TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in...

43
Handleiding NIBE TM MT-WH 2029-F en NIBE TM MT-WH 2029-1FS TAPWATER- WARMTEPOMP OE05:935-1509 NL

Transcript of TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in...

Page 1: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

OE0

5-93

5-15

09

Handleiding NIBETM MT-WH 2029-F en NIBETM MT-WH 2029-1FS

TAPWATER- WARMTEPOMP

OE05:935-1509

NL

Page 2: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

2

NIBETM MT-WH 2029-F 285 l, 1,5 kW verwarmingselementGeëmailleerde stalen tank NIBE Artikelnummer: 084087

NIBETM MT-WH 2029-1FS 285 l, 1,5 kW verwarmingselement met extra 1” 0,8 m2 verwarmings-spiraalGeëmailleerde stalen tank NIBE Artikelnummer: 085001

Page 3: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

3

Inhoudsopgave

1 Transport 6

1.1 Leveringsmodus 6

1.2 Opslag 6

1.3 Transport met een vorkheftruck 6

1.4 Lossen van de warmtepomp 6

1.5 Transport met een trolley 6

1.6 Kantelen van het apparaat 6

2 Afmetingen 7

3 Productgegevens 8

3.1 Algemeen 8

3.2 Omvang van de levering 8

3.3 Productbeschrijving 8

3.4 Bediening van de NIBE MT-WH 2029-F/1FS 8

3.5 Technische gegevens 9

3.6 Prestatiegegevens 9

3.6.1 MT-WH2029-F/FS 300 9

3.6.2 MT-WH2029-F/FS 200 10

3.7 Bedrijfsbereik/limieten 10

3.8 Geluidsniveau 10

3.9 Tank voor warm tapwater 10

3.10 Luchtstroom 10

3.11 Koelmiddelcircuit – beschrijving 11

3.11.1 Koelmiddelcircuit – diagram 11

3.12 Vereisten voor het watercircuit 11

3.12.1 Watercircuit – diagram 12

3.13 Elektrisch diagram Optima 170 Control 13

3.14 Ventilatorcapaciteit 14

Page 4: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

4

4 Vóór de installatie en inwerkingstelling 15

4.1 Belangrijke veiligheidsinstructies 15

4.1.1 Koelsysteem – veiligheidsinstructies 15

4.1.2 Elektrisch circuit – veiligheidsinstructies 15

4.1.3 Watercircuit – veiligheidsinstructies 15

4.1.4 Gebruikers 15

5 Installatie 16

5.1 Locatie 16

5.2 Plaatsingsprocedure 16

5.3 Wateraansluitingen 18

5.4 Locatie van verbindingsleidingen 18

5.5 Aansluiting van condensafvoer 18

5.6 Luchtinlaat, luchtuitlaat en aansluitingen 19

5.7 Aansluiting van NIBE MT-WH 2029-1FS-verwarmingsspiraal 19

6 Inwerkingstelling 20

6.1 Lektest 20

6.2 Inwerkingstelling van het watercircuit 20

6.3 Inwerkingstelling van het luchtcircuit 20

6.4 Inwerkingstelling van het elektrische circuit 20

7 Bedieningselementen en besturing 21

7.1 Bedieningspaneel Optima 170 21

7.2 Bediening 21

7.3 Hoofdmenu 21

7.3.1 Displayweergave (hoofdmenu) 23

7.4 Servicemenu 23

7.4.1 Wijzigen van de instellingen in het servicemenu 23

7.4 Servicemenupunten 23

7.5 Tabel voor instelpunten 32

7.6 Tabel voor ontdooien 33

Inhoudsopgave

Page 5: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

5

7.7 Functionele beschrijving 33

7.7.1 Bedienen van de tapwater-warmtepomp met de Optima 170 34

7.7.2 Prestaties 34

7.7.3 De functie van de warmtepomp 34

7.7.4 Waterverwarming 34

7.7.5 Bediening van de ventilator 34

7.7.6 Ontdooien 34

7.7.7 Extra verwarmingscapaciteit 35

7.7.8 Fotovoltaïsche functie 35

7.7.9 Timerfunctie 37

7.8 Veiligheidsfuncties 37

7.8.1 Hogedrukschakelaar 37

7.8.2 Zekeringen 37

7.9 Alarmen 37

7.9.1 PE: Alarm hogedrukschakelaar 37

7.9.2 Er6: Atypische verdampertemperaturen 37

8 Onderhoud 38

8.1 Omgevingsvereisten 38

8.2 Koelsysteem en ventilator 38

8.3 Condensatie en condensafvoer 38

8.4 Watercirculatie en watertank 38

8.4.1 Overdrukklep 38

8.4.2 Anode 39

9 Demontage/buitenwerkingstelling 40

10 Problemen oplossen 40

10.1 De warmtepomp levert geen warm water 40

11 Conformiteitsverklaring 41

12 Product- en installateursinformatie 42

Page 6: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

6

1 Transport

Direct na ontvangst moet de tapwater-warmtepomp worden gecontroleerd, om te waarborgen dat hij intact en onbeschadigd is. Zo niet, breng dan onmiddellijk het transportbedrijf op de hoogte. Alle transporten zijn de verantwoordelijkheid van de ontvanger, tenzij anders is afge-sproken.

1.1 LeveringsmodusNIBE MT-WH 2029-F/1FS wordt geleverd zonder condensafvoerslang en de veiligheidsappara-tuur voor het watercircuit.

1.2 OpslagNIBE MT-WH 2029-F/1FS moet worden opgeslagen en getransporteerd in rechtopstaande stand, vrij van water, en in de verpakking.

Het transport en de opslag mag plaatsvinden bij temperaturen tussen -10 °C en +50 °C. Als het apparaat is getransporteerd of opgeslagen bij temperaturen onder het vriespunt, moet het apparaat vóór inwerkingstelling 24 uur bij kamertemperatuur rusten.

1.3 Transport met een vorkheftruck Voor transport met een vorkheftruck moet de NIBE MT-WH 2029-F/1FS op het bijbehorende transportframe worden geplaatst. Til het apparaat altijd langzaam op. Vanwege het hoge zwaar-tepunt moet de NIBE MT-WH 2029-F/1FS worden vastgebonden, zodat hij tijdens het transport niet omvalt.

1.4 Lossen van de warmtepomp Om beschadigingen te voorkomen moet de NIBE MT-WH 2029-F/1FS op een plat oppervlak gelost worden.

1.5 Transport met een trolleyDe NIBE MT-WH 2029-F/1FS mag alleen op het bijbehorende transportframe getransporteerd worden. Dit geldt ook voor transport op trappen. De afmetingen van het transportframe zijn ongeveer 70x76 cm incl. verpakking. De NIBE MT-WH 2029-F/1FS moet worden vastgemaakt zodat het niet van de trolley glijdt. Voor transportdoeleinden mogen er geen waterkoppelingen worden gebruikt. Zorg ervoor dat de trolley niet de kast of de verschillende aansluitingen beschadigt.

1.6 Kantelen van het apparaatWanneer de NIBE MT-WH 2029-F/1FS voorzichtig en met de hand over een korte afstand naar de uiteindelijke locatie wordt getransporteerd, mag het apparaat tot 45° worden gekanteld. Als deze limiet wordt overschreden, moet de NIBE MT-WH 2029-F/1FS ten minste 1 uur in zijn normale rechtopstaande positie rusten voordat hij wordt gestart.

Het apparaat mag niet horizontaal getransporteerd worden door een voertuig (bijv. truck, bestelbus of trailer). Er bestaat een grote kans dat de compressorbevestiging onherstelbaar beschadigd raakt. Let op de kantelaanduidingen.

Page 7: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

7

2 Afmetingen

1 Luchtafzuiger Ø 160 mm

2 Luchtafvoer Ø 160 mm

3 Printplaat

4 Condensafvoer Ø 19 mm

5 Compressor

6 Magneetklep

7 Terugslagklep

8 watertank van 285 liter

9 Serviceflens

10 1,5 kW 230V elektrisch patroon

11 Anode

12 Koudwateraansluiting 3/4”

Geëmailleerd: BSPT (ISO 7-1)

Roestvrijstaal: Ø22

13 Warmwatercirulatie 3/4”

Geëmailleerd: BSPT (ISO 7-1)

Roestvrijstaal: Ø22

14 Warmwateraansluiting 3/4”

Geëmailleerd: BSPT (ISO 7-1)

Roestvrijstaal: Ø22

15 Ingang verwarmingsspiraal 3/4” (Alleen 1FS)

Geëmailleerd: BSPT (ISO 7-1)

Roestvrijstaal: Ø22

16 Uitgang verwarmingsspiraal 3/4” (Alleen 1FS)

Geëmailleerd: BSPT (ISO 7-1)

Roestvrijstaal: Ø22

17 Hogedrukschakelaar

18 Thermostatische expansieklep

19 Ventilator

Algemene samenstelling NIBE MT-WH 2029-F/1FSAlle afmetingen in mm.

Waarde NIBE MT-WH 2029-F/1FS

D Ø660

H 1835

H1 110

H2 (alleen 1FS) 250

H3 (alleen 1FS) 615

H4 900

H5 1410

Page 8: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

8

3 Productgegevens

3.1 AlgemeenDe tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

3.2 Omvang van de levering• Tapwater-warmtepomp met ingebouwde bediening.• Handleiding met installatierichtlijnen, bedieningsinstructies en technische gegevens.

3.3 ProductbeschrijvingDe NIBE MT-WH 2029-F/1FS is een tapwater-warmtepomp die klaar is voor installatie.Hij bestaat uit een kast, koelonderdelen, lucht- en watercircuits alsook een bedieningspaneel en bediening- en bewakingsapparatuur voor automatische bediening.De NIBE MT-WH 2029-F/1FS gebruikt de warmte van de extractielucht om warm water te produceren. Op piektijden kan extra warmte worden geleverd door een geïntegreerde elektrische dompelverwarmer van 1,5 kW.Er is een sensorzak in de watertank waarin een externe thermostaat of sensor (diameter 6 mm) van een externe regeling gemonteerd kan worden.

