Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus...

8
Symposium Van Bus naar Buurt Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt, Op 27 november heeft u deelgenomen aan ons symposium, ter ere van het 25-jarig bestaan van de Tussenvoorziening onder leiding van Elisabeth van den Hoogen. In deze nieuwsbrief treft u verslagen en samenvattingen van de inleidingen en workshops die deze middag zijn geweest. Wij hopen dat u net zoveel plezier aan het symposium heeft beleefd als wij. Trends en ontwikkelingen in dakloosheid in Europa Rina Beers, oud-voorzitter FEANTSA FEANTSA is de Europese federatie van nationale organisaties die werken met daklozen. Rina neemt u mee in de laatste ontwikkelingen op het gebied van dakloosheid op internationaal niveau. Wat is er veranderd, de afgelopen dertig jaar? Welke landen lopen voor en waar heeft het Nederlandse beleid toe geleid? Wat gaat goed en waar liggen kansen? Lees meer… Column over de Utrechtse situatie Jules van Dam, bestuurder en oprichter de Tussenvoorziening Jules vertelt over de Utrechtse situatie rondom dakloosheid en de maatschappelijke opvang. Hij kijkt zowel naar de periode waarin de Tussenvoorziening werd opgericht, als naar de huidige tijd. Lees meer… Een glimlach is gratis: Wim Eickholt, ervaringsdeskundige, en Lia van Doorn, lector Innovatieve Maatschappelijke Dienstverlening bij de Hogeschool Utrecht Samen met Sandra Ringeling van Kessels & Smit nemen zij u mee in het dagelijkse leven van een dakloze schuldenaar onder de titel: Een glimlach is gratis. Misschien wel het belangrijkste op een symposium als dit, het verhaal van ervaringsdeskundige Wim Eickholt. Hij belicht met dat dagelijkse leven iets dat voor veel managers, beleidsmakers en zelfs uitvoerenden doorgaans onderbelicht blijft. Lees meer… Terugkijken op de dag en vooruitblik op de toekomst Maarten van Ooijen, wethouder maatschappelijke ondersteuning gemeente Utrecht Tijdens het symposium geeft u, samen met andere deelnemers, aan wat uw stip is op de horizon voor de regio Utrecht. Hoe om te gaan met dakloosheid en schulden. Maarten van Ooijen neemt deze wensen in ontvangst en voegt daar zijn beeld aan toe. Lees meer… Workshops 1. Uitvliegen: vrije val of zachte landing? Je weg vinden in de samenleving, hoe doe je dat? Er komt veel op je af als je na een hulpverlenerstraject weer op eigen benen in een wijk gaat wonen. In interactie met ervaringsdeskundigen bespreek je dilemma’s en mogelijkheden voor een doorstart in de wijk. Lees meer… 2. Nieuwe routes: Springplank, direct naar betaald werk Is het mogelijk om direct van de straat naar betaald werk te gaan? Springplank Eindhoven combineert werk met een woonplek, om zo te werken aan duurzaam herstel. Met verpletterend succes. Hoe doen ze dat? En kan dat ook in Utrecht? Lees meer… 3. Nieuwe routes: Preventie van dakloosheid in de Lekstroom In 2021 is het zover. Dan is elke gemeente verantwoordelijk voor opvang en beschermd wonen van zijn inwoners. Tot welke vraagstukken en oplossingen leidt dit? De regio Lekstroom presenteert haar vernieuwende hulp om dakloosheid te voorkomen. Lees meer… 4. Jeugd: 18 tot 23 jaar Te jong voor de 24-uurs opvang, te oud voor de jeugdzorg. Dat overkomt kwetsbare jongeren als ze achttien worden. Waar lopen deze jongeren tegenaan? Wat hebben zij nodig om dakloosheid te voorkomen en hun leven weer op de rit te krijgen? Lees meer… 5. Unieke kans: Sessie van de leergang gemengd wonen Waar de Tussenbus voorzag in de meest elementaire levensbehoeften zoals eten, drinken, een wc, contact en een deken voor de nacht, ligt de focus nu op het creëren van buurten waar mensen gezamenlijk zorgen dat het prettig wonen is. Wat is het geheim van gemengd wonen? Hoe kun je dat toepassen in de stad en in de regio? Lees meer… 6. De escaperoom: hoe ontsnap je uit de schulden? De schuldenproblematiek stijgt nog steeds. Hoe kunnen we dat een halt toeroepen en toewerken naar een schuldenvrij bestaan voor iedereen? Stadsgeldbeheer neemt je letterlijk mee in de schuldenproblematiek door middel van een escaperoom. Waar is de uitgang? En waar zitten de verbeterpunten voor Utrecht? Lees meer… 7. Mensenrechten: Recht op dak en goede zorg Dakloosheid, armoede en mensenrechten: hoe zit het met de mensenrechten in Utrecht? Gebruik de casus en onderzoek welke mensenrechten in het geding zijn. Hoe kun je deze rechten gebruiken om de basisvoorwaarden van een menswaardig bestaan te realiseren? Lees meer… 8. Ervaringsdeskundigheid en kwaliteit van dienstverlening Werken met ervaringsdeskundigen, betaald, in opleiding en als vrijwilliger, leidt tot ander soort dienstverlening. Meer nabijheid, en het stelt taboes ter discussie. Maar het is niet altijd even makkelijk of succesvol. Wat zijn de vraagstukken, valkuilen en succesfactoren? Hoe organiseer je een succesvolle inzet van ervaringsdeskundigheid in het team? Lees meer…

Transcript of Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus...

Page 1: Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus naar Buurt Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt, Op 27 november

Symposium Van Bus naar Buurt

Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt,

Op 27 november heeft u deelgenomen aan ons symposium, ter ere van het 25-jarig bestaan van de

Tussenvoorziening onder leiding van Elisabeth van den Hoogen. In deze nieuwsbrief treft u verslagen en

samenvattingen van de inleidingen en workshops die deze middag zijn geweest.

Wij hopen dat u net zoveel plezier aan het symposium heeft beleefd als wij.

Trends en ontwikkelingen in dakloosheid in Europa Rina Beers, oud-voorzitter FEANTSA FEANTSA is de Europese federatie van nationale organisaties die werken met daklozen. Rina neemt u mee in de

laatste ontwikkelingen op het gebied van dakloosheid op internationaal niveau. Wat is er veranderd, de afgelopen

dertig jaar? Welke landen lopen voor en waar heeft het Nederlandse beleid toe geleid? Wat gaat goed en waar

liggen kansen? Lees meer…

Column over de Utrechtse situatie Jules van Dam, bestuurder en oprichter de Tussenvoorziening Jules vertelt over de Utrechtse situatie rondom dakloosheid en de maatschappelijke opvang. Hij kijkt zowel naar de

periode waarin de Tussenvoorziening werd opgericht, als naar de huidige tijd. Lees meer…

Een glimlach is gratis: Wim Eickholt, ervaringsdeskundige, en Lia van Doorn, lector Innovatieve

