Trainershandleiding Ik geloof in jou
-
Upload
vvob-suriname -
Category
Documents
-
view
231 -
download
3
description
Transcript of Trainershandleiding Ik geloof in jou
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 1
TRAINERSHANDLEIDING
Training
Ik geloof in jou!
Leerlinggericht
en
kindvriendelijk onderwijs
oktober 2009
Deze trainershandleiding is ontwikkeld door Levina Schüller-de Lange en Marja Themen-Sliggers in
opdracht van Progress (samenwerkingsverband MINOV-PLOS-VVOB). Opmerking: waar in dit materiaal de
mannelijke vorm (hij of zij) wordt gebruikt, wordt (indien van toepassing) ook de vrouwelijke vorm bedoeld.
Het gebruik van alleen de mannelijke vorm dient slechts de leesbaarheid te bevorderen.
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 2
Inhoudsopgave
Opzet van de training ‘Ik geloof in jou!’ ........................................................................... 3
Programma ..................................................................................................................... 5
Benodigde materialen en opdrachten ................................................................................ 6
Opdracht 1: Opwarming en kennismaking ........................................................................ 8
Opdracht 2: Het boek ‘Ik geloof in jou!’ ........................................................................... 9
Opdracht 3: Uit de districten .......................................................................................... 10
Opdracht 4: Het circuitmodel ......................................................................................... 11
Opdracht 5: Leren… het kan ook anders ......................................................................... 13
Opdracht 6: Wat we 24 uur later nog weten … ............................................................... 14
Opdracht 7: Samenwerkend leren ................................................................................... 15
Opdracht 8.1: Het maken van een actieplan voor de schoolgebonden training ‘Ik geloof in
jou!’. ............................................................................................................................ 16
Opdracht 8.2: Schoolontwikkeling ................................................................................. 17
Opdracht 9 Debat .......................................................................................................... 19
Bijlage 1 Naamdicht ...................................................................................................... 20
Bijlage 2 Mogelijke stellingen voor het debat ................................................................. 21
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 3
Opzet van de training ‘Ik geloof in jou!’
Algemeen De training gaat in op de thema’s die in het boek ‘Ik geloof in jou!’ aan de orde komen.
Centraal staat kennismaken met belangrijke (onderwijskundige) ideeën die in het boek
staan en met het samen zoeken naar antwoorden op de vraag: ‘Wat kan het boek betekenen
voor mijn huidige en toekomstige werkzaamheden?’
Doelgroepen
In eerste instantie worden van iedere GLO-school drie personen getraind, namelijk het
schoolhoofd, een leerkracht uit de onderbouw en een leerkracht uit de bovenbouw. Dit
drietal wordt ook wel het vernieuwingsteam (VT) genoemd. De bedoeling is dat het VT de
training die ze gevolgd hebben voor het eigen (gehele) schoolteam verzorgt.
Doelstellingen
Na afloop van de training:
♦ hebben de deelnemers inzicht in de opbouw van het boek
‘Ik geloof in jou!’;
♦ kunnen de deelnemers geïnspireerd gebruik maken van het boek;
♦ hebben de deelnemers kennis gemaakt met belangrijke zienswijzen op
onderwijs en ideeën over onderwijsvernieuwing uit het boek;
♦ ondersteunen de deelnemers nog meer het belang van leerlinggericht en
kindvriendelijk onderwijs;
♦ zijn de deelnemers zich ervan bewust dat het realiseren van ‘het nieuwe leren‘
zowel een gezamenlijke als een individuele verantwoordelijkheid is;
♦ kunnen de deelnemers een duidelijk verband leggen tussen de inhoud en de
realisatiemogelijkheden van het boek in hun school;
♦ is het VT bereid en in staat een training ‘Ik geloof in jou’ te houden;
♦ is het VT bereid en in staat om in samenwerking met hun schoolteam een of meer
activerende werkvormen toe te passen in de klas.
Training De training beslaat een dagdeel van vijf uur.
