Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

36
inSTallaTieSYSTeMen TechniSche inFORMaTie Uponor meerlagenleidingsysteem Sprinkler: MLC-S leidingsysteem voor sprinklerplafonds

description

http://www.uponor.de/~/media/countryspecific/central-europe/downloadcenter-ce/ti_technical-information/nl-nl-be-nl/ti_uponor-meerlagenleidingsysteem-sprinkler_1008198_02_2007_nl.pdf?version=1

Transcript of Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

Page 1: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

Technisches handbuch

T e c h n i c a l M a n Ua l

inSTallaTieSYSTeMen

T e c h n i S c h e i n F O R M aT i e

Uponor meerlagenleidingsysteem Sprinkler: MLC-S leidingsysteem voor sprinklerplafonds

Page 2: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

2 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

uponor biedt oplossingen die op doordachte producten zijn gebaseerd, wat de reden is dat wij momenteel wereldwijd tot de belangrijkste leveranciers behoren op het gebied van woning, milieu- en gemeentelijke techniek. Met het samenbrengen tot een sterk, globaal merk, stroomlijnen wij arbeidsprocessen, werken nog effi ciënter en vereenvoudigen ons aanbod. dat wil zeggen: alleen uitstekende producten verlaten ons bedrijf. Producten die reeds nu voldoen aan de eisen van morgen, gecombineerd met een voortreffelijke service voor onze klanten uit de sectoren verwarmen/koelen, installatie- en leidingsystemen.

eén merk – één belofte

Wij voelen ons verplicht ten opzichte van onze klanten en partners. Met verantwoordelijk-heidsgevoel, betrouwbaarheid en duidelijkheid maken wij iedere belofte waar. Samen met de vakmensen in de markt staan wij voor levenslange behaaglijkheid, zodat u met ons aan de toekomst bouwt. Vandaag en in de toekomst.

Technische wijzigingen, druk- en zetfouten voorbehouden Meer informatie onder www.uponor.de

De onderneming Uponor staat voor kwaliteit en knowhow, voor een groot scala aan individuele oplossingen in combinatie met een service van topklasse.

Voor de toekomst bundelen wij onze deskundigheid in de drie bedrijfssectoren verwarmen/koelen, installatiesystemen en infrastructuur.

ieder toepassingsgebied vraagt naar zijn eigen, individuele uitgangspunten voor pro-bleemoplossingen. Wij leveren ze!

Ten minste twee componenten verbinden zich tot een systeem. Wij bieden zorgvuldig uitgewerkte en aan de praktijk beproefde oplossingen voor onze klanten en partners.

De basis van onze systemen vormen afzonder-lijke op elkaar afgestemde componenten, die in onze prijslijsten eenvoudig te vinden zijn.

Uponor maakt het verschil

Componenten

Onderneming

Bedrijfssectoren

Toepassingsgebied

Systemen

Uponor – de doordachte keuze

Page 3: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

�T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Inhoudsopgave:

uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler: MLc-s leidingsysteem voor sprinklerplafonds •••••••••••••••••• 4 Begripsdefinitie sprinklerplafond •••••••••••••••••••••••••••••• 4 algemeen ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• 4 Systeembeschrijving Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding ••••••• 5 Beschrijving persfittingen en verbindingstechniek •••••••••••••••• 6 Systeemvoordelen ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• 7 Toepassingsgebieden en opslagvoorwaarden •••••••••••••••••••• 7 Toelatingen en certificeringen •••••••••••••••••••••••••••••••• 8 Kwaliteit •••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• 8

Technische voorschriften •••••••••••••••••••••••••••••••••••• 9 Door VdS (Verband der Sachversicherer) gekeurde sprinklerplafondconstructies ••••••••••••••••••••••••••••••••• 9 Ontwerp en uitvoering van sprinklerplafonds ••••••••••••••••••• 10 Doorvoer door dilataties ••••••••••••••••••••••••••••••••••• 10 Bescherming tegen uitwendige corrosie ••••••••••••••••••••••• 11 aarding (potentiaalvereffening) ••••••••••••••••••••••••••••• 11 Druktest en leidingspoeling ••••••••••••••••••••••••••••••••• 11

Montage- en installatierichtlijnen ••••••••••••••••••••••••••• 15 Gestelde eisen aan het montagepersoneel ••••••••••••••••••••• 15 Transport en opslag ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• 15 aanwijzingen voor de verwerking van schroefdraadovergangen ••••• 15 Montageafmetingen •••••••••••••••••••••••••••••••••••••• 16 Montage volgens Z-maatvoering••••••••••••••••••••••••••••• 16 Gestelde eisen aan gereedschappen •••••••••••••••••••••••••• 16 Buigen van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen ••••••••• 17 Buigen met de buigtang ••••••••••••••••••••••••••••••••••• 17 Perstechniek •••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• 18 lijst combineerbare Uponor persbekken/externe persmachines ••••• 19 Onderhoudsaanwijzingen voor het Uponor persgereedschap ••••••• 20

berekeningsgrondslagen ••••••••••••••••••••••••••••••••••• 21 Technische gegevens Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding •••••• 21 Zeta-waarde en equivalente leidinglengte •••••••••••••••••••••• 21 leidingweerstandstabellen Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding ••• 22 c-waarde van Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding ••••••••••• 22

Productbeschrijvingen ••••••••••••••••••••••••••••••••••••• 2� Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen ••••••••••••••••••••• 2� Uponor Sprinkler persfittingen •••••••••••••••••••••••••••••• 2� Uponor Sprinkler persfittingen sprinklerdoosaansluitingen ••••••••• 25 Uponor gereedschappen ••••••••••••••••••••••••••••••••••• 26

Montagehandleiding •••••••••••••••••••••••••••••••••••••• 29

druktestrapport •••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• �2

Vds erkenning •••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• ��

staat van wijzigingen •••••••••••••••••••••••••••••••••••••• �5

alle wettelijke en technische informatie zijn naar beste weten zorgvuldig samengesteld. Fouten kunnen echter niet volledig worden uitgesloten en hiervoor wordt geen aanspra-kelijkheid aanvaard. alleen de originele tekst van deze handleiding is wettelijk bindend.

het werk is inclusief al zijn onderdelen auteursrechtelijk beschermd. iedere toepas-sing buiten de door de auteurswet toegestane uitzonderingen is zonder toestemming van Uponor Gmbh niet toegestaan. Met name reproducties, nadruk, bewerkingen, opslag en verwerking in elektronische systemen, verta-lingen en microfilms behouden wij ons voor. Technische wijzigingen voorbehouden.

Page 4: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

4 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Uponor meerlagenleidingsysteem Sprinkler:MLC-S leidingsysteem voor sprinklerplafonds

begripsdefinitie sprinklerplafond

Dit technisch handboek beschrijft het gebruik van het Uponor Sprinkler Mlc-S leidingsysteem voor de instal-latie van een gedefinieerde sectie van de sprinklerinstal-latie. enkele componenten van het Uponor Sprinkler Mlc-S leidingsysteem bestaan uit materialen die in geval van brand niet bestand zijn tegen hoge tempera-turen. Daarom is het absoluut noodzakelijk om de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen binnen de betonplafondconstructie te verwerken om de werking ervan volledig te garanderen.

De door de VdS (Verband der Sachversicherer) geteste betonnen plafondconstructie bestaat uit het Uponor Sprinkler Mlc-S leidingsysteem voor de aansluiting van de in de geprefabriceerde betonelementen meegestorte sprinkleraansluitdoos F1500 en Tyco BSP. De geprefa-briceerde betonelementen hebben een dikte van mini-maal 5 cm met daarin een betonwapening. Verdere details, zie door VdS gekeurde sprinklerplafondcon-structies (pagina 9).

in de volgende beschrijvingen wordt deze constructie-wijze sprinklerplafond genoemd.

algemeen

Sprinklerinstallaties zijn continu operationele, niet ver-plaatsbare en automatische brandblus-, brandvertra-gings- en brandbeveiligingsinstallaties. een automati-sche sprinklerinstallatie bestaat uit een netwerk van onder druk staande leidingen. Deze garanderen, indien nodig, de bluswatervoorziening aan de geactiveerde sprinklers.

Sprinklerinstallaties werken selectief, dat wil zeggen alleen die sprinklers, waarbij in het werkgebied hoge temperaturen tussen circa 60 t/m 260 °c ontstaan, worden automatisch geactiveerd.

Onder een sprinkler wordt een sproeikop verstaan, die door een warmtegevoelig activeringselement is afgeslo-ten. De sprinklerkoppen worden onderscheiden naar de wijze van thermische activering, sproeibeeld, waterver-deling, inbouwpositie en aan de hand van de waterca-paciteit.

Wanneer het activeringselement tot de activeringstem-peratuur wordt verhit, smelt het soldeer of breekt de glasbuis, waardoor het onder druk staande bluswater automatisch vrij komt en op de sprinklerschotel stuit. het bluswater wordt parapluvormig over de brandhaard (warmtebron) verdeeld. Bij natte sprinklerinstallaties stroomt het bluswater nagenoeg zonder vertraging uit de sproeikoppen. Gelijktijdig worden door de water-stroom die in het leidingnet ontstaat, alarminrichtingen geactiveerd.

Sprinklerinstallaties kunnen branden niet voorkomen, maar in een zo vroeg mogelijk stadium tijdens de ont-wikkelingsfase, melden en bestrijden. Door de gerichte bestijding van brandhaarden worden persoonlijk letsel, zaak- en milieuschade in hoge mate geminimaliseerd. De te gebruiken bluswaterhoeveelheid is hierdoor uiterst gering, waardoor beschadiging aan gebouwen, goederen en installaties wordt beperkt.

De in deze technische documentatie vermelde Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten maken, met inachtneming van een gedefinieerde betonplafondcon-structie, de installatie van een VdS gekeurd sprinklerpla-fond (nat systeem) mogelijk. De Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten bestaan uit de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding 32 x 3 mm, fittingen met een doorsnede van 32 mm en speciale fittingen voor de aan-sluiting van Tyco BSP sprinklerkoppen type F1500.

Page 5: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

5T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

De Uponor Unipipe Sprinkler meerlagenleiding is een leidinggeneratie die de voordelen van kunststof- en metalen leidingen verenigt en zodoende een optimale flexibiliteit en stevigheid, gecombineerd met een hoge druk- en temperatuurbelastbaarheid biedt.

Uponor Sprinkler Mlc-S bestaat uit een overlappend in lengterichting gelaste aluminium leiding, waarvan de binnen- en buitenzijde zijn voorzien van een polyethy-leenlaag. alle lagen worden door een tussenliggende hechtmiddellaag duurzaam met elkaar verbonden. Bij het Pe-materiaal gaat het om lineair polyethyleen met c8 zijketting met een verhoogde temperatuurbesten-digheid volgens Din 16833 (Pe-RT - polyethyleen of raised temperature resistance). Door een gerichte vor-ming van c8 kettingen in de moleculaire structuur van het materiaal wordt een soortgelijk effect bereikt als bij het vernetten van Pe. het overlappend lassen van de aluminium leiding levert door de bredere verbinding een zeer veilige en duurzame verbinding op. Op deze wijze is de dikte van de aluminiumleiding niet doorslaggevend voor het lassen en kan zodoende aan de gebruikseisen worden aangepast. Uponor Sprinkler Mlc-S is daarom in de kleinere afmetingen zodanig geconstrueerd, dat de aluminiumlaag de reactiekrachten van de kunststof neutraliseert. Op deze wijze wordt het montagegemak van de leiding aanzienlijk verhoogd, omdat de krachts-inspanning tijdens het buigen laag gehouden kan worden. Op grond van de kunststof binnen- en buiten-laag is de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding cor-rosiebestendig.

