Smaakmakend Veghel - Zijtaart · Veghel en in het bijzonder in het centrum van Veghel gerealiseerd...

Ontwikkelstrategie Gemeente Veghel, 13 januari 2007

Smaakmakend Veghel

Een Unieke Mix van Stedelijke Kwaliteit en Dorpse Waarden

Deel B Van Visie naar Ontwikkelstrategie

Gemeente Veghel

Ontwikkelstrategie finale versie 2.1 Pagina 2 van 36

INHOUDSOPGAVE

0. Inleiding ............................................................................................................................3 1. Programma I : Stedelijk Centrum Veghel........................................................................8 2. Programma II: Bedrijvig Veghel: de economische motor in de regio.........................14 3.Programma III: Goed leven in Veghel, kerkdorpen en landelijk gebied.......................22 Programma's in samenhang: instrumenten en partners ................................................10 Afkortingen en begrippen..................................................................................................31


0. INLEIDING

0.1 SMAAKMAKEND VEGHEL VAN VISIE NAAR ONTWIKKELSTRATEGIE De ontwikkelstrategie is een vertaalslag en concretisering van de zes wensbeelden die in de Visie Smaakmakend Veghel zijn beschreven: 1. Vitaal Veghel: een veerkrachtige en gevarieerde gemeenschap 2. Verbonden Veghel: op gevarieerde en waar mogelijk innovatieve manieren bereikbaar 3. Bedrijvig Veghel: een gemeente met een sterke veelzijdige bedrijvigheid 4. Breed palet aan Veghelse sociaal-culturele voorzieningen 5. Ontspannen Veghel: een gemeente waar het na hard werken goed toeven is 6. Samenwerkend Veghel: het bestuur als (initiërend) partner in regionale, provinciale en

(inter)nationale netwerken De Ontwikkelstrategie krijgt vorm in drie strategische programma’s: I. Stedelijk Centrum Veghel II. Bedrijvig Veghel, dé economische motor van de regio III.. Veghel, goed leven in en om stad en kerkdorpen De drie strategische programma’s passen binnen de in de visie Smaakmakend Veghel geformuleerde randvoorwaarden: 1. Duurzame ontwikkeling 2. Bescheiden toename van de bevolking (40.000 à 45.000) 3. Aansluiten bij initiatieven van bedrijven en (regionale) ketenpartners 4. Respecteren interbestuurlijke afspraken 5. Borgen financiële zekerheid gemeente 6. Gemeente moet het aan kunnen 7. Sturen op variatie en flexibiliteit 0.2 STURING: SLEUTELVARIABELEN, BESTUURLIJKE ROLLEN EN PARTNERS Een ontwikkelingsstrategie pretendeert stuurbaarheid. Met dien verstande dat het gemeentebestuur zich er nadrukkelijk van bewust is, dat de toekomst onzeker is en vele andere partijen in meer of mindere mate invloed zullen hebben op een succesvolle uitvoering van de ontwikkelingsstrategie . Succesvolle sturing is in de visie van het gemeentebestuur dan ook een effectieve combinatie van drie factoren: a) Sleutelvariabelen als aangrijpingspunten waarop gestuurd kan worden; b) Bestuurlijke rollen gemeentebestuur: bevoegdheden (waaronder wettelijke taken) en

instrumenten gemeentebestuur; c) Partners van het gemeentebestuur die mede zorg kunnen dragen voor realisatie van de

ontwikkelingsstrategie.


a) Sleutelvariabelen Dit zijn aangrijpingpunten die door gericht beleid van de gemeente en haar partners beïnvloedbaar zijn. Belangrijke sleutelvariabelen zijn: • Sturen op een lichte groei van het inwonerstal (ca. 15% over periode van 20 jaar) • Sturen op variëteit en diversiteit betreffende

- Bevolkingssamenstelling (balans in demografische opbouw, balans tussen sociaal-culturele milieus);

- Woningbouwvoorraad (naar doelgroep, naar prijsklasse, naar woontypen, naar verhouding tussen kopen en huren);

- Werkgelegenheid en bedrijvigheid (oude en nieuwe bedrijfstakken; groot- en kleinschalig);

- Allianties van kennisinstellingen en bedrijven; - Vormen van bereikbaarheid (modaliteiten); - Inrichting van de openbare ruimte (vormgeving, architectuur, esthetiek); - Mix van sociaal-culturele voorzieningen (school, vorming, cultuur, welzijn,

gezondheid, sport); - Mogelijkheden tot recreëren en verblijven (natuur, cultuur, water, fietsen).

b) Bestuurlijke rollen gemeentebestuur Het gemeentebestuur overschat haar mogelijkheden tot gerichte beïnvloeding van deze sleutelvariabelen niet. Het bestuur plaatst de ambitie om te sturen dan ook nadrukkelijk in het perspectief van de bevoegdheden en instrumenten die het bestuur heeft. Kortweg welke rollen heeft het gemeentebestuur tot zijn beschikking om de gewenste ontwikkelingen te beïnvloeden, effectief te sturen op de sleutelvariabelen. De belangrijkste bestuurlijke rollen die het gemeentebestuur heeft, zijn: 1. Zelf creëren: zelf uitvoeren, beheren; 2. Opdracht geven aan derden; 3. Regisseren, en stimuleren, voorwaarden scheppen; 4. Co-produceren, partneren; 5. Netwerken. Per programma zal een mix van bestuurlijke rollen worden ingezet om de sleutelvariabelen effectief te beïnvloeden. Welke bestuurlijke rol wordt ingezet hangt af van: • De mate waarin het gemeentebestuur op grond van wettelijke taken en bevoegdheden

zelf in staat is de (onderdelen van de) programma’s van de ontwikkelstrategie zelf te realiseren

• De mate waarin het gemeentebestuur in staat is publieke en private partners in ketens en netwerken effectief te beïnvloeden.


Onderstaande figuur laat zien bij welke situatie de verschillende bestuurlijke rollen van het gemeentebestuur het beste passen c) Partners van het gemeentebestuur Bovenstaande figuur laat goed zien dat het gemeentebestuur van Veghel in nogal wat situaties samenwerking met publieke en/of private partners moet aangaan om de sleutelvariabelen effectief te beïnvloeden. • Publieke partners: provincie, omliggende gemeenten, rijk en Europa. • Partners uit het middenveld (tertiair, quartair): zoals corporaties, onderwijs-,

gezondheidszorg- en welzijninstellingen. • Partners uit de markt: bedrijven en hun brancheorganisaties en projectontwikkelaars. Bijvoorbeeld: op het beleidsterrein van infrastructuur zijn omliggende gemeenten, provincie en rijk de natuurlijke partners. Echter op het beleidsterrein van economie en werkgelegenheid zijn ondernemers en hun organisaties, maar ook kennisinstellingen natuurlijke partners. Op het gebied van samenlevingsopbouw en welzijn zijn corporaties, welzijnsinstellingen en talloze vrijwilligersorganisaties in wijken en dorpen de natuurlijke partners. 0.3 DE DRIE PROGRAMMA’S IN KORT BESTEK De ontwikkelstrategie van Veghel krijgt dus gestalte in drie strategische programma’s. Elk programma kent vier programmalijnen. Per programmalijn wordt een doelstelling geformuleerd en beschreven: a) Wat de sleutelvariabelen zijn. b) Welke bestuurlijke rol c.q. rollenmix het gemeentebestuur kiest. c) Met welke partners het gemeentebestuur samenwerking zoekt. Alvorens de programma’s systematisch te behandelen worden ze hier in kort bestek neergezet.

NetwerkerCommunicatief

Co-producentWederzijds

Regisseur,Voorwaardenscheppend / stellend

BeheerderUitvoerder,

Direct

GeenPolitiek aanspreek-baar

MedeSysteem(In)directDirect

MarktPrivaat

Geen

Opdracht-gever

(In)direct

Invloed gemeentebestuur op anderen

Mate waarin gemeentebestuur zelf in staat is ontwikkelstrategie te realiseren

Stimulator, Vw-schepper

Partner

Zelf creëren,

NetwerkerCommunicatief

Co-producentWederzijds

Regisseur,Voorwaardenscheppend / stellend

BeheerderUitvoerder,

Direct

GeenPolitiek aanspreek-baar

MedeSysteem(In)directDirect

MarktPrivaat

Geen

Opdracht-gever

(In)direct

Invloed gemeentebestuur op anderen

Mate waarin gemeentebestuur zelf in staat is ontwikkelstrategie te realiseren

Stimulator, Vw-schepper

Partner

Zelf creëren,


PROGRAMMA I. STEDELIJK CENTRUM VEGHEL Karakteristiek • Veghel zet met dit programma in op het tot stand brengen van een stedelijk centrum

Veghel: een mooie, levende bruisende plek voor inwoners, ondernemers en bezoekers van Veghel.

Koppeling met de wensbeelden • Vitaal Veghel, een veerkrachtige en gevarieerde gemeenschap. • Breed palet aan Veghelse sociaal-culturele voorzieningen. • Ontspannen Veghel, een gemeente waar het na hard werken goed toeven is. Doelstellingen 1. Het creëren (produceren) van een duurzame stedenbouwkundige structuur, met behoud

van de cultuurhistorische waarden. 2. Het regisseren van een integraal aanbod van stedelijke functies, waarbij culturele

functies onderling en met andere stedelijke functies (als bijvoorbeeld wonen, bedrijvigheid, winkelen en horeca) zijn verweven.

3. Het regisseren van een gevarieerde woonfunctie in het centrum. 4. Het scheppen van voorwaarden voor verdere ontwikkeling van Veghel als studenten-/

onderwijsstad. PROGRAMMA II. BEDRIJVIG VEGHEL: DÉ ECONOMISCHE MOTOR VAN DE REGIO Karakteristiek • Veghel zet met dit programma in op het in stand houden, bevorderen en verder

uitbreiden van een duurzaam, kwalitatief en aantrekkelijk economisch vestigings- en werkklimaat.

Koppeling met wensbeelden • Verbonden Veghel, op gevarieerde en waar mogelijk innovatieve manieren bereikbaar. • Bedrijvig Veghel, een gemeente met een sterke veelzijdige bedrijvigheid. • Samenwerkend Veghel, het bestuur als (initiërend) partner in lokale, regionale,

provinciale en (inter)nationale netwerken. Doelstellingen 1. Stimuleren meer robuuste en meer gedifferentieerde economische structuur, waarbij

duurzame en kwalitatieve ontwikkeling centraal staat. 2. Voorwaarden scheppen voor een gevarieerde en gekwalificeerde beroepsbevolking. 3. Het regisseren van een duurzame mobiliteit gericht op bereikbaarheid, veiligheid en

leefbaarheid. 4. Het ordenen (reguleren) van een duurzaam en selectief ruimtegebruik. PROGRAMMA III. GOED LEVEN IN VEGHEL, KERKDORPEN EN LANDELIJK GEBIED Karakteristiek • Veghel zet in op een kwalitatieve en duurzame ontwikkeling van stad en platteland met

behoud en (waar nodig) versterken van eigen identiteit en leefbaarheid in de kernen en wijken.


