Wetenschappelijke Vorming Jaar 3 Het CAT Project...1.6. Belangrijke websites 12 1.7. Plaats van het...
Transcript of Wetenschappelijke Vorming Jaar 3 Het CAT Project...1.6. Belangrijke websites 12 1.7. Plaats van het...
Wetenschappelijke Vorming Jaar 3
Het CAT Project
Blokcoördinatoren:
Prof. Dr. S. le Cessie
Afdeling Klinische Epidemiologie en afdeling Medische Statistiek en Bioinformatica
Dr. A.A.W Roest, kindercardioloog
Afdeling kindergeneeskunde
Lijncoördinator:
Prof Dr. Friedo W. Dekker
Afdeling klinische epidemiologie
B L O K - E N L I J N B O E K
Bachelor Geneeskunde, derde jaar
Cursusjaar 2017-2018
© 2017 Alle rechten voorbehouden
LUMC
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze
uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie,
microfilm, web-publishing of op welke andere wijze dan ook en evenmin in een gegevensopzoeksysteem
worden opgeslagen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de houder van de copyrights.
Voor vragen of informatie kunt u contact opnemen met:
Directoraat Onderwijs en Opleidingen, PB 9600, 2300 RC Leiden
Inhoud
Blokcommissie en docenten 1
Critical Appraisal of a Topic 3
Het CAT-project: Inleiding 7
Beschrijving 7 1.1.
Leerdoelen 7 1.2.
Toetsing, bepaling eindcijfer 9 1.3.
Voorkennis 11 1.4.
Literatuur 12 1.5.
Belangrijke websites 12 1.6.
Plaats van het CAT project in het Bachelor Curriculum Geneeskunde 13 1.7.
Overige onderdelen van de lijn AWV in jaar 3 van de Bachelor 13 1.8.
2. Het CAT-blok 14
Het CAT blok 14 2.1.
Wat is een CAT? Stap 1:klinisch scenario, stap 2:klinische vraag (maandag) 15 2.2.
Maandag-dinsdag stap 3 Literatuuronderzoek 15 2.3.
Stap 4 Kritisch lezen (dinsdag-woensdag) 16 2.4.
Stap 5: Samenvatten evidence (woensdag-donderdag) 19 2.5.
Het CAT project, presentatie en verslag (donderdag) 20 2.6.
Vrijdag Eindtoets 20 2.7.
3. Het CAT-project 21
Introductie 21 3.1.
December- half februari: Stap 1-3 21 3.2.
Februari-april: Stap 4 en 5: Literatuur kritisch lezen en samenvatten: 21 3.3.
April –mei. Stap 6 en 7 Besluitvorming individuele patiënt (stap 6), conclusie (stap 7) en discussie. 22 3.4.
Rol van de begeleider in het CAT-project 22 3.5.
Rol van Communication in Science in het CAT-project 23 3.6.
4. De eindproducten: zoekverslag, CAT-verslag en de presentatie 24
Het zoekverslag 24 4.1.
De scriptie 24 4.2.
4.2.1. Opbouw van de CAT-scriptie 25
Presentatie van de CAT 27 4.3.
5. Bijlagen 28
Beoordelingsformulieren kritisch lezen van artikelen 28 5.1.
Studieopdracht SO-2, SO-4, SO-6 en SO-7 31 5.2.
2
Beoordelingsformulier literatuuronderzoek 41 5.3.
Beoordeling CAT-project door begeleider: proces 42 5.4.
Beoordeling CAT-project door begeleider: CAT-verslag 43 5.5.
Beoordeling CAT-project door begeleider: CAT-presentatie 44 5.6.
BaCAT Thesis Assessment Communication in Science 47 5.7.
1
Blokcommissie en docenten
HET ALGEMENE E-MAILADRES VOOR HET CAT-PROJECT IS:
Blokcoördinatoren
Dr. Arno Roest, Kindergeneeskunde
Mw. Prof. Dr. Saskia le Cessie, Klinische Epidemiologie/Medische Statistiek
Blokondersteuner
Mw. Priscilla Mol , Ondersteuning Blokcoördinatoren 3e jaar GNK
Blokcommissie
Mw. Drs. Karin van der Hoorn, Walaeus Bibliotheek
Anne van Leeuwen, Communications in Science (CiS)
John O'Sullivan (Line Coordinator CIS), Communication in Science
Dr. Erik Klok, Interne Geneeskunde
Prof. Dr. Friedo W. Dekker, Klinische Epidemiologie, lijncoördinator Academische en Wetenschappelijke
Vorming
Line Tutors Communication in Science (CIS)
mailto:
Dominique Donato, Office: V7-16, e-mail: [email protected]
Caryn ‘t Hart, Office: V7-20, e-mail: [email protected]
Bronwyn Hughes, Office: V7-18, e-mail: [email protected]
Nikki Kromkamp, Office: V7-18, e-mail: [email protected]
Anne van Leeuwen, Office: V7-20, e-mail: [email protected]
Lucas de Looij, Office: V7-16, e-mail: [email protected]
John O'Sullivan, Office: V7-16, e-mail: [email protected]
3
Critical Appraisal of a Topic
Als arts moet je veel beslissingen nemen: je moet een diagnose stellen bij een patiënt die met klachten
op het spreekuur komt, je moet bedenken of je een patiënt wilt behandelen en zo ja, wat de optimale
behandeling voor de patiënt is. Soms weet je niet wat de beste beslissing is. Dan is het tijd om de
literatuur in te duiken en op zoek te gaan naar een “evidence based” antwoord.
Tijdens dit blok en de lijndagen leer je hoe je bij een specifieke klacht van een patiënt bepaalt wat de
“evidence based” medische handelingswijze zou moeten zijn. Het medisch handelen van een arts
wordt bij voorkeur gebaseerd op wetenschappelijk bewijs verkregen uit goed opgezette studies. Dit
betekent dat een arts in de literatuur op zoek moet naar relevante studies en de bevindingen uit deze
studies moet vertalen naar de patiënt die hij/zij onder behandeling heeft. Of de bevindingen toepasbaar
zijn bij een individuele patiënt hangt in hoge mate af van patiëntkarakteristieken, zoals bijvoorbeeld de
leeftijd en het geslacht en de fysieke en psychische belastbaarheid van de patiënt,. Daarnaast heeft de
patiënt vaak ook een voorkeur voor een behandeling. Tenslotte beïnvloeden de diagnostische en
therapeutische mogelijkheden van de arts op de locatie waar hij/zij zich bevindt de beslissingen die de
arts zal nemen met betrekking tot diagnostiek en therapie bij de individuele patiënt.
Critical appraisal of a Topic (CAT)
Een veel gebruikte manier om “evidence based” medisch handelen te bepalen naar aanleiding van een
specifieke klacht bij een patiënt is de “critical appraisal of a topic (CAT)”-benadering. De CAT is een
goede manier om de resultaten uit onderzoeken kritisch te beschouwen, te vertalen naar de praktijk en
het medisch handelen in de klinische praktijk te baseren op het beste, beschikbare bewijs uit
onderzoek. In de medische vervolgopleidingen neemt de CAT een centrale plaats in. Elke arts in
opleiding tot specialist (AIOS) maakt jaarlijks minimaal twee CAT’s. Om die reden is ervoor gekozen
om de CAT ook als afsluiting van de Lijn Academische en Wetenschappelijke Vorming(AWV) van de
Bachelor Geneeskunde in het LUMC te gebruiken.
4
Het CAT-project, een brug tussen de studie geneeskunde en de klinische praktijk
Het CAT-project is een unieke opzet waarin een brug geslagen wordt tussen de studie geneeskunde en
de medische vervolgopleidingen. Studenten worden gekoppeld aan een AIOS of een klinisch
onderzoeker en gaan met een medisch probleem uit de klinische praktijk aan de slag onder begeleiding
van iemand uit de klinische praktijk. De studenten schrijven naar aanleiding van de CAT een CAT-
verslag als eindproduct van de lijn AWV.
Het CAT-project vormt de afsluiting van de lijn AWV van de Bachelor. In jaar 1 van deze lijn zijn
basisvaardigheden aangeleerd - informatie verzamelen, schrijven en presenteren. Ook is een begin
gemaakt met de opzet en interpretatie van klinisch onderzoek. In jaar 2 waren er werkgroepen
“English in medicine” en presentatietechnieken door docenten van Communication in Science (CiS),
en is meer geleerd over klinische epidemiologie, statistiek, kritisch lezen en kritisch denken. In blok
"Vraagstukken van Borst en Nieren" werd systematisch literatuuronderzoek behandeld en getoetst. In
diverse blokken werd ook geoefend met het onderbouwen en verdedigen van een klinische stelling met
betrekking tot diagnostiek en behandeling. In alle jaren van de lijn AWV hebben de reguliere blokken
aandacht besteed aan diverse aspecten van een bredere academische en wetenschappelijke vorming. Al
deze opgedane kennis, ervaring en inzichten komen nu terug in het CAT-project. Hierin kun je zelf
laten zien wat je geleerd hebt en hoe je je hebt ontwikkeld in de competentie van academicus zoals
beschreven in het CanMeds model.
De CAT integreert deze wetenschappelijke vaardigheden met klinisch redeneren ten behoeve van het
bepalen van het beste medische beleid ten aanzien van een individuele patiënt met een specifieke
klacht/ziekte in een specifieke setting.
De 7 stappen van de CAT
In dit CAT project zullen we het “Maastrichtse” 7-stappen model gebruiken. Dit gaat uit van een
klachtenpresentatie van een patiënt uit de praktijk (klinisch scenario-stap 1). In het CAT-project zal de
degene die je begeleidt je een klinisch scenario geven. Vanuit dit klinisch scenario wordt een klinische
vraag geformuleerd (stap 2). Op basis van de klinische vraag wordt een literatuuronderzoek gedaan
(stap 3) om relevant onderzoek met betrekking tot de klinische vraag te vinden. Vervolgens wordt
deze literatuur kritisch beoordeeld (stap 4) ten aanzien van onderzoeksopzet en uitvoering aan de hand
van hiervoor geldende criteria. Daarna wordt de ‘evidence’ uit de onderzoeken samengevat (stap 5).
Hieruit volgen het commentaar en de besluitvorming in de specifieke omstandigheden van de patiënt
(d.w.z. patiëntkarakteristieken, voorkeuren van de patiënt en setting waarin de patiënt wordt gezien-
stap 6). Tenslotte wordt een conclusie (stap 7) geformuleerd over het beste medisch handelen ten
aanzien van dit specifieke klinische scenario.
5
Figuur uit: De Brouwer, C. P. M. , Kant, IJ., Smits, L. J. M., & Voogd, A. C. (2009). Training Critical Appraisal
of a Topic. Een onmisbare handleiding in het tijdperk van Evidence Based Medicine. Maastricht: Mediview BV.
7
Het CAT-project: Inleiding
Beschrijving 1.1.
In het CAT-project ga je een CAT maken aan de hand van een situatie uit de medische praktijk. De
voorbereiding voor het CAT-project begint in het 1-weeks Blok AWV-3 in januari, waarin theorie aan
de orde komt en vaardigheden worden geoefend. In het CAT-project word je gekoppeld aan een AIOS
of een klinisch onderzoeker die een actueel probleem uit de kliniek zal aandragen. Onder begeleiding
voer je de zeven stappen van de CAT uit, presenteer je je bevindingen op de klinische afdeling van de
begeleider, en schrijf je een CAT-verslag in het Engels.
De toets en de verschillende onderdelen van het CAT-project (proces, presentatie, verslag) vormen
samen het cijfer van de lijn AWV in jaar 3, en staat voor 4 ECTS. Overige onderdelen van de lijn
AWV in jaar 3 zijn gekoppeld aan en geïntegreerd met de reguliere blokken, worden daar getoetst en
tellen dus mee voor de blokcijfers.
Het CAT-project heeft meerdere deadlines (zie blackboard) die belangrijk zijn en helaas soms
samen kunnen vallen met andere deadlines/tentamens. De deadlines van CiS zijn er om je te
stimuleren vroeg te beginnen met het schrijven van het verslag en dit stapsgewijs te doorlopen aan de
hand van de werkgroepen, peer feedback en individuele tutorial. De deadlines voor formatieve en
summatieve opdrachten staan op Blackboard in de timeline; zorg er voor dat je een goede
studieplanning maakt.
Leerdoelen 1.2.
Algemeen leerdoel van het CAT blok is: Het kennen en kunnen uitvoeren van de 7 stappen van de
CAT.
Dat betekent dat de student beschikt over kennis en inzicht met betrekking tot:
1 Het bepalen van een klinische vraag vanuit een klinisch scenario (stap 1 & 2).
2 Het uitvoeren van een literatuuronderzoek op basis van een klinische vraag (stap 3)
3 Het kritisch beoordelen van literatuur voortvloeiend uit het literatuuronderzoek (stap 4). Dit
betekent dat de student kennis en inzicht heeft mbt:
a. de begrippen die van belang zijn voor het begrijpen van prognostisch onderzoek en van de
voor dit type onderzoek geschikte onderzoeksopzet
b. de begrippen die van belang zijn voor het in de praktijk toepassen van diagnostische
methoden en voor het begrijpen van onderzoek naar diagnostische methoden, inclusief de
voor dit type onderzoek geschikte onderzoeksopzet;
c. de begrippen die van belang zijn voor het begrijpen van onderzoek naar effecten van
therapie en de voor dit type onderzoek geschikte onderzoeksopzet
4 Het samenvatten van de kritisch beoordeelde literatuur voortvloeiend uit de het
literatuuronderzoek (stap 5). Hieronder valt :
Het maken van een evidence tabel
kennis van analyse methoden voor meta-analyses
5 Het formuleren van een helder antwoord op de klinische vraag (stap 6 & 7)
8
Toetsmatrijs CAT-blok
Leerdoel Toetsing
Het bepalen van een klinische vraag vanuit een
klinisch scenario.
Eindtoets: een PICO opstellen op grond van een
klinische casus
Op systematische wijze literatuur kunnen zoeken
in een bibliografische databank (Pubmed).
Het uitvoeren van een literatuuronderzoek wordt
apart beoordeeld in het CAT project (en dus niet
tijdens het blok)
Het uitvoeren van een literatuuronderzoek op
basis van een klinische vraag
Het uitvoeren van een literatuuronderzoek wordt
apart beoordeeld in het CAT project (en dus niet
tijdens het blok)
Het kritisch beoordelen van literatuur:
prognostisch onderzoek
Eindtoets: aan de hand van een methode-sectie
en/of resultaten van een prognostisch artikel
worden vragen gesteld over de kwaliteit van het
artikel en prognostische berekeningen uitgevoerd
Het kritisch beoordelen van literatuur:
diagnostisch onderzoek
Eindtoets: aan de hand van een methode-sectie
en/of resultaten van een diagnostisch artikel
vragen gesteld over de kwaliteit van het artikel en
berekeningen uitgevoerd
Het kritisch beoordelen van literatuur:
therapeutisch onderzoek
Eindtoets: aan de hand van een methodensectie
en/of resultaten van een therapeutisch onderzoek
worden vragen gesteld over de kwaliteit van het
artikel
Het samenvatten van de kritisch beoordeelde
literatuur voortvloeiend uit de literatuuronderzoek
(stap 5). Maken van een evidence tabel
Werkgroep: Het maken van de evidence tabel
wordt geoefend en getoetst in de werkgroep.
