Staal Magazine

51
JAARGANG 2009 01

description

Staal Magazine is ontstaan uit de nauwe samenwerking tussen CC Factory, de School voor Fotografie, metM en VeertienElf Media. Het eerste nummer gaat over Netwerken.

Transcript of Staal Magazine

Page 1: Staal Magazine

JA

AR

GA

NG

20

09

01

Page 2: Staal Magazine

PA

GIN

A2

Page 3: Staal Magazine

PA

GIN

A4

Wat krijg je als twee zelfstandige copywriters, een grafisch ontwerper, een fotografiedocent en een

beeldredacteur hun eigen staaltjes samensmelten tot een krachtig geheel? Voilá! Welkom in Staal.

Met Staal bieden we u een exclusief visitekaartje van 96 pagina’s. Want met dit magazine willen we laten

zien wat we samen in huis hebben aan creativiteit, kwaliteit en verbeeldings- en verwoordingskracht.

Deze keer doen we dat rond het thema ‘netwerken’. Een dankbaar onderwerp. Iedereen heeft ze,

iedereen doet ‘t. Zo vormen wijzelf een clubje van communicatieprofessionals-op-afstand en hebben

we dankbaar onze netwerken benut om dit magazine inhoud te geven. Verder is dit thema heerlijk om

in de meest brede (on)zin van het woord te benaderen. Dat hebben we dan ook gedaan! In woord en

beeld. En al zeggen we het zelf, het is een bijzonder, inspiratievol en knap Staaltje geworden.

We wensen u veel kijk- en leesgenot.

Dat Staal ook voor u een (be)waardevol magazine mag zijn.

WELKOM

Page 4: Staal Magazine

06

NE

TWE

RK

EN

AN

NO

NU

10

FE

ITE

N U

IT D

E O

ND

ER

GR

ON

D

12

NE

TWE

RK

EN

MA

AR

DA

N N

ET

FF

AN

DE

RS

18

NE

TWE

RK

EN

IS

...

20

DE

PS

YCH

OLO

GIE

AC

HTE

R N

ETW

ER

KE

N

26

ON

S E

LFJ

E

28

GE

EN

BE

RE

IK

30

EL

EVA

TOR

PIT

CH

?

32

GE

EN

CO

UC

H P

OTA

TOS

A.U

.B.

42

GR

ATIS

AF

TE

HA

LE

N

44

EL

EVA

TOR

PIT

CH

?

46

NE

W E

NE

RG

Y N

ETW

OR

K

48

DE

RA

CE

OM

HE

T N

ET

56

EL

EVA

TOR

PIT

CH

?

58

EE

RS

TE H

UL

P B

IJ N

ETW

ER

KE

N

60

LUC

HTD

RU

K

70

NIE

UW

(N

ETW

ER

K)

TAL

EN

T

72

EL

EVA

TOR

PIT

CH

?

74

CO

LUM

N

76

KIJ

K &

LU

ISTE

R

80

TIJD

VO

OR

HE

RM

AN

S

82

FR

EE

YO

UR

MIN

D

86

NE

TWE

RK

EN

VO

OR

DU

MM

Y’S

88

NE

TWE

RK

EN

IS

HA

LE

N E

N B

RE

NG

EN

92

CH

ATB

OX

UIT

198

6

94

CO

LOF

ON

96

CO

NTA

CT

staLEN

Page 5: Staal Magazine

Saneringsslag

Er vindt volgens Bullinga over een aantal jaren

een sanering plaats van standaarden, van

aanbieders en van functionaliteiten. Welke

functies voorzien echt in een fundamentele

behoefte van bezoekers en welke niet?

Bullinga zegt: “De slechten gaan eruit, de

goeden fuseren en domineren door reputatie.

Die sanering is onvermijdelijk, want als

consument zie je door de bomen het bos niet

meer. Ik krijg voortdurend uitnodigingen van

mensen voor de zoveelste nieuwe reputatiesite

of zakensite, met ook weer nieuw aan te

maken profielen. Ik kan nou nooit eens mijn

eigen unieke bronprofiel exporteren vanuit

mijn eigen dashboard. Afschuwelijk, ik negeer

al die verzoeken.”

Negeren is sowieso een hele goede methode,

vindt Bullinga. “Ik heb ongeveer twee minuten

een account gehad op Second Life, en wist toen

meteen: dit is niks. Ik heb zeer geamuseerd

de flauwekul gelezen die de media van elkaar

na-aapten en overschreven: ‘Fantastisch.

Onmisbaar. Moet je bij zijn’. Niet dus. Ik

heb ook mijn Hyvesprofiel verwijderd. Mijn

LinkedInprofiel houd ik voorlopig.”

Alleenheerser

In Nederland is Hyves eigenlijk de enige

noemenswaardige Nederlandse netwerk-

website. Blijft Hyves alleenheerser of komen

er meer?

Bullinga weet zeker dat er nieuwkomers

zullen opstaan. “En die vergroten dan weer de

keuzestress voor gewone consumenten. Het is

een virtuele dienst en voor virtuele diensten

geldt: de markt is hypercompetitief. Virtuele

diensten zijn redelijk makkelijk kopieerbaar,

zijn relatief moeilijk te beschermen en de

consument kan relatief makkelijk switchen van

aanbieder. Bovendien kunnen nieuwkomers

in een klap de voorsprong van bestaande

aanbieders ongedaan maken. Reputatie,

merk en branding zijn essentieel voor virtueel

overleven, maar ja, ga er maar aan staan.”

Inderdaad, ga er maar aan staan. Overleven,

dat is iets waarover MySpace Nederland kan

meepraten. In februari 2008 gaf MySpace in

Amsterdam het startschot voor de Nederlandse

versie van de netwerksite. Met wereldwijd meer

dan 245 miljoen leden zette ze de aanval in op

Hyves, dat momenteel met meer dan zeven

miljoen leden een succes is in Nederland. In

oktober, acht maanden na oprichting, ging

het echter al mis. “Er zijn nu in totaal zo’n 650

duizend Nederlanders actief op het netwerk.

Marcel Groenewegen creëerde in 2003 zijn eerste internet-profiel op de website Friendster.com. Tegenwoordig is hij te vinden op MySpace, Hyves, en LinkedIn.

Via het wereldwijde web is het makkelijk

zoeken naar vakgenoten, opdrachtgevers

en gesprekspartners. Er zijn ontelbaar veel

discussiefora, mailinglijsten, nieuwsgroepen,

communities en blogs waarop eenieder zijn

of haar ei kwijt kan. Ook heeft tegenwoordig

iedereen wel ergens op het internet een of

meerdere profielen staan. Populaire profiel-

websites zijn MSN, Hyves, MySpace en

Facebook. Voor de meer zakelijke contacten

zijn er websites zoals Plaxo, Naymez en

LinkedIn.

Spinnenweb

Volgens onderzoek van Alexa Internet, een

bedrijf dat informatie ter beschikking stelt

over andere websites, behoren MySpace (246

miljoen leden), Facebook (124 miljoen leden),

NetwerkenHet werkwoord ‘netwerken’ bestaat misschien al net zo lang als het eerste woordenboek uit de zestiende eeuw, maar betekent nog steeds hetzelfde. Alleen de manier waarop er vorm aan wordt gegeven is in de loop der tijd veranderd. Netwerken speelt zich vandaag de dag voor een groot deel af op het internet.

Habbo (100 miljoen leden), Friendster (80

miljoen leden) en Orkut (67 miljoen leden)

tot de grootste sociale netwerken op het

internet. De vraag is natuurlijk hoeveel van die

miljoenen leden ook daadwerkelijk gebruik

maken van hun profiel. De nieuwigheid is

er snel van af. Veel sociale netwerksites

tellen weliswaar miljoenen geregistreerden,

maar hoeveel profielen staan onder de

spinnenwebben langs de digitale snelweg? “Er

is een hoop spinnenweb”, zegt trendwatcher

Marcel Bullinga. Volgens hem blijven deze

netwerkwebsites niet lang aantrekkelijk.

“We moeten goed beseffen dat we in het

kinderschoenentijdperk van social networking

zitten. Dat betekent: veel nieuwsgierigen in

het begin die een hype en enorme aantallen

bezoekers veroorzaken.”

Marcel GroenewegenVeertienElf Media

PA

GIN

A0

8

Page 6: Staal Magazine

zijn niet communistisch, ze evolueren vrij en

ongestuurd, net als in het normale westerse

leven. Dat verandert niet. Vrijwel alle heden-

daagse media worden meer geregeerd door

consumenten. Merken verliezen hierdoor vaker

controle. Ze moeten daarmee accepteren dat

hun toekomstige rol die van facilitator is.” In

gewoon Nederlands: de consument doet zijn

ding en het merk mag hier een beetje mee

helpen.

Toekomst

Over de toekomst van de netwerkwebsites zegt

Ingmar de Lange: “Wat je gaat krijgen is dat

er steeds meer subwebsites zullen ontstaan.

Hyves is heel algemeen. Er zullen meer niches

komen. Meer zakelijke websites bijvoorbeeld.”

De Lange is van mening dat Hyves zich niet

zomaar aan de kant laat schuiven. “Maar

alles kan natuurlijk. Kijk maar naar Altavista

en Yahoo, die hebben uiteindelijk ook verloren

van Google. Er zullen in ieder geval minder

websites overblijven. Dat lost een groot deel

van de keuzestress op. De consument is moe

van al die uitnodigingen om lid te worden van

weer een netwerkwebsite.”

Als het aan Bullinga ligt stoppen we met

denken in termen van websites. “In 2020 geldt:

website is uit, dashboard is in. We gaan toe

naar het user centric model, waarbij je niet

langer naar tig sites surft en daar tig identieke

gegevens net iets anders achterlaat. Nee,

het omgekeerde gaat gelden: de bedrijven

komen naar jou toe, naar jouw dashboard, en

mogen daarin schrijven als jij het ze toestaat.

Dat global personal dashboard is een soort

persoonlijke internetpagina, maar dan veilig.

Daar zitten al je dossiers in: woon-, patiënt-,

kind-, uitkeringsdossier, noem maar op. En

natuurlijk vooral ook al je identiteiten, sub-

identiteiten, deelidentiteiten en profielen. Het

is de moeder van jouw unieke, exporteerbare

bronprofiel.”

Eén ding is zeker: social networking voorziet

in een fundamentele behoefte. Wat die be-

hoefte precies is, zijn we op dit moment

aan het ontdekken. Maar er is wel degelijk

een onderscheid tussen concept en bedrijf.

Zoeken blijft, Google blijft niet - of wel. Social

networking blijft, MySpace blijft niet - of wel.

De betekenis van het werkwoord ‘netwerken’

blijft bestaan, de manier waarop er vorm aan

wordt gegeven zal waarschijnlijk altijd blijven

veranderen.

Netwerken volgens de Dikke Van Dale: ‘het creëren, uitbouwen en onderhouden van sociale contacten om informatie te verkrijgen waar men in zijn beroep of carrière zijn voordeel mee kan doen’.

Het bedrijf heeft echter tot een koerswijziging

besloten”, zei Derek Fehmers van MySpace

Nederland op 23 oktober 2008 op de website

van Entertainment Business. Hij reageerde op

het nieuws dat het Nederlandse kantoor van

MySpace werd opgedoekt. “De site gaat zich

meer richten op de sociale netwerkfuncties.

Die genereren meer paginabezoeken, blijkt

uit onderzoek. Het bedrijf stopt daarom

grotendeels met het aanwerven van lokale

content voor de Nederlandse editie van de

site.” Derek Fehmers noemde de beslissing

logisch. “We wisten van tevoren dat Nederland

een moeilijke markt was. Wij belandden er

vrij laat en hadden te maken met een grote

tegenstander waar moeilijk tegenop te

boksen viel.” Het beheer van de Nederlandse

editie van de website gebeurt voortaan vanuit

Berlijn. Voorlopig blijft Hyves de nummer één

van Nederland. Voor nu.

Merken

Wat kunnen bedrijven nu met sociale netwerken

als Hyves en MySpace? “Het vrijblijvende gaat

er vanaf op het moment dat social networking

deel uitmaakt van je business model”, zegt

Bullinga. “Om nieuwe werknemers te zoeken,

om teamvergaderingen te houden, om glo-

bale ketenpartners te vinden, en natuurlijk

om te innoveren. Op het moment dat je de

gekwalificeerde massa inzet voor het oplossen

van jouw problemen – een nieuw soort

verf, excellente maar goedkope foto’s van

amateurfotografen – dan ben je heel slim bezig

als bedrijf.”

Veel bedrijven creëren en beheren hiervoor

communities – een groep netwerkprofielen,

gekoppeld op basis van één thema of merk. Zo

willen ze zien wat er leeft bij de consument.

“Merken willen onderdeel worden van het

dagelijks leven van de consument. Het internet

heeft de noodzaak hiertoe versterkt”, zegt

merkstrateeg Ingmar de Lange. Maar het

antwoord op de vraag wat je als merk met

online communities moet doen, heeft volgens

hem paradoxaal genoeg weinig te maken

met communities. De Lange vraagt zich af:

“Is je merk klaar voor een wereld waar de

consument steeds meer macht heeft? Want

als je een beetje zoekt, zie je dat er rond de

thema’s die je merk wilt claimen al uitgebreide

communities zijn. Niet alleen op Hyves, maar

ook op vele andere websites met sociale

elementen. Het merk moet de codes en rituelen

van de gemeenschap begrijpen en snappen wat

het moet doen om een plekje te verdienen.”

