Update Economische Vooruitzichten - September 2014

4
Economische Vooruitzichten Voor vragen i.v.m. de inhoud van deze publicatie kunt u terecht bij: Dieter Guffens (32) (0)2 429.62.87 E-mail: [email protected] Verantwoordelijke uitgever: Johan Van Gompel, Havenlaan 2, B-1080 Brussel Correspondentieadres & abonnementenbeheer: KBC Groep NV, GCE, Havenlaan 2, 1080 Brussel, E-mail: [email protected] Deze publicatie komt tot stand op de Chief Economist Department van KBC Groep. Noch de mate waarin de voorge- stelde scenario’s, risico’s en prognoses de marktverwachtingen weerspiegelen, noch de mate waarin zij in de realiteit zullen tot uiting komen, kunnen worden gewaarborgd. De prognoses zijn indicatief. De gegevens in deze publicatie zijn algemeen en louter informatief. Ze mogen niet worden beschouwd als beleggingsadvies conform de Wet van 6 april 1995 inzake secundaire markten, het statuut van en het toezicht op beleggingsondernemingen, de bemidde- laars en beleggingsadviseurs. KBC kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de juistheid of de volledigheid ervan. Alle historische koersen, statistieken en grafieken zijn actueel tot en met 18 augustus 2014, tenzij anders vermeld. De beschreven meningen en vooruitzichten zijn die zoals ze gelden op 18 augustus 2014. Update September 2014 Duale ontwikkeling wereldconjunctuur Afnemende inflatiedruk Obligatierentes brokkelen verder af Geen Japan 2.0 Gemengd beeld De wereldconjunctuur geeft op dit ogenblik een gemengd beeld. Enerzijds gaan de economieën in de eurozone en Japan door een tijdelijk dipje. Anderzijds zet de conjunctuur in de VS, China en het VK haar verbeterende trend voort. Na de ontgoochelende eerstekwartaalgroei in de VS volgde in het tweede kwar- taal een krachtige opsprong (+3,9% op jaarbasis). Die groeiherneming lag in lijn met de aanhoudend stevige dynamiek van de banencreatie. In juli kwamen er per saldo voor de zesde maand op rij meer dan 200 000 banen bij. De werk- loosheidsgraad bevindt zich daardoor in een neerwaartse trend, ondanks de marginale stijging tot 6,2% in juli. Dat kwam doordat meer Amerikanen, die al van de arbeidsmarkt hadden afgehaakt, door de opklarende conjunctuurvooruit- zichten opnieuw op zoek gingen naar een baan. Ook in de tweede grootste economie van de wereld, China, versnelde de groeidynamiek in het tweede kwartaal tot 2% van 1,5% op kwartaalbasis. Ook de lichte stijging van het produ- centenvertrouwen in de verwerkende nijverheid bevestigde dat het risico van een Chinese conjunctuurinzinking in de komende kwartalen zeer klein is. In Europa ten slotte is er een opval- lend verschil tussen enerzijds het VK en anderzijds de eurozone. De Britse reële bbp-groei in het tweede kwartaal was één van de hoogste in de EU (+0,8%). Daardoor daalde de werkloosheids- graad sneller dan verwacht tot 6,5% en zal de Britse centrale bank allicht als eerste grote monetaire overheid haar beleidsrente verhogen. In de eurozone daarentegen stagneerde het reële bbp in het tweede kwartaal, na een al magere kwartaalgroei van 0,2% in het eerste kwartaal. Opvallend was de stagnatie van de Franse eco- nomie, en vooral de krimp van het Duitse en het Italiaanse reële bbp. Dat is consistent met de verslechtering van het producentenvertrouwen in de ver- werkende nijverheid in de eurozone en in het bijzonder met de daling van de Duitse Ifo-indicator. Die daalt al enkele maanden op rij, maar bevindt zich wel nog op een redelijk hoog peil. De conjunctuurvertraging in de euro- zone is opmerkelijk aangezien er geen direct aanwijsbare redenen voor zijn. Het internationaal conjunctuurklimaat blijft gunstig (VS, China), terwijl de rem van de begrotingssaneringen steeds minder op de groei weegt. De werkloos- heidsgraad in de eurozone is weliswaar nog altijd hoog (11,5% in juni) maar zet zijn neerwaartse trend wel degelijk voort. Naar verwachting zal dat de con- sumptiegroei aanzwengelen. Ook de kostprijs van kredieten vormt niet echt een belemmering voor investe- ringen. Door het ultra-soepel monetair beleid van de ECB bevindt de rente zich op een historisch dieptepunt. Rekening houdend met de inflatieverwachtin- gen, is de reële Duitse tienjaarse over- heidsrente nu zelfs negatief (-0,5%). Niettemin blijft de investeringsgroei als deel van de binnenlandse vraag in de eurozone zwak. Dat komt ook tot uiting in de nog altijd negatieve jaarwijziging van de uitstaande kredietvolumes aan niet-financiële bedrijven in juni (-2,9%). Ter vergelijking, in diezelfde tijdspanne groeide de kredietverlening in de VS met 10,5%. Onze webstek www.kbceconomics.be houdt u op de hoogte van alle analyses en vooruitzich- ten van de KBC-economisten.

