Sociale InnovaHe Monitor Limburg - LWV Innovatie Monitor Limburg... · Sociale innovatie wordt in...
Transcript of Sociale InnovaHe Monitor Limburg - LWV Innovatie Monitor Limburg... · Sociale innovatie wordt in...
LectoraatEmployability,ZuydHogeschool
ResearchcentrumvoorOnderwijsenArbeidsmarkt(ROA),UniversiteitMaastricht
LWV,LimburgseWerkgeversvereniging
SocialeInnovaHeMonitorLimburg
socialeinnovaHe:vernieuwingeninorganisaHesennieuwemanierenvanwerken,dieleidentothet
beterontwikkelenenbenuJenvandecompetenHesvanmedewerkers
omdaarmeedeprestaHesvandeorganisaHeteverhogenofandereorganisaHe-,maatschappelijke-,of
medewerkersdoelenteverwezenlijken
2
Colofon
©LectoraatEmployabilityvanZuydHogeschool,ResearchcentrumvoorOnderwijsenArbeidsmarkt(ROA)UniversiteitMaastricht.NietsuitdezeuitgavemagopenigemanierwordenverveelvoudigdzondervoorafgaandeschriJelijketoestemming.AanhetonderzoekvoordeSocialeInnovaMeMonitorLimburgoverhetjaar2016ismeegewerktdoor:JolStoffers,AnneKleefstra,RuudGerards,ErikCanisius,MarkHendriks&AndriesdeGrip.
Uitgavevoorjaar2017
LectoraatEmployabilityZuydHogeschoolPostbus69,6130ABSi]ard
Email:[email protected]
Druk:ImpresoB.V.,Maastricht
3
SocialeInnovatieMonitorLimburgoverhetjaar2016
UitgevoerddoorhetLectoraatEmployability(ZuydHogeschool)enhetResearchcentrumvoorOnderwijsenArbeidsmarkt(ROA)(UniversiteitMaastricht)insamenwerkingmetdeLimburgseWerkgeversVereniging(LWV).
5
Voorwoord
InditrapportwordenderesultatenvandeSocialeInnovatieMonitorLimburg(SIML)overhetjaar2016gepresenteerd.DitonderzoeknaarsocialeinnovatieinLimburgsebedrijvenwerdvannovember2016totmaart2017uitgevoerddoorhetLectoraatEmployabilityvanZuydHogeschoolenhetResearchcentrumvoorOnderwijsenArbeidsmarkt(ROA)UniversiteitMaastricht,insamenwerkingmetdeLimburgseWerkgeversVereniging(LWV).SocialeinnovatiewordtdoorhetNetworkSocialInnovation(NSI)gedefinieerdals:vernieuwingeninorganisatiesennieuwemanierenvanwerken,dieleidentothetbeterontwikkelenenbenuttenvandecompetentiesvanmedewerkers,omdaarmeedeprestatiesvandeorganisatieteverhogenofandereorganisatie-,maatschappelijke-,ofmedewerkersdoelenteverwezenlijken.DoordemonitorjaarlijksuittezetteneninkaarttebrengenhoehetsocialeinnovatievermogenzichontwikkeltbinnenorganisatiesinLimburg,hopenhetLectoraatEmployability,ROAenLWVeenimpulstegevenaandeoptimaliseringvandiversebedrijfsinterneen–externesocialeinnovaties.
IndeSIMLwordtnetalsin2015extraaandachtgegevenaandepraktischeinvullingvansocialeinnovatieendebetekenisdieondernemersenbestuurdershieraangeven.HiervoorwerdenLWV-ledengeïnterviewd.Opdehoofdpijlerszullenderesultatenvan2016vergelekenwordenmetdievandevoorgaandejaren.Ookiswederomgekekennaarderelatietussenhetsocialeinnovatievermogenvanorganisatiesenhunprestaties.Totslotisergekekenofertussen2015en2016belangrijkeontwikkelingenhebbenplaatsgevondenopdeverscheidenepijlersvanhetsocialeinnovatievermogenvanhetLimburgsebedrijfsleven.Daarbijzullendebelangrijksteontwikkelingennaderwordenbelicht.
Deresultatenvandeorganisatiesdiehebbendeelgenomenaandemonitor,wordennaariedereorganisatieafzonderlijkteruggekoppeldineenbenchmarkrapport.DaarmeekrijgendeorganisatiesinzichtinhuneigensocialeinnovatievermogentenopzichtevanandereorganisatiesinhunsectorentenopzichtevanhetLimburgsegemiddelde.Daarmeelaatdebenchmarkhetbedrijfzienopwelkepuntenhetsocialeinnovatievermogenvandeeigenorganisatieverbeterdkanworden.HetLectoraatEmployabilityenhetROAkunnenhenvervolgenshelpenditoptepakken.
DezeonderzoeksresultatenmetbetrekkingtotsocialeinnovatiewordengebruiktinhetonderwijsvandeZuydHogeschool-tewetenindebacheloropleidingPeople&BusinessManagement(HRMstudenten)endemasteropleidingPersonalLeadershipandInnovationandChange.
Wijdankenallerespondentenvoorhundeelnameaanhetonderzoekenpresentereninditrapportgraagheteindresultaat.
Prof.dr.AndriesdeGrip Dr.JolStoffers Mr.HuubNarinx
DirecteurROA LectorEmployability Directeur
UniversiteitMaastricht ZuydHogeschool LWV
7
Inhoudsopgave
Executivesummary 9
1.Inleiding 11
2.Socialeinnovatieende6pijlers 122.1Pijler1:Strategischeoriëntatieopsocialeinnovatie 122.1.1Verschillendeaspectenvanstrategischeoriëntatie 15
2.2Pijler2:Interneveranderingssnelheid 202.2.1Aspectenvaninterneveranderingssnelheid:Flexibiliteit 21
2.3Pijler3:Zelforganiserendvermogen 242.3.1Aspectenvanzelforganiserendvermogen:Samenwerkenenflexibiliteitinbeleidsuitvoering 27
2.4Pijler4:Talentontwikkeling 282.4.1Aspectenvantalentontwikkeling 30
2.5Pijler5:Investereninkennisbasis 342.5.1Verschillendemanierenomteinvestereninkennisbasis 35
2.6Pijler6:Duurzameinzetbaarheid 362.6.1.Indicatorenvanduurzameinzetbaarheid 39
3.Relatietussensocialeinnovatieenorganisatieprestaties 403.1Omzetgroei 403.2Nieuweproductenendiensten 413.3Duurzaamheid 433.4Ziekteverzuim 44
4.Naderuitgelicht/Verdieping 474.1Sociaalinnovatievermogennaarorganisatiegrootte 474.2Verschillentussenregio’s 484.3Middensegment&baanpolarisatie 51
5.Conclusies 53
Literatuurlijst 56
Bijlage:Opzetonderzoek 59
8
“Veranderingbegintbijveranderingsbereidheid.”
Socialeinnovatiegaatvolgensmijoverorganisatiecultuur,strategieenveranderingenhoekrijgjemedewerkers
daarinmee.Mensenmoetenveranderingsbereidzijn,wiljeveranderinginorganisatiessuccesvollatenzijn.Nietiedereenstaataltijdhetzelfdetegenoververandering,
maardoordewaaromduidelijktecommuniceren,kanjemedewerkersmeekrijgeninverandering.
MickWaulthersDirecteur
SectorEconomieROCGildeOpleidingen
9
Executivesummary
DeSIMLmeetaandehandvaneenvragenlijstmet83vragenhetsocialeinnovatievermogenvanLimburgsewerkgevers.Daarbijwordenzeselkaaraanvullendepijlersvansocialeinnovatieonderscheiden:
1) Strategischeoriëntatieopsocialeinnovatie.2) Interneveranderingssnelheid.3) Zelforganiserendvermogen.4) Talentontwikkeling.5) Investereninkennisbasis.6) Duurzameinzetbaarheid.
De2016-metingvandemonitorlevertdevolgendebevindingenop:
DemonitorlaatziendatdeLimburgsewerkgeversnogaanconcurrentiekrachtkunnenwinnen.Vooralophetgebiedvandeduurzameinzetbaarheidvanouderemedewerkers(60+)kunnenveelorganisatieszichnogverbeteren.DemonitorlaatduidelijkziendatdithetgrootsteobstakelisvoorhetvandegrondkrijgenvanhetsocialeinnovatiebeleidinLimburg.Watdaarbijvooralopvaltisdegemiddeldlagescorediebedrijvengevenaandematewaarinhunouderemedewerkersregelmatigvanwerkzaamhedenwisselen.
Limburgsewerkgeversbestedenveelaandachtaandeontwikkelingvanhunpersoneel.Centraalstaathetversterkenvandepersoonlijkeontwikkelingopdewerkvloer.Medewerkerskrijgendaarbijgoedemogelijkhedentotprofessionelegroeidoortaakverrijkingenautonomiemeteenbijpassendeverantwoordelijkheid.Hierdoorkrijgenmedewerkersvoldoendeuitdagingenkunnenzijzichverderontwikkelen.
OokpositiefisdatdeinterneveranderingssnelheidvandeLimburgsewerkgeversblijfttoenemen.Indicatorenalsvariabelewerktijden,zelfroosterenenthuiswerkenlatenziendathetflexibelorganiserenvanarbeidflinkverbeterdis.Limburgsewerkgeverserkennenintoenemendematehetbelangvanflexibiliteit.
Demonitorlaatduidelijkziendatsocialeinnovatieloont.MeeraandachtvoorsocialeinnovatieisgunstigvoordeconcurrentiekrachtvanhetLimburgsebedrijfsleven.Zolaatdemonitorziendatereensterkesamenhangistussensocialeinnovatieenverschillendeprestatie-indicatoren.Organisatiesmeteengrotersociaalinnovatievermogenblijkenbetertepresteren,zowelvoorwatbetrefthunomzetgroeienhetontwikkelenvannieuweproductenendienstenalsophetgebiedvanduurzaamheid.Bovendienblijkenorganisatiesmeteengrotersociaalinnovatievermogeneenlagerziekteverzuimvanhunmedewerkerstehebben.
ErzijnduidelijkesectoraleverschilleninhetsocialeinnovatievermogenvanhetLimburgsebedrijfsleven.Hetsocialeinnovatievermogentoontinalledriedesectoreneengelijkgemiddelde,echteroppijlerniveauzijnsignificanteverschillentezien.Opdepijlersinterneveranderingssnelheidentalentontwikkelingscoortdecommerciëledienstverleninghethoogst.Opdepijlerszelforganiserendvermogen,investereninkennisbasisenduurzameinzetbaarheidscoortdeindustriehethoogst.Alleendepijler‘strategischeoriëntatie’laatgeensignificanteverschillenzien.
10
Debedrijfsgrootteheeftmindereffectophetsocialeinnovatievermogenvanorganisaties.Overhetalgemeengeldtvoorallepijlersdatmiddelgroteengroteorganisatiesonderlinggeensignificanteverschillenlaatzien.Zulkeverschillenbestaanweltussengroteenkleineorganisaties–voorbijnaallepijlers.Zoscorenkleineorganisatiessignificanthogeropdepijlersinterneveranderingssnelheidenzelforganiserendvermogen.Degroteorganisatiesscorenhogeropstrategischeoriëntatieopsocialeinnovatie.
TenslottetonenderesultatendaterbinnenLimburgweinigregionaleverschilleninhetsocialeinnovatievermogenbestaan.Vooreenaantalpijlerszijnerdesalnietteminsignificanteverschillentezien.OpzelforganiserendvermogenscoortderegioNoord-Limburgsignificantbeter.DeorganisatiesinderegioMidden-Limburgscorensignificanthogeropdepijlerstalentontwikkelingenduurzameinzetbaarheid.
11
1.Inleiding
Organisatiesrichtenzichsteedsmeeropsocialeinnovatieombetergebruiktemakenvantalentenennieuwemanierenvanorganiserenenmanagentevinden.1SocialeinnovatiewordtdoorhetNetworkSocialInnovation(NSI)gedefinieerdals:vernieuwingeninorganisatiesennieuwemanierenvanwerken,dieleidentothetbeterontwikkelenenbenuttenvandecompetentiesvanmedewerkers,omdaarmeedeprestatiesvandeorganisatieteverhogenofandereorganisatie-,maatschappelijke-,ofmedewerkersdoelenteverwezenlijken.Deaandachtvoorsocialeinnovatieneemttoeenwordtsteedsmeereenonderdeelvandedagelijksegangvanzakeninorganisaties.2MetdeSocialeInnovatieMonitorLimburg(SIML)willenweinkaartbrengenhoeveelaandachterbijLimburgsewerkgeversisvoorsocialeinnovatieeninhoeverreerdaarbijverschillenzijntussensectoren,groottevanorganisatiesenregio’s.Ookhebbenweonderzochtofereenverbandistussensocialeinnovatieendeprestatiesvanorganisaties.
