Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject...

96
Verbeterp lan Zorgverbeteringsproj ect

Transcript of Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject...

Page 1: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

VerbeterplanZorgverbeteringsproject

Page 2: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Colofon

OpdrachtnemersAnnebel Roelofs Email: [email protected]: 06-38322045

Romée VeldhuisEmail: [email protected]: 06-52290040

OpdrachtgeverDrs. Suzan Vroomen, Stafadviseur  Academisch Medisch Centrum (AMC) Staf Raad van Bestuur, Directoraat Patiëntenzorg | ruimte: E.2-276 Email: [email protected] Telefoonnummer: 020-5662332

InstellingAcademisch medisch centrum (AMC)Meibergdreef 91105 AZ AmsterdamTelefoonnummer centrale hal 020 - 566 9111

AfdelingenNeurologie H6-NoordTelefoonnummer: 020-5664063

Neurochirurgie H6-ZuidTelefoonnummer: 020-5663861Chirurgie G6-ZuidTelefoonnummer: 020-5663159

Chirurgie G6-NoordTelefoonnummer: 020- 5662960

ProjectbegeleiderAnouck Diercks Email: [email protected] Telefoonnummer: 0205663071 / 06-46317694

Examinator1ste examinator Henrike RebelEmail: [email protected]

2de examinator Margriet van Iersel Email: [email protected]

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis1

Studenten: Annebel Roelofs (500614256) Romée Veldhuis (500603452)

Klas: LV14_5HKStudiegidsnummer: G-VERP 4500AFZV12Studieonderdeel: 4000061211Aantal woorden: 9720

1e examinator: Henrike Rebel2e examinator: Margriet van Iersel

Datum: 9 januari 2015

HBO-Verpleegkunde regulier jaar 5, Semester 1, 2014- 2015

Opdrachtgever: Suzan VroomenProjectbegeleidster: Anouck DiercksHogeschool van Amsterdam

Page 3: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Periode3 september 2014 tot en met 9 januari 2015

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis2

Page 4: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Voorwoord Beste lezer,

Voor u ligt het verbeterplan dat onderdeel is van het afstudeerproject “Werken aan Zorgverbetering”. Dit verbeterplan bevat de onderzoeksresultaten en aanbevelingen die door de projectgroep zijn gevonden en ontwikkeld. De projectgroep bestaat uit twee vierdejaars HBO-verpleegkunde studenten van de Hogeschool van Amsterdam. Het verbeterplan is het eindonderzoek van hun studie.

De opdrachtgever heeft gevraagd om een onderzoek uit te voeren dat zich richt op de implementatie van de huidige blauwdruk visite binnen het Academisch medisch centrum (AMC). Gedurende het onderzoek bleek dat de visite op de geïncludeerde afdelingen op een verschillende manier verliep en de verschillende disciplines hierin een andere rol hadden. Om voldoende diepgang in het onderzoek te kunnen aanbrengen heeft de projectgroep besloten om zich voornamelijk op de rol van de verpleegkundigen tijdens de visite te richten.

In dit verbeterplan zal worden gesproken over de visite. Hiermee wordt de artsenvisite binnen het AMC bedoeld. Indien er in dit verbeterplan wordt gesproken over de blauwdruk visite wordt hiermee de opgestelde structuur en de hierbij horende uitgangspunten van de visite, binnen de standaard verpleegafdelingen in het AMC, bedoeld. Zie bijlage 1 voor de uitwerking van de blauwdruk visite.

De projectgroep wil haar opdrachtgever Suzan Vroomen bedanken. Tevens gaat een dankwoord uit naar projectbegeleider Anouck Diercks. Ook willen wij het team van de vier desbetreffende afdelingen bedanken voor het nemen van de tijd en het meewerken aan de interviews en de observaties.

U zult eerst de samenvatting lezen waarna de uitgebreide uitwerking volgt. De projectgroep hoopt dat u het verbeterplan met plezier zult lezen en dat de daaruit voortvloeiende aanbevelingen een zinvolle bijdrage zullen leveren aan de kwaliteit van de zorgverlening.

Annebel Roelofs en Romée VeldhuisJanuari 2015, Amsterdam

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis3

Page 5: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

InhoudsopgaveVoorwoord 1

Inhoudsopgave 2

Samenvatting 4 Aanleiding............................................................................................................................................................................................................... 4 Doel............................................................................................................................................................................................................................ 4 Vraagstelling ......................................................................................................................................................................................................... 4 Resultaten .............................................................................................................................................................................................................. 4 Conclusie ................................................................................................................................................................................................................. 4

1. Inleiding 5 1.1 Aanleiding ...................................................................................................................................................................................................... 51.2 Context ............................................................................................................................................................................................................. 5 1.3 Doelgroep ....................................................................................................................................................................................................... 61.4 Doelstelling .................................................................................................................................................................................................... 7 1.5 Vraagstelling .................................................................................................................................................................................................. 71.6 Perspectieven................................................................................................................................................................................................. 7

1.6.1 Microniveau............................................................................................................................................................................. 71.6.2 Mesoniveau.............................................................................................................................................................................. 81.6.3 Macroniveau............................................................................................................................................................................ 8

1.7 Opbouw verbeterplan................................................................................................................................................................................ 91.8 Begripverduidelijking................................................................................................................................................................................. 9

2. Methoden 10 2.1 Literatuuronderzoek .................................................................................................................................................................................. 10

2.1.1 Het doel van de visite.......................................................................................................................................................... 112.1.2 Huidige blauwdruk visite................................................................................................................................................... 12

2.2 Praktijkonderzoek ..................................................................................................................................................................................... 132.2.1 Observaties .............................................................................................................................................................................. 132.2.2 Interviews ............................................................................................................................................................................... 14

3. Resultaten 15 3.1 Literatuuronderzoek................................................................................................................................................................................... 15

3.1.1 Het doel van de visite........................................................................................................................................................... 153.1.1.1 Inhoud visite..................................................................................................................................................... 153.1.1.2 Soorten visite.................................................................................................................................................... 16

3.1.2 Huidige blauwdruk visite.................................................................................................................................................... 173.2 Praktijkonderzoek....................................................................................................................................................................................... 19

3.2.1 Observaties............................................................................................................................................................................... 193.2.1.1 Observaties papieren visite Neurocentrum........................................................................................ 193.2.1.2 Observaties papieren visite Chirurgie...................................................................................................203.2.1.3 Observaties zaalronde Chirurgie............................................................................................................. 21

3.2.2 Interviews................................................................................................................................................................................. 243.2.2.1 Interviews Neurocentrum.......................................................................................................................... 243.2.2.2 Interviews Chirurgie..................................................................................................................................... 25

4. Analyse resultaten 26

5. Conclusie en aanbevelingen 28 5.1 Conclusie.......................................................................................................................................................................................................... 28 5.2 Aanbevelingen............................................................................................................................................................................................... 28

5.2.1 Microniveau............................................................................................................................................................................. 295.2.2 Mesoniveau.............................................................................................................................................................................. 295.2.3 Macroniveau............................................................................................................................................................................ 29

6. Discussie 30 6.1 Validiteit literatuuronderzoek............................................................................................................................... ................................. 30

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis4

Page 6: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

6.2 Validiteit praktijkonderzoek.................................................................................................................................... ............................... 31

Literatuurlijst 33

Bijlagen 35 Bijlage 1 - AMC blauwdruk visite.................................................................................................................................................................. 35Bijlage 2 - Observatie checklist...................................................................................................................................................................... 37Bijlage 3 - Interview vragen……..................................................................................................................................................................... 39Bijlage 4 - Resultaten observaties individuele afdelingen................................................................................................................ 40Bijlage 5 - Lijstje visite Neurocentrum....................................................................................................................................................... 48Bijlage 6 - Lijstje visite Chirurgie-Noord................................................................................................................................................... 49Bijlage 7 - Uitwerkingen observaties.......................................................................................................................................................... 50Bijlage 8 - Uitwerkingen interviews............................................................................................................................................................ 54

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis5

Page 7: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Samenvatting

Aanleiding De verpleegkundig bestuurders binnen het AMC geven aan dat de visite op verschillende afdelingen binnen het AMC niet eenduidig wordt uitgevoerd. Een gevolg van het niet naleven van de blauwdruk visite tijdens de visite is dat er niet optimaal afspraken worden gemaakt over onder andere de taken en verantwoordelijkheden van de verpleegkundigen (1,2).

DoelHet doel van dit verbeterplan is het ontwikkelen van aanbevelingen betreffende aanpassingen aan de huidige structuur van de visite, waarmee het naleven van de blauwdruk visite wordt bevorderd. Dit zal de kwaliteit van zorg verhogen en een eenduidige structuur bieden ten aanzien van de visite. Dit doel zal de projectgroep realiseren door het probleem vanuit meerdere perspectieven te bekijken.

VraagstellingUit de aanleiding en het doel van dit onderzoek is de volgende hoofdvraag geformuleerd: Welke aanpassingen aan de huidige visite zullen het naleven van de uitgangspunten van de blauwdruk visite door de verpleegkundigen bevorderen? Vervolgens zijn er deelvragen opgesteld waarmee de hoofdvraag beantwoord kan worden.

ResultatenAan de hand van de opgezochte literatuur kwam naar voren dat er een aantal elementen nodig zijn om de visite zo volledig en efficiënt mogelijk te laten verlopen. Visites zijn van belang om hoogwaardige en veilige zorg te bieden aan patiënten. Een combinatie van een papieren visite en een zaalronde kunnen leiden tot het opstellen van een compleet behandelplan. De huidige blauwdruk visite is gebaseerd op meningen van verpleegkundigen, artsen en stafmedewerkers uit het AMC en op onder andere wetenschappelijke literatuur.

De observaties bevestigden dat de verschillende afdelingen de blauwdruk visite niet volledig naleven tijdens de visite en dus de visite niet op een eenduidige manier verloopt. Op de helft van de geobserveerde afdelingen wordt een vaste structuur aangehouden tijdens de visite. Het aanhouden van een lijstje bevordert een vaste structuur en zorgt voor een effectiever verloop van de visite.

Uit de interviews is gebleken dat bijna geen verpleegkundige op de hoogte was van de huidige blauwdruk visite. Wel hadden enkele afdelingen een eigen lijstje met de te bespreken punten. Er worden meerdere redenen gegeven voor het niet naleven van de uitgangspunten van de blauwdruk visite.

ConclusieUit het onderzoek blijkt dat het aanhouden van een lijstje en daardoor het volgen van een vaste structuur wenselijk is en ervoor kan zorgen dat de huidige blauwdruk visite door de verpleegkundigen wordt nageleefd. Een goede implementatie, zoals beschreven in het artikel ‘’Multidisciplinaire visite: ontwikkeling en implementatie van een blauwdruk’’, is hierbij van belang.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis6

Page 8: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

1. InleidingIn de inleiding zijn de aanleiding van de kwaliteitsverbetering, de context, de doelgroep, de doel- en vraagstelling en de verschillende perspectieven te lezen. Verder wordt er een korte omschrijving gegeven van de opbouw van het verbeterplan en worden begrippen toegelicht.

1.1 Aanleiding‘’Er worden steeds meer complexe patiënten opgenomen in het ziekenhuis, die in een steeds kortere tijd worden behandeld. Efficiënt visite lopen is essentieel om de dagelijkse zorg voor de patiënt goed te organiseren en mensen goed voorbereid naar huis te laten gaan. In het AMC is efficiënt en kwalitatief visite lopen één van de tien verpleegkundige speerpunten. Verpleegkundigen en artsen hebben samen de randvoorwaarden en afspraken opgesteld voor de dagelijkse visite, met als doel de multidisciplinaire coördinatie van het zorgplan te optimaliseren. De randvoorwaarden zijn vertaald naar een blauwdruk visite (bijlage 1) die de patiëntveiligheid en kwaliteit van zorg waarborgt (1).’’

Binnen het AMC is door de verpleegkundig bestuurders aangegeven dat de uitgangspunten van de blauwdruk visite tijdens de visite niet altijd worden nageleefd. De visite wordt dus door alle standaard verpleegafdelingen binnnen het AMC niet op een eenduidige manier uitgevoerd. De oorzaken en redenen van het niet naleven van de huidige blauwdruk visite zijn niet duidelijk en zullen in dit verbeterplan worden onderzocht. Een gevolg van het niet naleven van de blauwdruk visite tijdens de visite is dat er niet optimaal afspraken worden gemaakt over onder andere de taken en verantwoordelijkheden van de verpleegkundigen (1,2).

1.2 ContextIn deze paragraaf wordt de context van dit project nader beschreven. Onder de context wordt de omgeving verstaan waar het probleem zich afspeelt.

OrganisatieHet AMC, Academisch Medisch Centrum, behoort tot één van de acht universitair medische centra binnen Nederland. Binnen het AMC staan de behandeling van patiënten, medisch wetenschappelijk onderzoek en geneeskundig onderwijs voorop (3).

Afdeling en PatiëntencategorieEr zal op 4 verpleegafdelingen, 2 chirurgische afdelingen en 2 afdelingen van het Neurocentrum, worden gewerkt aan deze opdracht. Er is gekozen voor verschillende specialismen in het ziekenhuis. Op deze manier kan goed geobserveerd worden hoe op verschillende afdelingen de visite wordt gehouden en zullen onze adviezen meer AMC-breed zijn. De uiteindelijke vier afdelingen, die toestemming hebben gegeven voor het meedoen aan dit onderzoek, zijn:

Chirurgie-Noord en Chirurgie-Zuid. Dit zijn twee verpleegafdelingen die onderdeel zijn van divisie B, Chirurgische specialismen. Op deze afdelingen liggen voornamelijk oncologische patiënten en patiënten die een operatie aan slokdarm, maag, galblaas, lever, alvleesklier of darm hebben ondergaan (4).

Neurologie. Op deze afdeling worden patiënten met ziekten van het zenuwstelsel en de spieren behandeld. (5)

Neurochirurgie. Op deze afdeling worden patiënten met aandoeningen aan de hersenen, de schedel, het ruggenmerg, de wervelkolom en het perifere zenuwstelsel behandeld. (6)

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis7

Page 9: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

In dit verbeterplan zullen de bovenstaande vier afdelingen worden onderverdeeld in de volgende twee groepen:

Neurocentrum, waaronder Neurologie en Neurochirurgie vallen; Chirurgie, waaronder Chirurgie-Noord en Chirurgie-Zuid vallen.

De reden hiervoor is dat het Neurocentrum een andere afdelingscultuur- en structuur en patiëntencategorie heeft ten opzichte van de Chirurgie.

Betrokken disciplinesDe disciplines welke betrokken worden tijdens de visite zijn de arts, verpleegkundigen, hoofdverpleegkundigen en mogelijk diëtiste, maatschappelijk werk of fysiotherapeut. De projectgroep heeft er voor gekozen om zich binnen dit project te richten op de rol van de verpleegkundige binnen de visite, om het project te concretiseren.

1.3 DoelgroepDe volgende partijen hebben volgens de projectgroep het meeste baat bij het zorgverbeteringsvoorstel betreffende de blauwdruk visite en zullen enige verandering eerder merken ten opzichte van andere partijen binnen het AMC:

Verpleegkundigen : De taak van de verpleegkundige in de visite is om de klinische gesteldheid van de patiënt met de arts te delen door middel van zijn/haar observaties en metingen. Ook brengt de verpleegkundige de belangen en wensen van de patiënt in het gesprek naar voren. De verpleegkundige richt zich voornamelijk op het plannen van het zorgbehandelplan voor de komende vierentwintig uur en het ontslagmanagement. Een probleem van het niet naleven van de blauwdruk visite is dat de taken en verantwoordelijkheden van de verpleegkundigen voor het verdere beleid niet duidelijk worden besproken (1).

Artsen : De taak van de arts in de visite is om vanuit de gedeelde informatie van de verpleegkundige het behandelplan zo nodig aan te passen. De arts richt zich voornamelijk op de actuele klinische situatie van de patiënt. Het niet naleven van de blauwdruk visite, leidt tot een verstoorde communicatie. Dit komt doordat artsen en verpleegkundigen zich vooral focussen op hun eigen visie ten aanzien van het klinische beeld en het behandelplan van de patiënt in plaats van het te combineren met die van de andere disciplines (1).

Patiënten : De visite kan gebruikt worden als moment om de patiënt te informeren over het zorgproces. Indien de visite op een gestructureerde manier verloopt, zal de patiënt hier profijt van hebben. Een optimaal uitgevoerde visite leidt namelijk tot duidelijke afspraken over het zorgproces en dus tot een beter lopend zorgproces. Het probleem dat enkele patiënten nu ondervinden door het door de disciplines niet naleven van de blauwdruk visite, is dat het zorgproces niet altijd efficiënt, effectief en volgens de belangen en behoeften van de patiënt verloopt (1,2).

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis8

Page 10: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

1.4 DoelstellingDe doelstelling van dit verbeterplan is het ontwikkelen van aanbevelingen, betreffende aanpassingen aan de huidige structuur van de visite op de onderzochte verpleegafdelingen, waarmee het naleven van de blauwdruk visite wordt bevorderd. Dit zal de multidisciplinaire coördinatie van het zorgplan optimaliseren, en daarmee de kwaliteit van zorg verhogen en een eenduidige structuur bieden ten aanzien van de visite. Dit doel zal de projectgroep realiseren door het probleem vanuit meerdere perspectieven te bekijken.

1.5 VraagstellingDe hoofdvraag waar dit project om draait luidt:

Welke aanpassingen aan de huidige visite zullen het naleven van de uitgangspunten van de blauwdruk visite door de verpleegkundigen bevorderen?

Om deze hoofdvraag te kunnen beantwoorden zijn er deelvragen opgesteld:

Deelvragen huidige situatie1. Volgens welke structuur wordt de visite op de betreffende afdelingen gelopen?2. Welke elementen uit de blauwdruk visite worden nageleefd tijdens de visite?3. Welke elementen uit de blauwdruk visite worden niet nageleefd tijdens de visite?4. Welke redenen worden er gegeven voor het niet naleven van de uitgangspunten uit de

blauwdruk visite?

Deelvragen achtergrondinformatie5. Wat is volgens wetenschappelijke literatuur het doel van de visite?6. Waar is de huidige blauwdruk visite op gebaseerd?

In de volgende hoofdstukken zal er verder in worden gegaan op de methodologie, het beantwoorden van de deelvragen en tot slot het beantwoorden van de hoofdvraag door middel van aanbevelingen.

1.6 Perspectieven De gezondheidszorg kent een zekere mate van gelaagdheid, namelijk het micro-, meso- en macroniveau. Het microniveau vormt de onderste laag, het mesoniveau de middelste en het macroniveau de bovenste (8). Hieronder worden deze verschillende niveaus uitgelegd aan de hand van het zorgverbeteringsproject betreffende de blauwdruk visite, om de verschillende perspectieven over dit project duidelijk weer te geven. Zie figuur 1 voor een duidelijke weergave van de drie niveaus.