description

• Duale ontwikkeling wereldconjunctuur• Afnemende inflatiedruk• Obligatierentes brokkelen verder af• Geen Japan 2.0

Transcript of Update Economische Vooruitzichten - September 2014

1

Economische Vooruitzichten

Voor vragen i.v.m. de inhoud van deze publicatie kunt u terecht bij: Dieter Guffens (32) (0)2 429.62.87E-mail: [email protected] uitgever: Johan Van Gompel, Havenlaan 2, B-1080 BrusselCorrespondentieadres & abonnementenbeheer: KBC Groep NV, GCE, Havenlaan 2, 1080 Brussel, E-mail: [email protected] publicatie komt tot stand op de Chief Economist Department van KBC Groep. Noch de mate waarin de voorge-stelde scenario’s, risico’s en prognoses de marktverwachtingen weerspiegelen, noch de mate waarin zij in de realiteit zullen tot uiting komen, kunnen worden gewaarborgd. De prognoses zijn indicatief. De gegevens in deze publicatie zijn algemeen en louter informatief. Ze mogen niet worden beschouwd als beleggingsadvies conform de Wet van 6 april 1995 inzake secundaire markten, het statuut van en het toezicht op beleggingsondernemingen, de bemidde-laars en beleggingsadviseurs. KBC kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de juistheid of de volledigheid ervan. Alle historische koersen, statistieken en grafieken zijn actueel tot en met 18 augustus 2014, tenzij anders vermeld. De beschreven meningen en vooruitzichten zijn die zoals ze gelden op 18 augustus 2014.

Update September 2014

• Duale ontwikkeling wereldconjunctuur • Afnemende inflatiedruk • Obligatierentes brokkelen verder af • Geen Japan 2.0

Gemengd beeld

De wereldconjunctuur geeft op dit ogenblik een gemengd beeld. Enerzijds gaan de economieën in de eurozone en Japan door een tijdelijk dipje. Anderzijds zet de conjunctuur in de VS, China en het VK haar verbeterende trend voort. Na de ontgoochelende eerstekwartaalgroei in de VS volgde in het tweede kwar-taal een krachtige opsprong (+3,9% op jaarbasis). Die groeiherneming lag in lijn met de aanhoudend stevige dynamiek van de banencreatie. In juli kwamen er per saldo voor de zesde maand op rij meer dan 200 000 banen bij. De werk-loosheidsgraad bevindt zich daardoor in een neerwaartse trend, ondanks de marginale stijging tot 6,2% in juli. Dat kwam doordat meer Amerikanen, die al van de arbeidsmarkt hadden afgehaakt, door de opklarende conjunctuurvooruit-zichten opnieuw op zoek gingen naar een baan. Ook in de tweede grootste economie van de wereld, China, versnelde de groeidynamiek in het tweede kwartaal tot 2% van 1,5% op kwartaalbasis. Ook de lichte stijging van het produ-

centenvertrouwen in de verwerkende nijverheid bevestigde dat het risico van een Chinese conjunctuurinzinking in de komende kwartalen zeer klein is.

