Vakbond in Beweging 63 | 2009

28
België - Belgique P.B. Antwerpen X 8/6342 AFGIFTEKANTOOR ANTWERPEN X Toelatingsnummer P408993 Verantw. uitgever : Dirk Schoeters, Ommeganckstraat 35, 2018 Antwerpen VERSCHIJNT DRIEMAANDELIJKS • NR. 63 • 16e JAARGANG • AUG/SEPT/OKT 2009 VB i VAKBOND IN BEWEGING HET KONINKLIJK ATHENEUM IN DE BRANDING

description

vakbond in beweging

Transcript of Vakbond in Beweging 63 | 2009

België - BelgiqueP.B.

Antwerpen X8/6342

AFGIFTEKANTOOR ANTWERPEN X

Toelatingsnummer P408993

Vera

ntw

. uitg

ever

: D

irk S

choe

ters

, Om

meg

anck

stra

at 3

5, 2

018

Ant

wer

pen

VERSCHIJNT DRIEMAANDELIJKS • NR. 63 • 16e JAARGANG • AUG/SEPT/OKT 2009

V BiVAKBOND IN BEWEGING

HET KONINKLIJK ATHENEUM IN DE BRANDING

2 VAKBOND IN BEWEGING 63

Ondertekende teksten geven uitsluitend de mening weer van de auteur en binden geenszins de organisatie.

Nr. 63 - 16e jaargangOKT-NOV-DEC 2009Prijs: 0,75 Jaarabonnement: 3

Driemaandelijks tijdschrift van Linx+ ABVV-Regio AntwerpenIn samenwerking met De Brug, Brug- en gepensioneerdenwerking ABVV-Regio Antwerpen

Verantwoordelijke uitgever:Dirk SchoetersOmmeganckstraat 352018 Antwerpen

Redactieadres:Ommeganckstraat 352018 Antwerpen(03)220 67 [email protected]

Medewerkers aan dit nummer:Marcel Beerlandt Marina Van den BulckStaf Van GorpRomain De FleurquinKoen De Clercq

Vormgeving:Romain De Fleurquin Albert Balboa

llustratie cover :ABVV, gewest Antwerpen

REDACTIONEEL 3 gezocht ANTWERPEN IN BEELD 4 Den Bell

KINDEREN VAN SIMINI (10) 7 Ferrre Grignard

V BiVAKBOND IN BEWEGING

THEMA 8 Euthanasie

ACTUALITEIT 9 Het Koninklijk Athe neum van Antwerpen

13 Crisis in de Beschutte Werkplaatsen

WELZIJN15 Ouderen in het ver- keer: een klasse apart 25 JAAR SENIOREN17 Viering 25 jaar senio ren

CULTUUR21 Mercedes Sosa

23 Frans Masereel

FILM25 A workingsman’s death COLUMN26 Boer

INHOUD

4 7

21

23

9

17

INHOUD

3VAKBOND IN BEWEGING 63

REDACTIONEEL

Onze Vakbond in Beweging steekt in een nieuw kleedje. Zo om de 10 jaar mag dat wel eens. We waren er dan ook klaar voor. Romain presenteerde enkele voorstel-len, Albert deed ook zijn duit in het zakje. Met de redactieploeg discussiëren we er op los over bolletjes en lettertypes, kleuren, rubrieken of geen rubrieken, witruim-ten en bladuitlijning. En soms voelden we ons onbekwaam om een knoop door te hakken, lay-outen is tenslotte een ‘vak’. En we zagen de inhoud natuurlijk niet over het hoofd. Waarover willen we schrijven? Wat is interessant voor onze lezers? En hoe geef je alle lezers – in hun diversiteit van senioren tot culturele en andere mili-tanten - hun goesting. De goesting om elk kwartaal weer het blad open te slaan dat in de bus valt. En verder te lezen…

En zo ligt er dus weer een nummer voor jullie klaar. Heel divers en naar onze be-scheiden mening voor ieder onder jullie artikels die de moeite waard zijn om te lezen. Zoals de terugblik op Frans Masereel, Ferre Grignard en Mercedes Sosa,… en natuurlijk de viering van 25 jaar seniorenwerking, met ook vooruitblik naar de toekomst.

Een stevig interview met Karin Heremans, deze zomer niet uit de pers weg te den-ken inzake het ingevoerde hoofddoekenverbod in het Atheneum van Antwerpen. Karin krijgt hier het woord vanuit een andere en bredere invalshoek, namelijk de boeiende geschiedenis van het gemeenschapsonderwijs en het onderwijsmodel dat zij voorstaan.

Den Bell in de kijker, met haar meer dan 100 jaar oude Antwerpse geschiedenis en het nieuwe leven als administratief centrum van de stad, de crisis in de beschut-tende werkplaatsen, veilig verkeer voor senioren en informatie over onze euthana-sie-namiddag.

Onze vrijwillige schrijvers van dienst hebben opnieuw hun best gedaan om interes-sante teksten af te leveren, vanuit hun persoonlijke interesses of invalshoeken. We zijn er van overtuigd dat er binnen het ABVV heel wat mensen hetzelfde kunnen doen. Dus: GEZOCHT: ABVV’ers met een goede pen en klare kijk op mens en sa-menleving, die vanuit een rode bril iets willen schrijven voor andere ABVV-leden. Na een eenvoudige opgave van je naam, je interessegebieden en je contactgege-vens bij één van de redactieleden, organiseren we een verkennend gesprek waarin we alle mogelijkheden bekijken. Doen !

Marina Van den Bulck

Gezocht

4 VAKBOND IN BEWEGING 63

ANTWERPEN IN BEELD

VROEGE HISTORIEKIn 1882 stichtten een aan-tal Antwerpse notabelen samen met een jonge Ame-rikaanse ingenieur, Francis Welles, op het Zuid, het eerste fabriekje van Bell Telephone Manufacturing Company. Er verdienden 35 werknemers hun brood met het in elkaar zetten van te-lefoontoestellen. Het bedrijf groeide uit tot één van de belangrijkste Antwerpse ondernemingen. De snelle expansie had als gevolg dat de vroegere gebouwen op het Zuid werden uitgebreid tot een enorm driehoekig gebouwencomplex en er kwamen nieuwe bedrijfsge-bouwen bij in Hoboken.

De eerste internationale telefoonverbinding was één van de vele primeurs die Bell realiseerde. Hoewel oorspronkelijk beperkt tot telecommunicatie, werd Bell later ook actief op het gebied van radio en televi-sie. Deze nijverheid vereis-te een zeer hoge scholing van het personeel.

NIET ZONDER RISICODe oprichting van deze onderneming op 26 april 1882 was een ambiti-euze onderneming. In heel België waren er nog geen 2000 telefoonabonnees en in de omringende landen was het niet veel beter. Toch stelden de oprichters zich tot doel de productie, de verkoop, de aankoop en het verhuren van apparaten voor telefonie en telegrafi e en alles wat rechtstreeks met elektriciteit te maken had. De stichters waren: Francis Welles, een 27-ja-rige afgevaardigde van de Western Electric Company, Louis De Groof, een 42-ja-rige gevolmachtigde van de International Bell Telephone

Company en een aantal notabelen van Antwerpen, zoals Arthur Van den Nest, Alexis Mols, Ernst en Maxi-milien Grisar en Jacques Osterrieth. De maatschap-pelijke zetel was in de Dambruggestraat geves-tigd. Voorzitter van de Raad van Bestuur was Arthur Van den Nest en Francis Welles werd afgevaardigd bestuur-der.Van de 4000 aandelen die een beginkapitaal van 1 miljoen Belgische Frank vertegenwoordigden, waren er respectievelijk 2160 en 800 in handen van de Western Electric Company en de International Bell Telephone Company. Twee-honderd aandelen waren in handen van Gardiner Hub-bard, de schoonvader van Graham Bell, de uitvinder van de telefoon.

De International Bell Te-lephone Company werd in 1879 te New York gesticht door Hubbard met het oog op de introductie van de telefoon in Europa. In 1880 opende deze maatschappij haar Europees kantoor aan de Lijnwaadmarkt, waar de lokale telefooncentrale werd geïnstalleerd.

VAN STARTDe eerste werkplaatsen van de jonge onderneming waren ondergebracht in een atelier van de International Bell Telephone Company boven een houtzagerij aan de Oude Steenweg. Na een brand werden de werkplaatsen voorlopig ondergebracht aan de Ankerrui. In augustus 1882 werd dan beslist om eigen gronden aan te kopen aan de Boudewijnstraat. In november van dat jaar werd reeds begonnen met de bouw van de eerste

DEN BELLVan Bell Telephone Mfg tot stadsdiensten

Eind oktober 2008 verhuisde een

groot deel van het stadspersoneel

naar het vroegere gebouw van Den

Bell. Het Alca-tel-gebouw werd

omgevormd tot zenuwcentrum van

de stedelijke en OCMW-administra-tie. In totaal zullen hier meer dan 2000

medewerkers hun nieuwe werkplek

gekregen hebben.Ooit was het ge-woon “Den Bell”, een fabriek waar

in het prille begin telefoontoestel-len werden ver-

vaardigd. Iedere Antwerpenaar had

in zijn familie of vriendenkring wel

iemand die “op den Bell” werkte.

eigen fabriek. Deze eerste eigen werkplaatsen beston-den uit een gebouw met slechts één verdieping waar de kantoren zich bevon-den. Op het gelijkvloers bevond zich het magazijn, de assemblageafdeling, de inpak, de machinekamer en de portiersloge. Een stoommachine leverde de nodige drijfkracht. Na enkele maanden werden er gronden aangekocht voor verdere uitbreiding. In 1887 kocht men nog meer gronden aan de overzijde van de Boudewijnstraat. In 1888 werden er drie ver-diepingen gebouwd op het oorspronkelijke gebouw. In 1896 werden er nog eens gronden aangekocht aan de Solvijnstraat. Een gebouw met vier verdiepingen werd opgetrokken aan de hoek met de Boudewijnstraat en de Diercxensstraat. Op technisch, organisatorisch en commercieel vlak werd alles gedaan om de snelle evolutie van de branche te blijven volgen.

STEEDS NIEUWEREPRODUCTEN EN UITBREIDINGDe concessies die de In-ternational Bell Telephone Company in de vele Euro-pese landen had verkregen gaven Bell Telephone Mfg in Antwerpen van bij de start een beloftevolle export-markt. De eerste telefoon-toestellen die ze maakten waren muurtoestellen, maar men bracht ook schakelborden op de markt. Onder impuls van Francis Welles werden er agenten in de verschillende landen aangesteld. Daardoor von-den de Bell-producten een afzet over zowat heel de wereld. Voor de Belgische regering kreeg Bell meer en meer opdrachten om scha-

5VAKBOND IN BEWEGING 63

ANTWERPEN IN BEELD

kelborden te installeren.Door de steeds nieuwere opdrachten en de evolutie van de nieuwe technieken werd er steeds maar verder uitgebreid. Om de eigen productieafdeling te kunnen uitbreiden werden in 1908 de houtmagazijnen van de hoofdfabriek overgebracht naar terreinen op het Kiel. De twee gebouwen van de hoofdfabriek in de Boude-wijnstraat werden een jaar later via een overdekte brug met elkaar verbonden.

EERSTE WERELDOORLOGTijdens de Eerste Wereld-oorlog moest de fabriek haar poorten sluiten. Nog voor de bezetting was men er in geslaagd de meeste plannen, gereedschappen en machines veilig via Ne-derland naar aanverwante bedrijven in Engeland en Amerika onder te brengen. Van wat achter gebleven was had men een gedetail-leerde inventaris gemaakt. Tevens werden belangrijke documenten, samen met een hoeveelheid edele me-talen in zinken kisten ver-pakt en begraven onder de vloer van het oude gebouw. Tijdens de laatste maan-den van de oorlog werd de fabriek door de Duitsers tot een “Nachrichtenwerkstatt” omgevormd en werden de kantoren als slaapkamers voor soldaten en offi cieren gebruikt. Erger was dat

de fabriek zowat leegge-plunderd en de inboedel zo goed als vernield werd. Bij de terugkeer in 1918 vonden de werknemers een ware chaos. Het duurde tot 1920 vooraleer de fabriek opnieuw optimaal kon functioneren. De schade was groot en weinig kon hersteld worden.

STEEDS NIEUWERE TECHNIEKENNa de oorlog ontstonden er meer nieuwe technieken, vooral dan op het gebied van het telefoonverkeer. De eerste automatische telefooncentrale werd in gebruik genomen. Kort na de oorlog vond de telefonie een uitgebreide toepassing in het spoorwegverkeer waar de telegrafi e werd verdrongen. In ons land alleen al voorzag Bell van oktober 1921 tot september 1922 ruim 500 km spoor-lijnen van “traindispatching equipment”. Intussen had Bell zich eveneens toege-spitst op een nieuw me-dium…de radio. Voor Bell betekende de omschakeling van handbediende naar au-tomatische telefooncentra-les een ver doorgedreven herziening van de produc-tiemethodes en een nood-zakelijke modernisering van het machinepark. In 1925 barstte de onderneming zowat uit haar gebouwen. Werkruimte diende op

verschillende plaatsen van de stad gehuurd te worden. Een nieuw ruimer hoofd-gebouw was noodzakelijk. Aan de Boudewijnstraat kwam een nieuw hoofdge-bouw en in Hoboken kwam er een nieuwe fabriek. De viering van het 50-jarig bestaan van de onderne-ming in 1932, gebeurde zeer bescheiden omwille van de economische crisis. Het dieptepunt van de crisis was in 1934 toen het aantal werknemers terugliep tot 2700.

