergaderde vier keer.

Hun adviezen voor communicatie en fondsenwerving richting

bedrijven waren waardevol voor benadering van bedrijven.

5.4.3 Communicatie en fondsenwerving Institutionele Fondsen

2015 was een goed jaar voor Institutionele Fondsen. In de

eerste plaats werd een groot aantal (24) subsidievoorstel-

len gemaakt, waarvan ongeveer 25% is goedgekeurd. Met

als hoogtepunt twee goedkeuringen van Rijksdienst voor

Ondernemend Nederland (RvO) voor een groentevoorstel in

Guatemala en een cashewnotenvoorstel in Benin en Burkina

Faso. Veel aanvragen zijn gedaan in samenwerking met ‘nieuwe’

samenwerkingspartners, zoals IDE en de iMPACT Booster. In

de tweede plaats werd een toenemend aantal aanvragen met

een Zuidelijke partner als hoofdaanvrager gedaan. Dit leidde

o.a. tot een goedgekeurde aanvraag van onze partner in Benin

bij het NWO. Partners pakken in toenemende mate een grotere

rol in aanvragen. In de derde plaats hebben wij de vijfjarige MFS

II periode succesvol weten af te sluiten en alvast geanticipeerd

met plannen om na 2015 de teruggang in subsidie te adresse-

ren. door de start van projectmatig werken in 2016 is het goed

mogelijk om samen met andere organisaties fondskansen te

onderzoeken en uit te werken.

Samenwerking werd gezocht met de institutionele fondswer-

vers van de leden van de ICCO Coöperatie. Naast informatie-

uitwisseling werd een vijftal projecten gezamenlijk opgezet,

zoals de opzet van een website met fondskansen. Daarnaast

werd een start gemaakt met het zoeken van samenwerkingen

met bezoekers van het New World Campus, een broedplaats

voor nieuwe initiatieven binnen os-sector.

5.4.4 Communicatie en fondsenwerving Vermogensfondsen

CommunicatieFamilie- en vermogensfondsen worden persoonlijk en op maat

benaderd.Allevoorstellenenrapportageszijnklantspecifiek.De

algemene communicatie naar deze doelgroep vindt plaats via

deNieuwsbriefVermogensfondsenendespecifiekewebpagina.

In 2015 hebben circa 300 relaties de nieuwsbrief vier keer

ontvangen met het thema ‘inspireren’. In dat kader heeft Woord

en Daad in 2015 ook een inspiratiebijeenkomst georgani-

seerd met het thema ‘christelijk ondernemen in deze wereld’.

Het Amerikaanse Acton Institute was daarbij als gastspreker

uitgenodigd.

Nieuw was de inzet van relaties in onze communicatie-uitingen

via zogenaamde testimonials. Alle internationale relaties heb-

ben in 2015 ook vier keer de Engelstalige nieuwsbrief InDeed

ontvangen; een gezamenlijke uitgave van Woord en Daad en

haar impact investment bedrijf Incluvest BV.

Fondsenwerving In 2015 heeft het accent gelegen op de internationale uitbouw

van contacten en het beheer van bestaande klantrelaties.

Internationaal is het netwerk sterk gegroeid tot ruim honderd

(met name USA-)contacten, waaronder een aantal zeer stra-

tegische koepelorganisaties. Wetend dat de doorlooptijd van

contact tot contract vaak meer dan een jaar is, verwachten we

dat in 2016 dit zijn eerste vruchten zal afwerpen. In het kader

van US Fundraising hebben we twee conferenties bezocht,

waarvan een in San Francisco (april) en een in Grand Rapids

(juni). Naast de internationale focus is in 2015 ook bewust veel

tijd geïnvesteerd in het beheren van bestaande klantrelaties.

Belangrijke reden is dat er bij een aantal projecten vertraging en

soms tegenslag is opgetreden in de uitvoering van het project. In

gesprek blijven met de donor is dan cruciaal. Klanttevredenheid

is immers de sleutel voor duurzame en langdurige donorrelaties.

Keerzijde hiervan is dat er in 2015 onvoldoende tijd beschik-

baar was om actieve acquisitie te doen op de Nederlandse

markt, hetgeen zich uiteindelijk heeft vertaald in achterblijvende

inkomsten.

Vergelijken we de inkomsten Vermogensfondsen van 2015 met

2014, dan is er sprake van een een toename van € 131.879,

ofwel een toename van 9,8%. Gezien de potentie in Amerika

en het groeiende aantal betrokken vermogensfondsen zijn

we positief gestemd. Er is nu een ‘gezonde thuisbasis’ en een

sterk netwerk aan internationale contacten. Dat gaat zich in de

toekomst uitbetalen!

48 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 50: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET NOORDEN

Leerpunten uit 2015:

• Concrete, afgebakende projecten leveren meer geld op dan

algemene thema’s en daarom zullen we in 2016 het aanbod

van concrete projecten uitbreiden.

• Om onze waardering voor de inzet van grotere donoren te

tonen is betrokkenheid vanuit de directie belangrijk. Vanaf

2016 zal de directie blijvend betrokken worden bij het

relatiebeheer met grote donoren.

• Proactief samenwerking zoeken met zowel organisaties

in het Noorden als het Zuiden is een belangrijke stap om

succes te boeken in de fondsenwerving. En dan ook daad-

werkelijk gezamenlijk voorstellen ontwikkelen, voordat een

subsidiemogelijkheid uitkomt.

• Proactieve donor mapping is cruciaal om potentiële dono-

ren (in Nederland en internationaal) tijdig te traceren, zodat

de fondsenwerver zijn relatief beperkte tijd voor nieuwe

acquisitie zo gericht mogelijk kan inzetten op het ontwikke-

len van een succesvolle donorrelatie.

Uit TNS NIPO-onderzoek onder donateurs van sponsoring blijkt:

• De sponsor heeft meer behoefte aan inzicht in de voortgang

van het sponsorkind en de context waarin het kind leeft. In

2016 zal hier meer in geïnvesteerd worden, door:

- het voortgangsrapport over het sponsorkind aan te passen

met onderwerpen gericht op de voortgang van het kind op

school, Vanaf 2016 gaan de onderwerpen in het voort-

gangsrapport per jaar verschillen.

- De inhoud van het sponsorprogramma zal meer ingericht

gaan worden op basis van de verschillende lokale contexten.

Hierdoor gaat onze communicatie richting de sponsors

veranderen.

• Persoonlijk contact met sponsor en medewerker sponsoring

wordt gewaardeerd. Hier geven we in 2016 extra aandacht

aan, door meer telefonisch contact op te nemen met de

sponsor bij uitschrijvingen en betalingsachterstanden.

• Adverteren gedurende het hele jaar levert meer aanmeldin-

gen op dan in een afgebakende periode. Het advertentiebe-

leid wordt hierop aangepast.

Uitdagingen voor 2016:

• Helder maken van de visie van Woord en Daad op

ontwikkelingssamenwerking en hoe dit relateert aan de

vluchtelingenproblematiek

• Vaste subsidiestroom van MFS vervalt, uitdaging is om

dit op te vullen met andere fondsen en nieuwe bronnen

hiervoor te zoeken

• De breedte van het werk van Woord en Daad voor het voet-

licht brengen zodat donoren zien dat het werk van Woord

en Daad breder is dan onderwijs.

• Bij grote donoren niet alleen fondsenwervers maar ook

directie en inhoudelijk projectexperts betrekken.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

5.5 COMMUNICATIE VIA MEDIA

De vluchtelingencrisis kwam dit jaar steeds dichterbij huis.

Dat schudde mensen wakker voor de problemen die elders

in de wereld spelen. We schreven daar als Woord en Daad

verschillende opiniërende artikelen over in diverse kranten

en tijdschriften. Naarmate de stroom vluchtelingen Europa

en zelfs Nederland bereikte, bleek het lastig de media vast te

houden voor de verhalen rond opvang in de regio.

Door een nieuw actualiteitenprogramma bij de Refor mato-

rische Omroep kregen we verschillende keren de mogelijk-

heid om iets over ons werk te vertellen voor de radio. Ook

op Groot Nieuws Radio zijn we diverse keren gevraagd onze

mening te geven. Mooie kansen die we graag benutten. Het

spontaan aanbieden van een nieuws gerelateerd blog aan

het RD, net voor de verkiezingen in Burkina Faso, bleek een

schot in de roos. We konden daarin niet alleen zaken over de

actualiteit, maar ook iets over ons werk delen.

Leerpunten uit 2015:

• Er is vanuit de media blijvend vraag naar goed beeldmate-

riaalenzelfskortefilmpjesrondprojectenvanWoorden

Daad. Het blijft lastig hier aan te komen. In 2016 oriënteren

we ons op een manier om aan deze vraag te kunnen voldoen.

• MP Watch trok dit jaar veel aandacht, vooral in vakbladen.

Bij de start van een nieuwe MP Watch ronde, zullen we

inzetten op het betrekken van de brede media.

Uitdagingen voor 2016:

• Uitdaging voor 2016 is om media vast te houden te blijven

schrijven over onderwerpen die rijkdom en armoede betref-

fen, ook als die niet meer zo in de actualiteit zijn.

• Jongeren bereiken via de media die zij volgen.

Kijk op www.woordendaad.nl/resultaten voor meer

resultaten en de opvolging van de leerpunten uit 2014.

» Klachten-, signalen- en complimentenoverzicht 2015

Klachten 2015 2014 2013

AANTAL KLACHTEN

Ontvangen 4 3 3

Naar tevredenheid afgehandeld 4 3 3

Niet naar tevredenheid afgehandeld 0 0 0

KLACHTEN INGEDEELD PER TYPE

Communicatie 1 2 0

Identiteit en geloofsbeleving 1 0 1

Werkwijze Woord en Daad en/of partners 2 1 2

Totaal 4 3 3

Opvolging klachten in ons beleid• De bedankbrieven worden aangepast (zodat er meer dank uit spreekt).• De brieven naar sponsors worden aangepast (geen belerende voorschriften

meer). • Locaties met luxe uitstraling proberen te vermijden.

49Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 51: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Signalen* 2015 2014 2013

Ontvangen 23 27 35

SIGNALEN INGEDEELD PER TYPE

Communicatie 1 1 1

Identiteit en geloofsbeleving 0 1 0

Werkwijze Woord en Daad en/of partners 2 1 0

Salarissen 20 24 34

Totaal 23 27 35

* Woord en Daad registreert klachten in geval Woord en Daad afwijkt van haar beleid of diensten niet levert conform wat Woord en Daad belooft. Een signaal gaat over zaken die Woord en Daad conform haar beleid uitvoert, maar waar mensen uit de achterban anders over denken. Klachten leiden tot aanscherping van de procedures. Bij signalen gaat Woord en Daad in gesprek met mensen om haar beleid toe te lichten.

Complimenten* 2015 2014 2013

Ontvangen 7 4 8

* Complimenten worden geregistreerd als zij afdelingsoverstijgend zijn, door stakeholders worden gegeven die van strategisch belang zijn voor Woord en Daad (o.a. coördinatiegroep, comités, ministerie). Woord en Daad ziet het registreren van deze complimenten als een extra middel tot het meten van klanttevredenheid.

Presentaties

Particulieren € 15.425.603

Bedrijven € 2.482.744

Subsidies € 7.473.876

Aandeel acties derden € 2.093.641

Vermogensfondsen € 1.484.255

Interest/Inkomsten leveranciersrol/

bewustwording € 252.062

» Inkomsten per doelgroep

Doelstelling 2015

Realisatie 2015

Realisatie 2014

Verschil 2015-2014

Particulieren totaal € 16.288.500 € 15.425.603 € 16.364.545 € -938.942

Projecten € 6.708.500 € 4.505.762 € 6.469.014 € -1.963.252

Sponsoring € 9.080.000 € 8.813.824 € 9.010.556 € -196.732

Noodhulp € 500.000 € 2.106.017 € 884.975 € 1.221.042

Bedrijven € 3.000.000 € 2.482.744 € 2.019.613 € 463.131

Vermogensfondsen € 3.500.000 € 1.484.255 € 1.352.376 € 131.879

Aandeel acties derden € 2.998.645 € 2.093.641 € 3.616.217 € -1.522.576

Subsidies € 8.346.929 € 7.473.876 € 7.839.276 € -365.400

Rentebaten en baten uit beleggingen € 50.000 € 35.651 € 44.180 € -8.529

Inkomsten bewustwording € 62.700 € 97.921 € 46.985 € 50.936

Inkomsten leveranciersrol € 180.000 € 154.141 € 122.871 € 31.270

Totaal € 34.426.774 € 29.247.833 € 31.406.063 € -2.158.230

» Beleidsbeïnvloeding en bewustwording

Begroting 2015 Gerealiseerd 2015

Directe bestedingen € 243.950 € 415.326

Toegerekende organisatiekosten € 856.910 € 669.782

Totaal € 1.100.860 € 1.085.108

» Presentaties

Basisschoolleerlingen

Jongeren

Volwassenen

Presentaties

» Website

WebsiteSessies totaal 2015

Unieke bezoekers 2015

Algemeen: www.woordendaad.nl 432.105 121.502

SamenvoordeFilipijnenwww.noodhulpfilipijnen.nl* 4.037 3.762

*www.noodhulpfilipijnenisonlinevanaf15/11/2013netnadetyfoondieoverdeFilipijnentrok.

» Social Media

Social Media Volgers BerichtenGereageerd op berichten

Facebook 1.909 269 37

Twitter 1.703 57 Gem. 1 retweet/favorite per tweet

50 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 52: Woord en Daad Jaarverslag 2015

WERK IN HET NOORDEN

» Beleidsbeïnvloeding en bewustwording

Magazine Doelgroep × per jaar Bereik 2015 Bereik 2014 Verschil

Werelddelen Particulieren 4x 76.179 73.527 2.652

Grenzeloos Jongeren 4x 15.943 15.801 142

Verrekijker Schoolkinderen 1x 76.990 77.557 -567

Bouwplaat Kleuters 1x 17.701 17.566 135

Intercom Comitéleden 1x 1.000 1.000 0

E-letter jongeren Jongeren 9x 1.108 1.086 22

Daadkracht Ondernemers 3x 3.568 3.495 73

Daadkracht E-letter Ondernemers 6 390 290 100

Vermogensfondsen E-letter Vermogensfondsen 4 285 275 10

Vermogensfondsen E-Letter Indeed (Engelstalig) Vermogensfondsen 4 120 50 70

» Ontwikkeling fondsenwerving per product

Product Doelstelling 2015 Realisatie 2015 Realisatie 2014

PARTICULIEREN

Indeed 50 28 18

Nieuwe kind sponsoring 600 -350 (bruto 952) -407

ShareKids 50 4 (bruto 21) 14

Aanmeldingen Partnerplan 200 142 134

BEDRIJVEN

Leden Business Platform 60 65 54

Business Partners 7 6 6

Aantal CompanyKids 205 201 185

RegioOndernemers 16 14 14

» Evenementen en Reizen

Evenementen en Reizen Doelgroep Thema Bereikte doelgroep

Vrouwenreis – Burkina Faso Vrouwen Bewustwording/Eerlijk consumeren 15 deelnemers. Deze deelnemers bereikten 500 vrouwen in hun omgeving. En circa 10.000 vrouwen door middel van artikelen en radio

Comitécursus april Comitéleden Vrijwilligers en publiciteit 30 personen

Ondernemersmeeting Ondernemers Ontwikkelingssamenwerking op oorlogspad 120 ondernemers

Bouwreis jongeren Jongeren Klussen en ontmoeten in een andere cultuur 9 jongeren

Jongerenreis oktober - Guatemala Jongeren Bewustwording 6 deelnemers, via hen inmiddels 500 andere jongeren bereikt

Sponsorreis oktober - Ethiopië Sponsors en comitéleden Ontmoetingen sponsorkinderen en projectenbezoek

28 deelnemers

Woord en Daad-dag oktober Achterban Goed voorbeeld 3500

Comitécursus november Comitéleden Vrijwilligers en publiciteit 18 personen

Sponsoravond december - Ethiopië Sponsors van sponsorkinderen Ethiopië Onderwijs in Ethiopië 30 sponsoren

Ondernemersreis november – Filipijnen Ondernemers Projectbezoek 3 ondernemers

Bezinningsavond Achterban Vluchtelingenproblematiek 50 personen

» Activiteiten

Activiteit Doelgroep Activiteiten 2015 Activiteiten 2014 Verschil

Presentaties Basisschoolleerlingen 115 92 23

Presentaties Jongeren 61 99 -38

Presentaties Volwassenen 40 29 11

Uitleen leskisten Basisschoolleerlingen 14 20 -6

Zangavonden Particulieren 66 64 2

Fiets-boot-wandeltochten etc. Particulieren 29 26 3

Verkopingen Particulieren 24 23 1

51Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 53: Woord en Daad Jaarverslag 2015

VAKWERK DOEJE SAMEN

INTERNE ORGANISATIE

52 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 54: Woord en Daad Jaarverslag 2015

INTERNE ORGANISATIE

6.1 ONTWIKKELINGEN IN DE ORGANISATIE

6.1.1 Algemeen

Het jaar 2015 begon turbulent. De raden van toezicht van

Woord en Daad en Red een Kind besloten februari om de

stekker uit de samenwerking te trekken. In hetzelfde tijds-

bestek hoorden we dat het vervolg van onze subsidie afge-

wezen was, en vertrok één van de managers. Dat leidde tot

een geheel nieuwe situatie. Samen met het vorige jaarverslag

gememoreerde evaluatie van de vorige organisatievernieuwing

heeft Woord en Daad in al haar geledingen bezonnen op de

toekomst. Tijdens een personeelsbijeenkomst eind februari

dachten we na over de goede zaken in de samenwerking met

Red een Kind en de dingen die we geleerd hebben. Dachten

wenaoveralternatievenvoordefinancieringvanhetplandat

we bij het ministerie hadden ingediend en vroegen we ons af

of de managers nog wel nodig zijn. We trokken de conclusie

dat samenwerking belangrijk is voor de effecten van ons werk

over de grens. Maar we concludeerde ook dat het massief op

organisatieniveausamenwerkennietdemeestflexibelevormis.

We constateerden ook dat we steeds meer samenwerken met

derden en steeds intensiever samenwerken tussen afdelingen

(met interdisciplinaire teams) niet meer mogelijk was met de

afdelingsstructuur. We zagen mogelijkheden om, ondanks

afwijzing van de subsidieverstrekker, in samenwerking met

derden ons mooie plan rond pleiten en beïnvloeden voor elkaar

te krijgen. Deze conclusies kwamen vanuit de organisatie zelf.

Ze vielen samen met een opdracht van de raad van toezicht

aan de directeur-bestuurder om met een nieuwe visie op de

toekomst te komen. Het voorgaande leidde tot een intensief

proces van organisatievernieuwing, waarbij we de vernieuwing

zelfuitwerkten.Datleiddetoteennieuwebesturingsfilosofie,

gericht op projectmatig werken, een bestuursmodel dat geen

hiërarchie meer kent en een werkwijze die dat mogelijk maakt.

Injuninamderaadvantoezichthetdefinitievebesluitoverhet

bestuursmodel met een tweehoofdige raad van bestuur zonder

managementteam. In de zomer is dat vertaald naar een werk-

wijze en vanuit de werkwijze hebben de groepen medewerkers

zelf hun werkprocessen ontwikkeld. Daarbij hebben we de

stappen die we genomen hebben extern laten toetsten (door

tweebureaus)enzijnsleutelfigureninhetveranderingsproces

getraind door een externe consultant in de nieuwe cultuur en de

nieuwe manier van denken en doen.

De nieuwe ontwikkelingen geven nieuwe energie en erg

veel nieuwe kansen. In die zin lijkt de vernieuwing ook een

juiste keus en een adequate aanpassing aan veranderende

omstandigheden.

De evaluaties uit 2014, de consultaties met achterban en

belanghebbenden en de partnerconferentie uit 2014 zijn in

2015 vertaald in nieuw beleid. Dat is in oktober goedgekeurd

en is vanaf 1 januari 2016 leidend.

Op het gebied van ICT waren er de volgende belangrijke

ontwikkelingen:

• OverstapnaarOffice365-omgevingenvanProxsysnaar

Officegrip;

• Implementatie van IATI. Na een onderzoek is besloten om

een pilot te starten om dit zelf, zonder tussenkomst van ICT-

leverancier Matthat, op te pakken en te implementeren. Dit

zal in 2016 een vervolg krijgen.

• Sponsoring: WDCAP-training tijdens sponsorconferentie,

koppeling tussen WDCAP en SIGES. SIGES is het informa-

tiesysteem van CDA Colombia. In september is hiervoor

een reis gemaakt om deze pakketten te integreren. Dit is

nog niet afgerond en wordt begin 2016 gerealiseerd.

• Start van het gebruik van SharePoint voor interne informa-

tievoorziening en –deling. Ontwikkelen van intranetportaal

‘Share-IT’;

• Centralisering van de verschillende ICT taken (ICT versus

OfficeManagement);

• Benoeming van nieuwe ICT-medewerker.

Daarnaast was er natuurlijk de gebruikelijke ondersteuning en

support van de diverse ICT-systemen.

6.1.2 Personeel

BeloningsbeleidWoord en Daad volgt voor de primaire arbeidsvoorwaarden

het beloningssysteem dat bij de rijksoverheid gehanteerd

wordt (BBRA). In 2015 is een onderhandelaarsakkoord

gesloten over de arbeidsvoorwaarden sector Rijk. Als gevolg

daarvan zijn per 1 september 2015 de BBRA-schalen met

1,25% verhoogd en is een éénmalige uitkering van € 500,-

bruto overeengekomen. Eerder waren de BBRA-schalen met

0,8% verhoogd als gevolg van de pensioencompensatie.

Omdat Woord en Daad het beloningssysteem van de rijks-

overheid volgt, zijn deze verhogingen in 2015 toegepast op de

salarissen van het personeel van Woord en Daad.

De functies worden net als bij de rijksoverheid via het functie-

waarderingssysteem FUWASYS gewaardeerd en vallen binnen

BBRA tussen schaal 2 en schaal 16. Woord en Daad heeft

een werkweek van 36 uur. Naast de reguliere vakantietoeslag

kent Woord en Daad ook een eindejaarsuitkering van 8,33%,

conform het percentage van eindejaarsuitkering in de BBRA.

Woord en Daad hanteert, op grond van in het verleden

gemaakte afspraken, de pensioenvoorziening voor Zorg en

Welzijn. Een derde van de premie wordt op het salaris van de

werknemer ingehouden. Dit is in overeenstemming met de

premieverhouding zoals het pensioenfonds voor de overheid

(ABP) hanteert.

Personeelsbeleid 2015Het personeelsbeleid 2015 was vooral gericht op de organisa-

tievernieuwing per 1 januari 2016. Het HRM-beleid is gericht

op een goed, relevant en adequaat personeelsbeleid dat past

bij een projectorganisatie en het ondernemende karakter

ervan. Diverse medewerkers hebben de opleiding organisch

leiderschap gevolgd. Deze opleiding is een praktische benade-

ring die mens en organisatie helpt bij het constante proces van

verandering. Medewerkers die in projecten worden ingezet,

53Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 55: Woord en Daad Jaarverslag 2015

hebbeneenprofielpaspoortopgesteld,waarinzijhunexper-

tise, vakmanschap en persoonlijke drive hebben beschreven.

HRM is voorbereid op het houden van functioneringsgesprek-

ken met projectexperts en op haar rol in het samenstellen van

de projectteams.

Onderaan zijn twee medewerkers aan het woord over de

organisatieverandering.

Het personeelsbestandEr werken 76 medewerkers bij Woord en Daad die 61,31

fulltime equivalenten vervullen. Het aantal medewerkers en

het aantal fte is daarmee in vergelijking met 2014 vrijwel gelijk

gebleven. De gemiddelde leeftijd van de medewerkers is 36,57

jaar. Verder is het personeelsbestand evenwichtig samenge-

steld 40 mannen en 36 vrouwen. De omzet per medewerker

was in 2015 als volgt:

Aantal fte’s per 31/12/2015 61,31

Totale inkomsten in 2015 € 29.247.833

Verhouding inkomsten/fte € 477.048

Totale personeelskosten Woord en Daad

Bruto jaarsalarissen, sociale lasten € 3.530.804

Pensioenlasten € 336.961

Overige personeelskosten € 102.636

Reiskosten € 272.531

Totale werkgeverslasten € 4.242.932

ZiekteverzuimHet ziekteverzuimpercentage in 2015 was 2,2%.

Dat is beduidend lager dan het landelijk gemiddelde verzuim-

percentage. Woord en Daad voert een doelgericht preventie-

beleid, onder andere vastgelegd in ons ARBO beleidsplan.

Beloning raad van bestuurSeparaat legt Woord en Daad verantwoording af over de

beloning van de raad van bestuur. Zie paragraaf 7.3 voor de

nadere details.

VrijwilligersbeleidOp het kantoor zetten zich gemiddeld 22 professionele vrijwil-

ligers in. In 2015 is het aantal vrijwilligers dat op het kantoor

werkt gegroeid met bijna 30%.

Woord en Daad kijkt met een professionele blik naar vrijwilli-

gers. Vrijwilligerswerk is vrijwillig, maar niet vrijblijvend. Dat

geldt zowel voor de organisatie als voor de vrijwilliger.

Door middel van vrijwilligerswerk raken mensen geïnteres-

seerd en betrokken bij het werk van Woord en Daad. Dat is

belangrijk voor een goed begrip van armoede en armoebe-

strijding. Dat is ook belangrijk voor de continuïteit van de

organisatie en het behalen van de doelstelling, door middel van

geld, betrokkenheid, tijd, capaciteit en beroepskennis.

Er wordt actief geïnvesteerd in training van vrijwilligers.

Naast een actief wervingsbeleid wordt elk aanbod voor

vrijwilligerswerk serieus bekeken en zoveel mogelijk naar de

wensen van de potentiële vrijwilliger ingepast. In 2016 zal een

vrijwilligerscoördinator worden aangesteld die het werk en de

inzet van de vrijwilligers op kantoor zal gaan coördineren.

Vrijwilligersbeleid heeft voor Woord en Daad alles te maken met

het creëren van een breed draagvlak, contact met de achterban,

bewustwording onder de achterban en professionalisering van

de vrijwilliger. De persoonlijke benadering van vrijwilligers via

de lokale comités, groepen RegioOndernemers en de jonge-

rencomités is een belangrijk communicatiemiddel richting de

achterban. In de comités en de Woord en Daad winkels zijn ruim

800 vrijwilligers actief. Daarom heen zijn er bijna 6.000 vrijwil-

ligers die hen met hand- en spandiensten bijstaan. Het totale

vrijwilligersbestand komt daarbij op 6.827 vrijwilligers.

6.1.3 Interne communicatie

In 2015 is de interne communicatie van Woord en Daad

gericht geweest op het betrekken en informeren van mede-

werkers rondom alle zaken van de organisatieverandering van

Woord en Daad. Naast de twee reguliere personeelsbijeen-

komsten zijn er twee extra bijeenkomsten met het personeel

geweest. We hebben met elkaar de leerpunten over het

samenwerkingsproces van Red en Kind besproken. Dit heeft

uiteindelijk geleid tot een organisatie die projectmatig werkt

enzoflexibelereneffectieverwerkttendienstevandedoel-

groep in het Zuiden. Onder leiding van een externe consultant

zijn in diverse werksessies de doorlopen en gereed gemaakt

voor projectmatig werken. De interne communicatie is hierbij

Hoe heb jij het proces van de organisatieverandering ervaren?

Arnold van Willigen:“Sinds 2004 werk ik bij Woord en Daad en nog geen jaar is het-

zelfde. Dat is wat mij ook aantrekt in deze organisatie, steeds

zoeken naar het beste, naar nieuwe wegen met hart voor de

mensen waar we het uiteindelijk voor doen. De organisatiever-

andering van het afgelopen jaar gaat daar zeker aan bijdragen.

Mooi om te zien dat iedereen hier bij betrokken was en is en

dat met enthousiasme deze stap genomen wordt.“

Greetje Urban:“Ik ervaar de stap naar projectmatig

werken als een zinvolle stap, omdat het ons

dwingt meer doelgericht te werken. Ook

biedt het kansen om nieuwe ideeën op te

pakken als project. Ik hoop dat de verande-

ringdeorganisatieflexibelerzalmakenen

de talenten van medewerkers nog beter zal

kunnen inzetten.”

54 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 56: Woord en Daad Jaarverslag 2015

INTERNE ORGANISATIE

vernieuwd. Op het digitale systeem SharePoint is een speciale

Woord en Daad site ontwikkeld: Share-IT, waarop vanaf 2016

het nieuws gecommuniceerd wordt. Deze site vervangt de

nieuwsbrieven die elke twee maanden verspreid werden.

Voor medewerkers die nog geen jaar in dienst waren, is in het

voorjaar een introductiebijeenkomst georganiseerd. Tijdens

deze bijeenkomst is aan zes nieuwe medewerkers de historie

en de corporate identity van Woord en Daad toegelicht.

Voor het hele personeel zijn drie lunchlezingen gehouden, te

weten over het lobbytraject MP Watch, de communicatie van

vernieuwende zaken die we op de plank hebben liggen en het

werk van de Regionale Fondsenwervers. In de zomer is er een

barbecue geweest voor het hele personeel.

6.1.4 Ondernemingsraad

In 2015 veranderde de OR van samenstelling. Henrike Klijn

en Jan Versteeg werden gekozen in de vacatures die waren

ontstaan nadat Willemijn ten Brinke haar OR werk vanwege

drukte moest neerleggen en Gideon Davidse zijn betrekking

bij Woord en Daad beëindigde. Het belangrijkste thema

waarover de OR in gesprek was met de raad van bestuur, was

de organisatievernieuwing die per 1 januari 2016 zijn beslag

krijgt. Kort na het besluit om de intensievere samenwerking

met Red een Kind niet door te zetten, werden de contouren

van de nieuwe structuur met het personeel gedeeld en met de

OR besproken. De OR heeft in de loop van het jaar construc-

tief meegedacht over de uitwerking van het projectmatige

werken, in plaats van een advies uit te brengen aan het einde

van het traject. De gevolgen van het personeel stonden

daarbij voor ons centraal. Eind 2015 hebben de OR-leden

een training gevolgd bij het adviesbureau People Plus Human

Development. Daarmee is de kennis over de wettelijke

bevoegdheden en verantwoordelijkheden als OR weer op peil

gebracht. Zo stelt de OR zich in staat om op een goede manier

aandacht te vragen voor personeelsbelangen, en gespreks-

partner te zijn van de raad van bestuur.

6.1.5 Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO)

In 2015 is een integraal MVO-beleidsdocument opgesteld.

Voor Woord en Daad is MVO een integrale visie op een duur-

zaam management van de organisatie. Bij iedere beslissing

maakt Woord en Daad een afweging tussen de verschillende

maatschappelijke en economische effecten hiervan. Daarbij

houden we rekening met de belangen van diverse stakehol-

ders, waaronder die van onze partnerorganisaties en hun doel-

groep. Voor het vormgeven van ons MVO beleid volgen we de

ISO 26000 richtlijn. Binnen deze richtlijn wordt onderscheid

gemaakt in MVO- principes en thema’s, zoals de thema’s milieu

of eerlijk zakendoen. Het beleid wordt geïmplementeerd in

de periode 2016-2020 en daarvoor zijn, gekoppeld aan de

verschillende thema’s, diverse actiepunten geformuleerd.

Het meest vernieuwende element is dat we ook aan onze

partner eisen gaan stellen ten aanzien van MVO-gerelateerde

onderwerpen. Deze onderwerpen worden de komende

jaren geïntegreerd in de OSA (Organizational Standards

Assessment), het instrument waarmee we de organisatiecapa-

citeit van partners toetsen. Aan de OSA zullen we de volgende

elementen toevoegen:

• aandacht voor kindbescherming op het niveau van de

partners;

• mogelijke (gezondheids)risico’s binnen de arbeidsomstan-

digheden van partners;

• downward accountability;

• innovatie en duurzame oplossingen;

• methoden om allerarmsten bij interventies te betrekken.

Woord en Daad compenseert de volledige CO2-uitstoot van

vluchten die gemaakt worden. In 2015 bedroeg de CO2-uitstoot

vanWoordenDaad615,80ton(bijlage9:certificaatvoor

compenseren uitstoot vluchten 2015). De compensatie van deze

uitstoot gebeurt via een bijdrage aan het klimaatproject wind-energie in India via Climate Neutral Group. Dankzij het windpro-

ject worden de lokale huishoudens in vaak afgelegen gebieden in

India voorzien van stabiele en schone energie. Daarnaast wordt

bewust gezocht naar en gebruik gemaakt van werkmethoden die

minder reizen mogelijk maken (combinatie van reizen, gebruik

van Skype, inrichten van een helpdesk voor het sponsorpro-

gramma, zodat partners op afstand begeleid kunnen worden).

Dit beleid heeft geleid tot een kostenreductie in reizen van 14%

ten opzichte van vorig jaar. Het beleid is dus niet alleen duurza-

mer maar ook goedkoper. Woord en Daad hanteert een strikt

beleid woon-werkverkeer: medewerkers krijgen slechts tot 30

km woon-werkverkeer vergoed. Op die wijze wil Woord en Daad

het dicht bij het werk wonen stimuleren.

Woord en Daad gebruikt energiezuinige apparatuur, gerecy-

cled papier en er is papier- en afvalscheiding.

Door verdergaande automatisering wordt steeds minder

papier gebruikt. Ook zijn de werkvergaderingen van Woord en

Daad papierloos. Onderstaande tabel toont dit aan:

JaarVerbruik zwart-wit

Verbruik kleuren

Verschil met voorgaand jaar zwart-wit

Verschil met voorgaand jaar kleur

2015 148.960 92.183 -19.063 -11,35% -17.806 -16,19%

2014 168.023 109.989 -188.177 -52,83% 37.697 52,15%

2013 356.200 72.292 -6.985 -1,9% -15.895 -18%

2012 363.185 88.187 -59.115 -12,8% -10.214 -10,4%

2011 422.300 98.401 -95.575 -18,4% -19.345 -16,4%

In 2015 zijn de hiervoor genoemde MVO-elementen opgeno-

men in een integraal MVO-beleid. In dit beleidsdocument wordt

beschreven hoe wij binnen de organisatie vormgeven aan MVO.

Eind 2015 is het kantoor terugverhuisd naar het pand waar we

sinds 2002 gebruik van maken. Het pand heeft vanuit energie

nu de A++ status. Het is de bedoeling dat het kantoor in 2016

energieneutraal gemaakt wordt. Dit leidt tot een verlaging van

de servicekosten en uiteindelijk lagere huisvestingskosten dan

in het verleden.

55Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 57: Woord en Daad Jaarverslag 2015

6.2 EFFECTIVITEIT RISICOMANAGEMENT IN 2015

In bijlage 5 beschrijft Woord en Daad haar risicomanage-

mentbeleid. In deze paragraaf staat of en zo ja hoe effectief

dit beleid in 2015 is uitgevoerd. Gedurende 2015 is samen

met de externe accountant en de auditcommissie gekeken

naar de impact en kans van risico’s. Dit heeft geleid tot een

tabel waarin ook de bijbehorende maatregelen benoemd zijn.

Gezien de risico-exposure van Woord en Daad worden de

genomen maatregelen voldoende geacht.

Risico’s in de werkomgeving

In 2015 deden zich geen bijzondere risico’s voor. We hadden

wel te maken met diverse noodhulpsituaties. In West-Afrika

hadden we te maken met de naweeën van de ebola-epidemie.

