Uitwerking themalijn - lespakket - Sidney Muyllaert · Bijna zo groot als ik!” Dan ravot ze in de...

33
1 Uitwerking themalijn - lespakket Praktijk 3 Sidney Muyllaert Bachelor Kleuteronderwijs Praktijk

Transcript of Uitwerking themalijn - lespakket - Sidney Muyllaert · Bijna zo groot als ik!” Dan ravot ze in de...

  • 1

    Uitwerking themalijn - lespakket

    Praktijk 3

    Sidney Muyllaert

    Bachelor Kleuteronderwijs

    Praktijk

  • 2

    Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave ............................................................................................................. 2

    Uitwerking: wat heb ik je zooooo gemist! ....................................................... 3

    1 startactiviteit/impressie: Lotta mist haar vrienden .......................... 4

    2 Verwerkingsactiviteit: Samen het speelgoed wassen ..................... 10

    3 Verwerkingsactiviteit: Samen een vriendboek maken ................... 16

    4 Verwerkingsactiviteit: Postkaarten maken .......................................... 23

    5 Verwerkingsactiviteit: Samen een gezelschapsspel spelen ......... 30

  • 3

    Uitwerking: wat heb ik je zooooo gemist!

  • 4

    1 startactiviteit/impressie: Lotta mist haar vrienden

    Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs

    Thomas More| Lepelstraat 2 | 2290

    Vorselaar

    Voorbereiding begeleide activiteit à Startactiviteit/impressie

    Naam van de student: Sidney Muyllaert Locatie: Rode klas School: De knipoog Leeftijd: 3- jarigen Naam mentor: Ingrid Van Doninck Lespakket – Covid 19

    VOORBLAD

    Titel (aard van de activiteit, thema): Thema: Covid-19 Themalijn: Wat heb ik je zooooo gemist! Activiteit: startactiviteit - verhaal van Lotta mist haar vrienden. Beginsituatie: Hoe ga je concreet rekening houden met de beginsituatie bij deze activiteit/dit aanbod? De kleuters zijn 3 tot 4 jaar oud en zitten in de rode klas. Ze komen na een lange tijd weer terug in de klas na de lockdown. Ze hebben iedereen voor een lange tijd moeten missen en zullen blij zijn dat ze elkaar terug kunnen zien. Ze zullen ook de klaspop Lotta wel gemist hebben. Enkele kleuters zullen zich misschien wel afvragen hoe Lotta deze tijd heeft beleefd. Enkele kleuters zullen weten wat er aan de hand was, andere zullen hier minder over weten. Daarom vind ik het wel belangrijk dat ik hier open over ben. Om zo open te staan voor hun beleving van deze periode en erop in te gaan waar de kleuters nood aan hebben. Ze zullen heel wat te vertellen hebben en het is dan belangrijk dat hier ruimte en tijd voor is. Differentiatie (verplicht vanaf semester 3):

    - Differentiatie als een zelfgemaakt verhaal - Differentiatie als een zelfgemaakt filmpje - Differentiatie als een activiteit (uitbeeldspel, digitaal luister verhaal, voorstelling en het

    verhaal zelf) - Differentiatie in doelen - Differentiatie in vragen (makkelijke of moeilijkere vragen) - Differentiatie in verschillende soort vragen stellen (open-, gesloten-, meerkeuzevragen)

    Doelstellingen: Verhaal: DB-NL-LUI-02.09 een verhaal begrijpen met visuele ondersteuning. De kleuters kunnen het verhaal van Lotta begrijpen met behulp van de zelfgemaakte prenten. DB-NL-LEZ-04.02 genieten van het lezen van een prentenboek. De kleuters genieten en komen tot rust door het verhaal dat de juf voorleest. Gesprek: DB-NL-SPR-07.02 eigen gevoelens, gedachten en verlangens verwoorden in een gesprek. De kleuters kunnen hun eigen gevoelens die ze hebben beleefd tijdens de corona-tijd verwoorden. De kleuters kunnen hun gedachten en verlagen verwoorden in een gesprek met de juf of onder elkaar. DB-NL-SPR-07.04 genieten van het spreken met elkaar. De kleuters kunnen na een lange tijd genieten om eindelijk terug met elkaar te kunnen spreken.

    Lespakket – Covid 19

  • 5

    Organisatie: Voorbereidend werk voor thuis:

    - In de aparte bijlage vindt u het verhaal ‘Lotta mist haar vrienden’. Dit verhaal kan u afdrukken en eventueel lamineren. Dit kan u best dubbelzijdig doen vanaf de 1ste prent, zo staat steeds de tekst op de achterkant van de prent. Het voorblad moet u dan enkelzijdig afdrukken.

    - Het afgedrukte materiaal of usb-stik met het verhaal erop moet u inpakken voor de inleiding.

    Voorbereidend werk op school net voor:

    - Verstop Lotta in de klas, maar wel dichtbij u. Zo kan u deze nemen als ze de dialoog van Lotta verder zet.

    - Leg het ingepakte verhaal dichtbij klaar.

    Tijdens de activiteit:

    - De keuters luisteren naar het verhaal. - Gezamenlijk vragen rondje over het verhaal. - Kleuters die er behoefte aan hebben kunnen in gesprek gaan met de juf. Dit kiezen de

    kleuters zelf. - De juf kan nadien ook het verhaal digitaal laten zien/horen of het naspelen met Lotta de

    klaspop of een uitbeeldingsactiviteit doen. Dit kunnen de kleuters dan nadien zelf kiezen.

    Afspraken:

    - Je blijft op de bank zitten. - Iedereen mag antwoorden/vertellen. - We luisteren goed naar het verhaal en naar elkaar. - Je hebt respect voor de persoon die praat, je bent stil als de andere aan het woord is.

    Materiaal:

    - Verhaal van Lotta - USB met het verhaal op (als je het digitaal wilt laten zien) - Computer of TV (als je het digitaal wilt laten zien) - Lotta de klaspop - Verhaal ingepakt met inpakpapier of krantpapier. Als je het digitaal gaat voorbrengen kan

    de usb stik waar het verhaal op staat ingepakt zijn.

    Bronnen:

    - Muyllaert, S. (2020). Lotta mist haar vrienden (1ste editie, Vol. 2020). Vorselaar, België: Sidney Muyllaert.

    - Vanuit de leefwereld en de beleving van de kleuters

    Kernwoorden: Lotta, corona, covid-19, nieuws, niezen, elleboog, zakdoek, Fien, mama, papa, missen, terug zien, knuffelen, houden van, vertellen, emoties, blij, bang, boos, verdrietig, samen zijn, spannend, nieuws, telefoon, …

    o Individueel o In samenwerking met o Overgenomen uit

  • 6

    Om te onthouden (achteraf in te vullen):

    LESVERLOOP (opbouw + impulsen) Inleiding: Na een lange tijd niet meer in de klas gezeten te hebben. Zullen ze iedereen wel gemist hebben, maar ook zullen ze Lotta de klaspop wel gemist hebben. Juf: kijkt rond “Maar waar is Lotta? Heeft iemand van jullie haar al gezien? Zal ze nog slapen? Hoe kunnen we ze wakker maken? Heeft er iemand een idee?” Kleuters reageren De juf doet wat de kleuters aangeven om Lotta wakker te krijgen. Lotta: “Oh mijn hoofd wat is dat lawaai nu? Ik lag net goed te slapen, maar wacht eens.. zijn jullie terug?” Kleuters: “Ja, wij zijn terug!” Lotta: “Joepie jaaa jeeej, EINDELIJK! Ik heb jullie wel gemist hoor en ik moest jullie nog iets spannend vertellen.” Juf: “Iets spannend? Is er dan hier ook iets gebeurt Lotta?” Lotta: “Ja, er is een pakje aangekomen.” Juf: “Een pakje? Voor mij?” Lotta: “Nee voor iedereen van onze klas, maar ik heb speciaal gewacht tot jullie terug zijn. Is iedereen er nu dan kunnen we het pakje open maken. Want ik ben zoooo benieuwd!” De juf maakt samen met een aantal kleuters het pakje open. Juf: “Wat zit er nu in? Wie ziet het?” Kleuters: “Een verhaal van Lotta!” Lotta: “Yes yes yes, mijn nieuw verhaal is uit! Zullen we het samen eens lezen?” De juf neemt het verhaal en leest dit voor. Midden: Verhaallijn (prenten + tekst vindt u in het aparte document ‘Lotta mist haar vrienden – Sidney Muyllaert)

