stiekem en geheim

60
VIRTUS NITOR 01

description

sdsa wwwdoj wjodi

Transcript of stiekem en geheim

Page 1: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR01

Page 2: stiekem en geheim

De zorgsector is belangrijk voor de Leidse regio. En daarom ook voor de

Rabobank. Want als het goed gaat met onze omgeving, gaat het ook goed met ons.

Daarom werken zowel geneeskundestudent Jacob de Boer als

Gezondheidscentrum Florijn samen met Rabobank Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest.

www.rabobank.nl/leiden-leiderdorp-oegstgeest

Samen sterker. Dat is het idee van coöperatief bankieren.

Een partner die meedenkt over de toekomst

Een bank met oog voor de omgeving

345 [A] zorgsector 285x215#2.indd 1 16-04-13 11:34

Page 3: stiekem en geheim

Wie contribuant is van het Reünistenfonds krijgt twee keer per jaar de Virtus Nitor toegestuurd. Tot de zomer van 2014 ontvangen echter álle reünisten de Virtus Nitor. Zo wordt iedereen op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen rond het 40e lustrum van Sociëteit Minerva. En intussen hebt u, mocht dat nodig zijn, gelegenheid om uw jaarlijkse bijdrage aan het Reünistenfonds in orde te maken. Betaalt u contributie? Of bent u daar eigenlijk niet zeker van? Controleer uw gegevens op www.reunistminerva.nl. Wacht niet te lang, want na het lustrum versturen wij de Virtus Nitor weer uitsluitend naar de contribuanten van het Reünistenfonds.

Page 4: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR04

\MMM

Page 5: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR 5

Minerva Music MachineDe creativiteit gonst door Sociëteit. Sinds onze eigen

Minervahuisband vorig jaar het Intercorporaal Song festival

heeft gewonnen stijgt de formatie tot ongekende hoogte binnen

studentenland. Met als grootste hoogtepunt tot nu toe de twee

hits Chillheid en Snerpend Hert. De Minerva Music Machine is

ook de gangmaker op feesten en partijen, voor meer informatie

neem contact op met Lodewijk Res: [email protected].

foto Fauve Bouwman

Page 6: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR06

Interviews10 Humor is verrassing Phillip Walkate werd na zijn studie een succesvol cabaretier

16 Een baan met humor Jantien van der Laan is de manager van Jan Jaap van der Wal

18 Een carrière dankzij humor Dankzij zijn humor is Eppo van Nispen tot Sevenaer succesvol

24 200 jaar Minerva! Volgend jaar bestaat Minerva 200 jaar, de organisatie is begonnen

44 Willem Rijnenberg Won het Intercorporaal Cabaretfestival

42 De studententijd van Nelleke Noordervliet De schrijfster haalt herinneringen op aan haar leidsetijd

48 Paul van Vliet & Floor Kist, het Leids studentencabaret Het duo beleefde in de jaren 60 een rechte weg naar de top

Verslagen22 Terugblik VVSL-diës

28 De perfecte studentengrap: ontvoer een nul!

32 Leidse kroegen, lange nachten

52 Kruisrede 2013

Overig08 Ledenhuizen tekort, investeer!

09 Dineer op Sociëteit

21 Nullenwerk

31 Archief subverenigingen gereed

58 Oproepen

\INHOUDSOPGAVE

Page 7: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR07

hu∙mor (de; m)

1. dat wat grappig is

2. oog en gevoel voor wat grappig is

Een vage beschrijving van het woord, want het leidt

meteen tot de volgende vraag, wat is grappig?

grap∙pig (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord)

1. zó dat men lachen moet; leuk

Humor blijkt een lastige omschrijving te hebben en met de

betekenis uit de Van Dale wordt men niet wijzer. Treffender is de

omschrij-ving van Philip Walkate: “Humor is verrassing. Het creëren van

verwachtingen bij je publiek en die direct doorbreken.” Hier kan ik me beter in

vinden, duidelijker. Toch blijft het een lastig onderwerp, juist omdat het zo

persoonlijk is.

Humor speelt een grote rol bij de Leienaar en heeft dat altijd gedaan. Het begint al bij

de Kennismakingstijd, waar de Leidse Bek – en daarmee humor – een grote rol speelt.

Voor een nul begon in 1994 de KMT wel heel bijzonder, toen hij ‘ontvoerd’ werd door

jaarclub Drastisch op Lustrumreis. Een goed uitgedachte studentengrap. Perfect geti-

med, waarin humor een grote rol speelde.

Dat humor een belangrijk element is tijdens je studententijd blijkt uit de reacties die ik

heb ontvangen naar aanleiding van de aankondiging van het thema voor de komende

Virtus Nitor. Veel verhalen over grappen die zijn uitgehaald toen zij in Leiden woonden.

Mooi om te horen dat zoveel is bijgebleven en het toch een rode draad is geweest

tijdens hun Leidse tijd.

Het 40e Lustrum zal aankomend jaar de rode draad zijn in het Sociëteitsleven. Hiervan

is ook het Bestuur van het Reünistenfonds zich bewust. Zij hebben besloten om de

aankomende drie nummers van de Virtus Nitor weer naar alle reünisten te sturen. Zo

kan iedereen op de hoogte gesteld worden van de ontwikkelingen rondom het Lustrum.

De Lustrumcommissie is aangesteld en de eerst plannen worden uitgewerkt. Dit jaar is

ook een vice-praeses (Roos van der Ven) aangesteld, die verantwoordelijk zal zijn voor

het organiseren van het reünistenweekend op 27 en 28 juni 2014. Samen met Frank

Lameijer, de praeses van de Lustrumcommissie en Jet Key, voorzitter van de Lustrum

Raad van Advies hebben zij de eerste plannen met elkaar besproken. Een verslag hiervan

is te lezen in dit nummer.

Het Lustrum leeft al onder de leden en daar heeft de Contact Commissie op ingespeeld.

Zij wil de aankomende leden ook bewust maken van Minerva200 en heeft daarom voor

het thema ‘MinervaXL’ gekozen. Hopelijk begint het Lustrum langzaamaan ook onder

de reünisten te leven en mag de Lustrumcommissie u allen verwelkomen op het Lus-

trumterrein in de zomer van 2014.

Rest mij u veel leesplezier te wensen en wie weet zien wij elkaar nog op Sociëteit!

Merel Bouwman

Commissaris Reünisten

colofon

Zomer 2013

Oplage 17.000

Foto omslagFauve Bouwman

RedactieMarianne van Exel (2004, geschiedenis)Florentine Haverkamp (2001, kunstgeschiedenis en archeologie)Henri Kröner (1999, rechten)Edwin den Os (1988, rechten)Klaartje Sluijs-Couprie (1988, kunstgeschiedenis en archeologie) Wouter Storm (1973, rechten)Sanderijn Vermeeren-van Holten (1991, Spaans/talen en culturen van Latijns-Amerika) Merel Bouwman , h.t. Commissaris Reünisten (2009, Life Science And Technology)

VormgevingLucas Nutbey (2006), www.lucasnutbey.nl

DrukDrukkerij de Bink, Leiden

RedactieadresRedactie Virtus NitorBreestraat 502311 CS [email protected]

AdreswijzigingenCommissaris ReünistenBreestraat 502311 CS Leiden 071-5121571reü[email protected]

Of: inloggen op www.reunistminerva.nl, keuze ‘Mijn gegevens’

Stichting Reünistenfonds Minerva

Voorzitter van de Raad: Machteld M.E. Rogaar-Burlage (1967)

Bestuur:Mr Christiaan A. Baardman, voorzitter (1977)Mr Focko Nauta, penningmeester (1979) Mr H.J. Lempers, secretaris (1991) Prof dr Jaap F. Hamming (1976) Drs Klaartje Sluijs-Couprie (1988) Drs Sanderijn E. Vermeeren-van Holten (1991)

Websitewww.reunistminerva.nl

BankgegevensRekeningnummer 57.51.47 t.n.v. Stichting Reünistenfonds Minerva, Leiden

De redactie behoudt zich het recht voor om ingezonden stukken in te korten of niet te plaatsen.

De volgende Virtus Nitor, die in het najaar van 2013 verschijnt, zal in het teken staan van bezin-ning. Heeft u ideeën of suggesties? Stuur dan vóór 28 juni 2013 een e-mail naar de redactie van Virtus Nitor via [email protected]

humor

VOORWOORD/

Page 8: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR08

In de vorige Virtus Nitor bent u op de hoogte gesteld van de huidige huizenproblematiek die zich in Leiden voordoet. De afgelopen jaren is het ledenaantal van onze vereniging sterk gegroeid, waardoor het huizen-tekort een actuele kwestie is geworden. Objectief bezien zijn er zeker vijftien tot twintig nieuwe huizen nodig. Het afgelopen jaar konden maar liefs 82 nieuwe leden geen huisvesting vinden in een Minerva-huis en in totaal is het aantal ‘huisloze’ leden inmiddels de tweehonderd ruim gepasseerd. Om het probleem tegen te gaan, is in het najaar van 2012 de Huizencommissie (HuCo) in het leven geroepen met als doel voor meer leden een Minerva-huis te vinden. Kerntaak van de HuCo is het oprichten van nieuwe ledenhuizen en de opvulling hiervan. Sinds haar oprichting heeft de HuCo diverse vooruitgangen geboekt. Een update.

Rentedragende obligaties

De HuCo gaat een samenwerking aan met reünist mr P.J. (Paul) Vernooijs (aankomstjaar 1978). Het bedrijf Kuij-

pers & Lievaart Advies, fiscaal advies en financiële planning, te Amsterdam, waaraan Vernooijs verbonden is,

zal een investeringsfonds oprichten en beheren dat zal investeren in nieuw op te richten ledenhuizen. Dit fonds

maakt het mogelijk voor geïnteresseerde reünisten om te investeren in ledenhuizen, zonder direct zelf een heel

huis te hoeven kopen. Het fonds zal rentedragende obligaties uitschrijven van verschillende grootte. Momenteel

wordt gedacht aan drie soorten obligaties met een nominale waarde van € 1000, € 5000, en € 10.000. Zodra

de prospectus gereed is, zal deze onder reünisten worden verspreid.

De LSVM zal de HuCo huizen laten selecteren die zich lenen voor dit doel. Bij het selectieproces van deze hui-

zen zal er naar de locatie, grootte, staat van onderhoud en vraagprijs van het huis worden gekeken. De HuCo

zal zich op huizen richten die centraal liggen en waar minimaal vijf studenten kunnen wonen. Door het investe-

ringsfonds ingeschakelde vastgoedspecialisten zullen deze huizen beoordelen op rentabiliteit en adviseren aan

het fonds over het al dan niet aankopen ervan.

HuisnestorDe HuCo zal verantwoordelijk zijn voor de opvulling van een huis. Het ledenhuis zal alleen door leden van de

LSVM worden opgevuld, met uitzondering van een eventueel benodigde onderhuurder. Belangrijk hierbij is

dat er rekening met leeftijdspreiding zal worden gehouden om continuïteit van het huis te waarborgen. Voorts

zal zowel de HuCo als de LSVM zich op de huurverplichtingen van de huurders richten. Er zal per huis een

beheerder (huisnestor) worden aangesteld, die als contactpersoon van het huis fungeert. Daarnaast zal

de LSVM een controlefunctie op zich nemen en door middel van sociale druk toezien op het naleven

van de verplichtingen van bewoners, zoals dit nu al gebeurt bij de huizen die eigendom zijn van de

vereniging. Tenslotte zal de HuCo zich richten op wenselijk gebruik van het huis en het praktisch

onderhoud van het huis door het voeren van regelmatige controles.

Het financieel beheer, verhuurcontracten, de administratie, het contact met de investeerders en

het technisch beheer is volledig in handen van de beheerders van het investeringsfonds. De LSVM

en de HuCo verlenen waar nodig en/of wenselijk of desgevraagd ondersteuning om kosten te besparen

voor het fonds.

Delfts voorbeeldHet is de ambitie van LSVM om door middel van dit samenwerkingsverband van investerende reünisten de

huizenproblematiek tegen te gaan en tegelijk een aantrekkelijke investeringsoptie te kunnen aanbieden. Een

soortgelijke constructie bestaat al sinds enkele jaren in Delft en blijkt daar zeer succesvol te werken. De HuCo

Delft wist in drie jaar tijd negen nieuwe ledenhuizen op te richten. Is naar aanleiding van dit verhaal uw in-

teresse gewekt of hebt u vragen of ideeën? Dan kunt u contact opnemen met Max van Gent, Quaestor van de

Commissie voor de Sociëteit Minerva, via [email protected] of 06-14394842.

\QUAESTORCOMMISSIE

HuCo pakt tekort ledenhuizen aan met investeringsfonds

Page 9: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR09

Al 200 jaar lang is Sociëteit een dierbare thuisbasis voor haar leden en reünisten. Wij ontvangen u ook in het

40e lustrumjaar van Hare Majesteits Eerste graag voor een borrel of diner. Met uw clubgenoten, oud-huisgeno-

ten, commissiegenoten of in welke verband dan ook kunt u makkelijk een borrel of diner reserveren in een van

de vele mooie zalen die Sociëteit rijk is.

De speciale lustrummenukaart voor reünisten wordt binnenkort bekendgemaakt op de reünistenwebsite. Stel

een menuutje samen en beleef Sociëteit opnieuw in een bijzondere periode. Mocht u op ons uitgebreide menu

een gerecht missen, schroom niet te vragen naar andere mogelijkheden; onze koks Robbert en Gijs deinzen niet

terug voor een uitdaging,. Tijdens uw diner wordt u bediend door onze Oudste Bediende en tevens Commissie-

bediende Pim Tuithof.

In de wijnkelder van Sociëteit bevindt zich een brede selectie aan uitstekende wijnen. Voor uw diner kunt u van

tevoren een passende keuze maken. Volgend jaar staan er tevens unieke lustrumwijnen op de kaart. Hiermee

draagt u uw steentje bij aan het lustrum terwijl u geniet van een mooie avond op Sociëteit.