SocialeinnovatiewordtindeSIMLgemetenaandehandvanvragenlijstenmet83vragen.Dezevragenbepalenhetniveauvansocialeinnovatieinorganisatiesopbasisvanzes,inbelangrijkematecomplementaire,pijlers:
1) Strategischeoriëntatieopsocialeinnovatie.2) Interneveranderingssnelheid.3) Zelforganiserendvermogen.4) Talentontwikkeling.5) Investereninkennisbasis.6) Duurzameinzetbaarheid.
Deeerstepijlerkijktnaardematewaarinsocialeinnovatiestrategischverankerdisindeorganisatie.Detweedeenderdepijlerhebbenbetrekkingophetflexibelorganiseren,delaatstedriepijlershebbenbetrekkingopinvestereninmedewerkersenkennis.Allepijlerszijngebaseerdopeenaantalverschillendeindicatoren.Dezeindicatorenhebbenbetrekkingopeenbepaaldaspectvandedesbetreffendepijler.Alleindicatorenzijngemetenopbasisvaneen5-puntsschaaldieuiteenlooptvan1(“zwak”)tot5(“sterk”).
Inhoofdstuk2besprekenwedeontwikkelingvansocialeinnovatieinLimburgalsgeheelenkijkenwenaardezespijlersendiverseindicatorenvandepijlers.Oppijlerniveauwordenvierjarenmetelkaarvergeleken.Daarbijwordtnaderingegaanopdeverschillentussendesectoren.Vervolgensgaanweinhoofdstuk3naderinopdesamenhangtussenhetsocialeinnovatievermogenenprestatiesvaneenorganisatie.Inhoofdstuk4wordenzoweleventueleverschillenafhankelijkvanorganisatiegroottealsookeventueleverschillentussendedrieregio’sinLimburgnaderuitgelicht.Totslotwordeninhoofdstuk5conclusiesgetrokken.3
1Howaldt,J.,Oeij,P.R.A.,Dhondt,S.,&Frontier,B.(2016).Workplaceinnovationandsocialinnovation:anintroduction.WorldReviewofEntrepreneurship,ManagementandSustainableDevelopment,12(1),1-12.2Ramos,J.,Anderson,N.,Peíro,J.M.,&Zijlstra,F.(2016).Studyinginnovationinorganizations:adialecticperspective–introductiontothespecialissue.EuropeanJournalofWorkandOrganizationalPsychology,25(4),477-480.3Wanneerindetekstverschillentussenbijvoorbeeldsectorenofjarenbesprokenworden,zijndezestatistischsignificanttenzijandersvermeld.
12
2.Socialeinnovatieende6pijlers
Figuur1toontdeontwikkelingvandesocialeinnovatieinLimburgin2013,2014,2015en2016.HettotalegemiddeldesocialeinnovatievermogeninhetLimburgsebedrijfslevenisin2016gemiddeld3,7vergelekenmet3,5in2015.Delijnvan2016rijktnetalsdelijnvan2015opdemeestevlakkennetietsverderdanin2013en2014.Tenopzichtevan2015isdelijnweerverdernaarbuitenverschoven.DitbetekentdathetsocialeinnovatievermogeninLimburgistoegenomenin2016tenopzichtevan2015.Opdevolgendepagina’sgaanweuitgebreidinopdespecifiekeontwikkelingvanallezespijlersvansocialeinnovatie.
FIGUUR1.Sociaalinnovatievermogen2013,2014,2015en2016
2.1Pijler1:Strategischeoriëntatieopsocialeinnovatie
Uitonderzoekblijktdatorganisatiesdiehandelenvanuiteenstrategischeoriëntatieeconomischbeterpresteren.4Dematewaarinsocialeinnovatiestrategischverankerdisineenbedrijfoforganisatie,isdusvangrootbelangvoorsuccesvollesocialeinnovatie.Dezestrategischeoriëntatieopsocialeinnovatieheeftverschillendeaspectendiehierondernaderwordenbelicht.
4Porter,M.E.(1980).Competitivestrategy.NewYork:TheFreePress.;Cheng,C.C.J.&Huizingh,E.K.R.E.(2014).Whenisopeninnovationbeneficial?Theroleofstrategicorientation.JournalofProductInnovationManagement,31,1235-1253.;Gatignon,H.&Xuereb,J.M.(1997).Strategicorientationofthefirmandnewproductperformance.JournalofMarketingResearch,34(1),77-90.
0
1
2
3
4
5strategischeorientatie
veranderingssnelheid
zelforganisatie
talentontwikkeling
investereninkennisbasis
duurzameinzetbaarheid
2013 2014 2015 2016
13
FIGUUR2.Pijler1:Strategischeoriëntatieopsocialeinnovatienaarsectorenjaar
Resultaten
• HetLimburgsebedrijfslevenscoortin2016gemiddeld3,4opdepijler‘strategischeoriëntatie’.Hetgemiddeldevandezeeerstepijlerzitonderhetgemiddeldevanhetsocialeinnovatievermogeninzijngeheel.Ditgeeftaandattenopzichtevandeanderepijlersdeaandachtvoorstrategischeoriëntatieminderprominentis.
• Geenvandeorganisatiesscoortlagerdan2,1opstrategischeoriëntatie.Erzijndusgeenorganisatiesdiezichzelfopditpuntzwakvinden.Anderzijdszijnerweinigorganisatiesdiezichzelfopalleaspectenvanstrategischeoriëntatieopsocialeinnovatieechtsterkvinden.Slechts2,6%vandebedrijvenscoorthogerdan4,0opdegehanteerde5-puntsschaal.Ditpercentageisooklagerdanin2015toen4,4%vandebedrijvenhogerdan4,0scoorde.Dehoogstescorevan4,3iswelgelijkgebleven.
• Erzijnsignificanteverschillentussendeindustrie,commerciëleenniet-commerciëledienstverlening.Figuur2laatziendatsocialeinnovatiestrategischhetstevigstverankerdisbijorganisatiesindeniet-commerciëledienstverlening(3,6),terwijldithetminsthetgevalisbijindustrie(3,2).
• Inallesectorenisdegemiddeldescorevoorstrategischeoriëntatiegestegentenopzichtevan2015.Degemiddeldescorevoorstrategischeoriëntatieindeniet-commerciëledienstverleningstijgtsnellerdanindeindustrieencommerciëledienstverlening.Tenopzichtevan2014wasdestrategischeoriëntatiein2015indeindustrieencommerciëledienstverleningnietgestegen,in2016isdestrategischeoriëntatieechtervoorbeidesectorentoegenomentenopzichtevan2015.
3,1 3,2 3,33,2 3,4 3,53,2 3,4 3,6
3,3 3,4 3,6
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Strategischeoriëntatie
2013 2014 2015 2016
14
“Hetaanbodopdearbeidsmarktwordtsteedskleiner,datvraagtom
optimalisatieeninnovatie”.
Onzebrancheheefttemakenmeteenhogegemiddeldeleeftijdenhetaantrekkenvanjongemedewerkersislastig.Hetisbelangrijkteinvesterenaandevoorkant,bijvoorbeeld(keten)samenwerking
metandereorganisatieszoalscollega-bedrijven,ROC’senhogescholen.ZelfalsENGIEhebbenwijGoFlex
opgericht.Eenaparteorganisatie,puuromdejongemedewerkersteenthousiasmeren,deaandachttegevendiezeverdienenenwaarwerkenenlerenwordtgecombineerd.Daarnaastiseenbeteresamenwerkingtussenarbeidsmarkt,bedrijfslevenenopleidingenvanwezenlijkbelangomnueninde(nabije)
toekomstkwantitatiefenkwalitatiefgoedpersoneeltekunnengaranderenvoorwelkebranchedanook.
PatrickPustjensManagerHRENGIE
15
2.1.1Verschillendeaspectenvanstrategischeoriëntatie
Desectoraleverschilleninstrategischeoriëntatievloeienvoortuitverschillenindeonderliggendeindicatoren:maatschappelijkeoriëntatie,kostenbewustzijn,netwerken,kennisabsorptieenopeninnovatie.Dezebesprekenwehieronder.
Maatschappelijkeoriëntatie,kostenbewustzijnennetwerken
Inallesectorenisdemaatschappelijkeoriëntatiebijorganisatiesin2016significantgestegen.Deindustrieismet3,8hetmeestmaatschappelijkgeoriënteerd,maartoontdaarmeegeensignificantverschilmetdecommerciëledienstverleningdie3,7scoort.Welishetopmerkelijkdatdeindustriedeniet-commerciëledienstverleningdeafgelopenjarenquamaatschappelijkeoriëntatieheeftingehaald.In2015wasdemaatschappelijkeoriëntatieindeniet-commerciëledienstverleningaanzienlijkgedaaldtenopzichtevan2014toendeniet-commerciëledienstverleningnogsignificanthogerscoordedandeanderesectoren,namelijk3,9tenopzichtevan3,2voordeindustriëleorganisatiesen3,1voorcommerciëledienstverleners.In2016laatdemaatschappelijkoriëntatieindeniet-commerciëledienstverleningwelweergroeizientenopzichtevan2015.
FIGUUR3.Maatschappelijkeoriëntatienaarsectorenjaar
Eenanderbelangrijkaspectvandepijler‘strategischeoriëntatieishetkostenbewustzijnvanorganisaties.Figuur4toontdatallesectorenvergelijkbaarhoogscorenopditaspect.Indecommerciëledienstverleningendeniet-commerciëledienstverleningisditin2015tenopzichtvan2014gedaaldenin2016tenopzichtevan2015weergestegen.Deindustrielaateenconstantbeeldziensinds2014.
3,2 3,1
3,93,6 3,5 3,5
3,8 3,7 3,6
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Maatschappelijkeoriëntatie
2014 2015 2016
16
FIGUUR4.Kostenbewustzijnnaarsectorenjaar
Eenderdeaspectvanstrategischeoriëntatieopsocialeinnovatiebetrefthetgebruikvannetwerken(waaronderooksocialenetwerkenzoalsFacebook,TwitterofLinkedIn)omdaarmeenieuwekennisofmiddelentevergaren.Figuur5toontdathetgebruikvan(sociale)netwerkeninallesectorengelijkisgeblevenin2016tenopzichtevan2015.Tenopzichtevan2014isin2015indecommerciëleenniet-commerciëledienstverleninghetgebruikvan(sociale)netwerkengedaald.Deorganisatiesindeniet-commerciëledienstverleningblijvendeorganisatiesindecommerciëledienstverleningendeindustriemeteensignificantverschilvoor.Koploperisdeniet-commerciëledienstverleningdiemet3,8aanzienlijkhogerscoortdandecommerciëledienstverlening(3,5)enindustrie(3,4).
FIGUUR5.Gebruikvan(sociale)netwerkennaarsectorenjaar
4,0 4,2 4,14,0 4,0 3,94,0 4,0 4,0
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Kostenbewustzijn
2014 2015 2016
3,4 3,7 3,93,4 3,5
3,83,4 3,5
3,8
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverleneing
Niet-commerciëledienstverlening
Netwerken
2014 2015 2016
17
Uitfiguur6blijktdatdeniet-commerciëledienstverleningookhiereensignificantverschiltoontmetdeindustrieencommerciëledienstverlening.Zowerktendeniet-commerciëleorganisatiesmeersamenmetconcurrenten,overheden,koepelorganisaties,kennisinstellingenenbedrijveninzoweleigensectorenalsinanderesectoren.Daarentegenwerktdeniet-commerciëledienstverleningmindersamenmetleveranciers.
FIGUUR6.Netwerkenmetverschillendepartijennaarsector
DaarnaastisuitdeSIMLgeblekendatdedienstverlenendesectoren(3,7)meergebruikmakenvansocialemediadandeindustrie(3,2),eenvandevragenvoordeindicatornetwerk.Voorallesectorenisditin2016toegenomenvergelekenmet2015.Indedienstverlenendesectorenishetgebruikvansocialemediavan3,6naar3,7gestegenenvoordeindustrievan3,0naar3,2.
