SCHOOLVEILIGHEIDSPLANapril 2018

Integraal kindcentrum LoedoesHulsestraat 16135 JK Sittard046-4009266info@loedoes.nl

1

LOEDOES

Inhoudsopgave

01 Inleiding 302 Onderzoek 303 Visie schoolveiligheidsplan Loedoes 3 04 Doelstelling beleidsplan 405 Preventief beleid 406 Curatief beleid 407 Registratie 5

07.1 Ongevallenregistratie 507.2 Incidentenregistratie 607.3 Verzuimregistratie 607.4 Registratie allergie en medicijngebruik 6

08 Gedragsregels 709 Afspraken 7

09.1 Gedragskader 7 09.2 Preventie en pestaanpak 909.3 Afspraak lichamelijk geweld 1009.4 Afspraak Seksuele intimidatie 1009.5 Afspraak Racisme/ discriminatie 1009.6 Protocol klachtenregeling 1009.7 Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 1009.8Protocol calamiteiten 1209.9 Protocol ontruiming 1209.10 Protocol ICT gebruik 13

10 Europese wet AVG 15Bijlage 1 16 Bijlage 2 17

2

01 Inleiding

Het beleid met betrekking tot agressie, geweld en seksuele intimidatie en sociale veiligheid maakt onderdeel uit van het Arbo- en personeelsbeleid. Onder agressie en geweld wordt in de wetsbepaling verstaan: voorvallen waarbij een werknemer psychisch of fysiek wordt lastig gevallen, bedreigd of aangevallen wordt onder omstandigheden die rechtstreeks verband houden met het verrichten van arbeid. Deze wetsbepaling heeft betrekking op werknemers en personen zoals stagiaires, ouders en leerlingen. De wetsbepaling betreft het schoolgebouw en de onmiddellijke omgeving van de school zoals het schoolplein. Het beleidsplan ‘Agressie, geweld en seksuele intimidatie’ van Loedoes is een nadere uitwerking van het arbobeleidsplan en stelt zich ten doel alle vormen van agressie, geweld en seksuele intimidatie binnen of in de directe omgeving van de school te voorkomen en daar waar zich incidenten voordoen adequate maatregelen te treffen om verdere escalatie te voorkomen.

Het beleidsplan richt zich met name op hoe we preventief een veilige sociale omgeving creëren én op alle vormen van agressie, geweld en seksuele intimidatie die binnen of in de directe omgeving van de school zouden kunnen plaatsvinden. Agressie en geweld kunnen zich manifesteren in verschillende vormen:

fysiek geweld psychisch geweld verbaal geweld seksuele intimidatie discriminatie vernielingen

02 Onderzoek

Op Loedoes vinden wij het belangrijk dat we eigen metingen en bevindingen registreren op het gebeid van veiligheid. Daarom vinden op cyclische basis metingen plaats onder

Leerlingen: welbevindingslijsten, groepen 1/2 Kijk en de kwaliteitsmeter en de RI en RIE (1x per 4 jaar), KIVA vragenlijst (gr. 4-8)

Ouders: oudergesprekken (minimaal 3 x per schooljaar) en de Kwaliteitsmeter en Ouderenquête ouders oud-leerlingen (1x per 4 jaar)

Personeel: gesprekkencyclus (1x per jaar), RI en RIEDe bevindingen van deze metingen vormen de basis voor onze beleidsevaluaties en de bijstelling van bestaand beleid.

03 Visie schoolveiligheidsplan de Loedoes

Zorgdragen voor een veilige omgeving is voor Kindcentrum Loedoes een onderdeel van het schoolbeleid. Veiligheid wordt gekenschetst als het totaal pedagogisch klimaat in en rond de school. De school streeft ernaar een omgeving te creëren waarin leerlingen, medewerkers en ouders zich veilig voelen en in alle harmonie samenwerken. Dit wordt vertaald in betrokkenheid in een omgeving waar iedereen binnen de gestelde normen zichzelf durft en kan zijn. Een gemeenschap zoals omschreven voor onze school is de basis en het fundament voor sociaal emotionele en cognitieve ontwikkeling. Veiligheid is verbonden aan het sterk pedagogisch klimaat van de school en hiermee wordt geïnvesteerd in de betrokkenheid en het stimuleren van de ontwikkeling van de leerlingen.

3

04 Doelstelling beleidsplan

Kindcentrum Loedoes streeft ernaar een veilige leer- en werkomgeving, kortom een veilige school te zijn. Het beleid dat hiertoe gevoerd wordt is een ontwikkeling die gestoeld is op het besef dat versterking van dit beleid ten goede komt aan de ontwikkeling en het welbevinden van alle leerlingen en het welbevinden van het personeel.Iedereen die werkzaamheden verricht voor Loedoes dan wel onderwijs volgt ofanderszins deel uitmaakt van de gemeenschap wordt geacht zich te onthouden van elkevorm van ongewenst gedrag.Loedoes neemt preventieve en curatieve maatregelen om gewenst gedrag te stimuleren en ongewenst gedrag te voorkomen en te bestrijden. Onder ongewenst gedrag wordt verstaan elke vorm van (seksuele) intimidatie, racisme, discriminatie, (verbale) agressie en geweld. Dit kan in meer of mindere mate zijn. Het beleidsplan en de afspraken hierover zijn altijd ter inzage voor ouders. Door de leerkrachten worden de gedragsregels met de leerlingen regelmatig besproken via omgangsregels (die samen met de leerlingen bij de start van ieder schooljaar opgesteld worden) en via de aanpak van Ik-Jij-Wij. Daarnaast werken wij kindcentrum breed met het anti pest programma KIVA, waarin sociale veiligheid voor iedereen in het kindcentrum uitgangspunt is.Aan iedere leerling wordt de zorg en aandacht geboden die nodig is om zich zo optimaal mogelijk te kunnen ontwikkelen. Deze doelstellingen worden gerealiseerd door het pro-actief uitdragen van het streven naar een veilige leer-en werkomgeving binnen onze school, onder andere door passende activiteiten uit te voeren. Deze activiteiten zijngebaseerd op de volgende onderdelen:• preventief beleid, ter voorkoming van incidenten• curatief beleid, ter voorkoming van verder escalatie bij incidenten• registratie en evaluatie

05 Preventief beleid

Kindcentrum Loedoes neemt maatregelen om een gevoel van onveiligheid te voorkomen. Hiertoe worden de volgende activiteiten ondernomen:

Gevoelens van veiligheid worden regelmatig geïnventariseerd bij personeel, leerlingen en ouders d.m.v. gesprekkencyclus, RI en RIE, welbevindingslijsten, KIJK, KiVa, ouderenquêtes en oudergesprekken.

