Vgt neuro 2008

VGT voorjaar 2008Neurovragen

Ferry Lalezari

Vraag 1

• De eerst aftakkende arterie van de a. basilaris is de a. cerebelli anterior inferior (aica).

• Juist Onjuist Weet niet

Vraag 2

• Klinisch bestaat bij een patiënt twijfel tussen een subarachnoïdale bloeding en een meningitis. Op de FLAIR-opnamen is het onderscheid gemakkelijk te maken.


Uitleg

• Verdenking SAB:– Blanco CT-hersenen

• Verdenking meningitis:– MRI met contrast

• Blanco MRI bij verdenking meningitis vaak zonder afwijkingen

• Na Gado (soms) leptomeningeale aankleuring

Vraag 2

• Klinisch bestaat bij een patiënt twijfel tussen een subarachnoïdale bloeding en een meningitis. Op de FLAIR-opnamen is het onderscheid gemakkelijk te maken.


Vraag 3

• Bij een kind wordt een ruimte-innemend proces gevonden in de fossa posterior ten plaatse van de 4e ventrikel met uitbreiding via de foramina van Luschka en Magendie.

• Een ependymoom is waarschijnlijker dan een medulloblastoom.


Uitleg

• Meest voorkomend kindertumoren:– Cerebraal:

• Astrocytoom• Oligodendroglioom

– Cerebellair:• Astrocytoom• Medulloblastoom

– 4e ventrikel:• Ependymoom• Papilloom

Uitleg

• Typisch voor ependymoomgroei:– Ingroei in 4e ventrikel– Uitpuilen door Luschka in brughoek en

cisterna magna

• Deze onderscheiden het morfologisch van medulloblastoom

Vraag 3

• Bij een kind wordt een ruimte-innemend proces gevonden in de fossa posterior ten plaatse van de 4e ventrikel met uitbreiding via de foramina van Luschka en Magendie.

• Een ependymoom is waarschijnlijker dan een medulloblastoom.


Vraag 4

• De meeste oligodendrogliomen gaan gepaard met veel omgevend oedeem


Uitleg

• Langzaam groeiend glioom• 30-50 jaar• Vaak gemixt (oligodendroglioom/

astrocytoom = mengglioom)• Frontaalkwab voorkeurslocalisatie• Cysten veel voorkomend• 80% heeft calcificaties• Bloeding/necrose weinig voorkomend

Uitleg

• Mate van oedeem samenhangend met mate van hooggradigheid

• Oligodendroglioom laaggradig, dus vaak weinig/geen omgevend oedeem

Vraag 4

• De meeste oligodendrogliomen gaan gepaard met veel omgevend oedeem


Vraag 5

• Veneuze angiomen (developmental venous anomaly) bloeden vaker dan arterioveneuze malformaties


Uitleg

• Veneus angioom heet nu Developmental Venous Anomaly

• DVA door sommige bronnen beschouwd als normaalvariant

• Veel voorkomende toevalsbevinding (5-10%)

• Schijnt bloedingen te kunnen geven indien zeer groot

• Geassocieerd met cavernomen

Uitleg

• Bloedingsrisico AVM = 5% per jaar• Bloedingsrisico DVA = <0,1 % (alleen bij

zeer grote DVA’s)

Vraag 5

• Veneuze angiomen (developmental venous anomaly) bloeden vaker dan arterioveneuze malformaties


Vraag 6

• Een contusiehaard is op de CT-scan direct na het ongeval meestal prominenter zichtbaar dan na enkele dagen


Uitleg

• Contusiehaarden ontstaan in de acute/subacute fase

• Kunnen sterk toenemen in omvang• Uren-dagen

Vraag 6

• Een contusiehaard is op de CT-scan direct na het ongeval meestal prominenter zichtbaar dan na enkele dagen


Vraag 7

• Bij dementie van het type Alzheimer is de atrofie van het brein het meest uitgesproken in de frontaalkwabben


Uitleg

• Grijze stof ziekte, verlies van cortex• M.n. mediaal in temporaal kwab en

hippocampus (denk aan cIR-sequentie bij dementie-protocol)

• Frontaalkwab-dementie (vrij zeldzame) vorm van dementie met atrofie t.h.v. frontaalkwabben

Vraag 7

• Bij dementie van het type Alzheimer is de atrofie van het brein het meest uitgesproken in de frontaalkwabben


Vraag 8

• Tumoruitbreiding in het corpus callosum pleit tegen een glioblastoma multiforme


Uitleg

• GBM = meest hooggradige hersentumor• Invasief groeiend en oedeemgevend• 52% van primaire hersentumoren• Klassiek is infiltratie in corpus callosum• Geeft bilateraal glioom: ‘butterfly glioma’

Vraag 8

• Tumoruitbreiding in het corpus callosum pleit tegen een glioblastoma multiforme


Vraag 9

• Bij de overgrote meerderheid van patiënten met Morbus Binswanger zijn lacunaire infarcten zichtbaar


Uitleg

• M. Binswanger = subcorticale leukencefalopathie

• Zeldzame vorm van multi-infarct dementie• Multi-infarcten leiden dus tot lacunes op

CT- of MRI-hersenen

Vraag 9

• Bij de overgrote meerderheid van patiënten met Morbus Binswanger zijn lacunaire infarcten zichtbaar


Vraag 10

• De achtste cervicale wortel loopt door het neurale foramen C7-Th1


WORTEL C1

WORTEL C2

WORTEL C3

WORTEL C4

WORTEL C5

WORTEL C6

WORTEL C7

WORTEL C8

Vraag 10

• De achtste cervicale wortel loopt door het neurale foramen C7-Th1


Vraag 11

• De wand van een porencephale cyste bestaat uit grijze stof


Uitleg

• Porencephale cyste = cysteuze ruimte in hersenparenchym, communicerend met nabij gelegen, verwijde, ventrikel

• Ontstaat vaak tgv bloeding perinataal of direct postnataal

• Dus niet grijze stof (= corticaal gelegen) maar witte stof

• Binnenwand ventrikels (ependym) breidt zich niet uit buiten ventrikels

Vraag 11

• De wand van een porencephale cyste bestaat uit grijze stof


Vraag 12

• Een dermoïd komt vaker voor in de middenlijn dan het epidermoïd


Uitleg

• Epidermoid en dermoid = congenitale tumoren, komend uit ectodermale elementen in de neurale buis, voordat deze sluit

• Epidermoid:dermoid = 5-10:1

Uitleg

EPIDERMOID• Plaveiselcelepitheel,

keratine en cholesterol

• Buiten middenlijn• 40 jaar• Calcificeert niet

DERMOID• Idem, vaak met haar

en zweetklieren

• Middenlijn• “Young adults”• Calcificeert vaak

Vraag 12

• Een dermoïd komt vaker voor in de middenlijn dan het epidermoïd


Vraag 13

• Bij een volwassene met een intramedullaire spinale tumor worden bloedresten gezien.

• Dit pleit meer voor een ependymoom dan voor een astrocytoom


Uitleg

• Voorkomen intramedullaire spinale tumoren bij volwassenen:– Ependymoom– Astrocytoom (bij kinderen juist op 1)

• Ependymomen bloeden makkelijk• Astrocytomen bloeden niet makkelijk

Vraag 13

• Bij een volwassene met een intramedullaire spinale tumor worden bloedresten gezien.

• Dit pleit meer voor een ependymoom dan voor een astrocytoom


Vgt neuro 2008

Documents

Transcript of Vgt neuro 2008