KennisabsorptieenOpeninnovatie
Totslotspringtbijdeeerstepijler‘strategischeoriëntatieopsocialeinnovatie’nogeentweetalspecifiekeresultateninhetoog.Teneerstelaatdeindicator‘kennisabsorptie’steedsmindersectoraleverschillenzien.Deniet-commerciëledienstverleningscoordein2015noggemiddeldhethoogstopditaspect(3,4).Toenwasvooralhetverschilmetdeindustrie(2,9)nogaanzienlijk,maarookhetverschiltussendecommerciëledienstverlening(3,2)endeindustriewasin2015significant.In2016zijndeverschillenindegemiddeldeuitkomstenechterkleinergeworden.Decommerciëleenniet-commerciëledienstverleningscorenin2016beide3,2waarbijervooralindeniet-commerciëledienstverleningsprakeisvaneensignificanteafnamevandekennisabsorptie.Deindustrieistenopzichtvan2015gestegenvan2,9naar3,0in2016,maarblijftmetdiescorenogachterbijdeanderesectoren.
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
18
"Wederzijdsvertrouweniseenduurzamebasisvoorvooruitgang."
Socialeinnovatiegaatomvernieuwing.Daartoedienttewordengeïnvesteerdinwederzijdsvertrouwen.Vertrouwenbiedtruimtevoorcreativiteitenzorgtervoordatmensennietvanuitangstenkrampreageren.Vertrouwengevenenkrijgenisleidendvoorsocialeinnovatie.Ditiseenvoortdurendprocesommenseneenveiligebasistegeven,vanuiteenattitude,elkedagopnieuw.
JosPetersBestuurssecretarisMutsaersstichting
19
FIGUUR7.Kennisabsorptienaarsectorenjaar
Kennisabsorptieisverwantaandeindicator‘openinnovatie’.Openinnovatieisgebaseerdopdegedachtedatindehedendaagsenetwerk-eninformatiesamenlevingéénpartijonmogelijkalleexpertisekanbezittenomeeninnovatietelatenslagen;debenodigdekennisisverspreidovermeerderespelers.Daarmeeisactievekennisdelingeenessentiëlesuccesfactor,5watookeenvandebelangrijkstedrijfverenvormtvoordeontwikkelingopdeBrightlandscampussen.Limburgseondernemerszijnophetgebiedvaninnovatienogsteedsredelijkinternen‘inside-out’gericht.DevraaginhoeverreorganisatiesrekeninghoudenmetdoelstellingenvanbijvoorbeeldBrainportofLimburgEconomicDevelopment(LED)bijhetvormgevenvansocialeinnovatieinhunorganisatiescoort3,0.Datiseenkleinetoenametenopzichtevan2015,toendeorganisatiesgemiddeld2,9scoordenopdezevraag.In2015vielhetopdatvoornamelijkmiddelgrotebedrijven(2,6)hiersignificantminderrekeningmeehieldendandekleine(3,1)engroteorganisaties(3,2).In2016isditechteranders:zowelkleinealsmiddelgroteorganisatiesscorengemiddeld2,9engroteorganisaties3,1.DatwilzeggendatdemiddelgroteorganisatiesignificantmeerrekeningzijngaanhoudenmetdedoelstellingenvanBrainportenLEDin2016endekleineengroteorganisatieshierin2016minderrekeningmeehebbengehouden.DitkanverklaardwordendoordatinitiatievenalsBrainportenLEDzichvoornamelijkrichtenophetmidden-enkleinbedrijf(MKB).6
In2015wasertenopzichtevan2014eensignificantetoenamevandebetrokkenheidbij‘openinnovatie’indecommerciëleenniet-commerciëledienstverlening,zoalstezienisinfiguur8.Deindustrielietechtereenafnamezienvan3,2naar3,1.In2016latenallesectorentenopzichtevan2015eenafnamezien.Deindustrie(3,0)blijftechterachterbijdecommerciële(3,4)enniet-commerciëledienstverlening(3,5).Ditisopvallend
5Lawson,B.,Peterson,K.J.,Cousins,P.D.,&Handfield,R.B.(2009).KnowledgeSharinginInterorganizationalProductDevelopmentTeams:TheEffectofFormalandInformalKnowledgeSocializationMechanisms.TheJournalofProductInnovationManagement,26(2),156-172.6LimburgEconomicDevelopment(LED)(08-03-2017).Eenonderkoepelendeorganisatie.Geraadpleegdop:http://www.ledbrainport2020.nl/over-led/missie-en-visie.html
2,83,1 3,2
2,93,2 3,4
3,0 3,2 3,2
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Kennisabsorptie
2014 2015 2016
20
geziendeinitiatievenopprovinciaalensectoraalniveauendemaatschappelijkebelangstellingvooropeninnovatiejuistookindeindustriëlesector.7
FIGUUR8.Openinnovatienaarsectorenjaar
2.2Pijler2:Interneveranderingssnelheid
Decyclivangroeienveranderingvolgenelkaarsteedssnellerop,derhalvemoetenorganisatiesinstaatzijnzichvoortdurendaantepassenaandeverandering.8Hetisvoorveelorganisatiesvangrootbelangdatzijhunbedrijfsroutinesencompetentiesvoortdurendaanpassenaandeveranderingenindeafzetmarktomtekunnenblijvenconcurrerenomtoegevoegdewaardetekunnenleveren.Deinterneveranderingssnelheidvaneenorganisatiebrengtdematewaarindeinzetvanmedewerkerskanwordenaangepastaandebedrijvigheidinkaart.Dezebelangrijkepijlervanhetsocialeinnovatievermogenwordtgemetenopbasisvanindicatorendiebetrekkinghebbenopaspectenals:
• autonomievandemedewerkers;
• flexibiliteitinhetaanpassenvanprocedures,doelenensamenwerking;
• flexibelorganiserenvanhetwerk,zoalsflexibelecontracten,zelfroosteren,flexibelewerktijdene.d.
Resultaten:
• Depijler‘interneveranderingssnelheid’lietin2015eensignificantetoenamezientenopzichtevan2014endaarmeebleefdezepijlernietmeerachterbijanderepijlerszoalsineerderejaren.Interneveranderingssnelheidlaateengemiddeldescorevan3,6zienin2016,tenopzichtevan3,5in2015en3,2in2014.
7Hossain,M.&Anees-ur-Rehman,M.(2016).Openinnovation:Ananalysisoftwelveyearsofresearch.StrategicOutsourcing:AnInternationalJournal,9(1),22-36.8Aslander,M.&Witteveen,E.(2015).Nooitaf.Amsterdam/Antwerpen:UitgeverijBusinessContact.
3,2 3,4 3,33,13,5 3,6
3,03,4 3,5
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Openinnovatie
2014 2015 2016
21
• In2016scorennetalsin201515%vandeorganisatieshogerdaneen4,0opdegehanteerde5-puntsschaal.Netalsin2015isookin2016dehoogstescore4,8.Deorganisatiesdielagerscorendan3,0zijnin2015(13%)aanzienlijkafgenomentenopzichtevan2014(43%)enin2016isditpercentagenogverderafgenomennaar8%meteenlaagstescorevan1,8in2016watlagerisdan2015(2,3)engelijkisaan2014(1,8).
• Deniet-commerciëledienstverleningheefteeninhaalslaggemaaktopinterneveranderingssnelheidwaardoordesectoraleverschillenkleinerzijngewordentenopzichtevaneerderejaren(ziefiguur9).Deindustriescoorthetlaagstmet3,5.Decommerciëleenniet-commerciëledienstverleningscorenbeide3,6.
• Dekleineorganisatieshebbendegrootsteinterneveranderingssnelheidmeteengemiddeldescorevan3,7,daarmeezijndekleineorganisatiesgestegentenopzichtevan2015(3,6).Ookdegroteorganisatieszijngestegentenopzichtevan2015(3,4)naar3,5.Demiddelgroteorganisatiesscorenzowelin2015alsin20163,6.
• Tenopzichtevan2014lietdepijlereenaanzienlijkestijgingzienin2015.In2016iseralleenindeniet-commerciëledienstverleningeensignificantestijgingvandeinterneveranderingssnelheid.Decommerciëledienstverleningisgelijkgeblevenaandescorein2015endeindustrielaateenkleinetoenamezien.
FIGUUR9.Pijler2:Interneveranderingssnelheidnaarsectorenjaar
2.2.1Aspectenvaninterneveranderingssnelheid:Flexibiliteit
Deinterneveranderingssnelheidisgemetenaandehandvandrieindicatoren:autonomievandewerknemers,flexibiliteitinhetaanpassenvanprocedures,doelenensamenwerkingenhetflexibelorganiserenvanarbeid.Deautonomievandewerknemersisindeniet-commerciëledienstverleninggelijkgeblevenaan2015meteenscorevan3,5.Indeindustrieisdeautonomievandewerknemersin2016(3,5)gestegentenopzichtevan2015(3,4).Deautonomieindecommerciëledienstverleningisafgenomenin2016(3,6)tenopzichtevan2015(3,7).
3,0 3,1 3,23,0
3,3 3,23,5 3,6 3,43,5 3,6 3,6
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Interneveranderingssnelheid
2013 2014 2015 2016
22
“Een&lexibeleorganisatiekanbestaandoorempowerment,verantwoordelijkhedenen
besluitendiepindeorganisatieneerteleggen.”
ProfCoreiseenprojectorganisatie,2lexibiliteitiseenmust.Elementenalseigenaarschapenzelfzorgzaamheidvanmedewerkerséndefocusleggenopcontinueontwikkeling,zitteninhetDNAvandeorganisatie.Door
empowermentvanmedewerkerskanProfCoreeen2lexibeleorganisatieblijven.Hetstimulerenvangroeivandemedewerkersisdaarbij
vanzelfsprekend.
BartVringerAlgemeendirecteur
ProfCore
23
In2015lietdeindicatorflexibiliteitinprocedures,doelenensamenwerkingeenafnamezientenopzichtevan2014watopvallendtenoemenisaangeziendepijlerinterneveranderingssnelheidaanzienlijkgestegenwas.In2016isertenopzichtevan2015eentoenameistezien,voornamelijkindeindustrievan3,6naar3,9,diedaarmeeweeropdezelfdescoreuitkomtalsin2014.Dedienstverlenendesectorenblijvenongeveergelijktenopzichtevan2015.Deniet-commerciëledienstverleningscoortsignificantlagerdandeanderesectorenindeflexibiliteitinhetaanpassenvanprocedures,doelenensamenwerking,zowelin2015alsin2016.
FIGUUR10.Flexibiliteitinprocedures,doelenensamenwerkingnaarsectorenjaar
Hetflexibelorganiserenvanarbeid,zoalsweergegeveninfiguur11,kentdegrootstetoename,inhetbijzonderdeniet-commerciëledienstverlening.In2016isdegemiddeldescorevandesectorengezamenlijk3,5,netalsin2015.Deindustrielaateenkleineafnamezienin2016(3,3)tenopzichtevan2015(3,4),decommerciëledienstverleninglaateenkleinetoenamezienin2016(3,6)tenopzichtevan2015(3,5)endeniet-commerciëledienstverleninglaateensignificantesterketoenamezienvan3,5in2015naar3,9in2016.In2015isdezeindicatorechtersignificantgestegen.In2014wasdegemiddeldescorevandesectorengezamenlijk2,5;ditisin2015meteenvollepuntgestegennaareengemiddeldevan3,5.Figuur11laatziendatdeverschillentussendesectorenin2016weerzijntoegenomen.Deindustrie(3,3)scoortsignificantlagerdandedienstverlenendesectoren,waarbijookdecommerciëledienstverlening(3,6)weersignificantlagerscoortdandeniet-commerciëledienstverlening(3,9).Indeindustrieisdelaagstwaargenomenscorein20161,6invergelijking;in2015wasditnog1.Ditminimumbetekentdatergeenenkelindustrieelbedrijfmeerisdatgeengebruikmaaktvanhetflexibelorganiserenvanwerk.
3,9 3,7 3,53,6 3,83,3
3,9 3,83,3
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Flexibiliteit
2014 2015 2016
24
FIGUUR11.Flexibelorganiserenvanarbeidnaarsectorenjaar
Ookregionaalzijnersignificanteverschillenwanneerhetgaatomhetflexibelorganiserenvanarbeid.RegionaalscoortNoordhetlaagstmet3,3enregioZuidhethoogstmet3,6.DeregioMiddenneemtdemiddenpositieinmeteenscorevan3,5.Daarmeezijnderegio’sNoordenMiddenwelmet0,1toegenomentenopzichtevan2015.DeregioZuidisgelijkgebleven.Kijkendnaardegroottevandeorganisatiezijnergeensignificanteverschillentenoemenintegenstellingtotin2015.Zoweldekleinealsgroteorganisatiesscorenhier3,6.Demiddelgroteorganisatiesscorenietslagermet3,5.