Koppeling met wensbeelden • Vitaal Veghel, een veerkrachtige en gevarieerde gemeenschap. • Breed palet aan sociaal-culturele voorzieningen. • Ontspannen Veghel, een gemeente waar het na hard werken goed toeven is. Doelstellingen 1. Stimuleren van een gevarieerde bevolkingssamenstelling. 2. Goed verblijfklimaat voor inwoners. 3. Alle inwoners kunnen meedoen aan de samenleving en nemen verantwoordelijkheid voor

zichzelf, elkaar en de omgeving. 4. Landelijk gebied, samen werken aan kwaliteit 0.4 VERANKERING VISIE EN ONTWIKKELSTRATEGIE Smaakmakend Veghel en de ontwikkelstrategie zijn het beleidskader van de gemeente. Elke beleidsnota, elk project zal worden getoetst aan visie en ontwikkelstrategie. Dit gaat alleen lukken als visie en ontwikkelstrategie goed worden verankerd. Het kader voor deze verankering staat gestileerd weergegeven in onderstaande beleidspiramide. Tijdens het formuleren van de visie en de ontwikkelstrategie is vooral een bottom-up proces gevolgd. De visie is voor een belangrijk deel het resultaat van interviews, interactieve bijeenkomsten met inwoners, belanghebbenden, instellingen en bedrijfsleven en werkconferenties met beleidsmedewerkers van de gemeente Veghel. Daarbij is dankbaar gebruik gemaakt van inzichten en uitgangspunten uit het bestaande beleid. Vanzelfsprekend hebben raad en college zelf ook inhoudelijk richting gegeven tijdens werkconferenties, zich daarbij baserend op het bestuursakkoord 2006 - 2010. De verankering van visie en ontwikkelstrategie is vooral een top-down proces. De drie strategische programma’s zijn het harde toetsingskader waarbinnen beleidsplannen, projecten en activiteiten moeten passen. De drie programma’s geven ruimte om accenten te kunnen leggen en projecten en activiteiten op elkaar af te stemmen. Afstemming tussen de visie, de drie strategische programma’s en de beleidsplannen is een continu proces. Daarbij is altijd ruimte voor bijstelling. De wereld en ook Veghel staan niet stil. Er komen ongetwijfeld nieuwe trends in zicht. Monitoren van trends die voor de wensbeelden van Veghel van strategisch belang zijn, is nodig om te bezien of de visie en het beleid moeten worden bijgesteld. Alleen zo blijft Smaakmakend Veghel het strategisch referentiekader voor de ontwikkeling van Veghel.

VisieVeghel

Beleidsplannen

Activiteiten en projecten

Uitvoering en beheer

Strategische programma’s

Beleidsnota’s


1. PROGRAMMA I: STEDELIJK CENTRUM VEGHEL

INLEIDING “Een unieke mix van stedelijke kwaliteit en dorpse waarden”, dat moet Veghel anno 2030 zijn. Met de structuurvisie plus en de structuurvisies voor de verschillende kerkdorpen is al een basis gelegd voor deze ontwikkeling. De stedelijke kwaliteit zal echter vooral in de kern Veghel en in het bijzonder in het centrum van Veghel gerealiseerd moeten worden. Het centrum van Veghel moet een ‘stedelijk ontmoetingscentrum’ worden, een mooie bruisende plek, die zowel interessant is voor huidige en toekomstige inwoners van Veghel als voor bezoekers. Dit programma richt zich dan ook op het integraal doorontwikkelen van het centrum, door samenhang te brengen in functies, ruimtelijke en stedenbouwkundige structuur, inrichting openbare ruimte, bereikbaarheid van het centrum en parkeren. Onderstaande vlekkentekening biedt een overzicht van de ruimtelijke vraagstukken in het centrum.


MAATSCHAPPELIJK EFFECT EN DOELSTELLINGEN PROGRAMMA STEDELIJK CENTRUM VEGHEL Dit programma heeft als beoogd maatschappelijk effect dat het centrum van Veghel een stedelijk klimaat heeft met drie kernkarakteristieken: • Er is sprake van een gevarieerde, gemengde bevolking (waaronder jeugd en

middengroepen). • Het vestigingsklimaat is aantrekkelijk voor inwoners en ondernemingen. • De toeristisch-recreatieve infrastructuur is duurzaam en hoogwaardig. Langs vier programmalijnen wordt gewerkt aan het realiseren van dit maatschappelijke effect: 1. Het creëren (produceren) van een duurzame stedenbouwkundige structuur, met behoud

van de cultuurhistorische waarden. 2. Het regisseren van een integraal aanbod van stedelijke functies, waarbij culturele

functies onderling en met andere stedelijke functies (als bijvoorbeeld wonen, bedrijvigheid, winkelen en horeca) zijn verweven.

3. Het regisseren van een gevarieerde woonfunctie in het centrum. 4. Het scheppen van voorwaarden voor verdere ontwikkeling van Veghel als

studenten/onderwijsstad. Per programmalijn worden hieronder de belangrijkste subdoelen beschreven. Tevens wordt per programmalijn de sturingswijze geschetst die nodig is om de (sub)doelen te bereiken. Met andere woorden welke instrumentenmix kiest het gemeentebestuur en met welke partners zoekt ze de coalitie. In schema


PROGRAMMALIJN I.1: DUURZAME STEDENBOUWKUNDIGE STRUCTUUR, MET BEHOUD VAN CULTUURHISTORISCHE WAARDEN De speerpunten in deze programmalijn: 1. Verbeteren kwaliteit openbare ruimte (nieuwe mix van groen, blauw en rood)

Door het herinrichten van het stadhuisplein zal zowel de functionaliteit als de beeldkwaliteit worden opgewaardeerd. Het opstellen van een beeldkwaliteitplan zorgt voor een integraal overzicht en kader voor de kwalitatieve inrichting van de openbare ruimte in het centrum. Hierbij wordt gedacht aan bestrating, bloembakken, verlichting, realiseren van kunst in de openbare ruimte, straatmeubilair en dergelijke. Daarnaast is in het plan aandacht voor het mogelijk toevoegen van kwalitatief hoogwaardige architectuur waarin oud en nieuw met elkaar verbonden wordt. Het Julianapark wordt een echt stadspark en zorgt samen met de kloostertuin voor het nodige groen in het centrum. Een belangrijk streven is de Aa en het centrum met elkaar te verbinden; ook de passantenhaven wordt betrokken bij de centrumontwikkeling. Leegstand in het centrum moet worden voorkomen, door (dreigend) leegstaande panden (Zwijsen, Bernhoven, Klooster en oude LTS) op tijd (tijdelijk) uit de markt te nemen en met marktpartijen geschikt te maken voor nieuwe functies.

2. Behouden van de cultuurhistorische waarden in en rondom het centrum

Het cultuurhistorisch perspectief van de markt zal worden teruggebracht, waarbij het terugbrengen van het Kasteel Frisselstein – in enigerlei vorm - als mogelijkheid wordt onderzocht. Met dit speerpunt wordt gehoor gegeven aan de veel gehoorde wens waardevolle elementen uit het verleden te bewaren en misschien zelfs terug te brengen door er nieuwe maatschappelijk zinvolle functies aan te geven. Dit speerpunt werkt overigens door in alle ruimtelijke ontwikkelingen in Veghel.

3. Het creëren van een ondersteunende infrastructuur

Door het centrum autoluw te maken wordt het uitsluitend toegankelijk voor bestemmingsverkeer. Doorgaand verkeer zal via de interne rondweg rond het centrum worden geleid. Door het realiseren van gestapeld parkeren in of nabij het centrum zal parkeren voor een klantvriendelijk tarief dicht bij het vitale centrum mogelijk blijven. Op basis van een integraal OV-concept zal hoogwaardig openbaar vervoer worden gerealiseerd. Een belangrijke randvoorwaarde voor een goede verbinding door (streek)busvervoer en de (trein)taxi(hopper) is aansluiting krijgen op het Kernnet via spoorverbindingen. Daarnaast blijft bereikbaarheid van het centrum met de fiets en voor mensen met een beperking een belangrijk aandachtspunt; hiervoor zal een mix van voorzieningen worden gerealiseerd. Bovengenoemde maatregelen bevorderen de toegankelijkheid en aantrekkelijkheid van het centrum. Funshoppen wordt hierdoor gefaciliteerd.

4. Het reserveren van ruimte voor mogelijke spoorzone ontwikkeling.

De ambitie is hoogwaardig openbaar vervoer te realiseren met een goed geoutilleerd transferium aan de Spoorlaan. De Spoorlaan ligt centraal en op goede loopafstand van het economisch centrum en het Prins Willem Alexander Sportpark. Met het realiseren van een transferium krijgt het stedelijk centrum een belangrijke impuls. Vastgoedontwikkeling wordt hier goed mogelijk. Bijkomend effect is dat ook de wijk Koolenkampen beter zal worden ontsloten en een stedelijke impuls krijgt.


Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze bij programmalijn I is dat de raad en college het initiatief, de mogelijkheden en de middelen hebben om deze doelstellingen te realiseren. De raad zal kaderstellende uitspraken doen en het stedenbouwkundig masterplan en beeldkwaliteitplan vaststellen. Kenmerkend is ook dat het gemeentebestuur bij de verdere concretisering van de speerpunten overleg zal voeren met alle betrokkenen en belanghebbenden om draagvlak en steun te verwerven. En ook om na te gaan wat de bereidheid is van publieke en private partners om hieraan bijdragen te leveren. Acties in deze programmalijn: • Opstellen en invulling geven aan stedenbouwkundig masterplan waarin beeldkwaliteit en

functies met elkaar verweven worden: gemeente en stedenbouwkundig bureau. • Opstellen en invulling geven aan beeldkwaliteitplan (afgeleide van bovengenoemd punt):

gemeente, inwoners en centrummanagement. • Invulling geven aan actieprogramma uit visie Duurzame Mobiliteit door uitwerken Nota

Hoofdwegenstructuur, programma Kwaliteitssprong Openbaar Vervoer en programma prioriteit voor fiets: gemeente, provincie, GGA Noordoost Brabant, Taxihopper.

• Waar nog nodig aankopen gronden spoorzone: gemeente. PROGRAMMALIJN I.2: HET REGISSEREN VAN EEN INTEGRAAL AANBOD VAN STEDELIJKE FUNCTIES, WAARBIJ CULTURELE FUNCTIES ONDERLING EN MET ANDERE STEDELIJKE FUNCTIES (ZOALS BIJVOORBEELD WONEN, WINKELSTAND, BEDRIJVIGHEID EN HORECA) ZIJN VERWEVEN. De speerpunten in deze programmalijn: 1. Aanbieden van een samenhangend aanbod van sociaal-culturele voorzieningen voor alle

leeftijdscategorieën Door het realiseren van een nieuw zelfstandig (middelgroot) theater in het centrum zal het culturele aanbod van Veghel aanzienlijk worden versterkt. Andere voorzieningen op het gebied van kunst en cultuur kunnen hier wellicht mee gecombineerd worden. Ook voor de jeugd (12-16 jaar) zullen voorzieningen in het centrum worden gerealiseerd, denk hierbij bijvoorbeeld aan activiteiten als lasergamen, skatebaan en dergelijke. Een businesscase zal worden gemaakt gericht op de haalbaarheid en wenselijkheid van een hotel/congrescentrum en evenementenhal.

