tijdschrift 10
-
Upload
henkl-immers -
Category
Documents
-
view
223 -
download
1
description
Transcript of tijdschrift 10
De
Panorama
uitgever BC panoramaflat
Nummer 10
†
Op 10-11-2012 bereikte ons het droevige nieuws dat onze secretaris van de bewoners Commissie Ton Taselaar is overleden. Ton heeft zich een aantal jaren met veel liefde en kracht voor de bewoners commissie ingezet. Hij was een lid wat graag gezien was onder al onze leden, we zullen hem missen zijn werk zijn lach en altijd klaar om te helpen.
Het gedicht is speciaal aan Ton opgedragen we weten dat hij hier veel waarde aan hechten.
Je wilde nog zoveel... Je wilde nog zoveel,
maar had niet meer de kracht. Moedig ging je door, steeds weer,
tot op het laatste moment. Het wilde niet meer...
Altijd stond je klaar,
voor ons en voor een ander. Al die herinneringen,
verzachten onze smart. Voorgoed uit ons midden,
voor altijd in ons hart.
1
Tijdschrift de panorama mede mogelijk gemaakt door onze adverteerders
Inhouds opgave
1Voorwoord&Bestuur
2 College Tour
3.Wouter Struyk
5 Zak naar Spanje
6 Wie vroeger oud was
7 Lida Eskes
9 Om even bij stil te staan
11 Nieuwjaar
12 Moppen trommel
13 Ketelbinkie
14 Winter spreuken
15 Aap noot Mies
16 Inname Den Briel
17 Nieuws maasdelta
18 Groot onderhoud
20 Mia Sliwinski
Voor u ligt het tijdschrift “De Panorama” N U M M E R 1 0
Het tijdschrift verschijnt vier keer per jaar, dat wil zeggen dat het nu 2½
jaar bestaat. Daar mogen wij als redactie best trots op zijn, vinden wij zelf.
Trots en ook dankbaar zijn wij op onze adverteerders die het tijdschrift
financieel mogelijk maken. Wij hopen en vertrouwen dat wij ook in de
toekomst op hun steun kunnen rekenen en wij herhalen elke editie weer:
Koop bij onze adverteerders en/of maak gebruik van hun diensten.
De redactie doet zijn best het tijdschrift leesbaar te maken met een
mengeling van, in onze ogen interessante onderwerpen, grapjes en
anekdotes maar vooral informatie voor de bewoners.
In deze 10e editie die op 1 december a.s. verschijnt heeft de redactie, op de
haar eigen wijze, aandacht geschonken aan sinterklaas, Kerstmis en oud
en nieuwjaar.
De Bewoners Commissie is in druk overleg met Maasdelta over het
energieplan en het groot onderhoud. We zullen u hiervan op de hoogte
blijven houden.
Henk Immers Voorzitter 213
Ton Taselaar In herinnering
Ria Höhle Lid 301
Lies v Buuren Lid 281
Jan Metzelaar Lid 231
Chiel Bakelaar Algemene zaken 339
2
Op 12 oktober 2012 verscheen als gast in het programma College Tour,u weet wel dat programma met studenten als publiek,
een kleine man met een donkere bril, hij kwam rechtstreeks uit Parijs waar hij één van zijn vele lezingen had gehouden, een
Amerikaan, overal heel bekend-beroemd,had 1 miljoen boeken verkocht, maar uw redactie had nog nooit van hem gehoord. De
naam David Sedaris
David vertelde dat hij in Nederland de Nederlander Oscar, die voortreffelijk Engels sprak en met wie hij een vergelijking maakte
tussen de Amerikaanse Kerstman-Santa Claus en onze eigen Sinterklaas. Lees hieronder hun vermakelijke verhaal:
“In tegenstelling tot de vrolijke, vlezige Amerikaanse Kerstman, is Sint Nicolaas verschrikkelijk mager en doet hij in zijn kledij aan
de paus denken, bij al zijn gewaden draagt hij een hoge hoed die wel wat van een geborduurde theemuts heeft. Dat kostuum,
werd mij verteld, was een overblijfsel van zijn eerdere loopbaan, toen hij als bisschop van Mira in Turkije diende.
“Sorry”, zei ik, “zou je dat laatste nog eens kunnen herhalen?”
Je wilt geen al te grote culturele chauvinist zijn, maar dit leek mij helemaal fout. Om te beginnen dééd de Kerstman
nooit iets. Hij is niet met pensioen en, wat nog belangrijker is, hij heeft niks met Turkije te maken. Het is te gevaarlijk
daar, en hij zou daar niet gewaardeerd worden. Op de vraag hoe hij van Turkije op de Noordpool kwam, vertelde Oscar
mij vol overtuiging dat Sint-Nicolaas tegenwoordig in Spanje resideert, wat ook weer domweg niet waar is. Hoewel hij
waarschijnlijk zou kunnen wonen waar hij wilde, heeft de Kerstman de Noordpool vooral gekozen omdat het
onherbergzaam en afgelegen is. Niemand kan hem daar bespioneren en hij hoeft niet bang te zijn dat er mensen aan
de deur komen. In Spanje kan iedereen op de stoep staan, en in dat kostuum zou hij zonder meer worden herkend.
Daar komt bij dat de Kerstman, afgezien van wat beleefdheden, geen Spaans spreekt. Hij spreekt net genoeg Spaans
om zich te redden maar hij spreekt het niet vloeiend en hij eet in elk geval geen tapas. Waar onze Kerstman in een
arrenslee vliegt, arriveert de Nederlandse versie met de boot en stapt dan over op een wit paard. Die gebeurtenis
wordt op de televisie uitgezonden en aan de waterkant verzamelt zich een enorme mensenmenigte om hem te
verwelkomen. Ik weet niet of er een vaste datum voor is, maar hij meert meestal eind november aan en blijft dan een
paar weken rondhangen om de mensen te vragen wat ze willen hebben. Vervolg pagina3
3
Samen werkt beter!
Op donderdag 11 oktober ’12 mocht ik aanwezig zijn bij de aftrap
van de computercursus voor ouderen in het Panoramaflat. Een
schitterend initiatief van de bewonerscommissie waarbij jongeren
van Scala Rietvelden ouderen gaan begeleiden bij het gebruik van
een computer. Jongeren die bereid zijn ouderen te helpen in de snel
veranderende wereld. Nieuwe technologie heeft ervoor gezorgd dat
steeds meer elektronische middelen beschikbaar zijn om mee te
communiceren. De computer is daarbij niet meer weg te denken.
Toch is het niet voor iedereen even makkelijk om deze
ontwikkelingen te volgen. Jongeren kunnen ouderen wegwijs maken
in de digitale computerwereld. Ouderen kunnen jongeren op hun
beurt weer wegwijs maken door hun levenservaring. Een mooi
voorbeeld van solidariteit tussen generaties. Een mooi
maatschappelijk cadeautje richting de feestdagen in deze
decemberuitgave van het tijdschrift van de bewonerscommissie
Het hierboven besproken voorbeeld zou een goed voorbeeld moeten
zijn voor de komende regering. Samen werken aan een beter
Nederland door elkaar iets te gunnen. Een stabiel beleid die de
rechtse fratsen van het vorige kabinet doen vergeten waar solidariteit
wordt omarmd. Natuurlijk komen er zware tijden aan door de
ontstane crisis, maar we moeten met opgeheven hoofd de toekomst
tegemoet treden. De eerste onderhandelingsfase heeft al een linkse
gezicht gekregen door het liggeld voor een ziekenhuisbezoek af te
schaffen. Dit zijn stappen in de goede richting. Van mij mogen er
nog vele stappen volgen!