U kunt uw borrel of diner reserveren door te mailen naar [email protected]. Wij zien uw reservering

graag tegemoet!

Met bordeauxrode groet,

Anna van der Donk

h.t. Commissaris Exploitatie

M.R. Verburgh

h.t. Commissaris Tapsch & Consumabel

Borrel of diner op Sociëteit

DINEREN/

Page 10: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR010

Page 11: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR011

Philip Walkate (aankomstjaar 1993) voltooide zijn studies geschiedenis en postdoctoraal internationaal recht in 1999.

Al op Sociëteit verzorgde hij cabaretoptredens op de vrijdagavonden. Hij is gewoon zijn passie achterna gegaan. “Ik heb

me nog geen dag verveeld sinds mijn afstuderen. Elke zondagavond ga ik fluitend naar bed, want ik kijk uit naar de week!”

door Edwin den Os fotografie Sabrina Scarpa

Page 12: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR012

We ontmoeten elkaar op een maartse dins-

dagmiddag in café Thijssen in de Amster-

damse Jordaan. Het is te koud voor de tijd

van het jaar, maar Sabrina heeft juist door de

afwisseling van zon en hevige sneeuwbuien

een prachtig decor voor haar foto’s. Philip:

“Ik ben opgegroeid in Oegstgeest. Na vier

jaar middelbare school zijn we met ons gezin

verhuisd naar Ottawa. Ik heb er een twee-

jarig international baccalaureate aan Ash-

bury College gedaan. Ik heb erover gedacht

om in Canada verder te studeren, maar ik heb

gekozen voor Leiden omdat Geschiedenis

hoog stond aangeschreven.”

Betaald in drankHumor is Philip nooit vreemd geweest. Hij

speelt sinds zijn elfde jaar piano, en hij was

altijd al bezig met het componeren van

liedjes en sketches. Tijdens zijn KMT speelt

hij het typetje Mr Bean van de Engelse ko-

miek Rowan Atkinson. “Het gaat erom ge-

bruik te maken van je lichaam. Alles wat uit

proportie is, is leuk”, vertelt Philip. Na enkele

hos-piteerrondes gaat hij wonen op Papen-

gracht 6. Philips kamer is aan de straatkant.

Philip: ”Ik heb tijdens mijn studie samen met

LST-bestuursgenoot Jan-Hein Reeringh op

vrijdagavonden cabaret verzorgd op Socië-

teit. Erg grappig allemaal, met zes eerstejaars

die steeds de piano moesten verslepen. We

werden na zo’n avond door de Commissaris

Tapsch in natura betaald. De flessen wijn,

port en whisky die we zo vergaarden, waren

voor mijn vrienden altijd een goede reden

voor een ‘zoete inval’ in mijn kamer. En ik

had een bijbaantje als invalpianist in Huis ter

Duin. Speelde ik in één avond mijn hele

studiebeurs bij elkaar.”

Paul van VlietZe verzorgen hun cabaretavonden tot 1999.

In november van dat jaar ontmoet Philip de

impresario van Paul van Vliet. Die vertelt

hem dat hij ‘iets moet gaan doen’ met zijn

talent voor liedjes en sketches. “Het is voor

mij een ontmoeting geweest die me heeft

doen besluiten van mijn passie mijn beroep

te maken. Ik heb zang-, theater- en acteer-

lessen genomen, en heb contacten gelegd

met regisseurs om me zo verder te verdiepen

in het vak. Werkelijk [Philip kijkt me aan met

breed opengesperde ogen] ik heb me sinds

mijn afstuderen nog geen dag verveeld. Ik

kan me focussen op tien dingen tegelijk,

want ik vind zó veel leuk. Het is prachtig om

fakespeeches te houden op bedrijfscongres-

sen. De mensen gaan erin mee. Dat is eigen-

lijk cabaret op maat!”, licht Philip breed

gebarend toe.

HumorMaar wat is humor eigenlijk? Dat is niet in één

woord of zin uit te leggen. Philip: “Comedy is

a guy with a problem. Stel je maar eens voor:

de Dutch guy die verward is door alles wat

hij ziet in de Verenigde Staten. Een insteek

die heel goed werkte toen ik in New York op-

trad in comedy clubs. Humor is het bij elkaar

brengen van twee werelden. Bijvoorbeeld

junks op de Olympische Spelen. Humor is

verrassing. Het creëren van verwachtingen

bij je publiek, en die direct doorbreken.”

Philip heeft een breed spectrum aan inspi-

ratiebronnen. “Onder anderen Peter Sellers,

Wim Sonneveld [Philip trekt een prachtige

grimas om Margootje voor te dragen], Toon

Hermans, Wim Kan, Jacques Brel en Randy

Newman. Wim Kan zei altijd: ‘Conférence

is als een pingpongwedstrijd’. Het optreden

is een uitwisseling van energie tussen per-

former en publiek. Een optreden is fysiek, en

als je dit vaak doet is het topsport. Je moet

je er dus goed op voorbereiden. Toon Her-

mans’ uitgangspunt was dat de mensen in het

publiek moesten denken dat hij speciaal voor

hen was gekomen.”

ZelfstandigeMet goed gevoel voor Leidse humor vertelt

Philip over hoe het is een ‘succesvolle zelf-

standige zonder pecunia’ te zijn. Wellicht ten

overvloede: hij kan er prima van leven. “Ik

wilde iets gaan doen wat goed is voor mij.

Zelfstandige zijn betekent het leren omgaan

met zowel rust als drukte. Ik haal mijn in-

spiratie uit het achter de computer zitten en

om op straat de verhalen van mensen op te

vangen. Ik ben eigenlijk altijd met mijn vak

bezig.” Bovendien, zo stelt hij: “Het is heer-

lijk om dit leven te leiden. Niet naar kantoor.

Ik creëer mijn eigen product. De uitdaging

schuilt er in dat je nooit precies weet hoe een

voorstelling zal verlopen. Mooie sketches

voor honderd man publiek in Theater Pepijn

kunnen nét weer anders uitpakken. En die

voorstelling in een ‘uithoek’ van Nederland

kan onverwacht prachtig verlopen.”

\INTERVIEW

Page 13: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR013

Page 14: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR014

\INTERVIEW

Philip benadrukt dat het prima is wanneer je plezier

hebt in je werk. Zo niet, moet je iets anders gaan doen.

Dat kan wel eens gepaard gaan met het opgeven van

‘zekerheden’ en andere vaak materiële zaken. Maar

datgene doen waar je hart ligt, is het

allerbelangrijkste.

KakkerDoor Philips brede interesse houdt humor niet op bij

het verzorgen van optredens en lezingen tijdens (be-

drijfs)congressen. “Tussen de bedrijven door speel ik

in reclames, geef ik presentatietraining en schrijf ik

de teksten voor Kakker. Het is een jongetje dat leeft

in een fictieve wereld. Een wereld die me de gelegen-

heid geeft om alle clichés die bestaan over ‘Ons Soort

Kinderen’ en ‘Ons Soort Mensen’ uit te vergroten,

en er de spot mee te drijven.” De verschillende com-

mercials en andere uitingen zijn te zien op YouTube.

En Philip is actief op social media. “Facebook is het

nieuwe prikbord voor mijn optredens. Vroeger ging ik

op de fiets door weer en wind gewapend met een pot

behangplaksel affiches plakken. Die er de volgende

dag weer af waren gescheurd. Nu heb ik een online

forum waarmee ik wereldwijd mensen kan informeren

over mijn bezigheden.”

Voor meer informatie: www.philipwalkate.com

Page 15: stiekem en geheim
Page 16: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR016

\INTERVIEW

Inhoud combineren

met humor vind ik

het allerleukst

Page 17: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR017

EEN BAANMET HUMORAls je het CV van Jantien van der Laan (aankomstjaar 2000) bekijkt, verwacht je niet direct een carrière in

de creatieve sector. Jantien studeerde cum laude af in Life Science & Technology in Delft en Leiden en deed

onderzoek aan Stanford University, Californië op het gebied van Genome Technology. Na drie jaar bij consult-

ancybureau Boer & Croon gewerkt te hebben, gooide ze het roer om en stortte ze zich op haar organisatie-

en creatieve talenten.

door Florentine Haverkamp fotografie Fleur van der Minne

Hoewel sommigen het misschien een verrassende stap

vonden, verbaast het diegenen die haar beter ken-

nen allerminst. Al in haar eerste jaar in Leiden bleek

Jantien humor en organisatie goed te kunnen combi-

neren. Naast haar studie was ze praeses van het LST, organiseerde

ze Blije Donderdagen en Woeste Woensdagen, de cabaretavonden

waar sketches en zelfgeschreven liedjes in de Toneelzaal en de Eet-

zaal werden opgevoerd. Haar gevoel voor timing kwam niet alleen

tijdens interezzo’s op de Pa-Zo’s en Ma-Do’s ten uitvoering, maar

ook tijdens de musical Sweet Charity, waarbij ze door haar rol mét

accent, de lachers op de hand had. Ook speelde ze in het LAK-

theater in het stuk Tijl Uylenspiegel en produceerde ze voor alle oud

LST’ers een LST-cd. Als thematicus van de Veerstichting in 2005

was ze eveneens verantwoordelijk voor de creatieve invulling.

Hoe kwam je in de wereld van cabaret en productie terecht?“Eigenlijk kwam ik per toeval Jan Jaap van der Wal tegen. Na tien

jaar Dit was het nieuws en theater tours, wilde hij zelf tv maken. Hij

was bezig met het opzetten van een eigen productiemaatschappij

en zocht iemand om structuur binnen het bedrijf aan te brengen.

Toen ben ik voor hem aan de slag gegaan. Het was een project van

een half jaar, daarna rolde ik meteen in een andere opdracht. Ik heb

toen meegewerkt aan de productie van Vrijdag op maandag, een

zaterdagavond-show op Nederland 1 met cabaretier Remko Vrijdag.

Het was een hele uitvoerende baan, heel anders dan mijn eerdere

werk bij Boer & Croon. Omdat het met Jan Jaap zo goed klikte, ben

ik daarna zijn management gaan doen. Ik doe al zijn zaken, ik ben

ook het aanspreekpunt voor verschillende media, doe de pr voor

zijn tours en beheer zijn website.”

Hoe het is om voor een grappenmaker te werken? “Haha, ja heel leuk! Hij is best stil eigenlijk, maar ik kan ook erg met

hem lachen, hij is scherp en ad rem. Hij kan ook wel om mij lachen,

denk ik. We werken heel goed samen en kunnen snel schakelen.

De inhoudelijke invulling van zijn programma’s, het schrijven er-

van, doet hij samen met onder andere comedians van Comedytrain.

Ik ben daar verder niet bij betrokken. Vaak vragen mensen: ‘wil jij

zelf niet iets grappigs schrijven voor Jan Jaap?’ Maar zo werkt het

echt niet, dat is een vak apart! Mensen die schrijven proberen de

grappen zelf uit op podia en zijn vaak zelf cabaretier. Het valt me

op dat – als je binnen het corpswereldje met toneel of muziek bezig

bent of bent geweest – iedereen meteen denkt dat je zelf wel zo’n

show kan schrijven. Dan onderschatten ze het schrijversvak enorm –

en overschatten ze mij, haha!

Naast het management van Jan Jaap doe ik opdrachten voor ver-

schillende bedrijven en websites, zoals voor www.duurzaambe-

drijfsleven.nl en www.superfoodz.nl. Vaak op het gebied van com-

municatie, management en presentatie. Voor deze sites heb ik ook

korte filmpjes gemaakt. Het liefst doe ik opdrachten waarbij ik zelf

de inhoud bedenk, het presenteer en verantwoordelijk ben voor het

editen. Alleen de uitvoering ervan vind ik niet genoeg, ik denk juist

graag zelf na over het hele concept.

De content is het belangrijkste, maar als je dat in een mooie vorm

kan gieten en op een manier kan presenteren waar je ook om kan

lachen, dan vind ik het écht geslaagd. Dus ja, inhoud combineren

met humor vind ik het allerleukst. Op deze manier kan ik mijn cre-

ativiteit kwijt, maar is het ook inhoudelijk interessant. Zo vind ik

Page 18: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR018

ik het bijvoorbeeld erg grappig om relatieve ‘droge’ of ingewik-

kelde stof klein en behapbaar te maken, net zoals de filmpjes voor

Superfoodz. Het liefst met sarcasme of zelfspot. Bezig zijn met

maatschappelijk belang vind ik ook belangrijk. Jan Jaap betrekt de

maatschappij altijd in zijn shows. Het zijn satirische programma’s,

hij maakt ook echt een punt.

Dit type werk is natuurlijk heel anders dan mijn vorige baan. Het

verloop binnen de creatieve sector is heel hoog. Ook is het erg on-

zeker, de projecten zijn kort en je weet vaak niet wat je de volgende

maand gaat doen. Je moet altijd open staan voor nieuwe dingen,

klussen gaan allemaal via via. Het was spannend om alles los te

laten, om te vertrouwen op de flow maar dat heeft me ook heel

goed gedaan. Er komen op deze manier iedere keer weer nieuwe

dingen op mijn pad.”

\INTERVIEW

Vijf cabaretiers om in de gaten te houden:1. Jan Jaap van der Wal met Panache (tv-programma)

2. Ronald Goedemondt

3. De Partizanen

4. Droog Brood

5. Tim Fransen

Drie tips waar je vrolijk van wordt:1. Cabaret: het open podium Toomler, in het Comedytrain café

onder het Hilton in Amsterdam, met try-out’s van jonge

talenten, www.toomler.nl en komiek Seth Meyers

2. Website: www.funnyordie.com

3. Youtube: filmpjes van Eddie Izzard

Het was spannend om

alles los te laten, om te

vertrouwen op de flow

Page 19: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR019

EEN

CARRIÈREEppo van Nispen tot Sevenaer (aankomstjaar 1983) is momenteel directeur

van de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek. Van 2005 tot 2010 was hij directeur van de bibliotheek te Delft, die onder zijn leiding de modernste bibliotheek ter wereld werd. Daarvoor werkte hij in de tv-wereld en

was onder andere betrokken bij ‘Bananasplit’ en ‘Dit was het Nieuws’. Hij studeerde geschiedenis en rechten in Leiden en was in die tijd onder

meer redactielid voor het lustrumboek 1989. Ook heeft hij in de reünisten-adviescommissie van het afgelopen lustrum gezeten.