Bedrijven hebben volgens De Lange dus weinig

controle over de communities. “Communities

Page 7: Staal Magazine

PA

GIN

A1

2

Hotroad

Tra�ord

Tempors

LeonardStreet

Fashion Lane

Banner

Upper Linton

BrokebackLevi’s Court

Templar Circle

Shorditch Linton Centre

Stringer

Gate HillCorn Street

Channell

Kensington

CeCe’s Court

Regents Row

TurtleCourt

Hackney

Penn Street

Wenlock

Sheppard Steel

Lever Court

Bannarck

Purcell

Bunhill Fields

Charlston

Earls CourtHammersmith

Bookman

Tholbrook

Dean Steet

Terrace Circle

Stanton

Upper Govern

Mellrose

Leicester North

Harlow Hill

Bellington

Brooks

Brooks North

Hemmingway

Harlow

Lemon Grass

Lemon Grass

Heather Bridge

Haring

Dean Street

Harlow

12

21

4 3 2

2 3 4

4 5 63 2 1

Newton Palace

Goswell Circle

Woodbridge DocksEverton DockCapetownCopperhill

Williams Court

Washington Parc

Pall Mall East

Earlham Street

Holborn

St. James Parc

Macklin Street

Hideaway Hill

LesterTerrace

Waterloo Sunset

Oxford Cross

St. Thomasz

Pearly

Redcli�

Brompton

LowerRadisson

Mullgate

Bridgestone

Baywater

Bayswater

Lexington

Filters TipEdith Grove

Castle Hill

Reginald’s CourtCraven Hill

Westbourne Parc

EvertonBlacksmith

Addsion Road

Porcupine Tree

Humble Pies

Harveys

Cornhill

Leadenhall

Chestnust Tree

Essex Garden

Heyworth High

Penny Lane

Wharf Road

Lansdowne

Lehman Street

Midwark

Mansell Street

Gresham Hall

Philmore PlaceHoover CraftTemples

High

Lumber Jack

Chelsea Bridge

Harvard Lane

Queensway

BrundleNottingHillside

Paddington

Stanleys CrescentWarwick

Sheldrake

Kensington Parc

Cornwall Crescent

Stonebridge Crescent

PembridgeDuncan Square

Everglades

BroombridgePorc Street

Fairplay Hall

Hampton Hawkes Westbourne Grove

Marlebone

Tumblers Gate

Steel Street

Headdocks

Woodbridge North

Stamperton Bridge

Ringsroad

Tumbleweed

Cooperton Hammers End

Dovers Cross

Palace Gardens

Lonsdale Road

Kings Court

CourthamTerrace

AmoniaAvenue

GracelandCentral ParcHarrods

She�eldSteel

Heavens Gate

Princess Tides

ParcHill

Evenrude

Hallworth

Chepstow

GordensGate

Floral Parc

New OxfordBloomsbury

Shaftesbury

Shelton High

Lower March Orchard Road

Tupperware

Glasgow Parc

Gladstone

FarringdonBridge

CentralMarket

RussellStreet

TudorStreet

CromwellRoad Royal Opera

Millars Cross

AcresTerrace

Hamilton

City Transport by UndergroundThis diagram for Staal is an evolution of the original design conceived in 1931 by Harry Beck · Poster 01.09

ٸ

Square Circle

Evans

Sunn

Dover

Porchester Terrace

Bankers Lane

Curlington

Gloucester

Eastbourne Terrace

PembridgeVictoria

Princess Consort

ArlingtonNose Hill Forrester

Gumble Square Tower Lane

Baltic Circle

Corsham

Gere Street

Whitechappel RoadBathnell Green

Alexis Court

Basil Street

ShamrockHuddle

Murray Groove

St. Andrews

Groover Hill

Shamrock

West Wing East Road

Dunbridge

Dunbridge

Ward CentreHooter City

Columbia Road

Epic Lane

Kingsland

Wonders

Dexter

Elke zichzelf respecterende grote stad heeft er een. Onder de grond verborgen. Alleen bereikbaar via een trap naar beneden. De duistere ingang gemarkeerd door een grote ‘M’. De metro. Twintig dingen die u niet wist over deze ondergrondse netwerken.

De eerste metro ter wereld reed in Londen op 10 januari 1863 Deze metro werd getrokken door een stoomlocomotiefVanwege de schadelijke gassen stapte men in 1890 over op elektriciteitDe tweede metro reed in 1896 in Boedapest, de hoofdstad van HongarijeDe metro van Glasgow (1896) werd getrokken door een bovengrondse stoommachineDe Parijse métropolitain werd in 1900 geopendIn steden als Parijs, Montréal en Mexico-stad hebben de wagons rubberbandenIn Afrika noemen ze een metro ‘moltrein’ opvullingAnders dan in de rest van Engeland, noemen ze de wagons in Londen ‘cars’Met acht miljoen passagiers per dag is het metrostelsel van Moskou het drukste ter wereldHarry Beck ontwierp in 1931 de beroemde plattegrond van de Londense metroDe maximumsnelheid van een metrotrein varieert van 60 tot 100 km per uur

Het meest complexe metrostelsel bevindt zich in Tokyo

Londen heeft met 415 km de meeste rails liggen, New York volgt met 368 km

De kortste metrolijn ligt in het Oostenrijkse dorpje Serfaus en is 1.300 meter lang

In de Benelux zijn er drie steden met een metronetwerk: Rotterdam (1968), Brussel (1976) en Amsterdam (1977)

In 2008 opende Algerije in Algiers haar eerste metrolijn

In Dubai is een metronetwerk in aanbouw dat in 2009 gedeeltelijk operationeel zal zijn

Op metrolijnen in Tokyo, Osaka, Caïro en Teheran rijden wagons uitsluitend bestemd voor vrouwen

In de metro van Londen zijn ooit de volgende spullen achtergelaten: twee menselijke schedels, een boot van vier meter lang, een urn, een fles stierensperma, kunstgebitten, kunstogen, rolstoelen, een parkbankje, een grasmaaier, waterski’s, een buitenboordmotor, een trouwjurk en borstimplantaten

1 13

17

14

18

15

19

16

20

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

FEITEN UIT DEONDERGROND

Page 8: Staal Magazine

Maak een foto rondom het thema ‘netwerk’. Hiermee moesten de studenten van de School voor Fotografie in Breda het doen. Ze kregen vier dagen de tijd. Geen voorwaarden over licht, perspectief of scherpte, maar geheel de vrijheid om het thema naar eigen inzicht te benaderen en verbeelden. Dat leverde een interessante en spannende mix van beelden op. Netwerken, zoals het óók kan.

PA

GIN

A1

4

12 NETWERKEN MAAR DAN NET FF ANDERS...

Page 9: Staal Magazine

PA

GIN

A1

6

14 NETWERKEN MAAR DAN NET FF ANDERS...

Page 10: Staal Magazine

PA

GIN

A1

8

16 NETWERKEN MAAR DAN NET FF ANDERS...

Page 11: Staal Magazine

... jezelf insteken, omslaan, doorhalen en af laten glijden

netwerken is...

PA

GIN

A2

0

metM

Page 12: Staal Magazine

Marko van HoogdalemmetM

psychologie

achter netwerken

DeWaarom is netwerken voor velen zo’n crime? Is daar überhaupt iets leuks van te maken? “Jazeker”, zeggen Anouk van der Laan en Martine van der Veen. Beiden studeerden in 2007 af aan de UvA als sociaal psycholoog met een Master-degree in Training. Als studieopdracht ontwikkelden zij een korte workshop over netwerken. En die geven ze nog steeds. “De mens plakt aan netwerken snel het etiket van ‘halen, hebben en moeten’. Terwijl je in werkelijkheid alleen iets wilt bieden, geven of tonen. Als je je daar bewust van bent, openbaart het netwerk zich als vanzelf.” P

AG

INA

22

Page 13: Staal Magazine

met de korte termijn hebben te maken. Het

moment, het gesprek, de borrel. Alle positieve

woorden slaan op een - mogelijk - effect op

lange termijn. En precies daarin zit dan ook die

sociale drempel van netwerken”, wijst Anouk.

“Mensen voelen, bewust of onbewust, dat

netwerken nooit bij voorbaat resultaat oplevert.

Laat staan een beloning op korte termijn.

Daarom besluiten velen om thuis te blijven als

er zich een netwerkborrel aandient.”

Dubbel gunstig terug

Om netwerken leuk te houden is het de kunst

om je eigen doel, je hang naar beloning, te

parkeren. Martine: “Als je namelijk vanuit jezelf

redeneert, heb je de neiging om netwerken te

associëren met iets halen, iets krijgen van een

ander. Je vraagt hem of haar om een gunst, je

gebruikt de ander. Dat geeft niet alleen een heel

vervelend gevoel; die associatie is ook gewoon

vals. Dat beeld klopt niet met de werkelijkheid.

Je komt namelijk iets bréngen. Je biedt iets

aan. Je kennis, je kunde, je diensten. Zo

ervaart de ander dat ook graag. Een prettig

aanbod vindt niemand vervelend. En nu komt

het mooie: als mensen iets prettigs krijgen

aangeboden, zijn ze van nature geneigd om

de ander weer iets terug te geven. Misschien

niet direct, maar die neiging blijft wel hangen.

En vaak is die wederdienst nog groter dan de

eerste gunst ook! In de psychologie heet dat

het wederkerigheidprincipe.”

Een gesprek aangaan zonder een doel voor

ogen? We kunnen het wel, maar doen het te

weinig. Daarom laten Martine en Anouk de

workshopdeelnemers dat ervaren via korte

interviewopdrachtjes. Alleen maar vragen

stellen als: wat doe je? Waar ben je goed

in? Wat vind je leuk? “Iedereen vindt het

allereerst prettig als een ander belangstelling

en waardering toont”, zegt Anouk. “Veel

mensen vinden het zo normaal dat ze doen

waar ze goed in zijn, dat ze er zelf niet over

beginnen. Dan is het prettig als iemand

er naar vraagt. In feite bewijs je met zo’n

simpel gesprekje elkaar al een dienst. Als dat

gesprek vervolgens uitmondt in een ‘Wat leuk,

interessant. Zullen we nog eens samenkomen

om hier verder over te spreken?’, dan is een

nieuw lijntje van je netwerk gelegd. Misschien

geen lijntje naar een superbaan of megaklus.

Maar wat maakt dat uit? Je weet nooit of je

elkaar op een andere manier kunt bijstaan.”

Die uitspraak wordt bevestigd tijdens de

workshop. Als de deelnemers een oefening

krijgen waarbij ze visitekaartjes met de zin ‘Je

kunt mij altijd bellen als…’ zelf mogen invullen

“Door alleen nieuwe netwerkvaardigheden aan

te leren, neem je het gevoel van ‘moeten’ niet weg.”

“Het idee om een workshop over netwerken

te ontwikkelen, ontstond puur vanuit onszelf”,

vertellen Martine en Anouk. “We waren

bijna afgestudeerd en als nieuwkomers

op de arbeidsmarkt moesten ook wij gaan

netwerken, beseften we. Maar we kregen

alleen al van het woord netwerken een nare

smaak. Het voelt zo nep, zo geforceerd. Je

handje ophouden, jezelf verkopen. Je weet dat

netwerken nuttig is om kennis te vergaren,

om ingangen te krijgen. Maar bij de activiteit

zelf denk je: gedverdemme! Toen dachten we:

wat als we dat gevoel kunnen wegnemen? Hoe

maken we de associatie met netwerken wél

prettig? Want, zo werkt het in de psyche, als

je er vooraf van uitgaat dat iets zal meevallen,

ervaar je het ook sneller zo op het moment

zelf.”

Kunstje is kitsch

Er bestaan toch talloze handboekjes, trainingen

en seminars die je vertellen hoe je moet

netwerken? “Ja, vaak vol leerzame tips en trucs.

Waar vind je invloedrijke mensen? Hoe maak

je contact met ze? Hoe schud je een knappe

elevator pitch uit je mouw? Enzovoort. Maar de

valkuil is dat je dan enkel een truc leert. Je staat

een kunstje te verkopen in plaats van je eigen

kwaliteit. Terwijl het uiteindelijk toch op jezelf

moet neerkomen. Want, hoe strak je elevator

pitch ook is, je stapt nooit die lift uit met een

ondertekend contract. En het belangrijkste:

met enkel nieuwe netwerkmanieren neem je

het gevoel van ‘moeten’ niet weg. En dat is wat

mensen juist het ergst vinden.” De twee jonge

psycholoog-trainers richten hun workshop

daarom niet op vaardigheden, maar op een

beter bewustzijn.

Socio-hobbel

Het begint met een beter bewustzijn van je

eigen, bestaande ideeën en gevoelens over

netwerken. Daarom verzamelen Martine

en Anouk eerst de negatieve en positieve

associaties uit de deelnemersgroep. In het

negatieve rijtje prijken termen als: angst,

verlegenheid, vreemden aanspreken, slijmen.

Op het positieve lijstje staat bijvoorbeeld: meer

kennis, carrière, ontwikkeling, trots. “Wat dan

meteen opvalt is dat alle negatieve associaties

Martine van der Veen (links), sociaal psycholoog-trainer, en Anouk van der Laan, klinisch en sociaal psycholoog-trainer, ontwikkelden een workshop gericht op een beter bewustzijn van netwerken als sociale interactie.

Ik? Interessant? Goh, dank je.

Page 14: Staal Magazine

sportmaatje met verstand van boekhouden en

zo’n oma die de lekkerste taarten bakt. Zie die

kwaliteiten maar eens via LinkedIn te vinden!”