Wouter Struijk
Raadslid namens PvdA Spijkenisse
“Komt hij alleen?” vroeg ik. “Of hij versterking bij zich?”
Het Engels van Oscar was vrijwel perfect, maar hij leek even van zijn stuk gebracht door een term die normaal gesproken
met politieversterking wordt geassocieerd.
Toen ik begreep dat Sint-Nicolaas rondtrok met wat consequent werd omschreven als zes tot acht zwarte mannen. Ik
heb verscheidene Nederlanders om een iets nauwkeuriger aantal gevraagd, maar geen van hen kon een precies aantal
geven. Het waren er altijd “zes tot acht” wat vreemd lijkt, als je beseft dat ze honderden jaren de tijd hebben gehad om
de neuzen te tellen. Oscar wees die vraag als grotesk en onrealistisch van de hand
Die zes tot acht zwarte mannen werden tot halverwege de jaren vijftig van de vorige eeuw als persoonlijke slaven
beschouwd. Toen veranderde het politieke klimaat en werd besloten dat ze, in plaats van slaven, gewoon goede
vrienden waren. Volgens mij heeft de geschiedenis wel aangetoond dat normaal gesproken nog iets tussen slavernij en
vriendschap komt, een periode die niet wordt gekenmerkt door snoepgoed en rustige uurtjes bij het haardvuur, maar
door bloedvergieten en wederzijdse vijandschap. Dat geweld kennen ze ook in Nederland, maar dan het onderling uit te
vechten, besloten Sint-Nicolaas en zijn voormalige slaven het af te reageren op het publiek. In die eerste jaren gaven
Sint-Nicolaas en zijn zes tot acht zwarte ondeugende kinderen ervan langs met wat Oscar omschreef als “een takje van
een boom.”
“Een roe?”
‘Ja,” zei hij. ‘Precies. Dan schopten ze hem en sloegen ze hem met een roe. En als dat kind echt stout was, stopten ze het
4
een zak en namen het mee terug naar Spanje.”
“Sint Nicolaas schopte die kinderen?”
“Nou ja, niet meer,” zei Oscar.”Nu doet hij alleen
maar alsof hij ze schopt.”
Wat is dat voor een Kerstman, die doet alsof hij
mensen schopt alvorens ze in een jute zak te
stoppen? Dan heb je natuurlijk nog de zes tot acht
voormalige slaven die er in principe elk moment
tussenuit kunnen knijpen. Dat is, denk ik, het
grootste verschil tussen ons en de Nederlanders. Een
bepaald deel van de bevolking zou waarschijnlijk dik
tevreden zijn met een dergelijke gang van zaken,
maar als je de gemiddelde blanke Amerikaan
vertelde dat zes tot acht zwarten midden in de nacht
zijn huis in zouden sluipen, zou hij de deuren
barricaderen en zich bewapenen met alles wat hij
maar te pakken kon krijgen.
“Zes tot acht, zei je?!.
In de jaren voor de centrale verwarming lieten
Nederlandse kinderen hun schoenen bij het vuur
staan. Ze hadden de belofte gekregen dat als Sint
Nicolaas en de zes tot acht zwarte mannen niet van
plan waren je te slaan, te schoppen of in een zak te
doen, ze cadeautjes in je klompen zouden doen.
Afgezien van het dreigen met geweld en ontvoering is
dat niet zo heel anders dan bij ons je kousen aan de
schoorsteenmantel hangen. Nu zo weinig mensen nog
maar een open vuurplaats hebben die als zodanig
functioneert, worden Nederlandse kinderen
geïnstrueerd hun schoenen bij de radiator of
allesbrander te zetten. Sint Nicolaas en de zes tot acht
zwarte mannen komen op paarden die van de straat
op het dak springen. Vervolgens springen ze weer naar
beneden en gaan door de deur naar binnen of ze
blijven op het dak verdampen om door pijpen en
elektrische snoeren te kunnen afdalen.
Oscar was niet zo heel duidelijk over de bijzonderheden, maar ja, dat kunnen we hem moeilijk kwalijk nemen. Wij
hebben hetzelfde probleem met onze Kerstman. Die wordt geacht zich van het schoorsteenkanaal te bedienen, maar als
je dat niet hebt, slaagt hij er toch in binnen te komen. Het is maar het beste daar niet al te diep over na te denken.
Hoewel acht vliegende rendieren hoogst verdacht zijn, blijft ons kerstverhaal toch aan de saaie kant. De Kerstman
woont met zijn vrouw in een afgelegen dorpje op de Noordpool en reist één nacht per jaar de wereld rond. Als je
ongehoorzaam bent, laat hij kolen voor je achter. Als je lief bent en in Amerika woont, geeft hik je zo ongeveer alles wat
je maar wilt. Wij zeggen tegen onze kinderen dat ze lief moeten zijn en sturen ze naar bed, waar ze wakker blijven
liggen en zich alvast verheugen op hun grote geluk. Een Nederlandse ouder heeft beslist een hacherlijkerboodschap
voor zijn kinderen.”Luister” zegt die, “misschien is het beter als je een paar spullen pakt voor je naar bed gaat. De
voormalige bisschop van Turkije komt vanavond langs met zes tot acht zwarte mannen. Het kan zijn dat ze snoep in je
schoen doen, het kan zijn dat ze je in een zak stoppen en meenemen naar Spanje en het kan ook zijn dat ze doen alsof
ze je schoppen. Wat het wordt weten wij ook niet, maar we willen in elk geval dat je erop voorbereid bent.”
Dat is de beloning voor het wonen in Nederland. Als kind krijg je dat verhaal te horen. Als volwassene draaien de rollen
om en ben jij degene die het vertelt. Als extra bonus doet de regering daar nog gelegaliseerde drugs en prostitutie bij-
dus wat is er eigenlijk op tegen om Nederlander te zijn?.
5
6
Een rekenmoe, een luizenmoe,
een moe voor overblijf
een moeder voor het kerstgedoe
en een moe voor het schoongeschrijf.
Wie vroeger vier jaar oud was, ging ,
een moe voor overblijf
een moeder voor het kerstgedoe
en een moe voor het schoongeschrijf
naar school. Zo lag het feit,
en raakte dan, een droevig ding,
zijn moe een beetje kwijt.
Nu kent het schoolkind dat niet meer.
Zijn moe blijft aan zijn zij
en krijgt hij zelfs nog ongeveer
zo’n moe of tien erbij.
Een voorleesmoe, een moe voor zang,
een knutselmoeder toe,
een moeder in de overgang,
die is klaar overmoe
Die moeders zijn voor school gewis,
Een hele grote bof,
Want juffrouw Els zit thuis, die is
met zwangerschapsverlof.
