Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

94
Bert Claes en Wim Debaene Masterproef aangeboden voor het behalen van het diploma van Master in de Stedenbouw en de Ruimtelijke Planning Academiejaar 2009-2010 promotoren: Hendrik Van Geel Hardwin De Wever Heidi Vandenbroecke Artesis Departement Ontwerpwetenschappen Opleiding Master in de Stedenbouw en de Ruimtelijke Planning Mutsaardstraat 31, 2000 Antwerpen BOEK 4 STADSPROJECT ANTWERPEN - PARAMARIBO 2008 STRATEGISCH RUIMTELIJK MASTERPLAN BINNENSTAD: VISIE

description

Stadsproject Antwerpen-Paramaribo 2008: opmaak van een Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo. Boek 4: Visie.

Transcript of Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

Page 1: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

Stel zelf de luchtfoto van de grootstad Paramaribo samen door de kaften van de boeken, volgens dit schema, naast elkaar open te leggen.bron: luchtfoto GLIS 2005-2008

Bert Claes en Wim Debaene

Masterproef aangeboden voor het behalen van het diploma van Master in de Stedenbouw en de Ruimtelijke Planning

Academiejaar 2009-2010

promotoren: Hendrik Van Geel

Hardwin De Wever

Heidi Vandenbroecke

Artesis

Departement Ontwerpwetenschappen

Opleiding Master in de Stedenbouw en de Ruimtelijke Planning

Mutsaardstraat 31, 2000 Antwerpen

BOEK 4 STADSPROJECT ANTWERPEN - PARAMARIBO 2008

STRATEGISCH RUIMTELIJK MASTERPLAN BINNENSTAD: VISIE

BO

EK

4 ST

RA

TE

GISC

H R

UIM

TE

LIJK M

AST

ER

PLA

N B

INN

EN

STAD

: VISIE

BOEK 2

BOEK 4

BOEK 6

BOEK 8

BOEK 1

BOEK 3

BOEK 5

BOEK 7

Page 2: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4
Page 3: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

BOEK 4 STADSPROJECT ANTWERPEN - PARAMARIBO 2008

STRATEGISCH RUIMTELIJK MASTERPLAN BINNENSTAD: VISIE

Bert Claes en Wim Debaene

Masterproef aangeboden voor het behalen van het diploma van Master in de Stedenbouw en de Ruimtelijke Planning

Academiejaar 2009-2010

promotoren: Hendrik Van Geel

Hardwin De Wever

Heidi Vandenbroecke

Artesis

Departement Ontwerpwetenschappen

Opleiding Master in de Stedenbouw en de Ruimtelijke Planning

Mutsaardstraat 31, 2000 Antwerpen

Page 4: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

4

INH

OU

DST

AFE

L

Page 5: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

5INLEIDING 8

1 VISIE VOOR EEN TRENDBREUK VAN DE NEGATIEVE EXTERNE KRACHTEN 12Inleiding 12Het begrenzen van de stad voor een leefbaar centrum 14Een leefbaar centrum in combinatie met secundaire voorzieningskernen 16Conclusie 18

2 RUIMTELIJKE VISIE VOOR DE BINNENSTAD EN AFBAKENING VAN DE STRATEGISCHE RUIMTEN 22Inleiding 22Ruimtelijke visie voor de Binnenstad 23

De centrumfunctie ligt geborgen in het collectief geheugen 23Binnenstad opnieuw revitaliseren door de potenties die aanwezig zijn 25

Twee concepten voor de Binnenstad 27Inzetten op het historisch erfgoed: het hart van de Binnenstad, de ziel van de stad 27Stadscentrum inbedden, verweven in haar omgeving samen met een versterking van de omliggende dynamieken 29

Afbakening van de strategische ruimten voor de Binnenstad 32Afbakening van de ruimtelijke en functionele gehelen vanuit de concepten voor de ruimtelijke visie voor de Binnenstad 33Afbakening van een bijzondere contactzone: de Rivieroever 35

Vertaling van de strategische ruimten in programma’s 37Conclusie 38

3 BEELDEN VOOR DE BINNENSTAD 42Inleiding 42Attitude voor de visie 43

Beelden als instrument 43Verblijfskwaliteit als centraal beeld 44

Driemaal inzet als basis voor het creëren van beelden 46Inzet 1: De openbare ruimte 48

Inleiding 48Beeld: Het hart van de Binnenstad, een aaneenschakeling van publiek domein 52Beeld: Verblijfsgebieden uit het systeem van doorgaand verkeer 54Beeld: De groene Binnenstad 55Beeld: De Binnenstad maakt contact met haar rivier 58Conclusie: doelstellingen en principes voor de openbare ruimte 61

Inzet 2: De bebouwing 64Inleiding 64Beeld: Wanden en randen aanpakken door middel van kwalitatieve architectuur 65Conclusie 66

Page 6: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

6

INH

OU

DST

AFE

L

Inzet 3: Gebruik 68Inleiding 68Beeld: Dynamieken als epicentrum van hun functie 69Conclusie 71

Één strategisch programma en één strategisch project vervolledigen het masterplan 72Conclusie 74

4 STRATEGISCH RUIMTELIJK MASTERPLAN 78Inleiding 78Programma’s en projecten voor de Binnenstad 79

Programma ‘Historisch Hart’ 82Programma ‘Waterkant’ 83Programma ‘Winkelkerngebied’ 83Programma ‘Uitgaansgebied’ 84Programma ‘Culturele pool’ 84Programma ‘Netwerk’ 85Strategisch project ‘Van Sommelsdijcksekreek’ 85

Conclusie: het masterplan is dynamisch, maar niet vrijblijvend 86

5 CONCLUSIE 90

6 BIBLIOGRAFIE 92

Page 7: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

7

LIJST MET FIGURENfiguur 0.1 | Boek 4 gepositioneerd binnen het onderzoekstraject 8figuur 2.1 | Concept link stad-rivier - link stadsdelen 36figuur 3.1 | Lagen van de stad 47figuur 3.2 | Zichtassen op de Surinamerivier 59figuur 3.3 | Domineestraat - aanwezigheid publiek domein 62figuur 3.4 | Domineestraat - collage 63figuur 3.5 | Bouwmogelijkheden - collage 67figuur 4.1 | Schema programma’s en projecten 80figuur 4.2 | Projectenmatrix 87

LIJST MET FOTO’Sfoto 1.1 | Oostrand van Paramaribo 10foto 2.1 | Wijdenboschbrug 20foto 2.2 | Domineestraat 38foto 3.1 | Fort Zeelandia 40foto 3.2 | Domineestraat 62foto 3.3 | Hoek Waterkant en Keizerstraat 67foto 4.1 | Waterkant 76foto 5.1 | Plein van de Revolutie, Waterkant 88

LIJST MET KAARTENkaart 1.1 | De begrensde stad met een leefbaar centrum 14kaart 1.2 | Secundaire kernen met voorzieningen 16kaart 2.1 | Inzetten op het historisch erfgoed: het hart van de Binnenstad, de ziel van de stad 27kaart 2.2 | Stadscentrum inbedden, verweven in haar omgeving 29kaart 2.3 | Afbakening van de ruimtelijke en functionele gehelen 33kaart 2.4 | Afbakening van een bijzondere contactzone: de Rivieroever 35kaart 3.1 | Openbare ruimte als publiek domein 50kaart 3.2 | Hart van de stad, aaneenschakeling van publiek domein 52kaart 3.3 | Openbare ruimte als publiek domein - missing links 53kaart 3.4 | De groene Binnenstad 55kaart 3.5 | Binnenstad maakt contact met haar rivier 58kaart 3.6 | Wanden en randen aanpakken d.m.v. kwalitatieve architectuur 65kaart 3.7 | Dynamieken als epicentrum van hun functie 69kaart 4.1 | Strategisch ruimtelijk masterplan, 2008 81

Page 8: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

8

INLE

IDIN

G

b o e k 1 OPDRACHT & AANPAK

b o e k 8CONCLUSIE

(onderzoeksvraag 6)

b o e k 6SAMENWERKINGSTRAJECT

(onderzoeksvraag 5)

O N D E R Z O E K C O N C L U S I EO P D R A C H T

b o e k 2DE BINNENSTAD VAN PARAMARIBO

ANALYSE- Dynamieken

ANALYSE- Pull- & pushfactoren- Lagen van de Binnenstad

b o e k 7METHODIEK GIS-INSTRUMENT

b o e k 3ONTWIKKELINGSSTRATEGIE(onderzoeksvraag 3)

b o e k 4 & 5STRATEGISCH RUIMTELIJK MASTERPLAN- Visie (onderzoeksvraag 1 & 2)- Programma’s & projecten (onderzoeksvraag 4)

figuur 0.1 | Boek 4 gepositioneerd binnen het onderzoekstraject

bron: eigen verwerking

Page 9: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

9

Inleiding

Het analysewerk uit boek 2 bracht zowel de problemen als de potenties van de Binnenstad in beeld. Boek 3 heeft de organisatie en de strategie om het masterplan op te maken uitgezet. Deze twee boeken vormen samen het fundament voor voorliggend vierde boek.

In dit boek wordt de visie van het masterplan uiteengezet. Deze visie wordt eerst aan de hand van concepten ruimtelijk verbeeld en uitgewerkt en later gespecificeerd door de afbakening van strategische ruimten. Deze ruimten vormen dan weer de basis voor de programma’s die er een specifieke inhoud aan geven. Omdat het masterplan ook een stadbrede component bevat, worden via de inzetten ‘openbaar domein’, ‘bebouwing’ en ‘gebruik’ (zie ook conclusie boek 2) beelden gegenereerd. De beelden vormen samenhangende uitwerkingen van de visie, zodat de verschillende strategische ruimten met elkaar gelinkt worden (lijm tussen de ruimten), en geven input aan elke ruimte op zich. Op basis van deze generieke input worden de afgebakende programma’s verder ingevuld en kunnen er zelfs bijkomende gedetecteerd worden.

Voorliggend boek vormt het kader voor boek 5 (Strategisch Ruimtelijk Masterplan Binnenstad: Programma’s en projecten) waarin de verschillende programma’s worden uitgewerkt in projec-ten, om zo te kunnen overgaan tot actie. Anders dan boek 5 vormt voorliggend boek wel een dynamisch instrument, maar is het tegelijkertijd niet geheel vrijblijvend. De missies die worden vastgelegd voor de verschillende programma’s zijn onveranderbaar. Dit in tegenstelling tot boek 5 waar door specifieke opportuniteiten of knelpunten andere accenten kunnen gelegd worden (de projecten kunnen veranderen van prioriteitsstatus en zelfs van uitwerking). Het inhoudelijk veranderen van de vastgelegde missies in dit boek, of elementen eruit, wijzigt het masterplan fundamenteel, waardoor dit document haar waarde als solide, samenhangend kader verliest. Het is dan ook omwille van dit verschil dat er gekozen werd om de inhoud van beide te scheiden in aparte boeken.

Page 10: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

foto 1.1 | Oostrand van Paramaribo

Page 11: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

HOOFDSTUK 1

VISIE VOOR EEN TRENDBREUK VAN DE NEGATIEVE EXTERNE KRACHTEN

Page 12: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

12

1 V

ISIE

VO

OR

EEN

TR

END

BREU

K V

AN

DE

NEG

ATIE

VE

EXT

ERN

E K

RA

CH

TEN

INLEIDING De analyse van de tendenzen (zie boek 2, hoofdstuk 3) heeft aangetoond dat Para-maribo een ongecontroleerde stedelijke spreiding (urban sprawl) kent. Dit suburba-nisatieproces oefent een negatieve invloed uit op de Binnenstad. Aan de oorsprong liggen duwende en trekkende krachten: de pull- en pushfactoren. De duwende krach-ten (pushfactoren) vormen de verzameling van factoren die ervoor zorgen dat mensen het centrum van Paramaribo willen verlaten. Tegelijkertijd lonkt de rand. De beweegre-denen van mensen om te verhuizen naar de rand worden verzameld onder de noemer pullfactoren of trekkende krachten.

Alvorens in te zetten op de ombuiging van de pushfactoren door op zoek te gaan naar de strategische ruimten en hun ontwikke-lingsmogelijkheden, is het essentieel aan te duiden welke externe krachten een negatie-ve invloed hebben op de ontwikkeling van de Binnenstad. Het duiden van deze externe krachten illustreert immers de positie van de Binnenstad binnen een groter stedelijk geheel. Deze onderbouwing toont dat het masterplan geen losstaand en allesoplossend instrument is, maar dat het wel een vitale schakel vormt in een breder stedelijk beleid. Het stoppen en ombuigen van de trekkende krachten vanuit de stedelijke rand vormt op deze manier dan ook een randvoorwaarde voor het realiseren van de doelstellingen

Page 13: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

13voor de Binnenstad. Het niet aanpakken van deze tendenzen zorgt er immers voor dat elke geformuleerde strategie of visie voor de Binnenstad nutteloos is.

Om de ontwikkeling van de Binnenstad maximaal kansen te geven, dient er dus een antwoord geboden te worden op de twee bewegingen van negatieve extern trekkende krachten die beschreven werden in boek 2. Zonder hier een volledig onderzoek aan te wijden, wordt er, vooral vanuit andere bron-nen, op zoek gegaan naar eerste uitspraken over de trekkende krachten.

Uit het ‘Urban Development Plan’ worden er hiervoor twee belangrijke concepten ge-destilleerd: ‘het begrenzen van de stad’ en ‘een leefbaar centrum in combinatie met se-cundaire voorzieningskernen’. Elk concept is een antwoord op één van de twee hoofd-bewegingen die onderdeel uitmaken van de pullfactoren. Ze vormen randvoorwaarden voor de uitwerking van het Strategisch Ruim-telijk Masterplan voor de Binnenstad.

Het begrenzen van de stad zit in de visie van het Urban Development Plan vervlochten als onderdeel van het milieubeleid, één van de vier sectorale strategische projecten. Het ontwikkelen van een groene gordel omheen Paramaribo is een actiepunt in het ‘Green Plan’. Het wordt aangeduid als instrument

om o.a. de stedelijke expansie tegen te gaan. Hoewel het afbakeningsproces niet expliciet als een strategische doelstelling of een actie-punt opgenomen werd in het UDP, wordt hiermee binnen dit onderzoek gelooft een achterliggend idee te hebben geëxpliciteerd met respect voor de geest van het plan. Het voorstel van de secundaire kernen is wel als concept terug te vinden in de visie van het UDP.

Page 14: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

14 HET BEGRENZEN VAN DE STAD VOOR EEN LEEFBAAR CENTRUM

Het afbakenen van de stad heeft tot doel con-trole te krijgen op de stedelijke expansie. Een afbakeningslijn geeft de grens aan tussen de stad en haar hinterland, de rurale ruimte. De lijn vertegenwoordigt een plan en een beleid. Het plan duidt aan welke gebieden binnen de afbakening de komende jaren ontwikkeld kunnen worden en voor welke functies. Het beleid gevoerd binnen de afbakening is een stedelijk beleid en onderscheidt zich van het beleid buiten de afbakening.