Risico’s op organisatieniveau

In 2015 is waren er bij drie partnerorganisaties ontwikkelin-

gen die op inhoud een risico vormden voor ons als organisatie.

Met MKC in Ethiopië waren goede ervaringen op programma-

niveau, maar op managementniveau waren enkele knelpunten

die op termijn een risico vormen voor de samenwerking op

programmaniveau. Het programma is nu verzelfstandigd. De

relatie met MKC is afgebouwd. In Haïti bij Parole et Action en

in Ethiopië bij Hope Enterprises vond een managementwisse-

ling plaats. Dat leek in Haïti op bestuursniveau en in Ethiopië

op directieniveau tot frictie met ons beleid te leiden. Met

behulp van externe facilitatie is diepgaand op de fricties inge-

gaan en zin er goede lijnen uitgezet. Beide organisaties maken

een grondige vernieuwingsslag.

Bij CREDO in Burkina Faso was er sprake van slecht functio-

neren van de sponsoringsafdeling. In goed overleg is daar met

behulp van interim-management een grondige verandering in

gang gezet om zo de risico’s voor ons te beperken.

Risico’s in de groeistrategie

In 2015 zijn de totale inkomsten van Woord en Daad ten

opzichte van 2014 enigszins gedaald. Als noodhulp niet

meegeteld wordt is er sprake van een lichte stijging van de

reguliere inkomsten. De komende jaren staat Woord en Daad

voor de uitdaging om het wegvallen van subsidies zoals MFS

en Prisma te compenseren qua inkomsten. Gezien de nieuwe

werkwijze via projectmatig werken en het team dat voldoende

omvang en expertise heeft staat Woord en Daad goed voorge-

sorteerd om deze ambitie te verwezenlijken.

Koersrisico’s

Het management van het koersrisico is ook in 2015 conform

het beleid uitgevoerd. Er was sprake van een beperkt koers-

verlies, dat binnen de bestaande systematiek kon worden

opgevangen.

Evenwicht en verbinding tussen uitgaven en inkomsten: reserves en liquiditeit

De koppeling tussen inkomsten en uitgaven heeft in 2015 goed

gewerkt, zij het dat de inkomsten in december tegenvielen wat

voor een tekort op de algemene reserve zorgde, omdat op toe-

kenningen niet meer bijgestuurd kon worden. In het begin van

het jaar wordt in de contracten 80% van de contracten toege-

zegd.Delaatste20%wordtpasinhettweedehalfjaardefinitief

toegekend. In 2016 wordt circa 3,5% gekort op de toekenningen

om dit tekort in te lopen, daarnaast wordt er een bedrag apart

gehouden wat alleen uitgekeerd wordt in het volgende jaar als

de algemene reserve positief is.

Beleggingsbeleid en vermogensbeheer

Door de match tussen inkomsten en uitgaven en de voorwaar-

den die aan betaling gesteld worden, is er altijd sprake van

enige liquiditeit. Deze middelen belegt Woord en Daad risico-

loos bij de Rabobank. Een beperkt bedrag (€ 10.000) betreft

een participatie in Oikocredit. Woord en Daad heeft daarnaast

geen beleggingen in aandelen of effecten.

» Rendement beleggingen

JaarGemiddeld saldo

OpbrengstIn procenten

Benchmark (Euribor-dagrente)

2015 € 1.220.607 € 5.853 0,47% -/- 0,1%

2014 € 2.653.674 € 19.656 0,74% 0,13%

2013 € 3.010.613 € 28.361 0,94% 0,13%

2012 € 5.110.885 € 71.627 1,40% 0,65%

2011 € 6.222.324 € 101.220 1,63% 0,90%

Woord en Daad volgt GDN Handreiking Verantwoord

Vermogensbeheerfondsenwervendeinstellingen.Deniet-fi-

nanciële criteria die genoemd worden in de handreiking wor-

den ingevuld via het beleid dat de Rabobank ontwikkeld heeft.

Crisismanagement

Er waren in 2015 geen crisissen die Woord en Daad nood-

zaakten het crisismanagement toe te passen. Wel startte er

een noodhulpactie voor Nepal en voor de vluchtelingen. Daar

is het noodhulpteam op ingezet.

6.3 KWALITEITSMANAGEMENT

• Woord en Daad heeft haar kwaliteitsmanagementsys-

teem ingericht volgens de principes van ISO 9001:2008.

Daarnaast volgen we de Partos-norm 9001 (sectorspeci-

fiekeISOnorm).Ookin2015isdejaarlijksetoetsingweer

afgenomendoordecertificerendeorganisatieCertiked.De

conclusies waren positief, met complimenten voor de orga-

nisatie. Als aandachtspunt kregen we mee dat het MVO-

beleid beter uitgewerkt moest worden. Hier is intussen

gehoor aan gegeven.

56 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 58: Woord en Daad Jaarverslag 2015

INTERNE ORGANISATIE

• Door de twee interne auditors zijn vijf audits op verschil-

lende afdelingen uitgevoerd om de werking van het kwali-

teitsmanagementsysteem te controleren. Afwijkingen en

verbeterpunten zijn geregistreerd en opgevolgd.

• Het Handboek Organisatie is in samenwerking met de

afdelingsmanagers up-to-date gehouden.

• Door verschillende afdelingen zijn klanttevredenheidonder-

zoeken uitgezet. Een belangrijk onderzoek was het klantte-

vredenheidsonderzoek wat in het voorjaar van 2015 door

een extern bureau onder een groot aantal sponsors van

sponsorkinderen is uitgevoerd. Ook leverde het Keystone

partnertevredenheidsonderzoek veel bruikbare informatie

op: zie voor meer informatie hoofdstuk 4.

• De klachten, signalen en complimenten zijn geregistreerd

en beantwoord: zie het overzicht in hoofdstuk 5.

• In juni 2015 zijn de leveranciersbeoordelingen en de

jaarlijkse Management Review uitgevoerd. Het MT toonde

zich tevreden met het kwaliteitsmanagementsysteem en de

wijze van uitvoering.

• Erismeegewerktaanhetefficiënterinrichtenvande

interne processen op de units Projectadministratie en

Sponsorprograma, in samenwerking met een externe con-

sultant en Arnold van Willigen.

• Volgens het verslag van de vertrouwenspersonen van

Woord en Daad zijn er in 2015 geen klachten en/of meldin-

gen ontvangen. Rina Molenaar stopt per januari 2016 als

vertrouwenspersoon. Door haar nieuwe functie als lid van

de Raad van bestuur is dit niet te combineren met de rol als

vertrouwenspersoon.

6.4 PLANNING, MONITORING EN AUDITING (PMA)

Het is de taak van Planning, Monitoring, Auditing (PMA) om

een goed functionerend systeem van interne beheersing van

de partnerorganisaties te waarborgen.

Enerzijds wordt de interne beheersing van de partnerorga-

nisaties geborgd door het verzekeren van de kwaliteit van

financiëlesystemen.Delokaleaccountantisbetrokkenbij

definanciëleverantwoordingvandepartner.Elkhalfjaar

wordteenfinancieelverslagdooreenlokaleaccountant

gecontroleerd en jaarlijks dient de partnerorganisatie een

goedkeurende accountantsverklaring op de jaarrekening te

presenteren.Eenanderinstrumentomdefinanciëlesystemen

van partnerorganisaties te beoordelen en te verbeteren is een

financialmanagementaudit.Dezeauditswordeneensinde

drie jaar uitgevoerd en zijn bedoeld om de kwaliteit van het

financieelmanagementhoogtehouden.

Anderzijds worden ook andere typen audits bij partnerorga-

nisaties uitgevoerd, zoals PMEL audits, sponsorship audits en

Organisational Standards Assessments (OSA’s).

In2015zijndetoolsvoorPMELauditsenfinancialmanage-

ment audits verbeterd. De tools geven de inhoudelijke secties,

onderzoeksvragen en scoringsmethode weer. De PMEL audits

wordendoorWoordenDaadzelfuitgevoerd,maarfinancial

management audits worden door consultants uitgevoerd omdat

we sterk hechten aan objectiviteit. Door een kritische selectie en

duidelijke instructie van consultants is de kwaliteit van de rap-

portenverhoogdenwordenspecifiekeverbeterpuntengerap-

porteerd waar de partnerorganisaties mee aan de slag gaan.

In 2015 zijn in totaal 19 audits uitgevoerd, waaronder zes

financialmanagementaudits,zesPMELauditsenvijfOSA’s.

De audits hebben bruikbare bevindingen en aanbevelingen

opgeleverd. Vergelijking van de audituitkomsten levert geen

algemeen beeld op, omdat daarvoor de situatie en kwaliteit

van de partnerorganisaties te veel verschilt. Zo heeft bij een

financialmanagementauditdeenepartnerverbeterpunten

ophetgebiedfinanciëlerapportageendeandereopfinanciële

staf of planning en budgettering. De geauditeerde partner-

organisaties zijn ieder met hun eigen actieplan aan de slag

gegaan. In een enkel geval was een uitgebreider verbeter-

traject nodig. Zo is bijvoorbeeld bij een partnerorganisatie in

Burkina Faso de sponsorafdeling gereorganiseerd.

Leerpunten van 2015

• De verbetering van de tools voor het uitvoeren van een

PMELauditenfinancialmanagementaudithebbengeleidtot

hogere kwaliteit van de auditrapportages en concrete verbe-

tering van de interne beheersing van partnerorganisaties. In

2016 willen we daarom ook de andere audittools verbeteren.

• Verificatievandeauditbevindingendoordepartnerorga-

nisatie is cruciaal voor de acceptatie van het auditrapport

en de voorgestelde aanbevelingen. In 2015 is dit sterker

geadresseerd in de auditprocessen.

• De opvolging van actiepunten kan worden verbeterd door

deze te verankeren in de planning en control cyclus en

ervoor te zorgen dat de actiepunten ook worden meegeno-

men in de projecten van de partnerorganisatie.

Uitdaging in 2016:

• Het doorontwikkelen van de OSA-tool waarbij de leerpun-

ten van de afgelopen jaren worden meegenomen.

6.5 CODES/CERTIFICERING

Woord en Daad:• onderschrijft de Code of Conduct van het Internationale Rode

Kruis, een internationale gedragscode voor hulporganisaties;

• volgt in noodhulp en wederopbouw de Sphere Standards;

• werkt in fondsenwerving met de Gedragscode van Goede

Doelen Nederland;

• bezit het CBF-keurmerk (inbegrepen zit de Code Goed

Bestuur voor Goede Doelen);

• isISO-gecertificeerd;

• isPartos-9001gecertificeerd;

• Werkt volgens COSO.

57Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 59: Woord en Daad Jaarverslag 2015

58

TIMMERMANSOOG

BESTUREN EN TOEZICHT HOUDEN

58 Woord en Daad JAARVERSLAG 201518

Page 60: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BESTUREN EN TOEZICHT HOUDEN

7.1 INLEIDING

De raad van toezicht van Woord en Daad heeft een

belangrijke toezichthoudende rol wat betreft de

invulling van de missie en visie van de organisatie. De

bestuurlijke verantwoordelijkheid ligt bij de raad van bestuur.

Vanuit bestuurlijk oogpunt is de scheiding tussen toezicht en

bestuur doorgevoerd conform de Code Goed Bestuur voor

Goede Doelen.

Statutaire naam

Stichting Woord en Daad (verkorte statutaire naam, volledige

statutaire naam is Stichting Reformatorische Hulpaktie Woord

en Daad), is gevestigd te Gorinchem.

7.2 BESTUURLIJKE VERANTWOORDING

Raad van bestuur

De raad van bestuur bestaat per 31 december 2015 uit Dr.h.c.

Ir. Jan Lock (directeur-bestuurder). Statutair heeft de raad

van bestuur beleidsmatig de verantwoordelijkheid voor de

organisatie. De directeur-bestuurder heeft verschillende

nevenfuncties. Een overzicht hiervan vindt u in bijlage 2. Vanaf

1 januari 2016 functioneert er weer een tweehoofdige raad

van bestuur. Daartoe heeft de raad van toezicht in oktober

2015 Rina Molenaar MSc. benoemd.

Raad van toezicht

De raad van toezicht keurt het door de raad van bestuur vast-

gestelde beleid goed. Tevens is het zijn verantwoordelijkheid

om het functioneren van de raad van bestuur te beoordelen.

De raad van toezicht bestaat per 31 december 2015 uit zeven

leden (zie voor samenstelling en rooster van aftreden bijlage

1. Ds. C. (Coen) Westerink is voorzitter. De raad van toezicht

wordt samengesteld op basis van een goede mix van inhoude-

lijke en bestuurlijke competenties. De leden van de raad van

toezicht hebben zitting gedurende een periode van vier jaar

en kunnen tweemaal worden herbenoemd. Per 31 december

2015 was de samenstelling als volgt (zie tabel onderaan de

pagina):

Jenny Achterstraat AA heeft zich in juli uit de raad van toezicht

teruggetrokken. Zij is niet vervangen, omdat alle aandachtsge-

bieden in de huidige raad van toezicht bezet zijn. Naar aanleiding

van de vernieuwing van de raad van toezicht en de vernieuwing

van de raad van bestuur en organisatie heeft de raad van toezicht

voorgenomen zich in 2016 weer extern te laten spiegelen.

Nevenfuncties van raad van toezicht-leden zijn te vinden in

bijlage 2.

De raad van toezicht vergaderde in 2015 zeven keer in aanwe-

zigheid van de raad van bestuur. Delen van twee vergaderingen

waren zonder de raad van bestuur (met name als het ging om de

beoordeling van de raad van bestuur en de organisatievernieu-

wing). Tijdens de vergadering in maart 2015 keurde de raad van

toezicht de jaarrekening goed. Goedkeuring van het jaarplan

vond plaats in december 2015. In diezelfde vergadering vond de

evaluatie van de raad van bestuur plaats. De accountant was aan-

wezig in de maartvergadering, waarin jaarverslag en jaarrekening

passeerden.

Jaarlijkse evaluatie raad van toezicht

De reguliere evaluatie van de heer Nobel in 2014 was in ver-

band met verblijf in het buitenland uitgesteld tot het voorjaar

van 2015. Hij is positief geëvalueerd.

Financiële auditcommissie

Definanciëleauditcommissie(voorsamenstellingziebijlage

1)adviseertderaadvantoezichtinzakefinanciëlevoorstellen

vanderaadvanbestuurengeefthaaropinieoverdefinanciële

handelwijze van de raad van bestuur en de verslaglegging

hierover. De auditcommissie vergaderde in 2015 drie keer:

eenmaal over de jaarrekening 2015, een keer over de begro-

ting 2016 en een keer over algemeen lopende zaken, met

name rond het risicobeleid.

Accountant en benoeming accountant

Om zijn toezichthoudende taak goed uit te kunnen oefenen

laat de raad van toezicht de raad van bestuur en de onder

de raad van bestuur functionerende organisatie extern en

onafhankelijkcontrolerenophetfinanciëledoenenlatenen

de procesmatige gang van zaken. Daartoe benoemt zij een

» Raad van toezicht

Lid raad van toezicht Beroep Aandachtsgebied binnen Woord en Daad

Ds. Coen Westerink Predikant Voorzitter. Aandachtsgebied identiteit van de organisatie

Piet Nobel RA Registeraccountant Begroting,budgetinclusieffinanciëleenfiscalezaken,personeelenorganisatie

Dr. Richard Toes Locatiedirecteur Guido de Bres Onderwijs

Mr. Margreeth Overbeeke - Boer Jurist en verslaggever bij de NOS Lobby en advocacy, beleidsbeïnvloeding, communicatie en bewustwording, juridische zaken

Dr. Pieter Honkoop MDL-arts; ervaring in tropische geneeskunde WASH, Basisvoorzieningen en humanitaire hulpverlening

Ing. Bart Jaspers Faijer Wethouder; landbouwkundige Landbouw, voedselzekerheid, resultaatmanagement en leren

Ing. Kees van Burg Directeur kapitaalinvesteringen Dow Chemical Arbeid en Inkomen (microkrediet, vaktraining, Job & Business Centres) i.c.m. het Business Platform; Investeringsmogelijkheden, businessplannen

59Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 61: Woord en Daad Jaarverslag 2015

accountant. In 2015 was Accon avm uit Gorinchem de accoun-

tant van Woord en Daad. De accountant neemt zowel deel aan

de vergaderingen van de auditcommissie als aan de vergade-

ring van de raad van toezicht waarin de jaarrekening passeert.

Beoordeling van de raad van bestuur

In de maart- en decembervergadering beoordeelde de raad van

toezicht op basis van resultatenrapportage en evaluaties het

functioneren van de raad van bestuur. De organisatie wordt een

keer per twee jaar geëvalueerd door verschillende belang-

hebbenden (klankbordgroep comités, adviesgroep bedrijven,

partnernetwerk en ondernemingsraad). Deze evaluaties zijn

meegenomen in de beoordeling van de raad van bestuur.

7.3 BELONING EN SALARIS RAAD VAN BESTUUR

De raad van toezicht heeft het bezoldigingsbeleid, de hoogte

van de directiebeloning en de hoogte van andere bezoldi-

gingscomponenten vastgesteld. Het beleid wordt periodiek

geactualiseerd. Bij de bepaling van het bezoldigingsbeleid

en de vaststelling van de beloning blijft Woord en Daad ruim

binnen de Adviesregeling Beloning Goede Doelen van de VFI

en de Code Wijffels. De regeling geeft aan de hand van zwaar-

tecriteria een maximumnorm voor het jaarinkomen. De weging

van de situatie van de heer Lock vond plaats door de raad van

toezicht. Dit leidde tot een zogenaamde BSD-score van 485

punten, met een maximaal jaarinkomen van € 124.233

De voor de toetsing, aan de geldende maxima, relevante werkelijk

jaarinkomen van de directie bedroeg in 2015 € 99.918. Deze

beloning bleef binnen het geldende maximum. Het jaarinkomen,

de belaste vergoedingen, de werkgeversbijdrage pensioen bleven

voor de heer Lock met een bedrag van € 114.006 binnen het in de

regeling opgenomen maximum bedrag van € 178.000 per jaar. De

belaste vergoedingen, de werkgeversbijdrage pensioen stonden

bovendien in een redelijke verhouding tot het jaarinkomen. De

hoogte en samenstelling van de bezoldiging worden in de jaarre-

kening toegelicht op de staat van baten en lasten.

De actuele salariëring van de raad van bestuur van Woord en

Daad is net als die van andere personeelsleden gebaseerd op

BBRA. Ook de functies binnen de raad van bestuur worden via

FUWASYS beoordeeld.

Beloning raad van bestuur Directeur-bestuurder

Schaal 16, trede 10

Percentage dienstverband 100

Salarissen raad van bestuur € 99.918

» VFI-norm salarissen directiefuncties

Directeur-bestuurder

Weging volgens GDN-systematiek (de zoge-naamde BSD, Basis Score voor Directiefuncties)*

485

Maximumsalaris volgens GDN-norm bij deze functiezwaarte en -omvang.

€ 124.233 (Goede Doelen Nederland-norm bij 100%:

De puntentelling volgens de GDN-norm met betrekking tot

maximumsalarissen passend bij de complexiteit en grootte van

de organisatie is in 2015 door de raad van toezicht beoordeeld

en vastgesteld.

7.4 BESTUURLIJK FUNCTIONEREN

Organisatie en Code Wijffels

De organisatie staat onder leiding van de raad van bestuur.

De verhouding tussen de raad van toezicht en de raad van

bestuur is geregeld conform de Code Wijffels en vastgelegd in

de statuten.

De organisatie is opgesplitst in vijf afdelingen. De opbouw was

per 31/12/2015 als volgt:

Afdeling Onder leiding van

Finance en Control Jan van der Bas QCAssistent-manager: drs. Arnold van Willigen

Communicatie en Fondsen Rina Molenaar MSc

Partners en Programma’s Ir. Jacob Jan Vreugenhil

Agribusiness en Enterprise Development Ing. Maarten van Middelkoop

Resultaatmanagement en Leren Dr. ir. Wim Blok

De managers van de afdelingen vormen onder voorzitter-

schap van de raad van bestuur met elkaar het management-

team. Het managementteam adviseert de raad van bestuur

over besluitvorming. Afwijking van het advies wordt via de

notulen van het managementteam vastgelegd. De raad van

toezicht neemt kennis van deze notulen. Vanaf 1 januari

2016 is er geen managementteam meer, maar is er sprake

vaneenstrategischoverlegmeteenvastekerneneenflexi-

bele schil.

In de uitvoering heeft de raad van bestuur verantwoorde-

lijkheden en bevoegdheden gedelegeerd aan de afdelings-

managers. De procedures hiervoor zijn vastgelegd in het

Organisatiehandboek. Via interne controle wordt naleving van

de procedures door de afdeling Finance en Control gerap-

porteerd aan de raad van bestuur. Woord en Daad kent een

zevental staffuncties. Zie het organogram in bijlage 4.

Onkostenvergoedingen

Woord en Daad voert een sober onkostenvergoedingenbe-

leid met het oog op haar rentmeesterschap. De leden van

de raad van toezicht krijgen alleen een onkostenvergoeding.

In de praktijk betreft dat een vergoeding voor de verreden

kilometers en vergoeding voor porti en telefoonkosten. De

vergoeding bedraagt per gereden kilometer € 0,28.

Nevenfuncties

De nevenfuncties van de raad van bestuur en de leden van de

60 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 62: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BESTUREN EN TOEZICHT HOUDEN

raad van toezicht worden genoemd in bijlage 2. Vóór het geven

van goedkeuring voor het aangaan van nieuwe nevenfunc-

ties door raad van toezicht-leden worden deze getoetst aan

de statuten van Woord en Daad. Er zal geen goedkeuring

plaatsvinden als er risico bestaat op belangenverstrengeling of

afhankelijkheid.

Evalueren en leren

Evalueren en leren is structureel verankerd binnen de

beleidscyclus van Woord en Daad. Meer informatie hierover in

hoofdstuk 4.

Jaarverslag

Het jaarverslag gaat in op zowel het werk in Afrika, Azië en

Midden- en Zuid-Amerika als op het werk in Nederland en

Europa. Woord en Daad beschikte in 2015 over voldoende

middelen om haar werk voor het grootste deel volgens de voor-

genomen plannen en langs de strategische lijnen uit te voeren.

Aan de inkomstenkant was er sprake van een groei bij

Bedrijven en Vermogensfondsen. De inkomsten vanuit

Particulieren en Institutionele Fondsen bleven achter.

Jaarrekening

Voorgedetailleerdefinanciëlegegevenswordtuverwezen

naar de jaarrekening met toelichting.

In het operationeel jaarplan voor 2015 is een begroting onder-

bouwd van € 34.426.774. Een deel daarvan (€ 4.485.000) zat

in de categorie ‘niet goed te voorspellen inkomsten’.

Door de koppeling van uitgaven aan inkomsten is er sprake

van een goed evenwicht tussen baten en lasten waarbij

tevens bestemmingsfondsen die aan het begin van het jaar

beschikbaar waren werden ingezet. Als gevolg van de lagere

inkomsten lagen de kosten voor beheer en administratie en de

kosten eigen fondsenwerving boven de vastgestelde normen.

Begroting 2015, meerjarenbegroting en beleidsvoornemens

Na de jaarrekening is de begroting over het jaar 2015 en de

meerjarenbegroting opgenomen. De beleidsvoornemens zijn

vastgelegd in hoofdstuk 8 van dit jaarverslag.

Overige beleidsuitgangspunten, van belang voor bestuurlijke verantwoordelijkheid en functioneren

VermogenHet vermogen van de stichting is opgesplitst conform de

regels van het CBF in reserves.

ReservesWoord en Daad streeft naar een evenwicht tussen inkomsten

en uitgaven. De opbouw van het operationeel jaarplan is

daarop afgestemd: tegenover bestedingen dienen via fondsen-

wervinginkomstentestaan.Dekoppelingtussenspecifieke

inkomstenenspecifiekeuitgaveniszobetergeborgd.

FondsenDe bestemmingsfondsen zet Woord en Daad overeenkomstig

de bestemming in bij de uitvoering van de projecten. Indien

er bij projecten in aanvang nog te weinig fondsen binnen

zijn, wordt per balansdatum het tekort aangevuld vanuit het

algemeen fonds. Indien alsnog via fondsenwerving dekking

voor het project gevonden wordt, wordt dit bedrag terugge-

boekt naar het algemeen fonds. Tot de bestemmingsfondsen

behoren ook de sponsorfondsen.

BeleggingsbeleidDoordat aanvaarde projecten meestal in termijnen betaald

worden en het opstarten van nieuwe projecten tijd vergt, zijn

er tijdelijke liquiditeiten aanwezig. Deze worden risicoloos

belegd (zie verder paragraaf 6.2 risicomanagement).

Procesbeheersing en risicobeheersingStichting Woord en Daad streeft transparantie na bij de uitvoe-

ring van de werkzaamheden. De toekenning van de fondsen,

besteding van fondsen, bewaking van project- en program-

ma-uitvoering en -rapportage vonden in 2014 plaats volgens

de kaders, procedures en processen, zoals vastgesteld door de

stichting. Zie voor een beknopte beschrijving van deze kaders,

procedures en processen bijlage 5. Door de raad van toezicht

wordt vanuit die gegevens toezicht gehouden. In dezelfde

bijlage is de werkwijze rond risicobeheersing opgenomen.

In een afzonderlijke verklaring geeft de accountant een

oordeel over de beheersing van deze processen. Het doel

vandezebeschrijvingishetafleggenvanverantwoording

over de wijze waarop Woord en Daad de haar toevertrouwde

middelen beheert en besteedt. Daarnaast borgt Woord en

DaadhaarprocessenviahetISO9001–2000.Ditcertificaat

verkreegWoordenDaadin2002.Hetcertificaatisin2014

verlengd en geldt tot 2016.

De normpercentages voor overheadSinds 2011 werkt Woord en Daad met kostennormen voor

beheer en administratie en een eigen norm voor kosten eigen

fondsenwerving. De norm beheer en administratie is 3,1%, die

voor kosten eigen fondsenwerving 6%.

De organisatiekosten liggen redelijk in lijn met de begroting

(totaal 86K hoger dan de begroting). In 2015 zijn kosten

gemaakt in verband met de samenwerking, die binnen de

begroting gecompenseerd konden worden door onder andere

lagere afschrijving hardware (door latere investering in nieuw

serverpark) en besparing op fondsenwervingskosten. Het

overheadpercentage komt op circa 8,96% uit (wat dus fors

hoger is dan in 2014, toen 7,93%). Overheadkosten liggen

dus redelijk in lijn met de begroting, de inkomsten zijn echter

lager uitgekomen, vandaar dat het normpercentage van 7,5%

niet gerealiseerd is. Kosten Beheer & Administratie komen

uit op 3,14% van de inkomsten (was 3,05% in 2014), CBF-

percentage (kosten eigen fondsenwerving gedeeld door

61Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 63: Woord en Daad Jaarverslag 2015

inkomsten eigen fondsenwerving) 7,14% (was 6,37% in 2014).

De norm kosten fondsenwerving niet eigen fondsenwerving

versus baten niet eigen fondsenwerving bedraagt in 2015 qua

realisatie op 3,14% (in 2014 op 2,33%).

De normpercentages voor vaste programmaonderdelen binnen de doelstellingDaarnaast stuurt Woord en Daad op verdeling tussen

programma’s en vaste programma-uitgaven zoals uitgaven

voor inhoudelijke ondersteuning (partnerrol), uitgaven

voor monitoring en evaluatie (PMEL) en uitgaven voor het

programma bewustwording. Voor 2014 waren voor deze

programma-uitgaven/uitgaven aan de doelstelling, de normen

verbonden zoals verwoord in bijlage 5. In 2015 werd een

doelbestedingsratio behaald van 88,07% van de totale

bestedingen.

40

35

30

25

20

15

10

5

0

19

75

19

80

19

85

19

90

19

95

20

00

20

05

20

10

20

15

× m

iljo

en

8 fte

10 fte

20 fte

subsidie

noodhulp

8,4%

9,4% 9,4%

7,8% 7,9% 7,7%

11,01%

9,18%

10,1%

Kosten

8,96%

fte

61,33

Reguliere inkomsten

19,680 mln.

21,774 mln.Vermeerderd metextra inkomstenderden

Totale inkomsten

29,248 mln.Vermeerderd met subsidies overheden

» Inkomsten 1975 t/m 2015 Gerealiseerd en begroot

62 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 64: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BESTUREN EN TOEZICHT HOUDEN

7.5 VERANTWOORDINGSVERKLARING RAAD VAN TOEZICHT

Conform de Code goed Bestuur voor goede Doelen maakt Woord en Daad een helder onderscheid tussen besturen en toezicht

houden.

• Besturen: richting geven, zorgen voor het verwerven van de nodige middelen, het besteden en beheren daarvan en voor het

adequaat functioneren van de organisatie.

• Toezicht houden daarop, zowel vooraf als achteraf.

In 2015 is besloten om de samenwerking met Red een Kind te beëindigen. De bestuurder heeft de opdracht gekregen om gegeven

de nieuwe situatie opnieuw naar de toekomst van Woord en Daad te kijken. Dat is voortvarend opgepakt.

De bestuurder heeft de opdracht samen met MT en medewerkers uitgewerkt en in een serie vergaderingen in maart, mei, juni en

septembergepresenteerd.Datheeftgeleidtoteenvernieuwdebesturingsfilosie,eenvernieuwdgovernancemodel(waarinvanaf

1 januari 2016 twee bestuurders functioneren) en een vernieuwde werkwijze zonder de managementlaag. Op 19 juni is de bestu-

ringsfilosieendegovernancestructuurgoedgekeurd.Inseptemberwerddewerkwijzegoedgekeurd.

Ook heeft een aantal afdelingen een presentatie verzorgd voor de raad van toezicht. De naar aanleiding van de presentatie ont-

stane discussie maakte het voor de raad van toezicht helder hoe de organisatie zelf haar processen beheerst en aanstuurt.

Toezicht houden is alleen mogelijk als de organisatie ‘in control’ is. De raad van toezicht heeft vastgesteld dat de organisatie

beschikt over een Handboek Organisatie, waarin alle processen en risico’s zijn vastgelegd. De voortgang van het operationeel jaar-

plan, afgeleid van het voor een periode van drie jaar vastgestelde beleidsplan, wordt gevolgd door een periodiek intern opgesteld

zogenaamd koersrapport. De raad van bestuur voegt aan dit rapport zijn visie toe en deze zaken worden met de raad van toezicht

besproken. Daarnaast worden binnen Woord en Daad interne audits uitgevoerd. Met dit alles is de raad van toezicht in staat om

zijn toezichthoudende rol te vervullen. De leden van de raad van toezicht bezoeken jaarlijks diverse programma’s in het Zuiden en

kunnen daar zelf, aangevuld met informatie uit de gesprekken met de partnerorganisaties, vaststellen hoe de programma’s worden

gevolgd en de gemaakte afspraken worden nagekomen.

Elke vergadering evalueren de raad van bestuur en de raad van toezicht de loop van de vergadering. Op deze wijze ontstaat weder-

zijds vertrouwen en raken er geen zaken onder ‘tafel’ of blijven onbesproken.

Periodiek worden door middel van peer reviews ook de individuele leden van raad van toezicht door elkaar beoordeeld. De raad

van toezicht werkt in de praktijk overeenkomstig de aanbevelingen in de Publieke Management Letter voor de goede doelen

sector.

Ds. C. WesterinkVoorzitter raad van toezicht

11 maart 2016

63Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 65: Woord en Daad Jaarverslag 2015

64

DUURZAAM VAKMANSCHAP

TOEKOMSTVISIE

64 Woord en Daad JAARVERSLAG 201518

Page 66: Woord en Daad Jaarverslag 2015

TOEKOMSTVISIE

8.1 INLEIDING

Het nieuws werd in het grootste deel van 2015 gedo-

mineerd door de enorme aantallen vluchtelingen in de

wereld, waarvan velen richting Europa komen. In de

komende jaren zal de vluchtelingenstroom hoogstwaarschijn-

lijk niet minder worden. Onder de vluchtelingen bevinden zich

grote groepen jonge migranten uit West-Afrika. Ze zoeken

naar nieuwe kansen, teleurgesteld als ze zijn in de mogelijk-

heden in eigen land. Migratie is voor veel mensen en achter-

blijvende families een manier om extra inkomen te verwerven.

Het creëren van lokale werkgelegenheid en het opleiden van

jongeren tot vakmanschap in diverse sectoren zijn belangrijke

sleutels voor het bieden van duurzaam toekomstperspectief in

eigen land.

Klimaatverandering bepaalde mede de internationale poli-

tieke agenda in 2015. De realiteit ervan ervaren miljoenen

boeren en burgers wereldwijd. Verhoging van temperatuur

en onregelmatigere regenval bedreigt de voedselvoorziening

van miljoenen mensen wereldwijd, en leidt steeds vaker tot

natuurrampen. Dit vraagt om aanpassingen in de landbouw en

agrarisch vakmanschap om duurzaam te kunnen produceren.

Op 25 september 2015, aanvaardden 193 landen de ontwik-

kelingsagenda tot 2030, getiteld ‘Transforming our World’.

De bestrijding van zowel armoede als klimaatverandering

vormt de kern. Het doel is een inclusieve sociale, economische

en ecologische ontwikkeling. Het nadenken met mensen in

Nederland over hun leefgedrag is dan ook belangrijk.

Woord en Daad werkt vanaf 2016 met een nieuw beleids-

plan. In een steeds sneller veranderende omgeving willen we

flexibelenadequaatbijdragenaanduurzameveranderingvoor

armen en gemarginaliseerden. Dat vraagt vakmanschap op

veel verschillende niveaus. Daarvoor zetten we ons in.

8.2 ALGEMEEN

Wereldwijde armoede blijft een groot en complex maatschap-

pelijk probleem. De komende jaren zet Woord en Daad zich in

om dieperliggende oorzaken van armoede en buitensluiting te

analyseren en te adresseren. Daarbij steunen we initiatieven

om de allerarmsten beter te bereiken en te betrekken. Dat kan

in bestaande programma’s van partners, maar ook in nieuwe

gebieden in fragiele regio’s, eventueel met nieuwe partners.

Woord en Daad zet hierbij zowel in op sociale ontwikkeling als

op economische ontwikkeling, rekening houdend met prioritei-

ten en behoeften van de armen zelf. We vinden het essentieel

om hierbij samen te werken met actoren uit diverse sectoren.

Zo ontstaat duurzame toegang tot diensten en dienstver-

leners. Het is onze overtuiging dat verandering alleen kan

beklijven als mensen zelf verantwoordelijkheid nemen en zich

organiseren, op kleinere en grotere schaal. Aan die vormen van

organisatie geeft Woord en Daad steun, ook middels partner-

schappen. Met als doel dat het welzijn van mensen duurzaam

verbeterd wordt.

Woord en Daad continueert het werken vanuit vier onder-

scheidende rollen. Elke rol draagt op eigen wijze bij aan het

behalen van de doelstellingen en heeft eigen speerpunten:

• Donor: We bieden steun aan programma’s op maat van hoge

kwaliteit, die toegevoegde waarde bieden en een verschil

maken voor de diverse doelgroepen. Deze steun verloopt via

capabele, zelfstandige nationale organisaties en relevante,

effectieve samenwerkingsverbanden. Waar er onvoldoende

capaciteit is om de allerarmsten te bereiken, wil Woord en

Daad lokale capaciteit opbouwen en/of versterken.