7
LIDA ESKES-NIJSSEN door redactie
In onze Panoramaflat wonen mensen
waarvan een groot gedeelte de meeste
levensjaren al achter de rug hebben en
waarvan je mag aannemen dat ook
hun levenspad niet altijd over rozen is
gegaan. Daarom is het aan één kant
ietwat gênant om in dat leven te willen
kijken of te gluren zo u wilt, maar aan
de andere kant past eerbied en respect
hoe ze verdriet en tegenslagen te boven
zijn gekomen en toch hun leven op “de
rails’’ hebben gekregen.
Eén van die bewoners is Mevr. LIDA
ESKES-NIJSSEN.
Wij gaan ons best doen van haar leven
voor u verslag te doen.
Lida, ja zo mogen wij haar noemen, is
geboren in Wateringen, een dorp in het
Westland op 11 september 1920, ze
was de derde van vier zussen waarvan
één in het klooster ging, de tweede
verpleegkundige werd in het westeinde
ziekenhuis en waarvan Lida nu de
enige is die nog leeft. Haar ouders
dreven een café. De familie was van
huis uit RK, maar deden er,zoals
zoveel mensen nu, niet veel meer aan.
Toen ze acht jaar was scheidden haar ouders. Er ontsond een
probleem, echtscheiding was toen nog niet zo algemeen
geaccepterd, dus zusjes verloren hun vriendinnetjes, mochten bij
niemand meer thuiskomen en kwamen in een sociaal isolement
terecht als gevolg daarvan kwamen Lida en haar zusje terecht in
een weeshuis. Dit was niet de prettigste periode van hun leven,
herinnert Lida zich nu. Daar bleven ze zes jaar tot Lida 14 jaar
was, toen niet meer leerplichtig, kwam ze weer thuis en moest
meewerken o.a.in het café. Ze had geen goede relatie met haar
vader. Via een plaatselijke bakker is ze, toen ze zeventien was op
kamers gaan wonen in Den Haag. Ze voorzag in haar onderhoud
door werk in een naaiatelier. In 1940 leerde zij haar toekomstige
man kennen, een echte Hagenees Paulus Eskes.(roepnaam Paul)
Hij werkte in een houtzagerij annex meubelmakerij. In 1942
trouwden ze . Lida was toen 22 jaar.
Het huwelijksgeluk was van korte duur, Paul werd opgepakt
tijdens een razzia en op transport gesteld naar Berlijn. Lida werkte
de oorlogsjaren in het naaiatelier.Er was veel ongerustheid over
lot van Paul, ze hoorde van de hevige bombardementen op
Berlijnse woonwijken. Maar in 1945 keerde Paul ongedeerd terug
en vatte zijn werk bij de houtzagerij weer op. Zo ging dat in die
dagen….In 1950 gaat Paul bij V & D als verkoper werken op de
meubelafdeling. In 1970 gaat Lida werken in een fotozaak waar
ze werkt in de doka (donkere kamer) en het foto-atelier, later ook
als verkoopster.
Het paar deed wat zoveel jonge paren deden: ze kregen twee
kinderen, twee jongens, waarvan er
één is overleden. Lida wordt stil als ze het verteld; niets is
zo erg als je eigen kind verliezen.
Paul overlijdt in 1977 na een hartstilstand.
Lida woont als 22 jaar in de Panoramaflat, van 1990 tot
heden. Tot zover haar levensloop.
8
In 1946 kwam ze in contact met de amateur-toneelvereniging “Ons Genoegen”. De vereniging
had 35 leden, was zeer actief, deed mee aan wedstrijden en voerde toneelstukken op die ook
het grote toneel en de film hadden uitgebracht. Hier vond Lida haar draai, ze bleek een talent
te hebben voor toneelspelen en speelde hoofdrollen in diverse toneelstukken, zoals
“OP HOOP VAN ZEGEN” van Herman Heijermans. Lida speelde hierin de rol van Kniertje.
Er was een reder, Bos genaamd, die oude gammele vissersschepen hoog verzekerde en die
schepen in de herfst de zee opstuurde waar ze met man en muis vergingen en waar Bos
dan het verzekeringsgeld van opstreek. Dat de bemanning daarbij om het leven kwam deed voor hem niet terzake. Kniertje
verloor twee zonen en uitte haar verdriet met de inmiddels beroemd geworden smartekreet: “De vis wordt duur betaald.” Ze
speelden dit stuk een week lang elke avond en elke avond was de zaal uitverkocht.
“DE JANTJES” Een muzikaal toneelstuk, spelend in de Jordaan in Amsterdam. Lida speelde in dit stuk
de caféhoudster tante Sien. Bekende figuren waren: Tante Pietje (nu gespeeld door Willeke Alberti) blonde Greet de Blauwe,
Liedjes die je nu nog wel eens hoort: O mooie Westertoren, Nou tabé dan, Als je huilt ben je een stakker enz.
“WIE IS ER BANG VOOR VIRGINIA WOOLF”, van Edward Albee, een stuk over een man George en zijn vrouw Martha,
waarvan de vrouw teleurgesteld is in haar man, hem dit elke dag verwijt maar die toch van elkaar houden. Lida speelde de zware
rol van Martha. Van dit toneelstuk is een film gemaakt waarin de hoofdrollen werden gespeeld door Liz Taylor en Richard
Burton.
‘’MY FAIR LADY” de musical naar het toneelstuk Pygmalion van Bernard Shaw, die geen verdere uitleg nodig heeft. Lida
speelde daarin de rol van de moeder van professor Higgins.
“MADAME TIC-TAC” Haar liefste rol, zoals ze nu zegt. Ze speelde daarin de rol van een half-dove, blinde vrouw die een
coffeeshop runt een daar allerlei avonturen beleeft.
Tijdens een concours van amateurtoneel wordt Lida opgemerkt door het jurylid Wieteke van Dordt die haar het
telefoonnummer geeft van een figurantenbureau en zo kwam Lida bij de TV terecht.
In 1970 begon ze voorzichtig als figurant bij de “Stratenmaker op Zee show”, ze speelde met Aart Staartjes, Joost
Prinsen en Wieteke van Dordt (met wie Lida nu nog steeds bevriend is). Ze speelde twee jaar lang kleine rolletjes.
Ze speelde, twee jaar lang. kleine rolletjes in de TV-serie :”Dat ik dat nog mag meemaken” Een serie die zich in een
bejaardenhuis afspeelde, zoals dat toen nog heette.
In de “Late Lien Show” van Wieteke van Dordt speelde ze kleine rolletjes,zo’n twee jaar lang.
Daarnaast speelde ze nog kleine rolletjes in tal van andere series.
Het laatst was ze te zien in de TV-serie “Hof van Holland” samen met Guus Oster.
Ze speelde tot 1990 toen ze naar Spijkenisse verhuisde. Haar motto was: Als ik de mensen maar een leuke avond
bezorg.
9
Om even bij stil te staan
Een lief klein meisje stond onder een luifel. Ze had juist boodschappen gedaan in de supermarkt, met haar mama.
Ze zal ongeveer zes jaar oud zijn geweest, dit prachtige roodharige sproetige beeld van onschuld.
Het stortregende buiten.