Er zijn schoolregels opgesteld en deze worden door alle personeelsleden consequent gehandhaafd

Er is een incidentenregistratie binnen het administratiesysteem Esis Personeel, leerlingen en ouders worden geïnformeerd over geldende

gedragsregels. Deze regels worden kenbaar gemaakt via de schoolgids, de daaraan gekoppelde kalender, het schoolplan en tijdens de informatieavonden op thema en aan het begin van ieder schooljaar. Daarnaast wordt agressie, geweld en seksuele intimidatie in voorkomende gevallen aan de orde gesteld (indien nodig):

Tijdens individuele gesprekken met ouder / medewerkers (gesprekkencyclus) Tijdens teamvergaderingen Tijdens het managementteamoverleg Tijdens directeurenberaad In overleggen met en van de medezeggenschapsraad Afnemen van de risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E)en plan van aanpak

4

06 Curatief beleid

Om adequaat te kunnen handelen naar aanleiding van incidenten en om escalatie te voorkomen wordt iedereen die betrokken of geconfronteerd is met agressie en geweld,door de school afdoende hulp en begeleiding geboden. Loedoes heeft hiervoor de volgende maatregelen doorgevoerd:

Er is een protocol voor opvang bij ernstige incidenten Er is een protocol voor melding van, (dreigen met) agressie en/of geweld (verbaal

en fysiek) of seksuele intimidatie opgesteld Er is een schorsings- en verwijderingsprocedure. Deze zijn conform beleid van

Stichting Kindante. Zie bijlage 1. Schorsing van personeel vindt plaats conform het geldende RPBO Voor ernstige incidenten zijn er interne en externe vertrouwenspersonen aanwezig Er kan hulp worden ingeroepen van externe hulpverleners De vertrouwenspersonen volgen cursussen om zich te specialiseren in hun taak

Als een incident leidt tot ziekteverzuim, wordt gehandeld conform het algemeen geldende ziekteverzuimbeleid van de Stichting Kindante. Indien een incident niet leidt tot verzuim is er aandacht voor slachtoffer en agressor evenzeer gewenst.

07 Registratie

Om te kunnen sturen, evalueren en haar beleid bij te kunnen stellen draagt onze school zorg voor een nauwkeurige registratie en administratie van incidenten inzake agressie, geweld, intimidatie, ongevallen, afwezigheid, allergieën en medicijngebruik. Loedoes maakt hiertoe gebruik van het registratiesysteem binnen Esis.Minimaal eenmaal per schooljaar wordt een overzicht van het aantal en type registraties gemaakt. Dit overzicht bevat algemene gegevens, (geen individuele, inhoudelijke of privacygevoelige gegevens) die binnen het management worden besproken, hetgeen moet leiden tot

Verbetervoorstellen met betrekking tot het beleid Jaarlijkse evaluatie op teamniveau en managementniveau, en met de

Medezeggenschapsraad voor zover relevant. Verbeteracties die voortkomen uit de evaluatie worden opgenomen in het plan

van aanpak van de Risico Inventarisatie en Evaluatie en via dit plan van aanpak wordt ook de voortgang in de uitvoering bewaakt.

Personeel, leerlingen en ouders die incidenten willen melden, kunnen daarvoor terecht bij de interne contactpersonen. De anonimiteit is hierbij gewaarborgd.Zij werken hierbij volgens de richtlijnen van de klachtenregeling zoals die is vastgesteld door stichting Kindante.

Analyse en evaluatie van de registratie gebeurt 1 keer per jaar en wordt vastgelegd in het jaarverslag. Daarop volgend worden de verbeteracties in het jaarplan voor het volgende schooljaar vastgesteld en door team en MR ingestemd.

07.1 Ongevallenregistratie

Ongevallen worden geregistreerd indien zij bij leerlingen, medewerkers of andere bij de school betrokkenen leiden tot doktersbezoek, ziekenhuisopname en/of verzuim. Binnen Loedoes is de afspraak wanneer een kind gevallen en/of geraakt is op het hoofd, dat de ouders sowieso worden geïnformeerd. Ook wanneer het letsel ogenschijnlijk niet ernstig is.Op basis van de aard van het letsel dient de directie te beoordelen of er sprake is van een structureel risico hetgeen zou moeten leiden tot aanpassing van procedures of fysieke gebouwelijke omstandigheden.

5

07.2 Incidenten registratie

Incidenten worden geregistreerd indien zij bij leerlingen, medewerkers of andere bij de school betrokkenen leiden tot interventies vanuit het management op het gebied van confronterend, corrigerend of curatief niveau. De incidenten kunnen betrekking hebben op seksuele intimidatie, herhaaldelijk pestgedrag, fysiek, verbaal en psychisch geweld en agressie, discriminatie en vernielingen. De daaruit voortkomende interventies worden eveneens geregistreerd binnen Esis.

07.3 Verzuimregistratie

Op leerkrachtenniveau:Verzuim van leerkrachten wordt geregistreerd door de direct leidinggevende. Afhankelijk van het type verzuim wordt de voortgang van verzuim bewaakt in frequentie, aard en omvang en daar waar van toepassing gelden de procedures vanuit de Wet Poortwachter.(zie Verzuimprotocol Stichting Kindante)

Op leerlingenniveau:Dagelijks wordt de aanwezigheid van de leerlingen geregistreerd en daar waar nodig wordt de aard van het verzuim vastgelegd. Daarnaast wordt de verlofregeling voor leerlingen conform de regels van de leerplichtwet toegepast. De directie onderhoudt (preventief) contact met de leerplichtambtenaar met als doel het (ongeoorloofd) verzuim op Loedoes zo minimaal mogelijk te houden. Elke ochtend loopt de administratief medewerkster een rondje langs de klassen. Bij kinderen die niet aanwezig zijn en niet zijn afgemeld worden de ouders voor 9.00u gebeld om te checken of de kinderen thuis zijn. Er kan ook onderweg iets gebeurd zijn. Wanneer ouders niet weten waar het kind is, wordt er door iemand van de directie in overleg met de ouder een plan opgesteld om het kind zo snel als mogelijk is te gaan zoeken.