Multifunctioneel visitekaartje

Anouk en Martine ontwikkelden hun workshop

vanuit hun eigen, oorspronkelijke afkeer

tegen netwerken. Rest natuurlijk de vraag

wat zij er zélf mee zijn opgeschoten. “Ik durf

niet te beweren dat ik nu anders netwerk,

maar wel bewuster en plezieriger”, zegt

Martine. “Ik ben oprechter geïnteresseerd

in anderen, zij praten makkelijker en het

kost minder moeite om gemeenschappelijke

punten te vinden.” Anouk: “Ik volgde laatst een

vakcursus. Bij het intropraatje vertelde ik dat

ik, naast mijn vak als psycholoog-trainer, ook

theaterstukken regisseer. Vroeger liet ik dat

bewust achterwege. Niet relevant. Dácht ik. Nu

vertelde ik het wel, en daar is prompt een heel

leuk filmproject uitgerold.” De dames geven de

workshop ‘Netwerken, net samenwerken’ nog

steeds. Maar ook als u op zoek bent naar een

klinisch psycholoog, een hockeytrainster, een

pedagoog of een meester in de rechten, kunt

u bij Anouk of Martine terecht. Het netwerk

begint híer.

Marko van Hoogdalem kwam in contact met Anouk van der Laan en Martine van der Veen via zijn echtgenote Barbara Scheffer. Zij is partner bij Faber & Scheffer training, coaching en advies. Dit bureau werkt nauw samen met de UvA waar elk half jaar zo’n tien sociaal-psychologen hun Master-degree in Training halen. Faber & Scheffer biedt deze kersverse trainers de kans om hun studieopdracht (ontwikkel een workshop rond sociale interactie) toe te spitsen op ‘het echte bedrijfsleven’ en deze tijdens een relatiemiddag te presenteren. Fotograaf Ramses Singeling en Marko werkten voor hetzelfde communicatiebureau voordat beiden gingen freelancen. Leuk detail: Ramses is ook de singer-songwriter van de band Furlong. Wellicht gaat hij, dankzij deze productie, optreden in het Alkmaars cultureel centrum waar Anouk één van de kartrekkers is.

Meer weten over de workshop ‘Netwerken, net samenwerken’? Bel Faber & Scheffer, tel. 020-6232202.

en uitdelen, blijken in de IT-consultants,

loopbaancoaches en arbeidsbemiddelaars

ook ineens yogadocenten, hondentrainers,

muzikanten en hobbycateraars te schuilen.

Je bént je netwerk

Een andere psychologische drempel om te

netwerken is zelfonderschatting. ‘Ik heb niets

te bieden. Er is altijd iemand die meer voor

een ander kan betekenen dan ik’, denken

velen. “Typisch, want met zo’n opmerking van

bescheidenheid noem je juist een potentiële

kwaliteit van jezelf”, zegt Anouk. “Namelijk,

jij ként mensen met specifieke kwaliteiten die

anderen niet kennen. En jij bent degene die die

mensen met elkaar in contact kan brengen. Je

kunt dus je eigen kwaliteiten verlengen met de

kwaliteiten uit je naaste omgeving.” Tijdens

de workshop benadrukken de dames dan

ook de kracht van een SocioNetwerk, zoals

ze dat zelf noemen. “Daar zitten nog vaak

zóveel onverwachte mogelijkheden. Breng

de kwaliteiten van familieleden, kennissen,

buurtgenoten, teamgenoten, vrienden en de

vrienden-van-je-vrienden eens in kaart”, luidt

hun advies. “Dan zul je beseffen dat ze jou

eigenlijk overal voor kunnen bellen. Want jíj

hebt zo’n buurman die aan auto’s sleutelt, zo’n

“Netwerken berust op het wederkerigheidprincipe. Als jij iets aanbiedt, is de ander geneigd om

een wederdienst te doen. En die is vaak groter dan de eerste gunst.”

Page 15: Staal Magazine

Maak eens een ‘E

lfje’

Een ‘Elfje’ is

een vingeroefening om met beperkingen in het schrijven om te gaan en toch

creatief te zijn. D

e opdracht is eenvoudig, le

uk en leerzaam. Maak een dichterlij

k

verhaaltje va

n exact 11 woorden volgens de strik

te opbouw:

1,

2, 3,

4, 5, 6,

7, 8, 9, 10,

11.

wijhier, samen

gebundeld in staalverrek, het is net

werken

PA

GIN

A2

8

metM

Page 16: Staal Magazine

PA

GIN

A3

0

20 oktober, 17.07 uur , Rijen

Page 17: Staal Magazine

PA

GIN

A3

2

elevator PitCh?Pluk van de Petteflet zei toch ook niks toen hij voor de top ging? metM

Page 18: Staal Magazine

PA

GIN

A3

4

Couchsurfers zijn mensen die hun bank

beschikbaar stellen voor reizigers. Maar hoe

werkt het precies? Simpel, eerst ga je naar een

couchsurfwebsite en wordt lid. De bekendste is

Couchsurfing.com. Hier kun je op zoek gaan

naar slaapplekken in meer dan 230 landen.

Leden kunnen andere leden vragen om

overnachting of een slaapplek als beschikbaar

opgeven. Het project is een idee van de

Amerikaan Casey Fenton. Hij wilde in 2000

goedkoop reizen door IJsland, dus stuurde

hij 1500 willekeurige IJslandse studenten een

mail met de vraag of hij mocht blijven slapen.

Het werd een succes. In 2004 kwam de officiële

website.

Een andere website, Hospitalityclub.org, werkt

op dezelfde manier. De precieze afspraken

worden ook op deze website aan de leden

zelf overgelaten. Zo zijn sommigen bereid je

een rondleiding door de stad te geven of voor

je te koken. Gasten en hosts betalen elkaar

niet. Na het bezoek kun je commentaar op

de site achterlaten over je gast of host. Ook

Pasporta Servo, www.tejo.org, is een netwerk

met gastadressen. Om mee te doen moet

je de adressenlijst kopen die elk jaar wordt

bijgewerkt. En… je moet Esperanto leren.

Het aanmeldingsformulier is in Esperanto, de

adressenlijst is in Esperanto en alle gastheren

spreken Esperanto.

Al met al zijn er genoeg mogelijkheden om

goedkoop te reizen en nieuwe mensen en

landen te leren kennen. Maar hoe weet je

nu dat je niet bij een verkrachter belandt

of een dief in huis haalt? De achtergelaten

berichten van andere reizigers op iemands

profiel geven al wat inzicht. Daarnaast kan

op Couchsurfing.com elk lid ervoor kiezen

een verificatieprocedure te doorlopen. Het

profiel laat dan zien welk verificatieniveau

iemand heeft. Honderd procent veilig is het

natuurlijk nooit, maar daar maken de meeste

couchsurfers zich geen zorgen over.

Nee, de grootste nachtmerrie van de gastheren

is niet een bezoek van een crimineel. Erger

is iemand die niet alleen ’s nachts, maar ook

overdag op de bank blijft liggen: een couch

potato. Bibi Eckhardt (Nederland), Molote

Masilo (Zuid-Afrika), Carolina Disegna de

Souza (Brazilië) en Alejandra Vicencio (Chili)

zijn absoluut geen ‘bankaardappelen’. Zij

vertellen op de volgende pagina’s over hun

couchsurfervaringen

In december 2004 werd Marcel Groenewegen tijdens een avondje stappen in Tilburg voorgesteld aan Bibi Eckhardt en het klikte meteen. Tegenwoordig woont Bibi in Amsterdam en Marcel in Tilburg en zien ze elkaar niet vaak meer, maar de vriendschap is er nog steeds. Afgelopen zomer ging Bibi samen met een vriendin op reis. Ze had zich ingeschreven op Couchsurfing.com en maakte op die manier contact met mensen uit verschillende landen in Europa. Marcel volgde de reisavonturen op de weblog van Bibi. Voor dit artikel nam hij contact met haar op en schreef zich ook in op de website Couchsurfing.com. Via de site kwam hij in contact met Carolina, Alejandra en Moloto.

Geen couch poTAToS A.u.b.

Stel: je wilt wat van de wereld zien. Maar zo’n georganiseerde reis, waarbij je met honderden tegelijk in een bus wordt gepropt om van toeristenattractie naar toeristenattractie te rijden, is niets voor jou. Nee, als je écht van het land wilt proeven en de bewoners wilt leren kennen, dan moet je gaan couchsurfen.

Marcel GroenewegenVeertienElf Media

Page 19: Staal Magazine

Hoe lang ben je al couchsurfer? “Sinds een jaar.”

Waarom ben je lid van Couchsurfing.com? “Ik

wilde op reis met een vriendin. Na het boeken van

goedkope tickets, leek het vinden van slaapplaatsen

ons ook handig bij het reizen. Couchsurfen

bleek een leuke oplossing.” Gebruik je naast

Couchsurfing.com nog andere netwerkwebsites?

“MySpace en Hyves.” Hoeveel couchsurfreisjes

heb je gemaakt? “Tot nu toe een grote reis van een

maand. We hebben gelogeerd in Stockholm, Milaan,

Rome, Istanbul en Basel. Ik heb een couchsurfer

op bezoek gehad: Matt, een filmstudent uit de VS.”

Wat was de leukste bank? “Onze hosts in Rome

waren meer dan geweldig. Twee superknappe

Italianen, die voor ons de beste limoncello, pizza,

pasta en Italiaans ijs haalden. En we mochten

achterop de Vespa door Rome. Onvergetelijk.”

Heb je weleens vervelende ervaringen gehad?

“Turkije was voor ons wat couchsurfen betreft

niet zo’n succes. De eerste host werd verliefd op

mijn vriendin, die vervolgens werd belaagd met

liefdesverklaringen. Toen we besloten dat we hier

niet van gediend waren en een andere host vonden,

bleek deze nogal handtastelijk. We zijn vervolgens

weer teruggegaan naar de eerste host. Dan maar

liefdesverklaringen aanhoren.” Heb je weleens een

couchsurfingromance meegemaakt? “Als ik geen

vriendje had gehad… Maar nee, we hebben ons

gedragen.” Waar ben je nog nooit geweest en wil

je graag naartoe? “Indonesië, Australië en Zuid-

Amerika. Ik heb veel connecties opgedaan tijdens

mijn couchsurftrip, ook in Australië. Die adressen

heb ik bewaard.” Wat heb je geleerd van het

couchsurfen? “Ik heb gezien dat er nog ontzettend

veel leuke en oprechte mensen zijn, of ze nou krap

bij kas zitten of niet.” Waarom zouden anderen

ook couchsurfers moeten worden? “Ik heb veel

bijzondere dingen meegemaakt en mooie plekken

gezien. Daarnaast is het de perfecte manier om low

budget te reizen.”

Naam: Bibi EckhardtWoonplaats: Amsterdam, Nederland

Leeftijd: 22

Studie: Sociologie en

Communicatiewetenschappen

Bank beschikbaar: Ja

Bezochte landen: Italië, Zweden,

Turkije en Zwitserland

Page 20: Staal Magazine

PA

GIN

A3

8

Naam: Carolina Disegna de SouzaLeeftijd: 26

Woonplaats: Canoas, Brazilië

Studie: Psychologie

Bank beschikbaar: Ja

Bezochte landen: Engeland, Slovenië, Zwitserland,

Polen, Italië, Portugal, Spanje, Oostenrijk,

Kroatië, Tsjechië, Duitsland, Nederland,

België, Frankrijk en Amerika

Hoe lang ben je al een couchsurfer? “Sinds

december 2006.” Waarom ben je lid van

Couchsurfing.com? “De gedachte ‘de liefde

die je geeft is gelijk aan de liefde die je krijgt’

vind ik mooi. Het is ook een leuke manier

om gelijkgezinden te ontmoeten, waar je

ook bent. Couchsurfen geeft je het gevoel

dat je altijd een vriend kunt vinden, hoe ver

je ook van huis bent. Je maakt deel uit van

iets dat je het gevoel geeft dat je mensen

kunt vertrouwen en dat vrijgevigheid

nog bestaat in de wereld. Het is mooi dat

mensen met verschillende achtergronden

met elkaar kunnen omgaan als vrienden.”

Gebruik je nog meer netwerksites? “Ik ben

ook lid van Facebook en Orkut.” Hoeveel

couchsurfreizen heb je gemaakt? “Drie

reizen georganiseerd door couchsurfleden

en twaalf eigen reizen.” Wat is de mooiste

plek die je bezocht hebt? “New York.” Heb

je ook slechte ervaringen? “Niet echt.”

Heb je weleens een couchsurf-romance

meegemaakt? “Ja.” Waar wil je nog graag

naartoe? “Naar heel veel landen, maar

als ik er een moet kiezen: India.” Wat heb

je geleerd van het couchsurfen? “Ik heb

gezien hoe vrijgevig mensen kunnen zijn

naar mensen die ze nog nooit ontmoet

hebben. Ook heb ik geleerd dat er mensen

bestaan die hun droom leven en dat de

wereld kleiner is dan hij lijkt.” Waarom

moeten andere mensen gaan couchsurfen?

“Het is de beste manier om te ervaren hoe

het is ergens te zijn. Het is de beste manier

om te delen wat je weet en te leren wat je

nog niet weet. Je beleeft hoe je open kunt

staan voor nieuwe dingen.”