2. Krachtige middenstand Veghel zal ruimte bieden aan ‘startende ondernemers’ door het creëren van betaalbare bedrijfsruimte en het opzetten van een starternetwerk die nieuwe ondernemers ondersteuning biedt bij het opzetten van hun bedrijf. Het centrummanagement zal doorontwikkeld worden.

3. Kwalitatieve impulsen in het centrum om funshoppen te bevorderen Het winkelcentrum zal door aanpassingen in stedenbouwkundige structuur (de vorige programmalijn) meer uitnodigend en toegankelijk gemaakt worden. De aanwezigheid van horeca en kwaliteitswinkels is noodzakelijk om het winkelende publiek het naar de zin te maken. Om deze ondernemingen te attenderen op de aantrekkelijke mogelijkheden die Veghel biedt en ze te werven om zich hier te vestigen zal een acquisitieprogramma worden opgesteld en uitgevoerd.


4. Het ontwikkelen van de Passantenhaven als recreatieve trekker De woon- en recreatieve mogelijkheden van de Passantenhaven worden uitgebreid o.a. door hier de horecafunctie te versterken. Door het centrum te verbinden met de Passantenhaven zullen het centrum en de passantenhaven elkaar als recreatieve trekpleister verder versterken.

Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is dat het gemeentebestuur de regierol pakt. In overleg met onder andere het centrummanagement worden per speerpunt worden partijen bij elkaar gebracht die de ambitie, de mogelijkheden en de middelen hebben om, soms apart en soms samen, deze doelstellingen verder uit te werken en te realiseren. Wellicht is het mogelijk een publiek-private ontwikkelmaatschappij te stichten die de drager wordt van deze doelstelling. Acties in deze programmalijn: • Naar aanleiding van het stedenbouwkundig masterplan al dan niet in PPS constructie:

- Project Herinrichting Stadhuisplein starten: gemeente, centrummanagement, Laco, VOC, Blauwe Kei, projectontwikkelaars en individuele ondernemers.

- Acquisitieprogramma detailhandel / horeca centrum: gemeente, centrummanagement en KvK .

- Opstellen Business Case om mogelijkheden hotel c.q. hotel/congrescentrum: gemeente, ondernemers, projectontwikkelaars.

- Project Ontwikkeling Passantenhaven opstarten: gemeente, inwoners, projectontwikkelaars, woningbouwvereniging, vastgoedontwikkelaars, ondernemers.

• Creëren jeugdactiviteiten in het centrum. Hieraan wordt invulling gegeven door het opzetten van een integraal jeugd- en jongeren beleidsplan: gemeente, zorg en welzijnsinstellingen, onderwijsinstellingen, politie.

PROGRAMMALIJN I.3: HET REGISSEREN VAN EEN GEVARIEERDE WOONFUNCTIE IN CENTRUM De speerpunten in deze programmalijn: 1 Het opbouwen van een vitale sociale structuur, rekeninghoudend met leefklimaat en

leefstijl (zie ook programma III) Door het aanbrengen van een goede balans tussen huur en koopwoningen zal Veghel voor alle inkomensgroepen een aantrekkelijk woongebied blijven en worden. Door diversiteit in woningtypen aan te brengen voor bewonersgroepen in verschillende stadia van hun leven, wordt een vitale sociale structuur gerealiseerd. Zo is er aandacht voor innovatieve woonzorgvormen voor ouderen en zullen daarnaast de woonmogelijkheden voor studenten en jonge gezinnen worden gestimuleerd. Door het aanbieden van kwaliteitswoningen voor middengroepen door bijvoorbeeld wonen aan het water in de Passantenhaven en/of aan de Aa te realiseren, ontstaat ook voor deze groep een zeer aantrekkelijke leef- en woonomgeving.

2 Het stimuleren van combinaties van wonen en detailhandel Voorkomen moet worden dat het centrum niet meer is dan een plek waar het overdag goed werken en winkelen is, maar waar het ’s avonds en in het weekeinde uitgestorven is. Eén van de maatregelen die hierop genomen zal worden is het stimuleren van combinaties wonen, detailhandel en werken, door wonen boven winkels te bevorderen, door nieuwe mengvormen van wonen en werken te stimuleren.


Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is dat het gemeentebestuur ook hier de regierol pakt. Actie in deze programmalijn: het opstellen van een woningbouwstrategie waarbij visie Smaakmakend Veghel, stedenbouwkundig masterplan, Woonvisie Uden/Veghel, woonmilieu/woonwensenonderzoek en Nota Wonen met Zorg en Welzijn richtinggevend zijn. Gemeente gaat hierover in gesprek met onderzoeksbureau woonwensonderzoek, vastgoedontwikkelaars, woningbouwverenigingen, dorps- en wijkraden, zorg en welzijnsinstellingen. PROGRAMMALIJN I.4: HET SCHEPPEN VAN VOORWAARDEN VOOR DOORONTWIKKELING VAN VEGHEL ALS STUDENTEN/ONDERWIJSSTAD VOOR DE REGIO De speerpunten in deze programmalijn: 1. Veghel als gemeente voor studenten verder versterken

Door het HBO onderwijs te versterken en uit te breiden, daarbij goed gebruikmakend van de bestaande kennis en infrastructuur van het bedrijfsleven, wordt de economische ontwikkeling van Veghel versterkt en haar aantrekkelijkheid voor de jeugd bevordert om in Veghel te blijven of te komen studeren.

2. Hogeschool en R&D verankeren in of nabij het centrum door het campusprincipe toe te passen Door de in speerpunt 1 genoemde uitbreiding in of nabij het centrum te laten plaatsvinden, wordt ook de zo belangrijk gevonden levendigheid van het centrum positief beïnvloed. Ook het behoud van het ROC de Leijgraaf nabij het centrum is van invloed op deze levendigheid. De aanwezigheid van studenten vergroot de behoefte aan studentenwoningen en aan uitgaansmogelijkheden (horeca, poppodium).

3. Blijven bieden van een ruim aanbod middelbaar onderwijs en educatie Niet alleen HBO onderwijs maakt Veghel tot een onderwijsstad. Het aanwezige voortgezet en middelbaar onderwijs, de educatiemogelijkheden via ROC de Leijgraaf maar ook de muzikale en culturele educatie via Pieter Breughel of MIK maken Veghel rijk aan opleidingsmogelijkheden. De opgave voor de toekomst in deze is deze structuur te behouden voor Veghel en waar mogelijk te versterken.

Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is dat het gemeentebestuur voorwaarden gaat scheppen voor private partijen en maatschappelijke instellingen om zich in Veghel te gaan vestigen. Acties in deze programmalijn: • Bestuurlijk overleg met Fontys en andere Hogescholen voor uitbreiding HBO onderwijs:

gemeente en bedrijfsleven. • Onderzoek naar ambities en woonwensen van inwoners gemeente Veghel: gemeente,

onderzoeksbureau. • Opstellen woningbouwstrategie waarbij visie Smaakmakend Veghel, stedenbouwkundig

masterplan, Woonvisie Uden/Veghel, woonmilieu / woonwensenonderzoek en Nota Wonen met Zorg en Welzijn richtinggevend zijn: gemeente, onderzoeksbureau woonwensonderzoek, vastgoedontwikkelaars, woningbouwverenigingen, dorps- en wijkraden, zorg en welzijnsinstellingen.


2. PROGRAMMA II: BEDRIJVIG VEGHEL: DE ECONOMISCHE MOTOR IN DE REGIO

INLEIDING Veghel als zakenstad behoort al jaren tot de top tien van Nederland en is daarmee voor de economische regionale ontwikkeling een van de sterkste partijen. Samen met haar partners in de stedelijke regio, 5-sterrenregio (Noordoost-Brabant), provincie en rijk wil zij deze ontwikkeling verder versterken. De economische kracht van Veghel kenmerkt zich door een gezichtsbepalend geheel van grootschalige (food)industrie, logistiek en toeleveranciers die vaak als familiebedrijf hun wortels in het Veghelse hebben. De werkloosheid in Veghel is laag en met een beroepsbevolking van ca. 15.000 mensen en ruim 22.8601 arbeidsplaatsen is Veghel een belangrijke banenmotor. De inkomende pendel is een blijvende karakteristiek van de Veghelse economie. De pendel onderschrijft de noodzaak om de bereikbaarheid van Veghel ook in de toekomst veilig te stellen. Duurzame economische ontwikkeling gaat niet alleen over duurzaam ondernemen, maar ook over het faciliteren van bedrijvigheid door een goede ondersteunende infrastructuur en de beschikbaarheid van een gekwalificeerde beroepsbevolking. Deze laatste groep wordt gemotiveerd door een mooie, sociale en gezonde woonomgeving. Bedrijvigheid is de motor voor de economische ontwikkeling en de beroepsbevolking is de brandstof die de motor draaiende houdt. De opgave voor het gemeentebestuur in deze is zodanige randvoorwaarden te creëren, vanuit een basishouding om te dereguleren, dat flexibel inspelen op veranderingen mogelijk blijft. MAATSCHAPPELIJKE EFFECTEN EN DOELSTELLINGEN Realisatie van deze programmalijnen draagt bij aan de volgende maatschappelijke effecten: • Duurzame economische ontwikkeling in de regio, gestoeld op de principes van de telos-

driehoek (people, planet, profit) waarbij we streven naar een balans tussen ecologische, economische en sociaal-culturele factoren.

• Robuuster en gedifferentieerder maken van de huidige economische structuur met behoud van het huidige karakter.

• Plattelandsontwikkeling draagt bij tot verbreding van de economische structuur van het voornamelijk agrarisch gebruikte gebied, waarbij van de potentie van recreatie en toerisme gebruik gemaakt wordt door het creëren van nieuwe economische dragers in en rond vrijkomende agrarische bebouwing (VAB’s).

• Kleine zelfstandigen zijn goed ondergebracht / geïntegreerd in woonwijken of aan randen van woonwijken.

• Veghel heeft een sterk gevarieerd bedrijfsleven • Duurzame mobiliteit: door balans te creëren tussen bereikbaarheid, veiligheid en

leefbaarheid. • De bedrijvigheid is conform de structuurvisie plus gesitueerd (‘geconcentreerd’) zodat

waardevolle natuur- en recreatiegebieden rond de kernen blijvend worden ontzien. • Er is werkgelegenheid in de kernen met mogelijkheden om aan of dicht bij huis te

werken; dit verhoogt de participatiegraad van vrouwen en gehandicapten. • Voldoende werkgelegenheid voor Veghel en de regio.

1 CBS Gemeente op Maat 2005


Veghel zet in op het in stand houden, bevorderen en verder uitbreiden van een kwalitatief en aantrekkelijk economisch vestigings- en werkklimaat langs vier programmalijnen: 1. Stimuleren meer robuuste en meer gedifferentieerde economische structuur (o.a

grootschalig/kleinschalig, branchering, zonering, cyclisch/niet-cyclisch), waarbij duurzame en kwalitatieve ontwikkeling centraal staat.

