Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van...

44
Buffers, bedrijfsmodellen, risicobeheer, bestuur en datakwaliteit Thema’s DNB toezicht 2013

Transcript of Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van...

Page 1: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

Buffers, bedrijfsmodellen,

risico beheer, bestuur en

datakwaliteit

Thema’s DNB

toezicht 2013

Page 2: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als
Page 3: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

Voorwoord 4

1 Inleiding 5

2 De financiële sector vergroot zijn weerbaarheid 6

2.1 Banken: migratie naar Basel III / CRD IV /

CRR IV

6

2.2 Banken: Herstelplannen 6

3 Werken aan een toekomstbestendig bedrijfsmodel 9

3.1 Banken: financieringsstrategie 9

3.2 Verzekeraars: winstgevendheid inkomens­

verzekeringen

9

3.3 Pensioenfondsen: voorbereiding transitie

pensioenakkoord

10

4 Risico’s kennen, begrijpen en beheersen 12

4.1 Banken: financiering van commercieel

vastgoed

12

4.2 Banken: renterisico in het bankenboek 13

4.3 Banken: asset quality review 14

4.4 Banken: opzet, organisatie en werking risico­

beheer

15

4.5 Verzekeraars: via meer risicogebaseerd toezicht

naar Solvency II

16

4.6 Verzekeraars: kapitaalbeleid middelgrote en

kleine verzekeraars

17

4.7 Pensioenfondsen en verzekeraars: beleggingen

in commercieel vastgoed

18

4.8 Pensioenfondsen: beleggingsrisico 19

4.9 Pensioenfondsen: risicobeheer uitbesteding

administratie

20

4.10 Cross sectoraal: informatiebeveiliging 21

4.11 Cross sectoraal: business continuity

management en disaster recovery

22

5 Sterk bestuur, integere cultuur 23

5.1 Cross­sectoraal: gedrag en cultuur 23

5.2 Cross­sectoraal: corruptie 23

5.3 Cross­sectoraal: voortdurende controle op

klanten en transacties in het kader van de

witwasbestrijding

24

5.4 Pensioenfondsen: kwaliteit bestuur 25

5.5 Betaalinstellingen: anoniem betalen 26

5.6 Schaduwbankieren concernfinancierings­

maatschappijen

27

6 Beter toezicht door betere data 29

6.1 Banken: betrouwbaarheid rapportages 29

6.2 Verzekeraars: betrouwbaarheid rapportages 29

6.3 Verzekeraars: technische voorzieningen 30

7 Afsluiting 32

Overzicht toezichtthema’s 2013 33

3

Inhoudsopgave

Page 4: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

Voorwoord

Voor u ligt de brochure Thema’s DNB toezicht 2013,

bedoeld om de onder toezicht staande instellingen te laten

weten waar DNB dit jaar in haar toezicht extra aandacht

aan schenkt. We willen u daarbij in kort bestek zo goed

mogelijk informeren over wat u van ons als toezicht­

houder kunt verwachten en wat wij van u verwachten.

Trouwe lezers van de brochure zullen in deze uitgave geen

grote verrassingen aantreffen. Het herstel van financiële

buffers, de toekomstbestendigheid van bedrijfsmodellen,

beter risicobeheer, aandacht voor bestuur en cultuur en

betere datakwaliteit zijn en blijven belangrijke thema’s in

het toezicht van DNB in 2013.

Doel van het toezicht is een solide en integere financiële

sector in Nederland, die het vertrouwen geniet van zowel

het publiek als de financiële markten. Al onze activiteiten

als toezichthouder, ook in het themagerichte toezicht, zijn

daarop gericht. Het themagerichte toezicht vormt, naast het

instelling­specifieke werk, een integraal onderdeel van de

toezichtinspanning van DNB. Deze toezichtaanpak is

vooral effectief bij problemen of ontwikkelingen die spelen

bij een groot aantal onder toezicht staande instellingen.

Door de instellings­overschrijdende aanpak kan DNB de

risico’s beter op waarde schatten en de sector als geheel

informeren over de gewenste veranderingen. We werken

daarbij nauw samen met andere toezichthouders, met name

de Autoriteit Financiële Markten en met de partners binnen

het Financieel Expertise Centrum.

DNB ziet naleving van de toezichtnormen door de instel­

lingen als een belangrijk instrument voor het bereiken van

haar doel. Maar toezicht gaat verder dan dat. Ook binnen

de normen zijn er soms meerdere wegen die naar Rome

leiden en instellingen kunnen hier van elkaar leren. We

bespreken graag met u onze bevindingen en zullen indien

nodig faciliteren en sturing geven in de vorm van good

practices en beleidsregels. DNB ziet daarbij de koepelorga­

nisaties als een belangrijke gesprekspartner. Ook

accountants en actuarissen spelen een belangrijke rol en

DNB gaat waar nodig met hen in gesprek over de

invulling van hun verantwoordelijkheid. Wanneer daar

aanleiding voor is treedt DNB bij de onder toezicht

staande instellingen handhavend op. DNB zal over de

effecten van het themagerichte toezicht rapporteren in de

toezichtverantwoording over 2013.

DNB wil u met deze brochure zo goed mogelijk

informeren over wat u in het kader van deze toezicht­

thema’s dit jaar te wachten staat. Wij hopen en verwachten

dat deze brochure u voldoende informeert om binnen uw

eigen organisatie zo nodig maatregelen te treffen op de

hier genoemde risicogebieden.

Jan Sijbrand Joanne Kellermann

Directeur Directeur

De Nederlandsche Bank De Nederlandsche Bank

4

Page 5: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

1 Inleiding

De Europese schuldencrisis en het gure economische

klimaat vormen nog altijd een bedreiging voor de

solidi teit van financiële instellingen en voor de financiële

stabiliteit. De onzekerheid die wij vorig jaar in deze

inleiding signaleerden houdt aan en zal waarschijnlijk

voorlopig geen einde kennen.

Een groot deel van onze toezichtinspanningen blijft er

ook in 2013 op gericht de financiële sector door deze

moeilijke periode te loodsen. Dat geldt ook voor het

themagerichte toezicht: de toezichtthema’s adresseren

onder meer mogelijke kwetsbaarheden bij onder toezicht

staande instellingen en instellings­overschrijdende risico’s

zoals deze zijn gesignaleerd in het Overzicht Financiële

Stabiliteit van najaar 2012. Een ander onderwerp van het

themagerichte toezicht blijft de implementatie van nieuwe

regelgeving en nieuwe accenten in het toezicht die we

hebben benoemd naar aanleiding van de financiële crisis

in de Visie DNB Toezicht 2010­2014. De thema’s voor

2013 bouwen bovendien deels voort op de bevindingen

van vorig jaar.

Het themagerichte toezicht, ter aanvulling op het instel­

ling­specifieke toezicht, heeft zijn diensten volop

bewezen, ook in crisisomstandigheden. DNB zet daarom

een aanzienlijk deel van haar capaciteit in op deze

toezichtaanpak. De uitbreiding van de toezichtcapaciteit

stelt ons mede in staat om het themagerichte toezicht te

intensiveren.

DNB bereidt zich dit jaar voor op haar rol in het

Europese stelsel van toezichthouders. De komst van het

Europese toezicht op banken en de leidende rol van de

ECB daarin zal hoe dan ook een grote invloed hebben op

de wijze van toezicht houden. DNB blijft zich ook als

onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders

hard maken voor het thematische toezicht.

Deze brochure is als volgt opgebouwd. Ieder hoofdstuk

staat in het teken van een overkoepelend thema, dat is

onderverdeeld in verschillende sub­thema’s. Deze

sub­thema’s kunnen betrekking hebben op banken, verze­

keraars, pensioenfondsen en overige instellingen, maar

ook de hele sector omvatten; dit wordt per sub­thema

aangegeven. Sommige sub­thema’s, zoals commercieel

vastgoed en renterisico, zijn van toepassing op meerdere

sectoren maar worden toch separaat genoemd omdat de

nadere invulling van het onderzoek per sector nogal kan

verschillen. Per sub­thema leest u steeds wat de aanleiding

is, wat DNB van de sector verwacht en wat de instellingen

van DNB kunnen verwachten. Soms staat de nadere

invulling in dit stadium nog niet geheel vast. In die

gevallen wordt u tijdig geïnformeerd, rechtstreeks per

brief of via de sectorgerichte nieuwsbrieven. •

5

Page 6: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

Het zijn onzekere tijden. Financiële instellingen moeten

voldoende financiële buffers opbouwen om onverwachte

tegenslagen te kunnen opvangen. Financiële instellingen die een

cruciale rol vervullen in het financiële systeem dienen plannen

gereed te hebben om een crisis het hoofd te bieden en, in het uiterste

geval, om op een ordelijke wijze afgewikkeld te kunnen worden.

2.1 Banken: migratie naar Basel III / CRD/CRR IV

Ook in 2013 blijft DNB de migratie naar de Basel

III­regels door de banken nauwlettend volgen. In Europa

krijgt de implementatie van Basel III vorm in de Capital

Requirements Directive/Regulation IV (CRD/CRR IV)

en de uitwerking daarvan in technische standaarden.

Deze Europese regelgeving zal voor een belangrijk deel

een directe werking krijgen, waarmee binnen Europa een

eenduidiger stelsel van regelgeving zal ontstaan en er

geen ruimte is voor nationale vrijheidsgraden. In 2012

hebben de banken op verzoek van DNB verder gewerkt

aan de verbetering van hun migratieplannen. Daarnaast

heeft DNB door middel van de halfjaarlijkse monitoring

van de Basel III­ratio’s voor kapitaal en liquiditeit de

vinger aan de pols gehouden. De verbetering van de

migratieplannen laat zien dat de banken het belang van

een tijdige voorbereiding op Basel III serieus nemen.

Dat is goed nieuws. Nu is het zaak om, te midden van de

nog altijd moeilijke economische en financiële

omstandig heden, koers te houden. Dit betekent dat, voor

de banken die nog een weg te gaan hebben, de Basel

III­ratio’s in 2013 voldoende verbeteren, in lijn met het

afgesproken migratiepad. Onder de huidige omstandig­

heden zal dit inhouden dat er voor dividenduitkeringen

nauwelijks of geen ruimte zal zijn. Dat is waar DNB in

het toezicht dit jaar vooral op gaat letten.

De grootbanken hebben eind vorig jaar een update van

het migratieplan aangeleverd. DNB gaat deze plannen en

de voortgang ervan beoordelen in het kader van het

reguliere Supervisory Review and Evaluation Process (SREP)

voor deze banken. Dit gebeurt in het eerste kwartaal.

Ook voor de middelgrote en kleine banken vindt de

beoordeling plaats als onderdeel van de SREP. De eerst­

volgende Basel III monitoring­ronde zal halverwege

februari starten, met als inleverdatum eind maart. Om de

sector nader in te lichten over wat er dit jaar op stapel

staat, gaat DNB binnenkort een seminar organiseren.

Daar wordt ook stilgestaan bij de resultaten tot nu toe.

