SW Staats en Bestuursrecht

32
Studiewijzer Staats- en bestuursrecht, voltijd Instituut voor Recht HBO Rechten voltijd 2009-2010 Periode B Oktober 2009, def Charlotte van Mourik, Monique van Buren

Transcript of SW Staats en Bestuursrecht

Page 1: SW Staats en Bestuursrecht

Studiewijzer

Staats- en bestuursrecht, voltijd

Instituut voor RechtHBO Rechten voltijd2009-2010Periode B

Oktober 2009, defCharlotte van Mourik, Monique van Buren

Page 2: SW Staats en Bestuursrecht

Inhoudsopgave

1.1 Staats- en bestuursrecht, algemeen 3

1.2 Relatie met beroepspraktijk 3

1.3 Samenhang met andere studieonderdelen 3

1.4 Ingangseisen 3

1.5 Competenties 4

1.6 Leerdoelen 4

1.7 Overzicht van activiteiten per week 5

1.8 Gewenst studiegedrag van de studenten 7

1.9 Wat kunt u van de docent verwachten? 7

1.10 Literatuur en ander studiemateriaal 8

1.11 Studiebelasting 8

1.12 Toetsing/beoordeling 8

1.13 Tentamenvraag verdienen 9

1.14 Organisatie 10

1.15 Evaluatie 10

Bijlage 1 weekopdrachten 11

Bijlage 2 workshopopdrachten 26

Bijlage 3 literatuur bij weekopdrachten week 6:

Bestuursrecht in het Awb-tijdperk, G.A.C.M.

Ballejooij cs.

- paragraaf 3.5 (p. 28 – 32)

- hoofdstuk 8 (p. 105 – 127)

2

Page 3: SW Staats en Bestuursrecht

1.1 Staats- en bestuursrecht, algemeen

Het staats- en bestuursrecht strekt zich uit over een uitgebreid terrein met tal van interessante dilemma’s. Bijvoorbeeld het belang van vrije meningsuiting of de gevolgen van Europese regelgeving voor het Nederlandse recht. De aandacht zal uitgaan naar het functioneren van de staat op centraal en decentraal niveau en de werking van de democratie en rechtsstaat. Wat zijn de taken van de regering en van de Eerste en Tweede Kamer, wat doet de Raad van State, hoe komt een wet tot stand? Ook maakt u kennis met het systeem van de Algemene wet bestuursrecht en het samenspel tussen het bijzondere en algemene bestuursrecht. Het onderdeel staatsrecht houdt zich, kort gezegd, bezig met de totstandkoming van bevoegdheden en bestuursrecht richt zich op het uitoefenen van deze bevoegdheden.

1.2 Relatie met beroepspraktijk

Binnen de decentrale overheid zijn veel juristen/juridisch medewerkers werkzaam. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat ook de overheid de afgelopen jaren sterk gejuridiseerd is. Dat betekent dat de overheid aan steeds meer regels moet voldoen. Burgers, bedrijven en instellingen spreken de overheid bovendien steeds vaker aan op naleving daarvan. De juridisch medewerker functioneert bij het behandelen van verzoeken en het voorbereiden van besluiten als schakel tussen de overheid en de burger.Daarnaast krijgen door deze ontwikkeling ook steeds meer juridisch dienstverleners (juridisch adviesbureaus) veel met de decentrale overheid te maken.

Staatsrecht komt in alle deelgebieden van het recht aan de orde. Omdat het recht functioneert binnen de rechtsstaat krijgt u niet alleen meer inzicht in de staat, maar ook een beter beeld van het recht.

1.3 Samenhang met andere studieonderdelen

De cursus Staats- en bestuursrecht biedt een verdieping van enkele thema’s die bij de cursus Basis van het Recht (jaar een, periode A) aan bod zijn gekomen. Daarnaast hangt de cursus Staats- en bestuursrecht nauw samen met de cursus Bestuursrecht 2 (jaar twee, periode D) die verdere verdieping biedt.

De cursus Staats- en bestuursrecht wordt tegelijkertijd gegeven met het project de Bestuursjurist. In het project komt u in praktische zin in aanraking met het bestuursrecht.

De vaardigheden opgedaan bij de cursus Vaardig met Recht (jaar één, periode A) worden bekend verondersteld.

1.4 Ingangseisen

De cursus Staats- en bestuursrecht kent geen ingangseisen.

3

Page 4: SW Staats en Bestuursrecht

1.5 Competenties die aan bod komen

Diagnosticeren; beslissen; adviseren; belangen behartigen; informatie.

1.6 Leerdoelen• U hebt inzicht in de vereisten voor democratie en rechtsstaat.• U kent de centrale en decentrale lichamen van de overheid.• U kent de taken en bevoegdheden van centrale en decentrale bestuursorganen.• U hebt inzicht in de functie van de grondrechten en de daarbij behorende

rechtsbescherming.• U weet hoe rechtsbescherming en rechtsspraak in het algemeen in Nederland is

georganiseerd.• U hebt inzicht in de opbouw van de Awb en de gelaagde structuur daarvan.• U hebt inzicht in de verhouding tussen Awb en bijzonder bestuursrecht.• U kent de kernbegrippen uit de Awb en kunt deze toepassen in een casus.• U hebt inzicht in de totstandkoming van wetten en besluiten.

4

Page 5: SW Staats en Bestuursrecht

1.7 Overzicht van activiteiten per week

Gedurende zeven weken wordt wekelijks een hoorcollege (één uur), een werkcollege (twee uren) en een workshop (één uur) aangeboden. Daarnaast wordt van u de nodige zelfstudie verwacht.

De wekelijks te bestuderen stof en de te maken casuïstiek voor de wergroepen en de workshops is opgenomen in bijlage 1 en 2 van deze studiewijzer.

Tijdens de workshops wordt jurisprudentie behandeld. Deze jurisprudentie is onderdeel van de verplichte lesstof.De jurisprudentie is opgenomen in de opdrachten voor de workshop (bijlage 2).