Het toepassingsgebied en de bedieningsprincipes van de warmtepomp zijn gespecificeerd in deze handleiding.

3.4 Bediening van de NIBE MT-WH 2029-F/1FSWanneer warm water nodig is start de regelaar de compressor. De compressor staat aan totdat het water in de watertank de ingestelde temperatuur bereikt. Doorgaans kan de NIBE MT-WH 2029-F/1FS voldoende warm water produceren voor een huishouden van 4 personen.

Als de NIBE MT-WH 2029-F/1FS niet in staat is om voldoende warm tapwater te produceren, kan een elektrische dompelverwarmer, die in de watertank is geïntegreerd, geactiveerd worden. Op deze manier kan meer warm tapwater geproduceerd worden. Het is mogelijk om in te stellen tot welke temperatuur de elektrische dompelverwarmer het water moet verwarmen. De elektri-sche dompelverwarmer mag alleen worden gebruikt als dat nodig is, aangezien deze aanzienlijk meer energie verbruikt dan de compressor.

Alle werkzaamheden aan dit apparaat moeten worden uitgevoerd door geschoold personeel.Neem alle nodige voorzorgs-maatregelen om ongelukken te voorkomen.

Page 9: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

9

Bruikbare warmte-uitvoer kW 1,76

Elektrische stroominvoer kW 0,415

COP in overeenstemming met EN-255-3 - 4,38

Bruikbare warmte-uitvoer kW 1,1

Elektrische stroominvoer kW 0,4

COP in overeenstemming met EN-16147 klasse L - 2,72

3.6 Prestatiegegevens

Prestaties zijn opgegeven voor het verwarmen van tapwater van 15°C (koud water) tot 45°C (tapwater) en extractieluchttemperatuur van 15°C:

Prestaties zijn opgegeven voor het verwarmen van tapwater van 10°C (koud water) tot 52,5°C (tapwater) en extractieluchttemperatuur van 7°C:

3.5 Technische gegevensTapwater-warmtepomp met NIBE MT-WH 2029-F/1FS

Diameter zonder leidingaansluitingen mm Ø660

Hoogte mm 1837

Gewicht zonder water: NIBE MT-WH 2029-F, geëmailleerd kg 120-126

Gewicht zonder water: NIBE MT-WH 2029-1FS, geëmailleerd kg 120-126

Gewicht zonder water: NIBE MT-WH 2029-F, , roestvrij kg 85

Gewicht zonder water: NIBE MT-WH 2029-1FS, roestvrij kg 89

Elektrische aansluitingen V/Hz 230/50 (L1, N, G)

Zekeringsgrootte A 13 (10)

Koelmiddel/hoeveelheid -/kg R134a/1.1

Beschermingsgraad tegen binnendringend water - IP 21

Elektrische dompelverwarmer (aanvullende warmte) kW 1,5

Page 10: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

10

3.7 Bedrijfsbereik/limieten

3.8 Geluidsniveau

3.9 Tank voor warm tapwater

3.10 Luchtstroom

Max./min. extractieluchttemperatuur °C 35/-5

Max. watertemperatuur (met de warmtepomp aan) °C 55

Max. watertemperatuur (met warmtepomp en dompelverwarmer aan)

°C 65

Meetpunt 2 meter voor het apparaat

Luchtvolume 100%

Geluidsdrukniveau 44 dB(A)

Materiaal Speciaal geëmailleerd staal of roestvrij staal

Anode (alleen geëmailleerde tanks) Magnesium

Nettovolume NIBE MAA 300 Liter 285

Nettovolume NIBE MAA 200 Liter 190

Maximale druk MPa (bar) 1,0 (10)

Luchtstroom (vrij blazend) m³/u 250

Aanbevolen max. drukverlies in externe leidingkanalen Pa 100

Maximum ventilatorsnelheid rpm 2500

Maximaal vermogen ventilator W 58

3 Productgegevens

Page 11: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

11

3.11 Koelmiddelcircuit – beschrijvingHet koelsysteem is geoptimaliseerd om warmte uit de inlaatlucht te extraheren. Via het koelsys-teem wordt de extractiewarmte op het water overgebracht. Het proces is alleen mogelijk door toevoeging van extra energie in de compressor. Het koelsysteem is een gesloten systeem waar het HCFK-vrije koelmiddel R134a de energiedrager is.In de verdamper wordt warmte bij een lage verdampingstemperatuur geabsorbeerd en op het koelmiddel overgedragen. Het koelmiddel wordt in gasvorm in de compressor gevoed, waarin het tot een hogere druk en temperatuurniveau wordt gebracht en naar de condensor wordt getransporteerd, die in een spiraal rond de watertank loopt. In de condensator condenseert het koelmiddel en wordt de warmte die in de verdamper is geabsorbeerd alsook iets van de com-pressorenergie overgebracht op het tapwater.Ten slotte wordt de hoge condensdruk met een expansieklep naar de verdampdruk gebracht en kan het koelmiddel opnieuw warmte absorberen van de extractielucht in de verdamper.

3.11.1 Koelmiddelcircuit – diagram

3.12 Vereisten voor het watercircuitHet watercircuit moet worden geconstrueerd in overeenstemming met plaatselijke normen en voldoen aan de geldende wet- en regelgeving. Zie de specificaties die elders in deze handleiding staan. Het gebruikte water moet drinkwater zijn. De materiaalcompatibiliteit moet in het volledi-ge systeem zijn gewaarborgd.

De leidingmaten voor installatie op locatie moeten gedefinieerd worden op basis van zowel de beschikbare waterdruk als het verwachte drukverlies in het leidingsysteem. Het watercircuit moet ontworpen worden in overeenstemming met de regelgeving omtrent drinkwaterinstalla-ties.Onjuiste materiaalcombinaties in het watercircuit kunnen leiden tot corrosieschade vanwege galvanische corrosie. Dit vereist speciale aandacht wanneer gegalvaniseerde componenten en componenten met koper gebruikt worden.

Compressor Hogedrukschakelaar

Magneetklepwaarde

Warmwateruitlaat

Watertemp.bovenzijde sensor (T7)

Watercirculatie

Aanv. spiraaluitlaat (alleen S)

Aanv. spiraaluitlaat (alleen S)Koelwaterinlaat

Watertemp. sensor onderzijde (T8)Thermostatische expansieklep

Lucht-temp. sensor (T5)

Verdampingstemp. sensor (T6)

Ventilator

Ver-dam-per

Page 12: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

12

Zoals bij alle drukvaten moet de watertank van de warmtepomp een goedgekeurde veiligheids-klep hebben (drukinstelling is afhankelijk van plaatselijke wet- en regelgeving) en een terugslag-klep op de koudwaterinlaat. De koudwateraansluiting is op de onderste ¾” leidingaansluiting. De max. bedrijfsdruk is 1,0 MPa (10 bar) en de max. inlaattemperatuur is 65°C. Vuil in het leidingsysteem moet voorkomen worden! (Indien nodig moeten de leidingen worden gespoeld voordat de warmtepomp wordt aangesloten)Wanneer er geen circulatieleiding op de warmtepomp is aangesloten, moet de circulatieaanslui-ting dienovereenkomstig worden afgedicht!

3.12.1 Watercircuit – diagram

1 Afsluitkraan2 Veiligheidsklep 3 Afvoerklep4 Terugslagklep (goedgekeurd in overeenstemming met verwarmings- en loodgietersregelge-ving)6 Circulatiepomp7 Draaimoer kraankoppeling8 Leidingaansluitingen; Geëmailleerd: 3/4” BSPT (ISO 7-1), roestvrij: Ø229 Uitlaat veiligheidsklep

3 Productgegevens

8

8

8

7

7 1 6 4 1

14

3

1

2

9

Warm water

Circulatie

Koudwaterinlaat

Page 13: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

13

EP

M1

KP

NT

Aux relæAux RelayAux Relais

El-patron 1,5KwElectric heating element 1,5KwHeizstab 1,5KwHøjtrykspressostatHigh pressure switchHochdruckpressostat

Magnetventil afrimningMagnetventile AbtauMagnetic valve DefrostNettilslutning 1x230V 50Hz sikring max. 13 Ampend main: 1x230V 50Hz fuse mx. 13 AmpNetzende: 1x230V 50Hz sicherung max 13 Amp

Skal jordforbindes jvt. stærkstrømsreglementetMust have earth connectionMuss erdung haben

Tilslutning DatalogConnection DatalogAnschluss Datalog

Tilslutning DatalogConnection DatalogAnschluss Datalog

MA4-

NT-

EP-

P-

T5-

T6-

T7-

T8-

T9-

T10-

80°C

Føler før kølefladeSensor before the coilFühler bevor die kühlfläche

Føler KølefladeSensor on the coilKühlfläche fühler

Føler tank topSensor in the top of the tankOberer speicher fühler

Føler tank bundSensor in the bottom of the tankUnterer Speicherfühler

Ekstra funktionEkstra FunktionExtra Funktion

Føler start/stop eller HygrostatSensor start/stop or HygrostatFühler start/stop oder Hygrostat

12

12

H1

12

12 H

2

12

12

H5

12

12

H7

12

12

H8

12

34

12

34

L1

12

34

12

34

L41

23

41

23

4

L5

12

31

23

H3

12

31

23

H6

12

34

51

23

45

L3

12

34

12

34

L6

11 22 3 4L1N PEPE 11 22 3 4L1N PEPE

T5

T6

T7

T8

VL1

MA4

C1 2µF

BU

BNBK

PE BU

BNBK

PE

M1

C PER

S

C PER

S

T9

T10

PE

12 121 21 2

1

1

1

1

1

1 1

1

1

1

1

1

11

2 2

2

2

2

2

2

2

2

2

2

2

2 2

3

3

3

3

3

3

3

3

3

4

4

4

4

4

4

5

EPEPPE PEPE PEPE PE

Q1=1,6A Q2=5A

H1

H2

H3

H4

H5

H6

H7

H8

L1

L2

L4

L5

L3 L6

F

F

F

F

F

F

F

N

N

N

N

N

N1

1

1

1

1

1 1

1

1

1

1

1

11

2 2

2

2

2

2

2

2

2

2

2

2

2 2

3

3

3

3

3

3

3

3

3

4

4

4

4

4

4

5

EPEPPE PEPE PEPE PE

H8- externe Umwälzpumpe z.B. Solarumwälzpumpe

3.13 Elektrisch diagram Optima 170 Control

Page 14: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

14

0  

50  

100  

150  

200  

250  

300  

350  

0   50   100   150   200   250   300   350   400  

Pressure  [P

a]  

Air  volume  flow  [m3/h]  

Fan  capacity  

3.14 Ventilatorcapaciteit

Het wordt aanbevolen om het externe drukverlies onder 100 Pa te houden.