• Partner: We willen een diepgaand begrip hebben van lokale

contexten,ontwikkelingenenmogelijkheden.Specifieke

kennis en expertise is nodig om (strategisch) toegevoegde

waarde te (kunnen) bieden aan partners en samenwer-

kingsverbanden. Het gaat erom gezamenlijk innovatieve

aanpakken in armoedebestrijding te ontwikkelen/verbete-

ren en toe te passen.

• Leverancier: We bieden betaalde dienstverlening aan

professionele ontwikkelingsorganisaties om operationele

verbeteringendoortevoeren,staftetraineninspecifieke

vakgebieden, PMEL en IF. Ook bieden we het product ‘JBS’

aan en geven tegen betaling bijbehorende trainingen.

• Verbinder/makelaar: We willen mensen/organisaties verbin-

den in Noorden en Zuiden in de strijd tegen armoede, door

(gezamenlijke) bewustwording, beleidsbeïnvloeding en het

inzetten van kennis, vaardigheden, fondsen en dergelijke.

8.3 WERK IN HET ZUIDEN

Regionale allianties en partners, met beleid en slagkracht in de

eigen regio, zoeken steeds meer samenwerking met anderen

in eigen land en regio. Die beweging ondersteunt Woord en

Daad krachtig. Het gaat erom toegevoegde waarde te kunnen

bieden in multi-actor samenwerking. We zetten actief in om

gebruik te kunnen maken van fondsen, die in toenemende

mate in het Zuiden beschikbaar komen. De verschuivingen

en veranderingen in de omgeving van partners van Woord en

Daad, vraagt om een innovatieve en ondernemende houding

van hen. Onze ondersteuning wil dat versterken.

Het aantal kinderen dat de lagere school bezoekt is de afge-

lopen tien jaar sterk gestegen, hoewel er wereldwijd nog 57

miljoen kinderen geen onderwijs ontvangen. Dalende onder-

wijskwaliteit in veel landen raakt nog veel meer kinderen.

Vooral arme kinderen en jongeren maken hun onderwijs niet

af, of stromen niet door naar vervolgonderwijs of training in

relevant vakmanschap. Woord en Daad zet zich ervoor in dat

kinderen/jongeren onderwijs goed doorlopen en hun kennis,

vaardigheden en waarden inzetten in hun leven en werk. Dat

betekent voor ons ook steun voor het psychosociale en fysieke

welzijn van kinderen en hun families. Betrokken ouders, die

een veilige en stimulerende omgeving kunnen bieden, vormen

een belangrijke springplank voor hun kinderen. Factoren die

drop-out veroorzaken zullen dieper onderzocht en geadres-

seerd worden. We geven daarom steun aan innovatieve

benaderingen om kwaliteit op de scholen te verbeteren via

65Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 67: Woord en Daad Jaarverslag 2015

netwerken of op sector niveau. Woord en Daad, in samen-

werking met Driestar Educatief, zal dit vooral doen via een

wereldwijd onderwijsnetwerk, dat samenwerkt met overhe-

den en andere relevante actoren. Extra aandacht daarbij krijgt

het versterken van christelijk onderwijs.

Economische ontwikkeling in veel landen waar Woord en

Daad werkt, gaat gepaard met een groeiende behoefte aan

geschoold personeel en vakmanschap, afgestemd op de markt.

Toch blijft het aantal banen achter op het aantal jongeren op de

arbeidsmarkt. Er is behoefte aan productiviteitsverhoging in de

informele sector en in rurale gebieden, omdat daar de grootste

mogelijkheden voor werk liggen. We zetten ons in om vooral

arme en gemarginaliseerde jongeren, vaak drop-outs, te trainen

en te begeleiden/bemiddelen naar werk of een eigen bedrijfje,

en follow-up te bieden. Het doel is een duurzaam inkomen,

als basis voor een menswaardig bestaan. Naast technische en

ondernemersvaardigheden, zijn een verhoogde motivatie en

zelfwaardering essentieel voor hun succes. We streven naar de

verduurzaming van de training en coaching, in samenwerking

met overheid en andere belanghebbenden.

Gebrek aan schoon drinkwater heeft directe consequenties voor

hygiëne en gezondheid. Water is ook in toenemende mate een

beperkende factor voor voedselproductie. In enkele Afrikaanse

landen, Bangladesh en Haïti heeft Woord en Daad als doel om

goede hygiëne, lokale drinkwatervoorziening en duurzaam

waterbeheer voor landbouw te bevorderen met een focus op

kleinschalige irrigatie met lage-kosten technologie. Dit moet op

zo’nwijzegebeurendatookdeallerarmstenmeeprofiteren.

Woord en Daad zet zich sterk in om landbouwkundige waar-

denketens te versterken, die winstgevend zijn én werkgelegen-

heid en inkomen creëren voor een sterk groeiende en jonge

bevolking. Het gaat om nieuw perspectief in landen, waar

armen onvoldoende worden meegenomen in economische

ontwikkelingen en waar voedselzekerheid afneemt. Dit vraagt

om samenwerking van (veelal kleinschalige) producenten,

verwerkingsindustrieën, overheid en internationale handel.

Daarbij gaat het om verhoging van productiviteit en kwaliteit

in de keten, de verbinding tussen boer en verwerker, toegang

totland,kennis/training(ookinafgelegengebieden),financiën/

aangepastefinanciëleproductenenmarkteneneenover-

heidsbeleid dat dit ondersteunt/mogelijk maakt.

Gezien alle ontwikkelingen in de wereld, zullen rampen en

conflictennietminderworden.WoordenDaadzetblijvendin

op noodhulp via partners (bij calamiteiten in/vlakbij hun werk-

gebieden) en continueert samenwerking met het Christelijke

Noodhulpcluster. Woord en Daad zet zich vooral in op hulp bij

de herstelfase.

8.4 WERK IN HET NOORDEN

De communicatie en fondswerving van Woord en Daad is erop

gericht om de trouwe achterban blijvend bij Woord en Daad

te betrekken, en nieuwe groepen te interesseren. Dit gebeurt

op maat, met veel ruimte voor interactie en inbreng vanuit

desponsors.Hetbeproefdesponsormodelwordtflexibeler

gemaakt, beter afgestemd op veranderende contexten. We

investeren daarnaast in contacten met scholen en kerken, met

mogelijkheden voor nieuwe, digitale vormen van contact/uit-

wisseling met het Zuiden.

Er is veel verschuiving in ‘donor-land’, maar tegelijk ziet Woord

en Daad nieuwe kansen. De eisen voor subsidievoorstellen

worden hoger, maar professionaliteit en het bereiken van

impact openen ook deuren. Cruciaal hierbij zijn goede kennis

van de context, expertise en ervaring, en het vermogen om

multidisciplinair te werken, in samenwerking met andere

belanghebbenden. Meer en meer kunnen Woord en Daad

en partners gebruik maken van institutionele fondsen in het

Zuiden. We bouwen ook verder aan relaties met middelgrote

bedrijven en een groeiend aantal vermogensfondsen.

MVO en globalisering zijn onderdeel geworden van veel

bedrijven. Ze zijn bereid hun bijdrage te leveren, en hebben

steeds vaker een voorkeur voor investeringen. Woord en Daad

werkt met een persoonlijke benadering richting de bedrijven,

met ruimte voor projectmatige aanpakken. Daarbij verbinden

we bedrijven met sectoren en waardenketens, waarmee deze

bedrijven zich verwant voelen.

Woord en Daad draagt haar visie op ontwikkelingssamenwer-

king uit naar de eigen achterban, maar ook naar het bredere

publiek. We willen daarmee betrokkenheid bij de armoede-

problematiek vergroten. Daarbij gebruiken we steeds meer

nieuwe, sociale media.

Door middel van beleidsbeïnvloeding en bewustwording

vraagt Woord en Daad aandacht voor de sterke, en tegelijk

complexe, relatie tussen armoede, klimaat en de beschikbaar-

heid van natuurlijke hulpbronnen. Coherentie van beleid,

zowel nationaal als internationaal, in Noorden en Zuiden, is

daarvoor essentieel. We willen daarnaast aandacht vragen

voor een duurzame levensstijl. Woord en Daad brengt hier-

voor ervaring uit Noorden en Zuiden samen. We bieden ook

ondersteuning om lobbycapaciteit in het Zuiden te versterken.

8.5 PROJECTMATIG WERKEN

Woord en Daad is erop gericht om mensen optimaal in hun

kracht te zetten, om een bijdrage te leveren aan de doelstellin-

gen van Woord en Daad. Gezien de veranderende omgeving,

gaathetdaarbijsteedsmeeromflexibeleinzetbaarheid.

Talentmanagement en het bieden van kansen spelen een essen-

tiële rol in een aangepaste Woord en Daad structuur vanaf 1

januari 2016, die projectmatig samenwerken met meer zelfstu-

ring faciliteert. De HRM afdeling heeft daarin een belangrijke

ondersteunende functie.

66 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 68: Woord en Daad Jaarverslag 2015

TOEKOMSTVISIE

8.6 STERKTE – ZWAKTE ANALYSE

» Sterkte-zwakte analyse van het werk van Woord en Daad in het Zuiden

Sterk Zwak

Allianties Woord en Daad en partners zijn in toenemende mate actief en effectief in diverse netwerken

Focus op toegevoegde waarde is nog niet bij alle netwerken aanwezig

Doelgroepen Sterke aandacht voor inclusie van verschillende doelgroepen, met name ook de allerarmsten, in het werk van onze partnerorganisaties

Geschikte methodologie om allerarmsten te vinden en effectief te bereiken is nog beperkt

Interventies Duidelijke visie op samenhang van sociale en bedrijfsmatige interventies Beperkt vertrouwen tussen sociale en private actoren bij opstart van interven-ties die sociale en bedrijfsmatige aspecten integreren

Kansen Bedreigingen

Nieuwe business Nieuwevormenvanpartnerschappenenfinancieringsbronnen Door een eenzijdige aandacht voor economische ontwikkeling ontstaat een grotere kloof tussen arm en rijk

Regionale fondsen Inspelen op de regionale beschikbaarheid van institutionele fondsen voor partners

Grotere concurrentie op lokale fondsen verkleint het succes op toegang tot regionale fondsen

Context Meer openheid vanuit andere sectoren tot samenwerking Wereldwijd dreigingsniveau neemt toe met als gevolg grote migratie-stromen

Vertaling naar de praktijk

Allianties Ruimte creëren voor nationale allianties naast regionale allianties, toelaten van niet-implementerende partners en de rol van

W&D beperken.

Doelgroep Er komen scherpere analyses van dieperliggende oorzaken van armoede, en ontwikkeling van innovatieve aanpakken om aller-

armsten te bereiken.

Interventies In het nieuwe beleid wordt vanuit een integrale benadering gewerkt, met oog voor het eigene van bedrijfsmatige en sociale aanpakken.

Nieuwe business De focus blijft liggen op het verbinden van armen met de markt.

Regionale fondsen Fondswervingscapaciteit wordt uitgebreid en versterkt.

Context Gevolgen van klimaatverandering en toenemende vluchtelingenstromen leiden tot nieuwe aanpakken om lokale veerkracht en

kansen te vergroten.

» Sterkte-zwakte analyse van het werk van Woord en Daad in Nederland

Sterk Zwak

Achterban Identiteit geeft verankering in de achterban met brede doelgroepbenadering Achterban heeft incompleet beeld van de rol van Woord en Daad in ontwikkelingssamenwerking

Afhankelijkheid Beperkte afhankelijkheid van subsidies door stevige inkomstenbron vanuit achterban

Onvoldoende afstemming en inzicht in werk van andere donoren bij onze partners

Capaciteitsopbouw Leveren van capaciteitsopbouw, advies en innovatie vanuit eigen organisatie en netwerk

Support is nog onvoldoende van strategisch gehalte

Kansen Bedreigingen

Fondsen Nieuwe fondsen voor klimaatverandering en vluchtelingen komen beschikbaar Grote aandacht voor vluchte-lingenproblematiek in Europa, kan leiden tot minder fondsen voor andere thema’s

Draagvlak Hoog draagvlak voor inter-nationale samenwerking in de achterban Eenzijdige verantwoordingsdrang op kosten zonder oog voor kwaliteit en impact

Bedrijfsbehen-digheid

Veranderde context vraagt om aanpassing van organisatie en strategie op projectmatig werken

Niet meebewegen leidt tot teruglopende inkomsten en relevantie

Vertaling naar de praktijk Achterban Sterkere op maat benadering voor optimale informatie en betrokkenheid van de achterban.

Afhankelijkheid Eigenfondsenwervingvanpartnerswordtgediversifieerdomdefinanciëlezelfstandigheid(verder)teversterken,enwordt

inzichtelijk gemaakt om beter af te stemmen met andere donoren.

Capaciteitsopbouw Het leveren van expertise en ondersteuning verschuift steeds meer van operationeel naar strategisch, gerelateerd aan een

leeragenda van de alliantie.

Fondsen Woord en Daad gaat nieuwe samenwerking aan met bedrijfsleven voor nieuwe typen fondsen voor klimaatverandering en

vluchtelingenproblematiek. Fondsenwerving wordt steeds meer een gezamenlijke verantwoordelijkheid van Woord en Daad en

partners.

Draagvlak Mensen willen bijdragen en betrokken zijn bij echte verandering van mensen – het gaat erom dat verhaal te kunnen vertellen.

Bedrijfsbehendigheid Met ingang van 2016 is de organisatie ingericht op basis van projectmatig werken om beter op kansen in te spelen, bijvoorbeeld

door ontwikkeling van andere modellen rondom partnerschap en samenwerking.

67Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 69: Woord en Daad Jaarverslag 2015

VERANTWOORD VAKMANSCHAP

FINANCIËLEVERANTWOORDING

68 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 70: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

9.1 JAARREKENING TOELICHTING

In paragraaf 9.2 is de jaarrekening inclusief gedetailleerde

toelichting te vinden. In deze paragraaf geven we u een samen-

vatting van de meest opvallende zaken.

Inkomsten

De totale inkomsten van Woord en Daad zijn ten opzichte van

2014 met 6,1% gedaald. Zowel inkomsten vanuit particulieren

als vanuit subsidies en aandeel acties derden zijn lager dan

in 2014. Deels is dit te verklaren door het doorschuiven van

een deel van de MFS-subsidie naar 2016 om meer impact te

bereiken. Tevens bleek dat vooral in december inkomsten lager

uitvielen dan verwacht, deels vanwege de grote aandacht voor

de vluchtelingenproblematiek. Positief is de stijging van de

inkomsten van bedrijven (+21%) en vermogensfondsen (+10%).

De afname van overheidssubsidies wordt veroorzaakt door

de lagere inkomsten vanuit MFS2 (2015 was het laatste jaar

van dit meerjarenprogramma). Deze lagere inkomsten waren

begroot maar konden niet worden gecompenseerd door

nieuwe subsidies, hoewel met de subsidie van de Rijksdienst

voor Ondernemend Nederland een belangrijk succes is

geboekt. Nieuwe fondsen hebben echter een relatief lange

opstart- en aanloopfase. Door de toenemende concurrentie

voor het verkrijgen van subsidiemiddelen is het wel steeds

moeilijker –ondanks kwalitatief goede aanvragen– om sub-

sidies te werven. In 2015 is samen met regionale allianties

verder ingezet op institutionele donoren, via de regionale

fondsenwervers in het Zuiden, die partnerorganisaties

ondersteunen bij het schrijven van subsidieaanvragen. Diverse

aanvragen waren succesvol mede dankzij de bijdrage van deze

regionale fondsenwervers.

De lagere inkomsten uit eigen fondsenwerving zijn groten-

deels het gevolg van lagere inkomsten uit nalatenschappen.

De sponsorgelden zijn in 2015 wederom gedaald doordat

er per saldo meer afmeldingen waren dan aanmeldingen.

Daartegenover zijn de overige giften van bedrijven gestegen

door verbeterde acquisitie-inspanningen, het gegroeide aantal

betrokken bedrijven, gecombineerd met het economisch

herstel. Dit geeft een goede uitgangspositie voor de toekomst.

Hoewel de inkomsten uit fondsenwerving bij vermogens-

fondsen gestegen zijn liggen ze fors lager dan de begroting,

aangezien de ambitie bij met name Amerikaanse fondsen nog

niet gerealiseerd kon worden.

De fors lagere inkomsten uit acties met derden heeft een

aantal redenen. Allereerst heeft Red een Kind een (verwachte)

lagere eigen bijdrage voor de MFS-2 subsidie ingebracht.

Ten tweede was het aandeel in noodhulpacties met derden

flinklager.Hetjaar2014waseenextreemjaarmetzeerhoge

noodhulpinkomsten; in 2015 is de vluchtelingenproblematiek

gaan spelen waarvoor Woord en Daad blijkbaar nog niet wordt

gezien als actieve partij. Gezien de stijgende kosten in landen

waar Woord en Daad een sponsorprogramma heeft wordt

overwogen om in 2016 het sponsorbedrag in Nederland te

verhogen.

Bestedingen

De bestedingen van Woord en Daad lagen in 2015 5,2% lager

dan in 2014, als gevolg van tegenvallende inkomsten. Woord

en Daad heeft een goed systeem om inkomsten en uitgaven

te monitoren en maximaal op elkaar aan te laten sluiten, zodat

tijdig is bijgestuurd en minder projecten zijn goedgekeurd.

Dit is concreet terug te zien in lagere programmabestedingen

dan begroot. Het programma Basisvoorzieningen werd in

2015 afgebouwd als gevolg van wegvallende fondsen vanuit

Prisma. De bestedingen aan het programma AED liggen fors

lager dan begroot als gevolg van het doorschuiven van MFS-

inkomsten naar 2016. Het programma WASH, wat een nieuwe

focus is samen met AVET, is gegroeid, waarmee voorgesor-

teerd wordt op een verdere toename van deze programma’s.

Een deel van de structurele programma´s is uitgevoerd via Red

eenKindenwerdgefinancierduitdeMFS2-subsidie.Deze

bestedingen zijn eveneens in de inkomsten verwerkt.

Woord en Daad investeert in het opzetten van een goede

ICT-infrastructuur, waardoor de regionale allianties waarmee

samengewerkt wordt de kans krijgen een goed rapportage- en

monitoringsysteem op te zetten. Dit versterkt ook weer hun

kansen richting andere donoren. Vandaar dat deze uitgaven als

doelbesteding opgenomen zijn onder het programma Overig.

Het overgrote deel van de doelbestedingen betreft structurele

programma’s rond armoedebestrijding en noodhulp in het

Zuiden (92,3%). Van de totale doelbestedingen heeft Woord

en Daad 9,5% aan noodhulp verstrekt via organisaties ter

plaatse. Een deel daarvan had betrekking op rampen uit 2014

zoals tyfoons in de Filipijnen en de aardbeving in Nepal.

Daarnaast vindt Woord en Daad het van belang dat de

allerarmsten ook een stem en gezicht krijgen richting de

politiek, en dat ze een plaats krijgen in het leven van mensen

in Nederland. Vandaar dat beleidsbeïnvloeding in Nederland

en Europa en bewustwording 3,9% van de doelbestedingen

uitmaakt. Verder hecht Woord en Daad aan een hoge kwaliteit

van haar programma’s, waarin voortdurend lessen uit de prak-

tijk doorvertaald worden, maar ook uitgaven scherp worden

gecontroleerd. Vandaar dat Woord en Daad 3,8% van de

doelbestedingen heeft geïnvesteerd in evaluaties en audits.

Reserves en fondsen

Door tegenvallende inkomsten is het in 2015 niet mogelijk

gebleken de negatieve algemene reserve aan te vullen. In 2015

liep het tekort in de algemene reserve verder op en kwam

de algemene reserve uit op € 1.022.789 negatief. Hiermee

voldoet de algemene reserve niet aan de norm van het bestuur

van 0% tot 7,5% van de inkomsten. De algemene reserve is

bedoeld om onverwachte uitgaven voor partnerorganisaties

op te vangen. In 2016 zal er op gestuurd worden om de alge-

mene reserve aan te vullen zodat deze weer voldoet aan de

norm. Hiervoor is een pakket maatregelen genomen die vanaf

2016 geeffectueerd gaan worden. Het betreft enerzijds een

korting van circa 3,5% op de programma’s en organisatiekos-

ten in 2016 conform de bestaande systematiek van vrijgaven.

Daarnaast wordt er een systeemwijziging doorgevoerd,

69Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 71: Woord en Daad Jaarverslag 2015

waarbij 5% sowieso niet wordt vrijgegeven binnen het verslag-

jaar, dit bedrag is beschikbaar in het volgende boekjaar en kan

afhankelijk van de stand van de fondsen aan het einde van het

jaar worden vrijgegeven of worden gereserveerd als buffer in

het nieuwe jaar. In het eventueel korten op programma’s zal

maatwerk worden toegepast, zodat de impact van de uitvoe-

rende programma’s zo min mogelijk geraakt worden. Naar ver-

wachting zal ook de teruggelopen liquiditeit door deze maatre-

gelen verbeteren. De algemene reserve is in 2015 deels ingezet

voor projecten waar onvoldoende gelden voor binnenkwamen,

maar die in 2016 geworven kunnen worden. Dit zal leiden tot

een terugboeking van deze algemene fondsen. Ten slotte wordt

geïnvesteerd in software om fondsmatching tussentijds goed te

kunnen monitoren. Vanaf 2016 wordt via projectmatig werken

intensief samengewerkt met anderen in consortia, waarbij

bijvoorbeeld personeelskosten in het kader van conceptontwik-

keling gedekt kunnen worden vanuit fondsenwerving. Ook zal

de kostenstructuur onderzocht worden, mede in het licht van de

nieuwe werkwijze.

De continuïteitsreserve bedraagt per ultimo 2015

€ 2.201.439, wat aansluit bij het beleid dat deze maximaal 7,5%

van de begrote inkomsten mag bedragen (exclusief inkomsten

Red een Kind).

De bestemmingsfondsen voor noodhulp in Haïti (aardbe-

ving), de Filipijnen (tyfoon), West-Afrika (ebola) en noodhulp

vluchtelingen zijn afgewikkeld. Per saldo is in 2015 € 720.711

onttrokken aan de bestemmingsfondsen noodhulp, wat ook tot

uitdrukking komt in hogere bestedingen dan inkomsten in 2015.

De sponsorreserve is positief. Wel zijn er grote verschillen tus-

sen partnerorganisaties. Er is sprake van onderlinge solidariteit

wereldwijd voor wat betreft overschotten en tekorten.

Kostenpercentages/ratio’s

Woord en Daad stuurt strak op kostenpercentages. Die sturing

is gebaseerd op vier normpercentages.

De eerste is de norm voor ‘beheer en administratie’ (B&A).

Woord en Daad volgt hierin het advies van de Goede Doelen

Nederland en het model zoals opgenomen in de richtlijn verslag-

legging RJ650. Het maximale percentage beheer en adminis-

tratie (gerelateerd aan de totale inkomsten van de organisatie)

mag volgens de eigen norm van Woord en Daad maximaal 3,1%

zijn. In 2015 voldeed het percentage hier nagenoeg aan: 3,14%.

Ondanks tegenvallende inkomsten was het mogelijk om op

kosten voor Beheer en Administratie te besparen.

Het tweede percentage betreft de norm van het Centraal

8,96% 3,14%

7,14% 88,07% 92,07%

3,14%

Kosten eigen fondsenwerving ten opzichte van baten eigen fond-senwerving (CBF-norm 25%)

Woord en Daad norm beheer en administratie (3,1% norm)

Doelbestedingsratio (besteding aan doelstellingen ten opzichte

van de totale bestedingen)

Woord en Daad overheadnorm (7,5% norm)

Woord en Daad norm kosten fondsenwerving niet eigen fondsenwerving ten opzichte van

baten niet eigen fondsenwerving (2,5 % norm)

Doelbestedingsratio (besteding aan doelstellingen ten opzichte

van de totale inkomsten)

70 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 72: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

9.2 JAARREKENING 2015

» Balans per 31 december (na resultaatsbestemming)

ACTIVA 2015 (€) 2014 (€)

VASTE ACTIVA 2.214.587 2.366.726

Immateriële vaste activa (1) Activering website/softwareontwikkeling in het kader van bedrijfsvoering

1.667.184 1.873.482

Materiële vaste activa (2) In het kader van bedrijfsvoering

197.504 158.273

Financiële vaste activa (3) Leningen/deelnemingen in het kader van de doelstelling

349.899 334.971

VLOTTENDE ACTIVA 4.765.331 6.235.927

Voorraden (4) Goederenvoorraad in kader van bedrijfsvoering

805.128 766.417

Vorderingen (5) 2.453.718 3.246.592

Liquide middelen (6) 1.506.485 2.222.917

Totaal activa 6.979.918 8.602.653

PASSIVA

RESERVES EN FONDSEN 1.998.042 3.327.401

Reserves (7) 1.038.022 1.367.369

Stichtingskapitaal 272 272

Continuïteitsreserve 2.201.439 2.172.478

Bestemmingsreserves:

- Sponsorreserves 0 0

- Koersreserve sponsorprogramma 149.867 163.249

- Koersreserve overige projecten -290.768 -163.497

- Reserve Draagt Elkanders lasten Bangladesh 0 -210.765

Algemene reserve -1.022.789 -594.367

Fondsen (8) 960.019 1.960.032

Sponsorfondsen 640 104.684

Garantiefonds bedrijfsontwikkeling 64.479 58.413

Bestemmingsfondsen noodhulp 285.044 1.005.753

Overige bestemmingsfondsen 609.856 791.182

Voorzieningen 0 0

Langlopende schulden (10) 120.143 17.369

Kortlopende schulden (11) 4.861.733 5.257.883

Projecten en programma’s 2.345.466 2.678.172

Vooruit ontvangen sponsorgelden 740.525 755.054

Vooruit ontvangen MFS-2 subsidie 163.294 35.626

Overige schulden en nog te betalen kosten 1.612.448 1.789.031

Totaal passiva 6.979.918 8.602.653

Bureau Fondsenwerving. Dit betreft het percentage dat

uitgegeven wordt aan kosten voor eigen fondsenwerving (dus

exclusief subsidies). Dit percentage mag maximaal 25% zijn om

het CBF-keurmerk te behouden. Voor Woord en Daad was dit

percentage in 2015 iets hoger dan in 2014 namelijk 7,14%.

De derde eigen norm voor fondsenwervingskosten (kosten

fondsenwerving van niet-eigen fondsenwerving) is gesteld op

maximaal 2,5%. Door de tegenvallende inkomsten op dit vlak

was dit percentage in 2015 hoger dan in 2014 en boven de

eigen Woord en Daad norm, namelijk 3,14%.

Het vierde percentage betreft onze eigen norm voor overhead:

het percentage dat Woord en Daad besteedt aan kosten beheer

en administratie, en totale kosten fondsenwerving (inclusief

subsidiewerving), gerelateerd aan de totale inkomsten van de

organisatie. De norm hiervoor is 7,5%, maar kwam uiteindelijk

uit op 8,96%, met name door de tegenvallende inkomsten.

71Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 73: Woord en Daad Jaarverslag 2015

» Staat van baten en lasten over 2015

Lopend boekjaar (€) Begroot boekjaar (€) Voorafgaand boekjaar (€)

BATEN:

-collecten 195.730 200.000 241.819

-sponsorprogramma 9.265.710 9.530.000 9.449.961

-overige giften * 8.914.843 11.683.500 8.707.469

-nalatenschappen 994.259 1.350.000 1.317.346

-brutowinst verkoop artikelen 22.060 25.000 19.939

Totaal baten uit eigen fondsenwerving (12) 19.392.602 22.788.500 19.736.534

Baten uit acties van derden (13) * 2.093.641 2.998.645 3.616.217

Subsidies van overheden (14) 7.473.876 8.346.929 7.839.276

Rentebaten en baten uit beleggingen (15) 35.651 50.000 44.180

Opbrengst leveranciersrol en bewustwording (16) 252.062 242.700 169.856

Som van de baten*: 29.247.833 34.426.774 31.406.063

LASTEN:

Besteed aan doelstellingen:

Structurele programma's (17) ** 23.013.263 26.774.378 23.767.862

Educatie (EDU) 10.123.790 11.085.279 9.403.288

Agrarisch Vakonderwijs en Training (AVET) 372.489 590.300 226.729

Vakonderwijs en Arbeidsbemiddeling (TVET / JBS) 2.596.709 2.726.495 2.597.309

Water, Sanitatie en Hygiëne (WASH) 512.147 777.092 164.196

Basisvoorzieningen (BN) 2.251.315 2.150.992 2.184.016

Economische ontwikkeling (ED) 0 777.137 19.189

Agrarische ontwikkeling (AD) 180.986 1.072.810 1.468.849

Huizenbouwprogramma (LCH) 343.263 550.000 21.356

Capaciteitsopbouw (SPN) 689.594 767.392 503.988

Innovatieprogramma 11.774 150.000 174.755

Overig 346.746 600.000 534.187

Regio-allianties 135.417 215.301 218.423

Red een Kind 4.075.977 3.988.341 4.789.920

Bestedingen partnerrol in Nederland 1.373.056 1.323.240 1.461.657

Noodhulp (18)

-verstrekte steun via organisaties/instanties ter plaatse 2.676.255 1.500.000 4.191.445

Lobby (19) 159.764 157.195 124.184

Bewustwording (20) 925.344 943.665 898.599

PMEL/PMA (21) 1.079.808 1.242.596 954.932

Totaal besteed aan doelstellingen 27.854.434 30.617.834 29.937.021

Kosten leveranciersrol (22) 101.211 137.951 86.280

Werving baten: ((23) en appendix 3) 1.704.513 1.675.496 1.528.744

Kosten eigen fondsenwerving 1.398.403 1.384.270 1.252.067

Kosten acties derden 53.981 46.106 57.188

Kosten subsidies van overheden 247.501 240.531 215.276

Kosten verkoop goederen 4.628 4.589 4.213

Kosten van beleggingen 0 0 0

Beheer & Administratie (24) 917.037 907.685 956.663

Som van de lasten 30.577.195 33.338.966 32.508.708

Saldo van baten en lasten *** -1.329.362 1.087.808 -1.102.645

Toevoeging/onttrekking aan:

-Continuïteitsreserve 28.961 -15.342

-Algemene reserve -428.422 876.474 -111.797

-Sponsorreserves 0 447.574 789.693

-Koersreserve sponsorprogramma -13.382 73.160 151.380

-Koersreserve overige projecten -127.271 190.600 -159.487

-Reserve Draagt Elkanders Lasten Bangladesh 210.765 -210.765

-Sponsorfondsen -104.044 -169.043

-Bestemmingsfondsen noodhulp**** -720.711 -500.000 -1.428.571

- Garantiefonds bedrijfsontwikkeling 6.066 8.413

-Overige bestemmingsfondsen -181.325 42.873

-1.329.362 1.087.808 -1.102.646

* waarvan baten noodhulp in 2015 € 2.106.017 (2014: € 2.747.956), verantwoord onder Overige giften en acties van derden** waarvan € 4.075.977 via Red een Kind, dit bedrag is tevens onder de subsidies van overheden en acties van derden verwerkt.*** zie appendix 7 voor een analyse van het saldo van baten en lasten ten opzichte van de begroting**** zie ook bestemmingsfondsen noodhulp (8)

72 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 74: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

» Kasstroomoverzicht

2015 (€) 2014 (€)

KASSTROOM UIT OPERATIONELE ACTIVITEITEN

Saldo van baten en lasten: -1.329.362 -1.102.645

Aanpassingen betreffende:

Afschrijvingen immateriële vaste activa (1) 241.836 204.771

Afschrijvingen materiële vaste activa (2) 74.828 67.518

Mutatie voorziening leningen (3) 15.607 43.197

Aanpassing veranderingen werkkapitaal:

Mutaties in voorraden (4) -38.711 -108.904

Mutaties in vorderingen (5) 792.874 312.477

Mutaties in projectverplichtingen kortlopend (11) -332.706 -1.222.461

Mutaties in vooruit ontvangen sponsorgelden (11) -14.529 -25.174

Mutaties in overige schulden en nog te betalen kosten (11) -48.915 -644.015

Kastroom uit operationele activiteiten (A) -639.078 -2.475.234

KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN

Investeringen in immateriële vaste activa (1) -35.538 -309.496

Investeringen materiële vaste activa (2) -114.058 -120.148

Kastroom uit investeringsactiviteiten (B) -149.596 -429.644

KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN

Verstrekking leningen aan partnerorganisaties e.d. (3) -140.499 -50.000

Ontvangenaflossingopverstrekteleningen(3) 199.566 86.586

Mutatie ongerealiseerd koersresultaat verstrekte leningen (3) 10.397 -4.616

Verstrekking leningen aan deelnemingen (3) -100.000 -49.292

Ontvangen langlopende schulden (10) 127.774 2.774

Aflossinglanglopendeschulden(10) -25.000 -186.155

Kasstroom uit financieringsactiviteiten (C) 72.238 -200.703

Mutatie liquide middelen (A + B + C) -716.432 -3.105.582

Liquide middelen per 1 januari 2.222.917 5.328.499

Liquide middelen per 31 december 1.506.485 2.222.917

Mutatie liquide middelen -716.432 -3.105.582

Toelichting- Sinds 2013 wordt voor het eerst afgeschreven op de geactiveerde kosten voor softwareontwikkeling per eind 2012.

Tevens is de verdere ontwikkeling van Pluriform afgerond in 2014 en is dit deel van de kosten geactiveerd. - In het boekjaar is opnieuw geïnvesteerd in een voorraad postzegels, die verkocht worden via de comités. Begin 2015 is de officiëleverkoopprijsvandepostzegelsverdergestegen.

- De vorderingen zijn onder meer lager als gevolg van ontvangsten van gelden vanuit nalatenschappen die in eerdere boek-jaren waren opgeboekt als vordering. Daarnaast liepen de vorderingen vanuit inkomstencontracten terug.

- De verplichtingen naar partnerorganisaties zijn afgenomen, dit betreft een optelling van een aantal reguliere afgeno-men verplichtingen in reguliere projecten. De verplichtingen noodhulp namen toe, als gevolg van de afbouw van de noodhulpfondsen.

- De liquide middelen zijn afgenomen ten opzichte van 2014, wat, naast bovengenoemde redenen, aanvullend verklaard wordt door de afbouw van noodhulpfondsen.

ALGEMENE TOELICHTING

Stichting Reformatorische Hulpactie Woord en Daad, opgericht op 5 juli 1973, is gevestigd in Gorinchem en verleent ontwikke-

lingshulp, doet hiervoor fondswerving, verkoopt artikelen en stelt arbeidskrachten ter beschikking. Vrijwilligers vormen door het

gehele land comités ten behoeve van fondsenwerving, eind 2015 waren er 77 comités.

SchattingenBij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de leiding zich verschillende oordelen

en schattingen, die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in

artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veron-

derstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten.

73Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 75: Woord en Daad Jaarverslag 2015

VERBONDEN PARTIJEN

Als verbonden partij worden alle rechtspersonen aangemerkt waarover overheersende zeggenschap, gezamenlijke zeggenschap

of invloed van betekenis kan worden uitgeoefend. Ook rechtspersonen die overwegende zeggenschap kunnen uitoefenen worden

aangemerkt als verbonden partij. Ook de statutaire directieleden, andere sleutelfunctionarissen in de Raad van bestuur en Raad van

toezicht en nauwe verwanten zijn verbonden partijen. Transacties van betekenis met verbonden partijen worden toegelicht voor

zover deze niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan. Hiervan wordt toegelicht de aard en de omvang van de transactie

en andere informatie die nodig is voor het verschaffen van het inzicht.

