SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

123
SOP sportontwikkelingspl anning Eric Berghmans 2011 1

Transcript of SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Page 1: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 1

SOPsportontwikkelingsplann

ing

Page 2: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 2

1. Inleiding2. LTAD3. Basisprincipes4. Fasen5. Overzicht

Sportontwikkelingsplan

Page 3: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 3

Fysieke factoren Technische factoren Mentale factoren Tactische factoren FY+TE+ME+TA = Topsporter ?

Huidig systeem van opleiden van kinderen

1. Inleiding

Page 4: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 4

Korte termijnprogramma’s Lange termijnprogramma’s Competitieprogramma’s Recuperatieprogramma’s Volgens kalenderleeftijd

Huidig systeem van opleiden van kinderen

It just happens ? 

1. Inleiding

Page 5: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 5

Jonge atleten trainen te weinig en doen teveel aan competitie

Trainingsprogramma’s zijn eerder gericht op korte termijn

Trainingsschema van volwassenen worden bij kinderen gebruikt

Schema’s van mannen worden bij vrouwen gebruikt

Aandachtpunten in huidig systeem

1. Inleiding

Page 6: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 6

Chronologische leeftijd primeert op ontwikkeling

Coachen kennen gevoelige fasen niet (voor kracht, snelheid, uithouding enz….)

Beter opgeleide trainers werken aan de top van de piramide

Aandachtpunten in huidig systeem

1. Inleiding

Page 7: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 7

Initiatie fase Specialisatie fase Perfectie fase Recreationele fase

Indelen topsportcarrière Bloom

1. Inleiding

Page 8: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 8

Indelen topsportcarrière IAAF

1. Inleiding

Page 9: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 9

Long Term Athlete Development Leidraad voor ontwikkelingsplanning voor

alle nveau’s Basisgedachte:

Vroege, brede ontwikkeling Plezier in de sport Kinderen kunnen zich ontwikkelen

LTAD2. LTAD

Page 10: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 10

Fasen en modellen Lengte van de fase en de daarbij horende

leeftijd kan verschillen per fase Wanneer de leeftijd verschuift, dan

verschuiven ook een deel van de kenmerken van die fase

Op basis van biologische leeftijd Trainingsplan aangepast aan de

ontwikkelingsnoden

LTAD2. LTAD

Page 11: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 11

Is geen wondermiddel en garantie op succes Is niet pasklaar voor elke sport en elke

situatie Meer gericht op brede sportdeelname dan op

topsport, maar het ene kan niet zonder het andere

Kan niet bestaan los van de maatschappij Onderwijs speelt ook een rol in dit model Coachen moeten het kennen

LTAD kritiek2. LTAD

Page 12: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 12

3.1 De 10 jaren regel 3.2 Fysiek geletterdheid (physical literacy) 3.3 Ontwikkelingsleeftijd 3.4 Trainbaarheid 3.5 Periodisering 3.6 Samen met alle partners

Basisprincipes3. Basisprincipes

Page 13: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 13

Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat het 10 tot 12 jaar duurt om het topniveau te bereiken (Bartonietz 1999, Bloom, 1985; Ericsson et al., 1993, Ericson and Charness, 1994; Salmela et al., 1998).

10 jaren regel, 10000 uren, 10 jaar met 3 uren per dag

Eens op topniveau nog tot 10 jaar

10 jaren regel3.1 de 10 jaren regel

Page 14: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 14

Tilinger (2005) Er zijn verschillen in de aanvangsleeftijd van

de specialisatietraining tussen sprinters, springers en werpers.

De leeftijd waarop ze hun topprestaties lukken verschilt tussen sprinters, springers en werpers.

Ze hebben ongeveer 10 jaar nodig om van de specialisatietraining op te klimmen tot topatleet.

10 jaren regel3.1 de 10 jaren regel

Page 15: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 15

  

100 200 hoog ver polsstok kogel discus

Aantal deelnemers 16 16 20 15 20 12 19

Prestatiegemiddelde van de groep (s, cm,

mm)

10,02 20,09 226,3 815,7 556,5 21,11 67,24

Leeftijd van de beste prestatie (jaren)

25,3 24,6 23,5 24,5 25,6 26,5 27,8

Leeftijd van de eerste specialisatietraining

(jaren)

16,0 16,2 14,5 15,5 15,3 17,1 17,8

Aantal trainingsjaren voor de beste prestatie (jaren)

9,3 8,4 9,0 9,0 10,3 9,4 10,0

Beste prestatie in de groep (s, cm, m)

9,92 19,72 235 845 572 21,71 71,16

Slechtste prestatie in de groep (s, cm, m)

10,14 20,49 221 798 525 20,28 64,48

10 jaren regel3.1 de 10 jaren regel

Page 16: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 16

Sprinters: van 16 jaar tot 25 jaar

Springers: van 14 jaar tot 24 jaar

Werpers: van 17 jaar tot 27 jaar

Opbouw van 8 jaar tot 27 jaar: bijna 20 jaar

Dus geduldige, langdurige opbouw

10 jaren regel3.1 de 10 jaren regel

Page 17: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 17

10 jaren regel3.1 de 10 jaren regel

Page 18: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 18

Vroege specialisatiesporten: Figuurschaatsen, gymnastiek, ritmische gymnastiek, pingpong

Late specialisatiesporten: atletiek

Brede basis + start in de sport op 12 tot 15 jaar, lukt soms nog

10 jaren regel3.1 de 10 jaren regel

Page 19: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 19

  V   Actief voor het leven

  Competitiesport/Recreatiesport

23+ 

  23+   Trainen om te winnen   Maximaliseren van prestatiesInternationale wedstrijden

20-23 

  20-23   Leren om te winnen   Optimaliseren van prestatiesIndividueel

18-20 

  17-20   Trainen voor competitie

  Fine- tuning van het lichaamSporttak specifieke

vaardigheden16-18

   15-17   Leren van competitie   Optimaliseren van het lichaam

Sporttak specifieke vaardigheden

12-16 

  11-15   Trainen om te trainen   Uitbouwen van het lichaamSporttak specifieke

vaardigheden9-12

   8-11   Leren trainen   Basis sporttechnische

vaardigheden met spel 

6-9 

  6-8   Fundament   Spel voor Basis bewegingsvaardigheden

0-6 

  0-6   Actieve start   Spel

Late specialisatiesport3.1 de 10 jaren regel

Page 20: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 20

  V   23+   Senior/Master

  Actief voor het leven

23+ 

  23+   23+   Senior   Trainen om te winnen

20-23 

  20-23   20-23   Senior   Leren om te winnen

18-20 

  17-20   18-19   Junior   Trainen voor competitie

16-18 

  15-17   16-17   Scholier   Leren van competitie

12-16 

  11-15   12-15   Miniem/Kadet

  Trainen om te trainen

9-12 

  8-11   10-11   Pupil   Leren trainen

6-9 

  6-8   6-9   Benjamin   Fundament

0-6 

  0-6   0-6       Actieve start

Atletiek3.1 de 10 jaren regel

Page 21: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 21

“peaking by Friday”

