Visienota provinciale sportcentra - Golf Puyenbroeck · 2015-01-14 · de nota deputatie...

2010

Provincie Oost-Vlaanderen Mevrouw Hilde Bruggeman, gedeputeerde voor Sport

[VISIENOTA PROVINCIALE SPORTCENTRA]

Versie 1.0

Dit document heef tot doel de finaliteit van de provinciale sportcentra (sportcentrum Puyenbroeck, Golf Puyenbroeck en sportcentrum De Boerekreek) duidelijk te stellen, alsook het interne en externe actieplan weer te geven voor 2010-2013 om de gestelde finaliteit te bereiken en te meten.

ONTWERP VISIENOTA – PROVINCIALE SPORTCENTRA

Versiedatum: 14-1-2015 2

INHOUDSOPGAVE

I. INLEIDING p. 3

II. VOORWERP VAN DE NOTA p. 4

III. DOELSTELLINGEN VAN DE NOTA p. 7

IV. OPBOUW VAN DE NOTA p. 8

DEEL 1: STRATEGISCH KADER p. 9 1.1. ORIGINELE BELEIDSVISIES p. 10 1.2. MISSIE EN VISIE p. 18 1.3. KLANTDEFINITIE p. 20

DEEL 2: TACTISCH KADER p. 24 DEEL 3: OPERATIONELE ANALYSE p. 27

3.1. TOETSING HUIDIGE EXPLOITATIE EN AANZET BIJSTURING p. 28 A. GOLF PUYENBROECK p. 29 B. SPORTCENTRUM PUYENBROECK p. 42 C. SPORTCENTRUM DE BOEREKREEK p. 59

3.2. TOETSING HUIDIGE INTERNE WERKING EN AANZET BIJSTURING p. 63 A. PERSONEEL EN ORGANISATIE p. 64 B. BUDGETBEHEER p. 66 C. DAGELIJKS BEHEER p. 79

DEEL 4: ACTIEPLANNING 2011-2013 p. 82

V. SAMENVATTING p. 95



INLEIDING

November 2010

Beste lezer, Voor u ligt de eerste "Visienota op de provinciale sportcentra in eigen beheer'. De provincie Oost-Vlaanderen heeft de voorbije jaren geïnvesteerd in een eigentijds en gespierd aanbod aan eigen sportinfrastructuur in zowel Puyenbroeck (Sportcentrum en Golf, Wachtebeke) als in De Boerekreek (manège met verblijfsaccommodatie, Sint-Laureins). Deze nota heeft tot doel de uitbating van deze drie eigen sportcentra nog verder inhoudelijke focus te geven en de finaliteit te stroomlijnen. Hierbij is vertrokken vanuit de oorspronkelijke beleidsinzichten die in het verleden de basis hebben geboden voor de bouw van deze verschillende eigen sportuitbatingen, wat een belangrijke insteek is gebleken voor de opmaak van deze nota. Deze nota wil de beleidsbasis bieden voor de dagelijkse werking in de drie sportcentra, waaraan alle operationele beslissingen getoetst zullen worden. Ik houd eraan om iedereen die meegewerkt heeft aan de totstandkoming van deze visienota te bedanken voor hun gewaardeerde bijdrage:

- De medewerkers van de Directie Sport en Recreatiedomeinen: Luc Derudder, Jo Haentjens, Luc Taragola, Stephan De Sterck, Stijn Van Hoey, Philippe Van de Velde, Stefaan Van Mossevelde en Dirk Willems

- Alle leden van de raad van bestuur van de provinciale sportraad Ik wens u een aangename lectuur vooreerst en hopelijk tevens een duidelijk inzicht in de finaliteit en daaruit voorvloeiende uitbating van onze drie eigen sportcentra. Sportieve groet, Hilde Bruggeman Gedeputeerde voor sport



II. VOORWERP VAN DE NOTA

Deze visienota heeft betrekking op de drie sportcentra die in eigen beheer worden uitgebaat door de provincie Oost-Vlaanderen. Concreet gaat het over:

1. Provinciaal Sportcentrum Puyenbroeck te Wachtebeke

2. Provinciale Golf Puyenbroeck te Wachtebeke

3. Provinciaal Sportcentrum Puyenbroeck te Sint-Laureins

Provinciaal Sportcentrum Puyenbroeck (SCP)

Naast het zwembadcomplex met verblijfsaccommodatie beschikt het sportcentrum ook over een sporthal, vernieuwde buitensportterreinen en recent aangelegde kunstgrasterreinen voor voetbal en rugby. In detail:

Sporthal 1 grote zaal van 52m x 36m opsplitsbaar in 3 delen 1 parketzaal van 20 x 10m

Overdekt zwembad 1 groot bad van 50m x 20,5m met verstelbaar ponton 1 doelgroepenbad met beweegbare bodem 1 peuterbad recreatiebad met glijbaan, stroomversnelling, whirlpools, stoomcabines, …

Openluchtbad 1 groot bad van 50m x 21m 1 instructiebad 1 peuterbad speel- en ligweide

Foto: openlucht en overdekt zwembad van het Foto: sporthal provinciaal sportcentrum Puyenbroeck provinciaal sportcentrum Puyenbroeck

Openluchtsportvelden 1 kunstgras voetbalveld + verlichting 1 kunstgras combiterrein voor voetbal en rugby + verlichting 4 kunstgras tennisterreinen hoog- en laagtouwenparcours skeelerpiste schietstand (recreatief) streetbasketplein, …



Foto's: openluchtsportvelden sportcentrum Puyenbroeck

Verblijf 22 kamers voor een totaal van 56 bedden, gespreid over 10 kamers van 2 personen en 12 van 3 personen ontspanningsruimte, keuken en refter

Foto's: kamer, badkamer en polyvalente ruimte van de verblijfsaccommodatie in het provinciaal sportcentrum Puyenbroeck

Golfcentrum Puyenbroeck (GP)

Golf Puyenbroeck is eveneens gelegen in Puyenbroeck en beschikt over :

negen volwaardige holes (PAR 36, lengte 3154 m)

een driving range met 26 afslagplaatsen, een oefenbunker en een putting green en chipping area, voor individueel gebruik en golflessen olv golfprofessional

een driving range met 20 afslagplaatsen, een snag golf zone, een oefenbunker en een putting green op kunstgras voor groepsinitiaties olv golfprofessionals of initiatoren

een indoor oefenruimte voor individuele lessen

kleedkamers (heren en dames) en locker ruimte voor opslag van golfmateriaal

een golfshop met een aanbod aan basis golfuitrusting

een cafetaria met terras

Foto's: driving range en Golf Puyenbroeck



Provinciaal Sportcentrum De Boerekreek (SCB)

Momenteel bevat het sportcentrum een oude en een nieuwe infrastructuurcluster. In bijlage is de detailinventaris opgenomen, die samengevat onderstaande inhoudt.

Nieuwe locatie

verblijfsaccommodatie voor 78 personen

refter, keuken

polyvalente zaal

binnenmanege met stallen

buitenmanege

polyvalent kunstgrasveld

Foto's: waterkreek nieuwbouw manege



III. DOELSTELLINGEN VAN DE NOTA

Deze visienota van de provinciale sportcentra heeft als algemene doelstelling de werking vanuit twee invalshoeken te analyseren en bij te sturen:

1. vanuit de publieksgerichte werking 2. vanuit de interne werking

Hiervoor worden volgende onderzoeksvragen vooropgesteld

1. "Wat is de publieksgerichte finaliteit/taakstelling van de provinciale sportcentra?"

De hieraan gekoppelde subvragen zijn:

1. Wat is de gezamenlijke missie van de sportcentra?

2. Wat zijn de daaruit voortvloeiende sportcentrumspecifieke visies?

3. Wie is de beoogde klant?

4. Wat zijn op basis van de missie, visie en klantendefinitie de basisprincipes voor de dagelijkse uitbating van de sportcentra?

5. In welke mate en hoe dient de huidige uitbating bijgestuurd?

2. "Vanuit welk organisatiedesign kunnen we deze finaliteit van de sportcentra op de meest efficiënte en effectieve manier bereiken?"

De hieraan gekoppelde subvragen zijn:

a. Hoe dienen de sportcentra georganiseerd op vlak van:

1. Interne structuren en bedrijfsprocessen

2. Personeel

3. Budget

4. Dagelijks beheer



IV. OPBOUW VAN DE NOTA

Deze visienota van de provinciale sportcentra is als volgt opgebouwd:

1. Vanuit een strategisch oogpunt wordt: a. de originele beleidsvisie bij de bouw of overname van elk van de sportcentra geanalyseerd en

de hierin gemeenschappelijke inzichten uit gedistilleerd b. een gemeenschappelijke missieverklaring voor de sportcentra opgemaakt, gealigneerd op de

specifieke missie en taakstelling van de provincie Oost-Vlaanderen c. een visie op de specifieke publieksgerichte werking van elk sportcentrum ontwikkeld d. de taakstelling duidelijk gesteld, voortvloeiend uit voorvermelde inzichten

2. vanuit een tactische invalshoek worden op basis van het bestuursakkoord van de provincie, de gezamenlijke missie van de sportcentra, de centrumspecifieke visies en de taakstelling 10 in de uitbating van de sportcentra "heilige" en concreet toepasbare basisprincipes gedistilleerd. Deze "10 geboden" vormen de leidraad en het globale werkingskader voor de leidinggevenden en het personeel in de sportcentra in de dagelijkse exploitatie, zowel voor de publieksgerichte werking (5 basisprincipes) als voor de interne werking (5 basisprincipes).

3. Vanuit een operationeel perspectief wordt de huidige uitbating van elk van de drie sportcentra getoetst aan het vooropgestelde strategisch (missie, visie en taakstelling) en tactisch (basisprincipes) kader. Dit resulteert waar nodig in een aanzet tot bijsturing en een actieplan 2011-2013 teneinde de dagelijkse werking te aligneren op het vooropgestelde strategische taakstelling.

Schematisch:



DEEL 1: STRATEGISCH KADER Ten geleide: In dit deel omtrent de publieksgerichte werking van de sportcentra dient, om op de strategische, beleidsmatige vraag "Wat is de taakstelling en dus de beleidsmatige finaliteit van de provinciale sportcentra?" te kunnen antwoorden, voorafgaandelijk duidelijk te worden gesteld dat drie betreffende sportcentra elk een organisch gegroeide eigen historiek hebben. In dit hoofdstuk is vanuit een analyse van de bestaande beleidsdocumenten een gezamenlijke missie voor de drie sportcentra opgemaakt en deze is vertaald in een sportcentrumspecifieke visie, die de concrete taakstelling inhoudt. Schematisch:



DEEL 1.1.: ORIGINELE BELEIDSVISIES

Om te kunnen komen tot een coherente taakstelling voor de provinciale sportcentra is het essentieel een inzicht te geven op de oorspronkelijke beleidsvisie die telkens ten grondslag lag aan de bouw (sportcentrum en golf Puyenbroeck) of overname (De Boerekreek) van elk van de drie provinciale sportcentra, alsook duidelijk te stellen in welk overkoepelend beleidsmatig kader deze sportcentra functioneren.

De volgende documenten zijn geanalyseerd en worden onderstaand in detail besproken.

het sportbeleidsplan van de provincie Oost-Vlaanderen 2007-2012, met bijzondere aandacht voor de sectorspecifieke mission statement en strategische doelstellingen

de nota deputatie principebeslissing "Masterplan Sport te Puyenbroeck – Programma", dd. 21/10/2004

de nota deputatie "golfproject provinciaal domein Puyenbroeck – uitbating golf driving range – oprichting gewoon provinciebedrijf", dd. 30/10/2003

het verslag aan de provincieraad "golfproject provinciaal domein Puyenbroeck – uitbating golf driving range – oprichting gewoon provinciebedrijf", dd. 13/11/2003

de studie van Universiteit Gent, Centrum voor Sportmanagement Research en Advies, "Behoeftenbepaling en haalbaarheidsstudie met betrekking tot de sportaccommodatie in het provinciaal domein Puyenbroeck", dd. 1997.



A. HET ALGEMEEN EN SPORTBELEIDSPLAN 2007-2012

De bestaande beleidsplannen bieden ook een duidelijk kader voor de uitbating van de sportcentra.

Inzake sport staan hierbij volgende strategische doelstellingen voorop: 1. Verhogen van de sport(beweeg)participatie van elke Oost-Vlaming 2. Verhogen van de kwaliteit en de diversiteit van het sportaanbod 3. Verhogen van de responsabilisatie van alle sportactoren op alle niveaus 4. De provincie Oost-Vlaanderen profileren als DE sportprovincie

De provincie Oost-Vlaanderen als streekbestuur en de dienst sport als middenveldspeler in het sportlandschap, willen op basis van hun specifieke regio- en terreinkennis een sportbeleid voeren dat afgestemd is op de lokale en regionale behoeften. Dit zowel bij de eigen initiatieven als bij de samenwerking met lokale overheden, Vlaanderen en de sportsector.

Door te investeren in sport wil de dienst Sport enerzijds elke inwoner van de provincie aanzetten tot een gezonde, actieve en sportieve levenswijze (sport voor allen) en anderzijds bijdragen tot een complementair en verantwoord topsportbeleid met in het bijzonder aandacht voor talentontwikkeling.

Onder het motto 'puur voor de sport' wenst de provincie Oost-Vlaanderen zich te profileren als DE sportprovincie. We hebben hierbij respect voor de vrijheid van elke persoon, het pluralistische karakter van onze samenleving en voor een gezond en veilig milieu.

Een belangrijk beleidsinstrumentarium om deze doelstelling te bereiken is de uitbouw en exploitatie van de eigen sportcentra.

Bespreking

De publieksgerichte finaliteit (output) van de sportcentra dient gekaderd binnen de uitgetekende beleidslijnen die duidelijk vooropstellen dat:

1. Mensen aanzetten tot bewegen en sporten op een duurzame en kwalitatieve manier is de absolute finaliteit van de sportcentra ;

2. De provinciale sportcentra kunnen in de werking op basis van hun specifieke regio- en sectorkennis initiatieven ontplooien zowel in eigen beheer, als in samenwerking met publieke of private partners;

Deze beleidslijnen zijn evenwel in de huidige exploitatie van de sportcentra eerder algemene, impliciete richtlijnen. Er is momenteel in de uitbating geen expliciete vertaling van deze missie naar de publieksgerichte werking, met name een duidelijke aflijning van de doelgroepen en een daarop afgestemd sportaanbod (activiteiten en accommodatieverhuur).



B. DE BELEIDSVISIE OP GOLF PUYENBROECK

Historiek In zitting van 29 mei 1997 werd door de bestendige deputatie principieel beslist tot de aanleg van een golfterrein in het provinciaal domein Puyenbroeck. De aanleg zou in drie fases gebeuren: na aanleg van de driving range kon worden overgegaan tot de aanleg van een 9-holesbaan om later eventueel uit te breiden naar een 18-holes of eventueel zelfs een 27-holesbaan. In december 1997 werd door de bestendige deputatie een voorontwerp van bestemmingsplan voor het domein opgemaakt met betrekking tot de inplanting van het golfterrein. Dit voorontwerp werd voor advies naar de afdeling Bos en Groen van Aminal (nu Agentschap Natuur en Bos of kortweg ANB) gezonden en het geformuleerde advies van deze instantie omvat in hoofdzaak volgende bepalingen. De aanleg van het golfterrein binnen het domein kan doorgaan mits het eerbiedigen van volgende basisregels:

De bestaande bosbestanden moesten zoveel en zo goed mogelijk ingepast worden in het ontwerp, dat op zich diende geadviseerd te worden door Bos en Groen.

De bosbestanden die verdwijnen moesten gecompenseerd worden.

De bosbestanden 19 en 59 (cfr. bosbeheersplan) dienden ongemoeid te worden gelaten.

Een faseringsplan met betrekking tot de golfaanleg diende voorgelegd. Op basis van dit advies en rekening houdend met andere recreatievormen werd het terrein voor 9 holes en de uitbreiding tot 18-holes afgebakend. Op deze terreinen dienden tevens wandelpaden en een Finse looppiste te worden geïntegreerd (verplicht medegebruik). Aansluitend hierop werd via een openbare gunningsprocedure een ontwerpteam voor de aanleg van het golfterrein gezocht. Het voorontwerp werd opgemaakt door bvba Mastergolf en de realisatie werd opgesplitst in drie fases:

a. Aanleg van een 9-holesterrein en een driving range; b. Uitbreiding van het golfterrein naar 18-holes; c. Aanleg van een compact 9-holesterrein

Hiervoor werd de MER-studie afgerond en goedgekeurd. Aangezien het akkoord van de afdeling Bos en Groen met betrekking tot de ontbossing en de compenserende bebossing niet verkregen werd en ondertussen domeingronden, die aanvankelijk voor het golfterrein voorbehouden werden, andere bestemmingen gekregen hadden (vb. het eiland aan de klaverbladvijver werd tot een evenementeneiland omgevormd) werd eind 2001 de oorspronkelijke opdracht van de ontwerper gewijzigd. In een eerste fase zijn dan met name twee driving ranges aangelegd: een ter hoogte van het sportcentrum en een ter hoogte van het stacaravanning-terrein. Deze zijn in gebruik genomen in 2004. In een tweede fase (2005-06) is dan overgegaan tot de aanleg van het bestaande 9-holesterrein, aansluitend op de operationele driving range en op gronden binnen de omheining van het domein. Om de uitbreiding naar een 18-holesterrein zullen vermoedelijk gronden buiten het domein dienen verworven te worden. Visie In het projectdossier "Driving range en golfterrein", basis voor het provincieraadsbesluit van 10 december 2003 ter "oprichting van het gewoon provinciebedrijf voor de exploitatie van de golfinfrastructuur en de organisatie van evenementen" wordt de basisfilosofie van Golf Puyenbroeck als volgt breed geschetst. "Het golfproject Puyenbroeck steunt op volgende overwegingen. Enerzijds wordt er vastgesteld dat er in Vlaanderen een grote behoefte is aan golfinfrastructuur. Terwijl het aantal golfers in aangroei is, zijn er de laatste jaren bijna geen golfbanen in Vlaanderen bijgekomen. De clubs in de nabijheid hebben volzette wachtlijsten. Bovendien telt Oost-Vlaanderen zelf weinig golfterreinen en qua inplanting is het provinciaal domein Puyenbroeck uiterst gunstig gelegen. In de wijde omgeving is er immers geen golfaanbod. De golffederatie meldt eveneens een nood aan een stageplaats voor de opleiding van lesgevers en het organiseren van golfkampen en –stages. Anderzijds vult het provinciebestuur Oost-Vlaanderen en het provinciaal domein Puyenbroeck met de aanleg van een publieke golfinfrastructuur een voortrekkersrol met betrekking tot de democratisering van de golfsport. Hierbij leent zich het principe van de "open golf" waarbij enkel betaald wordt per spelbeurt ("Pay and Play") zonder dat lidgeld of toetredingsvergoeding verschuldigd is. Het open karakter van de golf zal niet alleen in de exploitatie maar ook in de lay-out van het terrein tot uiting komen. In een rapport stelde het Centrum voor Sportmanagement Research en Advies van de Universiteit Gent in dit verband dat de golfsport een groot aantal barrières kent en dat deze vooral door de clubs zelf worden ingebouwd. Een open golf in Puyenbroeck is zowel voor de sport als voor de federatie een nieuw gegeven. Bovendien kadert dit alles in de rol van het provinciebestuur als actor op intermediair niveau (cfr. kerntakendebat)."



Analyse

De oorspronkelijke visie m.b.t. Golf Puyenbroeck is eenduidig gericht op het drempelverlagend en stimulerend karakter ten aanzien van het bestaande aanbod in de golfsport. Wat onder dit "open golf"-principe verstaan wordt, is in detail niet beschreven. Deze visie ging uit van een eendimensionele remedie voor de hoogdrempeligheid van de golfsport, zijnde het wegwerken van het hoge lidgeld, en wenste deze drempel vooral aan te pakken via het "Pay and Play"-concept om tot een democratisering van golfsport te komen.

Door middel van Golf Puyenbroeck had de provincie voor ogen om zoveel mogelijk mensen toe te leiden naar en op te leiden in de golfsport. Het specifieke (destijds elitaire) karakter van de golfsport en haar hoogdrempelige clubwerking, maakte dat de provincie verder diende te gaan dan enkel de voorwaarden te scheppen (verhuur van de golfbaan) om deze sport te kunnen beoefenen. Golf Puyenbroeck moest zelf dit onbetreden pad effenen en voornamelijk een actief-stimulerende en toeleidende rol invullen, in het bijzonder voor Oost-Vlaanderen.



C. DE BELEIDSVISIE OP SPORTCENTRUM PUYENBROECK

Halfweg de jaren 1990 heeft de nieuwe VLAREM-decreetgeving aanleiding gegeven aan het provinciebestuur om na te denken over de toekomst van het bestaande 25m-zwembad in het provinciaal sportcentrum Puyenbroeck. Uit een studie van ABETEC uit 1997 is gebleken dat er drie mogelijke scenario's mogelijk waren (met elk een eigen prijskaartje):

a. de VLAREM-conforme renovatie van het bestaande zwembad; b. de VLAREM-conforme renovatie van het bestaande zwembad met een recreatieve upgrade; c. een nieuwbouw volgens de behoeften van de verschillende stakeholders.

Deze drie scenario's zijn geëvalueerd op basis van twee hoofdcriteria, zijnde:

1. De "Total Cost of Ownership" (TCO) over 20 jaar: dit is het totale kostenplaatje over 20 jaar rekening houdende met zowel de investeringskosten, de onderhoudskosten als de exploitatiekosten

2. De "haalbaarheid" van elk van deze drie scenario's: dit is afgetoets op basis van de bouwfysische, de marktgerichte en de exploitatiegerichte implicaties

Deze studie wees aan dat een nieuwbouw, hoewel hoger in investeringskost, in TCO de goedkoopste en meest marktconforme oplossing zou zijn. Een hierop verder bouwende studie van de Universiteit Gent (1997) die de behoeften moest peilen van de verschillende stakeholders van een nieuwe zweminfrastructuur (scholen, federatie, clubs en de burger) en dit heeft vertaald naar bouwconceptuele adviezen, concludeerde dat er in Oost-Vlaanderen een absoluut tekort was aan zwemwater voor alle stakeholders. Met name bleek duidelijk dat er teweinig competitiewater was (zeker in combinatie met verblijfsmogelijkheden), alsook dat het zwemrecreatieve aanbod in de wijde omgeving van Puyenbroeck ondermaats was. In 1997 heeft de deputatie op basis van bovenstaande studies en inzichten besloten over te gaan tot de bouw van een combi-zwembad (50m-bad én recreatiebad) met verblijfsmogelijkheden. Dit complex is uiteindelijk officieel geopend op 18 juni 2004. Hiieropvolgend heeft de deputatie in zitting van 21 oktober 2004 het MASTERPLAN voor het Sportcentrum Puyenbroeck goedgekeurd. De voorgestelde visie stelt: "Het provinciaal Sportcentrum Puyenbroeck uitbouwen tot een wedstrijd-, trainingen breedtesportcentrum", met als detailvermeldingen

Wedstrijdsport = het aantrekken van provinciale, nationale en internationale wedstrijden;

Trainingscentrum = het aanbieden van hoogkwalitatieve accommodatie voor sport en verblijf aan zowel individuele als ploegsporters in georganiseerd en niet-georganiseerd verband;

Breedtesport = het aanbieden van sporten verblijfsaccommodatie voor scholen, omnisportfederaties, sportarme doelgroepen en de recreant.

Deze visie is vertaald in "behoeften" waaraan de sportinfrastructuur moet voldoen om dit te kunnen invullen. De volgende behoeften zijn vooropgesteld:

Voor het aantrekken van wedstrijdsport: Goede bereikbaarheid; Parkeergelegenheid; Representatieve inkompartij; Hoogstaande sportaccommodatie; Kwaliteitsvolle uitrustingen (scorebord, tribunecapaciteit, vergaderlokalen, perslokalen

en leslokalen); Cateringruimte voor VIP en toeschouwers (en mogelijk tot scheiding);

Voor het aantrekken van trainingsactiviteiten: Hoogstaande verblijfsaccommodatie Kwaliteitsvolle uitrusting van de verblijfsaccommodatie (aangepaste bedden, internet,

goed uitgeruste keuken, …) Ontspanningsgelegenheid en refter (keuken én zelfkookmogelijkheden); Randfaciliteiten zoals een kwaliteitsvolle fitness, een kineruimte, een sauna en apart

toegankelijke vergadergelegenheid;

Voor het aantrekken van de breedtesporter (sport-voor-allen): Geschikte accommodatie voor scholen, omnisportfederaties en de recreant



Aan dit masterplan is een volledig bouwprogramma gekoppeld dat gefaseerd zou worden geïmplementeerd. De grote deelprojecten in dit masterplan waren (1) de renovatie van de openluchtzwembaden (2004, niet-gerealiseerd), (2) de uitbreiding van de sporthal voor gevechtssport, inclusief de creatie van een centraal onthaal (2004, niet-gerealiseerd), (3) de aanleg van de kunstgrasvoetbalterreinen (2005, gerealiseerd) en (4) de heraanleg van de openluchtsporttrerreinen (2006, gerealiseerd). Om budgettaire redenen is de uitbreiding van de sporthal en de renovatie van het openluchtzwembad tot op heden niet gerealiseerd.

Analyse

De oorspronkelijke visie m.b.t. het sportcentrum Puyenbroeck is breed en verenigt een tweesporenbeleid : (i) voorwaarden scheppen voor clubs en federaties en (ii) stimuleren van de burger/klant om (duurzaam) aan sport te doen

Het studiewerk dat verricht is voorafgaand aan de realisatie van het zwembadgebouw met verblijfsaccommodatie heeft de doelgroepen en de finaliteit van deze infrastructuur in grote lijnen degelijk in kaart gebracht. Met name is dit project gerealiseerd om:

1. het tekort aan competitiewater (voor training en wedstrijden) in de provincie Oost-Vlaanderen (deels) weg te werken;

2. het tekort aan nabije stagemogelijkheden voor watersporten (zwemmen, waterpolo, synchro, …) (deels) weg te werken;

3. het tekort aan zwemwater voor de scholen in de regio Puyenbroeck (deels) weg te werken;

4. het tekort aan recreatieve zwemmogelijkheden in de regio Puyenbroeck (deels) weg te werken;

Deze inzichten maken dat in de bestaande uitbating een impliciet, maar in grote lijnen eerder duidelijk idee bestaat over de te bedienen doelgroepen, met name de burger/klant, de scholen, de zwemfederatie, de clubs en de potentiële verblijvers (met de zwemstages als primaire doelgroep).

Met name is dus met de bouw van het sportcentrum Puyenbroeck een duidelijk voorwaardenscheppende sportinfrastructuur gecreëerd ter ondersteuning van de georganiseerde zwemsport (federaties, clubs) en de gewone burger/klant.

