Vuur der zinnen

23
Het vuur der zinnen Frans Boenders opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 1

description

Dichtbundel van Frans Boenders

Transcript of Vuur der zinnen

Page 1: Vuur der zinnen

Het vuur der zinnen

Frans Boenders

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 1

Page 2: Vuur der zinnen

Copyright © 2005 by Frans Boenders & Yin BooksCopyright Woord vooraf © by Ivo van Strijtem & Yin BooksOmslag, vormgeving en binnenwerk Sophie Windels

Yin Books, Kortrijk 2005

ISBN:Depot:

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 2

Page 3: Vuur der zinnen

Het vuur der zinnenFrans Boenders

Gedichten

Gekozen en met Woord vooraf door Ivo van Strijtem

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 3

Page 4: Vuur der zinnen

Woord vooraf

Eens vroeg de onstuimige, in vrije verzen schrijvende Alvaro de Campos aan de stoïcijn Ricardo Reis waarom hijzo klassiek schrijft. Hij antwoordt hem dat de intense emotieniet in het woord past, en dat ze daarom ‘moet afdalen naarde schreeuw of opstijgen naar de zang, en omdat zeggenpraten is, en men niet kan schreeuwen terwijl men praat,moet men zingen terwijl men praat, en zingen terwijl menpraat is muziek in de spraak stoppen; en omdat muziekvreemd is aan de spraak, stopt men muziek in de spraakdoor de woorden zo in te richten dat ze een muziek bevatten die niet in hen is, die dus kunstmatig is in relatietot hen.’ (uit: Angel Crespo, Fernando Pessoa, biografie, deProm, Baarn, 1992, vertaling Barber van de Pol)Beide heren, heteroniemen van Fernando Pessoa, kondenhet wel eens meer oneens zijn. Maar Ricardo Reis’ uitlegmoet Frans Boenders ‘als muziek’ in de oren klinken, ofmoet minstens instemming bij hem oproepen. Al zal hij zich toch afvragen of muziek wel zo vreemd is aande spraak. Zelf werd ik ooit verleid tot het leren van Zweeds,nadat ik een bejaard Zweeds echtpaar rustig met elkaar hadhoren keuvelen. Het voelde aan als thuiskomen, ik ervoereen vreemde, maar warme herkenning. En het was demuziek die het hem deed.

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 5

Page 5: Vuur der zinnen

Vooral de muziek, want ‘Wie zingend het verborgene vertelt/Ziet naast de wereld, de hemel tronen.’ Zo eindigt ‘Het oog’(p.35) en daarom schrijft Frans Boenders sonnetten en laat hij woorden en betekenissen en ideeën en emoties rijmen. En daarom kiest hij voor elke cyclus als motto betekenisvollemaar tegelijk o zo muzikale gedichten van respectievelijkGérard de Nerval, Joseph de Chesnes en Maurice Scève.Ricardo Reis, zo vertelt Pessoa ons, liep school bij de jezuïeten. Frans Boenders legt ons in ‘Jezuïtisme’ (p.26) klaar en duidelijk uit welke consequenties dit mogelijk heeft:‘Verzet vanbinnen, langs buiten heel correct’, en een geur van koffie. Inhoud en vorm: dit ‘weet’ ik en zo toon ik het.Daarom. En ook omdat poëzie ‘the breath and finer spirit ofall knowledge’ is, aldus William Wordsworth. Zo begrijpt umeteen waarom ik ‘weet’ tussen aanhalingstekens plaats enook, naar ik meen, waarom Frans Boenders gedichten schrijft.Maar wie vaak met poëzie omgaat, wie vaak in gedichten vertoeft, vermoedt al snel dat de tegenstellingen vaak schijnzijn. Poëzie is paradox. Er wordt geschrapt om meer te zeggen. Inhoud geeft vorm, vorm inhoud. Schreeuw en zangontmoeten elkaar en gaan in elkaar op. Het ongerijmde rijmt.‘Kan men menen/ Dat afwezigheid iets oproept, dat zwartniets bevat?’ (uit ‘Maya’, p.46)