1 V

ISIE

VO

OR

EEN

TR

END

BREU

K V

AN

DE

NEG

ATIE

VE

EXT

ERN

E K

RA

CH

TEN

kaart 1.1 | De begrensde stad met een leefbaar centrum

bron: interpretatie van UDP (PHI Architecture, 2005: 56), eigen bewerking

Page 15: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

15In de eerste plaats moet het beleid voor Paramaribo erop gericht zijn de steeds verdere stedelijke uitdeining een halt toe te roepen. Het zet maximaal in op het realiseren van de stedelijke doelstellingen zoals wonen, handel, kantoren, bedrijvigheid, groenvoorzieningen, openbaar vervoer... binnen de afbakening. Hiermee heeft het een rechtstreekse invloed op de eerste beweging van de pullfactoren: de steeds groter wordende afstandsrelatie tussen het stadshart en de rand van de stad.

Deze randvoorwaarde maakt dat toekom-stige stedelijke expansie in Paramaribo geen evidentie meer is, maar het staat de stedelij-ke groei niet in de weg. De stedelijke noden worden in de eerste plaats ingevuld binnen de afbakeningslijn. Het beleid overweegt en-kel een aanpassing van de afbakeningslijn als er daartoe een aantoonbare noodzaak is.

Bijvoorbeeld als nieuwe essentiële doelstel-lingen voor de stad niet gerealiseerd kunnen worden binnen de afgesproken afbakening. De uitbreiding van de stad blijft in de toe-komst mogelijk, maar wel op basis van een doordachte visie.Stadsuitbreiding gebeurt gecontroleerd, doordacht en met aandacht voor de toekom-stige noden voor de verschillende sectoren als wonen, industrie, handel, groen... Het is belangrijk dat dergelijke afbakening niet en-kel gepaard gaat met de berekening en reser-

vering op basis van kwantitatieve prognoses1, maar dat ook de kwalitatieve aspecten ten volle worden meegenomen. De ruimtelijke kwaliteit beslaat de keuze voor de meest ge-schikte gebieden voor een functie, de relatie met de voorzieningen voor openbaar ver-voer, het potentiële gevaar voor overstro-mingen, de relatie met complementaire en/of onverenigbare gebieden...

Het inlossen van nieuwe behoeften binnen de vastgelegde contouren leidt tot het ver-hogen van de dichtheid van bepaalde gebie-den. Daarmee vormt het begrenzen van de stad een eerste stap in het voeren van een ‘dichtheidsbeheer’2. Hierbij wordt er nage-dacht welke deelgebieden in de stad behoef-te hebben in het verlagen van de dichtheid en welke een grotere draagkracht hebben om densere projecten te realiseren. Beide technieken vormen een instrument om de ruimtelijke kwaliteit van de verschillende deelgebieden te verhogen.

1 Kwantitatieve prognoses focussen op de hoeveelheid van elke functie die noodzakelijk is om in toekomstige behoeftes te voorzien. Daarbij berekent men de hoeveelheid opperv-lakte die nodig is voor wonen, bedrijventerreinen, kantoren, handel, groengebieden, recreatie ...

2 Ook in Vlaanderen wordt er gestreefd naar een ‘dichtheids-beheer’. Deze term wordt geïntroduceerd in de actualisatie en gedeeltelijke herziening van het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen, zoals blijkt uit de nota voorontwerp van 12 de-cember 2008.

Page 16: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

16 EEN LEEFBAAR CENTRUM IN COMBINATIE MET SECUNDAIRE

VOORZIENINGSKERNEN

De twee bewegingen geschetst als pushfac-toren maken dat Paramaribo als compacte stad met één centraal centrum een utopisch model geworden is. De afstandsrelatie tus-sen de rand van de stad en de Binnenstad als exclusief voorzieningengebied is hier-voor te groot. Bovendien is het, gelet op de bovenvernoemde negatieve aspecten, geen gewenst model. Een leefbaar stadscentrum heeft er alle belang bij dat de verschillende

kaart 1.2 | Secundaire kernen met voorzieningen

bron: interpretatie van UDP (PHI Architecture, 2005: 58), eigen bewerking1 V

ISIE

VO

OR

EEN

TR

END

BREU

K V

AN

DE

NEG

ATIE

VE

EXT

ERN

E K

RA

CH

TEN

Page 17: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

17ressorts in de stad zich kunnen ontwikkelen tot aangename en leefbare buurten met een eigen voorzieningengebied op het niveau van het ressort.

In het Urban Development Plan werd hier-voor een interessant model ontwikkeld op basis van onderzoek naar Paramaribo. Het gaat om het model van de ‘secundaire cen-tra’. Het stelt de ontwikkeling voor van verschillende subcentra in de stad. Dit zijn voorzieningskernen die verzorgend werken op ressortniveau en die complementair zijn aan de voorzieningen in het centrum. De subcentra voorzien de ressorts in hun dage-lijkse behoeften zonder hiermee de concur-rentie met de Binnenstad te willen aangaan. Hierdoor gaan ze ontlastend werken voor de Binnenstad en zorgen ze ervoor dat die met haar centrumfuncties, zich maximaal als centrum voor de stad kan profileren. In de secundaire polen zijn tal van voorzienin-gen mogelijk: winkelcentra, randstedelijke parkings, bustransfers van- en naar het cen-trum...

Het Urban Development Plan bakent vier van deze plekken indicatief af. Het gaat om gebieden in de rand, bijvoorbeeld langs in-valswegen of naast shoppingcentra (malls). Ze hebben vandaag reeds het kenmerk te functioneren als een randstedelijk centrum. De vier geselecteerde gebieden zijn: ‘Geyers-

vlijt’ in het noorden, ‘Kwattaweg’ in het wes-ten, ‘L’Hermitage’ in het zuidwesten en in het zuiden het gebied ‘Latour’. Hoewel bin-nen dit onderzoek het concept ondersteund wordt, heerst er geen volle overtuiging voor alle voorgestelde locaties. ‘Kwattaweg’ wordt op dit ogenblik gekenmerkt door heel wat winkels verspreid langs de invalsweg naar de stad. Er is momenteel geen duidelijke kern af te bakenen. De vraag kan gesteld worden of het wenselijk is om langs deze lijninfra-structuur de ontwikkeling tot een subcentra te ondersteunen en of er mogelijkheden be-staan om meer centraler in de ressorts een lokale pool te creëren. Verder dreigt door de ontwikkelingen aan de Hermitagemall (zie boek 2: Negatieve tendenzen werken in op de Binnenstad: tweede beweging) deze pool zich in rechtstreekse concurrentie te stel-len met de Binnenstad. Hier ontwikkelt een pool die het niveau van de ressorts overstijgt. Vanuit dit onderzoek wordt aanbevolen dat de overheid en de Inter-American Develop-ment Bank bij verdere uitwerking van het concept van de ‘secundaire centra’, de posi-tie van de ‘Kwattaweg’ en de betekenis van de ‘Hermitagemall’ evalueren.

Page 18: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

18 CONCLUSIE Een effectief en efficiënt stedelijk beleid is een beleid dat op twee fronten de ontwik-kelingen probeert om te buigen: het stoppen van zowel de pullfactoren als de pushfacto-ren. Breken met de belangrijkste trekkende krachten is nodig opdat de ontwikkeling van het strategisch gebied Binnenstad effectief zou zijn. De belangrijkste pullfactoren wor-den binnen het onderzoek aangeduid. Er werd een visie geformuleerd op basis van bestaande planningsdocumenten en aan de hand van twee concepten: ‘het begrenzen van de stad’ en ‘een leefbaar centrum in com-binatie met secundaire voorzieningskernen’. Het masterplan werkt echter geen strategie uit om deze oplossingsdoelen te realiseren. De focus van de onderzoeksmissie ligt im-mers op het definiëren van uitvoerbare projecten in de Binnenstad. Het onderzoek naar de externe krachten was dan ook geen onderzoeksvraag binnen de projectdefinitie van de opdracht. Bovendien liet het man-daat en de onderzoeksduur het niet toe dit onderzoeksluik verder uit te diepen. Toch is het belangrijk deze kort te duiden, zodat het realiseren van een trendbreuk voor de ex-terne trekkende krachten (pullfactoren) als randvoorwaarde kan gelden binnen dit on-derzoek om de doelstellingen voor de Bin-nenstad te realiseren.

1 V

ISIE

VO

OR

EEN

TR

END

BREU

K V

AN

DE

NEG

ATIE

VE

EXT

ERN

E K

RA

CH

TEN

Page 19: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

19De doelstellingen voor de opmaak van het strategisch ruimtelijk masterplan voor de Binnenstad impliceren de opmaak van een visie, om af te rekenen met de belangrijk-ste negatieve trends in het weefsel van de Binnenstad en, door het formuleren van ac-ties, om een trendbreuk te realiseren. “Een trendbreuk is een fundamentele wijziging in een bestaande trend. Een trendbreuk kan door beleidsmaatregelen tot stand komen.” (Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2004: 571). Het masterplan speelt hiermee rechtstreeks in op de pushfactoren, de du-wende krachten die de Binnenstad onleef-baar maken en die ervoor zorgen dat men-sen meer en meer het gebied verlaten. Voor de Binnenstad vormen deze beweegredenen de belangrijkste negatieve krachten. Een sterke Binnenstad met laag aantal pushfac-toren zorgt ervoor dat pullfactoren minder indruk maken op het gebied.

Page 20: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

foto 2.1 | Wijdenboschbrug

Page 21: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

HOOFDSTUK 2

RUIMTELIJKE VISIE VOOR DE BINNENSTAD EN AFBAKENING VAN DE STRATEGISCHE RUIMTEN

Page 22: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

22 INLEIDING Dit hoofdstuk stelt een ruimtelijke visie voor de Binnenstad op en concretiseert deze zo-danig, dat er een stevige basis wordt gelegd om de visie te kunnen vertalen in uitvoer-bare projecten, het uiteindelijke doel van dit onderzoek.

Op basis van de visie zullen eerst twee con-cepten worden uitgewerkt. De concepten verduidelijken de visie en visualiseren ze op een ruimtelijke manier. Aan de hand van de concepten worden strategische ruimten afgebakend. Waar de concepten de visie ruimtelijk visualiseren, gaan de strategische ruimten over tot een specifieke afbakening op de stadsplattegrond. De ruimten vormen het ruimtelijk kader voor programma’s. Pro-gramma’s geven een specifieke inhoud aan de strategische ruimten.

Dit hoofdstuk sluit af met de detectie van de eerste programma’s van het masterplan. In volgende hoofdstukken zullen de pro-gramma’s verder aangevuld en uitgewerkt worden.

2 RU

IMT

ELIJK

E V

ISIE

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D E

N A

FBA

KEN

ING

VA

N D

E ST

RAT

EGIS

CH

E RU

IMT

EN

Page 23: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

23RUIMTELIJKE VISIE VOOR DE BINNENSTAD

De centrumfunctie ligt geborgen in het collectief geheugen

De centrumrol wordt in dit onderzoek om-schreven als de plek in de stad waar men-sen elkaar ontmoeten, waar handel gedreven wordt, waar beslissingen worden genomen. Het is dus bij uitstek de plek waar meerdere functionele lagen in de stad over elkaar ge-legd worden en die ook voor heel wat van die lagen het zwaartepunt van de functie uit-maken. Dat sommige lagen beter bij elkaar passen dan andere, is overduidelijk. Zo past de woonfunctie beter bij handelsfuncties, hotels, restaurants, cafés en diensten dan in combinatie met het nachtleven van dansca-fés en discotheken.

Vanuit deze stelling is een centrum vooral een maakbaar gegeven. Zo kan mits de no-dige inspanningen op elke plek in de stad een centrum worden gebouwd. Historisch gezien ontstaat een centrum vaak aan een kruising van twee wegen of aan een water-loop. Op die manier zijn er in een stad en-kele plekken meer geschikt voor de uitbouw van een centrum dan anderen. Toch blijft de maakbaarheid, mits het uitkiezen van een goede locatie, overeind. Wanneer er enkel vanuit dit principe zou gewerkt worden, zou de Binnenstad van Paramaribo evengoed vervangen kunnen worden door een ander centrum, elders in de stad.

Page 24: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

24 De Binnenstad heeft echter nog extra troe-ven om ook in de toekomst de centrumfunc-tie blijvend te herbergen. Niet enkel is de lig-ging van het centrum nu zeer gunstig (aan de rivier en aan de doorgang van belangrijke wegen), het is vooral de plek waar de stad ontstond. De Binnenstad van Paramaribo is door de jaren heen steeds het centrum van de stad geweest. Het wordt veruiterlijkt in haar bijzondere stedelijke structuur, de his-torische bebouwing, straten en pleinen die uniek zijn voor de stad. Paramaribo herin-nert zich hierdoor haar centrum. Dit ken-merkt zich niet enkel door haar morfologie, het is ook vastgelegd in het bewustzijn van haar inwoners. Deze bijzondere eigenschap, waarbij de centrumfunctie van de Binnen-stad geborgen zit in de structuur van de stad en het mentale beeld van de inwoners, wordt verder in deze studie aangeduid als het col-lectief geheugen1 van de stad.

Het is niet enkel belangrijk om de Binnen-stad omwille van zijn historisch karakter te bewaren, het is noodzakelijk dat het gebied haar centrumrol op een actieve manier op-neemt. Het is eveneens niet voldoende om het centrum en haar monumenten te bevrie-zen en het enkel te laten dienen als ‘toeristi-sche kijkkast’. Dit zou leiden tot een zielloos, clean en puur toeristisch eiland in de stad. Deze ontwikkeling is niet enkel nefast voor het algemeen goed functioneren van de stad

als centrum, maar zou ook voor een verar-ming van de historische laag zorgen. De rijk-dom van de Binnenstad is net de voornoem-de functieverweving, waarbij de historische laag slechts één van de vele lagen in de stad is. Het is net door de Binnenstad blijvend als actief onderdeel van de stad te laten functi-oneren, dat het haar betekenis als collectief geheugen in het dagelijks leven van de Suri-namer kan innemen. Om deze rol te vervul-len, is het belangrijk dat de Binnenstad haar centrumfunctie blijft en zelfs op een betere manier opneemt.

1 Willem Frijthoff introduceerde eind jaren tachtig het begrip ‘collectief geheugen’ als een wezenlijk aspect van het alledaags gebruik van de stad door haar bewoners. “Dit ge-heugen”, stelde Frijthoff, “is geen ‘objectieve’ reconstructie van historische feiten, maar het resultaat van een complexe wisselwerking tussen de historische, materiële structuur en in-frastructuur van de stad en de veelheid aan sociale praktijken van haar inwoners”. Frijthoff onderscheidde drie soorten ‘ankerpunten’ voor dergelijk collectief geheugen: materiële objecten en structuren, sociale rituelen en ‘getuigenissen’. Materiële objecten en structuren (gebouwen en stedelijke structuren) krijgen alleen betekenis als ze verbonden zijn met sociale rituelen (de alledaagse gebruikspatronen in een stad) en getuigenissen (literatuur, muziek, film, fotografie en dergelijke) (Han Meyer & Van den Burg, 2006: 14).