Zoals gezegd is het, naast de voorwaardenscheppende functie van het sportcentrum Puyenbroeck, tevens de bedoeling dat een stimulerende pijler in de werking wordt voorzien voor de specifieke doelgroepen die hun gading niet vinden in de bestaande privaat-georganiseerde werking van sportclubs en andere verenigingen. Evenwel is er niet bepaald wie dan deze beoogde klant exact zou moeten zijn.



D. DE BELEIDSVISIE OP SPORTCENTRUM DE BOEREKREEK

Historiek Met betrekking tot het sportcentrum De Boerekreek is een beperkte documentatie terug te vinden omtrent de beleidsvisie op dit sportcentrum. Concreet kan worden gesteld dat:

In het kader van het "Strategisch Plan voor Sportend Vlaanderen" van Minister Luc Martens (1997) heeft Vlaanderen besloten zich te focussen op hun kern(sport)taken en bijgevolg een aantal Bloso-sportcentra die niet bijdroegen aan de invulling hiervan af te stoten. Het provinciaal sportcentrum De Boerekreek (accommodatie, personeel én activiteiten) is in deze beweging overgenomen door de provincie Oost-Vlaanderen (1999).

Sinds 1999 is het sportcentrum De Boerekreek dus (via enkele rechtspersoonlijke tussenstappen in vzw-vorm) deel van de dienst Sport van het provinciebestuur en het sportcentrum heeft de reeds jaren bestaande publieksgerichte werking (vooral gericht op scholen en groepen in de vorm van sportkampen, plattelandsklassen en lessenreeksen) onder impuls van de toenmalige (ex-Bloso)-beheerder verder gezet.

In de zitting van 21 juni 2001 heeft de provincie beslist dat de bestaande infrastructuur te verouderd, en bijgevolg niet voldoende veilig noch representatief voor de provincie was en is er overgegaan tot het nieuwbouwproject

Analyse

De oorspronkelijke visie op sportcentrum De Boerekreek is weinig gedocumenteerd. Er is een overname gebeurd van het toenmalige Bloso-sportcentrum en de oude accommodatie is vervangen door een nieuwe. Wat de werking betreft, is er in grote lijnen de Bloso-werking gecontinueerd.

Momenteel blijkt uit de dagelijkse werking van het sportcentrum De Boerekreek dat het merendeel van de activiteiten in eigen of mede-beheer (zoals met de plattelandsklassen) wordt gerealiseerd. De accommodatiebezetting (verhuur van de verblijfsaccommodatie, de manège en het sportmateriaal) wordt voor een belangrijk deel gerealiseerd met een zelf georganiseerd aanbod van sportkampen, sportlessen, plattelandsklassen en weekendarrangementen. Dit impliceert dat het sportcentrum De Boerekreek een belangrijke stimulerende finaliteit nastreeft.

Een voorwaardenscheppende rol (accommodatieverhuur aan clubs en federaties) wordt momenteel zeer beperkt ingevuld. In de veeleer traditionele en mature sportmarkt waarbinnen het sportcentrum De Boerekreek werkt met een bestaand gamma van sportaanbieders (clubs, federaties, verenigingen die verblijfskampen aanbieden, toeristische organisatoren, …) lijkt het aangewezen om ook in een belangrijkere mate deze voorwaardenscheppende rol in te vullen. Dit zal bovendien de mogelijkheid bieden de bezettingsgraad van de verblijfsaccommodatie te optimaliseren met het huidige personeelsbestand.



E. CONCLUSIE DOCUMENTANALYSE

De provincie Oost-Vlaanderen heeft momenteel drie sportcentra in eigen beheer die vanuit diverse beleidsinitiatieven zijn ontstaan. Algemeen kan gesteld worden dat er bij deze uitbatingen steeds een evenwicht te bewaken is in twee taakstellingen van de uitbatingen:

a. Een voorwaardenscheppende taakstelling: de provincie Oost-Vlaanderen schept met de sportcentra de infrastructurele voorwaarden om de bestaande sportaanbieders (clubs, federaties en andere) en individuele sporters in kwalitatieve omstandigheden hun sport te laten beoefenen.

b. Een stimulerende taakstelling: een tweede belangrijke bestaansreden ligt in het aanzetten van burgers tot een duurzaam sporten/of beweeggedrag. De provincie Oost-Vlaanderen kan hiervoor in de sportcentra de nodige kwalitatieve stimulerende sportactiviteiten aanbieden.

De werking van elk van de drie sportcentra vult in een verschillende mate elk van beide finaliteitsdimensies in. Concreet per centrum is dit impliciet momenteel als volgt: SPORTCENTRUM PUYENBROECK: De conceptontwikkeling en bijhorende beleidsvisie van het sportcentrum Puyenbroeck is volledig in eigen beheer en op basis van wetenschappelijk onderzoek (met ondersteuning van onderzoek door Universiteit Gent en studiebureau ABETEC) gebeurd. Dit heeft geresulteerd in een op-maat-sportinfrastructuur van de gedetecteerde behoeften van de breed bepaalde, traditionele doelgroepen (zwemfederatie, voetbalfederatie, scholen, clubs en de klant/burger). Per definitie is het sportcentrum dan ook een in hoofdzaak (90%) voorwaardenscheppende infrastructuur. Na de start van deze uitbating (2004) is evenwel geen verdere uitwerking gebeurd van de missie en het beperkte (10%), maar evenwel ook noodzakelijke, stimulerende aspect van de werking. Dit vraagt verdere uitwerking door middel van een bijhorende definiëring van de doelgroepen en het bijhorende activiteitenaanbod. GOLF PUYENBROECK De beleidsvisie van Golf Puyenbroeck is eveneens op een wetenschappelijke basis van gestoeld, maar beoogt een breed interpreteerbare (abstracte?) en zeer langetermijn doelstelling, met name de "democratisering" van de golfsport. De detailinvulling van dit begrip, van mogelijke tussentijdse mijlpalen en concrete aflijning van de beoogde doelgroepen en sportaanbod in Golf Puyenbroeck vraagt verdere uitwerking. In tegenstelling tot het sportcentrum Puyenbroeck heeft de Golf bij de opstart dus exclusief (100%) een stimulerende taakstelling meegekregen en geen voorwaardenscheppende . Het is nu belangrijk om na te gaan of na 6 jaar uitbating deze taakstelling succesvol is ingevuld en of deze verhouding dient bijgestuurd. SPORTCENTRUM DE BOEREKREEK De beleidsvisie van het sportcentrum De Boerekreek blijkt weinig gedocumenteerd. Uit de werking blijkt dat er voor de sportactiviteiten vooral "in eigen beheer" (of in mede-beheer, cfr. plattelandsklassen) wordt gewerkt. Dit impliceert een stimulerend (90%) karakter van de werking, hetgeen niet volledig in overeenstemming is met de potentie aan bestaande sportaanbieders (federaties, clubs, scholen, …) die in aanmerking komen om de accommodatie te huren. In deze nota wordt een aanzet gegeven om ook de voorwaardenscheppende taak in De Boerekreek in te vullen. ALGEMEEN Concluderend kan gesteld worden dat bovenstaande inzichten aanduiden dat de drie sportcentra op heden een eigen historisch gegroeide beleidslogica hebben en een gezamenlijke, coherente finaliteit en taakstelling met de juiste vertaling naar de dagdagelijkse uitbating zich opdringt. Als fundament voor de dagelijkse werking van de sportcentra dienen dan ook vooreerst de volgende vragen beantwoord:

1. Wat is de gezamenlijke missie van de provinciale sportcentra? 2. Wat is de specifieke visie van elk sportcentrum? 3. Wie is de beoogde klant? 4. Wat zijn op basis van de missie, visie en klantdefinitie de basisprincipes voor de dagelijkse uitbating

van de sportcentra?



DEEL 1.2: MISSIE EN VISIE VAN DE SPORTCENTRA A. MISSIE

De missieverklaring dient te voldoen aan volgende criteria:

in lijn met de missieverklaring 2007-2012 van het provinciebestuur;

in lijn met de sportieve missieverklaring 2007-2012 van het provinciaal sportbeleidsplan;

gericht op het sporten beweeggedrag van de burger;

bepalend voor de doelgroepwerking van de sportcentra;

met respect voor het specifieke karakter van elk sportcentrum;

geeft aan wat maakt de provinciale sportcentra onmisbaar maakt;

geeft aan welke waarden worden gehanteerd als uitgangspunt;

Als missieverklaring voor de provinciale sportcentra 2010-2013 wordt vooropgesteld:

"DOOR MIDDEL VAN EEN

LAAGDREMPELIG, TOELEIDEND, SUBSIDIAIR, EN HOOGKWALITATIEF AANBOD AAN BOVENLOKALE SPORTACCOMMODATIE EN SPORTPROMOTIONELE ACTIVITEITEN

WIL DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN ZOWEL EEN VOORWAARDENSCHEPPEND ALS EEN STIMULEREND KADER AANBIEDEN

OM ZOVEEL MOGELIJK OOST-VLAMINGEN AAN TE ZETTEN TOT EEN DUURZAAM BEWEGINGS- EN SPORTGEDRAG."

"DE OOST-VLAAMSE SPORTCENTRA ZIJN ER PUUR VOOR DE SPORT!"

Begripsbepaling:

Laagdrempelig: de toegankelijkheid en het gebruik van de sportcentra vormt door middel van een aangepaste tariefzetting en maximale beschikbaarheid geen drempel voor de (potentiële) sporter;

Toeleidend: het is enerzijds de bedoeling om de niet- of weinig-sportende doelgroepen een toe- en opleidingsaanbod aan te reiken, maar anderzijds hen ook maximaal te laten doorstromen naar het bestaande privé-initiatief om zo tot een duurzame beweeg- en/of sportgedrag te komen

Subsidiair: de sportcentra werken aanvullend ten aanzien het privé-initiatief (sportclubs, federaties, verenigingen, fitnesscentra…). De sportactiviteiten in eigen beheer worden gericht op de groepen die hun gading niet vinden in dit privé-initiatief.

Bovenlokale sportaccommodatie en sportpromotionele activiteiten: de sportcentra bieden een hoogkwalitatief aanbod aan in accommodatie en activiteiten, dat een bovenlokale behoefte invult. Dit moet blijken uit een bovengemeentelijk klantenbereik van meer dan 50%.

Voorwaardenscheppend en stimulerend kader: de provinciale sportcentra hebben als tweesporige taakstelling in het sport voor allen-landschap (1) een optimaal kader te creëren aan voorwaarden (laagdrempelige accommodatie) voor clubs en federaties, alsook (2) een eigen sportaanbod (activiteiten) te creëren om niet- of weinig individuele burger/klant te stimuleren om tot sport en bewegen te komen.



Zoveel mogelijk: de sportcentra streven permanent een maximale bezetting van de accommodatie en activiteiten na met respect voor de noodzakelijke sluitingsbehoefte, die een kwalitatieve werking garandeert (vb. voor het uitvoeren van schoonmaak- en onderhoudstaken). De bezetting en deelname wordt permanent gemonitord op basis van objectieve performantiemaatstaven.

Duurzaam bewegings- en sportgedrag: de ultieme ambitie van de sportcentra is de zoveel mogelijk Oost-Vlaamse burgers/klanten te faciliteren (voorwaardenscheppend) en waar nodig aan te zetten (stimulerend) tot een levenslange reflex tot bewegen en/of sporten.

Puur voor de sport: de sportcentra hebben de plicht om in de werking sportbeoefening steeds te laten primeren, ook in geval van mogelijke commercieel interessantere uitbatingsmogelijkheden (vb. optredens in sporthal, feesten in Boerekreek, …)

Deze missie is toepasselijk voor de drie sportcentra en wordt verder geconcretiseerd in een centrumspecifieke visie. Hierin wordt per centrum de eigen klemtoon in de dubbele taakstelling (voorwaardenscheppend - stimulerend) gelegd.

B. VISIE PER SPORTCENTRUM

Bovenstaande missie wordt geconcretiseerd in een visie per sportcentrum. Deze visie definieert dan ook de finaliteit of de concrete taakstelling van elk van de sportcentra voor de komende jaren. Deze taakstelling geeft een sportcentrumeigen na te streven evenwicht weer in de invulling van haar voorwaardenscheppende en stimulerende rol.

Golf Puyenbroeck heeft als kerntaak een regionaal stimulerend unisportcentrum te zijn door de golfsport als een volwaardige, life-time en laagdrempelige sport in Oost-Vlaanderen zo breed mogelijk te introduceren. Golf Puyenbroeck wil in eerste instantie via een eigen golfopleidingsaanbod de niet-, potentiële en beginnende golfers volwaardig introduceren in de golfsport. In tweede instantie wil Golf Puyenbroeck de voorwaarden creëren voor andere golfaanbieders om gevorderde golfers een aangepast activiteitenaanbod aan te leveren.

Het sportcentrum Puyenbroeck heeft als kerntaak in hoofdzaak een voorwaardenscheppend bovenlokaal multisportcentrum voor Oost-Vlaanderen te zijn waarin zowel de bestaande georganiseerde sportwerking (door sportclubs, -federaties en andere verenigingen), als de andersgeorganiseerde sport (individueel, schoolsport, kansengroepen en g-sport) in een gezond evenwicht gefaciliteerd wordt. In tweede instantie wil het sportcentrum Puyenbroeck de niet-georganiseerde kandidaat-sporters via een eigen en laagdrempelige aanbod stimuleren tot een duurzaam sportgedrag.

Het sportcentrum De Boerekreek heeft als kerntaak een evenwichtig stimulerend én voorwaardenscheppend regionaal multisportcentrum te zijn waarin zowel de bestaande georganiseerde sportwerking (door sportclubs, -federaties en andere verenigingen), als de andersgeorganiseerde sport (burger/klant, sporttoerist, schoolsport, kansengroepen en g-sport) in een gezond evenwicht gefaciliteerd wordt.



DEEL 1.3: KLANTDEFINITIE Voor de concrete toepassing van bovenstaande missie en centrumspecifieke visies in de praktijk van alledag is het aangewezen een gedetailleerde klantdefinitie af te lijnen. Dit zal immers de strategische focus van de dagelijkse publieksgerichte werking (de accommodatieverhuur, de eigen lessenreeksen/sportkampen, …) duidelijk stellen. Deze inzichten (missie, visie en klantendefinitie) worden hieronder dan ook vertaald in "heilige grondslagen" ofte basisprincipes voor dagelijkse uitbating.

A. KLANTDEFINITIE

Bovenstaande missie en centrumspecifieke visies bieden de basis voor het antwoord op deze vraag:

Immers, ook deze vraag wordt beschouwd vanuit de dubbele taakstelling van de sportcentra:

Voorwaardenscheppende taak : de georganiseerde sport (sport in de club)

Stimulerende taak: de niet-georganiseerde sport (sport buiten in individueel of niet-clubverband)

A.1. De beoogde klant in de georganiseerde sport

Ten aanzien van de georganiseerde sport hebben de provinciale sportcentra een duidelijke voorwaardenscheppende rol. Conform de definiëring in deze van de Vlaamse Sportraad (cfr. "Voorontwerp van decreet houdende flankerende maatregelen voor het voeren van een voorwaardenscheppend en integraal Vlaams Sport voor Allen-beleid: Advies van de Vlaamse Sportraad", plenaire vergadering dd. 17/07/08) kan voor de provinciale sportcentra worden gesteld dat dit gaat over "doen doen en niet zelf doen").

Hierbij dient uitgegaan van het subsidiariteitsbeginsel (interpretatie naar basisdefinitie in EG-Verdrag van Maastricht, alinea 5, 1991) dat stelt dat "op gebieden die niet onder haar exclusieve expertise vallen treedt de provinciale sportcentra, overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel, slechts op indien en voor zover de doelstellingen van het overwogen optreden niet voldoende door de bestaande georganiseerde sportaanbieders (clubs, federaties en andere) kunnen worden verwezenlijkt en derhalve vanwege de omvang of de gevolgen van het overwogen optreden beter door de provinciale sportcentra kunnen worden verwezenlijkt."

Concreet houdt dit in dat in de sportcentra de bestaande sportclubs, -federaties en andere verenigingen voldoende gelegenheid dienen te krijgen om hun werking te ontplooien. We kunnen stellen dat de provinciale sportcentra volgende doelgroepenhiërarchie in de georganiseerde sportsector (voor accommodatieverhuur) hebben:

1. primaire doelgroep zijn álle georganiseerde aanbieders (clubs, federaties en scholen). 2. secundaire doelgroep zijn bedrijven en andere socio-culturele verenigingen die een

sportgerelateerde activiteit wensen te organiseren.

Er kan vanuit de sportcentra uitsluitend een georganiseerd (clubgelijkend) sportaanbod worden voorzien als er geen bestaande clubaanbod is of als het bestaande clubaanbod niet voldoet aan een of meer van onderstaande eigenschappen:

regionaal aanwezig: indien in de regio van het sportcentrum geen clubaanbod aanwezig is (vb. golf in brede regio Puyenbroeck);

laagdrempelig: indien het bestaande aanbod niet democratisch of beperkt toegankelijk is (vb. hoge deelnameprijs of beperkte inschrijving, cfr. golfsport);

inclusief karakter: indien het bestaande aanbod niet openstaat voor bepaalde doelgroepen (vb. g-sport);



A.2. De beoogde klant in de niet-georganiseerde sport

Naast het georganiseerde sportaanbod, zijn er veel sporters die in een niet-georganiseerd verband actief zijn. Dit kan op een individuele manier gebeuren, maar evenzeer in een (informeel) groepsverband. Bovendien bevat dit publiek een brede waaier aan sporterstypologieën: van de zuiver recreatief (sociale) sporter tot de zeer gedreven (maar niet-clubgebonden) "veelsporter".

Om duidelijk te kunnen bepalen welke burger/klant de sportcentra met welk aanbod willen benaderen, wordt hieronder deze brede groep gesegmenteerd.

Eerder dan de klanttypologie te baseren op de klassieke en soms arbitraire segmenteringscriteria zoals leeftijd, geslacht, beweegmotivatie en dergelijke, gaat deze nota uit van een segmentatie op basis van het beweegspectrum waarbinnen elke burger/klant (ongeacht leeftijd, geslacht, motivatie, handicap, sociaal-economische status, opleidingsniveau, bevolkingsgroep, ethnie, geaardheid, …) kan gesitueerd worden.

Dit beweegspectrum is toepasbaar op elke burger/klant en, niet onbelangrijk, vertaalbaar naar een aangepast sportaanbod in de werking van de sportcentra. Het gaat uit van sport-voor-allen, topsport is in dit spectrum niet opgenomen.

Concreet onderkennen we volgende mogelijke stadia in het beweegspectrum van elk gewone burger.

Stadium Kenmerken Potentiële motivatoren

Niet-sporter/sedentair - geen bewust beweeggedrag

- geen of beperkte intentie tot bewegen of sporten

- geen sport/beweeghistoriek

- vaak sportaverse houding

1. ontspanning

2. gezondheid en conditie

3. Vriendschap en gezelligheid

Potentiële sporter - geen beweeggedrag (meer)

- uitgesproken interesse tot bewegen of sporten

- beperkte tot middelmatige sport/beweeghistoriek

- geen sportaversie

1. Gezondheid en conditie

2. Ontspanning


Beginnende sporter - een bewust beweeggedrag

- intrinsieke motivatie tot bewegen of sporten

- beperkte tot uitgebreide sport/beweeghistoriek


2. Ontspanning


Gevorderde sporter - een bewust beweeggedrag (sport is deel van het leven), dit zowel in georganiseerd (club) als in los (eigen initiatief) verband

- permanente drive tot bewegen of sporten

- beperkte tot uitgebreide sport/beweeghistoriek

- (ex-)clubsporter


2. Competitie

3. Ontspanning

Post-gevorderde sporter - een prioritair beweeggedrag (sport is speerpunt van het leven), dit zowel in

1. Competitie



georganiseerd (club) als in los (eigen initiatief) verband

- permanente drive tot bewegen of sporten

- uitgebreide sport/beweeghistoriek

- (ex-)clubsporter

2. Grenzen verleggen


Bron: interpretatie op basis van Scheerder (2007), "Tofsport in Vlaanderen – Groei, omvang en segmentatie van de Vlaamse recreatiesportmarkt"

De evolutie tussen de verschillende stadia van dit beweegspectrum is sequentieel noch chronologisch. Een sporter kan doorheen zijn of haar levensloop zowel een relatief eenduidig als een heel volatiel beweegpatroon vertonen.

Uit onderzoek (De Knop et al., 2003, in opdracht van BLOSO n.a.v. de Staten-Generaal van de Sportclub) blijkt dat twee belangrijke fenomenen in sportgedrag door de sportaanbieders (overheid en privé) dienen geremedieerd:

1. het individueel "beweeg- en sportkapitaal" dat men opbouwt tijdens de jeugd. Dit blijkt een belangrijke determinant voor een goed ontwikkeld sportief en/of beweeggedrag tijdens de rest van het leven. Dit "beweeg- en sportkapitaal" wordt bepaald door het voorbeeldgedrag van de ouders (op zeer jonge leeftijd), de normerende druk van leeftijdgenoten (tijdens de tienerjaren) en de persoonlijke (onuitwisbare) ervaringen opgedaan tijdens sporten beweegmomenten (lessen L.O., sportkampen, clubactiviteiten, …) in de jeugd. Een ondermatig of niet opgebouwd "sport- of beweegkapitaal" leidt tot sedentarisme (categorie "niet-sporter"). Deze groep blijkt als volwassene nog moeilijk tot sport aan te zetten (cfr. Bult P (1994). Bewegingsopvoeding als evolutionair probleem. Thesis. Assen: Van Gorcum).

2. het klassieke "drop-out"-effect. Vertaald naar het beweegspectrum kunnen we stellen dat de "gevorderde sporter" of de "beginnende sporter" op 2 momenten dreigt te evolueren naar een "potentiële" of zelfs een "niet-sporter". Met name op de leeftijd 16-18 jaar (puberteit) en op de leeftijd tussen 25-45 jaar (drukke levensfase met kinderen, bouw of verbouwing, carrière, …).

Concreet vertaald naar de werking van de provinciale sportcentra verschaft bovenstaande informatie een belangrijk inzicht m.b.t. de finaliteit of de focus van de werking.

Zoals gesteld, vullen de sportcentra een dubbele taakstelling in:

1. voorwaarden scheppen: door het zo laagdrempelig en toegankelijk mogelijk ter beschikking stellen van sportaccommodatie aan de bestaande sportaanbieders (federaties, sportclubs, verenigingen, andere privé-initiatieven) en het individu.

2. stimuleren: door het actief aanbieden van sportactiviteiten die de beoogde doelgroepen wensen te stimuleren tot een meer duurzaam sporten beweeggedrag;

De klanttypes op wie de stimulerende werking van de sportcentra zich direct richt en die door middel van een activiteitenaanbod in eigen beheer (of in partnerschap) dienen gestimuleerd te worden tot (een hogere graad) van sportparticipatie zijn:

1. de niet-sporters: hierbij dient uitdrukkelijke aandacht te worden gegeven aan de jonge jeugd (2 tot 14 jaar) aangezien deze leeftijd bepalend blijkt voor het beweeggedrag tijdens de rest van het leven (cfr. "sporten beweegkapitaal", supra). De volwassenen in deze groep vormen de grootste uitdaging voor de sportcentra aangezien vaak een intrinsieke sportaversie aanwezig is. Het aanbod vanuit de sportcentra dient dan ook voor deze doelgroep zo laagdrempelig mogelijk, alsook uitgesproken toeleidend te zijn. Dit laatste betekent dan ook een intensieve begeleiding van deze mensen.



2. de potentiële sporters: deze doelgroep is makkelijker stimuleerbaar dan de "niet-sporters" gezien hun aanwezige interesse tot sporten en bewegen. Belangrijk in het aanbod vanuit de sportcentra is dat deze mensen niet enkel starten met sporten, maar vooral evolueren tot een duurzaam en bewust beweeg- en sportgedrag. Dit betekent dat het sportief aanbod vanuit de sportcentra vooral laagintensief en

3. de beginnende sporters: deze doelgroep is eveneens makkelijk stimuleerbaar, maar ook hier ligt de uitdaging om hen te laten doorstromen naar het stadium van "gevorderde sporter" (in clubverband of op eigen initiatief). Een aandachtspunt in de benadering van deze doelgroep is de risicoleeftijd voor drop-out (16-18 jaar en 25-45 jaar). Hiervoor moet een aangepast aanbod aanwezig zijn vanuit de sportcentra).

De impliceert dat er resoluut gekozen wordt om geen eigen sportaanbod te voorzien voor volgende doelgroepen (cfr. doelgroepsegmentatie):

1. de gevorderde sporter 2. de post-gevorderde sporter 3. de topsporter

De klanttypes op wie de voorwaardenscheppende werking van de sportcentra zich via accommodatieverhuur aan sportclubs en -federaties indirect richt zijn de gevorderde sporters, de post-gevorderde sporters en de topsporters.

Deze klantenfocus is essentieel voor de basisprincipes voor de dagelijkse uitbating van de sportcentra.



DEEL 2: TACTISCH KADER Ten geleide: In dit hoofdstuk wordt op basis van het strategisch kader (missie, visie, taakstelling en klantdefinitie) een set aan basisprincipes voor de dagelijkse publieksgerichte uitbating van de sportcentrum vooropgesteld. Daarnaast wordt ook een set aan basisprincipes opgesteld, voornamelijk op basis van het bestuursakkoort 2007-2012 van de provincie, voor de interne werking. Dit zijn de grondslagen (de "10 geboden") van de uitbating van de sportcentra en dienen als "heilig" te worden beschouwd in de werking van alledag. Schematisch:



Deze basisprincipes zijn de leidraad en bijvolg "heilig" in de dagelijkse publieksgerichte en interne werking en vormen aldus het dagelijks werkingskader voor het personeel in het algemeen en de centrumverantwoordelijken in het bijzonder. Dit zijn de "10 geboden" voor elk personeelslid in de sportcentra.

B.P. 1: de publieksgerichte werking is tweesporig: stimulerend en voorwaardenscheppend

Het aanbod van de sportcentra is zowel stimulerend als voorwaardenscheppend in een onderlinge verhouding conform de centrumspecifieke visie (cfr. supra).

B.P. 2: de publieksgerichte werking is laagdrempelig, complementair en bovenlokaal

Het stimulerend en voorwaardenscheppend aanbod van de sportcentra is optimaal beschikbaar voor de burger/klant door middel van aangepaste openingsuren en democratische tariefzetting. Bovendien is het aanbod aanvullend ten opzichte van de bestaande initiatieven op de private sportmarkt (profit en non-profit) en kent het een bovenlokaal klantenbereik.