2. Voorwaarden scheppen voor een gevarieerde en gekwalificeerde beroepsbevolking. 3. Het regisseren van een duurzame mobiliteit gericht op bereikbaarheid, veiligheid en

leefbaarheid. 4. Het ordenen (reguleren) van een duurzaam en selectief ruimtegebruik. PROGRAMMALIJN II.1: HET STIMULEREN VAN EEN ROBUUSTERE EN MEER GEDIFFERENTIEERDE ECONOMISCHE STRUCTUUR, WAARBIJ DUURZAME EN KWALITATIEVE ONTWIKKELING CENTRAAL STAAT. De speerpunten in deze programmalijn: 1 Het behouden en versterken van een aantrekkelijk vestigings- en werkklimaat.

Er ontstaat voldoende, kwalitatief en divers aanbod van bedrijventerreinen door het ontwikkelen van het nieuwe bedrijventerrein Kempkens en door revitalisering en herstructurering van de oude bedrijventerreinen. De economische samenwerking in de regio zal worden bevorderd door het verder positioneren en uitbreiden van de rol van IBE voor de regio. Maar ook door bij de inrichting van bedrijventerreinen rekening te houden met regionale clustering. Rondom de kern Veghel betekent dit grootschalig food en logistiek. Bij de Poort van Veghel zullen met name kantoren en perifere detailhandel geclusterd zijn.

Robuustere en meergedifferentieerde

economie

Bedrijvig VeghelDé economische motor in de regio

Duurzame Mobiliteit

Gevarieerde en gekwalificeerde

beroepsbevolking

Duurzaam en selectief

ruimtegebruik

1 2 3 4

II

regisserenstimuleren

Subdoelen-Aantrekkelijk werk-en vestigingsklimaat

-Uitbouwen imagofoodregio

-Stimuleren innovatie en kennisdeling

-Faciliteren nieuwebedrijvigheid

Instrumentenmix en partners

voorwaarden scheppen

ordenen

Subdoelen- Samenwerking

bedrijfsleven enonderwijs

- Aantrekken nieuwe beroepsbevolking

- Bevorderen arbeids-participatie

Subdoelen- Bereikbaarheid- Vervoer over water- Prioriteit fiets- Kwaliteitssprong OV- Leefbaarheid- Veilig op weg- Multimodale

knooppunten

Subdoelen- Gericht grondbeleid- Randvoorwaarden

creëren voor innovatie

- Ontwikkelen LOG’s

Robuustere en meergedifferentieerde

economie


Duurzame Mobiliteit


beroepsbevolking


ruimtegebruik


Duurzame Mobiliteit


beroepsbevolking


ruimtegebruik

1 2 3 4

II

regisserenstimuleren

Subdoelen-Aantrekkelijk werk-en vestigingsklimaat

-Uitbouwen imagofoodregio

-Stimuleren innovatie en kennisdeling

-Faciliteren nieuwebedrijvigheid

Instrumentenmix en partners

voorwaarden scheppen

ordenen

Subdoelen- Samenwerking

bedrijfsleven enonderwijs

- Aantrekken nieuwe beroepsbevolking

- Bevorderen arbeids-participatie

Subdoelen- Bereikbaarheid- Vervoer over water- Prioriteit fiets- Kwaliteitssprong OV- Leefbaarheid- Veilig op weg- Multimodale

knooppunten

Subdoelen- Gericht grondbeleid- Randvoorwaarden

creëren voor innovatie

- Ontwikkelen LOG’s


Een goede infrastructuur waarborgt doorstroming en biedt een goed antwoord op de nieuwe ontwikkelingen en het pendelverkeer. Dit wordt verder uitgewerkt in onderstaande programmalijn Duurzame Mobiliteit II.3.

2 Uitbouwen van het imago food regio. Samen met partners zal het concept Eet.NL (inclusief leisure) in de Poort van Veghel worden gerealiseerd en in de locale structuur verankerd worden in het aanbod van de food bedrijven. Het imago food regio kan worden versterkt door het aanbod van de food bedrijven te verbinden met het centrum Veghel. Dit kan onder meer worden bereikt door het stimuleren van arrangementen op het gebied van horeca/recreatie en toerisme.

3 Stimuleren innovatie en kennisdeling. Door het idee van Revus omtrent het oprichten van een regionale ontwikkelingsmaatschappij te steunen worden innovatie en kennisdeling verder gestimuleerd. Daarnaast zal in samenwerking met het kennisconsortium (Syntens, United Brains, HAS Den Bosch en ROC de Leigraaf) de mogelijkheden worden onderzocht voor het opzetten van nieuwe innovatie- en kennisdelingsprojecten met gebruikmaking van Europese Subsidiefondsen (ESF / EFRO).

4 Differentiatie door faciliteren nieuwe bedrijvigheid

Nieuwe bedrijvigheid wordt gerealiseerd door het versterken van de economische structuur van de gemeente. Hiervoor zullen kennisintensieve bedrijven, diensten en instellingen worden aangetrokken en zal het innoverende vermogen van MKB worden gestimuleerd. Een belangrijke ondersteuning voor het MKB is het realiseren van bedrijfsverzamelgebouwen voor het MKB en kantoorfuncties ten behoeve van (administratieve) dienstverlening. De mogelijkheden die recreatie en toerisme voor plattelandsontwikkeling bieden, zullen worden benut. Hiertoe zullen duurzame samenwerkingsvormen tussen de agrarische en recreatieve sector worden gestimuleerd. Kanttekening is wel dat de ecologische waarden elkaar moeten kunnen verdragen. Er wordt een Ook door het stimuleren van kleinschalige bedrijvigheid en ambachtelijke activiteiten in het buitengebied zal Veghel voor recreanten en toeristen aantrekkelijker worden Een en ander wordt in samenhang met het Groene Woud en de Maashorst verder ontwikkeld worden. De zorg is een groeiende markt en deze zal door de toenemende behoefte aan dienstverlening zich verder ontwikkelen. Door het verbreden van de functiemenging wonen en werken zal o.a. het buitengebied van Veghel aantrekkelijker worden voor (kleine) ondernemers om zich te vestigen in Veghel. Daarnaast zal er, door het ontwikkelen van een integraal beleid voor de detailhandel, een antwoord komen op hoe om te gaan met de perifere detailhandel in relatie tot de detailhandel in het centrum van Veghel. Maar ook hoe de wijkeconomie in Veghel in stand kan worden gehouden. De startende ondernemer krijgt uiteraard ook zijn plaats in Veghel. Deze krijgt ondersteuning door het al genoemde startersnetwerk.

Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is stimuleren


Acties in deze programmalijn zijn: • Doorontwikkelen bedrijventerrein De Kempkens: gemeente en provincie. • Duurzame versterking Amert, Dorshout, Eikelkamp: gemeente, provincie en

ondernemers(verenigingen). • De reeds in gang gezette samenwerking in de Stedelijke Regio via het IBE en IBS verder

uitbreiden: de Stedelijke Regio, Revus, Stichting Vitaal Bedrijvig Veghel, ondernemersverenigingen.

• Realiseren concept EetNL: de Stedelijke Regio, Agro&Co Brabant, Octus Beheer BV . • Ontwikkelen toeristische arrangementen horeca/recreatie: regio VVV, ondernemers food

en agri business, Recron, Horeca Nederland. • Stimuleren oprichting regionale ontwikkelingsmaatschappij: gemeenten uit de regio,

Revus, BOM, Provincie. • Opzetten innovatie- en kennisdelingsprojecten: de Stedelijke Regio, kennisconsortium,

Interreg en ESF programmabureau’s, BOM en provincie. • Opstellen Acquisitieprogramma nieuwe bedrijvigheid: IBE, IBS, SVBV, KvK. • Inrichten Startersnetwerk: de Stedelijke Regio, ROC de Leijgraaf, KvK, Rabobank. • Uitwerken beleidsplan integrale detailhandel; gemeente, IBE, centrummanagement. • Ontwikkelen bedrijfsverzamelgebouwen voor MKB en kantoorfuncties t.b.v.

(administratieve) dienstverlening. PROGRAMMALIJN II.2: VOORWAARDEN SCHEPPEN VOOR EEN GEVARIEERDE EN GEKWALIFICEERDE BEROEPSBEVOLKING Speerpunten in deze programmalijn: 1 Stimuleren kwalificatie en samenwerking bedrijfsleven / onderwijs.

Voor zover relevant wordt geprobeerd (kennis)clusters uit het bedrijfsleven te verbinden met onderwijs- en onderzoek/kennisinstellingen. De kwalificatie en samenwerking wordt bevorderd door onderwijs en arbeidsmarkt beter op elkaar aan te laten sluiten. Dit wordt onder andere in gang gezet door het opzetten van pilots i.h.k.v. Einstein Jeugd. In deze pilots worden leer- werkstages gecreëerd in zowel de sector onderwijs, zorg/welzijn als de zakelijke dienstverlening (o.a. logistiek), maar ook in de procesindustrie zoals food en metaal. Het bedrijfsleven en het gemeentebestuur zullen samen optrekken om tot een verbreding van onderwijsvoorzieningen te komen, bijvoorbeeld door het aantrekken van de HBO-opleiding logistiek.

2 Aantrekken nieuwe beroepsbevolking (zie ook programma I en III). Een belangrijk element voor het aantrekken van een nieuwe beroepsbevolking is te kijken naar de eigen jeugd. Veghel kan haar jeugd behouden door in te spelen op de nieuwe wijze van leren, leven en werken. Daarnaast wil Veghel hoger opgeleiden aantrekken door bedrijvigheid te stimuleren in high-tech activiteiten en hoog gekwalificeerde werkgelegenheid. Voorwaarden voor het aantrekken van een nieuwe beroepsbevolking is het stimuleren van (im)migratie door de aantrekkingskracht van Veghel te vergroten op het gebied van wonen, werken en recreëren. Hiermee wordt het ook voor het midden en hoger kader van de grote bedrijven aantrekkelijker om in Veghel te komen wonen. Randvoorwaarden hiervoor zijn onder meer een gevarieerd woningaanbod, een zeer aantrekkelijk voorzieningenniveau, het versterken van een recreatieve en toeristische infrastructuur en uiteraard het realiseren van een veilige, aantrekkelijke en mooie woonomgeving


3 Bevorderen arbeidsparticipatie huidige beroepsbevolking. Samen met het CWI, UWV, ROC, OptimISD, IBN, Dichterbij en het bedrijfsleven zullen projecten worden opgezet voor zogenaamde drop outs, vrouwen, ouderen, allochtonen en gedeeltelijk arbeidsgeschikten om weer aan het arbeidsproces te gaan deelnemen. De participatie van vrouwen, allochtonen en gedeeltelijk arbeidsgeschikten wordt verder vergroot en gestimuleerd door het bevorderen van wijkeconomie en het verbreden van de functiemenging van wonen en werken. Hierdoor wordt de drempel voor deze groepen om te participeren in het arbeidsproces lager.

Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is voorwaarden scheppen en stimuleren. Veghel streeft immers een bovenregionale functie en groei na in het aanbod van opleidingsinstituten.