Maatschappelijke Dienstverlening bij de Hogeschool Utrecht Samen met Sandra Ringeling van Kessels & Smit nemen zij u mee in het dagelijkse leven van een dakloze schuldenaar

onder de titel: Een glimlach is gratis. Misschien wel het belangrijkste op een symposium als dit, het verhaal van

ervaringsdeskundige Wim Eickholt. Hij belicht met dat dagelijkse leven iets dat voor veel managers, beleidsmakers

en zelfs uitvoerenden doorgaans onderbelicht blijft. Lees meer…

Terugkijken op de dag en vooruitblik op de toekomst Maarten van Ooijen, wethouder maatschappelijke

ondersteuning gemeente Utrecht Tijdens het symposium geeft u, samen met andere deelnemers, aan wat uw stip is op de horizon voor de regio

Utrecht. Hoe om te gaan met dakloosheid en schulden. Maarten van Ooijen neemt deze wensen in ontvangst en

voegt daar zijn beeld aan toe. Lees meer…

Workshops

1. Uitvliegen: vrije val of zachte landing? Je weg vinden in de samenleving, hoe doe je dat? Er komt veel op je af als je na een hulpverlenerstraject weer op

eigen benen in een wijk gaat wonen. In interactie met

ervaringsdeskundigen bespreek je dilemma’s en mogelijkheden

voor een doorstart in de wijk. Lees meer…

2. Nieuwe routes: Springplank, direct naar betaald werk Is het mogelijk om direct van de straat naar betaald werk te

gaan? Springplank Eindhoven combineert werk met een

woonplek, om zo te werken aan duurzaam herstel. Met

verpletterend succes. Hoe doen ze dat? En kan dat ook in

Utrecht? Lees meer…

3. Nieuwe routes: Preventie van dakloosheid in de Lekstroom In 2021 is het zover. Dan is elke gemeente verantwoordelijk voor opvang en beschermd wonen van zijn inwoners.

Tot welke vraagstukken en oplossingen leidt dit? De regio Lekstroom presenteert haar vernieuwende hulp om

dakloosheid te voorkomen. Lees meer…

4. Jeugd: 18 tot 23 jaar Te jong voor de 24-uurs opvang, te oud voor de jeugdzorg. Dat overkomt kwetsbare jongeren als ze achttien worden.

Waar lopen deze jongeren tegenaan? Wat hebben zij nodig om dakloosheid te voorkomen en hun leven weer op de

rit te krijgen? Lees meer…

5. Unieke kans: Sessie van de leergang gemengd wonen Waar de Tussenbus voorzag in de meest elementaire levensbehoeften zoals eten, drinken, een wc, contact en een

deken voor de nacht, ligt de focus nu op het creëren van buurten waar mensen gezamenlijk zorgen dat het prettig

wonen is. Wat is het geheim van gemengd wonen? Hoe kun je dat toepassen in de stad en in de regio? Lees meer…

6. De escaperoom: hoe ontsnap je uit de schulden? De schuldenproblematiek stijgt nog steeds. Hoe kunnen we dat een halt

toeroepen en toewerken naar een schuldenvrij bestaan voor iedereen?

Stadsgeldbeheer neemt je letterlijk mee in de schuldenproblematiek door

middel van een escaperoom. Waar is de uitgang? En waar zitten de

verbeterpunten voor Utrecht? Lees meer…

7. Mensenrechten: Recht op dak en goede zorg Dakloosheid, armoede en mensenrechten: hoe zit het met de mensenrechten in

Utrecht? Gebruik de casus en onderzoek welke mensenrechten in het geding

zijn. Hoe kun je deze rechten gebruiken om de basisvoorwaarden van een

menswaardig bestaan te realiseren? Lees meer…

8. Ervaringsdeskundigheid en kwaliteit van dienstverlening Werken met ervaringsdeskundigen, betaald, in opleiding en als vrijwilliger, leidt

tot ander soort dienstverlening. Meer nabijheid, en het stelt taboes ter discussie.

Maar het is niet altijd even makkelijk of succesvol. Wat zijn de vraagstukken, valkuilen en succesfactoren? Hoe

organiseer je een succesvolle inzet van ervaringsdeskundigheid in het team? Lees meer…

Page 2: Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus naar Buurt Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt, Op 27 november

Trends en ontwikkelingen in dakloosheid in Europa Rina Beers, oud-voorzitter FEANTSA Na een overzicht te hebben gegeven van cijfers en trends over dakloosheid in Europa is de conclusie:

In de EU zijn grof gezegd twee typen benadering van

dakloosheid in Europa. De eerste gaat uit van

dakloosheid als huisvestingsprobleem. Een

structuurprobleem. Er zijn te weinig betaalbare

woningen en daar moet je iets aan doen. De tweede

benadering gaat uit van dakloosheid als het probleem

dat iemand ‘zich niet op eigen kracht kan handhaven

in de samenleving’. De persoon ervaart psychische of

psychosociale problemen waardoor hij of zij dakloos

raakt. Zo staat het ook in onze Wet Maatschappelijke

Ondersteuning. Dakloosheid is een ‘zorg’ probleem.

Als we kijken naar de effectiviteit van beide

benaderingen, dan blijkt uit onderzoek dat de aanpak

waar permanente huisvesting de nadruk krijgt, het

beter doet dan de aanpak waar vooral zorg wordt

ingezet.

Het enige land dat consistent en consequent elk jaar

minder dakloze mensen heeft, is Finland. Al 15 jaar

voert de overheid daar een beleid dat uitgaat van

Housing First. Zij doen dat met een landelijk

vastgestelde strategie, geleid vanuit het ministerie

van Huisvesting en gesteund door alle ministeries. Het

beleid wordt lokaal uitgevoerd door gemeenten en

corporaties. De Finnen hebben goed nota genomen

van al het internationale onderzoek dat wijst op het

belang van meerjarig beleid, zodat de voorraad van

betaalbare woningen elk jaar groeit, in plaats van

afneemt zoals in veel andere EU landen. In combinatie

met een adequaat systeem van sociale zekerheid en

zorg, zijn de Finnen in staat om ook hele kwetsbare

mensen langdurig stabiel te laten wonen.

In Nederland zijn inmiddels in 21 gemeenten Housing

First projecten gestart. Ook hier in Utrecht, en ook

met hele goede resultaten. Het zou heel mooi zijn als

wij over 25 jaar in Utrecht kunnen zeggen dat de

opvang dicht kan, omdat we in staat zijn iedereen te

laten wonen. We hebben dan een goed systeem van

ambulante hulp, budgetbeheer en financiële

hulpverlening, voorkomen huisuitzetting, en voor

iedereen die de gevangenis, de jeugdzorg of een

kliniek verlaat, is woonruimte geregeld. In Utrecht

bent u op de goede weg, ik wens jullie ook de

komende jaren alle succes toe!

Column over de Utrechtse situatie door Jules van Dam, bestuurder en oprichter de Tussenvoorziening In alles zit een barst, daar komt het licht binnen

Rondom dakloosheid zijn de afgelopen 25 jaar veel

uitglijders geweest: desinteresse, falend beleid, non-

beleid, zoekend beleid. Zowel van overheden, de ons

omringende instellingen als van onszelf. Gelukkig

waren er ook altijd weer mensen, die gaatjes, barstjes,

licht vonden, waardoor de daklozen wel geholpen

konden worden.