Alswenaderingaanopenkeleaspectenvanhetflexibelorganiserenvanarbeid,danblijktdatbij25%vandeorganisatiesdewerknemersaltijdgebruikkunnenmakenvanvariabelebegin-eneindtijdenperdag.Bij10%vandebedrijvenkunnenwerknemersaltijdhuneigenwerkroosterbepalen,bij20%kunnenwerknemersaltijdgebruikmakenvanvariabelewerktijdenperweekenbij18%vandebedrijvenkunnendewerknemersaltijdthuiswerken.Totslotgeeft23%vandebedrijvenaanvaakgebruiktemakenvanflexibelecontracten.Hetgebruikvanvariabelebegin-eneindtijdenperdagenvariabelewerktijdenperweekzijntenopzichtevanvorigjaarafgenomen.Deandereaspectenzijngestegen,inhetbijzonderhetgebruikvanflexibelecontracten.In2015gaf15%vandebedrijvenaanvaakgebruiktemakenvanflexibelecontracten,in2016isdittoegenomennaar23%vandebedrijven.
2.3Pijler3:Zelforganiserendvermogen
Voortdurendeencomplexeveranderingenindeexterneomgevingvanorganisatiesvragenvaakeenhoogzelforganiserendvermogenvanmedewerkers.Organisatiesdiewillenblijveninnoveren,probereneenwerkstructuurterealiserenwaarinwerknemersopalleniveaussneldejuistebeslissingenkunnennemenendevrijheidenhetvertrouwenkrijgenomdeaanpakwaarvoorzijkiezendirecttekunnenuitvoeren.Ditvereistdatmedewerkerssterkbetrokkenzijnbijdeorganisatie,erveelwordt
2,22,6
2,93,4 3,5 3,53,3 3,6
3,9
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Flexibelearbeid
2014 2015 2016
25
samengewerkteneronderlingvertrouwenis.Omdittebereikenishetbelangrijkafstandtenemenvaneen“beheers-enbevelcultuur”diekenmerkendisvoorsterkhiërarchischeenbureaucratischeorganisaties.9
Hetontwikkelenvanzelforganiserendvermogenineenorganisatievraagtookomleiderschapdatvertrouwenheeftinderationaliteitenzelfstandigheidvandemedewerkersopdeverschillendeniveausindeorganisatie.Ditbetekentdatleidinggevendendoormiddelvanopencommunicatiemedewerkersdeinformatiegevendiezenodighebbenvoorhuneigenbeslissingenenhenbetrekkenbijmanagementbeslissingendieophenvaninvloedzijn.Daarbijmoetenlijnmanagerszichopstellenalscoachesdiehunmedewerkersondersteunen.10HetzelforganiserendvermogenvaneenorganisatiewordtindeSIMLgemetenopbasisvanindicatorenzoals:
• leiderschap:visie,nieuwedingenuitproberen,openheidincommunicatie;
• flexibiliteitvanbeleidenregels;
• stimulerenvanondernemerschap;• vertrouwenensamenwerkingtussenafdelingenenbinnenteams.
Resultaten:
• HetzelforganiserendvermogenvanLimburgseorganisatiesisinvergelijkingtotanderepijlersgemiddeld,meteenscorevan3,4.
• Deovergrotemeerderheidvandeorganisaties(80%)vindtzichzelfquaorganiserendvermogengemiddeldtotsterk(enscorenzichzelfhogerdan3,0opde5-puntsschaal).Erzijnmaarweinigorganisaties(9%)diehunzelforganiserendvermogenalszeersterkbeoordelen(d.w.z.eenscorehogerdan4,0opdegehanteerde5-puntsschaal).
• Figuur12toontkleine,maarwelsignificantesectoraleverschillenopdepijlerzelforganiserendvermogen.Dezepijlerishetmeestontwikkeldindeindustrieencommerciëledienstverlening(3,5),waarbijdeindustriesignificantgestegenistenopzichtevan2015.Deniet-commerciëledienstverleningblijftdaarenigszinsbijachtermeteenscorevan3,3.
• Bijdezepijlertonendekleineenmiddelgroteorganisatiesdehoogstescoreopzelforganiserendvermogen(3,5).Degroteorganisatiesscorenopdezepijlergemiddeld3,3.
• Degemiddeldescorevoorzelforganiserendvermogenisnietsignificantgestegenvergelekenmet2014en2015.
9Chang,J.,O’Neill,G.,&Travaglione,A.(2016).Demographicinfluencesonemployeetrusttowardsmanagers.InternationalJournalofOrganizationalAnalysis,24(2),246-260.10VanKnippenberg,D.&HoggM.A.(2003).Asocialidentitymodelofleadershipeffectivenessinorganizations.ResearchinOrganizationalBehavior,25,243-296.
26
“Leiderschapgaatvooraloverkennisenvertrouwengeven.”
Watikaankennishebdatdraagikoverenvaardighedendoeikvoor,zokunnenmedewerkersleren.Vertrouwengeven,isvooralgerichtopsamenwerken.Datkandoormensentebenaderenvanuiteengelijkwaardigepositie,bijvoorbeelddooropentezijn,meete
denkenmetdemedewerkers,voorbeeldentegeven,bevestigingtegevenenechtteluisteren.
AnitavanDormalenDirecteur/Eigenaar
BurovanDormalenBV
27
FIGUUR12.Pijler3:Zelforganiserendvermogennaarsectorenjaar
2.3.1Aspectenvanzelforganiserendvermogen:Samenwerkenenflexibiliteitinbeleidsuitvoering
Netalsdevoorgaandepijlersbestaatdepijler'zelforganiserendvermogen'uitmeerdereindicatoren.Deeersteindicatorgeefthetvertrouwenensamenwerkenvanteamsweer.Figuur13laatziendatdeindustrieencommerciëledienstverleninghethoogstscorenmeteengemiddeldescorevan3,5.Indeniet-commerciëledienstverleningscoortdesamenwerkingvanteamshetlaagst(3,3).Tenopzichtevan2015iserin2016vooralindeindustrieenniet-commerciëledienstverleningsprakevaneensignificantetoenamevandesamenwerkinginteams,waarbijdeniet-commerciëledienstverleningdegrootstetoenamelaatzien.
FIGUUR13.Samenwerkennaarsectorenjaar
3,3 3,4 3,23,3 3,5 3,33,3 3,53,2
3,5 3,5 3,3
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverleneing
Niet-commerciëledienstverlening
Zelforganiserendvermogen
2013 2014 2015 2016
3,2 3,42,9
3,2 3,42,9
3,5 3,5 3,3
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Samenwerken
2014 2015 2016
28
Eenanderebelangrijkeindicatorvanzelforganiserendvermogenisdeflexibiliteitinhetvolgenvaneigenregels.Degemiddeldescoreis3,9meteenminimalescorevan1,3,watbetekentdaterorganisatieszijnwaarnauwelijksflexibiliteitinhetvolgenvaneigenregelsmogelijkis.Datkaninbepaaldeorganisatieslogischzijn,zoalssterkhiërarchischgeleideorganisatiesofbijorganisatieswaarproceduresvanlevensbelangkunnenzijn,zoalszorgofchemischeindustrie.Verderisin2016descoregelijkgeblevenvergelekenmet2015.Tussendedriesectorenzijnkleineverschillenzichtbaar.Decommerciëleenniet-commerciëledienstverleningscorenbeide3,1.Deindustriescoorthetlaagstmeteengemiddeldescorevan3,0.Ditisechtergestegenvergelekenmet2015,watbetekentdatmenindiebedrijvenin2015mindervaakhetboekjevolgdeendeformeleregelsenproceduresvakeraanpastealsdittengoedekwamvanhetwerk.
FIGUUR14.Flexibiliteitvanbeleidenregelsnaarsectorenjaar
2.4Pijler4:Talentontwikkeling
Invrijwelallesectorenvandeeconomieisdeaandachtvoordeontwikkelingvanmedewerkersvangrootbelangvoordeconcurrentiekrachtvandeorganisatie.Talentontwikkelingisdemotorvandehuidigekenniseconomieenopalleniveausonmisbaarvoordehedendaagsemedewerker.11Zonderhetverbeterenenverbredenvandeexpertisevaneenmedewerkerzaldezenietzijnofhaarvolledigepotentieelkunnenbenutten;nochvoorzichzelf,nochvoordeorganisatiewaardepersoonwerkzaamis.Talentontwikkelingvindtvooreenbelangrijkdeelophetwerkzelfplaatsdoordemedewerkersmeerautoriteit,bevoegdhedenentakentegevenenhenactieftebetrekkenbijdebesluitvormingindeorganisatie.Uitonderzoekblijktdathet‘lerenophetwerk’nogveelbelangrijkerisdanhetvolgenvantrainingen.12Talentontwikkelingwordtindemonitorgemetenopbasisvanindicatorenzoals:
11Stoffers,J.(2016).Employability,werkendperspectiefvoordemiddengroepopdearbeidsmarkt.Heerlen:ZuydResearch.12Borghans,L.,Fouarge,D.,Grip,A.de,&Thor,J.van,(2014).WerkenenlereninNederland,ROA-R-2014/3,Maastricht.
3,2 3,43,1
2,8 3,1 3,13,0 3,1 3,1
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Flexibiliteitbeleid
2014 2015 2016
29
• uitdagingophetwerk:taakverrijking,autoriteitenverantwoordelijkheid;• persoonlijkeontwikkeling.
Resultaten:
• Limburgseondernemersbestedenrelatiefveelaandachtaandeontwikkelingvanhunpersoneel.Meteengemiddeldevan3,9toonttalentontwikkelingdehoogstescorevanallepijlersin2016.Bovendiengeefteenminimumscorevan2,6aandattalentontwikkelinginalleorganisatieseenredelijketotstevigebasisheeft.Medewerkerskrijgendaarbijgoedemogelijkhedentotprofessionelegroeidoortaakverrijking,autonomieendebijpassendeverantwoordelijkheid.Daardoorkrijgenzijvoldoendeuitdagingenkunnenzijzichverderontwikkelen.
• Bijnaeenderdevandeorganisatiesvindtzichzelfopditvlaksterk(eenscorehogerdan4),terwijlslechts2%deaandachtvoortalentontwikkelingindeorganisatiealsbenedengemiddeld(lagerdan3)bestempelt.Talentontwikkelingissamenmetduurzameinzetbaarheideenpijlerwaarbedrijvenzichzelfeenmaximumscorevan5hebbentoegekend.Daarmeegevenzijaandatzijalsorganisatieopdezepijlerechtexcelleren.
• Figuur15toontdattalentontwikkelinginallesectorenongeveergelijkontwikkeldis(3,9).Indeindustrieenniet-commerciëledienstverleningisdepijlertoegenomeninvergelijkingmet2015.Indecommerciëledienstverleningistalentontwikkelingenigszinsafgenomen.
• Quagroottevanorganisatiezijnergeensignificanteverschillenoptemerkenalshetgaatomtalentontwikkelingenscorenalleverschillendegroottesgemiddeld3,9.Quaregiozijnerechterwelsignificanteverschillentezienalshetgaatomtalentontwikkeling.RegioNoordscoorthetlaagstmet3,8enregioMiddenscoorthethoogstmet4,0,deregioZuidzitdaartusseninmeteenscorevan3,9.
• Tenopzichtevan2014en2015isdegemiddeldescorevantalentontwikkelingin2016gelijkgebleven.Desectorenindustrieenniet-commerciëledienstverleninglateneentoenamezien,decommerciëledienstverleningisdeenigesectorwaardescoreisgedaald.
30
FIGUUR15.Pijler4:Talentontwikkelingnaarsectorenjaar
2.4.1Aspectenvantalentontwikkeling
Debelangrijksteoorzaakvandevrijhogescoreoptalentontwikkelingisdehogegemiddeldescore(4,0)voordeuitdagingendiemedewerkersinhunwerkwordengeboden.HetbelangvanuitdagendefunctiesmetvoldoendeafwisselingenverantwoordelijkheidwordtdaarmeeonderdeLimburgsewerkgeversbreedonderkend.Welzijnerkleinesectoraleverschillenindegebodenuitdagingenophetwerk(ziefiguur16).Decommerciëleenniet-commerciëledienstverleninggaanmeteengemiddeldescorevan4,0voorop,opdevoetgevolgddoordeindustriemeteengemiddeldescorevan3,9.Tenopzichtevan2015iseralleenindeniet-commerciëledienstverleningeensignificantetoenametezien.