Acties in deze programmalijn: • Bestuurlijk overleg met Fontys en andere Hogescholen voor uitbreiding HBO onderwijs:

gemeente en bedrijfsleven • Ontwikkelen Arbeidsmarktbeleid en invullen met concrete projecten: de Stedelijke Regio,

CWI, UWV, OptimISD, IBN, Dichterbij, Onderwijsinstellingen, Ondernemersverenigingen, welzijnsinstellingen

• Opstellen woningbouwstrategie waarbij visie Smaakmakend Veghel, stedenbouwkundig masterplan, Woonvisie Uden/Veghel, woonmilieu / woonwensenonderzoek en Nota Wonen met Zorg en Welzijn richtinggevend zijn: gemeente, onderzoeksbureau woonwensonderzoek, vastgoedontwikkelaars, woningbouwverenigingen, dorps- en wijkraden, zorg en welzijnsinstellingen

PROGRAMMALIJN II.3: HET REGISSEREN VAN EEN DUURZAME MOBILITEIT GERICHT OP BEREIKBAARHEID, VEILIGHEID EN LEEFBAARHEID Speerpunten uit deze programmalijn zijn afkomstig uit het actieprogramma Duurzame Mobiliteit en zullen verder met partners uitgewerkt worden. 1 Bereikbaarheid, bewuste mobiliteit

Goed functionerende infrastructuurnetwerken zijn een must voor een sterk vestigingsklimaat en een betrouwbare bereikbaarheid van economische centra, maar ook voor de leefbaarheid in de kernen en wijken. Een vereiste is dat zowel lokaal als regionaal ruimte geboden moet worden voor doorgaand verkeer. De opwaardering van de N279 maakt deel uit van de provinciale plannen om Zuid Oost Brabant beter te ontsluiten en de doorstroming op de vervoersassen te bevorderen. Daartoe moeten uitgangspunten worden geformuleerd die de uitgangspunten van de “Structuurvisieplus” vasthouden. De nota hoofdwegenstructuur werkt dit verder uit. Daarnaast zal aan de hand van gebiedsprofielen gekeken worden naar de verschillende mogelijkheden van vervoer; een goede vervoersmix zal moeten worden gevonden. Bewuste mobiliteit houdt ook in dat er oplossingen geboden moeten worden voor huidige en toekomstige knelpunten zoals de verkeerssituatie Erp, bereikbaarheid De Dubbelen en Kempkens.


2 Goederenvervoer, vaart maken met vervoer over water Een belangrijk onderdeel van de Veghelse economie is de logistiek. Met de steeds meer dichtslibbende wegen en het toenemen van transportkosten over de weg neemt het belang van het vervoer over water toe. Opwaardering en omlegging van de Zuid-Willemsvaart en ontsluiting van de Inland Terminal (Regionaal Overslag Centrum) zijn het Veghelse antwoord op deze ontwikkelingen.

3 Kwaliteitssprong Openbaar Vervoer Hoogwaardig openbaar vervoer met aansluiting op de Brabantse steden (provincie ism tracégemeenten). Een regionale integrale aanpak van openbaar vervoer, met een OV-ontsluiting van het nieuwe ziekenhuis Uden, OV-doorstroomassen naar Den Bosch, Eindhoven, Tilburg en Nijmegen en toegankelijke haltes en afstemming met Regiotaxi. Dit alles moet leiden tot een goed basisvoorzieningenniveau en een gegarandeerde en betere sociale bereikbaarheid met keuzemogelijkheden voor de reiziger.

4 Prioriteit voor de fiets Comfortverbetering voor fietsers door het optimaliseren van het fietsnetwerk, betere stallingvoorzieningen, fietspromotie etc. moet ertoe leiden dat steeds meer mensen de fiets zien als alternatief vervoermiddel voor de auto. Ook de recreatiemogelijkheden per fiets worden hierdoor versterkt.

5 Leefbaarheid als basis voor minder hinder Betere luchtkwaliteit door volumebeperking en vermindering van uitstoot door gebruik van schonere brandstoffen te stimuleren en modal shift. Minder geluidsoverlast, veilig kunnen oversteken, bescherming en ontwikkeling van natuur en landschap bij aanpassing / inpassing nieuwe infrastructuur en verhogen externe veiligheid door routering gevaarlijke stoffen zijn actiepunten die verder uitgewerkt dienen te worden om de leefbaarheid te vergroten.

6 Veilig op weg, duurzaam veilige infrastructuur, voorlichting en handhaving Bij de aanleg van nieuwe infrastructuur en groot onderhoud worden de ‘Duurzaam Veilig’ richtlijnen toegepast. Deze richtlijnen bieden de mogelijkheid tot een gefaseerde ontwikkeling naar een volledig duurzaam en veilig wegennet waarin wegen voldoen aan de essentiële onderdelen van ‘Duurzaam Veilig’. Een mix aan maatregelen, conform de regionale ongevallenanalyse, moet het aantal verkeersslachtoffers terugdringen. Schoolomgeving en school - thuisroutes worden verder verkeersveilig ingericht en een analyse van knelpunten van kwetsbare verkeersdeelnemers moet bijdragen aan een mensgericht maatregelenpakket voor alle doelgroepen. Tenslotte worden er afspraken met de politie gemaakt over handhaving en aanpak van subjectieve onveiligheid.

7 Verknoping, multimodale knooppunten Knooppunten worden gedefinieerd als locaties waar belangrijke functies gevestigd zijn, veel mensen samen komen en die goed ontsloten zijn. Er bestaat een onderscheid in drie typen: binnenstedelijke gebieden, kantoren en grootschalige/regionale voorzieningen en bedrijventerreinen. Voor de nuancering van de kansen voor knooppunten in de Stedelijke Regio wordt in GGA-verband het regiospecifieke netwerk voor auto, fiets, openbaar vervoer en goederen in beeld gebracht, inclusief een knelpuntenanalyse. Belangrijk is dat op korte termijn in de regio een gewenste bereikbaarheidskwaliteit van de huidige situatie wordt bepaald in knooppuntprofielen. De regio geeft hierin aan hoe de gewenste bereikbaarheidskwaliteit eruit ziet t.a.v. auto, fiets, openbaar vervoer en goederen. In de toekomst wordt het belangrijker strategieën te ontwikkelen die richting geven aan hoe we kunnen omgaan met de ontwikkeling van nieuwe gebieden/locaties (i.s.m MCA).


Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is regievoering en stimulerend gedrag van de overheid. Het gemeentebestuur zal hiervoor een sterke lobby voeren en zich bovenmatig inspannen. Het realiseert zich dat haar invloed op een aantal speerpunten echter relatief bescheiden is, aangezien hierover door de provinciale en landelijke politiek besluiten worden genomen. Acties naar aanleiding van deze programmalijn: • Verder uitwerken en prioriteren van de acties uit het actieprogramma uit de visie

Duurzame Mobiliteit: gemeenten Stedelijke Regio, Provincie, GGA Noordoost Brabant, Rijkswaterstaat, Platform Brabantse Kanalen, Politie, VVN, Platform ouderen en mensen met een beperking.

• Opstellen investeringsprogramma n.a.v. bovengenoemd punt. PROGRAMMALIJN II.4: HET ORDENEN (REGULEREN)VAN EEN DUURZAAM EN SELECTIEF RUIMTEGEBRUIK 1. Grondbeleid inzetten om regie op bedrijventerreinen te krijgen en te behouden

Het ontwikkelen van nieuwe bedrijventerreinen conform de “Structuurvisieplus” zoals het ontwikkelen van De Kempkens, Molenakker II en Amert II is een belangrijke basis voor het inzetten van een actief grondbeleid. In het beleid zal ook de duurzame versterking van de bedrijventerreinen Amert, Dorshout, Eikelkamp en Molenakker I een belangrijk speerpunt zijn. Veghel heeft voor het vestigings- en verplaatsingsbeleid van bedrijven als geldende uitgangspunten dat de grootschalige bedrijvigheid (niveau 4-5) rondom de kern Veghel wordt gefaciliteerd, kleinschalige en ambachtelijke bedrijvigheid (1-3) wordt in en rondom de dorpskernen gestimuleerd. Een ander uitgangspunt is dat er normen worden afgesproken en gehandhaafd in de relatie grootte en omvang van een bedrijf ten opzichte van de vestigingslocatie. Daarnaast zullen er eisen worden gesteld aan het ruimtegebruik en zal een strategische grondpolitiek worden gevoerd. De kwaliteit van de bedrijvigheid en bedrijventerreinen is echter in alle gevallen leidend

2. Randvoorwaarden voor toepassing van innovatieve concepten.

Een randvoorwaarde is het intensiveren van het ruimtegebruik op bedrijventerreinen en een actief en kwalitatief beheer. Dit wordt onder andere gerealiseerd door een minimum bebouwingspercentage te hanteren, flexibele bouwconcepten toe te passen en het parkeren op dak, ondergronds of halfverdiept mogelijk te maken. Maar ook door bedrijfsverzamelgebouwen toe te staan en het verbieden van categorie 1 en 2 bedrijven op grootschalige terreinsegmenten. Meerlaags bouwen wordt gestimuleerd en ondergronds bouwen zal mogelijk worden gemaakt. Een andere randvoorwaarde voor het doen toepassen van innovatieve concepten is het realiseren van accommodaties waar wonen en werken als functies worden gemengd. Deze functiemenging kan als overgangsgebied tussen bedrijventerreinen en woningbouwgebieden worden ingericht. Veghel streeft voor alle bedrijventerreinen de inrichting van Parkmanagement na.

3. Duurzaam ontwikkelen van Landbouw Ontwikkelingsgebieden

De betekenis van de agrarische sector is en blijft van belang voor de Veghelse en de regionale economische ontwikkeling. Toch zal (een deel) van de sector zich (verder) moeten aanpassen aan de gevolgen van de hervormingen, die in het gemeenschappelijke nationale en Europese landbouwbeleid worden doorgevoerd.


Schaalvergroting en/of bedrijfsverplaatsing en investeren in de structuur en uitrusting van bedrijven is nodig om de concurrentie op langere termijn aan te kunnen. Duurzame ontwikkeling is geboden. Derhalve zullen zogenaamde landbouwontwikkelingsgebieden worden ingericht.

Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is ordenen en reguleren, maar wel degelijk ook stimuleren. Acties naar aanleiding van deze programmalijn: • Grondbeleid actualiseren c.q. uitbreiden en aanscherpen naar de doelstellingen van de

ontwikkelstrategie zowel voor wonen, bedrijventerreinen als plattelandsontwikkeling: gemeente, SVBV, Ondernemersverenigingen, ZLTO.

• Het voeren van een strategisch grondbeleid, waarin actieve grondpolitiek bedreven wordt: gemeente.