TWEEDEWERELDOORLOGIn 1939 werden opnieuw maatregelen getroffen en werden er weer machines en gereedschappen overge-bracht naar het buitenland.

Toen in mei 1940 België in de oorlog betrokken werd, besloot men de vuren van de stoomketels te doven wegens ontploffi ngsgevaar in geval van bombarde-ment. Bij de bezetting van Antwerpen werden de bedrijven voor korte tijd gesloten. Vele werknemers waren immers op de vlucht.

DE HEROPLEVING NA DE OORLOGNa de oorlog kon dan eindelijk de heropleving beginnen. Vanaf de jaren 1946-47 stroomden de bestellingen binnen.Op 26 april 1954 werd de eerste steen gelegd voor het Bell-torengebouw. Twee jaar later werd het 58-me-ter hoge hoofdkantoor offi -cieel ingehuldigd. De open-deurdagen die dan werden gehouden brachten meer dan 35 000 bezoekers naar de fabriek. Van dan af ging het steeds maar bergop. De opkomst van de tele-visie en de rekenmachine betekende voor Bell weer nieuwe initiatieven. Op 16 januari 1948 vergaderde het volgens de ministeri-ele besluiten van 17 en 21 december 1946 opgerichte Comité voor Veiligheid en Gezondheid van de Bell-on-derneming voor het eerst. De ondernemersraad liet op zich wachten. Pas in op 7 april 1950 kwam die voor het eerst bijeen.Met de reorganisatie van de jaren 1962-63 werd

Foto: Marc Van Gansberghe - EEN FUTURISTISCH ZICHT OP DE TRAPPEN

6 VAKBOND IN BEWEGING 63

ook een periode van decentralisatie en moder-nisering ingevoerd. De werkplaatsen te Hoboken, Antwerpen werden uitge-breid en gemoderniseerd. Een nieuw bedrijf werd oa in Geel opgericht, maar ook elders in het land. Het aantal werknemers liep in 1972 op tot 14 946. In dat jaar werd tevens begonnen aan de bouw van een acht verdiepingen hoog gebouw op de hoek van de Boude-wijnstraat en de Solvijn-straat. Het nieuwe gebouw huisvestte de administra-tieve, medische, studie- en technische diensten. In 1967 komt het bedrijf in de handen van het Amerikaan-se ITT om dan uiteindelijk in 1986 nog eens overge-nomen te worden door het Franse Alcatel. Voortaan heet het bedrijf Alcatel-Bell.

NAAR DE STADIn 2002 besloot het bedrijf Alcatel-Bell defi nitief te verhuizen naar de Kievit-buurt achter het Centraal

Station. Een van de be-kendste Antwerpse kan-toorruimten kwam leeg te staan. De stad Antwerpen had in 2000 reeds beslist om de stedelijke admini-stratie samen te brengen in één gebouw. Zij greep dan ook de kans om dit project in dit gebouw te realiseren. Het wordt een vernieuwend project voor haar eigen diensten. De kantoorgebouwen van den Bell tellen vandaag vijf verdiepingen en de toren telt er twaalf. De totale lengte van de gevels aan de straatkant bedraagt meer dan 400 meter. De verhuis van de stedelijke backoffi ce naar dit historisch kantoor-gebouw is geen doel op zich, maar past wel in de beleidsvisie van het stads-bestuur. Met dit Bell-project wil de stad effi ciënter gaan werken. Verbeterde werk-omstandigheden en een kleinere spreiding van de stadsadministratie moe-ten de dienstverlening ten goede komen.

EEN PROJECT IN BEWEGINGAanvankelijk had de stad samen met de N.V. Voor-uitzicht het plan om de Alcatel-site een gemengde invulling te geven. Met ruimte voor woningen, kantoren en commerciële activiteiten. Onderzoek wees uit dat de gevraagde kantoor- en vergaderruimte onvoldoende was voor de verhuizende stadsdien-sten. In 2007 werd ook beslist dat, in functie van de nauwere samenwerking met de stadsdiensten, ook het OCMW haar admini-stratie gedeeltelijk zou verhuizen. Een volledige ingebruikname van het driehoekgebouw én toren werd hierdoor noodzakelijk. In de toren zullen de stad en het OCMW een verga-dercentrum uitbouwen met een auditorium en tal van grote en kleine ruimtes voor selecties, opleidingen en vergaderingen. Tijdens de kantooruren zullen deze hoofdzakelijk gebruikt worden door het personeel van de stad en het OCMW. De mogelijkheid wordt on-derzocht om deze ruimtes tijdens de avond of week-ends door derden te laten gebruiken. Het binnenplein krijgt een publiek karakter.

Het zal voor iedereen toe-gankelijk en vrij te gebrui-ken zijn. Het binnenplein maakt een doorsteek van de Boudewijnstraat naar de Sint Laureisstraat mogelijk. Het plein wordt zo ingericht dat het de nodige facilitei-ten krijgt om er (buurt)-feesten te organiseren. Tegen 2010 moet heel de stadsadministratie daar haar plaats hebben gevon-den. Iemand van Digipolis verklaarde dat, het huidige telefonienetwerk verou-derd is. Men gaat van 26 telefooncentrales naar 2 centrales, die fungeren als elkaars backup: Als de ene centrale uitvalt, dan neemt de andere meteen over. En als de nieuwe telefoon-centrales door Alcatel-Bell geleverd worden, is de cirkel rond.

Staf Van Gorp

Bronnen: Waar is de tijd? – Antwer-pen deel 17Bell Telephone Manufactu-ring Company 1882-1952 – uitgegeven door Bell Telephone Mfg CoNieuwsbrief DEN BELL – maart 2008 en september 2008 – uitg. Stad Antwer-peninternet Antwerpen.be

ANTWERPEN IN BEELD

Foto: Marc Van Gansberghe

7VAKBOND IN BEWEGING 63

Tijdens de wilde jaren ’60 was Ferre Grignard een begrip in Antwerpen en ver daarbuiten. De zestigers van vandaag zullen zich le-vendig zijn songs als “Ring Ring” en “My Crucifi ed Jes-us” herinneren. Hij zong als een witte neger omdat hij de blues had, ook al sprak hij geen woord Engels.

DE MENS FERRE GRIGNARDFernand Grignard werd in Antwerpen geboren op 13 maart 1939 in een burger-lijk milieu waar hij later weinig of niets mee te maken wilde hebben. Over zijn jeugd is weinig bekend. Eind jaren ’50 ging hij kunstonderwijs volgen en kreeg hij bekendheid in de Antwerpse artiestenwereld. Niet omdat zijn schilde-rijen zo goed verkochten, integendeel, maar omdat hij zichzelf gitaar had leren spelen en goed kon zin-gen. Na zijn dienstplicht maakte hij omzwervingen

Muze al een opname laten persen, die op een paar groeven na op een plaatje leek. Luistervinken van Philips kregen Grignard zo gek dat hij zijn protest-songs “Ring, ring, i’ve got to sing” en “We want war” op hun label lieten drukken. En zowel de verpakking als de uitvoering verdient aanbeveling. De hoes bestaat uit bruin inpakpa-pier met in schoonschrift de titels van de liedjes, de naam van de auteur en nog wat referenties. Dan een stemmige foto van Ferre en in de linker bovenhoek een vignet van café “De Muze”. Op de keerzijde de Engelse tekst van de songs, plus een Nederlandse en Franse vertaling. En de namen van de drie kleur-rijke jongens die Grignards rauwe protestklanken mu-zikaal invetten: Mil Finger-tips (wasbord), Toet Smits (gitaar en mondharmonica) en Johan Koopmans (bas). Maar de schilderachtigste van de Skiffl e Group blijft de 26-jarige Ferre zelf.”Humo zag hem zo: “On-der een grote zwarte hoed wordt de rest van het hoofd bezet door ontzettend veel baard, een antieke fi etsbril en een knol van een sigaar. Onder dit gewas hangt de Belgische driekleur in de vorm van een voddig stropdasje en het geheel is volmaakt door het niet-kleurig overhemd en de vettige leren vest…”Grignard had het imago, en het voorkomen van een rasechte artiest. Zijn stem-banden waren als klokken-touwen en hij putte er dan ook het nodige gebeier uit. Het hoogtepunt van zijn carrière was een optreden in Olympia in Parijs. Kort daarop klaagde hij de Fran-se vedette Johnny Halliday aan, die een bewerking had gemaakt van zijn tweede hit “My crucifi ed Jesus”. Het plagiaat zelf kon hem niet

zoveel schelen, wel het feit dat Halliday er een tekst op had gemaakt, die beledi-gend was tegenover de hippies in het algemeen en Grignard in het bijzonder.Grignard leefde overeen-komstig zijn imago: wild en nonchalant. Dat deed zijn carrière geen goed, maar ook zijn gezondheid niet. Zijn fans hadden hem vlug vergeten en Grignard werd opnieuw café-zanger.Kort voor zijn dood trachtte Ferre Grignard een come-back te maken, met be-klemmend werk, indringend als een lange doodskreet.Adriaan Raemdonck van Galerie De Zwarte Panter gaf hem enkele maanden voor zijn overlijden de galerie ter beschikking en organiseerde een indruk-wekkende tentoonstelling met werk van Ferre. Zijn vriend Fred Bervoets wou dat Ferre Grignard nog voor zijn dood de kans kreeg aan het Antwerpse publiek te tonen dat hij talent had als schilder. En dat was ook zo.In 2005 eindigde hij op nr 185 in de Vlaamse versie van de Grootste Belg.Op 8 augustus 1982 over-leed Ferre Grignard aan keelkanker. Sex, drugs en Rock & Roll eisten hun tol.

Staf Van Gorp

Bronnen:Internet- WikipediaOoggetuige: Johan Anthierens

KINDEREN VAN SIMINI (10)

FERRE GRIGNARD

in Amerika. Hij werd er vriendelijk verzocht zijn anti-oorlogpropaganda elders te gaan voeren en belandde terug in Antwer-pen in café De Muze. Daar komt de samenwerking met zijn drie begeleiders tot stand. Grignard verzamelt medailles en ridderorden en decoreert iedereen die hem sympathiek voorkomt.

DE ARTIEST FERRE GRIGNARDIn 1964 werd hij ontdekt door platenbaas Hans Kus-ters en brak toen snel door met de hit ”Ring Ring I’ve got to sing”. Met zijn hippie imago, zijn lange haar en nonchalante uiterlijk, werd hij de Boudewijn de Groot van Vlaanderen.Op 10 maart 1966 schreef Johan Anthierens in zijn sarcastische stijl in De Standaard: “De Antwerpse blueszanger Ferre Grignard heeft nu een echt plaatje. Enkele maanden geleden had de kunstkroeg De

8 VAKBOND IN BEWEGING 63

de wet van 2002 te ver-beteren met de hierboven aangehaalde punten.

INFONAMIDDAG EUTHANASIE-PALLIATIEVE ZORG

Zowel euthanasie als pal-liatieve zorg zijn zeker geen eenvoudige zaken. Weinig mensen weten wat dit alles juist inhoudt. Wat moet men als modale burger doen om hierover juist in-gelicht te geraken? Tot wie moet men zich richten? Om op al deze vragen en misschien nog vele andere een antwoord te krijgen bieden de ABVV senioren van Antwerpen een thema-middag aan waar iemand van het Centrum Morele Dienstverlening een uiteen-zetting komt geven over deze problematiek.Het zijn gespecialiseerde mensen die iedere dag met hun twee voeten in de werkelijkheid staan en die met kennis van zaken zowel theoretisch als praktisch ons kunnen informeren op een juiste manier die zeker verhelderend zal zijn voor iedereen.

Het Centrum voor Morele Dienstverlening is gehuis-vest aan de Jan Van Rijswij-cklaan 96 te Antwerpen. Zij houden zich bezig met Morele Bijstand in elke zin van het woord. Zij kunnen u ten alle tijden bijstaan en helpen door een luisterend oor te bieden en u eventu-eel door te verwijzen naar gespecialiseerde personen.Euthanasie, adoptie, hole-bi’s, abortus, welzijnswerk en vrijwilligerswerk zijn thema’s waarvoor u bij hen terecht kan.

Speel je met de gedachte om een plechtigheid te organiseren voor geboorte van je kind, een huwelijk of het verlies van een dier-baar persoon,het Centrum voor Morele Dienstverlening staat GRATIS voor u klaar.

Ghersin André

EUTHANASIE

Op 1 december 2009 om 14u00 in de Polyvalente Zaal van de Ommeganck-straat 53, 2018 Antwerpen organiseren de ABVV senioren regio Antwerpen een gratis infonamiddag in samenwer-king met het “Centrum voor Morele Dienstverlening” over “Euthanasie”. Informatie kan u krijgen bij Peter Dekort Tel. 03 220 67 11 of mailen [email protected]

Stel je volgende situatie voor: je krijgt verscheidene bestra-

lingssessies na enkele operaties waarvan de een al zwaarder dan de andere was. Daarnaast twee chemotherapiereeksen, één van

vier en één van twee beurten.De pijn blijft ondraaglijk en je

hart klopt in een razend tempo, vlugger dan de groei van de tu-

mor.

Je houdt je sterk, je wilt niet opgeven, je vermagert, de kilo’s vliegen er af. Met al wat je in je

hebt, wil je vooral verder leven, want je hebt een sterke wil, maar

de uitzaaiïngen blijken sterker!En dan die blikken van mensen, vol medeleven…je wil iedereen

geruststellen door te zeggen dat het wel goed komt, want je bent

sterk en je wil leven.

