Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

67
Voor u ligt een verslag van een onderzoek over het invoeren van steekproefsgewijs surveyen van de collectie. Lange St Agnietenstraat 10 071 5214224

description

 

Transcript of Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Page 1: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Voor u ligt een verslag van een onderzoek over het invoeren van steekproefsgewijs surveyen van de collectie.

Lange St Agnietenstraat 10071 5214224

Page 2: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Inhoudsopgave

Voorwoord.......................................................................................................................................3Inleiding...........................................................................................................................................4Evaluatie..........................................................................................................................................5

Huidige methode.........................................................................................................................5Inspectietermijnen..................................................................................................................5

Problemen bij huidige methode..................................................................................................6Interviews met andere musea.....................................................................................................7

conclusie................................................................................................................................11Steekproeven.................................................................................................................................12

Risico-analyse............................................................................................................................14Advies........................................................................................................................................15Conclusie...................................................................................................................................15

Nieuwe methode...........................................................................................................................16Implementeren met ORS/Adlib.................................................................................................18

Pilotproject............................................................................................................................19Conclusie........................................................................................................................................19Bronvermelding.............................................................................................................................19

Literatuurlijst.............................................................................................................................20Beeldverantwoording................................................................................................................20

Bijlagen..........................................................................................................................................22De Selectietaal.........................................................................................................................3

2

Page 3: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Voorwoord

Tijdens de periode van 4 oktober 2010 en 10 juni 2011 loop ik stage op de afdeling restauratie in Museum Boerhaave in het kader van mijn opleiding Cultureel Erfgoed aan de Reinwardt Academie met als minor Restauratie en Conservering aan de UvA.Een stage-opdracht is veelal te versimpelen naar: “Vind een probleem en bedenk hier een oplossing voor.” Maar soms is het vinden van problemen makkelijker dan de oplossing.

Tijdens een gesprek met de vorige stagiair van mijn afdeling kwam het onderwerp steekproeven op de proppen. Hoewel ik weinig van steekproeven af wist, vond ik dit toch wel onderzoek waardig. De collectie is de afgelopen jaren enorm gegroeid en de surveymethode is niet meer toepasbaar op deze collectie met deze bezetting.

De kern van het verhaal is een advies uitbrengen over of het mogelijk is om de collectie steekproefsgewijs te onderzoeken op hun conditie.

Als deel van mijn onderzoek ging ik langs verschillende musea om te zien welke methode zij gebruiken voor het surveyen van hun collectie. Van deze rondgang in museumland ben ik erg geschrokken. Ik had eerst het idee dat de methodiek die museum boerhaave toepast niet uniek was. Maar na verder onderzoek bleek dit dus wel een uniek iets te zijn dat een museum methodisch surveyed. Ik ben hier erg van geschrokken niet in de minste reden ik eerst HBO-Verpleegkunde heb gedaan. Een infuus zetten heeft veelal dezelfde procedures in ziekenhuis A als in B. Ik hecht vanuit dit standpunt veel waarde aan methodisch en procedureel werken. Dit is iets wat ik mis in museumland en is een persoonlijke kruistocht voor mij geworden.

De tot standkoming van dit verslag is geen solo-project geweest. Ik heb veel hulp gehad van mijn collega’s in Museum Boerhaave. Paul, Tjeerd Robert Rick Gerdine, Dalila en Mara ben ik dankbaar dat ik al mijn vragen op hun mocht afvuren. Ook alle mensen die zich hebben laten interviewen hebben een schat aan kennis met mij gedeeld. Als laatste, maar zeker niet als minste: mijn stagebegeleider Martijn de Ruyter. Ik dank jullie allemaal voor het beantwoorden van al mijn vragen.

3

Page 4: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Inleiding

Het kloppende hart van een museum is de collectie. Bijna alles heeft de collectie als uitgangspunt; onderwerpen van de tentoonstellingen, doelstellingen van het museum, soort publiek dat naar het museum komt en vaak zelfs de geschiedenis van het museum is bij een verzameling van voorwerpen begonnen, zoals bij het Teylers Museum in Haarlem is gebeurd.

Het goed onderhouden van zo vitaal onderdeel van een museum is daarbij natuurlijk zeer belangrijk. Preventieve conservering is een belangrijk onderdeel om schade te voorkomen en mocht er schade aan een object zijn, dan kan men altijd de restaurator inschakelen.

Maar voordat een probleem een probleem is, moet het probleem eerst worden gesignaleerd. Bij een museum met een kleine collectie kun je door de kasten snuffelen en een 100%-controle uitvoeren. Zo kun je de objecten op hun conditie controleren en eventueel actie ondernemen. Dit is een methode die musea met grote collecties niet kunnen toepassen, zoals Museum Boerhaave.

Museum Boerhaave kampt met het probleem dat de collectie te groot is om op dezelfde voet door te gaan. Verandering in de methode van surveyen van de collectie is dus hard nodig.Maar welk ander systeem komt hiervoor in de plaats? Een van de mogelijkheden is het invoeren van steekproefsgewijs surveyen van de collectie.

Het ICN heeft een artikel in juli 2000 gepubliceerd over steekproeven in een museale omgeving.Het doel van dit artikel was: ‘Het ICN biedt de musea met dit informatieblad een instrument om in het kader van collectiemanagement betrouwbare cijfers over hun collectie te verzamelen.1’Met dit artikel als rode draad is een onderzoek opgestart over hoe het steekproefsgewijs surveyen van de collectie te implementeren. De doelstelling van dit onderzoek is dan ook om te zorgen dat deze methode van surveyen integreerbaar is in het huidige systeem en daarnaast hanteerbaar is voor nu en voor in de toekomst.

Om een goed beeld te krijgen van de problematiek en waarom een nieuwe methode broodnodig is, zal hoofdstuk 1 een evaluatie zijn van de huidige situatie. Het tweede hoofdstuk gaat dieper in op steekproeven en eventuele andere methodes die worden gebruikt voor het surveyen van de collectie. Hoofdstuk 3 zal meer ingaan op de praktische kant van het invoeren van steekproefsgewijs surveyen.

Door het uiteindelijke antwoord zal het surveyen van de collectie in Museum Boerhaave effectiever en efficiënter worden, met in het bijzonder het werk van Paul Steenhorst, hoofd afdeling restauratie.

1B e r g e v o e t , F . ( 2 0 0 0 ) . D e s t e e k p r o e f a l s h u l p m i d d e l b i j c o l l e c t i e b e h e e r . I C N - I n f o r m a t i e , 4 4

Page 5: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Evaluatie

Huidige methode

Museum Boerhaave heeft een eigen systeem ontwikkeld voor het surveyen van de eigen collectie. Met behulp van inspectietermijnen is een 100%-controle aanwezig. Met een uitgedraaide lijsten van te controleren objecten, ongeveer 1100 per jaar, gaan de restauratoren aan de slag met surveyen. Nadat de survey is voltooid voeren de medewerkers van het Informatiecentrum de eventuele notities in en vinken de objecten af.

Na een onderhoudscyclus vanofficieel 10 jaarzijn alle voorwerpen aan bod gekomen. Hoewel hier een onofficiële uitloop van 15 jaar niet ongewoon is.

Inspectietermijnen

Museum Boerhaave gebruikt voor de controle verschillende termijnen. Alle objecten hebben een termijn gekregen op basis van een paar criteria. Inspectietermijn van 1 jaar krijgen:2

- Alle voorwerpen die in de vaste presentatie zijn opgesteld- Alle bruiklenen van andere instellingen Inspectietermijn van 2 jaar krijgen:- Alle voorwerpen met houten onderdelen- Alle voorwerpen die met de chemicaliën 50 (regeneratiemiddel), 57 (Itox-super), 58 (stopwas, 59 (epoxyhars) en 60 (huidenlijm) zijn behandeld.- Natte preparaten- Alle voorwerpen met onderdelen van rubber of zwakke kunststoffen Inspectietermijn van 5 jaar krijgen:- Alle voorwerpen van samengestelde materialen die gedeeltelijk in de lak gezet zijn- Alle voorwerpen van samengestelde materialen waar kans op oxideren aanwezig is- Alle (nog) niet geconserveerde voorwerpen waarvan wordt verwacht dat ze niet oxideren- Alle voorwerpen van messing met leren onderdelen- Alle voorwerpen met geblauwd stalen onderdelen Inspectietermijn van 10 jaar krijgen:- Alle voorwerpen die volledig in de Ensis of Owatrol gezet zijn- Alle voorwerpen die een grondige conservering hebben ondergaan (volledig in de lak of was)- Alle voorwerpen die van aardewerk of glas zijn vervaardigd- Alle voorwerpen van inerte materialen zoals rvs, titanium molybeen etc.

2 Museum Boerhaave. (2000). Handleiding ORS voor de restauratieafdeling. leiden.

5

Page 6: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Problemen bij huidige methode

Het grote probleem met de huidige methode is dat de hoeveelheid objecten is gegroeid en het aantal gekwalificeerde medewerkers die in staat zijn om een object te surveyen is sterk gedaald. Daarnaast vergt het invoeren ook veel tijd. Uiteindelijk komt het er op neer dat de huidige methode, met de huidige bezetting te veel is.

1 jaar 2 jaar 5 jaar 10 jaar geen=10 totaal

A 1767 1724 1901 3493 125 9010B 175 2150 3814 10652 16 16807C 40 146 544 2011 - 2741D 59 53 490 3136 4 3742geen 42 137 248 354 109 890

           totaal 2083 4210 6997 19646 254 33190

A+B per jaar 1942 2799 1143 1414,5 14,1 7312,6 per jaar inspectie

Tabel 1 Absolute verdeling Onderhoudsfrequenties en Cultuurhistorische waarden op 21 januari 2010

De tabel 1 is een de huidige verdeling van objecten gesorteerd op Cultuurhistorische waarde en op onderhoudsfrequentie. Als men alleen op A en B zou concentreren zou dit nog steeds betekenen op 7313 objecten die gecontroleerd moeten worden. In acht genomen dat men 40 weken per jaar werkt komt dat nog steeds op ongeveer 183 objecten per week waarbij de C-, D- en de geen-categorie zijn uitgesloten van controle.

Als je per object 10 minuten neemt om dit te controleren zou dit komen op 30,43 uur per week dat men aan het controleren van objecten moet wijden. Dit is een bijna een fulltime baan waarbij men alleen bezig is met controleren. Dit is exclusief restauratie, conservering en eventuele andere maatregelen die uitvloeien uit deze controle.

2 jaar 5 jaar 10 jaar 20 jaar geen=20 totaal

A 1767 1724 1901 3493 125 9010B 175 2150 3814 10652 16 16807C 40 146 544 2011 - 2741D 59 53 490 3136 4 3742geen 42 137 248 354 109 890

           totaal 2083 4210 6997 19646 254 33190

A+B per jaar 971 2154 571,5 707,25 7,05 4411 per jaar inspectieTabel 2 ophogen frequentie inspectietermijnen

Er is al gekeken naar een eventuele ophoging van de inspectietermijnen. Maar zelfs dan, als dezelfde berekening er wordt op los gelaten als bij de huidige vorm, is dit nog steeds 18.3 uur4 per week.

3 7312 x 10 /60/404 4411x 10 /60/40

6

Page 7: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Interviews met andere musea

Interview Gerda van Uffelen: Hortus Botanicus

Collectie

De collectie bestaat uit 12.000 levende planten en een paar bijzondere boeken. In de collectie gaat ongeveer 15% dood doordat zij eenjarig zijn. Dit is een normale ‘turn-over’ in een botanische tuin.

Indeling

De collectie is ingedeeld naar de wetenschappelijke indeling van het plantenrijk, hoewel hier af en toe een meningsverschil tussen wetenschappers bij zit, is deze indeling aan weinig verandering onderhevig en dit zal ook zo blijven.

Survey

Doordat de Hortus Botanicus in Leiden een levende collectie heeft, lopen de plantenverzorgers minimaal 1 keer per week alle planten langs tijdens het bewateren. Bij kwetsbare planten gebeurt dit vaker. Wat kwetsbaar is en wat niet zit in de hoofden van de plantenverzorgers. Er is hier een team mensen van 4 man voor beschikbaar onder de leiding van een kaschef en een tuinchef

Interview Rob Wolthoorn: Museum de Lakenhal

Collectie

De collectie van museum de Lakenhal bestaat uit 20.000 voorwerpen en bevat schilderijen, kunstnijverheid, industriële voorwerpen, glas (200), tegels (2000) en keramiek (1000). De conditie van alle voorwerpen is wisselend. Sommige deelcollecties zijn redelijk goed en bijvoorbeeld de deelcollectie tekeningen bevindt zich in een goede staat en ook alle objecten die op zaal staan zijn in goede staat. Maar niet alle objecten zijn gecontroleerd.

