Vooruit 2013-1

56
24/7 online bestellen via mijndeheus.nl niet te vroeg inscharen levert veel extra droge stof op Voerwinst VERGELIJKEN, ZO DOE JE DAT Kwartaal magazine van De Heus 01 13

description

Relatiemagazine van De Heus Voeders B.V.

Transcript of Vooruit 2013-1

Page 1: Vooruit 2013-1

24/7 online bestellen

via mijndeheus.nl

niet te vroeg inscharen levert veel extra

droge stof op

voerwinst vergelijken, zo doe je dat

Kwartaal magazine van De Heus 01 13

Page 2: Vooruit 2013-1

0 30 3

Als ondernemer wilt u vooruit. En dat vraagt om een aanpak die alle aspecten van uw bedrijfsvoering bij elkaar brengt.

Onze adviseurs kunnen u hierbij helpen. In de eerste plaats met voedingsadvies, want zij beschikken over de meest actuele kennis over de omzetting van voer in dierlijke eiwitten. Maar in de tweede plaats ook door samen met u te kijken naar de andere factoren die het technische resultaat beïnvloeden, zoals het ras, de huisvesting, de verzorging, de klimaatbeheersing, de gezondheids-zorg en het management. Juist in het optimaliseren van de goede samenhang tussen deze verschillende fac toren is winst te behalen.

we helpen u grAAg vooruit. en liever met spRongen dan met stapjes.

samen maken we van stapjes

sprongen

u wilt stappen maken richting

toekomst

www.de-heus.nl

Page 3: Vooruit 2013-1

Digitalisering zet doorTechnologische ontwikkelingen hebben altijd effect gehad op veel communicatie- en ketenprocessen. Door nieuwe technologieën schakelden we bijvoorbeeld eind jaren ’80 massaal over van de telex naar de telefax, gevolgd door het verzenden van boodschap-pen via e-mail midden jaren ’90. De start van een digitaal tijdperk was gemaakt. Heden ten dage lijkt het wel of we alleen nog maar digitaal communiceren. Het is inmiddels heel gewoon om onze ziel en zaligheid via sociale media met de rest van de wereld te delen.

De digitalisering beïnvloedt ook de inhoud van transactie- en managementprocessen. Deze worden voortdurend vereenvoudigd. Interessant was dan ook de discussie die wij recentelijk met enkele veehouders over dit onderwerp voerden. Een verslaglegging van deze discussie vindt u elders in dit blad onder de rubriek ‘Aan de keuken tafel’. Genoemde technologieën beïnvloeden ook de transactie processen tussen u en uw diervoederleverancier.

Graag nodig ik u uit om onze nieuwe website www.mijndeheus.nl  te bezoeken. Waarop u 24/7 digitaal uw orders kunt plaatsen. Dit is echter nog maar het begin. Wij zullen steeds meer informatie en diensten via deze weg aanbieden. Waar staan we over 5 jaar? Wie het weet mag het zeggen…

Joost Belt, Marketing & [email protected]

en verder... 16. Melkzuur en azijnzuur zorgen voor de

beste graskuilen 21. Brokjes 22. Meten doet groeien24. 24/7 online bestellen via mijndeheus.nl 30. Weiden: niet te vroeg inscharen levert

veel extra droge stof op32. Meesters in voer35. Column Henk van Kuyk38. Snel inspelen op de toekomst40. Dol op kippen44. Rust, reinheid en regelmaat48. Voerwinst vergelijken, zo doe je dat52. Mortellaro en stinkpoot vrij met

DigiDerm™

Extra digitalE informatiE via uw smartphonE of tablEt?

Zie bladZijde 21 voor uitleg!

18

12

Kwaliteitsvoerveel eieren

verder door innovatie

26Pro-actieve aanpak

4aan deKeukentafel

36 Join De HeusTienerpagina

Page 4: Vooruit 2013-1
Page 5: Vooruit 2013-1

0 5

Aan de tafel zitten vier ondernemers. Mark van Dijk heeft een subfokbedrijf in Odiliapeel. Met zijn 1.100 zuivere zeugen produceert hij fokmateriaal voor andere zeugenhouders. Mark heeft acht mede-werkers in dienst. José Lubbers heeft een vleeskuiken­bedrijf in Oud Ootmarsum. Haar werk is het managen van dit bedrijf met 106.000 kuikens, samen met haar man, die naast de werkzaamheden op de boerderij ook buitenshuis werkt.Peter van der Veeken is melkveehouder

in Rijsbergen. Hij heeft een melkvee­bedrijf met 65 melkkoeien en 60 stuks jongvee. De melkkoeien worden gemolken door een robot. En dan is er nog Marc Cox uit Nederweert. Hij is mede­eigenaar van AgrySyst, een bedrijf dat tools ontwikkelt waarmee ondernemers data kunnen beheren. Zijn klanten zijn met name varkenshouders.

Het keukentafelgesprek staat onder leiding van Joost Belt, manager Marketing & Communicatie van De Heus.

Sinds de jaren tachtig gebruiken veehouders computers: om dieren te voeren, stallen te ventileren, de administratie bij te houden en te communiceren met de buitenwereld. Anno 2013 heeft het internet zich ontpopt tot het belang­rijkste communicatiemiddel en heeft de informatiecultuur zich volop gevestigd op het platteland. Aan de keukentafel bespreken wij de impact van de informatietechnologie op het veehouderijbedrijf van nu.

Vooruit-boeren met data

Mark van Dijk, Odiliapeel, 1.100 zeugen

José Lubbers, Oud-Ootmarsum, 106.000 vleeskuikens

Peter van der Veeken, Rijsbergen, 65 stuks melkvee en 60 stuks jongvee

Mark Cox, Nederweert, AgriSyst B.V.

Page 6: Vooruit 2013-1

Dagelijkse kostJoost Belt start het gesprek met de omschrijving van het begrip informatie-technologie. ‘Kort samengevat is infor-matietechnologie het bewerken, opslaan en verspreiden van tekst, geluid, beeld en andere informatie met computers en telecommunicatie. Inmiddels dagelijkse kost voor ons allemaal. De agrarische sectoren waren er vroeg bij qua informatie­

technologie’, vertelt Joost Belt. ‘Zij hebben er vanaf het begin gebruik van gemaakt. Ik ben benieuwd welke mogelijkheden jullie nu toepassen. Hoe maak je bijvoorbeeld bij de melkrobot gebruik van de mogelijk­heden van de informatietechnologie?’Peter van der Veeken: ‘Tijdens het melk-proces worden 24 uur per dag allerlei gegevens over de koeien en de melk­productie verzameld. De krachtvoergift is

gekoppeld aan de melkproductie. De registraties van de robot en de krachtvoer-berekening worden in grafieken en lijsten gezet, zodat je steeds een overzicht hebt van wat er gebeurt. De gegevens worden uitgewisseld met andere instanties. De ge-gevens van het ophalen van de melk en het onderzoeken van de monsters komen direct bij me binnen. Bij verandering van gehalten of kwaliteit kun je direct bijsturen.

0 6

Vooruit-boeren met data

Page 7: Vooruit 2013-1

0 7

Een ander voorbeeld is fokkerijorganisatie CRV. Al onze koeien worden ingeschreven in het stamboek, waarbij de plussen en minnen bovenkomen. CRV zoekt in een programma de meest geschikte stier voor elke koe. Die gegevens nemen we over in onze administratie. Na de inseminatie van een koe zijn de gegevens met een druk op de knop weer bij CRV. Zo zijn er tal van mogelijkheden.’

Onderscheid maken‘Hoe zit dat bij jou, José?’, vraagt Joost Belt. ‘Wat zijn jouw informatiebronnen?’José Lubbers: ‘Ik maak onderscheid in informatie die ik krijg van buiten, informatie van mijn eigen bedrijf en informatie die ik krijg teruggespeeld van afnemers. Deze informatie is steeds meer geïn tegreerd. De slachterij heeft een grote database, waar ik heel graag gebruik van wil maken. Daar zitten gegevens in van ons, maar ook van veel andere bedrijven.’Joost Belt: ‘Waarom zou je deze gegevens willen hebben?’José Lubbers: ‘Om mijn bedrijf te kunnen vergelijken met andere bedrijven. Technisch gezien, maar ook om te zien hoe mijn bedrijf op bepaalde punten scoort. Ik wil graag vergelijken met bedrijven met andere voerleveranciers. Dit wil elke boer. Feit is echter dat deze vergelijkingen lastig zijn te realiseren. Ons streven is om dit in de toekomst beter voor elkaar te krijgen.’ Joost Belt: ‘De informatie wordt steeds meer geïntegreerd. Is dat een goede ontwikkeling?’José Lubbers: ‘Ik wil dat wel graag. Daarmee krijg ik immers betere infor-matie voor mijn bedrijf. Veel boeren zijn echter niet zo gretig. Dat snap ik niet zo goed. Je hebt toch niets te verbergen? De GD heeft een project opgezet om kennis uit te wisselen. De dierenartsen-praktijk ook. Hiervan wordt nauwelijks gebruik gemaakt. Jammer. We kregen ook amper informatie retour.’Marc Cox: ‘Dat veehouders moeilijk gegevens uitwisselen, heeft misschien te maken met geven en nemen. Mensen willen best geven, als ze het idee hebben dat ze ook iets terugkrijgen. Daar zijn we nog niet goed in geweest. De bereidheid

tot uitwisselen wordt groter als ik weet wat ik terug krijg op het moment dat ik informatie geef.’Peter van der Veeken: ‘Voor wat hoort wat.’Mark van Dijk: ‘De GD kan een perfect monitoringsprogramma opzetten om zichzelf te voeden. Maar als de veehou-der daar geen rendement uit krijgt, is het over en uit. Plus dat we in alle redelijkheid moeten afspreken wat vertrouwelijk is.’

Kleiner en snellerOp het gebied van techniek is er veel gebeurd. De computers zijn kleiner en sneller en programma’s bieden steeds meer mogelijkheden. Joost Belt vraagt zich af of deze mogelijkheden voldoende worden benut.Marc Cox: ‘De ontwikkeling van data­management heeft de laatste 25 jaar eigenlijk stilgestaan. We moeten preciezer aangeven waarover we het hebben. Als je data gaat opdelen kom je wel verder. Denk dan aan de gegevens van de proces­automatisering in jouw stal. Daar zou je wat mee kunnen doen. Maar ook informa-tie van slachterijen en zuivelbedrijven. Feit is echter dat dit nog in de kinderschoenen staat.’

Op basis van

digitale data

neem ik betere beslissingen

Page 8: Vooruit 2013-1

0 8

Vooruit- boeren met data

Mark van Dijk: ‘Maar iedereen heeft toch een moderne telefoon?’Marc Cox: ‘Daar doen we nog erg weinig mee.’Mark van Dijk: ‘Dat kun je wel zeggen, maar ik heb een touchscreen. Ik maak een fotootje, zet het op Twitter en aan de andere kant van de wereld zien ze wat we hebben.’Marc Cox: ‘Ik bedoel dat we het veel beter kunnen, ten behoeve van jouw bedrijfsresultaat.’José Lubbers: ‘Er is een ventilatie­computer waarmee je op afstand via je telefoon de ventilatie controleert. Als het rendement beter is, gaan wij wellicht zo’n ding kopen.’Marc Cox: ‘Zo zie je, de slachtkuikensector loopt voorop met procesautomatisering.’José Lubbers: ‘Bij de vleeskuikens komt het aan op de punten en komma’s. Daarom lopen we zo voorop.’Mark van Dijk: ‘Ik vind het een probleem dat de verschillende merken klimaat systemen met eigen programma’s werken en niets kunnen uitwisselen. Er zijn verschillende soorten chips voor dierherkenning. Niet iedere chip werkt met de voercomputer. Ook is het van de zotte dat slachterijen daar niet mee werken.’Joost Belt: ‘Wat voor gevolgen heeft dat dan?’Mark van Dijk: ‘Ondanks dat we alle

dieren van een chip voorzien, moeten alle zuivere N­lijndieren getatoeëerd worden. Daarnaast moet elk dier dat naar de slachterij gaat een slachtmerk in. Gaat het naar een Duitse slachterij, dan nummeren we het met een slacht-hamer. Dat is eigenlijk allemaal onzin.’

Betere informatie met chipsJoost Belt: ‘Wat stel je voor?’Mark van Dijk: ‘Laten we afspreken dat we over drie jaar allemaal met chips werken. Dan kan alle informatie van zaadje tot en met karbonaadje aan deze chip worden verbonden voor een optimale track en tracing.’José Lubbers: ‘Als iedereen zich aan de regels houdt en de informatievoorziening goed is gebeurd, dan is het gesjoemel met vlees voorbij.’Marc Cox: ‘Natuurlijk werkt controle met chips beter, maar met elk registratie­

systeem is fraude mogelijk. Er zullen altijd mensen zijn die over de grens gaan.’

Voldoende benuttenJoost Belt: ‘Hoe benutten jullie de moge-lijkheden van de informatietechnologie? Passen jullie alle mogelijke technieken toe, of zijn jullie terughoudend?’Peter van der Veeken: ‘Ik sta er wel voor open, maar ik hoef niet de eerste te zijn. Dat heeft misschien ook wel met mijn leef-tijd te maken.’ Joost Belt: ‘Is de melkveehouderij opener dan de varkens­ of pluimveehouderij?’Peter van der Veeken: ‘Dat kan ik niet zeggen. Er is wel veel verschil tussen de melkveehouders onderling. Ik kwam gis-teren een melkveehouder tegen, die geen managementsysteem en zelfs geen mobiele telefoon heeft. Die man kun je alleen bereiken om negen en twaalf uur en na acht uur ‘s avonds. Dat is niet meer

Page 9: Vooruit 2013-1

0 9

van digitale data betere beslissingen neemt?’José Lubbers: ‘Dat denk ik wel. Ik heb laatst de gegevens van alle 114 ronden op ons bedrijf op een rij gezet. Dan zie ik verbanden tussen bijvoorbeeld het voer­ en het medicijngebruik. Als de voerprijs hoog is, is ook het medicijngebruik hoger. Je kunt er rekening mee houden als je het weet. Ik kan aan de voerprijs niets doen, maar er misschien wel rekening mee houden bij het management.’Joost Belt: ‘Kijk je ook naar de voer­samenstelling?’José Lubbers: ‘Mij ontbreekt helaas de tijd om de voersamenstelling in de com-puter te stoppen en te analyseren.’

van deze tijd. We moeten vooruit en ook naar de consument toe open en trans-parant zijn.’ Marc Cox: ‘In vergelijking met andere bedrijfstakken in het MKB heeft de vee-houderij de procesautomatisering heel goed omarmd. De data die gegenereerd worden, kunnen echter beter worden benut. Je kunt zeggen hoe intensiever een sector is, des te beter ze de data gebruikt. De ontwikkeling van de bedrijven op het gebied van informatiechnologie heeft te maken met de sector. De pluim-veehouderij is meestal verder.’ Betere beslissingen Joost Belt: ‘Kun je stellen dat je op basis

Bij vleeskuikens

komt het aan op de punten

en de komma’s

Page 10: Vooruit 2013-1

Marc Cox: ‘Nu zie je waar we informatie­technologie onvoldoende benutten. Diverse gegevens zijn digitaal beschik-baar. Wat ooit digitaal beschikbaar is, moet je nooit nog een tweede keer digitaal hoeven maken. Dit is de winst als we het anders organiseren.’Joost Belt: ‘De Heus heeft recent een nieuwe bestelmodule in gebruik genomen.’José Lubbers: ‘Dat weet ik, ik heb nog meegedaan in de proeffase.’Joost Belt: ‘Mogelijk dat die module een geschikt platform is voor het uitwisselen van meer data.’Marc Cox: ‘In het algemeen geldt dat

er nog veel slagen kunnen worden gemaakt. Het is zeker dat we steeds scherper moeten gaan werken. We we-ten ook dat er permanent sprake is van schaalvergroting. Als je die twee dingen optelt, is een automatisch gevolg dat we steeds meer data op ons af krijgen die we moeten managen.’Mark van Dijk: ‘Hoe opener je bent, des te groter is het risico dat alle gegevens op straat komen te liggen. Soms kan dat geen kwaad, maar als het om de kostprijs gaat, moet je oppassen. Het blijft handel. We blij-

ven opboksen tegen de goedkope landen.’

