Werkdocument met o.a. … -duiveltjes en preminiemen : wie...

28
www.balbalschool.be Kristof Mortier DUIVELTJES EN PREMINIEMEN Werkdocument met o.a. … -duiveltjes en preminiemen : wie zijn dat ? -leerplan voor duiveltjes en preminiemen -trainingsopbouw voor duiveltjes en preminiemen -de wedstrijdbegeleiding bij duiveltjes en preminiemen Opgemaakt door Kristof Mortier Augustus 2006 www.balbalschool.be

Transcript of Werkdocument met o.a. … -duiveltjes en preminiemen : wie...

www.balbalschool.be Kristof Mortier

DUIVELTJES EN PREMINIEMEN

Werkdocument met o.a. …

-duiveltjes en preminiemen : wie zijn dat ? -leerplan voor duiveltjes en preminiemen -trainingsopbouw voor duiveltjes en preminiemen -de wedstrijdbegeleiding bij duiveltjes en preminiemen

Opgemaakt door Kristof Mortier Augustus 2006

www.balbalschool.be

www.balbalschool.be Kristof Mortier

DUIVELTJES & PREMINIEMEN

Wie zijn die mannen …en hoe moeten we

daar als jeugdtrainer op in spelen ?

www.balbalschool.be Kristof Mortier

www.balbalschool.be Kristof Mortier

www.balbalschool.be Kristof Mortier

TECHNISCHE ACCENTEN

TECHNIEK BALBEZIT ( B+) 1. BASISTECHNIEKEN • leiden van de bal

- binnenkant van de voet L&R voet - buitenkant van de voet L&R voet - wreef L&R voet

Het leiden bestaat steeds uit een aaneenschakeling en opeenvolging van die verschillende contactoppervlakten. Belangrijk is dus de stimul tot snel en soepel voetcontact met de bal ( snel voetenwerk ). Hier gaat het natuurlijk ook over het leiden van de bal mét richtings – en ritmeverandering ( start –en stopacties ) • passtechniek

-binnenkant voet L&R voet *1°tijd (korte en halflange passing) *na balcontrole *stilliggende bal *rollende bal -wreef L&R voet *na balcontrole (halflange passing) *stilligende bal Merk op : ook de toepassing van de voorzet kan al aan bod komen

LEERPLAN DUIVELTJES & PREMINIEMEN

Wat kan en moet ik hen geven…? Welke accenten kan je

leggen op technisch, tactisch en fysisch vlak ?

www.balbalschool.be Kristof Mortier

• balcontroles (zowel een rollende als een botsende bal)

- voetzool L&R - binnenkant voet L&R - buitenkant voet L&R - wreef L&R - dij L&R Merk op : Een balcontrole op zich bestaat niet; na de balcontrole moet de betrokken speler ALTIJD een vervolg zien te vinden op die balcontrole. Daarmee bedoel ik dat er steeds sprake moet zijn van een geörienteerde balcontrole. ( vb. balcontrole + pass binnenkant voet of balcontrole + afwerken of balcontrole + leiden )

• koppen

-voorwaarts koppen *uit stand *met opsprong

• doelschot progressieve evolutie van : stilliggende bal rollende bal botsende bal met binnenkant voet L&R

met wreef L&R

2. PASSEER – EN SCHIJNBEWEGINGEN ( moves ) Enkele basisbewegingen : -de kapbeweging ( bi – bu – R – L ) !!!! -overstap -overstap met draai -enkele en dubbele schaar -combinatie van overstap –schaar -kapbeweging ( binnenkant – buitenkant ) -enkele en dubbele uitvalpass -bruggetje -achter steunbeen -…

3. INWERPEN

-juiste techniek van het inwerpen

TECHNIEK BALVERLIES (B-)

• zoveel mogelijk rechtop verdedigen ( geen sliding ) • leren bal af te pakken van tegenstander ( niet happen ( = geen vliegtuigje spelen ), in de

bal stappen, … ) • …

www.balbalschool.be Kristof Mortier

“TACTISCHE” ACCENTEN

Op uitzondering van de algemene spelbekwaamheid heel weinig tot geen aandacht voor tactische accenten bij de duiveltjes omdat ze nog te veel moeite hebben met de bal, ze hebben geen oog voor medespelers en zijn verstandelijk ook nog niet rijp. Let wel : bij bijv. een goeie groep duiveltjes mag en kan je wel proberen om enkele van de hieronder vermelde accenten toe te passen. Vanaf preminiemen mag er volop aandacht besteed worden aan de hieronder vermelde individuele, collectieve en algemene speltactische principes.

INDIVIDUELE SPELBEKWAAMHEID

(= “directe tegenstander verslaan en zelf niet verslaan worden”) -keuze maken tussen bal bijhouden of afgeven - keuze niet ten koste van dribbelvaardigheid en creativiteit – hulpmiddeltje = op eigen helft kiezen voor veiligheid en samenspel (passing) terwijl éénmaal op de aanvalshelft : no rules & creativiteit -bal afschermen -bal niet afwachten ( naar de bal toekomen ) / niet laten botsen -…

COLLECTIEVE SPELBEKWAAMHEID (= “eigen handelen afspelen op medespelers, positie bal, … )

-vrijlopen in de vrije balbaan / aanbieden in de buurt van de bal -het leren aan –en terugsluiten in functie van de bal -collectief jagen op de bal ( iedereen doet mee : de speler dichtst bij de bal zet druk – andere spelers knijpen en steunen in de rug ) -…