In Europa ten slotte is er een opval-lend verschil tussen enerzijds het VK en anderzijds de eurozone. De Britse reële bbp-groei in het tweede kwartaal was één van de hoogste in de EU (+0,8%). Daardoor daalde de werkloosheids-graad sneller dan verwacht tot 6,5% en zal de Britse centrale bank allicht als eerste grote monetaire overheid haar beleidsrente verhogen.

In de eurozone daarentegen stagneerde het reële bbp in het tweede kwartaal, na een al magere kwartaalgroei van 0,2% in het eerste kwartaal. Opvallend was de stagnatie van de Franse eco-nomie, en vooral de krimp van het Duitse en het Italiaanse reële bbp. Dat is consistent met de verslechtering van het producentenvertrouwen in de ver-werkende nijverheid in de eurozone en in het bijzonder met de daling van de Duitse Ifo-indicator. Die daalt al enkele maanden op rij, maar bevindt zich wel nog op een redelijk hoog peil.

De conjunctuurvertraging in de euro-zone is opmerkelijk aangezien er geen direct aanwijsbare redenen voor zijn. Het internationaal conjunctuurklimaat blijft gunstig (VS, China), terwijl de rem van de begrotingssaneringen steeds minder op de groei weegt. De werkloos-heidsgraad in de eurozone is weliswaar nog altijd hoog (11,5% in juni) maar zet zijn neerwaartse trend wel degelijk voort. Naar verwachting zal dat de con-sumptiegroei aanzwengelen.

Ook de kostprijs van kredieten vormt niet echt een belemmering voor investe-ringen. Door het ultra-soepel monetair beleid van de ECB bevindt de rente zich op een historisch dieptepunt. Rekening houdend met de inflatieverwachtin-gen, is de reële Duitse tienjaarse over-heidsrente nu zelfs negatief (-0,5%). Niettemin blijft de investeringsgroei als deel van de binnenlandse vraag in de eurozone zwak. Dat komt ook tot uiting in de nog altijd negatieve jaarwijziging van de uitstaande kredietvolumes aan niet-financiële bedrijven in juni (-2,9%). Ter vergelijking, in diezelfde tijdspanne groeide de kredietverlening in de VS met 10,5%.

Onze webstek www.kbceconomics.be houdt u op de hoogte van alle analyses en vooruitzich-ten van de KBC-economisten.

2

VS VK Duitsland

De belangrijkste factoren achter de zwakke Europese groeiprestatie zijn waarschijnlijk de wederzijdse economi-sche sancties tussen de EU en Rusland en de onzekerheid omtrent het verdere verloop van het Oekraïne-conflict. De westerse sancties en de onzekerheid wegen op investeringen en bestellin-gen, zeker voor de Duitse economie die nauwe handelsbanden met Rusland heeft. De jaar-op-jaardaling van de Duitse fabrieksbestellingen in augustus passen alvast in dat beeld.

Ook de Japanse economie kende een zwak tweede kwartaal. Dat had alles te maken met de btw-verhoging van 1 april. Daardoor vervroegden de Japanse gezinnen veel consumptie-uitgaven naar het eerste kwartaal, wat zorgde voor een spectaculaire reële bbp-groei van 6,1% op jaarbasis. Na 1 april vielen die extra uitgaven weg, zodat de Japanse economie in het tweede kwartaal met een even spectaculaire 6,8% op jaar-basis kromp. Ondertussen lijken zowel de kleinhandelsverkopen en de vertrou-wensindicatoren opnieuw te zijn gesta-biliseerd, zodat de Japanse economie naar alle waarschijnlijkheid in het derde kwartaal haar normale groeipad kan hernemen.

Inflatie blijft in toom…

De inflatie blijft ondertussen opvallend gematigd, zelfs in economieën waar de

economische expansie al gevorderd is. Zo bedroeg de inflatie in de VS 2,1% (juli) en in het VK 1,9% (juni). In Japan lag die inflatie met 3,6% in juni wel een stuk hoger, maar dat was vooral het gevolg van de btw-verhoging. Enkel de eurozone was met een inflatie van slechts 0,4% een buitenbeentje.