U weet wel, dat soort tegen dat de goten en afvoerputjes doet overstromen, zo gehaast om de aarde te raken,dat het
geen tijd had om de straal wat zachter te zetten.We stonden allemaal onder deze luifel aan de ingang van de
supermarkt. We wachtten, sommigen geduldig, anderen “geïrriteerd”, omdat de natuur hun haastige dag in de war
had gegooid. Ik ben altijd wat dromerig als het regent. Ik verdwijn in het geluid en met het inzicht dat de hemel het
vuil en het stof van de wereld afspoelt. Herinneringen van “rennen en spetteren”als een kind-zo zorgeloos spelen in je
gedachten, als een welkome onderbreking van een voorbije dag met zorgen en stress. Haar stem was zo mooi toen ze
de hypnotische trance onderbrak waar we allemaal in gevangen zaten. Mama, laten we door de regen gaan
rennen,”zei ze. Wat? vroeg Mama. Laten we door de regen gaan rennen!” herhaalde ze. Nee, lieverd. We wachten
tot het wat minder wordt antwoordde mama. Het kind wachtte nog een minuutje en herhaalde: Mama, laten we door
de regen gaan rennen. We worden doornat als we dat doen zei mama. Nee, dat zullen we niet, mama. Dat is niet wat
je zei vanmorgen zei het meisje terwijl ze aan haar mama’s arm trok. Vanmorgen? Wanneer zei ik dat we door de
regen konden rennen en niet nat zouden worden? Het meisje zei kalmpjes: “Weet je dat niet meer?Toen je met papa
praatte over zijn kanker, toen zei je: Äls we hier samen doorheen , komen, komen we door alles heen!. Iedereen was
opeens muisstil. Ik zweer dat je niets anders hoorde dan de regen. We stonden allemaal doodstil. De volgende
minuten kwam er niemand en ging er niemand weg. Mama dacht even na over wat ze zou antwoorden. Sommigen
zouden het weglachen of haar voor gek uitmaken. Sommigen zouden zelfs negeren wat ze zei. Maar dit was een
moment van vertrouwen in een kinderleven. Een moment van onschuldig vertrouwen, dat wanneer het gevoed en
verzorgd wordt, zal bloeien in geloof in de goede dingen en de hoop van het leven. Lieverd, je hebt gelijk. Laten we
door de regen rennen. als het zo moet zijn dat men ons vanuit hierboven nat lat worden, wel, dan hadden we
misschien juist een wasbeurt nodig “zei mama. Daar gingen ze. We stonden daar allemaal te kijken en te glimlachen,
toen ze daar vooruit sprongen tussen de auto’s door en jawel, door de plassen.
Ze hielden hun boodschappentassen boven hun hoofd. Ze werden doornat. Maar ze werden gevolgd door enkele
anderen die schreeuwden en lachten als kinderen, onderweg naar hun auto’s. Ja, ik ook. Ik rende en werd nat. Ik
had ook een wasbeurt nodig. Omstandigheden of mensen kunnen je geld, je materiële bezittingen en je
gezondheid wegnemen. Maar niemand kan ooit je dierbare herinneringen wegnemen.
10
TROOSTLIED VOOR WIE MET KERST ALLEEN ZIJN
Wees niet zo bang voor Kerst. Het zijn twee dagen,
dat is niet meer dan achtenveertig uur,
En uren, het ene vlug, het andere trager
uren vervliegen op den duur.
Raak niet verloren in herinneringen.
wees toch een beetje wijzer deze keer.
Zing maar van “Stille Nacht”als je kunt zingen,
want stil zal het zijn, die nachten, Zeer.
Zing in jezelf: De witte vlokken zweven”
terwijl de regen langs de ramen ruist,
Het kind is niet in Bethlehem gebleven:
het is naar Golgotha verhuisd.
Gedenk de dieren op de schalen en de
borden
die zitten meer dan jij in de puree.
Eten is beter dan gegeten worden,
ook in de glans van Lucas 2.
Gedenk de dieren op de schalen en de borden
die zitten meer dan jij in de puree.
Eten is beter dan gegeten worden,
ook in de glans van Lucas 2.
Wees niet zo bang voor Kerst, Het zijn twee dagen, Wllem Wilmink
Uit: VERZAMELDE LIEDJES EN GEDICHTEN 1988 Kort commentaar: waarom juist dit gedicht?
Kerst. Voor velen een feest van romantische gevoelens: kerstboom met engelenhaar, lekker eten en
cadeautjes. Kerst betekent ook eenzaamheid, wanneer je alleen op je kamer of flat de feestdagen moet
doorbrengen. En niet bent uitgenodigd. Wilmink heeft een trefzekere, scherpe pen. Voor die eenzamen
schreef hij een zogenaamd troostlied, vol spot en ironie. Het is en hard gedicht. Het is ook een
aansporing tot christelijk barmhartigheid. Zo kan het nog een functie hebben voor ons.
11
Nieuwjaar
Is de dag waarop het begin van het nieuwe jaar wordt gevierd. In de westerse wereld is dit
op 1 januari, in andere culturen vaak op andere data. Bij deze viering zijn wederzijdse
gelukwensen en goede voornemens gebruikelijk.
Geschiedenis
Lang geleden begon het nieuwe jaar bij het
begin van de lente, als de natuur weer tot
leven kwam, of begin januari, als de dagen
beginnen te lengen. Bij de invoering van het
christendom wilde de kerk een eind maken
aan de heidense gewoonten rond deze
nieuwjaarsviering, en riep 1 januari uit tot
bid-en boetedag om de besnijdenis van
Jezus (8 dagen na de geboorte) te vieren.
Bij de Romeinen begon het nieuwe jaar op
1 maart, dit komt nog tot uiting in de
namen van onze maanden
september(“zevende maand”).oktober
(achtste maand”), november (“negende
maand”),
en december(“tiende maand”), en in de
schrikkeldag, die voorkomt aan het eind
van de laatste maand van het jaar: februari.
Julius Ceasar voerde in het jaar 44 voor
Christus de juliaanse kalender in, vanaf die
tijd was Nieuwjaar op 1 januari.
Tradities en gebruiken
Men ziet de periode van Kerst tot
Driekoningen (Caspar,Melchior en
Balthasar )op 6 januari tegenwoordig
nog steeds als feestelijke periode. In
deze periode vallen dikwijls
(verplichte) snipperdagen en
schoolvakanties, en veel bedrijven
zijn gesloten. Veel mensen laten de
kerstboom tot na Driekoningen
staan. De tradities van onze heidense
voorouders hebben dus nog steeds
invloed.
De Nieuwjaarsvuren zijn terug te
vinden in de traditionele
kerstboomverbrandingen die in
sommige plaatsen nog steeds worden
georganiseerd. In het oosten van ons
land kent men de Nieuwjaarsvuren,
soms meters hoog opgetaste stapels
brandbaar materiaal. De vuren
kondigen de vernietiging van het
oude jaar aan en onderstrepen de
komst van het nieuwe jaar.
Ook moesten de geesten van de
overledenen en de demonen worden
verjaagd, die juist deze tijd konden
opspelen. Dat gebeurde met veel
lawaai, wat we nog terugvinden in
het gebruik om rond de jaarwisseling
vuurwerk, klokgelui en
scheepshoorns te gebruiken.