3. PROGRAMMA III: GOED LEVEN IN VEGHEL, KERKDORPEN EN LANDELIJK GEBIED

INLEIDING Veghel wil een gemeente zijn waar mensen genieten van de kwaliteiten van een stad en waar mensen ook de natuur, de sociale samenhang en de dorpse waarden koestert. Het gemeentebestuur van Veghel wil het beste van deze kwaliteiten vangen. Zij wil zorg, welzijn, geborgenheid en vooral ook veiligheid bieden aan haar inwoners. Fysieke kwaliteit is een belangrijke vestigingsfactor. Investeren in de fysieke infrastructuur, zoals het creëren van een woningvoorraad die meer divers is en het structureel veraangenamen van de openbare ruimte, de parken, pleinen en het landelijk gebied zorgen ervoor dat Veghel aantrekkelijk is om er te wonen, te werken en te bezoeken. Naast investering in de fysieke kwaliteit wordt er in dit programma vooral ook geïnvesteerd in mensen. Dit doet het gemeentebestuur door investeringen in de sociale en culturele infrastructuur door een stimulerend sociaal, cultureel en veilig klimaat te scheppen voor alle inwoners. Hierbij verdienen ook de meest kwetsbare inwoners van Veghel de aandacht. Met de sociale en culturele infrastructuur bedoelen we het geheel van organisaties, diensten, voorzieningen en onderlinge verhoudingen dat het mogelijk maakt dat mensen op een redelijke manier in sociale verbanden kunnen leven. Dat ze kunnen participeren in de samenleving en dat die samenleving een eigen, krachtige en kwaliteitsvolle identiteit in stand houdt en voortdurend vernieuwt. De kwaliteit en de identiteit van Veghel wordt niet alleen bepaald door de mate waarin inwoners kunnen meedoen in sociale verbanden. Ook de uitstraling en vitaliteit van de gemeente speelt een cruciale rol. Om de kwaliteit van leven in Veghel op peil te houden moeten we de sociale en culturele infrastructuur duurzaam in stand houden en zonodig verder inrichten. Behalve voorzieningen dragen ook verenigingen, maatschappelijke activiteiten en dergelijke bij aan het creëren van een ‘gezond’ sociaal-cultureel klimaat. MAATSCHAPPELIJK EFFECT EN DOELSTELLINGEN PROGRAMMA VEGHEL KWALITATIEF LEVEN IN STAD OF PLATTELAND Dit programma heeft als beoogd maatschappelijk effect het borgen en (waar nodig) versterken van de eigen identiteit en leefbaarheid met de kernkarakteristieken: • De kernen behouden hun eigen identiteit en blijven als woonplaats aantrekkelijk, ook

voor volgende generaties. • Het groene gebied in en rond de kernen vormt de natuurlijke verbinding tussen ‘stad’ en

platteland met erkenning en benutting van de wederzijdse kwaliteiten. • Steeds meer balans tussen economie, ecologie en sociaal/maatschappelijke waarden. • De economische dragers in en rondom de kernen borgen mede de gedifferentieerde

Veghelse bedrijvigheid en werkgelegenheid. • Grotere tevredenheid bij inwoners over de voorzieningen in de gemeente. • Het voorkomen van segregatie en cumulatie van ‘stedelijke’ problematiek in wijken en

creëren van meer differentiatie in woonmilieus. • Behouden van de bestaande sociale samenhang in wijken en dorpskernen. • Meer eigen verantwoordelijkheid bij inwoners voor creëren en borgen van leefbaarheid. • Kwetsbare groepen blijven langer wonen in hun eigen huis. • Verbetering doorstroming in de maatschappelijke opvang.


Langs vier programmalijnen zal worden gewerkt aan het realiseren van dit maatschappelijke effect: 1. Het stimuleren van een gevarieerde bevolkingssamenstelling. 2. Het scheppen van voorwaarden (fysiek en sociaal) van een goed verblijfklimaat voor

inwoners. 3. Alle bewoners kunnen meedoen aan de samenleving en nemen verantwoordelijkheid

voor zichzelf, elkaar en de omgeving (Wmo). 4. Landelijk gebied: “Samen werken aan Kwaliteit”.

PROGRAMMALIJN III.1: HET STIMULEREN VAN EEN GEVARIEERDE BEVOLKINGSSAMENSTELLING Speerpunten in deze programmalijn: 1. Jongeren binden door samenhang te brengen in het beleid betreffende jeugd en

jongerenwerk, onderwijs, uitgaan en werken Belangrijke voorwaarde voor het binden van jongeren aan deze regio is het realiseren van een goed onderwijsaanbod en werkaanbod. Hierbij wordt, zoals reeds beschreven onder programmalijn I.4 gedacht aan het uitbreiden van het aanbod in het HBO onderwijs. Ook dient het onderwijs goed aan te sluiten bij het bedrijfsleven. Dit kan worden gerealiseerd door te investeren in onderwijstrajecten en stages. Daarnaast is er aandacht voor drop outs en leerlingen uit het speciaal onderwijs. Veghel kiest voor het behouden en het versterken van de educatiestructuur. Tenslotte zal hoogwaardige werkgelegenheid geboden moeten worden om afgestudeerde jongeren te behouden of terug naar Veghel te lokken. Door het aanbieden van goede voorzieningen op gebied van sport, ontspanning en ontmoetingsmogelijkheden stimuleren we de ontwikkeling van sociaal evenwichtige en


gezonde jongeren. Het is goed om hierbij aan te sluiten bij de behoefte / leefwereld van de jongeren. Denk daarbij bijvoorbeeld aan het creëren van een poppodium, lasergame-faciliteiten en skatepark. Maar ook de aanwezigheid van een gevarieerd aanbod aan sportverenigingen en cultuureducatie draagt hieraan bij. Een groep die extra aandacht verdient is de jeugd tussen de 12 -16 jaar.

2. Binden en aantrekken middengroepen Bij het opbouwen van een gevarieerde bevolkingssamenstelling is het niet alleen van belang om naar de leeftijdsopbouw te kijken, maar ook de aanwezigheid van verschillende sociale milieus is belangrijk. Veghel wil naast het welzijnsniveau ook het welvaartsniveau omhoog brengen. Door sociale stijging in wonen mogelijk te maken hoeven mensen die in inkomen stijgen zelfs hun wijk niet te verlaten. Veghel blijft dan interessant als vestigingsgebied. Door onder andere de kloof tussen de huur- en koopsector te dichten kan dit gerealiseerd worden. Daarnaast zal Veghel gevarieerde en kwalitatief hoge woonmilieus en voorzieningen creëren en aanbieden. Zo is er voor elk wat wils in Veghel te vinden.

3. Hanteren van vergrijzing

De komende jaren verdubbelt het aantal inwoners van 75 jaar en ouder in Veghel en dat geldt ook voor het aantal alleenstaande ouderen. Hier zal op geanticipeerd worden en dat betekent dat er innoverende zorg en een aangepast woonaanbod ontwikkelt dient te worden in wijken en dorpen. Op deze wijze wordt het ook voor deze leeftijdsgroep mogelijk een goede kwaliteit van leven te behouden. Waar nodig zullen er gerichte verjongende impulsen in wijken en dorpen worden geëntameerd. Verder zal door de vergrijzing de vraag op de arbeidsmarkt op het gebied van zorg en dienstverlening toenemen. Arbeidsmarktbeleid zal aandacht moeten besteden aan deze economische groeimarkt door het opzetten van projecten op gebied van verbetering van het imago van de zorg en uitbreiding van het aanbod van zorgen dienstverleners. Vergrijzing is niet alleen een probleem maar ook een kans. De ouderen van de toekomst zijn steeds vaker bemiddeld en besteden hun geld aan theater en andere culturele en recreatieve en ontmoetingsactiviteiten. Zo blijven dit soort voorzieningen betaalbaar.

Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is vooral een overheid die stimuleert. Acties naar aanleiding van deze programmalijn: • Opstellen woningbouwstrategie waarbij de visie Smaakmakend Veghel,

stedenbouwkundig masterplan, Woonvisie Uden/Veghel, woonmilieu / woonwensenonderzoek en Nota Wonen met Zorg en Welzijn richtinggevend zijn: gemeente, onderzoeksbureau woonwensonderzoek, vastgoedontwikkelaars, woningbouwverenigingen, dorps- en wijkraden, zorg en welzijnsinstellingen.

• Opzetten en invulling geven aan een integraal jeugd- en jongeren beleidsplan: gemeente, zorg en welzijnsinstellingen, onderwijsinstellingen, politie.

• Ontwikkelen van een integraal Arbeidsmarktbeleid en invullen met concrete projecten: gemeenten binnen REAP en de Stedelijke Regio, CWI, UWV, OptimISD, Dichterbij, IBN, Onderwijsinstellingen, Ondernemersverenigingen, welzijnsinstellingen.

PROGRAMMALIJN III.2: HET SCHEPPEN VAN VOORWAARDEN (FYSIEK EN SOCIAAL) VOOR EEN GOED VERBLIJFKLIMAAT VOOR INWONERS Speerpunten in deze programmalijn:


1. De woningbouwstrategie richt zich op het creëren van een gevarieerde woningbouw met als doelstelling een evenwichtige sociale structuur in wijken en dorpen te realiseren en te behouden Het creëren van verschillende woonmilieus binnen de gemeente Veghel is noodzakelijk zodat er wat te kiezen valt in Veghel. Het is echter niet de bedoeling van alles en nog wat in een buurt of wijk door elkaar te mengen. Dit verhoogt de complexiteit als het gaat om sociale cohesie. Samen wonen, is immers niet gelijk aan samen leven. Verder wordt er qua programma en prijsniveau aangesloten op de woonaspiraties van mensen in de directe omgeving (buurt, wijk, dorp). Anders gezegd: de gemeente Veghel wil wooncarrières faciliteren van mensen uit de omgeving. Daarnaast wordt de bouw van levensloopbestendige woningen gestimuleerd zodat de bewoners die dat graag willen in hun woningen kunnen blijven wonen. Voor mensen die extra ondersteuning nodig hebben in hun woonsituatie zal er ruimte worden geboden voor begeleid wonen.

2. Investeren in aanwezigheid basisvoorzieningen in wijk en dorp Er wordt geïnvesteerd in levensloop bestendige gebieden en er worden woonserviceszones gecreëerd. De aanwezigheid van een basisschool in ieder dorp en wijk wordt gegarandeerd. Daar waar nodig wordt deze basisschool eventueel ondergebracht in multifunctionele centra of in een brede school.

3. Stimuleren sport en beweging Stimuleren van sport en beweging is van belang voor de gezondheid en het welzijn van mensen. Dit zal worden gestimuleerd door een goed en uitgebreid aanbod van sportaccommodaties in de verschillende kernen van Veghel te bieden. Een belangrijke impuls voor intensivering van sport, beweging en gezondheid is het verder inrichten van het Prins Willem Alexandersportpark (PWA) voor wellnes en health. Het PWA als sportlocatie zal verder worden versterkt door het zwembad en de sporthal uit het centrum hiernaartoe te verplaatsen. Behalve het creëren van goede en voldoende voorzieningen zal er een actief beleid gevoerd worden door het initiëren van sport- en beweegprojecten.

4. Reconstructie aandachtswijken gebeurt vanuit de gedachten: ‘oog voor problemen achter

de voordeur’ en de ambitie van bewoners om vooruit te komen Bij de reconstructie van aandachtswijken wordt rekening gehouden met de sociale samenhang binnen die wijken. Door het aanbieden van betaalbare woningen voor de zogenaamde ‘sociale stijgers’ in die wijk, wordt wooncarrière mogelijk en kan men in de wijk blijven wonen. De sociale cohesie in de wijk blijft op deze manier behouden. Voor mensen die het niet zo breed hebben zal er meer variatie aan de onderkant van de woningmarkt worden gerealiseerd om de eentonigheid in woningbouw en woningmarkt te verminderen.