07.4 Registratie allergie en medicijngebruik

Bij het anamnese gesprek, gekoppeld aan de intake van een leerling, wordt gericht gevraagd naar in kaart gebrachte allergieën en structureel medicijngebruik, waarvan bekend is dat er bijwerkingen bestaan die rechtstreeks gevolgen hebben voor het functioneren van een kind op school. Voor de transparantie in verantwoordelijkheden is een “Toestemmingsformulier medicijngebruik” vastgesteld. Deze zijn wij als school verplicht door u te laten invullen én ondertekenen.Dit formulier geeft de leerkracht toestemming van de ouder het medicijn toe te dienen. Verder worden er een aantal afspraken vastgelegd om te voorkomen dat er iets mis kan gaan in de dosering van de medicatie.Ouders blijven eindverantwoordelijk voor het toedienen van de medicijnen.

Daarnaast worden op deze wijze gezondheidsrisico’s in kaart gebracht en kan bij activiteiten / traktaties op voor een kind geanticipeerd worden op die risico’s.In de groep is een noodkaart aanwezig.

Tijdens de algemene ouderavonden elk schooljaar en op initiatief van ouders kunnen de geregistreerde gegevens geactualiseerd worden. Vanaf schooljaar 2018-2019 kunnen ouders deze gegevens (net als adresgegevens) zelf up-to-date houden in het school-oudercommunicatiesysteem Isy.

08 Gedragsregels

6

Binnen Loedoes hanteren we vijf schoolregels met betrekking tot het omgaan met elkaar, materialen en de ruimte.

Raak een ander alleen als dit is afgesproken Niemand buitensluiten, iedereen mag meespelen Lief zijn voor elkaar, elkaar helpen Wees zuinig op de spullen van jezelf en een ander Luisteren naar elkaar.

Vanuit de verschillende methodieken die wij gebruiken voor de sociaal emotionele ontwikkeling (KIJK, Kleur, KiVa) komen de volgende doelstellingen aan bod:

De leerlingen leren met hun mogelijkheden en grenzen om te gaan: Ze hebben zelfvertrouwen; Ze kunnen gedragsimpulsen beheersen; Ze kunnen en durven voor zichzelf en anderen op te komen.

De leerlingen leveren een positieve bijdrage in de groep: Ze gaan respectvol met anderen om; Ze handelen naar algemeen geaccepteerde normen en waarden; Ze respecteren verschillen in levensbeschouwing en cultuur; Ze durven in de groep voor hun eigen standpunt uit te komen; Ze houden rekening met gevoelens en wensen van anderen; Ze durven in de groep steun te geven aan iemand met een afwijkend standpunt; Ze nemen verantwoordelijkheid voor te verrichten taken.

De leerlingen weten dat zijzelf en andere mensen sociale en affectieve behoeftenhebben:

Ze kunnen opkomen voor zichzelf; Ze kunnen rekening houden met anderen. Verder gelden er de volgende basisgedragsregels: Wij onthouden ons van elke vorm van verbale en fysieke agressie, geweld en/of

seksuele intimidatie Wij hebben respect voor elkaar Wij tolereren geen vuurwerkbezit Wij tolereren geen wapenbezit

De effecten van de naleving van de gedragsregels worden gemeten middels:1. KIJK leerkrachtendeel 2x per jaar (groep ½)2. KIVA leerlingendeel 1x per jaar (groep 3 tm 8)3. De Rie leerkrachtendeel 1x per 4 jaar4. De oudergesprekkencyclus 2x per jaar 5. Tevredenheidsonderzoek wat begeleid wordt door extern bureau 1x per 4 jaar

09 Afspraken

Op de speelplaats en in de school wordt iedere vorm van verbaal, fysiek en psychisch geweld/ agressie en seksuele intimidatie, door personeel, ouders/ verzorgers, leerlingen, vrijwilligers, stagiaires en overige medewerkers niet getolereerd. Hieronder wordt tevens verstaan: pesten, diefstal, vernieling, vuurwerkbezit en wapenbezit.Om te weten hoe een ieder in voorkomende gevallen dient te handelen, zijn een aantal afspraken vastgelegd, die in volgende hoofdstukken per thema beschreven zijn.

09.1 Gedragskader

Ieder kind moet zich op school thuis voelen. Onze school moet een veilige plek zijn. Wij willen er als school zijn onze leerlingen voor hun totale ontwikkeling en daarbij hoort zeker ook hun welbevinden.Wij willen een school zijn waar kinderen kunnen leren en leven, zoals ook in de naam van de stichting waaronder onze school resulteert benoemd staat. (Stichting Kindante, leren

7

leren, leren leven). Wij benaderen de kinderen vanuit een positieve levenshouding. Wij vinden het belangrijk dat kinderen algemeen geldende waarden en normen hanterenwaarbij zij respect hebben voor elkaar, voor elkaars eigendommen en elkaars leefomgeving.

UitgangspuntenEen school moet een omgeving zijn waar kinderen, leerkrachten en ouders zich prettig voelen. Het moet een veilige plaats zijn waar men zich thuis voelt. Het hanteren van normen en waarden is daarbij essentieel. Daartoe hebben we in samenspraak een gedragsprotocol opgesteld met als doel een goede sfeer te scheppen en te waarborgen. De goede sfeer is voorwaarde voor kinderen om zich te kunnen ontwikkelen, voor personeel om te kunnen functioneren en voor ouders om zich prettig te voelen.Basis voor het gedragsprotocol vormt het uitgangspunt; respect voor de ander en de omgeving.Dit komt tot uiting in:• Respect voor de mening van een ander• Respect voor het werk van de ander• Respect voor spullen van een ander• Respect voor een andere religie• Respect voor talenten van een ander• Respect voor de regels van school en van de groep

Dit is de basis voor iedereen op school om goed en prettig te kunnen functioneren.Wij gaan uit van wat maatschappelijk aanvaard wordt. Dit is de norm voor sociaal wenselijk gedrag.