Was humor al iets wat u in uw jeugd al veel gebruikte? “Jazeker. Dit had te maken met mijn voornaam. Begin jaren ’70 was er in Nederland een televisieserie, gebaseerd op de trilogie ‘De klei-ne waarheid’ van Jan Mens. In deze serie gaat de hoofdrolspeelster, gespeeld door Willeke Alberti, de zorg op zich nemen van haar broer Eppo (Een kind dat gewoon wat meer aandacht nodig heeft). Op school werden hier natuurlijk grappen over gemaakt. De enige manier om hiermee om te gaan was er zelf bétere grappen over maken. Op de middelbare school zat ik ook in het cabaret. Achter de schermen bezig zijn vond ik het leukste (teksten schrijven etc.). Hoe kan je een normale situatie absurd maken? Mensen laten ontspannen om mee te nemen in je verhaal.”

U vond uw eerste baan door humor. Kunt u dat toelichten? “Via humor kwam ik inderdaad terecht bij de TROS. Er was een oproep op tv voor journalistiek trainee. Er waren wel zestienhonderd kandidaten en ik kreeg een keiharde afwijzing. Enige tijd later werd ik gebeld of ik toch nog de volgende dag wilde komen. Waarom was ik nu

wel uitgenodigd? Ze hadden na talloze gesprekken nog geen geschikte kandidaat gevonden en zochten uit de stapel een gek iemand, eigenlijk om een kwartier te kunnen afzeiken ter leedvermaak. Ik was tijdens mijn schooltijd wethouder van Madurodam, Openbare orde en politie. Dat vonden ze zo gek en daarom werd ik uitgenodigd.”

U probeert serieus te zijn?“Ik ben serieus. Op tv werd ik serieus genomen in het maken van hu-mor. Mensen vergissen zich hoe moeilijk het is om een goede grap te maken. Je moet aan het publiek laten zien dat je veel moeite hebt gedaan voor de grap. Voor Bananasplit (presentatie eerst door Ralph Inbar en nu door Frans Bauer) heb ik in een team grappen gemaakt. Bananasplit speelt met de werkelijkheid. Het is een familieprogramma met gelaagde humor. Bij ‘Dit was het Nieuws’ zat ik in de regie. Ik heb daar veel geleerd over hoe je grappen moet maken. Hier gaat het om de kracht van de woordgrap. Harm Edens (de presentator) had verder altijd grappen klaar liggen voor als het stil was/ er geen grappen van anderen waren.”

door Henri Kröner fotografie Gerrit Serné

DANKZIJ HUMOR

INTERVIEW/

Page 20: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR020

Vindt u maatschappelijke betrokkenheid belangrijk?“Maatschappelijke betrokkenheid wordt door de maatschappij als steeds belangrijker ervaren. Ik heb dit van huis uit meegekregen en wilde na mijn tv-werk wat teruggeven aan die maatschappij. Het moest wat mij betreft wel met media te maken hebben. Iemand zei toen dat ik moest gaan werken voor een bibliotheek. Hier moest ik even over nadenken, in een bibliotheek wilde ik niet dood gevonden worden, want een saaie stilte is niet echt mijn ding. Toen werd mij verteld hoe groot het bereik van de bibliotheek is: 1 op de 4 Nederlanders is lid. Wereldwijd is dat niet anders. Het is de best bezochte publieke instelling ter wereld. En dat in een tijd waarin het digitale veel fysieke zaken overneemt. Het waarom daarvan leek mij heel boeiend en ik werd directeur van de bibliotheek in Delft. Ik heb meteen gezegd “we gaan veel lawaai maken”. In Delft heb ik in samenwerking met de fietsenmakers van de TU Delft onder-zoek naar bibliotheken gedaan: hoe moet je een bibliotheek inrichten? We hadden ons als missie gesteld de modernste bibliotheek ter wereld te bouwen. Er is een nieuw gebouw gekomen en na drie jaar werden we in een groot Amerikaans onderzoek uitgeroepen tot modernste bibliotheek ter wereld, samen met de British National Library. We werden dat door ‘out of the bieb’ denken, zaken anders doen dan anderen. We keken bij-voorbeeld naar wie de klanten zijn van bibliotheken. Dat zijn vrouwen tussen de 30 en 60 jaar. Door wie willen die het liefst geholpen worden? Jonge mannen! In de meeste bibliotheken werken oude strenge dames. Door dit anders te doen nam het gebruik van de bibliotheek toe en de

oude strenge dames smolten voor hun nieuwe collega’s. Mooie jonge mannen vinden was in Delft natuurlijk wat lastig, maar we hebben toch het personeel van de bibliotheek verfrist met wat jonge kerels.”

“Ik lees geen boeken, ik lees verhalen”“Dit heb ik gezegd in een interview met de Volkskrant in mijn laatste jaar als directeur van de bibliotheek. Vlak na die uitspraak werd ik gebeld door een headhunter voor de functie directeur van de Stichting Collec-tieve Propaganda van het Nederlandse Boek. Ik bleek juist gebeld te zijn vanwege die uitspraak, het boek moest opgeschud worden. Ik gebruik humor veel. Ook om dingen voor mekaar te krijgen. Het is een onschul-dig, effectief wapen. Het zit in mijn karakter om een grap te maken. In arbeidsovereenkomsten voor nieuwe medewerkers schrijf ik er ook met de hand bij dat ze vijf keer per dag moeten lachen en laat ik opnemen dat ze mijn auto moeten wassen. Dat laatste hoeft natuurlijk niet, maar ik ben altijd benieuwd hoe men reageert. Tot nu toe hebben ze elk contract getekend en is mijn auto niet gewassen.”

Zou Leidse humor op tv werken?“Ja! Leidse humor is in mijn ogen humor met een extra laagje erbij. Hu-mor met respect en ergens iets absurds. Mensen vragen zich af of het werkelijk waar zou zijn. Het is beleefd, niet plat en zet mensen op een vrolijke manier aan het denken.”

\INTERVIEW

Mensen vergissen zich hoe moeilijk het is om een goede grap te maken

Page 21: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR021

OPROEP/

Wij lopen inmiddels tegen het einde van het Sociëteitsjaar. De voorbereidingen voor Kennismakingstijd (KMT)

zijn al weer in volle gang. De aankomende editie van de KMT zal van bijzondere aard zijn. Zij vormt de inlei-

ding op ‘Minerva 200’. De aspirant-leden zullen een belangrijke rol gaan spelen in de organisatie van het 40e

lustrum. Een spectaculair reünistenweekend zal hierin uiteraard niet ontbreken.

Sinds jaar en dag is de werkweek een belangrijk onderdeel van de KMT. Niet alleen leggen de aspirant-leden

de eerste contacten met hun jaargenoten, ook dragen zij bij aan de bekostiging van de KMT. De afgelopen

jaren is het vinden van werk voor de nullen, mede door het stijgende aantal inschrijvingen, deels uitbesteed

aan een uitzendbureau. Dit jaar zal het werk echter zoveel mogelijkin eigen beheer worden geregeld via het

Minerva Stagefonds. Financieel is dit niet alleen aantrekkelijker, ook zien wij aspirant-leden graag in contact

komen met reünisten.

Met deze oproep willen wij in contact komen met reünisten die geïnteresseerd zijn in het in dienst nemen van

aspirant-leden tijdens de KMT eind augustus. Wilt u onze vereniging steunen én kennis maken met de nieuwe

lichting leden? Dit is een goede mogelijkheid, waar u bovenal zelf ook van profiteert. De aspirant-leden zijn

multi-inzetbaar. Van tomaten plukken tot kantoorwerk, van onkruid wieden tot werken in een call center:

u zegt het, zij doen het!

Voorwaarden nullenwerk:

De richtprijs waarvoor een aspirant-lid werkzaamheden voor u zal verrichten is € 6,50 per daad

werkelijk gewerkt uur. Dit tarief is bespreekbaar en onder andere afhankelijk van het totaalaantal

afgenomen uren.

Eventuele reiskosten (treinkaartjes of autokosten) zullen in rekening worden gebracht.

De Bijstand ziet er op toe dat de nullen genoeg slapen om hun werkzaamheden naar behoren te

kunnen vervullen.

Oudere leden zullen de nullen begeleiden naar hun werk, meegaan als aanspreekpunt en de nullen

in de gaten houden tijdens de werkzaamheden.

Verdere informatie over de contractuele voorwaarden kunt u aanvragen door naar een van

onderstaande adressen te mailen.

Heeft u interesse in werkzaamheden voor nullen en wilt u de LSV Minerva daarmee helpen?

Mail dan vóór 30 juni 2013 naar [email protected] of [email protected].

Namens de Bijstand inzake de Kennismakingstijd 2013, tekenen wij,

Met vriendelijke groet,

M.T.M. Heck

Quaestor Collegii

L.A. Bovenberg

President van de Commissie voor de Sociëteit Minerva

Nullenwerk gezocht!

Page 22: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR022

Op zondag 27 januari togen vele eles naar Leiden om de 113e dies van de VVSL te vieren. Dit keer was de ontvangst niet in de vertrouwde omgeving van Rapenburg 65 maar op Sociëteit Minerva. Een reünie organiseren in januari blijft altijd een gok. Dit jaar zat het weer bepaald niet mee, waardoor er uiteindelijk toch iets minder reünisten konden komen dan de honderd die zich hadden aangemeld. Een attractie van de kleinere opkomst was echter dat de jaren zich verrassend gemakkelijk mengden, wat weer onverwachte contacten opleverde.

VVSL-liedDe organistoren van de dag (Mette Visser, Ab-actis Collegii, Merel

Bouwman, Commissaris Reünisten en Dies Commissaris Sophie

Heemskerk, bijgestaan door haar commissieleden en een aantal

eerstejaars clubs) lieten zich absoluut niet uit het veld slaan door

de weersverwachtingen. De Sociëteit was met bezem en schrob-

ber schoon gepoetst, versierd met VVSL-blauw en de muren van

de trap behangen met opgeblazen foto’s en andere archivalia uit

het VVSL-verleden. Boven in de zaal wachtte ons koffie met zelf

gebakken blauwe cupcakes, een tafel met oude fotoalbums en – om

ons op te warmen – een live bandje. Het was duidelijk dat de tekst

van het VVSL-lied, keurig opgeprikt op de binnenkant van de wc-

deuren, door menigeen nog even gerepeteerd was zodat het lied uit

volle borst gezongen kon worden tijdens de lunch aan de feestelijk

versierde tafels.

Zo vereend in dit gebouw, dat overigens ook een aantal belangrijke

stukken uit het VVSL-verleden herbergt, was het goed vast te stel-

len dat de VVSL door haar aanzienlijke bijdrage aan de continuïteit

en bloei van de Sociëteit Minerva , een van de pijlers vormt van de

huidige LSV Minerva.

Na de lunch verdeelde het gezelschap zich: een enkeling bleef ‘hang-

en’ op de Sociëteit, de anderen kregen een rondleiding in het

Museum de Lakenhal of het Museum van Oudheden. Reacties

op de rondleidingen waren enthousiast.

We ontmoetten elkaar weer voor een drankje op Rapenburg 65,

waar alle tijd en ruimte was nog eens uitvoerig na te praten.

We mogen terugkijken op een goed georganiseerde en verzorgde

dag, waarbij nog gemeld kan worden dat de kosten binnen de

perken werden gehouden door de lunch in ‘eigen’ huis te houden.

VerbindingIn het najaar van 2012 nam de Ab-actis Collegii, in overleg met

de voorzitter van de Raad van het Reünistenfonds, het initiatief

een advies commissie van oud-VVSL-leden in het leven te ro-

epen, die meedenkt met het Collegium over de invulling van de

toekomstige VVSL-dies en andere zaken de VVSL betreffende. Zit-

ting hebben: Susanne Bins-van Waegeningh (aankomstjaar 1963)

voorzitter, Marye Bekkering-Merens(aankomstjaar 1950), Elizabeth

Badon Ghijben (aankomstjaar 1954),Marja Wurfbain-Moolenburgh

(aankomstjaar 1957), Pauline Beets-Feith (aankomstjaar 1961), en

Machteld Rogaar-Burlage (aankomstjaar 1967).

Susanne introduceerde deze commissie tijdens de lunch in een

speech waarin zij onder meer terug keek op de totstandkoming van

de verbinding van VVSL en LSC, nu al weer veertig jaar geleden.

In januari 2014 zal er geen VVSL-dies zijn omdat Minerva haar

lustrum viert die zomer. De commissie zal zich inzetten een VVSL-

reünie in de vorm van een thee of borrel tijdens de reünistendag

van het Minerva-lustrum.

In januari 2015 zal de 115de VVSL-dies worden gevierd. Een

lustrumjaar! Suggesties voor invulling van het programma van die

dag zijn zeer welkom bij Machteld Rogaar, [email protected] of

Pauline Beets, [email protected].