Tijdens het eerste gedeelte van de dag besteedt u aandacht aan de introductie, het
ontstaansproces en de opbouw van het boek. Daarna gaat u in op thema’s en
(onderwijs)concepten uit het boek aan de hand van verschillende didactische werkvormen.
Tot slot begeleidt u de deelnemers op weg naar het maken van een actieplan om aan de
vernieuwingen te beginnen. Afhankelijk van de doelgroep bepaalt u het onderwerp waar het
actieplan over gaat.
Let op:
♦ op de training voor VT’s wordt per school het actieplan voor de schoolgebonden
training gemaakt (opdracht 8.1)
♦ op de schoolgebonden trainig wordt per bouw een actieplan gemaakt voor de
invoering van onderwijsvernieuwing in de klas (opdracht 8.1 wordt op de
schoolgebonden training vervangen door opdracht 8.2)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 4
Voorbereiding facilitator
♦ Verzamel tijdig de benodigde informatiebronnen (achtergrondinformatie) om te
bestuderen, en materialen om mee te nemen naar de bijeenkomst.
♦ Bestudeer het boek ‘Ik geloof in jou!’
♦ Bestudeer de handleiding in samenhang met het deelnemersmateriaal, de
praktijkboekjes en de benodigde materialen, zodat u flexibel kunt omgaan met de
verschillende onderdelen.
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 5
Programma
07.30 - 07.55 uur
07.55 - 08.00 uur
Inloop met koffie
Vlaggenparade (als de training op school plaatsvindt)
08.00 - 08.15 uur
08.15 - 08.25 uur
Welkom
Toelichting op het programma en de doelen
Opdracht 1. Opwarming
08.25 - 08.45 uur
08.45 - 09.10 uur
09.10 - 09.25 uur
09.25 - 11.15 uur
Opdracht 2. Het boek ‘Ik geloof in jou!’
Opdracht 3. Uit de districten
Pauze
Opdracht 4. Circuitmodel (uitleg over dit model; 10 minuten)
Opdracht 5. Leren… het kan ook anders (25 minuten)
Opdracht 6. Wat we 24 uur later nog weten (25 minuten)
Opdracht 7. Samenwerkend leren (25 minuten)
11.15-11.30 uur Pauze
11.30-12.30 uur Opdracht 8.1 Actieplan
Het maken van een actieplan voor de schoolgebonden training
(opdracht 8.1 vervalt bij de schoolgebonden training)
Opdracht 8.2 Schoolontwikkeling
Voorbereiden van het starten met een onderwijsverandering in de
klas, het toepassen van een gekozen verandering, samen met
collega’s de ervaringen met de verandering bespreken.
12.30-12.55 uur Opdracht 9. Debat
Argumenten bedenken en naar voren brengen over prikkelende
stellingen die betrekking hebben op onderwijsvernieuwing.
12.55-13.00 uur Evaluatie en sluiting
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 6
Benodigde materialen en opdrachten
♦ Het boek ‘Ik geloof in jou!’
♦ Trainershandleiding
♦ Deelnemersmateriaal
♦ Presentielijst en pen
♦ Naamkaarten
♦ Boekenleggers
♦ Kaarten met quotes uit de interviews
♦ Informatiekaart bij opdracht 5
♦ Informatiekaart bij opdracht 6
♦ Kaarten met rollen bij opdracht 7
♦ Opdrachtkaarten bij circuitmodel
♦ Dikke gekleurde viltstiften (stuk of tien)
♦ Dunne gekleurde viltstiften (stuk of tien)
♦ Flapover, flappen
♦ A- 4 papier
♦ A- 3 papier
♦ Vier voorgedrukte actieplannen A-3
♦ Twintig voorgedrukte actieplannen A-4
♦ Lijm
♦ Papieren plakband
♦ Schaar
♦ Praktijkboekje ‘In de klas: dààr gebeurt het’
♦ Praktijkboekje ‘Ook een school leert’
Overzicht van opdrachten:
♦ Opdracht 1 Opwarming
♦ Opdracht 2 Boek ‘Ik geloof in jou’
♦ Opdracht 3 Uit de districten
♦ Opdracht 4 Circuitmodel
♦ Opdracht 5 Leren…het kan ook anders
♦ Opdracht 6 Wat we 24 uur later nog weten
♦ Opdracht 7 Samenwerkend leren
♦ Opdracht 8.1 Maken van een actieplan voor de schoolgebonden training
♦ Opdracht 8.2 Schoolontwikkeling
♦ Opdracht 9 Debat
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 7
Draaiboek
Voorafgaand aan de training
Tijd: 07.00 - 07.30 (30 minuten)
U maakt met de medewerkers van de trainingsruimte afspraken over koffie/thee/fris,
snacks, lunch en pauzetijden. U controleert de opstelling van de zaal: tafels en stoelen in
groepen voor 4 tot 6 deelnemers, opstelling visgraat.