    Lotta mist haar vrienden Prent: 1 Lotta wordt wakker in de klas, ze geeuwt. “Oooh, wat heb ik goed geslapen.” Lotta kijkt met slaperige ogen rond: “Het lijkt nu zo stil, ik ga eens kijken wat er aan de hand is.” Prent: 2 Lotta komt uit haar bedje en stapt rond in de klas: “Oei, er is hier niemand! Het is toch maandag, dan is het toch school? Hoe kan dat nu? Zouden ze in een andere klas zijn?” Prent: 3 Lotta stapt door de gang van alle kleuterklassen. Ze kijkt in de gele klas van juf Chris, in de groene klas van juf Hilde, in de blauwe klas van juf Karen en in de kameleon klas van juf Heleen, maar er is niemand te zien. Dus besluit ze maar terug naar haar eigen klas te gaan, de rode klas van juf Ingrid. “Zijn ze nu op vakantie zonder mij? Oei, oei, wat zou er nu aan de hand zijn?” Prent: 4 “Oh zeg, ik heb een idee! Als ik nu toch alleen in de klas ben, dan kan ik heel wat doen”, bedenkt Lotta. “Maar wat wilde ik altijd al eens doen en mocht ik niet? Euhm… even denken. Aha, ik weet het! Ik ga in de zandbak springen. Dat wilde ik al zo lang.” Lotta springt in de zandbak, maar plots hoort ze een geluid.

  • 7

    Prent: 5 Klop, klop, sstttt. Ze loopt terug naar haar nestje. “Zouden ze nu toch gewoon later zijn?”, vraagt ze zich af. Ze gaat in haar nestje liggen en hoort een geluid. “Van waar komt dat nu?” Opeens wordt er een brief onder de deur geschoven. Lotta springt recht en loopt naar de deur. Prent: 6 Ze neemt de brief en leest: (brief in de stem van klas juf) “Liefste Lotta, We mogen een tijdje niet naar de klas komen. Er is iets ergs gebeurd. Er is een klein gemeen virusje dat ons allemaal ziek kan maken. Nu moeten we allen thuis blijven zodat we niet ziek kunnen worden. We moeten onze handen wassen en niezen in je elleboog of in een papieren zakdoek. Zo zorgen we ervoor dat het virus niemand meer ziek kan maken. We zullen je een tijdje moeten missen. Ik hoop dat we snel weer bij elkaar kunnen zijn. Kusjes en dikke knuffel, juf Ingrid” Lotta zucht: “Oei, het is echt iets ergs! Wat lief dat ze aan mij denken, maar hoe zou het nu met mijn vriendjes zijn?” Prent: 7 Fien wordt wakker in bed. Ze staat op, neemt haar boekentas en gaat naar beneden. Mama en papa wachten op haar onderaan de trap. “Fien, je moet vandaag niet naar school”, vertellen ze. “Is het dan nog weekend? Of is het vakantie?”, vraagt Fien. “Het zal nog een tijdje duren voordat je terug naar school mag gaan”, antwoorden mama en papa. Prent: 8 Fien denkt dat het vakantie is en heeft de hele dag plezier. Ze speelt met de blokken en bouwt hoge torens. “Oh, mama, kijk hoe groot mijn toren al is. Bijna zo groot als ik!” Dan ravot ze in de tuin, ze loopt en lacht hardop. Daarna komt ze terug naar binnen en maakt een puzzel. Als die af is, gaat ze spelen met haar pop. Prent: 9 Fien gaat naar haar mama en papa, ze vraagt of ze naar oma of opa mag. Maar dat mag niet. “En mag ik dan naar een vriendje?”, vraagt ze. Nee, dat mag ook niet. Fien vindt het een stomme vakantie. “Fien, het is geen vakantie, we moeten allemaal thuis blijven zodat we onszelf en anderen kunnen beschermen tegen het coronavirus”, legt papa uit. “Dus, ze mogen ook niet naar hier komen spelen?”, vraagt Fien. “Nee meisje, dat mag jammer genoeg niet,” zegt mama, “we moeten in ons huis blijven, bij ons gezin. Maar we kunnen anderen wel zien of horen door te bellen.” Fien is nieuwsgierig: “Wat doet het virus en wat mag ik dan wel doen?” We zullen eens samen naar het nieuws kijken, zij zullen dat uitleggen. Prent: 10 Fien kijkt samen met mama en papa naar het nieuws. “Wat kan je doen om jezelf te beschermen?”, vraagt de nieuwslezer. “We kunnen beginnen met onze handen veel meer te wassen. En als je moet hoesten of niezen, doe dat dan in je elleboog of neem een papieren zakdoek en gooi die nadien weg. Dan moeten we ook zeker zien dat we afstand houden.” Prent: 11 “Maar mama, wat is dat ‘afstand’?”, vraagt Fien. “Dat betekent dat we niet te dicht bij elkaar mogen lopen, dat we plaats moeten laten tussen elkaar”, legt mama uit. “Oei, ik zit wel erg dicht bij jullie!”, schrikt Fien. “Dat is niet erg,” lacht papa, “afstand houden van mama, papa, broer of zus is niet nodig.” “Wanneer mag ik dan terug naar de klas en weer naar oma?” “Dat weten we nog niet, dat is nog even afwachten van wat de mensen op het nieuws ons zeggen. Ook moeten we goed zorgen voor elkaar en als we allemaal luisteren, dan zullen we snel iedereen terug mogen zien.” Samen staan we sterk! Prent: 12 “Oh, wat is het al laat. Het is bedtijd, Fien.” Fien gaat naar boven en doet haar pyjama aan. Ze gaat slapen en droomt over hoe ze haar moet beschermen. Wat moest je allemaal weer doen? Juf vraagt aan de kleuters: Wat moest je allemaal weer doen? Kleuters reageren

  • 8

    Prent: 13 De volgende dag staat Fien op en zucht: “Oh, ik verveel mij. Wat kan ik nu doen? Even denken.. Ik mis mijn oma en opa hard en mijn vrienden en vriendinnen. Wat kan ik nu doen om ze te verrassen?” Papa komt de woonkamer binnen: “Ik heb wel een idee, Fien! Je kan misschien een postkaart maken voor de mensen die je mist. Ik heb dat namelijk gezien op het internet in een thuisspeelkriebel van juf Sidney. Zij vertelt hoe je die zelf kan maken. Vind je het een goed idee om er eens naar te kijken?” “Ja, papa dat is een super goed idee!”, roept Fien. Prent: 14 Fien knutselt een hele dag. Ze maakt verschillende postkaarten voor alle mensen die ze mist. “Papa, papa, paaappaaa, ik ben klaar! Ik heb voor oma en opa, mijn vrienden en Lotta onze klaspop een postkaart gemaakt. Ik zag in het filmpje dat juf Sidney het naar de post ging brengen. Kunnen wij dat ook doen?” “Ja hoor, dat is een goed idee,” zegt papa, “trek je schoenen en je jas maar aan, dan kunnen we samen vertrekken.” Prent: 15 De volgende dag: De telefoon gaat. “Fien, het zijn oma en opa, kom je naar beneden?”, roept mama. “Dag Fien, we hebben post van jou gekregen. Wat een mooi kunstwerk! Wij missen je ook erg hard. Hopelijk luistert iedereen goed en kunnen we snel elkaar weer knuffelen”, zeggen oma en opa. “Ja dat is waar, ik hoop het ook! Samen staan we sterk tegen het coronavirus. Daag! “ Prent: 16 Ook Lotta kreeg de postkaart aan. Na een hele tijd mogen de kleuters terug naar de klas. Lotta heeft nog steeds de kaart naast haar nestje staan en knuffelt met alle kleuters die terug in de klas zijn. Wat hebben ze elkaar gemist! “Ik ben blij dat ik terug bij jullie kan zijn”, lacht Lotta. Juf: “Wauw, wat een mooi verhaal!” Impulsen:

    - Wat vonden jullie van het verhaal van Lotta? - Wat was er gebeurt? - Wat had Lotta gedaan? - Wat zou jij doen als je alleen in de klas was? - Wie heeft Lotta gemist? - Van wie kwam de brief die voor Lotta was? - Wat had Fien gemaakt? - Wat hebben jullie allemaal gedaan toen je niet naar school mocht komen? - Ben jij ook thuis gebleven? - Hebben jullie iemand gemist? - Wie hebben jullie gemist? - Hebben jullie een brief/tekening naar iemand gestuurd? - Waren jullie mama’s en papa’s ook thuis? - Hebben jullie ook eens gebeld met de telefoon of de computer dat je elkaar kon zien? - Wie kent het nieuws? - Hoe konden we weer goed voor elkaar zorgen? - Hebben jullie ook naar het nieuws gekeken? - Zijn jullie blij om terug naar school te mogen komen? - Zullen we eens een dikke knuffel geven? - Hebben jullie ook een brief van iemand gekregen? - Ik heb jullie echt super hard gemist! - …