BLAUWE CUPCAKESOUDE FOTO’S &LIVE MUZIEK

Terugblik op geslaagde VVSL-dies op Sociëteit Minerva

door Pauline Beets-Feith fotografie Cineastengezelschap

\VVSLDIES

Page 23: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR023

Page 24: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR024

De specialiteit van Jet Key (aankomstjaar 1972) is van niets iets maken. Dat zal goed van pas komen bij haar nieuwe functie als voorzit-

ter van de Lustrum Raad van Advies voor het 40e Lustrum van Sociëteit Minerva. Als directeur van Sail Amsterdam 1990 deed Jet veel

ervaring op met het organiseren van grote evenementen. Het Lustrum is bij haar in goede handen. Frank Lameijer (aankomstjaar 2009),

Praeses van de Lustrumcommissie voor het 40e Lustrum, heeft wat dat betreft ook zijn sporen verdiend. In 2012 organiseerde hij het

eerste Hifi Festival. Dit was zo’n groot succes dat in de zomer van 2013 de tweede editie van dit Festival plaatsvindt. Dit jaar is een nieuwe

functie aan de Lustrumcommissie toegevoegd: die van vice-praeses, verantwoordelijk voor het organiseren van het reünistenweekend.

Roos van der Ven (aankomstjaar 2009) zal deze taak aankomend jaar op zich nemen.

door Merel Bouwman fotografie Robert Heezen

Page 25: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR025

Page 26: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR026

Om het Reünistenweekend goed te organiseren, moest eerst

duidelijk worden waar de punten van verbetering lagen ten opzichte

van vier jaar geleden. Jet: “het was een heel mooi lustrum. Helaas

was de ingang van het gebouw waar het feest plaatsvond te klein,

waardoor men erg lang moest wachten voor zij binnen konden ko-

men. Hier zou volgend jaar op gelet moeten worden.” Verder kan

er ook meer gehaald worden uit het terrein. Het gebouw was niet

groot genoeg voor alle reünisten en bovendien was het magertjes

versierd. Een goede locatie is dus essentieel. Jet: “onze ambitie

moet zijn om het aantal reünisten dat naar het Lustrum komt te

verdubbelen.” Dan zit je al snel op achtduizend reünisten. Dan me-

teen de volgende vraag: waar ga je die herbergen? Eventueel op

een andere locatie dan het officiële Lustrumterrein? Frank: “Nee,

absoluut niet. Reünisten moeten het Lustrumgevoel kunnen pro-

even, daarom moet het op hetzelfde terrein. Alles draait om het

Lustrumterrein.”

TotaalervaringAan Frank de vraag wat volgens hem het doel van het Lustrum

is. “Het Lustrum moet een totaalervaring worden, niet alleen een

nachtelijke ervaring. Ook overdag moet je de leden en de reünisten

veel bieden. Het terrein moet twee weken lang de nieuwe thuis-

basis voor de leden worden.”

Een groot terrein, een nieuwe thuisbasis. Dat gaat ver. Maar Frank

heeft al offertes aangevraagd voor een ‘Lustrumhotel’ op het

terrein: een mobiel hotel opgebouwd uit zeecontainers waarvan

kamers gemaakt worden. Dit hotel zal reünisten de mogelijkheid

bieden te overnachten op het Lustrumterrein. Een ander idee dat

voortkomt uit het ‘thuisbasisgevoel’ is het idee om Leiden naar

het terrein te halen. Zo wil Frank een soort paraview neerzetten

van Leiden: van Sociëteit, naar ‘de Club’, naar het Academie-

gebouw, naar Café l’Espérance. Andere aspecten van Leiden zijn ook

mogelijk, zolang het elementen van de stad betreft die voor alle

leden en reünisten een rol hebben gespeeld of nog steeds spelen

tijdens hun Leidse tijd.

Reünistenweekend 40e LustrumMinerva200 moet het grootste Lustrum ooit worden. Wij zijn im-

mers de eerste Sociëteit die al bijna tweehonderd jaar bestaat en

daar hoort een groots feest bij. Er moet out-of-the-box gedacht

worden, daar is ook Jet het mee eens.

Roos wil de focus tijdens het Reünistenweekend niet meer op

de huizen leggen, maar in eerste instantie op de jaarclubs voor

de zaterdag en de vrijdag zal in het teken staan van de disputen,

de subverenigingen en subgezelschappen. Het is belangrijk om de

focus tijdens de zaterdag op de jaarclubs te leggen, omdat de

clubband in vroegere jaren veel belangrijker en hechter was dan

de huisband. “Veel huizen zijn door de jaren heen opgeheven en

\200JAARMINERVA

er moetuit ofthe box gedachtworden

Page 27: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR027

niet iedere reünist heeft in een ledenhuis gewoond. Om ieder-

een de totaalervaring van het lustrum te laten voelen, moet ook

iedereen het gevoel hebben dat ze bij het lustrum worden

betrokken.”

Niet alleen aan het weekend zal veel aandacht worden besteed.

Ook de promotie ervan staat bij Roos hoog in het vaandel. Roos

wil iedereen warm maken voor het Lustrum in 2014 en zal daarom

ook een en ander organiseren door het jaar heen. “Ik vind het be-

langrijk zoveel mogelijk reünisten te betrekken in de aanloop naar

het Lustrum.”

Groen LustrumHet thema is natuurlijk essentieel. Dit blijft nog lange tijd geheim,

maar wel is duidelijk dat het één woord moet zijn. Hele zinnen zijn

te lang. Het thema moet je pakken en het thema moet een merk

worden dat je kan verkopen. Ook over de Lustrumkleuren heeft

Frank al nagedacht. Welke kleuren het worden, wil hij echter nog

niet met ons delen. Wat in ieder geval een rol zal spelen tijdens het

40e Lustrum is groen.

Ook Jet is erg enthousiast over een groen Lustrum en benadrukt

dat het tegenwoordig belangrijk is om op milieubewuste wijze

een evenement neer te zetten: “Groen doet het altijd goed.” “Het

Lustrum is hét moment om het groenproject van Minerva onder

volle aandacht van de media te brengen”, vult Frank aan. Over

de invulling van een groen Lustrum heeft hij ook al ideeën.

Op het terrein moet biologisch voedsel worden geserveerd en de

aggregaten moeten op biodiesel lopen. Uiteraard zal er ook gebruik

worden gemaakt van groene stroom.

Duidelijk is dat Jet, Frank en Roos al goede plannen hebben

gemaakt en weten waar ze het over hebben. Zij zullen twee schit-

terende Lustrumweken organiseren waarover nog minstens twee-

honderd jaar wordt nagepraat.

Alles draait om het Lustrumterrein

Page 28: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR028

Een plek over“Toen we wisten dat we een plek over hadden, kwam al gauw het

idee op om een nul te ontvoeren en mee te nemen. Eerst was het

meer een grap, die ontstond tijdens een avond op Sociëteit. Maar

toen we ’s ochtends wakker werden, vonden we het eigenlijk nog

steeds een goed plan en besloten we het verder te gaan uitwerken.

Het plan was van meet af aan dat de nul mee zou gaan voor één

dag en dan zelf terug zou vliegen. We wilden geen enkel risico

nemen met de nul en hadden het dus goed voorbereid. Zo had-

den we bedacht dat hij het wel eens lastig zou kunnen krijgen bij

de douane, want wie vliegt er nou binnen 24 uur op en neer naar

Bangkok zonder bagage? Dat kan bij de narcoticabrigade toch

vragen oproepen.

Het profiel van de perfecte nul We hebben dus een soort van profiel opgesteld waar de nul aan

moest voldoen: het moest een jongen zijn, iemand die al wat van de

wereld had gezien en wel tegen een stootje kon. Al vrij snel kregen

we toen een nul op het oog die logeerde op Rap 110, waar ook drie

clubgenoten van ons woonden. Deze nul had al veel gereisd en was

redelijk zelfstandig. Hij moest het dus worden.

We hebben vervolgens zijn paspoort ontvreemd, het ticket op zijn

naam laten zetten en zijn ouders ingelicht. Ook hebben we drie

brieven geschreven: één naar de Correl, één naar de Bijstand en één

naar het Collegium. In de brieven stond dat we een nul mee hadden

meegenomen naar Bangkok, maar dat we zouden zorgen dat de nul

op tijd terug zou zijn voor het vennetje in Heino. De brieven zouden

worden bezorgd op de dag van vertrek (vrijdag).

Op reis Die vrijdag vroegen we de nul ons te helpen sjouwen met de tassen.

Toen hebben we hem de auto ingeduwd en zijn richting Schiphol ge-

reden. Hij morde nog wat over dat hij te laat zou komen, maar toen

we hem zeiden dat alles al geregeld was met het Blauwe Potlood,

ging hij mee. We zijn eerst met een klein deel van de club naar het

wegrestaurant boven de A4 gereden. Daar hebben we hem een goed

ontbijt gegeven en het plan voorgelegd. Uiteraard vroeg hij zich af

of het wel kon en of hij geen gezeur zou krijgen en nog wel lid zou

kunnen worden. We legden uit dat alles geregeld was en dat hij als

hoofdrolspeler in een unieke grap zeker nog lid zou kunnen worden.

Hij zag de grap er van in en besloot mee te gaan.

De hele club vond het eigenlijk vooral heel mooi dat hij mee was.

Het was ons eerste lustrum en iedereen had er zin in. Hij is door ons

niet gefeut of afgezeken. En de nul zelf schikte zich perfect in zijn

rol. Zo heeft aan hij aan boord van het vliegtuig de stewardessen

geholpen ons te bedienen en heeft hij in Bangkok onze tassen het

hotel in getild. Hij ging die dag gewoon overal mee naar toe als deel

van de groep. Maar toen we ’s avonds naar een Thaise club gingen

waar schaars geklede dames aan het paaldansen waren, vonden we

toch iets te ver gaan voor een nul. Daar hebben we hem met een

blinddoek om in de hoek laten staan.

En weer terug Diezelfde avond (zaterdag) is hij teruggegaan naar

het vliegveld en naar Nederland gevlogen. We hadden hem een

treinkaartje gegeven om naar Heino te gaan, zodat hij op tijd zou

zijn voor de traditie met de bijstand bij het vennetje (zondag).

Wij hebben ons lustrum verder gevierd en een prachtige vakantie

gehad. Pas toen we terug kwamen in Leiden, hoorden we hoe de

grap hier verlopen was. We hebben er nog ontzettend veel pret om

gehad en jaren later hoorde ik eens iemand zeggen: “Weet je wat een

goede studentengrap was? Dat een club uit Rotterdam een keer een

De perfecte studentengrap: Ontvoer een nul!

KMT 1994: Drastisch, een jaarclub uit 1989 vertrekt over een paar dagen op lustrum, als één club-genoot niet mee blijkt te kunnen gaan. De reis is al geboekt en er is dus een ticket over. Tijdens een avond op Sociëteit komen een paar clubgenoten onder het genot van een biertje op het lumineuze idee om een nul te ontvoeren en mee te nemen op lustrum.

Vanuit de club: “Het was alleen maar ontzettend mooi dat hij mee was.” Menno Vriens, een van de bedenkers van het plan, vertelt hoe de grap is ontstaan en uitgevoerd.

door Sanderijn Vermeeren-van Holten fotografie Drastisch

\TOPVERHAAL

Page 29: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR029

Page 30: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR030

nul op lustrumreis heeft meegenomen”. Daar kan ik dan wel om

glimlachen. Dat onze grap blijkbaar de tand des tijds doorstaat.

Hoe dan ook.”

Vanuit de bijstand: “‘Help, er is een nul weg!!!”Allard de Witt Wijnen was praeses bijstand in 1994. Hij vertelt hoe de grap in Leiden en binnen de bijstand werd ontvangen.

“Op vrijdag kwamen we er achter dat we een nul misten. We zouden

die middag naar Heino gaan en het Blauwe Potlood meldde dat er

bij appel een nul tekort was. Dat was behoorlijk schrikken. Al vrij

snel kwamen we er achter om wie het ging, maar niemand wist waar

hij was of wat er gebeurd was. We hebben besloten toch naar Heino

te gaan zonder de nul. Ik had de hele dag het vertrouwen dat het

goed zou komen, maar met name een aantal dames uit de bijstand

was echt bezorg en er niet gerust over. Het noodscenario van ‘hoe

vertellen we het zijn ouders’ hebben we die dag wel een paar keer

doorgesproken.

Misschien is er sprake van een ontvoering Die avond zijn we heel

Leiden gaan bellen en hebben een zoekactie in touw gezet. Uit-

eindelijk hoorden we via via dat er mogelijk sprake was van een

ontvoering van een club die die dag op lustrum zou zijn gegaan.

Nu was mijn eigen broertje die dag op lustrum gegaan met zijn club

Drastisch en voor mij viel dan ook direct het kwartje. Dat moesten

zij gedaan hebben. We hadden echter nog geen bevestiging, wisten

niet waar ze heen waren of wanneer de nul zou terugkomen. Het

bleef dus onzeker en een licht gespannen situatie.

Vrijdagnacht kwam het Collegium aan in Heino. Zij hadden de brief

bij zich die Drastisch aan hen had gestuurd met de uitleg en toelich-

ting. Toen bleek ook dat de brief die ons vrijdagochtend had moeten

bereiken heel handig op de post gedaan was in plaats van persoon-

lijk overhandigd. De grap van Drastisch duurde dus onbedoeld wat

langer dan gepland.

Humor in de KMT was belangrijk Nadat we wisten dat de nul maar

48 uur weg zou zijn, zijn we gaan nadenken over hoe we hier mee

om moesten gaan. Als bijstand vonden we zelf humor tijdens de

ontgroening heel belangrijk. Het jaar ervoor waren er vervelende

incidenten geweest en we wilden dan ook humor en relativering

in de KMT terugbrengen. Zodoende hebben we zaterdagavond alle

nullen bij elkaar geroepen en ze twee vragen voorgelegd: “Vinden

jullie dat een jaarclub een nul mee mag nemen op lustrum?”

Alle nullen reageerden unaniem dat dat absoluut niet kan, omdat de

KMT iets is wat je met alle nullen samen doorloopt en je dus niet

een deel kan missen.“Als het nou toch gebeurt, is dat dan een goede

grap?” Na enige toelichting reageerden de nullen uiteindelijk ook

allemaal min of meer hetzelfde: als het goed en veilig uitgevoerd

wordt, is het een goede grap.

