Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met...

15
10-5-2017 Interculturele Mirthe Tekelenburg 15045587, VD2C

Transcript of Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met...

Page 1: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

10-5-2017

Interculturele hulpverlening

Mirthe Tekelenburg15045587, VD2C

Page 2: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

InhoudsopgaveVerschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 Nederland & de voedingsaanbevelingen voor België 2016..............................................................2

Inleiding..............................................................................................................2Methode..............................................................................................................2Resultaten...........................................................................................................2

De Gezondheidsraad (Nederland) & De Hoge Gezondheidsraad (België)........2Globale verschillen tussen de richtlijnen..........................................................2Vergelijking van de inleiding en de methode...................................................3Vergelijking van de specifieke voedingsaanbevelingen...................................3

Conclusie.............................................................................................................6Discussie.............................................................................................................6Aanbevelingen....................................................................................................6

Verwijzingen...........................................................................................................6Reflectieverslag onderzoek....................................................................................7Reflectieverslag Brusselweek.................................................................................9

1

Page 3: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 Nederland & de voedingsaanbevelingen voor België 2016

InleidingAls diëtist is het belangrijk om kennis te hebben over verschillende culturen en te weten welke culturele verschillen merkbaar zijn wat betreft voeding. België en Nederland liggen naast elkaar, maar toch zijn er culturele verschillen merkbaar. Deze verschillen zijn opgemerkt tijdens een uitwisselingsweek met studenten uit Brussel (maart 2017). Tijdens deze week is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van beide landen. Er waren geen grote verschillen merkbaar, echter wel kleine puntjes van verschil werden ontdekt. Dit bracht nieuwsgierigheid in hoeverre de voedingsrichtlijnen van beide landen verschillen en daarom is dit onderzoek opgezet. In dit onderzoek worden de richtlijnen Goede Voeding 2015 uit Nederland vergeleken met de voedingsaanbevelingen voor België uit 2016. De onderzoeksvraag luidt als volgt: ‘In hoeverre verschillen de voedingsaanbevelingen voor België met de richtlijnen Goede Voeding uit Nederland?’

MethodeTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van België en is ontdekt welke voedingsaanbevelingen zij gebruiken, namelijk het document ‘voedingsaanbevelingen voor België’ uit 2016. Dit document en het bestand ‘Richtlijnen Goede Voeding’ van Nederland uit 2015 zijn opgezocht via google en naast elkaar gelegd. Allereerst is onderzocht wie de auteurs zijn van deze documenten en hoe deze documenten zijn opgesteld. Vervolgens zijn beide bestanden globaal bekeken door de aandacht te richten op het uiterlijk en de inhoudsopgave. Tot slot zijn de richtlijnen stukje voor stukje doorgelezen en vergeleken met elkaar. De resultaten zijn hieronder uitgewerkt. Op basis van de resultaten is er een conclusie geformuleerd.

ResultatenDe Gezondheidsraad (Nederland) & De Hoge Gezondheidsraad (België)In Nederland is er de gezondheidsraad, sinds 1901, die voedingsadviezen en voedingsrichtlijnen opstelt. In België is er de Hoge Gezondheidsraad, sinds 1849, die deze taken vervult. Beiden geven wetenschappelijke adviezen ten aanzien van volksgezondheid en gezondheidszorg aan het parlement. Dit kan gevraagd advies zijn, maar ook ongevraagd op basis van gesignaleerde problemen. Beide organisaties hebben hiervoor experts in dienst, deze experts vormen commissies die aan de slag gaan met bepaalde vraagstukken. De bestuurlijke raad neemt vervolgens besluiten over de gemaakte adviezen met ondersteuning van het wetenschappelijke en administratieve secretariaat. Om het advieswerk een bredere basis te geven zijn de Gezondheidsraad en de Hoge Gezondheidsraad ook op internationaal niveau actief, zo hebben zij aansluiting bij de internationale organisaties als de EFSA, WHO en FAO. De gezondheidsraad heeft in 1986 en 2006 Richtlijnen Goede Voeding gepubliceerd en in 2015 de hernieuwde versie. De Hoge Gezondheidsraad heeft in 2009 eerdere voedingsaanbevelingen gepubliceerd en in 2016 is hiervan de hernieuwde versie verschenen. (Federale overheidsdienst volksgezondheid, 2016) (Gezondheidsraad, 2015)