Korte termijn visie

Training en prestatie gericht op onmiddellijke resultaten

Snel, snel, snel3.1 de 10 jaren regel

Page 22: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 22

Toch vroeg specialiseren, dan : Gebrekkige ontwikkeling van de

basisvaardigheden Kwetsuren Vroegtijdige burn-out Drop-out

10 jaren regel3.1 de 10 jaren regel

Page 23: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 23

Amerikaanse studie Alleen met Olympische atleten Succes op olympische niveau is afhankelijk

van Langdurig, geduldig proces Interactie tussen atleet en zijn omgeving

(trainer, organisatie en onderwijs)

The path to excellence (1984-1998)

3.1 de 10 jaren regel

Page 24: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 24

12 tot 13 jaar opleiding is nodig om tot het Olympisch niveau door te stoten

Jongerenprogramma’s met nadruk op “fun” en plezier Sport specifieke training start op school, en in de

plaatselijke club. De fysieke activiteit op school is een integraal deel van de

algemene fitness en motorische ontwikkeling. Er aandacht is voor de voordelen van deelname in

verschillende sporten gedurende de eerste fasen van de atletische ontwikkeling.

Het progressief verhogen van het volume in de training over een lange periode belangrijk is.

De coach een belangrijke rol speelt in het ontwikkelingsprogramma van atleten.

The path to excellence3.1 de 10 jaren regel

Page 25: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 25

Hayden en Davies : physical literacy is de mogelijkheid van een kind om

basisbewegingen (volgens de mogelijkheden van het kind), toe te passen in een brede waaier van situaties en activiteiten, en onafhankelijk deze bewegingen kan uitbouwen

Lezen en schrijven Gebruiken om zich verder te ontwikkelen

Fysieke geletterdheid (physical literacy)

3.2 Fysiek geletterdheid

Page 26: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 26

Mogelijkheid om deel te nemen aan sport gericht op succes (topsport) of op levenslang sporten

Fysieke geletterdheid

Fysieke geletterdheid

=

Basis vaardigheden

+

Sportspecifieke vaardigheden

3.2 Fysiek geletterdheid

Page 27: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 27

Voor een volledige ontwikkeling ontwikkelen in 4 basisomgevingen: Op de grond (als basis voor de meeste spelen en

sporten, dans en fysieke activiteiten) In het water (als basis voor alle watergebonden

activiteiten) Op sneeuw en ijs (als basis voor alle

winteractiviteiten) In de lucht (als basis voor gymnastiek , duiken en

andere luchtactiviteiten)

Fysieke geletterdheid3.2 Fysiek geletterdheid

Page 28: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 28

Brede basis, gerelateerd aan de leeftijd Deze basis toepassen in de sport

(sportspecifieke vaardigheden)

Fysieke geletterdheid

Fysieke geletterdheid

=

Basis vaardigheden

+

Sportspecifieke vaardigheden

3.2 Fysiek geletterdheid

Page 29: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 29

Zwakke ontwikkeling of slechte basis? Sneller de sport verlaten Keuze voor slechte vrijetijdsbesteding

Zwakke ontwikkeling of slechte basis + specifiek training? Geen of weinig vorderingen Vroegtijdig de sport verlaten

Fysieke geletterdheid3.2 Fysiek geletterdheid

Page 30: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 30

    M V    

Levenslang sporten

 23+

 23+

Trainen om te winnen

 

Topsport   

 20-23 

20-23Leren om te

winnen

  

 18-20 

17-20Trainen voor competitie

 

Uitbouwen van fysieke

capaciteiten

   

 16-18 

15-17Leren van competitie

 

 

  

12-16 

11-15Trainen om te

trainen 

   Fysieke geletterdheid

 9-12

 8-11 Leren trainen

  Sport specifieke vaardigheden

  

6-9 

6-8Fundament

 

 

 

Basisvaardigheden

 

  

 0-6

 0-6

Actieve start 

3.2 Fysiek geletterdheid

Page 31: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 31

Waar Fysieke geletterdheid

 

Wie

School

Sportclub

Thuis

Leren trainen Leraren

Trainers

Ouders

School

Sportclub

Thuis

Fundament Leraren

Trainers

Ouders

 

Thuis

 

Actieve start  

Ouders

Fysieke geletterdheid3.2 Fysiek geletterdheid

Page 32: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 32

Jongens en meisjes en timing van basisvaardigheden

Fysieke geletterdheid3.2 Fysiek geletterdheid

Page 33: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 33

Timing rond het leren van basisvaardigheden

  

Het lichaam van het kind is “niet klaar” om de basisvaardigheden te leren

   

     

 Het lichaam van het kind is “klaar” om te leren

 Optimale periode om de basisvaardigheden te leren

 Tijd voor remediëring

0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11

Fysieke geletterdheid

RemediëringRemediëring

Optimale periodeOptimale periode

Mogelijkheden voor een brede waaier basisvaardighedenMogelijkheden voor een brede waaier basisvaardigheden

3.2 Fysiek geletterdheid

Page 34: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 34

Elke dag : 30’ tot 60’ Fun, Fun, Fun

Sommige basisvaardigheden zijn noodzakelijk voor bepaalde sporten

Onvoldoende aanwezig: moeilijke deelname aan de sport

Fysieke geletterdheid3.2 Fysiek geletterdheid

Page 35: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 35

Fysieke geletterdheid3.2 Fysiek geletterdheid

Page 36: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 36

Ontwikkelingsleeftijd3.3 Ontwikkelingsleeftijd

Page 37: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 37

De ontwikkeling kan een verschillend tempo en timing hebben naar gelang het lichaamsonderdeel.