Terugkijkend is er veel om trots op te zijn vanuit de

Tussenvoorziening. We zijn voortvarend aan de slag

gegaan, met altijd veel betrokkenheid, maar niet altijd

kennis van zaken, durf ik nu wel te zeggen. Met enige

gene moet ik bekennen dat we de eerste jaren

dakloze gezinnen hebben opgevangen, zonder na te

denken over het lot van de kinderen. Of dat we in

onze goedwillendheid daklozen met een

verstandelijke beperking tegen wil en dank van alles

hebben proberen te leren. Dat zijn de fouten uit het

verleden, die we gelukkig nu niet meer maken. We

maken nu waarschijnlijk weer nieuwe, zoals we dat

allemaal doen hier. Niets doen is immers geen optie.

We moeten het doen met de kennis, die we hebben.

Het is goed om dat af en toe te benoemen met elkaar.

En daar tussendoor toch altijd weer die dakloze, die

telkens toch het licht binnenlaat, ruimte biedt in zijn

gescheurde leven, zodat hij of zij een ex-dakloze kan

worden.

De tunnel (1998)

Hoe is de tunnel geworden wat ie geworden is? De

zorg was ongeïnteresseerd; ‘ga eerst maar eens

afkicken, dan kijken we weleens verder’ werd er

letterlijk gezegd vanuit de verslavingszorg. De Sleep

Inn is destijds twee keer verbouwd, tot het helemaal

vol zat. Onze vrijwilligers waren drukker met het

wegsturen van daklozen dan met het toewijzen van

een bed. De toenmalige wethouder, hiermee

geconfronteerd zei letterlijk: ‘55 daklozen in de stad,

meer willen we er niet’.

Dat was een moment om de Tussenvoorziening op te

richten. En de NoiZ werd opgericht, het

Catharijnehuis, de Boka, HAP, noem maar op. Privé

initiatieven spatten als paddenstoelen uit de grond.

Kerken, krakers en charitas vulden het gat dat de

overheid liet vallen.

In het jaar 2000 werd het licht gezien door

Wethouders Spekman en Van Leijenhorst en

verschillende raadsleden. Er kwam een collectief

gevoel: ‘hoe hebben we het zover kunnen laten

komen’. Een toenmalige verslavingszorgdirecteur:

‘Verslaafden zijn patiënten met rechten, waar we heel

slecht voor zorgen.’

De afspraak werd dat niemand op straat hoort. Van de

overheid, de financiers, de instellingen. In de taal van

nu: Een verward persoon hoort niet op straat. Dat is

de zorg van ons allemaal. En dan is het niet

interessant of het jouw klant is of mijn klant. Binnen

een paar jaar was de missie geslaagd. In de helft van

de tijd. Rond 2006 waren er zo goed als geen daklozen

meer op straat.

Rechten toekennen aan daklozen, met bijpassende

financiering en samenwerken. Eigenlijk alles wat als

vanzelf komt als je een beetje geïnteresseerd bent.

Succes komt dan vanzelf.

Van 2006 tot 2015 is er hard doorgewerkt,

verslaafden gingen van inloopcentra naar hostels, de

sector is geprofessionaliseerd, er zijn nieuwe

methodieken ontwikkeld, maar het is toch bovenal

een continuering en verbetering van het succes van

2006.

De wereld op z’n kop

‘Nauwelijks meer daklozen in de stad’ kopten de

kranten. Ze waren er wel, maar ze zaten onder dak.

En toen werd in 2015 de hele wereld op zijn kop

gezet. Decentralisaties, bezuinigingen, ieder terug

naar zijn kerntaken. Oude rechten van daklozen

Page 3: Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus naar Buurt Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt, Op 27 november

vervielen. Op dit moment wachten bijna 500 mensen

in Utrecht op een plek in een voorziening voor Opvang

of Beschermd Wonen. Een tijd lang hebben we

mensen van de straat kunnen houden met een bed

extra in de NoiZ of de Sleep-Inn, maar ook dat gaat

steeds moeizamer. Hoe komt dat toch wordt ons vaak

gevraagd. We zijn geen onderzoeksbureau, maar

kunnen wel een aantal oorzaken aanwijzen.

Diagnose Behandel Combinaties zijn gericht op

herstel. Ook als dat niet wordt bereikt, moet DBC toch

worden afgesloten, anders wordt er niet betaald. Veel

daklozen zijn ‘in between DBC’s’. Er wordt immers

niet zo maar een nieuwe geopend. ‘In between DBC’

betekent ‘verstoken van zorg’.

Vraaggericht werken werd het nieuwe toverwoord in

2015. Bemoeizorg werd vloeken in de kerk. De

mensen, die niet in staat waren op het juiste moment

en de juiste plek de juiste vraag te stellen, vielen

buiten de zorg.

De woningmarkt in de Randstad en zeker in

Utrecht, zit op slot. Wij moeten soms

noodgedwongen de problemen op de

woningmarkt oplossen. Bij een gewone scheiding

eindigt een van beide partners zonder woning.

Vaak kan die nog onderdak vinden in zijn of haar

netwerk, voor een paar maanden of een paar

jaar. Maar dan houdt het op en staat deze

persoon, als een nieuwe dakloze, met een

uitgeleefd netwerk, bij ons op de stoep.

Waar zijn we nu?

Er is gelukkig weer een gedeeld idee dat dit niet

langer kan, dat er iets moet gebeuren. Er wordt

veel onderzoek gedaan naar het beleid, naar de

doelgroepen. 40% van de daklozen in de opvang heeft

een verstandelijke beperking; 75% een ernstige

psychiatrische aandoening. De pieken op de wachtlijst

kunnen we soms verzachten met extra middelen en

soms ook extra woningen. Er zijn veel goede intenties

rondom wonen, veel vergaderingen, maar waar en

wanneer komen de echte prestatieafspraken? In

Amsterdam zijn 1000 extra woningen ter beschikking

gekomen van de doelgroep. Ik kan geen reden

verzinnen, waarom dat in Utrecht niet zou kunnen.

Wie pakt het woningprobleem nou eens echt vast in

Utrecht? Ook huidig probleem is oplosbaar. Er is veel

drive om zaken te verbeteren, bij de gemeente, de

Maatschappelijke Opvang en organisaties om ons

heen. Er is veel innovatie in Maatschappelijke Opvang:

krachtwerk, Housing First, gemengd wonen,

schuldhulpverlening, recidive aanpak. We doen het

gelukkig samen met woningbouw, buurtteams,

specialistische hulpverlening, gemeente.

Structurele oplossingen dakloosheid 2018

Er is een nieuw plan van aanpak nodig. Duizend

woningen in Utrecht, in alle soorten en maten. Ook

ter preventie en middelen om te begeleiden.

Aandacht voor armoede: wanneer mensen chronisch

moeten rondkomen van 50 euro leefgeld per week,

dan is er niet veel pech nodig om uit balans te raken

en je huis kwijt te raken. Bemoeizorg is nodig. De GGZ

en de verslavingszorg moeten weer aandacht kunnen

krijgen voor daklozen met chronische beperkingen. De

overdracht naar buurtteams moet beter. Aandacht

voor terugval en bemoeizorg. Mensen moeten zo veel

mogelijk gewone burgers in gewone wijken worden

en blijven. Daar wordt iedereen gelukkiger van en het

kost op termijn het minste.