U controleert of de benodigde materialen aanwezig zijn.
U legt op elke tafel het benodigde aantal deelnemersmateriaal, praktijkboekjes,
boekenleggers, naamkaarten en twee stiften.
Belangrijk: zorg ervoor dat de trainingsruimte er aantrekkelijk en sfeervol uitziet, met
materiaal dat de deelnemers stimuleert.
Inloop met koffie en thee
Tijd: 07.30 – 08.00
Welkom
Tijd: 08.00 - 08.15
♦ Toelichting programma en doelen. U verwelkomt de deelnemers, vraagt de presentielijst
in te vullen en de voornaam, achternaam en functie op de naamkaart te noteren met stift.
♦ U geeft de nodige huishoudelijke informatie (pauzes, koffie- en theegebruik).
♦ U geeft aan wat de doelen van de bijeenkomst zijn en schetst hoe het programma er uit
ziet. (blz. 3 Trainershandleiding)
♦ U vertelt over het waarom, de aanpak en de uitgangspunten van de bijeenkomst zoals
vermeld onder ‘Opzet van de training’. (blz. 3 Trainershandleiding)
♦ U geeft aan dat het de bedoeling is dat de VT’s in hun eigen school een zelfde training
gaan geven, als de training waaraan zij nu gaan deelnemen.
♦ U geeft aan dat na afloop het deelnemersmateriaal gebruikt zal worden voor de
schoolgebonden training.
♦ U vertelt dat al het deelnemersmateriaal in de training aan de orde komt.
♦ U geeft aan dat de school materiaal krijgt dat in de klas en op school kan worden
gebruikt: een praktijkboekje met beschrijvingen van mogelijke opdrachten voor
leerlingen (‘In de klas: dáár gebeurt het’) en een praktijkboekje met tips voor
leerkrachten betreffende het uitwisselen van ervaringen met een vernieuwingsactiviteit.
(‘Ook een school leert’)
♦ U geeft aan dat elk vernieuwingsteam het deelnemersmateriaal, praktijkboekjes en
overige benodigdheden meekrijgt voor het verzorgen van de schoolgebonden training.
♦ U vraagt of er nog ’brandende’ vragen zijn over de bijeenkomst en begint met de
opwarmopdracht.
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 8
Opdracht 1: Opwarming en kennismaking
Doelen
♦ Samen beleven wat de betekenis is van de woorden. ‘Ik geloof in jou!’.
♦ Het aanstippen van het belang van het ontwikkelen van een positief zelfbeeld.
Werkwijze
Plenair:
U geeft uitleg over de opdracht en over de invloed van een positief zelfbeeld op het leveren
van prestaties.
Tweetallen:
U laat de deelnemers tweetallen vormen met iemand die ze nog niet zo goed kennen, bij
voorkeur van een andere school.
U geeft de tweetallen de opdracht zoals beschreven in het deelnemersmateriaal bij
opdracht 1.
Plenair:
U rondt de opdracht af door te vragen welke deelnemers iets willen delen van wat net in het
tweetal besproken is. U geeft een reactie op hetgeen de deelnemers inbrengen en zorgt voor
een samenvatting.
Materiaal: Deelnemersmateriaal: opdracht 1
Tijd: 08.15 - 08.25 (10 minuten)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 9
Opdracht 2: Het boek ‘Ik geloof in jou!’