De geesten moesten echter ook
gunstig gestemd worden . Zij konden
namelijk de mensen en het vee
vruchtbaar maken en het gewas doen
groeien. Men bracht ze daarom ook
offers, die men na het ritueel zelf
opat en-dronk. Dit vinden we terug
in onze eigentijdse kerst en oud-en-
nieuwgerechten terug, zoals
kerststollen, appelbollen,
appelbeignets, appelflappen en
oliebollen en de traditie om
uitgebreide maaltijden aan te richten
met veel alcoholische drank.
12
“Mijnheer den Oudsten, U bent werkelijk kerngezond!” prijst de
internist de krasse patient.
“Met Uw lichaamsgesteldheid word U minstens tachtig jaar!”
“Maar ik ben toch al tachtig, dokter!”
Zegt de arts triomfantelijk: “Nu wat heb ik U gezegd!”
Twee gepensioneerden zitten in een park op een bankje. Zegt de één
tegen de ander: “Hé, Ik heb nu een nieuw gehoorapparaat, dat is zo
goed, ik kan nu alles weer horen!”
“Ja?” vraagt de andere, “Wat heeft het dan gekost?”
“Half vier!”
Oma en opa gaan voor de eerste keer naar een balletvoorstelling. De
volgende dag wordt hun gevraagd, hoe het hun bevallen is.
Zegt oma: “Heel mooi. De danseressen waren allemaal zo lief. Toen ze
merkten, dat opa begon te dommelen, hebben ze op hun tenen verder
gedanst.!”
----------------------------------------------------------------
Misverstand:
De echtgenote van een zelfstandige winkelier bekijkt de boekhouding
van haar man. Als hij thuiskomt zegt de vrouw tegen hem: “Ik ben
trots op jou, jij hebt echt een goed hart……dat doet me plezier.”
“Hoezo”, vraagt de man een beetje verbaasd.
“Nou”,zegt ze, “Ik heb een beetje in je boekhouding gekeken en heb
opgemerkt dat jij elke maand 500 euro stort op de rekening van een
Marokkaan……”
“Van een Marokkaan?” vraagt de man verschrikt…….en hoe heet die
dan?”
ALI MENTATIE
Voor hen die het aangaat……..50+ ………en
ook voor de anderen
De badkuip dementie test!
Tijdens een bezoek aan een verpleeghuis,
vroeg ik aan de directeur, wat het criterium is
om een patiënt opgenomen te krijgen.
Wel, zei de directeur, we vullen een badkuip
met water,
dan krijgt de patiënt een theelepel, een
theekop en een
emmer. Dan vragen we hem/haar om
de badkuip leeg te maken.
Oh, ik snap het, zei ik, een normaal persoon
gebruikt de emmer, omdat die groter is dan
een theelepel of een theekop.
Nee, zei de directeur, een normaal persoon
zou de stop uit de badkuip trekken.
Wilt u een bed bij het raam of in het midden?
Vervolg op pagina 17
13
De straatjongen van Rotterdam, beter bekend als Ketelbinkie, is een Nederlandse smartlap uit 1940.
(In Frankrijk zouden ze het een chanson noemen) De tekst werd geschreven Anton Beuving voor het hoorspel
“Vrouw aan boord” en de muziek gecomponeerd door Jan Vogel.
Over Ketelbinkie zelf is niets bekend, hij is naamloos. Ketelbinkie is de naam van zijn functie. Het lied is
gemaakt in de tijd dat kinderen na 8 jaar lagere school konden en mochten gaan werken. Het ligt voor de hand
dat Ketelbinkie tussen de 14 en de 15 jaar was.
Ook weten veel mensen niet meer wat Ketelbinkie aan boord voor werk deed. Poetste hij ketels op zo’n
stoomschip? Nee, hij liep hele dagen op het schip rond met ketels koffie voor de bemanning, daar komt zijn
naam vandaan.
1) T oen wij van
Rotterdam vertrokken
Met de Edam, een oude schuit
Met kakkerlakken in de midscheeps
En rattennesten in het vooruit.
2) Toen hadden wij een
kleine jongen
Als ketelbink bij ons aan boord
Die voor de eerste keer naar zee ging
En nooit van haaien had gehoord.
3) Die van zijn moeder
op de kade
Wat schuchter lachend afscheid nam
Omdat hij haar niet durfde zoenen
Die straatjongen uit Rotterdam.
4) Hij werd gescholden
door de stokers
Omdat hij al de eerste dag
Toen wij maar net de pier uit waren
Al zeeziek in het foc’sle lag
5) En met jenever en
citroenen
Werd hij weer op de been gebracht
Want zieke zeelui zijn nadelig
En brengen schade aan de vracht.
6) Als-ie dan sjouwend
met zijn ketels
Uit de kombuis naar voren kwam
Dan was het net een brokje
wanhoop
Die straatjongen uit Rotterdam.
7)En als-ie ’s avonds in zijn
kooi lag
En na het sjouwen eind’lijk sliep
Dan schold de man die wacht te kooi
had
Omdat-ie om zijn moeder riep
1) Toen is-ie op een mooie
morgen
’t was in de Stille Oceaan
Terwijl ze brulden om hun koffie
Niet van zijn kooigoed opgestaan.
2) En toen de stuurman
met kinine
En wonderolie bij hem kwam
Vroeg hij een voorschot op zijn gage
Voor ’t ouwe mens in Rotterdam.
3) In zeildoek en met
roosterbaren
Werd hij die dag op ’t luik gezet
De kapitein lichtte zijn petje
En sprak met grogstem een gebed.
4) En met een één twee
drie in Godsnaam
Ging ’t ketelbinkie overboord
Die ’t ouwetje niet durfde zoenen
Omdat dat niet bij zeelui hoort.
5) De man een extra
mokkie shoot-an
En ’t ouwe mens een telegram
Dat was het einde van een zeeman
Die straatjongen uit Rotterdam.
14
Winter spreuken
Noordenwind met volle maan
kondigt een strenge winter aan.
Houden de kraaien school,
zorg dan voor hout en kool.
Al is de ijzel nog zo koud
na drie dagen valt hij van het hout
Brengt december kou
en sneeuw in het land,
groeit het graan zelfs in het zand.
Moderne tijden, ander eten.
Hoe anders is het nu? Haar achterkleinkinderen zullen het niet kennen, misschien niet lusten en waarschijnlijk ook nooit
eten, maar mijn tante vertelt ze met smaak, hoe zij nog reglmatig haar versie van spek met peren klaarmaakt. Gewoon
omdat het zo gemakkelijk te maken is en omdat zij het nog steeds erg lekker vindt.
Traditioneel streekgerecht
Oorspronkelijk schijnt het uit de Hoekse Waard te komen, tenminste dat zeggen ze in de Hoekse Waard. Dan was het
varken geslacht en was het stoofperentijd.
Ingrediënten. (voor 4 personen)
1,5 = 2 kilo stoofperen (bij voorkeur Gieser Wildeman-peren)
500 gram (varkens) schouderkarbonade) of fricandeau aan een stuk(je)
Zout
Een grote kookpan
Bereiden Was de peren, maar niet schillen Zout het vlees Doe het vlees en de peren (tegelijk) in een grote pan met ruim
water Breng de pan aan de kook Laat het gerecht zo’n 1,5 tot 2 uur sudderen, totdat het vlees gaar is (de peertjes zijn zeker
gaar. Serveren Serveeer dit gerecht met gekookte aardappelen, liefst eigenheimer, en gebruik het kooknat als jus, als u wilt
met een klontje boter. Trek het steeltje uit de gekookte peer en gooi het weg, de peer wordt verder met klokhuis en al
gegeten.
