Winst uit waterWinst uit water Vijf voorbeelden van industriële waterprojecten die goed zijn voor...
Transcript of Winst uit waterWinst uit water Vijf voorbeelden van industriële waterprojecten die goed zijn voor...
Winst uit waterVijf voorbeelden van industriële waterprojecten die goed
zijn voor het milieu en de bedrijfsportemonnee
In opdracht van VROM
Hoewel deze publicatie met de grootst mogelijke zorg is samengesteld, kan SenterNovem geen
enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele fouten. Bij publicaties van SenterNovem die
informeren over subsidieregelingen geldt dat de beoordeling van subsidieaanvragen uitsluitend
plaatsvindt aan de hand van de officiële publicatie van het besluit in de staatscourant.
SenterNovem • is ontstaan uit een fusie tussen Senter en Novem • voert
beleid uit voor verschillende overheden op het gebied van innovatie,
energie & klimaat en milieu & leefomgeving en draagt zo bij aan
innovatie en duurzaamheid • is een agentschap van het Ministerie van
Economische Zaken • Meer informatie: www.senternovem.nl
Catharijnesingel 59
Postbus 8242
3503 RE Utrecht
Telefoon 030 239 34 93
Telefax 030 231 64 91
www.senternovem.nl
Publicatienummer
3MT--05.03
Tekst
Rinze Benedictus en Vincent Delemarre
(Videm Communicatie)
Fotografie
Jeroen Dietz Fotografie
Druk
Drukkerij De Bink
Grafische vormgeving
WAT ontwerpers, Utrecht
Winst uit waterVijf voorbeelden van industriële waterprojecten die goed
zijn voor het milieu en de bedrijfsportemonnee
In opdracht van VROM
Hoewel deze publicatie met de grootst mogelijke zorg is samengesteld, kan SenterNovem geen
enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele fouten. Bij publicaties van SenterNovem die
informeren over subsidieregelingen geldt dat de beoordeling van subsidieaanvragen uitsluitend
plaatsvindt aan de hand van de officiële publicatie van het besluit in de staatscourant.
SenterNovem • is ontstaan uit een fusie tussen Senter en Novem • voert
beleid uit voor verschillende overheden op het gebied van innovatie,
energie & klimaat en milieu & leefomgeving en draagt zo bij aan
innovatie en duurzaamheid • is een agentschap van het Ministerie van
Economische Zaken • Meer informatie: www.senternovem.nl
Catharijnesingel 59
Postbus 8242
3503 RE Utrecht
Telefoon 030 239 34 93
Telefax 030 231 64 91
www.senternovem.nl
Publicatienummer
3MT--05.03
Tekst
Rinze Benedictus en Vincent Delemarre
(Videm Communicatie)
Fotografie
Jeroen Dietz Fotografie
Druk
Drukkerij De Bink
Grafische vormgeving
WAT ontwerpers, Utrecht
Winst uit waterVijf voorbeelden van industriële waterprojecten die goed zijn voor het milieu
en de bedrijfsportemonnee
I N H O U D
2 Voorwoord
door Margreeth de Boer
4 Grolsch: Dubbele winst dankzij
eigen afvalwaterzuivering met
volledige geurverwijdering
8 Zuiveringsbedrijf Waterstromen:
Innovatieve technologieën voor
de verwijdering van stikstof en
fosfaat uit afvalwater
11 DOC Kaas: Kosteneffectief op
weg naar volledige kringloop-
sluiting
14 Pacques: Een nieuwe, veel
economischer methode om
stikstof te verwijderen uit
afvalwater
18 TNO: Nieuwe technologie
Memstill® belooft ongekend
economisch potentieel voor
waterzuivering
22 En nu aan de slag!
23 Systematische aanpak
2
De kosten van het waterverbruik stijgen al jaren en het einde
van die ontwikkeling is nog lang niet in zicht.
Voor veel bedrijven gaat het inmiddels om substantiële
bedragen. Toch laten bedrijven kansen op kostenbesparing
onbenut. Daar moet verandering in komen, voor het milieu en
voor uw bedrijfsportemonnee.
Voorwoord
Water wordt gebruikt in de hele industrie. Grote
verbruikers zijn onder andere de textiel-, de
metaal-, de papier-, de voedings- en genotmid-
delen- en de chemische industrie. De doeleinden
van het watergebruik zijn uiteenlopend: was- en
spoelwater, transportwater, koelwater, product-
water, proceswater, stoom, reinigingswater, ketel-
voedingswater en sanitair water.
Hoe hoog de kosten van het waterverbruik ook
zijn, vraag aan een bedrijf naar de omvang en men
zal het antwoord op de vraag in negen van de tien
gevallen schuldig blijven. Reden? Niemand heeft
het overzicht. Het gaat simpelweg om te veel ver-
schillende (soorten) investeringen, rekeningen en
aanslagen. Denk aan de inkoop van drinkwater
en/of onttrekking van grondwater, aanleg, beheer
en onderhoud van zuiveringsinstallaties, de lozing
van het afvalwater en mogelijk de slibverwerking
en -afvoer. En dan hebben we het nog niet eens
over de mogelijkheden om kostbare warmte en
stoffen uit het afvalwater terug te winnen. Of over
de kosten van vergunningen, inclusief de bijbeho-
rende leges en tijdsbesteding.
Dat binnen bedrijven niemand een overzicht heeft
van de kosten van het watergebruik en alles wat
daarmee samenhangt, is waarschijnlijk de belang-
rijkste reden dat veel bedrijven zich niet erg om
hun watergebruik bekommeren. Daardoor blijven
goede kansen op kostenbesparing liggen. En dat
terwijl het watergebruik de komende jaren naar
verwachting nog tientallen procenten duurder zal
worden. Bovendien zullen bedrijven steeds harder
worden geconfronteerd met vergunningverleners
die onttrekking van grondwater en emissies naar
het oppervlaktewater willen tegengaan.
Winst uit water
3
Deze brochure beschrijft vijf waterprojecten die de
laatste jaren zijn uitgevoerd met subsidies van
SenterNovem. Ze laten zien welke enorme moge-
lijkheden er zijn om nu al veel efficiënter en effec-
tiever met water om te gaan. Daarbij gaat het
steeds om combinaties van het minimaliseren van
de waterbehoefte, reiniging van water - voor her-
gebruik binnen het productieproces of voor lozing
- en terugwinning van waardevolle producten uit
het afvalwater. Volledige kringloopsluiting komt
steeds dichterbij, mede dankzij technologische
ontwikkelingen, zoals die op het gebied van mem-
braantechnologie. Ook daarvan komt in deze
publicatie een prachtig voorbeeld aan de orde.
Prachtig, niet alleen omdat de Nederlandse
industrie hiervan volop kan profiteren, maar ook
omdat dergelijke ontwikkelingen kunnen leiden
naar oplossingen voor de wereldwijde water-
schaarste.
Mijn oproep luidt: laat u inspireren door deze
voorbeelden en ga aan de slag met alle kennis die
er is. Achterin deze publicatie leest u daarover
meer. SenterNovem zal u graag verder helpen.
Margreeth de Boer, oud-minister van VROM, voorzitter Raad van Toezicht WETSUS Instituut voor
watertechnologie en Vice-voorzitter Adviescommissie Water
4
Uiteindelijk hebben we besloten zelf een biologi-
sche afvalwaterzuiveringsinstallatie neer te
zetten.”