Doel
Zicht krijgen op:
♦ De totstandkoming van het boek ‘Ik geloof in jou’
♦ De inhoud en de structuur van het boek
♦ Het centrale idee: leer-kracht en leerkracht
Werkwijze
Plenair:
♦ U vertelt de deelnemers wat het doel van de opdracht is en u geeft een korte
toelichting op het centrale idee: : leer-kracht en leerkracht
♦ U vraagt de deelnemers het boek voor zich te nemen en het deelnemersmateriaal
opdracht 2.
♦ U geeft aan dat de deelnemers in tweetallen of per VT het boek door gaan nemen
aan de hand van vijf aandachtspunten.
Groepen:
♦ U verdeelt de groep in subgroepen en verwijst de deelnemers naar opdracht 2 in het
deelnemersmateriaal.
♦ U laat de deelnemers per groep met elkaar het boek ‘ Ik geloof in jou’ bespreken met
behulp van de aandachtspunten en de toelichting per aandachtspunt uit het
deelnemersmateriaal. De deelnemers mogen zelf de volgorde bepalen.
De vijf aandachtspunten zijn:
♦ Draagvlak en totstandkoming
♦ Het centrale idee: leer-kracht en leerkracht
♦ Uit de districten
♦ Opbouw hoofdstukken
♦ Bloem als symbool
Plenair:
U vraagt een of twee deelnemers voor een
korte presentatie.
Materiaal
♦ Deelnemersmateriaal: opdracht 2
♦ Boek ‘Ik geloof in jou!’
Tijd
08.25 - 08.45 (20 minuten)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 10
Opdracht 3: Uit de districten
Doel
Het leren kennen van de uitspraken van verschillende
Surinamers uit verschillende districten en van de vijftien
bekende geïnterviewden.
Werkwijze
Groepen:
♦ U verdeelt de groep in 6 subgroepen en verwijst de
deelnemers naar opdracht 3 in het deelnemersmateriaal.
♦ Elke subgroep werkt met een hoofdstuk uit het boek.
♦ Laat de deelnemers per groep bepalen, welke uitspraak
uit de districten het beste de essentie van het hoofdstuk weergeeft en tegelijk voor
hen het meest pakkend is.
♦ De groep schrijft de uitspraak (eventueel verkort) op een flap.
Plenair:
♦ De deelnemers staan bij de flappen. Per groep wijst u ter plekke een groepslid aan
dat een korte toelichting geeft op de gekozen uitspraak: ‘We hebben gekozen
voor…, want…’
♦ Tot slot vraagt u of alle deelnemers weer willen gaan zitten.
♦ U geeft de opdracht aan de deelnemers om individueel ‘de uitspraak die het meest
bij u past' op te schrijven.
Materiaal
♦ Deelnemersmateriaal: opdracht 3 en achtergrondinformatie bij opdracht 3
♦ Opdrachtkaarten per hoofdstuk met de titel van het hoofdstuk, quotes uit interviews
en verwijzing naar uitspraken uit de districten.
♦ Flappen, stiften
Tijd:
8.45 – 09.10 (25 minuten)
PAUZE 09.10 - 09.25
♦ Voor de pauze
♦ U geeft een korte toelichting op het circuitmodel (zie opdracht 4: Werkwijze)
♦ U verdeelt deelnemers op een willekeurige wijze over drie groepen
♦ U geeft aan dat de deelnemers na afloop van de pauze bij hun tafelgroep gaan zitten
(respectievelijk opdracht 5, opdracht 6 en opdracht 7)
♦ In de pauze richt u de zaal in voor het werken met het circuitmodel
♦ U vormt drie tafelgroepen. Op elke tafel legt u de informatiekaarten en
opdrachtkaarten die horen bij respectievelijk opdracht 5, opdracht 6 en opdracht 7.
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 11
Opdracht 4: Het circuitmodel Doel
♦ Het leren kennen van het circuitmodel
Werkwijze
Plenair:
♦ U geeft een korte inleiding over hoe het circuitmodel kan worden toegepast in de
school.