Afhaken van veehoudersJoost Belt: ‘Zullen veehouders afhaken omdat ze niet meegaan in de informatie-technologie?’Marc Cox: ‘Al decennialang haken on-dernemers af. Vanwege bedrijfsomvang of ondernemerschap. Het niet kunnen volgen van de technologische ontwikke-lingen is daar onderdeel van.’Joost Belt: ‘Zeg je dat de informatietech-nologie een voorwaarde is voor verdere schaalvergroting?’Marc Cox: ‘Absoluut. We zullen ieder mid-del moeten inzetten dat ons helpt. Tech-nologie is veel goedkoper en efficiënter geworden en daardoor aantrekkelijk. De innovatie in de informatietechnologie heeft in onze sectoren voor een deel stilgestaan, terwijl de rest doorging. Vandaag de dag moeten we alle mogelijkheden omarmen om de bedrijfsvoering te verbeteren. Doe je dat niet, dan laat je potentiële verbeteringen liggen.’Mark van Dijk: ‘Ik zou meer koppelingen willen van verschillende softwareprogram-ma’s onderling door middel van bluetooth en internet.’Marc Cox: ‘In de slachtkuikensector is ver-nieuwen mogelijk door procescomputers met elkaar te laten praten en beslissingen te laten nemen.’José Lubbers: ‘Ik ben wel geïnteresseerd in apps op de telefoon om voer te bestellen en voor tracking and tracing van de voer-bestelling.’Peter van der Veeken: ‘Of een app die aangeeft dat het de komende uren droog blijft, zodat ik kan zien of ik de onkruid-bestrijding nog kan doen of beter kan uitstellen.’

Vooruit- boeren met data

Onderbuik- gevoelens

gaan bovendata

Page 11: Vooruit 2013-1

1 1

Informatie of gevoelJoost Belt: ‘Jullie gebruiken steeds meer data bij het nemen van beslissingen. Maar wat is het belangrijkste: de informatie of je gevoel?’Mark van Dijk: ‘Ik gebruik meer infor-matie dan in het verleden bij het nemen van mijn dagelijkse beslissingen. Daarbij speelt mijn intuïtie een belangrijke rol. Ik heb niet voor niets het vak varkens-houderij geleerd. Gegevens zijn belang-rijk om risico’s uit te sluiten. Als de data ergens op wijzen en de intuïtie is anders, dan kies ik voor vakmanschap op basis van mijn visie.’José Lubbers: ‘Onderbuikgevoel gaat voor. Data zijn voor mij wel belangrijk om achteraf te zien of ik de juiste beslissing heb genomen.’Peter van der Veeken: ‘Je moet wel weten hoe de informatie tot stand is gekomen. Dan weet je welke waarde je eraan kunt hechten.’

Kennis en ervaring is voor ons en onze klanten belangrijk. Om deze kennis en ervaring te laten zien heeft iedere sector op www.de-heus.nl een eigen plek gekregen voor nieuws, acties en natuurlijk ook voor de concepten, producten en diensten. Daarnaast is er een kennisbank ingericht waarin artikelen en achtergrond - informatie terug te vinden zijn.

Kennisbank www.de-heus.nl

Levensader‘Zien jullie informatietechnologie als de levensader van het bedrijf?’, vraagt Joost Belt.Mark van Dijk: ‘De dieren zijn de levens-ader, niet de informatietechnologie. Ech-ter al onze dierregistraties worden in de stal meteen online verwerkt. Dus kunnen we niet zonder de informatietechnologie op ons moderne fokbedrijf.’José Lubbers: ‘Jazeker. Het gaat keihard. Het is belangrijk om je bedrijf hiermee zo goed mogelijk te laten pres-teren.’ Peter van der Veeken: ‘Ik krijg 24 uur per dag informatie, die gekoppeld is aan de voeding. Ik kan niet zonder.’Mark van Dijk: ‘We zijn op ons bedrijf met webcams bezig, zodat iedereen kan zien waarmee we bezig zijn. We zijn transparant en zichtbaar voor de con-sument. Dat is ook een stuk toekomst. Vertel je echte verhaal, is ons motto.’

Page 12: Vooruit 2013-1
Page 13: Vooruit 2013-1

1 3

Het is een feestdag. De januari­kou heeft de grond bevroren en deze is bedekt met ijs en sneeuw. Door dit winterse weer lo-pen rijen mensen naar het nieuwe bedrijf van Adrie en Hanneke Peters. Ze duiken de spiksplinternieuwe stallen in, waar nog geen dieren zijn en de verwarming nog niet brandt. Ter demonstratie loopt er water door de luchtwasser achter in de stal. Op de vloer vormt zich ijs.Hanneke en Adrie kochten een bedrijf bij Erp Boerdonk als locatie voor een nieuw varkensbedrijf met 800 zeugen en 7.800 vleesvarkens. Van het voormalige rund-vee­ en later viskweekbedrijf staat nog een stal overeind. Deze is omgetoverd tot een ontvangstruimte met een buffet en standjes van bedrijven die hebben

meegewerkt aan het realiseren van de nieuwbouw. Binnen is het lekker warm.Hanneke loopt ontspannen tussen de gasten door en praat met haar ouders. Haar vader speelde een belangrijke rol bij de nieuwbouw; hij coördineerde alles. Als oud­ondernemer en eigenaar van bouw-markten heeft hij verstand van bouwen.

Twee keer verhuisdHanneke kijkt terug hoe het gelopen is. ‘Toen we in 1996 op ons huidige bedrijf in Veghel kwamen, wisten we al dat we een keer weg zouden moeten vanwege woningbouw’, vertelt Hanneke. ‘We wis-ten alleen niet wanneer. Al een keer eer-der moesten wij het bedrijf verhuizen in verband met de aanleg van wegen.’ Het

Wij gaan voor een lage KostPrijs

Het klinkt eenvoudig als Adrie het uitlegt: ‘Aan de inkomstenkant zijn er weinig mogelijkheden om extra marge te behalen. De prijzen zijn vastgetimmerd. Als een varkenshouder iets wil verdienen, zijn er vooral mogelijkheden aan de kostenkant.’ Het nieuwe bedrijf van Adrie en Hanneke Peters is hierop ingericht.

Page 14: Vooruit 2013-1

1 4

Lage kostenHet sterke punt van Hanneke en Adrie is dat zij de kosten in de hand houden. Dat geldt voor alle kosten, ook voor de arbeidskosten. Adrie heeft lange tijd het werk op het bedrijf alleen rondgezet. Momenteel zijn er twee medewerkers en dat aantal zal waarschijnlijk groeien omdat ook het aantal dieren toeneemt. Hanneke verzorgt de administratie en heeft buitenshuis nog een administra-tieve functie voor twintig uur per week. Beiden houden zij steeds de kosten scherp in de gaten. ‘Wij gaan met alle leveranciers om tafel om te kijken waar het goedkoper kan. Dat geldt bijvoor-beeld voor de dierenarts en de voer­ leverancier’, zegt Hanneke. ‘Dit doen we niet met elke leverancier elk jaar, maar wel regelmatig.’ Hanneke en Adrie weten dat hun beleid voor een lage kostprijs niet leidt tot topresultaten. ‘Wij behoren dus niet tot de 25 procent beste bedrijven qua technische resultaten’, zegt Adrie, ‘Maar financieel doen wij het wel goed.’

Plannen en bezwarenHet plannen van een nieuw bedrijf staat bol van de procedures. Er werden diverse tekeningen gemaakt voordat de definitieve versie aan de muur hangt. Op sommige momenten waren de problemen zo groot dat het hele feest niet door dreigde te gaan. Toch is het gelukt. Het aantal bezwaren viel reuze mee: slechts één zienswijze. ‘Ik ben zelf naar die mensen toe gegaan’, zegt Adrie. ‘Niet om ze om te praten, maar om te laten zien wat de plannen zijn. Ik heb heel open verteld wat de be-doeling is. Bij dat gesprek bleek dat de man niet zozeer bezwaren had, maar te

bericht van vertrek kwam toch nog vrij onverwacht. In 2006 breidden Hanneke en Adrie het varkensbedrijf nog fors uit tot 450 zeugen en 3.600 vleesvarkens. Een jaar later kwam de mededeling dat er verhuisd moest worden. Zij verkochten het bedrijf aan de gemeente. Dat is nu ruim vier jaar geleden. Vervolgens begon de zoektocht naar een nieuwe plek. ‘Het was wel een voordeel dat de gemeente ons daarbij geholpen heeft’, zegt Adrie. ‘Toen we de eerste keer vanwege de we-genbouw zijn verhuisd, moesten we het zelf allemaal uitzoeken.’

Technisch behoren wij niet tot

de top, maar financieel

draaien we goed

Page 15: Vooruit 2013-1

weinig informatie. Hij trok zijn zienswijze in.’ Uiteindelijk konden de plannen door-gaan en dat betekende een volgende stap richting toekomst van Hanneke en Adrie.

IndrukwekkendHet complex dat er nu staat, is indruk-wekkend. Links is een compleet zeugen-bedrijf met 800 zeugen. In het midden afdelingen met biggen en rechts een forse vleesvarkenstal met 7.800 plaat-sen. Het is een degelijk gebouwde stal met allemaal bekende technieken die hun waarde hebben bewezen. De plattegrond ziet er heel strak uit. De looplijnen zijn perfect. Adrie kan in één lange wandeling de vleesvarkens controleren. Hij staat erom bekend dat hij daarbij graag de vaart erin houdt.Achter in de stallen zijn twee chemisch­ biologische luchtwassers. Geen vrije keus van Hanneke en Adrie, maar een verplichting vanwege het milieu. Wel een vrije keus is een forse brijvoerinstallatie. Met deze installatie is Adrie dubbel blij. Hiermee kan hij bijproducten voeren en dus besparen op de voerkosten. ‘Ik vind het zelf ook belangrijk dat de brij goed is voor de gezondheid van de dieren’, noemt Adrie als tweede voor-deel. De installatie is mooi geplaatst in de stal. Ruim opgezet en de acht tanks voor de bijproducten er netjes naast. De installatie staat wat lager en via een bordes zijn de mengtanks goed bereikbaar. De installatie is technisch zo uitgevoerd dat Adrie zelf eventuele problemen kan verhelpen. Dan hoeft hij minder gauw een beroep te doen op de technici. Daarmee zijn de problemen snel opgelost en het scheelt weer in de kosten.

1 5

Page 16: Vooruit 2013-1

1 6

Tip 1: Maai op het ideale tijdstipHet tijdstip van maaien is sterk bepalend voor de hoeveelheid suikers. Suikers zijn nodig voor de conservering en het snel sta-biel worden van de graskuil. In het voorjaar, bij zonnig weer en lage nachttemperaturen, neemt het suikergehalte per dag toe. Voor

een smakelijke kuil met een hoger suiker-gehalte laat u gedurende de dag zonuren in het gewas komen en maait u tijdens de tweede helft van de dag.

Tip 2: Beperk verliezen bij het voordrogenDe gewasverliezen worden onder andere bepaald door het aantal bewerkingen bij het voordrogen. Schudden geeft meer verliezen dan gras keren. Een gras/ klavergewas geeft grotere verliezen dan alleen gras. Daarnaast geeft de maai­kneuzer meer verliezen dan een maaier.

De verliezen liggen tussen 0,12 tot 0,50 ton droge stof per hectare bij een gemid-delde maaisnede. Beperk daarom het aantal keren schudden, zeker als u een maaikneuzer gebruikt en bij een gras/klavergewas.

Tip 3: Let op de verdichting bij het inkuilenEen goede conservering hangt sterk af van de methode van inkuilen. Hoe minder zuurstof in de kuil overblijft, hoe beter de conservering van de kuil slaagt. Een kuil zonder zuurstof is in zeer korte tijd stabiel en bereikt snel de gewenste pH, zodat er meer voederwaarde bewaard blijft. De verdichting van de kuil hangt af van:• inkuilen op een kuilplaat of in een sleufsilo;• aanvoersnelheid per hectare en shovel-

gewicht;• tijdsduur van de shovel op de kuil;• laagdikte van het per keer opgebrachte

gras.

René KnookProductmanager [email protected]

Melkzuur en azijnzuur zorgen voor de beste graskuilenVijf praktische tips vormen het antwoord op de vraag hoe u de beste graskuil maakt. De tips zijn het resultaat van een uitgebreid onderzoek naar graskuilen door BlggAgroXpertus, Barenbrug en De Heus.

Page 17: Vooruit 2013-1

De gewenste verdichting van een kuil, minimaal 225 kg droge stof per m³, bereikt u wanneer u maximaal 4 ha per uur bij de sleufsilo of kuilplaat aanvoert en de opgebrachte laagdikte niet meer dan 15 cm dik is. Bij een hogere capaciteit dan 4 ha per uur kunt u beter met twee shovels op twee kuilplaten inkuilen. Hakselen zorgt voor een 10 procent hogere dichtheid van de kuil.

Tip 4: Zorg voor een drogestof-percentage van 40 procentBroei in de kuil is sterk afhankelijk van de inkuilmethode, maar zeker ook van het drogestofpercentage van het gras.

Ons onderzoek in de afgelopen winter-periode van veertig kuilen, toont aan dat broei bij uitkuilen voor een belangrijk deel is te verklaren door het drogestofpercen-tage van de graskuil. Het ideale drogestof-percentage van graskuil is 40 procent. Dit

percentage is zowel rantsoentechnisch maar ook wat betreft het beperken van de broei het meest wenselijk. Nattere kui-len zijn eerder een probleem, omdat de melkkoeien beperkt worden in de totale drogestofopname van het rantsoen. De koeien moeten veel kilogrammen product opnemen, terwijl de totale drogestof­opname tegenvalt. Te droge kuilen daar-entegen conserveren juist moeizaam en zijn bij uitkuilen ook veel broeigevoeliger. Optimaal voor rantsoen en conservering zijn kuilen die binnen 48 uur gekuild zijn en die een drogestofpercentage hebben van ongeveer 40 procent.