Naleving van de afsprakenDeze gedragsregels worden door leerlingen, ouders en leden van ons team consequent nageleefd. Iedereen is zelf verantwoordelijk voor de correcte uitvoering ervan. Het is de zorg van ons allen om erop toe te zien dat iedereen zich volgens de afspraak gedraagt.Het niet naleven van de afspraak leidt tot gesprekken en mogelijk tot consequenties.

OmgangsregelsDe gedragsafspraken zijn voor de groepen vertaald in omgangsregels. Deze omgangsregels zijn daarmee een middel om het protocol vorm te geven.Alle omgangsregels zijn terug te voeren op het uitgangspunt “respectvol omgaan met elkaar”. Op Loedoes gelden voor alle betrokkenen de volgende omgangsregels:

Op school: Raak een ander alleen als dit is afgesproken Niemand buitensluiten, iedereen mag meespelen Lief zijn voor elkaar, elkaar helpen Wees zuinig op de spullen van jezelf en een ander Luisteren naar elkaar.

De afspraken in de groep zijn een verfijning van de regels uit het gedragskader.

Positieve benaderingHet gedragskader is erop gericht een sfeer te creëren waarin iedereen zich prettig voelt en normaal kan functioneren.De leerkrachten zullen dit onderstrepen en de kinderen positief benaderen. Een compliment werkt uiteindelijk het beste. Ook binnen de groep kunnen afspraken gemaakt worden over een vorm van beloning waar de kinderen en de leerkracht achter staan.Bij straffen hanteren we bepaalde consequenties. De consequenties worden zoveel mogelijk op maat gegeven en het doel ervan is dat de leerling ervan leert.09.2 Preventie en pestaanpak

8

Op Loedoes hanteren wij de methode KiVa.KiVa gelooft in de kracht van de groep. Pesten is een groepsproces. De pester heeft een belangrijke rol, maar alleen komt hij nergens. Er zijn naast de pesters en slachtoffers, ook meelopers, aanmoedigers, verdedigers en buitenstaanders. Pesten los je daarom op in de groep. Er worden geen leerlingen uit de groep gelicht, omdat er vanuit wordt gegaan dat iedereen in de groep een bepaalde rol heeft. KiVa geeft leerkrachten en onderwijs ondersteunend personeel kennis en vaardigheden om positieve groepsvorming te stimuleren. De sleutel voor het aanpakken van pesten ligt vaak bij omstanders die er niet direct bij betrokken zijn. 

KiVa gaat daarbij vooral uit van het voorkomen van pesten (preventie). Het preventieve gedeelte van KiVa bestaat uit onder meer tien thema’s met diverse lessen, een computerspel voor leerlingen, training voor leerkrachten en monitoring. Als pesten of andere groepsproblemen zich toch voordoen, is er een curatieve aanpak (groepsgesprekken, steungroepaanpak en/of herstelaanpak) met een duidelijk stappenplan om het op te lossen.

De tien thema’s zijn:1. Iedereen verdient respect2. In de groep3. Wat is communicatie4. Herken pesten5. Verborgen vormen van pesten6. Gevolgen van pesten7. Pesten en de groep8. De groep verzet zich tegen pesten9. Wat kan ik doen als ik word gepest10. KiVa- we doen het samen!

We bouwen als school aan een fijne groep. Daarbij draait het om een positieve groepsvorming en goed pedagogisch klimaat. We streven ernaar de groep vaardig en medeverantwoordelijk te maken voor het scheppen van een vriendschappelijk, veilig en ondersteunend leerklimaat. De leerkracht ondersteund en geeft feedback.

De tien KiVa regels worden hieronder beschreven.

1. We doen aardig tegen elkaar en behandelen anderen met respect.2. We maken er samen een fijne groep van.3. We praten met elkaar (en gebruiken hierbij IK-taal)4. We willen dat pesten stopt.5. We willen ook dat verborgen pesten stopt.6. We houden er rekening mee dat pesten heel lang pijn doet.7. We zeggen tegen pesters: stop ermee.8. We helpen gepeste kinderen.9. We lossen pesten als groep op.10. We blijven ons houden aan dit KiVa- contract.

Het is de bedoeling dat de vaardigheden die tijdens de lessen worden ontwikkeld ook buiten de lessen worden ingezet. Denk hierbij aan pauze momenten en alledaagse situaties. De leerkracht fungeert in feite als een spiegel voor de leerlingen door aanmoediging en stimulering.

Vertrouwenstussenpersoon - Vertrouwenspersoon - Klachtencommissie.

9

Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze kunnen worden afgehandeld. Het is wenselijk dat men een probleem eerst bespreekt met de leerkracht als dit onvoldoende oplossing heeft gegeven is een gesprek met de directie bij voorkeur de volgende stap.

Indien dat echter, gelet op de aard van de klacht, niet mogelijk is of indien de afhandeling niet naar tevreden heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op de klachtenregeling. Dit houdt in dat men de klacht in eerste instantie ter sprake kan brengen bij de interne vertrouwenspersoon van de school en als dit niet lukt bij de externe vertrouwenspersonen die door Kindante zijn aangesteld.

De klachtencommissie behandelt de klacht en adviseert het bevoegd gezag.

09.3 Afspraak Lichamelijk geweld

Binnen school wordt iedere vorm van lichamelijk geweld, zowel door volwassenen alsdoor kinderen zoveel mogelijk voorkomen.

Wanneer de veiligheid van leerling en/of volwassenen in het gedrang komt volgt het schorsings- en verwijderingsbeleid.

09.4 Afspraak Seksuele intimidatie

De afspraak heeft betrekking op de relatie en omgangsvormen op alle niveaus waarbij leerlingen, professionals en vrijwilligers betrokken zijn.