ALGEMENE SPELBEKWAAMHEID

-in B+ speelruimte groot / in B- speelruimte klein -enkele basic coachingswoorden leren gebruiken : “geef”, “kaats”, “terug”, “alleen”, “rug”,… -posities van de spelers op het terrein leren kennen ( werken met een vast nummerschema )

www.balbalschool.be Kristof Mortier

In beider formaties is de vaste nummering, de (dubbele) ruit en de breedte –en diepte dimensie zichtbaar

Om te veréénvoudigen en makkelijker over te brengen kunnen we bij de duiveltjes spreken over het vliegtuig : kopje, staartje en vleugeltjes

Door 3 centrale spelers in iedere linie te voorzien kan er vlot de overgang gemaakt worden naar een 11/11

www.balbalschool.be Kristof Mortier

Beschrijving taken per positie:

Positie 1 ( doelman ) – balbezit -actieve deelname -steeds aanspeelbaar achter de bal -komen tot een gepaste spelvoortzetting ( rollen, werpen, passen of trappen ) -kan zorgen voor een flankwissel -verbale coaching van de verdediging

Positie 1 ( doelman ) – balverlies -Doelpunten voorkomen -Positie leren kiezen ten opzichte van de bal, medespelers en tegenstanders -coaching

positie 4 ( de centrale verdediger ) - balbezit

Technische accenten : -passen en trappen ( kort / lang – juiste balsnelheid ) -aannemen en verwerken van de bal -leiden -afschermen van de bal Tactische accenten : -opbouw verzorgen -juiste veldbezetting ( diepte en breedte dimensie ) -in steun komen van K en van flankverdedigers ( ideale pasafstand innemen ) -verplaatsen van het spel - positie kiezen achter de bal -naar voren denken en handelen -op eigen helft geen risico’s ( geen balverlies ) -breedtespel is middel om dieptepass gespeeld te krijgen -bal eruit halen dmv een terugpass op K -juiste moment van aanbieden / vrijkomen

positie 4 ( de achterste speler ) – balverlies Technische accenten : -naar voor verdedigen -rechtop blijven bij het verdedigen -lichaam gebruiken in het duel -verdedigend koppen Tactische accenten -zeer kort dekken in de zone van de waarheid -niet te veel uit het centrum laten trekken – dus altijd doel afschermen

Positie 2 en 5 ( flankverdedigers ) – balbezit

Technische accenten : -aanname zodat in de meest ideale omstandigheden kan verder gespeeld worden -passing ( opbouw ) -leiden van de bal indien ruimte Tactische accenten : -speelveld breed houden -inschuiven en meedoen in de aanvalsgolf -aanbieden bij doelman en centrale verdediger -achter de bal aanspeelbaar zijn zodat de balbezitter de bal kan achteruit leggen -op de eigen helft risico’s in de opbouw uitschakelen

Positie 2 en 5 ( flankverdedigers ) – balverlies Technische accenten : -directe tegenstander onder druk zetten -bal veroveren in het rechtstreekse duel door rechtop te blijven en lichaam gepast te gebruiken -afblokken van voorzetten en doelschoten Tactische accenten : -naar binnen komen, knijpen en centraler dekking geven -hoe dichter bij doel – hoe strikter de dekking -binnenkant afdekken

www.balbalschool.be Kristof Mortier

Positie 7 en 11 ( flankspelers ) – balbezit

Technische accenten : -passen en trappen ( kort / lang - juiste balsnelheid ) -aannemen en verwerken van de bal -expliciet vragen van de bal – vooractie en zo loskomen van je tegenstander -dribbelen en individuele passeeractie -voorzet en schieten op doel ( finishing ) -koppen op doel Tactische accenten : -juiste veldbezetting : ruimte optimaal benutten, onderlinge afstanden, vliegtuigje, … -speelveld breed houden -op eigen helft geen onnodige risico’s – geen balverlies -keuze tussen samenspel ( 1-2 actie ) of individuele actie -doellijn van tegenpartij halen en voorzet of individuele actie van buiten naar binnen -doelgerichtheid ( voor het doel opduiken ) -terugpass om bal uit de kluts te halen

Positie 7 en 11 ( flankspelers ) – balverlies Technische accenten : -afschermen van tegenstander -bal veroveren in het rechtstreekse duel -doelschoten en voorzetten afblokken -rechtop blijven bij het verdedigen -lichaam gebruiken in het duel Tactische accenten : -anticiperen op verdedigende acties van positie 10 -speeldveld klein houden door naar binnen te komen en te knijpen ( compact ) -directe tegenstander dekken -diepte wegnemen -tegenstander insluiten (terugpass weghalen)

Positie 8 ( centrale middenvelder ) – balbezit

Technische accenten : -georiënteerde aannames -gevarieerde passing -doeltrap -aanvallend koppen Tactische accenten : -hoge aanspeelbaarheid voor alle spelers ( draaischijf ) -initiatief tot spelverlegging -infiltratie en door positiekeuze doelgevaar creëren -positionele verbinding tussen verdediging en aanval

Positie 8 ( centrale middenvelder ) – balverlies Technische accenten : -verdedigend koppen -bal voor zich houden – storen – diepte pass eruit halen -agressief 1/1 duel – lichaam gebruiken in duel -rechtop verdedigen Tactische accenten : -moment van druk zetten op de bal leren herkennen -centrale strook blijven bezetten