Opbouw van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding 32 x 3 mm

Pe-RThechtmiddel

Veiligheidsoverlappende met in lengterichting gelaste aluminiumleiding

hechtmiddel Pe-RT

De kunststof binnenlaag biedt door de geringe wandruw-heid geen aangrijpingspunten aan het water. aanslag en corrosie worden bij reglementair gebruik vermeden.

de belangrijkste voordelen van de uponor unipipe sprinkler MLc-s leiding zijn:

absoluut zuurstofdiffusiedicht, overtreft de Din 4726 standaard

geringe wandruwheid k = 0,0004 mm en dus geringe leidingweerstand, waardoor geringere drukverliezen

vormbestendig door compensatie van de reactiekrachten

hoge flexibiliteit, waardoor buigen met de hand mogelijk is

corrosiebestendig door binnen- en buitenlaag van kunststof

uitstekende levensduur biedt veiligheid voor het dagelijks gebruik

laag gewicht

De Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S installatie binnen het sprinklerplafond is door VdS getest voor drinkwater (koud) en een maximale bedrijfsdruk van 10 bar. Bij vragen met betrekking tot een andere configuratie moet met de fabrikant ruggespraak worden gehouden.

systeembeschrijving uponor unipipe sprinkler MLc-s leiding

Page 6: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

6 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

het fittingprogramma voor de installatie van Uponor Sprinkler Mlc-S binnen de VdS gekeurde sprinklerpla-fondconstructie bestaat uit vertinde messingfittingen met de doorsnede van 32 mm. Deze bezitten geprofi-leerde aluminium pershulzen en rode persbekaanslagrin-gen van kunststof.

De pershuls heeft kijkvensters, waarmee de insteekdiep-te van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding in de fitting vóór het persen kan worden gecontroleerd. De aan de buitenkant stevig bevestigde pershuls, die een vaste verbinding vormt met het fittinghuis, biedt bescherming tegen mechanische inwerkingen op de afdichtringen. De Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S lei-ding wordt tijdens de montage tussen de steun- en pershuls geschoven en door het persproces kracht- en vormgesloten met de metalen Uponor Sprinkler fitting verbonden. Dit vindt plaats door de druk van de Uponor persbekken. De rode kunststof aanslagring op de gepro-fileerde aluminium pershuls vergemakkelijkt daarbij het aanbrengen van de persgereedschappen.

De profilering van de steunhuls zorgt door inpersing in de binnenste kunststoflaag van de leiding voor een veili-ge onscheidbare verbinding. De afdichting vindt plaats tussen steunhuls en de binnenwand van de leiding door middel van twee in groeven liggende kunststof O-ringen, die bestand zijn tegen hoge temperatuur en veroudering.

na de montage kan de verbinding door de vormbesten-dige pershulzen buigkrachten opnemen zonder dat er lekkages ontstaan. een reeds geïnstalleerde leiding kan daardoor naderhand worden uitgelijnd.

De persverbindingstechniek is duurzaam dicht, zoals door de VdS erkenning, SKZ testberichten, DVGW-certi-ficaten en KiWa/KOMO certificaten wordt bevestigd.

de uponor sprinkler persfittingen bieden de volgende voordelen:

de fitting is zodanig ontworpen dat bij de voorgeschreven druktest volgens VdS cea 4001, nr. 17.1.1 bij de ongeperste verbinding water uitstroomt of wel dat de fitting zich van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding losmaakt

het gemakkelijk plaatsen van de fitting op de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding leidt tot een nog gebruikersvriendelijkere montage

de optimale vorm van de pershuls zorgt voor een persing op alle vlakken van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding op het fitting-lichaam

de eenvoudige montage en verwerking van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding en fitting vindt plaats met de beproefde originele Uponor persgereedschap

de drie radiale groeven van de pershuls nemen de persrillen van de persbek op en zorgen daar-door voor een optimale kantelvrije persing

de aanslagring van kunststof op de geprofi-leerde aluminium pershuls vergemakkelijkt het aanbrengen van de persgereedschappen

de Uponor Sprinkler persverbinding blijft ook na de persing draaibaar, waardoor het bijstellen vóór de druktest altijd mogelijk is

Doorsnedenteke-ning persmetaalfit-ting 32 mm met geprofileerde alumi-niumhuls en rode persbekaanslag

beschrijving persfittingen en verbindingstechniek

Page 7: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

7T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

systeemvoordelen

het uponor sprinkler MLc-s biedt voor de installatie van sprinklerplafonds de volgende voordelen:

VdS gekeurd leidingsysteem voor de installatie van sprinklerleidingen binnen het sprinklerpla-fond volgens VdS erkenning

de componenten van het sprinklerplafond zijn volledig in het betonplafond ingegoten

besparing van kosten op lange termijn door pre-miekortingen van de brand- en de brandbedrijfs-schadeverzekering mogelijk

de brandbestrijding begint onmiddellijk na het ontstaan van de brand, actieve brandbestrijding

sprinklerplafonds kunnen bijna overal worden toegepast, waar zich mensen en/of goederen bevinden

de sprinklerinstallatie wordt in de plafondcon-structie geïntegreerd, daardoor wordt de sprin-klerinstallatie onzichtbaar en geeft een maximum aan ontwerpvrijheid en optimale benutting van de ruimte

besparing op bouwkundige maatregelen mogelijk, bijvoorbeeld vermindering van het aantal vlucht-wegen in grotere gebouwen

hogere toegevoegde waarde van het gebouw door hogere veiligheidsstandaard

hoge veiligheidsstandaard – vermindering van schade aan personen, goederen en milieu door gerichte brandbeveiliging en brandbestrijding

eenvoudige, snelle en schone verwerking, geen lassen, solderen, draadsnijden of lijmen

besparing van arbeidsstappen en montagetijden dezelfde verwerkingsstappen en gereedschappen

als voor sanitair- en verwarmingsinstallatie montage door één persoon te realiseren onscheidbare, duurzaam dichte persverbinding producenten met kwaliteitsmanagementsysteem

volgens Din en iSO 9001:2000

alleen de VdS gekeurde Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten (zie productbeschrijvingen pagina 23) mogen binnen de betonplafondconstruc-tie voor de horizontaal geleide sprinklerleidingen tot aan de afsluiting aan de Tyco BSP sprinkleraansluit-dozen F1500 worden gebruikt

het complete Uponor Sprinkler Mlc-S leidingsysteem voor de aanvoer van bluswater van de Tyco BSP sprinkleraansluitdozen F1500 moet na de met succes uitgevoerde druktest volgens VDS cea 4001 nr. 17.1.1, spoelen van leidingen en aanbrengen van uit-wendige corrosiebescherming, volledig in beton worden gegoten. Daarbij dient de in deze documen-tatie beschreven en gekeurde sprinklerplafondcon-structie in acht genomen te worden

alle Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten mogen volgens VdS erkenning van 17-10-2006 alleen binnen de sprinklerplafondconstructie voor de installatie van sprinklerleidingen worden gebruikt. andere delen van de sprinklerinstallatie (bijvoorbeeld: stijgleidingen voor de bluswatertoevoer binnen het gebouw) mogen niet met Uponor Sprinkler Mlc-S worden uitgevoerd

voor de installatie van de sprinklerinstallatie mogen uitsluitend goedgekeurde constructieonderdelen worden gebruikt. De geschiktheidsverklaring van de betreffende componenten moet worden gedocumen-teerd door het testrapport of verklaring van een toe-gelaten keuringsinstituut (bijvoorbeeld: VdS erken-ning). De toelating van de Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten voor sprinklerplafonds wordt aangetoond door de VdS erkenning van 17-10-2006

met het Uponor Sprinkler systeem Mlc-S binnen de sprinklerplafondconstructies mogen alleen natte installaties worden gerealiseerd. Bij de uitvoering in het natte systeem moeten alle ruimten die aan het sprinklerplafond grenzen, het gehele jaar vorstvrij zijn

het sprinklerplafond wordt voorzien van (koud) drink-water. andere media (bijvoorbeeld: zeewater, opper-vlaktewater, hemelwater, industrieel water) zijn niet toegestaan

de aansluiting van het sprinklerplafond mag alleen plaatsvinden aan een sprinklerinstallatie met een maximale bedrijfsdruk van 10 bar. Wanneer de moge-lijkheid bestaat dat de maximaal toelaatbare bedrijfs-druk van het systeem van 10 bar kan worden over-schreden, moet op een geschikte plaats een veiligheidsinrichting tegen drukoverschrijdingen (veiligheidsventiel) worden ingebouwd

Let op!het gebruik van niet gekeurde Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten of andere systemen op het gebied van leidingen en leidingverbindingen, de installatie van andere sprinklerdozen alsmede wijzigingen binnen de

Toepassingsgebieden en opslagvoorwaarden

Toepassingsgebieden

Tijdens de toepassing van het gekeurde Uponor Sprin-kler Mlc-S sprinklerplafond dienen de volgende punten in acht genomen te worden:

de VdS erkenning van 17-10-2006 omvat een vast omschreven betonplafondconstructie, waarin het Uponor Sprinkler Mlc-S leidingsysteem met een doorsnede van 32 mm in combinatie met de Tyco BSP sprinkleraansluitdozen F1500 volledig in beton wordt gegoten

Page 8: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

8 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Toelatingen en certificeringen

De VdS erkenning van 17-10-2006 omvat een vast omschreven betonplafondconstructie, waarin het Uponor Sprinkler Mlc-S leidingsysteem met een doorsnede van 32 mm in combinatie met de Tyco BSP sprinkleraansluit-dozen F1500 volledig in beton wordt gegoten.

alleen de in de systeembeschrijvingen van deze docu-mentatie vermelde goedgekeurde Uponor Sprinkler Mlc-S componenten en de Tyco BSP sprinkleraansluit-dozen F1500 mogen voor de installatie van de sprinkler-leidingen binnen het sprinklerplafond worden gebruikt. het Uponor Sprinkler Mlc-S leidingsysteem komt over-een met de risicoklasse Oh3 (Oh = Ordinary hazards).

Let op!

het gebruik van niet gekeurde Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten of andere systemen op het gebied van leidingen en leidingverbindingen, de instal-latie van andere sprinklerdozen alsmede wijzigingen binnen de gedefinieerde betonplafondconstructie (laagdiktes, afstanden) zijn niet in de VdS erkenning van 17-10-2006 opgenomen.

Kwaliteit

Door controle volgens de normen van officiële materi-aalkeuringsinstituten alsmede door voortdurend eigen toezicht en controle beschikt het Uponor Sprinkler Mlc-S systeem over een hoge kwaliteitsstandaard.

De meest moderne productie installaties en jarenlange ervaring in de kunststof- en metaalverwerking in eigen bedrijf, volledig kwaliteitsmanagement, goederenont-vangst- en uitgiftecontroles, uitgebreide interne en externe kwaliteitscontroles garanderen de hoge kwali-teitstandaard van het Uponor Sprinkler systeem Mlc-S.

gedefinieerde betonplafondconstructie (laagdiktes, afstanden) zijn niet in de VdS erkenning van 17-10-2006 opgenomen.