3 Productgegevens

Ventilatorcapaciteit

Luchtvolume m3/u

Druk

(Pa)

Page 15: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

15

4 Vóór de installatie en inwerkingstelling

Wanneer u aan de NIBE MT-WH 2029-F/1FS werkt, moet de stroomtoevoer altijd zijn losgekoppeld door de stekker eruit te trekken!

De aflaatleiding van het overdrukmechanisme (veiligheids-klep) moet vorstvrij en schuin van het apparaat af geplaatst worden. De leiding moet ook open blijven naar de omgevingslucht.

4.1 Belangrijke veiligheidsinstructiesIn het ontwerp en de implementatie van de NIBE MT-WH 2029-F/1FS zijn alle betreffende EU-richtlijnen gevolgd.

4.1.1 Koelsysteem – veiligheidsinstructiesVoordat wordt begonnen met reparatie en onderhoud moet de geschoolde onderhoudsmonteur controleren of het koelmiddel is gedaald naar een niveau waarop de werkzaamheden veilig uitgevoerd kunnen worden.

Bij het openen van het koelcircuit van de warmtepomp voor onderhoud en reparatie, moet in het bijzonder goed worden opgelet als er gewerkt wordt met open vuur (solderen, lassen, etc.) om brand te voorkomen.

4.1.2 Elektrisch circuit – veiligheidsinstructiesBij het aansluiten van de NIBE MT-WH 2029-F/1FS op de stroomtoevoer, moet de nationale wet- en regelgeving worden gevolgd. Ook moeten mogelijke aanvullende vereisten worden gevolgd die door de plaatselijke energieleverancier opgelegd kunnen worden. De warmtepomp is met L1, N, G op de stroomtoevoer aangesloten en met een minimale isolatieafstand van 3 mm in de zekering.

4.1.3 Watercircuit – veiligheidsinstructiesEr mag alleen drinkwater gebruikt worden. Gedurende de installatie moet goed worden gelet op de keuze van materialen en er moet gecontroleerd worden of de gekozen materialen bij elkaar passen, zonder problemen in het volledige systeem.Bij gegalvaniseerde componenten en componenten met aluminium moet extra goed worden opgelet!Ter voorkoming van overdruk in het systeem moet veiligheidsapparatuur gemonteerd worden. Gebruik altijd een overdrukklep van max. 1,0 MPa (10 bar) en een terugslagklep (goedgekeurd in overeenstemming met verwarmings- en loodgietersregelgeving). Al het leidingwerk moet worden geïnstalleerd in overeenstemming met loodgieters- en verwarmingsregelgeving.

4.1.4 GebruikersDe NIBE MT-WH 2029-F/1FS is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder kinderen) met beperkte fysieke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, tenzij ze onder toezicht staan of instructies hebben gehad over het veilig gebruik van het appa-raat en de betreffende gevaren begrijpen. Kinderen moet onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet spelen met het apparaat. Reiniging en onderhoud door de gebruiker mag niet zonder toezicht door kinderen uitgevoerd worden.

Page 16: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

16

De tapwater-warmtepomp mag alleen geïnstalleerd worden door geschoold personeel en in overeenstemming met de plaatselijke bouwverordeningen.

5.1 LocatieDe NIBE MT-WH 2029-F/1FS mag alleen worden geïnstalleerd in een vorstvrije ruimte. De instal-latielocatie moet voldoen aan de volgende criteria: • Kamertemperatuur tussen 5°C en +35°C. • Afvoermogelijkheid voor condens en vloerafvoer. • Geen abnormale stofconcentratie in de lucht. • Solide onderstel (ongeveer 500 kg / m²) • Het is noodzakelijk om te controleren of er voldoende ruimte rond het apparaat is voor onder-houd en servicewerkzaamheden. Er wordt een vrije ruimte van 0,5 m rond het apparaat aanbe-volen.

5.2 Plaatsingsprocedure1. Haal de verpakking van de pallet. 2. Verwijder de transportbevestigingen van de pallet. 3. Verwijder de NIBE MT-WH 2029-F/1FS van de pallet en plaats het op de vloer. 4. Stel de NIBE MT-WH 2029-F/1FS verticaal af door de voetjes af te stellen.

5 Installatie

Er hoeven geen gaten geboord te worden in de NIBE MT-WH 2029-F/1FS. Dit kan namelijk de condensator beschadigen die rond de watertank is gedraaid.

1. Schroeven die verwijderd moeten worden (torx).

2. Schroeven die verwijderd moeten worden.

3. Verwijdering van de schroeven.

Page 17: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

17

6. Het product staat nu op de vloer met de twee houten latten eronder. 9. De pallet wordt verwijderd.

5. Vervolg verwijdering:c: Verwijder het onderste deel van de pallet terwijl het apparaat gekan-teld blijft, met de twee houten latten er nog onder.

4. Verwijdering van het apparaat van de pallet:a: Trek het apparaat voorzichtig naar een zijde.b: Kantel het apparaat naar dezelfde zijde met de 2 houten latten eronder.

7. Verwijdering van de eerste houten lat. (Kan worden losgehaald als het apparaat naar een zijde is gekanteld).

8. Verwijdering van de tweede houten lat. (Kan worden losgehaald als het apparaat naar de andere zijde is gekanteld).

Page 18: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

18

Verwarmingsspiraalinlaat (alleen S)

Verwarmingsspiraaluitlaat (alleen S)

Warmwateruitlaat en condensafvoer

Waterslot. Min. 60 mm staand water

Condensafvoer, Ø 19 mm aansluiting

Warmwaterretour

5.3 WateraansluitingenDe volgende aansluitingen bevinden zich op de achterzijde van de warmtepomp: • 3/4” koudwaterinlaat • 3/4” warmwatercirculatie • 3/4” warmwateruitlaat • Condensafvoer Ø 19 mm buiten De max. bedrijfsdruk is 1,0 MPa (10 bar) en de max. bedrijfstemperatuur is 65°C.Vuil in het leidingwerk moet voorkomen worden. Na installatie moeten de externe leidingen, indien nodig, worden gespoeld, vóór aansluiting van de tapwater-warmtepomp.Als er geen watercirculatie nodig is, moet u ervoor zorgen dat de circulatieaansluiting goed is afgedicht!

Het wordt aanbevolen om een ¾” flexibele leiding te gebruiken voor de wateraansluitingen om mogelijk trillingsgeluid te voorkomen.

Bij het installeren van de leidingen moet u ervoor zorgen dat de leidingaansluitingen niet teveel onder spanning staan. Gebruik passend gereedschap om de torsiekrachten op de leidingaan-sluiting zoveel mogelijk te ontspannen!

5.4 Locatie van verbindingsleidingenDe warmwateruitlaat is op de bovenste verbindingsleiding gemonteerd.Als het apparaat wordt gebruikt met de circulatie van de warmwatertoevoer, wordt de middelste verbindingsleiding gebruikt als warmwaterretour.De inlaat van koud tapwater is gemonteerd op de onderste verbindingsleiding.

5.5 Aansluiting van condensafvoerWanneer de NIBE MT-WH 2029-F/1FS loopt, zal er condens worden gevormd, dat via de condensafvoerleiding, met een Ø 19 mm aansluiting buiten, naar de rioolafvoer zal worden afgevoerd. De hoeveelheid condens is afhankelijk van de vochtigheid van de lucht die in de NIBE MT-WH 2029-F/1FS wordt gevoed.

Het niet plaatsen van een sifon kan leiden tot waterschade of schade aan de NIBE MT-WH 2029-F/1FS. Als de sifon niet goed is geïnstalleerd, is de productga-rantie niet geldig.

De NIBE MT-WH 2029-F/1FS mag alleen worden opgestart met een gevulde watertank!

5 Installatie

Page 19: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

19

De condensverbindingsleiding moet met een luchtdicht waterslot zijn uitgerust en naar een afvoer lopen. Het waterslot moet een staande waterkolom van ten minste 60 mm bevatten.

5.6 Luchtinlaat, luchtuitlaat en aansluitingenZorg ervoor dat er voldoende ruimte is rond de NIBE MT-WH 2029-F/1FS.

De inlaatlucht mag niet zijn vervuild met bijtende componenten (ammonia, zwavel, chlorine, etc.) aangezien daarmee onderdelen van de warmtepomp beschadigd kunnen raken. De lucht moet ook vrij zijn van stof en andere deeltjes.Inlaat- en uitlaatkanalen moeten zijn gemaakt van stijve, gladde leidingen om drukverliezen te minimaliseren. Houd rekening met de werkdruk van de ventilator en de drukverliezen van de kanalen, bij de dimensionering van het kanaalsysteem (zie technische gegevens).De twee aansluitingen op de warmtepomp zijn Ø 160 m.Het wordt aanbevolen om de luchtkanalen bij de warmtepomp genivelleerd te houden, of licht schuin van de luchtinlaat en -uitlaat af, om indringing van condenswater vanuit het kanaalsys-teem naar de warmtepomp te voorkomen.Wanneer luchtkanalen op de buitenzijde van een gebouw zijn aangesloten, moet een terug-slagklep worden geïnstalleerd om ervoor te zorgen dat er geen koude lucht in de kamer komt tijdens de winter wanneer de warmtepomp niet werkt.

Alle luchtkanalen moeten na installatie worden geïsoleerd om het warmteverlies en het ge-luidsniveau te reduceren. De isolatie moet worden toegepast om bescherming te bieden tegen externe condensvorming op het koude uitlaatkanaal.