  • 9

    Slot: Na het luisteren van het verhaal is er nog tijd en ruimte voor de kleuters die graag willen vertellen. De andere kinderen die graag willen gaan spelen mogen gaan spelen. De kleuters kiezen dus zelf wat ze graag willen. De juf gaat vanuit de verhalen en belevingen van de kleuters verder aan de slag. De praatronde hangt dus af van de impulsen van de kleuters. De kleuters kunnen ook aangeven wanneer ze graag even praten met de juf of met heel de klas. Bijvoorbeeld: voor het eten, na de speeltijd, voor de speeltijd, op het einde van de dag,... De juf kan dit dan bijhouden door het kenteken van de kleuters op de daglijn te kleven, zodat dit visueel wordt voor de kleuters. Enkele mogelijke impulsen van de juf:

    - Wat heb jij gedaan toen het geen school was? - Vond je het leuk of vond je het niet zo fijn? - Hoe was het thuis? - Met wat heb je gespeeld? - Is er iemand ziek geworden die je kent? - Heb je mama/papa/broer/zus goed verzorgt? - Heb je jezelf soms verveelt? - Wanneer wil jij vertellen? - Ben je eens gaan wandelen of gaan fietsen? - Hoe konden we weer goed voor elkaar zorgen? - Willen jullie nog iets weten? - Heb je nog vragen over wat er gebeurd is? - …

    De juf noteert de vragen visueel op een groot papier. Zo kunnen de kleuters er altijd op terug komen. Nadien kan het verhaal ook in een andere vorm voorgesteld worden aan de kleuters. Dit mogen de kleuters dan zelf kiezen:

    - Digitaal verhaal. (dit vindt u in een apart filmpje ‘Lotta mist haar vrienden.mp4’) - Uitbeelding spel samen met de juf. (dit vindt u in de handleiding) - Voorstelling van de juf met Lotta.

  • 10

    2 Verwerkingsactiviteit: Samen het speelgoed wassen

    Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs

    Thomas More| Lepelstraat 2 | 2290

    Vorselaar

    Voorbereiding begeleide activiteit: Samen het speelgoed wassen

    Naam van de student: Sidney Muyllaert Locatie: Rode klas School: De knipoog Leeftijd: 3- jarigen Naam mentor: Ingrid Van Doninck Lespakket – Covid 19 VOORBLAD Titel (aard van de activiteit, thema): Thema: Covid-19 Themalijn: Wat heb ik je zooooo gemist! Activiteit: Samen het speelgoed wassen Beginsituatie: Hoe ga je concreet rekening houden met de beginsituatie bij deze activiteit/dit aanbod? De kleuters zijn 3 tot 4 jaar oud en zitten in de rode klas. Ze komen na een lange tijd weer terug in de klas na de lockdown. Ze hebben iedereen voor een lange tijd moeten missen en zullen blij zijn dat ze elkaar terug kunnen zien. Ook zullen ze het speelgoed van de klas wel gemist hebben. Al het speelgoed heeft gedurende de corona tijd lang stil gestaan. Dus dit heeft zeker wel een opknapbeurt nodig. Vanuit mijn observaties heb ik opgemerkt dat de kleuters graag met water spelen. Daarom wil ik graag het speelgoed samen met de kleuters poetsen. Zo kunnen ze ook leren dat alles wel eens gepoest moet worden om het proper te houden. Aan de hand van een leuk experiment zal de juf dit inleiden. Zo kunnen de kleuters echt zien wat er gebeurt als we iets of ons zelf wassen met zeep. Door dit samen te doen werken we ook aan verbondenheid met de kleuters en de juf. Differentiatie (verplicht vanaf semester 3):

    - Differentiatie in het materiaal om mee te poesten. - Differentiatie in het materiaal om af te drogen. - Differentiatie in vraagstelling naar de kleuters toe. - Differentiatie in opdrachten.

    Doelstellingen: DB-WO-NAT-09.01 goede gewoonten inzake dagelijkse hygiëne aannemen. De kleuters kunnen na het bekijken of zelf proberen van het experiment tot inzicht komen dat ze meer hun handen moeten wassen. De kleuters kunnen zo ook samen het speelgoed van de klas poetsen.

    DB-WO-TEC-04.02 bereid zijn hygiënisch, veilig en zorgzaam te werken. De kleuters kunnen proper, hygiënisch, veilig en zorgzaam omgaan met het speelgoed dat we samen een grondige poetsbeurt geven. DB-WI-MET-01.02 twee voorwerpen vergelijken en ordenen op basis van een kwalitatieve eigenschap. De kleuters kunnen tijdens het wassen het speelgoed vergelijken, wat is het grootste? Wat is het kleinste? Van wat hebben we het meeste of minste? Zo zijn ze op een speelse manier wiskundig aan het werken.

    DB-MV-MUZ-03.05 een lied meezingen met de leerkracht. De kleuters kunnen het liedje van speelgoed wassen meezingen met de leerkracht tijdens en na het speelgoed wassen.

    Lespakket – Covid 19

  • 11

    Organisatie: Voorbereidend werk voor thuis:

    - In de handleiding onder ‘Samen het speelgoed wassen’ vindt u het liedblad terug die u kan afdrukken.

    - In de handleiding onder ‘Samen het speelgoed wassen’ vindt u de afbeelding terug ‘Magie van handen wassen’ deze kan u ook afdrukken. Zo kunnen de kleuters zelfstandig experimenteren.

    Voorbereidend werk op school net voor:

    - Zorg dat het filmpje klaar staat.

    Tijdens de activiteit:

    - Kleuters mogen zelf speelgoed nemen dat moet gewassen worden. - Samen het speelgoed van de klas poetsen. Bij goed weer buiten op het buitenterras van

    de klas. Indien het echt slecht weer moest zijn kan dit ook aan een vrije tafel gebeuren.

    Afspraken:

    - Iedereen mag helpen. - Geen zeep in je mond stoppen. - Geen zeep op iemand anders doen. - Het water niet uitkappen.

    Materiaal: Inleiding:

    - Bord met water - Peper - Zeep - Filmpje, via de computer - Lotta

    Midden:

    - Bakken met water - Verschillende soorten zeep (blok zeep, vloeibare zeep, Dreft,…) - Speelgoed van de klas - Spons - Washand - Tandenborstel (oude) - Vod - Liedblad – speelgoed wassen - Materiaal om het te drogen zoals: handdoek, haardroger, buitenlucht, blazer, …

    Bronnen:

    - Zelf verzonnen - Shelby. (2020). Zeep en peper proefje [Foto]. Geraadpleegd van

    https://www.squla.nl/coronavirus-kindertaal - Vlaeminck, S., & Radio 2. (2020, 15 maart). Video: met dit trucje leg je kinderen uit

    waarom ze hun handen moeten wassen. Geraadpleegd op 22 april 2020, van https://radio2.be/corona/video-met-dit-trucje-leg-je-kinderen-uit-waarom-ze-hun-handen-moeten-wassen

    - Foto op liedblad in de handleiding: Speel veilig. (z.d.) [Foto]. Geraadpleegd van https://www.vlaamse-logos.be/content/speel-op-veilig-1

  • 12

    - Vanuit de leefwereld en de beleving van de kleuters

    Kernwoorden: Poetsen, schoonmaken, hygiëne, samen werken, water, zeep, wassen, schrobben, vuil, proper, drogen, nat, bellen, zon, warmte, peper, sopje, proefje, helpers, keurders, grootste, kleinste, meeste, minste, blauw, geel, …

    o Individueel o In samenwerking met o Overgenomen uit

    Om te onthouden (achteraf in te vullen):

    LESVERLOOP (opbouw + impulsen) Inleiding: Na een lange tijd komen we terug in de klas. Lotta: “Oh vriendjes weten jullie wat ik ook gemist heb?” Kleuters reageren Lotta: “ Het speelgoed van in de klas, nu heb ik er al heel lang niet mee kunnen spelen. Maar nu omdat we heel goed onze handen moeten wassen had ik een idee. Wat vinden jullie ervan dat we samen ons speelgoed nu eens zouden wassen? Want ik heb eens gezien dat er op speelgoed ook heel veel vieze dingentjes zitten die wij niet kunnen zien.” Kleuters reageren Lotta: “Weten jullie eigenlijk waarom we onze handen vaak moeten wassen met zeep?” Kleuters reageren Lotta: “Ik heb een filmpje gevonden waarom dat zeep heel belangrijk is. Kijken jullie mee?” (dit filmpje vindt u bij de bronnen) Kleuters reageren Het volgende experiment laat kinderen zien hoe handen wassen met zeep het virus van hun handen kan verwijderen. De juf kan hierbij uitleg geven dat de peper het virus is wat zich op hun handen verspreid. De juf laat zien hoe de gemalen peper van hun vinger weg beweegt zodra ze er wat zeep op doen. Dat is precies hoe het virus van je handen verdwijnt wanneer je je handen wast. Zeep is dus eigenlijk je beste vriend en je helper!

