VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD...

15
1 VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE PRODUCTIES 2019 Uiterste indieningsdatum: 5 maart 2019 (14 uur) Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking (DGD) Dienst Ontwikkelingseducatie D3.1 Karmelietenstraat 15 1000 Brussel www.dg-d.be Gepubliceerd in janvier 2019

Transcript of VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD...

Page 1: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

1

VADEMECUM

MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE PRODUCTIES

2019

Uiterste indieningsdatum: 5 maart 2019 (14 uur)

Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking (DGD) Dienst Ontwikkelingseducatie – D3.1

Karmelietenstraat 15 1000 Brussel www.dg-d.be

Gepubliceerd in janvier 2019

Page 2: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

2

Inhoudstafel ................................................................................................................................................................. 1

DEEL 1: TECHNISCH GEDEELTE ................................................................................................... 3

A.CONTEXT VAN DE OPDRACHT……………………………………….………………. 1) Voorwerp van de opdracht…………………………………………………………………………………………………………… 3

2) Wereldburgerschapseducatie …………………………………………………………………………………..……… …… …3

B. . CATEGORIEËN, THEMA’S EN DOELPUBLIEK VAN DE AUDIOVISUELE PRODUCTIES

DIE IN AANMERKING KOMEN ......................................................................................................... 4

1) In aanmerking genomen audiovisuele productiecategorieën………………………………………………………..4

2) thematiek die aan bod komt………………………………………………………………………………………………………….5

3) publiek en verspreiding ………………………………………………………………………………………………………………6

4) Prioritair publiek: kinderen…………………………………………………………………………………………………………….6

5) pedagogisch dossier en andere instrumenten……………………………………………………………………………..6

DEEL 2: Reglement .............................................................................................................................. 7

A. WETTEN DIE OP DE OPDRACHT VAN TOEPASSING ZIJN ………………………….7 B. VOORWAARDEN ............................................................................................................................ 7

1)Wie kan een offerte indienen? ........................................................................................................ 7

2) Onderwerpen/thema’s/boodschappen/doelstellingen ................................................................ 7

3) Verspreidingsgarantie ...................................................................................................................... 7

4) Taal…………………………………………………………………………………………………;8 5) Komen niet in aanmerking voor deze opdracht………………………………………………..8 6) Financiële beperkingen ................................................................................................................... 8

C. GUNNINGSVOORWAARDEN ...................................................................................................... 8

1) Indieningstermijnen .......................................................................................................................... 8

2) Hoe en waar een voorstel indienen? ............................................................................................. 8

3) Inhoud van het offertedossier ......................................................................................................... 9

D. PERCELEN EN BEDRAGEN ........................................................................................................ 9

E. VERPLICHTINGEN TEN AANZIEN VAN DE DGD .................................................................. 11

F. PROCEDURE ................................................................................................................................. 12

G. BETALINGSREGELING............................................................................................................... 13

H. INFORMATIESESSIE OVER DE OPDRACHT ........................................................................ 14

I.Contact ............................................................................................................................................... 15

Page 3: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

3

DEEL 1: TECHNISCH GEDEELTE

A. CONTEXT VAN DE OPDRACHT 1) Voorwerp van de opdracht In het kader van haar opdracht van wereldburgerschapseducatie ziet de Belgische Ontwikkelingssamenwerking audiovisuele producties als een krachtig instrument. Ze verschaft financiële steun voor producties die aansluiten bij haar doelstellingen. Het doel van deze overheidsopdracht is financiële ondersteuning geven aan audiovisuele producties die ontwikkelingsvraagstukken (humanitair en duurzaamheid) behandelen die een link hebben met landen in het Zuiden en een educatieve waarde. Deze producties moeten bestemd zijn voor het Belgische publiek. Overeenkomstig de volgende percelen kunnen vijf soorten aanvragen voor medefinanciering worden ingediend:

PERCEEL 1 – Fictie- of animatieproductie PERCEEL 2 – Documentaire PERCEEL 3 – Tv-serie PERCEEL 4 – Tv-evenement PERCEEL 5 – Promotie van een film met het oog op distributie/verspreiding op ruime schaal (zie beschrijving punt B.1)

De projecten worden geselecteerd op basis van 5 criteria: 1/verhalende inhoud, 2/effect, 3/filmkwaliteit, 4/educatief potentieel, 5/efficiëntie (Zie evaluatiecriteria) 2) Wereldburgerschapseducatie De Directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking (DGD) is binnen de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking bevoegd voor het federaal beleid inzake Ontwikkelingssamenwerking. Overeenkomstig artikel 3 van de wet van 19 maart 2013 betreffende de Belgische ontwikkelingssamenwerking, gewijzigd bij de wet van 16 juni 2016, heeft de Belgische Ontwikkelingssamenwerking de duurzame menselijke ontwikkeling als algemene doelstelling en onderneemt zij daartoe acties die bijdragen tot duurzame en inclusieve economische groei voor een verbetering van de levensomstandigheden van de bevolking in de ontwikkelingslanden en tot hun sociaal-economische en sociaal-culturele ontwikkeling, teneinde armoede, uitsluiting en ongelijkheid uit te bannen. In artikel 7 van bedoelde wet staat dat: “de Belgische ontwikkelingssamenwerking er eveneens voor zorgt dat de Belgische burger wordt gesensibiliseerd via informatie en educatie over de inzet, de problematiek en de verwezenlijking van de doelstellingen van de ontwikkelingssamenwerking en van de internationale betrekkingen. De Strategienota Ontwikkelingseducatie van de DGD van maart 2012 bepaalt in dit verband dat de DGD werk maakt van ontwikkelingseducatie om "bij te dragen aan de vorming van verantwoordelijke burgers die voldoende onderlegd zijn om met betrekking tot de grote wereldwijde uitdagingen en de internationale solidariteit een degelijk onderbouwd standpunt in te nemen en die zich ervan bewust zijn dat ze het streven naar een meer rechtvaardige wereld kracht kunnen bijzetten. Ontwikkelingssamenwerking wil haar schouders zetten onder de individuele en collectieve inspanningen van de burgers voor rechtvaardige Noord-Zuidbetrekkingen". Wereldburgerschapseducatie en de sensibilisering inzake billijke Noord-Zuidbetrekkingen zijn thema’s die de media, het verenigingsleven en de civiele samenleving aanbelangen. Bepaalde audiovisuele