Toch word je echt graatmager, de hoop op beterschap zweeft weg.

Uiteindelijk voel je dat het genoeg is en je wenst een wilsverklaring af te leggen nu het nog kan. Uit-eindelijk wil je graag zorgen voor een waardig levenseinde na al de

pijn die je geleden hebt.

THEMA

PALLIATIEVE ZORG

Palliatieve zorg vormt een essentiële schakel voor de humanisering van het levenseinde. Oorspronkelijk gebruikten professionelen palliatieve zorg als termi-nale zorg voor ernstige levensbedreigende aandoe-ningen bij mensen in de laatste fase van het leven.Professor Wim Distelmans, verbonden aan de leerstoel “Palliatieve Geneeskunde” van de Vrije Universiteit Brussel en ook gewezen voorzitter van de Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen, reageert op de aantijgingen van de katholieke zuil die vindt dat het ofwel pal-liatieve zorg moet zijn of euthanasie. Het is echter geen of-of verhaal maar wel een en-en verhaal. Iedere patiënt moet de kansen krijgen die hij of zij verdient. Drie wetten uit 2002 versoepelen de huma-nisering van het levensein-de: de wet betreffende de euthanasie, de wet betref-fende de palliatieve zorg en de wet betreffende de patiëntenrechten. Zo kreeg ieder van ons de mogelijk-heid om onze wensen af te dwingen.

DE EUTHANASIEWET VAN 28.05.02

De drie wetten vormen reeds een goede basis maar we kennen nog enkele pijnpunten. Er wordt nog steeds geijverd om deze wetten een uitbreiding te geven betreffende een vijf-tal punten die voornamelijk gaan over: minderjarigen, dementerenden, de geldig-heid van de wilsverklaring, de doorverwijzing naar een andere dokter wanneer een dokter morele bezwaren heeft en tenslotte wil men trachten bij wet te regelen om de patiënt z’n dokter niet te belasten met het schuldig verzuim.Het zijn vooral mensen zoals Jacinta De Roeck (SP-A),de senatoren Jannine Leduc, Paul Wille en Patrick Vankrunkelsven (VLD) die al enkele voorstellen naar voor gebracht hebben om

S

9VAKBOND IN BEWEGING 63

HÈT ATHENEUMVan Franse École Secon-daire naar Wereldschool met 45 nationaliteiten

De Franse revolutie van 1789 en de bezetting van ons land in 1792 heeft in zekere zin geleid tot de oprichting van het Antwerps Atheneum. Gedurende die eerste periode van de Franse bezetting, een tijd van onrust, van bloedige bestuurswisselingen in Frankrijk met hun weerslag op het beleid in ons land, is van geregeld onderwijs in Antwerpen geen sprake.

Door een wet van 25 okto-ber 1795 werd het onder-wijs in drie graden inge-deeld. Het onderwijs werd democratisch en los van de kerk. In de scholen nam de “Rechten van de Mens” de plaats in van de catechis-mus. In ieder departement werd er een “Ecole Centra-le”, later gevolgd door een “Ecole Secondaire” (1799) opgericht om de principes van de Franse revolutie toe te passen. Deze scholen kenden weinig bijval bij de katholieke bevolking.

De Ecole Secondaire, gewoonlijk het College genoemd, zou bestaan van 1 oktober 1807 tot 30 maart 1818, en vormt dus

het eerste stadium in het bestaan van het Antwerps Atheneum als instelling. Het heeft nooit opgehouden te bestaan, noch onder Ko-ning Willem der Verenigde Nederlanden (1815-1830) noch tijdens de Belgische Omwenteling van 1830. Toen het College in 1818 tot Atheneum verheven werd, bleef het personeel in functie.

Rond dit tijdstip vinden wij het Atheneum aan de Prekerstraat in de voor-malige gebouwen van de Dominikanen. Zowel onder Koning Willem der Verenig-de Nederlanden als na de Belgische onafhankelijkheid van 1830 bleven de lessen er ééntalig Frans.

In 1850 werd het Athe-neum een rijksinstelling en verwierf terug de titel van Koninklijk.

Op 2 februari 1880 besloot de Antwerpse Gemeente-raad het Atheneum een nieuw gebouw te schenken en wel op een stadsgrond gelegen aan de voorheen genoemde Gemeenteplaats, thans Franklin Roosevelt-plaats. Omwille van zijn inspanningen voor de democratisering van het onderwijs kreeg het stand-beeld van Burgemeester

HET KONINKLIJK ATHENEUM VAN ANTWERPEN

Vrijzinnig humanismein een veranderende school en samenleving

ACTUALITEIT

Op 13 oktober had Vakbond in Beweging een gesprek met Karin Heremans, directeur van het Koninklijk Atheneum Antwerpen. Het ge-sprek was uitermate boeiend en uitgebreid. Het vrijzinnig humanisme, de verzuiling, de islam en natuurlijk ook de hoofddoek kwamen aan bod. Een verhaal over de toekomst van een monument van een school en van onze samenleving.

Leopold de Wael een ere-plaats voor het Atheneum.

Sedert de stevige orga-nisatie van het rijksmid-delbaar onderwijs door de organieke wetten van 1850, 1881 en 1884 en sedert de vernederlandsing van het onderwijs in 1883 zijn er nog weinig markante ver-anderingen geweest in de organisatie en realisatie van het Atheneumonderricht. De vormingsperiode was voorbij, de bloeiperiode van het Antwerps Atheneum kon aanvangen. Over die vernederlandsing moet men zich niet te veel voorstel-len. Het gold slechts voor enkele vakken. Pas in 1932 werd een volledig onderwijs in het Nederlands voorzien.

Voor de doorbraak van de vrijzinnigheid moeten wij eigenlijk wachten tot in 1948 een Ministerieel Besluit uitgevaardigd wordt dat aan de ouders van de leerlingen de keuze laat tussen godsdienst of zeden-leer. Voorheen diende men schriftelijk te bevestigen dat men geen godsdienst wenste te volgen. Einde van de jaren zestig kwamen er meer en meer vrouwelijke leraars aan het Atheneum en meer en meer meisjes vonden de weg naar de school.

In de geschiedenis van het Atheneum neemt de Vlaamse Beweging, oor-spronkelijk democratisch en vrijzinnig, een grote

DIRECTEUR KARIN HEREMANS

10 VAKBOND IN BEWEGING 63

plaats in. Beperken wij ons tot het citeren van enkele namen die zowel in de poli-tiek in het algemeen als in de Vlaamse Beweging een vooraanstaande rol hebben gespeeld : Godin, Kronac-ker, Lalmand, Lilar, H. Vos, Paul Van Ostaeyen, Joris Minne, Verspreeuwen, Jan van Beers, Pol de Mont, A. Borms, O. Wattez. Slechts één citaat, van Leo Mi-chielsen : Zonder verplicht onderwijs kan Vlaanderen nooit ontvoogd worden.

Het Koninklijk Atheneum heeft reeds een lang, bewo-gen bestaan achter de rug. Het was eertijds een zin-nebeeld van onderwijs en opvoeding in de Antwerpse metropool en het hele Vlaamse land. Het kende zijn groeiperiode en zijn climax, overleefde uitbrei-ding van het scholennet, de emigratie van de bevol-king naar de voorstad, de schoolstrijd en de wisselval-ligheden en de vernieuwin-gen van het onderwijs. (H. Schoeters).

Intussen staat het Konink-lijk Atheneum Antwerpen opnieuw midden in de bran-ding van een multicultu-rele samenleving met haar pijnpunten en confl icten.

Mevrouw Heremans, de huidige directrice van het Atheneum, noemt zichzelf een wereldburger. Je zou voor minder als je weet dat in het Koninklijk Atheneum momenteel 45 nationalitei-ten les volgen.

* * *

Maar dat is een boeiend verhaal, waarvoor wij graag mevrouw Here-mans aan het woord laten.

VIB : Kan je het onder-wijsproject van het Ko-ninklijk Atheneum even voorstellen ?

Karin Heremans : Het Koninklijk Atheneum maakt deel uit van het Gemeen-schapsonderwijs. De

grondslag van het Gemeen-schapsonderwijs is pluralis-tisch en beantwoordt aan de Universele Rechten van de Mens, in het bijzonder die van het kind. Het Ge-meenschapsonderwijs en-gageert zich optimaal voor de totale ontwikkeling van élke leerling, zowel op vlak van kennis, persoonlijkheid, sociale vaardigheden als attitudes.

Het Koninklijk Atheneum Antwerpen wil een stap verder gaan en actief plu-ralistisch zijn. We willen de verschillen tussen mensen niet zien als een beperking, maar als een verrijking. Door het bijbrengen van kennis en respect voor de eigen cultuur en de cultuur van anderen en door het aanmoedigen van de open dialoog, ontstaat op onze school een sfeer van weder-zijds respect die verrijkend en stimulerend werkt.

We voeren daarbij een pleidooi voor een nieuw verlicht humanisme als middenlijn in de actieve pluralistische school, dit al-les met als motto: Geloof in de mens.

VIB : Actief pluralisme wat moeten we daar in de praktijk onder ver-staan ?

Karin : Actief pluralisme is niet vrijblijvend, we defi nië-ren een aantal waarden die voor ons onwrikbaar zijn. De universele rechten van de mens, de vrijheid van godsdienst, de gelijkwaar-digheid van man en vrouw, de vrije meningsuiting, de scheiding van kerk en staat en het vrij wetenschappelijk onderzoek.

Ik blijf altijd zeggen dat de mens centraal staat. Wij hanteren het principe van de wederkerigheid zeer sterk. We kiezen hier resoluut voor in de plaats van het begrip ‘verdraag-zaamheid’. Wederkerigheid betekent dat er wederzijds respect, verplichtingen als ook een praktisch kader

nodig zijn van de twee kanten.

VIB : Wat betekent dat voor het onderwijs dat het Atheneum biedt ?

Karin : Sinds het School-pact is er vrijheid van onderwijs en dienen alle scholen twee uren levens-beschouwelijke vakken in te richten.

Na de aanslag van Al-Qaeda op 11 september 2001 zijn de leerkrach-ten levensbeschouwelijke vakken, onder leiding van de leerkracht zedenleer en katholieke godsdienst nauwer gaan samenwerken en lesgeven. De school had toen 45 nationaliteiten. 46% van de leerlingen wa-ren moslim, de andere 54% waren o.a. niet conven-tionele zedenleer, joodse godsdienst, protestantse, katholiek, orthodox… Toen is de visie ontstaan om niet alleen les te geven binnen het eigen levensbe-schouwelijke hokje, maar om samen te werken om van onze leerlingen we-reldburgers te maken met een open kijk. We willen in dialoog gaan, met respect voor de levensbeschouwing van de leerlingen. Maar met het doel om te humanise-ren en de leerling centraal te stellen. In die zin wilden we trouw blijven aan het pluralistisch gedachtengoed van het Atheneum.

We werken hiervoor rond vier thema’s : tijd, keuze, ruimte en mens. We willen het bewustzijn bij de leerlingen creëren dat dit een samenleving is waarin we vooruitziend denken. Ze moeten dingen leren plannen, je moet din-gen op tijd afgeven, etc. We voeden jongeren op als mondige kritische burgers die persoonlijke keuzes kunnen maken, en niet slaafs keuzes volgen die in een heilig boek staan. We hebben bijvoorbeeld een modeshow georga-niseerd. Toen bleek zeer duidelijk dat de meisjes zelf niet goed wisten of ze een hoofddoek moesten dragen of niet. Ook rond de andere keuzes: spreek ik Neder-lands, kom ik naar school, studeer ik verder… werd gewerkt. Bij het laatste thema, de mens als universele vrije wereldburger die eigen persoonlijke keuzes kan maken, heeft het wel even geclashed naar aanleiding van het scheppingsverhaal. Binnen het pedagogisch project staat in de eind-termen het wetenschap-pelijk onderzoek als een paal boven water. Dat was blijkbaar niet voor iedereen evident.

VIB : Wat heeft dan ge-leid tot de escalatie met het hoofddoekenverbod als gevolg ?

ACTUALITEIT

11VAKBOND IN BEWEGING 63

Karin : In 2006 was het aantal moslims in de school opgelopen tot 60% en in 2009 was dit reeds 80%. Mede doordat de meeste scholen in de binnenstad de hoofddoeken verboden. Al-leen aan de rand waren er scholen waar de hoofddoek nog was toegelaten. Wij waren de enige ASO school (= Algemeen Secundair Onderwijs) waar de hoofd-doek was toegelaten in de binnenstad.

De laatste drie schoolja-ren kwamen leerkrachten signaleren dat hun visie, hun pedagogisch project, botste op een stuk funda-mentalisme. Elke vorm van fundamentalisme is in strijd met een actief pluralisme. We gaan uit van een sokkel van onwrikbare waarden. Godsdienstvrijheid is daar één van, maar hierdoor mogen de andere waarden niet in het gedrang komen.

Hoe uitte zich dat con-creet; door jongens die niet naast meisjes in de klas wilden zitten, door steeds meer leerlingen met hoofddoeken. Meisjes die geen hoofddoek droe-gen, verlieten de school. Leerkrachten zagen in het weekend meisjes die buiten de school geen hoofddoek droegen, maar dit bin-nen de school wel deden. Meisjes die een hoofddoek droegen, waren geloviger en dus beter dan zij die dit niet deden. Het gelijk-waardigheidprincipe werd aangetast.

