Studiewijzer MBO Toerisme Dagopleiding

Studiegids cohort 2015-2018 MBO SHTTC - Toerismeopleiding

- 1 -

Studiegids Schooljaar 2015-2016

Informatie voor studenten van de MBO-Toerismeopleidingen

Food &Beverage Supervisor Front Office Supervisor

Leisure & Resort Supervisor Supervisor Touroperating

Opgesteld onder het UTSN Twinningsproject SHTTC en ROCvA


- 2 -

Inhoudsopgave

1. WELKOM ..................................................................................................................................... . JOUW SCHOOL: ...........................................................................................................................

2.1 Dit vinden wij belangrijk: .....................................................................................................5

2.2 Wat zijn jouw rechten en plichten? ......................................................................................5

3. HET BEROEP. .............................................................................................................................7

3.1 De inhoud van uw beroep ...................................................................................................7

3.2 Front Office Supervisor .......................................................................................................7

3.3 F&B-Supervisor…………………………………………………………………………………… 7 3.4 Leisure & Resort Supervisor……………………………………………………………………… 8 3.5 Supervisor Touroperating………………………………………………………………………… 9

4. HET LEREN OP ONZE SCHOOL ............................................................................................... 11

4.1 Leren en uw ontwikkeling ................................................................................................. 11

4.2 Leren in de praktijk ........................................................................................................... 11

4.3 Leren, vooruitgang en beoordelen .................................................................................... 11

4.4 Het aantal uren van u studie ............................................................................................. 12

5. DE STRUCTUUR VAN DE OPLEIDING...................................................................................... 13

5.1 Competenties ................................................................................................................... 13

5.2 Kerntaken en werkprocessen ........................................................................................... 15

5.3 Caribbean Vocational Qualification ................................................................................... 19

5.4 De opbouw en inhoud van de opleiding ............................................................................ 19

5.5 Schematisch overzicht van de periodes 1 t/m 3 ................................................................ 22

6. DE EXAMENREGELS ................................................................................................................ 25

6.1 Overgangsregeling ........................................................................................................... 25

6.2 Algemene eisen voor het behalen van uw diploma ........................................................... 25

6.3 Toetsing ........................................................................................................................... 26

6.4 Vrijstellingen……………………………………………………………………………………… 28 6.5 Bindend studieadvies …………………………………………………………………………… 28

7. ORDEREGLEMENT VOOR STUDENTEN .................................................................................. 29

7.1 Presentie van de student .................................................................................................. 29

7.2 Kleding van de student ..................................................................................................... 29

7.3 Afwezigheid van de leraar ................................................................................................ 29

7.4 Fietsen, bromfietsen en auto's .......................................................................................... 29

7.5 Telefoon / Cellulair ........................................................................................................... 29

7.6 Verwijdering uit het klaslokaal........................................................................................... 29

7.7 Persoonsgegevens........................................................................................................... 29

7.8 Mededelingen .................................................................................................................. 30

7.9 Lesperiode en vakanties ................................................................................................... 30


- 3 -

7.10 Fraude ............................................................................................................................. 30

7.11 Verzekeringen .................................................................................................................. 30

7.12 Gedragsregels…………………………………………………………………………………… 30

8. STUDIEKOSTEN ........................................................................................................................ 32

8.1 Opleidingskosten .............................................................................................................. 32

8.2 Bijdrage excursies ............................................................................................................ 32

8.3 Wat moet u doen als u de studiekosten niet kan betalen? ................................................. 32

9. INSPRAAK ................................................................................................................................. 32

9.1 Inspraak via het SHTTC ................................................................................................... 33

9.2 Inspraak van studenten .................................................................................................... 33

10. PROBLEMEN OF KLACHTEN .................................................................................................... 34

10.1 Wat moet ik doen als ik een probleem heb?...................................................................... 34

10.2 Wat moet ik doen als ik een klacht heb? ........................................................................... 34

10.3 Klachten die te maken hebben met BPV ........................................................................... 34

11. OVERIGE INFORMATIE VAN HET SHTTC ................................................................................ 35

BIJLAGEN

1 Examenreglement

2 Competentiematrix

3 CVQ Matrix

4 Verklarende begrippenlijst


- 4 -

1. Welkom

Welkom bij de toerismeopleiding van de Suriname Hospitality and Tourism Training Centre (SHTTC). Met deze studiegids informeren wij u over uw opleiding en algemene zaken die te maken hebben met uw studie. De opleidingsinformatie in deze studiegids gaat over de opbouw van uw opleiding, de stageperiodes, wat u moet kunnen om examens te mogen afleggen en wanneer u dat kunt. Ook vindt u informatie over de begeleiding bij uw studie, vakantiedata en het melden van absentie en waar u met klachten terecht kunt. Verder informeren we u over de kosten van uw opleiding en de schoolreglementen. Actuele informatie zoals roosterwijzigingen of de lokalen waar u les gaat volgen, worden ook bijgehouden op de one drive van SHTTC, het mededelingenbord en de administratie. Het onderwijstype dat wij gaan verzorgen, is competentiegericht en dit sluit aan bij de behoefte binnen de toerismesector. Ook zal veel gebruik gemaakt worden van integratie van ICT tijdens de lessen. Tot slot vertellen wij wat we belangrijk vinden om u goed onderwijs te kunnen bieden. Is iets niet duidelijk of wil u meer weten? Dan kun u natuurlijk altijd terecht bij u docenten en begeleiders. Wij wensen u veel succes en plezier met uw opleiding!

juli 2015 Dhr. R. Boeddha, BSc., CHE Voorzitter/Wnd. directeur


- 5 -

2. Uw school: SHTTC

Het allerbelangrijkste is, dat u goed onderwijs volgt en een waardevol diploma behaalt. Daar zetten wij ons samen met u voor in. Daartoe hebben wij voor het onderwijs vijf belangrijke uitgangspunten opgesteld, die u hieronder kunt lezen. En we verwijzen naar uw rechten en plichten op dit gebied.

2.1 Dit vinden wij belangrijk:

1. U krijgt onderwijs dat gericht is op de beroepspraktijk.

Wij leiden u op voor een bepaald beroep dus daar moet ons onderwijs op afgestemd zijn. De lessen op school zijn daarom gericht op de beroepspraktijk. Daarnaast volgt u tijdens uw opleiding meerdere stages. Verder krijgt u les van enthousiaste en bekwame vakdocenten die veelal zelf uit de beroepspraktijk komen. 2. Het onderwijs sluit aan bij wat jij nodig hebt.

De wereld verandert razendsnel en wij willen u voorbereiden op die snel veranderende wereld. Dit vraagt bepaalde vaardigheden van u als student en als toekomstig beroepsbeoefenaar. Aan deze vaardigheden werken we samen binnen de opleidingen Het kan ook voorkomen dat u ondersteuning nodig hebt, bijvoorbeeld omdat u een leerprobleem hebt of vanwege persoonlijke omstandigheden. In dat geval wordt van u verwacht dat u dit vanaf het begin van u opleiding al aangeeft. Als de ondersteuningsbehoefte tijdens de opleiding duidelijk wordt, moet u dit aangeven bij u studieloopbaanbegeleider. Samen wordt er gekenen hoe er kan worden voorzien in de ondersteuning die u nodig hebt. 3. Uw school is uw plek.

U volgt een opleiding in een vertrouwde omgeving. U kent uw docenten en medestudenten. U moet u zich thuis voelen. Er is een goede sfeer. Jouw school is een leuke plek om elkaar te ontmoeten! 4. Jouw school is goed georganiseerd. We geven u structuur en houvast. Op SHTTC werken we met een rooster en onderwijsperiodes. Zo weet u precies welke lesonderdelen u wanneer en waar moet volgen. Dat geeft u structuur en houvast. Bovendien krijgt u bij ons een vaste studieloopbaanbegeleider die u helpt als u problemen hebt. 5. Doorstroming

Als u dat wilt en kunt, ga u na uw opleiding door naar het hbo. Wij zorgen voor een goede aansluiting naar een hbo-opleiding in Suriname. Wij stimuleren u om u goed te verdiepen in de mogelijkheden en begeleiden u bij het maken van een goede keuze.

2.2 Wat zijn uw rechten en plichten? Uw rechten en plichten zijn in verschillende documenten te vinden, zoals:

deze studiegids met het examenreglement en de algemene regels;

de BPVO (beroepspraktijkvormingsovereenkomst);

de studiewijzer en de BPV-handboeken.

De onderwijsovereenkomst (OOK) Voordat u aan de opleiding begint, gaan we samen een onderwijsovereenkomst ofwel OOK aan. In de OOK leggen wij onze afspraken schriftelijk vast. Het zijn de rechten en de plichten van het SHTTC en van u. Hier houden bij beiden aan. Bent u jonger dan 18, dan moet een van uw ouders of verzorgers de overeenkomst ondertekenen. Nadat alle partijen (u, eventueel uw ouder/verzorger en de school) handtekeningen hebben gezet onder de OOK, mag u de lessen gaan volgen en kunt u echt beginnen aan uw opleiding !


- 6 -

Wij verwachten van u dat u bijdraagt aan een goede sfeer op school. En dat u met een positieve instelling deelneemt aan uw opleiding, dat u alle lessen volgt en dat u op tijd aanwezig bent. We verwachten van u dat u op een positieve manier met de docenten en uw studieloopbaanbegeleider in gesprek gaat over uw opleiding.


- 7 -

3. Het beroep De opleiding waarvoor u gekozen hebt, is een beroepsopleiding binnen de toerisme- en hospitalitysector. Dat geldt voor elk van de vier afstudeerrichtingen die wij aanbieden. Aan het einde van uw opleiding moet u het beroep waarvoor u opgeleid wordt, kunnen uitoefenen en als goede burger kunnen functioneren in de Surinaamse samenleving. De onderwijsonderdelen die u bij uw opleiding krijgt, zijn hierop gericht.

3.1 De inhoud van uw beroep Als toerismemedewerker kunt u werken bij bedrijven in de sectoren horeca, toerisme en recreatie. Hieronder is een korte beschrijving gegeven van de belangrijkste werkzaamheden en de bijbehorende beroepshouding van de beroepen van onze afstudeerrichtingen

3.2 Front Office Supervisor De Frontoffice vervult een leidinggevende, een coördinerende en een informerende rol naar binnen (interne klanten) en naar buiten toe (externe klanten) en is verantwoordelijk voor het team, de planning en de coördinatie van de werkzaamheden op de afdeling. Zo stelt de Front Office Supervisor operationele plannen voor de afdeling op en werkt deze uit in werkplanningen. Hij/zij moet de bestedingen en het budget van de afdeling bewaken en zorg dragen voor voldoende efficiency en productiviteit van de afdeling. De Frontoffice Supervisor is verantwoordelijk voor de informatievoorziening binnen het bedrijf en informeert andere afdelingen over reserveringen, aankomst en vertrek en speciale wensen van gasten. Hij/zij is verantwoordelijk voor voldoende bezetting van de afdeling en plant de werkzaamheden van de medewerkers. De Frontoffice Supervisor dient zorgt te dragen voor prettige en veilige werkomstandigheden en een goede sfeer op de afdeling. Een van de belangrijkste taken van de Front Office Supervisor is het begeleiden en motiveren van medewerkers. De Frontoffice Supervisor zal in bepaalde gevallen ook zorg moeten dragen voor de sales en marketing. Dit vereist inzichten in (de toeristische) markt maar ook in de wensen en behoeften van toeristen en/of zakelijke klanten. De Beroepshouding van de Front Office Supervisor Centraal in de beroepshouding van de Front Office Supervisor staat gastvrijheid. Typerend voor de beroepshouding is tevens dat de Front Office Supervisor resultaatgericht denkt en werkt op het commerciële en op het operationele werkvlak. Hij /zij heeft in de bedrijfsorganisatie. Een Front Office Supervisor heeft overzicht, is gericht op samenwerking, begeleiding en motivering van medewerkers. Verder is de Front Office Supervisor sociaal, communicatief, flexibel, oprecht, consequent, accuraat, stressbestendig, creatief en enthousiast.