1.6.1 MicroniveauDe projectgroep verstaat onder het microniveau de verpleegkundigen van de afdelingen Chirurgie-Noord, Chirurgie-Zuid, Neurologie en Neurochirurgie (7,8). Zij zijn de grootste belanghebbenden van dit project. De verpleegkundigen moeten iedere ochtend in de visite hun geobserveerde gegevens en metingen van de patiënt delen met de arts. Verder wordt er tijdens de visite gediscussieerd over onder andere het therapeutische beleid. Dit onderzoek is bedoeld om erachter te komen wat er precies niet wordt nageleefd van de blauwdruk visite en wat de verpleegkundigen hiervoor als reden geven.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis9

Page 11: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

1.6.2 MesoniveauDe projectgroep verstaat onder het mesoniveau de afdelingen Chirurgie-Noord, Chirurgie-Zuid, Neurologie en Neurochirurgie binnen het AMC (7,8). Op deze afdelingen vindt het onderzoek plaats. Ook valt het Academisch Medisch Centrum (AMC), de instelling, onder het mesoniveau. Het AMC behoort tot een van de acht universitair medisch centra binnen Nederland. Binnen het AMC staan de behandeling van patiënten, medisch wetenschappelijk onderzoek en geneeskundig onderwijs voorop. De Werkroep Visite, binnen Zorgzaam en Zorgvuldig, is op dit moment bezig met een onderzoek naar een AMC-brede visite. Het onderzoek van de projectgroep maakt hier onderdeel van uit.

1.6.3 Macroniveau Onder het macroniveau wordt het gezondheidssysteem verstaan (8). Hierbij wordt gekeken naar de landelijke normen en wetgeving ten aanzien van de (verpleegkundige) zorgverlening. Voorbeelden hiervan zijn de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) en het veiligheid managementsysteem (VMS). De Wet BIG registreert verschillende beroepsbeoefenaars, zo ook verpleegkundigen, om een aanduiding te geven welke van hen bevoegd zijn om het betreffende beroep uit te oefenen (9). Alle betrokken disciplines tijdens de visite dienen in het BIG-register geregistreerd te staan en dus voldoende kennis en vaardigheden te bezitten om tot besluiten over het behandelplan van de patiënt te komen. Het VMS heeft een aantal kwaliteitseisen opgesteld waaraan zorginstellingen moeten voldoen. Eén van deze eisen betreft het patiëntveilig communiceren (10). Effectieve en duidelijke communicatie is tijdens de visite een belangrijke component om tot volledige en juiste afspraken te komen voor het behandelplan van de patiënten.

Figuur 1. De organisatiepiramide van de gezondheidszorg (2).

1.7 Opbouw verbeterplanHet verbeterplan is opgebouwd in zes hoofdstukken. De opbouw ziet er als volgt uit:In hoofdstuk 2 zijn de gebruikte onderzoeksmethoden beschreven. Hierbij geven de projectleden weer hoe en waarom zij deze onderzoeksmethoden hebben uitgevoerd. In hoofdstuk 3 worden de onderzoeksresultaten van het literatuur- en het praktijkonderzoek beschreven en uitgewerkt. In hoofdstuk 4 wordt de analyse van de resultaten gegeven en zullen de projectleden de verkregen resultaten tegen elkaar afwegen.In hoofdstuk 5 wordt er een discussie weergegeven.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis10

Page 12: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

In hoofdstuk 6 wordt de uiteindelijke conclusie gegeven en worden de aanbevelingen die zijn voortgekomen uit het onderzoek beschreven. Dit hoofdstuk beschrijft de nieuwe inzichten die kunnen bijdragen aan kwaliteitsbevordering op de standaard verpleegafdelingen binnen het AMC.In de bijlagen komen de volgende onderwerpen aan orde: De huidige AMC blauwdruk visite, de observatie checklist, de gestelde interviewvragen, de resultaten van de observaties, het lijstje visite Neurocentrum, het lijstje visite Chirurgie-Noord, de twee volledige uitwerkingen van de observaties en de volledige uitwerkingen van de interviews.

1.8 BegripsverduidelijkingOm in het verbeterplan meer duidelijkheid te creëren, heeft de projectgroep enkele belangrijke begrippen nader omschreven. Zie tabel 1.

Begrippen VerduidelijkingArtsenvisite De artsenvisite is een belangrijke manier van communiceren tussen

artsen en verpleegkundigen. Het is een moment waarop het behandelplan voor de patiënt gevormd wordt. Vanuit de visite wordt vorm gegeven aan de diagnose, behandelplan en prognose. Met goede communicatie tussen artsen en verpleegkundigen worden visites efficiënter, gaat er minder informatie verloren en wordt de patiëntveiligheid verbeterd (1,11,12).

Papieren visite Het is de eerste deel van de artsenvisite. Het woord papieren visite hoort niet letterlijk te worden genomen, maar gezien te worden als een moment waarop de patiëntsituatie wordt besproken aan de hand van het elektronisch patiënten dossier. Hierbij wordt de patiëntsituatie door verschillende disciplines in een aparte ruimte besproken(11).

Zaalronde Dit is het tweede deel van de artsenvisite, waarbij verschillende disciplines aan het bed van de patiënt naar zijn/haar verhaal luistert. Het geeft het team de mogelijkheid om sociale, psychologische en revalidatieproblemen te onderzoeken. Ook het lichamelijk onderzoek van de patiënt kan dan direct plaatsvinden(13).

Supervisor De arts/chirurg die de taak heeft als coach van de arts-assistenten.Efficiënt Doelmatig , zo dat het de minste middelen, kosten, inspanning en tijd

kost(14).Effectief Doeltreffend , gericht op het verhogen van de kwaliteit van zorg voor de

patiënt(15).Blauwdruk visite In het AMC wordt de blauwdruk visite voor de visites gebruikt. Dit is een

checklist die als leidraad voor de visite kan worden gebruikt. Alle processen die zorgen voor een efficiënte visite worden in de blauwdruk visite toegelicht. De blauwdruk visite is AMC-breed en wordt gebruikt op alle standaard verpleegafdelingen van het AMC(1).

Validiteit Geldigheid/juistheid. Valide (juiste) waarnemingen geven (gemiddeld) uitkomsten die overeenkomen met de werkelijke waarde van de waargenomen eigenschap. Valide waarnemingen vertonen weinig systematische fouten of meten geen andere eigenschap dan die welke was bedoeld(16).

Tabel 1. Begripsverduidelijking

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis11

Page 13: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

2. MethodenIn de methode worden de gebruikte onderzoeksmethoden voor het literatuur- en het praktijkonderzoek op de vier betreffende afdelingen binnen het AMC beschreven. Hiermee wordt een antwoord op de hoofdvraag en de deelvragen verkregen.

2.1 LiteratuuronderzoekHet literatuuronderzoek beschrijft het onderzoek naar de volgende twee deelvragen.

1. Wat is volgens wetenschappelijke literatuur het doel van de visite?2. Waar is de huidige blauwdruk visite op gebaseerd

ZoekstrategieDe zoekactie van het literatuuronderzoek naar deelvraag 1 is uitgevoerd in de databases Cochrane, Pubmed/MEDLINE, en Cinahl. Indien er meer dan 250 artikelen werden verkregen, werd er gebruik gemaakt van limits. Hierdoor wordt de selectiebias minimaal gehouden. Een minimale selectiebias kan de betrouwbaarheid en validiteit van het literatuuronderzoek verhogen. De artikelen voor het beantwoorden van deelvraag 2 zijn verkregen van de opdrachtgever.

ArtikelenselectieDe selectie vond plaats aan de hand van het screenen van de titels van gevonden artikelen. Vervolgens werden de abstracts gelezen, waarna van de geselecteerde artikelen de full text is gelezen. De artikelen die na deze selectie overbleven zijn geïncludeerd en gebruikt om de onderzoeksvraag te beantwoorden.

Door het verzamelen van verschillende artikelen en richtlijnen is het advies voor de afdelingenonderbouwd met evidence based informatie. Dit verhoogt de kwaliteit van de aanbevelingen die aan het einde van het verbeterplan gegeven zullen worden. Er is in databanken gezocht naar wetenschappelijke artikelen over de visite. Hierin is gezocht naar richtlijnen, randomized controlled trials, systematic reviews en case studies. De projectgroep heeft gebruik gemaakt van zoektermen die aansluiten op de deelvragen.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis12

Page 14: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

2.1.1 Het doel van de visiteBij dit onderwerp is literatuur gezocht over het doel van de visite. De zoekvraag luidt: Wat is volgens wetenschappelijke literatuur het doel van de visite?

Zoekstrategie Er is gezocht in de databases Cochrane, Pubmed/MEDLINE, en Cinahl. Er is gezocht met de volgende zoektermen: ward round, rounding, collaborative rounds, patient rounds, executive rounds, safety rounds, quality, communication, collaboration, decision making, nurse, nursing, hospital/medical center, methods.

SearchstringDe searchstring die gebruikt is bij het zoeken in Pubmed/MEDLINE, Cochrane en Cinahl is als volgt:  (((((ward round) AND communication)) OR ((ward round) AND quality)) OR ((ward rounds) AND methods)) OR ((ward rounds) AND collaboration) OR ((ward rounds) AND nursing) OR ((ward rounds) AND decision making)

Limits Voor het selecteren van de artikelen is gebruik gemaakt van de volgende limits : Nederlandse en Engelstalige artikelen, vanwege de ontbrekende mogelijkheid tot vertaling en “publication date 10 years”, zodat er zoveel mogelijk gewerkt kan worden met recente informatie. Daarnaast is ook gebruik gemaakt van de referenties uit de gevonden artikelen.

Voor het vinden van bruikbare literatuur zijn de volgende inclusie- en exclusiecriteria gehanteerd.

Inclusie- en exclusiecriteria Tot de inclusiecriteria behoren:

Het artikel geeft informatie over het doel van een visite; De setting waar het onderzoek betrekking op heeft is het ziekenhuis; De populatie waar het onderzoek betrekking op heeft zijn tenminste verpleegkundigen.

Tot de exclusiecriteria behoren: Setting buiten het ziekenhuis; Artikelen gericht op andere afdelingsronden dan de visite. Het artikel is niet in het nederlands of engels geschreven.

Bij de artikelselectie is er gekeken naar de betrouwbaarheid, relevantie en toepasbaarheid van het artikel. Van de 19 gevonden artikelen zijn na het beoordelen 8 artikelen voor het beantwoorden van de deelvraag gebruikt. De reden van het wegvallen van 11 artikelen is dat deze niet aansloten bij de bovenstaande opgestelde in- en exclusiecriteria.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis13

Page 15: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

2.1.2 Huidige blauwdruk visiteOm te weten te komen waar de blauwdruk visite op is gebaseerd en hoe deze is opgezet, is allereerst het artikel over de ontwikkeling en implementatie van de blauwdruk visite beoordeeld (1). Dit artikel is van de opdrachtgever verkregen en gebruikt als literatuur bij het verduidelijken van dit onderwerp.

Vervolgens is één van de referenties, waar het onderzoek op is gebaseerd, beoordeeld op kwaliteiteisen. Gezien de tijd die nodig was voor het praktijkonderzoek en de waarde die de projectgroep hieraan gaf, is er minder tijd beschikbaar voor het literatuuronderzoek. Dit is de reden dat er één artikel uit de referentielijst is beoordeeld. Er is gekozen om een Engels wetenschappelijk artikel te beoordelen, omdat dit artikel hoog in de ‘classificatie van bewijslast’ staat (tabel 6)(17). Omdat het om een Systematic Review gaat, zijn de daarvoor bestemde kwaliteitseisen gebruikt zoals staan beschreven in het ‘Formulier Va voor het beoordelen van een systematic review van randomised controlled trials’ (18).

De deelvraag ‘Waar is de huidige blauwdruk visite op gebaseerd?’ wordt door middel van deze uitwerking en de hieruit verkregen resultaten, verderop in dit verbeterplan, beantwoord.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis14

Page 16: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

2.2 PraktijkonderzoekHet praktijkonderzoek bestaat uit observaties op de vier verschillende afdelingen. Verder zijn er interviews uitgevoerd met twaalf verpleegkundigen. Hieronder worden de methodes nader omschreven.

2.2.1 ObservatiesHet observeren van de visite op de vier deelnemende afdelingen is de gebruikte methode om de volgende deelvragen te beantwoorden:

- Volgens welke structuur wordt de visite op de betreffende afdelingen gelopen?- Welke elementen uit de blauwdruk visite worden nageleefd tijdens de visite?- Welke elementen uit de blauwdruk visite worden niet nageleefd tijdens de visite?

Om het verbeterplan op de huidige situatie in de praktijk te richten, is het van belang de visite op de afdelingen te observeren. De projectgroep heeft zes verschillende visites bijgewoond. Op alle vier de afdelingen is de papieren visite bijgewoond. Vervolgens zijn op de twee chirurgische afdelingen ook twee zaalrondes bijgewoond. Binnen het Neurocentrum worden alleen papieren visites gehouden, waardoor hier geen zaalronde kon worden geobserveerd. Er is gekozen om binnen de Chirurgie de zaalronde te observeren om een ruimer beeld van de afdelingen te krijgen en de kans op vertekening te verkleinen. De vertekening kan het missen van belangrijke informatie betreffen. Deze maatregel verhoogt de kwaliteit van de aanbevelingen, gebaseerd op zowel het literatuur- als het praktijkonderzoek, die uiteindelijk gegeven zullen worden door de projectgroep. Tijdens de visites zijn vooral de rol van de verpleegkundige en de uitvoering van de huidige blauwdruk visite geobserveerd. Hiervoor is gekozen, omdat de studie van de projectgroep en dus de richting die de projectgroep aan het verbeterplan wil geven, de verpleegkundige kant is.

De observaties zijn door de projectgroep gedaan aan de hand van een zelfontworpen checklist (bijlage 2), die gebaseerd is op de elementen uit de bestaande blauwdruk visite (bijlage 1). Naast deze punten is er ruimte gelaten voor opmerkingen en verduidelijking van de elementen. Ook is er ruimte om de eventuele bijkomende afdelingsgebonden elementen of zaken te noteren. Door gebruik te maken van een checklist konden de observaties objectief worden uitgevoerd, wat subjectiviteit en dus vertekening van de resultaten uitsluit. Dit verhoogt de betrouwbaarheid en daarmee de kwaliteit van de resultaten die vanuit deze observaties worden verkregen.

De blauwdruk visite is van tevoren bestudeerd als voorbereiding op de observaties. Na de observaties werden alle gegevens verzameld en samengevoegd, om een duidelijk beeld te krijgen van de structuur van de visite op de desbetreffende afdelingen. Deelvragen 1 tot en met 3 zijn met behulp van deze methode beantwoord.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis15

Page 17: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

2.2.2 InterviewsHet interviewen van verpleegkundigen, die werken met de blauwdruk visite, is de gebruikte methode om de deelvraag ‘Welke redenen worden er gegeven voor het niet naleven van de uitgangspunten uit de blauwdruk visite?’ te beantwoorden. Met de informatie uit interviews zijn de meningen, ideeën en gedachten van de verpleegkundigen ten aanzien van de huidige blauwdruk visite duidelijk geworden.

Er zijn semigestructureerde interviews gehouden met de verpleegkundigen van de verschillende afdelingen. Dit houdt in dat aan iedere verpleegkundige dezelfde vragen wordt gesteld. Dit soort interviews kunnen gezien worden als een mondeling uitgevoerde enquête (19). In totaal zijn twaalf verpleegkundigen geïnterviewd, van elke deelnemende afdeling één hoofd- of seniorverpleegkundige en twee verpleegkundigen werkzaam op de betreffende afdeling. Gezien de tijdsplanning heeft de projectgroep niet de mogelijkheid gehad alle verpleegkundigen van de vier betreffende afdelingen te interviewen. Om de beschikbare tijd zo optimaal mogelijk te benutten heeft de projectgroep, in overleg met de opdrachtgever, het besluit genomen twaalf verpleegkundigen te interviewen. De interviews namen per stuk gemiddeld vijftien minuten in beslag.

Voor de interviews zijn vooraf een aantal vragen opgesteld met onderwerpen waar de projectgroep duidelijkheid over de implementatie van de huidige blauwdruk visite zou verkrijgen. De interviewvragen zijn terug te vinden in bijlage 3.

Voor dit project is het interviewen van individuele personen de beste aanpak, omdat hiermee de antwoorden niet beïnvloed kunnen worden door eventuele aanwezige collegae. De projectgroep is van mening dat er met een enquête of een focusgroep weinig kwalitatieve en vertekende informatie voor dit onderzoek wordt verkregen. Bij het invullen van enquêtes en het deelnemen aan focusgroepen kunnen collega’s elkaar onderling beïnvloeden, waardoor niet altijd eerlijke of volledige informatie verkregen wordt. Volgens de opdrachtgever worden daarnaast in het ziekenhuis al veel enquêtes ingevuld door de werknemers om de zorg te kunnen verbeteren. Hier hebben ze niet altijd tijd voor, waardoor ze vaak niet (op tijd) of onduidelijk worden ingevuld. Het houden van semigestructureerde interviews verhoogt dus de betrouwbaarheid en kwaliteit van dit onderzoek en de resultaten die hieruit worden verkregen.

Elk interview begon met een korte introductie over de projectgroep, de opdracht en de doelstelling. Vervolgens werden topics uitgevraagd die antwoord zouden geven op de bovenstaande deelvraag. De antwoorden werden als volledig beschouwd op het moment dat alle details helder waren en er geen vragen meer waren vanuit de projectgroep en opmerkingen vanuit de geïnterviewde.

De interviews zijn telkens door twee personen afgenomen, waarbij de een het interview afnam en de ander de antwoorden van de verpleegkundigen op een laptop meetypte.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis16

Page 18: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

3. ResultatenIn dit hoofdstuk worden de resultaten van het literatuur- en het praktijkonderzoek weergegeven. Deze resultaten zijn verkregen vanuit de eerder genoemde onderzoeksmethoden.

3.1 Literatuuronderzoek

3.1.1 Het doel van de visite In dit subhoofdstuk worden de resultaten weergegeven van het literatuuronderzoek naar het doel van de visite.

3.1.1.1 Inhoud visiteBeleid vormen De visite is een belangrijk moment waar alle disciplines bij elkaar komen om het behandelplan voor de patiënt te formuleren. Gedurende de visite worden de meeste beslissingen over de zorg voor de patiënten genomen. Vanuit de visite worden de diagnose, het behandelplan en de prognose vorm gegeven (13). De visite draagt op deze wijze bij aan de continuïteit van de zorg en de overdracht van informatie (20). Daarnaast zijn de visites van belang voor het leveren van hoogwaardige en veilige zorg aan patiënten. Ze bieden voor de disciplines een kans om samen te komen om de conditie van een patiënt te beoordelen (11). De visite is het moment om beslissingen te nemen en knopen door te hakken. Dit lukt in de praktijk niet altijd (1).