Positie 10 ( spits ) – balbezit

Technische accenten : -aannemen en vrijmaken van de bal -vooracties en aanbieden naar de bal/in de diepte -afwerken/schieten op doel -koppen -passen en kaatsen -afschermen van de bal Tactische accenten : -ruimte optimaal benutten ( diepte ) -juiste moment vragen van de bal -keuze tussen combinatie of individuele actie -ruimte maken/laten voor opkomende flankspelers

Positie 10 ( spits ) – balverlies Technische accenten : -druk op balbezittende speler -rechtop blijven in het duel Tactische accenten : -tegenstander voor je houden en ruimte achter je afschermen -geen overtreding -dwingen tot breedtepass – diepte wegnemen -naar zijkanten dwingen / insluiten en vast zetten -moment van vastzetten herkennen -kort tegen eigen spelers terugzakken

www.balbalschool.be Kristof Mortier

FYSISCHE ACCENTEN

Bij duiveltjes en preminiemen op gewestelijk en provinciaal niveau ( dus maximum 2 keer per week trainen ) raden wij aan om geen fysische accenten te leggen en de fysische componenten zeker niet geïsoleerd te gaan trainen. Op die leeftijd zijn kinderen misschien vatbaar voor positieve ontwikkeling op het vlak van snelheid ( reactiesnelheid, versnellingsvermogen, … ) en coördinatie. Toch is het zo dat het resultaat van snelheidstraining heel miniem is, … van een schildpad kan je geen haas maken ( snelheid is erfelijk bepaald ). Daarenboven haal je maar rendement uit snelheidstraining als er vrij intensief geoefend wordt en dus meer dan 2 keer per week. Door middel van onze doorgedreven speltechnische voetbaltraining (met aan de basis ball mastery en spelvormen ) én onze voetbalechte wedstrijdvormen durven we stellen dat we het coördinatief vermogen op die manier zeker voldoende stimuleren zonder daarbij te moeten overschakelen naar de specifieke coördinatie – en loopscholing. Enkele voorbeelden van coördinatieve componenten die binnen de balbal trainingsopbouw aan bod komen :

Lichaamsbeheersing bij het lopen : starten – stoppen - versnellen – draaien springen – evenwicht zoeken en houden - …

Ruimteperceptie ( inschatten van ruimte en afstanden – vb. dicht, ver, per 2, door mekaar in afgebakende ruimte , inschatten van afstand naar de bal, … )

Tijdsperceptie ( tijd nodig om de bal te spelen – te gooien - … ) Lichaamsperceptie ( contact van bal met lichaam – vb. amorti beweging of lichaamscontact –vb. schouder

tegen schouder ) Oog-hand / oog-voet coördinatie Visuele perceptie ( kijken en reageren met gepaste beweging ) Lateralisatie ( tweevoetigheid )

www.balbalschool.be Kristof Mortier

MENTALE ACCENTEN

- alhoewel die mannen vrij egocentrisch ingesteld zijn, moeten ze ook leren omgaan met anderen en leren samenwerken ( zowel voor, tijdens en na de wedstrijd )

- stelselmatig de spelregels leren begrijpen en toepassen - ontwikkeling van het concentratievermogen - fair play wordt hoog in het vaandel gedragen - fun en plezier beleving - durf en zelfvertrouwen stimuleren - doorzettingsvermogen - persoonlijkheidsontwikkeling - aanleren van sociale vaardigheden - winnen ok, maar ook kunnen verliezen - creativiteit en leergierigheid aanwakkeren - respect voor materiaal, tegenstander, scheidsrechter, trainers, … - …

www.balbalschool.be Kristof Mortier

1. Opwarming 2. Kern 2.1. spelvormen + ball mastery 2.2. wedstrijdvorm 1 2.3. technische tussenvorm 1 2.4. wedstrijdvorm 2 2.5. technische tussenvorm 2 2.6. wedstrijdvorm 3 3. Afsluiting

DE OPBOUW VAN EEN TRAINING BIJ

DUIVELTJES EN PREMINIEMEN

www.balbalschool.be Kristof Mortier

1.Opwarming

( 5 à 10 minuten )

“Modern straatvoetbal op het veld i.p.v. marionettenvoetbal”

Spelers VRIJ laten uitrazen en VRIJ laten SPELEN op het veld met het beschikbare materiaal ( ballen, doelen, kegels, … ) en dit enkel onder het toeziend oog van de jeugdtrainer ( geen coaching – geen trainersinvloeden )

Dit geeft de jeugdtrainer de mogelijkheid om ondermeer : -de jeugdvoetballers te observeren -eventjes individuele aandacht te geven aan een jeugdvoetballer (terugblik op huiswerk van vorige training, eventjes dollen met een jeugdspeler, een uitdagende beweging aanleren of tonen, … ) -het materiaal klaar te zetten en de trainingsorganisatie voor te bereiden

Dus geen : breedtes lopen, armen zwaaien & knieën heffen, sprintjes doen, stretchen, … anders zitten we in een voetbalcircus of voetbal hondenschool en doen we aan marionettenvoetbal Als er op trapveldjes, pleintjes of speelpleintjes gespeeld wordt, wordt er toch ook niet eerst opgewarmd door allerlei inloopoefeningen te doen ! Heel veel trainers denken dat de opwarming een ‘blessure-preventie-functie’ heeft, … maar daar is niets van aan. Die klassieke opwarmingen zijn gewoon tijdsverlies !

www.balbalschool.be Kristof Mortier

2.Kerngedeelte ( 50 à 60 minuten )

