Spare Parts SABIC

4
De toekomst van de Belgische MRO-markt in een geglobaliseerde wereld De MRO-markt ondergaat momenteel een belangrijke metamorfose. In Europa wordt minder geInvesteerd in nieuwe fabrieken en machines, terwijI er op dat vlak wel geInvesteerd wordt in het Oosten en in lageloonlanden. Om hun rendement en competitiviteit te behouden, moeten West-Europese bedrijven hun ’oude’ machines en fabrieken op maximale capaciteit draaiende houden. Een goed en tijdig onderhoud zal daarbij steeds belangrijker worden. V olgens ’Maintenance Evangelist’ Wim Vancauwenberghe, directeur van BEMAS, de Belgian Maintenance Association, is een hoge mate van automa- tisering de enige weg om in West-Europa competitief te blijven. Wim Vancauwenberghe: "Onze loon kosten en onze energiekosten zijn immers zeer hoog. De focus in onze sector gaat meer en meer op de M (van Maintenance) liggen en minder op de R (van Repair) en de 0 (van Overhaul). Grote overhauls proberen we zoveel mogelijk te voorkomen, want die brengen lange en kapi- taalintensieve stilstanden van de machines met zich mee. Ook ’Repair’-werkzaamheden, "Asset lifetime extension' kan de desindustrialisatie in ons land een halt toeroepen" (Wim Vancauwenberghe) wanneer een machine ongepland stilstaat, zien we liever niet gebeuren. We evolueren meer en meer naar `toestandsafhankelijk onderhoud’, waarbij je je asset gaat monitoren en zo snel mogelijk ingrijpt van zodra zich een probleem voordoet zodat de gevolgkosten beperkt blijven. Terzelfder tijd vergt de hoge graad van automatisering steeds hoger gekwalificeerde tech nische mensen, die de complexe installaties op een proactieve manier draaiende houden." More4core-project BEMAS is partner in het More4core-project, dat industrielen, onderzoekers en politici uit Belgie, Frankrijk, Duitsland en Nederland samenbrengt in initiatieven rond onder- meer innovatie, competentiebeheer en economische impact van de MRO sector. Wim Vancauwenberghe: "Het More4Core- project kon niet beter getimed zijn. Europa pleit immers voor een Industrial Renaissance waarbij het de ambitie heeft om de industriele activiteit tegen 2020 op te WimVancauwenberghe

Transcript of Spare Parts SABIC

Page 1: Spare Parts SABIC

De toekomst van de Belgische MRO-markt in een

geglobaliseerde wereld

De MRO-markt ondergaat momenteel een belangrijke metamorfose. In Europa wordt minder geInvesteerd in nieuwe fabrieken en machines, terwijI er op dat vlak wel geInvesteerd wordt in het Oosten en in lageloonlanden. Om hun rendement en competitiviteit te behouden, moeten West-Europese bedrijven hun 'oude' machines en fabrieken op maximale capaciteit draaiende houden. Een goed en tijdig onderhoud zal daarbij steeds belangrijker worden.

V

olgens 'Maintenance Evangelist' Wim Vancauwenberghe, directeur van BEMAS, de Belgian Maintenance

Association, is een hoge mate van automa-tisering de enige weg om in West-Europa competitief te blijven. Wim Vancauwenberghe: "Onze loon kosten en onze energiekosten zijn immers zeer hoog. De focus in onze sector gaat meer en meer op de M (van Maintenance) liggen en minder op de R (van Repair) en de 0 (van Overhaul). Grote overhauls proberen we zoveel mogelijk te voorkomen, want die brengen lange en kapi-taalintensieve stilstanden van de machines met zich mee. Ook 'Repair'-werkzaamheden,

"Asset lifetime extension' kan de desindustrialisatie in ons

land een halt toeroepen" (Wim Vancauwenberghe)

wanneer een machine ongepland stilstaat, zien we liever niet gebeuren. We evolueren meer en meer naar `toestandsafhankelijk onderhoud', waarbij je je asset gaat monitoren en zo snel mogelijk ingrijpt van zodra zich een probleem voordoet zodat de gevolgkosten beperkt blijven. Terzelfder tijd vergt de hoge graad van automatisering steeds hoger gekwalificeerde tech nische mensen, die de complexe installaties op een proactieve manier draaiende houden."