Page 4: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

4

producties worden als een middel beschouwd om het grote publiek in België te sensibiliseren en aldus een bijdrage aan de opdracht van wereldburgerschapseducatie te leveren. Voor een beter begrip van de doelstellingen van de DGD, is een goed begrip van de visie van de Belgische ontwikkelingssamenwerking op wereldburgerschapseducatie van belang. In een context van onderlinge afhankelijkheid tussen globale vraagstukken en het dagelijks leven van individuen en gemeenschappen heeftt dit proces van educatie als opzet:

a) een globaal inzicht in de internationale problematiek en de ontwikkelingsproblematiek bevorderen en een kritische meningsvorming stimuleren,

b) een verandering van waarden, attitudes en gedrag tot stand brengen, in individuele en collectieve zin,

c) de actieve uitoefening van rechten en plichten op lokaal en mondiaal niveau aanmoedigen om te komen tot een meer rechtvaardige en solidaire wereld.

Dit proces steunt op een coherente en onderling afgestemde strategie met een aanpak vanuit verschillende invalshoeken:

a) de sensibilisering van burgers en gemeenschappen voor de ontwikkelingsproblematiek en voor de uitdagingen van de Noord-Zuidverhoudingen, b) de bewustmaking van burgers en gemeenschappen van de onderlinge afhankelijkheid tussen "Noord" en "Zuid", c) het engagement van burgers en gemeenschappen in persoonlijke of collectieve acties voor een duurzaam en rechtvaardig ontwikkelingsmodel, d) de mobilisering van burgers en gemeenschappen om te komen tot meer rechtvaardige en

meer solidaire beleidskeuzes op lokaal, nationaal en internationaal gebied.

Hoe meer een audiovisuele productie aan deze doelstellingen beantwoordt, hoe interessanter het is voor de Belgische samenwerking dat ze wordt gerealiseerd en uitgezonden en dat ze voor het publiek het begin of de voorzetting kan zijn van een denkoefening met betrekking tot de Noord-Zuidbetrekkingen en de mondiale uitdagingen op het gebied van ontwikkeling. B. CATEGORIEËN, THEMA’S EN DOELPUBLIEK VAN DE AUDIOVISUELE PRODUCTIES DIE IN

AANMERKING KOMEN De DGD selecteert en cofinanciert audiovisuele projecten die aansluiten bij deze visie van wereldburgerschapseducatie voor een Belgisch publiek. Het doel is de ontwikkeling te ondersteunen van audiovisuele projecten waarvan de thematiek en de cinematografische behandeling een ruim publiek zal bereiken en sensibiliseren (en zelfs de aanzet zal geven tot reflectie en engagement) met betrekking tot mondiale ontwikkelingsvraagstukken. Bij deze aanpak zijn verschillende aspecten van essentieel belang: de thema’s die in de film aan bod komen, de behandeling van de thema’s en het doelpubliek, het uitzendpotentieel en -planning, het educatief potentieel, de begeleiding van de kijker via debatten of animaties, … Verschillende formaten zijn mogelijk: kort, middellang en lang op voorwaarde dat er voldoende op het doelpubliek afgestemde mogelijkheden voor verspreiding zijn.

1) Soorten audiovisuele producties die in aanmerking komen De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten:

PERCEEL1: Fictie, animatiefilm. Docufictie valt ook onder deze categorie.

PERCEEL2: Documentaire. Een non-fictiefilm die het willen kennen en begrijpen van de problemen en oplossingen op het gebied van Noord-Zuidbetrekkingen en ontwikkelingsvraagstukken stimuleert. Reportages worden alleen in aanmerking genomen wanneer ze voor televisie zijn bestemd en in prime time worden uitgezonden.

PERCEEL3: Tv-serie. Een reeks tv-uitzendingen (informatief, documentaire of fictie) (min. 3 uitzendingen over een periode van maximaal één jaar).

Page 5: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

5

PERCEEL4: Tv-evenement: Een speciale uitzending van minstens twee uur die in prime time wordt uitgezonden op druk bekeken zenders.

Bijvoorbeeld een thema-avond. Het thema van het evenement kan het Zuiden of de Noord-Zuidbetrekkingen zijn of een burgerinitiatief rond ontwikkelingsvraagstukken.

