evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en...

13
Rechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en privaatrechtelijke rechtspersonen. Publiekrechtelijke rechtspersonen zijn door de wet ingesteld om een deel van de overheidstaak uit te voeren bijvoorbeeld de gemeente en provincie. Privaatrechtelijke rechtspersonen worden door mensen opgericht, bijvoorbeeld om een goed doel te bereiken. Eenmanszaak: bij een eenmanszaak is er geen scheiding tussen privévermogen en bedrijfsvermogen. De ondernemer is met zijn gehele vermogen aansprakelijk voor de schulden van de onderneming. Kenmerkend voor de eenmanszaak is dat het bedrijf één eigenaar heeft, maar het kan wel werknemers in dienst hebben. Een eenmanszaak kan zo opgericht worden, je hoeft je alleen in te schrijven in het Handelsregister. Recht voor organisaties 3.1 tm 3.3 Een maatschap is een samenwerkingso vereenkomst die vaak wordt gebruikt door personen die een vrij beroep uitoefenen. De maatschap bestaat uit minimaal twee personen en zij worden door de wetgever vennoten genoemd. De maatschap is zelf geen rechtspersoon. Er is een samenwerkingsovereenkomst tussen de oprichters. Twee of meer personen spreken namelijk af om startkapitaal bijeen te brengen, met de bedoeling om het daaruit ontstane financiële voordeel met elkaar te delen. Een mondelinge overeenkomst is rechtsgeldig. Er zijn twee soorten van een maatschap, namelijk de openbare maatschap en de stille maatschap. Een openbaar maatschap neemt deel aan het economische verkeer. Een stille maatschap treedt juist niet naar buiten toe op. Financiering van de eerste maatschapactiviteiten vindt vaak plaats door middel van de inbreng van de individuele maten. De inbreng van een maat kan bestaan uit geld, goederen, genot van goederen en arbeid. De inbreng kan per maat verschillen. De hoogte van de inbreng kan wel invloed hebben op de verdeling van winst en verlies. De inbreng van goederen kan op drie verschillende manieren plaatsvinden: - Juridische inbreng: de maat die goederen inbrengt, draagt volgens de wet deze goederen mede aan de andere maten in eigendom over. Iedere maat wordt dan mede-eigenaar van deze goederen. - Zuiver gebruiksrecht: de maat stelt goederen ter beschikking aan de maatschap. De maatschap heeft het gebruiksrecht maar de

Transcript of evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en...

Page 1: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

Rechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2Hoofdstuk 17.1 en 17.8Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en privaatrechtelijke rechtspersonen. Publiekrechtelijke rechtspersonen zijn door de wet ingesteld om een deel van de overheidstaak uit te voeren bijvoorbeeld de gemeente en provincie. Privaatrechtelijke rechtspersonen worden door mensen opgericht, bijvoorbeeld om een goed doel te bereiken.

Eenmanszaak: bij een eenmanszaak is er geen scheiding tussen privévermogen en bedrijfsvermogen. De ondernemer is met zijn gehele vermogen aansprakelijk voor de schulden van de onderneming. Kenmerkend voor de eenmanszaak is dat het bedrijf één eigenaar heeft, maar het kan wel werknemers in dienst hebben. Een eenmanszaak kan zo opgericht worden, je hoeft je alleen in te schrijven in het Handelsregister.

Recht voor organisaties 3.1 tm 3.3Een maatschap is een samenwerkingso vereenkomst die vaak wordt gebruikt door personen die een vrij beroep uitoefenen. De maatschap bestaat uit minimaal twee personen en zij worden door de wetgever vennoten genoemd. De maatschap is zelf geen rechtspersoon. Er is een samenwerkingsovereenkomst tussen de oprichters. Twee of meer personen spreken namelijk af om startkapitaal bijeen te brengen, met de bedoeling om het daaruit ontstane financiële voordeel met elkaar te delen. Een mondelinge overeenkomst is rechtsgeldig.

Er zijn twee soorten van een maatschap, namelijk de openbare maatschap en de stille maatschap. Een openbaar maatschap neemt deel aan het economische verkeer. Een stille maatschap treedt juist niet naar buiten toe op.