More4core-project BEMAS is partner in het More4core-project, dat industrielen, onderzoekers en politici uit Belgie, Frankrijk, Duitsland en Nederland samenbrengt in initiatieven rond onder-meer innovatie, competentiebeheer en economische impact van de MRO sector. Wim Vancauwenberghe: "Het More4Core-project kon niet beter getimed zijn. Europa pleit immers voor een Industrial Renaissance waarbij het de ambitie heeft om de industriele activiteit tegen 2020 op te

WimVancauwenberghe

Page 2: Spare Parts SABIC

The MRO market is currently undergoing a major metamorphosis. Businesses in Europe are investing less in new factories and machinery, yet they are investing in those assets in the East and in low-wage countries. In order to retain their output and competi-tiveness, Western European companies have to operate their 'old' machines and factories constantly at maximum capacity. This means that sound and timely maintenance will become increasingly important.

The future of the Belgian MRO market 'n a globaised world

A

ccording to maintenance evangelist Wim Vancauwenberghe, director of BEMAS, the Belgian Maintenance

Association, increased automation is the only way to stay competitive in Western Europe. He comments: 'After all, our labour costs and energy costs are very high. The focus in our sector is increasingly on the M (for maintenance) and less on the R (for repair) and the 0 (for overhaul). Asset owners try to avoid major overhauls as much as possible because they involve high costs and long stoppages. They also prefer

"Asset lifetime extension could stop a further deindustrialisation in our country"

(Wim Vancauwenberghe)

to avoid repair work, which is necessary whenever a machine unexpectedly breaks down. There is a strong trend to move towards predictive and condition based maintenance, whereby you monitor your assets and plan an intervention as soon as possible after a failure arises, resulting in minimal costs by limiting secondary damages. At the same time, the high degree of automation increasingly requires more

highly qualified technical staff, who can proactively keep complex installations running.'

More4Core project

BEMAS is a partner in the More4core pro-ject, which brings together industrialists, researchers, and politicians from Belgium, France, Germany, and the Netherlands for initiatives on matters such as innovation, competence management, and the eco-nomic impact of the MRO sector. Wim

Vancauwenberghe comments: 'The More-4Core project couldn't have been timed better. After all, Europe is calling for an Industrial Renaissance to give it the ambition to crank up industrial activity to twenty per cent of gross domestic product by 2020 or, in other words, to see growth of five per cent as compared to the present level.'

In the context of the More4Core project BEMAS is currently working on a benchmark to chart the sector's sticking points in North-West Europe. Wim Vancauwenberghe

says: 'For the moment, we only have some provisional figures based on the screening of a limited number of companies, but some trends are already clear. For example,

dragiAtt%

Page 3: Spare Parts SABIC

we see that in the Netherlands almost seven out of ten installations still have a technical lifespan of another 30 years or more, but that figure in Belgium is below two out of ten. 7_0% of the existing assets in our country are already technically outdated and a further 12% will reach that stage over the next decade.'

"We concentrate as much as possible on predictive maintenance

and anticipate when we will have to replace a component"

(Peter Bosmans)

Brownfield projects

For both the Industrial Renaissance which Europe wants to create and the recovery which Belgium needs in the area of technical machine renewal, Wim Vancauwenberghe is convinced that we must not neglect brownfield projects: 'Europe has the right ambitions, but I don'tthink that the Industrial Renaissance will succeed in our part of the world by only attracting industrial greenfield projects where a new factory is built from scratch. I believe more in the development of brownfield projects, where we modernise current industrial installations and extend their technical and economic lifespans. This makes it possible for a company to create a competitive advantage and a high return on investment through the more limited deployment of capital. Carrying out an upgrade, adding extra product formu-lations, increasing the speed, and integrating more production flexibility; all this can be included in a Life Time Extension project, and will enable our companies to anchor local production activity in a sustainable

krikken tot twintig procent van het Bruto Binnenlands Product, of met andere woorden te Iaten groeien met vijf procent t.o.v. het huidige niveau."

In het kader van het More4core-project werkt BEMAS momenteel aan een benchmark om de knelpunten van de sector in ons land en de ons omringende landen in kaart te brengen. Wim Vancauwenberghe: "Het gaat nog om voorlopige cijfers op basis van de screening van een beperkt aantal bedrijven, maar er worden toch al enkele trends duidelijk. Zo zien we dat in Nederland bijna zeven op de tien installaties een nog resterende technische levensduur hebben van meer dan dertig jaar terwijl dat in Belgie minder dan twee op tien is. Tien procent van de bestaande assets in ons land is momenteel reeds technisch verouderd en nog eens twaalf procent bereikt dit stadium in de komende tien jaar."