Meisje van 10 jaar en groeispurt Meisje van 14 jaar en groeispurt

Opbouw van trainingsprogramma’s op basis van chronologische leeftijd?

Ontwikkelingsleeftijd3.3 Ontwikkelingsleeftijd

Page 38: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 38

Chronologische leeftijd is geen goede basis is voor atletische ontwikkelingsmodellen in de leeftijdsperiode van 10 tot 16 jaar

Ontwikkelingsleeftijd3.3 Ontwikkelingsleeftijd

Page 39: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 39

Ontwikkelingsleeftijd3.3 Ontwikkelingsleeftijd

Page 40: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 40

Dezelfde chronologische leeftijd? Dezelfde biologische leeftijd?

Ontwikkelingsleeftijd3.3 Ontwikkelingsleeftijd

Page 41: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

PHV (meisjes 12jaar; jongens 14 jaar) Vroeg matuur, gemiddeld matuur, laat

matuur Beïnvloeding door genetische en

omgevingsfactoren

41

Ontwikkelingsleeftijd3.3 Ontwikkelingsleeftijd

Page 42: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 42

Laat-mature kinderen hebben het voordeel dat ze een langere periode kunnen gebruiken om de basisvaardigheden te leren

Ontwikkelingsleeftijd3.3 Ontwikkelingsleeftijd

Page 43: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 43

Ontwikkelingsleeftijd3.3 Ontwikkelingsleeftijd

Page 44: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

  V   Fasen   Biologische leeftijd versus

kalenderleeftijd23+

   23+   Trainen om te

winnen   

20-23 

  20-23   Leren om te winnen

  Plus en min 1 jaar

18-20 

  17-20   Trainen voor competitie

  Plus en min 2 jaar

16-18 

  15-17   Leren van competitie

  Plus en min 3 jaar

12-16 

  11-15   Trainen om te trainen

  Plus en min 4 jaar

9-12 

  8-11   Leren trainen   Plus en min 3 jaar

6-9 

  6-8   Fundament   Plus en min 2 jaar

0-6 

  0-6   Actieve start    

44

Ontwikkelingsleeftijd3.3 Ontwikkelingsleeftijd

Page 45: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 45

Gevoelige periode Periode vatbaarder voor trainingsprikkels Periode sneller de vaardigheid of fysieke

prikkel assimileren Elk systeem is altijd trainbaar Gevoelige periode afhankelijk de

kalenderleeftijd Kracht en uithouding in functie van PHV

Trainbaarheid3.4 Trainbaarheid

Page 46: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 46

Trainbaarheid3.4 Trainbaarheid

Page 47: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 47

Coördinatie Snelheid Uithouding Kracht Lenigheid

Trainbaarheid3.4 Trainbaarheid

Page 48: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 48

Gevoelige periode: Meisjes: 8 tot 11 jaar Jongens: 9 tot 12 jaar

Tijdens de groeispurt: coördinatie aanpassen aan de veranderde lichaamsafmetingen

Trainbaarheid: Coördinatie3.4 Trainbaarheid

Page 49: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 49

Trainbaarheid: Coördinatie

7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

Meisjes Coördinatie

PHV

Jongens Coördinatie

3.4 Trainbaarheid

Page 50: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

Gevoelige periode: Meisjes: 6 tot 8jaar en van 11 tot 13 jaar Jongens: 7 tot 9 jaar en van 13 tot 16 jaar

50

Trainbaarheid: Snelheid

Gevoelige fase1

Gevoelige fase2

Kindertijd

Tijdens PHV Late adolescentie Volwassenen

Via spelvormen extra impulsen

Systematisch oefenen Systematisch oefenen Systematisch oefenen

Vooral reactiesnelheid, startsnelheid, nadruk

op bewegingsfrequentie

Bewegingsamplitude, maximale loopsnelheid,

Bewegingsamplitude, maximale loopsnelheid

alles

Snelheid vanop jonge leeftijd systematisch oefenen

3.4 Trainbaarheid

Page 51: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 51

Trainbaarheid: Snelheid

PHV

Snelheid 1 Snelheid 2

7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

PHV

Snelheid 1 Snelheid 2

3.4 Trainbaarheid

Page 52: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

Gevoelige periode: begin van de groeispurt

52

Trainbaarheid: Uithouding

Gevoelige fase

Kindertijd

Tijdens PHV Late adolescentie Volwassenen

Aerobe oefeningen

kunnen geprogrammeerd worden zonder

gezondheidsrisico’s. Het trainingseffect is evenwel minimaal.

Trainingseffecten bij

aerobe uithoudingsoefeningen

zijn optimaal.

Trainingseffecten zijn optimaal voor

aerobe oefeningen

Sterke

trainingseffecten van aerobe uithouding.

Geen systematische

anaerobe training omwille van lage

belastbaarheid van dit systeem.

Aanvang van

anaerobe training

Doorgedreven

anaerobe training kan, mits goede

aerobe basis

Maximale

trainbaarheid van anaerobe uithouding

Aerobe training kan vanaf jonge leeftijd omwille van de gezondheid. De trainingseffecten zijn

weliswaar minimaal. Anaerobe training is pas te voorzien op latere leeftijd. Vanaf de groeispurt zijn de trainingseffecten duidelijk vast te stellen.

3.4 Trainbaarheid

Page 53: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 53

Trainbaarheid: Uithouding

PHV

Uithouding

7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

PHV

Uithouding

3.4 Trainbaarheid

Page 54: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

Gevoelige periode: Meisjes: vlak na PHV of bij begin menstruatie Jongens: 12 tot 18 maanden na PHV

54

Trainbaarheid: Kracht

Gevoelige fase Kindertijd

Tijdens PHV Late adolescentie Volwassenen

Veelzijdige spierkracht oefeningen

Steeds onder begeleiding

Correcte technische uitvoering

Steeds onder begeleiding

Voldoende opwarmen en stretchen

Correcte technische uitvoering

Steeds onder begeleiding

Voldoende opwarmen

Correcte technische uitvoering

Steeds onder begeleiding

Voldoende opwarmen

Versterken van de

houdingsspieren en grote spiergroepen

Versterken over een zo groot mogelijke

bewegingsbaan

Eerste fase van basiskracht en

eventueel maximale kracht, dan fase van

specifieke kracht.

Alle krachtvormen

zijn mogelijk

Functionele

krachttraining. Algemene

dynamische oefenvormen (eigen

lichaamsgewicht

Trainingsomvang kan systematisch

opgedreven worden, binnen de grenzen van de individuele

belastbaarheid.