2.2 Banken: herstelplannen

In internationaal en nationaal verband werkt DNB in

2013 verder aan versterking van het toezicht op systeemre­

levante banken. Er zijn maatregelen nodig om het

systeemrisico dat uitgaat van deze instellingen te

verminderen en de (impliciete) garanties van de overheid

te beperken. De Financial Stability Board heeft

2 De financiële sector vergroot zijn weerbaarheid

6

Page 7: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

aan bevelingen gedaan om de kans op en de impact van

een faillissement van deze systeemrelevante instellingen

te verkleinen. DNB past deze aanbevelingen toe op alle

Nederlandse systeemrelevante banken. In 2012 hebben de

systeemrelevante banken onder toezicht van DNB

herstelplannen gefinaliseerd. In deze plannen beschrijven

de banken zelf de maatregelen die zij kunnen nemen om

dreigende problemen af te wenden. De ervaring hiermee

is positief: door herstelplannen raken banken beter

voorbereid op crisissituaties, krijgen zij goed zicht op de

slagingskansen van mogelijke herstelmaatregelen, gaan zij

kritischer kijken naar processen en activiteiten die de

herstelcapaciteit van de bank in de weg kunnen staan en

doen zij nuttige inzichten op die van belang kunnen zijn

voor (de ontwikkeling van) hun strategie en bedrijfs­

model. Tegen die achtergrond gaan ook de middelgrote

banken in Nederland in 2013 een herstelplan opstellen.

Systeemrelevante banken

Vanaf 2013 vormen de herstelplannen voor de systeemre­

levante banken een vast onderdeel van de jaarlijkse

beoordelingscyclus. Naast de beoordeling door DNB

zullen de herstelplannen ook beoordeeld worden door de

host toezichthouders die lid zijn van de crisismanage­

mentgroep van de betreffende systeembank. Als volgende

stap stelt DNB in de loop van 2013 samen met de banken,

en in overleg met het ministerie van Financiën,

resolutie plannen op, waarin maatregelen staan

beschreven die de autoriteiten zo nodig kunnen

ondernemen om een falende bank snel en ordelijk af te

wikkelen. Hieronder wordt verstaan het ontmantelen van

de bank zonder systeemeffecten en met zo laag mogelijke

risico’s voor de belastingbetaler, waarbij kritische

economische activiteiten worden gecontinueerd. In dat

kader vraagt DNB van de betreffende banken informatie

en analyses op om de systeemrelevantie van bedrijfson­

derdelen te kunnen bepalen en de juridische en operatio­

nele mogelijkheden van een onverhoopte ontmanteling

vast te stellen.

Middelgrote banken

Ook de middelgrote banken gaan in 2013 een herstelplan

opstellen. Leidend daarbij is het DNB Raamwerk voor een

herstelplan, dat de richtsnoeren voor het opstellen van

zo’n plan beschrijft alsmede de beoordelingscriteria die

DNB hanteert. 1 Het is van belang dat besluiten in het

kader van het herstelplan snel, daadkrachtig en door de

juiste personen binnen de organisatie genomen kunnen

worden. Om de rollen en verantwoordelijkheden tijdens

1 Zie voor een beschrijving van dit raamwerk en de onderdelen waaruit een herstelplan bestaat Herstelplannen banken: een goede voorbereiding is het halve werk, artikel van Disveld, Van der Kraaij en Teunissen in het Bank­ & Effectenbedrijf, juni 2012.

7

Page 8: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

een crisis goed belegd te krijgen, worden in een

herstelplan eisen gesteld aan het crisismanagement van

een organisatie. Ook is het belangrijk dat de systematiek

van het herstelplan aansluit op bestaande risico­

managementprocessen en de eisen voortvloeiend uit de

Internal Capital Adequacy Assessment Process (ICAAP) en

Internal Liquidity Adequacy Assessment Process (ILAAP).

DNB onderscheidt vier mijlpalen en hanteert daarvoor de

volgende tijdslijnen:

Mijlpaal 1: In het eerste kwartaal stellen de banken een

plan van aanpak op dat de projectstructuur beschrijft en

expliciteert wie, wanneer, welke onderdelen van het

herstelplan oplevert.

Mijlpaal 2: Voor de zomer leveren de middelgrote banken

een eerste versie van het herstelplan aan. DNB beoordeelt

of dit plan concreet onderbouwt hoe de instelling haar

herstelcapaciteit kan benutten, en in welke mate dat de

continuïteit van kritieke bedrijfsonderdelen in crises kan

garanderen.

Mijlpaal 3: Na verwerking van eventueel commentaar van

DNB leveren de banken in de herfst een tweede versie

van het herstelplan aan.

Mijlpaal 4: Is DNB tevreden over de kwaliteit van het

herstelplan, dan begint zij in december 2013 met het

toetsen van de inbedding van dit plan in de organisatie. •

8

Page 9: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

Veranderingen in marktomgeving en regelgeving zetten de

winstgevendheid van sommige bedrijfsmodellen onder druk.

Waar dit het geval is verwacht DNB van financiële instellingen

dat zij op tijd de bakens verzetten om de continuïteit van de

instelling ook op lange termijn zeker te stellen.

3.1 Banken: financieringsstrategie

Evenals vorig jaar houdt het financieringsprofiel van de

Nederlandse banken de volle aandacht van DNB. De

bankensector in Nederland is relatief sterk afhankelijk

van marktfinanciering en dat maakt de banken kwetsbaar

voor verslechtering van de omstandigheden op de

financiële markten. DNB streeft ernaar de risico’s die uit

deze afhankelijkheid voortvloeien tijdig te identificeren

en te reduceren.

DNB verwacht van de banken dat zij zich bewust zijn

van de uitdagingen op het gebied van financiering van de

bankbalans, zowel onder de huidige moeizame marktom­

standigheden als onder aangescherpte regelgeving in de

toekomst. Banken die in te sterke mate afhankelijk zijn

van marktfinanciering moeten maatregelen nemen om

deze afhankelijkheid te reduceren of de weerbaarheid

tegen stress op de financiële markten te vergroten.

DNB heeft in 2012 een beoordelingskader ontwikkeld om

de houdbaarheid van de financiering van banken te

toetsen. Dit jaar gaat DNB aan de hand van dat kader

met de banken in gesprek over hun financieringsmodel,

de risico’s die daarmee samenhangen en hoe deze aan te

pakken. Samen met de banken en andere partijen wil

DNB dit jaar komen tot een integrale aanpak van de

financieringsproblematiek, waarbij alle stukjes van de

puzzel worden meegenomen (waaronder de problematiek

van het deposito­financieringsgat, migratie naar Basel III,

mogelijk efficiëntere inzet van bestaande overheidsgaran­

ties, de rol van de pensioenfondsen, de effecten van

bail­in wetgeving, etc). DNB is van plan om in het vierde

kwartaal van 2013 een bijeenkomst te organiseren rond dit

onderwerp.

3.2 Verzekeraars: winstgevendheid inkomens­

verzekeringen

DNB gaat dit jaar onderzoek doen naar de winstgevend­

heid van (collectieve) inkomensverzekeringen, met name

van de arbeidsongeschiktheidsverzekeringen in het kader

van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen

(WIA). Aanleiding voor het onderzoek vormen signalen

over de forse verslechtering van de winstgevendheid van

deze relatief nieuwe producten. Dit roept vragen op over

de wijze waarop verzekeraars een nieuw product in de

markt zetten. Daarnaast wil DNB graag weten hoe groot

de verwachte verliezen zijn en of de instellingen

voldoende voorzieningen hebben getroffen.

3 Werken aan een toekomstbestendig bedrijfsmodel

9

Page 10: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

DNB verwacht van de verzekeraars dat zij gedegen

onderzoek doen naar de houdbaarheid van het verdien­

model voordat zij nieuwe producten in de markt zetten

en dat zij risico’s voor de houdbaarheid van het verdien­

model goed volgen en beheersen. Daarnaast is het van

belang dat verzekeraars mogelijke verliezen tijdig

onderkennen en daartegenover adequate voorzieningen

aanhouden.

DNB gaat in het tweede kwartaal van 2013 bij geselec­

teerde inkomensverzekeraars informatie opvragen over

WIA­producten. Daarnaast treedt DNB in gesprek met

een aantal relevante partijen om een beter beeld te

krijgen van de problematiek. Afhankelijk van de

bevindingen zal DNB in het tweede kwartaal een nadere

formele uitvraag doen. In het derde en vierde kwartaal

zal DNB dan de resultaten beoordelen en terugkoppelen.

Waar nodig worden beheersmaatregelen opgelegd.

3.3 Pensioenfondsen: voorbereiding transitie pensi­

oenakkoord

Onlangs heeft de staatssecretaris van SZW bekendge­

maakt dat het nieuwe Financieel toetsingskader (FTK)

ingaat per 1 januari 2015 en dat het nieuwe pensioenstelsel

dus een jaar later van start gaat. Toch moeten de pensi­

oenfondsen ook nu al het nodige voorbereidend werk

verrichten. DNB en AFM gaan dan ook het komende jaar

de voorbereiding op de transitie naar het nieuwe pensi­

oencontract actief begeleiden. Doel is de pensioen­

fondsen op weg te helpen zodat zij klaar zijn zodra het

nieuwe pensioenstelsel een feit is. Aanleiding daarvoor is

dat de invoering van het nieuwe pensioenstelsel voor de

pensioensector een hele klus zal zijn. Dit geldt niet alleen

als de keuze valt op het reële contract, ook het nominale

contract impliceert een aantal substantiële aanpassingen

in wet­ en regelgeving. De veranderingen beslaan alle

bedrijfsgebieden van een pensioenfonds en zijn

uitvoerder.

Het is nog onzeker wanneer het wetgevingstraject zal zijn

voltooid. Ook kunnen de voorstellen gaandeweg nog aan

verandering onderhevig zijn. Dat neemt niet weg dat de

pensioenfondsen nu al de nodige voorbereidingen

kunnen en moeten treffen.

DNB en AFM verwachten van de fondsen dat zij dit jaar

al anticiperen op deze veranderingen, de daarin te maken

keuzes en de implicaties daarvan voor de bedrijfsvoering.

In de onlangs verschenen speciale editie van de

Nieuwsbrief pensioenen staan tips over wat de pensioen­

fondsen nu al kunnen doen. Fondsen kunnen bijvoor­

beeld een projectstructuur voor de transitie opzetten,

stappenplannen maken en in gesprek gaan met alle

betrokken partijen. Denk hierbij aan het toetsen van de

risicobereidheid van de deelnemers of afspraken met de

10

Page 11: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

uitvoeringsorganisatie over de capaciteit voor het transi­

tiewerk.

DNB en AFM informeren komend jaar de sector

uitgebreid over de transitie door middel van nieuws­

brieven, informatiebijeenkomsten, een symposium en

ronde­tafelbijeenkomsten. Daarnaast doen AFM en DNB

in het voorjaar een vervolgmeting, na de meting eind

vorig jaar, om te zien waar de pensioenfondsen op dat

moment staan met hun voorbereidingen. •

11

Page 12: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

DNB verwacht van financiële instellingen dat zij hun risico’s

goed in beeld hebben en de nodige maatregelen treffen om deze

risico’s binnen aanvaardbare grenzen te brengen en te houden.

4.1 Banken: financiering van commercieel vastgoed

De huidige marktomstandigheden leiden tot neerwaartse

druk op de waarde van commercieel vastgoed. Dit vraagt

om verhoogde aandacht voor de waarderingsprocessen en

om nauwkeuriger beoordeling van de waardering van

commercieel vastgoed. DNB en AFM werken op dit punt

nauw samen. DNB heeft vorig jaar de risico’s in verband

met commercieel vastgoed onderzocht en de banken

opgedragen de waardering van commercieel vastgoed te

verbeteren in lijn met de bestaande regelgeving. DNB

gaat het waarderingsonderzoek dit jaar afronden. DNB

kijkt momenteel sector­breed naar de risico’s verband

houdend met commercieel vastgoed en gaat in dat

verband ook nader onderzoek doen bij pensioenfondsen

en verzekeraars (zie paragraaf 4.7).