09.5 Afspraak Racisme / discriminatie

Onze schoolbevolking is multicultureel. Wij vinden het belangrijk dat de kinderen op de hoogte zijn van alle geloofsovertuigingen en culturele achtergronden. Dit wordt middels de methodiek Kleur aan de orde gebracht.

Wij gaan uit van verschillen, we gaan uit van de eigenheid van ieder kind.

09.6 Protocol klachtenregeling

Zie klachtenregeling Kindante. (map verwijsdocumenten)

09.7 Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

De meldcode is bedoeld als handreiking voor organisaties zoals o.a. basisscholen en andere beroepsbeoefenaren.In ons huidige stappenplan is er van uitgegaan dat de leerkracht(en) en de ouder regelmatig contact met elkaar hebben.De stappen die het onderwijzend personeel geacht worden te zetten gaan in op het proces vanaf het moment dat er signalen zijn.

10

Signaleren wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de professionele grondhouding van het onderwijzend personeel die binnen de organisatie werkzaam zijn. Op https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/huiselijk-geweld/meldcode

We zullen de stappen in de juiste volgorde weergeven:

Stap 1Het in kaart brengen van de signalen. De professional signaleert en legt het signaal vast in digitaal leerling dossier (Esis).

Stap 2De professional die gesignaleerd heeft, deelt de informatie met de Intern Begeleider van de school. Deze inventariseert en geeft aan welke vervolgstappen er gezet dienen te worden. Alle afspraken en gesprekken zullen worden vastgelegd. De Intern Begeleider kan beslissen om Veilig Thuis (het advies- en meldpunt Huiselijk geweld en kindermishandeling) te raadplegen.

Stap 3De Intern Begeleider of de leerkracht neemt contact op met de ouders indien dit in deze fase van het traject mogelijk is. Het communiceren met ouders kan niet overgeslagen worden maar deze stap kan in het belang van het kind op een ander tijdstip plaatsvinden in het belang van de veiligheid.Omdat openheid een belangrijke grondhouding is, wordt er binnen het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouders/verzorgers om de signalen te bespreken. Ook hier geldt weer dat de professional zorg draagt voor de verslaglegging Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen. In dat geval neem je de uitkomst van het gesprek op als toevoeging in het leerling-dossier (Esis)In het geval dat de zorg niet weggenomen wordt zijn de volgende stappen zoals in dit document beschreven noodzakelijk.

In het gesprek met de ouder/verzorger gaat het er om dat de professional;1 het doel van het gesprek uitlegt.2 De signalen, d.w.z. de feiten die hij/zij heeft vastgesteld en de waarnemingen

die hij/zij heeft gedaan, bespreekt.3 De ouder/verzorger wordt uitgenodigd om daarop te reageren binnen het

gesprek4 Pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van hetgeen hij/zij

heeft gezien of gehoord.

Stap 4De professional zal na stap 1 en 2 indien het vermoeden niet is weggenomen, contact leggen met Veilig Thuis. Dit is een verplichte stap voor professionals.(Vanaf 1-1-2019 is het afwegingskader verplicht). Professionals beoordelen of hulpverlening te organiseren en te bieden is.

Stap 5Als er bij het volgen van de stappen wordt besloten tot het doen van een melding, zal Veilig Thuis het overnemen. Dat is dan ook stap 5.Zij houden de melders op de hoogte van de uitkomsten van het onderzoek en van de acties die in gang worden gezet.Bij een melding moeten kind gegevens worden verstrekt, omdat er anders geen acties in gang kunnen worden gezet naar aanleiding van de melding. Dit kan niet anoniem. Ouders/verzorgers worden op de hoogte gesteld van de melding richting Veilig Thuis door de professional van school.

11

Bij de melding dient de melder zoveel mogelijk zijn signalen te melden, dit wil zeggen; feiten en gebeurtenissen die zijn waargenomen. Meldt de melder ook feiten en gebeurtenissen die anderen hebben gezien of gehoord, dan moet hij deze bron duidelijk in de melding vernoemen.

Wijziging stap 4 en 5 meldcode: afwegingskader voor meldenDe overheid heeft de minimumeisen waaraan de meldcode moet voldoen, aangepast. Vanaf 1 januari 2019 geldt ook de eis dat er een afwegingskader in stap 4 van de meldcode moet zijn. Hiermee kunnen professionals beoordelen of er sprake is van (een vermoeden van) ernstig huiselijk geweld of ernstige kindermishandeling. Tot 1 januari 2019 geldt voor professionals gewoon de bestaande meldcode.In stap 5 wordt een beslissing genomen. Blijkt uit de afweging aan de hand van het afwegingskader in stap 4 dat sprake is van (een vermoeden van) ernstig huiselijk geweld of ernstige kindermishandeling? Dan wordt van de professional verwacht dat hij dit in stap 5 meldt bij Veilig Thuis. Het doel hiervan is dat (vermoedens van) ernstig huiselijk geweld en ernstige kindermishandeling bij Veilig Thuis bekend zijn. En dat Veilig Thuis een veiligheidstoets kan uitvoeren.Door deze wijziging veranderen stappen 4 en 5 van de meldcode. Vanaf 1 januari 2019 stelt de hulpverlener zich dan 2 vragen:

Moet ik (het vermoeden van) ernstig huiselijk geweld of kindermishandeling melden?

Is het (ook) mogelijk hulp te bieden of te organiseren?

09.8 Protocol Calamiteiten.

Zie regeling Kindante.

09.9 Protocol Ontruiming

In het gebouw van Kindcentrum Loedoes kunnen zich situaties voordoen die hetnoodzakelijk maken dat leerlingen, ouders, leerkrachten en overige aanwezigen het gebouw zo snel mogelijk verlaten.

Deze situatie kan zich voordoen bij: brand wateroverlast stormschade bommelding gaslekkages in opdracht van bevoegd gezag of andere niet nader te noemen voorkomende situaties

Hiervoor is naast preventiemaatregelen een ontruimingsplan nodig dat voldoet aan de daarvoor wettelijke opgestelde kaders. Voorwaarde voor een goede ontruiming is daarnaast, dat de opzet van het plan bij alle medewerkers van de school bekend is. Door middel van instructie aan de vaste gebruikers van het gebouw en minimaal één jaarlijkse oefening wordt het ontruimingsplan aan de praktijk getoetst en zo nodig bijgesteld.

