In het NederLands van het KW1C

Taalportfolio

Naam: …

Afdeling: …

Inhoudsopgave

1. Wat is een Taalportfolio?...................................................................................................................3

Inhoud................................................................................................................................................4

2. Taal in het leven van een mbo’er.......................................................................................................5

3. Taalpaspoort.......................................................................................................................................6

Taalkennis op school opgedaan..........................................................................................................8

Taalkennis in de praktijk, buiten school.............................................................................................9

Taal in jouw beroep / op het werk...................................................................................................10

4. Taalbiografie - uitleg.........................................................................................................................11

Nulmeting.........................................................................................................................................11

5. Taalbiografie – 2020 / 2021..............................................................................................................14

Periode 1..........................................................................................................................................14

Periode 2..........................................................................................................................................16

Periode 3..........................................................................................................................................18

Periode 4..........................................................................................................................................20

2

1. Wat is een Taalportfolio?

Hoe goed spreek jij de Nederlandse taal? Misschien heb je ooit wel een 7 behaald voor een

proefwerk, of een 8 voor een presentatie. Maar kun je de taal dan ook echt toepassen in

praktijksituaties? Wat zegt dat cijfer nou precies? Taal is meer dan alleen dat uurtje Nederlands op

het rooster. Taal is overal. Taal kom je iedere dag tegen, waar je ook bent en in welke situatie je je

ook bevindt. In de kantine op de bouw, in een lastig gesprek met je collega, aan de telefoon, op

WhatsApp, bij het opstarten van je eigen bedrijf…

Het beheersen van de Nederlandse taal wordt steeds belangrijker in je loopbaan, en er is een grote

kans dat een toekomstige werkgever of een opleiding een goed beeld wil krijgen van jouw

taalbeheersing. Daarvoor is het Europese Referentie Kader ontwikkeld. Het geeft een goed beeld van

jouw taalniveau, binnen een structuur die in heel Europa begrepen wordt.

Vaardigheden

Een kleine technische uitleg. In het Referentiekader staan vijf vaardigheden: luisteren, lezen,

schrijven, spreken en gesprekken voeren. Elke vaardigheid wordt op drie beheersingsniveaus

beschreven: beginner (A), onafhankelijk (B) en vaardig (C); elk niveau is weer onderverdeeld in laag

(1) en een hoog (2). Bij A1 beheers je de vaardigheid helemaal niet; C2 bereik je pas na een aantal

jaren leven in een land waar de taal gesproken wordt, of na een universitaire opleiding. Het

videofragment geeft een duidelijke uitleg over de verschillende taalniveaus.

Leerdoelen

Tijdens het leren van de Nederlandse taal helpt de indeling in vaardigheidsniveaus je bij het bepalen

van je leerdoelen. Wat wil je eigenlijk binnen onze taal kunnen? Wat heb jij nodig voor jouw

beroepspraktijk? En op welk vaardigheidsniveau moet jij je dan gaan ontwikkelen?

En wat vooral belangrijk is, is dat je een taal niet kunt leren starend naar een computerscherm met

nauwelijks interactie of contact. Taal leer je overal: op school, op je werk en in jouw privé leven.

3

Inhoud

Het taalportfolio bestaat uit 3 onderdelen:

Taalpaspoort

Hierin staan de gegevens over jezelf: op welke scholen heb

je gezeten, welke talen heb je geleerd, wat het niveau is, je

behaalde diploma’s, enzovoort.

Taalbiografie

Hierin hou je bij wat je met of in de taal gedaan hebt. Hierin

vermeld je je taalvorderingen. De ‘werkplaats’, dus. Dit is

ook het gedeelte waar je per vaardigheid aan kunt geven

wat je niveau is, van A1 tot en met C2. Dit gedeelte werk je

eigenlijk de hele tijd bij, het is een groeidocument.

Taaldossier

Hier bewaar je alles waarmee je aan anderen kunt laten

zien wat je allemaal al gedaan hebt. Ook dit gedeelte wordt

gedurende je studie steeds aangevuld met nieuwe

opdrachten die je gemaakt hebt.

4

2. Taal in het leven van een mbo’er

Hier komt een kort verhaal dat je zelf gaat schrijven over jouw ervaringen van taal als mbo-student.

Schrijf een tekst van ongeveer 200 woorden waarin jij uitlegt op welke manier je iedere

taalvaardigheid nodig hebt voor jouw opleiding én beroepspraktijk. Ook is het belangrijk dat je jouw

mening geeft over de taalvaardigheden en uitlegt waar je goed en minder goed in bent.

5

Mijn ervaring met taal in het mbo

Typ hier…

3. Taalpaspoort

Een taalpaspoort geeft een goed beeld van jouw complete taalbeheersing. Het is belangrijk dat je bij

het invullen van een taalpaspoort kort en bondig bent én dat je eerlijk bent over jouw vaardigheden.

Het is geen wedstrijd en het is jouw eigen proces.