Toen hebben we ze verteld dat er al 24 uur een nul miste en dat hij

mee was op lustrum naar Thailand. Ook hebben we gezegd dat de

nul spoedig terug zou keren en alles goed geregeld was. Zo hebben

we getracht de humor en de situatie met elkaar te verbinden.

Een mooie grapOp zondagochtend kwam de betreffende nul inderdaad op tijd terug

voor het vennetje. Hij is zeker niet als held onthaald en heeft het

natuurlijk even zuur gehad, maar eigenlijk waren we het er alle-

maal over eens dat het een ontzettend goede grap was en dat de nul

perfect had meegespeeld. Het heeft ons als bijstand wel wat

nerveuze momenten opgeleverd, maar na afloop hebben we er ook

vreselijk om gelachen.”

\TOPVERHAAL

Page 31: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR031

Begin mei kwam daar een derde inventaris bij: de inventaris van

de archieven van de subverenigingen, commissies, (streek)gezel-

schappen, genootschappen en disputen van het Leidsche Studenten

Corps. Met deze derde inventaris is de complete geschiedenis van

het LSC en de VVSL beschikbaar voor onderzoek. De inventaris is

tot stand gekomen met steun van het Reünistenfonds. De reünisten

hebben zodoende bijgedragen aan het redden van hun eigen

geschiedenis.

Studentenarchieven zijn bijzondere archieven, omdat ieder bestu-

urslid eigen archief gevormd heeft. Zij zijn een belangrijke bron voor

de geschiedenis van Leiden en geven een beeld van de relatie tussen

de studenten en de burgerij. Het bloeiende verenigingsleven van de

negentiende en twintigste eeuw komt in deze archieven mooi tot

uiting. De tijdgeest werd gevangen in maskeradeprenten, brieven,

foto’s en nog veel meer. Om deze redenen zijn de archieven niet

alleen voor reünisten, maar ook voor historisch geïnteresseerden

interessant.

Het LSC kende naast de subverenigingen veel (streek)gezelschap-

pen en disputen. Ieder van deze clubjes gaf de mogelijkheid het

jaarverschil te doorbreken en vriendschap op te bouwen met de ou-

derejaars. Naast genoeg-lijkheid boden zij ook de mogelijkheid om

elkaar onderling te steunen. Ieder gezelschap en dispuut was een

eenheid op zich, met vaak een geheel eigen sfeer. Er waren kunst-,

sport- en streekgezelschappen. De gezelschappen, genootschappen

en disputen kwamen en gingen. Zij werden opgeheven om later weer

opgericht te worden.

In het net geïnventariseerde archief vindt u stukken terug van de

verschillende subverenigingen die zich richten op sport, cultuur, of

een andere bezigheid. Naast de gebruikelijke notulen, correspon-

dentie, jaarverslagen, wetten, reglementen en financiële stukken

heeft ieder clubje wel zijn eigen leuke en interessante stukken. In

de grotere archieven zoals die van Sempre Crescendo,het Leidsch

Studenten Toneel, Pro Patria of Arena Studiosorum bevinden

zich menukaarten, foto’s en programma’s van sportuitvoeringen,

concerten of toneelvoorstellingen.

Bij de commissiearchieven treft u onder meer de lustrumcommis-

sies en de maskeradecommissies met veel bijzondere stukken zoals

tekeningen en foto’s van de Maskeradeoptochten(1845-1930).

Onder het hoofdstuk documentatie treft men onder meer een grote

sortering Almanakprenten aan.

De bovengenoemde archieven weerspiegelen het rijke Leidse stu-

dentenleven. Zonder twijfel zal voor zowel het jubileumboek als de

jubileumtentoonstelling in 2014 rijkelijk geput kunnen worden uit

deze bron. Maar u kunt zelf ook in deze archieven grasduinen. Per

eind mei zijn de archieven beschikbaar voor onderzoek op de stu-

diezaal van Erfgoed Leiden en Omstreken. Wie thuis alvast een

kijkje wil nemen kan zoeken in de archieven op archiefleiden.nl.

Hopelijk hebben de reünisten net zo veel plezier in het bekijken

van de archieven als de inventarisator. Mocht iemand door het

kijkje in de archieven geïnspireerd op zolder gaan kijken en daar

nog een stuk treffen dat eigenlijk ook in deze archieven thuishoort:

aanvul-lingen zijn welkom. U kunt contact opnemen met de SALS

(via de ab-actis collegii) of Erfgoed Leiden en Omstreken.

Inventaris archieven subverenigingen gereed

ARCHIEF/

De archieven van het Collegium, Sociëteit Minerva en de VVSL bevinden zich al jaren in de depots van Erfgoed Leiden en Omstreken (het voormalige Regionaal Archief Leiden). Dankzij de inspanningen van de Stichting Archief Leids Studentenleven zijn zij geïnventariseerd en beschikbaar voor onderzoek.

door Martine Wansbeek-Zijbrands (inventarisator) en Ariela Netiv (bestuurslid SALS) fotografie het cineastengezelschap

Page 32: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR032

Leidse kroegen: lange nachten een rondgang langs ‘onze’ kroegendoor Merel Bouwman fotografie Fauve Bouwman

Het fotodocument van deze Virtus Nitor staat in het teken van de bekendste kroegen van Leiden. De kroegen waar elke Leienaar van heeft gehoord, of ze daar nu wekelijks een biertje dronken met hun huis, of wellicht hun eerste afspraakje met een grote liefde hebben gehad. Café L’Espérance, ’t Keizertje, Barrera, Einstein, de Uil en onze eigen Hifi.

Elk van deze kroegen heeft op zijn manier het

Leidse studentenleven getekend door middel

van het bieden van een alternatief voor het

vertrouwde biertje op Sociëteit. De gemid-

delde Leidse student preten-deert verder te

kijken dan de neus lang is en van variatie te

houden. In feite is niets minder waar: de kans

dat je hier leden tegenkomt is bijzonder groot.

En dat is natuurlijk ook een beetje de charme

van deze kroegen.

Café L’Espérance is nog steeds de populair-

ste van allemaal. Veel huizen drinken hier op

zondag met het huis een biertje met elkaar

en voordat men komt dineren op Sociëteit

wordt hier vaak nog geborreld. Tijdens het

clubvormen is het op zondag echter druk aan

de overkant, bij ’t Keizertje. De eerstejaars

spreken hier met hun zogenoemde kerntjes

af om elkaar beter te leren kennen. De Bar-

rera is tijdens de zomermaanden ontzettend

druk. Aan het Rapenburg wordt genoten van

heerlijke broodjes en ten tijde van het afstu-

deren wordt hier vaak nog geborreld nadat de

afgestudeerde zijn of haar handtekening heeft

mogen zetten in het Zweetkamertje.

Café de Uil is een bekend verzamelpunt voor

de genodigden voor een huisdiner. Hier ont-

moeten de ‘dates’ elkaar voordat zij hun en-

tree maken. Ook bij de Einstein wordt veel

geluncht door leden. Vele ‘eerste dates’ heb-

ben zich hier voltrokken. Op de wat brakkere

dagen wordt hier goed gebruik gemaakt van

de lunchkaart: de uitsmijters en kroketten op

brood zijn erg geliefd. De dinsdag en don-

derdag staat bij het gemiddelde lid in het

teken van de Hifi. Tot in de vroege uurtjes

wordt hier gedanst op de muziek van de ver-

schillende ‘TentDJ’s’. De Hifi is de afgelopen

drie jaar weer erg gestegen in populariteit en

heeft sinds vorig jaar zelfs een eigen festi-

val: het Hififestival, dat ook dit jaar hoogst-

waarschijnlijk weer uitverkocht zal zijn.

Vele huidige leden en reünisten hebben goede

herinneringen aan deze kroegen en zij zullen

in de toekomst dan ook zeer waarschijnlijk

nog kunnen rekenen op de komst van ons

Minervanen!

\FOTODOCUMENT

Page 33: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR033

Reinout van der Meer in ‘zijn’ Bar Dancing Hifi: op dinsdagavond the place tot be

Page 34: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR034

\FOTODOCUMENT

Page 35: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR035

Café de Uil: ontmoetingsplek voor huisdinerdates en commissies

Page 36: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR036

\FOTODOCUMENT

Page 37: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR037

Café Einstein: de plek om internationale contacten op te doen

Page 38: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR038

\FOTODOCUMENT

Page 39: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR039

Barrera: prachtig gelegen de trots van ieder lid

Page 40: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR040

\FOTODOCUMENT

Page 41: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR041

Café ‘t Keizertje: een uitstekend begin van de nieuwe week

Page 42: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR042

\FOTODOCUMENT

Page 43: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR043

L’Esperance: sommige plaatsen zijn zo beroemd dat zij geen verdere uitleg nodig hebben

Page 44: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR044

Het Intercorporaal Cabaret Festival is dé cabaretwedstrijd tussen alle corporale verenigingen in Nederland. De studenten tonen tijdens deze komische avond hun creativiteit en gevatheid met sketches en liedjes. In 2010 won Leiden sinds járen voor het eerst. Winnaar was rechtenstudent Willem Rijnenberg (aankomstjaar 2008).

Was je van kleins af aan al bezig met toneel of cabaret?“Niet zozeer met toneel of cabaret, maar wel veel met muziek. Ik

ben op mijn zesde begonnen met pianospelen. Tot mijn twaalfde

speelde ik klassiek, daarna zo nu en dan in een bandje en ik

begeleidde ook wel eens op toneel. Toen ik in Leiden aankwam

werd ik een ‘muco nul’ en later in mijn eerste jaar gevraagd voor het

bestuur van het LST. Ik heb dit toen twee jaar gedaan. We organi-

seerden Blije Donderdagen, ik schreef liedjes en begeleidde op de

piano. In 2010 speelden we in het LAK-theater tijdens het theater-

festival van het Leids Universitair Lustrum (wat natuurlijk een heel

ongelukkige afkorting is). In datzelfde jaar namen we deel aan het

Intercorporaal Cabaret Festival.”

Kende je het Intercorporaal Cabaret Festival al? “In mijn eerste jaar zijn we met het LST-bestuur naar het festival

gaan kijken, ik geloof dat het toen in Utrecht werd georganiseerd. In

het tweede jaar van mijn bestuur hadden we het plan opgevat om

zelf ook mee te doen. Het was allemaal een beetje op het laatste

moment besloten. Een van de bestuursleden kwam met een flinke

stapel met zelfgeschreven sketches en grappen aan. Die heb ik toen

doorgenomen, wat geschrapt en geschaafd en een aantal liedjes dat

we met het LST al eerder hadden gemaakt, toegevoegd. Ik dacht

eerst dat ik het samen met iemand anders zou doen, maar uitein-

delijk durfde diegene niet meer en bleef ik alleen over. Vlak voor het

festival heb ik in de kleedkamer van het Theater de Veste in Delft

nog snel de volgorde van alle sketches en liedjes bepaald.”

Waar ging je optreden over? “Het ging voornamelijk over het studentenleven en de maatschappij.

Toevallig had ik eerder dat jaar een lied geschreven over pedofielen.

Dat sloot mooi aan bij de enorme aandacht voor het misbruikschan-

daal in de kerk dat toen net aan het licht kwam. Maar het was ook

best een persoonlijk optreden; mijn notenallergie kwam bijvoor-

beeld ook aan bod.”

EEN ONVERWACHTEWINNAAR OP HETINTERCORPORAALCABARET FESTIVAL

In de kleedkamer heb ik nog snel de volgorde van alle sketches en liedjes bepaald

door Florentine Haverkamp fotografie Fauve Bouwman

\INTERVIEW

Page 45: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR045

En, verliep het zoals je had verwacht?“Het ging veel beter eigenlijk! Cabaret- en toneelliefhebbers van

alle corpora waren welkom om te komen kijken. Uit Wageningen

kwamen twee bussen vol met leden voorrijden, maar ook in Utre-

cht en Delft zijn de toneelverenigingen erg actief. Uit Leiden kwam

niemand, behalve mijn eigen LST- bestuur. We dachten toch geen

kans te maken en hadden het niet enorm gepromoot. We hadden het

eigenlijk niet eens aan onze eigen huisgenoten of clubgenoten ver-

teld. Toch won ik tot ieders verbazing de eerste prijs. Even later zat

ik met een enorm beeld van een torso – de beloning – in de trein.”

Ben je elke dag met humor bezig? “Niet zozeer met het maken van grappen. Maar thema’s die met hu-

mor te maken hebben zoals relativeringsvermogen, een goed gevoel

voor betrekkingen en relatie, probeer ik wel toe te passen in het

dagelijks leven. Maar ik houd me er niet actief elke dag mee bezig.

En het is ook niet zo dat ik op moeilijke momenten even terug denk

aan mijn overwinning op het Intercorporaal Cabaret Festival en er

dan weer tegenaan kan!”

Speel of schrijf je nog cabaret of liedjes?“Na het LST heb ik nog Muco gedaan, daarna was het wel een

beetje voorbij. Ik heb ook geen drang om cabaretier te worden. Ik

heb er wel eens over nagedacht en ik vind het erg leuk om te doen,

maar niet om er mijn brood mee te verdienen. Ik loop nu stage bij

Loyens & Loeff en begin in september aan de Master Civiel Recht.

Als ik nog iets met muziek doe, is het voor de ontspanning. Ik zie

mezelf niet als de nieuwe Wim Kan of Paul van Vliet.”

Willem Rijnenbergs favoriete komieken:David Mitchell & Robert Webb

Herman Finkers

Page 46: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR046

“De jaren laten een ravage achter, we beginnen hier en daar een beetje dood te gaan, en denkend aan onze tijd in Leiden verzuchten we met de dichter Bloem: ‘voorbij, voorbij, o, en voorgoed voorbij...” Schrijfster Nelleke Noorder-vliet schreef dit jaar het essay voor de Boekenweek. Ze studeerde van 1963 tot 1969 in Leiden en was lid van de VVSL.