Communicatie De visite is een vast moment op de dag waarop de verschillende disciplines met elkaar kunnen overleggen, wat erg belangrijk is voor de samenwerking. Door effectieve communicatie en actieve participatie kunnen multidisciplinaire beslissingen over de patiëntenzorg worden genomen. De artsen en verpleegkundigen kunnen de informatie die zij verzameld hebben over de patiënt met elkaar delen (1,11,20,21).

Regelen van ontslagTijdens de visite kan het ontslag worden gepland en geregeld. Er wordt geïnventariseerd of de patiënt in staat is om naar huis te gaan en welke voorbereidingen hier nog voor moeten worden getroffen. Het is belangrijk om de patiënt hier zo vroeg mogelijk bij te betrekken. Door het ontslag in de visite te bespreken worden problemen gesignaleerd die nog opgelost moeten worden voor de patiënt met ontslag kan gaan (11).

Onderwijs Een andere functie van de visite is het opleiden van coassistenten en arts-assistenten in opleiding tot specialist. De visite is een uitgelezen kans om van de praktijk te leren. Het is belangrijk dat hier ruimte voor wordt gecreëerd zonder dat dit ten koste gaat van de tijd van de andere disciplines (11,22). Ook is het een moment waarop de verschillende disciplines kunnen leren van wat er in de praktijk gebeurt (1,11,20,21).

In verschillende artikelen worden de belangrijkste activiteiten van de visite beschreven. Deze worden in tabel 2 op een overzichtelijke wijze benoemd.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis17

Page 19: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Kernactiviteiten tijdens de visite1. Het stellen, verfijnen en aanpassen van de diagnose.2. De voortgang van de patiënt bespreken op basis van observatie en resultaten.3. Nemen van beslissingen over verdere behandeling en reanimatiebeleid.4. Het regelen van het ontslag.5. Communiceren over het bovenstaande naar het team, de patiënt en de familie.6. Checken van de patiëntveiligheid.7 Onderwijs en ontwikkeling van medewerkers.Tabel 2. Kernactiviteiten (11,13)

3.1.1.2 Soorten visite Er worden verschillende soorten visites onderscheiden. Het individuele doel van deze verschillende visites wordt hieronder uitgelegd.

Papieren visite Er wordt vaak gebruik gemaakt van een papieren visite, in een aparte ruimte zonder aanwezigheid van de patiënt. Dit geeft de disciplines een kans om de zaalronde voor te bereiden, prioriteiten te stellen en voor het plannen van bijvoorbeeld een ontslag. Op deze manier kost dit de minste tijd. Er kan snel door de problemen heen worden gegaan die de verpleegkundigen hebben gezien of gehoord van de familie. Een papieren visite achteraf heeft weer een andere functie. Deze geeft een kans om samen te vatten wat er besproken is en de taken te verdelen (11).

De visite mag nooit de privacy van de patiënt schaden. Wanneer er patiënten op zaal liggen is het belangrijk dat delicate onderwerpen niet in het openbaar worden besproken. Dit kan worden voorkomen door eerst een papieren visite te houden (11).

Afhankelijk van het doel van de visite kan worden gekozen of alle beslissingen pas aan het bed worden genomen, omdat de patiënt eerst moet worden gezien, of dat deze al tijdens de papieren visite worden genomen (11).

ZaalrondeDe visite aan het bed geeft de disciplines een kans om naar het verhaal van de patiënt te luisteren. Het geeft het team de mogelijkheid om sociale, psychologische en revalidatieproblemen te onderzoeken. Ook het lichamelijk onderzoek van de patiënt kan dan direct plaatsvinden (13).Vaak geeft de patiënt voorkeur aan de zaalronde. Hierdoor voelen zij zich meer betrokken bij het proces. Uit een randomized controlled trial is gebleken dat de patiënt de voorkeur geeft aan de zaalronde ten opzichte van de papieren visite. 81% van de ondervraagden in het onderzoek van Landry zou graag zien dat de volgende visite weer aan het bed plaatsvond (23).

De meerderheid van de artsen die respondenten waren tijdens het onderzoek van Hodgson ziet de visite aan het bed als “een compromis tussen professionele efficiëntie en de tevredenheid van de patiënt (24)”.

Daarnaast bieden zaalronden grote mogelijkheden voor effectieve communicatie, het delen van informatie en het gezamenlijk leren door middel van actieve deelname van alle leden van het multidisciplinaire team (11).

Het belangrijkste is om te kijken naar de specifieke patiënt en zo effectief mogelijk de tijd gebruiken. De papieren visite moet geen vervanging zijn voor de zaalronde en het contact met de patiënt, maar een toevoeging (11).

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis18

Page 20: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

3.1.2 Huidige blauwdruk visiteIn dit subhoofdstuk worden de resultaten weergegeven van het literatuuronderzoek naar de huidige blauwdruk visite.

Uit het artikel ‘Multidisciplinaire visite: ontwikkeling en implementatie van een blauwdruk’ blijkt dat de huidige blauwdruk visite vooral vanuit meningen van verpleegkundigen, artsen en stafmedewerker te zijn opgezet (1). Dit geeft een hoge mate van subjectiviteit wat de validiteit van het verkregen resultaat, de huidige blauwdruk visite, verlaagd. Het is niet duidelijk hoeveel verpleegkundigen, artsen en stafmedewerkers met elkaar hebben gewerkt aan de blauwdruk visite. Het is dus niet duidelijk of deze groep mensen representatief is voor het hele AMC. Dit is belangrijk om te weten voor het slagen van het implementatieproces op alle standaard verpleegafdelingen binnen het AMC. De betrokkenen hebben samen de randvoorwaarden en afspraken opgesteld voor de dagelijkse visite met als doel de multidisciplinaire coördinatie te optimaliseren. Deze randvoorwaarden zijn vertaald naar de blauwdruk visite die de patiëntveiligheid en kwaliteit van zorg waarborgt. De vraag van de projectgroep hierbij is, hoe de verpleegkundige en artsen tot de huidige blauwdruk visite zijn gekomen (1). Allereerst zijn er, volgens het bovengenoemde artikel, drie Delphirondes gehouden. Dit zijn bijeenkomsten waarin verschillende deskundigen door middel van groepsinteractie tot gemeenschappelijke besluitvorming komen over toekomstige ontwikkelingen (25). In dit geval tot de vorm, inhoud en de randvoorwaarden voor een goede multidisciplinaire visite. De betrokken disciplines hebben op systematische wijze over een aantal zaken gediscussieerd. Deze discussies zijn vervolgens met behulp van audioapparatuur opgenomen en door onderzoekers nageluisterd om de belangrijkste thema’s, die het meest naar voren kwamen, eruit te halen. Dit waren:

- doel visite;- besluitvormingsmoment;- onderwijsmoment;- rol van de patiënt;- structuur visite (1).

Er wordt in de methode van de ontwikkeling van de bauwdruk visite niet beschreven wie de onderzoekers zijn die de gesprekken hebben afgeluisterd om tot uiteindelijke thema’s te komen. Ook wordt niet beschreven hoe de onderzoekers dit hebben gedaan (onafhankelijk van elkaar of niet?).

De randvoorwaarden en afspraken, voortkomend uit de Delphirondes, zijn als een concept blauwdruk genoteerd. Het concept is vervolgens aan alle deelnemers voorgelegd ter goedkeuring. De goedgekeurde blauwdruk is, na vraag van de medische afdelingshoofden, verwerkt in de vorm van een praktische checklist die tijdens de visite afgevinkt kan worden (1).

Om implementatie van de huidige blauwdruk visite op de afdelingen binnen het AMC te bevorderen is er, volgens het bovengenoemde artikel, een instructiefilm gemaakt voor verpleegkundigen en artsen en is deze aan hen gepresenteerd. Ook zijn er, volgens het artikel, folders uitgedeeld aan de verpleegkundigen, artsen en patiënten en is er ondersteuning geboden bij gebruik van de blauwdruk tijdens de visite. Het implementatieproces zou tenslotte via structurele monitoring zijn geëvalueerd en eventueel worden bijgesteld (1).

In de blauwdruk visite zelf staan geen referenties vermeld (zie bijlage 1), wat zou kunnen wijzen op het feit dat er geen wetenschappelijke literatuur voor is gebruikt. Dit zou de validiteit van de huidige blauwdruk visite verlagen. Wel staan er referenties vermeld in het artikel ‘Multidisciplinaire visite: ontwikkeling en implementatie van een blauwdruk’.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis19

Page 21: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Eén van deze referenties, waar de ontwikkeling van de huidige blauwdruk visite op gebaseerd is, is op een aantal kwaliteitspunten beoordeeld (17). Hieruit bleek het volgende:

- Expliciete lijst van criteria: Er is duidelijk onder het kopje ‘Methods’ beschreven welke in- en exclusiecriteria er zijn gebruikt voor het beoordelen van de geselecteerde onderzoeken. Op dit punt scoort dit artikel dus goed.

- Onafhankelijke beoordeling: In het artikel wordt niet duidelijk beschreven of de kwaliteitsbeoordeling door de reviewers onafhankelijk is gedaan. Op dit punt scoort het artikel dus niet goed.

- Blindering: Er kan in dit soort onderzoek geen spraken zijn van blindering, omdat de onderzoekers met elkaar moeten discussiëren wat belangrijk is voor een visite. In het artikel wordt echter wel goed beschreven welke hulpmiddelen er zijn gebruikt om alle verzamelde informatie te clusteren in een aantal hoofdonderwerpen.

- Consensus: Er wordt duidelijk beschreven dat de resultaten gezamenlijk zijn verzameld. Door middel van discussies zijn de reviewers tot consensus gekomen. Op dit punt scoort het artikel dus goed.

Het Engelse wetenschappelijke artikel uit de referentielijst van het artikel ‘Multidisciplinaire visite: ontwikkeling en implementatie van een blauwdruk’, dat op de bovenstaande punten beoordeeld is, scoort over het algemeen goed en is hierdoor volgens de projectgroep een betrouwbare bron.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis20

Page 22: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

3.2 PraktijkonderzoekHet praktijkonderzoek beschrijft de resultaten van de observaties en interviews met de vier deelnemende afdelingen.

3.2.1 ObservatiesDe resultaten van de observaties zijn weergegeven in de twee eerder genoemde groepen, namelijk het Neurocentrum en de Chirurgie. Echter is er bij de resultaten van de observaties bij de Chirurgie een extra splitsing gemaakt, aangezien op deze afdelingen zowel een papieren visite als een zaalronde wordt gehouden. Op deze manier wordt vertekening van de resultaten voorkomen. Voor de uitwerking van de observaties op de individuele afdelingen wordt er verwezen naar bijlage 4.

3.2.1.1 Observaties papieren visite Neurocentrum Onder dit subkopje worden de resultaten van de observaties binnen het Neurocentrum samenvattend weergegeven. De resultaten staan onderverdeeld onder de kopjes welke overeenstemmen met de, tijdens de observaties gebruikte, observatiechecklist (bijlage 2).

Deelnemers Tijdens de visite op de twee afdelingen binnen het Neurocentrum zijn de verpleegkundige van desbetreffende patiënt, de seniorverpleegkundige, de supervisor en de arts-assistent met supervisor aanwezig. De patiënt is tijdens de visite, op beide afdelingen, niet aanwezig en wordt na de visite ingelicht over de gemaakte afspraken. Hierbij zijn de verpleegkundigen meestal niet aanwezig.

GespreksonderwerpenIn tabel 3 worden de gespreksonderwerpen tijdens de visite weergegeven.

Onderwerpen blauwdruk visite

Niet Soms Meestal Altijd

Hoofdbehandelaar* XRede van opname X(voorlopige) diagnose

X

Behandelcode O OParameters & problemen

Benauwdheid, decubitus, vochtbalans

Pijn, voedingstoestand, mobiliseren

Vochtbalans, psychosociale situatie, pijn, mobiliseren

Vitale functies

Diagnostisch beleid XTherapeutisch beleid

X

Medicatie XGeplande ontslagdatum

O O

Vragen van de patiënt

X

Ontslagbeleid O OInstemming patiënt therapeutisch beleid**

X

Tabel 3. Resultaten gespreksonderwerpen Neurocentrum.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis21

Page 23: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

* Deze wordt weergegeven in het dossier, maar niet genoemd in het gesprek.** Dit wordt na de visite besproken met de patiënt. Toelichting: X = op beide afdelingen hetzelfde, O = verschillend per afdeling, dikgedrukte parameters/problemen worden op beide afdelingen even vaak besproken.

Bijkomende gespreksonderwerpenBij het noemen van de behandelcode werd op beide afdelingen ook genoemd of de patiënt bekend is met allergieën en zo ja, welke. Alleen op de afdeling Neurologie werd enkele keren de EMV-score besproken.

Rol verpleegkundigeOp beide afdelingen begint de verpleegkundige het gesprek door de naam van zijn/haar patiënt te noemen. Verder vult de verpleegkundige de introductie van de patiënt, verteld door de arts, aan en geeft antwoord (observaties en metingen) op de vragen van de arts. Over het algemeen heeft de arts tijdens de visite de leidende rol. De seniorverpleegkundige heeft tijdens de visite een ondersteunende rol.

Gespreksruimte Op beide afdelingen werd de papieren visite gehouden in de overdrachtsruimte van desbetreffende afdelingen.

3.2.1.2 Observaties papieren visite Chirurgie Onder dit subkopje worden de resultaten van de observaties tijdens de papieren visite binnen de Chirurgie samenvattend weergegeven. De resultaten staan onderverdeeld onder de kopjes welke overeenstemmen met de gebruikte observatiechecklist (bijlage 2).

Deelnemers Op beide chirurgische afdelingen, Chirurgie-Noord en Chirurgie-Zuid, zijn tijdens de grote visite de verpleegkundige van desbetreffende patiënt, de hoofd- of seniorverpleegkundige, de arts-assistent met supervisor, coassistenten en chirurgen aanwezig. De patiënt is tijdens deze visite niet aanwezig. De artsen lopen na de visite een ronde over de afdeling om het besproken beleid met de patiënten na te bespreken. Er wordt op beide afdelingen gestreefd naar de aanwezigheid van een verpleegkundige, echter is dit in de praktijk niet altijd mogelijk.

GespreksonderwerpenIn tabel 4 worden de gespreksonderwerpen tijdens de visite weergegeven.

Onderwerpen blauwdruk visite

Niet Soms Meestal Altijd

Hoofdbehandelaar O ORede van opname X(voorlopige) diagnose

O O

Behandelcode XParameters & problemen

Benauwdheid, Decubitus

Benauwdheid, Mobiliseren, Psychosociale situatie,Vitale functies, Decubitus, Vochtbalans.

Vitale functies, Pijn, Voedingstoestand, Vochtbalans,Mobiliseren, Psychosociale toestand

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis22

Page 24: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Diagnostisch beleid

X

Therapeutisch beleid

X

Medicatie O OGeplande ontslagdatum

X

Vragen van de patiënt

O O

Ontslagbeleid XInstemming patiënt therapeutisch beleid

O O

Tabel 4. Resultaten gespreksonderwerpen Chirurgie papieren visite.Toelichting: X = op beide afdelingen hetzelfde, O = verschillend per afdeling, dikgedrukte parameters/problemen worden op beide afdelingen even vaak besproken.

Bijkomende gespreksonderwerpenBij zowel Chirurgie-Noord als Chirurgie-Zuid worden de onderwerpen misselijkheid en ontlasting bij veel van de patienten genoemd. Op de afdeling Chirurgie-Noord wordt er meerdere malen over wondzorg gesproken, terwijl dit op Chirurgie-Zuid niet wordt gedaan. Ten slotte worden onduidelijkheden over het huidige beleid op beide afdelingen wel besproken.

Rol verpleegkundigeDe rol van de verpleegkundige is bij beide afdelingen gelijk. De verpleegkundige begint het gesprek door de naam van zijn/haar patiënt te noemen. De coassistent introduceert vervolgens de patiënt, waarop zowel de arts als de verpleegkundige aanvulling geven. De verpleegkundigen geven hun bevindingen, metingen en mening/klinische blik over de situatie en het beleid van de patiënt. Meestal doen zij dit uit zichzelf, maar een enkele keer indien de arts hier om vraagt. Verder komt de verpleegkundige meerdere malen op voor de belangen en wensen van de patiënten. Tijdens de visite op de afdeling Chirurgie-Noord zie je dat de artsen vooral met elkaar discussiëren over het huidige en nieuwe beleid, soms zonder betrekking van de verpleegkundige. Op Chirurgie-Zuid wordt dit vaak wel met betrekking van de verpleegkundige gedaan. Wat opvalt is dat tijdens de visites op beide afdelingen de artsen de visite leiden. De hoofd- of seniorverpleegkundigen houden vooral de continuïteit in de gaten en houden het EPD (elektronisch patiënten dossier) bij de hand om zo nodig aanvulling te geven over de klinische toestand van de patiënt.

Gespreksruimte De visite wordt op Chirurgie-Zuid wegens verbouwing op de afdeling tijdelijk in de koffiekamer gehouden. Met behulp van een beamer wordt het elektronisch patiëntendossier gepresenteerd aan de aanwezigen. Op de afdeling Chirurgie-Noord wordt de visite grotendeels in de artsenkamer/ overdrachtsruimte gehouden met bovengenoemde deelnemers. Na het besproken beleid lopen de artsen, vaak met de verpleegkundige, langs de patiënten om het na te bespreken.

3.2.1.3 Observaties zaalronde ChirurgieOnder dit subkopje worden de resultaten van de observaties tijdens de zaalronde binnen de Chirurgie samenvattend weergegeven. De resultaten staan onderverdeeld onder de kopjes welke overeenstemmen met de gebruikte observatiechecklist (bijlage 2).

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis23

Page 25: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Deelnemers Op zowel Chirurgie-Zuid als Chirurgie-Noord wordt de zaalronde gehouden met de verpleegkundige, de arts-assistent met supervisor, de hoofd- of seniorverpleegkundige en een coassistent. Op Chirurgie-Zuid liepen er meerdere coassistenten mee, op Chirurgie-Noord was dit er maar één. De belangrijke gegevens van de patiënten werden op beide afdelingen eerst op de gang voor besproken, hierna gingen alle deelnemers naar binnen en werd het beleid met de patiënt besproken. Er werd hierbij altijd ruimte gegeven voor vragen van de patiënt, zodat deze zo haar/zijn wensen of behoeften betreffende het beleid uit kon spreken.

GespreksonderwerpenIn tabel 5 worden de besproken gespreksonderwerpen tijdens de visite weergegeven.