In het boekjaar heeft Stichting Woord en Daad voor de uitvoering van het grootste deel van haar AED-programma samengewerkt

met stichting Poverty Share Investment (PSI). Stichting PSI is een onafhankelijke stichting met een eigen bestuur (geen groeps-

maatschappij), waarvan stichting Woord en Daad twee van de vijf leden kan benoemen. Stichting PSI is de enige aandeelhouder van

IncluvestB.V.Binnendezeentiteitvindendeactiviteitenplaatsmetbetrekkingtothetfinancierenvanbedrijfsontwikkelinginhet

Zuiden. Daarnaast wordt capaciteitsopbouw verstrekt. In 2012 heeft Stichting Woord en Daad de door haar in het verleden opge-

bouwde leningenportefeuille overgedragen aan Stichting PSI, die deze heeft doorgezet via een storting op aandelen en een achter-

gesteldeleningaanIncluvestB.V.Deleningenportefeuillediein2012isovergedragenisdoorStichtingPSIisgefinancierdmeteen

achtergestelde lening van Stichting Woord en Daad, met een looptijd van tien jaar tegen een rente van 1% over de hoofdsom.

De lening is contractueel vastgelegd. Deze lening zal aan het einde van de looptijd worden afgelost. Indien er in geval van overmacht

niet geïncasseerd kan worden op de bestaande leningenportefeuille of eventuele nieuwe leningen dan kan Stichting PSI in overleg

met Stichting Woord en Daad ervoor kiezen dit bedrag af te boeken op de achtergestelde lening. Stichting Woord en Daad heeft de

achtergestelde lening volledig voorzien. Hiermee wordt een consistente gedragslijn gevolgd (in het verleden waren de overgedragen

leningen binnen Woord en Daad ook volledig voorzien, daarnaast is de looptijd van de lening nog erg lang en is eventuele oninbaar-

heid daarom nog moeilijk betrouwbaar in te schatten (zie ook de toelichting (3).

In 2013 zijn de revolving funds (fondsen die bij de lokale partnerorganisaties aanwezig zijn ten behoeve van bedrijfsontwikkeling,

maar die eigendom bleven van Stichting Woord en Daad) overgedragen aan PSI om niet. Het betreft een bedrag van € 1.543.490 wat

in eerdere jaren door Stichting Woord en Daad in de bestedingen is verantwoord. Stichting PSI heeft deze revolving funds doorgezet

naar Incluvest BV middels een storting op aandelen en een achtergestelde lening.

In het verslagjaar is de iMPACT Booster Holding opgericht, gezamenlijk met Fair & Sustainable Participations B.V. en Coöperatie New

World Campus U.A. Aan laatst genoemde is tevens een lening verstrekt. In 2012 is door ICCO, Kerk in Actie en Prisma besloten tot

oprichting van een coöperatie.

De initiële inbreng door de Prisma-leden was in totaal € 1.000.000. In de hoedanigheid als Prisma-lid heeft Woord en Daad een

inbreng gedaan van € 197.167. Tevens is in 2015 een aanvullend bedrag betaald van

€ 73.129 om de rechtstreekse deelname van Woord en Daad in de coöperatie in 2016 mogelijk te maken.

Evenals in de vorige drie jaren is in het boekjaar personeel van Stichting Woord en Daad gedetacheerd geweest bij Incluvest BV. Het

betreft medewerkers die zich bezig houden met fondswervende activiteiten en de programma’s Agribusiness Development, die hun

expertise op het gebied van bedrijfsontwikkeling inzetten bij Incluvest BV. Deze opbrengsten zijn verantwoord onder opbrengstenle-

veranciersrol en bedroegen in totaal € 101.158 (zie ook toelichting (16).

TOELICHTING KASSTROOMOVERZICHT

Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide

middelen. Kasstromen in vreemde valuta zijn omgerekend tegen de transactiekoers. De verkrijgingsprijs van de verworven groeps-

maatschappij is opgenomen onder de kasstroom uit investeringsactiviteiten, voor zover betaling in geld heeft plaatsgevonden

ALGEMENE GRONDSLAGEN

De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving 650

Fondswervende instellingen, die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving.

Activaenverplichtingenwordeninhetalgemeengewaardeerdtegendeverkrijgings-ofvervaardigingsprijs.Indiengeenspecifieke

waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de staat van baten en lasten en

het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting.

De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van het voorgaande

jaar.

74 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 76: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

HuurcontractenEr kunnen leasecontracten bestaan waarbij een groot deel van de voor- en nadelen die aan de eigendom verbonden zijn niet bij de

organisatie ligt. Deze leasecontracten worden verantwoord als operationele leasing. Leasebetalingen worden, rekening houdend

met ontvangen vergoedingen van de lessor, op lineaire basis verwerkt in de staat van baten en lasten over de looptijd van het con-

tract.Specifiekvoordeorganisatiegeldendezebepalingentenaanzienvanhetgehuurdeonroerendgoed.

Bijzondere posten zijn baten of lasten die voortvloeien uit gebeurtenissen of transacties die behoren tot het resultaat uit gewone

bedrijfsuitoefening, maar die omwille van de vergelijkbaarheid apart toegelicht worden op grond van de aard, omvang of het inci-

dentele karakter van de post.

Omrekening van vreemde valutaTransacties in vreemde valuta worden in de betreffende valuta omgerekend tegen de geldende koers op transactiedatum.

De activa en verplichtingen in vreemde valuta worden per balansdatum omgerekend tegen de op die datum geldende wisselkoers.

(On)gerealiseerde koersverschillen met betrekking tot aangegane verplichtingen worden onttrokken/toegevoegd aan de koers-

reserve sponsorprogramma voor de sponsorprogramma’s en voor de koersreserve overige projecten aan de overige projecten.

Gedurende het jaar wordt voor de koersreserve sponsorprogramma € 0,50 per kind per maand gedoteerd aan de koersreserve

sponsorprogramma en 0,5% van de overige bestedingen aan de koersreserve overige projecten. Koersverschillen van liquide

middelen worden toegerekend aan het beleggingsresultaat.

Grondslagen voor de waardering van activa en passiva

Vaste activaImmateriële vaste activa: Immateriële vaste activa worden gewaardeerd op het bedrag van de verkrijgingsprijs plus

bijkomende kosten of vervaardigingsprijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen en

(eventuele) bijzondere waardeverminderingen.

Materiële vaste activa: Materiële vaste activa worden gewaardeerd op het bedrag van de verkrijgingsprijs plus

bijkomende kosten cumulatieve afschrijvingen op basis van verwachte economische levens-

duur. De afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa vinden lineair plaats op

basis van een vast percentage van de aanschafwaarde, rekening houdend met de eventuele

restwaarde.

Financiëlevasteactiva: Deelnemingenwaarininvloedvanbetekenisophetzakelijkeenfinanciëlebeleidkanworden

uitgeoefend, worden gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode op basis van de

nettovermogenswaarde. Deelnemingen waarin geen invloed van betekenis wordt uitgeoe-

fend, worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere marktwaarde. De verstrekte

leningen worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde. Vervolgens worden deze

vorderingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. Bij de waardering wordt rekening

gehouden met eventuele waardeverminderingen.

Vlottende activaVoorraden: De voorraden worden gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, onder aftrek van een voorzie-

ning voor incourantheid.

Vorderingen: De vorderingen worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde. Vervolgens worden

deze vorderingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. Voorzieningen wegens

oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering.

Liquide middelen: De liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Effecten: Effecten worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Indien sprake is

van een bijzondere waardevermindering vindt waardering plaats tegen deze lagere waarde;

afwaardering vindt plaats ten laste van de staat van baten en lasten. Indien van een dergelijk

individueel effect de reële waarde onder de kostprijs komt, wordt de waardevermindering

direct verwerkt ten laste van de staat van baten en lasten. Transactiekosten die zijn toe te

rekenen aan effecten die na eerste verwerking worden gewaardeerd tegen reële waarde

met verwerking van de waardeveranderingen via de staat van baten en lasten worden recht-

streeks in de staat van baten en lasten verwerkt. Effecten als onderdeel van de vlottende

activa hebben een looptijd van korter dan een jaar.

PassivaReserves: Reserves ontstaan op initiatief van de raad van bestuur, zij worden gewaardeerd tegen de

nominale waarde.

75Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 77: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Fondsen: Fondsenontstaandoorontvangengeldenvandonateursmeteenspecifiekebestemming,

waarvan nog geen besteding heeft plaatsgevonden. Zij worden gewaardeerd tegen nominale

waarde.

Langlopende schulden: De langlopende schulden worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde. Vervolgens

worden deze schulden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs.

Kortlopende schulden: De kortlopende schulden worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde. Vervolgens

worden deze schulden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs.

Grondslagen voor resultaatbepaling

Algemeen: De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben. Voor

de giften die niet bestemd zijn voor sponsoring en waarvoor geen overeenkomst is afgeslo-

ten, is dat het moment waarop de giften ontvangen worden. Alle baten worden verantwoord

voor het ontvangen bedrag, zonder dat de door de eigen organisatie gemaakte kosten in

mindering worden gebracht.

Baten:Baten uit eigen fondswerving: Dit betreft baten van donateurs waar geen evenredige tegenprestatie tegenover staat.

Onder deze baten wordt tevens de brutowinst uit de verkoop van artikelen opgenomen.

Baten uit nalatenschappen: De baten uit nalatenschappen worden toegerekend aan het boekjaar voor zover die bekend

worden tot het moment van het vaststellen van de jaarrekening, mits de omvang van de

nalatenschappen voldoende betrouwbaar is vast te stellen.

Baten in natura: Deze worden gewaardeerd tegen de reële waarde in Nederland, met een maximum van

€ 7.500 per gift, indien zij ontvangen zijn in het kader van de doelstelling.

Baten uit acties van derden: Baten uit acties van derden worden verwerkt in het jaar waarin het bedrag is ontvangen, dan

wel door die derde is toegezegd en betrouwbaar is vast te stellen.

Baten uit subsidies van overheden: Deze worden als bate opgenomen indien toerekenbaar aan boekjaar, wordt voldaan aan

de subsidie verbonden voorwaarden en redelijke zekerheid bestaat dat zij zullen worden

ontvangen.

Lasten:Bestedingen aan doelstelling: De projectverplichtingen worden geheel ten laste gebracht van het jaar waarin het besluit

tot toekenning schriftelijk aan de partners is meegedeeld. Bij de doorlopende projecten en

sponsorprojecten wordt het matchingsprincipe toegepast. De kosten worden toegerekend

aanhetjaarwaaropzebetrekkinghebben.Bijgrotebestemdeprojectfinancieringen,die

contractueel zijn vastgelegd worden inkomsten toegerekend voor zover de bestedingen op

dat project zijn gerealiseerd.

Ingevalvannoodhulp,infrastructureleprogramma’senprogramma’sgefinancierddoor

Prisma worden de projectverplichtingen geheel ten laste gebracht van het jaar waarin

het besluit tot toekenning schriftelijk aan de partners is meegedeeld, ook al loopt de

projectperiode over meerdere jaren heen. Besluiten ten aanzien van projecten die na het

boekjaar worden genomen leiden niet tot projectverplichtingen in desbetreffend boek-

jaar. Projectverplichtingen die in het verslagjaar door de partner niet geheel zijn besteed,

worden teruggevorderd. Deze teruggevorderde gelden komen beschikbaar voor nieuwe

toekenningen.

Personeelskosten: Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in

de staat van baten en lasten en voor zover ze verschuldigd zijn aan medewerkers respectie-

velijk de belastingautoriteit. De pensioenregeling is verwerkt volgens de verplichtingenbena-

dering. De over het verslagjaar verschuldigde premie wordt als last verantwoord.

Gemengde kosten: Organisatiekosten die zowel betrekking hebben op fondsenwerving als op voorlichting en

bewustwording worden naar verhouding verdeeld. Salariskosten worden toegerekend op

basis van tijdsbesteding.

FINANCIËLE INSTRUMENTEN

Liquiditeit- en beleggingsbeleid:De tijdelijk overtollige liquide middelen worden belegd bij betrouwbare banken, ter beheersing van het liquiditeitsrisico. Dat

76 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 78: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

betekent in de praktijk spaartegoeden met rente, deposito’s of bij een langere horizon in obligaties die aangehouden worden tot

het einde van de looptijd. In 2015 zijn de overtollige liquide middelen ondergebracht bij de Rabobank. De organisatie geeft invul-

lingaandeRichtlijnfinancieelbeheerafkomstigvanGoedeDoelenNederland.HetbeleidvandeRabobanksluitaanopdepunten

genoemd in deze Richtlijn. Zie verder het jaarverslag.

ValutarisicoDe organisatie is wereldwijd werkzaam. Het valutarisico heeft vooral betrekking op het nakomen van toekomstige projectverplich-

tingen. Op basis van een risicoanalyse is bepaald dat valutarisico’s niet worden afgedekt met valutatermijncontracten, gegeven de

wereldwijde spreiding. Zie verder hetgeen is opgenomen onder Omrekening vreemde valuta.

BEGROTING 2015In het verslagjaar is - in verband met het niet doorgaan van de samenwerking met Red een Kind - een herziene begroting opge-

steld. Deze is vastgesteld door de raad van toezicht d.d. 29 mei 2015. De gepresenteerde cijfers uit de begroting 2015 wijken

derhalve af van de begrote cijfers 2015, zoals opgenomen in de jaarrekening (en jaarverslag) 2014. In de herziene begroting zijn de

inkomsten en organisatiekosten naar boven toe bijgesteld.

FISCALE POSITIE

OmzetbelastingIn het verslagjaar is het op initiatief van Woord en Daad gestarte overleg met de Belastingdienst afgerond. Doelstelling was om

meerduidelijkheidtekrijgenoverdeBTW-positie.Insamenwerkingmetdefiscaleadviseurisovereenstemmingbereiktoverhet

verledenenzijnafsprakengemaaktvoordetoekomst.Defiscalegevolgenzijnindejaarrekening2015verwerktenultimoboekjaar

stonden geen BTW-schulden meer open over oude jaren. Daarnaast is Woord en Daad in overleg met de Belastingdienst betref-

fende een mogelijke teruggave op geheven omzetbelasting op de ontwikkeling van Pluriform. Met deze mogelijke bate is voorzich-

tigheidshalve nog geen rekening gehouden, hoewel kans van slagen reëel wordt geacht.

TOELICHTING OP DE BALANS(bedragen × € 1,--)

(1) IMMATERIËLE VASTE ACTIVA

Per 31 december lopend jaar 1.667.184

Per 31 december vorig jaar 1.873.482

Website Software Totalen

2015

Boekwaarde 1-1 36.566 1.836.916 1.873.482

Investering 35.538 0 35.538

Afschrijving -23.658 -218.178 -241.836

Boekwaarde 31-12 48.446 1.618.738 1.667.184

Aanschafwaarde per 31-12 123.253 2.181.779 2.305.032

Cumulatieve afschrijvingen -74.807 -563.041 -637.848

Boekwaarde 31-12 48.446 1.618.738 1.667.184

Vanaf 2011 is de website ingrijpend vernieuwd, deze kosten worden in een periode van 5 jaar afgeschreven. In 2015 is hierin

opnieuw geïnvesteerd.

Voor zover in 2015 de software voor Woord en Daad en de regionale allianties nog is ontwikkeld, zijn deze kosten direct in het

resultaat geboekt, aangezien deze kosten meer het karakter van onderhoud hebben. De totale kosten zijn tot en met het jaar 2014

geactiveerd en bestaan voor € 1.801.844 uit externe kosten (waarvan € 1.177.387 voor licenties/softwareontwikkeling en

€ 624.457 voor projectmanagement) en voor € 379.935 uit interne personeelskosten van personeel dat is ingezet op dit traject.

77Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 79: Woord en Daad Jaarverslag 2015

De geactiveerde kosten zullen over een periode van tien jaar (ingaande vanaf 2013) worden afgeschreven voor de helft ten laste

van de organisatiekosten en voor de andere helft ten laste van bestedingen aan allianties.

(2) MATERIËLE VASTE ACTIVA

Per 31 december lopend jaar 197.504

Per 31 december vorig jaar 158.273

Gebouwen Inventaris Auto Totalen

2015

Boekwaarde 1-1 7.136 0 9.957 17.092

Investering 0 255.239 0 255.239

Afschrijving 0 -70.871 -3.957 -74.828

Boekwaarde 31-12 7.136 184.369 6.000 197.504

Aanschafwaarde per 31-12 7.136 541.043 54.718 602.897

Cumulatieve afschrijvingen 0 -356.675 -48.718 -405.393

Boekwaarde 31-12 7.136 184.369 6.000 197.504

In 2012 is een pand in Oud-Beijerland aangekocht wat al jarenlang gehuurd werd door het plaatselijke comité. De aankoopwaarde

lag ver onder de WOZ-waarde van de grond, daarom wordt niet afgeschreven.

De investeringen in inventaris betreffen met name vervangingen van hard- en software. De afschrijving van hard- en software is

33,3%, investeringen in het kantoorgebouw 10% en van de overige inventaris 20% van de aanschafwaarde.

Voor fondsenwervers die veel onderweg zijn, zijn uit kostenoogpunt vier auto’s aangeschaft. Het gaat om twee maal een Peugeot

107 en twee maal een VW Polo Bluemotion. De auto’s worden per jaar afgeschreven met 20% van de aanschafwaarde, rekening

houdend met hun restwaarde.

(3) FINANCIËLE VASTE ACTIVA

Per 31 december lopend jaar 349.899

Per 31 december vorig jaar 334.971

Leningen u/g DeelnemingenVorderingen op

deelnemingenTotaal

Saldo per 1-1 137.804 197.167 0 334.971

Mutaties in boekjaar 85.071 479 99.521 185.071

Saldo per 31-12 52.733 197.646 99.521 349.900

» Leningen u/gLening

kantoorpandenLening gezond-

heidsprogrammaLeningen auto’s Overige leningen

2015

Saldo per 1-1 116.914 20.890 0 0

Uitgeleend in boekjaar 0 0 80.499 60.000

Koersverschil einde boekjaar -4.806 0 -5.591 0

Afgelost in boekjaar -59.375 -26.956 -53.235 -60.000

Voorzien in boekjaar 0 6.066 -21.673 0

Saldo per 31-12 52.733 0 0 0

Hoofdsom 642.042 136.054 74.908 100.000

Aflossingen -589.309 -136.054 -3.411 0

Voorziening 0 0 -71.497 -100.000

Boekwaarde 31-12 52.733 0 0 0

Leningen partners kantoorpandenErzijninhetverledendrieleningenvoordefinancieringvankantoorpandenvanpartnersgegeven.Dezeleningenzijnvolledigals

vordering opgenomen (en dus niet voorzien), omdat Woord een Daad een hypothecair recht op de betreffende kantoorpanden

heeft.Deaflossingstermijnbedraagtbijdezeleningentienjaar.Overeenkomstighetaflossingsschemawordendezeleningeninde

loop van 2016 geheel afgelost.

78 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 80: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

Tevens is in het verleden een lening gegeven aan een partnerorganisatie voor de bouw van een conferentiecentrum. Deze lening

wasgefinancierdviaeenaantalondernemers,dieaanWoordenDaadhiervoorleningenverstrekthadden.In2012isdeleningvan

de partnerorganisatie overgedragen aan de ondernemers. Woord en Daad verzorgt nog wel voor de ondernemers de inhouding

vanaflossingenrentebijdepartnerorganisatieviaeenovereenkomstvanopdracht.Zieook(10)Schuldenoplangetermijn.

Lening partner gezondheidszorgprogrammaInhetboekjaar2010iseenleningaanéénpartnerverstrektmetbetrekkingtotdefinancieringvangezondheidszorginColombia,

die volledig als vordering is opgenomen. Vanuit het garantiefonds is tot en met 2015 hiervoor 25% voorzien, aangezien het een

bedrijfsmatigopgezetgezondheidsprogrammabetreft.Deaflossingstermijnvandezeleningisvijfjaarinjaarlijksgelijkedelen.In

2015 is volgens het afgesproken betaalschema de laatste termijn afgelost.

Leningen partners in verband met aanschaf auto’s en trainingscentrumIn2015zijnaantweepartnerorganisatiesleningenverstrekttenbehoevedefinancieringvanauto’svoordeprogramma’s.

Daarnaastisaaneenpartnerorganisatieeenleningverstrektterfinancieringvaneentrainingscentrum.Dezeleningenzijnbij

verstrekking geheel voorzien. Op het moment van terugbetaling vloeit de vrijval van de voorziening ten gunste van het resultaat.

Aflossingenzijnontvangenopin2014verstrekteleningen

Overige leningenHet betreft een lening aan New World Campus, een initiatief om samenwerking binnen de sector te bevorderen. Woord en Daad

had de mogelijkheid om in 2014 deze lening op termijn om te zetten in een deelneming in een op te richten bedrijf of coöperatie,

maar hiervan is ultimo 2014 besloten geen gebruik te maken. De lening is volledig voorzien ten laste van het PMEL-budget en was

tot en met eind 2014 renteloos. In 2014 is een aanvullende termijn van € 50.000 verstrekt, zodat het totaal van de lening nu

€ 100.000 bedraagt. Daarnaast is eind 2014 een rentevergoeding overeengekomen van 4% per jaar vanaf 2015. In 2015 heeft een

werkkapitaalfinancieringplaatsgevondendiebinnenhetverslagjaarookweerisafgelost.Ditwaseenbedragvan€60.000,waarop

4% rente werd ontvangen.

Achtergestelde lening aan Stichting PSI In het kader van de overdracht van de leningportefeuille met betrekking tot bedrijfsontwikkeling is in 2012 een achtergestelde

lening afgesloten met Stichting PSI. Deze lening heeft een looptijd van tien jaar (die daarna eventueel verlengd kan worden). Het

volledige leningbedrag zal aan het einde van de looptijd worden afgelost. Over de uitstaande hoofdsom is een rente verschuldigd

van 1%. Deze lening wordt door Woord en Daad volledig voorzien. In geval het na voldoende incasso-inspanningen niet mogelijk

blijkt te zijn de opbrengsten uit de leningportefeuille te ontvangen kan Stichting PSI samen met Woord en Daad overeenkomen om

dit bedrag in mindering te brengen op de door Woord en Daad verstrekte achtergestelde lening. Dit geldt ook voor toekomstige

gevallenwaarovermachteenrolspeelt.Ineerderejarenhebbenaflossingenplaatsgevondenalsgevolgvanmetdonorenvan

WoordenDaadgemaakteafspraken.DezedonorenvanWoordenDaadhaddenleningengefinancierddiezatenbegrepeninde

overgedragenleningportefeuillenaarStichtingPSI.DezegedaneaflossingendoorPSImoestenconformafsprakenterugvloeienin

het bestemmingsfondsen van deze donoren bij Woord en Daad.

2015 2014 cumulatief

Saldo per 1-1 respectievelijk verstrekkingsdatum 2.269.886 2.349.806 2.493.666

Afgelost in boekjaar 0 -79.920 -223.780

Saldo lening aan PSI per 31-12 2.269.886 2.269.886 2.269.886

Voorziening per 31-12 2.269.886 2.269.886 2.269.886

Saldo per 31-12 0 0 0

Deelneming ICCO-Coöperatie via Co-PrismaIn 2012 is door ICCO, Kerk in Actie en Prisma besloten tot oprichting van een coöperatie. De initiële inbreng door de Prisma-leden

was in totaal € 1.000.000 (Woord en Daad deel € 197.167). De stortingen zijn geoormerkt als vermogen van de coöperatie en

blijven eigendom van de inbrengers.

De deelnemende Prisma-leden in de coöperatie werken onder andere samen op het gebied van fondswerving in de USA. De kosten

hiervanwordengefinancierddoormiddelvaneenleningvanuitdedeelnemingaanICCOwaarop2%rentewordtvergoedaan

ICCO. De opbrengsten vanuit de algemene kostenvergoeding van toekomstige fondsenwervingscontracten zullen worden ingezet

om de lening af te lossen.

InverbandmethetaflopenvandeMFS-II-subsidiezalCo-Prismawordenopgehevenindeloopvanhetjaar2016.Devorderingen

en schulden vanuit Co-Prisma op de ICCO-coöperatie zullen worden overgedragen aan de leden. Daarom is onder de overige

vorderingen een bedrag € 73.029 opgenomen. Dit bedrag zal verrekend worden bij de inbreng in de ICCO-coöperatie met een

79Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 81: Woord en Daad Jaarverslag 2015

inmiddels behaald fondsenwervingssucces.

Op deze deelneming wordt geen invloed van betekenis uitgeoefend, zodat deze is gewaardeerd op kostprijs.

Deelneming iMPACT Booster Holding B.V.iMPACT Booster Holding B.V. is opgericht per 15 december 2015 en is gevestigd te ‘s-Gravenhage. Het geplaatst en gestort

aandelenkapitaal bestaat uit 100.000 aandelen met een waarde van € 0,01 per aandeel. De verdeling van het aandelenkapitaal is

als volgt verdeeld over de aandeelhouders:

Naam Plaats Aantal aandelen %

Stichting Woord en Daad Gorinchem 47.990 48,0%

Fair & Sustainable Participations B.V. Utrecht 41.570 41,6%

Coöperatie New World Campus U.A. ‘s-Gravenhage 10.440 10,4%

Op deze deelneming wordt invloed van betekenis uitgeoefend, deze wordt gewaardeerd volgens nettovermogenswaarde. In het

verslagjaar is het resultaat deelneming niet materieel verondersteld.

2015 2014

DEELNEMING ICCO COÖPERATIE VIA CO-PRISMA

Saldo per 1-1 197.167 147.875

Gestort in boekjaar - 49.292

Saldo per 31-12 197.167 197.167

DEELNEMING IMPACT BOOSTER HOLDING B.V.

Gestort in boekjaar 479

Saldo per 31-12 479

Saldo per 31-12 deelnemingen 197.646 197.167

Vordering op iMPACT Booster Holding B.V.Deze vordering is verstrekt in verband met het opstarten van de activiteiten van de B.V. en heeft een langlopend karakter. In 2016

zullen nadere afspraken worden gemaakt over de verdere leningscondities (waaronder looptijd, rentepercentage en zekerheden).

Een voorziening voor oninbaarheid wordt niet noodzakelijk geacht.

Gestort in boekjaar 99.521

Saldo per 31-12 99.521

(4) VOORRADEN

Per 31 december lopend jaar 805.128

Per 31 december vorig jaar 766.417

Goederenvoorraad per 31 december: 2015 2014

In magazijn in Gorinchem tegen inkoopprijs:

Voorraad postzegels 740.400 684.400

Voorraad kerstkaarten, leesboekjes 1.053 1.104

Voorziening voor incourant op voorraad kerstkaarten -543 -134

740.910 685.370

Goederenvoorraden bij comités tegen gefactureerde inkoopprijs 39.701 39.801

Voorraad postzegels bij comité Gorinchem en overige comités 24.517 41.246

Totaal voorraad 805.128 766.417

In 2013 heeft Woord en Daad een eigen Woord en Daad-postzegel laten drukken, die verkocht wordt via de comités. Wegens het

succes hiervan zijn eind 2014 en eind 2015 aanvullende bestellingen geplaatst. In verband met toekomstige prijsstijgingen van

postzegels die reeds zijn aangekondigd is een voorraad voor circa 1,5 jaar aanwezig in het (externe) magazijn.

80 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 82: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

(5) VORDERINGEN

Per 31 december lopend jaar 2.453.718

Per 31 december vorig jaar 3.246.593

Per 31 december nog te ontvangen: 2015 2014

Nog te ontvangen legaten en erfenissen 816.249 1.237.749

Nog te ontvangen subsidies, acties derden, particulieren en kerkelijke donoren 506.848 923.102

Nog te ontvangen van bedrijven/vermogensfondsen 332.792 673.670

Nog te vorderen/verrekenen projectsaldi van partners 282.215 47.342

Voorschotten projectsaldi aan partners 80.891 19.499

Sponsorgelden 180.698 156.185

Debiteuren 55.753 85.669

Interest 5.692 17.466

Waarborgsommen 119 119

VorderingopICCOCoöperatieinverbandmetopheffingCo-Prisma 73.201 -

Vordering op verhuurder Spijksedijk in verband met te verrekenen verhuiskosten 47.633 -

Overige vorderingen 71.627 85.792

Totaal 2.453.718 3.246.593

In het saldo van de vorderingen op debiteuren is rekening gehouden met een voorziening voor oninbaarheid, deze bedraagt nihil. In

de vorderingen ultimo 2015 is een bedrag begrepen van € 15.032 (2014 € 3.071) aan vooruitbetaalde kosten met een resterende

looptijd van meer dan 1 jaar.

(6) LIQUIDE MIDDELEN

Per 31 december lopend jaar 1.506.485

Per 31 december vorig jaar 2.222.917

Liquide middelen per 31 december: 2015 2014

Kasgelden (incl. vreemde valuta) 4.083 1.251

Banktegoeden (incl. spaarrekeningen) 1.249.745 1.899.640

Comités (kas, bank-, girotegoeden) 242.834 312.052

Subtotaal banktegoeden en kasgelden 1.496.662 2.212.943

De liquide middelen staan ter vrije beschikking, behoudens hetgeen bij de comités en regio-ondernemers staat. In geval van cala-

miteiten kan vanuit het hoofdkantoor hier eveneens over worden beschikt.

ParticipatiesIn 2009 heeft Woord en Daad in het kader van de doelstelling voor € 10.000 aan participaties aangeschaft in het Oikocredit

Nederland Fonds. De waarde van deze participaties per ultimo 2015 bedraagt € 9.823. In 2015 heeft Woord en Daad € 152

dividend ontvangen.

2015 2014

Participaties Oikocredit 9.823 9.974

Omwille van aard en omvang zijn deze verantwoord onder de banktegoeden.

81Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 83: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Reserves en fondsen

(7) RESERVES

Per 31 december lopend jaar 1.038.021

Per 31 december vorig jaar 1.367.369

Reserves stand 1-1 2015 dotaties koersresultaat overige mutaties stand 31-12 2015

Stichtingskapitaal 272 272

Continuïteitsreserve 2.172.478 28.961 2.201.439

Bestemmingsreserves:

- Reserves PMEL/PMA 0 859.716 -859.716 0

- Sponsorreserves (zie ook appendix 2) 0 0 0

- Reserve bestedingen regio-allianties 0 166.568 -166.568 0

- Reserve koersverschillen sponsorprogramma 163.249 184.628 -197.959 -51 149.867

- Reserve overige koersverschillen -163.497 59.081 -185.086 -1.266 -290.768

- Reserve Bangladesh Draagt Elkanders Lasten -210.765 -210.765 0

Algemene reserve -594.367 -428.422 -1.022.789

Totaal reserves 1.367.369 1.269.993 -383.044 -1.637.827 1.038.021

StichtingskapitaalBetreft het ingelegde kapitaal van € 272 bij oprichting in 1973.

ContinuïteitsreserveDe continuïteitsreserve heeft als doel om bij een eventuele

terugloop van de inkomsten een opvang te hebben voor de

doorloop van organisatiekosten.

Woord en Daad kent een norm van 7,5% van de geraamde

inkomsten van het volgende jaar (2016: € 29.352.518). Op

basis van deze norm wordt de reservering berekend op

€ 2.201.439. Op basis van de CBF richtlijn mag de reserve

maximaal 1,5 maal de kosten van de werkorganisatie zijn (voor

Woord en Daad maximaal € 8.601.206). Het saldo van de

continuïteitsreserve ligt dus ruimschoots binnen de door CBF

maximaal toegestane norm. Op basis van de hoogte van de orga-

nisatiekosten is de norm van 7,5% voldoende om een doorloop

van organisatiekosten van bijna een half jaar op te kunnen

vangen. Daarnaast is de hoogte van de continuïteitsreserve

voldoende voor de projectverplichtingen in een maand. Daarbij

dient wel te worden opgemerkt dat ook in bestemmingsfondsen

liquiditeiten vastliggen en dat vaak van subsidieverstrekkers

voorschotten worden ontvangen voorafgaand aan de betaling

aan de partner. In de praktijk blijkt dat de hoogte van de con-

tinuïteitsreserveafdoendeisvoordeomvangenrisicoprofiel

van de organisatie. Deze reserve is niet beschikbaar als liquide

middelen,maargebruiktterfinancieringvandeinvesteringen

in hard- en software in de afgelopen jaren. Bij de beoordeling

van de hoogte van deze reserve is tevens de hoogte van de

algemene reserve van belang. Zie ook de toelichting zoals opge-

nomen onder Algemene reserve.

Bestemmingsreserves:Reserves PMEL/PMA:

In 2015 is er 5% van de projectbestedingen gedoteerd aan de

PMEL/PMA reserve. De reserve is ingezet voor bestedingen

PMEL/PMA, zie hiervoor ook het model lastenverdeling

(appendix 3).

Negatieve sponsorreserves:

Vanaf 2014 worden de saldi van de positieve en negatieve

sponsorfondsen gesaldeerd weergegeven in de jaarrekening.

Aangezien het totaalsaldo positief is, is het saldo in 2015 ver-

antwoord onder de fondsen. Zie toelichting bij (8) Fondsen. In

2014 was dit saldo ook reeds positief, zodat het in dat jaar ook

in de fondsen had moeten worden verantwoord. De vergelij-

kende cijfers zijn derhalve hierop aangepast.

Reserve bestedingen regio-allianties:

Van de projectbestedingen is in 2015 1% gedoteerd aan de

reserve bestedingen regio-allianties. Dit betreft vergader- en

reiskosten van de allianties en kennisuitwisseling tussen part-

nerorganisaties binnen de allianties.

Reserve koersverschillen sponsorprogramma:

Inhetboekjaarisviaheffingopdesponsorinkomsten

€ 184.628 aan de reserve koersverschillen sponsorprogramma

toegevoegd. Het gerealiseerde koersverlies met betrekking tot

het sponsorprogramma bedroeg in het boekjaar € 197.959. Per

31 december resteert een saldo van € 149.867.

Reserve koersverschillen overige programma’s:

In het boekjaar is via een opslag op de overige programmabe-

stedingen (dus exclusief sponsorprogramma) een bedrag van

€ 59.081 toegevoegd aan de reserve koersverschillen overige

programma’s. Het koersverlies met betrekking tot deze pro-

gramma’s bedroeg in het boekjaar € 185.086 (waarvan € 72.117

ongerealiseerd). Per 31 december bedraagt het saldo € 290.768

negatief. De komende jaren zal naar verwachting een positieve

koersreserve overige programma’s ter afdekking van de koers-

risico’s gevormd kunnen worden, gecombineerd met de reserve

koersverschillen sponsorprogramma, en onder meer vanwege

82 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 84: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

het incidentele karakter van de geleden koersverliezen in 2015.

Bestemmingsreserve Draagt Elkanders lasten - Gezondheid

Bangladesh:

Voor projecten waarvan de besteding in het boekjaar is geno-

men (maar waarvoor in het boekjaar onvoldoende inkomsten

waren), maar waarvoor wel een toezegging is van een speci-

fiekedonor(maarnietvoldoendehardineencontractvast

gelegd om als inkomst mee te nemen) worden deze projecten

nietmetalgemeengeldvoorgefinancierdmaarondernega-

tieve bestemmingsreserves verantwoord. In 2014 was dit het

geval bij een actie door het Reformatorisch Dagblad tussen

1 november 2014 en mei 2015 ten behoeve van meerdere

gezondheidsprogramma’s in Bangladesh. Tijdens het opmaken

van de jaarrekening 2014 bleek het in 2014 vanuit algemene

middelenvoorgefinancierdebedragin2015alnagenoeg

ontvangen door de donor, derhalve is toen een negatieve

bestemmingsreserve gevormd voor dit bedrag. In 2015 is, na

ontvangst van de gelden, deze reserve vrijgevallen.