M e t h a a n b a c t e r i ë n
Het afvalwater komt bij Grolsch uit drie bronnen:
de energievoorziening, de bierbereiding en het
afvullen van fusten en flessen. Deze drie stromen
worden geleid naar de opvangput van de biologi-
sche afvalwaterzuiveringsinstallatie. Die bestaat
verder uit twee buffertanks, een voorverzuurtank
en een interne circulatiereactor, waarin de omzet-
ting in biogas plaatsvindt. Dat er twee buffertanks
staan, heeft te maken met de ongelijkmatige
samenstelling van het afvalwater en de smalle
marges waarbinnen bacteriën in de reactor hun
werk doen. Paul Schnellen: “De micro-organismen
kunnen hun werk alleen doen in een nauw
omschreven band van pH en temperatuur. Een te
grote toevloed van bierresten, bijvoorbeeld, zou
de gasproductie zo sterk kunnen verhogen dat het
omhoog stromende gas slib de reactor uitspoelt.
Daarom wordt afvalwater dat niet aan de eisen
voldoet tijdelijk opgeslagen in de tweede buffer-
tank. Van daaruit mengen we het met het afval-
water in de eerste tank. Dat vangt de grootste
afwijkingen in pH en temperatuur op. De kwaliteit
van het afvalwater wordt er niet helemaal egaal
door, maar de pieken zijn eraf.”
Een subtiele innovatie in dit deel van het systeem
is een nieuw inline meetsysteem. Tot voorheen
maakte Grolsch gebruik van bypasses met dunne
pijpjes om bijvoorbeeld de pH in de afvalwaterlei-
dingen te bemeteren. Die pijpjes raakten echter
nogal eens verstopt, waardoor een meter een con-
In april 2004 opende Grolsch officieel haar nieuwe
bierbrouwerij. Van twee binnenstedelijk gesitu-
eerde brouwerijen in Groenlo en Enschede ging
het bedrijf naar een terrein van 25 hectare net
buiten de stad, direct aan de A35. Niet alleen de
nieuwbouw zelf was een flinke klus, dat geldt ook
voor het voldoen aan alle milieuregels, vertelt Paul
Schnellen, veiligheidsdeskundige en manager arbo
en milieu van Grolsch. “Als je nieuw bouwt, heb je
geen milieuverleden. Je moet met de hele instal-
latie aan de nieuwste, strengste eisen voldoen.”
Zelf zuiveren
Een belangrijk milieuaspect is uiteraard de afval-
waterzuivering. Schnellen: “Wij zijn een bierbrou-
werij, dus zuiveren we ons afvalwater liever niet
zelf. Het is niet onze core business. Het waterschap
zou het koolstofrijke brouwerij-afvalwater goed
kunnen gebruiken, omdat het te maken heeft met
relatief stikstofrijk afvalwater. In een aërobe omge-
ving gedijen bacteriën beter als er voldoende
koolstof in het water zit. We konden met het
waterschap echter geen overeenstemming
bereiken over het tarief voor ons afvalwater.
Efficiënte afvalwater-zuivering met volledigegeurverwijdering
Toen bierbrouwer Grolsch geen overeenstemming met het waterschap
kon bereiken over de zuivering van haar afvalwater, besloot het bedrijf
zelf een installatie neer te zetten. Deze is voorzien van de nieuwste
technische snufjes om het afvalwater zo goed mogelijk te zuiveren en
mogelijke geuren uit te bannen. De investering in de eigen zuiverings-
installatie verdient zichzelf in vier jaar terug door de winning en
benutting van biogas.
Grolsch
[Paul S chnel len]
Zelf zuiveren is rendabel en maakt het
productieproces flexibeler
stante waarde ging aangeven. Daarom zijn de
afvalwatermeters nu direct in de leidingen gemon-
teerd zodat ze te allen tijde verwijderd kunnen
worden voor onderhoud.
G e u r b e s t r i j d i n g
Toen de nieuwe installatie nog maar net in bedrijf
was, kreeg het bedrijf al reacties uit de omgeving
over stank. Schnellen: “De belangrijkste bron was
de lucht die vrijkomt bij de ventilatie van de tanks,
ondanks dat we daarop een biofilter hebben
zitten. Zo’n filter zuivert de lucht voor 98 procent,
maar blijkbaar is dat toch nog te weinig. Door de
klachten werden we gedwongen drastische maat-
regelen te nemen. Na lang zoeken, zijn we tot de
oplossing gekomen om de afgezogen lucht in te
zetten als verbrandingslucht in de incinerator.
Daarmee verbranden we ook de geuremissies uit
het brouwhuis. Op de hele wereld is er volgens mij
geen bedrijf dat afgevoerde lucht uit een biofilter
alsnog verbrandt”, aldus Schnellen. “De oplossing
heeft de brouwerij drie maanden tijd en veel geld
gekost.”
Voor de bestrijding van de geur van het brouwhuis,
waar het bier wordt gemaakt, koos Grolsch een
zelfde drastische aanpak. “De uitgestoten lucht
wordt gekoeld. De condens die daarbij vrijkomt,
wordt met het afvalwater afgevoerd. De niet-
condenseerbare geurcomponenten die overblijven,
worden eveneens, via een speciale leiding, naar de
incinerator gevoerd en verbrand. Door deze oplos-
sing verloopt de omzetting van biogas in stoom
een stuk minder efficiënt dan zou kunnen, maar
dat nemen we op de koop toe. Het is de enige
manier om volledig van de geur af te komen.
We hadden het liever anders gedaan, maar dit is
een voorbeeld van conflicterende milieueisen.
Buurtbewoners zijn nu gelukkig wel tevreden.”
Z w a v e l v e r w i j d e r i n g
Een geurprobleem dat Grolsch op voorhand heeft
opgelost, is de verwijdering van waterstofsulfide
(H2S) dat vrijkomt bij de biogasproductie. H2S is de
6
Winst uit water
Buurtbewoners zijn
nu tevreden
D U B B E L R I O O L S T E L S E L
Om de kosten van rioolwaterzuivering te minimaliseren, ver-
dwijnt bij Grolsch niet al het regenwater automatisch in het
riool. Dat gebeurt alleen met de first flush, het eerste regen-
water na een periode van droogte. Dat water spoelt immers
vuilresten van de bestrating en is dus relatief vuil. De rest van
het regenwater, dat vrijwel schoon is, wordt opgevangen in een
speciale gracht rondom het terrein. Deze heeft aansluiting op
een aantal infiltratiebakken, waaruit het water de bodem insij-
pelt. Ook via de gracht zelf trekt water de bodem in. Paul
Schnellen: “Op deze manier proberen we de wateropname door
de bodem zo dicht mogelijk in de buurt te krijgen van de oude
situatie, voor de brouwerij er was. Toen was dit terrein nog
gewoon weiland. Bovendien zit de communale waterzuivering
niet te wachten op grote hoeveelheden regenwater dat slechts
licht is verontreinigd. Het verstoort de zuivering. Onze oplos-
sing betekent wel dat een dubbel rioolstelsel moest worden
aangelegd, één voor hemelwater en één voor bedrijfswater. Dit
is een door de overheid opgelegde verplichting.”
Overigens doet Grolsch de gemeente Hengelo een deugd door
‘overlastwater’ te gebruiken in de brouwerij. Sinds waterbedrijf
Vitens jaren geleden stopte met de waterwinning in waterwin-
gebied Veldwijk, steeg het grondwater-peil in Hengelo en
omgeving. Natte kelders in verschillende Hengelose wijken
waren het gevolg. Al in 2002 zijn Grolsch en de gemeente
Hengelo overeengekomen dat Grolsch het grondwater zal
gebruiken als proceswater. De brouwer gebruikt het bijvoor-
beeld om bierflesjes te spoelen. Dankzij een speciaal aange-
legde waterleiding vloeit het water inmiddels naar de brou-
werij. Per jaar wil Grolsch minimaal 300 miljoen liter water
oppompen.
7
stof die verantwoordelijk is voor de geur van rotte
eieren en die je al in minimale hoeveelheden goed
kunt ruiken. De uitstoot ervan is dus onaan-
vaardbaar.