In het museum is een depotmedewerker aanwezig die zich bezig houdt met een globale survey van de objecten wanneer de objecten nodig zijn en preventieve controle. Voorheen was de conditiesurvey nogal ad hoc. Was er een object nodig voor een bruikleen, tentoonstelling, foto of iets anders? Pas dan werd een survey uitgevoerd. Men liep eigenlijk achter de feiten aan, voornamelijk door tijd en geldgebrek. Daarnaast hebben de conservatoren vaak een uitgesproken voorkeur gehad voor een bepaald type object. Deze werden dan vaker in tentoonstellingen verwerkt en andere objecten werden dan weer nauwelijks gebruikt. Dus veelal stond een bepaalde deelcollectie in het spotlicht terwijl een ander gedeelte uit het zicht verdwenen. Dit is ook een van de redenen waarom het project werk in uitvoering is ingevoerd.

7

Figuur 2 Rob Wolthoorn

Figuur 1 Gerda van Uffelen

Page 8: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Werk in Uitvoering

Er is nu een project, Werk in Uitvoering, gaande dat hopelijk eind 2011 voltooid is. Dit project houdt in dat men een 100% controle uitvoert te samen met het invoeren en het fotograferen van de objecten. Een soort lopende band werk. In totaal is er 40 minuten per object beschikbaar, waarvan er 20 voor registratie, 10 voor fotografie en nog eens 10 voor conditiesurvey en eventueel schoonmaken. Daarnaast voert het museum het Deltaplan in gelijktijdig in met het registeren van de objecten. Momenteel heeft men 12.000 objecten gedaan en er liggen dus nog 8.000 objecten te wachten waarvan fotografie en basisregistratie nog moet worden uitgevoerd. Dit project is een inhaalslag voor het inventariseren van de collectie. Daarnaast wordt dus een nieuwe indeling ingevoerd en eventuele schades aan objecten kunnen door worden gespeeld aan de restaurator. Na deze grootscheepse inhaalslag wilt men bezig gaan met een nieuwe collectieplan en een restauratieplan.

Bezwaren tegen steekproefsgewijs surveyen

Elk object is uniek, elke schade is daarmee ook uniek. Door steekproefsgewijs de conditie van de collectie te gaan surveyen zul je vaak schades missen. Want hoewel een steekproef een populatie weergeeft, geeft het niet het individu weer. En het is juist belangrijk om een object op zichzelf te zien. Want 1 voorwerp hoeft niet perse gecorrodeerd te zijn, terwijl 10 voorwerpen verder een hele verzameling ligt weg te kwijnen, terwijl je deze niet hebt gezien is. Dit terwijl je de conclusie trekt dat deze deelcollectie in goede staat is. Daarnaast zal een steekproef het nooit halen bij een 100% controle qua zekerheid.

Interview Victoria Oakley: Victoria and Albert Museum

Collection5

The collection of the Victoria and Albert Museum contains 2.7 million objects and it contains mainly decorative arts made of all kinds of materials dating from 1500 approx.Although it is not possible to give an accurate answer but the majority of objects are thought to be in fair condition (condition category 2, with 4 being the worst).

Methods of research

Current commitments and resources do not allow us to carry out systematic surveys at the moment. For new gallery projects, which can include up to 3,000 objects we carry out a survey, of sorts, and assess all the objects using a standard approach. Objects are condition rated 1-4, and the type of damage is noted (e.g. major structural, minor structural, surface, accretions, chemical, biological bad old repair etc), environmental requirements, suitability for loan, storage, mounting, as well as brief notes are added and an estimated treatment time.

5

8

Figuur 3 Victoria Oakley

Page 9: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Interview Gail de Boer: Stichting Haags Historisch Museum

Collectie

De collectie van het HHM bestaat uit ca. 5.900 objecten en bestaat uit

Schilderijen, tekeningen, prenten, penningen, foto’s, documenten,

reclame- en verpakkingsmaterialen, penningen, meubelen,

kunstnijverheid, zilverwerk, glas- en keramiek, miniaturen, poppenhuizen

en Oranjalia. De algemene conditie van de gehele collectie is goed. De

collectie is grotendeels ingedeeld in de objectsoorten naar functie en/of

context (meubels, reclame- en verpakkingsmaterialen, kerkelijk zilver,

Oranjalia, etc.) en deels naar materiaal (glas- en keramiek, zilver). Dit is,

naar onze ervaring, de meest praktische en herkenbare indeling; deze

categorisering is meegegroeid met de collectievorming. Maar deze

collectie-indeling wordt niet echt gebruikt voor de methode van

conditiechecken. Het checken van de conditie van collectieonderdelen gebeurt

voornamelijk op basis van het materiaal waaruit de objecten zijn samengesteld.

Methode van onderzoek

Op dit moment wordt er geen specifieke methode gehanteerd. De objecten worden vooral op hun toestand

beoordeeld wanneer zij worden tentoongesteld of in bruikleen gaan, of wanneer eventuele schade aan

objecten wordt geconstateerd tijdens werkzaamheden in het depot.

Een specifieke methode voor het conditiechecken van collectieonderdelen moet nog worden opgesteld en

ingevoerd. In 2009 is er wel gestart met een project tussen het HHM en de opleiding Conservering en

Restauratie aan de UvA om met docenten van de verschillende restauratiedisciplines en hun studenten

surveys uit te voeren over collectieonderdelen (glas- en keramiek; metaal; meubelen en textiel). Helaas

komt dit project nog niet echt op gang, voornamelijk door dat het lastig is voor de betrokken docenten om

de surveys in het jaarlijkse onderwijscurriculum te plannen.

Ook is er in 2009 een grootschalige survey uitgevoerd over de schilderijencollectie door het

schilderijenrestauratieatelier die doorgaans behandelingen voor het museum uitvoert. Deze eenmalige

survey stond in het kader van het in dat jaar geschreven Collectieplan. Een mogelijke (kleinschaligere)

continuering hiervan wordt nog nader onderzocht. Maar doorgaans wordt de survey uitgevoerd door de

Medewerker Beheer- en behoud, conservator, hoofd Collectie of een restaurator.

9

Figuur 4 Gail de Boer

Page 10: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Interview Saskia Rutten, Rijksmuseum van Oudheden

Collectie

De collecties van het museum zijn afkomstig uit Nederland, Egypte, het Nabije Oosten, de klassieke wereld en Oud-Europa. In het collectieregistratiesysteem TMS (The Museum System) staan meer dan 160.000 voorwerpen. Van grote Romeinse keizerbeelden tot scherven uit de Hollandse polder. Van Egyptische mummiekisten tot skeletten uit Jericho.

Methode van onderzoek

Er is nog geen procedure aanwezig voor het surveyen van de collectie. Maar deze zit wel in de planning om gemaakt te worden. Er zijn een paar methodes waarbij gelijk een survey wordt uitgevoerd.Sowieso doet inspectie cultuurbezit jaarlijks een administratieve steekproef.

Daarnaast heeft het RMO een hoge frequenties van wisseling van tentoonstellingen en is er vaak een verhuizing van objecten waarbij gelijk de conditie wordt gesurveyedOok is bij het bruiklenentraject dat sowieso bij aankomst en bij terugkomst het object wordt gesurveyed. Als laatst worden periodiek kasten en lades nagelopen waarbij een nadruk ligt op topstukken.

Interview Gaby Wijers, NIMK

Collectie

Het Nimk, Nederlands Instituut voor Mediakunst, is in 1978 ontstaan. Het heeft een grote collectie video- en mediakunst en deze groeit nog steeds. Naast de eigen collectie beheert het Instituut ook de videocollecties van Stichting De Appel, Lijnbaancentrum te Rotterdam en het Instituut Collectie Nederland. De collecties van het Groninger Museum, de Jan van Eyck Academie en het Kröller Müller Museum zijn ter inzage. NIMk's distributiecollectie omvat inmiddels meer dan 2000 werken, variërend van de eerste experimenten tot recente producties van bekende (inter)nationale kunstenaars en opkomend talent.

Daarnaast beheert het NIMk een archief met ruim 1000 titels videodocumentatie en kunstwerken, uit ruim 30 jaar eigen activiteiten en projecten. Verder is een referentiecollectie van 6500 titels beschikbaar ter inzage in de mediatheek.6

Methode van onderzoek

In collectiesurveyen in het NIMK beslaat vooral videowerken. Fysiek banden en minder fysiek ‘files’. In beide gevallen zijn allerlei controleprotocols en worden ze een keer per half jaar. Of hier steekproeven zijn, weet ik niet. Tenminste, niet in de zin dat er in de zoveel tijd een willekeurige file wordt gepakt. Het enige dat er wel gebeurt is, is dat af en toe heb je iets nodig en dan kijk je nog extra naar de kwaliteit, of de metadata wel klopt, of naar de opslag.

6 NIMK. (n.d.). Retrieved 2011 15, januari, from http://nimk.nl/collectie10

Figuur 5 Saskia Rutten

Figuur 6 Gaby Wijers

Page 11: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Waar het ons om gaat, bij conservering, gaat het om het videosignaal. Met uitzondering van installaties. In grote lijnen gaat het om het signaal en dat staat op een bepaalde drager. En elke 7 tot 10 jaar wordt het overgezet op een andere drager. Dit houdt in dat elke 5 tot 7 jaar onderzoek wordt gedaan wat de beste techniek is. Dan worden er ook steekproefsgewijs naar de banden gekeken wat de staat is van de banden. OF ZE eerst schoongemaakt moeten worden. En of de kwaliteit veranderd is, hoe hard is deze achteruit gegaan. Daarmee kunnen we inschatten wat voor werkzaamheden eb hoelang het overzetten als we de banden op een ander systeem gaan zetten.

Er zijn 2 soorten surveys in het NIMK namelijk:

1. Algemene controle wat elke maand plaatsvindt. Dit gaat per collectiesoort. Masters (materiaal na de edit), submasters (kopie masters) en footage (bronmateriaal), wat we in beheer hebben en als laatste onze eigen opnames. Bij de banden heb je nog een ouderwets protocol dat ze een keer per jaar worden gespoeld. Om te zorgen dat ze goed blijven opgewonden in cassettes. Daar is dan wel de afspraak dat men regelmatig, 1x per maand, ad random uit de kast getrokken en dat wordt bekeken. Het random uitzoeken wordt door een persoon gedaan en niet door een computer. Er is geen afspraak dat en dat materiaal wel en dat materiaal niet. Al het materiaal wordt 1x per jaar gecheckt. En 1x per maand wordt materiaal met een steekproef uit de kast getrokken

2. Het andere is, is dat wij wel eens voorafgaand aan een ander project of onderzoek. De hele collectie, bijv. de digitale betacams, van bijna 10 jaar oud. overzetten op compressed.avi. Voordat we dit doen, doen wij steekproeven in de hele verzameling die in dezelfde periode gemaakt is. En dat gaat ook ad random. In zoverre dat; Zo’n serie banden is gemaakt in 2 jaar. Dus uit elke periode worden steekproefsgewijs banden gecontroleerd op kwaliteit en op het feit of voorbehandeling nodig voor het volgende traject. Het videosignaal wordt overgezet op een andere drager. 

conclusie

Zoals is gebleken uit de interviews is de meest toegepaste methode ad hoc en weinig gestructureerd. Hoewel er projectmatig wel surveys zijn gerealiseerd gebeurt het niet op grote schaal en is er weinig continuïteit. Museum Boerhaave is op dit gebied uniek.

11

Page 12: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Steekproeven

Een steekproef is een methode waarin uit de gehele onderzoekspopulatie een selectie wordt gemaakt zodat niet alles hoeft te worden gecontroleerd en men toch tot een conclusie kan komen.7

Er zijn verschillende redenen waarom me steekproeven inzet

Bij ondoenlijk grote omvang van de populatie als onderzoek door kosten beperkt wordt. Bij destructief onderzoek Snelheid Geen 100% zekerheid nodig Gemak

Bij Museum Boerhaave is voornamelijk de omvang van de populatie de reden en dat maar 2 personeelsleden bevoegd zijn op het controleren van de conditie van de objecten waardoor men tot steekproeven wilt overgaan.