Page 21: Staal Magazine

Naam: Molote MasiloLeeftijd: 29

Woonplaats: Johannesburg, Zuid-Afrika

Beroep: Manager

Bank beschikbaar: Ja

Bezochte landen: Brazilië, Frankrijk, Hong Kong,

Mauritius, Mozambique, Swaziland, Taiwan

Hoe lang ben je al een couchsurfer? “Een

jaar en drie maanden.” Waarom ben je

lid van Couchsurfing.com? “Ten eerste is

het een goedkope manier van rondreizen.

Ten tweede omdat je zo veel culturele

ervaringen opdoet dankzij vreemden. Elke

dag kom je mensen tegen die je niet kent,

door het couchsurfen kom je erachter dat

iedereen een verhaal heeft.” Gebruik je nog

meer netwerksites? “Nee, ik gebruik alleen

Couchsurfing.com.” Hoeveel couchsurf-

reizen heb je gemaakt? “Behalve de reizen

die ik door mijn eigen land heb gemaakt,

ben ik drie keer op couchtrip gegaan en

heb zeven verschillende landen bezocht. Ik

probeer zoveel mogelijk landen te bezoeken

en te leren van de inwoners. Op mijn beurt

vertel ik iedereen die maar wil luisteren

over mijn land: Zuid-Afrika.” Wat is de

mooiste plek die je bezocht hebt? “Brazilië

was schitterend. Ik heb daar leuke mensen

ontmoet en mooie dingen meegemaakt.”

Heb je ook slechte ervaringen? “Nog niet.”

Heb je weleens een couchsurf-romance

meegemaakt? “Ja.” Waar wil je nog

graag naartoe? “Ik wil nog naar heel veel

plaatsen, maar Argentinië staat bovenaan

mijn verlanglijstje. Binnenkort ga ik naar

Ierland, Nederland en Zwitserland. Daar

kijk ik echt naar uit.” Wat heb je geleerd

van het couchsurfen? “Dat de wereld veel

kleiner is dan je denkt.” Waarom moeten

andere mensen gaan couchsurfen? “Om

dezelfde redenen dat ík het ben gaan doen.

Je bespaart dankzij het couchsurfen een

heleboel geld. Daarnaast zijn de ervaringen

die je in de verschillende culturen opdoet

van onschatbare waarde. Dankzij de locals

kom je op de leukste plekken in hun stad.”

Page 22: Staal Magazine

Hoe lang ben je al een couchsurfer?

“Bijna tweeënhalf jaar.” Waarom ben je lid van

Couchsurfing.com? “Het is een fantastisch

project. Je leert mensen en andere culturen

kennen. Het verrijkt je kijk op de wereld.”

Gebruik je nog meer netwerksites? “Ik

was ook lid van de Hospitality Club,

maar dat netwerk werkt niet zo goed als

Couchsurfing.com Nu maak ik alleen nog

gebruik van Couchsurfing.com.” Hoeveel

couchsurf-reizen heb je gemaakt? “Ik en mijn

vriend Paul hebben zes keer gecouchsurft.

We hebben meer dan dertig mensen een

slaapplek gegeven.” Wat is de mooiste

plek die je bezocht hebt? “New York is mijn

favoriete plek. Paul vindt alle plaatsen waar

we geweest zijn mooi.” Heb je ook slechte

ervaringen? “Er was eens een stelletje dat

alleen gebruik maakte van Couchsurfing.

com om goedkoop aan slaapplaatsen te

komen. Dat is niet waar couchsurfen voor

staat. Verder hebben we alleen hele goede

ervaringen.” Heb je weleens een couchsurf-

romance meegemaakt? “Nee.” Waar wil je

nog graag naartoe? “Alle landen in Azië.”

Wat heb je geleerd van het couchsurfen?

“Dat de wereld kleiner is dan je denkt en

dat globalisatie iets positiefs kan zijn. We

kunnen veranderingen verwezenlijken door

kleine dingen te doen in onze dorpen, steden

en landen. Ik heb geleerd dat er zoveel

mensen zijn die mijn ideeën over de wereld

en interpersoonlijke relaties delen. Ik heb

nog een lange weg te gaan wat betreft het

maken van vrienden en het ontdekken van

andere culturen.” Waarom moeten andere

mensen gaan couchsurfen? “Couchsurfing

moet voorbehouden blijven aan mensen

die geïnteresseerd zijn in het beleven en

delen van andere culturen. Het moet geen

manier worden om kosten op een reis te

besparen. Ik verwelkom iedereen die komt

voor harmonie en vriendschap.”

Naam: Alejandra VicencioLeeftijd: 33

Woonplaats: Santiago, Chili

Beroep: Lerares Spaans/Engels

Bank beschikbaar: Ja

Bezochte landen: Argentinië, Bolivia,

Canada, Brazilië, Ecuador, Nederland,

Peru, Spanje, Zwitserland, Engeland

Page 23: Staal Magazine

PA

GIN

A4

4

Aangeboden: z.g.a.n. badeendje

01 Ballentent met ballen.

Deventer, 2 oktober 2008

02 1 ongewassen schapenvacht.

Limmen, 25 februari 2008

03 2 gitaarhoezen en 1 mandolienhoes.

Arnhem, 3 januari 2007

04 Skeelers met een luchtje. Maat onbekend.

Elst, 6 september 2008

05 Oud Hollands donkereiken spinnewiel.

Nijmegen, 22 april 2008

06 2 gezonde maanvissen en zoenvissen.

Amsterdam, 29 juli 2007

07 Z.g.a.n. ‘travestietenrokje’.

Amsterdam, 2 oktober 2008

08 Haardhout, wel boom ff omzagen.

Abbekerk, 16 augustus 2008

09 Flippoverzameling, 5 mappen vol.

Groningen, 18 december 2007

10 Gratis feedback over je relatie.

Nijmegen, 8 november 2006

Op het internet is van alles te doen en te vinden. Wie een lift nodig heeft, kan via Carpooldate.nl een reisgenoot vinden. Voor wie goed-koop op vakantie wil, zijn er talloze sites waarop je tijdelijk van huis kunt ruilen. En zit je krap bij kas? Op Boober.nl kun je geld lenen bij een particulier, zonder tussenkomst van een bank. Er is op het web echter ook een hoop voor niets te krijgen. Wat bieden mensen er voor rariteiten aan? Staal selecteerde op Gratisaftehalen.nl de tien leukste weggevertjes. Van maanvissen tot flippo’s.

Page 24: Staal Magazine

PA

GIN

A4

6

metM

Page 25: Staal Magazine

PA

GIN

A4

8

Tate Modern in Londen is het Britse nationale museum voor internationale moderne kunst. Samen

met Tate Britain, Tate Liverpool en Tate St. Ives vormt het museum een expositienetwerk onder de

naam ‘Tate Gallery’. Tate Modern is ondergebracht in een voormalige elektriciteitscentrale die het

elektriciteitsnet van Londen voorzag van stroom. Voor de renovatie van het immense gebouw was

ruim 3.750 ton staal nodig.

NEW ENERGY NETWORK

Page 26: Staal Magazine

Meike Remmers is een trouwe kijker van BNN – onder andere De Lama’s en Ranking the Stars - en hoorde zo van de ledenwerfcampagne van de omroep. Voor Staal verdiepte zij zich ook in campagnes van LLiNK en MAX.

Wie: MAXStart campagne: 27 maart 2008Slogan: “Max blijft… als u dat wilt!”Benodigd aantal leden: 150.000Stand van zaken: 143.000 (17 oktober 2008)Bekende gezichten: Loretta Schrijver, Edwin Rutten, Martine van Os

Wie: LLiNKStart campagne: 19 mei 2008Slogan: “Red de groenste omroep. Word LLiNK!”Benodigd aantal leden: 150.000Stand van zaken: 76.000 (17 oktober 2008)Bekende gezichten: Floortje Dessing, Chris Zegers, Femke Halsema, Bart van der Weide, Daryl van Wouw, Tycho Gernandt

Wie: BNNStart campagne: 2 september 2008Slogan: “Koop dit, word lid”Benodigd aantal leden: - Stand van zaken: naar schatting 226.000Bekende gezichten: Sophie Hilbrand, Eddy Zoey, Filemon Wesselink, Patrick Lodiers

Komend jaar zijn er weer uitzendvergunningen te vergeven in medialand voor de periode 2010 - 2015. Dat betekent dat de publieke omroepen de jacht op leden hebben geopend. Met pakkende slogans, catchy songs en een scala aan BN’ers hopen ze zoveel mogelijk zieltjes te winnen. Staal maakte een rondje langs drie kandidaten.

de raCe om het netMeike RemmersVeertienElf Media

PA

GIN

A5

0

De huidige Mediawet maakt onderscheid tussen A-omroepen en B-omroepen. Voor de A-status geldt een ledental van 300.000, voor de B-status zijn 150.000 leden vereist. In het nieuwe systeem, waarmee het ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap vorig jaar heeft ingestemd, zal een glijdende schaal worden gehanteerd. Hoe meer leden, hoe meer budget. Het ledental wordt eens in de vijf jaar vastgesteld. Voor omroep LLiNK en omroep MAX is het erop of eronder; zij moeten in april 2009 150.000 leden kunnen overleggen aan het Commissariaat van de Media, anders gaat de stekker eruit.

Page 27: Staal Magazine

de hort oPSinds het begin van de ledenwerfcampagne

in maart 2008 heeft MAX al duizenden nieuwe

leden bij kunnen schrijven. Dat is voor een

groot deel te danken aan vrijwilligers die

zichzelf aanmelden als ledenwerver. Zij

struinen markten, braderieën, buurthuizen

en beurzen af; plekken waar potentiële leden

samenkomen. Voor de fanatiekelingen die door

hun aanmeldingsformulieren heen zijn, zijn er

op de website eenvoudig nieuwe te downloaden.

Invullen, opsturen, klaar! Als dank krijgt de

ledenwerver een cadeau, zoals een dvd van

Andre Rieu of een cd van John Denver.

Er zijn ook bescheidener manieren om bij te

dragen. ‘Alle hulp groot of klein is welkom en

verplicht u tot niets’, zijn de bemoedigende

woorden op de website. Zo zijn er eveneens

posters te downloaden om voor het raam

te hangen en kun je er buttons en stickers

bestellen. Mechiel Blokland geeft toe verbaasd

te zijn over de massale reacties, maar licht het

succes van de campagne als volgt toe: “We

hebben een hele trouwe achterban die zich

graag inzet voor omroep MAX. Ze vinden het leuk

om te doen. Onze leden zijn niet opgegroeid met

internet en een verstandhouding op afstand.

Ze geven de voorkeur aan een persoonlijke

benadering.” Toch wil hij ook benadrukken dat

de radio- en tv-spotjes hun werk goed gedaan

hebben. “Een campagne bestaat grotendeels

uit veel herhaling. Mensen zien een spotje op

tv, lezen het in de krant, komen MAX tegen

op evenementen en beseffen dan dat ze toch

willen dat MAX blijft en beslissen dan om lid te

worden.”

vergrijzingOm de campagnes van LLiNK en BNN is MAX

totaal niet bezorgd. “Die vissen uit een andere

vijver.” Integendeel; door de toenemende

vergrijzing ziet omroep MAX haar doelgroep

alleen maar groeien. Daardoor beginnen

nu ook de gevestigde omroepen ouderen te

‘ontdekken’. Maar ook dat mag de pret niet

drukken. “Als eerste moet je een kwalitatief

goed product aanbieden. Het blijkt dat dat wel

goed zit, anders zou onze campagne niet zo

succesvol zijn.”

“MAX werd in het begin uitgelachen en niemand dacht dat het ons zou lukken.” Aan het woord is Mechiel Blokland van de afdeling Promotie van omroep MAX. De omroep voor vijftigplussers, sinds 2005 in de lucht, heeft het vereiste ledental van 150.000 al bijna binnen. “We hebben iedereen verbaasd!”

to the maXAls initiatiefnemer Jan Slagter in 2002 omroep-

vereniging MAX opricht, wordt er niet echt

enthousiast gereageerd. Eerdere pogingen

om een ouderenomroep van de grond te

krijgen, mislukten. Vijftigplussers zouden

minder actief en minder productief zijn, zo

werd er volgens MAX verondersteld. De groep

vijftigplussers is echter de grootste groep in

ons land en vormt daarmee een belangrijk

potentieel kijkerspubliek. Door de continue

verjongingsdrang van andere omroepen was

er voor deze groep te weinig op de buis. MAX

sprong in dit gat – met succes.

Page 28: Staal Magazine

aCtie!Omroep LLiNK maakt programma’s omtrent

milieu, dierenwelzijn en mensenrechten en wil

kijkers en luisteraars inspireren, motiveren en

activeren. Nu moet ze dus zelf aan de bak. Om

de omroep steviger op de kaart te zetten werd

eerder al Floortje Dessing als presentatrice

aangetrokken. De ledenwerfcampagne die

in mei van dit jaar van start ging, bestaat

onder andere uit advertenties, banners,

promotieteams, stands op festivals en spotjes

op tv en radio. “Ik ben LLiNK. Jij toch ook?”,

vragen Floortje’s blauwe ogen.

filmPjeDe groenste omroep gelooft in ‘praktisch

idealisme’ – iedereen in de wereld is met

elkaar verbonden en kan daarom een bijdrage

leveren aan een duurzame wereld – en brengt

dat in haar ledenwerfcampagne ook in de

praktijk. Voor elk nieuw lid gaat er twee euro in

een fonds. Uit dat fonds werd onder andere de

winnaar van de filmpjesactie beloond. Diana

Vergeer licht toe: “We krijgen regelmatig

mailtjes of telefoontjes van mensen die

nog wel een project of goed doel kennen

waarvan ze zeggen, dat is iets voor LLiNK!