… en obligatierentes dalen verder

Even opmerkelijk zijn de wereldwijd dalende obligatierentes. De Duitse tien-jaarse overheidsrente daalde voor het eerst in haar geschiedenis onder 1%. Sinds begin 2014 daalde ze met 97 basispunten. We mogen echter niet uit het oog verliezen dat dit geen exclu-sief fenomeen van de eurozone is: ook de Amerikaanse en Britse tienjaarse overheidsrentes daalden in die periode met respectievelijk 67 en 56 basispun-ten. Die daling heeft veel te maken met de toegenomen risico-aversie, eerst als gevolg van de crisis in de opkomende markten en dan van de vele geopolitieke conflicten. De relatief sterkere daling van de Duitse rente kan verklaard wor-den door de zwakkere EMU-conjunctuur en de lagere inflatie(verwachtingen). Bovendien staat de ECB, in tegenstel-ling tot de Amerikaanse Fed en de Bank of England, aan de vooravond van een nieuwe ronde van liquiditeitsinjecties die in september van start gaat.

Het lage peil van de Duitse rente doet den-ken aan de Japanse ervaring, maar schijn bedriegt. Doorheen de Japanse defla-tieperiode was de Japanse reële rente, ondanks zijn lage nominale peil, vrijwel steeds op een economisch ‘normaal’ en positief peil. Dat is nu in de eurozone niet het geval. De reële Duitse tienjaars-rente is negatief, een duidelijke indicatie van een monetaire ‘repressie’ door de centrale bank. De markt verwacht blijk-baar een grote impact van de nieuwe liquiditeitsinjecties en mogelijkerwijze nog bijkomende maatregelen zoals het opkopen van overheidsobligaties. In de mate dat de ECB niet aan deze gespan-nen verwachtingen voldoet, zal de obli-gatierente onvermijdelijk opwaarts nor-maliseren.

0

2

4

6

8

10

12

14

2005 06 07 08 09 10 11 12 13 14

EurozoneVS

VK

Duitse rente op historisch dieptepunt(tienjaarse overheidsrente in %)

Arbeidsmarktdynamiek eurozone blijft achter(werkloosheidsgraad in %)

VS VK Eurozone

Economische Vooruitzichten Update

Dieter [email protected]

0

1

2

3

4

5

6

7

8

2000 02 04 06 08 10 12 14

DuitslandVS

VK

3

Economische Vooruitzichten Grafieken

Duitse obligatierente (10-jaar) Beleidsrente

Obligatierente (10-jaar) Beleidsrente

0

1

2

3

4

5

2008 09 10 11 12 13 14

Obligatierente (10-jaar) Beleidsrente

Renteverloop VS(in %)

0

1

2

3

4

5

2008 09 10 11 12 13 14

Obligatierente (10-jaar) Beleidsrente

Renteverloop eurozone(in %)

VS OESO Eurozone

-3

-2

-1

0

1

2

3

4

5

6

2008 09 10 11 12 13 14

VS EMU OESO

Inflatie(consumptieprijsindex, jaarwijziging in %)

Olie (brent, dollar per vat) Industriële metalen (Economist) Landbouw en voeding (S&P GSCI)

25

50

75

100

125

150

2008 09 10 11 12 13 14

Olie (brent, dollar per vat)

Industriële metalen (S&P GSCI)

Landbouw en voeding (S&P GSCI)

Grondstoffenprijzen(januari 2008=100)

Bbp (reëel, linkse schaal) Voorlopende indicator (rechtse schaal)

-12

-10

-8

-6

-4

-2

0

2

4

6

8

-10

-8

-6

-4

-2

0

2

4

6

2008 09 10 11 12 13 14

BBP (reëel) Voorlopende indicator

Economische activiteit in OESO(kwartaalwijziging op jaarbasis in %)

Ondernemers Consumenten

-4

-3

-2

-1

0

1

2

2008 09 10 11 12 13 14

Ondernemers Consumenten

Vertrouwen G4(standaardafwijking van het LT-gemiddelde)