B.P. 3: de publieksgerichte werking van de sportcentra is "puur voor de sport"

Het aanbod van de sportcentra vult, zowel in de voorwaardenscheppende als de stimulerende rol, steeds een sport- of bewegingsgerelateerde behoefte in. Dit betekent dat in de dagelijkse exploitatie van de sportcentra alle activiteiten een sportieve component moet bevatten.

B.P. 4: de sportpromotionele activiteiten in eigen beheer zijn in functie van toe- en opleiding van de doelgroepen "niet-sporter, kandidaat-sporter en beginnende sporter"

Het stimulerend aanbod in eigen beheer van de sportcentra richt zich uitsluitend op de toeleiding van de niet-sporter, de kandidaat-sporter en de beginnende sporter. De eigen lessenreeksen of andere sportinitiatieven van de sportcentra dienen bijgevolg een opleidingsaanbod in te houden voor deze doelgroepen om een duurzaam sportgedrag te initiëren. Het aanbod voor de (post-)gevorderde sporter is geen taak van de provinciale sportcentra en dient door de sportclubs en –federaties ingevuld.

B.P. 5: de publieksgerichte werking van de sportcentra is transparant en outputgericht

Het aanbod van de sportcentra kent een duidelijke strategische focus en wordt gekwantificeerd in meetbare outputindicatoren die de nodige (bij)sturing in functie van deze focus mogelijk maakt. De basisprincipes voor de interne werking zijn:

B.P. 6: de interne werking van de sportcentra is kostenefficiënt met respect voor de effectiviteit van de werking In de werking van de sportcentra staat budgettaire orthodoxie voorop en wordt een maximale kostenefficiëntie nagestreefd. Hieronder wordt verstaan:

- Aan de inkomstenzijde wordt de consequente toepassing van de goedgekeurde tarieven en annulatiebepalingen in de dagelijkse werking gegarandeerd. Het gratis toestaan van verhuurde of geannuleerde sportaccommodatie of sportdeelname (aan lessenreeksen) kan enkel in uitzonderlijke gevallen mits politieke goedkeuring.

- Aan de uitgavenkant wordt de werking van de sportcentra georganiseerd vanuit een permanent evenwicht tussen maximale klantentevredenheid en budgettaire zuinigheid.

- De sportcentra streven ernaar om gezamenlijk, jaarlijks een budgetneutrale werking te hebben uitgaande van het saldo tussen ontvangsten en uitgaven in de gewone werking op het budget sport (cfr. supra). Ter volledigheid, de personeelskost en afschrijvingen van patrimoniuminvesteringen worden in dit saldo dus niet meegerekend.

- Elke georganiseerd aanbod vanuit de sportcentra (lessenreeksen en dergelijke) is zelfbedruipend.

B.P. 7 : de interne werking van de sportcentra is slagkrachtig door autonome beslissingsbevoegdheid in alle aspecten van het dagelijks beheer



De werking van de sportcentra is gestoeld op een beleidsmatig en budgettair gedragen empowerment van het personeel teneinde een maximaal klantgericht en slagkrachtig dagelijks management te kunnen garanderen. Concreet kan een dergelijk voor de klant direct voelbaar dagelijks management op voorwaarde dat de centrumverantwoordelijken "empowered" zijn om volgend instrumentarium zelf beheren: externe communicatie (website en directe klantencommunicatie), technisch patrimoniumbeheer (dagelijkse noodzakelijke interventies in geval van eenvoudige, technische defecten), groenbeheer (inclusief het dagelijks onderhoud van de golfbaan),

B.P. 8: de werking van de sportcentra wordt georganiseerd met het personeelsbudget van de door deputatie in 2009 goedgekeurde personeelsformatie

De werking van de sportcentra wordt maximaal georganiseerd met het vernoemde, goedgekeurde personeelsbudget en blijft budgetneutraal (exclusief de wettelijk verplichte loonindexaties). Hiervoor worden volgende subprincipes vooropgesteld:

- Waar mogelijk worden maximale synergieën gerealiseerd tussen de drie sportcentra ( - Additionele workload in ondersteunende functies (schoonmaak, onderhoud, …) wordt bij voorkeur

uitbesteed - Interimwerk wordt maximaal vermeden - Waar mogelijk, worden bedrijfstaken en –processen in de sportcentra maximaal geautomatiseerd, op

voorwaarde dat de bestaande dienstverlening en de klantentevredenheid minstens behouden blijft.

B.P. 9: de interne werking van de sportcentra is transparant en outputgericht De effectiviteit van de interne werking van de sportcentra wordt periodiek gemonitord aan de hand van een set aan kritische succesfactoren (KSF) die de nodige (bij)sturing mogelijk maken.

B.P. 10: de publieksgerichte en de interne werking interageren in een optimale en evenwichtige symbiose Hiermee wordt bedoeld dat de publieksgerichte werking maximaal dient ontplooid door middel van zo breed mogelijke openingstijden ende bediening van zoveel mogelijk doelgroepen, maar met respect voor de draagkracht van het personeel, de accommodatie en het sportmateriaal. Concreet betekent dit dat het zwembad jaarlijks een onderhoudsperiode kent, de golfbaan kan worden gesloten bij voor het terrein (op termijn) schadelijke weersomstandigheden, geen extra verblijfsgroep in De Boerekreek wordt toegelaten als dit de pony's schade berokkent door overbelasting en dergelijke meer.



DEEL 3: OPERATIONELE ANALYSE Ten geleide: Bovenstaand strategisch (missie, visie, taakstelling, klantdefinitie) en tactisch kader (bestuursakkoord en basisprincipes dagelijkse werking) wordt in dit deel getoetst aan de huidige werking (publieksgericht en intern) van de sportcentra en

een aanzet tot bijsturing (waar nodig) vooropgesteld. Schematisch:



3.1. TOETSING HUIDIGE PUBLIEKSGERICHTE EXPLOITATIE EN AANZET BIJSTURING Op basis van bovenstaande strategische en tactische inzichten dient bepaald:

1. in welke mate de huidige werking kadert binnen de gestelde missie, visie en klantdefinitie; 2. welke eventuele bijsturingen nodig zijn

Hiervoor wordt in een volgend hoofdstuk de bestaande werking per sportcentrum geanalyseerd:

A. Golf Puyenbroeck B. Sportcentrum Puyenbroeck C. Sportcentrum De Boerekreek

Voor elk sportcentrum wordt eenzelfde methodische aanpak gehanteerd:

1. een strategische portfolio-analyse: de huidige portefeuille aan sportactiviteiten in eigen beheer wordt uitgaande van het strategisch kader, gemapt en bijgevolg bepaald in welke mate ze in lijn liggen hiermee. Deze activiteitenmapping duidt dus de strategische focus aan van het bestaande activiteitenaanbod in eigen beheer.

2. Een klanten bezettingsanalyse: hierbij worden de huidige klanttypologie, alsook de bezettingscijfers (accommodatieverhuur) en participatiecijfers (lessenreeksen) geanalyseerd.

Op basis van de conclusies van deze beide analyses wordt in dit hoofdstuk tenslotte een eerste aanzet tot bijsturing opgesteld, die de basis vormt voor het globale actieplan 2011-2013 voor de sportcentra.



A. TOETSING GOLF PUYENBROECK

A.1. Strategische portfolio-analyse Onderstaand wordt weergegeven in welke mate het huidig aanbod aan lessenreeksen en andere sportactiviteiten, ingericht door Golf Puyenbroeck in het kader van haar stimulerende taakstelling, de vooropgestelde doelgroepen (cfr. supra, klantdefinitie) beoogt. Hiervoor zijn de stadia van het beweegspectrum vertaald naar de golfsport:

Niet-sporter = bezoeker zonder golfervaring

Potentiële sporter = potentiële golfer zonder golfvaardigheidsbewijs (GVB)

Beginnende sporter = golfer met GVB en handicap (hcp) tussen 36 en 45 o Deze drie groepen vormen de strategische focus voor Golf Puyenbroeck, want zijn de

primaire doelgroepen voor de door Golf Puyenbroeck aangeboden sportactiviteiten (stimulerende taak van "toeleiding naar, democratisering van en opleiding in de golfsport").

Gevorderde sporter = golfer (uiteraard met GVB) en handicap (hcp) kleiner dan 18,5 en 36

Post-gevorderde sporter = golfer met (GVB en) handicap (hcp) kleiner dan 18,5 o Deze twee groepen maken geen deel uit van de strategische focus, aangezien een

aanbod voor deze doelgroepen per definitie geen toeleidend karakter kan inhouden. Deze groepen zijn uiteraard welkom in Golf Puyenbroeck in het kader van de voorwaardenscheppende rol die golf Puyenbroeck (evenwel in tweede lijn, cfr. visie) ook invult.

Als we het huidige pakket aan de door Golf Puyenbroeck ingerichte lessenreeksen, wedstrijden, initiaties, kennismakingen, pakketten en kampioenschappen analyseren in functie van deze strategische focus komen we tot volgende mapping:

Legende:

= in strategische focus

± = niet in strategische focus, maar er is geen bestaand aanbod

× = niet in strategische focus en er is bovendien een bestaand aanbod



STADIA BEWEEGSPECTRUM

IN STRATEGISCHE FOCUS NIET IN STRATEGISCHE FOCUS

Niet-sporter Potentiële sporter

Beginnende sporter

Gevorderde sporter

Post-gevorderde sporter

Vertaald naar golfsport Bezoeker zonder golfervaring

Golfer zonder golfvaardigheids-bewijs (GVB)

Golfer met GVB en 36 < hcp < 45

Golfer (met GVB) en 18,5 < hcp < 36

Golfer (met GVB) en hcp < 18,5

AANBOD VOOR DE INDIVIDUELE SPORTER

Individuele golflessen

Theorieles

Theorieexamen GVB

Praktijkexamen GVB

Baantest GVB

Begeleide wedstrijden

Jeugdgolflessen

Jeugdgolfstage

Jeugdwedstrijden ±

Instap lespakket

Golfwedstrijd op Golf Puyenbroeck

× ×

Golfwedstrijd op verplaatsing

× ×

Kampioenschap "strokeplay"

× ×

Kampioenschap "matchplay"

× ×

Belgisch interclubkampioenschap

× ×

AANBOD VOOR SCHOLEN EN GROEPEN

Golfontdekking

Golfinitiatie

Golfclinic

Schoolsportdagen



Uit deze strategische portfolio-analyse blijkt:

- Golf Puyenbroeck een breed pakket aan activiteiten aanbiedt op dit moment; - Het grootste deel van deze activiteiten in lijn liggen met de oorspronkelijke taakstelling van

democratisering van de golfsport en dus ook binnen de gestelde strategische focus in het kader van de stimulerende taakstelling passen. Met name volgende pakketten zijn dan ook te bestendigen en zelfs verder uit te bouwen:

o Individuele golflessen, voor zover deze zich richten op startende golfers tot een handicap 36. o Instap lespakket o Theorielessen, in functie van het halen van het golfvaardigheidsbewijs (GVB) o Theorie-examen GVB o Praktijkexamen GVB o Baantest GVB

Uit diepgaandere analyse blijkt evenwel dat dit pakket aan tussenstappen om tot het halen van het GVB te komen (theorielessen, theorie-examen, baantest, praktijkexamen) te weinig actief gemanaged met het oog op een maximale output. Met name is er momenteel een output van slechts 15%, zijnde de percentage van de initieel ingeschreven deelnemers aan de theorielessen die effectief een GVB halen. In het kader van onze taakstelling van toe- en opleiding is dit te laag en dient dit (i) in de werking actief behandeld en (ii) periodiek gemonitord te worden. Concreet dient Golf Puyenbroeck werk te maken van de introductie van een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) per startende golfer (zie actieplanning)

o Begeleide wedstrijden: Wedstrijden, ingericht door Golf Puyenbroeck, dienen te kaderen in de

opleidingsopdracht (en het POP van de golfer). Het kennismaken met het verloop van een dergelijke wedstrijd en de handicapverbetering tot 36 van de in opleiding zijnde golfer dienen het doel van deze wedstrijden te zijn. Wedstrijden die ingericht worden in functie van competitie en handicap zijn niet in te richten door Golf Puyenbroeck zelf, maar dienen uitbesteed aan een nieuw te vinden/op te richten partner in de werking op Golf Puyenbroeck (sportcommissie/club). Belangrijk is evenwel dat deze partner te allen tijde ook garant staat voor het laagdrempelige, democratische karakter van Golf Puyenbroeck. Dit dient vastgelegd in een afsprakennota en/of huishoudelijk reglement tussen Golf Puyenbroeck en deze partner (cfr. actieplanning).

o Jeugdgolflessen, -stages en –wedstrijden: deze vallen uiteraard binnen de strategische focus. Enige aanmerking is dat ook voor deze jeugdgerichte activiteiten steeds de primaire doelgroepen moeten getarget worden.

o Golfontdekking, -initiatie, - clinic en schoolsportdagen met golf in verwerkt: deze activiteiten zijn bij uitstek gericht op een eerste kennismaking en introductie (toeleiding).

- Een deel van de activiteiten vallen niet binnen de strategische focus en dienen dan ook afgestoten of uitbesteed te worden:

o Wedstrijden op Golf Puyenbroeck en op verplaatsing (in andere golfclubs): deze wedstrijden zijn in hoofdzaak "qualifying" en per definitie gericht dus op de handicapverbetering van de deelnemers en het competitieaspect. Het inrichten van dergelijke wedstrijden, alsook het verzorgen van de administratieve behandeling (boeken van het terrein, in i-golf creëren van de wedstrijd, aanmaak van de wedstrijdkaarten, organisatie van de eventuele verplaatsing, verzorgen van de inschrijvingen, verwerken van de uitslagen, de handicapregistratie, …) voor gevorderde golfers (hcp < 36) is geen taak voor Golf Puyenbroeck en dit dient uitbesteed aan de voornoemde partner. Een bijkomend effect dat deze strategische focus op dit vlak zal teweegbrengen is de heroriëntering van momenteel onder druk staande werkbelasting van het personeel van Golf Puyenbroeck (cfr. analyse interne werking).

o Kampioenschappen: hiervoor geldt dezelfde redenering, met name kan dit door enkel Golf Puyenbroeck worden georganiseerd, indien dit kadert binnen het opleidingsaanbod.

Onderstaand worden in detail de evolutie van het klantenbestand, de baanbezetting en de bovenvernoemde activiteiten van Golf Puyenbroeck kwantitatief geanalyseerd teneinde tot een gerichte actieplanning voor de komende te komen.



A.2. Klant- en bezettingsanalyse

A.2.1. Klantanalyse

Uit de beschikbare klantengegevens kunnen momenteel veel, maar evenwel niet alle relevante parameters in kaart worden gebracht. Volgende gegevens dienen in de volgende jaren ook worden opgevolgd:

- Regionale herkomst van de absolute starters (niet- en potentiële golfers): individueel (driving range greenfees) en in groepsverband (ontdekkingen en initiaties)

- Procentuele doorstroming van starters (niet-golfers) naar potentiële golfers en tenslotte beginnende golfers (met GVB en hcp < 36)

- Doorlooptijd van het vormingstraject voor het halen van het GVB (theorie baantest baanexamen begeleide wedstrijden ifv hcp 36)

- Gebruik van de driving ranges (aan golf én aan sportcentrum) voor enerzijds opleidingsactiviteiten ("golfschool") en anderzijds niet-opleidingsactiviteiten ("golfclub")

- Gebruik van de 9-holes voor enerzijds opleidingsactiviteiten ("golfschool") en anderzijds niet-opleidingsactiviteiten ("golfclub")

- Gebruik van de driving range en 9-holes volgens leeftijdscategorie

Volgende klantengegevens zijn momenteel beschikbaar:

1. Evolutie van het ledenaantal

- Het ledenaantal van Golf Puyenbroeck stijgt duidelijk, voornamelijk over de laatste twee jaar (2009

en 2010). Dit maakt dat Golf Puyenbroeck in 2010 het tweede grootste ledenaantal van de Vlaamse golfclubs heeft genoteerd, na Waregem Happy Golf club.



2. Leeftijds- en geslachtsverdeling van de leden

- De leden van Golf Puyenbroeck blijken voornamelijk mannen tussen 35 en 60 jaar te zijn. - De dames (28%) en de jeugd (6,8%) zijn (voorlopig) in de minderheid, hetgeen verdere aandacht

verdient in de uitbating van Golf Puyenbroeck.

3. Type abonnement van de leden

- De abonnees blijken tussen 20 en 40 jaar voor een belangrijk deel driving range members (dus in opleiding)

Leeftijdsgroepen leden

0

20

40

60

80

100

120

140

160

aan

talle

n

aantallen vrouwen 4 11 4 11 10 8 33 39 36 44 45 38 22 5 0 2 0 0 0

aantallen mannen 15 25 18 25 53 63 85 102 100 101 88 87 39 24 8 0 0 0 0

6 tot

10

11

tot

15

16

tot

20

21

tot

25

26

tot

30

31

tot

35

36

tot

40

41

tot

45

46

tot

50

51

tot

55

56

tot

60

61

tot

65

66

tot

70

71

tot

75

76

tot

80

81

tot

85

86

tot

90

91

tot

95

96

tot

100



- Ouder dan 55 jaar in het grootste deel van de gevallen full option member. Dit duidt op een duidelijk aanwezigheid van de aankomende golf aan babyboomers die in pensioen zijn. Dit is een evolutie die zich in de komende 5 jaar (2011-2015) sterk zal laten voelen in de sportcentra in het algemeen, maar in Golf Puyenbroeck in het bijzonder. Het is belangrijk om het aanbod en de uitbating van Golf Puyenbroeck nu hierop voor te bereiden (cfr. actieplanning).

4. Handicapcategorieën van de full option members

- De full option members blijken voor 60% , zijnde 668 van de 1251, (33% hcp > 36 + 27% geen hcp)

uit leden te bestaan die in zich in een "opleidingsstatus" bevinden. - Bijgevolg blijken 40% van de full option members reeds een gevorderde spelniveau te hebben (hcp

< 36). Het aandeel van deze leden blijkt gegroeid over de voorbije 5 jaren in de totale klantenpopulatie en dit is een belangrijke en goede evolutie. Immers, na enkele jaren geleden te zijn toe- en/of opgeleid naar en in de golfsport heeft een belangrijk deel van onze eerste klanten zich er dusdanig in bekwaamd dat ze naar dit gevorderd sportief niveau zijn geëvolueerd. Uit deze evolutie kunnen volgende conclusies worden getrokken:

o Voor deze klantengroep heeft Golf Puyenbroeck haar stimulerende taakstelling tot duurzaam golfgedrag volbracht.

o Deze klantengroep vormt geen focus meer voor een direct business-to-consumer aanbod vanuit Golf Puyenbroeck door middel van lessenreeksen, wedstrijden en dies meer.

o Deze klantengroep biedt echter wel een belangrijk potentieel om via een partner een indirect business-to-business aanbod uit te werken, weliswaar geïnitieerd door en onder auspiciën van Golf Puyenbroeck, maar vormgegeven en uitgewerkt door de partner (sportcommissie/club). Op die manier zal Golf Puyenbroeck ook haar voorwaardenscheppende taakstelling opnemen.



5. Regionale herkomst van de leden

- Golf Puyenbroeck blijkt duidelijk een echte bovenlokale behoefte in te vullen. Het aandeel van

leden uit de lokale regio Wachtebeke bedraagt 11,09% te zijn. Bijgevolg komt 88; 91% van de leden uit een bredere regio.

- De Oost-Vlamingen die lid zijn bij Golf Puyenbroeck komen voornamelijk uit de regio Sint-Niklaas-Lokeren-Wachtebeke-Gent (64,1%) te komen. Daarnaast vinden de andere Oost-Vlaamse regio's (Wetteren, Zuid-Oost-Vlaanderen en Meetjesland) ook vlot de weg naar Golf Puyenbroeck, samen goed voor 20,17%.



A.2.2. Bezettingsanalyse

De bezettingscijfers van Golf Puyenbroeck zijn terug te brengen op de bezettingsgraad van de 9-holes golfbaan

Gespreid over het hele jaar komt dit neer op volgende maandbezettingen.

9-HOLES GOLFBAAN 2007 2008 2009 Evol. 07-09

MAANDEN % % % %

JANUARI 46% 61% 67% +21%

FEBRUARI 51% 54% 64% +13%

MAART 56% 62% 47% -9%

APRIL 60% 51% 60% 0%

MEI 46% 61% 64% +18%

JUNI 44% 58% 64% +20%

JULI 47% 62% 71% +24%

AUGUSTUS 51% 62% 73% +22%

SEPTEMBER 43% 56% 64% +21%

OKTOBER 46% 57% 58% +12%

NOVEMBER 33% 62% 67% +34%

DECEMBER 42% 53% 59% +17%

Gemiddelde % van bezetting van de baan 47% 58% 62% +15%

- De bezetting van de 9-holes-baan is 62% (2009) en groeit verder in 2010 (extrapolatie op basis van historisch cijfermateriaal wijst op een jaarbezetting van circa 67%). Dit is relatief hoog, maar houdt nog enige groeimarge in.

a. De piekmomenten liggen logischerwijze in de zomermaanden (juli 71% en augustus 73%).



b. Gezien de jaarlijkse groei in de gemiddelde baanbezetting van ongeveer 5 à 10% is het aan te bevelen enerzijds deze groei kort op te volgen en anderzijds tegen 2012 een zicht te krijgen op de behoefte/noodzaak tot uitbreiding naar 18 holes. Deze behoeftebepaling dient te worden opgemaakt op basis van een objectief, onafhankelijk onderzoek.

Naast deze bezettingscijfers zijn er volgende aantal belangrijke participatiecijfers m.b.t. het aanbod, georganiseerd vanuit Golf Puyenbroeck

AANBOD 2007 2008 2009 Evol. 07-09

ABONNEMENTEN

driving range abonnementen + stagiaire kaart 166 178 267 +60%

driving range abonnementen + handicapregistratie - - 53 -

terrein abonnementen (homeclub) 537 536 535 0%

terrein abonnementen (countrymembers) - - 90 -

Handicapregistratie (vrije golfer) 78 124 166 +112%

Totaal aantal aangeslotenen KBGF / VVG 781 838 1111 42%

JEUGD 2007 2008 2009 Evol. 07-09

jeugd abonnementen (inbegrepen in abonnementen) - - 54 -

deelnemers jeugdlessen - - 2075 -

deelnemers jeugdstages (3 stages) - - 62 -

INDIVIDUELE LESSEN 2007 2008 2009 Evol. 07-09

individuele golfles (per 1/2 uur) 5639 5270 9221 +64%

GROEPSLESSEN 2007 2008 2009 Evol. 07-09

Ontdekkingen 294 572 437 +48%

Initiaties 355 434 488 +37%

Clinic Niet georganiseerd

239 588 +146% (08-09)

Totaal aantal deelnemers groepslessen - 1245 1513 +21% (08-09)

GREENFEES 2007 2008 2009 Evol. 07-09

greenfees 9-holes 1332 1648 1968 +47%

greenfees 18-holes Niet gemeten 343 558 +63% (08-09)



greenfees driving range 3213 3603 3857 +20%

Totaal aantal bezoekers (niet-abonees) 2782 5594 6383 +130%

WEDSTRIJDEN 2007 2008 2009 Evol. 07-09

deelnemers (op Golf Puyenbroeck) Niet gemeten

1370 1986 +45% (08-09)

GVB deelnemers 2007 2008 2009 Evol. 07-09

theorie examen Niet gemeten

343 349 +2%

praktisch examen (DR) Niet gemeten

Niet gemeten

259 -

- Golf Puyenbroeck kent op alle vlakken een (hoge) groei en dit brengt automatisch groeipijnen met zich mee. Met name is er sinds 2008 er een substantiële groei in het sportief aanbod vanuit Golf Puyenbroeck en ook in de participatiecijfers.

- Golf Puyenbroeck vult tot op heden zelf relatief een dubbele rol in: "golfschool" voor de startende en "golfclub" voor de gevorderde golfer. Gezien de tweeledige taakstelling (cfr. supra), waarin wordt vooropgesteld dat de activiteiten in eigen beheer moeten gericht zijn op toe- en opleiding, dient Golf Puyenbroeck voor de komende jaren zich meer te focussen op zijn "golfschool"-werking. Zoals hierboven reeds gesteld, dient een oplossing met een partner uitgewerkt om de "golfclub"-werking uit te besteden.

- De reeds aanwezige golfschoolactiviteiten (weergegeven in cursief, in de tabel) zijn bedoeld om niet- en kandidaat-golfers respectievelijk toe te leiden naar en op te leiden in de golfsport en vullen de primaire taakstelling van deze publieke, democratische en laagdrempelige golfuitbating in:

Het aantal 'driving range abonnementen' is een instroomindicator (starters) die jaarlijks sterk blijft groeien. Dit versterkt het idee dat er zeer grote vraag naar een laagdrempelige instap in de golfsport bestaat die door Golf Puyenbroeck wordt aangesproken.

Het aantal 'handicapregistraties' / 'vrije golfers' is de invulling in de praktijk van het oorspronkelijk vooropgestelde "PAY-AND-PLAY"-principe (cfr. oorspronkelijke beleidsvisie, p. 11 e.v.) en is dus de aftoetsing van het succes van dit concept.

We kunnen stellen dat pay-and-play concept dus weldegelijk succesvol is, maar dit genereert merkwaardig genoeg niet enkel een effect in een toename van instroom, maar vooral ook in de beperking van uitstroom (drop-out preventie). Met name, zowel aan golfers op de drempel van instap en/of op de rand van drop out staan. Het aanbod aan abo-type 'driving range + handicapregistratie' verlaagt namelijk de drempel (instroom) en maakt het mogelijk dat startende golfers, na hun opleiding tot het behalen van het GVB, op een laagdrempelige manier in de sport kunnen stappen. Ditzelfde abonnementstype beperkt echter ook de 'drop out' (uitstroom) uit de golfsport doordat een aantal golfers die het 'normale' clubaanbod ('Terreinabonnement') om diverse redenen (gezin, carrière…) willen verlaten een laagdrempelige, betaalbare en toch volwaardige oplossing vinden om in contact te blijven met de golfsport, zonder zich daarbij volledig te moeten engageren in een club.

Het aandeel 'jeugd' in de diverse types stijgt stelselmatig. Hierbij dient opgemerkt dat de mogelijkheid om deel te nemen aan de juniorgolflessen zonder abonnee te zijn op Golf Puyenbroeck bijdraagt tot het succes en de laagdrempelige instap in een sport met een (kleiner wordend) imagoprobleem ('duur, voor ouderen, van vader op zoon en niet voor een kind alleen…')



Het aantal individuele (privé) lessen is in de loop van de voorbije 3 jaar explosief geëvolueerd waarbij de vraag het aanbod oversteeg wat Golf Puyenbroeck in 2008 deed besluiten om het aanbod uit te breiden en een derde golfprofessional aan te trekken. In welke mate deze individuele lessen vooral beginnende dan wel gevorderde golfers bedienen is op heden niet gekend. Dit zal in de toekomst gemonitord worden met de bedoeling vooral de potentiële en beginnende (eerder dan de gevorderde) golfers te instrueren.

