WILLEM VAN DER NAT. - X-Cagoelsevier.x-cago.com/EGM/1917/07/19170701/EGM-19170701... · 2008. 1....

4
WILLED! VAX DER XAT. 235 WILLEM VAN DER NAT. KIPPEN. WILLEM VAN DER NAT. Ik heb achter de coulissen gekeken, en ben toch niet in een schouwburg geweest. Ik heb de waarachtige kunstenaar gespro- ken, wanneer hij niet tooneel-speelde, d.w.z. zich anders voordeed dan hij was, .... een „rol" vervulde. Zoo'n rol vervullen staat in onmiddellijk contact met „brood-verdie- nen" en waar is de „leeuw van een mensch" die financieel afhankelijk, zich te midden van de maatschappij durft laten gaan zooals hij is: stoer, krachtig, met eigen inzicht en gevoel. Het beteekent niets .... een „leeuw" te zijn, als er maar een woestijn bij is. Maar buiten die woestijn, en in de maat- schappij-in-zijn-onnatuur, als hoofd van een gezin dat toch ook leven moet, .... onder den druk van deze laatsten plicht van man-en-vader . .. om dan, een maatschappij - brood te verstooten, teneinde zich-zelf te kunnen zijn, en zich uit te leven .... daartoe behoort een onzedelijke grofheid, die enkelen wel durven noemen: de moed-van-over- tuiging. Moed en niets ontzeilende krank- zinnigheid. ... wat staan ze dicht bij elkaar! De waarachtige, doch stil voor zich uit- sjouwende kunstenaar, die ik dan achter de coulissen sprak, is Willem van der Nat. Een toevallige samenloop van omstandig- heden .... beter gezegd, de juiste tijdrijp- heid ertoe, bracht mij weer op nieuw tot hem. Wij kennen elkaar al zoo lang, in dat stille stadje vol conventie en professo- rale gewichtighcid, en toch .... omgang hadden wij niet. Ons beider leven is te vol, dan dat er tijd zou overblijven tot „boomen opzetten". En .... wat niet het geringste is, onze uitingen loopen zoo geheel uit elkaar (meende ik abusievelijk). De moderne tijd, het nieuwe geluid-van-samen- leving brengt de lijn- en kleurgevoelige in nader contact tót die samenleving, en eischt hem op voor de moeder aller kunsten .... de architectuur. De tijd der allcen-zalig- makende schilderijenkunst is sinds lang voorbij .... en dat's maar goed ook! En toch .... schilderijen-makende schilders zullen immer blijven bestaan. En dat is ook maar goed ook! Een Rembrandt, een

Transcript of WILLEM VAN DER NAT. - X-Cagoelsevier.x-cago.com/EGM/1917/07/19170701/EGM-19170701... · 2008. 1....

  • WILLED! VAX DER XAT. 235

    WILLEM VAN DER NAT. KIPPEN.

    WILLEM VAN DER NAT.

    Ik heb achter de coulissen gekeken, enben toch niet in een schouwburg geweest.Ik heb de waarachtige kunstenaar gespro-ken, wanneer hij niet tooneel-speelde, d.w.z.zich anders voordeed dan hij was , . . . . een„rol" vervulde. Zoo'n rol vervullen staatin onmiddellijk contact met „brood-verdie-nen" en waar is de „leeuw van een mensch"die financieel afhankelijk, zich te middenvan de maatschappij durft laten gaan zooalshij is: stoer, krachtig, met eigen inzicht engevoel. Het beteekent n ie t s . . . . een „leeuw"te zijn, als er maar een woestijn bij is.Maar buiten die woestijn, en in de maat-schappij-in-zijn-onnatuur, als hoofd van eengezin dat toch ook leven moet , . . . . onderden druk van deze laatsten plicht vanman-en-vader . .. om dan, een maatschappij -brood te verstooten, teneinde zich-zelf tekunnen zijn, en zich uit te leven. . . . daartoebehoort een onzedelijke grofheid, die enkelenwel durven noemen: de moed-van-over-tuiging. Moed en niets ontzeilende krank-