Tv-zenders of productiehuizen die een offerte indienen, kunnen verschillende thema’s voorstellen. De tv-zenders kunnen kiezen tussen de thema’s die op basis van de actualiteit door de Belgische Samenwerking zijn goedgekeurd.

In geen geval kan het gaan om een evenement voor fondsenwerving.

PERCEEL5: Promotie van een film: Promotie met het oog op de verspreiding /distributie van documentaires/fictie die aansluiten bij de doelstellingen van ontwikkelingseducatie. Films die tijdens de productiefase geen medefinanciering ontvingen en die getuigen van een goede kwaliteit en een groot distributie- en sensibiliseringspotentieel, kunnen in beperkte mate steun ontvangen voor promotie en distributie en/of verspreiding.

2) Behandelde onderwerpen en thema’s

Overeenkomstig de doelstellingen van wereldburgerschapseducatie, moeten de onderwerpen of thema’s die in het project aan bod komen: - betrekking hebben op de problematiek van menselijke ontwikkeling, duurzame ontwikkelingsdoelstellingen en wereldwijde uitdagingen. - onafhankelijk van locatie, , moeten ze geplaatst zijn in globaal perspectief, met een link naar het Belgisch publiek - blijk geven van een doordachte ethiek waaruit eerbied spreekt voor het imago van de bevolking in het Zuiden, de raciale en culturele verscheidenheid in België en de genderverhoudingen. Er is dus een breed spectrum van thema’s en locaties mogelijk, maar de inzendingen worden onderling vergeleken en in competitie gesteld op het vlak van hun relevantie voor de wereldburgerschapseducatie in België. Behandeling gendergelijkheid Hoewel de audiovisuele producties genderongelijkheid niet noodzakelijk moet aankaarten, moet in de uitwerking en artistieke aanpak een reflectie over gender vervat zijn. Zo moet zorgvuldig worden nagedacht over de plaats en de rol van vrouwen en mannen in de opnamen en het geselecteerde beeldmateriaal. Bij de behandeling van een thema, moet in voorkomend geval de verschillende situatie van mannen en vrouwen (moeilijkheden, beperkingen, pluspunten, kansen) worden getoond. De behandeling en de artistieke uitwerking van de film mogen genderstereotypen niet versterken, wel integendeel. Behandeling diversiteit Zo ook moet doordacht worden omgesprongen met de behandeling van het thema diversiteit (in het bijzonder vanuit raciaal oogpunt). Vooroordelen en stereotypering zijn legio en de media hebben een bijzondere verantwoordelijkheid in de collectieve beeldvorming. Producenten moeten elke neerbuigende of paternalistische setting vermijden en ervoor zorgen dat geen minderwaardig beeld wordt opgehangen van vreemdelingen of personen van buitenlandse afkomst. Het is ook van belang mensen uit het Zuiden een stem te geven in een situatie die hen aanbelangt. Boodschap De projecten moeten een boodschap brengen met waarden zoals solidariteit, tolerantie, democratie, vrede, gedeelde verantwoordelijkheid, engagement, … Deze boodschappen moeten de visie, de ervaring en de expertise van de ontwikkelingslanden en hun bevolking weerspiegelen. rojecten die het woord geven aan of die tot stand zijn gekomen in samenwerking met personen die afkomstig zijn uit deze landen, worden naar waarde geschat.

Page 6: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

6

In het kader van wereldburgerschapseducatie, is ethiek essentieel. Neerbuigendheid, medelijden, paternalisme en primair exotisme zijn uit den boze. Deze kwesties komen verder ter sprake tijdens de “informatieontmoeting” over de ethiek van boodschappen die de gekozen inschrijvers van deze overheidsopdracht verplicht moeten bijwonen (zie deel 2, punt E.a).

3) Publiek en verspreiding Deze overheidsopdracht heeft niet tot doel de audiovisuele sector te ondersteunen, maar de Belgische publieke opinie te bereiken. Het effect op het publiek is dus een essentieel selectiecriterium en gebeurt via (i) de verspreiding/distributie voor een zo groot mogelijk publiek en/of (ii) de begeleiding van specifieke doelgroepen waarmee een project op het gebied van wereldburgerschapseducatie wordt opgezet. Verspreiding (via televisie, bioscoop, pedagogische vertoningen) is dus essentieel. Het dossier voor het audiovisuele project moet dan ook een strategie en toezeggingen met betrekking tot verspreiding bevatten.