Eindtoets: Er wordt een evidence tabel gegeven
met vragen (bijv: mogen resultaten gepoold
worden)
kennis van analyse methoden voor meta-analyses Eindtoets: vraag waar het daadwerkelijke poolen
in een meta-analyse geoefend wordt; vragen over
resultaten van een meta-analyse (3 vragen)
Het formuleren van een helder antwoord op de
klinische vraag (stap 6 & 7)
Werkgroep: de artikelen worden kritisch
besproken vanuit het perspectief van de klinische
vraag
CAT project
Naast de leerdoelen van het CAT-blok ligt de nadruk bij het CAT-project meer op het uitvoeren.
Algemeen leerdoel van het project is:
1) Het kunnen uitvoeren van de 7 stappen van de CAT in de klinische setting onder begeleiding
van een AIOS of klinisch onderzoeker.
2) Het kunnen samenstellen van een presentatie met de uitkomsten van de CAT en het
presenteren van de CAT op de afdeling van de begeleider.
3) Het kunnen beschrijven van de verschillende stappen van de CAT in een scriptie met een
introductie hoofdstuk en een beschouwend hoofdstuk. Deze scriptie geldt als afsluiting van de
Bachelor fase
9
Leerdoelen CAT-project en toetsmatrijs
Leerdoel Toetsing
Het vergaren van de (achtergrond) kennis voor het
begrijpen van het klinische scenario
Beoordeling Hoofdstuk 1 CAT-verslag door
begeleider
Het bepalen van een klinische vraag vanuit een
klinisch scenario
Beoordeling Hoofdstuk 2 door begeleider
Het uitvoeren van een literatuuronderzoek Beoordeling door de Walaeus bibliotheek: moet
voldoende zijn -, bij een onvoldoende insturen
verbeterde versie en herbeoordeling
Het kritisch beoordelen van literatuur:
diagnostisch/prognostisch/therapeutisch onderzoek
afhankelijk van onderwerp CAT
Beoordeling Hoofdstuk 2 door begeleider
Het samenvatten van de kritisch beoordeelde
literatuur voortvloeiend uit het literatuuronderzoek
Beoordeling Hoofdstuk 2 door begeleider
Het formuleren van een helder antwoord op de
klinische vraag (stap 6 & 7)
Beoordeling Hoofdstuk 2 door begeleider
Het beschrijven van de vervolg stappen op basis
van de uitkomst van de CAT
Beoordeling Hoofdstuk 3 door begeleider
Het bespreken van de CAT in een gestructureerde
presentatie binnen een gestelde tijd
Beoordeling presentatie door begeleider
Het op een adequate manier kunnen beantwoorden
van vragen mbt de CAT
Beoordeling presentatie door begeleider
Het kunnen schrijven van een CAT-scriptie met
een duidelijke en logisch beargumenteerde
structuur en in helder, beknopt, samenhangend,
passend en correct Engels
Beoordeling CAT-scriptie door CiS
Het op een effectieve en efficiënte manier plannen
van het CAT-project en de daaraan gekoppelde
deadlines
Competentie Organisatie
Gedurende het project door feedback begeleider,
èn beoordeling CAT-proces door begeleider
Het op een doelmatige manier overleggen met
begeleider
Competentie Samenwerking
Gedurende het project door feedback begeleider,
èn beoordeling CAT-proces door begeleider
Het op een professionele en betrokken manier
uitvoeren van het CAT-project
Competentie Professionaliteit
Gedurende het project door feedback begeleider,
èn beoordeling CAT-proces door begeleider, èn
beoordeling CiS
Toetsing, bepaling eindcijfer 1.3.
Toetsing CAT-blok
De eindtoets van het blok bestaat uit multiple choice vragen. De cesuur wordt berekend zoals
gebruikelijk: met behulp van Cohen Schotanus. Alle vragen zijn toepasvragen, passend bij de
leerdoelen van het blok. Het blokcijfer moet voldoende zijn en telt mee in het eindcijfer voor de lijn
AWV.
NEEM EEN REKENMACHINE MEE (MAG GRAFISCH ZIJN) NAAR DE TOETS
10
De SO’s, en de werkgroep vormen een goede voorbereiding voor deze toets.
De studiestof die bestudeerd moet worden is:
Alle powerpoint presentaties van de colleges
Alle stof die in de SOs en de e-learning diagnostiek behandeld wordt.
De JAMA Users' guides over Diagnostisch, prognostisch en therapeutisch onderzoek (zie voor
exacte referentie paragraaf 5.1).
Verdere aanvullingen zullen op Blackboard gegeven worden
Toetsprogramma CAT-project
Het eindcijfer van het CAT project bestaat uit een gewogen gemiddelde van verschillende deelcijfers
(summatieve toetsen). Een overzicht van dit toetsprogramma wordt hieronder gegeven:
Summatieve beoordeling Domein % van het eindcijfer
1. Toets aan het eind van het CAT-blok Kennis en inzicht 10%
2. Zoekverslag CAT project
3. Beoordeling begeleider
proces/samenwerking CAT-project
Kennis en inzicht
Professioneel gedrag
5%
15%
4. Beoordeling begeleider CAT-presentatie
(vorm èn inhoud)
Vaardigheid 20%
5. Beoordeling begeleider verslag (inhoud)* Kennis en inzicht 30%
6. Communication in Science beoordeling
verslag (structuur- redenering-
wetenschappelijk taalgebruik (Engels)
Vaardigheid 15%
7. CiS beoordeling
werkgroep participatie/peer evaluatie
Totaal
Professioneel gedrag 5%
100%
Het cijfer dat de begeleider geeft wordt bevestigd door een2de
beoordelaar die onafhankelijk het
verslag ook inhoudelijk beoordeeld (vier-ogen principe). Als het cijfer van de 2de
beoordelaar meer
dan 2 punten afwijkt bepaalt de CAT-projectgroep het uiteindelijke cijfer.
Overzicht aanvullende eisen
Het eindcijfer wordt alleen vrijgegeven indien aan de volgende aanvullende eisen is voldaan:
Voldoende (>= 5.5) voor alle bovengenoemde onderdelen van het eindcijfer. Hiermee wordt
voorkomen dat een goede score op het ene onderdeel / domein kan compenseren voor een
onvoldoende op een ander onderdeel / domein.
Werkgroep in CAT blok moet voldoende beoordeeld worden op de volgende aspecten:
o Aanwezigheid
o Participatie
o Presentatie
Werkgroepen in het CAT project moeten gevolgd zijn, en de student moet voldoende feedback
gegeven hebben op medestudenten
Het beoordelingsformulier over de begeleider moet door de student zijn ingevuld
Herkansingen en uitzonderingen
De eindtoets van het CAT-blok kan worden herkanst op een dag geroosterd door DOO. Bij
afwezigheid of onvoldoende beoordeling van de werkgroep tijdens het CAT blok moet een
11
vervangende opdracht gemaakt worden. Deze zal bestaan uit het kritisch beoordelen van 2
artikelen en het schriftelijk samenvatten van de evidence in de 2 artikelen.
Bij een onvoldoende beoordeling van het zoekverslag moet het zoekverslag aangepast
worden, indien nodig met ondersteuning van informatiespecialisten van de Walaeus
bibliotheek
Als de CAT-scriptie door docenten van Communication in Science met een onvoldoende is
beoordeeld, moet de student de ingeleverde versie aanpassen en een nieuwe versie inleveren.
Indien de student een vervangende opdracht voor de Communication in Science-onderdelen
van het project heeft ontvangen, zal de docent van Communication in Science deze
vervangende opdracht beoordelen in overeenstemming met de beoordelingscriteria van de
CAT-scriptie. Indien de participatie onvoldoende is beoordeeld door docenten van
Communication in Science, krijgt de student een schriftelijke of mondelinge vervangende
opdracht van de docent.
Als de CAT-scriptie door de begeleider met een onvoldoende is beoordeeld, moet de student
de ingeleverde versie aanpassen en een nieuwe versie inleveren, die ofwel door de begeleider
ofwel door de blokcommissie wordt beoordeeld.
Als de CAT-presentatie als onvoldoende wordt beoordeeld wordt in overleg tussen de
begeleider en de blok-commissie naar een mogelijkheid gezocht om een aangepaste
presentatie opnieuw te houden.
Bij een onvoldoende voor proces/samenwerking zal aan de student worden gevraagd naar
aanleiding van de commentaren van de begeleider een reflectieverslag te schrijven die wordt
beoordeeld door de CAT-commissie. Zo nodig wordt de docent-coach of de commissie
professioneel gedrag ingeschakeld.
Problemen tijdens CAT project; tussentijds stoppen
Als je je inschrijft voor het CAT project committeer je je daarmee om het project ook binnen de
gestelde tijd af te ronden. Natuurlijk kunnen er omstandigheden zijn waardoor dit niet lukt. Als dit
komt door externe factoren (bijvoorbeeld doordat de begeleider niet of te laat reageert), kun je uitstel
krijgen. Neem daarvoor contact op met het CAT project emailadres. Indien er persoonlijke redenen
zijn waardoor het niet lukt om het CAT project af te ronden, neem dan contact op met de
studieadviseur. Laat dit ook aan je begeleider en de coördinatoren weten. In samenwerking met de
studieadviseur en begeleider wordt dan naar een oplossing gezocht.
Als je stopt, zonder dit bekend is bij coördinatoren, studieadviseur en begeleider, is het niet
mogelijk om zondermeer uitstel te krijgen of het CAT project over te doen.
CAT-scriptie in het Engels
De scriptie wordt in het Engels geschreven. In uitzonderlijke gevallen kunnen studenten die bijzonder
veel moeite hebben met schrijven in het Engels een goed onderbouwd verzoek indienen om een
scriptie in het Nederlands te schrijven. Dit verzoek kan uiterlijk 15 januari worden ingediend bij de
blokcommissie via het CAT e-mailadres ([email protected]).
Voorkennis 1.4.
Het wordt de student dringend aanbevolen om alle onderdelen van de lijn AWV in jaar 2 te hebben
afgerond.
De onderwerpen die in het eerste en tweede jaar van deze lijn behandeld zijn, worden bekend
verondersteld: het schrijfonderwijs, het kritisch lezen van therapeutische artikelen zoals behandeld is
12
tijdens blok AWV-2, de basisbegrippen uit de statistiek (toetsen en schatten, p-waarden
betrouwbaarheidsintervallen, lineaire regressie), effectmaten en studieopzetten (AWV-jaar 1) en
literatuuronderzoek zoals behandeld in het blok Vraagstukken van borst en nieren.
Literatuur 1.5.
In dit blok gebruiken we voor het kritisch lezen de User’s Guides uit de JAMA:
Jaeschke R, Guyatt G, Sackett DL. Users' guides to the medical literature. III. How to use an
article about a diagnostic test. A. Are the results of the study valid? Evidence-Based Medicine
Working Group. JAMA. 1994;271:389-391.
Jaeschke R, Guyatt GH, Sackett DL. Users' guides to the medical literature. III. How to use an
article about a diagnostic test. B. What are the results and will they help me in caring for my
patients? The Evidence-Based Medicine Working Group. JAMA. 1994;271:703-707.
Laupacis, A., et al. "Users' guides to the medical literature. V. How to use an article about
prognosis. Evidence-Based Medicine Working Group. JAMA1994; 272:234-7.
Guyatt, G. H., D. L. Sackett and D. J. Cook. Users' guides to the medical literature. II. How to
use an article about therapy or prevention. A. Are the results of the study valid? Evidence-
Based Medicine Working Group. JAMA 1993; 270:2598-601.
Guyatt, G. H., D. L. Sackett and D. J. Cook. Users' guides to the medical literature. II. How to
use an article about therapy or prevention. B. What were the results and will they help me in
caring for my patients? Evidence-Based Medicine Working Group. JAMA 1994; 271:59-63.
Vergelijkbare scoreformulieren (die op sommige afdelingen in plaats van de JAMA User’s Guides
gebruikt worden voor het beoordelen van artikelen) vind je op
https://dcc.cochrane.org/beoordelingsformulieren-en-andere-downloads
Hulpmiddelen bij het literatuuronderzoek:
Handleiding literatuuronderzoek: op Blackboard in de module van het CAT-blok
Document refereren voor studenten: op Blackboard in de module van het CAT-blok
E-learnings op de website van de Walaeus Bibliotheek
Sjabloon voor het documenteren van literatuuronderzoek, op Blackboard in de module van het
CAT-blok
Hulpmiddelen bij studieopzet of statistische begrippen
Rothman KJ. Epidemiology, an introduction. 2nd edition, Oxford University Press
Artikelen uit de serie Statistics Notes in het British Medical Journal, geschreven door Bland
JM en Altman DG. (1994)
Belangrijke websites 1.6.
Algemene informatie over het begeleiden en toetsen van een CAT:
https://www.lumc.nl/org/oor-leiden/begeleiding-en-toetsing/CAT/
Informatie over evidence based medicine
http://www.cebm.net/category/ebm-resources/
Kijk op deze website ook naar de Critical Appaisal tools waar vergelijkbaar scoreformulieren
voor het kritisch lezen als achter in het blokboek. http://www.cebm.net/critical-appraisal/
De Dutch Cochrane Centre: https://dcc.cochrane.org/ . Ook daar kun je vergelijkbare
scoreformulieren vinden.
13
Op http://www.equator-network.org/ vind je richtlijnen voor het opschrijven van medisch
onderzoek.
Hulp bij statistiek: http://os1.amc.nl/wikistatistiek/
Plaats van het CAT project in het Bachelor Curriculum Geneeskunde 1.7.
Overige onderdelen van de lijn AWV in jaar 3 van de Bachelor 1.8.
Net als in jaar 1 en 2 organiseren de gewone blokken in jaar 3 enkele academisch en/of
wetenschappelijk vormende elementen binnen hun blok. Dit is weliswaar afgestemd met de
lijncoördinator AWV in jaar 3, maar organisatie en toetsing van deze elementen vallen geheel binnen
het betreffende blok. Deze elementen worden dan ook in de gewone blokboeken beschreven. Een
overzicht hiervan is tevens op Blackboard te vinden in de module van de lijn AWV-3.
14
2. Het CAT-blok
Het CAT blok 2.1.
Het CAT blok volgt de zeven stappen van het maken van de CAT. Op de eerste dag bekijken we na
een introductie hoe vanuit een klinisch probleem (stap 1) een klinische vraag wordt geformuleerd (stap
2) en hoe vanuit daar een literatuuronderzoek opgezet wordt. Daarbij onderscheiden we drie
verschillende soorten vragen: (1) diagnostische vragen, waar bepaald wordt welke diagnostische testen
gebruikt moeten worden om tot een juiste diagnose te komen, (2) prognostische vragen, waarin
gekeken wordt wat de prognose van een patiënt is (al dan niet behandeld), en (3) therapeutische
vragen, over de optimale behandeling van een patiënt. Op dag 2 en 3 wordt het kritisch lezen van
literatuur opgefrist en uitgebreid (stap 4). Op dag 3 wordt in de werkgroep het kritisch beoordelen en
samenvatten van literatuur geoefend. Het samenvatten van de resultaten uitgebreider in meta-analyses
komt aan de orde op dag 4. Dan bespreken we ook stap 6 en 7 van de CAT, het verwoorden en
opschrijven van resultaten en conclusies. Het blok wordt afgesloten met een toets op dag 5.