Wk Inleiding staats- en bestuursrecht 2009 -2010(jaar 1 / blok B / 5 EC)Programma Voorbereiding

1 Introductie staatsrecht• Wat is staatsrecht?• bronnen staatsrecht• kenmerken staat• staatsvormen• trias politica• gedecentraliseerde

eenheidsstaat• democratische rechtsstaat• parlementair stelsel

Bestudeer voor hoorcollege:“Inleiding constitutioneel recht”hoofdstukken 1, 2 en 3 (p. 1 - 44)

Niet: p. 20 (vanaf “constitutionele monarchie”) t/m p. 27 (“balans”)

Maken voor hoor-, werkcollege:opgaven bij week 1, zie bijlage 1

Maken voor workshop:opgaven bij week 1, zie bijlage 2

2 Uitvoerende macht / centrale overheid

• regering• constitutionele positie• bevoegdheid• werkwijze• adviescolleges

Koninkrijk

Bestudeer voor hoorcollege:“Inleiding constitutioneel recht”hoofdstukken 4 en 8 (p. 45 – 72, p. 117 - 121)

Hoofdstuk 11 (p. 151 – 156)

Maken voor hoor-, werkcollege:opgaven bij week 2, zie bijlage 1

Maken voor workshop:opgaven bij week 2, zie bijlage 2

LJN: BJ9330 (inburgeringsplicht)3 Wetgevende macht / centrale

overheid• Staten-Generaal• kiesstelsel• constitutionele positie• bevoegdheid (controle /

wetgeving)• werkwijze: o.a. procedure

totstandkoming (grond)wet

rechterlijke macht• rechterlijke organisatie

Bestudeer voor hoorcollege:“Inleiding constitutioneel recht”hoofdstuk 5 (p. 73 - 95), hoofdstuk 6 (p. 97 – 104)

Maken voor hoor-, werkcollege:opgaven bij week 3, zie bijlage 1

Maken voor workshop:opgaven bij week 3, zie bijlage 2

LJN: BA8454 (ambtsmisdrijf)

5

Page 6: SW Staats en Bestuursrecht

• bevoegdheid• toetsing

4 decentrale overheid• deconcentratie, medebewind,

autonomie• dualisme, monisme• provincie, gemeente,

waterschap• openbare lichamen en bestuurs-

organen (globaal / als deelnemer rechtsverkeer)

• bestuursbevoegdheden

Bestudeer voor hoorcollege:“Inleiding constitutioneel recht”hoofdstuk 12 (p. 157 - 175)

Maken voor hoor-, werkcollege:opgaven bij week 4, zie bijlage 1

Maken voor workshop:De groepsopdracht die in week 3 is uitgereikt

HR 12-06-1962, NJ 1962, 484 (Anti-conceptiva Bergen op Zoom)

5 Bestuursrecht deel 1• wat is bestuursrecht?• Bronnen bestuursrecht• Awb (historie, opbouw, relatie

met bijzonder bestuursrecht)• Legaliteits- en specialiteits-

beginsel• behoorlijk bestuur• attributie, delegatie, mandaat

(incl. vierde tranche Awb)• bestuursorgaan

Bestudeer voor hoorcollege:“Algemeen bestuursrecht compact”hoofdstukken 1 en 2 (p. 13 - 63)

Maken voor hoor-, werkcollege:opgaven bij week 5, zie bijlage 1

Maken voor workshop:opgaven bij week 5, zie bijlage 2

ABRvS 24 december 2003ABRvS 11 oktober 2006

6 Bestuursrecht deel 2• aanvraag• wet dwangsom en beroep bij

niet tijdig beslissen• belanghebbende• besluiten: bas en beschikkingen• totstandkoming besluiten

Bestudeer voor hoorcollege:“Algemeen bestuursrecht compact”hoofdstuk 4 (p. 89 - 110)

bijlage 3: “Bestuursrecht in het Awb-tijdperk”, par. 3.5, Belanghebbenden (p. 28 – 32)

bijlage 3: “Bestuursrecht in het Awb-tijdperk”, hoofdstuk 8, Algemene rechtsnormen, procedureel (p. 105 – 127)

Maken voor hoor-, werkcollege:opgaven bij week 6, zie bijlage 1

Maken voor workshop:opgaven bij week 6, zie bijlage 2

ABRS d.d. 20 oktober 2004ABRS d.d. 8 juni 2005

7 Herhaling / proeftentamen Hoorcollegegeen

Maken voor hoor-, werkcollege:Herhaling lesstof

6

Page 7: SW Staats en Bestuursrecht

Maken voor workshop:Proeftentamen (wordt in week 6 op workspaces geplaatst)

1.8 Gewenst / aanbevolen studiegedrag van de studenten

Neem uw publiekrechtelijke wettenbundel mee naar het college! Het tentamen gaat uit van een goede beheersing van (o.a.) de Awb. Deze beheersing is slechts te verkrijgen door onder meer de Awb zo vaak mogelijk te gebruiken. Dit komt tijdens de colleges aan bod.

Bereid het onderwijs voor!Het passief noteren van het antwoord op een vraag is iets anders dan het vinden en verwoorden van het antwoord op een vraag.

Er is geen sprake van een aanwezigheidsverplichting, maar …Het wordt aangeraden de colleges bij te wonen. Dit ter verheldering van de kennis. En voorts voor het oefenen met de praktische vaardigheid van het hanteren van de wet.

En…de mogelijkheid bestaat een van de tentamenvragen te verdienen. Van de twee open vragen in het tentamen hoeft u er dan één niet te maken. Deze casus van 15 punten heeft u dan in ieder geval verdiend. U verdient het recht om de casus niet te maken door iedere week de voor de workshop voorgeschreven opdrachten (bijlage 2 studiewijzer) te maken in groepjes van drie. U levert deze opgave per week in ter controle. Iedere week zal willekeurig een groepje gevraagd worden de opdracht klassikaal uit te leggen. Zie voor verdere toelichting paragraaf 1.13.

1.9 Wat kunt u van de docent verwachten?

Tijdens het hoorcollege is er sprake van kennisoverdracht. Gedurende het werkcollege wordt de casuïstiek besproken en behandelt de docent stof welke verheldering nodig heeft. Tijdens de workshops worden de groepsopdrachten besproken.

De docent is na afloop van het college beschikbaar voor organisatorische vragen. Inhoudelijke vragen dienen tijdens het college te worden gesteld.

Organisatorische of inhoudelijke vragen die gedurende de week per email worden gesteld (zie 1.14 ‘Organisatie’), worden beantwoord indien de docent hiertoe de gelegenheid heeft.

7

Page 8: SW Staats en Bestuursrecht

1.10 Literatuur en ander studiemateriaal

Inleiding constititioneel recht, prof. mr. C.A.J.M. Kortmann, prof. mr. P.P.T. Bovend' Eert, Kluwer 2006, vijfde druk, ISBN 90-13-03327-X

Algemeen bestuursrecht compact, mr.C.P.J. Goorden, 2003 Elsevier juridisch Den Haag, vierde druk, ISBN 978 90 590 19058

Kluwer Collegebundel 2009 - 2010 of SDU-wetgeving 2009 - 2010.