Wat een steekproef eigenlijk inhoudt is dat men een klein gedeelte van de onderzoekspopulatie bekijkt en hiermee een oordeel kan vellen over de gehele onderzoekspopulatie (zie figuur 7i)

Soorten steekproeven

Er zijn verschillende soorten steekproeven waarin een onderscheid zit tussen aselecte en selecte steekproeven.8

Aselecte steekproefo Enkelvoudige, aselecte steekproefo Gestratificeerde steekproefo Clustersteekproef voor onderzoeko Systematische steekproefo Getrapte aselecte steekproefo

Niet-aselecte steekproeven.o De gemakkelijkheidssteekproefo De beoordelingssteekproefDe sneeuwbalsteekproefo De quotasteekproefo Random walk

7 Wynneconsult n.d.). Retrieved 2011 15, januari, from http://www.wynneconsult.com/root/HomePageKB012.htm#S

8 Hogeschool Gent. (n.d.). Retrieved 2011 15, januari, from http://habe.hogent.be/stat/survey/steekproef.html#populatie

12

Figuur 7

Page 13: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Zekerheid

Een steekproef kan geen 100% zekerheid geven over de onderzochte populatie. Wat een steekproef wel kan doen is een uitspraak doen met enige zekerheid. Deze percentages zijn afhankelijk van de hoeveelheid objecten die worden onderzocht.

In de hiernaast afgebeelde tabel zijn 2 percentages benoemd.

De uitkomst van de steekproef moet worden berekend. Het voorbeeld van het artikel van het ICN is hierover erg helder

‘Een natuurhistorisch museum overweegt een particuliere schenking te aanvaarden van1915 schelpen. Of het museum de schenking aanvaardt, is afhankelijk van de kosten die deregistratie van de verzameling met zich meebrengt. Het museum wil weten van hoeveelschelpen de vindplaats en -datum genoteerd zijn.Gekozen wordt een nauwkeurigheid van 95%. De tabel geeft aan dat bij een populatieomvangvan 1915 tussen de 334 en 340 objecten moeten worden bekeken om tot een betrouwbareuitspaak te komen. Naar boven afgerond geeft dit aantal een steekproefomvang van 340.Die 340 objecten worden aselect bepaald en bekeken. Na controle blijkt dat van 234 schelpengegevens over de herkomst en vondstdatum aanwezig zijn. Dat is 0,69 (234/340) oftewel69% van de steekproef.’

13

Tabel 3 steekproefomvang volgens artikel ICN

Page 14: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Eisen steekproef

Het is belangrijk dat de validiteit van de steekproef gewaarborgd is. Een steekproef kan pas valide zijn als de representativiteit is gewaarborgd. Aan een steekproef zijn een tweetal eisen die de validiteit van de proef ondersteunen.

Ten eerste moeten de onderzochte onderzoeksobjecten representatief zijn voor de gekozen populatie. De populatie moet duidelijk zijn omschreven. Ten tweede moet het aantal objecten dat wordt onderzocht in voldoende getale zijn zodat uiteindelijk hierover iets statistisch kan worden gezegd.

Bij een steekproef begin je met het bepalen van je populatie en in welk kader je dit doet en hieruit voortvloeiend het budget en de tijd. Daarna kies je de methode9

Eisen afdeling afdeling restauratie

De methode moet implementeerbaar zijn met het huidige ORS-systeem

o eventueel ook met Adlib

De methode moet hanteerbaar zijn voor 1 restaurator bij een collectieomvang van 40.000 en groeiend.

o Maximaal 600 objecten kunnen worden gecontroleerd per jaar

De methode moet het liefst 95% zekerheid geven, anders 90%

De methode moet objectief zijn

Risico-analyse

Swot-analyse

Strength Opportunity

Vermindering van werkdruk

Systematisch kijken naar de collectie.

Werkt goed zolang de maatregels voor preventieve conservering in acht worden gehouden (zoals bijv klimaatinstallatie)

Werknemer heeft meer tijd voor uitvoeren conserveringen en andere taken

Doordat het een nieuwe methode is, is er ruimte voor ontwikkeling en aanpassing.

Eventuele samenwerking met de afdeling Museometrie met Frank Bergevoet MA

Rijksdienst voor het Cultureel ErfgoedWeakness Threat

Geen 100% zekerheid

Kans dat schade niet op tijd wordt gezien is aanwezig. Waardoor schade zich verder kan ontwikkelen (corrosie, glasziekte e.d)

Is weinig ingezet als methode voor surveyen van de conditie van de collectie, dus weinig informatie over te verkrijgen

Bij niet regelmatig controleren van de objecten zal de steekproef aan waarde verminderen.

Invoeren in Adlib/ORS kan problemen veroorzaken

9 Hogeschool Gent. (n.d.). Retrieved 2011 15, januari, from http://habe.hogent.be/stat/survey/steekproef.html#populatie

14

Page 15: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Advies

De steekproef is maar een methode waarbij men de collectie kan surveyen. De methode heeft als voordeel dat de werkdruk verminderd wordt en dus dat men meer tijd kan besteden aan conserveren en restaureren.

Een groot bezwaar tegen steekproefsgewijs surveyen is dat er ongemerkt, 10 voorwerpen verder, een voorwerp al ver in het degradatieproces zijn gevorderd. Het is ook dan belangrijk om te beseffen dat steekproefsgewijs surveyen van de collectie eigenlijk een soort controle is van het preventieve conserverings-vermogen van de instelling10. Het blijft dus van belang om met enige regelmaat de voorwerpen te controleren waarvan men weet dat die kwetsbaar zijn of voorwerpen die die zijn geëxposeerd. Ook objecten die onderdeel uitmaken van de topcollectie hebben een oogje in het zeil nodig.

Hoewel de voorwerpen die geëxposeerd zijn wel degelijk elke week gecontroleerd kunnen worden. Alle vitrines worden wekelijks schoongemaakt op dit moment door de facilitair medewerker. Van oorsprong is het schoonmaken van de vitrines aan de medewerkers van de afdeling restauratie toegedeeld zodat zij meer zicht zouden krijgen op de conditie van de geëxposeerde objecten. Door niet alleen de facilitair medewerker, maar ook om in ieder geval de restauratoren te laten participeren in deze schoonmaakklus krijgen zij vanzelf meer zicht op de conditie van deze kwetsbare objecten.

Conclusie

Afdeling restauratie van Museum Boerhaave heeft als voornaamste voorwaarde dat maximaal 600 objecten per persoon per jaar kunnen worden gecontroleerd en dat men het liefst 95% zekerheid hanteert, indien niet mogelijk kan men afzakken tot 90%.

De voordelen van steekproefsgewijs surveyen heeft als groot voordeel dat de werkdruk aanzienlijk zal verminderen. Als nadeel heeft steekproefsgewijs surveyen dat het nooit een 100% controle is. Voorwerpen kunnen degraderen zonder dat men dat in de gaten heeft.

Belangrijke eisen van de steekproef zijn: validiteit en representatie van de populatie

10

15

Page 16: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Nieuwe methode

Aselecte, gestratificeerde steekproef

Daar een survey die met de steekproefmethode eigenlijk vooral een controle is van de klimatologische omstandigheden en andere preventieve-conserverings-methode is er voor gekozen om een steekproef te doen waarbij een verzwaring ligt bij de locatie, dus een gestratificeerde steekproef.

1 jaar 2 jaar 5 jaar 10 jaar geen=10 totaal

Toren lades 203 1419 3610 11361 3 16596Toren overig 264 2180 1440 1876 - 5760Vlindermagazijn 19 41 50 40 2 152Droog 4 44 151 327 379 - 901Droog 5 19 74 281 612 1 987Voorkamers 45 53 46 65 11 220Alphen 54 24 190 91 - 359Museum 1665 38 16 22 - 1741

           Totaal 2313 3980 5960 14446 17 26716

Tabel 4 Absolute verdeling objecten op onderhoudsfrequenties en per standplaats op 21 januari 2010

De gehele collectie wordt in homogene subklassen verdeelt waaruit weer aselect een aantal voorwerpen uit wordt gekozen. De homogene subklassen zijn hierbij dus de locaties van de objecten. Zoals te zien in tabel 4. Als voorbeeld alle objecten uit de museumzalen zijn een homogene subklasse. Uit deze klasse kan men een steekproefomvang neemt passend bij de onderzoekspopulatie zoals beschreven in tabel 3.

Standplaats Populatie Steekproefomvang bij 95%

Steekproefomvang bij 90%

Toren lades 16596 340 76Toren overig 5760 247 78Vlindermagazijn 152 114 54Droog 4 901 284 73Droog 5 987 293 74Voorkamers 220 160 62Alphen 359 193 67Museum 1741 334 76

 Totaal 26716 1625 560

Tabel 5 uiteindelijke steekproefomvang volgens artikel ICN in gestratificeerde steekproef

In tabel 5 is de steekproefomvang passend bij de onderzoekspopulatie vanuit de subklasse. Het uiteindelijke aantal voorwerpen dat te controleren is, is 1625.Wat er op neerkomt dat er 813 objecten per restaurator per jaar wordt gecontroleerd. Dit is helaas 213 objecten meer dan dat de afdeling restauratie heeft benoemt als maximum bij 95% zekerheid. Met 90% zekerheid heeft men 560 objecten te controleren wat inhoudt dat er 280 objecten per restaurator per jaar gecontroleerd dienen te worden.

Als dezelfde berekening zoals in hoofdstuk: ‘Problemen bij huidige methode’ er op los wordt gelaten komt men op 6.7 uur controleren.11 Hoewel dit, in alle gevallen, in de praktijk meer uren zullen worden vanwege reistijden en andere oorzaken.

11 1625 x 10 /60/4016

Page 17: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Daarnaast liggen, zoals te zien is in tabel 3 , de meeste voorwerpen in de lades van de toren. Dit zijn veelal kleine objecten die zijn opgeborgen in lades. Voor meer werkdrukverlichting kan men de lades als 1 voorwerp zien. Aangezien men de lade toch opentrekt kunnen alle voorwerpen ter plekke meegenomen worden in de steekproef. Met de handheld-scanner die bij de invoering van het Adlib-registratiesysteem meekomt zal dit waarschijnlijk wel een uitkomst zijn.

Ook zal, mits de restauratoren meehelpen met het schoonmaken van de vitrines van de geëxposeerde objecten, deze objecten uit de steekproef verdwijnen. Aangezien deze dan wekelijks worden gecontroleerd. Wat ook een mogelijkheid is, is dat de 2 restauratoren zich tijdens deze wekelijkse schoonmaakronde elke keer op 1 a 2 zalen concentreren zodat zij meer tijd hebben voor controle. Waarbij deze zalen natuurlijk rouleren.

Enkelvoudige, aselecte steekproef

Mocht uiteindelijk de gestratificeerde steekproef te veel werkdruk leveren, dan kan men een enkelvoudige, aselecte steekproef houden. Dit houdt in dat men de gehele collectie als een grote homogene klasse beschouwt en hieruit een steekproefomvang neemt passend bij de onderzoekspopulatie zoals beschreven in tabel 1. Hier zit dan wel het nadeel bij dat men geen uitspraken kan doen over de preventieve maatregelen die genomen zijn zoals bijvoorbeeld het klimatologische maatregelen.Aanhoudend aan de tabel van het ICN is de steekproefomvang 402 objecten bij 95% zekerheid.

Berekening

Steekproeven neemt men om uiteindelijk iets te kunnen zeggen over de populatie. Nadat alle voorwerpen zijn gecontroleerd moet hierop een berekening worden toegepast. Ongeacht welke methode wordt toegepast.

Aantal objecten∈goede staatsteekproefomvang

=percentage objectendat∈goede conditiebevindt

Het grote voordeel van de aselecte, gestratificeerde steekproef is dat men tijdens deze fase van het nemen van steekproeven doelgericht kan zeggen waar eventuele problemen zijn en men kan hier dieper op ingaan. Aangezien er bij elke homogene subklasse deze berekening wordt losgelaten. Dit gebeurt niet met de eenvoudige, aselecte steekproef. Daar komt deze berekening pas aan het einde van de steekproef.