♦ Toelichting: ‘Een circuit is een gesloten baan, bijvoorbeeld voor autoraces. Wij
maken een gesloten baan met drie verschillende opdrachten. De deelnemers doen de
ronde langs de opdrachten (tafelgroepen).
♦ U geeft aan dat het de bedoeling is dat dit model in de klassen wordt toegepast.
♦ Het circuitmodel is een werkvorm waarbij leerlingen tegelijkertijd aan de hand van
opdrachten in groepen werken aan verschillende vakken die op het rooster staan.
Op de training wordt het circuitmodel geïntroduceerd aan
de hand van drie onderwerpen.
♦ Leren… het kan ook anders (opdracht 5)
♦ Wat we 24 uur later nog weten (opdracht 6)
♦ Samenwerkend leren (opdracht 7)
Groep:
♦ De deelnemers zitten in tafelgroepen.
♦ U verwijst naar de opdrachtkaarten en informatiekaarten
die op tafelgroepen liggen. U laat de deelnemers de opdrachten erbij pakken in het
deelnemersmateriaal.
♦ U licht de deelnemers in dat zij voor elke opdracht 25 minuten hebben.
♦ U laat elke groep met een andere opdracht beginnen: de ene groep start met opdracht
5, de andere met opdracht 6 en de derde met opdracht 7.
♦ Na 25 minuten wordt er gewisseld.
Plenair:
♦ U vertelt dat nadat alle drie de opdrachten zijn uitgevoerd, er kort plenair wordt
uitgewisseld over de hoe het werken in groepen met het circuitmodel is ervaren.
♦ U bespreekt het maken van rondes.
♦ U verwijst naar het praktijkboekje ‘In de klas: dáár gebeurt het’ en het
deelnemersmateriaal voor tips betreffende het begeleiden van het werken in een
circuit in de klas.
Materiaal
♦ Deelnemersmateriaal: opdracht 4
♦ Praktijkboekje ‘In de klas: dààr gebeurt het’
♦ Informatiekaarten en opdrachtkaarten bij de drie onderwerpen die worden
uitgevoerd in het kader van het circuitmodel
Tijd
09.25 - 09.35 (10 minuten)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 12
Rondes maken
Bij het begeleiden van werken in groepen maakt de leerkracht minimaal drie rondes.
♦ Eerste ronde.
Bij het begin van het werken in groepen loopt u langs alle
groepen en u observeert bij elke groep:
� of de opdracht is begrepen;
� of de leerlingen zijn begonnen.
Waar nodig geeft u een korte instructie.
♦ Tweede ronde.
Na de eerste ronde begint u meteen aan de tweede ronde.
U bekijkt of de deelnemers de ‘goede dingen goed doen’ Waar nodig geeft u
aanwijzingen.
Als alle groepen bezig zijn, gaat u bij de groepen zitten om te luisteren en eventueel bij
te sturen.
♦ Derde ronde.
Vijf minuten voor het wisselen, maakt u de derde ronde om aan te geven dat de groep
nog vijf minuten heeft om het werk af te ronden.
Na 25 minuten geeft u het sein om te wisselen.
Voorbeeld van het circuitmodel in een klas.
Juf Monsels heeft op donderdag achtereenvolgens lezen, rekenen, schrijven, tekenen en
natuuronderwijs op het rooster staan. Ze gaat vandaag werken met het circuitmodel.
Wanneer de kinderen in de klas komen worden ze opgedeeld in vijf groepen. Elke groep
krijgt een aparte plaats aangewezen om te werken. Juf Monsels heeft groepsopdrachten
voorbereid voor elk van de vijf vakken op het rooster. Voor elke groep heeft ze duidelijke
geschreven instructies gemaakt over wat ze moeten doen. De groepen kunnen onmiddellijk
aan de slag. Groep 1 begint met lezen, groep 2 begint met rekenen, groep 3 begint met
schrijven, groep 4 begint met tekenen en groep 5 begint met natuuronderwijs. Groep 4 en
groep 5 krijgen elk een plaats op het erf van de school aangewezen. Groep 4 moet de grote
tamarindeboom tekenen en groep 5 moet blaadjes verzamelen van alle bomen op het erf.