Trainingsomvang en

intensiteit kan systematisch

opgedreven worden.

Trainingsomvang en

intensiteit kan opgedreven worden,

in functie van de individuele

trainingsopbouw

Steunen, hangen, klimmen, duwen,

trekken, dragen van partner, werp- en

sprongvormen

Algemeen

krachtcircuit in krachtuithouding uit

te voeren.

Krachtcircuit met

externe gewichten.

Alle

trainingsmethoden zijn mogelijk

Krachtoefeningen dienen geïndividualiseerd te worden op basis van biologische leeftijd,

lichamelijk ontwikkeling en fysieke fitheid !

3.4 Trainbaarheid

Page 55: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 55

Trainbaarheid: Kracht

PHV

Kracht

7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

PHV

Kracht

3.4 Trainbaarheid

Page 56: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

Gevoelige periode : tijdens PHV (reeds optimaal ervoor)

56

Trainbaarheid: Lenigheid

Gevoelige fase

Kindertijd

Tijdens PHV Late adolescentie Volwassenen

Vanaf 6 jaar kan de

lenigheid systematisch

geoefend worden.

Lenigheid daalt door de sterke lengtegroei

van de botten. Lenigheidsoefeningen

zijn cruciaal.

Specifieke

lenigheidstraining om de lenigheid te

onderhouden

Specifieke

lenigheidstraining om de lenigheid te

onderhouden

Algemene lenigheid voor alle belangrijke

gewrichten en spiergroepen.

Systematisch en

specifiek

Systematisch en

specifiek

Systematisch en specifiek

Indien technisch

correct uitgevoerd is het risico op letsels

gering

Opletten voor

extreme buig en draaibewegingen van

de romp en heupgewricht

Specifieke maar ook

algemene oefeningen

Specifieke maar ook

algemene oefeningen

Alle

lenigheidsoefeningen komen in

aanmerking

Vooral actieve

lenigheidstraining en niet te veel dynamische

lenigheidstraining

Actieve en passieve lenigheidsvormen,

statisch en dynamisch

Actieve en passieve lenigheidsvormen,

statisch en dynamisch

Krachttraining en lenigheidstraining kunnen gecombineerd worden, onder voorwaarde dat er

bij de krachttraining geen grote spierschade is opgetreden. Deze spierschade kan zich voordoen wanneer er een overload aan trainingsomvang en/of –intensiteit heeft

plaatsgevonden. In dat geval dient de lenigheidstraining uitgesteld tot de spierschade voldoende hersteld is (geen spierkater meer).

3.4 Trainbaarheid

Page 57: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 57

Trainbaarheid: Lenigheid

PHV

Lenigheid

7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

PHV

Lenigheid

3.4 Trainbaarheid

Page 58: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 58

TrainingsleeftijdM

V Fasen Biologische leeftijd versus

kalenderleeftijd

Trainings leeftijd

23+

23+ Trainen om te winnen 16 tot 20 jaar

20-23

20-23 Leren om te winnen Plus en min 1 jaar 14 tot 16 jaar

18-20

17-20 Trainen voor competitie

Plus en min 2 jaar 12 tot 14 jaar

16-18

15-17 Leren van competitie Plus en min 3 jaar 10 tot 12 jaar

12-16

11-15 Trainen om te trainen Plus en min 4 jaar 6 tot 10 jaar

9-12

8-11 Leren trainen Plus en min 3 jaar 3 tot 6 jaar

6-9

6-8 Fundament Plus en min 2 jaar 0 tot 3 jaar

0-6

0-6 Actieve start

3.4 Trainbaarheid

Page 59: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 59

Periodisering

Van geen periodisering

Naar een enkele periodisering

Naar een dubbele periodisering

Soms zelfs een triple periodisering

3.5 Periodisering

Page 60: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 60

Periodisering

Periodisering

Actief voor het leven

Enkele periodisering

Trainen om te winnen

Enkele, dubbele of triple periodisering

Leren om te winnen

Enkele, dubbele of triple periodisering

Trainen voor competitie

Enkele of dubbele periodisering

Leren van competitie

Enkele of dubbele periodisering

Trainen om te trainen

Enkel of dubbele periodisering

Leren trainen

Enkele periodisering

Fundament

Geen

Actieve start

Geen

3.5 Periodisering

Page 61: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 61

Periodisering

Verhouding Trainingsgericht-Wedstrijdgericht

Actief voor het leven

Individueel

Trainen om te winnen

20%Training 80%Wedstrijdgericht

Leren om te winnen

30%Training 70%Wedstrijdgericht

Trainen voor competitie

40%Training 60%Wedstrijdgericht

Leren van competitie

50%Training 50%Wedstrijdgericht

Trainen om te trainen

60%Training 40%Wedstrijdgericht

Leren trainen

70%Training 30%Wedstrijdgericht

Fundament

FUN

Actieve start

FUN

3.5 Periodisering

Page 62: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 62

Samen met alle partners3.6 Samen met alle partners

Page 63: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 63

Samen met alle partners3.6 Samen met alle partners

Page 64: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 201164

Samen met alle partners3.6 Samen met alle partners

Page 65: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 201165

Plan3.6 Samen met alle partners

Page 66: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 201166

SOP4. Fasen

M

V Fasen

23+

23+ Trainen om te winnen

20-23

20-23 Leren om te winnen

18-20

17-20 Trainen voor competitie

16-18

15-17 Leren van competitie

12-16

11-15 Trainen om te trainen

9-12

8-11 Leren trainen

6-9

6-8 Fundament

0-6

0-6 Actieve start

Page 67: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 67

Indeling gebaseerd op de kalenderleeftijd Jongens en meisjes van 0 tot 6 jaar

Doel basisvaardigheden ontwikkelen doormiddel

van FUN spelen en speelse situaties

Fase 1 Actieve start4. Fasen

Page 68: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 68

Fase 1 Actieve start

 Werpspelen (van kleine, zachte objecten naar grotere)

Vangspelen (van grote zachte, naar kleinere) Loopspelen (rechtlijnig, maar ook start en stop,

en veranderlijke richtingen) en tikspelen Springspelen (van afstoot op 2 voeten, naar

afstoot op 1 voet)

4. Fasen

Page 69: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 69

Vanuit een standpunt van “FUN” en plezier. Kinderen ontdekken de risico’s en grenzen

maar in een veilige omgeving. Best gecombineerd met goed

gestructureerde gymnastieklessen en zwemprogramma’s.