17

Page 18: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Tijdswinst/werkdruk

In Tabel 6 is er een uiteenzetting van verschillende methodes en de werklast die hier aan verbonden is. Waarbij 10 minuten per object is gerekend en 40 werkweken

Methode objecten per jaar

minuten per jaar

uren per jaar

uur per week

Huidige methode 7312 73120 1218,6 30,4Huidige methode met oprekking inspectietermijnen

4411 44110 735,1 18,3

Gestratificeerde steekproef 95% 1625 16250 270,8 6,7Gestratificeerde steekproef 90% 560 5600 93,3 2,3Enkelvoudige, aselecte steekproef 95 % 402 4020 67 1,6

Tabel 6 verschillende methodes uitgezet in aantal uren per week

Implementeren met ORS/Adlib

Museum Boerhaave stapt binnen niet afzienbare tijd over op een ander registratiesysteem, namelijk Adlib. De invoering van Adlib zal zomer 2011 voltooid zijn.

Momenteel gebruikt het Museum Boerhaave nu nog hun eigen ORS-systeem waarmee ze met Microsoft Acces een uitdraai maken. Eventueel is Microsoft Excel ook nog een mogelijkheid

Excel

linkerklik in een leeg werkblad een willekeurige cel aan• Typ in de formulebalk van =aselect()*(900-5)+1

Nu berekent Excel 1 toevalscijfer tussen 5 en 900 Kopieer de formule naar het aantal cellen dat overeenkomt met de steekproefomvang.

• Rond de cijfers eventueel af met behulp van ‘rechtermuisknop/celeigenschappen/getal/decimalen’

Acces

De query in Acces dient er als volgt uit te zien:SELECT top 3 object_nr, huidige_standplaatsFROM depotkamer_5WHERE object_nr != NULLORDER BY rnd

Adlib

Met behulp van Selectietaal kan men zoeken in depotkamer 5 en uit deze resultaten steekproefsgewijs 60 records wil selecteren. Dit kan met de volgende zoekvraag:

huidige_standplaats = "depotkamer 5" random 60 uniqueDeze zoekzin zoekt in het veld Huidige Standplaats (huidige_standplaats is de veldnaam daarvan) alle velden die gevuld zijn met depotkamer 5 en selecteert daarna steeksproefgewijs (random) 60 records, die niet herhaald kunnen worden (unique.)

Deze procedure staat uitgebreider beschreven in hoofdstuk 6.3.13 van de gebruikersgids die is bijgesloten bij de bijlagen

18

Page 19: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Pilotproject

Invoeren van een nieuwe methode gaat niet zonder slag of stoot. De praktijk en theorie kunnen ver van elkaar liggen. Ook kunnen in dit vroege stadium al snel fouten kunnen worden ontdekt en later aangepast. Daarnaast kan men al snel wennen aan de routine in het nemen van steekproeven

Daarom is een pilotproject voor het invoeren van steekproeven, ongeacht de keuze in steekproefmethode een goed idee.Omdat tijdens dit pilotproject ook de hele homogene subklasse moet worden onderzocht naderhand. Is het handig om een kleine homogene subklasse te nemen, waarbij het vlindermagazijn en de voorkamers hierbij de beste optie zijn, daar een klein aantal objecten zich bevinden. Waarbij het vlindermagazijn de voorkeur geniet aangezien de voorwerpen daar groter zijn, de populatie in totaal groter is.

Dit Pilotproject zal dezelfde fasen doorlopen als de standaard procedure, maar met verschil dat ALLE objecten die in deze homogene subklasse zaten ook worden gecontroleerd.

ConclusieDe huidige methodiek van Museum Boerhaave levert te veel werkdruk op voor de medewerkers van afdeling restauratie van Museum Boerhaave. Afdeling restauratie van Museum Boerhaave heeft als voornaamste voorwaarde dat maximaal 600 objecten per persoon per jaar kunnen worden gecontroleerd en dat men het liefst 95% zekerheid hanteert, indien niet mogelijk kan men afzakken tot 90%.

De voordelen van steekproefsgewijs surveyen heeft als groot voordeel dat de werkdruk aanzienlijk zal verminderen. Als nadeel heeft steekproefsgewijs surveyen dat het nooit een 100% controle is. Voorwerpen kunnen degraderen zonder dat men dat in de gaten heeft.

Belangrijke eisen van de steekproef zijn: validiteit en representatie van de populatie

Methode objecten per jaar

minuten per jaar

uren per jaar

uur per week

Huidige methode 7312 73120 1218,6 30,4Huidige methode met oprekking inspectietermijnen

4411 44110 735,1 18,3

Gestratificeerde steekproef 95% 1625 16250 270,8 6,7Gestratificeerde steekproef 90% 560 5600 93,3 2,3Enkelvoudige, aselecte steekproef 95 % 402 4020 67 1,6

Tabel 8 verschillende methodes uitgezet in aantal uren per week

De voordelen van steekproefsgewijs surveyen heeft als groot voordeel dat de werkdruk aanzienlijk zal verminderen. Als nadeel heeft steekproefsgewijs surveyen dat het nooit een 100% controle is. Voorwerpen kunnen degraderen zonder dat men dat in de gaten heeft.

19

Tabel 7 Vlindermagazijn en voorkamersStandplaats Populatie Steekproefomvang bij 95% Steekproefomvang bij 90%Vlindermagazijn 152 114 54Voorkamers 220 160 62

Page 20: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Bronvermelding

Literatuurlijst

Boeken

Bergevoet, F. (2000, juli). De steekproef als. ICN-Informatie , p. 2.

Keene, s. (2002). managing conservations in museums. Burlington: Elsevier Butterworth-Heineman.

Museum Boerhaave. (2000). Handleiding ORS voor de restauratieafdeling. leiden.

Ramer, B. (1989). Scottish museum council: A conservation Survey of museumcollections in Scotland. Edinburgh: Scottish museum counci.

Websites Hogeschool Gent. (n.d.). Retrieved 2011 15, januari, from

http://habe.hogent.be/stat/survey/steekproef.html#populatie

NIMK. (n.d.). Retrieved 2011 15, januari, from http://nimk.nl/collectie

Wynneconsult n.d.). Retrieved 2011 15, januari, from http://www.wynneconsult.com/root/HomePageKB012.htm#S

Beeldverantwoording

Tabel

1. Dool, G. v. Tabellen. Museum Boerhaave, Leiden.

2. Dool, G. v. Tabellen. Museum Boerhaave, Leiden.

3. Bergevoet, F. (2000, juli). De steekproef als. ICN-Informatie , p. 2.

4. Dool, G. v. Tabellen. Museum Boerhaave, Leiden.

5. Dool, G. v. Tabellen. Museum Boerhaave, Leiden.

6. Dool, G. v. Tabellen. Museum Boerhaave, Leiden.

7. Boon, M. Tabellen steekproeven. Museum Boerhaave, Leiden.

8. Boon, M. Tabellen steekproeven. Museum Boerhaave, Leiden.

9. Boon, M. Tabellen steekproeven. Museum Boerhaave, Leiden.

20

Page 21: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Afbeeldingen

VoorpaginaBoon, M. Groepsfoto Boerhaavianen. Museum Boerhaave, leiden

1. Botanicus, H. (n.d.). Hortus Botanicus. Retrieved mei 12, 2011, from http://www.hortus.leidenuniv.nl/index.php/organisatie/wie_is_wie

2. Lakenhal . (n.d.). Retrieved mei 23, 2011, from http://www.lakenhal.nl/activiteitendetail.php?id=65

3. Victoria and Albert Museum. (n.d.). Retrieved februari 21, 2011, from 3. http://www.vam.ac.uk/res_cons/conservation/conservation_staff/sculpture_staff/v_oakley/index.html

4. Abigail. (n.d.). Linkedinn. Retrieved mei 23, 2011, from 5. http://media01.linkedin.com/media/p/2/000/072/346/3fae8fe.jpg

5. Saskia Rutten. (n.d.). Linkedin. Retrieved mei 23, 2011, from 5. http://media.linkedin.com/mpr/pub/image-DtGTvJRIG2h25-8ksXDzvoQz-Z4Qe-dksOucvev7zkhUEvSx/saskia-rutten.jpg

6. Boon, M. Foto van interview. Museum Boerhaave, leiden

7. Wynneconsult (Hogeschool Gent). (n.d.). Retrieved februari 21, 2011, from 3. http://www.wynneconsult.com/root/HomePageKB012.htm#S

21

Page 22: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Bijlagen

Artikel ICN

22

Page 23: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Opzet onderzoek

December Januari Februari Maart April juni

1 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 6

2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 6

3 vakantie

4 vakantie

5

6 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 6

7 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 6

8

9

10 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 1,2

11 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk7,8

12

13

14

15 Hoofdstuk 4 eindredactie

16 Hoofdstuk 4 eindredactie

17

18

19

20

21

22 Interview Haags Historisch

Hoofdstuk 5

23 Hoofdstuk 5

24

26

27

28

29 Hoofdstuk 5

30 Hoofdstuk 5 eindredactie

31 Inleveren nog in te planneninterview RMO, Drents museum, volkenkunde, hortus, lakenhal, siebold, naturalis

23

Page 24: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Onbekend: stagedagen in 2e semester.

24

Page 25: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

opzet

Randvoorwaarden

de methode moet implementeerbaar zijn met het huidige ORS-systeem

de methode moet hanteerbaar zijn voor 1 restaurator bij een collectieomvang van 40.000 en groeiend.

◦ Maximaal 600 objecten kunnen worden gecontroleerd per jaar

de methode moet het liefst 95% zekerheid geven, anders 90%

methode moet objectief zijn

Vragen

Hoofdvraag

1. hoe kan museum Boerhaave in de toekomst zijn collectie op hanteerbare wijze steekproefsgewijs controleren op de conditie

evaluatie huidige situatie

1. Welke nauwkeurigheid gebruikt men nu?2. Welke medewerkers zijn hierbij betrokken?3. Welke problemen loopt men tegen op?4. Welke homogene groepen zijn nu aanwezig?

nieuwe methode:

1. aan welke eisen moet de nieuwe methode voldoen volgens afd Restauratie.2. waaraan moet een goede steekproef voldoen?

1. Hoe kan dit worden geïntroduceerd op de afdeling restauratie3. Wat is de huidige methode van onderzoeken op de afdeling restauratie1. welke homogene groepen kunnen het beste worden gebruikt

Informatie

Onderzoeksmodel

25

Externe interviews

Interne interviews

Literatuur-onderzoek

onderzoeksresultaten

Medewerkers museum boerhaave

analyseresultaaten

Aanbevelingen steekproeven

Page 26: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Bronvermelding

literatuur

Boeken

suzanne Keene: managing conservations in museums

Scottish museum council: A conservation Survey of museumcollections in Scotland

Simon J Knell: Museums and the future of collecting

John E. Simmons: Things great and small

Rebecca A Buck: The new musuem registration methods

Artikelen

Simon Knell, Suzanne Keene; Care of Collections

Sanne de Bruin: Eindscriptie

Interviews

toegezegd mee te werken

Extern

Gail de Boer (SHHM

Saskia Rutte (RMO)

Gerda van Uffelen (Hortus)

Rob Wolthoorn (Lakenhal)

Intern

Paul Steenhorst

Mara Scheelings

Nog geen reactie, wel benaderd

Sieboldhuis

Naturalis

Drents Museum

26

Page 27: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Indeling Hoofdstukken

1. Voorwoord

2. Inleiding

3. Evaluatie

1. Huidige methode

2. Problemen bij huidige methode

3. Advies

4. Nieuwe methode

1. welke methoden zijn aanwezig

2. Steekproeven

1. eisen steekproeven

2. eisen afdeling restauratie

5. Hoe te introduceren: steekproeven

1. Nieuwe werkwijze

2. Implementeren met ORS

6. Conclusie

7. Bronvermelding

8. Bijlagen

27

Page 28: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Uitgebreide procedure

PROCEDURE STEEKPROEFSGEWIJS UITVOEREN COLLECTIESURVEY Museum Boerhaave

Datum gemaakt: 12 mei 2011 Datum controle: 12 mei 2012

Gemaakt door:Michelle Boon (stagiaire afdeling Restauratie en

Presentatie)

Controle door: Hoofd afdeling Restauratie en Presentatie

Deze procedure is gemaakt met de bedoeling de survey die steekproefsgewijs wordt uitgevoerd te ondersteunen. Het is in belang van de survey dat men telkens de uivoer

Tijdens de collectiesurvey

Paul RestauratorTjeerd KlokrestauratorRobert medewerker afdeling restauratie en presentatieRick medewerker afdeling restauratie en presentatieGerdine medewerker InformatiecentrumDalila medewerker InformatiecentrumMara medewerker Informatiecentrum

De procedure bestaat uit 3 stappen onderverdeeld in 6 fasen:

Stap 1: Voorbereidingen Survey

Stap 2: Survey uitvoeren

Stap 3: Survey invoeren in registratiesysteem

0

Page 29: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Stap 1: Voorbereidingen Survey

TAAK WIE

Maandelijks uitdraaien random lijst van objecten en geven aan een medewerker afdeling Restauratie en Presentatie.