Het wordt aanbevolen om een flexibele aansluiting te monteren tussen het luchtkanaal en de kanaalaansluiting om toekomstig onderhoud aan het apparaat te vereenvoudigen.Het wordt ook aanbevolen om dempers te plaatsen tussen de warmtepomp en het ventila-tiesysteem, om mogelijke overdracht van lawaai van het apparaat op het ventilatiesysteem te voorkomen.

5.7 Aansluiting van NIBE MT-WH 2029-1FS-verwarmingsspiraalIn de NIBE MT-WH 2029-1FS is een extra warmtewisselaar geplaatst (1” spiraal, 0,8 m²). In de sensorzak voor de thermostaatsensor kan ook een sensor worden geplaatst voor de regeling van de externe aansluiting bijv. oliebrander, houtbrander, etc. De maximale diameter van de sensor is 6 mm. De maximale inlaattemperatuur van de verwarmingsspiraal is 90 °C. Als er een kans bestaat dat de inlaattemperaturen boven 90 °C komen, moet de monteur een extern appa-raat plaatsen om de ingang van hoge temperaturen naar de verwarmingsspiraal te voorkomen.

Vuil in het leidingwerk moet voorkomen worden. Na installatie van de externe leidingen. Indien nodig spoelen, vóór aansluiting van de tapwater-warmtepomp.

Bij het installeren van de leidingen moet u ervoor zorgen dat de leidingaansluitingen niet teveel onder spanning staan. Gebruik passend gereedschap om de torsiekrachten op de leidingaan-sluiting zoveel mogelijk te ontspannen!

Boor geen gaten voor fittin-gen etc. in het apparaat. Dit kan schade veroorzaken, waardoor het product onbruikbaar kan worden.

De NIBE MT-WH 2029-F/1FS moet altijd van de stroom worden ontkoppeld voordat de bovenkap van het apparaat wordt verwijderd!Wanneer het apparaat van de stroom wordt ontkoppeld, moet u wachten totdat de ventilator is gestopt voordat u de bovenkap loshaalt!

Temperaturen boven 90 °C in de verwarmingsspiraal kunnen te hoge druk in het koelcircuit veroorzaken.

Page 20: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

20

6 Inwerkingstelling

6.1 LektestNa de installatie is het nodig om te controleren of de volledige waterinstallatie waterdicht is. Dit wordt bewerkstelligd met een waterlektest. Controleer ook of de afvoersifon op de condenswa-terslang/leiding een minimale hoogte heeft van 60 mm en de afvoer niet is geblokkeerd.

6.2 Inwerkingstelling van het watercircuitVul de watertank via de verbindingsleiding voor koud water. Ontlucht de watertank door een van de warmwaterkranen bij het hoogste punt te openen, totdat er geen lucht meer uit de kraan komt.

6.3 Inwerkingstelling van het luchtcircuitControleer of de inlaat- en uitlaatkanalen van de lucht open staan en klaar zijn voor gebruik.

6.4 Inwerkingstelling van het elektrische circuitZet het apparaat aan. Een teller toont de nummers 1 tot en met 9, gevolgd door de weergave van het regelaarmodel (169 of 170) voor 3 seconden en de softwareversie voor 3 seconden. Daarna wordt de watertemperatuur aan de bovenzijde van de watertank getoond en gaat het apparaat aan.

De NIBE MT-WH 2029-F/1FS is nu klaar voor gebruik.

Page 21: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

21

7 Bedieningselementen en besturing

7.1 Bedieningspaneel Optima 170 De NIBE MT-WH 2029-F/1FS tapwater-warmtepomp wordt geleverd met een Optima 170 re-geling met fabrieksinstellingen zodat de warmtepomp klaar is voor gebruik zonder aanvullende afstellingen. De fabrieksinstellingen zijn standaardinstellingen die gewijzigd moeten worden in overeenstem-ming met de operationele behoeften en gebruikersvereisten om optimale prestaties en optimaal gebruik van het systeem te bereiken.

7.2 BedieningWanneer de onderstaande toets/toetscombinatie wordt ingedrukt, wordt de waarde van het betreffende menu getoond. De waarde kan worden gewijzigd met de pijltoetsen wanneer de toets/toetscombinatie tegelij-kertijd wordt ingedrukt.

7.3 Hoofdmenu

P1: Mode De toets “Mode” wordt ingedrukt. Daarna kan de instelling met de pijltoetsen worden gewij-zigd. Met deze toets is het mogelijk om te wisselen tussen de functies: Standby, automatische wer-king, constante werking en timergeregelde constante werking (Mode 0, 1, 2, 3).

Mode 0: Standby-modus van het apparaat. De warmtepomp is nu uitgeschakeld en alleen de regelaar is actief. De warmtepomp start niet wanneer verwarming is vereist.

Mode 1: De ventilator draait alleen wanneer het tapwater wordt verwarmd. Bij menupunt E25 wordt de gewenste ventilatorsnelheid ingesteld tussen 0-100 %.

Mode 2: De ventilator draait, zelfs wanneer de compressor is gestopt. Deze functie wordt aangeraden: Constante extractie vanuit het huis. Bij menupunt E25 wordt de gewenste ventilatorsnelheid ingesteld tussen 0-100 %.

Mode 3: De ventilator functioneert voor een vastgestelde periode, zelfs wanneer de compres-sor wordt gestopt, voordat hij weer normaal gaat werkenBij menupunt E26 wordt de gewenste ventilatorsnelheid ingesteld tussen 0-100 %. Bij menupunt E17 kunt u selecteren of “Mode 3” moet werken tot de volgende handmatige wijziging (E17 = 0) of dat “Mode 3” voor een specifieke periode actief moet zijn (E17=1 en E18: 0-10 uur) waarna wordt teruggegaan naar “Mode 1”. Opties: 0-3Fabrieksinstelling: 1

Page 22: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

22

P2: Regelen van de elektrische dompelverwarmer De toets “immersion heater” wordt ingedrukt. Daarna kan de instelling met de pijltoetsen wor-den gewijzigd.De warmtepomp wordt gevoed via een elektrische dompelverwarmer voor het verwarmen van het tapwater.Bij buitentemperaturen onder het vriespunt kan het nodig zijn om de dompelverwarmer te gebruiken als aanvulling op de verwarming van het tapwater. 0 = de dompelverwarmer werkt niet, zelfs niet wanneer dat nodig is. 1 = de dompelverwarmer werkt als dat nodig is (zie instelpunt P5). 2 = De warmtepomp werkt niet, alleen de dompelverwarmer (zie instelpunt P5).Opties: 0-2 Fabrieksinstelling: 0

P3: Bedienen van de thermostaat De toets “operating thermostat” wordt ingedrukt. Daarna kan de instelling met de pijltoetsen worden gewijzigd. Het tapwater wordt verwarmd met de warmtepomp. De compressor start als de T8-temperatuur (warmwatertank, onderzijde) lager wordt dan instelpunt P3 minus 5°C. De compressor stopt weer als de T8-temperatuur gelijk is aan instelpunt P3. Opties: 0-55 °C Fabrieksinstelling: 52 °C

P4: Stop ontdooien De toetsen “Mode” + “Operating thermostat” worden tegelijkertijd ingedrukt. Daarna kan de instelling met de pijltoetsen worden gewijzigd.De ontdooicyclus stopt normaalgesproken wanneer de verdamper een temperatuur heeft bereikt van 10°C. Onder speciale omstandigheden kan het nodig zijn om deze temperatuurinstelling te wijzigen. Opties: 0-25 °C Fabrieksinstelling: 10 °C

P5: Elektrische dompelverwarmer De toetsen “Immersion heater” + “Operating thermostat” worden tegelijkertijd ingedrukt. Daarna kan de instelling met de pijltoetsen worden gewijzigd.De elektrische dompelverwarmer verwarmt alleen de bovenste helft van de watertank, terwijl de warmtepomp het onderste deel van de watertank blijft verwarmen. De elektrische dompelverwarmer activeert wanneer de T7-temperatuur (bovenkant watertank) lager is dan instelpunt P5 minus 5°C. De elektrische dompelverwarmer stopt weer wanneer de T7-temperatuur hoger is dan instelpunt P5. Opties: 0-65 °CFabrieksinstelling: 50 °C

7 Bediening en besturing

Page 23: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

23

7.3.1 Displayweergave (hoofdmenu) Door op de pijltoetsen te drukken toont het display de verschillende temperaturen. Druk, totdat het sensornummer van de gewenste temperatuur verschijnt. Na ongeveer 3 seconden wordt de temperatuur getoond. De relevante temperatuur wordt ongeveer 30 seconden weergegeven voordat het display teruggaat naar de normale weergave. De normale weergave wordt ingesteld bij menupunt E49 (lege display, watertemperatuur T7 of klok).

De volgende waarden kunnen getoond worden: T5: Vóór verdamperT6: VerdamperT7: Watertank, bovenzijde T8: Watertank, onderzijde T9: Extra sensor (kan bijv. worden gebruikt als temperatuursensor voor een zonnepaneel)T10 “External start/stop” invoer (kan niet worden gebruikt voor weergave van temperatuur). Wanneer T10 wordt kortgesloten gaat de warmtepomp aan het werk. CL: De huidige tijd op de ingebouwde klok.

7.4 Servicemenu

7.4.1 Wijzigen van de instellingen in het servicemenu Druk ongeveer 10 seconden tegelijkertijd op “Pijl omhoog” en “Pijl omlaag” om naar het ser-vicemenu te gaan. Het display toont nu de eerste menu-optie E0 in het servicemenu. Als in het servicemenu ongeveer 15 seconden geen toets wordt geactiveerd, sluit het servicemenu auto-matisch af en gaat de regeling terug naar het hoofdmenu. Een gewenste menu-optie E# kan worden bereikt door te bladeren met de toetsen “Pijl om-hoog” en “Pijl omlaag”. De waarde van de menu-optie wordt getoond wanneer u drukt op de toets “Operating thermostat” ( ). De waarde kan worden gewijzigd met de toetsen “Pijl omhoog” en “Pijl omlaag” wanneer de toets “Operating thermostat tegelijkertijd wordt ingedrukt. Wanneer de gewenste waarde is bereikt, moet u de toets “Operating thermostat” loslaten wanneer u teruggaat naar de me-nu-optie E#.