4) Prioritair publiek: kinderen Kinderen (6 tot 12 jaar) zijn het prioritaire doelpubliek. Hoewel het doelpubliek van de ingediende projecten niet noodzakelijk deze leeftijdsgroep moet zijn, is er voorzien in een bonus voor projecten die wel op kinderen zijn gericht (wat het klassement van de offertes en het bedrag van de financiële ondersteuning betreft). De behandeling, de thema’s, de verspreidingsstrategie en het pedagogisch dossier bij het project moeten in voorkomend geval aan dit publiek zijn aangepast

5) Pedagogisch dossier en andere instrumenten voor verdieping Verplicht pedagogisch dossier voor de percelen 1, 2 en 5 Om het educatief potentieel van de geselecteerde producties te maximaliseren moet een pedagogisch dossier worden opgesteld en in het oorspronkelijk budget worden opgenomen. Dit is enkel vereist voor de percelen 1, 2 en 5. Een pedagogisch dossier is niet verplicht voor de percelen 3 en 4, maar kan wel in het budget worden opgenomen. Het pedagogisch dossier moet aangepast zijn aan het beoogde publiek en ten minste de volgende elementen bevatten:

een contextuele toelichting

fiches over de thema’s

links naar de organismen en bruikbare middelen

en vooral bruikbare op een groep gerichte pistes

Zie voorbeeld in bijlage. Andere vrij te kiezen instrumenten voor verdieping van alle percelen

De productie van andere instrumenten en pedagogische activiteiten (interactieve website, spelletjes, workshops, etc.) bovenop het pedagogisch dossier (verplicht voor percelen 1,2,5) kunnen in

aanmerking komen voor een financiële bonus.

N.B.: Bepaalde actoren uit de civiele samenleving hebben een bewezen ervaring met de thema’s of de ontwikkeling van pedagogisch materiaal.

Page 7: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

7

DEEL 2: Reglement

A. WETTEN DIE OP DE OPDRACHT VAN TOEPASSING ZIJN Dit vademecum beschrijft de voorwaarden, toekenningsmodaliteiten en procedures voor de toekenning van een medefinanciering door de DGD. Het juridisch kader voor medefinancieringen is bepaald in de volgende referentiedocumenten:

de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten;

de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten;

het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende de plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren;

het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken;

alle wijzigingen aan de wetten en de voormelde besluiten die van toepassing zijn op de dag van de opening van de offertes.

Gezien de specificiteit van de sector is de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking van toepassing (artikel 26, §1, 1°, f) van de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten). Elke offerte wordt getoetst aan de criteria in dit vademecum. NB: afwijking van de borgtocht: gelet op de aard van de prestaties en de verschillende financieringsdrempels die een rol spelen bij medefinanciering en in afwijking van artikel 25 van het KB van 14 januari 2013, beslist de aanbestedende overheid om geen borgtocht te stellen teneinde alle inschrijvers gelijk te behandelen. B. VOORWAARDEN

1) Wie kan een offerte indienen? Elke productiestructuur of tv-zender in België of in het buitenland kan een project indienen bij de DGD. Er wordt telkens rekening gehouden met de mate waarin een productiehuis of tv-zender de mogelijkheid heeft om in België uit te zenden en de Belgische publieke opinie te bereiken. De producent verbindt zich ertoe de film overeenkomstig de in het technisch dossier bepaalde voorschriften te maken en de opdracht tot een goed einde te brengen. Ook verbindt hij zich ertoe de nodige contacten te leggen met tv-zenders die in België kunnen worden ontvangen en/of met een distributiestructuur in België, om de verspreiding ervan de garanderen. Elke inschrijver mag slechts één offerte indienen per perceel.

2) Onderwerpen/thema’s/boodschappen/doelstellingen Zie technisch gedeelte

3) Verspreidingsgarantie De offerte moet een principiële toezegging bevatten (attest ter bevestiging) tot uitzending op een in België te ontvangen tv-zender of tot distributie op grote schaal in de Belgische filmzalen.

Page 8: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

8

- Voor de percelen 1 en 2 volstaat de coproductie of vooraankoop door een tv-zender. Anders moet de film een distributeur hebben en moet er de garantie van een ruime verspreiding zijn. - Voor de percelen 3 en 4 is voor de serie een uitzendakkoord met een tv-zender vereist. Het dossier bevat een voorlopige uitzendkalender (periode in het jaar, dag van de week, uitzenduren, …) en een opgave van de verwachte kijkdichtheid, per aangekondigde case. - Voor perceel 5 moet het een film zijn met veel potentieel: kwantitatief effect in het eerste uitzendcircuit (bioscoop/tv) en/of pedagogisch effect in het derde circuit (verenigingsleven, klassen). In het laatste geval moeten minstens 500 kijkers via de activiteiten en het materiaal rond de film zijn gesensibiliseerd. In alle gevallen worden dossiers zonder principiële toezegging van voldoende verspreiding in België, niet-ontvankelijk verklaard. Een communicatiestrategie om bekendheid te geven aan het programma of de documentaire/fictie moet worden utigewerkt en toegelicht. De inschrijver moet eveneens beschrijven welke acties hij zal ondernemen om het bereikte publiek te meten.

4) Taal De audiovisuele werken moeten beschikbaar zijn in het Nederlands en/of in het Frans. Voor elk ingediend project dat voorziet in een ondertiteling in de andere nationale taal (NL, FR) kan een extra financiële tegemoetkoming worden toegekend.

5) Komen niet in aanmerking voor deze opdracht

- Projecten over landen in het Zuiden en hun bevolking waarover een vermoeden van een risico op negatieve, verkeerde en respectloze beeldvorming bestaat.

- Audiovisuele producties rond strikt etnografische of historische onderwerpen.

- Projecten die reeds via andere kredietlijnen van de DGD of van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zijn gefinancierd.

- Projecten van organisaties waarvan een personeelslid van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking of van de beleidscel van een van de bevoegde ministers een beleidsmandaat bekleedt binnen de organisatie.