4

Economische Vooruitzichten Tabellen

Wisselkoersen

18-08-2014 +3m +6m +12m

USD per EUR 1,34 1,32 1,28 1,25

GBP per EUR 0,80 0,78 0,77 0,76SEK per EUR 9,17 9,20 9,10 9,00

NOK per EUR 8,22 8,20 8,10 7,90CHF per EUR 1,21 1,23 1,23 1,25PLN per EUR 4,19 4,15 4,10 4,07CZK per EUR 27,93 27,90 27,60 27,30HUF per EUR 313,78 312,00 305,00 315,00RON per EUR 4,44 4,44 4,44 4,44BGN per EUR 1,96 1,96 1,96 1,96RUB per EUR 48,21 47,52 46,72 45,88TRY per EUR 2,90 2,90 2,82 2,75JPY per EUR 137,08 139,92 138,24 137,50

RMB per USD 6,14 6,15 6,10 6,10USD per AUD 0,93 0,91 0,89 0,87USD per NZD 0,85 0,84 0,83 0,82CAD per USD 1,09 1,12 1,12 1,14

Reële bbp-groei Inflatie

2014 2015 2014 2015

VS 2,1 3,1 1,9 2,0Eurozone 0,9 1,7 0,6 1,2

België 1,1 1,5 0,9 1,3Duitsland 1,7 2,0 1,1 1,5

Ierland 2,5 3,0 0,5 1,0VK 2,8 2,5 1,9 2,0

Zweden 2,5 2,9 0,5 1,5Noorwegen 2,4 2,4 1,9 1,9Zwitserland 2,1 1,9 0,5 1,1

Slowakije 2,5 2,5 0,3 1,5Polen 3,0 3,3 0,3 1,4

Tsjechië 2,5 2,5 0,6 2,0Hongarije 3,0 2,3 0,3 2,4Bulgarije 1,7 2,5 -0,8 1,2Rusland 0,5 1,0 6,9 6,2Turkije 2,9 3,5 8,3 7,0Japan 1,4 1,3 2,3 1,8China 7,5 7,0 2,3 3,0

Australië 3,1 3,0 2,8 2,5NIeuw-Zeeland 3,5 2,9 1,7 2,2

Canada 2,2 2,5 1,9 1,9

Tienjaarsrentes

18-08-2014 +3m +6m +12m

VS 2,38 3,00 3,30 3,60Duitsland 1,02 1,30 1,60 1,90

België 1,42 1,70 1,95 2,25Ierland 2,01 2,30 2,10 2,20

VK 2,43 2,80 3,20 3,50Zweden 1,61 1,80 2,10 2,40

Noorwegen 2,37 2,60 2,90 3,20Zwitserland 0,48 0,70 1,00 1,50

Slowakije 1,82 2,00 2,15 2,30Polen 3,12 3,20 3,20 3,40

Tsjechië 1,39 1,55 1,70 1,90Hongarije 4,65 4,80 5,10 5,10Bulgarije 3,31 3,50 3,75 4,05Rusland 9,45 8,50 8,50 8,25Turkije 9,22 9,00 9,30 9,30Japan 0,50 0,60 0,70 0,90

China 4,22 4,10 4,10 4,20Australië 3,35 4,00 4,40 4,80

Nieuw-Zeeland 4,10 4,65 4,90 5,10Canada 2,05 2,55 3,00 3,30

Beleidsrentes

18-08-2014 +3m +6m +12m

VS 0,25 0,25 0,25 0,50Eurozone 0,15 0,15 0,15 0,15

VK 0,50 0,50 0,75 1,25Zweden 0,25 0,25 0,25 0,25

Noorwegen 1,50 1,50 1,50 1,75Zwitserland 0,13 0,13 0,13 0,13

Polen 2,50 2,00 2,00 2,25Tsjechië 0,05 0,05 0,05 0,05

Hongarije 2,10 2,10 2,10 2,10Roemenië 3,25 3,50 3,50 3,50

Rusland 8,00 7,40 6,90 6,50Turkije 8,25 8,25 8,00 8,00Japan 0,10 0,10 0,10 0,10China 6,00 6,00 6,00 6,00

Australië 2,50 2,50 2,75 3,00Nieuw-Zeeland 3,50 3,50 4,00 4,25

Canada 1,00 1,00 1,00 1,00