7.4.2 Servicemenupunten

E0: Fabrieksinstellingen Als de instelpunten zijn aangepast, zodat het systeem niet werkt zoals verwacht, en de oorzaak niet kan worden gevonden, doet u het volgende: 1. Schrijf alle instelpunten op in de “tabel voor instelpunten” (elders in deze handleiding). 2. Stel het instelpunt af naar 1 en wacht totdat de regeling teruggaat naar de normale weerga-ve. De waarde “E99” wordt kort getoond om de fabrieksreset te bevestigen.3. Nu zijn alle instelpunten gewijzigd naar de fabrieksinstellingen. 4. U kunt nu helemaal opnieuw starten en de instelpunten wijzigen. Opties: 0-1Fabrieksinstelling: 0

Page 24: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

24

E2: T9-temperatuurinstelpunt Hier kan een temperatuur worden ingesteld in combinatie met menu-optie E19 en temperatuur-sensor T9. Dit is een aparte sensor die geen onderdeel is van een standaardlevering. Zie E19=2, 4 of 5 voor een verdere beschrijving. Opties: 0-30°C Fabrieksinstelling: 21°C

E6: Antilegionella - weekdagHier wordt de weekdag voor antilegionella-regeling ingesteld, indien de functie in E8 is geacti-veerd.Opties: 1-7 dagenFabrieksinstelling: 1 dag

E7: Antilegionella – starttijdHier wordt de starttijd voor antilegionella-regeling ingesteld, indien de functie in E8 is geacti-veerd.Opties: 0-23 uurFabrieksinstelling: 2 uur

E8: Antilegionella-functie Als de waarde is ingesteld naar 1, wordt het water eenmaal per week met behulp van de dompelverwarmer verwarmd naar 65°C om de watertank te desinfecteren. Als de waarde is ingesteld naar 0, dan is de desinfectiefunctie uitgeschakeld. Let erop dat de antilegionella-func-tie actief is wanneer deze is geselecteerd, zelfs wanneer het apparaat in standby-modus staat (P1=0), om de groei van bacteriën te voorkomen.Opties: 0-1Fabrieksinstelling: 0

E9: Werken in koude omgevingen AAN/UITWaarde van 0: Als de inlaatluchttemperatuur (T5) kouder is dan de waarde die is ingesteld bij menupunt E10, zal de compressor stoppen en wordt de elektrische dompelverwarmer, indien nodig, automatisch geactiveerd (P5 en temperatuursensor T7). De compressor kan opnieuw star-ten als de temperatuur van de inlaatlucht (T5) hoger was dan de temperatuur die is ingesteld bij menupunt E10 voor 30 minuten.Waarde van 1: Als de inlaatluchttemperatuur (T5) kouder is dan de waarde die is ingesteld bij menupunt E10, zal de compressor niet stoppen, maar wordt de elektrische dompelverwarmer, indien nodig, automatisch geactiveerd (P5 en temperatuursensor T7). Opties: 0-1 Fabrieksinstelling: 0

E10: Temperatuur bij werking in koude omgevingenHier wordt de temperatuur ingesteld die bepaalt wanneer de compressor wordt uitgeschakeld, of wanneer de dompelverwarmer wordt ingeschakeld. Zie menu-optie E9. Opties: -5-10 °C Fabrieksinstelling: 0 °C

7 Bediening en besturing

Page 25: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

25

E13: Vloerverwarmingstemperatuur Hier wordt een temperatuur ingesteld die kan worden gebruikt in combinatie met menu- optie E19=2, d.w.z. de minimumtemperatuur waarop de circulatiepomp voor de vloerverwar-ming start. Als de temperatuur T8 (watertank, onderzijde) minder is dan de waarde die is inge-steld bij menupunt E13, dan stopt de circulatiepomp. Opties: 20-50 °C Fabrieksinstelling: 35 °C

E15: Externe start-/stopregeling Waarde van 0: De regeling schakelt naar P1, modus 3, wanneer invoer T10 (externe start/stop) wordt kortgesloten. Wanneer T10 opnieuw wordt onderbroken, gaat de regelaar vóór het kort-sluiten terug naar de modus. Deze kan worden gebruikt door een externe hygrostaat, die bij hoge vochtigheid het systeem naar modus 3 kan dwingen. Waarde van 1: De regeling schakelt naar P1, modus 0 (standby van het apparaat), wanneer invoer T10 (externe start/stop) wordt kortgesloten. Wanneer T10 opnieuw wordt onderbroken, gaat de regelaar vóór het kortsluiten terug naar de modus. Deze functie kan gebruikt worden voor een eenvoudige externe regeling van de warmtepomp, bijv. een eenvoudige start-/stopre-geling van een potentieelvrij contact in een PV-omvormer.Waarde van 2: PV-modus. Externe regeling van het apparaat via variabele spanningsinvoer naar T10. Zie menupunten E30 tot en met E32 voor regelingsdetails.Invoer T10 vereist een 0-3 V gelijkspanningssignaal. Er kunnen speciale kabels worden geleverd voor de omzetting van een 0-10 V gelijkspanningssignaal of een signaal van 4-20 mA.Opties: 0-2Fabrieksinstelling: 0

E16: Minimale luchtstroomDeze waarde specificeert de minimale luchtstroom die de ventilator zou moeten leveren. Let erop dat het koelsysteem overbelast kan raken, wat leidt tot het alarm voor hoge druk als de waarde te hoog is ingeschakeld. De waarde mag niet hoger worden gekozen dan noodzakelijk is, om te zorgen voor een minimale luchtstroom door de verdamper. Opties: 0-100 %Fabrieksinstelling: 15 %

E17: Gedwongen werking AAN Als P1 is ingesteld naar modus 3, dan bestaat de kans dat het systeem automatisch schakelt naar modus 1 na het aantal uren dat is ingesteld bij menupunt E18. Waarde van 0: Het systeem loopt in P1 modus 3, totdat het handmatig wordt gewijzigd naar een andere stap. Waarde van 1: Systeem gaat terug naar modus 1 na het aantal uren dat is ingesteld bij menu-punt E18. Opties: 0-1Fabrieksinstelling: 0

Page 26: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

26

E18: Aantal uur Instelling van het aantal uur voor continue werking bij ventilatorsnelheidsmodus 3, voordat het automatisch schakelt naar modus 2. deze optie wordt gebruikt door de menu-optie E17=1. Opties: 1-10 uurFabrieksinstelling: 3 uur

E19: Extra functie Deze functie regelt relais R9: Zonne-collector, aanvullende warmtebronnen, koellichaam of klepregeling. Opties: 0-1Fabrieksinstelling: 0

Waarde van 0: Deze functie is uitgeschakeld en het relais is uitgeschakeld.

Waarde van 1 (speciale NIBE MT-WH 2029-1FS spiraalfunctie): De zonnecollectorfunctie die een externe zonnepomp activeert (relais R9). Als de T8-temperatuur (watertank, onderzijde) lager is dan het instelpunt in menupunt E46 (max. watertanktemperatuur), wordt de zonnepompfunctie geactiveerd. De pomp loopt als de T9-temperatuur (zonnecollector) hoger is dan de T8-temperatuur (water-tank, onderzijde) + menu-optie E20 (hysterese van de zonnecollector). De pomp stopt opnieuw wanneer de T9-temperatuur (zonnecollector) lager wordt dan de T8-temperatuur (watertank, onderzijde). Deze functie is onafhankelijk van de loopstatus van de warmtepomp.

Waarde van 2 (speciale NIBE MT-WH 2029-1FS spiraalfunctie): De vloerverwarmingsfunctie die een externe circulatiepomp activeert (relais R9). Als de T8-temperatuur (watertank, onderzijde) hoger is dan het instelpunt in menupunt E13 (vloerverwarmingstemperatuur), wordt de vloer-verwarmingsfunctie geactiveerd. De pomp loopt, als de T9-temperatuur (externe sensor) lager is dan het instelpunt in menupunt E2. De pomp (relais R9) stopt opnieuw wanneer de T9-tempera-tuur (externe sensor) hoger is dan de instelling bij menupunt E2. Deze functie is onafhankelijk van de loopstatus van de warmtepomp.

Waarde van 3 (speciale NIBE MT-WH 2029-1FS spiraalfunctie): De zonnecollectorfunctie die de zonnepomp activeert (relais R9). De zonnecollectorfunctie heeft een algemene veiligheidsfunctie die de zonnepomp kan uitschakelen. Als de T9-temperatuur (zonnecollector) hoger is dan 89 °C, wordt de pomp uitgeschakeld. De pomp start opnieuw als de T9-temperatuur (zonnecollector) lager is dan 87 °C. Als de T8-temperatuur (watertank, onderzijde) lager is dan het instelpunt in menupunt E46 (max. watertanktemperatuur), wordt de zonnepompfunctie geactiveerd. De pomp loopt als de T9-temperatuur (zonnecollector) hoger is dan de T8-temperatuur (water-tank, onderzijde) + menu-optie E20 (hysterese van de zonnecollector). De pomp (relais R9) stopt opnieuw wanneer de T9-temperatuur (zonnecollector) lager wordt dan de T8-temperatuur (watertank, onderzijde).

7 Bediening en besturing

Page 27: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

27

Wanneer de pomp (relais R9) wordt geactiveerd, schakelt de warmtepomp en de elektrische dompelverwarmer uit. Nadat de pomp (relais R9) is gedeactivateerd gebeurt het volgende na 15 min: • Als de T5-temperatuur (vóór de verdamper) hoger is dan 5,5 °C, wordt de warmtepomp

geactiveerd. • Als de T5-temperatuur (vóór de verdamper) lager is dan 4,5 °C, wordt de elektrische dompel-

verwarmer geactiveerd.