Algemene reserve:

Het saldo van de algemene reserve is € 1.022.789 negatief.

Hiermee voldoet de algemene reserve niet aan de norm van

het bestuur van tussen 0% en 7,5% van de inkomsten. De

algemene reserves dient ter dekking van projectuitgaven

vanprojectenwaarvoornietvoldoendespecifiekegiften

ontvangen zijn. In tegenstelling tot de continuïteitsreserve

(die bedoeld is voor opvang van de organisatiekosten bij

teruglopende inkomsten) is de algemene reserves bedoeld

voor bestedingen aan de doelstelling. In 2016 zal gestuurd

worden op een algemene reserve die weer aan de norm vol-

doet. Hiervoor is een pakket maatregelen genomen die vanaf

2016 geëffectueerd gaan worden. Het betreft enerzijds een

korting van circa 3,5% op de programma’s in 2016 conform de

bestaande systematiek van vrijgaven. Daarnaast wordt er een

systeemwijziging doorgevoerd, waarbij 5% sowieso niet wordt

vrijgegeven binnen het verslagjaar, dit bedrag is beschikbaar

in het volgende boekjaar en kan afhankelijk van de stand van

de fondsen aan het einde van het jaar worden vrijgegeven of

worden gereserveerd als buffer in het nieuwe jaar. Ook zal

de kostenstructuur onderzocht worden, mede in het licht

van de nieuwe werkwijze van de organisatie. In het eventueel

korten op programma’s zal maatwerk worden toegepast, zodat

de impact van de uitvoerende programma’s zo min mogelijk

geraakt wordt. Ten slotte wordt geïnvesteerd in software om

fondsmatching tussentijds goed te kunnen monitoren. Er is

voorgekozenomgeenreservefinancieringactivatevormen

ten behoeve van de bedrijfsvoering.

(8) FONDSEN

Per 31 december lopend jaar 960.019

Per 31 december vorig jaar 1.960.032

Bestemmingsfondsen stand 1-1 2015 mutaties stand 31-12 2015

Sponsorfondsen (zie ook appendix 2) 104.684 -104.044 640

Garantiefonds 58.413 6.066 64.479

Bestemmingsfondsen noodhulp 1.005.753 -720.709 285.044

Overige bestemmingsfondsen 791.182 -181.326 609.856

Totaal bestemmingsfondsen 1.960.032 -1.000.013 960.019

Sponsorfondsen:Per partner wordt een fonds aangehouden waarin de ontvangen sponsorgelden gestort worden en waaruit de projectbetalingen

gedaan worden. Een sponsorfonds kan zowel een positief als een negatief saldo hebben. Omdat er sprake is van onderlinge solida-

riteit wereldwijd voor wat betreft overschotten en tekorten, is het positieve totaalsaldo onder de fondsen verantwoord. Voor een

overzicht van de sponsorfondsen zie appendix 2. Het postieve saldo ultimo 2014 was abusievelijk onder de reserves verantwoord,

hetgeen in de vergelijkende cijfers is aangepast.

Garantiefonds bedrijfsontwikkeling:Per 2 januari 2012 is het garantiefonds op € 50.000 na overgedragen aan Stichting PSI. Het garantiefonds kan ingezet worden

voorhetafdekkenvanleningenbijpartnerorganisaties.Alsgevolgvandeaflossingvandeleningrondhetgezondheidsprogramma

in Colombia is de volledige voorziening hiervoor die ten laste van het garantiefonds was genomen, vrijgevallen.

Bestemmingsfondsen noodhulp/overige bestemmingsfondsen:Giftenmeteenspecifiekebestemmingwordengebruiktvoordebetalingvandeprojectkosten.Voorzoverdegeldennogniet

besteed zijn worden zij in een bestemmingsfonds gestort. Ook giften waarvan het kapitaal in stand moet blijven en alleen de

opbrengsten besteed mogen worden voor de hulpverlening worden in een fonds opgenomen. In de bestemmingsfondsen liggen

ook liquiditeiten vast om de projectbetalingen steeds tijdig te kunnen verrichten.

Per 31 december van het boekjaar zijn de volgende bestemmingsfondsen aanwezig:

83Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 85: Woord en Daad Jaarverslag 2015

» Noodhulp

Naam fonds Bedrag 1-1 Mutatie Bedrag 31-12 Afwikkeling

Noodhulp West-Afrika 0 0 0 Afgewikkeld

Noodhulp Vluchtelingen* 0 0 0 Afgewikkeld

Noodhulp aardbeving Haïti 151.286 -151.286 0 Afgewikkeld

Noodhulp orkaan Guatemala 2.668 -2.668 0 Afgewikkeld

Noodhulp droogte Oost-Afrika 0 0 0 Afgewikkeld

Schoemantelfonds noodhulp kleine projecten 1.322 -1.322 0 Afgewikkeld

Noodhulp tyfoon Filipijnen 311.623 -311.623 0 Afgewikkeld

Noodhulp Irak 404.676 -366.896 37.780 Besteding in 2016

Noodhulp West-Afrika ebola 118.634 -118.634 0 Afgewikkeld

Noodhulp aardbeving Nepal 0 247.264 247.264 Besteding in 2016

Thema Noodhulp 15.545 -15.545 0 Afgewikkeld

Totaal bestemmingsfondsen noodhulp 1.005.754 -720.710 285.044

* In het boekjaar is er een noodhulpactie voor vluchtelingen geweest. Deze fondsen waren per 31 december besteed.

» Overige bestemmingsfondsen

Naam fonds Bedrag 1-1 Mutatie Bedrag 31-12 Afwikkeling

DEL - CSS sponsoring boys CBESP 66.150 -15.498 50.652 Besteding in 2016-2024

Extra gifts sponsorprogramma 7.420 -7.420 0 Afgewikkeld

Kinderfonds G.C. Woudenberg 31.780 0 31.780 alleen rente te besteden

Kinderfonds Nelleke Regina 45.378 0 45.378 alleen rente te besteden

Learn for Work Ethiopië 2012-2016 12.234 76.192 88.426 Besteding in 2016

Voedselzekerheid Tsjaad 3.259 -3.259 0 Afgewikkeld

Economische ontwikkeling Ethiopië 50.600 1.218 51.818 Besteding in 2016

Economische ontwikkeling Haïti 12.254 -12.254 0 Afgewikkeld

Economische ontwikkeling Filipijnen 0 72.132 72.132 Besteding in 2016

Economische ontwikkeling Uganda 4.675 -4.675 0 Afgewikkeld

Economische ontwikkeling Sierra Leone 7.012 -7.012 0 Afgewikkeld

Onderwijs Colombia 73.329 -73.329 0 Afgewikkeld

Onderwijs India 4.346 -4.346 0 Afgewikkeld

Onderwijs Sierra Leone 7.367 19.633 27.000 Besteding in 2016

Water, hygiëne & sanitatie Bangladesh 17.974 -17.974 0 Afgewikkeld

Vakonderwijs Bangladesh 38.807 -38.807 0 Afgewikkeld

Vakonderwijs Sierra Leone 40.160 -40.160 0 Afgewikkeld

Vakonderwijs Colombia 35.160 -35.160 0 Afgewikkeld

Vakonderwijs Burkina Faso 5.662 -5.662 0 Afgewikkeld

Vakonderwijs Sri Lanka 6.017 -6.017 0 Afgewikkeld

Vakonderwijs Nicaragua 5.423 -5.423 0 Afgewikkeld

Vakonderwijs India 43.144 -43.144 0 Afgewikkeld

Vakonderwijs Ethiopië 41.489 -41.489 0 Afgewikkeld

Vakonderwijs Filipijnen 11.431 -11.431 0 Afgewikkeld

Schoemantelfonds reguliere projecten ** 83.894 -46.997 36.897 Besteding in 2016

Just Care 13.595 -1.045 12.550 Besteding in 2016

Fonds Best Hope Enterprises (V/d Sluis) 4.341 -4.341 0 Afgewikkeld

Home Foundation Bangladesh 72.372 -71.817 555 Besteding in 2016

Merwe-Oord/Voxcie 0 0 0 Fonds op naam blijft beschikbaar

Blue Marlin 0 0 0 Fonds op naam blijft beschikbaar

Bouwgroepfonds Genemuiden 0 14.533 14.533 Besteding in 2016

Business Club Het Groene Hart 0 59 59 Besteding in 2016

Erfenissenmetspecifiekebestemming 0 21.871 21.871 Besteding in 2016

Esselink Beheer Fonds 0 49.500 49.500 Besteding in 2016

Feije en Janke Elzinga Fonds 0 33.535 33.535 Besteding in 2016

Ruiterfonds 31.982 37.230 69.212 Besteding in 2016

MareJan 126 -114 12 Besteding in 2016

Filipijnen algemeen 3.522 313 3.834 Besteding in 2016

Overige bestemmingsfondsen < € 2.500 10.279 -10.167 112 Besteding in 2016

Totaal overige bestemmingsfondsen 791.182 -181.326 609.856

** voorheen genoemd Wijsfonds

84 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 86: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

(10) SCHULDEN OP LANGE TERMIJN

Per 31 december lopend jaar 120.143

Per 31 december vorig jaar 17.369

In 2007, 2008 en 2009 hebben vijf donoren leningen verstrekt aan Woord en Daad. Deze leningen zijn doorgeleend aan een part-

nerorganisatieterfinancieringvaneenconferentiecentrum.Eind2012isdevorderingvandepartnerorganisatieovergedragen

aan betreffende donoren, waarmee de leningen van de donoren niet meer op de balans van Woord en Daad voorkomen. Woord en

Daadblijftdezefinancieringechterwelfaciliteren.Aangeziendejaarlijkseterugbetalingdoordepartnerorganisatiehogerisdan

de jaarlijkse terugbetaling aan de donoren, leidt dit tot een schuldpositie op lange termijn (de laatste terugbetalingstermijn aan de

donoren in 2021 is hoger). Het verschil per 31 december 2015 bedraagt € 19.644 en heeft dus een looptijd van langer dan 5 jaar.

In2010isdooreendonoreenrentelozeleningverstrektvan€136.155voordefinancieringvanhetgezondheidsprogrammain

Colombia. Deze lening o/g heeft een looptijd van 5 jaar en is aan het einde van de looptijd (in 2015) volledig afgelost.

In2015isdooreendonoreenrentelozeleningverstrektvan€125.000voordefinancieringvandetoekomstigeverplichtingen

vanuitdebusinesspartnerovereenkomst.Dezeleningo/gheefteenlooptijdvan5jaar.Deeersteaflossingstermijnisin2015in

een gift omgezet.

In2013isdooreendonoreenleningverstrektvan€2.500.Dezeleningo/gheefteenlooptijdvan5jaar.Dejaarlijkseaflossing

wordt omgezet in een gift.

(11) SCHULDEN OP KORTE TERMIJN

Per 31 december lopend jaar 4.861.733

Per 31 december vorig jaar 5.257.883

Verplichtingen per 31 december: 2015 2014

Projectverplichtingen kortlopend 2.296.769 2.552.266

Ongerealiseerd koersresultaat projectverplichtingen en -vorderingen 48.697 125.906

Vooruitontvangen sponsorgelden 740.525 755.054

Vooruitontvangen MFS-2 subsidie 163.294 35.626

Vooruitontvangen overige subsidies 97.867 30.196

Vooruitontvangen van bedrijven en vermogensfondsen 50.000 10.881

Crediteuren 731.065 728.998

Belastingen, salarissen en sociale lasten 276.433 198.013

Vakantiegeld en vakantiedagen * 256.359 254.009

Rekening-courant PSI 86.542 249.193

Rekening-courant Incluvest B.V. - 2.945

Rekening-courant COEH 21.481 28.017

Geleende gelden o/g (zie ook (9)) 500 136.655

Overige schulden 92.201 150.126

Totaal schulden op korte termijn 4.861.733 5.257.883

* het saldo vakantiedagen betreft ultimo 2015 een bedrag van € 124.956. In 2014 bedroeg dit € 119.106.

Projectverplichtingen kortlopend:De projecten waarvoor een verplichting openstaat per 31 december zijn:

2015

Noodhulp tyfoon Filipijnen 760.420

Noodhulp aardbeving Nepal 678.000

Noodhulp Noord-Irak 150.000

Overige projecten met uitstaande verplichting < € 100.000 708.349

Totaal 2.296.769

85Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 87: Woord en Daad Jaarverslag 2015

NIET IN DE BALANS OPGENOMEN ACTIVA EN VERPLICHTINGEN

TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN(bedragen × € 1,--)

(12) BATEN UIT EIGEN FONDSENWERVING

Werkelijk lopend jaar 19.392.602

Begroot lopend jaar 22.788.500

Baten vorig jaar 19.736.534

Huurcontract kantoor Spijksedijk Gorinchem:Het huurcontract voor het kantoorpand aan de Spijksedijk in

Gorinchem liep tot 31 december 2014. In 2015 is dit pand

gerenoveerd, waarbij Woord en Daad tijdelijk was gehuisvest is

aan de Dokter Van Stratenweg in Gorinchem. Sinds december

2015 is de organisatie weer gehuisvest in het gerenoveerde pand

aan de Spijksedijk. Per 1 november 2015 is een nieuw huurcon-

tract afgesloten voor een periode van tien jaar, met een opzegte-

rmijnvan12maandenvoorafloopvandezetermijn.Dejaarlijkse

huurverplichting (inclusief servicekosten) bedraagt € 175.779.

De eerste verschuldigde maandtermijn vervalt per 1 april 2016.

Huurcontracten kringloopwinkelsIn het verslagjaar zijn op vier locaties in Nederland kringloop-

winkels opgestart. De bijbehorende huurverplichtingen zijn

aangegaan vanuit het hoofdkantoor in Gorinchem, hoewel

deze na de opstart voldaan worden vanuit de opbrengsten van

winkelcomités. De gezamenlijke verplichtingen bedragen

€ 38.322 per jaar.

Deelneming iMPACT Booster Holding B.V.Ten behoeve van de opstart van de activiteiten is per 31 maart

2016 een aanvullende inbreng verschuldigd van € 100.000.

Inkomsten:Voor het jaar 2016 zijn toezeggingen vanuit bedrijven, insti-

tutionele donoren en particulieren ontvangen tot een bedrag

van € 12.756.568. Overigens zal als gevolg van stijgende

kosten in landen waar sponsorprojecten worden uitgevoerd

het sponsorbedrag per kind in Nederland worden verhoogd in

2016.

Projecten:Eind 2015 was er voor projecten in totaal voor € 2.532.690

toegezegd aan partners voor het jaar 2016 en verder.

Gezamenlijke agribusiness-projecten met Incluvest, ICCO-Coöperatie en ICCO-investments B.V.Bovengenoemde partijen zijn een samenwerkingsovereen-

komst aangegaan inzake de agribusinessprojecten in het

Zuiden. Gezamenlijk met Incluvest heeft Woord en Daad zich

verplicht tot een investering. Afhankelijk van de inbreng van

Incluvest bedraagt deze maximaal € 1.000.000 in 2016.

Informatie en Communicatie TechnologieDe begrote jaarlast voor de kosten voor dienstverlening op het

gebied van Informatie en Communicatie Technologie bedraagt

€ 153.000. In december 2014 had Woord en Daad afspraken

gemaakt met een nieuwe hard- en softwareleverancier. In het

verslagjaar is besloten de overeenkomst op te zeggen en te

beëindigen op het moment dat de migratie in de loop van 2016

naar de oorspronkelijke leverancier is afgerond, welke wordt

verwacht ultimo eerste kwartaal 2016.

Nieuwe organisatieIn 2016 gaat binnen Woord en Daad het grootste deel van

de organisatie over op een meer projectmatige manier van

werken. Een eventuele reorganisatievoorziening wordt niet

noodzakelijk geacht.

Ontvangen in het verslagjaar Totaal 2015 Totaal 2014

PARTICULIEREN:

Collecten 195.730 241.819

Sponsorgelden 8.813.824 9.010.556

Nalatenschappen 994.259 1.317.346

Overige giften * 5.399.730 5.774.885

Brutowinst omzet goederenverkoop 22.060 19.939

15.425.603 16.364.545

BEDRIJVEN:

Ledenbijdrage Business Platform 283.495 268.000

Sponsorgelden 451.886 439.405

Overige giften * 1.747.363 1.312.208

2.482.744 2.019.613

VERMOGENSFONDSEN:

Diverse giften** 1.484.255 1.352.376

Totaal baten eigen fondsenwerving 19.392.602 19.736.534

In totaal werden 325.047 giften ontvangen

(2014: 322.931 giften)

* In de overige giften zijn in het verslagjaar ook inkomsten in natura opgenomen voor een totaalbedrag van € 92.850 (2014: € 89.500). Dit betrof bedrijven (€ 90.600; 2014: € 61.750) en onderwijsinstellingen (€ 2.250; 2014:€ 27.750) die hun expertise om niet hebben ingezet ten behoeve van de programma’s van Woord en Daad.

** waaronder in 2015 € 40.000 van Turing Foundation

(2014 € 110.000)

86 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 88: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

Resultaat verkopen artikelen 2015 2014

Omzet goederenverkoop 36.200 39.154

Inkoopwaarde verkoop 14.140 19.215

Brutowinst 22.060 19.939

Kosten eigen organisatie 4.628 4.213

Nettowinst 17.432 15.726

Deze omzet goederenverkoop is exclusief de omzet van verkoop van postzegels. De nettowinst van de postzegels van € 35.541

(2014: € 55.296) wordt grotendeels gerealiseerd door de comités en is verantwoord onder overige inkomsten particulieren. De

bijbehorende omzet van het comité wat de postzegels verkoopt bedroeg € 395.991 (2014: € 393.267).

(13) AANDEEL IN ACTIES DERDEN

Werkelijk lopend jaar 2.093.641

Begroot lopend jaar 2.998.645

Baten vorig jaar 3.616.217

In het boekjaar werd ontvangen van: 2015 2014

Eigen bijdrage Red een Kind voor MFS-2 subsidie* 1.888.225 2.602.168

ZOA eigen bijdrage Wees Eerlijke campagne 0 25.077

EO Metterdaad ** -63.444 37.695

ZOA PAZA 0 25.551

Tearfund Belgium/Switzerland 0 60.000

Edukans 62.433 106.891

Leprazending *** 63.616 88.631

Tearfund Nederland 10.000 20.000

UnitedNationsOfficeforProjectServices 3.182

World Servants 19.000

Partners for Water 0 38.300

Subtotaal reguliere programma’s 1.983.012 3.004.313

All We Can - Huizenbouw n.a.v. Noodhulp Filipijnen 110.630 97.975

EO Metterdaad Noodhulp 0 248.557

Red een Kind (noodhulp) 0 265.372

Subtotaal noodhulp 110.630 611.904

Totaal 2.093.641 3.616.217

* De eigen bijdrage van Red een Kind ligt in 2015 fors lager dan in 2014, maar ligt nog steeds boven het begrote en afgesproken niveau voor 2015. De eigen bijdrage van Red een Kind ligt over de gehele looptijd van de MFS-2 subsidie boven het vereiste bedrag van de subsidieverstrekker, waarbij afwijkingen tussen de jaren mogelijk zijn.

** In de inkomsten zit een correctie begrepen op de inkomsten 2014 die gedeeltelijk als co-funding aan een andere donor zijn toegerekend.*** Leprazending droeg vanuit eigen middelen bij aan een gezamenlijk project van Woord en Daad en Leprazending via TLMI, waarvan de besteding via Woord en Daad liep.

(14) SUBSIDIES VAN OVERHEDEN

Werkelijk lopend jaar 7.473.876

Begroot lopend jaar 8.346.929

Baten vorig jaar 7.839.276

In het boekjaar werd ontvangen van: 2015 2014

Prisma/ICCO 1.906.495 2.017.707

Bijdrage Woord en Daad publieksgelden -891.686 -1.041.374

Netto ontvangen projectbijdragen 1.014.809 976.333

Kostenvergoeding 73.837 59.419

Totaal ontvangen Prisma/ICCO 1.088.646 1.035.752

MFS-2 subsidie Ministerie Buitenlandse Zaken Woord en Daad deel 4.046.424 4.546.424

MFS-2 subsidie Ministerie Buitenlandse Zaken Red een Kind deel 2.187.752 2.187.752

Rijksdienst voor ondernemend Nederland 145.893

Europese Unie 5.161 0

Stichting SBOS i.v.m. Wees Eerlijk campagne 69.348

Totaal ontvangen 7.473.876 7.839.276

87Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 89: Woord en Daad Jaarverslag 2015

(15) RENTEBATEN EN BATEN UIT BELEGGINGEN

Werkelijk lopend jaar 35.651

Begroot lopend jaar 50.000

Baten vorig jaar 44.180

2015 2014

Ontvangen rente en dividend in het boekjaar over liquiditeiten 5.853 19.656

Ontvangen rente over leningen partnerorganisaties 42.557 41.338

Betaalde rente leningen o/g (doorgeleend) -12.817 -16.889

Koersverschil 58 75

Totaal resultaat beleggingen 35.651 44.180

Op basis van een gemiddeld saldo van € 1.220.607 (per eerste en twintigste van de maand; 2014: € 2.653.674) is de rente op

liquiditeiten 0,47% (2014: 0,74 %). Gezien de rentestructuur in 2015 en de liquiditeitspositie ten opzichte van de totale bestedin-

gen is belegd in direct opneembare spaarrekeningen. Als benchmark is de Euribor-dagrente gehanteerd. De Euribor-maandrente

was in 2015 gemiddeld -0,10 % (2014 0,13%). Het resultaat beleggingen is hoger dan de benchmark, als gevolg van een langjarige

relatie met de bankier (Rabobank).

De ontvangen rente over leningen partnerorganisaties is hoger dan de betaalde rente leningen o/g (doorgeleend) in verband met

de ontvangen rente op de achtergestelde lening aan Stichting PSI met betrekking tot de overdracht van leningen in het kader van

bedrijfsontwikkelingen aan Stichting PSI.

(16) OPBRENGST LEVERANCIERSROL EN BEWUSTWORDING

Werkelijk lopend jaar 252.062

Begroot lopend jaar 242.700

Baten vorig jaar 169.856

2015 2014

Detachering AED-team bij Incluvest B.V. 101.158 95.398

Administratieve dienstverlening aan COEH/EU-CORD 10.000 10.000

Detachering (IF-)medewerkers aan Driestar Educatief 8.000 3.921

Detachering IF-medewerker aan Prisma 20.904 8.802

Detachering IF-medewerker aan ICCO 9.520

Detachering overig 4.559 4.750

Subtotaal inkomsten leveranciersrol 154.141 122.871

Inkomsten bewustwording: Doorberekende kosten van reizen in het kader van bewustwording 97.921 46.985

Subtotaal inkomsten bewustwording

Totaal 252.062 169.856

De opbrengsten leveranciersrol liggen lager dan de begroting (€ 180.000). Gedurende het boekjaar is besloten de doorbelasting aan

Incluvest B.V. ongewijzigd te houden ten opzichte van 2014, hoewel dit anders begroot was. De tegenoverliggende kosten van de

leveranciersrol bedragen € 101.483 (zie ook appendix 3). De inkomsten bewustwording liggen fors hoger dan begroot (€ 62.700),

onder meer omdat er meer reizen zijn geweest. De deelnemers betalen voor hun deelname aan reizen een eigen bijdrage.

Lasten

(17) STRUCTURELE PROGRAMMA’S

Werkelijk lopend jaar 23.013.263

Begroot lopend jaar 26.774.378

Baten vorig jaar 23.767.862

88 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 90: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

Rekening 2015 Begroting 2015 Rekening 2014

DIRECTE BESTEDINGEN (ZIE APPENDIX 1 EN 2. APPENDIX 1 IS INCLUSIEF NOODHULP):

Educatie (EDU) 10.123.790 11.085.279 9.403.288

Agrarisch Vakonderwijs en Training (AVET) 372.489 590.300 226.729

Vakonderwijs en Arbeidsbemiddeling (TVET / JBS) 2.596.709 2.726.495 2.597.309

Water, Sanitatie en Hygiëne (WASH) 512.147 777.092 164.196

Basisvoorzieningen (BN) 2.251.315 2.150.992 2.184.016

Economische ontwikkeling (ED) 0 777.137 19.189

Agrarische ontwikkeling (AD) 180.986 1.072.810 1.468.849

Huizenbouwprogramma (LCH) 343.263 550.000 21.356

Capaciteitsopbouw (SPN) 689.594 767.392 503.988

Innovatieprogramma 11.774 150.000 174.755

Overig (o.a. ICT t.b.v. Allianties) 346.746 600.000 534.187

Regio-allianties 135.417 215.301 218.423

Red een Kind 4.075.977 3.988.341 4.789.920

Bestedingen partnerrol in Nederland 1.373.056 1.323.240 1.461.657

Totaal 23.013.263 26.774.379 23.767.862

Als lasten in het betreffende boekjaar worden de aangegane verplichtingen met betrekking tot het boekjaar verantwoord.

(18) NOODHULP

Werkelijk lopend jaar 2.676.255

Begroot lopend jaar 1.500.000

Baten vorig jaar 4.191.445

Uitgegeven voor noodhulp: 2015

Diverse noodhulpprojecten 2.676.255 4.191.445

Totaal 2.676.255 4.191.445

Zie ook appendix 1 en 3. appendix 1 is inclusief noodhulp.

(19) LOBBY

Werkelijk lopend jaar 159.764

Begroot lopend jaar 157.195

Baten vorig jaar 124.184

2015 2014

Bijdrage EU-CORD / COEH 27.000 25.633

Bijdrage Global Campain for Education 2.500 5.000

Bijdrage Agri Pro Focus lobbygroep 5.000 0

Bijdrage publicatie ‘religie en ontwikkelingssamenwerking’ 0 7.500

Lobbyproject EU/Partos: Ready for change? 6.878 0

Bijdrage werkgroep Partos beleidscoherentie 2.500 0

MP Watch 50% (rest onder bewustwording) 6.610 0

Overige projecten lobby 5.076 3.112

Subtotaal projectbestedingen 55.564 41.245

Overige bestedingen via eigen organisatie (appendix 3) 104.200 82.939

Totaal 159.764 124.184

89Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 91: Woord en Daad Jaarverslag 2015

(20) BEWUSTWORDING

Werkelijk lopend jaar 925.344

Begroot lopend jaar 943.665

Baten vorig jaar 898.599

2015 2014

Vakuitwisseling/Young Ambassadors 46.109 71.330

Campagne Wees Eerlijk (duurzaamheidscampagne onder jongeren) 0 117.345

Campagne De Eerlijke Vrouw 31.233 0

Ontwikkeling lesmateriaal 9.266 0

Ontwikkeling scholenactiviteiten 6.105 0

MP Watch 50% (rest onder lobby) 6.610 0

Sponsorreis Ethiopië (2014: Bangladesh) 35.027 17.348

Ondernemersreizen 11.500 0

Overige projecten bewustwording 14.288 12.778

Directe bestedingen bewustwording (zie toelichting bij 23) 199.624 156.141

Subtotaal projectbestedingen 359.762 374.942

Overige bestedingen via eigen organisatie (appendix 3) 565.582 523.657

Totaal 925.344 898.599

Zie de toelichting bij de kosten fondsenwerving.

(21) PMEL/PMA

Werkelijk lopend jaar 1.079.808

Begroot lopend jaar 1.242.596

Baten vorig jaar 954.932

Rekening 2015 Begroting 2015 Rekening 2014

Bestedingen PMEL/PMA 251.233 405.300 258.444

Overige bestedingen PMEL/PMA via eigen organisatie (appendix 3) 828.575 837.296 696.488

1.079.808 1.242.596 954.932

(22) KOSTEN LEVERANCIERSROL

Werkelijk lopend jaar 101.211

Begroot lopend jaar 137.951

Baten vorig jaar 86.280

Het betreft de organisatiekosten die zijn toegerekend aan de leveranciersrol, gebaseerd op de tijdsbesteding van de diverse mede-

werkers (zie ook appendix 3). De opbrengst van de leveranciersrol bedroeg in 2015 € 154.141, aangezien meer kosten doorgefac-

tureerd konden worden dan begroot (zie ook toelichting bij (16).

(23) WERVING BATEN

De directe kosten fondsenwerving en voorlichting en bewustwording bestaan deels uit gemengde kosten: Hiervoor zijn verdeel-

sleutels opgesteld om een juiste toerekening te kunnen maken.

90 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 92: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

Directe Publiciteitskosten: Rekening 2015 Begroting 2015 Rekening 2014% fondsen-

werving% voorlichting en

bewustwording

Werelddelen (oplage 77.000) 155.511 158.500 147.124 75% 25%

Grenzeloos (oplage 16.500) 36.608 49.000 35.188 0% 100%

Verrekijker (oplage 84.000) 15.966 24.000 25.583 0% 100%

Daadkracht (oplage 3.750) 13.722 17.500 13.060 50% 50%

Jaarverslagen/corporate brochure 39.792 41.700 43.011 50% 50%

Kosten Business Platform 40 4.000 514 50% 50%

Kosten Comités 51.080 51.250 48.577 100% 0%

Jongerenbeleid 19.269 36.250 8.964 9% 91%

Advertenties 88.929 61.000 62.760 100% 0%

Mailingen 49.843 25.500 33.809 89% 11%

Kosten website 42.596 41.543 34.939 75% 25%

Werven sponsoring 62.374 57.500 72.024 100% 0%

Kosten communicatie 3.993 5.000 2.455 75% 25%

Kosten vermogensfondsen 10.941 22.000 10.019 100% 0%

Kosten subsidies 8.168 22.001 9.468 100% 0%

Kosten Woord en Daad dag 59.728 51.000 0 50% 50%

Kosten Woord en Daad 40 jaar 0 0 2.793 92% 8%

Diverse kosten fondsenwerving 106.358 113.950 107.181 85% 15%

Totale kosten 764.919 781.694 657.469

De kosten zijn per saldo € 764.919 (2014: € 657.469) en worden als volgt verdeeld

Rekening 2015 Begroting 2015 Rekening 2014

Directe kosten fondsenwerving 565.295 542.382 501.329

Directe kosten voorlichting en bewustwording 199.624 202.361 156.141

Voor de overige organisatiekosten zie staat lastenverdeling (appendix 3).

(24) BEHEER EN ADMINISTRATIE

Rekening 2015 Begroting 2015 Rekening 2014

Totaal personeelskosten (zie appendix 3) 752.246 743.426 793.962

Totaal overige organisatiekosten (zie appendix 3) 164.791 164.259 162.702

917.037 907.685 956.664

opgesteld en vastgesteld door: goedgekeurd door:

namens de raad van bestuur namens de raad van toezichtDr.h.c Ir. J. Lock - voorzitter Drs. C. Westerink - voorzitter

R.F. Molenaar MSc - lid Ing. C. van Burg

Dr. P. Honkoop

Mr. M. Overbeeke-Boer

P.W. Nobel RA

Dr. R. Toes

Ing. J.B. Faijer

was getekend door beiden was getekend door alle leden

te Gorinchem in de vergadering van 11 maart 2016 te Gorinchem in de vergadering van 11 maart 2016

91Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 93: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Appendix 1: Mutaties reserves en fondsen

Naar landenReserve/

Fonds per 1-1 2015

Ontvangsten 2015

Bestedingen/ Overige muta-

ties 2015

Overboeking 2015

Reserve/ Fonds per

31-12 2015

AZIË

Bangladesh 77.334- 1.343.474 1.444.007 97.453 80.413-

de Filipijnen 294.138 868.381 1.351.185 218.468 29.802

India 140.317- 2.125.465 2.477.736 429.337 63.251-

Irak 404.676 91.168 457.722 343- 37.780

Nepal - 1.324.261 1.076.997 0 247.264

Sri Lanka 24.948 93.794 197.786 104.592 25.548

Thailand 3.888 55.733 99.749 42.486 2.358

Vluchtelingen Midden-Oosten - 462.084 101.500 360.584- -

Totaal Azië 509.998 6.364.361 7.206.681 531.409 199.088

AFRIKA

Benin 2.189- 371.579 1.143.919 768.412 6.116-

Burkina Faso 35.111- 1.593.581 2.317.152 804.570 45.889

Ethiopië 241.202 1.485.915 2.038.375 608.591 297.333

Oeganda 6.642 356.323 731.871 368.906 -

Sierra Leone 161.467 513.901 875.064 210.040 10.343

Tsjaad 3.259 92.214 156.518 61.045 -

Zambia - 73.091 835 72.256- -

Zuid-Afrika - 250.842 517.369 266.528 -

Zuid-Soedan - 3.701 - 3.701- -

Totaal Afrika 375.271 4.741.147 7.781.103 3.012.134 347.449

MIDDEN- EN ZUID-AMERIKA

Colombia 10.562- 1.318.777 1.578.366 120.770 149.380-

Guatemala/Honduras 1.826- 1.656.386 1.986.352 342.362 10.570

Haïti 576.063 2.149.268 2.755.972 160.799 130.159

Nicaragua 6.526 30.208 419.426 382.691 -

Totaal Midden- en Zuid-Amerika 570.202 5.154.640 6.740.115 1.006.623 8.650-

DIVERSEN

Garantiefonds 58.413 - - 6.066 64.479

Inkomsten MFS - 5.829.534 - 5.829.534- -

Inkomsten MFS Red een Kind - 1.888.225 4.075.977 2.187.752 -

Regio-allianties - - 201.838 201.838 -

Reserve koersverschillen sponsorprogramma 163.249 - 197.959 184.578 149.867

Reserve overige koersverschillen 163.497- - 185.086 57.815 290.768-

Algemene reserve 594.367- 2.023.868 - 2.452.290- 1.022.789-

Overige reserves en fondsen 235.382 1.315.616 2.257.994 1.064.649 357.655

Continuïteitsreserve 2.172.478 - - 28.960 2.201.438

Stichtingskapitaal 272 - - - 272

Totaal Diversen 1.871.930 11.057.242 6.918.853 4.550.166- 1.460.154

Totaal reserves en fondsen 3.327.402 27.317.391 28.646.752 0 1.998.041

Rentebaten en baten uit beleggingen 35.651

Opbrengst leveranciersrol 154.141

Kostendekking voor organisatiekosten 1.740.649

Organisatiekosten gedekt uit rentebaten/leveranciersrol/kostendekking 1.930.442

Totaal baten en lasten conform staat van baten en lasten 29.247.833 30.577.194

In deze appendix zijn de ontvangsten de gelden die beschikbaar zijn voor de projecten (dus na aftrek kosten overhead).

Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar meerdere plaatsen in het jaarverslag en de resultaten/bestedingen per land via

de website. Voor wat betreft de toekenning van fondsen en zie ook met name hetgeen beschreven staat in bijlage 5.