2.1.samenkomst van spelers en trainers Geef de jeugdvoetballers hier dmv een vast signaal/gebruik te kennen : ‘nu begint het’ ! 2.2. spelvormen + ball mastery ( BM ) Doelstelling = aanleren van bewegingsvaardigheden en balvaardigheid Er worden onmiddellijk één of meerdere spelvormen aangeboden waardoor de jeugdtrainer de jeugdspelers meteen op zijn hand heeft. Tussenin en bij wijze van afwisseling wordt er wat ball mastery gegeven. Beide termen worden hieronder kort beschreven. 2.2.1. Ball mastery ( BM )

Van … algemene balvaardigheid ( handig met bal ) specifieke ‘voet’balvaardigheden ( voetig met bal ) Algemene principes BM: -iedere speler een bal -lichaamsperceptie in de beginfase + alle delen van de voet leren gebruiken ( tip, binnenkant, buitenkant, zool, wreef, binnenkant wreef, hiel, … ) - -veel herhalingen -veel balcontacten met beide (handen) voeten -pré-technische scholing – succes aan de bal beleven -verschillende soorten ballen : gewone, tennisbal, zachte bal, bal nr1, golfbal, strandbal, … Doel BM

bij technische spelmiddelen balbezit -veelzijdige en dynamische ‘voet’balvaardigheid ontwikkelen -lateralisatie (tweehandigheid en tweevoetigheid stimuleren ) -de bal de baas worden (‘de speler gaat wandelen met de bal en niet de bal met de speler’–de bal moet luisteren ) -balgevoel vergroten -snel voetenwerk – beweeglijkheid ontwikkelen -handelingssnelheid vergroten -…

bij technische spelmiddelen balverlies -coördinatie verbeteren -reactiesnelheid verbeteren -voetiger worden / snel voetenwerk stimuleren -…

www.balbalschool.be Kristof Mortier

Enkele voorbeelden A.Ball mastery - basic -bal omhoog gooien / trappen – in de handen klappen en terug opvangen ( bal raakt de grond niet ) -bal omhoog gooien / trappen – rond de as draaien en terug opvangen ( bal raakt de grond niet ) -bal omhoog gooien / trappen – met beide handen de grond raken en terug opvangen ( bal raakt de grond niet ) -bal botsen van linker naar rechter hand ( stilstaand – al lopend ) -bal omhoog gooien 1x laten botsen en vangen ( bal mag niet boven het hoofd botsen ) -bal botsen – dij – vang / bal botsen – hoofd – vang / bal botsen – voet – vang / botsen – schouder – vang / … -bal in rechterhand, 1 toets rechter voet, 1 toets linkervoet, bal in linkerhand, … -dij – hoofd – vang -rechter dij – linker dij – vang -bal op grond tussen de voeten – omhoog springen en bal vangen -bal vanop de grond omhoog brengen met de tip en bal vangen -in de balbal oefenstofdatabase worden nog een aantal oefenvormen weergegeven B. Ball mastery gevorderden Deze oefenvormen zijn niet geschikt voor deze doelgroep van duiveltjes en preminiemen Vb. jongleren - bal vangen tussen de voeten en met een hakje terug liften en verder jongleren In de oefenstofdatabase worden ook dergelijke oefenvormen aangeboden C. Ball mastery Coerver : Sommige oefeningen worden geïllustreerd met een tekening. tip een pijl geeft de beweging van de bal weer wreef buitenkant van de voet binnenkant van de voet

1. tussentikken binnenkant voet Tik de bal snel heen en weer met afwisselend de R en L binnenkant van de voet

1. 15 baltoetsen ter plaatse 2. 15 baltoetsen terwijl je lichtjes voorwaarts beweegt 3. 15 baltoetsen terwijl je lichtjes achterwaarts beweegt

! -hoofd en romp rechtop -op voorvoeten ( bal van de voet ) ‘dansen’

4. 15 baltoetsen terwijl je zijwaarts beweegt 5. tussentikken & d.m.v voorw, achterw & zijw vorderen cijfers tekenen

voorbeelden : tik met bi L voet tik met L wreef bal terughalen op rechtervoet voorwaarts met R tip

www.balbalschool.be Kristof Mortier

2. bal achter het steunbeen door halen Tik de bal opnieuw enkele keren snel heen en weer met afwisselend de R en L binnenkant van de voet ( ter plaatse )

1. EEN KEER ACHTER HET STEUNBEEN trek de bal in een snelle beweging achter je steunbeen door en tik opnieuw enkele keren de bal ter plaatse tussen de voeten - oefen beide kanten 2. TWEE KEER ACHTER HET STEUNBEEN trek de bal in een snelle beweging achter je steunbeen door met je ene voet en trek de bal daarna snel met je andere voet opnieuw achter het steunbeen en dit in dezelfde beweging - tik opnieuw enkele keren de bal ter plaatse tussen de voeten om daarna opnieuw de beweging uit te voeren

EEN KEER ACHTER HET STEUNBEEN TWEE KEER ACHTER HET STEUNBEEN 3. De 1-2-3 beweging Rol de bal met de rechter binnenkant zool af naar je linkervoet – speel de bal dan snel met je linker binnenkant op je rechter binnenkant en terug – rol vervolgens de bal opnieuw af met je linker binnenkant zool. DUS : afrollen rechtervoet (1) – binnenkant linkervoet (2) – binnenkant rechtervoet (3) – afrollen linkervoet - binnenkant rechtervoet - binnenkant linkervoet - afrollen rechtervoet, …