De reden dat er zoveel H2S vrijkomt bij de biogas-
productie, is de aanwezigheid van sulfaat in het
grondwater waarmee Grolsch haar bier bereidt.
Daaraan valt weinig te doen. De oplossing voor
het probleem werd gevonden bij technologiele-
verancier Paques uit Balk, wereldmarktleider op
het gebied van anaërobe waterbehandeling.
Paques had net een nieuwe biologische scrubber
ontwikkeld, die het gas waterstofsulfide op biolo-
gische wijze verwijdert in een basisch milieu,
waarbij elementair zwavel als eindproduct over-
blijft. Schnellen: “Het is heel bijzonder dat we het
op deze manier doen. Traditioneel wordt het pro-
bleem van H2S opgelost door het biogas over een
loog-scrubber te reinigen. Dat is een dure aangele-
genheid; we zijn dus erg blij met deze oplossing.”
Winst uit water
Terugverdienen
De zuiveringscapaciteit van de nieuwe installatie
van Grolsch is berekend op het afvalwater dat vrij-
komt bij de productie van vier miljoen hectoliter
bier per jaar. Omdat de bierbrouwerij dat getal
nog niet haalt, is nu nog sprake van overcapaciteit.
In plaats van 270 kuub water die de installatie per
uur kan verwerken, gaat er momenteel 150 kuub
doorheen. Daarmee produceert de installatie
800.000 kuub biogas per jaar. Toch verwacht Paul
Schnellen dat Grolsch de investeringen in de zui-
veringsinstallatie in een jaar of drie, vier zal terug-
verdienen.
“Het neerzetten van de biologische afvalwaterzui-
veringsinstallatie kostte meerdere miljoenen. Die
investering hebben we kunnen doen mede dankzij
de Milieu Investeringsaftrekregeling. Met de
tweede buffertank kunnen we bovendien cala-
miteiten beter opvangen. Al met al is dit een heel
rendabel project.”
Efficiënte afvalwaterzuivering
met volledige geurverwijdering
8
Het bedrijf Aviko in Steenderen is een van de
grootste aardappelverwerkende industrieën van ons
land. Naast de bestaande anaërobe voorzuivering
verrijst momenteel een uitbreiding voor de verwijde-
ring van stikstof en fosfaat. De ingebruikname is
voorzien in januari 2006. Dan zal het afvalwater van
Aviko niet alleen worden ontdaan van een belangrijk
deel van de organische vervuiling, maar ook van deze
stoffen.
Volledige ontzorging
“Voor bedrijven die een redelijk aantal vervuilingseen-
heden lozen, is het vaak goedkoper het afvalwater
separaat te zuiveren dan het zonder meer aan te
bieden aan een communale afvalwaterzuiveringsin-
stallatie voor het normale verontreinigingstarief ”, ver-
tellen directeur Jos Verlaat en adjunct-directeur Eef
Leeuw van Waterstromen. “Afvalwaterzuivering is de
enige nutsvoorziening die geen grootverbruikerstarief
kent. Je betaalt 50 euro per vervuilingseenheid, of je
nu 100 of 100.000 vervuilingseenheden aanbiedt.
Daarom heeft Aviko in de jaren tachtig al een eigen
anaërobe voorzuivering gerealiseerd, die circa 80 pro-
cent van de vervuiling afbreekt. Dit leverde een aan-
zienlijke besparing op de zuiveringslasten op. Er blijft
nu eigenlijk alleen nog veel stikstof en fosfaat in het
afvalwater achter. Enkele jaren geleden legde het
waterschap aan Aviko de eis op om ook die stoffen uit
het afvalwater te verwijderen. Aviko had hiervoor
echter de kennis niet in huis en wilde er ook liever
niet zelf in investeren. Toen hebben ze ons ingescha-
keld. Wij leveren volledige ontzorging. Dat wil zeggen:
we bouwen een zuiveringsinstallatie en gaan die
exploiteren, zodat de klant geen omkijken meer heeft
naar zijn afvalwater.”
Biologische zuivering
Wie afvalwater van een aardappelverwerkend bedrijf
wil zuiveren, denkt automatisch aan biologische afval-
waterzuivering. Het kan immers niet anders of het
afvalwater zit vol met organische stoffen, die bacte-
riën in een anaërobe zuiveringsinstallatie omzetten in
biogas. En zo is het ook. Het zuiveringsbedrijf
Waterstromen gaat nu ook de stikstof met bacteriën
verwijderen. Daarvoor wordt het zogeheten CANON-
systeem ingezet: Completely Autotrophic Nitrogen
Removal Over Nitrite. Hierbij werken twee soorten
bacteriën samen: eerst zetten aërobe bacteriën de
helft van het ammonium om in nitriet, vervolgens
zetten andere bacteriën het mengsel van ammonium
en nitriet om in zuiver stikstof. Deze laatste stap staat
ook wel bekend als anammox. Een tikje spannend
vinden Verlaat en Leeuw het nog wel: “Technische
problemen kun je oplossen. Als pompen of meters het
niet doen, dan vervang je ze. Maar als de beestjes het
niet doen, wordt het een stuk lastiger. Overigens
hebben we de risico’s tot een minimum beperkt door
uitgebreide pilot-proeven te doen.”
Kunstmest
Aanvankelijk was het idee om het fosfaat uit het afval-
water te verwijderen door het laten neerslaan met
ijzer. Dat leidt echter tot een grote slibstroom, die
slechts tegen hoge kosten te verwerken is. Uiteindelijk
is een oplossing gevonden waar Leeuw en Verlaat
best trots op zijn: aan het afvalwater wordt een mag-
nesiumzout toegevoegd. Hierbij ontstaat struviet, een
verbinding van magnesium met fosfaat en ammo-
nium. Verlaat en De Leeuw: “Het is een techniek die
Uitbesteding van deafvalwaterzuiveringHet zuiveringsbedrijf Waterstromen werkt momenteel aan een
uitbreiding van de afvalwaterzuiveringsinstallatie van aardappel-
verwerker Aviko voor het verwijderen van stikstof en fosfaat. Hierbij
zullen nieuwe, innovatieve technologieën worden toegepast.
“Dankzij de subsidie van SenterNovem durven we dit aan.”
Zuiveringsbedrijf Waterstromen
9
[Jos Ver laat ]
Wij leveren Aviko volledige ontzorging
10
Winst uit water
nog slechts beperkt wordt toegepast. Het struviet is
mogelijk af te zetten als meststof.”
“Er is uitgebreid onderzoek aan voorafgegaan”, stellen
de twee vertegenwoordigers van Waterstromen.
“Daarbij kostte het vooral moeite om de verschillende
reactoren waar koolstof, fosfaat en stikstof moeten
reageren, op de juiste manier achter elkaar te zetten
en op elkaar aan te laten sluiten. Subsidie van
SenterNovem heeft ons gestimuleerd om zoiets
nieuws te proberen.”
Uitruil
Het is de bedoeling dat de nieuwe zuiveringsinstal-
latie vanaf 2006 tussen de 2.500 tot 3.000 kuub afval-
water per dag gaat zuiveren. Het water dat overblijft,
is dan vergaand gezuiverd. Helaas is het nog niet zo
schoon dat het direct op het oppervlaktewater mag
worden geloosd, maar ook daarvoor heeft
Waterstromen een oplossing gevonden. Verlaat en
Leeuw: “Dat sturen we toch nog naar de zuivering van
het waterschap. Rioolwaterzuiveringsinstallaties zijn
vooral goed in het zuiveren van relatief dunne afval-
waterstromen. Onze processen zijn in het bijzonder
geschikt voor het zuiveren van geconcentreerde
stromen. Toevallig beschikt het waterschap over één
geconcentreerde stroom. Die gaan wij nu zuiveren. In
ruil daarvoor zuiveren zij óns water.”