92 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 94: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

Appendix 2: Verloop sponsorfondsen

Jaar: 2015

Sald

o fo

nd

s p

er 1

-1

On

tvan

gen

Inh

ou

din

g o

rgan

isat

ieko

sten

Inh

ou

din

g ko

ersr

isic

o

Inko

mst

en (

net

to)

Bes

ted

ing

Ver

reke

nin

g vo

or-

gaan

de

jare

n

Kw

alit

eit

en

on

twik

keli

ng

Ove

rgeb

oek

t n

aar

and

ere

bes

tem

min

gen

*

Sald

o fo

nd

s p

er 3

1-1

2

ORGANISATIE € € € € € € € € € €

AEAD Burkina Faso 4.547- 119.299 6.951 2.379 109.969 98.784 - 8.545 70 1.836-

AMG Guatemala 33.148- 1.527.329 89.554 30.428 1.407.347 1.288.354 - 113.437 - 27.593-

AMG Haïti 28.424 130.263 8.176 2.587 119.500 97.650 - 8.447 - 41.827

AMG India 83.504- 1.236.713 77.664 24.653 1.134.396 990.066 - 88.291 - 27.464-

AMG Honduras 25.134 25.944 627 541 24.777 10.916 - 944 - 38.050

AMG Philippines 32.438- 521.505 32.665 10.393 478.446 451.290 13.011- 53.894 - 46.164-

AMG Thailand 3.888 54.256 3.397 1.076 49.784 47.250 - 4.087 23 2.358

CDA Colombia 119.051- 880.000 52.129 17.577 810.294 761.040 - 87.964 56 157.705-

COUNT India 13.807 137.942 8.690 2.750 126.503 109.936 - 9.509 - 20.865

CREDO Burkina Faso 36.226- 1.083.818 21.447 986.303 821.409 - 80.943 - 47.725

CSS Bangladesh 61.870- 380.358 31.938 7.474 340.946 331.380 - 28.664 25.000- 105.968-

Cotton Tree Foundation Sierra Leone 11.706- 43.740 810 35.640 35.280 - 3.052 - 14.397-

DEDRAS Benin 2.189- 29.060 1.605 580 26.875 28.350 - 2.452 - 6.116-

EFSL Sierra Leone - 3.360 77 67 5.040 - 436 - 2.260-

HOPE Enterprises Ethiopië 135.461 790.509 52.323 15.668 722.518 679.670 39.444- 60.664 - 157.089

IREF India 17.265 135.987 8.506 2.693 124.788 65.299 34.253- 2.840 58.170- 49.997

Parole & Action Haïti 384.100 1.578.582 79.103 31.733 1.467.747 1.247.400 44.305- 131.568 403.851- 113.333

WD India 137.647- 502.725 30.823 9.970 461.932 396.899 1.814- 35.849 - 106.649-

WD Lanka 18.930 86.808 2.091 1.803 82.915 75.600 5.871- 6.568 - 25.548

Totaal 104.686 9.268.199 569.675 184.628 8.513.895 7.541.614 -138.698 728.153 -486.872 640

* In de voorgaande jaren zijn er bedragen overgeboekt vanuit andere bestemmingen naar de sponsorbudgetten. In 2015 is een aantal bedragen overgeboekt naar andere bestemmingen die gerelateerd zijn aan sponsoring. Een sponsorfonds kan zowel een positief als een negatief saldo hebben. Omdat er sprake is van onderlinge solidariteit wereldwijd voor wat betreft overschotten en tekorten, is het totaalsaldo verantwoord onder Fondsen in de balans. Per 31 december van het verslagjaar waren tien sponsorfondsen negatief als gevolg van tegenvallende sponsorinkomsten in relatie tot de bestedingen van het sponsor-programma. Het verschil bestaat uit kindertallen die niet gedekt konden worden vanuit fondsenwerving. In de toekenningen voor bestedingen sponsorprogramma in de komende jaren wordt rekening gehouden met deze negatieve saldi. In 2016 wordt het saldo per begin 2015 in mindering gebracht op de toekenningen voor bestedingen sponsorprogramma. Voor 2017 wordt rekening gehouden met het ontstane saldo over 2015. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar meerdere plaatsen in het jaarverslag, onder meer hoofdstuk 2 paragraaf 2.

93Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 95: Woord en Daad Jaarverslag 2015

DOELSTELLINGLEVE-RAN-

CIERSROLWERVING BATEN

BEHEER & ADMINIS-

TRATIE

PartnerrolPMEL/

PMALobby

Bewust-wording

Eigen fond-senwerving

Acties derden

SubsidiesVerkoop

goederenTotaal

boekjaarBegroot

BoekjaarRekening

2014

€ € € € € € € € € € € € €

Educatie (EDU) 10.123.790 10.123.790 11.085.279 9.403.288

Agrarisch Vakonderwijs en Training

(AVET)

372.489 372.489 590.300 226.729

Vakonderwijs en Arbeidsbemidde-

ling (TVET / JBS)

2.596.709 2.596.709 2.726.495 2.597.309

Water, Sanitatie en Hygiëne

(WASH)

512.147 512.147 777.092 164.196

Basisvoorzieningen (BN) 2.251.315 2.251.315 2.150.992 2.184.016

Economische ontwikkeling (ED) 0 0 777.137 19.189

Agrarische ontwikkeling (AD) 180.986 180.986 1.072.810 1.468.849

Huizenbouwprogramma (LCH) 343.263 343.263 550.000 21.356

Capaciteitsopbouw (SPN) 689.594 689.594 767.392 503.988

Noodhulp (R&R) 2.676.255 2.676.255 1.500.000 4.191.445

Innovatieprogramma 11.774 11.774 150.000 174.755

Overig (o.a. ICT t.b.v. Allianties) 346.746 346.746 600.000 534.187

Regio-allianties 135.417 135.417 215.301 218.423

Red een Kind 4.075.977 4.075.977 3.988.341 4.789.920

PMEL/PMA 251.233 251.233 405.300 258.444

Lobby 55.564 55.564 49.500 41.245

Bewustwording 359.762 359.762 396.811 374.941

Subtotaal projectbestedingen 24.316.462 251.233 55.564 359.762 0 0 0 0 0 0 24.983.021 27.802.750 27.172.280

Salarissen en sociale lasten 966.342 584.258 74.035 388.321 72.563 597.848 38.637 159.614 3.325 645.862 3.530.804 3.471.599 3.467.008

Pensioenlasten 87.335 63.812 8.089 33.921 7.462 49.382 3.777 15.899 290 66.993 336.961 354.618 369.936

Reis- en verblijfskosten 24.683 15.344 889 14.328 2.505 18.558 1.247 4.861 128 20.092 102.636 78.461 104.666

Kosten inhuur personeel 60.663 9.864 1.186 24.016 1.294 18.531 609 16.106 52 10.293 142.614 44.106 58.706

Overige personeelskosten 33.353 22.183 2.841 14.995 2.506 21.936 1.519 6.346 115 24.123 129.917 129.100 151.612

Subtotaal personeelskosten 1.172.377 695.461 87.039 475.580 86.330 706.256 45.790 202.827 3.910 767.363 4.242.932 4.077.884 4.151.928

Bijdrage door derden 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Personeelskosten in

projectbestedingen

-16.902 -15.331 -1.888 -8.878 -2.270 -14.399 -935 -3.845 -78 -15.117 -79.643 0 -103.913

Totaal personeelskosten 1.155.475 680.130 85.152 466.702 84.060 691.856 44.855 198.982 3.832 752.246 4.163.289 4.077.884 4.048.015

Publiciteit & communicatie 557.127 8.168 565.295 557.332 501.329

Huisvestingskosten 53.995 36.453 4.431 24.154 4.268 36.521 2.470 9.994 197 39.757 212.240 355.500 231.019

Kantoorkosten (excl.

afschrijvingen)

64.144 42.702 5.234 30.445 4.729 42.242 2.364 12.356 233 45.805 250.255 189.500 212.288

Kosten RvT en vergaderingen

organisatie

5.843 3.800 1.467 1.511 323 2.352 155 659 13 2.551 18.674 10.000 64.826

Kosten werkbezoeken RvB 0 0 0 0 0 0 0 0 0 6.217 6.217 7.500 6.504

Overige algemene kosten 39.018 27.167 3.287 17.753 3.247 27.185 1.725 7.113 148 29.408 156.050 110.500 72.263

Afschrijving, rente en bankkosten 54.583 38.324 4.629 25.016 4.584 41.119 2.414 10.228 205 41.052 222.154 228.000 200.185

Subtotaal organisatiekosten 1.373.056 828.575 104.200 565.582 101.211 1.398.403 53.981 247.501 4.628 917.037 5.594.174 5.536.216 5.336.429

Totaal 2015 25.689.518 1.079.808 159.764 925.344 101.211 1.398.403 53.981 247.501 4.628 917.037 30.577.195 33.338.966 32.508.709

Begroot 2015 28.274.378 1.242.596 157.195 943.665 137.951 1.384.270 46.106 240.531 4.589 907.685

Realisatie voorgaand boekjaar 28.334.248 954.932 124.184 898.599 86.280 1.252.067 57.188 215.276 4.213 956.663

Verdeelsleutels:De verdeling van de personeelskosten over de kostendragers vindt plaats op basis van de gemiddelde tijdsbesteding.Bij het toerekenen van de personeelskosten is de richtlijn van GDN gevolgd. Dit houdt in dat de raad van bestuur volledig onder Beheer & Administratie valt, en de managers van de afdeling voor 20%. De algemene staffuncties vallen volledig onder Beheer & Administratie, HRM en ICT wordt toegerekend naar rato van het aantal fte per kostendrager. Afdeling Finance en Control valt deels ook onder PMADe indirecte kosten worden verdeeld op basis van de verdeling van de personeelskosten behalve monitoring en evaluatie.De werkbezoeken van de raad van bestuur en raad van toezicht worden volledig toegerekend aan beheer en administratie.Het gemiddeld aantal fte’s in 2015 bedroeg 64,13. In 2014 was dit 63,65 fte. Hiervan waren zowel in 2015 als in 2014 2 personen (2 fte) werkzaam in het buitenland.Het totaal van de kolommen doelstelling (€ 28.099.433) sluit aan met de verantwoorde bestedingen aan de doelstelling in de Staat van baten en lasten.

Kostensoort Kostendragers

Appendix 3: Model lastenverdeling

94 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 96: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

Appendix 3 (vervolg) Toelichting uitvoeringskosten

Totaal boekjaar Begroot boekjaar Vorig boekjaar

OVERIGE PERSONEELSKOSTEN

Opleidings- en trainingskosten 51.027 45.000 42.148

Onkostenvergoeding vrijwilligers 9.859 17.000 16.159

Overige personeelskosten 69.039 67.100 93.309

Totaal overige personeelskosten 129.924 129.100 151.617

HUISVESTINGSKOSTEN

Huur en overige huisvestingskosten 187.486 332.000 171.362

Servicekosten (incl. energie) 0 0 36.300

Onderhoud/schoonmaakkosten 24.759 23.500 23.362

Totaal huisvestingskosten 212.245 355.500 231.024

KANTOORKOSTEN

Kantoorbenodigdheden en drukwerk 24.273 19.000 16.251

ICT licenties en servicecontracten 236.630 173.500 152.798

Porti algemeen 30.649 28.000 30.181

Communicatie 20.918 19.500 20.056

Overige kantoorkosten 21.085 19.500 18.264

Bijdragen derden in kantoorkosten -83.282 -70.000 -25.260

Totaal kantoorkosten 250.273 189.500 212.289

KOSTEN RVT

Werkbezoeken 5.701 3.500 328

Reiskosten 1.982 0 8.589

Overige kosten 1.695 3.000 4.329

Totaal kosten RvT 9.378 6.500 13.246

VERGADERINGEN ORGANISATIE

Vergaderingen organisatie 9.296 3.500 11.813

Kosten onderzoek samenwerking WD-REK 0 0 39.765

Totaal kosten bestuur / afd. e.d. 9.296 3.500 51.579

KOSTEN WERKBEZOEKEN RVB

Werkbezoeken RvB 6.217 7.500 6.504

Totaal overige algemene kosten 6.217 7.500 6.504

OVERIGE ALGEMENE KOSTEN

Externe controle* 15.125 15.000 12.573

Advies-/notariskosten 98.619 45.500 11.538

Administratieve dienstverlening 0 0 787

Samenwerkingsverbanden (o.a. Prisma/Partos) 38.817 41.000 38.373

Overigealgemenekosten(o.m.ISO-certificeringenalgemeneabonnementen) 3.446 9.000 8.976

Totaal overige algemene kosten 156.008 110.500 72.247

*2014: waarin vrijval van 2013 begrepen (€ 3.822)

AccountantshonorariumDe volgende honoraria van Accon avm zijn in de lasten verantwoord:

Totaal boekjaar Begroot boekjaar Vorig boekjaar

Onderzoek jaarrekening 15.125 15.000 15.125

Andere controle-opdrachten 0 0 2.750

Adviesdienstenopfiscaalterrein** 13.423 0 14.044

Andere niet-controlediensten 0 0 6.145

** in het verslagjaar is onder meer geadviseerd rond de BTW-positie van Stichting Woord en Daad, zowel met het oog op fondsenwerving als de samenwerking met andere partijen. Deze kosten zijn verantwoord onder de advieskosten.

95Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 97: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Appendix 4: Berekening diverse normpercentages en ratio’sbedragen × € 1.000

Begroting 2016 Rekening 2015 Begroting 2015 Rekening 2014

Baten eigen fondsenwerving (incl. goederen): 23.275 19.645 22.789 19.737

Overige baten: 6.078 9.603 11.638 11.670

Totaal inkomsten Woord en Daad 29.353 29.248 34.427 31.407

Voor diverse kosten, zie model toelichting lastenverdeling.

CBF-NORM MAX. 25% (EIGEN NORM KOSTEN EIGEN FONDSENWERVING (MAX. 6% TEN OPZICHTE VAN BATEN EIGEN FONDSENWERVING)

Kosten eigen fondsenwerving (incl. verkoop goederen) 1.479 1.403 1.389 1.256

Baten eigen fondsenwerving 23.275 19.645 22.789 19.737

Percentage kosten eigen fondsenwerving (volgens CBF-criteria) 6,35% 7,14% 6,09% 6,37%

EIGEN NORM KOSTEN FONDSWERVING NIET EIGEN FONDSWERVING (MAX. 2,5% TEN OPZICHTE VAN DE BATEN NIET EIGEN FONDSWERVING)

Kosten werving subsidies en acties derden 284 301 287 272

Overige baten 6.078 9.603 11.638 11.670

Percentage kosten Fondswerving niet eigen fondswerving 4,67% 3,14% 2,46% 2,33%

EIGEN NORM KOSTEN BEHEER & ADMINISTRATIE (MAX. 3,1% VAN TOTALE INKOMSTEN)

Kosten Beheer & Administratie 918 917 908 957

Totale inkomsten 29.353 29.248 34.427 31.407

Percentage kosten Beheer & Administratie 3,13% 3,14% 2,64% 3,05%

EIGEN NORM OVERHEAD (KOSTEN FONDSENWERVING EN BEHEER EN ADMINISTRATIE MAX. 7,5% VAN TOTALE INKOMSTEN)

Organisatiekosten (zie model lastenverdeling) 2.681 2.622 2.583 2.485

Totale inkomsten 29.353 29.248 34.427 31.407

Percentage overhead 9,13% 8,96% 7,50% 7,91%

Het percentage overheadkosten voldoet niet aan de norm van maximaal 7,5% van de totale inkomsten. De overschrijding van 1,46% wordt met name veroorzaakt door de fors lagere inkomsten (1,33%) enerzijds en anderzijds de iets hogere overheadkosten (0,13%)

DIVERSE BESTEDINGSRATIO’S

Bestedingen PMEL/PMA t.o.v. totale projectbestedingen (excl. REK) * 2,24% 5,00% 5,46% 4,12%

Bestedingen partnerrol t.o.v. totale projectbestedingen (excl. REK) * 7,97% 6,35% 5,82% 6,31%

Bestedingen directe alliantiekosten t.o.v. totale projectbestedingen (excl. REK) 0,50% 0,63% 0,96% 0,94%

Bestedingen lobby ten opzichte van de totale inkomsten ** 3,61% 0,55% 0,46% 0,26%

Bestedingen bewustwording ten opzichte van totale inkomsten 3,09% 3,16% 2,56% 2,99%

* m.i.v. de begroting 2016 maken de PMEL-bestedingen onderdeel uit van de bestedingen partnerrol. ** m.i.v. de begroting 2016 worden ook lobbybestedingen in het Zuiden opgenomen in dit percentage.

DOELBESTEDINGSRATIO (TOTAAL VAN DE BESTEDINGEN TEN OPZICHTE VAN TOTAAL VAN DE INKOMSTEN EN TEN OPZICHTE VAN TOTAAL BESTEDINGEN)

Totaal bestedingen aan doelstellingen 26.546 26.929 29.812 29.413

Totaal inkomsten 29.353 29.248 34.427 31.407

Totaal lasten 29.227 30.577 33.339 32.509

Doelbestedingsratio ten opzichte van de inkomsten 90,44% 92,07% 86,60% 93,65%

Doelbestedingsratio ten opzichte van de totale bestedingen 90,83% 88,07% 89,42% 90,48%

Solvabiliteit (reserves / totaal vermogen) niet gedefinieerd 14,87% niet gedefinieerd 15,89%

96 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 98: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

Appendix 5. Verschillen analyse begroting en jaarrekening

De gepresenteerde begroting 2015 betreft de in mei 2015

officieelgoedgekeurdeherzienebegrotingdoorderaadvan

toezicht. Deze cijfers wijken dus af van de gepresenteerde

begroting 2015 in de jaarrekening 2014. Gedurende het ver-

slagjaar zijn inkomsten en uitgaven bewaakt via de categorie

systematiek. Zie voor een uitgebreidere analyse van verschil-

len ook het jaarverslag.

Baten

Baten uit eigen fondsenwerving (particulieren)

Totaal rekening 15.425.603

Totaal begroting 16.288.500

Verschil -862.897

Totaal rekening vorig boekjaar 16.364.545

Totaal waren de inkomsten Particulieren inclusief noodhulp

in 2015 € 862.897 lager dan begroot. Daarvan kwamen de

overige inkomsten Particulieren € 1.529.509 lager uit dan

begroot. Verder waren de sponsorinkomsten € 266.175

lager dan begroot. De lagere inkomsten op overige projecten,

ook ten opzichte van 2014, worden veroorzaakt door lagere

inkomsten vanuit comités, nalatenschappen en natura (onder-

wijsinstellingen). De acties derden van niet-fondswervende

instellingen, sinds 2014 opgenomen in deze baten, kwamen

€ 645.239 lager uit dan begroot. De totale inkomsten voor

noodhulp van particulieren waren in 2015 € 2.106.017 (2014

€ 1.906.923) en lagen daarmee € 1.606.017 hoger dan de

begroting. Het begrotingsbedrag van € 16.288.500 bestaat

voor € 14.503.500 uit groen budget (inclusief € 500.000

noodhulpinkomsten), wat een zekerheidsniveau in de begro-

ting heeft van 100% en wat gekoppeld is aan een groen budget

aan de uitgavenkant, dat zonder meer uitgegeven kan worden.

Totaal is er € 655.924 minder dan de groene begroting binnen-

gekomen, afgezien van noodhulp. Ten opzichte van 2014 is

er voor het sponsorprogramma minder binnengekomen. Per

saldo waren er meer afmeldingen dan aanmeldingen.

Baten uit eigen fondsenwerving (bedrijven)

Totaal rekening 2.482.744

Totaal begroting 3.000.000

Verschil -517.256

Totaal rekening vorig boekjaar 2.019.613

De fondsenwerving bij Bedrijven bleef iets achter op de

begroting, maar ligt ruim 20% boven het gerealiseerde niveau

van 2014, hetgeen verklaard kan worden door verbeterde

acquisitie-inspanningen, het gegroeide aantal betrokken bedrij-

ven, gecombineerd met het economisch herstel, wat een goede

uitgangspositie voor de toekomst geeft. De Business Platform-

en Business Partnerinkomsten groeiden ten opzichte van 2014

maar bleven wel met € 69.005 achter bij de begroting. In 2015

zijn de inkomsten van de regio-ondernemers € 52.000 hoger

uitgekomen ten opzichte van 2014, hoewel zij ten opzichte van

de begroting met € 65.000 achterbleven. De sponsorinkomsten

kwamen € 1.886 iets hoger uit dan de begroting. De overige

inkomsten bleven achter met € 408.423. Hier staat tegenover

dat bedrijven een bedrag van € 223.654 doneerden voor nood-

hulp, waarvoor niets was begroot. De overige oranje begrote

inkomsten van € 200.000 werden niet gerealiseerd. Het begro-

tingsbedrag van € 3.000.000 bestaat voor € 2.800.000 uit groen

budget (waarvan geen noodhulp begroot). Ten opzichte van de

groene begroting is dus € 317.256 minder binnengekomen.

Baten uit eigen fondsenwerving (vermogensfondsen)

Totaal rekening 1.484.255

Totaal begroting 3.500.000

Verschil -2.015.745

Totaal rekening vorig boekjaar 1.352.376

De fondsenwerving bij Vermogensfondsen was fors lager dan

begroot en iets hoger ten opzichte van een jaar geleden, waar-

bij wordt opgemerkt dat 2014 incidenteel laag was omdat op

verzoek van de donor inkomsten werden verantwoord in 2013

in plaats van 2014. Met één nieuwe donor werd een langdu-

rige relatie aangegaan. Het begrotingsbedrag van € 3.500.000

bestaat voor € 2.500.000 uit groen budget. Ten opzichte van

De groene begroting is dus € 1.015.745 minder binnengeko-

men. De oranje inkomsten, begroot op € 1.000.000 werden,

evenals in 2014, (nog) niet gerealiseerd.

Aandeel in acties derden

Totaal rekening 2.093.641

Totaal begroting 2.998.645

Verschil -905.004

Totaal rekening vorig boekjaar 3.616.217

Het aandeel in acties derden is € 905.000 lager dan begroot,

waarbij wordt vermeld dat het achterblijven geheel bestond

uit achterblijvende oranje inkomsten (€ 886.189),

de groene inkomsten waren € 18.811 lager dan begroot, gro-

tendeels veroorzaakt door een iets lagere eigen bijdrage Red

een Kind op MFS, waartegenover ook bestedingen

staan. De totale begroting van € 2.998.645 bestaat voor

€ 1.998.645 uit groen budget

Zie voor de verschillen met 2014 (13) Aandeel in acties der-

den uit de staat van baten en lasten.

Subsidies van overheden

Totaal rekening 7.473.876

Totaal begroting 8.346.929

Verschil -873.053

Totaal rekening vorig boekjaar 7.839.276

De subsidies van overheden lagen onder de begroting. Dit

wordt vooral verklaard door het feit dat er wel nieuwe fondsen

binnengehaald zijn, maar tot relatief lage inkomsten in 2015

leidden, gezien de relatief lange opstart- en aanloopfases

van deze subsidies, waardoor bestedingen nog relatief laag

waren. Concurrentie op het gebied van institutionele fondsen,

bezuinigingen van institutionele donoren als gevolg van de

97Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 99: Woord en Daad Jaarverslag 2015

economische crisis en de inzetbare capaciteit speelden Woord

en Daad parten, ondanks het feit dat ingediende aanvragen

kwalitatief goed scoorden. In 2015 is samen met regionale

allianties verder ingezet op institutionele donoren, via de

regionale fondsenwervers in het Zuiden, die partnerorganisa-

ties ondersteunen bij het schrijven van subsidieaanvragen. De

totale begroting van € 8.346.929 bestaat voor € 7.846.929

uit groen budget. Er is € 373.053 minder binnengekomen dan

gepland op het groene budget, wat grotendeels wordt ver-

klaard uit het doorschuiven van een deel van de MFS-subsidie

(€ 500.000), waarvan de activiteiten in 2016 zullen worden

afgerond.

Rentebaten en baten uit beleggingen

Totaal rekening 35.651

Totaal begroting 50.000

Verschil -14.349

Totaal rekening vorig boekjaar 44.180

Door de afnemende liquiditeiten als gevolg van noodhulpbe-

stedingen en de lage rentestand zijn de rentebaten iets lager

dan vorig jaar en dan de begroting.

Opbrengst leveranciersrol

Totaal rekening 154.141

Totaal begroting 180.000

Verschil -25.859

Totaal rekening vorig boekjaar 122.871

Er zijn onder andere minder personeelskosten doorbelast aan

derden dan begroot. Zie ook de toelichting bij (16).

Opbrengst bewustwording

Totaal rekening 97.921

Totaal begroting 62.700

Verschil 35.221

Totaal rekening vorig boekjaar 46.985

De inkomsten zijn hoger dan begroot wegens het plaatsvinden

van meer reizen. Voor deze reizen betalen de deelnemers een

eigen bijdrage.

Bestedingen

Structurele programma’s

Totaal rekening 23.013.263

Totaal begroting 26.774.378

Verschil -3.761.115

Totaal rekening vorig boekjaar 23.767.862

Aangezien gedurende het jaar bleek dat de inkomsten lager

zouden uitkomen dan begroot zijn er ook minder projecten

goedgekeurd. Meer informatie is te vinden onder de toelich-

ting bij de verschillende programma’s in het jaarverslag.

De begroting bestaat voor € 22.970.330 uit groen budget.

Aangezien gedurende het jaar bleek dat de oranje inkomsten

nauwelijks zouden binnenkomen, is dit oranje budget niet

vrijgegeven, behalve een paar projecten in de oranje categorie

waarspecifiekgelabeldeinkomstenvoorbinnenkwamen.

Per programma is maatwerk toegepast in de toekenningen,

waarbij deze gekoppeld zijn aan de inkomsten.

Noodhulp

Totaal rekening 2.676.255

Totaal begroting 1.500.000

Verschil 1.176.255

Totaal rekening vorig boekjaar 4.191.445

Aan noodhulp is fors meer uitgegeven dan begroot, als gevolg

van de noodhulpacties voor Nepal, Filipijnen en Irak. Zie voor

een gedetailleerder overzicht (8) Fondsen.

Lobby

Totaal rekening 159.764

Totaal begroting 157.195

Verschil 2.569

Totaal rekening vorig boekjaar 124.184

De totale besteding aan lobby liggen in lijn met de begroting.

Bewustwording

Totaal rekening 925.344

Totaal begroting 943.665

Verschil -18.321

Totaal rekening vorig boekjaar 898.599

De totale bestedingen aan bewustwording liggen in lijn met de

begroting.

PMEL/PMA

Totaal rekening 1.079.808

Totaal begroting 1.242.596

Verschil -162.788

Totaal rekening vorig boekjaar 954.932

De totale bestedingen aan PMEL/PMA ligt lager dan de begro-

ting. Dit sluit aan met de lagere besteding aan structurele

programma’s ten opzichte van de begroting (zie hierboven).

Kosten werving Baten

Totaal rekening 1.704.513

Totaal begroting 1.675.496

Verschil 29.017

Totaal rekening vorig boekjaar 1.528.744

Het percentage kosten werving totale baten kwam uit op

5,82% (8,96% totaal minus 3,14% beheer en administratie),

hetgeen hoger was dan begroot 4,86% (7,5% totaal minus

2,64% beheer en administratie), hetgeen verklaard wordt door

een overschrijding in de kosten (0,1%) in combinatie met de

achterblijvende inkomsten (0,86%). De personeels- en organi-

satiekosten voor werving baten waren nagenoeg overeenkom-

stig de begroting. De directe kosten waren € 10.000 hoger

dan begroot. De kosten voor jongerenbeleid en de diverse

98 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 100: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

magazines waren lager dan begroot. Daarentegen waren de

kostenvooradvertentiesenmailingenflinkhoger.Zievooreen

verdere uitsplitsing ook (23).

Kosten Beheer & Administratie

Totaal rekening 917.037

Totaal begroting 907.685

Verschil 9.352

Totaal rekening vorig boekjaar 956.663

De kosten Beheer & Administratie zijn iets hoger uitgevallen

dan begroot, maar sterk gedaald ten opzichte van 2014. Voor

kosten Beheer & Administratie geldt een maximumpercentage

van 3,1% (zie ook appendix 4). In 2014 lag dit percentage op

3,06% en in 2015 kwam dit uit op 3,14%.

Overige toelichting op kosten overhead

De belangrijkste verschillen tussen begroting en realisatie

in 2015 bestaan uit lagere huisvestingskosten (geen huur

verschuldigd in 2015). In de huisvestingskosten zit een bijzon-

dere post begrepen inzake een regeling met de verhuurder

van de beoogde locatie in Utrecht. Hoger dan begroot waren

de kosten van aanwezig eigen en ingehuurd personeel, wat

verklaard wordt door inhuur van niet-begroot personeel en

tijdelijke vervanging bij ziekte. De hoger dan begrote ICT-

kosten zijn veroorzaakt doordat na overgang naar de nieuwe

leverancier de periodieke kosten hoger bleken dan begroot,

waarop inmiddels actie is ondernomen. De advieskosten zijn

hoger uitgekomen dan begroot in verband met met ingewon-

nen advies met betrekking tot verkleining van de kwetsbaar-

heid ten aanzien van ICT. Daarnaast is advies ingewonnen om

organisatiebreedprocessenefficienterteorganiserenengoed

voorbereid te zijn op de nieuwe manier van werken (Project

Slimmer).

Zie voor een verdere uitsplitsing appendix 3 Toelichting

uitvoeringskosten.

Appendix 6: Toelichting bezoldiging raad van bestuur en raad van toezicht

Naam Dr.h.c. Ir. Jan Lock

Functie Directeur-bestuurder

DIENSTVERBAND

Aard Onbepaald

Uren 36

Percentage dienstverband 100%

Periode 01-01-15 t/m 31-12-15

BEZOLDIGING

Bruto jaarsalaris 88.883

Vakantiegeld 7.042

Eindejaarsuitkering 1.485

Variabel inkomen* 2.508

Salaris volgens VFI-systematiek 99.918

Maximaal salaris volgens VFI-systematiek** (conform Adviesregeling Directeuren Goede Doelen VFI)

124.233

SV lasten (wg deel) 9.330

Pensioenlast (wg deel) 14.115

Totaal 2015 incl. SV en pensioenlasten 123.363

Totaal 2014 incl. SV en pensioenlasten*** 119.152

Toelichting:Percentage eindejaarsuitkering is 8,33% conform de BBRA, verminderd met uitruil belastbaar loon.

* Variabel inkomen van de heer Lock betreft de verkoop van vakantiedagen, conform de arbeidsvoorwaarden van Woord en Daad** Het maximaal salaris volgens VFI-systematiek in 2015 betreft het totale bruto salaris, SV-lasten en pensioenlasten worden hierin niet meegenomen.*** Het maximaal salaris volgens VFI-systematiek betrof in 2014 voor J. Lock € 117.222. Het brutosalaris van dhr. J. Lock in 2014 was € 95.274.

Aan de leden van de raad van bestuur en raad van toezicht zijn geen leningen, voorschotten of garanties verstrekt. De leden van de raad van toezicht ontvangen geen bezoldiging.

99Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 101: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Appendix 7: Analyse gerealiseerd saldo versus begroot saldo baten en lasten

Begroot saldo baten en lasten 1.087.808

EFFECTEN ROND INKOMSTEN:

Lagere inkomsten voor sponsorprogramma particulieren en bedrijven -264.290

Lagere inkomsten overige giften particulieren -2.202.738

Hogere noodhulpinkomsten particulieren, bedrijven en vermogensfondsen 1.629.671

Lagere inkomsten giften bedrijven (excl. sponsoring en noodhulp) -542.796

Lagere inkomsten giften vermogensfondsen (excl. noodhulp) -2.015.745

Lagere inkomsten uit aandeel in acties derden -905.004

Lagere inkomsten subsidies overheden -873.053

Lagere inkomsten rentebaten en baten uit beleggingen -14.349

Lagere opbrengst leveranciersrol -25.859

Hogere opbrengst bewustwording 35.221

Totaal lagere inkomsten -5.178.941

EFFECTEN ROND BESTEDINGEN:

Hogere noodhulpbestedingen -1.176.255

Koersresultaat (verlies) op programma’s -381.038

Lagere programmabestedingen als gevolg van lagere inkomsten 4.142.153

Hogere bestedingen lobby -2.569

Lagere bestedingen bewustwording 18.321

Lagere bestedingen PMEL/PMA 162.788

Lagere kosten leveranciersrol 36.740

Totaal lagere bestedingen 2.800.140

EFFECTEN ROND OVERHEAD:

Hogere kosten werving baten -29.017

Hogere kosten beheer en administratie -9.352

Gerealiseerd saldo baten en lasten -1.329.363

Woord en Daad werkt met een koppeling tussen inkomsten en uitgaven. Gezien de lagere inkomsten ten opzichte van de begroting

is er ook minder aan projecten besteed dan begroot. Zie ook de toelichting in de staat van baten en lasten voor de toevoeging

enonttrekkingaanreservesenfondsenvanhetresultaat.Zievoorverderereflectieopdeafwijkingenvandebegrotinghet

jaarverslag.

Overige gegevens

Statutaire regeling inzake bestemming saldo baten en lastenStatutair zijn geen aanvullende bepalingen opgenomen over de bestemming van het saldo van de baten en lasten.

Voorstel resultaatbestemmingHiervoor wordt verwezen naar de staat van baten en lasten, waar dit onderaan nader is uitgewerkt.

Gebeurtenissen na balansdatumNa balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen als hier bedoeld plaatsgevonden.

Controleverklaring van de onafhankelijk accountantOp de volgende pagina is de controleverklaring van de onafhankelijke acountant opgenomen.

100 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 102: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

Appendix 8: Controleverklaring

101Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 103: Woord en Daad Jaarverslag 2015

LASTEN

Programma’s

Educatie (EDU) 9.399.100

Vakonderwijs en Arbeidsbemiddeling (TVET / JBS) 2.528.686

Subtotaal regulier 11.927.786

in % van doelstelling 47%

Agrarisch Vakonderwijs en Training (AVET) 1.167.650

Water, Sanitatie en Hygiëne (WASH) 1.172.958

Agrarische ontwikkeling (AD) 3.962.883

Voedselzekerheid 1.041.201

Subtotaal nieuwe focus 7.344.692

in % van doelstelling 29%

Huizenbouwprogramma (LCH) 289.500

Capaciteitsopbouw (SPN) 337.750

Innovatieprogramma 144.750

Noodhulp 1.447.500

Overig (ICT t.b.v. partners, beleidsconferenties etc.) 386.000

Subtotaal overige programma’s 2.605.500

in % van doelstelling 10%

REK 0

Directe alliantiekosten 91.851

Lobby 332.888

Bewustwording 876.067

PMA 489.799

Partnerrol 1.743.728

Leveranciersrol 187.821

Totaal doelstelling 25.600.132

Kosten fondsenwerving 1.701.349

Kosten Beheer en Administratie 886.024

Totaal overhead 2.587.373

Som van de lasten 28.187.505

Resultaat 1.165.013

Toevoeging/onttrekking aan:

Koersreserve sponsoring 190.600

Koersreserve overige projecten 73.160

Negatieve sponsorreserve (inhalen) -

Opbouw sponsorfondsen 50.000

Bestemmingsfondsen noodhulp -500.000

Overige bestemmingsfondsen 250.000

Algemene reserve 1.101.253

1.165.013

9.3 BEGROTING 2016

EIGEN FONDSENWERVING:

Sponsorprogramma 9.392.500

Overige giften particulieren 6.103.887

Noodhulp 1.305.000

Giften bedrijven (exclusief sponsoring) 2.850.000

Vermogensfondsen 3.500.000

Subtotaal eigen fondsenwerving 23.151.387

BATEN UIT ACTIES VAN DERDEN:

Aandeel in acties derden (overig) 1.076.084

Subtotaal baten acties van derden 1.076.084

SUBSIDIES OVERHEDEN:

Op reguliere programma’s 1.251.497

Op nieuwe focus 3.500.000

Subtotaal subsidies overheden 4.751.497

Inkomsten bewustwording 123.550

Baten uit beleggingen 50.000

Inkomsten leveranciersrol 200.000

Som van de baten 29.352.518

Het subsidielandschap zal vanaf 2016 drastisch veranderen.

2015 is het laatste jaar van de MFS-2 subsidie (alsook Prisma).