Financiering van de eerste maatschapactiviteiten vindt vaak plaats door middel van de inbreng van de individuele maten. De inbreng van een maat kan bestaan uit geld, goederen, genot van goederen en arbeid. De inbreng kan per maat verschillen. De hoogte van de inbreng kan wel invloed hebben op de verdeling van winst en verlies.

De inbreng van goederen kan op drie verschillende manieren plaatsvinden:- Juridische inbreng: de maat die goederen inbrengt, draagt volgens de wet deze goederen

mede aan de andere maten in eigendom over. Iedere maat wordt dan mede-eigenaar van deze goederen.

- Zuiver gebruiksrecht: de maat stelt goederen ter beschikking aan de maatschap. De maatschap heeft het gebruiksrecht maar de inbrengende maat blijft de enige eigenaar. Als de maatschap wordt beëindigd dan is een waardestijging of daling uitsluitend voor de enige eigenaar daarvan.

- Economische inbreng: het goed wordt wel ter beschikking gesteld aan de maatschap, maar een eventueel waardeverschil komt nu voor rekening en risico van de maatschap.

Gemaakte winst en geleden verlies kunnen worden verdeeld volgens een onderlinge afspraak of volgens de wettelijke verdeelsluitel. De verdeling vindt dat plaats naar verhouding van ieders inbreng bij oprichting.

Voor de verdeling van taken en bevoegdheden spreken de maten vaak onderling een verdeling af. Het wettelijke uitgangspunt is dat iedere maat bevoegd is tot het verrichten van beheersdaden. Beheersdaden behoren tot de normale gang van zaken binnen de onderneming. Van deze wettelijke regeling kan door middel van een afspraak worden afgeweken. Beschikkingsdaden zijn alle feitelijke en rechtshandelingen die niet behoren tot de normale maatschapactiviteiten. Oftewel handelingen die geen beheersdaden zijn

Page 2: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

Niet iedere maat is voor de gehele schuld aansprakelijk, maar voor een evenredig deel. Aansprakelijkheid voor maten bij een maatschap ontstaat niet alleen uit een overeenkomst. Als een onrechtmatige daad in het maatschappelijk verkeer is te beschouwen als een daad van de maatschap, dan zijn de maten voor de schade die hieruit voortvloeit aansprakelijk.

De maatschapovereenkomst kan door de volgende oorzaken eindigen:- Het verstrijken van de tijd waarvoor de maatschap is overeengekomen- Het bereiken van het doel of de onmogelijkheid om het doel te bereiken- Opzegging van één maat- Overlijden, curatele of faillissement van één maat (het faillissement van de maat privé)- Ontbinding door de rechter wegens gewichtige redenen (wanprestaties, onenigheid)

Als de opzegging van één maat leidt tot het beëindigen van de maatschap kan voor een voortzettingbeding worden gekozen. Dat is een afspraak van de maten, waarbij geldt dat de betrokken maat niet meer tot de maatschap behoort en de overige maten de maatschap voortzetten.

Een vennootschap onder firma (vof) is een samenwerkingsovereenkomst die vaak wordt gebruikt door personen die als zelfstandig ondernemer een bedrijf uitoefenen. De vof bestaat uit minimaal twee personen, deze personen worden vennoten genoemd. De vof is, net zoals de maatschap, geen rechtspersoon. Om te bewijzen dat de vof bestaat is een vennootschapsakte (onderhandse – zelf, authentieke – notaris) nodig. Na oprichting moeten de vennoten de vof inschrijven in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel. De inbreng bij oprichting en de winst- en verliesverdeling zijn bij de maatschap en de vof hetzelfde.

De verdeling van taken en bevoegdheden is bij de vof wel anders geregeld. Elke vennoot is binnen het doel van de vof vertegenwoordigingsbevoegd. Vennoten bij een vof kunnen van deze wettelijke regeling afwijken door middel van een eigen regeling. Deze kan inhouden dat één (of meerdere) vennoten niet bevoegd is, beperkt bevoegd is of niet zelfstandig bevoegd is tot vertegenwoordiging. Deze afwijkende regeling is pas geldig als die is ingeschreven in het handelsregister.