2

Page 4: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

Globale verschillen tussen de richtlijnenVoordat de specifieke aanbevelingen met elkaar zijn vergeleken is er eerst globaal gekeken naar beide documenten. Hierbij vielen enkele dingen op: zo staat er in de Richtlijnen Goede Voeding uitgebreider verteld over de werkwijze waardoor deze richtlijnen tot stand zijn gekomen. Daarnaast zijn de Richtlijnen Goede Voeding meer gericht op voedingsmiddelen in plaats van de voedingsstoffen en bevatten zij iets over voedingspatronen. De Voedingsaanbevelingen voor België bevatten daarentegen specifieke aanbevelingen voor alle micronutriënten, welke in de Richtlijnen Goede Voeding niet vermeld staan. Daarnaast bevat de voedingsaanbevelingen voor België ook een begrippenlijst als toelichting op de gegeven adviezen.

Vergelijking van de inleiding en de methodeIn de voedingsaanbevelingen voor België wordt uitgelegd wat de ADH, AI, UL en NOAEL zijn als toelichting op de adviezen. Daarnaast staat er ook geschreven over voedingssupplementen. In zowel de inleiding van de voedingsaanbevelingen voor België als de Richtlijnen Goede Voeding staat vermeld wat de veranderingen zijn vergeleken met de vorige richtlijn. Zo zijn de voedingsaanbevelingen voor België meer gericht op vitamines en spoorelementen. De nieuwe Richtlijnen Goede Voeding zijn meer gericht op voedingsmiddelen in plaats van voedingsstoffen vergeleken met de Richtlijnen Goede Voeding 2006. In de inleiding van de Richtlijnen Goede Voeding staat ook een leeswijzer over dit document wat het lezen kan vergemakkelijken.

Beide documenten bevatten een hoofdstuk over de werkwijze. In het document Richtlijnen Goede Voeding is dit hoofdstuk uitgebreider dan in het document Voedingsaanbevelingen voor België. Zo is in de Richtlijnen Goede Voeding beschreven naar welke chronische ziekten en causale risicofactoren vooral onderzoek is gedaan, welke typen onderzoek zijn gebruikt, hoe het literatuuronderzoek is uitgevoerd en hoe het proces van conclusies naar richtlijnen is verlopen. In de voedingsaanbevelingen voor België is dit veel beknopter weergegeven.

Vergelijking van de specifieke voedingsaanbevelingenEnergieWat opvalt is dat er in de Richtlijnen Goede Voeding niks vermeld staat over de energiebehoefte. In de voedingsaanbevelingen voor België staat uitleg over energiebehoefte, energieverbruik, BMI en lichaamssamenstelling. Daarnaast wordt er geschreven over de huidige situatie in België wat betreft BMI en lichaamssamenstelling, namelijk een toename van verhoogd BMI en verhoogde middelomtrek. Ook wordt er aandacht besteed aan de verschillende doelgroepen zoals kinderen, zwangere vrouwen, vrouwen die borstvoeding geven en ouderen (65+). Het hoofdstuk eindigt met praktische aanbevelingen wat betreft energie-inname, energiebalans en lichamelijke activiteit. Groente en fruitZoals hierboven al is vermeld zijn de voedingsaanbevelingen voor België meer gericht op voedingsstoffen in plaats van voedingsmiddelen. Dit is bijvoorbeeld merkbaar in het feit dat er in de Richtlijnen Goede Voeding een hoofdstuk is geweid aan de aanbevelingen voor groente en fruit. Dit is in de voedingsaanbevelingen voor België niet gedaan, echter staat er wel vaak iets in over groente en fruit omdat dit een goede bron van voedingsstoffen is. In het