Waarde van 4: De koelfunctie die een driewegs klep activeert, die de koude uitlaatlucht naar een te koelen ruimte richt. Deze functie wordt geregeld door het temperatuurinstelpunt in menupunt E2 en de T9-sensor: • Als de T9-temperatuur hoger is dan het instelpunt bij menupunt E2, schakelt relais R9 in. • Als de T9-temperatuur lager is dan het instelpunt bij menupunt E2, schakelt relais R9 uit. Deze functie is onafhankelijk van de loopstatus van de warmtepomp. Waarde van 5: De koelfunctie die een driewegs klep activeert, die de koude uitlaatlucht naar een te koelen ruimte richt. Deze functie wordt geregeld door het temperatuurinstelpunt bij menupunt E2 en de T9-sensor, maar werkt tegengesteld aan menu-optie E19 = 4: • Als de T9-temperatuur hoger is dan het instelpunt bij menupunt E2, schakelt relais R9 uit. • Als de T9-temperatuur lager is dan het instelpunt bij menupunt E2, schakelt relais R9 in. Deze functie is onafhankelijk van de loopstatus van de warmtepomp.

Waarde 6: Relais R9 is AAN, als de compressor loopt en UIT als het niet loopt.Deze functie is onafhankelijk van de loopstatus van de warmtepomp. Opties: 0-6Fabrieksinstelling: 0

E20: Hysterese van de zonnecollector Hier kunt u instellen hoeveel de temperatuur in de zonnecollector (T9) boven de temperatuur in de watertank (T8) moet zijn voordat de zonnepomp gaat starten. Zie menu-optie E19. Opties: 1-5 °CFabrieksinstelling: 5 °C

E21: TX-instelpunt Om hoge werkdrukken in het koelsysteem te voorkomen is het nodig om de prestaties van het systeem voor het laatste deel van de verwarmingscyclus te verlagen. Hier wordt de watertempe-ratuur (T8) ingesteld waarbij de verlaging moet beginnen. Opties: 0-55 °C. Fabrieksinstelling: 45 °C.

E23: Tmop Deze waarde specificeert de maximaal toegestane verdampertemperatuur (T6). Dit voorkomt overbelasting van het koelsysteem bij hoge omgevingstemperaturen. Opties: 0-30 °CFabrieksinstelling: 25 °C

Page 28: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

28

E25: Ventilatorsnelheidsmodus 1 + 2 Indien de lucht langere tijd geëxtraheerd moet worden, kan modus 2 (P1) gekozen worden. De ventilator zal nu gaan lopen totdat het naar een andere modus wordt gewisseld. Voer de snel-heid in waarin de ventilator moet werken als modus 2 wordt gekozen. Let erop dat deze optie ook de maximale snelheid van de ventilator in modus 1 beperkt. Opties: 0-100 %Fabrieksinstelling: 100 %

E26: Ventilatorsnelheidsmodus 3 Voer de snelheid in waarin de ventilator moet werken als modus 3 (P1) wordt gekozen. Deze optie wordt geselecteerd wanneer voor een korte periode gedwongen extractie vanuit het huis nodig is. Opties: 0-100 %Fabrieksinstelling: 100 %

E30: PV-regeling van dompelverwarmerHet percentage van de T10-ingangsspanning waarbij de elektrische dompelverwarmer inscha-kelt. Als de invoer hoger is dan het instelpunt, is de dompelverwarmer aan. Als de ingangswaar-de eronder zakt, schakelt de dompelverwarmer na 2 minuten uit. Als deze waarde is ingesteld naar 0 wordt de PV-regeling van de dompelverwarmer uitgeschakeld.Zie het onderstaande diagram voor de omzetting van ingangssignalen.Opties: 0-100 %Fabrieksinstelling: 0 %

E31: PV-regeling van de warmtepompHet percentage van de T10-ingangsspanning waarbij de warmtepomp/compressor inschakelt. Als de invoer hoger is dan het instelpunt start de warmtepomp na de drempeltijd die is ingesteld in E32. Nadat de warmtepomp is ingeschakeld in de PV-modus, loopt de compressor ten minste 30 min, om overmatige slijtage in de compressor te voorkomen. Als deze waarde is ingesteld naar 0, dan wordt de regeling van de warmtepomp/compressor uitgeschakeld.Zie het onderstaande diagram voor de omzetting van ingangssignalen.Opties: 0-100 %Fabrieksinstelling: 0 %

7 Bediening en besturing

Page 29: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

29

E32: Drempeltijd PV-regelingDe vereiste tijd (minuten) waar de T10-invoer hoger moet zijn dan het E31-instelpunt voordat de warmtepomp start in PV-modus.Deze parameter zorgt voor het filteren van de ingangsstroom en vermijdt dat de warmtepomp start op korte pieken van teveel PV-stroom.Opties: 1-120 minutenFabrieksinstelling: 15 minuten

Omzetting van ingangssignalen naar een percentage dat wordt gebruikt in E30 en E31. Er zijn speciale kabels vereist voor het invoeren van 0-10 V gelijkspanning en 4-20 mA.

E45: dT lucht Dit is de laagst gewenste luchtkoeling wanneer het verwarmen van water wordt gekozen. De re-geling regelt de ventilatorsnelheid zodat de lucht wordt gekoeld naar de exacte temperatuur die is geselecteerd. Indien dat nodig is om technische redenen, kan de regelaar koelen tot onder de geselecteerde temperatuur. Wanneer u een hogere ventilatorsnelheid wilt, kan de koeltem-peratuur verlaagd worden. Let erop dat instelpunten van een te lage delta-temperatuur ervoor zorgen dat de ventilator sneller draait, wat leidt tot een hoger energieverbruik. Opties: 1-15 °CFabrieksinstelling: 3 °C

E46: Maximale watertankapparatuur Om te hoge temperaturen in de watertank te voorkomen, wanneer deze is verbonden met een zonnecollector of een andere warmtebron, kan de maximaal toelaatbare temperatuur in de watertank, onderzijde (T8), worden ingesteld. Deze instelling wordt gebruikt in menupunt E19. Opties: 40-70 °CFabrieksinstelling: 60 °C

E48: Interne klok weekdagHier wordt de weekdag ingesteldOpties: 1-7 dagenFabrieksinstelling: 1dag

Page 30: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

30

7 Bediening en besturing

E49: ScreensaverHier kunt u de screensaver kiezen: 1: Leeg display. Er knippert een punt om te tonen dat het systeem is ingeschakeld. 2: Watertemperatuur T7 (watertank, bovenzijde) wordt weergegeven. 3: De tijd wordt weergegeven. Opties: 1-3Fabrieksinstelling: 2

E50: Interne klokurenHier worden de uren van de klok ingesteld. Opties: 0-23 uurFabrieksinstelling: 0 uur

E51: Interne klokminuten Hier worden de minuten van de klok ingesteld. Opties: 0-59 minutenFabrieksinstelling: 0 minuten

E52: Laagtariefperiode AAN/UITWaarde van 0 (UIT): De elektrische dompelverwarmer en de warmtepomp zullen werken volgens noodzaak en voorkeur. Waarde van 1 (AAN): De elektrische dompelverwarmer en de warmtepomp lopen alleen gedu-rende de gespecificeerde periode met de start in overeenstemming met menu-optie E53 en het einde in overeenstemming met menu-optie E54. Let erop dat als de PV-modus wordt geselecteerd (E15=2) dit mogelijk maakt dat de dompel-verwarmer en de warmtepomp buiten de laagtariefperiode werken wanner PV-stroom beschik-baar is.Opties: 0-1Fabrieksinstelling: 0

E53: Starttijd laagtariefperiode - werkdagenDe starttijd van een laagtariefperiode voor elektriciteit gedurende werkdagen (dag 1-5) wordt hier ingesteld. Opties: 0-23 uurFabrieksinstelling: 1 uur

E54: Stoptijd laagtariefperiode - werkdagenDe stoptijd van een laagtariefperiode voor elektriciteit gedurende werkdagen (dag 1-5) wordt hier ingesteld. Opties: 0-23 uurFabrieksinstelling: 6 uur

E55: Starttijd laagtariefperiode - weekendsDe starttijd van een laagtariefperiode voor elektriciteit gedurende weekends (dag 6-7) wordt hier ingesteld. Opties: 0-23 uurFabrieksinstelling: 1 uur

Page 31: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

31

E56: Stoptijd laagtariefperiode - weekendsDe stoptijd van een laagtariefperiode voor elektriciteit gedurende weekends (dag 6-7) wordt hier ingesteld. Opties: 0-23 uurFabrieksinstelling: 6 uur

E60: Temperatuurverschil tussen T5 en T6 Als de T6-temperatuur (verdamper) hoger is dan de T5-temperatuur (vóór de verdamper) + de waarde die is ingesteld in menupunt E-0 na een uur met de compressor in werking, schakelt de compressor uit. “Er6” wordt in het display getoond. Dit is een operationele veiligheidsfunctie die aangeeft dat de warmtepomp niet goed loopt en mogelijk te weinig koelmiddel heeft. Het apparaat moet uitgeschakeld worden om de fout te herstellen. Opties: 0-10 °CFabrieksinstelling: 2 °C

Page 32: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

32

7.5 Tabel voor instelpunten

Fabrieksinstelling Datum: Datum:

E0: Fabrieksinstellingen 0

E2: T9-temperatuurinstelpunt 21

E6: Antilegionella - weekdag 1

E7: Antilegionella – starttijd 2

E8: Antilegionella-functie 0

E9: Werking in koude omgevingen AAN/UIT 0

E10: Temperatuur werking in koude omgevingen 0

E13: Vloerverwarmingstemperatuur 35

E15: Hygrostaat/stopsysteem 0

E16: Minimale luchtstroom 15

E17: Gedwongen werking AAN 0

E18: Aantal uur 3

E19: Extra functie 0

E20: Hysterese van de zonnecollector 5

E21: TX-instelpunt 45

E23: Tmop 25

E25: Ventilatorsnelheidsmodus 1 + 2 100

E26: Ventilatorsnelheidsmodus 3 100

E30: PV-regeling van dompelverwarmer 0

E31: PV-regeling van de warmtepomp 0

E32: Drempeltijd PV-regeling 15

E45: dT lucht 3

E46: Maximale watertanktemperatuur 60

E48: Interne klok weekdag 1

E49: Screensaver 2

E50: Interne klokuren 0

E51: Interne klokminuten 0

E52: Laagtariefperiode AAN/UIT 0

E53: Starttijd laagtariefperiode - werkdagen 1

E54: Stoptijd laagtariefperiode - werkdagen 6

E55: Starttijd laagtariefperiode - weekends 1

E56: Stoptijd laagtariefperiode - weekends 6

E60: Temperatuurverschil tussen T5 en T6 2

7 Bediening en besturing

Page 33: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

33

7.6 Tabel voor ontdooien

De ontdooifunctie werkt in overeenstemming met de bovenstaande tabel voor ontdooien. Als de T5-temperatuur (vóór de verdamper) gelijk is aan een temperatuur in de tabel, dan start het ontdooiproces, indien de T6-temperatuur (verdamper) onder de temperatuur in de tabel zakt. Als T5 bijv. 3 °C is, dan start het ontdooiproces wanneer T6 gelijk aan of lager is dan -6 °C. Wanneer de ontdooifunctie actief is, activeert relais R4 (ontdooien) en stopt de ventilator. De ontdooifunctie werkt maximaal 30 minuten per keer. Daarna moet de ontdooifunctie weer voor 60 minuten uitgeschakeld worden, voordat het weer kan starten. De ontdooifunctie stopt direct als de T6-temperatuur (in de verdamper) hoger is dan het instel-punt in P4.