  • 13

    Impulsen na het filmpje:

    - Wauw, hebben jullie dat gezien? - Wat gebeurde er met het water alleen? - Wat gebeurde er met de zeep erbij? - Hoe verdween de peper? - Zou dat ook zijn met de kleine dingentjes op onze handen die we niet kunnen zien? - Hoe zou dat heten? - Bacteriën ja helemaal juist, kunnen we deze zien met onze ogen? - Hoe zouden we deze kunnen zien? - Zullen we het proefje ook eens proberen? - …

    Juf: “Wie heeft er goed gezien? Wat hebben we allemaal nodig?” Kleuters reageren (bord met water, zeep en peper) Nu kunnen we het eens zelf proberen. De kleuters experimenteren zelf met dit proefje. Impulsen:

    - Wie wil er beginnen? - Hoe heb je dat gedaan? - Wat gebeurde er? - Met wat ging de peper aan de kant? - Vond je het leuk? - Wauw! Wat gebeurde er? - Wanneer werkt het niet zo goed? - Verder ingaan op wat de kleuters vertellen. - …

    Juf: “Wat mogen we niet vergeten als we onze handen wassen?” Kleuters reageren (zeep) Juf: “Heel goed, wat een leuk proefje dat Lotta gevonden had. Maar als dat met onze handen werkt zal dat dan ook met speelgoed werken? Zullen we eens testen of dat we ons speelgoed ook goed proper kunnen maken?” Midden: Juf: “Hoe beginnen we er nu het beste aan?” Kleuters reageren Ingaan op wat de kleuters zeggen. Vul samen de bakken met water, “maar wat moest er nu nog bij om het echt schoon te krijgen?” Kleuters reageren U kan de kleuters ook opdrachten geven om het water te vullen: vul het water tot aan het streepje, vul het water tot boven het streepje, vul de bak met water tot het bijna vol is, … De kleuters wassen het speelgoed. Ze mogen zelf kiezen met wat ze beginnen. Ook mogen ze kiezen wat ze nemen om het speelgoed proper te krijgen. Ze moeten goed kijken wat het beste werkt om het speelgoed proper te krijgen. De juf zingt tijdens het speelgoed wassen een liedje. Het liedje is gebaseerd op de melodie van ‘Broeder Jacob’. De kleuters kunnen dit nadien samen met de juf zingen tijdens het speelgoed wassen.

  • 14

    Impulsen:

    - Wat gaan we eerst wassen? - Hoe voelt het water? - Hoe kunnen we bellen maken? - Kan je de bak eens vullen tot aan het streepje? - Wat zullen we gebruiken voor de blokken? - Oei, ik krijg mijn auto niet helemaal proper, wie kan me helpen? - Wat kan ik het beste gebruiken voor mijn kleine blok proper te maken? - Wat is het grootste, de auto of de vrachtwagen? - Wie kan eens iets blauws zoeken om te wassen? - Heb je ook speelgoed gevonden dat geel ziet? - Wat is het kleinste, de pop of het blokje? - Van wat hebben we al het meeste gewassen? - Van wat hebben we het minste gewassen? - In welke bak zit het meeste water? - Hoe kan ik best groot materiaal poesten? - Hoe kan ik best klein materiaal poesten? - Kan je de auto’s eens van groot naar klein leggen? - Kan jij een toren maken met de blokken van hoog naar laag? - Wat werkt het beste om ons speelgoed proper te krijgen? - Ingaan op wat de kleuters zeggen. - …

    Juf: “Nu dat ons speelgoed gewassen is moet het ook droog worden. Hoe gaan we dat doen? Heeft iemand een idee?” Kleuters reageren De juf gaat in op wat de kleuters zeggen/aangeven. De juf laat de kleuters dit zelf proberen. Zo kunnen ze ontdekken wat er wel of niet werkt. Juf: “Je mag kiezen wat je gebruikt om het speelgoed te drogen. Op de tafel liggen allemaal mogelijke materialen om het speelgoed op te drogen. Maar als je zelf een idee hebt hoe het beter kan drogen mag je het altijd vertellen en zullen we dat samen eens proberen.”

  • 15

    Slot: De kleuters sorteren samen met de juf het speelgoed. De juf duidt 1 of 2 keurders aan deze kijken of dat al het speelgoed goed gewassen en afgedroogd is en natuurlijk dat dit op de juiste plaats ligt. Impulsen:

    - Wie wil helpen om alles goed na te kijken? - Waar moet deze blok? - Oh wie kan mij eens helpen waar moet deze auto? - Mogen al de poppen samen? - Is alles goed droog? - Keurders doen ze het goed? - Poesten jullie thuis soms ook? - Wat vond je het leukste om te poesten? - Wat vond je moeilijk om te poesten? - Zou alles nu goed proper zijn? - Oei, dit is nog vuil dit kan nog niet in de propere bak. - …

    Nadien zingen we samen het liedje van het speelgoed wassen. Bij het liedje kan de juf ook bewegingen doen:

    - ‘Speelgoed wassen, speelgoed wassen’ à in je handen wrijven - ‘Schrop je mee? Schrop je mee?’ à Heel hard in je handen wrijven - ‘Door het water plenzen, door het water plenzen’ à met je handen naar beneden ‘duwen’ - ‘Joepie jeeej joepie jeej’ à handen boven je hoofd en zwaaien

    Nadien mag een kleuter de bewegingen kiezen en we doen dit allemaal samen na.

  • 16

    3 Verwerkingsactiviteit: Samen een vriendboek maken

    Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs

    Thomas More| Lepelstraat 2 | 2290

    Vorselaar

    Voorbereiding begeleide activiteit à Samen een vriendenboek maken

    Naam van de student: Sidney Muyllaert Locatie: Rode klas School: De knipoog Leeftijd: 3- jarigen Naam mentor: Ingrid Van Doninck Lespakket – Covid 19 VOORBLAD Titel (aard van de activiteit, thema): Thema: Covid-19 Themalijn: Wat heb ik je zooooo gemist! Activiteit: Samen een vriendenboek maken Beginsituatie: Hoe ga je concreet rekening houden met de beginsituatie bij deze activiteit/dit aanbod? De kleuters zijn 3 tot 4 jaar oud en zitten in de rode klas. Ze komen na een lange tijd weer terug in de klas na de lockdown. Ze hebben iedereen voor een lange tijd moeten missen en zullen blij zijn dat ze elkaar terug kunnen zien. Joepie, eindelijk kunnen we elkaar terug zien. Vanuit de observaties die ik voor deze periode verzameld had. Viel het me op dat de kleuters wel al vrienden begonnen maken of al vriendjes hebben in de klas. Samen spelen is soms nog wel wat moeilijker. Daarom wil ik graag aan de verbondenheid werken tussen de kleuters onderling in de volledige groep. Ook rond vriendschap wil ik zeker werken, omdat ze iedereen gemist hebben in de moeilijke periode. Zo wil ik een vriendenboek maken van de rode klas. Dit boek kan dan geplaatst worden in een hoek die de kleuters zelf aangeven. Zo kunnen de kleuters samen bekijken dat we één groep zijn net zoals onze vriendenboek één boek is. Differentiatie (verplicht vanaf semester 3):

    - Differentiatie in het verloop - Differentiatie in de opdrachten - Differentiatie in het materialen - Differentiatie niveau, iedereen kan op zijn/haar eigen niveau werken - Differentiatie in tempo, iedereen kan werken op zijn/haar eigen tempo al dan niet met

    hulp van de juf

    Algemene doelstellingen: LOD-SOV-01.04 De leerlingen kunnen respect en waardering opbrengen in omgang met anderen. De kleuters kunnen respect en waardering voor elkaar opbrengen bij het bekijken en het maken van de vriendenboek. DB-WO-MEN-02.10 spontaan en respectvol omgaan met anderen. De kleuters kunnen op een spontane en respectvolle manier omgaan met elkaar. Ze kunnen samen de vriendenboek bekijken en spontaan erover vertellen. DB-WO-MEN-03.03 samenwerken om een bepaald doel te bereiken. De kleuters kunnen samenwerken om het vriendenboek vorm te geven. Organisatie: Voorbereidend werk voor thuis:

    - In de handleiding onder ‘Samen een vriendenboek maken’ vindt u de lege sjablonen terug, zowel voor de kleuters alsook voor de juf. Dit kan u best dubbelzijdig afdrukken, zo heeft elk kind zijn/haar eigen papier.