FIGUUR16.Uitdagingophetwerknaarsectorenjaar
3,6 3,8 3,73,7 3,9 4,03,8 4,0 3,73,9 3,9 3,9
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Talentontwikkeling
2013 2014 2015 2016
3,8 4,0 4,13,9 4,0 3,93,9 4,0 4,0
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Uitdaging
2014 2015 2016
31
Talentontwikkelingstaatcentraalalshetgaatomemployability.Ditjaarzijnertweevragenoverdetermemployabilityaandewerkgeversgesteldeneentweetalvragenoverleren.Hetblijktdatdeduidelijkheidendebetekenisvandetermemployabilitysignificanttoeneemtvan3,1(in2015)naar3,3(in2016).Deaandachtvoorhetthemavanuitverschillendepartijeninderegio,zoalsdeProvincieLimburg,hetLectoraatEmployabilityendiversewerkgeversinitiatievenrondomhetthema,lijkthierverbandmeetehouden.Erisookgevraagdwatvolgensdedeelnemendeorganisatiesonderemployabilityverstaanwordt,ziefiguur17.
FIGUUR17.Woordwolkbetekenisemployability
Dewoordwolklaatziendatderespondentenbijhetwoordemployabilitydenkenaan(optimale)inzetbaarheidofduurzameinzetbaarheid,zowelinternalsexternwaarbijhetwerkvoorzoweldewerknemeralswerkgeverleidttotmaximaalrendement.Ookdefiniërenbedrijvenemployabilityalsontwikkelingvanmedewerkers,continuleren,wendbaarheid,hetkrijgenenbehoudenvanwerkenhetinzettenvandejuistepersoonopdejuisteplek.HetLectoraatEmployabilityvanZuydHogeschoolgebruiktdedefinitievanVanderHeijden(2011):“Employabilitygaatomhetvermogenvandemedewerkeromgoedtefunctionerenineenfunctie,omvooruitgangteboekenbinnendeloopbaanen(ander)werktevindenindiennoodzakelijk.”13Bijemployabilitygaathetomzichtkrijgenopwelkecompetentiesenkwalificatieserpreciesnodigzijnenhoedezemetinnovatievevormenvanlerenverkregenkunnenworden.14
13VanderHeijden,B.I.J.M.(2011).‘Alshetgetijverloopt,verzetmendebakens.’RadboudUniversiteitNijmegen.14Stoffers,J.(2016).Employability,werkendperspectiefvoordemiddengroepopdearbeidsmarkt.Heerlen:ZuydResearch.
32
“Internemobiliteitdaagtmensenuitomslimen2lexibelteblijvenmeteen
groeiendleervermogen.”
Jeleerthetmeestevananderedingendoen,dusdoorvariatieinwerk.Mensenhoudenzichgraaginenzijninprincipeangstig.Daaromishetsomsnodigonderlichtedwangtezeggendat
mensenwatandersmoetendoen.Alsjedaarmaarvroeggenoegmeebegintdanwennenmensendaaraanendanismobiliteitgeenprobleem.Internemobiliteitvraagtzowelomleervermogenalsdathetleervermogenstimuleert.Zokunnenzoweldeorganisatieals
demensenslimen@lexibelblijven.
MartinLammersDirector
BusinessDevelopment&CustomerRelations
UniversiteitMaastricht
33
Degemiddeldescorevoor‘persoonlijkeontwikkeling’laateenbeeldziendatvergelijkbaarismetdatvoor‘uitdagingophetwerk’.Deindicator‘persoonlijkeontwikkeling’heeftbetrekkingophetlerenenverbeterenvanvaardigheden,maarookophetlerenenverbeterenalspersoon.Meteengemiddeldescorevan3,8ishetgemiddeldelichtgestegenin2016tenopzichtevanhetgemiddeldevan2015(3,7).Figuur18toontin2016eenstijgingvoordesectorenindustrieenniet-commerciëledienstverleningeneenafnamevoordecommerciëledienstverleningtenopzichtevan2015.Uitdezeresultatenblijktdatpersoonlijkeontwikkelingindeniet-commerciëledienstverleningalseensteedsbelangrijkeronderdeelvantalentontwikkelingwordtgezien.
FIGUUR18.Persoonlijkeontwikkelingnaarsectorenjaar
Deontwikkelingvanmedewerkersiseenonmisbaaronderdeelvanemployabilityzoalsindewoordwolkinfiguur17tezienis.Ditjaarzijneentweetalvragenoverlerenenontwikkelenaandewerkgeversgesteldalsaanvullingopdevragenoveremployabilityendepijlers.Meteenscorevan3,3gevenorganisatiesaandatzijaandachtbestedenaanlerenopdewerkplek.Daarnaastiserookgevraagdwelkevormenvanlerenorganisatiesaanhunmedewerkersaanbieden.
3,6 3,7 3,83,7 3,93,53,8 3,8 3,7
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Persoonlijkeontwikkeling
2014 2015 2016
34
FIGUUR18.Woordwolkvormenvanleren
Dewoordwolklaatziendatorganisatiesquavormenvanlerenzichvoornamelijkrichtenoplerenopdewerkplek,buddy-leren,trainingenenopleidingen,zowelinternalsextern.Ookgeneratieleren,e-learning,team-activiteitenenzelfstudiewordenveelgebruiktalsvormenvanleren.Overdesectorenheenzijnhierweinigverschillentezienindevormenvanlerendiewordenaangeboden.Welishetduidelijkdatdeindustriemeerdoetaangeneratielerendandecommerciëleenniet-commerciëlesector.
2.5Pijler5:Investereninkennisbasis
Bijdevorigepijler,talentontwikkeling,werdbesprokenhoemedewerkershuntalentenkunnenontwikkelendoorhenmeerverantwoordelijkheidtegeven.Bijhetinvesterenindekennisbasisvandeorganisatiegaathetvooralomdebereidheidomteinvesterenindekennisontwikkelingvandemedewerkers.Hetkennisbeleidvaneenorganisatieweerspiegeltinvesteringenindekennisbasisvanhaarmedewerkers.Deinvesteringenvanorganisatiesinhunkennisbasisweerspiegelenhettoenemendekennisintensievekaraktervanhunproductieprocessen.15DaarbijwordenindeSIMLondermeerdevolgendeindicatoreninkaartgebracht:
• training-enopleidingsmogelijkheden;• loopbaanbeleid.
15Volberda,H.W.,vandenBosch,F.A.J.&Janzen,J.J.P.(2007).Slimmanageninnovatieforganiseren.ErasmusResearchInstituteofManagement(ERIM),Rotterdam.
35
FIGUUR20.Pijler5:Investereninkennisbasisnaarsectorenjaar
Resultaten:
• Limburgsewerkgeversscorengemiddeld3,4voorhetinvestereninhunkennisbasis.Metdezescoreneemtdezepijlereenmiddenpositieintenopzichtevandeanderepijlers.
• Vandeorganisatiesgeeft7%aanveelteinvesterenindekennisbasisvanhunorganisatie(gemiddeldescorevan4,0ofhoger),datis6procentpuntenlagerdan2015.Daarstaattegenoverdat19%vandeorganisatiesaangeeftlagerdan3tescorenophetinvesterenindekennisbasisvandeorganisatieendatis1%meerdanvorigjaar.Datwilzeggendatorganisatiesrelatiefminderinvestereninkennisbasisdanhetvoorgaandejaar.
• Figuur19laatziendatdeindustrieendeniet-commerciëledienstverleninghetmeesteinvestereninkennisbasismeteengemiddeldescorevan3,4.Decommerciëledienstverleningscoortgemiddeld3,3.
• Investereninkennisbasislaatopregioniveauenigverschilzien.Deregio’sNoordenMiddenscorenhethoogstmet3,4,gelijkaan2015.DeregioZuidlaateensignificanteafnamezienenscoortditjaarhetlaagstmet3,3,terwijldezeregiovorigjaarhethoogstscoordemet3,5.
• Deindustrielaatoverdeafgelopenjareneengeleidelijketoenamezien,decommerciëledienstverleningisoverdejarenlichtelijkafgenomenendeniet-commerciëledienstverleninglietin2015eentoenamezienenin2016scoortdeniet-commerciëledienstverleningmeteenafnameweergelijkaan2014.
2.5.1Verschillendemanierenomteinvestereninkennisbasis
Alswekijkennaardeverschillendemanierenwaaroporganisatieskunneninvestereninhunkennisbasisdanvallenenkelezakenop.VeelLimburgsewerkgeversgevenaandathunmedewerkersgrondigwordengetraindinhetgebruikvannieuweapparatuur,softwareofprocedures.Voornamelijkinde
3,2 3,4 3,63,3 3,4 3,43,4 3,4 3,63,4 3,3 3,4
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Investereninkennisbasis
2013 2014 2015 2016
36
commerciëledienstverlening(3,6)wordenmedewerkershieringetraind.Deniet-commerciëledienstverleningscoorthetlaagstopdezeindicator(3,4)endeindustrieneemteenmiddenpositieinmeteengemiddeldescorevan3,5.Maarliefst89%vandewerkgeversbeoordeeltdematewaarinzijdergelijketrainingenaanbiedenaanhunmedewerkersalsgemiddeldtotzeersterk.Slechts11%vandewerkgeversgeeftaandathetaanbodvantrainingenophetgebiedvannieuweapparatuur,softwareofprocedureszwakis.
Deindicatordieaangeeftdatdewerknemersindeorganisatiesterkaangemoedigdwordenomhunvaardighedenverderteontwikkelenscoorthethoogstbinnendezepijler.Degemiddeldescoreligtop4,0waarbijmaarliefst99%vandeorganisatiesbeoordeeltdatdematewaarinzijmedewerkersaanmoedigengemiddeldtotsterkis(eenscorevan3ofhoger).Vandeze99%beoordeelt20%zichzelfmeteenscorevan5engeeftdaarmeeaanteexcellerenopdezeindicator.
Ookbijdeindicatoroferbeschikkingisovereenindividueelopleidingsbudgetvoordemedewerkersiseensignificantverschiltussendesectorenzichtbaar.Desectorenindustrieenniet-commerciëledienstverleninglateneensignificanteafnamezientenopzichtevanvorigjaar.Decommerciëledienstverleninglaateenkleinetoenameziennaareengemiddeldescorevan2,9.Deindustriebiedthetminstvaakeenindividueelopleidingsbudgetaan(2,3)endeniet-commerciëledienstverleningbiedthetmeesteenindividueelopleidingsbudgetaanmeteengemiddeldescorevan3.
2.6Pijler6:Duurzameinzetbaarheid
DoordevergrijzingvandeNederlandsebevolkingwordthetsteedsbelangrijkerdatmedewerkersgoedinzetbaarblijven.DitgeldttemeervoorLimburg,datkamptmeteensterkvergrijzendeberoepsbevolking,versterktdoorhetvertrekvanveeljongeren.Ditvereistdatbedrijvenvoldoendeaandachthebbenvoorhetoppeilhoudenvandeinzetbaarheidvanhunouderwordendpersoneel.Naasthetup-to-datehoudenvandekennisenvaardighedenvanhunmedewerkersbetekentditookdatorganisatieshunouderepersoneelvoldoendekansenmoetengevenenmoetenstimulerenomookwerktekunnenverrichtendatgeendeeluitmaaktvanhunhuidigetakenpakket.16Ditmaaktmedewerkersnietalleenbrederinzetbaar,maarvergrootookhunontwikkelingsmogelijkheden.Talentontwikkelingisdemotorvandehuidigekenniseconomieenopalleniveausonmisbaarvoordehedendaagsemedewerker,ongeachtleeftijd.17IndeSIMLwordtduurzameinzetbaarheidvoor60-plussers–inaanvullingopdeaandachtvoortalentontwikkelingendeinvesteringindekennisbasisvandemedewerkers–inkaartgebracht.
16VanVuuren,T.,Caniëls,C.J.M.,&Semeijn,J.H.(2011).Duurzameinzetbaarheideneenlevenlangleren.Gedragenorganisatie,24(4),356-373.17Stoffers,J.M.M.&VanderHeijden,B.I.J.M.(2014).Participatievanouderewerknemersininnovatie.TijdschriftvoorOntwikkelinginOrganisaties,4(2),52-57.