Met de campagne ‘Verander de Wereld met

een filmpje’ konden de mensen geld winnen

voor hun goede doel door zelf een filmpje te

maken.” Iedereen kon meedoen, alleen leden

mochten stemmen.

goede doelenBehalve deze actie gaan er ook mailings uit naar

oud-leden met de vraag of zij hun lidmaatschap

willen herzien, en worden leden benaderd om

nieuwe leden aan te dragen. Daarnaast werkt

LLiNK slim samen met diverse goede doelen

en NGO’s, zoals Plan Nederland, De Windunie

en Greenchoice. LLiNK adverteert in hun

bladen want “daar zitten de mensen die in

onze doelgroep vallen.”

Met de steun van onder andere Nellie Frijda,

Tim Krabbé, Barbara de Loor en Daryl van

Wouw en toepasselijk getitelde programma’s

als ‘Moveyourass’ en ‘Aanpakken en wegwezen’

is LLiNK, geheel in lijn met haar idealistische

insteek, vol vertrouwen de grens van 150.000

te zullen bereiken.

‘De kleinste omroep met de grootste idealen’ wacht de komende tijd haar grootste uitdaging. In een paar maanden tijd moet zij haar ledental bijna verdubbelen. Op de redactie zijn ze optimistisch gestemd. “Vergeleken met een paar maanden geleden, is het de laatste tijd heel hard gegaan”, aldus woordvoerster Diana Vergeer.

Page 29: Staal Magazine

druk druk drukBarts Neverending Network is de laatste jaren

veel in het nieuws. De omroep trok de aandacht

met de rel rondom de pornofilm Deep Throat,

werd uitverkozen tot mediabedrijf van het

jaar en sleepte de vermelding ‘coolste merk’

van het jaar in de wacht. De Grote Donorshow

kreeg een Emmy Award en de Lama’s wonnen

de Gouden Televizier-ring. Met de Nationale

BNN-test vierde de omroep eind oktober haar

tienjarig bestaan. Het brutaalste jongetje van

de klas heeft het er maar druk mee.

“Het is een erg intensieve campagne,” geeft

Chiel de Leeuw, Marketing Coördinator toe.

“Jongeren worden niet snel ergens lid van.”

Toch zegt hij niet ontevreden te zijn. Over

exacte cijfers wil hij echter niets kwijt. “Dat

maken we pas ergens in april bekend. We

kunnen daar nu geen eenduidig antwoord op

geven,” aldus De Leeuw.

nk sPijkerbroekhangenZoals we van BNN gewend zijn, gaat de cam-

pagne gepaard met opzienbarende acties.

Zo serveerden Filemon en Sophie onbijtjes in

de file op de A2 en waren Nicolette en Jasmine

in Tilburg voor het Nederlands Kampioenschap

Spijkerbroekhangen. Eerder al ‘kaapte’ BNN

het Veronica Magazine en zette de inhoud van

het blad naar haar hand. “Héél BNN is aan het

werk om de campagne onder de aandacht te

brengen”, benadrukt De Leeuw. “Dat is het

typische karakter van deze campagne.”

lust for lifeBNN wil te allen tijde herkenbaar zijn in wat

ze doet, en probeert dat te bereiken door haar

onderwerpkeuze, haar taalgebruik en een

onconventionele aanpak. Ook probeert de

omroep altijd het ‘BNN-gevoel’ uit te stralen:

brutaal, eigenwijs, uitdagend, recht voor z’n

raap en optimistisch. De Leeuw: “Vooral dat

laatste is kenmerkend voor de invalshoek van

deze campagne. Het is vrolijk en het heeft een

lust for life feeling. Het campagneliedje blijft

in je hoofd hangen en we hopen dat mensen

daardoor ook de boodschap oppakken.”

De Lama’s Decorkippen, een BNN-bierboot of Spuiten & Slikken massageolie: het zijn een paar voorbeelden van zogenaamde ‘aanbrengcadeautjes’ van BNN. BNN startte in september de actie ‘Koop dit, word lid’, want de zender wil doorgroeien en vernieuwen. Meer leden = meer zendtijd = minder ouwelullenprogramma’s, zo redeneert BNN.

bnn te kooPBNN, de meest eigenwijze omroep van

Nederland, richt zich exclusief op jongeren

en stelt dat er voor deze doelgroep te weinig

op tv is. Bovendien loopt de omroep met een

hoop nieuwe ideeën en formats waar gezien

de beperkte zendtijd geen ruimte voor is.

Om nieuwe leden binnen te halen, kunnen ze

een symbolisch stukje BNN kopen. Voorzitter

Patrick Lodiers biedt zijn moeder te koop aan,

Filemon Wesselink doet zijn nier in de verkoop.

“Dit doen we om te laten zien hoe ver we willen

gaan voor nieuwe leden”, aldus Lodiers op de

aftrap van de campagne. Daarnaast zijn er ook

een heleboel échte cadeaus te koop. Voor maar

5,73 euro heb je al een Lama’s Decorkip of een

programmadraaiboek, inclusief een eenjarig

lidmaatschap.

Page 30: Staal Magazine

ik hooPte oP seks, maar ik kreeg alleen maar meer

PA

GIN

A5

8

metM

Page 31: Staal Magazine

Titel: LeT’s connecT!

Geef je carrière of bedrijf vleugels

door succesvol te netwerken

Auteur: Jan Vermeiren

Uitgeverij: Pearson Education

ISBN: 978-90-430-1509-7

Via maximaal zes andere mensen heb je

7.629.394.531.250 contacten. Een eigen-

aardig maar interessant feit uit het

boek ‘Let’s connect!’ van de Belg Jan

Vermeiren. Daarmee wil hij de lezer

bewustmaken van de grote hoeveelheid

kansen die er zijn om contacten te

leggen. Zijn boek over succesvol

netwerken, dat vooral van toepassing is

op de zakelijke omgeving, is niet alleen

zeer inzichtelijk en lekker leesbaar,

maar vooral ook heel herkenbaar. ‘Ik kan

het zelf wel’, ‘ik wil niemand lastigvallen’ of

‘ze hebben waarschijnlijk toch geen tijd’ zijn

van die voorbeelden die iedereen herkent. Het

belangrijkste inzicht uit ‘Let’s Connect!’ is dat

netwerken niet alleen een kwestie van nemen

is, maar ook van geven. Met herkenbare

praktijkvoorbeelden en ‘netwerksuccestips’

- ‘onthoud namen’ en ‘hoe een gesprek te

voeren met meneer HP (Hoge Piet) - neemt

Vermeiren je bij de hand en neemt hij de

negatieve gevoelswaarde van het woord

‘netwerken’ weg. Maar bovenal laat het boek

zien dat netwerken leuk is.

Titel: IedeReen

Hoe digitale netwerken onze contacten,

samenwerking en organisaties veranderen

Auteur: Clay Shirky

Uitgeverij: Business Contact

ISBN: 978-90-470-0080-8

‘Iedereen’ van Clay Shirky is een ware

eyeopener voor iedereen die zich regelmatig

op het web begeeft. Allerlei sites maken het

tegenwoordig mogelijk om foto’s te delen,

discussies te voeren, online bijeenkomsten te

houden en gelijkgestemden te vinden. Shirky

vraagt zich af wat dat betekent; voor onszelf,

onze samenwerking en onze organisaties

en instituties. Ons standaardantwoord op

het coördineren van groepen, zo schrijft

hij, is het samenbrengen van mensen in

organisaties. Dat kost tijd, moeite en geld.

Met nieuwe open source technologieën

gaan deze transactiekosten drastisch

omlaag. Groepsvorming wordt makkelijker

en zelforganisatie - de zogenaamde ‘post-

management organisatie’ - heeft volgens

Shirky de toekomst. Hij licht deze stellingname

zeer helder en overtuigend toe. Met grappige

voorbeelden over een zeemeerminnenparade

in New York en zijn koppige uncle Howard

die de lokale krant in Richmond bestiert is

‘Iedereen’ boeiend van begin tot eind.

Netwerken moet makkelijk zijn, netwerken moet efficiënt zijn, netwerken moet leuk zijn… Maar wie denkt dat netwerken is voorbehouden aan een select groepje natuurlijke praters of ijverige verkopers heeft het mis. Iedereen kan netwerken – iedereen hééft een netwerk. Er verschenen talloze boeken rondom dit thema. Wilt u meer lezen? Staal maakte een kleine selectie.

Voor de aspirant-netwerker of de beginneling is er ‘Netwerken

werkt’ van loopbaancoach Rob van Eeden. Het boek draait om

het vinden van de juiste baan, en hoe je netwerk je daarbij kan

helpen. Volgens Van Eeden kun je je kans op werk verdriedubbelen,

mits je maar lef toont. Netwerken, zo benadrukt hij, is een activiteit, een

werkwoord, een bezigheid. En iedereen, jong en oud, kan het. Met praktische

oefeningen, tips en voorbeeldjes probeert Van Eeden succesvol de angst voor netwerken

weg te nemen. Het vele gebruik van beeldspraak en metaforen - ‘netwerken is als zweefvliegen,

netwerken is vlinderen’ - is meestal verhelderend, maar bij vlagen ook vervelend. Dat neemt niet weg

dat na het lezen van dit boek het triomfantelijke gevoel van ja-ook-ik-kan-het! het meeste bijblijft.

Met een open mind en de juiste instelling kom je al heel ver.

EErste hulp bij netwerken

Titel: neTweRken weRkT

op weg naar de baan die je wilt

Auteur: Rob van Eeden

Uitgeverij: Het Spectrum

ISBN: 978-90-274-6578-8

PA

GIN

A6

0

Page 32: Staal Magazine

Op de weg, te water of per spoor; de verkeersnetwerken in Nederland slibben in rap tempo dicht. Hoe hard we ons ook van A naar Beter proberen te dotteren. Als je nog ergens ruimte zoekt, kun je alleen nog de lucht in. Hoewel, zelfs daar geldt niet ‘the sky is the limit’. Dat blijkt wel uit een -virtuele- vlucht langs luchtverkeersleider Martin Jans en KLM-piloot Jeroen Siewe. Zij tonen juist in de beperkingen hun meesterschap.

Marko van HoogdalemmetM

Marko van Hoogdalems vader was tot zijn pensioen luchtverkeersleider bij Eurocontrol. Hij regelde via een bevriende oud-verkeersleider van Maastricht Airport het contact met Martin Jans. Overigens bleek toen dat Martin en Marko jaren geleden tegenover elkaar hebben gestaan tijdens een volleybaltoernooi. Piloot Jeroen Siewe is een buurman van Marko. Jeroen en Martin kennen elkaar niet persoonlijk, maar ze hebben onmiskenbaar radiocontact met elkaar gehad. Freelance fotograaf Wim Bos en Marko werden een kleine tien jaar geleden voor het eerst aan elkaar gekoppeld voor een artikel. Sindsdien deden zij diverse co-producties in woord en beeld, met name voor een Belgisch bedrijfsmagazine.

PA

GIN

A6

2

Page 33: Staal Magazine

Martin: “Twintig jaar geleden verwerkte Schiphol zo’n driehonderd vluchten per dag. Nu is onze

dagcapaciteit, bij normale omstandigheden, dertien- tot veertienhonderd starts en landingen. Dat

gebeurt niet netjes verspreid over vierentwintig uur, hoor. Zo’n negentig procent van al dat verkeer

speelt zich af tussen zeven uur ’s ochtends en tien uur ’s avonds. Met pieken van zo’n 125 starts en

landingen per uur. We handelen dat af met zes tot acht verkeersleiders op de toren. Want alleen al op

het stukje tussen de gate en het luchtruim hebben piloten contact met minstens vijf van ons.”

Martin: “Schiphol beschikt over zes banen in uiteenlopende richtingen. In tegenstelling tot vele andere

vliegvelden kunnen wij de vliegers dus letterlijk tegen elke wind in laten starten of landen. Voor een

vlieger is het belangrijk om tegen de wind in te landen. Veiligheid gaat boven alles. Daarom zijn en

blijven de windrichting en –sterkte de zwaarstwegende factoren bij het openstellen of sluiten van banen.

Als er echter niet of nauwelijks wind staat, bepaalt de politiek de baankeuze om de geluidshinder zo

laag mogelijk te houden. Zo werken we tegenwoordig met de ‘Alderstafel’. Dat is een soort overleg op

hoog niveau die voorschrijft welke banen we dan primair moeten gebruiken, hoeveel en welke type

vliegtuigen op welke uren welkom zijn en welke aan- en uitvliegroutes wij moeten aanhouden.”

Jeroen: “Met vliegen gaat het er niet om hoeveel ruimte er is, maar hoeveel je kríjgt. Dat begint

al met vergunningen. Je hebt er al een nodig om überhaupt de lucht in te mogen. Dan heb je nog

landingsrechten, overvliegtoestemmingen, vrachtvergunningen… Elk luchtruim of -haven heeft zo

z’n belangen en bepalingen. Soms kom je heel vreemde beperkingen tegen. We mogen bijvoorbeeld

wel met een passagierstoestel over Rusland naar Almaty in Kazachstan vliegen, maar met een

vrachttoestel niet. Dan moeten we via Turkije; een omweg van zeker anderhalf uur. En zo is er ook

boven China lucht zat, maar de ruimte beperkt. Politieke of militaire belangen spelen vaak een grote

rol, maar het hangt ook eenvoudigweg af van hoeveel verkeer de luchthavens aankunnen.”