Elke groep werkt gedurende een half uur aan de eerste opdracht. Juf Monsels begeleidt en
faciliteert beurtelings elke groep. Na een half uur roept de juf de groepen van het erf terug
in de klas. Groepen schuiven door naar de volgende opdracht. Groep 1 gaat nu rekenen,
groep 2 gaat schrijven, groep 3 gaat tekenen, groep 4 krijgt natuuronderwijs en groep 5
gaat lezen. Elk half uur wordt er gewisseld zodat op het eind van de dag elke groep alle
opdrachten heeft uitgevoerd.
U begeleidt, faciliteert, de groepen beurtelings. Kortom, u bent ‘facilitator’.(zie bijlage 1).
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 13
Opdracht 5: Leren… het kan ook anders
Opdracht 5 wordt uitgevoerd in het kader van het circuitmodel.
Doel
♦ Bewust worden dat iedereen op een bepaalde manier intelligent is en dat het
belangrijk is dat het onderwijs hier rekening mee houdt.
♦ Inzicht krijgen in de manieren waarop leerkrachten kunnen stimuleren dat leerlingen
alle intelligenties verder ontwikkelen.
Werkwijze
Groep
♦ De groep leest de opdrachtkaart en heeft achtergrondinformatie bij opdracht 5 in het
deelnemersmateriaal;
♦ De opdracht wordt eerst individueel uitgevoerd;
♦ Daarna volgt een groepsdiscussie
Materialen
♦ Deelnemersmateriaal: opdracht 5
♦ Informatiekaart
♦ Opdrachtkaart
Tijd
09.35-11.15 (25 minuten)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 14
Opdracht 6: Wat we 24 uur later nog weten …
Opdracht 6 wordt uitgevoerd in het kader van het circuitmodel
Doel
Het verband leggen naar wat het voor de eigen werkzaamheden betekent als leerlingen
actief kennis verwerven.
Werkwijze
Groep
♦ De groep leest de opdrachtkaart, de tekst bij opdracht 6 uit het deelnemersmateriaal
en bekijkt de informatiekaart.
♦ Het actiever verwerken van de leerstof gaat om het verwerven van kennis, maar
vooral ook om het ‘begrijpen’ en kunnen ‘toepassen’ van de kennis. Vragen die in
de discussie een rol kunnen spelen staan beschreven in het deelnemersmateriaal
blz.19.
♦ De vragen worden eerst individueel beantwoord.
♦ Groepsdiscussie.
Materialen
♦ Deelnemersmateriaal: opdracht 6
♦ Informatiekaart
♦ Opdrachtkaart
Tijd
09.35-11.15 (25 minuten)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 15
Opdracht 7: Samenwerkend leren
Opdracht 7 wordt uitgevoerd in het kader van het circuitmodel
Doel
Ervaren van:
♦ de werkvorm ‘samenwerkend leren’
♦ de functie van rolverdeling bij samenwerkend leren
Werkwijze
Groep
♦ De groep leest de opdrachtkaart en de tekst bij opdracht 7 uit het
deelnemersmateriaal.
♦ De rollen worden verdeeld.
♦ De deelnemers beantwoorden de vragen eerst individueel.
♦ Daarna volgt een groepsdiscussie onder leiding van de organisator
De organisator zorgt er voor dat:
� alle groepsleden aan het woord komen;
� alle groepsleden hun ‘rol’ vervullen;
� de woordvoerder regelmatig een korte samenvatting geeft. Indien er geen
woordvoerder is neemt de organisator zijn rol over.
Materialen
♦ Deelnemersmateriaal: opdracht 7
♦ Boek ‘Ik geloof in jou’ blz. 45
♦ Kaarten met beschrijving van rollen
♦ Opdrachtkaart
Tijd
9.35-11.15 (25 minuten)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 16
Opdracht 8.1: Het maken van een actieplan voor de schoolgebonden
training ‘Ik geloof in jou!’.