Dergelijke brede programmatische subsidies zullen ook niet

meer terug komen, vanaf 2016 zal er gewerkt worden met meer

specifiekesubsidiesmetoverhetalgemeeneenkorterelooptijd,

die via een tendersysteem worden toegekend. Op basis van

de trendanalyse is voor 2016 een lagere inkomstenbegroting

opgesteld dan voor 2015 begroot was. Dit wordt grotendeels

veroorzaakt door het wegvallen van de MFS-subsidie/Prisma,

die niet direct in 2016 kunnen worden gecompenseerd met

andere subsidies. Andere inkomsten categorieën groeien juist,

onder andere vanwege economisch herstel.

Het inkomstenniveau heeft uiteraard gevolgen voor de beste-

dingen. Het BN Health-programma is per eind 2015 uitgefa-

seerd. De programma’s AVET en WASH zijn in 2014 opgestart

en worden de komende jaren verder uitgebreid. TVET-JBS

blijft in 2016 nog op niveau, maar zal in de jaren daarop

worden afgebouwd, allereerst door JBS zelfstandig te maken

en vervolgens TVET bij bestaande partners. De vrijgekomen

ruimte zal deels worden ingezet voor TVET in fragiele regio’s.

Daarnaast komt er meer integraliteit tussen de programma’s

AVET, AD en FNS aangezien deze interventies elkaar verster-

ken en deels overlappen.

Ten slotte is er als gevolg van het tekort in de algemene

reserve per eind 2015 een pakket aan herstelmaatregelen

getroffen, waarbij de algemene reserve per eind 2016 weer

positief is.

102 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 104: Woord en Daad Jaarverslag 2015

FINANCIËLE VERANTWOORDING

INKOMSTEN 2016 2017 2018 2019 2020

EIGEN FONDSENWERVING:

Sponsorprogramma 9.392.500 9.577.650 9.625.538 9.673.666 9.722.034

Overige giften particulieren 6.103.887 6.273.000 6.398.460 6.526.429 6.656.958

Noodhulp 1.305.000 500.000 500.000 500.000 500.000

Giften bedrijven (exclusief sponsoring) 2.850.000 2.907.000 2.965.140 3.024.443 3.084.932

Vermogensfondsen 3.500.000 3.675.000 3.858.750 4.051.688 4.254.272

Subtotaal eigen fondsenwerving 23.151.387 22.932.650 23.347.888 23.776.225 24.218.196

BATEN UIT ACTIES VAN DERDEN:

Aandeel in acties derden (overig) 1.076.084 1.091.969 1.124.728 1.158.470 1.193.224

Subtotaal baten acties van derden 1.076.084 1.091.969 1.124.728 1.158.470 1.193.224

SUBSIDIES OVERHEDEN:

Op reguliere programma’s 1.251.497 2.750.000 2.805.000 2.861.100 2.918.322

Op nieuwe focus 3.500.000 1.500.000 1.875.000 2.343.750 2.929.688

Subtotaal subsidies overheden 4.751.497 4.250.000 4.680.000 5.204.850 5.848.010

Inkomsten bewustwording 123.550 126.021 128.541 131.112 133.734

Baten uit beleggingen 50.000 50.000 50.000 50.000 50.000

Inkomsten leveranciersrol 200.000 500.000 625.000 781.250 976.563

Som van de baten 29.352.518 28.950.640 29.956.158 31.101.908 32.419.726

LASTEN 2016 2017 2018 2019 2020

PROGRAMMA’S

Educatie (EDU) 9.399.100 10.752.721 10.537.666 10.326.913 10.326.913

Vakonderwijs en Arbeidsbemiddeling (TVET / JBS) 2.528.686 2.644.700 2.565.359 2.514.052 2.514.052

Subtotaal regulier 11.927.786 13.397.421 13.103.025 12.840.965 12.840.965

in % van doelstelling 47% 51% 48% 45% 43%

Agrarisch Vakonderwijs en Training (AVET) 1.167.650 1.500.000 2.000.000 2.500.000 3.000.000

Water, Sanitatie en Hygiëne (WASH) 1.172.958 1.500.000 1.750.000 2.000.000 2.500.000

Agrarische ontwikkeling (AD) 3.962.883 3.000.000 3.450.000 3.700.000 3.700.000

Voedselzekerheid 1.041.201 900.000 925.000 950.000 950.000

Subtotaal nieuwe focus 7.344.692 6.900.000 8.125.000 9.150.000 10.150.000

in % van doelstelling 29% 26% 30% 32% 34%

Huizenbouwprogramma (LCH) 289.500 566.500 575.000 601.000 619.030

Capaciteitsopbouw (SPN) 337.750 350.000 431.658 345.326 362.593

Innovatieprogramma 144.750 400.000 500.000 500.000 500.000

Noodhulp 1.447.500 500.000 500.000 500.000 500.000

Overig (ICT t.b.v. partners, beleidsconferenties etc.) 386.000 600.000 600.000 600.000 600.000

Subtotaal overige programma’s 2.605.500 2.416.500 2.606.658 2.546.326 2.581.623

in % van doelstelling 10% 9% 10% 9% 9%

REK 0 0 0 0 0

Directe alliantiekosten 91.851 125.000 216.686 125.000 125.000

Lobby 332.888 350.000 138.560 360.000 370.000

Bewustwording 876.067 664.549 692.799 725.695 764.326

PMA 489.799 567.848 595.867 613.432 639.315

Partnerrol 1.743.728 1.135.696 1.191.734 976.865 928.629

Leveranciersrol 187.821 750.000 625.000 1.031.250 1.226.563

Totaal doelstelling 25.600.132 26.307.013 27.295.329 28.369.533 29.626.420

Kosten fondsenwerving 1.701.349 1.383.520 1.408.586 1.434.440 1.461.116

Kosten Beheer en Administratie 886.024 897.470 928.641 964.159 1.005.012

Totaal overhead 2.587.373 2.280.990 2.337.227 2.398.599 2.466.127

Som van de lasten 28.187.505 28.588.004 29.632.556 30.768.133 32.092.547

Resultaat 1.165.013 362.637 323.602 333.775 327.179

Toevoeging/onttrekking aan:

Koersreserve sponsoring 190.600 190.600 190.600 190.600 190.600

Koersreserve overige projecten 73.160 76.818 80.659 84.692 88.926

Negatieve sponsorreserve (inhalen) 0 0 0 0 0

Opbouw sponsorfondsen 50.000 50.000 50.000 50.000 50.000

Bestemmingsfondsen noodhulp -500.000 0 0 0 0

Overige bestemmingsfondsen 250.000 0 0 0 0

Algemene reserve 1.101.253 45.219 2.343 8.483 -2.347

1.165.013 362.637 323.602 333.775 327.179

Zie ook de toelichting op de jaarbegroting 2016. De totale inkomsten groeien jaarlijks, waarbij bij subsidies onderscheid gemaakt wordt tussen reguliere programma’s (EDU en TVET) en programma’s die verder uitgebouwd worden (AVET, WASH, IAD en BN-FNS). Vooral in de laatste categorie is groei begroot, omdat hier ook goede fondskansen zijn. Deze programma’s worden daarom ook verder uitgebouwdtotcirca1/3evandebestedingenaandedoelstelling.Deprogramma’sEDU/TVETzijngemaximeerdop50%enzalintoenemendemategefinancierdwordenvanuit de stijgende sponsorinkomsten. De kosten partnerrol worden fors lager doordat Woord en Daad steeds meer betaalde dienstverlening gaat bieden aan partner orga-nisaties, die echter hier ook consultants voor in kunnen zetten of dit binnen de eigen capaciteit uitvoeren. Begrote overheadkosten, maar ook partnerrol, L&A, AR en PMA zijn gekoppeld aan de bijbehorende normpercentages.

» Meerjarenbegroting 2016-2020

103Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 105: Woord en Daad Jaarverslag 2015

104 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 106: Woord en Daad Jaarverslag 2015

105Woord en Daad JAARVERSLAG 2015 105Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

1. Raad van bestuur en raad van toezicht

2. Nevenfuncties

3. Functies

4. Organogram

5. Procesbeheersing, risicobeheersing en verantwoording

6. Onderzoeksrapport

7. Stakeholders en netwerken

8. Theory of Change

9. Certificaat Climate Neutral Group

BIJLAGEN

Page 107: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE01

Raad van bestuur en raad van toezicht

» Raad van bestuur

Dr.h.c. Ir. Jan LockFunctie: Directeur-bestuurder

Ingangsdatum: per 01-01-2008

» Raad van toezicht

Naam Jaar 1e verkiezing Aftredend / hernoembaar op

Ds. C. Westerink - voorzitter Predikant

2009 31-12-2016hernoembaar

Ing. C. van BurgDirecteur kapitaalinvesteringen Dow Chemical

2010 31-12-2017hernoembaar

Dhr. B. Jaspers FaijerWethouder

2014 31-12-2017hernoembaar

Dr. P. HonkoopMDL-arts

2007 31-12-2018niet hernoembaar

P.W. Nobel RARegisteraccountant

2011 31-12-2018hernoembaar

Mr. M.A. Overbeeke – Boer Politiek verslaggever NOS

2014 31-12-2017 hernoembaar

Dr. R. ToesDirecteur Wartburg College, locatie Guido de Bres

2015 31-12-2018hernoembaar

» Auditcommissie

Naam Aftredend / hernoembaar op

P.W. Nobel RA Registeraccountant

31-12-2018hernoembaar

Dr. P. Honkoop MDL-arts

31-12-2018niet hernoembaar

J. Gouw RARegisteraccountant

31-12-2016hernoembaar

106 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 108: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE02

» Raad van bestuur

Directeur-bestuurder: Dr.h.c. Ir. Jan Lock

NEVENFUNCTIES RISICOANALYSE

Adviseur Stichting Poverty Share Investments (onbezoldigd) Geen risico’s, nevenfunctie past bij functie Woord en Daad

Bestuurslid (penningmeester) Stichting Gezamenlijke Evaluaties Partos (onbezoldigd)

Geen risico’s, nevenfunctie past bij functie Woord en Daad

Bestuurslid Vereniging Co-Prisma (onbezoldigd)Mandaat ligt in verlengde van Prisma.

Geen risico’s, nevenfunctie past bij functie Woord en Daad

DGA Adicisim B.V. (deeltijd 5%: bezoldigd) Adicisim B.V. levert (interim-)management en (bestuurlijk) advies. Voor zover er bij klanten van Adicisim sprake kan zijn van belangenverstrengeling wordt dit gemeld aan de raad van toezicht van Woord en Daad

Gemeenteraadslid van Gemeente Giessenlanden (bezoldigd) Geen risico’s, geen verband met functie Woord en Daad

Lid wetenschappelijke adviesraad voor kennisontwikkeling en lectoraten Driestar Educatief (onbezoldigd)

Geen risico’s, nevenfunctie past bij functie Woord en Daad en samenwerking Driestar Educatief en Woord en Daad

Lid van de Raad van Commissarissen New World Campus (onbezoldigd)

Geen risico, steunt de activiteiten van Woord en Daad

Bestuurder Impact Booster B.V. Den Haag (onbezoldigd) Geen risico’s, nevenfunctie past bij functie Woord en Daad

Bestuurder Stichting Business 4 Impact Utrecht (onbezoldigd) Geen risico’s, nevenfunctie past bij functie Woord en Daad

» Raad van toezicht

Naam Nevenfuncties

Ds. C. Westerink - voorzitterPredikant

Ing. C. van BurgDirecteur kapitaalinvesteringen Dow Chemical

- Lid Provinciaal Bestuur SGP Zeeland- Bestuurslid Stichting Poverty Share Investments (PSI)

Dhr. B. Jaspers FaijerWethouder

- Bestuurslid Stichting Restauratie en Innovatie in de Bouw Overijssel (RIBO)- Lid algemeen bestuur werkvoorzieningschap Reestmond- Bestuurslid Uitvoeringscommissie Ruilverkaveling Staphorst

Dr. P. HonkoopMDL-arts

- Bestuurslid Nederlandse Vereniging voor Maag-, Darm- en Leverartsen

P.W. Nobel RARegisteraccountant

- Bestuurslid Stichting Poverty Share Investments te (PSI)

Mr. M.A. Overbeeke – BoerPolitiek verslaggever NOS; jurist

- Lid raad van advies Nederlands Dagblad

Dr. R. ToesDirecteur Wartburg College, locatie Guido de Bres

- Geassocieerd lid van de Onderwijsraad

Nevenfuncties

107Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 109: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE03

Functies

» Woord en Daad december 2015

Functienaam Naam Medewerker fte

DIRECTIE

Directeur-bestuurder Dr.h.c. Ir. Jan Lock

Directiesecretaresse Tosca van Beek - van Breda

Stafmedewerker Kwaliteitsmanagement Harmke van Ooijen-Oomen

Stafmedewerker Communicatie Drs. Wilma van der Meij - van Doorn

Stafmedewerker HRM Herman Hendriks

Stafmedewerker ICT Gert-Jan van den Berg

Stafmedewerker Beleidsbeïnvloeding Drs. Evert-Jan Brouwer

Stafmedewerker Beleidsbeïnvloeding Eddie Krooneman MSc

Stafmedewerker Beleidsontwikkeling Ir. Leen Stok

6,73

AFDELING FINANCE, PROJECTADMINISTRATIE EN CONTROL

Manager Finance, Projectadministratie en Control Jan van der Bas QC

Assistant-manager Finance, Projectadministratie en Control Drs. Arnold van Willigen

1,67

UNIT FINANCE EN CONTROL

Coördinator Finance en Control Albert Don AA

Analist Finance en Control Ernst Prosman

Medewerker Finance en Control Peter Zegers

Medewerker Finance en Control Bram van Nordennen

Medewerker Finance en Control Gerrit-Jan Klein Beekman

4,22

UNIT PROJECTADMINISTRATIE

Medewerker Projectadministratie Hilda de Vries

Medewerker Projectadministratie Klaasje Kooiker

2,00

AFDELING COMMUNICATIE EN FONDSEN

Manager afdeling Communicatie en Fondsen Rina Molenaar MSc

Programmamedewerker Noodhulp/medewerker communicatiepool Tineke Morren

Medewerker Communicatie en Fondsen/eindredacteur Annemarie vd Plas MSc

Secretaresse afdeling Communicatie en Fondsen Carlien Walhout-Maljaars

Data-analist Jan-Frans de Bruijn

Webmaster Barend Visser

Coördinator communicatiepool Gerjan Agterhof

5,22

UNIT BEWUSTWORDING

Hoofd unit Bewustwording/perscoördinator Mariska Dijkstra-Wolters

Medewerker bewustwording en jongerenactiviteiten Els Hogendoorn

1,44

UNIT SPONSORPROGRAMMA

Hoofd unit Sponsorprogramma Annelien Bom

Administratief medewerker unit Sponsorprogramma Marianne Bossenbroek-de Vries

Administratief medewerker unit Sponsorprogramma Cindy van Luttikhuizen-Metselaar

Administratief medewerker unit Sponsorprogramma Willemijn Bax - Schouten

2,77

UNIT INSTITUTIONELE FONDSEN

Hoofd unit Institutionele Fondsen Drs. Pascal Ooms

Medewerker unit Institutionele Fondsen Siripha van Driel

Medewerker unit Institutionele Fondsen Fieneke van den Bosch-de Jong MSc

2,56

UNIT FONDSENWERVING BEDRIJVEN

Communicatiemedewerker unit Bedrijven Willemijn ten Brinke - Molendijk

Assistent Fondsenwerving unit Bedrijven Willemien van Wijnen - Vos

Accountmanager unit Bedrijven Wilhelm Doeleman

Accountmanager unit Bedrijven Arjen Bulk

3,23

108 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 110: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE03

» Woord en Daad december 2015 (vervolg)

Functienaam Naam Medewerker fte

UNIT COMMUNICATIE EN FONDSENWERVING PARTICULIEREN

Hoofd unit Communicatie en Fondsenwerving Particulieren Corjan Rink

Communicatiemedewerker unit Communicatie en Fondsenwerving Particulieren Kees Vreeken MA

Scholenvoorlichter/Communicatiemedewerker unit Communicatie en Fondsenwerving Particulieren Janneke Witzier

Communicatiemedewerker/eindredacteur Marlies Verwoerd-Moret

Communicatiemedewerker/fondsenwerver Roy Wouters

Coördinator comités Sanne de Jong-van den Born

4,61

UNIT VERMOGENSFONDSEN

Hoofd unit Vermogensfondsen Wim Hasselman

Medewerker Unit Vermogensfondsen Barend Visser

Medewerker Unit Vermogensfondsen Kees Knulst

2,44

UNIT OFFICEMANAGEMENT

OfficemanagerunitOfficeManagement Jan Versteeg

Office-assistentunitOfficeManagement Wilma Schoonderwoerd - van Dalen

MedewerkerPR/sponsorprogrammaunitOfficeManagement Ruchama Bom

Interieurverzorgster Rita Uittenbogaard - Linstee

Telefoniste/receptioniste Ellen Snoek - de Vreugd

Telefoniste/receptioniste Lisette den Besten - Kros

3,71

AFDELING PARTNERS EN PROGRAMMA’S

Manager P&P/programmamedewerker WASH Ir. Jacob Jan Vreugdenhil

Regiocoördinator ARA/WARA Cees Oosterhuis MSc

Regiocoördinator Latijns-Amerika en Caribisch gebied Drs. Sander Verduijn

Coördinator Beleidsbeïnvloeding Zuiden Drs. Judith van den Bogaard - Krol

Coördinator Expertiseteams AVET/TVET/JBS Ir. Wim Simonse

Programmamedewerker Onderwijs Drs. Greetje Urban

Programmamedewerker Onderwijs Pauline Blok MSc

Coördinator Expertiseteam Onderwijs Drs. Henrike Klijn-Bisschop

Programmamedewerker Voedselzekerheid Ir. Maarten van den Dool

Programmamedewerker AVET/TVET/JBS Cees van Breugel

Programmamedewerker AVET/TVET/JBS Henri Jansen

Coördinator Beleidsbeïnvloeding Zuiden Eddie Krooneman MSc

Coördinator Beleidsbeïnvloeding Zuiden Gerjan Agterhof

10,48

AFDELING AGRIBUSINESS ENTERPRISE DEVELOPMENT

Manager Agribusiness Enterprise Development Ing. Maarten van Middelkoop

Accountmanager Agribusiness Enterprise Development Drs. John Lindhout

Accountmanager Agribusiness Enterprise Development Ir. Corstiaan van Aalsburg

Accountmanager Agribusiness Enterprise Development Marc de Leeuw MBA

4,00

AFDELING RESULTAATMANAGEMENT EN LEREN

Manager Resultaatmanagement en Leren Dr. ir. Wim Blok

Medewerker Resultaatmanagement & Leren Drs. Marike Spruyt-de Kloe

Senior medewerker PMA Drs. Paul Schot

Medewerker PMEL WARA/CLARA Ir. Hanneke Post

Medewerker PMEL en Projectleider Onderwijsinnovatieproject Cornelis de Schipper MSc

Medewerker PMEL Drs. Michelle Hoftijzer - van Berchum

Promotieonderzoeker Drs. Corné Rademaker

5,34

Afdelingssecretariaat AED, R&L, P&P Caroline Noorland - van der Slik

Afdelingssecretariaat AED, R&L, P&P Florence Goossens - de Groot

0,89

61,31

109Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 111: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE04

Organogram

Directiesecretariaat

Kwaliteitsmanagement

ICT

Beleidsbeïnvloeding

Communicatie en Fondsen

Staf C&F Bewustwording

Agribusiness Enterprise Development

Partners en Programma’s

Logistiek secretariaat voor P&P, AED, R&L

Resultaatmanagement en Leren

Finance, Projectadministratie

en Control

Interne- en Perscommunicatie

HRM

Beleidsontwikkeling

Raad van toezicht

Raad van bestuur

Algemeen

Staffuncties alg.

Verbindende rol

Donorrol

Partnerrol

Leveranciersrol

» Woord en Daad - december 2015

110 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 112: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE04

Managers WD Donor ( Manager C&F en Ass. manager F&C)

Donorcoördinator (DC)Hoofd van een fondsenwer-vende afdeling binnen C&F

Manager C&F

Deskundige op gebied van IF

Vertegenwoordiger projectadministratie

Manager FP&C

Deskundige PMA

Manager R&L

Financieel deskundige (op afroep)

» Donorteams

donorteam Hiërarchisch leidinggevende vanuit afdelingen

Functioneel leidinggevende vanuit donorrol

Deskundigen in donorteams

REGIO’STHEMA’S

Afdeling AgribusinessEnterprise

Development

Afdeling Partners en Programma’s

Thema’s:AVET/TVET/JBS,Beleidsbeïnvloeding, Onderwijs,

Gezondheidszorg, Voedselzekerheid, WASH

Afdeling Resultaat - management

en Leren

Support Teams

functionele aansturing door regiocoördinatoren

Expertise Teams

functionele aansturing door expertiseteam

coördinatoren

111Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 113: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE05

Procesbeheersing, risicobeheersing en verantwoording

1 Algemeen

Woord en Daad kent twee hoofdprocessen als het gaat om de

werving en toekenning van fondsen (donorrol) en de inhoude-

lijkeflankeringvanpartnersbijdeuitvoeringvanprogramma’s

(partnerrol). In het stroomschema bij paragraaf 3 is de samen-

hang tussen de twee hoofdprocessen weergegeven.

De interne procesbeheersing en controle zijn beschreven in

het Handboek Organisatie waarin zijn opgenomen:

• een overzicht van processtappen per proces en de onderlig-

gende administratieve procedures;

• handleidingen voor project, donor (inclusief accountability),

PMEL, sponsoring, advocacy, auditing en evaluatie.

Woord en Daad toetst haar processen aan de hand van drie

kwaliteitssystemen. Elk systeem heeft zijn eigen invalshoek

en criteria, juist de combinatie van systemen resulteert in een

dekkende toetsing van de beide hoofdprocessen op verschil-

lende niveaus:

• CBF-keurmerk, geïntegreerd met de Code Goed Bestuur

voor Goede Doelen (de Code Wijffels). Het keurmerk stelt

eisen aan bestuur, beleid, fondsenwerving, voorlichting en

communicatie, besteding van middelen en verslaggeving.

Woord en Daad werkt volgens de Code Wijffels. Uit de

tussentijdse audit in 2015 bleek dat het kwaliteitsmanage-

mentsysteem goed functioneert en past bij de werkwijze

van Woord en Daad. Voor deze audit werd tevens gebruik

gemaakt van de Partos-versie van ISO 9001:2000, die

toegesneden is op de ontwikkelingssector.

• ISO: dit kwaliteitskeurmerk gebruikt Woord en Daad voor

een kritische beheersing, aanpassing en optimalisering

van de processen. Sinds mei 2002 is Woord en Daad ISO

9001:2000gecertificeerd(categorie35;hetwervenen

besteden van fondsen ten bate van armoedebestrijding in

ontwikkelingslanden). De audit in 2015 verliep goed. Sinds

2014 voldoet Woord en Daad ook aan de Partos 9001-

norm(sectorspecifiekenormopbasisvanISO9001).

• COSO: dit systeem is vooral gericht op een kritische

beheersing van de fondsenwervings- en fondsenbeste-

dingsprocessen en een betrouwbare verslaglegging in

de jaarrekening. Dit wordt bereikt door een adequate

administratieve organisatie en de daarin beschreven interne

beheersmaatregelen. In 2016 wordt de toepassing van

COSO verder uitgebouwd.

Woord en Daad is van mening dat in alle van materieel belang

zijnde opzichten, en op basis van geschikte criteria zoals

hierboven genoemd:

• de beschrijving in deze bijlage het systeem van de organisa-

tie getrouw weergeeft zoals dit gedurende 2015 is opgezet

en geïmplementeerd;

• de interne beheersingsmaatregelen die verband houden

met interne beheersingsdoelstellingen zoals die in de

beschrijving van de organisatie van haar systeem staan

vermeld, gedurende 2015 op afdoende wijze zijn opgezet;

• deze interne beheersingsmaatregelen gedurende 2015

effectief werkten.

2 Procesbeheersing Nederland

BeleidsplanWoord en Daad werkt met een rollend beleidsplan. Het nu

vigerende beleidsplan geldt voor 2011–2015 en is in 2010

vastgesteld. In oktober 2012 is een addendum geschreven. In

2013 en 2014 bleek dat niet nodig. In 2014 zijn de voorberei-

dingen getroffen voor het beleidsplan 2016-2020.

Operationeel jaarplanOp basis van de doelstellingen van het beleidsplan wordt een

operationeel jaarplan geschreven. Aan het operationele jaar-

plan is de begroting gekoppeld. Het operationele jaarplan en

het budget fungeren als uitvoeringskader voor de organisatie.

De raad van bestuur toetst in hoeverre de uitvoerende

organisatie zich aan het operationele jaarplan als kader houdt.

Daartoe wordt gebruik gemaakt van het koersrapport.

KPI’s evaluaties en lerend vermogenElke eerste week van de maand komt het koersrapport op

financiëleindicatorenbeschikbaar.Elketweemaanden

maakt elke afdeling een koersrapport op kwalitatief en op

activiteitenniveau.Hetfinanciëlekoersrapportisintegraal

onderdeel van de vergaderingen van het managementteam.

Van het meer gedetailleerde tweemaandelijkse koersrap-

port wordt tijdens de managementteamvergadering een

samenvatting besproken. Daarin geven afdelingen aan of

de realisatie van doelstellingen op koers ligt, en zo niet, in

hoeverre corrigerende maatregelen nodig zijn. De raad van

bestuur beoordeelt in hoeverre de corrigerende maatregelen

realistisch zijn c.q. passen in het beleid. De raad van toezicht

ziet erop toe dat de raad van bestuur haar rol goed pakt.

Raad van bestuur en raad van toezicht maken gebruik van

Key Performance Indicators.

De koppeling tussen ‘beleidsplan - operationeel jaarplan -

koersrapport’ geeft op een eenvoudige en heldere wijze zicht

op datgene wat er speelt. In de lijn plan–do–check–act dwingt

dat om van de praktijk te leren. Daarnaast leert Woord en

Daad veel uit de gesprekken met partnerorganisaties, de doel-

groep, de achterban en organisaties met wie ze samenwerkt.

Deze leerelementen worden serieus genomen en doorvertaald

in beleid en organisatie.

Woord en Daad voert systematisch evaluaties uit. In de

evaluaties wordt behalve naar cijfers ook gekeken naar de

daadwerkelijke impact van het werk op het leven van mensen

in het Zuiden. Door middel van leerinventarisaties wordt sys-

tematisch gevolgd of en hoe geleerde lessen uit evaluaties en

onderzoeken opgevolgd en/of geïmplementeerd worden. Het

nieuwe beleid wordt vanaf 2016 geïmplementeerd.

112 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 114: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE05

Interne auditsIn het verslagjaar zijn door de medewerker Kwaliteits-

management op een aantal afdelingen interne audits

uitgevoerd. De resultaten van de audits zijn onderwerp van

bespreking in de vergaderingen van het managementteam.

Corrigerende maatregelen worden daar afgesproken en

getoetst.

De afdeling Finance, Projectadministratie en Control (FP&C)

voert per zes maanden een check uit op het functioneren van

de interne beheersingsmaatregelen om risico’s in processen te

redresseren tot een aanvaardbaar niveau. De afdeling rappor-

teert hierover aan de raad van bestuur. De externe accountant

maakt ook gebruik van deze verslagen en de eventuele hieraan

gekoppelde acties bij de beoordeling van het functioneren van

de interne controlesystematiek. Er zijn in 2015 twee controles

uitgevoerd.

Algemene opmerkingen bij deelprocessen in Nederland

Communicatie en FondsenUitgangspunt bij de samenstelling van het promotiemateriaal

is dat de informatie overeenkomt met de werkelijkheid. De

fondsenwerving vindt plaats door middel van magazines, web-

sites, advertenties, rapportages, voorlichting, mailingen, acti-

viteiten van comités, jongerengroepen, RegioOndernemers

en persoonlijke contacten. Gedurende het jaar wordt door de

afdeling FP&C een trendanalyse gedaan van alle inkomsten

perspecifiekedoelgroep.DoorresponsmetinggaatWoord

en Daad steeds na welke wijze van fondsenwerving binnen

degegevenkadershetmeesteffectiefenefficiëntis.Deze

gegevens vormen input voor de analyses en het marketingplan

van de afdeling Communicatie en Fondsen.

Bij de verwerking van de inkomende geldstroom volgt

Woord en Daad de procedures uit haar Handboek voor de

Organisatie. De inkomsten rekent Woord en Daad toe aan het

doel waarvoor ze gegeven zijn. Is geen doel aangegeven, dan

vindt boeking plaats op het algemeen fonds.

Bij het opbouwen van de database van gevers houdt Woord

en Daad rekening met de regelgeving in het kader van de

privacywetgeving.

VerslagleggingDe jaarrekening stelt Woord en Daad op volgens de ‘Richtlijn

Verslaggeving Fondsenwervende Instellingen’. Conform deze

Richtlijn bestaat het jaarverslag naast de balans en rekening

van baten en lasten, uit een verantwoordingsverklaring en de

begroting voor het volgende jaar.

BelastingwetgevingMet betrekking tot de verkoop van goederen, waarvan Woord

en Daad de winst gebruikt voor de doelstelling, heeft de

stichting te maken met omzetbelasting. Per kwartaal worden

de verschuldigde bedragen aangegeven en betaald. Er zijn

afspraken gemaakt met de belastingdienst over de praktische

invulling met betrekking tot de verkoop door comités.

Onze naamDe naam van Woord en Daad is gedeponeerd bij het Benelux-

merkenbureau. Sinds begin 2002 is dit binnen het geheel van

de Europese Unie een beschermde naam.

Bij het deelnemen aan samenwerkingsverbanden met andere

organisaties gaat Woord en Daad altijd nauwkeurig na of en

zo ja hoe de samenwerking past binnen haar doelstelling en bij

haar doelgroep. Bovendien is absolute voorwaarde dat binnen

zo’n samenwerkingsverband in alle vrijheid het eigen karakter

van Woord en Daad en de reformatorische identiteit van de

stichting gehandhaafd kunnen worden.

Raad van toezicht Bij de benoeming van de leden van de raad van toezicht wordt

gekeken naar hun verbondenheid met de achterban. Alleen

degenen die zich verbonden weten met en staan in de gerefor-

meerde gezindte en van daaruit de grondslag en het doel van

de stichting van harte onderschrijven, komen voor benoeming

inaanmerking.Daarnaastspelenspecifiekeprofielenmeeinde

open werving.

Raad van bestuurEen van de belangrijkste bevoegdheden van de raad van toe-

zicht is het benoemen en eventueel ontslaan van de raad van

bestuur. Naast hoge eisen aan professionaliteit stelt Woord en

Daad ook hoge eisen aan de identiteit van de leden van de raad

van bestuur. Deze eisen liggen in lijn met de eisen die gesteld

worden aan de leden van de raad van toezicht.

PersoneelsbeleidSelectie en benoeming van personeel vinden plaats door een

selectiecommissie. In die commissie zit behalve de raad van

bestuur ook de manager van de betreffende afdeling. Bij de

definitievebenoemingspeelt,behalvekennisenkunde,ookde

identiteit (zie ook raad van toezicht) van de kandidaat een rol.

De bevoegdheid tot benoeming en ontslag berust bij de raad

van bestuur.

Woord en Daad volgt ten aanzien van de salarisstructuur de

BBRA-systematiek. Daarnaast is blijvend gekozen voor eigen

arbeidsvoorwaarden. Inschaling vindt plaats via het Fuwasys.

InformatiesysteemWoord en Daad gebruikt het informatiesysteem Pluriform.

Het is de bedoeling dat ook regionale allianties gebruikmaken

van het systeem. Met dit systeem is Woord en Daad in staat

snelle service aan haar relaties te realiseren en relevante

managementinformatie aan te leveren.

Signalen, complimenten en klachten als onderdeel van het kwaliteitssysteemWoord en Daad realiseert zich: waar gewerkt wordt, worden

fouten gemaakt. Daarom is de mogelijkheid voor het depone-

ren van een klacht over de werkwijze van Woord en Daad van

groot belang. Uiteraard mogen mensen ook laten weten welke

manier van werken ze op prijs stellen. Daarom kent Woord en

Daad een procedure voor signalen, klachten en complimenten.

Woord en Daad vindt dat de mogelijkheid er moet zijn

113Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 115: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE05

uiteindelijk bij de raad van toezicht aan te kloppen. Die

mogelijkheid is vastgelegd in de klachtenprocedure en is er

voor vrijwilligers zoals comitéleden, donateurs, en andere

samenwerkingsorganisaties – inclusief onze partners in het

Zuiden. De procedure is op aanvraag beschikbaar. In hoofd-

stuk 5 wordt in een oogopslag over de jaren 2011–2015 een

overzicht gegeven van de aard en afhandeling van signalen,

complimenten en klachten.

Comités en regio-ondernemers en jongerengroepenDe naam Woord en Daad wordt niet alleen uitgedragen door

de raad van bestuur en medewerkers in de organisatie. Woord

en Daad zou Woord en Daad niet zijn zonder het grote aantal

comitéleden en vrijwilligers die zich jaar in jaar uit, belangeloos

voor het werk van de stichting inzetten. Voor de comités is het

Handboek Comités het uitgangspunt voor hun werkwijze en

de verantwoording over hun werkwijze. Aan een aantal comi-

tés zijn jongerencomités gekoppeld die zelfstandig activiteiten

uitvoeren maar in de verantwoording onder de comités vallen.

Overeenkomst voor leden van de comités en RegioOndernemersMet het sluiten van een overeenkomst met comitéleden neemt

de stichting de aansprakelijkheid voor schade en dergelijke op

zich. Anderzijds verbindt het comitélid zich met zijn handteke-

ning aan de werkwijze, zoals die in de richtlijn is aangegeven

als passend bij het karakter van Woord en Daad. Wijkt een

comitélid in leef- en handelwijze van de richtlijn af, dan heeft

het lokale bestuur van een comité en de raad van bestuur van

de stichting de mogelijkheid de overeenkomst op te zeggen.

Met de RegioOndernemers wordt per groep een overeen-

komst gesloten die ondertekend wordt door de voorzitter.

Hiermee verbindt de groep zich aan de stichting zoals hierbo-

ven is beschreven.

Werkwijze en financieel beheer in comitésBinnen de comités gaat heel wat geld om. Het is dus ook

logisch dat Woord en Daad hoge eisen stelt aan de werkwijze,

verslaggeving en controle binnen een comité. Ook als geld aan

een comité wordt gegeven, moet de gever er in alle geval-

len zeker van zijn dat het geld ook terechtkomt bij het doel

waarvoor hij of zij het geeft. In het Handboek Comités staan

richtlijnen voor de activiteiten van de comités. Ook geeft het

handboek richtlijnen over de verslaglegging. Tevens is er een

online softwarepakket beschikbaar, zodat comités het jaarver-

slag eenvoudiger kunnen samenstellen.

Na de afsluiting van het boekjaar stelt de penningmeester van

het comité zijn jaarverslag op. Ook vindt binnen het comité

een kascontrole plaats. Vervolgens wordt het jaarverslag na

voltooiing mede ondertekend door de voorzitter en gaan de

verslagen naar het kantoor van de stichting. Deze versla-

gen worden door de afdeling FP&C gecontroleerd. Tevens

dient deze afdeling als vraagbaak voor penningmeesters. De

accountant betrekt vervolgens de verslagen bij de controle.

Bovendien worden enkele comités ter plaatse gecontroleerd.