Verantwoordelijkheid ligt bij de ouders

Fase 1 Actieve start4. Fasen

Page 70: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 70

indeling gebaseerd op de kalenderleeftijd

Leeftijd: jongens 6 – 9 jaar meisjes 6 – 8 jaar Doel:

ontwikkelen van basisvaardigheden algemene fysiek capaciteiten brede bewegingservaring veelzijdige bewegingsscholing

Fase 2 Fundament4. Fasen

Page 71: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 71

FUNdament met FUN als basis.

Eerst basisvaardigheden dan sport specifieke vaardigheden

Zo weinig mogelijk aandacht voor wedstrijden Wedstrijdelement zal in de training zitten

Fase 2 Fundament4. Fasen

Page 72: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 72

Ervaring opdoen van Loop, spring en werptechnieken aan de hand van de ABC van atletiek en spelen

ABC van atletiek via bouwstenen (L,S,W) Leerlijn van spelen (en oefeningen) naar

basistechniek

Fase 2 Fundament4. Fasen

Page 73: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 73

Fase 2 Fundament

Gevoelige periodeSnelheid (1 ste venster)

 

Meisjes: 6-8 jaarJongens: 7-9 jaar

 

Rechtlijnige, zijwaartse en multi-directionele snelheid Uitvoeringen korter dan 5 seconden Best spelen en speelse oefenvormen

4. Fasen

Page 74: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 74

Kracht geen hypertrofie, wel coördinatie Eigen lichaamsgewicht, grote spiergroepen

Aerobe uithouding: gezondheidsbevordering

Anaerobe uithouding: beperken

Fase 2 Fundament4. Fasen

Page 75: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 75

Geen periodisering (wel duidelijke structuur) Verantwoordelijkheid bij ouders en coach Aantal wedstrijden per jaar: 1 tot 5 Niveau wedstrijden: lokaal Medische begeleiding: huisarts Aantal trainingseenheden per week: 2 Aantal trainingsuren per week: 2 tot 3 (2)

Fase 2 Fundament4. Fasen

Page 76: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

Coach door middel van speelse vormen kinderen kennis

laten maken met LSW “entertainer”, geen gedetailleerde instructies, maar vooral veel

laten bewegen veel enthousiasme, eisen durven stellen met oog

voor veiligheid er altijd ( en op tijd) zijn. Aspirant -Initiator of Initiator besteedt ongeveer 4 uur aan het geven van

training en 1 uur aan voorbereiding en overleg bezoekt sporadisch een wedstrijd.

76

Fase 2 Fundament4. Fasen

Page 77: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

Indeling gebaseerd op de kalenderleeftijd en ontwikkelingsleeftijd

Leeftijd: jongens: 9 tot 12 jaarMeisjes: 8 tot 11 jaar

Doel Verder ontwikkelen van basisvaardigheden algemene fysiek capaciteiten opbouw van sport specifieke vaardigheden brede en veelzijdige bewegingservaring.

77

Fase 3 Leren om te trainen4. Fasen

Page 78: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 78

Fase 3 Leren om te trainen

Gevoelige periodeCoördinatie

Basistechnieken 

Meisjes: 8-11 jaarJongens: 9-12 jaar

 

4. Fasen

Page 79: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 79

Loop, spring en werptechnieken worden juist aangeleerd aan de hand van de ABC van atletiek en spelen

ABC van atletiek via bouwstenen (L,S,W) Leerlijn van spelen en oefeningen naar

basistechniek

Belangrijk window

Fase 3 Leren om te trainen4. Fasen

Page 80: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 80

Fase 3 Leren om te trainen

Gevoelige periodeLenigheid

 Meisjes: 6-10 jaarJongens: 7-10 jaar

Speciale aandacht tijdens PHV 

4. Fasen

Page 81: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 81

Kracht gebeurt met eigen lichaamsgewicht en medicineballen, met aandacht voor PHV (botten en pezen veranderen trager dan spieren).

Uithouding verder uitbreiden aan de hand van spelen en aflossingen.

Snelheid loopt verder , verder bouwend op de vorige fase: rechtlijnige, zijwaartse en multi-directionele snelheid en korter dan 5 seconden.

Fase 3 Leren om te trainen4. Fasen

Page 82: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 82

Introductie in het leren trainen; zoals opwarming, cooling-down, stretchen, voeding, drinken, recuperatie, concentratie

Enkele periodisering Een 70/30 training/wedstrijd verhouding Aantal wedstrijden per jaar: 5 tot 9 Niveau wedstrijden: lokaal Medische begeleiding: huisarts, kinesist Aantal trainingseenheden per week: 2 tot 3 Aantal trainingsuren per week: 2 tot 5 (4)

Fase 3 Leren om te trainen

80 Leren om te trainen70 T  

60    

50    

40    

30   W

20    

10    

  Verhouding

training/wedstrijd-spec. 

4. Fasen

Page 83: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

Coach door middel van speelse vormen kinderen kennis

laten maken met LSW “entertainer”, geen gedetailleerde instructies, maar vooral veel

laten bewegen; “praatje-plaatje-daadje” veel enthousiasme, eisen durven stellen met oog

voor veiligheid Initiator of Trainer B jeugd besteedt ongeveer 6 uur aan het geven van

training en 2 uur aan voorbereiding en overleg bezoekt met de groep regelmatig een wedstrijd

83

Fase 3 Leren om te trainen4. Fasen

Page 84: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 84

Indeling is gebaseerd op de kalenderleeftijd en ontwikkelingsleeftijd

Leeftijd: jongens: 12 tot 16 jaarMeisjes: 11 tot 15 jaar

Doel uitbouw van de fysiek capaciteiten (belastbaarheid

verhogen) ontwikkeling van sport specifieke vaardigheden

Fase 4 Trainen om te trainen4. Fasen

Page 85: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 85

Leren om te trainen” fase en de “Trainen om te trainen”fase zijn belangrijke fasen in de atletische voorbereiding.

“we make or break an athlete

Brede fundering rond basisvaardigheden

Hierop specifieke sportvaardigheden van atletiek

Fase 4 Trainen om te trainen4. Fasen

Page 86: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 86

Kinderen leren de verschillende disciplines van atletiek kennen

Basistechnieken tot in hun grove eindvorm. Vanaf kadet kunnen atleten die een affiniteit en/of

talent hebben naar Lopen, Springen of Werpen, zich daarop richten en gebruiken dan de andere groepen activiteiten (LSW) als middel en niet meer als doel.