Het lijkt heel veel, maar het is eigenlijk hetzelfde als in

2000: aandacht, rechten (bijvoorbeeld op onderdak),

een beetje geld (dat makkelijk weer wordt

terugverdiend) en samenwerking. Dan gaat het

eigenlijk vanzelf.

Een glimlach is gratis: Wim Eickholt, ervaringsdeskundige, en Lia van Doorn, lector Innovatieve

Maatschappelijke Dienstverlening bij de Hogeschool Utrecht Op basis van verhalen van Wim en stellingen over dakloosheid gaat de zaal in discussie.

Stelling 1 Als iemand in mijn omgeving dakloos

wordt, neem ik hem of haar in huis.

Ik heb Sira in huis genomen. We hebben geen

liefdesrelatie. Waarom dan wel? Door een hevige pijn

in haar vergroeide SI gewricht is ze mentaal en

psychisch niet in staat om voor zichzelf te zorgen. De

reguliere hulpverlening heeft haar handen van haar

afgetrokken. De huisarts weigert haar door te

verwijzen. Buurtteams haken af omdat het label

psychiatrie aan haar kleeft. Altrecht stelt dat de pijn

psychisch is. Dus niet somatisch? Ze loopt wel bij de

pijnpoli dit terzijde. Haar huis heeft maar een kachel

die het af en toe begeeft. Er is schimmel. De

slaapkamer ligt een verdieping hoger dan de wc en

badkamer.

Ze vertrouwt de zorginstellingen niet meer. Ze loopt al

meer dan een jaar te couchhoppen. Nu dus even bij

mij. Gaat het goed? Het ging goed. Nu niet meer. In

mijn kleine huisje blijft ze gast en is deze 38 jarige

vrouw nog steeds ongelukkig over de hele situatie.

Stelling 2 Dakloosheid is iets dat mij ook kan

overkomen.

Wanneer ben ik begonnen met ’s ochtends drinken?

Toen ik geen baan meer had, denk ik. Om een uur of

elf, als de koffie op was, trok ik de eerste fles wijn

open. Al snel had ik niet meer genoeg aan anderhalve

liter. Ik kocht negen flessen per dag: zes flessen rosé

voor mezelf en drie flessen wit voor Vera. Dat paste

niet allemaal in één tas, dus ik moest twee keer lopen.

En de lege flessen? Ik vond het vreselijk als de glasbak

vol zat. Moest ik nog een stuk verder lopen.

Als ik mezelf wilde verwennen, haalde ik er weleens

een fles whisky bij. Het was veel, dat wist ik. Maar ik

maakte me geen zorgen. Door de telefoon klonk ik

nog steeds nuchter, dacht ik.

Stelling 3 Ik geef nooit geld aan daklozen, dat

besteden ze toch verkeerd.

Constant wordt me om geld gevraagd. Geld voor

pleisters, voor paracetamol, voor beltegoed.

“Je krijgt het morgen terug. Zeker weten. Deal!” Het

moet nog steeds die volgende dag worden.

In de normale wereld zou ik direct wat geven als

iemand me iets kleins vroeg.

In deze harde wereld is het steeds vaker gewoon NEE.

Tip voor de beginner: zorg dat je twee pakjes shag bij

je hebt. Een normaal pakje en eentje gevuld met

kruim. Bij de zoveelste keer gebiets om shag of

sigaretten, kan je altijd je pakje met kruim aanbieden.

Tot slot

Een glimlach is gratis

Goedemorgen kost je niets.

Als je het echt meent

Is dat niet zomaar iets.

Terugkijken op de dag en vooruitblik op de toekomst Maarten van Ooijen, wethouder maatschappelijke

ondersteuning gemeente Utrecht Maarten van Ooijen (wethouder Maatschappelijke Ontwikkeling), Kees Diepeveen (wethouder Wonen), Jules van

Dam en Guusta van der Zwaart (bestuurders Tussenvoorziening) en Frank Geppaart (ervaringsdeskundige) blikken

terug op de dag en vooruit naar de toekomst. Wat is nodig?

1. Terugval voorkomen

Hoe kunnen we voorkomen dat de Tussenbus ooit

weer nodig is?

Guusta: door terugval te voorkomen en mensen die

zorg nodig hebben toegang te geven tot die zorg (de

diagnose behandel combinaties van de

zorgverzekeringswet), ook als ze er al eerder gebruik

van hebben gemaakt.

Maarten van Ooijen beaamt dit. Hij zet expliciet in op:

voorkomen van terugval: ‘Dat moeten we met

elkaar aanpakken!’

versterken van zelfregie: ‘Niet over mensen

spreken maar mét mensen spreken’

nog meer ruimte geven aan ervaringsdeskundigen

in de maatschappelijke opvang en beschermd

wonen.

2. Stadsakkoord wonen

Hoe ziet de agenda voor de toekomst eruit?

Page 4: Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus naar Buurt Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt, Op 27 november

Jules: betaalbare huisvesting, door bijvoorbeeld in alle

nieuwbouwplannen zowel sociale huurwoningen te

bouwen in het segment van € 400 tot € 590 per

maand kale huur, als in het segment eronder (van

€ 350 tot € 400).

Kees Diepeveen: gemengd wonen: sociale huur

moeten we preciezer definiëren. De primaire

doelgroep is jongeren en Housing First. Zowel in

nieuwbouw, tijdelijke bouw als bestaande bouw.

Er is een Stadsakkoord wonen nodig om de

oververhitting van de woningmarkt en de stijgende

huizenprijzen te keren. Het is belangrijk dat gemengd

wonen en gemengde wijken overal ontstaan en voor

iedereen bereikbaar worden door voldoende

betaalbare woningen neer te zetten.

3. Ervaringsdeskundigen betaald inzetten in elk team

Wat is de agenda van de Tussenvoorziening?

Guusta: ervaringsdeskundigen een gewone baan

geven, door in alle teams een ervaringsdeskundige

een plek te geven en een opleidingscentrum te

realiseren voor beheerders.

4. Mensenrechten respecteren

Wat gaat Utrecht als mensrechtenstad doen aan het

realiseren van mensenrechten voor dak- en

thuislozen?

Maarten: Mensenrechten bieden de grote rode lijnen

waaraan een ieder zich wil houden en moet houden.

Het is belangrijk om die rechten als rode lijnen in het

vizier te houden, waar te nemen wanneer je erover

heengaat en plannen te maken om dat te voorkomen.

Workshops

1. Uitvliegen: vrije val of zachte landing? Tijdens deze workshop kunnen deelnemers een

ervaringsspel spelen. Daarin ervaren ze hoe het is om

als cliënt uit de opvang in een nieuwe wijk te komen

wonen. Met welke dillema’s krijg je te maken? Waar

loop je tegenaan en hoe ga je ermee om? Door

beleving en bewustwording door de ogen van de

cliënt, willen we de deelnemers nieuwe inzichten

geven. Tijdens het spel zijn meerdere deelnemers die

zich inleven in de cliënt (5 a 6 in een groep).

Er is een ervaringsdeskundige die zijn/haar eigen

ervaringen uit de praktijk mag aanvullen. Er is een

spelleider die het proces in de gaten houdt.