Subsidies
Voor het neerzetten van de nieuwe installatie, die zo’n
5 miljoen euro gaat kosten, heeft Waterstromen een
subsidie van 225.000 euro gekregen uit de voormalige
SenterNovem-regeling Energiebesparing door
Innovatie (EdI). Tevens heeft Waterstromen gebruik
gemaakt van Groenfinanciering, een onderdeel van
de Regeling Groenprojecten van de ministeries van
VROM, Financiën en LNV. Deze financieringswijze, die
onder andere is bedoeld voor projecten waarin
‘groene energie’ wordt geproduceerd, biedt bedrijven
of instellingen de mogelijkheid om tegen een lagere
dan de gangbare rente geld te lenen van een
Groenfinancier.
De spanning stijgt
In januari 2006 moet de installatie gaan draaien. De
bouw is in volle gang, want elke maand vertraging
kost veel geld. Voor het afvalwater moet dan immers
gewoon de verontreinigingsheffing worden betaald.
De tijdsdruk heeft er ook voor gezorgd dat het bedrijf
Paques uit Balk, dat de installatie oplevert, nu ook een
kweekreactor aan het bouwen is. Daarin worden met
hoge snelheid de benodigde bacteriën gekweekt,
waarmee de zuiveringsinstallatie direct na oplevering
kan gaan draaien. Naarmate de opleveringsdatum
dichterbij komt, stijgt de spanning, melden Verlaat en
Leeuw. “Bouwen gaat nooit zoals gepland. Toen we
de fundering gingen aanleggen, bleek de ondersteu-
nende zandlaag precies op de door ons gekozen plek
het diepst te liggen. Dat bracht behoorlijk wat extra
kosten met zich mee. Maar ja, dat soort dingen hoort
erbij.”
Uitbesteding van de
afvalwaterzuivering
De klant heeft geen
omkijken naar zijn
afvalwater
Sinds de jaren zeventig is het niet meer vertoond,
de bouw van een geheel nieuw zuivelpark. In
Hoogeveen gebeurt het nu wel, net buiten de
stad, aan de rijksweg A37. Het eerste bedrijf dat
zich hier heeft gevestigd is DOC Kaas. Op een ter-
rein van achttien hectare heeft de coöperatieve
vereniging een zuivelfabriek neergezet, waar jaar-
lijks miljoenen liters melk verwerkt worden tot
kaas en weipoeder. Weipoeder is het gedroogde
restproduct van de kaasbereiding. Het overgrote
deel van de kaas die het bedrijf maakt, is rechthoe-
kige en (folie-)kaas. Deze wordt door
handelsondernemingen gesneden en verpakt.
Daarnaast worden natuurgerijpte kazen gemaakt.
Haalbaarheid onderzocht
Voor het productieproces op de nieuwe locatie
heeft DOC Kaas 2.000 kuub water per dag nodig.
Daarvan koopt het bedrijf nu nog zo’n dertig pro-
cent in als leidingwater. Projectmanager Siebe de
Groot legt uit waarom dit binnen enkele jaren tot
nul zal worden teruggebracht: “We hebben op het
nieuwe terrein in principe de mogelijkheid om
grondwater op te pompen. De hoeveelheid is
echter beperkt en de kosten zouden naar verwach-
11
ting in de nabije toekomst een stuk hoger komen
te liggen. Bovendien moeten we elke kuub water
die we inkopen ook weer lozen. Dat kost ook geld.
In het kader van maatschappelijk verantwoord
ondernemen bestond bij de directie de wens om
een zo waterefficiënt mogelijke fabriek neer te
zetten. Daarom hebben we installatiebedrijf GTI en
ingenieursbureau Arcadis een haalbaarheidsonder-
zoek naar zelfvoorziening laten uitvoeren. Dat
leverde een positief resultaat op.”
Watersysteem
De sleutel voor de zelfvoorziening is het water dat
vrijkomt bij de bewerking van melk tot kaas en bij
het drogen van de wei tot weipoeder. Dit drogen
gebeurt in twee stappen. Eerst vindt indamping
plaats via koken onder vacuüm, bij een relatief
lage temperatuur van circa 60°C. Hoger is niet
mogelijk omdat de eiwitten in de melk dan zouden
denatureren. Op deze manier wordt de wei inge-
dikt tot zestig procent droge stof. De restvochtver-
wijdering, de tweede stap, gebeurt in een droog-
toren, waar het restvocht met hete lucht wordt
verdampt. Uiteindelijk blijft weipoeder over met
een vochtgehalte van slechts vier procent en
natuurlijk heel veel water. Dat wordt, via omge-
keerde osmose, opgewerkt tot leidingwaterkwa-
liteit en vervolgens weer ingezet in het proces,
met name als wrongelwaswater voor de kaasberei-
ding. Enerzijds scheelt dit inname van veel grond-,
oppervlakte- en/of leidingwater, anderzijds voert
DOC ook veel minder afvalwater af dan een nor-
maal zuivelbedrijf. Loost dat 1 liter water per liter
verwerkte melk, bij DOC Kaas gaat het slechts om
0,6 liter. Op termijn moet dit zelfs 0,4 liter worden.
Op weg naar volledigekringloopsluiting
Niet langer meer leidingwater inkopen, geen grondwater oppompen
en ook geen gebruik maken van oppervlaktewater. Dat is het ambi-
tieuze streven van DOC Kaas, producent van met name kaas en wei-
poeder. Dankzij een subsidie uit het Europese milieuprogramma Life
kan het idee vrijwel uit. Met het project wil DOC Kaas echter vooral
laten zien dat het bedrijf staat voor duurzaam ondernemerschap en
een innovatiegerichte mentaliteit.
DOC Kaas
[S iebe de Groot]
We laten zien dat we staan voor duurzaam
en innovatief ondernemerschap
Uitgekiend waterleidingsysteem
Om het systeem mogelijk te maken, heeft DOC
Kaas de waterbehoefte in het hele bedrijf gemini-
maliseerd. In aansluiting hierop werd een uitge-
kiend waterleidingsysteem ontworpen en aange-
legd. “In dit systeem blijven het opgewerkte pro-
ceswater en het ingekochte leidingwater strikt
gescheiden”, licht De Groot toe. “Hoe effectief
omgekeerde osmose ook is, honderd procent
zuiver is niet te realiseren. Er blijft altijd een kleine
component organisch materiaal achter. Zouden
beide stromen mengen, dan ontstaat heel snel
microbiële groei, door de combinatie van stikstof
en fosfaten in het leidingwater en koolwater-
stoffen in het opgewerkte proceswater.” Een
microbiële infectie is wel het laatste waarop een
zuivelfabriek zit te wachten. Om die te voorkomen.
heeft DOC Kaas niet alleen zelf alle mogelijke voor-
zorgsmaatregelen getroffen, het wordt bij het
beheersen van de waterkwaliteit ook nog eens
ondersteund door waterconsultant Kiwa uit
Nieuwegein. Mocht het desondanks misgaan, dan
zijn de roestvrijstalen leidingen met natronloog of
salpeterzuur te reinigen. “Waren de leidingen van
koper of plastic, dan zouden ze daartegen niet
bestand zijn. Dan zouden we alles na een cala-
miteit opnieuw moeten aanleggen”, aldus De
Groot.
Koude en warmte
De Hoogeveense kaasproducent gaat overigens
niet alleen slim om met water, maar ook met de
koude en warmte erin. Water van 14°C uit het
kaasproces wordt bijvoorbeeld gebruikt om de
vrijkomende wei af te koelen. Daarmee stijgt de
temperatuur van dit water, maar die is altijd nog
laag genoeg (30°C) om de condensors van de
indampinstallatie af te koelen. Warm water uit het
indampproces wordt onder andere ingezet om de
drooglucht van de weipoedertoren voor te ver-
warmen, de kaasmelk voor te verwarmen op die
momenten dat geen wei aanwezig is (bij elke
opstart na reiniging) en om het waswater voor de
kaasbereiding voor te verwarmen.