Schematisch tijdoverzicht CAT blok
(Zie Blackboard/IRIS voor zalen en tijden)
dag Thema/CAT stap Hoorcolleges Opdrachten/Werkgroep
ma Stap 1: het klinisch
scenario
Stap 2: het formuleren
van de klinische vraag.
Verschillende
methodologische
domeinen (Diagnose,
Prognose, Therapie)
HC-1 Introductie: De 7
stappen van de CAT
HC-2 Casus, klinische vraag
en het literatuuronderzoek
HC-3 Uitleg van het CAT-
project en het schrijven van
de scripte
SO-1 Stap 2 en 3 CAT ,
formuleren PICO en zoekverslag
maken
SO-2 Voorbereiding voor CAT
stap 4, Opfrissen van begrippen
over diagnostiek (e-learning)
di Stap 3:
Literatuuronderzoek en
zoekverslag
Stap 4: Kritisch lezen,
onderscheid in artikelen
over diagnostisch
prognostisch en
therapeutisch onderzoek
HC-4 Kritisch beoordelen
artikelen
HC-5 Prognose en
prognostische scores,
observationeel onderzoek
HC/CP-6 Practicum
literatuuronderzoek
NEEM LAPTOP MEE
SO-3 Voorbereiden werkgroep
(Stap 4,5,6,7 therapeutisch
onderzoek)
SO-4 Stap 4: Kritisch lezen
prognostisch onderzoek
wo Stap 4: Statistiek in
prognostisch onderzoek
Stap 5: Samenvatten
evidence in een CAT
(en meer algemeen in
meta-analyses)
geen WG kritisch beoordelen en
samenvatten VERPLICHT
SO-5 Stap 4: Kritisch lezen
observationeel therapeutisch
onderzoek
SO-6 Stap 4: Statistiek in
prognostisch onderzoek
do
Stap 5 Samenvatten
evidence & meta-
analyse, Stap 6
HC-7 Samenvatten evidence,
meta-analyse
HC-8 Presentatie van een
SO-7 Stap 5 Samenvatten
evidence/meta-analyse
15
besluitvorming mbt
individuele pt, Stap 7
Bottom line
Vervolg van het project,
de scriptie
CAT door student van eerder
studie jaar. Scriptie-
voorbeeld van hoofdstuk 3.
vr EINDTOETS BLOK RC Vragenuur
EINDTOETS BLOK
*De Studieopdrachten zijn te vinden op Blackboard en/of als appendix in het blokboek.
Wat is een CAT? Stap 1:klinisch scenario, stap 2:klinische vraag (maandag) 2.2.
HC1-2:
Het blok begint met 2 uur college. In het eerste uur zal door de blokcoördinatoren de centrale positie
van de Critical Appraisal of a Topic in de medische praktijk worden besproken en worden de opzet en
doelstellingen van het CAT-blok en het CAT-project toegelicht. We bespreken de logistiek van het
hele project met de verschillende deadlines. Verder zullen we de regels van beoordeling toelichten.
Daarna zullen uitgebreid alle 7 stappen van de CAT worden besproken. We gaan vanuit de medische
praktijk- een patiënt zit voor je met een probleem (stap 1 en 2)- naar het zoeken, kritisch beoordelen en
samenvatten van de huidige literatuur (stap 3 t/m 5) en weer terug naar de situatie van de dokter met
de patiënt die een probleem heeft (stap 6) om te komen tot een helder antwoord op de klinische vraag
(stap 7). In het bijzonder wordt besproken hoe je naar aanleiding van het klinische probleem een
klinische vraag formuleert. Die vraag kan over verschillende domeinen gaan, diagnostiek, therapie of
prognose. We laten zien hoe je voor elk van deze domeinen de klinische vraag kunt formuleren met
een PICO.
HC-3:
Tijdens dit college zal er een kort overzicht gegeven worden van het CAT-project,: wat het precies
inhoud, belangrijke data en informatie over de CAT-scriptie.
De CAT-scriptie van het CAT-project geldt als een eindproduct van de Bachelor en is dus erg
belangrijk. In de CAT-scriptie beschrijf je de achtergrond van de CAT (chapter 1), alle CAT-stappen
die je hebt doorlopen (chapter 2) en wat volgens jou de volgende stappen zouden moeten zijn op basis
van de gevonden uitkomst van de CAT (chapter 3). In dit college zullen we aangeven hoe je dat moet
doen, wie je begeleiden, welke deadlines er zijn en wie je kan benaderen bij vragen.
Maandag-dinsdag stap 3 Literatuuronderzoek 2.3.
Het onderwijs over het literatuuronderzoek wordt ingeleid in de hoorcolleges op maandagmorgen.
Daarna maak je op maandagmiddag SO-1, en is er op dinsdagochtend een literatuurpracticum.
SO-1 Verslag literatuuronderzoek en PICO formuleren
Tijdens het hoorcollege van vanmorgen is een casus gepresenteerd. Voor deze casus ga je een
literatuuronderzoek doen. Dit literatuuronderzoek leg je vast in een zoekverslag zoals je dat ook hebt
gedaan tijdens blok Vraagstukken van Borst en Nieren.
Tijdens het practicum op dinsdag moet je delen uit dit zoekverslag uploaden via Padlet.
16
Op Blackboard staat een opdracht "PICO formuleren". Deze opdracht bevat uitleg over hoe je voor de
verschillende domeinen van de CAT (prognose, diagnostiek, therapie) een PICO kunt formuleren.
Daarnaast staan er opdrachten in waarmee je kunt oefenen met het formuleren van een PICO. De
uitwerking van deze opdrachten staat ook op Blackboard.
Leerdoelen:
Als je deze SO hebt afgerond:
heb je je vaardigheid in het uitvoeren van een systematisch literatuuronderzoek opgefrist en
weet je welke onderdelen je nog onvoldoende beheerst.
kun je voor ieder domein een PICO formuleren.
HC/CP-6 Practicum literatuuronderzoek
NEEM EEN LAPTOP MEE WAARMEE JE TOEGANG HEBT TOT EDURAM (BLACKBOARD,
INTERNET).
Tijdens het practicum zal het literatuuronderzoek n.a.v. de casus op maandag worden nabesproken.
Afhankelijk van de bevindingen zal aandacht besteed worden aan die onderdelen die nog niet helemaal
duidelijk zijn of die niet goed werden uitgevoerd. Jullie kunnen tijdens dit practicum ook vragen
stellen over literatuuronderzoek zodat jullie tijdens het CAT-project in staat zullen zijn zelfstandig een
onderzoek uit te voeren en vast te leggen.
Leerdoelen:
Na dit practicum
kun je zelfstandig op systematische wijze een literatuuronderzoek uitvoeren voor een CAT.
kun je je literatuuronderzoek documenteren zodat je naar anderen kunt verantwoorden hoe je
gezocht hebt.
Stap 4 Kritisch lezen (dinsdag-woensdag) 2.4.
Met wetenschappelijk onderzoek en het kritisch lezen van artikelen over wetenschappelijk onderzoek
ben je al in aanraking gekomen in de eerdere jaren van de lijn AWV, en waarschijnlijk ook in de halve
minor die je gevolgd hebt. In het blok AWV jaar 2 lag de nadruk op het lezen van therapeutisch
onderzoek in gerandomiseerde clinical trials. In dit blok gaan we dit kritisch lezen uitbreiden naar de
andere domeinen van de CAT, namelijk naar diagnostisch en prognostisch onderzoek. We gebruiken
hierbij de een reeks artikelen (Users’guides) die verschenen zijn in de JAMA. Je zult zien dat de
onderzoeksopzet en de statistische methoden voor de drie typen onderzoek anders zijn, maar dat we
steeds dezelfde drie algemene vragen zullen stellen: “Is het onderzoek valide?” “Wat zijn de
resultaten?” en “ In hoeverre zijn deze resultaten toepasbaar op mijn patiënt”.
SO-2 Kritisch lezen van diagnostisch onderzoek
Het stellen van de juiste diagnose is niet altijd even eenvoudig. Vaak zijn er wel diagnostische testen
beschikbaar (labbepalingen, röntgenfoto’s, CT onderzoek). Helaas zijn de uitslagen van diagnostische
testen niet altijd 100% correct. De kans dat iemand met een positieve test daadwerkelijk ziek is hangt
af van de sensitiviteit en specifiteit van de test, en van de prevalentie van de ziekte in de
patiëntenpopulatie. In deze SO oefen je in het kritisch lezen van een diagnostisch artikel en worden de
17
belangrijkste begrippen die nodig zijn om artikelen over diagnostische methoden kritisch te kunnen
lezen opgefrist en toegepast.
De volledige SO staat achter in het blokboek.
HC-4 Kritisch beoordelen artikelen
Bij het kritisch lezen van klinisch wetenschappelijke artikelen kun je je vrijwel altijd de volgende drie
vragen stellen: 1. Is het beschreven onderzoek valide? 2. Wat zijn de resultaten? en 3. In hoeverre zijn
deze resultaten toepasbaar op mijn patiënt? In dit college wordt het kritisch lezen van artikelen
besproken, waarbij we apart zullen kijken naar artikelen over diagnostiek, over prognose en over
therapie.
SO-3 Voorbereiden werkgroep kritisch beoordelen en samenvatten
Dinsdag/woensdag/donderdag
In de werkgroep van as woensdag worden aan de hand van een casus die op Blackboard staat, stap 4:
het kritisch lezen, stap 5: het samenvatten, stap 6: het commentaar en stap 7: de conclusie van de CAT
geoefend. Hiervoor wordt de werkgroep in 3 subgroepen opgedeeld, op grond van de
werkgroepindeling die op Blackboard staat. Studenten 1-5 zitten in groep A, studenten 6-10 in groep B
en studenten 11-16 in groep C.
Doel van de voorbereiding en de werkgroep is:
-kritisch beoordelen van een artikel (stap 4-voorbereiding)
-verschillen in de 3 artikelen ontdekken en benoemen (stap 4-werkgroep)
-oefenen met het maken van een evidence tabel aan de hand van de 3 artikelen (stap 5-werkgroep)
-de resultaten beoordelen en vergelijken met de casus van Destiny (stap 6-werkgroep)
Op Blackboard staat een klinische casus met daarbij 3 artikelen die bij een literatuuronderzoek
gevonden zijn. Per groep voer je de volgende punten uit.
1 Je beoordeelt een van de drie artikelen kritisch, (groep A artikel A, groep B artikel B,
groep C artikel C) aan de hand van het beoordelingsformulier voor het kritisch lezen van
therapeutisch onderzoek.
2 Je bereidt een powerpointpresentatie voor van maximaal 15 minuten met de volgende
punten:
a. De beoordeling van het toegewezen artikel (“Zijn de resultaten valide?”/ Wat zijn de
resultaten/ “ In hoeverre zijn deze resultaten toepasbaar op mijn patiënt?)”.
b. Een conclusie met een weloverwogen antwoord op de klinische vraag.
Voorbereiden van deze werkgroep is VERPLICHT. Elke student dient tijdens de werkgroep zijn
inbreng te tonen, ofwel door het presenteren van een deel van de presentatie, ofwel door als moderator
van de discussie op te treden. Wanneer tijdens de werkgroep blijkt dat een student niet meegewerkt
heeft aan deze opdracht zal een vervangende opdracht gemaakt moeten worden.
Gebruik de volgende literatuur bij het kritisch beoordelen:
Guyatt, G. H., D. L. Sackett and D. J. Cook. Users' guides to the medical literature. II. How to
use an article about therapy or prevention. A. Are the results of the study valid? Evidence-
Based Medicine Working Group. JAMA 1993; 270:2598-601.
18
Guyatt, G. H., D. L. Sackett and D. J. Cook. Users' guides to the medical literature. II. How to
use an article about therapy or prevention. B. What were the results and will they help me in
caring for my patients? Evidence-Based Medicine Working Group. JAMA 1994;271:59-63.
SO-4 Kritisch lezen van prognostisch onderzoek
“Wat zijn mijn vooruitzichten nu bij mij deze ziekte geconstateerd is? ” Dit is een vraag die vaak aan
een arts gesteld wordt. Voor zowel de patiënt als voor de arts is een goede prognose van het verloop
van de ziekte belangrijk. In deze studieopdracht bekijken we hoe prognostisch onderzoek uitgevoerd
wordt, en hoe je een prognostisch onderzoek kritisch kunt beoordelen. Verder kijken we naar de
statistische methoden die veel gebruikt worden bij prognostisch onderzoek.
De volledige SO staat achter in het blokboek.
HC-5 Prognostisch onderzoek en prognostische scores
In SO-4 heb je een prognostisch artikel gelezen. In dit college gaan we nog wat dieper op prognostisch
onderzoek in, met nadruk op de statistiek die bij dit soort onderzoek gebruikt wordt. We zullen het
hebben over het gemiddelde verloop van een ziekte in een populatie, en over hoe een prognose voor
een bepaalde type patiënt uitgerekend kan worden door middel van risicoscores en prognostische
indices. Deze scores worden vaak ontwikkeld met statistische regressiemodellen. We bespreken twee
veel gebruikte modellen: het lineaire regressie model en het logistische regressiemodel.
SO-5 Kritisch lezen van observationeel onderzoek
Diagnostisch en prognostisch onderzoek hebben vaak een observationele studieopzet. Maar bij
therapeutisch onderzoek wordt de gerandomiseerde (en dubbel geblindeerde) trial als de gouden
standaard gezien. Soms zijn er te weinig gerandomiseerde trials uitgevoerd over je therapeutische
CAT vraagstelling. Dan moet je je oordeel baseren op observationeel onderzoek. In deze
studieopdracht bekijken we wat de extra problemen zijn waar je op moet letten bij het lezen van
observationeel onderzoek.
SO-6 Prognostische indices
Niet elk individu heeft hetzelfde risico om een bepaalde ziekte te krijgen en niet elke patiënt heeft
dezelfde prognose. Vaak wordt in de resultaten van een prognostisch artikel het risico op een bepaalde
uitkomst vastgelegd in een risico score of een prognostische score. Voorbeelden van dit soort scores
zijn de Apache scores die gebruikt worden om de prognose van patiënten op de intensive care unit in
te schatten en de SCORE (Systematic Coronary Risk Evaluation), een risicoscore die het 10-jaars
risico op hart en vaatziekten in de huisartspraktijk schat. Dit soort scores worden vaak gemaakt met
behulp van statistische modellen. In deze SO bekijken we twee van dit soort statistische modellen, het
lineaire regressiemodel en het logistische regressiemodel.