Als vaststaat dat de vof gebonden is aan de overeenkomst, dan zijn alle vennoten volledig aansprakelijk voor de schuld die voortvloeit uit deze overeenkomst. Bij een vof is er een afgescheiden vermogen. Dit betekent voor de crediteuren dat zij hun vorderingen rechtstreeks op het juridisch zelfstandige vermogen van de vennootschap kunnen verhalen. De crediteuren kunnen zich verhalen op het vermogen van de vof en daarna op de privévermogens van de vennoten.

In geval van ontbinding van de vof, bijvoorbeeld na faillissement, brengt het bestaan van een afgescheiden vennootschapsvermogen met zich mee, dat dit vermogen pas over de vennoten mag worden verdeeld als alle crediteuren van de vennootschap zijn betaald. Wat geldt bij de maatschap over ontbinding geldt ook voor de vof.

Hoofdstuk 17.4 tm 17.7Ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid worden ook wel commerciële rechtspersonen genoemd. Er zijn er drie: de naamloze vennootschap, de besloten vennootschap en de coöperatieve vereniging.

Page 3: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

De voordelen van een onderneming met rechtspersoonlijkheid is dat een ondernemer met zijn privévermogen weinig risico loopt. In het algemeen is het voor een rechtspersoon makkelijker om aan kapitaal te komen, namelijk via aandeelhouders. Commerciële rechtspersonen vallen onder de vennootschapsbelasting, het tarief van deze belasting is aanzienlijk voordeliger. Voor de sociale zekerheid vallen deze ondernemingen onder de werknemersverzekeringen.

De oprichting van een commerciële rechtspersoon gebeurt bij noteriële akte, waarin de statuten van de rechtspersoon zijn opgenomen. De statuten bevatten informatie over de naam, de zetel van de onderneming, het doel en de wijze van benoeming van bestuur.

Verschillen tussen nv en bvNv BvAandelen op naam en/of toonder Alleen aandelen op naamMogelijkheid tot blokkeringsregeling Blokkeringsregeling verplichtInhoud blokkeringsregeling vrij Blokkeringsregeling moet bestaan uit

aanbiedings- en/of goedkeuringsverplichtingMaatschappelijk, geplaatst en gestort kapitaal minimaal 45.000 euro

Geen minimumkapitaal

Overdracht aandelen vrij Overdracht aandelen afhankelijk van statutenBeursnotering mogelijk Beursnotering niet mogelijk

Personenvennootschappen zijn ondernemingsvormen waarin twee of meer personen samenwerking in de uitoefening van een beroep of bedrijf. Basis voor de personenvennootschap is de oprichtingsovereenkomst waarin de vennoten afspraken maken over hun rechten en plichten. Treden de vennoten onder één naam en als één bedrijf op, dan is er sprake van een openbare personenvennootschap. Is de samenwerking alleen intern gericht, dan spreken we van een stille personenvennootschap.

Typerend voor een commanditaire vennootschap is dat er twee soorten vennoten zijn. De stille vennoten hebben geld gestoken in de onderneming maar treden naar buiten toe niet op namens het bedrijf. De actieve vennoten besturen de vennootschap en zijn aansprakelijk voor de schulden.

Hoofdstuk 11Typerend voor het privaatrecht is het onderscheid tussen dwingend en regelend recht. Het grootste deel is regelend recht, dit wil zeggen dat het partijen vrijstaat andere afwijkende afspraken te maken. Sommige bepalingen zijn dwingend recht, dit betekent dat de betrokken partijen eraan gebonden zijn. Maken ze afwijkende afspraken dan zijn deze nietig/ongeldig.

Alle feiten en gebeurtenissen die voor het recht van belang zijn, worden rechtsfeiten genoemd. Deze rechtsfeiten zijn zeer verschillend.

Blote rechtsfeiten en menselijke handelingen: blote rechtsfeiten zijn rechtsfeiten waarop de mens geen

Rechtsfeiten: feiten met een

rechtsgevolg

Menselijke handelingen

Rechtshandelingen

Eenzijdig

Meerzijdig

Feitelijke handelingen

Onrechtmatige daad

Wanprestatie

Rechtmatige daad

Blote rechtsfeiten

Page 4: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

rechtstreekse invloed heeft, zoals dood en weersomstandigheden. Alle andere rechtsfeiten bestaan uit menselijke handelingen.