Atleten blijven veelzijdig, maar eerder doelgericht.

Fase 4 Trainen om te trainen4. Fasen

Page 87: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 87

Fase 4 Trainen om te trainen

Gevoelige periodeUithouding

 Bij de start van PHV

  Grote sprong voorwaarts is mogelijk Lage intensiteit met opbouwende volumes

4. Fasen

Page 88: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 88

Fase 4 Trainen om te trainen

Gevoelige periodeLenigheid

 Tijdens PHV

  Beenderen en spieren groeien niet aan hetzelfde tempo

4. Fasen

Page 89: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 89

Fase 4 Trainen om te trainen

Gevoelige periodeKracht

 Meisjes: vlak na PHV en bij menstruatieJongens: 12 tot 18 maanden na PHV

 

Techniek van krachttraining is belangrijk Introductie van losse gewichten Coördinatie en hypertrofie (voor PHV en vanaf PHV)

4. Fasen

Page 90: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 90

Fase 4 Trainen om te trainen4. Fasen

Page 91: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 91

Fase 4 Trainen om te trainen

Long Term Development for Strength

AGE: 12 20+16 1814

Foundational athletic skills

(Core strength, balance, agility, coordination, flexibility, general strength)

Teach lifting technique

Emphasize foundational athletic skills

Introduce strength exercises w/ light implements

Develop lifting technique

Emphasize strength exercises with dbells

Introduce heavy implement exercise

Mastery of lifting technique

Basic strength training methods

Use all types of strength exercise

Advanced strength training methods

(Jordan, 2003)

4. Fasen

Page 92: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 92

Fase 4 Trainen om te trainen

Long Term Development for Strength

AGE: 12 20+16 1814

Circuit training

High repetitions

Timed sets

Barbell lifting technique with broom stick and light barbell

Keep intensity above 10 RM

Barbell lifting technique with light to moderate loads

Keep intensity above 6RM

Bodyweight in-place explosive training exercises

Execution of advanced lifting technique (Olympic Lifts)

Advanced lifting strategies

Weighted explosive training

(Jordan, 2003)

4. Fasen

Page 93: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 93

Fase 4 Trainen om te trainen

Gevoelige periodeSnelheid (2 de venster)

 Meisjes: 11-13 jaarJongens: 13-16 jaar

 

Inspanningen tot 20 seconden

4. Fasen

Page 94: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 94

4 gevoelige perioden: uithouding, kracht, lenigheid en snelheid

Deze periode missen: niet tot volledig potentieel

Later stagneren: in deze periode te competitief gewerkt

Fase 4 Trainen om te trainen4. Fasen

Page 95: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 95

Verder ontwikkelen van opwarming, cooling-down, stretchen, voeding, drinken, recuperatie, concentratie

Enkele of dubbele periodisering Een 60/40 training/wedstrijd verhouding Aantal wedstrijden per jaar: 10 tot 15 Niveau wedstrijden

lokaal, regionaal, provinciaal Medische begeleiding: huisarts, kinesist Aantal trainingseenheden per week: 3 tot 4 Aantal trainingsuren per week: 3 tot 10 (6)

Fase 4 Trainen om te trainen

80 Trainen om te

trainen70

60 T

50

40 W

30

20

10

Verhouding

training/wedstrijd-specifiek

4. Fasen

Page 96: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

Coach Leert de atletiektechnieken tot in hun grove eindvorm Stuurt zo dat zij die affiniteit hebben voor een

bepaalde groep atletieknummers (LSW), zich daar meer op richten, maar de andere groepen atletieknummers gebruiken als middel en niet meer als doel

Trainer B jeugd of Trainer B discipline besteedt ongeveer 8 uur aan het geven van training

en 2 uur aan voorbereiding en overleg bezoekt met de groep regelmatig een wedstrijd

96

Fase 4 Trainen om te trainen4. Fasen

Page 97: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 97

Indeling is gebaseerd op kalenderleeftijd en ontwikkelingsleeftijd

Leeftijd: jongens 16 tot 18 jaarMeisjes 15 tot 17 jaar 

Doel Optimaliseren van de fysieke voorbereiding Optimaliseren van specifieke vaardigheden

Fase 5 Leren van competitie4. Fasen

Page 98: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 98

Indeling is gebaseerd op kalenderleeftijd en ontwikkelingsleeftijd

Leeftijd: jongens 16 tot 18 jaarMeisjes 15 tot 17 jaar 

Doel Optimaliseren van de fysieke voorbereiding Optimaliseren van specifieke vaardigheden

Fase 5 Leren van competitie4. Fasen

Page 99: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 99

Specialisatie naar een discipline of disciplinegroep (sprint, middenafstand)

Nadruk op individuele belasting Rekening houden met sterktes en zwaktes Fitness programma’s, recuperatie

programma’s, psychologische voorbereiding, technische voorbereiding worden nu op maat van de atleet gemaakt

Hier kan de grootste sprong rond kracht gemaakt worden

Fase 5 Leren van competitie4. Fasen

Page 100: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 100

Fase 5 Leren van competitie

Fundament V: 6-8 M: 6-9 Grundlagentraining

Leren om te trainen V: 8-11 M: 9-12 Grundlagentraining

Trainen om te trainen V: 11-15 M: 12-16 Grundlagentraining

Leren van competitie V: 15-17 M: 16-18 Aufbautraining

Trainen voor competitie V: 17- 20 M: 18- 20 Aufbautraining

Leren om te winnen V:20-23 M: 20-23 Hochleistungstraining

4. Fasen

Page 101: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 101

Optimalisering van opwarming, cooling-down, stretchen, voeding, drinken, recuperatie, concentratie

Enkele of dubbele periodisering Een 50/50 training/wedstrijd verhouding Aantal wedstrijden per jaar: 15 tot 20 Niveau wedstrijden

Nationaal, internationaal Medische begeleiding: kinesist, sportarts Aantal trainingseenheden per week: 5 Aantal trainingsuren per week: 4 tot 12 (8)

Fase 5 Leren van competitie

80 Leren van

competitie70

60

50 T W

40

30

20

10

Verhouding

training/wedstrijd-specifiek

4. Fasen

Page 102: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 102

coach begeleidt de atleten in het ontdekken van de juist

atletiekdiscipline De coach heeft meer theoretische en praktische

kennis nodig op dit niveau De coach is een Trainer B discipline of een Trainer A

discipline van opleiding, besteedt ongeveer 10 uur aan het geven van

training en besteedt 4 uur aan voorbereiding en overleg.