3

Page 5: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

hoofdstuk koolhydraten en voedingsvezels uit de voedingsaanbevelingen voor België wordt een advies gegeven voor groente en fruit, namelijk 200 gram groente en 200 g fruit per dag. In de Richtlijnen Goede Voeding wordt toegelicht wat de positieve effecten van groente en fruit zijn en dat daarom de aanbeveling is verhoogd van 150 gram groente en 200 gram fruit naar 200 gram groente en 200 gram fruit ten opzicht van de Richtlijnen in 2006. EiwitDe focus bij de Richtlijnen Goede Voeding ligt op eiwitrijke producten terwijl de focus bij België ligt op eiwitten in het algemeen. De Richtlijnen Goede voeding geven specifieke adviezen voor vlees, zuivel, peulvruchten en noten:

o Beperk de consumptie van rood en bewerkt vleeso Neem enkele porties zuivel per dag, waaronder melk of yoghurto Eet wekelijks peulvruchteno Eet ten minste 15 g ongezouten noten per dag

Bij deze aanbevelingen staat beschreven wat de gunstige effecten zijn van deze voedingsmiddelen. De voedingsaanbevelingen België leggen meer uit over de opbouw en functie van eiwitten. Daarnaast vermelden zij de totale eiwitbehoefte van volwassenen, namelijk 0,8 gram per kilogram lichaamsgewicht per dag. Ook lichten ze toe wat de specifieke behoefte is voor sporters, zuigelingen, kinderen en adolescenten. Tot slot vermelden ze nog welke producten eiwitrijk zijn.

Koolhydraten en vezelsOok hier is weer het verschil in focus zichtbaar. De Richtlijnen Goede voeding vertellen kort iets over graanproducten, voedingsvezels en de glycemische index. Ze geven als richtlijnen:

o Vervang geraffineerde graanproducten door volkorenproducten. o Eet dagelijks ten minste 90 gram bruin brood, volkorenbrood of andere

volkorenproducten. Bij deze aanbevelingen worden de gezondheidseffecten toegelicht. De voedingsaanbevelingen België vertellen uitgebreider over koolhydraten, vezels en de Glycemische Index. Zij geven als richtlijn:

o De totale inname van koolhydraten moet 50 tot 55% van de totale energiebehoefte dekken

o De inname van koolhydraten moet voor het grootste deel bestaan uit voedingsmiddelen die rijk zijn aan voedingsvezels en micronutriënten (zoals volle graangewassen (bv. bruin brood), aardappelen, peulvruchten, groenten en fruit).

o De inname van toegevoegde suikers mag maximaal 10 energieprocent bedragen

In de voedingsaanbevelingen voor België wordt vermeld welke producten rijk zijn aan koolhydraten en worden er tot slot nog enkele praktische adviezen gegeven, zoals: voorkeur naar volle graanproducten, aardappelen, groente, fruit en peulvruchten. Hierbij wordt ook 200 gram groente en 200 gram fruit aanbevolen, zoals in de Richtlijnen Goede Voeding in een apart hoofdstuk geadviseerd wordt.

VettenBeide richtlijnen bevatten een toelichting over de verschillende vetzuren. De voedingsaanbevelingen voor België gaan in op de scheikundige effecten van vetzuren. In beide richtlijnen worden de gezondheidseffecten van de verschillende vetzuren benoemd. Het advies van de Richtlijnen Goede Voeding:

4

Page 6: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

o Vervang boter, hard margarine en bak- en braadvetten door zachte margarines, vloeibaar bak- en braadvet en plantaardige oliën.

Het advies van de voedingsaanbevelingen voor België: o >20 en% en <30-35 en% vet.

Daarnaast bevatten de voedingsaanbevelingen voor België adviezen voor de hoeveelheden van de specifieke vetzuren, zoals EPA, DHA en omega-3. Ook bevat het adviezen die gespecificeerd zijn voor verschillende leeftijdscategorieën, zoals zuigelingen, kinderen en adolescenten. Opmerkelijk bij de voedingsaanbevelingen voor België is dat zij gebruik maken van de voedselconsumptiepeiling om aan te geven welk percentage van de bevolking al eet volgens deze richtlijn. Tot slot staan er in de voedingsaanbevelingen voor België nog wat praktische adviezen zoals: vervang harde vetten voor zachte vetten/oliën en eet minimaal 1 keer per week vette vis.

AlcoholBeide richtlijnen vertellen over de risico’s van alcoholgebruik, namelijk: verhoogd risico op een beroerte, coronaire hartziekten en kanker. Beide richtlijnen vertellen ook over het huidige alcoholgebruik in hun land, welke niet in lijn is met de richtlijnen. Opvallend is dat de Hoge Gezondheidsraad een richtlijn geeft die in Nederland inmiddels is herzien. In de voedingsaanbevelingen voor België staat namelijk als richtlijn:

o volwassenen moeten hun alcoholinname beperken tot <4% van hun energiebehoefte (dit is ongeveer 10-15 gram, wat staat voor 1 consumptie voor vrouwen en 2 consumpties voor mannen).