Feitelijke handelingen en rechtshandelingen: de menselijke handelingen kunnen worden verdeeld in feitelijke handelingen en rechtshandelingen. Als iemand een rechtshandeling verricht, heeft hij de bedoeling rechten en plichten te scheppen (bijv. het sluiten van een koopovereenkomst). Er zijn twee vereisten voor een rechtshandeling: er moet sprake zijn van een op een rechtsgevolg gerichte wil, die zich door verklaring openbaart.

Eenzijdige en meerzijdige rechtshandelingen: rechtshandelingen waarvoor de instemming van een wederpartij is vereist noemen we meerzijdige rechtshandelingen. Alle overeenkomsten zijn meerzijdige rechtshandelingen. Rechtshandelingen die in het leven geroepen worden door één persoon zijn eenzijdige rechtshandelingen.

Het burgerlijk recht bestaat uit drie onderdelen: het personen- en familierecht, het rechtspersonenrecht en het vermogensrecht.

In het personen- en familierecht worden vooral familierelaties in en buiten het gezin beschreven, zoals het gezag over minderjarigen.

Het rechtspersonenrecht beschrijft de organisatie- en ondernemingsvormen die een eigen leven leiden in het recht. Typerend voor een rechtspersoon is dat zijn vermogen losstaat van de privévermogens van de oprichters of bestuurders van de rechtspersoon.

In het vermogensrecht worden alle rechten beschreven waaruit een vermogen van een persoon kan zijn opgebouwd. De vermogensrechten zijn te verdelen in absolute en relatieve rechten. De absolute rechten op goederen beschrijven de zeggenschap die een persoon heeft over een bepaald goed. Relatieve rechten beschrijven de rechtsverhoudingen tussen personen, ook wel verbintenissen genoemd.Een specifiek onderdeel van het vermogensrecht is het erfrecht. Daarin wordt beschreven wat er gebeurt met het vermogen van een overledene.

Een verbintenis is een rechtsverhouding tussen twee personen, met als onderwerp een prestatie. Verbintenissen hebben een aantal gemeenschappelijke kenmerken:

- Werking alleen tussen partijen: verbintenissen gelden uitsluitend tussen de betrokken partijen. Zo bindt de arbeidsovereenkomst uitsluitend de werkgever en de werknemer.

- Geen recht op een goed: verbintenissen beschrijven rechtsverhoudingen tussen mensen en scheppen geen rechtstreekse rechten op goederen.

- Open systeem: binnen de grenzen van de wet zijn partijen vrij om overeenkomsten met elkaar te sluiten.

Handelingsbekwaamheid: de mogelijkheid die in beginsel iedere persoon heeft om onaantastbare rechtshandelingen te verrichten. Onaantastbaar wil zeggen dat een ander de rechtshandeling achteraf niet kan vernietigen.

De grootste groep handelingsonbekwamen zijn minderjarigen. Maar ook een handelingsonbekwame kan geldige rechtshandelingen tot stand brengen. De wettelijke vertegenwoordiger (ouder) van de handelingsonbekwame kan deze rechtshandelingen echter vernietigen.

Er gelden twee uitzonderingen op de regel dat een minderjarige handelingsonbekwaam is. Een minderjarige is namelijk wel handelingsbekwaam als hij met toestemming van zijn wettelijk

Page 5: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

Tekortkoming in de nakoming

Voor rekening van de schuldenaar:wanprestatie

Aan zijn schuld te wijten(schuldaansprakelijkheid)

Voor zijn risico krachtens: De wet (voor personen en

zaken) Een rechtshandeling Verkeersopvatting

(risicoaansprakelijkheid)

Voor rekening van de schuldeiser:overmacht

vertegenwoordiger handelt. De tweede uitzondering is dat hoe ouder de minderjarige wordt hij voor meer rechtshandelingen handelingsbekwaam is.

Ook meerderjarigen die door de rechtbank onder curatele zijn gesteld zijn handelingsonbekwaam. Bijvoorbeeld vanwege een geestelijke stoornis, verkwisting of overmatig drankgebruik. Het belangrijkste gevolg van de ondercuratelestelling is dat de curandus handelingsonbekwaam wordt.