Studiewijzer staats- en bestuursrecht voltijd te downloaden uit de bibliotheek van de workspace Staats- en bestuursrecht voltijd.

Voorgeschreven stof en casuïstiek in de bijlagen van de studiewijzer Staats- en bestuursrecht.

Ook de jurisprudentie die tijdens de workshops wordt behandeld maakt onderdeel uit van de verplichte lesstof. De jurisprudentie is opgenomen in de opdrachten voor de workshops (bijlage 2).

1.11 Studiebelasting

5 ECTS toe te kennen na het behalen van een voldoende voor het afsluitende tentamen.

5 ECTS is 5 maal 28 uur = 140 uur studiebelasting. De colleges, werkcolleges en workshops beslaan 28 uur college, zodat 112 uur resteert voor zelfstudie, voorbereiding van colleges, tentamenvoorbereiding, etc.

1.12 Toetsing/beoordeling

Toetsing vindt plaats middels een schriftelijk tentamen dat bestaat uit 30 meerkeuze-vragen en 2 open vragen.

De tentamenvragen hebben betrekking op de inhoud van de voorgeschreven vakliteratuur en de inhoud van de colleges.

Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van de wettenbundel.

Ter voorbereiding op het tentamen wordt in week 7 een, door de studenten thuis te maken, proeftentamen behandeld. Dit proeftentamen wordt in week 6 op workspaces geplaatst.

U kunt het recht verdienen om een tentamenvraag niet te hoeven maken. Zie paragraaf 1.13 voor verdere toelichting.

8

Page 9: SW Staats en Bestuursrecht

1.13 Tentamenvraag verdienen Zoals hierboven aangegeven, bestaat er bij staats- en bestuursrecht de mogelijkheid om “het recht een tentamenvraag niet te maken” te verdienen. Dit houdt in dat u een vraag ter waarde van 15 punten niet hoeft te maken. U maakt dan wel de resterende open- en meerkeuzevragen ter waarde van 85 punten.

Hoe verdient u dit recht?De cursus staats- en bestuursrecht bestaat uit een hoorcollege van een uur, een werkcollege van twee uur en een workshop van een uur. Het werkcollege wordt besteed aan de huiswerkopgaven en aan verduidelijking van de stof. De workshop volgt u als u in aanmerking wilt komen voor de 15 punten van het tentamen.

Iedere week dient u de opdrachten voor de workshop te maken (bijlage 2). Deze opgave maakt u in groepen van drie personen buiten de les om. Voor het begin van de les levert u deze uitwerking in. Vervolgens wordt tijdens dit uur aan één of meerdere groepjes gevraagd de uitwerking te presenteren aan de klas.

Opdrachten moeten worden ingeleverd van week 2 t/m 6.

Het werk (zowel schriftelijk als mondeling) wordt beoordeeld met voldaan of niet voldaan. Vanzelfsprekend dienen alle vragen te zijn gemaakt en van voldoende kwaliteit te zijn.

De spelregels op een rij: In week 1 maakt u zelf een groepje van drie personen. (in

uitzonderingsgevallen zijn groepjes van twee of vier personen mogelijk. Dit in overleg met de docent).

Na week 2 is het in geen geval mogelijk nog bij een groepje aan te sluiten. U maakt zelf afspraken met uw groepje. Deze afspraken houden ook in dat u

afspreekt in wat voor situatie u een groepslid uit uw groep kunt verwijderen. De opdracht wordt gemaakt in het zelf gevormde groepje. Vanaf week 2 levert u tijdens de les de uitwerking van de opdracht in bij de

docent. Dit doet u voorzien van de naam van de docent en de namen en studentennummers van de groepsleden.

De uitwerking is getypt en heeft regelafstand 1,5. U gebruikt (zonodig) een nietje (dus geen mapjes!)

De uitwerkingen zullen worden gecontroleerd. U krijgt geen inhoudelijke feedback op uw gemaakte stuk. Wel zal de les gebruikt worden om de opdracht te bespreken.

Gedurende de lessen zullen een paar groepjes de uitwerking moeten presenteren. Dit gebeurt willekeurig en vooraf is niet bekend welk groepje aan de beurt is.

U mag 1 keer de les missen zonder dat u het recht verspeelt om de tentamenvraag niet te hoeven maken. Indien u 1 les mist dient u wel de opdracht voor die week in te leveren. Deze opdracht levert u via e-mail in bij uw docent.

Mist u, om wat voor reden dan ook, vaker dan 1 keer de les, dan bent u wel het recht kwijt om de tentamenvraag niet te hoeven maken. U maakt dan gewoon het gehele tentamen.

Levert u de opdrachten niet of te laat (later dan voor het begin van de les) in, dan vervalt de mogelijkheid om de tentamenvraag niet te maken. U zult het gehele tentamen moeten maken. Deze regel is van toepassing op alle zes opdrachten die u zult moeten inleveren.

Op bovenstaande regels is geen uitzondering mogelijk. Ook niet in onvoorziene gevallen.

9

Page 10: SW Staats en Bestuursrecht

Voldoet u wel aan de eisen dan heeft u het recht gekregen een op het tentamen aangegeven vraag van 15 punten niet te maken.

Maakt u de vraag op het tentamen wel, dan geldt het aantal punten dat u voor die vraag heeft behaald.

1.14 Organisatie

Cursuscoördinator en docent Staats- en bestuursrecht voltijd:

Alice Bosma

telefoon 030 252 99 20email [email protected] kamer 2.103

Docenten:

Charlotte van Mourik ([email protected])Jos Janssen ([email protected]) Dounia Benbrahim ([email protected] Dallinga ([email protected])Edward Bruheim([email protected])

1.15 Evaluatie

Tijdens het laatste college wordt u verzocht een evaluatieformulier in te vullen. De opleiding krijgt op die manier inzicht in de goede en minder goede aspecten van de cursus. Indien nodig wordt de cursus daarop aangepast, waarvan zowel de opleiding als de volgende lichting studenten profijt heeft. Verder wordt de cursus besproken in het studentenpanel.