Opslagvoorwaarden

Voor Uponor Unipipe Sprinkler meerlagenleidingen, Uponor Sprinkler fittingen en de daarbij behorende systeemcomponenten dienen bij langdurige opslag de volgende punten in acht genomen te worden om geen beschadigingen aan leidingen, fittingen en gereedschap-pen als gevolg van opslag te laten ontstaan. De aanwij-zingen gelden tevens voor gereedgekomen installatiede-len alsmede als instructies tijdens de montage. als aanvulling op deze richtlijnen dienen de algemene mon-tage instructies alsmede de afzonderlijke bedienings-handleidingen van alle apparaten en componenten in acht genomen te worden.

Voor alle elektrische gereedschappen en apparaten mag de opslagtemperatuur niet beneden 0 °c dalen.

als minimale verwerkingstemperatuur voor het leiding-systeem wordt -10 °c aanbevolen. De toelaatbare bedrijfstemperatuur van de persmachines mag niet lager zijn dan het vriespunt en mag niet hoger zijn dan 40 °c. De optimale verwerkingstemperatuur voor lei-ding, fitting en gereedschappen ligt tussen 5 en 25 °c.

Bij opslag beneden -10 °c moeten de leidingen aan de buitenkant worden beschermd tegen slag, stuik- en andere mechanische belastingen.

De omgeving voor opslag en montage dient droog en vrij van overmatige partikelbelasting te zijn om de probleemloze werking van de fittingen en gereed-schappen te waarborgen.

Uponor Unipipe Sprinkler leidingen moeten tegen langdurige directe zonnestraling en belasting door ultraviolette straling worden beschermd.

Tijdens de opslag tot en met de montage ter plaatse zijn fittingen en leidingen in de originele verpakking optimaal beschermd. Gereedschappen moeten steeds in de daarvoor bestemde gereedschapkoffers worden getransporteerd.

Uponor Sprinkler fittingen zijn in de ongeopende ori-ginele verpakking 6 jaar lang bruikbaar. Wanneer de Uponor Sprinkler fittingen in gereedschapkisten etc. zijn overgeladen, moeten zij binnen een jaar worden verbruikt.

Bij het stapelen van de leidingdozen mag de stapel-hoogte niet hoger zijn dan 2 m.

Tijdens transport en tijdens de montage mag niet met de leidingen, fittingen en gereedschappen worden gegooid.

De aanwijzingen gelden tevens voor gereedgekomen installatiedelen en tijdens de montage. aanvullend dienen bij deze richtlijnen de algemene montageaanwij-zingen alsmede de afzonderlijke bedieningsinstructies van alle apparaten en enkele componenten in acht geno-men te worden.

Page 9: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

9T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Technische gegevens

Voor de deskundige en reglementaire projectering, toe-passing, gebruik en installatie van de sprinklerinstallatie moeten de desbetreffende geldende normen/richtlijnen worden nagekomen. De geldende bouwkundige bepa-lingen, de algemeen erkende technische voorschriften, de nationale voorschriften/werkbladen en de bepalin-gen van de plaatselijke bouwinstanties/schadeverzeke-raars/brandweer moeten in acht genomen worden. Bovendien moeten de geldende voorschriften met betrekking tot de installatie, ongevallenpreventie en veiligheid worden nageleefd.

De aanwijzingen van deze technische documentatie “Uponor meerlagenleidingsysteem Sprinkler: Mlc-S leidingsysteem voor sprinklerplafonds” moeten voor gebruik, ontwerp, verwerking en installatie in acht worden genomen en dienen te worden nagekomen.

door Vds gekeurde sprinklerplafond-constructies

De gekeurde betonplafondconstructie bestaat uit een geprefabriceerde circa 50 mm dikke betonplaat en daarop een, tot aan de definitieve plafonddikte, aangebrachte bedekking van beton van kwaliteitsklasse B25 of B35.

Tijdens de prefabricage van de betonplaat in de beton-fabriek worden reeds de Tyco BSP sprinkleraansluitdo-zen F1500 en de onderste bewapening ingegoten. Om er zeker van te zijn dat de sprinkleraansluitdozen op de juiste plaatsen worden ingebouwd, moet aan de beton-fabriek een installatieschema met de plaatsing van de

sprinkleraansluitdozen worden overhandigd. Vervolgens worden de geprefabriceerde betonplaten vakkundig naar de bouwplaats getransporteerd.

na het monteren van de geprefabriceerde betonplaten in de plafondconstructie op de bouwplaats, vindt de aansluiting van de sprinklerdozen met de gekeurde Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten (zie pro-ductbeschrijvingen pagina 23) plaats. Tijdens de instal-latie van de Uponor Sprinkler componenten moeten de bepalingen van de Uponor Sprinkler Mlc-S montage-handleiding en van deze technische documentatie in acht worden genomen. als gebruik wordt gemaakt van een sprinklerdoos van Tyco BSP met geringe inbouw-hoogte is de aansluiting met de speciale persaansluiting 32 x 1 bu. dr. / ½ bi. dr. te realiseren.

Let op!

De componenten van het Uponor Sprinkler systeem Mlc-S bestaan uit materialen die in geval van brand niet bestand zijn tegen hoge temperaturen. Daarom is het absoluut noodzakelijk om de Uponor Sprinkler Mlc-S componenten inclusief de sprinklerplafondaan-sluitingen binnen de betonplafondconstructie volledig in te betonneren om de werking te garanderen.

Op de volgende afbeelding is de VdS gekeurde sprink-lerplafondconstructie met de minimale afstandsafme-tingen weergegeven.

25

2050

3032

138

250

25

Tyco BSP sprinkleraansluitdoos F1500

Persaansluiting 32 x 1 bi. dr

Pers T-stuk voor sprinkler 32 x 1 bu. dr. / ½ bi. dr. x 3232 x 1 bu. dr. / ¾ bi. dr. x 32

Persknie voor sprinkler32 x 1 bu. dr. / ½ bi. dr.32 x 1 bu. dr. / ¾ bi. dr.

Corrosie-bescherming

Persknie 90º32 x 32 of pers T-stuk

32 x 32 x 32

Persaansluiting32 x 1 bu. dr. / ½ bi. dr.32 x 1 bu. dr. / ¾ bi. dr.

Page 10: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

10 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

De aansluiting van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen (verdeel- en/of ringleidingen) aan de Tyco BSP sprinklerdoos type F1500 vindt plaats met behulp van een speciaal pers T-stuk. Bij steek- en/of afzonder-lijke aansluitleidingen vindt de aansluiting van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding aan de Tyco BSP sprinklerdoos type F1500 plaats met behulp van een speciale persknie 90°.

als gebruik wordt gemaakt van een sprinklerdoos van Tyco BSP met geringe inbouwhoogte is de aansluiting met de speciale persaansluiting 32 x 1 bu. dr. / ½ bi. dr. te realiseren.

De verbinding van het sprinklerplafond systeem met de componenten van de overige bluswatertoevoer kan plaatsvinden via een Uponor Sprinkler fitting met binnen- of buitendraad (bijvoorbeeld: via een Uponor Sprinkler persaansluiting 32 x 1 bi. dr.). Deze wordt even-eens geheel in de betonplafondconstructie ingegoten.

Let op!

het gebruik van niet gekeurde Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten of andere systemen op het gebied van leidingen en leidingverbindingen, de instal-latie van andere sprinklerdozen alsmede wijzigingen binnen de gedefinieerde betonplafondconstructie (laag-diktes, afstanden) zijn niet in de VdS erkenning van 17-10-2006 opgenomen.

Ontwerp en uitvoering van sprinklerplafonds

Projectering

Voor het ontwerp en de installatie van sprinklerinstalla-ties moet de VdS cea 4001:2003-01 “Richtlijnen voor sprinklerinstallaties - ontwerp en inbouw” in acht worden genomen.

Bij de inbouw van een sprinklerinstallatie moet tevens worden voldaan aan de voorwaarden van de bouwin-stanties en van de brandweer. Deze, evenals de later met de oplevering en certificering van de installatie betrokken instanties (bijvoorbeeld: VdS schadepreven-tie) moeten vanaf het begin in de projecterings- en ontwerpfase worden betrokken.

Keuze en rangschikking van de sprinklers

De keuze en rangschikking van de sprinklers vindt plaats door een door VdS erkende sprinklerinstallateur. het brandbeveiligingsbedrijf en/of ontwerpbureau dat met het ontwerp en/of installatie is belast, legt in over-leg met het plaatselijk bureau voor bouw- en woning-toezicht het juiste aantal en positie van de sprinklers vast. Voor verdere details wordt verwezen naar de betreffende richtlijnen van de VdS.

De Tyco BSP sprinklerdozen type F1500 kunnen met alle door VdS erkende hangende paraplusprinklers met een activeringstemperatuur van maximaal 68 °c worden uitgerust. Gewezen wordt op toegestane plafondafstan-den volgens nr. 11.4.2 van de VdS cea 4001.

doorvoer door dilataties

doorvoer door bouwkundige dilataties

Doorvoer door bouwkundige dilataties dient vermeden te worden. Wanneer dit niet mogelijk is, kan de Uponor Unipipe sprinkler Mlc-S leiding met inachtneming van de volgende veiligheidsmaatregelen door de bouwkun-dige dilatatie worden geleid.

Bouwkundige dilatatie

Zachte leidingisolatieDikte van de isolatielaag ≥ 13 mm

bijvoorbeeld: Tubolit TL-32/13-DG

met plakband waterdicht afplakken

Uponor Unipipe Sprinkler MLC-S leiding

32 x 3 mm

≥ 500 mm ≥ 500 mm

Page 11: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

11T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

De Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen moeten op een lengte van tenminste 1 meter worden omman-teld met een zacht verende isolatie (dikte van de isola-tielaag 13 mm). De plaatsing van de leidingisolatie vindt plaats over het midden boven de bouwkundige dilatatie.

Met waterbestendige plakband worden de beide uitein-den en eventueel aanwezige stootkanten afgeplakt ter voorkoming van het binnendringen van beton en/of betonwater tussen isolatie en Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding.

doorvoering door betonelement dilataties

Wanneer het Uponor Sprinkler systeem Mlc-S bouwzij-dig in het betonelement ingebouwd wordt, kunnen de Uponor Unipipe Mlc-S leidingen op de bouwplaats middels de Uponor reparatiekoppelingen met elkaar verbonden worden. Voor de montage van de fittingen zijn de betonelementen voorzien van overeenkomende uitsparingen. is de dilatatie geen bouwkundige dilatatie, dan mag deze rechtlijnig gekruist worden. is de dilatatie gelijkertijd een bouwkundige dilatatie, dan zoals onder “Doorvoering door bouwkundige dilatatie” (pagina 10) beschreven te handelen.

bescherming tegen uitwendige corrosie

De Uponor Sprinkler fittingen moeten tegen direct con-tact met bouwmaterialen (bijvoorbeeld: beton, dekvloer, pleister of gips etc.) of met corrosiebevorderende media en/of materialen (bijvoorbeeld: ammoniakhoudende lucht in veestallen, chloorhoudende lucht in zwemba-den, reinigingsmiddelen, desinfecterende middelen) met passende maatregelen tegen uitwendige corrosie worden beschermd.