2 RU

IMT

ELIJK

E V

ISIE

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D E

N A

FBA

KEN

ING

VA

N D

E ST

RAT

EGIS

CH

E RU

IMT

EN

Page 25: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

25Binnenstad opnieuw revitaliseren door de potenties die aanwezig zijn

Zoals blijkt uit het boek 2: ‘De Binnenstad van Paramaribo’ ligt een combinatie van push- en pullfactoren aan de basis van de neerwaartse spiraal waarin de Binnenstad van Paramaribo zich bevindt. Het realiseren van een trendbreuk voor de belangrijkste pullfactoren vormt de randvoorwaarde voor het slagen van elke geformuleerde ontwik-kelingsvisie. Rechtstreeks ingrijpen op de re-vitalisatie van de Binnenstad gebeurt door in te zetten op het keren van de pushfactoren. Het is de ruimtelijke visie om de pushfac-toren, of problemen van de Binnenstad, op die manier aan te pakken, zodat de Binnen-stad opnieuw een aangenaam centrum is om te wonen, werken en vertoeven. Dit gebeurt primair door de leefbaarheid van de Binnen-stad te verbeteren.

De Binnenstad bezit naast verschillende problemen ook vele potenties. Elementen als een goed stratenpatroon, aanwezigheid van monumenten, aanwezigheid van de vele, soms wel tanende, functies ... Naast het aanpakken van de problemen, dient de Binnenstad ook te worden ontplooid vanuit haar potenties. Door aanpak van zowel de problemen als de potenties kan er op een inclusieve manier gewerkt worden aan de verbetering van de Binnenstad.

Door de Binnenstad te revitaliseren, wordt ook het collectief geheugen gereactiveerd: de historische laag wordt opgenomen in een levend centrum waardoor het op een actieve manier in de samenleving wordt beleeft en niet op een passieve manier, zoals bij een museum.

De analyse gaf aan dat er verschillende func-tionele zones in het centrum zijn. In deze zones overheerst vaak één welbepaald ge-bruik. Zo is er een zone in de Binnenstad waar vooral winkelen aanwezig is, een ande-re waar vooral horeca primeert, een andere waar men vooral de groene en recreatieve functie terugvindt en één waar er vooral een concentratie van monumenten is. Dit laat-ste is geen echt functioneel, maar eerder een bouwtypologisch kenmerk. Het is de visie om al deze functionele/bouwtypologische zones samen te versterken, waarbij de eigen-heden worden gerespecteerd, versterkt, maar ook aangevuld door andere centrumfuncties. Op deze manier wordt er getracht om in te zetten op een levendige Binnenstad, waarin alle delen 24 uur op 24 een vorm van perma-nentie bezitten. Hierbij zal naast winkelen, horeca en recreatie, vooral de woonfunctie deze levendigheid kunnen bewerkstelligen, dit ook na de kantooruren en na sluitingstijd van de winkels. De Binnenstad dient niet te evolueren naar een uitgelezen residentieel gebied in de stad, maar wonen behoort één

Page 26: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

26 van de lagen van een centrum op te nemen.

Binnen deze revitalisatie moet op een be-wuste manier worden gewerkt aan het col-lectief geheugen. Elke ontwikkeling ter revitalisering van de Binnenstad hoort re-kening te houden met de elementen die het collectief geheugen vormen. Deze elemen-ten zijn o.a. de monumenten, het historisch stratenpatroon, de historische waterstruc-tuur, maar ook historisch belangrijke plek-ken zoals tuinen, parken, pleinen... Dit wil niet zeggen dat deze elementen ongewijzigd bevroren eilanden in de Binnenstad dienen te vormen, maar dat er op een respectvolle en geïntegreerde manier dient mee worden omgegaan.

Op basis van de visie om de Binnenstad te revitaliseren vanuit de aanpak van de pro-blemen, het aanwenden van de potentie met respect voor het collectief geheugen, gelooft de visie zowel vanuit de historie als vanuit haar ontwikkelingskansen in de mogelijkhe-den van de Binnenstad. De Binnenstad of het centrum van Paramaribo heeft een eigen systeem, karakter en identiteit, dit zijn aan-knopingspunten voor de visie van de stad.

Deze visie geeft een voorstelling van een haalbare toekomst voor de Binnenstad. De haalbaarheid is, zoals eerder genoemd een vitale randvoorwaarde voor dit onderzoek.

Het is niet belangrijk om een ideaal beeld voor de Binnenstad te ontwikkelen dat alle aanwezige problemen en potenties aanwend. Het is veel belangrijker om een visie uit te werken die zich richt op de mogelijkheid om op korte termijn aan de revitalisatie te doen. Daar potenties vaak gemakkelijker te ontplooien zijn dan het ombuigen van pro-blemen, is het de keuze van het onderzoek het tanende centrum vooral aan te pakken vanuit de aanwezige potenties. Hierbij heeft de ontwikkeling van de potenties onlosma-kelijk effect op de aanwezige problemen.

2 RU

IMT

ELIJK

E V

ISIE

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D E

N A

FBA

KEN

ING

VA

N D

E ST

RAT

EGIS

CH

E RU

IMT

EN

Page 27: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

27TWEE CONCEPTEN VOOR DE BINNENSTAD

Inzetten op het historisch erfgoed: het hart van de Binnenstad, de ziel van de stad

Het eerste concept is de vertaling van de visie omtrent het collectief geheugen. De centrumrol van de Binnenstad zit geborgen in de structuur van het gebied en het men-tale beeld van de inwoners van de stad. Het maakt dat de Binnenstad van Paramaribo

kaart 2.1 | Inzetten op het historisch erfgoed: het hart van de Binnenstad, de ziel van de stad

bron: eigen verwerking

Page 28: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

28 niet zomaar te vervangen is door een ander centrum elders in de stad. Zo vormt de Bin-nenstad hét uithangbord voor de hoofdstad.

Eén bijzondere zone in de Binnenstad her-bergt een hoge concentratie aan objecten en structuren. Het is de historische laag die met haar materiële objecten en structuren het collectief bewustzijn het sterkst activeert. Het wordt veruiterlijkt in de monumenten, het historisch stratenpatroon, de pleinen, de parken ... Het gebied geeft identiteit aan de Binnenstad en vormt door haar bijzondere opbouw de ziel van de stad. Het eerste concept bakent deze bijzondere aandachtszone af. De afbakening is overeen-stemmend met de afbakening van UNESCO. Binnen dit concept geldt, omwille van de sleutelpositie binnen het collectief geheu-gen, dat als er ergens in de Binnenstad ge-investeerd of op ingezet moet worden, het dan wel het centrum is dat geselecteerd en aangeduid werd als UNESCO-werelderf-goedgebied.

Het historisch centrum is een zone waarbin-nen veel problemen, maar ook kwaliteiten aanwezig zijn. Zoals verder in dit werk zal blijken, liggen er in het openbaar domein, de bebouwing en het gebruik mogelijkheden klaar om de leefbaarheid en de bereikbaar-heid te vergroten. Bij de uitwerking van dit concept dient er te worden ingezet op het

herwaarderen en het benutten van de poten-ties van het compacte historisch centrum.

In deze zone zijn er veel overheidsfuncties en kantoren aanwezig. Het gebied kampt met leegstand van historische gebouwen en met verlatenheid buiten de kantooruren. Bij de revitalisatie van de Binnenstad hoort bijzondere aandacht uit te gaan naar deze specifieke zone. Dit om twee redenen. Ener-zijds speelt het een prominente rol binnen de vorming van het collectief geheugen, wat een kwaliteit/potentie is. Anderzijds ook omwille van de zwakte door de afwezigheid van functievermenging en levendigheid, wat noodzakelijk is binnen het centrumdenken.

Zoals de visie omtrent het collectief geheu-gen poneert, moet er bij de investeringen rekening gehouden worden met de kwets-baarheid van dit gebied. Hierdoor mag bij nieuwe ontwikkelingen en investeringen de draagkracht van dit gebied niet overschre-den worden door nieuwe, ongewenste ont-wikkelingen. Er moet telkens een goede afweging gemaakt worden welke ontwik-kelingen gewenst zijn en welke niet. Hierbij moet er voor de verdere uitwerking van dit concept en in de verdere uitwerking van het Masterplan afgetast worden wat de grenzen van deze draagkracht zijn.

2 RU

IMT

ELIJK

E V

ISIE

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D E

N A

FBA

KEN

ING

VA

N D

E ST

RAT

EGIS

CH

E RU

IMT

EN

Page 29: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

29Stadscentrum inbedden, verweven in haar omgeving samen met een versterking van de omliggende dynamieken

Het tweede concept probeert een aanvulling te zijn op het eerste concept en geeft daaren-boven vanuit een functionele insteek invul-ling aan de revitalisatie van de Binnenstad.

De invulling van dit tweede concept vertrekt vanuit het geloof dat het historisch hart geen centrum van de stad vormt zonder een de-gelijke functionele invulling. Het historisch hart, dat nu met lage functionele densiteit kampt, kan deels haar dynamiek vinden in de overgangsgebieden of naastgelegen ge-bieden. Deze behoren hierdoor zelf sterk genoeg te zijn om enerzijds het historisch

kaart 2.2 | Stadscentrum inbedden, verweven in haar omgeving

bron: eigen verwerking

Page 30: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

30 hart te versterken en anderzijds de brug te slagen met de rest van de stad. Ze zijn van groot belang om het hart bereikbaar en her-kenbaar te maken. Het centrum mag niet ge-isoleerd geraken of een eiland worden. Het moet contact zoeken met de rest van de stad. Anderzijds hebben de naastgelegen gebieden elk een specifiek karakter. Zij moeten intern versterkt worden en onderling met elkaar verbonden worden, zodat zij ook deel gaan uitmaken van de Binnenstad.

In de Binnenstad zijn gebieden terug te vinden met een sterke functionele cluste-ring. Hier is er een bepaalde dynamiek vast te stellen. Wanneer deze zones op de kaart worden uitgezet, bevinden ze zich rond het historisch centrum, afgebakend in het vo-rige concept. Er kan dus vastgesteld worden dat in de Binnenstad de sterkste dynamieken aanwezig zijn rondom het historisch hart. Dit is in scherp contrast met het historisch centrum, dat gekenmerkt wordt door een lage functionele dynamiek.

Concreet zijn er drie sterke dynamische ge-bieden die een belangrijke rol gaan spelen in de heropleving van het historisch centrum:▪ Een winkelgebied in het westen: dit is een

kerngebied met een sterke concentratie van winkels en handelszaken.

▪ Een uitgaanszone in het oosten: histo-risch gegroeid rondom café ‘t Vat, het

eerste ‘toeristische’ café in Paramaribo. In deze zone komen veel cafés, restaurants en hotels voor en ze breidt steeds verder uit naar het noord-oosten.

▪ Grote groene zone met culturele en re-creatieve voorzieningen in het noorden: dit gebied ligt niet meer binnen de afba-kening van de Binnenstad.

Het zijn de dynamieken uit deze zones rond het historisch centrum die ingezet worden om het historische hart te versterken. Het eerste deel van dit concept zet dus in om die sterke krachten rondom het historisch centrum te integreren in het historisch hart waardoor dit laagdynamisch gebied weer ge-activeerd wordt en kan opleven.

In het tweede luik van het concept wordt getracht om de aanwezige dynamieken te versterken. Zoals de analyse aangaf, zijn de zones waar de dynamieken zich bevinden eerder monofunctioneel. De gebieden heb-ben hierdoor een levendigheid op zeer spe-cifieke tijdstippen, maar zijn vaak laagdyna-misch tijdens de andere momenten van de dag. Om deze monofunctionaliteit van de ruimten rondom het historisch hart te ver-sterken, dienen er de andere centrumfunc-ties in deze gebieden versterkt te worden.

Wanneer het eerste deel van het concept met het tweede deel wordt samengebracht, hoort 2

RUIM

TEL

IJKE

VIS

IE V

OO

R D

E BI

NN

ENST

AD

EN

AFB

AK

ENIN

G V

AN

DE

STR

ATEG

ISC

HE

RUIM

TEN

Page 31: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

31het tweede concept een versterkte en meer samenhangende Binnenstad op te leveren. In deze Binnenstad behoudt elk onderdeel haar eigen dynamiek en eigenheden maar wordt wel aan elkaar geregen door een overal aanwezige dynamiek eigen aan een centrum van een stad. De bekrachtiging wordt te-weeg gebracht door een interne versterking van elk deel en een kruisbestuiving tussen de verschillende delen.

Page 32: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

32 AFBAKENING VAN DE STRATEGISCHE RUIMTEN VOOR

DE BINNENSTAD

Vanuit de concepten worden de strategische ruimten afgebakend die als hefboom fun-geren om opnieuw de centrumrol van de Binnenstad op te nemen. Een strategische ruimte is een ruimte die een sleutelrol ver-vult in de ontwikkeling van de Binnenstad, omdat deze in staat is haar omgeving te be-invloeden. De strategische ruimten zijn de ruimten die van groter belang zijn voor de implementatie van de ambities voor de Bin-nenstad dan andere. Tegelijkertijd is diezelf-de Binnenstad als strategisch aangeduid voor de ganse stad Paramaribo. Dit impliceert dat de inspanningen die geleverd worden in de Binnenstad in staat zijn een positieve invloed uit te oefenen op het hele stedelijk weefsel. In de strategische ruimten moet de stad haar gebiedgerichte inspanningen en in-vesteringen concentreren. Zij worden verder gedetailleerd in een aantal strategische pro-gramma’s en projecten. (gebaseerd op: Stad Antwerpen, 2007: 23)

De afbakening van de strategische ruimten gebeurt op basis van ruimtelijke en func-tionele gehelen. Daarbij wordt er eerst be-roep gedaan op de twee concepten voor de Binnenstad, daarna wordt er één bijzondere zone specifiek toegelicht.

2 RU

IMT

ELIJK

E V

ISIE

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D E

N A

FBA

KEN

ING

VA

N D

E ST

RAT

EGIS

CH

E RU

IMT

EN

Page 33: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

33Afbakening van de ruimtelijke en functionele gehelen vanuit de concepten voor de ruimtelijke visie voor de Binnenstad

Kaart 5 toont de concrete afbakening van het historisch centrum en de drie omliggen-de dynamieken zoals aangegeven in de twee concepten voor de ruimtelijke visie voor de Binnenstad.

Het historisch centrum ligt centraal. De af-bakening stemt overeen met de afbakening als historisch erfgoed door UNESCO. Met zijn specifieke bouwtypologie vormt het gebied het visitekaartje van het collectief bewustzijn van de Binnenstad. Eromheen liggen drie dynamieken, elk met hun eigen-heden en getypeerd door één functie die centraal staat.

kaart 2.3 | Afbakening van de ruimtelijke en functionele gehelen

bron: eigen verwerking

Page 34: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

34 Ten oosten van het historisch centrum ligt een gebied dat hoofdzakelijk beheerst wordt door winkelfuncties. Het wordt afgebakend door de Zwartenhovenbrugstraat, de Dr. Sophie Redmondstraat en de Heiligenweg. Het komt overeen met wat op de stadsplat-tegrond op te merken valt als de ‘kwartslag’ (zie hoofdstuk 2 van boek 2: Uitzondering op de stadsuitbreidingen: de kwartslag). De belangrijkste straten in het gebied zijn de Jo-denbreestraat, de Maagdenstraat, de Steen-bakkerijstraat en de Domineestraat. Hoewel het gebied duidelijk nog een hoge dynamiek teweeg brengt, is het eigenlijk tanend. De winkelfunctie krijgt steeds vaker concur-rentie van de shoppingmalls verderop in de stad.