In de Richtlijnen Goede Voeding voor 2006 stond ook deze richtlijn. In de Richtlijnen Goede Voeding 2015 staat:

o Drink geen alcohol of in ieder geval niet meer dan 1 glas per dag (zowel voor mannen als vrouwen).

Deze richtlijn is opgesteld vanwege het feit dat de gunstige effecten van matig alcoholgebruik niet opwegen tegen de ongunstige effecten.

DrankenDe voedingsaanbevelingen voor België bevatten geen praktische richtlijnen voor het gebruik van thee, koffie en suikerhoudende dranken. In de Richtlijnen Goede Voeding van Nederland zijn hiervoor wel praktische adviezen te vinden, namelijk:

o 3-4 koppen groene thee of zwarte thee per dag verlagen het risico op een beroerte

o Vervang ongefilterde koffie voor gefilterde koffieo Drink zo min mogelijk suikerhoudende dranken

Bij deze richtlijnen staat ook een toelichting waarom dit advies gegeven is en wat de ongunstige of gunstige effecten zijn.

Vitamines, mineralen en spoorelementenIn de voedingsaanbevelingen voor België staat voor alle vitamines, mineralen en spoorelementen de ADH vermeld. Daarnaast wordt er voor alle vitamines, mineralen en spoorelementen toegelicht wat de effecten zijn, de maximaal toelaatbare inname en in welke bronnen dit te vinden is. In de Richtlijnen Goede Voeding van Nederland is vrijwel niks te vinden over vitamines, mineralen en spoorelementen.

5

Page 7: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

Natrium en zoutBeide richtlijnen geven aan dat een vermindering van de natriuminname een gunstig effect heeft op de bloeddruk en het risico op hart- en vaatziekten verlaagt. Opvallend is dat de voedingsaanbevelingen voor België het advies stelt op 5 gram zout per dag en dat het advies in de Richtlijnen Goede Voeding max. 6 gram zout per dag is. In de Voedingsaanbevelingen voor België staat dat het advies van 5 gram zout per dag een gangbaar advies is en dat dit ondere andere ook vermeld staat in de richtlijnen van de WHO. Ook vermelden zij dat Scandinavië en Nederland minder streng omgaan met de zoutinname. In de Richtlijnen Goede Voeding van Nederland staat wel vermeld dat hoe minder de zoutinname is, hoe beter het is voor de gezondheid. In de Voedingsaanbevelingen voor België staan nog wat praktische tips om de zoutinname te beperken.

ConclusieGeconcludeerd kan worden dat er in deze richtlijnen geen grote verschillen zijn te zien. Opvallend is dat de het bestand ‘Voedingsaanbevelingen voor België’ veel uitgebreider is dan ‘de Richtlijnen Goede Voeding’. Dit kan aan de ene kant als prettig worden ervaren omdat er veel meer informatie in staat, aan de andere kant kan deze vele informatie er voor zorgen dat het document als onoverzichtelijk wordt ervaren.

Een algemeen verschil tussen beide documenten is dat de voedingsaanbevelingen voor België meer gericht zijn op algemene adviezen. Zo geeft dit document aan welk percentage energie gewenst is per voedingsstof en wordt er uitleg gegeven over de functie van de voedingsstoffen. Vaak zijn er aan het einde van het hoofdstuk wel wat praktische adviezen toegevoegd. In de Richtlijnen Goede Voeding worden vrijwel alleen praktische adviezen gegeven en missen de algemene richtlijnen over de energiepercentages van voedingsstoffen. Ook bevatten de Richtlijnen Goede Voeding een beknoptere toelichting over de voedingsstoffen en de opgestelde richtlijn. Een opmerkelijk verschil is dat er in de Richtlijnen Goede Voeding niks wordt vermeld over de energiebehoefte.