Persoonlijke gegevens

Naam …

Geboortejaar …

Land en plaats van geboorte …

Adres …

Woonplaats …

Huidige opleiding …

School …

Thuis spreken wij …

Ik ben Eentalig / meertalig / meertalig opgegroeid

Ingevuld op (datum) …

Taal- en dialectportret

6

Ik spreek … met naaste familie

Ik spreek … met sommige vrienden

Ik spreek … met

Ik spreek … met

Ik spreek … met

Ik begrijp … in het

Ik begrijp … in het

Ik begrijp … in het

Ik begrijp … in het

Ik lees … in het

Ik lees … in het

Ik lees … in het

Ik lees … in het

Ik lees … in het

Ik schrijf … in het

Ik schrijf … in het

Ik schrijf … in het

Ik schrijf … in het

7

Taalkennis op school opgedaan

Ik vermeld alleen de ervaringen die ik

belangrijk vind.

Taalvaardigheid Waar Van … tot …

Lezen

Lezen

Lezen

Luisteren

Luisteren

Luisteren

Spreken

Spreken

Spreken

Gesprekken

Gesprekken

Gesprekken

Schrijven

Schrijven

Schrijven

8

Taalkennis in de praktijk, buiten school

Ik vermeld alleen de ervaringen die ik

belangrijk vind.

Taalvaardigheid Hoe Waar Wanneer

Lezen en schrijven WhatAppen op telefoon Thuis Vanaf 2015

9

Taal in jouw beroep / op het werk

Voor welk vak ben jij aan het leren? …

Welke taalvaardigheden kom jij veel

tegen in jouw beroepspraktijk?

…

Waar ben je goed in? …

Wat vind je nog moeilijk? …

Waar let jij op bij jouw taalgebruik

als je aan het werk bent?

…

10

4. Taalbiografie - uitleg

Dit gedeelte van het taalportfolio werk je steeds tussen twee periodes bij, als een soort dagboek. Je

vermeldt daarin kort wat je in de afgelopen periode geoefend hebt, en wat je in de komende periode

gaat oefenen.

Taal-KW1C

Dit bijwerken doe je door middel van de taal-KW1C. Hierin vermeld je dus je taalvorderingen. Dit is

ook het gedeelte waar je per vaardigheid aan kunt geven wat je niveau is, van A1 tot en met C2.

Nulmeting

Om te kunnen meten waar je op dit moment staat ga je beginnen met een nulmeting, waarin je jouw

niveau van lezen, luisteren en schrijven gaat bepalen. Het gaat niet om het aantal goede of foute

antwoorden. Waar het om gaat is dat je erachter gaat komen met welke onderdelen je nog wat

moeite hebt, die je nog mag gaan oefenen, en welke onderdelen je al goed beheerst. Je hoeft ook

niet de hele tijd verantwoording af te leggen bij de docent, omdat dit jouw groeiproces is. Deze

manier van werken zal misschien wat wennen zijn voor je, omdat je dit niet gewend bent vanuit de

middelbare school. Maar het is belangrijk dat je op het mbo gaat leren om zelf te bepalen waar je

goed of minder goed in bent en dat je leert om zelf keuzes te maken waar je in gaat oefenen.

1. Download hier de nulmeting en maak hem.

2. Kijk de nulmeting zelf na en vul periode 0 in, van de Taalbiografie.

3. Kies steeds zelf waar je aan gaat oefenen de komende periode.

Natuurlijk zal de docent je helpen waar nodig!

11

12

5. Taalbiografie – 2020 / 2021

Periode 0: (vul hier de datum in)

LEZEN

Kwaliteit bepalen (nulmeting) Wat?

1 voor 1

Controle

LUISTEREN

Kwaliteit bepalen (nulmeting) Wat?

1 voor 1

Controle

S Kwaliteit bepalen

13

CHRIJVEN

(nulmeting) Wat?

1 voor 1

Controle

SPREKEN

Kwaliteit bepalen (nulmeting) Wat?

1 voor 1

Controle

GESPREKKEN

Kwaliteit bepalen (nulmeting) Wat?

1 voor 1

Controle

14

Periode 1: (vul hier de datum in)

LEZEN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

LUISTEREN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

SCHRI

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

15

JVEN

Controle

SPREKEN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

GESPREKKEN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

16

Periode 2: (vul hier de datum in)

LEZEN

Kwaliteit bepalen Wat?

1 voor 1

Controle

LUISTEREN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

SCHRIJ

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

17

VEN

Controle

SPREKEN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

GESPREKKEN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

18

Periode 3: (vul hier de datum in)

LEZEN

Kwaliteit bepalen Wat?

1 voor 1

Controle

LUISTEREN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

SCHRIJ

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

19

VEN

Controle

SPREKEN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

GESPREKKEN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

20

Periode 4: (vul hier de datum in)

LEZEN

Kwaliteit bepalen Wat?

1 voor 1

Controle

LUISTEREN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

SCHRIJ

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

21

VEN

Controle

SPREKEN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

GESPREKKEN

Kwaliteit bepalen

Wat?

1 voor 1

Controle

22