Toelichting

Leerkrachten en andere vaste medewerkers zijn op de hoogte van het ontruimingsplan en weten hoe te handelen bij een ontruimingsoproep.Leden van het directieteam en bedrijfshulpverleners zijn op de hoogte van hun taak bij een eventuele ontruiming.

12

Alle medewerkers, stagiaires, leerlingen en andere eventuele gebruikers van het gebouw volgen opdrachten en aanwijzingen van BHV-‘rs op.De directeur is verantwoordelijk voor de bedrijfshulpverleningsorganisatie in het gebouw, volgens de Arbowet artikel 15.Dit plan is opgesteld conform de NEN normen, Nederlandse Norm NTA 8112-2 (nl), vermeld in “Leidraad voor een ontruimingsplan – Deel 2: Onderwijsgebouwen” 2002.Zie ontruimingsplan Loedoes. (map ontruiming/arbo)

Preventiemedewerker Elke organisatie is verplicht minstens 1 preventiemedewerker te hebben. Loedoes heeft 2 preventiemedewerkers. Zij ondersteunen bij de dagelijkse veiligheid en gezondheid en arbeidsomstandigheden binnen. Deze medewerkers hebben dus kennis hebben van de risico’s binnen de organisatie. De arbocoördinator is tevens preventiemedewerkers.

09.10 Protocol ICT gebruik

ICT is uit de hedendaagse maatschappij, wereldwijd niet meer weg te denken. Sterker nog, het ontwikkelt zich vandaag de dag in een zo’n hoog tempo; dat wat vandaag als “nieuw” wordt ervaren, is morgen alweer “oud”. Dan hebben we het vooral over soorten hardware en toepassingen bijvoorbeeld smartphones en de rol van social media(zoals Twitter, Facebook etc.) en het internet.

In het kader van veiligheid wordt de nadruk gevestigd op mediawijsheid en de gedragscode ICT.Mediawijsheid moet kinderen o.a. leren om verantwoord om te gaan met social media. Kinderen worden vandaag de dag ook overstelpt met informatie vanuit alle andere media (reclame, t.v.-series, you-tube), waarbij het belangrijk is, de gegeven informatie op betrouwbaarheid en waarheden of onwaarheden te kunnen inschatten.

Mediawijsheid is een ruim begrip. Basaal mag je stellen, dat Mediawijsheid in ieder geval onder de aandacht gebracht moet worden van kinderen, hun ouders en leerkrachten. Waar hebben we het dan over ? Over het gebruik van Facebook, Snapchat, Instagram, Twitter en LinkedIn en over hoe we leven in een wereld vol beelden. Hoe ga jemet elkaar om op internet ? Hoe voorkom je pestgedrag op internet ? Met welk doel plaatst de pers een afbeelding in een krant en hoe wordt een soapserie opgenomen ? Wat is echt en wat is gemanipuleerd ? Wat wordt er in de reclamewereld allemaal gephotoshopt ? Het hoort bij de opvoeding van een kind in de 21ste eeuw !

Op Loedoes werken de leerlingen met behulp van de Snappets bij een paar vakken. Dit bevordert het gepersonaliseerd leren. Snappet ondersteunt een aantal methodes door alternatieve verwerkingssoftware. Snappet is een webbased platform die niet gekoppeldis aan de tablet, maar ook toegankelijk vanaf een computer. Dit betekent dat er een mogelijkheid is voor leerlingen om thuis in te loggen en te kunnen oefenen. Dit betreft echter alleen de methode verwerkingssoftware. De leerkracht bepaalt wat er wel of niet toegankelijk is.

13

Om dit alles op een goede manier aan te kunnen bieden, zijn er gedragsafspraken die bespreekbaar worden gemaakt met de leerlingen.

Afspraken met leerlingen:

- Spreek van tevoren met je leraar af wat je op internet wilt gaan doen. - Geef nooit persoonlijke informatie door op Internet, zoals namen, adressen en

telefoonnummers, zonder toestemming van de leerkracht. - Vertel het je leraar meteen als je informatie tegenkomt waardoor je je niet prettig

voelt of waarvan je weet dat dat niet hoort. Houd je je aan de afspraken, dan is het niet jouw schuld dat je zulke informatie tegenkomt.

- Leg nooit verdere contacten met iemand zonder toestemming van je leraar. - Verstuur bij e-mail berichten nooit foto's van jezelf of van anderen zonder

toestemming van je leraar . - Beantwoord nooit e-mail waarbij je je niet prettig voelt of waar dingen in staan

waarvan je weet dat dat niet hoort. Het is niet jouw schuld dat je zulke berichten krijgt. Verstuur ook zelf nooit e-mail waarin dingen staan die niet horen.

- Wanneer iemand zich niet aan deze regels houdt, wordt het e-mailadres geblokkeerd en wordt een internetverbod opgelegd.

- Het is verboden om software te downloaden of van huis mee te nemen en op het computernetwerk van school te installeren.

- De mobiele telefoon mag op school niet gebruikt worden; ook niet om audio of video opnames te maken van personen en/of situaties die zich binnen de groep voordoen, voor eigen gebruik of met als doelstelling deze met welk doel en via welk middel dan ook openbaar te maken.

Het is voor alle gebruikers niet toegestaan om op internet sites te bezoeken, die pornografisch, racistisch, discriminerend, beledigend, seksueel intimiderend of aanstootgevend materiaal bevatten; noch is het toegestaan dergelijk materiaal te downloaden.

Gebruikers mogen het e-mail systeem niet gebruiken voor het versturen van berichten of bijlagen met pornografische, racistische, discriminerende, beledigende, seksueel intimiderende of aanstootgevende inhoud. Het versturen van buitensporige grote mailberichten, groter dan 4 Mb. of het ontvangen of verzenden van elektronische kettingbrieven is verboden.