Winst uit water
13
Break-even-point bijna bereikt
“Het rendement van het hele systeem wordt
momenteel nog beperkt door de productieduur”,
vertelt De Groot. “In het begin draaide de fabriek
slechts drie dagen per week, nu is dat vijf en
binnenkort worden het er zes. Door continuer te
draaien, neemt het aantal spoel- en reinigingsmo-
menten af en springt de installatie dus zuiniger om
met water. Als we zes dagen per week gaan
draaien, hoeven we nauwelijks meer water in te
kopen.”
Ondanks dat de productie nog niet op volle toeren
draait, is het break-even-point van de extra
investeringen nu, na enkele jaren, toch al bijna
bereikt. “Normaal gesproken zou dat niet zo zijn”,
weet De Groot, “maar in dit geval hebben we een
subsidie gehad uit het Europese milieuprogramma
Life. Zonder die subsidie zouden we bepaalde
investeringen waarschijnlijk niet hebben gedaan.”
Geen gouden bergen
De terugverdientijd over de hele investering is,
volgens Siebe de Groot, net zo lang als de econo-
mische levensduur van de installatie: zo’n tien jaar.
“Het levert ons geen gouden bergen op. We laten
echter wel zien dat we staan voor duurzaam en
innovatief ondernemerschap. Het gebeurt in
Nederland nooit dat een zuivelverwerkingsfabriek
én verhuist én innoveert op de manier zoals wij
doen. Meestal gaat het toch om verbouwingen van
bestaande installaties met bekende technologie.
Collega’s kijken dan ook met belangstelling en
afgunst naar onze nieuwbouw. Ik krijg verder veel
reacties als ik op symposia over het project vertel.
Dat is een verplichting die een Life-subsidie met
zich meebrengt. Via één van die symposia ben ik
trouwens in contact gekomen met garnaalverwer-
kingsbedrijven. Die gebruiken ook veel water in
hun processen en zijn heel geïnteresseerd in de
manier waarop wij het water hergebruiken.”
We hoeven straks
nauwelijks water
meer in te kopen
14
Carl Schultz (Marketing & Sales) en Wiebe Abma
(Technology Manager). “De voordelen van het proces
zijn evident: het verloopt in één stap, je hoeft niet
langer methanol toe te voegen en de CO2-emissie ligt
bijna 90 procent lager. Bovendien kan een
Anammox®-reactor veel kleiner zijn dan een traditio-
nele reactor.” In 1997 verwierf Paques een licentie
voor de technologie. Dankzij deze overeenkomst
vloeit voor elke Anammox®-reactor die Paques ver-
koopt geld naar de universiteit, overigens via de tech-
nologiestichting STW.
Kracht
Voordat de technologie kon worden toegepast,
moest Paques eerst nog het nodige werk verzetten.
Schultz: “Het proces werkte op laboratoriumschaal,
met reactoren van tien of honderd liter. Dat hebben
we eerst moeten opschalen naar industrieel niveau.
Dan heb je het over reactoren van honderd tot twee-
duizend kuub.” Toen dat eenmaal was gelukt, kon in
2002 de eerste Anammox®-installatie worden gele-
verd. Dit gebeurde aan Waterschap Hollandse Delta
voor de rioolwaterzuiveringsinstallatie
Dokhaven/Sluisjesdijk in Rotterdam. Hier werd een
installatie neergezet met een volume van 72 kubieke
meter. Deze moet uiteindelijk 500 kilogram stikstof
per dag uit het afvalwater gaan verwijderen; momen-
teel wordt ruim de helft gehaald. Het geringe volume
van de installatie illustreert de kracht van Anammox®,
stelt Schultz: “Voor het verwijderen van 500 kilo stik-
stof per dag zou een standaardinstallatie van 40.000
kubieke meter nodig zijn. Inmiddels is nog een
andere technologie voor nitraatverwijdering op de
markt, maar die vergt ook nog altijd een installatie
van 1.800 kubieke meter.”
Eind jaren tachtig ontdekte GistBrocades een ‘gat’ in
de stikstofkringloop. Tot dan toe leek de omzetting
van ammonium in stikstofgas alleen in twee stappen
te kunnen verlopen. Daarbij ontstaat, door toevoe-
ging van zuurstof, eerst nitraat. Vervolgens kan stik-
stofgas worden gevormd door toevoeging van een
elektronendonor, zoals methanol. Daarbij komt veel
CO2 vrij. GistBrocades merkte echter dat er een bac-
terie is die de omzetting in één keer kan doen, onder
anaërobe omstandigheden, zonder vrijkoming van
grote hoeveelheden CO2.
Evident
In de daarop volgende jaren hebben onderzoekers
van de Technische Universiteit Delft, en later ook van
de Radboud Universiteit Nijmegen, de verantwoorde-
lijke bacterie geïsoleerd en fundamenteel microbiolo-
gisch onderzocht. Op basis hiervan ontwikkelde de
Technische Universiteit Delft het zogeheten
Anammox®-proces, waarbij Anammox staat voor
anaërobe ammonium oxidatie. Halverwege de jaren
negentig raakte Paques hierover in gesprek met de
Delftse universiteit en zag er meteen wat in, vertellen
Het bedrijf Paques B.V. uit Balk is wereldwijd een grote marktpartij op
het gebied van anaërobe afvalwaterzuivering. Sinds enkele jaren werkt
het bedrijf aan een nieuwe technologie voor de zuurstofloze verwijde-
ring van stikstof uit afvalwater: Anammox®. Voor tal van bedrijfstakken
komt daarmee een veel goedkopere methode voor stikstofverwijde-
ring in beeld dan tot nu toe beschikbaar is. Naar verwachting komt de
technologie binnenkort grootschalig op de markt.
Een nieuwe methodevoor stikstofverwijderinguit afvalwater
Paques B.V.
15
[Carl Schultz (links) en Wiebe Abma]
Er zijn nogal wat bedrijven die baat
kunnen hebben bij deze technologie
16
nieuwe zijn momenteel in aanbouw: één bij leerlooi-
erij Hulshof in Lichtenvoorde en één bij aardappel-
verwerkingsbedrijf Aviko. Beide worden neergezet in
opdracht van Waterstromen (zie artikel pagina 8).
“Ten opzichte van de eerste reactor in Rotterdam
hebben we het zuiveringsproces ook nog verder
geoptimaliseerd”, zegt Abma. “Bij die installatie vindt
de gedeeltelijke oxidatie van ammonium nog
gescheiden plaats van de stikstofproductie. Dit vergt
echter constante fijnafstelling van de waterstromen.
In de verbeterde opzet zitten de bacteriën die ver-
antwoordelijk zijn voor de omzettingen in één
reactor. Die opzet is veel simpeler, robuuster en sta-
bieler. We denken dat dit het systeem van de toe-
komst wordt.”
Optimalisatie
Het opstarten van de installatie in Rotterdam duurde
langer dan verwacht. “Het moeilijkste was dat er geen
Anammox®-slib voorhanden was om de reactor op te
starten”, vertelt Abma. “De uitgangsconcentratie van
het slib dat we gebruikten, was slechts tienduizend
cellen per milliliter. Voor een goede werking heb je
zeker honderd miljoen cellen per milliliter nodig. Dat
scheelt een factor miljoen. Aangezien de bacteriën
zich slechts één keer per twee weken delen, duurde
het heel lang voor het zover was. Of het proces goed
verliep, konden we bovendien alleen via omslachtige
moleculaire methoden controleren.”