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 6

Page 6: Vuur der zinnen

‘Ik besta/ Bij gratie van de taal en van de teksten’ en ‘Wie hetwoord veracht kan de zin nooit meten.’ Beide verzen uit ‘Het aangeschreven woord’ (pp.28-30) laten er geen twijfelover bestaan: het woord eist zijn rechten en zijn autonomieop. En schetsen ze ook niet meteen met volle overtuiging een beeld van de weetgierige en schoonheid minnende Frans Boenders zelf, met de neus in de boeken en een blik op de wereld? De abstraherende denker zoekt en vindt tegenwicht. Daar zorgen ‘De zintuigen’ voor. ‘De hand’ (p.34), ‘Het oog’ (p.35), ‘De mond’ (p.36), ‘Het oor’ (p.37) en ‘De neus’ (p.38) voegen humor toe aan het ernstige waarnemen. Trouwens wie daar geen neus voor heeft, blijft - ondanks handen vol geld en een tas vol diploma’s - een armestakker. En dat is Frans Boenders duidelijk niet: de rijkdomvan deze poëzie alleen al, bewijst het tegendeel. Ligt niet hetzorgvuldig waarnemen, het aandachtig aanwezig zijn trouwensniet aan de basis van de esthetica?

Hij onderstreept het met de schitterende, onvergetelijke eindstrofe in ‘Palimpsest 1’ (p.15):

‘Daarom kan schrijven ons verrukken Al ontsnapt ons elk verstaan:Schrift verwijst steeds naar de maan.’

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 7

Page 7: Vuur der zinnen

Wijsheid is ‘wired to the moon’, en danst in de rondte of in een ‘Rondeel’ (p.21). Poëzie schrijven: een kwestie van verstandig gekkenwerk. Hoe schamel zou ‘Eros’ er ook nietuitzien zonder zintuigen? Hoe rijk en heerlijk moet Eros zichniet voelen om tegelijk zwaarmoedig en lichtvoetig te kunnen zijn en omdat hij moeiteloos de tegenstellingen - alweer! - kan wegtoveren. ‘Hij weet niet waar zij eindigt/Noch waar hij begint’ (uit ‘Der Tod und das Mädchen’, p.58). Of neem dit lakenwitte vers: ‘Er weegt zwaarte, maar zezweeft/ Al uit me weg’ (uit ‘Circe’, p.54). Zwevende zwaarte,als dat geen mooie metafoor voor kunst is...

Ook al zijn de bakens uitgezet, de dichter zoekt en vraagt zich in ‘De verstekeling’ (p.24) verwonderd af: ‘Hoe waaien de gedachten aan, uit welk rijk/ Tijdsgewricht of paradijs?’ En deze versregels zouden zondermeer als motto kunnen dienen voor achtereenvolgens ‘Maart’, ‘Mei’, ‘Oude rozen’(pp.18-20) en ‘Het rapen’ (p.22). Een voor een zijn dezegedichten een toonbeeld van scherp én tegelijk bijzonderteder waarnemen. De tijd dringt niet zozeer, hij dringt welbinnen in de zinnen, in - hoe zeg ik het anders? - de wetenschap. We hoeven slechts ‘Te wachten op het ogenblik dat de tijd /Zelf zich opheft, de stroom stilhoudt’(uit ‘Maart’, p.18)

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 8

Page 8: Vuur der zinnen

Wat stond er eerst op de perkamentrol, wat werd uitgewist, onzichtbaar gemaakt, opnieuw geschreven? Deze dichtbundel kon niet gepaster openen dan met deze‘Palimpsesten’ (pp.14-17). ‘De goden spreken niet, ze drukken/ Beeltenissen in het zand.’ Het zand verwaait en toch blijft de hoop of zelfs het vermoeden dat het eerstgeschrevene, het oorspronkelijke, doorwerkt in wat latervolgt, dat het meespreekt in wat nu wordt uitgesproken. Het staat er eenvoudig en indringend, en moet door de lezermaar meegenomen worden doorheen de hele dichtbundel:

‘Wat nooit is geschapen verdwijntMaar het geschapene bestaat voorgoed:Schrift schept zichzelf, uit moed.’

Ivo van Strijtem

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 9

Page 9: Vuur der zinnen

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 10

Page 10: Vuur der zinnen

Palimpsesten

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 11

Page 11: Vuur der zinnen

Epitaphe

Il a vécu tantôt gai comme un sansonnet,Tour à tour amoureux, insoucieux et tendre,Tantôt sombre et rêveur comme un triste Clitandre,Un jour il entendit qu’ à sa porte on sonnait.

C’était la Mort! Alors il la pria d’attendreQu’il eût posé le point à son dernier sonnet;Et puis sans s’émouvoir, il s’en alla s’étendreAu fond du coffre froid où son corps frissonnait.