Het verdient geen aanbeveling, om e-mail en internetgebruik van gebruikers te controleren, als men ze nergens van verdenkt. De verdenking betreft dan het gebruik van verboden e-mail en internetgebruik zoals zonet genoemd. Het is eveneens niet aanbevelingswaardig systematisch, noch preventief, e-mail van personeelsleden ter controle te lezen of surfgedrag van personeelsleden te volgen; Alleen na het afspreken van deze regels met elkaar, kan een directie, als deze een gebruiker verdenkt van overtreding van een van die regels, overgaan tot gericht onderzoek naar e- mailverkeer van een gebruiker.

Een verdenking kan ontstaan, als een gebruiker plotseling veel meer mailt of op internet surft dan normaal. Zulke verdenkingen komen voort uit algemene anonieme gebruikersstatistieken, die de systeembeheerder / ICT-er kan genereren.

Gebruikers moeten wel weten, dat hun handel en wandel tijdens mailen en surfen systematisch kan worden gecheckt.

Het is verboden om software te downloaden of van huis mee te nemen en op het computernetwerk van school te installeren.

14

10. Europese wet AVGDit deel van de beleidsnotitie gaat over de consequenties van de Europese wet AVG.AVG = Algemene Verordening Gegevensbescherming die met ingang van 1 mei 2018 van kracht gaat.

In het kort de belangrijkste punten:- Medewerkers communiceren transparant naar ouders over welke gegevens van kinderen worden vastgelegd, met welk doel en hoe ze worden beveiligd.- Ouders zijn ‘eigenaar’ van de gegevens en mogen dus op elk moment inzage hebben. hebben in die gegevens en waar toegestaan die mogen wijzigen. Het gaat dan met nameover het leerlingdossier en n.a.w.-gegevens. - Ouders moeten ieder jaar opnieuw toestemming geven of de school foto – of filmmateriaal mag gebruiken waarop hun kind is afgebeeld.- Er zijn bewerkersovereenkomsten getekend met alle partijen die digitale gegevens bewaren en/of verwerken. Op hoofdlijnen zijn die getekend op bestuursniveau met b.v. alle grote uitgevers van educatieve software en andere partijen. - Alle medewerkers zijn zich bewust van privacygevoelige informatie, die voor de uitoefening van het beroep noodzaak zijn, maar die voor andermans ogen niet is bestemd. Privacy is een recht!- Op Loedoes zijn leerlingdossiers opgeborgen in een afgesloten kast. De dossiers worden niet langer bewaard dan de daarvoor wettelijke toegestane termijn.-Bij een eventuele datalek wordt direct melding gedaan bij Domein ICT op het kantoor van Kindante. - In een mail naar meerdere personen die elkaars emailadres niet hoeven te weten, worden alle adressen allemaal in de ‘bcc’ gebruikt. - USB sticks worden niet meer gebruikt, omdat deze gevoelig zijn voor een datalek. Het uitwisselen van kindgegevens (bijv. bij wisseling van school) gebeurt mét toestemming van ouder(s)/verzorger(s) én via een beveiligde omgeving.

15

Bijlage 1 Verwijdering van de basisschoolVerwijdering van de basisschoolHet bevoegd gezag kan overgaan tot verwijdering als: de school niet aan de zorgbehoefte van de leerling kan voldoen; er sprake is van ernstig wangedrag van de leerling en/of de ouders.

De beslissing over verwijdering van leerlingen berust bij het bevoegd gezag. Voordat tot verwijdering wordt besloten hoort het bevoegd gezag de betrokken groepsleerkracht en directeur van de school. De school heeft de plicht gedurende 8 weken te zoeken naar een andere school, die bereid is de leerling toe te laten.

Onderstaande procedureregels zijn van toepassing:1. De ouders worden gehoord over het voornemen tot verwijdering; 2. Het bevoegd gezag deelt het gemotiveerd besluit tot verwijdering schriftelijk aan de

ouders mee, alsook eventuele andere maatregelen. Er moet een gemotiveerd schriftelijk besluit zijn waarbij wordt gewezen op de mogelijkheid om bezwaar in te dienen bij het bevoegd gezag;

3. De ouders kunnen binnen 6 weken een bezwaarschrift indienen;4. Het bevoegd gezag is verplicht om de ouders te horen over het bezwaarschrift;5. Het bevoegd gezag moet binnen 4 weken na de ontvangst van het bezwaarschrift

beslissen;6. Het bevoegd gezag meldt het besluit tot verwijdering van de leerling terstond aan de

Inspectie van het onderwijs en de leerplichtambtenaar. Zo nodig wordt ook Jeugdzorg geïnformeerd.

Schorsing van leerlingenSchorsing valt onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag. De volgende zorgvuldigheidseisen zijn belangrijk:1. Het bevoegd gezag kan de leerling voor een beperkte periode schorsen, nooit

voor onbepaalde tijd (maximaal 5 dagen);2. De schorsing vindt eerst plaats na overleg met de leerling, ouders en

groepsleerkracht;3. Het bevoegd gezag deelt het gemotiveerd besluit tot schorsing schriftelijk aan de

ouders mee, alsook eventuele andere maatregelen; De directeur is gemandateerd namens het bevoegd gezag deze brief te ondertekenen nadat hierover overleg heeft plaatsgevonden met het domein onderwijs;

4. De school stelt de leerling in staat, door het opgeven van huiswerk, de leerstof bij te houden en zo te voorkomen dat deze achterstand oploopt;

5. Voordat de leerling terugkeert naar school vindt altijd een gesprek plaats met de ouders en zo mogelijk de leerling. Na afloop van dit gesprek worden gemaakte afspraken schriftelijk vastgelegd;

6. Het bevoegd gezag stelt de inspectie van het onderwijs en de leerplichtambtenaar in kennis van de schorsing en de redenen daarvoor. Zo nodig wordt ook de jeugdzorg

geïnformeerd.

16

Bijlage 2 Protocol Opvang bij ernstige incidenten

1 SignaleringOp het moment dat een ernstig incident van agressie, geweld, discriminatie en seksuele intimidatie of een andere schokkende gebeurtenis met een medewerker of een leerling als slachtoffer heeft plaatsgevonden, is iedereen verplicht het slachtoffer uit de situatie te helpen en de eerste opvang te verzorgen. Vervolgens wordt onmiddellijk de schoolleiding geïnformeerd. De schoolleiding (directeur en IB’r) formeert een opvangteam en informeert ouder(s) / verzorger(s).