Eén gebied dat van deze concurrentie op het eerste zicht geen last lijkt te hebben, is de zone ten noordoosten van het historisch centrum. De zone in het donkeroranje bruist van het leven, zowel overdag als ’s nachts, met functies als cafés, restaurants, danscafés en discotheken. De zone wordt afgebakend door de Van Roseveltkade, de Kleine Water-straat, de Van Sommelsdijcksestraat en de Grote Combéweg. De meeste handelszaken staan langs de Kleine Waterstraat, waardoor er nog ruimte beschikbaar is. Er komen dan ook steeds nieuwe zaken bij. Winkelfuncties komen hier niet tot amper voor. Het gebied kent haar succes mede door de nabijheid van

de vele hotels. Zoals aangegeven in boek 2 zijn ook hier de eerste tekenen van een trend waarneembaar (zie hoofdstuk 3 van Boek 2: Negatieve tendenzen werken in op de Bin-nenstad. Tweede beweging: nieuwe kernen nemen de taak van de Binnenstad over). De hotelfuncties, aangeduid in het lichtoranje, schuiven steeds meer op naar het noorden, langs de rivieroever. Voor het eerst worden hotels met een belangrijk aanzien verder dan wandelafstand van de Binnenstad neer-gepoot. De volgende stap is dat ook de uit-gaansfuncties met cafés en restaurants vol-gen.

De derde dynamiek is een groengebied. Door zijn grootte en betekenis is dit groen-gebied strategisch voor de hele stad Para-maribo. Het vormt een verbinding tussen de Binnenstad en de noordelijk gelegen kust. De afbakening is die van de ‘cultuur-tuin’, uitgebreid met het voetbalstadion en de omgeving van de ‘Oranjetuin’. Zoals uit de analyse kon blijken, is ook deze dynamiek tanend. Door verschillende bouwprojecten wordt het gebied langzaam aangesneden, waardoor het sluimerend gereduceerd wordt en zelfs dreigt te verdwijnen.

2 RU

IMT

ELIJK

E V

ISIE

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D E

N A

FBA

KEN

ING

VA

N D

E ST

RAT

EGIS

CH

E RU

IMT

EN

Page 35: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

35Afbakening van een bijzondere contactzone: de Rivieroever

In de Binnenstad is nog een bijzondere ruimte af te bakenen: de Rivieroever. Het gebied vormt een langgerekt samenhangend geheel als oever van de Surinamerivier. Het is van strategisch belang als contactzone van de stad met haar rivier. Anderzijds kan het gebied ook beschouwd worden als een reeks van al dan niet aaneengeschakelde deelruim-tes die elk hun eigen ontwikkelingsdynamiek kennen. Die deelruimtes zijn de contactzo-nes naar de verschillende achterliggende ge-

bieden, die ook elk verschillen in dynamiek, morfologie en functies.

De rivieroever vormt enerzijds in haar bete-kenis en eenheid een strategische ruimte op zichzelf, anderzijds is het in haar verschei-denheid de contactzone naar onder andere het ‘historisch centrum’ en andere achterlig-gende gebieden met de Surinamerivier. De rivieroever is hierdoor als strategische ruim-te geen volledig nieuwe ruimte, het gebied overlapt met drie van de hierboven beschre-ven ruimten.

kaart 2.4 | Afbakening van een bijzondere contactzone: de Rivieroever

bron: eigen verwerking

Page 36: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

36 Deze benadering komt overeen met de ana-lyse en het ontwikkelingsconcept die de onderzoekers Adams en Kooyman in 2006 naar voor schoven in hun onderzoek ‘ont-wikkelingsstrategieën voor de Rivieroever van Paramaribo’ (2007: 141-158). Hun be-langrijkste concept voor de revitalisatie van de rivieroever maakt net gebruik van deze tweeledigheid van de strategische ruimte: enerzijds een verbindende strategie op het niveau van de oever als een groen recreatie-lint, anderzijds de banden van de stad met de rivier versterken door de dwarse verbindin-gen te realiseren, consolideren of versterken. Deze dubbele strategie werd vastgelegd in concepttekeningen (zie figuur 2).De Rivieroever is een strategische ruimte

voor de Binnenstad, maar door het gebrek aan een breed toegankelijke en representa-tieve publieke ruimte oefent de Rivieroever haar strategisch belang als brede contactzo-ne van de stad met haar rivier amper uit. De Rivieroever wordt verder in het onderzoek meegenomen als een aparte strategische ruimte, maar het is bij de visie vorming be-langrijk dat het gebied zich niet als een volle-dig zelfstandige ruimte ontwikkeld. De ver-schillende deelgebieden of sequenties van de Rivieroever zijn ook de contactzone naar de achterliggende gebieden. In het bijzon-der twee achterliggende gebied die ook als strategisch aangeduid worden: het historisch centrum en het winkelgebied ten westen er-van.

figuur 2.1 | Concept link stad-rivier - link stadsdelen

bron: Adams, Kooyman, 2007: 1472 RU

IMT

ELIJK

E V

ISIE

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D E

N A

FBA

KEN

ING

VA

N D

E ST

RAT

EGIS

CH

E RU

IMT

EN

Page 37: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

37VERTALING VAN DE STRATEGISCHE RUIMTEN IN PROGRAMMA’S

De vijf strategische ruimten worden bij de assemblage van het masterplan, aan het ein-de van dit boek, geheel of deels vertaald in volgende strategische programma’s: ▪ Historisch Hart▪ Winkelkerngebied▪ Uitgaansgebied▪ Culturele pool▪ Rivieroever – Waterkant

Vooraleer dit kan gebeuren, worden eerst in een volgend hoofdstuk generieke ambities voor de Binnenstad afgebakend. Daarbij zal blijken dat de generieke ambities voor de Binnenstad zelf ook nog een extra program-ma en een strategisch project opleveren.

De strategische programma’s geven een meer specifieke en pragmatische inhoud aan de strategische ruimten. Per programma wor-den er specifieke missies afgebakend. Het is de verdere uitwerking van de ruimtelijke vi-sie voor de Binnenstad die wordt aangevuld met de generieke ambities die er betrekking op hebben. De strategische programma’s zorgen voor de coördinatie van de verschil-lende actoren, projecten en maatregelen tij-dens de implementatiefase. De strategische programma’s die voortvloeien uit de strate-gische ruimten hoeven in hun afbakening niet noodzakelijk volledig overeen te stem-men met deze ruimten. (Gebaseerd op Stad Antwerpen, 2007: 22-23)

Page 38: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

38 CONCLUSIE Op basis van een visie, opgebouwd uit twee krachtlijnen, werd in dit hoofdstuk overge-gaan naar twee ruimtelijke concepten, die de visie verder concretiseren en ruimtelijk ver-ankeren. Zo is de eerste stap van visie naar uitvoerbare projecten gezet. Via een verdere uitvoering van de concepten in deelruimten, werd de link tussen de visie van de Binnen-stad en de verschillende onderdelen van de Binnenstad gespecificeerd en vastgelegd. De vertaalslag van de strategische ruimten naar programma’s werd als laatste in het hoofd-stuk aangehaald. De programma’s zorgen voor een link tussen de afgebakende stra-tegische ruimten en de daarbinnen te ont-wikkelen inhoud. De programma’s worden hier slechts aangezet en daarna in volgende hoofdstukken verder uitgewerkt.

Door de systematische opbouw van dit hoofdstuk is er getracht om de gedachte-gang achter de opbouw van het masterplan te duiden. Zo wordt er getracht het plan beter te onderbouwen en begrijpbaarder te maken om de bruikbaarheid van het plan te verhogen.

2 RU

IMT

ELIJK

E V

ISIE

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D E

N A

FBA

KEN

ING

VA

N D

E ST

RAT

EGIS

CH

E RU

IMT

EN

foto 2.2 | Domineestraat

Page 39: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

39

Page 40: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

foto 3.1 | Fort Zeelandia

Page 41: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

HOOFDSTUK 3

BEELDEN VOOR DE BINNENSTAD

Page 42: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

42

3 BE

ELD

EN V

OO

R D

E BI

NN

ENST

AD

INLEIDING De vorige hoofdstukken hadden tot doel om, vanuit een visie, gebieden te selecteren met een hefboomfunctie voor de Binnenstad. Hoewel de indruk kan ontstaan dat het sa-menvoegen van deze gebieden op één kaart meteen het eindbeeld voor het strategisch masterplan oplevert, is dit niet geheel waar. Er is ook behoefte om onderzoek te doen naar de verschillende lagen van de Binnenstad.

Dit hoofdstuk gaat, door middel van beelden, op zoek naar ontwikkelingsdoelen voor de verschillende structuren die samen de Bin-nenstad vormen. Het is de afbakening van een generiek referentiekader, waar elk project dat betrekking heeft op de Binnenstad rekening mee moet houden (Stad Antwerpen, 2007: 22). Verder zal blijken dat niet alle structuren even belangrijk zijn in functie van de actiege-richte doelstellingen.

Het doel is tweeledig. Enerzijds worden er binnen de structuren bijkomend een strate-gisch programma en project aangeduid. Hoe-wel ze geen onderdeel vormen van de vijf afgebakende strategische ruimten, worden ze omwille van hun belang toegevoegd aan het strategisch ruimtelijk masterplan. Anderzijds wordt er een aanzet gedaan naar de uitwerking van de verschillende strategische ruimten in de Binnenstad. Hiermee is dit hoofdstuk een eerste aanzet naar boek 5: ‘Programma’s en projecten’.

Page 43: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

43ATTITUDE VOOR DE VISIE Beelden als instrument

De doelstellingen van het onderzoek focus-sen op visievorming gebaseerd op actiege-richtheid en het zoeken van partners voor samenwerking. De belangrijkste voorwaarde voor het verkrijgen van engagementen is in de eerste plaats betrokkenheid genereren van de partners. Om dit te bereiken worden er beelden als instrument ingezet.

De beelden spreken een ambitie uit. Het zijn voorstellen die aanspreken, prikkelen, maar voldoende ruimte laten voor discussie. De beelden worden uitgedrukt in een aantal vi-siekaarten en in verschillende collages. Het ontwerpmatig onderzoek focust zich op het verbeelden van principes, eerder dan dat het zich richt op het tonen van een ideaal eind-beeld. De effecten van bepaalde ingrepen worden onderzocht. Door middel van de beelden worden mogelijkheden afgetast en getoetst. De collages zijn concreet genoeg om de principes tastbaar te maken, maar blijven voldoende abstract om ruimte te la-ten voor interpretatie. De visiekaarten zijn opgenomen in dit boek, terwijl de collages terug te vinden zijn in boek 6, bij de uitwer-king van de deelprojecten. Dit om herhaling te vermijden en om de leesbaarheid van bei-de boeken te vergroten.

Page 44: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

44 De geprojecteerde beelden hebben niet de intentie allesomvattend te zijn. Ze dienen om partners betrokken te krijgen bij de visie. Hun hoofddoel is visievorming en draag-krachtversterking. Ze zijn generiek van aard, want ze beperken zich mogelijk niet tot de strategische zones, noch tot de Binnenstad. Dat is logisch omdat men op het niveau van de structuren problemen tegenkomt die mogelijks het best op te lossen zijn op het niveau van de Binnenstad (binnenstads-breed) of op het niveau van de totale stad (stadsbreed). Hiermee wordt er eigenlijk af-geweken van het gebiedsgerichte onderzoek naar de voorgestelde strategische ruimten. Dat is nodig om op basis van de Binnen-stadsbrede visie acties en verder onderzoek te definiëren, inhoud voor de programma’s aan te leveren en hiaten in de programma’s uit hoofdstuk 2 te detecteren. Specifiek on-derzoek naar de beelden en hun reikwijdte, vereist bijkomende onderzoeksdaden en valt buiten dit thesisonderzoek.

Verblijfskwaliteit als centraal beeld

Om gedragen acties op korte termijn aan te duiden, was het noodzakelijk regelmatig het onderzoek en de resultaten terug te koppe-len en af te toetsen bij de verschillende ac-toren. Partners zoeken voor samenwerking is in de eerste plaats partners enthousiasme-

ren, ruimte voor ideeën laten, luisteren naar voorstellen en engagementen aftoetsen. Het zoeken van acties binnen de projectzones is het resultaat van een proces van visievoor-stellen formuleren en presenteren aan de diverse partners. Engagementen worden pas aangegaan als de partners zich betrok-ken voelen. Om draagvlak bij hen te creëren, werd er gebruik gemaakt van één centraal beeld waaraan alle ideeën gekoppeld waren: verblijfskwaliteit.

‘Verblijfskwaliteit’ werd geponeerd als een soort overkoepelend superbeeld, waarvan alle andere beelden deel uitmaken. Het vormt het uithangbord waaraan alle acties en beelden gebonden zijn. Het beeld is toe-gankelijk en voldoende concreet om ver-schillende ruimtelijke acties te kaderen en heeft voldoende marges voor interpretaties en projecties van de partners.

De keuze voor verblijfskwaliteit als cen-traal beeld is niet zo verwonderlijk. Vanuit de randvoorwaarden en de ruimtelijke visie voor de Binnenstad hebben we bepaald dat het masterplan een antwoord wil bieden op de pushfactoren. Verblijfskwaliteit is als cen-traal beeld flexibel en tegelijkertijd onom-wonden. Als de Binnenstad haar centrumrol wil opnemen, zal ze weer als lichaam ge-schikt moeten zijn om te verblijven. Verblij-ven wordt hier breed geïnterpreteerd: van 3

BEEL

DEN

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D

Page 45: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

45Surinamer tot toerist, van toevallige passant tot handelaar of bewoner. Het tweede as-pect is kwaliteit. Het is de ambitie om door middel van hoogwaardige ruimtelijke plan-ning en ontwerp opnieuw ruimtelijke kwa-liteit en aantrekkelijkheid in de Binnenstad te brengen.

Verblijfskwaliteit werd meteen geponeerd bij het begin van het onderzoek als sterktebod. Gaandeweg is het begrip gegroeid als een soort leuze. Een idee waar veel partners zich konden achter scharen, elk vanuit een eigen belang en met hun eigen prioriteit en projec-tie, maar wel bepalend en richtinggevend.

Page 46: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

46 DRIEMAAL INZET ALS BASIS VOOR HET CREËREN VAN BEELDEN

De centrumfunctie zit geborgen in het col-lectief geheugen van de Binnenstad, zowel wat betreft functie als verschijningsvorm. De Binnenstad werkt als ruimtelijk geheel als al haar onderdelen werken. In de analyse1 werd de Binnenstad ontleed in vijf compo-nenten die samen de ruimtelijke opbouw bepalen. De beelden die zo dadelijk gepro-jecteerd worden, zijn gekoppeld aan deze lagen. Vanuit de doelstelling naar actiege-richtheid is niet elke laag hierbij evenwaardig. Zoals blijkt uit de analyse zijn twee lagen van de stad nagenoeg ongeschonden. Het gaat om het ‘landschap’ en de ‘stadsplattegrond’. In hun verschijningsvorm bezitten ze nog steeds de kwaliteiten om de centrumfunctie te herbergen. In beide lagen zijn acties be-denkbaar, maar strategisch bieden ze weinig meerwaarde in functie van de probleemstel-ling.