    Lespakket – Covid 19

  • 17

    - Zorg ervoor dat je het sjabloon van de kleuters afdrukt naar het aantal kleuters. - In de handleiding onder ‘Samen een vriendenboek maken’ vindt u het liedblaadje ‘Vrolijke

    vrienden’. Dit kan u afdrukken voor deze activiteit. - In de handleiding onder ‘Samen een vriendenboek maken’ vindt u het stappenplan van

    Jules die zijn handen wast terug. Dit kan u afdrukken en als u ervoor kiest om dit te lamineren is dit handig. Zo kan het niet beschadigd geraken als de kleuters hun handen wassen.

    - In de handleiding onder ‘Samen een vriendenboek maken’ vindt u de versie van juf Sidney terug. Dit kan je ook best dubbelzijdig afdrukken.

    Voorbereidend werk op school net voor:

    - Hang het stappenplan van Jules op ooghoogte van de kleuters aan de gootsteen op. - Zorg ervoor dat de knutseltafel vrij is.

    Tijdens de activiteit:

    - De kleuters luisteren naar de juf. - De kleuters mogen zelf het materiaal nemen dat ze nodig hebben. - Dit gebeurt aan de knutseltafel - De kleuters maken hun eigen pagina van het vriendenboek. - Deze activiteit kan nadien doorgaan in een hoek.

    Afspraken:

    - Je blijft op de bank zitten - Iedereen mag antwoorden - Het materiaal blijft op de tafel liggen. - Je hebt respect voor het materiaal. - Je neemt zelf het materiaal wat je nodig hebt. - We delen het materiaal met elkaar. - We helpen elkaar. - Er kunnen 4 tot 6 kleuters per keer werken aan deze activiteit. - We maken eerst de voorkant en dan de achterkant. Anders gaat onze handafdruk niet zo

    goed lukken. - Als kleuters zelf nog goede afspraken weten mogen ze dit ook meedelen.

    Materiaal:

    - Invulblaadjes: kleuters en natuurlijk één voor de juf. Deze vindt u in de handleiding onder ‘Samen een vriendenboek maken’.

    - Verf - Penselen - Droogrek - Gootsteen - Zeep + water - Schortjes - Kleurtjes - Verzamelbakje voor al de gemaakte papieren - Camera - Spiegel - Kaft met insteek mapjes voor ons vriendenboek vorm te geven - Als u een instrument kan spelen mag dit een instrument zijn naar keuze voor tijdens het

    liedje te bespelen. - Afgeprinte versie van juf Sidney

  • 18

    Bronnen:

    - Zelf verzonnen - Vanuit observaties en de beleving van de kleuters - Liedje gebaseerd op ‘Vrolijke vrienden’ maar eigen tekst in gebracht - Handen wassen: Stappenplan - handen wassen met Jules . (z.d.). Geraadpleegd op 19

    april 2020, van https://nl.pinterest.com/pin/570690584035836731/ - Foto op het liedblaadje: Vrienden. (z.d.). [Foto]. Geraadpleegd van

    http://lombartjes.blogspot.com/2010/09/terug-naar-school.html

    Kernwoorden: Vriendenboek, vrienden, samen zijn, één groep, vrolijke vrienden, tekenen, jonge, meisje, lievelingskleur, rood, blauw, geel, groen, paars, roos, ik hou van, hoeveel jaar, één, twee, drie, vier, kleur ogen, bruin, groen, grijs, handafdruk, drogen, …

    o Individueel o In samenwerking met o Overgenomen uit

    Om te onthouden (achteraf in te vullen):

  • 19

    LESVERLOOP (opbouw + impulsen) Inleiding: De kleuters komen in de klas na een lange tijd thuis gezeten te hebben. We zitten allemaal gezellig samen in de kring, als één hechte groep. De juf zingt een liedje over vrolijke vrienden. Nadien zingen de kleuters samen mee met de juf. Juf: “Kijk eens wat ik hier heb, ik heb iets bij wat vrienden wel eens doen. Wie kan mij vertellen wat je ziet op dit papier?” (sjabloon vriendenboek) Kleuters reageren Juf: “Wie zou weten wat we met dit papier moeten doen?” Kleuters reageren Juf: “Ja heel goed, we moeten dit invullen. Maar wat zou dit dan worden?” Kleuters reageren Juf: “Heel goed, dat wordt een vriendenboek met al onze vrienden van onze klas erin. Wie heeft er zin om ermee aan te beginnen?” Kleuters reageren Juf: “Laat ons dan maar ineens beginnen!” Midden: De kleuters mogen zelf het materiaal nemen dat ze nodig hebben. Als ze alles hebben mogen ze aan het vriendenboek beginnen. De kleuters vullen het vriendenboek zelf in. De kleuters kunnen vragen stellen aan de juf.

  • 20

    Opdrachten:

    1. De kleuters moeten evenveel kronen tekenen, als hoeveel jaar ze zijn. 2. In de kader moet een foto van de kleuter komen.

    Hier zijn verschillende mogelijkheden voor: - De juf neemt een foto van elke kleuter. - De kleuters nemen een foto van elkaar. - Indien het niet mogelijk is van een camera te gebruiken. Kunnen de kleuters ook zichzelf

    tekenen in het vakje. Dit mag u zelf kiezen wat u het beste vindt. 3. De kleuters moeten aanduiden welk geslacht ze zijn. Dit kunnen ze dan kleuren. 4. De kleuters moeten de verfpot in hun lievelingskleur inkleuren. 5. De kleuters moeten in het hartje tekenen van wat zij het meeste houden. 6. De kleuters moeten in de spiegel gaan kijken wat voor kleur ogen ze hebben. Als ze goed

    gekeken hebben, kunnen ze de ogen in de juiste kleur inkleuren. 7. De kleuters moeten een handafdruk maken. Dit kunnen ze doen door eerst een schort

    aan te doen en hun hand zelf te verven. Nadien kunnen ze hun geverfde hand op het papier drukken. (hier is misschien wel de hulp van de juf nodig)

    8. Nadien moeten ze het papier te drogen gaan leggen en ook hun handen gaan wassen. Als het droog is wordt het verzameld in het verzamelbakje.

    1 2 3 4

    5 6 7 8

    Impulsen:

    - Hier mag je aanduiden: hoeveel jaar je bent, een jongen of een meisje bent, wat je lievelingskleur is, welke kleur je ogen hebben.

    - Hier moet je je handafdruk zetten. - Hoeveel jaar ben jij? - Kan je op je vingers tonen hoeveel jaar jij bent? - Ben je ‘X’ jaar? - Wat is je lievelingskleur? - Welke kleur heb je nodig? - Mag ik er ook één maken? - Je mag dat inkleuren. - Welke kleur ogen heb jij? - Ga maar in de spiegel kijken welke kleur ogen jij hebt.

  • 21

    - Vraag eens aan je buur welke kleur ogen jij hebt? - Nu ben je helemaal klaar! - Goed gedaan. - Je mag het papier in het droogrek gaan leggen. - Je mag je handen gaan wassen. - ….