Hoofdstuk 12.1 tm 12.4 + 12.8Kenmerkend voor een overeenkomst is dat zij één of meerdere verbintenissen schept. Men spreekt ook wel van een obligatoire (verbintennisscheppende) overeenkomst. Een overeenkomst komt tot stand door de aanvaarding van een aanbod. Een aanbod kan worden gezien als een voorstel tot het sluiten van een overeenkomst, een aanbod mag niet te vaag zijn.

Een aanbod kan worden herroepen, tenzij het aanbod een duidelijke termijn bevat. Bevat het aanbod geen termijn dan is herroepen mogelijk. Het aanbod mag herroepen worden tot het moment van aanvaarding of van de verzending van de aanvaarding. De uitzondering is dan als de aanbieder duidelijk heeft gemaakt dat hij een vrijblijvend aanbod doet, mag hij zijn aanbod ook nog onmiddelijk na de aanvaarding herroepen.

Een mondeling aanbod vervalt als het niet onmiddelijk wordt aanvaard. Een schriftelijk aanbod vervalt na een redelijke termijn.

Als een aanbieder zich in het aanbod vergist is er een breuk tussen wil en verklaring. Bij een vergissing in het aanbod komt er geen rechtshandeling tot stand, omdat wil en verklaring niet bij elkaar aansluiten. Een wederpartij die er in redelijkheid van uit mag gaan dat het aanbod de werkelijke wil van de aanbieder weergeeft, kan hem aan zijn aanbod houden, ook al heeft de aanbieder zich vergist.

Er kan ook iets misgaan bij de manier waarop de wil tot stand komt, als wil en verklaring wel bij elkaar aansluiten. Een rechtshandeling die is verricht onder invloed van een geestelijke stoornis kan in sommige gevallen worden vernietigd. Bij wilsgebreken gaat het ook om een ondeugdelijk gevormde wil, maar nu komt de oorzaak van buiten. Er zijn vier wilsgebreken: bedreiging, bedrog, misbruik van omstandigheden en dwaling (iemand sluit onder invloed van een onjuiste voorstelling van zaken een overeenkomst). Bij bedrog wordt iemand opzettelijk op het verkeerde been gezet. Bij dwaling is er ook een onjuiste voorstelling van zaken maar er hoeft niet bewezen te worden dat de wederpartij deze dwaling opzettelijk heeft veroorzaakt.

Niet-nakomen van een overeenkomst kan bestaan uit niet presteren, niet op tijd presteren of ondeugdelijk presteren.

De partij die de verbintenis moet nakomen wordt de schuldenaar genoemd, de partij die recht heeft op nakoming heet de schuldeiser. Het niet-nakomen wordt ook wel aangeduid met een tekortkoming in de nakoming.

Voor het recht op schadevergoeding is het onderscheid tussen overmacht en

Page 6: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

wanprestatie van belang. Als het niet-nakomen van de overeenkomst voor rekening van de betrokken partij komt, spreken we van wanprestatie. Als de tekortkoming niet voor rekening van de schuldenaar komt, spreken we van overmacht. De schuldeiser kan alleen bij wanprestatie een schadevergoeding eisen.

Als de prestatie niet blijvend onmogelijk is, geldt als tweede voorwaarde voor schadevergoeding dat de schuldenaar eerst in verzuim moet zijn. In de meeste gevallen ontstaat dit verzuim pas na een ingebrekestelling. Dit is een brief van de schuldeiser waarin hij de tekortkoming vaststelt en de schuldenaar zo mogelijk nog een redelijke termijn geeft om aslnog aan de overeenkomst te voldoen. Als deze termijn is verstreken zonder prestatie is de schuldenaar in verzuim.

Als derde en laatste voorwaarde voor schadevergoeding geldt dat de schuldeiser door de tekortkoming schade heeft geleden in zijn vermogen. Bij vervangende schadevergoeding komt de schadevergoeding voor de eerder afgesproken prestatie in de plaats. Aanvullende schadevergoeding vergoedt de schade die is ontstaan door vertraging in de nakoming.

Bij een tekortkoming in de nakoming kan de schuldeiser de overeenkomst ontbinden. Alle verplichtingen uit de overeenkomst komen dan te vervallen. Ontbinding is alleen mogelijk als de tekortkoming de ontbinding rechtvaardigt, ze moeten in verhouding staan.