10

Page 11: SW Staats en Bestuursrecht

Bijlage 1 OPDRACHTEN PER WEEK

WERKGROEP, OPDRACHTEN WEEK 1

Vraag 1Wat wordt bedoeld met “staatsvorm”? Noem en beschrijf de twee belangrijkste staatsvormen. Welke staatsvorm heeft Nederland respectievelijk het Koninkrijk der Nederlanden?

Vraag 2Wat wordt bedoeld met regeringsvorm en welke regeringsvorm kent Nederland?

Vraag 3Noem 3 kenmerken van de rechtsstaat

Vraag 4In de leer van de trias politica van Montesquieu treffen we een scheiding van machten en checks and balances aan. Verklaar wat beide begrippen inhouden.Kunt u in de structuur van de Grondwet de trias politica herkennen?

Vraag 5Wie oefent in Nederland, op centraal niveau, de uitvoerende -, de wetgevende – en de rechterlijke macht uit? Voldoet deze verdeling onverkort aan de Trias Politica?

Vraag 6Noem 7 bronnen van constitutioneel recht.

Vraag 7Een van de bronnen van constitutioneel recht is het gewoonterecht. Noem 2 voorbeelden van gewoonterecht dat door de rechter kan worden getoetst en twee voorbeelden die niet door de rechter kunnen worden getoetst.

Vraag 8a. Wat is de constitutionele positie van politieke partijen, met name ook in de

verhouding tussen Kamerleden en politieke partijen? b. Zou fractievoorzitter Wilders van de PVV een kamerlid van de PVV kunnen

dwingen voor een bepaald voorstel te stemmen?

Vraag 9Zoek in de Grondwet bepalingen die vastleggen dat Nederland is:

• een gedecentraliseerde eenheidsstaat• een parlementaire democratie• een constitionele monarchie• een rechtsstaat

11

Page 12: SW Staats en Bestuursrecht

WERKGROEP, OPDRACHTEN WEEK 2

Vraag 1Door wie wordt de regering gevormd?

Vraag 2Wat is een minister zonder portefeuille, een gevolmachtigde minister en een minister van staat?

Vraag 3a. Door wie wordt de ministerraad gevormd en wat is de taak van de

ministerraad?b. Treedt de ministerraad als ministerraad op in externe verhoudingen,

bijvoorbeeld in relatie tot de Tweede Kamer?c. Is de besluitvorming binnen de ministerraad openbaar?d. Kan een minister worden gedwongen te handelen conform de besluiten van de

ministerraad? Welke opties heeft een minister als hij het niet eens is met een besluit van de ministerraad?

e. Zijn de ministers ondergeschikt aan de minister-president?f. Zijn de staatssecretarissen ondergeschikt aan de ministers?

Vraag 4a. Waar is de procedure voor de kabinetsformatie geregeld?b. Welke twee voorwaarden moeten bij de vorming van een kabinet in acht

worden genomen?c. Welke rol speelt de Koningin bij de kabinetsformatie?

Vraag 5a. In welke gevallen staat de Grondwet delegatie toe? Geef drie voorbeelden uit de

Grondwet.b. Is de regering bevoegd, zonder delegatie door de wet in formele zin, voor

burgers bindende voorschriften vast te stellen?

Vraag 6Welke is de belangrijkste regel van ongeschreven staatsrecht en wat houdt deze in?

Vraag 7Lees onderstaand artikel “Premier erkent fouten na brand in Catshuis” (bron: www.nu.nl) en beantwoord de vragen.

a. Volgens het artikel wil premier Balkende geen excuses maken vanwege de juridische complicaties. Op welke implicaties zal Balkende doelen?

b. De premier deed deze uitspraak tijdens een debat in de Tweede Kamer. Kunt u aangeven in hoeverre de parlementaire onschendbaarheid een rol speelt ?

Premier erkent fouten na brand in Catshuis

Gepubliceerd: 23 juni 2009 22:44 | Gewijzigd: 26 augustus 2009 20:08

Door een onzer redacteuren

Den Haag, 24 juni. Premier Balkenende noemt de handelswijze van zijn ambtenaren bij de nasleep van de Catshuisbrand in 2004 onzorgvuldig, onjuist en onvolledig. Dat zei de premier gisteravond tijdens een debat in de Tweede

12

Page 13: SW Staats en Bestuursrecht

Kamer over de brand in zijn ambtswoning waarbij een schilder om het leven kwam. Balkenende wil geen excuses maken vanwege de juridische implicaties. Wel wil hij een aanscherping van de integriteitscode voor zijn ambtenaren. De Tweede Kamer uitte gisteravond forse kritiek op de premier, de landsadvocaat en de ambtelijke top van het ministerie van Algemene Zaken. De PvdA noemde het „onbestaanbaar” dat de ambtelijke top van het ministerie een gevoelig TNO-rapport heeft achtergehouden. Uit dit rapport blijkt onder meer dat de wandbekleding van de Herenkamer brandgevaarlijk was. Een motie van enkele oppositiepartijen voor een parlementaire enquête haalde het niet. Ambtenaren verkeren absoluut niet in de positie om zo’n besluit te nemen, aldus Kamerlid Anja Timmer (PvdA). De oppositie bekritiseren de premier ook omdat die het TNO-rapport „onvoldragen” noemde. In een open brief aan NRC Handelsblad schreef de onderzoeker dat hij zijn rapport niet mocht voltooien van de landsadvocaat.

Vraag 8a. Welke taken heeft de Raad van State?b. Acht u deze toebedeling van taken aan de Raad van State in overeenstemming

met de trias politica?

Vraag 9a. Kan de regering een vast adviescollege instellen?b. Wat is de wettelijke grondslag voor de Sociaal Economische Raad?c. Wie zijn in de SER vertegenwoordigd?

Vraag 10Uit welke 3 landen bestaat het Koninkrijk der Nederlanden?

Vraag 11Kan Aruba een eigen regeling maken over toelating en uitzetting van vreemdelingen in Aruba?

13

Page 14: SW Staats en Bestuursrecht

WERKGROEP, OPDRACHTEN WEEK 3

Vraag 1Door wie worden de leden van de Eerste en Tweede Kamer gekozen?

Vraag 2Uit artikel 4 Grondwet volgt dat iedere Nederlander leden van de Tweede Kamer kan kiezen of als kamerlid kan worden verkozen. Worden aan dit grondrecht beperkingen gesteld?

Vraag 3X is gedurende 8 jaar ingezetene van Nederland geweest en woont tijdens de verkiezingen van de Staten-Generaal in Aruba. Heeft X actief kiesrecht?