Nederlandse streekkeuken: Spek met
peren.
Tijdens een gezellig theedrinken bij een
oude tante kwam het zo ter sprake, dat
hetgeen haar achterkleinkinderen vandaag
de dag eten, totaal verschilt van de
gerechten die zij als kind voorgeschoteld
kreeg. Geen frites pizza, macaroni of
lasagna, maar ouderwetse gerechten zoals
spek met peren. Moderne tijden, ander
eten.Hoe anders is het nu? Haar
achterkleinkinderen zullen het niet kennen,
misschien niet lusten en waarschijnlijk ook
nooit eten, maar mijn tante vertelt ze met
smaak, hoe zij nog regelmatig haar versie
van spek met peren klaarmaakt. Gewoon
omdat het zo gemakkelijk te maken is en
omdat zij het nog steeds erg lekker vindt.
15
Aap Noot Mies
Wij hadden vroeger een leesplankje....
Maar wij zijn nu 65 jaar verder. VIJF EN ZESTIG,
Nu hebben onze kleinkinderen een ander leesplankje. En
dat werkt kennelijk ook
Gelukkig hebben we nu ook computer les en zal dit plankje ook voor ons gaan werken
16
De inname van den Briel
Op 1 april 1572 legde de geuzenvloot, bestaande uit 26 schepen, aan bij de Zuid-Hollandse plaats Den Briel. Een
Brielse veerman, Jan Coppelstock, vertelde de Watergeuzen dat de Spaanse troepen niet meer in de stad waren.
Geuzenaanvoerder Lumey zei hierop dat Den Briel zich moest overgeven, anders zouden 5000 geuzen de stad
bestormen. Hij gaf het bestuur van Den Briel twee uur bedenktijd. In die twee uur vluchtte veel mensen de stad
uit, maar het stadsbestuur gaf geen antwoord op het ultimatum. Hierop bestormden de geuzen de Noordpoort en
bezetten Den Briel. Omdat Den Briel op dat moment niet verdedigd werd, besloten de geuzen de stad in bezit te
houden in naam van de Prins van Oranje. Hij was immers de leider van de opstand.
De opperbevelhebber van de geuzen
was Willem II van der Marck, of in
het kort gewoon: (graaf van ) Lumey.
Waarschijnlijk was hij één van de
bekendste admiraals van de
Watergeuzen.In 1566 was hij nog
een Zuid-Nederlandse edelman en
één de ondertekenaars van het
Smeekschrift der Edelen dat aan
Margaretha van Parma aangeboden
werd. Later werden zijn bezittingen
verbeurd verklaart en werd hij
verbannen. Hierop sloot hij zich aan
bij de Watergeuzen.
De geschiedenisboeken op school
spreken lovend over de heroïsche
Watergeuzen die als eersten de
Hollandse stad Den Briel veroverden
op de troepen van de gehate Spaanse
hertog van Alva. We leerden over de
brandstapels waar de protestante
ketters op terecht kwamen, als ze hun
dwalingen niet afzworen.
Maar we leerden niets over de
negentien martelaren van Gorcum,
het groepje geestelijken dat door de
Watergeuzen gevangen was
genomen. In de nacht van 26 op 27
juni 1572 hadden ze de stad Gorcum
aangevallen. Wanneer ze de stad
binnenvallen nemen ze de groep
priesters gevangen, het zijn pastoors,
kapelaans, paters en een broeder. Ze
zaten in een toren van de stad. In
deze toren dachten ze veilig te zijn
Maar ze hadden zich vergist. De
Watergeuzen nemen hen gevangen.
Een van de paters krijgt zijn eigen
koord dat hij draagt op zijn
kloosterkleed om zijn nek.
over de kerkdeur heen en trekken de
pater omhoog. Dan later ze hem
weer vallen. De overste van de paters
overkomt hetzelfde. Ook hij wordt
aan zijn nek omhoog getrokken. De
priester raakt buiten bewustzijn. Met
de vlam van een kaars komt hij weer
bij bewustzijn gebracht. Hij komt
weer bij van de pijn.
Gedurende acht dagen worden de
priesters bespot. De priesters worden
op allerlei manieren mishandeld. Op
6 juli moeten ze hun bovenkleren
uittrekken. Dat is ontluisterend en
vernederend.
De gevangenen worden in een schip
geladen en naar Den Briel gevaren.
Daar worden ze in een dievenput
gegooid. Later worden er nog andere
priesters bijgegooid.
Een paar dagen later moeten ze bij
een leider van de protestanten
komen. Admiraal Lumey. Ze worden
verhoord De overste van de paters
verdedigt de paus. De overste spreekt
duidelijk over de grote betekenis die
de paus heeft voor de katholieken.
Een pastoor valt hem bij. Twee
andere paters komen op voor het
allerheiligste wat de katholieken
kennen. Dat is de Eucharistie. De
paters vertellen over hun geloof, dat
Jezus echt in de Eucharistie
aanwezig is.
De priesters weten dat hun getuigenis
gevaarlijk is. Zij zijn niet de eerste
priesters, die gevangen zijn. Zij zijn ook
niet de eerste priesters die gaan sterven.
Dat weten ze heel goed. Ze hadden
natuurlijk kunnen zeggen dat de
Eucharistie maar onzin is. Of dat de paus
helemaal niet zo belangrijk is. Sommige
andere priesters hadden dat ook gezegd en
zijn toen vrijgelaten. Maar deze priesters
hebben hun geloof niet verloochend. Ze
zijn, toen het moeilijk en gevaarlijk werd,
trouw gebleven.
Midden in de nacht van 9 juli 1572
moeten de priesters en de broeder zich
helemaal uitkleden. Dat is natuurlijk iets
om helemaal beschaamd te worden. Maar
ze hoeven zich niet lang te schamen. In
een turfschuur worden ze allemaal
opgehangen.
Andere priesters vonden de dood op de
brandstapel op de Grote Markt van Den
Briel.
In 1675 worden ze zalig verklaard; in
1867 worden ze heilig verklaard.
17
In 1535 schafte Maarten Luther Sinterklaas af; Het Kerstkind werd de brenger van geschenken. Het geven
van cadeautjes en nieuwjaarsgiften aan familie en personeel werd gebruikelijk. Kleine kinderen kregen wat
kleingeld voor hun spaarpot en personeel een kerstpakket.
Op 1 januari wensen we iedereen het beste, zodat we die wensen ook terug ontvangen. Vroeger werd vooral
geld gegeven. Tegenwoordig zijn het de tijdschrift-en krantenbezorgers en de bezorgers van de folders die ons
hun beste wensen overbrengen, en zien we dit gebruik nog terug in het sturen van kerst-en nieuwjaarskaarten,
het geven en bezoeken van nieuwjaarsrecepties en de gewoonte iedereen die men ontmoet het beste te
wensen in het nieuwe jaar.