Hoofdstuk 14 (samenvatting doorlezen)Goederenrecht.Vijf kenmerken van absolute rechten:

1. Absolute rechten geven zeggenschap over een goed2. Absolute rechten hebben zaaksgevolg. Deze rechten blijven op het goed rusten, ook als het

goed in andere handen komt. 3. Oudere rechten voor jongere rechten. 4. Absolute rechten vormen een gesloten systeem.5. Absolute rechten vallen buiten een faillissement.

Er is een onderscheid tussen roerende en onroerende zaken. Artikel 3:3 BW geeft aan welke zaken onroerend zijn. Roerend zijn alle zaken die niet onroerend zijn.

Er zijn ook hoofdzaken en bestanddelen. Hoofdzaken leiden een zelfstandig leven in het recht, een bestanddeel maakt onderdeel uit van een hoofdzaak en vormt daarmee één geheel.

Tussen registergoederen en niet-registergoederen wordt ook onderscheid gemaakt. Registergoederen (gebouwen en grond) worden pas gevestigd of overgedragen als deze vestiging of overdracht is ingeschreven in een openbaar register.

Procedure van overdracht van een registergoed:- Koopovereenkomst- Opmaken van transportakte door de notaris- Eigendomsoverdracht door inschrijving transportakte

Het recht van eigendom is het meest volledige recht dat een persoon op een zaak kan hebben. De eignaar is beschikkingsbevoegd. Geen eigenaar als er sprake is van diefstal. Als er iets misgegaan is bij de vorige eigendomsoverdracht bijvoorbeeld de overeenkomst is vernietigd. Of je hebt de zaak van een beschikkingsonbevoegde gekregen.

Page 7: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

Artikelen maatschapDefinitie: (art. 7A:1655 BW)

Verdeling winst en verlies: (art. 7A:1670 BW) (art. 7A:1671 BW)Als je niets afspreekt, evenredig naar inbreng.

Beheersbevoegdheid: (art. 7A: 1676 lid 1)Ieder der maten afzonderlijk bevoegd, maat kan andere maten binden.

Beschikkingsbevoegdheid: (art. 7A:1679 BW en 7A:1681 BW)– alle maten gezamenlijk; 1 maat kan de ander niet binden– Wel binding bij:

• Volmacht (anderen geven vooraf toestemming)• Bekrachtiging (anderen zeggen achteraf dat het goed is)• Bij voordeel voor de maatschap

– De maat die de maatschap onbevoegd vertegenwoordigt, bindt niet de vennootschap, maar wel zichzelf (7A:1681 BW)

Externe aansprakelijkheid (schuldeisers): • geen afgescheiden vermogen• geen hoofdelijke aansprakelijkheid (art. 7A:1679)• aansprakelijkheid voor gelijke delen (art. 7A:1680); dus ook indien winst/verliesdeling intern

anders is geregeld

Artikelen vofDefinitie: (art. 16 WvK)

Verdeling winst en verlies: (art. 7A:1670 BW) als je niets afspreekt, evenredig naar inbrengAfwijken mag, maar beperkingen van art. 7A:1671 en art. 7A:1672 BW

Bevoegdheid: (art. 17, eerste lid, WvK)ieder der vennoten bevoegd tot beheer en beschikken.

• Tenzij (artikel 17, tweede lid, WvK): – buiten doel vennootschap of,– afgesproken bevoegheidsbeperking

• artikel 29 WvK: beperkingen tweede lid gelden alleen naar derden indien ingeschreven in

Handelsregister

Externe aansprakelijkheid: (art. 18 WvK)vennoten zijn hoofdelijk aansprakelijk (d.w.z.: ieder afzonderlijk kan voor 100% worden aangesproken)

Page 8: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

Artikelen rechtspersonenDefinitie: (artikel 2:175, eerste lid BW)

• Rechtspersoon • In overdraagbare aandelen verdeeld kapitaal• Aandelen op naam • Aandeelhouder niet persoonlijk aansprakelijk

Privaatrechtelijke rechtspersonen: (art. 2:3 BW)- besloten vennootschap- naamloze vennootschap