De toegepaste uitwendige corrosiebescherming moet waterdampdiffusiedicht-, warmte- en verouderingsbe-stendig zijn. De bescherming tegen uitwendige corrosie van de fittingen kan ook met geslotencellige isolatiema-terialen en/of met isolatieslangen worden bereikt, waar-bij de snij- en stootplaatsen zorgvuldig waterdampdiffu-siedicht moeten worden afgeplakt. er mag tegelijk met de externe corrosiebescherming geen vocht worden ingebouwd. chloor-, ammoniak-, sulfaat- en nitriethou-

dende omhullingen mogen niet worden gebruikt als cor-rosiebescherming. Vilt is niet als corrosiebescherming toegestaan.

Vóór het aanbrengen van de corrosiebescherming dient de voorgeschreven dichtheidstest volgens VDS cea 4001 nr. 17.1.1 worden uitgevoerd.

aarding (potentiaalvereffening)

De VDe 0190 Deel 410 en 540 verlangt aarding (poten-tiaalvereffening) tussen alle soorten aardleidingen en de aanwezige geleidende water, afvoerwater- en verwar-mingsleidingen. Omdat Uponor Sprinkler Mlc-S geen geleidende leidinginstallatie is, kan deze ook niet als aarding (potentieaalvereffening) worden gebruikt en kan niet worden geaard.

het aarden van leidingen (potentiaalvereffening) vindt plaats volgens VDe-richtlijn vanaf de te aarden compo-nenten direct naar de hoofdaardrail of -klem aan de in het ontwerp daartoe aangewezen plaats. De installateur of de bouwcoördinator is verplicht de opdrachtgever of de gevolgmachtigde van de opdrachtgever erop te wijzen dat door een erkende electro-installateur wordt gecontroleerd of de installatie van het Uponor Sprinkler Mlc-S de aanwezige elektrische beschermings- en aar-dingsmaatregelen niet nadelig beïnvloedt (VOB deel c algemene technische contractvoorwaarden aTV).

druktest en leidingspoeling

installatie van de uponor unipipe sprinkler MLc-s leidingen

na het inbouwen van de geprefabriceerde betonplaten wordt begonnen met de installatie van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen voor de toevoer naar de afzonderlijke sprinkleraansluitdozen.

De aansluiting van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen (verdeel- en/of ringleidingen) aan de Tyco BSP sprinklerdoos type F1500 vindt plaats met behulp van een speciaal pers T-stuk 32 x 1 bu. dr. / ½ bi. dr. x 32 dan wel 32 x 1 bu. dr. / ¾ bi. dr. x 32. Bij steek- en/of afzonderlijke aansluitleidingen vindt de aansluiting van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen aan de Tyco BSP sprinklerdoos type F1500 plaats met behulp van een speciale persknie 90° 32 x 1 bu. dr. / ½ bi. dr. dan wel 32 x 1 bu. dr. / ¾ bi. dr.

alle leidingsecties (verdeel- en ringleidingen, steek- en/of afzonderlijke aansluitleidingen) binnen het sprinkler-plafond dienen zodanig in de sprinklerdozen met vul- en aftapkranen te worden uitgerust, dat het vullen en aftappen van de complete installatie mogelijk wordt. De

Betonelement Betonelement

Reparatiekoppeling

Page 12: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

12 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

vul- en aftapkranen kunnen in de sprinkleraansluitdo-zen worden geschroefd. alle andere leidingopnames (open sprinklerdozen) worden afgesloten met ½ bu. dr. dan wel ¾ bu. dr. schroefpluggen.

De aansluiting van het sprinklerplafond aan de stijglei-ding van de bluswatervoorziening kan horizontaal bij-voorbeeld via een Uponor Sprinkler persaansluiting 32 x 1 bi. dr. plaatsvinden. De schroefdraadaansluiting moet eveneens met een schroefplug worden afgesloten.

na beëindiging van de installatiewerkzaamheden binnen het sprinklerplafond moeten alle leidingopeningen (sprinklerdozen en sprinklerplafondaansluitingen) geslo-ten zijn. Daardoor wordt het binnendringen van vreem-de objecten in het leidingsysteem tijdens de verdere werkzaamheden op de bouwplaats voorkomen.

Vullen en ontluchten van het gehele leidingnet

Vervolgens dienen alle Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen binnen de sprinklerplafondconstructie geheel met gefiltreerd drinkwater te worden gevuld en ont-lucht.

druktest conform Vds cea 4001

na het volledig ontluchten en vullen van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen vindt de druktest conform VdS cea 4001, nr. 17.1.1 plaats. Voor Uponor Sprinkler Mlc-S persverbindingen is het absoluut ver-plicht een druktest uit te voeren. Deze druktest is zowel een sterkte- als ook een dichtheidscontrole.

De complete installatie (dat wil zeggen pers- en schroefdraadverbindingen) binnen het sprinklerplafond moet worden gecontroleerd alvorens deze ingebeton-neerd of bedekt en de verbindingen omhuld worden. Daarbij is de visuele controle van elke verbindingsplaats belangrijk.

Gestelde eisen:

voor de reglementaire uitvoering van de druktest mag uitsluitend meetapparatuur worden gebruikt, waarmee een drukverschil van 0,1 bar afleesbaar wordt aange-geven.

Sprinklerplafondaansluiting afgesloten met schroefpluggen

Sprinkleraansluitdozen afgesloten met schroefpluggen

Testdruk 15 bartijdens de druktest,

testduur 2 uur

Afperspomp

Voorbereiding:

de gehele Uponor Sprinkler Mlc-S installatie binnen het sprinklerplafond moet aan een druktest met water worden onderworpen. De installatie is gevuld met gefiltreerd water (filter volgens Din 19632) en volledig ontlucht.

in de dichtheidscontrole kunnen alle onderdelen, waarvan het nominale drukniveau tenminste over-eenkomt met de testdruk, worden betrokken.

het drukmeetapparaat moet worden aangesloten op het diepste punt van de te controleren installatie. Wanneer de sprinklerinstallatie reeds is geïnstalleerd en aangesloten, moet het alarmventielstation als meetpunt worden gekozen.

de gereedgekomen, maar nog niet bedekte leidin-gen, moeten met gefiltreerd drinkwater worden gevuld (tegen vorst beschermen) en worden ont-lucht.

de Uponor Sprinkler Mlc-S installatie binnen het sprinklerplafond moet worden getest met de toege-stane maximale bedrijfsdruk 10 bar, te vermeerderen met 5 bar (gerelateerd aan het diepste punt van de installatie dan wel het alarmventielstation).

de temperatuurcompensatie tussen omgevingstem-peratuur en vulwatertemperatuur moet na het tot stand brengen van de testdruk door een adequate wachttijd worden afgewacht. indien nodig moet de testdruk na de wachttijd opnieuw worden aange-bracht.

tijdens controle moeten alle leidingopeningen (sprinkleraansluitdozen, aansluiting van het sprinklerplafond op de bluswatervoorziening) met geschikte metalen materialen (bijvoorbeeld: plug-gen) worden afgesloten.

Voorcontrole:

de testdruk binnen 30 minuten met tussenpozen van telkens 10 minuten tweemaal opnieuw tot stand brengen

de testdruk mag na afloop van nog eens 30 minuten niet meer dan 0,6 bar zakken

hoofdcontrole:

onmiddellijk in aansluiting op de voorcontrole de druktest geldt als succesvol afgesloten, wanneer

de testdruk na nog eens 2 uur niet meer dan 0,2 bar is gezakt

Testdruk: toelaatbare max. bedrijfsdruk 10 bar + 5 bar = 15 bar (gerelateerd aan het diepste punt van de installatie en/of alarmventielstation)

Testduur: 2 uurTestdrukverschil ∆p: ≥ 0,2 bar

afsluitende visuele controle van alle leidingverbindingen!

Page 13: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

1�T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

De resultaten van de druktest worden als bewijsstuk voor de installateur en opdrachtgever in een rapport vastgelegd. hiertoe kan het formulier aan het einde van de technische documentatie worden gekopieerd.

bescherming van de aansluiting van het sprinklerplafond

het gebied van de aansluiting van het sprinklerplafond aan de componenten van de bluswatervoorzieining (bijvoorbeeld: stijgleiding) moet worden beschermd alvorens het beton in te brengen. hiervoor kan bijvoor-beeld een bekisting worden gebruikt.

druktest tijdens de betonneerwerkzaamheden

Voor de Uponor Sprinkler Mlc-S installatie binnen het sprinklerplafond zijn nauwkeurige tests en controles tij-dens en aan het einde van installatiefase onontbeerlijk, aangezien het gehele Uponor Sprinkler Mlc-S systeem in het beton verdwijnt en daarom op een later tijdstip niet meer toegankelijk is. het installatiebedrijf van het sprinklerplafond moet tijdens het aanbrengen van het beton voortdurend ter plaatse zijn om beschadigingen onmiddellijk te kunnen herstellen.

aanwijzing:de termijnen van het betonneren moeten met VdS, vooraf worden afgesproken. De VdS beslist of een schouwing ter plaatse wordt gedaan en/of een deelna-me aan de druktests volgens het handboek plaatsvindt.

alle standaardprocedures voor het storten van het beton in de plafondconstructie door middel van beton-pompen of betoncontainers en aansluitende verdichting door trilapparaten zijn in combinatie met de Uponor Sprinkler Mlc-S componenten geschikt voor de sprink-lerinstallatie.

Bij speciale toepassingen of nieuwe betonneerprocedu-res moet ruggespraak worden gehouden met de fabri-kant. De procedure moet door Uponor worden vrijgege-ven.

Vóór aanvang van de betonneerwerkzaamheden moeten de volgende tests en controles worden uitgevoerd:

visuele controle van alle leidingverbindingen en aan-sluitingen aan de sprinkleraansluitdozen

visuele controle van de fittingen op aanwezige bescherming tegen uitwendige corrosie

visuele controle van de sprinklerplafondaansluiting op stevigheid - men dient zich ervan te overtuigen dat de dozen tijdens het betonstorten niet kantelen en de sprinklerdozen niet omhoog kunnen komen waardoor beton in de holle ruimte van de sprinkler-dozen kan binnendringen

visuele controle van de sprinklerplafondaansluiting – men dient zich ervan te overtuigen dat dit gebied niet wordt gebetonneerd

Tijdens de betonneerfase moet voorts worden gegaran-deerd dat de testdruk van 6 bar wordt gehandhaafd. Dit moet voortdurend worden gecontroleerd.

Mocht een drukverlaging van > 0,2 bar worden vastge-steld, dan moeten de betonwerkzaamheden worden onderbroken en het sprinkler leidingsysteem worden gecontroleerd op beschadigingen, die dan onmiddellijk moeten worden hersteld.

De resultaten van de druktest tijdens de betonneer-werkzaamheden worden als bewijsstuk voor de installa-teur en opdrachtgever in een rapport vastgelegd. hier-toe kan het formulier aan het einde van de technische documentatie worden gekopieerd.

Voor het overige moet het rapport aan de opdrachtge-ver ter beschikking worden gesteld en dient met alle overige documenten volgens de wettelijke grondbegin-selen (tenminste in de garantieperiode) bij het uitvoe-rend installatiebedrijf te worden bewaard.

