Webnode  · Web viewBijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik...

10
Maart 2012 Communicatie en organisatie Isbn 978-90-85240-83-9 FASE A 2011-2012 1 e Leerjaar 4 e periode Week Thema Inhoud Lesmateriaal 1 Feedback 14.2 Feedback op inhoud- en betrekkingsnivea u Maak opdracht Thema 14. Feedback van Profi-Leren Student bekijkt Youtube film en beantwoorden vragen Oefenopdracht 2 14.3 Feedback geven Student bekijkt Youtube film en beantwoorden vragen Student beantwoord studievragen Oefenen aan de hand van praktijksituatie 3 14.4 Feedback ontvangen Student bekijkt Youtube film en beantwoorden vragen Student beantwoord studievragen Oefenen aan de hand van praktijksituatie 4 14.5 Joharimatrix ?????? Diagnostische toets Profi-Leren Thema 14 Feedback Dit thema bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Studievragen feedback geven 2. Opdracht thema feedback 14 Profi-Leren 3. Video voorbeelden feed-back 4. Oefen opdracht thema feedback 5. Oefening praktijksituaties

Transcript of Webnode  · Web viewBijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik...

Page 1: Webnode  · Web viewBijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik hoor je zuchten. Ik voel met je mee, want ik vind het ook een gedoe!" "Ik zie dat

Maart 2012

Communicatie en organisatie

Isbn 978-90-85240-83-9

FASE A 2011-2012

1e Leerjaar 4e periode

Week Thema Inhoud Lesmateriaal1 Feedback 14.2 Feedback op

inhoud- en betrekkingsniveau

Maak opdracht Thema 14. Feedback van Profi-LerenStudent bekijkt Youtube film en beantwoorden vragen Oefenopdracht

2 14.3 Feedback geven Student bekijkt Youtube film en beantwoorden vragen Student beantwoord studievragenOefenen aan de hand van praktijksituatie

3 14.4 Feedback ontvangen

Student bekijkt Youtube film en beantwoorden vragen Student beantwoord studievragenOefenen aan de hand van praktijksituatie

4 14.5 Joharimatrix ??????Diagnostische toets Profi-Leren

Thema 14 Feedback

Dit thema bestaat uit de volgende onderdelen:

1. Studievragen feedback geven2. Opdracht thema feedback 14 Profi-Leren3. Video voorbeelden feed-back4. Oefen opdracht thema feedback5. Oefening praktijksituaties

Page 2: Webnode  · Web viewBijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik hoor je zuchten. Ik voel met je mee, want ik vind het ook een gedoe!" "Ik zie dat

Maart 2012

1. Studievragen feedback geven

De antwoorden van onderstaande vragen kun je vinden in thema 14 Feed-back van het boek Communicatie en organisatie.

1. Leg uit wat het doel is van feedback geven/ ontvangen2. Leg uit wat het verschil is tussen feedback geven/ ontvangen op:

2.1 Inhoudsniveau

2.2 Betrekkingsniveau

3. Schrijf 3 voorbeelden op waar feedback op betrekkingsniveau een voorwaarde is voor effectieve communicatie.

4. Schrijf de 8 regels op die noodzakelijk zijn om goede feedback te geven

5. Wat wordt precies bedoelt met:”feedback moet zo concreet mogelijk zijn”

6. Wat wordt precies bedoelt dat je bij kritiek geven geen waardeoordeel mag uitspreken.

7. Geef twee voorbeelden van non- verbale feedback

8. Schrijf de 5 regels die je in gedachten moet houden als je kritiek krijgt

9. Vertel in eigen woorden waar de Joharimatrix voor wordt gebruikt.

10. Snap je de Joharimatrix? Leg uit waarom wel/ niet

Page 3: Webnode  · Web viewBijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik hoor je zuchten. Ik voel met je mee, want ik vind het ook een gedoe!" "Ik zie dat

Maart 2012

2. Opdracht: Thema Feedback Profi-Leren

Maak de opdrachten van thema 14 Feedback.