Tip 5: Zorg voor de juiste verhouding van zuren met Bonsilage PlusZuurvorming in de kuil is belangrijk voor het behoud van de voederwaarde. Een goed geslaagde graskuil bevat zowel melkzuur als azijnzuur. Melkzuur zorgt na het afsluiten van de kuil voor een snelle

pH­daling en een stabiele geconserveerde kuil. Ook is melkzuur in de graskuil smakelijk en zorgt niet alleen voor suikers maar ook voor een hoge drogestofopname van het rantsoen. Azijnzuur in de kuil is juist belangrijk bij uitkuilen. Bij voldoende melkzuur én azijnzuur in de kuil en de juiste verhouding tussen beide zal een kuil niet gaan broeien bij uitkuilen. In ons onderzoek hebben we twintig kuilen met een laag azijnzuurniveau vergeleken met tien kuilen die veel melkzuur en azijnzuur bevatten. De goed geconserveerde kui-len met een hoog azijnzuurgehalte lieten slechts een temperatuurverhoging van 1,4°C zien, terwijl de kuilen met een laag azijnzuurniveau een temperatuurstijging van gemiddeld 7,8°C hadden.Bonsilage Plus is een inkuilmiddel waar-mee u zowel de vorming van melkzuur als azijnzuur stimuleert. Door vorming van beide zuren is Bonsilage Plus effectief voor een snelle conservering en tevens voor broeiremming.

actie Bonsilage

Profiteer nu: vraag

uw specialist naar de

voorwaarden

Het voordeel van het gebruik van Bonsilage Plus voor een bedrijf met 100 melkkoeien en een drogestofopname van 1.450 kg kuil per dag is:

Opbrengsten• Inkuilproces versneld: hogere voederwaarde*• Minder broeiverliezen bij uitkuilen**• Minder voerresten aan het voerhek***• Totaal opbrengsten

€ 10,88 € 33,95 € 6,53 € 51,36

Kosten• Bonsilage Plus (€ 7,00 / ton ds) € 10,15

Opbrengsten - kosten **** € 41,21

Rendement• kosten : opbrengsten ***** 1 : 5

* Hogere voederwaarde: 15 VEM/kg ds = 1.450 x 15 = 21.750 : 600 VEM / kg melk = 36,25 kg melk x € 0,30 = € 10,88

** Minder broei en schimmels bij uitkuilen: 5 dagen 20 graden = 100 VEM 100 VEM x 1.450 kg ds = 145.000 VEM / 1068 VEM = 135,8 kg krachtvoer x 0,25 = € 33,95*** 2,5 procent minder voerresten aan het voerhek = 0,025 x 1.450 = 36,25 kg ds = 36,25 kg ds x € 0,18 = € 6,53**** Opbrengsten – kosten per jaar: € 51,36 – € 10,15 = € 41,21 x 365 dagen = € 15.042***** Rendement = 10,15 : 51,36 = 1 : 5

Voordeel Bonsilage Plus

Page 18: Vooruit 2013-1

1 8

Page 19: Vooruit 2013-1

1 9

De Heus nam recent een nieuwe pro-ductielocatie in gebruik die vervolgens volledig is aangepast aan de modernste techniek om legpluimveevoer te produ­ ceren. De Heus investeert continu in haar productielocaties om vanuit alle fabrieken voeders te leveren die voldoen aan de huidige hoge kwaliteitseisen. De fabrieken voor pluimveevoeders kunnen dankzij speciale walsentechnieken en goed doordachte productieprocessen voer maken van elke samenstelling en met de juiste structuur. Ook de inkoop van grondstoffen en de voersamen­stelling behoeven natuurlijk aandacht. Dit allemaal met uiteindelijk hetzelfde doel: een optimale productie op uw bedrijf!

Meer eierenOnze moderne leghen is in staat grote aan-tallen eieren te produceren. De verbeterde erfelijke aanleg is hiervan de belangrijkste reden. Andere zaken zoals huisvesting en

management spelen daarnaast een rol en zeker ook de voeding.De voeding moet naadloos aansluiten bij de behoefte van deze hoogproductieve dieren. Naast de productie stellen stalsystemen eisen aan het voer. De samenstelling van voeders is in de loop der jaren verfijnd. Een optimale afstemming tussen de inhoud van het voer, de kwaliteit van de grondstoffen en de verschijningsvorm van het voer is de basis voor de kwaliteitsvoeders van De Heus.

Moderne huisvestingEen grote verandering heeft in de achter-liggende jaren plaatsgevonden op het ge-bied van de huisvesting. De traditionele kooihuisvesting is verdwenen en heeft plaats gemaakt voor kolonie­, scharrel­ en volièrestallen, al dan niet met vrije uitloop. Onze kennis van voeding en de behoefte van de leghennen heeft door deze ontwik-keling een enorme vlucht genomen. Vrij

Kwaliteitsvoer: veel eieren

Topprestaties bij leghennen worden alleen gerealiseerd met kwaliteitsvoer. Naast de inhoud van het voer is ook de structuur van cruciaal belang. Hiervoor is het productieproces in de fabriek bepalend. De Heus onderkent dit en heeft daar­

om een nieuwe locatie met moderne technieken in gebruik genomen.

Page 20: Vooruit 2013-1

2 0

lopende kippen hebben bijvoorbeeld een luxevoer nodig, met name om de darm-gezondheid en de vitaliteit van de hen op peil te houden. Deze ontwikkeling is de reden geweest dat de afdeling Research & Development van De Heus de laatste jaren veel onderzoek heeft verricht naar de structuur van het voer. Met het inno-vatieve productieproces van De Heus verwachten we dat de darmgezondheid maximaal wordt ondersteund.

FIT! De kunst van het maken van legvoer is de juiste afstemming tussen de behoefte van het dier en het aanbod van de nutriënten. Dit maatwerk is de basis voor het voer-concept FIT! van De Heus voeders. Eerst inventariseren we samen met u als pluim-veehouder waaraan de leghennen op uw bedrijf behoefte hebben. Vervolgens brengen we in kaart welk voer met welke eigenschappen hier perfect bij aansluit. Dat kan bijvoorbeeld de specifieke wens zijn om zware eieren te produceren. En ten slotte realiseren we samen optimale resultaten!

Topniveau‘De Heus bewijst hiermee opnieuw dat ze koploper wil zijn in deze sector’, aldus John Achterstraat, sectorhoofd Legpluimvee. ‘Kostprijsbeheersing en kwaliteitsmaxima-lisatie zijn daarbij leidend. Met de opening van de nieuwe fabriek in Maasbracht hebben we iets innovatiefs willen neerzet-ten. Als sector zullen we de komende tijd ons maximaal gaan inzetten onze klanten verder te ondersteunen. Immers: we willen Vooruit!’

Bert Maij en Henry van ’t Hof zijn de productmanagers Legpluimvee bij De Heus. Henry is vanaf 1 januari werkzaam als productmanager en vanuit die functie verantwoordelijk

voor de samenstelling van de voeders. Bert zal het jaar 2013 gebruiken om zijn werkzaamheden over te dragen aan Henry. Hierdoor heeft Bert de gelegenheid om zich op een aantal projecten te concentreren. Zoals de ontwikkeling van de fabriek in Maasbracht. Daarnaast ondersteunt hij de sterk groeiende activiteiten van De Heus in met name Oost-Europa.

Productmanagers

Page 21: Vooruit 2013-1

2 1

De Heus onderzoekt naaldloze ijzerinjectieBiggen worden geboren met een beperkte ijzervoorraad. Om ijzertekort te voorkomen krijgen de biggen extra ijzer toegediend. Van oudsher gebeurt dat per injectie met een naald. Dit zorgt echter voor een verhoogd infectiegevaar. Het alternatief is naaldloos injecteren. In een oriënterend onderzoek heeft De Heus deze twee technieken vergeleken.

Nieuwe website De HeusHeeft u de nieuwe website van De Heus al gezien? Volledig in de nieuwe stijl en met als doel om de bezoeker kennis te laten maken met De Heus. Op de site is er veel aandacht en ruimte voor actua-liteit en informatie. Zo staan de laatste nieuwsberichten en tweets op de homepage en heeft elke sector zijn eigen nieuwspagina. Hier kunt u alles lezen over acties, de concepten en de producten en diensten. Daarnaast is er een Kennisbank ingericht waarin artikelen en achtergrondinformatie terug te vinden zijn. Nieuwsgierig? Surf naar www.de-heus.nl.

Brokjes

GPS BiGGen innovatief inStrument voor doelGericht BiGGen voerenOptimaal voeren leidt tot betere die-ren en een hoger rendement. Maar optimaal voeren valt in de praktijk niet altijd mee. Met GPS­biggen, de online rekenmodule van De Heus, kan op basis van de werkelijke voeropname worden berekend hoe er gevoerd moet worden om de doelstelling te bereiken en het rendement te verhogen.

De Heus heeft een module ontwik-keld waarbij de individuele situatie het uitgangspunt is. In de praktijk waren er al verschillende manier om de optimale voerstrategie te bepalen, maar dat waren allemaal statische methodes, waarbij niet of nauwelijks rekening werd gehouden met de situ-atie van een individueel bedrijf. De ontwikkeling van de rekenmodule is begonnen bij vleesvarkens, maar nu is er dus ook een variant beschikbaar voor biggen.

Hoe werkt Layar?Stap 1: Download de gratis Layar-app geschikt voor iPhone of Android.Stap 2: Scan met je smart- phone de pagina’s waarbij in deze Vooruit! het Layar- icoon is aangebracht. Zorg dat de hele pagina in beeld is.Stap 3: De extra digitale informatie van de betreffen-de pagina wordt nu getoond!

Page 22: Vooruit 2013-1

2 2

dunne mest. De specialist stelt voor om met een wat minder snel verteerbaar voer te beginnen: bijvoorbeeld 50 kg Start Forte. De biggen zullen daardoor mogelijk iets langzamer groeien, maar de specialist heeft de ervaring dat de dieren dit in een latere fase compenseren met een snellere groei.In de tussenfase wil de specialist de voeropname volop stimuleren. Hij stelt Duet DeLux voor: een voer met goede

Meten doet groeien

Routeplanner Vleesvarkens

Het doel is om vleesvarkens goed te voeren en hard te laten groeien. De Heus gebruikt hiervoor de rekenmodule GPS-vleesvarkens. De cruciale factoris de voeropname op uw bedrijf. Daar moet u dus achter zien te komen: meten doet groeien.

voeropname in de verschillende stallen. Vervolgens combineert de specialist dit met het stalbeeld en een dosis gezond boerenverstand. Hij pakt ook de reken­module GPS­vlees varkens erbij om tot een goed voerprogramma te komen.

Nieuw voerprogramma Karel voert de biggen in het begin 50 kg Start DeLux en ziet in sommige stallen dat de biggen op het randje zitten qua

Gertjan RuisProductmanager [email protected]

Karel de Vries stelt zich ten doel om meer kilogram vlees te produceren. De omloop-snelheid moet omhoog: elke keer binnen vier maanden nieuwe biggen in de stallen. De varkens moeten daarvoor harder groeien. Karel heeft meerdere stallen en de biggen komen van verschillende vermeerderaars. Dit maakt een uniforme aanpak niet gemakkelijk. Toch gaat de varkensspecialist van De Heus enthousiast aan de slag. Hij verzamelt cijfers over de

in de schijnwerper

Page 23: Vooruit 2013-1

2 3

gehaltes en grondstoffen die de opname stimuleren. De varkens trekken hiermee hard door. Ook van dit voer krijgen de dieren elk 50 kg. De varkens krijgen in de eindfase eerst Finale Porco. Later wordt dit veranderd in Finale DeLux, een voer dat zorgt voor veel spiergroei. Dankzij het hoge energie niveau van dit voer blijven de varkens doorgroeien.

Om de slachtkwaliteit op niveau te houden, adviseert de specialist de voeropname aan het einde van de mestperiode iets af te remmen. De dieren zetten dan minder spek aan. In sommige stallen kan Karel de voer-gift gemakkelijk beperken. In andere stallen is dat lastiger. In die stallen kan hij de bak-ken één à twee keer per week leeg laten vreten. De darmen komen dan ook een keer leeg. Dat beperkt de voeropname en houdt de dieren tegelijkertijd gretig.

Het resultaat mag er zijn: de groei stijgt over de bedrijven heen met ongeveer 70 g per dag en de voerconversie daalt in verhouding mee. Dankzij de juiste voe-ders stijgt de voeropname. De totale aanpak is succesvol. De combinatie van ervaring, het meten van de voeropname, gezond boerenverstand en het gebruik van de GPS­vleesvarkens heeft geleid tot een forse verbetering van het resul-taat. Het saldo per varken stijgt met € 6,64.

Aanpak De HeusDe Heus brengt continu de voeropname van vleesvarkens in kaart om goede voeradviezen te geven. Bekend is dat er grote verschillen in voeropname zitten tussen de verschillende foklijnen. Maar we zien ook grote verschillen binnen één foklijn. Verschillen ontstaan onder andere door wisselende gezondheidsstatussen, het stalklimaat maar zeker ook de wijze van management.

VoeropnameHet Vleesvarkensteam van De Heus heeft op veel vleesvarkensbedrijven de voeropname bepaald. Met die informatie kan De Heus de schakelmomenten van voeders goed aangeven en ook het soort voer om bijvoorbeeld de opname te verhogen. Met onze rekenmodule GPS­vleesvarkens hebben we de ideale tool in handen om de juiste voertoepas-sing te adviseren. De juiste toepassing van voeders uit de verschillende reeksen verbetert de resultaten en verlaagt de voerkosten.

GrafiekIn de grafiek zijn de voeropnamen van twee proefgroepen (beren en gelten) en twee controlegroepen (beren en gelten) bijgehouden. In de startfase zien we nauwelijks verschil. Vanaf dertig dagen na opleg lopen de lijnen uiteen. Als we

de voeropname combineren met de weeggegevens en de mestconsistentie, dan ontstaat een goede basis voor de voeradvisering. Op die manier kunnen we de beste momenten om over te schakelen van start­ naar runvoer en van run­ naar finalevoer bepalen.

SchommelingenAls u in een kleine koppel de voeropname bepaalt en de dieren weegt, wees dan bedacht op grote schommelingen. Varkens eten namelijk niet volgens een strakke voer-curve. Dat wil overigens niet zeggen dat bij een schommeling een koppel niet goed presteert. Een goede manier is de hele af-deling beoordelen en een paar hokken te nemen als referentie.Hoe snel zitten uw varkens op een voer-opname van 1,5 kg per dag? En wanneer halen ze een voeropname van 2,0 en 2,5 kg per dag? Dit zijn belangrijke meet-punten om te bepalen of u overschakelt van het ene naar het andere voer. Zet daar de weeggegevens nog eens naast en u hebt een perfect stuurmedium in handen om het maximale rendement uit uw varkens te halen.