Wat viel op

Het was voor veel deelnemers lastig zich in te

leven in de positie van een

dakloze/ervaringsdeskundige.

Wat ook duidelijk naar voren kwam is dat er meer

aandacht bij transitie geschonken moet worden

aan de beleving van de cliënt en de voorbereiding.

Er speelt veel schaamte om (weer) hulp te vragen.

Je moet het nu zelf kunnen.

Verhuizen is vaak door ontbreken van netwerk

een stressvolle aangelegenheid. Ook doordat

hulpverleners verhuizen niet zien als hun taak, of

dit niet past binnen hun begeleidingsuren. Het

gaat allemaal niet vanzelf en er is vooral direct na

verhuizen veel eenzaamheid.

In het begin na een verhuizing heb je veel

aandacht nodig , en iemand die door de stoerheid

heen prikt.

Tips

Zorg voor meer focus op dagbesteding gedurende

het traject. Met name dagbesteding meerdere

keren per week. Zodat de ervaringen rondom de

verhuizing gedeeld kunnen worden met bv

collega’s of anderen uit het netwerk.

Houdt rekening met woningtoewijzing met

voorkeur wijk en bestaand netwerk. Zo is

aansluiten bij de wijk makkelijker.

Zorg dat verhuizen niet een eenzame

aangelegenheid is maar samen gedaan kan

worden.

Maak schaamte bespreekbaar tijdens traject en bij

transities.

Houdt de vertrouwde begeleider of belangrijke

ander nauw betrokken na verhuizing. Zij hebben

sneller in de gaten als het toch niet goed gaat. En

een cliënt zal zich eerder uiten bij een vertrouwd

persoon. Neem geen genoegen met sociaal

wenselijke antwoorden maar vraag door!

Gebruik het inlevingsspel bij bijeenkomsten met

ketenpartners.

Stip aan de horizon

Voorkom terugval in dakloosheid door bovenstaande

tips te verwerken in een actieplan of signaleringsplan

zelfstandig wonen.

2. Nieuwe routes: Springplank, direct naar betaald werk De workshop start met een korte introductie van Marnix Malmberg (Springplank) uit Eindhoven.

Hij legt uit dat zij werk voorop stellen en dat zij hun doelgroep zien als mensen zonder werk en zonder huis, niet als

dakloze mensen met heel veel problemen. Marnix vertelt dat die problemen er wel zijn maar zich eerder oplossen als

je focust op werk en een woning.

Uit de workshop

Hoe werkt het met wonen? Het uitgangspunt van

Springplank is: Als je kan werken kan je ook

wonen. De deelnemers komen binnen in een

groepspand, binnen drie maanden maken ze een

woonplan en binnen zes maanden kan de

deelnemer doorverhuizen naar een woning. De

woningbouw geeft urgenties voor deze doelgroep.

Na een half jaar kan het wooncontract worden

omgeklapt naar eigen naam. Doorstroom naar de

particuliere sector gebeurt ook.

Projectontwikkelaars doen een extra stap om

woningen te regelen en leegstaande

fabriekspanden worden omgebouwd.

Over contra indicaties voor een traject bij

Springplank: Iemand met een verslaving of

psychische problematiek wordt niet uitgesloten,

alleen als dit het werk helemaal in de weg staat.

De gemiddelde duur van een traject is 14

maanden. Het begin is intensief, rondom de

verhuizing is het ook intensief. Een traject kost €

19.000.

70% van de deelnemers heeft na een half jaar een

arbeidscontract. 70% heeft dat 1,5 jaar later nog

steeds. De meeste mensen werken full time of

werken naar full time toe. Het inkomen zit net iets

boven het minimum. De banen zijn vooral in

schoonmaak, bouw, logistiek, schilderen,

electrotechniek, installatietechniek en horeca.

De genen die uitvallen worden overgedragen aan

de maatschappelijke opvang.

Hoe komt Springplank aan het netwerk van

werkgevers? Je moet voortdurend het verhaal van

mensen vertellen aan werkgevers, dan kan er

verbinding ontstaan en wil een werkgever soms

iets extra doen voor iemand. Sprinkplank houdt

intensief contact met leermeesters en helpt met

de gebruiksaanwijzing van een deelnemer.

3. Nieuwe routes: Preventie van dakloosheid in de Lekstroom Dilemma over Bas: Bas is een alleenstaande man met een huurschuld met vonnis voor huisontruiming. Hij heeft twee

kinderen en probeert met zijn advocaat een omgangsregeling af te dwingen. Hij is zijn baan kwijt en heeft een

aflopende WW. Bas is zorgmijdend.

Jack aan het woord Jack was deelnemer van Springplank. Hij vertelt, ‘ik kom uit de verkoop, er was geen baan. Ik deed dagbesteding maar had verschrikkelijk veel schulden. Had namelijk een kamer onderverhuurd terwijl ik een uitkering kreeg. Dat werd ontdekt en ik werd meteen op straat gezet met een enorme boete. Via Springplank heb ik bij Philips een woning en werk gekregen. Daarvoor woonde ik via Springplank in een groepspand. Ik betaalde 400 euro voor huur, en dan de rest nog. Je moet dan met 50 euro per maand zakgeld kunnen leven. Ik ben toen ook gestopt met drinken. Je moet wel echt zelf aan de slag, anders gebeurt er niks. Ik kreeg ook begeleiding, elke maand een gesprek plus financiële begeleiding en begeleiding op werk. Ik wilde heel graag uit het groepshuis weg, dat stimuleerde wel. Bijna iedereen bij Springplank heeft schulden, ik wil graag gaan helpen met hun boekhouding.

Page 5: Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus naar Buurt Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt, Op 27 november

Groep 1: oplossingen vanuit perspectief uitkeringsinstantie

Signaal naar ketenpartners afgeven

1 contactpersoon per organisatie: gezamenlijke verantwoordelijkheid

Zorgdragen voor noodzakelijk uitgaven, zoals huur

Doe alles met Bas samen!

Relevante tip van een van de deelnemers van Stichting Noodhulp/Urgente Noden Lekstroom: maak meer gebruik van

ons!

Groep 2: oplossingen vanuit perspectief van de woningcorporatie

Toezicht:

o Eerder signaleren

o Voorwaarde (blijven) wonen = budgetbeheer

o Terugklap woningconstructie. Woning tijdelijk op naam van zorginstelling zetten, zodat de

verantwoordelijkheid mbt huur tijdelijk kan worden overgenomen

o Pitstopoplossing voorkomen dakloosheid

Hoe helpen we Bas:

o Freeze: voorkom huisuitzetting

o “eropaf” (eventueel in samenwerking)

o Betrek partners voor ondersteuning van Bas

o Toch nog regeling treffen om verlies te

minimaliseren:

wederkerigheid (beheer) of

bewindvoering

Groep 3: oplossingen vanuit perspectief sociaal team:

Eropaf! Sociaal team als casusregisseur

In gesprek moet woningcorporatie over uitstel vonnis en

betalingsregeling

Ondersteuning bij aanvragen uitkering

Alle neuzen een kant op. Bas mee krijgen, kinderen als

kracht/motivatie

Evaluatie: hoe heeft dit kunnen gebeuren?