5. Duurzame omgeving door (milieu)beheer en onderhoud

Om een duurzame omgeving te realiseren is het adequaat uitvoeren van de gemeentelijke milieutaken binnen de gemeentelijke beleidsvelden een belangrijk speerpunt. Een belangrijke taak van Veghel als overheid is het voorlichten van burgers en ondernemers en deze actief te betrekken bij het beheer van hun omgeving. Ook zal het investeren in meer efficiënte en zuinige processen en zuinig ruimtegebruik en zuinig energiegebruik door bedrijven worden gestimuleerd. Daarnaast wordt ook het toepassen van nieuwe duurzame energiebronnen in woningen en bedrijven gestimuleerd. Het verplaatsingsgedrag van de automobilist wil Veghel beïnvloeden door het aanbieden van alternatieven voor het autogebruik (openbaar vervoer, fiets).

6. Verbetering waterkwaliteit oppervlaktewater Momenteel wordt samen met het waterschap Aa en Maas e.a. partners invulling gegeven aan het gebiedproces water met als doel om vanuit de Europese Kaderrichtlijn water te komen tot een verbetering van de waterkwaliteit van het oppervlaktewater. Hierbij wordt


gekeken zowel naar de chemische samenstelling van het water als ook naar de ecologische kwaliteit. Ambities die zijn gesteld dienen uiterlijk in 2027 te worden behaald en betreffen in ieder geval het voldoen aan de gewenste chemische samenstelling: het maximaal voorkomen van bepaalde stoffen (nutriënten, metalen, etc.) in het water alsook het voldoen aan de gewenste ecologische toestand; de zogenaamde GEP (= Goede Ecologisch Potentieel). Hierin passen de eerder in het waterplan Veghel aangegeven uitgangspunten, zoals het watersysteem wordt met respect behandeld, is duurzaam en multifunctioneel bruikbaar. Water geldt als een ordenend principe en de risico’s ten aanzien van het watersysteem worden beperkt. Economische en ecologische ontwikkelingen zijn met elkaar in evenwicht. Voor Veghel betekent dit: • de aanleg van Ecologische verbindingszones langs watergangen zoals De Aa, de

Biezenloop en de Leijgraaf. • het meewerken aan waterschapsprojecten zoals beekherstel en regionale

waterberging door b.v. gronden te verwerven en in bestemmingsplannen juridisch te verankeren zodat deze projecten kunnen worden gerealiseerd.

• het scheiden van vuil en schoon water en het afkoppelen van (nu nog op de riolering aangesloten) verharde oppervlakken en het regenwater leiden naar infiltratiegebieden en/of oppervlaktewater te creëren.

• het saneren en/of amoveren van riooloverstorten. • het terugdringen van hoeveelheden afvalwater. • het terugdringen van chemische onkruid- en gladheidbestrijding.

7. Veilige woonomgeving Concrete veiligheidsvraagstukken zullen integraal en regionaal worden benaderd. Gericht op de oplossing van veiligheid en leefbaarheidproblemen is er een mix aan maatregelen voor handen. Gelet op de gebiedsgerichte aanpak zal er op fysiek gebied worden gelet op de netheid van omgeving, goede straatverlichting en het toepassen van verkeersmaatregelen e.d. Op sociaal gebied wordt een aanspreekpunt voor wijk of dorp ingericht. De daartoe aangewezen instanties worden in staat gesteld prompt en adequaat te reageren op ongewenste, onwettige of gevaarlijke situaties.

Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is voorwaarden scheppen. Acties naar aanleiding van deze programmalijn: • Opstellen woningbouwstrategie waarbij visie Smaakmakend Veghel, stedenbouwkundig

masterplan, Woonvisie Uden/Veghel, woonmilieu / woonwensenonderzoek en Nota Wonen met Zorg en Welzijn richtinggevend zijn: gemeente, onderzoeksbureau woonwensonderzoek, vastgoedontwikkelaars, woningbouwverenigingen, dorps- en wijkraden, zorg en welzijnsinstellingen.

• Bieden van hoge kwaliteit van dienstverlening betreffende (milieu) beheer en onderhoud in Veghel.

• Vaststellen en uitvoeren waterbeleid: Waterschap Aa en Maas, gemeentes binnen dit gebied, provincie en Rijkswaterstaat.

.


PROGRAMMALIJN III.3: ALLE BEWONERS KUNNEN MEEDOEN AAN SAMENLEVING EN NEMEN VERANTWOORDELIJKHEID VOOR ZICHZELF, ELKAAR EN DE OMGEVING (WMO) Speerpunten in deze programmalijn: 1. Het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid

Een belangrijke voorwaarde voor het bevorderen van een sociale samenhang en de leefbaarheid is dat burgers zich (mede)verantwoordelijk voelen en verantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid in de buurt. Dit wordt ondersteund door het vergroten van het zelforganiserend vermogen van de samenleving. De dorps- en wijkraden kunnen hierin een belangrijke rol vervullen. Burgers zijn en voelen zich betrokken bij de interactieve beleidsvorming met betrekking tot de leefbaarheid in de gemeente. Mede hierdoor voelen burgers zich veilig in de directe leefomgeving en wordt de sociale samenhang in de gemeente gestimuleerd. Er is een multifunctioneel centrum in elk dorp en elke wijk aanwezig met een ontmoetingsfunctie en waarin diensten kunnen worden aangeboden. Vervolgens zijn er in elke kern faciliteiten voor sportbeoefening aanwezig, die tenminste bestaat uit een gymzaal en een sport- of recreatieveld. In toekomstige bestemmingsplannen en bij herstructurering van wijken (of gedeelten van wijken) wordt er speciale aandacht besteed aan het leefbaarheidaspect. Zo zal de aanwezigheid van voldoende speelruimte voor de jeugd, ontmoetingsplaatsen voor de oudere jeugd en recreatieve voorzieningen als voorwaarde in de planvorming worden opgenomen.

2. Meedoen mogelijk maken

Veghel gaat invulling geven aan de regiefunctie van de gemeente op het gebied van ‘meedoen in de samenleving’ door het realiseren van beschikbaarheid van maatschappelijke voorzieningen. Echter de eigen verantwoordelijkheid van de burger voor zichzelf en elkaar in het verstrekkingenbeleid van de gemeente is belangrijk en wordt gestimuleerd. Verder komt er een (inmiddels gedeeltelijk gerealiseerd) breed hoogwaardig loket wonen, zorg en welzijn binnen de gemeente, dat fysiek, telefonisch en digitaal toegankelijk is. De bereikbaarheid, toegankelijkheid en bruikbaarheid van algemene voorzieningen wordt verbeterd. Er worden pilotprojecten gestart met als doel te onderzoeken op welke manieren de druk op de individuele voorzieningen verminderd kan worden. Dit moet handvatten bieden om het verstrekkingenbeleid voorzieningen financieel en procesmatig beheersbaar te houden.

3. Preventieve ondersteuning van jeugdigen en ouders De gemeente vervult de coördinatiefunctie om vroegtijdige signalering door ketenpartners te realiseren. Samen met deze ketenpartners zal de gemeente informatie en advies bieden aan jeugdigen, ouders en professionals. Door het bieden van een laagdrempelig aanbod van licht pedagogische hulp wordt de toeleiding naar zorg verbeterd. Daarnaast zal de samenwerking tussen lokale zorgpartners worden gestimuleerd om de zorg voor cliënten op elkaar af te stemmen.

4. Ondersteuning mantelzorgers en vrijwilligers Belangrijk in de ondersteuning is het bewustzijn versterken van de betekenis en de rol die mantelzorgers en vrijwilligers spelen in de lokale gemeenschap. Voor de gemeente is een belangrijk uitvloeisel van deze taak ervoor zorg te dragen dat de belangen van mantelzorgers en vrijwilligers behartigd worden. De aanwezigheid van netwerken voor mantelzorgers en vrijwilligers is daarbij van groot belang. Het idee van dit netwerk is dat het zich ontwikkelt tot een kenniscentrum van waaruit mogelijkheden voor deskundigheidsbevordering kunnen worden aangeboden aan mantelzorgers en vrijwilligers. Verder zullen er mogelijkheden aangeboden worden om mantelzorgers te ontlasten. Veghel wil haar vrijwilligers voor de toekomst behouden en wil dit o.a. doen door haar waardering te uiten en door werving.


5. Maatschappelijke opvang, OGGZ en verslavingszorg

De gemeente vervult een faciliterende rol in signalering en beleidsadvisering naar de centrumgemeenten en de maatschappelijke partners. De faciliterende rol wordt vervuld door het realiseren van een adequaat basisaanbod maatschappelijke ondersteuning. De bijzondere groepen worden zo ondersteund dat zij zo zelfstandig mogelijk functioneren en naar vermogen weer deel aan de samenleving nemen, zonder dat zij als gevolg van hun situatie overlast voor hun omgeving veroorzaken. Voorwaarde is dat er een sluitende keten in het veld van maatschappelijke ondersteuning wordt gerealiseerd ondersteunt door goede registratiemogelijkheden van organisaties ten behoeve van maatschappelijke ondersteuning.

Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is regisserend. Hierboven genoemde speerpunten zijn afkomstig uit het beleidsplan Wet maatschappelijke ondersteuning 2008 – 2011 en worden daar ook verder uitgewerkt. De Wmo is gezien de sociaal maatschappelijke ontwikkelingen een zodanig belangrijke wet dat deze breed verankert dient te worden binnen de gemeentelijke organisatie, de zorgen welzijnsinstellingen en niet in de laatste plaats de inwoners van Veghel zelf.

PROGRAMMALIJN III.4: LANDELIJK GEBIED:”SAMEN WERKEN AAN KWALITEIT” 1. Optimaliseren van de fysieke omgeving landelijk gebied waarbij het realiseren van de

ecologische hoofdstructuur (EHS) en de groene hoofdstructuur (GHS) centraal staat Behoud, verfraaiing en versterking van de (dragende) karakteristieke landschapsstructuur is een van de doelstellingen van dit beleid. Dit wordt gerealiseerd door het creëren van ecologische verbindingszones. Zo staan de aanleg van ecologische verbindingszones langs watergangen zoals De Aa, de Biezenloop en de Leijgraaf op het programma. En zullen verbindingen worden gerealiseerd door o.a. de aanleg van faunapassages, vistrappen en ecologisch bermbeheer. Ook het aanleggen van nieuwe landschapselementen en herstel en beheer van bestaande (cultuurhistorische) landschapselementen, kleinschalige natuurontwikkeling, aanvullen singelsturen e.d. dragen bij aan bovengenoemde doelstelling. Een ander belangrijk thema is het verbeteren van de waterkwaliteit en -kwantiteit en het beter benutten van het watersysteem met als doel de verdroging op te heffen en tevens de infiltratie en de waterkwaliteit te verbeteren. Manieren om dit te realiseren is onder meer het meewerken aan waterschapsprojecten zoals beekherstel en regionale waterberging. Programmalijn III.2.6 gaat hier uitgebreider op in. Stedelijke’ ontwikkelingen dienen afgestemd te worden op de gebiedsspecifieke kenmerken. Veghel wil haar authentieke dorpen behouden door te zorgen voor een goede onderhoudsstaat van de rijks- en gemeentelijke monumenten. Woningbouw zal gerealiseerd worden binnen het bestaande ‘stedelijke’ gebied van de kernen en dient de kwaliteit van de dorpen te ondersteunen. De verschillende structuurvisies zijn hierbij richtinggevend. De gemeente streeft naar een hoogwaardig agrarisch productielandschap, dat voldoet aan maatschappelijke randvoorwaarden op het gebied van milieu, waterbeheer, voedselkwaliteit, diergezondheid en dierenwelzijn.