7.7 Functionele beschrijvingHet schema in de paragrafen ‘Productgegevens’ toont waar de sensoren zijn geplaatst. De relai-suitgangen/aansluitklemmen, zowel als andere uitgangen voor het aansturen van de ventilator en de regelfuncties, zijn afgebeeld op het elektrische diagram.

T5 vóór verdamper °C T6 verdamper °C

15 -3

13 -3

11 -3

9 -4

7 -4

5 -5

4 -5

3 -6

1 -7

0 -8

-2 -9

-5 -11

-7 -13

-9 -13

-11 -15

-13 -16

-15 -18

-17 -20

-18 -21

-20 -22

Page 34: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

34

7.7.1 Bedienen van de tapwater-warmtepomp met de Optima 170De tapwater-warmtepomp is een compleet apparaat met een warmwatertank van 285 liter, ven-tilator, warmtepomp en volledige automatisering. Het apparaat wordt uitsluitend gebruikt voor het verwarmen van tapwater binnen de ingestelde temperatuurlimiet. De hulpfunctie voor het voeden van een kleine vloerverwarmingsunit of voor een alternatieve warmte-invoer is beschik-baar in het model NIBE MT-WH 2029-1FS.

7.7.2 Prestaties De tapwater-warmtepomp kan binnen 11,5 uur 367 liter water opwarmen van 10 °C tot 52,5 °C bij een extractieluchttemperatuur van 7 °C. De verwarmingstijd is altijd afhankelijk van de temperatuur van het koude water dat aan de watertank wordt gevoed, de extractieluchttem-peratuur en het aftappatroon. De elektrische dompelverwarmer van 1,5 kW kan worden geacti-veerd wanneer er extra warm water nodig is. De tapwater-warmtepomp verbruikt slechts 28% stroom in vergelijking met een conventionele elektrische waterboiler.

7.7.3 De functie van de warmtepomp Kort nadat warm water wordt getapt, start de regeling de compressor. De compressor loopt, totdat de hele watertank de ingestelde temperatuur heeft bereikt. Normaliter kan de tapwa-ter-warmtepomp voldoende warm water produceren voor het warmwaterverbruik van een volledig gezin.

7.7.4 Waterverwarming Wanneer warm water wordt afgetapt, wordt koud water gevoed aan de onderzijde van de wa-tertank. Een sensor meet de temperatuur onderin de watertank. Wanneer de temperatuur 5 °C onder de insteltemperatuur is gezakt, start de compressor en blaast de ventilator lucht door de verdamper. Wanneer het water wordt opgewarmd tot de insteltemperatuur, stopt de compressor (en de ventilator) weer.

7.7.5 Bediening van de ventilator De ventilator kan blijven draaien, zelfs wanneer de compressor is gestopt. Selecteer modus 2 of modus 3. Deze functies worden gebruikt wanneer een tapwater-warmtepomp ook wordt gebruikt voor het extraheren van lucht uit vochtige ruimtes in de woning. Zolang de invoer aan T10 (externe start/stop) is kortgesloten, wordt de regeling gedwongen om modus 3 uit te voeren. Dit kan worden gebruikt om te zorgen voor extra extractie van bijv. de badkamer tijdens het douchen. Wanneer de invoer aan T10 niet meer is kortgesloten, gaat de regelaar vóór het kortsluiten terug naar de modus.

7.7.6 OntdooienWanneer er ijs op de verdamper wordt gevormd is het temperatuurverschil tussen de tempe-ratuur vóór de verdamper en de temperatuur in de verdamper te hoog en start het systeem de ontdooicyclus (zie tabel voor ontdooien). De magneetklep (MA4) opent en de ventilator stopt, totdat het ijs is gesmolten en de verdamper een temperatuur heeft bereikt van ongeveer 10 °C (in overeenstemming met het instelpunt in menupunt P4). Daarna sluit de magneetklep weer en start de ventilator.

7 Bediening en besturing

Page 35: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

35

7.7.7 Extra verwarmingscapaciteit Indien een situatie ontstaat waarin de tapwater-warmtepomp niet in staat is om in voldoende warm water te voorzien, is het mogelijk om de ingebouwde elektrische dompelverwarmer te ac-tiveren. Nu kan in ongeveer dezelfde periode tweemaal zoveel water worden verwarmd. U kunt de temperatuur instellen tot waar de elektrische dompelverwarmer het water gaat opwarmen. Gebruik de elektrische dompelverwarmer alleen indien nodig. De elektrische dompelverwarmer verbruikt meer energie dan de compressor. De elektrische dompelverwarmer kan handmatig op het bedieningspaneel worden geactiveerd.

7.7.8 Fotovoltaïsche functieDe tapwater-warmtepomp kan worden aangestuurd door een signaal van een fotovoltaïsche (PV) omzetter of een energiemeter, als simpele start/stop via een potentieelvrij contact, of door een variabel signaal.

Met de variabele signaaloptie correspondeert een bepaalde uitgang (gelijkspanning of mA) van de (PV) omvormer, of de energiemeter met een bepaalde hoeveelheid teveel aan stroom voor gebruik in de tapwater-warmtepomp. Het teveel aan stroom kan worden gebruikt voor het activeren van de elektrische dompelverwarmer, de warmtepomp (HP) of beide.

Page 36: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

36

De vraag naar verwarming (lage watertemperaturen) kan worden onderdrukt gedurende dag-lichturen (waardoor alleen werking op PV-stroom wordt toegestaan) en losgelaten voor normale werking gedurende door de gebruiker gedefinieerde avond- en nachttijden. Dit wordt gedaan door de bestaande laagtariefsfunctie.

De onderstaande figuren illustreren gebruikelijke installatie-opties.

Ontwerp van de PV-regeling met signaal van de fotovoltaïsche PV-omzetter.

Ontwerp van de PV-regeling met signaal van de energiemeter.

7 Bediening en besturing

Page 37: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

37

Ontkoppel de stroom van het apparaat, voordat u reparaties aan het apparaat uitvoert. De reparatie van het apparaat en de heractivering van de zekerin-gen mag alleen worden uitge-voerd door bevoegd personeel.

7.7.9 TimerfunctieDe timerfunctie bevat een 24-uurs klok plus weekdagen (1-7). Er kunnen twee verschillende laagtariefsperioden gedefinieerd worden, werkdagen en weekends. Ook kunnen de dag en tijd voor antilegionella-regeling worden ingesteld.

7.8 Veiligheidsfuncties

7.8.1 Hogedrukschakelaar Om te waarborgen dat de compressor niet buiten zijn bedrijfsbereik werkt, is er een ingebouwde hogedrukschakelaar, die de compressor uitschakelt wanneer de druk in het koelcircuit te hoog wordt. De drukschakelaar schakelt de compressor uit als de druk hoger wordt dan 2,0 MPa (20 bar) en schakelt de compressor weer in wanneer de druk is gezakt tot 1,6 MPa (16 bar).

7.8.2 ZekeringenBij een defect aan de elektrische dompelverwarmer zullen de zekeringen het apparaat uitscha-kelen. Wanneer de instelwaarde (80 °C) is overschreden zal de elektrische dompelverwarmer ontkoppelen. De elektrische dompelverwarmer kan opnieuw geactiveerd worden wanneer de temperatuur onder 80 °C is. Om dit te doen moet de stroom naar het apparaat worden uitge-schakeld en moet het voorpaneel gedemonteerd worden. Daarna kunnen de herstelknoppen in het midden van de zekeringen ingedrukt worden.

De compressor is ook uitgerust met een beschermer voor het thermische circuit, wat ervoor zorgt dat de compressor stopt wanneer de temperatuur te hoog wordt. Als de compressor niet draait wanneer hij is ingeschakeld, bijv. vanwege een verstopping of vanwege gebrek aan drukegalisatie voor de inwerkingstelling. Wanneer de zekering de compressor uitschakelt moet het apparaat afkoelen voordat het wordt herstart. Roep, bij herhaling van dit probleem, de hulp in van onderhoudspersoneel.

7.9 Alarmen

7.9.1 PE: Alarm hogedrukschakelaar Wanneer de hogedrukschakelaar activeert, wordt de fouttekst ”PE” in het display getoond. Wanneer de oorzaak van de fout is gevonden, moet de stroom voor 10 seconden worden uit-geschakeld en daarna opnieuw ingeschakeld om de drukschakelaar opnieuw te activeren. De “PE”-fout verdwijnt van het scherm.

Laat, indien nodig, het instelpunt van de watertemperatuur zakken tot 2-3°C om herhaling van de drukschakelaarfout te voorkomen.

7.9.2 Er6: Atypische verdampertemperaturenAls de verdampertemperatuur (T6) hoger is dan de temperatuur vóór de verdamper (T5) + de waarde die is ingesteld in menupunt E60 na een uur met de compressor in werking, schakelt de compressor uit. “Er6” wordt in het display getoond. Zie ook paragraaf 7.4.2, E60.

