Geschiedeniswerkplaats – 1HV – 1.4Paragraaf 1.4: ‘Leven van de landbouw’

Begrippen

Akkerbouw: het verbouwen van gewassenContinuïteit: als iets niet of nauwelijks verandertEconomie: de productie van en de handel in voedsel, goederen en dienstenHiernamaals: leven na de doodHunebed: prehistorisch grafmonumentLandbouw: akkerbouw en veeteeltLandbouwrevolutie: ontstaan van de landbouwLandbouwsamenleving: samenleving waarin mensen van landbouw leven in zelfvoorzienende dorpenMagie: toverijMonument: gedenkteken of overblijfsel van vroegerNatuurgodsdienst: godsdienst waarbij natuurverschijnselen aanbeden wordenRevolutie: ingrijpende veranderingRitueel: plechtige handelingVeeteelt: fokken en houden van tamme dieren voor de landbouw

Samenvatting

Jaartallen10.000 v.C.: Ontstaan landbouw Midden – Oosten5000 v.C.: Ontstaan landbouw Nederland, Zuid – Limburg3000 v.C.: Heel Nederland was een landbouwsamenleving.

SamenvattingRond 10.000 v. C. ontstond de landbouw in het Midden – Oosten. Voortaan gingen de mensen zelf hun voedsel verbouwen. ontstaan landbouwrevolutie

De jagers en verzamelaars leefden een onzeker bestaan. Het was nooit zeker of zij konden voorzien in de behoefte aan voedsel. Zij wisten niet of de jacht die dag lukte, of dat zij genoeg voedsel in de natuur zouden vinden.

In het Midden – Oosten ontstond rond 10.000 v.C. de landbouw. Ze kwamen erachter dat zij zelf voedsel konden verbouwen. ontstaan landbouwrevolutie.Omdat het zo’n grote verandering was revolutieVeeteelt en akkerbouw leven in een landbouwsamenleving Dit zorgde voor continuïteit. Zaaien / oogsten werd op dezelfde tijden gedaan.

De mensen hoefden niet meer rond te trekken, zij hadden een vaste woonplaats. Er ontstonden kleine dorpjes. De mensen woonden niet meer in eenvoudige hutjes, maar bouwden stevige huizen.Dit alles ging niet van de een op de andere dag, hier ging tijd overheen. De eerste boeren gingen in het begin ook nog op pad om te jagen en voedsel te verzamelen.

Veranderingen op een rijtje:

www.maaikezijm.com

- Vaste woonplaats- Zelf verbouwen van voedsel

In de landbouwsamenleving werden de sociale verschillen tussen de mensen groter. De jagers en verzamelaars hadden weinig bezittingen gehad. Logisch, want het was ook niet handig om tijdens het verhuizen steeds alles weer mee te nemen.

Boeren hadden veel meer bezittingen, zoals vee, werktuigen en meubels. de verschillen tussen arm en rijk werden vanaf nu groter. Door verbeteringen van landbouwtechnieken werden de oogsten steeds groter.

In de periode 3500 – 2700 voor Christus zijn de hunebedden gebouwd. Bijna alle hunebedden in Nederland zijn te vinden in de provincie Drenthe, vooral in de buurt van Borger en Emmen. Het zijn grafheuvels van grote gestapelde stenen.

De hunebedbouwers geloofden in een hiernamaals, een leven na de dood. Zij gaven de mensen die overleden waren bezittingen mee die zij in het ‘volgende leven’ konden gebruiken. Zij geloofden dat natuurverschijnselen het werk waren van een god, of verschillende goden. Dat noemen we een natuurgodsdienst. dit ontstond doordat mensen dingen meemaakte die zij niet konden verklaren

Een boze god zorgde voor narigheid, ziekte of een mislukte oogst. Het was belangrijk om de goden gunstig te stemmen, zodat je de god weer blij kon maken.

De mensen die in deze tijd in Drenthe leefden noemen we ‘trechterbekervolk’.

Bij opgravingen hebben de archeologen heel veel bekers in de vorm van een trechter gevonden. Deze vondsten zijn één van de oudste overblijfselen die we gevonden hebben van de mensen die toen in Nederland leefden

www.maaikezijm.com