Resultaten van Karel de Vries voor en na toepassing van het nieuwe voerprogramma

voor na verschil Waarde per varken

Groei 735 807 72 € 1,94

Voerconversie 2,70 2,53 0,17 € 4,70

Voeropname 1,99 2,04 0,05 -

Totaal € 6,64

Praktijkvoorbeeld: Danbred* Deense Duroc, onbeperkte gevoerd

3,50

3,00

2,50

2,00

1,50

1,00

0,50

0,00

Afdelingafd 1L4B (= proef)

Afdelingafd 1L5G (= proef)

Afdelingafd 2L6B (= controle)

Afdelingafd 2L5G (= controle)

Dagen na opleg

Voer

opna

me

(Kg)

0 20 40 60 80 100 120

Page 24: Vooruit 2013-1

24/7 online bestellen via mijndeheus.nl

Voortaan bestelt u uw voeders bij De Heus snel

en eenvoudig via internet op www.mijndeheus.nl. U

kunt er terecht voor vrijwel ons complete assortiment

diervoeders. mijndeheus.nl is eenvoudig én … veilig.

En u kunt bestellen wanneer u wilt. Registreer

u vandaag nog.

• 24/7• Gemakkelijk en eenvoudig• Afgestemd op uw eigen

bedrijfssituatie• Historisch informatie

overzichtelijk beschikbaar• Compleet assortiment

leverbaar

De voordelen op een rijtje:

Page 25: Vooruit 2013-1

2 5

Hoe meld ik mij aan voor mijndeheus.nl?Om toegang te krijgen tot mijndeheus.nl registreert u zich als gebruiker. Op de welkomstpagina van mijndeheus.nl ziet u in de rechterkolom ‘Aanvraag gebrui-ker’. Nadat u op deze button heeft geklikt, vult u uw persoonsgegevens en de gegevens van uw afleveradressen in. Zodra wij uw aanvraagformulier ontvangen hebben, maken wij uw Gebruikersprofiel aan. Dit betekent dat wij uw gegevens vastleggen in uw persoonlijke omgeving van mijndeheus.nl. Vervolgens ontvangt u van ons uw inloggegevens. Hiermee heeft u direct toegang tot uw persoonlijke omgeving binnen mijndeheus.nl en kunt u direct bestellen.

Hoe bestel ik voer?U logt in op www.mijndeheus.nl. U kiest de voersoort die u wilt bestellen. U hebt de keuze uit het diervoedersassortiment van De Heus in bulk, zakken of bigbags. Om het u gemakkelijk te maken, kunt u ook gebruik maken van uw laatste be-stellijst. Van de laatste bestellingen vindt u per product, het bestelde volume en de silo overzichtelijk weergegeven. U vult vervolgens in hoeveel voer u wilt, welke locatie en silo en de gewenste levertijd.

In principe geldt: vandaag voor 13.00 uur besteld, betekent morgen in de silo. Wilt u nog even bekijken hoe het bestellen

werkt, dan kunt u de beknopte gebrui-kershandleiding of de demonstratiefilm bekijken.

Kan ik mijndeheus.nl ook afstemmen op mijn eigen bedrijfssituatie?U kunt binnen mijndeheus.nl uw bestelling zo invoeren dat deze naadloos aansluit bij uw persoonlijke bedrijfssituatie. Zo kunt u bijvoorbeeld:

• medewerkers autoriseren om voer te bestellen. Per medewerker geeft u precies aan welke rechten hij of zij heeft;

• voer bestellen voor meerdere aflever-adressen;

• een siloverdeling aangeven;• het bestelscherm afstemmen op uw

eigen wensen;• verschillende losmethodes opgeven;• indien gewenst ‘Toevoegingen’ aan

uw voeders koppelen.

Joost BeltManager Marketing & [email protected]

Sinds kort bestel ik via mijndeheus.nl. Overzichtelijke schermen, een dui de lijke toelichting en een eenvoudig bestelproces. Kortom: ik ben enthou - siast over het gebruiksgemak en de snelheid waarmee ik kan bestellen. Ik zou wel graag een app willen hebben voor mijndeheus.nl, zodat ik direct in de stal kan bestellen. José Lubbers, vleeskuikenhouder Oud-Ootmarsum

Positieve gebruikservaringen

Wilt u meer weten?Wilt u meer informatie over mijndeheus.nl? Neem dan contact op met één van onze verkoop binnendienst mede-werkers (telefoon 0318 675 430) of uw De Heus specialist. Ook kunt u op www.mijndeheus.nl de demonstratiefilm bekijken.

Page 26: Vooruit 2013-1

2 6

Alle grote veehouderijsectoren moeten in 2013 het gebruik van antibiotica met 50 procent hebben teruggebracht. De pluimveesector maakte daarom een plan van aanpak om dit doel te bereiken. Dat plan werd eerst in de vleeskuikensector toegepast en daarna ook in de legsector. Op verzoek van de sectoren stelde het Productschap voor Pluimvee en Eieren een verordening op voor een verant-woord gebruik van antibiotica. Onderdeel hiervan is het registreren van dit gebruik. Ieder pluimveebedrijf moet voldoen aan de volgende voorschriften:

1. De pluimveehouder moet zijn antibiotica door de dierenarts laten registreren in de database IKB­CRA;

2. De pluimveehouder moet met de

dierenarts een bedrijfsgezondheidsplan en een bedrijfsbehandelplan opstellen;

3. De pluimveehouder moet zich laten controleren op naleving van deze ver-plichtingen.

Voor de grote veehouderijsectoren geldt 2009 als referentiejaar voor het reduceren van antibioticagebruik.

Nulmeting en benchmarkrapportStichting Diergeneesmiddelen Autoriteit (SDA) is een onafhankelijk instituut dat het terugdringen van antibiotica onder-steunt door richtlijnen vast te stellen voor een verantwoord gebruik. De SDA verwacht ook van de kalkoensector een reductie, maar legde deze in tegen-stelling tot de grote sectoren nog geen doelstellingen op. De kalkoensector liet daarom op eigen initiatief door kalkoen-dierenartsen en de GD een nulmeting verrichten op alle kalkoenbedrijven in Nederland. Op basis van deze nul­meting kregen de kalkoenhouders een benchmarkrapport toegestuurd.

Pro-actieve aanpak kalkoensector

Dineke HeijstekProductmanager [email protected]

De kalkoensector is nog niet verplicht om het gebruik van antibiotica terug te dringen. Ze ziet wel de noodzaak hiervan in. Daarom werkt ook deze sector hard om het antibioticagebruik te verminderen. De Heus ondersteunt streven van harte.

Page 27: Vooruit 2013-1

2 7

MaaTwerk

Minder gebruikDe kalkoensector richtte tevens de Werkgroep Aanpak Antibiotica Kalkoen (WAAK) op. WAAK werkt namens de kalkoensector aan een voorstel voor de SDA voor een meer verantwoord en minder gebruik van antibiotica. Om con-creet te maken wat het streven is, zijn er drie niveaus ingesteld:1. Het streefniveau is het eerste niveau.

Blijft het gebruik van antibiotica op het bedrijf binnen het streefniveau, dan zijn geen extra maatregelen nodig;

2. Komt het gebruik binnen het signa-leringsniveau, dan moet de kalkoen-houder maatregelen nemen. Hij heeft een jaar de tijd om weer binnen het streefniveau te komen;

3. Het derde niveau is het actieniveau. Bin-nen het actieniveau is het antibiotica­gebruik zodanig dat de kalkoen houder direct maatregelen moet nemen om het antibioticagebruik te verlagen tot binnen het signaleringsniveau. Vervol-gens heeft de kalkoenhouder nog een jaar de tijd om binnen het streefniveau te komen.

Verder zijn kalkoenhouders in 2013 verplicht om een Bedrijfsgezondheids-plan (BGP) en een Bedrijfsbehandelplan (BBP) te hebben. In deze plannen staan de knelpunten van het bedrijf en de ver-beterpunten. Na iedere ronde moeten het BGP en het BBP worden geëvalu-eerd. Indien nodig past het bedrijf de plannen aan in overleg met de dierenarts

Page 28: Vooruit 2013-1

2 8

en de voorlichter, op basis van de actuele bedrijfssituatie.

ProactiefDe kalkoensector werkt proactief en gestructureerd aan het terugdringen van het antibioticagebruik. Stichting Dier­geneesmiddelen Autoriteit heeft de sector

nog geen norm opgelegd en toch neemt de sector al maatregelen om het gebruik van antibiotica in te perken. De nulmeting, de benchmarkrapporten en het voorstel vanuit de werkgroep aan de SDA laten zien dat de kalkoensector bereid is aan een gezonde bedrijfstak te werken en ze de noodzaak van antibioticareductie serieus neemt.

VoedingVoer is van invloed op de gezondheid en met name op de darmgezondheid van de kalkoenen. Met de juiste voeding op het juiste moment kunnen we de gezondheid van de dieren in de goede richting sturen en hiermee de noodzaak om antibiotica te gebruiken, terugdringen.De Heus werkt dagelijks aan het op-timaliseren van voer. Wij produceren diverse voerreeksen en concepten voor de kalkoensector. Met uw specialist en productmanager kiest u welke voeders op welk moment het meest geschikt zijn voor uw dieren. U kunt daarbij rekening houden met de groeiresultaten van de dieren, het bijvoeren van tarwe en de diergezondheid. Het is belangrijk om de voer­ en water-opname goed te registreren. U kunt dan tijdig zien wanneer er een probleem aan dreigt te komen. Gebruik deze indicator en reageer daar adequaat op! Een van de mogelijkheden is om dan te kiezen voor een ander voer of om grondstoffen bij te (laten) mengen.

Voerreeksenstandaard reeksDe Standaard reeks is gericht op snelle groei, goede voederconversie en een optimaal rendement. De hoogwaardige

grondstoffen zorgen onder goede omstandigheden voor dieren met een optimaal eindgewicht. hybrid reeksHybrid Converters en XL’s vragen om een andere voerstrategie. Genetisch gezien kunnen zij met de juiste grondstoffen en nutriënten hetzelfde eindresultaat halen als de traditionele Big6. Daarom heeft De Heus alle Standaard­voersoorten ook beschik-baar in Hybrid­vorm. Deze voeders zijn op essentiële punten aangepast, onder andere richting zout en magnesium.

slow reeksDe Slow reeks is gericht op gecon-troleerde opname en groei, veiligheid en darmgezondheid. Grondstoffen en nutriënten zijn daar nauwkeurig op af-gestemd. Te denken valt aan eisen op hoogwaardig eiwit, de keuze van vet-zuren en de spreiding in grondstoffen. Het Slow­concept is zowel voor Big6 als voor Hybrid­rassen beschikbaar. Tarwo reeksVoor kalkoenhouders die tarwe bijvoeren,

In het onderzoek van De Heus besteden we uitgebreid aandacht aan de darmgezondheid. In de proefstal in Polen deden we een aantal kalkoenproeven, gericht op het optimaliseren van de toepassing van onze voerreeksen bij zowel Big6 als Hybrid-dieren. Een toelichting op de proeven kunt u lezen in een Special, die kalkoenhouders binnenkort toegestuurd krijgen.

Proefstal Polen

Een optimale samenwerking

tussen kalkoenhouder,

dierenarts en specialist is

gewenst

Page 29: Vooruit 2013-1

heeft De Heus de Tarwo reeks beschikbaar. De reeks bevat kernvoeders waarnaast vanaf de KK3 tarwe wordt gevoerd. Deze reeks is ideaal om dagelijks te kunnen stu-ren op darmgezondheid en indirect dus ook op antibioticagebruik. De Tarwo reeks is ook voor Hybrid­rassen beschikbaar. Daarnaast heeft De Heus een Nutri reeks en een XL reeks. Vraag uw specialist naar de mogelijkheden voor uw bedrijf.

Bijmengen van grondstoffenMet de Tarwo reeks of de Nutri reeks (Nutribiotica­concept, waarbij vanaf de KK1 10 procent tarwe wordt bijgevoerd) kunt u grondstoffen bijmengen. Wij kun-nen ook voor het bijmengen van CCM of maïs een specialiteit maken. Verder levert onze fabriek in Ravenstein (gebroken)

maïs of tarwe. Dit kan een aanvulling op kernvoer zijn, maar ook een aanvulling op compleet voer wanneer de darmgezond-heid onder druk staat. ManagementfactorenDe invloed van managementfactoren op darmgezondheid en antibiotica gebruik is zeer belangrijk. Dan gaat het om water­management, kwaliteit van eendags­kuikens, seizoensinvloeden, diergezond-heid, mest­ en strooiselcondities. Een belangrijk punt is ook het klimaat in de stal. Daarom is het een belangrijke pre dat u de ervaren klimaatspecialist van De Heus kunt inzetten. U kunt zelf een grote bijdrage leveren aan een betere gezondheid en het reduceren van het antibioticagebruik door managementfactoren te optimaliseren.

dierdagdosering per dierjaarDe systematiek is in principe precies hetzelfde als bij vleeskuikens. Er wordt echter gerekend met een levensduur bij hennen van 112 dagen en bij hanen van 140 dagen en met een gemiddelde uitval van 3 % bij de hennen en 5 % bij de hanen. Levensdagen hennen = (afleverdatum hennen - geboortedatum) * (aantal hennen * 0,97)

Levensdagen hanen = (afleverdatum hanen - geboortedatum) * (aantal hanen * 0,95)

Levensdagen totaal = levensdagen hennen + levensdagen hanen

Behandeldagen = kuurduur * totaal aantal dieren (hennen + hanen)

DD/DJ (voor 1 behandeling) = (behandeldagen/levensdagen) * 365

DD/DJ (voor gehele koppel) = alle koppel DD/DJ bij elkaar optellen De dierdagdosering per dierjaar is de maatstaf voor het streef-, signalerings-, en actieniveau:

hennen hanen

2013 2015 2013 2015

Streefniveau 0-41 0-28 0-54 0-36

Signaleringsniveau 41-55 28-41 54-72 36-54

actieniveau > 55 > 41 > 72 > 54

Page 30: Vooruit 2013-1

3 0

Wanneer begint volgens jou het weideseizoen?Het nieuwe weideseizoen start voor mij al in het najaar.

Hoezo, in het najaar? Ik denk bij het najaar meer aan het opstallen van de melkkoeien en de voorbereidingen voor de winterperiode.In het najaar kun je al invloed uitoefenen op een succesvol nieuw weideseizoen.