3.3 Food & Beverage (F&B) Supervisor De F&B-Supervisor geeft leiding aan een restaurant of aan de F&B-afdeling van een hotel / resort. Uw eerste verantwoordelijkheid ligt bij een goede dienstverlening naar de gast en een goed contact met de gast. Hierin hebt u als F&B-Supervisor een voorbeeldrol en hierop stuurt u uw team aan. Afhankelijk van de grootte van het hotel /resort of restaurant bent u meer of minder betrokken bij de operationele werkzaamheden. Als F&B-Supervisor bent u erop gericht dat de hoofddoelstellingen van het bedrijf, het behalen van winst en zorgen voor continuïteit, worden gerealiseerd. Hiervoor dient u zorg te dragen voor voldoende productiviteit en efficiency in de organisatie. U stelt diverse plannen op voor het restaurant


- 8 -

en u ziet erop toe dat deze plannen worden uitgevoerd. Tevens draagt u zorg voor de bedrijfsvoering en u controleert of alle wettelijke regels en voorschriften worden toegepast De F&B-Supervisor is mede verantwoordelijk voor voldoende bezetting van de afdeling en plant de werkzaamheden van de medewerkers De F&B-Supervisor dient zorgt te dragen voor prettige en veilige werkomstandigheden en een goede sfeer op de afdeling. Een van de belangrijkste taken van de F&B-Supervisor is het begeleiden en motiveren van medewerkers. Voor een goed verloop in het restaurant is de F&B-Supervisor mede afhankelijk van een goede samenwerking met de keuken. Hiertoe onderhoud heeft de F&B-Supervisor regelmatig overleg met de chef-kok. Tot het takenpakket van de F&B-Supervisor behoort ook de administratieve en financiële afhandeling van betalingen van gasten en leveranciers. U bewaakt en controleert de status van betalingen en facturen en u controleert en bewaakt tevens de status van de eigen betalingen aan leveranciers. Ook bewaakt u de bestedingen van het budget van de afdeling. Beroepshouding van de F&B-Supervisor Centraal in de beroepshouding van F&B-Supervisor staat gastvrijheid. Typerend voor de beroepshouding is tevens dat de F&B-Supervisor resultaatgericht gericht denkt en werkt op het commerciële en op het operationele werkvlak. Hij / zij heeft inzicht heeft in de bedrijfsorganisatie. Een F&B-Supervisor heeft overzicht, is gericht op resultaten, organiseert processen, , delegeert taken, corrigeert medewerkers en controleert kwaliteit en resultaten van werkzaamheden. De F&B-Supervisor is gericht op samenwerking, begeleiding en motivering van medewerkers. Verder is de F&B-Supervisor sociaal, communicatief, flexibel, oprecht, consequent, accuraat, stressbestendig, creatief en enthousiast.

3.4 Leisure & Resort Supervisor Als Leisure & Resort Supervisor kunt u aan de slag in de recreatiesector. U werkt bijvoorbeeld in bedrijven in de sector verblijfsrecreatie of groepsaccommodatie, zoals op een (dag)-recreatieoord of een resort in het binnenland. Als Leisure & Resort Supervisor hebt u een groot aantal verschillende werkzaamheden. U bent in de eerste plaats het centrale aanspreekpunt voor gasten. Zo voert u werkzaamheden uit aan bijvoorbeeld de receptie waar u gasten ontvangt, informatie geeft aan gasten, extra producten verkoopt en/of verhuurt en klachten afhandelt. Daarnaast bent u bezig met het organiseren en begeleiden van recreatieve activiteiten zoals het plannen en organiseren van culturele- en toeristische activiteiten zoals excursies, wandeltochten en dans- en muziekactiviteiten of sport- en spelactiviteiten voor de jongere doelgroepen. Als Leisure & Resort Supervisor bent u verantwoordelijk voor een goed verloop van de organisatie, de uitvoering en de begeleiding van alle activiteiten. Als Leisure & Resort Supervisor geeft u, naast de werkzaamheden zoals hierboven omschreven, ook leiding aan een groep (recreatie)medewerkers. Afhankelijk van het type organisatie kan de Leisure & Resort Supervisor ook leidinggeven aan medewerkers van andere diensten binnen de accommodatie, zoals baliemedewerkers. Dit wil zeggen dat u verantwoordelijk bent voor de kwaliteit, de voortgang van de werkzaamheden en de veiligheid van uzelf, uw collega’s en de gasten. Als Leisure & Resort Supervisor bent u erop gericht dat de hoofddoelstellingen van het bedrijf, het behalen van winst en zorgen voor continuïteit, worden gerealiseerd. U dient zorgt te dragen voor voldoende productiviteit en efficiency in de organisatie. U stelt diverse plannen op voor het recreatieoord en u ziet erop toe dat deze plannen worden uitgevoerd. U draagt zorg voor de bedrijfsvoering en u controleert of alle wettelijke regels en voorschriften worden toegepast Beroepshouding van de Leisure & Resort Manager Wanneer u wilt gaan werken als Leisure & Resort Supervisor is het belangrijk dat u gastgericht bent en dat u representatief en enthousiast kunt overkomen op de gasten. U kunt goed inschatten wat de


- 9 -

gasten leuk of belangrijk vinden en probeert daar in uw werk op in te spelen en te anticiperen. U kunt ook goed omgaan met verschillende soorten groepen mensen. Omdat bij recreatieve activiteiten veiligheid van groot belang is, is het belangrijk dat u een groot verantwoordelijkheidsgevoel hebt en kwaliteit en veiligheid belangrijk vindt. Ook is het belangrijk dat u commercieel inzicht hebt en graag wilt bijdragen aan een zo goed mogelijk bedrijfsresultaat. Een Leisure & Resort Supervisor heeft overzicht, is gericht op resultaten, organiseert processen, delegeert taken, corrigeert medewerkers en controleert kwaliteit en resultaten van werkzaamheden. Ook is hij/zij gericht op samenwerking, begeleiding en motivering van medewerkers. De Leisure & Resort Supervisor is communicatief, flexibel, oprecht, consequent, accuraat, stressbestendig, creatief en enthousiast.

3.5 Supervisor Touroperating De Supervisor Touroperating organiseert tours, veelal binnen Suriname, en biedt deze zelf of via een boekingsagent aan. De touroperator stelt deze reizen zelf samen door vervoer, verblijf en aanvullende diensten in te kopen. In de meeste gevallen heeft de touroperator direct contact met de consument. Daarnaast heeft de touroperator contact met diverse leveranciers zoals accommodatieverschaffers en aanbieders van transport waarbij de touroperator zelf klant is. Een Supervisor Touroperating voert de volgende taken uit: U voert commerciële verkoopgesprekken waarbij u de wensen van de klant inventariseert. Hierop stem u de best passende reis af inclusief extra services en producten, biedt deze aan en sluit de verkoop af. Tijdens de reis bouwt u een goede band met de klant op, zodat de klant kwaliteit en extra service ervaart want u bent verantwoordelijk voor een prettige reiservaring van de klant. Tot het takenpakket van een Supervisor Touroperating behoort ook de administratieve en financiële afhandeling van de verkochte tours. U bewaakt en controleert de status van betalingen van verkochte reizen en facturen en u controleert en bewaakt tevens de status van de eigen betalingen aan leveranciers. U bent als Supervisor Touroperating verantwoordelijk voor het behalen van commerciële en kwalitatieve resultaten. Uw resultaat is om omzet te realiseren en klanten te binden aan het bedrijf. De klant komt bij jou terug voor de invulling van de tours voor nu, voor later en de klant geeft de naam van uw bedrijf door aan andere potentiele klanten. Het is belangrijk dat u goed op de hoogte bent van actuele trends en ontwikkelingen, zowel in Suriname als in het buitenland. Deze gebeurtenissen kunnen namelijk van invloed zijn op de tours die klanten boeken en op vragen die klanten hebben over bijvoorbeeld veiligheid en gezondheid. Als Supervisor Touroperating ben jij de schakel tussen medewerkers van het bedrijf en het management. Naast u dagelijkse werkzaamheden als verkoper en organisator van tours geeft u als Touroperator operationeel leiding aan u team van medewerkers. . U voert het personeelsbeleid van het bedrijf uit en zorgt voor een goede personeelsplanning. Als Supervisor Touroperating ben jij verantwoordelijk voor de uitvoering van de werkzaamheden. U instrueert, begeleidt, motiveert en beoordeelt u medewerkers en u werft en selecteert nieuwe medewerkers Ook marketing en communicatie, de tevredenheid van klanten, het naleven van de wettelijke en bedrijfsvoorschriften en het zorgen voor een goede werksfeer is jouw verantwoordelijkheid. U werkt als ondernemer: u ziet kansen voor uw team en handelt hiernaar. Beroepshouding van de Supervisor Touroperating U hebt veel contact met klanten en in dit contact stelt u de wensen en behoeften van de klant altijd centraal. U hebt oprecht interesse in mensen en in het vakgebied, bent nieuwsgierig naar de wensen van de klant en u weet de juiste reis, inclusief gerelateerde services en producten, te verkopen die aansluit op de wensen van de klant. U denkt en werkt resultaatgericht zowel op het commerciële als op het operationele vlak en in het contact met de klant stelt u zich representatief op.


- 10 -

De Supervisor Touroperating heeft inzicht in de bedrijfsorganisatie, heeft overzicht, is gericht op samenwerking, begeleiding en motivering van medewerkers en hierbij toont u overtuigingskracht. Ook is de Supervisor Touroperating sociaal, communicatief, flexibel, oprecht, consequent, accuraat, stressbestendig, creatief en enthousiast. U laat een stimulerende en motiverende beroepshouding zien.


- 11 -

4. Het leren op onze school

4.1 Leren en uw ontwikkeling De maatschappij verandert razendsnel. Beroepen passen zich daarbij aan en veranderen of verdwijnen. Soms ontstaan er nieuwe beroepen. Zo worden er in de beroepspraktijk voortdurend wisselende vaardigheden gevraagd. Daar passen wij ons onderwijs op aan. Maar wij kijken net zo goed ook naar onze studenten. Want wat willen en kunnen zij? Niet alleen beroepen zijn in ontwikkeling maar jij als student ook. Wij ondersteunen jouw leerontwikkeling zo zorgvuldig mogelijk, daar heeft jouw studieloopbaanbegeleider een hoofdrol in. Studieloopbaanbegeleiding

Het uitgangspunt van uw studie is jouw loopbaan. Elke student draagt zelf verantwoordelijkheid voor zijn of haar leerroute, maar wel met ondersteuning van een studieloopbaanbegeleider. Die volgt u van het begin tot het einde van uw opleiding.

4.2 Leren in de praktijk Om een beroep goed te leren, moet u natuurlijk in de praktijk aan de slag. Een belangrijk deel van uw opleiding brengt u door bij een bedrijf of instelling. Het bedrijf of de instelling maakt met de school afspraken over wat jij in de praktijk zal leren en hoe u daarbij zal worden begeleid. De school en het bedrijf of de instelling zorgen er samen voor dat wat u op school en in de praktijk leert op elkaar zijn afgestemd. Beroepspraktijkvorming (BPV)

Tijdens uw opleiding leert u in de praktijk tijdens uw BPV (stage). Dan loopt u een periode volledig mee in een bedrijf of instelling en u doet praktische ervaring op. Tijdens uw stage moet u ook een aantal opdrachten uitvoeren, die staan beschreven in het BPV-boek van uw opleiding. Tijdens BPV doet u veel ervaring op en wij en kunnen uw prestaties in de praktijk boordelen. Wij ondersteunen en begeleiden u tijdens BPV en bespreken regelmatig jouw ervaringen en voortuitgang. BPV-overeenkomst (BPVO)

Voor een goed verloop is het belangrijk dat er voor elke stage een aantal afspraken wordt gemaakt. De afspraken worden vastgelegd in de BPV-overeenkomst. Hierin staat precies wat u gaat leren in de praktijk en hoe u begeleid en beoordeeld wordt en door wie. Lees de BPVO altijd goed door en als u het eens bent met de inhoud, dan ondertekent u de overeenkomst. De school en het BPV-bedrijf of instelling moeten de BPVO ook ondertekenen. Pas als iedereen een handtekening heeft gezet, kunt u aan de BPV beginnen.