Met Adlib, Acces of Excel

Gerdine medewerker InformatiecentrumDalila medewerker InformatiecentrumMara medewerker Informatiecentrum

Afspraak maken met depotbeheerders voor toegang depot (indien men de survey gaat uitvoeren in een beider depotruimtes)

Paul RestauratorTjeerd KlokrestauratorRobert medewerker afdeling restauratie en

presentatieRick medewerker afdeling restauratie en

presentatie

Stap 2: Survey uitvoeren

TAAK WIE

Controleren van objecten Paul RestauratorTjeerd Klokrestaurator

Aftekenen van de uitgedraaide lijst van objectenEventueel met handheld scanner

Paul RestauratorTjeerd Klokrestaurator

Actielijst van objecten maken die restauratie of conservering nodig hebben

Paul RestauratorTjeerd Klokrestaurator

Afgetekende lijst van objecten maandelijks terugkoppelen aan informatiecentrum

Paul RestauratorTjeerd Klokrestaurator

Mocht er tijdens de survey blijken dat in 1 bepaalde ruimte veel objecten niet in goede staat zijn aangetroffen, dan dient me deze subklasse in zijn geheel te onderzoeken

Paul RestauratorTjeerd Klokrestaurator

Stap 3: Na de survey

1

Page 30: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

TAAK WIE

Survey invoeren in registratiesysteem Gerdine medewerker InformatiecentrumDalila medewerker InformatiecentrumMara medewerker Informatiecentrum

Actielijst van objecten die restauratie/conservering nodig hebben inplannen

Paul RestauratorTjeerd Klokrestaurator

Actielijst van objecten die restauratie/conservering nodig hebben restaureren en conserveren volgens planning

Paul RestauratorTjeerd Klokrestaurator

EindverslagAls alle voorwerpen van de steekproefomvang aan bod zijn gekomen dient men een eindverslag

hierover te maken

TAAK WIE

Berekening maken

Aantal objecten∈goede staatsteekproefomvang

=% objectendat∈goede conditie bevindt

Paul RestauratorTjeerd KlokrestauratorGerdine medewerker

InformatiecentrumDalila medewerker

InformatiecentrumMara medewerker

InformatiecentrumEventuele knelpunten hieruit voortvloeiend oplossenZoals bijvoorbeeld Veel objecten uit 1 of meerdere subklassen in slechte staat zijn

Mocht er tijdens de survey blijken dat in 1 bepaalde ruimte veel objecten niet in goede staat zijn aangetroffen, dan dient me deze subklasse in zijn geheel te onderzoeken

Paul RestauratorTjeerd KlokrestauratorRobert medewerker afdeling

restauratie & presentatieRick medewerker afdeling

restauratie& presentatie

2

Page 31: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Hoofdstuk 6.3 uit gebruikersgids

De Selectietaal

Afbeelding 0.1: De Selectietaal, voor complexe zoekopdrachten.Als u in uw database wilt zoeken naar bepaalde gegevens, dan zult u daarvoor vaak het zoekingangenmenu in de Zoekassistent gebruiken. Voor niet al te moeilijke zoekopdrachten biedt de Zoekassistent dan ook meer dan voldoende mogelijkheden. In de selectietaal kunt u echter meer complexe vragen gebruiken, die u in een speciaal zoekvenster, de Selectietaal, invoert. U kunt meerdere zoekopdrachten combineren en in één zoekvraag opgeven. Ook kunt u op niet-geïndexeerde velden zoeken – dit vergt wel tijd, omdat Adlib hiervoor sequentieel de database doorzoekt – en op termen uit de vervolgkeuzelijsten van enumeratieve velden (zoals dat met de Zoekassistent overigens ook kan).

Klik op de knop Selectietaal, druk op Ctrl+F of kies de opdracht Selectietaal in het menu Zoek om de Selectietaal te openen. U kunt de selectietaal bijna overal in Adlib openen. U zoekt altijd in de database of dataset die u in Stap 1 van de Zoekassistent hebt geselecteerd.

Uw zoekopdracht geeft u op in het invoervak Zoekzin. Om ervoor te zorgen dat Adlib uw zoekzin op de juiste manier interpreteert, moet deze opgesteld zijn in een speciaal daarvoor ontwikkelde, ondubbelzinnige taal. De grammatica van deze selectietaal is eenvoudig en rechtlijnig. Een enkelvoudige zoekzin bestaat altijd uit de volgende drie onderdelen:

veld vergelijkingsteken veldwaarde

U kunt uw zoekzin direct typen, maar het is gemakkelijker om deze samen te stellen met behulp van de drie keuzelijsten. Kies als eerste een veldnaam uit de lijst Velden door te dubbelklikken op het

3

Page 32: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

gewenste veld. De veldnaam wordt automatisch in het vak Zoekzin geplaatst. U kunt in de lijst Velden zoeken met behulp van de schuifbalk of door de eerste letter van het gezochte veld te typen (nadat u eerst eenmaal op een willekeurig veld hebt geklikt).

Dubbelklik nadat u een veld hebt gekozen op een van de tekens in de lijst Vergelijking; het vergelijkingsteken wordt automatisch achter de veldnaam in Zoekzin toegevoegd. De cursor is nu verplaatst naar het einde van de zoekzin. Vul de waarde in waarmee u wilt zoeken.

U kunt wisselend een item uit een lijst kiezen en dan weer zelf typen. Let erop dat u niet de Nederlandstalige termen voor de vergelijkingstekens in de zoekzin invoert, maar gebruik de symbolen die Adlib invoegt als u dubbelklikt op de vergelijkingstekens in de lijst. Enkele voorbeelden van enkelvoudige zoekzinnen zijn:

auteur = adams*objectnaam = lepelaantal <= 5titel _ jakhals

De derde keuzelijst bevat Booleaanse operatoren. Hiermee kunt u complexe selecties maken door met meervoudige zoekzinnen zoekopdrachten te combineren.

Velden

De lijst met veldnamen die wordt getoond in de selectietaal komt uit de database-definitie van het bestand waarin u zoekt. Deze namen kunnen dus verschillen van de namen zoals deze bij het invoeren van records verschijnen vóór de invoervakken.Het meest voorkomende verschil is het gebruik van een onderstrepingsteken tussen woorden. De veldnaam bijvoorbeeld, kan op het invulformulier Begeleidend materiaal zijn, maar kan in de database Begeleidend_materiaal heten. Dit komt doordat de programmeertaal spaties tussen woorden niet ondersteunt en deze de woorden anders voor afzonderlijke velden aanziet. Een ander veelvoorkomend verschil is dat de woordvolgorde in de naam is omgedraaid.

Als een veld wel op een tabblad voorkomt maar niet in de lijst Velden in Selectietaal, dan is dit veld niet in de database gedefinieerd maar alleen op schermniveau. Het Bibliotheek-veld [display_only] daarentegen kan wel voorkomen in de veldenlijst maar wordt alleen intern gebruikt om samengestelde teksten te genereren op het tabblad Cataloguskaart in de detailweergave van records.De beschikbare velden verschillen uiteraard per applicatie.

is-vergelijkingen

Door middel van zoekopdrachten stelt u vragen over de inhoud van een veld. U wilt bijvoorbeeld weten welke boeken door Battus zijn geschreven. Dan wilt u dus de inhoud van een veld op een bepaalde manier vergelijken met een waarde.

Kies eerst een veld uit de lijst Velden, in het Boeken-bestand in Bibliotheek bijvoorbeeld auteur. Kies vervolgens een Vergelijking, dat wil zeggen: hoe Adlib het veld moet vergelijken met de opgegeven waarde, bijvoorbeeld is. Ten slotte vult u de zoekzin aan met de veldwaarde, die staat voor de waarde waarmee u het veld wilt vergelijken, bijvoorbeeld battus. Als deze syntaxis (veld vergelijking waarde) niet gevolgd wordt, zal Adlib een foutmelding geven (zie Afbeelding 0.2).

4

Page 33: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Afbeelding 0.2: De zoekzin voldoet hier niet aan de vereiste syntaxis. Maak een andere zoekzin.Als u bijvoorbeeld wilt weten voor welke records de titel gelijk is aan valentijn dan kiest u voor Vergelijking: is (of u vult zelf in de zoekzin een =-teken in, of de vergelijkingsterm equals). De volledige zoekzin wordt dan:

titel = valentijn

Stel deze vraag samen in het vak Zoekzin en druk op Enter of klik op de knop Zoeken, om de opdracht uit te voeren. In het vak Set(s) wordt de zoekzin en het resultaat ervan opgenomen in een lijst. (Voer nog een zoekzin uit en de lijst breidt zich uit.)Het aantal records dat aan uw selectiecriterium voldoet, staat onder Treffers. In dit voorbeeld is het er maar één (zie Afbeelding 0.3).

U kunt het zoekresultaat in een normaal lijstscherm (of detailscherm) tonen door te dubbelklikken op de betreffende set.

5

Page 34: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Afbeelding 0.3: Een zoekzin is uitgevoerd.

Zoeken op meerdere termen

Een andere vraag die u zou kunnen stellen is: in welke boektitel komen de woorden weer en is voor? We nemen even aan dat de betreffende veldnaam titel is. In dat geval wordt de zoekzin in de selectietaal:

titel = "weer is"

De woorden dienen dan wel tussen dubbele aanhalingstekens te staan, dit om aan te geven dat ze samen de te zoeken waarde vormen. Gezocht zal worden op titels met daarin de woorden weer en is, waarbij de volgorde waarin de woorden zijn opgegeven er niet toe doet. Dit wil zeggen dat bijvoorbeeld ook “Steenkool is weer onmisbaar” gevonden zal worden. U kunt ook termen opnemen waarin aanhalingstekens voorkomen:

samenvatting = "ontluist’rend verdichtsel"

U kunt op deze manier zoeken in velden met een woordindex.

Net als in het zoekformulier vindt in de selectietaal geen automatische truncatie plaats. Om te kunnen trunceren moet u een sterretje (*) of een slash (/) gebruiken. Dat is ook mogelijk als u op meerdere termen in één occurrence zoekt:

titel = "boer* buiten"

Als er aan het einde van uw zoeksleutel al letterlijke schuine streepjes of asterisks voorkomen, zoals in http://, dan gelden de volgende regels:-Als u getrunceerd wilt zoeken op een zoeksleutel die eindigt op één of meer letterlijke schuine streepjes of asterisks dan moet u het andere truncatieteken erachter invoeren, bijvoorbeeld: als u getrunceerd wilt zoeken op http:/ dan moet u http:/* invoeren, terwijl u voor getrunceerd zoeken op bijvoorbeeld *1*2* juist *1*2*/ moet invoeren.- Als u ongetrunceerd wilt zoeken op een zoeksleutel die eindigt op één of meer letterlijke

6

Page 35: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

schuine streepjes of asterisks dan moet u het laatste teken verdubbelen, bijvoorbeeld: als u ongetrunceerd wilt zoeken op http:// dan moet u http:/// invoeren.

Als u in Bibliotheek wilt weten waar auteursvelden voorkomen die niet gevuld zijn, dan gebruikt u de volgende zoekzin:

auteur = “”

Het tegenovergestelde; alle records met auteursvelden die gevuld zijn, vindt u met de volgende zoekzin:

auteur = *

Met de knop Kopieer kunt u een zoekzin van één van uw gemaakte sets kopiëren naar het invoervak Zoekzin, bijvoorbeeld als u een eerder gemaakte zoekzin wilt uitbreiden.