Sprinklerplafondaansluiting afgesloten met schroefpluggen

Bescherming sprinklerplafondaansluiting(bijvoorbeeld: bekisting)

Sprinkleraansluitdozenafgesloten met schroefpluggen

Testdruk 6 bartijdens de

betonneerwerk-zaamheden

Page 14: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

14 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

aansluiting sprinklerplafond aan de bluswatervoorziening

na beëindiging van de betonneerwerkzaamheden vindt de aansluiting van het sprinklerplafond op de compo-nenten van de bluswatervoorziening (bijvoorbeeld: stijgleiding) plaats.

Let op!

De verbinding van het sprinklerplafond mag alleen aan een door sprinklerinstallaties toegelaten leidingsysteem (bijvoorbeeld: VdS erkenning) plaatsvinden.

Vervolgens wordt de gehele sprinklerinstallatie aan een druktest onderworpen. na het succesvol afsluiten van de druktest worden de metalen onderdelen in de buurt van de sprinklerplafondaansluiting voorzien van een bescherming tegen uitwendige corrosie. De testdrukin-richting wordt verwijderd en door een ½ bu. dr. schroef-plug vervangen.

nadat het beton is uitgehard, wordt de bekisting in de buurt van de sprinklerplafondaansluiting compleet ver-wijderd. De holle ruimte die hierdoor ontstaat wordt na het aanbrengen van de bescherming tegen uitwendige corrosie geheel opgevuld met een stortlaag in F 90 kwa-liteit (bijvoorbeeld: normaal in de handel verkrijgbaar zand). De aansluiting van de bluswatervoorziening aan het sprinklerplafond verdwijnt daarbij geheel in de F 90 stortlaag.

spoelen van de gehele leidinginstallatie

De gehele sprinklerinstallatie moet, ongeacht de gebruikte materialen, na beëindiging van de installatie-werkzaamheden grondig worden gespoeld. Door de spoeling moet de bruikbaarheid en functionaliteit van de gehele sprinklerinstallatie worden gewaarborgd.

Principieel moeten tijdens de installatiewerkzaamheden alle onderdelen zodanig worden opgeslagen, dat inwen-dige verontreiniging wordt voorkomen. Vóór de inbouw moeten zichtbare losse resten en afzettingen in leidin-

gen en fittingen worden verwijderd. losse resten van verspanende bewerkingen moeten worden verwijderd. Tijdens de assemblage mogen geen verontreinigingen in de installatie terecht komen. Vreemde objecten, die ondanks alle voorzorgsmaatregelen tijdens de installa-tiefase zijn binnengedrongen, moeten door grondig spoelen met gefiltreerd water worden verwijderd.

De Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen binnen het sprinklerplafond worden, voorzover geen ander spoelproces volgens contract wordt overeengekomen dan wel verlangd, gespoeld met de waterspoelprocedure met de locale verbruiksdruk. Ter voorkoming van het binnenspoelen van vaste deeltjes uit het leidingnet moeten filters worden ingebouwd.

naargelang van de grootte en het leidingtraject moet per leidingsegment worden gespoeld. Daarbij moet de spoelrichting vanaf de toevoer van de sprinklerinstalla-tie, in de spoelvolgorde per segment en per leiding-groep (actueel spoelsegment) van de meest nabij gele-gen naar de meest verwijderde leidinggroep worden aangehouden. Uitgaande van het einde van de stijglei-dinggroep wordt per verdieping de in het sprinklerpla-fond aanwezige Uponor Sprinkler Mlc-S installatie gespoeld.

Binnen het sprinklerplafond worden de sprinklerdozen, te beginnen met de sprinklerdoos die het verst van de stijgleidinggroep is verwijderd, helemaal geopend. na een spoelduur van 1 minuut aan de spoelplaats die het laatst werd geopend, worden de sprinklerdozen na elkaar in omgekeerde volgorde gesloten.

Plaatsen van sprinklers

nadat de leidingen zijn gespoeld, moet de sprinklerin-stallatie geheel worden afgetapt. alle inrichtingen ten behoeve van het spoelen van de installatie moeten worden verwijderd. in de sprinkleraansluitdozen worden de geprojecteerde sprinklers geplaatst.

Vervolgens moet een visuele controle van alle sprinkler-dozen worden uitgevoerd. Daarbij dient te worden gecontroleerd of in alle sprinkleraansluitdozen de geprojecteerde sprinklers aanwezig zijn.

Vervolgens dient de totale sprinklerinstallatie helemaal met gefiltreerd drinkwater te worden gevuld en ont-lucht.

Aansluiting op de bluswatervoorziening

F 90 Stortlaag

Sprinkleraansluitdozen afgesloten met schroefpluggen

Page 15: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

15T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Gestelde eisen aan het montagepersoneel

Teneinde een correcte montage uit te voeren en om de werking van de Uponor Sprinkler Mlc-S installatie te garanderen, dient uitsluitend geschoold en voor het aan-brengen van sprinklerinstallaties erkend technisch perso-neel (bijvoorbeeld: VdS erkend installatiebedrijf) te worden ingezet. Personeel in opleiding mag alleen onder toezicht van ter zake geschoold en bevoegd technisch personeel het Uponor Sprinkler Mlc-S systeem binnen het sprinklerplafond installeren. het verantwoordelijk technisch personeel moet vóór aanvang van de montage de montage instructie en de technische informatie hebben gelezen en begrepen.

Transport en opslag

De Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten zijn in de originele fabrieksverpakking optimaal beschermd en mogen eerst vóór de montage uit de originele verpakking worden genomen. De Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen mogen nooit over de grond, betonoppervlakken of betonwapeningen worden gesleept.

alle systeemcomponenten dienen onder deskundig toe-zicht zodanig verpakt, getransporteerd en opgeslagen te worden, dat:

iedere vorm van beschadiging aan de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding of Uponor Sprinkler fittingen is uitgesloten

geen componenten worden blootgesteld aan natuur-lijke weersomstandigheden (bijvoorbeeld: UV-straling, zon en wind)

iedere vorm van inwendige en uitwendige verontreini-ging en beschadiging (bijvoorbeeld: door aarde, modder, zand, afvalwater, stof, olie, vet, verf, lak, ver-dunningsmiddelen, reinigingsmiddelen, specie, dek-vloer, beton, pleister, gips, pur etc.) wordt voorkomen

de aanwijzingen met betrekking tot transport en opslag worden nagekomen

alle componenten dienen behoorlijk verpakt en gemar-keerd te worden opgeslagen. Tijdens het installeren van de leidinginstallatie moeten maatregelen worden getrof-fen om het binnendringen van vreemde stoffen (bijvoor-beeld: vuil, water, stof) in de installatie te voorkomen. leidingopeningen dienen met daartoe passende midde-len geheel te worden afgesloten.

Vóór de inbouw moeten herkenbare losse resten van de verspanende bewerking (ontbramen) worden verwijderd. Tijdens de assemblage mogen geen verontreinigingen in

Montage- en installatierichtlijnen

de installatie terechtkomen. De Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen en fittingen moeten bij eventuele inwendige verontreinigingen met inert gas of met olie-vrije perslucht te worden uitgeblazen en met geschikte middelen te worden gereinigd. Daarbij moet er op worden gelet dat de inwendige kunststoflaag van de leiding niet wordt beschadigd.

Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen met beschadi-gingen en/of beschadigde fittingen mogen niet worden gebruikt. Vóór het begin van de installatiewerkzaamhe-den van het sprinklersysteem moet een visuele controle van alle componenten van het Uponor Sprinkler Mlc-S systeem worden uitgevoerd. Uponor Sprinkler Mlc-S componenten met zichtbare beschadigingen mogen niet worden gebruikt voor de installatie van sprinklerplafonds.

aanwijzingen voor de verwerking van schroefdraadovergangen

Schroefdraadafdichtingsmiddelen moeten voor de desbe-treffende toepassing zijn gekeurd en toegelaten. Deze moeten overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant van de afdichtingsmiddelen worden gebruikt. De verbin-ding van het sprinklerplafond met de overige componen-ten van de sprinklerinstallatie vindt plaats via een Uponor Sprinkler fitting met binnen- of buitendraad. Uponor Sprinkler fittingen mogen alleen met genormeerde schroefdraden worden gecombineerd.

het aanbrengen van de schroefdraadverbindingen moet vóór het persen plaatsvinden om de persfittingverbinding niet te belasten. De schroefdraadverbindingen dienen vakkundig volgens de erkende technische voorschriften te worden uitgevoerd. Bij de verwerking van messingde-len mag in het algemeen geen geweld worden aange-wend. Teveel schroefdraadafdichtingsmiddel (bijvoor-beeld: teveel hennep) op de schroefdraadverbindingen moet worden vermeden.

Met de volgende punten dient bij het maken van schroef-draadverbindingen rekening te worden gehouden:

door de schroefverbinding te sterk aan te halen, kan beschadiging van het materiaal ontstaan, er dienen geschikte gereedschappen te worden gebruikt

de montagegereedschappen mogen voor het aanha-len van de verbinding niet worden verlengd (bijvoor-beeld: door het aanbrengen van buizen)

alle gebruikte materialen en hulpstoffen (bijvoorbeeld: afdichtings-, montage- en reinigingsmiddelen) moeten vrij zijn van in spanningsscheuren corrosiever-oorzakende media (bijvoorbeeld: ammoniak- of chloorhoudende verbindingen)

Page 16: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

16 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Let op!

afdichtingsmiddelen voor schroefdraadverbindingen moeten overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant van de afdichtingsmiddelen worden gebruikt.

Montageafmetingen

Minimale lengte van de leiding vóór montage tussen twee persfittingen:

aanwijzing:vóór het plaatsen in de fitting moeten de uiteinden van de leidingen (zie montagehandleiding pagina 29) ont-braamd zijn.

Minimale plaatsruimte voor het persproces met de pers-machines (UP 75, UP 75 el en Mini 32):

Leidingafm. da x s Leidinglengte L

32 x 3 mm minimaal 70 mm

B

A

B

Leidingafm. da x s afm. a afm. b*

32 x 3 mm 27 mm 75 mm

B

A

C

Leidingafm. da x s afm. a afm. b* afm. c

32 x 3 mm 50 mm 110 mm 50 mm

* Bij dezelfde buitendiameter van de leidingen

Montage volgens Z-maatvoering

als basis voor een efficiënte projectering, werkvoorbe-reiding en prefabricage levert de Z-maatvoering metho-de voor de verwerker aanzienlijke werkverlichtingen en besparingen op. Basis voor de Z-maatvoering methode is het uniform meten. alle te maken tracé’s worden via de axiale lijn vastgelegd door van midden tot midden (snijpunt van de axiale lijnen) te meten. (Voorbeeld: lR = lG - Z1 - Z2.)

Met behulp van de Z-maatvoering methode van de Uponor Sprinkler fittingen kan de installateur snel en gemakkelijk de exacte leidinglengte tussen de vormde-len calculatorisch bepalen. Door nauwkeurige vaststel-ling van het leidingtraject en coördinatie met architect, ontwerper en bouwleiding bij de voorbereiding van de eigenlijke installatie kunnen grote delen van de installa-tie voordelig in voormontage worden vervaardigd (Z-maatvoering zie productbeschrijving pagina 23).