- Ga naar www.profi-leren.nl - Ga naar Communicatie en Organisatie; SAW 3&4 (1e druk, isbn 9789085240839) - Ga naar thema 14 Feedback

3. Video voorbeelden feedback

1 Foutieve

Feedback

http://www.youtube.com/watch?v=pB8eg3gJfMw

2 Animatie feed-back http://www.youtube.com/watch?v=d_Tsq7qvgW0

3 Regels

feedback

http://www.youtube.com/watch?feature=endscreen&v=YH2a8xWepFs&NR=1

4 Interactieve feedback http://www.youtube.com/watch?v=lZtradi9Nfo&feature=related

Je hebt de video’s bekeken. Er wordt van je verwacht dat je in een korte samenvatting op schrijft wat je hebt gezien in de 4 video’s en wat je bij het zien van iedere video hebt geleerd.

Video Wat heb ik van de video geleerd?

1. Foutieve feedback

2. Animatie feedback

3. Regels feedback

4. Interactieve feedback

Page 4: Webnode  · Web viewBijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik hoor je zuchten. Ik voel met je mee, want ik vind het ook een gedoe!" "Ik zie dat

Maart 2012

4. Oefenopdrachten feedback

4.1 Beschrijf het gedrag dat je hebt waargenomen. Bijna altijd gaat het om iets dat je gezien of gehoord hebt.

Doe dit concreet, duidelijk en feitelijk, zeg niet wat je erbij gefantaseerd hebt, maar alleen wat je hebt waargenomen. Ga met onderstaande opdracht aan de slag

Eerste ronde

Een mooie oefening hiervoor is de volgende: Ga met zijn tweëen tegenover elkaar zitten. De eerste ronde: de een bekijkt de ander en verwoordt een minuut lang wat hij voor gedrag bij de ander ziet en/of hoort. Bijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen." "Ik hoor je zuchten." "Ik zie dat je je ene been over je andere slaat," enzovoorts. Alleen maar waarnemingen. Degene die geobserveerd wordt, zegt niets, behalve als de ander de fout ingaat. Dan kan die het opnieuw proberen.

De tweede ronde.In de tweede minuut benoem je eerst wat je ziet en daarna vertel je wat het effect daarvan op jou is. Bijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik hoor je zuchten. Ik voel met je mee, want ik vind het ook een gedoe!" "Ik zie dat je je ene been over je andere slaat. Ik voel hier helemaal niets bij, ik weet niet wat ik zou moeten voelen." Desgewenst wissel je van rol, na de twee rondes.

Derde ronde

Schrijf nu eens op, hoe je deze feedback zou kunnen verwoorden. Volgens het 'ik-ik-jij-principe'. Neem je voor om het de eerstvolgende keer dan ook echt te gaan zeggen, en, nog belangrijker: doe het ook!

Page 5: Webnode  · Web viewBijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik hoor je zuchten. Ik voel met je mee, want ik vind het ook een gedoe!" "Ik zie dat

Maart 2012

4.2 Zelfreflectie

Wanneer heb je voor het laatst feedback ontvangen? En hoe ging je er mee om? Ga er eens 5 minuten voor zitten. Probeer je reactie te herformuleren volgens de regels . En bedenk ook hoe je die feedback in e toekomst kunt benutten.

4.3 Tips en Tops

Naast het feedback geven, kun je ook feedback ontvangen. Ga in groepjes van 4 personen bij elkaar zitten. Neem uit het boek eerst de regels van feedback ontvangen door. Schrijf deze op. Dit wordt het lijstje waarop je kunt observeren en de gesprekjes kunt nabespreken. Daarna geef je elkaar Tips en Tops.

Tops = wat doe je goed Tips=wat is voor verbetering vatbaar.

Doe deze oefening op de volgende manier:

Een student is observator en geeft volgens de regels van feedback aan de kritiekgever. Een van de andere studenten is de “kritiekgever” en geeft de twee andere studenten Tips en Tops. Nadat de kritiekgever van de observator zijn feedback op zijn gegeven Tips en Tops heeft ontvangen, wordt er net zo lang geruild van rol totdat iedereen als “kritiekgever”en observator aan de beurt is geweest.

Vergeet niet iedere sessie na te bespreken met de persoon die kritiek heeft ontvangen te vragen hoe de Tops en Tips bij hem/haar zijn overgekomen.