37
FIGUUR21.Pijler6:Duurzameinzetbaarheidvan60-plussersnaarsectorenjaar
Resultaten:
• Deaandachtvoorduurzameinzetbaarheidvanmedewerkersouderdan60jaarisinvergelijkingtotdeanderepijlersgemiddeld,meteenscorevan3,3.Hieriniseenkleinetoenameoptemerkentenopzichtevan2015,toendegemiddeldescore3,2was.
• Deminimumscorevoordezepijleris2endemaximumscoreis5.Erzijndusorganisatiesdiebeoordelendatzijexcellerenopdezepijler.Vandewerkgeversgeeft6%aansterktezijninduurzameinzetbaarheid(gemiddeld4,0ofhoger).Slechtseenkleindeelvandewerkgevers,16%,geeftaandatmennietgenoegaandachtbesteedtaandeinzetbaarheidvanouderemedewerkers(eenscorelagerdan3,0).
• Demiddelgroteorganisaties(3,4)scorenhethoogstopdepijler‘duurzameinzetbaarheid’.Dekleineengroteorganisatiesscorenbeide3,3gemiddeld.
• Opmerkelijkisdatdepijlerduurzameinzetbaarheidvoorheteerstsindsdriejaarweereentoenamelaatzien.Dittoontaandaterlangzaamweermeerbeleidsaandachtkomtvoorduurzameinzetbaarheidvandeouderemedewerker.
• Desectoraleverschillendiefiguur21toont,zijnstatistischsignificant.Deindustriescoorthethoogstmeteengemiddeldescorevan3,5endeniet-commerciëledienstverleningscoorthetlaagstmeteengemiddeldescorevan3,1.Decommerciëledienstverleningneemteenmiddenpositieinmeteenscorevan3,3.Deindustrieencommerciëledienstverleninglateneentoenamezientenopzichtevanvorigjaar.Deniet-commerciëledienstverleningdaaltaleenaantaljarenachterelkaar.
3,5 3,3 3,33,4 3,3 3,33,3 3,3 3,23,5 3,3 3,1
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Duurzameinzetbaarheid
2013 2014 2015 2016
38
“Wijkunnennietalleoplossingenbiedenalshetgaatomduurzameinzetbaarheidvanouderemedewerkers,maarwekunnenweleen
bijdrageleverenalswerkgever.”
Depensioengerechtigdeleeftijdgaatomhoog,ookomdatwe7itterzijnenouderworden.OCINitrogenwilgraagdatiedereende
eindstreephaaltentotaanhetpensioenkanblijvenwerken.Hetisbelangrijkomdaarmetelkaaroveringesprektezijnenhet
onderwerpinbijvoorbeeldhetfunctioneringsgesprekderevuetelatenpasseren.Ook7lexibelroosterenenzelfinlatenroosteren,kaneenbijdrageleverenaanduurzameinzetbaarheid.Wemoetenallemogelijkhedenonderzoeken,wantdeuitdagingomiedereen7itnaar
deeindstreeptekrijgen,isbestheelgroot.
Gert-JandeGeusCEO
OCINitrogen
39
2.6.1.Indicatorenvanduurzameinzetbaarheid
AlsmenLimburgsewerkgeversvraagtofhunouderewerknemersduurzaaminzetbaarzijn,dangeefthetovergrotedeel(94%)aandatdithetgevalis.Dezevraagalsonderdeelvandepijlerduurzameinzetbaarheidscoortdanookgemiddeld3,7.Dezegoedeinzetbaarheidwordtvoornamelijkbewerkstelligddoordefunctie-inhoudvandeouderemedewerkeraftestemmenopeventuelefysiekeofmentalebeperkingen(3,5).Ookwordenveelouderemedewerkersingezetopfunctieswaarvoorhunervaringbelangrijkis(3,5).
Eenopvallendpuntisechterderelatieflagescore(2,6)voordevraagdieaangeeftofouderemedewerkersregelmatigvanwerkzaamhedenwisselen.Maarliefst46%vandeorganisatiesgeeftaandatouderemedewerkersnietofnauwelijksregelmatigvanwerkzaamhedenwisselen.DaarmeelijktdeinternemobiliteitvanouderemedewerkersinLimburgseorganisatiesdusaandelagekantenverdientdezederhalvemeeraandacht.
40
3.Relatietussensocialeinnovatieenorganisatieprestaties
OnderzoekvandeINSCOPEConcurrentie-enInnovatiemonitorlaatziendatmaarliefst75%vanhetinnovatiesuccesvanhetNederlandsebedrijfsleventoeteschrijvenisaansocialeinnovaties.18Ditgeeftookaandatsocialeinnovatiescruciaalzijnvoordeconcurrentiekrachtenprestatiesvanbedrijven.HieraangerelateerdkijkenweindezeSIMLofeengrotersociaalinnovatievermogeninderdaadsamengaatmetbetereprestaties.Daarbijwordtgekekennaarviercomplementaireprestatie-indicatoren:omzetgroei;hetontwikkelenvannieuweproductenendiensten;duurzaamheid;enziekteverzuim.
3.1Omzetgroei
Allereerstisderespondentengevraagdnaardeomzetgroeivanhunorganisatiein2015invergelijkingmetdievanbranchegenoten.Meteengemiddeldevan3,4bestempelenLimburgsewerkgeversdeomzetgroeivanhuneigenorganisatiesalshogerdanhetgemiddelde(gemetenopeen5-puntsschaal).DitishogerdanindeSIML2015toendewerkgeversdezelfdevraagmet3,1beoordeelden.Slechtseenvijfdedeel(19%)vandewerkgeversgeeftaandathunomzetgroeiin2015lagerwasvergelekenmetandereorganisatiesinhunbranche.NetalseerderejarenishetsocialeinnovatievermogenvanLimburgseorganisatiesookditjaarduidelijkgerelateerdaandeomzetgroei(ziefiguur22).Dezepositievecorrelatiebetekentdatorganisatiesdieeengrotersociaalinnovatievermogenhebben,nueenhogereomzetgroeirapporteerdendangemiddeldover2015.Derelatietussensocialeinnovatieenomzetgroeiwasookin2014positiefenisvergelijkbaarmetderelatiein2015.
FIGUUR22.Derelatietussensocialeinnovatieenomzetgroei
18Volberda,H.&Bosma,M.(2011).Innovatie3.0,Slimmermanagen,organiserenenwerken.Amsterdam:MediawerfUitgevers.
1
2
3
4
5
1 2 3 4 5
Omzetgroei
Socialeinnovatievermogen
41
3.2Nieuweproductenendiensten
Omtekunnenbeoordelenofhetsocialeinnovatievermogenookleidttothetgenererenvannieuweproductenendienstenisaanderespondentengevraagdhoeveelnieuweproductenofdienstenhunorganisatiesin2015opdemarkthebbengebracht.Daarbijisereenindelinggemaaktin:
v 0nieuweproductenofdiensten;v 1nieuwproductofdienst;v 1-5nieuweproductenofdiensten;v 6-10nieuweproductenofdiensten;v 11-20nieuweproductenofdiensten;v meerdan20nieuweproductenofdiensten.
Bijnatweederde(64%)vandeorganisatiesheeftin20151-5nieuweproductenofdienstenopdemarktgebrachtin2014wasditnog43%.Intotaalheeft20%vandebedrijvengeennieuweproductenofdienstenopdemarktgebrachtenheeft12%vandebedrijven1nieuwproductofdienstopdemarktgebrachtintegenstellingtot20%in2014.Hetaantalbedrijvendatgeennieuweproductenofdienstenheeftgeïntroduceerd(20%)isgelijkgebleventenopzichtevanvorigjaar.InderegioNoordwordengemiddelddemeestenieuweproductenendienstenopdemarktgebracht(3,3).InderegioMiddenisditmeer(4)enderegioZuidneemteenmiddenpositieinmet3,6nieuweproductenofdienstenperjaar.Daarnaastbrengendeindustrie(4,3)enniet-commerciëledienstverlening(4,5)demeestenieuweproductenendienstenopdemarkt.Decommerciëledienstverleningintroduceertjaarlijksmindernieuweproductenendiensten(2,7).Verderkomengroteorganisatiesjaarlijksgemiddeldmet3,8nieuweproductenofdiensten,dekleineorganisatiesmet2endemiddelgroteorganisatieskomenmetdemeestenieuweproductenofdienstenperjaar,namelijk4,5.
42
“Hetisbelangrijknaarcompetentiesenkwali5icatiesvanmedewerkerstekijkenennietalleenvanuitdefunctieteredeneren."
Maasgroepis+linkaanhetinvesterenomtegroeiennaarmeervestigingeninNederland.Erbestaatvraagnaarnieuweinstroomvanmedewerkers.Maasgroepselecteertdaarbijbewustoptalentenvanmensenuitandersoortigesectorenenberoependandere-integratiebrancheenopmensendiezichvanuitervaringsdeskundigheidkunneninlevenindesituatievandeklantvoorhetvervullenvanvacante
functies.Ruim80%vandemedewerkersvandeMaasGroepisa+komstiguitdedoelgroep,oftewel‘practicewhatyoupreach’.
StefanKleintjensOperationeelManager
NederlandMaasgroepRe-integratie
enOutplacement
43
FIGUUR23.Derelatietussensocialeinnovatieennieuweproductenendiensten
Figuur23laatziendatereenpositiefverbandistussenhetsocialeinnovatievermogenvandeorganisatieenhetaantalnieuweproductenen/ofdiensten.Ditbetekentdatorganisatiesmeteengrotersociaalinnovatievermogenmeernieuweproductenofdienstenontwikkelenenopdemarktintroduceren.Ditisinzowel2014alsin2015hetgeval.Bijdetotstandkomingvandefiguuriserrekeninggehoudenmetuitschietersindedata.
3.3Duurzaamheid
Aanderespondentenisookgevraagdofhunorganisatiewordtgezienalseenkoploperophetgebiedvanduurzaamheid.Degemiddeldescorevoordezeindicatoris2,8endaarmeeietslagerdaneerderejaren.DaarmeebestempelenLimburgseondernemershunprestatiesophetterreinvanduurzaamheidwederomalsmatigtotvoldoende.Slechtseenkwart(23%)vandeorganisatiesbeschouwtzichalskoploperophetgebiedvanduurzaamheid(scorevan4,0ofhoger).
0
2
4
6
8
10
1 2 3 4 5
Nieuw
eproductenendiensten
SocialeInnovatievermogen
44
FIGUUR24.Derelatietussensocialeinnovatieenduurzaamheid
Netalsdeomzetgroei,zijnookdeprestatiesophetgebiedvanduurzaamheidpositiefgerelateerdaanhetsocialeinnovatievermogenvandeorganisaties(ziefiguur24).Naarmateorganisatieshogerscorenopdeverschillendepijlersvansocialeinnovatieisdekansgroterdatzezichookbeoordelenalskoploperophetgebiedvanduurzaamheid.Dezepositieverelatiegeldtditjaarvoorallepijlers,integenstellingtotvorigjaartoendepijlers‘strategischeoriëntatieopsocialeinnovatie’en‘interneveranderingssnelheid’eennegatieverelatielietenzienmetdeprestatiesophetgebiedvanduurzaamheid.Ditjaarlaat‘investereninkennisbasis’deminststerkerelatiezienmetprestatiesophetgebiedvanduurzaamheid.Zowelvoor2014alsvoor2015isderelatietussensocialeinnovatieenduurzaamheidpositief.
3.4Ziekteverzuim
Totslotisderespondentengevraagdnaarhetziekteverzuimbinnenhunorganisatie.HetgemiddeldeziekteverzuimbijLimburgseorganisatiesbedraagtin20153,6%.Daarmeeishet0,2%lagerdanhetgemiddeldeziekteverzuimin2014en0,3%lagerdanhetgemiddeldeziekteverzuimvanNederlandin2015.19Ongeveer17%vandeorganisatiesheefteenziekteverzuimvan1%oflager.
19CBSStatline(2017).Ziekteverzuimpercentage;bedrijfstakken(SBI2008)enbedrijfsgrootte.Via:statline.cbs.nlGeraadpleegdop22-02-2017.