Jeroen: “Wereldwijd zie je enorme verschillen tussen mankracht, technische mogelijkheden en dus

capaciteit op de grond. In Rusland bestrijkt verhoudingsgewijs een handjevol verkeersleiders een

gigantisch gebied. Daar is het verkeer in lucht dan ook beperkt tot een paar stipjes op de radar. Een

schril contrast met bijvoorbeeld de Amerikaanse oost- en westkust, waar de radar zwart ziet van de

vliegtuigen. Daar hebben ze wel de mensen en faciliteiten. Daar kun je op sommige vliegvelden met

z’n drieën tegelijk starten of landen.”

Page 34: Staal Magazine

Martin: “Veertienhonderd vluchten per dag, betekent veertienhonderd piloten die als eerste binnen

of weg willen zijn. Als ze het zelf zouden regelen, vechten ze elkaar de baan af, denk ik. De belangen

zijn groot. Wij zitten hier puur om alles zo veilig, zo eerlijk en liefst zo efficiënt mogelijk te sturen. Tot

vogelverjagers, sneeuwschuivers en vliegtuigslepers aan toe. En we zijn natuurlijk de aangewezen

regisseur bij noodgevallen. In geval van een ‘mayday’ is het banen vrij, al het verkeer in holding tot

nader order en alle ruimte voor de hulpdiensten én voor de mayday zelf, uiteraard.”

Martin: “Ik wil zoveel mogelijk meedenken met de vliegers. Als ik twee vluchten naar het oosten heb

waar minimaal twee minuten afstand tussen moet zitten, probeer ik bijvoorbeeld daartussen een

vlucht naar het westen te laten starten. Áls dat kan, tenminste. Ik moet ook rekening houden met

verschillende typen vliegtuigen, met verschillend gewicht en verschillend klimvermogen. Zo zit ik

steeds vooruit te puzzelen met het steeds wisselende aanbod.”

Jeroen: “De ingrepen om milieuhinder tegen te gaan, zijn typerend voor de politieke invloed op

Schiphol. Wij zien het terug in het soms onlogische baanaanbod. Dan moet je bijvoorbeeld een kwartier

taxiën naar de Polderbaan, terwijl je ziet dat andere geschikte banen leeg blijven. In Noord-Amerika

kan de luchtverkeersleiding zich nog volledig in dienst stellen van de vliegers. Wij vragen, zij bieden.

Hier gebeurt dat regelmatig andersom, omdat de verkeersleiders ook met andere belangen te maken

hebben. En die belangen staan vaak haaks op ons doel om zo snel mogelijk van A naar B te komen.”

Jeroen: “Veiligheid staat boven alles, natuurlijk. Maar verder draait het vooral om efficiency. Tijd

is geld. Daar is ons hele vliegplan op gebaseerd. Zo berekent onze navigatieafdeling vooraf al wat

voor ons de meest optimale ‘oceanic track’ is. Oceanic tracks zijn, zeg maar de transatlantische

snelwegen. Tussen Ierland en Canada lopen zes van die luchtwegen van elk vijf verdiepingen waar

vrijwel iedereen zich in colonnes doorheen perst. Je reserveert vooraf een plekje, maar als je je

‘slottijd’ mist, gaat je plek naar een ander. Dan moet je wachten tot er een nieuw gaatje vrijkomt. Of

je wordt doorverwezen naar een langere track of minder efficiënte vlieghoogte. Een beetje vertraging

op de grond kan in de lucht dus grotere gevolgen krijgen. De keuze om wel of niet te wachten op een

verlate passagier nemen we ook niet zomaar; dat gebeurt weloverwogen. Ook al is dat dan op grond

van het aantal te verliezen euro’s.”

Page 35: Staal Magazine

Martin: “Het weer, dat is en blijft een bepalende factor. Extreem harde wind is bijvoorbeeld lastig,

omdat die ons dwingt tot het gebruik van één specifieke baan. Maar mist, dat is pas echt vervelend.

Want ondanks alle geavanceerde radarsystemen, werken we nog steeds met het blote oog. Vandaar

dat we in een toren zitten. Ik moet ook kunnen zíen of een vliegtuig daadwerkelijk van de baan af

is, voordat de volgende kan landen. Daarom, hoe beter het zicht, des te hoger onze capaciteit. Of

andersom. Dan maar geen tachtig vliegtuigen per uur, maar twintig. En de rest? Wachten of uitwijken.

Het is niet anders.”

Martin: “Dat ik steeds moet puzzelen met beperkingen? Ach, je kunt alles wel als beperking zien.

Zelfs de taal, want sommige Chinese piloten zijn echt moeilijk te verstaan. En nog niet zo heel lang

geleden kwamen hier zelfs vliegtuigen uit Rusland die steevast een tolk aan boord hadden. Serieus!

Maar dat soort dingen vind ik juist geweldig. Ik doe dit werk al twintig jaar en ik vind het nog steeds een

prachtvak. Zo dynamisch, elke dag weer! Kijk, daar, die Boeing 747 van KLM. Soms moet hij zijn take

off roll precies beginnen wanneer ik dat aangeef. Als ik de vlieger daar goed op voorbereid en ik zie na

mijn ‘clearance’ binnen een seconde vierhonderd ton aan het rollen gaan… dat is toch kicken?”

Jeroen: “Het weer en de brandstof, daar zitten wij eigenlijk constant mee te puzzelen. Een kwestie

van vooruitdenken, inschatten en anticiperen op lokale omstandigheden. Daarmee beginnen we al

vóór vertrek, want dan bepalen we hoeveel brandstof er meegaat. Maar ja, hoe groot is deze keer de

kans is dat we in Azië moeten omvliegen omdat het daar ‘hurricane season’ is? Verwachten ze mist

op Schiphol? Hoe ver is onze ‘alternate’, ofwel het vliegveld waarnaar we eventueel uitwijken? Hoe

onzekerder de situatie, hoe meer extra kerosine we meenemen. Soms moeten we zelfs passagiers

laten staan, omdat we hun gewicht aan brandstof nodig hebben. Immers, voor elke duizend kilo

brandstof moeten we bij wijze van spreken nog eens tweehonderd kilo extra meenemen om die

ballast te kunnen vervoeren. Het is aan ons de kunst om de marges veilig, maar zo klein mogelijk te

houden.”

Jeroen: “Hoe goed we alles ook incalculeren, er kan onderweg altijd iets gebeuren wat niet volgens

vliegplan verloopt. In Afrika kan het zomaar gebeuren dat het vliegveld volledig plat gaat door een

stroomstoring. Tja, dan hang je daar. Wat doen we? Maar die vraag speelt ook hier, als het gewoon

heel druk is. Blijven rondcirkelen tot er plek is? Dat kan een dure delay worden. Uitwijken dan? Dat

betekent een hoop gedoe voor passagiers en onszelf. En dat kost ook weer wat. Bij elke verandering

in het plan, wegen we oorzaak en gevolg tegen elkaar af. Maar niet te lang, want de brandstofklok

tikt door. Dat puzzelen met beperkingen… soms onder tijdsdruk, dat is mooi, man! Maar ik geniet

ook als we straks, na een superstrakke vlucht, de kist op de minuut en ton brandstof nauwkeurig op

Shanghai zetten.”

Page 36: Staal Magazine

konInkLIjk neTweRkenDe in 1919 opgerichte ‘Koninklijke Luchtvaart Maatschappij’ is vooral actief als netwerkbedrijf. Sinds de fusie met Air France in 2004, onderhoudt de organisatie een wereldwijd netwerk volgens de zogenoemde ‘dual hub’-strategie, waarbij Parijs en Amsterdam fungeren als de belangrijkste transferluchthavens. Daarnaast maakt KLM deel uit van SkyTeam, een internationale alliantie van elf luchtvaartmaatschappijen. Dankzij dit netwerk heeft KLM toegang tot meer dan 800 bestemmingen in ruim 150 landen op zes continenten. In omzet is de Air France KLM Groep de grootste luchtvaartcombinatie ter wereld. In het boekjaar 2006-2007 vervoerde de KLM Groep ruim 23 miljoen passagiers, 657.022 ton vracht (samen met Air France Cargo) en verzorgde zij technisch onderhoud voor meer dan 100 luchtvaartmaatschappijen. In datzelfde jaar bestond de vloot van de KLM Groep uit 203 vliegtuigen en 33.002 medewerkers (fte). Meer informatie: www.klm.nl

jeroen siewe is sinds 1991 piloot bij kLM. de laatste jaren vliegt hij met Boeing 747’s afwisselend passagiers-, vracht- of combi-vluchten.

LucHTIG neTweRkenLuchtverkeersleiding Nederland (LVNL) is sinds 1923 verant-woordelijk voor het beheer van het civiele luchtruim boven Nederland. Naast de begeleiding van het luchtverkeer, verzorgt LVNL ook opleidingen, luchtvaartinlichtingen en beheert ze de technische systemen. De verkeersleidende taken zijn verdeeld in drie deelgebieden. Tower Control regisseert al het verkeer op en vlak boven de luchthaven. Dus de starts en landingen, maar ook het taxiën van en naar de gates, verslepen van vliegtuigen naar onderhoudshangars en andere ondersteunende diensten zoals brandweer of vogelverjagers. Approach Control begeleidt al het naderingsverkeer rond de luchthaven. Zij ‘brengen de kist recht voor de baan’. Deze verkeersleiders volgen de vliegtuigen op radar in een straal van ongeveer 60 kilometer rond het vliegveld en tot een hoogte van zo’n drie kilometer. Area Control is verantwoordelijk voor al het civiele luchtverkeer boven de rest van Nederland.

Martin jans werkt sinds 1989 bij LVnL schiphol. Hij werkt afwisselend als verkeersleider/supervisor voor Amsterdam Tower of Amsterdam Approach.

Page 37: Staal Magazine

Guido van der kroef “Netwerken is onmisbaar

om mijn foto’s te krijgen waar ik ze hebben

wil. En net als bij fotografie moet ik daar mijn

eigen stijl in vinden. Mijn ‘eigen-wijze-netwerk’

dus.”

elfriede Bastiaansen “Ik vind het erg belangrijk

een netwerk met mijn ex-studiegenoten te

onderhouden, om geïnspireerd te blijven, maar

ook om opdrachten uit te wisselen. Door een

selectie van mijn foto’s op internet te plaatsen,

laat ik zien wat ik als fotograaf te bieden heb.”

Maj-Britta de Ruiter “Ik ben geboeid door veel

vormen van fotografie. Diversiteit in opdrachten

spreekt me aan. Ik zie het als een uitdaging om

precies dat beeld vast te leggen dat het beste

de sfeer weergeeft.”

els Baltjes [niet op de foto] “Nu ik klaar ben

met mijn studie aan de School voor Fotografie

wil ik mij gaan richten op de illustratieve

fotografie. Daarnaast wil ik me gaan toeleggen

op het maken van portretten en reportages.”

TalentP

AG

INA

72

NIEUW (NETWERK) Dit jaar studeerden acht fotografen af aan de School voor Fotografie in Breda. Een jaar lang

werkten ze aan hun portfolio’s en hun netwerk en waren ze elkaars steun en toeverlaat.

Nu zijn ze allround fotograaf en gaan ze aan de slag met betaalde opdrachten.

stephan neeten “Ik werk als freelance foto-

graaf naast mijn baan in de ICT. Binnenkort ga

ik emigreren naar Eldfjord, Noorwegen. Daar

wil ik in de zomermaanden fotoworkshops aan

toeristen gaan geven. Fotografie zal altijd een

belangrijke rol blijven spelen.”

colinda Boeren “Ik ben in januari 2008 als zelf-

standige begonnen. Met mijn website hoop ik

een duidelijk visitekaartje af te geven. Verder

is het nu vooral een kwestie van doorzetten.

Mond-op-mond reclame en de website

BredaVandaag.nl helpen mij daarbij.”

Bianca van den Broek-dijck “Mond-op-mond

reclame is de beste reclame die je kunt krijgen.

Geen dure advertenties, maar jezelf laten zien

met een mooie website en bij fotowedstrijden.

Zo werk je aan een breed, uitgebreid netwerk

waar leuke en gave opdrachten uit kunnen

komen.”

Anja van eersel “Ik heb een aardig netwerk

binnen verschillende disciplines. Toch blijf ik

mogelijkheden zoeken om mijn netwerk uit

te breiden. Ik heb een eigen website waarop

steeds meer gereageerd wordt, dus ik heb alle

vertrouwen in de toekomst.”

Page 38: Staal Magazine

als eigen baas zit ik de hele rit tegen mezelf te lullenP

AG

INA

74

metM

Page 39: Staal Magazine

ze het niet durven. Maar in mijn vak zijn de

stalen net zo belangrijk als in de winkel van

mijn ouders. Ik heb er altijd veel aan gedaan,

ook toen ik het woord ‘netwerken’ nog niet

kende. Ik heb altijd vakgenoten opgezocht om

samen nieuwe prikkelingen te krijgen. En toen

ik vanuit Amsterdam, waar ik hoofdredacteur

was van het opinieweekblad De Tijd, naar

Brabant ging voor diezelfde functie bij het

Brabants Dagblad, ben ik altijd contact blijven

houden met mijn vakgenoten in de Randstad.

Daar kwam het Brabantse netwerk weer bij.