Z 2Z 1

L G

L R

Gestelde eisen aan gereedschappen

alle voor de installatie van het sprinklerplafond gebruik-te gereedschappen moeten vrij zijn van visuele bescha-digingen en verontreinigingen. controleer in uw eigen belang de gereedschappen vóór aanvang van de instal-latiewerkzaamheden. Beschadigde (versleten) gereed-schappen moeten worden vervangen. alleen de vermel-de originele Uponor gereedschappen mogen voor het snijden, ontbramen en buigen van de leiding worden gebruikt. Deze zijn speciaal afgestemd op en getest voor het Uponor Sprinkler Mlc-S systeem.

Page 17: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

17T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

buigen van de uponor unipipe sprinkler MLc-s leiding

De Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen 32 x 3 mm kunnen met de hand, met de interne buigveer of met de buigtang met inachtneming van de betreffende minimale buigradius worden gebogen.

Meerdere malen buigen op het zelfde buigpunt is niet toegestaan! De gebogen leiding mag slechts éénmaal in de uitgangspositie worden teruggebogen!

Let op!

Warm buigen van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen door middel van open vuur (bijvoorbeeld: sol-deervlam), of andere warmtebronnen (bijvoorbeeld: heteluchtpistool, industrieföhn) is verboden!

buigen met de binnenbuigveer

leidinguiteinde ontbramen, buigveer zo ver mogelijk in het binnenste van de leiding voeren, totdat nog slechts een stuk zichtbaar is. De bocht mag niet zo sterk gebo-gen worden dat de ribben van de buigveer op de bui-tenste Pe mantel zichtbaar worden.

Minimale buigradius

Minimale buigradius in mm met de volgende hulpmid-delen:

Leidingafm. buigradius met buigradius met buigradius met da x s de hand interne buigveer buigtang

32 x 3 mm (5 x da) 160 mm (4 x da) 128 mm 111 mm

aanwijzing:in dit verband moet erop worden gelet, dat niet bene-den de minimale buigradius wordt gebogen. Wanneer onder minimale buigradius wordt gegaan, moet een overeenkomstig vormstuk (bijvoorbeeld: een persknie 90° 32 x 32 mm) worden ingebouwd.

Let op!

Wanneer een leiding abusievelijk geknikt of anderszins wordt beschadigd, moet deze plaats onmiddellijk door één of meerdere duurzaam dichte Uponor Sprinkler perskoppelingen 32 x 32 mm worden vervangen. Op deze manier kunnen ook leidingverlengingen worden gemaakt. De metalen verbindingen moeten met geschikte middelen tegen uitwendige corrosie worden beschermd.

buigen met de buigtang

Met de buigtang (art. nr. 76 05 32) kunnen de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen 32 x 3 mm nauwkeu-rig worden gebogen.

R

L

Wand

Markering voor het buigen

b

Begripsdefinitie: Berekeningsformules: l = buigbeenlengte b = l - xb = buigpunt x = booglengte

(zie tabel beneden)

Leiding diameter buigradius R booglengte x da x s bij 90° bocht

32 x 3 mm 111 mm 28,5 mm

Page 18: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

18 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

berekeningsvoorbeeld Gegeven: l (buigbeenlengte) = 1000 mm Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leiding 32 x 3 mm, 90° bochtGezocht: buigpunt b = ???Oplossing: b = l - x = 1000 mm – 28,5 mm = 971,5 m

buigtang 16 – �2 mm

A

1 12 23 3

A A

B B

III

Leiding diameter buig- Positie Opschrift Positie da x s segment tegenhouder tegenhouder strip

a a 1, 2 of � b i of ii

32 x 3 mm 32 3 32 ii

Perstechniek

Voor de Uponor Sprinkler persfittingen in de afmeting 32 kan worden gekozen uit de volgende persmachines en persbekken:

uponor persgereedschap uponor persbek

Uponor elektrisch persmachine UP 75 el

Uponor accu-persmachine UP 75

Uponor persbekken afmeting 32

Uponor accu-persmachine Mini 32

Uponor persbekken Mlc Mini 32

Page 19: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

19T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

De Uponor persbekken zijn speciaal voor gebruik in combinatie met de Uponor elektrische- en de Uponor accu-persmachine ontworpen. Bij gebruik van andere persmachinefabrikaten dient u zich de geschiktheid, garantie en veiligheid door de betreffende fabrikant te laten bevestigen.

De volgende tabel geeft de compatibiliteit van de Uponor persbekken met de persmachines van andere fabrikaten aan.

Lijst combineerbare uponor persbekken/externe persmachines

Machinetype uponor afmetingen persbekkenbenaming eigenschappen Type 14 tot �2 Type 40 en 50 Type 6� en type 75

Viega „Oud“ type 1 type 1 ja nee neeViega „nieuw“ type 2 type 2, serienummer beginnend met 96....; zijwaartse buis- constructie voor boutcontrole ja nee neeMannesmann „Oud“ Type eFP 1; kop niet draaibaar ja nee neeMannesmann „Oud“ Type eFP 2; kop draaibaar ja nee neeGeberit „Oud“ Type PWh – 40; zwarte huls boven persbek opname ja nee neeGeberit „nieuw“ Type PWh – 75; blauwe huls boven persbek opname ja nee neenovopress ecO 1/acO 1 ja ja neenovopress aFP 201/eFP 201 ja ja neenovopress acO 201 ja ja neeRidge Tool/Von arx Ridgid RP300 Viega PT2 h ja nee neeRidge Tool/Von arx Ridgid RP300 B Viega PT3 ah ja ja neeRidge Tool/Von arx Viega PT3 eh ja ja neeRidge Tool/Von arx Ridgid RP 10B Ridgid RP 10S ja ja neeRothenberger Romax Pressliner vanaf 01-02-2004

vanaf serienr. 010204999001 ja ja neeRothenberger Romax Pressliner ecO vanaf 01-02-2004

vanaf serienr. 010803777600 ja ja neeRothenberger Romax ac eco vanaf 01-05-2004

vanaf serienr. 010504555001 ja ja nee

Stand 09/2006

Page 20: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

20 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Onderhoudsaanwijzingen voor uponor persgereedschappen

De voornaamste voorwaarde voor de dichtheid en vei-ligheid van de Uponor Sprinkler Mlc-S installatie zijn technisch correct functionerende persgereedschappen en persbekken. De contouren van de persbekken mogen geen zichtbare beschadigingen vertonen. Zij moeten vrij zijn van verontreinigingen en aanslag. Persmachines met een lekkende hydrauliek die bijvoorbeeld olie ver-liezen mogen nooit voor installatie worden gebruikt.

De persgereedschappen zijn zoals ieder persgereed-schap onderhevig aan een natuurlijke slijtage. Bescha-digde (versleten) persgereedschappen mogen niet in de installatie worden gebruikt en moeten indien nodig worden vervangen. De bedrijfs- en onderhoudshandlei-ding van de persgereedschappen moet in acht genomen worden.

Wanneer het na het persproces herhaaldelijk komt tot vastplakken van de persbek met de pershuls van de persfitting, moeten de persbekken worden gecontro-leerd en dienen verontreinigingen en afzettingen te worden verwijderd.

Op de volgende punten moet worden gelet:

gereedschap alleen gebruiken in overeenstemming met de geldende UVV (Ongevallenpreventie) bepalingen van de bedrijfsvereniging (9. GPSGV – Machinebesluit (negende besluit met betrekking tot de Veiligheidswet voor apparaten en producten Richtlijn 98/37/eG van het europees Parlement en van de Raad van 22 januari 1998 voor de harmoni-satie van de rechts- en bestuursmaatregelen van de lidstaten voor machines)

gereedschap alleen gebruiken conform de bepalin-gen van het bedieningshandboek

niet met gereedschap gooien en niet met gereed-schappen (bijvoorbeeld: tang, hamer) bewerken

gereedschap alleen gebruiken voor het persen van de Uponor Sprinkler fittingen

gereedschap alleen gebruiken met de door de firma Uponor vrijgegeven persmachines

persgereedschappen tegen verontreinigingen (bij-voorbeeld: stof, specie, cement etc.) beschermen of bij verontreinigingen zo snel mogelijk reinigen (corrosiegevaar)

persgereedschap alleen droog en beschermd opslaan (bijvoorbeeld: in de Uponor gereedschaps-koffer)

Persgereedschappen steeds voor aanvang van de werkzaamheden reinigen/controleren:

1.) het gereedschap optisch controleren op zichtbare beschadigingen (bijvoorbeeld: lasstrip gescheurd, materiaalbreuk, uitbrekingen uit het gehard materiaal door vreemde voorwerpen tijdens het persen etc.)

2.) verontreinigingen van het oppervlak met behulp van een draadborstel verwijderen

Beschadigde (versleten) persgereedschappen mogen niet voor installatie worden gebruikt.

Regelmatige controle:

Onderhoud:persmachines en handperstangen in een cyclus van 3 jaren of na maximaal 10.000 persingen.

inspectie:persmachines en handperstangen jaarlijkse inspectie tussen de onderhoudsintervallen.

De Uponor persbekken zijn speciaal voor gebruik in combinatie met de Uponor elektrische- alsmede de Uponor accu-persmachine ontworpen. Bij gebruik van andere persmachines van andere fabrikaten dient u zich de geschiktheid, garantie en veiligheid door de betref-fende fabrikant te laten bevestigen.

Page 21: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

21T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Berekeningsgrondslagen

Technische gegevens uponor unipipe sprinkler MLc-s leiding

afmetingen da x s �2 x � mm

Binnendiameter di (mm) 26lengte op rol (m) 50Buitendiameter rol (cm) 120Gewicht rol (g/m) 323Gewicht rol met water 10 °c (g/m) 854Gewicht per rol (kg) 16,15Watervolume (l/m) 0,531leidingruwheid k (mm) 0,0004lengte-uitzettingscoëfficient α (m/m x K) 25 x 10-6

Maximale constante bedrijfsdruk 10 barMin. buigradius met de hand 5 x da (mm) 160Min. buigradius met interne buigveer 4 x da (mm) 128Min. buigradius met buigtang (mm) 111

Zeta-waarde en equivalente leidinglengten

Voor de bepaling van de Zeta-waarden en de equivalente leidinglengten is uitgegaan van een op de nominale diameter gerelateerde stromingssnelheid van 5 m/s.

afmeting da × s (mm)/binnendiameter di (mm) �2 x � mm/26 mm

Zeta-waarde z (-)/equivalente leidinglengte äL (m) z (-) äL (m)

Persknie 90° 3,0 3,6

Persknie 45° 1,6 1,9

Reducering 1,2 1,5

aftakking bij stromingsverdeling 3,4 4,1

aftakking doorgang bij stromingsverdeling 0,9 1,1

aftakking tegenstroom bij stromingsverdeling 3,0 3,6

Page 22: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

22 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Leidingweerstandstabellen uponor unipipe sprinkler MLc-s leiding

leidingweerstanddrukverschillen voor koud water met een temperatuur van 10 °c

da x s �2 x � mm da x s �2 x � mmdi 26 mm di 26 mmV/l 0,5� l/m V/l 0,5� l/m

Vs v R Vs v Rl/s m/s hPa/m l/s m/s hPa/m

0,10 0,19 0,28 1,70 3,20 39,10 0,20 0,38 0,91 1,80 3,39 43,30 0,30 0,57 1,84 1,90 3,58 47,69 0,40 0,75 3,03 2,00 3,77 52,27 0,50 0,94 4,48 2,10 3,96 57,04 0,60 1,13 6,17 2,20 4,14 61,99 0,70 1,32 8,10 2,30 4,33 67,13 0,80 1,51 10,25 2,40 4,52 72,45 0,90 1,70 12,63 2,50 4,71 77,96 1,00 1,88 15,22 2,60 4,90 83,64 1,10 2,07 18,02 2,70 5,09 89,50 1,20 2,26 21,03 2,80 5,27 95,54 1,30 2,45 24,24 2,90 5,46 101,76 1,40 2,64 27,66 3,00 5,65 108,15 1,50 2,83 31,28 3,50 6,59 142,73 1,60 3,01 35,09 4,00 7,53 181,57

VS = Piekdebiet in liter/seconde [l/s] v = Stromingssnelheid in meter/seconde [m/s] R = leidingweerstanden in hectopascal/meter (1 hPa = 1 mbar = 100 Pa)

c-waarde van uponor unipipe sprinkler MLc-s leiding

Door het gladde oppervlak van de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen kan voor het berekenen van het drukverlies van de c-waarde van 140 aangevoerd worden.