    De kleuters leren ook hun handen goed te wassen bij deze activiteit. Na onze hand afdruk hangt één hand vol verf. Deze moeten we dan wassen, maar daar hebben we onze beide handen voor nodig. Als je in je beide handen wrijft, dan hangen je beide handen opeens vol verf, oei! Dan moeten we onze handen erg goed wassen om al de verf eraf te krijgen. Dit kan met het volgen van het stappenplan:

    Juf: “Zo onze handen zijn goed gewassen. Dat is erg belangrijk, goed zo!” Slot: Als alles droog is neemt de juf het verzamelbakje en zet dit in het midden van de kring. De juf haalt één voor één de ingevulde papieren eruit. Dit bespreekt ze dan samen met de kleuters. Impulsen:

    - Van wie is deze? - Van wat houdt hij/zij? - Wie kan mij eens vertellen hoe oud ‘X’ is? - Wat is zijn/haar lievelingskleur? - Wie heeft er blauwe ogen? - Zijn wij allemaal even oud? - Zien al onze handen er hetzelfde uit? - Zullen we het samen in onze boek stoppen? - Ingaan op wat de kleuters aanbrengen. - …

  • 22

    Juf: “Oh kijk eens van wie ik er ook ééntje heb gekregen! Wie kan mij vertellen wie dat is?” Kleuters reageren Juf: “Ja heel goed, van juf Sidney zullen we ze ook bij in onze vriendenboek stoppen?” Kleuters reageren Juf: “Wat een mooi vriendenboek hebben wij nu! Ik ben er echt trots op, één boek van al onze vrienden van de rode klas. Waar zouden we ons vriendenboek leggen? Waar zouden jullie het liefste hebben waar deze komt te liggen? Zo kunnen jullie er altijd alleen of samen met een vriendje in gaan kijken.”

  • 23

    4 Verwerkingsactiviteit: Postkaarten maken

    Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs

    Thomas More| Lepelstraat 2 | 2290

    Vorselaar

    Voorbereiding begeleide activiteit: Postkaarten maken

    Naam van de student: Sidney Muyllaert Locatie: Rode klas School: De knipoog Leeftijd: 3- jarigen Naam mentor: Ingrid Van Doninck Lespakket – Covid 19

    VOORBLAD

    Titel (aard van de activiteit, thema): Thema: Covid-19 Themalijn: Wat heb ik je zooooo gemist! Activiteit: Postkaarten maken voor iedereen die we gemist hebben Beginsituatie: Hoe ga je concreet rekening houden met de beginsituatie bij deze activiteit/dit aanbod? De kleuters zijn 3 tot 4 jaar oud en zitten in de rode klas. Ze komen na een lange tijd weer terug in de klas na de lockdown. Ze hebben iedereen voor een lange tijd moeten missen en zullen blij zijn dat ze elkaar terug kunnen zien. De kleuters zullen misschien ook al eens een postkaart ontvangen hebben of zelf opgestuurd hebben. Vanuit de observaties die ik voor deze periode verzameld had. Had ik opgemerkt dat de kleuters heel graag beeldend aan de slag gaan. Als er in de knutselhoek een aanbod aanwezig is, is deze hoek enorm populair. Deze hoek wil ik dan graag in de kijker zetten door een aanbod te voorzien. Omdat we iedereen zo hard hebben moeten missen kunnen de kleuters een postkaart maken. Deze kunnen ze dan achteraf samen opsturen of afgeven. De kleuters mogen zelf kiezen voor wie en hoe ze een postkaart willen maken. Differentiatie (verplicht vanaf semester 3):

    - Differentiatie in het verloop - De kleuters kunnen kiezen zelf hoe ze aan de slag gaan - De kleuters kunnen zelf hun materialen kiezen - De kleuters kiezen materialen dat bij hun gevoel past - De kleuters kunnen alleen of met behulp van de juf aan de slag. - De kleuters kunnen op hun eigen tempo/niveau werken.

    Doelstellingen: LOD-LL-HOT-05.01 De leerlingen kunnen op hun niveau leren met nauwkeurigheid, efficiëntie, wil tot zelfstandigheid, voldoende zelfvertrouwen, houding van openheid en kritische zin. De kleuters kunnen elks op hun eigen niveau zelfstandig aan de slag. Ze kunnen met een open houding en kritische zin aan hun eigen postkaart werken. DB-MV-BLD-04.02 praten over het eigen werk en hoe het werd gemaakt. De kleuters kunnen achteraf in gesprek gaan en vertellen over hun eigen werk. Hoe ze aan de slag zijn gegaan om hun postkaart vorm te geven. DB-MV-BLD-03.06 plezier en voldoening vinden in het beeldend vormgeven. De kleuters kunnen voldoening vinden om hun eigen postkaart beeldend vorm te geven. LOD-SOV-01.01 De leerlingen kunnen zorg opbrengen voor iets of iemand. De kleuters kunnen zorg opbrengen voor de personen die ze gemist hebben.

    Lespakket – Covid 19

  • 24

    Organisatie: Voorbereidend werk voor thuis:

    - In de handleiding onder ‘Samen een vriendenboek maken’ vindt u het stappenplan van Jules die zijn handen wast terug. Dit kan u afdrukken en als u ervoor kiest om dit te lamineren is dit handig. Zo kan het niet beschadigd geraken als de kleuters hun handen wassen.

    Voorbereidend werk op school net voor:

    - Hang het stappenplan van Jules op ooghoogte van de kleuters aan de gootsteen op. - Zorg ervoor dat de knutseltafel vrij is.

    Tijdens de activiteit:

    - Inleiding: Dialoog met de postbode en Lotta. - Midden: De kleuters mogen zelf het materiaal nemen dat ze nodig hebben. - Dit gebeurt aan de knutseltafel. - Slot: De kleuters gaan samen met de juf op uitstap naar de postbus of nemen dit mee

    naar huis om later zelf af te geven.

    Afspraken:

    - Iedereen mag deelnemen. - Er kunnen 4-6 kleuters per keer deelnemen aan deze activiteit. - We dragen een schort tijdens het beeldend werken. - Nadien wassen we onze handen.

    Materiaal: Inleiding:

    - Verkleedkledij postbode - Lege postkaart

    Midden:

    - A6 of een A4 in 4 geknipt - Schortjes - Penselen - Verf - Water - Kleurtjes - Materiaal wat de kinderen zelf aanbrengen

    Als u verschillende technieken wilt aanbieden zodat de kleuters veel keuze hebben, dan kan u best deze materialen voorzien: Textuurverven

    - Lijm - Verschillend materiaal

    Bellenblazen met verf

    - Afwasmiddel - Rietje

    Papierbatik

    - Waskrijt

  • 25

    - Ecoline

    Stempelen

    - Verschillend materiaal om te stempelen - Ecoline/plakkaatverf - Ondiep bakje

    Spiegeldruk

    - Spiegel zonder rand - Stiften op waterbasis - Plantenspuit

    Scheerschuim met verf

    - Scheerschuim

    Slot:

    - Stappenplan handen wassen - Je kan vragen dat de kinderen elks een postzegel, enveloppe en het adres naar waar de

    postkaart moet meebrengen naar de school.

    Bronnen:

    - Vanuit observaties - Techniekenboek – E. Decock & C. Heylen - Handen wassen: Stappenplan - handen wassen met Jules . (z.d.). Geraadpleegd op 19

    april 2020, van https://nl.pinterest.com/pin/570690584035836731/ - Vanuit de leefwereld en de beleving van de kleuters

    Kernwoorden: Postkaart, missen, graag zien, post, tekenen, knutselen, beeldend aan de slag, rood, geel, groen, blauw, zand, scheerschuim, verf, penselen, schortjes, waskrijt, kiezen, ecoline, bellen, blazen, kleuren, post, postbode, opsturen, verzenden, Lotta, stempelen, zoeken, …

    o Individueel o In samenwerking met o Overgenomen uit

    Om te onthouden (achteraf in te vullen):

  • 26

    LESVERLOOP (opbouw + impulsen) Inleiding: We zitten allemaal gezellig in de kring. De juf komt verkleed binnen als postbode. Postbode: “Hallo allemaal, Is dit de rode klas? Ik heb een kaartje bij voor Lotta. Is Lotta toevallig in de rode klas vandaag?” Kleuters: reageren Postbode: “Alstublieft Lotta, deze kaart is voor jou.” Lotta: “Dank u wel mevrouw de postbode.” Postbode: “Graag gedaan, nu ga ik verder met mijn ronde. Dag lieve kleuters van de rode klas!” Kleuters: reageren Lotta: “Zullen we het samen open maken?” Kleuters: reageren Lotta: “Oké prima, wie kan mij helpen?” Kleuters: reageren Lotta en de kleuters maken samen het kaartje open. Lotta: “Oh kijk, wat staat erop?” Kleuters: reageren Lotta: “Het is van mijn oma en opa! Wauw dat is super lief! Hebben jullie al eens een kaartje gekregen?” Kleuters: reageren Lotta: “Zullen we ook anders voor al de mensen die we gemist hebben een kaartje maken? Wie wil er graag meedoen?” Kleuters: reageren Midden: Elke kleuter mag een postkaart maken zoals hij/zij het wenst. De kleuters mogen dus zelf kiezen hoe ze aan de slag gaan om hun eigen postkaart vorm te geven. Als hulpmiddel heeft de juf een aantal opties:

    - Textuurverven - Bellenblazen met verf - Papierbatik - Stempelen - Spiegeldruk - Scheerschuim met verf - Gewoon verven - Tekenen - Naar keuze van de kleuters

    Technieken: Textuurverven Basis materiaal:

    - Verf - Lijm - Verschillend materiaal - A6 of een A4 in 4 geknipt - Schortjes - Penselen

    Werkwijze: Zoek verschillende natuurlijke of andere materialen waarmee je aan de slag kan gaan. Meng deze met lijm en verf naar keuze. Breng dit mengsel van lijm + textuur + verf aan op je postkaart.