Niet alleen is de graslengte waarmee het gras de winter ingaat van belang, maar juist het najaar is uitermate geschikt voor het uitvoeren van een reparatiebemesting met kalk. Op basis van een bemestings-plan maakt de veehouder zijn keuze voor bemestingsstoffen, zoals GrasPlus. Maar het maximale rendement van GrasPlus en drijfmest kan alleen bereikt worden als de pH van de grond groter of gelijk is aan 5. Vandaar het advies om in de herfst al een reparatiebemesting uit te voeren als dat

nodig is. Lukt dit vanwege te natte om-standigheden in de herfst niet, dan kun je kalk in het vroege voorjaar toedienen.

En dan is het voorjaar. Bij voldoende gras de staldeuren openzetten?Ja, dat kan, maar het liefst wel nadat de veehouder een beweidingsplan heeft opgesteld. Op veel bedrijven heeft een beweidingssysteem zich in het verleden bewezen. Maar dit is geen garantie voor

Weiden: niet te vroeg inscharen levert veel extra droge stof op

Nu het groeiseizoen is begonnen, spreken we met Jacob Goelema, productmanager Rundvee van De Heus over het komende weideseizoen. We leggen hem een aantal vragen over weiden voor.

meeKijKeN met

Jacob Goelema

Page 31: Vooruit 2013-1

voederwaardeverliezen door inkuilen en conserveringsverliezen. Ook zijn de kosten voor de loonwerker lager, doordat de boer minder hectares inkuilt en minder mest uitrijdt. De keerzijde is dat bij beweiden beweidingsverliezen optreden en de potentiële hoge groei van het gewas niet wordt benut. Het volgende figuur maakt dat duidelijk. Bij maaien is het bladopper-vlak na meer groeidagen groter, zodat ook een hogere daggroei en dus een ho-gere drogestofgrasopbrengst per hectare per jaar gerealiseerd kan worden.

Is het onder alle omstandig-heden bedrijfseconomisch gunstig om te weiden?Nee, niet onder alle omstandigheden. Het voordeel is gerelateerd aan het aan-tal kilogrammen droge stof dat de koei-en in de wei opnemen. Zo moeten melk-veebedrijven met een beperkte huiskavel ten opzichte van de veestapel vaak te veel kilogrammen droge stof op stal bij-voeren en kunnen moeilijker rendement uit weidegang realiseren. Economische bedrijfsboekhoudingen laten zien dat

3 1

succes in de toekomst. Op de meeste bedrijven is het aantal koeien wel, maar de huiskavel niet gegroeid. Een ander beweidingssysteem kan dan een hoger rendement opleveren. Op basis van het aantal koeien per hectare te beweiden percelen, kan de ondernemer hierin een keuze maken. Bij een hogere intensiteit kiezen ondernemers de laatste jaren vaker voor modern standweiden.

Wat zijn de voor- en nadelen van weiden?Deze vraag beantwoord ik vanuit bedrijfs-economisch perspectief. In principe ver-dienen ondernemers geld met beweiden. Gemiddeld genomen ­ 0,5 tot + 2,5 euro-cent per 100 kg melk volgens de Stichting Weidegang. Bij beweiden zijn er geen

het omslagpunt bij een bedrijfsomvang van 800.000 tot 900.000 kg melk ligt. Door de omvang van deze bedrijven in relatie tot de beperkte huiskavel is gemiddeld geen voordeel uit beweiden te halen. Het is wenselijk om per bedrijf de situatie te bekijken en de juiste be-slissing te nemen: wel of niet weiden en zo ja welk beweidingssysteem past het beste bij veehouder en bedrijf.

Van welke middelen kunnen we gebruikmaken om succesvol te weiden?De rundveespecialisten en handelaren nemen de bedrijfsspecifieke aspecten die van invloed zijn op het beweiden mee in de advisering. Bemestingsadvies via het programma OptiGras, rendement van het beweiden en ondersteuning bij de keuze van het optimale beweidingssysteem zijn onderdeel van het beweidingsadvies.Daarnaast ontwikkelt De Heus het weide-assortiment op basis van gasproductie-testen. Deze testen geven duidelijk inzicht in de vertering van weidegras. Juist door de snelle ontwikkeling in grasrassen en steeds hogere verteringscoëfficiënten is aanvulling via de juiste krachtvoeders van wezenlijk belang om het maximale uit wei-degras te halen. Door deze techniek sluit het weideassortiment aan bij de actuele graskwaliteit.In het grasseizoen analyse-ren we wekelijks de graskwaliteit op ver-schillende grondsoorten in Nederland. Dit inzicht zorgt ervoor dat de ondernemer direct op basis van wijzigingen in gras­kwaliteit kan bijsturen in de rantsoenen.

Vanaf 15 april zijn de voederwaardes van weidegras in 2013 elke week te volgen op www.kijkopgras.nl.

Beweidingsseizoen 2013De special Vooruit! over het be-weidingsseizoen 2013 verschijnt binnenkort. De special wordt u toegestuurd, net zoals u van Vooruit! gewend bent.

Kg

drog

esto

f per

dag

per

ha

Tussen 25 en 40 dagen produceert gras per dag 150-195 kg droge stof per hectare. Bij weiden is de maximale grasgroei 150 kg droge stof per dag tot een weidesnede van ongeveer 2.000 kg droge stof per hectare. Niet te vroeg inscharen op weidende bedrijven levert dus veel extra kilogrammen droge stof per hectare op (bron: Handboek Melkvee-houderij 2012, tabel 3.7, pagina 3-17).

Dagen hergroei

1 153 17 295 19 317 21 33 419 23 35 4311 25 37 4513 27 39

Grasgroei per dag

250

200

150

100

50

0

weidenmaaien

Page 32: Vooruit 2013-1
Page 33: Vooruit 2013-1

3 3

Het principe van mengvoer maken is: breng de juiste grondstoffen bij elkaar. Maal, meng en pers de ingrediënten en breng het voer naar de veehouder. ‘Als wij voor elke sector één voersoort zouden maken, van steeds dezelfde grondstoffen, dan zou ons werk heel eenvoudig zijn’, zegt Rudolf de Bruin, Hoofd Formulations. ‘De werkelijkheid is echter anders. We maken geen vijf of tien soorten voer, maar rond de drieduizend. De omstandigheden op de bedrijven zijn verschillend. De die-ren moeten gezond en vitaal blijven en zo rendabel mogelijk presteren. Wij zorgen er daarom voor dat we voor elk bedrijf en elke omstandigheid het juiste voer maken. Hier passen we de recepten op aan. Van-daar de drieduizend soorten voer.’ Elk voer is samengesteld uit tientallen grond-stoffen. Deze grondstoffen zijn niet het jaar door van dezelfde kwaliteit, maar

kunnen regelmatig wisselen. ‘Onze taak is om met wisselende grondstoffen, toch een constant eindproduct te maken’, zegt Rudolf. ‘De veehouders moeten er op kunnen rekenen dat ze steeds de juiste kwaliteit voer in huis krijgen. Deze voeders moeten bovendien helemaal voldoen aan de hoge kwaliteitseisen die heden ten dage gelden. Onze voeders zijn topproducten.’Zijn collega Mario van Erp, manager Formulations, vat hun dagelijkse op-dracht bondig samen. ‘Wij helpen de veehouders vooruit met de kwaliteit van de voeders. Wij zijn verantwoordelijk voor een hoge nutritionele kwaliteit van het voer tegen een zo laag mogelijke kostprijs. Het voer moet goed zijn en een veehouder betaalt liever niet te veel.’ Formulations stelt recepten voor voeders op aan de hand van eisen van de klant, de productie, de logistiek en

de inkoop. Ook begeleidt ze het productie-proces.

Spin in het webDe afdeling Formulations is de spin in het web van de mengvoerproductie bij De Heus. Ze heeft met alle kernactivi-teiten van De Heus verbindingen. ‘We hebben met iedereen veel afstemming’, zegt Rudolf. ‘Belangrijk voor ons zijn bijvoorbeeld de sectoren Legpluimvee, Rundvee, Vleespluimvee en Varkens. Elke sector heeft één of meerdere productmanagers die aangeven welke eisen de klanten stellen aan de voeders. Vanuit de aangegeven voederwaarden en andere wensen berekenen wij de samenstelling van de voeders. Onze taak is voeders met de gewenste eigen-schappen te maken. Soms combineren grondstoffen niet goed en dan zoeken

Formulations draagt bij aan voortdurende kwaliteitsverbeteringen

Meesters in voerU bestelt voer. Een dag later rijdt er een vrachtwagen uw erf op en

de silo’s worden gevuld met het juiste product. Tussen voer bestellen en ontvangen voltrekt zich het productieproces. Hierbij zorgt Formulations ervoor

dat u voer ontvangt die op uw bedrijf leidt tot de beste resultaten.

Page 34: Vooruit 2013-1

wij samen naar oplossingen.’ Een sector heeft verschillende redenen om bepaalde voeders te laten maken. De belangrijkste reden heeft te maken met de wensen van de veehouders. Die geven aan hoe zij wil-len produceren en wat zij willen bereiken.

De keuze van het voer wordt hierop aan-gepast. Een groot aantal varkens­, rund-vee­ en pluimveehouders krijgt zelfs voer dat speciaal voor hun bedrijf is gemaakt. De diersectoren doen ook constant onderzoek naar nieuwe voersoorten die

nog betere resultaten op de bedrijven geven. Formulations denkt hierin mee en kijkt vooral hoe een nieuw voeder het beste geproduceerd kan worden.

InkoopNaast de contacten met de diersectoren is er ook intensief contact met de afdeling Inkoop. ‘Met hen zijn we constant in ge-sprek over aankoop van grondstoffen’, zegt Mario. ‘Er zitten twee kanten aan dat overleg. De afdeling Inkoop koopt grond-stoffen, die wij inpassen in de voeders die we maken. Aan de andere kant weten wij wat er geproduceerd gaat worden en geven wij aan welke grondstoffen nog in-gekocht moeten worden. Ons doel is voe-ders samen te stellen die leiden tot goede prestaties op de bedrijven.’ Inkoop is een dynamisch proces. Je hebt te maken met beschikbaarheid, maar ook met prijs en kwaliteit. ‘Onze afdeling Inkoop heeft con-tacten met alle belangrijke productie­gebieden op de hele wereld’, zegt Rudolf. ‘Daardoor kan zij goed inschatten welke grondstoffen op een bepaald moment aantrekkelijk zijn.’ De grondstoffen komen uit alle hoeken van de wereld en zijn van wisselende herkomst en met variërende eigenschappen. Mario: ‘Onze taak is om onze recepten zo te maken dat een vee-

Ons doel is voer maken dat leidt

tot goede prestaties

3 4

Page 35: Vooruit 2013-1

3 5

Als ondernemer wilt u vooruit, het beste uit uzelf en uw bedrijf halen. U gebruikt uw eigen kennis en ervaring, maar u heeft ook behoefte aan iemand die met u meekijkt, meedenkt en u de juiste vragen stelt. Iemand die u en uw bedrijf door en door kent en u van een goed advies kan voorzien. De vraag is: waar vindt u een onafhankelijk en goed advies? En welk prijskaartje hangt hier dan aan?

Een agrarische bedrijf is een complex geheel waar veel verschillende factoren een rol spelen en elkaar beïnvloeden. Gezondheid, genetica, welzijn, wetgeving, voeding, stal-klimaat, management, automatisering, etc. Allemaal zaken die het rendement van uw onderneming beïnvloeden. Dit is geen momentopname maar een langdurig proces van monitoren en bijsturen. Dus niet alleen eenmalig een goed advies verstrekken, maar het blijvend verstrekken van goede adviezen, daar bent u bij gebaat.

Het belang van een kwalitatief hoogwaardig advies zit bij ons diepgeworteld. Wij helpen u graag met uw vooruitgang. En dit is niet altijd gemakkelijk, zelfs niet voor ons. Maar gelukkig is dit ons vak en onze passie. We willen hierin voorop lopen en doen dit door con-tinu scherp te zijn, ons continu te laten voeden door eigen onderzoek op praktijkbedrijven. Daarnaast werken we samen met nationale en internationale kennisinstellingen. Alleen dan krijgt u een blijvend onafhankelijk en goed advies.

Naast het advies van diervoederleveranciers zien we ook andere vormen van voorlichting opkomen. Dat mag natuurlijk, juist wij moedigen vrij ondernemerschap aan. Wij vragen ons echter wel eens af hoe deze kleine zelfstandige adviseurs dit bovenstaande allemaal borgen om u blijvend van goed advies te kunnen voorzien en tegen welke kosten...? En hoe-veel van dergelijke adviseurs heeft u dan nodig om alle factoren te belichten; de kennis van de premix + kennis grondstoffen/bijprodukten+ kennis rantsoen/voersamenstelling + houderij + klimaat. En wie combineert deze factoren om tot een integraal advies te komen? Graag ga ik hierover met u in discussie.

Henk van Kuyk, Sectorhoofd Varkens

Het beste advies

houder die voer in de silo krijgt, voer van een constante samenstelling en kwaliteit krijgt. Dat is geen eenvoudige opgave. We zetten enorm veel kennis in om in te spelen op steeds nieuwe vragen van productie of van de veehouders. Onze opdracht is om recepten te verbeteren en daarmee ook de resultaten bij de veehouders en de produc-tie te verbeteren.’

ProductieDe fabrieken van De Heus produceren het voer. Het zal u ook niet verbazen dat Formulations nauw contact on-derhoudt met elk van de 35 fabrieken, over de wereld verspreid. ‘Iedereen van onze afdeling heeft fabrieken onder zijn of haar beheer. Wij kijken voortdurend mee naar de kwaliteit van het voer, zegt Rudolf. ‘Wij houden dagelijks controles en schakelen hierbij het laboratorium in om grondstoffen en voeders te onder-zoeken. Als er problemen zijn in een fa-briek worden wij daar direct bij betrok-ken. Ons doel is dat de voeders die bij de veehouder worden aangeleverd aan hun kwaliteitseisen voldoen. Daarnaast denken wij met de managers van de fabrieken mee over het verbeteren van de productieprocessen.’ De afdeling Formulations begeleidt de productie van mengvoer in de Nederlandse en de buitenlandse fabrieken van De Heus. ‘Wij kunnen in het buitenland veel waar-de toevoegen, omdat wij een hoog ken-nisniveau hebben in Nederland’, zegt Mario. ‘Maar het gebeurt ook dat wij via onze buitenlandse vestigingen op goede ideeën worden ge-bracht. En dat is belangrijk, wij willen elke dag een stap-je verder komen en steeds beter voer maken.’

Page 36: Vooruit 2013-1

Join De HeusFlirtende vogelsHet is weer lente en dat betekent: flirtende vogels! De mannetjes halen echt alles uit de kast om indruk te maken op de vrouwtjes. Ze blazen zich op, zetten hun veren uit en doen zelfs dansjes: de balts. Ook proberen sommige vogelsoorten vrouwtjes te verleiden met hun kleurige veren (denk aan de pauw), of door ze te verwennen met lekkere hapjes, zoals een visje of een rups. Zo laten ze ook zien dat ze later goed voor de kleintjes kunnen zorgen. Een belangrijke flirttechniek is de zang. Vogels communiceren via hun liedjes en veel mannetjes fluiten in de lente dan ook uit volle borst. Sommige vogels hebben zelfs een aparte lief-deszang, die ze heel zachtjes (bijna fluisterend) opvoeren in de buurt van hun vrouwtje. Is het niet lief?!