4.3 Leren, studievoortgang en beoordelen Tijdens de opleiding is het voor jou belangrijk dat u weet hoe u ervoor staat. Voor u docenten en begeleiders is het belangrijk dat ze weten hoe u vooruitgaat in uw opleiding. Al jouw resultaten worden bijgehouden in onze leerlingenadministratie. Daarin is te zien welke onderdelen jij met succes hebt afgerond en welke niet. Het is een handvat voor gesprekken met uw studieloopbaanbegeleider waarin jullie samen bekijken hoe het gaat en hoe uw leerroute verder eruitziet. Op vaste momenten wordt bepaald of u verder mág met uw opleiding. Om dat te kunnen vaststellen, is het natuurlijk van belang dat u goed en regelmatig beoordeeld wordt. Het beoordelen gebeurt bij ons op diverse manieren Thema vakken

De praktijkgerichte vakken worden als (vaardigheids)opdrachten aangeboden. Dit zijn onze themavakken. De themavakken worden afgesloten met een door jou uit te voeren opdracht en/of vaardigheid en worden beoordeeld met een cijfer aan de hand van een beoordelingsmodel. Belangrijk voor jou om te weten is dat u vooraf het beoordelingsmodel ontvangt en u dus precies weet waarop u


- 12 -

beoordeeld wordt. In bepaalde gevallen zijn de ondersteunende vakken verbonden aan een thema vak. Indien dit het geval is staat dat duidelijk vermeldt in uw themawijzer. Wij adviseren u dan om de themawijzer altijd goed door te nemen. Theoretische vakken De theorie die u nodig hebt voor het uitoefenen van uw beroep bieden we aan in de basisvakken. De vakken worden afgesloten met een schriftelijke toets. Dit gebeurd in klassikaal verband in de 12

e week

van een lesperiode. Stage deel 1: : Ontwikkelingsgericht beoordelen

Ook tijdens uw stage zal u beoordeeld worden. Tijdens het eerste gedeelte van uw stage zullen we beoordelen of u voldoende geleerd hebt en voldoende op niveau bent om uw beroep in de praktijk uit te oefenen. Dit noemen we ontwikkelingsgerichtbeoordelen. Om verder te kunnen gaan met het tweede gedeelte van uw stage moet u eerst het ontwikkelingsgerichte onderdeel hebben behaald. Stage deel 2: Kwalificerend beoordelen

Tijdens het tweede gedeelte van uw stage wordt u kwalificerend beoordeeld. Dit onderdeel is bedoeld om te beoordelen of u aan de exameneisen voldoet. De resultaten van deze kwalificerende beoordeling tellen zwaar mee voor het behalen van het diploma want dit onderdeel moet met een voldoende worden afgesloten voor het behalen van uw diploma Examenregeling

De regels voor het afnemen van examens staan in het examenreglement in bijlage 1 van dit document. Iedere afstudeer richting moet precies beschrijven hoe de opleiding eruit ziet en met welke examens u te maken krijgt en aan welke eisen u moet voldoen voor het behalen van uw diploma. Niet alleen de examens op school bepalen of u een diploma krijgt. De beoordeling van uw BPV telt ook mee bij de examinering. Als u alle examens van de opleiding met voldoende resultaat hebt afgesloten, ontvang u een diploma met daarbij een lijst van uw resultaten. In het examenreglement vindt u wat u moet doen als u het niet eens bent met de uitslag van het examen.

.

4.4 Het aantal uren van uw studie Het aantal uren dat u volgt bij SHTTC is onderverdeeld in: 1. BOT-uren = Begeleide Onderwijstijd op school; de uren die u les volgt in de klas; 2. BPV-uren = Beroeps Praktijk Vorming: de uren die u stage loopt; 3. ZST-uren = Zelfstandige Studie Uren; de uren waarin u zelfstandig aan uw opleiding werkt. De ZST-uren zijn een indicatie want die kunnen per student verschillen. Wij gaan er bij SHTTC vanuit dat u minimaal 40 (klok) uur per week met u studie bezig bent over een periode van 40 weken per jaar. In totaal bent u dus per schooljaar minimaal 1.600 klokuren per jaar actief met u studie bezig. Hieronder is dit het aantal uren schematisch weergegeven per schooljaar

BOT-uren In klokuren

BPV-uren Klokuren

ZST-uren Klokuren

Totaal uren

Studiejaar 1 1040 160 400* 1600

Studiejaar 2 720 480 400 1600

Studiejaar 3 720 480 400 1600

* Leerjaar 1/2/3: de zelfstandige studie-uren komen per week neer op 10 studie-uren per schoolweek


- 13 -

5. De structuur van de opleiding

Wat u precies moet kunnen binnen uw beroep, is vastgelegd in een “beroepsprofiel”. Daarin staan de werksituaties en taken van jouw beroep. Het onderwijsprogramma wordt dus niet zomaar samengesteld. Het onderwijs moet ervoor zorgen dat u straks voldoet aan alle eisen die aan jou als beginnend beroepsbeoefenaar gesteld worden. Die beroepseisen zijn vastgesteld in de vorm van competenties, kerntaken en werkprocessen. U kunt het beroepsprofiel van jouw opleiding vinden op de one drive, en bij de administratie als een hardcopy tegen een vergoeding De competenties die beschreven staan in het beroepsprofiel zijn opgenomen in de studiewijzer en staan per vak aangegeven. De competenties zijn uitgewerkt in de leerdoelen per leereenheid Daarnaast stel u een portfolio op waarmee u kan aantonen dat u alle competenties beheerst. Tijdens de SLB-lessen krijgt u hiervoor alle informatie en de SLB’er zal u hierbij ondersteunen. Wel blijft het opstellen van deze portfolio de verantwoordelijkheid van de student. De portfolio vormt een belangrijk onderdeel van uw examen! In het beroepsprofiel zijn ook kerntaken beschreven. Deze kerntaken zijn onder verdeeld in werkprocessen. Deze kerntaken & werkprocessen gaat u uitvoeren tijdens uw stage. In het tweede leerjaar gaat u deze kerntaken & werkprocessen oefenen tijdens uw stage. Dit noemen we het ontwikkelingsgerichte deel van uw stage. In het derde leerjaar bestaat het eerste gedeelte van uw stage uit een ontwikkelingsgerichte stage. Het tweede gedeelte van uw stage in het derde leerjaar is kwalificerend. Tijdens dit kwalificatiegedeelte moet u aantonen dat u de kerntaken zelfstandig kan uitvoeren. U kunt pas aan het kwalificerende deel van uw stage beginnen wanneer u het ontwikkelingsgerichte onderdeel goed hebt afgerond. Hierover kunt u verder alles lezen in de stagemap

5.1 Competenties In onderstaand overzicht ziet u de competenties van de vier afstudeer richtingen die in de vier opleidingen van SHTTC zijn opgenomen met hun beschrijving.

Nr. Competentie Definitie

1 Bedrijfsmatig handelen U handelt kostenbewust en maakt steeds een goede afweging tussen de kosten en baten van een actie of besluit

2 Ondernemend en commercieel handelen

U herkent kansen en mogelijkheden, grijpt deze aan en vertaalt ze naar concrete acties

3 Gedrevenheid en ambitie tonen

U gaat graag uitdagingen aan en trekt taken en verantwoordelijkheden naar u toe

4 Omgaan met verandering en aanpassen

U past u eigen gedrag snel en op positieve wijze aan veranderde omstandigheden aan

5 Instructies en procedures opvolgen

U volgt instructies bereidwillig op en werkt conform voorgeschreven regels en procedures. U toont discipline

6 Kwaliteit leveren U voert taken consistent en systematisch uit en houdt nauwkeurig in de gaten of de afgesproken kwaliteitsniveaus gerealiseerd worden

7 Klantgericht U achterhaalt actief de behoeften en verwachtingen van de klant en sluit u hierbij aan. U houdt de klanttevredenheid goed in de gaten.

8 Plannen en organiseren U formuleert duidelijke en concrete doelen en prioriteiten en plant de activiteiten doelmatig met de benodigde mensen en middelen en u bewaakt nauwkeurig het behalen van de gestelde doelen.

9 Leren U houdt actief uw vakkennis en uw vaardigheden bij en werkt systematisch aan eigen ontwikkeling en ontplooiing

10 Creëren en innoveren U komt actief met creatieve ideeën, benaderingen en inzichten en neemt het initiatief om zaken te veranderen

11 Onderzoeken U verzamelt actief en uitgebreid nieuwe informatie voor het oplossen


- 14 -

van vraagstukken en problemen en bekijkt deze vraagstukken en problemen vanuit verschillende invalshoeken.

12 Materialen en middelen inzetten

U kiest voor de taak de meest geschikte materialen en middelen, gebruikt deze doelmatig en draagt goede zorg hiervoor.

13 Vakdeskundigheid toepassen

U weet op basis van uw eigen vakkundige kennis en inzicht vraagstukken en problemen op te lossen en deelt uw kennis en expertise met anderen.

14 Overtuigen en beïnvloeden

U maakt in contact met anderen een positieve krachtige indruk en bent in staat een gesprek te sturen. U kunt uw ideeen onderbouwen met steekhoudende argumenten

15 Relaties bouwen en netwerken

U bent in staat om actief werken klantrelaties op te bouwen, u legt op verschillende niveaus vlot contact en onderhoud actief u netwerk

16 Ethisch en integer handelen

U handelt integer en consequent in lijn met de binnen de organisatie, (beroeps)groep of maatschappij geldende normen en waarden. U toont respect naar uw omgeving

17 Samenwerken en overleggen

U raadpleegt en betrekt anderen bij het nemen van beslissingen en het uitvoeren van taken. U overlegt met anderen en informeert anderen voldoende. In de samenwerking met anderen stelt u uzelf oprecht op

18 Analyseren U bent in staat om op basis van een systematische analyse tot conclusies en/of oplossingen voor (complexe) problemen te komen

19 Aandacht en begrip tonen In samenwerking met anderen toont u interesse, u hebt een luisterend oor, u bent verdraagzaam en welwillend. U kunt u inleven in andermans gevoelens en toont begrip voor andermans standpunten

20 Formuleren en rapporteren

U rapporteert nauwkeurig en volledig en brengt een logische heldere structuur aan in rapportages

21 Begeleiden U bent in staat anderen te coachen, te adviseren en /of te motiveren in het bereiken van doelen en/of het uitvoeren van taken en opdrachten

22 Aansturen U geeft duidelijk richting aan anderen door het stellen van doelen en/of het maken van afspraken en /of het geven van instructies. Hierbij oefen u het nodige gezag uit en controleert en onderneemt zo nodig actie. U delegeert op effectieve en duidelijke wijze.

23 Beslissen en activiteiten initiëren

U neemt tijdig de nodige beslissingen waarbij u, zo nodig, de risico’s afweegt en u toont vertrouwen in uw eigen beslissingen en neemt de verantwoordelijkheid hiervoor.

24 Op behoeften van de klant richten

U achterhaalt wensen en behoeften van gasten en speelt hier zoveel mogelijk op in.

