Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

23
1 Reflectie is voor een vmbo’er niet weggelegd…. Docenten VO en MBO over mediawijsheid en wat de literatuur zegt. Amber Walraven, 17 september 2014 ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

description

Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen. Presentatie gaat over wat docenten vo en mbo over mediawijsheid zeggen en wat de literatuur zegt.

Transcript of Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

Page 1: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

1

Reflectie is voor een vmbo’er niet weggelegd….

Docenten VO en MBO over mediawijsheid en wat de literatuur zegt.

Amber Walraven,

17 september 2014ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

Page 2: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

2

Terugblik: survey onder po leerkrachten

•Competenties minst beheerst door leerlingen:

B3 Zien hoe media de werkelijkheid kleuren, S1 Reflecteren op eigen mediagebruik B2 Begrijpen hoe media gemaakt worden

•Vaakst proberen bij te brengen: competenties die leerlingen al beheersen (apparaten gebruiken, informatie vinden en verwerken)

•Beste kunnen bijbrengen = vaakst bijbrengen = goed beheerst door leerlingen

•Muv S1: Reflecteren op eigen mediagebruik

Page 3: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

3

Vragen bij survey onder vo leerkrachten

•Zijn de vaardigheden waarin leerlingen po het minst bedreven zijn volgens leerkrachten po, juist de vaardigheden die docenten in het vo en mbo vaak onderwijzen?

•Dus nadruk op begrip en strategie in het voortgezet onderwijs en mbo?

Page 4: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

4

Survey onder docenten vo en mbo• Eigen vaardigheden met betrekking tot mediawijsheid, het vertrouwen om mediawijsheid te onderwijzen en de aandacht voor mediawijsheid op school en in lessen.

• Verspreid via sociale media (en een ‘ouderwetse’ brief)• LET OP: uitkomsten waarschijnlijk ‘gekleurd’• Gevraagd door te sturen aan collega’s• Vakantieperiode

Page 5: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

5

Resultaten survey: achtergrond• 80 volledige vragenlijsten (36 man, 44 vrouw)• 47 vo, 2 vso en 31 mbo• Docenten voelen zich basaal vaardig (20), gevorderd (30) of zeer gevorderd (30) in gebruik van computer als didactisch hulpmiddel

• Meer dan de helft geeft aan dat mediawijsheid geen expliciet deel uitmaakt van het curriculum.

• 67 van de 80 ziet mediawijsheid als taak van ouders en school samen

• Deelnemers hebben gemiddeld 15 jaar onderwijservaring

Page 6: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

6

Beste competenties leerlingen

B1 B2 B3 G1 G2 C1 C2 C3 S1 S10

10

20

30

40

50

60

70

vo+vsombototaal

Page 7: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

7

Beste competenties leerlingen

• Duidelijke top 3• G1: Apparaten, software en toepassingen gebruiken• C3: Participeren in sociale netwerken• C1: Informatie vinden en verwerken

Page 8: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

8

Minste competenties leerlingen

B1 B2 B3 G1 G2 C1 C2 C3 S1 S10

10

20

30

40

50

60

vo+vsombototaal

Page 9: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

9

Minste competenties leerlingen

• Duidelijke 1 en 2• 2 competenties op plek 3• S1: Reflecteren op het eigen mediagebruik• B3: Zien hoe media de werkelijkheid kleuren• B1/S2: Inzicht hebben in de medialisering van de

samenleving/ Doelen realiseren met media

Page 10: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

10

Competenties best in staat bij te brengen

B1 B2 B3 G1 G2 C1 C2 C3 S1 S10

5

10

15

20

25

30

35

40

45

vo+vsombototaal

Page 11: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

11

Competenties best in staat bij te brengen

• Duidelijke 1• Nr 2 en 3 afhankelijk van vo of mbo• C1: Informatie vinden en verwerken• B3: Zien hoe media de werkelijkheid kleuren• S1: Reflecteren op het eigen mediagebruik

• Bij vo staat G1: Apparaten en software en toepassingen gebruiken op plek 2

Page 12: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

12

Competenties minst in staat bij te brengen

B1 B2 B3 G1 G2 C1 C2 C3 S1 S10

5

10

15

20

25

30

35

40

vo+vsombototaal

Page 13: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

13

Competenties minst in staat bij te brengen

• Duidelijke 1 en 2• Nr 3 afhankelijk van vo of mbo• B2: Begrijpen hoe media gemaakt worden• C2: Content creëren• S2: Doelen realiseren met media

• Bij mbo staat G2: Orienteren binnen mediaomgevingen op plek 3

Page 14: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

14

Competenties vaakst proberen bij te brengen

B1 B2 B3 G1 G2 C1 C2 C3 S1 S20

2

4

6

8

10

12

14

16

18

20

vo+vsombototaal

Page 15: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

15

Competenties vaakst proberen bij te brengen

• Verschil tussen vo en mbo• Totaal: • C1: Informatie vinden en verwerken• G1: Apparaten, software en toepassingen gebruiken• S1: Reflecteren op het eigen mediagebruik