Groep 4: oplossingen vanuit de Tussenvoorziening/hulpverleners

Samenwerking: crisisprojectteam samenstellen

o Woningbouwcorporatie (betalingsregeling),

o Netwerking van Bas

o Bemoeizorg, overnemen in het belang van Bas

o Gemeente: schuldhulpverlening, betalingsregeling

Kosten effectiviteit: 6500,- besparen op ontruiming

Kostenplaatje : kosten op andere domeinen

Stip op de horizon

Doe het noodzakelijke direct met de cliënt

Buddy voor iedereen die het nodig heeft

Scala aan woonvarianten

Leefwereld centraal

4. Jeugd: 18 tot 23 jaar Voor deze workshop zijn een ervaringsdeskundige en stagiair van U-2B Heard! en twee begeleiders van Back-up

uitgenodigd om hun verhaal te komen doen. Het publiek kan vragen stellen en in gesprek gaan.

Uit de verhalen van U-2B Heard! Back-up en input uit

de zaal komen de volgende suggesties, tips, stippen:

Preventie: Niet pas gaan voorlichten als jongeren

18 worden. Begin op tijd! Liefst vanaf groep 8 of

de brugklas: voorlichtingen over zaken als omgaan

met geld, seksualiteit, criminaliteit, schaamte.

(Super)laagdrempelige voorzieningen: altijd

binnen kunnen lopen, ook welkom na terugval,

jezelf mogen zijn (dus ook woedeaanvallen mogen

hebben), geen hulpverlening met 9 tot 5

mentaliteit en geen wachtlijst. Begrijpelijke

informatie, straatpaspoort voor jongeren.

Begeleiders: focus op positieve dingen,

mogelijkheden in de toekomst en geen

berispende vingertjes of steeds op fouten wijzen.

Eén contactpersoon! Vertrouwen vanuit jongere

moet worden opgebouwd.

Hoe bereik je jongeren? Bij twee bovengenoemde

organisaties komt het merendeel via-via binnen

(jongeren vertellen elkaar, U-2B Heard! gaat de

straat op). Een klein deel via social media. Meer

voorlichtingen (met name op scholen) helpen ook.

Basisrecept voor (dak- en thuisloze) 18-plussers

met veel problemen: betaalbare huisvesting en

voldoende startinkomen (stabiele basis) plus

begeleiding.

Beperkingen in wetten en regels wegnemen:

bijvoorbeeld de regel dat je adres moet hebben

om zorgverzekering en DigiD te kunnen krijgen

levert voor dakloze jongeren vanaf 18 jaar veel

belemmeringen op. Bij Back-up kunnen jongeren

een voor een periode van maximaal vijf maanden

een postadres krijgen, maar dit is tijdelijk en

uiteindelijk geen wenselijke oplossing.

Inzet van ervaringsdeskundigen: Back-up vertelt

dat veel jongeren te snel hun

ervaringsdeskundigheid willen inzetten, met veel

problemen (terugval, slecht voorbeeld voor

andere jongeren) tot gevolg. Jongeren van 21 zijn

hier vaak nog helemaal niet aan toe, ze hebben

nog teveel emotionele betrokkenheid. Om je

ervaringsdeskundigheid goed in te kunnen zetten

moet je afstand van je eigen situatie kunnen

nemen. Vaak lukt dit pas in een wat later stadium

(vanaf 30 jaar).

5. Unieke kans: Sessie van de leergang gemengd wonen Waar de Tussenbus voorzag in de meest elementaire levensbehoeften zoals eten, drinken, een wc, contact en een

deken voor de nacht, ligt de focus nu op het creëren van buurten waar mensen gezamenlijk zorgen dat het prettig

wonen is. Wat is het geheim van gemengd wonen? Hoe kun je dat toepassen in de stad en in de regio?

Vragen, discussiepunten

Een discussiepunt was in hoeverre je bewoners van de

Tussenvoorziening selecteert op motivatie en de

verwachting dat op den duur een gelijke inzet

gevraagd kan worden als bij niet begeleide bewoners.

Het gevaar daarvan is dat je cliënten gaat

buitensluiten die evengoed belang hebben bij een

omgeving waar ze welkom zijn.

Een discussiepunt dat daar raakvlak mee heeft is in

hoeverre je frictie bij voorbaat in huis haalt door van

alle reguliere bewoners een dagdeel inzet per week te

vragen. Als iedereen dat ook werkelijk zou doen,

worden alle bewoners hoorndol van alle activiteiten.

Page 6: Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus naar Buurt Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt, Op 27 november

Het kan alleen goed gaan als niet iedereen zich houdt

aan die vier uur verwachte inzet, wat vervolgens

frictie oplevert omdat de bewoners hun afspraak niet

nakomen.

Ook waren er vragen over of je onderdelen van

gemengd wonen ook in bestaande buurten kan

ontwikkelen? Hier hebben we van gedachten

gewisseld over de plannen voor de pilot Veelzijdig

Wonen Overvecht.

Tips en suggesties

Een tip van Kees Diepeveen was om het bestuur van

de woonvereniging jaarlijks te laten rouleren, waarbij

iedereen een keer aan de beurt komt. Voorkomt een

“kopgroep”, “altijd dezelfden die er aan trekken” of

“kliekvorming”.

Stip op de Horizon:

Goede Buren = van projecten naar het “gewone wonen”

6. De escaperoom: hoe ontsnap je uit de schulden?Veel genodigden van het symposium waren mensen

die met de doelgroep van de Tussenvoorziening

werken of daar meer op afstand bij betrokken zijn.

Om deze mensen een idee te geven van hoe het voelt

om schulden te hebben, heeft Stadsgeldbeheer een

escape room georganiseerd. Let wel: dit was een dik

half uur stress en komt absoluut niet in de buurt van

opgroeien in armoede of het van dag tot dag leven

met schulden. Toch denken we dat we een klein

beetje hebben kunnen meegeven wat onze doelgroep

dagelijks meemaakt.

We startten in de oude Tussenbus en legden de

spelregels van de middag uit. In de bus was het koud

dus de dekentjes die waren blijven liggen kwamen

goed van pas. En tegelijk konden we meteen ons

eerste stukje beleving aan de groep meegeven: als je

een schuld bij de energieleverancier hebt kunnen ze

afsluiten. En dan is het koud.

Nadat de regels duidelijk waren maakte de groep

kennis met Jan. Jan was het personage waarin zij zich

moesten inleven. Jan had het allemaal voor elkaar.

Leuk gezin, leuke baan, leuk huis. Maar dat

veranderde en nu stond Jan op het punt zijn huis

uitgezet te worden. Door de groep zich te laten

inleven in een fictieve Stadsgeldbeheer klant wilden

we ze laten ervaren hoe het is om in de schulden te

zitten, geen overzicht meer te hebben, last ervaren

van deurwaarders en wat van er van instanties wordt

verwacht. De groep werd verdeeld in tweeën en we

namen ze mee naar de twee ingerichte escape rooms.