Page 23: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

2�T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Productbeschrijvingen

absoluut zuurstofdiffusiedichte meerlagenleiding (Pe RT – hechtmiddel – met overlappende langslas gelast aluminium – hechtmiddel – Pe-RT) voor de installatie van sprinklerleidingen (drinkwater koud) binnen de sprinkler-plafondconstructie volgens VdS erkenning van 17-10-2006. normaal brand-baar, bouwmaterialenklasse B2 volgens Din 4102. Kleur: vuurrood conform Ral 3000.

Maximale bedrijfsdruk: 10 bar

uponor unipipe sprinkler MLc-s leidingen

uponor unipipe sprinkler MLc-s leidingen, �2 x � mm rood op rol

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bruikbaar voor de aansluiting van het sprinklerplafond aan de bluswater-voorziening volgens VdS erkenning van 17-10-2006. Buitendraad volgens Din en 10226-1 voor het afdichten.

uponor sprinkler persfittingen

Persaansluiting bu. dr.

afmeting di art. nr. Ve Lengte Gewicht Gewichtda x smm mm m/rol kg/rol kg/m

32 x 3 26 735320 50 16,2 0,323

afmeting art. nr. Z L Gewicht mm mm g/st.

32 x 1 bu. dr. 980301 34 65 184

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bruik-baar voor de aansluiting van het sprinklerplafond aan de bluswatervoorziening volgens VdS erkenning van 17.10.2006. cilindrische binnendraad Din en 10226-1.

Persaansluiting bi. dr.

afmeting art. nr. Z L L1 Gewicht mm mm mm g/st.

32 x 1 bi. dr. 980302 11 61 31 208

Page 24: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

24 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bruikbaar voor de aansluiting van de sprinkler leidingen in het sprinklerpla-fond volgens VdS erkenning van 17-10-2006.

Persknie 90°

afmeting art. nr. Z L Gewicht mm mm g/st.

32 x 32 980303 23 53 239

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bruikbaar voor de aansluiting van het sprinklerplafond aan de bluswater-voorziening volgens VdS erkenning van 17-10-2006. Buitendraad volgens Din en 10226-1 voor het afdichten.

Persknie 90° bu. dr.

afmeting art. nr. Z Z1 L L1 Gewicht mm mm mm mm g/st.

32 x 1 bu. dr. 980304 26 28 44 58 259

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bruikbaar voor de aansluiting van de sprinkler leidingen in het sprinklerpla-fond volgens VdS erkenning van 17-10-2006. cilindrische binnendraad Din en 10226-1.

Persknie 90° bi. dr.

afmeting art. nr. Z Z1 L L1 Gewicht mm mm mm mm g/st.

32 x 1 bi. dr. 980305 29 28 47 58 293

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bruikbaar voor de aansluiting van de sprinkler leidingen in het sprinklerpla-fond volgens VdS erkenning van 17-10-2006.

Persknie 45°

afmeting art. nr. Z L Gewicht mm mm g/st.

32 x 32 980306 18 49 226

Page 25: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

25T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bruikbaar voor de aansluiting van de sprinkler leidingen in het sprinklerpla-fond volgens VdS erkenning van 17-10-2006.

Pers T-stuk

afmeting art. nr. Z L Gewicht mm mm g/st.

32 x 32 x 32 980307 23 53 330

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bruikbaar voor de aansluiting van de sprinkler leidingen in het sprinklerpla-fond volgens VdS erkenning van 17-10-2006.

Perskoppeling

afmeting art. nr. Z L Gewicht mm mm g/st.

32 x 32 980308 12 73 161

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls. Reparatie en opvul persfitting met verlengde inwendige steunhuls. Verstelbereik 48 mm.

Reparatiekoppeling

afmeting art. nr. Z1 Z2 L Gewicht mm mm mm g/st.

32 x 32 946163 43 48 125 360

uponor sprinkler persfittingen sprinklerdoosaansluitingen

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bui-tendraad 1 bu. dr. voor de aansluiting van de Tyco BSP sprinkleraansluitdo-zen type F 1500 aan de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen binnen het sprinklerplafond volgens VdS erkenning van 17-10-2006. cilindrische binnendraad ½ bi. dr. volgens Din en 10226-1.

Persknie 90° bu. dr./bi. dr.

afmeting art. nr. Z Z1 Z2 L L1 Gewicht mm mm mm mm mm g/st.

32 x 1 bu. dr./½ bi. dr. 986246 25 29 35 56 45 34032 x 1 bu. dr./¾ bi. dr. 986346 25 29 35 56 45 275

Page 26: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

26 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bui-tendraad 1 bu. dr. voor de aansluiting van de Tyco BSP sprinkleraansluitdo-zen type F 1500 aan de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen binnen het sprinklerplafond volgens VdS erkenning van 17-10-2006. cilindrische binnendraad ½ bi. dr. volgens Din en 10226-1.

Pers T-stuk bu. dr./bi. dr.

afmeting art. nr. Z Z1 Z2 L L1 Gewicht mm mm mm mm mm g/st.

32 x 1 bu. dr./½ bi. dr. x 32 986236 26 29 35 56 45 37032 x 1 bu. dr./¾ bi. dr. x 32 986336 26 29 35 56 45 354

Van vertind messing, met gefixeerde pershuls en rode persbekaanslag. Bui-tendraad 1 bu. dr. voor de aansluiting van de Tyco BSP sprinkleraansluitdo-zen type F 1500 of gelijksoortig type aan de Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidingen binnen het sprinklerplafond volgens VdS erkenning van 17-10-2006. cilindrische binnendraad ½ bi. dr. volgens Din en 10226-1.

Persaansluiting bu. dr./bi. dr.

afmeting art. nr. L Z1 Z2 Gewicht mm mm mm g/st.

32 x 1 bu. dr./½ bi. dr. 986226 65 17 12 20032 x 1 bu. dr./¾ bi. dr. 986326 59 17 12 164

Z1

Z2

L

uponor gereedschappen

Buissnijder voor Uponor leidingen diameter 32 mm.

buissnijder 25 - 6�

Type Ve art. nr.

25 – 63 mm 1 st. 760005Reserve snijwiel 1 st. 760011

snijgereedschappen

Speciaal montagegereedschap voor het ontbramen van Uponor leidingen diameter 32 mm. levering met handknevel, als opzetstuk voor de accu-schroevendraaier te gebruiken.

Ontbramer �2

Type Ve art. nr.

32 1 st. 996400

Ontbraamgereedschappen

Page 27: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

27T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Speciaal buiggereedschap voor Uponor leidingen diameter 32 mm.

binnenbuigveer

Type Ve art. nr.

32 1 st. 760032

buiggereedschappen

Speciaal buiggereedschap voor het gelijkmatig buigen van Uponor leidingen buitendiameter 16, 20, 25 en 32 mm. compleet in gereedschapkoffer met buigsegmenten.

buigtang

Type Ve art. nr.

16, 20, 25, 32 1 st. 760532

Persgereedschappen

Geleverd in een koffer met een accu en een lader. Toepassingsgebied voor Uponor leidingen, afmetingen 14 – 75 mm. Gewicht van de persmachine: 3,3 kgMotorspanning: 12 V Dclaadspanning: 12 Vlaadtoestandindicatie: optische indicatieacculaadtijd: circa 1 uur of 1/4 uur met snelladerPerskracht: circa 32 knPerstijd: circa 7 secondenVermogen: circa 80 persingen per accu

accu-persmachine uP 75

Type Ve art. nr.

UP 75 1 st. 990005accu 1 st. 990010accu-oplader 1 st. 990020

Page 28: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

28 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Geleverd in een kunststof koffer, zonder persbekken. Toepassingsgebied voor Uponor leidingen, afmetingen 14 – 75 mm. Gewicht van de persmachine: 3,3 kgnominale spanning: 230 V Dc / 50 hznominale vermogen: 200 WattPerskracht: circa 32 knPerstijd: circa 7 seconden

uponor elektrische persmachine uP 75 eL

Type Ve art. nr.

UP 75 el 1 st. 1007082

Persbekken voor Uponor persfittingen voor de diameter 32 mm.

uponor persbek MLc KsPO

Type Ve art. nr.

32 1 st. 1007088

Geleverd in een kunststof koffer inclusief accu, een lader en persbekken voor de diameters 16/20/25/32.

Gewicht van de persmachine: 2,5 kg incl. persbekkennominale spanning: 9,6 V Dc, laadspanning 9,6 V laadstandindicatie: optische indicatie accu laadtijd: circa 40 minutenPerskracht: circa 15 kn (lineair)Perstijd: circa 4 secondenVermogen: circa 40 persingen bij afmeting 20 per accu

uponor accu-persmachine Mini �2

Type Ve art. nr.

Mini 32 1 st. 1007096Reserve accu Mini 1 st. 990066Reserve lader Mini 1 st. 990067

Persbekken voor Uponor Mlc persfittingen Mini 32.

uponor persbekken MLc Mini KsPO

Type Ve art. nr.

32 1 st. 1007095

Page 29: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

29T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Montagehandleiding

De Uponor Sprinkler Mlc-S montagehandleiding dient in acht genomen te worden. Vóór de montage moet de installateur deze handleiding lezen, begrijpen en opvol-gen. De Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten zijn op elkaar afgestemd en getest. Op vreemde compo-nenten van andere fabrikanten verlenen wij geen garan-tie. Technische wijzigingen voorbehouden!

Voor de installatie van de sprinklerinstallatie mogen uit-sluitend goedgekeurde constructieonderdelen worden gebruikt. De geschiktheidsverklaring van de betreffende componenten moet worden gedocumenteerd door het testrapport/verklaring van een toegelaten keuringsinsti-tuut (bijvoorbeeld: VdS erkenning). De toelating van de Uponor Sprinkler Mlc-S systeemcomponenten voor sprinklerplafonds wordt aangetoond in de VdS erken-ning van 17-10-2006.

De aanwijzingen, verwijzingen en installatie en/of ver-werkingsvoorschriften van de technische informatie “Uponor leidingsysteem Sprinkler: Mlc-S leidingsys-teem voor sprinklerplafonds” voor het gebruik, ontwerp,

verwerking en installatie van het Uponor Sprinkler Mlc-S systeem moeten in acht worden genomen en dienen te worden nagekomen.

Voor het ontwerp en de installatie van sprinklerinstalla-ties moet de VdS cea 4001:2003-01 “Richtlijnen voor sprinklerinstallaties - ontwerp en inbouw” in acht worden genomen.