Leerdoelen
Na afloop van het maken van deze SO
(1) kun je voorspellingen maken op grond van een lineair en een logistisch regressie model
(2) weet je hoe de parameters in de modellen geïnterpreteerd worden, en kun je met behulp van de
schattingen met bijbehorende 95% betrouwbaarheidsintervallen conclusies trekken
(3) kun je de resultaten uit univariatie en multivariate analyses interpreteren
19
(4) weet je hoe regressiemodellen toegepast worden voor predictie en om te corrigeren voor
confounding)
(5) kun je bij artikelen aangeven of regressiemodellen al dan niet terecht zijn toegepast.
De volledige tekst van deze SO kun je vinden in de bijlage van het blokboek op bladzijde 31
Stap 5: Samenvatten evidence (woensdag-donderdag) 2.5.
CAT werkgroep (Woensdag)
Let op: deze werkgroep is verplicht en moet in groepen voorbereid worden. De instructies vind
je in SO 3.
Tijdens de werkgroep moet je de presentaties kritisch volgen en met name letten op verschillen tussen het
gepresenteerde artikel en het artikel dat je zelf hebt bestudeerd. Let op verschillen in onderzoekssetting,
in-en exclusie criteria, therapie, outcome etc.
Na deze drie presentaties worden er 3 nieuwe groepen gevormd. In elke groep zitten leden van alle drie de
oorspronkelijke groepen. Deze groepjes gaan ongeveer 30 minuten overleggen om een samenvatting te
maken van de artikelen, inclusief tabel. Daarnaast moet de samenvatting van commentaar worden
voorzien tav de casus van Destiny.
Elke student dient tijdens de werkgroep zijn inbreng te tonen, ofwel door het presenteren van een deel
van de presentatie, ofwel door als moderator van de discussie op te treden. Wanneer tijdens de
werkgroep blijkt dat een student niet meegewerkt heeft aan deze opdracht, of niet actief participeert in
deze werkgroep zal een vervangende opdracht gemaakt moeten worden.
HC-7 Samenvatten evidence, meta-analyse
In de werkgroep heb je al geoefend met het samenvatten de resultaten van het kritisch lezen van de
artikelen. We bespreken dit kort na in dit college. Een manier om dit voor je CAT te doen is met
behulp van een evidence tabel.
We bespreken ook hoe grote literatuurstudies worden uitgevoerd en hoe resultaten van een meta-
analyse worden samengevat, in figuren en met een gepoolde effect schatting.
SO-7 Samenvatten van evidence. Meta-analyse
In deze studieopdracht bekijken we de resultaten van 4 clinical trials over het effect van statines op
cardiovasculaire eindpunten. Een van de eindpunten in deze studies is sterfte aan kanker. We vatten de
resultaten samen in een evidence tabel, en berekenen per studie de odds ratio op sterfte aan kanker
voor statines versus geen statines, met 95% betrouwbaarheidsinterval. Vervolgens kijken we wat het
gepoolde effect is als de resultaten met meta-analyse technieken samengevat worden en vergelijken de
resultaten met een al uitgevoerde meta-analyse.
Leerdoelen. Na deze opdracht kun je
verschillende effectmaten (risicoverschil, oddsratio, relatief risico met 95%
betrouwbaarheidsinterval berekenen).
deze effectmaten en 95% betrouwbaarheidsintervallen interpreteren.
resultaten van verschillende studies samenvatten .
En weet je
hoe in een meta-analyse resultaten formeel samengevat worden.
20
weet je wat een forrest en een funnelplot ziet, en kun je uit de funnelplot afleiden of er sprake
is van publicatiebias in de meta-analyse.
De volledige tekst van deze SO kun je vinden in de bijlage van het blokboek op bladzijde 39.
Het CAT project, presentatie en verslag (donderdag) 2.6.
HC-8
Tijdens dit college gaan we nog wat verder in op wat er van je verwacht wordt tijdens het
CAT-project. Een collega student zal haar ervaringen vertellen met het CAT-project en haar
presentatie geven die ze eerder in het CAT-project heeft gehouden. Daarnaast zullen lastige
stappen in het schrijven van je verslag worden besproken-aan de hand van een voorbeeld
scriptie.
Na deze colleges is er tijd om vragen te stellen
Vrijdag Eindtoets 2.7.
Op vrijdagmiddag is er een eindtoets van het blok. Op vrijdagochtend heb je nog tijd om vragen te
stellen op het responsiecollege. Vergeet niet je REKENMACHINE mee te nemen naar de eindtoets
samen met een potlood, gum en puntenslijper.
21
3. Het CAT-project
Introductie 3.1.
In dit CAT-project schrijf je een scriptie en houd je een CAT-presentatie. Je wordt gekoppeld aan een
AIOS of klinisch onderzoeker uit de Onderwijs en Opleidings Regio Leiden (OOR Leiden) Deze
begeleider werkt meestal in het LUMC, maar kan ook werkzaam zijn in een aan het LUMC
geaffilieerd ziekenhuis. Deze begeleider begeleidt je gedurende het doen van de CAT , beoordeelt hoe
je gewerkt hebt, beoordeelt de inhoud van het CAT-verslag en beoordeelt de presentatie. Daarnaast zal
vanuit de afdeling van de begeleider een 2de
–inhoudelijk beoordelaar de CAT-scriptie beoordelen.
Aan het eind van het project beoordeel jij de begeleider op hoe hij/zij het CAT-project begeleidt.
De informatiespecialisten van de Walaeus Bibliotheek organiseren spreekuren om je te helpen bij het
zoeken van geschikte literatuur en beoordelen het zoekverslag dat je moet insturen.
De medewerkers van Communication in Science (CiS) begeleiden het maken van het verslag
gedurende meerdere werkgroepen en beoordelen je participatie bij de werkgroepen en beoordelen het
CAT-verslag op opbouw en structuur.
In principe begeleidt de begeleider 1 CAT-project van 1 student. In uitzonderingsgevallen kan een
begeleider 2 studenten begeleiden. Deze 2 studenten mogen een CAT maken vanuit hetzelfde vak-
/aandachtsgebied maar wel met een verschillende klinische vraag en dus uitwerking, verslag en
beoordeling. Omdat de studenten van een duo beiden een eigen klinische vraag vanuit het vakgebied
van hun begeleider schrijven, kan er soms sprake zijn van enige overlap. Deze overlap mag echter
nooit meer dan 20% zijn. Met nadruk wordt gesteld dat het CAT-scriptie geheel in eigen woorden
moet zijn opgemaakt. Detectie van plagiaat wordt gemeld aan de examencommissie.
Bij vragen of problemen kun je altijd contact opnemen met het CAT-team: [email protected]
Hieronder een tijdslijn van het CAT project. Let op: de deadlines voor inleveren staan op
Blackboard
December- half februari: Stap 1-3 3.2.
In december wordt gevraagd een top 5 van vakgebieden aan te geven waar je voorkeur voor een CAT-
project ligt. In december word je gekoppeld aan een AIOS of klinisch onderzoeker. Van deze
begeleider krijg je een klinisch scenario.
Zoek zo snel mogelijk contact met je begeleider om het klinisch scenario en de achtergrond daarvan te
bespreken. (stap 1). Dit scenario en de achtergrond van de klinische vraag beschrijf je in de inleiding
van je scriptie.
Vanuit het klinisch scenario formuleer je de klinische vraag (stap 2) en voer je een
literatuuronderzoek uit (stap 3). Zo nodig kun je gebruik maken van de spreekuren van de
Walaeus Bibliotheek. Schrijf je tijdig in voor het spreekuur. Iedere student kan één keer
langskomen. In deze fase kan je al werken aan hoofdstuk 1 van je CAT-verslag, zie paragraaf
4.2.
Februari-april: Stap 4 en 5: Literatuur kritisch lezen en samenvatten: 3.3.
Bespreek de gevonden artikelen met je begeleider en als die akkoord is kan je de gevonden literatuur
ga je vervolgens per artikel beoordelen. Het is de bedoeling dat je 3 tot 4 artikelen beoordeelt. Geef
duidelijk in je verslag aan hoe je tot deze 3-4 artikelen gekomen bent vanuit het totale aantal artikelen
22
die naar voren kwamen vanuit je zoekopdracht. De artikelen moeten primaire literatuur zijn, dus
originele onderzoeken en geen reviews en meta-analyses. Je mag zowel gerandomiseerde onderzoeken
als observationeel onderzoek gebruiken. Stap 4 en 5 zijn nauw verweven. In stap 4 staan de
individuele artikelen centraal qua methode en dus validiteit en resultaten. In stap 5 worden de
resultaten van de valide artikelen samengevat.
In deze periode zullen er ook mogelijkheden zijn om statistische of epidemiologische vragen te
bespreken met de blokcommissie. Zie Blackboard voor verdere informatie.
In deze fase werk je aan de eerste delen van hoofdstuk 2 van je CAT-verslag, zie paragraaf 4.2.
Bespreek met je begeleider wanneer er tijd is voor je presentatie. Plan die zo vroeg mogelijk.
April –mei. Stap 6 en 7 Besluitvorming individuele patiënt (stap 6), conclusie 3.4.
(stap 7) en discussie.
Als je de literatuur hebt beoordeeld en samengevat moeten de gevonden resultaten besproken worden
in de context van het klinisch scenario. Dit kan je het beste doen in samenspraak met je begeleider. In
stap 6 ga je uitgebreid in hoe de gevonden resultaten in stap 4 en 5 overeenkomen met de klinische
context van de patiënt om uiteindelijk tot een bottomline (stap 7) te komen en een voorstel voor
verdere stappen. Dit kan het beste worden geformuleerd tijdens een 2de
contact moment met de
begeleider.
In deze fase moet het verslag afgerond worden en (voor de deadline!) ingeladen in KLAPP.
Daarnaast moet je je presentatie voorbereiden.
Rol van de begeleider in het CAT-project 3.5.
Je begeleider speelt een belangrijke rol in het CAT-project. Hij/zij heeft tevoren een klinisch scenario
voorbereid op basis waarvan je het CAT-project gaat doen, verzorgt de inhoudelijke begeleiding van
het CAT-project en zal je beoordelen aan het eind van het project.
In het algemeen zijn er 2 contactmomenten met je begeleider:
1) Rond december-januari: kennismaking met je begeleider. Bespreking van het klinisch scenario
met achtergrond informatie over het specialisme en de klachten/ziekte.
2) In april: Bespreking van je gevonden resultaten en samenvatting van de artikelen. Bespreking
van deze resultaten in de context van het klinische scenario. In samenspraak maken van een
kort en bondig antwoord op je klinische vraag uit stap 2. Opzet maken voor de presentatie en
navragen hoe dit normaal op de afdeling van de begeleider gaat (duur, aantal dia’s etc.)
In de tussentijd kan je via emailcontact aan je begeleider inhoudelijke vragen stellen en hem/haar op
de hoogte houden van je voortgang. Probeer je vragen aan je begeleider te clusteren en je vragen
helder te formuleren. Je begeleider doet dit naast een drukke opleiding, druk onderzoek, verwacht dus
niet dat je direct antwoord krijgt. Anderzijds, als er op een heldere vraag niet op redelijke termijn een
antwoord komt-stuur dan een “friendly reminder”.
De docenten van Communication in Science en de peerreview van je mede-studenten helpen je bij het
schrijven van je verslag. Het is in principe niet de bedoeling dat de begeleider tussenversies
becommentarieert.
Mocht de begeleiding voor je gevoel niet soepel verlopen spreek dit dan tijdig uit bij je begeleider.
Mocht je hier geen gehoor vinden laat dit tijdig dan weten aan de organisatie van het CAT-project via
[email protected]. Aan het einde van het project beoordeel je de begeleiding van de begeleider in
het kader van de opleiding van de AIOS of onderzoektraject van de onderzoeker. Je krijgt je eindcijfer
pas te zien wanneer je de begeleider beoordeeld hebt.
23
Problemen tijdens CAT project; tussentijds stoppen
Als je je inschrijft voor het CAT project committeer je je daarmee om het project ook binnen de
gestelde tijd af te ronden. Natuurlijk kunnen er omstandigheden zijn waardoor dit niet lukt. Als dit
komt door externe factoren (bijvoorbeeld doordat de begeleider niet of te laat reageert), kun je uitstel
krijgen. Neem daarvoor contact op met het CAT project emailadres. Indien er persoonlijke redenen
zijn waardoor het niet lukt om het CAT project af te ronden, neem dan contact op met de
studieadviseur. Laat dit ook aan je begeleider en de coördinatoren weten. In samenwerking met de
studieadviseur en begeleider wordt dan naar een oplossing gezocht.
Als je stopt, zonder dit bekend is bij coördinatoren, studieadviseur en begeleider, is het niet
mogelijk om zondermeer uitstel te krijgen of het CAT project over te doen.
Rol van Communication in Science in het CAT-project 3.6.
Docenten van Communication in Science begeleiden je bij het schrijven van de scriptie tijdens
werkgroepen, bij het geven van peerfeedback op conceptversies van de CAT van medestudenten en
tijdens individuele tutorials. De scriptie wordt in het Engels geschreven; onderwijs en begeleiding
door docenten van CIS is ook in het Engels. Het is belangrijk dat je tijdig begint met schrijven, dit
kan al vanaf het moment dat je je klinisch scenario krijgt van je begeleider. De werkgroepen
worden gegeven tijdens het schrijfproces zodat lopende zaken die opkomen bij het schrijven
besproken kunnen worden, zoals de inleiding, beschrijving van de 7 CAT-stappen en richtlijnen en
suggesties voor de discussie. Ook wordt de samenhang tussen hoofdstukken en alinea’s, structuur en
medisch-wetenschappelijk Engels taalgebruik besproken. Van de studenten wordt een actieve rol
verwacht tijdens de werkgroepen.
Aangezien schrijven een doorlopend proces is, lever je tijdens het schrijven een aantal conceptversies
van je scriptie in. De conceptversies lever je in op Blackboard via Turnitin, waarbij een automatische
plagiaatscan plaatsvindt. Plagiaat wordt gemeld bij de examencommissie. Tijdens een tutorial met
een CIS-docent wordt een van jouw conceptversies besproken. Om je tutorial zo effectief mogelijk te
maken, lever je voorafgaand aan het tutorial een recente conceptversie in en vul je een
vragenformulier in dat je meeneemt naar het tutorial. Je krijgt dan ook de gelegenheid om vragen te
stellen over je scriptie.
Aan de hand van duidelijke richtlijnen van CIS geef je twee keer peerfeedback op conceptversies van
de CAT van twee medestudenten en ontvang je twee keer peerfeedback op twee conceptversies. Door
peerfeedback leer je om kritisch te denken over andermans werk en je eigen scriptie en dit kun je
toepassen bij het schrijven van je scriptie.
Docenten van CIS beoordelen je scriptie tekstueel en beoordelen je participatie op basis van de
kwaliteit van de peer feedback die je geeft, je participatie tijdens werkgroepen, tutorial en het tijdig
inleveren van conceptversies en de uiteindelijke scriptie.
Actuele informatie over onderwijs van CIS kun je vinden op de roosterwebsite van het LUMC en op
Blackboard.