In de escaperooms lagen –naast een totale chaos aan

lege enveloppen- vijf opdrachten: deelnemers

moesten de post zoeken en een budgetplaatje

invullen om overzicht te krijgen in de inkomsten en

uitgaven. Daarnaast moest een schuldenoverzicht

worden gemaakt, ook met behulp van de poststukken

die overal en nergens lagen. Ook was er een aantal

andere opdrachten. Deelnemers moesten een Latijnse

brief ontcijferen om te ervaren hoe het is als je

laaggeletterd bent en geen idee hebt wat er precies in

de brief staat en wat van jou wordt gevraagd. Ook

moesten continu sollicitatiebrieven worden

geschreven want dat is de verplichting als je in de

bijstand zit. Tot slot werd er continu gebeld door

deurwaarders en schuldeisers die geld wilden en waar

dus regelingen mee moesten worden afgesloten:

maar pasten die wel in het budget? Daar werd de

groep ook op beoordeeld.

Na afloop namen we de groepen terug mee naar de

bus om hun ervaringen te horen. En tot onze grote

vreugde had iedereen écht stress ervaren. Vooral die

rinkelende telefoons gaven zeer veel stress.

Ervaringen zijn gedeeld en vervolgens hebben we hun

input opgehaald hoe we langdurige kunnen

voorkomen of kunnen oplossen. Waar willen we staan

over tien jaar met de schuldenproblematiek in

Nederland en de ervaringen van schuldenaren.

Stippen op de horizon

Voorlichting en scholing aan kinderen, bijvoorbeeld op middelbare scholen (preventief). Maatschappelijk

bewustzijn kweken, het taboe doorbreken.

Vereenvoudigen van wet- en regelgeving. Landelijk niet 10 verschillende potjes inkomsten en 10 verschillende

potjes uitgaven. Is de route in beeld? (stroomschema à la belastingdienst). Beter bekend maken waar

‘schuldenaren’ moeten zijn.

Normen stellen aan schuldeisers. Reclame over geldleningen verbieden. Leeftijdsgrens verhogen voor het

aangaan van leningen. Haal vrije marktwerking uit het schulden/incassowezen.

Schuldenpauze creëren. Schulden opkopen zodat één schuldeiser ontstaat. Steun bieden bij werk vinden in deze

‘schuldenpauzetijd’. Landelijk verbod op het erger maken van schulden als duidelijk is dat het geld er niet is.

Geen preferente schuldeisers, iedereen is gelijk. Afschaffen van de boeteregeling zorgkosten verzekering.

Schuldenlast overnemen in combinatie met tijdelijk één op één begeleiding om de administratie op orde te

krijgen. Kleine schulden eerder oplossen: Prepaid energie. Lobbyen voor hogere uitkeringen en deze mee laten

gaan met de hogere kosten. Iedereen een basisinkomen.

Ervaringsdeskundige aan de deur in plaats van een incassobureau. Een veilig net vormen voor de schuldenaar

(met ervaringsdeskundigen). Een ‘buddy’ die je helpt weer in control te komen. Meer of minder ondersteuning

afhankelijk van de behoefte. Vertrouwenspersonen inzetten die zonder oordeel en met aandacht gesprekken

hebben met degene die schulden heeft. Gebruik ervaringsdeskundigen om in contact te komen met

schuldenaren

Brieven minder complex maken zodat de vele laaggeletterden makkelijker hun post kunnen begrijpen en

verwerken. Meer voordeur of bemoeizorg-teams die vroegtijdig aankloppen (en weten hoe ze binnen komen).

Waar maken mensen schulden bespreekbaar?

Onder bepaalde omstandigheden mensen kunnen ‘dwingen’ bepaalde hulp/oplossingen te aanvaarden. De

hulpverlener moet zich ervan bewust zijn dat de schuldenaar in de survival-modes staat en hem/haar ook op

deze manier benaderen. Vaker beroep doen op een fonds.

7. Mensenrechten: Recht op dak en goede zorg Met behulp van enkele casussen zijn de (mensen)rechten van daklozen besproken.

Handhaven van mensenrechten

Dit doet de overheid door wet en regelgeving, door

beleid, strategieën en in de toepassing van

maatregelen. Deze zouden gestoeld moeten zijn op de

noodzaak om mensenrechten te respecteren,

beschermen en verwezenlijken. Terwijl ze duidelijk

moeten maken welke rechten er zijn, de ruimte

moeten creëren om rechten te kunnen realiseren en

de mogelijkheden bieden om ze ook te claimen

(rechtsbescherming, verantwoording, informatie

enzovoort)

Behoorlijke huisvesting, niet alleen dak boven het

hoofd, ook in veiligheid en waardigheid wonen.

Page 7: Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus naar Buurt Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt, Op 27 november

Beschikbaarheid van voldoende huisvesting,

faciliteiten om gezond, veilig en comfortabel te

wonen

Aanvaardbaarheid: rekening houden met

benodigdheden van specifieke groepen

Kwaliteit: fysieke veiligheid en gezondheid

Toegankelijk: fysieke toegankelijkheid, betaalbaar

Gelijkheid

Ongelijkheid en discriminatie kunnen zowel oorzaak

als gevolg zijn van armoede. Sociale ongelijkheid kan

leiden tot afname van vertrouwen in de rechtsstaat en

instituties. Als ongelijkheid zich op verschillende

fronten tegelijk voordoet, zoals verschil in

sociaaleconomische status, opleiding en gezondheid,

kan dat leiden tot maatschappelijke onvrede of het

zich afkeren van de rechtsorde.

Voor mensen in de MO en BW geldt dat zij vaak

sociaal ongelijk zijn. Ze hebben een LVB/EPA, zijn

vaker dan gemiddeld laaggeletterd, lage opleiding,

geen of sporadisch werk, slechte gezondheid. Ze zijn

voor een groot deel buitengesloten van de

maatschappij. Maatregelen dienen hier rekening mee

te houden in de zin dat maatregelen de

belemmeringen die leiden tot deze uitsluiting mee

moeten laten wegen. Dit betekent automatisch dat er

sprake moet zijn van een integrale aanpak.

Bescherming van de rechten van mensen in een

kwetsbare situatie

De rechten van mensen in kwetsbare situaties vragen

om extra bescherming. Verschillende groepen zijn al

lang in beeld als ‘kwetsbaar’ om in armoede te raken

of te blijven, zoals niet-westerse migranten en

eenoudergezinnen met minderjarige kinderen.

Betrekkelijk nieuw is het fenomeen ‘werkende

armen’. Als bezuinigingen noodzakelijk zijn, mogen de

meest kwetsbare mensen daardoor niet het hardst

getroffen worden.

Gelijk genot van mensenrechten

Discriminatie op grond van economische status of aan

armoede gerelateerde gronden is niet toegestaan.

Gelijk genot van mensenrechten vraagt onder meer

om het identificeren en wegnemen van drempels die

uitoefening van rechten belemmeren. Verder is

aandacht nodig om te voorkomen dat mensen in

armoede worden benadeeld door een

stigmatiserende houding van instanties of andere

burgers.

Maatregelen die dakloze mensen discrimineren

vanwege hun dakloosheid dienen weg te worden

genomen.