    zinnigheid. . . . wat staan ze dicht bij elkaar!De waarachtige, doch stil voor zich uit-sjouwende kunstenaar, die ik dan achter decoulissen sprak, is Willem van der Nat.Een toevallige samenloop van omstandig-heden. . . . beter gezegd, de juiste tijdrijp-heid ertoe, bracht mij weer op nieuw tothem. Wij kennen elkaar al zoo lang, indat stille stadje vol conventie en professo-rale gewichtighcid, en t och . . . . omganghadden wij niet. Ons beider leven is tevol, dan dat er tijd zou overblijven tot„boomen opzetten". E n . . . . wat niet hetgeringste is, onze uitingen loopen zoo geheeluit elkaar (meende ik abusievelijk). Demoderne tijd, het nieuwe geluid-van-samen-leving brengt de lijn- en kleurgevoelige innader contact tót die samenleving, en eischthem op voor de moeder aller kunsten. . . .de architectuur. De tijd der allcen-zalig-makende schilderijenkunst is sinds langvoorbi j . . . . en dat's maar goed ook! Entoch . . . . schilderijen-makende schilderszullen immer blijven bestaan. En dat isook maar goed ook! Een Rembrandt, een

  • 236 WILL EM VAN DEK XAT.

    WII.I.KM VAN DER NAT. DOOD GEITJE.

    Vincent van Gogh, een Van Ingen, eenSchafer, een Bauer of een Dijsselhof.. ..kunnen niet gemijt worden. Stemming,poëzie, God... . wordt ons door deze pries-ters der kunst gebracht, zóó, dat hun waar-achtige wezen, hun waarachtige uitzegging,ons in stille beroering brengt, of ons zóóhevig emotioneert, als muziek maar vermagte bereiken. Datzelfde zou kunnen geldenvoor beeldkunst. Er is statuair beeldwerk,dat allermisselijkst geaffecteerd alléén maarde virtuositeit van den maker geeft, zonderons ook maar één oogenblik een kouderilling over den rug te bezorgen, maar eris ook statuair werk als een Balzac vanKodin, dat God zelf is, en ons in alle ge-waande eigenwaarde.... als kriebelendemieren klein doet gevoelen.

    Er wordt door de jongere modernen weleens al te gemakkelijk heengeglipt over debelangstelling welke hen moest vervullenvoor die door hen als afgedaan be-stempeld wordende ,,schilderijenmakers".In algemeenen zin zijn die „makers" ook

    niet meer zóó in onzen sfeer van belang-stelling en aanvaarding.... ja aanbiddingsoms, want het nieuwe geluid is van meer„algemeenen aard", van meer democratischegedachte. Een schilderij immers komt tenslotte in 't bezit van den enkeling, die 'tbetalen kan, terwijl de gedachten der mo-derne „jongeren" juist uitgaan naar de„samenleving". Tech.. . . waar deze jongerengevoelige naturen zijn, ook al zijn ze geenaanhangers van de romantiek of 't impres-sionisme, zullen ze niet ontkomen kunnenaan de bekoring der uitgebeelde visies hun-ner medepriesters. Evenmin zullen ze ditkunnen bij Bach of Strauss, of Zwcers ofRöntgen.

    Toch geloof ik in algemeenen zin te be-grijpen, wat deze jongeren op eenigen afstandhoudt van die schilderijen. En zal ik 't maarkort en goed zeggen.... De schilderijen zijnte veel „verkoopbaar" gemaakt. Een in eenmagazijn van luxe-voorwerpen onverkoop-baar stuk aardewerk, is echter meestal dat-gene wat den kunstenaar treft, juist datgene