Hij gaat regelmatig met zijn groep naar een wedstrijd.

De coach zoekt mogelijkheden voor een trainingsstage.

Fase 5 Leren van competitie4. Fasen

Page 103: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 103

Indeling is gebaseerd op kalenderleeftijd  Leeftijd: jongens 18 jaar tot 20 jaar

Meisjes 17- 20 jaar  Doel

Optimale fitnessvoorbereiding Individuele verbetering van de sportspecifieke

vaardigheden (specialiseren).

Fase 6 Trainen voor competitie4. Fasen

Page 104: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 104

Fysiek, technische, tactische, mentale capaciteiten moeten zo goed mogelijk benut worden met als doel de prestatie maximaal te verhogen.

De coach verschuift zo nodig van techniek naar stijl.

Atleten bereiden zich voor om te pieken bij belangrijke wedstrijden.

eerste internationale wedstrijden, alsook deelname aan eventueel Europese juniorkampioenschappen

Fase 6 Trainen voor competitie4. Fasen

Page 105: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 105

De totale trainingsbelasting zal verhogen in combinatie met de beroepsmogelijkheden (of studeermogelijkheden).

De atleet zal zich voorbereiden om fulltime atleet te worden.

Fase 6 Trainen voor competitie4. Fasen

Page 106: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 106

Optimalisering van opwarming, cooling-down, stretchen, voeding, drinken, recuperatie, concentratie

Enkele of dubbele periodisering Een 40/60 training/wedstrijd verhouding Aantal wedstrijden per jaar: 15 tot 20 Niveau wedstrijden

Nationaal, internationaal Medische begeleiding

sportarts, kinesist, sportfysioloog Aantal trainingseenheden per week: 6 tot 7 Aantal trainingsuren per week: 6 tot 20 (12)

Fase 6 Trainen voor competitie

80 Trainen voor

competitie

70 W

60

50

40

30 T

20

10

Verhouding

training/wedstrijd-

specifiek

4. Fasen

Page 107: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 107

coach Begeleidt de atleten in de uitbouw van de

atletiekdiscipline De coach heeft meer theoretische en praktische

kennis nodig op dit niveau De coach is een Trainer A discipline van opleiding, besteedt ongeveer 10 uur aan het geven van

training en besteedt 4 uur aan voorbereiding en overleg.

Hij gaat regelmatig met zijn groep naar een wedstrijd.

De coach organiseert een trainingsstage.

Fase 6 Trainen voor competitie4. Fasen

Page 108: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 108

Indeling is gebaseerd op kalenderleeftijd Leeftijd: jongens 20 tot 23jaar

Meisjes 20 tot 23 jaar Doel

Optimaliseren van technische, tactische en wedstrijdspecifieke vaardigheden

Fase 7 Leren om te winnen4. Fasen

Page 109: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 109

Richten naar nationale en international wedstrijden

De atleet zal presteren op de juiste momenten in de juiste wedstrijden.

De atleet zal overschakelen naar fulltime atleet en zal hier een leerproces doormaken.

De eigen verantwoordelijkheid van de atleet zal een nog grotere rol spelen

Persoonlijke begeleiding waar de opvolging en tests maximaal aanbod komen.

Fase 7 Leren om te winnen4. Fasen

Page 110: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 110

Maximaal gebruik van opwarming, cooling-down, stretchen, voeding, drinken, recuperatie, concentratie

Enkele,dubbele of triple periodisering Een 30/70 training/wedstrijd verhouding Aantal wedstrijden per jaar: 15 tot 20 Niveau wedstrijden

Internationaal Medische begeleiding

sportarts, kinesist, sportfysioloog, diëtist, psycholoog

Aantal trainingseenheden per week: 6 tot 8 Aantal trainingsuren per week: 6 tot 25 (14)

Fase 7 Leren om te winnen

Trainen voor

competitie80 W

70

60

50

40

30

20 T

10

Verhouding training/wedstrijd-

specifiek

4. Fasen

Page 111: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 111

coach De coach heeft ambitie in het begeleiden van toppers. De coach is een Trainer A discipline of een Toptrainer

van opleiding. De coach stelt in overleg met zijn atleet een uitgebreid

meerjarenplan op . De coach stelt een begeleidingsteam samen, geeft daar

leiding aan houdt de volledige verantwoordelijkheid. De coach besteedt ongeveer 12 uur aan het geven van

training en besteedt 8 uur aan voorbereiding en overleg met zijn atleet en begeleidingsteam.

Hij gaat regelmatig met zijn groep naar wedstrijden. De coach organiseert minstens 1 ( best 2)

trainingsstage.

Fase 7 Leren om te winnen4. Fasen

Page 112: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 112

Indeling is gebaseerd op kalenderleeftijd Leeftijd: Jongens : 23+

Meisjes 23+  Doel

maximaal presteren doormiddel van specifieke voorbereiding op het hoogst mogelijke niveau.

Fase 8 Trainen om te winnen4. Fasen

Page 113: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 113

De atleet is professioneel

Maximale voorbereiding nastreven op alle vlakken.

Fase 8 Trainen om te winnen4. Fasen

Page 114: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 114

Maximaal gebruik van opwarming, cooling-down, stretchen, voeding, drinken, recuperatie, concentratie

Enkele,dubbele of triple periodisering Een 20/80 training/wedstrijd verhouding Aantal wedstrijden per jaar: tot 20 Niveau wedstrijden

Internationaal Medische begeleiding

sportarts, kinesist, sportfysioloog, diëtist, psycholoog

Aantal trainingseenheden per week: 7 tot 14 Aantal trainingsuren per week: 8 tot 25

Fase 8 Trainen om te winnen

Trainen om te

winnen80 W

70

60

50

40

30

20 T

10

Verhouding training/wedstrijd-

specifiek

4. Fasen

Page 115: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 115

coach De coach is een Toptrainer van opleiding en fulltime

professional. De coach volgt seminaries en bijscholingen in binnen- en

buitenland, bezoekt regelmatig collega topcoaches en volgt de nieuwe tendensen in de vakliteratuur.