1
2
3
4
5
1 2 3 4 5
Duurzaamheid
Socialeinnovatievermogen
45
FIGUUR25.Derelatietussensocialeinnovatieenziekteverzuim
Infiguur25iszichtbaardatorganisatiesmeteengrotersociaalinnovatievermogeneenlagerziekteverzuimblijkentehebben.Dezerelatieissignificantvoorhettotalesocialeinnovatievermogen,alsookvoorviervandezespijlers:interneveranderingssnelheid;zelforganiserendvermogen;talentontwikkeling;enduurzameinzetbaarheid.Organisatiesmethogescoresopdezevierpijlershebbenminderziekteverzuim.Alleendestrategischeoriëntatieopsocialeinnovatielaateenandererelatiemetziekteverzuimzien.Wanneerdestrategischeoriëntatieopsocialeinnovatiehogeris,stijgtookhetziekteverzuim.Tussendepijlerinvestereninkennisbasisenhetziekteverzuimblijktin2015geenrelatie.Verderisopvallenddatorganisatiesinhetnoorden(3,2%)enzuiden(3,7%)vandeprovincieeenlagerziekteverzuimhebbendandeorganisatiesinhetmidden(4,0%)vandeprovincie.Ookvaltopdathetziekteverzuimoplooptnaarmatedeorganisatiesgroterworden.Dekleineorganisatieshebbeneengemiddeldziekteverzuimpercentagevan2,1%,demiddelgroteorganisatieshebbeneengemiddeldziekteverzuimpercentagevan3,7%endegroteorganisatiesvan4,7%.Verderblijktdatdeniet-commerciëledienstverleningeensignificanthogerziekteverzuimpercentageheeftmet5,1%dandeindustrie(3,4%)endecommerciëledienstverlening(3,1%).Vergelekenmet2014isderelatietussenhetsocialeinnovatievermogenenziekteverzuimin2015sterkergeworden.
0
2
4
6
8
10
1 2 3 4 5
Ziekteverzuimin%
SocialeInnovatievermogen
46
“Draagvlakindeorganisatieisessentieelvoorechteinnovatieendat
begintmetcommuniceren."
Hetbegintmetcommuniceren,openeneerlijkcommunicerenindejuistesetting.Wiljegoedkunnenzenden,zaljetochookheelgoedmoetenluisteren.Alsernogveelonduidelijkheidisofalsjezelfdingennognietweetdaar
weleerlijkintezijn.Ookeerlijkzijndathetnietvooriedereeneenprettigeboodschaphoefttezijn.Aldiedingenhorenbijdraagvlakendraagvlakisnodigominnovatiesen
organisatieveranderingentedoenslagen.
RobStevensAlgemeendirecteurL1mburgLive
47
4.Naderuitgelicht/Verdieping
NaasthetalgemenebeeldvanhetsocialeinnovatievermogenvanLimburgsewerkgeversenhetverschiltussensectoren,waaroverinhetvorigehoofdstuksystematischisgerapporteerd,zijnernogeenaantalbijkomendeanalysesuitgevoerdovermogelijkeverschilleninsociaalinnovatievermogennaarorganisatiegrootteenregio.
4.1Sociaalinnovatievermogennaarorganisatiegrootte
Uitdewetenschappelijkeliteratuurblijktdatdeomvangvanorganisatieseenvandefactorenisdievaninvloedzijnop(technologische)innovatie.20Omdezevraagtebeantwoordenisonderscheidgemaakttussen:
• kleineorganisaties(11-50medewerkers)(28%),
• middelgroteorganisaties(50tot250medewerkers)(35%),• groteorganisaties(meerdan250medewerkers)(37%).
FIGUUR26.Overzichtsocialeinnovatiepijlersnaarorganisatiegrootte
20Damanpour,F.(1992).Organizationalsizeandinnovation.Organizationstudies,13(3),375-402;Camison-Zornoza,C.etal.(2004).Ameta-analysisofinnovationandorganizationalsize.OrganizationStudies,25,331-361.
0
1
2
3
4
5
Kleineorganisaties Middelgroteorganisaties Groteorganisaties
48
Organisatiegrootteenpijlersvansociaalinnovatievermogen
• Uitfiguur26blijktdatdeorganisatiegroottebijeenaantalpijlerseenrolspeelt.Kleineorganisatiesscorensignificanthogeropinterneveranderingssnelheidenzelforganiserendvermogen.Degroteorganisatiesscorenenigszinsbeterophetinvestereninkennisbasis.Hetverschiltussenmiddelgroteengroteorganisatiesisdaarentegennietsignificant.
• Deindicator‘flexibelorganiserenvanarbeid’isgemetenaandehandvandemogelijkhedenvoorwerknemersomthuistewerken,hunwerkroosterzelftebepalen,gebruiktemakenvanflexibelewerktijdenofflexibelecontracten.Erwaseengrotetoenametezienin2015tenopzichtevan2014.In2016ishet‘flexibelorganiserenvanarbeid’echternauwelijksveranderd.Indekleineorganisatiesiseentoenamevan0,3tenopzichtevan0,1indeniet-commerciëledienstverleningengeenverschilindecommerciëledienstverlening.
4.2Verschillentussenregio’s
Ookderegiowaarineenorganisatieactiefis,wordtindeliteratuurgezienalseenfactordievaninvloedisopinnovatie.21Daaromonderscheidenwedrieregio’s:
• Zuid-Limburg(postcodecijfers>6120),
• Midden-Limburg(postcodecijfers6040–6120),
• Noord-Limburg(postcodecijfers<6040).
Inalleregio’sscorenorganisatiesgemiddeld3,7voorhetsocialeinnovatievermogen.Figuur27toontderegionalescoresopallezespijlersvansocialeinnovatie.
21Asheim,B.&Gertlet,M.(2005).ThegeographyofinnovationinFagerbertetal.(Eds),TheOxfordhandbookofinnovation,Oxford:OxfordUniversityPress.
49
FIGUUR27.Overzichtsocialeinnovatiepijlersnaarregio
• Figuur27laatziendateropheteersteoogkleineregionaleverschillenopdepijlerszijn.Bijzelforganisatie,talentontwikkelingenduurzameinzetbaarheidgaathetomeensignificantverschil.BijzelforganisatiescoortderegioZuidsignificantlagerdanderegio’sNoordenMidden.BijtalentontwikkelingenduurzameinzetbaarheidscorendeorganisatiesinderegioMidden-Limburgsignificanthogerdandeorganisatiesindeanderetweeregio’s.
• Detop10%uitZuid-Limburgscoortzelfs4,4ofhogeropdepijler‘talentontwikkeling’en4,3ofhogeropdepijler‘interneveranderingssnelheid’Detop10%uitMidden-Limburgscoortopdepijler‘talentontwikkeling’eveneens4,4enopdepijler‘interneveranderingssnelheid’4,5.Detop10%uitderegioNoord-Limburgscoortopdepijler‘talentontwikkeling’zelfs4,6enopdepijler‘interneveranderingssnelheid’netalsderegioZuid-Limburg4,3.
• Wellichtspelenbijdezekleineverschillendesectoralestructurenvanderegio’seenrol.ZozijnerinNoord-Limburgverhoudingsgewijsweinigniet-commerciëledienstverlenersenrelatiefietsmeerindustriëleorganisatiesdanindeandereregio’s.InZuid-Limburgisdecommerciëledienstverleningjuistrelatiefsterkvertegenwoordigd.
0
1
2
3
4
5strategischeorientatie
veranderingssnelheid
zelforganisatie
talentontwikkeling
investereninkennisbasis
duurzameinzetbaarheid
RegioNoord RegioMidden RegioZuid
50
“Bindenenboeienisbelangrijk,datkandoormensennogbetertebegeleidenenef5iciënterintezettenindeorganisatie.”
BijGaiazooinvesterenweineigenmensenenstimulerenmensenomdoortegroeien.Wijbiedeneengoedeaansturingenbegeleidingindeloopbaan.Zohebbenwijbijvoorbeeldeenspecialeappontwikkeldvoorde=lexibeleenjonge
medewerkersomzetetraineningastvrijheid.Hetupgradenvanskillsisvooriedereenbelangrijkomeenhogerniveau
vaninstroomendaardooreenhogerlevelvandienstverleningterealiseren.
HansNicolaesManager
CommerciëleZakenGaiazoo
51
4.3Middensegment&baanpolarisatie
Doortechnologischeontwikkelingen(automatiseringenrobotiseringenhetuitbestedenvanonderdelenvanhetbedrijfsprocesnemenbanenenberoepsgroepeninhetmiddensegmentaf.Dienstverlenendwerk(zoalsboekhouden,bewakenvanprocessen,beoordelenvanproductenenmakenvanberekeningen)verschuiftnaarlagelonenlanden.Directklantcontactwordtvervangendoorcontactviainternet.22
Opdearbeidsmarktissprakevanbaanpolarisatie.Dewerkgelegenheidenlonengroeienvooralaandebovenkantvandearbeidsmarkt,maarookaandeonderkantgroeitdewerkgelegenheid.Ditgaattenkostevanhetmiddensegment:daardaaltdewerkgelegenheidenstaandelonenonderdruk.Hierdoorwerkenmensendievoorheeninmiddenberoepenwerkten,nuvakerinlagerbetaaldebanenaandeonderkantvandearbeidsmarkt.EenbelangrijkeverklaringvoordezeontwikkelingenisdeopkomstvanICT,omdathierdooranderekwalificatiesnodigzijn.23Werkenaannieuwecompetentiesenkwalificaties,kortomemployabilityisderhalvebelangrijkvoordegrootstegroepvanmedewerkers(=middensegment)opdearbeidsmarkt.
DaaromissindsdeSIML2015devraagtoegevoegdofderespondentenherkennendathetmiddensegmentinhuneigenorganisatiedoorautomatiseringofoffshoringonderdrukstaat.DezevraagisgeenonderdeelvandestandaardSIML,maarisgesteldomdatbaanpolarisatieeenbelangrijketendensisopdearbeidsmarkt.Vanderespondentengeeft39%aandezetendensteherkennenen34%geeftaandezetendensnietofnauwelijksteherkennen.In2016zijnermeerwerkgeversdiedetendensherkennendanwerkgeverswaardezetrendnietofnauwelijksaanwezigis.Groteorganisaties(3,2)gevenaansignificantvakerdetendensvanbaanpolarisatieteherkennendandekleineenmiddelgroteorganisaties(3,0).DeregioMiddenscoortnetalsin2015lager(2,7)danderegio’sNoord(3,2)enZuid(3,1).Daarnaastgeeftdecommerciëledienstverleningaandezetendenshetmeesttezieninhunorganisaties(3,2),terwijldeindustrieenniet-commerciëledienstverleningdezetrendietsminderduidelijkzien(2,9).
22WetenschappelijkeRaadvoorhetRegeringsbeleid,(2013).Naareenlerendeeconomie:InvestereninhetverdienvermogenvanNederland.DenHaag/Amsterdam:AmsterdamUniversityPress.&Stoffers,J.(2016).Employability,werkendperspectiefvoordemiddengroepopdearbeidsmarkt.Heerlen:ZuydResearch.23VanderBerge,W.&TerWeel,B.(2015).Middensegmentonderdruk:Nieuwekansendoortechnologie:BaanpolarisatieinNederland.DenHaag:CentraalPlanbureau.
52
FIGUUR28.Middengroepnaarsector
FIGUUR29.Middengroepnaargroottevandeorganisatie
3,0 2,9 2,92,93,2
2,9
0
1
2
3
4
5
Industrie Commerciëledienstverlening Niet-commerciëledienstverlening
Tendensbaanpolarisatie
2015 2016
2,9 2,9 2,93,0 3,0 3,2
0
1
2
3
4
5
<50medewerkers 50-250medewerkers >250medewerkers
Tendensbaanpolarisatie
2015 2016
53
5.Conclusies
DeresultatenvandeSIMLlatenziendatLimburgseorganisatiesopallezespijlersvansocialeinnovatiemeerdanvoldoendescoren.Figuur30geeftaandatdescoreopdemeestepijlersopofrondde3,4zit.Talentontwikkelingspringtermet3,9duidelijkuitenhelpthetgemiddeldetotalesocialeinnovatievermogenafgerondop3,7uittekomen.DitbetekentdatLimburgsewerkgeversveelaandachtbestedenaandeontwikkelingvanhunpersoneelenhetinformelelerenopdewerkvloer,zieookdewoordwolkovervormenvanlereninfiguur18.Hetversterkenvandepersoonlijkeontwikkeling,waarbijingezetwordtophetbiedenvanuitdagingenenhetlerenopdewerkvloer,staatcentraal.