Statuten moeten bevatten: (art. 2:177 BW):– De naam, de zetel en het doel van de vennootschap (art. 2:177 BW)– Het nominale bedrag van de aandelen (art. 2:178 BW)

Bevoegdheidsverdeling BV: Aandeelhoudersvergadering

– Hoofdregel: 2:217 BW– Daarnaast specifieke bevoegdheidsregels

Bestuur– Hoofdregel 2:239 BW– Daarnaast specifieke bevoegdheidsregels

• Artikel 2:240 lid 3 BW: beperking bevoegdheid vertegenwoordiging kan slechts worden ingeroepen door vennootschap

Artikelen rechtshandelingRechtshandeling: (art. 3:32 BW)

• Hoofdregel (lid 1): ieder natuurlijk persoon is handelingsbekwaam • Uitzondering (lid 2): een rechtshandeling van een onbekwame is vernietigbaar

• Wie is handelingsonbekwaam?• Minderjarigen: (art. 1:234) en (art. 1:235 BW)

Onder curatele gestelden: ( art 1:378 BW)

Page 9: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

Rechten van de crediteur bij

Toerekenbare niet-nakoming

Nakoming nog mogelijk

Ingebrekestelling(art. 6:82 en 83 BW)

Verzuim(art. 6:81 BW)

Recht op nakoming en aanvullende

schadevergoeding(art. 6:74 en 85 BW)

Recht op vervangende schadevergoeding door

omzetting(art. 6:87 BW)

Nakoming blijvend onmogelijk

(art. 6:74 lid 2 BW)

Recht op schadevergoeding

Artikelen overeenkomst• Art. 6:213 BW:

– Meerzijdige rechtshandeling – Art. 6:217 BW:– Door aanbod en aanvaarding – Zowel het aanbod is een rechtshandeling

• Als de aanvaarding

Wil en verklaring: • Een rechtshandeling vereist een wil die zich door een verklaring heeft geopenbaard.• Er kan een aantal dingen misgaan:

• Je verklaart iets anders dan wat je wilt:• Misverstand, verschrijving (art. 3:35 BW)• Geestelijke stoornis (art. 3:34 BW en art. 3:35 BW)

• Je verklaring komt ‘gebrekkig’ tot stand• Misbruik van omstandigheden, bedreiging, bedrog (art. 3:44 BW)• Dwaling (art. 6:228 BW)

Artikelen niet-nakoming Schadevergoeding niet-nakoming: (art. 6:74 lid 1 BW)

- Tekortkoming in nakoming - Toerekenbaarheid (6:75 BW t/m 6:77 BW)- Schade - Causaal verband

• In gebrekestelling - Art. 6:82 lid 1 BW• Verzuim:- Art. 6:81 BW

Artikelen eigendomBevoegdheden eigenaar: (artikel 5:1 lid 2 BW)Gebruiksrecht: * genotsrecht

* beschikkingsrecht

Verkrijging van goederen:Onder algemene titel:

- Hele vermogen (inclusief schulden) gaat ineens over- Erfopvolging, juridische fusie & splitsing, boedelmenging

Onder bijzondere titel:- Vermogensbestanddeel gaat over- Art. 3:84 BW

Overdracht van een goed: (art. 3:84 BW)Eisen:

- Geldige titel- Beschikkingsbevoegdheid- Levering (/vestiging)

Page 10: evaoosterwaal.weebly.com · Web viewRechtspersonen- en overeenkomstenrecht blok 2 Hoofdstuk 17.1 en 17.8 Er zijn twee soorten rechtspersonen: publiekrechtelijke rechtspersonen en

Artikelen levering Levering roerende zaken:

- door bezitsverschaffing (art. 3:90 BW), of- bezitsverschaffing door de verkrijger feitelijk in staat te stellen macht uit te oefenen (3:114

BW)- Bezitsverschaffing zonder feitelijke overdracht: art. 3:115 BW

sub a: eigenaar wordt houdersub b: houder wordt eigenaarsub c: houder gaat voor een andere eigenaar houden

Bescherming tegen beschikkingsonbevoegdheidArt. 3:86 lid 1 BW

- feitelijke overgave- tegenprestatie- goede trouw

Art. 3:86 lid 3 BW: 2 uitzonderingen1. Bescherming particuliere consument bij winkel2. Order- of toonderpapieren