Nu er voldoende slib beschikbaar is, speelt dit pro-
bleem niet meer bij toekomstige installaties. Twee
Winst uit water
Een nieuwe methode voor
stikstofverwijdering uit
afvalwater
17
menen Abma en Schultz: “Anders wil niemand de
eerste zijn met het uitproberen van een nieuwe tech-
nologie. Behalve voor ons is het erg belangrijk voor
onze klanten. Die durven dankzij subsidies hun nek
uit te steken. Subsidie is de smeerolie om van een
nieuwe technologie een succes te maken.”
Samenwerking
Een andere sleutel voor succes van de ontwikkeling is,
volgens de medewerkers van Paques, de samenwer-
king met de Nederlandse universiteiten: “Ons bedrijf
is sterk in de academische wereld verankerd. We
kennen veel hoogleraren, we weten wat voor onder-
zoek er gaande is, we voeren regelmatig overleg en,
via STW, financieren we ook veel onderzoek. De ont-
wikkeling van Anammox® is het resultaat van de per-
fecte samenwerking tussen Waterschap Hollandse
Delta, de universiteiten van Delft en Nijmegen, en
Paques.”
Ecomarketing
Na een opstartfase van vele jaren, kan Paques bijna de
commerciële vruchten plukken van de investeringen in
de ontwikkeling van Anammox®. Schultz: “Nu de instal-
latie in Rotterdam loopt, kan onze marketing op gang
komen. Er zijn nogal wat bedrijven die er baat bij
kunnen hebben. Ik denk bijvoorbeeld aan de semicon-
ductorindustrie, de voedingsmiddelenindustrie en de
petrochemie; overal waar waterstromen voorkomen die
veel ammonium en relatief weinig organisch materiaal
bevatten. Een Anammox®-installatie biedt in de eerste
plaats economische voordelen door besparing op che-
micaliën, verminderde slibproductie en een lager ener-
gieverbruik. In de tweede plaats vinden bedrijven duur-
zaamheid steeds belangrijker. Wat dat betreft is de lage
CO2–emissie een groot voordeel. Bovendien wordt
geen schadelijk distikstofoxide (N2O) uitgestoten. Die
stof levert een bijdrage aan eutrofiëring, verzuring én is
een 320 keer sterker broeikasgas dan CO2.”
Om ervoor te zorgen dat niet andere partijen met de
winst van de nieuwe technologie weglopen, is het
Anammox®proces via drie patenten beschermd.
Schultz: “Dat is dringend nodig. Anammox® is hot.
Universiteiten en bedrijven over de hele wereld ver-
diepen zich momenteel in de toepassing van de
Anammoxbacterie. Vandaar dat onze installatie in
Rotterdam ook wereldwijd bekend is.”
Smeerolie
Bij de ontwikkeling van Anammox® tot een industrieel
afvalwaterzuiveringsproces heeft Paques gebruik
gemaakt van diverse subsidies. Cruciaal was de
regeling Milieu en Technologie. Daarnaast is onder
andere steun verkregen van het Europese Vijfde
Kaderprogramma, de WBSO (SenterNovem) en
de inmiddels vervangen BTS- en TS-regelingen
(eveneens SenterNovem). Schultz: “Bij die laatste
regelingen zijn we nog heel goed geholpen door
SenterNovem. Omdat de ontwikkeling van
Anammox® al liep ten tijde van de subsidieaanvraag,
was het feitelijk geen pilotproject meer. SenterNovem
heeft ons toen de weg gewezen om toch nog sub-
sidie te kunnen krijgen.” De subsidies waren van
groot belang voor het welslagen van de ontwikkeling,
Winst uit water
Over de hele wereld
verdiept men zich
momenteel in de
toepassing van de
Anammoxbacterie.
18
“Het project startte toen een aantal jaar geleden
Allerd Stikker bij ons langskwam”, herinnert Bert
Jansen van TNO zich. “Stikker is de oud-topman van
Akzo en RSV, en nu voorzitter van de Ecological
Management Foundation (EMF). Die organisatie
ondersteunt de ontwikkeling van technologieën met
een positief ecologisch effect. Stikker wilde een
nieuwe ontziltingsmethode - van een Amerikaanse
uitvinder - op haalbaarheid laten onderzoeken. Een
medewerker van ons, Jan Henk Hanemaaijer, zat op
dat moment net te broeden op een ander idee. Beide
methoden hebben we toen onderzocht. Het plan van
Stikker bleek niet uitvoerbaar; dat van Hanemaaijer
bood juist veel perspectief. Gezamenlijk, dus ook
samen met Stikker, hebben we vervolgens een con-
sortium opgezet om het idee uit te werken en op de
markt te brengen. De technologie hebben we
Memstill® gedoopt, een samentrekking van de
woorden Membrane en distillation.”
Werkingsprincipe
“Het Memstill®-proces”, vervolgt Jansen, “is gebaseerd
op destillatie van water uit vervuild of zout water. Dat
is natuurlijk niets nieuws, maar kost gewoonlijk heel
veel energie. Wij combineren dit met membraantech-
TNO
Overal ter wereld kunnen we over een jaar of tien tegen een rede-
lijke kostprijs water zuiveren tot drinkwaterniveau, zelfs afval- of
zeewater. Dat perspectief schetst Bert Jansen van TNO als hij het
heeft over de toekomst van een volledig nieuwe membraantechno-
logie: Memstill®. “We hebben de techniek wereldwijd gepatenteerd
en werken hard aan verbeteringen en spin off-ontwikkelingen.”
Memstill® technologie heeft ongekend economisch potentieel
nologie in een zeer compacte module. Langs het
membraan stroomt licht opgewarmd zout of vervuild
water. Het membraan laat de vrijkomende water-
damp door. Die condenseert vervolgens op de con-
densor tegenover het membraan, waarvandaan het
wordt afgevoerd. Daarbij staat de waterdamp de
warmte af aan het zoute water dat door de condensor
stroomt. Dat is allemaal eenvoudige natuurkunde.
Dankzij het tegenstroomprincipe is de warmtebenut-
ting maximaal.”
“Maar nu komt het”, zegt Jansen. “Als je dit werkings-
principe toepast in een compacte module, heb je
maar een heel klein temperatuurverschil en heel
weinig energietoevoer nodig. Daarom hebben wij de
Memstill®-reactor opgebouwd uit honderden lagen
van de drie-eenheid: condenser-array, een tussenlaag,
en een membraan-array. De afstand hierbij tussen
membraan- en condensor-array is minder dan één
millimeter. Daardoor hoeft het aangevoerde water
slechts enkele graden te worden opgewarmd om vol-
doende dampdruk te creëren voor een effectieve
destillatie.”
Goedkoper en energiezuiniger dan
omgekeerde osmose
Water zuiveren via destillatie vormt een breuk met de
heersende trend, meent Jansen. “Negentig procent
van alle nieuwe drinkwaterinstallaties werkt volgens
het principe van omgekeerde osmose. Water wordt
dan door een membraan geperst, waarbij de meeste
verontreiniging achterblijft. De nadelen hiervan, in
vergelijking met een Memstill®-module, zijn de beno-
digde hoeveelheid energie en de zuiverheid van het
gezuiverde water. Memstill® kan gebruik maken van
restwarmte van 60 tot 90 graden Celsius; die is vaak
gratis beschikbaar. Omgekeerde osmose werkt op
[Bert Jansen (zakelijke coördinatie; vooraan), Jolanda van Medevoort (ontwikkeling) en
Jan Henk Hanemaaijer (uitvinding en projectleiding)]
De luxe situatie doet zich voor dat we een partij
hebben gevonden die de technologie helpt lanceren
op de markt
20
elektriciteit. En waar Memstill® perfect zuiver water
oplevert, heeft omgekeerde osmose een veel
geringer zuiveringseffect.” Uiteindelijk, als opschaling
en commercialisering succesvol verlopen”, zegt de
TNO-onderzoeker, “zal Memstill® beduidend goed-
koper en energievriendelijker zijn dan omgekeerde
osmose. Het perspectief is 20 tot 40 procent lagere
kosten in grootschalige installaties, en zelfs een factor
twee in kleine systemen.”