Volgens de huidige regelgeving moeten banken de waarde

van het zakelijk onroerend goed ten minste jaarlijks

controleren en vaker wanneer de marktomstandigheden

significante veranderingen ondergaan (zie Regeling solvabi-

liteitseisen kredietrisico en grote posities Wft 2010, artikel 4:58).

Wanneer blijkt dat de waarde van het onroerend goed

vermoedelijk sterk is gedaald in vergelijking met de

algemene marktprijzen, moet de waardering door een

onafhankelijke taxateur worden beoordeeld. DNB heeft

de banken opgedragen om uiterlijk 31 januari aan haar te

rapporteren hoe zij aan deze wettelijke vereisten invulling

geven.

Concreet verwacht DNB van de banken een risico­geba­

seerde analyse van de portefeuille, waarbij kenmerken

zoals type onderpand, bezettingsgraad, kwaliteit

onderpand, de locatie, resterende looptijd van de huur­

contracten en resterende looptijd van de financiering en

laatste taxatie worden gebruikt om een vermoedelijk

lagere waardering van het onderpand te signaleren dan

opgenomen in de boeken. Daarbij dienen de banken op

basis van een risico­gebaseerde aanpak aan te geven welke

panden in aanmerking komen voor onafhankelijke

taxatie met als peildatum ultimo 2012. Overigens gaat

DNB ervanuit dat ook de controlerend accountant zich

vergewist van een adequate waardering van commercieel

vastgoed.

De bovengenoemde risico­gebaseerde analyse van de

banken dient als basis voor een beoordeling van het

beleid en de processen om risico’s van uitstaande

kredieten op commercieel vastgoed te monitoren en

beheersen. DNB bekijkt tevens hoe dit doorwerkt in

risico­gewogen activa (RWA’s) en in de voorzieningen.

4 Risico’s kennen, begrijpen en beheersen

12

Page 13: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

Dit onderzoek, dat in het eerste en tweede kwartaal zal

plaatsvinden, zal het beleid beoordelen ten aanzien van

kredietrisico en achterstanden. Ook een evaluatie van de

vastgoedmodellen zal hier onderdeel van uitmaken. DNB

wil vaststellen hoe banken de veronderstellingen in hun

modellen toetsen aan een gedegen verkenning van het

actuele vastgoedlandschap en of banken indien nodig

hun modellen aanpassen. Ten slotte zal worden bekeken

hoe het beleid in de praktijk wordt toegepast (RWA’s,

voorzieningen) door een steekproef te nemen uit de

kredietportefeuilles. Deze Asset Quality Review zal later

ook voor andere kredieten worden uitgevoerd (zie

paragraaf 4.3). De uitkomsten van deze analyse zullen

worden meegenomen in het Supervisory Review and

Evaluation Process (SREP), waarin extra aandacht zal

worden besteed aan de waardering van commercieel

vastgoed. De resultaten koppelt DNB terug, zowel aan de

betrokken banken als sector­breed via de nieuwsbrief.

Eventuele (beleidsmatige) follow­up hangt af van de

uitkomsten van het onderzoek.

4.2 Banken: renterisico in het bankenboek

DNB wil dit jaar meer inzicht krijgen in het renterisico

dat Nederlandse banken lopen in het bankenboek en de

wijze waarop zij dat risico beheersen. Daarvoor zijn twee

aanleidingen. Ten eerste maakt DNB zich zorgen over de

gevolgen van een mogelijke rentestijging of juist een

aanhoudend lage rente voor de banken. De huidige

rapportages geven onvoldoende zicht op de risico’s die de

banken lopen. Ten tweede komt EBA naar verwachting dit

jaar met een nieuwe richtlijn op het gebied van renterisico,

en onderzoekt het Basels Comité of renterisico in het

bankenboek (gedeeltelijk) onder pilaar I kan vallen.

DNB verwacht van de banken dat zij het renterisico op een

adequate wijze meten en beheersen. Dat omvat onder

andere het volgende:

• Banken beschikken over goed ingebedde en solide

modellen voor het meten en beheersen van renterisico.

• Banken rapporteren renterisico eenduidig en correct.

• Banken houden voldoende kapitaal aan voor

renterisico.

Dit onderzoek valt uiteen in drie deelonderzoeken.

1. Gevoeligheidsanalyse

DNB gaat het bankenboek van alle banken onderwerpen

aan een aantal ‘ernstige maar plausibele’ rentescenario’s om

inzicht te krijgen in hun gevoeligheid voor wijzigingen in

de rente. Daartoe zal in het eerste kwartaal een data­

uitvraag worden gedaan, inclusief verschillende looptijd­

buckets.

13

Page 14: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

2. Rapportages

De bovengenoemde uitvraag benut DNB ook om meer

inzicht te krijgen in de renterisico’s in het bankenboek, te

bezien waar de huidige rapportages tekort schieten en te

onderzoeken in hoeverre de opgevraagde data een nood­

zakelijke aanvulling vormen op de huidige rapportages.

Ook dit onderzoek betreft alle banken.

3. Risicobeheer en modelbeoordelingen

DNB gaat in het tweede kwartaal bij de grote banken en

bij enkele financiële conglomeraten informatie opvragen

en beoordelen over de renterisicomodellen, waarbij de

nadruk ligt op het gebied van hypotheken. Belangrijke

vraag daarbij is hoe de banken het risico van vervroegde

aflossing beheersen en of de modelaannames nog

voldoende robuust zijn in het licht van de huidige

omstandigheden. Tevens vraagt DNB, in het derde

kwartaal, bij een bredere groep banken relevante beleids­

documenten op die inzicht moeten geven in de

governance van het renterisicobeheer. Hieruit moet

duidelijk worden hoe de strategische risicotolerantie, de

limietenstructuur, meetinstrumenten en kapitaal met

elkaar samenhangen. Een derde aandachtspunt is het

gebruik van derivaten in het kader van het renterisicobe­

heer van het bankenboek en mogelijk gebruik daarvan

voor het innemen van posities. Als onderdeel van deze

beoordelingen toetst DNB bij een selectief aantal instel­

lingen het beleid ten aanzien van risicobeheer ter plekke.

DNB zal de individuele bevindingen met de banken

bespreken. Naar verwachting in het vierde kwartaal

koppelen we de resultaten aan de banken terug en

gebruiken we deze om de bestaande beleidsregel

renterisico te evalueren, mede aan de hand van de dan

bekende EBA­richtlijn.

4.3 Banken: asset quality review

Komend jaar onderwerpt DNB de kwaliteit van leningen­

portefeuilles en het kredietrisicobeleid van banken aan

een nader onderzoek. DNB zal daarbij met name

aandacht geven aan commercieel vastgoed, woninghypo­

theken en kredieten aan het midden­ en kleinbedrijf.

Aanleiding voor het onderzoek is de zorg die DNB en

andere toezichthouders in Europa hebben over de wijze

waarop banken omgaan met kredieten waarvan de

kwaliteit achteruitgaat. De verslechterende economische

situatie is een goede reden om hier extra op te letten.

DNB verwacht van de banken dat zij risico’s voor hun

kredieten tijdig identificeren en mitigeren, en waar nodig

tijdig adequate voorzieningen treffen of afwaarderingen

doen:

14

Page 15: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

• Banken beschikken over adequaat beleid en processen

om risico’s van uitstaande kredieten te monitoren, in

te schatten en indien nodig tijdig maatregelen te

treffen.

• Banken treffen tijdig en voldoende voorzieningen of

afwaarderingen tegenover verwachte verliezen.

• Banken beschikken over een adequaat instrumenta­

rium om hun onderpand op een juiste wijze te

waarderen, administreren en monitoren.

In het eerste en tweede kwartaal voert DNB een Asset

Quality Review uit uitsluitend gericht op commercieel

vastgoed, in aanvulling op andere activiteiten op dit

gebied (zie paragraaf 4.1). Het onderzoek zal zich

toespitsen op banken met significante vastgoed­

uitzettingen. De Asset Quality Review voor woning­

hypotheken en kredieten aan midden­ en kleinbedrijf zal

later in het jaar worden uitgevoerd en zal zich uitstrekken

tot de grote banken en banken die staatssteun hebben

ontvangen. Dit onderzoek zal beginnen met data­onder­

zoek. Hiertoe doet DNB mogelijk een beperkte uitvraag

om de reeds beschikbare data­sets aan te vullen, waarna

we informatie opvragen over het beleid ten aanzien van

kredietrisico en achterstanden. Deze informatie wordt

geanalyseerd en beoordeeld, waarna we met de sector in

gesprek gaan. In de volgende fase zal DNB bij de banken

ter plekke onderzoek doen naar een steekproef van

geselecteerde kredieten. Daarbij wordt getoetst of het

eigen beleid wordt nageleefd en in lijn is met geïdentifi­

ceerde good practices. DNB zal in de loop van het tweede

kwartaal in de nieuwsbrief banken nadere informatie

geven over de opeenvolgende fases van het onderzoek.

4.4 Banken: opzet, organisatie en werking risico­

beheer

DNB legt dit jaar meer nadruk op de opzet, organisatie

en werking van het risicobeheer bij banken, inclusief de

relatie met de overige bedrijfsonderdelen. Actuele

incidenten en ervaringen in het lopend bankentoezicht

geven aanleiding om aan te nemen dat dit voor

verbetering vatbaar is. Vergelijkbaar onderzoek van DNB

bij verzekeraars en pensioenfondsen in de afgelopen jaren

wees in dezelfde richting.

Voor een goede werking van de interne risicobeheersing is

het essentieel dat de op groepsniveau vastgestelde risico­

tolerantie op alle niveaus binnen de organisatie richting­

gevend is voor de bedrijfsvoering. Bovendien is van

belang dat de risk­managementfunctie de actuele risico­

positie doorlopend vergelijkt met de maximaal toegestane

risico’s op grond van de strategische risicotolerantie en

hierover doorlopend rapporteert aan de RvB en RvC.

DNB verwacht van de banken dat de risk­management­

functie effectief is, dus dat zij de risico’s doorgrondt en

15

Page 16: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

beheerst, continu de actuele (geconsolideerde) risico­

positie monitort en zo nodig adequate corrigerende

maatregelen voorstelt indien risico’s buiten de risico­

tolerantie vallen. DNB hanteert hierbij het wet­ en regel­

gevende kader van de Wft, de Beleidsregel toepassing

richtsnoeren EBA Wft en de DNB­Q&A Risk

Governance.

Het onderzoek start naar verwachting in het derde

kwartaal met een informatie­uitvraag onder een selectie

van banken, om inzicht te krijgen in de positie, onafhan­

kelijkheid, geschiktheid en integriteit van de risk­manage­

mentfunctie. Daarna zoomen we in op de rol van de risk­

managementfunctie bij het vaststellen en vertalen van de

risicotolerantie naar de bedrijfsvoering. Wij zullen de

betrokken instellingen te zijner tijd nader informeren

over precieze fasering van het onderzoek.