(1) (2) (3) 4.De kapbeweging Speel de bal met de buitenkant van de rechtervoet, kap de bal vervolgens kort terug met de binnenkant van de rechtervoet - tik de bal even met de buitenkant van de linkervoet en kap de bal opnieuw terug met de binnenkant van de linkervoet om vervolgens de bal opnieuw met de buitenkant van de rechtervoet te spelen - … Dus : buitenkant R, binnenkant R, buitenkant L, binnenkant L, buitenkant R, binnenkant R, … 5.tip - wreef Haal de bal eventjes terug met de rechtertip van de voet en tik hem vervolgens heel snel kort voorwaarts met de rechterwreef. Haal de bal daarna onmiddellijk terug met de linkertip van de voet en tik hem opnieuw heel snel kort voorwaarts met de linkerwreef Trek de bal opnieuw terug met de rechtertip van de voet en tik hem vervolgens weer heel snel kort voorwaarts met de rechterwreef. Enzovoort

www.balbalschool.be Kristof Mortier

Oefen eerst vanuit stilstand en pas als we de bal en de balbeweging de baas zijn proberen we de oefening al wandelend / lopend. 6.Op de bal dansen 1. Tik de stilliggende bal afwisselend met de rechter -en linkertip. Probeer dit snel te doen en blijf in cadans. 2. Doe net hetzelfde als bij 1, doch vorder voorwaarts 3. Doe net hetzelfde als bij 1, doch vorder achterwaarts 7.Klokje draaien Haal de bal met de rechtertip terug op de binnenkant van je rechtervoet en draai ondertussen je lichaam een kwart draai met de wijzer van de klok. Na vier keer zijn we de klok rond en voeren we net dezelfde oefening uit maar nu in de tegenovergestelde richting en met de linkervoet 8.Afrollen van de bal Rol de bal af met de rechter binnenkant op de linkervoet, leg de bal stil met de linkervoet, herneem het afrollen met de rechter binnenkant, leg de bal opnieuw stil met de linkervoet, maar rol de bal nu af met de linker binnenkant op de rechtervoet, leg de bal stil met de rechtervoet, afrollen links, stil rechts, afrollen rechts, … Dus : afrollen rechts - stil links ( 2X ) en daarna afrollen links - stil rechts ( 2X ) 9.binnenkant - buitenkant We leiden de bal in voorwaartse richting en we gebruiken daarvoor afwisselend de binnenkant en de buitenkant van dezelfde voet. Het is niet de bedoeling om snel een grote afstand te overbruggen. Bedoeling is juist de bal veel en snel raken. Vergeet niet beide voeten te oefenen.

www.balbalschool.be Kristof Mortier

2.2.2. Spelvormen

Van … algemene bewegingsvaardigheden ( leren bewegen ) specifieke bewegingsvaardigheden ( leren bewegen in functie van de bal ) d.m.v. spelvormen Kenmerken van spelvormen : -uitdagend en avontuurlijk : “wie is er als eerste klaar”, “bij wie lukt het”, werken met punten, winnaars/verliezers, beeldende taal gebruiken (vb. politiemannen, dieven, auto’s, … ) -speels, fun, plezier, groot bewegingsparadijs in een positief klimaat Enkele voorbeelden : -tikspel zonder bal : iedere speler steekt een hesje achter zich in de broek – spelers proberen mekaars hesje te roven – wie blijft er als laatste over -tikspel met bal : alle spelers met bal aan de voet – 2 of meer spelers zijn jagers ( ook bal aan de voet ) en proberen de andere spelers aan te tikken – wie aangetikt is neemt bal in hand en staat met benen open – de andere spelers kunnen de aangetikte speler verlossen door de bal door de benen te spelen -tikspel zonder bal : twee of meer spelers zijn jager en hebben bal in handen – zij proberen spelers zonder bal aan te tikken – wie aangetikt werd, neemt ook een bal en wordt ook jager – wie blijft er als laatste over -tikspel : er wordt in een afgebakende ruimte gewerkt - twee tot vier spelers (afhankelijk van aantal spelers ) worden visueel gemerkt tot jager - er zijn 2 tot 4 ballen ( afhankelijk van aantal spelers ) - wie een bal heeft kan niet aangetikt worden, ... de spelers proberen mekaar te helpen door de bal naar mekaar te gooien. -standbeeld : spelers leiden de bal in een afgebakende ruimte – op een auditief of visueel signaal van de trainer zetten de spelers één voet op de bal en wordt er niet meer bewogen – wie als laatste beweegt krijgt strafpunt -poortjesspel : op een afgebakende ruimte staan willekeurig enkele kegeldoeltjes van 1m breed – wie scoort er eerst 10 doeltjes – een universele oefenvorm die ontelbare varianten kent ( op de balbal oefenstofdatabase vindt u wel 40 varianten ) -bal leiden in een afgebakende zone – enkele spelers zonder bal die proberen om de bal van iemand anders te veroveren – wie zijn bal kwijtspeelt moet op zoek naar een andere bal -bal leiden in een afgebakende zone – iedereen een bal – proberen om met de voet de bal van een andere speler uit de afgebakende zone te trappen -achtervolgingsrace : per twee elk een bal – één speler van het duo tracht de andere speler zo kort mogelijk te volgen -verzamelbal : vier ploegen van een drietal ( of meer ) spelers beschikken over een kleine afgebakende ruimte ( vb. 2m op 2m ). Spelers proberen nu zo veel mogelijk ballen in hun eigen afgebakende ruimte te krijgen en moeten dus bij de andere ploegen ballen gaan roven ( dit kan met de bal in de hand maar ook met de bal aan de voet ) -…

www.balbalschool.be Kristof Mortier

2.3. wedstrijdvormen + technische tussenvormen 2.3.1. Wedstrijdvormen op training