Inleiding
U vertelde eerder dat de VT’s op hun eigen school het actieplan gaan uitvoeren in de vorm
van het houden van een schoolgebonden training. U vertelt dat op de schoolgebonden
training wordt opdracht 8.2 in plaats van opdracht 8.1
uitgevoerd op dezelfde plaats in het programma.
Zowel opdracht 8.1 als opdracht 8.2 zijn opgenomen in het deelnemersmateriaal en in de
trainershandleiding.
Doel
Plannen en voorbereiden van de schoolgebonden training aan de hand van een actieplan.
Werkwijze
Plenair
♦ U vertelt de deelnemers dat het de bedoeling is dat elk VT de nieuw verworven
kennis overdraagt aan het schoolteam op hun eigen school. Dit kan in de vorm van
een eendaagse training: een schooldag. (schoolgebonden training). Het programma,
materiaal, beschrijving van de opdrachten en achtergrondinformatie staan in het
deelnemersmateriaal en de trainershandleiding.
♦ Om de schoolgebonden training uit te voeren is een goed plan van actie nodig.
♦ U geeft een introductie op het invullen van een actieplan voor de training per school.
Groep:
Per VT wordt voor de eigen school een actieplan gemaakt volgens het voorbeeld.
Plenair:
U vraagt enkele VT’s hun actieplan aan de groep te
presenteren.
Materiaal
♦ Deelnemersmateriaal opdracht 8.1
♦ Schema’s actieplan op A3 en A4 formaat
Tijd
11.30-12.15 (40 minuten)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 17
Opdracht 8.2: Schoolontwikkeling Inleiding
Na deelname van het VT aan de training ‘ Ik geloof in jou!’ organiseert het VT op de eigen
school een training. Daartoe heeft het VT tijdens de training van VT’s een actieplan
ontworpen (opdracht 8.1) aan de hand waarvan de uitvoering van de schoolgebonden
training plaatsvindt.
Op de schoolgebonden workshop wordt per bouw een actieplan gemaakt voor de invoering
van de vernieuwingsactiviteieten.
Nadat leerkrachten ervaringen hebben opgedaan met de vernieuwingsactiviteieten,
bespreken ze met elkaar “wat goed ging” en “wat beter kan” ( opdracht 8.2)
Doel
♦ Voorbereiden van het starten met een onderwijsvernieuwing in de school
♦ Uitwisselen van ervaringen met de vernieuwingsactiviteit (collegiale consultatie)
Werkwijze
Plenair
♦ U geeft aan de hand van het deelnemersmateriaal (opdracht 8.2) een korte
toelichting op de activiteiten die het VT op de school zal introduceren:
� het toepassen van de gekozen vernieuwing;
� collegiale consultatie over de ervaringen met de veranderingen.
In de schoolgebonden training wordt respectievelijk met
de teamleden van onderbouw, bovenbouw een keuze per
bouw gemaakt voor een van de onderstaande
mogelijkheden of een combinatie van de mogelijkheden:
� werken met het circuitmodel
� werken met meervoudige intelligentie
� het toepassen van samenwerkend leren
� werken met de ‘piramide’
� andere mogelijkheden uit het praktijkboekje
‘In de klas: dààr gebeurt het’
♦ Nadat de leerkrachten ervaring hebben
opgedaan met het uitvoeren van de verandering in hun klas, vindt er een collegiale
consultatie plaats waar de ervaringen worden uitgewisseld.
♦ Zowel de schoolgebonden training als de invoering van vernieuwingsactiviteiten en
bijeenkomsten collegiale consultatie worden uitgevoerd in een periode van twee/drie
maanden na de training ‘Ik geloof in jou!’
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 18
MaterialenMaterialenMaterialenMaterialen
♦ Boek ‘Ik geloof in jou!’
� Deelnemersmateriaal: opdracht 8.2
� Actieplan invoering vernieuwing op klassenniveau
♦ Praktijkboekje ‘In de klas: dààr gebeurt het’
♦ Praktijkboekje ‘Ook een school leert’
Tijd
12.15-12.30 (15 minuten)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 19
Opdracht 9 Debat Doel
♦ Argumenten bedenken en naar voren brengen over prikkelende stellingen die
betrekking hebben op onderwijsvernieuwing, met name ‘leerlinggericht en
kindvriendelijk onderwijs’;
♦ Het integreren van kennis die tijdens deze training is behandeld;
♦ Ervaring opdoen met een werkvorm die kan worden toegepast in de klas.