4.5 Verzekeraars: via meer risico­gebaseerd toezicht

naar Solvency II

Nu Solvency II langer op zich laat wachten gaat DNB, in

samenwerking met het Verbond van Verzekeraars, in 2013

stappen zetten richting meer risico­gebaseerd en vooruit­

kijkend toezicht. Het belang hiervan is groot. Solvency I

volstaat op dit punt niet meer en de omstandigheden

waarin de sector momenteel verkeert zijn zwaar.

Daarnaast zal Solvency II uiteindelijk realiteit worden,

dus het is van belang dat verzekeraars doorgaan met de

voorbereiding daarop.

DNB stimuleert verzekeraars om bouwend op het huidige

toezichtkader en waar mogelijk in de geest van Solvency

II in 2013 hun risicobeheer verder te verbeteren, zodat zij

in staat zijn om op basis van risico­gebaseerde maatstaven

gemotiveerd aan te geven dat, en op welke wijze, solvabi­

liteit, kapitaal en risico’s goed op elkaar zijn afgestemd.

Medio december 2012 heeft DNB bekend gemaakt wat zij

in dat kader in 2013 gaat doen. Zo zal DNB verzekeraars

vragen om een Own Risk and Solvency Assessment (ORSA).

In 2012 heeft al 60 procent van de Nederlands Solvency II

verzekeraars vrijwillig een ORSA bij DNB aangeleverd.

DNB vraagt dit jaar alle Solvency II verzekeraars een

ORSA aan te leveren, in de tweede helft van 2013.

Daarnaast blijft DNB gedurende het jaar de verzekeraars

faciliteren en stimuleren bij de ontwikkeling en pre­appli­

catie van interne modellen. De afgelopen jaren zijn hier

al goede resultaten mee geboekt, met name bij het

verbeteren van de documentatie, het inrichten van de

modelvalidatie en het vergroten van de kennis van de

modellen binnen de verzekeraars. Deze resultaten

moedigen aan op deze weg door te gaan. DNB biedt

verzekeraars daarom met ingang van dit jaar de mogelijk­

heid om een proef­applicatieprocedure in te gaan. De

16

Page 17: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

ambitie van DNB is dat de huidige groep verzekeraars in

de pre­applicatie hun interne modellen op een niveau

brengt waarmee ze bij de start van Solvency II in

aanmerking komen voor goedkeuring.

Tot slot heeft DNB in december aangekondigd dat zij de

LTGA van EIOPA wil uitbreiden naar alle levensverzeke­

raars. Echter, nu bekend is geworden dat de LTGA van

EIOPA over boekjaar 2011 zal gaan, vindt DNB het niet

logisch om deze exercitie uit te voeren. In plaats daarvan

zal DNB de grote­ en middelgrote verzekeraars (schade,

leven en natura­uitvaart) in Nederland die niet aan de

EIOPA stresstest deelnemen vragen om het basisscenario

van de EIOPA stresstest in te vullen en aan te leveren bij

DNB.

4.6 Verzekeraars: kapitaalbeleid middelgrote en

kleine verzekeraars

Uit het lopende toezicht is DNB gebleken dat niet alle

verzekeraars beschikken over een deugdelijk kapitaalbe­

leid. DNB onderwerpt daarom dit jaar het kapitaalbeleid

van kleine en middelgrote verzekeraars uit de toezicht­

klasse T1 t/m T3 aan een onderzoek. Het kapitaalbeleid

geeft inzicht in de risicobereidheid van een instelling en

de daarbij behorende interne solvabiliteitsnorm.

Daarnaast beschrijft het kapitaalbeleid welke maatregelen

de instelling gaat ondernemen als de werkelijke solvabili­

teit onder deze norm zakt.

Het risico van een kapitaaltekort is het grootste risico dat

een instelling kan lopen. Een gedegen kapitaalbeleid is de

resultante van een goed risicobeheer en behoort daarmee

tot de kern van een beheerste bedrijfsvoering. DNB

verwacht van alle verzekeraars dat zij in de jaarstaten

gemotiveerd aangeven welk niveau van solvabiliteit de

instellingen zelf noodzakelijk achten gegeven hun risico­

profiel. Daarnaast moeten de verzekeraars hun kapitaal­

beleid vastleggen in een document dat de risicobereid­

heid en de daarbij behorende solvabiliteitsnorm van de

instelling vastlegt. Het document moet ook voorzien in

een stappenplan voor corrigerende maatregelen die de

verzekeraar kan nemen indien de solvabiliteit bijvoor­

beeld onder de interne norm zakt.

DNB gaat bij het beoordelen van de jaarstaten extra

controleren op de interne solvabiliteitsnorm en gaat het

kapitaalbeleid bij instellingen opvragen. De verzekeraars

zijn in de aankondigingsbrief voor de jaarstaten van

afgelopen december al geïnformeerd over het belang van

het invullen van deze interne norm en het kapitaalbeleid.

De e­Line­contactpersonen van de instellingen zullen in

januari nadere informatie ontvangen, met een format

voor het kapitaalbeleidsdocument. In de zomerperiode

gaat DNB de staten en achterliggende documentatie

beoordelen. Vervolgens treedt DNB in het najaar met de

verzekeraars in gesprek over haar bevindingen. Dat zal

17

Page 18: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

hetzij individueel gebeuren, hetzij een sector­breed

karakter hebben, afhankelijk van de aard van die

bevindingen.

4.7 Pensioenfondsen en verzekeraars: beleggingen

in commercieel vastgoed

Het komende jaar gaat DNB twee onderzoeken uitvoeren

naar beleggingen van pensioenfondsen en verzekeraars in

commercieel vastgoed. DNB heeft, op basis van een

vergelijking onder vastgoedobjecten, het vermoeden dat

de waardering van Nederlands vastgoed (per einde 2011)

door pensioenfondsen en verzekeraars, hoewel deze

doorgaans minstens eens per jaar door een externe

taxateur wordt verricht, niet in alle gevallen voldoende

rekening hield met de gewijzigde object­ en marktomstan­

digheden. Daarom wil DNB dit jaar vaststellen in welke

mate pensioenfondsen en verzekeraars hun beleggingen

in Nederlands vastgoed juist waarderen. Daarnaast gaat

DNB nader onderzoek doen naar de beheersing van

beleggingen in buitenlands vastgoed door pensioen­

fondsen. Aanleiding daarvoor is een uitvraag die DNB in

2012 onder pensioenfondsen heeft gedaan naar vastgoed­

beleggingen in het algemeen en beleggingen in

Nederlands commercieel vastgoed in het bijzonder.

Hieruit bleek dat het grootste deel van de vastgoedbeleg­

gingen van pensioenfondsen zich buiten Nederland

bevindt, voor een belangrijk deel via niet­beursgenoteerde

beleggingsvormen. Over de kwaliteit van deze

beleggingen is relatief weinig bekend.

Van alle pensioenfondsen en verzekeraars verwacht DNB

dat zij de risico’s in verband met beleggingen in

commercieel vastgoed adequaat beheersen. Daaronder

wordt onder andere verstaan dat de instellingen hun risi­

cobeheersingsprocessen op orde hebben, dat zij

voldoende inzicht hebben in hun vastgoedrisico’s en

tijdig maatregelen treffen als deze risico’s acceptabele

niveaus overschrijden. Een goede waardering van

commercieel vastgoed is gebaseerd op regelmatige

taxaties. Deze moeten onderbouwd zijn door een

deugdelijk taxatiemodel en juiste en volledige documen­

tatie die onder andere inzicht geeft in alle gehanteerde

taxatieveronderstellingen.

In het tweede kwartaal benadert DNB een beperkt aantal

grotere fondsen voor een onderzoek naar de beheersing

van beleggingen in buitenlands niet­beursgenoteerd

vastgoed. Eerst zal deze instellingen worden gevraagd om

via een uitvraag aan te geven welke beleggingen zij

hebben, welk aandeel zij hierin hebben en welke beheers­

maatregelen er zijn. Vervolgens onderzoeken we bij een

aantal van deze beleggingen de werking van deze

beheersmaatregelen in de praktijk en de kwaliteit van de

waardering.

18

Page 19: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

In het tweede kwartaal benaderen we ook een beperkt

aantal pensioenfondsen (T2 t/m T4) en verzekeraars voor

een onderzoek naar de waardering van hun Nederlandse

vastgoed. Dit onderzoek bestaat enerzijds uit een uitvraag

van waarderingsrapporten en onderliggende gegevens van

een aantal objecten met een mogelijk afwijkende

waardering. Daarbij let DNB vooral op de juistheid en

volledigheid van de onderliggende documentatie, de

kwaliteit van de gebruikte taxatiemodellen en het inzicht

in alle gehanteerde taxatieveronderstellingen. Anderzijds

vraagt DNB aan deze instellingen om te laten zien hoe zij

het waarderingsproces beheersen. Hierbij zal in ieder

geval worden gevraagd om via een onderbouwde self-

assessment aan te geven in hoeverre de gehele waarderings­

keten voldoet aan de 27 aanbevelingen die het Platform

Taxateurs en Accountants recent heeft opgesteld.

We verwachten de betrokken instellingen in het vierde

kwartaal te informeren over de uitkomsten van de

onderzoeken. Als daar aanleiding toe is, zal ook de sector

in het vierde kwartaal worden geïnformeerd over

relevante uitkomsten.

4.8 Pensioenfondsen: beleggingsrisico

Onderzoeken van de afgelopen jaren hebben het

vermoeden – en soms de bevestiging van die

vermoedens – opgeleverd dat sommige pensioenfondsen

niet alle risico’s beheersen die samenhangen met hun

beleggingen. DNB start in 2013 drie thema­onderzoeken,

naar vermogensbeheercontracten, naar de beheersing van

renterisico en naar de beheersing van marktrisico in het

algemeen. Deze themaonderzoeken zijn een vervolg op

onderzoeken uit 2012.

DNB verwacht van de pensioenfondsen dat zij in control

zijn voor alle beleggingsrisico’s. De manier waarop

fondsen in control zijn is op hoofdlijnen vastgelegd in,

onder andere, de Pensioenwet. DNB wil in ieder geval

kunnen vaststellen of er voldoende samenhang is tussen

de beleggingskeuzes die fondsen maken, de aard van hun

verplichtingen en de strategische risicotolerantie. Dat

vereist onder andere dat fondsen weten en begrijpen

waarin zij beleggen, inclusief de risico’s daarvan; dat het

niveau van het risicobeheer in de juiste verhouding staat

tot de complexiteit van hun beleggingen; en dat het

bestuur een duidelijke strategische risicotolerantie

vaststelt die zich vertaalt naar het risicobeheer en de

risicograad en samenstelling van de beleggingen.

Onderzoek renterisico

Het onderzoek naar de beheersing van renterisico zal

plaatsvinden bij een selectie van pensioenfondsen in de

categorieën T4, T3 en T2. In het eerste kwartaal zal DNB

bij deze fondsen het renterisicobeleid en de risico­ en

19

Page 20: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

performancerapportages opvragen. Daarbij zullen we een

uitvraag doen naar de renterisicoposities. Deze zullen in

het tweede kwartaal door DNB beoordeeld worden. We

koppelen de resultaten naar verwachting medio 2013 aan

de sector terug.

Vermogensbeheercontracten

Dit onderzoek zal worden uitgevoerd onder de

T3­fondsen, na een vergelijkbaar onderzoek onder de

T2­fondsen in 2012. DNB vraagt in het eerste kwartaal de

fondsen een self-assessment te doen aan de hand van een

vragenlijst. DNB zal deze in de loop van het tweede

kwartaal beoordelen door middel van een quick­scan. In

het vierde kwartaal zullen we onder een steekproef van

fondsen nagaan of deze de risico’s die blijken uit de self-

assessments hebben gemitigeerd. Terugkoppeling zal naar

verwachting aan het eind van het jaar plaatsvinden.