Voor leerdoelen en beoordelingsmatrijs CIS, zie Appendix BaCAT Thesis Assessment
Communication in Science.
24
4. De eindproducten: zoekverslag, CAT-verslag en de
presentatie
Het zoekverslag 4.1.
De informatiespecialisten van de Walaeus bibliotheek hebben spreekuren gepland gedurende een
periode van vijf weken om je bij het zoeken van literatuur (stap 3 van de CAT) te helpen. Tijdens het
CAT-blok en via Blackboard zal worden aangegeven hoe je je kunt inschrijven voor de spreekuren.
Kom goed voorbereid met je ingevulde zoekverslag naar de spreekuren zodat de tijd die er voor je is
gereserveerd door de informatiespecialisten goed wordt gebruikt.
Uiteindelijk moet je een zoekverslag maken dat door de Walaeus bibliotheek beoordeeld zal
worden en voor 5% meetelt voor je eindcijfer.
Een afspraak duurt maximaal 20 minuten. Dat is niet zo lang dus dat betekent dat je zelf al
serieus gezocht moet hebben voordat je komt. Neem je zoekverslag mee naar de afspraak. Wie
zonder zoekverslag komt of onvoldoende tijd heeft besteed aan de voorbereiding van het
spreekuur, kan niet worden geholpen.
Zorg dat je tijdig intekent op de afsprakenlijst. De ervaring leert dat de eerste weken er nog
veel vrije plekken zijn en dat de laatste weken alles "vol" is. Maak dus zo snel mogelijk een
afspraak anders loop je het risico dat er geen plaats meer is.
Slechts bij uitzondering is het mogelijk om een afspraak te maken buiten de gereserveerde
tijden. Stuur hiervoor een email naar [email protected] ovv je naam, studentnummer en de
reden waarom je een afspraak wenst buiten de gereserveerde tijden. Zet bij het onderwerp van
de mail: afspraak Walaeus Bibliotheek. Houd er rekening mee dat het enkele dagen tot weken
kan duren voordat je via deze weg een afspraak hebt.
Uiteindelijk maak je een zoekverslag en bied je dat ter beoordeling aan via KL-APP. Het
literatuuronderzoek dient op systematische wijze te worden uitgevoerd, zoals behandeld is
tijdens blok Vraagstukken Borst en Nieren en het CAT-blok.
Voor de verslaglegging maak je gebruik van het Sjabloon voor het documenteren van
literatuuronderzoek van de Walaeus Bibliotheek dat via KL-APP beschikbaar is. (deadline:
zie Blackboard). Upload het document als Word document. Vanuit een PDF is het niet
mogelijk om de zoekstrategieën in PubMed te controleren.
Wie een onvoldoende heeft gehaald, moet aan de hand van de feedback een verbeterde versie
inleveren. Wie in eerste instantie een onderwerp heeft waarover te weinig literatuur
beschikbaar is en dus een nieuw onderwerp moet kiezen, kan een afspraak maken voor het
extra spreekuur. Het zoekverslag van het oorspronkelijke onderwerp kan worden ingeleverd
voor de beoordeling; het zoekverslag van het nieuwe onderwerp wordt niet meer beoordeeld.
Meer informatie over de spreekuren (data en tijden) volgt via Blackboard.
De scriptie 4.2.
De CAT-scriptie wordt in het Engels geschreven en bestaat uit 3 hoofdstukken. In hoofdstuk 1
beschrijf je een algemene inleiding van je onderwerp, gebaseerd op wetenschappelijke literatuur, en
het klinisch scenario (stap 1 van CAT-proces). Vervolgens beschrijf je in dit hoofdstuk de verdere
opzet van je scriptie. In hoofdstuk 2 beschrijf je stap 2 t/m 7 van het CAT-proces. In hoofdstuk 3
schrijf je in de discussie wat volgens jou de volgende stappen zouden moeten zijn op basis van de
25
gevonden uitkomst van de CAT. In hoofdstuk 3 kun je eventueel gevonden systematische reviews of
meta-analyses betrekken bij je CAT.
4.2.1. Opbouw van de CAT-scriptie
Hieronder volgen enkele richtlijnen voor de opbouw van de scriptie. Hierbij is de aangegeven
hoeveelheid woorden vooral een gemiddelde. De lengte van je scriptie hangt af van je onderwerp en de
hoeveelheid artikelen die je analyseert.
layout:
o Titelpagina
o Chapter 1 General Introduction
(ongeveer 600 woorden, 2-3 pagina’s, regelafstand 1,5. )
o Chapter 2 Critical Appraisal of a Topic
(ongeveer 1500 woorden, 4-8 pagina’s, regelafstand 1,5)
o Chapter 3 Discussion
(maximaal 350 woorden, 1 pagina, regelafstand 1,5)
o References
o Appendix
lettertype en lettergrootte:
o zakelijk en leesbaar (bijv. 11-punt Calibri of Times New Roman)
o regelafstand 1,5.
refereren:
Gebruik consequent de Vancouverstijl voor bronverwijzingen (zie Walaeuswebsite voor
informatie over Vancouverstijl). Software voor referenties wordt aanbevolen, bijvoorbeeld
EndNote.. De Walaeusbibliotheek verzorgt tutorials voor het gebruik van EndNote.
Chapter 1
Algemene inleiding waarin je de volgende onderdelen in een lopend en samenhangend verhaal
beschrijft: klinisch scenario, medisch-wetenschappelijke achtergrond, klinische vraag en opzet
van het verslag
klinisch scenario (stap 1): Beschrijf de medisch-wetenschappelijke achtergrond van het
klinisch scenario, waarbij je het onderwerp in een breder wetenschappelijk perspectief plaatst
voor de lezer. Geef achtergrondinformatie over de aandoening, zoals etiologie, symptomen,
incidentie, prevalentie, morbiditeit, mortaliteit, leefstijlfactoren, risicofactoren en de meest
recente ontwikkelingen.
Beschrijf de huidige aanpak van diagnose, prognose en behandeling; geef aan of er een gouden
standaard is of dat er nog onduidelijkheid bestaat over de beste behandeling. Bespreek
afwijkende theorieën of tegenstrijdige onderzoeksresultaten.
Beschrijf de ontbrekende wetenschappelijke informatie die leidt naar de klinische vraag.
Uiteindelijk moet alle achtergrondinformatie uit de inleiding aansluiten bij deze vraag; je laat
de lezer zien waarom het belangrijk is dat de vraag beantwoord wordt.
Uiteindelijk beschrijf je aan het eind van hoofdstuk 1 de klinische vraag (stap2)
Chapter 2
In dit hoofdstuk beschrijf je de stappen 3, 4, 5, 6 en 7 van de CAT:
Literature search (stap 3):
26
In het verslag beschrijf je hoe je een systematisch literatuuronderzoek hebt uitgevoerd. Plaats
de zoektermen in de Appendix.
Noem de artikelen die je gaat gebruiken en geef duidelijk aan hoe je gekomen bent tot
deze artikelen. Waarom heb je juist deze artikelen gekozen en de andere niet? Hoe heb
je geselecteerd?
Evaluation of articles (stap 4):
Het is de bedoeling dat je 3 tot 4 artikelen beoordeelt. Dit moet primaire literatuur zijn, dus
originele onderzoeken en geen reviews of meta-analyses.
De gevonden literatuur beoordeel je vervolgens per artikel aan de hand van de JAMA-
beoordelingscriteria voor artikelen en beoordelingsformulieren zoals bijgevoegd in de bijlage.
Je beoordeling vormt een essentieel onderdeel van het overtuigen van je lezer in de bottom
line (stap 7)
Je beschrijft eerst kort wat het artikel onderzoekt. Daarna beschrijf je de validiteit van het
artikel aan de hand van de JAMA-beoordelingscriteria en sluit af met jouw beoordeling van de
validiteit om de lezer voor te bereiden op het Commentaar in stap 6. Beschrijf je beoordeling
zo specifiek mogelijk: termen als “goed” of “slecht” zijn onduidelijk voor de lezer.
Het kan soms lastig zijn om stap 4 en 5 uit elkaar te halen. In stap 4 staat het individuele
artikel centraal en met name de beoordeling van de validiteit van het artikel en dus of je wel of
niet de resultaten verder mag gebruiken om een antwoord te vinden op de klinische vraag uit
stap 2. Daarna bespreek je de resultaten van de artikelen In stap 5 ga je de resultaten van de
verschillende artikelen samenvattenen beoordelen ten opzichte van elkaar.
Evidence (stap 5):
Maak een samenvatting, eventueel (maar niet alleen) met een resultatentabel, van de
belangrijkste bevindingen van de gevonden en beoordeelde artikelen om uiteindelijk tot een
conclusie te komen welk bewijs er in de literatuur aanwezig is en of hierop beleid kan worden
gebaseerd. Je trekt hierin nog geen conclusies over de patiënt; deze bewaar je voor stap 6.
Commentary (stap 6):
Bespreek je conclusies uit stap 4 en 5 in de context van de patiënt met diens eventuele
voorkeuren, de setting/land/zorgsysteem waarin de patiënt gezien wordt ten opzichte van de
gevonden artikelen en geef aan wat de uitkomsten van de CAT voor deze patiënt betekenen.
Bottom Line (stap 7):
Een kort en bondig antwoord op de klinische vraag van stap 2. Dit kan in 1 á 2 zinnen.
Chapter 3
Discussion:
In de discussie plaats je de conclusies van de CAT in het bredere medisch wetenschappelijk
perspectief dat je beschreven hebt in hoofdstuk 1 en in relatie tot eventueel beschikbare
systematische reviews of meta-analyses in relatie tot de CAT en de besproken artikelen.
Begin door kort de belangrijkste uitkomst(en) van de CAT samen te vatten en ga vervolgens in
op de vervolgstappen. Hoe nu verder?
Hierbij kun je bijvoorbeeld denken aan:
o vervolgonderzoek: Welk soort onderzoek? Welke onderzoeksopzet?
o behoefte aan nieuwe protocollen of aanpassing van protocollen
27
o jouw verwachtingen over mogelijke toepassingen van beschreven medische
ontwikkelingen
Beschrijf dit alles zo concreet mogelijk en geef voorbeelden. Zorg voor een duidelijke alinea-indeling en geef de samenhang tussen de verschillende
alinea’s aan. Sluit af met een sterke inhoudelijke slotzin of slotalinea. Dit kan bijvoorbeeld je algemene
conclusie zijn, maar ook een toekomstvisie of suggestie.
Presentatie van de CAT 4.3.
De CAT die je gemaakt hebt presenteer je op de afdeling van de begeleider. De duur van de
presentatie wordt bepaald door de afdeling. In de presentatie bespreek je de stappen 1 tm 7 van je
CAT. Let hierbij op het volgende:
Bespreek stap 1 kort en bondig: achtergrondkennis mag bekend worden verondersteld
Laat de zoekstrategie duidelijk naar voren komen en geef aan waarom je de keus
gemaakt heb juist deze artikelen te beoordelen.
Gebruik eventueel een “evidence”-tabel om overzichtelijk de validiteit en resultaten van de
verschillende artikelen te presenteren.
Je begeleider beoordeelt de presentatie.
28
5. Bijlagen
Beoordelingsformulieren kritisch lezen van artikelen 5.1.
Hieronder vind je beoordelingsformulieren voor het beoordelen van een therapeutisch onderzoek (een
gerandomiseerde clinical trial, of observationeel onderzoek), een diagnostische studie en een
prognostische studie. Vergelijkbare formulieren die meer uitleg geven en in het Engels zijn vind je op
http://www.cebm.net/critical-appraisal/ ).
Beoordelingsformulier Therapeutisch onderzoek
(Guyatt et al. Users Guides to the medical Literature, JAMA 1994)
Validiteit Opmerkingen
1. Waren de patienten gerandomiseerd?
2. Hoe was de randomisatie uitgevoerd?
3. Waren alle patienten die geincludeerd zijn, ook gerapporteerd ?
4. Was de follow-up compleet?
5. Waren alle patienten geanalyseerd in de groep waaraan zij oorspronkelijk waren toegewezen?
6. Waren patienten, behandelaars en beoordelaars geblindeerd?
7. Waren de groepen vergelijkbaar aan het begin van het onderzoek?
8. Waren de groepen gelijk behandeld, afgezien van de experimentele behandeling?
Resultaten
9. Hoe groot was het behandeleffect?
10. Hoe groot is het 95% betrouwbaarheidsinterval van het behandeleffect?
Toepasbaarheid
11. In hoeverre zijn deze resultaten van toepassing op de patient uit de casus?
12. Zijn alle klinisch belangrijke uitkomsten onderzocht?
13. Zijn de verwachte voordelen van deze behandeling groter dan de nadelen?
14. Gaat U uw patient nu met deze therapie behandelen? (stap6)
29
Beoordelingsformulier Diagnostische test
(Jaeschke et al. Users Guides to the medical Literature, JAMA 1994)
Validiteit Opmerkingen
1. Is er een valide referentietest (gouden standaard)?
2. Bestaat de patiëntengroep uit personen waarbij de test ook in de praktijk op toegepast wordt?
3. Zijn de test en de gouden standaard onafhankelijk van elkaar uitgevoerd?
4. Is de gouden standaard bij iedereen uitgevoerd, onafhankelijk van het testresultaat?
5. Zijn uitvallers gerapporteerd met de reden van uitval?
Resultaten
6. Wat zijn de sensitiviteit, specificiteit en likelihoodratio’s van de test?
Toepasbaarheid
7. Kan de test op dezelfde manier uitgevoerd worden op de patiënt uit de casus?
8. Wat is de voorafkans en achterafkans op de ziekte voor de patiënt?
9. Zou de testuitslag het verdere medisch handelen beïnvloeden?
10. Wegen de voordelen op tegen de nadelen (mogelijke schade en kosten)?
30
Beoordelingsformulier Prognostisch Onderzoek
(Laupacis, et al. Users Guides to the medical Literature, JAMA 1994)
Validiteit Opmerkingen
1. Is er een representatieve duidelijk omschreven groep patiënten, op een gelijk moment in het ziekteverloop?
2. Is de follow-up voldoende compleet?
3. Zijn de uitkomst criteria objectief vastgesteld, onafhankelijk van de prognostische factoren
4. Zijn de uitkomsten apart vastgesteld voor mensen met verschillende prognostische factoren, of is er een prognostische score gemaakt?
Resultaten
5. Wat is de kans op de uitkomst (in een bepaalde periode)?
6. Hoe nauwkeurig zijn de prognostische schattingen?
Toepasbaarheid
7. Is de bestudeerde patiëntenpopulatie vergelijkbaar met de patiënt uit de casus?
8. Zullen de resultaten van invloed zijn op wat je de patiënt zou vertellen, of de therapie die je zou voorschrijven? (stap 6)
31
Studieopdracht SO-2, SO-4, SO-6 en SO-7 5.2.