Waarom wedstrijdvormen nooit mogen ontbreken op een training …

Wedstrijdrijpheid, …

1. Het oefenen van een balcontrole kan bijv. perfect lopen als 2 spelers tegenover mekaar de bal afwisselend gooien en controleren maar kan niet vergeleken worden met een balcontrole in wedstrijdomstandigheden ( meer weerstanden zoals tijd, ruimte, tegenstanders, … ) 2. Jeugdvoetballers komen niet trainen maar voetballen. Ze willen wedstrijdjes spelen, scoren, … in plaats van per 2 de bal naar mekaar toe te spelen, rondjes te lopen of in lange rijen te wachten om een keer op doel te trappen 3. Nog te veel en te lang worden spelmiddelen zomaar los geoefend en losgekoppeld van het voetbalspel zelf. Vaak kan je het vergelijken met “droogzwemmen” waarbij dus het meest essentiële element ontbreekt : water ( lees in het voetbal : wedstrijdvormen )

Duiveltjes hebben maar één grote vriend in het voetbal en dat is de bal. In de beginfase hebben ze (nog) geen oog voor medespelers. Ze zijn zeer egocentrisch ingesteld en willen allemaal die bal. Het kluitjesvoetbal is dus een typisch en normaal fenomeen binnen het duiveltjesgebeuren. In het opleidingsproces van een duiveltje moeten we proberen te evolueren van individueel spelen naar leren spelen per 2, per 3 en per 4 om dan uiteindelijk het “leren samenspelen” te benadrukken bij preminiemen.

www.balbalschool.be Kristof Mortier

didactische hulpmiddelen, …

Bij die afgeleide wedstrijdvormen zijn we voorstander van het werken in zgn. golven ( zie boven ) zodat het voor de jeugdtrainer vrij overzichtelijk blijft. Bij het werken in golven moeten we de wachttijden van de niet-werkende spelers beperken en heel snel wisselen.

-coaching Wedstrijdvormen mogen niet vervallen in : ‘zomaar een wedstrijdje spelen’. Het is heel belangrijk om er als trainer heel kort op te zitten, heel gericht en positief te coachen. Bij duiveltjes en preminiemen blinkt de coaching uit als ze eenvoudig, kort en duidelijk is. De speltechnische en tactische accenten die vermeld worden in dit werkdocument kunnen een aanzet zijn tot het bijsturen en het coachen. -organisatievorm Het spelen met numerieke (on)gelijkheden vormt een didactisch hulpmiddel voor de jeugdtrainer. Op die manier kan het voetbalspelletje ietwat eenvoudiger gemaakt worden en wordt het iets overzichtelijker. Er kan gekozen worden voor wedstrijdvormen met numerieke gelijkheid ( van 1/1, 2/2, … tot 7/7 ) of numerieke ongelijkheid ( meerderheids –en minderheidssituatie : 2/1 – 3/2 – 4/2 - … )

www.balbalschool.be Kristof Mortier

2.3.2. Technische tussenvormen Tussen de wedstrijdvormen door en ter afwisseling worden enkele specifieke technische tussenvormen voorzien. Die tussenvormen zijn ideaal om eventjes af te dalen en technisch wat explicieter en intensiever te werken. Omdat de ontwikkeling van technische spelmiddelen heel wat positieve invloeden heeft op verschillende vlakken (zie schema) en omdat techniek, in tegenstelling tot bijv. fysische spelmiddelen, perfect trainbaar is, vormt de ontwikkeling en training van technische spelmiddelen de rode draad doorheen het balbalgebeuren.

Het techniekschema, een handig hulpmiddel om uw trainingen samen te stellen. Bovendien telt de balbal oefenstofdatabase op de website van de balbalschool ( www.balbalschool.be ) honderden technische tussenvormen.

www.balbalschool.be Kristof Mortier

Na het onderdeel spelvorm/ball mastery voorzien we dus een gedeelte waar we afwisselend een spelvorm en een wedstrijdvorm aanbieden. Het is geen exacte wetenschap maar we kunnen een drietal tussenvormen en wedstrijdvormen aanbieden, … kwestie van wat afwisseling te voorzien want het concentratievermogen van duiveltjes en preminiemen is vrij laag. Veel afwisseling betekent niet dat we iedere keer het roer volledig moeten omgooien. Het is dé kunst om binnen dezelfde organisatievorm verschillende accenten en varianten te leggen.

Er kan eventueel vertrokken worden vanuit een technische spelvorm om dan een aansluitende wedstrijdvorm met hetzelfde thema te voorzien, doch dit is geen algemene regel. Dit is enkel een mogelijkheid en een hulpmiddel. Dit werkdocument is geen welomlijnde theorie die je strikt kan/moet/mag volgen, het is veeleer een visie en hulpmiddel om het opleidingsproces van duiveltjes en preminiemen te optimaliseren.

