‘Want de wijsheid van deze wereld is dwaasheid voor God’

Dwaasheid: geen inhoud, weggevloeid

Wijsheid (Chokmah):De kundigheid, die kennis het

hoogst en het best toepast

Wijsheid groeit, is vrucht

Adam had wijsheid om de dieren een naam te geven

Jozef ontving wijsheid om de dromen van de Farao te verklaren

‘Mozes werd onderwezen in alle wijsheid van de Egyptenaren..’

De HERE sprak tot Mozes: Zie, Ik heb bij name geroepen Besaleël,

de zoon van Uri, de zoon van Chur, uit de stam van Juda, en hem

vervuld met Gods geest, met wijsheid, inzicht en kennis,

en dat voor allerlei werk….’

Exodus 31:1-3

‘En zie, Ik heb naast hem gesteld Aholiab, de zoon van Achisamak, uit de stam Dan; in het hart van ieder, die kunstvaardig is, heb Ik

wijsheid gelegd…’

Exodus 31:6

Tabernakel

Salomo (Jedidjah) vroeg Jahweh een opmerkzaam hart.

Antwoord van Jahweh was:

‘…..zie, Ik geef u een wijs en verstandig hart, zodat uws gelijke niet voor u geweest is, noch na u

zal opstaan’

1 Koningen 3:12

‘Het startpunt van wijsheid is de vreze van Jahweh;

kennis van de Heilige is inzicht’

Spreuken 9:10, C.V.

Jahweh sprak in het heilige der heiligen; Exodus 25:22

David laat zien, waar je de wijsheid van Jahweh kan vinden:

‘De onderwijzing van Jahweh is volmaakt, herstelt de ziel;

de getuigenis van Jahweh is betrouwbaar, geeft wijsheid

aan de eenvoudige’

Psalm 19:8, C.V.

Wijsheid aan Daniël gegeven

In Daniël 2:19-23 dankt de profeet twee keer voor de

wijsheid en de kracht, die hij van Eloah (Alue) ontving.

De wijsheid, die Daniël ontving leidde tot redding van:

• Daniël en zijn vrienden;

• andere wijze mannen van Babylon; en

• Nebukadnezar verheerlijkte God als God.

Sommige mensen uit Israël ontvingen bijzondere wijsheid.

Job, Mozes, David, Mordechai, Jesaja, Jeremia, Hizkia zagen, dat de vrucht van het kwaad

Gods werk niet verhinderde. Het was steeds een handvat voor God om uit

dat kwaad het goede voort te brengen.

Paulus spreekt in 1 Corinthiërs 2 over de verborgen wijsheid van God, die God vóór de eonen

voorbeschikt had tot onze heerlijkheid!