- Voor de percelen 1, 2, 3 en 4: projecten in de postproductiefase.

6) Financiële beperkingen De toekenning van financiering is altijd afhankelijk van de budgetten waarover de overheid beschikt. De indiener kan geen aanspraak maken op een financiering of vergoeding als de budgettaire enveloppe is uitgeput. C. GUNNINGSVOORWAARDEN

1) Indieningstermijnen De offertes moeten worden ingediend met inachtneming van de door de DGD vastgestelde uiterste indieningsdatum. Voor 2019 werd één enkele indieningsdatum vastgelegd voor alle percelen (1, 2, 3, 4 en 5): 5 maart 2019 om 14 uur.

2) Hoe en waar een voorstel indienen? Rekening houdend met de uiterste indieningsdatum moeten de dossiers en de daarbij horende bijlagen, in vier exemplaren per aangetekende post (de poststempel dient als bewijs) of per koeriersdienst (tegen ontvangstmelding) worden toegestuurd en tevens 2 elektronische versies op fysieke drager toevoegen. Directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking

Page 9: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

9

FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Dienst Ontwikkelingseducatie – D3.1 Karmelietenstraaat 15 1000 Brussel Alle aanvragen worden opgesteld in de Nederlandse of Franse taal.

3) Inhoud van het offertedossier Het dossier moet de volgende elementen bevatten:

1. Een begeleidend schrijven met originele handtekening 2. De ingevulde administratieve fiche (zie bijlage 1) 3. De ingevulde technische fiche (zie bijlage 2-3-4-5-6 afhankelijk van het perceel) 4. Een gedetailleerde beschrijving van het project (scenario, concept, aantal uitzendingen

(voor een tv-programma, …) 5. Een intentieverklaring 6. Alle financiële gegevens betreffende het ingediende project: totaalbudget, pre- en

postproductiebudget, financieringsplan, … De uitwerking van een pedagogisch dossier is verplicht voor de percelen 1, 2 en 5 en moet in het budget zijn opgenomen.

7. Minstens één belangrijke uitzendgarantie (via coproductie met of de vooraankoop door een tv-zender of een voorakkoord met een distributeur voor een reeks zalen).

8. Voor perceel 5 (promotieondersteuning): 6 kopies van de film en concrete afpsraken met deskundigen, verenigingen, zalen etc. (opgave van plaatsen, personen, distributeurs, …)

9. Een kopie van de laatste statuten van de organisatie zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad alsook de lijst van de leden van de raad van bestuur en de boekhoudkundige balans van het vorige boekjaar (niet noodzakelijk een papieren versie).

10. Een ‘verklaring op eer’ met de vermelding dat geen enkel lid van de raad van bestuur een medewerker is van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking of van de beleidscellen.

11. De filmografie + het cv van de producent en de regisseur. 12. Een document waarin de bank de identiteit bevestigt van de houder van de bankrekening

waarop de financiering zal worden gestort. 13. Eerdere producties op dvd (niet verplicht)

D. PERCELEN EN BEDRAGEN

Wat de financiële inbreng van de DGD betreft, zal bij de berekening van het bedrag van medefinanciering rekening worden gehouden met:

- de verschillende percelen - de bonussen waaraan de film voldoet - de productiekosten die eigen zijn aan de productie

PERCEEL 1- Fictie, animatiefilm en docufictie

Basisbedrag: tussen 20.000 en 40.000 euro, uitgezonderd bonussen Het bedrag wordt door de DGD bepaald op basis van de duur, het budget en de potentiële aantrekkingskracht voor het publiek. Aandeel in de medefinanciering (met inbegrip van eventuele bonussen): max. 25% van het totale budget Bonussen:

bestemd voor het prioritair publiek (kinderen van 6 tot 12 jaar): + 10.000 euro

ondertiteling in de andere landstaal, met inbegrip van de vertaling van het pedagogisch dossier in deze taal: + 5.000 euro

promotie- en verspreidingsstrategie (op basis van een gedetailleerd budget): + 5.000 euro

strategie en uitwerking van de pedagogische begeleiding (bovenop het verplichte pedagogisch dossier: uitwerking van pedagogische methoden, interactief materiaal, contact met verenigingen, scholen, …): + 5.000 euro

Page 10: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

10

Uitwerking van een middellange versie (20-30 min) om te gebruiken in een schoolcontext: + 7.000 euro

PERCEEL 2 - Documentaire Basisbedrag: tussen 15.000 en 30.000 euro, uitgezonderd bonussen Het bedrag wordt door de DGD bepaald op basis van de duur, het budget en de potentiële aantrekkingskracht voor het publiek. Aandeel van de medefinanciering (met inbegrip van eventuele bonussen): max. 25% van het totale budget Bonussen:

bestemd voor het prioritair publiek (kinderen van 6 tot en met 12 jaar): + 10.000 euro

ondertitels in de andere nationale taal, met inbegrip van de vertaling van het pedagogisch dossier in deze taal: + 5.000 euro

promotie- en verspreidingsstrategie (op basis van een gedetailleerd budget): + 5.000 euro

Ander facultatief instrument voor pedagogische uitdieping (naast het verplichte pedagogisch dossier); strategie en uitwerking van pedagogische begeleiding: uitwerking van pedagogische methoden, interactief materiaal, contact met verenigingen, scholen, …): + 5.000 euro