In 2006 kwamen een vijftiental leerlingen met lange schoudergewaden en handschoenen. Nu begon de discussie van hoe lang de hoofddoek moest zijn, tot hoe ver die kwam. Een tussenstap was om de lange schoudergewaden te verbieden. Maar de discus-sie bleef. Het ging zover dat de directeur van de Midden-school een pop gebruikte om te laten zien hoe de hoofddoek geknoopt moest worden.

Zo was er ook een pro-bleem met een tweedaagse uitstap naar Parijs. Een leerling mocht niet mee. Anderen volgden. Impliciet is dit groepsdruk, de ene ouder die de andere onder druk zet om zijn kind niet mee te laten gaan.

Op een bepaald moment begon zelfs de leerkracht Islam dreigbrieven te krijgen, omdat hij de ver-keerde versie van de koran onderwees. Ouders wilden toen een andere leraar islam. Steeds bleven we in dialoog gaan.

VIB : Totdat er een vol-ledig verbod op het dra-gen van een hoofddoek kwam…

Karin : De toenemende druk van sommige funda-mentalistische leerlingen en ouders maakte dat we overgingen tot een hoofd-doekverbod, ter bescher-ming van het pedagogische project, ter bescherming van andere belangrijke democratische waarden en vrijheden die kaderen in de geschiedenis en de visie van het Atheneum. Er kwam een ander prak-tisch kader omdat het vorige praktische kader niet haalbaar meer bleek. Het is juist om trouw te blijven aan de geschiedenis van het atheneum dat ik dit beleid heb uitgetekend.

Ik krijg soms het verwijt dat ik van gedacht ben veranderd. Dat is niet zo, ik verdedig dezelfde visie, humaniseren door dialoog, maar er moest een ander praktisch kader geschapen worden. Ik herhaal elke vrouw heeft het recht een hoofddoek te dragen, maar die vrouw daarnaast heeft ook het recht in vrijheid te beslissen dit niet te doen en haar al dan niet gelovig zijn anders te beleven.

Ik zeg altijd, het is net dat “actieve” van dat actief pluralisme dat ons naar die

beslissing heeft gedreven. Want het passieve plu-ralisme zou het allemaal toelaten. Ik noem dit heel bewust het actieve plura-lisme omdat wij grenzen trekken… en in deze school moet je sneller grenzen trekken dan op een andere school. De vrijheid van de ene stopt waar ze de vrij-heid van de ander beperkt.

Aan de inspecteur islam heb ik het historische kader uitgelegd. Nadat een gene-ratie het kruis heeft afge-legd, is het niet mogelijk dat we toelaten dat er een nieuwe zuil ontstaat. Door de geschiedenis uit te leg-gen was deze man hele-maal mee, zo had hij het nog nooit bekeken.

VIB : Is dit een beslis-sing tegen de moslims ?

Karin : Nee, de beslissing die we genomen hebben, is geen beslissing tégen de moslims. Het is gewoon een beslissing om verder samen te kunnen leven. Op dat moment zat dat niet goed! De hoofddoek diende een stuk ter afscherming in de communicatie. Als het ware om te kunnen zeggen, ik hoor er niet bij, ik ben gelo-viger dan jij dus ook beter dan jij. Het gelijkwaardig-heidsprincipe werd aange-tast. Hier op school kregen we een andere groep die zich niet meer goed begon te voelen. De school is een stukje van de samenleving.

Dus, als zoiets gebeurt, krijg je een ontwrichte sa-menleving.

Door het hoofddoekverbod is de gelijkwaardigheid te-rug. Dit maakt dat iedereen zich goed voelt. Als je nu kijkt op de speelplaats is er écht wel gelijkwaardigheid. De druk is weg. Leerkrach-ten zeggen dat ook. In de les is er plots een andere communicatie doordat ie-dereen gelijkwaardig is.

Het heeft ook te maken met gelijke onderwijs-kansen. Wat we hier ook merkten is dat leerlingen de school kozen omwille van de hoofddoek. In andere grootsteden heeft men hetzelfde probleem. Leerlingen die een school en studierichting kiezen omwille van de hoofddoek en niet omwille van mo-tivatie en mogelijkheden. Zo blijven er kinderen drie keer zitten, of wordt de doorverwijzing naar een andere school niet gevolgd, omdat ze in die school geen hoofddoek mogen dragen. Ik probeer de leerlingen duidelijk te maken dat ook de Koran zegt dat men zich in bepaalde omstandighe-den moet aanpassen.

VIB : Zijn alle moslims even fundamentalistisch?

Karin : Het gaat om een relatief kleine groep die in bepaalde gebieden van grootsteden toch wel sterk

NA DE BRAND IN HET ATHENEUM

ACTUALITEIT

12 VAKBOND IN BEWEGING 63

domineert. Het is vaak een sociologisch fenomeen gekoppeld aan kansar-moede. En dan moet je op dat moment de meerder-heid beschermen tegen die kleine groep.

Er zijn meisjes, die nooit een hoofddoek gedragen hebben op school, die mij aanspreken op de speel-plaats en zeggen dat ze mij dankbaar zijn omdat ik ben opgetreden in verband met de hoofddoek. Dan vraag ik, dragen jullie dan wel een hoofddoek buiten de school? Ja, antwoorden ze dan, want anders durven ze niet buiten te komen. Ze kunnen niet op straat ko-men zonder hoofddoek zon-der uitgemaakt te worden. Dit gaat echt puur over groepsdruk. Dan moet je denk ik écht ingrijpen. Het mag dan over een kleine groep gaan, maar het is wel een groep die intimideert. Ik stel dan de vraag hoe zij dat zo ver hebben kunnen laten komen.

We hadden vorig schooljaar 580 leerlingen en we heb-ben er nu 482. Maar we zijn op 1 september gestart met 420 leerlingen. Dus er zijn er eigenlijk sinds 1 septem-ber al 54 bijgekomen. Ze komen zo druppelsgewijs binnen. De afgelopen week zijn er ook ineens weer 4 bijgekomen. En ze dragen geen hoofddoek.

Moeders met hoofddoek zijn hier in mijn bureau ko-men zeggen dat ze vinden dat ik gelijk heb. Gezien hun kinderen later gaan werken, moeten ze bij de

meeste jobs ook hun hoofd-doek afl eggen.

Er waren ook heel emotio-nele momenten bij. Er wa-ren leerlingen die speciaal voor de eerste schooldag zo’n doorschijnende hoofd-doek gekocht hadden. Die werd met trillende handen en al wenend voor de ogen van iedereen afgelegd. Dat zijn nu de leerlingen die ondertussen met speldjes en strikjes in hun haren op school zitten. Dit is mooi.

We hebben één meisje gehad die van haar vader moest terugkomen. Het meisje is zelf zeer funda-mentalistisch en kwam naar school in een lang zwart gewaad met hoofddoek. Zij is teruggekomen en heeft al huilend haar gewaad uitgetrokken en is naar de klas gegaan. Iedereen in de klas heeft daar heel sereen op gereageerd. Dat meisje heeft wel een halve dag zitten huilen. Dat is nu gedaan. Er is hier hele-maal geen pestgedrag. Dit schoolgebouw biedt ook de mogelijkheid om er rustig mee om te gaan. De deur van de school gaat dicht en dicht is dicht. Hier zijn geen pottenkijkers.

We hebben geen kleedka-mer voorzien maar wel een spiegel aan de ingang van de school. Er is trouwens al gevraagd naar een tweede spiegel. Het is mooi om zien hoe de meisjes, en ook jongens, eigenlijk heel de dag voor die spiegel staan.

VIB : Er is al “gedreigd” met de oprichting van

islamitische scholen, naar het voorbeeld van de katholieke, de joodse, maar ook de Turkse scholen. Is een meer verzuild schoolsysteem geen probleem voor het vrijzinnig humanisme?

Karin : Ik vind van wel. Ik ben al verscheidene jaren pleitbezorger voor één on-derwijsnet. Dat is al wel ver gedacht. Uiteindelijk vind ik dat het onderwijs een taak is van de overheid. Onder-wijs dat vertrekt vanuit één bepaalde levensbeschou-wing, zoals de katholieke, joodse en moslimscholen, is vandaag de dag niet meer realistisch. Levensbe-schouwingen zijn weliswaar belangrijk voor het ontwik-kelingsproces van jongeren.

Het Atheneum is met zijn veelheid aan nationalitei-ten en culturen het excel-lente laboratorium om een vernieuwend project uit te werken. Binnen onze school zitten de leerkrachten van verschillende levensbe-schouwingen regelmatig bijeen en geven samen les. Dit is schitterend en zij komen goed overeen.

Scholen die niet geconfron-teerd worden met verschei-dene godsdiensten zouden toch ook op de één of ande-re manier het vak “wereld-godsdiensten” moeten kun-nen aanbieden. Weliswaar stapsgewijs. Bijvoorbeeld door te beginnen met 1 uur levensbeschouwing naar keuze. Dan heeft het vrije net, de katholieke en de joodse scholen, nog geen probleem. In het kader van de eindtermen kan je bur-gerzin, sociale vaardighe-den, open geest… koppelen aan 1 uur “wereldgods-diensten”. In de tweede fase zou men dan stilaan naar een nieuw vak van 2 uur kunnen overgaan. Het zou beter zijn overal 2 uur wereldgodsdienst of le-vensbeschouwende vakken te onderwijzen. En in de volgende fase zou men dan kunnen overgaan naar één

onderwijsnet. Dat zou ook een grote besparing zijn.

In 2003 heb ik dit even gesuggereerd en iedereen ging toen op zijn achterste poten staan. Het pleidooi voor de actief pluralistische school, als school van de overheid, is vandaag de dag echter héél realistisch. Maar dit vergt politieke moed én de juiste politieke evenwichten om de grond-wet én het schoolpact te herzien. En die zijn er op dit moment niet in Vlaan-deren.

VIB : Hoe moet het vrijzinnige humanisme in de toekomst omgaan met de heropleving van religies, waaronder de islam, die we de laatste jaren vaststellen ?

Karin : We zijn maar verder en verder gegaan in de ontwikkeling van onze seculiere samenleving. Ik denk dat er niet is stilge-staan bij het feit dat de dingen die voor ons evident waren, niet perse evident zijn voor andere bevol-kingsgroepen.

Daarom moeten we duide-lijke grenzen trekken. Er moeten beslissingen komen in wederzijds overleg. Er kan een compromis geslo-ten worden. Misschien moe-ten we naar een nieuwe invulling van de scheiding van kerk en staat op Euro-pees niveau en een prak-tisch kader voor universele waarden en vrijheden. Maar alvorens we daar aan toe zijn…

VIB : Een Europees humanistisch compro-mis tussen vrijzinnigen, katholieken, joden en moslims, dat zou mooi zijn. Een hele uitdaging voor het vrijzinnig hu-manisme. Bedankt Karin.

Koen De Clercq en Romain De Fleurquin

ACTUALITEIT

13VAKBOND IN BEWEGING 63

De economie draait vier-kant. Ook de 67 beschutte werkplaatsen in Vlaanderen voelen de gevolgen.Meer dan de andere takken van de sociale economie hebben de beschutte werk-plaatsen de afgelopen jaren een plaats verworven in het reguliere arbeidscircuit. Ruim 80% van de opdrach-ten komt uit de privésector. De beschutte werkplaats is een volwaardige busi-nesspartner op de reguliere markt.Er is ook een keerzijde aan dat succesverhaal. Beschut-

De beschutte werkplaat-sen voelen de crisis in hun orderboekje. Ook het enclavesysteem, waarbij mensen onder begeleiding in een bedrijf aan de slag gaan, staat onder druk. “Vooral werkplaatsen actief in de automobielsector, de machinebouw en de textiel worden getroffen.”

UIT DE FLOWDat de productielijnen op halve kracht draaien, heeft gevolgen. Ludo Van Eeck-hoven, directeur van de BW Nevelland: “Normaal is ons werkschemagoed gevuld. Dan halen we ook een bepaalde produc-tiegraad en rendabiliteit, die we dagelijks proberen te verbeteren. Maar bij gebrek aan opdrachten valt het werkproces stil, waar-door de mensen uit de fl ow raken en de rendabiliteit en productiviteit een duik nemen.” Die dode momen-ten leiden ook tot sociale spanningen. “Hoe minder werk, hoe meer tijd om je aan anderen te storen.” Het dalende aantal opdrachten zorgt voor tijdelijke werk-loosheid.Van Eeckhoven: “We laten medewerkers meedraaien bij andere afdelingen en herverdelen het werk, maar op een bepaald moment zijn je mogelijkheden uit-geput. De aanpak verschilt naargelang de grootte van de werkplaats. Vanaf het ogenblik dat er in Nevel-land 10 medewerkers geen werk meer hebben, doen we voor hen een beroep op het systeem van eco-nomische werkloosheid.” C r i s VLAB berekende dat eind april bijna 20% van de normale werkuren van de beschutte werkplaatsen niet

meer kon worden ingevuld. Vaak betekent economische werkloosheid voor werk-nemers met een handicap niet alleen inkomensverlies, maar ook het wegvallen van een dagstructuur.