De coach stelt in overleg met zijn atleet een uitgebreid meerjarenplan op .

De coach stelt een begeleidingsteam samen, geeft daar leiding aan houdt de volledige verantwoordelijkheid.

De coach besteedt ongeveer 16 uur aan het geven van training en besteedt 16 uur aan voorbereiding en overleg met zijn atleet en begeleidingsteam..

Hij vergezelt zijn atleet bij de wedstrijden. De coach organiseert 2 trainingsstage (in binnen- of

buitenland).

Fase 8 Trainen om te winnen4. Fasen

Page 116: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 116

Indeling op basis van ambitie

Doel Recreatieve sportbeoefening Atleten in de sport houden als coach, manager,

scheidsrechter

Fase 9 Levenslang sporten4. Fasen

Page 117: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 117

Nadat de atleet gestopt is met competitie op hoog niveau komt hij in de volgende fase, nl. het levenslang sporten.

Het lichaam moet ook voorbereid worden om, na jaren van topsport, minder actief te zijn.

Sporters die niet verder gegaan zijn als wedstrijdatleet, komen uiteraard veel sneller in deze fase. Wanneer er een zeker fysieke paraatheid bereikt is tijdens de fase “trainen om te trainen” is er veel kans om actief blijven voor het leven

Fase 9 Levenslang sporten4. Fasen

Page 118: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

    M V    

Levenslang sporten

 23+

 23+

Trainen om te winnen

 

Topsport   

 20-23 

20-23Leren om te

winnen

  

 18-20 

17-20Trainen voor competitie

 

Uitbouwen van fysieke

capaciteiten

   

 16-18 

15-17Leren van competitie

 

 

  

12-16 

11-15Trainen om te

trainen 

   Fysieke geletterdheid

 9-12

 8-11 Leren trainen

  Sport specifieke vaardigheden

  

6-9 

6-8Fundament

 

 

 

Basisvaardigheden

 

  

 0-6

 0-6

Actieve start 

118

Fase 9 Levenslang sporten4. Fasen

Page 119: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 119

De focus is actief blijven gedurende 1 uur per dag. In deze fase kunnen de atleten eventueel een

nieuwe functie in de sport opnemen. Enkele of geen periodisering (wel gestructureerd) Een 70/30 training/wedstrijd verhouding Aantal wedstrijden per jaar: beperkt Niveau wedstrijden

lokaal Medische begeleiding

Huisarts, sportarts, Aantal trainingseenheden per week: 3 tot 7 Aantal trainingsuren per week: 3 tot 7

Fase 9 Levenslang sporten4. Fasen

Page 120: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 120

Coach De coach is een Trainer B discipline of een

Trainer B jeugd van opleiding. De coach stelt in overleg met zijn atleet een

jaarplan op . De coach besteedt ongeveer 6 uur aan het

geven van training en besteedt 2 uur aan voorbereiding en overleg.

Hij gaat regelmatig met zijn groep naar wedstrijden.

 

Fase 9 Levenslang sporten4. Fasen

Page 121: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011 121

OverzichtFasen M V Aantal

wedstrijden per jaar

Niveauwedstrijden

Periodisering

Actieve start 0-6 0-6 0

Fundament 6-9 6-8 1-5Lokaal

Gestructureerd

Leren trainen 9-12 8-11 5-9 Lokaal Enkele

Trainen om te trainen

12-16 11-15 10-15Lokaal

RegionaalProvinciaal

Enkele of dubbele

Leren van competitie

16-18 15-17 15-20Natonaal

InternationaalEnkele of dubbele

Trainen voor competitie

18-20 17-20 15-20Nationaal

InternationaalEnkele of dubbele

Leren om te winnen

20-23 20-23 15-20 Internationaal Enkele of dubbele

Trainen om te winnen

23+ 23+ 20 InternationaalEnkele, dubbele of

triple

Levenslang sporten

Lokaal Gestructureerd

5. Overzicht

Page 122: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011

122

Overzicht

Fasen M V Trainingsleeftijd

Trainingseenheden per week

Trainingsuren per week

Wedstrijdverhouding

Actieve start 0-6 0-6 Elke dag

Fundament 6-9 6-8 0 tot 3 jaar 2 2 tot 3 2 80-20

Leren trainen 9-12 8-113 tot 6 jaar 2 tot 3

2 tot 5 4 70-30

Trainen om te trainen

12-16 11-156 tot 10 jaar 3 tot 4

3 tot 10 6 60-40

Leren van competitie

16-18 15-1710 tot 12jaar 5

4 tot 12 8 50-50

Trainen voor competitie

18-20 17-2012 tot 14 jaar 6 tot 7

6 tot 20 12 30-70

Leren om te winnen

20-23 20-2314 tot 16 jaar 6 tot 8

6 tot 25 14 20-80

Trainen om te winnen

23+ 23+16 tot 20 jaar 7 tot 14

8 tot 25 20-80

Levenslang sporten

3 tot 73 tot 7 80-20

5. Overzicht

Page 123: SOP sportontwikkelingsplanning Eric Berghmans 20111.

Eric Berghmans 2011123

OverzichtFasen M V Coach Organisatie Begeleiding Talent

Actieve start 0-6 0-6 Ouders Ouders Huisarts Tijdig starten

Fundament 6-9 6-8 Aspirant initiatorInitiator

Club Huisarts screening

Leren trainen 9-12 8-11 InitiatorTrainer B jeugd

Club Huisartskinesist

identificatie

Trainen om te trainen

12-16 11-15 Trainer B jeugdTrainer B discipline

ClubClubcluster

HuisartsSportartskinesist

selectie

Leren van competitie

16-18 15-17 Trainer B disciplineTrainer A

ClubClubclusterProvinciaal

SportartsKinesist

specialisatie

Trainen voor competitie

18-20 17-20 Trainer A ClubProvinciaalFederaal

Team (Sportarts, kinesist, sportfysioloog)

begeleiding

Leren om te winnen

20-23 20-23 Trainer AToptrainer

ClubFederaal

Team(sportarts, kinesist, sportfysioloog, diëtist,

psycholoog

topsport

Trainen om te winnen

23+ 23+ Toptrainer ClubFederaal

Team (sportarts, kinesist, sportfysioloog, diëtist,

psycholoog)

topsport

Levenslang sporten

Trainer B HuisartsSportarts

5. Overzicht