Nelleke Noordervliet werd als Nelleke Bol geboren op 6 november 1945 in de volkswijk Crooswijk te Rotterdam. Haar gootvader kwam uit Leiden en er woon-den nogal wat oudtantes in de stad, waar-door de keuze voor de Leidse universiteit niet uit de lucht kwam vallen. “Dat was voor mijn ouders min of meer vertrouwd terrein. Ik ging eerst bij mijn oudtante Toos op kamers. Ze had meer studenten in huis. Ik koos eerst voor de studie socio-logie, maar dat werd niets. Toen besloot ik van mijn hobby (lezen) mijn beroep te maken en Nederlands te gaan studeren.”

DE STUDENTENTIJD VAN NELLEKE NOORDERVLIET

door Marianne van Exel

\INTERVIEW

Elke lezing moet je ‘brengen’ alsof het een cabaretvoorstelling is

Page 47: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR047

We traden op in Leiden, maar gingen ook naar

theaterfestivals, bijvoorbeeld in Wageningen,

Nancy en Zagreb.”

De groep studenten die toneelspeelden varieerde.

Voor het lustrumstuk Tijl Uilenspiegel uit 1965 en

het diesstuk werd geput uit alle studenten. “Het

LST-stuk en het stuk voor het ele-bal werden

gespeeld door leden van LSC en VVSL. Er wa-

ren veel hoogtepunten. Maar één ervan is een

repetitie voor Tijl Uilenspiegel, het voornoemde

lustrumstuk. We repeteerden de scène waarin

Claes, de vader van Tijl, op de brandstapel sterft.

Iedereen in opperste concentratie, Annema-

rie Prins als regisseur zweepte ons op, deed

het beieren van de doodsklokken na, we had-

den allemaal tranen in onze ogen. Het stuk zelf

hebben we veertien dagen lang op het Pieters-

kerkplein gespeeld tegen de achtergrond van het

Gravensteen. Om nooit te vergeten.”

Lustrumstuk en reünieEr was een soort vaste kern van mensen die

regelmatig meededen. “Leuke mensen allemaal.

We hebben vreselijk gelachen. Ook gehuild. Als

we elkaar weerzien, al is het voor het eerst in

vijftig jaar, is die basisvriendschap er nog steeds.

De sterkste vriendschappen werden gevormd

tussen mensen die toneelspeelden. Die heb ik

gekoesterd. In 2005 hebben we veertig jaar na

dato het lustrumstuk van 1965 nogmaals opge-

voerd in de Pieterskerk met de oorspronkelijke

bezetting voor een publiek van Leidse reünisten.

Een geweldige ervaring!”

Nelleke Noordervliet debuteerde in 1987 met

Tine of De dalen waar het leven woont. Voor De

naam van de Vader kreeg ze in 1994 de Multatu-

liprijs. In 2013 schreef ze het Boekenweek-essay

De leeuw en zijn hemd. Door het schrijven van

boeken en columns in kranten en bij de VPRO is

Nelleke inmiddels een publieke persoonlijkheid.

Ze ziet zelf wel een connectie tussen toneelspe-

len en publieke optredens: “Toneelspelen is een

belangrijk element voor een schrijver. Als ik voor-

lees is het theater. Elke lezing moet je ‘brengen’

alsof het een cabaretvoorstelling is. Ik heb heel

veel geleerd van die Leidse toneeltijd.”

Op kamers in LeidenNa de logeerpartij bij tante Toos ging Nelleke op

kamers bij een weduwe in de 3 Octoberstraat.

Dit was echter geen succes, waardoor ze weer

enige maanden thuis bij haar ouders ging wonen.

“Daarna ben ik weer naar Leiden gegaan en gaan

wonen op de Jan van Goyenkade 29 bij een hos-

pita met een vriendin samen. Vervolgens heb ik

nog gewoond op Nieuwsteeg 11, waar ook nog

een paar andere studenten woonden.”

Kort na aankomst in Leiden raadde het Bureau

Inschrijving van de universiteit Nelleke aan om

lid te worden van de VVSL. Over deze keuze ver-

telt ze: “Ik had zelf geen idee. De VVSL vond

ik extreem tuttig, maar het was wel leuk om to-

neel te spelen en cabaret te doen. VVSL en LSC

hebben altijd geschreven en ongeschreven regels

gehanteerd, die heel sterk leunden op de code

van bepaalde milieus. Er was een zeker dedain

voor andere groepen. Ik vond en vind dat nogal

bekrompen. Ja, bekrompenheid is het woord dat

past bij de omgangsvormen zoals ik die heb leren

kennen.”

Wilde haren en korte rokkenNelleke vertelt hoe zij haar studententijd beleefde:

“Mijn gedrag was niet helemaal comme-il-faut,

geloof ik. Ik had nogal wat kortlopende relat-

ies, ook iets kortere rokken dan de rest, was

‘‘Amsterdamser’. Bij Café l’Esperance deed ik

bijvoorbeeld mee aan het klaverjastoernooi tus-

sen studenten en ‘burgers’. Vrouwen werden niet

geacht te klaverjassen, zeker niet in het café, en

al helemáál niet in l’Esperance. Daar mocht je pas

vanaf je vierde jaar komen. Daar stoorde ik me

uiteraard niet aan.”

Toneel was voor Nelleke een bevrijding: “Wie

toneel speelde kon zich niet verschuilen achter

een façade. Mijn TVSL-jaar was dan ook top.”

Nelleke schreef cabaretteksten voor de novie-

tenrevue en het TVSL-cabaret. Ze stond graag

op het toneel en streefde er altijd naar de hoof-

drol van een stuk te spelen. “Er werden audities

gehouden voor het diesstuk Peer Gynt. Ik deed

auditie, werd aangenomen, en heb sindsdien in

een groot aantal stukken gespeeld. Van Euripides

en Shakespeare, tot O’Neill. Ik deed ook samen

met anderen het pauzetoneel van het LAK, toen

nog gevestigd op het zoldertje van het Pryta-

neum. Ook juweeltjes van Schnitzler, Obaldia,

Ionesco, Tardieu, Tennessee Williams.

Page 48: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR048

\INTERVIEW

“Wij brachten humor naar het conservatieve Leiden. Het was niet de gewoonte om te schateren en dát moest veranderen”, vertellen cabaretier Paul van Vliet en oud-diplomaat, columnist en kanselier van de koninklijke hofhouding, Floor Kist. De mannen zijn bevriend sinds hun studententijd en deelden de passie voor ‘grappen en cabaret’, wat tot uiting kwam toen zij in 1957 het Leidsch Studenten Cabaret oprichtten. In het totaal traden zij tussen 1957 en 1963 honderden keren op, soms wel drie avonden in de week.

Floor Kist, geboren in 1935 in Den Haag,

kwam in 1953 in Leiden aan. Paul van Vliet,

eveneens geboren in 1935 in Den Haag,

was na zijn eindexamen in dienst gegaan en

volgde drie jaar later. Kist werd in de KMT

van het jaar 1956 door een jaargenoot at-

tent gemaakt op het artistieke talent van

nuldejaars Van Vliet. Het klikte tussen de

twee studenten en Kist en Van Vliet werden

huisgenoten op Rapenburg 88 (huize Jeru-

wel). “Wij hadden gezamenlijke hobby’s”,

vertelt Van Vliet, “musical, jazz, teksten en

de Nederlandse cabaretiers van toen.”

V.l.n.r. Floor Kist, Liselore Gerritsen en Paul van Vliet

Paul van Vliet, Floor Kist en het Leidsch Studenten Cabaret

door Marianne van Exel

Page 49: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR049

PickelsEind jaren 50 kwamen er bij verschillende

corpora in Nederland studentencabarets

op. Toen Van Vliet en Kist in 1957 een caba-

retvoorstelling bezochten, keken ze elkaar

na afloop aan en zeiden: “Als dit het niveau

is, dan kunnen wij dat ook!” “Floor schreef

en ik schreef en we hadden allebei al een

beetje opgetreden”, vertelt Van Vliet. Kist

en Van Vliet vonden het gebrek aan ko-

mische uitingen in de Leidsche liedjes en

het ontbreken van eigen melodieën een ge-

mis. “Er was altijd een zekere speelsheid in

Leiden. Die kwam vroeger tot uiting in de

pickles in de almanak. Maar de liedjescul-

tuur was niet per se om te schateren. Een

beetje licht filosofisch, een beetje sarcas-

tisch”, vertelt Kist. “Ironisch, spottend, met

een ondertoon van melancholie”, valt Van

Vliet hem bij.

In de nacht van 7 op 8 oktober 1957, laat

op de avond op de stoep van Huize Jeruwel

kwamen ze met het plan om een avondvul-

lende show te maken met conferences en

sketches. “We begonnen te schrijven. Sa-

men en los van elkaar. Dat groeide. Floor

is heel sterk in het schrijven van conferen-

ces, echte grappen. Tot de huidige dag toe

schrijft hij nog losse grappen voor me. Het

is een samenwerking en een vriendschap

die vanaf dat moment gebleven is tot van-

daag. Floor kan hele mooie liedjes schrijven.

Ik schreef toen minder makkelijk liedjes.”

Kist vult zijn zin aan met de woorden:

“Paul was op het podium weer veel sterk-

er. Ik was een klein bleek mannetje.” Van

Vliet beaamt dit: “We waren een leuk duo.

Ik schreef meer de hardere, exorbitantere

teksten.” Kist vindt zichzelf meer een

man van ‘het woord’ en ‘Paul een man

van de hele mens’. Van Vliet knikt intus-

sen instemmend. “Ik was zwart, lang en

wat zwaarder gebouwd en Floor was dun-

ner dan ik, blond. Het was een heel leuk

contrast en je moet in een duo altijd een

contrast hebben.” Na enige tijd kregen we

versterking van Kaj van Oven die veel van

de melodieën schreef.

Laat je zoon studerenVan Vliet: “Je had in die tijd ‘de grote drie’:

Toon Hermans, Wim Sonneveld, Wim Kan,

en daarnaast de studentencabarets. Stu-

denten zijn vrijmoedig, hebben niks te

verliezen. Het publiek vond het prachtig.

Wij waren anders. Buiten de maatschappij,

zorgeloos.” Het grote succes kwam met hun

eerste programma Laat je zoon studeren.

Van Vliet vertelt over deze beginperiode:

“Floor heeft het liedje geschreven en de ti-

tel is ons boven het hoofd gegroeid.” Kist

vertelt verder: “Altijd als het over studenten

op de radio ging, dan werd het liedje Laat

je zoon studeren gespeeld. Dat was heel

gek. Het is een kreet geworden. Twee jaar

geleden ontmoette ik de bekende kok Joop

Braakhekke. Ik stelde me aan hem voor en

hij antwoordde meteen met een uitgesto-

ken vinger: ‘Laat je zoon studeren’. Dat

vond ik toch wel mooi. Vijftig jaar later van

een man, van wie je toch niet verwacht dat

hij zoiets weet.”

Serious businessOver de bekendheid die ze verwierven heb-

ben de mannen het volgende te vertellen.

Van Vliet: “We hebben twee keer geluk ge-

had door een tragisch ongeval. De eerste

keer was toen het diesstuk in de Leidse

Schouwburg in 1959 flopte, door ruzies en

gedoe, nog voordat het zou worden opge-

voerd. De schouwburg had toen een groot

probleem, waardoor zij aan ons vroegen of

wij daar vijf dagen wilden optreden.” Het

was een versnelling van hun carrière. Kist:

“Het was serious business.” De landelijke

pers kwam altijd naar de voorstelling, dat

was traditie in die tijd. Van Vliet: “Naar

onze eigen verbazing kregen we prachtige

kritiek in het Leidsch Dagblad, namelijk

‘Het beroepscabaret moet op zijn tellen

passen’. Toen dachten we ‘yes!’ We vonden

alles mooi in die dagen en het overkwam

ons.”

De tweede keer was toen Minerva af-

brandde en in Leiden grote verslagenheid

heerste. Van Vliet: “Toen het een beetje

was geluwd, was er geld nodig voor de her-

bouw. Toen hebben wij ons aangeboden en

dat heeft ons op een niveau gezet waar we

qua performance …” “…anders niet waren

gekomen”, maakt Kist de zin van Van Vliet

af. “Wij speelden in de grote schouwburg-

en. Zonder microfoon.” Van Vliet valt hem

bij: “En we hadden onze langspeelplaat

‘Laat je zoon studeren’, die door de stude-

tengrammofoonplaatindustrie op de markt

werd gebracht.”

Op tourneeDe plaat werd een hit en werd gekocht door

oud-Leijenaren en alumni van andere uni-

versiteiten. Ben Essing, een grote promotor

in die tijd, die ook de Beatles naar Neder-

land heeft gebracht, heeft toen een tournee

voor hen georganiseerd, zorgde ervoor dat

zij op het polygoonjournaal kwamen en dat

de etalages van grammofoonplaatwinkels

vol lagen met de lp. Van Vliet: “Hij zag iets

in ons en wij vonden het allemaal prachtig.

Wij gingen fluitend door Nederland in een

busje en overal werden we met gejuich ont-

vangen.” Kist verklaart: “Wij hebben nooit

het idee gehad dat we graag bekend wilden

Page 50: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR050

worden, maar het gebeurde.” Van Vliet be-

schrijft het als ‘een rush van een half jaar’.

“We besloten onze tour in een live-uitzend-

ing van de VPRO. Toen waren er duizenden

lp’s verkocht. En wij zaten daar glimlachend

en met veel plezier naar te kijken.”