Onderwerpen blauwdruk visite

Niet Soms Meestal Altijd

Hoofdbehandelaar* XRede van opname O O(voorlopige) diagnose

O O

Behandelcode OParameters & problemen

Decubitus. Vitale functies, Mobiliseren,Benauwdheid.

Pijn, Voedingstoestand, Vochtbalans, Psychosociale toestand.Vitale functies.

Pijn, Voedingstoestand

Diagnostisch beleid XTherapeutisch beleid

X

Medicatie O OGeplande ontslagdatum

X

Vragen van de patiënt

X

Ontslagbeleid XInstemming patiënt therapeutisch beleid

O O

Tabel 5. Resultaten gespreksonderwerpen Chirurgie zaalronde.* Deze wordt weergegeven in het dossier, maar niet genoemd in het gesprek.Toelichting: X = op beide afdelingen hetzelfde, O = verschillend per afdeling, dikgedrukte parameters/problemen worden op beide afdelingen even vaak besproken.

Bijkomende gespreksonderwerpenBij zowel Chirurgie-Noord als Chirurgie-Zuid worden de onderwerpen misselijkheid en ontlasting bij veel van de patiënten genoemd. Op de afdeling Chirurgie-Noord wordt er meerdere malen over wondzorg gesproken, terwijl dit op Chirurgie-Zuid niet wordt gedaan.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis24

Page 26: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Rol verpleegkundigeDe zaalronde verloopt op beide afdelingen aardig gelijk. De verpleegkundige start het gesprek door haar patiënt te noemen. Vervolgens geeft de arts, op Chirurgie-Noord de arts-assistent, een introductie. De verpleegkundige vult dit eventueel aan. Verder deelt de verpleegkundige zijn/haar observaties, metingen en opmerkingen van de patiënt met de arts en geeft antwoord op de eventueel gestelde vragen van de arts over het klinische beeld van de patiënt. Verder wordt er tijdens het gesprek op de gang tussen de verpleegkundige en de arts gediscussieerd en klinisch geredeneerd over het huidige beleid en de nodige aanpassingen. In de kamer bij de patiënt heeft de arts duidelijk de leiding in het gesprek met de patiënt over het aangepaste beleid en heeft de verpleegkundige meer een ondersteunende rol. Ook wordt meestal aan de patiënt gevraagd hoe het gaat en enkele keren of hij/zij nog vragen heeft. De hoofd- of seniorverpleegkundige houdt toezicht tijdens de visite en noteert afspraken en ontslagdata.

Gespreksruimte De visite wordt per patiënt eerst op de gang gehouden, waarin de bevindingen van de verpleegkundige en het beleid worden voorgesproken. Vervolgens gaan onder andere de arts en de verpleegkundige naar de kamer van de patiënt om de patiënt in te lichten over de gemaakte afspraken en na te gaan of de patiënt hiermee akkoord gaat. Na bij de patiënt binnen te zijn geweest worden in sommige gevallen de mening van de patiënt besproken en meegenomen in het besluit. Dit gebeurt op beide afdelingen precies hetzelfde.

Overige Tijdens de zaalronde wordt op beide afdelingen zoveel mogelijk rekening gehouden met het waarborgen van de patiënt haar/zijn veiligheid. De deuren van de kamer en de kamers in de omgeving worden gesloten en gesloten gehouden tijdens het voorbespreken op de gang. Echter is het niet mogelijk de privacy te waarborgen bij de patiënten die op zaal liggen. Op beide afdelingen heeft de visite geen duidelijke structuur. De gesprekspunten worden door elkaar besproken.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis25

Page 27: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

3.2.2 InterviewsOnder dit subkopje worden de resultaten van de interviews met de verpleegkundigen ook onderverdeeld onder de groepen Neurocentrum en Chirurgie. De resultaten zijn uitgewerkt aan de hand van de vragenlijst opgesteld voor het afnemen van de interviews, zie bijlage 3. Voor de volledige uitwerking van de individuele interviews wordt er verwezen naar bijlage 8.

3.2.2.1 Interviews NeurocentrumBent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? De meeste verpleegkundigen waren niet volledig op de hoogte van de blauwdruk visite, ondanks dat de meeste van hen al langer werkzaam zijn dan dat de blauwdruk visite is opgesteld.

In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? De afdelingen hebben een eigen lijstje voor de visite waar iedereen zich aan houdt, zowel de verpleegkundigen als de artsen. Dit lijstje is afgeleid van de blauwdruk visite. Tijdens de visite worden alle punten op het lijstje in een vaste volgorde, zoals staat aangegeven, afgegaan. De visites hebben hierdoor een duidelijke vaste structuur. Als hiervan wordt afgeweken, wordt dit vrijwel direct gecorrigeerd. De seniorverpleegkundige heeft onder andere een ondersteunende rol in het naleven van dit lijstje.Over het algemeen is er een gelijke verdeling in wie de leiding neemt/heeft in het gesprek tussen de verpleegkundige en de arts.

Meerdere verpleegkundigen gaven aan dat er een verschil is in visites op de twee afdelingen. Bij Neurochirurgie verloopt volgens hen de visite vlotter. Op de afdeling Neurologie wijken artsen vaker af van de structuur dan op Neurochirurgie. Ook wordt op de Neurochirurgie de medicatie altijd uitgebreid besproken, terwijl op de afdeling Neurologie dit drie keer per week gebeurt.

Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Op beiden afdelingen wordt het onderwerp hoofdbehandelaar nooit tijdens de visite besproken, omdat dit in het EPD staat vermeld. De onderwerpen reden van opname, pijn, vitale functies en medicatie worden altijd besproken in de visite. De overige onderwerpen worden besproken afhankelijk van de patiëntensituatie.

Op de afdeling Neurologie werden de onderwerpen mictie en defecatie genoemd die nog in de blauwdruk visite werden gemist. Op de afdeling Neurochirurgie waren de verpleegkundigen over het algemeen wel tevreden met het lijstje.

Wenselijk?Een lijstje voor de visite, aangepast aan de patiëntencategorie van de afdeling, is wenselijk. Het zorgt voor een meer gestructureerde en daarmee duidelijkere visite.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis26

Page 28: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

3.2.2.2 Interviews ChirurgieBent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? De meeste verpleegkundigen waren niet volledig op de hoogte van de blauwdruk visite, ondanks dat de meeste van hen al langer werkzaam zijn dan dat de blauwdruk visite is opgesteld.

In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Beiden afdelingen hebben een eigen lijstje die niet altijd door iedereen wordt gebruikt. Er is geen vaste structuur. De structuur wordt namelijk beïnvloed door de patiëntensituatie, de aanwezige verpleegkundige en de arts. Daarnaast worden de punten door elkaar besproken. De arts neemt over het algemeen de leiding in het gesprek.

Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Op beiden afdelingen worden de onderwerpen hoofdbehandelaar, behandelcode, benauwdheid en decubitus vrijwel nooit genoemd. Deze staan in het EPD. De resterende punten zijn patiëntafhankelijk en verschilt het dus per patiënt en dus per visite welke punten wel en niet worden besproken. De onderwerpen wonden en drains werden over het algemeen gemist in de blauwdruk visite.

De reden van opname, de vitale functies, het therapeutisch beleid en de vochtbalans worden op Chirurgie-Noord altijd besproken en op Chirurgie-Zuid meestal. Verder was er geen duidelijk verschil te zien tussen beide afdelingen.

Wenselijk?Over het algemeen wordt een kort en krachtige visitelijstje, aangepast aan de afdeling, als wenselijk ervaren. Er wordt gestreeft naar een meer gestructureerde visite, waarbij zo’n lijstje zou helpen.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis27

Page 29: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

4. Analyse resultatenIn dit hoofdstuk wordt er een analyse gegeven van de resultaten van het literatuur- en het praktijkonderzoek. De projectleden zullen hier alle verkregen resultaten tegen elkaar afwegen.

Uit de literatuur kwam naar voren dat er een aantal elementen nodig zijn om de visite zo volledig en efficiënt mogelijk te laten verlopen. Dit zijn de volgende: het vormen van een beleid, de communicatie tussen de verschillende disciplines en onderwijs van de disciplines. Visites zijn van belang om hoogwaardige en veilige zorg te bieden aan patiënten. Door multidisciplinaire communicatie en actieve participatie tussen de disciplines wordt de conditie en situatie van de patiënt vanuit meerdere perspectieven bekeken en kan er tot een goed behandelplan worden gekomen. Ook het regelen van het ontslag kan door middel van deze communicatie sneller en efficiënter worden geregeld. Problemen worden sneller gesignaleerd, waardoor eerder actie kan worden ondernomen (1,11,13,20-23). Uit het praktijkonderzoek komt naar voren dat een goede communicatie en actieve participatie tussen de disciplines ervoor zorgt dat het behandelplan vanuit meerdere perspectieven wordt samengesteld. Op de afdelingen waar de communicatie goed verliep werd het ontslagbeleid vrijwel altijd besproken. Hierdoor kan eerder gezien worden wat er nog moet gebeuren voordat de patiënt met ontslag mag. Het literatuur- en praktijkonderzoek laten zien dat een goede multidisciplinaire communicatie en actieve participatie leiden tot een completer behandelplan. Tevens zorgt dit ervoor dat de visite en het zorgproces sneller en efficiënter verlopen.

Verder komt uit het literatuuronderzoek naar voren dat een combinatie van een papieren visite en een zaalronde ook tot het opstellen van een completer behandelplan kan leiden. Patiënten geven de voorkeur aan zaalrondes, omdat zij zich dan meer betrokken voelen bij hun eigen zorgproces. De papieren visite heeft veel voordelen, maar moet geen vervanging zijn voor de zaalronde en het contact met de patiënt (1,11,13,20-23). Op de afdelingen binnen de Chirurgie wordt er zowel een papieren visite als een zaalronde gehouden. Binnen het Neurocentrum is dit alleen een papieren visite. De verpleegkundigen van het Neurocentrum geven in de interviews aan dat het voor hen, vanwege praktische redenen, niet haalbaar is om bij de zaalronde mee te lopen. Zij hebben te maken met een tweede lopende visite (Neurologie en Neurochirurgie). De artsen gaan na de papieren visite, zonder de verpleegkundige, bij de patiënten langs om het eventuele aangepaste beleid te bespreken. Uit de observaties is naar voren gekomen, dat door middel van het houden van zowel een papieren visite als een zaalronde de patiënt meer bij zijn/haar eigen behandelplan wordt betrokken. De patiënt heeft hierdoor de mogelijkheid om vragen te stellen en wensen te uiten, waarop het behandelplan kan worden aangescherpt. Het praktijk- en literatuuronderzoek laten zien dat een combinatie van een papieren visite en een zaalronde tot het opstellen van een meer patiëntgericht behandelplan leidt.

Uit de interviews is naar voren gekomen dat bijna alle verpleegkundigen niet op de hoogte zijn van de huidige blauwdruk visite. Echter wordt er in het artikel over de blauwdruk visite beschreven dat deze op elke afdeling is geïmplementeerd en alle afdelingen hier dus van op de hoogte zouden moeten zijn (1). Ook komt naar voren dat de huidige blauwdruk visite grotendeels is gebaseerd op meningen van verpleegkundigen, artsen en stafmedewerkers uit het AMC en op wetenschappelijke literatuur. De mening van de disciplines die tot de randvoorwaarden en afspraken zijn gekomen, kunnen afwijkend zijn van de mening van de andere disciplines in het AMC. Deze meningen zijn niet meegenomen in de huidige blauwdruk visite, wat tot gevolg kan hebben dat de blauwdruk visite niet bij iedereen zal bevallen. Dit is, volgens de projectgroep, een belangrijk punt als het gaat om het implementatieproces van de huidige blauwdruk visite. Een product/verandering dat bij iedereen (of in ieder geval de meeste betrokkenen) in de smaak valt, zal sneller toegepast worden in de praktijk. Het is volgens de projectgroep om deze reden belangrijk dat hiermee rekening wordt gehouden bij de

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis28

Page 30: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

ontwikkeling en het implementatieproces van de aanbevelingen van de projectgroep ten aanzien van de huidige blauwdruk visite.

De observaties laten dan ook zien dat de vier verschillende afdelingen de blauwdruk visite niet volledig naleven tijdens de visite. Op de afdelingen binnen het neurocentrum wordt gebruik gemaakt van een eigen lijstje die door alle disciplines wordt aangehouden (Bijlage 5). Op deze manier kan er geen belangrijke informatie of problemen worden gemist en heb je op deze manier een duidelijk beeld van de situatie van de patiënt. Op de chirurgische afdelingen worden de visites niet volgens een vaste structuur gelopen. Er is wel een lijstje aanwezig (Bijlage 6). Echter blijkt uit de interviews dat deze niet altijd door iedereen wordt gevolgd. Dit kan er toe leiden dat bepaalde informatie over de patiënt wordt vergeten te benoemen en dit tot een latere constatering van problemen kan leiden. Verder kwam naar voren dat niet alle punten uit de huidige blauwdruk visite altijd relevant zijn om tijdens de visite te bespreken. Enkele punten zijn namelijk patiëntafhankelijk. Ondanks dat niet alle verpleegkundigen de visite volgens een lijstje lopen, blijkt uit de interviews en observaties dat het aanhouden van een lijstje en daardoor het volgen van een vaste structuur wenselijk is. Uit het praktijkonderzoek komt dus naar voren dat niet alle punten van de huidige blauwdruk visite worden nageleefd en er mede hierdoor niet altijd een vaste structuur aanwezig is. Terwijl het volgen van een lijstje en hiermee het aanhouden van een vaste structuur wel wenselijk is en er voor kan zorgen dat er geen belangrijke informatie wordt gemist.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis29

Page 31: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

5. Conclusie en aanbevelingenIn dit hoofdstuk geven de projectleden, op basis van de resultaten uit het praktijk- en literatuuronderzoek, antwoord op de hoofdvraag van het onderzoek.

5.1 ConclusieDit verbeterplan is opgesteld naar aanleiding van de vraag van de opdrachtgever. Het probleem dat door de verpleegkundig bestuurders binnen het AMC wordt ervaren, is dat de blauwdruk visite niet op alle afdelingen wordt nageleefd en dus de visite niet op een eenduidige manier verloopt. De hoofdvraag in dit verbeterplan is: Welke aanpassingen aan de huidige visite zullen het naleven van de uitgangspunten van de blauwdruk visite door de verpleegkundigen bevorderen? De hoofdvraag wordt, op basis van de analyse van de resultaten, in de vorm van een aantal aanbevelingen beantwoord. Deze aanbevelingen, en het gehele onderzoek, zijn een onderdeel van een groter onderzoek naar een optimale ontwikkeling en implementatie van een AMC-brede blauwdruk visite. Dit grotere onderzoek is in samenwerking met de opdrachtgever. De aanbevelingen worden meegenomen in de activiteiten in het kader van Zorgzaam en Zorgvuldig, binnen het onderwerp visite. In de volgende paragraaf worden de aanbevelingen weergegeven.

5.2 AanbevelingenDe aanbevelingen worden op micro-, meso- en macroniveau beschreven, zie tabel 6 en 7. Indien de gegeven aanbevelingen worden toegepast bij het aanpassen van de huidige blauwdruk visite, zal dit, naar verwachting van de projectgroep, het naleven van de uitgangspunten van de blauwdruk visite door de verpleegkundigen bevorderen. Alle aanbevelingen zijn gegradeerd volgens de mate van bewijslast van het CBO (Tabel 6)(26). Classificatie E is toegevoegd, omdat sommige aanbevelingen zijn geformuleerd uit meningen van de projectgroep.

A1 Systematische reviews en meta-analyses.A2 Gerandomiseerd dubbelblind vergelijkend onderzoek van goede kwaliteit en voldoende

omvang.B Gerandomiseerde klinische trials van matige kwaliteit of onvoldoende omvang of ander

vergelijkend onderzoek (niet-gerandomiseerd, vergelijkend cohortonderzoek, patiënt-controle-onderzoek).

C Niet-vergelijkend onderzoekD Mening van deskundigenE Mening van projectgroepTabel 6. Classificatie van de bewijslast (26).

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis30

Page 32: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

5.2.1 MicroniveauDe aanbevelingen die onder het microniveau vallen zijn bedoeld voor de verpleegkundigen op de vier betrokken afdelingen en de Werkgroep Visite. Deze aanbevelingen staan beschreven in tabel 7.

Aanbeveling Uitleg Classificatie1. Samenwerking: Tijdens de visite

vindt er effectieve communicatie en actieve participatie plaats.

Indien alle disciplines actief deelnemen aan de visite en onderling duidelijk communiceren, wordt het behandelplan vanuit multidisciplinair oogpunt bekeken. Problemen worden hierdoor sneller gesignaleerd, waardoor sneller actie kan worden ondernomen.

A2, B, E

2. Inhoud: Benoem ten alle tijden tijdens de visite: de reden van opname, het therapeutisch beleid, ontslagbeleid, pijn, vitale functies, medicatie en vochtbalans. De resterende onderwerpen worden patiëntafhankelijk genoemd.

Uit het praktijkonderzoek blijkt dat bepaalde gespreksonderwerpen voor iedere patient belangrijk zijn om tijdens de visite te bespreken. Voor de resterende onderwerpen geldt dit niet. Door deze te noemen wanneer dat niet van belang is, kost dat onnodig tijd.

B, D, E

3. Inhoud: Het beleid wordt tijdens de visite zo nodig aangepast. Indien dit tijdens de visite niet mogelijk is, worden de taken en verantwoordelijkheden van de betrokken disciplines vastgesteld en wordt dezelfde dag het beleid alsnog zo nodig aangepast.

Tijdens de visite zijn de artsen, verpleegkundigen en eventueel andere disciplines aanwezig. Het is dus een goed moment om een multidisciplinair besluit te kunnen vormen en de taken en verantwoordelijkheden hierbij inzichtelijk te maken.

B, D, E

4. Inhoud: Bepaalde zaken worden, indien hier ruimte voor is, duidelijk beargumenteerd en uitgelegd om de co-assistenten (en andere betrokken disciplines) een onderwijsmoment te bieden.

De visite is een uitgelezen kans voor het opleiden van coassistenten en arts-assistenten tot specialist,zonder dat dit ten koste gaat van de tijd van de andere disciplines.

A2, B, D, E

5. Structuur: Houdt tijdens de visite een vaste structuur aan om het missen van belangrijke gegevens te voorkomen. De blauwdruk visite wordt hierbij als handvat gebruikt.

Op deze manier kan geen belangrijke informatie of mogelijke problemen gemist worden. Ook kan er door een vaste structuur aan te houden een compleet beeld van de situatie van de patiënt worden geschetst.

A2, B, C, D, E

Tabel 7. Aanbevelingen microniveau

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis31

Page 33: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

5.2.2 MesoniveauDe aanbevelingen die onder het mesoniveau vallen, zijn bedoeld voor de standaard verpleegafdelingen en de Werkgroep Visite binnen het AMC. Deze aanbevelingen staan beschreven in tabel 8.