Waarom al die drukte? Voor mijn gevoel blijf je

zo echt léven. Ik kan niet zonder mensen. En

ik hoop dan altijd maar dat ze ook niet zonder

mij kunnen

Maar mijn ouders hebben het woord ‘net-

werken’ nooit gekend. Dat hele complex van

stalen, vertegenwoordigers en importeurs

was hun wereld waarin zij door een veelheid

aan contacten het motto wilden waarmaken

dat op hun pakpapier stond: ‘Voordelig,

mààr kwaliteit!’ Onder manufacturiers was

zo’n netwerk met de stalen destijds al een

onderdeel van hun competitie: door de juiste

contacten het beter doen dan een ander.

De winkel van mijn ouders heb ik nooit

willen overnemen. Het leek me een vreselijk

vooruitzicht je hele leven te slijten op die

luttele vierkante meters vol geveinsde

dienstbaarheid. Maar er is één aspect dat de

traditionele winkelier gemeen heeft met de

journalist die ik geworden ben: veel contact

met mensen, met klanten, met leveranciers.

Mijn klanten zijn mijn lezers, mijn leveranciers

zorgen voor nieuws. Journalistiek is geen

vak voor bleue mensen, maar ook niet voor

schreeuwlelijken. Toch komen beide typen

voor. De schreeuwlelijken maken ons mooie

vak steeds hyperiger, de bleuen komen

in hun bedremmeldheid niet veel verder.

Beiden hebben geen serieus netwerk. De

schreeuwlijken niet omdat ze denken dat ze

alles zelf wel af kunnen, de bleuen niet omdat

‘Voordelig, mààr kwaliteit!’

stond op hun pakpapier.

Manufacturenwinkels bestaan nauwelijks

meer, en er zijn allang geen vertegen-

woordigers meer die langs de winkels

reizen met koffers vol staalkaarten. Op de

staalkaarten zaten stalen: kleine stukjes

stof, mooi afgeknipt met een kartelschaar.

Het waren staaltjes van de stoffen die de

manufacturier kon bestellen. Die staal-

kaarten waren het netwerk van mijn ouders:

achter op ieder lapje stof stonden naam en

telefoonnummer van de leverancier. Zo waren

er ook staalkaarten voor wol: plukjes breiwol

in alle leverbare kleuren. En mijn ouders

hadden dikke losbladige boeken vol met

knopen, vastgenaaid op karton. Alles wat ze

wilden inkopen was zo beschikbaar, je kon het

voelen, je kon eraan ruiken.

Tony van der Meulenoud-hoofdredacteur Brabants Dagblad

PA

GIN

A7

6

cOLuMN

Page 40: Staal Magazine

SingleS / Div

Mother Love Bone, Pearl Jam, Soundgarden, Temple of the Dog, Alice

in Chains. De muziekscene uit Seattle vormde een hecht vlechtwerk

van (destijds) jonge bandjes met talloze onderlinge kruisverbanden.

Bandjes die ook nog eens ontzettend goed bleken te zijn. Samen

bepaalden ze een aantal jaren het gezicht van de rockmuziek. De

film Singles speelt zich af in het Seattle van de vroege jaren negentig

en is zonder meer de slechtste die regisseur Cameron Crowe ooit

gemaakt heeft. De bijbehorende soundtrack vormt een mooie

dwarsdoorsnede van de muziek uit die tijd. Het is een klassieker die

de tand des tijds nog steeds moeiteloos doorstaat. Verplichte kost!

Born to run / Bruce SpringSteen

Voor sommige artiesten is muziek maken net werken, voor andere

muzikanten is het een passie. Bruce Springsteen behoort al sinds

de vroege jaren zeventig tot de laatste categorie. Ter ere van de

verjaardag van zijn meesterwerk Born to run bracht Columbia drie

jaar geleden een 30th Anniversary Edition uit. Naast een boekje, een

documentaire en een geremasterde versie van Born to run bevat dit

lekkere doosje ook een adembenemende concertregistratie uit 1975.

Meer dan twee uur genieten van een jonge Springsteen-met-baard-

en-wollen-muts. Het concert werd later ook ‘los’ op CD uitgebracht.

KiJK & luiSter

MuZieK

PA

GIN

A7

8

Er zijn heel wat films die via-via wel terug te voeren zijn op het thema van dit magazine. Gertjan Harberink ging in z’n platenkast op zoek naar een paar lekkere staaltjes netwerkmuziek.

the Matrix / Div

De grimmige nummers van Marilyn Manson, Rammstein, Rob

Zombie, The Prodigy en Propellorheads vormen het perfecte

geluidslandschap voor het eerste deel van de Matrix trilogie.

Hoogtepunt is de afsluiter ‘Wake up’ van Rage Against The Machine

waarin RATM’s altijd boze frontman Zack de la Larocha zijn longen

lekker uit zijn lijf schreeuwt.

trainSpotting / Div

Übersoundtrack uit 1996. In tegenstelling tot wat de titel doet

vermoeden, heeft Trainspotting natuurlijk niets met het kijken naar

treinen te maken en juist alles met het zoeken naar mensen met

via-via-via connecties in Colombia. Absolute hoogtepunt is Iggy Pops

Lust for life. En luister zeker ook naar het hallucinante Born Slippy

van Underworld waar je ook zonder drank en drugs probleemloos

een rush van krijgt. Het nummer groeide uit tot het anthem van elke

feestende Brit. Verder veel moois van Pulp, Leftfield, Blur en Primal

Scream.

rattle anD huM / u2

Het omvangrijke adressenboekje van Bono Vox maakt dat U2 niet

alleen muzikaal maar ook maatschappelijk de meest invloedrijke

band ter wereld is. Hun klassieker Rattle and hum is behalve een

prachtige muziekfilm ook een loeigoed album. Opmerkelijke

combinatie van live- en studiotracks. Graag uw speciale aandacht

voor I still haven’t found what I’m looking for mét gospelkoor. En

natuurlijk voor het gastoptreden van blueslegende BB King in When

love comes to town. De kippenvelfactor van afsluiter All I want is you

is na 20 jaar nog altijd even hoog.

Gertjan HarberinkVeertienElf Media

Page 41: Staal Magazine

Bourne trilogy (2002, 2004, 2007)

Killer met geheugenverlies neemt het in achtervolgingsthriller

op tegen moorddadig netwerk waar hij ooit deel van uitmaakte.

✶ ✶ ✶ ✶

War gaMeS (1983)

Lekkere film waarin piepjonge Matthew Broderick met zijn

analoge 14k-modempje bijna WOIII ontketent.

✶ ✶ ✶

BloW (2001)

Het waargebeurde verhaal over George Jung.

Vanwege zijn goede drugsconnecties voorzag hij in de jaren

zeventig bijna heel Amerika van cocaïne.

✶ ✶ ✶ ✶

loSt in tranSlation (2003)

Twee Amerikanen dwalen door Tokio. Ze begrijpen de stad niet.

De totaal verschillende personages raken bevriend vanwege

een gebrekkig netwerk.

✶ ✶ ✶ ✶

the net (1995)

Gedrocht uit de tijd dat internet nog eng en nieuw was.

Bijna wekelijks op tv. Kijk maar niet.

netWorK (1976)

Heerlijke aanklacht tegen het gebrek aan ethische

normen in de televisiewereld. Vijf Oscars.

✶ ✶ ✶ ✶

contact (1997)

Piepjes uit het heelal blijken afkomstig van marsmannetjes

die contact zoeken. Tsss.

✶ ✶

the Matrix i, ii en iii (1999, 2003)

Het leven is een kunstmatig in stand gehouden illusie.

Aangenaam verpakt gedachte-experiment.

✶ ✶ ✶ ✶

the French connection (1971)

Gene Hackman schittert in klassieker die jarenlang de standaard

vormde op het gebied van auto-achtervolgingen.

✶ ✶ ✶ ✶

Gertjan Harberink en Marcel Groenewegen zetten de films op een rijtje die elke netwerker gezien moet hebben. Negen fijne, beetje fijne, en helemaal niet zo fijne films over netwerken in de aller, allerbreedste zin van het woord.

Gertjan Harberink en Marcel GroenewegenVeertienElf Media

Page 42: Staal Magazine

PA

GIN

A8

2

“Tijd vormt de basis voor elke relatie.”

Willem Frederik Hermans

Page 43: Staal Magazine

Mindmappen is een manier om grafisch je gedachten en ideeën te ordenen. Er zijn talloze programma’s

en sites die het mindmappen vergemakkelijken. Maar WoMiMa is anders. Na het inloggen kijk je

tegen een maagdelijk leeg scherm aan. Nadat je een eerste woord hebt ingetikt, ga je van start.

Je laat je gedachten de vrije loop en vult al je associaties in. Al bij het intikken van die associaties,

toont zich de kracht van WoMiMa. Want bij elke associatie komen er automatisch nieuwe associaties

in beeld die afkomstig zijn van anderen. Die associaties brengen je meteen op nieuwe ideeën. Wie

WoMiMa gebruikt in een brainstorm, krijgt dus al snel het gevoel dat er allerlei andere mensen aan

tafel zitten die meedenken.

Wijne – ondernemer – en Van Overveld – als natuurkundige verbonden aan de TU/e en werkzaam als

zelfstandig creatief business consultant – bedachten hun World Mind Map toen ze tijdens een autorit

filosofeerden over een manier om gedachten met elkaar te verbinden. “Eigenlijk filosofeerden we

over een programma waarmee we geluk meetbaar konden maken. Al doordenkend, bedachten we

hoe mooi het zou zijn om gedachten en associaties van mensen met elkaar te linken. Met internet en

databases zou het moeten kunnen – in theorie zou je zo een synthetisch superbrein kunnen maken.

Uiteindelijk leidde dit wilde idee tot WoMiMa. Ons streven is heel eenvoudig: we willen wereldkampioen

worden in het ontsluiten van gedachten en associaties.”

Soms kom je een geweldig idee tegen dat zo eenvoudig is dat je het zelf had moeten bedenken. World Mind Map, kortweg WoMiMa, van Karel Wijne en Kees van Overveld, is daar een sprekend voorbeeld van. WoMiMa is een online mindmaptool, die álle associaties van andere gebruikers bewaart en vervolgens weer beschikbaar stelt. Als je met WoMiMa brainstormt, denkt de rest van de wereld met je mee.

Gertjan HarberinkVeertienElf Media

PA

GIN

A8

4

Page 44: Staal Magazine

Wat je nodig hebt voor jouw eigen mindmap zijn een pen en een vel papier. Het centrale onderwerp zet je in het midden van het vel. Onderwerpen die daaraan gelinkt zijn, zet je om het onderwerp heen. Waar nodig trek je lijntjes om een verbinding tussen twee woorden weer te geven. Door je gedachten en associaties op deze manier gestructureerd weer te geven, kun je snel hoofd- en bijzaken onderscheiden. Zo ontleed je de semantische omgeving van het onderwerp. Omdat je het probleem grafisch maakt nestelt het plaatje zich bovendien makkelijker in je hoofd. Mindmapping is dan ook voor allerlei doeleinden te gebruiken. Het meest voor de hand liggend is een creatieve brainstorm of een praktische inventarisatie. Maar ook boeken, colleges of presentaties laten zich al mindmappend prima samenvatten.

Probeer het zelf. www.womima.com

Kracht

De kracht van WoMiMa is de slimme com-

binatie van vernuftige techniek en menselijke

associaties. Tik bijvoorbeeld het woord ‘iPhone’

in en één van de associaties die de site geeft,

is het woord ‘uitverkocht’. Naast deze wel

heel menselijke associatie zie je ook meteen

woorden als ‘software’, ‘Apple’ en ‘3G’. We

voegen zelf nog eigen associaties als ‘mooi’

en ‘touchscreen’ toe. Als in Amsterdam,

Singapore of Melbourne iemand het woord

iPhone intikt, worden deze associaties straks

ook zichtbaar. Het is wel zo dat woorden vaker

door verschillende personen ingevoerd moeten

worden, alvorens ze ook in andere sessies voor

zullen komen. “Dat doen we om vervuiling te

voorkomen”, aldus Wijne.

De toepassingen van WoMiMa zijn legio.

Creatieve brainstorms verlopen veel sneller

omdat associaties van eerdere brainstorms

meegenomen worden. Wie in zijn eentje moet

brainstormen, vindt in WoMiMa een slim

meedenkmaatje. Wijne: “Het World Mind Map

zou ook bedrijven kunnen helpen om snel hun

imago in kaart te brengen. Je laat eenvoudig-

weg meerdere mensen online associëren op

je merk.” Inmiddels telt de database al ruim

17.000 Nederlandse woorden en zo’n 40.000

Engelse. Op termijn kunnen gebruikers hun

mindmap delen met andere gebruikers. Ook

wordt het mogelijk om mindmaps te bewaren

of met meerdere mensen in te loggen en samen

aan een mindmap te werken.

Het jaar van WoMiMa

Womima.com werd in de zomer van 2008

voorzichtig gelanceerd. Inmiddels is WoMiMa

1.5 uitgerold. Vooralsnog hebben Wijne en Van

Overveld weinig ruchtbaarheid aan hun tool

gegeven. Maar daar gaat verandering in komen.

Het jaar 2009 belooft het jaar van WoMiMa te

worden. Momenteel zijn ze bijvoorbeeld op zoek

naar agenten in het buitenland. “Kleine agentjes

die WomMiMa uitrollen en onderhouden.

Ondernemers die een lokale variant van

WoMiMa starten, kunnen rekenen op een zeer

aantrekkelijk percentage van de omzet die de

site opbrengt. Ook willen Wijne en Van Overveld

mindmaps combineren met afbeeldingen.