SO-2 Kritisch lezen van diagnostisch onderzoek
Het stellen van de juiste diagnose is niet altijd even eenvoudig. Vaak zijn er wel diagnostische testen
beschikbaar (labbepalingen, röntgenfoto’s, CT onderzoek). Helaas zijn de uitslagen van diagnostische
testen niet altijd 100% correct. De kans dat iemand met een positieve test daadwerkelijk ziek is hangt
af van de sensitiviteit en specifiteit van de test, en van de prevalentie van de ziekte in de
patiëntenpopulatie. In deze SO oefen je in het kritisch lezen van een diagnostisch artikel en worden de
belangrijkste begrippen die nodig zijn om artikelen over diagnostische methoden kritisch te kunnen
lezen opgefrist en toegepast.
Leerdoelen
Na afloop van het maken van deze SO kun je:
(1) de volgende begrippen berekenen en interpreteren: Sensitiviteit, Specificiteit, Positief
voorspellende waarde, Negatief voorspellende waarde, Likelihood-ratio positieve test,
Likelihood-ratio negatieve test, Prevalentie/Voorafkans, Achterafkans, Diagnostische winst.
(2) een diagnostisch artikel kritisch lezen en de volgende drie vragen beantwoorden: 1. Zijn de
resultaten valide? 2. Wat zijn de resultaten? 3. Hoe toepasbaar zijn deze resultaten in de klinische
praktijk?
Beschrijving
1 Bestudeer de volgende twee JAMA user guides to the medical literature (links staan op
Blackboard):
Jaeschke R, Guyatt G, Sackett DL. Users' guides to the medical literature. III. How to use an
article about a diagnostic test. A. Are the results of the study valid? Evidence-Based Medicine
Working Group. JAMA. 1994;271:389-391.
Jaeschke R, Guyatt GH, Sackett DL. Users' guides to the medical literature. III. How to use an
article about a diagnostic test. B. What are the results and will they help me in caring for my
patients? The Evidence-Based Medicine Working Group. JAMA. 1994;271:703-707.
2 Maak de e-learning Diagnostiek. De link vind je op Blackboard
3 De eerste van de drie vragen die je je bij het kritisch lezen stelt is of de resultaten valide zijn.
Bekijk de methodesectie van het artikel dat in de e-learing gebruikt wordt (JAMA Pediatr.
2013;167(2):119-125), link staat op Blackboard) en beantwoord de volgende vragen over de
validiteit:
a. Is er een valide referentietest (gouden standaard)?
b. Bestaat de patiëntengroep uit personen waarbij de test ook in de praktijk op toegepast
wordt?
c. Zijn de test en de gouden standaard onafhankelijk van elkaar uitgevoerd?
d. Is de gouden standaard bij iedereen uitgevoerd, onafhankelijk van het testresultaat?
e. Zijn uitvallers gerapporteerd met de reden van uitval?
SO-4 Kritisch lezen van prognostisch onderzoek
“Wat zijn mijn vooruitzichten nu bij mij deze ziekte geconstateerd is? ” Dit is een vraag die vaak aan
een arts gesteld wordt. Voor zowel de patiënt als voor de arts is een goede prognose van het verloop
van de ziekte belangrijk. In deze studieopdracht bekijken we hoe prognostisch onderzoek uitgevoerd
32
wordt, en hoe je een prognostisch onderzoek kritisch kunt beoordelen. Verder kijken we naar de
statistische methoden die veel gebruikt worden bij prognostisch onderzoek.
Vaak ben je bij prognostisch onderzoek geïnteresseerd in de tijd tot een bepaalde gebeurtenis, of de
kans dat een gebeurtenis zich binnen een bepaalde tijd voordoet. Dit is bijvoorbeeld het geval als men
de gemiddelde wachttijd voor een niertransplantatie bepaald, of de kans dat iemand met een
kankerdiagnose na 5 jaar nog in leven is. Dit soort gegevens worden overlevingsduurgegevens
genoemd, omdat het eindpunt vaak overlijden is. De analyse van overlevingsduren wordt
gecompliceerd doordat het eindpunt waarin men geïnteresseerd is zich niet voordoet bij alle patiënten.
Vaak zijn veel patiënten aan het eind van de studie nog in leven. Ook raken er patiënten zoek door
bijvoorbeeld een verhuizing. Van deze patiënten weten we de overlevingstijd niet, maar we weten wel
het laatste tijdstip waarop een patiënt nog in leven is. We noemen dit gecensureerde waarnemingen.
Door deze gecensureerde gegevens moeten er speciale statistische methoden gebruikt worden. De
Kaplan Meier methode schat de kans om nog in leven te zijn als functie van de tijd. In het blok AWV-
2 zijn deze methoden behandeld.
Leerdoelen
Na deze SO :
(1) kun je een prognostisch artikel kritisch lezen en de volgende drie vragen beantwoorden: 1. Zijn de
resultaten valide? 2. Wat zijn de resultaten? 3. Hoe toepasbaar zijn deze resultaten in de klinische
praktijk?
(2) kun je klinische relevante informatie uit een Kaplan Meier kromme halen (overlevingskansen,
mediane overleving), je weet wat er bedoeld wordt met gecensureerde overlevingstijden, en je weet
wat de aannames zijn die bij het berekenen van een Kaplan Meier kromme gemaakt worden.
Beschrijving
Bestudeer de volgende JAMA user guides to the medical literature (link staat op Blackboard):
Laupacis, A., et al. Users' guides to the medical literature. V. How to use an article about
prognosis. Evidence-Based Medicine Working Group. JAMA 1994 ;234-237.
en beantwoord de volgende vragen:
Naar aanleiding van de vraag van ouders van een kind met epilepsie over de lange termijn prognose
van de aandoening van hun kind besluit je een literatuuronderzoek te doen. Je stuit hierbij op het
artikel:
Sillanpaa, M., Shinnar, S . "Long-Term Mortality in Childhood-Onset Epilepsy." The New England
journal of medicine 363.26 (2010):2522-2529 waar overlevingsgegevens van epilepsiepatiënten
beschreven staan en besluit om dit artikel kritisch te lezen.
Het eerste wat je moet bepalen is “Zijn de resultaten valide?” Voor prognostisch onderzoek kun de
volgende deelvragen stellen om naar de validiteit te kijken (zie de Users guide en het
beoordelingsformulier op bladzijde 30)
a. Bekijk de methodensectie van het artikel. Wat voor onderzoeksopzet wordt hier
beschreven?
b. Wat is het voordeel van een cohort studie (follow-up studie) ten opzichte van een case-
controle studie bij prognostisch onderzoek?
c. Is de patiëntengroep duidelijk beschreven, en zijn de patiënten op hetzelfde moment in het
ziektebeloop geselecteerd?
d. Is de follow-up voldoende lang en compleet?
e. Zijn de uitkomsten objectief vastgesteld?
33
De tweede vraag is “Wat zijn de resultaten” . Hieronder staan vragen over de resultaten
f. De auteurs gebruiken de Kaplan Meier methode om de kans op sterfte over de tijd te
berekenen. Waarom is dit beter dan gewoon tellen hoeveel patiënten er na 40 jaar nog in leven
zijn?
g. Een van de voorwaarden om de Kaplan Meier kromme te gebruiken is dat mensen die
uitvallen dezelfde prognose hebben als de mensen die niet uitgevallen zijn. Is dat hier
waarschijnlijk?
h. Waarom kun je uit de Kaplan Meier kromme van dit artikel geen mediane overlevingsduur
afleiden?
i. Op bladzijde 2525 tweede kolom laatste regel staat: “with standardized mortality ratios of
5.5 (95% confidence interval (4.6 ; 6.6)). Wat is een standardised mortality ratio? Wat
concludeer je uit het 95% CI?
j. In tabel 3 staan verschillende prognostische factoren voor overlijden. Je ziet twee
kolommen: univariate analysis en multivariate analysis. Wat wordt met univariate en
multivariate bedoeld?
k. Wat concludeer je uit de multivariate analyse?
De laatste vraag is “Hoe toepasbaar zijn deze resultaten in de klinische praktijk?” Hoe zou je deze
vraag hier beantwoorden?
SO-5 Kritisch lezen observationeel onderzoek.
Diagnostisch en prognostisch onderzoek hebben vaak een observationele studieopzet. Over het
algemeen is dat geen probleem. Anders wordt dat bij therapeutisch onderzoek. Hier wordt de
gerandomiseerde (en dubbel geblindeerde) trial als de beste studieopzet gezien. Door het randomiseren
worden de patiënten willekeurig over de twee behandelingsgroepen verdeeld, en verschillen de twee
behandelingsgroepen alleen door toevalsfluctuatie.
Dit is ook de reden dat je een klinische vraag vanuit een therapeutische CAT het liefst beantwoordt
met de resultaten van gerandomiseerde studies. Maar niet altijd zijn er voldoende trials over een
onderwerp uitgevoerd. Dan zul je evidence moeten halen uit observationeel onderzoek.
Bias en confounding
In het blok AWV-jaar 2 zijn de begrippen bias en confounding uitgebreid behandeld. Probeer in eigen
woorden nog eens te formuleren wat onderstaande begrippen precies inhouden, en bedenk voor elk
van de begrippen een voorbeeld
a. Confounding
b. Selectiebias
c. Informatiebias
Voorbeelden
Hieronder staan een paar voorbeelden waarbij je moet bedenken of bias of confounding een rol kan
spelen:
1. In een onderzoek naar lange termijneffecten (cognitief en neurologisch) van vroeggeboorte worden
150 veel te vroeg geboren kinderen op 4 jaar met MRI onderzocht. Elk kind wordt gevraagd om als
controle een 4-jarig vriendje/vriendinnetje mee te nemen dat na 37 weken zwangerschap geboren is.
Dat kind wordt ook in MRI onderzocht.
a. Wat is de onderzoeksopzet? Follow-up/cohort of case-controle?
b. Wat is het voordeel van de gekozen “controlegroep”?
c. Denk je dat hier sprake kan zijn van informatiebias of selectiebias?
34
2. In een groot onderzoek zijn gegevens verzameld van alle in Nederland te vroeg geboren kinderen in
een jaar. De selectiecriteria waren: kind levend ter wereld gekomen, een zwangerschapsduur van
minder dan 32 weken en/of een geboortegewicht van minder dan 1500 gram.
Een van de vele vraagstellingen was de relatie tussen hypertensie moeder en aanwezigheid van (lichte
of zware) handicaps bij het kind. Hiertoe werden standaarddefinities gebruikt en beide aspecten als
“ja/nee” gecodeerd. De kruistabel van hypertensie (ja/nee) versus gehandicapt (ja/nee) gaf een
duidelijk lager percentage gehandicapte kinderen aan bij hypertensieve dan bij de niet-hypertensieve
moeders. Het verschil was significant.
a. Is hiervoor een verklaring te geven?
b. Is hier sprake van bias of van confounding?
c. Betekent dit dat een aanstaande moeder het risico op een handicap van haar te baren kind kan
verlagen door flink wat zoute drop tijdens de zwangerschap te eten?
d. Als je van mening bent dat deze associatie niet de klinische “werkelijkheid” weergeeft, hoe kan
zo’n associatie dan voorkomen worden? In de opzet van de studie of in de analyse zelf?
e. Hoe kunnen we het “echte” effect van hypertensie op de kans op een handicap te weten komen?
3. Hieronder een figuur waar de relatie tussen chocoladeconsumptie en de kans op het winnen van een
Nobelprijs uitgezet.
a. Is hiervoor een verklaring te geven?
b. Is hier sprake van bias of van confounding?
Omgaan met confounding in de analyse.
Wanneer je vermoedt dat er sprake is van bias of confounding in de studie die je aan het beoordelen
bent, moet je kijken of (1) het aannemelijk is dat de resultaten van de studie vertekend zijn, en (2) of
men geprobeerd heeft om correcties aan te brengen. Corrigeren voor selectiebias is vaak lastig of
onmogelijk zijn. Correctie voor confounding kan op verschillende manieren:
1. stratificatie: de analyses worden apart gedaan in subgroepen met dezelfde confounderwaarden.
2. Matchen: er worden koppels gemaakt van mensen met dezelfde confounderwaarden, waarvan
een iemand de uitkomst wel heeft en de andere niet, of een iemand de therapie wel heeft en de
andere niet. Binnen die koppels worden vergelijkingen uitgevoerd.
35
3. Regressiemodellen. In een multivariaat regressiemodel kun je het effecten van meerdere
factoren op een uitkomst modeleren.
In het artikel Nguyen CD, Andersson C, Jensen TB, et al. Statin treatment and risk of recurrent venous
thromboembolism: a nationwide cohort study. BMJ Open 2013 wordt gekeken of het geven van
statines aan patiënten met trombose een effect heeft op de kans op een recidief trombose. De studie is
een prospectieve cohort studie. De patientenpopulatie bestaat uit alle personen (44 330 patiënten) met
een ziekenhuisdiagnose van veneuze trombose in Denemarken in de periode 1997–2009. Het artikel is
te vinden op http://bmjopen.bmj.com/content/3/11/e003135.full.pdf+html.
4. a. Bekijk de eerste tabel uit het artikel. Wat valt op?
b. Bekijk tabel 4 uit het artikel. De titel van de table is “HRs of venous thromboembolism
associated with statin use.” Waar staat de afkorting HR voor?
c. Welke van de van de drie kolommen van resultaten zou je rapporteren in je CAT verslag?
d. Wat is de conclusie over het effect van statines op recidief trombose?
e. Welke kanttekeningen moeten er bij deze conclusie gemaakt worden?
SO-6 Prognostische indices
Niet elk individu heeft hetzelfde risico om een bepaalde ziekte te krijgen en niet elke patiënt heeft
dezelfde prognose. Vaak wordt het risico op een bepaalde uitkomst vastgelegd in een risico score of
een prognostische score. Voorbeelden van dit soort scores zijn de Apache scores die gebruikt worden
om de prognose van patiënten op de intensive care unit in te schatten en de SCORE (Systematic
Coronary Risk Evaluation), een risicoscore die het 10-jaars risico op hart en vaatziekten in de
huisartspraktijk schat. Dit soort scores worden vaak gemaakt met behulp van statistische modellen. In
deze SO bekijken we twee van dit soort statistische modellen, het lineaire regressiemodel en het
logistische regressiemodel.
Leerdoelen
Na afloop van het maken van deze SO
(1) Kun je voorspellingen maken op grond van een lineair en een logistisch regressie model
(2) Weet je hoe de parameters in de modellen geïnterpreteerd worden, en kun je met behulp van de
schattingen met bijbehorende 95% betrouwbaarheidsintervallen conclusies trekken
(3) Weet je het verschil tussen de univariate analyses en multivariate analyses
(4) ken je de verschillende redenen waarom regressiemodellen toegepast worden (voor predictie en om
te corrigeren voor confounding)
We bekijken in deze opdracht gegevens van alle kinderen die in 2010 veel te vroeg geboren zijn (<32
weken zwangerschap). De gegevens komen uit de Perinatale Registratie Nederland.
I. Lineaire regressie
Hieronder zie je een plaatje waar de zwangerschapsduur is uitgezet tegen het geboortegewicht. Schat
met het blote oog wat de vergelijking van de regressielijn is, die in het plaatje al getekend is.