Lijmproblemen
Met een subsidie van het SenterNovem-programma
Economie Ecologie Technologie (E.E.T.) bouwde TNO
met haar partners enkele jaren geleden het eerste
prototype van Memstill®. Daarmee toonde ze de wer-
king aan. Het opschalen van het prototype verliep
echter lastig, waarop besloten werd in een tweede,
wederom door E.E.T. gefinancierde, fase een andere
constructiemethode te ontwikkelen. Ook toen bleef
het grootste probleem het verlijmen van alle lagen.
Een module moet immers waterdicht zijn, afgezien
van de aan- en afvoer. “Bij de opschaling kwamen we
enorme problemen tegen met de verlijming. We
hebben alle verlijmingsdeskundigen uit Nederland en
diverse uit het buitenland erbij gehaald. Bij een test in
juni 2004 bleek de module eindelijk goed te werken.
We hebben op dit moment alleen nog minuscule
lekjes die 1 tot 2 micro-Siemens geleiding geven;
ofwel minder dan een halve milliliter lek per emmer
water.”
Winst uit water
Consortium-perikelen
Behalve de technische hobbels waren er ook nog
organisatorische. Bert Jansen: “Over SenterNovem
niets dan lof, zij zijn altijd erg enthousiast geweest
over het project en hebben ons voluit gesteund. Maar
met de consortiumvorming hebben we wel pro-
blemen gehad. TNO en EMF hebben er hard aan
moeten werken, vooral voor de subsidieaanvraag
voor het tweede E.E.T.project, om partners te vinden
die ook nog eens bereid waren vele miljoenen op
tafel te leggen.”
Het nieuwe consortium omvat onder andere bier-
brouwer Heineken. Dat bedrijf is op zoek naar andere
duurzame bronnen voor zuiver proceswater. Ook
energieleverancier E.ON is bij het project betrokken
geraakt. Dat bezit veel restwarmte.
Waterleidingbedrijf Amsterdam, weer een andere
partner, wil zijn drinkwaterproductie uitbreiden maar
geen extra grondwater gebruiken. Dan is er nog het
waterbedrijf Evides, met speciale interesse in het
leveren van zuiver water aan de industrie. De
bedrijven Water Technology Holland en Seghers
Keppel doen naast TNO de grootste investering, en
zullen de Memstill®-modules gaan produceren. De
Ecological Management Foundation van Stikker
coördineert het project. Hoewel het eerste idee van
Stikker dus niet haalbaar bleek, wil de oud-topman
zich graag sterk maken voor de technologie van TNO.
Proefprojecten
De luxe situatie doet zich inmiddels voor dat er ook
al een partij is gevonden die de technologie helpt
lanceren op de markt. Dat is de Public Utility Board
uit Singapore. “Dit bedrijf wil de technologie zo snel
mogelijk grootschalig toepassen”, vertelt Jansen.
“De motivatie hiervoor is deels economisch en deels
politiek. Memstill® belooft een betaalbare vorm van
waterzuivering, maar kan Singapore voor zijn zoete
water ook onafhankelijk maken van buurland
Maleisië.” Daarom investeert Seghers Keppel, een
andere partner in het Memstill®-consortium, samen
met haar moedermaatschappij uit Singapore in een
eerste proefproject in deze stadsstaat. “Dat project,
dat dagelijks 25 tot 50 m3 water moet gaan produ-
Memstill® technologie
heeft ongekend
economisch potentieel
De luxe situatie
doet zich voor dat
er een launching
customer is
gekomen
ceren, is in de zomer van 2005 van start gegaan.
Direct hierop volgend gaan we proefprojecten
opzetten bij E.ON en Evides in Nederland.”
Geleidelijke ontwikkeling
In het geval van de Public Utility Board uit Singapore,
en ook bij E.ON en Evides, zal Memstill® worden
ingezet om zoet water te maken uit zout water. Voor
echt grootschalige toepassing op het gebied van zee-
waterontzilting moet de flux nog worden verhoogd,
het energieverbruik verder omlaag worden gebracht
en de productietechniek worden uitontwikkeld, aldus
Bert Jansen. Dat kan nog wel vijf tot tien jaar duren,
stelt hij. Voor die tijd komen echter allerlei andere
toepassingen in zicht. Daarbij stelt Jansen zich een
geleidelijke ontwikkeling voor, van kleine modules
voor nichemarkten die op maat worden gemaakt,
naar steeds grotere versies voor grootschalige toepas-
singen in confectiematen. Janssen: “Schepen kunnen
bijvoorbeeld worden voorzien van een Memstill®-
apparaat, waarbij de restwarmte van hun dieselmotor
kan worden ingezet om water te zuiveren of te ont-
Winst uit water
21
zilten.” Voor de industrie ziet hij ook enorme kansen.
“Bij veel industrieën, maar bijvoorbeeld ook bij elek-
triciteitscentrales, komt afvalwater vrij met een tem-
peratuur van 50 tot 100 graden Celsius. Vaak mag dat
niet worden geloosd. Zulke stromen kunnen prima
dienen als warmtebron voor Memstill®-modules.”
Commercie en idealisme
Memstill® is volgens Jansen een buitenkans om
Nederlandse technologie internationaal te commer-
cialiseren. “We hebben de techniek wereldwijd
gepatenteerd, en het team van Jan Henk Hanemaaijer
werkt hard aan verbeteringen en spin off-ontwikke-
lingen.” De economische perspectieven nemen niet
weg dat het project ook een idealistische kant heeft.
Jansen: “De wereldbevolking groeit nog steeds en
de beschikbaarheid van drinkwater is een steeds
nijpender probleem. Van al het water op aarde is
slechts 2,5 procent zoet en daarvan is het grootste
deel ijs. Slechts 0,3 procent is beschikbaar voor drink-
water, en dat raakt ook nog eens steeds meer ver-
vuild. Memstill® biedt het perspectief dat we gebruik
kunnen gaan maken van de 97 procent van het water
op aarde dat voornamelijk is ‘vervuild’ met zout.
Daarmee hoeft er misschien over een aantal jaren
geen waterschaarste meer te zijn.”
1990 2000 2010 2020
0
0.50
1.00
1.50
MEDMSF
RO
MEMSTILL
MED
MSF
RO
MEMSTILL
MED = multiple effect distillationMSF = multistage flashRO = reverse osmosis
Memstill = Memstill membrane distillation
W A T E R P R O D U C T I O N C O S T ( U S D / M 3 )
22
Een integrale benadering
Waterprojecten zijn vooral interessant omdat veel
synergie is te halen met proces- en productverbete-
ring. Waar het om gaat is dat een bedrijf gestructu-
reerd en op bedrijfsniveau gaat zoeken naar mogelijk-
heden om zo min mogelijk water te gebruiken en zo
min mogelijk emissie van warmte en stoffen te ver-
oorzaken naar het riool of het oppervlaktewater.
Hiermee wordt niet alleen gekeken naar waterin-
name, productiemachines en afvalwaterzuivering.
Ook mogelijke aanpassingen en vernieuwingen in het
productieproces en de proceswaterbehandeling
komen in beeld. Bovendien worden opties voor zowel
de korte als de lange termijn in beschouwing
genomen. Vanuit deze benadering krijgt optimalise-
ring van de watercyclus een plaats in het strategische
én milieubeleid van bedrijven.