• vo: G1 en kort daarop (elk zelfde hoogte) B3, C1, C3 en S1

• mbo: C1 en op afstand G1 en op afstand daarvan B1 en S1

Page 16: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

16

ConclusiesBeste beheerst versus minst

beheerst• G1: Apparaten, software

en toepassingen gebruiken• C3: Participeren in sociale

netwerken• C1: Informatie vinden en

verwerken

• po: G1, C1, G2

• S1: Reflecteren op het eigen mediagebruik

• B3: Zien hoe media de werkelijkheid kleuren

• B1/S2: Inzicht hebben in de medialisering van de samenleving/ Doelen realiseren met media

• po: B3, S1, B2

Page 17: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

17

ConclusiesMinste competenties ll versus

vaakst proberen in bij te brengen• S1: Reflecteren op het

eigen mediagebruik• B3: Zien hoe media de

werkelijkheid kleuren• B1/S2: Bewust zijn van de

medialisering van de samenleving/ Doelen realiseren met media

• C1: Informatie vinden en verwerken

• G1: Apparaten software en toepassingen gebruiken

• S1: Reflecteren op het eigen mediagebruik

• (B3:Zien hoe media werkelijkheid kleuren, C3:Participeren in sociale netwerken, B1: Bewust zijn v medialisering samenleving)

Page 18: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

18

ConclusiesBest versus minst in staat bij te

brengen• C1: Informatie vinden en

verwerken• B3: Zien hoe media de

werkelijkheid kleuren• S1: Reflecteren op het

eigen mediagebruik

• B2: Begrijpen hoe media gemaakt worden

• C2: Content creëren• S2: Doelen realiseren met

media

Page 19: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

19

Conclusies• C1: Informatie vinden en verwerken: wordt vaak

aangeleerd, kunnen docenten goed aanleren/bijbrengen, en beheersen leerlingen volgens docenten ook goed.

• G1: Apparaten en software en toepassingen gebruiken wordt vaak bijgebracht en beheersen leerlingen ook goed.

• S1: Reflecteren op het eigen mediagebruik is ook een opvallende: wordt vaak bijgebracht, kunnen docenten goed bijbrengen, maar beheersen leerlingen het minst.

Page 20: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

20

Conclusies• Nadruk op begrip en strategie in het voortgezet onderwijs

en mbo?• Niet volgens deze enquete……• Want volgens docenten ontbreekt het aan:

▪ Kennis, middelen, scholing, materialen/leerlijn/curriculum en de juiste instelling.

▪ “Reflectie is voor een vmbo’er niet weggelegd”

Page 21: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

21

Survey versus literatuur• C1: Informatie vinden en verwerken is juist een

competentie die leerlingen niet goed beheersen• Er is geen enkele reden voor de stelling dat kinderen van

de verschillende schooltypen verschillend zouden zijn in hun aanleg of potentie om mediawijs te zijn of worden.

• Training in mediawijsheid moet voor ieder kind, van welk schooltype dan ook, te behalen niveau is gelijk, kan alleen zijn dat je andere technieken, leermiddelen, en instructies moet inzetten

• Rekening houden met ontwikkeling, met eerdere leerervaringen. Die bepalen het succes van een nieuwe leerervaring.

Page 22: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

22

Kenmerkend voor adolescentie• Groter wordende zelfstandigheid, op eigen benen staan,

zelf verantwoordelijk worden voor keuzen die hij/zij maakt. • Individuele bekwaamheid: zelfbeheersing, zelfvertrouwen,

eigen initiatief• Interpersoonlijke bekwaamheid: communiceren, andere

vertrouwen, relaties aangaan en onderhouden• Sociale bekwaamheid: open staan voor anderen,

tolerantie voor wat afwijkt van het eigene, accepteren van verandering

Page 23: Theoretisch kader Stimuleringsregeling 2014 - Amber Walraven van ITS, Radboud Universiteit Nijmegen

23

Kenmerkend voor adolescentie• Loskomen van emotionele binding aan ouders, durven

afgaan op eigen oordeel en durven ingaan tegen druk van leeftijdsgenoten.

• Riskant gedrag, hoort erbij, sterkte toename rond 15 jaar (roken alcohol, drugs, gokken, behoefte aan spanning, of onderschatten van risico (gevolg voor langere termijn niet zien), druk van leeftijdsgenoten.

• Vanwege de hoeveelheid mediagebruik en de kenmerken van adolescentie is juist aandacht voor mediawijsheid nodig in deze groep!