Rechtsbescherming

Effectieve rechtsbescherming vereist dat de burger de

overheid ter verantwoording kan roepen. Daarvoor is

bewustwording over mensenrechten noodzakelijk,

evenals deskundigheidsbevordering van de

professionals werkzaam op het terrein van

armoedebestrijding. Tevens is het noodzakelijk dat de

overheid er alles aan doet om actief en tijdig de

relevante informatie toegankelijk te maken voor dak-

en thuisloze mensen. Wie van mening is dat haar of

zijn mensenrechten zijn geschonden heeft recht op

toegang tot een effectief rechtsmiddel.

Informatie is cruciaal, de overheid moet actief

verstrekken.

Ken je rechten om ze te kunnen claimen – ken je

verplichtingen om ze te kunnen vervullen,

Weet waar je je recht kan halen en hoe,

Zijn er plekken waar je dat kunt doen?

Stip op de horizon

recht op een menswaardig bestaan

mens op eerste plek, problematiek daarna

recht op veiligheid

goede zorg

contrair ouders versus kinderen

toch individueel gebruiken! Beinvloed rechters!

Betekenis voor werk: daklozen gewoon netjes

behandelen

Heel mooi de rechten van de mens. Maar wat

hebben we aan deze ‘rechten’ als het niet

gehandhaafd wordt?

8. Ervaringsdeskundigheid en kwaliteit van dienstverlening De Tussenvoorziening werkt met mensen met ervaringsdeskundigheid, maar het wordt niet gezien als apart beroep.

Ervaringsdeskundigen zetten hun ervaring in naast hun baan of opleiding. Ervaringsdeskundigen worden als

volwaardige collega’s gezien waardoor het effect het grootst is.

Een opleiding voor ervaringsdeskundigheid is een belangrijk fundament voor het werken, aldus een

ervaringsdeskundige. Het levert kennis op, ruimte voor het inkaderen van de eigen ervaring, discipline en

doorzettingsvermogen.

Publiek: “mensen die een depressie hebben gehad en er

bovenop gekomen zijn, noemen zichzelf ook

ervaringsdeskundige. Is er een bepaalde graad of criterium

waar je aan moet voldoen om jezelf ervaringsdeskundig te

noemen?” Panel: Het is discutabel. Per situatie kan het

verschillen. Alhoewel het panel het niet zo ‘kort door de

bocht’ ervaart.

Draagvlak voor ervaringsdeskundigen binnen het

team

Sommige medewerkers of teams zijn terughoudend als

het gaat om de inzet van ervaringsdeskundigen in hun

team. Hoe bevorderen we draagvlak in teams? Wat

hebben teams hierbij nodig? Hoe kun je dit

organiseren?

Het is belangrijk dat een medewerker met

ervaringsdeskundigheid, niet geheel nieuw is in een

team. Het zou ideaal zijn als de medewerker

bijvoorbeeld is gestart met vrijwilligerswerk en zich

daarna zich ontplooit met ervaringsdeskundigheid.

Enkele competenties voor een Ervaringsdeskundige

binnen een team:

Een eigen begeleidingsstijl ontwikkelen.

Niet de ‘hulpverlener’ uithangen.

Zich openstellen tot de cliënt en het team.

De tijd nemen voor leren in de praktijk en voor

eigen herstel.

Leren in de praktijk en in theorie.

Diversiteit binnen een team, er is niemand meer

of minder, dus ook de ervaringsdeskundige niet.

2 Succesvolle leerwerkplek voor

Ervaringsdeskundige

Hoe zorg je dat de leerwerkplek en opleiding voor

ervaringsdeskundigen een succes wordt? Wat is

hiervoor nodig? Welke begeleiding en ondersteuning is

nodig en hoe kun je dit organiseren?

Wat is de ideale leer- en werkplek voor een

ervaringsdeskundige?

Geduld en tijd om te leren over het vak en binnen

het eigen herstelproces.

Een goede begeleiding van de leidinggevende.

Een duidelijk functieomschrijving.

Er moeten ruimte zijn voor het eigen

herstelproces.

Een basis/kader voor de opleiding. Hiermee

bedoelen de deelnemers een duidelijke structuur.

Flexibiliteit binnen het team van iedereen en in de

breedste zin van het woord.

Bij de Tussenvoorziening werken (vrijwilligers niet meegerekend)

18 ervaringsdeskundigen/medewerkers met ervaringskennis in

een betaalde baan of als stagiair (met een opleiding). Waarvan:

9 met afgeronde opleiding, waarvan 4 MBO sociaal werk

en 5 BGE/EDASU

6 in opleiding BGE/EDASU, waarvan 2 stage en 4

LOK/AO

4 zonder een (gerichte) opleiding

Jaarlijks bieden we aan circa 5 medewerkers de mogelijkheid om

een opleiding te volgen (BGE/EDASU).

Een interne peiling (bij 8 ervaringsdeskundigen) laat zien dat

belangrijke succesfactoren in werk/stage zijn: ondersteuning van

team en leidinggevende, ruimte om te leren, toegankelijkheid

van collega’s, open sfeer, hecht team, feedback.

Top 3 wat ervaringsdeskundigen leren is: (motiverende)

gespreksvoering, herkennen van (psychische) ziektebeelden en

reflectie op eigen handelen

Iedereen geeft aan zich verder te willen ontwikkelen als

ervaringsdeskundige. Door vast werk te vinden, een

vervolgopleiding te volgen of door specifieke werkervaring op te

doen.

Page 8: Symposium Van Bus naar Buurt - Stichting De Tussenvoorziening · 2019. 1. 7. · Symposium Van Bus naar Buurt Beste deelnemer aan het symposium Van Bus naar buurt, Op 27 november

Er moet een goede balans zijn tussen het werk en

de opleiding zodat je niet overwerkt wordt en

grenzen kan stellen.

“Is het verstandig om aan de opleiding

ervaringsdeskundige te beginnen als je bijvoorbeeld

nog verslaafd bent?”. De deelnemers reageerden

vrijwel unaniem dat dit niet verstandig is.

Is het ook niet verstandig de opleiding te beginnen als

je in therapie zit?” Hier reageerden de deelnemers

anders op: afhankelijk van de therapie die iemand

volgt, de zwaarte ervan, en de persoon in kwestie is

dat wel of niet verstandig.

3 Toevoeging Ervaringsdeskundige op eigen

regie en emancipatie van de cliënt

Ervaringsdeskundigen hebben een rol in de eigen regie

en emancipatie van cliënten. Hoe versterken en

benutten we de rol van ervaringsdeskundigen? Hoe

bieden we ervaringsdeskundigen autonomie en vrije

ruimte? Hoe ver gaat de autonomie van

ervaringsdeskundigen?

Wat is de toevoeging van een ervaringsdeskundige

aan een team en wat dit kan betekenen in het

voordeel van de cliënt. De volgende punten kwamen

hier uit:

Er moet een goede terugkoppeling zijn naar het

team en de cliënt

Een ervaringsdeskundige kan in een gesprek met

cliënt wederzijds (on)begrip tonen over de

problematiek.

De cliënt kan zich op een andere manier gehoord

voelen dan bij een andere medewerker.

Het contact tussen de cliënt en

ervaringsdeskundige kan laagdrempeliger zijn in

vergelijking met de andere hulpverleners.

Een ervaringsdeskundige (ver)oordeelt niet of

minder.

Er kan een makkelijkere of betere aansluiting zijn

tussen de ervaringsdeskundige en de cliënt.