36
Een regressieanalyse in SPSS geeft de volgende uitvoer:
b. Schrijf de bijbehorende regressievergelijking op. Kijk of deze redelijk overeenkomt met wat je in
onderdeel a zelf geschat hebt.
c. Hoe interpreteer je de coëfficiënt 148.24 die bij amenorroe staat? En wat is de interpretatie van het
95% betrouwbaarheidsinterval (141.807, 154.676) dat bij deze coëfficiënt hoort?
Men voert een tweede regressieanalyse uit waarbij men naast de zwangerschapsduur ook het geslacht
van het kind meeneemt. Geslacht is gecodeerd als 1 voor een jongen en 0 voor een meisje.
d. Wat is nu de regressievergelijking?
e. Hoe interpreteer je de coëfficiënt148.446 die bij amenorroe staat? Waarom is deze niet precies
gelijk aan de 148.24 uit onderdeel c?
f. Hoe interpreteer je de coëfficiënt voor geslacht 109.702?
g. Voorspel het geboortegewicht van een jongen, en van een meisje dat na 30 weken zwangerschap
geboren wordt.
h. Van de schatting van het gemiddelde geboortegewicht voor een jongen geboren na 30 weken
zwangerschap is de standaardfout gelijk aan 9.1 gram. De standaarddeviatie is gelijk aan 277 gram.
Wat is het verschil tussen een standaardfout en een standaarddeviatie? Welk van de twee gebruik je
om een interval met normaalwaarden te maken, een interval waar de geboortegewichten van 95 % van
de jongens die na 30 weken geboren worden tussen vallen. Bereken dit interval.
37
II. Logistische regressie
We gaan nu kijken of het mogelijk is om te voorspellen hoe groot de kans is dat een pasgeboren
premature baby binnen een week overlijdt. Omdat deze uitkomst binair is (1=overleden, 0=in leven),
gebruiken we het logistische regressiemodel.
a. Van de 1703 kinderen die levend geboren zijn, zijn er 100 binnen een week overleden. Hieronder
zie je de gegevens, uitgesplitst naar geslacht:
Overleden binnen 7 dagen Totaal
Geslacht Ja nee
Jongen 59 846 905
Meisje 41 757 798
totaal 1603 100 1703
Bereken het risico op overlijden voor jongens en meisje. Bereken ook het risicoverschil, het relatieve
risico en de oddsratio voor jongens ten opzichte van meisjes.
b. Wanneer je een logistische regressie uitvoert met overlijden als uitkomst en geslacht als voorspeller
krijg je de volgende output.
Bekijk de coëfficiënt voor geslacht. Controleer of deze gelijk is aan ln(OR), de natuurlijke logaritme
van de oddsratio. Bekijk ook het 95% betrouwbaarheidsinterval voor de oddsratio. Wat is je conclusie
over de relatie tussen geslacht en mortaliteit?
c. Men voert ook een logistische regressie uit met zwangerschapsduur als voorspeller. Dat geeft als
uitvoer:
Wat is de interpretatie van de exp(B) =0.631? En wat impliceert een negatieve regressiecoëfficiënt
voor zwangerschapsduur ?
Bereken de kans op overlijden binnen 7 dagen voor een kind geboren na 25 weken
zwangerschapsduur. Doe hetzelfde na 28 en 32 weken en maak een plaatje met kans op sterfte op de y-
as en zwangerschapsduur op de x-as.
d. Men besluit nu om een prognostisch model te maken met zwangerschapsduur en geslacht.
38
Wat is nu de interpretatie van de coëfficiënten? Hoe ziet het corresponderende model eruit? Bereken
de geschatte kans op overlijden apart voor een jongen en meisje na 28 weken zwangerschap.
e. Uiteindelijk worden er ook een paar karakteristieken die direct bekend zijn na de geboorte
toegevoegd: de apgar score, de zwangerschapsduur, het geboortegewicht en of een kind een meerling
is.
Dat geeft:
Wat kan een verklaring zijn voor het feit dat de coëfficiënt voor geslacht nu negatief is, en de
corresponderende OR kleiner dan 1?
In het artikel A.C.J. Ravelli et al. European Journal of Obstetrics & Gynecology and Reproductive
Biology 176 (2014) 126–131, wordt een prognostisch model voor sterfte binnen 28 dagen bij veel te
vroeg geborenen ontwikkeld. Hierbij zie je de tabel van het logistische model uit dit artikel:
Vergelijk de coëfficiënten uit dit model met het prognostisch model uit opdracht IId en IIe. Zie je
verschillen? Geef een verklaring.
39
Meer over lineaire en logistische regressie kun je vinden in:
Tripepi et al How to Deal with Continuous and Dichotomic Outcomes in Epidemiological Research:
Linear and Logistic Regression Analysis. Nephron Clin Pract 2011;118:c399–c406.
SO 7 Samenvatten van evidence. Meta analyse
Op Blackboard vind je artikelen van vier randomized clinical trials over het effect van statines op
cardiovasculaire eindpunten. In deze opdracht bekijken we een van de eindpunten, namelijk sterfte aan
kanker.
1. Om het bewijs uit de verschillende studies goed samen te vatten moet je per studie de
patientenpopulatie en de interventie en de controlebehandeling noteren (als uitkomst nemen we steeds
sterfte aan kanker). Doe dit voor elk van deze vier studies. Wat valt op?
2. Haal uit elk van de vier artikelen het aantal patiënten in elke groep dat (a) dood ging aan kanker en
(b) het aantal patiënten dat niet doodging aan kanker. Vul deze getallen in onderstaande tabel in.
Studie
Statine Placebo
Dood aan
kanker
Niet-dood
aan kanker
Dood aan
kanker
Niet-dood
aan kanker
CARDS
PROSPER
HPS (=MRC/BHF)
ASCOT
3. Er zijn verschillende effectmaten om een binaire uitkomst tussen twee groepen te vergelijken.
Bereken voor de eerste studie (CARDS):
a. het risicoverschil met 95% betrouwbaarheidsinterval. Gebruik hierbij dat de standaarderror van
een risicoverschil gelijk is aan
, met n1 het totaal aantal mensen in groep 1 (statines) en n2 het totaal aantal
mensen in groep 2 (niet statines). Wat concludeer je uit dit 95% betrouwbaarheidsinterval?
b. het aantal mensen dat behandeld moet worden om één sterfte geval te voorkomen (numbers
needed to treat).
c. de oddsratio met 95% betrouwbaarheidsinterval. Omdat de oddsratio altijd groter dan 0 moet zijn
is het lastig om direct een 95% betrouwbaarheidsinterval te maken. Daarom wordt eerst een
betrouwbaarheidsinterval voor ln(OR) gemaakt, met ln de natuurlijke logarithme. Voor ln(OR)
geldt dat de standaardfout : se( ln(OR)) gelijk is aan met a,b,c en d de vier cellen
uit de 2 bij 2 tabel. Voor ln(OR) is het 95% CI gelijk aan
ln(OR) – 1.96*se(OR), ln(OR) +1.96*se(OR). Dat geeft voor ln(OR) een onder en bovengrens.
Voor de OR krijg je dan als betrouwbaarheidsinterval (exp(ondergrens), exp(bovengrens)), met
exp(x) gelijk aan ex (e tot de macht x).
Bereken het interval. Wat is je conclusie?
4. Voor elk van de vier studies kun je op dezelfde manier een oddsratio berekenen met 95%
betrouwbaarheidsinterval. Hieronder is dat voor de andere drie studies gedaan (met excel, de excel
sheet staat op Blackboard):
40
OR ln(OR) SE
(ln(OR))
95% CI
ln(OR)
95%CI OR
CARDS
PROSPER 1,28 0,2505 0,1428 -0,03; 0,53 0,97;1.70
HPS (=MRC/BHF) 1,01 0,01456 0,0518 -0,09; 0,11 0,92;1,12
ASCOT 0,92 -0,0788 0,1555 -0,38;0,23 0,68;1,25
Wat zou je concluderen over de relatie tussen statinegebruik en sterfte aan kanker op grond van deze
vier studies?
5. We gaan nu ook een formele meta-analyse uitvoeren. Hiervoor wordt het gemiddelde van de
ln(OR)’s berekend. De gewichten hangen af van de standaardfouten van de schattingen en zijn gelijk
aan W=1/SE2 . Bereken voor elke studie de W en het gewogen gemiddelde ln(OR). Transformeer deze
waarde terug door eln(OR)
uit te rekenen.
OR Ln(OR) SE
(ln(OR))
W W x
ln(OR)
CARDS
PROSPER 1,28 0,2505 0,1428
HPS (=MRC/BHF) 1,01 0,0145 0,0518
ASCOT 0,92 -0,0788 0,155
6. Maak een forest plot en een funnel plot voor deze meta-analyse met 4 studies. Gebruik voor de y-as
van de funnel plot het aantal patiënten in de trial.
7. Bekijk het artikel Statins and cancer risk JAMA 2006, dat ook op Blackboard staat. Komen de
getallen uit figuur 3 overeen met de getallen uit de zojuist gemaakte spreadsheet? Wat concludeer je
uit Figuur 3? Bekijk ook de forest en de funnelplot uit het artikel. Zijn er aanwijzingen voor
publicatiebias?
41
Beoordelingsformulier literatuuronderzoek 5.3.
Naam 1 Studentnr 1 Emailadres
PICO max score P 2 I 2 C 2 O 2 totaal PICO 8 0,00
Oriënteren max score ja/nee 2 adequate referentie 2 totaal Oriënteren 4 0,00
Sneeuwballen ja nee bron vermeld
adequate referentie
Zoekstrategie Technisch Inhoudelijk max score max score totale score Per Component 2 2 MeSH 4 4 Vrije tekst 4 4 Booleaanse operator 2 nvt
Combinatie
Gebruik componenten 2 2
Haken 2 nvt
Booleaanse operator 2 nvt
Inperken/uitbreiden 4 4
nvt
Overall 2 2
Totaal Zoekstrategie 24 0,00 18 0,00 0
Refereren max score
Volledigheid 2
Format 2
Relevantie 2
Totaal Refereren 6 0,00
Totaal Zoekverslag 0,00
Cijfer Zoekverslag 0,0
Resultaat Onvoldoende
42
Beoordeling CAT-project door begeleider: proces 5.4.
Begeleider: ....................................................................................................... Afdeling .....................................................................
Naam student: .................................................................................................. Collegekaartnummer: ..............................................
Proces gedurende het Cat-project
onv. vold. ruim
vold.
goed uit-
munt.
1. zelfstandigheid: de student is in staat zelfstandig te werken (voor betekenis van de schaalcijfers zie Instructie: punten C en D.) − zelfstandigheid − kennis van de stappen van de CAT − initiatief: houdt zelf het initiatief voor het verloop van de CAT − snel inwerken − plannen − zo nodig adviezen vragen aan begeleider − benoemt sterke en zwakke kanten van zichzelf / eigen werkzaamheden /
resultaten
2. sociale/contactuele vaardigheden: de student is in staat
adequaat te functioneren
− samenwerking met begeleider − adviezen begeleider gebruiken − staat open voor kritiek / heeft zelfreflectie − rapporteert regelmatig voortgang
3. motivatie van de student
− enthousiasme − gedrevenheid bij het uitvoeren van de CAT
Oordeel in woorden (sterke punten, verbeterpunten e.d.)
..........................................................................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................................................................
43
Beoordeling CAT-project door begeleider: CAT-verslag 5.5.
begeleider: Afdeling:
Naam student: .................................................................................................. Collegekaartnummer: ..............................................
CAT- verslag: beoordeling begeleider
onv. vold. ruim
vold.
goed uit-
munt.
Chapter 1: Background/klinisch scenario
− Adequate uitleg van de ziekte, patient en patient gerelateerd factoren
− Goede verdieping van achtergrond ten aanzien van diagnose, behandeling
of prognose
− Relevante uitleg van het klinisch probleem waar de CAT zijn relevantie
aan ontleent ten aanzien van diagnose, behandeling of prognose
Chapter 2: Critical Appraisal of a Topic
1. Klinische Vraag
− Sluit goed aan op het klinisch scenario − Formulering van de vraag is goed − Vraag bevat alle elementen nodig voor de literatuur search
2. Literatuur search
− Beschrijving van de zoekstrategie, termen en keuzes die gemaakt zijn om
tot relevante artikelen te komen − Motivering van de keus van de artikelen, bijvoorbeeld aard van de
populatie, primaire bron, taal, datum
3. Beoordeling artikelen
− Benoemen van belangrijkste sterke en zwakke methodologische punten − Zijn de resultaten goed weergegeven en beoordeeld op klinische relevantie − Kwaliteit van de beschrijving (helder, kort, bondig)
4. Samenvatting van de gevonden literatuur
− Samenvatting van de methodologische kwaliteit van gevonden literatuur − Samenvatting van de belangrijkste uitkomstmaten (evt in tabel vorm)
− Conclusie op basis de samenvatting tav test, behandeling, prognose
5. Commentaar mbt bruikbaarheid
− Kritische kijk op bruikbaarheid tav patient uit klinsch scenario
− Vertaling van onderzoekspopulatie naar patient, gelet op
kosteneffectiviteit, juridisch en/of ethische dilemma’s
− Kwaliteit van de formulering
6. Bottom Line
− Zinvol antwoord op klinische vraag obv de literatuur − Kwaliteit formulering bottom line
Chapter 3: future perspective
− Relevante schets van waar het gevonden resultaat vanuit de CAT toe moet
leiden − Goede argumentatie waarom het gevonden resultaat van de CAT tot dit
toekomst perspectief moet leiden
Oordeel in woorden (sterke punten, verbeterpunten e.d.)
..........................................................................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................................................................
44
Beoordeling CAT-project door begeleider: CAT-presentatie 5.6.
begeleider: Afdeling Naam student: .................................................................................................. Collegekaartnummer: ..............................................
Presentatie CAT
onv. vold. ruim
vold.
goed uit-
munt.
1. inhoud/opbouw
− lijn in betoog, samenhangend verhaal − kwaliteit van de uitleg − goede beschouwing van literatuur in het kader van klinisch scenario − conclusie is echt antwoord op de klinische vraag − Neemt inhoudelijk deel aan de discussie − Kwaliteit van de argumentatie
2. presentatievaardigheden
− levendigheid (houding, enthousiasme) − ondersteunend mediagebruik (powerpoint, dia’s helder en niet te vol) − contact met publiek (oogcontact, beantwoording van vragen, discussie,
interactiviteit) − tijdgebruik
− stemgebruik, intonatie en articulatie
Oordeel in woorden m.b.t. I en II (sterke punten, verbeterpunten e.d.)
..........................................................................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................................................................
45
Instructie
A. Beoordeling
Bij ieder van de beoordelingsaspecten staat met liggende streepjes een aantal kernbegrippen aangegeven. Lees
alle beoordelingsaspecten door voordat u de student op één betreffend aspect beoordeelt om te voorkomen dat de
beoordeling "doorzingt" naar andere aspecten. Het is uitdrukkelijk de bedoeling om ieder beoordelingsaspect
apart te beoordelen (dat wil zeggen: zonder te kijken naar wat u bij de andere aspecten heeft gegeven).
B. Gebruik van het formulier
Dit formulier dient enerzijds om de eindbeoordeling te uniformeren, anderzijds helpt het u om de student
feedback te geven op zijn/haar prestaties.
