Voorbeeldvragen gasmonteur – versie 131016

1

VOORBEELDVRAGEN GASMONTEUR

Versie 131016 TIJDSDUUR: 15 minuten QUOTERING: goed antwoord: +1 geen antwoord: 0 fout antwoord: -0,5 BEOORDELING ≥ 6/10: geslaagd. minder dan 6/10: niet geslaagd Lees aandachtig de vraag. Er is telkens maar één correct antwoord. NAAM + VOORNAAM: …………………………………………………… DATUM: …………………………………………………………………….

Totaal /10

Voorbeeldvragen gasmonteur – versie 131016

2

Vb1 Welke verbinding van koperen buizen is NIET toegelaten in een

aardgasinstallatie?

a) Persfitting eindkap met markering “gas”.

b) Knelfitting met hardkoperen snijringen en korte wartelmoeren.

c) Hardsolderen (braseren) met zilverlegering.

Vb2 U gaat een uitbreiding realiseren op een bestaande installatie. Deze is

opgebouwd uit geschroefde stalen buizen met vlas als dichtingsmiddel tussen de schroefdraad. Welk dichtingsmiddel zal u gebruiken tussen de schroefdraad van het nieuw te plaatsen gedeelte?

a) Verder met vlas werken om een uniforme installatie te hebben.

b) Heeft geen belang, alle dichtingsmiddelen voldoen.

c) Met gas Teflon-band werken.

Vb3 In een gebouw lopen er meerdere buizen naast elkaar in de technische ruimte.

Wat is de minimum afstand z tussen de gasbuis en een afvalwaterbuis?

a) 4 cm

b) 15 cm

c) 20 cm

Voorbeeldvragen gasmonteur – versie 131016

3

Vb4 Hieronder ziet u een vals plafond dat zal worden afgewerkt met plaasterplaten

(gyproc). Boven het vals plafond hebben we een niet verluchte holle ruimte. Welke leidingen en verbindingswijze mag ik op dit vals plafond installeren?

a) Koolstof stalen buizen met schroefdraadfittingen.

b) Gelaste RVS buizen.

c) PLT-buissysteem met mechanische fittingen.

Vb5 In deze sleuf zal een gasbuis worden geplaatst. Welke bescherming tegen

corrosie is NIET juist?

a) Koolstofstalen buis bekleed met wikkelbanden.

b) Verzinkte stalen buis (gegalvaniseerde buis) zonder bijkomende bescherming.

c) Koperen buis bekleed vanuit de fabriek (WICU buis).

Vb6 Na hoeveel tijd nadat je de installatie onder druk hebt gezet, mag je bij een

dichtheidstest het eindresultaat op de manometer aflezen?

a) Minstens 15 minuten.

b) Minstens 20 minuten.

c) Minstens 10 minuten.

Voorbeeldvragen gasmonteur – versie 131016

4

Vb7 Welke bewering is juist in verband met de plaatsing van gastoestellen?

a) Een toestel type B mag niet opgesteld worden in een badkamer, zelfs niet in het geval van een vervanging.

b) Keukengeisers type A mogen enkel vervangen worden wanneer ze een lavabo voeden met een waterdebiet kleiner of gelijk aan 6 liter per minuut.

c) Een toestel type B mag in een badkamer vervangen worden door een ander toestel type B als de luchttoevoer en rookgasafvoer voldoen aan de gestelde eisen.

Vb8 Een toestel type C1* is:

a) Bestemd om met behulp van zijn kanalen te worden aangesloten op een horizontaal eindstuk.

b) Bestemd om te worden aangesloten op een individueel systeem waarvan de buis voor afvoer van de verbrandingsproducten geplaatst wordt in een afvoerkanaal dat deel uitmaakt van het gebouw.

c) Aangesloten op afzonderlijke kanalen voor de toevoer van verbrandingslucht en voor de afvoer van verbrandingsproducten; deze kanalen mogen uitmonden in verschillende drukzones.

Vb9 Hier zie je drie woningen met schoorstenen zonder statische afvoerkap.

Welke uitmonding is goed geplaatst?

a) Figuur A

b) Figuur B

c) Figuur C

Figuur A Figuur B Figuur C

Vb10 Op een zelfde afvoerkanaal mogen, indien zij niet op dezelfde verdieping

gelegen zijn:

a) Toestellen voor verschillende brandstoffen worden aangesloten

b) Gastoestellen met en zonder ventilator worden aangesloten

c) Enkel toestellen van hetzelfde type en dezelfde soort worden aangesloten