In bijlage 2 vindt u een competentiematrix van leerjaar 1 en leerjaar 2


- 15 -

5.2 Kerntaken en werkprocessen Hieronder vindt u de overzichten van de kerntaken en de werkprocessen van de vier verschillende toerisme opleidingen van SHTTC

5.2.1. F&B-Supervisor

Kerntaak 1 : Geeft leiding in het restaurant

Werkprocessen

1.1 Maakt een personeelsplanning

1.2 Zorgt voor de inkoop van materialen en middelen

1.3 Werft en selecteert nieuwe medewerkers

1.4 Voert functionerings- en beoordelingsgesprekken

1.5 Zorgt voor informatie naar medewerkers

1.6 Plant en verdeelt de werkzaamheden

1.7 Begeleidt medewerkers en stuurt hen aan

1.8 Implementeert (wettelijke) regels en voorschriften

1.9 Bewaakt, evalueert en verbetert processen en procedures op de werkvloer

1.10 Motiveert en stimuleert samenwerking in het team

1.11 Voert werkoverleg

Kerntaak 2: Werkt mee in het restaurant

Werkprocessen

2.1 Neemt tafelreserveringen aan

2.2 Verricht voorbereidende werkzaamheden in het horecabedrijf

2.3 Ontvangt en informeert/adviseert de gast

2.4 Neemt de bestelling op en serveert deze

2.5 Maakt dranken serveergereed

2.6 Bereidt kleine gerechten en snacks

2.7 Maakt de rekening op en neemt afscheid van de gast

2.8 Creëert en bewaakt sfeer

2.9 Neemt speciale arrangementen, partyen of bestellingen aan

2.10 Voert afrondende werkzaamheden uit in het horecabedrijf

2.11 Sluit het bedrijf af

2.12 Signaleert en handelt klachten af

Kerntaak 3 : Voert beheerstaken uit

Werkprocessen

3.1 Draagt zorg voor financiële administratie

3.2 Bewaakt en verantwoordt de financiële situatie

3.3 Levert informatie aan voor begrotingen

3.4 Bewaakt budgeten

3.5 Promoot de onderneming

3.6 Onderzoekt gast-/klant- /medewerker tevredenheid

3.7 Bewaakt de voorraad

3.8 Richt de bedrijfsruimte in en onderhoudt de inventaris

3.9 Rapporteert aan het management


- 16 -

5.2.2. Front Office Supervisor

Kerntaak 1: Voert frontofficewerkzaamheden uit.

Werkprocessen

1.1 Neemt reserveringen aan

1.2 Checkt de gast in

1.3 Informeert en adviseert de gast

1.4 Biedt producten en diensten aan voor de verkoop

1.5 Treedt op als centraal aanspreekpunt

1.6 Handelt klachten af

1.7 Bewaakt de veiligheid

1.8 Checkt de gast uit

Kerntaak 2: Voert backofficewerkzaamheden uit

Werkprocessen

2.1 Treft voorbereidingen voor de informatievoorziening en de verkoop

2.2 Verwerkt reserveringen

2.3 Voert administratieve werkzaamheden uit

2.4 Verzamelt informatie

2.5 Sluit de kassa af

2.6 Houdt de winkelvoorraad bij

2.7 Verzorgt de communicatie met de markt

2.8 Verbetert producten en diensten

2.9 Beheert contracten en onderhoudt relaties

2.10 Zorgt voor een goed functionerend reserveringssysteem

Kerntaak 3: Geeft leiding en voert beheerstaken uit

Werkprocessen

3.1 Maakt een afdelingsplan


3.3 Levert informatie aan voor begrotingen

3.4 Zorgt voor de inkoop van materialen en middelen





3.9 Begeleidt medewerkers en stuurt medewerkers aan


3.11 Bewaakt en evalueert processen en procedures op de werkvloer




- 17 -

5.2.3 Leisure & Resort Supervisor

Kerntaak 1: Voert frontoffice activiteiten uit in de recreatieaccommodatie

Werkprocessen

1.1 Treedt op als centraal aanspreekpunt

1.2 Voert administratieve handelingen uit aan de balie

1.3 Houdt voorraad van recreatieve materialen op peil en bestelt

1.4 Signaleert en handelt klachten af

Kerntaak 2: Organiseert, voert uit en begeleidt recreatieve activiteiten

Werkprocessen

2.1 Stelt een activiteitenprogramma samen

2.2 Stelt een draaiboek op voor de organisatie van een recreatieve activiteit

2.3 Organiseert een recreatieve activiteit

2.4 Treft voorbereidingen voor de uit te voeren recreatieve activiteit

2.5 Begeleidt recreatieve activiteiten en vermaakt gasten

2.6 Bewaakt de voortgang en kwaliteit van de recreatieve activiteit

2.7 Zorgt voor de veiligheid van gasten

2.8 Onderneemt actie bij ongelukken, incidenten en calamiteiten

2.9 Evalueert en verbetert recreatieve activiteiten

2.10 Verdeelt werkzaamheden en instrueert collega’s bij recreatieve activiteiten

2.11 Verricht opruimwerkzaamheden en maakt schoon in de recreatie-accommodatie

Kerntaak 3: Geeft leiding en voert beheerstaken uit

Werkprocessen


3.2 Maakt analyses voor begrotingen en doet voorstellen

3.3 Zorgt voor inkoop van materialen en middelen





3.8 Begeleidt medewerkers en stuurt medewerkers aan

3.9 Motiveert de samenwerking in het team

3.10 Bewaakt en evalueert processen en procedures op de werkvloer


3.12 Rapporteert aan de ondernemer/ het management


- 18 -

5.2.4. Touroperating Supervisor

Kerntaak 1: Ontwikkelt en organiseert tours

Werkprocessen

1.1 Stelt een passende tour samen

1.2 Stelt een kostprijsberekening van de tour vast

1.3 Stelt de verkoopberekening van de tour vast

1.4 Plant en organiseert de tour

1.5 Coördineert en begeleidt de tour

Kerntaak 2: Verkoopt tours en gerelateerde services en producten

Werkprocessen

2.1 Voert verkoopondersteunende werkzaamheden uit

2.2 Ontvangt klanten en inventariseert de wensen

2.3 Doet een aanbod met prijsberekening

2.4 Legt reserveringen vast en rond de verkoop af

Kerntaak 3: Handelt verkooptransacties administratief en financieel af

Werkprocessen

3.1 Plant administratieve werkzaamheden

3.2 Bewaakt de status van de boeking en het klantencontact

3.3 Verwerkt veranderingen in de boeking

3.4 Bewaakt betalingen en betaalafspraken en neemt indien nodig actie

3.5 Handelt facturen en reisbescheiden af

Kerntaak 4: Zorgt voor relatiebeheer, klantenbinding en klantenservice

Werkprocessen

4.1 Onderhoudt proactief contact met de klant over de reis

4.2 Behandelt klachten

4.3 Beheert en ontwikkelt een (eigen) relatiebestand

4.4 Inventariseert koop- en reisgedrag en rapporteert deze

Kerntaak 5: Geeft leiding aan een team

Werkprocessen


5.2 Stuurt de medewerkers aan op performance



5.5 Stuurt processen en procedures op de werkvloer

5.6 Informeert en voert overleg met de medewerkers

Kerntaak 6: Vertaalt strategie & beleid van de organisatie naar doelen en acties

Werkprocessen

6.1 Stelt budgeten en begrotingen op

6.2 Maakt een personeelsplan


6.4 Verzorgt marketing en promotie

6.5 Bewaakt budgetten

6.6 Analyseert managementinformatie



- 19 -

5.3 Caribbean Vocational Qualification Voor het Caribisch gebied zijn er vanuit de Caricom CVQ’s vastgesteld. CVO staat voor Caribbean Vocational Qualification welke door NTA worden uitgelegd als: Vocational qualifications offer practical learning programs that are in direct relation to specific job roles or sectors. Taking a vocational qualification means that you study and gain skills in a particular job area. These qualifications follow a course structure and have an emphasis on developing practical skills and knowledge, but they tend to be classroom-based with assessment by written and practical examinations. (http://www.ntatt.org) De CVQ’s zijn dus eigenlijk ook een set van competenties die per beroep door de Caricom zijn vastgesteld. De CVQ’s zullen een belangrijke rol in het beroepsonderwijs van Suriname gaan spelen in de nabije toekomst. Als school moeten we hierop inspelen en daarom hebben wij de CVQ’s ook opgenomen in ons onderwijsprogramma. In bijlage 3 vindt u een matrix waarin aangeven staat welke CVQ’s in welke onderwijseenheid aangeboden word. Deze MBO opleiding is een CVQ-level 3 opleiding.

5.4 De opbouw en de inhoud van de opleiding

5.4.1 Indeling van het schooljaar

Het eerste en het tweede leerjaar zijn de basisjaren van de opleiding. Ongeacht welke richting u kiest zijn de leereenheden(vakken) van de eerste twee jaren gelijk voor alle studenten. Aan het eind van het tweede leerjaar, voordat u stage gaat lopen, maak u een studierichtingskeuze. In het derde leerjaar hebt u dus een richting gekozen waarin u verder wilt gaan. Hiermee veranderen de vakken die worden aangeboden gedeeltelijk per studierichting. Hieronder gaan we hier nader op in. Een leerjaar heeft een duur van 40 (les)weken De lesweken zijn opgesplitst in drie (studie) periodes van elk 12 weken en een stage periode Voor elke periode wordt een studiewijzer uitgebracht met hierin alle informatie betreffende de vakken,

de leerdoelen, de competenties, de leermiddelen en de weekindelingen. Een lesuur duurt 45 minuten 5.4.2 Het eerste leerjaar

Het eerste leerjaar bestaat uit zes thema opdrachten en zeven ondersteunde vakken De themaopdrachten

Dte thema opdrachten zijn praktijkgerichte opdrachten. Door het uitvoeren van deze opdrachten maak uw kennis met de werkzaamheden van de beroepspraktijk. Het zijn opdrachten die u veelal in groepus uitvoert en waarbij u zelfstandig aan de slag gaat onder begeleiding van de docent. In het eerste jaar worden de volgende themaopdrachten aangeboden: 1. Toerisme 1 2. Front Office 1 3 Touroperating1 4. Activiteitenorganisatie 5. Leisure 6. Hospitality 1 De themaopdrachten hebben elk een duur van zes weken en er staan tien (10) lesuren per week voor alle themaopdrachten.

http://www.ntatt.org/


- 20 -

Alle themaopdrachten bestaan uit een theoretisch en een praktisch onderdeel. Het theoretische onderdeel biedt u de theoretische ondersteuning die u nodig zult hebben om de opdracht uit te kunnen voeren. Daarnaast wordt tijdens dit onderdeel ook de theoretische ondersteuning geven die u nodig zult hebben voor de latere beroepspraktijk Het theoretisch onderdeel wordt afgesloten met een schriftelijke toets in de laatste week van de themaopdracht Het praktische onderdeel kan bestaan uit een opdracht die u in groepjes uitvoert, maar het kan ook de oefen van vaardigheden zijn zoals het voeren van gesprekken of het bedienen in een restaurant Basisvakken

Het eerste leerjaar kent zeven basisvakken namelijk: 1. Bestemming Suriname 2. Rekenen 3. Nederlands 4. Engels 5. Spaans 6. Maatschappij en vorming 7. ICT Voor de complete inhoud van deze leereenheden verwijzen we u naar de studiewijzers van de verschillende periodes. Wel willen we hier de leereenheid Maatschappij en vorming er even uit lichten. Deze leereenheid is namelijk opgedeeld in verschillende onderdelen namelijk: 1. Studievaardigheid 2. Studieloopbaanbegeleiding (SLB) 3. Maatschappijleer Studievaardigheid De onderwijsvorm die wij aanbieden is waarschijnlijk nieuw voor u. We verwachten dat u heel zelfstandig op zoek gaat naar informatie en dat u zelfstandig aan de slag gaat zowel binnen de themaopdrachten maar ook binnen de ondersteunende vakken. Ook verwachten wij dat u zelf de verantwoordelijkheid voor uw studieloopbaan draagt. Gedurende de eerste 12 weken van het eerste leerjaar zullen we u binnen de studieloopbaanlessen voorbereiden op deze manier van leren door het aanbieden van studievaardigheidslessen. Studieloopbaanbegeleiding.

Studieloopbegeleiding (SLB) is een belangrijk onderdeel van het competentiegericht onderwijs en heeft als voornaamste doel het individueel en klassikaal begeleiden van studenten bij het ontwikkelen van hun (zelf)sturend vermogen en het bevorderen van een optimaal studieverloop. We leren u om te reflecteren op eigen ervaringen en eigen handelen. Daarnaast leren we u hoe u zelfstandig en competentiegericht kan leren. Voor meer informatie over de SLB verwijzen we u naar de studiewijzers Maatschappijleer

Het is belangrijk dat u leert hoe u actief deel uit kunt maken van de Surinaamse samenleving. Daarbij kunt u onder andere denken aan het maken van politieke keuzes, op tijd op u werk komen en als kritische consument kunnen functioneren. Dit alles leert u bij het onderdeel maatschappijleer Stage

Het doel van de stage in het eerste leerjaar is dat u zich gaat oriënteren op de praktijk van uw toekomstige beroep. In dit stadium van uw studie hebt u nog geen keuze gemaakt. Die keuze maakt u in het tweede leerjaar, voordat u op stage gaat. In het eerste leerjaar loopt u dus nog geen


- 21 -

beroepspraktijk gerichte stage. In plaats daarvan gaat u zich oriënteren op het toekomstige beroep dat het beste bij u past, zodat u in het tweede leerjaar de juiste keuze maakt. De “stage” van het eerste jaar bestaat dan ook uit bedrijfsbezoeken, het luisteren en het stellen van vragen aan gastsprekers uit de beroepspraktijk. Verder voer u een opdracht uit die u zal helpen bij het maken van de beste keuze van de studierichting die bij jou past.