C. Schaalpunten
Voor het geven van de schaalpunten kunt u het volgende in gedachten houden:
5: uitmuntend: behorend bij de top 2% van studenten,
u ziet zo'n student wellicht niet meer dan eens in de 5 jaar.
4: goed: behorend bij de top 20% van studenten,
u ziet zo'n student wellicht niet meer dan eens per jaar.
3: ruim voldoende: behorend bij 60% van studenten,
u ziet zo'n student zeer regelmatig.
2: voldoende: 90% van de studenten hoort niet in deze categorie,
Deze student komt u veel minder vaak tegen dan de ‘goed-student’. Het is de student die
uitsluitend het strikt noodzakelijke doet om te slagen.
1: onvoldoende: 99% van de studenten hoort niet in deze categorie,
De begeleiding zal de student in veel gevallen zodanig bijsturen dat deze voldoende leert
en vaardigheden verwerft om toch (net) voldoende te scoren.
D. Voorbeelden van interpretatie van de schaalpunten bij de diverse beoordelingsaspecten
Beoordeling van het CAT-proces
Onvoldoende voldoende ruim voldoende goed uitmuntend
1. Zelfstandigheid: de student is in staat zelfstandig te werken
De student werkt
nauwelijks zelfstan-dig.
De student moet sterk
worden gestuurd door de begeleider, ziet eigen zwakke
kanten nauwelijks.
De student kan zelfstandig
werken, plannen en vraagt bijtijds adviezen.
De student kan goed
zelfstandig werken, heeft een goede planning. Is in staat te
reflecteren op eigen
werkzaamheden.
De student werkt geheel zelfstandig,
heeft een goede en realistische planning, reflecteert op eigen
werkzaamheden en op eigen
werkprocessen en vaardigheden.
2. Sociale en contactuele eigenschappen Iemand die geheel zijn eigen weg gaat en
adviezen van
begeleider niet opvolgt.
Heeft moeite met samenwerken. Treedt weinig
in overleg met begeleider.
Hoort adviezen aan, maar gaat er selectief mee om.
Reageert positief op kritiek,
maar kan gedrag niet goed aanpassen.
Werkt redelijk samen. Gebruikt adviezen en
gebruikt kritiek bij verder
handelen. Rapporteert over vorderingen.
Werkt goed samen. Vraagt adviezen alleen indien nodig en
stimuleert anderen commentaar
op zijn werk te geven. Weet commentaar goed te verwerken
in verder handelen. Geeft
regelmatig helderheid over voortgang.
Werkt uitstekend samen en weet het voortouw te nemen.
Vraagt aan begeleider en anderen
adviezen indien nodig en stelt werk en zichzelf open voor kritiek. Weet
commentaar te verwerken.
3. Motivatie van de student Vindt het doen van
een CAT niet nodig om een goede arts
worden. Loopt de
kantjes ervan af.
Doet de CAT omdat het
moet. Werkt netjes en doet de CAT in de lijn van wat in
het blokboek staat. Toont
geen interesse in de achtergrond van de CAT.
Is duidelijk geïnteresseerd in
de CAT en ziet dit als een essentieel onderdeel van het
(straks) arts zijn.. Ziet het
kritisch beschouwen van medisch handelen als
noodzakelijk om de
geneeskunde verder te brengen.
Werkt hard en ziet de CAT als
een essentieel onderdeel van de geneeskunde. Is
enthousiasmerend. Toont
betrokkenheid, merkbaar aan de
wens tot uitdragen van de
gevonden CAT uitkomst middels presentatie en
verslaglegging.
Toont uitzonderlijke interesse In de
achtergrond en uitkomsten van de CAT. Toont zich gedreven
in het vergaren van
kennis door o.a. alles te (willen) weten over het onderwerp. Gebruikt
deze kennis en draagt deze uit. Kan
in hoge mate mensen om zich heen enthousiasmeren.
Beoordeling CAT verslag/Bachelor scriptie onvoldoende voldoende ruim voldoende goed uitmuntend
Chapter 1: Background/klinisch scenario De student kan het
klinisch scenario niet in een breder kader
plaatsen en geeft niet
aan waarom dit de basis vormt voor een
CAT.
De student beschrijft
oppervlakkig de achtergrond van het klinisch scenario en
geeft enig inzicht waarom dit
de basis vormt voor de CAT
De student beschrijft op een
heldere manier de achtergrond van het klinisch
scenario en geeft goed aan
waarom dit de basis vormt voor de CAT
De student beschrijft op een
korte en heldere manier de achtergrond van het klinische
scenario en toont inzicht te
hebben in het mechanisme van klacht-ziekte en behandeling.
Geeft goed aan waarom dit de
basis vormt voor de CAT
De student beschrijft de achtergrond
op “review” niveau in een internationaal tijdschrift en geeft
uitstekend aan waarom dit de basis
vormt voor de CAT.
Chapter 2: Critical Appraisal of a Topic
1. Klinische vraag
46
De student kan niet de relevante elementen
van de CAT uit het
klinisch scenario in een korte en bondige
vraag samenvatten
De student heeft de relevante elementen uit het klinisch
scenario samengevat maar
geen heldere vraag geformuleerd.
De student heeft de relevante elementen uit het klinisch
scenario samengevat en hier
acceptabele vraag geformuleerd.
De student heeft de relevante elementen uit het klinisch
scenario samengevat en een
heldere vraag geformuleerd.
De student heeft de relevante elementen uit het klinisch scenario
samengevat en een korte, bondige en
heldere vraag geformuleerd.
2. Literatuur search
De student heeft niet de juiste zoekstrategie
gebruikt zodat er geen
of niet relevante artikelen zijn
gevonden
De student heeft zonder duidelijke kennis van
PubMed een zoekstrategie
geformuleerd waar wel enige relevante artikelen uit zijn
gekomen
De student heeft met goede kennis van PubMed een
zoekstrategie geformuleerd
waar wel relevante artikelen uit zijn gekomen
De student heeft met heldere en uitgebreide zoekstrategie
geformuleerd met gevorderde
kennis van PubMed waar relevante artikelen uit zijn
gekomen
De student heeft met heldere en uitgebreide zoekstrategie
geformuleerd met professionele
kennis van PubMed waar relevante artikelen uit zijn gekomen
3. Beoordeling artikelen
De student heeft niet
goed aangegeven wat de methodologische
kwaliteit van de
artikelen is en of de resultaten valide of
niet zijn.
De student heeft aangegeven
wat de methodologische kwaliteit van de artikelen is
en geeft enig inzicht in de
validiteit van de resultaten.
De student geeft goed aan
wat de methodologische kwaliteit aan van de
gevonden artikelen en geeft
goed inzicht in de validiteit van de resultaten.
De student geeft uitgebreid aan
wat de methodologische kwaliteit van de gevonden
artikelen is en geeft uitstekend
inzicht in de validiteit van de resultaten.
De student geeft uitmuntend aan wat
de methodologische kwaliteit van de gevonden artikelen is en geeft met
bijna professioneel inzicht in de
validiteit van de resultaten aan.
4. Samenvatting van de gevonden literatuur
De student is niet in
staat om op
overzichtelijke wijze
de resultaten van de gevonden artikelen
weer te geven en
samen te vatten.
De student heeft de
resultaten op een
onoverzichtelijke manier
samengevat maar geeft wel een acceptabeleconclusie van
de gevonden literatuur.
De student heeft de resultaten
op een overzichtelijke manier
samengevat en geeft een
goede conclusie van de gevonden literatuur.
De student heeft de resultaten
op een overzichtelijke manier
geanalyseerd en geeft een wel
overwogen conclusie van de gevonden literatuur.
De student heeft de resultaten op
meta-analyse niveau weer en geeft
een weloverwogen en juiste
conclusie van de gevonden literatuur.
5. Commentaar bruikbaarheid De student is niet in
staat op basis van de
klinische vraag en de samenvatting van de
literatuur tot een
weloverwogen commentaar te komen.
De student is in staat op
basis van de klinische vraag
en de samenvatting van de literatuur tot een
weloverwogen commentaar
te komen.
De student is in staat de
klinische vraag en de
samenvatting van de literatuur goed te
becommentariëren en een
weloverwogen commentaar te komen in de juiste setting
van het klinisch scenario.
De student is in staat de
klinische vraag en de
samenvatting van de literatuur in een breder perspectief te
plaatsen en tot weloverwogen
commentaar te komen in de juiste setting van het klinisch
scenario.
De student is in staat op “editorial”
niveau een commentaar te geven op
de klinische in relatie tot de gevonden literatuur.
6.Bottom Line
De student geeft geen
logisch antwoord op de klinische vraag
De student geeft een logisch
antwoord op de klinische vraag.
De student geeft een goed
geformuleerd en logisch antwoord op de klinische
vraag.
De student geeft een goed
geformuleerd en bondig antwoord op de klinische vraag
De student geeft een zeer scherp en
helder antwoord op de klinische vraag
Chapter 3: future perspective De student kan de uitkomst van de CAT
niet in breder
perspectief plaatsen en niet aangeven wat
er met de resultaten
moet worden gedaan.
De student komt met een duidelijk en logisch vervolg
op de uitkomst van de CAT.
De student kan de uitkomst van de CAT in breder
perspectief plaatsen en goed
aangeven wat eventuele vervolg stappen moeten zijn.
De student kan de uitkomst van de CAT in breder perspectief
plaatsen en bespreken zodanig
dat in een helder vervolgplan beschreven wordt wat de
verdere stappen moeten zijn.
De student kan de uitkomst van de CAT in breder perspectief plaatsen
en geeft uitstekend weer wat de
vervolg acties moeten zijn met bijvoorbeeld een uitgewerkt
onderzoeksvoorstel, voorstel voor
een richtlijn oid.
Presentatie CAT
onvoldoende voldoende ruim voldoende goed uitmuntend
1. Inhoud en opbouw van de presentatie
De presentatie heeft
geen goede opening, de inhoud is niet
onderbouwd,
bottomline volgt niet duidelijk uit de
gepresenteerde
resultaten. Geen
discussie.
De presentatie geeft
fragmentarisch beeld van de CAT. De CAT wordt
wel goed gepresenteerd,
maar de onderbouwing is matig. De lijn is niet altijd
duidelijk en de bottom line
volgt niet uit de gevonden en
samengevatte literatuur. De
discussie is zwak.
De presentatie geeft redelijk
beeld van de CAT,geeft aan wat de
kernpunten zijn, maar kan
soms duidelijker. De samenhang kan beter. Uitleg
hoe men aan de bottom line
komt, is niet altijd helder en
plaatsing in een groter kader
ontbreekt.
De presentatie geeft volledig
beeld van de CAT heldere opbouw in
inleiding resultaten en
discussie. Goede en duidelijk presentatie van de verschillende
stappen van de CAT in een
pakkend verhaal. Weet plaats
de CAT in een algemeen kader
uit te leggen. Goede discussie.
De presentatie heeft een zeer mooie
en duidelijke opbouw, zeer goede inleiding,
fraaie bespreking van verschillende
CAT-stappen en uitstekende discussie met perspectief naar
toekomstige implementatie. Heeft de
status van "key note lecture" op
een belangrijk internationaal
congres.
2. Presentatievaardigheden
De student geeft een voorgelezen
presentatie, geen dia's,
geen contact met publiek, kan vragen
niet beantwoorden.
De student heeft een vlakke toon, veel stopwoorden,
matige dia's en
weinig contact met publiek, loopt uit in tijd. Kan wel
vragen beantwoorden en
de CAT toelichten.
De student weet toehoorders wel te
boeien, maar niet alert op
reacties uit publiek. Nette dia's, die het publiek voor
kennisgeving aanneemt. Net
verstaanbaar, loopt uit in tijd.
De student geeft een levendige en enthousiaste presentatie,
heldere formulering, goed
verstaanbaar, mooie dia's, goed (oog)contact met publiek,
goede tijdsplanning.
De student geeft een charismatische presentatie,
prachtige audiovisuele
ondersteuning, fraaie formulering, speelt in op publiek, laat ruimte
voor discussie, goede tijdsplanning.
47
BaCAT Thesis Assessment Communication in Science 5.7.
Student name: ....................................................................................... Student number: ……………………
CAT Thesis title: ………………………………………………………Date:……………
1a. Structure Insufficient Sufficient Fair Good Excellent
- Organisation of the paper conforms to the guidelines
- Purpose and clinical question are clearly defined - Clinical question is placed in medical context - Paper places conclusions from the CAT in a broader medical context - Paper uses a logical progression of ideas - Argumentation throughout the paper is convincing - Literature is used to support assessment and conclusions
1b. Use of scientific language and discourse Insufficient Sufficient Fair Good Excellent
- Clear and concise - Cohesive: Language is used effectively to connect points and sections - Appropriate use of formal language (register) - Accurate: Vocabulary, grammar, punctuation and syntax
Comments (strong points; areas for improvement)
Grade for CIS assessment of report (1-10 scale)
2. Participation Insufficient Sufficient Fair Good Excellent
- The student has actively participated in the CIS workgroups
- The student has provided appropriate feedback in a timely manner during peer review - The student has actively participated in tutorials
Comments (strong points; areas for improvement)
Grade for CIS assessment of participation (1-10 scale)
48
CIS Assessment Rubric
Insufficient Sufficient Fair Good Excellent
1a. Structure
Organisation of the paper
does not conform to the
guidelines. Much of the
information presented is
irrelevant or presented
without appropriate
context.
Organisation of the paper
conforms to the guidelines.
Purpose and clinical question
are clearly defined and
placed in context by citing
literature. Paper makes basic
recommendations for future
medical practice and
research.
The paper analyses and
connects studies, context
and conclusions. Claims
are supported by literature.
Paper uses a logical
progression of ideas.
Argumentation throughout
the paper is made convincing
by: synthesis of points,
strong use of evidence,
thorough critique.
Ideas are presented in a logical
manner to such an extent that
the report feels seamless. The
paper’s organization adds to its
convincing appeal.
1b. Use of scientific language and discourse
Ideas are unclear and
difficult to follow.
Informal language is
extensively used. Many
grammatical inaccuracies
evident.
Ideas are presented with
sufficient clarity to be
understood. The register is
generally appropriate.
Grammatical errors are
present but do not prevent the
reader from understanding
the paper.
Ideas are presented in a
clear and generally concise
manner. The register is
appropriate and consistent.
Signalling language is used
to create cohesion. Very
few, minor grammatical
errors are evident.
The language is clear,
concise and appropriate.
Strong cohesion and
sophisticated syntax make
the paper highly readable.
Virtually no errors are
evident.
The text uses language in a
sophisticated manner to engage
and convince the reader.
2. Participation
The student has not done
the required work and / or
has not participated in the
workgroups and tutorial.
The student attended
workgroups and the tutorial
and gave adequate peer
feedback.
The student participated in
workgroups and the
tutorial and gave good peer
feedback .
The student participated
actively in workgroups, gave
substantial peer feedback and
actively attended tutorials.
The student participated
actively in workgroups. In peer
review, the student gave
substantial and constructive
feedback. The student actively
attended tutorials.