2 Het opvangteamHet opvangteam voor leerlingen bestaat uit directielid, preventiemedewerker + leerkracht van betrokken leerling.Het opvangteam voor medewerkers bestaat uit directielid, preventiemedewerker + collega.Zonodig wordt een beroep gedaan op de vertrouwenspersoon en/of een arts (huisarts / GGD arts).

Van de leden van het opvangteam mag verwacht worden, dat zij: een luisterend oor bieden; advies geven, afhankelijk van het soort incident, over symptomen die kunnen optreden na een schokkende gebeurtenis en doorverwijzen naar een professional; informatie geven over opvang mogelijkheden; de grenzen aangeven wat betreft de mogelijkheden voor hulpverlening en mee zoeken naar oplossingen (eventueel doorverwijzen naar professionele instanties); aan belanghebbenden informatie geven m.b.t. het omgaan met schokkende gebeurtenissen; vertrouwelijk omgaan met de informatie die zij krijgen.

Taken en verantwoordelijkheden na een ernstig incident De preventiemedewerker is verantwoordelijk voor het invullen van het meldingsformulier en het registreren van het incident, de voorlichting binnen de organisatie en de contacten met externe instanties als slachtofferhulp. Het opvangteam is verantwoordelijk voor een goede eerste opvang. Het opvangteam bewaakt de voortgang van de hulpverlening aan het slachtoffer. Het opvangteam is verantwoordelijk voor het organiseren van de continuïteit in de school (o.a. opvang klas). Het opvangteam is verantwoordelijk voor een eventueel vervolg op de eerste opvang van het slachtoffer. In het geval van medewerkers hebben de externe vertrouwenspersoon en een arts of andere externe hulpverlener een signalerende functie. Hij/zij informeert de werkgever als er signalen binnen komen die wijzen op symptomen van een ernstig incident en of problemen die daarmee samenhangen en leiden tot mogelijk uitval van de medewerker.

3 De opvangprocedureAls een medewerker of een leerling een ernstig incident meemaakt, wordt de volgendeprocedure gevolgd: De leiding informeert per omgaande het opvangteam. Een lid van het opvangteam zorgt voor de eerste begeleiding van het slachtoffer. Een directielid neemt zo spoedig mogelijk contact met ouder(s)/verzorger(s) / verwanten in de eerste graad op van het slachtoffer. Het directielid onderhoudt contact met het slachtoffer. In geval van een leerling houdt een van de groepsleerkrachten contact met het slachtoffer. De directie neemt zo spoedig mogelijk, contact op met (de ouders van) het slachtoffer/verwanten in de eerste graad.

17

Binnen drie weken vindt een vervolggesprek plaats, waarin de directie ondermeer vraagt of de opvang naar tevredenheid verloopt en de leerling / medewerker zich weer voldoende veilig voelt. In het geval dit nog niet zo is, worden aanvullende maatregelen getroffen Na ongeveer twee maanden vindt een afsluitend gesprek plaats.

4 Terugkeer op school/op het werkBij terugkeer op school na het ernstige incident kan het moment van confrontatie met de plaats of (eventueel) de veroorzaker van het incident plaatsvinden. Dit kan een moeilijk moment zijn. Soms zal er weer een basis gelegd moeten worden voor een werkbare relatie met de leerling of collega. In ieder geval zal het zelfvertrouwen in zichzelf en de omgeving weer opgebouwd moeten worden.

Begeleiding leerlingen De groepsleerkracht en (een lid van) het opvangteam hebben de verantwoordelijkheid de leerling bij terugkeer te begeleiden.

Begeleiding medewerkers De directie, en een (lid van) het opvangteam hebben de verantwoordelijkheid de medewerker bij de terugkeer te begeleiden.

5 ZiekmeldingAfhankelijk van de ernst van het incident, waarbij wordt uitgegaan van de beleving van de betrokkene, wordt hij/zij in de gelegenheid gesteld om naar huis te gaan.

Leerlingen De leerling wordt conform de hiervoor geldende procedure ziek gemeld. Ook wordt de mogelijkheid geboden op korte termijn contact te hebben met het opvangteam.

Medewerkers In verband met praktische consequenties wordt de medewerker ziek gemeld, waarbij wordt aangegeven dat de aard van de ziekte ten gevolge van een ernstig incident op het werk is. Ook wordt de mogelijkheid geboden op korte termijn contact te hebben met het opvangteam.

6 Materiële schadeDe directie stelt zich tot taak om samen met het slachtoffer eventuele materiële schade vast te stellen en te bepalen hoe hiermee zal worden omgegaan.

7 Wettelijke bepalingen

A MeldplichtInternAlle medewerkers zijn verplicht – indien zij op de hoogte zijn van een strafbaar feit - ditte melden bij het bevoegd gezag.Wanneer een medewerker dit nalaat is de werkgever volgens het Burgerlijk Wetboek [boek 6, artikel 170] verantwoordelijk voor de eventuele gevolgen hiervan.

OnderwijsinspectieIncidenten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, ernstig fysiek of geestelijkgeweld worden gemeld bij de vertrouwensinspectie.Centrale meldpunt: 0900 – 111 3 111ArbeidsinspectieHet College van Bestuur of de directie kan – afgezien van de wettelijke verplichtingen ter zake - besluiten om de Arbeidsinspectie in te schakelen. Melding vindt in ieder geval plaats indien sprake is van een ernstig ongeval. Hieronder wordt verstaan: een ongeval

18

waarbij iemand zodanige lichamelijk en/of geestelijk schade aan de gezondheid heeft opgelopen, dat dit binnen 24 uur na het ongeval leidt tot opname in een ziekenhuis ter observatie of behandeling, dan wel naar redelijk oordeel blijvend zal zijn (Arbo-wet artikel 9).

B AangifteplichtBij een misdrijf verzoekt de directie het slachtoffer (en zijn ouders) hiervan aangifte te doen bij de politie.Bij leerlingen jonger dan 18 jaar kunnen alleen de ouders aangifte doen.

19