Uitwerking van een middellange versie (20-30 min) om te gebruiken in een schoolcontext: + 7.000 euro

PERCEEL 3 - Tv-serie

Basisbedrag: tussen 50.000 en 100.000 euro (uitgezonderd bonussen) Het bedrag wordt door de DGD bepaald op basis van het aantal afleveringen dat wordt gewijd aan vraagstukken van het Zuiden (min 3), de duur, de zender en het tijdstip van de uitzending en het feit dat de films/documentaires/reportages intern worden gerealiseerd of worden aangekocht (in dat geval moet de reële aankoopprijs worden vermeld). Aandeel van de medefinanciering (met inbegrip van eventuele bonussen): max. 50% van de totale kosten van het programma. Bonussen:

bestemd voor het prioritair publiek (kinderen van 6 tot 12 jaar): + 15. 000 euro

samenwerking met en uitzending op andere nationale tv-zenders (bij samenwerking met een tv-zender van de andere landstaal: ondertiteling of dubbing in de andere landstaal): + 15.000 euro

pedagogisch dossier : +3.000 euro - De serie moet bestaan uit minstens drie afleveringen die betrekking hebben op deze opdracht. Het aantal en de duur van de afleveringen moet in de offerte zijn vastgelegd en heeft een invloed op het bedrag van medefinanciering. - De uitzendingen moeten een duidelijke rode draad hebben en gedurende een maximumperiode van 12 maanden worden uitgezonden, hetzij in opeenvolgende uitzendingen, hetzij in uitzendingen met een regelmatige frequentie (bv. 1 keer/maand gedurende 4 maanden, een uitzending om de 2 of 3 maanden gedurende één jaar). In uitzonderlijke gevallen zijn uitzendingen gedurende een periode langer dan 12 maanden mogelijk. - Reportages, documentaires, enz. kunnen worden aangekocht, maar moeten worden opgenomen in een repetitieve modelreeks die eigen is aan de tv-zender. - Samenwerking met andere tv-zenders is mogelijk en wordt aangemoedigd.

PERCEEL 4 - Tv-evenement Basisbedrag: tussen 20.000 en 150.000 euro (uitgezonderd bonussen) Het bedrag wordt door de DGD bepaald op basis van de duur, de zender en het tijdstip van de uitzending, de productiekosten (in geval van interne regie) en aankoopkosten van de films/documentaires/reportages (indien aangekocht: een aangepast budget toevoegen).

Page 11: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

11

Aandeel van de medefinanciering (met inbegrip van eventuele bonussen): max. 50% van het totale budget Bonussen:

samenwerking met andere nationale tv-zenders (en eventueel ondertiteling in de andere landstaal, met inbegrip van de vertaling van het pedagogisch dossier in deze taal) en uitzending op deze andere nationale tv-zenders: + 20.000 euro

materiaal en pedagogische opvolging: + 7.000 euro Ter herinnering: in geen geval kan het gaan om een evenement voor fondsenwerving.

PERCEEL 5 - Promotie van een film Bedrag: tussen 4.000 en 12.000 euro Het bedrag wordt door de DGD bepaald op basis van de promotiestrategie en het gedetailleerde budget met het oog op:

de aanstelling van een externe deskundige die zich bezighoudt met de promotie/verspreiding van de film en/of

de financiering van promotiemateriaal (dvd’s, affiches, aankondiging) en/of

de betaling van een persverantwoordelijke voor een mediacampagne en/of

de financiering van een persconferentie, een gala en/of een vertoning in België en/of

de financiering van pedagogisch materiaal (spelletjes, interactief materiaal, etc.) en van activiteiten rond de film (debat, …).

De uitwerking van een pedagogisch dossier is verplicht.

E. VERPLICHTINGEN TEN AANZIEN VAN DE DGD

a) Verplichte informatiebijeenkomst over de ethiek van de boodschappen Het betreft een opdracht in het kader van wereldburgerschapseducatie. Daarom hecht de DGD veel belang aan de ethiek van de beeldvorming over het Zuiden, culturele verscheidenheid en gender (en stereotypering in het algemeen) in de door haar gefinancierde projecten. De DGD wil duidelijkheid verschaffen over het belang van wereldburgerschapseducatie en wil stereotypen ontkrachten maar tegelijk wil ze een concrete dialoog voeren over deze onderwerpen. Daarom organiseert de DGD een informatiebijeenkomst in de maand die volgt op de gunning van de opdracht. De bijeenkomst moet verplicht worden bijgewoond door minstens 1 actieve en representatieve medewerker van het productie- of regieteam per dossier waaraan de opdracht is gegund.

b) Verplichte vermeldingen

De producent verbindt zich ertoe in al het promotie- en publiciteitsmateriaal en/of pedagogisch en informatiemateriaal (inclusief persmappen en- berichten) de steun van de DGD uitdrukkelijk te vermelden, ongeacht het gebied van verspreiding en de vorm (print, elektronisch, …) Dit geldt voor televisie, radio, filmzalen en andere vormen van exploitatie. De producent verbindt zich ertoe de deelneming met de Belgische Staat in de aftiteling van elke meegefinancierde film op de volgende wijze te vermelden: "Met de steun van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking", gevolgd door het volledige officiële logo van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. De producent gaat eveneens de verbintenis aan deze vermeldingen zichtbaar weer te geven

o in de aftiteling van de uitgebrachte dvd’s o op de dvd-hoesjes (minstens het volledige officiële logo) o indien mogelijk op de dvd’s zelf (minstens het volledige officiële logo)

Het logo kan worden gedownload van de website van de DGD, http://diplomatie.belgium.be/nl/Beleid/Ontwikkelingssamenwerking/Multimediabibliotheek/Zichtbaarheid.