Aanbeveling Uitleg Classificatie1. Implementatieproces: Laat alle

afdelingen op dezelfde wijze kennis maken met de blauwdruk visite.

Op deze manier is het meetbaar welke wijze van kennismaken het implementeren van de aanbevelingen succesvol maakt.

B, E

2. Implementatieproces: Geef informatie, aangepast aan de afdelingen, over het gebruik van de blauwdruk visite.

Per afdeling verschilt de patiëntencategorie en daarmee ook de prioriteit in gespreksonderwerpen die tijdens de visite aan bod komen.

D, E

3. Implementatieproces: Plan evaluatiemomenten met de afdelingen om het succes van de blauwdruk visite te beoordelen en de inhoud ervan zo nodig aan te passen.

Door de wensen en belangen van alle stakeholders in de vernieuwde blauwdruk visite mee te nemen, zal dit het implementatiesucces verhogen. B, E

4. Implementatieproces: Alle aanbevelingen die onder het microniveau vallen, worden in de vernieuwde blauwdruk visite verwerkt.

De blauwdruk visite zal door het literatuuronderzoek meer valide zijn en door het praktijkonderzoek meer aansluiten bij de wensen en behoeften van de standaard verpleegafdelingen. Het implementatiesucces zal hiermee worden vergroot.

A2, B, E

Tabel 8. Aanbevelingen mesoniveau

5.2.3 MacroniveauOnder het macroniveau wordt het landelijke niveau verstaan. Dit niveau is niet van toepassing op dit onderzoek, omdat het onderwerp zich beperkt tot het AMC.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis32

Page 34: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

6. DiscussieIn de discussie worden de eventuele onzekerheden vanuit het praktijk- en literatuuronderzoek uitvoerig beschreven.

6.1 Validiteit LiteratuuronderzoekDe projectgroep heeft het literatuuronderzoek beoordeeld op mate van validiteit.

Voor het beantwoorden van de vraag ‘Waar is de huidige blauwdruk visite op gebaseerd?’, heeft de projectgroep de opdrachtgever om informatie gevraagd. De reden hiervoor is dat de opdrachtgever nauw betrokken is bij de ontwikkeling van de huidige blauwdruk visite en de eventuele verbetering hiervan. Aangezien de huidige blauwdruk visite volgens de opdrachtgever vanuit onder andere meningen van verpleegkundigen, artsen en stafmedewerkers uit het AMC is ontstaan, kon de projectgroep hierover geen informatie in databases vinden. Het artikel dat van de opdrachtgever is verkregen, bevat alle informatie over de ontwikkeling van de huidige blauwdruk visite (1). Om deze reden is het gebruikte artikel, volgens de projectgroep en de opdrachtgever, geschikt om de betreffende deelvraag te kunnen beantwoorden.

Uit het hierboven genoemde artikel bleek dat de ontwikkeling van de blauwdruk visite ook op literatuur is gebaseerd. Om de waarde van deze literatuur te beoordelen is gekozen om een wetenschappelijk artikel uit de betreffende referentielijst te beoordelen. Zoals in het methoden hoofdstuk van dit verbeterplan is beschreven, is vanwege tijdsgebrek gekozen om één referentie te beoordelen. Dit is relatief gezien, aan de gehele referentielijst, een gebrekkig aantal. Dit kan de validiteit van het literatuuronderzoek naar de ontwikkeling van de huidige blauwdruk visite hebben verminderd.

Voor het beantwoorden van de deelvraag ‘Wat is volgens wetenschappelijke literatuur het doel van de visite?’ is gezocht in verschillende databases, namelijk Cochrane, Pubmed/MEDLINE, en Cinahl, omdat het hier om een open vraag gaat. Er zijn meerdere antwoorden mogelijk. Door kwaliteitseisen te stellen aan de artikelen kwam de projectgroep op een aantal artikelen die als voldoende valide kon worden beschouwd (1,11,13,20-23). Mogelijk is er nog meer informatie te vinden over de betreffende deelvraag om het antwoord specifieker te kunnen beantwoorden.

De projectgroep is van mening dat er nader onderzoek nodig is voor het beantwoorden van de betreffende deelvragen van het literatuuronderzoek. Indien alle referenties, uit het artikel over de ontwikkeling van de huidige blauwdruk visite, worden beoordeeld, zou dit de validiteit van het literatuuronderzoek kunnen vergroten. Ook zouden de betrokken disciplines voor extra informatie over het opstellen van de huidige blauwdruk visite kunnen worden benaderd. Verder zou er in meerdere databases naar relevante informatie kunnen worden gezocht om de tot nu toe verkregen resultaten te bevestigen.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis33

Page 35: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

6.2 Validiteit PraktijkonderzoekDe projectgroep heeft ook het praktijkonderzoek beoordeeld op mate van validiteit.

Voor het beantwoorden van de deelvragen ‘Volgens welke structuur wordt de visite op de betreffende afdelingen gelopen?’, ‘Welke elementen uit de blauwdruk visite worden nageleefd tijdens de visite?’ en ‘Welke elementen uit de blauwdruk visite worden niet nageleefd tijdens de visite?’ zijn observaties verricht. Vanwege de beschikbare tijd konden in totaal zes visites worden bijgewoond. Gezien het aantal visites dat is bijgewoond ten opzicht van het aantal visites dat er per week alleen al plaatsvinden, kan je spreken van een steekproefsgewijs onderzoek. Het zou kunnen zijn dat de geobserveerde visites op dat moment beter of juist minder goed verliepen dan de gemiddelde visite. Een minder goede visite kan tot onderschatting leiden, betreffende het naleven van de blauwdruk visite tijdens de visite. Een betere visite kan weer tot overschatting leiden.

Tijdens de observaties is geen gebruik gemaakt van blindering. Met andere woorden: de “proefpersonen” (de deelnemers aan de betreffende visites) wisten voor de start van de observaties van het doel van het onderzoek af. Dit zou ervoor gezorgd kunnen hebben dat de proefpersonen de huidige blauwdruk visite op dat moment meer toepastten dan gewoonlijk. Dit kan de validiteit van het praktijkonderzoek hebben verminderd.

Voor het beantwoorden van de deelvraag ‘Welke redenen worden er gegeven voor het niet naleven van de uitgangspunten uit de blauwdruk visite?’ zijn interviews afgelegd. Niet alle verpleegkundigen van de vier betrokken afdelingen konden door de projectgroep worden geïnterviewd. Ook hierbij geldt het mogelijke gevaar voor overschatting of onderschatting van de verkregen resultaten.

Onder de geïnterviewde verpleegkundigen bevonden zich twee hoofdverpleegkundigen en één seniorverpleegkundige. De projectgroep heeft hiervoor gekozen, omdat zij een ondersteunende rol hebben tijdens de visite en zich dus meer bewust zijn van de structuur van de visite. Naar verwachting van de projectgroep bezitten zij om deze reden meer informatie over de visite en konden dit dus delen met de projectgroep. Door deze verpleegkundigen mee te nemen in de interviews, is de kans kleiner dat er belangrijke informatie mist in de verkregen resultaten.

Over of deze twaalf verpleegkundigen representatief zijn voor alle verpleegkundigen op de betreffende afdelingen, valt te discussiëren. In eerste instantie zouden de verkregen antwoorden slechts een grof beeld schetsen over wat de gemiddelde mening is van de verpleegkundigen op de betrokken afdelingen. Echter bleken de antwoorden uit de interviews vrijwel allemaal overeen te komen, waardoor gezegd kan worden dat dit aantal wel voldoende is om een representatieve groep te vormen. Dit zou ook, gezien het aantal verpleegkundigen, op toeval kunnen berusten. Hiermee wordt bedoeld dat het mogelijk is dat bijvoorbeeld toevallig vrijwel alle geinterviewden niet geheel op de hoogte waren van de blauwdruk visite en dat de rest er wel van op de hoogte zou kunnen zijn. De projectgroep is naar aanleiding van de overeenkomende resultaten van mening dat het praktijkonderzoek op dit gebied valide is.

Er is gekozen voor een semigestructureerde interview. Dit verkleint het aantal mogelijke uitkomsten. Hierdoor konden de verkregen antwoorden op de verschillende vragen geclusterd worden en een concrete conclusie getrokken worden. De validiteit van het resultaat uit de interviews wordt hiermee vergroot.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis34

Page 36: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Twee verpleegkundigen zijn vanwege praktische redenen, zoals beschikbare ruimte, geïnterviewd in het bijzijn van een andere collega verpleegkundigen. Dit zou de antwoorden van deze verpleegkundigen kunnen hebben beïnvloed, vanwege de gebrekkige privacy. Alle andere verpleegkundigen zijn geïnterviewd in een aparte kamer zonder derden om de privacy zoveel mogelijk te waarborgen. Hierdoor is de kans op een persoonlijk antwoord groter.Na de resultaten verzameld en geanalyseerd te hebben, viel het op dat de conclusies tussen de afdelingen Chirurgie-Noord en Chirurgie-Zuid en tussen de afdelingen Neurologie en Neurochirurgie vrijwel overeen kwamen. Er bleek wel verschil te zijn tussen het Neurocentrum en de Chirurgie. Het zijn twee verschillende groepen met verschillende patiëntencategorieën en dus met hun eigen aandachtpunten qua visitegespreksonderwerpen en structuur. Deze twee groepen zijn vanwege heterogeniteit apart van elkaar beoordeeld om de kans op vertekening van de uitkomst te verkleinen.

De projectgroep is van mening dat er nader onderzoek nodig is om over de betreffende deelvragen voor het praktijkonderzoek meer specifieke en dus betere uitspraken te kunnen doen. Hiermee worden meerdere observaties en interviews op de betreffende afdelingen bedoeld en observaties en interviews op de resterende standaard verpleegafdelingen. Op deze manier zou er een meer AMC-brede conclusie getrokken kunnen worden, waarbij de validiteit voldoende is.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis35

Page 37: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Literatuurlijst1. Verhaegh K, Selier-Boersma A, Simons R, Steenbruggen J, Buurman B. Multidisciplinaire

visite: ontwikkeling en implementatie van een blauwdruk. Tijdschrift voor verpleegkundigen. 2012. p. 51-55

2. Verpleegkundig bestuurders AMC. Zorgzaam en Zorgvuldig: 2014 mei. p. 15

3. AMC. Academisch medisch centrum. URL: https://www.amc.nl/web/Het-AMC/Organisatie/Academisch-Medisch-Centrum.htm (Geraadpleegd op 10 oktober 2014)

4. Academisch medisch centrum. Afdeling. URL: https://www.amc.nl/web/Het-AMC/Afdelingen/Medische-afdelingen/Chirurgie/Chirurgie/Afdeling.htm (Geraadpleegd op 23 oktober 2014)

5. Academisch medisch centrum. Afdeling. URL: https://www.amc.nl/web/Het-AMC/Afdelingen/Medische-afdelingen/Neurologie/Neurologie/Afdeling.htm (Geraadpleegd op 23 oktober 2014)

6. Academisch medisch centrum. Afdeling. URL: https://www.amc.nl/web/Het-AMC/Afdelingen/Medische-afdelingen/Neurochirurgie/Neurochirurgie/Afdeling.htm (Geraadpleegd op 23 oktober 2014)

7. Jacobs L, Lenssen M, Ikkersheim D. De patiënt centraal? Breukelen: Plexus en BKB; 2011.

8. Wollersheim H, Bakker PJM, van der Weijden T. Inleiding in kwaliteit en veiligheid van zorg. p. 013-024 URL: http://assortiment.bsl.nl/files/b06967d0-4ad7-437d-93b9-ea0ab786a903/kwaliteitenveiligheidh1.pdf (Geraadpleegd 16-12-2014)

9. Keurmerkinstituut. Keurmerken in de zorgsector. URL: http://www.keurmerk.nl/NL/Zorg-en-Welzijn/Keurmerken-in-de-zorgsector (geraadpleegd 16-12-2014)

10. VMS Veiligheidsprogramma. Patiëntveilig communiceren. 2013. URL: http://www.vmszorg.nl/Onderwijs-and-Opleiding/Patientveilig-communiceren (geraadpleegd op 16-12-2014)

11. Royal College of Physicians, Royal College of Nursing. Ward rounds in medicine: principles for best practice. London: RCP; 2012.

12. Sharma S, Peters MJ. Safety by DEFAULT: introduction and impact of a paediatric ward round checklist. Critical Care 2013; 17(5):R232

13. O'Hare JA. Anatomy of the ward round. Eur J Intern Med 2008;19:309–313.

14. Encyclo.nl. Nederlandse encyclopedie; 2014. URL: http://www.encyclo.nl/begrip/effici%C3%ABnt (geraadpleegd 18-12-2014)

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis36

Page 38: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

15. Encyclo.nl. Nederlandse encyclopedie; 2014. URL: http://www.encyclo.nl/begrip/effectief (geraadpleegd 18-12-2014)

16. Encyclo.nl. Nederlandse encyclopedie; 2014. URL: http://www.encyclo.nl/begrip/validiteit (Geraadpleegd 19-12-2014)

17. Gurses AP, Xiao Y. A systematic review of the literature on multidiscipliaire rounds to design information technology. In: Journal of the American Medical Informatics Association. 2006 May / Jun; Vol 13: p. 267–276

18. Evidence-based RichtlijnOntwikkeling. Formulier Va voor het beoordelen van een systematic review van randomised controlled trials. URL: http://dcc.cochrane.org/sites/dcc.cochrane.org/files/uploads/SR-RCT.pdf (geraadpleegd 27-10-2014)

19. Baarda B, Hulst van der M, Goede M, Goede de M. Wat is een interview? In: Basisboek interviewen. Plaats: Noordhoff Uitgevers bv; 2012 juli. p. 11-28

20. Coombs M. Power and conflict in intensive care clinical decision making. Intensive Crit Care Nurs 2003;19:125–135

21. Creamer GL, Dahl A, Perumal D, Tan G, Koea JB. Anatomy of the ward round: the time spent in different activities. ANZ J Surg 2010;80:930–932

22. Coomarasamy A, Khan KS. What is the evidence that postgraduate teaching in evidence based medicine changes anything? BMJ 2004;329:1-5.

23. Landry MA, Lafrenaye S, Roy MC, Cyr C. A Randomized, Controlled Trial of Bedside Versus Conference-Room Case Presentation in a Pediatric Intensive Care Unit. Pediatrics 2007;120:275-280

24. Hodgson R, Jamal A and Gayathri B. A survey of ward round practice. Psychiatr Bull 2005;29:171-173.

25. Kieft M. De Delphi-methode nader bekeken. Participatie methode; Nijmegen: 2011. URL: http://www.samenspraakadvies.nl/publicaties/Handout%20delphi%20onderzoek.pdf (geraadpleegd 27-10-2014)

26. Offringa M, Assendelft WJJ, Scholten RJPM. Inleiding in evidence-based medicine. 3de druk. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum; 2008.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis37

Page 39: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Bijlagen

Bijlage 1 - AMC blauwdruk visite

AMC BLAUWDRUK VISITEVoor alle standaard verpleegafdelingen.

DOEL* Actuele (gezondheids)situatie patiënt bespreken* Diagnostisch en/ of therapeutisch plan bepalen* Ontslagmanagement* Informatie uitwisseling zorgverleners met de patiënt* Onderwijs aan (co-)assistenten en studenten

DEELNEMERS* Arts assistent met supervisor** Verpleegkundige* Senior- of hoofdverpleegkundige* Eventuele andere disciplines* PatiëntBelangrijk!1) Er moet voldoende continuïteit van zorgverlening zijn.2) De arts en verpleegkundige moeten bekwaam zijn om de bij de visite benodigde besluiten te nemen.3) De supervisor is minimaal een aantal malen p. week bij de visite aanwezig en bereikbaar voor overleg.4) De aanwezigheid van de senior- of hoofdverpleegkundige, minimaal een aantal malen per week, isbedoeld om knelpunten in de organisatie van de patiëntenzorg op de afdeling te signaleren omvervolgens adequate interventies in te kunnen zetten.

ONDERWERPEN VISITE* Hoofdbehandelaar* Reden van opname* (Voorlopige) diagnose* Behandelcode* Mogelijke parameters:- Vitale functies (ademhaling, hartslag, tensie, temperatuur)- Pijn- Benauwdheid- Decubitus- Voedingstoestand (SNAQ-score)- Vochtbalans- Mobiliseren- Psychosociale situatie* Diagnostisch beleid* Therapeutisch beleid* Medicatie* Geplande ontslagdatum* Ontslagbeleid* Vragen van de patiënt* Instemming patiënt therapeutisch beleid

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis38

Page 40: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

In principe neemt de arts assistent (met supervisor) de besluiten over benodigde diagnostiek,therapeutisch beleid, medicatie, geplande ontslagdatum en ontslagbeleid. Per actie wordt vastgelegd wie wat doet.PLAATSDe visite bestaat uit twee delen:* voorbereidende bespreking in afwezigheid van de patiënt (in overdrachtsruimte of op de gang metinachtneming van privacy van de patiënt)* visite aan het bed in aanwezigheid van de patiënt

SPELREGELS* De visite heeft een centrale rol in de organisatie van de dag* De visite heeft per werkplek een vaste tijd van aanvang en een streven voor eindtijd* Arts en verpleegkundige bereiden de visite voor (parameters verzamelen, lichamelijk onderzoek etc.)* Verpleegkundige bereidt de visite voor met patiënt* De visite wordt zo min mogelijk verstoord (daarover zijn afspraken vastgelegd)* Alle besluiten worden direct schriftelijk vastgelegd* De privacy van de patiënt wordt gewaarborgd tijdens de visite* Patiënt wordt in principe tijdens de visite geïnformeerd. Wanneer daar ruim tijd voor nodig is wordtdaartoe tijdens de visite een moment gepland.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis39

Page 41: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Bijlage 2 - Observatie checklist

Checklist visiteAfdeling:

Datum:

Gespreksruimte:

Ingenomen tijd:

Blauwdruk

Deelnemers□ Arts-assistent met supervisor□ Verpleegkundige□ Senior- of hoofdverpleegkundige□ Patiënt□ eventueel andere disciplines, zo ja, welke:

Gespreksonderwerpen□ Hoofdbehandelaar□ Rede van opname□ (Voorlopige) diagnose□ Behandelcode□ Mogelijke parameters en problemen in (gezondheids) situatie patiënt:

□ Vitale functies (ah, hf, rr, temp)□ Pijn□ Benauwdheid□ Decubitus□ Voedingstoestand (snaq-score)□ Vochtbalans□ Mobiliseren□ Psychosociale situatie

□ Diagnostisch beleid□ Therapeutisch beleid□ Medicatie□ Geplande ontslagdatum□ Vragen van de patiënt□ Ontslagbeleid□ Instemming patiënt therapeutisch beleid

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis40

Page 42: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Overige observaties

Deelnemers

Gespreksonderwerpen

Onduidelijkheden (besluitvormingen binnen beleid)

Rol verpleegkundige (wanneer inbreng? Wat voor inbreng? Etc.)