  • WILLEM VAN DER NAT. 237

    waarin hij méér ziet dan een aanvoelbarewaardebepaling. Zoo'n „markt"-schilderij,met die zoete koetjes op hun Zondags in 'tzonlicht neergezet, zóó dat de „gewenschte"en overeengekomen lichteffecten precieskloppen met de gangbare meening in ditopzicht.... voorgekouwd door de pers-van-een-en-twintig-jaren-gcleden.... zoo'n markt-schilderij staat wél verre van onze moderneinzichten. Een wee gebaar, voor zooverremen nog van gebaar spreken kan, gaat erdan van zoo'n recept-geval uit. Zcestukkenvolgens vastgestelde wijze van in-elkaar-smeeren.... binnenhuisjes met min-of-mcerversufte bewoners, die — o gruwel — juisthun naïviteit ,,ex-ploiteeren", water-partijtjesdie kramp-achtig het paneelverdeelen in „voor-grond", diepte endoorzicht. Liefstnog moet 't for-maat medewerkentot de verkoop-baarheid. Zou 'nlijst misschien ooknog „stem" in 'tkapittel hebben?Bah. . . . wat 'ngedoe! Dat is alle-maal „onwaar, ge-kunsteld, modieus, onoprecht"! Dat isniet de „ziel" die wij zoeken, en die onsweer bezielen moet. Een gevoel van teleur-stelling, van nog erger, doet ons besluitendie schilderijenmakers maar te laten rond-tobbcn, en zelf het frissche, soms harde leventegemoet te treden, en te vechten tot dathet in richzelf „verjongd" is. Die muffe\erfkerels! Doch, zooals ik zooeven zei, wijkunnen toch de waarachtige priesters nietmissen, want de waarheid, de goddelijkheidhunner gaven, verheft ons en doet ons in-keer tot ons zelf. En juist uit dit laatstewordt het nieuwe en goede weer geboren.

    De tijd was echter blijkbaar juist rijp, om

    WILLEM VAN DER NAT. OUDE HUIZEN.

    mij weer eens met Willem van der Nat tedoen samenkomen, en laat ik 't maar ineenszeggen: Tk heb bij hem dingen gezien vanzoo'n majestueuse werking en van zoo'n rakeneerschrijving, en van een zoo hevig treftendgebaar van grooten voim en stoeren kleur,dat ik mij afvroeg: hoe is 't gekomen, datdaar nog door bijna niemand de aandachteens op gevestigd is geworden. Ik ging doormet zijn portefeuilles, de een na de anderedoor te bladeren, en mijn verwondering,maar niet minder mijn bewondering klom,steeg, groeide uit, boven alles ter wereld, enik was enthousiast over de heerlijke gevoe-ligheid, en het grootsche zien en daarvan

    kond doen, waar-toe Van der Natin staat bleek. Maarkerel. . . . wie benje? Zooals hij degrootschheid en deruimte en de licht-inval van een kerk-ruimte geeft, of derosse lucht laatgloeien boven eenstuk drentsche hei,waarop een kuddeschapen, en tegendien rossen gloedzijn figuur van her-der bouwt, als een

    bonk sylhouet in zijn geslotcnheid-van-totaal-massa, of die onbeholpen knoesterige Kat-wijksche huizekens samengroept, tegen eenacthcrischen lucht, waarachter je de zee inzijn avondkracht weet... Neen, de veelzijdig-heid, d.w.z. de ontvankelijkheid van ziel,zijn meesterschap in teruggave en terug-zegging van wat hem doorstroomde is enorm.Ik zag bij hem een schilderijtje vol weemoedvan een te jong gestorven geit je. 'n Lieflijkje! Bijna devoot* En groot doek was hijaan 't opzetten, waarin hij eens volkomenvrijuit en zender den druk van „verkoop-baarheid" zich als 't ware. . . . openbaarde,'t Geval als zoodanig was buitengewoon een-

  • 238 WILLEM VAN DER NAT.