FIGUUR30.SocialeinnovatieinLimburgin2016,perpijlerentotaal
OokvorigjaarstonddeaandachtvoordeontwikkelingvanhetpersoneelhooginhetvaandelvandeLimburgsewerkgevers.Toenscoordedepijlertalentontwikkelinghethoogstmet3,9.Interneveranderingssnelheidiszowelin2015(3,5)alsin2016(3,6)detweedehoogstscorendepijler.In2015scoordendeLimburgsewerkgeversgemiddeld3,5ophetsocialeinnovatievermogen,in2016isditgemiddeldegestegennaar3,7.Hoeweldegemiddeldescoresopdepijlersslechtseenkleinetoenamelatenzientenopzichtevanvorigjaar,heeftinterneveranderingssnelheid,netalsin2015,eeninhaalslaggemaaktenisgestegenvan3,5naar3,6.
DaarentegenblijftdeduurzameinzetbaarheidvandeouderemedewerkersbijdeLimburgsewerkgeversachter.Dezepijlerheeftdelaagstescore(3,3)vanallepijlersvansocialeinnovatie.Daarmeevormtdematewaarinerrekeningwordtgehoudenmetdeduurzameinzetbaarheidvandeouderemedewerkershetgrootsteobstakelvoorhetvandegrondkrijgenvanhetsocialeinnovatiebeleid.Opvallendaangezienduurzameinzetbaarheideenbelangrijkaandachtspuntinhetbeleidisgeweestdeafgelopenjaren.Dezescorekomtvooralvoortuitdelagegemiddeldescore(2,6)diebedrijvengevenaandematewaarinhunouderemedewerkersregelmatigvanwerkzaamhedenwisselen.
3,4 3,6 3,43,9
3,4 3,33,7
0
1
2
3
4
5
54
Strategischeoriëntatieheeftsamenmetzelforganisatieeninvestereninkennisbasismeteengemiddeldescorevan3,4eenmiddenpositie.Hierzijngeensignificanteverschillentenopzichtevanderesultatenvanvorigjaar.Limburgseorganisatieshebbenhiergeengroteverbeteringeningemaakt.UitderesultatenblijktdatdeLimburgsewerkgeverszichhetmeestrichtenopnetwerkalshetgaatomdepijler‘strategischeoriëntatie’.Kijkendnaardepijler‘zelforganisatie’blijktdatdeLimburgseorganisatiesvoornamelijkbezigzijnmetopenheid.Verderblijktbijdepijler‘investereninkennisbasis’datorganisatieshunmedewerkersvooralaanmoedigenomtewerkenaanhunvaardighedenendatmedewerkersvoornamelijkzelfhetinitiatiefnemenomtrainingenofopleidingentevolgen.
Ookin2016zijnersectoraleverschillenindepijlersvansocialeinnovatie.Alledriesectorenscorengemiddeld3,7ophetsocialeinnovatievermogen.Erzijnsignificanteverschillenopvijfvandezespijlers(ziefiguur31).Alleendepijler‘talentontwikkeling’toontgeensignificantesectoraleverschillen.Strategischeoriëntatie,zelforganisatieenduurzameinzetbaarheidlatendegrootstesectoraleverschillenzien,integenstellingtotvorigjaartoenduurzameinzetbaarheidgeensectoraleverschillenlietzien.Deindustriescoorthethoogstopduurzameinzetbaarheidendeniet-commerciëledienstverleninghetlaagst.Indeindustrieisdeaandachtvoorduurzameinzetbaarheiddaarmeesignificanttoegenomenenindeniet-commerciëledienstverleningsignificantafgenomen.Decommerciëledienstverleninglaatgeensignificanteverschillenzientenopzichtevanvorigjaar.Opdepijlersinterneveranderingssnelheidentalentontwikkelingscoortdecommerciëledienstverleninghethoogst.Opdepijlerszelforganiserendvermogen,investereninkennisbasisenduurzameinzetbaarheidscoortdeindustriehethoogst.
FIGUUR31.Socialeinnovatienaarpijlerensector
0
1
2
3
4
5strategischeoriënta3e
veranderingssnelheid
zelforganisa3e
talentontwikkelinginvestereninkennisbasis
duurzameinzetbaarheid
sociaalinnova3evermogen
industrie commerciëledienstverlening niet-commerciëledienstverlening
55
Deresultatenlatenziendatorganisatiegrootteweiniginvloedheeftophetsocialeinnovatievermogen.Overhetalgemeenzijnergeensignificanteverschillentussenmiddelgroteengroteorganisaties.Diezijnerweltussengroteenkleineorganisaties–voorbijnaallepijlers.Zoscorenkleineorganisatiessignificanthogeropdepijlersinterneveranderingssnelheidenzelforganiserendvermogen.Degroteorganisatiesscorenhogeropstrategischeoriëntatieopsocialeinnovatie.
Vooreenaantalpijlerszijnsignificanteregionaleverschillentezien.OpzelforganiserendvermogenscoortderegioNoord-Limburgsignificantbeterdandeoverigeregio’s.DeorganisatiesinderegioMidden-Limburgscorensignificanthogeropdepijlerstalentontwikkelingenduurzameinzetbaarheid.
Eenbelangrijkebevindingisdatorganisatiesmeteengrotersociaalinnovatievermogenbetereprestatieslatenzienopverschillendeterreinen:
• omzetgroei;
• hetontwikkelenvannieuweproductenendiensten;
• duurzaamheid;• ziekteverzuim.
OokindevoorgaandejarentoondenderesultatenvandeSIMLdatorganisatiesmeteengrotersociaalinnovatievermogenbeterpresterenopbovenstaandevierterreinen.Datditnualmeerderejarenachtereenblijkt,bestendigthetkaraktervandezepositieveaspectenvansociaalinnovatievermogenenbenadruktwederomdatsocialeinnovatiecruciaalisvoordeconcurrentiekrachtenprestatiesvanzowelbedrijvenalsnon-profitorganisaties.DemonitorlaatziendatLimburgsewerkgeversafgelopenjaarsprongenhebbengemaaktalshetgaatomsocialeinnovatie.Meteengemiddeldescorevan3,7uit5isernogvolopruimtevoorverbetering.Daarbijmoetweldekanttekeninggemaaktwordendatdemonitorzichbaseertophetbeelddatdebedrijvenvanzichzelfhebben.
56
Literatuurlijst
Asheim,B.&Gertlet,M.(2005).ThegeographyofinnovationinFagerbertetal.(Eds),TheOxfordhandbookofinnovation,Oxford:OxfordUniversityPress.Aslander,M.&Witteveen,E.(2015).Nooitaf.Amsterdam/Antwerpen:UitgeverijBusinessContact.Borghans,L.,Fouarge,D.,Grip,A.de,&Thor,J.van,(2014).WerkenenlereninNederland,ROA-R-2014/3,Maastricht.Camison-Zornoza,C.etal.(2004).Ameta-analysisofinnovationandorganizationalsize.OrganizationStudies,25,331-361.CBSStatline(2017).Ziekteverzuimpercentage;bedrijfstakken(SBI2008)enbedrijfsgrootte.Via:statline.cbs.nlGeraadpleegdop22-02-2017.Chang,J.,O’Neill,G.,&Travaglione,A.(2016).Demographicinfluencesonemployeetrusttowardsmanagers.InternationalJournalofOrganizationalAnalysis,24(2),246-260.Cheng,C.C.J.&Huizingh,E.K.R.E.(2014).Whenisopeninnovationbeneficial?Theroleofstrategicorientation.JournalofProductInnovationManagement,31,1235-1253.Damanpour,F.(1992).Organizationalsizeandinnovation.Organizationstudies,13(3),375-402.Gatignon,H.&Xuereb,J.M.(1997).Strategicorientationofthefirmandnewproductperformance.JournalofMarketingResearch,34(1),77-90.Hossain,M.&Anees-ur-Rehman,M.(2016).Openinnovation:Ananalysisoftwelveyearsofresearch.StrategicOutsourcing:AnInternationalJournal,9(1),22-36.DOI:10.1108/SO-09-2015-0022Howaldt,J.,Oeij,P.R.A.,Dhondt,S.,&Frontier,B.(2016).Workplaceinnovationandsocialinnovation:anintroduction.WorldReviewofEntrepreneurship,ManagementandSustainableDevelopment,12(1),1-12.Lawson,B.,Peterson,K.J.,Cousins,P.D.,&Handfield,R.B.(2009).KnowledgeSharinginInterorganizationalProductDevelopmentTeams:TheEffectofFormalandInformalKnowledgeSocializationMechanisms.TheJournalofProductInnovationManagement,26(2),156-172.LimburgEconomicDevelopment(LED)(08-03-2017).Eenonderkoepelendeorganisatie.Geraadpleegdop:http://www.ledbrainport2020.nl/over-led/missie-en-visie.htmlPorter,M.E.(1980).Competitivestrategy.NewYork:TheFreePress.
57
Ramos,J.,Anderson,N.,Peiró,J.M.,&Zijlstra,F.(2016).Studyinginnovationinorganizations:adialecticperspective—introductiontothespecialissue.EuropeanJournalofWorkandOrganizationalPsychology,25(4),477-480.DOI:10.1080/1359432X.2016.1192364Stoffers,J.(2016).Employability,werkendperspectiefvoordemiddengroepopdearbeidsmarkt.Heerlen:ZuydResearch.Stoffers,J.M.M.&VanderHeijden,B.I.J.M.(2014).Participatievanouderewerknemersininnovatie.TijdschriftvoorOntwikkelinginOrganisaties,4(2),52-57.VanderBerge,W.&TerWeel,B.(2015).Middensegmentonderdruk:Nieuwekansendoortechnologie:BaanpolarisatieinNederland.DenHaag:CentraalPlanbureau.VanderHeijden,B.I.J.M.(2011).‘Alshetgetijverloopt,verzetmendebakens.’Nijmegen:RadboudUniversityNijmegen.VanKnippenberg,D.&HoggM.A.(2003).Asocialidentitymodelofleadershipeffectivenessinorganizations.ResearchinOrganizationalBehavior,25,243-296.VanVuuren,T.,Caniëls,C.J.M.,&Semeijn,J.H.(2011).Duurzameinzetbaarheideneenlevenlangleren.Gedragenorganisatie,24(4),356-373.Volberda,H.&Bosma,M.(2011).Innovatie3.0,Slimmermanagen,organiserenenwerken.Amsterdam:MediawerfUitgevers.Volberda,H.W.,VandenBosch,F.A.J.,&Janzen,J.J.P.(2007).Slimmanagen,innovatieforganiseren.Rotterdam:ErasmusResearchInstituteofManagement(ERIM).WetenschappelijkeRaadvoorhetRegeringsbeleid,(2013).Naareenlerendeeconomie:InvestereninhetverdienvermogenvanNederland.DenHaag/Amsterdam:AmsterdamUniversityPress.
59
Bijlage:Opzetonderzoek
DitonderzoeknaarsocialeinnovatieinLimburgisopgezetdoorNetworkSocialInnovation(NSI)enuitgevoerdindemaandennovember2016totmaart2017doorhetLectoraatEmployabilityvanZuydHogeschoolenhetResearchcentrumvoorOnderwijsenArbeidsmarkt(ROA)UniversiteitMaastrichtinsamenwerkingmetdeLimburgseWerkgeversVereniging(LWV).
Intotaalzijner198respondentenaandevragenlijstbegonnenwaarvaner193devragenlijstgedeeltelijkofhelemaalhebbeningevuld.Dezerespondentenvertegenwoordigen193organisaties.Vandezeorganisatiesis32%actiefindeindustrie,48%indecommerciëledienstverleningen20%indeniet-commerciëledienstverlening.Verderisdeverdelingvanderespondentenoverderegio’snietgelijk.MeerdandehelftvanderespondentenisgevestigdinZuid,28%isgevestigdinderegioNoorden16%inderegioMidden-Limburg.Vandeorganisatiesdiehebbendeelgenomenaanhetonderzoekheeft28%minderdan50medewerkers(kleinbedrijf),35%heeft50-250medewerkers(middenbedrijf)en37%heeftmeerdan250medewerkers(grootbedrijf).Dezeverdelingiswelnagenoeggelijkmatig.
IneenaanvullendgroepsinterviewhebbenwedenoodzaakenhetbelangvansocialeinnovatieinLimburgseorganisatiesvastgesteld.GeziendegroteveranderingenenuitdagingenopdeLimburgsearbeidsmarkt,onderstrependegeïnterviewdenhetbelangvansocialeinnovatieenonderliggendepijlers.
Vanlinksnaarrechts:AnneKleefstra(Zuyd
Hogeschool),ReinieropdenKamp(Manpower),EllenvanBeek(Brightlands
ChemelotCampus),JeroenKluytmans(DSM),JudithKochen(AZL)&Erik
Canisius(ZuydHogeschool)
60
61