Voeding en vertering

14
Voeding en vertering 6A

description

Voeding en vertering. 6A. Regeling. In hypothalamus: ophoping van zenuwen die zich bezighouden met de regulering van het lichaamsgewicht. Een hongercentrum en verzadigingscentrum. Hormonen. Gastrine: secretie door maagwand - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of Voeding en vertering

Page 1: Voeding en vertering

Voeding en vertering

6A

Page 2: Voeding en vertering

Regeling

• In hypothalamus: ophoping van zenuwen die zich bezighouden met de regulering van het lichaamsgewicht. Een hongercentrum en verzadigingscentrum.

Page 3: Voeding en vertering

Hormonen• Gastrine: secretie door maagwand • Zorgt ervoor dat maagsapklieren beginnen met het

afscheiden van maagsappen• Stimuli: Oprekken maag, aanwezigheid eiwitten en

aminozuren en stijgen pH (feedback systeem?)• Maagsap– Breekt voedseldeeltjes af tot kleinere deeltjes– Denatureert eiwit en nucleïnezuren– Activeert eiwitverterend enzym– Vernietigt bacteriën

Page 4: Voeding en vertering

Hormonen

• Secretine: secretie 12-vingerige darm. • Zorgt ervoor dat de alvleesklier alvleessap gaat

maken• Secretine reguleert zuurgraad van de 12-vingerige

darm door het remmen van de maagzuursecretie • Stimulus: zuur in de 12-vingerige darm

• Wat zou het doel zijn van de neutralisatie van de voedselbrij in de 12-vingerige darm?

Page 5: Voeding en vertering

Hormonen

• Ghreline: maagwand– Wekt eetlust op – Stimuleert secretie groeihormoon (GH)– Stimuleert de opname van

spijsverteringsproducten door de cellen van de darmwand

• Hoe zal de concentratie ghreline veranderen voor en na een maaltijd?

Page 6: Voeding en vertering

Regeling

• Lege maag: ghreline aangemaakt: seintje naar de hersenen. Lichaam moet eten binnenkrijgen

• Ophoping van vetweefsel: leptine gevormd• In verzadigingscentrum leptine-gevoelige

receptoren: remmen voedselopname• Ongevoeligheid voor leptine zou oorzaak

kunnen zijn van obesitas

Page 7: Voeding en vertering

Gezonde voeding• BMI: gewicht/(lengte)² • BMI van 20-25 = gezond

• Voedsel nodig om:– Het steeds beschikken over voldoende energie– Opbouw nieuwe cellen voor groei en vervanging– Vervullen van speciale functies in je cellen

• Energiebehoefte verschilt. Welke factoren zullen hier invloed op kunnen hebben?

Page 8: Voeding en vertering

Voedingstoffen

• Koolhydraten• Eiwitten• Vetten• Nucleïnezuren• Vitaminen• Water• Mineralen

Page 9: Voeding en vertering

Energie• Joule= hoeveelheid energie die nodig is om een voorwerp te

verplaatsen over 1 meter afstand met een kracht van 1 newton.

• 1 kj = 1000joule. Voor etenswaren: 1 kilocalorie = 4,1868 kJ

• 2000kcal vrouwen en 2500kcal voor mannen (gemiddeld 30-50 jaar)

• 1 gram vet levert 38kJ en 1 gram, eiwit/koolhydraat levert 17 kJ

Page 10: Voeding en vertering

Koolhydraten

• Koolhydraten gedissimileerd• Voor marathon veel koolhydraatrijk voedsel:

grote glycogeenvoorraad

• Veganisten• Belangrijk: plantaardige eiwitten combineren

(granen en peulvruchten): alle aminozuren binnen.

• Vlees veel ijzer en vitamine B12: B12 ook in granen, peulvruchten, noten en abrikozen.

Page 11: Voeding en vertering

Vertering

Page 12: Voeding en vertering
Page 13: Voeding en vertering

Dunne darm

Page 14: Voeding en vertering

Resorptie

• Darmplooi: darmvlokken: microvili• Kleine deeltjes (>0,75mm) passief door

darmepitheel (osmose)• Grotere deeltjes worden actief opgenomen • Monosachariden, aminozuren, glycerol en

losse vetzuren worden naar de lever getransporteerd via de poortader