Beheersing marktrisico

Voor dit onderzoek zullen acht fondsen worden geselec­

teerd. Ieder kwartaal zal DNB twee fondsen onder de

loep nemen. DNB gaat bestuurders, leden van de beleg­

gingsadviescommissie en de vermogensbeheerder/

uitvoerder interviewen en documentatie (risico­ en

performancerapportages, beleidsdocumenten etc.)

opvragen. Op basis daarvan vormen we ons een oordeel

over de beheersing van het marktrisico.

DNB zal de resultaten van de onderzoeken individueel

naar de betrokken fondsen terugkoppelen. Daarnaast

zullen wij de belangrijkste generieke bevindingen met de

hele sector delen en zo nodig guidance geven, bijvoor­

beeld in de vorm van good practices. Over de precieze

invulling daarvan informeren wij de sector te zijner tijd

nader.

4.9 Pensioenfondsen: risicobeheer uitbesteding

administratie

Veel pensioenfondsen hebben hun pensioenadministratie

uitbesteed. Uitbesteding van deze belangrijke werkzaam­

heden vereist dat fondsen de daarmee gepaard gaande

operationele risico’s goed beheersen. DNB heeft aanwij­

zingen dat dit niet altijd het geval is. Daarom gaat DNB

in 2013 bij fondsen onderzoeken of zij in control zijn als

het gaat om de uitbesteding van hun pensioen­

administratie.

DNB verwacht van de pensioenfondsen die hun adminis­

tratie hebben uitbesteed dat zij al het mogelijke doen om

risico’s te beheersen die samenhangen met de pensioen­

administratie. Deelnemers moeten er immers op kunnen

vertrouwen dat ze krijgen waar ze recht op hebben.

Daarom is het voor pensioenfondsen belangrijk om

antwoord te hebben op de volgende vragen:

20

Page 21: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

• Is ons uitbestedingsbeleid adequaat geformuleerd om

de risico’s te beheersen?

• Hebben we de uitbesteding goed georganiseerd?

• Weten we zeker dat onze deskundigheid op het

gebied van uitbesteding en operationeel risicoma­

nagement is geborgd?

• Beschikken we over voldoende informatie van de

uitbestede partij?

• Wordt ons risico­identificatie­ en ­beheersingsproces

periodiek doorlopen?

• Leiden de bevindingen van dit proces indien nodig

tot actie?

Het onderzoek heeft tot doel bij een selectie van

T2­fondsen inzicht te krijgen in de huidige beheersing

van de uitbesteding en handreikingen te bieden waar

nodig. Good en bad practices uit het onderzoek worden

daartoe gedeeld met de sector. Betrokken fondsen horen

tijdig of zij geselecteerd zijn voor het onderzoek. DNB

gaat in het voorjaar relevante informatie opvragen, in

ieder geval de uitbestedingscontracten en beleidsstukken,

die gezamenlijk een overzicht moeten geven van het

uitbestedingsbeleid, governance, deskundigheid,

processen, monitoring en evaluatie. DNB beoordeelt de

informatie en gaat op basis daarvan het gesprek aan met

de geselecteerde pensioenfondsen. Voor het einde van dit

jaar verwachten we terugkoppeling te kunnen geven.

4.10 Cross­sectoraal: informatiebeveiliging

Cybercrime vormt in toenemende mate een bedreiging

en kan tot veelsoortige en omvangrijke schade leiden.

Informatiebeveiliging is van groot belang voor de conti­

nuïteit en integriteit van financiële instellingen. Daarom

blijft DNB, evenals in voorgaande jaren, de informatiebe­

veiliging van onder haar toezicht staande instellingen

onderzoeken. Dit betreft een voortzetting van de

jaarlijkse self-assessments.

DNB verwacht van de instellingen dat zij hun informatie­

beveiliging zo snel mogelijk op het Cobit gebaseerde

‘maturity level’ 3 brengen. Dit betekent dat de beheers­

maatregelen geformaliseerd zijn en aantoonbaar werken,

kortom dat de informatiebeveiliging op orde is. Wat wij

precies verwachten van de instellingen in het kader van

dit onderzoek kunt u vinden op open boek toezicht (zie

http://www.toezicht.dnb.nl/3/50­203304.jsp).

Voor de self-assessment selecteert DNB een groep van

grotere banken, verzekeraars en pensioenfondsen. De

betrokken instellingen zullen hier in februari over

worden geïnformeerd. De instellingen wordt gevraagd

een self-assessment in te vullen. De uitkomsten van de

assessment worden door DNB getoetst, waarbij de scores

worden uitgezet tegen de scores van andere instellingen,

de sector en de eventuele scores uit voorgaande jaren. Het

streven is om voor de zomervakantie de uitkomsten met

21

Page 22: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

de instellingen te bespreken. Nadere informatie verstrekt

DNB via de Nieuwsbrieven voor banken, verzekeraars en

pensioenfondsen. Daarnaast voert DNB specifieke

onderzoeken uit naar de kwaliteit van penetratietesten

(‘ethical hacks’) en naar de beveiliging van mobile apps.

DNB heeft aanwijzingen dat de kwaliteit en kwantiteit

van deze testen niet altijd voldoende zijn om de

zekerheid te onderbouwen die eraan wordt ontleend door

de instellingen zelf en derden. Ervaringen uit het

verleden laten daarnaast zien dat nieuwe technologie

(bijvoorbeeld mobile apps) vaak te snel wordt ingezet

waardoor de beheersing nog niet het hoogwaardige

niveau heeft dat wordt vereist. DNB wil onderzoeken of

hier binnen de financiële sector sprake van is en, zo ja,

wat daaraan gedaan kan worden.

4.11 Cross­sectoraal: business continuity

management en disaster recovery

In navolging van eerdere onderzoeken uit 2009 en 2011

wordt in 2013 een themaonderzoek Business Continuity

Management (BCM) en Disaster Recovery (DR) uitgevoerd.

Een gedegen BCM/DR is namelijk essentieel om operati­

onele verstoringen adequaat op te vangen. De

afwezigheid hiervan brengt kritische bedrijfsprocessen en

daarmee de continuïteit van de getroffen instelling in

gevaar, met gevolgen voor de dienstverlening en de

reputatie van de financiële sector. Betalings­ en

effectenverkeer­processen die uitvallen of verstoord

raken, hebben negatieve economische gevolgen en

kunnen grote maatschappelijke onrust veroorzaken met

als mogelijk gevolg dat het vertrouwen in de financiële

sector afneemt.

DNB verwacht van instellingen dat hun BCM/DR

voldoende is om in geval van een operationele verstoring

binnen een acceptabele tijd de kritische bedrijfsprocessen

te kunnen hervatten. Het normenkader dat DNB daarbij

hanteert is gebaseerd op internationale standaarden.

DNB voert in de tweede helft van 2013 een themaonder­

zoek uit naar BCM/DR bij de instellingen die behoren

tot de financiële kerninfrastructuur en een aantal overige

banken en verzekeraars. Het onderzoek bestaat uit

gesprekken, het opvragen van documentatie en een

aantal deelwaarnemingen ter plekke. De betrokken instel­

lingen worden in de loop van 2013 nader over het

onderzoek en over de uitkomsten ervan geïnformeerd. •

22

Page 23: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

5 Sterk bestuur, integere cultuur

DNB verwacht van besturen van financiële instellingen dat zij

deskundig, integer en effectief zijn. Zij dienen onder meer een

cultuur te bevorderen waar men voldoende aandacht heeft voor

risico’s en het belang van de klant en waar schadelijke en

onwettige activiteiten niet worden geaccepteerd.

5.1 Cross­sectoraal: gedrag en cultuur

Vanaf mei 2011 heeft DNB ongeveer 30 onderzoeken

gedaan naar gedrag en cultuur bij banken, verzekeraars en

pensioenfondsen, om de kwaliteit en effectiviteit van de

besluitvorming te beoordelen. De onderzoeken hebben

uiteenlopende gedragspatronen aan het licht gebracht die

het functioneren van mensen in een instelling kunnen

belemmeren, met risico’s voor de financiële soliditeit en

integriteit van deze instellingen. DNB heeft daarom

gevraagd om dit risicovolle gedrag te veranderen en gaat

dit jaar in samenwerking met de AFM vervolgonderzoek

doen. De onderzoeken naar gedrag en cultuur vormen

een relatief nieuw onderwerp van toezicht. DNB

realiseert zich dat de instellingen vaak behoefte hebben

aan nadere guidance en DNB wil zelf ook leren van good

practices die zij in de sector aantreft. Wij gaan hier dit jaar

dan ook nadrukkelijk aandacht aan besteden.

DNB verwacht van financiële instellingen dat zij zich

bewust zijn van de invloed van het gedrag en de cultuur

binnen hun onderneming op de kwaliteit van de

besluit vorming en bedrijfsvoering en daarmee op de

financiële soliditeit op lange termijn. Dat dient zich te

vertalen in afdoende aandacht voor de evenwichtigheid

en consistentie van de besluitvorming, groepsdynamiek,

leiderschap, mindset en communicatie. Bij de instellingen

waar tijdens voorgaand onderzoek gebreken zijn gecon­

stateerd, verwacht DNB dat zij deze hebben hersteld.

DNB gaat, verspreid over het jaar, deze instellingen

bezoeken om te beoordelen wat zij met de aanbevelingen

hebben gedaan. Daarnaast organiseert DNB in maart van

dit jaar een seminar om de generieke bevindingen van vorig

jaar met de sector te bespreken en nadere guidance te geven

aan de hand van bad en good practices. Ook is DNB van plan

haar methode te delen met de sector en opleidingen aan te

bieden voor interne onderzoekers van onder toezicht

staande instellingen. Tot slot gaat DNB de effectiviteit van

haar toezichtaanpak op het gebied van gedrag en cultuur

door een extern bureau laten onderzoeken. De resultaten

daarvan zullen we met de sector delen.

5.2 Cross­sectoraal: corruptie

Een aantal financiële instellingen was de afgelopen paar

jaar passief dan wel actief betrokken bij schandalen

waarin corruptie in enige vorm een rol speelde (in de

vorm van omkoping en/of belangenverstrengeling). Dit

leidt tot maatschappelijke verontwaardiging en financiële

23

Page 24: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

schade, beïnvloedt de reputatie van de sector negatief en

vormt een toenemend juridisch risico. Reden voor DNB

om dit jaar, in samenwerking met FEC­partners, hier in

twee fasen onderzoek naar te verrichten. Eerst door

aandacht te besteden aan de aard, omvang en oorzaken

van het probleem, daarna door te kijken naar een

effectieve beheersing van het corruptierisico door

banken, verzekeraars en pensioenfondsen.