Vanuit deze gedachte en zoals de conclusie van boek 2 aangeeft, blijven er drie structu-ren over waarvan de kwaliteiten om de Bin-nenstad haar centrumrol te laten vervullen ernstig beschadigd of zelfs verloren zijn. Het gaat om: ‘openbaar domein’, ‘bebou-wing’ en ‘functies’. Net vanuit de doelstellin-gen tot snelle en concrete acties zijn deze la-gen bijzonder interessant. Ze worden vanaf heden aangeduid als de drie ‘inzetten’ waar-rond elke geponeerde visie actief zal werken. De definitie is hierdoor als volgt: ‘Inzetten 3

BEEL

DEN

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D

Page 47: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

47zijn de ruimtelijke lagen van de Binnenstad met een grote potentie tot fundamentele en structurele verbeteringen en hierdoor vanuit de actiegerichtheid het meest interessant’.2

figuur 3.1 | Lagen van de stad

bron: Heeling, et al., 2004: 19

gebruik

bebouwing

openbare ruimte

stadsplattegrond

grondgebied1 Boek 2: De Binnenstad van Paramaribo, 2 Lez-ing van de Binnenstad.

2 Eigen definitie in het kader van het onderzoek

Page 48: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

48 INZET 1: DE OPENBARE RUIMTE Inleiding

Uit de drie inzetten ‘openbaar domein’, ‘be-bouwing’ en ‘functies’ vormt het inzetten op het openbaar domein de belangrijkste actie voor de Binnenstad. Dit vanuit drie eigen-heden:

1 Zoals zo dadelijk uit het eerste beeld zal blijken, vormt de openbare ruimte een be-langrijk aandeel van de totale oppervlakte van de vijf strategische zones zoals die in de vorige hoofdstukken werden afgebakend. Dat wil zeggen dat met de inzet door mid-del van de openbare ruimte een wezenlijk percentage van de strategische zones wordt aangepakt.

2 Het strategisch belang van een openbare ruimte in een stad valt niet te onderschatten. Als de Binnenstad haar rol als centrum van de stad volwaardig wil opnemen, zal haar openbaar domein zich als een plek moeten profileren waar het publieke leven van Pa-ramaribo zich hoofdzakelijk kan afspelen. Het is de ruimte die de mogelijkheid moet bieden om een uitwisseling tussen de ver-schillende maatschappelijke groepen plaats te laten vinden. Als het openbaar domein dit kan bewerkstelligen, wordt het volwaardig ‘publiek domein3’, gastheer van het stedelijk leven.

3 BE

ELD

EN V

OO

R D

E BI

NN

ENST

AD

3 ‘Publiek domein zijn plaatsen waar een uitwisseling tussen verschillende maatschappelijke groepen kan plaatsvinden en ook daadwerkelijk plaatsvindt.’ (Hajer & Reijndorp, 2001: 11)

Page 49: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

493 Vanuit de ontwikkelingsstrategie werd ge-steld dat één van de belangrijke troeven van de overheid net het publiek domein is. De overheid is eigenaar en beheerder van pu-bliek domein. Ze heeft met andere woorden zelf de kaarten in handen om in de belang-rijkste ruimte van de Binnenstad in te grij-pen.

Het is vanuit deze eigenheden dat er resoluut gekozen wordt voor het openbaar domein als belangrijkste inzet voor de revitalisatie van de Binnenstad. De inzetten ‘bebouwing’ en ‘functies’ vormen daarbij belangrijke in-steken, maar worden vooral bekeken vanuit hun rol voor de openbare ruimte:

De keuze voor het openbaar domein als be-langrijkste inzet blijkt ook omwille van an-dere factoren een belangrijke keuze:

1 De achtergrond van de onderzoekersBeide onderzoekers hebben vanuit hun ach-tergrond als landschapsarchitect en ruimte-lijk planners in opleiding en hun beroepser-varing als ontwerpers van publieke ruimte in diverse projecten in Vlaanderen een sterk geloof ontwikkeld in de kracht van publiek domein als generator van het stedelijk leven en stedelijke revitalisatie.

2 De specificiteit van de sleutelactoren/op-drachtgevers

Een belangrijke actor in de samenwerking was het Ministerie van Ruimtelijke Ordening, Grond- en Bosbeheer (RGB). Dit ministerie is succesvolle stappen aan het ondernemen in de uitbouw van een grond- en panden-beleid. De openbare ruimte is een sterke troef van de overheid. Het vormt een deel van hun kapitaal en is de ruimte waarin ze zelf sterk invloed kunnen uitoefenen. Het Ministerie van RGB heeft hiermee deels een sterke instrument zelf in handen.

Beeld: De openbare ruimte als publiek-domein

Het eerste beeld is een Binnenstad die van haar openbaar domein een publieke ruimte maakt. De kwaliteit van de verblijfsruimte staat hierbij centraal. In eerste instantie die-nen hiervoor de negatieve claims van privati-sering en de dominantie van verkeersruimte terug gedrongen te worden en vervolgens moeten de verschillende deelruimtes op-nieuw een eigen betekenis verwerven.

Het beeld van de openbare ruimte als publiek domein steunt op de kracht van kwalitatief publiek domein als generator van stedelijke aantrekkingskracht. Het zijn plekken die meer zijn dan enkel hun functie als straat, as, plein, waterloop ... Ze worden ingeschakeld in het netwerk van belangrijke ontmoetings-

Page 50: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

50

plekken, plekken met centraliteit en dienen maximaal tot de publiek sfeer te behoren. Deze plekken zijn belangrijk genoeg om de verblijfskwaliteit in dit gebied te optimalise-ren.

Kaart 3.1 is een oefening waarbij alle plek-ken in de Binnenstad aangeduid werden die als openbaar domein de potentie bezitten om als centraliteit van het stedelijk leven uit-gebouwd te worden. Het gaat hier telkens om een centraliteit die het niveau van de Binnenstad overstijgt. Een aantal van deze plekken nemen deze taak al op zich, anderen

stralen de potentie uit om in de toekomst deze rol op te nemen. Het zijn plaatsen die meer zijn dan enkel routes en passages. Het zijn schakelpunten, centrale plekken waar elke inwoner of bezoeker van de stad wel-kom is zonder dat deze plek toegeëigend kan worden door een bepaalde groep.

De selectie van de ruimten, met een centra-liteit op het stedelijk niveau, is gebaseerd op basis van ‘experts opinion’. Als aanzet wer-den volgende ruimten geselecteerd (numme-ring verwijst naar kaart 3.1): ▪ Waterkant (1)▪ Omgeving Fort Zeelandia (2)▪ Omgeving Onafhankelijkheidsplein en de

Palmentuin (3)

kaart 3.1 | Openbare ruimte als publiek domein

bron: eigen verwerking

3 BE

ELD

EN V

OO

R D

E BI

NN

ENST

AD

2

1

3

4

5

678

9

10

11

12

Page 51: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

51▪ Van Sommelsdijcksekreek (4)▪ Plein van ’t Vat (5)▪ Omgeving Sint-Petrus en Pauluskathe-

draal en Surinaamse Bank, Noorderkerk-straat en Kerkplein (6)

▪ Omgeving Spanhoek, Heiligenweg en Knuffelsgracht (7)

▪ Maagdenstraat, Steenbakkerijstraat, Do-mineestraat en Jodenbreestraat (8)

▪ Omgeving Centrale markt en Vreedzaam-markt (9)

▪ Oranjetuin, omgeving voetbalstadion en Cultuurtuin (10)

▪ Dr. Sophie Redmondstraat (11) ▪ Omgeving Moskee en Synagoge (12)

In de afbakening werden ook enkele strikt private of semiprivate ruimten opgenomen, zoals het Presidentieel Paleis, de Synagoge, de Moskee en de Sint-Petrus en Pauluskathe-draal. Het zijn ruimten die omwille van hun ligging of representativiteit in hun invloeds-sfeer onlosmakelijk verbonden zijn met het publiek domein, maar die hun privaat of se-miprivaat karakter kunnen behouden.

Het beeld bevestigt het belang van de open-bare ruimte voor de Binnenstad, meer be-paald binnen de strategische ruimten zoals aangeduid in de vorige hoofdstukken. Het aangeduide openbaar domein met potentie tot het uitoefenen van een centrale rol, ver-tegenwoordigt hier een groot deel van de

ruimte die beschikbaar is. Dat wil zeggen dat er door middel van de inzet op openbaar domein een groot deel van de ruimte in de strategische ruimten aangepakt kan worden. Bovendien is de openbare ruimte hiertoe de beste strategie, omdat het de enige ruimte is in de Binnenstad die zich volwaardig kan omvormen tot publiek domein en een cen-traliteit kan bezitten voor de hele stad.

Page 52: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

52 Beeld: Het hart van de Binnenstad, een aaneenschakeling van publiek domein

Het belang van de openbare ruimte wordt in het tweede beeld nog duidelijker als we enkel inzoomen op het historische centrum (en de Waterkant). Vanuit de visie is dit de belang-rijkste strategische zone. Het gebied vormt de ziel van de stad, de belangrijkste drager van het collectief geheugen. In dit hart van de Binnenstad is het aandeel openbaar do-mein nog groter.

Het gaat om een aaneenrijging van vooral pleinen, groene ruimten en straten, die bij een volwaardige uitbouw tot publiek do-mein elk een centrale rol kunnen uitoefenen als generator van het stedelijk leven. Daar-bij vloeien ze bijna allemaal in elkaar over en vormen een cirkelvormige beweging die de historische Binnenstad doorkruist. Zo ontstaat een belangrijke opeenvolging van plekken met een eigen identiteit die deze weten te overstijgen door zich volwaardig in te schakelen in een netwerk van publiek domein.

kaart 3.2 | Hart van de stad, aaneenschakeling van publiek domein

bron: eigen verwerking 3 BE

ELD

EN V

OO

R D

E BI

NN

ENST

AD

Page 53: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

53

Om dit te bereiken zijn er nog ontbrekende schakels in het netwerk (nummering verwijst naar kaart 3.3). Dit zijn de ‘missing links’, de plaatsen waar de relatie tussen de verschil-lende centrale plekken in de historische Bin-nenstad beter kan. De belangrijkste is zon-der meer de Van Sommelsdijcksekreek in combinatie met de verbinding naar de Sint-Petrus en Pauluskathedraal (1). Hier ontstaat de kans om een nieuwe verbinding te leggen tussen het uitgaansgebied/Palmentuin en de Sint-Petrus en Pauluskathedraal, Kerkplein, Spanhoek en het commercieel centrum. Deze verbinding voor fietsers en voetgan-

gers zorgt ervoor dat het historisch centrum doorkruist wordt en creëert hierdoor een nieuwe beweging naast de bestaande verbin-ding langs de Waterkant. Belangrijkste voor-waarde hiervoor is het volwaardig inschake-len van de Van Sommelsdijcksekreek in het netwerk van publiek domein.

Andere missing links zijn de verbinding tussen de Sint-Petrus en Pauluskathedraal en het Onafhankelijkheidsplein (2) via de Henck Arronstraat en de verbinding tussen het Kerkplein en Spanhoek. Beide verbin-dingen bestaan op dit ogenblik maar in het beeld van het publiek domein zorgen beiden voor een discontinuïteit door zich niet als kwalitatieve verbinding te manifesteren.

kaart 3.3 | Openbare ruimte als publiek domein - missing links

bron: eigen verwerking

1

2

Page 54: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

54 Beeld: Verblijfsgebieden uit het systeem van doorgaand verkeer

Zoals eerder aangegeven, drukt de claim van het gemotoriseerd verkeer zwaar op de leef-baarheid van de Binnenstad. Meer verblijfs-kwaliteit genereren heeft als voorwaarde dat er op een andere manier omgegaan wordt met het gemotoriseerd verkeerssysteem. Zo wordt er rechtstreeks ingezet op het keren van één van de belangrijkste pushfactoren.

Als beeld worden er gebieden uit het systeem van het doorgaand gemotoriseerd verkeer gehaald en afgebakend als verblijfsgebieden. In eerste instantie gaat het om de strategische ruimten, maar dit kan uitgebreid worden. Het proces van omvorming tot verblijfsge-bieden kan radicaal zijn, maar kan evengoed onderdeel vormen van een langzaam groei-proces. Op basis van de ontwikkelingsstra-tegie blijkt het mogelijk verblijfskwaliteit in deze gebieden af te dwingen door middel van een stapsgewijs proces (boek 3: Ontwik-kelingsstrategie).

Met dit principe wordt de denkbeweging omgedraaid voor het verkeersnetwerk: er wordt in eerste instantie nagedacht vanuit de behoefte van het gebied, haar bestemming en de gewenste functies, niet enkel sectoraal vanuit de noden van het doorgaand gemoto-riseerd verkeer4. Centraal staat het invoeren

van het STOP-principe5. De ‘S’ staat voor stappen (voetgangers), de ‘T’ voor trappen (fietsers), de ‘O’ voor openbaar vervoer (bus-sen) en de ‘P’ voor personenwagen. Bij de herinrichting van het publiek domein wordt in deze volgorde nagedacht over het ruimte geven aan de verschillende weggebruikers.

Het doorgaand verkeer wordt hierdoor ge-concentreerd op een aantal assen en over-heerst niet meer in de ganse Binnenstad. Deze assen zijn straten met een potentieel om deze rol te vervullen die in veel gevallen nu reeds een belangrijk aandeel van het ver-keer verwerken. In boek 5 wordt er dieper ingegaan op een mogelijk systeem voor het verkeersnetwerk.

4 Hier wordt de betekenis van de beelden opnieuw duidelijk. Een uitgebreid mobiliteitsonderzoek was binnen het kader van dit onderzoek niet mogelijk. Dit derde beeld is daarom een oefening en wordt gekenmerkt door volgende vragen: Wat zou er gebeuren als we gebieden uit het netwerk van het doorgaand verkeer gaan halen? Wat levert dit op voor de Bin-nenstad en kan dit ruimtelijk georganiseerd worden? Daar-bij steunen de onderzoekers op reeds eerder gevoerde mo-biliteitsonderzoeken voor Paramaribo en hun eigen kennis. Het geprojecteerde beeld moet verder worden onderzocht, maar het geeft in eerste instantie een startpunt van onderzoek weer. Dit valt echter buiten het onderwerp van deze studie.