De laatste jaren is het gebruikelijk geworden zich massaal in het open en dus koude water te storten, meestal
in, soms zonder zwemkleding, maar ook in allerlei fantasie-uitmonsteringen, dit gebruik staat bekend als de
Nieuwjaarsduik. De traditionele Nieuwjaarsdijk die op 89 locaties in Nederland werd georganiseerd, trok op
1 januari 2012 een record aantal deelnemers. In Scheveningen namen deze keer 36.000 mensen een duik.
Gereinigd en schoon het nieuwe jaar in.
Vervolg van pagina 13
Nieuws Maasdelta
Bewoners commissie krijgt vragen of de keukens ook vervangen worden in het nummer woon heeft u het
volgende kunnen lezen
Een moderne keuken geeft, net als een modern toilet en een moderne badkamer, extra wooncomfort.
Maasdelta zette daarom enkele jaren geleden stapsgewijs een beleid in voor het vervangen van keukens
(vervangen na 20 jaar), badkamers en toiletten (beide vervangen na 30 jaar).
Gaandeweg hebben we moeten constateren dat het aantal vervangingen bij het handhaven van de genoemde vervangingstermijn de komende jaren te groot is. Mede omdat de kwaliteit van de producten een langere tijd mogelijk maakt en de kosten aanzienlijk zijn, heeft Maasdelta besloten deze termijnen te verlengen. Keukens worden voortaan pas na 25 jaar vervangen, badkamers en toiletten worden na 40 jaar vernieuwd. Uiteraard blijven wij er verantwoordelijk voor dat u uw keuken en sanitair goed kunt gebruiken en bent u als gebruiker verantwoordelijk voor de staat waarin alles zich bevindt. Bron
Bewonersblad WOON! Wanneer er iets kapot is in uw keuken, toilet of badkamer, dan kunt u ons dit telefonisch melden.
Echter moet u wel hiervoor het service onderhoud contract voor hebben afgesloten de kosten hiervan
zijn 4.50€ u kunt deze aanvragen bij de maasdelta
Mocht hier verandering in komen zullen we u als BC natuurlijk op de hoogte stellen
18
Met groot onderhoud gaat de bewoners commissie met de Maasdelta een energie zuinige woning realiseren wat
houd dit in
Een beter energielabel, met woonlastengarantie Als een woning energiezuiniger wordt gemaakt moet dat leiden tot lagere of gelijkblijvende woonlasten, en niet tot een huurverhoging die het voordeel van de lagere energierekening weer teniet doet. Dat is het uitgangspunt van de woonlastenwaarborg, die onlangs succesvol werd ingezet in het Utrechtse Montfoort.
Woningcorporatie GroenWest, verhuurder in het Groene Hart, heeft vorig jaar 82 eengezinswoningen in Montfoort energiezuiniger gemaakt. De slecht geïsoleerde woningen uit 1975 zijn ingrijpend verbeterd.
Er kwam isolatie voor daken, vloeren en panelen. De ramen kregen HR++ glas, kieren
werden gedicht, en er kwamen zonneboilers. Ook werden de woningen uitgerust met een vraaggestuurd ventilatiesysteem. Door al deze maatregelen ging het energielabel van de woningen omhoog van E naar A.
Bij de voorgestelde huurverhoging van € 29, - per maand werd een woonlastenwaarborg afgesproken: de huurverhoging mocht in de praktijk niet hoger uitpakken dan de gemiddelde besparing op de energierekening. De corporatie schakelde de Woonbond in om besparingsberekeningen te controleren en bewoners over de waarborg te informeren.
Na een jaar controle bereikte besparing
Na een jaar is bekeken wat de huurders daadwerkelijk hebben bespaard op hun energierekening. De gemiddelde besparing was ruim € 40 per maand, dicht in de buurt van het bedrag dat vooraf was berekend. Daarmee is de woonlastengarantie in Montfoort ruimschoots gehaald. Was nou gebleken dat de gemiddelde besparing in het complex lager was geweest dan de huurverhoging, dan had dat tot aanpassing van de huurprijs geleid. Want ook dat hoort bij de woonlastenwaarborg. Als na een jaar blijkt dat de huurverhoging de lagere energierekening teniet heeft gedaan, wordt de huur opnieuw berekend en krijgen huurders geld terug.
Waarborg in convenant Energiebesparing
Het instrument woonlastenwaarborg werd in het leven geroepen door de Woonbond en Aedes, vereniging van woningcorporaties. Dat gebeurde vanwege het Convenant Energiebesparing Huursector. Intussen is de waarborg tientallen keren toegepast in de corporatiesector, en wordt er ook door particuliere verhuurders mee geëxperimenteerd. Sinds juni 2012 doen ook particuliere verhuurders (VastgoedBelang) mee aan dit convenant.
Nog veel te bereiken met inzet waarborg
Van 2 miljoen woningen is inmiddels bekend of ze energiezuinig zijn of juist niet, zo blijkt uit een recente inventarisatie van het Centraal Bureau voor Statistiek. Vooral huurwoningen hebben een energielabel, maar liefst 90% van de gelabelde woningen is een huurhuis. Nog geen 14% van de gelabelde huurwoningen heeft het zuinige label A of B. Met energiebesparende maatregelen en inzet van de woonlastenwaarborg valt dus nog een forse reductie op de woonlasten van huurders te bereiken.
Uit het overzicht zien we dat we kunnen besparen op onze dure energie kosten natuurlijk staat hier een geringe
huurverhoging tegenover Maasdelta investeert in energie zuinige woning en wij als bewoners kunnen hiervan
profiteren de bewoners commissie zal zeker alle belangen hierin u goed vertegenwoordigen, en is er van
overtuigd dat na alle verbouwingen we een flat krijgen waar we nog jarenlang plezier van kunnen hebben.
19
Wat doet de politiek om de huurmarkt weer op gang te krijgen we hebben via de Woonbond het
onderstaande artikel gevonden en plaatsen onze kanttekening waarom dit nog niet is doorgevoerd
Inkomensgrens sociale
huursector mag omhoog van
Europa
De Europese Commissie gaat
niet dwarsliggen als Nederland
de inkomensgrens voor de
sociale huursector zal verhogen
naar 40.000 of 43.000 euro.
‘Zolang het maar geen 70.000
wordt’. Dat bleek dinsdag 30
oktober tijdens een Europese
hoorzitting over de
inkomensgrens in Brussel.
Topambtenaar Gert-Jan Koopman van de Europese Commissie (EC) benadrukte tijdens de hoorzitting dat de lidstaten hun eigen beleid kunnen voeren wat betreft de omvang van de sociale huursector, inclusief het vaststellen van de inkomensgrenzen. Als er maar geen sprake is een zogeheten ‘manifest error’. Hij herhaalde daarmee wat Eurocommissaris Joaquín Almunia van
Mededinging al diverse malen heeft gezegd: ‘Ik ben niet de minister van Wonen van Nederland’.