Van alle onder toezicht staande instellingen, of het nu

banken, verzekeraars of pensioenfondsen zijn, verwacht

DNB dat zij een integere en beheerste bedrijfsvoering

inrichten, waarbinnen de nodige aandacht bestaat voor

het voorkomen en bestrijden van betrokkenheid bij (het

faciliteren van) corruptie. Daarbij kan worden gedacht

aan een bedrijfscultuur waarbinnen dergelijk gedrag niet

wordt geaccepteerd, inclusief de daarbij behorende tone at

the top. Ook verwacht DNB van de hele financiële sector

een systematische risicoanalyse van integriteitsrisico’s,

met aandacht voor omkoping en belangenverstrengeling,

en we verwachten dat de sector adequate procedures en

maatregelen heeft en onderhoudt om het third party risk

actief te beheersen. Bij de invulling van deze open

normen zal uitdrukkelijk worden gekeken naar de

ontwikkelingen van de normen en naar de Britse toezich­

tervaringen onder de UK Bribery Act. Deze regelgeving

heeft extraterritoriale werking en wordt door de internati­

onale financiële sector als vooraanstaand gezien.

In het eerste kwartaal vraagt DNB (een selectie van)

banken, verzekeraars en pensioenfondsen onder andere

een self-assessment te doen op basis van een vragenlijst,

waarbij de nodige relevante documenten worden

opgevraagd. Daaronder vallen beleidsdocumenten, de

uitkomsten van risicoanalyses en overeenkomsten,

overzichten en afspraken met third parties. In het tweede

kwartaal willen we, onder meer op basis van de self-assess-

ments, een scherper beeld krijgen van de beheersing van

het corruptierisico door banken, verzekeraars en pensi­

oenfondsen. De intensiteit en aard van de toezichtin­

spanningen zullen afhangen van de risico­inschatting na

het eerste kwartaal.

5.3 Cross­sectoraal: voortdurende controle op

klanten en transacties in het kader van de

witwasbestrijding

Onderzoek van DNB bij een aantal instellingen naar

cliëntenonderzoek, risicoclassificatie, voortdurende

controle van de cliënten en met name de monitoring van

transacties heeft een groot aantal tekortkomingen laten

zien. Zo is de bewustwording en analyse met betrekking

tot integriteitsrisico’s vaak onvoldoende, waardoor instel­

lingen niet in staat zijn om op voortdurende en adequate

24

Page 25: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

wijze hun integriteitsrisico’s, en met name witwasrisico’s,

te beheersen. Instellingen lopen hierdoor de kans dat zij,

vooral bij activiteiten met een hoog integriteitsrisico,

bewust of onbewust meewerken aan witwassen. Dit is

voor DNB aanleiding om hier in 2013 opnieuw grondig

naar te kijken. DNB gaat dit jaar daarom bij banken,

verzekeraars en trustkantoren onderzoek doen naar de

kwaliteit van hun voortdurende controle van cliënten en

transacties in het kader van de Wet ter voorkoming van

witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Financiële

instellingen zijn op grond van de Wwft verplicht om

ongebruikelijke transacties te melden aan de Financial

Intelligence Unit Nederland. Door de transacties en acti­

viteiten van cliënten te monitoren zijn instellingen beter

in staat om dit soort transacties te herkennen. Daarnaast

onderzoekt DNB bij de schadeverzekeraars de naleving

van de Sanctiewet, waarmee overigens al in het najaar

2012 is gestart.

DNB verwacht van de instellingen dat zij binnen alle

lagen van de organisatie overtuigd zijn van nut en

noodzaak van naleving van deze wetgeving. Dit dient

zich bij alle instellingen te uiten in een duidelijke inzet

en prioriteitenstelling gericht op naleving van

anti­witwas­wetgeving. Dit betekent onder andere dat het

ongewenst is compliance­taken over te dragen naar eerste­

lijnsfuncties en budgetten en capaciteit van de

compliancefuncties te verminderen. Ook moeten de

geautomatiseerde systemen voor de monitoringstaken

adequaat zijn en rekening houden met de risicoclassifica­

ties van cliënten.

DNB gaat in 2013 onderzoek doen bij de grote banken,

verzekeraars en trustkantoren. In het eerste kwartaal

zullen deze instellingen worden aangeschreven met het

verzoek een vragenlijst in te vullen die inzicht moet

geven in de wijze waarop zij de voortdurende controle

vormgeven. Naar aanleiding daarvan zullen in het tweede

kwartaal ter plaatse onderzoeken plaatsvinden. Mogelijk

zullen er transacties worden opgevraagd. Tevens zal DNB

in het tweede kwartaal een bijeenkomst organiseren om

met de sector in gesprek te gaan over het naleven van de

normen. De bevindingen, inclusief mogelijke good

practices, zullen met de sector worden gedeeld.

5.4 Pensioenfondsen: kwaliteit bestuur

Besturen van pensioenfondsen dienen ter zake deskundig

en geschikt te zijn. Uit beleggingsonderzoeken die DNB

eerder heeft gedaan blijkt dat dit niet altijd het geval is.

DNB is daarom vorig jaar voor de grote pensioenfondsen

begonnen de beschikbare gegevens over de bestuurders

en hun verantwoordelijkheden binnen het bestuur in

kaart te brengen. In 2013 gaat DNB hiermee door. Het

doel is zicht te krijgen en behouden op de kwaliteit van

25

Page 26: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

het bestuur en de acties die het onderneemt om de

kwaliteit te verbeteren. De nadruk ligt in eerste instantie

bij de bestuurders die verantwoordelijk zijn voor vermo­

gensbeheer en risicomanagement.

DNB verwacht van de voordragende organisaties dat zij

zich beter bewust zijn van de eisen die DNB aan de

geschiktheid van pensioenfondsbestuurders stelt.

Daarnaast zien we graag dat pensioenfondsbesturen meer

eigen verantwoordelijkheid nemen in de werving en

selectie van geschikte bestuurders. Concreet uitgewerkte

profielen van voldoende niveau zijn daarbij een

belangrijk instrument. Per 1 juli 2013 treedt de Wet

Versterking Bestuur Pensioenfondsen in werking; DNB

verwacht van de besturen van pensioenfondsen dat zij dit

moment aangrijpen om na te denken over de voor­ en

nadelen van het huidige bestuursmodel en over de vraag

welk model het beste is opgewassen tegen de uitdagingen

waar de pensioensector voor staat.

DNB gaat ook dit jaar verder met de voordragende orga­

nisaties in gesprek over de geldende geschiktheidseisen en

zal in het eerste kwartaal daarover een bijeenkomst

organiseren. Ten tweede zal DNB met de pensioenfonds­

besturen good practices delen die als maatstaf kunnen

dienen bij het opstellen van profielen van voldoende

hoog niveau, vooral waar het gaat om vermogensbeheer

en risicomanagement. Ook dit zal in het eerste kwartaal

plaatsvinden. Ten derde gaat DNB zittende bestuurders

met als aandachtgebied vermogensbeheer en risico­

management hertoetsen indien daar aanleiding voor

bestaat. Tot slot verricht DNB in het derde kwartaal een

nulmeting om inzicht te krijgen in de wijze waarop pensi­

oenfondsen zich voorbereiden op de invoering van de

Wet Versterking Bestuur Pensioenfondsen. Alle T3­ en

T4­fondsen ontvangen daartoe een vragenlijst.

Afhankelijk van de resultaten zal DNB de verdere

follow­up bepalen. Wij zullen u indien nodig hier nader

over informeren, via de nieuwsbrief pensioenfondsen of

individueel.

5.5 Betaalinstellingen: anoniem betalen

De afgelopen jaren zijn diverse nieuwe betaalvormen in

de Nederlandse markt gekomen. Deze worden in

toenemende mate aangeboden door niet­bancaire betaal­

instellingen. DNB staat positief tegenover deze innovatie

in het betalingsverkeer, maar het is wel zaak dat hierdoor

de controle over de integriteit van het betalingsverkeer

niet verloren gaat. De nieuwe betaalvormen vergroten de

gebruiksmogelijkheden bijvoorbeeld voor internetbeta­

lingen, maar ondoorzichtiger wordt wie aan wie betaalt.

Een voorbeeld van deze betaalvormen is de prepaid card,

waarop anoniem aanzienlijke bedragen kunnen worden

geladen die eenvoudig grensoverschrijdend kunnen

26

Page 27: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

worden gebruikt. DNB zal onderzoeken of de nieuwe

betaalvormen mogelijk een hoog risico vormen voor het

faciliteren van witwassen, omzeiling van sanctiewetge­

ving, criminele betaalstromen en terrorismefinanciering.

DNB verwacht ook van de aanbieders van nieuwe betaal­

methoden dat zij hun klanten kennen en voldoen aan de

relevante wet­ en regelgeving. Het niveau van de controles

is op dit moment nog laag en steunt in veel gevallen op

bancaire controles. De instellingen dienen zich ervan

bewust te zijn dat ook zij, door niet te voldoen aan de

wettelijke vereisten, onbewust kunnen meewerken aan

het verwerken van betaalstromen voor criminele activi­

teiten. Bij nieuwe betaalvormen moeten effectieve

maatregelen zijn genomen die het mogelijk maken de

identiteit van betaler en ontvanger door de hele

betaalketen te volgen en verdachte transacties tijdig op te

merken en te melden.

DNB gaat in de loop van 2013 een informatie­uitvraag

doen bij de betaalinstellingen. Daarnaast wil DNB door

middel van een bijeenkomst en nieuwsbrieven de

bekendheid in de sector met de vigerende wet­ en

regelgeving vergroten. Naar aanleiding van de uitvraag en

een analyse van betaalproducten met een inherent hoger

integriteitsrisicoprofiel gaat DNB bij een aantal geselec­

teerde instellingen onderzoeken uitvoeren. Deze

onderzoeken zullen waarschijnlijk in het derde en vierde

kwartaal plaatsvinden. In een aantal gevallen kan DNB

ter verificatie bij de instellingen transacties opvragen om

te beoordelen of hierin voldoende informatie is

opgenomen. Betaler en ontvanger moeten zichtbaar of

herleidbaar zijn. Als blijkt dat instellingen onvoldoende

maatregelen nemen of bewust non­compliant hebben

gehandeld bij uitgevoerde betalingen, zal DNB tot

handhaving overgaan.

5.6 Schaduwbankieren door concernfinancierings­

maatschappijen

DNB vermoedt dat een deel van de in Nederland

gevestigde concernfinancieringsmaatschappijen (CFM’s)

niet voldoet aan de wettelijke vereisten voor ontheffing

van een bankvergunning. Het gevolg hiervan is dat parti­

culieren die gelden inleggen bij deze instellingen

verhoogde risico’s lopen, omdat de betrokken instellingen

de facto als bank opereren maar niet onder toezicht

staan. DNB start daarom dit jaar een onderzoek naar de

activiteiten van de CFM’s.

Een CFM heeft geen bankvergunning van DNB nodig bij

het aantrekken van gelden van het publiek en het

uitzetten van die gelden als zij voldoet aan (kortweg) alle

drie de volgende voorwaarden (artikel 3:2 Wft):

27

Page 28: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

(1) zij trekt de opvorderbare gelden aan door middel van

effecten;

(2) zij heeft een garantie van de moeder, die over een

positief eigen vermogen of een bankgarantie beschikt;

(3) de gelden worden voor minimaal 95 procent intra­

concern uitgezet.

Van faciliterende instellingen zoals trustkantoren

verwacht DNB dat zij zich bewust zijn van hun rol bij het

voorkomen van illegale activiteiten door CFM’s.