Vraag 4Vergelijk het stelsel van evenredige vertegenwoordiging met meerderheidsstelsels en geef de belangrijkste verschillen aan.

Vraag 5Welke voor- en nadelen kleven aan beide stelsels?

Vraag 6Vanaf welk moment is de gekozene lid van de Tweede Kamer?

Vraag 7a. Wat zijn de overeenkomsten tussen de Eerste en Tweede Kamer? b. Wat zijn de verschillen tussen beide kamers?c. In welke gevallen vergaderen de kamers gezamenlijk?

Vraag 8Waaruit blijkt dat kamerleden zelfstandig en onafhankelijk functioneren?

Vraag 9a. Wat is de belangrijkste functie van de Staten Generaal?b. Welke middelen heeft de Staten-Generaal om de regering te controleren?

Vraag 10a. Wat is een fractie?b. Wie zijn de fractievoorzitters van het CDA, PvdA, CU, D66, Groen Links, LPF?c. Wat is de rol van een fractievoorzitter?

Vraag 11a. Welke gerechten behoren tot de rechterlijke macht?b. Welke zijn de administratieve gerechten?c. Maakt de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State deel uit van de

rechterlijke macht?d. Hoe wordt de onafhankelijkheid van rechters gewaarborgd?e. Is in Nederland juryrechtspraak toegestaan? f. Is in Nederland de doodstraf toegestaan?

14

Page 15: SW Staats en Bestuursrecht

WERKGROEP, OPDRACHTEN WEEK 4

Lees onderstaand krantenartikel “Harde strijd tussen burgemeester en raadslid Smolders, die wordt beschuldigd van corruptie” (NRC Handelsblad 22 oktober 2010) en beantwoord onderstaande vragen.

Vraag 1Wat zijn de taken van een burgemeester?

Vraag 2De gemeenteraad heeft een motie van wantrouwen tegen burgemeester Vreeman aangenomen. Dient Vreeman nu af te treden?

Vraag 3Dient een minister, indien en Tweede Kamer een motie tegen die minister aanneemt, af te treden?

Vraag 4Had Vreeman volgens u de raad moeten informeren over de overschrijding voor de verbouwing van het Midi theater met 1,9 mln?

Vraag 5Waarom heeft Vreeman er voor gekozen de raad niet in te lichten? Bent u het eens met de redenering van Vreeman?

Vraag 6a. Wie benoemt de wethouders? b. Wie kan ontslag verlenen aan een wethouder?

Vraag 7Wat zijn de taken van het college van burgemeester en wethouders?

Vraag 8Wie staat aan het hoofd van de gemeente?

Vraag 9Wat zijn de taken van de gemeenteraad?

15

Page 16: SW Staats en Bestuursrecht

NRC Handelsblad 22-10-2009, pagina

Harde strijd tussen burgemeester en raadslid Smolders, die wordt beschuldigd van corruptie

Riskante keuze loopt verkeerd af voor Vreeman

Burgemeester Vreeman lichtte de raad van Tilburg niet in, omdat er tegen raadslid Smolders een corruptieonderzoek liep. „Fatsoen erin, gif eruit!”

Door onze correspondentESTHER WITTENBERGTilburg, 22 okt.

Camera’s draaiden, journalisten schreven, radiomicrofoons stonden open en beveiligers bewaakten de ingang van de raadszaal gisteravond in Tilburg. Het ging hard tegen hard tussen burgemeester Ruud Vreeman en raadlid Hans Smolders.Vreeman probeerde zijn positie te redden door te zeggen dat een aantal Tilburgse raadsleden niet integer is. Gebrek aan integriteit in de gemeenteraad is volgens hem het grootste probleem. Hij wees fel naar Smolders tegen wie hij aangifte deed van corruptie nadat een vastgoedontwikkelaar uit de VS hem eind 2008 belde met de boodschap dat Smolders 75.000 euro wilde aannemen als hij zou stemmen voor steun aan een shopping mall in de stad.Smolders noemde Vreeman in vrijwel elke zin die hij uitsprak regentesk en reageerde op diens aantijgingen door te zeggen: „Vreeman probeert zijn fouten af te stralen op andere mensen. Dit is het meest belachelijke verhaal dat ik ooit heb gehoord. Vreeman verspreidt smaad en laster.”Er is een onwerkbare situatie ontstaan tussen de raad en Vreeman (PvdA). Gisteravond keurden 24 van de 39 raadsleden af dat Vreeman de raad onvolledig heeft geïnformeerd over overschrijding van verbouwingskosten van het Midi-theater. Vijf oppositiepartijen twee coalitiepartijen lieten Vreeman vallen: VVD (4 zetels) en SP (5 zetels). Alleen coalitiepartijen PvdA (11 zetels) en GroenLinks (3 zetels) en oppositiepartij TVP (1 zetel) steunden hem.Commissaris van de koningin Wim van de Donk sprak vanmorgen met Vreeman over de ontstane situatie en spreekt morgen met de fractievoorzitters. Hij licht vervolgens de minister in en die beslist over aanblijven of vertrek van de burgemeester. Minister Ter Horst (Binnenlandse Zaken, PvdA) zei vandaag bezorgd te zijn.Vreeman piekert er niet over zelf op te stappen: „Ik wacht de uitkomst ontspannen af.”Het onderwerp van de raadvergadering was de verbouwing van het Midi-theater die 1,9 miljoen euro duurder uitviel dan de geraamde 5 miljoen euro. Commotie rond het theater leidde tot de val van een college en het opstappen van twee wethouders. Een enquêtecommissie onderzocht waarom de verbouwing zoveel duurder uitviel. Ze concludeerde dat Vreeman de raad onvoldoende heeft geïnformeerd waardoor die zijn controlerende taak niet goed kon uitvoeren.Vreeman gaf toe dat de raad beter geïnformeerd had kunnen worden. Maar hij had goede redenen dat niet te doen, zei hij. Op het moment dat hij lucht kreeg van de extra kosten, werd duidelijk dat de rijksrecherche onderzoek deed naar corruptie van Smolders. Vreeman: „Kunt u zich dat voorstellen? Als ik de