BescherMde WeidevogelsVogels als de kievit, scholekster, graspieper en kuifeend bouwen hun nestjes in weilanden. Best gevaarlijk! Gelukkig zijn er steeds meer boeren die deze vogels een handje helpen. Ze passen de tijd waarop ze het gras maaien aan, markeren de nestjes of zorgen ervoor dat er wat stroken lang gras over blijven waar weidevogels en hun kuikentjes kunnen schuilen voor hongerige roofvogels.

Gekiekt! Doe mee en win een mooie dvd! Maak een vrolijke foto op of om de boerderij, die met de lente te maken heeft. Bijvoorbeeld de koeien die een ‘lentedansje’ doen, een pasgeboren lammetje of de eerste bloeiende tulp. De inzender met de mooiste lentefoto, wint een DVD met spectaculaire natuurbeelden.

Mail je foto vóór 1 juni naar onze redactie: [email protected] en vermeld je naam en je leeftijd erbij. De winnaar krijgt de DVD zo spoedig mogelijk toegestuurd.

Net op de wereld!

Page 37: Vooruit 2013-1

3 7

In China eten ze bijvoorbeeld gebakken libelles. In Maleisië roosteren ze de larven van kevers en in Australië eten de Aboriginals honingmieren als snackje. Ook rupsen, sprinkhanen en vliegen staan in veel landen op het menu. In Cambodja en Venezuela eten mensen zelfs tarantula’s. Officieel is deze grote zwarte spin geen insect, maar toch. Hij wordt gebakken met een beetje suiker. De pootjes worden lekker knapperig, maar zijn lijf blijft glibberig. Brr…

Insecten zijn goedkoop en heel gezond. Ze bevatten veel eiwitten en weinig vet. De reden dat wij in Europa geen insecten eten, is dat de meeste niet eetbaar zijn. Van alle 1400 soorten eetbare insecten, komt slechts 2 procent in Europa voor. In Nederland worden bijvoorbeeld veel meelwormen gekweekt. Prima eetbaar voor mensen, maar ze worden vooral als visvoer gebruikt…

Gebakken sprinkhaan en geroosterde keversNu de temperaturen langzaam stijgen, komen ook de insecten weer tevoorschijn. In Nederland moeten we er niet aan denken om deze kriebe-lige beestjes op te eten, maar in veel landen buiten Europa lusten mensen er wel pap van!

Twintig maart is de lente begonnen.

Dit wist je vast nog niet:* Op de datum dat de lente begint, duren dag

en nacht precies even lang. * Het woord lente stamt af van het woord

‘lang’. Het heeft betrekking op het langer worden van de dagen.

* Omdat er meer (zon)licht is, maakt ons lichaam de stofjes serotine en dopamine aan. Daardoor voelen we ons extra lekker en vrolijk. * De lente staat van oudsher in het teken van vruchtbaarheid. Overal ter wereld zijn er speciale rituelen en feesten. Ook ‘onze’

paashaas met zijn eieren stamt daar vanaf.

Het is lente!

Nog een paar smakelijke hapjes• Japanners koken klein wespjes (de larven) in sojasaus

en suiker. • In Afrika eten mensen een groenblauwe rups met

stekels. Ze knijpen eerst het slijmerige sap uit de rups, daarna wordt hij gedroogd en geserveerd met een sausje.

• Mexicanen onthoofden de stinkvlieg, om deze rauw op te peuzelen. Hij smaak naar …kaneel.

• In Nieuw Zeeland eten mensen een soort rauwe worm, een made, die smaakt als pindakaas.

Page 38: Vooruit 2013-1

De Heus speelt in op deze nieuwe ontwik-kelingen. Daarom heeft ze een zeugen­biggen team in het leven geroepen. Dit team bestaat uit zeugen­ en biggenspecialisten uit de verschillende regio’s, een dierenarts

in de schijnwerper

Albert TimmermanProductmanager [email protected]

snelinsPelen oP de toeKoMstZeugenhouderij volop in ontwikkeling

en een voedingsspecialist. Het team is continu bezig met: • onderling kennis uitwisselen en daarmee

synergie verkrijgen; • onderzoeken hoe we op actuele ontwik-

kelingen kunnen inspelen;• nieuwe innovaties introduceren en volgen;• uitdragen en overbrengen van kennis;Het doel van het team is om onszelf voortdurend te verbeteren en te komen tot steeds betere resultaten bij onze klanten.

De wereld verandert continu, de zeugenhouderij ook. Het gaat snel. Bedrijven groeien, de productie neemt toe en zeugenhouders passen andere systemen van huisvesting toe. Het is voor iedereen belangrijk om snel en goed mee te veranderen. Daarom denkt De Heus altijd mee.

3 8

Page 39: Vooruit 2013-1

Betere resultaten met groepshuisvestingEen ingrijpende verandering voor veel bedrijven is dat de groepshuisvesting per 1 januari 2013 verplicht is. Groepshuis-vesting bestaat al langer en daarover is behoorlijk veel bekend. Het team heeft goed gekeken naar wat goed is en wat nog beter kan. Onze insteek is dat we het beste kunnen streven naar betere resul-taten door vanuit de behoefte van de zeugen te redeneren. Zeugen in een groep hebben onder andere de volgende basisbehoeften:

• Geen stress. De zeug moet zich prettig voelen. Stress werkt negatief op de vruchtbaarheid en gezondheid. Stress in groepen kan onder andere ontstaan door gevechten om de rangorde, een onrustige omgeving (onvoldoende ruimte en schuilplekken) en strijd om het voer.

• Droge hygiënische hokken. Natte hokken zijn slecht voor de klauwgezondheid. Onhygiënische hokken zorgen voor een grotere kans op infecties.

Tijdens ons onderzoek bleek dat er in de praktijk toch nog verschillende verbete-ringsslagen gemaakt kunnen worden. De volgende zaken hebben we goed uitge-werkt:• Een voerstationscan. Uitgewerkt door

specialisten in het zeugen­biggenteam, diverse malen in de praktijk getest en nu helemaal klaar om toegepast te worden;

• Een speciaal nieuw dragend zeugen-voer ‘Dracht Prevent’. Het voeren van zeugen in de groep gaat vaak prima met standaard dragende zeugenvoeders.

Toch wordt er in diverse situaties meer gevraagd van de voeding;

• Een klauwencheck om bij klauwproble-men vast te stellen op welk moment het mis gaat en wat de aandachtspunten zijn om de klauwgezondheid te verbeteren.

Meer veranderingenDe verplichte groepshuisvesting is niet de enige ontwikkeling in de zeugen­ houderij waarmee we te maken hebben. De belangrijkste veranderingen in de afgelopen jaren zijn: • Zeugen worden steeds productiever.

Ieder jaar worden er gemiddeld 0,3 big-gen meer per worp geboren. De worpgrootte steeg van twaalf in 1998 naar vijftien in 2012.

• Het antibioticagebruik is gereduceerd en daarmee is de gezondheidsdruk toegenomen.

• Er zijn minder zeugenbedrijven, maar wel steeds meer zeugen per bedrijf. Sinds 2000 is het aantal zeugen per

bedrijf verdubbeld tot meer dan vierhonderd.

• Steeds meer bedrijven passen het meerwekensysteem toe.

• Er worden minder biggen gecastreerd en dientengevolge meer beren opge-fokt.

Nieuwe ontwikkelingenDe ontwikkelingen in de zeugenhouderij gaan ook in de komende jaren door. De volgende zaken kunnen gaan spelen:• De zeug zal nog steeds productiever

worden. De stijging van 0,3 big per worp per jaar gaat door. Dit betekent dat we in 2018 gemiddeld op 16,6 geboren biggen per worp zitten.

• Meer varkenshouders zullen in concep-ten produceren om meer toegevoegde waarde te creëren.

• De maatschappelijke druk wordt groter, met als gevolg extra welzijnseisen.

• Er ontstaat meer vraag naar kwaliteits-biggen.

Al deze zaken vragen veel van de on-dernemer, zijn personeel en de mensen die het bedrijf begeleiden. Het betekent voortdurend op een andere manier wer-ken en steeds weer met nieuwe dingen komen om een optimaal resultaat te behalen en efficiënt te werken.

De Heus denkt meeDe specialisten, het zeugen­biggenteam en alle betrokkenen bij De Heus denken met de varkenshouders mee. Dat dit succes heeft, blijkt uit ons groeiend marktaandeel in de zeugenhouderij in de afgelopen jaren. Ons marktaandeel nam volgens het AgriDirect­rapport in de afgelopen jaren met bijna 3 procent toe.

3 9

Page 40: Vooruit 2013-1

In het kortWie: Andre en Carla de Bruickere

Wat: Akkerbouwbedrijf met

biologische legpluimveehouderij

Waar: Aardenburg, Zeeuws Vlaanderen

Hoeveel: 30 ha akkerbouw, 12.000 hennen

Waarom: Overgeschakeld op leghennen

en staan op het punt om bedrijf

uit te breiden

Page 41: Vooruit 2013-1

4 1

Rondom de pluimveestal van André en Carla de Bruijckere in Aardenburg, Zeeuws Vlaanderen, is een uitloop van vijf hectare groot. Overdag lopen hier de kippen. Ze houden zich graag schuil en daarom zaaide André als proef olifants-gras. Ook hebben André en Carla ver-schillende fruitbomen aangeplant, zodat de kippen in de zomer een beschutte plek hebben, én een extraatje door het opeten van het gevallen fruit. Een over-dekte wintertuin vormt de overgang van stal naar uitloop. Bij slechte weers­omstandigheden komen de kippen niet verder dan de wintertuin. In de stal valt de grote leefruimte op: het aantal hennen per vierkante meter is zes. Dit is bij scharrelkippen negen.

BiologischWe hebben hier te maken met biolo-gische leghennen. Behalve uitloop en extra ruimte stelt de biologische hou-derij meer eisen, zoals biologisch voer en geen gebruik van antibiotica. ‘We

hebben biologische leghennen, omdat dit de enige manier was om ons bedrijf uit te breiden’, zegt André. ‘We konden geen toestemming krijgen voor scharrel-kippen, maar wel voor biologische.’

Carla en André hadden akkerbouw (30 ha) en vleesvarkens (570 plaatsen waarvan 270 ingeruild voor de kippen). Beiden hadden ze een baan buitens-huis; zij in de zorg en hij bij een me-chanisatiebedrijf. Ze wilden graag het bedrijf uitbreiden en een mogelijkheid was legpluimvee. ‘We hebben er de tijd voor genomen om ons te verdiepen in deze sector. Drie jaar lang hebben we ons georiënteerd, waarbij we op ruim twintig bedrijven zijn geweest’, vertelt André. ‘Aan het eind van de drie jaar wisten we precies wat voor bedrijf we wilden.’ Ze kozen voor een stal met 12.000 leghennen. De arbeidsbehoef-te bedraagt vijf uur per dag. Daardoor werkt André niet meer bij het mechani-satiebedrijf.

Maatschap De Bruijckere - Vercraeije

Dol op kippenOp het erf van André en Carla de Bruijckere

loopt een witte legkip. Ze heet Boef. De kip zit bij de hond in het hok en kruipt stiekem in auto´s.

Carla vindt Boef prachtig. Zij en haar man zijn pluimveehouders die dol zijn op kippen.

Page 42: Vooruit 2013-1

4 2

Passie voor kippenCarla en André hebben een passie voor hun legkippen. Ze zijn veel in de stal, om-dat er werk gedaan moet worden maar ook omdat ze nog steeds geboeid zijn door de dieren. ‘Ik zit af en toe wel eens een half uurtje in de stal om de dieren te observeren’, zegt Carla ‘Dat is gewoon leuk. Kippen zijn intelligente dieren en erg sociaal.’

Het observeren van de kippen is ook een manier om erachter te komen of er iets speelt. ‘De kunst is om problemen te zien nog voordat ze er zijn’, zegt specialist Jan de Klein van De Heus. ‘Carla en André kunnen dat en daarom zijn het echte pluimveehouders.’ De Klein is een specia-list met veel ervaring in de praktische pluimveehouderij.

Ervaring opdoenToen Carla en André in 2010 de stal in gebruik namen, wisten ze veel van de sector, maar hadden ze geen enkele ervaring in het houden van kippen. De praktische pluimveehouderij moesten ze nog helemaal leren.‘Onze adviseurs speelden toen een be-langrijke rol. Ze hebben ons geholpen om het houden van kippen te leren. Eigen-lijk zijn de adviseurs nog steeds belang-rijk, omdat ze met andere ogen naar het bedrijf kijken’, zegt André. ‘Het gaat om de dierenarts, de opfokker van de jonge hennen en Jan de Klein.’

Deze laatste, Jan de Klein, was de eerste maanden vaak op het bedrijf te vinden. ‘Ik deed wel eens sectie bij de dieren’, legt hij uit. ‘Ik wil graag weten hoe het er precies voorstaat. Ook haal ik er wel eens kippen uit die het niet goed doen en die schadelijk zijn voor de koppel.’

Tweede en derde ronde beterBij de eerste ronde deden zich de nodige problemen voor. Bij de tweede en de der-de ronde gaat het een stuk beter. ‘De hennen zijn nu 66 weken en zien er ont-zettend goed uit’, zegt De Klein. ‘Eigenlijk heb ik nog nooit hennen van die leeftijd gezien die er zo goed uitzagen. Tevens

haalden deze dieren wekenlang een leg-percentage van 95 procent.’ Carla en André behalen goede resultaten omdat ze met hart en ziel pluimveehouder zijn. Ze vinden ook dat ze de ontwikkelingen in de sector moeten volgen. ‘Daarom gaan we naar vergaderingen en proberen we te leren van anderen’, zegt André. Drieduizend hennen per afdeling‘Een biologisch bedrijf mag maximaal drieduizend hennen per afdeling hebben. Dat is bij Carla en André ook zo. Ze heb-ben een stal van vier afdelingen van elk drieduizend hennen en van de zomer komt er een afdeling van drieduizend bij. Carla vindt het prettig dat zij meer ruimte hebben dan in een scharrelhennenstal. Er zit drie meter tussen de beide units van het volièresysteem met vier niveaus, met op het derde niveau de legnesten. De kippen genieten van radiomuziek. André heeft ervaren dat de dieren met muziek minder schrikachtig zijn dan zon-der. Momenteel wordt de stal bevolkt door kippen van het ras Hyline Silver. Deze zijn geleverd door Agromix. Dit zijn witte hennen die dankzij een bruingekleurde vader ook bruine eieren leggen. De schaal­kwaliteit gaat momenteel wat achteruit. Dat is niet ongebruikelijk bij oudere hennen. De Klein adviseert daarom extra calcium aan het voer toe te laten voegen.