De groepslessen stegen minder explosief deels door het gebrek aan groepsaanbod vanuit de drie golfprofessionals (wegens te druk bevraagd in de privélessen). Dit is een knelpunt dat dient bijgestuurd aangezien dit groepsaanbod een belangrijke smaakmaker en laagdrempelige instap betekent voor de niet- en potentiële sporter. Deze groepslessen mogen niet in de verdrukking komen ten voordele van individuele lessen voor deels ook gevorderde golfers. Het dient te overwegen om een 4

e golfpro aan te trekken op korte termijn

en een verplicht contingent aan groepslessen contractueel af te spreken met alle golfpro's.

Het aantal driving range-bezoekers stijgt licht. Echter Golf Puyenbroeck stelt vast dat sinds 2006 (opening terrein) het profiel van deze bezoeker aan het wijzigen is, van 'dagjesklant – recreant' naar de kandidaat startende golfer die doelgericht de oefenmogelijkheden van Golf Puyenbroeck komt verkennen. Dit is een goede evolutie en zal vanaf 2011 effectief moet worden gemonitord.

Vanaf 2008 werd een klaarheid geschapen betreffende het aanbod aan 'golfontdekkingen en golfinitiaties' voor bezoekers. Het idee dat er een 'basis' aanbod in de vorm van een ontdekking moest bestaan naast een 'diepgaandere' introductie tot de golfsport of 'initiatie' werd vorm gegeven door de golfprofessionals. Dit blijkt een zeer laagdrempelig aanbod op maat te zijn van de doelgroep "niet-golfers" (cfr. klantdefinitie, supra) en hierop moet verder worden ingezet

- De aanwezige golfclubactiviteiten (weergegeven in normaal lettertype in de tabel) zijn over de jaren

generiek gegroeid uit het toe- en opleidingsaanbod en kent op heden een eveneens een opwaartse evolutie:

Het aantal 'terrein abonnees' blijft constant en versterkt het idee dat de regionale werking van Golf Puyenbroeck, wegens gebrek aan privaat aanbod in de regio, zijn areaal heeft gevonden binnen de ruime omgeving van Wachtebeke – Waasland.

Het aantal greenfeespelers (bezoekers die 9 of 18 holes als bezoeker komen spelen) stijgt stelselmatig en is te verklaren door de positieve 'naamsbekendheid' van Golf Puyenbroeck binnen de Vlaamse golfmarkt maar zeker ook door het stijgend aandeel aan 'vrije golfers' in het aantal abonnees van Golf Puyenbroeck.

De groei in driving range-abonnees de voorbije 3 jaar heeft zich ook duidelijk doorgezet in het gebruik van de driving range. Hierbij dient gezegd dat de gevorderde golfers de gewoonte hebben om voor het lopen van de 9-holes een aantal ballen te slaan als opwarming. Sinds februari 2009 wordt de verhuur van golfballen op de range gemeten, het aantal geslagen ballen gedeeld het gemiddeld aantal minuten 'opwarming' geeft een idee hoeveel abonnees gebruik maken van de range en afslagplaatsen bezetten. In functie van de toe- en opleidingstaak van Golf Puyenbroeck dienen de huidige afslagplaatsen (driving ranges 1 en 2) geoptimaliseerd te worden om zowel de beginnende als de gevorderde golfers te bedienen (in concreto: heroriëntatie vijver voor driving range 1 en volwaardig uitrusten driving range 2, cfr. actieplanning, supra).



A.3. Belangrijke externe evoluties

Naast de interne analyse van Golf Puyenbroeck dienen een aantal belangrijke externe, maatschappelijke evoluties in rekening te worden gebracht om tot een succesvolle uitbating voor de komende drie jaar te komen.

Uit een recent (2010) nationaal onderzoek in Nederland, uitgevoerde door het bureau "Creative Marketing Results" (www.marketingresults.nl) in opdracht van de Nederlandse Vereniging voor Golf (NVG), m.b.t. de toekomst van de golfsport dienen zich in de volgende jaren (met als tijdshorizon het jaar 2015) enkele belangrijke maatschappelijke evoluties aan die hun impact zullen hebben op de werking van elke golfclub of –school:

- M.b.t. de vraag:

De golfer vraagt "flexibiliTIJD": golfen op zijn manier, tijd en plaats

De golfer zoekt "vertrouwen" en "zekerheid" in deze onzekere tijden

De golfer "vergrijst", maar dit op een zeer actieve manier (babyboomers)

Het aantal golfers zal blijven stijgen

Het grootste aantal nieuwe golfers wordt vrije golfer (eerder dan clublid)

Het aantal golfers met een klassiek clublidprofiel neemt af

De golfer wil op verschillende banen spelen

De golfer wil geen hoge lidmaatschappen meer betalen

De golfer wil minder in slechte weersomstandigheden spelen

De golfer wordt minder geneigd om 18 of meer holes te spelen wegens tijdsgebrek

De golfer speelt minder rondes per week

- M.b.t. het aanbod:

90% woont binnen een halfuur van de golfbaan. Dit moet genuanceerd worden voor België en Vlaanderen aangezien er minder (laagdrempelig) aanbod is dan in Nederland.

Het behoud van het kwaliteitsimago van de golfsport (golfbaan, accommodatie, begeleiding) is essentieel.

De "gesloten cultuur" (sic) dient verder afgezwakt

De link met natuurbeleving en gezondheid dient versterkt

Het type golfbaan dient afgestemd op het profiel van de beoogde golferprofiel (zie hieronder)

Indien het aanbod (aantal en toegankelijkheid golfbanen, lidmaatschapsvormen, prijszetting) niet mee- evolueert met het potentieel aan de vraagzijde, ontstaat een risico van definitieve uitstroom na verloop van tijd.

- M.b.t. het profiel van de golfer:

Er ontwikkelen zich 5 types golfer:

Calculerende golfer: liefhebber van de sport, maar wikt en weegt in budget en tijd

Prestatiegerichte golfer: speelt voor de competitie en persoonlijke handicap

Zakelijke golfer: hanteert golf als middel voor networking

Leisure golfer: speelt vooral voor de (sportieve) ontspanning en het sociale contact

Klassieke golfer: liefhebber van de sport en houdt aan het (gesloten) clubaspect

De nieuwe clubgolfer is minder upper upper class, maar nog steeds welstellend

De nieuwe clubgolfer zit in een andere levensfase: meer tweeverdieners en meer gezinnen met kineren

De nieuwe clubgolfer heeft een bredere en modernere interesse: beoefent veel meer sporten naast golf en heeft actieve interesse in internet en nieuwe technologieën

De nieuwe vrije golfer wil zijn succes laten zien en is een sportieve luxezoeker.

http://www.marketingresults.nl/



A.4. Conclusie en aanzet tot bijsturing

Algemeen kan worden geconcludeerd dat Golf Puyenbroeck:

- Op alle vlakken een succesverhaal blijkt te zijn na 6 jaar exploitatie - In deze jaren impliciet zowel een golfschool- als een golfclubwerking heeft ontwikkeld - Er een aantal maatschappelijke evoluties op til staan die maken dat het vraag naar de golfsport in het

algemeen en aan een aangepast sportief aanbod in Golf Puyenbroeck sterk zal doen toenemen (o.a. pensioneringsgolf babyboomers)

- Zijn initiële stimulerende taakstelling (toeleiden naar en opleiden in de golfsport) opnieuw moet fijnslijpen en prioritair moet behandelen in de uitbating

- Een gestructureerde aanbod moet uitwerken op korte termijn om de voorwaardenscheppende taak, in de vorm van de golfclubwerking, vorm te geven en een plaats te bieden naast de golfschoolwerking

- Het aanbod in de vorm van de golfbaan, het golfgebouw en de driving ranges moet afstemmen op deze tweesporige taakstelling (stimuleren via golfschool en voorwaardenscheppen voor golfclub)

- Het aanbod in de vorm van groepslessen en initiatie-activiteiten prominent moet stellen in de werking van het centrum en de begeleiding door de golfpro's

Bijkomend kan worden meegegeven dat voor de provincie Oost-Vlaanderen een rol is weggelegd om haar duidelijk goed gestarte voortrekkersrol in de democratisering van de golfsport verder kan ontplooiien door:

- Bestaande en nieuwe initiatieven tot ontwikkeling van publieke en laagdrempelige private golfbanen actief coacht om de realisatie te bevorderen.

- Door overleg met de sector tracht mee te bouwen aan de drempelverlaging van de bestaande golfbanen

Deze initiatieven zijn noodzakelijk om de uitstroom van opgeleide golfers (o.a. door Golf Puyenbroeck) een clubaanbod te bieden.

Specifiek wordt op basis van bovenstaande analyses volgende aanzet tot bijsturing voorgesteld. Deze dient als basis voor de gedetailleerde actieplanning 2011-2013.

Volgende insteken dienen uitgewerkt:

Oriënteren van de lessenreeksen in eigen beheer in functie van de strategische focus (niet-sporters, kandidaat-sporters en beginnende sporters)

Maximaal inzetten op een golfopleidingsaanbod in eigen beheer teneinde de instroom, alsook de doorstroom naar het GVB verder te verhogen

Opzetten van een partnerschap met de sportcommissie/club om de clubgerichte activiteiten in te vullen

Heroriënteren van de golfshop, in lijn met de core business van Golf Puyenbroeck, naar de verkoop van sportartikelen (tees en golfclubs). Dit houdt in dat de verkoop van modeartikelen wordt stopgezet.

Voorzien van kleine oefenholes in kunstgras om het opleidingsaanbod verder te ontplooiien.

Voorzien van een volwaardig uitgerust opleidingslokaal (in de lokalen van de huidige golfshop)

Uitrusten van de indoorhole met bewegingsanalyse-software

Heroriënteren van de vijver weg van driving range 1 om meer afslagplaatsen te creëren voor beginnende golfers

Volwaardig uitrusten van driving range 2 voor groepslessen (omheinen, voorzien van een ballenautomaat en toegangscontrole)

Uitvoeren op korte termijn van een objectief behoeftenonderzoek ter bepaling van de noodzaak aan een 18-holes terrein in functie van de taakstelling van Golf Puyenbroeck.



B. TOETSING SPORTCENTRUM PUYENBROECK

B.1. Strategische portfolio-analyse Onderstaand wordt weergegeven in welke mate het huidig aanbod aan lessenreeksen en andere sportactiviteiten, ingericht door sportcentrum Puyenbroeck in het kader van haar stimulerende taakstelling, de vooropgestelde doelgroepen (cfr. supra, klantdefinitie) beoogt. Hiervoor zijn de stadia van het beweegspectrum vertaald naar de golfsport:

Niet-sporter = bezoeker zonder sportervaring

Potentiële sporter = bezoeker met doelgerichte sportinteresse en -motivatie

Beginnende sporter = bezoeker met beginervaring in sport en doelgerichte sportinteresse en -motivatie

o Deze drie groepen vormen de strategische focus voor sportcentrum Puyenbroeck, want zijn de primaire doelgroepen voor de door sportcentrum Puyenbroeck aangeboden sportactiviteiten.

Gevorderde sporter = Burger/klant met duurzaam en regelmatig sportgedrag

Post-gevorderde sporter = Burger/klant met duurzaam en zeer frequent sportgedrag o Deze twee groepen maken geen deel uit van de strategische focus, aangezien een

aanbod voor deze doelgroepen per definitie geen toeleidend karakter kan inhouden. Deze groepen zijn uiteraard welkom (individueel of georganiseerd verband) in sportcentrum Puyenbroeck in het kader van de voorwaardenscheppende rol die sportcentrum Puyenbroeck (evenwel in tweede lijn, cfr. visie) ook invult.

Sportcentrum Puyenbroeck heeft een eerder traditioneel uitbatingspatroon aangezien het een het multifunctioneel sportcentrum is dat de mature markt bedient van de klassieke sportactoren (clubs, federaties en scholen) en dit combineert met een zuiver publieke functie voor de individuele burger/klant. Aangevuld met klanten als bedrijven en socio-culturele verenigingen, kent het sportcentrum Puyenbroeck een afzet die voor het belangrijkste deel bestaat uit het verhuren van sporten verblijfsaccommodatie.

In functie van een verdere maximalisatie van de accommodatiebezetting en de missie van de sportcentra richt het sportcentrum Puyenbroeck ook sportactiviteiten in eigen beheer. Als we het huidige pakket aan de door sportcentrum Puyenbroeck ingerichte lessenreeksen analyseren in functie van deze strategische focus komen we tot volgende mapping:

Legende:



× = niet in strategische focus en er is bovendien een bestaand aanbod





Stadium beweegspectrum

Niet-sporter

Potentiële sporter

Beginnende sporter

Gevorderde sporter

Post-gevorderde sporter

Korte omschrijving Bezoeker zonder sportervaring

Bezoeker met doelgerichte sportinteresse

bezoeker met beginervaring in sport

Burger/klant met duurzaam en regelmatig sportgedrag

Burger/klant met duurzaam en zeer frequent sportgedrag


Provinciale zwemschool

Start-to-swim

Crawlzwemmen

Conditiezwemmen

Bewegingsschool

Sportmix 7-8 jaar

MTB-initiatie

×

Sport Overdag


Schoolsportdagen

Sportdagen voor groepen

Schoolsportklassen

Plattelandsklassen

Bedrijfssportdagen

Uit deze strategische portfolio-analyse blijkt:

- Sportcentrum Puyenbroeck een breed pakket aan activiteiten aanbiedt op dit moment; - Bijna alle sportactiviteiten in eigen beheer liggen in lijn met de taakstelling van stimulering van niet-,

potentiële en beginnende sporters. - De mountainbike-initiatie toch neigt naar "specialisatie" van gevorderde mountainbikers en bijgevolg

niet verder moet uitgebouwd worden. - Het aanbod voor de doelgroep "individuele niet-sporters" momenteel te beperkt is. Hiervoor moet een

bijkomend aanbod worden uitgewerkt in de komende jaren.



B.2. Klant- en bezettingsanalyse

B.2.1. Klantanalyse

Uit de beschikbare klantengegevens kunnen momenteel veel, maar evenwel niet alle relevante parameters in kaart worden gebracht. Volgende gegevens dienen in de volgende jaren ook worden opgevolgd:

- Regionale herkomst van de individuele eenmalige gebruikers van het binnenzwembad, het openluchtzwembad, de sporthal en de tennisterreinen

- Procentuele doorstroming van de deelnemers aan de lessenreeksen naar een duurzaam sport- of beweeggedrag (gevorderde sporter)

Onderstaand zijn volgende analyses uitgevoerd:

- Analyse van de zwembadklant o In de voorwaardenscheppende taakstelling o In de stimulerende taakstelling

- Analyse van de klant van de sporthal/openluchtterreinen o In de voorwaardenscheppende taakstelling o In de stimulerende taakstelling

Bij elk van deze analyses wordt nagegaan in welke mate de deelaccommodatie of het aanbod aan sportieve activiteiten een bovenlokale behoefte invult, door middel van de analyse van het klantenbereik.

B.2.1.1 Zwembadklant

B.2.1.1.1. Voorwaardenscheppende taakstelling

Onderstaand vindt u de bezetting van het zwembad per doelgroep uitgedrukt in aantal zwembeurten.

Een "zwembeurt" is een eenmalig bezoek aan het zwembad en wordt in de sector als meetgraad gehanteerd (cfr. ISB "Rapport Kengetallen zwembaden, 2008). Dit maakt vergelijking binnen de sector mogelijk.

ZWEMBAD 2009 2008 Evol. 08-09

Clubs 31518 34902 -9,70%

Evenementen 4775

Scholen 72573 76310 -4,90%

Zwemstages 5882 6322 -6,96%

Publiek 194762 183530 6,12%

TOTAAL zwembad 309510 301064 2,81%

Uit bovenstaande data kunnen volgende conclusies worden getrokken:

- In 2009 rondde het zwembad Puyenbroeck alweer de in "zwembadland" magische kaap van 300.000 bezoeksbeurten met een totaal van 309.510, hetgeen maakt dat Puyenbroeck het 3

e drukst bezochte

zwembad is in Oost-Vlaanderen, na het Olymposbad in Dendermonde (ca. 340.000) en Beveren (ca. 325.000) en handhaaft zich in het clubje van +300.000. Sportoase Philipssite (Leuven), Sportcity (Sint-Pieters-Woluwe) en Badhuis (Menen) kregen tussen 350.000 en 400.000 bezoekers over de vloer. Olympos (Dendermonde), Het Netepark (Herentals), Stedelijk Zwembad Oostende, De Treffer (Waregem), De Waterperels (Lier) en Recreatiebad Beveren mochten ook tussen 300.000 en 349.999 zwemmers verwelkomen (bron: ISB-kengetallen).



- Belangrijk hierbij is dat enkel Puyenbroeck en Het Netepark (Herentals) niet in een dichtbevolkte stadskern gelegen zijn en dus een bijkomende (transport)drempel kennen. Sinds 2009 komt De Lijn tot aan het zwembad Puyenbroeck, maar het effect hiervan is tot op heden beperkt.

- Algemeen is er een gestage stijging in de bezettingscijfers (+2,81%). Deze stijging zet zich al enkele jaren door, maar blijft sterk afhankelijk van het buitenbad. Bij een slechte zomer is de stijging minder uitgesproken of niet aanwezig.

- Clubzwemmen: er is een ogenschijnlijke terugval in de sportbeurten tijdens cluburen (-9,70%), maar dit is omwille van het feit dat het aantal zwemmers tijdens een wedstrijd tot in 2008 bij het "clubzwemmen" werden gerekend. Sinds 2009 worden deze apart gerekend (zie onder punt 3.). Samen blijken 'clubzwemmen' en 'evenementen/wedstrijden' 36.293 zwembeurten te hebben gegenereerd. Dit is 3,9% meer dan in 2008.

o Op het vlak van de clubwerking vult het zwembad Puyenbroeck een uitgesproken bovenlokale rol in met 81,82% clubs (op een totaal van 22 clubs) die komen van buiten de regio Wachtebeke-Moerbeke

Regio Wachtebeke-Moerbeke: 18,18% Regio Lokeren: 4,54% Regio Lochristi-Zaffelare: 4,54% Regio Gent: 13,63% Andere: 59,10%

- Evenementen/wedstrijden: het aantal evenementen en zwemwedstrijden zijn stabiel op 15 per jaar met als grootste het B.K. Korte Baan (400 zwemmers), de Superprestige-manche (500 zwemmers) en de Memorial Louis Antheunis (600 zwemmers). Daarnaast zijn er nog het B.K. Masters, de provinciale zwemkampioenschappen B/C, enkele zwemclubwedstrijden en enkele atypische events (3 triathlons, ijsberenwedstrijd, Splash event, zwembaddag, bijscholing reddend zwemmen). In functie van de beschikbaarheid van het zwembad voor alle doelgroepen (publiek, scholen, clubs en organisatoren) wordt dit aantal wedstrijden gehandhaafd.

- Schoolzwemmen: in het schoolzwembeurten zien we een duidelijke terugval sinds 2009 (-4,90% t.o.v. 2008). Er zijn geen scholen die afhaken (integendeel), maar door de aan de scholen opgelegde maximumfactuur per leerling, hebben een aantal scholen besloten de frequentie van de zwemlessen te halveren (van wekelijks naar tweewekelijks). Dit zorgt in de praktijk voor een extra beschikbaarheid van zwemwater tijdens de schooluren.

o Op het vlak van de schoolwerking vult het zwembad Puyenbroeck een duidelijke bovenlokale rol in met 84,1 % scholen, op een totaal van 44 scholen, die komen van buiten de regio Wachtebeke-Moerbeke. Gezien de beperkte lesduur en de noodzakelijke busverplaatsing is dit een vrij logisch fenomeen.

Regio Wachtebeke-Moerbeke: 15,9% Regio Lokeren: 22,7% Regio Lochristi-Zaffelare: 18,18% Regio Gent: 18,18% Regio Stekene-Sint-Niklaas: 27,3% Andere: 40,90%

- Zwemstages: ondanks de stabiele bezetting van het sportverblijf (zie onder), zijn de echte zwemstages in 2009 teruggelopen t.o.v. 2008 (-6,96%). Deze daling is integraal te verklaren door de mindere bezetting van de topsportstages van de Vlaamse Zwemfederatie (VZF). Hun aantal stages is gelijk gebleven, maar per stage waren er minder zwemmers aanwezig. Dit heeft vermoedelijk te maken met een minder brede lichting en/of een strengere selectie door de VZF.

o Op het vlak van de zwemstage vult het zwembad en de verblijfsaccommodatie Puyenbroeck een zeer uitgesproken bovenlokale rol in met 100% stages die komen van buiten de regio Wachtebeke-Moerbeke. Gezien het beperkte aanbod aan zwemclubs in deze regio is dit uiteraard eveneens een logisch fenomeen.

- Publiek: het brede, recreatieve publiek blijkt de weg nog steeds goed te vinden naar het zwembad Puyenbroeck (+6,12% t.o.v. 2008). Een belangrijk deel van deze bezetting is door de aanwezigheid



van de buitenzwembaden: in 2009 zijn 84.173 zwembeurten door publiek van de 309.510 geregistreerd in de zomermaanden juli en augustus, zijnde 27,2%! Dit is niet in het minste omdat tijdens deze maanden zowel de binnen- als de buitenbaden geopend zijn en de klant steeds terecht kan, ongeacht de weersomstandigheden. Dit biedt anderzijds ook de opportuniteit tot een verdere uitbouw van het recreatieve bezoek tijdens de niet-zomermaanden. In de praktijk blijken immers voornamelijk de recreatieve publieksuren tijdens de weekdagen (16u-18u30) te weinig bezet.

Als we deze publiekszwemmer verder in detail onder de loepe nemen, komen we tot volgende vaststellingen.

Uit bovenstaande data en de praktijkervaring kunnen volgende conclusies worden getrokken:



De recreatieve zwemmers blijken vooral (groot)ouders met (klein)kinderen te zijn, die in het grootste deel van de gevallen per zwembeurt betalen. Dit bevestigt de positionering van het zwembad als deel van het kindvriendelijke en zacht-recreatieve domein Puyenbroeck. Anderzijds geeft dit aan dat er mogelijkheid is tot meer klantenbinding via (meer aangepaste) abonnementen.

De niet-recreatieve zwemmers zijn in hoofdzaak baantjeszwemmers die vaak per beurt betalen. Het meest verkochte abonnementstype blijkt de 11-beurtenkaart (zijnde 10+1 gratis-formule) te zijn. De andere abonnementen zijn weinig verkocht. Ook hier ligt mogelijk een opportuniteit tot meer klantenbinding via abonnementen. Dit is bovendien belangrijk in functie van onderstaande.

De regionale herkomst van de individuele eenmalige zwembadgebruikers kennen we op dit moment niet, maar wordt met ingang van 2011 gemonitord

De regionale herkomst van de abonnementshouders is wel gekend en duidt op het bovenlokale karakter van het zwembad:

o Regio Wachtebeke-Moerbeke: 10,08% o Regio Lokeren/stekene/Sint-Niklaas: 30,12% o Regio Lochristi-Zaffelare: 36,34% o Regio Gent: 14,36% o Andere: 9,1%

Naast de optimalisatie van de eigen werking moet het zwembad Puyenbroeck zich voorbereiden op een aankomende belangrijke concullega, zijnde het multifunctioneel zwembadcomplex "De Rozenbroeken" in Gent. Dit zwembad zal een eveneens een 50m-competitiezwembad met een uitgebreide recreatiezone bevatten en wordt voorzien reeds ten dele te openen eind 2011.

Er is weliswaar een objectief tekort aan competitiezwemwater (cfr. voorbereidende studie Vlaams Sportinfrastructuurfonds, 2007) in de provincie Oost-Vlaanderen, maar in functie van de recreatieve zwemmer dient het zwembad Puyenbroeck een duidelijker profiel uit te werken voor de bezoeker. Dit profiel dient uitgesproken de kaart van de "zachte en sportieve recreatie" (voor individuen en gezinnen met kinderen) te trekken, in tegenstelling tot het "hard-recreatief en commercieel" profiel dat "De Rozenbroeken" vermoedelijk zal hanteren (met grote glijbanen, een surfput en dergelijke).

B.2.1.1.2. Stimulerende taakstelling

Zwembad Puyenbroeck vult de activiteit van accommodatieverhuur aan met lessenreeksen die gericht zijn op de niet-sporter tot de beginnende sporter.

Activiteiten in eigen beheer

Reeks Aantal reeksen

2009 2010 Evolutie 09-10

Provinciale zwemschool 3 892 896 0,45 %

Start-to-swim 3 17 27

58,82%

Crawlzwemmen 3 55 53

-3,64%

Conditiezwemmen 3 51 70

37,25%

Activiteiten in samenwerking met partners

- (Bijna-)individuele zwemlessen voor kinderen: o Partner "Zwemmen als een vis in het water" : 4x per week o Partner "zwemschool Aquaspirit": 2 x per week

- (Bijna-)individuele zwemlessen voor volwassenen: leren zwemmen o Partner "Zwemmen als een vis in het water" : 2x per week

- (Bijna-)individuele zwemlessen voor volwassenen: trimzwemmen o Partner "Zwemmen als een vis in het water" : 2x per week



- Aquafitness: o Partner "Angelique Dupré": 1x per week o KVLV Moerbeke: 1x per week

Daarnaast zijn uiteraard nog de zwem- en duikclubs actief met een eigen jeugdwerking (soms ook met watergewenning voor de kleinsten), maar deze worden hier niet besproken aangezien dit onder clubwerking valt.

Uit bovenstaande data kunnen volgende conclusies worden getrokken:

De bestaande lessenreeksen in het zwembad richten zich voornamelijk op niet- en potentiële sporters en hebben bijgevolg een juiste strategische focus (zie vorig hoofdstuk, supra) en kennen een stijgende deelname. Dit biedt opportuniteit tot verdere uitbouw.

De deelnemers aan de lessenreeksen blijken wel tevreden te zijn, maar dit wordt op dit moment niet objectief en systematisch gemeten. Alsook wordt er momenteel niet gepolst naar de behoeften van deze doelgroepen. Dit biedt opportuniteit tot bijsturing.

De deelnemers aan lessenreeksen blijken trouwe klanten te worden van het zwembad (en bij uitbreiding het sportcentrum en het domein Puyenbroeck). Dit biedt opportuniteiten tot positionering t.o.v. het aankomende zwembad Rozenbroeken.

Eventuele bijkomende lessenreeksen (in eigen beheer of via partners) dienen te worden gepland in de dalmomenten hetgeen de bezetting van het zwembad zal ten goede komen.

Momenteel zijn de lessenreeksen gericht op de zwemsport an sich. Het verdient verder marktonderzoek om na te gaan of er andere varianten zijn (triatlon, therapeutisch zwemmen, hydrobics en dergelijke) die een behoefte kunnen invullen.