4.4 Twee spellen die kunnen worden gebruikt voor het oefenen van feedback

Door middel van het spel kun je nagaan hoe goed jij jouw medespelers kent. Hoe zie jij de ander en hoe ziet de ander jou?

Door middel van het spel kunnen studenten elkaar positieve en minder positieve eigenschappen vertellen. Afbeelding bepaald de eigenschap die men iemand toekent>

Page 6: Webnode  · Web viewBijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik hoor je zuchten. Ik voel met je mee, want ik vind het ook een gedoe!" "Ik zie dat

Maart 2012

4.4 Opdracht Joharimatrix

1 Geef aan in welk vak van de Joharimatrix de volgende situaties te plaatsen zijn:

A Joyce heeft moeite met nieuwe situaties in haar BPV. Juist als ze onzeker is, heeft ze de neiging zichzelf te overschreeuwen en overdreven vrolijk te doen. Haar collega’s vinden haar gedrag op dat moment wel gezellig

B Freek trekt erg naar cliënten toe die net als hij dialect spreken. Zelf denkt hij dat hij zijn aandacht goed verdeelt over de verschillende cliënten. Hij is dan ook verbaasd dat zijn collega’s grijnzen wanneer hij begint te vertellen over die aardige cliënt, die afkomstig is uit de streek waar hij zelf ook vandaan komt.

C Sandra heeft geen idee waarom ze elke keer dat ze met dhr. Joosten iets gaat doen, wat moet overwinnen in zichzelf. Ze heeft het al eens met haar werkbegeleidster besproken, maar die kon haar niet verder helpen.

D Diederik maakt er totaal geen geheim van dat hij verliefd is. De hele wereld mag het weten en de hele wereld weet het ook.

2 Wanneer je feedback geeft aan iemand, treedt er een verschuiving op binnen de Joharimatrix. Gebieden worden groter of kleiner.

A Geef aan welk gebied bij de ontvanger van feedback kleiner wordt

B Geef aan welk gebied bij de gever van feedback kleiner kan worden.

Alternatief Johari-Matrix:

Profi-leren verwerkingsopdracht 123 en 1234

Page 7: Webnode  · Web viewBijvoorbeeld: "Ik zie je met je ogen knipperen. Ik word er ongedurig van." "Ik hoor je zuchten. Ik voel met je mee, want ik vind het ook een gedoe!" "Ik zie dat

Maart 2012

5. Oefenen met praktijksituaties

De praktijksituaties worden tijdens de les uitgedeeld.

Casus 1

Je loopt stage bij een activiteitencentrum voor mensen met een verstandelijke beperking.

Je werkt hier nu een maand. In het begin heeft je stagebegeleidster gezegd dat je vooral veel moet observeren. Zo leer je niet alleen veel over de cliënten , maar ook over de wijze waarop de collega’s met hen omgaan.

Dat heb je gedaan. Je hebt er ook veel van geleerd. Nu wil je echter graag zelf wat actiever worden. Je popelt ook om met schoolopdrachten aan de gang te gaan.

Toen je dit voorzichtig opperde, zei je begeleidster: “rustig aan, dat komt wel”

Je BPV coach op school zal binnenkort op gesprek komen. Ze heeft aangegeven dat je dan wel het een en ander moet hebben gedaan. Je besluit om opnieuw met de stagebegeleidster in gesprek te gaan.

Casus 2

Je loopt stage op een woonafdeling voor dementerende cliënten. Je hebt in het begin erg moeten wennen, maar je hebt het inmiddels goed naar je zin.

Het heeft grote voordelen dat je boventallig bent. Zo leer je van verschillende collega’s weer andere dingen.

Je kunt ook erg goed zien wat de verschillen in werkwijze zijn. Naast het feit dat dat leerzaam is, is het ook wel eens confronterend. Zo heb je al een paar keer gemerkt dat collega J erg ongeduldig kan zijn, als cliënten traag reageren. Ze neemt dan dingen van hen over, wat tegen de afspraak is. Zoveel mogelijk in stand houden van de zelfredzaamheid is een van de doelstellingen. Laatst heb je zelfs meegemaakt dat ze een cliënt uitfoeterde, toen die niet snel genoeg haar bed uit kwam. Dat vond je echt te ver gaan.

Je besluit om met collega J. in gesprek te gaan.