"We doen zoveel mogelijk aan protective maintenance en voorspellen wanneer een

onderdeel zal dienen te vervangen worden" (Peter Bosmans)

Brownfieldprojecten Voor zowel de Industriele Renaissance die Europa wil bewerkstelligen als voor de inhaalbeweging die in Belgie nodig is op het vlak van resterende technische !evens-duur, mogen voor Wim Vancauwenberghe de brownfieldprojecten niet uit het oog verloren worden. Wim Vancauwenberghe: "De ambitie van Europa is mooi, maar ik denk niet dat die Renaissance in onze contreien zal lukken door enkel nieuwe industriele greenfieldprojecten aan te trekken, waarbij vanaf nul een nieuwe fabriek wordt neer-gezet. lk geloof meer in het ontwikkelen van brownfieldprojecten, waarbij de bestaande industriele installaties worden gemoder-niseerd en de technische en economische levensduur wordt verlengd. Op die manier kan een bedrijf door de beperktere inzet aan kapitaal een competitief voordeel en een hoge return on investment creeren. Een upgrade uitvoeren, extra productformule-ringen toevoegen, de snelheid opdrijven, meer productieflexibiliteit integreren,... dit alles kan in een dergelijk 'Life Time Extension'-project worden opgenomen, en onze bedrijven toelaten om een lokale productieactiviteit duurzaam te verankeren. 'Asset lifetime extension' is op die manier

Page 4: Spare Parts SABIC

misschien wel dé sleutel om de desindus-trialisatie in ons land een halt toe te roepen en om zo de fundamenten te leggen voor de fabrieken van de toekomst."

Vergrijzing De MRO-sector dient niet in Belgie alleen het hoofd te bieden aan de veroude-ring van de machines, maar ook aan de vergrijzing van de maintenance technici. Wim Vancauwenberghe: "In Vlaanderen werken naar schatting 40.000 mensen in de industriele MRO-sector. Bij een gelijk-aardig beleid stromen de komende jaren zo'n achthonderd mensen per jaar uit het onderhoudsvak, terwijI er in het Vlaamse onderwijs momenteel minder dan driehon-derd onderhoudstechnici worden gevormd. Dit betekent dat we de komende tien jaar aankijken tegen een tekort van zo'n 5000 mensen. Met een boutade gesteld, pleit ik dan ook voor een herorientatie van de technische opleidingen (elektro-) mechanica en deze niet toe te spitsen op 'het klassieke draaien en frezen', maar op het multi-disciplinair onderhoud en herstellen van equipment."

Een schoolvoorbeeld van hedendaags MRO-beleid op ge-bied van wisselstukken is volgens Wim Vancauwenberghe dat van Sabic uit Genk. Maintenance Manager van Sabic Peter Bosmans: "Wij hebben slechts één procent van ons geInvesteerd kapitaal in wisselstukken liggen. Dit kan doordat we de kritieke processen in kaart gebracht hebben en vervolgens voor elk onderdeel een strategie ontwikkeld hebben. Daarbij doen we zoveel mogelijk aan protective maintenance en voorspellen we wanneer een onderdeel zal moeten worden vervangen, zodat het tijdig kan worden besteld en je het niet in stock dient te hebben. Natuurlijk kunnen er zich ook onverwachte incidenten voordoen. Zo hadden we onlangs een kort-sluiting in een motor. Voor zulke voorvallen hebben we contacten met bedrijven uit de buurt, die 24/24 service verlenen. Binnen de zes uur waren we terug operationeel."

manner. In this way Asset lifetime extension could well be the key to stopping the deindustrialisation in our country and there-by laying the foundations for the factories of the future.'

Ageing The MRO sector in Belgium is faced not only with the ageing of machinery, but also the ageing of the maintenance technicians. Wim Vancauwenberghe comments: 'In Flanders it is estimated that about 40,000 people work in the MRO sector. If there is no drastic change in policy, the next few years will witness an annual retirement of about eight hundred maintenance staff, whilst the Flemish educational system is currently training fewer than three hundred technicians in maintenance. This means that over the next decade we're looking at a shortage of about 5,000 people trained in maintenance. I'm pleading for a re-orientation of the existing technical training courses in (electro-)mechanics so that they concentrate not on the traditional turning and milling, but on the multidisciplinary maintenance and repair of equipment.'

Wim Vancauwenberghe believes that Sabic in Genk is a classic example of modern MRO policy with regard to spare parts. Peter Bosmans, Maintenance Manager of Sabic, comments: 'We only have one per cent of our investment capital in spare parts. This is possible because we've charted the critical processes and then developed a strategy for each component. Here, we concentrate as much as possible on predictive main-tenance and anticipate when we will have to replace a component so that we can order it in time and don't have to have it in stock. Obviously, unexpected incidents may occur. For example, recently, we had a short circuit in a motor. For such occurrences we have contacts with companies nearby, which provide a service 24 hours a day. We were operational again within six hours.'

11112r1,44.'ll&