Bijna dagelijks komen de twee ondernemers

op nieuwe toepassingen. “Ik heb altijd ideeën”,

lacht Wijne. “En met heel wat ideeën heb ik

daadwerkelijk wat gedaan. Dat varieert van een

site met Europese stockfotografie tot een online

kunstuitleen. Voor ik vijftig ben, wil ik één idee

gelanceerd hebben dat er écht toe doet”, lacht

Wijne. “Volgens mij is WoMiMa dat idee.”

Karel Wijne en Gertjan Harberink troffen elkaar jaren geleden op een Tilburgse squashbaan. Hoewel het aantal sportieve ontmoetingen zeer beperkt bleef, hielden ze contact. De lancering van World Mind Map was een goed excuus om weer eens contact met elkaar op te nemen. Kees van Overveld werkt aan de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e), het instituut waar Gertjan ook een aantal jaren vertoefde als redacteur van het universiteitsblad Cursor. Gertjan en Kees hebben elkaar daar overigens nooit getroffen.

Page 45: Staal Magazine

Netwerken voor dummy’s

MAAK JE EIGEN PAPIEREN ‘PITCH’

Vul in, knip uit, maak mooie kleurkopieën en deel deze uit in de lift. metM

aangeBoDen (t.e.a.b.): Me, MySelF anD i - in originele staat!

MIJN NETWERK

Ik heb prettige connecties (m/v)

op het gebied van:

.....................................................................

.....................................................................

MIJN ARMOE

Het ontbreekt mij wel eens aan:

.......................................................

.......................................................

MEER MIJN (ÉN DIJN)??

Bel me: .......................................................

Of mail: .......................................................

MIJN CHARME

Mensen vinden mij lief als:

.....................................................................

.....................................................................

MIJN ‘TRY BEFORE I DIE’

.....................................................................

.....................................................................

.....................................................................

MIJN GOUD

Ik ben kampioen in:

.....................................................................

.....................................................................

MIJN IMAGO

Vergelijk mij met de merken:

.....................................................................

.....................................................................

PA

GIN

A8

8

Plak hier je pasfoto

naam: ........................................

...................................................

geboortejaar: ............................

MIJN TOPTIJDEN

Ik ben op mijn best:

tussen ......... en ........ uur

op ma / di / wo / do / vr / za / zo

in de regio: ...................................

MIJN IQ

Reeds in gebruik: ....... %

Ter beschikking: ....... %

MIJN PUKKELS

Ik ben allergisch voor:

..................................................

..................................................

Page 46: Staal Magazine

Over netwerken zijn veel boeken geschreven.

Ook op het internet zijn talloze sites te

vinden die je vertellen hoe het werkt, wat

je moet doen en - vooral - wat je niet moet

doen. Iedereen kan het. Maar is dat ook zo?

Laten we eens beginnen bij het begin. Wat is

netwerken eigenlijk? Pauw: “Ik zou het willen

omschrijven als het systematisch aanboren,

leggen en onderhouden van formele en

informele contacten. Een netwerk is niet alleen

nuttig om als lobbyist te kunnen werken. Het

kan ook gericht zijn op het behalen van een

promotie of het verkrijgen van een baan. Het

is dus absoluut niet iets exclusiefs voor mijn

werk: iedereen doet het, ieder mens is een

netwerker. Het is ook absoluut niets nieuws

want dit gebeurt al eeuwen.”

Maar Ben Pauw doet het toch ook al heel lang.

Al in 1986 vestigde hij zich als professioneel

lobbyist, zo’n beetje de eerste van Nederland.

Ook in zijn allereerste baan bij het Nederlands

Christelijk Werkgeversverbond (NCW) moest

hij al lobbyen. Het Financieel Dagblad om-

schreef hem een paar jaar geleden als een der

‘Godfathers’ van de politieke lobby in Nederland.

Lobbyen, hoe werkt ‘t?, het standaardwerk dat

hij begin jaren negentig schreef met Wessel

Bennis en Rinus van Schendelen, is verplichte

literatuur voor iedereen die zich wil verdiepen

in het vak. Pauw: “Ik doe dit werk nog steeds

met veel plezier. Ik ben een generalist en

kan me daardoor met heel veel dingen

bezighouden. De afwisseling en het schaken

op meerdere borden tegelijk, dat spreekt me

aan.”

Diffuus

De maatschappij is sterk veranderd sinds

Pauw zijn eerste stappen in de arena zette.

De verschillen tussen nu en toen zijn groot,

beaamt hij. “Vroeger had je te maken met een

verzuilde samenleving. Als je iets of iemand

nodig had, haalde je dat uit je eigen zuil. Dat

was heel overzichtelijk. Tegenwoordig is dat

“Als het om netwerken gaat, kun je een aantal dingen leren.

Andere zaken zijn aangeboren.”

PA

GIN

A9

0

Lobbyen is een breed geaccepteerde activiteit. Ondernemingen, organisaties en instellingen beseffen dat het onmisbaar is om hun belangen te behartigen bij overheden en de politiek. Voor Mr. Ben Pauw is netwerken een tweede natuur geworden. Ideeën en tips van de meesterlobbyist zelf.

NEtWERkEN is halen en brengen Gertjan Harberink

VeertienElf Media

Page 47: Staal Magazine

Heb je informatie die mogelijk bruikbaar is

voor een ander? Deel dat dan. Het is eigenlijk

heel makkelijk: als je openstaat voor anderen,

staan ze ook open voor jou, dat is gewoon een

mensending.”

Administratie

Het administreren van je netwerk is essentieel.

“Er komen mensen bij, er gaan mensen weg,

dat biedt altijd weer een uitdaging. Ambtenaren

wisselen regelmatig van plek. Dat soort dingen

moet je allemaal goed bijhouden. Een kwestie

van relatiemanagement en relatiebeheer.”

Een zorgvuldig opgebouwd adressenboekje is

goud waard. Pauw leent zijn boekje dan ook

niet zomaar uit aan anderen. “Daar ben ik

spaarzaam mee. Je moet er natuurlijk altijd

voor oppassen dat jouw netwerk niet verprutst

wordt door een ander, daar waken zij zelf ook

voor. Je moet eerst twee keer nadenken en

inschatten hoe zorgvuldig iemand met jouw

contact om zal gaan.”

Dit is een bewerking van een artikel dat

VeertienElf Media eerder schreef voor het blad

Focus, een uitgave van Van Spaendonck.“Oprechte belangstelling. Daar begint het mee.”

Politici zijn vaak goede netwerkers. “Politieke

partijen zijn ook netwerken. Politici bereiken

hun plek niet alleen op basis van geschiktheid

maar ook op basis van hun sociale vaardigheden.

Heel begrijpelijk natuurlijk, je vraagt niet aan

een kluizenaar om partijvoorzitter te worden.

Echte netwerkers? Dat zijn mensen als Elco

Brinkman, Yvonne van Rooy, Hans Rijnierse en

Agnes Jongerius. Zij doen het heel goed op dat

vlak.”

Echte interesse

Oprechte belangstelling voor de ander is

volgens Pauw het allerbelangrijkste. “Daar

begint het mee. Zodra iemand merkt dat je

niet oprecht geïnteresseerd in hem of haar

bent haakt diegene af. Wat je zeker niet moet

doen, is hijgerig achter iemand aanlopen in de

hoop even snel een succesje binnen te halen.

Kijk maar wat je zelf doet als je te maken hebt

met een colporteur die zijn voet tussen de deur

steekt. Precies.”

Wie een goed netwerk wil opbouwen, zal

daarin moeten investeren. En dat kost tijd.

“Het belangrijkste principe van netwerken

is halen en brengen. Het gaat niet alleen om

wat je uit het netwerk haalt, maar ook wat je

teruggeeft zonder dat je er zelf belang bij hebt.

veel diffuser. Netwerken ontstaan nu op basis

van heel andere zaken die mensen gemeen

hebben. Je doet er dus verstandig aan vast te

stellen wat je wilt bereiken, en welk netwerk

daarvoor het beste geschikt is. Je hoeft ook

niet iedereen te kennen. Achter iedere persoon

zitten weer andere netwerken. Zo kun je heel

veel mensen bereiken. Als je eenmaal een

contact gelegd hebt, merk je vanzelf dat er

misschien meer dwarsverbanden zijn.”

Volgens Pauw beschikken de betere net-

werkers over goede, natuurlijke, sociale

vaardigheden. Daarnaast moeten ze rekening

houden met geschreven en ongeschreven

‘regels’. “Netwerken vergt een aantal sociale

vaardigheden waar niet iedereen zonder meer

over beschikt. Dat is heel persoonsgebonden.

Ook je karakter speelt mee, en je lichaams-

houding. Al die zaken bepalen hoe je overkomt

op een ander. Als het om netwerken gaat,

kan ik je een aantal dingen leren, de rest is

aangeboren.”

Page 48: Staal Magazine

PA

GIN

A9

4

Een klein groepje Limburgse pubers gebruikte rond 1986 dit soort schriftjes om met elkaar te ‘chatten’. Dat ging uiteraard minder snel dan in het digitale nu, maar zo’n papieren ‘box’ was minstens zo interactief en veel afwisselender en duurzamer. Want wie bewaart nu zijn internet-chats voor later?

Page 49: Staal Magazine

cOLOFONTeksten Marcel Groenewegen, Gertjan Harberink, Marko van Hoogdalem, Tony van der Meulen en

Meike Remmers Vormgeving Chantal Creemers en Jan Willem Vis Beeldredactie Chantal Creemers,

Ilse Hunink en Saskia te Koppele Coördinatie Meike Remmers Fotografie Els Baltjes, Nanny Bennik,

Sabine Bison, Wim Bos, Bianca van den Broek - Dijck, Anja van Eersel, Jolien Holthuis, Ilse Hunink,

Annemarein Jaspars, Linda Joffer, Saskia te Koppele, Evelien Korte, Guido van der Kroef, Aad Meijer,

Luca Pertijs, Linda Raaphorst, Wilbert Rombouts, Maj-Britta de Ruiter, Martijn Sikking, Ramses

Singeling, Dorien Tendijck, Marleen Timmermans, Brigitte Vereijken, Coen van Walbeek en Sylvia

Weenink Met dank Martin Jans, Anouk van der Laan, Jeroen Siewe, Noortje Nijs en Martine van der

Veen Drukwerk Libertas B.V. Contact Staal, Postbus 3258, 5003 DG Tilburg, [email protected]

Wilt u ook in uw eigen netwerk wat Staal vlechten? Kijk voor een exemplaar op www.staalmagazine.nl

© pagina 49 en 50: MAX © pagina 49 en 52: LLiNK © pagina 49 en 54: BNN © foto’s graffiti: CC Factory Disclaimer Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag in enige vorm of op enige wijze worden overgenomen of gepubliceerd zonder voorafgaande toestemming van de uitgevers.

Van links naar rechts: Marcel, Meike, Ilse, Gertjan, Marko, Saskia, Chantal, Jan WillemMarko van Hoogdalem en Chantal Creemers zijn twee jeugdvrienden die al in de jaren tachtig samenwerkten toen zij hun middelbare schoolkrant nieuw leven inbliezen. Marko leerde Gertjan Harberink in 2004 kennen tijdens een cursus scenarioschrijven in Amsterdam. Sindsdien werken de twee regelmatig samen aan uiteenlopende mediaproducties, meestal onder de vlag van VeertienElf Media. Ilse Hunink is mede-eigenaar van VeertienElf Media maar ook nog eens getrouwd met Gertjan. Zij ontmoetten elkaar ooit op de redactie van een krant, waar ze allebei stage liepen. Op de School van Journalistiek leerde Gertjan overigens Wijnand Nijs kennen, de partner van Saskia te Koppele. Zij is eigenaresse en hoofddocente van de School voor Fotografie, waar ook Ilse lesgeeft. Meike Remmers kwam in september 2008 bij VeertienElf Media via haar moeder, die bridge speelt met Ilse’s moeder. Vrijwel gelijk met Meike ging ook Marcel Groenewegen als tekstschrijver bij VeertienElf Media aan de slag, nadat Ilse en Gertjan voor zijn ‘sollicitatie-pitch’ vielen. Marcel kreeg van een oud-collega van Ilse de tip bij VeertienElf te solliciteren. Jan Willem Vis en Chantal Creemers kennen elkaar sinds de jaren negentig toen ze beiden werkzaam waren bij Sony Music. Jan Willem deed overigens voor een andere klus zaken met Jeroen van Ek, accountmanager bij drukkerij Libertas. En Jeroen was tijdens zijn militaire diensttijd weer het ‘slapie’ van… Weten? Lees dit stukje dan weer vanaf begin af aan.

Page 50: Staal Magazine

CC Factory | Graphic Design & Paintings

Chantal Creemers

Sint Annastraat 40 . 1411 PJ Naarden (Vesting)

M 06 25 09 18 16

[email protected]

www.ccfactory.nl

metM | Copy, Concepts & Scripts

Marko van Hoogdalem

Sint Annastraat 49 . 1411 PG Naarden (Vesting)

M 06 52 30 11 01

[email protected]

www.metm.nl

School voor Fotografie

Saskia te Koppele

Dr. Struyckenstraat 100 . 4812 BH Breda

T 076 520 3200 . M 06 17 20 61 07

[email protected]

www.schoolvoorfotografie.nl

VeertienElf Media

Gertjan Harberink & Ilse Hunink

Kraaivenstraat 23-24 . 5048 AB Tilburg

T 013 544 93 55 . M 06 52 00 62 24

[email protected]

www.veertienelf.nl

cONtact

Page 51: Staal Magazine

is een uitgave van CC Factory, metM,

School voor Fotografie en VeertienElf Media

www.staalmagazine.nl