Een zorgelijk punt is de eierprijs. De prijs van biologische eieren is flink gedaald. ‘Daar hebben wij op dit moment nog weinig last van’, zegt Carla, ‘omdat wij een contract voor drie ronden hebben. Na de volgende ronde zien we wel ver-der. Voor ons is het belangrijk dat wij goede resultaten behalen.’

Af en toe

de dieren rustig observeren.

Dat is gewoon

leuk!

Page 43: Vooruit 2013-1

4 3

Page 44: Vooruit 2013-1

4 4

De ondernemers Wim (52) en Adrie Veldhuizen (50) streven met een niet te grote bedrijfs-omvang naar optimale productie-omstandigheden. In deze bedrijfs-reportage aandacht voor de voeder-winning op Groot Overhorst en de rol van GrasPlus-mest stoffen van De Heus.

in de schijnwerper

rust, reinheid en regelMaat

Page 45: Vooruit 2013-1

4 5

Sinds 2009 boeren Wim en Adrie Veldhuizen op Groot Overhorst in Voorthuizen. Ze maakten vanwege uitbreiding van industrie en natuur in Barneveld de overstap van een traditioneel bedrijf met een grupstal naar dit moderne bedrijf. Wim en Adrie hebben het keurig voor elkaar; belangrijke kenmerken van hun bedrijfsvoering zijn rust, reinheid en regelmaat. ‘We beleven er plezier aan met ons vee bezig te zijn en tot resultaten te ko-men. We vinden het belangrijk om elke koe afzonderlijk in de gaten te kunnen houden’, zegt Adrie. De ondernemers streven naar optimale productieomstandigheden met een niet te grote bedrijfsomvang. In de nieuw gebouwde stal is plaats voor tachtig melkkoeien en tachtig stuks jongvee. De Lely robot melkt maximaal zestig melk­gevende koeien, die gemiddeld 2.000 kg melk per dag geven. Momenteel produce-ren de koeien 34 kg melk per dag in 3,2 melkbeurten. Op jaarbasis resulteert dit in

Jaap KieftSpecialist [email protected]

Gert AnkerAccountmanager [email protected]

een productie van 10.600 kg melk per koe met 4 procent vet en 3,32 procent eiwit.

Optimaal graslandbeheerEr is totaal 47 ha grond beschikbaar, 42 ha hiervan is grasland. Met een optimaal graslandmanagement en maatwerk met GrasPlus­meststoffen zorgt Wim het jaar rond voor goed kuilgras voor de melk-koeien. De zandgrond heeft een stikstof-leverend vermogen (NLV) van gemid-deld 125 kg per hectare en een matig zwavelleverend vermogen (SLV). Wim: ‘Voor de eerste snede bemest ik met de

zodenbemester met 26 kuub drijfmest en 350 kg GrasPlus 14500, de specifiek gecreëerde meststoffenlijn van De Heus. In één werkgang wordt zo voldoende stikstof, zwavel en natrium verstrekt die zorgen voor een goede opbrengst met een goede voederwaarde.’ Meerjarig onderzoek van De Heus toon-de het nut aan van zwavelbemesting op zand­, veen­ en kleigrond. Dit geeft hogere drogestofopbrengsten met de-zelfde gehalten aan VEM en ruw eiwit per kilogram droge stof. Ook blijkt uit meerjarenproeven van De Heus dat

De Heus staat voor ons voor oplossings-

gericht, correct en

betrouwbaar

Page 46: Vooruit 2013-1

4 6

Page 47: Vooruit 2013-1

4 7

Bed & Breakfast

gedeelde natriumgiften over het groei­seizoen betere resultaten geven. Wim: ’De tweede snede bemesten we met twintig kuub drijfmest en met Gras-Plus 14500, omdat gebleken is dat zwa-vel ook voor de tweede snede duidelijk bijdraagt aan een hogere opbrengst met een beter aminozurenpatroon. En natrium is van belang voor de smakelijkheid van het gras. De derde en vierde snede ga ik dit jaar bemesten met GrasPlus Selenium om zodoende het seleniumgehalte voor het weidend jongvee op een hoger peil te brengen.’

Volledig rantsoen‘In het voorjaar 2012 kon ik pas op 17 mei starten met maaien’, vertelt Wim. ‘Dit resulteerde in een graskuil met 868 VEM en 147 gram ruw eiwit. De mineralen­gehalten zijn 2,2 gram natrium, 35,6 gram kali en 2,9 gram zwavel.’Het voer wordt op Groot Overhorst elke namiddag met de mengwagen voor de koeien gebracht en bestaat per koe uit 9 tot 10 kg droge stof kuilgras, 15 kg snijmais en 1 tot 1,5 kg sojaschroot. De mineralenvoorziening is geregeld met 100 gram Bestermine Complex en 80 gram krijt. In de robot en via het Lely Cosmix krachtvoerstation krijgen de koeien 20 kg krachtvoer per 100 kg melk. Momenteel krijgen ze een mengsel van de productie­brokken MaisPower en MaisSolide. ‘De eerste honderd dagen van de lacta-tie vervangen we drie kilogram van de productiebrokken door Impulsbrok. De structuurvoorziening luistert heel nauw en daarom laden we, afhankelijk van de structuurwaarde van de kuil, altijd een halve tot een hele kilogram gedorst hooi per koe in de mengwagen’, zegt Wim.

Wim en Adrie reserveren ook graag wat tijd voor sociale contacten en Adrie beleeft veel plezier aan de Bed & Breakfast-voorziening, die ze sinds verleden jaar in een verbouwde schaaps-kooi op het erf hebben. Meer informatie: www.grootoverhorst.nl.

Een tekort aan structuur geeft volgens hem snel 0,2 tot 0,5 minder melkbeurten per koe per dag.

Vertrouwde snijmaisOp Groot Overhorst hebben ze dit jaar 5 ha bestemd voor snijmais met het ver-trouwde ras Salgado. Bij de snijmaisteelt wordt 40 kuub drijfmest toegepast, de loonwerker zaait en dient in de rij vloei-bare kunstmest toe. Wim: ‘Het is de be-doeling om breedwerpig 300 kg MaisPlus kunstmest per hectare te strooien om in een werkgang de gewenste aanvulling met stikstof, kali en zwavel te verstrekken. Voor een hoog (bestendig) zetmeelgehalte wordt gestreefd naar een drogestofgehalte van 36 tot 38 procent van de snijmais.’‘Wat onze voederwinning betreft, we kunnen prima overweg met onze advi-seur van De Heus. De Heus staat voor ons voor oplossingsgericht, correct en betrouwbaar. Deze kernwoorden passen prima bij onze bedrijfsfilosofie’, besluit Adrie.

Page 48: Vooruit 2013-1

4 8

U berekent de voerwinst door de omzet en aanwas te verminderen met de voerkosten. Vervolgens deelt u de uitkomst door het ge-middeld aantal aanwezige zeugen of vlees-varkens. Als u uw voerwinst vergelijkt met die van andere bedrijven, ziet u snel hoe uw bedrijf er voorstaat. In grafiek 1 staat de

voerwinst voor zeugenbedrijven in de periode 1997 tot en met 2012. De groene lijn geeft het langjarig gemiddelde weer, zo’n € 500,­ per gemiddeld aanwezige zeug per jaar. Banken rekenen met het langjarig gemiddelde. U kunt dit cijfer dan ook gebruiken voor financieringsplannen.

Kees JanssenManager [email protected]

Voerwinst vergelijken, zo doe je dat

Kengetallen zijn erg nuttig. Op basis van kengetallen vergelijkt u uw bedrijf namelijk eenvoudig met andere bedrijven. Vervolgens kunt u plannen maken om uw resultaten gericht te verbeteren. Van de vele kengetallen is de voerwinst het belangrijkste kengetal.

Grafiek 1:Voerwinstverloop zeugenhouderij 1997 - 2012

800

600

400

200

0

jaar

euro

’s

Gerealiseerde omzet

Langjarig gemiddelde

1997 20111999 2001 2003 2005 2007 2009

Grafiek 2:Voerwinstverloop vleesvarkens 1997 - 2012

100

50

0

jaar

euro

’s

1997 20111999 2001 2003 2005 2007 2009

Gerealiseerde omzet

Langjarig gemiddelde

Page 49: Vooruit 2013-1

4 9

Het langjarig gemiddelde is afgeleid van de gemiddelde voerwinsten van alle zeu-genbedrijven. De rode, schommelde lijn vertegenwoordigt de resultaten die elk jaar zijn behaald. De gerealiseerde voerwinst ligt tussen de € 300,­ en € 700,­ per zeug. Grafiek 2 is hetzelfde verhaal, maar dan voor vleesvarkens. De groene lijn is weer de gemiddelde voerwinst. Deze bedraagt rond de € 80,­ per gemiddeld aanwezig vleesvarken. De rode lijn geeft de werkelijke resultaten in elk afzonderlijk jaar weer. De voerwinsten schommelden in de periode 1997 tot en met 2012 tussen de € 40,­ en € 120,­ per vleesvarken.

VergelijkenDoor uw voerwinst te vergelijken met die van andere bedrijven, krijgt u inzicht in de mogelijkheden om de voerwinst te verbe-teren. Alleen vergelijken met het gemiddel-de is niet genoeg. Beter is dit te doen met bedrijven in dezelfde categorie of met een eenzelfde bedrijfsvoering. Handig hulpmid-del bij het vergelijken van uw score met die van andere bedrijven, is de ‘kengetallen-spiegel’ die Agrovision jaarlijks publiceert. In de kengetallenspiegel staan verschillen-de overzichten. Agrovision sorteert de be-drijven naar bedrijfsomvang, voersysteem, technische en financiële resultaten. U kunt

met deze overzichten uw vergelijkingen verfijnen. Als varkenshouder heb u grote invloed op de voerwinst. Daarnaast is het soort bedrijf mede bepalend. Wanneer u mengvoer verstrekt, is het bijvoorbeeld niet realistisch om de voerkosten per kg groei te vergelijken met bedrijven die brij voeren. Het is beter uw bedrijf te vergelijken met bedrijven die ook mengvoer voeren. Voor voerwinst geldt: vergelijk geen appels met peren.

Zeugenhouderij-spiegelDe voerwinst in de zeugenhouderij wordt bepaald door de omzet (verkochte biggen

Page 50: Vooruit 2013-1

5 0

een voerwinst van 115 procent haalt een uitstekend resultaat en ook het onderste uit de kan. Een bedrijf met 1.000 zeugen en een voerwinst van 115 procent daar-entegen heeft mogelijk nog veel verbeter-punten. De manier waarop de aanwas van fok-zeugen is geregeld, heeft invloed is op de voerwinst. Een bedrijf met eigen aanfok heeft lagere kosten voor aankoop, maar hogere voerkosten per zeug.

Vleesvarkenshouderij-spiegelDe voerwinst bij de vleesvarkens wordt bepaald door de omzet (verkoop van vleesvarkens en aankoop van biggen), de voerkosten en de aanwas. U kunt niet alle bedrijven met elkaar vergelijken. Zo wordt het gemiddelde gevormd door bedrijven die droogvoer en bedrijven die brijvoer verstrekken met bijproducten. Tot het ge-middelde behoren bedrijven die beren en gelten houden, evenals bedrijven die bor-gen en gelten houden. Bedrijven met be-

ren en gelten scoren hogere groeicijfers en gunstigere voerkosten per kg groei. De bedrijfsomvang speelt ook een rol. In de kengetallenspiegel zijn tabellen opgeno-men, waarin de bedrijven gesorteerd zijn naar bedrijfsomvang, voersysteem en der-gelijke. Bij analyseren van voerwinst cijfers is het belangrijk ook naar deze tabellen te kijken. Dit geldt bijvoorbeeld voor welzijns­concepten, waarbij u minder dieren per oppervlakte mag houden. Dit leidt tot een lagere stalbezetting en hogere vaste lasten per varken. Deelnemers aan deze concep-ten krijgen echter compensatie in de vorm van extra toeslagen. Zij realiseren een

maal de prijs, plus de verkoop van zeugen, verminderd met de aankoop van gelten), de voerkosten en de aanwas (balansverschil-len). We gaan uit van gelijke waarderingen van zowel de begin­ als eindbalans. Een fis-cale waardering kan hiervan afwijken. Het aantal verkochte biggen en de biggenprijs bepalen voor zeventig procent de ver-schillen in voerwinst. De biggenverkoop is cruciaal.In de kengetallenspiegel staat een over-zicht waarbij de bedrijven zijn ingedeeld naar bedrijfsomvang. Grotere bedrijven ontvangen een hogere biggenprijs en produceren meer biggen Een bedrijf met 1.000 zeugen behaalt waarschijnlijk een hogere voerwinst dan het gemiddelde van alle Agrovision­zeugenbedrijven. Als u dit bedrijf vergelijkt met bedrijven die net zo groot zijn, dan hoeft dit niet zo goed te zijn. Door een bedrijf te vergelijken met bedrijven van dezelfde omvang, krijgt u een beter inzicht in de verbeterpunten. Een bedrijf met 350 productiezeugen en

In de kengetallenspiegel is een ‘basisoverzicht’ met alle bedrijven. Vanuit dit algemene gemiddelde kunt u met de meer gedetailleerde overzichten nadere analyses maken.

Zo vergelijken

U kunt beter

vergelijken met bedrijven van dezelfde

omvang

Page 51: Vooruit 2013-1

5 1

hogere opbrengstprijs per kg en betere technische resultaten.

Gesloten bedrijven-spiegelIn de kengetallenspiegel zijn ook tabellen opgenomen voor gesloten bedrijven. Zij zijn lastig te vergelijken met niet­gesloten bedrijven. Een gesloten bedrijf heeft immers geen aankoopkosten van biggen en is qua voerwinst in belangrijke mate afhankelijk van de opbrengstprijs van de vleesvarkens.

Juiste vergelijkingenBanken en financiële adviseurs leggen een grote nadruk op de voerwinst van een be-drijf. Dit is begrijpelijk, omdat de voerwinst de basis is voor het rendement van een bedrijf. Natuurlijk moeten de gezondheids­ en arbeidskosten die nog na de voerwinst komen, niet worden vergeten. Soms zijn de kengetallen niet goed verge-lijkbaar, denk bijvoorbeeld aan het mesten van beren. Agrovision onderkent dit. Hier-voor zijn nieuwe rekenregels in de maak. Het is altijd een goed om vergelijkingen op de juiste manier te maken.