AAN HET WERK“Onze bekommernis is zo-veel mogelijk mensen uit de werkloosheid te houden”, zegt Christel Vanroelen.“Voor onze doelgroepme-dewerkers bestaat er vaak geen alternatief in het ge-wone bedrijfsleven. Als zij bij ons hun job verliezen, komen ze bijna zeker in de werkloosheid terecht. Maar ook ons omkaderingsper-soneelwillen we koste wat het kost houden. Zij hebben een specifi eke expertise opgebouwd.”Intussen dalen de inkom-sten en moeten de vaste kosten worden betaald. Bij de beschutte werkplaatsen was het de laatste maan-den alle hens aan dek om niemand te verliezen en nieuwe opdrachten binnen te halen. Van Eeckhoven: “We ver-sterkten onze commerciële afdeling en we deden as-sertiever aan marketing,op zoek naar nieuwe opdrach-ten en onbetredenmarkten. We voeren ook een strenger energiebeleid en houden onze uitgaven nog meer in het oog.Bovendien namen we maat-regelen om het professio-nalisme op de werkplaats te verhogen. En we hebben nieuwe samenwerkings-verbanden met andere beschutte werkplaatsen en partnerondernemingen.Voorts houden we de markt nauwlettend in het oog.”Ook de overheid en de

CRISIS IN DE BESCHUTTE WERKPLAATSENWerk herverdelen en productielijnen op halve kracht

In woelige economische tijden is werk zeer kostbaar. Werkplaatsen redden en ontslagen vermijden is de boodschap. Daar werken we als syndicalisten met z’n allen aan, op ver-schillende terreinen. In alle sectoren is de crisis voelbaar. Toch kozen we voor een niet zo vanzelfsprekend verhaal uit een niet zo vanzelfsprekende sector: de beschutte werk-plaatsen.

te werkplaatsen lijden meer onder de crisis dan bijvoor-beeld de sociale werkplaat-sen. Christel Vanroelen, directeur van de Vlaamse Federatie van Beschutte Werkplaatsen (VLAB): “Wij vormen de laatste schakel in het outsourcing-proces van de bedrijven. Bijgevolg vallen we als eerste af. Activiteiten die vroeger bij ons terecht-kwamen, worden nu niet langer uitbesteed, omdat de ondernemingen hun eigen personeel aan het werk moeten houden.”

FOTO JAN LOCUS

ACTUALITEIT

14 VAKBOND IN BEWEGING 63

sociale partners zetten de zeilen bij. Ze maakten budgetten vrij om het inko-mensverlies van de econo-mische werklozen tecompenseren. Verder kreeg de sector een extra deel van de loonkost van het omkaderingspersoneel gesubsidieerd. Met de steun van het EuropeesSociaal Fonds (ESF) kwam er een groots opleidings-project voor werknemers zonder werk, en een ander initiatief richtte zich op nieuwe samenwerkingsvor-men met overheden.Vanroelen: “De beschutte werkplaatsen zijn vooral in conjunctuurgevoelige secto-ren actief. Om te vermijden dat we in de toekomst op-nieuw zo zwaar worden ge-troffen, moeten we nieuwe markten exploreren.De overheid vormt daarbij een van onze prospects. Momenteel werken we alleen met de groendien-sten samen. Maar we zien mogelijkheden bijmailings, drukwerk en dien-sten zoals was en strijk.”

DIKKER ORDERBOEKJE?Voorlopig zijn de crisis-maatregelen budgetneu-traal. Maar de middelen zijn niet eindeloos.Van Eeckhoven: “We doen een beroep op overschot-ten uit het verleden, maar als we in het najaar geen dikker orderboekje krijgen, wordt het voor een aantal werkplaatsen moeilijk. Ik zie wel lichtpuntjes, maar het valt af te wachten of die sterk genoeg zijn om in de tweede helft van het jaar een kentering te veroorza-ken.”

BESCHUTTE WERK-PLAATSEN IN CIJFERSIn Vlaanderen zijn er 67 beschutte werkplaatsen. De werknemerspopulatie in die beschutte werkplaatsen bedraagt 19.237 personen, waarvan 16.267 doel-groepmedewerkers (cijfers 2007).

Marcel Beerlandt

Bron: Goele Geeraert - Weliswaar

Gesprek met Walter Schelstraete en Leo van Dijck

Praktijkervaringen met de Beschutte werkplaatsenLeo van Dijck (ex-directeur van de stadsschool aan de Markgravelei):

Indertijd voerden de scholen in Antwerpen en de dienst voor gebouwen hun herstellingen en werken zelf uit. Ze maakten zo weinig mogelijk gebruik van privé ondernemers. Voor het houtwerk deden we vooral beroep op de beschutte werkplaats van Ant-werpen om deze werken uit te voeren. Zo liet ik een keuken in de school van de Markgravelei plaatsen, op het eerste zicht een onmogelijke opdracht daar de muren schots en scheef liepen. De mensen van de beschutte werkplaats hebben deze vervaardigd en komen plaatsen en dat was tot op de millimeter juist. De begeleider heeft nauwelijks moeten ingrijpen en corrigeren. Ook de kleuterleidsters die allerlei knutsel-voorwerpen verzamelden, zoals potten en wc rolletjes, hadden op zeker ogenblik behoefde aan een ruimte om dit materiaal te kunnen opslaan. De mensen van de beschutte werkplaats kwamen in eerste instantie om de maten te nemen om nadien met de schabben af te komen en te plaatsen in de toegewezen ruimte.

Nu moet je niet denken dat er één millimeter verschil was tussen de plannen en de uitgevoerde werken. Weer was dit precisiewerk, letterlijk van de bovenste plank. Die mensen zijn zo geconcentreerd op hun werk terwijl anderen - een handenarbeider, een goede stielman - al eens creatief durft te zijn en claimen dat ‘een millimeter ver-schil niet uitmaakt en het zo ook wel zal gaan’. Mijn ervaring is dat mensen uit een beschutte werkplaats een opdracht krijgen en het nauwgezet uitvoeren. Nog een voorbeeld is dat wij in onze school nog van die oude reftertafels hadden, zo stevig dat ze eventueel beschutting konden geven bij een bombardement. Maar die werkbladen waren van dat oud bureau materiaal van vroeger en zagen er echt niet smakelijk uit. De stad had niet direct geld om deze te vervangen en dus had ik voorgesteld aan de dienst werken om de tafels te renoveren. Wegens goedkoper werd dit toegestaan. Weer heb ik dit aan de beschutte werkplaats toevertrouwd. Die tafels zijn dan terug gekomen en het onderstel stond mooi in de

witte lak en er lagen nieuwe, frisse werkbladen op. Ik ben er dan ook bijna zeker van dat deze nog steeds in gebruik zijn. Ik wil er nog bij vertellen dat de arbeiders van deze werkplaatsen de ruimte waarin gewerkt was zelf op-gekuist hebben. Mijn kuispersoneel is dan ook komen vertellen dat ze dit niet dikwijls beleefd hadden. Dit was wel een verschil met privé bedrijven die werken uitvoerden en hun rommel en vuil gewoon lieten lig-gen. Ik ben er zeker van dat er collega’s en directies van scholen zijn die dezelfde ervaring hebben dan ik.

Walter Schelstraete, diversiteitsconsulent ABVV Antwerpen:

Ik ervaar hetzelfde met sommige delegees van de be-schutte werkplaatsen. Willy Wante van de BS AROP is daar een sprekend voorbeeld van: de afspraken die je met hem maakt, worden ook nagekomen en je krijgt

geregeld informatie terug. Wanneer er bijvoorbeeld vragen op de ondernemingsraad of het comité moeten gesteld worden, dan blijft hij die stellen tot er een duidelijk ant-woord is. En dat legt de syndicale werking zeker geen windeieren.

Marcel Beerlandt

ACTUALITEIT

15VAKBOND IN BEWEGING 63

Op het jaarlijks Vlaams congres voor verkeersvei-ligheid was dit jaar veel aandacht voor senioren en verkeer. Uit alle cijfers blijkt dat ouderen een zeer kwetsbare groep vormen en gezien de toenemende vergrijzing in combinatie met hun stijgende mobili-teit is het zeer belangrijk aandacht aan deze doel-groep te besteden. 8% van de verkeersslachtoffers zijn 65-plussers. Europa stelt dat indien er niets gedaan wordt aan deze problema-tiek, dit percentage in de nabije toekomst zou kun-nen oplopen tot 25%. Het steunpunt Verkeersveilig-heid en het Instituut voor Mobiliteit van de universi-teit Hasselt stelden op het congres hun onderzoek voor.

SITUATIESCHETSDe belangrijkste piek van verkeersslachtoffers vinden we terug tussen 16 en 24 jaar. Naarmate de leeftijd toeneemt, neemt het aantal doden en zwaargewonden af. Maar vanaf 65 jaar zien we opnieuw een verhoging. Ongeveer 1 op 5 verkeers-doden zijn 65-plussers. Bij 15% van alle geregistreer-

de verkeersongevallen is minstens één bestuurder of voetganger van 65 jaar of ouder betrokken. Het me-rendeel van de slachtoffers van ongevallen met oude-ren, zijn de ouderen zelf. De botten zijn brozer en de druk uitgeoefend door een veiligheidsgordel is vaak te hoog (maar nog steeds vei-liger dan geen gordel!). Dit maakt dat ouderen sneller gekwetst raken bij een on-geval dan jongere verkeers-deelnemers. Bovendien genezen de letsels trager, met een langer verblijf in het ziekenhuis tot gevolg. Deze hoge kwetsbaarheid wordt in vele onderzoeken gezien als het voornaamste verkeersveiligheidspro-bleem.

ONGEVALLENPATRONENOm een probleem op te lossen moet je eerst inzicht krijgen in de oorzaken ervan. Ouderen zijn relatief meer betrokken bij kruis-puntongevallen en ongeval-len binnen de bebouwde kom. De ongevallen gebeu-ren vooral overdag en bui-ten de klassieke spitsuren.Binnen de bebouwde kom zijn 72% van de oudere verkeersdoden fi etsers of voetgangers, buiten de bebouwde kom is dat 43%. Onderstaande fi guren geven zeer goed weer hoe kwetsbaar zwakke wegge-bruikers onder de senioren zijn. Deze cijfers zijn het aantal doden binnen 30 dagen na een verkeerson-geval.

OUDEREN IN HET VERKEER: EEN KLASSE APARTDe mobiliteit van se-nioren is een belang-rijk maatschappelijk

thema. Dit artikel handelt over senio-ren in het verkeer.

Een haalbare mobili-teit voor ouderen is belangrijk om men-

sen uit het isolement te houden. Openbaar vervoer is nog altiid

veruit de veiligste vervoersmogelijk-

heid voor ouderen. Gratis openbaar

vervoer maakt het ook voor de talrijke

senioren met een laag inkomen moge-

lijk om zich te blijven verplaatsen en hun

sociale contacten te behouden. Zo vinden ook de ABVV-senio-ren. Op het congres

van ABVV-regio Ant-werpen in juni 2009 is hierover dan ook

een actualiteitsreso-lutie voorgesteld en

aanvaard (zie kader).

Enkele nuttige tips voor een veilig verkeer

1) Gezien worden is de boodschap voor zwakke wegge-bruikers. Zorg dat je fi etslichten werken in schemer en duisternis en draag fl uorescerende strips. Zorg dat je uit de dode hoek blijft van een vrachtwagen (de chauffeur ziet in het rode gedeelte echt niets!) en maak oogcon-tact met automobilisten als je wil oversteken.

2) Bescherm jezelf. Draag steeds je gordel in de auto, ook tegen lage snelheid en bij korte afstanden. Draag een fi etshelm zodat je schedel beschermd is. Zorg voor aangepaste kledij (loszittende broek/rok kan tussen de ketting komen) en toebehoren (bagagetassen achteraan ipv het zakje met boodschappen aan het stuur).

3) Blijf up to date en volg af en toe een cursus om je verkeerskennis op te frissen. Maar niet enkel de theorie is belangrijk, ook de praktijk. Verschillende organisaties geven dergelijke praktijkcursussen.

4) Vereenvoudig het complexe rijproces in de auto. Indien je een nieuwe aanschaft neem een automatische versnellingsbak. De eerste weken is het even wennen, maar doordat dit het aantal handelingen vermindert bij het autorijden, komt er meer ruimte vrij voor andere zaken in het rijproces, zoals het inschatten van de weg-situatie.

WELZIJN

16 VAKBOND IN BEWEGING 63

Senioren zijn vaker betrok-ken als zachte weggebrui-ker en zijn veel minder betrokken bij eenzijdige ongevallen, behalve als fi etser of voetganger. De meeste ongevaltypes met de wagen hebben op een of andere manier te maken met voorrangsre-gels. De voornaamste fout die aangegeven wordt bij ongevallen waarbij oudere bestuurders betrokken zijn, is het niet verlenen van voorrang (60%). Dit is een gevolg van een verkeerde inschatting van vrije ruimte in combinatie met de snel-heid van een naderend voertuig. Refl exen worden immers trager naarmate de jaren vorderen. Ouderen zijn daarentegen veel minder betrokken bij ongevallen waar controle-verlies wordt aangeduid.

EEN VERKLARINGOuderen krijgen het moei-lijker om de complexe omgeving die het verkeer is waar te nemen en te verwerken. Het reactiever-mogen vermindert en de beweeglijkheid van de ge-wrichten neemt af. Positief is dat het risicogedrag af-neemt en de rijervaring die in de loop der jaren werd opgebouwd in hun voordeel speelt. De meeste beper-kingen komen gradueel. Door trager te gaan rijden geven ouderen zichzelf iets meer tijd om de verkeers-situaties op te nemen en te verwerken. Op basis van de opgebouwde ervaring proberen ze maximaal te anticiperen op mogelijke gevaarlijke situaties. Niet enkel het rijgedrag wordt aangepast, ook het reis-gedrag. Ouderen proberen situaties waarbij ze zich oncomfortabel voelen te vermijden. Complexe kruis-punten, autosnelwegen, druk verkeer, donker en slecht weer worden hierbij vaak vermeld. Dit leidt tot een eigen verplaatsingpa-troon: kortere verplaatsin-gen, buiten spitsuren en overdag. Ze verplaatsen zich vaker met de fi ets en

Actualiteitsresolutie Voor het behoud van gratis openbaar vervoer voor senioren 19de statutair congres ABVV-regio Antwerpen19 juni 2009

Vele senioren maken zich zorgen over hun mobiliteit. Ze vrezen dat, door een aantal uitspraken van liberale politici, het gratis openbaar vervoer voor 65-plussers bij De Lijn, in vraag gesteld wordt.