Er zijn ook enkele kleine verschillen te zien tussen specifieke aanbevelingen. Zo is het advies wat betreft alcohol niet gelijk. In de voedingsaanbevelingen voor België is de richtlijn voor vrouwen een glas en voor mannen twee glazen per dag. In de richtlijnen Goede Voeding voor Nederland is deze richtlijn in 2015 aangescherpt naar: ‘drink geen alcohol of in ieder geval niet meer dan een glas per dag.’Ook het advies wat betreft natrium is niet gelijk. België zet de richtlijn op maximaal 5 gram zout per dag. De richtlijn voor Nederland is daarentegen iets minder scherp; maximaal 6 gram zout per dag. Deze mildere richtlijn komt volgens de voedingsaanbevelingen voor België maar weinig voor. De richtlijn van 5 gram zou per dag wordt volgens hen ook aangehouden door de WHO en andere internationale organisaties.

Discussie Dit onderzoek is niet geheel onafhankelijk aangezien het uitgevoerd is door een Nederlandse student. Mogelijk heeft haar achtergrond invloed op de resultaten

6

Page 8: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

en de conclusie. Voor een hogere betrouwbaarheid zou dit onderzoek uitgevoerd moeten worden door meerdere onderzoekers met verschillende achtergronden.

AanbevelingenDe verschillen tussen de richtlijnen maken nieuwsgierig naar de verklaring waarom deze verschillen er zijn. Dit zou een mogelijk nieuw onderzoek kunnen zijn. Hierbij zou ook onderzocht kunnen worden welke richtlijnen er in andere landen zijn en waarom zij die keuze hebben gemaakt.

VerwijzingenFederale overheidsdienst volksgezondheid, v. v. (2016). Informatie over de Hoge

Gezondheidsraad. Opgehaald van website van health.belgium.be: http://www.health.belgium.be/nl/hoge-gezondheidsraad

Gezondheidsraad, D. (2015). website van de Gezondheidsraad. Opgehaald van https://www.gezondheidsraad.nl/nl

Reflectieverslag onderzoek

Naast de activiteiten van de Brusselweek heb ik een onderzoek uitgevoerd naar de verschillen tussen de voedingsrichtlijnen van België en Nederland. Dit heb ik gedaan omdat ik graag een derde studiepunt wilde verdienen, maar ook omdat ik het interessant vond om te weten of er hierin verschillen zichtbaar zijn.

KwaliteitenMijn kwaliteiten plannen, nauwkeurig zijn en gestructureerd werken zijn handig bij het werken aan een onderzoek. Dit is onder andere zichtbaar in het feit dat ik een goede planning kan maken zodat het verslag op tijd klaar is. Daarnaast is dit zichtbaar in het feit dat ik meerdere keren alles check om te voorkomen dat ik dingen over het hoofd zie. Mijn nauwkeurigheid kan echter ook enigszins doorslaan in perfectionisme. Dit uit zich dan in het feit dat ik uren werk heb aan een opdracht omdat het voor mijn gevoel nog niet goed genoeg is. Het is leerzaam om op zoek te gaan naar een goede balans. Ontwikkeling in creativiteit en nieuwsgierigheid zou het werken aan een onderzoek leuker kunnen maken. Voor mij is het nu iets wat ik nu eenmaal moet doen en ik word niet heel enthousiast van alleen maar lezen. Creativiteit zou leuk kunnen zijn vanwege het feit dat er dan mogelijk meer inspiratie is om het onderzoek op een andere, creatieve, manier vorm te geven. Nieuwsgierigheid zou motiverend kunnen werken vanwege het feit dat je telkens weer verder wilt

7

Page 9: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

met je onderzoek om meer te ontdekken. Ik vind het wel lastig om te bedenken hoe je deze kwaliteiten kunt ontwikkelen, zeker creativiteit.

UitdagingDit onderzoek was een uitdaging omdat het een opdracht is die ik zelf heb opgezet. Ik hou er altijd erg van als ik een opdracht krijg die volkomen duidelijk is, zodat ik precies weet wat ik moet doen. Nu had ik de taak om zo’n opdracht aan mijzelf te geven. Ik vond het aan het begin erg lastig om een opdracht te bedenken. Ik ben op dit idee gekomen toen ik hoorde dat er wel degelijk verschillen zijn tussen België en Nederland, en dus mogelijk ook in de voedingsrichtlijnen. Toen eenmaal de opdracht duidelijk was kon ik gemakkelijk een opzet en planning maken.