Page 12: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

12

c) Opvolging De producent stelt de dossierbeheerder zo vlug mogelijk in kennis van de voortgang van de film (data en plaatsen van opnames, montage, …) en eventuele vertragingen of andere factoren die het goede verloop van de productie kunnen schaden. De DGD moet per e-mail of post in kennis worden gesteld van elke wijziging aan het project: het stappenplan van productie en postproductie, eventuele wijzigingen tijdens het productieproces (opnameplaatsen, verhalen, personages, titel, …), verwachtingen inzake distributie of verspreiding, … Belangrijke wijzigingen moeten vooraf door de DGD worden goedgekeurd. Let wel : vertragingen van meer dan 6 maanden ten opzichte van de geplande datum van indiening van de bewijsstukken (opgegeven datum in de gunningsdocumenten) zonder schriftelijke uitleg, rechtvaardiging en goedkeuring vooraf, kunnen leiden tot de annulering van de financiering De dossierbeheerder moet in de gelegenheid zijn de eindmontage te bekijken binnen een passende termijn voorafgaand aan de verspreiding ervan. De producent moet eventuele opmerkingen van de DGD in acht nemen. Als de eindmontage niet voldoet aan de in het dossier gestelde verwachtingen, dan kan de DGD uit het project stappen zonder dat daar een schadevergoeding voor de producent tegenover staat en dan komt de DGD ook niet voor in de aftiteling. d) Uitzending en communicatie - De DGD moet in kennis worden gesteld van de datums waarop de film voor het eerst wordt uitgezonden, zowel in België als in het buitenland. - Ten laatste één kalenderweek voor de eerste uitzending moet de DGD in het bezit zijn van digitaal promotiemateriaal voor de aankondiging (affiche, trailer, uitzenduren). - Als de producent een persvoorstelling organiseert, moet hij de Belgische Staat daar vooraf schriftelijk van in kennis te stellen en moet tijdens de voorstelling melding worden gemaakt van de inbreng van de Belgische Staat. e) Gebruik voor niet-commerciële doeleinden - Via elk ondersteund project mag de DGD de audiovisuele producties, gedeeltelijk of integraal, gebruiken bij niet-commerciële activiteiten. - Projecten waarvoor medefinanciering werd verkregen, zullen systematisch worden voorgesteld aan Annoncer la couleur/Kleur Bekennen (http://www.annoncerlacouleur.be) voor eventueel gebruik in het onderwijs. - Er kan gebruik van worden gemaakt in het kader van diplomatieke activiteiten in het buitenland. - Er kan gebruik van worden gemaakt in het kader van activiteiten rond wereldburgerschapseducatie F. PROCEDURE

1) Ontvankelijkheid Elke inschrijver ontvangt een mail van ontvankelijkheid of niet-ontvankelijkheid. De administratie kan per mail of per post aanvullende informatie en/of extra bewijsstukken bij het ingediende dossier vragen. Als het dossier niet binnen de vooropgestelde termijn wordt vervolledigd of als één of verschillende belangrijke stukken of informatie die in het dossier moeten voorkomen, ontbreken, kan de DGD beslissen de offerte op formele gronden niet in behandeling te nemen en het dossier als niet-ontvankelijk te beschouwen.

2) Selectiecomité

Page 13: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

13

- Elke aanvraag wordt geëvalueerd door een selectiecomité (met deskundigen op het gebied van ontwikkelingssamenwerking, audiovisuele middelen en wereldburgerschapseducatie) dat 4 à 6 weken na de uiterste indieningsdatum bijeenkomt en een advies voorbereidt voor de bevoegde instanties. - De offertes worden geëvalueerd en geselecteerd op basis van de onderstaande evaluatiecriteria. - Na goedkeuring van de door de bevoegde instanties verstrekte adviezen, krijgt de betrokken partij per brief bevestiging van de definitieve beslissing.

3) Evaluatiecriteria

Het project en de gevraagde bonussen worden door het selectiecomité getoetst aan de volgende criteria:

Verhalende inhoud: 30%

thema, land en bijdrage aan de doelstellingen van ontwikkelingseducatie

Effect 30%

toezeggingen inzake verspreiding en te verwachten soort en omvang van doelgroep (of specifieke doelgroepen), verspreidingsplan, groot aantal kanalen

Filmkwaliteit 15%

Originaliteit van het project, technische kwaliteit, ervaring van de regisseur en de projectpromotor

Educatief potentieel: 15%

pedagogische begeleiding van het publiek (interactieve website, pedagogisch materiaal, debat, etc.)