Samenwerking
Vooral op het gebied van waterzuivering doen zich
de laatste jaren grote ontwikkelingen voor. Inmiddels
zijn er zoveel verschillende technieken, dat er feitelijk
geen standaardoplossingen voor de zuivering van
industrieel afvalwater meer bestaan. Per bedrijf zal
men moeten vaststellen wat de samenstelling van het
afvalwater precies is en hierbij een geschikte combi-
natie van zuiveringstechnieken moeten zoeken.
Gezien de complexiteit van het vraagstuk, is het -
zeker voor kleinere en middelgrote watergebruikers -
aan te raden om hierover kennis in te winnen bij
externe partijen. In aanmerking komen met name
(algemene en gespecialiseerde) advies- en inge-
nieursbureaus en kennisinstellingen.
Meer informatie
Het programma Milieu & Technologie van
SenterNovem verspreidt kennis over technische en
niet-technische aspecten van milieu-innovatie via
onder andere interactieve bijeenkomsten, brochures
en de internetsite www.senternovem.nl/milieutech-
nologie. Op de site staat bijvoorbeeld een overzicht
van alle projecten die in het verleden subsidie
hebben ontvangen. Bijeenkomsten worden aange-
kondigd in de rubriek "Agenda".
Kostenbesparing op het gebied van bedrijfswater kan
op een aantal manieren worden gerealiseerd:
1. Zelf produceren van proceswater in plaats van
drinkwater inkopen of het inhuren van een derde
partij die dit voor u verzorgt.
2. Minimalisering van het waterverbruik (preventie
van watergebruik).
3. Het wegnemen van de oorzaken van vervuiling
(preventie van emissies).
4. Hergebruik van water in het productieproces, vaak
na tussentijdse reiniging.
5. Terugwinning van warmte uit afvalwater.
6. Zelf zuiveren van afvalwater in plaats van zuive-
ring op een openbare rioolwaterzuiveringsinstal-
latie of het inhuren van een derde partij die dit
voor u verzorgt.
7. Grondstofrecycling en -hergebruik.
In enkele gevallen is het zelfs mogelijk om kosten
te besparen door uitwisseling van water van verschil-
lende kwaliteiten tussen bedrijven onderling.
Het e-Waterproject in Maastricht, waaraan circa
negen bedrijven meedoen, is daarvan een voorbeeld.
Naast kostenbesparing is er soms overigens nog een
andere aanleiding voor optimalisering van de water-
cyclus: het moeten voldoen aan strengere milieu-
eisen. Denk aan geuremissies, onttrekking van grond-
water of lozingen. De verdere aanpak is dan echter
niet of nauwelijks anders dan wanneer kostenbespa-
ring voorop staat.
En nu aan de slag!
Optimalisering van de hele watercyclus in een bedrijf kan tot grote
kostenbesparingen leiden. Het advies luidt daarom: breng de water-
cyclus in kaart, overweeg de opties voor verbetering en voer de meest
effectieve en efficiënte maatregelen uit. Een integrale benadering is
een toekomstgerichte benadering!
Winst uit water
Het team van het programma Milieu & Technologie
verschaft ook informatie over kennisbronnen, samen-
werking met derden en subsidies.
Met vragen over het programma Milieu &
Technologie kunt u terecht bij de het frontoffice
Bedrijven van SenterNovem, tel. 0900 - 60 80 600,
e-mail [email protected].
Subsidieshop
Het subsidie-instrumentarium voor waterprojecten
verandert voortdurend. Een actueel overzicht met
subsidieregelingen van Europese, nationale en
provinciale overheden staat op www.subsidieshop.nl.
Via een subsidiezoeker kan men subsidies vinden die
voor een project relevant zijn.
Technology portal
SenterNovem heeft op de website www.senter-
novem.nl/technology een portal ingericht voor ver-
nieuwing van procestechnologie. Energie-efficiency
staat centraal, maar ook op het gebied van water is
veel informatie te vinden, met name in de rubriek
“koelprocessen”. De “technology portal” bevat ook
verwijzingen naar bronnen waar meer technologische
kennis verkrijgbaar is.
Innovatietoolkit
Op de website www.senternovem.nl/innovatietoolkit
vindt u ook meer informatie over innovatie en onder-
nemerschap en niet-technische aspecten van milieu-
gerichte innovaties. Bedrijven vertellen hier over hun
eigen ervaringen. Verder staan op deze website weg-
wijzers naar organisaties die helpen bij het vinden
van (risico)kapitaal, partners of organisaties op het
gebied van kennisbescherming, etc. en een nieuwe
wegwijzer over R&D-management.
23
S Y S T E M A T I S C H E A A N P A K
1 . V O O R B E R E I D I N G Creëer draagvlak bij het management, uitvoerenden en externe partijen, zoals
vergunning-verleners. Zorg dat het management geld en capaciteit vrijmaakt. Formeer een werkgroep. Geef deze
een duidelijke doelstelling mee. Maak een project- en een tijdplanning. Formuleer targets in de vorm van te
behalen percentages waterbesparing of emissiereductie. Maak een overleg- en communicatieplan met aandacht
voor alle interne en externe doelgroepen.
2 . A N A LY S E Stel een waterbalans op, met een beschrijving van gebruikte waterhoeveelheden, de beno-
digde en de huidige kwaliteit van het water en de huidige kosten van het watergebruik. Analyseer het watergebruik
met instrumenten als de waterpinch, de waterscan, de quick scan voor water, de methodiek waterkringloopsluiting,
de multi-criteria-analyse. Een aantal van deze instrumenten is openbaar en eenvoudig op internet te vinden. Voor
andere moet men een adviseur inschakelen.
3 . O P S P O R E N V A N V E R B E T E R O P T I E S Onderzoek de technische mogelijkheden om minder
water te gebruiken, water van een lagere kwaliteit te gebruiken of minder emissies te veroorzaken. Wees hierbij
creatief! Denk bijvoorbeeld ook aan droge processen. Bekijk vervolgens de mogelijkheden om water binnen het
bedrijf uit te wisselen, zonder en met zuivering.
4 . H E T M A K E N V A N E E N P L A N Zoek combinaties van elkaar versterkende maatregelen die een
maximaal effect bereiken. Laat het management hieruit de beste oplossing kiezen. Bij de afweging zijn niet alleen
kosten en milieuaspecten van belang, maar ook afwegingen ten aanzien van de te verwachten problemen bij de uit-
voering, de procesvoordelen en minder kwantificeerbare zaken als imago en relatie met de vergunningverlener.
5 . P L A N N I N G E N I M P L E M E N T A T I E : H E T I N G A A N V A N H E T I N V O E R I N G S -
T R A J E C T Maak een planning voor de uit te voeren maatregelen, inclusief tijdschema en verantwoordelijk-
heden. Sluit, indien mogelijk, aan op bestaande bedrijfsplannen, zoals het investeringsschema. Voer nieuwe
werkroutines in. Regel beheer en onderhoud. Overweeg uitbesteding van het watermanagement (outsourcing) aan
ingenieurs- en installatiebureaus of waterleidingbedrijven. Zij zijn vaak bereid investeringen te plegen, terwijl uw
bedrijf wellicht budgettaire beperkingen kent.
6 . M O N I T O R I N G E N B O R G I N G V A N D E V E R B E T E R D E S I T U A T I E Leg de
verbeterde situatie tot slot vast in bijvoorbeeld het kwaliteits- of het milieuzorgsysteem van het bedrijf. Daarmee
wordt aandacht voor continue verbetering van de waterhuishouding geborgd. Om de effectiviteit van de getroffen
maatregelen te kunnen bepalen, moet een meetsysteem worden ontwikkeld en geïmplementeerd. Integreer de zorg
voor water nu in de kwaliteits- en milieuzorg.