5.4.3 Het tweede leerjaar

Het tweede leerjaar bestaat uit vijf thema opdrachten en zeven basisvakken In het tweede leerjaar worden de volgende themaopdrachten aangeboden: 1. Front Office 2 2. Toerisme 2 3. Hospitality 2 4. Touroperating 2 5. Gidsen De themaopdrachten hebben elk een duur van zes weken en er staan tien (10) lesuren per week voor alle themaopdrachten. Alle themaopdrachten bestaan, net als in het eerste leerjaar uit een theoretisch en een praktisch onderdeel. Het tweede leerjaar kent zeven basisvakken namelijk: 1. Bestemming Suriname 2. Rekenen 3. Nederlands 4. Engels 5. Spaans 6. Maatschappij en vorming 7. ICT Voor de complete inhoud van deze leereenheden verwijzen we u naar de studiewijzers van de verschillende periodes. Stage

De stage van het tweede leerjaar is een periode van twaalf weken. Dit is een beroepsgerichte stage. De keuze van uw studierichting dient u daarom vastgesteld te hebben voordat u uw tweedejaarsstage gaat lopen. 5.4.4 Het derde leerjaar

In het derde leerjaar gaan we ons meer richten op de studierichting die jij hebt gekozen. Periode 1 van leerjaar 3 De leereenheden die u in de eerste periode gaat volgen zijn afhankelijk van de studierichting die u hebt gekozen 1. F&B Management – keuze module 2. Leisure & Resort Management – keuze module 3. Front Office Management – keuze module 4. Manager Touroperating – keuze module De basisvakken in periode 1 van leerjaar 3 zijn: 1. Marketing 1 2. Financieel management 1 3. Management: Personeel & Organisatie 1


- 22 -

4. Nederlands 5. Spaans 6. Engels Periode 2 van leerjaar 3: Stage In de tweede periode van leerjaar drie loop u twaalf weken stage. De eerste acht weken van deze stage zijn ontwikkelingsgericht en de laatste vier weken zijn kwalificerend. Dat wil zeggen dat u moet kunnen aantonen dat u de kerntaken en werkprocessen van de opleiding die jij hebt gekozen, zelfstandig moet kunnen uitvoeren. Alle informatie hierover vindt u in de stage map en de stage gids. Periode 3 van leerjaar 3 De basisvakken in periode 3 van leerjaar 3 zijn: 1. Marketing 2 2. Financieel management 2 3. Management: Personeel & Organisatie 2 4. Nederlands 5. Spaans / Engels (keuzevak) Voor de complete inhoud van deze leereenheden verwijzen we u naar de studiewijzers van de verschillende periodes.

5.5. Schematisch overzicht van de periodes 1 t/m 3 van leerjaar 1 Periode 1

Vak Inhoud Toets-vorm

Les-uren

Duur

Thema vakken*

Toerisme 1

Productkennis 1 Schriftelijk 4 Week 1-6

Thema: introductie opdracht Kennismaken met de sector

Opdracht 6

Week 1-6

Front Office 1

Hotelreceptie 1 Schriftelijk 4 Week 7-12

Thema: Baliegesprekken * Rollenspel 6 Week 7-12

Basisvakken*

Bestemming Suriname 1 - Topografie Schriftelijk 3 Week 1-12

Rekenen 1 Schriftelijk 2 Week 1-12

Nederlands 1 Introductieopdracht (thema 1) Opdracht 3 Week 1-6

Programma Nederlands Week 7-12

Engels 1 Mondeling /Schriftelijk

3 Week 1-12

Spaans 1 Mondeling /Schriftelijk

3 Week 1-12

Maatschappij en vorming 1

Maatschappijleer Schriftelijk 2 Week 1-12

Studieloopbaanbegeleiding Geen toets 1 Week 1-12

Studievaardigheid Geen toets 1 Week 1-12

Computervaardigheden Vaardigheid 2 Week 1-12


- 23 -

* De toetsing van de themavakken vindt plaats in de laatste lesweek van het thema vak * De toetsing van de basisvakken vindt plaats in week 12 Periode 2


Les-uren

Duur

Thema vakken*

Touroperating 1

Touroperating Schriftelijk 4 Week 1-6

Thema: Groepsarrangementen Opdracht 6

Week 1-6

Leisure

Leisure Schriftelijk 4 Week 7-12

Thema: Verkoop en verhuur Opdracht 6 Week 7-12

Basisvakken*

Bestemming Suriname 2 – Flora en Fauna Schriftelijk 3 Week 1-12


Nederlands 2 Algemeen schriftelijk 3 Week 1-6

Opdracht leisure Opdracht 3 Week 7-12


3 Week 1-12


3 Week 1-12


Maatschappijleer 2 Schriftelijk 2 Week 1-12

Studieloopbaanbegeleiding Opdrachten 1 Week 1-12

Stage voorbereiding Geen toets 1 Week 1-12

Computervaardigheden 2 Vaardigheid 2 Week 1-12

* De toetsing van de themavakken vindt plaats in de laatste lesweek van het thema vak * De toetsing van de basisvakken vindt plaats in week 12


- 24 -

Periode 3


Les-uren

Duur

Thema vakken*

Activiteitenorganisatie 1

Recreatieve activiteiten Schriftelijk 4 Week 1-6

Thema: Activiteiten-organisatie Opdracht 6

Week 1-6

Hospitaliy 1

F&B service 1 Schriftelijk 4 Week 7-12

Thema: Meewerken in het restaurant 1

Opdracht 6 Week 7-12

Basisvakken*

Bestemming Suriname 3 – Geschiedenis Schriftelijk 3 Week 1-12


Nederlands 3 Mondeling/ Schriftelijk

3 Week 1-12


3 Week 1-12


3 Week 1-12


Maatschappijleer 2 Schriftelijk 2 Week 1-12

Studieloopbaanbegeleiding Opdrachten 2 Week 1-12

Computervaardigheden 3 Vaardigheid 2 Week 1-12

* De toetsing van de themavakken vindt plaats in de laatste lesweek van het thema vak * De toetsing van de basisvakken vindt plaats in week 12


- 25 -

6. De examenregels

6.1 Overgangsregeling 6.1.1. Overgang van het eerste naar het tweede leerjaar De minimale vereisten om over te gaan van leerjaar 1 naar leerjaar 2 zijn: - 5 van de 6 thema vakken zijn met een voldoende afgesloten. - de cluster van basisvakken wordt afgesloten met minimaal 37 punten - de eindlijst van de cluster van de basisvakken bevat maximaal 3 omgerekende vijven* * een (afgeronde vijf) telt als een vijf, een (afgeronde) vier telt als twee vijven en een (afgeronde) drie telt als drie vijven. Hoe vindt de afronding plaats? NOOT: AFRONDING VAN CIJFERS Hoe vindt de afronding plaats? Het rapportcijfer wordt afgerond op één decimaal nauwkeurig b.v.: 7.45 wordt 7.5 op het rapport 7.46 wordt 7.5 op het rapport 7.43 wordt 7.4 op het rapport 7.55 wordt 7.6 op het rapport Het overgangsrapport wordt afgerond op hele cijfers: D.w.z.: 6.49 = 6.4 = 6 6.45 = 6.4 = 6 6.55 = 6.5 = 7 a. = 6.5 = 7 Let op: Een foutieve berekening is 5.49 = 5.5 = 6 ! 5.49 is minder dan 5.5 dus niet 6 maar 5! De gewichten van de rapportcijfers is een sectiesectie-aangelegenheid. Voor alle streams geldt: 5: één strafpunt 3: drie strafpunten 4: twee strafpunten 2: zes strafpunten 6.1.2. Overgang van het tweede naar het derde leerjaar De minimale vereisten om over te gaan van leerjaar 2 naar leerjaar 3 zijn: - 9 van de 11 thema vakken zijn met een voldoende afgesloten - de cluster van basisvakken van leerjaar 1 en 2 wordt afgesloten met minimaal 37 punten - de eindlijst van de cluster van de basisvakken bevat maximaal 3 omgerekende vijven* * een (afgeronde vijf) telt als een vijf, een (afgeronde) vier telt als twee vijven en een (afgeronde) drie telt als drie vijven

6.2 Algemene eisen voor het behalen van uw diploma Om uw diploma te behalen moet u aan de volgende eisen voldoen: 1. alle thema vakken van jaar een en twee met een voldoende* afsluiten; 2. de cluster van basisvakken van jaar een en twee met minimaal 39 punten afsluiten; 3. de keuzemodule van u afstudeerrichting met een voldoende afsluiten; 4. de clusters van de basisvakken van jaar drie met een voldoende afsluiten;


- 26 -

5. het kwalificerend onderdeel van u stage en de stage opdrachten met een voldoende afsluiten; 6. de portfolioassessment met een voldoende afsluiten. * een voldoende is minimaal een 5.5 Toelichting: 1. Alle thema vakken van jaar een en twee met een voldoende afsluiten Leerjaar een en twee kennen samen in totaal elf (11) thema opdrachten welke beschouwd worden als afzonderlijke modules. Elke afzonderlijke thema opdracht is weer samengesteld uit meerdere opdrachten. Voor het behalen van een themaopdracht moet iedere afzonderlijke opdracht binnen de thema opdracht met een voldoende worden afgesloten. 2. De cluster van basisvakken van jaar een en twee met minimaal 39 punten afsluiten De cluster van basisvakken van jaar een en twee is samengesteld uit in totaal zeven (7) basisvakken. Aan het eind van het tweede leerjaar wordt het gemiddeld eindcijfer van elk afzonderlijk basisvak berekend. Hierbij tellen de eindcijfers van de basisvakken van elke periode, in totaal 5 periodes, even zwaar mee. Voor het afsluiten van de cluster van basisvakken van leerjaar een en twee dienen deze zeven eindcijfers opgeteld minimaal 39 punten op te leveren. De eindlijst van de zeven eindcijfers mag maximaal twee (2) vijven bevatten of een (1) vier bevatten. 3. De keuzemodule van uw afstudeerrichting met een voldoende afsluiten De keuzemodule van een bepaalde afstudeerrichting is opgebouwd uit meerdere leereenheden. Voor afsluiting met een voldoende dienen alle leereenheden van de keuzemodule met een voldoende af te worden gesloten 4. De clusters van de basisvakken van jaar drie met een voldoende afsluiten Studiejaar 3 kent zes basisvakken die opgedeeld worden in twee clusters namelijk: 1. een cluster van de talen Spaans, Nederlands en Engels; 2. een cluster van de eenheden marketing, financieel management en management/P&O. Beide clusters dienen te worden afgesloten met een opgetelde eindcijferlijst van minimaal 17 punten waarvan slechts een (1) onderdeel met het cijfer 5 mag worden afgesloten 5. Het kwalificerend onderdeel van uw stage en de stage opdrachten met een voldoende afsluiten Om het stage onderdeel van de opleiding met een voldoende af te sluiten dienen alle kerntaken van het kwalificerend deel van uw stage met een voldoende beoordeeld te zijn. Bepaalde kerntaken bevatten stage opdrachten welke ook elk afzonderlijk met een voldoende moeten zijn beoordeeld 6. De portfolio assessment met een voldoende afsluiten Gedurende de drie jaar van de studie wordt door de student een portfolio opgesteld waarmee de student kan aantonen over alle competenties te beschikken. Dit portfolio is een examenonderdeel wat met een assessment wordt afgesloten. De assessment bestaat uit een gesprek met de SLB’er.