Van de lessenreeksen met partners worden de deelnamecijfers niet systematisch gemonitord. Dit zal vanaf 2011 aangevat worden.



B.2.1.2 Klant sporthal en openluchtterreinen

B.2.1.2.1. Voorwaardenscheppende taakstelling

SPORTHAL 2009 2008 Evol. 08-09

Clubs 31392 22616 38,80%

Evenementen 5613

Schoolsportdagen 19679 17144 14,79%

Sportstages 2645 2425 9,07%

Publiek 5977 15371 -61,12%

TOTAAL sporthal 65306 57556 13,47%

OPENLUCHTTERREINEN (vnl. kunstgrasterreinen) 2009 2008 Evol. 08-09

Clubs 8851 7073 25,14%

Evenementen 700

Schoolsportdagen 14352 8978 59,86%

Sportstages 671 1122 -40,20%

losse verhuur 2538 1556 63,11%

TOTAAL 27112 18729 44,76%

ALG. TOTAAL 410205 385588 4,26%

Uit bovenstaande data en de praktijk kunnen volgende conclusies worden getrokken:

o Sportclubs: het aantal sportbeurten in clubverband is aanzienlijk gestegen (+38,8%) t.o.v. 2008. Dit is een goede evolutie die verder bestendigd dient te worden.

Op het vlak van de clubwerking vult de sporthal Puyenbroeck een beperkte bovenlokale rol in met …% clubs die komen van buiten de regio Wachtebeke-Moerbeke. Dit is een aandachtspunt voor de toekomstige werking. Een belangrijke opmerking hierbij is evenwel dat de sporthal in Puyenbroeck verplicht is een lokale werking (t.a.v. de clubs in Wachtebeke) in te vullen ten gevolge van een afspraak met de gemeente Wachtebeke die geen sporthal mocht bouwen van de subsidiërende overheid (BLOSO) omwille van de aanwezigheid van de sporthal in Puyenbroeck.

Regio Wachtebeke-Moerbeke: 36,58%

Regio Lokeren: 17,07%

Regio Lochristi-Zaffelare: 14,63%

Regio Gent: 12,19%

Regio Stekene-Sint-Niklaas= 2,43%

Andere: 17,07%

o Evenementen/wedstrijden: zie "publiek"

o Sportstages: het aantal sportbeurten door verblijvers is sterk gestegen (+9,07%) en dit bevestigt het verschuiven van het type verblijfsgroepen van zwemclubs naar niet-zwemclubs. De daling in het aandeel sportstages in het zwembad (-6,96%, zie boven) is bijgevolg omgekeerd evenredig aan deze stijging in de sporthal.



Op het vlak van de niet-zwemstages vult de sporthal/openluchtterreinen en de verblijfsaccommodatie Puyenbroeck eveneens zeer uitgesproken bovenlokale rol in met 100% stages die komen van buiten de regio Wachtebeke-Moerbeke.

o Schoolsport: gezien de decentrale ligging van het sportcentrum en het feit dat een aanzienlijk deel van de scholen een eigen sporthal of turnzaal heeft, zijn er geen scholen die voor de lessen L.O. de sporthal reserveren. In het kader van schoolsport is er het eigen aanbod "schoolsportdagen" (cfr. infra).

o Publiek: de daling in deze is groot (-61,12%) omwille van het feit dat deze cijfers sinds 2009 opgedeeld zijn in twee rubrieken ("publiek" en "evenementen"). Desalniettemin is de daling t.o.v. 2008 er ook als de cijfers "publiek" en "evenementen" 2009 worden opgeteld (11.590) en vergeleken met 2008 (-14,6%). Dit is veroorzaakt door de laattijdige annulatie van 2 middelgrote evenementen, niet door een terugval in publieksgebruik.

B.2.1.2.2. Stimulerende taakstelling

Sporthal Puyenbroeck vult de activiteit van accommodatieverhuur aan met lessenreeksen die gericht zijn op de niet-sporter tot de beginnende sporter.

Activiteiten in eigen beheer

Reeks Aantal reeksen

2009 2010 Evolutie 09-10

Kleuters in actie (kabouters/kapoenen) 3 52 49 -5,77 %

Sportmix (6-7 jaar) 3 22 20 -9,09 %

Teenage bike-kicks (MTB-initiatie) 2 N.G. 2 -

Schoolsportdagen 14547 15809 +8,67 %

Avonturensportdagen/sportdagen voor groepen

1066 899 -8,43 %

Legende: N.G. = niet-georganiseerd

Uit bovenstaande tabel kunnen volgende conclusies worden getrokken:

De bestaande lessenreeksen in de sporthal richten zich voornamelijk op niet- en potentiële sporters en hebben bijgevolg een juiste strategische focus (zie vorig hoofdstuk, supra), maar kennen een eerder dalende deelname. Dit dient bijgestuurd.

De deelnemers aan de lessenreeksen blijken wel tevreden te zijn, maar dit wordt op dit moment niet objectief en systematisch gemeten. Alsook wordt er momenteel niet gepolst naar de behoeften van deze doelgroepen. Dit biedt opportuniteit tot bijsturing.

Eventuele bijkomende lessenreeksen (in eigen beheer of via partners) dienen te worden gepland in de dalmomenten hetgeen de bezetting van de sporthal en de openluchtterreinen zal ten goede komen.



B.2.2. Bezettingsanalyse

Naast de klantanalyse is het belangrijk een zicht te hebben op de bezetting van de verschillende accommodaties in het sportcentrum Puyenbroeck. Het dient vermeld dat dit per definitie een analyse is in het kader van de voorwaardenscheppende taakstelling (accommodatieverhuur) van het sportcentrum Puyenbroeck.

Onderstaand wordt de bezetting geanalyseerd van

- Het zwembad, meer bepaald o de baanbezetting van het 25m-bad (ondiep deel 50m-bad) o de baanbezetting van het 25m-bad (diep deel 50m-bad) o de baanbezetting van het 50m-bad (als zo aangeboden)

- De sporthal, meer bepaald o de bezetting van de grote zaal (delen A-B-C) o de bezetting van de parketzaal

- De verblijfsaccommodatie

B.2.2.1 Zwembad

De "baanbezetting" is de verhouding tussen de benutting versus de beschikbaarheid van de zwembanen. De beschikbaarheid is de som van de (1) de cluburen en (2) de baanzwem-uren voor het publiek.

Let op, een overschrijding van de 100% beschikbaarheid kan voorvallen als deze banen eveneens verhuurd worden tijdens de "recreatieve" publieksuren en/of de schooluren. In uitzonderlijke gevallen (vb. i.f.v. het verblijf) wordt dit toegestaan.

Hierbij wordt er vanuit gegaan dat het publiek of de school steeds voldoende plaats in het zwembad dient te hebben.

De organisatie van het zwembad is nu als dusdanig dat er kan gezwommen worden:

Op 25m (2 zwembaden): maandag-woensdag-donderdag

Op 50m (1 zwembad): dinsdag-vrijdag-weekend



Tabel: bezetting zwembad per 25m-baan in het ondiepe gedeelte (uitgedrukt in de procentuele verhuur)

Tabel: bezetting zwembad per 50m-baan (uitgedrukt in de procentuele verhuur)



Uit bovenstaande grafieken kunnen volgende conclusies worden getrokken:

De baanbezetting van het zwembad is tijdens de cluburen en de baanzwem-uren quasi maximaal benut. Dit is komt ook overeen met het gevoel dat heerst in de dagdagelijkse werking van het zwembad. Enkel het laatste club/baanzwem-uur (21u-22u) blijkt in de praktijk een lagere bezetting te kennen.

Dit staat enigszins in contrast met de terugval in bezetting tijdens de schooluren (door de maximumfactuur, zie boven). Dit biedt opportuniteit tot bijsturing.

B.2.2.2 Sporthal

De "bezetting" is ook hier de verhouding tussen de benutting versus de beschikbaarheid van de verschillende delen van de sporthal: delen A-B-C en de polyvalente zaal (parket)

Tabel: gemiddelde jaarbezetting sporthal per zaal (uitgedrukt in gemiddeld maandprocent)



Tabel: gemiddelde dagbezetting sporthal per uur (uitgedrukt in gemiddeld dagprocent)


- De procentuele bezetting van de sporthal situeert zich op jaarbasis rond de 54%, verdeeld over een bezetting van 57% voor de sportzaaldelen (A-B-C) zelf en 43% voor de polyvalente zaal. Rekening houdende met het feit dat er voldoende tijd wordt vrijgehouden voor het reinigen van de zaal, is deze gemiddelde bezettingsgraad van de sportzaaldelen eerder hoog te noemen. De bezetting van de polyvalente zaal is voor verbetering vatbaar.

- Uit de gemiddelde dagbezetting van de sporthal blijkt dat de daluren zich (zoals in het zwembad) situeren tussen 16u en 18u. De piekmomenten zijn vooral tussen 18u en 22u (trainingen clubs) en in mindere mate overdag (schoolsportdagen).



B.2.2.3 Verblijfsaccommodatie

De "bezetting" is ook hier de verhouding tussen de benutting versus de beschikbaarheid van respectievelijk de 56 bedden en de 22 kamers.


- De procentuele bezetting van de verblijfsaccommodatie situeert zich op jaarbasis rond de 30%, met een bedbezetting van 31,67% en een kamerbezetting van 34,54% in 2009.

- Hiermee heeft de verblijfsaccommodatie een vergelijkbare, maar toch duidelijk verbeterbare bezetting als soortgelijke verblijfsaccommodaties. De bezetting van de verblijfsaccommodatie van het provinciaal domein De Gavers bedroeg in 2009 49,6% (uitgaande van de sluitingsperiode november t.e.m. januari) en 37,15% (uitgaande van een volledig jaar)

Vergelijking kamerbezetting met jeugdherbergen (2009)

Antwerpen 38,40%

Bokrijk 31,30%

Brugge 38,50%



Brussel 80,80%

Gent 67,40%

Mechelen 43,60%

De Pinte 34,00%

- In 2009 deed zich het merkwaardige fenomeen voor dat de bedbezetting daalde ten opzichte van 2008 (-1,21%) , terwijl de kamerbezetting steeg (+4,11%). Dit kwam door de verhoogde vraag vanuit de verblijvers naar 1-persoonsgebruik van de 2-persoonskamers. In de prijszetting wordt door het sportcentrum Puyenbroeck hier een "single room"-toeslag voor aangerekend aan de klant.

- Er is nog een belangrijke verbetermarge voor de bezetting tijdens de week. De bezetting tijdens het weekend (in 2009 43,36%) en in de schoolvakanties (in 2009 69,94%) is hoog, maar wordt niet gevolgd door de werkweekbezetting (maandag-vrijdag). Hiervoor dienen verdere initiatieven ontplooid om deze verhuur aan te zwengelen. Hiervoor dient een gestructureerd aanbod ontwikkeld voor scholen en bedrijven.

- Momenteel (2009) wordt de bezetting voornamelijk gerealiseerd door:

- Zwemclubs (35%) : dit is in lijn met de oorspronkelijke beleidsvisie (cfr. supra) van deze verblijfsaccommodatie en de koppeling aan een 50m-zwembad.

- Buitenlandse sportclubs (24%, zwemmen en niet-zwemmen): dit aandeel neemt toe en biedt mogelijkheden om de weekbezetting aan te zwengelen aangezien in sommige buurlanden (NL, F, ENG) de schoolvakantieperiodes vaak niet samenvallen met die in België.

- Sportklassen (19%): dit aantal groeit gestaag en hierop moet in de werking verder actief op ingezet worden.

- Andere sportclubs (15%): dit zorgt voor een hogere bezetting van de sporthal en de openluchtterreinen en biedt ook groeipotentieel.

- Sportkampen (5%), ingericht door sportfederaties. Dit is vooral in de drukst bevraagde (schoolvakantie)periodes en heeft weinig groeipotentieel.



B.3. Conclusie en aanzet tot bijsturing

Algemeen kan worden geconcludeerd dat sportcentrum Puyenbroeck:

- Op het vlak van zwembadbezetting een succesverhaal blijkt te zijn na 6 jaar exploitatie - Het zwembad het 3

e hoogste bezoekersaantal (meer dan 309.000 zwemmers per jaar) kent van alle

Oost-Vlaamse zwembaden, na Olympos Dendermonde en Recreatiebad Beveren. - Het zwembad reeds 3 jaar na elkaar de in de zwembadsector magische grens van 300.000 bezoekers

per jaar rondt. - Het openluchtzwembad een belangrijke aantrekkingspool is voor het publiek (cfr. bezoekerscijfers:

27,2% van de bijna 310.000 gerealiseerd in 2 zomermaanden) - De bezetting van de sporthal, de openluchtterreinen en het sportverblijf groeipotentieel inhouden - Er een duidelijke voorwaardenscheppende taak wordt ingevuld, conform de taakstelling - Bijna alle in eigen beheer georganiseerde sportactiviteiten in lijn zijn met de vooropgestelde

strategische focus en dus bijdragen aan de stimulerende taakstelling. - Enkel de mountainbike-initiatie (lessenreeks in eigen beheer) niet volledig in de strategische focus ligt

en dient herbekeken of stopgezet. - De verblijfsaccommodatie een gemiddelde jaarbezetting heeft van 30%, hetgeen een degelijk

resultaat is in vergelijking van de sector en soortgelijke verblijfsaccommodaties. - De verblijfsaccommodatie voornamelijk verbetermarge vindt in het opvoeren van de weekbezetting.

Hiervoor dient een aanbod ontwikkeld naar de doelgroepen scholen en bedrijven. - De verblijfsaccommodatie, conform de oorspronkelijke beleidsvisie en de nieuw opgestelde missie

(cfr. "puur voor de sport') in hoofdzaak (85%!) sportclubs en -federaties (zwemmen en niet-zwemmen, binnenlandse en buitenlandse) als klant heeft. Daarnaast (19%) heeft het scholen als klant in het kader van schoolsportklassen.


Volgende insteken dienen uitgewerkt:

Voor alle deelaccommodaties en lessenreeksen o Structurele data verzamelen van het regionale klantenbereik om het bovenlokale karakter van

de deelaccommodatie of de lessenreeks permanent te kunnen monitoren en in functie daarvan bij te sturen

o Voorzien van draadloze internettoegang o Voorzien van een aanvaardbaar gsm-bereik in en rond het sportcentrum o Uitwerken van een op-maat marketing- en communicatieplan voor de komende drie jaar,

resulterend in doelgericht wervend promotiemateriaal (on- en off-line) o Structurele samenwerkingsverbanden opzetten met sportfederaties (zwemmen, judo, voetbal,

…) om hun provinciale/regionale werking (deels) te organiseren in Puyenbroeck

Voor het zwembad: o Voorzien van een duidelijke positionering t.o.v. het zwemcomplex "De Rozenbroeken" voor

elk type zwemmer o Op korte termijn het openluchtzwembad renoveren om deze belangrijke aantrekkingspool

(i.f.v. bezoekerscijfers) te bestendigen o Verhogen van de klantenbinding door een aangepast aanbod van lessenreeksen en een

verhoogde dienstverlening o Mogelijkheid creëren om overdag (tijdens de schooluren) ook baanzwemmen toe te laten o Tijdens de daluren (16u-18u) de bezettingsgraad verhogen voornamelijk door lessenreeksen

in eigen beheer of in samenwerking met partners o Systematisch de klantentevredenheid opvolgen van zowel de deelnemers van de

lessenreeksen, de clubs als de individuele zwemmers o Uitvoeren van een pragmatisch behoeftenonderzoek tot bepaling van de inhoudelijke invulling

van de lessenreeksen in het zwembad



Voor de sporthal en de openluchtterreinen o Uitwerken van een budgetvriendelijke oplossing voor een overkapping aan de

kunstgrasvoetbalvelden o Uitbesteden van het hoogtouwen- en avonturenparcours aan een gespecialiseerde partner

teneinde deze bezetting te verhogen o Actief zoeken naar partners/clubs om de bezetting van de polyvalente zaal te verhogen

Voor de verblijfsaccommodatie: o Verhogen van de werkweekbezetting



C. TOETSING SPORTCENTRUM DE BOEREKREEK

B.1. Strategische portfolio-analyse Onderstaand wordt weergegeven in welke mate het huidig aanbod aan lessenreeksen en andere sportactiviteiten, ingericht door sportcentrum De Boerekreek in het kader van haar stimulerende taakstelling, de vooropgestelde doelgroepen (cfr. supra, klantdefinitie) beoogt. Hiervoor zijn de stadia van het beweegspectrum vertaald naar de golfsport:

Niet-sporter = bezoeker zonder sportervaring

Potentiële sporter = bezoeker met doelgerichte sportinteresse en -motivatie

Beginnende sporter = bezoeker met beginervaring in sport en doelgerichte sportinteresse en -motivatie

o Deze drie groepen vormen de strategische focus voor sportcentrum De Boerekreek,

Gevorderde sporter = Burger/klant met duurzaam en regelmatig sportgedrag

Post-gevorderde sporter = Burger/klant met duurzaam en zeer frequent sportgedrag o Deze twee groepen maken geen deel uit van de strategische focus, aangezien een

aanbod voor deze doelgroepen per definitie geen toeleidend karakter kan inhouden. Deze groepen zijn uiteraard welkom (individueel of georganiseerd verband) in sportcentrum Puyenbroeck in het kader van de voorwaardenscheppende rol die sportcentrum De Boerekreek (evenwel in tweede lijn, cfr. visie) ook invult.

Sportcentrum De Boerekreek heeft geen traditioneel uitbatingspatroon aangezien het de bezetting van de accommodatie (sport en verblijf) hoofdzakelijk door middel van een zelf georganiseerd sportaanbod verwezenlijkt. Verhuur van de accommodatie aan derden gebeurt bijna niet. Als we het huidige pakket aan de door sportcentrum De Boerekreek ingerichte lessenreeksen en sportkampen analyseren in functie van deze strategische focus komen we tot volgende mapping:

Legende:



= niet in strategische focus en er is bovendien een bestaand aanbod





Stadium beweegspectrum

Niet-sporter Potentiële sporter

Beginnende sporter

Gevorderde sporter Post-gevorderde sporter

Korte omschrijving Bezoeker zonder sportervaring

Bezoeker met doelgerichte sportinteresse

Burger/klant met beginervaring in sport

Burger/klant met duurzaam en regelmatig sportgedrag

Burger/klant met duurzaam en zeer frequent sportgedrag


Paardensportkampen

Beginnelingen

1e graad

Gevorderden A

Gevorderden B

Pony equi-X-plor × ×

Eventing × ×

Vervolmaking × ×

Zeilsportkampen

Basis optimist

Evolutie 1 optimist

Meermansboten en Catzee

×

Windsurfkampen

Basis

Evolutie 1

Meermansboten en Catzee

×

Andere kampen

Themakampen

Paardensportlessen

Beginnelingen

1e graad

Gevorderden A



Gevorderden B × ×

Zeillessen

Basis

Windsurflessen

Basis


Bedrijfssportdagen

Sportief weekendtoerisme

Schoolsportklassen

Plattelandsklassen

Analyse:

Er is een evaluatie nodig (met eventueel een bijsturing) voor de lessenreeksen in eigen beheer die zich richten op de gevorderde sporters.

Sportcentrum De Boerekreek heeft een atypisch uitbatingspatroon aangezien het geen duosportcentrum (watersport en paardensport) is dat een relatief mature markt bedient van de klassieke sportactoren (clubs, federaties en scholen) en dit combineert met een zuiver publieke functie voor de individuele burger/klant.

Desalniettemin bestaat de uitbating van het sportcentrum De Boerekreek voor het belangrijkste deel bestaat uit het het aanbieden van sportactiviteiten in eigen beheer en voor een kleine minderheid uit het los verhuren van sporten verblijfsaccommodatie.

Dit maakt het sportcentrum Puyenbroeck vooral o.b.v. participatiecijfers en minder o.b.v. bezettingscijfers werkt.

Aangezien de werking van het sportcentrum De Boerekreek op heden nog seizoensgebonden is (maart tot november) kunnen de data van 2010 worden gehanteerd.



Uit bovenstaande cijfers kunnen volgende conclusies worden getrokken:

- De sportkampen zijn (meer dan) maximaal volzet - De sportlessen ponyrijden zijn een onverdeeld succes, de zeilen windsurflessen kennen veel minder

succes en moeten kort opgevolgd worden - De weekendverbijlven zijn ondermaats te noemen en moeten dringend worden aangezwengeld - De plattelandsklassen blijven de succesformule van het sportcentrum De Boerekreek - De verhuur van het centrum (verblijf en/of manège) of het sportmateriaal is beperkt en kan nog verder

groeien.

Activiteit Doelgroep % bezetting

t.o.v. Totaal

Bezetting

2010 2010 2010

Pony beginnelingen 11,05% 64

Pony Eerste Graad 12,95% 75

Pony gevorderden A 12,09% 70

Pony gevorderden B 7,77% 45

Pony & Eventing 3,28% 19

Pony equi-X-plore 3,80% 22

Pony vervolmaking 0,00% 0

Zeilen basis optimist 13,30% 77

zeilen evolutie optimist 3,11% 18

zeilen evolutie meermansboten 0,00% 0

zeilen evolutie catsy 2,59% 15

mountainbike en survival 2,59% 15

adventure en omniwatersport 3,11% 18

surf en beach 2,94% 17

zeilen en omniwatersport 5,70% 33

indianen 3,11% 18

windsurfen basis 11,23% 65

windsurfen evolutie 3,45% 20

toaal sportkampen 102,07% 579

Ponylessen vanaf 7 jaar 272

Zeillessen vanaf 9 jaar 8

Windsurfen vanaf 9 jaar 8

288

1 11

1 47

58

D. Plattelandsklassen Sport + educatief programma Plattelandsklassen 1014

E.Sportklassen Sportprogramma 77

F. Schoolsportdagen Sportprogramma 173

G. Bedrijfssportdagen Sportprogramma 0

H. Sportdagen Verenigingen/Federaties Sportprogramma 0

I. Verhuur sportcomplex aan derden Diverse activiteiten 3320

5509

totaal sportlessen

Algemeen Totaal

B. Sportlessen

C. Weekendverblijven

Overzicht activiteiten sportcentrum De Boerekreek

Weekend arrangementen

A. Sportkampen

totaal weekendverblijven

Jeugd (8-18j)



3.2. TOETSING HUIDIGE INTERNE WERKING EN AANZET BIJSTURING

In dit deel omtrent de interne werking van de sportcentra zijn wordt uitgegaan van de basiswetenschap dat de drie sportcentra een uitgesproken en tastbare publieksgerichte werking hebben en bijgevolg een operationele logica dient te hanteren die maximaal hierop gericht wordt. Dit is een dagelijkse evenwichtsoefening aangezien deze logica en dynamiek continu dient ingebed in en gealigneerd met de werking van een openbaar bestuur. Naar analogie met de publieksgerichte werking, is immers ook voor de interne werking van de sportcentra een set aan basisprincipes voor de dagelijkse werking vooropgesteld. Uitgaande van deze basisprincipes wordt een aanzet gegeven tot bijsturing van de interne organisatie van de provinciale sportcentra, meer specifiek op het vlak van (i) de bedrijfsstructuur, (ii) het budgetbeheer, (iii) het personeelsbeheer en (iv) het dagelijks beheer. Schematisch:



A. PERSONEEL EN ORGANISATIE 1. HUIDIGE SITUATIE

Op dit moment organiseren elk van de sportcentra volgende taken:

Kernprocessen - Sportief beheer (activiteiten en lessenreeksen) - Reservatie (verhuur) - Baliebeheer (klantenonthaal en kassa)

Ondersteunende processen: - Facturatie - Budgetbeheer - Personeelsadministratie - Bestuursadministratie (deputatie/provincieraad) - Schoonmaak-keuken - Groenbeheer - Veiligheid en welzijn - Klusdienst

De huidige toestand is dat elk sportcentrum dit op zichzelf organiseert en er een eerder beperkt aantal functies gedeeld worden. Momenteel worden enkel volgende taken gedeeld:

- Op site Puyenbroeck: sportcentrum en golf organiseren samen: o Groenbeheer o Schoonmaak

- Gezien de onderlinge afstand zijn er tot op heden geen gedeelde functies met sportcentrum De Boerekreek

Momenteel zijn de inhoudelijke aanpak van bovenstaand vermelde taken evenmin geüniformiseerd. Tot slot, wijst de werklastmeting (zie bijlage) uit dat de huidige werkbelasting eerder hoog te noemen is t.o.v. het aanwezig aantal personeelsleden. Dit is evenwel uitgaande van de huidige organisatie en structuur van elk van de sportcentra en deze biedt een duidelijke marge voor schaalvoordelen en efficiëntiewinsten. 2. AANZET TOT BIJSTURING

Bovenstaande inzichten geven aanleiding tot volgende aanzet tot bijsturing

- De werklastmeting wijst uit dat de huidige personeelsbezetting voldoende is om de huidige werking te bestendigen. Er zijn inzake werklast schaalvoordelen en efficiëntiewinsten te realiseren door:

o Een gezamenlijke balie te voorzien voor alle kassa/onthaalfuncties (sporthal, openluchtterreinen, zwembad en verblijf) in het sportcentrum Puyenbroeck

o De back-office activiteiten in Golf Puyenbroeck (beheer, facturatie, administratie) fysiek te verhuizen naar een echte back-office locatie en de kassa/balie in de bezoekerscirculatie naar een front-office locatie te verhuizen.

o Een duidelijke gedeelde (matrix)bedrijfsstructuur te implementeren uitgaande van: Een horizontale pijler: ondersteunende functies (schoonmaak, logistiek, kassa/balie) Een verticale pijler: functies m.b.t. het kernproduct (sport, golf)

o Functies te delen en uniformiseren: Personeelsadministratie Bestellingen en facturatie Groenbeheer en klusdienst Kassa/baliebeheer op site Puyenbroeck Beleidsadministratie (nota's deputatie en provincieraad)

o Generieke interne bedrijfsprocessen te automatiseren: Opmaak werkroosters personeel Verwerking personeelsgegevens (maaltijdcheques, extra prestaties)

o Gesloten publieksgerichte bedrijfsprocessen te automatiseren (on-line en door middel van automaatdispensers):

verkoop en betaling van dagtickets, ballenkaarten, en abonnementen in Golf en zwembad Puyenbroeck



reservatieproces: in eerste instantie in Golf Puyenbroeck en in tweede instantie in sportcentrum Puyenbroeck (reservatie sporthaldelen, tennisterreinen, kunstgrasterreinen en zwembanen)

inschrijvingsproces lessenreeksen en sportkampen (on-line): in sportcentrum De Boerekreek.