5 Het STOP-principe is als principe in Vlaanderen ingeburg-erd als onderdeel van een duurzame mobiliteit. Het wordt toegepast zowel voor de inrichting van de openbare ruimte als bij de keuze van de geschikte vervoersmodi door tal van bedrijven, de Vlaamse overheid en provinciale en gemeentel-ijke overheden. 3

BEEL

DEN

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D

Page 55: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

55

1

23

4

5

6

Beeld: De groene Binnenstad Het beeld van de groene Binnenstad refereert naar het beeld van de oude prentkaarten van Paramaribo. Belangrijke straten en pleinen werden vroeger begeleid door statig groen. Heden blijven er slechts relicten van deze bomenrijen over. Nochtans kan het belang van groen amper onderschat worden. Het structureert de ruimte, vormt onderdeel van een ecologisch systeem, is beeldbepalend, geeft identiteit, monumentaliteit, perspectief en rust. De allerbelangrijkste eigenschap in functie van verblijfskwaliteit is ongetwijfeld de klimaatregeling, wat zeker in een land als Suriname geen overbodige luxe is. Hiermee is de groene structuur van de stad één van de belangrijke elementen in het verzorgen van de verblijfskwaliteit in de buitenruimte.

kaart 3.4 | De groene Binnenstad

bron: eigen verwerking

1 Palmentuin2 Omgeving Fort Zeelandia3 Waterkant4 Cultuurtuin5 Van Sommelsdijcksekreek6 Rivieroever7 Groene straten en pleinen

7

Page 56: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

56 Kaart 3.4 toont de mogelijkheden om de Bin-nenstad opnieuw te vergroenen. Enerzijds door de bestaande parken en groengebieden te versterken, met elkaar te verbinden en uit te breiden. Anderzijds door het netwerk van straten en pleinen opnieuw te voorzien van bomen. (Voor een inventarisatie van de be-staande groenstructuur wordt verwezen naar boek 2, hoofdstuk 2 ‘Lezing van de Binnen-stad’, Openbare ruimte: groenstructuur) De belangrijkste publieke groenpool in de Binnenstad is de combinatie Palmentuin, omgeving Fort Zeelandia en deels de Wa-terkant. Een andere ligt net buiten de Bin-nenstad, maar is wel van groot belang als publieke groene structuur voor de hele stad: de Cultuurtuin. Het verbinden van beide belangrijke groenpolen vormt een ambitie voor de Binnenstad. Ook hier komt de Van Sommelsdijcksekreek naar voor als een be-langrijke schakel. De kreek kan ontwikkeld worden tot een open waterstructuur met brede groene oevers en zo als een langge-rekt park een route vormen tussen de Su-rinamerivier, omgeving Fort Zeelandia naar de Cultuurtuin met de Oranjetuin, het Kam-perveenstadion en de Zoo. Kleinere groen-gebieden langs de Van Sommelsdijcksekreek worden meegenomen als brede stapstenen in de groene structuur.

Een tweede belangrijke groenverbinding wordt gevormd door de rivieroever. Langs-heen de oever van de Surinamerivier kan van noord naar zuid een sterke groenstruc-tuur ontstaan in de vorm van een boulevard. Hoewel vaak in het bezit van private actoren zoals hotels, is er naar het noorden toe veel ruimte voor de ontwikkeling van een lang-gerekt groen park langsheen de Surinameri-vier. Daar wordt de rivieroever steeds breder door het natuurlijke proces van landaanwas. De landaanwas kan door de overheid ge-claimd worden als steeds groter wordend publiek domein en zo door de jaren heen een brede publieke en groene verbinding vormen. Naar het zuiden toe is er minder ruimte langsheen de Surinamerivier beschik-baar door de smalle kavels en vele gebouwen. Hier zal onder andere via laanbeplanting en straatbomen een groene oever of kade naast de rivier ontstaan.

Bomen in het straatbeeld vormen een be-langrijke peiler voor het genereren van verblijfskwaliteit in de Binnenstad. Bij de herinrichting van de straten moet er ge-zocht worden hoe er opnieuw groen in het straatbeeld kan gebracht worden. Waar mo-gelijk worden in de Binnenstad op geschikte plaatsen straatbomen geplant, waardoor er aangename verblijfsruimten ontstaan. Uiter-aard kan dit niet zonder fundamenteel na te denken over het verkeersnetwerk dat in zijn 3

BEEL

DEN

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D

Page 57: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

57huidige vorm weegt op de verblijfskwaliteit in de Binnenstad.

Tot slot is er het vele private groen aanslui-tend bij de woningen en op binnenerven. Hoewel niet publiek toegankelijk, vormen ze een belangrijk onderdeel in het groene netwerk van de Binnenstad. Het is niet de bedoeling om vanuit een generieke bril deze te ontwikkelen tot publieke ruimten, noch vormt de uitbouw ervan onderdeel van een actie op korte termijn. Mocht in de Binnenstad de tendens ontstaan voor het aanpakken van hele bouwblokken, dan vormt het groen (publiek, semipubliek of privaat) in de binnengebieden een on-middellijk aandachtspunt.

Page 58: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

58

12

3

45

67

kaart 3.5 | Binnenstad maakt contact met haar rivier

bron: eigen verwerking

Beeld: De Binnenstad maakt contact met haar rivier

De Waterkant, tussen het Waaggebouw en Fort Zeelandia is heden de enige contact-zone van de Binnenstad met haar rivier. In de stadsplattegrond liggen nochtans veel potenties voor een sterkere relatie met het water. Op zich vormt de hele rivieroever een spannende contactzone. Dat hierin ver-schillende deelzones met elk hun verschei-denheid liggen, bewezen de onderzoekers Adams en Kooyman in 2006 met hun kra-lenconcept, maar het contact met de rivier

kan veel dieper vanuit de Binnenstad zelf aangegaan worden.

Het contact met de rivier is belangrijk, om-dat het identiteit geeft aan de Binnenstad, de leesbaarheid en de belevingswaarde ver-hoogt en het collectief geheugen versterkt. Dit zijn de straten en assen die bij voorkeur vanuit de stad contact kunnen maken met de Surinamerivier (nummering verwijst naar kaart 3.5): 3

BEEL

DEN

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D

Page 59: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

59

▪ omgeving Onafhankelijkheidsplein, rich-ting Marinetrap (1)

▪ omgeving Onafhankelijkheidsplein via de Mirandastraat (2)

▪ Kleine Waterstraat vanaf de Van Som-melsdijcksekreek (3)

▪ omgeving Fort Zeelandia - Waterkant (4)▪ Heiligenweg en Knuffelsgracht (5)▪ Jodenbreestraat, zelfs vanaf de Moskee

en Synagoge in de Keizerstraat (6)▪ Steenbakkerijstraat (7)

Figuur 3.2 geeft duidelijk de potenties weer van de zichtassen voor het commerciële gebied in het deel van de Binnenstad waar de stadsplattegrond een kwartslag werd ge-draaid. De straten enten zich duidelijk op de Surinamerivier, maar dit is niet meer waar-neembaar in de straten. Het gebied rond de Centrale Markt en de Vreedzaammarkt blokkeert dit zicht. De twee marktgebouwen worden omsingeld door gebouwen en kra-men die zich van de rivier hebben afgekeerd. Door deze kramen en gebouwen te verwijde-ren ontstaat er een grote ruimte die ingezet kan worden als volwaardig publiek domein.

figuur 3.2 | Zichtassen op de Surinamerivier

bron: eigen verwerking

Page 60: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

60 Publiek domein komt hierbij tot stand met een prachtig zicht op de Surinamerivier van-af de kade die de potentie bezit om als cen-trale plek in de stad te fungeren. Deze actie vormt een eveneens een concrete uitwerking van het beeld ‘de openbare ruimte als pu-bliek domein’. Daarbij worden er zichtassen gecreëerd vanaf de Steenbakkerijstraat, de Jodenbreestraat en de Heiligenweg-Knuf-felsgracht. Dit geeft het commercieel gebied haar relatie terug met de Surinamerivier.

3 BE

ELD

EN V

OO

R D

E BI

NN

ENST

AD

Page 61: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

61Conclusie: doelstellingen en principes voor de openbare ruimte

Acties in het openbaar domein vormen de belangrijkste inzet voor de revitalisatie van de Binnenstad. De doelstelling is om het uit te bouwen tot volwaardig publiek do-mein. De strategische zones worden hierbij maximaal ingericht als verblijfsgebied. Het netwerk tracht zich volledig hieraan aan te passen. Dit houdt in dat het doorgaande au-toverkeer beperkt wordt tot een aantal assen, liefst rond of op de scheidingslijn tussen de strategische zones. Daarnaast worden er voor het langzaam verkeersnetwerk nieuwe relaties uitgewerkt. De belangrijkste is de verbinding tussen het uitgaanscentrum en de Sint-Petrus en Pauluskathedraal. Die wordt gevormd door de Van Sommelsdijcksekreek als belangrijke verbindende structuur.

De kreek koppelt niet enkel functionele of recreatieve verbindingen in de Binnenstad aan een, ze vormt ook een belangrijke scha-kel in de groenstructuur. Ze verbindt de Su-rinamerivier, omgeving Fort Zeelandia en Palmentuin met de Cultuurtuin. De uitbouw van de groene structuur van de Binnenstad zal een significante verbetering betekenen van de verblijfskwaliteit van verschillende gebieden. De uitbouw van de groenstruc-tuur is daarom samen met het afbakenen van de verblijfsgebieden één van de belangrijkste

acties in de openbare ruimte.

Tot slot is het contact met de rivier belang-rijk. Het collectief geheugen van de Binnen-stad is dat van een bloeiend centrum aan de oevers van de Surinamerivier. Hoewel daar momenteel weinig van overblijft, getuigt de stadsplattegrond nog volop van vroegere relaties. Vooral het commerciële gebied in de ‘kwartslag’ is gebaad bij het vrijwaren van de zichtassen. Het geeft het gebied opnieuw een relatie met haar omgeving.

De acties in het openbaar domein werden hier als generieke acties aangeduid, maar kunnen ook opgenomen worden in de stra-tegische programma’s en projecten, zoals uit volgend boek (Strategisch Ruimtelijk Mas-terplan Binnenstad: Programma’s en projec-ten) zal blijken.

De kracht van acties in het openbaar domein wordt ter illustratie geduid aan de hand van volgende oefening voor de Domineestraat. Deze prent werd ook als discussieprent ge-bruikt in de overlegmomenten bij de ver-schillende actoren.

De Domineestraat is op dit ogenblik de belangrijkste winkelas van de Binnenstad. De inrichting van het publiek domein doet anders vermoeden. De centraal gelegen rij-baan domineert de ruimte. Voetpaden wor-

Page 62: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

62 den gebruikt om wagens te stallen. Hoewel het een eenrichtingsstraat betreft kunnen drie wagens gemakkelijk naast elkaar rijden. Deze overdimensionering en inrichting van de straat op maat van de auto geeft in haar huidige vorm duidelijk voorrang aan het ge-motoriseerd verkeer, waardoor de voetgan-ger op verdrukt wordt. Deze wordt daaren-boven gedwongen om in de volle zon rond te lopen, zonder een mogelijkheid om even op een zitbank uit te rusten.

Net omdat de Domineestraat druk bezocht wordt door voetgangers, is het van groot be-lang om deze aantrekkingskracht van de win-kelstraat en het winkelgebied uit te bouwen en te benutten. Als men de zeer brede één-richtingsstraat bekijkt, kan men de potentie van een enorme en brede vlakte aan open-baar domein waarnemen (zie fi guur 3.3). Dit kan ingericht worden tot volwaardig publiek domein: de voetganger wordt op de eerste plaats gezet, waarbij brede loopzones onder verkoelende bomen ook ruimte bieden voor terrassen en zitbanken. De Domineestraat faciliteert niet meer het doorgaande verkeer waardoor één rijstrook (tot maximum twee rijstroken) moeten volstaan. Het beeld geeft met andere woorden aan wat de mogelijkhe-den zijn binnen het bestaande profi el van de Domineestraat.

3 BE

ELD

EN V

OO

R D

E BI

NN

ENST

AD publiek domein

fi guur 3.3 | Domineestraat - aanwezigheid publiek domein

bron: eigen verwerking

foto 3.2 | Domineestraat

Page 63: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

63

figuur 3.4 | Domineestraat - collage

bron: eigen verwerking

Page 64: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

64 INZET 2: DE BEBOUWING Inleiding

De inzet ‘bebouwing’ wordt hoofdzakelijk vanuit de bril van de openbare ruimte beke-ken. Pleinen, groenruimtes, straten en assen worden in belangrijke mate gevormd door hun wanden. Private ruimtes definiëren mee de publieke ruimte. De wanden bepalen hierbij meestal de identiteit, sfeer, aanblik van de openbare ruimte die ertussen ligt. Af-werking van de wanden maakt vaak het ver-schil tussen openbare ruimte met een sterke geborgenheid of een grote desolaatheid.

Heden geven nogal wat gebouwen een ver-loederde indruk. Ze verkrotten en vormen kankerplekken die een hele buurt negatief beïnvloeden. In delen van de Binnenstad zijn dan ook heel wat lege percelen op te merken. Soms zijn hele bouwblokken verbrokkeld of onafgewerkt. De private onbebouwde per-celen worden daarna vaak ingeschakeld als (betalende en bewaakte) parkeerruimtes. (zie hoofdstuk 2 van boek 2: Bebouwing) Een halt toeroepen aan deze manier van omgaan met het bebouwd patrimonium vormt de belangrijkste insteek voor de tweede inzet.

De inzet ‘bebouwing’ wordt benaderd vanuit één beeld omtrent de randafwerking en de effecten die het heeft op de publieke ruimte. Er worden nog geen aanzetten gedaan naar dichtheden en typen van architectuur. Uiter-3

BEEL

DEN

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D

Page 65: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

65aard is, op basis van bijkomend onderzoek, verdere uitwerking hiervan nodig. Het vormt een essentieël resultaat van het masterplan, geen primaire inzet die binnen dit kader wordt onderzocht.

Beeld: Wanden en randen aanpakken door middel van kwalitatieve architec-tuur

De bebouwing, meer bepaald de gesloten-heid van de bouwblokken, is er erg aan toe in de Binnenstad. De veelheid aan lege ka-vels geven de stad een onsamenhangend en onafgewerkt beeld. Uit de analyse blijkt dat de problematiek net het grootst is in het historisch centrum. Dat wil zeggen dat het zwaartepunt van het afwerken van de bouw-blokken zich in dit gebied moet concentre-

kaart 3.6 | Wanden en randen aanpakken d.m.v. kwalitatieve architectuur

bron: eigen verwerking

Page 66: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

66 ren. Het maakt dat in dit deel van de stad enkel inzetten op openbare ruimte geen op-tie is. Hier moeten instrumenten ontwikkeld worden om ook de bebouwde ruimte aan te pakken. Dit komt in feite overeen met wat in de concepten aangeduid werd als ‘de ziel van de stad’.

We onderscheiden enerzijds het restaureren van waardevolle en/of beeldbepalende ge-bouwen, anderzijds het opnieuw invullen van lege percelen of gehavende bouwblokken. De braakliggende percelen moeten als een kans gezien worden om de Binnenstad op-nieuw te versterken. Er zijn heel wat bouw-mogelijkheden voorhanden. Het belang van kwalitatieve architecturale invullingen kan amper onderschat worden. Het aanpakken van de lege percelen en de bouwblokken kan stapsgewijs. Belangrijk is inpassing en relatie met hun omgeving en de controle op correct materiaalgebruik en vormgeving in deze bouwprojecten. Hierbij is een goede regelgeving noodzakelijk, anders dreigt het gevaar dat alles mogelijk is.

Conclusie

Als uitwerking van de inzet ‘bebouwing’ wordt vanuit dit onderzoek de opmaak van een beeldkwaliteitsplan architectuur voor de Binnenstad aanbevolen. Het afwerken van de bouwblokken door middel van kwalita-tieve architecturale gebouwen wordt als actie opgenomen binnen de programma’s en pro-jecten (boek 5).