6.3 Toetsing 6.3.1 Reguliere toetsing en herkansingsmogelijkheden

Een student die onderwijs volgt heeft recht op twee deelnamemogelijkheden aan een toets. Van elke leereenheid wordt jaarlijks twee maal een toets aangeboden. Een reguliere toets en een


- 27 -

herkansingstoets. Indien de student geen van beide toetsmomenten met een voldoende afsluit wordt de volgende gelegenheid tot toetsing in het volgende leerjaar aangeboden. Iedere cursist moet minimaal 80% van de lessen hebben bijgewoond om deel te nemen aan de toetsen. Indien een toets door eigen toedoen niet is afgenomen, wordt het afnamemoment van de toets toch gezien als officieel afname en geldt als een van de twee afnamemomenten in het betreffende schooljaar Voorbeelden hiervan zijn: -u hebt zich niet aan de afspraken gehouden door bijvoorbeeld te laat te komen; -u hebt de gevraagde spullen niet mee genomen; -u hebt uw spullen niet in orde voor de toets. Voor de bepaling van de uitslag na herexamen geldt het hoogst behaalde cijfer van het vak waarin herexamen is afgelegd. Verzoeken tot extra herkansingen kunnen worden aangevraagd bij de examencommissie en worden per individueel geval bekeken. 6.3.2 Laat komen tijdens de toetsing

Iedere student heeft de verplichting op tijd aanwezig te zijn. Bij toetsing zal de student die later dan 30 minuten na aanvang arriveert niet meer toegelaten worden.

6.3.3 Fraude tijdens de toets

De cursist die op frauduleuze handelingen en of wangedrag tijdens een toets wordt betrapt, krijgt daarvoor indien schuldig bevonden door de examencommissie, onherroepelijk het cijfer een ( 1 ).

6.3.4 Afwezigheid bij een examen

Bij afwezigheid wegens ziekte, overlijden van een familielid of andere oorzaken waardoor u niet aan een afgesproken toets afnamemoment kunt deelnemen, meld u dit zo snel mogelijk telefonisch bij de administratie Indien de administratie niet bereikbaar is, bel u met de opleidingscoördinator van jouw opleiding. Binnen een week na het geplande examen geeft u bij de examencommissie schriftelijk aan wat de reden was voor uw afwezigheid. Bij de brief voeg u bewijsstukken (o.a. doktersverklaring, overlijdensadvertentie, aankondiging). Bij minderjarigheid moet het bewijs voorzien zijn van de handtekening van een ouder/verzorger. Gaat de examencommissie akkoord, dan wordt er een nieuwe afspraak gemaakt voor het afleggen van het examen. U behoudt dan het recht op een herkansing. Als de examencommissie uw brief te laat/niet ontvangt of de commissie verklaart de reden van uw afwezigheid ongeldig, dan kun u het examen wel afleggen maar uw recht op herkansing voor dit examen vervalt 6.3.5. Examinering bij leer- en lichamelijke beperkingen


- 28 -

Voor studenten met leer- en lichamelijke beperkingen is er de mogelijkheid dat één of meer toetsonderdelen in afwijkende vorm en/of duur worden afgenomen. Dit is echter alleen mogelijk indien de school een officieel document heeft, waaruit de beperking duidelijk blijkt. Als algemeen criterium geldt dat de afwijkende toetsvorm moet voldoen aan toets technische eisen van validiteit en betrouwbaarheid. Het niveau en de doelstelling van de afwijkende toetsvorm mag niet afwijken van de reguliere doelstellingen en het niveau van de reguliere toets. Wij kunnen op verschillende manieren rekening houden met dyslectische leerlingen. Deze leerlingen kunnen bijvoorbeeld:

o vaker een mondelinge toets krijgen; o extra examentijd krijgen; o gebruikmaken van hulpmiddelen zoals een computer met spellingcontrole;

Ook hier geldt dat alleen u in aanmerking komt. 6.3.6. Richtlijnen tijdens toets momenten

- De kandidaat dient 10 minuten voor aanvang van het examen/de repetitie aanwezig te zijn bij het lokaal waar het examen gemaakt wordt; - Tassen/boeken worden op een centrale plaats in het lokaal geplaatst. Liefst voorin de klas; - Mobiele telefoons dienen voor aanvang van de repetitie uitgeschakeld te worden; - Al het schriftelijk werk wordt gemaakt op papier gewaarmerkt en verstrekt door het instituut; - Elke kandidaat moet de presentielijst in- en uittekenen; - Elke kandidaat dient voor zijn eigen voorgeschreven hulpmiddelen te zorgen; - Lenen is niet toegestaan; - Tijdens het examen mag de kandidaat slechts met toestemming van de surveillant het lokaal verlaten.

6.4 Vrijstellingen Op basis van eerder behaalde resultaten in een vorige opleiding, kunnen studenten bij de examencommissie verzoeken om vrijstelling van examens. De vereiste hierbij is dat ten minste het cijfer 6.5 is behaald op het vereiste niveau. De examencommissie kan op basis van eerder behaalde resultaten bij een erkende mbo-opleiding besluiten tot vrijstelling. De examencommissie houdt bij het verlenen van de vrijstelling rekening met de datum waarop het eerdere resultaat is behaald. De geldigheidsduur van eerder behaalde resultaten kan per cohort, per vak en per opleiding verschillen.

6.5 Bindende studieadviezen: Een bindend studieadvies wordt uitgesproken door de examencommissie 1. Het bindend studieadvies is gebaseerd op een dusdanig gebrek aan goede studieresultaten

over de gehele linie dat niet verwacht kan worden dat de student een diploma haalt in de gekozen beroepsrichting.

2. Het bindend studieadvies wordt schriftelijk vastgelegd. 3. Vooraf wordt een schriftelijke waarschuwing gegeven. 4. Het bindend studieadvies wordt schriftelijk beargumenteerd.


- 29 -

7. Ordereglement voor de student

7.1. Presentie van de student

1. De student dient zich te houden aan de op het rooster vermelde lesdagen en lesuren; 2. De aanwezigheid van de student tijdens de lestijden en lesdagen is verplicht; 3. Studenten die zich aanmelden na 15 minuten voor aanvang van de lessen zijn laat en mogen niet meer deelnemen aan het onderdeel van de les dat op dat moment behandeld wordt; 4. Studenten die zonder berichtgeving laat komen, worden als laat / afwezig aangemerkt; 5. De student zal een ander taak van de docent krijgen ter uitvoering; 6. De student kan worden afgeschreven indien zijn/haar ongeoorloofd verzuim per periode meer dan 25% bedraagt; 7.2 Kleding van de student

De student behoort zich representatief te kleden in school uniform als ook zich zodanig te verzorgen en te gedragen. Het is de student verboden om in de lokaliteiten te verschijnen met pet en of donkere bril, badslippers, aanstootgevenden, niet uitgeschakelde mobiele telefoontoestellen en andere storende voorwerpen. Het is de cursist verboden zich onder invloed van alcohol of andere drugs te begeven of te verkopen op het terrein van de SHTTC. 7.3 Afwezigheid van de leraar

Wanneer een leraar 10 (tien) minuten na de aanvang van de les nog niet in het lokaal / trainingsruimte aanwezig is, zal de administratie nadere instructies geven. 7.4 Fietsen, bromfietsen en auto’s

Fietsen en bromfietsen dienen in de daarvoor bestemde ruimte geplaatst en op een behoorlijke wijze tegen diefstal beveiligd te worden. Auto’s mogen het terrein slechts zeer langzaam oprijden. Instructies van de bewakers dienen opgevolgd te worden. De SHTTC is niet aansprakelijk voor vermissing/diefstal, schade e.d. aan fietsen, bromfietsen en auto’s. 7.5 Mobiele Telefoon

Mobiele telefoon toestellen dienen tijdens de lessen uitgeschakeld te worden of op stil te worden gesteld. In dringende gevallen kun u met toestemming van de docent/directie gebruik maken van de telefoon van de SSHTTC. 7.6. Verwijdering uit het klaslokaal

Studenten die om welke redenen dan ook uit de klas worden gestuurd, dienen zich direct bij de directeur of de administratie aan te melden en zullen daar verdere instructies ontvangen. 7.7 Persoonsgegevens

Wijziging van de persoonsgegevens en het adres dienen onmiddellijk aan de administratie te worden doorgegeven.


- 30 -

7.8 Mededelingen

Algemene mededelingen aan de studenten geschieden via het (digitale) mededelingenbord. De studenten dienen zich dagelijks ervan te vergewissen of er nieuwe mededelingen zijn. Maak er een goede gewoonte van het mededelingenbord – vooral tijdens de toetsweken – in de gaten te houden. U kunt zich nergens op beroepen indien u geen nota van de informatie hebt opgenomen. 7.9 Lesperiodes en Vakanties

De vakanties en vrije dagen worden aan het begin van de opleiding bekendgemaakt. Hieronder een (voorlopig) overzicht van de lesperiodes en de vakanties / vrije dagen

Periode 1: 12 weken Periode 2 : 12 weken Periode 3 Stage 4 weken Periode 4 : 12 weken

Aanvang: 5 oktober - 21 dec Aanvang: 11 jan - 25maart Aanvang: 4 april - 25 april Aanvang: 2 mei - 18 juli

Week 1 - 11 les week 1 - 4 stage week 1 - 12 les

week 12 - tentamen week 12 - tentamen week 12 tentamen

vakantie 22 dec - 11 jan 2016 Pasen 26 maart -30 mrt vakantie

Nationale feestdagen 2016 Vakantie

Nieuwjaarsdag 1 jan 2016 tweede paasdag 28 maart 2016

Dag der Marrons 10 okt 2016

Kerstvakantie 22 dec - 11 jan 2016

Dag van de revolutie 25 feb 2016

Dag van de arbeid 1 mei 2016

Ied-Ul-Adha 4 okt 2016

Paasvakantie 24 maart - 3 april 2016

Holi Phagwa 6 mrt 2016

Dag der vrijheden 1 juli 2016 Divali ?

Grote vakantie

Goede Vrijdag 25 maart 2016 Ied-ul-Fitre ?

Onafhankelijkheidsdag 25 nov 2016

Eerste Paasdag 27 maart 2016

Dag der Inheemsen 9 aug 2016

1e kerstdag 25 dec 2016

2e kerstdag 26 dec 2016

7.10 Fraude

Cursisten die op frauduleuze handelingen worden betrapt en / of wangedrag plegen ,worden in een speciaal daartoe bestemde file geplaatst ongeacht de aard van de fraude.. Frauduleuze handelingen of pogingen daartoe (spieken, handtekening vervalsen e.d.) zullen zwaar gestraft worden en in het uiterste geval kan een student worden afgeschreven 7.11 Verzekeringen De studenten zijn gedurende een uur voor aanvang van de lessen tot een uur na de laatste les verzekerd als student van het instituut. In alle gevallen waarin dit ordereglement niet voorziet, beslist de directeur. 7.12 Gedragsregels

- U bent alleen welkom in de lessen als u al uw schoolspullen bij u hebt; - Houd samen de school schoon! In de lokalen mag wel een flesu water gedronken worden; - Roken op het terrein en in ons gebouw is verboden;


- 31 -

- Het gebruiken en/of onder invloed verkeren van drugs en/of alcohol is verboden binnen en in de omgeving van de school; zo ook tijdens alle buitenschoolse activiteiten in het kader; - Iedere vorm van onbehoorlijk gedrag kan leiden tot een schorsing; - Er wordt direct aangifte gedaan bij de politie in geval van: - bedreiging - geweld - diefstal - discriminatie - vernieling van andermans eigendom - het binnen en/of in de omgeving van de school in enige vorm met zich mee dragen van een wapen Bovenstaande gedragingen kunnen tot verwijdering/afschrijving van de school leiden - Gedraag u zich tegenover anderen zoals u zelf graag behandeld wilt worden en zoals het hoort bij een leerling van een toerismeopleiding: vriendelijk, behulpzaam en met respect; - Houd rekening met de buurtbewoners rond de school: houd de straat schoon en vermijd luidruchtig en storend gedrag;. - Wij eisen en verwachten van onze leerlingen fatsoenlijk taalgebruik. Regels/gedrag tijdens excursies

De schoolregels met betrekking tot gedrag en representatie gelden ook bij deze buitenschoolse excursies.