Binnen dezelfde organisatievorm ( vier kegels ) worden hier 5 verschillende technische tussenvormen voorzien.

www.balbalschool.be Kristof Mortier

3. Afsluiting (5 minuten)

We beëindigen de training met :

leuke en ludieke spelvorm -latje raken : *Wie de lat raakt – laat iedereen 10 keer pompen *Wie raakt de lat het eerst 3 keer ? *Wie kan de lat raken en de bal binnenkoppen ? *… -paaltje raken : Twee ploegen maken, spelers staan in een rij en trappen één voor één naar de paal, wie de paal raakt gaat zitten – welke ploeg is er als eerste klaar -balbal trappen : *spelers versus doelman – er wordt vooraf een aantal doelpunten afgesproken – wie wint de doelman of de spelers ? *wie scoort is safe – wie mist moet opnieuw trappen tot hij scoort – wie belandt er in de pispot en blijft er als laatste over *spelers trappen om beurten, als diegene die voor je staat scoort, moet je ook scoren, anders lig je er uit / scoort diegene die voor je staat niet, dan mag je missen ( maar je scoort beter om de druk op de volgende speler te verhogen ) *je probeert hetzelfde te doen als diegene die voor je staat * …

meegeven van huiswerk Stimuleer de jeugdvoetballer om thuis verder te oefenen en voetbal te spelen. Geef uitdagende opdrachten mee. Enkele voorbeelden : jongleerrecord proberen te verbreken ( sms sturen naar trainer indien record verbroken ), jongleerboekje aanleggen, passeerbeweging inoefenen, soccerpal oefeningen, kijken naar wedstrijd op tv en uitvissen wie op hun positie speelt, balbalhalfuurtje ( een half uur alles samen met de bal aan de voet doen ), stimul tot het spelen van voetbaltennis of voetbalsquash, …

spelers komen nog een keer samen ( strijdkreet )

spelers ruimen materiaal op

www.balbalschool.be Kristof Mortier

4.Algemene aandachtspunten bij het trainingsgebeuren

-Wees als trainer altijd opgewekt en blij – straal enthousiasme uit – steek wat ambiance in het geheel – daag de jeugdvoetballers voortdurend uit ( wie kan dit of dat, … ) -“Voetbal is simpel, het is alleen moeilijk om simpel te voetballen” – hou het op organisatorisch en inhoudelijk niveau zo eenvoudig mogelijk -Vermijd van die zgn. dode momenten, probeer de training zo op te stellen dat kinderen de tijd niet hebben om zich te vervelen, zorg voor een vlot verhaaltje. Wie als jeugdtrainer na de training te horen krijgt : “is het al gedaan ?”, … weet dan dat je prima werk leverde. -Bij de wedstrijdvormen vinden wij het belangrijk dat de doelen voorzien zijn van netten, niets is zo démotiverend dan trappen op een doel zonder netten. Zorg er ook voor dat de doelen voldoende groot zijn, zodat er lekker veel gescoord kan worden, … uitslagen van 20-25 zijn beter dan 1-0 -Heb voor, tijdens en na de training oog voor de zgn. mindere spelers en zet ze af en toe ook eens op het hoogste schavotje. Reageer scherp op pesten ! -Blik na de training altijd eventjes kort terug op je prestaties als trainer en evalueer kort hoe de spelers reageerden op de aangeboden oefenstof. Was iedereen actief, was de oefenstof aangepast aan het niveau van de groep, was de organisatie goed, was er ambiance en fun … ? Leg de lat vrij hoog, … merkte je tijdens de training dat één en ander stroef verliep, … dan zoek je de oorzaak bij jezelf ( organisatie niet aangepast, oefening niet aangepast aan belevingswereld en niveau, … ). Het mooie aan jeugdvoetbal is juist de ongeremde motivatie van de jeugdvoetballer, … aan hen zal het zeker niet liggen. -Het is vaak verleidelijk, maar het is aangewezen dat de jeugdtrainer niet meevoetbalt, … laat de kinderen kind zijn en beperk je volwassen invloed. -Een plaatje zegt meer dan een praatje, … geef niet te veel uitleg – een beeld is voor kinderen veel sneller te begrijpen dan een aaneenschakeling van woorden. Toon het zelf voor als trainer of laat een speler voortonen ( ook eens de mindere spelers iets laten voortonen ) -Stel je als jeugdtrainer steeds strategisch op, zodat je een totaal zicht hebt op alle spelers

www.balbalschool.be Kristof Mortier

Enkele tips, …

Creëer een toffe, speelse en ontspannen sfeer onder de spelers en ouders. “Voetbal moet een feest zijn !”. Onderschat de rol van de ouders niet. Probeer bij de aanvang van het seizoen de ouders in te lichten a.d.h.v. een ‘gespreksavond’, een brochure, een afsprakennota, … waarin enkele afspraken worden gemaakt. Goeie afspraken maken immers goeie vrienden. Stimuleer en hamer vooral op de positieve ingesteldheid van de ouders. Aanmoedigen en stimuleren mag maar het is uiteindelijk de jeugdtrainer die de richtlijnen geeft.

Zadel de spelers niet op met “het-moeten-winnen-gevoel”, hecht geen belang aan resultaten, winnen of verliezen. Dit wil niet zeggen dat er bij een overwinning niet eventjes uitbundig mag gedaan worden. Bij een verlieswedstrijd probeer je de sfeer van “de volgende keer beter” of “goed gewerkt jongens, … ik ben trots op jullie” te creëren.