DNB focust haar onderzoek in 2013 op de naleving van

de tweede en derde voorwaarde door CFM’s, met eerst

een bronnenonderzoek en daarna een steekproef. Bij

ondernemingen binnen deze steekproef wordt informatie

opgevraagd om inzicht te verkrijgen of aan de wettelijke

vereisten wordt voldaan. Bij overtredingen zal DNB tot

handhaving overgaan. •

28

Page 29: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

6 Beter toezicht door betere data

De rapportages van financiële instellingen vormen de basis van

het toezicht. DNB verwacht van financiële instellen dat hun

rapportages juist, betrouwbaar en tijdig zijn

6.1 Banken: betrouwbaarheid rapportages

DNB heeft in 2012 de betrouwbaarheid van de liquiditeit­

en solvabiliteitrapportages van negen banken onderzocht.

De conclusie is dat geen enkele onderzochte bank alles

helemaal correct doet én dat een aantal dezelfde

problemen en fouten bij meerdere banken voorkomt.

DNB is zich bewust van de hoge rapportagelast die het

toezicht met zich meebrengt. Dit laat onverlet dat alle

banken hieraan moeten voldoen. DNB verwacht van de

banken dat zij bekend zijn met de wettelijke rapportage­

eisen en dat de operationele organisatie rond de

prudentiële rapportages zodanig is ingericht dat de

juistheid en tijdigheid van de rapportages voldoende zijn

gewaarborgd. Dit betekent onder andere dat de banken

moeten kunnen aangeven hoe de cijfers tot stand zijn

gekomen en op welke wijze de betrouwbaarheid

gewaarborgd is. We verwachten ook dat de banken het

melden wanneer zij zelf twijfelen over de juistheid van de

cijfers of de interpretatie van de vereisten. DNB wil de

banken daarbij waar mogelijk faciliteren. Dat betekent dat

we gemakkelijk toegankelijk zijn voor vragen en deze snel

beantwoorden via vaste aanspreekpunten, dat we

beschikbare data zoveel mogelijk benutten en dat we

data­uitvragen goed coördineren zodat overlap wordt

voorkomen. U mag ons daarop aanspreken.

Ten eerste gaat DNB bij de banken die in 2012 niet zijn

onderzocht in het eerste kwartaal een informatie­uitvraag

doen. Aan de hand van de uitkomsten zal bij een aantal

te selecteren banken een nader onderzoek worden

uitgevoerd.

Ten tweede toetst DNB, indien zij banken gedurende het

jaar om additionele data­informatie verzoekt, bijvoor­

beeld in het kader van een thema­onderzoek, deze

informatie op consistentie met de reguliere rapportages.

Ten derde selecteert DNB ieder kwartaal één of meerdere

onderdelen van de reguliere rapportage voor een

diepgaande toetsing van de betrouwbaarheid. Juist die

onderdelen die van belang zijn voor de toezichtthema’s

2013 en voor de implementatie van CRD/CRR IV zullen

aandacht krijgen. Vooraf zullen banken geïnformeerd

worden over deze geselecteerde onderdelen, waarbij DNB

verwacht dat banken hier ook additioneel aandacht aan

zullen besteden.

6.2 Verzekeraars: betrouwbaarheid rapportages

DNB gaat dit jaar onderzoek doen naar de betrouwbaar­

heid van de aangeleverde kwartaalstaten door verzeke­

raars. Bevindingen vanuit het toezicht geven aanleiding

29

Page 30: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

om nader te kijken naar de juistheid van de aangeleverde

kwartaalstaten en met name naar de wijze waarop de

totstandkoming van deze rapportages intern bij

verzekerings instellingen is georganiseerd. De kwartaal­

rapportages zijn een belangrijke bron voor de toezicht­

houder. DNB moet daarom volledig kunnen vertrouwen

op de juistheid van deze rapportages.

DNB verwacht van de verzekeraars dat zij de totstandko­

ming van de kwartaalrapportages zo in de organisatie

hebben ingericht dat er voldoende waarborgen zijn

ingebouwd dat deze rapportages betrouwbaar zijn.

Dit betekent vooral dat het produceren van de kwartaal­

rapportages niet wordt gezien als de verantwoordelijkheid

van een enkele medewerker, maar dat de instelling tot op

het niveau van het bestuur hieraan gecommitteerd is.

Ook de Interne Accountants Dienst (IAD) en actuaris

moeten een belangrijke bijdrage leveren aan een

effectieve governance van het kwartaalrapportageproces.

Het onderzoek omvat een steekproef van kleine,

middelgrote en grote verzekeraars. Begin februari zullen

de geselecteerde instellingen met een brief worden geïn­

formeerd over hun deelname aan het onderzoek. Begin

maart verstuurt DNB een vragenlijst naar de instellingen

die inzicht moet geven in de organisatie van het rappor­

tageproces. Daarbij zal DNB achterliggende documenten,

zoals bijvoorbeeld IAD­rapporten, opvragen en

gesprekken voeren met de direct betrokkenen binnen de

instellingen. Vervolgens beoordeelt DNB de resultaten.

De uitkomsten kunnen voor DNB aanleiding zijn om

zelf bij een verzekeringsinstelling een nader onderzoek in

te stellen. In het vierde kwartaal zal DNB de resultaten

van het onderzoek delen met de sector. De vorm waarin

dit zal gebeuren en de follow­up (sector­breed dan wel per

individuele instelling) hangen af van de aard van de

bevindingen.

6.3 Verzekeraars: technische voorzieningen

DNB gaat dit jaar de modellen onderzoeken waarop

verzekeraars de marktwaarde van hun verzekeringsver­

plichtingen baseren, met speciale aandacht voor de

waardering van impliciete opties en garanties bij levens­

verzekeraars. Dit onderzoek is een vervolg op eerdere

onderzoeken naar de waardering van de technische voor­

zieningen bij verzekeraars.

Aanleiding voor dit themaonderzoek is dat DNB op basis

van eerder onderzoek twijfelt of de door verzekeraars

gebruikte modellen wel leiden tot een juiste waardering

van de technische voorzieningen. Omdat er al het nodige

onderzoek is gedaan naar verzekeraars die onder

Solvency II interne modellen gaan gebruiken, zal dit

onderzoek zich vooral richten op die verzekeraars die de

30

Page 31: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

standaardformule gaan gebruiken. Drie redenen heeft

DNB om dit thema ook dit jaar weer te agenderen. Zo

constateert DNB ten eerste naar aanleiding van de

huidige ingeleverde jaarstaten dat soms vragen over

achterliggende modellen niet bevredigend beantwoord

kunnen worden. Een belangrijke reden is ten tweede dat

de modellen straks onder Solvency II in orde moeten

zijn, omdat ze een belangrijke rol gaan vervullen bij het

bepalen van de solvabiliteitseis. Daarnaast is er specifiek

bij de levensverzekeraars zorg over de juiste waardering

van impliciete opties en garanties. Te lage technische

voorzieningen leiden tot een overschatting van de

financiële positie van de verzekeraar.

DNB verwacht van de verzekeraars dat de modellen die

zij gebruiken alle elementen meenemen die nodig zijn

voor een juiste waardering van de technische voorziening.

Verzekeraars moeten dit kunnen aantonen door een

gedegen onderliggende documentatie bij het model.

Daarnaast is het belangrijk dat de governance rond het

gebruik van het model op orde is. Hieronder vallen de

aanwezigheid van een onafhankelijke controle­functie, en

van zorgvuldige en goed werkende procedures voor

gebruik, validatie en het aanbrengen van wijzigingen.

Natuurlijk spelen de certificerend actuaris en accountant

een belangrijke controlerende rol. DNB gaat ervanuit dat

zij significante onjuistheden in de waardering van

technische voorzieningen signaleren. DNB zal gaande

het onderzoek nadere normen vaststellen op basis van

good practices die zij aantreft bij de instellingen.

Het eerste kwartaal zal benut worden voor voorbereidend

werk en de selectie van een steekproef van ongeveer tien

verzekeraars. Gestreefd wordt naar een goede doorsnede

van de verzekeringssector (leven, schade, natura), met een

zwaartepunt op de grote (T5 en T4) en middelgrote (T3)

verzekeraars. Daarnaast zal bij vijf à zes levensverzeke­

raars onderzoek plaatsvinden naar opties en garanties. In

het tweede kwartaal en derde kwartaal zullen respectieve­

lijk het onderzoek opties en garanties en het algemene

onderzoek plaatsvinden. In het kader van de

onderzoeken vraagt DNB relevante documentatie op, die

zij bestudeert en beoordeelt (deels op basis van DNB­

modellen), waarna we met de verzekeraars in gesprek

gaan over onze bevindingen. Daarnaast bekijkt en

beoordeelt DNB de modellen ook ter plekke . In het

kwartaal daarop zullen de resultaten worden teruggekop­

peld, in ieder geval naar de betrokken verzekeraars en

mogelijk ook sector­breed. De sector wordt hierover te

zijner tijd nader geïnformeerd, door middel van de

nieuwsbrief verzekeraars. •

31

Page 32: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

7 Afsluiting

De in deze brochure vermelde prioriteiten en planningen

zijn in december 2012 vastgesteld. Zoals eerder aangeven

blijven de vooruitzichten voor de financiële sector in

Nederland onzeker. DNB zal daarom in de loop van 2013

zo nodig het werkprogramma (zie bijlagen I ­ V) hieraan

aanpassen. Bij belangrijke wijzigingen wordt u uiteraard

geïnformeerd via de sectorgerichte nieuwsbrieven van

DNB. •

32

Page 33: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

I Toezichtthema’s ­ Cross­sectoraal

Informatie­beveiliging

Business continuity management en disaster recovery

Corruptie

Gedrag en cultuur

Voortdurende controle op klanten en transacties ihkv Wwft

2012

2013eerste kwartaal

Self­assessment aan de hand van vragenlijst

Self­assessment aan de hand van vragenlijst + opvragen relevante documenten

Gedurende het jaar: bezoeken aan instellingen

Vragenlijst + opvragen relevante gegevens

2013tweede kwartaal

Beoordeling en bespreking resultaten met de instellingen

Nader onderzoek naar beheersing corruptierisico

Gedurende het jaar: DNB gaat opleidingen aanbieden

Bijeenkomst + onderzoeken ter plaatse

2013derde kwartaal

Tweede helft 2013: opvragen docu­mentatie, gesprekken, waar­nemingen ter plekke + terug­koppeling bevindingen

DNB koppelt bevindingen en good practices terug

2013vierde kwartaal

2014

33

Page 34: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

II Toezichtthema’s ­ Banken

Migratie naar Basel III/CRD/CRR IV

Herstelplannen Financierings­strategie

Financiering van commer cieel vastgoed

Renterisico in het bankenboek

Asset quality review Opzet, organisatie en werking risico beheer

Betrouw baarheid rapportages

2012

2013eerste kwartaal

Beoordeling status migratie grootbanken+ nieuwe B3 monitoring­ronde

Middelgrote banken: plan van aanpak projectstructuur Systeem relevante banken: gedurende het jaar reguliere beoordeling herstel­plannen door DNB en host toezichthouders

Beoordeling liquidi­teitsrisicomanagement en financieringsstruc­tuur

Aanleveren risico­ gebaseerde portefeuille­analyse Asset quality review grote banken

Data­uitvraag gevoe­ligheidsanalyse

Informatie­uitvraag aan de hand van vragenlijstGedurende het jaar: consistentie­checks bij additionele data­verzoeken + per kwartaal diepgaande deeltoetsing reguliere rapportages

2013tweede kwartaal

Seminar; beoordeling status migratie deel van de banken

Middelgrote banken: eerste versie herstelplan

Asset quality review middelgrote banken; DNB koppelt (beleids­matige) bevindingen sectorbreed terug