“We hebben in 1960 een tweede pro-

gramma gemaakt: de lustrumrevue Knip

me maar. Liselore Gerritsen zat erbij en

Kaj van Oven.” Kist vertelt verder over de

laatste periode van het studentencabaret:

“We speelden op congressen van onder an-

dere hartspecialisten, houtfabrikanten en

wijnfabrikanten. We hadden daar een En-

gels programma voor gemaakt met grappen

gericht op het specifieke specialisme op

het congres.” Van Vliet legt uit dat het heel

bijzonder was, omdat Engelstalig entertain-

ment uniek was in die tijd in Nederland. Na

Knip me maar maakten ze nog een grote

internationale tour. Door oud-Leijenaren

die in Noord- en Zuid-Amerika woonden,

werden ze met z’n vieren uitgenodigd om

langs te komen en op te treden. Van Vliet:

“Dat was heel uniek. We hebben zo’n

ongelofelijke reis gemaakt en zijn bijna drie

maanden op stap geweest.”

Kist herinnert zich dat zij tijdens die reis

zelf ‘het slachtoffer van de humor werden’.

“Op een gegeven moment kregen wij zo de

slappe lach door de luxe waarin de reünisten

in het buitenland waar wij logeerden,

leefden. Er ging een wereld voor ons open.”

“Vergis je niet, het was 1960. Het was een

sobere samenleving. Wij werden opgetild

naar een wereld waar wij geen weet van

hadden. We lieten maar met ons doen,

ons verwennen. Hadden we gespeeld, dan

gingen we weer mee. We konden nergens

‘nee’ tegen zeggen”, aldus Van Vliet. “We

gingen van hand tot hand. Maar na die drie

maanden waren we totaal verzwakt. Toen

moesten we Suriname nog doen en toen

kregen we een lach kick die drie dagen aan-

hield.”

Als Kist en van Vliet terugkijken op het suc-

ces dat ze in die jaren hadden, wijdden zij

dit voor een groot deel aan ‘geluk’. Maar

dat kan toch niet het enige zijn? Kist beant-

woordt de vraag: “Wat je wel moet hebben

als quasi beginnende artiest is zelfkritiek.”

Van Vliet: “We waren heel kritisch op de

teksten en ook op de uitvoering.” Kist:

“Wij waren het enige studentencabaret met

decors, eigen melodieën en met eigen tekst-

en. Dat had in Leiden nog nooit iemand ge-

had.” Van Vliet: “Andere clubs hadden niet

zo’n gave, aangeklede performance. Het

was bijna een professionele show. Maar het

belangrijkste element in de voorstellingen

was ‘humor’.”

Na die tour zijn ze allemaal hun eigen

weg gegaan. Kist was afgestudeerd en

Paul moest zijn diploma nog halen. Tot

1963 traden ze nog af en toe op. Paul van

Vliet had de smaak te pakken gekregen en

besloot na zijn afstuderen door te gaan met

cabaret. Hij richtte in 1964 theater Pepijn op

in Den Haag. Floor Kist werd diplomaat, al-

gemeen secretaris en grootmeester van het

hof. Na zijn terugtreden als grootmeester

werd hij Kanselier der Huisorden. Daar-

naast schreef hij als columnist voor Elsevier

(1960-1965), NRC Handelsblad (1975-1979)

en de Haagsche Courant.

Tegenwoordig stuurt Van Vliet nog zo nu en

dan een tekst naar Kist als hij hier zelf mee

vastloopt. In de tekst zet hij dan: ‘stippeltje,

stippeltje, stippeltje’ en dan in de kantlijn

‘grap’. Een paar dagen later krijgt hij dan

een alternatief voor die grap van Kist terug.

“Heerlijk is dat”, besluit Van Vliet. Meer

dan vijftig jaar na de start van het Leids

Studentencabaret lijkt er in de relatie tus-

sen beide mannen weinig veranderd te zijn

en lijkt die passie voor grappen maken nooit

te zijn verdwenen.

\INTERVIEW

Page 51: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR051

Page 52: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR052

Page 53: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR053

kruisredeUitgesproken door P.E.F. van Ham op 6 februari 2013

Dames, mijne heren, leden van de Leidse Studenten Vereniging Minerva,

Met groot genoegen sta ik hier voor u om namens de Bestuursgang een belangrijke

traditie in ere te houden. Aan de vooravond van de Dies Natalis van onze Universiteit

vindt de Kruisrede plaats. Vroeger markeerde de Dies niet alleen de verjaardag van

onze Alma Mater, maar ook het aantreden van het nieuwe Collegium. In de Kruisrede

werd hierbij het beleid voor het nieuwe jaar

gepresenteerd.

Inmiddels loopt een bestuursjaar synchroon aan het academisch jaar en zijn Colle-

gium en Commissie verenigd in de Bestuursgang. De Kruisrede dient vandaag de dag

dan ook niet meer ter introductie van het nieuwe beleid, maar als beschouwing op

het huidige functioneren van de Vereniging. Graag wil ik u vanaf deze plek dan ook

meenemen op een reis door ons prachtige Corps. Het is hoog tijd om de Vereniging

van vandaag onder de loep te nemen. Een kritisch onderzoek naar onze ambities en

tekortkomingen. Het vaststellen van de kansen die voor ons liggen en de bedreiging-

en die ons in de weg staan. Hiertoe moeten we bij het begin beginnen.

Onze reis begint met een blik van buitenaf. We staan op de Breestraat en kijken tegen de imposante muren van Sociëteit op. Ik vraag u allereerst uzelf af te vra-gen waarom u lid bent geworden van Minerva. Wat was het aan deze Vereniging dat u trok? Wat verwachtte u werkelijk op te steken of mee te krijgen van deze Vereniging?

Het algemene lid zal bovenal op zoek zijn naar een prachtige tijd, waarin het ook nog

iets op de universiteit presteert. Het valt op dat Minerva altijd ambitieuzer lijkt te

zijn dan andere studentenverenigingen. Uiteraard wordt onze Vereniging hierbij niet

gehinderd door enige grootspraak, maar Minerva bij uitstek kan deze grootspraak

geloofwaardig overbrengen. Daarnaast speelde mee dat het hier om de enige echte

ging. Hier wordt de ultieme combinatie tussen studie- en student-enleven bereikt. De

uitvinder en onbetwiste aanvoerder van het studentenleven. Alles net even groter en

net even origineler. Maar is deze veronderstelling nog wel op zijn plaats? Is Minerva

nog steeds de aanvoerder van het studentenleven en de meest ambitieuze

studentenvereniging?

Praeses Collegii fotografie Fauve Bouwman

KRUISREDE/

Page 54: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR054

De blik gaat van de hoge muren van Sociëteit naar de reden waar-om wij student zijn: de studie.

Enkele maanden geleden sprak ik na afloop van de jaarlijkse Cle-

veringa-oratie een oudere dame. Zij was gestopt met werken en

had de studie weer opgepakt. Ik betrapte mezelf erop dat ik haar

vroeg naar haar mening over het niveau van de werkgroepen en

colleges. Ik vroeg haar in hoeverre zij kritisch was, in hoeverre zij

haar docenten werkelijk het vuur aan de schenen legde. De dame

in kwestie beaamde dat zij meer dan eens teleurgesteld is over het

niveau van het onderwijs en dit ook meerdere malen bij de docenten

heeft aangegeven. Kijkend naar mijzelf, weet ik dat het makkelijker

is om niets te vragen in een werkgroep. Geen kritiek te uiten op het

systeem. Maar hoe kan een vereniging prat gaan op haar ambitie,

wanneer haar leden vaak niet de ballen tonen om kritiek te geven of

worden gehinderd door een negatief stempel op het laten blijken van

enige interesse in dit soort zaken? Geen instelling kan functioneren

zonder kritiek. Niet de Universiteit, niet de Hogeschool en zeker ook

onze geliefde Vereniging niet.

Laten wij dit verder uitdiepen door een vergelijking te trekken tus-

sen onze Vereniging en de Universiteit. De Bestuurs gang is sta-

tutair verplicht alle voor de leden belangrijke zaken ter kennisgev-

ing van de Ledenvergadering te brengen. Braaf bereiden wij dan,

wanneer bijvoorbeeld de begroting moet worden goedgekeurd, een

toelichting voor en leggen wij deze ter inzage in de bibliotheek.

Tevreden drinken wij daarna een biertje: de formaliteiten zijn weer

afgehandeld. Een vergelijkbaar proces speelt zich af op de Univer-

siteit. De docent stelt het curriculum samen en schrijft goed aan-

geschreven literatuur voor. Tevreden wrijft hij in de handen: dit is

een universiteit waardig. Ik ben universitair docent en schrijf lastige

boeken voor.

De student stort zich vervolgens op studie- of verenigings-zaken.

Er wordt genoegen genomen met de samenvattingen, hooguit

het voorgeschreven boek gebruikend als naslagwerk. Zo ook op

Minerva. Met minimale aandacht volgt het lid de toelichting op de

begroting voor het komende jaar. Naar de redenen achter een

scherpe winstdaling wordt niet gevraagd. Immers, op een samen-

vatting haalt men tentamens en na deze korte toelichting blijkt dat

de Vereniging niet ten onder zal gaan. Prima.

Dames, mijne heren, zoals een oud gezegde luidt is ‘prima Leids

voor ...’ Evenals het de docent valt aan te rekenen dat hij zich te-

vreden stelt met het voorschrijven van literatuur, zonder erbij na

te denken of de werkgroepen, colleges en tentamens hier goed op

aansluiten, valt het de leden aan te rekenen dat zij blijkbaar niet de

kritiek durven te uiten, die hen en de Vereniging verder zou kunnen

helpen.

De veelgehoorde term ‘met gepaste arrogantie’ wordt dan al snel

weinig waard. Juist wanneer de Universiteit of Hoge-school verslapt,

zou het lid hen hierop moeten afrekenen. Kijk om u heen en u ziet

dat de capaciteiten om die kritiek te leveren, hier aanwezig zijn.

We gaan door met de reis door ons Corps en lopen Sociëteit bin-nen. De kritische blik concentreert zich en we richten ons op het brandpunt van de Vereniging: de Conversatiezaal.

De Conversatiezaal is hét platform voor discussie. Een unieke plek

waar leden slechts onder het genot van een drankje en elkaars gezel-

schap borrelen. Meer is niet nodig. Ook is de Zaal de plek bij uitstek

om kritiek te uiten en tot ambities en ideeën te komen. Tot zover dus

een platform voor discussie. En dan gaat er iets mis.

Voordat ik toetrad tot de Bestuursgang had ik altijd een duidelijke

mening over de Bestuursgang. Deze mening werd dagelijks gevoed

door indrukken in de zaal en de Leidse tamtam. Omdat mijn Be-

stuursgang het waardevol vindt om brede indrukken en meningen

op te doen, was een van onze grootste speerpunten dan ook om

veel te communiceren over het beleid van de Bestuursgang. Juist

omdat wij uit eigen ervaring weten hoeveel verhalen en ideeën er

door Leiden gaan, beeldden wij ons in dat dit een van de

gemakkelijker te verwezenlijken doelen zou zijn.

Gedurende het kerstreces betrapte ik mezelf op de gedachte dat

onze groep fit is, drukke zaalavonden draait en dat we, als we zo

doorgaan, Minerva echt iets beter achter kunnen laten dan wij haar

gevonden hebben. Als ik de grote kritiekpunten op ons functio-

neren op een rijtje zette, kon ik tevreden zijn. Ondanks een buiten-

gewoon rumoerige start waren wij de eerste maanden zonder veel

ophef doorgekomen. We hebben niet onder grote kritiek gestaan.

Stop. Ik dacht aan onze beleidsplannen. Duidelijke mening, tam-

tam, ideeën, communicatie. Hoe vaak spreken wij hier leden met

een onafhankelijke blik over? Uiteraard, je spreekt je voorganger en

enkele adviseurs wekelijks. Maar geen van allen kijken zij met de

blik van de mensen waar de Vereni-ging om draait: haar leden. Ik

dacht terug aan hoe ikzelf over de Bestuursgang dacht. Ik zeek niet

dagelijks maar zonder kritiek was ik zelden.

De gedachte dat er op onze groep weinig kritiek is mag dan aantrek-

kelijk zijn, bijzonder naïef is hij in ieder geval. Uit eigen ervaring

weet ik dat geen kritiek niet bestaat. Was onze groep dan binnen

een paar maanden al geen haar beter geworden dan al die andere?

met minimale aandacht volgt het lid de toelichting op de begroting voor het komende jaar

\KRUISREDE

Page 55: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR055

Slagen wij er opnieuw niet in om een bereikbare groep te zijn die

niet alleen dénkt open te staan voor kritiek maar ook daadwerkelijk

toegankelijk ís? Dat zou zomaar kunnen. En geef de leden eens on-

gelijk. Kritiek uiten op een groep leeftijdsgenoten die bepaalt hoe

de subcommissies worden samengesteld en over het algemeen erg

tevreden lijkt te zijn over het eigen functioneren. Dan is rustig een

biertje drinken aantrekkelijker dan eindeloos

discussiëren met een zelfingenomen BG’er.

Maar wat een gemiste kans. Hoe kun je een betere indruk achter-

laten dan door er blijk van te geven dat je over de pro-blemen van

Minerva nadenkt, door te vragen waarom iets belachelijks niet

wordt afgeschaft of door met ideeën te komen waar onze Vereniging

veel baat bij zou kunnen hebben. Ik vraag u het de Bestuursgang

niet te makkelijk te maken. Wees kritisch en kom met ideeën. Het

liefst ideeën maar kritiek mag ook. Alleen via het uiten van kritiek,

het tonen van ambitie, goede ideeën en initiatief mogen wij onze

Vereni-ging met recht de meest ambitieuze van Nederland noemen.

Zonder deze openheid en wil om te discussiëren zijn wij niet veel

meer waard dan een onvriendelijk café. Van een beetje kritiek zal

de Vereniging allerminst slechter worden. De Bestuursgang zit er

voor u, waarde leden, en luistert derhalve graag naar u.

Wij vervolgen onze reis en lopen de zaal uit. In de zoektocht naar redenen waarom wij onze Vereniging de meest ambitieuze van Nederland mogen noemen, neem ik u mee de trap op. Een lichte frons verschijnt op ons gezicht: de verbandenmuur.