Competentie-ontwikkelingDoor middel van dit onderzoek heb ik gewerkt aan de competenties vakinhoudelijk handelen en kennis en wetenschap. Hierbij zijn specifiek de punten: kennis van actuele richtlijnen, kennis van de principes van evidence based practice, kennis van methoden van onderzoek en statistiek, kan participeren in onderzoek, kan onderzoeksresultaten beoordelen en kan bijdragen aan het formuleren van onderzoeksvragen aan bod gekomen. Kennis van actuele richtlijnen is ontwikkeld doordat ik de Richtlijnen Goede Voeding goed heb doorgenomen. De andere punten zijn vooral competenties die belangrijk zijn bij het uitvoeren van een onderzoek en waar mee geoefend wordt op het moment dat je werkt aan een onderzoek. Deze punten zijn ook al regelmatig aan bod gekomen tijdens integrale opdrachten in jaar 1 en 2.

NetwerkDit onderzoek heeft niet bijgedragen aan mijn netwerk omdat het deskresearch was. EvaluatieIk weet niet zo goed of ik creativiteit en nieuwsgierigheid heb ontwikkeld. Ik had misschien iets concreter een plan moeten maken hoe ik hieraan kon werken. Ik heb wel geoefend met een balans vinden tussen nauwkeurigheid en perfectionisme. Op het moment dat ik bleef hangen en het telkens wilde verbeteren, verbeteren en nog een verbeteren, heb ik mijzelf toegesproken en gezegd dat het ook een keer goed is. Ik vind het ook prettig dat ik ervaring heb met het opstellen van een opdracht voor mezelf en ik denk dat dit iets is wat ik nog wel verder zou willen oefenen, mogelijk draagt dit dan ook bij aan het ontwikkelen van creativiteit.

VervolgstappenDit onderzoek was een goede manier om weer te oefenen met onderzoek doen. In het 3e en 4e jaar speelt onderzoek doen ook een vrij grote rol binnen de opleiding. Deze ervaring draagt bij aan mijn ontwikkeling op het gebied van onderzoek en zal ook zeker bruikbaar zijn voor het vervolg op dit gebied. Ik ben (nog) niet enthousiast geraakt om als onderzoeker het werkveld in te gaan. Misschien komt dit nog en zo niet dan zijn er nog genoeg andere richtingen binnen het werkveld.

8

Page 10: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

Reflectieverslag Brusselweek Van 27 maart t/m 31 maart 2017 heb ik deelgenomen aan een uitwisselingsweek met studenten uit Brussel. Maandagochtend 27 maart kwamen ongeveer 20 studenten uit Brussel naar Den Haag. Woensdag 29 maart vertrokken wij als Nederlandse studenten met de studenten uit Brussel naar Brussel. Vrijdag 31 maart gingen wij weer terug naar Nederland. Deze week stond in het teken van interculturele hulpverlening. In groepjes moesten we een casus uitwerken over een patiënt van een andere cultuur. Verder hebben we allerlei activiteiten gedaan en Turks en Marokkaans gekookt om zo kennis te maken met andere culturen.

KwaliteitenMijn kwaliteiten aanpassingsvermogen en bescheidenheid zorgen ervoor dat ik vaak goed in de groep lig. Echter kan het ook voorkomen dat ik te bescheiden ben en mij te veel aanpas aan anderen wat ten koste gaat van mijn eigen ideeën, standpunten en karakter. Deze week was een goede week om te oefenen om hier

9

Page 11: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

een balans in te vinden. Ik vind het lastig om te zeggen of het gelukt is om een balans te vinden, maar ik heb zeker geoefend.