Het openbaar vervoer is voor veel senioren de enige mogelijkheid om zich te verplaatsen en zo hun sociale leven op een kwalitatieve manier verder in te vullen.

Een voldoende uitgebreid aanbod en de betaalbaarheid zijn cruciale elementen om aan deze belangrijke behoef-te tegemoet te komen.

Gratis of goedkoop openbaar vervoer zorgt onder an-dere voor een verbetering van de levenskwaliteit, de sociale integratie en de zelfstandigheid van mobiliteits-arme burgers; is milieuvriendelijk vervoer en creëert bijko-mende, maatschappelijk verantwoorde, tewerkstelling bij openbare vervoersmaatschappijen.

Het afschaffen of zelfs nog maar beperken van het gra-tis openbaar vervoer voor senioren zou een uiting zijn van een rechts beleid en zou een regelrechte schande zijn.

als voetganger. Deze facto-ren leiden tot een specifi ek ongevallenpatroon.Verminderde vaardigheden door de leeftijd is slechts één factor. Studies wijzen uit dat het verhoogde risico vooral wordt vastgesteld bij ouderen die zich wei-nig verplaatsen. Ook de omgeving waarin men zich verplaatst heeft invloed en uiteraard de manier waar-op. De zachte weggebruiker (fi ets of te voet) heeft ook een hoger risico. Een ander deel van de verklaring ligt bij de verhoogde kwets-baarheid van ouderen. Zij raken gemiddeld ernstiger gewond, waardoor ze ook meer kans hebben om opgenomen te worden in de ongevallenstatistieken.

TOEKOMSTTegen 2030 zal een vierde van onze bevolking 65 jaar of ouder zijn. Zij zullen niet enkel langer leven, maar ook actiever en gezonder zijn. Het aandeel van oude-ren bij ongevallen zal dus m.a.w. ook toenemen. Meer en meer ouderen hebben ook een rijbewijs waar-door zij in de toekomst ook meer verplaatsingen met de wagen zullen maken. Mogelijks zal de toekom-stige senior in zijn verplaat-singsgedrag meer op de jongere generatie dan op de huidige oudere generatie lijken. Maar de invloed van deze verschillende evoluties moet nog verder onder-zocht worden.

Toch kunnen we gezien de kwetsbaarheid van oude-ren stellen dat een verdere verbetering van de passieve veiligheid van voertuigen een mogelijke oplossing biedt. Vooral bescher-ming bij fl ankaanrijding en beveiligingsmiddelen voor fi etsers en voetgan-

gers kunnen bijdragen tot een lagere verkeerstol bij ouderen.

Pascale WilsBeleidsmedewerker mobiliteit en openbare werken Afdeling mobiliteit en ver-keersveiligheid

WELZIJN

17VAKBOND IN BEWEGING 63

We schrijven 19 september 2009, negen uur ’s morgens.Vanuit gans Vlaanderen arriveren bussen op de Paardenmarkt in Antwerpen en tientallen ABVV-senioren zakken af naar nummer 66. Daar bevindt zich de legendarische zaal van de BTB waar deze voormiddag de viering van 25 jaar senioren gepland staat.Al snel bruist het als een bijennest en heerst er een gezellige drukte in de zaal van de BTB. ABVV-senioren van Maasmechelen tot Oostende vinden elkaar en halen herinnerin-gen op aan een ver en minder ver verleden bij het verorberen van een smakelijke kof-fi ekoek.Tegen de klok van tienen is het tijd om plaats te nemen in de zaal voor een feeste-lijk programma.

De mandolinegroep De Krikskes geven al het beste van zichzelf. Met hun herkenbare deuntjes swingt in geen tijd de ganse zaal mee. De hele voormiddag swingde ook voorbij. De inhoudelijke speeches van vooraanstaande ABVV-fi guren wisselden af met muziek of improvisatietheater. Onze sprekers bogen zich over verschillende seniorenthema’s. Dirk Schoeters (secretaris ABVV-regio Antwerpen) onderstreepte het belang van een sterke seniorenwerking in elke regio. Rudy De Leeuw (federaal voorzit-ter ABVV) sprak zich uit over de plaats van de senioren binnen de ABVV-structuur. Ca-roline Copers (algemeen secretaris Vlaams ABVV) op haar beurt prikkelde de aanwezige senioren door een aantal uitdagingen naar de toekomst te formuleren. Zowel de speech van Rudy als Caroline kan u in dit blad vin-den.Een diareportage over de geschiedenis van ABVV senioren – gemaakt door 4 Antwerpse ABVV-senioren – werd ook fel gesmaakt met herkenningskreten en instemmend knik-kende hoofden.

Na de obligatoire receptie met de nodige verbroederingstaferelen ging een tachtigtal senioren een stadswandeling afl eggen olv de gids Leo Van Dijck.Van de Paardenmarkt ging het via het Schip-perskwartier (hilariteit alom) richting Grote Markt en ’t Steen. Overal gespijsd door achtergrondinfo en anekdotes.Het prachtige weer zorgde wel voor uitdro-gingsverschijnselen. Geen nood, de plaat-selijke horeca kan perfect aan onze drang voldoen en zag ons graag komen.Een quasi perfecte dag die sterk motiverend werkte voor de aanwezige ABVV-senioren om de handen blijvend uit de mouwen te steken.

25 JAAR SENIOREN

VIERING 25 JAAR SENIOREN

18 VAKBOND IN BEWEGING 63

Aan wie de leeftijd van 65 jaar nadert, hoef je doorgaans niet uit te leggen dat ouderen belangrijk zijn.

Wie de leeftijd van 65 jaar nadert kent de capaciteiten van ouderen, en weet dat het niet verstandig is om er géén gebruik van te maken.

Ook aan het ABVV moet je niet uitleg-gen dat ouderen belangrijk zijn. Sinds geruime tijd leeft zelfs de overtuiging dat het tot de belangrijkste interne uitdagingen behoort om ervoor te zorgen dat de stem van de ouderen doorklinkt in de structuur.

Een belangrijke reden hiervoor ver-trekt bij de vaststelling dat de wereld steeds ingewikkelder wordt. Een vak-bond die hier passend wil op inspe-len weet dat je best gebruik maakt van alle creatieve talenten van àlle militanten die beschikken over gege-vens en inzichten die relevant zijn om problemen juist te benaderen.

En een onmisbaar onderdeel van die inzichten en die gegevens is precies te vinden bij de oudere militant: alleen hij beschikt over de doorleefde kennis van dezen die weten waar bepaalde sociale voorzieningen vandaan komen. Alleen hij of zij ervaarde persoonlijk welke strijd ervoor gestreden moest worden.

Naast kennis over de historiek be-schikken ze ook over inzichten en ervaring die ze in de loop van de jaren opbouwden. Daardoor kunnen ze voor een inbreng zorgen die het kwaliteits-

niveau van de beslissingen positief beïnvloedt.

Meer zelfs: als je echt vernieuwing wil, dan kan je de ouderen niet over het hoofd zien. Echte vernieuwing vergt ideeën die langzaam gerijpt zijn. En dat vergt tijd. Veel tijd. Het is dan ook een foute redenering om bij de term vernieuwing alleen maar aan verjon-ging te denken. Wie de zestigers aan de kant zet omdat de vijftigers het beter weten, zal daarna misschien wil-len verjongen door de veertigers naar voor te schuiven, die op hun beurt door de dertigers verdrongen worden.

In het voetbal moet je verjongen door dertigers op een bepaald moment te vervangen door twintigers. Maar vakbondswerk is niet zoals voetbal. Het uitschakelen van ouderen staat er gelijk met het amputeren van gerijpte kennis en inzicht. Het uitschakelen van ouderen staat er gelijk met het elimineren van langzaam gegroeide vaardigheden, die toelaten de weg te bewandelen die leidt naar het realise-ren van ons gedachtengoed.

Daarom is het belangrijk dat zoveel mogelijk militanten – wanneer ze met pensioen gaan – een onderscheid maken voor wat betreft hun verhou-ding met het ABVV: hun engagement mag niet met pensioen gaan. Zij moeten hun rol blijven opeisen binnen de vakbond. Zij moeten er een plaats veroveren van waaruit ze het beleid kunnen beïnvloeden.

25 JAAR SENIOREN

TOESPRAAK RUDY DE LEEUW De plaats van de senioren in het ABVV

Dit is des te belangrijker omdat ook de grootste externe uitdagingen van het ABVV nauw aanleunen bij de belangen van de ouderen. Vandaag moeten we immers een passend ant-woord formuleren op de gevolgen van de vergrijzing. We moeten antwoor-den formuleren die de vrijwaring van ons sociaal model garanderen. En we moeten de strijd leveren die leidt tot welvaartsvaste sociale uitkeringen.

De weg om een passende plaats in de structuur te veroveren is lang, en niet zonder hindernissen. Maar wij kun-nen ons alleen maar verheugen bij de vaststelling dat de invloed van de ouderen in onze structuur geleidelijk groeit. Als we ons alleen al beperken tot de voorbije paar weken, dan stel-len wij bijvoorbeeld vast dat de voe-dingscentrale – onder impuls van haar geëngageerde oudere militanten – een congresresolutie in realiteit omzette door te starten met een eigen com-missie (brug)gepensioneerden.

Eveneens de voorbije twee weken kwam de seniorencommissie van de metaalcentrale gedurende twee dagen bijeen, om er de tweede pensioenpij-ler onder de loupe te nemen, om er de hoogte van de rusthuisfactuur te be-spreken, en om in een rechtstreekse confrontatie hun verzuchtingen duide-lijk te maken aan Caroline Gennez.

Ondertussen zien we dat de gezamen-lijke inspanningen van de actieven in het ABVV en de oudere militanten hun vruchten beginnen af te werpen.

19VAKBOND IN BEWEGING 63

25 JAAR SENIOREN

Steeds meer mensen zien het belang ervan in om na hun pensionering lid te blijven van onze vakbond. Meer mensen beseffen dat hun steun belangrijk is, willen we passend weerwerk bieden aan de rechtse aanvallen op rechtmatige eisen. Vandaag spreken we over niet minder dan 70.000 gepensioneerden in Vlaanderen, die lid blijven van het ABVV.

Welnu, het is belangrijk dat we een nauwere band ontwikkelen met die 70.000 mensen. Het mag niet zijn dat hun link met het ABVV beperkt blijft tot het betalen van een lidmaatschapsbijdrage en tot het supporteren aan de zijlijn. Die 70.000 leden moeten bereikbaar worden, zodat ze bevraagd kunnen worden over wat er bij hen leeft.

Eigenlijk komt het hierop neer: de actieve leden kun-nen we bereiken via de werkvloer. Maar deze valt weg bij de pensionering. Dit moeten we opvangen. Het toverwoord om ook de gepensioneerde leden te berei-ken is “de socio-culturele werkvloer”.

En daar is een tweede belangrijke taak weggelegd voor gepensioneerde ABVV’ers. Het betekent dat we eigenlijk nood hebben aan twee soorten militanten: enerzijds deze die willen meedenken, die willen mee hun stempel drukken op de te nemen beleidsopties, die via vertegenwoordigingswerk ons gedachtengoed ingang doen vinden in externe instanties. Maar ander-zijds ook militanten die activiteiten ontplooien waar-door we onze leden bereiken.

We denken hierbij onder meer aan activiteiten die een ‘gemeenschapsvormend’ karakter hebben. Op de so-cio-culturele werkvloer ontmoet je de kameraden van vroeger op een wijze die het besef van verbondenheid en de spirit om verder strijdbaar te blijven in stand houdt.

We denken hierbij ook aan vormende activiteiten, waardoor leden meer greep krijgen op hun situatie als gepensioneerde en bijblijven met de evoluties in hun omgeving. Maar we denken ook aan activiteiten die mensen inzichten bijbrengen, waardoor ze mondig en weerbaar worden. Inzichten waardoor ze niet werkloos aan de kant willen blijven toezien, maar in beweging willen komen. Kortom: activiteiten waardoor ze niet alleen bereikbaar maar ook mobiliseerbaar worden.

Pas wanneer ook deze socio-culturele werkvloer tot volle ontwikkeling komt, zullen we onze ambitie kun-nen waarmaken: een massabeweging van gepensio-neerde vakbondsmensen.

De gepensioneerde militanten van het eerste uur hebben er in aanzienlijke mate toe bijgedragen dat vandaag de kaarten goed liggen: de aanzetten zijn gegeven om een sterke, een gedreven en een breed gedragen seniorenwerking uit te bouwen. Wat zij tot stand gebracht hebben is binnen onze vakbond niet meer weg te denken.

Zij rekenen op de wijsheid en de werkkracht van de gepensioneerde militanten van vandaag om op de fundamenten die ze gelegd hebben een stevige en invloedrijke seniorenwerking verder uit te bouwen.

Het goede nieuws is dat niemand binnen het ABVV er aan twijfelt, dat dit in de komende jaren ook gereali-seerd zal worden.