Overige

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis41

Page 43: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Bijlage 3 – Interview vragen

Interviews blauwdruk visite

Naam afdeling

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld?

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd?

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?

Niet:

Wel:

Wenselijk?

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis42

Page 44: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Bijlage 4 – Resultaten observaties afdelingen

Neurochirurgie papieren visiteDeelnemersTijdens de visite op de afdeling Neurochirurgie zijn de verpleegkundige van desbetreffende patiënt, de seniorverpleegkundige, de supervisor en de arts-assistent met supervisor aanwezig. De patiënt is tijdens de visite niet aanwezig. Artsen geven aan na de visite een ronde over de afdeling te maken om het besproken beleid met de patiënten na te bespreken. Hierbij zijn de verpleegkundigen, volgens de seniorverpleegkundige, meestal niet aanwezig vanwege praktische redenen, zoals een tweede lopende visite op de afdeling Neurologie.

Gespreksonderwerpen In tabel 9 worden de besproken gespreksonderwerpen tijdens de visite weergegeven.

Onderwerpen blauwdruk visite

Niet Soms Meestal Altijd

Hoofdbehandelaar* XRede van opname X(voorlopige) diagnose

X

Behandelcode XParameters & problemen

Benauwdheid, Decubitus

Pijn, voedingstoestand, mobiliseren

Vochtbalans, psychosociale situatie

Vitale functies,

Diagnostisch beleid XTherapeutisch beleid

X

Medicatie XGeplande ontslagdatum

X

Vragen van de patiënt

X

Ontslagbeleid XInstemming patiënt therapeutisch beleid**

X

Tabel 9. Resultaten gespreksonderwerpen Neurochirurgie.* Deze wordt weergegeven in het dossier, maar niet genoemd in het gesprek.** Dit wordt na visite besproken met de patiënt.

Bijkomende gespreksonderwerpenBij het noemen van de behandelcode werd ook genoemd of de patiënt bekend is met allergieën en zo ja, met welke.

Rol verpleegkundige De verpleegkundige begint het gesprek door de naam van zijn/haar patiënt te noemen. Verder vult de verpleegkundige de introductie van de patiënt, verteld door de arts, aan en geeft antwoord (observaties en metingen) op de vragen van de arts. Over het algemeen heeft de arts tijdens de visite de leidende rol.

Gespreksruimte

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis43

Page 45: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

De visite wordt gehouden in de vergaderruimte van de afdeling. Alle verpleegkundigen komen één voor één binnen om hun patiënten te bespreken. De artsen, de seniorverpleegkundige en andere aanwezige disciplines blijven zitten tot de visite afgelopen is. De patiënt is in deze ruimte niet aanwezig.

Overige Wat opviel was dat de medicatie bij iedere patiënt standaard werden opgenoemd om te checken of dit nog klopte en wat wel/niet meer nodig was.

Neurologie papieren visiteDeelnemersTijdens de visite op de afdeling Neurologie zijn de verpleegkundige van desbetreffende patiënt, de seniorverpleegkundige, de arts-assistent met supervisor, een aantal coassistenten en een neuroloog aanwezig. De patiënt is tijdens de visite niet aanwezig. Artsen geven aan na de visite een ronde over de afdeling te maken om het besproken beleid met de patiënten na te bespreken. Hierbij zijn de verpleegkundigen, volgens de seniorverpleegkundige, meestal niet aanwezig vanwege praktische redenen, zoals een tweede lopende visite op de afdeling Neurochirurgie.

GespreksonderwerpenIn tabel 10 worden de besproken gespreksonderwerpen tijdens de visite weergegeven.

Onderwerpen blauwdruk visite

Niet Soms Meestal Altijd

Hoofdbehandelaar* XRede van opname X(voorlopige) diagnose

X

Behandelcode XParameters & problemen

Benauwdheid, decubitus, vochtbalans

Voedingstoestand Pijn, mobiliseren, psychosociale situatie

Vitale functies,

Diagnostisch beleid XTherapeutisch beleid

X

Medicatie XGeplande ontslagdatum

X

Vragen van de patiënt

X

Ontslagbeleid X

Instemming patiënt therapeutisch beleid**

X

Tabel 10. Resultaten gespreksonderwerpen Neurologie.* Deze wordt weergegeven in het dossier** Dit wordt na visite besproken met de patiënt.

Bijkomende gespreksonderwerpenBij het noemen van de behandelcode werd ook genoemd of de patiënt bekend is met allergieën en zo ja, met welke. Enkele keren kwam in de visite de EMV-score naar voren.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis44

Page 46: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Rol verpleegkundigeDe seniorverpleegkundige begint het gesprek door de naam van de patiënt te noemen die door betreffende verpleegkundige wordt verzorgd. Verder helpt de seniorverpleegkundige de nog niet benoemde punten te bespreken, zoals de behandelcode, en geeft soms aanvulling op de klinische gesteldheid van de patiënt met bevindingen uit eigen ervaring. De verpleegkundige vult de introductie van de patiënt, verteld door de arts, aan en geeft antwoord (observaties en metingen) op de vragen van de arts. Bij afwijkende waardes vraagt de verpleegkundige aan de arts of hiermee wat moet gebeuren en benoemt de wensen en behoeften van de patiënt betreffende het huidige beleid. Over het algemeen heeft de arts tijdens de visite de leidende rol.

GespreksruimteDe visite wordt gehouden in de vergaderruimte van de afdeling. Alle verpleegkundigen komen één voor één binnen om hun patiënten te bespreken. De artsen, de seniorverpleegkundige en andere aanwezige disciplines blijven zitten tot de visite afgelopen is. De patiënt is in deze ruimte niet aanwezig.

Overige Wat opviel was dat de medicatie bij iedere patiënt standaard werd opgenoemd om te checken of dit nog klopte en wat wel/niet meer nodig was. Tijdens de visite klonken op meerdere momenten piepers van de verpleegkundigen.

Zaalronde Chirurgie-Zuid DeelnemersDe visite op de afdeling Chirurgie, Chirurgie-Zuid, wordt gehouden met de verpleegkundige, de arts-assistent met supervisor, de seniorverpleegkundige en een coassistent. Na op de gang de patiënt te hebben besproken, lopen zij naar binnen bij de patiënt. Zij bespreken dan met de patiënt het beleid. Hierbij is ruimte voor de patiënt om hierover vragen te stellen en zijn/haar wensen behoeften betreffende het beleid uit te spreken.

GespreksonderwerpenIn tabel 11 worden de besproken gespreksonderwerpen tijdens de visite weergegeven.

Onderwerpen blauwdruk visite

Niet Soms Meestal Altijd

Hoofdbehandelaar XRede van opname X(voorlopige) diagnose

X

Behandelcode XParameters & problemen

Decubitus Vitale functies, benauwdheid, mobiliseren

Pijn, voedingstoestand, vochtbalans, psychosociale toestand

-

Diagnostisch beleid XTherapeutisch beleid

X

Medicatie XGeplande ontslagdatum

X

Vragen van de patiënt

X

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis45

Page 47: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Ontslagbeleid XInstemming patiënt therapeutisch beleid

X

Tabel 11. Resultaten gespreksonderwerpen zaalronde Chirurgie-Zuid.Bijkomende gespreksonderwerpenDe onderwerpen ontlasting en misselijkheid kwamen meerdere keren aan bod.

Rol verpleegkundigeDe verpleegkundige start het gesprek door zijn/haar patiënt te noemen. Vervolgens geeft de arts een introductie. De verpleegkundige vult dit eventueel aan. Verder deelt de verpleegkundige zijn/haar observaties, metingen en opmerkingen over de patiënt met de arts en geeft antwoord op de eventueel gestelde vragen van de arts over het klinische beeld van de patiënt. Verder wordt er tijdens het gesprek op de gang tussen de verpleegkundige en de arts gediscussieerd en klinisch geredeneerd over het huidige beleid en de nodige aanpassingen. In de kamer bij de patiënt heeft de arts duidelijk de leiding in het gesprek en heeft de verpleegkundige meer een ondersteunende functie. De senior verpleegkundige houdt toezicht tijdens de visite en noteert afspraken en ontslagdata.

Gespreksruimte De visite wordt per patiënt eerst op de gang gehouden, waarin de bevindingen van de verpleegkundige en het beleid worden voorgesproken. Vervolgens gaan onder andere de arts en de verpleegkundige naar de kamer van de patiënt om de patiënt in te lichten over de gemaakte afspraken en na te gaan of de patiënt hiermee akkoord gaat. Na bij de patiënt binnen te zijn geweest worden in sommige gevallen de mening van de patiënt besproken en meegenomen in het besluit.

OverigeTijdens de visite worden alle deuren van de kamers in de omgeving gesloten, om de privacy te waarborgen. Ook wanneer er op de kamer van de patiënt het beleid wordt nabesproken, wordt de deur dicht gedaan. Echter is dit op zaal niet mogelijk. De visite op de gang heeft geen duidelijke structuur. De punten worden door elkaar besproken.

Papieren visite Chirurgie-ZuidDeelnemers Tijdens de visite zijn de verpleegkundige van betreffende patiënt, arts assistent met supervisor, de hoofdverpleegkundige, coassistenten en de chirurg aanwezig.

Gespreksonderwerpen In tabel 12 worden de besproken gespreksonderwerpen tijdens de visite weergegeven.

Onderwerpen blauwdruk visite

Niet Soms Meestal Altijd

Hoofdbehandelaar XRede van opname X(voorlopige) diagnose

X

Behandelcode XParameters & problemen

Benauwdheid, Vitale functies, decubitus, vochtbalans

Pijn, voedingstoestand, mobiliseren,

-

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis46

Page 48: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

psychosociale toestand

Diagnostisch beleid XTherapeutisch beleid

X

Medicatie XGeplande ontslagdatum

X

Vragen van de patiënt

X

Ontslagbeleid XInstemming patiënt therapeutisch beleid

X

Tabel 12. Resultaten gespreksonderwerpen papieren visite Chirurgie-Zuid.

Bijkomende gespreksonderwerpenOntlasting en misselijkheid worden meerdere malen, dus bij meerdere patiënten, in de visite benoemd.

Rol verpleegkundige De verpleegkundige begint het gesprek door de naam van zijn/haar patiënt te noemen. De coassistent introduceert vervolgens de patiënt, waarop zowel de arts als de verpleegkundige aanvulling geven. De verpleegkundige vertelt hierbij zijn/haar bevindingen, metingen en eigen mening/ klinische blik over de toestand van de patiënt en het huidige beleid. Verder komt de verpleegkundige meerdere malen op voor de belangen en wensen van de patiënten. Er wordt tijdens de visite tussen verpleegkundige en artsen gediscussieerd over het beleid. Arts bevestigt uiteindelijk het nieuwe beleid. De hoofdverpleegkundige houdt gedurende de visite de continuïteit in de gaten en stuurt aan indien het gesprek lijkt af te dwalen. Ook houdt hij/zij de medicatiemappen bij de hand en bespreekt dit met de artsen.

Gespreksruimte De visite wordt wegens verbouwing op de afdeling tijdelijk in de koffiekamer gehouden. Met behulp van een beamer wordt het elektronisch patiëntendossier gepresenteerd aan de aanwezigen.

Overige De deur is tijdens de visite dicht om de privacy van de patiënt te waarborgen. Als de deur open staat, wordt deze direct weer dichtgedaan door de verpleegkundigen. Tijdens de visite wordt er een aantal keer door elkaar gepraat. Ook word er gebruik gemaakt van het koffiezetapparaat, waardoor de arts de verpleegkundige niet kon verstaan en de verpleegkundige dit nogmaals moest herhalen. Tijdens de visite wordt er geen eenduidige volgorde aangehouden om de patiënten te bespreken. Verder gingen er een aantal keren piepers af. Dit kan afleiden.

Zaalronde Chirurgie-NoordDeelnemersTijdens de zaalronde zijn de verpleegkundige van desbetreffende patiënt, de arts-assistent met supervisor, de hoofdverpleegkundige, een aantal coassistenten en de patiënt aanwezig. De patiënt wordt in zijn/haar kamer bij het gesprek betrokken.

Gespreksonderwerpen

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis47

Page 49: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

In tabel 13 worden de besproken gespreksonderwerpen tijdens de visite weergegeven.

Onderwerpen blauwdruk visite

Niet Soms Meestal Altijd

Hoofdbehandelaar XRede van opname X(voorlopige) diagnose

X

Behandelcode XParameters & problemen

Decubitus, Benauwdheid, mobiliseren,

Vitale functies, vochtbalans, psychosociale situatie

Pijn, voedingstoestand

Diagnostisch beleid

X

Therapeutisch beleid

X

Medicatie XGeplande ontslagdatum

X

Vragen van de patiënt

X

Ontslagbeleid XInstemming patiënt therapeutisch beleid

X

Tabel 13. Resultaten gespreksonderwerpen zaalronde Chirurgie-Noord.

Bijkomende gespreksonderwerpen Ontlasting en misselijkheid zijn een aantal keren tijdens de visite besproken. Ook is het onderwerp wondzorg een aantal keren naar voren gekomen.

Rol verpleegkundigeDe verpleegkundige begint het gesprek door de naam van zijn/haar patiënt te noemen. De arts- assistent introduceert de patiënt, de verpleegkundige geeft zo nodig aanvullingen over de situatie van de patiënt. Verder geeft de verpleegkundige antwoorden (bevindingen en metingen) op de vragen van de arts en vertelt zijn/haar klinische blik. De verpleegkundige discussieert met de arts of het huidige beleid aangepast moet worden. Eenmaal op de kamer bij de patiënt heeft de verpleegkundige een ondersteunende rol en gaat de arts met de patiënt in gesprek over het aangepaste beleid en de situatie van de patiënt. Ook wordt meestal aan de patiënt gevraagd hoe het gaat en enkele keren of hij/zij nog vragen heeft.

GespreksruimteDe visite wordt per patiënt eerst op de gang gehouden, waarin de bevindingen van de verpleegkundige en het beleid worden voorgesproken. Vervolgens gaan onder andere de arts en de verpleegkundige naar de kamer van de patiënt om de patiënt in te lichten over de gemaakte afspraken en na te gaan of de patiënt hiermee akkoord gaat. Na bij de patiënt binnen te zijn geweest worden in sommige gevallen de mening van de patiënt besproken en meegenomen in het besluit.

Overige

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis48

Page 50: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Er wordt naar gestreefd dat alle deuren van de patiëntenkamers gesloten zijn tijdens het gesprek op de gang. Als er een deur open staat, zorgt de verpleegkundige ervoor dat deze direct weer gesloten is. De visite heeft geen duidelijke structuur. De gesprekspunten worden door elkaar besproken. Verder viel het op dat tijdens de visite respect werd getoond aan de patiënt en zijn/haar situatie. Een voorbeeld hiervan is dat slechts de arts en de verpleegkundige bij de patiënt naar binnen gaan als het een slecht nieuwsgesprek betreft.

Papieren visite Chirurgie-NoordDeelnemersTijdens de visite op de afdeling Chirurgie, Chirurgie-Noord, zijn de verpleegkundige van desbetreffende patiënt, de hoofdverpleegkundige, de arts-assistent met supervisor, coassistenten en chirurgen aanwezig. De patiënt is tijdens de visite niet aanwezig. De seniorverpleegkundige geeft aan dat de artsen na de visite een ronde over de afdeling maken om het besproken beleid met de patiënten na te bespreken. Hierbij wordt er gestreefd naar aanwezigheid van de verpleegkundigen. Dit is echter niet altijd mogelijk.

GespreksonderwerpenIn tabel 14 worden de besproken gespreksonderwerpen tijdens de visite weergegeven.

Onderwerpen blauwdruk visite

Niet Soms Meestal Altijd

Hoofdbehandelaar XRede van opname X(voorlopige) diagnose

X

Behandelcode XParameters & problemen

Decubitus Benauwdheid, mobiliseren, psychosociale situatie

Vitale functies, pijn, voedingstoestand, vochtbalans

-

Diagnostisch beleid XTherapeutisch beleid

X

Medicatie XGeplande ontslagdatum

X

Vragen van de patiënt

X

Ontslagbeleid XInstemming patiënt therapeutisch beleid*

X

Tabel 14. Resultaten gespreksonderwerpen papieren visite Chirurgie-Noord.* Dit wordt na visite besproken met de patiënt.

Bijkomende gespreksonderwerpenMisselijkheid en ontlasting worden in deze visite veel besproken. Ook is het onderwerp wondzorg meerdere keren naar voren gekomen. Tenslotte worden eventuele onduidelijkheden over huidig beleid besproken.

Rol verpleegkundige

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis49

Page 51: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

De verpleegkundige begint het gesprek door zijn/haar patiënt te noemen. Vervolgens wordt de patiënt geïntroduceerd door een coassistent. Hierop reageren de chirurgen met eventuele aanvullingen en geven zij zo nodig feedback aan de coassistenten over de introductie. De artsen discussiëren vooral met elkaar over het huidige en nieuwe beleid, soms zonder betrekking van de verpleegkundige. De verpleegkundige vraagt dan zelf naar onduidelijkheden hierover. Verder geven verpleegkundigen antwoord (bevindingen, metingen, etc.) op de gestelde vragen van de chirurgen. Tenslotte benoemen de verpleegkundigen ook de patiënten die voor OK gaan, ondanks dat deze in principe niet besproken hoeven te worden. Dit dient als check voor de arts. De arts heeft meer de leiding in de visite. De hoofdverpleegkundige heeft het EPD (elektronisch patiënten dossier) voor zich en gebruikt dit om zo nodig aanvulling te geven over het klinische beeld van de patiënt.

GespreksruimteDe grote visite wordt grotendeels in de artsenkamer/ overdrachtsruimte gehouden met bovengenoemde deelnemers. Na de het besproken beleid lopen de artsen, vaak met de verpleegkundige, langs de patiënten om het na te bespreken.

Overige De visite dient vooral voor de coassistenten als een onderwijsmoment. Zij krijgen feedback over hun manier van introduceren van de patiënt en uitleg over onder andere interventies en mogelijke complicaties. Soms moeten chirurgen tijdens de visite weg vanwege OK’s die op dat moment gepland staan. Ook gaan er op meerdere momenten piepers af van zowel verpleegkundigen als artsen. Verder wordt er tijdens de visite enkele keren door elkaar gepraat of praten anderen met elkaar als iemand aan het woord is. Deze drie punten kunnen als storend worden ervaren.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis50

Page 52: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Bijlage 5 – Lijstje visite Neurocentrum

Visite Neurologie/Neurochirurgie

1. RVO supervisor – staflid – A(N)IOS

2. controles VAS / DOS / VBI

3. verpleegkundige observaties

4. aanvullend diagnostiek (incl. Lab./bac.)