Wedstrijdbeheer in Golf Puyenbroeck o De clubgerichte werking in Golf Puyenbroeck (in functie van het behoud van het publieke en

laagdrempelige karakter) onder auspiciën uit te besteden aan de sportcommissie en/of een clubinitiatief

- Nieuwe activiteiten (publieksgericht of intern) met bijkomende werklast dienen telkens grondig overwogen in functie van het "make or buy"-principe (zelf doen of uitbesteden), uitgaande van volgende stelling. Uitvoeren in eigen beheer (zelf doen) is enkel aangewezen als dit een duidelijke toegevoegde betekent op vlak van

o expertise-/kennisopbouw, o kwaliteitsniveau en/of o garantie van de continuïteit van de werking (bedrijfskritisch karakter)



B. BUDGETBEHEER

1. INKOMSTEN

1.1 OVERZICHT

De inkomsten van de drie sportcentra samen bedraagt ongeveer 2,5 mio Euro per jaar, hoofdzakelijk gerealiseerd door:

- Sportcentrum Puyenbroeck: ca. 1,1 mio Euro - Golf Puyenbroeck: ca. 900.000 Euro

Sportcentrum De Boerekreek heeft een merkelijk lagere omzet, voornamelijk door het feit dat het beschikt over een aanbod voor groepen (verblijf en sportpakketten zoals plattelandsklassen), maar momenteel niet over een hoogvolume-aanbod voor de individuele burger/klant (zoals een zwembad of een golfterrein, die eenmalige sportbeurten kunnen verkopen).

Bijkomend zijn er inkomsten voor gesubsidieerde contractuele medewerkers (sociale maribel).

ONTVANGSTEN DIENST B 2009 B 2010 B 2011

Sportcentrum Puyenbroeck SPORT 1.092.818,00 1.093.687,00 1.125.237,00

PERSONEEL 53.400,00 53.400,00 106.800,00

TOTAAL 1.146.218,00 1.147.087,00 1.232.037,00

Golf Puyenbroeck SPORT 904.070,00 999.221,00 891.030,00

PERSONEEL 26.700,00 26.700,00 26.700,00

TOTAAL 930.770,00 1.025.921,00 917.730,00

Sportcentrum De Boerekreek SPORT 323.758,00 348.824,00 316.043,00

PERSONEEL 0,00 0,00 0,00

TOTAAL 323.758,00 348.824,00 316.043,00

TOTAAL ONTVANGSTEN 2.400.746,00 2.521.832,00 2.465.810,00



1.2. GOLF PUYENBROECK

Voor Golf Puyenbroeck zijn de budgetcijfers van 2010 geanalyseerd (en niet van 2009) aangezien in 2009 de cafetaria nog 4 maanden in eigen beheer is uitgebaat en dit de cijfers vertekent.

Stimulerende taakstelling (75,1%): de inkomsten worden voornamelijk gerealiseerd door

- Abonnementen 9-holes: 23,1%, van het totaal van 43%, voor de stimulerende taakstelling o hiervan is 53,7% (dus 23,1%) gekocht door de doelgroep "golfschool", zijnde golfers met een

hcp > 36 - Golflessen: 21%

o momenteel is er geen duidelijkheid welk aandeel van deze lessen echte toeleidings- en opleidingslessen zijn, en welk aandeel vervolmaking van gevorderde spelers. Dit dient vanaf heden gemonitord.

- Ballenkaarten: 10% o Ook hiervan weten we momenteel niet welk aandeel van deze verkoop valt onder de noemer

"toeleiding en opleiding". Ook gevorderde spelers (hcp<36) kopen immers vanzelfsprekend ook ballenkaarten. Dit wordt voortaan gemonitord.

- Golfshop: 7% o Uit de detailanalyse van de golfshop blijkt dat deze omzet voornamelijk wordt gerealiseerd

door "sportproducten" (tees, balletjes, clubs), afgenomen door starters, en het verkoopsaandeel "modeproducten" afneemt tot een minimum.

- Federatiekaarten 5% + handicapregistratie 2% o Dit is de verkoop van federatiekaarten en/of handicapregistratie zonder bijkomend

abonnement en duidt aan dat Golf Puyenbroeck een succesvol aanbod heeft voor de vrije golfer (die zich steeds minder wil binden aan 1 golfbaan, cfr. evolutie profiel golfer supra). Dit is een belangrijke indicator van drop-out preventie.

- Abonnementen driving range 2% + greenfee 9-holes (2%) + greenfee driving range (3%) o Dit is de verkoop die het oorspronkelijke "pay-and-play"-concept realiseert. Ook hier is niet

duidelijk.



Voorwaardenscheppende taakstelling (24,9%): een deel van de inkomsten worden gerealiseerd door accommodatieverhuur en activiteiten voor gevorderde golfers

- Abonnementen 9-holes: 19,9% van de 43% o hiervan is 46,3% van de totale 43% (dus 19,9%) gekocht door de golfers met een hcp < 36

- Wedstrijdfee: 3% o Het is niet duidelijk op heden in welke mate deze wedstrijden ook passen in de

opleidingopdracht van Golf Puyenbroeck. - Concessie cafetaria: 2%

o in de periodes maart-juni en september-oktober wordt dagelijks (behalve op woensdag) een schoolsportdag georganiseerd voor 200-250 leerlingen. Dit is een succesproduct dat en hoge appreciatie kent en verdere aandacht verdient (uitbreiding naar kleuterscholen).

Belangrijk is dat de lezer van deze nota weet dat deze opdeling tussen inkomsten uit de stimulerende en de voorwaardenscheppende taakstelling (75%-25%) niet volledig correct is aangezien deze op heden niet voor alle verkoopsartikelen eenduidig te maken is. Deze analyse geeft wel de richting aan.



1.3. SPORTCENTRUM PUYENBROECK

Voorwaardenscheppende taakstelling (81%): de inkomsten worden voornamelijk gerealiseerd door accommodatieverhuur en de publieke toegang van het zwembad

- Zwembad: 57% o Dit wordt gerealiseerd door ticket- en abonnementenverkoop (73% van de 57%) en

banenverhuur (27% van de 57%) - Sportverblijf: 16%

o Dit wordt gerealiseerd met een gemiddelde jaarbezetting van ca. 30% en kan dus verder opgedreven worden.

- Sporthal en openluchtterreinen: 4% o dit is merkelijk lager dan bovenstaande cijfers, omwille van de laagdrempelige tariefzetting in

de sector, maar desalnietteming dient deze verhuur verder aangezwengeld. - Cafetaria-concessie: 4%

Stimulerende taakstelling (19%): een kleiner deel van de inkomsten worden gerealiseerd door lessenreeksen, ingericht door het sportcentrum Puyenbroeck:

- schoolsportdagen (14%) o in de periodes maart-juni en september-oktober wordt dagelijks (behalve op woensdag) een

schoolsportdag georganiseerd voor 200-250 leerlingen. Dit is een succesproduct dat en hoge appreciatie kent en verdere aandacht verdient (uitbreiding naar kleuterscholen).

- Lessenreeksen: 5% o voornamelijk de provinciale zwemschool (3%, zaterdagvoormiddag, ca. 300 kinderen) is een

succesformule.



1.4. SPORTCENTRUM DE BOEREKREEK

Stimulerende taakstelling (87%): de inkomsten worden voornamelijk gerealiseerd door eigen sportactiviteiten, georganiseerd vanuit het sportcentrum De Boerekreek

- Sportklassen: 51% o Dit zijn in hoofdzaak de plattelandsklassen die samen met "Plattelandsklassen v.z.w."worden

georganiseerd. Het sportcentrum De Boerekreek staat in voor het sportief deel van het weekprogramma en de verblijfsaccommodatie.

- Sportkampen: 32% o Dit zijn de paarden- en watersportkampen die in de schoolvakantieperiodes door het

sportcentrum zelf worden aangeboden - Sportlessen: 4%

o Dit zijn de paarden- en watersportlessen die voornamelijk op zaterdag worden georganiseerd door het sportcentrum

Voorwaardenscheppende taakstelling (13%): een kleiner deel van de inkomsten worden gerealiseerd door accommodatieverhuur aan derden. Dit biedt een duidelijke verbeteringsmarge

- Weekendverblijven: 9% o Dit aandeel van verhuur van de verblijfaccommodatie aan groepen is momenteel te beperkt

en zal met de aanwezigheid van een conciërge een structurele boost worden gegeven in de komende jaren.

- Complexverhuur: 4% o Ook dit aandeel is beperkt: de Gezinssportfederatie (GSF) huurt telkens 1 of 2 weken een

deel van de accommodatie in de zomer en er is geen clubwerking in de manège. Dit wordt een aandachtspunt voor de komende jaren.



2. UITGAVEN

2.1. OVERZICHT

De uitgaven van de drie sportcentra samen bedraagt ongeveer 5,75 mio Euro per jaar, hoofdzakelijk gerealiseerd door het sportcentrum Puyenbroeck (3,57 mio Euro)

De totale werking van de drie sportcentra is dus deficitair voor circa 3,25 mio Euro op jaarbasis. Hiermee worden jaarlijks circa 480.000 bezoekers over de drie sportcentra bediend.

Dit betekent dat de provincie per jaar circa 6,77€ per individuele gebruiker van de sportcentra investeert.

De dekkingsgraad van de omzet bedraagt in 2009:

- GP: 76,6% (IN: 904.000 Euro en UIT: 1.180.578 Euro) - SCP: 30,6% (IN: 1.092.000 Euro en UIT: 3.572.224 Euro) - SCDB: 34,3% (IN: 323.758 Euro en UIT: 945.242 Euro)

Evenwel, uitgaande van basisprincipe 6 (m.b.t. de interne werking, cfr. supra), waarin gesteld wordt dat de sportcentra de ambitie hebben om op basis van het werkingsbudget "sport" (inkomsten versus uitgaven) break-even te werken, komen we voor 2009 tot een beperkt jaardeficit van circa 90.000 Euro

- Inkomsten: 2.521.832,00 Euro - Uitgaven: 2.612.520 Euro

Het is de ambitie om deze ratio "werkingsbudget sport" in de komende jaren onder controle en dus positief te houden.

UITGAVEN DIENST B 2009 B 2010 %

Sportcentrum Puyenbroeck SPORT 1.390.465,00 1.235.117,00 35,25%

PATRIMONIUM 343.519,00 276.955,00 7,91%

MOBILITEIT 0,00 10.000,00 0,29%

ICT 9.240,00 10.800,00 0,31%

PERSONEEL 1.829.000,00 1.970.581,00 56,25%

TOTAAL 3.572.224,00 3.503.453,00 100,00%

Golf Puyenbroeck SPORT 832.400,00 896.322,00 74,52%

PATRIMONIUM 14.600,00 13.795,00 1,15%

MOBILITEIT 0,00 0,00 0,00%

ICT 0,00 0,00 0,00%

PERSONEEL 333.578,00 292.638,00 24,33%

TOTAAL 1.180.578,00 1.202.755,00 100,00%

Sportcentrum De Boerekreek SPORT 389.655,00 436.327,00 41,43%

PATRIMONIUM 39.800,00 39.150,00 3,72%

MOBILITEIT 0,00 4.200,00 0,40%

ICT 272,00 600,00 0,06%

PERSONEEL 515.515,00 572.946,00 54,40%

TOTAAL 945.242,00 1.053.223,00 100,00%

TOTAAL UITGAVEN 5.698.044,00 5.759.431,00

Het opmaken van een benchmarking van deze cijfers t.o.v. de sectorgemiddelden of andere sportcentra is niet voor de hand liggend aangezien dergelijke data in de sector niet op een gestructureerde manier worden geregistreerd. Evenwel kan volgend cijfermateriaal wel als benchmark dienen:

- Zwembadensector (Bron: I.S.B., Eindrapport Kengetallen Overheidszwembaden Vlaanderen en Brussels Hoofdstedelijk Gewest, 2006):

o Gemiddeld zwembad in Vlaanderen en BHG heeft:



129.123 zwembeurten per jaar. Puyenbroeck zit dus (zoals vermeld) bij de meest bezochte zwembaden in Vlaanderen: 310.000 zwembeurten per jaar.

1.194.452 € jaarexploitatiekost. Dit zijn de waarden van de best vergelijkbare zwembaden (25m-bad, recreatie- en instructiebad, peuterbad, duikput, GEEN openluchtzwembad) en hierbij moet duidelijk vermeld dat het zwembad Puyenbroeck een atypisch zwembad is (50m én recreatiezone én openluchtzwembaden) en overschrijdt deze exploitatiekost sterk : 85% van totaal budget SCP of 3.036.390€ dient gealloceerd op de werking van het zwembad. Het grootste verschil in kostenstructuur van een gemiddeld groot zwembad t.o.v. het zwembad Puyenbroeck is ten gevolge van de personeelskost (gem: 585.073€ t.o.v. 1.674.993€ in Puyenbroeck, of 85% van totaal personeelsbudget). Hierbij moet evenwel vermeld worden dat het zwembad Puyenbroeck maximale openingsuren kent (zondag inclusief), terwijl het gemiddeld zwembad op zondagnamiddag is gesloten. Ook heeft een gemiddeld zwembad geen zomerwerking met openluchtzwembaden en wordt dan ook vaak voor een aantal weken gesloten. Zwembad Puyenbroeck is 348 op 365 dagen geopend.

Een negatief exploitatiesaldo per jaar van 437.836€ of (uitgaande van de 129.123 zwembeurten per jaar) een exploitatiekost per zwembeurt van 3,4€. Voor het zwembad Puyenbroeck is dit 6,8€/zwembeurt: 3.036.390€ verdeeld over 310.000 zwembeurten is 9,79€/zwembeurt – 3€ gemiddeld inkomticket = 6,79€/zwembeurt.

Dit moet worden benadrukt dat het zwembad Puyenbroeck door de grootte van het complex (binnen- en buitenzwembaden) moeilijk te toetsen is aan deze sectorgemiddelden en dus met de nodige omzichtigheid moeten worden geïnterpreteerd.




In Golf Puyenbroeck gaat het grootste deel van de werking naar het budget "sport"

- Sport: 71% o Belangrijk hierbij te vermelden dat in dit budget (ca. 832.400 Euro in 2009) een zeer belangrijk

deel (57% of 471.230 Euro) wordt besteed aan "gebouwenbeheer", waar (uitbestede) onderhoud van de golfbaan (400.000€) het gros uitmaakt. Dit contract loopt ten einde op 28 februari 2011 en wordt heraanbesteed met de ambitie een scherpere prijs te bedingen.

o Het netto-budget voor het kernproduct "golf" in te richten is dus ongeveer 361.170 Euro per jaar.

- Personeel: 28% - Patrimonium: 1%




In Sportcentrum Puyenbroeck gaat het grootste deel van de werking naar het budget "personeel"

- Sport: 39% o Belangrijk hierbij te vermelden dat in dit budget (ca. 1,2 mio Euro) een zeer belangrijk deel

wordt besteed (72% in 2009, cfr. grafiek onder) aan het gebouwen- en machineparkbeheer o Het netto-budget om het kernproduct "sport" in te richten is dus ongeveer 28% of 381.935

Euro per jaar.

- Personeel: 51% o Dit heeft te maken met de zware loonlast, die wordt opgelegd door de VLAREM IIbis-

wetgeving, die een strikt aantal toezichthoudende personeelsleden (redders en assistenten-sport) oplegt aan alle zwembaduitbaters in Vlaanderen. Aangezien

- Patrimonium: 10% o Dit is in hoofdzaak terug te brengen op het technische onderhoudscontract voor het

zwembadgebouw, door dienst Patrimonium beheerd, ter waarde van circa 200.000 Euro op jaarbasis.




Sportcentrum De Boerekreek heeft in absolute getallen het kleinste inkomsten-, maar ook het geringste uitgavenbudget. Het grootste deel van de werking wordt besteed in het budget "personeel"

- Sport: 41% o Belangrijk hierbij te vermelden ook hier een belangrijk deel (46% of 181.033 Euro) van dit

budget wordt besteed aan gebouwen- en machineparkbeheer o Het netto-budget voor het kernproduct "sport" in te richten is ongeveer 208.622 Euro per jaar.

- Personeel: 28% - Patrimonium: 1%



3. KOSTEN/BATEN-ANALYSE

Conform basisprincipe 6, waarin als subprincipe wordt gesteld dat " Elk georganiseerd aanbod vanuit de sportcentra (lessenreeksen en dergelijke) zelfbedruipend is", worden de bestaande sportlessenreeksen en –kampen die door de sportcentra zelf worden ingericht getoetst op hun batig karakter.


Voor Golf Puyenbroeck is deze oefening niet tijdig klaar geraakt gezien het grote aanbod aan eigen ingerichte activiteiten. In functie van de tariefherziening, die gepland staat voor begin 2011 voor alle sportcentra, dient deze evenwel verder afgewerkt.


Noot: Deze kosten/baten-analyse gaat uit van de reële uitgaven, direct gerelateerd aan de inrichting van de sportactiviteit. Indirecte kosten (verwarming, onderhoudspersoneel, productverbruik, …) zijn niet gealloceerd vanuit de assumptie dat deze ook moeten gemaakt worden voor de accommodatieverhuur (het zwembadwater moet warm zijn, de vloeren moeten proper zijn, er moet een loketpersoneelslid zijn, …). Desalniettemin hebben de sportcentra de ambitie in de toekomst voor de sportactiviteiten in eigen beheer de doorgedreven analytische techniek van het activity based costing en budgetting te gaan toepassen.

In het sportcentrum Puyenbroeck worden een aantal lessenreeksen begeleid door de eigen personeel, als deel van hun functie, andere lessenreeksen worden begeleid door externe lesgevers (VLABUS). Voor de activiteiten met eigen personeel is er dus geen monitorenkost.

Het gros van de activiteiten waren batig in 2009, enkel de mountainbike-initiatie is verlieslatend. Ter info, er is in 2010 verder geïnvesteerd in deze MTB-activiteit, maar gezien het nog steeds beperkte succes, zal deze activiteit in 2011 niet meer worden ingericht.

Gerealiseerd

Activiteit lessen/reeks aantal reeksen aantal u/lesdag aantal moni's kost moni/u. Tot.kost moni Overheadkost prijs/reeks aantal deeln/totaal totaal inkomst

Kleuters in actie 10 3 2 2 - € - € 1.095,60 € 40,00 € 49 1.960,00 €

Sportmix 6-7 j 10 3 1 1 - € - € 547,80 € 40,00 € 20 800,00 €

Start-to-swim 20 3 1 1 25,58 € 1.534,80 € 2.016,00 € 70,00 € 27 1.890,00 €

Crawlzwemmen 20 3 1 1 25,58 € 1.534,80 € 2.016,00 € 70,00 € 53 3.710,00 €

Conditiezwemmen 20 3 1 1 25,58 € 1.534,80 € 2.016,00 € 70,00 € 70 4.900,00 €

Teenage bike-kicks 8 2 2 1 25,58 € 818,56 € - € 40,00 € 2 80,00 €

Schoolsportdagen 76 7 9 25,58 € 122.477,04 € 9.714,32 € 10,50 € 14164 148.722,00 €

Sportdagen voor groepen 25 6 2 25,58 € 7.674,00 € - € 10,00 € 782 7.820,00 €

Zwemlessen zaterdag 10 3 3 7 25,58 € 16.115,40 € 6.048,00 € 45,00 € 896 40.320,00 €

151.689,40 € 23.453,72 € 210.202,00 €

overheadkost= exploitatie per gebruiksuur, EGW resultaat 35.058,88 €

OPMERKING: 2 activiteiten bevatten meerdere groepen

Kleuters in actie >>>> 2 groepen >> 1ste uur: kapoenen

2de uur: kabouters

Zw emlessen zaterdag > baby's/peuters: 4 groepen

rode badmutsen: 3 groepen

gele badmutsen: 3 groepen (telkens verdeeld over 2 lesgevers)

blauw e badmutsen: 3 groepen (telkens verdeeld over 2 lesgevers)

groene badmutsen: 3 groepen (telkens verdeeld over 2 lesgevers)

Berekening overheadkost

EGW-kost: . ca. 740.000€ (resp. 200.000€+180.000€+360.000€) voor 85% alloceren op zw embad = 629.000€

Zw embad 85% = € 629,000 Sporthal 11% = € 81,400

Zw embad: gemiddeld 95,5 u geopend per w eek Sporthal: gemiddeld 91u geopend per w eek

49 w eken exploitatie (2 w eken onderhoud en 7 vaste sluitingsdagen)

Zw embad: 4679,5 gebruiksuren per jaar Sporthal: 4459 gebruiksuren per jaar

134,4€/gebruiksuur totale EGW-kost 18,26€/gebruiksuur totale EGW-kost

uitgaande van een maximaal gebruik van 50% vh zw embad bij zw emschool(uitgemiddeld over w oe en za) = 67,2€ overheadkost per uur voor zw emschool

uitgaande van een maximaal gebruik van 25% vh zw embad bij andere lessenreeksen = 33,6€ overheadkost per uur voor andere lessen in ZB.



De belangrijkste winstgeneratoren waren in 2009 de eigen zwemschool (59.994,6 Euro winst) en de schoolsportdagen (25.213,0 Euro winst).


Voor de sportkampen komen we tot de volgende kosten en baten

Voor de sportlessenreeksen komen we tot de volgende kosten en baten

De activiteiten van het sportcentrum De Boerekreek (sportkampen en sportlessenreeksen) waren batig in 2010 met als belangrijkste winstgenerator de "internaat sportkampen ponyrijden voor beginners".

Sportkampen

Kamp

Aantal

kampen

Kost catering

/dln

Totaalkost

cateringKost wasserij

/dln

Totaalkost

wasserij

kost

randact

/dln

Totaalkost

randactivite

itenkost pub

/dln

Totaalkost

pubkost monitor

/dln

Totaalkost

monitoren prijs/kamp

aantal

deelnemers

Totaal

inkomst K/B

Internaat

Ponyrijden 25 33,11 8476,16 3 768 1,62 414,72 6,46 € 1.653,76 € 69,39 € 17.762,56 € 240,00 € 256 61.440,00 € 32.364,80 €

Ponyrijden kerst 2 33,11 794,64 3 72 1,62 38,88 6,46 € 155,04 € 69,39 € 1.665,24 € 200,00 € 24 4.800,00 € 2.074,20 €

Zeilen 12 33,11 3178,56 3 288 1,62 155,52 6,46 € 620,16 € 69,39 € 6.660,96 € 220,00 € 96 21.120,00 € 10.216,80 €

Windsurfen 8 33,11 2119,04 3 192 1,62 103,68 6,46 € 413,44 € 69,39 € 4.440,64 € 220,00 € 64 14.080,00 € 6.811,20 €

Themakampen 10 33,11 3973,2 3 360 1,62 194,4 6,46 € 775,20 € 69,39 € 8.326,20 € 220,00 € 120 26.400,00 € 12.771,00 €

Externaat

Ponyrijden 17 24,5 1568 1,62 103,68 6,46 € 413,44 € 69,39 € 4.440,64 € 185,00 € 64 11.840,00 € 5.314,24 €

Zeilen 12 24,5 588 1,62 38,88 6,46 € 155,04 € 69,39 € 1.665,24 € 165,00 € 24 3.960,00 € 1.512,84 €

Windsurfen 8 24,5 392 1,62 25,92 6,46 € 103,36 € 69,39 € 1.110,16 € 165,00 € 16 2.640,00 € 1.008,56 €

Themakampen 10 24,5 735 1,62 48,6 6,46 € 193,80 € 69,39 € 2.081,55 € 165,00 € 30 4.950,00 € 1.891,05 €

21.824,60 € 1.680,00 € 1.124,28 € 4.483,24 € 48.153,19 € 694 151.230,00 € 73.964,69 €

JAARPLANNING

Activiteit lessen/reeks aantal reeksen aantal u/les kost moni/u. jaarkost moni prijs/reeks aantal deeln Totaal inkomst K/B

Ponyrijden Beginnelingen 10 6 1,5 25,06 € 1.503,60 € 110,00 € 10 6.600,00 € 5.096,40 €

Ponyrijden Eerste Graad 10 6 1,5 25,06 € 1.503,60 € 110,00 € 10 6.600,00 € 5.096,40 €

Ponyrijden Gevorderden A 10 3 1,5 25,06 € 1.503,60 € 110,00 € 10 3.300,00 € 1.796,40 €

Ponyrijden Gevorderden B 10 3 1,5 25,06 € 1.503,60 € 110,00 € 10 3.300,00 € 1.796,40 €

Zeilen Optimist 7 1 2 96,00 € 10 960,00 € 960,00 €

Windsurfen 7 1 2 96,00 € 10 960,00 € 960,00 €

6.014,40 € 21.720,00 € 15.705,60 €

Lessenreeksen

JAARPLANNING



4. CONCLUSIE BUDGETANALYSE

We komen tot volgende belangrijke vaststellingen in dit hoofdstuk:

- De sportcentra hebben een totaal werkingsjaarbudget van ca. 5,7 mio Euro en realiseren samen een omzet van ca. 2,5 mio Euro. Het jaardeficit bedraagt dus circa 3,25 mio Euro.

- Met deze budgetten worden jaarlijks circa 460.000 sportbeurten gerealiseerd door de drie sportcentra. - Met deze uitgavenbudgetten zijn in 2009 volgende omzetten gerealiseerd: 904.000 Euro (GP),

1.092.000 Euro (SCP) en 325.000 Euro (SCDB). - De dekkingsgraad van de omzet bedraagt in 2009:

o GP: 76,6% (IN: 904.000 Euro en UIT: 1.180.578 Euro) o SCP: 30,6% (IN: 1.092.000 Euro en UIT: 3.572.224 Euro) o SCDB: 34,3% (IN: 323.758 Euro en UIT: 945.242 Euro)

- Voor het werkingsbudget "sport" is het jaarsaldo 2009 licht negatief, 90.000 Euro (resultante van 2,52 mio Euro omzet en 2,61 mio Euro uitgaven). Dit saldo moet batig worden in de komende jaren en zal als doelstelling in de werking worden vooropgesteld.

- De netto-uitgavenbudgetten om het kernproduct "sport" te organiseren zijn respectievelijk 361.170 Euro (Golf Puyenbroeck), 381.935 Euro (sportcentrum Puyenbroeck) en 208.622 Euro (sportcentrum De Boerekreek).

- De verhouding van de inkomsten uit de stimulerende versus de voorwaardenscheppende taakstelling is voor de drie sportcentra respectievelijk:

o GP: 75% (stimulerend) -25% (voorwaardenscheppend) o SCP: 19% (stimulerend) – 81% (voorwaardenscheppend) o SCDB: 87% (stimulerend) – 13% (voorwaardenscheppend)

Dit bevestigt de historisch gegroeide werking van elk van de sportcentra en geeft een basis voor sturing naar de toekomst, met name bijvoorbeeld het verhogen van het omzetaandeel van de voorwaardenscheppende pijler (accommodatieverhuur) voor sportcentrum De Boerekreek en

- Het gros van de sportactiviteiten in eigen beheer is batig. De activiteiten die niet batig zijn worden begin 2011 geschrapt of qua tariefzetting aangepast.