Met de knop Sorteer kunt u een bepaalde sortering aanbrengen in een set. Zie hoofdstuk en Error: Reference source not found over sorteren.

Andere vergelijkingen

De zoekacties die we tot nu toe hebben beschreven zou u ook met de andere zoekschermen kunnen uitvoeren, maar de selectietaal biedt meer mogelijkheden. Naast de voorwaarde "is gelijk aan" (=of equals) biedt de selectietaal ook nog de volgende vergelijkingen:

Vergelijking : Vergelijkingsteken/term

groter (dan) >of greaterkleiner (dan) <of smallergroter (dan) of gelijk (aan) >=of fromkleiner (dan) of gelijk (aan) <=of to

bevat _ (een onderliggend streepje omgeven door spaties) of containsnauwere narrowergeneriek genericgerelateerd relatedalle bredere parentsbreedste topterm

Contains

De vergelijking “bevat”betekent dat gezocht wordt naar de waarde op een willekeurige plaats in het veld, bijvoorbeeld:

titel contains hand

Adlib zal zoeken naar alle titels waarin ergens de lettercombinatie hand voorkomt. Dus naast het losse woord “hand” worden bijvoorbeeld ook gevonden: handeling, ovenhandschoen, schandaal, etc. Als uw bestand groot is, zal deze zoekactie wel veel tijd kosten, omdat Adlib sequentieel alle records doorloopt en niet van een index gebruik kan maken.

U kunt ook zoeken op aaneengesloten spaties. Wilt u bijvoorbeeld weten of er in titels per ongeluk dubbele spaties zijn gebruikt, zoek dan op twee spaties door er dubbele aanhalingstekens omheen te plaatsen:

titel contains “ ”

Als u in dit voorbeeld de dubbele aanhalingstekens tegen elkaar aan plaatst, zonder spatie(s) ertussen, dan zoekt u records waarin dit veld leeg is.

7

Page 36: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Als u juist alle records wilt selecteren waarin een bepaald veld níet een bepaalde waarde heeft, dan kunt u dat bijvoorbeeld als volgt doen:

priref = * and not titel contains kogel

De zoekzin zoekt alle records via het recordnummer (priref) waarbij in de titel niet het woord “kogel” voorkomt. (In plaats van priref kunt u overigens ook de tag%0 gebruiken.)

De zoekterm na contains wordt automatisch links en rechts getrunceerd. Gebruik dus geen * of /.

Als u juist wilt zoeken op titels die een asterisk bevatten, omsluit die dan door dubbele aanhalingstekens, bijvoorbeeld:

titel contains “*”

Verder kunt u zoeken op een enkel aanhalingsteken via bijvoorbeeld:

titel contains “’”

Op analoge wijze zoekt u op / of andere bijzondere tekens. Alleen op een dubbel aanhalingsteken zoekt u door het dubbele aanhalingsteken te omringen door enkele aanhalingstekens, bijvoorbeeld:

titel contains ‘”’

>, <, >=, en <=

U kunt niet van alle velden vaststellen of ze groter of kleiner zijn dan een opgegeven waarde. Zo kunt u van een titelveld niet vragen of het groter is dan een getal, behalve wanneer dat getal een getal uit de titel betreft. Gebruik >, <, >=, en <= bij voorkeur voor het vergelijken van datums of getallen, bijvoorbeeld:invoerdatum from 2001-01-01 AND invoerdatum to 2001-12-31

Datums in de selectietaal mag u invoeren als jjjj-mm-dd of dd/mm/jjjj.

Merk op dat er in sommige applicaties, zoals Museum, velden zijn waarin u een datum kunt invullen (volledig of gedeeltelijk, en/of met tekst), terwijl dit geen datumvelden maar tekstvelden zijn in de datadictionary. Voor deze velden betekent dit dat u niet op de juiste manier op datums kunt zoeken via >, <, <=, en >=. U moet op deze velden zoeken zoals u op tekst zoekt.

Narrower

De vergelijking narrower gebruikt u in de selectietaal in een validatiebestand, of in een catalogus die is gekoppeld aan een validatiebestand via het veld waarop u zoekt. Het gaat dan om validatiebestanden waarin termen hiërarchisch gedefinieerd (kunnen) zijn via gerelateerde termen; dit zal vooral op de thesaurus slaan. Als u in een bestand zoekt met narrower, dan zoekt u op een term en alle nauwere termen die daarvoor gedefinieerd kunnen zijn. Op bijvoorbeeld het veld titel kunt u dus niet zoeken met narrower maar op trefwoord (Bibliotheek), objectnaam (Museum), onderwerpen (Archief), of term (Thesaurus) dus wel, bijvoorbeeld:

objectnaam narrower doos

vindt alle records met ‘doos’ maar ook alle records met termen die onder de term ‘doos’ vallen (specifieker zijn), bijvoorbeeld:

BREDERE TERM (ZOEK)TERM NAUWERE TERMENContainer

Dooslintendoosmessendooshoedendoos

8

Page 37: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

verfdoosschoenendoos

In dit voorbeeld worden records gevonden waarin een of meerdere van de bovenstaande objectnamen voorkomen, behalve Container omdat dat een bredere term van Doos is, en narrower vindt alleen de records met de term zelf of met nauwere termen.

Generic

De vergelijking generic gebruikt u in de selectietaal in een validatiebestand, of in een catalogus die is gekoppeld aan een validatiebestand via het veld waarop u zoekt. Het gaat dan om validatiebestanden waarin termen hiërarchisch gedefinieerd (kunnen) zijn via gerelateerde termen; dit zal vooral op de thesaurus slaan. Als u in een bestand zoekt met generic, zoekt u op alle één niveau bredere termen van de zoekterm en alle nauwere termen daaronder tot en met het laagste niveau, die daarvoor gedefinieerd kunnen zijn. Op bijvoorbeeld het veld titel kunt u dus niet zoeken met generic maar op trefwoord (Bibliotheek), objectnaam (Museum), onderwerpen (Archief), of term (Thesaurus) dus wel, bijvoorbeeld:

objectnaam generic doos

vindt alle records die hiërarchisch aan de term ‘doos’ zijn gerelateerd, bijvoorbeeld:

BREDERE TERM (ZOEK)TERM NAUWERE TERMENContainer

Dooslintendoosmessendooshoedendoosverfdoosschoenendoos

In dit voorbeeld worden alle records gevonden waarin een of meerdere van de bovenstaande objectnamen voorkomen (breder én nauwer).

Related

De vergelijking related gebruikt u in de selectietaal in een validatiebestand, of in een catalogus die is gekoppeld aan een validatiebestand via het veld waarop u zoekt. Het gaat dan om validatiebestanden waarin termen hiërarchisch gedefinieerd (kunnen) zijn via gerelateerde termen; dit zal vooral op de thesaurus slaan. Als u in een bestand zoekt met related, dan zoekt u op de term zelf en alle daarvoor in het vak Related Term gespecificeerde gerelateerde termen op hetzelfde niveau. Op bijvoorbeeld het veld titel kunt u dus niet zoeken met Related maar op trefwoord (Bibliotheek), objectnaam (Museum), onderwerpen (Archief), of term (Thesaurus) dus wel, bijvoorbeeld:

objectnaam related sinaasappelsap

vindt alle records die hiërarchisch aan de term ‘sinaasappelsap’ zijn gerelateerd, bijvoorbeeld: appelsap of ananassap.

Topterm

De vergelijking topterm gebruikt u in een validatiebestand, of in een catalogus die is gekoppeld aan een validatiebestand via het veld waarop u zoekt. Het gaat dan om validatiebestanden waarin termen hiërarchisch gedefinieerd (kunnen) zijn via gerelateerde termen; dit zal vooral op de thesaurus slaan. Als u in een bestand zoekt met topterm, dan zoekt u op de breedste term(en) van alle bredere termen van de opgegeven term, die voor die opgegeven term gedefinieerd kunnen zijn,

9

Page 38: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

of de term zelf als bredere termen ontbreken. U zoekt dus niet op de term die u opgeeft maar op diens breedste term(en), de zogenaamde toptermen; alleen als de opgegeven term geen bredere termen heeft, dan wordt de opgegeven term de zoekterm. Op bijvoorbeeld het veld titel kunt u dus niet zoeken met topterm maar op trefwoord (Bibliotheek), objectnaam (Museum), onderwerpen (Archief), of term (Thesaurus) dus wel. Met bijvoorbeeld:

objectnaam topterm hoedendoos

vindt u in het onderstaande voorbeeld alle records met ‘Container’. Als ‘Container’ een equivalente term zou hebben, dan zou ook daarop worden gezocht. Er wordt dus niet gezocht op de zoekterm zelf als deze een of meer bredere termen heeft. (Duplicaten worden automatisch uit het zoekresultaat verwijderd.)

breedste term “middel” term nauwere termen

ContainerDoos

lintendoosmessendooshoedendoosverfdoosschoenendoos

Parents

De vergelijking parents gebruikt u in een validatiebestand, of in een catalogus die is gekoppeld aan een validatiebestand via het veld waarop u zoekt. Het gaat dan om validatiebestanden waarin termen hiërarchisch gedefinieerd (kunnen) zijn via gerelateerde termen; dit zal vooral op de thesaurus slaan. Als u in een bestand zoekt met parents, dan zoekt u op alle bredere termen van de zoekterm (inclusief de zoekterm) die daarvoor gedefinieerd kunnen zijn. Op bijvoorbeeld het veld titel kunt u dus niet zoeken met parents maar op trefwoord (Bibliotheek), objectnaam (Museum), onderwerpen (Archief), of term (Thesaurus) dus wel, bijvoorbeeld:

objectnaam parents hoedendoos

vindt in het onderstaande voorbeeld alle records met ‘Container’, ‘Doos’, of ‘hoedendoos’. Als ‘Container’ en/of ‘Doos’ een equivalente term zouden hebben, dan zou ook daarop worden gezocht. (Duplicaten worden automatisch uit het zoekresultaat verwijderd.)

10

Page 39: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

breedste term “middel” term nauwere termen

ContainerDoos

lintendoosmessendooshoedendoosverfdoosschoenendoos

Tags

In plaats van hele veldnamen uit de Veldenlijst te kiezen of zelf in te voeren in het vak Zoekzin, kunt u ook Adlib-tags gebruiken, zodat u uw zoekzinnen wat korter maakt. Elk veld dat in Adlib gebruikt wordt, heeft een tag, een tweeletterige code. Als u van een bepaald veld de tag niet weet, kunt u deze opvragen als u een nieuw record aan het invoeren bent, een bestaand record wijzigt, of wanneer u in de selectietaal zit. Plaats de cursor in het betreffende veld (of selecteer in de selectietaal in de lijst Velden een veld), open via rechtsklikken het snelmenu en kies de optie Eigenschappen. Het venster Field properties opent met daarin allerlei gegevens over het actieve veld. Zo is bijvoorbeeld de tag van het Boekendatabase-veld auteur: au, van het Fondsbestand-veld beschrijving.referentie: GC, en van de objectcatalogus het veld objectnaam: OB. Tags zijn hoofdlettergevoelig; schrijf ze in zoekvragen precies zoals ze in de database gedefinieerd zijn.

Opmerking: op het tabblad Link info in het venster Field properties lijken lange systeempaden niet geheel afgebeeld, want ze worden aan de rechterkant afgekapt. Maar als u de muiswijzer boven een gedeeltelijk weergegeven pad plaatst, verschijnt een tooltip met daarin het hele pad. Ook kunt u op het pad klikken en dan met de cursor naar het begin of einde van het pad schuiven met de pijltjestoetsen. U kunt hier niet invoeren.

Woord- en termindexen of het hele record

Als u de inhoud van een veld ergens mee wilt vergelijken is het van belang welk soort index voor dit veld gedefinieerd is. Bij een termindex moet u in principe als zoeksleutel de volledige indexterm opgeven omdat die ook als een geheel is opgeslagen. Bij een auteursveld betekent dat dus bijvoorbeeld Wolkers, J.. Als er in de zoeksleutel spaties voorkomen, moet u bovendien het hele begrip tussen dubbele aanhalingstekens plaatsen. Dat is allemaal bewerkelijk, terwijl het heel waarschijnlijk is dat u met alleen de beginletters ook al zou kunnen vinden wat u zoekt. Daarom biedt Adlib ook voor op termen geïndexeerde velden de mogelijkheid de zoeksleutel te trunceren, bijvoorbeeld: auteur = wolk*

Ook bij woordindexen kunt u trunceren. Adlib zal zoeken op alle woorden in het veld, ook korte woordjes zoals lidwoorden.