5. MEDICATIE

6. MMW / FT / Reva / Logo / Ergo / Diëtetiek

7. BELEID / verkeerd bed

8. familie / ontslag gesprek

9. CODE / Allergie

10. ONTSLAG / SURPASS

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis51

Page 53: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Bijlage 6 – Lijstje visite Chirurgie-Noord

Afspraken visite G6 Noord

Ma/din/vrij 8:10 Wo/don 8:30. Dinsdag grote visite

Aanwezig: vpk, arts assistent, stafarts/ CHIVO, coassistenten, coördinerend verpleegkundige

Volgorde van kamer 207 tot en met 243 en dinsdag en donderdag omgekeerd1 cow voor de arts, 1 voor de verpleegkundige

Visite onderwerpen: vpk & arts1e deel visite voorbespreken voor dichte deur.De verpleegkundige heeft de verpleegkundige status gelezen en heeft patiënt gezien.

Verpleegkundige vult aan over de volgende onderwerpen:o Situatie afgelopen 24 uur; klinische blik, klachteno Controles; P, RR, Temp, SAT, VAS, MEWSo Input/output, infusie, vb, gewicht, up, def, voedingstoestando Drains; productie, !o Wond; aspecten, behandelingo Crdex; controle, start/stop (de medicatie uitdraai aan de co-ass geven)

Vaststellen behandelplan voor komende 24 uuro Vochto Medicatieo Onderzoekeno Contoles en observatieso Psychosociale aspecteno Consultatieso Ontslag planning (streefdatum, nog uit te voeren acties, poli, transfer, ASP)

Langs bij patiënt en informatie delen, zo nodig behandelplan bijstelleno Mededelen uitslagen onderzoekeno VVIo Beleid komende 24 uur/ instemming patiënt therpeutisch beleido Ontslagplanningo Vragen of de patiënt zelf nog vragen heeft en de vragen beantwoordeno Evt plannen vervolg gesprek met de patiënt en familie

Arts: afspraken noteren op het afsprakenblad.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis52

Page 54: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Bijlage 7 – Uitwerkingen observatiesHieronder worden twee uitgewerkte observatie checklisten weergegeven. Vanwege de grote getalen zijn alle observatie checklisten ten alle tijden opvraagbaar bij de projectgroep.

Checklist visiteAfdeling:

Neurochirurgie

Datum:29 oktober 2014

Gespreksruimte:Vergaderruimte

Ingenomen tijd:

Blauwdruk

Deelnemers■ Arts-assistent met supervisor■ Verpleegkundige■ Senior- of hoofdverpleegkundige□ Patiënt□ eventueel andere disciplines, zo ja, welke:

Gespreksonderwerpen■ Hoofdbehandelaar■ Rede van opname■ (Voorlopige) diagnose■ Behandelcode■ Mogelijke parameters en problemen in (gezondheids) situatie patiënt:

■ Vitale functies (ah, hf, rr, temp)■ Pijn□ Benauwdheid□ Decubitus□ Voedingstoestand (snaq-score)■ Vochtbalans■ Mobiliseren■ Psychosociale situatie

■ Diagnostisch beleid■ Therapeutisch beleid■ Medicatie■ Geplande ontslagdatum■ Vragen van de patiënt■ Ontslagbeleid□ Instemming patiënt therapeutisch beleid

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis53

Page 55: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Overige observaties

Deelnemers

GespreksonderwerpenMedicatie wordt besproken: Hoeveel en hoe vaakHoofdbehandelaar komt in dossier naar vorenDiagnostisch beleid verder beleid richting ontslag, streefdatum (bij 1 van de 2 pt genoemd)Ontslagbeleid, wat gaat er gebeuren na ontslag ( overplaatsing?)Allergie code wordt gecheckt(Psychische) toestand patiënt wordt besproken

Onduidelijkheden (besluitvormingen binnen beleid)

Rol verpleegkundige (wanneer inbreng? Wat voor inbreng? Etc.)Verpleegkundige noemt patiënt arts introduceert + vraagt co-assistent verpleegkundige leest dit op arts vraagt verder verpleegkundige noemt beleidVerpleegkundige vraagt na of de gemaakte afspraken duidelijk in de medische afspraken staat genoteerdArts koppelt onduidelijk terug verpleegkundige legt uit.

Overige

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis54

Page 56: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Checklist visiteAfdeling:

Chirurgie, G6-Zuid

Datum:30 oktober 2014

Gespreksruimte:Loop visite (zaalronde)

Ingenomen tijd:8:15 – 10:30

Blauwdruk

Deelnemers■ Arts-assistent met supervisor■ Verpleegkundige■ Senior- of hoofdverpleegkundige■ Patiënt■ eventueel andere disciplines, zo ja, welke:

Co-assistent

Gespreksonderwerpen□ Hoofdbehandelaar■ Rede van opname■ (Voorlopige) diagnose□ Behandelcode□ Mogelijke parameters en problemen in (gezondheids) situatie patiënt:

■ Vitale functies (ah, hf, rr, temp)■ Pijn■ Benauwdheid□ Decubitus■ Voedingstoestand (snaq-score)■ Vochtbalans■ Mobiliseren■ Psychosociale situatie

■ Diagnostisch beleid■ Therapeutisch beleid■ Medicatie■ Geplande ontslagdatum■ Vragen van de patiënt■ Ontslagbeleid■ Instemming patiënt therapeutisch beleid

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis55

Page 57: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Overige observaties

Deelnemers

Gespreksonderwerpen

Wat kan er stoppen? Qua medicatie wordt besprokenDiagnostisch beleid Wordt meer door artsen onderling besprokenInterventies worden besproken

Onduidelijkheden (besluitvormingen binnen beleid)

Plan is nog niet duidelijk

Rol verpleegkundige (wanneer inbreng? Wat voor inbreng? Etc.)

Arts vertelt gang van zaken en vraagt naar beleid, verpleegkundige vult aan. Verpleegkundige en arts discussieren hier samen over.Verpleegkundige stelt vragen en benoemd onduidelijkheden, zij heeft meer een aanvullende rol. Arts neemt de leiding.

Overige* Op de gang voorbespreken met de deuren dicht hierna met patiënt bespreken. * Ondertussen gehoor op gang (deur open)* Visite wordt gelopen door stagiair verpleegkundige* Op zaal meer gehorig/minder privacy. Gordijnen gaan niet dicht.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis56

Page 58: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Bijlage 8 – Uitwerkingen interviews

Interviews blauwdruk visite

Chirurgie-Zuid

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Nee, ik ben niet op de hoogte van de blauwdruk visite. Ik werk al sinds mei 2012 in het AMC.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Veel punten uit deze blauwdruk visite worden tijdens de visite besproken. Er is wel een soort structuur tijdens de visites op de afdeling. De structuur hangt af van welke arts er tijdens de visite aanwezig is. Deze leidt namelijk vaak het gesprek.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet:De hoofdbehandelaar wordt meestal niet genoemd, omdat deze al in de computer in het EPD staat.

Wel:Decubitus wordt eigenlijk alleen in de visite genoemd als dit toepasbaar is op de patiënt. De behandelcode wordt alleen genoemd als deze veranderd moet worden omdat het bijvoorbeeld verlopen is. Hier wordt anders niet naar gekeken. Er wordt gesproken over instemming patiënt als de patiënt het niet eens is met het beleid. Als er over het ontslagbeleid wordt gesproken, komt dit vooral vanuit de verpleegkundige. Hier wordt niet over gesproken bij patiënten die nog voor OK gaan. Al deze punten zijn dus patiëntafhankelijk. Tijdens alle visites wordt er over de streefdatum gesproken van de patiënten. Deze moet namelijk worden aangepast als dat nodig is.

Wenselijk? Ja! Ik zou het wenselijk vinden om een vast lijstje te hebben tijdens de visite. Ik heb in een ander ziekenhuis voor dat ik de visite in ging een formulier moeten invullen om de visite voor te bereiden. Hierdoor miste je geen, of minder snel, punten die de arts zou willen weten.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis57

Page 59: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Chirurgie-Zuid

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Nee, ik ben niet op de hoogte van de blauwdruk visite. Ik werkt hier al 6 jaar.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Op de afdeling hebben wij wel een eigen lijstje om de visite te structureren, wat in de overdrachtskamer hangt. Deze is volgens mij opgesteld door een werkgroep van de afdeling en op de afdeling toen die tijd gepresenteerd. Het lijstje wordt eigenlijk niet meer echt bij de hand gehouden tijdens de visite, omdat de punten die worden besproken routine worden. Op een gegeven moment wordt werd hier dus niet meer naar gekeken. Volgens mij krijgen de nieuwe werknemers dit lijstje in een soort inwerkprogrammaboekje. Zo worden zij ook hiervan op de hoogte gebracht.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet:Vaak word er niet letterlijk gevraagd of de patiënt het er mee eens is. De behandelaar en de behandelcode worden eigenlijk alleen bij de opname of bij een verandering besproken. Deze punten staan overigens in het EPD.

Wel: Merendeel van de verpleegkundige punten die in de blauwdruk visite staan, zijn patiëntafhankelijk. Dit zijn de punten voeding, decubitus, vochtbalans, psychosociaal, de hoofdbehandelaar en de behandelcode. Deze punten worden alleen bij verandering besproken en staat in EPD.De gespreksonderwerpen pijn en vitale functies worden wel altijd besproken in de visite. Dit zijn namelijk de belangrijkste observatiegegevens van de patiënt.

Ik mis in de blauwdruk visite eigenlijk nog de onderwerpen drains en wonden. Ook deze worden alleen besproken als dit van toepassing is op de patiënt.

Wenselijk?Ik denk dat zo’n algemene blauwdruk visite niet echt wenselijk is, want als je alles benoemd wat niet van belang is bij betreffende patiënt, kost dat onnodig tijd. Wel is een afdelingsgebonden blauwdruk visite wenselijk. Door middel van ervaring hebben wij op de afdeling een eigen manier van visite lopen.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis58

Page 60: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Chirurgie-Zuid

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Ja ik ben op de hoogte van de blauwdruk visite. Het is eigenlijk zo, dat de blauwdruk visite punten uit onze visitelijst, van de afdeling, hebben overgenomen. Onze punten zijn in deze blauwdruk visite verwerkt. Het lijstje van onze afdeling is samengesteld in overleg met een werkgroep van de afdeling, door middel van te kijken welke punten belangrijk zijn om tot een goed en duidelijk beleid te komen. Ook is gekeken hoe de visite sneller en efficiënter kan, zowel medisch als verpleegkundig. Ons lijstje is vooral chirurgisch gericht.

Ons lijstje is 2-3 jaar geleden aan alle werknemers gepresenteerd. Ik denk iets voor huidige blauwdruk visite is samengesteld. Dit lijstje hangt in het overdrachthok. Leerlingen worden hieraan getoetst, om in de visite goed mee te kunne doen. Leerlingen en nieuwe weknemers kunnen het digitaal doornemen. Wel hebben wij een tijdje met de blauwdruk visite gewerkt, maar omdat wij ons lijstje al hadden, gebruikten wij deze vaker.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? De huidige blauwdruk visite wordt meer als leidraad gezien. Het dekt namelijk niet alle relevante punten. De meeste punten worden nageleefd alleen soms worden ze een beetje aangepast naar belangen van de afdeling en de disciplines. De punten de niet van belang zijn worden niet besproken. Alleen de actuele problemen.

De verpleegkundige moet klinisch redeneren en dit goed naar voren kunnen brengen, aangeven wat er kan en wat niet. Bijvoorbeeld of een patiënt wel of niet met ontslag kan. De verpleegkundige moet voor patiënt opkomen en alles zo kunnen benoemen. Hij/zij moet de professional zijn en leiding nemen! Dit kan dit veel tijd schelen. De structuur van de visite hangt af van de situatie van de patiënt en de daarbij horende klinische redenaties.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet: De hoofdbehandelaar wordt alleen aangegeven als het beleid van de patiënt via de hoofdbehandelaar moet. Verder wordt hier niet naar gekeken, dat is kansloos. De reden van opname wordt alleen besproken als het niet bekent is. De behandelcode wordt al bij opname besproken. Als de verpleegkundige aangeeft dat de code veranderd moet worden. wordt dit wel besproken in de visite.

Wel: De Voedingstoestand wordt altijd besproken in verband met het specialisme van de afdeling. Verder worden alleen de relevante punten voor de huidige situatie van de patiënt besproken.

Ik mis in dit lijstje de onderwerpen drains en wonden. Deze zijn bij ons op de afdeling van belang.

Wenselijk?De blauwdruk visite dekt niet alles. Je moet hierbij denken wat je als afdeling nodig hebt. Arts en verpleegkundige moeten dit weten en hebben dit afgesproken.Ik vind het sowieso niet wenselijk om een lijstje te hebben. Je moet uit je hoofd weten wat de punten zijn en deze beheersen en kunnen opnoemen.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis59

Page 61: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Chirurgie-Noord

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Ja ik weet dat er een blauwdruk visite is, maar ik weet niet zeker of ik hem gelezen heb. De blauwdruk visite heeft volgens mij in zorgzaam en zorgvuldig gestaan.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? De meeste weten hoe blauwdruk visite is en hebben dit gehoord van degene die met de blauwdruk visite werken. De punten die er gebruikt worden tijdens de visite op de afdeling komen voort uit de blauwdruk visite. Wij hebben het als leidraad gebruikt. De invulling is door de afdeling zelf gegeven aan de hand van het ziektebeeld en de patiëntcategorie. Op de ‘kau’ ligt een lijstje met de visite punten. Deze wordt eigenlijk niet veel gebruikt. De verpleegkundigen weten wat ze moeten zeggen en wat ze moeten doen. Het lijstje is al 1,5-2 jaar oud.

De verpleegkundige waren eerst meer assertief, wat ik graag weer zou willen zien. Het samen meedenken over patiënten is een beetje weggevallen. Dit komt door bijvoorbeeld het steeds wijzigen vaneen protocol of de veranderende wensen van een chirurg.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet: De hoofdbehandelaar word nooit tijdens de visite genoemd. Wij weten per ziektebeeld wie heeft geopereerd. Dit staat wel in het dossier beschreven. Wanneer er een afspraak moet worden gemaakt wordt het met de chirurg besproken. Het heeft geen meerwaarde voor de visite. De behandelcode wordt besproken indien dit moet worden veranderd. In principe is dit in eerste instantie altijd code A. Benauwdheid wordt alleen besproken indien relevant. Decubitus wordt alleen besproken indien dit aanwezig is. Verder wordt decubitus in het dossier beschreven. De voedingstoestand wordt weinig tijdens de visite besproken. Ook alleen als het relevant is voor de patiënt, bijvoorbeeld bij niet meer eten of aanpassen beleid. Mobiliseren wordt ook weinig benoemd, omdat het standaard gebeurd op de afdeling. Dus ook alleen bij bijzonderheden.

Wel: Rede van opname wordt voornamelijk bij de grote visite genoemd. Voorlopige diagnose wordt vaak wel benoemd, of wanneer het onderzoek later pas komt. Vitale functies worden altijd benoemd. Pijn wordt besproken indien aanwezig. Dit moet naar mijn mening vaker gedaan worden. De medicatie wordt meestal besproken. Volgens de afdeling moeten wij dit wel doen. De vochtbalans wordt altijd genoemd, omdat dit relevant is voor de patiëntcategorie. Wij doen daarom ons best om dit zo goed mogelijk te doen. De psychosociale situatie wordt alleen besproken als dit aanwezig is bij patiënt. Hier wordt wel altijd naar gekeken. Verder wordt het beleid altijd besproken.

Ik mis nog de onderwerpen wonden, drains en abcessen. Deze onderwerpen zijn gebonden aan onze patiëntencategorie.

Wenselijk?Het zou fijn zijn om de punten te herhalen en bij de visite te houden. Iedereen wist bijvoorbeeld eerst van de MEWS af en dit beviel erg goed. De valkuil is dat de blauwdruk visite erg lang is en hierdoor mensen het niet snel gaan lezen. Kort en krachtig zou fijn zijn. De blauwdruk visite wordt gezien als reminder, deze wordt dan vervolgens gespecificeerd naar patiëntencategorie.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis60

Page 62: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Chirurgie-Noord

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Nee, maar ik weet het niet zeker. Ik werk al 2 jaar op de afdeling en al eerder, sinds 1996, in het AMC.

- laten de blauwdruk visite zien-

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Op de afdeling hebben wij een lijstje die wij proberen te volgen. Volgens mij is dit lijstje ontstaan naar aanleiding van de leerlingen om ze te leren wat belangrijk is om in de visite te weten. De implementatie hiervan is ij onbekend. Het zou kunnen zijn dat dit tijdens een leerlingenbespreking op de afdeling is besproken.

De deelnemers, vooral de artsen en soms de supervisor, kunnen niet altijd aanwezig zijn vanwege OK’s. Ook moet soms de hoofdbehandelaar moet weg.

Er is niet echt een bepaalde structuur in onze visite. Het gaat soms van de hak op de tak. Dit kan naar verwachting niet vanwege OK’s. Wel is dit wenselijk. In het weekend is er vrijwel geen structuur.

Wie de leiding heeft in het gesprek wisselt tussen de arts en de verpleegkundige. De arts heeft het behandelplan klaar, introduceert de patiënt en stelt vervolgens vragen aan de verpleegkundige. Verpleegkundigen denken mee over behandelplan en discussiëren hierover. Verpleegkundigen nemen niet alles klakkeloos over van de arts. De verpleegkundigen komen zelf ook met ideeën.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet:Decubitus wordt al bij opname besproken. Eigenlijk niet echt tijdens de visite. De hoofdbehandelaar staat in de map beschreven en in het EPD. De verpleegkundigen weten niet standaard tijdens de visite wie dit is van de patiënt. De behandelcode wordt ook eigenlijk alleen bij opname genoemd. Alleen als er slecht nieuws is, de patiënt klinisch achteruit gaat of de code niet overeen komt met het behandelplan, wordt dit besproken tijdens de visite.

Wel:Het Behandelplan, pijn, de vitale functies, mobiliseren, de geplande ontslagdatum, de vochtbalans en voeding worden vrijwel altijd besproken in de visite. De meeste punten zijn patiëntafhankelijk.

Ik mis nog de punten ontlastingspatroon en stoma’s in de blauwdruk visite.

Wenselijk? Ja, ik vind een lijstje voor de visite wel wenselijk als iedereen zich eraan houdt en er daardoor een vaste structuur is. Ook is het handig voor de studenten.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis61

Page 63: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Chirurgie-Noord

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Nee, ik heb nog nooit van gehoord van een blauwdruk visite. Ik werk al lang in het AMC maar heb het nog nooit gezien.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Op de afdeling hebben wij een eigen lijstje. Zelf gebruik ik deze niet heel veel. Dit lijstje is die tijd door middel van een feedbackpresentatie geïmplementeerd aan het personeel.

