Drie voorbeelden van feedback:

1. Beste, bijgaand mijn beoordeling van je product en verantwoording.

Kwaliteit: 6,5Betrouwbaarheid: 6Innovativiteit: 7taalgebruik:6

Wat Kwaliteit betreft is de basis goed. Soms wordt wat te makkelijk over punten heengestapt. Op een ander moment wordt dat tegengesproken. Bijvoorbeeld over de zelfwerkzaamheid van de mbo-student.Betrouwbaarheid: ik mis veel bronnen, vooral in het begin van het stuk. Hierdoor is het moeilijk te achterhalen wat aanname is of onderbouwing.Wat innovativiteit betreft, denk ik dat er nieuwe stappen worden genomen die goed onderbouwd worden en waar draagvlak voor gezocht is. Het is een nieuwe manier van werken waar nadrukkelijk ook de digitale middelen worden gezocht als VAL.Wat taalgebruik betreft vind ik de volgorde niet altijd logisch. Sommige punten zou ik in de bijlage zetten om de verantwoording van het model niet te onderbreken of aan het eind van de verantwoording zetten. De analyse hoort volgens mij thuis in de verantwoording. Er worden ook weinig witregels gebruikt, waardoor het niet altijd makkelijk leest.Tot slot: de uitwerking van het ontwerp zelf is uitgebreid en volledig.

2. Dit document geeft een heldere beschrijving van de verschillende onderdelen van het spinnenweb van van den Akker (2003) binnen het huidige PW curriculum.

Het document heeft een goede opbouw. Je geeft heldere omschrijvingen en voorbeelden. Ik blijf wel met een aantal vragen zitten:

Dit sluit ook aan bij het Convenant Kinderopvang, waarin ROCs en veel organisaties voor kinderopvang in de regio Rotterdam voor een zelfde aanpak hebben gekozen.

welke aanpak is dit?

Opvallend hieraan is dat er toch ook gekozen is voor een vakkencurriculum.

waarom is dit opvallend?

Je beschrijft periode doelen. Dit lijken procedure doelen, niet leerdoelen. Welke leerdoelen zijn er voor PW voor de leerlingen opgesteld?

Je bespreekt dat jouw leerlingen leervragen moeten inleveren. Kunnen zij dit? Hoe pak je dit aan?

De leeractiviteiten worden vooral ingericht op initiatief van de docent, hoe verhoudt zich dit tot de zelfsturing en de coachende rol van de docent?

De ervaring is dat vrijwel alle studenten toch wel behoefte hebben aan instructie. Is dit erg? Hoe verhoudt dit zich tot de zelfsturing van de studenten? Is hun keuze wellicht de easy way out?

Waardering:

Kwaliteit: 7,5 Het product is helder geformuleerd, mij onbekende termen worden verhelderd.

Betrouwbaarheid: 6,0 Met name doordat de keuze van zelfsturing niet echt verankerd lijkt te zitten in de manier van aanbieden van de stof.

Innovativiteit: 6,0 Met name door het vorige punt lijkt het karakter van de inrichting niet echt innovatief. Die keuze is bij een analyse van een bestaande curriculum natuurlijk lastig. Ik ben dan ook benieuwd naar eventuele innovatieve keuzes die gemaakt worden in het ontwerp.

Taalgebruik: 8,0 deze is goed en helder

3. Voor het vervolg wil ik je alvast onderstaande onderzoeken aanraden (wellicht dat je ze nog niet hebt).Teurlings, C & Uerz, D. Professionalisering van rocdocenten: zoeken naar verbinding. Te vinden via:http://www.kortlopendonderzoek.nl/organisatie_pdf/PO74_Professionalisering%20van%20roc-docenten.pdfVooral geschikt om de rol van de docent bij de invoer van het CGO te bespreken.

Meijden, A., van der; Westerhuis, A.; Huisman, J.;Neuvel, J. & Groenenberg, R. Beroepsonderwijs in verandering: op weg naar competentiegericht onderwijs.De vierde meting van de CGO Monitor.Te vinden via:http://www.ecbo.nl/ECBO/downloads/publicaties/A00522.pdf

Vries, G.J. de. Onderzoek naar de invoering van competentiegerichte kwalificatiedossiers in het mbo.Deelonderzoek A: het beleidsproces.Te vinden via:https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31524-2-b1.pdf