    voudig. Een herdersmeid rust wat uit, ter- door en door echte schildersaandrift, diewijl de zonnegloed van den dag nog nagloeit alleen maar iets goeds kan voortbrengen,in de droge hel. Zijn kleuren, zijn onholland- als hij een klap van de werkelijkheid krijgt,sche, maar juist zijn drentsche betrekkelijk die aandrift —• ga ik voort — is 't juistharde kleuren, wat zijn ze één met 't geval, wat je zoo onderscheidt van menig mak-Het groote gebaar, de monumentaliteit, wat vakman. Je bent, om met de N. Rott. Ct.majestueus en machtig komt dit als opgelost van 1907 te spreken, een schilder-van-ras!in het heelal rondom ons, de stemming En dat is toch potdorie wat je zijn moet,verwekken van de kleinheid van den mensch wil je ons in den ziel grijpen. Niet dat iken de wondere grootschheid van natuur, zooveel waarde hecht aan uitspraken in deEen ander geval weer, van een stal bij dagbladen! Ook achter de coulissen van deavond, waar een kaarslantaarn het eenig verslaggevers heb ik wel eens gekeken, ermenschelijke in brengt. Zoo'n stal te midden zijn daar enkele lieden met bij oogmerken envan de eenzame hei, omhuld door de kleine of gene zielen, die hun gal-van-mislukt-duisternis, als een buit op het heivlak op- zijn wel eens uitstorten, en daardoor....doemend.... ruig als een mesthoop,.... maar ook om daardoor den schijn op zichzoo'n stal is voor mensch-en-beest samen- te laden van „au-fait" te zijn. Al ik nagagegroeid met het wel en wee van 't vee, welke lui van jou al werk hebben, en ditzelf bijna verveed! Door onrust gedreven soms zie hangen in interieurs van grootekomt in 't nachtelijk donker het boeren- beschaving, dan zou ik je zoo graag toe-vrouwtje met 'n lantaarn naar de beesten vvenschen, eens voluit jazelf te kunnen gaanzien. Het is de intieme saamhorigheid der uitleven. Want er zit veel meer in je danstalbewoncrs, die zoo onwillekeurig doet ge- men wel in de gaten heeft. Dat een manvoelen: Zalig de armen van geest, want hun als Bremmer de gelukkige eigenaar is vanis 't koninkrijk der hemelen. Het mensche- betrekkelijk veel werk van je, verwondertlijke element, zoo in 't lieve lijkje als in de mij dan ook niets. Je studies, die je voorvermoeide gang der beesten, of in 't egoïs- jezelf hebt gemaakt, geven mij je open ziel,tisch opdringen der geschoren schapen, of die onopgesmukt en ongeciviliseerd-voor-den-in wat ook, het is alles zóó intens doorvoeld handel, je ras-echte schildersnatuur verkon-en doorleefd, dat het dan ook juist daardoor digen. Ga toch vooral door in 't monumen-in staat is ons te beroeren. En dat is 't tale. Dat de leutermensch dan beweert: hijwat waarachtige kunst als doel, als plicht, gaat den kant uit van een Millet, dat zegtin zich meevoert. hij dan maar alleen om weer gewichtig te

    Breng ons nog meer geluk, Willem van zijn in zijn beschouwingen. Ga door zoo bidder Nat! Je bent zoo prachtig op weg, en ik je. Daaraan hebben wij behoefte. Grooteje ernstige drang waarborgt ons, dat je gebaren, hevige momenten, kloek en sterkslagen zult eenmaal je zelf over den kop van emoties. Onze moderne tijd — Berlagete komen en een vooraanstaande te worden, zei dit al reeds zoo vaak — heeft behoefteWat gun ik je graag een klein vermogen, aan sterke tegenstellingen en is wars vanvan welks rente je zoudt kunnen bestaan, weeë zoetelijkheden. Goddank heb jij jeom je dan voluit te geven, in een harts- daaraan nooit bezondigd, maar ga dóór,tochtelijke overgave van kunst. Niet voor kerel, in den lijn van het silhouettieke krach-niets stond er al een jaar of tien geleden tige, plant zoo'n herder boven op een heu-in 't Vaderland ('t was September als ik 't vel, laat het stervende avondlicht hem om-goed weet) dat de ,,maker"— dat was jij— hullen en zoek verdieptheid in je détails,meer temperament heeft dan menigen schil- Het groote gebaar en de groote dominee-der met gevestigde reputatie. De sterke en rende totaalklcur tegen die atmosfeer lucht