Werkwijze
♦ U kiest samen met de deelnemers een prikkelende stelling uit (zie bijlage 2);
♦ U verdeelt de groep in drie subgroepen:
� één groep is voor de stelling (eens);
� de andere is tegen de stelling (oneens);
� de derde groep is de jury (de jury bestaat uit niet meer dan drie personen).
♦ U legt het verloop van het debat uit, zoals aangegeven op blz. 30 en 31 van het
deelnemersmateriaal;
♦ U geeft de groepen voorbereidingstijd;
♦ U zorgt ervoor dat de zaal in debatopstelling is ingericht
tijdens de voorbereidingstijd van de groepen;
♦ U vraagt bij het begin van het debat wie de
tijdwaarnemer is;
♦ U legt de spelregels uit.
Debatopstelling zaal X trainer
1e spreker voor X X 1
e spreker tegen
2e spreker voor X X 2
e spreker tegen
3e spreker voor X X 3
e spreker tegen
4e spreker voor vat samen X X 4
e spreker tegen vat samen
X tijdwaarnemer X X X jury
X X X X X publiek
Spelregels:
♦ De sprekers mogen niet geïnterrumpeerd, onderbroken, worden.
♦ Er mag wel door nonverbale en niet storende communicatie bijval of afkeuring
blijken.
♦ De spreker die aan het woord is mag alleen zijn zin nog afmaken als de tijdbewaker
aangeeft dat de tijd om is.
Materiaal
♦ Deelnemersmateriaal: opdracht 9
♦ Boek ‘Ik geloof in jou!’ en mogelijke andere teksten, materialen die aan de muur
hangen, op de tafels liggen, etc.
♦ Stellingen
Tijd
12.30-12.55 uur (25 minuten)
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 20
Bijlage 1 Naamdicht
Naamdicht ‘Facilitator’
F flexibel
A aandachtig, assertief
C creatief
I inventief
L leuk, ludiek
I inspirerend, improviserend, informerend
T tegendraads, grensoverschrijdend
A accepterend
T toetsend
O origineel, organiserend
R realistisch
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 21
Bijlage 2 Mogelijke stellingen voor het debat
Activerend leren is nodigActiverend leren is nodigActiverend leren is nodigActiverend leren is nodig
Leuker leren is beter presterenLeuker leren is beter presterenLeuker leren is beter presterenLeuker leren is beter presteren
Het volgen van de leerling is belangrijkerHet volgen van de leerling is belangrijkerHet volgen van de leerling is belangrijkerHet volgen van de leerling is belangrijker
dan het volgen van het curriculumdan het volgen van het curriculumdan het volgen van het curriculumdan het volgen van het curriculum
Leerlinggericht onderwijs:Leerlinggericht onderwijs:Leerlinggericht onderwijs:Leerlinggericht onderwijs:
dè oplossing voor Surinamedè oplossing voor Surinamedè oplossing voor Surinamedè oplossing voor Suriname
[ T y p e t e x t ]
T ra in e rs h a n d l e id in g t r a in in g r o n d om b o ek ‘ I k g e l o o f i n j o u ! ’ 22
Samenwerken aan Samenwerken aan Samenwerken aan Samenwerken aan
vernieuwingen is succesvoller vernieuwingen is succesvoller vernieuwingen is succesvoller vernieuwingen is succesvoller
dan individuele actiesdan individuele actiesdan individuele actiesdan individuele acties
Collega’s betrekken is een teken Collega’s betrekken is een teken Collega’s betrekken is een teken Collega’s betrekken is een teken
van ‘sterkte’van ‘sterkte’van ‘sterkte’van ‘sterkte’, van ‘kracht’, van ‘kracht’, van ‘kracht’, van ‘kracht’
StStStStraffen is uit den boze! raffen is uit den boze! raffen is uit den boze! raffen is uit den boze!