Tijdens de hoorzitting drongen diverse sprekers uit Nederland aan op verhoging van de grens. Woonbonddirecteur Ronald
Paping wil dat de grens omhoog gaat van € 34.085 naar € 40.000 voor alleenstaanden en € 48.000 voor meerpersoonshuishoudens. Wethouder Arie Wijten van Schiedam, die sprak namens de 32 grootste gemeenten, pleitte voor een inkomensgrens van € 43.000. Hij hield de zaal voor hoe desastreus de huidige inkomensgrens uitpakt voor veel huishoudens met een middeninkomen. Een onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving dat dezelfde dag werd gepubliceerd bevestigt zijn analyse. Sinds de introductie van de inkomensgrens is de gemiddelde zoektijd voor een woningzoekende met een inkomen tussen € 34.000 en € 38.000 gestegen met 52 procent, van 2,1 naar 3,2 jaar. Voor inkomens tussen de € 38.000 en € 43.000 nam de zoektijd met 34 procent toe van 2 naar 2,7 jaar. Daar staat tegenover dat voor de inkomens onder de € 34.000 de zoektijd met 19 procent is
gedaald, van 2,7 naar 2,2 jaar.
Pleidooi voor betaalbare huren
Namens de IUT, de internationale huurdersbond, hield Barbara Steenbergen in Brussel een vurig pleidooi voor een grotere
sociale huursector, met betaalbare huren. ‘Het aantal mensen dat zich zorgen maakt over de betaalbaarheid is in twee jaar
tijd gestegen van 29 naar 43 procent. De economische crisis demonstreert het marktfalen. De markt kan de
huisvestingsproblemen niet oplossen.’
Misbruik EU-regelgeving
Steenbergen maakte zich boos op de commerciële verhuurders die met hun klacht over de vermeende oneerlijke
concurrentie van de sociale huursector verantwoordelijk zijn voor veel problemen. ‘Jullie krijgen wat mij betreft een rode
kaart. Wat is jullie doel? Jullie kunnen in de sociale sector bouwen maar doen het niet. Jullie misbruiken EU-regelgeving
om schaarste te creëren en de prijzen op te drijven. Is dat jullie geheime agenda?’
Interventie in private markten nodig
Volgens advocaat Maarten Meulenbelt van de commerciële verhuurders was de reden van de klacht niet zozeer de
omvang van de sociale huursector als wel het gebrek aan transparantie. Diverse sprekers betwistten dit. Raymons Hencks,
die voor de EC op dit moment de laatste hand legt aan een rapport over sociale huisvesting, hield een opmerkelijk pleidooi
voor een andere koers. ‘Het is duidelijk dat de markt faalt bij het oplossen van de problemen op de woningmarkt. De
overheden zouden moeten daarom interveniëren in de private markten.’
20
Fusie- en bezuinigingsperikelen en een vertrekkende wethouder financiën.
Mia Sliwinski
Dat we in roerige tijden leven is wel duidelijk
en daar doet de Spijkenisser wethouder Gert-
Jan ’t Hart nog een schepje bovenop. Op het
moment dat Spijkenisse voor een enorme
bezuinigingsopdracht èn een mogelijke fusie
met buurgemeente Bernisse staat, stapt hij
op. Laat ik voorop stellen dat Trots best veel
moeite had met de keuzes van deze
wethouder, maar dat zij toch van mening is
dat hij zijn karwei moet afmaken.
Laat ik beginnen met die
bezuinigingsopdracht. Spijkenisse moet circa
15 mlj € in de komende jaren bezuinigingen.
Dit komt o.a. door minder toelages vanuit het
rijk en de lagere opbrengst van de te verkopen
gronden. In 2013 gaan we daar nog weinig
van merken aangezien alle potjes omgekeerd
worden om alle lopende zaken van te betalen.
Dat dit zorgelijk is, lijkt mij duidelijk. In 2014
echter, zijn alle potjes leeg en moeten we het
doen met de inkomsten vanuit het rijk en de
belastingen die lokaal worden opgelegd. Het
is alleen te hopen dat Spijkenisse nog wat
grondopbrengsten binnenhaalt, want zonder
dat wordt het geen leuk jaar. U en ik zullen dit
direct gaan merken, zowel in de portemonnee
als in onze woonomgeving.
Wat nog zorgelijker is, is dat het nieuwe theater nu gebouwd
wordt. Er is een bedrag voor gereserveerd, maar het is een
kwestie van tijd dat we geconfronteerd zullen worden met
overschrijdingen. U begrijpt vast wel, dat hier geen reserves
meer voor zullen zijn, de potjes zijn immers reeds omgekeerd
en het geld is uitgegeven. Daarnaast de tegenvallende
inkomsten vanuit de parkeergelden, die reeds in 2012 voor
een min van een miljoen zorgen. Dit betekent kortweg dat
Spijkenisse in de schulden gaat belanden met artikel 12 op
de loer. Ik houd m’n hart vast!
Dan die fusie met Bernisse. Er is een hoop gekrakeel vanuit
de Bernisser inwoners die de fusie totaal niet zien zitten.
Begrijpelijk, maar zeer voorbarig, vind ik. De
fusiemogelijkheid is nog in onderzoek en de uitkomsten
daarvan komen spoedig. Wellicht moeten de Bernissenaren
daar even op wachten voordat zij in actie komen. Trots staat
niet negatief tegenover die fusie, maar is wel van mening dat
het huwelijk ‘in gemeenschap van goederen’ moet
plaatsvinden. Een ervaren wethouder van financiën is daarin
onontbeerlijk. Met het vertrek van ’t Hart verzwakt
Spijkenisse haar positie en het is nog maar te bezien of de
beoogd opvolger van ’t Hart dit grote karwei kan klaren.
Overigens staat Trots niet te popelen om een nieuwe
wethouder aan te stellen. Zij ziet liever dat de portefeuille van
’t Hart verdeeld wordt onder de zittende wethouders. Gezien
de enorme bezuinigingsopdracht die er staat scheelt dit
alweer een snel een paar ton aan uitgaven. Daarnaast zijn er
binnen twee jaar alweer nieuwe verkiezingen, dus laten we
het tot die tijd even met vier wethouders doen.
De vertrekkende wethouder financiën laat Spijkenisse voor gezien vanwege een mooie nieuwe uitdaging, hij wordt directeur van
het bedrijf waar hij voor zijn wethouderschap al werkte. Is het een vlucht of is het een ‘offer he can’t refuse’? Ik denk dat hij,
gezien de malaise in de stad, eieren voor z’n geld kiest. Hij heeft immers altijd geroepen dat hij ‘z’n karwei’ af wilde maken, maar
de bouw van het theater is nog maar net gestart, laat staan afgerond en de opening ligt nog ver weg, om over de ontwikkelingen
rondom Haven Zuid nog maar niet te spreken. Ik vind het ook opvallend dat hij vertrekt terwijl er nog een mogelijk gevalletje
belangenverstrengeling ligt. Zo voert Trots aan dat de wethouder het eigen beleid voor het geven van opdrachten niet na heeft
geleefd. In dat beleid is opgenomen dat bij iedere opdracht ten minste drie offertes (artikel 4.4 van het aanbestedingsbeleid)
moeten worden opgevraagd en bedrijven uit Spijkenisse, mits voorhanden, voorrang krijgen. Nu is er niet één offerte opgevraagd,
maar heeft een bedrijf uit Schiedam de opdracht voor het ‘Charme-offensief’ gekregen. Opvallend is, dat een oud-raadslid van
ONS de eigenaar van dit bedrijf is.
ONS kent ONS zullen we maar zeggen!
Met Trotse groet,
Mia Sliwinski