Informatie­uitvraag risicomodellen

Nadere informatie over fasering onderzoek in nieuwsbrief banken

Nader onderzoek naar aanleiding van informatie­uitvraag

2013derde kwartaal

Beoordeling status migratie deel van de banken + monitoring­ronde halfjaarcijfers

Middelgrote banken: tweede versie herstelplan

Asset quality review kleinere banken

Opvraag relevante beleidsdocumenten

Informatie­uitvraag door middel van vragenlijst

2013vierde kwartaal

Beoordeling status migratie deel van de banken

Middelgrote banken: toetsing inbedding in organisatie

Seminar DNB koppelt bevindingen terug

Analyse en beoordeling

DNB koppelt bevindingen terug

2014

34

Page 35: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

Migratie naar Basel III/CRD/CRR IV

Herstelplannen Financierings­strategie

Financiering van commer cieel vastgoed

Renterisico in het bankenboek

Asset quality review Opzet, organisatie en werking risico beheer

Betrouw baarheid rapportages

2012

2013eerste kwartaal

Beoordeling status migratie grootbanken+ nieuwe B3 monitoring­ronde

Middelgrote banken: plan van aanpak projectstructuur Systeem relevante banken: gedurende het jaar reguliere beoordeling herstel­plannen door DNB en host toezichthouders

Beoordeling liquidi­teitsrisicomanagement en financieringsstruc­tuur

Aanleveren risico­ gebaseerde portefeuille­analyse Asset quality review grote banken

Data­uitvraag gevoe­ligheidsanalyse

Informatie­uitvraag aan de hand van vragenlijstGedurende het jaar: consistentie­checks bij additionele data­verzoeken + per kwartaal diepgaande deeltoetsing reguliere rapportages

2013tweede kwartaal

Seminar; beoordeling status migratie deel van de banken

Middelgrote banken: eerste versie herstelplan

Asset quality review middelgrote banken; DNB koppelt (beleids­matige) bevindingen sectorbreed terug

Informatie­uitvraag risicomodellen

Nadere informatie over fasering onderzoek in nieuwsbrief banken

Nader onderzoek naar aanleiding van informatie­uitvraag

2013derde kwartaal

Beoordeling status migratie deel van de banken + monitoring­ronde halfjaarcijfers

Middelgrote banken: tweede versie herstelplan

Asset quality review kleinere banken

Opvraag relevante beleidsdocumenten

Informatie­uitvraag door middel van vragenlijst

2013vierde kwartaal

Beoordeling status migratie deel van de banken

Middelgrote banken: toetsing inbedding in organisatie

Seminar DNB koppelt bevindingen terug

Analyse en beoordeling

DNB koppelt bevindingen terug

2014

35

Page 36: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

III Toezichtthema’s ­ Verzekeraars

Winstgevendheid inkomensverzekeringen

Via meer risico gebaseerd toezicht naar Solvency II

Kapitaalbeleid middelgrote en kleine verzekeraars

Betrouwbaarheid rapportages

Technische voorzieningen Beleggingen in commercieel vastgoed

2012

2013eerste kwartaal

EIOPA LTGA (geselecteerde groep verzekeraars) Gedurende het jaar: DNB blijft verzekeraars faciliteren en stimuleren bij de ontwik­keling en preapplicatie van interne modellen

DNB verschaft informatie over de eisen aan het kapi­taalbeleid

Informeren geselecteerde instellingen + informatie­uitvraag rapportageproces

2013tweede kwartaal

Marktverkenning + infor­matie­uitvraag over WIA­producten + gesprekken met verzekeraars

Uitvraag grote­ en middelgrote verzekeraars basisscenario EIOPA stress test (planning afhankelijk van EIOPA)

Verzekeraars dienen het kapitaalbeleid in via de jaarstaten (voor 1 juni)

Gesprekken met betrokkenen binnen instellingen

Onderzoek opties en garanties (informatie­uitvraag en gesprekken)

NL vastgoed: uitvraag waarderingsrapporten + self­assessment waarderings­proces

2013derde kwartaal

Beoordeling resultaten Tweede helft 2013: uitvraag ORSA aan alle verzekeraars

Beoordeling kapitaalbeleid door DNB

Beoordeling resultaten + eventueel nader onderzoek

Algemeen onderzoek (infor­matie­uitvraag en gesprekken)

NL vastgoed: beoordeling waarderingsrapporten en self­assessments

2013vierde kwartaal

DNB koppelt bevindingen terug en start mitigerende acties

DNB koppelt bevindingen terug

DNB koppelt bevindingen terug

DNB koppelt bevindingen terug

DNB koppelt bevindingen terug

2014

36

Page 37: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

Winstgevendheid inkomensverzekeringen

Via meer risico gebaseerd toezicht naar Solvency II

Kapitaalbeleid middelgrote en kleine verzekeraars

Betrouwbaarheid rapportages

Technische voorzieningen Beleggingen in commercieel vastgoed

2012

2013eerste kwartaal

EIOPA LTGA (geselecteerde groep verzekeraars) Gedurende het jaar: DNB blijft verzekeraars faciliteren en stimuleren bij de ontwik­keling en preapplicatie van interne modellen

DNB verschaft informatie over de eisen aan het kapi­taalbeleid

Informeren geselecteerde instellingen + informatie­uitvraag rapportageproces

2013tweede kwartaal

Marktverkenning + infor­matie­uitvraag over WIA­producten + gesprekken met verzekeraars

Uitvraag grote­ en middelgrote verzekeraars basisscenario EIOPA stress test (planning afhankelijk van EIOPA)

Verzekeraars dienen het kapitaalbeleid in via de jaarstaten (voor 1 juni)

Gesprekken met betrokkenen binnen instellingen

Onderzoek opties en garanties (informatie­uitvraag en gesprekken)

NL vastgoed: uitvraag waarderingsrapporten + self­assessment waarderings­proces

2013derde kwartaal

Beoordeling resultaten Tweede helft 2013: uitvraag ORSA aan alle verzekeraars

Beoordeling kapitaalbeleid door DNB

Beoordeling resultaten + eventueel nader onderzoek

Algemeen onderzoek (infor­matie­uitvraag en gesprekken)

NL vastgoed: beoordeling waarderingsrapporten en self­assessments

2013vierde kwartaal

DNB koppelt bevindingen terug en start mitigerende acties

DNB koppelt bevindingen terug

DNB koppelt bevindingen terug

DNB koppelt bevindingen terug

DNB koppelt bevindingen terug

2014

37

Page 38: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

IV Toezichtthema’s ­ Pensioenfondsen

Voorbereiding transitie pensioenakkoord

Beleggingsrisico ­ Renterisico

Beleggingsrisico ­ Vermo­gensbeheercontracten

Beleggingsrisico ­ Beheersing marktrisico

Beleggingen in commercieel vastgoed

Risicobeheer uitbesteding administratie

Kwaliteit bestuur

2012

2013eerste kwartaal

Gedurende het jaar: DNB en AFM informeren de sector over de transitie

Opvragen renterisicobeleid, risico­ en performancerap­portages

Self­assessment aan de hand van vragenlijst

Gedurende het jaar (twee fondsen per kwartaal): opvragen relevante documentatie + gesprekken

Seminar voor voordragende organisaties

2013tweede kwartaal

Vervolgmeting en terug­koppeling voortgang voorbereidingen

Beoordeling door DNB Quick scan door DNB van de self­assessments

Buitenlands vastgoed: informatie­uitvraag

NL­vastgoed: uitvraag waarderingsrapporten + self­assessment waarderingsproces

Informatie­uitvraag (waaronder contracten en beleidsstukken)

Gedurende het jaar: hertoetsingen indien nodig

2013derde kwartaal

Actie nader te bepalen afhankelijk van voortgang

DNB koppelt bevindingen terug

Buitenlands vastgoed: beoordeling beheers­maatregelen en kwaliteit­waardering

NL­vastgoed: beoordeling waarderingsrapporten + self­assessments

Tweede helft 2013: beoordeling + terugkoppeling bevindingen

Nulmeting ihkv Wet Versterking Bestuur Pensioen­fondsen

2013vierde kwartaal

Actie nader te bepalen afhankelijk van voortgang

Beoordeling uitvoering mitigatiemaatregelen

DNB koppelt bevindingen terug

2014

38

Page 39: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

IV Toezichtthema’s ­ Pensioenfondsen

Voorbereiding transitie pensioenakkoord

Beleggingsrisico ­ Renterisico

Beleggingsrisico ­ Vermo­gensbeheercontracten

Beleggingsrisico ­ Beheersing marktrisico

Beleggingen in commercieel vastgoed

Risicobeheer uitbesteding administratie

Kwaliteit bestuur

2012

2013eerste kwartaal

Gedurende het jaar: DNB en AFM informeren de sector over de transitie

Opvragen renterisicobeleid, risico­ en performancerap­portages

Self­assessment aan de hand van vragenlijst

Gedurende het jaar (twee fondsen per kwartaal): opvragen relevante documentatie + gesprekken

Seminar voor voordragende organisaties

2013tweede kwartaal

Vervolgmeting en terug­koppeling voortgang voorbereidingen

Beoordeling door DNB Quick scan door DNB van de self­assessments

Buitenlands vastgoed: informatie­uitvraag

NL­vastgoed: uitvraag waarderingsrapporten + self­assessment waarderingsproces

Informatie­uitvraag (waaronder contracten en beleidsstukken)

Gedurende het jaar: hertoetsingen indien nodig

2013derde kwartaal

Actie nader te bepalen afhankelijk van voortgang

DNB koppelt bevindingen terug

Buitenlands vastgoed: beoordeling beheers­maatregelen en kwaliteit­waardering

NL­vastgoed: beoordeling waarderingsrapporten + self­assessments

Tweede helft 2013: beoordeling + terugkoppeling bevindingen

Nulmeting ihkv Wet Versterking Bestuur Pensioen­fondsen

2013vierde kwartaal

Actie nader te bepalen afhankelijk van voortgang

Beoordeling uitvoering mitigatiemaatregelen

DNB koppelt bevindingen terug

2014

39

Page 40: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

V Toezichtthema’s ­ Overig

Betaalinstellingen: anoniem betalen Schaduwbankieren concernfinancierings­maatschappijen

2012

2013eerste kwartaal

Eerste helft 2013: informatie­uitvraag aan de hand van vragenlijst

Eerste helft 2013: bronnenonderzoek en informatie­uitvraag bij geselecteerde onder­nemingen

2013tweede kwartaal

2013derde kwartaal

Tweede helft 2013: nader onderzoek naar

aanleiding van informatie­uitvraag

2013vierde kwartaal

2014

40

Page 41: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als
Page 42: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als
Page 43: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als
Page 44: Thema’s DNB toezicht 2013 - KPS · DNB blijft zich ook als onderdeel van het Europese stelsel van toezichthouders hard maken voor het thematische toezicht. Deze brochure is als

Deze brochure is een uitgave van de Nederlandsche Bank.

Afdeling Communicatie.

© Januari 2013, de Nederlandsche Bank.

Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder voorafgaande

en schriftelijke toestemming van de Nederlandsche Bank.

Westeinde 1

1017 ZN Amsterdam

Telefoon (020) 524 91 11

Website: www.dnb.nl

E­mail: [email protected]

Infodesk: 0800 ­ 020 10 68 (gratis)