UitdagingIk vond het een uitdaging om een week zo intensief om te gaan met medestudenten. Ik vind zoiets gezellig, maar tegelijk kost het mij vaak ook een hoop energie. Deze week was erg gezellig met de studenten onderling. Ik vind het grappig om te merken dat een reis of activiteit ervoor zorgt dat een groep samenbindt, ondanks dat iedereen een andere achtergrond heeft. Je bent eigenlijk een soort van aan elkaar overgeleverd en maakt er dan het beste van. Tegelijk hebben we natuurlijk wat betreft de opleiding wel dezelfde achtergrond, dit versterkt de binding tussen de Nederlandse studenten, maar zorgde ook voor een binding met de studenten uit Brussel.Deze week voelde voor mij eigenlijk als een stap buiten mijn comfortzone vanwege het feit dat ik in mijn eentje het besluit had genomen om deel te nemen aan deze week. Ik merkte dat veel medestudenten zich hadden aangemeld samen met een vriendin. Ik ben over het algemeen ook wel zo iemand die graag wil dat er in ieder geval iemand bij is op wie je terug kan vallen. Toch heb ik er nu geen moment over getwijfeld, al voelde het dus wel als stap buiten met comfortzone. Een stap buiten je comfortzone verrijkt je wel enorm. Ik vind het lastig om hierin concrete punten te noemen maar ik denk dat het vooral merkbaar is in het leren kennen van jezelf en het ontwikkelen van zelfvertrouwen.

Competentie-ontwikkelingTijdens deze week is er vooral gewerkt aan de competenties die nodig zijn voor interculturele hulpverlening. Het hoorcollege van een diëtist die met verschillende culturen werkt en het bezoek aan een wijkgezondheidscentrum in Brussel gaf ons kennis over interculturele hulpverlening. Daarnaast heb ik productkennis en kennis over gerechten uit de Turkse en Marokkaanse cultuur opgedaan door middel van het bezoek aan de Haagse Markt, de uitwerking van de casus en het koken van recepten uit deze cultuur. Tijdens deze week moest er ook een casus uitgewerkt worden. Hierbij werkten we aan de competentie vakinhoudelijk handelen en dan specifiek het puntje ‘heeft kennis van voedingsgewoonten van mensen uit andere culturen.’ Echter kwamen er in de casus ook andere aspecten aan bod zoals kennis over een ziektebeeld. Interessant was om de verschillen tussen de Nederlandse en Brusselse studenten te ontdekken. Wij in Nederland zijn gewend om een casus uit te werken in het POR-formulier. Dit formulier is bij hen helemaal niet bekend en ze waren onder de indruk van zo’n mooi formulier. Deze interactie tussen de studenten laat zien dat we ook gewerkt hebben aan communicatie en samenwerking met collega’s, in dit geval medestudenten, met een andere achtergrond. Tot slot zijn we door deze uitwisselingsweek ook op de hoogte van culturen en cultuurgebonden opvattingen van gezondheid en cultuurgebonden gezondheidsproblemen. Dit hoort bij de competentie maatschappelijk handelen.

NetwerkDeze uitwisseling heeft zeker bijgedragen aan mijn netwerk, namelijk ik ken nu meer medestudenten. Daarnaast is er een connectie met de docenten en studenten uit Brussel.

EvaluatieIk had mijn aangemeld voor deze week vanwege het feit dat ik geïnteresseerd ben in andere culturen en hier graag meer kennis over wil hebben. Daarnaast

10

Page 12: Verschillen tussen de Richtlijnen Goede Voeding 2015 ...  · Web viewTijdens een uitwisseling met studenten uit Brussel (maart 2017) is er gesproken over de voedingsrichtlijnen van

houd ik wel van uitdagingen om zo aan mijn persoonlijke ontwikkeling te werken. Beide punten zijn aan bod gekomen deze week. Zo heb ik voornamelijk meer kennis ontwikkeld over de Turkse en Marokkaanse cultuur. Ook heb ik gewerkt aan mijn persoonlijke ontwikkeling vanwege het feit dat deze week een stap buiten mijn comfortzone was. Onder andere vanwege deze twee punten was het een geslaagde week.

VervolgstappenOoit wil ik een keer een tijdje vrijwilligerswerk gaan doen in een land in Afrika. Hiervoor is het prettig om kennis te hebben over andere culturen en enigszins vertrouwd te zijn in de omgang met mensen uit andere culturen. Zo’n reis is ook een stap buiten mijn comfortzone zijn, het is prettig om hier al op kleine schaal mee te oefenen. De reden dat ik nog niet op zeer korte termijn voor een tijdje naar Afrika wil, is dat ik mij graag eerst nog wat verder wil ontwikkelen. Deze week heeft daar zeker aan bijgedragen en ook het komende jaar wil ik nieuwe uitdagingen aangaan.

11