ZeugenhouderijVoor de zeugenhouderij zijn in de ken­getallenspiegel overzichten met indelingen naar technische kengetallen zoals bedrijfs­worpindex, percentage ingezette opfok-zeugen, gemiddelde lengte zoogperiode en aantal levend geboren biggen per worp. Er zijn ook overzichten ingedeeld naar economische kengetallen, bedrijfsgrootte, kg zeugenvoer per zeug per jaar en groot­gebrachte biggen per zeug per jaar.Door uw cijfers te vergelijken met de kengetallen in deze overzichten ziet u overeenkomsten en verschillen. De grotere bedrijven hebben iets betere

technische resultaten, zoals blijkt uit tabel 1. De hogere voerwinst danken zij echter aan een hogere biggenprijs. Een bedrijf met 350 zeugen kan zijn cijfers het beste vergelijken met de groep 301 ­ 375 zeugen. Grotere bedrijven zitten in andere situatie dan een bedrijf met 350 zeugen. Ze kunnen andere in­ en verkoopcondi-ties bedingen, hebben meer technische mogelijkheden door een modernere be-drijfsuitrusting of gespecialiseerde arbeid in de stallen. Dit wil overigens niet zeggen dat een kleiner bedrijf per definitie minder goede resultaten heeft.

VleesvarkenshouderijIn de kengetallenspiegel voor de vlees-varkenshouderij zijn er naast een ‘basis-overzicht’ ook vergelijkingsoverzichten.Bedrijven zijn ingedeeld naar bijvoorbeeld bedrijfsomvang, toepassing van enkel mengvoer of brijvoer. Er zijn ook over-zichten waarin de bedrijven zijn ingedeeld naar netto voerkosten per kg groei of kg startvoer per opgelegde big.

Uit tabel 2 blijkt dat de grotere varkens­bedrijven een hogere voerwinst halen. De oorzaak daarvan is de lagere voerkosten op grote bedrijven. Dit wordt onder andere verklaard doordat in deze groep meer bedrijven zitten die brijvoer verstrekken. Een soortgelijk verschil treedt op bij het ver-gelijken van de bedrijven die brijvoer voeren met bedrijven met droogvoer in tabel 3. Ook hier zijn de voerkosten per kg groei beduidend lager.

Zowel voor mengvoerbedrijven als brijvoer-bedrijven zijn er overzichten met indeling naar bedrijfsgrootte.

aantal vleesvarkens alle bedrijven

meng-voer Brij

gem. kengetal 887 1405 2838

Groei/dier/dag 795 797 786

% uitval 2,4 2,4 2,4

Biggenprijs 51,30 51,02 52,04

Opbrengstprijs/kg gg 1,68 1,68 1,69

Voerkosten/kg groei 0,79 0,80 0,75

Voerwinst/gavlv 86 82 97

Voerwinst % 100 95 113

Tabel 3: voerwinst vleesvarkens 2012 droogvoer versus brijvoer

Tabel 1: voerwinst zeugen 2012 gesorteerd naar bedrijfsgrootte

aantal zeugen

alle bedrijven

220 -

300 301

- 375

376 -

555> 555

gem. kengetal 424 267 347 479 859

Biggen/z/jr 27,8 27,4 28,1 27,7 28,3

Opbrengst/ big 49,95 49,38 49,79 50,43 53,28

Voerprijs big/100 kg 43,92 43.79 43,88 43,97 43,69

Voerprijs zeug/100 kg 31,25 31,33 31,19 31,26 31,36

Voerwinst/zeug 651 617 658 679 765

Voerwinst % 100 95 101 104 118

bron: Agrovision

Tabel 2: voerwinst vleesvarkens 2012 bij verschillende bedrijfsomvang

aantal vleesvarkensGem. 1801

826 4321

Groei/dier/dag 795 793 785

% uitval 2,4 2,4 2,4

Biggenprijs 51,30 50,85 52,95

Opbrengstprijs/kg gg 1,68 1,67 1,70

Voerkosten/kg groei 0,79 0,81 0,76

Voerwinst/gavlv 86 80 94

Voerwinst % 100 93 109

bron: Agrovision

bron: Agrovision

Page 52: Vooruit 2013-1

5 2

Mortellaro en stinkpoot vrij

met

DigiDerm™

Op het melkvee bedrijf wordt steeds meer

aandacht geschonken aan een optimale

koe gezondheid. Klauw-gezondheid staat in de

top drie van grootste gezondheids problemen

in de melkveehouderij. De toepassing van

voetbaden is een veel-gebruikt middel om de

klauwgezondheid onder controle te houden.

Vaak wordt gewerkt met oplossingen van

formaline, zinksulfaat, kopersulfaat, of

combinaties hiervan.

Mts. Schröder te GeesterenV. Gerritsen te MaurikJ.P. Berns te BantegaMts. Keij te DeilW. Bon te Baambrugge

Deelnemers DigiDerm veldproef

Page 53: Vooruit 2013-1

5 3

KlauwgezondheidIn 2011 is in Nederland een nieuw middel op de markt gekomen om de klauwgezondheid te verbeteren. Aan-gezien klauwgezondheid ook op veel bedrijven een aandachtspunt is, is bij een aantal klanten in samenwerking met AgrInnovations een test uitgevoerd met DigiDerm™. DigiDerm™ is een mengsel van gebufferde zuren dat wordt toege-past, in combinatie met een beperkte hoeveelheid kopersulfaat, in voetbaden. Het middel werkt zeer effectief tegen Mortellaro (Dermatitis Digitalis) en in min-dere mate tegen stinkpoot (Dermatitis Interdigitalis).

formaline en bijt niet. Dieren met Mortellaro hebben dus geen pijn als ze door het voet-bad lopen, wat bij formaline wel het geval is. In voetbaden wordt normaliter gewerkt met 5­10% kopersulfaat of zinksulfaat. In het geval dat 2% DigiDerm™ gebruikt wordt is slechts 2% kopersulfaat nodig. Aangezien koper­ en zinkgehalten een groeiend probleem zijn door de Kader­richtlijn Water, werkt de veehouder op deze manier ook mee aan een verminderde aanvoer van kopersulfaat.

De eerste resultaten in de praktijk toonden de effectiviteit van de aanpak duidelijk aan. Ook bij robotbedrijven kan met dit mid-del zonder problemen van een voetbad

gebruikt gemaakt worden, zonder het robotbezoek negatief te beïnvloeden.

Opzet veldproef DigiDerm™ Op een vijftal bedrijven is jaarrond erva-ring opgedaan met de toepassing van DigiDerm™ (zie kader). In deze bijdrage doen we verslag van deze veldproef. Op de vijf melkveebedrijven is met het bestaande voetbad, of via een nieuw, op maat gemaakt voetbad gewerkt met een oplossing van 2% DigiDerm™ en 2% kopersulfaat. Regelmatig, ca. iedere 6 weken zijn in de klauwbekapbox of in de melkstal de achterklauwen individueel gescoord op de aanwezigheid van Mortellaro en stinkpoot. Voor het gebruik van het voetbad werd gebruik gemaakt van het volgende 3­2­1 DigiDerm™ behandelschema (zie kader).

Voor het voetbad werd een minimale inhoud van 200 liter en een lengte van bij voorkeur 3 meter gebruikt, zodat elke dier elke poot zeker in de oplossing zet. Het voetbad werd zo geplaatst dat de dieren na het verlaten van de melkstal (of de robot) door het bad liepen.

Jacob GoelemaProductmanager [email protected]

De koeien gaan veel

makkelijker door het bad. Je hebt wat meer

werk bij het klaarzetten, maar het resultaat is

duidelijk zichtbaar

Week 1-8: wekelijks 3 achtereenvolgende dagen baden, elke dag een verse oplossingWeek 9-12: wekelijks 2 achtereenvolgende dagen baden, elke dag een verse oplossingWeek 13-verder: wekelijks 1 dag baden

In het begin is een intensief gebruik noodzakelijk, ter voor koming van klauw-aandoeningen kan daarna overgeschakeld worden naar een minder intensief schema.

3-2-1 DigiDerm behandelschema:

Figuur 1: DigiDerm vs. Formaline

30

25

20

15

10

5

0

jaar

%pr

eval

entie

0 30 60 90 120

DigiDerm

Formaline

DigiDerm is wetenschappelijk getest in Nederland door de Gezondheidsdienst voor Dieren, Wageningen UR en PTC+ (Oenkerk). In dit onderzoek is het effect van DigiDerm™ vergeleken met formaline (zie figuur). DigiDerm™ is efficiënter dan

Page 54: Vooruit 2013-1

5 4

ResultatenBij de start van de proef varieerde het aantal koeien met Mortellaro van ca. 20% tot 97%. Daarbij viel op dat bij een beoordeling van de koeien in de stal de bedrijven met de hoogste scores voor Mortellaro op basis van het aantal kli-nisch kreupele koeien het probleem met Mortellaro aanzienlijk overschat werd, met andere woorden, het probleem was steeds groter dan het op basis van het aantal kreupele koeien leek.Het probleem met stinkpoot bleek groot en minder variabel. Dit varieerde van 65% tot 97% van de melkkoeien. Stinkpoot-problemen bleken snel te verdwijnen door het intensieve behandelschema. Na 2 maanden bleek op 3 van de 5 bedrijven het stinkpootprobleem te zijn verdwenen, terwijl op de andere 2 bedrijven respectievelijk 3 en 4% van de koeien nog stinkpoot had. Ook op deze twee bedrijven was na verloop van tijd alle stinkpoot verdwenen. In alle gevallen bleek het aantal gevallen van Mortellaro aanzienlijk te dalen. Op het bedrijf waar bij de start 97% van de koeien Mortel-laro had, bleek dit na 3 maanden nog

maar 7% te zijn. Na verloop van tijd liep het aantal koeien met Mortellaro weer wat op (ca. 10%), wat toe te schrijven was aan het minder goed opvolgen van de behandel­frequentie van 1x per week (zie figuur 2).

Op een andere testbedrijf daalde het aan-deel koeien met Mortellaro van 39% tot ongeveer 9%. De twee bedrijven met het laagste aandeel Mortellaro, respectievelijk 25 en 20%, zagen een daling tot 2 (zie figuur 3) en 11%.

Op het robotbedrijf daalde het aandeel Mortellaro van 63% in maart tot 0% in mei, juni en augustus. Toen bleek een enkele vaars wel Mortellaro te hebben, in oktober waren er wederom geen koeien

met Mortellaro, terwijl in februari weder-om 2 verse koeien Mortellaro hadden (zie figuur 4). De ervaringen op dit laat-ste bedrijf gaven duidelijk aan, dat ook op robotbedrijven met dit product prima gewerkt kan worden. De effectiviteit is zelfs nog groter op bedrijven waar twee keer daags gemolken werd, wat waar-schijnlijk toe te schrijven is aan het grotere aantallen bezoeken aan de robot.

ConclusiesEr zijn op basis van deze proef een aantal duidelijke conclusies te trekken:• Met DigiDerm™ kan effectief het probleem

van Mortellaro en stinkpoot onder contro-le gebracht worden.

• Het volgen van het aanbevolen behandel­schema is bepalend voor het succes. Een aantal belangrijke aandachtspunten zijn echter:

­ De juiste maatvoering en situering van het voetbad: elke koe moet minimaal twee keer zijn poot in het bad plaatsen voor een goede inwerking

- Wanneer het jongvee en de droge koei-en niet gebaad worden, wordt de melkveestapel voortdurende opnieuw geïnfecteerd door verse koeien en vaarzen.

Als je een serieus probleem

hebt aan de klauwen moet je het ook

serieus aanpakken! Met DigiDerm™

is in korte tijd Mortellaro bijna helemaal en stinkpoot helemaal verdwenen

Figuur 4: Mortellaro70%

60%

50%

40%

30%

20%

10%

0%22­mrt 3­mei 17­jun 2­aug 13­sep 25­okt 15­feb

Figuur 2: Mortellaro100%

80%

60%

40%

20%

0%17­dec 7­jan 11­feb 11­mrt 8­apr 19­mei 8­jul

Figuur 3: Mortellaro20%

15%

10%

5%

0%31­jan 21­mrt 26­apr 16­jun 10­aug 26­okt 25­jan

Page 55: Vooruit 2013-1

5 5

Brokjes Vooruit! April 2013 Vooruit! is het relatiemagazine van De Heus

Uitgever De Heus Voeders B.V.Redactieraad Patrick van Vugt, Franko van Lankvelt, Nico Woudenberg,

Ben Menting, Augustine van Ree en Joost BeltRedactieadres Postbus 396 6710 BJ Ede, telefoon 0318-675 497,

e-mail [email protected] Kokshoorn|Riemens b.v. Dordrecht

Druk Koninklijke BDU Barneveld

CO

LO

FO

N

Vooruit! wordt gedrukt op FSC gecertificeerd houtvrij offset papier.

Bonsilage VoorjaarsactieBonsilage Plus is één van de weinige inkuilmiddelen dat zowel conservering bevordert alsook broei- en schimmelremmend werkt. Een snellere en betere conservering levert meer voederwaarde op en verbetert de smakelijkheid. Het remmen van broei en schimmels zorgt tijdens het uitkuilen en voeren voor minder voerresten. Tot 1 juni 2013 heeft De Heus een speciale verkoopactie van inkuil middelen. Vraag hiernaar bij uw specialist of handelaar.

actie Bonsilage

Profiteer nu: vraag

uw specialist naar de

voorwaarden

MaïsPlus Meststoffen zijn

korrel meststoffen met stikstof waaraan elementen als fosfor,

zwavel, natrium en magnesium zijn toe-

gevoegd. Voor de groei van maïs noodzakelijke

elementen, bepalend voor het vermogen van

het gewas om te groeien en belangrijk voor de

kwaliteit en opbrengst per hectare.

Melkveeklanten van De Heus verDienen

Meer Door goeD rantsoenaDvies

Door goed rantsoenadvies en een passende brok in te zetten in het

rantsoen, hebben de klanten van De Heus gemiddeld op het melkveebedrijf

€ 2.215,- meer verdient in 2012. Het is uitermate belangrijk om de juiste

balans te vinden tussen krachtvoer en ruwvoer. Om daarbij het best passende krachtvoer te adviseren is noodzakelijk.

Gelet op de lagere voederwaarde van de graskuilen in 2012 vroeg het vaststellen van deze balans veel

specifieke kennis en onderzoeks-ervaring. De specialisten van De Heus

kunnen u hierin ondersteunen.

Page 56: Vooruit 2013-1

0 1

Voortaan bestelt u uw voer snel en eenvoudig via mijndeheus.nl. Bestellen wanneer u dat wilt, eenvoudig, snel én veilig. U kunt er terecht voor vrijwel ons complete assortiment diervoeders. Gemak en eenvoud staan centraal en registreren kost u nauwelijks enige moeite. Binnen mijndeheus.nl heeft u toegang tot uw persoonlijke omgeving waarin ook historische (bestel)infor matie beschikbaar is. Gegevens die goed van pas komen bij het plaatsen van uw nieuwe bestellingen. Bovendien is het systeem afgestemd op uw eigen be-drijfssituatie zodat het invoeren van bestellingen hierop naadloos aansluit. RegistReeR u vandaag nog op www.mijndeheus.nl en ontdek wat de heus bedoelt met gebruiks-vriendelijk bestellen!

24 uur per dag online

bestellen met mijndeheus.nl

Gemak en eenvoud

staan centraal

www.de-heus.nl