Adlib kan in (op woord of term) geïndexeerde velden bijzonder snel zoeken. Het zoeken op niet-geïndexeerde velden gebeurt veel langzamer. U kunt dit vergelijken met het zoeken van informatie in een boek waarin geen index of inhoudsopgave voorkomt. Bij het ontbreken van een index moet Adlib alle records in de database lezen en controleren of aan de voorwaarde is voldaan. Ook de vergelijking contains kost veel meer tijd dan het zoeken met de andere genoemde vergelijkingen. U kunt een zoekactie overigens altijd onderbreken door op een willekeurige toets te drukken.

Naast de veldnamen in uw database kunt u ook nog een bijzondere “veldnaam” gebruiken: record. Dit veld komt niet expliciet in uw bestand voor. Het is een samenbundeling van alle velden in een record. Daarmee kunt u controleren of een bepaalde reeks tekens ergens in de velden van het record voorkomt, bijvoorbeeld: record contains feest. Dit is de meest uitgebreide, maar ook de meest langzame manier van zoeken.

11

Page 40: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Er bestaat ook een zoekzin om alle records in het bestand op te nemen in een set: ALL . Dit is een handige en snelle methode om erachter te komen hoeveel records er daadwerkelijk in een bestand zitten.

Domeinen

In sommige validatiebestanden zoals de Thesaurus en Personen en instellingen zijn de gegevens nader gespecificeerd middels het gebruik van domeinen. Zo kan een persoon in Personen en instellingen in principe bijvoorbeeld zowel auteur zijn als vertaler, en auteur en vertaler kunnen dan als domeinen gedefinieerd zijn in de database. Of een persoon is uitgever, en dat is dan ook een apart domein. In elk term- of naamrecord kunnen één of meer domeinen aan die term of naam gekoppeld worden.

Als u binnen een domein in de huidige database wilt zoeken, dan ziet de zoekzin er als volgt uit:

veldnaam vergelijkingsteken domeinValue::zoekwaarde

Het is wel nodig dat het veld waarop u hier zoekt geïndexeerd is (met inbegrip van de domeinen). Merk ook op dat niet alle velden waarop u kunt zoeken via de selectietaal, geïndexeerd zijn, maar de velden met domeinen zijn dat meestal wel.

Als u in de Thesaurus bijvoorbeeld wilt zoeken naar alle records waarvan de term met een “u” begint en een plaats is, dan wilt u alleen in het domein place (plaats) zoeken. Zo vindt u dan in principe geen namen van provincies of landen, of heel andere termen:

term = place::u*

Merk op dat omdat een term aan meerdere domeinen gekoppeld kan zijn, de bovenstaande zoekvraag bijvoorbeeld ook de term Utrecht kan vinden die zowel geïndexeerd is met het domein place, als met het domein provence.

De domeinnamen die u kunt gebruiken vindt u in de database setup in Designer, op het eigenschappentabblad Enumeration values van het domeinveld, in de kolom Value van de statische enumeratieve lijst. U kunt dus niet (!) gebruik maken van de vertaalde domeinnamen zoals u die ook tegenkomt in de keuzelijst Soort term van een termrecord of Soort naam van een naamrecord, in bewerkingsmodus.

Sets en pointerfiles

In een set zitten de gevonden records (of eigenlijk de verwijzingen daarnaar) na het uitvoeren van een zoekzin. In een zogenaamde pointerfile wordt de zoekzin bewaard met eventueel de recordnummers die voldoen aan die zoekzin.

Naarmate u meer zoekopdrachten hebt gegeven, zal het vak Set(s) in Selectietaal gevuld raken met meer sets. Onder normale omstandigheden zal Adlib deze sets bewaren tot u het programma beëindigt of een andere dataset opent. U kunt dus ook nog gebruik maken van de andere zoekmethoden zonder dat u de sets verliest. U kunt de afzonderlijke sets wissen door de betreffende set te selecteren en op Delete te drukken.

Om Adlib opdracht te geven opnieuw te zoeken naar een set in de lijst kunt u de betreffende set selecteren en vervolgens op Kopieer klikken om de zoekzin weer in het gelijknamige vak te plaatsen. Om bij het combineren van zoekzinnen de samengestelde zoekopdracht niet te lang te maken kunt u ook naar reeds aanwezige sets verwijzen via:

set nummer

U vervangt nummer daarbij door het nummer dat voor de gewenste set staat. Deze verwijzingen kunt u dus opnemen in zoekzinnen, bijvoorbeeld:

(set 1 AND set 2) AND NOT objectnaam = auto*

12

Page 41: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Set 1 en 2 moeten dus al bestaan in het vak Set(s). Voer de samengestelde zoekzin uit en de nieuwe set wordt toegevoegd aan de lijst.

U kunt sets ook bewaren voor een volgende sessie. Selecteer de gewenste set en klik op Schrijf set. Adlib zal de set dan in een pointerfilebewaren. Het venster Schrijf set opent, waarin u het nummer van de te maken pointerfile en een titel kunt opgeven. Het nummer moet uniek zijn, en het is verstandig om de titel zo te formuleren dat de zoekzin makkelijk herkenbaar is. Als u een reeds bestaand nummer opgeeft, vraagt Adlib of de oude pointerfile moet worden overschreven. U kunt deze dan overschrijven met de nieuwe gegevens (de oude gaan verloren), of een nieuw nummer toekennen. Als u geen nummer invult, kent Adlib automatisch een nummer toe.

Klik in de Selectietaal op Pointerfiles om de opgeslagen set weer op te vragen. Het venster Pointerfiles opent met een lijst van alle beschikbare bestanden. Als u niet meer weet welk bestand uw zoekvraag bevat, selecteer dan een pointerfile en klik op Eigenschappen. In het venster Pointerfile-eigenschappen dat dan opent, vindt u op het tabblad Algemeen onder andere de zoekvraag voor die pointerfile. Dubbelklik in het venster Pointerfiles op de gewenste pointerfile om de set naar Set(s) in Selectietaal te kopiëren. Op dat moment wordt de zoekvraag die voor het opslaan van de pointerfile resulteerde in die set niet opnieuw uitgevoerd! Als u dubbelklikt op de set in het vak Set(s) toont Adlib de records die werden gevonden op het moment dat u de oorspronkelijke zoekzin had opgegeven. Dit is een goede methode om tijdrovende zoekvragen snel opnieuw op het scherm te krijgen zonder dat de zoekzin opnieuw wordt uitgevoerd.

U kunt pointerfiles ook opvragen via de knop Pointerfiles, als het zoekingangenmenu in de Zoekassistent actief is:

Als u dan de gewenste pointerfile selecteert en op Selecteer klikt of op Enter drukt, dan toont Adlib direct de records die horen bij de geselecteerde pointerfile. De Selectietaal krijgt u zo dus niet te zien.

Klik in het venster Pointerfiles op de knop Profile om de zoekzin uit een geselecteerde pointerfile opnieuw uit te voeren. Zo actualiseert u de zoekresultaten in vroeger opgeslagen sets. U wordt direct gevraagd onder welke naam de geactualiseerde set moet worden opgeslagen.

Als u het in een pointerfile opgeslagen zoekresultaat wilt opnemen in een nieuwe zoekvraag, kunt u in het invoervak Zoekzin direct naar de pointerfile verwijzen via:

pointernummer

(Vul voor nummer het gewenste poinerfilenummer in.)Om een pointerfile te verversen kan in de selectietaal de volgende zoekzin worden ingevoerd:

profilenummer

De zoekzin wordt in het vak Set(s) getoond, maar wordt ook opnieuw op de database uitgevoerd.

U kunt records bewaren door in de selectietaal op de knop Schrijf set te klikken, maar u kunt records ook vanuit het lijstscherm bewaren via:

Deze knop is beschikbaar wanneer u records gemarkeerd hebt; u bewaart in de set dan ook alleen de gemarkeerde records. De opdracht Profile kunt u voor deze pointerfiles echter niet gebruiken, omdat Adlib geen zoekzin kan bewaren als u enkele records uit een lijst hebt gemarkeerd. Het verschil tussen deze twee methoden van bewaren, is te zien in het venster Pointerfiles. Selecteer een pointerfile en

13

Page 42: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

klik op Eigenschappen. De “zoekzin” van pointerfiles die bestaan uit een met de hand gemaakte selectie (door markeren van records) begint met /*.

Lege pointerfiles kunt u in twee gevallen bewaren:

Wanneer u in de selectietaal een zoekopdracht opgeeft en uitvoert, en er worden geen records gevonden, dan kunt u de resulterende set toch als pointerfile opslaan.

Wanneer een Profile van een reeds eerder opgeslagen pointerfile (dit keer) geen records oplevert, dan kunt u het nieuwe resultaat evengoed in de pointerfile bewaren.

14

Page 43: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

In beide gevallen zal de pointerfile na opslaan dus alleen nog de zoekopdracht bevatten, en geen verwijzingen naar records. Zo kunt u uw pointerfiles bijwerken en opnieuw opslaan wanneer ú dat wilt, zelfs bij een leeg zoekresultaat. En de zoekopdracht blijft behouden.

Uitgebreide selecties

Het is niet ondenkbaar dat u voorwaarden wilt combineren. Bijvoorbeeld om te zoeken naar alle boeken met het woord hond in de titel die geschreven zijn door Jan Wolkers. Daartoe kunt u twee of meer voorwaarden combineren door beide voorwaarden in te voeren met daartussen een opdracht die aangeeft hoe u de voorwaarden wilt combineren (met Booleaanse operatoren, zie hoofdstuk Error: Reference source not foundError: Reference source not found). Wilt u dat aan beide voorwaarden wordt voldaan, zet dan de opdracht AND tussen de voorwaarden. Is het voldoende dat aan één van de voorwaarden wordt voldaan, maar mogen ze ook beide waar zijn, dan verbindt u de voorwaarden met de opdracht OR.

Sets

Om voorwaarden te combineren kunt u eerst de beide voorwaarden afzonderlijk invoeren. In Bibliotheek bijvoorbeeld:

titel = hond

auteur = wolkers*

Dit resulteert in twee sets. Wanneer u sets combineert, wordt in feite een nieuwe zoekzin opgebouwd, waarna deze kan worden uitgevoerd. Het resultaat komt terecht in een nieuwe set.

U kunt deze twee sets nu combineren via:

set 1 or set 2

(U kunt de Booleaanse operator kiezen uit de lijst Booleaanse vergelijking, maar u kunt or ook zelf invoeren. Het maakt niet uit of u Booleaanse operatoren in kleine letters of in hoofdletters gebruikt.)

U krijgt dan een lijst van alle boeken die geschreven zijn door Wolkers en/of waarvan in de titel het woord hond voorkomt. Om alleen de boeken te vinden die door Wolkers zijn geschreven en die bovendien het woord “hond” in de titel hebben, geeft u als zoekopdracht:

set 1 and set 2

In de lijst met sets ziet u dat de zoekzinnen met 'set' automatisch vertaald worden naar zoekzinnen met de uitgewerkte voorwaarden. Uiteraard kunt u bij het invoeren van voorwaarden ook deze schrijfwijze gebruiken. Het combineren van sets gaat echter vlugger dan met uitgeschreven voorwaarden.

+ - ,

In plaats van de woorden AND en OR kunt u een +-teken, respectievelijk een komma gebruiken. Een - teken (met spaties aan beide zijden) kunt u in plaats van AND NOT gebruiken. Dit is echter alleen mogelijk als u meerdere waarden in één veld wilt opzoeken, bijvoorbeeld:

auteur = bak* + be* is hetzelfde als:

auteur = bak* AND auteur = be*

en

auteur = bak* , be* is hetzelfde als:

auteur = bak* OR auteur = be*

AND NOT (NAND)

Naast AND en OR kunt u sets combineren met AND NOT. Deze zogenaamde negatieve selecties

15

Page 44: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

kunnen niet in enkelvoudige zoekzinnen gebruikt worden, zoals:

NOT auteur fout: Adlib leest NOT nu als veldnaam

auteur = NOT bak* fout: Adlib leest NOT nu als auteurs-achternaam, dus als veldwaarde

In negatieve selecties maakt u dus gebruik van and not of nand. Daarmee geeft u aan dat de eerste voorwaarde waar moet zijn en tegelijkertijd de tweede voorwaarde onwaar. Bijvoorbeeld:

auteur = wolkers* nand titel = hond

Hiermee vindt u alle boeken van Wolkers waar in de titel niet het woord “hond” voorkomt.

all NAND auteur = “”

Adlib zoekt naar alle records waarin het auteursveld gevuld is.