16

Page 17: SW Staats en Bestuursrecht

wethouder had geadviseerd de raad in te lichten over de kostenoverschrijding, was het college naar mijn idee gevallen. Alleen met een intact college konden wij weerstand bieden aan gebrek aan integriteit binnen de raad.”Hij hoopte op begrip. „Ik nam een moeilijke en riskante beslissing, die ik volledig voor mijn rekening neem. Het was een politiek en moreel dilemma. Ik heb naar eer en geweten gehandeld.”De burgemeester maakte geen excuses, maar zocht de aanval. „In Tilburg is een klimaat ontstaan waarin het nooit weet of iets binnenskamers blijft. De afgelopen jaren zijn er drie integriteitsonderzoeken geweest (zie kader). Je weet niet wie je kunt vertrouwen. Ik kon mijn dilemma met niemand delen.” En met overslaande stem: „Ik vecht hier niet voor mezelf. Ik vecht voor Tilburg en een integere gemeenteraad. U moet stelling nemen. Wegkijken is onverantwoord.”Veel raadsleden toonden, na de zoveelste schorsing van de avond, begrip voor Vreemans dilemma. Maar zij verwierpen de beslissing die hij hieraan had verbonden. SP-fractievoorzitter Veerle Slegers: „Of de stad wel of niet bestuurbaar is, daar gaat de raad over. Daarover moet niet de burgemeester in zijn eentje beslissen.”Een woordvoerder van de provincie kon vanmorgen niet zeggen of commissaris van de koningin Van de Donk (CDA) nog voor het weekend met de minister zal spreken. Vreeman (61), die in 2004 aantrad en wiens herbenoemingsprocedure over twee maanden begint, verklaarde eerder graag aan te blijven.Na middernacht verlieten raadsleden, wethouders, burgemeester, journalisten, beveiligers de raadszaal. In de regenachtige Tilburgse nacht straalde de lichtbak boven het Midi-theater in het centrum van de stad: ‘dit theater is ook zeer geschikt als locatie voor uw bedrijfsfeestje’.

Vraag 10Toon aan de hand van de tekst van de Grondwet aan dat Nederland een gedecentraliseerde eenheidsstaat is.

Vraag 11Zijn, binnen de decentrale overheid, de bevoegdheden verdeeld volgens de trias politica?

Vraag 12Lees onderstaande publicatie “Collegenieuws week 41”.Welke financieringsbronnen voor de gemeente kunt u in deze publicatie onderscheiden?

17

Page 18: SW Staats en Bestuursrecht

Collegenieuws week 41

Wat het college besloten heeft

Gevolgen crisis voelbaar in programmabegroting 2010-2013Het college heeft de programmabegroting voor de periode 2010 - 2013 vastgesteld en aan de raad ter besluitvorming aangeboden. In deze begroting zijn de gevolgen van de economische crisis duidelijk merkbaar. Voor het eerst sinds 2007 slaagt het college er niet in om een sluitende meerjarenbegroting op te stellen. De begroting 2010 is nog sluitend en in 2011 is zelfs nog sprake van een begrotingsoverschot, omdat geld uit de reserves wordt ingezet om de gevolgen van de economische crisis op te vangen. Vanaf 2012 zijn de gevolgen van de crisis voelbaar in de begroting en ontstaan er begrotingstekorten.

Het resultaat van de begroting is als volgt:

2010 2011 2012 2013€ 0 + € 284.000 -€ 308.000 -€ 1.073.000

De rijksoverheid stelt de besluitvorming over noodzakelijke bezuinigingen om de overheidsfinanciën weer op orde te krijgen uit tot het voorjaar 2010. Deze bezuinigingen hebben direct gevolgen voor gemeenten. Bezuinigingen van het rijk zijn namelijk van invloed op de hoogte van de algemene uitkering die de gemeenten ontvangen. Omdat het kabinet daar nu nog geen duidelijkheid over geeft, weten we niet waar we aan toe zijn. Dit maakt dat de nu vastgestelde meerjaren programmabegroting zich kenmerkt door een grote mate van onzekerheid. Het is reëel om te veronderstellen dat het begrotingstekort van Leusden, dat voor 2013 nu al op ruim 1 miljoen euro wordt becijferd, door ingrijpende bezuinigingen van het rijk nog verder oploopt. Daarom wordt in deze begroting een nieuwe bezuinigingsoperatie aangekondigd. In juni 2010 moet de nieuwe gemeenteraad bezuinigingsmaatregelen treffen om de begroting weer sluitend te krijgen.

Zoals gezegd is het voor het jaar 2010 gelukt om een sluitende begroting op te stellen, met ruimte voor nieuw beleid en zelfs een daling van de lokale lasten. Want hoewel de OZB-tarieven komend jaar met 1% inflatiecorrectie worden verhoogd, daalt de afvalstoffenheffing voor 2010. De kosten voor afvalinzameling vallen namelijk lager uit en daarnaast kan er uit de financiële buffer voor afvalverwijdering een teruggave aan de inwoners plaatsvinden. Per saldo dalen de lokale lasten voor huurders van woningen met 1,1% en voor eigenaren met 0,3%.

Op 3 maart 2010 wordt een nieuwe gemeenteraad gekozen, die met eigen ambities invulling geeft aan de komende raadsperiode. Het college zet voor het jaar 2010 in op het doorzetten en afmaken wat in gang is gezet met het coalitieakkoord 2006-2010.Voor nieuw beleid is naast de gebruikelijke structurele ruimte van € 38.500 een extra incidentele ruimte van € 1,1 miljoen beschikbaar uit de REMU-gelden. Met deze extra middelen wordt een impuls gegeven aan maatschappelijke ontwikkelingen.

18

Page 19: SW Staats en Bestuursrecht

Zo wordt het project externe dienstverlening, dat in 2008 is gestart, in 2010 verder uitgevoerd. Om de ambities op het gebied van recreatie en toerisme en economische zaken te realiseren wordt de personeelsformatie op die beleidsterreinen uitgebreid. Ook voor het uitvoeren van de leerplicht worden extra middelen ingezet. Er wordt incidenteel geld beschikbaar gesteld om het hoofdveld van voetbalvereniging Roda '46 op het Burgemeester Buiningsportpark te vervangen door een kunstgrasveld. De vereniging kan hiermee de stijging van het ledental opvangen. In 2010 wordt verder uitvoering gegeven aan het klimaatactieplan 2009-2012. Eén van de punten hieruit is het verstrekken van duurzaamheidsleningen door de gemeente ten behoeve van particuliere investeringen in energiebesparing en duurzame energie. Ook worden middelen beschikbaar gesteld voor uitvoering van het klimaatproject Energieteam in de Wijk.

19

Page 20: SW Staats en Bestuursrecht

WERKGROEP, OPDRACHTEN WEEK 5

Vraag 1Welke van de volgende onderwerpen vallen onder het bestuursrecht?