De verbanden zijn in 1982 opgericht, toen de Vereniging 3300 leden

telde en er behoefte was aan gestructureerd contact tussen de ver-

schillende aankomstjaren. In het begin van de jaren 2000, ten tijde

van dalende ledenaantallen, zijn de verbanden verworden tot een

instituut waarbij slechts de helft van de Vereniging is aangesloten,

maar dat tegelijkertijd een groot stempel wenst te drukken op de

manier waarop uw medeleden u zien. Zelden op basis van inzet en

enthousiasme voor uw Vereniging, vaker op basis van grote bek in

plaats van een Leidse bek.

Natuurlijk, zij die bij een verband zitten, beleven daar plezier aan.

Maar wat heeft het nou eigenlijk om het lijf? Feitelijk behelst het sa-

menkomen met een verband niet meer dan vier bijeenkomsten per

jaar, waarvan een deel ook nog eens een weinig vriendelijk karakter

heeft. Deze avonden zetten de onderlinge verhoudingen op scherp

en bieden geen toegevoegde waarde aan het zaalleven. Agressiviteit

sluipt meer en meer in onze Vereniging en het individualisme viert

hoogtij. Zolang ik maar mijn plekje verover, heb ik het naar mijn zin.

Dat dit ten koste gaat van gelijken, is niet mijn zaak. Ieder voor zich.

Vanuit deze vervlakking wordt het potentieel van onze Vereniging

niet volledig benut.

Het is de wereld op zijn kop. De verbanden en het gebrek daaraan

hebben feitelijk geleid tot een ieder-voor-zich-cultuur. En juist in

onze huidige Vereniging, waarbij niet meer iedereen in een leden-

huis terecht kan, is het van het grootste belang dat eenieder zich

hier thuis voelt en zijn plekje vindt. En laat het nou nét de groep

zijn die niet in een ledenhuis woont, die het meeste belang heeft bij

verticaal contact. Voor de verbanden is het in de huidige structuur

dan ook vijf voor twaalf. We moeten ervoor zorgen dat we van

het zwakke punt van de verbanden, namelijk dat er te weinig zijn

en dat ze daardoor polariserend werken, een sterkte proberen te

maken. Dat kan alleen wanneer er meer diversiteit is en dus meer

verbanden zijn. Met vaste borrels, waarbij alle verbanden en dus

alle leden aanwezig zijn, kan de oude functie van verticaal contact

hersteld worden.

De Bestuursgang voert dan ook actief beleid om de oprichting van

verbanden voor eenieder te stimuleren, maar wel in de geest van

waarom de verbanden ooit zijn opgericht: contact met en leren van

het ouderejaar. Schroom niet en wendt u tot de Bestuursgang. In de

gehaaste wereld van nu, waarbij eenieder wordt geacht zich razend-

snel aan te passen aan het nieuwe studentenleven, kunnen de ver-

banden een belang-rijke rol spelen in de sociale controle die onze

Vereniging zo bijzonder maakt.

De frons in onze blik verdwijnt. Daar horen we wat ambitie. Wij vervolgen onze zoektocht en komen aan bij de Bestuursgang. Gezeteld vlak boven het hart van Sociëteit, omringd door de bibliotheek, tientallen vaandels, subcommissies, de squash- en de toneelzaal.

Voilà: ambitie. Waarde leden, er is geen Vereniging die zoveel or-

ganiseert als de onze. Welk moment van het jaar ook, altijd zijn

tientallen leden bedrijvig. De repetitoren en lezingen in de biblio-

theek, de tientallen subcommissies en subvereniging-en, de over-

bezette squashzaal en de met klassieke mu-ziek gevulde toneelzaal:

alles wordt georganiseerd voor en door u!

Een kleine steek trekt weer door ons hoofd. Door een eerlijke af-

spiegeling van u? De Correl heeft onderzoek gedaan naar de verde-

ling van baantjes onder, daar zijn ze weer, de verbanden. Hiertoe

onderzochten zij de almanakken van 2010, 2011 en 2012. De stelling

‘op Minerva moet je bij een verband zitten om baantjes te doen’,

werd beoordeeld als half waar. De Bestuursgang had liever andere

percentages gezien, maar het is goed dat de Correl een spiegel

voorhoudt. Over discussie gesproken.

Gelukkig kan Minerva rekenen op een zeer hoge interesse in het

doen van commissiewerk. Het is een speerpunt van onze Bestuurs-

gang in het bijzonder om te zorgen dat de verde-ling van baantjes

op eerlijke wijze geschiedt. Hiertoe wordt een strak ‘briefjesbeleid’

gehanteerd. Dit houdt concreet in dat u, om in aanmerking te ko-

men voor een subcommissie, een briefje moet inleveren. Met uit-

zondering van de nieuwe Tapcommissie (gevraagd) is er dit jaar niet

van dat beleid afgeweken.

Daarnaast worden de promo-sjaarzen en Sine Regno bedien-des

niet langer ‘via-via’ aangesteld, maar hebben zij allemaal briefjes

ingeleverd naar aanleiding van een oproep in de eerstejaars-

Page 56: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR056

nieuwsbrief.Dit beleid zal worden doorgetrokken naar de Lustrum-

commissie, de Bijstand en alle commissies die daar omheen hang-

en. Met een strikt briefjesbeleid wil de Bestuursgang een eerlijke

verdeling bewerkstelligen. Maar daarmee zijn we er nog niet. De

Correl concludeerde ook dat meer leden met verband zich opgeven

voor subcommissies dan leden zonder verband. Een mogelijke re-

den hiervoor zou kunnen zijn dat het vertrouwen in een eerlijke

verdeling van baantjes, ontbreekt. Dat hoop ik bij deze in ieder

geval te hebben ontkracht. Daarnaast kan de teleurstelling van het

niet worden geplaatst in een subcommissie groot zijn. Laat u in

ieder geval niet afschrikken. Enthousiasme voor de Vereniging blijkt

uit veel aanwezig zijn en veel interesse tonen. Het kan ook pas bij

de vijfde keer raak zijn (zoals bijvoorbeeld bij mij, mijn club vond

het maar al te mooi dat ik niets werd). Zit in ieder geval niet bij de

pakken neer als u iets niet wordt en geefu op. Deel uw ambities

persoonlijk of per mail met de Bestuursgang. Een betere indruk dan

een ambitieuze kunt u niet maken.

Waarde leden, over exact zes weken zal de nieuwe Praeses Col-

legii op tafel komen. Twee dagen later volgt de President en over

exact zeven weken zult u de Praeses Lustrumcommissie mogen be-

groeten. Op de laatste zaalavond van 28 juni dit jaar zal hier boven

mij een grote klok worden ont-huld. Als Zijne Majesteits Eerste So-

ciëteit zijn wij precies op die dag een jaar verwijderd van de open-

ing van ons 40e Lustrum. 200 jaar Minerva: het moge duidelijk zijn

dat de koers vanaf nu volle kracht vooruit is. De komende Bestuurs-

gang en Lustrumcommissie staan voor een gigantische klus en heb-

ben u daarbij nodig. Toon ambitie, spring aan boord. Er is ruimte

voor iedereen.

Waarde leden, ik draaf door. Maar wat wilde ik u vanavond in uw

oren knopen? Kijk zonder vooroordelen naar de leden om u heen en

verwezenlijk uw ambities met hen. Wees kritisch op hen die denken

de touwtjes in handen te hebben. Zorg dat de Bestuursgang gek

wordt van uw scherpe geest. Wees origineel en durf een ander pad

te kiezen. Geloof in uzelf, de weg is vrij.

Graag neem ik u mee naar het dakterras en aanschouw ik de stad Leiden met u.

Dames, mijne heren, de ons omringende verenigingen, in stad én

land, willen graag meemaken wat in hun ogen het studentenleven is.

Maar ook op Minerva sluipt de door ons verachte cultuur van ‘doen

wat studenten horen te doen’ in onze Vereniging. Onder het mom

van dat gaat altijd al zo bouwen wij als gekken aan onze Leidse tijd,

De komende Bestuursgang en Lustrumcommissie staan voor een gigantische klus en hebben u daarbij nodig

zonder al te vaak stil te staan bij een degelijke constructie. Vaak

ontbreekt het aan moed om de aspecten van de Vereniging die ons

niet aanstaan, te veranderen.

Maar, waarde leden, vergeet nooit dat wij de uitvinders van dit

spelletje zijn. Wij zetten de toon en wij bepalen in een-dracht hoe

de toekomstige generatie eruit ziet. Met een leerzame blik naar het

verleden, maar vooral met het vizier op de toekomst.

De gemiddelde student kijkt af bij Minerva als hij zich ongeïn-

spireerd afvraagt hoe student te zijn. Heeft Minerva een Uil? Dan

nemen wij een raaf. Laten wij, verbonden door deze Vereniging,

afstand nemen van deze bekrompenheid. Laten wij met respect

voor tradities, maar tegelijkertijd moderner dan ooit ons tweehond-

erdjarig bestaans-jaar ingaan. 1600 man sterk én groeiende. Met

behoud van een eigen identiteit maar vooral met de moed om te

vernieuwen.

Ik heb gezegd.

\KRUISREDE

Page 57: stiekem en geheim

Belgium / China / Curaçao / Cyprus / Germany / Hong Kong / Ireland� / Jersey Luxembourg /Malta / Mauritius / Netherland�s / New Zealand� / Singapore / Spain

Switzerland� / Taiwan / United� Arab Emirates / United� Kingd�om / United� States

• Corporate Services�• Trus�tee & Fiduciary Services�• Fund Services�• Bus�ines�s� Services� & Outs�ourcing• Marine & Aviation• Immigration Services�

In a world of growing complexity, you need a different perspective to see things clearly.

lekkere recepten vind je op:

www.krijnverwijs.com

SNEL KLAAR

LEKKER

GEZOND

VERANTWOORD

GEZELLIG

Genoeg redenen om jezelf en je vrienden eens te verrassen met mosselen, oesters of kreeft!

Page 58: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR058

Jaarrëunie VVSL 1953Woensdag 23 oktober 2013

Lunch in de Faculty Club Leiden

Inlichtingen: [email protected] of [email protected]

Oproep aan alle VVSL-reünisten Zomer 2014 wordt het 40e lustrum gevierd van de rechtsopvolger van de VVSL: LSV Minerva. Vanzelfsprekend worden ook alle VVSL-

reünisten hier actief bij betrokken. Voor het lustrum willen we het VVSL-archief zo gevarieerd en compleet mogelijk maken. Bent u in het

bezit van foto’s, bescheiden, goederen etc. die van belang kunnen zijn voor het VVSL-archief en wilt u die afstaan? Neemt u dan per e-mail

contact op met Machteld Rogaar-Burlage via [email protected] of Susanne Bins-van Waegeningh via [email protected] .

In de volgende Virtus Nitor zult u een overzicht aantreffen van afleverpunten verdeeld over het land.

25e Lustrum Leidsche Studenten Carroussel VerenigingWaarde ereleden, dragers van het Gouden Hoofdstel en oud-bestuursleden,

Velen van u zal het niet ontgaan zijn: dit jaar bestaat de Leidsche Studenten Carroussel Vereniging 125 jaar! Deze memorabele mijlpaal

laten wij uiteraard niet ongemerkt voorbij gaan. In september organiseren wij een onvergetelijke dag om dit 25e lustrum met u te vieren.

U ontvangt binnenkort een officiële uitnodiging met de exacte datum en tijd. De invulling van de dag houden we nog even geheim, maar

uiteraard zullen paarden een prominente rol spelen. Voor vragen kunt u ons mailen op [email protected].

Wij hopen u allen in september te begroeten!

Met paardengroeten,

Josine van Slingerland

Praeses Carroussel

1814 - 2014 200 jaar L’EsperanceHet lustrumboek van L’Esperance “ Cafe L’Esperance nuchter bekeken”. Een mooi dikgebonden uniek boek vol historie en anekdotes, geïl-

lustreerd met oude foto’s. Schrijf je bijtijds in, want oplage is beperkt. Prijs bij voorinschrijving €18,14 ipv €20,14.

Stuur een mail naar [email protected]

1963 - 2013VVSL jaarreünie

Zaterdag 2 november 2013 te Leiden

Met de organisatie hebben zich belast:

Alet Verschuijl-van Aardenne [email protected]

Anke Schoorel-Eggink [email protected]

Edith Kist Stokhuyzen [email protected]

Henriette Kerdel-Christmann [email protected]

Hildegard Fockema Andreae-de Jongh [email protected]

Tine Flu-Beumer [email protected]

Susanne Bins-van Waegeningh [email protected]

Nog geen aankondiging per mail ontvangen?

Gaarne, desgewenst, mailadres doorgeven via [email protected]

Voor vragen en suggesties zijn allen mailbaar.

\OPROEPEN

“The Journey is the Reward”

16 November 2013

Page 59: stiekem en geheim

ROTTERDAM SCHOOL OF MANAGEMENTERASMUS UNIVERSITY

Wherever you are at in your career, RSM Executive Education can help you understand and master the complex business challenges which come your way. Our portfolio of short open programmes will provide you with fresh insights and knowledge which you can immediately put to use to develop your leadership skills and business acumen. Programmes run in Rotterdam and Amsterdam, and can also be delivered in-company. For more details on how to boost your career visit www.rsm.nl/open

Selling is buying your company a future

The ‘sell more’ approach no longer aligns with

the customers’ need. Are you willing to question

your traditional value propositions and

working practices? Do you want to deliver real

value for your customer? Then you might consider

the Sales Leadership Diploma Programme.

rsm.nl/sl

Faust Mertens

Business was usual

0278.01.043 Adv Signe Regno 210x148.indd 1 4/25/13 4:30 PM

Page 60: stiekem en geheim

VIRTUSNITOR060

Om de service exclusief voor reünisten te houden, heeft u voor de eenmalige registratie de onderstaande verificatiecode nodig:

Vaste hoge kortingen!

Snelle levering, op de dag dat het u uitkomt!

Exclusief, alleen omdat u reünist bent!