C. DAGELIJKS BEHEER

Het dagelijks beheer van de sportcentra wordt geëvalueerd aan de hand van een SWOT-analyse.

SWOT interne werking sportcentra

KANS K1-nieuwe personeelsformatie en organisatiestructuur provincie in zijn geheel K2-groeiende IKZ-bewustzijn in de interne werking van de provincie en toenemende belang van cel IKZ K3-bewustzijn beleidsverantwoordelijke m.b.t. interne efficiëntie en noodzaak aan zoektocht naar schaalvoordelen K4-Wil tot structurele verbetering in werking bij personeel K5-Inzichten in bestuursakkoord 2007-2012 provinciebestuur K7-PPS-concept voor verhoging bezetting accommodatie K8-Aanbod bestaande ICT-toepassingen (on-line reservaties, K9 – uitbestedingsmogelijkheden voor bedrijfsgenerieke taken

BEDREIGING B1-Onduidelijkheid rond de identiteit van de sportcentra binnen het provinciebestuur B2- verderzetting tendens tot centralisatie van ondersteunende functies binnen hoofdbestuur B3- interne staatshervorming: toekomst beleidsdomein sport?

STERKTE S1-Kwaliteit en motivatie huidig personeel S2-Permanente reflex tot risico-beheersing bij leidinggevenden S3-Spontane klantvriendelijke houding bij het personeel S4-Samenwerking met de ondersteunende diensten personeel, CAD en ICT S5-Aanbod + kwaliteit infrastructuur S6-Goede concessie in SCP S7-Bezettingsgraad golf en zwembad S8-Combinatiemogelijkheden met domein S9-Ligging t.o.v. bezienswaardigheden (Sint Niklaas, Brugge, Gent, …) S10-Dichtbij belangrijke verbindingswegen (E17, E34)

S11-Uitgesproken bovenlokaal karakter van de werking

ACTIE:

Opmaak van een visienota met de samenhangende toekomstvisie als basis voor de dagdagelijkse uitbating, inclusief interne werking Uitwerken jaaractieplanning voor elk centrum in functie van optimale bezetting Analyse van alle (kern)bedrijfsprocessen in functie van schaalvoordelen en efficiëntiewinsten

ACTIE:

-opvolgen evoluties m.b.t. de sportcentra binnen het provinciebestuur en het Vlaamse sportlandschap



ZWAKTE

Strategische zwakten Z1-geen strategische lijn of een beleidskader in de werking met werkingsdoelstellingen en -afspraken Z2-lang besluitvormingsproces Z3- spanningsveld tussen exploitatielogica van de uitbatingen en de administratieve logica van het hoofdbestuur (vb. personeelsadministratie) Z4-grote operationele afhankelijkheid van diverse ondersteunende diensten (met andere werkingsprioriteiten) Z5-geen formeel budgethouderschap' Z6-leidinggevenden hebben een "vals mandaat" wegens te weinig bevoegdheden in dagelijks beheer (geen evenwicht tussen bevoegdheden en verantwoordelijkheden)

Structurele zwakten Z7-te weinig overleg tussen sportcentra, de ondersteunende diensten (patrimonium, CAD, en het beleid Z8-sportcentra hebben communicatiemiddelen niet in eigen hand (vnl. beheer van website en na kantooruren directe impact op klanten(on)tevredenheid) Communicatiemogelijkheden voor de klanten (internet & gsm)

Z9-leidinggevend personeel in de sportcentra is/wordt te weinig gevormd en ondersteund in managementaspecten (leidinggeven, motiveren, rapporteren, …) Z10-elke uitbating heeft een aparte kassa of balie Z11- niet-intuïtieve bezoekerscirculatie in Golf Puyenbroeck door locatie balie en burelen Z12 – lage graad van automatisering van bedrijfsgenerieke taken

ACTIE:

Optimaliseren van de interne circulatie en ruimtegebruik in functie van klanten en personeelsinzet (vnl. in Golf Puyenbroeck) Implementeren van een matrixstructuur voor de drie sportcentra samen teneinde zoveel mogelijk ondersteunende taken te delen (schaalvoordelen/efficiëntiewinsten) Automatiseren bedrijfsgenerieke taken interne werking ( Sstandaardiseren van de aanpak in personeelsadministratie, bestellingen en facturatie, het kassabeheer en de klusdienst over de drie centra Procedurehandboek opmaken voor de belangrijkste processen en taken in de sportcentra Uitbesteden van bijkomende taken die geen meerwaarde betekenen op het vlak van expertise-opbouw, kwaliteit of bedrijfscontinuïteit Slagkracht van de centrumverantwoordelijken verhogen d.m.v. een aangepast bevoegdheidspakket en een persoonlijk ontwikkelingsplan i.f.v. management

ACTIE:

Opmaak visienota ter identificatie van de werking en het bestaan van de provinciale sportcentra



DEEL 4 : ACTIEPLAN 2011-2013

Tot slot volgt de concrete actieplanning voor de komende jaren om de dagelijkse werking van de sportcentra volledig in lijn te brengen met het vooropgestelde strategische (missie, visie, taakstelling en klantdefinitie) en tactische (basisprincipes) kader, alsook om dit nog verder uit te bouwen.

Actieplanning voor de publieksgerichte werking

i. Acties ter bevordering van de bezetting van de accommodatie (voorwaardenscheppende rol)

Sportcentrum Actie Timing Budget Sturing Uitvoering

Alle Opmaak van een jaarlijks actieplan in functie van de bezetting van de accommodatie en de participatie aan de lessenreeksen

Q4/11 Nvt JH SVH/SDS/

PVH

Alle Opstart periodieke klantenbevraging als performantieparameter 2011 Beschikbare middelen

JH All

SCP Opmaak klantenretentieplan voor zwembadklanten op basis van aantrekkelijkere abonnementsformules en bijkomende lessenreeksen voor niet-, kandidaat- en beginnende sporters

Q2/11 Beschikbare middelen

JH SVH

SCP Voorzien van de mogelijkheid tot baantjeszwemmen de hele dag door, ook tijdens de schooluren

Q2/11 Nvt JH JR

SCP Verhogen van de weekbezetting in het sportverblijf Puyenbroeck door middel van een uitgewerkt pakket voor schoolsportklassen en/of bedrijfssport


SVH Comm.

SCP Verhogen van de bezetting van het hoogtouwenparcours door uitbesteding aan een gespecialiseerde partner


SVH SVH

SCP Verhogen van de bezetting door meer doorgedreven samenwerking met topsportpartners (federaties/topsportscholen)

2011-12-13 Te budgetteren ifv behoefte

JH JH

Golf Onderzoeken wat het bovenlokaal potentieel aan kandidaat-golfers is van Golf Puyenbroeck en in welke mate dit momenteel wordt bereikt

2012 15.000€ JH JH/SDS



Golf Onderzoeken wat het bovenlokaal potentieel aan (post-)gevorderde golfers is van Golf Puyenbroeck en in welke mate hiervoor een 18-holes golfterrein noodzakelijk is.

2012 Zie hierboven

JH JH/SDS

Golf Invoeren van marshalls voor een veiliger en efficiënter gebruik van de 9-holes tijdens drukke momenten

2011 (asap)

Beschikbare middelen (8.000€)

JH SDS

SCB Verhogen van de weekendbezetting van het sportverblijf door uitbouw van sportief toerisme (d.w.z. verblijf met minimum 1 sportactiviteit) in samenwerking met partners (Toerisme Meetjesland, gemeente Sint-Laureins, outdoorbedrijf, …)


JH PVH

SCB Verhuren (mits reservatie) van de beschikbare fietsen en kajaks aan het brede publiek (voorwaarde: aanwezigheid conciërge)


JH PVH

SCB Verhogen van de gemiddelde jaarbezetting van het sportverblijf door verhuur aan derden op dalmomenten


PVH PVH

SCB Verhogen van de van de gemiddelde jaarbezetting van de manège door verhuur aan derden

Asap Beschikbare middelen

JH PVH

SCB Aantrekkelijker maken voor verhuur van de manège-accommodatie door installatie van een (mobiele) eventingpiste

2012 5.000 € PVH Patr.



ii. Acties ter bevordering van de participatie aan de sportactiviteiten in eigen beheer (sportstimulerende rol)


Alle Oriënteren van de lessenreeksen in eigen beheer in functie van de strategische focus (niet-sporters, kandidaat-sporters en beginnende sporters), met bijzondere aandacht voor de g-sporters


JH All

Alle Periodiek rapporteren aan de bevoegde gedeputeerde omtrent de parameters die de output van de accommodatieverhuur en strategische focus in de sportstimulerende activiteiten meetbaar maken:

SCP en SCB

1. bezettingscijfers van zwembad, sporthal en verblijf 2. Participatiecijfers aan sportaanbod in eigen beheer

GP:

1. Bezettingscijfers van driving ranges 1 en 2 en 9-holes terrein 2. Aantal nieuw gestarte golfers 3. Aantal GVB's behaald op GP 4. Aantal golfers met een actief POP (persoonlijk

ontwikkelingsplan) 5. Percentage aan golfers dat binnen de 12 maanden na

inschrijving op een POP een GVB behaalt 6. Percentage aan golfers dat binnen de 3 jaar een handicap van

36 of minder bereikt.

Q1/11 Nvt JH SVH/SDS/PVH

Alle Evalueren en vereenvoudigen van de bestaande tarievenstructuur voor lessenreeksen en accommodatieverhuur

Q1/11 Nvt JH All

Alle Evalueren en bijsturen van de kosten/baten-verhouding van het sportstimulerend aanbod in eigen beheer uitgaande van de basisstelling dat elk initiatief zelfbedruipend moet zijn (in combinatie met bovenstaande actie).

Q1/11 Nvt JH SVH/SDS/PVH



Alle Opstarten periodieke klantenbevraging 2011 Beschikbare middelen

JH JH/SVH

Alle Status-quo houden in uitbreidingsinvesteringen sportmateriaal, enkel vervangingsinvesteringen uitvoeren

11-12-13 Beschikbare middelen

JH All

Golf In partnerschap de sportcommissie de publieke (democratische) werking naar de doelgroep van de (post-)gevorderde golfers (laten) organiseren en uitvoeren

asap Beschikbare middelen

JH SDS

Golf Focus leggen in de dagelijkse sportieve werking additionele instroom van potentiële golfers op het opleidingsaanbod in eigen beheer (door middel van collectieve en individuele lessen)

Continu Nvt SDS All

Golf Focus leggen in de dagelijkse sportieve werking op additionele instroom van vrouwen en jeugd.

Continu Nvt SDS All

Golf Verhogen van de opleidingsoutput (i.c.: het halen van het GVB) door middel van een persoonlijk ontwikkelingsplan per golfer van 15% (2010) naar 30% (2011), 45% (2012) en 60% (2013)

Continu Nvt SDS All

Golf Focus leggen in de dagelijkse sportieve werking op beperking van drop-out door promotie van het "vrije golfer"-aanbod

Continu Nvt SDS All



Golf Focus leggen in de dagelijkse werking van de golfshop op de verkoop van sportartikelen (tees en golfclubs) en niet (meer) op modeartikelen (polo's, (hand)schoenen, …)

asap Beschikbare middelen

JH SDS

SCB Rijklaar maken van de 2 eigen gekweekte pony's 11-12 Nvt PVH PVH

SCB Huren 10 bijkomende pony's voor piekbezetting in zomer Continu (zomer)

Beschikbare middelen

PVH PVH



iii. Acties ter bevordering van de promotie en communicatie van de sportcentra


Alle Organisatie van een jaarlijkse drempelverlagende opendeurdag voor de niet- en kandidaat-sporters

Q3/11 2.000€ per centrum

JH All

Alle Onderzoeken of inkomsten uit sponsoring voor de sportcentra haalbaar en wenselijk zijn

Q4/2011 Beschikbare midddelen

JH JH

Alle Verleggen van het dagelijks websitebeheer naar de sportcentra om een meer gerichte en up-to-date informatieverstrekking via dit kanaal mogelijk te maken

Asap Nvt JH Comm.

SCP Uitwerken scherper afgelijnde positionering van zwembad Puyenbroeck naar het brede publiek als zacht-recreatief en gezinsvriendelijk zwembad


SVH Comm.

Golf Organisatie van "verjaardagsevent" voor 5 jaar 9-holes in Golf Puyenbroeck

Q2/12 7.500€ JH

Golf Jaarlijks trachten het Birdie Label van de VVG te behalen als jeugdvriendelijk golf

11-12-13 Beschikbare middelen

SDS SDS



b. Acties voor de interne werking

i. Acties ter bevordering van de organisatie en structurele werking


Alle Aligneren van de ondersteunende functies in de drie sportcentra (personeelsadministratie, nota-administratie, kasverrichtingen, budget en groenonderhoud)


JH All

Alle Maximale automatisatie van de gestandaardiseerde en/of risicodragende en/of arbeidsintensieve bedrijfsprocessen: reservatie en verkoop (abonnementen en dagtickets)


JH/SVH/

SDS/PVP

ICT

Alle Formaliseren van de belangrijkste werkprocessen in een procedurehandboek

Continu Nvt JH JH

Alle Uitvoeren van een jaarlijkse noodoefening met opmaak van eenmalige opmaak van een instructiefilmpje voor bezoekers en nieuwe personeelsleden

2011 Beschikbare middelen

JH SVH/SDS/

PVH

Golf+SCP Organiseren van een back-up systeem voor de bedrijfszekerheid van de golfbalie

Asap Nvt JH SDS+PVP

Golf+SCP Heraanbesteden van het arbeidsintensieve deel van het groenonderhoud Asap Beschikbare middelen

JH/SDS SDS en CAD

SCP Interne herstructurering met een matrixstructuur in functie van accommodatiebeheer en sportstimulering

Asap Nvt JH JH

SCB Uitbesteden van de piekbelasting in schoonmaak Q4/10 Beschikbare middelen

JH PVH

SCB Centraliseren en aanbesteden van de grondstoffen-aankoop aan een Q2/10 Beschikbare PVH PVH



externe firma middelen

ii. Acties in functie van de logistieke ondersteuning (infrastructuur, ICT en materiaal)


Alle Voorzien van betalende draadloze internettoegang voor bezoekers 2012 10.000€ JH ICT

Alle Voorzien van een degelijke gsm-ontvangst in elk sportcentrum 2012 Te bepalen JH ICT

SCP Plaatsen van een verkoopautomaat voor zwembeurten en verlenging van abonnementen in de inkomhal van het zwembad


JH/SVH ICT

SCP Vervangingsaankoop van een nieuwe gator voor het ballenrapen 2012 25.000€ JH CAD

SCP Plaatsen van een electronisch slot op de buitentennisterreinen 2011 Beschikbare middelen

JH PVP

SCP Voorzien van een outdoor fitness- en hindernisparcours Q4/12 Beschikbare middelen

JH A-SG

SCP Omheinen van de driving range 2 als opleidingslocatie voor (startende) groepen


JH/SDS Patrim.

SCP Plaatsen van een ballenautomaat aan driving range 2 2012 25.000€ JH/SDS ICT

SCP Aanbesteden van de renovatie van het openluchtzwembad met inbegrip van de centrale inkom.


Patr. Patrim.

SCP Implementeren van het gunsttarief voor zwembadwater van leverancier VMW


JH Patrim.



Golf Vervangingsaankoop van een nieuwe gator voor het ballenrapen Q4/10 Beschikbare middelen

JH SDS

Golf Verplaatsen van de onthaalbalie en bijhorende office in functie van een beter klantenonthaal


JH/SDS Patrim.

Golf Verplaatsen van de burelen van de centrumverantwoordelijke in de back-office (dichter bij de balie en het opleidingslokaal, zie onder)


JH/SDS Patrim.

Golf Herbestemmen tot en uitrusten van de golfshop-ruimte naar een lokaal voor opleiding en uitvalsbasis voor de Golf-Pro's (in functie van de strategische focus, zie boven)


JH/SDS Patrim.

Golf Inrichten van de indoor-oefenhole met camera-analyse software ter ondersteuning van het golfopleidingsaanbod

2012 50.000€ JH/SDS ICT

Golf Voorzien van oefenholes in kunstgras ter ondersteuning van het golfopleidingsaanbod achter driving range 1

2012 125.000€ JH/SDS Patrim.

Golf Voorzien van een lokaal/vergaderruimte voor de werking van de sportcommissie


JH/SDS Patrim.

Golf Plaatsen van noodzakelijke zonnewering boven de balie (cfr. rapport welzijnsrondgang 2009)


SDS Patrim.

Golf Herinrichten van driving range 1 opdat meer afslagplaatsen bruikbaar worden voor niet- en beginnende golfers


SDS Patrim.

SCB Plaatsen van een drankenautomaat voor de bezoekers en het personeel Asap Beschikbare middelen

PVH CAD

SCB Opzeggen van de loodshuur van Termote en herinrichten van de oude locatie als bergingsschuur (oude refter), werkatelier (oude keuken) en zadelkamer (oude burelen)


JH Patrim.

SCB Aansluiten van de waterputten op het waterzuiveringsstation Asap Beschikbare middelen

JH PVH



SCB Plaatsen van een afsluitbaar hekwerk ter hoogte van de manègeberging om de bergingsoppervlakte te vergroten


JH/PVH Patrim.

SCB Plaatsen van een beregeningsinstallatie voor de beide paardenpistes Q1/11 Beschikbare middelen

PVH Patrim.

SCB Plaatsen van 3 paardenschuilhutten op de weides Q4/10 Beschikbare middelen

PVH PVH + Patrim.

SCB Plaatsen van een watervoorziening (in bulk of permanente toelevering) voor de pony's op de weides


PVH PVH + Patrim.

SCB Vergroten van de huidige weides tot de maximaal bruikbare ruimte en herbestemmen van het ongebruikte voetbalterrein aan de oude locatie tot graasweide


PVH Patrim.

SCB Plaatsen van de voorziene klimmuur en het laagtouwenparcours Q1/11 Beschikbare middelen

PVH/JH Patrim.



iii. Budgetbeheeracties


Alle Herbekijken van het budgetbeheer van dagelijks onderhoud van patrimonium (gebouwen, technieken en groen) van de sportcentra om een slagkrachtiger dagelijks beheer mogelijk te maken.

2011-12 Nvt gedeputeerde MAT

Alle Streven naar een budgetneutrale (break-even) uitbating van de sportcentra als geheel uitgaande van het budget "gewone" werking (exclusief personeel en afschrijvingen)

Continu Beschikbare middelen

JH All



SAMENVATTING In het kader van de nieuwe personeelsformatie en de daaruit voortgevloeide inzichten omtrent de werking en de structuur van de dienst sport is onder impuls van gedeputeerde Bruggeman, bevoegd voor deze beleidsmaterie, de conclusie getrokken dat de dienst sport twee grote maar inhoudelijk verschillende pijlers in zich droeg: sportbeleid (breedschalige sportpromotie, subsidiëring, bovenlokaal mountainbikebeleid, …) en uitbating sportcentra (Puyenbroeck, Golf en De Boerekreek). Teneinde de effectiviteit en de efficiëntie van beide werkingspijlers te bevorderen is beslist om dit vormt te geven door een tweeledige structuur: dienst sport en dienst sportcentra, die beide ondersteund worden door een gemeenschappelijke transversale cel (boekhouding, communicatie). Gezien de op dit moment onvolledige implementatie van de nieuwe personeelsformatie, is de leiding van deze twee cellen momenteel toegewezen aan Luc Taragola (dienst sport) en Jo Haentjens (sportcentra). Er is er voor de sportcentra echter op korte termijn nood aan een eenduidige beleidsvisie voor de komende jaren en is opdracht gegeven door gedeputeerde Bruggeman om een visienota uit te schrijven met een tijdshorizon tot het einde van de lopende legislatuur (2011-2013).

Deze visienota van de provinciale sportcentra heeft als algemene doelstelling de werking vanuit twee invalshoeken te analyseren en bij te sturen: (1) vanuit de publieksgerichte werking en (2) vanuit de interne werking.

Het objectief van deze nota is te komen tot een antwoord op de volgende beleidsvragen:

3. "Wat is de publieksgerichte finaliteit/taakstelling van de provinciale sportcentra?" 4. "Vanuit welk organisatiedesign kunnen we deze finaliteit van de sportcentra op de meest efficiënte en

effectieve manier bereiken?"

Deze overzichtsnota wil de deputatie een zicht geven op de opbouw, de belangrijkste bevindingen en het verdere tijdstraject van de visienota

1. OPBOUW VISIENOTA

Om op deze vragen te kunnen antwoorden is de lijvige visienota als volgt uitgewerkt.

4. Vanuit een strategisch oogpunt wordt: a. de originele beleidsvisie bij de bouw of overname van elk van de sportcentra geanalyseerd en

de hierin gemeenschappelijke inzichten uit gedistilleerd b. een gemeenschappelijke missieverklaring voor de sportcentra opgemaakt, gealigneerd op de

specifieke missie en taakstelling van de provincie Oost-Vlaanderen c. een visie op de specifieke publieksgerichte werking van elk sportcentrum ontwikkeld d. de taakstelling duidelijk gesteld, voortvloeiend uit voorvermelde inzichten

5. vanuit een tactische invalshoek worden op basis van het bestuursakkoord van de provincie, de gezamenlijke missie van de sportcentra, de centrumspecifieke visies en de taakstelling 10 in de uitbating van de sportcentra "heilige" en concreet toepasbare basisprincipes gedistilleerd. Deze "10 geboden" vormen de leidraad en het globale werkingskader voor de leidinggevenden en het personeel in de sportcentra in de dagelijkse exploitatie, zowel voor de publieksgerichte werking (5 basisprincipes) als voor de interne werking (5 basisprincipes).

6. Vanuit een operationeel perspectief wordt de huidige uitbating van elk van de drie sportcentra getoetst aan het vooropgestelde strategisch (missie, visie en taakstelling) en tactisch (basisprincipes) kader. Dit resulteert waar nodig in een aanzet tot bijsturing en een actieplan 2011-2013 teneinde de dagelijkse werking te aligneren op het vooropgestelde strategische taakstelling.

Schematisch:



2. BELANGRIJKSTE BEVINDINGEN VISIENOTA

2.1. STRATEGISCH KADER

Op basis van de analyse van de oorspronkelijke, onderling niet-afgestemde, beleidsvisies op de sportcentra én verdere verfijning van de toegevoegde waarde van de provincie in het Vlaamse bestuurlijke landschap inzake eigen sportinfrastructuur, wordt de volgende missieverklaring vooropgesteld:

"DOOR MIDDEL VAN EEN

LAAGDREMPELIG, TOELEIDEND, SUBSIDIAIR, EN HOOGKWALITATIEF AANBOD AAN BOVENLOKALE SPORTACCOMMODATIE EN SPORTPROMOTIONELE ACTIVITEITEN

WIL DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN ZOWEL EEN VOORWAARDENSCHEPPEND ALS EEN STIMULEREND KADER AANBIEDEN

OM ZOVEEL MOGELIJK OOST-VLAMINGEN AAN TE ZETTEN TOT EEN DUURZAAM BEWEGINGS- EN SPORTGEDRAG."

"DE OOST-VLAAMSE SPORTCENTRA ZIJN ER PUUR VOOR DE SPORT!"

Deze missie houdt een tweesporige taakstelling in voor de provinciale sportcentra in het sport voor allen-landschap:

(1) een optimaal kader te creëren aan voorwaarden (laagdrempelige accommodatie) voor clubs en federaties, alsook

(2) (2) een eigen sportaanbod (activiteiten) te creëren om niet- of weinig individuele burger/klant te stimuleren om tot sport en bewegen te komen.

Vanuit deze missie en taakstelling is er voor elk van de drie sportcentra (Puyenbroeck, Golf en De Boerekreek) een gealigneerde, maar toch centrumspecifieke beleidsvisie ontwikkeld:

Golf Puyenbroeck heeft als kerntaak een regionaal stimulerend unisportcentrum te zijn door de golfsport als een volwaardige, life-time en laagdrempelige sport in Oost-Vlaanderen zo breed mogelijk te introduceren. Golf Puyenbroeck wil in eerste instantie via een eigen golfopleidingsaanbod de niet-, potentiële en beginnende golfers volwaardig introduceren in de golfsport. In tweede instantie wil Golf Puyenbroeck de voorwaarden creëren voor andere golfaanbieders om gevorderde golfers een aangepast activiteitenaanbod aan te leveren.



Het sportcentrum Puyenbroeck heeft als kerntaak in hoofdzaak een voorwaardenscheppend bovenlokaal multisportcentrum voor Oost-Vlaanderen te zijn waarin zowel de bestaande georganiseerde sportwerking (door sportclubs, -federaties en andere verenigingen), als de andersgeorganiseerde sport (individueel, schoolsport, kansengroepen en g-sport) in een gezond evenwicht gefaciliteerd wordt. In tweede instantie wil het sportcentrum Puyenbroeck de niet-georganiseerde kandidaat-sporters via een eigen en laagdrempelige aanbod stimuleren tot een duurzaam sportgedrag. Het sportcentrum De Boerekreek heeft als kerntaak een evenwichtig stimulerend én voorwaardenscheppend regionaal multisportcentrum te zijn waarin zowel de bestaande georganiseerde sportwerking (door sportclubs, -federaties en andere verenigingen), als de andersgeorganiseerde sport (burger/klant, sporttoerist, schoolsport, kansengroepen en g-sport) in een gezond evenwicht gefaciliteerd wordt. Op basis van deze strategische lijn is de oefening uitgevoerd om te bepalen wie dan de klant is van de sportcentra. Ook deze vraag is beschouwd vanuit de dubbele taakstelling van de sportcentra:

Voorwaardenscheppende taak : wie is de klant in de georganiseerde sportsector (sport in de club)

Stimulerende taak: de niet-georganiseerde sport (sport in individueel of niet-clubverband)

In het kader van de voorwaardenscheppende taak enerzijds wordt in de visienota vooropgesteld dat in de sportcentra de bestaande sportclubs, -federaties en andere verenigingen voldoende gelegenheid dienen te krijgen om hun werking te ontplooien. We kunnen stellen dat de provinciale sportcentra volgende doelgroepenhiërarchie in de georganiseerde sportsector (voor accommodatieverhuur) hebben:

3. primaire doelgroep zijn álle georganiseerde aanbieders (clubs, federaties en scholen). 4. secundaire doelgroep zijn bedrijven en andere socio-culturele verenigingen die een

sportgerelateerde activiteit wensen te organiseren.