1. het boren naar olie op de Waddenzee;

2. het opleggen van een muilkorfplicht aan honden binnen de gemeente Utrecht;

3. het inzagerecht van kranten met betrekking tot het declaratiegedrag van de Minister van Financiën;

4. de geluidszone rondom Schiphol;

5. de uitbreiding van een woning met een serre;

6. het opleggen van een tijdelijk huisverbod door de burgemeester aan iemand die wordt verdacht van huishoudelijk geweld.

Vraag 2Binnen het bestuursrecht staat de relatie tussen het openbaar bestuur en burgers centraal. Benoem drie functies van het bestuursrecht. Geef bij elke functie aan welke rollen het openbaar bestuur en burgers binnen die functie vervullen.

Vraag 3Wat is het verschil tussen staatsrecht en bestuursrecht?

Vraag 4Begin jaren tachtig werd besloten dat er een wet moest komen die algemene regels van bestuursrecht zou bevatten. Dit is de “Algemene wet bestuursrecht” geworden.In welk artikel van de Grondwet is de verplichting tot het vaststellen van deze wet is opgenomen?

Vraag 5De Algemene wet bestuursrecht is opgebouwd uit 11 hoofdstukken. Geef per hoofdstuk aan waarop het hoofdstuk betrekking heeft.

Vraag 6Art. 4:3a Awb bepaalt dat een bestuursorgaan de ontvangst van een elektronische aanvraag bevestigt. Dit artikel

a is een voorbeeld van bijzonder bestuursrecht, omdat het alleen op elektronische aanvragen van toepassing is.

b behoort tot het bijzonder bestuursrecht, omdat het speciaal is opgesteld voor een bijzonder gebied waarop het openbaar bestuur actief is, namelijk het verlenen van vergunningen.

c behoort tot het algemeen bestuursrecht.d staat in hoofdstuk 4 van de Awb dat handelt over Bijzondere bepalingen

over besluiten en behoort daarom tot het bijzonder bestuursrecht.

Vraag 7Volgens het legaliteitsbeginsel heeft het bestuur voor vele handelingen een grondslag nodig in een democratisch tot stand gekomen wet. Leg in eigen woorden uit wat wordt bedoeld met “een democratisch tot stand gekomen wet”.

Vraag 8

20

Page 21: SW Staats en Bestuursrecht

De overheid behartigt vele algemene belangen. Stel dat de overheid de opdracht zou krijgen dat zij in het kader van het algemeen belang alle handelingen mag verrichten die zij noodzakelijk acht zonder dat nader wordt gespecificeerd wat dit algemeen belang inhoudt. Omschrijf wat hier het gevolg van zou kunnen zijn voor het optreden van de overheid.

Vraag 9 Omschrijf het specialiteitsbeginsel en leg uit hoe dit beginsel zich verhoudt tot het legaliteitsbeginsel.

Vraag 10 Casus vent jij of vent ik?Het college van B&W verleent aan tennisvereniging Shuttle conform haar aanvraag vergunning voor het huis-aan-huis verkopen van gekleurde paaseieren op de eerste zaterdag van de paasvakantie. Korfbalclub Hoogvliet heeft bezwaar tegen dit besluit, aangezien het college twee maanden eerder al aan de korfbalclub een ventvergunning heeft verleend om gedurende de gehele paasvakantie huis-aan-huis lichtgevende ballpoints te verkopen. De korfbalclub vreest door de concurrentie minder te zullen verkopen, omdat op de eerste zaterdag van de paasvakantie ook de meeste leden van de korfbalclub de deuren langs zullen gaan. In de gemeentelijke Evenementennota is bepaald dat een ventvergunning op grond van de APV kan worden geweigerd als op het aangevraagde moment al het venten van een vergelijkbaar product is vergund. De ambtenaar die de beide ventvergunningen heeft voorbereid, ziet het probleem maar weet geen oplossing.

Vraag 10.1Waarop is de bevoegdheid van het college gebaseerd om aan de tennisvereniging de ventvergunning te verlenen?

Vraag 10.2Is de ventvergunning aan de tennisvereniging rechtsgeldig verleend door het college. Of had het college de ventvergunning moeten weigeren omdat het college eerder al een ventvergunning aam de korfbalclub heeft verleend?

Vraag 10.3 Hoe kunnen dit soort situaties worden voorkomen?

Vraag 11 Wat is het verschil tussen een a-orgaan en een b-orgaan ingevolge artikel 1:1 Awb?

a een a-orgaan is voor zijn gehele functioneren gebonden aan de regels van het bestuursrecht; een b-orgaan is dit alleen wanneer het een specifieke bestuurstaak uitvoert.

b een a-orgaan bezit bestuursbevoegdheid op grond waarvan dit voor burgers bindende besluiten kan nemen; een b-orgaan bezit deze bevoegdheid niet.

c a-organen zijn voor wat betreft hun handelen gebonden aan speciale regels van bestuursrecht; voor b-organen gelden alleen algemene regels van bestuursrecht.

d alleen tegen besluiten van a-organen is bezwaar en beroep mogelijk.

Vraag 13Zijn de onderstaande organen a- of b-organen in de zin van de Awb?● Minister van economische zaken● De Nederlandse Bank● college van B&W● de Tweede Kamer● de leerplichtambtenaar

21

Page 22: SW Staats en Bestuursrecht

● gedeputeerde staten● een garagebedrijf dat een APK-keuringsbewijs afgeeft.

Vraag 1414.1 Wat wordt verstaan onder attributie, delegatie en mandaat? 14.2 Welke artikelen van de Awb gelden voor attributie, delegatie en mandaat?14.3 Benoem een verschil tussen attributie en delegatie enerzijds en mandaat anderzijds.

Vraag 15Welke van onderstaande uitspraken is juist?

a Subdelegatie betreft het overdragen van een gemandateerde bevoegdheid. b Bij attributie wordt een nieuwe bevoegdheid door een bestuursorgaan

toegekend aan een ander orgaan. c Bij delegatie blijft de delegans bevoegd en verantwoordelijk. d Delegatie aan een ondergeschikte is niet mogelijk.

