Voorbeeld:I walk

He walks

You walkShe walks

Present Simple:Bij een gewoonte

of een feit.

Simpel:Hele werkwoord

SHIT-regel: He/She/It krijgt een

+SSignaalwoorden:Always, never, usuallyEvery week, Every day

Present ContinuousAls iets nu bezig is / gebeurtHoe maak je de Present Continuous?Onderwerp + vorm van be + werkwoord + ing

IYouHeSheItWeYouThey

Vorm van BE

(am / is / are)werkwoord + ING

Voorbeeld: I am talking.He is laughing

Signaalwoorden:Now

At the moment

Maak van deze werkwoorden de Present Continuous.Gebruik wat je net hebt opgeschreven als handleiding.

NL: “Aan het…..”

1. I (talk) to you right now!2. He (look) at the camera now.3. We (laugh) now because the teacher is so funny??????4. They (brush) their teeth right now.5. Bah. It (rain) outside .6. She (sleep) at the moment.

I am talking

He is looking

We are laughing.

They are brushing.

It is raining

She is sleeping

Naam: Present Simple

Wanneer gebruik je het: Bij gewoonte/feit

Als iets snel gebeurt

Hoe ziet het eruit: Werkwoord of werkwoord

+ s

Keywords:always, never, usually,

every week

Naam:Present Continuous

Wanneer gebruik je het?Als iets nu bezig is/gebeurt

Hoe ziet het eruit?vorm van be (am/is/are) +

werkwoord + ing

Keywords:Now, at the moment

Je moet uiteindelijk zelf kunnen kiezen of je de Present Simple of de Present

Continuous moet gebruiken.

1. He sleeps/is sleeping now.2. They always walk/are walking to school.3. She never eat/eats/is eating breakfast.4. He almost always smile/smiles/is smiling.

Er staan nog meer oefeningen online (onderaan hoofdstuk 4.)