- 32 -

8. Studiekosten

8.1 Opleidingskosten Een opleiding volgen kost geld. Wij hebben geprobeerd de kosten van onze opleiding zo laag mogelijk te houden. Maar we willen natuurlijk ook de kwaliteit bieden die de student van ons verwacht. En daar zijn natuurlijk bepaalde kosten aan verbonden. Wij hebben een duidelijk keuze gemaakt om voor goede leermiddelen en materialen te kiezen. Dit is de hoogste kostenpost voor de student. Hieronder een overzicht van de kosten

Inschrijvings- & administratiekosten: SRD 400 per leerjaar / per student Leermiddelen en materialen: SRD 950 voor het eerste leerjaar* De aangeschafte leermiddelen zijn origineel en eigendom van de student. De SHTTC werkt niet mee aan het kopiëren van leermiddelen. * De kosten voor de leermiddelen van het tweede en derde leerjaar zijn nog niet vastgesteld maar zullen aanmerkelijk lager uitvallen dan de kosten van het eerste leerjaar. 8.2 Bijdrage excursie

Dit zijn kosten waarvan u mag kiezen of u ze betaalt. De activiteiten die we voor dat geld organiseren, maken het onderwijs wel interessanter en leuker. De hoogte van het bedrag hangt af van de kosten die de school maakt en de plaats die wordt bezocht. Als u deze bijdrage niet betaalt, of niet kan betalen, mag u gewoon het onderwijs volgen maar u mag dan niet meedoen met de extra activiteiten, zaken of diensten die van deze bijdrage worden betaald. Dat zijn bijvoorbeeld:

introductieactiviteiten, zoals overnachtingen en maaltijden;

excursies of culturele activiteiten;

schoolfeesten;

kerstviering;

afsluitingsbijeenkomst van de opleiding. 8.3 Wat moet u doen als u deze kosten niet kan dragen?

Indien u niet in staat bent om deze kosten in een keer te betalen kun u contact opnemen met de administratie van SHTTC. Zij zullen u in contact brengen met De Schakel, een organisatie die hierin ondersteuning biedt in de vorm van een lening tegen een lage rente

9. INSPRAAK

9.1 Inspraak via het SHTTC Het is belangrijk dat SHTTC jouw mening over het onderwijs en andere schoolzaken weet. We organiseren daarvoor verschillende activiteiten. Tevredenheidonderzoek

We houden minimaal een keer per jaar een onderzoek naar wat studenten vinden van hun school, hun opleiding en alles daaromheen.

9.2 Inspraak van studenten U kunt zelf beslissen om mee te praten over het onderwijs en andere schoolzaken. Dat kunt u op verschillende manieren doen: Klassenvertegenwoordiging Elke klas of groep heeft een klassenvertegenwoordiger en een vervanger. Iedere klas kiest in de eerste onderwijsperiode één student die hun klassenvertegenwoordiger wordt. Bij verhindering van de klassenvertegenwoordiger neemt de vervanger de taken over. De klassenvertegenwoordiger overlegt elke onderwijsperiode met de opleidingscoördinator.


- 34 -

10. Problemen of klachten

Bent u het niet mee eens of vindt u dat er iets niet goed gaat? Dan willen we graag dat u dat aan ons laat weten. In ernstige gevallen kun u een formele klacht indienen. Het SHTTC probeert het probleem of de klacht altijd zo snel mogelijk op te lossen. Maar jij zult dit dan eerst zelf moeten melden en zo in werking zetten dat er iets mee gebeurt.

10.1 Wat moet ik doen als ik een probleem heb? Probeer het probleem eerst bij u eigen opleiding te bespreken, bijvoorbeeld met een docent, u studieloopbaanbegeleider of de opleidingscoördinator. Wanneer zij jouw probleem niet kunnen oplossen, kunt u het probleem bespreken met de directie.

10.2 Wat moet ik doen als ik een klacht heb? Er zijn veel verschillende soorten problemen of klachten die niet allemaal op dezelfde manier behandeld worden. U kunt klachten met uw studieloopbaanbegeleider of met uw opleidingscoördinator bespreken. Een formele klacht kun u schriftelijk indienen bij de directie via de administratie Voor klachten over examens kun u terecht bij de examencommissie

10.3 Klachten die te maken hebben met BPV Wanneer jouw beroepspraktijkvorming niet correct wordt uitgevoerd of de procedures onduidelijk zijn, kan dit leiden tot ontevredenheid bij één van de betrokken partijen (student-leerbedrijf-school). Met als mogelijk gevolg dat jij uw stage- of leerwerkplaats verliest. Dit betekent persoonlijke schade voor jou, maar ook schade voor het BPV bedrijf U meldt eventuele problemen aan uw begeleider van de opleiding en/of de leermeester in het bedrijf. Zij zullen samen met jou zoeken naar een oplossing.


- 35 -

11. Overige informatie van het SHTTC

ICT

In alle gebouwen kun u gebruik maken van wifi. Ook uw smartphone kunt u op wifi aansluiten. Toerisme is een branche waarin veel gebruik wordt gemaakt van nieuwe technieken. Dat komt terug in de opleiding. Het beleid is erop gericht dat u een laptop of tablet mee kan nemen in de klas. Bepaalde lesonderdelen kunt u zelfs niet meer volgen zonder een laptop of zonder toegang tot het internet. Ook heeft de school laptops waar u binnen de school gebruik van kan maken. NOOT: WIFI in de klas is beschikbaar onder toezicht van de docent en voor gebruik tijdens de lessen. In geen geval mag het gebruikt worden voor prive doeleinden tijdens de lessen. SHTTC is als school officieel aangesloten bij Google apps voor Education. Google apps for education is een Google-product voor geïntegreerde communicatie en samenwerking binnen de school. Hiermee heb u als student toegang tot e-mail, agenda en chat. Verder kent het een kernpakket waarmee u toegang hebt tot Google apps zoals Google Docs, Google Sheets en Google Drive Iedere student krijgt aan het begin van de opleiding een persoonlijke accountnaam en inlogcode.

Boeken

Voor de boekenlijst verwijzen we naar de opleidingscoördinator of de administratie De school werkt met originele boeken die door de student aangeschaft dient te worden en eigendom wordt van de student. De kosten voor de boeken verschilt per leerjaar. Na het desbetreffend leerjaar mag de student de boeken doorverkopen. Communicatie

De communicatie tussen de school en de student zal voornamelijk plaatsvinden via het ICT platform van de Google apps for education en via het mededelingenbord. (zie hiervoor ook ICT)

Lestijden

lesuur

1 08.00-08.45

2 08.45-09.30

3 09.30-10.15

4 10.15-11.00

Pauze 11.00-11.30

5 11.30-12.15

6 12.15-13.00

7 13.00-13.45

Lesuitval

De school probeert lesuitval zo veel als mogelijk te voorkomen. Toch kan het gebeuren dat het eerste lesuur van een dag uitvalt. Als de school vroeg genoeg op de hoogte is van de afwezigheid van een docent, wordt u hiervan tijdig op de hoogte gesteld. Mocht u toch op een of andere manier niet op de hoogte gesteld zijn van een lesuitval dan mag dit ook geen probleem zijn. U hebt als student altijd huiswerk of opdrachten te maken. Besteedt u deze tijd hieraan.


- 36 -

Bestanden

Bewaar uw bestanden altijd op uw persoonlijke schijfruimte. (Drive van Google) Daarmee voorkomt u dat uw werk verloren gaat. Ook is het verstandig uw werk tussentijds op te slaan. Van belangrijke bestanden (bijvoorbeeld verslagen) maakt u natuurlijk ook een back-up op uw computer thuis.

Opleidingscoördinator

Aan het hoofd van een opleiding staat een opleidingscoördinator. Hij/zij is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken en geeft leiding aan het docententeam. Bij aanvang van de opleiding zult u kennismaken met uw opleidingscoördinator.


- 37 -

Bijlage 1 Examenreglement 2015-2016 MBO Toerisme opleidingen SHTTC

Dit examenreglement mbo toerisme van SHTTC is van toepassing op de examinering van beroepsgericht onderwijs voor studenten gestart vanaf oktober 2015. Artikel 1 Algemeen

1.1.1 De toets in zijn algemene vorm omvat een onderzoek naar de kerntaken, werkprocessen en

competenties die de student zich bij het afronden van de opleiding moet hebben eigen gemaakt.

1.1.2 Kwalificerende toetsen omvatten vaardigheden en kennis die de student zich bij het afronden

van de opleiding moet hebben eigen gemaakt. 1.1.3 Door deelname aan een toetsafname geeft een student te kennen op de hoogte te zijn van de

strekking van dit reglement. Artikel 2 Examenprogramma

2.1.1 Het examenprogramma is vastgesteld, inhoudende: - de omschrijving van de leerstof, per leereenheid, vastgesteld en beschreven in de

studiewijzer; - de verdeling, van deze examenstof over de leereenheden; - het aantal en de duur van de toetsen; - een korte omschrijving van de doelstellingen per leereenheid. 2.1.2 Onder examenstof wordt ook verstaan de vaardigheden, die bij het examen getoetst worden. 2.1.3 Gegevens met betrekking tot het programma en de uitvoering van de toetsing voor de

opleiding staan in de studiegids die de student aan het begin van de opleiding krijgt uitgereikt. Artikel 3 Deelname

3.1. Studenten die aangemeld zijn voor een examen zijn verplicht op de vastgestelde datum, tijdstip en plaats aanwezig te zijn. Artikel 4 Afwijkende toetsing

4.1 Ten aanzien van specifieke doelgroepen en gehandicapten kan de examencommissie

toestaan dat een (kwalificerende) toets in afwijkende vorm wordt afgenomen. Als algemeen criterium voor de afwijkende vorm geldt, dat deze moet voldoen aan toetstechnische eisen van validiteit en betrouwbaarheid en dat het niveau en de doelstelling van de afwijkende toetsvorm niet afwijken van de reguliere doelstelling en het niveau van de reguliere toets.

4.2 Het verzoek om een afwijkende vorm van toetsing dient schriftelijk te worden gedaan aan de

examencommissie onder bijvoeging van een verklaring van een arts of andere ter zake deskundige, waaruit blijkt dat afwijkende examinering gewenst is en eventueel waaruit deze dient te bestaan.

4.3 De afwijkende vorm van examinering is niet meer geldig wanneer de indicatie ophoudt te bestaan dan wel de verklaring afloopt. Artikel 5 Vrijstellingen

Een student of studieloopbaanbegeleider van de student kan een verzoek indienen bij de examencommissie voor vrijstelling van een (kwalificerende) toets. Dit kan op basis van een eerder


- 38 -

behaald diploma of certificaat in het middelbaar- of hoger beroepsonderwijs. De voorwaarden voor vrijstelling zijn per opleiding en student verschillend. De examencommissie neemt een besluit over het verzoek tot vrijstelling. Artikel 6 Gang van zaken tijdens het examen

Examenvoorschriften 6.1 Het schriftelijke examenwerk wordt gemaakt op papier, door of vanwege de Directeur

gewaarmerkt, tenzij door het Ministerie ander papier is verstrekt. 6.2 De kandidaat plaatst aan de bovenkant van het papier het examennummer en zijn naam,

tenzij een andere plaats is aangegeven. Dit geldt ook voor het kladpapier. Het werkpapier en het eveneens gewaarmerkte kladpapier worden meteen na aanvang van het werk door een surveillant geparafeerd.

6.3 Omtrent de opgaven worden geen andere mededelingen of inlichtingen, van welke aard dan

ook, aan de kandidaten verstrekt, door surveillanten of anderen op eigen gezag. 6. 4 Het gebruik van hulpmiddelen is de kandidaat verboden, met uitzondering van die waarvan

het gebruik door de examinator (opsteller) is toegestaan; deze hulpmiddelen zijn in het examenlokaal aanwezig en worden vóór de aanvang van het examen door de surveillant of door een docent gecontroleerd.