  • 27

    Bellenblazen met verf Basis materiaal:

    - Verf - Water - Afwasmiddel - Rietje - A6 of een A4 in 4 geknipt - Schortjes

    Werkwijze: Maak het sopje om de bellen te blazen. Blaas de bellen met de verf erin. Als de bellen er zijn dan duw je je postkaart op de gekleurde bellen. Dit kan je doen tot je postkaart klaar is. Papierbatik Basis materiaal:

    - Waskrijt - Ecoline - A6 of een A4 in 4 geknipt - Schortjes - Penselen

    Werkwijze: Maak een tekening met waskrijt op het postkaart. Verf dan met (dikke kwasten) ecoline over de tekening. Dank zij de vettige grondstof van de waskrijtstiften worden de water bevattende verfsoorten afgestoten. Stempelen Basis materiaal:

    - Verschillend materiaal om te stempelen - Verf/ecoline/plakkaatverf - Ondiep bakje - A6 of een A4 in 4 geknipt - Schortjes - Penselen

    Werkwijze: Sop met het stempelmateriaal in de verf. Stempel dan op je postkaart. Dit kan je zoveel doen als je zelf wenst. Spiegeldruk Basis materiaal:

    - Spiegel zonder rand - Stiften op waterbasis - Plantenspuit - Water - A6 of een A4 in 4 geknipt - Schortjes

    Werkwijze: Leg de Spiegel op de tafel. Laat de kleuters met stiften op waterbasis op de spiegel tekenen. Neem de plantenspuit en bevochtig het leeg postkaartje, zowel de voor – als achterzijde. Laat het water even intrekken, maar zorg ervoor dat je geen natte werkplek hebt.

  • 28

    Leg het postkaartje op de spiegel en leg er een extra blad boven op ter bescherming Wrijf zachtjes over het papier en zorg dat je overal bent geweest. Til dan voorzichtig je postkaart op en je postkaart is klaar. Scheerschuim met verf Basis materiaal:

    - Scheerschuim - Verf - A6 of een A4 in 4 geknipt - Schortjes

    Werkwijze: Breng het scheerschuim aan op de tafel. Meng er verf naar keuze in. Teken in het scheerschuim. Duw je postkaart in het getekend scheerschuim tot je postkaart klaar is. Verven Basis materiaal:

    - Verf - A6 of een A4 in 4 geknipt - Schortjes - Penselen

    Tekenen Basis materiaal:

    - Teken materiaal

    Naar keuze à Kleuters mogen vrij kiezen hoe ze aan de slag gaan en wat ze daarvoor nodig hebben. Dit zijn een aantal voorbeelden van mogelijke uitwerkingen. Het is uiteraard aan de kleuters om zelf te kiezen wat ze willen en hoe ze aan de slag gaan. Impulsen:

    - Met welke techniek ga jij aan de slag? - Wat vind je leuk om te maken? - Hoe ga je het aanpakken? - Heb je al een keuze kunnen maken? - Wat ga je kiezen? - Waar zouden we ‘X’ materiaal moeten zoeken? - Wat is jouw lievelingskleur? - Voor wie is jouw postkaart? - Wat heb je allemaal nodig? - Met wat ga je beginnen? - Hoeveel kaartjes ga je maken? - Wie heb jij echt gemist? - Heb jij al eens een kaartje gekregen? - ….

  • 29

    Als de kleuters klaar zijn mogen ze hun postkaart in het droogrek leggen. Nadien moeten ze goed hun handen wassen. Dit kan dankzij het stappenplan: Slot: De juf neemt al de afgewerkte postkaarten mee naar de zithoek. De kleuters mogen vertellen wat ze gemaakt hebben, voor wie ze het gemaakt hebben en hoe ze aan de slag zijn gegaan. Zo kan de juf op de achterkant van het postkaart iets schrijven wat de kleuters zelf willen. Impulsen:

    - Wat heb jij gemaakt? - Hoe ben je aan de slag gegaan? - Lukte het goed? - Wat had je allemaal nodig? - Voor wie heb je deze postkaart gemaakt? - Welke techniek vond jij het leukste? - Hoeveel postkaartjes heb jij gemaakt - Wat lukte het beste voor jou? - Welke heb jij gekozen? - Hoe krijgen we de postkaarten tot de persoon die we erg gemist hebben? - …

    Nadien kunnen ze samen met de juf op uitstap naar de postbus. Zo kunnen ze hun eigen postkaart echt verzenden. Tips voor de uitstap staan vermeld in de handleiding dit vindt u onder ‘activiteit 3: postkaarten maken’. Ze kunnen ook hun postkaarten meenemen naar huis en dit zelf gaan posten of afgeven aan de personen die ze erg gemist hebben.

  • 30

    5 Verwerkingsactiviteit: Samen een gezelschapsspel spelen

    Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs

    Thomas More| Lepelstraat 2 | 2290

    Vorselaar

    Voorbereiding begeleide activiteit: Samen een gezelschapsspel spelen

    Naam van de student: Sidney Muyllaert Locatie: Rode klas School: De knipoog Leeftijd: 3- jarigen Naam mentor: Ingrid Van Doninck Lespakket – Covid 19 VOORBLAD Titel (aard van de activiteit, thema): Thema: Covid-19 Themalijn: Wat heb ik je zooooo gemist! Activiteit: Samen een gezelschapsspel spelen Beginsituatie: Hoe ga je concreet rekening houden met de beginsituatie bij deze activiteit/dit aanbod? De kleuters zijn 3 tot 4 jaar oud en zitten in de rode klas. Ze komen na een lange tijd weer terug in de klas na de lockdown. Ze hebben iedereen voor een lange tijd moeten missen en zullen blij zijn dat ze elkaar terug kunnen zien. Samen een spel spelen is dan eens zo leuk! Vanuit de observaties die ik voor deze periode verzameld had. Viel het mij op dat de kleuters samen spelen toch af en toe moeilijk vonden. Delen is voor sommige kleuters ook nog moeilijk. Doordat ze enige tijd niet meer naar school konden, zal dit ook voor sommige kleuters opnieuw aanpassen worden. Daarom wil ik graag een gezelschapsspel maken. Zodat de kleuters samen spelen, maar ook samen moeten werken en af en toe iets moeten delen met elkaar. Het spel is gebaseerd op de leefwereld van de kleuters. Ze kunnen samenwerken aan een gemeenschappelijk doel: samenwerken tot iedereen gewonnen is! Differentiatie (verplicht vanaf semester 3):

    - Differentiatie niveau, iedereen kan op zijn/haar eigen niveau werken. - Differentiatie in tempo, iedereen kan werken op zijn/haar eigen tempo al dan niet met

    hulp van de juf. - Differentiatie met de grote van de dobbelsteen. - Differentiatie met verschillende spelvariaties . - Differentiatie met of zonder voorbeeld van de puzzel.

    Doelstellingen: DB-WO-MEN-03.03 samenwerken om een bepaald doel te bereiken. De kleuters kunnen samenwerken om het spel te winnen. DB-WO-MEN-03.04 hun beurt afwachten bij activiteiten in groep. De kleuters kunnen hun beurt afwachten bij het spelen van het spel. DB-WO-MEN-03.05 een beperkt aantal regels en afspraken nakomen bij een activiteit of spel. De kleuters kunnen zich aan de regels van het spel houden. DB-WO-MEN-03.09 met hetzelfde materiaal samen spelen. De kleuters kunnen samen met hetzelfde spel spelen. Organisatie: Voorbereidend werk voor thuis:

    - In de handleiding onder ‘Samen een gezelschapsspel spelen’ vindt u het spel terug die u kan afdrukken.