22

Page 23: SW Staats en Bestuursrecht

WERKGROEP, OPDRACHTEN WEEK 6

Vraag 1Horeca-ondernemer Van Vleuten wil voor zijn café een groot terras aanleggen met rieten strandstoelen en palmbomen als decoratie. Een van de vergunningen die hij hiervoor nodig heeft is een terrasvergunning van het college van B&W. Daartoe stuurt de heer Van Vleuten de gemeenteraad de volgende, ondertekende brief:

‘Geachte wethouder, Hierbij verzoek ik u om mij vergunning te verlenen voor het gebruik van het trottoir voor mijn café ‘Altijd feest’ als terras gedurende de zomermaanden. Als u nog vragen heeft, dan hoor ik het graag!Met vriendelijke groeten, Jacques van Vleuten, uit Bommel.’

Voldoet deze aanvraag aan de eisen in de Awb? Kies het meest juiste antwoord.a) Nee, de aanvraag voldoet niet aan de eis in art. 2:3 Awb.b) Nee, de aanvraag voldoet niet aan de eisen in art. 4:2 lid 1 Awb. c) Nee, de aanvraag voldoet niet aan de eisen in art. 4:2 lid 2 Awb.d) Nee, de aanvraag voldoet niet aan de eisen in art. 4:2 lid 1 en 2 Awb.

Vraag 2Mevrouw Koopman vraagt conform art. 22 WW bij het CWI een werkloosheidsuitkering aan. Mevrouw vergeet echter om de ontslagbrief van haar werkgever bij het aanvraagformulier te voegen. Wat kan of moet het CWI doen?

a) Het CWI moet mevrouw Koopman in de gelegenheid stellen om de ontslagbrief alsnog aan te leveren.

b) Het CWI kan mevrouw Koopman in de gelegenheid stellen om de ontslagbrief alsnog aan te leveren.

c) Het CWI kan de aanvraag buiten behandeling laten en moet dit binnen vier weken aan mevrouw Koopman bekendmaken.

d) Het CWI moet binnen vier weken beslissen of het de aanvraag buiten behandeling zal laten.

Vraag 3Waarom is het belangrijk om te weten of een besluit van een bestuursorgaan al dan niet een besluit in de zin van art. 1:3 Awb is?

Vraag 4Het verlenen van een vergunning is een

a) publiekrechtelijke rechtshandeling.b) privaatrechtelijke rechtshandeling.c) feitelijke handeling met een rechtsgevolg.d) feitelijke handeling zonder rechtsgevolg.

Vraag 5Welke van onderstaande besluiten is een beschikking?

a) Het besluit van het CBR om ingevolge art. 85 Reglement rijvaardigheid voor een examenkandidaat een rijvaardigheidsverklaring af te geven.

b) Het besluit van de gemeenteraad om een sportaccommodatie beschikbaar te stellen voor het houden van een evenement.

c) Het besluit van het waterschap om een bepaalde dijk te verhogen.d) Alle antwoorden zijn juist.

Vraag 6

23

Page 24: SW Staats en Bestuursrecht

Betreft een beslissing van de afdeling Wetgeving van de Raad van State een besluit in de zin van de Awb?

Vraag 7De heer Verheugt zit diep in de schulden en wil op grond van art. 35 Wet Werk en Bijstand (WWB) bijzondere bijstand aanvragen om ze hiermee af te kunnen lossen. De loketmedewerker vertelt hem dat het college zeker niet bereid zal zijn om de schulden te betalen die hij zelf heeft veroorzaakt, zodat zijn aanvraag geen schijn van kans heeft. Acht u het zinvol voor de heer Verheugt om toch een aanvraag in te dienen?

a) Nee, de loketmedewerker heeft gelijk. Het college moet een constante gedragslijn volgen en zal niet van zijn beleid afwijken.

b) Ja, want de schriftelijke afwijzing van het college is een besluit waartegen de heer Verheugt bezwaar kan maken.

c) Nee, want de heer Verheugt kan toch geen bezwaar maken. De afwijzing van het verzoek door het college is namelijk geen besluit, omdat de juridische positie van de heer Verheugt niet verandert.

d) Ja, want niets doen betekent voor de heer Verheugt een fictieve weigering.

Vraag 8De burgemeester van Maastricht heeft aan B.V. ‘Nogal Wiedus’ een vergunning verleend voor het exploitatie van een coffeeshop in het centrum onder de naam ‘Nogal Wiedus’. Tegen deze vergunning is door een aantal personen bezwaar gemaakt. Geef aan de hand van artikel 1:2, van de Awb aan bij de volgende personen of zij al dan niet belanghebbende zijn bij het besluit tot vergunningverlening.

A. de buurvrouw van het pand waar de Coffeeshop wordt gevestigd;

B. een student aan de rechtenfaculteit die in Maastricht woont;

C. de concurrerende coffeeshop ‘Keep it Simple’;

D. de carnavalsvereniging ‘Altijd laat’.

Vraag 9

Casus oude beukMevrouw De Geer woont in Breukelen en heeft in haar achtertuin een fraaie oude beuk staan. Hoewel het een mooie boom is, houdt hij de laatste jaren steeds meer zonlicht tegen. Bovendien waaien er bij storm steeds vaker (grote) takken af. Daarom wil mevrouw De Geer de boom graag weg hebben.

In de kapverordening van de gemeente Breukelen staat vermeld:"Lid 1 Het is verboden om bomen te kappen. Lid 2 Burgemeester en wethouders kunnen ten aanzien van het in het eerste lid gestelde verbod ontheffing verlenen".

Vraag 9.1. Ga na of de kapverordening een besluit is in de zin van artikel 1:3, lid 1 van de Awb. Bespreek daarbij alle vereisten.

Vraag 9.2Om wat voor type besluit gaat het?

Vraag 9.3Is de eventueel door B&W te verlenen kapvergunning een besluit in de zin van de Awb? Zo nee, waarom niet. Zo ja, geef aan om wat voor type besluit het gaat en bespreek alle vereisten.

24

Page 25: SW Staats en Bestuursrecht

Vraag 9.4Stel dat mevrouw De Geer bij B&W op 1 oktober 2009 de kapvergunning heeft aangevraagd, wanneer moeten B&W dan op de aanvraag hebben beslist?

Vraag 9.5Na drie maanden wachten heeft mevrouw De Geer nog geen reactie op haar vergunningaanvraag ontvangen. Hoe kan zij alsnog een beslissing op haar aanvraag afdwingen? Vraag 9.6Stel dat de door mevrouw De Geer aangevraagde kapvergunning wordt geweigerd. Is er dan sprake van een besluit in de zin van de Awb? Zo nee, waarom niet. Zo ja, wat voor type besluit is het?

25