Zadel de spelers voor en tijdens de wedstrijd niet op met ingewikkelde theorieën en tactische richtlijnen. Hou het kort, duidelijk en herkenbaar. “Een training is prestatie, een wedstrijd is presentatie” ( citaat : W. Loose, keepertrainer jeugd Club Brugge ). Probeer daarom enkel een aantal eenvoudige, algemene en herkenbare zaken die al op training aan bod zijn gekomen aan te halen. Voor de wedstrijd kunnen bijv. een drietal eenvoudige richtlijnen adhv een los ‘vraag-en-antwoordgesprek’ aan bod komen. Hieronder enkele mogelijke richtlijnen : “-iedereen doet mee om te bal snel terug te winnen” -“laat ze niet op doel trappen” -“als we de bal willen hebben, laten we ons horen : “geef” -“zorg ervoor dat je de bal kunt krijgen ( sta niet te dicht bij je tegenstander )” -“we spelen geen flippervoetbal – als we kunnen leggen we de bal stil” -“we dribbelen niet voor ons eigen doel” -“wie kan op de helft van de tegenstander de mooiste actie maken ?” -“als wij de bal hebben staan we ver uit mekaar” -“speel de bal over de grond als het kan” - …

WEDSTRIJDBEGELEIDING

BIJ DUIVELTJES EN PREMINIEMEN

www.balbalschool.be Kristof Mortier

Nog enkele losse tips ivm coaching van jeugdvoetballers : -Coach altijd positief en technisch. -Laat jeugdvoetballers fouten maken, roep niet altijd wat ze wel en niet mogen doen. -Laat de spelers zelf dingen ontdekken en laat ze zelf beslissingen nemen, … zeg niet alles voor en verbeter eventueel achteraf heel gericht. -Stimuleer de creativiteit en gebruik daarom veel het woordje “actie” waarmee je de speler aangeeft dat hij “iets” mag proberen. -Gebruik af en toe de intonatie van je stem om iets duidelijk te maken, sta dus niet altijd te roepen, speel en varieer met je stem om de aandacht te krijgen. -Spreek de jeugdvoetballer ook soms een keer aan op ooghoogte -Coach zinvol, spelers hebben niet veel aan : “kom op”, “vooruit”, “doe maar”, … wees concreet, kort en duidelijk

Uiteraard worden vooraf de startposities op het veld meegegeven. Bij duiveltjes kunnen we spreken van het vormen van het zgn. vliegtuigje.

Bij de duiveltjes zijn we voorstander van het roteren. Tijdens een wedstrijd laten we iedereen eens op de verschillende posities spelen. We kiezen ook niet meteen voor een vaste doelman. We beschouwen iedere speler uiteraard als evenwaardig en we geven IEDEREEN evenveel speelgelegenheid. Bij preminiemen is de opstelling iets complexer en uitgebreider.

K 4 staartje 7 11 vleugeltje vleugeltje 10 kopje

K 2 4 5 8 7 11 10

Hier ben ik ook voorstander om tijdens een wedstrijd niet direct één specifieke positie te koppelen aan een speler. Weliswaar minder uitgesproken dan bij de duiveltjes zou ik hier ook opteren om spelers tijdens een wedstrijd te laten kennis maken met verschillende posities. Om een duiventil te vermijden worden hierna enkele posities weergegeven die vrij gelijklopend en mogelijkheden bieden om te variëren. -pos. 2 & pos.7 -pos. 5 & pos.11 -pos. 8 & pos.10 -pos. 7 & pos.11 -pos. 4 & pos. 8

www.balbalschool.be Kristof Mortier

In het leerplan wordt duidelijk gesteld dat preminiemen de positionering ( nummersysteem ) nauwgezet moeten kennen. Voeg daaraan toe dat preminiemen eveneens stilaan de basistaken (zie leerplan) per positie moeten kennen.

Veel jeugdtrainers hebben last van het gevaarlijk virus “Championitis”. Kampioen willen spelen en altijd ten koste van alles willen winnen mag de hoofddoelstelling niet zijn. We zien de doelstelling van het jeugdvoetballeerproces eerder in het creëren van een toffe, speelse en ontspannen sfeer en kinderen op verschillende vlakken ( mentaal, technisch, tactisch, sociaal, persoonlijke ontwikkeling, … ) beter maken in iets wat ze graag doen. In dit plaatje past uiteraard de stelling dat jeugdtrainers er op moeten toezien dat iedereen evenveel aan bod komt en iedereen voldoende en evenveel speelminuten krijgt. De spelers die niet of minder getraind hebben, kunnen eventueel op de bank starten.

Wedstrijdopwarming Net als bij de ingangzetting bij het trainingsgebeuren, is het ook hier de bedoeling dat jeugdvoetballers niet opgezadeld worden met zgn. “hondenschooloefeningen”. Dus geen breedtes lopen, armen zwaaien, knieën heffen, … en stretchen. Ik ben eerder voorstander om voor de wedstrijd gewoon een halfuurtje training te geven volgens het reeds aangehaalde stramien in dit werkdocument. Er wordt al zo weinig getraind en de tijd voor de wedstrijd is pure winst, … reken op 24 wedstrijden per seizoen, … en je komt aan 12 uur extra training. De enige inspanning die je als jeugdtrainer moet doen, is zorgen dat iedereen een bal heeft en het stramien van spelvorm, ball mastery, wedstrijdvorm en technische tussenvorm volgen. Een inspanning die zeker de moeite loont !

Na de wedstrijd Zoals al eerder gesteld : “iedere wedstrijd ( winst of verlies ) moet een feest zijn !” Probeer daarom na de wedstrijd steeds een extraatje te voorzien. De gekende strafschoppenreeks is zeker een onderdeel dat nooit mag ontbreken. In afspraak met de “tegenpartij” kan je eens variëren met een shoot out ( dribbelen naar het doel met aansluitend een 1/1 situatie met de doelman ). Dit alles sluiten we af met een high five voor de tegenstanders !