Il était paresseux, à ce que dit l’histoire,Il laissait trop sécher l’encre dans l’écritoire.Il voulait tout savoir mais il n’a rien connu.

Et quand vint le moment où, las de cette vie,Un soir d’hiver, enfin l’âme lui fut ravie,Il s’en alla disant: “Pourquoi suis-je venu?”

Gérard de Nerval

13

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 13

Page 12: Vuur der zinnen

Palimpsest

1.

Wie schrijft schept onophoudelijkDe gang der duizenden planeten,Verzet zich tegen het vergeten,Is godgelijk en onvergankelijk.

De demonen begonnen te wenenToen de mens in het zand lasWat tot dan toe van de hemel was- Hij viel niet langer bij te benen.

Maar zij lieten de sporen wissen!De mens na deze mens, gedoemdTot leven lang onleesbaarheid,

Kon het geschrapte enkel gissen,Voorgoed met zijn lot onverzoendVerzonken in ontroostbaarheid.

14

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 14

Page 13: Vuur der zinnen

2.

Van het schrift blijkt ons geen spoor,Enkel vermoeden van bekrassing.Door de rol loopt scherp een voor,Van lijnen blijft slechts de verassing.

Wat is geschreven, wordt onleesbaar,Ook voor het oog van het orakel:De zin, verknipt door een schaar,Verheft zich tot mirakel.

De goden spreken niet, ze drukkenBeeltenissen in het zand,Schenken schrift aan mensenhand.

Daarom kan schrijven ons verrukkenAl ontsnapt ons elk verstaan:Schrift verwijst steeds naar de maan.

15

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 15

Page 14: Vuur der zinnen

3.

De hemel, gescheiden van de aarde,Schrijft in loutere symbolenDie, onduldbaar in waarde,Gelden als geestelijke obolen.

De macht van de hemel blijft onvatbaar,De reis naar boven onderbroken,De oude zevensprong onvindbaar:Demonen hebben zich gewroken.

Wat ‘s nachts aan het gewelf verschijntWordt ‘s ochtends steevast uitgewist.God heeft zich van eeuwigheid vergist.

Wat nooit geschapen is verdwijntMaar het geschapene bestaat voorgoed:Schrift schept zichzelf, uit moed.

16

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 16

Page 15: Vuur der zinnen

4.

Men schrijft uit hoop op bestendiging:Wat werd gegeven ter voltooiing.Letters, geboren uit verstrooiing,Haken naar verankering.

De goden gaven de mens schriftuurAls teken, niet te eniger betekening.Wat moet hij met die goddelijke signatuurWars van zijn praktische berekening?

Het oerschrift, afgekrabd tot metafoor,Blijft achter, nagedragen beeldDat de menselijke val verheelt;

Dient niet tot enige markeringDraagt ànder, leesbaar schrijven voorOnttrekt zich aan de stelligste bewering.

17

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 17

Page 16: Vuur der zinnen

Maart

Die maand van felle tegenwoordigheid,Opschietend gras onder nog kale bomen,Laat fluitende merels, mededeelzaamheid,Madeliefjes, wind en onophoudelijke dromenSprak zij van tranen die, bevrorenAchter de ogen, geen uitweg vonden naarHet licht en die maar bleven borenTot in haar hoofd dat brak, vermoeid en zwaar;

Die maand van hevig witte achtzaamheidLeerde hem plaats te nemen dichtBij de dingen, ze op te slorpen in zijn zicht,Te wachten op het ogenblik dat de tijdZelf zich opheft, de stroom stilhoudt:Hij kijkt: in zijn handen louter goud.

18

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 18

Page 17: Vuur der zinnen

Mei

De dag lang fluisterden de bomen,Zonlicht scheen in sterkte af en aan;Wind dreef onophoudelijk de zomenVan het lover naar de bron van hun bestaan.

Iedere halm en stam en tak en blad leek te dromen,Koeien, samen verbijsterd, bleven staan;Het was alsof het oog dat keek wou binnenkomenIn wat het zag: een vlucht van zwarte vogels in de laan.

Toen trok een trilling over het zilvervijvervlak,Een reiger landde en bevroor onder het blauwe dak:Bladeren en struiken volgden traag.

Twee sperwers maakten hoge cirkels in de luchtOp zoek naar avondvoedsel rond het stil gehucht.De dag zou sterven, nobel, onverschillig, vaag.