In 2015 is dit voor 1 comité gebeurd. Met comités die voor

een programma werven zijn afspraken vastgelegd over com-

mittering. Die werkwijze vereenvoudigt de administratieve

verwerking.

Samenwerkingsverbanden in Nederland en EuropaAan het lidmaatschap van of participatie in samenwerkings-

verbanden ligt altijd een besluit van de raad van bestuur ten

grondslag. Woord en Daad participeert alleen in die net-

werken en samenwerkingsverbanden die voor haar of haar

partnernetwerk een toegevoegde waarde hebben.

Procesbeheersing van programma’s (inclusief processchema);

partner- en donorrol.

114 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 116: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE05

AANVRAGEN RAPPORTAGES

FONDSENWERVINGSACTIVITEITENEN BEGELEIDING COMITÉS

LOBBY EN BEWUSTWORDING

PARTNER 1

Projectrealisatie en PMEL

PARTNER 4

Projectrealisatie en PMEL

PARTNER 3

Projectrealisatie en PMEL

WD PARTNER

Expertise-inbreng en kwaliteitsborging

PARTNER 2

Projectrealisatie en PMEL

Hoofdprocessen Woord en Daad in haar hele context

infostroom/contacten

geldstroom

Woord en Daad (Nederland)

Comités

Achterban & andere fondsenverstrekkers

SATELLIETPARTNER

Regio-allianties/ partnerorganisaties

WD Donor

WD Partner

PARTNERADVIES

WD

VERSTREKKEN FONDSEN VOOR PROJECTEN

ACTIVITEITEN COMITÉS

DONORTEAMBEOORDELING PLANNEN OP DONORCRITERIA

FONDSTOEKENNING DOOR MANAGERS WD DONOR

ALLIANTIETEAMBEOORDELING PLANNEN OP PARTNERCRITERIA

GEZAMENLIJKE PROJECTREALISATIE EN PMEL

CONTRACTEN EN RAPPORTAGEFORMATS

3 Procesbeheersing van programma’s (inclusief processchema); partner- en donorrol

115Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 117: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE05

AlliantiesSinds de samenwerking in allianties een feit is, valideert Woord

en Daad haar beleid met Zuidelijke partners. Ook beoordelen

allianties jaarlijks het functioneren van Woord en Daad door

middel van tevredenheidsonderzoeken of rondetafelsessies

waar gekeken wordt naar verbeterpunten Woord en Daad.

Binnen de allianties vindt kennisuitwisseling plaats op het

gebied van vakexpertise, lokale of regionale fondsenwerving

en ontwikkeling van beleid in de regio. Binnen het beleid zijn

de drie onderdelen directe armoedebestrijding, maatschappi-

jopbouw en beleidsbeïnvloeding, speerpunten. Elke alliantie

sluit een raamwerkovereenkomst met Woord en Daad waarin

belangrijke speerpunten vanuit het beleid en samenwerking in

de komende jaren worden beschreven. Deze raamwerkover-

eenkomst wordt getekend door de voorzitter van de alliantie

en de raad van bestuur van Woord en Daad. Jaarlijks vinden

er alliantievergaderingen plaats in de regio, waarbij Woord

en Daad als alliantielid vanuit Woord en Daad Partner lid is.

Onderdelen van deze vergaderingen worden door Woord en

Daad Donor en de raad van bestuur bijgewoond.

PartnerrolDe rol van Woord en Daad Partner is georganiseerd via de

supportteams. De supportteams begeleiden en ondersteunen

de regionale alliantie in het opstellen van (meerjarenbeleids)

plannen en het doen van aanvragen bij donoren, waaronder

Woord en Daad Donor. Het supportteam toetst in overleg

met de partnerorganisatie of de plannen voor Woord en Daad

Donor voldoen aan de kwaliteitseisen. Het Woord en Daad

beleidsplan – dat gezamenlijk met partners is opgesteld –

vormt hiervoor het uitgangspunt. In het (meerjarenbeleids)

plan is ook de visie op het werk in het Zuiden beschreven

vanuit de Visie op Transformatie (zie bijlage 8). Zowel bij

programma-aanvragen als bij rapportages is de partnerrol

vooral begeleidend. Medewerkers van Woord en Daad hebben

expertise op het programma en de context, en kijken samen

met de partner hoe programma’s verbeterd kunnen worden.

Dit alles met optimale samenwerking met diverse actoren in

de lokale context waar de partnerorganisatie werkt. Daarbij

wordt op alliantieniveau gekeken welke zaken in de regio

spelen en gezamenlijk opgepakt kunnen worden. Om partners

te stimuleren een lerende organisatie te zijn, vinden er PMEL-

bezoeken plaats.

Donorrol, toekenning van fondsen, monitoring, resultaat- en contractmanagement en auditingDe aanvragen die vanuit de regionale allianties bij Woord en

Daad Donor binnenkomen worden op basis van de donor-

criteria beoordeeld. Hierin worden de volgende punten

meegenomen: het op orde hebben van planning, monitoring

enauditsystemen,decapaciteitvan(financieel)management,

duurzaamheidvanprogrammaendeeffectiviteitenefficiëntie

daarvan. Ook de mogelijkheid tot fondsen werven voor het

programma speelt een rol, waarbij Woord en Daad Donor de

partnerstimuleertookviaandere(lokale)donorenco-finan-

ciering te verwerven. Op deze manier wordt de afhankelijkheid

van één donor ontmoedigd. In de toekenningen wordt ook het

trackrecord van de partner meegenomen voor wat betreft

tijdigheid en volledigheid van rapportages. Het ingevulde

beoordelingsformulier van Woord en Daad Donor wordt met

de partner gedeeld, wat de transparantie van de beoordeling

bevordert. Op deze manier weet de partner ook op welke

punten het programma nog verbeterd kan worden in de ogen

van Woord en Daad Donor.

Naast het toekennen van fondsen is het ook belangrijk de pro-

gramma’s te monitoren. Woord en Daad Donor heeft hiervoor

een accountability manual opgesteld en deze met partners

tijdens alliantiemeetings in 2011 gedeeld. In het accountability

manual staat het beleid beschreven rond verantwoording van

gelden en de maatregelen die Woord en Daad hierbij treft.

Partners worden periodiek bezocht; in de meeste gevallen een

keerindedriejaar,waarbijnaeenfinancieelwerkbezoektus-

sentijdseenfinanciëleauditvolgtomzakengoedtemonitoren.

Als afronding van de goedkeuring ondertekent Woord en

Daad Donor met de partner een contract. Dat contract is

onderdeel van een meerjarenovereenkomst. Er zijn afspraken

gemaakt t.a.v. toekenning, te behalen resultaten (inclusief stu-

ring daarop), rapportage en verantwoording en afspraken over

betalingen c.q. verplichtingen van beide zijden rond betalingen.

Strategische meerjarenplannen; overeenkomstenMet vrijwel alle partners zijn strategische meerjarenover-

eenkomsten gesloten. Deze overeenkomsten plaatsen de

programma’s in een langetermijnperspectief. Woord en Daad

spreekt na goedkeuring onder voorwaarden ook een com-

mitteringaandefinancieringuit.Jaarlijkswordtdefinitieve

financieringtoegekend.Indietoekenningwordthetstrate-

gisch meerjarenplan als kader meegenomen, maar spelen ook

afwegingen vanuit de jaarlijkse resultatenrapportage een rol.

Op basis van de goedkeuring worden contracten gesloten,

waarin onder andere doelstellingen, verwachte resultaten,

het goedgekeurde bedrag en voorwaarden ten aanzien van

uitvoering en rapportage zijn opgenomen.

Aangaan en stoppen van een partnerrelatieWoord en Daad wil met name in Afrika groeien. Hiervoor wor-

den nieuwe partnerrelaties aangegaan, die soms vanuit Woord

en Daad en soms vanuit de allianties worden voorgedragen.

De alliantie bekijkt of de potentiële partnerorganisatie meer-

waarde heeft voor de alliantie en kan besluiten deze als lid op

te nemen. Woord en Daad Partner, als lid van de alliantie, heeft

hier ook een stem in; de meerderheid van de alliantie beslist

echter. Woord en Daad Donor kijkt aan de hand van een

organisatiebeoordeling of de potentiële partner in aanmerking

komt voor fondsen vanuit Woord en Daad. Als dat het geval

iswordtereenfinanciëleauditgedaanomookeenonafhan-

kelijke rapportage over de organisatie te hebben. De raad van

bestuur beslist uiteindelijk over het al dan niet aangaan van

de partnerrelatie en neemt hierbij de adviezen van Woord en

Daad Partner en Woord en Daad Donor mee. Nadat de relatie

is aangegaan wordt met een beperkt budget gestart in het eer-

ste jaar. Daarna wordt gekeken of er voldoende vertrouwen

is om het budget uit te breiden. Als Woord en Daad besluit

116 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 118: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE05

geen fondsen toe te kennen aan de betreffende partner, kan de

alliantie alsnog besluiten deze partner toch als lid op te nemen.

In dat geval zal vanuit Woord en Daad, die lid is van de alliantie,

vanuit de partnerrol wel met deze organisatie samengewerkt

worden.

Als een samenwerking in de praktijk tegenvalt of toegevoegde

waarde in de lokale context nihil blijkt, bouwt Woord en Daad

in goed overleg met de partnerorganisatie fondsen af. De

partnerorganisatie kan echter desgewenst wel alliantielid

blijven en kennis en expertise delen. In het geval van corruptie

of besteding van geld voor een ander doel dan waar het voor

gegeven is zal er sprake zijn van een snelle afbouw.

Invloed van andere belanghebbenden op het beleid van Woord en DaadNaast Zuidelijke partners hebben ook Nederlandse belang-

hebbenden via evaluaties inbreng op het beleid van Woord

en Daad. Dat gebeurt via jaarlijkse evaluaties vanuit het

personeel (ondernemingsraad), de comités (via de klankbord-

groep voor comités), de bedrijven (via de coördinatiegroep

van het Business Platform) en de vermogensfondsen (via de

Adviesgroep Vermogensfondsen).

Normpercentages overheadVoor overhead werkt Woord en Daad met het percentage

kostenbeheer en administratie (bestuurlijk gemaximeerd

op gemiddeld 3,1 procent over drie jaar) en het percentage

kosten eigen fondsenwerving (gemaximeerd op 6 procent).

Beide percentages worden gemaximeerd in een overheadper-

centage over de totale omzet. Dit percentage is gemaximeerd

op gemiddeld 7,5 procent over drie jaar.

Programma’s/activiteiten binnen de doelstelling die gebon-den zijn aan een maximumpercentage van de omzetWoord en Daad voert binnen haar doelstelling het bewustwor-

dingsprogramma en diverse activiteiten uit die gemaximeerd

zijn op percentages van de omzet of de bestedingen. Deze

programma’s betreffen:

• Bewustwording. Dit programma mag maximaal 2,5 procent

nemen van de omzet (gemiddeld percentage over drie jaar).

• Beleidsbeïnvloeding: maximaal 0,5% van de omzet (gemid-

deld percentage over drie jaar)

• Planning, monitoring, evaluatie en leren: 5 procent van de

bestedingen.

• Inzet Nederlandse staf voor partnerrolactiviteiten bij part-

ners en allianties: 5 procent van de bestedingen.

• Directe alliantiekosten ten behoeve van de allianties, zoals

vergaderkosten/uitwisseling etc.: maximaal 1 procent van

de bestedingen.

4 Risicomanagement

In 2015 is samen met de auditcommissie en de externe

accountant doorgesproken over het risicomanagementbeleid

van Woord en Daad. Door Woord en Daad is een onderscheid

gemaakt in de waarschijnlijkheid dat een bepaald risico zich

voordoet (kans), impact en de daarvan afgeleide prioriteit om

maatregelen te treffen.

In onderstaande tabel zijn de relevante risico’s inzichtelijk

gemaakt:

Nr. Risico Kan

s

Imp

act

Pri

ori

teit

Beheersmaatregelen

1 Continuïteits- en reputatierisico (bijv. publiek worden van negatieve zaken in de media); m.n. risico voor imago/continuïteit etc.

L H H • Klankbordgroepen om ontwikkelingen/nieuwe ideeen te bespreken. • Procedure voor signalen, complimenten en klachten• Comitéhandboekinclusiefrichtlijnenvoorfinancieelbeheer• Keurmerken (CBF, ISO, COSO)• Veiligheidsbeleid• Anti-corruptiebeleid• Crisiscommunicatieplan• Beleggingsbeleid

2 Nietvoldoenaanwet-enregelgeving(bijv.ANBI,fiscaleregelgeving). L M L • Externe accountantscontrole + advisering• CBF-toetsing• Interne kennis up to date via netwerken (Partos, GDN etc.) en

cursussen

3 Strategische risico’s (bijv. door andere marktomstandigheden en economi-sche tijden).

L M M • Meerjaren beleidsplan met SWOT• Opstellen trendanalyse en koppeling inkomsten en uitgaven via

kleurensystematiek• Vastgestelde normering/ratio’s kosten en bestedingen• Klankbordgroepen om ontwikkelingen/neiuwe ideeen te bespreken

4 Frauderisico (in binnen- en buitenland). H M M • Externe accountantscontrole• Donorbeleid met eisen richting partner organisaties rond anti-cor-

ruptie, audits etc. • Audits door lokale consultants en eigen staf• Interne controle maatregelen en periodieke toetsing

L= laag, M = medium, H = hoog

117Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 119: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE05

Nr. Risico Kan

s

Imp

act

Pri

ori

teit

Beheersmaatregelen

5 Niet transparante kostentoerekening en dekking/werfbaarheid daarvan (zeker met projectmatig werken wat steeds meer voorkomt).

M M M • Vastgestelde kostenstructuur met normeringen• Afspraken binnen noodhulpcluster over rapportages en

kostenverantwoording• In begrotings- en bij jaarwerkproces analyse van toerekening en

dekking• Monitoring via maandelijkse koersrapportage

6 Risico’s in het kader van samenwerken in consortia met diverse partijen, zoalsoverheden,bedrijfsleven,ngo’setc,watookderapportageflowenbeheersing complexer maakt, gekoppeld aan meerjarige contracten, zowel aan de inkomsten als bestedingenkant.

M M/H M/H • MOU met samenwerkingsafspraken• Fondsplanningtool (wordt geoptimaliseerd in 2016 inclusief door-

rekening actuele stand fondsen). • Maandelijkse koersrapportage• Projectmatig werken met duidelijk omschreven rollen/

verantwoordelijkheden

7 Koersrisico. L L L • Valutabeleid gebaseerd op betalingen in lokale valuta en vormen koersreserve ter dekking van eventuele verliezen

• Maximale looptijd van bestedingscontracten 1 jaar

8 Risico inzake vrijwilligers (professionaliteit). L L L • Vrijwilligerscontracten en vrijwilligershandboek • Comitébezoeken• Training vrijwilligers

9 ICT-risico (uitvallen van systeem, ongeautoriseerde transacties etc.). L H H • SLA netwerkbeheerder• back-up procedure• interne expertise ICT• toegangsautorisatie met periodiek wisselende wachtwoorden• rolscheiding in systemen vastgelegd via toegangsautorisatie (wordt

in 2016 verder geoptimaliseerd)• logging van transacties met datum/tijd/medewerker

10 Onvoldoende planning & control: niet tijdige en betrouwbare management-informatie en als gevolg daarvan niet tijdige en/of effectieve bijsturing.

L H H • jaarlijkse planning koersrapportages met betrokkenen• vervanging in geval van ziekte binnen de afdeling (back up)• werkprocedures beschreven• Controleverbanden op data en rapportages• Interne expertise ICT/SLA netwerkbeheerder

11 Onvoldoende liquiditeit en inzicht in stand van reserves en fondsen, ook richting de toekomst.

L H H • Periodiekecashflowplanning• Fondsplanningtool (wordt geoptimaliseerd in 2016 inclusief door-

rekening actuele stand fondsen).

12 Geen goede uitvoeringscapaciteit van de partners M M M • OSA’s en audits• Capaciteitsopbouw• Evaluaties/referenties door derden• Beeindigen partnerrelatie

13 Geen matching tussen inkomsten en uitgaven (met als gevolg overschrijding van de begroting).

L L L • Fondsplanning• Continuiteitsreserve

14 Onvoldoende (goede) spreiding van geldmiddelen. L L L • Diverse bankrelaties• Beleggingsbeleid

118 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 120: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE06

Onderzoeksrapport

119Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 121: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE07

Stakeholders en netwerken

Naam organisatie of netwerk Aard samenwerking

BRANCHEORGANISATIES EN BREDE NETWERKEN

EU-Cord, Europees netwerk voor christelijke organisaties actief in noodhulp en ontwikkelingssamenwerking

Actieve participatie in trajecten van EU-Cord rond beleidsbeïnvloeding in Brussel (met name ten aanzien van beleidscoherentie) en institutionele fondsen. Daarnaast is er regelmatig uitwisseling op het terrein van EU-regelgevingm.b.t.financiënenauditing.

ICCO Coöperatie/Co-Prisma Samenwerkingsverband met strategische doelstelling om waar relevant en mogelijk samen te werken in programma’sinhetZuidenendaarvoorfinancieringterealiseren.Directeur-bestuurdervanWoordenDaadis bestuurslid van Co-Prisma.

Partos, branchevereniging voor particuliere internationale samenwerking in Nederland

Participatie in verschillende werkgroepen van het Kennisplatform; Participatie in werkgroep Kwaliteit; Participatie in lobbynetwerk Partos op onderwerp beleidscoherentie en samenwerking met Partos en Founda-tion Max van der Stoel in project ‘Ready for Change’; Kennisuitwisseling tijdens bijeenkomsten over uiteenlopende relevante onderwerpen.

Prisma, vereniging van christelijke organisaties op terrein van ontwikkelingssamenwerking en diaconaat

Platform voor christelijke ontwikkelingsorganisaties voor bezinning, discussie en opinievorming. Samen-werking op inhoudelijk programmatisch gebied, gezamenlijke fondsenwerving, belangenbehartiging vanuit oogpunt christelijke organisaties; Participatie in bezinning, lobby, communicatie en bewustwording. Inhoudelijke en strategische bijdrage aan koers vereniging Prisma, ICCO Coöperatie en Co-Prisma.

Woord en Daad-Red een Kind Alliantie Alliantie in het kader van MFS2 met strategische doelstelling om per 2015 kwalitatief goede geïntegreerde programma’s t.a.v. onderwijs, TVET en JBS, AD te hebben geïmplementeerd.

Stichting Gemeenschappelijke Evaluaties Stichting die opgezet is om in kader van MFS2 voor alle deelnemende allianties MFS2-brede evaluaties uit te voeren. Directeur-bestuurder is lid van het stichtingsbestuur (penningmeester), medewerker maakt deel uit van de interne referentiegroep.

New World Campus Woord en Daad is een van de initiatiefnemers van New World Campus, die een fysieke plek wil bieden aan bedrijven, organisaties en investeerders die willen werken aan innovaties ten behoeve van een duurzame, inclusieve ontwikkeling, elkaar kunnen ontmoeten.

SAMENWERKING ROND PROGRAMMA’S IN HET ZUIDEN

Aflatoun Aflatouniseenorganisatiediegratiscurriculaentrainingvoorsocial/financialeducationbeschikbaarstelt(voor formal/non-formal education – 6-18 jaar). Partners moeten zelf betalen voor materiaal- en kopieerkos-ten. Woord en Daad wil het gebruik van dit materiaal door partners stimuleren in het kader van life skills.

AgriProFocus (APF), netwerk dat zich richt op het bevorde-ren van boerenondernemerschap

Woord en Daad is lid van APF, samenwerking richt zich op uitwisseling, leren en beleidsbeïnvloeding (voor Nederlandse steun aan goede vakopleidingen voor jongeren in de landbouwsector, en goede toegang tot financieringvoorboerenondernemers).

Brand Out Loud Brand Out Loud ondersteunt zuidelijke partners in het opzetten van een goede strategie voor communicatie en ‘branding’. Zo is Brand Out Loud o.m. betrokken bij een traject van partnerorganisatie CRECH in Haïti.

Christelijk Noodhulp Cluster (Dorcas, Red een Kind, Tear, Woord en Daad en ZOA

Coördinatie en samenwerking van noodhulpacties. In 2015 betrof het noodhulpprogramma’s in Nepal, Noord-Irak en Jordanië, Zuid-Sudan, Uganda en de Filipijnen.

Incluvest bv Investeringsmaatschappij gericht op inclusief investeren in ontwikkelingslanden. Strategisch partnerschap in hetkadervanimplementatievanhetprogrammaAgri-businessenhetaantrekkenvanexterneprojectfinancie-ring in de vorm van leningen en investeringen.

Leprazending Woord en Daad steunt in MFS2 een project van Leprazending in India (TLMI) met twee vakscholen en vier communitybasedTVET-units.Hetgaatomflexibeleskillstraininginruralecontext.

MDF Training en Consultancy Capaciteitsversterking en positionering van Zuidelijke allianties.

PUM (Programma Uitzending Managers), uitzending van senior experts naar het Zuiden

Samenwerking vanuit programma Agri-business development Woord en Daad en PUM (expertise resource op afroep).

Royal Jongbloed Samenwerking in het kader van de gezamenlijke ontwikkeling van zelfsturende onderwijssoftware op basis van serious gaming principes, waarmee toegang tot hoogwaardig onderwijs in (m.n. plattelandsgebieden) in Afrika wordt verhoogd.

120 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 122: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE07

Stakeholders en netwerken

NETWERKEN VOOR BELEIDSBEÏNVLOEDING

CONCORD Europe Confederatie van ruim 2400 Europese ngo’s die bij de EU lobbyen voor duurzame ontwikkeling. Woord en Daad was in 2015 namens EU CORD co-voorzitter van de CONCORD groep voor beleidscoherentie voor ontwikkeling.

Coordination Europe-Haiti Platform uit acht Europese landen, dat opkomt voor duurzame economische ontwikkeling en versterking van de landbouwsector in Haïti. De lobbyist van Woord en Daad is sinds 2011 voorzitter.

Global Campaign for Education Lobby- en kennisnetwerk op het gebied van onderwijs. Als lid van het netwerk actieve deelname aan beleids-beïnvloeding van GCE. Vanwege afnemende mogelijkheden voor effectieve lobby voor onderwijs heeft Woord en Daad per 1 januari 2016 het lidmaatschap beëindigd.

Plataforma C Christelijk netwerk in Zuid-Amerika dat overheidsbeleid wil verbeteren op het terrein van kindveiligheid.

Overige netwerken Geregelde samenwerking in kader van beleidsbeïnvloeding met: Better Care Network, CABA werkgroep (Children Affected By Aids), Sharenet, Dutch Coalition for Disability and Development, Child en Youth Rights Initiative, lobbygroep van Partos

KENNISINSTELLINGEN

Universiteit van Amsterdam (UvA) i.s.m. Afrika Studiecentrum

Samenwerking in het kader van onderzoek naar het bereiken van de allerarmsten onder leiding van prof. Ton Dietz, in vervolg op het PADEV-onderzoek (onderzoek naar nieuwe methoden voor impactmeting).

Driestar Educatief Strategische samenwerking voor de periode 2010-2015 die zich richt op kwaliteitsversterking van onderwijs in ontwikkelingslanden en bewustwording d.m.v. uitwisseling tussen docenten en studenten in Nederland en het Zuiden. Verder steunt Woord en Daad actief het lectoraat rond leraarschap en is er samenwerking rond de rol van ICT in onderwijs. Directeur-bestuurder Woord en Daad is lid van de Wetenschappelijke Adviesraad Kennisontwikkeling en lectoraten van Driestar Educatief.

Groenhorst College Gezamenlijke capaciteitsontwikkeling en fondsenwerving voor Agrarisch Beroepsonderwijs. Gezamenlijke betrokkenheid bij uitvoering van een AVET-project in Ethiopië.

NETWERKEN ROND FONDSENWERVING

Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) Lidmaatschap CBF.

Charitas VFI-inkoop realiseert inkoopbesparingen voor aangesloten goede doelen.

Vereniging Fondsenwervende Instellingen (VFI) Lidmaatschap VFI.

Mare Jan Foundation Vermogensfonds dat een ontwikkelproject in Benin met Woord en Daad steunt en daarin kennis en expertise deelt.

Wereldfoundation Stichting die een huizenbouwproject in Bangladesh met Woord en Daad gezamenlijk uitvoert en vanuit hun netwerk kennis en expertise inbrengt.

NETWERKEN ROND BEWUSTWORDING

Calvijn College en Hoornbeeck College Uitwisseling tussen Nederlandse (vak)scholen en (vak)scholen in het Zuiden (zowel studenten als docenten).

Just Care, samenwerking van Woord en Daad, ZOA en middelbare scholen

Ontwikkeling van lesmateriaal voor middelbare scholen rond armoedebestrijding.

121Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 123: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE08

Theory of Change

ACHTERGROND VISIE OP VERANDERING

Armoedebestrijding. Dat is de ‘core business’ van Woord en Daad en haar partners in de 22 landen waar we werkzaam zijn. Maar wat bedoelen we eigenlijk met armoedebestrij-ding? Met welke ogen kijken we naar mensen die leven in armoede? Hoe gaan we om met de vele complexe factoren die vaak ten grondslag liggen aan armoede en achterstand? Belangrijke vragen waar geen simpel antwoord op gegeven kan worden. Woord en Daad en haar partners zijn in gesprek gegaan over deze vragen en hebben een geza-menlijke ‘visie op verandering’ ontwikkeld. Verandering van mensen en samenlevingen, daar gaat het tenslotte ten diepste om bij armoedebestrijding.

Woord en Daad en partners maken in hun werk voortdu-

rend keuzes. Die keuzes hebben vaak direct weerslag op de

mensen met wie we werken, binnen de organisatie of in de

projecten. Vandaar dat we eraan hechten dat de visie achter

die keuzes helder is, en dat die keuzes verankerd zijn in een

aantal centrale kernwaarden. De centrale visie van Woord en

Daad en partners is dat we gezamenlijk willen bijdragen aan

armoedebestrijding en daarmee mensen willen versterken om

duurzame verandering in hun leven tot stand te brengen. Die

kernwaarden zijn allemaal direct te herleiden tot Bijbelse prin-

cipes, die Woord en Daad en partners wereldwijd met elkaar

delen: medeschepsel, medeverantwoordelijkheid, mede-lijden,

rentmeesterschap en wederzijdse afhankelijkheid. Doordat

iedereen zich heeft verbonden aan deze kernwaarden, kunnen

we elkaar over en weer kritisch bevragen op de vertaling van

deze waarden in ons concrete werk.

Daarnaast hebben we met elkaar een aantal ‘ontwikkelings-

principes’ vastgesteld. Het gaat om principes die te maken

hebben met de kwaliteit en relevantie van het werk, waaraan

Woord en Daad en partners zich committeren. ‘Eigenaarschap’

is zo’n principe, dat benadrukt dat uiteindelijk altijd de mensen

om wie het draait – de armen – eigenaar moeten zijn. Een

hulporganisatie kan nooit de eigenaar zijn van de ontwik-

keling van de mensen met wie ze werkt, omdat we geloven

dat ieder mens eigen verantwoordelijkheid van God heeft

ontvangen. Duurzaamheid, geïntegreerde benadering, part-

nerschap en innovatie zijn de andere ontwikkelingsprincipes.

Duurzame verandering bij mensen (maar ook bij organisaties

of samenlevingen) is geen rechte lijn van a naar b. Daarvoor

spelen teveel factoren een rol. Het is van groot belang om dat

mee te nemen in de vormgeving van programma’s en projec-

ten. Zo spelen persoonlijke factoren een rol. Ieder mens – ook

de allerarmste – heeft capaciteiten en beschikt over bepaalde

mogelijkheden.

Woord en Daad vindt het belangrijk niet uitsluitend op ‘proble-

men’ en ‘beperkingen’ gericht te zijn, maar ook op de kansen en

gaven die ieder mens heeft ontvangen. Verder is het belangrijk

om mensen in hun context te zien. Ieder mens maakt deel uit

van een familie, een lokale gemeenschap, een samenleving. In

ieders omgeving zijn obstakels (bijvoorbeeld droogte, ziektes,

geweld) en mogelijkheden (bijvoorbeeld een vruchtbare

grond of een goede exportmarkt). Ook diverse actoren zoals

bedrijven en overheden in de omgeving kunnen van grote

invloed zijn. Uitgangspunt voor Woord en Daad is dat de eigen

interventie een duidelijk toegevoegde waarde moet hebben.

Als de doelgroep grote behoefte heeft aan microkrediet, en in

de directe omgeving is een goede microkredietinstelling actief,

dan zal ze proberen een link te leggen naar deze instelling,

maar geen eigen kredietprogramma opzetten.

Tot slot speelt de houding van mensen een belangrijke rol.

Hulp die niet verbonden is aan eigen verantwoordelijkheid

kan mensen en organisaties afhankelijk en onzelfstandig

maken. Op het moment dat de context dan weer verandert,

en ‘het project’ opeens niet meer relevant blijkt, belanden

mensen weer even hard in armoede. Daarom besteedt Woord

en Daad veel aandacht aan vaardigheden waarmee mensen

weerbaar worden gemaakt. Het uiteindelijke ideaal is dat

mensen daarmee ‘ambassadeurs voor verandering’ worden in

hun eigen omgeving. Dit kan op verschillende niveaus: ook een

partnerorganisatie van Woord en Daad kan zo’n ambassa-

deur worden, bijvoorbeeld door geleerde lessen te delen met

collega-organisaties of de lokale overheid, en hen uit te dagen

die lessen ook toe te passen. Op programmaniveau speelt ook

de zogenaamde ketenbenadering een rol. Die zegt vooral iets

over de link tussen programma’s: een onderwijsprogramma

kan nooit geïsoleerd uitgevoerd worden, evenals een vak-

trainings-, gezondheids- of bedrijfsontwikkelingsprogramma.

Waar en hoe die link gelegd wordt, hangt af van de bril waar-

door we kijken. De lens van die bril wordt weer gevormd door

alle hiervoor genoemde factoren – de visie op verandering.

122 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 124: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE08

Theory of Change

ngo’soverheidkerken enreligieuze instellingenprivate sectorgemeenschap

HOEWERKENWIJ?

WAT ENVOOR WIE?

CONTEXT OMGEVING

ONTWIKKELINGS-PRINCIPESeigenaarschap

geïntegreerde benadering

duurzaamheid

partnerschap

innovatie

KERNWAARDENmedeschepsel

medeverantwoordelijkheid

mede-lijden

rentmeesterschap

wederzijdse afhankelijkheid

DIMENSIESnatuurlijke hulpbronnen

opleiding en gezondheid

infrastructuur en technologie

financiën

sociale en politieke verbanden

religieuze verbanden

BASIS-VOORZIENINGEN

ONDERWIJS

BEDRIJFS-ONTWIKKELING

BEROEPSONDERWIJS(training en arbeidsbemiddeling)

DWARS-DOORSNIJDENDETHEMA’Sfamilie en gezin

hiv/aids

leiderschap

rechten van kinderen

INDIVIDU

familie

gemeenschap

regio

123Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 125: Woord en Daad Jaarverslag 2015

BIJLAGE09

Certificaat Climate Neutral Group

124 Woord en Daad JAARVERSLAG 2015

Page 126: Woord en Daad Jaarverslag 2015

Lijst van gebruikte afkortingen

AED Agribusiness & Enterprise Development

ARA Asia Regional Alliance

AVET Agricultural Vocational Education and Training

CLARA Caribbean and Latin America Regional Alliance

ED Enterprise Development

GHARA Greater Horn of Africa Regional Alliance (inclusief Oeganda)

FDOV Faciliteit Duurzaam Ondernemen en Voedselzekerheid

IAD Inclusive Agri-business Development

IDE Integrated Development Environments

IF Institutionele Fondsen

INRA India Regional Alliance

JBS Job & Business Services

KUSSRA Kenya Uganda Sudan Regional Alliance

NWO Nederlandse Wetenschapsorganisatie

MT Managementteam

MVO Maatschappelijk verantwoord ondernemen

OR Ondernemingsraad

OS Ontwikkelingssamenwerking

P&P Partners en Programma’s

PMA Planning, Monitoring en Auditing

PMEL Planning Monitoring Evaluation Learning

RFO regionale fondswerver

RO RegioOndernemers

Rvb raad van bestuur

Rvt raad van toezicht

SARA Southern Africa Regional Alliance

SMED Small and Medium Enterprise Development

SPN Strengthening Partner Network

ToC Theory of Change

TVET Technical and Vocational Education and Training

VET Vocational Education and Training

WARA West Africa Regional Alliance

WASH Water, Sanitatie en Hygiëne

ACFIME Agence Communautaire pour le Financement de la Micro Enterprise

ADP Aridland Development Program

AEAD Association Evangélique d’Appui au Développement

AESEB Alliance des Etablissements Scolaires Evangélique du Burkina Faso

AMG Advancing the Ministries of the Gospel

ASHTEC AMG Skilled Hands Technological College

CCT Center for Community Transformation

CDA Corporación Dios es Amor

CHOPPA Chongwe Organic Producers and Processors Association

COUNT Christian Organization Uplifting New Tribes

CRECH Consortium pour le Renforcement de l’Éducation Chrétienne en Haiti

CREDO Christian Relief and Development Organization

CSS Christian Service Society

CTF Cotton Tree Foundation

DEDRAS Organisation pour le Developpement Durable le Renforcement et l‘Autopromotion des Structures communautaires

EFSL Evangelical Fellowship of Sierra Leone

EKHC Ethiopian Kale Heywet Church

FMS Foundation Max van der Stoel

FONHEP Fondation Haïtienne de l’Enseignement Privé

HCBST Hope College of Business Science and Technology

IHS Inclusive Home Solutions

INCLUVEST Inclusive Investments

INDEF Institutio Nacaragüense de Evangelismo a Fondo

INSOL Innovative Solution

IREF India Rural Evangelical Fellowship

KIDEP Karamoja Integrated Development Programme

LoH Ladders of Hope

MFESANE Compassion

MKC-RDA Meserete Kirstos Church-Relief and Development Association

ODE Offi ce de Développement des Eglises Evangéliques

OSRA Oroma Self Reliance Association

PAC Pueblos en Accion Communitaria

P&A Parole et Action

PCAR Programme Chrétien d’Animation Rurale

SPONG Secretariat Permanent des Organisations Non Gouvernementales

TLMI The Leprosy Mission Trust India

WORD AND DEED INDIA Woord en Daad India

WORD AND DEED LANKA Woord en Daad Sri Lanka

YGRO Youth Grow holistically

ZAMBIA WORKS Zambia Works

Gebruikte afkortingen jaarverslag 2015 Afkortingen partnerorganisaties van Woord en Daad en Incluvest

Page 127: Woord en Daad Jaarverslag 2015

VA

KM

AN

SCH

AP Jaarverslag 2

01

5W

OO

RD

EN

DA

AD

Woord en Daad is een Algemeen Nut

Beogende Instelling. Voor testamentaire

beschikkingen luidt ons adres: Stichting

Reformatorische Hulpaktie Woord

en Daad, gevestigd te Gorinchem.

Onze stichting is ingeschreven onder

nummer 41118168, bij de Kamer van

Koophandel te Utrecht en staat onder

controle van een registeraccountant.

Woord en Daad

Postbus 560, 4200 AN Gorinchem

tel 0183-611800 | fax 0183-611808

[email protected]

www.woordendaad.nl/jaarverslag

Rabobank NL64 RABO 0385 4870 88

t.n.v. Woord en Daad, Gorinchem

Vormgeving

Reprovinci reclamebureau

Productie

Media Center Rotterdam

Fotografi e

Woord en Daad

Bekijk het jaarverslag online!