Page 38: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

38

8 Onderhoud

Voor optimale prestaties moet u letten op onderstaande punten.

Voordat het apparaat wordt geopend moet u de stroom uitschakelen/loskoppelen en wachten totdat de ventilator is gestopt.

Enkele dagen na de eerste inbedrijfstelling en start, moet u de installatie controleren op lekken in de waterinstallatie, of verstopping van de condensafvoer.

8.1 Omgevingsvereisten Bij het repareren of demonteren van de tapwater-warmtepomp moet u de milieuregels en wet-ten met betrekking tot recycling en afvoeren van materialen volgen.

8.2 Koelsysteem en ventilatorHet onderhoud bestaat voornamelijk uit periodieke reiniging van de verdamper. Verwijder de bovenplaat van het apparaat. Reinig de verdamper en de ventilator met een kwast of een flessenborstel. Wees voorzichtig, zodat u gedurende dit proces niet de balansgewichten op de ventilator verwij-dert, aangezien dit onbalans in de ventilator veroorzaakt en leidt tot een hoger geluidsniveau, alsmede slijtage aan de ventilator.

Bekijk de plaatselijke regels en wetten met betrekking tot potentiële periodieke inspectie van de warmtepomp door bevoegd personeel.

8.3 Condensatie en condensafvoer Samen met het inspecteren en reinigen van de ventilator moet ook de condensbak worden gereinigd. Vul de condensbak met water en controleer of het water vrij stroomt. Zo niet, dan moet de afvoer gereinigd worden.

8.4 Watercirculatie en watertank

8.4.1 Overdrukklep Uw monteur heeft een overdrukklep geplaatst bij de koudwateraansluiting op de tank voor warm tapwater om de watertank te beschermen tegen te hoge drukken wanneer het tapwater expandeert gedurende het verwarmingsproces. De terugslagklep, die vóór de overdrukklep is geplaatst op de koudwaterleiding, voorkomt dat water uit de tank terugstroomt in de koudwaterleiding. Daarom stijgt de druk in de watertank tot de maximuminstelling van de drukaflaatklep, waarna de drukaflaatklep opent. Het overtolli-ge water spoelt weg. Als de drukaflaatklep niet zou openen, zou de watertank scheuren. De drukaflaatklep moet regelmatig worden gebruikt om kalkaanslag te verwijderen en te con-trolerenof hij niet is verstopt. Dit kan worden getest door de hendel op de drukaflaatklep in te drukken/te draaien terwijl u controleert of er water wegloopt. Schades vanwege een defecte drukaflaat-klep worden niet gedekt door de garantie. Let erop dat er water uit de uitlaatleiding van de drukaflaatklep kan druppelen, vanwege de verwarming van het water.

Verwondingsrisico door scherpe lamellen. De lamellen mogen niet beschadigd raken.

Page 39: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

39

8.4.2 Anode Om corrosie van de geëmailleerde warmwatertank te voorkomen wordt een magnesiumanode geïnstalleerd achter het voorpaneel bij de bovenste helft van de watertank. De anode heeft een levensverwachting van ongeveer 2-5 jaar, afhankelijk van de waterkwaliteit.

Het wordt aanbevolen om de anode elk jaar te inspecteren.1) Ontkoppel de elektrische stroomtoevoer of trek de stekker eruit.2) Verwijder de plastic bedekking aan de voorzijde. Dit geeft toegang tot de anode.3) Ontkoppel de draadaansluiting tussen de anode en de tank (zie onderstaande

afbeeldingen).4) Steek een multimeter (mA-bereik) tussen de anode en de tank. Anodestroomsterkte > 0,3

mA: Anode is actief en in orde. Anodestroomsterkte ≤ 0,3 mA: De anode moet worden gecontroleerd en mogelijk worden vervangen.

5) Sluit de draadaansluiting tussen de anode en de tank weer aan. Sluit de afdekking aan de voorzijde en schakel het apparaat in.

Let erop dat het water ten minste eenmalig naar operationele temperaturen opgewarmd moet worden, voordat de bovenstaande test uitgevoerd kan worden.

Het volgende moet gedaan worden om de anode te vervangen:• Sluit de koudwaterinlaat.• Koppel een slang aan op de afvoerklep, zodat het water uit de watertank in de dichtstbijzijnde

afvoer kan lopen.• Open een tappunt voor warm water (om een vacuüm in de watertank te voorkomen).• Wanneer het waterpeil in de tank onder de anode staat, kan deze worden verwijderd voor

inspectie en vervanging.

De controle en vervanging van de anode mag alleen worden uitgevoerd door bevoegd personeel.

Page 40: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

40

10 Problemen oplossen

10.1 De warmtepomp levert geen warm waterControleer het volgende: • Is het systeem op de stroom aangesloten? • Staat er spanning op het stopcontact? • Is de warmtepomp uitgeschakeld via de temperatuursensor T8? • Is de watertemperatuur >55 °C?• Is de koudwatertoevoer open?• Is er vrije toegang van inlaatlucht?• Is er een vrij stroompad voor uitlaatlucht?• Is de periodieke reiniging van verdamper, condensbak en ventilator uitgevoerd, zoals is

beschreven in de onderhoudssectie?• Heeft een van de veiligheidsfuncties de warmtepomp/elektrische dompelverwarmer

uitgeschakeld?• Heeft externe kortsluiting van contactpunten de warmtepomp uitgeschakeld?• Is het herstellen van de fabrieksinstelling (E0) getest?

Als het niet een van de bovenstaande fouten betreft, neem dan contact op met uw installateur.

9 Demontage/buitenwerkingstelling

Het volgende moet worden gedaan.

• Ontkoppel het apparaat van het spanningsnet, d.w.z. de elektrische snoeren worden verwijderd.

• Sluit de koudwatertoevoer en koppel een slang aan op de afvoerklep, zodat het water uit de watertank in de dichtstbijzijnde afvoer kan lopen.

• Verwijder de water- en verwarmingsleidingen.• Verwijder de luchtkanalen en sluit alle toevoer- en extractieluchtdempers zodat er geen

condensvorming in de kanalen ontstaat.

Het apparaat moet buiten werking worden gesteld op de meest milieuvriendelijke manier. Wanneer het product wordt afgevoerd moeten de plaatselijke afvoerregels voor gemeenteafval worden geraadpleegd.

Page 41: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

41

11 Conformiteitsverklaring

Konformitätserklärung

Wir erklären in alleiniger Verantwortung, dass die Produkte

• Warmwasser-Wärmepumpe MT-WH 2029-F, MT-WH 2029-1FS

auf die sich die Erklärung bezieht, den Anforderungen der folgenden EC Richtlinien entsprechen:

Restriction of Hazardous Substances (RoHS) / Reduzierung von Schadstoffen: 2011/65/EU Electromagnetic Compatibility (EMC) / Elektromagnetische Verträglichkeit: 2004/108/EC CE Zeichen: 93/68/EECVerpackungen und Verpackungsabfälle: 94/62 ECElectrical equipment designed for use within certain voltage limits (LVD) / Elektrische Betriebsmittel zur Verwend-ung innerhalb bestimmter Spannungsgrenzen: 2006/95/EC Pressure Equipment (PE) / Druckgeräte: 97/23/EC *

*Diese Druckgeräte werden unter Artikel 3 der EU-Richtlinie 97/23/ EC erfasst. Wie in Punkt 3 dieses Artikels angegeben, werden die Geräte in Übereinstimmung mit der Ingenieurpraxis eines Mitgliedstaates hergestellt, um eine sichere Nutzung zu gewährleisten. Solche Druckgeräte müssen das CE tragen, das im Artikel 15 der EU Richtlinie 97/23/ EC angegeben ist.

Die Konformität wurde anhand folgender Normen geprüft:

EN55014-1 Elektromagnetische Verträglichkeitsanforderungen... Teil 1: Emissionswerte...

EN55014-2 Elektromagnetische Verträglichkeitsanforderungen... Teil 2: Störfestigkeit...

EN60335-1 Haushalts- und ähnliche elektrische Geräte - Sicherheit - Teil 1: Allgemeine Anforderungen

EN60335-2-21 Haushalts- und ... Teil -21: Besondere Anforderungen an Warmwasserspeicher

EN60335-2-40 Haushalts- und ... Teil -40: Besondere Anforderungen an elektrische Wärmepumpen ...

EN60730-1 Automatische elektrische Regel- und Steuergeräte für den Hausgebrauch und ähnliche Anwendungen - Teil 1:

Allgemeine Anforderungen

EN62233 Verfahren zur Messung der elektromagnetischen Felder von Haushaltsgeräten ...

EN16147 Wärmepumpen mit elektrisch betriebenen Kompressoren - Prüfung von Brauchwarmwasser-

Wärmepumpen ...

EN255-3 Klimaanlagen ... Teil 3: Anforderungen an die Kennzeichnung von Geräten zum Erwärmen von Brauchwarmwasser

IS03743-1 Akustik -- Bestimmung der Schallleistungs- und Schallenergiepegel ..

Markaryd. 14. November 2013

Kenneth Magnusson Peter Jocic

Qualitäts- und Umweltmanager Produkt Management Manager

Page 42: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

42

12 Product- en installateursinformatie

Geïnstalleerd model:

Serienummer:

Accessoires:

Installateurs

Leidinginstallatie

Datum:

Bedrijf:

Naam:

Telefoonnummer:

Elektrische installatie

Datum:

Bedrijf:

Naam:

Telefoonnummer:

Inwerkingstelling

Datum:

Bedrijf:

Naam:

Telefoonnummer:

Page 43: TAPWATER- WARMTEPOMP - NIBE · De tapwater-warmtepomp is ontworpen en geproduceerd in overeenstemming met alle relevan-te EU-richtlijnen (raadpleeg ook de EEG-conformiteitsverklaring).

NIBE Energietechniek B.V.Energieweg 31, NL- 4906 CG OOSTERHOUT (NB)Postbus 634, NL – 4900 AP OOSTERHOUT (NB)Tel: +31 (0)168 477722 Email algemeen: [email protected]://www.nibenl.eu OE0

5-93

5-15

09