19

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 19

Page 18: Vuur der zinnen

Oude rozen

De geur van rozenstruiken in septemberTwijfelt tussen de schedeplooien van de bloem,Hij zweemt naar die van uitgedroogde gember:Gebroken wit, een reuk van overjaarse roem.

De rozenstruik staat onbewogen in zichzelf, gedenderRaakt hem niet, onverschillig voor het gezoemDer bijen overreikt hij schaars gebloemte: zenderVan geluidloze raking, immuun voor doem.

Geur van najaarsrozen stijgt langdradig op uitLichtgekrulde blaadjes, gekartelde herautenVan het gelukkige verval dat straks de zomer sluit.

Rozengeur laat een rekspoor van eikenhoutenZoetheid achter in de neus, vermoeide ogenKust hij dicht: soeverein beheerst vermogen.

20

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 20

Page 19: Vuur der zinnen

Rondeel

Op de ronde tafel een rondeVaas van paarlemoer verbondenAan haar spiegeling daaronder;Op de ronde tafel een rondeVaas met bloemenwolk, wonderVan kleuren vervloeiend in geuren;Op de ronde tafel een rondeVaas, een derwisj tolt en tolt.

21

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 21

Page 20: Vuur der zinnen

Het rapen

Toen hij ging sterven plukte hij,Zijn grootvader. De jongen dacht, er ligtWat op het laken, een licht gewichtDrukt op zijn broos geworden botten, wij

Moeten hem verlossen, wat zeiDe dokter weer: we krijgen zichtOp zijn toestand, er schijnt lichtAan het einde van de tunnel. Blij

Luisterde de jongen; maar zijn opa ging.Veel later, man, raapte ook zijn moeder.Zijn gevoel verpulverd. Onthechting verving

Het vroegere verdriet. Hij dacht, vroegerGing doodgaan er zwaarder aan toe,Mijn moeder is alleen maar moe, zo moe.

22

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 22

Page 21: Vuur der zinnen

Sterrenpoort

Wie weldra zegevierend de sterrenpoortBinnentreedt verlaat de oude continenten,Lacht om wat was, slaat voortaan zijn tentenInterplanetair de ruimtebodem in, zijn wachtwoord

Heet nu toekomst - voor de ijdele mensensoortEen magisch panorama, de langverwachte lenteWaarin de aardkorst, verlaten door ferventeRuimtezeilers, een hogere stem heeft gehoord.

Voorlopig echter droomt het ondermaanse volkVan de sterren aan zijn hemel. Het bemintIdolen, goden en zichzelf - tot het een dolk

Plant in de rug der afgeschrevenen; het wintOp bijna alle fronten van de vermaledijde elite;Wat niet begrepen wordt, kan niet verdrieten.

23

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 23

Page 22: Vuur der zinnen

De verstekeling

Hoe waaien de gedachten aan, uit welk ver rijk,Tijdsgewricht of paradijs? Wat is het ongelijkVan meningen, verworven uit gewaarwording?Wie weet wat hij voelt in hechte zelfomgording?

(Van doling naar doling op de wereldtochtWaar hij, tussen verstrikking en verschrikking, zochtNaar het oerboek dat hem een antwoord geven mochtOp vragen waar hij vruchteloos mee vocht.)

In het woud van niet weten en niet voelenKan de tergende pauw zijn hoogmoed koelen,In het knikken van zijn ik breekt de begoocheling;

Maar onder het schraalgestreken oppervlakRoert zich een onfortuinlijke verstekeling:Zijn dorst blijft dorsten, het water smaakt brak.

24

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 24

Page 23: Vuur der zinnen

Het lege graf

Het eerste licht verjaagt de nachtAls zij, die het ondenkbare verwacht,Door onrust uit een zwetend bedVerdreven, op het verbod niet let.

Wijd gaapt het lege graf in haar gezicht:Het gewicht van de deksteen is gezwichtVoor een geheime god en weegtNu op haar hart, dat fel in haar beweegt.

Een zweetdoek en bebloede windselsLiggen verstrengeld naast het graf:Oorzaak van ontelbare verzinsels

En van geloof op leven en op dood;Zijn taak was kennelijk niet af.Haar hartstocht raakt in ademnood.

25

opmaak boek.qxd_opmaak boek.qxd 7/03/13 10:55 Pagina 25