    Lespakket – Covid 19

  • 31

    - De hartjes moeten uitgeknipt worden. - De opdrachten kaarten moeten uitgekipt worden. - Hartjes puzzel + puzzelstukken moeten uitgeknipt worden.

    à U kan heel dit spel lamineren of op hard karton kleven als u dit meerdere keren wilt gebruiken.

    - De kleurendobbensteen kan u uitknippen en in elkaar zetten.

    Voorbereidend werk op school net voor:

    - Zorg dat er een tafel met 4 stoelen vrij is. - Verstop de (16) hartjes in de klas.

    Tijdens de activiteit:

    - Juf legt het spel uit. - Het spel wordt achteraf aan een vrije tafel met 4 kleuters gespeeld. - Als de kleuters nog niet uitgespeeld zijn kunnen ze altijd verder in een hoek dit spel

    spelen.

    Afspraken:

    - We wachten onze beurt af. - Iedereen mag eens een keertje meespelen. - We spelen het met 4 kleuters per keer. - We zijn voorzichtig met het materiaal. - We delen en helpen elkaar. - We luisteren naar elkaar.

    Materiaal:

    - Hartjes in de verschillende kleuren. (Afgedrukte) - Kleurendobbelsteen (Afgedrukte) - Opdrachten kaarten (Afgedrukte) - Hartjes puzzel + puzzelstukken (Afgedrukte)

    à In de handleiding onder ‘Samen een gezelschapsspel spelen’ vindt u het spel terug die u kan afdrukken. à Je kan ook als je dat hebt een echte gekleurde dobbelsteen nemen. à Moest het printen niet lukken, dan kan jij of de kleuters dat ook natuurlijk ook zelf tekenen. Bronnen:

    - Zelf verzonnen - Variatie op het spel: De boomgaard

    Kernwoorden: Hartjes, houden van, missen, oranje, geel, blauw, wit, groen, rood, puzzelen, samen spelen, samen werken, verzamelen, wel, niet, ik hou van, zoeken, …

    o Individueel o In samenwerking met o Overgenomen uit

    Om te onthouden (achteraf in te vullen):

  • 32

    LESVERLOOP (opbouw + impulsen) Inleiding: De kleuters zitten allemaal samen in de zithoek. Juf: “Ik heb een heel leuk spelletje meegebracht vandaag voor jullie, kijk maar! Oei hoe kan dat nu? Waar zijn mijn hartjes? Ik had die toch bij? Heeft iemand van jullie ze gezien?” Kleuters reageren Juf: “Misschien moeten we eens rechtstaan, liggen ze onder ons?” Kleuters reageren (neen) Juf: “Hoe kan dat nu… even denken waar zoude die kunnen zijn. Heeft er iemand van jullie een idee?” Kleuters reageren Juf: “Misschien zijn ze wel gaan waaien in de klas want, de raam staat open. Zullen we anders eens gaan zoeken of dat ze in onze klas liggen? Wie vindt dat een goed idee?” Kleuters reageren De juf gaat samen met de kleuters opzoek naar de verloren hartjes. Na dat de kleuters alle (16) hartjes gevonden hebben gaan we terug samen in de kring zitten. Juf: “Zullen we de hartjes eens tellen? Doen jullie mee?” Juf telt samen met de kleuters de hartjes Juf: “Ik had 16 hartjes, maar hoeveel hartjes hebben we gevonden?” Kleuters reageren Juf: “Helemaal juist, we hebben 16 hartjes gevonden. Dat was net het aantal dat ik nodig had. Nu dat we al onze hartjes gevonden hebben zou ik wel eens graag willen weten van wat jullie houden. Ik ga één hartje laten doorgeven en als je het hartje hebt mag je vertellen van wat of wie jij houdt.” Kleuters en juf doen een klein gesprek aan de hand van een hartje dat doorgegeven wordt. De juf gaat in op wat de kleuters zeggen. Juf: “Super leuk allemaal! Weet je wat we nog met het hartje kunnen doen?” Kleuters reageren Juf: “Een spel, maar niet zomaar een spel. Het is een spel waar je echt samen moet werken. Wie zou er graag eens meespelen? Ik heb nu 4 kindjes nodig en nadien mogen er 4 andere komen tot dat iedereen geweest is, die graag eens een keertje mee speelt.” Midden: Het spel wordt op een tafel gelegd. Nu kunnen we eraan beginnen. Het spel gaat als volgt: Het doel van het spel is om alle hartjes op de opdrachtenkaarten te verzamelen, voordat onze hartendief deze komt terughalen (voordat de hartjes puzzel volledig in elkaar gepuzzeld is). Het spel start wanneer één kind met de kleurendobbelsteen rolt. Er zijn 6 verschillende keuzes waarop de dobbelsteen kan rollen: = Oranje, dit wil zeggen dat het kind 1 oranje hartje op zijn/haar kaart mag leggen. Hier moeten ze goed kijken op welk hartje ze dit leggen er is maar één hartje oranje op elke kaart. = Geel, dit wil zeggen dat het kind 1 geel hartje op zijn/haar kaart mag leggen. Hier moeten ze goed kijken op welk hartje ze dit leggen er is maar één hartje geel op elke kaart. = Blauw, dit wil zeggen dat het kind 1 blauw hartje op zijn/haar kaart mag leggen. Hier moeten ze goed kijken op welk hartje ze dit leggen er is maar één hartje blauw op elke kaart. = Groen, dit wil zeggen dat het kind 1 groen hartje op zijn/haar kaart mag leggen. Hier moeten ze goed kijken op welk hartje ze dit leggen er is maar één hartje groen op elke kaart. = Wit, dit wil zeggen dat het kind een hartje naar keuze mag nemen en dat op het juiste vakje mag leggen.

  • 33

    = Het hartje, dit wil zeggen dat het kind één puzzelstuk mag nemen en dit op de juiste plaats van de puzzel moet leggen. De dobbelsteen wordt kloksgewijs doorgegeven. Als een kind al een bijvoorbeeld: een oranje hartje op zijn/haar kaartje heeft liggen en opnieuw oranje gooit moet hij/zij dat aan een ander kindje geven die de kleur oranje niet heeft. Zo leren we ook met elkaar delen. Als iedereen zijn/haar kaart vol heeft dan zijn we gewonnen! Als de puzzel van het hartje eerst gemaakt is dan zijn we verloren. In dit spel moeten ze echt samenwerken en samen delen. Impulsen:

    - Welke kleur heb jij gegooid? - Wat moet je nu doen? - Oei, ik heb op het hartje gegooid wat moet ik nu doen? - Welke kleur is dit? - Ik heb al een blauwe wat moet ik nu doen? - Oei, het hartje heeft de puzzel kunnen maken.. wat nu? - Hoeveel hartjes heb jij al? - Welke kleur moet jij nog hebben? - Vind je het fijn om samen te spelen? - Wie heeft er nog geen groen hartje? - Alstublieft hier is het groene hartje, ik had deze al. - Joepie! Wij waren eerst en de hartjespuzzel is niet gewonnen! - …

    Variaties:

    - Als het spel te snel gedaan is omdat het hartje te snel in elkaar gepuzzeld wordt, verandert de functie van het witte vakje. In plaats van het kiezen van een hartje mogen de kinderen een puzzelstukje van het hartje afnemen in hun voordeel. Hierdoor is het spel minder snel gedaan als ze vaak het vakje van het hartje gooien.

    - Als alle kaarten vol zijn kunnen we het spel ook andersom spelen. Als je dan rolt en op het blauwe vakje komt kan je een blauw hartje van je kaart halen. Zo kan je dan verder spelen tot alle kaarten leeg zijn.

    - Als de legpuzzel te makkelijk is voor de kleuters kan de juf ook het voorbeeld wegdoen.

    Slot: Het spel kan zolang blijven liggen als er betrokkenheid is van de kleuters. De juf kan wel afsluiten met een vraagrondje:

    - Wat vond je van het spel? - Was het moeilijk om samen te spelen? - Vond je het een gemakkelijk spel? - Zijn jullie als één team kunnen winnen? - Welke kleuren deden er mee in het spel? - Willen jullie het nog een keer spelen? - Wat voor gevoel kreeg je als je moest delen? - Wat gebeurde er als de hartjes puzzel helemaal vol was? - …