20 VAKBOND IN BEWEGING 63

25 JAAR SENIOREN

TOESPRAAK CAROLINE COPERSOnze uitdagingen voor de toekomst

Toespraak Caroline Copers: Onze uitdagingen voor de toekomst

Waarde Kameraden,We hebben deze ochtend een mooi overzicht gekregen van de verwezenlijkingen van de laatste 25 jaar. We hebben inzicht gekregen in het Manifest van de ABVV-senioren. Hieruit blijkt dat we niet stil zitten , integendeel. Er is de laatste 25 jaar veel werk verzet.We zien dat de fundamenten van ons huis gelegd zijn. Nu komt het er op aan verder te bouwen. En daartoe staan we voor enkele uitdagingen voor de toekomst.In de eerste plaats moeten we onze bestaande kracht verder ontginnen. Zowat alle gepensioneerde syndicalisten beschikken over capaciteiten die bruikbaar zijn voor het uitbouwen van een werking. Dagelijks vertrekken leden van het ABVV op pensioen. Zij hebben mogelijkheden en ervaringen en moeten aangesproken worden om actief lid te blijven en samen met ons een veelzijdige werking uit te bouwen. Vlaanderen telt meer dan een miljoen

Waarde Kameraden,

We hebben deze ochtend een mooi overzicht gekregen van de verwezenlijkingen van de laatste 25 jaar. We hebben inzicht gekregen in het Manifest van de ABVV-senioren. Hieruit blijkt dat we niet stil zitten , integendeel. Er is de laatste 25 jaar veel werk verzet.

We zien dat de fundamenten van ons huis gelegd zijn. Nu komt het er op aan verder te bouwen. En daartoe staan we voor enkele uitdagingen voor de toekomst.

In de eerste plaats moeten we onze bestaande kracht verder ontginnen. Zowat alle gepensioneerde syndicalisten beschikken over capaciteiten die bruikbaar zijn voor het uitbouwen van een werking. Dagelijks vertrekken leden van het ABVV op pensioen. Zij hebben mogelijkheden en ervaringen en moeten aangesproken worden om actief lid te blijven en samen met ons een veelzijdige werking uit te bouwen.

Vlaanderen telt meer dan een miljoen vrijwilligers. Het kan niet anders of er bevinden zich heel wat van deze vrijwilligers bij onze achterban, dit zijn allemaal mensen die we kunnen warm maken voor een verdere betrokkenheid bij wat we als vakbond doen.

Ten tweede moeten we onze achterban nog meer weerbaar en mondig maken. Het is onze taak om de senioren te informeren over wat er gebeurt in de maatschappij, het is onze taak om duiding te geven en inzichten te verstrekken , en vervolgens is het de taak van de ABVV-senioren om samen met ons onze visies en inzichten te verspreiden en uit te dragen. Misschien klink ik nu als een predikant maar feit is : we hebben een syndicale solidaire boodschap . Deze boodschap verdient om gehoord te worden. Het is niet altijd een gemakkelijke boodschap. En dus moeten we zoeken naar manieren om begrepen te worden . En naar manieren om onze boodschap op een duidelijke en stevige manier onder de aandacht te brengen.

Tenslotte is het belangrijk dat senioren signalen kunnen geven , dat zij de voelsprieten zijn van het ABVV over wat er leeft onder senioren . Dat is een ambitieuze doelstelling.

Niet alleen binnen het ABVV is het belangrijk om de stem van de senioren te laten horen. Het is minstens even belangrijk om ook gehoord te worden. De senioren zijn als het ware de antennes van een achterban die steeds aan belang wint. De ABVV-senioren zijn dus goed geplaatst om te weten wat er leeft.

Maar ook buiten het ABVV is het belangrijk om als ABVV onze seniorenstem te laten horen. Vandaag zijn er steeds meer instanties die actief zijn inzake seniorenproblematiek. Dat is op zich een goede evolutie. We moeten op een slimme manier nagaan op welke wijze wij als ABVV in deze diverse instanties en organen onze vertegenwoordiging kunnen organiseren.

Op zich is dat een grote uitdaging. De niveaus zijn zeer divers, van gemeentelijke seniorenraden tot op het Europese niveau. Dit betekent niet alleen dat we zoveel mogelijk mensen moeten kunnen afvaardigen naar deze instanties , maar ook dat we coördineren wat er in deze instanties gebeurt. Dat we onze

gemandateerden ondersteunen in hun vertegenwoordigende taak. Dat we er zorg voor dragen dat wat besproken werd ook terugstroomt naar het ABVV en dat we daar verder kunnen rond werken.

We willen in al deze instanties niet alleen zomaar onze stem laten horen en daarmee duidelijk maken dat we er zijn. We willen veel meer dan dat : we willen via onze stem in deze instanties mee het beleid aansturen , het stuur vasthouden.

Want ABVV-senioren hebben oog en oor voor de echte maatschappelijke problemen waar we voorstaan. ABVV-senioren kijken ook niet alleen naar zichzelf als groep maar nemen de intergenerationele solidariteit ernstig.Die solidariteit wordt meer en meer cruciaal in een wereld die steeds meer onder druk komt te staan en waar de ongelijkheden steeds groter worden.

Kortom , de ABVV-senioren hebben nog een groot huis te bouwen op de fundamenten die vandaag en de laatste 25 jaar gelegd werden.

Als ABVV-ers houden we van uitdagingen. We pakken ze aan vanaf maandag. Vandaag nog even niet, vandaag is het feest. Ik wens jullie dan ook allemaal van harte een gelukkige verjaardag.

21VAKBOND IN BEWEGING 63

Met groot vertoon is afscheid genomen van de zangeres

die op 4 oktober 2009 op 74-jarige leeftijd in Buenos Aires stierf. Haar lichaam werd opgebaard in het par-lementsgebouw. Mercedes Sosa had problemen aan haar lever, hart en nieren, ze lag al geruime tijd in het ziekenhuis.

Naar aanleiding van het overlijden van Sosa kondig-de de Argentijnse president Cristina Fernández drie

dagen van rouw af voor haar land.

Sosa stond met haar strijd-vaardige liederen dichtbij het volk. De Argentijnse zangeres greep in haar muziek terug naar het verleden, maar vermeed gemakzuchtig traditiona-lisme. Haar stem riep op tot lachen en huilen. Leef, was de boodschap. Volgens de Argentijnen wist Sosa wat het ‘echte lijden’ was. Nummers als Honrar La Vida, Cancion con todos en Alfonsina y el mar, waren doordrenkt van nostalgie. Ze gaf de nummers een hart en een bestemming.

‘La Negra’, haar bijnaam vanwege haar Frans/Indi-aanse komaf, werd geboren in 1935 te San Miguel De Tucumán, in het noord-westen van Argentinië. Ze groeide op in een arm gezin en kreeg als tiener kansen toen ze een talentenjacht bij de radio won.

De zangeres werd een fervent voorvechter van mensenrechten en demo-cratie. Dat verkondigde ze ondermeer op het sociaal bewogen album Hasta La Victoria (’72). Met artiesten als de Chileense zanger Victor Jara en zangeres Violetta Parra en de Argen-tijnse Victor Heredia gaf ze de zogeheten ‘nueva can-cion’-beweging in Latijns-Amerika een gezicht.

Met gebalde vuist werden

MERCEDES SOSA (1935-2009)

De Argentijnse zangeres Mercedes Sosa was een nationaal symbool dat het volk hoop bracht. Ze overleed op 4 oktober 2009.„Dank aan het leven dat me zoveel heeft gegeven”, zong de Argentijnse zangeres Mercedes Sosa gedurende haar hele leven. „Het heeft mij vreugde gegeven, het gaf me verdriet.” Nu zij dood is klampen duizenden Argentijnen zich vast aan Sosa’s grootste hit Gracias a la vida. Het is de laatste groet van een nationaal symbool dat de mensen hoop bracht, vooral ten tijde van de Argentijnse junta (1976-1983).

in concerten revolutionaire, linkse liederen ten gehore, gebracht. Sosa gaf er de ‘stille meerderheid’ een stem mee.

In 1979 in La Plata werd ze, met een groot deel van het publiek, tijdens een con-cert gearresteerd door de militaire junta. Het regime legde Sosa een zangverbod op. Onder druk van doods-bedreigingen verliet ze haar land, en leefde jaren in ballingschap in Spanje en Frankrijk.

Pas in 1982, toen het militaire regime na de Falkland-oorlog instortte, keerde ze terug. Bij haar terugkeer groeide ze uit tot de grootste zangeres van het populaire lied in Latijns-Amerika.

Ze staat vooral bekend om haar vertolking van Gracias a la vida, een lied geschre-ven door Violeta Parra, Chileense muzikante en kunstenares (1917 – 1967). Zij legde de basis voor La Nueva Canción Chilena (Het nieuwe Chileense lied), dat zijn basis kent in de Chi-leense volksmuziek. La Nu-eva Canción Chilena werd in de jaren ‘60 en vroege jaren ‘70 de muzikale stem van de sociaal-politieke beweging in Chili, die zijn invloed kreeg tot ver buiten Chili. In 1994 nam ze haar laatste album op, Las Úl-timas Composiciones, met daarop het lied Gracias a la Vida).

CULTUUR

22 VAKBOND IN BEWEGING 63

gracias a la vidaque me ha dado tantome dio dos lucerosque cuando los abroperfecto distinguolo negro del blancoy en el alto cielosu fondo estrelladoy en las multitudesel hombre que yo amo

gracias a la vidaque me ha dado tantome ha dado el oidoque en todo su anchograba noche y diasgrillos y canariosmartillos, turbinasladritos, lluvascosy labos tan tiernade mi bien amado

gracias a la vidaque me ha dado tanto

me ha dado el sonidoy el abecedariocon el las palabrasque pienso y declaromadre, amigo, hermanoy luz alumbrandola ruta del almadel que estoy amando

gracias a la vidaque me ha dado tantome ha dado la marchade mis pies cansadoscon ellos anduveciudades y charcosplayas y desiertosmontanas y llanosy la casa tuya,tu calle y tu patio

gracias a la vidaque me ha dado tantome dio el corazonque agita su marco

cuando miro el frutodel cerebro humanocuando miro el buenotan lejos del malocuando miro el fondode tus ojos claros

gracias a la vidaque me ha dado tantome ha dado la risay me ha dado el llantoasi yo distinguodicha de quebrantolos dos materialesque forman mi cantoy el canto de ustedesque es el mismo cantoY el canto de todosque es mi propio cantio

gracias a la vida

dank aan het levendat mij zoveel gafhet gaf mij twee ogenen wanneer ik ze openkan ik perfect onderscheid makentussen wit en zwarten zie ik in de hoge hemelhaar met sterren bedekte daken in de menigtede mens van wie ik houd

dank aan het levendat mij zoveel gafhet gaf mij het gehoordewelke in heel zijn breedtedag en nacht opneemt,krekels en kanaries,hamers en turbines,geblaf en regendruppels,en het zachte gefl uistervan mijn beminde

dank aan het levendat mij zoveel gaf

Gracias a la vida

Dank aan het levenhet gaf mij een stemen het alfabetdaarmee vorm ik de woordendie ik denk en waarmee ik zegmoeder, vriend, broerzij vormen het lichtdat de weg naar de zielvan mijn geliefde verheldert

dank aan het levendat me zoveel gafhet gaf mij de marsvan mijn vermoeide voetenwaarmee ikdoor steden en plassen stapte,door stranden en woestijnen,over bergen en door vlakten,naar jouw huis,jouw straat, jouw tuin

dank aan het levendat me zoveel gafhet gaf mij een hartdat sneller gaat slaan

wanneer ik de vruchten aan-schouwvan het menselijk verstandwanneer ik het goedezo ver van het kwade ziewanneer ik de bodem zievan jouw heldere ogen

dank aan het levendat me zoveel gafhet gaf mij de lachen de traanzo onderscheid ikhet geluk van het verdriet,de twee onderdelendie samen mijn lied vormenen jullie lieddat hetzelfde lied isen het lied van iedereendat mijn eigen lied is

dank aan het leven

CULTUUR

23VAKBOND IN BEWEGING 63

FFrans Masereel werd op 30 juli 1889 in Blankenberge geboren uit twee Gentse ouders.In 1894 keren ze terug naar Gent waar zijn va-der enkele maanden later overlijdt.Drie jaar later hertrouwt zijn moeder met een Frans sprekende fl amingant, Dr. Louis Lava.Zijn radicale vrijheids-en solidariteitsgedachte, zullen Frans Masereels visie op de ideale maatschappij een leven lang bepalen.Na de Ecole Moyenne volgt hij les aan het Atheneum. Hij was er niet graag, want hij wilde tekenles volgen.In de Technische School van het Boek voltooide hij een driejarige opleiding waar hij o.a tekenles kreeg van Jean Devlin en Jules De Bruycker als grafi cus.Jan De Bruycker zag er jon-ger uit dan hij was en Frans Masereel ouder dan hij was.Beiden werden dus dikke vrienden, beiden met een sterk sociaal gevoel.Frans wordt “vrijgeloot” van militaire dienstplicht en daarna automatisch ingedeeld bij de Gentse Burgrwacht, de “Garde Civique”.Op zijn 20 jaar vertrekt Frans naar Parijs .Teke-ningen en schetsen tonen de zelfkant van de Parijse maatschappij.In Parijs leert hij een 12 jaar oudere vrouw met een kind van 10 jaar kennen. Zij, Pauline Imhoff wordt

zijn eerste vrouw. Samen reizen ze naar Tunesië, (waar ze een jaar verblij-ven) en waar hij een “oriëntalistische”periode kent. Vanaf 1911 woont hij met zijn gezin terug in Parijs, waar hij in 1912 deelneemt aan het Salon des Indépen-dants met drie tekeningen zonder al te veel succes. Zijn tweede deelname een jaar later vindt wel weer-klank en hij maakt een aantal tekeningen voor het weekblad “Les Hommes du Jour”. Hij bekwaamt er zich ook in de houtsnijkunst. Zijn penseeltekeningen op hout zijn de voorbode van de krachtige zwart-wit com-posities enkele jaren later.Bij het uitbreken van de eerste wereldoorlog vlucht hij naar Zwitserland, waar hij onbezoldigd werkt voor het Internationaal Comité van het Rode Kruis. Hij

maakt ook elke dag prenten voor het dagblad “La Feuil-le”. Hij ontmoet er George Grosz. Grosz is samen met Picasso, één van de weinige beeldende kunstenaars die een goede vriend wordt. Hij had namelijk veel meer literaturisten als vriend, o.a Stefan Zweig die later een Nobelprijs zou winnen. Hij leerde er ook Henry Van De velde kennen die een he-vige promotor van zijn werk werd en er voor zorgt dat Frans een opdracht krijgt om een groot bas-reliëf te maken voor de pakketboot “Le Prince Albert”.Na de oorlog wordt Frans beschuldigd van desertie en mede door zijn felle linkse sympathieën wordt hij pas in de jaren dertig geschrapt van de Belgische lijst van “persona non grata“.Inmiddels verwierf hij grote faam als xylograaf, aquarel-

FRANS MASEREELFrans Masereel, de bekende illustrator en xylograaf hebben wij in de jaren ‘50 van de vorige eeuw ontdekt. Zelf werkzaam in een grafi sch bedrijf waar houtsnede en lino-werk nooit ver weg was, waren wij direkt gewon-nen voor zijn werk, temeer omdat het een sociale visie uitstraalde die ons wel lag.