. 6.5 Gedurende het examen is het de kandidaat niet geoorloofd zich zonder toestemming van één

van de surveillanten uit het examenlokaal te verwijderen; bij geoorloofde verwijdering uit het lokaal wordt voor voortdurende begeleiding van de kandidaat gezorgd.

6.6 Aan het einde van de zitting controleert één van de surveillanten of alle kandidaten hun werk

hebben ingeleverd en de presentielijst hebben getekend. 6.7 De kandidaat levert zijn werk in bij één van de surveillanten die vervolgens het aantal verifieert

en dat op de presentielijst vermeldt. De kandidaat ziet erop toe dat de surveillant het aantal door hem ingeleverde op de presentielijst correct heeft vermeld.

6.8 Een student kan gevraagd worden zich voorafgaand aan of tijdens een examen te

identificeren. 6.9 Tijdens het uitdelen en maken van een toets heerst er volkomen rust in de ruimte. 6.10 Tijdens het maken van een toets dient een student te allen tijde de instructies van de

examinator en/of surveillant op te volgen. 6.11 Deelname aan (kwalificerende) toets betekent dat het eenmaal gemaakte werk zijn geldigheid

behoudt. In uitzonderlijke gevallen kan de examencommissie anders beslissen. 6.12 Een student die tijdens een toets moment ziek of onwel wordt, kan met toestemming van de

examinator/surveillant de locatie verlaten. De examencommissie bepaalt het vervolg van het betreffende examen

6.13 De student blijft op de toets locatie tot het einde van de toets. Alleen met toestemming van de

examinator/surveillant/ beoordelaar mag een student gedurende een toets moment de locatie verlaten.

6.14 De student mag tijdens het toets afnamemoment uitsluitend gebruiksvoorwerpen,

gereedschappen, apparatuur en hulpmiddelen bij zich hebben die voor de toetsing zijn voorgeschreven of toegelaten.

6.15 Een student die voor een toets afname moment te laat komt, neemt contact op met de eerste

beoordelaar. De eerste beoordelaar bepaalt of toetsing doorgang kan vinden.


- 39 -

6.16 Bij een toets afnamemoment mag de student tot uiterlijk 30 minuten na aanvang van het

examen worden toegelaten. De student levert evenwel het gemaakte werk in op het daarvoor vastgestelde tijdstip.

6.17 Bij een niet schriftelijke toets afname examen bepaalt de examinator of de student nog deel

kan nemen aan de toets. Indien de student geen deel meer kan nemen aan het examen, wordt dit gezien als afwezigheid

Artikel 7 Onregelmatigheden 7.1 Bepaalde gedragingen en handelingen van een student vóór of tijdens de toetsing kunnen

door de examinator/surveillant als onregelmatigheid worden aangemerkt. Dit geldt in ieder geval voor: • het gebruik maken van informatie uit niet toegestane bronnen; • het plegen van plagiaat en/of gebruiken van vervalste documenten; • het niet (correct) opvolgen van aanwijzingen en instructies van de examinator of surveillant; • het niet verschijnen bij of niet deelnemen aan een op een bepaalde datum, tijd en plaats;

vastgesteld examen, zonder opgave van een geldige reden. Gedragingen, handelingen etc. kunnen op basis van een onderbouwing door de examencommissie worden aangemerkt als onregelmatigheid in de zin van dit artikel. 7.2 De examinator/surveillant heeft het recht om een student die een onregelmatigheid pleegt de

toegang tot de toets locatie te weigeren of hem daaruit te (laten) verwijderen 73 Indien een examinator of surveillant bij toetsing een onregelmatigheid constateert, vermeldt hij

dit op het afnameprotocol / proces-verbaal en geeft desgevraagd een mondelinge toelichting. De examencommissie stelt op grond hiervan vast of er daadwerkelijk sprake is van een onregelmatigheid in de zin van dit artikel. De examencommissie kan vervolgens een sanctie toepassen.

7.4 De sancties bedoeld in dit artikel kunnen zijn: • uitsluiting van de eerstvolgende (reguliere) toetsgelegenheid; • het ongeldig verklaren van de uitslag van de (kwalificerende) toets; • uitsluiting van (verdere) deelname aan de toetsing van het betreffende onderdeel; • algehele uitsluiting van verdere deelname aan de toetsing. 7.5 Voordat de sanctie door de examencommissie wordt opgelegd, wordt de student gehoord. De

student kan zich hierin laten bijstaan door een meerderjarige; bij een minderjarige student is dit zijn wettelijke vertegenwoordiger.

7.6 Bij afwezigheid tijdens een toets moment levert de student een schriftelijke verklaring, met

daarin de reden van afwezigheid, binnen 5 schooldagen na de geplande toetsing in bij de administratie. Bij minderjarigheid moet de verklaring worden voorzien van de handtekening van zijn wettelijke vertegenwoordiger.

7.8 De examencommissie neemt na de student te hebben gehoord of de schriftelijke toelichting

van afwezigheid te hebben ontvangen binnen 10 schooldagen een besluit. De examencommissie kan besluiten dat dat de afwezigheid ‘rechtmatig’ of ‘onrechtmatig’ was. Het besluit en de mogelijke sanctie deelt de examencommissie schriftelijk aan de betrokken mede.


- 40 -

Artikel 8 Diplomadossier

In het diplomadossier van de student worden de bewijsstukken verzameld waarmee de student aan kan tonen dat het gehele examen met goed gevolg is afgelegd. Het gaat daarbij om: • de resultaten van alle toetsen; • de beoordeling van de beroepspraktijkvorming (BPV); • de beoordeling van de studieloopbaanbegeleiding. Artikel 9 Bekendmaken uitslag 9.1 Het voorlopige resultaat van een toets wordt direct na afname bekend gemaakt door de

(eerste) beoordelaar. Het definitieve resultaat van een toets wordt binnen 10 schooldagen na afname schriftelijk bekend gemaakt aan de student.

9.2 Het resultaat van de BPV wordt binnen 15 schooldagen na afronding van de BPV schriftelijk

aan de student bekend gemaakt. 9.3 In zeer uitzonderlijke gevallen kan van bovenstaande termijnen worden afgeweken, indien

wordt afgeweken wordt er schriftelijk een verklaring gestuurd. 9.4 Indien aan alle exameneisen is voldaan volgt de officiële uitslag van het behalen van het

diploma binnen drie weken. Artikel 10 Inzagerecht en bewaartermijn

10.1 Gedurende 10 schooldagen na de uitslag van een toets hebben belanghebbenden recht op

bespreking en mogelijk inzage van het examenwerk. 10.2 Een verzoek om bespreking en/of inzage van examenwerk kan worden gedaan bij de

examencommissie. 10.3 Inzage in toetswerk is alleen mogelijk in het schoolgebouw met toezicht door of namens de

examencommissie. 10.4 Bewijsstukken met betrekking tot toetsing worden vanaf het afleggen van de toets tot en met

twaalf maanden na diplomering bewaard. 10.5 Na afloop van de bewaartermijn mogen de stukken worden vernietigd. Artikel 11 Herkansing

11.1 De student heeft, per schooljaar, het recht om voor een toets waarvoor onvoldoende resultaat

is behaald bij de eerste gelegenheid eenmaal te herkansen. 11.2 De examencommissie bepaalt of voor een herkansing een extra gelegenheid gecreëerd wordt,

dan wel dat de herkansing vervuld kan worden door deelname aan (onderdelen van) de toetsing tijdens de eerstkomende reguliere gelegenheid en deelt dit de student mee.

11.3 Het recht op herkansing voor het onderdeel BPV bestaat uit een eenmalige verlenging. De

examencommissie bepaalt de omvang ervan. Artikel 12 Verzoek tot heroverweging / klacht


- 41 -

12.1 Indien een student een klacht heeft, richt de student zich tot de betreffende opleidingscoördinator om in overleg tot een oplossing te komen. Wanneer dit voor de student niet tot een bevredigende oplossing heeft geleid, kan de student een schriftelijke klacht indienen bij de examencommissie

Een verzoek/klacht bevat tenminste: - naam en adres van de student; - datum van verzending van de klacht; - omschrijving van de klacht; - ondertekening door student (indien minderjarig ondertekening door wettelijke

vertegenwoordiger) - datum afleggen toets(onderdeel) waarop de klacht betrekking heeft; - datum waarop het resultaat bekend gemaakt is. 12.2 De examencommissie hoort de betrokkenen en neemt binnen tien schooldagen een beslissing

over het geschil en deelt dit de student schriftelijk mede. In de schriftelijke mededeling wordt gewezen op de mogelijkheid tot het aantekenen van bezwaar. Een afschrift van de schriftelijke mededeling wordt tevens gestuurd aan het examenbureau.

Artikel 13 Bezwaar

13.1 De student kan binnen vijf schooldagen na dagtekening van het besluit van de

examencommissie schriftelijk bezwaar aantekenen bij het examenbureau. Het bezwaarschrift bevat tenminste: - Gegevens van de student en opleiding; - datum van verzending; - het besluit waar tegen het bezwaar gericht is; - inhoudelijke toelichting op het bezwaar. 13.2 Het examenbureau onderzoekt het bezwaarschrift met het daarin opgenomen verzoek / klacht

en neemt binnen tien schooldagen een beslissing en deelt dit de student schriftelijk mee. In de schriftelijke mededeling wordt gewezen op de mogelijkheid tot het indienen van beroep.

Artikel 14 Beroep

14.1 De student kan binnen vijf schooldagen na dagtekening van het besluit van het examenbureau

op het bezwaarschrift, schriftelijk beroep indienen bij de commissie van beroep. De commissie van beroep is een door het bevoegd gezag van het SHTTC ingestelde commissie met externe leden die niet werkzaam zijn bij SHTTC

Het beroep bevat tenminste: - naam en adres van de student; - datum van verzending; - het besluit waar tegen het beroep gericht is; - inhoudelijke toelichting op het beroep. De commissie van beroep stelt een onderzoek in en beslist binnen vier weken na ontvangst van het beroepschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. 14.2 Indien de commissie van beroep het beroep gegrond acht, vernietigt zij de beslissing van het

examenbureau geheel of gedeeltelijk en kan zij het examenbureau opdragen een nieuwe beslissing te nemen. De commissie van beroep kan hiervoor in haar uitspraak een termijn stellen.


- 42 -

14.3 De commissie van beroep deelt haar beslissing schriftelijk mee aan de student, het en de examencommissie Artikel 15 Overzicht behaalde resultaten

Studenten zijn verantwoordelijk voor het bijhouden van hun examenresultaten. Minimaal twee maal per jaar ontvangt de student een overzicht van de resultaten. Artikel 16 Gekwalificeerd voor de opleiding

16.1 Een student is gekwalificeerd voor een opleiding indien hij/zij voldaan heeft aan de diploma-

eisen. 16.2 Indien aan de diploma-eisen is voldaan en vaststelling door de Examencommissie heeft

plaatsgevonden, wordt dit binnen een termijn van vijf schooldagen schriftelijk aan de student bekend gemaakt.

Artikel 17 Bewijsstukken Studenten die geslaagd zijn ontvangen bij het verlaten van de opleiding de desbetreffende bewijsstukken. Bij een kwalificatie behoort een diploma met een overzicht van de behaalderesultaten Bij een gedeelte van een opleiding behoort/behoren één of meerdere bewijzen van de behaalde de kwalificerende examens en BPV. Indien de student aanvullende modules met goed gevolg heeft afgerond, ontvangt hij/zij hiervan een certificaat/bewijs van deelname. Artikel 18 Geheimhouding

Iedereen die betrokken is bij de uitvoering van de toetsing en examinering en daarbij de beschikking krijgt over gegevens, moet hier vertrouwelijk mee om gaan en is verplicht tot geheimhouding. Tenzij een wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking Artikel 19 Onvoorziene omstandigheden

In geval van omstandigheden waarin dit reglement) niet voorziet, beslist de directie in samenspraak met het examenbureau.

Studiewijzer MBO Toerisme Dagopleiding

Documents

Transcript of Studiewijzer MBO Toerisme Dagopleiding