3 BE

ELD

EN V

OO

R D

E BI

NN

ENST

AD

Page 67: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

67

figuur 3.5 | Bouwmogelijkheden - collage

bron: eigen verwerking

foto 3.3 | Hoek Waterkant en Keizerstraat

Page 68: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

68 INZET 3: GEBRUIK Inleiding

De begeleidende functies in de wanden hebben invloed op het publieke domein. Zij bepalen deels mee de sfeer en identiteit, maar vooral de levendigheid van de open-bare ruimte en de Binnenstad. Het is net de combinatie van verschillende functies die een essentieel onderdeel vormt van de cen-trumfunctie. Terwijl nu bepaalde gebieden een hoge dynamiek kennen, worden andere gekenmerkt door een lage dynamiek en op sommige momenten eerder een gevoel van leegheid en verlatenheid.

Dit is de minst uitgewerkte inzet, omdat van alle inzetten hier het minste onderzoek naar gebeurd is binnen het kader van voorliggen-de studie. Enkel het principe en de ambitie wordt hier aangegeven. Net zoals bij andere beelden vormt de concrete invulling van het beeld het onderwerp van verder onderzoek, minstens op het niveau van de Binnenstad.

3 BE

ELD

EN V

OO

R D

E BI

NN

ENST

AD

Page 69: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

69Beeld: Dynamieken als epicentrum van hun functie

Het laatste beeld is een Binnenstad die de monofunctionaltiteit van haar verschillen-de deelgebieden tracht te doorbreken. Dit beeld sluiten aan bij het tweede concept voor de Binnenstad (zie hoofdstuk 2, twee concepten voor de Binnenstad), waarbij drie dynamische gebieden elk vanuit hun eigen functionele kracht zichzelf versterken en an-dere gebieden proberen op te waarderen (= ‘zenden’ van de functie). Dit principe wordt

aangeduid met de term ‘epicentrum’. Elke dynamiek wordt aldus een epicentrum van haar meest kenmerkende functie. Vooral het historisch centrum moet door het ‘ontvan-gen’ van de sterke dynamieken uit de naast-gelegen gebieden, een heropleving kennen.

Het zwaartepunt van handelsfuncties ligt in de ‘kwartslag’, het winkelgebied ten wes-ten van het historisch centrum (programma Winkelkerngebied). Het zwaartepunt van de culturele en groene recreatieve stadsfunc-ties ligt in de grote groenzone ten noorden, de omgeving Oranjetuin en de Cultuurtuin (programma Culturele pool). Het zwaar-

kaart 3.7 | Dynamieken als epicentrum van hun functie

bron: eigen verwerking

1 Kwartslag2 Oranjetuin3 Cultuurtuin4 Uitgangscentrum

1

2

3

4

Page 70: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

70 tepunt van de uitgaansfuncties ligt in het uitgaanscentrum ten noordwesten van het historisch centrum (programma Uitgaansge-bied). Het ‘zenden’ van deze functies is een beweging die richting historisch centrum gebeurt.

De bindende functionele laag over het ge-heel is de woonfunctie. Heel wat functies bezorgen de Binnenstad slechts binnen af-gelijnde uren een levendigheid. Het wonen zorgt daarentegen voor een permanente aan-wezigheid van bewoners in de Binnenstad. Uit de analyses blijkt een grote leegstand in de Binnenstad. Hier zit dus nog een groot potentieel om de woonfunctie opnieuw naar de Binnenstad te halen. De uitwerking hier-van zal door de ontwikkeling van specifieke instrumenten als ‘verbeteren van de woon-kwaliteit’, ‘wonen boven winkels’, ‘verdich-ting’ ... gerealiseerd moeten worden, iets wat duidelijk dient te worden op basis van een functionele studie voor de Binnenstad. Deze functionele studie vormt een uitwerking van het masterplan, buiten het bestek van dit on-derzoek. Enkel ten opzichte van het uitgangscen-trum is de combinatie met de woonfunctie moeilijk verenigbaar. Om dezelfde reden is de hotelfunctie in het uitgaanscentrum moeilijk combineerbaar met de missie van het gebied. Vandaar dat het actief ‘uitzen-

den’ van de uitgaansfunctie naar andere de-len van de Binnenstad enkel geldt voor de zachtere vormen als (eet)cafés, restaurants, bistro’s ..., niet voor de zwaardere varianten als discotheken, danscafés en nachtclubs. Voor het uitgaanscentrum zelf doet dit geen afbreuk aan de levendigheid van het gebied: (dans)cafés, bars, restaurants en discotheken zorgen als functie voor een 24 uur op 24 le-vendigheid.

Inzake de combinatie van het beeld ‘het openbaar domein als publieke ruimte’ en werken aan de functionele laag als inzet voor de Binnenstad, worden vanuit het onderzoek twee waarschuwingen geformuleerd:▪ De herinrichting van het openbaar do-

mein houdt niet het creëren van steriele plekken in, waarbij de betekenis van de wanden het overspel krijgt. Deze estheti-sering van het openbaar domein6, ontdaan van alle franjes is een tendens waarbij lege ruimtes ontstaan die enkel ten dienste staan van de functies in de wanden. Het beeld ‘het openbaar domein als publieke ruimte’ wijst net op zoeken naar de eigen identiteit en betekenis van de openbare ruimte als publiek domein.

▪ De ontwikkelingsstrategie schuift een actieve samenwerking naar voor met pri-vate partners voor het realiseren van de doelstellingen voor de Binnenstad. Zeker wat het openbaar domein betreft, durven 3

BEEL

DEN

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D

Page 71: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

71private actoren vanuit hun streven naar winstmaximalisatie voorstellen voorleg-gen die een publiek karakter pretenderen, maar eigenlijk de ruimte vercommerciali-seren en in betekenis verengen. Hier is de rol van de overheid belangrijk, omdat ze als enige partij het perspectief bezit om de doelstellingen voor het publieke karak-ter van het openbaar domein in te schat-ten, te definiëren en te bewaken. Een overheid die zich vanuit een proactieve houding niet laat leiden door de op het eerste zicht misschien sterk onderbouwde, maar eenzijdige voorstellen van private partners. Hoewel ze ongetwijfeld preten-deren overheiddoelstellingen te realiseren, zullen, zonder een sterke overheidsregie, de private doelstellingen de bovenhand nemen ten koste van het publieke belang. Met deze wetenschap is het belangrijk om via kleine projecten de nodige capaciteits-opbouw te verwezenlijken alvorens grote projecten te realiseren op de meest strate-gische en commercieel interessante plek-ken.

Conclusie

De inzet omtrent gebruik duidt vooral het principe aan. De inzet en het beeld zelf die-nen verder te worden uitgewerkt. Dit ener-zijds op basis van een generiek onderzoek op niveau van de hele Binnenstad en anderzijds op niveau van de strategische programma’s en projecten. Voor dit laatste wordt er in het volgende boek al een aanzet gegeven.

6 Verwijzen naar essay ‘Op zoek naar nieuw publiek domein’ en standpunt van de auteur: vergelijking jaren tachtig in Ne-derland (en in Vlaanderen).

Page 72: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

72 ÉÉN STRATEGISCH PROGRAMMA EN ÉÉN STRATEGISCH

PROJECT VERVOLLEDIGEN HET MASTERPLAN

Uit bovenstaande generieke ambities voor de Binnenstad worden er, bijkomend aan de reeds geselecteerde programma’s (zie hoofd-stuk 2: Vertaling van de strategische ruimten in programma’s), één programma en één project aangeduid die omwille van hun hef-boomfunctie van strategisch belang zijn om de doelstellingen van de Binnenstad te rea-liseren. Daarom worden ze opgenomen in het Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo. Het gaat om de ‘Van Sommelsdijcksekreek’ als project en het ‘Netwerk’ als programma. Beiden vor-men geen onderdeel van de voorheen afge-bakende strategische ruimten voor de Bin-nenstad.

De selectie van de ‘Van Sommelsdijck-sekreek’ vloeit voort uit het beeld ‘Het hart van de Binnenstad, een aaneenschakeling van publiek domein’. In dit beeld wordt het volwaardig inschakelen van de ‘Van Som-melsdijcksekreek’ in het netwerk van publiek domein als belangrijkste voorwaarde be-schouwd voor het leggen van de verbinding tussen het Uitgaansgebied/Palmentuin en de Sint-Petrus en Pauluskathedraal, Kerkplein, Spanhoek en het commercieel centrum. De kreek is hiermee het verbindend element tus-sen verschillende strategische ruimten in de Binnenstad. Bovendien vormt de ‘Van Som-melsdijcksekreek’ een belangrijke schakel in de groene en natuurlijke structuur, zoals 3

BEEL

DEN

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D

Page 73: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

73blijkt uit het beeld ‘de groene Binnenstad’.

Met het programma ‘Netwerk’ wordt het ge-heel van straten, pleinen en assen bedoeld die ingeschakeld worden in het verkeersnet-werk (voetganger, fietser, openbaar vervoer, bus, wagen ...) van de Binnenstad. De nega-tieve impact van het huidige systeem is één van de belangrijkste pushfactoren die ervoor zorgt dat de Binnenstad vastgehouden wordt in een neerwaartse spiraal. Het programma ‘Netwerk’ moet zich tot doel stellen de over-heersende positie van het gemotoriseerd verkeer terug te dringen om opnieuw ver-blijfskwaliteit toe te voegen aan het publieke domein in de Binnenstad. Hiermee is het programma ‘Netwerk’ de belangrijkste voor-waarde om de verblijfskwaliteit te verhogen, de basisdoelstelling voor de Binnenstad.

Page 74: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

74 CONCLUSIE Dit hoofdstuk leverde één centraal beeld en zeven hier hieraan verbonden beelden op. De beelden konden op basis van drie inzet-ten (‘openbaar domein’, ‘bebouwing’ en ‘ge-bruik’) gegenereerd worden.

Met deze beelden wordt de visie en de con-cepten uit hoofdstuk 2 op een generieke of Binnenstadsbrede manier verder uitgewerkt. Hierdoor kan de gemene deler – samenhan-gende elementen tussen de voornoemde strategische ruimten en daaruit volgende programma’s – verder uitgewerkt worden.

De beelden voeden het masterplan op een drieledige manier:1 Uitwerken van de Binnenstadsbrede visie en op basis hiervan zowel acties als verder on-derzoek definiëren. Dit vormt een kader ook buiten de strategische ruimten.2 Aanleveren van verdere inhoud voor pro-gramma’s (dit op basis van uitwerking van de stadsbrede visie).3 Detecteren van hiaten in de programma’s uit hoofdstuk 2 van dit boek door definitie van één bijkomend strategisch programma en project.

Deze drieledige uitwerking versterkt de visie van het masterplan in het algemeen en levert zo input aan de verdere uitwerking van de programma’s en projecten (boek 5). Het de-finieert op die manier reeds eerste aanzetten 3

BEEL

DEN

VO

OR

DE

BIN

NEN

STA

D

Page 75: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

75voor verder onderzoek buiten het bestek van het voorliggend onderzoek.

Page 76: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

foto 4.1 | Waterkant

Page 77: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

HOOFDSTUK 4

STRATEGISCH RUIMTELIJK MASTERPLAN

Page 78: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

78

4 ST

RAT

EGIS

CH

RU

IMT

ELIJK

MA

STER

PLA

N

INLEIDING Het doel van dit hoofdstuk is de assemblage van het strategisch ruimtelijk masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo op basis van de inzichten uit de vorige hoofdstukken. In het plan worden strategische program-ma’s en projecten afgebakend.

Per programma wordt de missie ervan vast-gelegd. In de programma’s zijn op hun beurt telkens projecten aan te duiden die op korte, middellange en lange termijn geselecteerd, uitgewerkt en uitgevoerd kunnen worden. De nadruk in voorliggend masterplan ligt echter op korte en middellange tijdshori-zont. Het masterplan is hiermee niet enkel het resultaat van de aanduiding van de stra-tegische ruimten, er is al een doorvertaling gebeurd naar een actieplan. Dat heeft alles te maken met de doelstellingen van het onder-zoek. Het plan wil een wervend instrument zijn dat de overheid een kader aanreikt om haar eigen doelstellingen voor de Binnen-stad op korte en middellange termijn helder te definiëren. Het is eveneens een kader dat het initiatief van private partijen bundelt en waarbinnen deze hun eigen doelstellingen kunnen formuleren en realiseren. Daarnaast toont het op welke manier publieke en priva-te partners kunnen samenwerken. Op basis van deze doelstellingen werden de (bijna) ge-realiseerde projecten en de gebieden waarin projecten enkel een perspectief hebben op lange termijn niet, opgenomen in het plan.

Page 79: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

79PROGRAMMA’S EN PROJECTEN VOOR DE BINNENSTAD

In de Binnenstad werden in hoofdstuk 2 vijf ruimten als strategisch aangeduid. Binnen deze ruimten worden volgende strategische programma’s aangeduid:▪ Winkelkerngebied▪ Uitgaansgebied▪ Culturele pool▪ Historisch Hart▪ Rivieroever – Waterkant

Daarnaast werden in hoofdstuk 3 ambities voor de totale Binnenstad gestructureerd aan de hand van beelden. Ze vormen een referentiekader waarbinnen projecten in de Binnenstad ontwikkeld moeten worden. De generieke ambities werden afgewogen ten opzichte van alle gebieden in de Binnenstad. Ze zijn dus evenzeer van toepassing in de strategische ruimten als daarbuiten.

Deze beelden leverden een extra strategisch programma en project op:▪ Netwerk, geselecteerd als programma▪ Van Sommelsdijcksekreek, geselecteerd

als project

Het verhogen van de verblijfskwaliteit vormt de belangrijkste ambitie voor de Binnenstad van Paramaribo. Het is het antwoord op de verschillende pushfactoren die ervoor zor-gen dat de Binnenstad haar rol als centrum van de stad niet meer ten volle opneemt. Deze ambitie wordt onderzocht in drie lagen

Page 80: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

80 van de Binnenstad: het openbaar domein, de bebouwing en de functies. Deze lagen wer-den aangeduid als de belangrijkste inzetten. De ambitie werd in hoofdstuk 3 uitgewerkt aan de hand van volgende beelden (als verta-ling van de generieke ambities): ▪ de openbare ruimte als publiek domein ▪ het hart van de Binnenstad, een aaneen-

schakeling van publiek domein ▪ verblijfsgebieden uit het systeem van

doorgaand verkeer (programma ‘Net-werk’)

▪ de groene Binnenstad ▪ de Binnenstad maakt contact met haar ri-

vier▪ wanden en randen aanpakken door mid-

del van kwalitatieve architectuur ▪ dynamieken als epicentrum van hun func-

tie

Er zijn in totaal zes strategische program-ma’s en één strategisch project. Vijf pro-gramma’s vloeien voort uit de afbakening van de strategische ruimten voor de Binnen-stad. Eén programma en één project werden geselecteerd uit de generieke ambities voor de Binnenstad.

Hierna worden elk programma en het stra-tegisch project ‘Van Sommelsdijcksekreek’ kort toegelicht. Telkens wordt de missie uit-gewerkt.