Gestelde eisen aan gereedschappen

alle voor de installatie van het sprinklerplafond gebruik-te gereedschappen moeten vrij zijn van visuele bescha-digingen en verontreinigingen. controleer in uw eigen belang de gereedschappen vóór aanvang van de instal-latiewerkzaamheden. Beschadigde (versleten) gereed-schappen moeten worden vervangen. alleen de vermel-de originele Uponor gereedschappen mogen voor het snijden, ontbramen en buigen van de leidingen worden gebruikt. Deze zijn speciaal afgestemd op en getest voor het Uponor Sprinkler Mlc-S systeem.

1. afkorten

1

2. centreren en ontbramen

2a 2b

Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S lei-dingen 32 x 3 mm met behulp van buissnijder (art. nr. 76 00 05) haaks afkorten.

Met de afzonderlijke ontbramer 32 mm (art. nr. 99 64 00) en opge-zette handknevel een omlopende afschuining aan de binnenleiding (zie afbeelding: 3a/3b) van tenmin-ste 2 mm diepte maken.

Om het werk te vergemakkelijken kan naar keuze met de afzonderlijke ontbramer 32 mm zonder opgezette handknevel als gereedschap in de accu-schroevendraaier worden gebruikt (zie afbeelding: 3a/3b).

Let op:

het maximale toerental van het apparaat mag hierbij niet hoger zijn dan 500 min-1 om beschadiging aan de binnenleiding door oververhit-ting te voorkomen.

1

2

Page 30: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

�0 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

�. Optische controle

�a �b

Visuele controle van het bewerkte Uponor Unipipe Sprinkler Mlc-S leidinguiteinde op de aanwezigheid van een gelijkmatig omlopende afschuining (zie afbeelding: 3b).

na het ontbramingsproces moet een omlopende afschuining met een diepte van tenminste 2 mm aanwezig zijn. alleen in dit geval is een duurzaam dichte verbinding na de montage gewaarborgd.

na de ontbramingsproces dienen alle spanen verwijderd te zijn.

4. Montage persfittingen

4a 4b

leiding tot aan de aanslag in het vormstuk inschuiven. De juiste insteekdiepte kan worden gecontro-leerd aan de hand van het zichtbare leidinggedeelte in het kijkvenster.

Persbekken openen en de persbek-ken tegen de rode kunststof aan-slagring van de fitting plaatsen. De persbek zodanig op de pershuls plaatsen dat de persbek in de profi-lering valt van de pershuls. Persbek-ken sluiten en het persproces acti-veren. (Omschrijving van het persproces zie bedieningshandlei-ding van de fabrikant van de pers-machine.)

Page 31: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

�1T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

5. Montage reparatiekoppeling

5a

na het rechtbuigen van de leiding-einden de opvulzijde (diepe insteekzijde) van de reparatiekop-peling op het leidingeinde tot aan de aanslag inschuiven.

leidingeinde afbuigen (1) en repa-ratiekoppeling terug schuiven (2), tot de leiding aan de tweede pers-verbinding in het kijkvenster zicht-baar is.

allereerst de perszijde met de korte insteekdiepte persen (1). Pas dan de perszijde aan de opvulzijde (2). Daarbij persbekken openen en pers-deel tegen de aanslag plaatsen (zie 5d, punt 3). Persbekken sluiten en pers voortgang in werking stellen. (Beschrijving pers voortgang zie bedieningshandleiding van de pers-gereedschap producent.)

1

2

1 2

Let op!

Glij- en/of smeermiddelen mogen niet worden toe-gepast voor het samenvoegen van leiding en fitting.

het uitlijnen dan wel het justeren van de Uponor Sprinkler Mlc-S installatie na de druktest is verbo-den.

Wanneer ondichte persverbindingen worden gecon-stateerd, mogen deze niet worden nageperst. Defec-te, ondichte verbindingen moeten worden vervan-gen.

5b 5c

5d

Page 32: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

�2 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Druktestrapportdruktestrapport voor de uponor unipipe sprinkler MLc-s leidingen binnen de sprinklerplafondconstructie

Voor de bouw van sprinklerinstallaties toegelaten installatiebedrijf

Firmanaam:

certificerings/ identificatienummer:

inspecteur:

adres/postbus:

Postcode/plaats:

Telefoon/fax:

Voortest - druktest na de installatie

Datum/tijd: aanvang Gegeven testdruk: = toelaatbare max. bedrijfsdruk

10 bar + 5 bar = 15 bar (gerelateerd aan het diepste punt van de instal-latie en/of alarmventielstation)

Testdruk: aanvang: barTestduur: daarna de testdruk tweemaal

opnieuw herstellen binnen 30 minu-ten met tussenpozen van telkens 10 minuten - daarna nog eens 30 minuten wachten en testdruk aflezen.

Datum/tijd: einde Testdruk: barDrukval: barGegeven: maximale drukval 0,6 bar! Onmid-

dellijk na de voortest begint de hoofdtest.

hoofdtest - druktest na de installatie

Datum/tijd: aanvang Testduur: 2 uurDatum/tijd: einde Testdruk: barDrukval: barGegeven: maximale drukval 0,2 bar! Voorwaarde: aan de bovengenoemde installatie

kunnen ook na de betonneerwerk-zaamheden geen lekkages (drukvak > 0,2 bar) worden vastgesteld.

Projectgegevens

Bouwplan/project:

adres:

Bouwfase/etage:

inspecteur:

Rapport nummer:

druktest tijdens de betonneerwerkzaamheden

Datum/tijd: aanvang Gegeven testdruk: = toelaatbare max. testdruk = 6 bar

(gerelateerd aan het diepste punt van de installatie en/of alarmven-tielstation)

Testdruk: bar (vóór de betonneerwerkzaamheden)Testduur: tot aan het einde van de beton-

neerwerkzaamheden.Datum/tijd: einde Testdruk: bar (na de betonneerwerkzaamheden)Drukval: barGegeven: maximale drukval 0,2 bar!Voorwaarde: aan de bovengenoemde installatie

kunnen ook na de betonneerwerk-zaamheden geen lekkages (drukval > 0,2 bar) worden vastgesteld.

Plaats, datum handtekening/ stempel inspecteur

Plaats, datum handtekening/ stempel opdrachtgever

De druktestrapporten moeten tenminste gedurende de garantieperiode worden gearchiveerd. in geval van schade dienen de testrapporten aan de installateur en/of installatiebedrijf als bewijs dat de voorgeschreven druktests reglementair zijn uitgevoerd.

Page 33: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

��T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

VdS certificaat

Page 34: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

�4 T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Page 35: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

�5T i M e e R L a G e n L e i d i n G s Y s T e e M s P R i n K L e R 1 1 / 2 0 0 6

Staat van wijzigingen

Staat van wijzigingen in de Technische informatie “Uponor meerlagenleidingsysteem Sprinkler: Mlc-S leidingsysteem voor sprinklerplafonds“

Van revisie 1 (op 15-12-2004 door Vds onderte-kend) naar revisie 2 (07/2005)

algemene wijziging van de naam van “UniPiPe lei-dingsysteem voor sprinklerplafonds” naar “Uponor Unipipe sprinkler leidingsysteem voor sprinklerpla-fonds”

Wijziging van het begrip PeKSO plaat onder begrips-definitie sprinklerplafond van “voorgeconfectioneerde PeKSO plaat van ingebetonneerde sprinklerdozen… naar “…voorgeconfectioneerd filigraanplafond, dat uit ten minste een 50 mm dikke betonplaat met inge-betonneerde wapening bestaat, ingebetonneerde sprinklerdozen…”

Opname van een verdere variant van de rechte aan-sluiting van het Uponor Unipipe leidingsysteem aan een vlakkere BSP sprinkleraansluitdoos in hoofdstuk “VdS gekeurde sprinklerplafondconstructie” en de toevoeging: “Wanneer sprinklerdozen die qua type gelijk zijn aan Tyco BSP met lagere hoogten worden gebruikt, dan moet de aansluiting met de speciale persaansluiting 32 x 1 bu. dr. / ½ bi. dr. worden gemaakt.

Van revisie 2 (07/2005) naar revisie � (11/2006)

algemene wijziging van de systeembeschrijving “UPOnOR UniPiPe sprinkler leidingsysteem voor sprinklers” in “Uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler: Mlc-S leidingsysteem voor sprinklerpla-fonds“

invoegen van de risicoklasse in hoofdstuk ”Vergun-ningen en certificeringen” (bladzijde 8)

Beschrijving van de doorvoer door betonelement-stootvoegen (bladzijde 11)

actualisering van de compatibiliteitslijst voor pers-machines (bladzijde 19)

invoegen van de reparatiekoppeling (art. nr. 946163) (bladzijde 25)

invoegen van de nieuwe artikelen in hoofdstuk “Sprinklerdoosaansluitingen”

· Persbocht 90° bu. dr./bi. dr. - 32 x 1 bu. dr./¾ bi. dr. (art. nr. 986346) · Pers T-stuk bu. dr. /bi. dr. - 32 x 1 bu. dr./¾ bi. dr. x 32 (art. nr. 986336) · Persaansluiting bu. dr. /bi. dr. - 32 x 1 bu. dr. / ¾ bi. dr. x 32 (art. nr. 986326)

invoegen van de montagehandleiding reparatiekop-peling (bladzijde 31)

invoegen van een staat van wijzigingen

Wijziging van de VdS bevestiging naar: VdS certifi-caat over de goedkeuring van bouwdelen en syste-men van 17-17-10-2006

invoegen van de c-waarde (bladzijde 22)

Page 36: Ti uponor meerlagenleidingsysteem sprinkler 1008198 02 2007 nl

1008

198

- 02

/07

– W

ijzig

inge

n, d

ruk-

en

zetf

oute

n vo

orbe

houd

en.

uponor – partner, pionier en marktleider

De mogelijkheden van Uponor zijn omvangrijk. Deze reiken van vloer-verwarming via drinkwaterinstallaties, radiatoraansluitingen tot aan con-cepten voor de civiele techniek en de milieu- en gemeentelijke techniek.

Sinds de oprichting in Finland in 1965 heeft Uponor met nieuwe ontwik-kelingen maatstaven aangelegd en deze voortdurend verder ontwikkeld.

Ook u kunt in de toekomst op ons prestatievermogen in de drie bedrijfs-sectoren verwarmen/koelen, installatiesystemen en infrastructuur rekenen. een nieuwe structurering, die tegelijk een unieke meerwaarde inhoudt – in het voordeel van onze klanten.

uponor. simply more.

sales benelux nathan import/export B. V. Postbus 1008 6920 Ba Duiven nederland T +31 (0) 26 445 98-45 F +31 (0) 26 445 93-73 W www.nathan.nl e [email protected]

nathan import/export n. V.-S. a. lozenberg 4 1932 Zaventem Beligië T +32 (0) 2721 15-70 F +32 (0) 2725 35-53 W www.nathan.be e [email protected]

uponor central europe Uponor Gmbh Postfach 1641 97433 hassfurt Germany T +49 (0) 9521 690-0 F +49 (0) 9521 690-105 W www.uponor.de e [email protected]

headoffice: europe / Middle east / africa (eMea) The netherlands enschede T +31 (0)53 4284444 F +31 (0)53 4283377 W www.tycobuilding.com