Efficiëntie: 10% realistisch karakter van het budget (samenhang met betrekking tot de verspreidingsdoelstellingen, vermogen om het project tot een goed einde te brengen, geschat budget, financieringsplan, aandeel van de medefinanciering)

G. BETALINGSREGELING

1) Rapportering Na de volledige levering van de prestaties (begin van de distributie voor films, einde van de toegezegde uitzending voor tv-producten) en vooraleer de factuur toe te sturen, bezorgt het productiehuis de volgende bewijsstukken:

a. een totaalbudget van de gemaakte kosten, ook voor de gevraagde bonussen (definitieve balans).

b. De dvd’s van het voltooide project met het definitieve hoesje, 5 voor de tv-series, 10 voor de documentaires/fictie

c. het bewijs van distributie of uitzending d. een voorlopig kwantitatief en kwalitatief rapport over de kijkcijfers:

- voor de percelen 1, 2 en 5: een inschatting van het effect op het doelpubliek (kijkcijfers en bioscoopbezoek, persberichten, feedback van (tv-)kijkers,

- voor de percelen 3 en 4, en eventueel 5: een inschatting van het effect op het doelpubliek (kijkcijfers, persberichten, feedback (tv-)kijkers)

e. voor de percelen 1, 2 en 5: ten minste 5 exemplaren van het pedagogisch dossier

De bewijsstukken worden gestuurd naar: FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Dienst 3.1 Karmelietenstraat 15 1000 Brussel De stukken moeten binnen de vastgelegde termijn, zoals vermeld in de kennisgevingsbrief (of, in voorkomend geval, op de door de DGD aanvaarde latere datum) toekomen. Uiterlijk een jaar na de voltooiing van de prestaties, moet de producent de Belgische staat een zo accuraat mogelijk kwalitatief en kwantitatief eindrapport over het bereikte publiek toesturen (kijkcijfers tv et bioscoop, persartikelen, enz).

Page 14: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

14

2) Facturering en betaling

Na de beëindiging van alle prestaties, zoals beschreven in deze overeenkomst en na goedkeuring van de bewijsstukken, bezorgt de Belgische Staat de producent een proces-verbaal van technische oplevering. De producent kan dan de factuur samen met het proces-verbaal toesturen. Let wel: de factuur moet worden gestuurd naar: FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Directie B&B Dossierbeheerder: dienst D3.1 Karmelietenstraat 15 1000 Brussel. OF (in pdf) naar het mailadres [email protected] met de dossierbeheerder in kopie De percelen 3, 4 en 5 (medefinanciering van documentaires, fictie en promotieondersteuning) worden na de voltooiing van de producties en de verspreiding ervan, in één keer betaald: Voor de percelen 1 en 2 (medefinanciering van documentaires, fictie en promotieondersteuning) kan de betaling op vraag van de inschrijver in twee fasen plaatsvinden:

Eerste fase: 30% van de toegezegde medefinanciering (bij de ontvangst van een voldoende hoeveelheid beeldmateriaal)

Vereisten voor de percelen 1 en 2 - een fysieke drager met voorgemonteerde rushes (minstens 70% van de eindfilm) waaruit de goede voortgang van de productie blijkt - bondig rapport over de voortgang van de film

Tweede fase: 70% van de toegezegde medefinanciering (na de uitvoering van alle in de offerte beschreven fasen, de ontvangst en goedkeuring van de bewijsstukken) (zie rapportage en facturering)

OPGELET!

- Ingeval het tijdschema niet kan worden nageleefd door overmacht moet de DGD hiervan zo spoedig mogelijk en schriftelijk worden verwittigd. Het is zaak de reden voor de aanvraag duidelijk op te geven en een nieuwe (redelijke) termijn voor te stellen. De DGD moet hiervoor haar schriftelijke goedkeuring geven.

- De DGD baseert zich op de opgegeven reden om de verlenging van de uiterste datum wel of niet te aanvaarden.

- De DGD heeft het recht om bij andere openbare instanties en/of financiële instellingen informatie met betrekking tot de inschrijver en/of het medegefinancierde dossier op te vragen.

- De DGD kan beslissen om nieuwe aanvragen van inschrijvers, die bij eerdere door de DGD gesteunde projecten niet aan hun verplichtingen hebben voldaan, niet-ontvankelijk te verklaren tot wanneer bedoelde inschrijvers zich ten aanzien van de DGD in regel hebben gesteld.

- Het btw-tarief bedraagt 6% (volgens toegekend recht van niet-commercieel gebruik door Ontwikkelingssamenwerking). Een ander btw-tarief moet expliciet in de offerte worden vermeld.

H. INFORMATIESESSIE OVER DE OPDRACHT Eind januari is er een vrijblijvende informatiesessie voor de regisseurs of producenten die meer willen weten over de in het vademecum geformuleerde prioriteiten. Inschrijven voor de sessie kan bij Elise Pirsoul: [email protected]

Page 15: VADEMECUM MEDEFINANCIERING VAN AUDIOVISUELE … › sites › default › files › ... · De DGD draagt bij in de financiering van de volgende audiovisuele projecten: PERCEEL1: Fictie,

15

I.Contact Voor verdere informatie: Directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Dienst Ontwikkelingseducatie – D3.1 Karmelietenstraat 15 1000 Brussel Contactpersonen: (NL) Ine Polling – [email protected] 02 501 44 32 (FR) Elise Pirsoul– [email protected] – 02 501 44 25 Diensthoofd: Mara Coppens – [email protected] – 02 501 45 47