2. Versterken economische structuur platteland De economische structuur wordt ondersteund door het stimuleren en faciliteren van het ondernemerschap en aanmoedigen van en vertrouwen op het innovatieve vermogen van de ondernemers in de agrarische sector. Door het versterken van de concurrentiepositie


van ondernemers uit de agrarische sector door middel van verbetering van de ruimtelijke structuur (herverkaveling) en ontwikkeling van LOG’s wordt de economische structuur verder versterkt. Ook diversificatie naar nieuwe niet agrarische economische dragers zal worden gestimuleerd en draagt bij aan het realiseren van dit speerpunt. De samenwerking tussen de agrarische en toeristisch-recreatieve sector zal het imago van en de bekendheid met het platteland opwaarderen en verbeteren.

3. Verhogen sociale samenhang en leefbaarheid in de dorpen Als we spreken over ‘Samen werken aan kwaliteit’ in het landelijk gebied hebben we het natuurlijk ook over de sociale samenhang en leefbaarheid in de dorpen. Programmalijn III.3 afkomstig uit de Wmo besteedt hier uitgebreid aandacht aan.

4. Verhogen beleving platteland door het creëren van nieuwe mogelijkheden voor verblijf- en dagrecreatie Een mix van maatregelen onder andere op het gebied van wandelen fietsen, varen en paardrijden is nodig om het recreatief netwerk uit te breiden. Daarnaast zullen er allerlei arrangementen in combinatie met goede verblijfsmogelijkheden in mooie karakteristieke Brabantse panden aangeboden moeten worden om een serieuze impuls aan recreatie te geven.

Sturingswijze (instrumentenmix en partners) Karakteristiek voor de sturingswijze die past bij deze programmalijn is ordenend. Hierboven genoemde speerpunten zijn grotendeels afgeleid van het concept Programma Landelijk Gebied dat ook weer deel uit maakt van een provinciaal programma. Het programma Landelijk Gebied dient verder uitgewerkt te worden binnen de kaders van de visie Smaakmakend Veghel en in samenhang met de programma’s van deze ontwikkelstrategie. De reconstructiecommissie, ZLTO, IVN, Heemkundekringen en alle eerder genoemde strategische partners spelen ook hier op onderdelen een belangrijke rol.

Ontwikkelstrategie Gemeente Veghel, 13 januari 2007 pagina 30 van 35

PROGRAMMA’S IN SAMENHANG: INSTRUMENTEN EN PARTNERS

De drie programma’s hebben elk een eigen dynamiek, setting (met eigen partners, financieringsschema, ritme en looptijd. Tegelijkertijd hebben de programma’s op onderdelen dezelfde subdoelen en instrumenten.

Ontwikkelstrategie Gemeente Veghel, 13 januari 2007

AFKORTINGEN EN BEGRIPPEN

BOM

Brabantse Ontwikkelings Maatschappij. Kansen creëren voor Brabant, door het versterken van de economische groei- en innovatiekracht. Dat is in enkele woorden de missie van de N.V. Brabantse Ontwikkelings Maatschappij.

CWI

Centrum voor Werk en Inkomen. Het Centrum voor Werk en Inkomen is een Nederlandse overheidsinstelling voor arbeidsbemiddeling die aanvragen ontvangt om een WW- of Bijstands-uitkering te verkrijgen. Verder verleent het CWI ontslagvergunningen en geeft het arbeidsrechtelijke informatie, zowel aan werkgevers als werknemers.

Eet.NL

Eet.NL is een leisureconcept met het thema voeding. Dit revolutionaire concept heeft drie basisingrediënten: horeca, retail en vermaak. Samen willen ze garant staan voor een sublieme combinatie van eten, drinken, winkelen en ontspanning. Een unieke, zinnenprikkelende beleving voor jong én oud. Eet.NL is een initiatief van Octus Beheer B.V. en Agro & Co Brabant, in samenwerking met de Stedelijke Regio. De organisatie van Eet.NL bestaat in de aanloopfase uit een stuurgroep en een realisatieteam.

EFRO

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling. EHS

Ecologische Hoofdstructuur. De Nederlandse natuur staat steeds meer onder druk, bijvoorbeeld door huizenbouw, aanleg van wegen en industrie. Toch leeft bij veel Nederlanders de wens om natuurgebieden in de buurt te hebben. Natuur geeft rust en biedt ruimte voor recreatie. De overheid heeft daarom extra geld uitgetrokken om de Nederlandse natuur te beschermen en verder te ontwikkelen. Door nieuwe natuur te ontwikkelen, kunnen natuurgebieden met elkaar worden verbonden. Zo kunnen planten zich over verschillende natuurgebieden verspreiden en dieren van het ene naar het andere gebied gaan. Het totaal van al deze gebieden en de verbindingen ertussen vormt de Ecologische Hoofdstructuur van Nederland.

ESF Europees Sociaal Fonds.

Ontwikkelstrategie finaal versie 2.0 2

GEP Goede Ecologisch Potentieel. GGA Noordoost Brabant

GebiedsGerichte Aanpak Verkeer en Vervoer Noordoost Brabant. De Provincie werkt samen met gemeente, Rijkswaterstaat en andere (overheids)organisaties volgens een GebiedsGerichte Aanpak. Op regionaal niveau werken de partners samen om bestaande verkeer- en vervoersproblemen op te lossen. Zo worden de problemen in hun geheel bekeken.


GHS Groene Hoofdstructuur. Samenhangend netwerk van de meest waardevolle natuur- en bosgebieden en andere gebieden - voornamelijk landbouwgebieden - met aanwezige en te ontwikkelen belangrijke natuurwaarden.

IBE

Intergemeentelijk Bureau Economie, waarin de gemeentes Veghel, Uden en Schijndel samenwerken op economisch terrein. Kernnet

Het kernnet (ook bekend als hoofdrailnet (HRN)), is het spoornet waar de Nederlandse Spoorwegen tot 2015 het alleenrecht heeft voor het rijden van reizigerstreinen.

LOG’s Landbouwontwikkelingsgebieden. MCA

Multimodaal Coördinatie- en Advies Centrum. MIK

Meierijse Instellingen voor Kunsteducatie. MKB

Midden- en Kleinbedrijf. Het midden- en kleinbedrijf bestaat uit bedrijven met maximaal 250 medewerkers. Het kleinbedrijf heeft hooguit 50 personeelsleden. Van alle Nederlandse ondernemingen heeft 1 procent meer dan 250 werknemers.

Modal shift

Het vervangen van een deel van het vervoer over de weg door andere vormen van vervoer, met name vervoer per spoor en per schip. OGGZ

Openbare Geestelijke Gezondheidszorg. OptimISD

De intergemeentelijke sociale dienst van de gemeenten Bernheze, Schijndel, Sint-Michielsgestel en Veghel. OptimISD helpt bij de begeleiding naar een betaalde baan en het verstrekken van een (tijdelijke) bijstandsuitkering en bijzondere bijstand.

Pieter Breughel Instituut


Pieter Brueghel is een centrum voor kunst en cultuur in Veghel en Sint-Oedenrode, genoemd naar de Vlaamse schilder Pieter Brueghel (de oude). Pieter Brueghel biedt al bijna 40 jaar als kunstencentrum in Veghel en Sint-Oedenrode een boeiend programma op het terrein van kunst en vormgeving door middel van cursussen, workshops, reizen, lezingen en tentoonstellingen voor iedereen: voor kinderen, jongeren en volwassenen. Pieter Brueghel is in de loop van de jaren uitgegroeid tot een specialistisch werkcentrum met meer dan 1500 m2 uitstekende ateliers en werkplaatsen en een kleine theatervoorziening.

Poort van Veghel

Nieuw te ontwikkelen bedrijventerrein direct gelegen aan de A50 bij Veghel.


PPS Publiek Private Samenwerking. PPS is een samenwerkingsverband waarbij overheid en bedrijfsleven, met behoud van eigen identiteit en verantwoordelijkheid, gezamenlijk een project realiseren op basis van een heldere taak- en risicoverdeling. Het doel van PPS is het realiseren van meerwaarde: een kwalitatief beter eindproduct voor hetzelfde geld, of dezelfde kwaliteit voor minder geld. Dit ligt binnen bereik als overheid en bedrijfsleven ieder datgene doen waar ze het best in zijn; er ontstaat zo een win-win situatie. Niet voor niets slaan overheid en bedrijfsleven steeds vaker de handen ineen om grote publieke investeringsprojecten op efficiënte wijze te realiseren.

Recron Vereniging van Recreatieondernemers Nederland. Revus

ReVUS is door de ondernemersverenigingen De Kring Uden, Contactgroep Veghelse Ondernemingen (CVO) en het Ondernemers Contact Schijndel (OCS) opgericht. Doel van ReVUS is gezamenlijk de economische mogelijkheden van de regio Veghel, Uden en Schijndel beter te benutten.

ROC de Leijgraaf

Regionaal Opleidings Centrum de Leijgraaf is een moderne kennisonderneming voor Noordoost Brabant voor praktijkgerichte mbo-opleiding, deeltijd havo en vmbo-t. Ons Loopbaancentrum helpt bij (re)integratie en inburgering. ROC De Leijgraaf heeft vestigingen in Oss, Veghel, Uden, Cuijk, Boxmeer en Mill. Er studeren ongeveer 9.000 deelnemers.

SVBV

Stichting Vitaal Bedrijvig Veghel. Zorgen voor een goed ondernemingsklimaat in Veghel. Dát is wat de Stichting Vitaal Bedrijvig Veghel voor ogen heeft. Zij doet dit door het stimuleren van de samenwerking tussen de gemeente en het bedrijfsleven en tussen de Veghelse bedrijven onderling. Ook coördineert en faciliteert de stichting de samenwerking tussen de bedrijven op de bedrijventerreinen in Veghel (parkmanagement).

UWV

Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. UWV verzorgt werknemersverzekeringen, zoals de wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA), de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), Wajong (Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten), Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekering Zelfstandigen (WAZ), de Werkloosheidswet (WW) en de Ziektewet. Samen met Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) en gemeenten vormt UWV de ‘keten voor werk en inkomen’.

VOC

Veghels Overleg Cultuur.


VVN Veilig Verkeer Nederland. Wmo

Sinds 1 januari 2007 is er een nieuwe wet; de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Het maatschappelijke doel van de Wmo is ‘meedoen’. De wet moet er voor zorgen dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en mee kunnen doen in de samenleving, al of niet geholpen door vrienden, familie of bekenden. Dat is de onderlinge betrokkenheid tussen mensen. En als dat niet kan, is er ondersteuning vanuit de gemeente. De gemeente ondersteunt bijvoorbeeld vrijwilligers en mantelzorgers. De Wmo regelt ook de hulp bij het huishouden en zorgt voor goede informatie over de hulp en informatie die mensen kunnen krijgen.

ZLTO Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie.

Smaakmakend Veghel - Zijtaart · Veghel en in het bijzonder in het centrum van Veghel gerealiseerd...

Documents

Transcript of Smaakmakend Veghel - Zijtaart · Veghel en in het bijzonder in het centrum van Veghel gerealiseerd...