Later konden wij ook kennis maken met zijn schilderijen. Eddy Braeckmans bezorgde ons een tekst voor een hernieuwde kennismaking met deze begenadigde kunstenaar.

ZELFPORTRET

BESCHAVING

CULTUUR

24 VAKBOND IN BEWEGING 63

list en schilder.Hij wint de Grote Interna-tionale Prijs voor Grafi ek op de Biënnale van Venetië en krijgt ook de Joost Van De Vondelprijs en wordt ook ereburger van Blanken-berge.Na Zwitserland verblijft hij achtereenvolgens in Parijs, Avignon en Eqihen (een klein vissersdorpje dat ongeveer 300 inwoners telde, ten zui-den van Boulogne-sur-Mer).Het is in Avignon dat hij de Franse kunstenares Laure Malclès ontmoet. Zij is 22 jaar jonger, maar hij trouwt pas met haar in 1969, wanneer zijn eerste vrouw overlijdt. De laatste 25 jaar van zijn leven woonde Frans (met Laure) in Nice. Frans Masereel sterft op 3 januari 1972. Hij wordt bij-gezet op het Campo Santo in Sint Amandsberg.Zelden kreeg een kunstenaar zulk een indrukwekkender begrafenisplechtigheid.

Eddy BraeckmansTOEKOMSTIG LANDSCHAP

HOMMAGE AAN RUBENS MASEREEL SCHILDERT ANTWERPEN IN KLEUR

CULTUUR

25VAKBOND IN BEWEGING 63

In 1935 werd de mijnwer-ker Alexei Stakhanov de held van de werkmannen. 102 ton steenkool werd er opgehaald in één enkele shift, wat een ongelofelijk record inhield. Hij werd een ster, een held en politieker en ook een legende. Een stad en een beweging – het Stakhanovisme - werden naar hem genoemd en kreeg hiervoor een stand-beeld, waaronder tot op heden nog regelmatig een bruiloft wordt gevierd.

‘A Workingsman’s Death’ is een documentaire opge-splitst in zes aparte hoofd-stukken over hedendaagse onwaardige handenarbeid gesitueerd over evenveel continenten. Wat doen mensen tegen beter weten in of uit noodzaak om aan de kost te komen. Dikwijls worden zij gedwongen door omstandigheden om dit werk te verrichten.

In ‘Heroes’ wordt de draad opgenomen alwaar Stak-hanov zijn werkrecord brak. We bevinden ons op diezelfde plaats die er nu desolaat en verlaten bij ligt. De mijn is immers gesloten door verzadiging. Maar di-verse arme arbeiders gaan op risico van eigen leven de mijnschacht in, als de gang instort is er niemand die hen kan komen red-den, om voor henzelf een hoeveelheid steenkool boven te halen. De rest wordt verkocht aan de andere dorpbewoners aan een schappelijke prijs. Het is hun enigste kans om hun huis warm te krijgen in het koude Ukraïne.

In Indonesië, Oost–Java vanaf de top van de Kawah Ljenberg zeulen mannen zwavel naar beneden in

twee kleine mandjes beves-tigd aan een houten stok rustend op hun schouder. Het totale gewicht schom-melt tussen de 70 en 100 kilo. Zij lopen tussen de toeristen naar beneden. De bezoekers zien er geen kwaad in om hen tegen te houden en foto’s te ne-men. Sommigen zien er een handeltje in en verko-pen stukjes zwavel aan de toeristen als souvenir. Dit hoofdstuk noemt ‘Ghosts’ omdat de zwaveldragers naar beneden komen uit de zwaveldampen als geesten uit een ver verleden.

‘Lions’, het bloedigste hoofdstuk uit de reeks laat de praktijken zien van een slachterij in Nigeria. Vergeet even de regels die gelden in slachthuizen die wij kennen en ga een paar eeuwen terug in de tijd waar gewoonweg beesten werden geslacht op open-bare plaatsen. Bunmi Ono-kaye en zijn medewerkers slachten per dag ongeveer 350 geiten en evenveel runderen op een wijze die wij ons amper kunnen in-denken. Opmerkelijk detail: er wordt niet geslacht of gesneden alvorens er wordt betaald.

In Pakistan gaan werk-

loze boeren werken bij een scheepswerf. Zonder ook maar enige vorm van vei-ligheidsprocedures worden hier schepen ontmanteld. Duizend kilo staal bonst gewoonweg in het water vanuit de hoogte. Deze epi-sode is ‘Brothers’ genoemd door de grote samenhorig-heid van de arbeiders.

In het hoofdstuk ‘Future’ hebben enkele Chinese werkers het plan opgevat te werken aan hun eigen toekomst. Ondanks het ideeëngoed van grote lei-ders als Mao niet meer aan de orde zijn, blijven zij ge-loven in hard werken voor een beter leven. Zij blijven intense handenarbeid ver-richten in staalfabrieken om hun toekomst en de hoop op een beter leven te vrijwaren.

Epiloog. In Duitsland bou-wen werkers constructies waar iedereen gebruik van kan maken voor henzelf en hun kinderen. Deze werkers bouwen oude werksites om naar nieuwe gebruiksmo-gelijkheden. Zo wordt een oude metaalfabriek omge-bouwd naar een pretpark. Zelfde locatie, zelfde decor maar andere invalshoeken.

Documentaires worden de

laatste tijd populairder. Naar alle waarschijnlijk-heid te danken aan Michael Moore die met zijn fi lms ‘Bowling For Columbine’ en winnaar van de Gouden Palm ‘Fahrenheit 9/11” hoge toppen scheerde. Zo verschijnen er regelmatig documentaires op diverse festivals, zelfs in de bios-coop en in de videothe-ken. Deze ‘Workingsman’s Death’ van Michael Gla-wogger was zeer populair op diverse festivals maar heeft het grote circuit nooit gehaald. Jammer want het uitgangspunt van de fi lm-makers is zeer origineel en dwingt het nodige respect af van hoe ze de opnames hebben verricht. Zij heb-ben immers de arbeiders op de voet gevolgd, met alle risico’s vandien. Meegaan in mijnschachten of de slach-ting van het vee volgen is niet zo’n evidente zaak.

‘A Workingsman’s Death’ wordt vertoond tijdens Perspectief, Films met een Sociale Kijk, in fi lmhuis Klappei op donderdag 19 november 2009 om 20.15. Reserveren is noodzakelijk op nummer 03/272.51.10 of fi [email protected]. Info op: www.klappei.be Er bestaat ook een mogelijk-heid om met je vereniging of in klasverband deze fi lm of andere fi lms in het kader van Perspectief te boeken. Ontdek ook onze program-matie in Metropolis van 23 tot 27 november 2009 met een volledig vertoningsche-ma met een reeks cinefi ele fi lms. Dit jaar wordt de prijs van de Sociale fi lm uitgereikt op 13 november 2009 aan ‘Entre Les Murs’ van Laurent Cantet in Me-tropolis

Patrick Van Laer

A WORKINGSMAN’S DEATH“is harde handenarbeid aan het verdwijnen of is het onzichtbaar geworden?”

FILM

26 VAKBOND IN BEWEGING 63

De wereld draait door. We zien op het journaal boze boeren liters melk vergieten op braaklig-gende velden en gratis groenten uitdelen. (Mis-schien kan de politie de melk opkopen zodat we op betogingen een lekkere witte vloeistof op ons krijgen ipv koud water, hehe).De westerse wereld blijft de Afrikaanse lan-den intussen bestoken met een tsunami van melkpoeder. Zo kunnen Afrikaanse boeren hun gewonnen melk nauwe-lijks aan de straatste-nen kwijt. De parallel is snel ge-trokken! En of er nog vicieuze cirkels be-staan.

Een collega vertelde me net dat er ook alterna-tieven zijn.Blijkbaar bestaat in zijn buurt sinds kort een initiatief dat rechtsreeks bij boeren producten van bij ons opkoopt en aanbiedt aan de consu-menten. Zonder tus-senstoppen en voor een eerlijke prijs. Oxfam in Vlaanderen zeg maar. Dus een eerlijke prijs en producten van bij ons zijn de basisbe-weegredenen.

In mijn nogal kwieke fantasie durf ik dan een stapje verder te den-ken.Wat houdt de boeren tegen om zelf hun pro-ducten aan te bieden, terug coöperatieven te starten en samen een eerlijke prijs te vragen voor hun zelfgekweekte producten. Mijns inziens ligt er dan ook meer trots en fi erheid in het aanbieden van eigen kwekerij. Meer dan hun gepasteuriseerde en bewerkte melk in kar-tonnen, fl acons, plastic

of als artifi ciële frambo-zendrank terug te vin-den in de hypermarkets (want ons Nederlands mag niet meer gebruikt worden wegens niet sexy genoeg).

Uiteindelijk dwingt het kapitalisme ons meer en meer om terug naar de basis (of is het back to basics?) te gaan.Wie weet wat staat ons nog te wachten. Im-mers, de banken en investeerders hebben geen hol geleerd van wat er gebeurd is en vervallen terug in oude ge(mis)bruiken. In feite is dat ongehoord en enorm hautain. Slapen we binnenkort terug op ons kapitaal onder het hoofdkussen om het toch maar safe te houden?

Wie weet wat staat ons nog te wachten. Meer en meer biologisch ge-teelde vinden hun eigen weg via kleine netwerk-jes naar de bezorgde en ethische consument. Kleinere initiatieven als bovenvernoemde dui-ken terug op. In feite buurtwinkels die korter bij de consument staan en duidelijke koopwaar aanbieden.Staan we binnenkort terug in onze tuin om eigen sla, bonen en to-maatjes te cultiveren?Daarnaast een stal met een eigen varken, ko-nijn, koe en kippen?

Wie zal het zeggen? Misschien is dit wel de te bewandelen weg om ons minder afhankelijk te maken van de bio-in-dustrie.

Visionair durf ik hier dan ook te stellen: iedereen een geit!!

Peter Dekort

COLUMN

BOERRoosvreemden mysterieus

een eenzame roosop een berg vol geplant met hoge bomeneen verstikkende mistdie een angstige sfeer creëertdaartussenenkele stralende madeliefjesdie hun sprankelende blaadjes uit-strooienen al hun krachten samenbundelenom die ene rooswat vriendschap en liefdete geven

Barbara Van Aert

Tanka

Langewapperbrug Of – veel stof tot nadenkenStof? – nooit van gehoord! Een politiek getouwtrek Wie betaalt het gela(ch)? – wij! F.J. Robson

Tanka – oorsprong JapanGedichtje met 5/7/5/7/7 lettergrepen

AVONDAVONDAVONDAVONDAVONDCOMEDYTHOMAS

SMITH

DENIS

NOWÉ

COMEDYCOMEDYDONDERDAG 17 DECEMBER 2009

OM 20u00

Locatie: CD Rix - De Gryspeerstraat 86 - 2100 DeurneKaarten: 12 euro

Info en reservatie: Adviespunt 03 220 66 [email protected]

Ommeganckstraat 35 (1ste verdiep)2018 Antwerpen

Thomas Smith will set you freein samenwerking met Arenbergschouwburg

v.u. Dirk Schoeters, Ommeganckstraat 35, 2018 Antwerpen

nieuwjaarsfeestnieuwjaarsfeestnieuwjaarsfeestdonderdag 14 januari 2010

Feestzaal Kielpark, St. Bernardsesteenweg 113, 2020 AntwerpenAanvang 13u45 - Deuren 13u00

Voorverkoop €8 - Kassa en niet-leden €10

Kaarten verkrijgbaar vanaf 1 december 2009op het ABVV-Adviespunt,

Ommeganckstraat 35, 2018 Antwerpen (eerste verdieping)Tel 03 220 66 13

Tombola met schitterende prijzen - 1 drankje inbegrepen

Jacques Raymond & Ingriani

onder begeleiding van

Ricco Zoroh en NicolePaul Van Hoeydonck

& Wim Quirynen