Er kan vanuit de sportcentra uitsluitend een georganiseerd (clubgelijkend) sportaanbod worden voorzien als er geen bestaande clubaanbod is of als het bestaande clubaanbod niet voldoet aan een of meer van onderstaande eigenschappen:

regionaal aanwezig: indien in de regio van het sportcentrum geen clubaanbod aanwezig is (vb. golf in brede regio Puyenbroeck);

laagdrempelig: indien het bestaande aanbod niet democratisch of beperkt toegankelijk is (vb. hoge deelnameprijs of beperkte inschrijving, cfr. golfsport);

inclusief karakter: indien het bestaande aanbod niet openstaat voor bepaalde doelgroepen (vb. g-sport);

In het kader van de stimulerende taakstelling anderzijds wordt in de visienota gestipuleerd dat volgende doelgroepen moeten getarget worden in het zelf georganiseerde sportaanbod (lessenreeksen, sportdagen, sportkampen, …):

De klanttypes op wie de stimulerende werking van de sportcentra zich direct richt en die door middel van een activiteitenaanbod in eigen beheer (of in partnerschap) dienen gestimuleerd te worden tot (een hogere graad) van sportparticipatie zijn:

4. de niet-sporters: hierbij dient uitdrukkelijke aandacht te worden gegeven aan de jonge jeugd (2 tot 14 jaar) aangezien deze leeftijd bepalend blijkt voor het beweeggedrag tijdens de rest van het leven (cfr. "sporten beweegkapitaal", visienota). De volwassenen in deze groep vormen de grootste uitdaging voor de sportcentra aangezien vaak een intrinsieke sportaversie aanwezig is. Het aanbod vanuit de sportcentra dient dan ook voor deze doelgroep zo laagdrempelig mogelijk, alsook uitgesproken toeleidend te zijn. Dit laatste betekent dan ook een intensieve begeleiding van deze mensen.

5. de potentiële sporters: deze doelgroep is makkelijker stimuleerbaar dan de "niet-sporters" gezien hun aanwezige interesse tot sporten en bewegen. Belangrijk in het aanbod vanuit de sportcentra is dat deze mensen niet enkel starten met sporten, maar vooral evolueren tot een duurzaam en bewust beweeg- en sportgedrag. Dit betekent dat het sportief aanbod vanuit de sportcentra vooral laagintensief en

6. de beginnende sporters: deze doelgroep is eveneens makkelijk stimuleerbaar, maar ook hier ligt de uitdaging om hen te laten doorstromen naar het stadium van "gevorderde sporter" (in clubverband of op eigen initiatief). Een aandachtspunt in de benadering van deze doelgroep is de risicoleeftijd voor



drop-out (16-18 jaar en 25-45 jaar). Hiervoor moet een aangepast aanbod aanwezig zijn vanuit de sportcentra).

De impliceert dat er resoluut gekozen wordt om geen eigen sportaanbod te voorzien voor volgende doelgroepen (kenmerken, cfr. doelgroepsegmentatie visienota):

4. de gevorderde sporter 5. de post-gevorderde sporter 6. de topsporter

2.2. TACTISCH KADER Vanuit deze missie, visies, taakstelling en klantdefinitie, aangevuld met het bestuursakkoord 2007-2012 van de provincie, is er als leidraad voor de dagelijkse werking een set aan basisprincipes gedistilleerd. Deze basisprincipes zijn "heilig" in de dagelijkse publieksgerichte en interne werking. Dit zijn de "10 geboden" voor elk personeelslid in de sportcentra en voor de centrumverantwoordelijken in het bijzonder.

B.P. 1: de publieksgerichte werking is tweesporig: stimulerend en voorwaardenscheppend

Het aanbod van de sportcentra is zowel stimulerend als voorwaardenscheppend in een onderlinge verhouding conform de centrumspecifieke visie (cfr. supra).

B.P. 2: de publieksgerichte werking is laagdrempelig, complementair en bovenlokaal

Het stimulerend en voorwaardenscheppend aanbod van de sportcentra is optimaal beschikbaar voor de burger/klant door middel van aangepaste openingsuren en democratische tariefzetting. Bovendien is het aanbod aanvullend ten opzichte van de bestaande initiatieven op de private sportmarkt (profit en non-profit) en kent het een bovenlokaal klantenbereik.

B.P. 3: de publieksgerichte werking van de sportcentra is "puur voor de sport"

Het aanbod van de sportcentra vult, zowel in de voorwaardenscheppende als de stimulerende rol, steeds een sport- of bewegingsgerelateerde behoefte in. Dit betekent dat in de dagelijkse exploitatie van de sportcentra alle activiteiten een sportieve component moet bevatten.

B.P. 4: de sportpromotionele activiteiten in eigen beheer zijn in functie van toe- en opleiding van de doelgroepen "niet-sporter, kandidaat-sporter en beginnende sporter"

Het stimulerend aanbod in eigen beheer van de sportcentra richt zich uitsluitend op de toeleiding van de niet-sporter, de kandidaat-sporter en de beginnende sporter. De eigen lessenreeksen of andere sportinitiatieven van de sportcentra dienen bijgevolg een opleidingsaanbod in te houden voor deze doelgroepen om een duurzaam sportgedrag te initiëren. Het aanbod voor de (post-)gevorderde sporter is geen taak van de provinciale sportcentra en dient door de sportclubs en –federaties ingevuld.

B.P. 5: de publieksgerichte werking van de sportcentra is transparant en outputgericht

Het aanbod van de sportcentra kent een duidelijke strategische focus en wordt gekwantificeerd in meetbare outputindicatoren die de nodige (bij)sturing in functie van deze focus mogelijk maakt. De basisprincipes voor de interne werking zijn:

B.P. 6: de interne werking van de sportcentra is kostenefficiënt met respect voor de effectiviteit van de werking In de werking van de sportcentra staat budgettaire orthodoxie voorop en wordt een maximale kostenefficiëntie nagestreefd. Hieronder wordt verstaan:

- Aan de inkomstenzijde wordt de consequente toepassing van de goedgekeurde tarieven en annulatiebepalingen in de dagelijkse werking gegarandeerd. Het gratis toestaan van verhuurde of geannuleerde sportaccommodatie of sportdeelname (aan lessenreeksen) kan enkel in uitzonderlijke gevallen mits politieke goedkeuring.

- Aan de uitgavenkant wordt de werking van de sportcentra georganiseerd vanuit een permanent evenwicht tussen maximale klantentevredenheid en budgettaire zuinigheid.



- De sportcentra streven ernaar om gezamenlijk, jaarlijks een budgetneutrale werking te hebben uitgaande van het saldo tussen ontvangsten en uitgaven in de gewone werking op het budget sport (cfr. supra). Ter volledigheid, de personeelskost en afschrijvingen van patrimoniuminvesteringen worden in dit saldo dus niet meegerekend.

- Elke georganiseerd aanbod vanuit de sportcentra (lessenreeksen en dergelijke) is zelfbedruipend.

B.P. 7 : de interne werking van de sportcentra is slagkrachtig door autonome beslissingsbevoegdheid in alle aspecten van het dagelijks beheer De werking van de sportcentra is gestoeld op een beleidsmatig en budgettair gedragen empowerment van het personeel teneinde een maximaal klantgericht en slagkrachtig dagelijks management te kunnen garanderen. Concreet kan een dergelijk voor de klant direct voelbaar dagelijks management op voorwaarde dat de centrumverantwoordelijken "empowered" zijn om volgend instrumentarium zelf beheren: externe communicatie (website en directe klantencommunicatie), technisch patrimoniumbeheer (dagelijkse noodzakelijke interventies in geval van eenvoudige, technische defecten), groenbeheer (inclusief het dagelijks onderhoud van de golfbaan),

B.P. 8: de werking van de sportcentra wordt georganiseerd met het personeelsbudget van de door deputatie in 2009 goedgekeurde personeelsformatie

De werking van de sportcentra wordt maximaal georganiseerd met het vernoemde, goedgekeurde personeelsbudget en blijft budgetneutraal (exclusief de wettelijk verplichte loonindexaties). Hiervoor worden volgende subprincipes vooropgesteld:

- Waar mogelijk worden maximale synergieën gerealiseerd tussen de drie sportcentra ( - Additionele workload in ondersteunende functies (schoonmaak, onderhoud, …) wordt bij voorkeur

uitbesteed - Interimwerk wordt maximaal vermeden - Waar mogelijk, worden bedrijfstaken en –processen in de sportcentra maximaal geautomatiseerd, op

voorwaarde dat de bestaande dienstverlening en de klantentevredenheid minstens behouden blijft.

B.P. 9: de interne werking van de sportcentra is transparant en outputgericht De effectiviteit van de interne werking van de sportcentra wordt periodiek gemonitord aan de hand van een set aan kritische succesfactoren (KSF) die de nodige (bij)sturing mogelijk maken.

B.P. 10: de publieksgerichte en de interne werking interageren in een optimale en evenwichtige symbiose Hiermee wordt bedoeld dat de publieksgerichte werking maximaal dient ontplooid door middel van zo breed mogelijke openingstijden ende bediening van zoveel mogelijk doelgroepen, maar met respect voor de draagkracht van het personeel, de accommodatie en het sportmateriaal. Concreet betekent dit dat het zwembad jaarlijks een onderhoudsperiode kent, de golfbaan kan worden gesloten bij voor het terrein (op termijn) schadelijke weersomstandigheden, geen extra verblijfsgroep in De Boerekreek wordt toegelaten als dit de pony's schade berokkent door overbelasting en dergelijke meer.

2.3. TOETSING HUIDIGE PUBLIEKSGERICHTE WERKING EN BIJSTURING Bovenstaand strategisch (missie, visie, taakstelling, klantdefinitie) en tactisch kader (bestuursakkoord en basisprincipes dagelijkse werking) is dan getoetst aan de huidige werking (publieksgericht en intern) van de sportcentra en een aanzet tot bijsturing (waar nodig) vooropgesteld. Hiervoor is in een volgend hoofdstuk de bestaande werking per sportcentrum geanalyseerd en voor elk sportcentrum is eenzelfde methodische aanpak gehanteerd:

3. een strategische portfolio-analyse: de huidige portefeuille aan sportactiviteiten in eigen beheer wordt uitgaande van het strategisch kader, gemapt en bijgevolg bepaald in welke mate ze in lijn liggen hiermee. Deze activiteitenmapping duidt dus de strategische focus aan van het bestaande activiteitenaanbod in eigen beheer.

4. Een klanten bezettingsanalyse: hierbij worden de huidige klanttypologie, alsook de bezettingscijfers (accommodatieverhuur) en participatiecijfers (lessenreeksen) geanalyseerd.



Op basis van de bevindingen van deze beide analyses wordt in de visienota tenslotte een eerste aanzet tot bijsturing opgesteld, die de basis vormt voor het globale actieplan 2011-2013 voor de sportcentra. In de visienota worden volgende bevindingen en initiatieven ter bijsturing geformuleerd.

1. Voor Golf Puyenbroeck

Algemeen kan worden geconcludeerd dat Golf Puyenbroeck:

- Op alle vlakken een succesverhaal blijkt te zijn na 6 jaar exploitatie - In deze jaren impliciet zowel een golfschool- als een golfclubwerking heeft ontwikkeld - Er een aantal maatschappelijke evoluties op til staan die maken dat het vraag naar de golfsport in het

algemeen en aan een aangepast sportief aanbod in Golf Puyenbroeck sterk zal doen toenemen (o.a. pensioneringsgolf babyboomers)

- Zijn initiële stimulerende taakstelling (toeleiden naar en opleiden in de golfsport) opnieuw moet fijnslijpen en prioritair moet behandelen in de uitbating

- Een gestructureerde aanbod moet uitwerken op korte termijn om de voorwaardenscheppende taak, in de vorm van de golfclubwerking, vorm te geven en een plaats te bieden naast de golfschoolwerking

- Het aanbod in de vorm van de golfbaan, het golfgebouw en de driving ranges moet afstemmen op deze tweesporige taakstelling (stimuleren via golfschool en voorwaardenscheppen voor golfclub)

- Het aanbod in de vorm van groepslessen en initiatie-activiteiten prominent moet stellen in de werking van het centrum en de begeleiding door de golfpro's

Bijkomend kan worden meegegeven dat voor de provincie Oost-Vlaanderen een rol is weggelegd om haar duidelijk goed gestarte voortrekkersrol in de democratisering van de golfsport verder kan ontplooiien door:

- Bestaande en nieuwe initiatieven tot ontwikkeling van publieke en laagdrempelige private golfbanen actief coacht om de realisatie te bevorderen.

- Door overleg met de sector tracht mee te bouwen aan de drempelverlaging van de bestaande golfbanen

Deze initiatieven zijn noodzakelijk om de uitstroom van opgeleide golfers (o.a. door Golf Puyenbroeck) een clubaanbod te bieden.

Specifiek wordt op basis van de analyses volgende aanzet tot bijsturing voorgesteld. Deze dient als basis voor de gedetailleerde actieplanning 2011-2013.

Volgende insteken dienen daarin uitgewerkt:

Oriënteren van de lessenreeksen in eigen beheer in functie van de strategische focus (niet-sporters, kandidaat-sporters en beginnende sporters)

Maximaal inzetten op een golfopleidingsaanbod in eigen beheer teneinde de instroom, alsook de doorstroom naar het GVB verder te verhogen

Opzetten van een partnerschap met de sportcommissie/club om de clubgerichte activiteiten in te vullen

Heroriënteren van de golfshop, in lijn met de core business van Golf Puyenbroeck, naar de verkoop van sportartikelen (tees en golfclubs). Dit houdt in dat de verkoop van modeartikelen wordt stopgezet.

Voorzien van kleine oefenholes in kunstgras om het opleidingsaanbod verder te ontplooiien.

Voorzien van een volwaardig uitgerust opleidingslokaal (in de lokalen van de huidige golfshop)

Uitrusten van de indoorhole met bewegingsanalyse-software

Heroriënteren van de vijver weg van driving range 1 om meer afslagplaatsen te creëren voor beginnende golfers

Volwaardig uitrusten van driving range 2 voor groepslessen (omheinen, voorzien van een ballenautomaat en toegangscontrole)

Uitvoeren op korte termijn van een objectief behoeftenonderzoek ter bepaling van de noodzaak aan een 18-holes terrein in functie van de taakstelling van Golf Puyenbroeck.

2. Voor Sportcentrum Puyenbroeck

Algemeen kan worden geconcludeerd dat sportcentrum Puyenbroeck:



- Op het vlak van zwembadbezetting een succesverhaal blijkt te zijn na 6 jaar exploitatie - Het zwembad het 3

e hoogste bezoekersaantal kent van alle Oost-Vlaamse zwembaden, na Olympos

Dendermonde en Recreatiebad Beveren. - Het zwembad reeds 3 jaar na elkaar de in de zwembadsector magische grens van 300.000 bezoekers

per jaar rondt. - De bezetting van de sporthal, de openluchtterreinen en het sportverblijf groeipotentieel inhouden - Er een duidelijke voorwaardenscheppende taak wordt ingevuld, conform de taakstelling - Bijna alle in eigen beheer georganiseerde sportactiviteiten in lijn zijn met de vooropgestelde

strategische focus en dus bijdragen aan de stimulerende taakstelling. - Enkel de mountainbike-initiatie (lessenreeks in eigen beheer) niet volledig in de strategische focus ligt

en dient herbekeken of stopgezet. - De verblijfsaccommodatie een gemiddelde jaarbezetting heeft van 30%, hetgeen een degelijk

resultaat is in vergelijking van de sector en soortgelijke verblijfsaccommodaties. - De verblijfsaccommodatie voornamelijk verbetermarge vindt in het opvoeren van de weekbezetting.

Hiervoor dient een aanbod ontwikkeld naar de doelgroepen scholen en bedrijven. - De verblijfsaccommodatie, conform de oorspronkelijke beleidsvisie en de nieuw opgestelde missie

(cfr. "puur voor de sport') in hoofdzaak (85%!) sportclubs en -federaties (zwemmen en niet-zwemmen, binnenlandse en buitenlandse) als klant heeft. Daarnaast (19%) heeft het scholen als klant in het kader van schoolsportklassen.



Voor alle deelaccommodaties en lessenreeksen o Structurele data verzamelen van het regionale klantenbereik om het bovenlokale karakter van

de deelaccommodatie of de lessenreeks permanent te kunnen monitoren en in functie daarvan bij te sturen

o Voorzien van draadloze internettoegang o Voorzien van een aanvaardbaar gsm-bereik in en rond het sportcentrum o Uitwerkeng van een op-maat marketing- en communicatieplan voor de komende drie jaar,

resulterend in doelgericht wervend promotiemateriaal (on- en off-line) o Structurele samenwerkingsverbanden opzetten met sportfederaties (zwemmen, judo, voetbal,

…) om hun provinciale/regionale werking (deels) te organiseren in Puyenbroeck

Voor het zwembad: o Voorzien van een duidelijke positionering t.o.v. het zwemcomplex "De Rozenbroeken" voor

elk type zwemmer o Op korte termijn het openluchtzwembad renoveren om deze belangrijke aantrekkingspool

(i.f.v. bezoekerscijfers) te bestendigen o Verhogen van de klantenbinding door een aangepast aanbod van lessenreeksen en een

verhoogde dienstverlening o Mogelijkheid creëren om overdag (tijdens de schooluren) ook baanzwemmen toe te laten o Tijdens de daluren (16u-18u) de bezettingsgraad verhogen voornamelijk door lessenreeksen

in eigen beheer of in samenwerking met partners o Systematisch de klantentevredenheid opvolgen van zowel de deelnemers van de

lessenreeksen, de clubs als de individuele zwemmers o Uitvoeren van een pragmatisch behoeftenonderzoek tot bepaling van de inhoudelijke invulling

van de lessenreeksen in het zwembad

Voor de sporthal en de openluchtterreinen o Uitwerken van een budgetvriendelijke oplossing voor een overkapping aan de

kunstgrasvoetbalvelden o Uitbesteden van het hoogtouwen- en avonturenparcours aan een gespecialiseerde partner

teneinde deze bezetting te verhogen o Actief zoeken naar partners/clubs om de bezetting van de polyvalente zaal te verhogen

Voor de verblijfsaccommodatie: o Verhogen van de werkweekbezetting

3. Voor Sportcentrum De Boerekreek

Algemeen kan worden geconcludeerd dat sportcentrum De Boerekreek:



- Een degelijke, doch eendimensionele (alles zelf organiseren) werking heeft. - De samenwerking met Plattelandsklassen v.z.w. essentieel is in de werking van het sportcentrum en

goed verloopt - Er een duidelijke stimulerende taak wordt ingevuld, conform de taakstelling, maar dat de

voorwaardenscheppende taakstelling bijna niet wordt ingevuld - Bijna alle in eigen beheer georganiseerde sportactiviteiten in lijn zijn met de vooropgestelde

strategische focus en dus bijdragen aan de stimulerende taakstelling. - Enkel de lessenreeksen voor gevorderde ruiters en watersporters (zeilen en surfen) niet volledig in de

strategische focus liggen, hetgeen noopt tot heroriëntatie van deze lessenreeksen. - De verblijfsaccommodatie een gemiddelde jaarbezetting heeft van circa 20%, hetgeen een te laag

resultaat is in vergelijking van de sector en soortgelijke verblijfsaccommodaties. - De verblijfsaccommodatie een belangrijke verbetermarge vindt in het opvoeren van de

weekendbezetting. Hiervoor dient een op korte termijn een aangepast aanbod ontwikkeld. - De bezetting van de manège (binnen- en buitenpiste) ook groeipotentieel inhoudt.



Ontwikkelen van de voorwaardenstellende taakstelling (accommodatieverhuur) teneinde de bezetting van zowel de manège als de verblijfsaccommodatie te verhogen door het aantrekken van bestaande clubwerking uit de regio (landelijke rijverenigingen) of stimuleren van plaatselijke clubgerichte initiatieven.

Structurele data verzamelen van het regionale klantenbereik om het bovenlokale karakter van de deelaccommodatie of de lessenreeks permanent te kunnen monitoren en in functie daarvan bij te sturen

Voorzien van draadloze internettoegang

Uitwerken van een op-maat marketing- en communicatieplan voor de komende drie jaar, resulterend in doelgericht wervend promotiemateriaal (on- en off-line)

Verhogen van de weekendbezetting door middel van een gestructureerd aanbod naar sportief toerisme

Systematisch de klantentevredenheid opvolgen van zowel de deelnemers van de lessenreeksen, de clubs als de individuele zwemmers

Op korte termijn implementeren van het voorziene touwen- en avonturenparcours teneinde deze bezetting te verhogen

Op korte termijn een conciërge aantrekken om de weekendverhuur op een structurele manier mogelijk te maken

2.4. TOETSING HUIDIGE INTERNE WERKING EN BIJSTURING

Naar analogie met de publieksgerichte werking, is immers ook voor de interne werking van de sportcentra een set aan basisprincipes voor de dagelijkse werking vooropgesteld. Uitgaande van deze basisprincipes wordt een aanzet gegeven tot bijsturing van de interne organisatie van de provinciale sportcentra, meer specifiek op het vlak van (i) de bedrijfsstructuur, (ii) het budgetbeheer, (iii) het personeelsbeheer en (iv) het dagelijks beheer.

De belangrijkste bevindingen voor de interne werking zijn:

- De sportcentra hebben een totaal werkingsjaarbudget van ca. 5,7 mio Euro en realiseren samen een omzet van ca. 2,5 mio Euro. Het jaardeficit bedraagt dus circa 3,25 mio Euro. Hiermee worden jaarlijks circa 480.000 bezoekers door de drie centra bediend. Dit betekent de provincie gemiddeld 6,85€ per sportbeurt in de sportcentra per jaar investeert.

- Met deze uitgavenbudgetten zijn in 2009 volgende omzetten gerealiseerd: 904.000 Euro (GP), 1.092.000 Euro (SCP) en 325.000 Euro (SCDB).

- De dekkingsgraad van de omzet bedraagt in 2009: o GP: 76,6% (IN: 904.000 Euro en UIT: 1.180.578 Euro) o SCP: 30,6% (IN: 1.092.000 Euro en UIT: 3.572.224 Euro) o SCDB: 34,3% (IN: 323.758 Euro en UIT: 945.242 Euro)



- Voor het werkingsbudget "sport" is het jaarsaldo 2009 licht negatief, 90.000 Euro (resultante van 2,52 mio Euro omzet en 2,61 mio Euro uitgaven). Dit saldo moet batig worden in de komende jaren en zal als doelstelling in de werking worden vooropgesteld.

- De netto-uitgavenbudgetten om het kernproduct "sport" te organiseren zijn respectievelijk 361.170 Euro (Golf Puyenbroeck), 381.935 Euro (sportcentrum Puyenbroeck) en 208.622 Euro (sportcentrum De Boerekreek).

- De verhouding van de inkomsten uit de stimulerende versus de voorwaardenscheppende taakstelling is voor de drie sportcentra respectievelijk:

o GP: 75% (stimulerend) -25% (voorwaardenscheppend) o SCP: 19% (stimulerend) – 81% (voorwaardenscheppend) o SCDB: 87% (stimulerend) – 13% (voorwaardenscheppend)

Dit bevestigt de historisch gegroeide werking van elk van de sportcentra en geeft een basis voor sturing naar de toekomst, met name bijvoorbeeld het verhogen van het omzetaandeel van de voorwaardenscheppende pijler (accommodatieverhuur) voor sportcentrum De Boerekreek en

- Het gros van de sportactiviteiten in eigen beheer is batig. De activiteiten die niet batig zijn worden begin 2011 geschrapt of qua tariefzetting aangepast.

- De werklastmeting wijst uit dat de huidige personeelsbezetting voldoende is om de huidige werking te bestendigen. Er zijn inzake werklast schaalvoordelen en efficiëntiewinsten te realiseren door:

o Een gezamenlijke balie te voorzien voor alle kassa/onthaalfuncties (sporthal, openluchtterreinen, zwembad en verblijf) in het sportcentrum Puyenbroeck

o De back-office activiteiten in Golf Puyenbroeck (beheer, facturatie, administratie) fysiek te verhuizen naar een echte back-office locatie en de kassa/balie in de bezoekerscirculatie naar een front-office locatie te verhuizen.

o Een duidelijke gedeelde (matrix)bedrijfsstructuur te implementeren uitgaande van: Een horizontale pijler: ondersteunende functies (schoonmaak, logistiek, kassa/balie) Een verticale pijler: functies m.b.t. het kernproduct (sport, golf)

o Functies te delen en uniformiseren: Personeelsadministratie Bestellingen en facturatie Groenbeheer en klusdienst Kassa/baliebeheer op site Puyenbroeck Beleidsadministratie (nota's deputatie en provincieraad)

o Generieke interne bedrijfsprocessen te automatiseren: Opmaak werkroosters personeel Verwerking personeelsgegevens (maaltijdcheques, extra prestaties)

o Gesloten publieksgerichte bedrijfsprocessen te automatiseren (on-line en door middel van automaatdispensers):

verkoop en betaling van dagtickets, ballenkaarten, en abonnementen in Golf en zwembad Puyenbroeck

reservatieproces: in eerste instantie in Golf Puyenbroeck en in tweede instantie in sportcentrum Puyenbroeck (reservatie sporthaldelen, tennisterreinen, kunstgrasterreinen en zwembanen)

inschrijvingsproces lessenreeksen en sportkampen (on-line): in sportcentrum De Boerekreek.

Wedstrijdbeheer in Golf Puyenbroeck o De clubgerichte werking in Golf Puyenbroeck (in functie van het behoud van het publieke en

laagdrempelige karakter) onder auspiciën uit te besteden aan de sportcommissie en/of een clubinitiatief

- Nieuwe activiteiten (publieksgericht of intern) met bijkomende werklast dienen telkens grondig overwogen in functie van het "make or buy"-principe (zelf doen of uitbesteden), uitgaande van volgende stelling. Uitvoeren in eigen beheer (zelf doen) is enkel aangewezen als dit een duidelijke toegevoegde betekent op vlak van

o expertise-/kennisopbouw, o kwaliteitsniveau en/of o garantie van de continuïteit van de werking (bedrijfskritisch karakter)

- De slagkracht van de centrumverantwoordelijken dient verhoogt in functie van een snellere en kwalitatievere dagdagelijkse dienstverlening (voornamelijk in weekenden en na kantooruren in de werkweek) en interne organisatie door middel van een bevoegdheidspakket. Concreet wordt hieronder verstaan:

o Voorzien van een mandaat met budgetenveloppe voor dagelijkse, technische onderhoudsinterventies



o Toegang verlenen om op een snelle manier de content op de desbetreffende website-pagina's te kunnen wijzigen (vb. in functie van onverwachte, tijdelijke sluiting door noodweer of technische panne)

2.5. ACTIEPLAN 2011-2013 Op basis van bovenstaande aanzet tot bijsturing voor zowel de publieksgerichte als de interne werking is een actieplan 2011-2013 vooropgesteld in de visienota. Dit actieplan zal op zijn beurt verder geconcretiseerd worden in de jaaractieplannen van elk sportcentrum, die elk jaar aan deputatie zal worden voorgelegd.

Visienota provinciale sportcentra - Golf Puyenbroeck · 2015-01-14 · de nota deputatie...

Documents

Transcript of Visienota provinciale sportcentra - Golf Puyenbroeck · 2015-01-14 · de nota deputatie...