In principe worden de punten van de blauwdruk visite wel veel nageleefd. Sommige punten zijn alleen niet altijd relevant en worden hierdoor soms niet besproken. Het lijstje van de afdeling wordt niet altijd nagegaan. Er wordt gekeken naar de situatie van de patiënt en de dingen die belangrijk zijn worden alleen besproken.

De structuur is naar mijn idee niet aanwezig. Alle onderwerpen worden door elkaar besproken.

Verpleegkundigen zijn hier op de afdeling vrij assertief tijdens de visite, wij moeten een goed een beeld geven en opkomen voor de patiënt. Ik vind de sfeer tijdens de visite niet altijd even prettig. Ik zou meer samenwerking willen hebben tussen verpleegkundige en arts.. De chirurgen zijn bijvoorbeeld niet allemaal even aardig, wat in sommige gevallen de communicatie moeilijk maakt en de visite soms niet erg leuk is. Je moet je daarom laten zien en assertief opstellen als verpleegkundige.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet: De hoofdbehandelaar wordt alleen bij opname genoemd. De behandelcode ook. Pijn wordt niet altijd aangegeven tijdens de visite. Er wordt door de artsen niet altijd heel serieus op ingegaan. Benauwdheid wordt alleen in de visite besproken als iemand benauwd is. Decubitus wordt één keer per week gescoord en in het weekend geëvalueerd. Dit wordt dus alleen indien nodig besproken. Dit geldt ook voor de voedingstoestand. De psychosociale toestand van de patiënt wordt alleen indien nodig besproken. Dit geven verpleegkundige aan als het van toepassing is. Het ontslagbeleid wordt ook niet altijd bespreken. De verpleegkundige zet dit in gang. Instemming patiënt wordt eigenlijk niet echt besproken tijdens de visite. Het beleid wordt door de arts soms wel uitgelegd aan de patiënt, waarom iets moet en wat de risico’s zijn. Patiënten kunnen wel weigeren natuurlijk. Het ontslagbeleid wordt soms besproken. Eenmaal bij een patiënt genoemd, wordt dit niet vaak herhaald in de komende visites.

Wel: Rede van opname en voorlopige diagnose worden vaak wel genoemd, maar alleen als het veranderd. Als de behandelcode moet worden aangepast, wordt dit besproken tijdens de visite. Dit wordt vaak geïntroduceerd door de verpleegkundige. De vitale functies worden altijd genoemd. Pijn alleen indien aanwezig. Dit zou naar mijn mening eigenlijk meer in de gaten moeten worden gehouden. Op de vochtbalans zijn wij vrij alert. Dit wordt vaak besproken. Het mobiliseren wordt ook altijd behandeld in de visite, omdat mensen snel op de been moeten om op te knappen en snel naar huis te gaan. Nar mijn idee soms iets te snel. Diagnostisch beleid word veel besproken, dit wordt ook goed met de patiënten besproken. Het therapeutisch beleid wordt vaak, indien van toepassing. De medicatie wordt vrijwel altijd genoemd, tenzij niks moet worden aangepast. De

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis62

Page 64: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

ontslagdatum wordt altijd bij opname al besproken. Ook wordt dit vervolgens vaak tijdens de visite geëvalueerd. Er is wel altijd aandacht voor vragen patiënt.

Wenselijk?Een lijstje voor de visite zal wenselijk zijn. Niet alles hoeft van het lijstje te worden besproken, maar het is wel een soort van handvat. Ik denk dat dit voor iedereen wel handig en dus wenselijk is. Het is handig als er dan een soort kaartje van te hebben die je bijvoorbeeld in je zak kunt doen om jezelf even te reminden.

Neurologie

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Ja, ik heb zelf in de werkgroep over de visite gezeten en weet hierdoor van de blauwdruk visite af.

- De blauwdruk visite laten zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? De punten zijn in de overdrachtsruimte gehangen, zodat iedereen kan inzien welke punten er moeten worden besproken. De punten zijn opgesteld uit de bauwdruk. Alle punten worden wel nageleefd, maar sommige punten worden niet specifiek genoemd tijdens de visite. We lopen de punten langs van de gemaakte lijst. Het streven is dat de punten allemaal worden nagelopen om geen info te missen. We willen de visite graag sneller doen. Als de verpleegkundige alles vertelt, hoeft de arts niet meer alles te vragen. De verpleegkundige heeft een formuliertje waarop alle punten staan, zodat deze duidelijk zijn tijdens de visite. We verwachten dat verpleegkundige alles op een rijtje heeft en alles weet over de patiënt. Het lijstje bevat de punten die besproken moeten worden.

Patiënten geven aan dat ze het niet fijn vinden om de informatie van de buurvrouw/man te horen. Dit is de reden dat wij niet langs de bedden te gaan met de visite. Er is dan volgens ons geen kwaliteit van zorg vanwege de privacy.

De rol van de seniorverpleegkundige is het bewaken van de punten, dat ze worden nageleefd. Dit doet ook de verpleegkundige van betreffende patiënt.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet:De hoofdbehandelaar wordt niet genoemd tijdens de visite, wel in dossier. Decubitus wordt alleen genoemd als deze aanwezig is. De voedingstoestand, het mobiliseren en de psychosociale toestand alleen indien nodig. Dit wordt dan door de verpleegkundige ingebracht. Instemming patiënt en therapeutisch beleid worden niet standaard genoemd. Dit zou naar mijn mening wel moeten.

Wel: De behandelcode wordt altijd als laatste punt aan het einde van de visite besproken, samen met allergieën. Rede van opname en voorlopige diagnose worden ook altijd besproken. Pijn, parameters en vochtbalans worden meestal genoemd. Het beleid word altijd benoemd door arts. Medicatie wordt voorgelezen tijdens visite en wordt hierbij gekeken of het nog relevant is en eventueel moet worden aangepast. De geplande ontslagdatum wordt door hoofd- of seniorverpleegkundige bijgehouden en ingevuld. Zij houden dit in de gaten. Ook houden zij het ontslag beleid in de. Vragen patiënt wordt besproken indien nodig. Artsen bespreken wel altijd met de patiënten het beleid na, na de visite. Mobiliseren word vaak wel besproken, hoe ver is hij/zij en wat kan hij/zij.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis63

Page 65: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Ik mis alleen nog de punten ontlasting en mictie. Deze worden wel altijd genoemd, omdat dit belangrijke punten zijn voor onze patiëntencategorie.

Wenselijk?Een lijstje voor de visite, aangepast aan de patiëntencategorie van de afdeling, vind ik wenselijk. Het zorgt onder andere voor een duidelijke en overzichtelijke visite.

Neurologie

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Nee, ik ben niet op de hoogte van blauwdruk visite. Ik werk hier op de afdeling sinds 1 jaar.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Wij hebben op de afdeling een soort gelijk lijstje met punten die wij in de visite bespreken. Deze hangt in de ruimte waar visite wordt gehouden. Dit lijstje is volgens mij opgesteld door een werkgroep van het Neurocentrum aan de hand van blauwdruk visite en wensen van de afdeling.

Verpleegkundigen van de afdeling leven de punten van hun eigen lijstje altijd na. Dit heeft goed resultaat en ervaren wij als erg prettig. We houden altijd een vaste volgorde aan. Zo niet, dan wordt hierop gewezen en de visite teruggepakt volgens het lijstje. Ook is er een daglijstje, om de visite te kunne voorbereiden. Dit daglijstje wordt door sommige verpleegkundigen gebruikt, niet altijd. De meesten onthouden dit en houden dit zelf bij.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet:De hoofdbehandelaar, benauwdheid en decubitus worden afhankelijk van situatie ‘soms genoemd in de visite. Instemming patiënt wordt door de arts gedaan, niet tijdens de visite. De arts doet dit alleen met de patiënt na de visite.

Wel:De behandelcode, rede van opname, pijn, vitale functies, voedingstoestand worden regelmatig besproken. De vochtbalans wordt vrijwel altijd besproken. Mobiliseren, diagnostisch beleid, therapeutisch beleid, geplande ontslagdatum en de medicatie worden altijd besproken in de visite. Bij Neurologie wordt de medicatie slechts 3 keer per week uitgebreid besproken. De geplande ontslagdatum moet volgens JCI. Ook worden door de verpleegkundige indien nodig vragen van de patiënt genoemd en wordt vaak het ontslagbeleid genoemd.

Ik mis in de blauwdruk visite eigenlijk nog de punten mictie en ontlasting. Deze worden liever altijd besproken op de twee afdelingen binnen het Neurocentrum.

Wenselijk?Ja ik vind een lijstje wenselijk. Het zorgt voor structuur tijdens de visite.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis64

Page 66: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Neurologie

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Nee,ik heb de blauwdruk visite nog nooit gezien, ben alleen bekend met lijstje van de afdeling. Ik werkt hier al 4 jaar.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Het lijstje op de afdeling wordt meestal gebruikt en gevolgd. Bij patiënten waar het goed mee gaat worden soms minder punten besproken dan op het lijstje staan.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet: Decubitus wordt weinig benoemd, alleen als het relevant is op het moment. Decubitus komt weinig voor op de afdeling. Daarnaast let de fysiotherapeut hier meer op. De hoofdbehandelaar wordt bijna nooit benoemd, alleen bij hele zware gevallen wordt er een hoofdbehandelaar echt toegewezen. Ik vind dat dit meer moet worden benoemd, omdat ik vaak moet zoeken als ik het wil weten. Benauwdheid en vochtbalans worden niet standaard benoemt. Dit is patiëntafhankelijk. Instemming patiënten wordt meestal niet benoemd. Hier moet naar mijn idee meer aandacht aan besteed worden. Dit is daarentegen wel een lastig punt om tijdens de visite te bespreken, omdat ongeveer 50% niet toerekeningsvatbaar is.

Bij Neurochirurgie moet er meer moeite genomen worden om het beleid uiteindelijk te kunnen vormen gericht op instemming van de patiënt, dan bij Neurologie. Het medisch beleid verschilt heel erg tussen de twee afdelingen.

Wel: De behandelcode, pijn en de parameters worden altijd besproken en geëvalueerd. De vochtbalans wordt vaak besproken, maar alleen wanneer relevant. De psychosociale toestand van de patiënt wordt ook alleen besproken als het van belang is. Meestal wel. Het therapeutische, diagnostische, medicatie en geplande ontslagdatum worden altijd besproken en geëvalueerd. Geplande ontslagdatum moet van de baas. Er wordt hierbij altijd gekeken wat mogelijk is. Ik vindt dit soms niet realistisch, omdat je in sommige gevallen niet het beloop kunt plannen.

Ik mis nog de punten ontlasting en mictie in het lijstje van de blauwdruk visite. Verder staat alles er volgens mij wel in.

Wenselijk?Ja, ik vind het wel fijn dat er een vaste structuur is voor de visite. Hierdoor heb je minder kans dat er wordt afgeweken van hetgeen wat besproken wordt en dat de visite daardoor te lang duurt.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis65

Page 67: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Neurochirurgie

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Nee niet met de blauwdruk visite, wel met de inhoud van de gespreksonderwerpen. Op de afdeling volgen wij namelijk een lijstje waar de punten uit deze blauwdruk visite aan de orde komen.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Er is een eigen lijstje gemaakt die wordt nageleefd, waarmee de structuur wordt behouden. Soms gaat iemand de structuur buiten. Naar mijn idee kan dit soms beter. Maar meestal gaat het volgens het lijstje. Dit hangt van de verpleegkundige en de arts af. De senior- of hoofdverpleegkundige houdt vaak de structuur in de gaten. Zo mis je geen belangrijke zaken.

Visite gaat bijna altijd erg gestructureerd en komen alle punten wel aan de orde.

De visite op Neurologie is vaak erg traag. Het kan sneller en meer gestructureerd. Dit komt soms omdat de diagnose nog niet aanwezig is. Soms worden door de artsen onderling dingen besproken tijdens visite die niet relevant zijn voor tijdens de visite. Dit kan tijd schelen tijdens de visite. Neurochirurgie doet dit beter, sneller en duidelijker.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet: De hoofdbehandelaar wordt al bij opname en in het EPD genoemd en niet tijdens de visite. Zou naar mijn idee beter kunnen. Decubitus wordt vaak op de zondag en bij opname genoemd. Psychosociaal alleen indien nodig.

Wel: Rede van opname en voorlopige diagnose worden meestal genoemd. Controles, pijn, benauwdheid, voedingstoestand altijd, omdat dit belangrijke punten zijn voor onze patiëntencategorie. De vochtbalans, het ontslagbeleid en de ontslagdatum worden meestal wel besproken. Soms niet, maar alleen als het overbodig is of echt nog niet bekend is. Deze punten zijn erg patiëntafhankelijk, soms moet je dit een beetje inschatten. Medicatie wordt altijd genoemd.

Familiegesprek is vaak prettig. Dit mis ik nog bij de visite blauwdruk visite. Ontlasting standaard bij de controles.

Wenselijk?Ja, zo’n lijstje is fijn. Hierdoor wordt niks over het hoofd gezien.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis66

Page 68: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Neurochirurgie

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite ? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Nee, ik ben niet bekent met de blauwdruk visite. De inhoud is mij wel bekend. Want de afdeling heeft een lijstje gemaakt met deze punten erin verwerkt.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Het lijstje wordt goed aangehouden. Als het buiten de structuur gaat wordt het gecorrigeerd, om zo de structuur te behouden. De hoofd- of senior verpleegkundige houdt dit vaak in de gaten. Tonen soms ook ontevredenheid of punten die de verpleegkundige zelf niet durft te verdedigen, vanuit eigen ervaring met de patiëntenzorg. De hoofd- of seniorverpleegkundige komt dan op voor de verpleegkundige en de patiënt.

De visite op Neurochirurgie is duidelijk en concreet. De visite op Neurologie is wat trager, omdat er vaak teveel informatie wordt gegeven. Ze praten te veel over dingen die niet relevant zijn. Het kan ook zijn dat coassistenten dit beïnvloeden omdat ze soms in het begin nog moeten wennen aan de afdeling.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet: De voedingstoestand wordt soms besproken, alleen als patiënt niet wilt eten. Vragen van de patiënt vragen de artsen niet, de verpleegkundige brengt dit naar voren tijdens de visite indien aanwezig. Instemming patiënt komt soms naar voren, want soms weten de patiënten ergens niks van af en moet de verpleegkundige het uitleggen of de arts er bijhalen. Dit zou de arts wel altijd moeten doen. Dat vind ik belangrijk.

Wel:De hoofdbehandelaar wordt niet genoemd, maar we kunnen hier wel via het EPD achterkomen. Reden van opname, voorlopige diagnose, behandelcode vitale functies, pijn, decubitus, medicatie, diagnostisch en therapeutisch worden volgens mij altijd besproken. De vochtbalans wordt vaak besproken, alleen indien relevant.

Agressie van de patiënt of van de familie is ook een onderwerp dat tijdens de visite soms wordt besproken. Dit hoort dan een beetje bij psychosociale situatie. Volgens mij staan verder alle punten wel in de blauwdruk visite.

Wenselijk?Het lijstje vind ik wenselijk. Het houdt de structuur goed in de gaten.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis67

Page 69: Verbeterplan - romeeveldhuis.files.wordpress.com  · Web viewVerbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015 . Amsterdam School of Health Professions –

Verbeterplan afstudeerproject ‘Werken aan zorgverbetering’ 2014-2015

Neurochirurgie

Vraag 1: Bent u op de hoogte van de blauwdruk visite? Zo ja, hoe bent u hiervan op de hoogte gesteld? Nee ik ben niet bekend met deze blauwdruk. Ik ben wel bekend met het lijstje dat we op de afdeling hebben.

- laten de blauwdruk visite zien -

Vraag 2: In hoeverre wordt de blauwdruk visite volgens u op de afdeling tijdens de visite nageleefd? Het lijstje van de afdeling is afgeleid van de blauwdruk visite. Wij houden ons aan het lijstje op de afdeling. Er is een duidelijke structuur in de visite. De artsen en verpleegkundigen houden gezamenlijk de volgorde van het lijstje in de gaten. Indien afwijkend wordt het snel weer herpakt.

Artsen varen veel op verpleegkundigen, zij hebben een goed overzicht en verpleegkundigen heeft naar mijn idee een leidende rol tijdens de visite. De verpleegkundige heeft vragen paraat en houdt in de gaten of belangrijke zaken zijn besproken en aangegeven. De seniorverpleegkundige houdt ook in de gaten of de visite in goede banen loopt.

Supervisor is niet altijd aanwezig tijdens een visite. Dit is niet altijd haalbaar in verband met OK’s.

Er is een groot verschil tussen de visites op de twee afdelingen binnen het Neurocentrum. Afdeling Neurologie is langzaam en erg uitgebreid. Neurochirurgie is sneller en abstracter en daarmee erg duidelijk. Neurochirurgie had het lijstje eerst en daarna heeft de Neurologie het lijstje overgenomen. Dit kan een reden zijn voor de wat tragere visite.

Vraag 3: Welke punten worden vaak wel besproken tijdens de visite en welke punten niet en wat zijn volgens u de redenen van het niet of wel naleven van deze punten?Niet: De hoofdbehandelaar wordt nooit besproken. Decubitus ook niet, deze worden bij opname besproken. Decubitus wordt verder iedere zondag beoordeeld. De voedingstoestand wordt meestal niet besproken. Als het van belang is, word het besproken.

Wel:De behandelcode is bij opname vrijwel altijd A, dit wisselt op indicatie. Het wordt besproken tijdens de visite indien het moet worden gewijzigd. Het is belangrijk dat je hierbij eerlijk en realistisch bent.De ontslagdatum en het beleid is erg wisselend. Je kan dit niet altijd inplannen, maar we proberen het vaak wel. Pijn en vitale controles worden altijd besproken. Dit is erg belangrijk na een OK. ook wordt medicatie altijd besproken. De vochtbalans wordt alleen besproken indien relevant, bijvoorbeeld als het volgens protocol moet. De psychosociale situatie wordt besproken indien aanwezig en indien noodzakelijk. Ontslagbeleid en ontslag datum wordt veel besproken, soms komen mensen voor korte opname. Dus hangt ook van situatie af. Instemming beleid wordt soms aangekaart in de visite. Dit gaat meestal via een familiegesprek. Hier wordt tijd aan besteed en wordt met familie en patiënt besproken.

Wenselijk?Ja. Iedereen op de afdeling moet naar mijn idee het lijstje van de afdeling volgen. Anders wordt het een rommeltje, gaat iedereen afdwalen en schiet je niet op. Dit gaat dan teveel tijd kosten.

De AMC brede blauwdruk visite zou heel mooi zijn als er een MDO word gehouden. Dan zou ik, samen met de andere disciplines, de huidige blauwdruk visite helemaal willen volgen.

Amsterdam School of Health Professions – Annebel Roelofs & Romée Veldhuis68