���������� ��� ������������ ����������������� ������ ��

��������� ��������

����������

����

������

����

�������

����������

���������

������

���������

�����������

��� ��������

������������

PROGRAMMA’S X X X X X X

PROJECTEN X

figuur 4.1 | Schema programma’s en projecten

bron: eigen verwerking 4 ST

RAT

EGIS

CH

RU

IMT

ELIJK

MA

STER

PLA

N

Page 81: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

81

kaart 4.1 | Strategisch ruimtelijk masterplan, 2008

bron: eigen verwerking

1 Historisch Hart2 Waterkant3 Winkelkerngebied4 Uitgaansgebied5 Culturele Pool6 Van Sommelsdijcksekreek7 Netwerk (niet aangeduid op de kaart)

Page 82: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

82 Programma ‘Historisch Hart’

Het historisch centrum vormt het hart van de Binnenstad, het visitekaartje van het col-lectief geheugen van de Binnenstad als cen-trum van de stad. Eerder werd dit aangeduid met het concept ‘het hart van de Binnenstad, de ziel van de stad’. Voortaan wordt het aan-geduid als het ‘Historisch Hart’, waarbij zo-wel het historisch karakter benadrukt wordt, als de centrale rol die het gebied verzorgt of dient te verzorgen.

De missie voor het ‘Historisch Hart’ is het gebied actief een onderdeel van de stad te laten vormen. Daartoe wordt het inge-schakeld als centrum of ontvanger van de omliggende dynamieken. De kwetsbaar-heid, de complexe rol en betekenis van het ‘Historisch Hart’ maken dat er gewerkt moet worden binnen de draagkracht van het gebied en met de bouwstenen van het collectief geheugen.

De Palmentuin werd uit de afbakening van het ‘Historisch Hart’ geschrapt. Hoewel het duidelijk een onderdeel vormt van de strategische ruimte, was de restauratie van de Palmentuin tijdens de onderzoeksfase een project in uitvoering. De gehanteerde doelstellingen voor het project passen gro-tendeels binnen de visie van het strategisch programma ‘Historisch Hart’. Door de uit-

voering van het project vormt de Palmen-tuin geen onderwerp meer van een actie op korte of middellange termijn voor de Bin-nenstad. Door de actiegerichte doelstelling van dit onderzoek werd de Palmentuin uit het masterplan geschrapt.

4 ST

RAT

EGIS

CH

RU

IMT

ELIJK

MA

STER

PLA

N

Page 83: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

83Programma ‘Waterkant’

Hoewel de rivieroever in zijn totaliteit als strategische ruimte aangeduid kan worden, wordt slechts een deel in het masterplan geselecteerd als programma onder de noe-mer ‘Waterkant’. Het gaat om het gebied tussen de Van Sommelsdijcksekreek en de Steenbakkerijstraat. Dit is met inbegrip van het kabinet van de president, Fort Zeelandia, het Waaggebouw, de Vreedzaammarkt en de Centrale Markt. Deze keuze vloeit voort vanuit het geloof dat projecten in de delen ten zuidwesten en ten noordoosten van dit gebied een perspectief op de lange termijn bezitten.

De missie van de Waterkant bestaat erin haar huidige rol als dé ontmoetingsplek van de stad te consolideren en uit te bouwen. Daarbij is het noodzakelijk dat het gebied haar relatie met de achterliggende ge-bieden onderhoudt en uitbouwt. Het gaat om de strategische zones ‘Winkelkernge-bied’ en ‘Historisch hart’. De kwetsbaarheid, de complexe rol en betekenis van de ‘Wa-terkant’ maken dat er gewerkt moet worden binnen de draagkracht van het gebied en met de bouwstenen van het collectief geheugen.

Programma ‘Winkelkerngebied’

Het ‘Winkelkerngebied’ wordt afgebakend door de Zwartenhovenbrugstraat, de Dr. Sophie Redmondstraat en de Heiligenweg. De afbakening is hiermee identiek aan die van de strategische ruimte. De belangrijkste straten in het gebied zijn de Jodenbreestraat, de Maagdenstraat, de Steenbakkerijstraat en de Domineestraat.

Het ‘Winkelkerngebied’ wordt in de Binnen-stad aangeduid als het epicentrum van de handelsfunctie. Het gebied heeft als missie om haar huidige rol als winkelgebied van de stad te consolideren en uit te bouwen. Daarbij moet er hard gewerkt worden aan het verhogen van de levendigheid van het gebied door het stimuleren van de func-tionele mix.

Page 84: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

84 Programma ‘Uitgaansgebied’

De Van Roseveltkade, de Kleine Waterstraat, de Van Sommelsdijcksestraat en de Grote Combéweg bakenen het programma ‘Uit-gaansgebied’ af. De afbakening is kleiner dan die van de strategische ruimte die zich verder continueert langs de rivieroever (zie hoofdstuk 2).

Het ‘Uitgaansgebied’ heeft als missie voor de Binnenstad te fungeren als epicentrum van de uitgaansfuncties. Het gebied moet haar huidige rol als uitgaanszone van de stad consolideren en uitbouwen. Som-mige typen uitgaansfuncties (discotheken, danscafés...) zijn moeilijk te combineren met andere stedelijke functies zoals wonen. Vandaar dat deze specifieke functies uitge-bouwd kunnen worden binnen het gebied door middel van verdichting. De combi-neerbare functies (restaurants, bistro, café...) zijn in de andere strategische ruimten wel gewenst en vormen een manier om daar de levendigheid en aantrekkelijkheid te verho-gen.

Programma ‘Culturele pool’

De afbakening van het programma ‘Cultu-rele pool’ komt overeen met de huidige ‘Cul-tuurtuin’ uitgebreid met het voetbalstadion en de omgeving van de ‘Oranjetuin’. Het vormt een uitgestrekt groengebied dat de Binnenstad verbindt met de groene oevers aan de monding van de Surinamerivier met de Atlantische Oceaan in het noorden van de stad. Door de oprukkende bebouwing staat het gebied onder druk.

De culturele pool wordt het epicentrum van het (groen) recreëren. De missie voor het gebied is om het opnieuw een actief onderdeel van de stad te laten vormen. Daartoe is het noodzakelijk de samenhang van het gebied en het geheel als strategi-sche ruimte te benadrukken.

4 ST

RAT

EGIS

CH

RU

IMT

ELIJK

MA

STER

PLA

N

Page 85: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

85Programma ‘Netwerk’

Het Netwerk is een thematisch strategisch project. De aanpak zal eerder generiek zijn op minstens het niveau van de Binnenstad. Hierin verschilt het van de zes gebiedsge-richte projecten.

De missie is om het netwerk te optimali-seren. Het netwerk heeft hierbij tot doel de relaties tussen de verschillende gebieden te onderhouden. De belangrijkste voor-waarde is dat het zich aanpast aan de ver-schillende missies van deze gebieden.

Strategisch project ‘Van Sommelsdijck-sekreek’

De ‘Van Sommelsdijcksekreek’ vormt als relict van het vroegere uitgebreide watersy-steem, één van de belangrijkste groene en natuurlijke structuren in de Binnenstad. De kreek start ten noordwesten van de Binnen-stad en mondt uit in de Surinamerivier (zuid-oost). Haar bijzondere ligging maakt dat de kreek cruciale ruimten en bijzondere plek-ken in de Binnenstad met elkaar verbindt.

De ‘Van Sommelsdijcksekreek’ heeft als es-sentiële missie het activeren van de verbin-ding tussen de verschillende strategische programma’s: ‘Waterkant’, ‘Uitgaansgebied’, ‘Culturele pool’ en ‘Historisch Hart’. Het ge-bied moet zich als een zelfstandige entiteit ontwikkelen en doorheen haar verschillende sequenties relaties uitbouwen met de aan-grenzende strategische gebieden.

Page 86: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

86 CONCLUSIE: HET MASTERPLAN IS DYNAMISCH, MAAR NIET

VRIJBLIJVEND

Het masterplan stelt de revitalisatie van de Binnenstad door middel van zes program-ma’s en één strategisch project voorop. De programma’s en het project hebben elk hun eigen missies. Specifiek onderzoek naar de beelden en hun reikwijdte, vormt een on-derdeel van de verdere visievorming zowel op het niveau van de Binnenstad als op het niveau van de programma’s en het project. Dit maakt dat het strategisch ruimtelijk mas-terplan een dynamisch instrument is, maar tegelijkertijd is het niet geheel vrijblijvend (Van Den Broeck, 2003: 116). Het onder-schrijven van de missies staat gelijk aan het onderschrijven van het realiseren van een trendbreuk voor de Binnenstad. De missies zijn algemene voorwaarden voor de revitali-satie en zijn hierdoor onveranderlijk.

4 ST

RAT

EGIS

CH

RU

IMT

ELIJK

MA

STER

PLA

N

Page 87: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

87In tabel 4.2 worden de missies voor de zes programma’s en het strategisch project sa-mengevat:

Elke missie kan ambitieus of eerder gema-tigd ingevuld worden afhankelijk van de ver-schillende parameters die een project bepa-len. Het is onder andere gebonden aan de wensen van de diverse actoren, de financi-ele mogelijkheden... Doorheen de projecten kunnen de ambities ook telkens groeien op basis van gerealiseerde successen. Ambitieus of eerder gematigd, elke actie in deze gebie-den blijft, met het onderschrijven van de missies, een trendbreuk voor de Binnenstad.

��������������� ��������� ���������������� �������������� �������������� ����������������������� �������

�������������������������

�����������

�������������������

�����������������������

���������������������

���������

�����������������������������

����������������������������

���������

����������������

���������������������������

�������������������������

�������������������������

��������������������������������������

����������������������

�������

������������������������

����������

������������������������

��������������

�����������������������

����������������������� ���������������������� ������������������������

����������������������

��������������������������

��������

�������������������

�������������������

����������������������

�����������������

�������������������

�������������������

��������������������

�����������������

�������������������

�������������������

��������������������

�����������������������������

���������������������������������������

�������������������

������������������������

�����������������������������

�������

�������������������������

����������������������

������

figuur 4.2 | Projectenmatrix

bron: eigen verwerking

Page 88: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

foto 5.1 | Plein van de Revolutie, Waterkant

Page 89: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

CONCLUSIE

Page 90: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

90

5 C

ON

CLU

SIE

Page 91: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

91

Conclusie

Door de opbouw van dit boek wordt er op basis van een ‘stap voor stap’-uitwerking van de visie een duidelijke link gelegd tussen analyse, visie en uitvoering. Dit boek vormt hierdoor zonder-meer het sleutelboek tussen boeken 2 en 3 enerzijds en boek 5 anderzijds. Het is de uitwerking van dit boek die ervoor zorgt dat de later naar voor geschoven uitvoerbare projecten uit boek 5 noch ad-hoc, noch lichtvoetig zijn.

De keuze om het boek stap voor stap op te bouwen van visie en concept naar strategische ruim-ten, programma’s en projecten, evenals de zijsprong naar de beelden, duiden op de relatie tussen de algemene visie, de specifieke programma’s en de generieke beelden. Door deze gedachtegang te expliciteren worden latere keuzes beter begrijpbaar, wat de bruikbaarheid van het masterplan in het algemeen dient te verbeteren.

Zoals de inleiding reeds aanhaalt, verschilt de inhoud van dit boek wezenlijk van het volgende boek. De visie en uitwerking ervan op generieke (beelden) en gebiedsgerichte (programma’s en project) manier vormen een onomstootbare basis voor verder debat en uitwerking van het masterplan in uitvoerbare projecten.

Om deze onomstootbaarheid te duiden, vormt dit boek idealiter de aanleiding van een intentie-overeenkomst (zie ook boek 3: ‘Ontwikkelingsstrategie’ en boek 1: ‘Positionering opdracht en aanpak’). Het effectief afsluiten van deze overeenkomst valt echter buiten de opdracht van dit onderzoek.

Page 92: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

92

6 BI

BLIO

GR

AFI

E

BOEKEN

Boudry, L. Cabus, P., Corijn, E., Kesteloot, C., Loeckx, A., (2003). De eeuw van de stad. Wit-boek. Over stadspublieken en rastersteden. Brugge: Die Keure.

Hajer, M., Reijndorp, A. (2001). Op zoek naar nieuw publiek domein. Rotterdam: NAi Uitge-vers.

Heeling, J., Meyer, H., Westrik, J., (2002). Het ontwerp van de stadsplattegrond. Amsterdam: Uitgeverij SUN.

Meyer, H., Van den Burg, L., (2006). Het Geheugen van de stad. Amsterdam: Uitgeverij SUN.

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, (2004). Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Geco-ordineerde versie, april 2004. Brussel: Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.

Stad Antwerpen, (2007). Strategisch Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen: Antwerpen Ontwer-pen. Richtinggevend en bindend deel. Antwerpen: Stad Antwerpen.

Van den Broeck, J., (2006). Visievorming in coproductie: dynamisch en stapsgewijs. In: Boudry, L., Loeckx, A., Van den Broeck, J., Coppens, T., Patteeuw, V., Schreurs, J., (2006). Inzet/Opzet/Voorzet. Antwerpen-Apeldoorn: Garant-Uitgevers.

Page 93: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

93ONGEPUBLICEERDE WERKEN

Adams, B., Heirman, S., Kooyman, S., Stuyck, I., (2007). Ruimtelijke context voor cases Cen-trum en Weg naar Zee, Paramaribo. Antwerpen: ongepubliceerde masterproef.

Adams, B., Kooyman, S., (2007). Ontwikkelingsstrategie voor de rivieroever van Paramaribo. Antwerpen: ongepubliceerde masterproef.

Arto. (1993). Structuurvisie Paramaribo: An urban framework for future action. paramaribo: ongepubliceerde studie. Blufpand, Y.F., (2006). Paramaribo op orde. structuurvisie Groot-Paramaribo 2020. Delft: on-gepubliceerde masterproef.

PHI Architecture i.o.v. Inter-American Development Bank, (2005). Urban Development Plan for Paramaribo. Paramaribo: ongepubliceerde studie.

Van Oers, R., (1993). Structuurschets voor Paramaribo. Delft: ongepubliceerde masterproef.

FOTO’S

Dikland, Ph., Koenraadt, L., (2003-2006). Luchtfoto’s van Paramaribo. [Luchtfoto’s uit privécol-lectie].

Alle andere fotos zijn eigen materiaal en werden gemaakt tijdens het onderzoek (juli-september 2008)

Page 94: Strategisch Ruimtelijk Masterplan voor de Binnenstad van Paramaribo - Boek 4

Stel zelf de luchtfoto van de grootstad Paramaribo samen door de kaften van de boeken, volgens dit schema, naast elkaar open te leggen.bron: luchtfoto GLIS 2005-2008

Bert Claes en Wim Debaene

Masterproef aangeboden voor het behalen van het diploma van Master in de Stedenbouw en de Ruimtelijke Planning

Academiejaar 2009-2010

promotoren: Hendrik Van Geel

Hardwin De Wever

Heidi Vandenbroecke

Artesis

Departement Ontwerpwetenschappen

Opleiding Master in de Stedenbouw en de Ruimtelijke Planning

Mutsaardstraat 31, 2000 Antwerpen

BOEK 4 STADSPROJECT ANTWERPEN - PARAMARIBO 2008

STRATEGISCH RUIMTELIJK MASTERPLAN BINNENSTAD: VISIE

BO

EK

4 ST

RA

TE

GISC

H R

UIM

TE

LIJK M

AST

ER

PLA

N B

INN

EN

STAD

: VISIE

BOEK 2

BOEK 4

BOEK 6

BOEK 8

BOEK 1

BOEK 3

BOEK 5

BOEK 7