Zoekzinnen nesten

Als u gebruik maakt van meerdere Booleaanse operatoren binnen één zoekopdracht, moet u haakjes gebruiken om de volgorde aan te geven waarmee de samengestelde zoekzin moet worden uitgevoerd. De deelzoekzinnen tussen de binnenste haakjes worden eerst uitgevoerd, waarna de uitvoering stapsgewijs naar buiten gaat, bijvoorbeeld:

auteur=wolkers* AND (titel=hond* OR titel=kort*)

Adlib voert eerst het gedeelte tussen haakjes uit, de OR-combinatie; het resultaat daarvan wordt dan gecombineerd met het gedeelte vóór AND.

Het volgende voorbeeld wordt gewoon van links naar rechts uitgevoerd. Bedenk dat de volgorde belangrijk is omdat verschillende volgordes verschillende resultaten tot gevolg kunnen hebben.

titel=hond* OR titel=kort* AND auteur=wolkers*

Speciale syntaxis

Today

Today vertegenwoordigt de datum van vandaag, en kan gebruikt worden om snel aan te geven dat u bijvoorbeeld alle records wilt zien die vandaag zijn aangemaakt. Dit is vooral nuttig bij gebruik in pointerfiles die regelmatig moeten worden bijgewerkt, om de datum van vandaag te gebruiken in plaats van de originele datum van de zoekopdracht, bijvoorbeeld:

invoer.datum = today

Het is ook mogelijk om met today records te vinden van een andere datum dan die van vandaag, door er een getal voor het aantal dagen van af te trekken of erbij op te tellen, bijvoorbeeld:

invoer.datum = “today-30”

Hiermee worden alle records gevonden die 30 dagen geleden zijn ingevoerd.

Om alleen de records te vinden die in de afgelopen maand zijn aangemaakt, geeft u de volgende zoekzin op:invoer.datum from “today-30” and invoer.datum to today

Merk op dat alhoewel het verleidelijk kan zijn de bovenstaande zoekzin af te korten tot invoer.datum from “today-30” (wat door Adlib wordt vertaald in invoer.datum >= “today-30”), deze verkorte zoekzin alleen hetzelfde resultaat heeft als dit veld geen toekomstige datums kan bevatten. In dit voorbeeld is dat waarschijnlijk zo, maar voor leverdatums bijvoorbeeld niet. Gebruik daarom liever altijd de uitgebreide zoekzin, om zorgvuldigheid en eenduidigheid te garanderen. Ook kunt u dan gemakkelijker alternatieve zoekzinnen construeren, zoals: locatie.datum.begin from “today-15” and locatie.datum.begin to “today+21”

16

Page 45: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

All

All toont alle records. Het is ook de enige uitzondering op de regel dat zoekzinnen moeten worden opgebouwd uit veld vergelijking waarde.

Record

Record is een bijzondere veldnaam, die meestal gebruikt wordt in combinatie met de vergelijking contains. Bijvoorbeeld:

record contains aard

Adlib doorzoekt alle velden van elke record om records te vinden waarin in een willekeurig veld de tekst aard voorkomt.

%0Dit is de tag voor het primaire referentienummer van een record; u kunt ook priref gebruiken.

Zoeken in herhaalde en gegroepeerde velden

De operatorenWHEN en WHEN NOT kunt u bij gegroepeerde en herhaalde velden gebruiken. WHEN is een AND-operator waarbij de twee opgegeven waarden in dezelfde occurrence gevonden moeten worden.

Gecombineerd zoeken in herhaalde velden

Exemplaarnummer in Bibliotheek is een herhaald veld. Bij het zoeken in herhaalde velden, levert een vergelijking als

exemplaarnummer > x AND exemplaarnummer < y

andere resultaten op dan u misschien zou verwachten: alle records met ten minste één exemplaarnummer groter dan x en één exemplaarnummer kleiner dan y zullen gevonden worden.

Wanneer u wilt dat alleen records gevonden worden waarbij één exemplaarnummer zowel groter is dan x als kleiner dan y, dan moet u de WHEN-operator gebruiken:

exemplaarnummer > x WHEN exemplaarnummer < y

Dit zal alle records opleveren met ten minste één exemplaarnummer dat ligt tussen x en y.

Gecombineerd zoeken in gegroepeerde velden

Het veld vervaardiger zit in Museum samen met het veld rol in een groep. M.C. Escher is van enkele gravures de graveur en van enkele andere gravures ook de drukker. Als u nu alleen die gravures wilt hebben waarbij Escher (alleen maar of ook) optrad als drukker, dan gebruikt u de volgende zoekzin:

vervaardiger = escher* WHEN vervaardiger.rol = drukker

WHEN hoeft dus niet per se in een vergelijking met maar één veld te worden gebruikt. U kunt ook waarden in verschillende velden vergelijken en combineren zolang die velden maar gegroepeerd zijn, en dat gebeurt occurrence-gewijs: in een WHEN-combinatie worden twee vergelijkingen steeds gecombineerd voor de n-de occurrence van beide velden in die vergelijkingen.

Als het aantal waarden aan weerszijden van de WHEN ongelijk is, zal de laatste waarde uit de kortste lijst opnieuw gebruikt worden:

vervaardiger=escher*,anthonisz* WHEN vervaardiger.rol=drukker,graveur,tekenaar

is hetzelfde als:

(vervaardiger = escher* WHEN vervaardiger.rol = drukker) OR

(vervaardiger = anthonisz* WHEN vervaardiger.rol = graveur) OR

17

Page 46: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

(vervaardiger = anthonisz* WHEN vervaardiger.rol = tekenaar)

WHEN NOT

WHEN NOT werkt hetzelfde als WHEN, zij het dat hierbij de eerste waarde wel en de tweede waarde niet mag voorkomen in dezelfde (groeps)occurrence, bijvoorbeeld:

vervaardiger = escher* WHEN NOT vervaardiger.rol = drukker

De zoekzin levert alle objecten op waaraan Escher niet alleen maar of helemaal niet als drukker heeft meegewerkt.

Sorteren in de zoekzin

U kunt zoekresultaten (ook pointerfiles en sets) in principe achteraf sorteren: bij het opstellen van een zoekzin hoeft u er geen rekening mee te houden. Hoe dat achteraf sorteren werkt, wordt besproken in hoofdstuk Error: Reference source not found.U kunt aan een zoekzin echter ook direct een sorteeropdracht toevoegen aan het einde van die zin, zodat de pointerfile die u ervan maakt meteen al goed gesorteerd is, in Bibliotheek bijvoorbeeld:

titel = aar* sort auteur

De gevonden records worden in de resulterende set alfabetisch gesorteerd op auteur.

U kunt ook op meerdere velden sorteren, door de sorteervelden (in de gewenste volgorde van sorteren) gescheiden door komma’s achter sort op te sommen. Bijvoorbeeld:

titel = aar* sort auteur, titel

Oplopend of aflopend

Sorteren via de bovengenoemde methode wordt automatisch in oplopende volgorde gedaan (alfabetisch dus van a t/m z). Als het nodig is dat dit andersom gebeurt, sorteert u via descending (aflopend), bijvoorbeeld:

titel = aar* sort auteur descending

Bij het oplopend sorteren op records worden records waarin het te sorteren veld leeg is vooraan geplaatst.

Sorteertype

Aangezien er verschillende soorten velden zijn, zijn er verschillende sorteermethoden. De standaard sorteermethode is sortering op de gezochte term. Indien niet anders aangegeven worden alle sorteringen alfabetisch (text) op de hele term uitgevoerd. Als u op velden wilt sorteren die datums of getallen bevatten, dan moet u voor sorteren op datum de parameter date gebruiken en voor sorteren op getal numeric, bijvoorbeeld:

aanschafdatum >= 2001-01-01 sort aanschafdatum dateofaantal > 1 sort aantal numeric

Als u datum- of numerieke velden toch alfabetisch sorteert, staat 111 vóór 2, en 01/06/2001 vóór 02/01/1970, hetgeen waarschijnlijk ongewenst is.

Een adapl gebruiken

Voor het verder beperken van een zoekresultaat en/of het bewerken van velden voordat het zoekresultaat (eventueel gesorteerd) wordt opgeleverd, kunt u adapls gebruiken in de zoekzin.

18

Page 47: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

1. Wanneer u niet wilt sorteren, maar wel een zoekresultaat via een adapl wilt beperken tot records die aan een bepaalde voorwaarde voldoen (via een SELECT NO statement), roep die zogenoemde selecteer-adapl dan als volgt aan:

<zoekzin> adapl <adapl-naam>

bijvoorbeeld: all adapl MijnSelecteerAdapl.

2. Wanneer u wel wilt sorteren, maar op een veld dat u eerst door een adapl wilt laten bewerken, roep die zogenaamde sorteer-adapl dan als volgt aan:

<zoekzin> sort <tag> adapl <adapl-naam>

bijvoorbeeld: all sort xx adapl MijnSorteerAdapl.

De naam “sorteer-adapl” is misschien verwarrend: de adapl zelf sorteert namelijk niets, hij wordt slechts gebruikt in combinatie met een sort in de zoekzin. U kunt in een sorteer-adapl twee dingen doen: net als in een selecteer-adapl kunt u via een SELECT NO statement bepaalde records uit het zoekresultaat verwijderen, maar u kunt velden ook bewerken, door ze bijvoorbeeld samen te voegen of iets dergelijks. De tag van het veld dat resulteert van die bewerking, gebruikt u dan om op te sorteren. In het bovenstaande voorbeeld is dat de fictieve tag xx. Dit kan bijvoorbeeld een tijdelijk veld zijn. Merk op dat eerst de adapl voor elk record wordt uitgevoerd en dat daarna pas de sortering op de opgegeven tag plaatsvindt.

19

Page 48: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

Afdrukken

Wanneer u een of meer records wilt afdrukken na een zoekopdracht, dan moet u normaal gesproken eerst de af te drukken records markeren en dan het afdrukformaat bepalen. U kunt de zoekresultaten echter ook direct afdrukken door middel van de zoekzin.

Aan het eind van een zoekzin voert u de opdracht print in en de naam van de print-adapl die gebruikt moet worden voor het afdrukken, bijvoorbeeld:

objectnaam = broek* print object

Er wordt nu een lijst afgedrukt van alle records waarin de objectnaam begint met “broek”.Om deze afdrukmethode te kunnen gebruiken moet u dus de namen van de afdruk-adapls kennen. U vindt die zogenaamde uitvoerformats per gegevensbron via de applicatie-setup in Adlib Designer (zie de Designer Help voor meer informatie).

De afdruk zal gemaakt worden op de printer die op uw pc als standaard printer staat ingesteld.

20

Page 49: Steekproeven Als Tool Voor Collectiemanagement

i 7. Adlib. (n.d.). Retrieved februari 21, 2011, http://www.google.nl/imgres?imgurl=http://www.allesovermarktonderzoek.nl/_images/schemas/steekproef.jpg&imgrefurl=http://www.allesovermarktonderzoek.nl/Marktonderzoek/Steekproef.aspx&usg=__2ohWiU8aXLvpcNkgeyNM66GJxAQ=&h=157&w=250&sz=34&hl=nl&start=10&zoom=1&tbnid=pOPzruq9hnw6jM:&tbnh=125&tbnw=200&ei=mtTLTcB4x8GEB_va5KgC&prev=/search%3Fq%3Donderzoekspopulatie%2Bsteekproef%26um%3D1%26hl%3Dnl%26sa%3DN%26biw%3D992%26bih%3D664%26tbm%3Disch0%2C400&um=1&itbs=1&iact=hc&vpx=178&vpy=302&dur=1713&hovh=125&hovw=200&tx=153&ty=97&page=2&ndsp=12&ved=1t:429,r:0,s:10&biw=992&bih=664